Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op...

34
BIJDRAGE VAN LEEFMILIEU BRUSSEL VOOR EEN CIRCULAIRE ECONOMIE IN BRUSSEL 2015-2019 Dit dubbel document is een « sneuvelnota ». Er zal aan de Brusselse actoren die dit wensen een amenderingsproces voorgesteld worden en dit vanaf 29 mei voor een symposium en op 10 juni voor een brainstormdag. De in overleg gegroeide versie zal de grondslag vormen van het toekomstig Gewestelijk Programma voor een Circulaire Economie dat door de Regering voor de winter 2015 voor advies zal worden voorgelegd aan de Economische en Sociale Raad en aan de Raad voor het Leefmilieu.

Transcript of Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op...

Page 1: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

BIJDRAGE VAN LEEFMILIEU BRUSSEL VOOR EEN

CIRCULAIRE ECONOMIE IN BRUSSEL

2015-2019

Dit dubbel document is een « sneuvelnota ». Er zal aan de Brusselse actoren die dit wensen een

amenderingsproces voorgesteld worden en dit vanaf 29 mei voor een symposium en op 10 juni voor een

brainstormdag. De in overleg gegroeide versie zal de grondslag vormen van het toekomstig Gewestelijk

Programma voor een Circulaire Economie dat door de Regering voor de winter 2015 voor advies zal worden

voorgelegd aan de Economische en Sociale Raad en aan de Raad voor het Leefmilieu.

Page 2: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 4 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

BE CIRCULAR BE BRUSSELS

INHOUD

CIRCULAIRE ECONOMIE - BEGRIPPEN .......................................................................................................... 6

1. BEGRIP .................................................................................................................................................. 6

2. COMPONENTEN ....................................................................................................................................... 6

VISIE 2050 VAN DE INNOVERENDE EN CIRCULAIRE ECONOMIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

.................................................................................................................................................................. 7

UITDAGINGEN 2015-2019 VAN DE CIRCULAIRE ECONOMIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST ...... 8

SAMENOPBOUW VAN CONCRETE ACTIES VOOR DE PERIODE 2015_2019 ....................................................10

3. BOUWSTENEN VAN DE CIRCULAIRE ECONOMIE IN BRUSSEL - KORTE HISTORIEK ........................................................10

3.1. SAMEN-OPBOUWDYNAMIEK .............................................................................................................................. 10

3.2. GEWESTELIJKE VOORZIENINGEN ......................................................................................................................... 11

3.3. VAN DE WIJK TOT INTERNATIONAAL VIA DE GEWESTEN. ......................................................................................... 13

4. ECONOMISCHE OPPORTUNITEITEN IN VERBAND MET HET GEWESTELIJK BELEID ........................................................14

4.1. SENSIBILISERING VOOR STEDELIJK METABOLISME –INKOMENDE, UITGAANDE STROMEN EN VOORRADEN ......................... 15

4.2. OPPORTUNITEITEN VAN HET MILIEUBELEID VOOR DE ECONOMIE EN DE WERKGELEGENHEID VAN DE BRUSSELAARS ........... 16

4.3. OPPORTUNITEITEN VAN DE ANDERE BELEIDSDOMEINEN VOOR DE ECONOMIE EN DE WERKGELEGENHEID VAN DE

BRUSSELAARS............................................................................................................................................................ 22

5. PRIORITAIRE DOMEINEN EN THEMA'S VAN DE CIRCULAIRE ECONOMIE ...................................................................24

5.1. CRITERIA EN PRIORITISERINGSMETHODES ............................................................................................................. 24

5.2. TRANSVERSALE PRIORITEITEN VOLGENS DE COMPONENTEN VAN DE CIRCULAIRE ECONOMIE .......................................... 24

5.3. SECTORALE PRIORITEITEN: STROMEN EN ONTBREKENDE SCHAKELS ........................................................................... 25

PROGRAMMA VAN ACTIES IN SAMENWERKING MET BRUSSELSE ACTOREN ................................................27

6. UITVOERINGSMETHODOLOGIE VAN DE ECONOMISCHE STIMULERING EN VAN DE JOBCREATIE IN CIRCULAIRE ECONOMIE ....27

6.1. SAMEN-OPBOUW ALS MODALITEIT ..................................................................................................................... 27

6.2. PRIVATE EN PUBLIEKE ACTOREN .......................................................................................................................... 29

6.3. STIMULERINGSSTRUCTUREN EN HUN ROL ............................................................................................................. 30

7. 1E ACTIEPLAN 2016-2017 .........................................................................................................................35

Page 3: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 5 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

INHOUD

Dit document getiteld « Bijdrage van Leefmilieu Brussel voor een circulaire economie in Brussel » bevat een

samenvatting van het concept van de circulaire economie voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, stelt een

visie tegen het jaar 2050 voor, bepaalt de specifieke belangen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest,

verduidelijkt, via een Masterplan, de prioritaire economische hefbomen en opportuniteiten en bepaalt een

ontwikkelings- en stimuleringsmodel van de circulaire economie binnen ons Gewest om zo te komen tot een

concreet actieprogramma.

DOELSTELLING

Tal van actoren, zowel internationaal, Europees als regionaal, omarmen het concept van de circulaire economie

om een evenwichtige en bloeiende economische ontwikkeling uit te bouwen die in dienst staat van de

menselijke ontwikkeling en de levenskwaliteit van alle Brusselaars (de burgers zijn immers de belangrijkste te

vrijwaren rijkdom/hulpbron) - en in harmonie is met de bescherming van de hulpbronnen op onze planeet. Dit is

een opportuniteit die ook de regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wil grijpen. In die zin laat het

huidige document toe om het debat met de Brusselse actoren aan te gaan over de prioritaire hefbomen en

economische opportuniteiten die moeten worden doorgevoerd om de circulaire economie in de praktijk te

brengen.

DOELGROEP

Brusselse actoren die betrokken zijn bij de circulaire economie.

Page 4: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 6 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

CIRCULAIRE ECONOMIE - BEGRIPPEN

1. BEGRIP

De circulaire economie kan men definiëren als een economisch uitwisselings- en productiesysteem dat, in alle

stadia van de levenscyclus van de producten (goederen en diensten), ernaar streeft om de hulpbronnen

efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder

te ontwikkelen1. Deze economie staat recht tegenover de lineaire economie die gekenmerkt wordt door de fasen

"ontginnen-fabriceren-consumeren-wegwerpen".

De circulaire economie streeft er ook naar om de verspilling van de hulpbronnen bij de bron drastisch te doen

dalen door de milieu-impact te verminderen en het welzijn verder te verhogen. In de mate van het mogelijke

ontwikkelt de circulaire economie zich op lokale schaal door moeilijk delokaliseerbare waardekettingen te

creëren.

2. COMPONENTEN

Het begrip circulaire economie wordt, in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, begrepen als een overkoepelend

begrip voor meerdere fundamentele componenten. Het begrip is opgebouwd rond een brede inachtneming van

drie domeinen uit alle verschillende hulpbronnen (van grondstoffen tot energie over water, lucht, aarde en

bodem, biodiversiteit): het aanbod, de vraag en het beheer van behoeften, afvalstoffen en hulpbronnen en van

een transversale governance- en een territoriale benaderingscomponent. Deze componenten hangen nauw met

elkaar samen. De volgende opdeling is kunstmatig maar laat toe om een lijst op te stellen van de componenten

die het Brussels Hoofdstedelijk Gewest in aanmerking neemt. Deze componenten worden in detail uitgewerkt in

een afzonderlijk document.

(1) Aanbod van de economische actoren

De duurzame bevoorrading in hulpbronnen

De innoverende en veerkrachtige ondernemerspraktijken

Het ecodesign van goederen en diensten

De industriële ecologie

De functionaliteitseconomie

(2) Vraag, gedrag en beheer van de

consumentenbehoeften

De deeleconomie

Verandering van aankoopgedrag van goederen en diensten

Verantwoord aankopen

De soberheid en het nadenken over de bevrediging van de behoeften

van de consumenten

3) Beheer van de hulpbronnen en de

afvalstoffen

Het hergebruik en de voorbereiding voor hergebruik

Recycling

Energieterugwinning

De governance van de uitvoering van het concept van de circulaire economie is een transversale

component, met een bijzondere aandacht van de territoriale hiërarchie (waarbij de korte circuits centraal

staan).

1 Voorgestelde definitie door ADEME, in zijn technische fiche « circulaire economie: begrippen », van oktober 2014.

Page 5: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 7 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

VISIE 2050 VAN DE INNOVERENDE EN CIRCULAIRE ECONOMIE VAN

HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest sluit zich aan bij de strategische visie voor 2050 van de Europese

Commissie:

Tegen 2050 is onze economie concurrerend, inclusief en zorgt ze voor een hoge levensstandaard met veel

lagere milieueffecten. Alle hulpbronnen worden op duurzame wijze beheerd, van grondstoffen tot energie,

water, lucht, grond en bodem. Mijlpalen in klimaatverandering zullen bereikt zijn terwijl biodiversiteit en de erop

gebaseerde ecosysteemdiensten beschermd, naar waarde geschat en aanzienlijk hersteld zullen zijn.2

In 2050, leven we goed, binnen de ecologische grenzen van onze planeet. We danken onze welvaart en goede

gezondheid van ons milieu aan onze innoverende en circulaire economie die geen verspillingen kent en waarin

de natuurlijke hulpbronnen zo beheerd worden dat ze de veerkracht van onze maatschappij versterken.3 »

Een inclusieve economie is een economie met een hoge tewerkstellingsgraad die bevorderlijk is voor

de economische, sociale en territoriale samenhang. De - ambitieuze - doelstelling is om nieuwe

marktoplossingen uit te werken die instappen in een gedeelde waardecreatielogica (voor de

onderneming en voor de maatschappij).

De ecosysteemdiensten zijn bijvoorbeeld natuurlijke waterzuivering, de activiteit van de bestuivers in

de tuinbouw, de natuurlijke koolstofsekwestratie in het bos, de bodems... of nog de regulering van het

microklimaat (watervlaktes en beplanting laten toe om het effect van de stadswarmte af te zwakken).

De veerkracht van een samenleving is de mate waarin ze in staat is om te anticiperen op

veranderingen, schokken en verstoringen, om zich aan te passen en te leren uit dat proces.

Nieuw paradigma

Om deze gewenste situatie te bereiken, lijkt het dan ook noodzakelijk om uit onze lineaire logica te treden en

om een economisch model te ontwikkelen, dat in staat is om zowel onze vraag aan hulpbronnen als onze

ecologische voetafdruk te verminderen.

We staan dus voor een nieuwe situatie waarin de economische ontwikkeling buiten de ecologische grenzen

treedt. Door in onze benadering van de Brusselse economie maar ook in ons consumptiegedrag en onze

leefgewoonten een circulaire logica te ontwikkelen, moet er een nieuw paradigma ontstaan om deze

belangrijke uitdagingen van onze maatschappij aan te pakken.

Het is ook een unieke gelegenheid om Economie & Leefmilieu in dienst van de Brusselaars, zonder

rekening te houden met dogma’s, met elkaar te verzoenen door op een nieuwe manier te kijken naar de stad

van morgen waar levenskwaliteit voorop staat, ook voor de minderbedeelden onder ons.

2- Stappenplan voor efficiënt hulpbronnengebruik in Europa (2011);

3 7e AAP – algemeen actieprogramma van de Unie voor het milieu tegen horizon 2020 - Goed leven binnen de grenzen van onze planeet

(2014)

Page 6: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 8 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

UITDAGINGEN 2015-2019 VAN DE CIRCULAIRE ECONOMIE IN HET

BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

Aangezien de visie 2050 erg verschillend is van de situatie in 2015 moet de regering van het Brussels

Hoofdstedelijk Gewest een rol van visionair en katalysator spelen. Anticiperen op de groeiende vraag naar

duurzame producten, diensten en systemen is daarbij voor de Brusselse regering zowel een verplichting als een

opportuniteit. Inderdaad, er bestaat een cruciale rol voor de regeringen om de reconversie naar een economie

die veel efficiënter, rechtvaardiger en minder schadelijk is, te bevorderen. Regeringen die hierop anticiperen

zullen veel sterker in hun schoenen staan om de agenda te bepalen en om dominante posities in te nemen voor

hun industrieën en burgers. Landen die achterop hinken zullen onvermijdelijk geconfronteerd worden met de

verzwakking van de concurrentiekracht en met vele verloren opportuniteiten.4

Het is inderdaad de wil van Brusselse regering om van de verbetering van het milieu een bron van economische

opportuniteiten en jobcreatie te maken voor alle Brusselaars. Het is de doelstelling om een milieuvriendelijke,

koolstofarme economie te stimuleren met een laag verbruik aan niet-hernieuwbare natuurlijke hulpbronnen. Een

van de uitdagingen voor de uitvoering van de circulaire economie bestaat erin om nieuwe reconversiemodellen

aan te bieden voor werknemers in krimpende industriële sectoren en voor de vele Brusselse werkzoekenden.

DE BRUSSELSE ONDERNEMERS SENSIBILISEREN OVER DE

OPPORTUNITEITEN IN VERBAND MET DE CIRCULAIRE ECONOMIE EN

VIA DEZE WEG, JOBS CREËREN DIE MOEILIJK DELOKALISEERBAAR

ZIJN EN TOEGANKELIJK ZIJN VOOR DE BRUSSELSE

WERKZOEKENDEN.

Voorbeelden van Brusselse paradox

Terwijl Brussel beschikt over een erg

ambitieus beleid inzake duurzaam bouwen

met een grote bouw- en

verbouwingsector, is het paradoxaal om

vast te stellen dat de Brusselse

waardeketting onvolledig is: sommige

beroepen zijn knelpuntberoepen en

sommige bouw- en

verbouwingsopdrachten worden

binnengehaald door niet Brusselse

bedrijven of zelfstandigen.

Energiepremies – percentage van het aantal werven

volgens de herkomst van de bedrijven

Knelpuntberoepen en -vaardigheden in de duurzame bouw- en verbouwingssector in

het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Sept 2014, Leefmilieu Brussel

Zo is de circulaire economie één van de antwoorden op de doelstelling van de nieuwe strategie 2025 van de

Brusselse regering die erin bestaat om een nieuwe dynamiek in de Brusselse economie te brengen met een

toekomstvisie op 10 jaar en dit in het bijzonder in de milieusector. Via strategieën en milieuplannen definieert

het Gewest zijn milieudoelstellingen en de acties die het wil ondernemen om problemen op te lossen, hetzij

door een vervuilingsbeperkend beleid, door preventiebeleid, begeleidingen, het bouwen van infrastructuren… Er

bestaat een echte opportuniteit om dit milieubeleid te begeleiden met een stimulering van de economie en de

lokale werkgelegenheid om te beantwoorden aan de milieubehoeften. Het spreekt meer en meer voor zich dat

er een sterkere en zelfs geformaliseerde samenwerking moet komen tussen openbare milieu-, economie- en

opleidingsorganismen en dat ook het open staan voor de operationele behoeften van de economische sectoren

en het formuleren van antwoorden hierop, structureel moet kunnen verlopen.

4 Geïnspireerd op Steven Peck and Robert Gibson, “Pushing the Revolution,” in Alternatives Journal, Vol. 26, No. 1 (Winter 2000).

Page 7: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 9 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

Een van de uitdagingen, in de toekomst, bestaat erin om de volgende aspecten te concretiseren:

De Brusselse milieustrategieën en het milieubeleid, los van de specifieke doelstellingen die ze

nastreven, inspireren zich op het concept van de circulaire economie om hun milieuambities te

beschrijven. De plannen die eruit voortvloeien brengen, in een daaraan gewijd hoofdstuk, de

economische ontwikkelings- en tewerkstellingsopportuniteiten ten voordele van de Brusselse

ondernemingen en de tewerkstellingskansen van de Brusselaars in kaart.

Een economisch stimulerings- en jobcreatiemechanisme, genaamd Be Circular.brussels, zal samen

met alle betrokken openbare en private partners doorgevoerd worden om, via een co-creatieprincipe, de

concrete economische en tewerkstellingsmogelijkheden in kaart te brengen, voor te stellen en concreet

te maken. En dit, in verband met het milieubeleid.

Dit wordt geïllustreerd in onderstaande grafiek. 3 principes worden erin weergegeven door 3 verbindingspijlen.

1. Het is niet de taak van het economische stimulerings- en jobcreatieproces om te interfereren met de definitie

van de milieu-ambities en doelstellingen (die hoofdzakelijk voortvloeien uit Europese richtlijnen) van de

milieustrategische plannen;

2. Dit proces kan desalniettemin acties / behoeftes bepalen, suggereren, voorstellen (qua deadlines van

uitvoering, administratieve vereenvoudiging, pedagogie van de reglementeringen, noodzakelijke begeleiding

van de spelers...) die vandaag niet ingevuld worden door de plannen maar deze zullen niet binnen het proces

behandeld worden. Het is de verantwoordelijkheid van Leefmilieu Brussel om een bijzondere aandacht te

schenken aan deze vragen / verwachtingen (externe klanten) en er aangepaste (daarom niet noodzakelijk

positieve) antwoorden op te formuleren. Het is dus noodzakelijk om enerzijds de uitdrukking van vragen &

verwachtingen uitgaande van het economische stimulerings- en jobcreatieproces en anderzijds de behandeling

en het antwoord dat Leefmilieu Brussel erop zal geven, te formaliseren.

3. De economische opportuniteiten moeten in de milieuplannen tot uiting komen; terwijl de middelen om dit

economisch potentieel door te voeren in samen-opbouw met de publieke en private actoren beslist moeten

worden.

HET PLAN VOOR GEWESTELIJKE INNOVATIE, HET

MOBILITEITSPLAN, HET GOEDERENPLAN, AANLEGPLAN VAN DE

OPENBARE RUIMTES... EN ONTWIKKELINGSPLAN VAN PRIORITAIRE

SECTOREN ZOALS DE CULTURELE SECTOR, DE DIGITALE

ECONOMIE... ZULLEN DEZELFDE SOORT DYNAMIEK KUNNEN

INVOEREN.

Page 8: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

Definitie

VISIE VOOR 2050:

Alle hulpbronnen worden op duurzame wijze beheerd, van grondstoffen tot energie, over water, lucht, grond en bodem.

Welvaart dankzij onze innoverende en circulaire economie

Circulaire economie = 3 componenten (aanbod, vraag, hulpbronnenbeheer)

+ ondernemersinnovatie en territoriale benadering

UITDAGINGEN:

Milieuvlak:

- Milieu-impact van de bevolkingsgroei - Verbetering van de levenskwaliteit

SOCIO-ECONOMISCH:

- Ontwikkeling van economie, werkgelegenheid, opleiding en onderwijs

- (4) strijd tegen de tweeleding van de stad en de armoede

De circulaire economie maakt het mogelijk om:

- Activiteiten te herlokaliseren (via de korte economische circuits) om

een zo compleet mogelijke waardeketting te verkrijgen.

- Winst te boeken op het vlak van competitiviteit en innovatie

(via de Innoverende Business Models)

- Concrete antwoorden te bieden op de behoeften van de

ondernemers.

DE LEVENSKWALITEIT VERBETEREN

De kringloop maakt het mogelijk om een

antwoord te vinden op een aantal

milieugebonden uitdagingen.

De circulaire economie als antwoord op de uitdagingen:

BELEID EN INSTRUMENTEN INZAKE MILIEU waarin onder meer de begrippen STEDELIJK METABOLISME zijn verwerkt die rechtstreeks voortvloeien uit Europese richtlijnen

ECONOMISCHE STIMULERING EN JOBCREATIE rond milieuopportuniteiten van de

CIRCULAIRE ECONOMIE door CO-CREATIE

Instrumenten (reglementering, toelating, erkenning, …)

Milieu-

Ambities

ANDERE GEWESTELIJKE PLANNEN

Wettelijke plannen &

thematische strategieën

Milieu-

Ambities

Technico-administratieve

uitvoering

Operationele doelstellingen

Acties

In kaart brengen van opportuniteiten

voor economische ontwikkeling en jobs

(3)

oriënteringen

Opvolgingscomité:de sociale partners : openbaar, privé, vakbond

Coördinatie:

GESTRUCTUREERDE SAMENWERKING

tussen aansturende & meewerkende spelers

Strategische

oriënteringen

Voorstel:

Actiefiches

Uitvoering van de

actiefiches

(2)

verwachtingen Proces

doorlopen

d

De openbare actoren van de economie, de

werkgelegenheid, opleiding, inschakeling,

innovatie, financiering, onderzoek, milieu...

De transversale en themagebonden

federaties, de ondernemingen, de

experten,...

Page 9: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 10 VAN 34 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

SAMENOPBOUW VAN CONCRETE ACTIES VOOR DE PERIODE 2015_2019

Om een rol als katalysator van openbare en private initiatieven te kunnen spelen, wil de Brusselse regering zich

inspireren op lopende dynamieken, op reeds op het terrein aangevatte acties, op de in kaart gebrachte

economische opportuniteiten in de milieuplannen en, in brede zin, op de gewestelijke plannen en actoren die al

opportuniteiten in verband met de circulaire economie voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest in de verf

hebben gezet. Na de prioritisering van deze opportuniteiten door de regering wordt er een samen-

opbouwdynamiek op gang gebracht om nadien een concreet actieprogramma vast te leggen dat zowel de

openbare als de private Brusselse actoren zullen uitvoeren. Dit maakt het mogelijk om de acties te networken,

organisatorische synergieën op te sporen en de totstandkoming van nieuwe projecten aan te moedigen en aan

te wakkeren.

3. BOUWSTENEN VAN DE CIRCULAIRE ECONOMIE IN BRUSSEL - KORTE HISTORIEK

3.1. Samen-opbouwdynamiek

Een dergelijke dynamiek van economische stimulering naar de circulaire economie kan niet gebeuren zonder

overleg en samen-opbouw met de Brusselse sociale partners en met alle terreinactoren. Deze dynamiek heeft

tot doel om de Brusselse actoren uit de openbare en private sector en uit het verenigingsleven op de been te

brengen en te coördineren rond concrete acties. Het project is innoverend omdat het niet alleen gericht is op

raadpleging en klassieke participatie, maar het de deelnemende partijen ook nauw wil doen samenwerken

zodat ze tot een echt collectief en individueel engagement kunnen komen om samen te werken en gezamenlijke

operationele doelstellingen te verwezenlijken.

In een advies van eind 2013, (A-2013-066-CES), getiteld « Eerste bilan van de Alliantie

Werkgelegenheid – Leefmilieu (AWL)5 », looft de Economische en Sociale Raad van het Brussels

Hoofdstedelijk Gewest de wil tot overleg van de actoren [...] volgens een “bottom-up” logica. Het advies

beklemtoont dat deze methodologie, die een brede betrokkenheid vergt van de sociale partners,

verschillende positieve effecten heeft (ontmoetingen en besprekingen tussen actoren, rechtstreeks door

de actoren voorgestelde acties…).

Katalysator- rol van de overheid en

efficiëntie van de publiek-private

dialoog.

De eerste resultaten die in het verleden

werden bereikt op het vlak van innovatie,

samenwerking en werkgelegenheid en

economie tonen de primordiale rol aan van

de overheid als katalysator van

economische opleidings- en

stimuleringsinitiatieven alsook hoe efficiënt

de publiek-private samenwerkingen in het

Gewest concrete realisaties kunnen

bereiken.

Kerncijfers

12.200 m² vormingscentrum

1.915 betrokken jongeren

155 betrokken leerkrachten / opleiders

800 opgeleide of doorgelichte werkzoekenden

1.800 gesensibiliseerde of gesteunde ondernemingen of

zelfstandigen

Resultaten van samen-opbouwdynamiek in duurzaam bouwen

We kunnen hier verwijzen naar volgende acties als grote reeds uitgevoerde acties in het kader van de Alliantie

Werkgelegenheid-Leefmilieu-Duurzaam bouwen:

5 De Alliantie Werkgelegenheid - Leefmilieu is een sectoraal beleid dat in 2010 werd opgestart door de Brusselse regering, op het initiatief

van de ministers van Leefmilieu, Werkgelegenheid en Economie om van de verbetering van het leefmilieu een bron van economische

opportuniteiten en jobcreatie te maken voor de Brusselaars. De AWL ondersteunt nu sinds 4 jaar de ontwikkeling van 4 sleutelsectoren:

duurzaam bouwen sinds februari 2011, water sinds november 2012, hulpbronnen en afvalstoffen sinds oktober 2013 en duurzame voeding

sinds december 2013.

Page 10: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 11 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

De week van het

duurzaam

bouwen

Onder de benaming passief project krijgt een actie

vorm in twee fasen die deelnemende scholen toelaat om

een passiefbouwproject te verwezenlijken dat

beantwoordt aan de criteria voor duurzaam bouwen.

http://www.cdr-brc.be/

De wedstrijd

Duurzaam passief

met de scholen

47 leerlingen en 18 leerkrachten van 8 middelbare

scholen uit het technisch en beroepsonderwijs werken

met architectuurstudenten van La Cambre-Horta (ULB)

samen aan een duurzaam passief en modulair

bouwproject, dat transporteerbaar is.

http://www.cdr-brc.be/

Het

opleidingsplatform

van de CCB-C

een analysecel van de opleidingsbehoeften van de

ondernemingen: arbeiders en bedienden, die zich verder

bezighoudt met oriëntatie naar relevante

opleidingsmodules, aanbieden van opleidingen op maat,

hulp bij het aanvragen van financiële steun, uitwerken

van een vaardighedenontwikkelingsplan,...

http://www.confederatiebouw.be/

Brussels Retrofit

XL

een platform dat een technologische overdracht van

onderzoekscentra naar ondernemingen in Brussel tracht

te realiseren; Dit platform bundelt 11

onderzoeksprojecten van 13 teams uit Brusselse

universiteiten en onderzoekscentra.

www.brusselsretrofitxl.be

Opalis

Een website voor alle particulieren, ondernemers en

architecten die gebruikte materialen willen kopen,

verkopen of ermee aan de slag willen.

opalis.be

Baticréa Een coöperatieve gespecialiseerd in beroepen uit de

bouwsector http://www.baticrea.be

3.2. Gewestelijke voorzieningen

De gewestelijke voorzieningen die sinds bijna 40 jaar voorhanden zijn, zijn geëvolueerd van een

milieureglementeringslogica naar een duurzaamheidslogica. We kunnen inderdaad 4 fasen onderscheiden in

verband met het beheer van de duurzaamheid in het bedrijfsleven. Elke fase is ontstaan om de vorige fase,

die noodzakelijk blijft, te vervolledigen, om de bijkomende behoeften in te vullen.

Page 11: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 12 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

Courbe d’apprentissage de la durabilité

Avant ‘70Non préparé

AucunOBJECTIFS INDUSTRIELS

Source: Industrial’s sustainability learning curve, Brian Nattrass & Mary Altomare (1999)

4ème EcoleDURABILITE

2000Intégration

Approche stratégique

Conception pour la durabilité, apprentissage évolutionnaire

1ère EcoleCONFORMITE

‘70Réactif

Standards règlementaires

Prévention de la pollution / Diminution des déchets

Contrôle de la pollution / Règlements

3ème EcoleECO-EFFICIENCE

‘90Proactif

Approche centrée sur le

profit

Systèmes de mgmt intégrés

Environmental Cost Accounting

RSE

Product Stewardship/DFE/ACV

2ème EcoleAU-DELA DE LA CONFORMITE

‘80sAnticipatoire

Eviter les coûtsRéduction impact

Participation des parties prenantes

TQEM / Système de management environnementaux

De meerderheid van de gewestelijke voorzieningen die toelaten om rechtstreeks of onrechtstreeks de projecten

voor circulaire economie te ondersteunen en om de behoeften van de actoren in te vullen, worden opgelijst in

bijlage 1. Er werd een inventaris uitgewerkt volgens het stramien van de « Roadmap to a Ressources Efficient

Europe » (COM(2011) 571) van de Europese Commissie. Sommige voorzieningen moeten verder ontwikkeld

worden en andere moeten desgevallend aangepast worden, zoals de steun aan economische uitbreiding of de

facultatieve subsidies in economie.

2.3.1. Voorbeelden van financierings-, innovatie-, opleidingsvoorzieningen

Subsidies per ton

Jaarlijkse subsidies toegekend aan vzw's uit de

sociale economie die actief zijn in de sector van het

hergebruik en de recycling: in verhouding tot de

ingezamelde, gerecycleerde en hergebruikte

hoeveelheden afval in het BHG (textielafval, grof vuil,

elektrische en elektronische apparaten (EEA) of

verbruiksartikelen voor computers): 7000 ton

teruggewonnen afval waarvan 50 % herbruikt.

http://www.leefmilieubrussel.be

Project Greenfields

Gewestelijke subsidie voor projectdragers die een

economisch project opstarten rond het kanaal op een

te saneren terrein.

http://www.leefmilieubrussel.be

Anticipate

Financiert projecten van Belgische of buitenlandse

academische onderzoekers met een toekomstgerichte

visie in domeinen die belangrijk zijn voor het Brussels

Hoofdstedelijk Gewest.

http://www.innoviris.be

Beroepsreferentiecentrum

Referentiecentrum (RC) – Bouw: om de kwaliteit en

het opleidingsaanbod in brede zin te verbeteren

(werknemer, werkzoekende, student) voor arbeiders in

de bouwsector;

Referentiecentrum (RC) – voor Logistiek en

Transport: IRIS TL beschikt over installaties en

materiaal die een leerproces in levensechte situaties

mogelijk maken.

http://www.cdr-brc.be/fr

http://www.iristl.be

Page 12: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 13 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

… Zie inventaris in bijlage 1

2.3.2. Begeleidingsprogramma's of -voorzieningen van ondernemers op de weg naar duurzaamheid

De jongste jaren hebben Brusselse verbindingsactoren zich ingezet om ondernemingen te begeleiden naar

meer duurzaamheid. Sommige projecten hebben een rechtstreekse impact gehad, of zullen die binnenkort

hebben, op een aantal Brusselse ondernemingen. We denken bijvoorbeeld aan:

Brussels

Sustainable

Economy

een programma van 6 maand snelcursus milieuvriendelijk

ondernemen voor innoverende start-ups by Impulse.brussels. www.bseacademy.be

Irisphere

een gratis begeleiding bij de creatie van synergieën (voor

diensten en hulpbronnen) tussen ondernemingen op de sites

Mercator en Galilei by Citydev.brussels

www.irisphere.be

Greenbizz

een ondernemingsincubator voor groene startups; een

onthaalinfrastructuur, een huisvestings- en

begeleidingsinfrastructuur voor dragers van milieuprojecten: pre-

incubatie, incubatie, prototype en pre-productie.

http://www.greenbizz.be/

ResilientWeb

Een Europees programma dat KMO's helpt om een winnende

economische strategie te bepalen door een beroep te doen op eco-

vernieuwingen. De benadering is in die zin vernieuwend dat ze de

activiteit van de onderneming zelf beoogt, dit zijn de producten of

diensten die het bedrijf op de markt brengt (door Leefmilieu Brussel

en BECI).

http://resilientweb.eu/

UCM Eco-

conceptie

Een cel die, op basis van een prediagnose, gratis bedrijven in

een eco-conceptie-benadering begeleidt, ongeacht de

activiteitensector.

www.eco-conceptie.be

Brussels

Waste

Network

Het samenbrengen van milieuadviseurs van verschillende

sectoren om kennis en ervaring uit te wisselen over de praktijken

waarmee bedrijven afval kunnen vermijden en/of beheren en om de

bedrijven te helpen om hun afval beter te beheren. Twee oproepen

tot projecten werden uitgeschreven.

http://www.brusselswastenetwor

k.eu

Label Eco-

dynamische

Onderneming

Het label "Ecodynamische onderneming", in het leven geroepen

op 11 mei 1999, is een officiële erkenning in het Brussels

Hoofdstedelijk Gewest voor Brusselse ondernemingen die intern

een milieubeheer invoeren.

http://www.environnement.bruss

els/thematiques/ville-durable/le-

label-entreprise-ecodynamique

Recy K

Het Brussels Gewest ontwikkelt een centrum voor de recuperatie

en hergebruik van specifieke afvalstoffen: grof huisvuil,

computermateriaal, elektrische en elektronische

huishoudapparaten, inktpatronen en printers, gebruikte frituurvet...

https://www.arp-gan.be/fr

3.3. Van de wijk tot internationaal via de Gewesten.

In een territoriale benadering zou de circulaire economie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zich moeten

ontwikkelen op alle territoriale niveaus, en zich daarbij baseren op bestaande voorzieningen. En dit, in de

wijken, de gemeenten, het Gewest of de metropool, en in het verlengde daarvan acties op touw zetten met

andere Gewesten, op nationaal en ten slotte internationaal niveau.

Wijken - Gemeenten

In dit perspectief zal men eraan denken om de projectoproep duurzame wijken te oriënteren naar burgeracties

die de paradigmaverandering die groeit uit de ontwikkeling van een lokale circulaire economie, aanmoedigen,

de acties in het socio-economische luik van de Duurzame wijkcontracten goed te positioneren en om de

Agenda Iris 21 te bestendigen als aanpassingsbeleid aan de klimaatveranderingen.

Interregionaal en federaal niveau

De invoering van het gewestelijk stappenplan in circulaire economie overstijgt de grenzen van het Gewest en

moet ook werk maken van de samenwerking met (openbare of private) actoren van de andere Gewesten en

Page 13: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 14 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

door strategieën van de twee andere Gewesten en van het federale niveau in acht te nemen. De territoriale

benadering maakt het mogelijk om transversaal over de grenzen van de beleidsdomeinen en van de

verschillende bevoegdheden (economie, werkgelegenheid, milieu, energie, opleiding, onderwijs…) heen te

werken. Dit actieniveau maakt het ook mogelijk om spelers van verschillende achtergronden (private,

openbare…) bijeen te brengen die in de verdeling van de bevoegdheden niet noodzakelijkerwijze met elkaar in

contact zouden komen en dit door gebruik te maken van vernieuwende governance-voorzieningen.

Het “Vlaams Materialenprogramma” berust op drie pijlers:

onderzoek, langetermijnvisie en acties. De voornaamste

betrokken sectoren zijn de chemische producten en het

plastic, de voedingsmiddelen, de (kritieke) metalen en de

bouwsector.

Wallonië heeft besloten om zijn positionering inzake circulaire

economie te versterken door meerdere acties te voeren

(sensibilisering, expertise, hulp bij de verwezenlijking van

projecten): enerzijds, via de cel "Circulaire Economie" binnen

het l’Agence pour l'Entreprise et l'Innovation (Agentschap

voor Ondernemingen en Innovatie (AEI) en samen met zijn

partneroperatoren en anderzijds via het project NEXT dat

werd ingericht binnen B.E.Fin.

Gezien de uitdagingen en opportuniteiten in verband met de

schaarser wordende hulpbronnen, hebben de voorzitters van

de FOD Volksgezondheid en de FOD Economie besloten om

na te denken over te nemen maatregelen op federaal niveau

om de concurrentiekracht van de ondernemingen te

versterken, de werkgelegenheid en de koopkracht van de

consumenten te verhogen en daarbij de impact op het milieu

te verminderen: België als voortrekker van de circulaire

economie

Het platform « Ressource Efficiency » gecoördineerd door de Centrale Raad voor de Economie dat de

verschillende overheden en de privésector met elkaar verbindt, heeft drie prioritaire sectoren gedefinieerd met

het oog op de stimulering van de circulaire economie:

1. Groene fiscaliteit waar er veel mogelijke hefbomen zijn zoals aftrek van investeringen of verlaging van

patronale lasten voor bepaalde activiteiten van de circulaire economie of nog verlagingen van het BTW

percentage voor sommige gerecycleerde materialen.

2. Groene overheidsopdrachten en instrumenten om het succes van deze opdrachten op federaal en

gewestelijk niveau te bevorderen.

3. De export en import van afval verminderen: aangezien België maar een klein grondgebied is, is het niet

zonder belang om afvalstoflekken of afvalinvoer te vermijden (vb.: voertuigen die einde levensduur zijn).

In het kader van een beleid dat een efficiënt gebruik van de hulpbronnen ondersteunt, werkt het federale niveau

in samenwerking met alle gewesten aan de stimulering van het gebruik van gerecycleerde grondstoffen, meer

bepaald voor plastic en door middel van een vermelding “bevat gerecycleerde producten”.

Internationale positionering

De internationale positionering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest verloopt via de deelname aan

internationale netwerken in circulaire economie. Meer in het bijzonder zou het Gewest lid kunnen worden van

het Circular economy network van de ’ACR+, van de CE100 van de Fondation Ellen MacArthur of nog van The

Global Initiative for Resource Efficient Cities van het United Nations Environment Programme (UNEP).

Bovendien is er een lijst circulaire economie-of daarmee gelijkgestelde strategieën die internationaal werden

doorgevoerd beschikbaar in bijlage 2.

4. ECONOMISCHE OPPORTUNITEITEN IN VERBAND MET HET GEWESTELIJK BELEID

De circulariteit van de hulpbronnen laat toe om een Brussels Gewest te zien waar alle hulpbronnen duurzaam

beheerd worden; een gewest dat welvarend is dankzij zijn circulaire en vernieuwende economie. Hiertoe moet

men enerzijds de economische opportuniteiten die het beleid de Brusselse ondernemingen en werknemers

Page 14: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 15 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

aanbiedt, bepalen, en anderzijds een gewestelijke economisch stimuleringsbeleid voeren opdat het de

Brusselse ondernemingen en werknemers zijn die profiteren van de opportuniteiten in die opdrachten.

4.1. Sensibilisering voor stedelijk metabolisme –inkomende, uitgaande stromen en voorraden

Om te komen tot de gewenste toestand in 2050 waar alle hulpbronnen duurzaam beheerd zullen worden, van

grondstoffen tot energie over water, lucht, aarde en bodem », is het nuttig om te kunnen beschikken over een

foto van het stedelijk metabolisme van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Het stedelijk metabolisme is het bilan van de processen aan de hand waarvan het Gewest de

natuurlijke hulpbronnen inzet, verbruikt en bewerkt.

Dit bilan levert essentiële informatie op over het gebruik van grondstoffen, water, energie en brengt de prioritaire

stromen aan het licht (zie volledige studie op de website van Leefmilieu Brussel). In die zin vormt het een

uitstekend vertrekpunt om acties op touw te zetten om de economie verder te dematerialiseren en sommige

activiteiten te herlokaliseren via, meer bepaald, het dichtmaken van de kring van de stoffenstroom, de

ontwikkeling van korte economische circuits en van de lokale economie (klassieke, coöperatieve en sociale

economie).

Het bilan van het Brussels metabolisme toont aan dat het Brussels Hoofdstedelijk Gewest door zijn tertiair

karakter, op het niveau van de inkomende stromen, op een hoofdzakelijk lineaire en van de buitenwereld

afhankelijke economie gestoeld is (massale bevoorrading van grondstoffen, goederen, energiebronnen en

water). De belangrijkste grondstoffenstromen die afkomstig zijn van het Vlaams en Waals Gewest zijn water,

bouwmaterialen, landbouwproducten en afgewerkte producten, terwijl de stromen van buitenlandse oorsprong

betrekking hebben op landbouwproducten, energieproducten en metaalproducten.

Hoewel het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van nature uit sterk afhankelijk zal blijven van energie-import en

van grondstoffen van buitenaf, blijft een belangrijke uitdaging erin bestaan om deze afhankelijkheid te

verminderen door de afname van externe hulpbronnen te verminderen door een soberder verbruik en een

betere interne doorstroming van de stromen.

De studie van het stedelijk metabolisme maakte het mogelijk om het sterke economisch en milieupotentieel van

sommige inkomende stromen zoals metalen, plastic en diverse afgewerkte goederen aan het licht te brengen.

Bovendien maakte de studie het mogelijk om de grondstoffenaders in kaart te brengen die mogelijks

teruggewonnen zouden kunnen worden om de noodzaak van nieuwe inkomende stromen tot een minimum te

beperken. De economische activiteit in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is hoofdzakelijk tertiair van aard

(dienst, administratie…). Naast activiteiten verbonden aan de bouwsector, neemt de industrie een eerder

marginale plaats in. De stromen die de industrie genereert kunnen echter relatief homogeen zijn en een

bepaalde economische waarde bevatten. De reststoffen of co-producten spelen dus een interessante rol in een

circulaire economieperspectief.

Page 15: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 16 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

De hercircularisering van de grondstoffen is op zich onvoldoende om de totale ecologische voetafdruk van het

Gewest te verminderen: de overgang van de vraag naar meer verantwoorde consumptie is essentieel, maar ook

van het denkwerk en de acties om de behoeften aan te pakken. Inzake de overgang van de vraag naar

goederen en diensten spelen ook de burgers van het Gewest een cruciale rol. De ontwikkeling van een

Brusselse circulaire economie groeit uit verantwoord consumptiegedrag: minder maar beter en betere kwaliteit

kopen, en indien mogelijk, door sociale componenten te integreren (delen, samen werken…).

4.2. Opportuniteiten van het milieubeleid voor de economie en de werkgelegenheid van de Brusselaars

Het Brussels milieubeleid wordt in de praktijk omgezet met klassieke bestuursinstrumenten zoals

reglementering, vergunningen, keuringen, informatie en sensibilisering, fysiek beheer van openbare ruimtes...

Het beleid wordt ook uitgevoerd via vijfjarenplannen waarin de milieuambities en hefbomen die de Brusselse

regering wil toepassen, bepaald worden. Deze plannen willen gestructureerde antwoorden bieden op de

problemen die ze wensen op te lossen.

De Thema-plannen, die meestal opereren binnen het kader van Europese Richtlijnen, vervullen in het

algemeen volgende taken:

- vaststellingen doen over de kennis van één van de hulpbronnen (water, lucht, grondstoffen...) van het

stedelijk metabolisme van Brussel;

- de te bereiken doelstellingen bepalen;

- een pakket operationele maatregelen om milieudoelstellingen te helpen bereiken, verduidelijken.

De thema-plannen hebben tot doel om de globale milieudoelstellingen in kaart te brengen, ze te meten

en de te ondernemen acties om ze te bereiken, te plannen. Hiervoor werden ze aangevuld met een

Maatregelenprogramma, m.a.w. met concrete prioritaire acties die via verschillende hefbomen zullen

worden uitgevoerd (besluiten en wetten, subsidies, informatie, openbare investeringen en openbare

werken, …) en die onderling op elkaar afgestemd zijn. Ze weerspiegelen dus de politieke keuzes van de

regering.

De plannen die het nauwst aansluiten op de circulaire economie worden hieronder beschreven samen met de

eraan gekoppelde economische opportuniteiten. In de toekomst kan deze lijst nog aangevuld worden met

bijkomende plannen zoals het Geluidsplan, het Bodemplan, het Stadslandbouw en duurzame voedingsplan...

De wettelijke milieuplannen in Brussel

Plan voor de preventie en het beheer van afvalstoffen

Jaarlijks wordt in Brussel ongeveer 2 miljoen ton afval geproduceerd. Sinds 1992, neemt het Gewest een «

Plan voor de preventie en het beheer van afvalstoffen » of «Afvalplan » aan6. Dit plan bevat alle middelen en

acties die het Gewest wil uitvoeren om de preventie te verhogen, de afvalproductie zoveel mogelijk te

verminderen en het geproduceerde afval "duurzaam" te beheren. Hiertoe houdt het plan rekening met de

bijzonderheden van het Gewest. Het vierde afvalplan 7 introduceert het begrip afvalhiërarchie in het

afvalbeheer en de VHHR-benadering: verminderen, hergebruiken, herstellen, recycleren. Het plan bevat 145

voorschriften met betrekking tot huishoudelijk afval, gelijkgesteld afval, industrieel afval en gevaarlijk afval. Bij

die voorschriften bevinden zich ook acties gaande van het bevorderen van gedecentraliseerd composteren tot

het versterken van het uitgebreid responsabiliseringsmechanisme van de producenten8 door gebruik te maken

6 Met de ontwikkeling van een preventieluik sinds 1992 heeft Brussel terzake een voortrekkersrol gespeeld. Preventieplannen worden

slechts in 2008 opgelegd worden door de Europese reglementering (Richtlijn 2008/98 EG van het Europees Parlement en de Raad van 19

november 2008 betreffende de afvalstoffen en tot opheffing van een aantal Richtlijnen).

7 De evaluatie van het vierde afvalplan is aan de gang. Op die basis zou een nieuw plan het licht moeten zien in 2016.

8 De uitgebreide responsabilisering van de producenten is een mechanisme dat de producent van consumptieproducten / goederen

verantwoordelijk wil maken voor het afval dat afkomstig is van de producten die hij op de markt brengt. Bijvoorbeeld, de vzw Bebat financiert

de inzameling van batterijen in België. Dit mechanisme zet de producenten ertoe aan om zich meer op ecodesign te richten om de impact

van hun producten die einde levensduur zijn, te verminderen door de recycleerbaarheid en de herstelbaarheid te verhogen.

Page 16: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 17 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

van de uitbouw van kringloopwinkels®9

, hersteldiensten of nog het promoten van duurzaam aankopen. Deze

maatregelen houden dus rechtstreeks verband met de ontwikkeling van een sobere en circulaire economie.

Het Plan Natuur en het Gewestelijk Programma voor de vermindering van pesticiden

De stadsontwikkeling verzoenen met de natuur, de natuur voor iedereen ontsluiten en in die ontwikkeling de

mens centraal plaatsen, zijn fundamentele uitdagingen. Daarom maakt het Brussels Gewest werk van een

"Gewestelijk natuurplan" om het beleid uit te stippelen en de Brusselaars te mobiliseren ten voordele van de

biodiversiteit, de ontwikkeling en de bescherming van de natuur.

Bovendien streeft het Gewestelijk Programma voor de Vermindering van Pesticides (2013-2017) van het

Brussels Hoofdstedelijk Gewest ernaar om, met het oog op de bescherming van de gezondheid en het milieu,

het gebruik van pesticides op het gewestelijk grondgebied zowel door openbare als private beheerders van

groene ruimtes als door particulieren, te verminderen. Het wordt gecoördineerd met het federaal plan en de

andere gewestelijke plannen binnen het NAPAN, het nationaal actieplan.

Waterbeheersplan

Dit Plan wil een geïntegreerd en globaal antwoord bieden op alle uitdagingen in verband met waterbeleid. Dit

project verbindt het Gewest ertoe om verschillende acties te voeren om de impact van de menselijke druk op de

waterecosystemen te verminderen en om de kwaliteit van het grondwater en het oppervlaktewater te herstellen:

duurzaam gebruik van water, riolering, zuivering van afvalwater, bescherming van waterlopen en andere

vochtige omgevingen, enz.

Het WBP 2016-2021 tracht een antwoord te bieden op de grote belangrijke vragen in verband met het

waterbeheer in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest om het water en het watermilieu opnieuw in goede staat te

brengen en om overstromingsrisico's beter te beheren. Dit risicobeheer streeft ernaar om de impact van

overstromingen te verminderen door middel van verschillende maatregelen die het mogelijk maken om de

ondoorlaatbaarheid van de bodems en de impact daarvan op de afvloeiing te beperken, het rioleringsnet van

het Gewest te verbeteren, het blauwe netwerk te versterken om de absorptiecapaciteiten van afvloeiingswater

te verbeteren en een bijzondere aandacht te besteden aan de verkaveling van de overstroombare zones van

het Gewest.

Het Gewestelijk Wetboek voor Lucht, Klimaat en Energiebeheersing

Het Gewestelijk Lucht- Klimaat-Energie-ontwerpplan heeft een wettelijke grond in het BWLKE (Brussels

Wetboek voor de Lucht, het klimaat en van de beheersing van de energie). Dit plan voorziet 59 maatregelen en

124 acties die verdeeld worden in 9 assen die betrekking hebben op gebouwen, transport, consumptie,

stadsplanning, toezicht op de luchtkwaliteit, aanpassing aan de klimaatveranderingen. Het ontwerpplan legt de

krachtlijnen vast alsook de maatregelen die in de thema's genomen moeten worden om de doelstellingen die

door het Gewest worden vastgelegd, te bereiken, naast nieuwe maatregelen in de sectoren gebouwen,

transport, consumptie, enz.

2.4.1. Opportuniteiten van het Plan voor de preventie en het beheer van afvalstoffen

De materiële behoeften van Brussel, afkomstig zowel van de eindconsumptie van de bewoners als van de

consumptie van de industriële en tertiaire sector, worden geschat op ongeveer 9 ton per inwoner en per jaar

(ongeveer 25 kg per dag) waarvan 5 ton (14 kg) afkomstig van het Vlaams en het Waals Gewest. Het bouw- en

sloopafval vormt de hoofdstroom in het Gewest. Op meer dan 8.930.000 ton grondstoffen die door het Brussels

Hoofdstedelijk Gewest worden afgenomen, worden er slechts 2.000 kiloton teruggegeven in de vorm van afval.

Dit illustreert het hoofdzakelijk lineaire karakter van de Brusselse economie. Iets minder dan een vierde daarvan

wordt beheerd door het Gewestelijk Agentschap voor Netheid, 'Net Brussel'.

9 collectief merkteken van de federatie Ressources

Page 17: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 18 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

Op dit ogenblik wordt het beleid voor preventie en het beheer van afvalstoffen in het Brussels Hoofdstedelijk

Gewest (BHG) samengevat in het plan voor de preventie en het beheer van afvalstoffen (Afvalplan) dat in

maart 2010 werd goedgekeurd. In de context van de kaderrichtlijn over afval (Richtlijn 2008/98/CE van

19/11/2008) heeft het laatste plan afval het mogelijk gemaakt om de circulaire benadering in het beleid voor

preventie en beheer te versterken door de invoering van een hiërarchie van de afvalbeheerwijzen op 5

niveaus: preventie, voorbereiding voor hergebruik, recycling, energieterugwinning en verwijdering. Deze

hiërarchie maakt een prioriteit van preventie en van de invoering van een recyclagegehalte van 50 % van

het gemeentelijk afval tegen horizon 2020.

Ten opzichte van de evolutie van de hierboven beschreven belangen en uitdagingen, en in de nasleep van de

evaluatie van het lopende plan, lijkt het aangewezen om het huidige plan te herdenken als een instrument dat

in staat is om nieuwe antwoorden voor te stellen die beter aangepast zijn aan deze evolutie van de situatie. Zo

zou het plan er bij gebaat zijn om stapsgewijs een « hulpbron » gerichte visie te ontwikkelen in plaats van

« afval » gerichte visie. Een dergelijke visie is een basisbestanddeel van de circulaire economie.

Deze evaluatie bevindt zich dus op een kantelmoment, tussen breuk en continuïteit, tussen traditioneel beheer

van afval, dat belangrijk blijft, en de noodzakelijke evolutie naar een optiek van duurzaam beheer van de

hulpbronnen en van ontwikkeling van een circulaire economie.

De gekozen methodologie om de evaluatie uit te voeren combineert twee belangrijke luiken:

Page 18: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 19 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

een luik gewijd aan de kwantitatieve evaluatie van de bereikte resultaten ten opzichte van de

doelstellingen van het plan;

een evaluatieluik dat alle voorschriften van het plan samenvat in 18 thematische fiches.

Door de voorschriften te groeperen onder « overkoepelende » thema's zoals bijvoorbeeld « bioafval »,

« wetgeving », « inzameling, sorteren en verwerking », « energieterugwinning », « herstelling en hergebruik »

enz. krijgt men inderdaad een beter leesbaar document en kan men al de ontwikkeling van het volgende plan

en de toekomstige raadplegingen via deze hoofdassen voorbereiden.

In dit stadium en ten opzichte van de Europese vereisten ter zake, blijft één van de grootste uitdagingen het

bereiken van het 50 % recyclagegehalte van gemeentelijk afval.

Naast de resultaten van deze evaluatie, kan Leefmilieu Brussel zich inspireren op de bevindingen van de studie

over het stedelijk metabolisme om het volgende plan op te stellen dat, zoals gezegd, zal gericht zijn op een

planning van het beheer van hulpbronnen- en afvalstoffen. Deze studie toont zo aan dat minstens 600.000 ton

afval niet verzonden wordt naar recyclagebedrijven en dus grondiger gesorteerd zou kunnen worden. Twee

aanvullende opties kunnen in acht genomen worden: enerzijds de toegang tot de afvalstromen, zoals bioafval

of gemengd bouwafval, verbeteren om zo de totale afvalproductie kwantitatief te beperken en anderzijds een

aantal kwalitatieve posten onderzoeken zoals bijvoorbeeld de herstelling en recycling van afval van

elektronische uitrustingen met een hoge milieu-impact (gekoppeld aan de problematiek van zeldzame

aardmetalen en de delving van ertsen).

Daarnaast brengt de studie een vijftiental mogelijke bedrijfstakken in kaart waar jobs gecreëerd kunnen

worden, gaande van afval uit de culturele en artistieke sector tot verbeteringsmogelijkheden van het hergebruik

van technische uitrustingen in de tertiaire sector waarvoor Brussel al een voortrekkersrol speelt, over

mogelijkheden van eco-industriële transsectorale synergieën in de verwerkende nijverheid.

2.4.2. Opportuniteiten van het lucht-, klimaat- en energieplan

De strijd tegen de klimaatopwarming vormt een enorme uitdaging voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Het

Gewest heeft immers een hoge concentratie broeikasgasuitstotend energieverbruik en is, net als alle

stadsgewesten, bijzonder kwetsbaar voor de effecten van deze opwarming (overstromingen, hittegolven…).

Vandaag hebben de belangrijkste bronnen voor broeikasgasuitstoot te maken met energieverbruik (gebouwen,

waarvan 37 % voor huisvesting en 34 % voor de tertiaire sector, transport voor 26 % en de industrie), goed voor

een jaarlijkse energiefactuur van 1.500 miljoen € par jaar, een bedrag dat kan schommelen in functie van de

weersomstandigheden en de evolutie van de energieprijzen.

De Brusselse politiek heeft tot nu toe een beleid uitgestippeld dat gericht was op de vraag, hoofdzakelijk in

verband met gebouwen, wat tussen 2004 en 2012 geleid heeft tot een significante daling van het

energieverbruik (- 14 %) en van de broeikasgasuitstoot (- 17,5 %) terwijl de bevolking en de tewerkstelling in de

Page 19: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 20 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

tertiaire sector over diezelfde periode gestegen is met 14 % en 8 %. Dit heeft geleid tot een besparing van 700

miljoen € op de energiefactuur 2012.

Bovendien hebben nieuwe reglementeringen nieuwe beroepen doen ontstaan (EBP-adviseurs, certificeerders…

of bestaande praktijken aanzienlijk doen veranderen (gebouwen bouwen en renoveren met het oog op sterke

energieprestaties). Een van de aangegane uitdagingen bestaat erin om Brusselse actoren uit de bouwsector te

stimuleren en te begeleiden opdat ze op het vlak van duurzaam bouwen en renoveren een competitief aanbod

ontwikkelen. Deze goede praktijken hebben het mogelijk gemaakt om de Brusselse energierekening aanzienlijk

te doen dalen, een mooie bonus voor de renovatie van gebouwen, de bouwbedrijven en de inwoners in Brussel.

Toch zijn de milieudoelstellingen nog lang niet bereikt en is er zonet, in 2e lezing, een lucht-, klimaat-,

energieplan goedgekeurd waarvoor er van 25 mei tot 31 juli een openbaar onderzoek zal lopen.

Het Brussels beleid heeft dus al zijn vruchten afgeworpen op milieuvlak. Toch stelt men in sommige sectoren

nog een tekort aan werkkrachten vast (zie volledige studie van knelpuntberoepen op de website van Leefmilieu

Brussel). Denken we bijvoorbeeld aan verwarmingstechnici en elektriciens met een opleiding over

luchtdichtheid, aan ventilatiespecialisten, een interdisciplinaire functie tussen verwarmingstechnicus en

elektricien, aan aannemers voor renovatie van houten raamwerk en voor houtskeletbouw... Het is dus

essentieel om werknemers en werkzoekenden in staat te stellen om aan die vraag te beantwoorden.

2.4.3. Opportuniteiten van het Waterbeheerplan

5 van 8 assen van het toekomstig Waterbeheerplan bieden veel opportuniteiten voor de toepassing van het

concept van de circulaire economie.

As 1, 2 die tot doel hebben om het Brussels hydrografisch netwerk kwalitatief en kwantitatief te

herstellen en het water opnieuw te integreren in de leefomgeving van de Brusselaars.

As 4 die ernaar streeft om een duurzaam gebruik van de hulpbron WATER te bevorderen

As 5 die gericht is op de strijd tegen overstromingen

De meest in het oog springende activiteiten in deze assen zijn:

Het blauwe netwerk via de herstelling van het hydrografisch netwerk en de inrichting van de oevers voor

recreatief gebruik. Naast werkgelegenheid en waterkwaliteit, zijn andere winsten zoals levenskwaliteit

ook belangrijk. Deze acties staan in nauw verband met het plan Natuur.

Het promoten van het gebruik van regenwater voor bepaald huishoudelijke en/of industriële

toepassingen en het systeem Re-use. Deze activiteiten maken het mogelijk om de behoeften in de

Page 20: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 21 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

hulpbron Water beter te beheren en te verminderen en om onze afhankelijkheid ten opzichte van de

Waalse leverancier te doen dalen. Dit is een activiteit die louter afkomstig is van de bedrijfstak Water.

De inrichting van openbare en private ruimtes om de negatieve effecten van de ondoordringbaarheid

van de bodem tegen te gaan door compensatiemaatregelen te nemen (geulen, grachten...). Er zijn

winsten op veel vlakken maar vooral op het vlak van het beperken van de schade na een overstroming.

Deze activiteit hangt nauw samen met de bedrijfstak duurzaam bouwen.

De terugwinning van slib en waterbodems Dit betreft het beheer van afvalstoffen die verwerkt zullen

worden als hulpbron in andere thema's (bouw, energie...).

Het Re-use systeem is een systeem waarbij het gezuiverde (maar niet drinkbare) water hergebruikt kan

worden als water voor industrie of landbouwdoeleinden.

Een geul is een ondiepe en brede gracht waarin planten groeien en die voorlopig water opvangt hetzij

om het af te voeren via een overloop, hetzij om het te verdampen of om het ter plaatse te infiltreren om

zo de heraanleg van grondwaterlagen mogelijk te maken.

2.4.4. Opportuniteiten van het Plan Natuur en het Gewestelijk Programma voor de vermindering van

pesticides

Op middellange termijn is het plan opgebouwd rond 7 doelstellingen waarvan de volgende vier vooral in

aanmerking komen om de gewestelijke economie te beïnvloeden:

1. De natuur beter ontsluiten voor de Brusselaars: dat elke Brusselaar in de nabijheid van zijn woning

beschikt over een toegankelijke en aantrekkelijke groene ruimte [...]

2. Denken aan een gewestelijk groen netwerk: het groene karakter van het Gewest vrijwaren en de

samenhang van het Brussels ecologisch netwerk versterken [...] voor een betere levenskwaliteit in de

stad en een aantrekkelijker Gewest.

3. De belangen van de natuur verwerken in plannen en projecten: ervoor zorgen dat er in plannen en

projecten meer rekening wordt gehouden met de natuur en het groene netwerk, inclusief buiten de

beschermde zones.

4. Het ecologisch beheer van de groene ruimtes uitbreiden en versterken: het beheer van de openbare

ruimtes verbeteren en een goede samenhang verzekeren tussen de verschillende beheerders.

Investeren in groene infrastructuur biedt economische voordelen Er kunnen veel voordelen gehaald worden uit

diensten aangeboden door ecosystemen, zoals bijvoorbeeld het voordeel om de gevolgen van de

klimaatverandering af te zwakken. De groene infrastructuur vrijwaren, ontwikkelen en onderhouden laat toe om

diensten op een minder belastende en meer duurzame manier op te wekken dan via menselijke technologieën.

Groene infrastructuur kan beschouwd worden als een instrument dat het mogelijk maakt om ecologische,

economische, sociale en culturele voordelen op te wekken dankzij natuurlijke oplossingen. Onder groene

infrastructuur denken we bijvoorbeeld aan: groene ruimtes, groendaken of vochtige gebieden.

De Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest stimuleert, via het Natuurplan, investeringen in natuurlijk

kapitaal. Ze promoot ook het ecologisch beheer en schenkt, in overeenstemming met de Europese

verplichtingen en het Gewestelijk programma voor de vermindering van pesticiden, een bijzondere aandacht

aan de vermindering van de behoefte aan pesticiden. Nieuwe manieren om de groene ruimtes en de openbare

ruimtes in het algemeen, in overeenstemming met die bekommernissen, op te vatten, het teruggrijpen naar

alternatieve beheerstechnieken (gedifferentieerd beheer, mechanische bestrijdingstechnieken tegen

adventiefplanten, geïntegreerde bestrijding) worden vaker en vaker gevraagd door overheden en zelfs door

bedrijven en particulieren.

Het Gewest zou een beleid kunnen uitwerken ter ondersteuning van de medewerking van de Brusselse

privésector aan inrichtings- en beheerprojecten van onderdelen van de groene infrastructuur. Aangezien deze

nieuwe benaderingen inhouden dat men nieuwe technieken leert beheerden en bijzondere kennis en knowhow

verwerven, zijn ze drager van een groei- en innovatiepotentieel dat interessante ontginningsmogelijkheden

biedt.

Vandaar dat een coördinatie met de sector voor aanleg en onderhoud van de groene ruimtes en van openbare

ruimtes in het algemeen en met de bouwsector voor wat betreft de integratie van groene voorzieningen in

gebouwen, uitgebouwd moet worden om het percentage aan Brusselse bedrijven en werkkrachten die in die

bedrijfstak actief zijn, te verhogen.

Page 21: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 22 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

Deze ruimtes moeten ontworpen of heraangelegd worden om de behoefte aan pesticides tijdens het onderhoud

te verminderen, in overeenstemming met de doelstellingen van het Gewest en de Europese verplichtingen. Het

gebruik van alternatieve (meer bepaald mechanische) technieken, van gedifferentieerd beheer en van

geïntegreerde bestrijding, dat verplicht is (hoofdzakelijk voor de openbare beheerders), vormt zo een niet te

verwaarlozen opportuniteit.

Het Gewestelijk Natuurplan en het Gewestelijk Plan voor de vermindering van de pesticiden voorzien in dit

verband meerdere opleidingsacties en certificeringsacties van professionelen, en de invoering van een

geïntegreerde dienst « Facilitator Natuur » en « Gedifferentieerd beheerspool » die omkadering, expertise, raad

en informatie zal verstrekken aan de toekomstige professionelen.

4.3. Opportuniteiten van de andere beleidsdomeinen voor de economie en de werkgelegenheid van de

Brusselaars

De economische opportuniteiten van het milieubeleid werden hierboven aangehaald. Het spreekt voor zich dat,

gepaard gaand met een economisch stimulansbeleid, ondernemingen uit de betrokken sectoren hun voordeel

kunnen doen met dit beleid om hun marktaandeel te verhogen en bijgevolg Brusselse werkkrachten aan te

werven nadat deze een opleiding hebben gevolgd over de nieuwe vaardigheden. Deze redenering gaat ook op

voor andere gewestelijke beleidsdomeinen zoals mobiliteit of nog de ruimtelijke ordening.

Page 22: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 24 VAN 34 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

5. PRIORITAIRE DOMEINEN EN THEMA'S VAN DE CIRCULAIRE ECONOMIE

Prioritaire domeinen en thema's worden beslist door de Brusselse regering [Bespreking door de regering voorzien eind 2015]. Deze werden de regering voorgesteld via een

samen-opbouwproces dat gebaseerd is op studies, proefprojecten en lopende acties. De lijst van alle opportuniteiten gaat in bijlage 3 [Bijlage op te maken na de studiedag

van 10 juni 2015]. Deze opportuniteiten werden volgens de gevestigde methode geanalyseerd in vergelijking met de prioritiseringscriteria. Hieruit komen volgende lijsten

voort. [Deze analyse zal uitgevoerd worden in juli 2015].

5.1. Criteria en prioritiseringsmethodes

[aan te vullen tegen eind juli 2015]

5.2. Transversale prioriteiten volgens de componenten van de circulaire economie

[aan te vullen met Brusselse spelers op 10 juni 2015]

Componenten Actiecategorieën

(1) Aanbod van de economische actoren

De duurzame bevoorrading in hulpbronnen

De innoverende en veerkrachtige

ondernemerspraktijken

Het ecodesign van goederen en diensten …

De industriële ecologie …

De functionaliteitseconomie

(2) Vraag, gedrag en beheer van de

consumentenbehoeften

De deeleconomie

...

Verandering van aankoopgedrag van

goederen en diensten

Page 23: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 25 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

Verantwoord aankopen

De soberheid en het nadenken over de

bevrediging van de behoeften van de

consumenten

3) Beheer van de hulpbronnen en de

afvalstoffen

Het hergebruik en de voorbereiding voor het

hergebruik

Recycling

Energieterugwinning

(4) governance (+ innovatie, opleiding,…) en

territoriale hiërarchie

5.3. Sectorale prioriteiten: stromen en ontbrekende schakels

Via de benadering met "waardekettingen" die verankerd zijn in de territoria kan men aantonen hoe de verschillende pijlers van de circulaire economie in elkaar kunnen

haken binnen strategieën die zinvol zijn voor de lokale actoren. De "waardekettingen" tonen zo hoe de circulaire economie zich kan integreren in de economische logica van

bedrijfstakken en territoriale ontwikkeling en zo gezien worden als een opportuniteit voor lokale actoren.

[aan te vullen met Brusselse actoren op 10 juni 2015]

Waardeketting Actiecategorieën

(1) afvalstromen in kaart gebracht door

Recy K, pool voor hergebruik van Net

Brussel

...

Evaluatie van het plan voor de preventie en

het beheer van afvalstoffen

de assen energie - water - afvalstoffen die

vooraf werden ontwikkeld in het kader van de

Alliantie Werkgelegenheid - Leefmilieu

Page 24: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 26 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

(2) Stroom van hulpbronnen in kaart gebracht

via studies

Studie metabolisme van Leefmilieu Brussel …

de assen energie - water - afvalstoffen die

vooraf werden ontwikkeld in het kader van de

Alliantie Werkgelegenheid - Leefmilieu

3) Ontbrekende schakels in het Brussels

Hoofdstedelijk Gewest in kaart gebracht door

de deelnemers van het seminarie Be

Circular, Be Brussels van 01/12/2014

Inzameling, toegang tot hoeveelheden en logistiek

Duurzame voeding en bio-afval

Duurzaam bouwen

Studie van de knelpuntberoepen in

duurzaam bouwen van Leefmilieu Brussel

Duurzaam bouwen

Studie van de waterberoepen …

Brusselse actoren …

de assen energie - water - afvalstoffen die

vooraf werden ontwikkeld in het kader van de

Alliantie Werkgelegenheid - Leefmilieu

Page 25: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 27 VAN 34 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

PROGRAMMA VAN ACTIES IN SAMENWERKING MET BRUSSELSE

ACTOREN

6. UITVOERINGSMETHODOLOGIE VAN DE ECONOMISCHE STIMULERING EN VAN DE

JOBCREATIE IN CIRCULAIRE ECONOMIE

6.1. Samen-opbouw als modaliteit

De circulaire economie is een concept dat betrekking heeft op een veelheid aan competenties en transversale

domeinen. Er is dus nood aan een governance die gedeeld wordt door alle actoren zodat in alle actiedomeinen

van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest de nodige veranderingen kunnen worden aangebracht.

Een deelname- en samenwerkingsbenadering maakt het niet alleen mogelijk voor de verschillende actoren en

operatoren 10

om vertrouwd te raken met de uit te voeren acties, maar ook om de actiedomeinen maximaal en

zo efficiënt mogelijk te kunnen bedienen dankzij hun terreinvaardigheden en -verbintenissen. In vergelijking met

de klassieke aanpak van een ontwikkelingsprogramma voor een sector (diagnose, uitwerking van een plan,

doorvoering van een of meerdere voorzieningen volgens de in behandelde gebieden), is het samen-

opbouwproces waarvan hier sprake geïntegreerd: alle noden binnen de sector worden in aanmerking genomen

en worden door de verschillende betrokken actoren van een gecoördineerd antwoord voorzien.

De benadering is ook participatief in die zin dat de operatoren zelf onderling en met de vertegenwoordigers van

de sector overleg plegen om acties voor te stellen die ze bedenken om zo goed mogelijk te beantwoorden aan

de noden van de sectoren in het kader van de door de regering vastgelegde prioriteiten.

Deze originele benadering biedt verschillende voordelen:

In kaart brengen van relevante en realistische acties want in rechtstreeks verband met doelgroepen en

de realiteit van de werkomgeving van de operatoren;

Inzet van de operatoren vanaf de ontwerpfase en dus inbezitneming van de acties nog voor de aanvang

van de uitvoeringsfase.

Op gang brengen van een samenwerkingsdynamiek tussen operatoren van verschillende horizonten die

ook tijdens de uitvoeringsfase verder doorloopt;

Uitwerken van bijkomende acties en synergieën rond strategische doelstellingen;

Het bouw- en interventieproces is iteratief, wat betekent dat het zich cyclisch ontplooit in een PCDA logica (wiel

van Deming): planning - actie - opvolging - bijsturing:

De operatoren denken na en documenteren zich over de behoeften van de ondernemingen in functie

van de gekozen prioritaire opportuniteiten; ze bepalen een eerste actiegroep om op die noden in te

spelen.

Naast de uitvoering van de eerste in kaart gebrachte acties, komen workshops en werkgroepen bijeen

om de vordering van de acties op te volgen en te werken aan de verdere verbetering van de

antwoorden op de bestaande behoeften en om eventuele onvoldoende bevredigde behoeften te helpen

bepalen.

Regelmatig worden er, na validering door het opvolgingscomité, nieuwe acties in kaart gebracht en

uitgevoerd waarmee het mogelijk wordt om in te spelen op behoeften die zijn ontstaan nadat de eerste

noden werden gelenigd.

10 De term « operatoren » duidt hier op alle openbare, semi-openbare of private organen die diensten verlenen of kunnen

verlenen aan bedrijven. Daarin zijn inbegrepen de besturen, de ION maar ook de professionele verenigingen, de

vertegenwoordigers van de sector en de sociale partners.

Page 26: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 28 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

IN DIE ZIN MOET DE SAMEN-OPBOUWDYNAMIEK MEER OPGEVAT

WORDEN ALS EEN EVOLUTIEF PROCES DAN ALS EEN REEKS VASTE

MAATREGELEN.

Deze samen-opbouw baseert zich op 2 pijlers van gestructureerde samenwerking:

Tussen openbare actoren, die streven naar een grotere samenhang van de acties en instrumenten

voor Ondernemerschap, Innovatie, Onderzoek en Nijverheid (naar analogie met ONU.brussels),

opleiding, inschakeling, werkgelegenheid (naar het voorbeeld van de nauwere samenwerkingen tussen

Actiris en Brussel-Opleiding), voor het grondgebied en de planning (naar het voorbeeld van het

Brussels Bureau voor planificatie (BBP). Nieuwe meer structurele samenwerkingen kunnen uitgewerkt

worden om te beantwoorden aan de belangen van de circulaire economie. Bijvoorbeeld, gezamenlijke

projecten tussen innovatie, ondernemerschap, incubatie, financiering, opleiding en milieu...

Tussen publieke en private actoren om de samenwerking met de private verbindingsactoren,

ambassadeurs van de boodschap van de circulaire economie, te versterken. De verspreiding van het

stappenplan in de circulaire economie moet gebeuren via deze verbindingsactoren, de belangrijkste

"slagkracht" van het Gewest inzake communicatie aan een breed publiek van ondernemingen en

zelfstandigen. Het is niet de bedoeling - voor de openbare sector - om te "doen voor" maar om "te laten

doen" door de acties en de aanwending van de actoren structureel te laten verlopen waarbij men er zich

van verzekert dat ze achter het project staan, begeleid worden en dat hun acties goed benut worden.

Het is wel de bedoeling om samen te werken met beroepsverenigingen om ondersteuning te bieden bij

hun rol van dragers van verandering, veranderingen die goed zijn voor de werkgelegenheid en de

levenskwaliteit van de Brusselaars (en niet om ze op te sluiten in hun rol van lobbyist). Een duidelijk

proces moet zo snel mogelijk op punt gesteld worden om dit soort samenwerking te structureren.

Ziehier, louter ter illustratie, 2 potentiële voorbeelden in verband met 2 gestructureerde

samenwerkingspijlers:

Openbaar-openbare samenwerking.

Om de concepten van de circulaire economie

concreet te maken, is het cruciaal om de

voortrekkers die pogingen ondernemen en die

de potentiële waardecreatie in het Brussels

Hoofdstedelijk Gewest aantonen, te

ondersteunen. Hiertoe zouden de openbare

besturen die projectoproepen uitschrijven, meer

moeten samenwerken. Het gaat in het bijzonder

om Impulse, Innoviris en Leefmilieu Brussel.

Bijvoorbeeld zou Leefmilieu Brussel zich

kunnen verenigen met Innoviris om Living Labs

te lanceren (naar het voorbeeld met Co-Create)

en een inhoudelijke steun over de circulaire

economie te bieden.

Mogelijkheid van Living Labs in circulaire

economie

Gebaseerd op

de expertise van Innoviris op de Living labs en

op de expertise van Leefmilieu Brussel over circulaire economie.

Page 27: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 29 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

Openbaar-private samenwerking.

De cel ecodesign van het UCM begeleidt aan

de hand van een prediagnose, gratis bedrijven

met hun ecodesign- en

functionaliteitseconomische benadering,

ongeacht de activiteitensector. En dit dankzij

een financiering van de overheden die een

rechtstreekse impact hebben op een aantal

Brusselse KMO's en op beroepsfederaties.

Promotie van het ecodesign en de

functionaliteitseconomie voor de Brusselse KMO's

Gebaseerd op

de expertise van het UCM in ondernemingsbegeleiding en

op de expertise van Leefmilieu Brussel over circulaire economie.

De contacten tussen besturen en verbindingsactoren moeten gerationaliseerd en geprofessionaliseerd worden.

Om dit soort samenwerking op touw te zetten, is het nodig om:

De actoren in kaart te brengen om te bepalen welke spelers er mogelijk zouden kunnen deelnemen;

Deze actoren aanwerven: projectoproep, gerichte subsidies en gecontroleerd door de overheid,

opdrachten, gezamenlijke uitvoering van acties...

Informatie uitwisselen over hun verwachtingen, hun noden en hun mogelijkheden maar ook de

verwachtingen en doelstellingen van de verbindingsactor zelf voorstellen

Het eens worden over de boodschap zodat deze binnen het Gewest samenhangend is;

Een contactpunt aanduiden dat zich speciaal bezighoudt met dergelijke soort samenwerkingsverbanden

binnen de sleutelbesturen.

Een opstartvergadering organiseren met verbindingsactoren van hetzelfde type om hen een impuls te

geven door hen te tonen dat ze niet alleen staan

6.2. Private en publieke actoren

De uitvoering van een gewestelijke strategie in circulaire economie is een globale uitdaging, waarvoor de

mobilisatie en betrokkenheid van alle stuwende krachten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vereist is.

Deze moeten dienst doen als katalysator om te verzekeren dat de circulaire economie zich in alle bedrijfstakken

van onze economie kan ontplooien en alle lokale besturen en burgers kan bereiken.

Een van de grootste troeven van het Gewest is zijn vermogen om te steunen op een veelheid aan actoren om

zijn stappenplan uit te rollen, aangezien er tot op vandaag al veel acties in verband met de circulaire economie

binnen het Gewest opgestart zijn. Deze verschillende actoren hebben onder elkaar al nauwe banden gesmeed

en duurzame werkdynamieken doen ontstaan.

Voorbeelden van de stuwende krachten voor een transversale uitvoering

Openbare en semi-openbare Brusselse actoren

Gewestelijke overheidsdienst Brussel

Gewestelijke organen waaronder

- Actiris

- Brussel Leefmilieu

- Citydev.brussels

- Impulse.brussels

- Innoviris

- Net Brussel

Page 28: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 30 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

- MAD Brussels (met de Stad Brussel)

- Haven van Brussel

- Gewestelijke investeringsmaatschappij voor Brussel (GIB)

- …

Opleiding en invoeging (in verband met de Cocof en de VGC)

- Brussel Opleiding

- Ruimte Opleiding KMO (ROK)

- VDAB

- Syntra Brussel

- Lokale socio-professionele inschakelingsopdrachten

- Tracé Brussel

- De beroepsreferentiecentra (in samenwerking met de privésector)

De Gemeenten en de Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels

Hoofdstedelijk Gewest

De Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn (OCMW) en de lokale besturen

Universiteiten en onderzoekscentra

Openbare besturen van de gefedereerde entiteiten en van het federale niveau

Private actoren

De Economische en Sociale Raad van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en zijn leden

- De werkgeversorganisaties : BECI-UEM

- De middenstandorganisaties: FNUCM, UNIZO,…

- De non-profitsectororganisaties: CBENM

- De werknemersorganisaties: FGTB, CSC, CGSLB, ABVV, ACV,

De bedrijfsfederaties: FEGE, CCB-C, Agoria, Fevia,…

De bedrijfsfederaties van de sociale economie: Res-Sources, SAW-B, FEBIO,…

De front-runner bedrijven, meer bepaald de Clusters zoals Ecobuild, …

De experts (studiebureaus, consultancykantoren, onderzoeksbureaus)

6.3. Stimuleringsstructuren en hun rol

De sterke wil van de regering om de werkgelegenheid en de economie in Brussel te stimuleren concretiseert

zich in een operationeel kader dat de samenwerking nastreeft met de sociale partners volgens de hierna

voorgestelde modaliteiten:

De stimuleringsstructuur is als volgt

samengesteld:

een sturingscomité

een opvolgingscomité;

een operationele coördinatiecel;

thematische workshops;

actoren voor uitvoering van acties

Page 29: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 31 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

3.6.1. Stuurgroep

De stuurgroep is samengesteld uit de minister voor Leefkwaliteit, Leefmilieu en Energie, de minister van

Economie en Werkgelegenheid en de minister-president.

3.6.2. Opvolgingscomité

De strategische opvolging van de uitvoering van de stimulering van het platform voor de circulaire economie

wordt verzekerd via de methodologie van de strategie 2025 en het overleg in het kader van het CBCES et het

uitgebreide CBCES.

Het opvolgingscomité:

Begeleidt het samen-opbouwproces volgens de bottom-up-logica en de prioriteiten vastgelegd in het

stappenplan;

zorgt er tijdens de uitvoering voor dat de geest, de doelstellingen en de regels en werkingsprincipes van

het platform van de circulaire economie nageleefd worden.

neemt akte van de opvolgingsverslagen die opgesteld worden door de Coördinatie;

valideert de heroriënteringsvoorstellen of de nieuwe acties die door de workshops worden voorgesteld;

beslist om, volgend op de verwezenlijking van voor-acties, op de vastgestelde evolutie van de noden

van de bedrijven of op het verschijnen van nieuwe remmen, nieuwe acties te ondernemen;

Beslist eventueel over de stopzetting of de heroriëntering van acties waarvan de vordering onvoldoende

wordt geacht of waarvan de efficiëntie niet beantwoordt aan de verwachtingen;

oordeelt over de legitimiteit van een aanstuurder om een actie te dragen;

Komt tussen om werkingsprincipes van het Akkoord tussen de partners, voor zij die er nood aan

hebben, te verduidelijken of te herinneren, en, indien nodig, om blijvende onenigheden tussen partners

te beslechten na de eventuele raadpleging van de operatoren die betrokken zijn bij de betrokken acties.

stuurt aan, oriënteert en onderhoudt de coördinatiestructuur;

brengt jaarlijks rekenschap uit aan de regering over de vordering van de uitvoering van het Akkoord via

de dragende kabinetten.

3.6.3. Workshops

De partners komen regelmatig bijeen in thematische workshops om de remmen op de conversie van de

Brusselse economie die verband houden met het thema van de workshop, te onderzoeken, om samen de acties

te bedenken die deze remmen kunnen opheffen en om samen de uitvoering van deze acties op te volgen. Het

opvolgingscomité bepaalt de thema's van de workshops. De workshops kunnen gewijd zijn aan transversale of

sectorale thema's. De werkgroepen kunnen het werk in de workshops verder aanvullen. De workshops staan

open voor alle betrokken partners.

De rol van de workshops is om:

de remmen op de reconversie van de economische sector te analyseren;

onderzoeken hoe men de diensten die men levert aan de ondernemingen en de werknemers van de

sectoren, de werkzoekenden en de toekomstige werknemers (leerlingen en studenten) kan verbeteren

en zo de reconversie van de sector naar een circulaire economie kan bevorderen;

onderzoeken of deze betere dienstverlening gepaard kan gaan met een coherenter, leesbaarder,

efficiënter en doeltreffender algemeen aanbod voor ondernemingen en werknemers, werkzoekenden en

toekomstige werknemers (leerlingen en studenten);

het begeleiden in dit kader van de studie, het ontwerp, de planning en de doorvoering van acties die

rechtstreeks moeten leiden tot een betere dienstverlening of een beter dienstenaanbod, met name door

te werken aan de rationalisering van het aanbod, de coördinatie, de samenwerking tussen actoren, de

draagwijdte en de doeltreffendheid van hun diensten,

de noodzakelijke informatie inzamelen en analyseren om een follow-up te kunnen doen van de

vooruitgang, de realisaties, de efficiëntie, de doeltreffendheid van de acties en, over het algemeen, van

de mate waarin het aanbod van de operatoren aangepast is alsook de vorderingen op dit punt,

Page 30: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 32 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

eventuele voorstellen doen om bestaande acties te heroriënteren,

nadenken over nieuwe acties die men dient voor te stellen ingevolge de uitgevoerde voorgaande acties,

de evolutie van de behoeften van de ondernemingen of nieuwe remmende factoren die de kop

opsteken.

3.6.4. Aanstuurders

Elke actie, ook al hangt ze af van een collegiale uitvoering, staat in het teken van de verantwoordelijkheid van

één enkel aansturend orgaan. De aanstuurder is de operationele verantwoordelijke voor de uitvoering van de

actie, zonder noodzakerlijkerwijze de uitvoerder van de actie zelf te zijn.

Hij is verantwoordelijk voor:

het nemen van initiatieven om de bij de actie betrokken partners te mobiliseren;

de nodige impulsen te geven voor de uitvoering van de actie;

verslag uit te brengen aan de workshop en de coördinatie over de vordering en de resultaten van de

actie in het kader van het opvolgingssysteem.

Een actie kan afhangen van meerdere organen (collaboranten). De aanstuurder omringt zich met een

werkgroep telkens als dat nodig is. Hij kan steunen op de coördinatiestructuur om de vergaderingen van die

werkgroep bijeen te roepen en te organiseren.

3.6.5. Coördinatie:

De minister van Leefmilieu wijst een operationele coördinatiestructuur aan die als taak heeft om:

vergaderingen van de workshops te organiseren, voor te bereiden en te leiden;

de aanstuurders ondersteuning te bieden bij de omschrijving en de uitvoering van hun actie en het

oplossen van problemen bij de uitvoering ervan.

om een algemeen opvolgingsinstrument in gebruik te nemen en het ter beschikking te stellen van de

aanstuurders, de workshops en het opvolgingscomité. Dit instrument bevat de indicatoren die nodig zijn

voor de opvolging van de acties. De in kaart gebrachte en samengestelde indicatoren tijdens het hele

samen-opbouwproces worden bovendien beschikbaar gemaakt voor een ex-post evaluatie (in nauwe

samenhang met de strategie 2025);

om te waken over de onderlinge samenhang van de acties, in het bijzonder de acties die voorgesteld en

opgevolgd worden door de verschillende workshops, en over de globale samenhang van het actieplan;

om verslag uit te brengen aan het opvolgingscomité over de werkzaamheden van de workshops, de

vordering van de uitvoering en de efficiëntie van de acties;

de factoren te bepalen die de doorvoering van de acties en/of de goede werking van het project zouden

kunnen afremmen;

zorgen voor de oplossing van operationele problemen, met name door ondersteuning te bieden aan de

aanstuurders die dit vragen;

om de strategische of institutionele problemen, waarvoor een interventie van het opvolgingscomité

nodig is, te bepalen en deze aan het opvolgingscomité mee te delen;

een link te leggen tussen de bevoegdheidsniveaus over de concrete acties die dit vereisen.

om de regering in te lichten over vragen van de privé-sector die relevant zijn maar geen rechtstreeks

verband houden met het economische stimuleringsproces en het opleidingsproces.

Een synthese wordt voorgelegd aan het opvolgingscomité en aan de regering. Dit is gekoppeld aan de

noodzaak om, omwille van de intergewestelijke samenhang, rekening te houden met initiatieven op federaal,

Waals en Vlaams niveau.

3.6.6. Organisatie van de stimuleringsdynamiek

De samen-opbouwmethode bestaat uit twee fasen:

Page 31: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 33 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

Een ontwikkelingsfase van het actieplan;

Een uitvoeringsfase van de acties.

Ontwikkelingsfase

De ontwikkelingsfase verloopt als volgt:

Een voorbereidingsfase ontwikkelt op voorhand een systemische analyse van de remmen op de

doorvoering van de circulaire economie en van de aanwezige actoren alsook van het potentieel aantal

jobs die gekoppeld zijn aan de verbetering van de milieuprestaties van de Brusselse economie;

Vervolgens worden er bilaterale ontmoetingen georganiseerd met de belangrijkste actoren (te bepalen

in functie van de prioriteiten) en dit om hen te informeren over de samen-opbouwdynamiek en om

convergentie- en of aanvullende punten op de eerste analyses op te lijsten;

Vervolgens wordt er werk gemaakt van het in kaart brengen met de privé-sector van de remmen op de

reconversie om acties voor te stellen die zijn aangepast aan de moeilijkheden die Brusselse

ondernemingen ondervinden met de reconversie;

Nadien worden er actievoorstellen geformuleerd om deze remmen op te heffen. Dit denkwerk wordt

gevoerd met medewerking van de actoren die betrokken zijn bij de verandering: de privé

beroepsverenigingen, de universitaire en private onderzoeksinstellingen, de vakbonden, de openbare

actoren op gebied van milieu, economische activering, onderzoek, inburgering, opleiding, onderwijs...

Vervolgens wordt er werk gemaakt van een stapsgewijze precisering en validering van de acties, zodat

de meest geschikte acties gekozen kunnen worden en een globale strategie kan worden uitgewerkt.

De acties die worden voorgesteld door de workshops en aanvaard door de betrokken spelers

vertegenwoordigen slechts een eerste deel van de maatregelen waarover het denkwerk voldoende ver

gevorderd is om een onmiddellijke uitvoering mogelijk te maken. Er zullen ook andere acties voorgesteld

worden tijdens de workshops maar die vergen bijkomende analyses en besprekingen om het voorwerp te

kunnen worden van voldoende stabiele en gedeelde fiches. Deze acties zullen uitgevoerd worden van zodra ze

rijp genoeg zijn en zullen vervolgens verwerkt worden in actieprogramma's bij de opeenvolgende updates.

Uitvoeringsfase van de samen opgebouwde acties

Na de ontwikkelingsfase, wordt het volledige actieplan samen met de uitvoeringsmodaliteiten opgeslagen in een

actieprogramma - synthesedocument dat ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de regering. De regering zal in

de mate dat er budget beschikbaar is, de geselecteerde acties financieren.

Na het akkoord van de regering komen alle belanghebbenden bijeen voor de symbolische opstart van de

uitvoeringsfase. Elke partij wordt uitgenodigd om het charter voor de samen-opbouwdynamiek te ondertekenen,

waar elke partij zich niet enkel engageert met betrekking tot een bijzondere actie, maar ook om deel te nemen

aan het collectief proces.

Vanaf de aanvang van het actieplan (of vroeger voor sommige acties) beginnen de operatoren te werken aan

de uitvoering onder leiding van de aanstuurders. De concrete uitvoeringsmethodologie wordt ten laatste op het

einde van de ontwikkelingsfase in detail uitgewerkt.

3.6.7. Periodieke evaluatie en indicatoren

Evaluatie van het samen-opbouwproces en van de economische impact

De evaluatie is een instrument om verandering te meten en te sturen, in het bijzonder in het kader van

overheidsbeleid. Het is een functie die erin bestaat om een zo systematisch en objectief mogelijke beoordeling

te houden van de aangevatte benadering en van haar acties, ontwerp, uitvoering en resultaten.

De evaluatie is gebaseerd op drie bekommernissen of functies:

Begrijpen (wat is er gebeurd?): het is van belang om de werking van de interventie te begrijpen, de

verschillende betrokken actoren duidelijk te maken wat de zin en de gevolgen zijn van hun actie, en

meer in het algemeen om bij te dragen tot het publieke debat over het nut van de interventie.

Oordelen (heeft men goed gehandeld?): het is van belang om de ontwerpers / beheerders van de actie

te helpen om een oordeel te vormen over het beleid op basis van de zo objectief mogelijke meting van

de impact van de actie (rechtstreekse, onrechtstreekse, organisatorische).

Page 32: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 34 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

Verbeteren (hoe beter doen?): het is de bedoeling om bij te dragen tot een verbetering van de

relevantie en efficiëntie van de acties door hun inhoud en / of hun uitvoeringsmodaliteiten aan te

passen.

Na een jaar uitvoering van de acties, wordt er een participatieve evaluatie gehouden. In een

begeleidingsbenadering zijn de aanstuurder van het stappenplan en de begunstigden de actoren van de

evaluatie. Deze actoren worden begeleid door een derde, wat zorgt voor een participatieve

evaluatiemethodologie.

Indicatoren

Een indicator is een aanwijzing die toelaat om een situatie of een uitdaging, of die nu kwalitatief of kwantitatief

is, te beschrijven. Opgesteld op grond van naakte gegevens, geeft het samenvattend de kenmerken weer van

een complexe realiteit die men wel begrijpen of doen evolueren.

Een indicator moet betrouwbaar en gedeeld zijn. Hij laat onder meer toe om:

Informatie te communiceren naar de beleidvoerders en het grote publiek;

Te meten en te beslissen, een consensus op te bouwen over de oorspronkelijke toestand van een

gegeven situatie, en over de individuele of collectieve acties die gevoerd moeten worden;

De actie evalueren en sturen.

De volgende gewestelijke indicatoren zullen in de mate van het mogelijke, ingezameld worden:

Gewestelijke

milieu-indicatoren

Het verbruik van natuurlijke hulpbronnen (water, primaire energie, enz.)

De luchtkwaliteit (verzuring, uitstoot van metalen in de atmosfeer,

broeikasgassen);

De waterkwaliteit (eutrofisering, vloeibare uitstoot van metalen);

De geproduceerde hoeveelheid afval;

De productie van organische substantie voor de bodems (compostproductie)

[aan te vullen tijdens de uitwerkingsfase]

De specifieke indicatoren voor elke pijler van de circulaire economie worden, in de mate van het mogelijke,

ingezameld:

Specifieke

indicatoren

[aan te vullen tijdens de ontwikkelingsfase]

Page 33: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 35 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

7. 1E ACTIEPLAN 2016-2017

De actoren komen bijeen in juni 2015 om de lijst opportuniteiten in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vast te

leggen. Impulse en Leefmilieu Brussel zorgen nadien voor de voorstelling van de lijst opportuniteiten die ze

prioritiseren aan hun voogdijminister. Na een eerste lezing legt de regering de vervolledigde tekst van de

voorgestelde prioriteiten voor aan de Economische en Sociale Raad en aan de Raad voor het Leefmilieu van

het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De regering keurt de tekst vervolgens in tweede lezing goed. Dan start de

ontwikkelingsfase. Het Masterplan bevat een inschatting van de menselijke en financiële behoeften om de

acties te kunnen doorvoeren. Een concreet actieprogramma met een beknopte en duidelijke omschrijving, een

aanstuurder, collaboranten, een planning, een budget, realisatie-indicatoren wordt dan voorgelegd aan de

regering en aan de adviesraad. Het is de wil van de aansturende ministers om een eerste groep acties te

kunnen voorstellen tegen eind 2015.

Page 34: Template Rapport Technique - Bruxelles Environnement · efficiënter te gebruiken, om de impact op het milieu te verminderen en daarbij ook het individueel welzijn verder te ontwikkelen

PAGINA 36 VAN 35 – CIRCULAIRE ECONOMIE – ECONOMISCHE STIMULERING - 09/06/2015

Circulaire economie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Dienst Info-Leefmilieu van Leefmilieu Brussel:

Tel. 02 775 75 75

E-mail: [email protected]

Bijkomende informatie:

Surf naar de website Leefmilieu Brussel Thema's Duurzame

economie: http://www.leefmilieu.brussels

En

GreenTech.brussels

Tel. 02 422 00 32

E-mail: [email protected]

Bijkomende informatie:

Surf naar de website van GreenTech.brussels

http://www.greentechbrussels.be