toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

35
Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen 1 Toelichting bij de vragen van de PPPscan

description

toelichting op de diverse aspecten van de PPP-scan ter ondersteuning invullen scan

Transcript of toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Page 1: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

1

Toelichting bij de vragen van de PPPscan

Page 2: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

2

In overleg met de Brabantse Milieufederatie

(BMF) heeft Libéma besloten de uitbreiding van

Beekse Bergen met het SafariResort te toetsen op

duurzaamheid met behulp van een PPPscan.

Wat is de PPPscan?

De PPPscan is een instrument om plannen te

beoordelen op hun bijdrage aan een duurzame

ontwikkeling. Hiermee maakt de PPPscan de

discussie over de verwachte effecten van het plan

voor het SafariResort inzichtelijk en signaleert

knelpunten en verbetermogelijkheden. Het is een

praktisch hulpmiddel voor planvorming en

transparantie van het besluitvormingsproces.

Voor dit project is besloten een groepsscan uit te

voeren waaruit dan een groepsoordeel volgt.

Naast het groepsoordeel geeft de PPPscan ook

inzicht in de verschillen van mening tussen de

groepsleden.

Deelnemers

In samenspraak tussen de BMF en Libéma zijn de

zogenaamde stakeholders geanalyseerd en

bestaan uit omwonenden, overheden,

belangenverenigingen en klanten. Ook is een

toelichting geformuleerd op de vragen in de

PPPscan om deze specifieker te maken voor het

project SafariResort.

Het betreft een toelichting op hoofdlijnen, maar

biedt u een basis een afweging te maken bij uw

beoordeling.

Dit heeft ook tot gevolg dat op een aantal

aspecten meer de nadruk is gelegd, daar deze

meer nadrukkelijk zijn onderzocht.

Opbouw document

In dit document is eerst de geschiedenis van de

ontwikkeling van het SafariResort beschreven.

Vervolgens is ingegaan op de diverse aspecten

van de plannen voor het project SafariResort.

De cursief geplaatste tekst in dit document

biedt extra achtergrondinformatie en is

derhalve niet noodzakelijk om gelezen te

worden.

Belangrijke opmerkingen over dit document

- De gegeven informatie is enkel afkomstig van

Libéma en representeert (mogelijk) niet de

mening van overige bij deze PPPscan

betrokken partijen.

- Dit document is enkel bestemd voor de

PPPscan SafariResort Beekse Bergen/BMF.

- Aan de tekst in dit document kunnen geen

rechten worden ontleend.

Page 3: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

3

Voor de overname van “Recreatieoord Beekse

Bergen”door Libéma in 1986 werd door de

gemeente Hilvarenbeek in 1984 al een nota

opgesteld waarin werd gezinspeeld op de

ontwikkeling van de voorziene locatie van het

SafariResort. In deze ontwikkelingsvisie was

sprake van een totaal van 1.500

recreatiewoningen in het westelijk beboste deel

van Beekse Bergen. Destijds is een

bestemmingsplan opgesteld maar nooit in

procedure gebracht.

In 1993 is door Libéma een structuurvisie

opgesteld voor Beekse Bergen die de aanloop

vormde naar het bestemmingsplan

“Recreatiepark Beekse Bergen 2000”. In deze

visie was sprake van een uitbreiding van de

SafariCamp in westelijke richting, waarbij Resort

Hilvarenbeek een verdere uitwerking zou zijn.

Deze uitbreiding zou plaatsvinden in het 55 ha

grote bosgebied ten zuiden van het Safaripark en

westelijk van de SafariCamp. Voor het eerst was

sprake van een thematisering in Afrikaanse stijl

waarbij de woningen werden gesitueerd aan een

te graven water (zie afbeelding).

In 2002 is het bestemmingsplan “Recreatiepark

Beekse Bergen 2000” vastgesteld, maar

uiteindelijk vernietigd omdat de m.e.r.-

beoordelingsprocedure niet was gevolgd. In dit

bestemmingsplan was het 55 ha gebied echter

niet opgenomen.

In 2005 is de Startnotitie voor het MER opgesteld.

In eerste instantie bestond het plan onder andere

uit de volgende punten:

- Herstructurering van het bestaande

recreatiepark.

- Uitbreiding van recreatieve voorzieningen

ten zuidwesten van het park (55 ha).

Binnen het bestaande recreatiepark is een

herstructurering van diverse bedrijfsonderdelen

voorzien. De meest prioritaire en ingrijpende

ontwikkeling is de uitbreiding met de recreatieve

voorzieningen ten zuidwesten van het Safaripark.

In 2008 is een hernieuwde visie opgesteld met

betrekking tot verwezenlijking van

recreatieverblijven in het zogenaamde 55 gebied,

door het ontstane idee Afrikaanse diersoorten

tussen de woningen op een nieuw te creëren

savanne te laten lopen. Deze savanne zal

aansluiten op de bestaande savanne waar onder

andere giraffes en zebra’s lopen en de autosafari

doorheen loopt (de locatiekeuze is elders in deze

rapportage gemotiveerd). Bij het stedenbouw-

kundig ontwerp is uitgegaan van huizen die een

rechtstreeks zicht hebben op de savanne en een

gebied waarin sprake is van besloten hofjes die

doen denken aan een Afrikaans dorp.

Page 4: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

4

In 2009 is, omdat de uitbreidingslocatie deel

uitmaakt van de EHS, een bedrijfsplan opgesteld

en beoordeeld door de onafhankelijke Commissie

Recreatie & Toerisme Noord-Brabant. In haar

advies van 22 juli 2009 erkent de Commissie

Recreatie & Toerisme dat de voorgenomen

plannen een belangrijke kwaliteitsverbetering

van het Safaripark betekenen die van belang kan

zijn voor de winstgevendheid en het

onderscheidend vermogen van het park. Maar,

uitbreiding van het park met 55 ha zal volgens de

Commissie leiden tot een belangrijke

onderbreking van de landschapsecologische

relaties in de regio. En tevens zal de uitbreiding

leiden tot een overschrijding van de draagkracht

van het bosgebied. De Commissie heeft een

negatief advies uitgebracht en gaf aan dat gezocht

moet worden naar een evenwichtiger

ontwikkeling waarbij natuur- en ondernemers-

belangen beter met elkaar in evenwicht zijn.

Door Libéma is daarop voorgesteld om een groot

deel van de EHS in stand te houden. Dit door het

creëren van een groene zone aan de zuidkant van

de uitbreiding, de zogenaamde EcoZone. Het

Safari Resort is verkleind van 55 ha tot circa 26

ha en het aantal lodges is verminderd tot 425 en

het zuidelijk deel van de Safari Camp wordt

teruggegeven aan de natuur. Vervolgens is een

nieuw stedenbouwkundig ontwerp opgesteld

waarbij rekening is gehouden met een

ecologische verbindingszone aan de zuidzijde van

het gebied.

Tevens is een Mitigatie- en compensatieplan

opgesteld waarin de onderbouwing wordt

gegeven voor de toepassing van het compen-

satiebeginsel EHS voor het SafariResort en is een

inrichtingsvisie beschikbaar voor de EcoZone.

Groen: EcoZone

Rood: uitbreiding

Blauw: SafariCamp

Page 5: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

5

Het belangrijkste kenmerk van het SafariResort is

de beleving van savannedieren vanuit de lodges.

Hiertoe wordt een savannevlakte gerealiseerd over

de gehele breedte van de uitbreidinglocatie, die

aansluit op de bestaande savannevlakte binnen het

Safaripark.

De ondergrond binnen de uitbreidinglocatie is

zanderig en hoog, waardoor de ondergrond

droog en voedselarm is. Deze situatie sluit aan bij

de natuurlijke leefomgeving van de hier

gehuisveste dieren dat van belang is voor hun

welbevinden. Vanuit de biotoopeisen van de

savannedieren is uitbreiding aan de zuidzijde van

het bestaande Safaripark de enige praktisch

aantrekkelijke locatie.

De doorsteek aan de geplande zuidkant voor

aanvoer van dieren, logistiek van dierverzorging

is zeer eenvoudig te realiseren. Daarnaast is het

financiële risico lager door een lagere investering.

In dit gebied kunnen dieren beschut gehouden

worden en bestaat de grond uit (vanuit

dierenstandpunt) gewenste droge zandgrond.

Bovendien geldt vooral voor de giraffes de

mogelijkheid tot een eenvoudige uitwisseling

tussen de huidige locatie en de nieuwe locatie.

Het vervoer met een trailer en eventuele narcose

bij giraffes wordt vermeden bij de voorgestelde

locatie, wat voor het dierenwelzijn van de giraffes

een pré is. Voor de fokprogramma’s van de

giraffes en witte neushoorns is een tweede locatie

naast de bestaande locaties in het Safaripark

ideaal.

Page 6: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

6

In het stedenbouwkundig ontwerp is steeds

uitgegaan van één of meerdere ringstructuren

voor het autoverkeer waarbij sprake is van

tweerichtingsverkeer. De gecreëerde hofjes zijn

autoluw. Parkeren vindt plaats bij de lodges waar

1,2 of (bij de hofjes) centrale parkeerplaatsen zijn.

Principes zoals een volledig autovrij park zijn

overwogen maar zijn omwille van de doelgroep

(ouders met kleine kinderen) en de grote afstanden

binnen het park verder buiten beschouwing

gelaten.

1. Variant randlengte

2. Eén savanne

3. Twee werelden

4. Eiland

5. Oud en nieuw

Page 7: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

7

Uiteindelijk

concept

stedenbouwkund

ig plan op basis

van variant 2

Page 8: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

8

De PPPscan maakt inzichtelijk op welke wijze

voorgenomen beleid en plannen raken aan een of

meerdere kapitalen: People, Planet, Profit. Elk

kapitaal bevat meerdere voorraden. Zo omvat het

kapitaal Planet ondermeer de voorraden lucht,

bodem en grondwater. De PPPscan geeft voor elk

van deze voorraden aan hoe sterk de gevolgen

zijn van voorgenomen beleid. In dit document is

een toelichting per te beoordelen aspect

weergegeven, waarbij specifiek wordt ingegaan

op het project SafariResort. In het hiernaast

weergegeven kader zijn de verschillende

aspecten opgenomen.

De cursief geplaatste tekst biedt extra

achtergrondinformatie en is daarom niet

noodzakelijk deze te lezen.

(*) de voorraden oppervlaktewater en delfstoffen zijn niet van

toepassing verklaard op deze scan

People(Sociaal-

Cultureel), hd 5.1

Planet(Ecologie),

hd 5.2

Profit(Economie),

hd 5.3

participatie bodem arbeid

gezondheid grondwater economische structuur

kunst en cultureel erfgoed

onderwijs

landschap

lucht

kennis

grond- en hulpstoffen

sociale samenhang & identiteit natuur kapitaalgoederen

veiligheid oppervlaktewater (*) kennis

woonomgeving delfstoffen (*) ruimtelijke vestigingsvoorwaarden

landschap

Page 9: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

9

Voor de ontwikkeling van het SafariResort is

gekozen voor het opstellen van een

provinciaal inpassingsplan. De te volgen

procedure komt overeen met het opstellen

van een gemeentelijk bestemmingsplan, de

beslissingen worden echter genomen door

gedeputeerde en provinciale staten. Het

inpassingsplan beslaat het gehele

grondgebied van Beekse Bergen omdat

sprake is van verouderde, niet meer

toereikende bestemmingsplannen. In het

inpassingsplan wordt het SafariResort

volledig opgenomen. Tevens wordt voor de

ontwikkeling een milieu effect rapport

(MER) opgesteld. Het MER zal de onderdelen

bevatten die wettelijk verplicht zijn en is

gebaseerd op de startnotitie die in 2005 is

vastgesteld door de gemeente Hilvarenbeek.

Het proces van inpassingsplan en MER volgt

de wettelijke procedures zoals die zijn

vastgelegd in de Wet Ruimtelijke ordening.

In deze wet zijn de mogelijkheden tot het

indienen van zienswijzen voor een ieder

gedetailleerd geregeld.

Buiten deze wettelijke procedures is

voorzien in informatieavonden voor

omwonenden, overleg met diverse

belangengroepen en zal een projectwebsite

worden ingericht.

Op naastgelegen schema treft u het

processchema van het MER en het

inpassingsplan aan.

Page 10: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

10

Met het project SafariResort wordt een

beleving gecreëerd die een bezoek aan een

Afrikaanse savanne kan benaderen. Door de

aanwezigheid van een grote savanne waar

dieren zoals giraffen, neushoorns en zebra’s

verblijven in combinatie met sterk

gethematiseerde verblijven ontstaat een

unieke belevenis. Binnen het SafariResort

worden diverse activiteiten georganiseerd

die samengevat kunnen worden onder de

noemer edutainment. De woningen worden

zodanig ingericht dat ze hedendaags comfort

bieden.

Het totale complex van Beekse Bergen biedt

ook mogelijkheden voor diverse (outdoor)

activiteiten. Voorbeelden hiervan zijn

Speelland (dagrecreatief strandpark met

diverse activiteiten), uitgebreide

mogelijkheden om te vissen en

vanzelfsprekend een bezoek aan het

Safaripark. De mogelijkheden die het

Safaripark nu biedt, zoals avondsafari’s

zullen, in aangepaste vorm, ook worden

aangeboden in het SafariResort. Voor

kinderen zijn er uitgebreide mogelijkheden

zoals deelnemen aan animatieteams en een

dagje dierenverzorger zijn.

Page 11: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

11

Het plangebied is gelegen binnen de

geomorfologische eenheid “landduinen met

bijbehorende laagten en vlakken”. In de

Noord-Brabantse zandgebieden zijn deze

landduinen naar verwachting op natuurlijke

wijze ontstaan, rond het begin van het jaar

1000 n. Chr. In Nederland kwamen destijds

regelmatig sterke stormen voor. In

combinatie met langdurige perioden van

grote droogte en verlaging van de

grondwaterspiegel konden deze stormen

leiden tot verstuiving van de schaars

begroeide zandgebieden. In natuurlijke

luwten en bij struikjes en andere begroeiing

werd het zand weer afgezet en ontstonden

duinen. Op plekken waar het zand sterk

onder invloed van de wind stond, werden

laagtes uitgeblazen.

Op dergelijke wijze kon een afwisseling van

hogere duinen en laaggelegen vlaktes

ontstaan. Binnen het plangebied en het

aangrenzend bosgebied zijn de landduinen

en laagten nog steeds goed zichtbaar aan de

hoogteverschillen in het terrein.

Ten noorden en zuiden van het bosgebied

waarin de uitbreiding van De Beekse Bergen

plaats zal vinden, is de oorspronkelijke

geomorfologie (grotendeels) verstoord. Ten

zuiden van het bosgebied hebben agrarische

activiteiten geleid tot egalisatie van het

oorspronkelijke reliëf ten behoeve van de

landbouw.

Bij de beoogde uitbreiding van Beekse

Bergen zal grondverzet de bodemopbouw

doen veranderen. Of de maatregelen ook

daadwerkelijk leiden tot verstoring van de

bodemopbouw en het reliëf, is afhankelijk

van de omvang, diepte en de hoeveelheid

grond die binnen het plangebied afgegraven

en hergebruikt wordt. In het

stedenbouwkundig plan is zoveel mogelijk

rekening gehouden worden met het

aanwezige reliëf (en de aanwezige

beplanting). Daartoe heeft een zeer

nauwkeurige inmeting plaatsgevonden van

het aanwezige reliëf en de beplanting.

Realisatie van het Safari Resort zal niet

mogelijk zijn zonder enige aantasting van de

oorspronkelijke geomorfologie, aangezien

graaf- en ophoogwerkzaamheden

onvermijdelijk zijn. Wel wordt de aantasting

beperkt door de lichte wijze van bouw

waarbij het niet noodzakelijk is funderingen

aan te leggen. De woningen kunnen door

deze werkwijze in principe op vier tegels

worden geplaatst. Van de landduinen zal in

de thematisering gebruik gemaakt worden

door de woningen deels op palen te plaatsen.

Impressie huidige bosgebied

Page 12: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

12

Archeologie

Libéma acht het van het grootste belang om

op een verantwoorde wijze om te gaan met

het archeologisch bodemarchief. Indien

archeologische waarden binnen het

plangebied aanwezig zijn, moet het eerste

uitgangspunt zijn die waarden in situ te

behouden. Het doen van prospectief

onderzoek binnen een groot deel van het

plangebied, zonder dat bekend is waar

uiteindelijk de grondroerende

werkzaamheden zullen plaatsvinden, lijkt

vooralsnog moeilijk verenigbaar met die

doelstelling. Daarom is er voor gekozen om

bij het opstellen van het bestek van de

grondroerende werkzaamheden voor het

Safari Resort uitvoerig stil te staan bij de

omgang met mogelijke archeologische

waarden.

Zodra archeologische waarden worden

aangetroffen, zal worden gekeken of het

mogelijk is om, door middel van

planaanpassing, de waarden in situ veilig te

stellen. Hierbij kan gedacht worden aan het

ophogen van een aangetroffen huisplaats

behorend aan landbouwers of het plaatselijk

aanpassen van de inrichting van het resort

waardoor bijvoorbeeld een vindplaats van

jagers-verzamelaars wordt ingepast in de

niet te verstoren delen van de savanne of

woonerven.

Indien de vindplaats, vanwege zijn omvang

of zijn locatie, niet te behouden is binnen de

planontwikkeling, zullen de archeologische

waarden middels een definitieve opgraving

worden veiliggesteld. Enkel bij een

exceptioneel groot aantal vondstlocaties zal

de uitvoering van het werk als totaal

structureel worden gehinderd. Mede

vanwege de archeologische verwachting

voor zowel jagers-verzamelaars als

landbouwers, lijkt de kans hierop gering.

In de gemeente Hilvarenbeek vindt reeds sinds

vele eeuwen bewoning plaats. De oudste

vondsten die in de gemeente gedaan zijn,

dateren van circa 900 voor Christus. Sinds die

tijd heeft er vele malen strijd plaatsgevonden

om het gebied, waarbij verschillende dorpen

in de as gelegd zijn. Het gebied is echter nooit

verlaten. Het dorpje Westerwijk, direct ten

zuiden van De Beekse Bergen, wordt voor het

eerst in schriftelijke bronnen genoemd in

1147.

Over de bossen tussen Hilvarenbeek en Goirle,

waarin Beekse Bergen gelegen is, zijn weinig

historische gegevens bekend. Tijdens de Eerste

Wereldoorlog werd in deze bossen een illegale

petroleumtank ingegraven, van waaruit

smokkelaars petroleum over de Belgische

grens smokkelden. Aan het eind van de

Tweede Wereldoorlog hielden de Duitse

soldaten in de bossen nog drie weken stand

tegen de Engelsen, die Hilvarenbeek reeds

bevrijd hadden en verder noordwaarts wilden

trekken. Ook bij Westerwijk en Biest waren

sterke stellingen aanwezig.

In de loop van de afgelopen anderhalve eeuw

is het gebied sterk veranderd. Halverwege de

19e eeuw bestond het huidige bosgebied

waarin het Safaripark gelegen is en het Safari

Resort voorzien is, nog geheel uit heide. De

provinciale weg N269 was toentertijd nog een

grind- en klinkerweg, waar tol geheven werd.

Duidelijk zichtbaar op de historische kaart

zijn de landduinen. De heide werd door de

boeren in de omgeving waarschijnlijk

gebruikt als gemeenschappelijke weidegrond

(gemeijnte) voor het vee, zoals dat veelal in

Nederland gebeurde op de hogere

zandgronden.

Het gedeelte van Beekse Bergen aan de

oostzijde van de provinciale weg bestond in de

19e eeuw reeds uit bos. Dit bos zal naar

verwachting een ander uiterlijk hebben gehad

dan bossen van vandaag de dag. Bossen

werden sinds de middeleeuwen intensief

gebruikt door de omringende bevolking. Ook

in bosgebied werd vee geweid, terwijl het hout

geoogst werd voor de bouw van huizen, het

maken van werktuigen en voor verwarming

van de huizen. Zo ontstonden veelal

hakhoutbossen, in tegenstelling tot de huidige,

hoog opgaande bossen. Sommige bossen

waren echter afgesloten voor gebruik door

omwonende boeren. Deze bossen werden

uitsluitend gebruikt voor de jacht door

adellijke families. Voor de locatie van Beekse

Bergen zijn helaas geen bronnen bekend die

ingaan op het bosgebruik.

Page 13: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

13

De omgeving van Beekse Bergen: 1899

en 1938

Begin 20e eeuw is het landgebruik van het

huidige recreatiepark De Beekse Bergen

drastisch veranderd. Het westelijk deel is voor

een groot deel beplant met (jong) naaldbos en

ook in het westelijk deel is de oppervlakte bos

toegenomen. In de omgeving is wel nog heide

aanwezig, namelijk de Breeheesche Heide.

Bebossing van heide vond in Nederland aan

het begin van de 19e eeuw op veel locaties

plaats. Enerzijds was het een manier om

werkloze arbeiders werk te verschaffen,

anderzijds konden rechte boomstammen,

door opkomst van de mijnindustrie, geld

opbrengen als mijnstutten.

Bovendien verloor de heide aan het begin van

de 20e eeuw deels zijn waarde voor boeren,

doordat het potstalsysteem niet langer

noodzakelijk was voor bemesting van de

akkers daar kunstmest zijn intrede deed.

In 1950 werd gestart met het uitgraven van

de zandwinningsplas aan de huidige N269.

Het zand werd onder andere gebruikt voor de

aanleg van rijkswegen, woonwijken en

industrieterreinen. In 1964 startten de

gemeenten Tilburg en Hilvarenbeek

gezamenlijk met de exploitatie van

‘Recreatieoord Ontspanningsparadijs Beekse

Bergen’.

Voor het beschermen van archeologische

waarden is een archeologisch bureau-

onderzoek uitgevoerd. Aanbeveling in dit

rapport was aanvullend onderzoek te

verrichten door middel van boringen. Echter

binnen het plangebied zal een inventariserend

veldonderzoek in de vorm van boringen

waarschijnlijk geen duidelijkheid verschaffen

over mogelijke archeologische waarden die

verstoord zouden kunnen worden bij plan-

ontwikkeling.

Booronderzoek zal bijdragen aan de kennis

over het wel of niet intact aanwezig zijn van

het potentieel archeologisch niveau in de top

van het pleistoceen pakket dat wordt afgedekt

door het holocene stuifzand. Dit niveau,

verwacht op een diepte van 40 tot 50

centimeter beneden maaiveld, zal in de

profielen kunnen worden herkend aan een

oud podzolprofiel. Een inventariserend

veldonderzoek in de vorm van boringen zal

een vervolg dienen te krijgen in de vorm van

een inventariserend veldonderzoek in de vorm

van proefsleuven. Omdat een definitieve

stedenbouwkundige en civieltechnische

uitwerking van het Safari Resort nog niet

beschikbaar is, is het niet mogelijk prospectief

proefsleufonderzoek uit te voeren op enkel die

locaties waarvan verwacht wordt dat een

mogelijk archeologisch niveau zal worden

geroerd.

Indien het reeds verstoorde deel van het

plangebied in ogenschouw wordt genomen,

blijft nog altijd circa 35 hectare over die

middels proefsleufonderzoek zal moeten

worden onderzocht op de aan- of afwezigheid

van archeologische waarden. Een uiterst

kostbaar onderzoek waarbij al op voorhand

bekend is dat niet kan worden gegarandeerd

dat tijdens de uitvoering van het werk toch

archeologische waarden in het gedrang

komen.

Page 14: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

14

Beekse Bergen draagt met dit project bij aan

educatie omtrent bescherming van

bedreigde diersoorten. Dit programma, zoals

dit al bekend is van het Safaripark, zal

worden uitgebreid. Daarnaast zal sprake zijn

van een groter aantal dieren waardoor meer

dierverzorging nodig is. Dit biedt extra

kansen voor onder andere stagiairs en

onderzoekers. De educatie zal worden

uitgebreid met de thema’s “Leefwijzen in

Afrika” en “Duurzaamheid”.

Het Safaripark biedt aan diverse

Universiteiten (Wageningen, Utrecht,

Amsterdam, Zürich) en Hogescholen (Den

Bosch, Leeuwarden) een podium voor

research en biedt stageplaatsen aan

voornoemde (inter)nationale opleidingen en

nationale VMBO’s (o.a. Helcon Velp) in het

kader van dierverzorging, groenverzorging

en veterinaire opleidingen etc.

Opnames van het programma “Komt een

aap bij de dokter”

Page 15: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

15

De uitbreiding met het SafariResort, maar

ook het voornemen tot het behalen van het

Green Key certificaat, is aanleiding geweest

de communicatie met de omwonenden

(weer) op te pakken. De contacten met

omwonenden waren voornamelijk op

individuele basis.

Voor de bouw van het SafariResort en alle

daaraan voorgaande procedures worden

omwonenden geïnformeerd over de stand

van zaken. Dit zal onder andere plaats

vinden door middel van informatie-

bijeenkomsten en een projectwebsite (zie

ook Voorraad Participatie).

Beekse Bergen heeft het begrip

omwonenden ruim geïnterpreteerd. Voor

deze gelegenheden worden circa 50

adressen aangeschreven en/of digitaal van

informatie voorzien.

Met ingang van 2010 worden de

omwonenden minimaal eenmaal per jaar

uitgenodigd en bijgepraat over de

ontwikkelingen op Beekse Bergen. Dit kan

bijvoorbeeld ook bestaan uit een kijkje

achter de schermen van een evenement.

De mensen die werken in de omgeving van

Beekse Bergen (met name agrariërs) maken

hoofdzakelijk vanwege hun beroep deel uit

van de groep omwonenden.

Page 16: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

16

Verkeer

Om de verkeersafwikkeling te optimaliseren

en overlast voor omwonenden zo veel

mogelijk te beperken zal de routing en

bewegwijzering van Beekse Bergen

verbeterd worden.

Het SafariResort zal, in tegenstelling tot de

huidige SafariCamp, niet meer worden

ontsloten via de Kommerstraat, maar direct

op de Tilburgseweg. Deze weg is ingericht

als erftoegangsweg buiten de bebouwde

kom met een snelheidsregime van 60 km/h.

Omdat het een belangrijke fietsverbinding

tussen Tilburg en Hilvarenbeek is, is een

éénzijdig in twee richtingen te berijden

fietspad aanwezig.

De inrichting en functie van de weg is

geschikt voor het veilig afwikkelen van de

berekende hoeveelheid verkeer. Naar

verwachting maken in de toekomst circa

3.700 motorvoertuigen per etmaal gebruik

van de Tilburgseweg. Op basis van huidige

inrichting en functie van de weg kan een

dergelijke weg tussen 5.000 en 6.000

motorvoertuigen per etmaal afwikkelen.

Voor de fietsers ontstaan geen

verkeersonveilige situaties, omdat deze

gebruik maken van een vrij liggend fietspad.

De overige voorzieningen van Beekse Bergen

worden afgewikkeld via de Ambrosiusweg. Dit

betekent dat de uitrit van het Safaripark aan

de Tilburgseweg slechts op topdagen als

uitgang wordt gebruikt, maar dat bezoekers

dezelfde route voor de ingang en de uitgang

dienen te gebruiken. Door herinrichting van

het parkeerterrein is dit te realiseren. De

wijziging van deze structuur betekent dat alle

verkeer van Safaripark, Speelland,

Vakantieland en Discovery Valley worden

afgewikkeld via de Ambrosiusweg. Daardoor

zal de hoeveelheid verkeer hier toenemen, ten

gunste van de Tilburgseweg.

Op de Ambrosiusweg zal het verkeer

toenemen tot circa 2.800 motorvoertuig-

bewegingen per etmaal. Ten opzichte van de

huidige situatie is dit een duidelijke toename.

Deze weg heeft echter primair als functie om

het verkeer van en naar De Beekse Bergen af

te wikkelen en is hier ook voor geschikt. Om

conflicten tussen verkeer van en naar

Speelland, Vakantieland en Discovery Valley

en verkeer van en naar het Safaripark zo veel

mogelijk te beperken zijn mogelijk

kleinschalige voorzieningen voor

overstekende voetgangers wenselijk ter

hoogte van de hoofdingang bij Speelland.

Grootschalige maatregelen zijn echter niet te

verwachten.

Om er voor te zorgen dat de bezoekers van De

Beekse Bergen de juiste voorziening via de

juiste route kunnen bereiken, is het wenselijk

en noodzakelijk om de bewegwijzering aan te

passen. Dit geldt met name voor de

bewegwijzering ter hoogte van de afrit N269

met de kruising met de Tilburgseweg.

De huidige bewegwijzering is hier erg

onduidelijk. Om het verkeer op een betere

manier naar de voorzieningen te leiden,

wordt voorgesteld de bewegwijzering ter

plaatse van de afrit N269 – Tilburgseweg aan

te passen. Door een duidelijke bewegwijzering

wordt de aanrijroute verbeterd. Een

koppeling met aanpassing van routes die in

navigatiesystemen zijn opgenomen, kan het

gebruik van de juiste routing optimaliseren.

Page 17: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

17

Parkeren

Het parkeren van de recreatiewoningen van

het SafariResort is volledig opgenomen in

het stedenbouwkundig ontwerp. Hierbij is

als uitgangspunt gehanteerd dat parkeren bij

iedere vakantiewoning afzonderlijk wordt

opgelost. In het park zijn nog enkele kleinere

parkeerterreinen aanwezig om

bezoekersparkeren in het plan te kunnen

oplossen. Er wordt niet voorzien in één

groot parkeerterrein voor alle bezoekers van

de recreatiewoningen.

Terreinbeveiliging/Dierbeveiliging

Het terrein van het SafariResort zal volledig

worden afgezet met hekwerk. Dit is niet

alleen noodzakelijk vanuit het oogpunt van

terreinbeveiliging, maar ook vanuit het feit

dat wilde dieren relatief vrij rondlopen op

de savanne binnen het SafariResort.

Ondanks dat een ontsnapping hoogst

onwaarschijnlijk wordt geacht is het

noodzakelijk deze maatregel te treffen. De

dieren worden op een natuurlijke wijze

afgeschermd van de bezoekers door middel

van een greppel die is bekleed met

(stort)steen, een onneembare horde voor de

aanwezige dieren.

Het volledig omheinen van het terrein heeft

ook als voordeel dat bezoekers niet

eenvoudig de zuidelijk van het SafariResort

gelegen EcoZone (onderdeel van de EHS)

betreden.

De woningen op het SafariResort worden

voorzien van kaartsloten waardoor het niet

meer noodzakelijk is bij een receptie aan te

melden. De aanwezigheid wordt onder meer

gecontroleerd aan de hand van kentekens.

De combinatie van kaartsloten en een

centrale bedrijfsmatige exploitatie voorkomt

tevens permanente bewoning van het

SafariResort.

Impressie afscheiding savanne

Page 18: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

18

De woningen voor het SafariResort worden

gebouwd volgens een houtskeletbouw

methode. Deze methode garandeert een

lichte bouwwijze gecombineerd met

uitstekende isolatiewaarden. Het gebruikte

hout zal voldoen aan de FSC-criteria. De

buitenafwerking van de woningen zal met

name bestaan uit stuc afwerking met

houtachtige materialen.

De binnenafwerking bestaat uit materialen

die gebruikelijk verwerkt worden in

recreatiewoningen. Bij de keuze van de

materialen gaat hier met name om

bestendigheid tegen veelvuldig gebruik,

mogelijkheden tot schoonmaak etc.

De voorzieningen op het park zullen

uitsluitend toegankelijk zijn voor de

huurders op het SafariResort.

Voorbeelden van de stijl van woningen

voor het SafariResort

Page 19: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

19

In het kader van het MER heeft een

screening van de rapporten van de op

Beekse Bergen uitgevoerde bodem-

onderzoeken plaatsgevonden en is een

historisch bodemonderzoek uitgevoerd.

Binnen het plangebied zijn geen potentiële

verontreinigingsbronnen aanwezig die

aanleiding geven tot een (nader) bodem-

onderzoek.

Om eventuele uitloging van metalen (en

overige stoffen) naar de bodem te

voorkomen zal voor de bouw gebruik

gemaakt worden van niet uitlogbare of

natuurlijke bouwmaterialen.

Bouwmaterialen die gebruikt worden voor

de aanleg van wegen, voetpaden etc. zijn

gecertificeerd volgens het Bouwstoffen-

besluit wat garandeert dat verontreiniging

van grond en grondwater uitgesloten is.

Overigens zullen, evenals nu het geval is,

behoudens enige vermesting (savanne) geen

potentieel bodembedreigende activiteiten op

het terrein plaatsvinden.

De grond die vrijkomt bij de noodzakelijke

graafwerkzaamheden, zal binnen het

plangebied worden verwerkt. Afvoer van

grond zal niet plaatsvinden. Wel zal aanvoer

van zand noodzakelijk zijn, aangezien de

ontgraven grond niet geschikt is om te

dienen als zandbed voor wegen en

parkeerplaatsen.

Ten behoeve van de uitbreiding is op het

gedeelte waar de eerste fase van het

SafariResort gepland is een verkennend

bodemonderzoek uitgevoerd. Uit dit

onderzoek bleek dat de grond tot 2 meter

diepte niet verontreinigd is. Het ondiepe

grondwater blijkt verontreinigd te zijn met

(zware) metalen zoals cadmium en zink, een

vaak voorkomend verschijnsel in bosgebieden

met vrijwel uitsluitend naaldhout. Ook

uitstoot vanuit de industrie kan hier debet

aan zijn.

Aanvullend grondwateronderzoek heeft

uitgewezen dat de voornoemde

verontreiniging vrijwel in het gehele

uitbreidingsgebied (en zelfs totaal Beekse

Bergen) voorkomt. Door de grote diepte

waarop het grondwater aanwezig is bestaan

er geen risico’s voor de volksgezondheid.

Bodemprofiel tpv SafariResort

Page 20: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

20

Door de grootschalige aanwezigheid van

open water binnen het plangebied, zal

(hemel)water afkomstig van wegen, daken

en overig verhard oppervlak zoveel mogelijk

oppervlakkig worden afgevoerd naar

transportgreppels langs de wegen. Via dit

greppelsysteem zal hemelwater vervolgens

worden getransporteerd richting het

oppervlaktewater van het safaripark.

Doordat tijdens transport (hemel)water

geheel of deels via de bodem en/of taluds

van de greppels in de bodem infiltreert, zal

niet al het afvloeiende hemelwater tot afvoer

komen in het oppervlaktewater. Een deel

van de verharding, waaronder terrassen en

paden nabij woningen, zal vrij afwateren

richting maaiveld en aldaar ter plaatse

infiltreren.

Voor de te gebruiken materialen wordt

verwezen naar de Voorraad Bodem.

Ten behoeve van het SafariResort zal geen

grondwateronttrekking plaatsvinden. Het

resulterende effect van de ontwikkeling is

dat de grondwateraanvulling, door een

verminderde verdamping uit de bossen, in

het grootste deel van het plangebied

toeneemt. Uit een vergelijking van de

berekende grondwaterstanden tussen

huidige en toekomstige situatie blijkt dat

binnen het plangebied hierdoor de

grondwaterstand in het algemeen minder

dan 5 cm verandert. Lokaal is sprake van

veranderingen tussen 5 en 10 cm (verhoging

of verlaging). Buiten het plangebied zijn de

effecten overal niet significant: de

veranderingen zijn altijd minder dan 5 cm.

Gemiddeld hoogste grondwaterstand na

realisatie

Page 21: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

21

De natuurlijke situatie vormt het

uitgangspunt bij de ontwikkeling van het

vakantiepark. Het gaat hierbij niet alleen om

bestaand groen, maar (vooral) ook om het

respecteren en benutten van het aanwezige

reliëf. Hiermee wordt de bestaande toestand

zo min mogelijk verstoord.

Het behoud van waardevolle, karakteristieke

elementen draagt bij aan de natuurwaarden

binnen het vakantiepark. Voor verschillende

(dier) soorten zal de planlocatie na realisatie

van het vakantiepark, door de hoge

gebruiksintensiteit, geen optimaal leefgebied

meer bieden (het is dan ook geen

natuurgebied). Wel biedt het behoud van

onder andere bomen en het ontwikkelen van

nieuw groenstructuren ruimte aan onder

andere vogels en kleine zoogdieren. Voor

andere (dier)soorten zal het leefgebied er

zelfs op vooruitgaan omdat de variatie

binnen het terrein groter wordt (open-

besloten, bomen-heesters-kruidlaag, etc.).

Het aspect beleving vormt naast het

natuurbehoud een belangrijke motivatie om

karakteristieke elementen binnen het

plangebied te behouden. Een weg die

bijvoorbeeld op natuurlijke wijze rond

bestaande elementen slingert, vergroot de

belevings-/attractiewaarde binnen het park.

Door het sparen van groen ontstaat meteen

een hoogwaardig en voor de recreant

aantrekkelijk vakantiepark.

Het concept-stedenbouwkundig ontwerp

(zie hoofdstuk 3) is hierbij niet statisch,

maar zal waar mogelijk aan de aanwezige

kenmerken/kwaliteiten aangepast worden.

Wegen worden daar waar nodig (en

mogelijk) verlegd; lodges worden qua

situering aangepast, niet alleen de oriëntatie

ervan, maar bijvoorbeeld ook het bouwpeil.

Hierbij zal het nodig zijn dat op sommige

plaatsen minder lodges gebouwd worden,

terwijl elders een verdichting kan

plaatsvinden.

Bij de inpassing in de omgeving is het

ontbreken van een harde grens tussen park

en omgeving van groot belang. De omgeving

dient als het ware binnen het park door te

lopen. Ook met de nieuwe inrichting wordt

zoveel mogelijk rekening gehouden met de

omgeving. Dit komt tot uitdrukking in de

beplanting, materiaalgebruik, maar ook

architectuur van de lodges.

Een belangrijk aspect van inpassing in de

omgeving wordt gevormd door

zichtbaarheid. De zichtbaarheid van de

uitbreiding dient beperkt te blijven tot

groene elementen. De gekozen planopzet,

alsmede de ligging in een bestaand bos,

zorgen ervoor dat het park van buiten

nauwelijks zichtbaar is.

Naar de randen toe wordt vooral gebruik

gemaakt van inheemse, streekeigen

beplanting, die reeds (deels) voorkomt in het

aangrenzende bos, gemengd met (een

beperkt aandeel) safaribeplanting.

Meer naar de kern van het park worden

soorten toegevoegd die het karakter van het

safaripark ondersteunen en bovendien een

grotere (recreatieve) sierwaarde hebben.

Voorbeelden hiervan zijn ginkgo, acacia,

siergrassen en bamboe. De nieuwe

beplanting heeft tot doel het park de

gewenste sfeer te geven en tevens voldoende

privacy tussen de afzonderlijke lodges en

deelgebieden te creëren. Tussen de

afzonderlijke deelgebieden (clusters/ hofjes

van lodges) worden brede groenstructuren

gerealiseerd, zodat een sterke groene

beleving ontstaat. Tussen de individuele

lodges zal daarnaast afschermde beplanting

geplaatst worden. Door het behoud van

bestaande bomen en door de nieuwe

beplanting ontstaat een duurzame

groenstructuur, waarmee het park

verankerd wordt in de omgeving en hier

naadloos op aansluit.

Een vakantiepark kent een heel ander

gebruik dan het aanwezige bos. De

verstoring op de omgeving zal daarmee

toenemen. Naast een visuele inpassing,

vormt het beperken van de verstoring op de

omgeving een belangrijk aspect binnen de

landschappelijke inpassing. Het beperken

van de verstoring wordt met de volgende

maatregelen nagestreefd:

Page 22: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

22

- Zone vrij van bebouwing: een ruime,

groene zone aan de buitenzijde van het

park voorkomt niet alleen de

zichtbaarheid ervan, maar zorgt tevens

voor een niet of nauwelijks gebruikt

gebied. Binnen dit gebied overheerst de

rust, waardoor uitstraling van

bijvoorbeeld geluid beperkt wordt.

- Verlichting: verlichting binnen het park

is noodzakelijk in verband met de

veiligheid en de oriëntatie binnen het

park. Binnen het park wordt alleen op

strategische plaatsen functionele

verlichting gebruikt met een beperkte

uitstraling. In de randzones wordt geen

verlichting gebruikt. Op deze manier

wordt het natuurlijke (dagnacht) ritme

van dieren in de omgeving en van de

savannedieren zo min mogelijk

verstoord.

- Centrumvoorzieningen:

centrumvoorzieningen trekken veel

bezoekers aan en generen daarmee meer

verkeer en potentiële overlast. De

centrumvoorziening bevindt zich

centraal binnen het park, aan de

safarivlakte, ver buiten de randzones.

- Regenwater: de zanderige ondergrond

maakt een natuurlijk functionerend

watersysteem mogelijk. Hemelwater

wordt hierbij niet afgevoerd via de

riolering, maar kan terplekke infiltreren.

Het vakantiepark heeft hierdoor slechts

een geringe invloed op het natuurlijke

(grond)watersysteem. Het hemelwater

wordt afgekoppeld op greppels/

natuurlijk vormgegeven laagtes. Ook het

type verharding (deels gebakken

straatsteen) draagt bij aan de

infiltratiemogelijkheden. Het binnen het

park omvormen van het naaldbos tot een

meer gemengde beplanting draagt

eveneens bij aan een natuurlijker

watersysteem (beperking verdamping).

Diverse soorten toe te passen beplanting

Page 23: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

23

Luchtkwaliteit

Zowel in de huidige situatie als in de toekomstige

situatie met uitbreiding worden de grenswaarden

niet overschreden. Wel is er een beperkte

toename voor stikstofdioxide, van 34 tot 37

µg/m3. De meest negatieve waarden worden

gevonden in het noordelijk deel van Beekse

Bergen, het dichtst bij de snelweg A58. Op de

overige punten zijn de concentraties nog sterk

lager en komen deze niet in de buurt van de

grenswaarden.

De grenswaarden uit de Wet milieubeheer

worden in de huidige situatie, de autonome

situatie en bij de situatie met uitbreiding niet

overschreden. De berekende concentraties NO2

en PM10 langs de onderzochte wegen liggen in

alle gevallen ruim onder de wettelijke

grenswaarden. In de toekomst zullen deze

waarden dalen onder mee door vervanging en

verbetering van het Nederlandse wagenpark.

In Nederland zijn de stoffen NO2 en PM10

maatgevend bij de toetsing aan de wettelijke

grenswaarden. Overschrijdingen van de andere

stoffen (zwaveldioxide, lood, benzeen

koolmonoxide) komen in Nederland nagenoeg

niet meer voor. Gezien de geconstateerde ruime

onderschrijdingen van de grenswaarden voor

NO2 en PM10 zal er geen sprake zijn van

overschrijding van de grenswaarden van de

andere stoffen.

Op basis van de toetsingscriteria uit de Wet

milieubeheer kan ten aanzien van de lokale

luchtkwaliteit worden geconstateerd dat in de

huidige en toekomstige situatie mét uitbreiding

geen grenswaarden overschreden worden.

Hiermee vormt de lokale luchtkwaliteit geen

belemmering voor de aanleg van het SafariResort,

maar heeft het ook geen significante invloed op

de omgeving.

Geluidshinder

Er zijn akoestische berekeningen uitgevoerd voor

het jaar 2020 inclusief uitbreiding en vergeleken

met de situatie (2010). Het aantal geluidbelaste

woningen boven de 48 dB in de situatie 2020 met

uitbreiding blijft gelijk ten opzichte van de

autonome situatie. Er is wel een verschuiving in

toename van twee woningen in de klasse 53-58

dB en twee woningen in de klasse 63-68 dB ten

opzichte van de huidige situatie.

Aan de hand van de berekening van de gevel-

belasting blijkt dat de N269 voor de meeste

woningen de maatgevende bron is. Uit de

berekeningen blijkt dat bij twee locaties de

geluidbelasting door de uitbreiding van het park

noemenswaardig zal toenemen ten opzichte van

de autonome situatie. De eerste locatie is gelegen

aan de Ambrosiusweg waar een toename van de

geluidbelasting door verkeerslawaai van de

Ambrosiusweg is vastgesteld van 1,6 dB. Wordt

de invloed van de N269 meegewogen dan is de

toename 1 dB. Aan de Kommerstraat neemt de

geluidbelasting door verkeerslawaai van de

Kommerstraat toe met 5,9 dB. Wordt de toename

van de andere wegen meegenomen dan is de

toename 3,4 dB. Bij de overige waarneempunten

neemt de geluidbelasting niet noemenswaardig

toe (minder dan 1 dB), de toename bedraagt circa

0,4 dB. Voor bovenstaande locaties worden

maatregelen genomen.

Op de Ambrosiusweg zal de snelheid verlaagd

naar 60 km/u. De ontsluiting van het SafariResort

zal niet meer plaatsvinden via de Kommerstraat

maar direct op de Tilburgseweg. Dit verminderd

tevens de geluidsbelasting op de EHS.

De oppervlakte geluidbelast EHS buiten het

plangebied en binnen de 40 dB(A) geluidscontour

bedraagt in de situatie 2020 mét uitbreiding 68

hectare. Dit is ten opzichte van de autonome

situatie een toename van 4 hectare (6,3%). De

oppervlakte geluidbelast EHS buiten het

plangebied bedraagt in de situatie 2020 met

uitbreiding 79 hectare. Dit is een toename van 3

hectare (3,9%) ten opzichte van de autonome

situatie. Hierbij is ervan uitgegaan dat de EHS

begrenzing binnen het plangebied voor de

verschillende situaties hetzelfde blijft.

De 40 dB(A) geluidcontour in de situatie mét

uitbreiding in 2020 valt niet binnen het

stiltegebied De Utrecht.

Page 24: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

24

Geurhinder

In de directe omgeving van de beoogde uit-

breidingslocatie van de Beekse Bergen zijn diverse,

met name agrarische, bedrijven gelegen. Van de

omliggende agrarische bedrijven zijn de naar

verwachting meest maatgevende bedrijven

geselecteerd. Van de bedrijven is vastgesteld dat de

vergunde geuremissie geen overschrijding van de

geurnormen ter plaatse van de uitbreiding

veroorzaakt. Ook valt de uitbreiding niet binnen de

omgekeerde werking contouren van de bedrijven.

Hiermee vormt de voorgrondbelasting ten aanzien

van de geuremissie van veehouderijen dan ook

geen belemmering voor de realisatie van de

uitbreiding.

Daarnaast is ook de achtergrondbelasting ter

hoogte van de uitbreiding beschouwd. De

achtergrondbelasting is de cumulatieve

geurhinder door alle veehouderijen in de omgeving

op het plangebied. De achtergrondbelasting vormt

een maatstaf voor de leefkwaliteit in het

plangebied.

Bepaald is dat de leefkwaliteit, op basis van de

vergunde geuremissie vanuit de omliggende

veehouderijen, in het plangebied zeer goed tot

goed is.

Hiermee vormt ook de achtergrondbelasting geen

belemmering voor de realisatie van de uitbreiding.

Uit bovenstaande volgt dat de geurbelasting vanuit

veehouderijen geen belemmering vormt voor de

realisatie van de uitbreiding van de Beekse Bergen

met een aantal recreatiewoningen.

Achtergrondbelasting geur

Page 25: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

25

Biodiversiteit, huidige situatie

Gedurende diverse seizoenen in 2008 is flora- en

faunaonderzoek verricht in het gehele

recreatiepark Beekse Bergen, inclusief de

uitbreidingslocatie en de ecologische zone. Uit de

uitgevoerde inventarisaties is gebleken dat

binnen het recreatiepark diverse beschermde

en/of zeldzame planten- en diersoorten

voorkomen. Bijzondere planten en dieren zijn

veelal gevonden in de nabijheid van water binnen

het recreatiepark (zowel de zandwinningplas als

de aanwezige vennen). In de uitbreidingslocatie

en de ecologische zone is de soortenrijkdom

beduidend lager. Beschermde of bijzondere

plantensoorten zijn hier in het geheel niet

aangetroffen.

De variatie in ruimte en tijd van soorten en

levensgemeenschappen wordt ook wel

biodiversiteit genoemd. De soortendiversiteit van

het bos in het plangebied is laag. Zowel de

verschillende vegetatielagen boven elkaar

(verticale structuur) alsmede de ruimtelijke

afwisseling van verschillende ontwikkelingsfasen

van het bos (horizontale structuur) zijn slecht

ontwikkeld. Variatie in bosontwikkelingsfasen

komt nauwelijks voor. Terwijl opstanden in een

dergelijke fase van de bosontwikkeling een goede

ontwikkelde dichte struiklaag zouden moeten

hebben. Daarnaast komen er in de boom- en

struiklaag exoten voor, waaronder Amerikaanse

eik en Amerikaanse vogelkers. Voorts bevatten

alle opstanden geen of weinig staand en liggend

dood hout, terwijl de biodiversiteit van bossen

voor een groot deel afhankelijk is van de

aanwezigheid van voldoende dood hout. Dood

hout is van belang voor insectensoorten,

holenbroeders, vleermuizen, mossen en

paddenstoelensoorten.

Wel is een aantal beschermde diersoorten

aangetroffen in deze gebieden. Hierbij gaat het

met name om vogels. Typische bosbewonende

soorten, zoals bosuil, ransuil, sperwer en grote

bonte specht zijn als broedvogel aangetroffen in

de uitbreidingslocatie, dan wel de ecologische

zone.

Daarnaast zijn binnen de uitbreidingslocatie en

de ecologische zone foeragerende en baltsende

gewone dwergvleermuizen waargenomen. Vaste

verblijfplaatsen van deze (gebouwen

bewonende) soort zijn binnen het bosgebied niet

aanwezig. De kolonie verblijft in de

Ambrosiushoeve, die ten noordoosten van de

Beekse Bergen gelegen is. Tenslotte komen

binnen Beekse Bergen en het bosgebied ook

diverse grondgebonden zoogdieren voor. Het

betreft hier voornamelijk algemeen

voorkomende soorten, zoals konijnen, vossen,

egels en diverse soorten muizen. Binnen de

uitbreidingslocatie en de ecologische zone komt

echter ook een aantal nesten van de eekhoorn

voor, wat duidt op de aanwezigheid van één

paartje.

Eekhoorns zijn matig streng beschermd door de

Flora- en faunawet, wat betekent dat bij

ruimtelijke ontwikkelingen een ontheffing van de

Flora- en faunawet noodzakelijk is wanneer de

soort negatieve effecten ondervindt. Binnen het

bosgebied is momenteel slechts één paartje

aanwezig daar de kwaliteit niet optimaal is voor

eekhoorns. Het beschikbare voedsel voor de

eekhoorn binnen het bosgebied bestaat namelijk

vrijwel geheel uit dennenappels (naast insecten,

paddenstoelen e.d.), aangezien de loofbomen die

in de verjonging aanwezig zijn, nog te jong zijn

voor een optimale productie van noten en zaden.

Een menging van naaldhout en loofhout zal een

meer geschikt leefgebied voor eekhoorns

vormen.

Biodiversiteit, toekomstige situatie

De toekomstige situatie ter plaatse van het

SafariResort is beschreven onder de Voorraad

Landschap. Een groot gedeelte van de opstand

met naaldbomen zal hier verwijderd worden

waardoor een meer open gebied met variatie in

biotopen zal ontstaan. Of bijvoorbeeld rode lijst

soorten zich hier zullen vestigen zoals elders op

Beekse Bergen is niet te voorzien, maar wordt op

basis van de flora- en fauna inventarisaties wel

verwacht. Het tempo is naar verwachting laag.

In de toekomst zal het bos in de bestaan uit een

variatie aan bosontwikkelingsfasen en bosranden

met een goed ontwikkelde zoom-mantel

vegetatie. Wanneer er van west naar oost door

het bos wordt gelopen komt men alle fasen van

bosontwikkeling tegen met verjonging van ruwe

berk, inlandse eik en plaatselijk Amerikaanse eik.

Hier omheen, naar de randen van de dichtere

bosopstanden toe, staat een goed ontwikkelde

zoom-mantel vegetatie van struiken als lijsterbes,

vuilboom en hulst en verjonging van ruwe berk

en inlandse eik. Deze bosranden lopen geleidelijk

over in de oudere bosopstanden van grove den,

ruwe berk en Inlandse eik met plaatselijk

Page 26: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

26

verjonging van ruwe berk, inlandse eik en grove

den. In deze oudere bosopstanden komt hier en

daar staand en liggend dood hout voor met een

diameter van meer dan 30 cm. Op de langere

termijn zijn soorten van latere successiestadia te

verwachten zoals beuk. De bestaande opstanden

met Grove den als hoofdboomsoort worden

geleidelijk omgevormd naar een gemengd loof-

naaldbos met een groter aandeel van Ruwe berk

en Inlandse eik. De monotone opstanden in de

stakenfase of jonge boomfase van Corsicaanse

den en Grove den worden structuurrijker

gemaakt met inbreng van inheemse soorten. Van

west naar oost zullen in het projectgebied op

zulke wijze verjongingsgaten worden gemaakt,

opdat alle bosontwikkelingsfasen

vertegenwoordig zullen zijn. De randen van

dergelijke verjongingsgaten bestaan uit een

zoom-mantel vegetatie. Het bos rondom de

verjongingsgaten wordt ontwikkeld tot een ouder

bos, met plaatselijke verjongingsgaten. Om goed

ontwikkelde bosranden te creëren worden deze

ingeplant met bosrandsoorten als kamperfoelie,

hondsroos en hazelaar.

Door het bos geleidelijk om te vormen naar een

bos met een betere verticale en horizontale

structuur en meer inheemse soorten, neemt de

soortenrijkdom toe. Het bos zal over een langere

termijn bestaan uit verschillende ontwikkelings-

fasen, afwisselend verspreid over het gebied.

Mede door de inbreng van inheemse soorten en

het ontwikkelen van een goede zoom-mantel

vegetatie rondom de verjongingsgaten ontstaan

er verschillen in vegetatiestructuur, microklimaat

en soortensamenstelling. Daarnaast zal de

hoeveelheid dood hout in de oudere opstanden

toenemen wat gunstig is voor met name

insectensoorten en allerlei schimmelsoorten.

Door het gevoerde beheer zal de inheemse

soortensamenstelling in korte tijd toenemen. Dit

geldt met name voor de meer open zone waar

verjongingsgaten en bosranden zorgen voor

nieuw biotoop. Op lange termijn zal in het ouder

wordende bos dankzij toename van dood hout en

oudere bomen de biodiversiteit sterk toenemen.

Gezien het feit dat er momenteel –m.u.v.

uitzondering van de rode bosmier- geen

zeldzame soorten flora en fauna in het gebied

voorkomen en de natuurlijke ontwikkeling haar

tijd nodig heeft, zal het aantal zeldzame soorten

slechts gestaag toenemen. Na een lange periode

van ongestoorde bosontwikkeling, wordt een

forse toename verwacht van soorten die

momenteel zeldzaam zijn. Op korte termijn zullen

ook al een aantal bijzondere soorten kunnen

profiteren van de effecten van het inleidend

beheer en vooral van de open corridor, bestaande

uit geschakelde open plekken. Van deze open

situatie zal naar verwachting de bosmier sterk

kunnen profiteren. Ook vleermuissoorten zijn

gebaat bij de open ruimte en het lijnvormige

karakter van de corridor. Bovendien kunnen de

interne bosranden die door de gekapte gaten

ontstaan leefruimte bieden aan vlinders en

andere insecten.

Page 27: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

27

Compensatie

Door de realisatie van de uitbreidingsplannen

van Beekse Bergen zal in totaal 22,4 ha EHS

verloren gaan. Het betreft daarbij bosgebied met

een gemiddelde leeftijd van circa 60 jaar. De

totale uitbreidings-/omvormingslocatie,

waarbinnen het vakantiepark gebouwd zal

worden, heeft een oppervlakte van 30,5 ha,

echter de percelen binnen het bestaande

SafariCamp maken geen onderdeel uit van de

EHS.

Voor het bepalen van de compensatieverplichting

is de Beleidsregel natuurcompensatie van de

Provincie Noord-Brabant geraadpleegd. Daarin

wordt allereerst gesteld dat compensatie plaats

dient te vinden buiten de EHS en bij voorkeur

binnen de GHS. Indien mogelijk, moet

compensatie plaatsvinden in de nabijheid van de

verloren gegaan EHS. In de figuur op de volgende

pagina treft u de voorlopige percelen aan die als

compensatielocaties zijn aangemerkt. Momenteel

is er een optimalisatie gaande om zoveel mogelijk

compensatie in de nabijheid van Beekse Bergen

plaatsvindt en daarmee de oost-west EHS

corridor versterkt wordt.

Met de provincie Noord-Brabant is

overeengekomen dat de compensatielocaties

onderdeel vormen van de planologische

procedure voor het inpassingsplan. Zo is er een

waarborg dat voldoende compensatie zal

plaatsvinden.

De uitbreiding van Beekse Bergen leidt tot

aantasting van bosgebied van circa 60 jaar oud.

Volgens de Beleidsregel dient in dat geval een

kwaliteitstoeslag van 2/3 toegepast te worden bij

het bepalen van de compensatieverplichting

(ontwikkelingstijd aangetaste natuur 25-100

jaar). Dat betekent dat in totaal 37,3 ha

compensatie plaats dient te vinden. Het

compensatieplan dient uiterlijk gelijktijdig met de

voltooiing van de aantastende ingreep gestart te

zijn.

Daarbij wordt als uitgangspunt gehanteerd dat

22,4 ha (het feitelijke verlies aan areaal) in de

nabijheid van Beekse Bergen zal worden

gecompenseerd en de overige 14,9 elders.

Los van de compensatieverplichting voor de EHS,

bestaat er ook een compensatieverplichting op

grond van de Boswet voor het Safari Resort:

gekapt bos dient gecompenseerd te worden door

bos van gelijke oppervlakte als het gekapte bos.

Voor de percelen die gelegen zijn binnen de EHS,

zal deze boscompensatie gecombineerd worden

met de compensatie van de EHS. Dit betekent dat

op minimaal 22,7 ha (oppervlakte gehele

uitbreidingslocatie) van de 37,3 ha EHS-

compensatie bos zal worden aangeplant.

Daarnaast zal echter enige boskap plaats moeten

vinden op het huidige terrein van het SafariCamp.

Deze boscompensatie kan niet gecombineerd

worden met de EHS-compensatie, zodat hiervoor

aanvullende hectaren gezocht moeten worden

om invulling te geven aan de compensatie. Dit

kan echter slechts worden bepaald na het (meer)

definitief worden van het stedenbouwkundig

plan.

Inrichting compensatiepercelen

In eerste instantie dient bij natuurcompen-

satie een zelfde natuurbeheertype nagestreefd

te worden als door de voorgenomen ingrepen

wordt aangetast. In het voorliggende geval

zou dat betekenen dat binnen de

compensatiepercelen droog bos met

productiefunctie nagestreefd zou moeten

worden. In beginsel zal hierop worden

ingezet, maar wanneer blijkt dat de

compensatiepercelen minder geschikt zijn

voor dit natuurbeheertype, of er kansen

bestaan voor de ontwikkeling van een ander

natuurbeheertype dat beter aansluit bij de

aanwezige natuurwaarden in de directe

omgeving, wordt aangeraden een ander

natuurbeheertype te kiezen. Zo zou

bijvoorbeeld gekozen kunnen worden voor

een ander bostype (geen productiefunctie, of

juist vochtig bos), of voor de ontwikkeling van

heidevegetatie wanneer dit een positief effect

heeft op aangrenzende of nabijgelegen

natuurgebieden.

Page 28: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

28

Compensatielocaties in de omgeving van

Beekse Bergen (voorlopig)

Page 29: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

29

Voor de berekening van het aantal nieuwe

arbeidsplaatsen als gevolg van de ontwikkeling

van het SafariResort is gebruikt gemaakt van het

Impactmodel Vrijetijdssector 1. Het Impactmodel

Vrijetijdssector is een rekenmodel waarmee het

economisch belang van de vrijetijdssector

eenvoudig kan worden uitgerekend in

bestedingen en werkgelegenheid.

Het Impactmodel Vrijetijdssector berekent op

basis van betrouwbare kerngetallen de

bestedingen in de vrijetijdssector dit met behulp

van aantallen overnachtingen en aantallen

dagbezoeken. Ook maakt het model inzichtelijk

hoeveel werkgelegenheid de vrijetijdssector in de

regio’s oplevert.

In het model wordt onderscheid gemaakt in

verblijfstoerisme (hotels, bungalowparken,

campings, groepsaccommodaties en jachthavens)

en dagtoerisme (attractieparken, cultuur,

wellness, zwembaden, evenementen,

oeverrecreatie, musea, etc.)

1 Het model is op initiatief van Gastvrij Nederland, RECRON, VVV

Nederland, HISWA Vereniging, Koninklijke Horeca Nederland en

Rabobank tot stand gekomen en ontwikkeld door ZKA Consultants &

Planners.

Uit het model blijkt dat het aantal directe

arbeidsplaatsen met 126 groeit naar 275 FTE

directe arbeidsplaatsen (dus + 126) en 125

indirecte arbeidsplaatsen (+75). De omzet groeit

van € 19 naar € 33 miljoen (dit is exclusief de

omzet die via de indirecte arbeidsplaatsen

gecreëerd wordt).

De aard van de arbeidsplaatsen als gevolg

van de ontwikkeling zal sterk variëren.

Gedacht moet worden aan horecapersoneel,

schoonmakers, dierverzorgers. Er wordt niet

verwacht dat extra managementfuncties

worden gecreëerd. De externe

werkgelegenheid zal voornamelijk bestaan

uit onderhoudswerkzaamheden, maar ook

kan gedacht worden aan webdesign en

andere ICT-services.

Page 30: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

30

Het SafariResort heeft door de omvang van

425 woningen en het creëren van circa 75

arbeidsplaatsen een duidelijke positieve

invloed op de economie in de omgeving (zie

5.3.1. Arbeid).

Door deze relatief grote groei van

werkgelegenheid biedt dit kansen voor

startende ondernemingen die zich met name

op onderhoudswerkzaamheden richten

anders dan schoonmaakactiviteiten (worden

veelal ondergebracht bij landelijk

opererende bedrijven).

Waar dit mogelijk is zal Libéma nieuw

startende ondernemingen ondersteunen.

Page 31: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

31

Woningen

De woningen voor het SafariResort worden

gebouwd volgens een houtskeletbouw

methode. Deze methode garandeert een

lichte bouwwijze gecombineerd met

uitstekende isolatiewaarden. Het gebruikte

hout zal voldoen aan de FSC-criteria. De

buitenafwerking van de woningen zal met

name bestaan uit stuc afwerking in

combinatie met houtachtige materialen. De

binnenafwerking bestaat uit materialen die

gebruikelijk verwerkt worden in

recreatiewoningen.

Houtskeletbouw

Energievoorziening

Voor de energievoorziening van Beekse

Bergen wordt momenteel gebruik gemaakt

van propaangas (verwarmingsdoeleinden)

en elektriciteit. Met de ontwikkeling van het

SafariResort is besloten onderzoek te doen

en uitvoering te geven aan een

energievoorziening die gebruik maakt van

hernieuwbare bronnen. Het onderzoek richt

zich op twee varianten, een houtgestookte

WKK en een warmtepompsysteem welke

gebruik maakt van het water in de grote plas

van Beekse Bergen. Een houtgestookte WKK

maakt gebruik van hakhout uit de omgeving

van Beekse Bergen en levert zowel warmte

als elektriciteit voor het SafariResort en

warmte voor het zwembad op Beekse

Bergen. Een dergelijke energievoorziening

kan als (nagenoeg) CO2 neutraal worden

beschouwd.

Bij gebruikmaking van een

warmtepompsysteem is elektriciteit nodig

voor het opwekken van warmte. Als

hiervoor groene elektriciteit wordt

ingekocht kan deze methode als CO2

neutraal worden beschouwd. De woningen

in het SafariResort worden op deze

methoden van verwarming cq

warmwatervoorziening aangepast.

Houtchunks

Grondbalans

Bij de voorgenomen ontwikkeling wordt in

principe uitgegaan van een gesloten grondbalans.

Bij de realisatie van het Safari Resort zal voor

diverse onderdelen grond ontgraven moeten

worden:

- Aanleg van riolering; hierbij komt niet alleen

bovengrond vrij, maar wordt ook ondergrond

ontgraven.

- Grondwerk ten behoeve van de bouw van de

Safari Lodges.

- Aanleg van wegen; hierbij zal naast

bovengrond ook ondergrond vrijkomen.

- Aanleg van voetpaden, parkeerplaatsen en

terrassen bij de lodges en de

parkvoorzieningen; hierbij zal naast

bovengrond ook ondergrond vrijkomen.

- Graven van de afwateringssloten.

- Graven van de (droge) greppels rondom het

savannegebied, om te voorkomen dat dieren

kunnen ontsnappen. Ook hier komt een

beperkte hoeveelheid leem vrij.

Daarnaast is ook grond nodig voor de aanleg van

een aantal onderdelen van het Safari Resort. Deze

onderdelen betreffen:

- Dichtmaken van de rioleringssleuven.

Aangezien een gedeelte van de ontgaven

grond bestaat uit leem en deze niet geschikt is

voor opvulling van de rioleringssleuven, dient

hiervoor extra zand aangevoerd te worden.

- Modelleren van de percelen, waar geen

verharding wordt aangebracht.

- Modelleren van de savannevlakte om een

enigszins ‘bolle’ vlakte te creëren.

Page 32: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

32

- Aanleggen van een geluidswal aan de

oostgrens van het plangebied om

geluidshinder vanaf de N269 te voorkomen.

In de geluidswal zal de vrijkomende klei

verwerkt worden.

Niet alle vrijkomende grond is geschikt voor de

ophoog- en aanvulwerkzaamheden binnen het

plangebied. Extra zand dient te worden

aangevoerd voor het grondwerk (zandbed) voor

de wegen en ten behoeve van voetpaden,

parkeerplaatsen en terrassen. In totaal zal circa

17.500 m³ extra zand aangevoerd moeten

worden. Afvoer van zand zal niet plaatsvinden,

daar al het vrijkomende zand kan worden

verwerkt in het savannegebied en in de groene

zone ten zuiden van het plangebied.

Page 33: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

33

Een belangrijk aspect is een centrale

bedrijfsmatige exploitatie. Dit voorkomt zaken als

permanente bewoning en zorgt voor een

professioneel beheer van de locatie.

Green Key

Libéma brengt het SafariResort onder het Green

Key keurmerk. Dit niveau garandeert dat de

exploitatie van het park op een milieuvriendelijke

wijze wordt uitgevoerd.

Dit betekent dat rekening zal worden gehouden

met diverse aspecten op het gebied van milieu en

duurzaamheid variërend van bouwmethode,

waterverbruik van kranen, onderhoud (bijv.

schilderen), scheiden van afval tot het verkopen

van bijvoorbeeld Fairtrade of biologische

voedingsmiddelen. Het SafariResort zal op het

niveau goud gecertificeerd worden (zie

http://www.kmvk.nl/cmslib/www.kmvk.nl/greenk

ey/files/Handleiding_Bungalowparken_Green_Key_

2009_-_2010_DEF.pdf).

Logo Green Key

Page 34: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

34

Om ervoor te zorgen dat medewerkers een

betere bijdrage kunnen leveren aan, bestaat

Libémacademy. Dat is het introductie- en

trainingsprogramma waarin op een

laagdrempelige wijze kennis gemaakt wordt

met Libéma.

Na het volgen van introductietrainingen

volgen er, afhankelijk van het functietype en

plaats in de organisatie, vervolgtrainingen.

Zo krijgen leidinggevenden een

kennismaking met de verschillende

stafafdelingen en een cursus

bedrijfseconomie.

Zo worden onder horecamedewerkers

verder getraind op hun horecavaardigheden

en medewerkers die administratieve

verantwoordelijkheden hebben volgen de

nodige ICT trainingen.

Kenmerkend voor Libémacademy is dat het

een programma is dat door eigen

medewerkers is ontwikkeld. Daarnaast

worden trainingen veelal door eigen

medewerkers gegeven, wat zorgt voor een

praktijkgerichte aanpak.

Voor het SafariResort kunnen de ervaring

tijdens de bouw, opstart en bedrijf gedeeld

worden omdat dit het eerste park van

Libéma is van een dergelijke omvang.

Page 35: toelichting PPPscan Safari Resort Beekse Bergen

Toelichting PPPscan SafariResort Beekse Bergen

35

Openbaar vervoer

Ter hoogte van de huidige uitgang van het

Safaripark zijn een instaphalte en een

uitstaphalte voor openbaar vervoer (lijnbus)

aanwezig op de Tilburgseweg. Deze halte is

volledig aangepast aan de laatste eisen

(verhoogde instap, toegankelijkheid

mindervaliden).

Auto

De auto vormt voor Beekse Bergen het

hoofdvervoermiddel en is inherent aan de

enigszins geïsoleerde ligging van het park,

maar ook door het veelvuldig gebruik van de

autosafari in het Safaripark.

De aanrijroute voor autoverkeer vanuit

zowel noordelijke als zuidelijke richting is de

provinciale weg N269 tussen Tilburg en

Hilvarenbeek. Vanaf de N269 kan men

gebruik maken van de toe- en afritten ter

hoogte van de Beekse Bergen. Deze toe- en

afritten zijn circa één kilometer zuidelijk van

de A58 gesitueerd en sluiten aan op de

Tilburgseweg, een gemeentelijke weg waar

een snelheid geldt van gedeeltelijk 60km. Na

realisatie van het SafariResort zal de

ontsluiting van het Safaripark volledig via de

Ambrosiusweg plaatsvinden. Het

SafariResort zal haar hoofdingang krijgen

aan de Tilburgseweg. Op het terrein van

Beekse Bergen is voor auto’s ruim voldoende

parkeergelegenheid. Uitzondering hierop

vormen evenementen waarbij tijdelijke

terreinen worden ingericht. Parkeren bij het

SafariResort zal bij de woningen

plaatsvinden.

Fiets

De Tilburgseweg is aan de westzijde

voorzien van een éénzijdig in twee

richtingen te berijden (vrijliggend) fietspad,

uitgevoerd in asfalt. Het fietspad vormt de

verbinding tussen Tilburg en Hilvarenbeek

met aansluiting op de Ambrosiusweg. Deze

aansluiting wordt veel gebruikt door fietsers

die Beekse Bergen bezoeken.

Huidige verkeersstromen auto

Interne vervoersbewegingen

Gasten van zowel Safaripark, Vakantiepark

(en in de toekomst SarafiResort) worden

zoveel mogelijk gestimuleerd gebruik te

maken van de diverse mogelijkheden die

geboden worden (treintje, boten, bussen).