The Project
-
Upload
koen-verheijden -
Category
Documents
-
view
218 -
download
5
description
Transcript of The Project
- 0 -
- 1 -
Koen Verheijden
17 jaar
Eerstejaars MBO-4
Lievelingseten:
zelfgemaakte pizza
"The Project is een project
van Marieke en mij, waar wij
zelf heel trots op zijn en ook
hard aan hebben gewerkt.
Alles is voor ons nieuw, dus
we hebben lekker van alles
uitgeprobeerd! Wij hopen op
goede reacties en veel fans:)
Veel lees plezier!!! "
Marieke Graumans
17 jaar
Eindexamenjaar VWO
Lievelingseten:
koude pastasalade
"Wat begon als een grapje
tussen Koen en mij, is een
prachtig project geworden!
De vergaderingen in het café
en de fotoshoot waren
gezellig, maar ik heb ook
genoten van het ploeteren op
mijn artikelen. Op naar The
Project 2!"
- 2 -
Met dank aan De artikelen en reportages in The Project zijn geschreven, geproduceerd, gefotogra-feerd, vormgegeven, etc. door Marieke Graumans en Koen Verheijden. Maar dit hadden zij niet gekund zonder de hulp van:
Juliet Graumans - Artikel 'Fotoshoot'
16 jaar
5-HAVO
"Ik heb een onzettende schoenentic!"
"Mijn droom is een gezin met vijf kindjes, een
baan als cardioloog en roze eend voor de deur."
"Mijn favoriete schoolvak is biologie."
"The Project is een waarvan ik zeker ben dat het
tot wat moois uitbloeit!"
Jet Haan - Artikel 'Een kunstenares in de dop'
17 jaar
6-VWO
"Tijdens wintersport viel ik op mijn snow-
boardleraar... letterlijk!"
"Ik kan heel gelukkig worden van fietsen zon-
der jas of mensen die naar me glimlachen."
"Ik laat mijn nagels altijd minstens een half uur
drogen, omdat ik er niet tegen kan als ze naar
een dag alweer lelijk zijn!"
Niets uit deze uitgave mag gekopieerd of gebruikt worden op wat voor wijze
dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de redactie, maar
aarzel vooral niet om deze uitgave via alle mogelijke media te verspreiden.
- 3 -
inhoud
Fotoshoot...
Digiverslaafd....
Sprookjes uitgelicht...
Kunstenares in de dop...
Sweet dreams...
Wees gewaarschuwd...
Ik ben Medea...
Hoezo mooi?!...
Vloek van de farao...
Prostitutie...
De kledingkast van...
Jeanne d'Arc...
Ravenmeisje...
A Happy End...
...pagina 4
...pagina 6
...pagina 8
...pagina 10
...pagina 13
...pagina 15
...pagina 17
...pagina 19
...pagina 21
...pagina 23
...pagina 25
...pagina 28
...pagina 30
...pagina 32
- 4 -
Fotoshoot
Een terugkomend onderdeel van The Project worden de fotoshoots. Foto's van
mensen, waar het niet draait om de verkoop van kleding of make-up, maar om de
persoon zelf. De eerste fotoshoot was in het thema van: portretten. Ons eerste
model is de Bredase Juliet. Wij zijn erg trots op het resultaat!
- 5 -
- 6 -
digiverslaafd
Het is je vast al een keer overkomen: je pc crasht. Wat eerst alleen een materieel
ongemak lijkt (je kunt niet meer downloaden of verslagen schrijven), blijkt al
snel een sociale ramp te zijn. Hoe beantwoord je nu bijvoorbeeld die hele
belangrijke krabbel van je bff-4evahh? En dat geldt zo'n beetje voor alle digitale
dingen... Je staat er mee op, en gaat er mee naar bed.
Door: Marieke Graumans
De wekker gaat… Je mobiel is het eerste
wat je ’s ochtends in je handen hebt,
aangezien daar je wekker op zit. Of je
gebruikt zo’n digitale wekker, voorzien
van radio en iPod-input, waardoor je je
dag met muziek kunt beginnen.
"Veel mensen verkiezen tegen-
woordig het priveleven van hun
vrienden boven het wereldnieuws. "
Je gaat naar beneden, zet een bak koffie
en pakt de krant… Of je pakt de laptop
en kijkt even op nu.nl! Je smartphone of
iPod is ook een handig medium om de
krantenkoppen te scannen. Veel men-
sen echter verkiezen tegenwoordig het
privéleven van hun vrienden boven het
wereldnieuws en beginnen de dag met
tien pagina’s facebookberichten. Hyves
kan ook, maar is dan weer wat minder
hip. Slechts een greep uit de interes-
sante ervaringen die facebookers met
hun friends willen delen:
fucking dronken @ Breda city
was leuk met jullie!!
je bent lief # hvj!
Je weet nu niet in welk café en met wie
facebooker 1 is, je weet niet wat er leuk
was volgens fb’er 2 en met wie het dan
zo leuk was, en je weet niet van wie je
laatste friend dan wel houdt… Kortom:
je houdt je op de vroege ochtend bezig
met volslagen oninteressante en ondui-
delijke mededelingen van mensen die je
vaak maar vaag kent.
Dat ga je lekker naar je werk. In de bus
check je in met je OV-chipkaart. Je kijkt
nog even snel op je smartphone of er
vertragingen zijn bij de NS en wat voor
weer het wordt: ach ja, je betaalt voor
het internet op je mobiel, dan moet je
het ook gebruiken! Het is een half
uurtje met de trein en gelukkig is er
tegenwoordig WiFi in de trein. Je hoeft
je dus niet te vervelen, maar pakt je lap-
top en gaat nuttige en vooral ook nut-
teloze dingen doen achter het apparaat.
"Voor het slapengaan heb je
tien oninteressante gesprekken met
verre kennissen op MSN. "
Na aankomst op je werk, kruip je weer
achter de computer en komt daar tot de
koffiepauze niet meer achter vandaan.
- 7 -
Je moet al die mailtjes lezen die iedereen
na zes uur gisterenavond heeft verzon-
den. Dan koffie uit de automaat, een lief
smsje naar je nieuwe vriendin en de
afspraken in de agenda van je smart-
phone doorlopen.
De rest van de dag vult zich met
verslagen uittypen, presentaties (met
beamer uiteraard) en de mailbox in de
gaten houden. Na zessen begint het di-
gitale riedeltje in het openbaar vervoer
weer en thuis plof je op de bank voor je
hypermoderne, ultradunne beeldbuis
met duizend kanalen, die je in tien mi-
nuten allemaal langs kunt laten flitsen.
Voor het slapengaan check je nog even
je privémail, heb je tien oninteressante
gesprekken met verre kennissen op
MSN (allemaal tegelijk!) en lees je de
nieuwste posts op Facebook.
Wat wil ik met deze opsomming van o
zo normale, dagelijkse handelingen dui-
delijk maken? Nou, hoe volslagen door-
gedraaid wij westerlingen zijn gewor-
den met onze apparatuur. Mensen ver-
kiezen een avondje achter de laptop of
X-Box boven een avondje uit met echte
vrienden. En als je dan toch wordt over-
gehaald mee te gaan, moet je Black-
Berry mee om iedereen te pingen of om
via Twitter en Facebook iedereen te
laten weten wat je doet. Iedere scheet
die je laat moet gemeld worden. We
zijn digiverslaafd. Alles moet sneller,
mooier, platter, kleiner en duurder! En
wanneer je het dan niet meer hebt, is
dat een grote ramp.
Stel het je eens voor dat alle digitale
dingen kapot zijn! ’s Ochtends blijkt dat
die nacht je mobiel om onverklaarbare
reden kapot is gegaan: je wekker gaat
niet af en je verslaapt je. Ook je laptop
is kapot, dus als je de deur uit gaat, heb
je geen benul van de actualiteiten,
aangezien je geen papieren kranten
meer hebt – dat abonnement heb je
allang opgezegd: het was toch maar
containervulling. Het computersysteem
in de bus is gecrasht, dus je moet een
kaartje kopen, ja, met géld, niet met een
pinpas! Je ondervindt pas op het perron
dat de trein verlaat is: je hebt het niet
op je smartphone kunnen checken en
de digitale borden in de stationshal
bleven uit. In de trein verveel je je: je
moet een half uur lang uit het raam
staren. En dan ben je op je werk: wat
nu? Je kunt niet mailen, niets uittypen,
de beamer gaat niet aan, je kunt
niemand bellen of sms’en, je hebt geen
agenda en zelfs de computergestuurde
koffieautomaat laat je in de steek. Je
gaat dus maar naar huis en gaat daar
voor je uit staren: wat moet je nu zon-
der computer en televisie?
" Mensen verkiezen een avondje
achter de laptop boven een
avondje uit met echte vrienden. "
Ons leven is digitaal. Het is handig,
maar tegelijkertijd verschrikkelijk.
Waar ben je als je mobiel wordt gesto-
len, je computer crasht of je mail-
account is gehackt? Je raakt in paniek!
Gelukkig is voor de meeste dingen een
oplossing en is veel vervangbaar, maar
het is en blijft een crime op het moment
dat je erachter komt dat je iets digitaals
‘kwijt’ bent. Waar is de tijd van de
potjes ‘mens-erger-je-niet’, paard-en-
wagens en typemachines gebleven?
- 8 -
Sprookjes uitgelicht
Roodkapje
Iedereen kent het welbekende sprookje Roodkapje wel. Het verhaal van het meis-
je met de rode cape en de grote, boze wolf. De bekendste versie van dit sprookje,
van Gebroeders Grimm, is ons met de paplepel ingegoten. Maar wat is de achter-
grond van dit beroemde sprookje?
Door: Koen Verheijden
Het verhaal
Op een dag vroeg de moeder van Roodkapje aan haar of ze naar haar zieke grootmoeder
wilde gaan om een mand vol lekkers te brengen. Roodkapje wilde dat graag doen; ze was
dol op haar grootmoeder. Dus ging ze op pad met een grote, rieten pand aan haar arm en
de woorden van haar moeder nog tussen haar oren: ‘Blijf altijd veilig op het pad.’
Afgeleid door de mooie bloemen, dwaalde Roodkapje van het pad af en kwam zij de Gro-
te Boze Wolf tegen. Ze maakten een praatje en zo kwam hij erachter dat zij op weg was
naar haar grootmoeder. Hij haastte zich naar grootmoeders huisje, at de oude vrouw op
en ging in haar pyjama in haar bed liggen. Toen Roodkapje binnenkwam, keek het meisje
verbaasd naar haar grootmoeder ‘Grootmoeder, wat heeft u een grote oren!’ stamelde
Roodkapje. ‘Dan kan ik je beter horen!’ zei de Wolf. ‘En grootmoeder, wat heeft u grote
ogen!’ zei Roodkapje verbaasd. ‘Dan kan ik je beter zien.’ zei de Wolf. ‘En grootmoeder,
wat heeft u een grote mond gekregen!’ riep Roodkapje. ‘DAN KAN IK JE BETER OPETEN!’
gromde de wolf. De Grote Boze Wolf at Roodkapje in een paar tellen op.
Toen een jager de bolle buik van de Wolf zag, begreep hij meteen wat er gebeurd was.
Hij sneed de buik van de wolf open en bevrijdde grootmoeder en Roodkapje. Samen
stopte ze de buik van de wolf vol met stenen en gooiden hem in een diepe put. Op die
manier zou niemand ooit nog last hebben van de gemene wolf.
De oorsprong
De eerste versies van Roodkapje komen uit de zeventiende eeuw en werden mond op
mond door Franse en Italiaanse boeren doorverteld. Er waren verschillende versies van
het verhaal in omloop. In de meeste versies werd grootmoeders bloed en vlees voor het
meisje bewaard en dwong de wolf haar dat op te eten. Sommige versies eindigden nog
gewelddadiger: de wolf verkrachtte het meisje en at haar daarna op. De eerste geschre-
ven versie van Roodkapje stond in het Franse boek Tales and Stories of the Past with
Morals uit 1679, geschreven door de bekende Franse schrijver Charles Perrault. Het
sprookje had de naam Le Petit Chaperon Rouge en had zijn oorsprong in de Franse ver-
- 9 -
sies. In het verhaal van Perrault werd Roodkapje voor het eerst uitgebeeld met een rode
mantel. Zijn versie was het zelfde als het sprookje dat wij nu kennen, al werd Roodkapje
hier niet gered door de jager en bleef zij in de buik van de Wolf zitten. Op die manier wil-
de Perrault de moraal van zijn verhaal duidelijk maken: kinderen moeten de adviezen
van hun ouders opvolgen en niet naar vreemden luisteren. De bekendste versie van het
sprookje is toch wel die van de gebroeders Grimm. In de negentiende eeuw hebben de
broers dit verhaal herschreven aan de hand van twee verschillende Duitse versies. In de
versie van Gebroeders Grimm liep het verhaal wel goed af: Roodkapje en haar groot-
moeder werden gered door de jager.
De betekenis
De titel van het verhaal en de naam van het meisje verwijzen naar de rode kleding die
het meisje draagt. Zoals iedereen weet, staat rood symbool voor gevaar. Een andere -
misschien wat vreemde en vergezochte - verklaring voor de kleur rood, is dat de tocht
van Roodkapje naar het huis van haar grootmoeder de weg naar volwassenheid
voorstelt. Het rood van haar cape staat voor haar eerste menstruatie. Ook naar andere
kenmerken van Roodkapje is onderzoek gedaan. Roodkapje was bijvoorbeeld een blond
meisje. Blond staat in de literatuur vaak symbool voor het perfecte, het reine en het
onschuldige. De wolf is zwartharig, omdat die haarkleur stond voor het onfatsoenlijke.
Het verhaal van Roodkapje heeft natuurlijk ook een wijze en diepere betekenis. De
meest eenvoudige levensles van het verhaal is natuurlijk bedoeld als een waarschuwing
voor kinderen: luister altijd naar je ouders moeten luisteren. En nooit naar vreemde
luisteren, dan kan je in grote problemen komen. Een andere bewering is dat het verhaal
van Roodkapje vaak wordt aangehaald als voorbeeld van de haat en vrees die er
eeuwenlang is geweest tussen mensen en wolven: de wolf behandelt Roodkapje slecht
door haar grootmoeder te verslinden en de boswachter trekt meteen zijn conclusie als
hij de wolf met een volle buik ziet. De wolf in het verhaal kan ook staan voor de
onontwikkelde oerdriften van de mens: hij is agressief en moordlustig. Wolven worden
vaker in verhalen als dit symbool gebruikt, maar meestal gaat het dan om een weerwolf.
Moderne versies van het verhaal
Hoe klassieker een verhaal, hoe meer parodieën daarop zijn. Kijk bijvoorbeeld naar de
komische muziekfilm 'Lang en Gelukkig' uit 2010 van Nederlandse bodem. Roodkapje
wordt in deze film juist verliefd op een gevoelige wolf! Ook in de musical 'Into the
woods' kwam Roodkapje voorbij huppelen. Het bakkersechtpaar in deze musical moest
haar rode cape stelen om hun wens bij de heks in vervulling te laten gaan. Tenslotte
leerden we een totaal andere wolf kennen in de fantasyfilm 'Red Riding Hood'. In dit
verhaal ging het om een weerwolf die een Middeleeuws dorp teisterden. Niemand heeft
een idee wie van de dorpsbewoners deze wolf is, maar wel is duidelijk dat hij erg dol
was op Roodkapje. En natuurlijk kon Roodkapje niet ontbreken in de film Shrek 3. Hier
was zij een slechterik die aan het zakkenrollen was en gek genoeg stond de grote boze
wolf aan de goede kant!
- 10 -
een kunstenares in de dop
Ieder nummer besteden we aandacht aan een bijzondere hobby. Deze keer
hebben we Jet geïnterviewd. Haar grootste passie is tekenen en schilderen.
Naam Jet Haan
Leeftijd 17 jaar
Studie 6 vwo
Hobby tekenen en schilderen
Door: Marieke Graumans & Jet de Haan
“Het schilderij van de man met de klimop vind ik het mooiste van mijn werk. Ik vind
de kleuren en de schaduwen in zijn gezicht heel mooi. Wel zie ik soms nog kleine details die
niet kloppen of anders hadden gekund, maar dat hou je natuurlijk altijd.”
Hoe heb je jouw creatief talent ontdekt?
"Ik vond het als kind al heel leuk om te tekenen en schilderen. Op de basisschool deden
we hier niet zoveel mee, maar thuis tekende ik vaak met vriendinnetjes of mijn broer.
We hadden altijd genoeg stiften, potloden, krijt en papier in huis om lekker bezig te zijn."
- 11 -
Wat maak je zoal en hoe doe je dat?
“Ik vind het erg leuk om portretten te tekenen. Ik gebruik
dan vaak een voorbeeld om de vormen van het gezicht goed
te kunnen krijgen. Als ik schilder maak ik vaak eerst een snel
schetsje en begin dat met acrylverf. Mijn techniek bestaat
vooral uit het gebruik van losse penseelstreken en vloeiende
lijnen, die de beweging in mijn werk benadrukken. Ik houd
van kleur en maak daar dan ook graag gebruik van. Maar
vooral kijk ik er goed naar voorbeelden als ik schilder of
teken, ik ga net zolang door tot ik de goede vorm te pakken
heb! Mijn schilderijen zijn meestal niet zo groot. Eén van de
redenen daarvan is dat ik een groot doek nog niet zo goed
aandurf. Ik ben laatst wel begonnen aan een groot schilderij,
dus een begin is er! Mijn stijl is best losjes, ik vind het leuk
als je de beweging van de kwast nog terug ziet in het uitein-
delijke werk. Bij tekeningen vind ik het erg leuk om net zo
lang door te gaan tot iets echt lijkt. Dit probeer ik te bereiken
door middel van schaduwen en glimlichten aan te brengen.”
Moet je voor hier echt een ‘bui’ voor hebben?
“Ik ben niet altijd in een creatieve bui, en als ik dat niet ben,
komt er ook niet veel uit. Ik heb dus inderdaad niet altijd zin,
maar als ik tekenen op school heb, moet ik wel en dan komt
de zin vanzelf! Ik vind het erg leuk om bezig te zijn met ma-
terialen als potloden, verf en kwasten. Ik kan er echt van ge-
nieten om te werken aan een schilderij. Wel moet ik vaak
pauze nemen en niet te lang door gaan, want dan houd ik het
niet vol. Ik ben namelijk altijd zo intensief bezig dat het me
veel energie kost.”
Is tekenen en schilderen ook een uiting van je gevoel?
“Het is zeker een uiting van mijn gevoel. Ik probeer bij elk
schilderij of elke tekening wel een soort onderbuikgevoel te
hebben en dat over te brengen. Ik houd me niet vast aan hele
strenge titels of gebeurtenissen op het doek, omdat ik het
juist leuk vind als mensen er zelf iets in zien. Als ik teken is
het soms wel meer om mijn techniek te verbeteren dan dat ik
echt iets uit mijn verbeelding teken.”
Kost je hobby veel tijd?
“Ik moet eerlijk toegeven dat ik er niet zoveel tijd aan be-
steed, omdat ik door de week al heel druk ben met school,
vriendinnen, sport en werk. Maar op school maak ik ook best
- 12 -
veel, omdat ik het vak tekenen heb gekozen. Het leuke hieraan vind ik dat ik me aan een
bepaalde opdracht moet houden. Het resultaat is dan vaak iets waar ik zelf niet
opgekomen was. Ook vind ik kunstgeschiedenis erg interessant. Maar nu ik volgend jaar
een vooropleiding ga doen, zal ik zeker meer tijd met kunst bezig zijn. Ik ben heel
benieuwd hoe me dat gaat bevallen!”
Wat vinden mensen in je omgeving van jouw hobby?
“Mijn moeder heeft zelf een lerarenopleiding op de kunstacademie gedaan, dus zij vindt
het alleen maar heel leuk dat ik me er ook voor interesseer. Ik heb dan ook erg veel
geluk dat ik altijd even om advies kan vragen en ook dat ik alle materialen en ruimte in
huis heb om te werken. Mijn hobby kost me daarom niet veel geld. Wel moet ik soms een
schilderdoek kopen, maar bij de Xenos zijn die voor een paar euro te krijgen, dus ook dat
is geen probleem. Mijn vriendinnen zijn ook altijd erg enthousiast over wat ik maak. Ik
beschilder vaak dingen als kandelaars, kleine tafeltjes of sieradenhangers voor hen. Veel
schilderijen geef ik ook weg, zoals het landschap dat ik voor mijn oma heb geschilderd
(zie afbeelding onder, red.). Dus veel werk heb ik ook niet meer. Ik vind het erg leuk om
mensen mijn werk te laten zien en reacties te krijgen, want iedereen kijkt toch weer
anders tegen hetzelfde schilderij aan, en dat is nou juist zo leuk aan kunst!”
Heb je vrienden die het ook doen of volg je lessen?
“In mijn tekenklas zitten natuurlijk veel mensen die tekenen en schilderen erg leuk
vinden om te doen, maar ik ken niet echt veel mensen die er thuis ook echt voor gaan
zitten. Ik heb ongeveer 5 jaar geleden de cursussen ‘jeugdatelier’ en ‘klei en keramiek’
gevolgd, ik vond dat erg leuk om te doen! Ik ga volgend jaar beginnen met een
vooropleiding: leraar Beeldende Kunst in Tilburg. Hier ga ik proberen uit te vinden of
het echt iets voor mij is en of ik het aankan. Bezig zijn met kunst en allerlei materialen
lijkt me erg leuk; om het daarbij ook nog te leren aan andere mensen lijkt me helemaal
leuk. Ik zou nooit alleen op m’n zoldertje kunnen zitten schilderen, dat zou ik niet
volhouden.”
Ben je geïnteresseerd in het werk van Jet?
Stuur dan een mailtje naar [email protected]!
- 13 -
sweet dreams
Ieder mens brengt maar liefst 25 jaar van zijn leven slapend door. Vijf tot zeven
jaar hiervan dromen wij, want mensen dromen gemiddeld twee uur per nacht.
Toch herinneren wij ons vaak maar weinig van deze nachtelijke uitstapjes. Hoe
komt dat? En wat is een droom precies?
Door: Koen Verheijden
Droomslaap
Een droom is de verzameling van beel-
den, geluiden, gedachten en gevoelens
die iemand meemaakt tijdens de slaap.
Dromen komen vooral voor tijdens de
remslaap, die daarom ook wel droom-
slaap wordt genoemd. REM staat voor
“Rapid Eye Movement” ofwel “snelle
oogbeweging”. Deze naam is aan deze
slaapperiode gegeven, omdat je ogen
dan snel heen en weer schieten. De rem-
slaap (of droomslaap) en gewone slaap-
periodes wisselen elkaar in periodes af.
Gemiddeld komt de remslaap zo'n drie à
vijf keer per nacht voor in periodes van
tien à twintig minuten.
Weetje: Tijdens je remslaap ben je hele-
maal verlamd; alleen je ogen bewegen
dan nog. Als iemand in een film tijdens
een nachtmerrie ligt te woelen, is dat
dus helemaal niet mogelijk!
Lucide dromen
Een lucide droom is een droom waarin
de dromer zich opeens beseft dat de
droom niet echt is. Dit gebeurt meestal
als er in de droom iets onmogelijks ge-
beurd, bijvoorbeeld dat je kan vliegen.
Soms beseft de dromer zich dan ook dat
hij eigenlijk slaapt en dus ieder moment
wakker kan worden. Omdat tijdens de
lucide dromen het bewustzijn terug-
keert, zijn deze dromen ook te beïn-
vloeden. Er zijn mensen die daarom
graag zo willen dromen en er alles aan
doen om lucide dromen op te wekken.
Zij worden daarom ook wel droom-
reizigers genoemd. Lucide dromers be-
schrijven hun dromen vaak als span-
nend, kleurrijk en fantastisch. Dit is zo
bijzonder dat zij dit als een spirituele
gebeurtenis ervaren dat de rest van
hun leven zal veranderen.
Nachtmerries
Een nachtmerrie is een erg intensieve
droom die erg naar is. Nachtmerries
worden meestal veroorzaakt door trau-
ma's, koorts of stress. Vroeger werden
nachtmerries daarom als het werk van
demonen beschouwd en soms als beze-
tenheid van demonen.
Waarom krijg je dromen?
Er is nog geen definitieve, wetenschap-
pelijke verklaring voor dromen, maar
natuurlijk zijn er wel een aantal
theorieën. Eén van die theorieen houdt
in dat mensen 's nachts dromen om on-
verwerkte emoties en ervaringen - dag-
resten - te verwerken. Op die manier
- 14 -
kan je de volgende ochtend zorgelozer
aan een nieuwe dag beginnen. Dromen
zijn een soort van afvoerpijpen die iede-
re nacht schoon worden gespoeld om
fris een nieuwe dag in te gaan. Een
tweede theorie is de “activatie-
synthese-theorie”. Tijdens de remslaap
ontbreken zichtbare indrukken en
bewustzijn. Daarom proberen de
hersenen de chaos in het hoofd tot een
samenhangend ver-haal te maken: de
dromen. Ten slotte werden dromen
vroeger gezien als boodschappen van
goden en werd hier daarom een
voorspellende betekenis aan
toegevoegd. Er werden talloze
droomboeken gemaakt, waarmee dro-
men verklaard konden worden. Een
voorbeeld is te vinden in het Bijbelse
verhaal 'Jozef, de dromenkoning'. Jozef
kreeg al van jongs af aan voorspellende
dromen, waardoor hij zich de jaloezie
van zijn broers op de hals haalde, maar
uiteindelijk heel Egypte van de onder-
gang kon redden.
De dood, tanden en vreemdgaan
Gek genoeg zijn de dood, tanden en
vreemdgaan de drie meest voorkomen
-de onderwerpen in dromen bij de
mens. Hierbij de mogelijke betekenis!
De dood. Wanneer je droomt dat je
dood gaat, zou dit staan voor een over-
gang in je leven of voor angst voor het
onbekende. Als je droomt over de dood
van een geliefde, zou dit kunnen staan
voor een eigenschap die deze persoon
wel heeft, maar die jij bij jezelf mist.
Tanden. Een droom over tanden staat
voor kracht. Als je tanden uitvallen, zou
dit een gevoel van krachteloosheid kun-
nen betekenen. Als je slechte tanden
hebt in je droom, zou dat staan voor de
angst om voor schut te staan.
Vreemdgaan. Als je droomt over
vreemdgaan met een vriend/vriendin
van je partner, zou dit betekenen dat je
je verwaarloosd voelt in je relatie. Als je
droomt dat je partner vreemdgaat,
duidt dit op verlatingsangst. Ook kan
het betekenen dat je het lastig vindt om
te voldoen aan de verwachtingen van
de mensen om je heen.
- 15 -
Wees gewaarschuwd
Borden zijn er onder andere om te waarschuwen, de weg te
wijzen of je dingen te verbieden. Ze zijn er in alle kleuren en
maten. Maar moet je sommige borden wel zo serieus nemen?
- 16 -
- 17 -
Ik ben Medea
Iedere maand wordt een verhaal uit de Griekse of Romeinse mythologie verteld.
Ik begin met het verhaal van Medea: een diepbedroefde vrouw, die verlaten wordt
door haar grote liefde.
Door: Marieke Graumans
Ik ben Medea, tovenares uit het verre Colchis, moeder van twee prachtkinderen en voor-
malig geliefde van de held Jason. Jason was niet alleen mijn held; hij is de held die het
Gulden Vlies heeft weten te bemachtigen… denkt iedereen! Maar die schoft, die ellende-
ling, heeft mijn hulp gekregen! Hij heeft mij gebruikt om zijn opdracht te vervullen en nu
hij me niet meer nodig heeft, schuift hij me aan de kant voor een mooiere, rijkere vrouw.
Ik ben Medea en ik ben verlaten door mijn grote liefde.
Mijn verhaal begint in mijn geboorteplaats Colchis. Het is een prachtig land met mooie
natuur. Ik ben de dochter van koning Aietes en koningin Eidyia. Mijn moeder heeft mij
de magie eigen gemaakt; zij is ook een tovenares. Mijn leven daar was niet goed, maar
het was voldoende. Ik was tevreden. Tot Jason kwam. Daarna verlangde ik naar meer.
Jason kwam met zijn makkers, de Argonauten, aan wal. Ik was op slag verliefd op hem!
Maar hij kwam niet voor mij: hij had een opdracht. Om zijn rijk terug te krijgen, moest
hij voor zijn hebzuchtige oom Pelias het Gul-
den Vlies in handen zien te krijgen. En laat dit
Gulden Vlies nou in handen zijn van mijn va-
der! Hij had het ooit cadeau gekregen en als
iemand het zou afnemen, zou er grote onheil
komen voor Colchis!
Jason vroeg aan mijn vader of hij het vlies
mocht hebben. Mijn vader wilde het natuur-
lijk niet afgeven en bedacht daarom een list.
Hij is slim, heel slim. Hij gaf Jason een aantal
onmogelijke opdrachten; wanneer hij deze
had volbracht, zou hij het Gulden Vlies krij-
gen. Maar mijn lieve Jason zou sterven bij het
uitvoeren van deze opdrachten… als ik hem
niet geholpen zou hebben! Met mijn tover-
krachten heb ik zijn leven gered, hem het
Gulden Vlies bezorgd en daarmee mijn vader-
land verraden. Het enige wat ik nog kon doen
is vluchten, met hem…
- 18 -
Natuurlijk nam hij me mee op zijn boot, dat was de afspraak: ik zou hem helpen, hij zou
me meenemen en met me trouwen. O, en wat waren we dol op elkaar! Wat waren we
verliefd! Nadat we de schepen van mijn woedende vader hadden afgeschut en getrouwd
waren in het land van de Faiaken, kon onze liefde niets meer in de weg staan… Tot we in
zijn land, waar Pelias’ wetten golden, aankwamen. Pelias was uiteraard verbaasd zijn
neef levend terug te zien. Hij had verwacht - en gehoopt - dat Jason de opdrachten van
Aietes niet zou overleven. Ondanks zijn belofte, gaf hij de macht niet af aan Jason en
moesten we - alweer - vluchten.
Jason was verbitterd, boos. Maar ik was nog steeds gelukkig. Ik was getrouwd met de
prachtigste man ooit en ik voelde al leven groeien in mijn buik. We vluchtten naar
Korinthe om daar een nieuw bestaan op te bouwen. Daar begon de ellende pas echt. In
het begin verliep ons leven voorspoedig: we kregen twee prachtige zonen en pasten ons
zo goed mogelijk aan aan het leven bij de Korinthiërs. Mijn Jason deed zijn best en deed
het steeds beter aan het hof bij de koning. Ik was trots op hem; ik was nog altijd verliefd.
Wel stoorde ik me aan zijn machtbelustheid: hij wilde zó graag hogerop komen! Dit is
ook wat mij ten onder heeft gebracht, wat de kinderen, Glauke en Kreon ten onder heeft
gebracht, wat hém ten onder heeft gebracht!
Tien jaar hebben we samengeleefd, lief en leed gedeeld en toen koos hij voor háár!
Glauke, de dochter van koning Kreon. Het gaat me niet om haar, misschien is ze wel heel
aardig… Maar Jason is van míj. Door met haar te trouwen wordt hij erfgenaam voor de
troon: hij wil haar alleen maar voor de macht! Hoe kon hij mij, zijn liefhebbende vrouw,
nu aan de kant schuiven voor iets liefdeloos als macht?! Ik hield van hem – ook nog toen
hij mij verlaten had –, maar langzaam sloop er haat onder mijn huid, mijn liefde werd
koud en mijn hart versteende. En wat doe je dan? Wat doe je wanneer je grote liefde je
verlaat? Langzaamaan wilde ik wraak… Ik wilde hem de pijn bezorgen die hij mij had
bezorgd. Ik wilde dat hij de pijn voelde, die je hebt wanneer je iets kwijtraakt waar je
onvoorwaardelijk en eindeloos veel van houdt.
Ik ben nu alles kwijt waar ik eindeloos veel en onvoorwaardelijk van hield: mijn man en
mijn kinderen. Ik heb mijn kinderen vermoord. Het deed pijn, maar ik heb mijn wraak:
hij is kwijt waar hij van hield. Ook heb ik Glauke en Kreon vermoord – niet dat ik denk
dat hij van hen hield, maar ik wilde niet dat hij op iemand kon terugvallen. De dood van
Glauke is mijn prachtigste vondst: ik heb niets minder dan haar prachtige trouwjurk
vergiftigd! Jason en ik delen nu weer dezelfde eenzaamheid, die we al deelden toen we
beiden moesten vluchten. Nu zijn we alleen, niet meer samen en we kunnen ook nooit
meer samen zijn.
Ik ben Medea en ik ben alleen. Ik heb geluk en liefde gekend, maar wanneer je alleen
bent, ken je beide niet meer.
- 19 -
Hoezo ‘mooi’ ?!
Schoonheid is een issue. Het is iets waar mensen over blijven discussiëren en
waar nooit een algemene wet voor zal komen. Schoonheid is objectief. Toch zijn
er in de geschiedenis bepaalde uiterlijkheden als definitely beautiful bestempeld:
de zeven schoonheden. De lijst lijkt achterhaald, maar is dat ook zo?
Door: Marieke Graumans
Lichte ogen met donker haar of
donkere ogen met licht haar
Lange en gekrulde wimpers
Moedervlekje links of rechts boven
de lip (ofwel: schoonheidsvlekje)
Spleetje tussen de twee voortanden
Sproeten
Kuiltjes in de kin of de wangen
Amandelvormige ogen
"Pak het lijstje erbij – je hebt
vast wel een van de schoonheden –
en voel je mooi. "
Het is een mooi, vrij duidelijk lijstje met
kenmerken, waarvan veel mensen er
wel één bezitten. Niet iedereen is daar
echter blij mee. Ik vind het leuk om te
kunnen zeggen dat ik één van de zeven
schoonheden bezit, maar niet iedereen
denkt daar hetzelfde over. Zo worden
er hordes kinderen gepest met ‘sproe-
tenkop’ en rennen tegenwoordig alle
ouders met hun kind naar de ortho-
dontist om daar voor bakken geld die
spleet tussen de tanden weg te laten
werken. Persoonlijk vind ik sproetjes
schattig en spleetjes tussen tanden bij-
zonder charmant, maar het mag duide-
lijk zijn dat schoonheid objectief blijft.
Een ander probleem aan het bekende
rijtje is het feit dat het alleen over het
gezicht spreekt. Natuurlijk is het ge-
zicht belangrijk, maar ik kan helaas niet
zeggen dat dát het eerste is waar men
naar kijkt… In veel gevallen worden
eerst je tieten en kont gecheckt en ver-
volgens is het een leuke bijkomstigheid
als je een leuk koppie hebt. Het figuur
van een vrouw lijkt men belangrijker te
vinden dan haar gezicht – denk aan al
het geld dat er voor diëten, fitness-
apparatuur, borstvergrotingen en li-
posucties wordt betaald. Ik vind het
vreemd. Men moet maar eens naar de
lange termijn kijken. Mooie konten ver-
zakken en grote tieten worden slappe
theezakjes. Zelfs plastisch chirurgie
helpt niet eeuwig.
"Het figuur van een vrouw lijkt
men belangrijker te vinden dan
haar gezicht. "
Bovenstaande kenmerken van het ge-zicht blijven. Natuurlijk krijg je hier en daar een rimpeltje, maar dat tast niets van de schoonheidskenmerken aan. Mijn zusje houdt voor altijd haar schoonheidsvlekje en mijn moeder heeft op haar 100e nog steeds een kuil-tje in haar wang als ze lacht. Ook heeft
- 20 -
mijn moeder voor altijd haar amandel-
vormige ogen, die ik gelukkig van haar
geërfd heb.
Afgezien van het feit dat men altijd over
schoonheid zal blijven twisten, ben ik
blij met het kleine rijtje beauty traits.
Het geeft vrouwen een goed gevoel als
ze te horen krijgen dat ze iets hebben
dat ooit als ‘schoon’ werd beschouwt.
Bovendien legt dit lijstje de nadruk op
het gezicht en spreekt het niet over een
lekker lijf, waar tegenwoordig tot
vervelends toe over gesproken wordt.
Pak het lijstje erbij – je hebt vast wel
één van de schoonheden – en voel je
mooi. En mocht je geen van de
klassieke schoonheden bezitten: troost
je met de gedachte dat schoonheid
maar objectief is…
- 21 -
De vloek van de farao
De vloek van de farao is de titel van veel Hollywood-films, boeken en stripver-
halen, maar is bedacht in de jaren ’20 van de vorige eeuw. De volledige wereld-
pers was toen afgereisd om aanwezig te zijn bij de opening van het ongeschonden
graf van de Egyptische farao Toetanchamon in het Dal der Koningen in Egypte. De
opening en het latere onderzoek van het graf kende veel tegenslagen en mys-
terieuze sterfgevallen. Dit kon toch niets anders zijn dan de ‘vloek van de farao’?
Tijdens zijn werk in het Dal der
Koningen had de Engelse archeoloog
Howard Carter een stuk aardewerk
gevonden met de naam van een on-
bekende farao: Toetanchamon. Niet eer-
der had men van deze naam gehoord en
er was ook geen graf ontdekt van een
farao met deze naam. Carter raakte
gefascineerd door de farao. Zou het dan
kunnen dat er zich nog een graf in het
Dal bevond dat niet was ontdekt door
grafrovers of archeologen? Carter wist
de rijke Engelse Lord Carnarvon te
overtuigen van deze gedachte en samen
stortten zij zich op de zoektocht naar
het graf van deze onbekende farao.
Jarenlang bleef dit zonder succes, maar
op 4 november 1922 vond Howard Car-
ter traptreden die naar een verzegelde
deur leidden. Op het zegel vond hij de
naam van Toetanchamon. Drie weken
later was Lord Carnarvon met zijn doch-
ter Evelyn naar Egypte afgereisd om
samen met zijn archeoloog het graf te
openen. Op 26 december doorboorde
Howard Carter met een ijzeren staaf de
deur onderaan de traptreden om een
blik te werpen in het graf. Hij stak zijn
lantaarn door het gat en werd stil van
wat hij zag. Uiteindelijk doorbrak Lord
Carnarvon de stilte met de vraag: “Zie je
iets?” Waarop Carter antwoordde: “Ja,
zeer mooie dingen!”
"Toen carnarvon overleed, viel in heel
de stad het licht uit. "
De werking van de vloek begon al op
deze dag, toen één van de werkmannen
overstuur naar Howard Carter toe rende
met de mededeling dat de farao zijn gele
kanarie had gedood. De vogel was ver-
slonden door een cobra, al eeuwenlang
het symbool en de beschermer van de fa-
- 22 -
rao. Dit was het begin van een groot
aantal mysterieuze sterfgevallen. Ter-
wijl de gouden schatten uit de eerste
kamer van het graf werden gehaald,
kreeg Lord Carnarvon last van ernstige
koortsaanvallen, het gevolg van een
ontstoken muggenbult. Zijn toestand
verslechterde snel en hij begon te ijlen:
“Een vogel krabt mijn gezicht stuk”, en
sommigen beweerden zelfs dat hij
“Toetanchamon” riep. Dit kon niets min-
der zijn dan de vloek van de farao: in
diverse graven waren inscripties gevon-
den die dreigden dat de vogel van de
god Nechbet het gezicht van graf-
schenders open zou krabben: “Wie dit
graf betreedt op hem zal ik me werpen
als een vogel en de grote god zal hem
daarvoor straffen”. Carnarvon werd
overgebracht naar Caïro en stierf daar
op 5 april 1923, nadat hij volgens getui-
gen had gezegd: “Het is over. Ik heb de
roep gehoord, ik ben klaar.” Vervolgens
viel in heel Caïro het licht uit. Op het-
zelfde moment overleed de hond van
Carnarvon thuis in Engeland, na uren te
hebben geblaft in de leegte.
"Na zijn bezoek aan het graf kreeg
ook hij last van koortsaanvallen. "
Niet alleen Lord Carnarvon kreeg last
van deze koortsaanvallen, ook hun col-
lega Henry Broasted werd door koorts
geplaagd. Het begon in de middag met
keelpijn, koortsrillingen en het gevoel
dat het bloed in zijn aderen brandde.
Alles leek op malaria, maar net als bij
Lord Carnarvon wezen de bloedonder-
zoeken hier niet op. Een bevriende
professor, La Fleur, wilde erg graag het
graf van Toetanchamon bezoeken. Na
zijn bezoek kreeg ook hij last van koorts.
De volgende dag overleed hij. Nog talloze
andere betrokkenen kwamen te
overlijden: de broer van Lord Carnar-
von, Arthur Mace (de rechterhand van
Howard Carter), Richard Bethell (privé-
secretaris van Carnarvon), Lady Almina
(vrouw van Carnarvon), Archibald Dou-
blas Reed (maakte röntgenfoto’s van de
mummie) en ga zo maar door. Stuk voor
stuk hadden zij last van koorts, hoest-
aanvallen of een verstoorde bloedsom-
loop. Een wel erg tragische dood vond de
archeoloog Hugh Evelyn-White die
samen met Carter als eerste de doden-
kamer van Toetanchamon had betreden.
Hij hing zichzelf op en liet een briefje
achter waarop hij schreef dat de vloek
hem hiertoe gedwongen had.
Een paar jaar geleden werd er opnieuw
onderzoek gedaan naar Toetanchamon.
Een onderzoeksteam haalde zijn mum-
mie uit het graf om het door een modern
scanapparaat te halen. Op die manier
hoopten ze meer te weten te komen van
de doodsoorzaak van de jonge farao. De
ene tegenslag volgde echter de andere op
en uiteindelijk begaven zelfs de elek-
triciteit en het scanapparaat het. Een
archeoloog grapte voor de camera’s dat
de vloek van de farao nooit zou eindigen.
Of de vloek werkelijkheid is, is maar de
vraag. Howard Carter zelf leefde immers
nog vele jaren en stierf pas op 64-jarige
leeftijd. Als er dus echt een vloek was,
dan was die wel erg selectief bij het
kiezen van zijn slachtoffers…
Volgende keer: De vloek verklaard
- 23 -
Prostitutie door de jaren heen
Het zou het oudste beroep ter wereld zijn: prostitutie, of ‘hoererij’. Het is iets van
alle tijden en wereldwijd verspreid. Tegenwoordig is het vrij normaal en geaccep-
teerd, althans in Nederland. Vroeger was dat wel anders!
Door: Marieke Graumans
Bij de oude Grieken bestonden er al vor-
men van prostitutie. Men noemde deze
vrouwen πορναι (‘pornai’). Het waren
goedkope gezelschapsdames, omdat het
slavinnen of buitenlanders waren en ze
daarom geen rechten hadden. Ze waren
bezit van wat nu een pooier zou worden
genoemd; dat was toen een gerespec-
teerd beroep. Sommigen pornai spaar-
den en konden zo hun vrijheid terug ko-
pen, maar bleven dan vaak in hun beroep
hangen. Een wat duurder hoertje was een
εταιρα (‘hetaire’) Dit waren goed ontwik-
kelde vrouwen, waar je als beschaafde
man ook een goed gesprek mee kon heb-
ben. Ook waren mannelijke prostituees in
het Oude Griekenland heel gewoon. Dit is
echter niet te vergelijken met de tegen-
woordige ‘gigolo’; alleen mannen gingen
namelijk naar deze gezelschapsheer.
" mannen gingen regelmatig
naar een mannelijke prostituee. "
In het oude Rome was de situatie ver-
gelijkbaar met die in Griekenland. Rond
het jaar nul stelde de Romeinse keizer
buitenechtelijke seks echter strafbaar. Hij
was bang dat er anders te weinig huwe-
lijken zouden komen en daarmee te wei-
nig kinderen, dus te weinig soldaten.
Latere keizers stelden specifieke maatre-
gelen in tegen prostitutie.
"Sommige Middeleeuwse bordelen
waren eigendom van de Kerk. "
Langzaamaan begon men prostitutie
moreel slecht te vinden – dit was daar-
voor niet zo: de Oude Grieken vonden het
doodnormaal dat een getrouwde man
zichzelf regelmatig liet verwennen bij de
hetairen. Toen het christendom op
kwam, werd het morele oordeel over
prostitutie met christelijke opvattingen
en heilige teksten onderbouwd. Het
duurde echter wel even voor er echte
- 24 -
verboden kwamen op de hoererij: pas
vanaf de dertiende eeuw ging de christe-
lijke moraal zó tegen de prostitutie in dat
dit hier en daar werd verboden. Vreemd
genoeg zijn er wel een aantal voorbeel-
den te vinden van Middeleeuwse bor-
delen die in bezit waren van de stad of
zelfs Kerk! Zo zie je maar hoe hypocriet
het allemaal kan zijn.
In de zestiende en zeventiende eeuw kre-
gen prostituees het hard te verduren.
Overal in christelijk en protestant Euro-
pa werd prostitutie vervolgd. De straffen
voor hoeren varieerden van geseling en
de schandpaal tot de dood. Toch bleven
er – onvermijdelijk – geheime bordelen
bestaan. In de achttiende en negentiende
eeuw kwamen er regels voor de pros-
titutie. Hoeren mochten niet meer op
straat werken, alleen nog in bordelen. Ze
moesten zich laten inschrijven en kregen
een werkboekje. Twee keer per week
moesten ze zich laten onderzoeken door
een arts. Eenmaal besmet met een ge-
slachtsziekte werd het werkboekje afge-
nomen en kreeg de prostituee een ‘be-
roepsverbod’. De overheid voerde ook
toen nog een soort van gedoogbeleid; de
regels werden niet heel erg streng nage-
leefd. Toch konden de prostituees ieder
willekeurig moment worden opgepakt en
vervolgd. Sinds 1948 is prostitutie in ons
land legaal. Wat nu nog wel onwettelijk
is, is het organiseren, aanmoedigen, sti-
muleren en profiteren van andermans
prostitutie. Denk aan de loverboys en
pooiers, die in de Oudheid zo’n hoog aan-
zien hadden!
"Een prostituee met een geslachts-
ziekte kreeg een beroepsverbod. "
Tegenwoordig bestaan er nog veel meer
manieren om aan je trekken te komen:
het web staat bol van de pornofilmpjes, je
kunt vrouwen bellen die speciaal voor
jou een sexy praatje houden en op de
bovenste planken in de sigarenwinkel
liggen naakte meisjes naar je te lonken.
Toch blijft het bordeel kennelijk aan-
trekkelijk, want er zijn nog steeds een
hoop hoeren in Nederland.
Door de jaren heen is de kijk op pros-
titutie nogal veranderd, maar het mag
duidelijk zijn dat het iets van alle tijd is.
Het is er altijd geweest en zal ook altijd.
Wat we er van vinden, maakt niet zo veel
uit: men wilt toch seks!
- 25 -
In de kledingkast van. . . Koen
Elk nummer duiken wij iemands kledingkast in. Wat is zijn stijl?
Kiest hij voor een boxer of slip? Hult hij zich in designeroutfits of
is hij fan van H&M? Deze keer gaan wij een kijkje nemen bij ons
eigen redactielid Koen!
- 26 -
"Bij de Primark betaal ik voor een
shirt nooit meer dan een tientje"
Kun je voor ons je stijl omschrijven?
“Mijn stijl is heel basic. Ik draag meestal spijkerbroeken met een stoer shirt, maar hier
ben ik nu een beetje op uitgekeken. Ik ben nu op zoek naar broeken van stof, linnen. Dit
vind ik een stuk fijner zitten dan die stugge spijkerstof. Verder draag ik altijd gympen,
maar niet van die sportschoenachtige, maar wat meer gekleed en net. In de zomer draag
ik graag teenslippers; lekker luchtig! En de broeken ruil ik dan in voor shorts. Het liefst
met een vrolijke en drukke print.”
Wat zijn je favoriete winkels?
“Ik shop graag bij H&M. De kleding daar is lekker basic en ook stoer. De collecties van
H&M veranderen vaak; het wordt snel aangepast aan de nieuwste mode en in iedere
trend kan ik wel mijn eigen stijl terugvinden. Daarnaast kom ik heel graag bij de
Primark. Hiervan hebben we in Nederland nog maar een paar winkels zitten. Ik ga
meestal naar het filiaal in Rotterdam. Het is er wel altijd erg druk, dus gezellig en
ontspannen winkelen is er niet bij. Maar dat wordt zeker goed gemaakt door de leuke
collectie en al helemaal door de scherpe prijzen. Voor een shirt betaal ik daar nooit meer
dan een tientje! En broeken zijn er niet veel duurder. De collectie wisselt heel snel en
heeft verschillende stijlen. Ik kom nooit met lege handen thuis.”
Met wat voor accessoires maak jij je outfit compleet?
“In de zomer vind je me altijd met een zonnebril. Op dit moment ben ik helemaal weg
van mijn nieuwe pilotenbril, maar die met het dikke, witte montuur draag ik ook vaak.
Daarnaast zijn mijn polsen - zomer of winter - nooit kaal. Ik draag vrijwel altijd een
horloge. Dit is niet alleen praktisch, maar vooral erg leuk. Ik heb heel stoere modellen
van leer en met een groot uurwerk, maar ik ben ook fan van de trend met de
felgekleurde exemplaren. Hier heb ik er dus ook drie van. Naast horloges kan ik niet
zonder mijn polsbandjes. Hiervan heb ik er tientallen: veel van leer, maar ook van touw,
kralen, katoen en metaal. Mijn zus heeft een keer voor mij een speciale en vooral
mannelijke sieradendoos gemaakt van een theedoos en een oude spijkerbroek. Een
uniek exemplaar, waar ik erg trots op ben. Inmiddels heeft ze een tweede doos voor me
moeten maken, want mijn bandjestic is de spijkerstofdoos al lang ontgroeid!”
- 27 -
"Ik sta ’s ochtends
een kwartier voor de spiegel"
Wat is je favoriete outfit en waarom?
“Mijn baseballjack met mijn groene stoffen broek. Ik vind deze outfit goed passen bij de
laatste mode en het zit erg lekker. Ik had van tevoren al precies in mijn hoofd wat ik
zocht en heb er nog best lang over gedaan voor ik het precies gevonden had. Uiteindelijk
kwam ik heel toevallig tegen wat ik wilde tijdens een shopdagje in Hoofddorp. De broek
bij H&M en het jack bij de Primark.”
Hoelang sta jij meestal voor de spiegel?
“Ik schat een kwartiertje. Ik ben best lang bezig met mijn haar, want als ik opsta, lijk ik
wel een vogelverschrikker. Ik probeer het eerst plat te krijgen met water en daarna
smeer ik er wat wax in. Daarnaast sta ik natuurlijk voor de spiegel om me te scheren,
mijn tanden te poetsen, etc. Natuurlijk kijk ik na het aankleden nog even in de spiegel
voor het resultaat.”
Lastige keuzes
Kwaliteit of prijs: prijs
Kousen of sneakersokken: sneakers
Onopvallend of kleurrijk: kleurrijk
Polsbandjes of horloge: lastig, maar horloges
Hennes en Mauritz of Primark: H en M
Boxer of slip: boxer
- 28 -
Jeanne d’Arc
Wie kent haar niet: Jeanne d’Arc, de nationale heldin van Frankrijk. Was ze
werkelijk de dappere, door god gezonden maagd of was ze slechts een
gefrustreerde boerendochter? Ze heeft hoe dan ook veel goeds gedaan, maar haar
achtergrond blijft een raadsel…
Door: Marieke Graumans
Jeanne werd geboren tijdens de Honderdjarige Oorlog tussen Engeland en Frankrijk.
Engeland had op dat moment het noorden van Frankrijk bezet. Er was geen Franse
koning en de dauphin, de Franse troonopvolger, maakte er geen werk van de troon op te
eisen. Jeanne woonde in Domrémy, een klein dorpje op het platteland. Vanaf haar der-
tiende beweerde ze stemmen te horen die haar opdroegen Frankrijk van de Engelsen te
bevrijden. Volgens Jeanne waren dit de stemmen van de heiligen Catharina en Marga-
retha, van de aartsengel Michaël en van God. Ze kreeg van hen een goddelijke opdracht!
Jeanne verkleedde zich als man om geen gevaar te lopen tijdens het reizen, en vertrok
naar de dauphin. Na een hele hoop discussies kreeg Jeanne toestemming er met een
leger op uit te trekken om Orléans van de Engelsen te bevrijden. Ze ging gekleed als een
man, in harnas, en wist met haar vroomheid, zelfvertrouwen en enthousiasme de Franse
troepen nieuw vertrouwen te geven.
Nadat Jeanne met haar troepen de Engelsen bij Orléans verslagen had, kreeg ze toestem-
ming op te trekken naar Reims. Wanneer die stad veroverd zou zijn, kon de dauphin
daar gekroond worden. Ook dit lukte en Frankrijk had eindelijk weer een koning. Hij had
daarmee zijn doel bereikt en gaf Jeanne niet genoeg middelen voor meer veroveringen.
De aanval op Parijs mislukte daarom en bij een uitval uit Compiègne, namen de Bour-
gondiërs, de bondgenoten van de Engelsen, haar gevangen. Zij verkochten haar aan de
Engelsen en nu wachtte haar alleen nog een wreed einde.
De Engelsen wilden Jeanne als heks en ketter neerzetten. Ze brachten haar voor de
kerkelijke rechtbank en beschuldigde haar van weglopen uit het ouderlijk huis, het niet
erkennen van de kerkelijke autoriteit, poging tot zelfmoord (ze had geprobeerd uit de
Bourgondische gevangenschap te ontsnappen door uit een toren te springen) en het
dragen van mannenkleren. Jeanne bleef eerst achter haar beweringen staan: ze had
werkelijk de stem van God gehoord! Toen er echter werd gedreigd met marteling, werd
ze bang en trok haar verklaring in. Ze werd nu tot levenslange gevangenisstraf veroor-
deeld, maar hier waren de Engelsen niet tevreden mee. Ze verleidden haar ertoe weer
mannenkleren te gaan dragen en hierop werd het proces heropend. De rechters veroor-
- 29 -
deelden haar dit maal tot de dood en zo stierf ze op
de markt in Rouen op de brandstapel.
Eeuwen later werd Jeanne d’Arc heilig verklaard en
tegenwoordig zien we haar als een dappere heldin
en niet als ketter. Of Jeanne werkelijk stemmen
hoorde, blijft natuurlijk een raadsel. Katholieke
beweren in ieder geval dat ze inderdaad die door
God gezonden maagd is. Er zijn ook een hoop
theorieën waarin Jeanne wordt beschreven als een
gek. Ze zou een gestoorde boerendochter zijn met
grootheidswaan. Misschien is dit een aannemelijke
theorie, maar het doet zoveel af aan het mooie
sprookje rondom Jeanne d’Arc, dat we het liever
niet voor waar aannemen. Jeanne was in ieder
geval een zeer innemende jonge vrouw, die een
hoop heeft bereikt.
- 30 -
Ravenmeisje
Met snelle stappen haastte de oude vrouw zich door het dorp. Het was al laat in de
avond en ze baalde dat ze nog op pad moest. Ze had zo lekker voor het warme vuur
gezeten en buiten was het koud; het sneeuwde. Een hoopje sneeuw had zich verzameld
op haar stugge grijze haren die ze in een slordige knot had gewrongen. Onderweg kwam
ze een dorpeling tegen. Hij groette haar, maar ze groette niet terug. Ze hield haar blik
strak op de grond gericht en gunde hem geen blik waardig. Ze had het niet zo op
mensen; daarom woonde ze ook alleen aan de rand van het dorp. Ze wist dat je aardig en
sociaal hoorde te doen, maar vriendelijkheid had haar nog nooit ver gebracht. Een
verbitterde, oude vrouw. Ze wist dat de dorpelingen haar zo noemden. Maar ze deden
toch wel aardig tegen haar, al wilden ze dat niet. Ze hadden geen keus. De vrouw was de
enige vroedvrouw van het dorp. Ze hadden haar nodig.
De vrouw kwam aan bij een huisje, ergens achteraan in een donker steegje. Je kon het
een krot noemen. Een oud, vervallen huisje dat uit één enkele kamer bestond. Op het dak
van het huisje zat een raaf. Onbewegelijk zat hij daar en hij keek de vroedvrouw met
doordringende ogen aan. Een rilling liep over haar ruggengraat.
Zonder te kloppen liep ze naar binnen. De deur was niet op slot. Door de duisternis kon
ze met moeite de vrouw onderscheiden die tegen de muur aanlag op wat stro. Het was
een simpele vrouw; van het type dat je niet zou opmerken wanneer zij langs je liep. De
vroedvrouw schatte haar halverwege de twintig. Haar bruine lange haren plakten tegen
haar bezwete gezicht. De vrouw keek met angst in haar ogen naar haar bezoeker. De
vroedvrouw knielde bij haar neer en spreidde haar benen. 'Persen.' zei ze bruusk. Ze
was boos op de vrouw, omdat ze precies deze koude winternacht moest bevallen.
'Ik ga dood. Het kind zal leven, en ik ga dood.' stamelde de vrouw. Haar ogen schoten
snel heen en weer.
'We gaan allemaal een keer dood.' antwoordde de vroedvrouw kortaf. De vrouw was al
aardig onder het bloed gekomen. Ze moest haar snel helpen, zodat ze weer naar haar
haardvuur kon.
'Ravenmeisje, Ravenmeisje, Ravenmeisje.' giechelde de vrouw. 'Ravenmeisje zal leven.
En ik ga dood.' Ze lachte hysterisch. 'Raven zijn de vogels des doods. Ze kondigen onheil
aan. Raven, Raven Raven..'
De vroedvrouw besteedde weinig aandacht aan het gebrabbel van de vrouw. Ze was gek,
was haar conclusie.
De voedvrouw haalde even diep adem en keek de kamer rond. Haar oog viel op een
mandje dat in de hoek van de kamer stond. In het mandje lag een zwart dekentje. De
vroedvrouw stond op en pakte het mandje. Ze ging terug naar de vrouw en zette het
mandje naast haar. Daar zou het kind inkomen te liggen.
De bevalling verliep snel. Onder het bevallen bleef de vrouw maar het woord
Ravenmeisje noemen. Op het moment dat de vroedvrouw een baby in haar handen
verwachtte, schrok ze. In haar handen lag een glanzend, mooi ei. Vol verbazing en
- 31 -
afschuw legde de vroedvrouw het ei in het mandje. Niet wetend wat te doen keerde ze
zich naar de kersverse moeder. En ze zag de vrouw inderdaad gestorven was. De oude
vrouw vervloekte de overledene hardop. Het zal nu nog langer duren voordat ze
terugkon naar haar huis.
Opeens hoorde ze een luid gekraak. Het kwam van het ei. Het ei werd van binnenuit
opengebroken en er kwam een mensenkind te voorschijn. De vroedvrouw pakte het
kind op. Het was een meisje. En ze huilde gek genoeg geen seconde. De baby bleef de
vroedvrouw strak aankijken. Het kind had al veel haren, zo zwart als de nacht. En haar
ogen waren vreemd. Ze had geen irissen. Nee, haar ogen bestonden alleen uit een
donkere vlek, als een vergrootte pupil. Maar verder had ze een normaal gewicht, en zag
ze er prima uit.
In het dorp was het, het gebruik dat de vroedvrouw een naam voor het kind bedacht als
beide ouders er niet meer zouden zijn. Dus dacht de vroedvrouw na. De dode vrouw had
het over een Ravenmeisje, en dit kind had wel iets weg van een raaf met haar zwarte
haar en ogen. Ze besloot het kind Morrigan te noemen. Naar de Ierse Oorlogsgodin. Die
vaak als raaf wordt beschreven en de bijnaam Oorlogsraaf heeft.
De vroedvrouw verwijderde de eierschalen uit het mandje en verstopte ze onder haar
rokken. Ze zou ze later in het bos verstoppen. Over de ogen zal ze nog wel iets verzinnen.
Zo zou alleen zij weten dat het kind apart was en dat zou haar voorlopig beschermen. Zo
menselijk was de vroedvrouw nog wel.
Ze legde Morrigan in het mandje en wikkelde haar in het zwarte kleed. Ze deed de deur
open en trotseerde samen met de baby de kou. Ze moest het kind naar het weeshuis
brengen. Onderweg kwam ze de stadswacht tegen. Ze vertelde hem kort over de dode
vrouw in haar huisje. Daar zou dus voor gezorgd worden.
Ze kwam bij het weeshuis aan, het lag aan meest centrale plein van het dorp. Ze klopte
twee keer hard op de deur. De deur werd opengedaan door een statige en
strengkijkende man. Zijn blik verharde toen hij de oude vrouw met het mandje zag. 'Heb
je er weer een? Hebben we niet genoeg monden om te voeden hier?'
'Houd je kop en luister.' Antwoordde de vroedvrouw kribbig. 'Dit kind is ongewoon.
Haar ogen bestaan alleen uit zwarte pupillen. Dit komt niet vaak voor, maar ik heb het
eerder gezien.' Dit loog ze. Als mensen denken dat er meerdere zoals zij waren, zouden
ze haar in ieder geval niet heel raar vinden. 'Zorg dat ze niet gepest zal worden.'
De directeur van het weeshuis haalde zijn schouders op en pakte het mandje aan. 'En
hoe heet ze?'
'Morrigan.' zei de vroedvrouw. En zonder er verder woorden aan vuil te maken liep ze
weg. Op weg naar haar haardvuur. Voor haar ogen vloog de raaf van het huisje. De oude
vrouw liep snel door. Ze werd er bang van. Hardop fluisterde ze in zichzelf: 'Dit kind gaat
nog voor moeilijkheden zorgen.'
Wordt. vervolgd...
Door:
Koen Verheijden
- 32 -
A happy end
Dit was hem alweer! De eerste uitgave van The Project. Wij als redacteuren
zijn er erg trots op. We hebben er ook heel hard aan gewerkt, maar wel altijd
met plezier.
Wij zijn ook erg benieuwd naar jou mening. Wat vond je bijvoorbeeld het
leukste artikel? Wat vond je van The Project in het algemeen? Wat vond je
minder goed of ronduit slecht? Laat het ons vooral weten, via hyves, facebook
of mail.
Heb jij nog leuke ideeën voor The Project? Zou je model of freelancer willen
zijn? Of wil jij in de rubriek over de hobby's, zoals Jet? Zoek eveneens contact
met ons op!
Groetjes,
Marieke en Koen
www.magazinetheproject.nl
www.theprojectmagazine.hyves.nl
www.facebook.com/#!/pages/The-Project/228825173819967