Tariq Ramadan: 'Allochtonen doen het niet goed genoeg'

5
Hivakinformatie voor sociale professionals .zorgwelzijn.n ‘Lonsdale-jongere voelen zi uitgekotst Jeugdprojecte sof of te ho verwachting Stapsgew afkicken b Smith an Jon Islamoloog Tariq Ramadan: ‘Allochtonen doen het niet goed genoeg’

description

Cadat, Mellouki, Ephraim Patty. Interview Tariq Ramadan, bruggenbouwer in Rotterdam. 'Sociaal werkers moeten burgers het gevoel geven erbij te horen'. Zorg+Welzijn. Nr. 4. 2 april 2008.

Transcript of Tariq Ramadan: 'Allochtonen doen het niet goed genoeg'

Page 1: Tariq Ramadan: 'Allochtonen doen het niet goed genoeg'

Hivakinformatie voor sociale professionals

.zorgwelzijn.nl

‘Lonsdale-jongeren voelen zich uitgekotst’

Jeugdprojecten: sof of te hoge

verwachtingen

Stapsgewijs afkicken bij

Smith and Jones

Islamoloog Tariq Ramadan:

‘Allochtonen doen het niet goed genoeg’

Page 2: Tariq Ramadan: 'Allochtonen doen het niet goed genoeg'

In het kort : • Rol welzijnswerkers • De school als centrale

plaats in de buurt • Sociale projecten voor leraren

• Rolmodellen

Interview + Filosoof Tariq Ramadan, bruggenbouwer in Rotterdam

‘Sociaal werkers moeten burgers het gevoel geven erbij te horen’ Binnenkort komt de filosoof en islamoloog Tariq Ramadan met zijn visie op het Rotterdamse integratiedebat. Welke problemen spelen er en welke praktische middelen zijn er om hieraan te werken? ‘Sociale projecten in de buurt zijn erg belangrijk.’ door Mellouki Cadat en Ephraim Patty fotografie Jan van der Ploeg

e Egyptisch-Zwitserse Tariq Ramadan (1962) oogst veel bewondering met zijn pleidooi voor een ‘Europese Islam’. In zijn visie, genaamd ‘New We’, moeten moslims in

overeenstemming kunnen leven met hun geloof, terwijl zij ook daadwerkelijk deel uitmaken van de westerse samenleving. Doordat hij veel jonge moslims weet te bereiken zien velen hem als bruggenbouwer tussen moslims en niet- moslims. Ook wordt de charismatische filosoof gezien als iemand die een positieve invloed heeft op het voorkomen van moslimradicalisme. Ramadan behaalde een master in de filosofie en Franse literatuur en promoveerde in Arabische en islamitische studies aan de Universiteit van Genève op het gedachtegoed van zijn grootvader. Hassan Al-Banna, stichter van de Moslimbroederschap in 1928. De charismatische filosoof werd vorig jaar door het gezaghebbende tijdschrift Time uitgeroepen tot een van de honderd meest innoverende personen van de 21e eeuw.

Sinds 1 januari 2007 is Ramadan werkzaam aan de Erasmus Universiteit te Rotterdam, waar hij als gasthoogleraar de leerstoel ‘Identity and Citizenship’ bekleedt. In Rotterdam is de denker bovendien betrokken bij het Rotterdamse integratiedebat, een rol die hem is toebedeeld door het Rotterdamse college van B&W. Zo geeft Ramadan lezingen, houdt hij masterclasses en bemoeit hij zich met het ‘burgerschaps-charter’, een verzameling van gedragsregels waaraan alle Rotterdammers zich zullen moeten houden. ‘Wat mij interesseerde aan dit project in Rotterdam is de afstand die we proberen te verkleinen tussen de universiteit en de samenleving, bijvoorbeeld via masterclasses. Dat is uniek in Europa en, naast het sociale belang van ons onderzoek, een essentiële dimensie van het project die niet moet worden onderschat.’

U zet zich nadrukkelijk in voor de volledige participatie van moslims in de Europese samenleving. Welke rol kunnen welzijnswerkers hierin spelen? ‘Ik vind inderdaad dat je moslim kunt zijn en ondertussen

als burger volledig kunt meedraaien. Dat hebben de afgelopen dertig jaar aangetoond. Maar mijn werk in Rotterdam is niet specifiek gericht op de moslimgemeenschap. Welzijnswerkers moeten zich dan ook niet alleen richten op bepaalde gemeenschappen. We moeten goed onderscheiden wat de oorzaken van problemen zijn. Natuurlijk zijn sommige problemen van religieuze aard, maar er zijn genoeg problemen die daar niets mee te maken hebben. Denk aan sociaal economische problemen, werkloosheid, discriminatie. Daarom moeten de volgende drie pijlers centraal staan: burgerschap, identiteit en sense of belonging. Het burgerschap heeft iedereen met elkaar gemeen en de identiteit kan verschillen vanwege de diverse culturele achtergronden van de Rotterdammers. Met die pijlers

‘Er zijn genoeg problemen die niets met religie te maken hebben’ in je achterhoofd kun je als professional werken aan de

zogenaamde sense of belonging, het gevoel creëren dat burgers erbij horen en bijdragen aan de samenleving.’

U bent nu anderhalf jaar in Rotterdam. U hebt onder meer een stadstour gemaakt en u hebt ook gesproken met professionals uit de sociale sector, de zorg en het onderwijs. Is daar iets concreets uitgekomen? ‘Jazeker. Ik had en heb nog steeds maandelijks een

ontmoeting met professionals uit die sectoren. Als eerste bespraken we de problemen, waarbij we ons dus niet alleen focusten op cultureel religieus gebied. We kwamen uit op drie probleemgebieden: het onderwijs, de banenmarkt, en de media. Daarna hebben we ons gericht op het eerste punt, het onderwijs. We hebben zes maanden lang met leraren, leerlingen en ouders gepraat. Die eerste fase is nu

8 Zorg® Welzijn NR 4,2 april 2008 www.zorgwelzijn.nl

D

Page 3: Tariq Ramadan: 'Allochtonen doen het niet goed genoeg'
Page 4: Tariq Ramadan: 'Allochtonen doen het niet goed genoeg'

afgerond. Begin deze maand brengen we er een boekje over uit, waarin we onze visie uitleggen en met praktische oplossingen komen.’

Hoe wordt er tegen New We gekeken, bijvoorbeeld in relatie met school en de buurt? ‘New We als idee wordt omarmd. Het is nu aan ons om dat idee in de praktijk te brengen. Zo is het beter om met een openbaar schoolsysteem te werken. Dus geen zwarte scholen, geen christelijke scholen en geen islamitische scholen. Als ouders echt willen dat hun kinderen naar zulke scholen gaan, dan regelen ze maar dat daar in het

‘Er moeten leiders opstaan die verder durven te kijken dan hun

eigen gemeenschap’

Meer weten: www.tariqramadan.nl www.radicaaljong.nl Boek: ‘In de voetstappenvan de Profeet’, Tariq Ramadan

weekeinde mogelijkheden voor zijn. Op school moet er gemixt worden, niet alleen op religieus gebied maar ook op sociaal gebied. En dat zal ook zijn impact hebben op de hele buurt, het is een stap in de richting van de school als centrale plek in de buurt.’

De school als centrale plek in de buurt? Hoe moeten wij dat voor ons zien? ‘Het moet een gemeenschappelijke plek worden voor leerlingen, leraren, ouders en buurtbewoners. Denk daarbij bijvoorbeeld aan ouders die er ’s avonds Nederlands kunnen leren. We moeten samen zorgen voor een school die leeft in de buurt. Ik weet dat het vandaag de dag niet gemakkelijk is om leraar te zijn, maar de leraar moet wat dit betreft toch een grotere rol op zich nemen. Zo is het erg belangrijk dat er sociale projecten in de buurt worden opgezet. Ook moet er aan de communicatie worden gewerkt tussen leraren, leerlingen en ouders. Een andere belangrijke zaak is het gebrek aan diversiteit bij de leraren. Je hebt leerlingen die overal vandaan komen, maar vooral blanke docenten. De school moet een afspiegeling van de samenleving zijn en daarom moet er gekeken worden naar leraren met andere culturele achtergronden.’

Kunt u misschien wat concrete voorbeelden opnoemen van sociale projecten die leraren kunnen opzetten ? ‘Ik was zelf een tijd leraar in het voortgezet onderwijs in Genève, Zwitserland, waar ik Frans en filosofie doceerde. Daar heb ik toen de gemeente zover gekregen dat ze de projecten wilde financieren. In het eerste project bracht ik mijn leerlingen in contact met ouderen. Niet met beroemdheden, maar met gewone mensen die hun hele leven gewerkt hebben. En de scholieren moesten hun verhaal optekenen. De gemeente bundelde die verhalen in een boek, dat ze cadeau gaf aan de ouderen in haar stad.’ ‘Voor het tweede project liet ik leerlingen teruggaan naar hun eerste middelbare school. In Zwitserland bestaat de middelbare schoolperiode uit twee gedeeltes, de onder

en bovenbouw staan los van elkaar. Ik liet de leerlingen oud-klasgenoten opzoeken die na de onderbouw waren afgehaakt en niet meer naar school gingen. Naar aanleiding van die bezoeken aan oud-klasgenoten kwamen de leerlingen terug met hele mooie verhalen, getuigenissen en zelfs met poëzie over zaken als drugsproblemen, ouders die scheiden en huiselijk geweld. Deze verhalen verschenen ook in een bundel, genaamd En rouge dans la marge.’ ‘Het laatste project en het boek dat daaruit voortkwam

ging over de diversiteit in Genève, met als thema Ons gemeenschappelijke punt: onze verschillen. Via die projecten wilde ik dat de leerlingen oog kregen voor de samenleving om hun heen.’

U gaf al aan dat u maandelijks in gesprek gaat met professionals. Denkt u dat de docenten en sociaal werkers die u hebt ontmoet, ook de competentie en de wil hebben om zelf met zulke initiatieven te komen? ‘Ik merk dat de wil er bij de meesten wel is. Velen weten

alleen niet hoe ze het moeten aanpakken. Anderen zijn wel bezig met goede initiatieven, maar deze zijn weer niet te zien. En dat is denk ik toch van belang. Doordat mijn eerder genoemde projecten in Genève gesteund werden door de gemeente, was er meer aandacht voor. En publiciteit zorgt voor een zuigende werking. Verder pleit ik voor meer samenwerking van de verschillende sectoren. Mensen moeten niet alleen in hun eigen werkveld blijven. Neem als welzijnswerker bijvoorbeeld eens de tijd om af te spreken met mensen uit het onderwijs om ervaringen uitwisselen. Samenwerken blijft het devies.’

Rotterdam is een smeltkroes van veel verschillende culturen. Zo zijn er onder meer grote gemeenschappen Surinamers, Antillianen, Marokkanen en Turken. Zijn ze op dit moment goed bezig? Welke rol ziet u voor hen in het integratiedebat? 'Ze doen het niet goed genoeg. Er moeten leiders opstaan die verder durven te kijken dan hun eigen gemeenschap, die over hun culturele grenzen kunnen kijken. Zulke rolmodellen heb je juist ook nodig onder docenten, sociaal werkers, en de media. Verder moeten ze niet wachten op de nieuwe generatie, dit is de nieuwe generatie. In een discussie die ik pas had met jonge moslims merkte ik verder dat sommigen nog steeds het gevoel hebben dat ze op de deur kloppen, maar niet gehoord worden. Die gemeenschappen kunnen hierbij helpen door openingen te creëren. En wat die gemeenschappen zeker moeten onthouden, evenals de welzijnswerkers en docenten: de allochtone jongeren moet je niet als objecten zien in het hele integratiedebat, maar als partners.’ ■

Tariq Ramadan is keynotespeaker tijdens ‘Radicaal Jong. Het praktijkcongres over welzijnswerk en radicalisering’ op 24 april in Rotterdam. Mellouki Cadat is projectleider Culturele spanningen en Radicalisering bij MOVISIE, kennis en advies voor maatschappelijke ontwikkeling. Ephraim Patty is redacteur bij Zorg + Welzijn.

Reageer op [email protected]

10 Zorg©ülelzijn NR 4,2 april 2008 www.zorgwelzijn.nl

Page 5: Tariq Ramadan: 'Allochtonen doen het niet goed genoeg'

Av Kennis en advies voor A\vA\T maatschappelijke ontwikkeling

movisiE H E T H E L E P R O G R A M M A E N I N S C H R I J V I N G S F O R M U L I E R V I N D T

Vaklnforaatle voor sociale profess u O O K O P W W W . Z O R G W E L Z I J N . N L / R A D I C A A L J O N G Zorg©Uelzi

à

Organisatie

Adres ...........

Radicaal Jong Het praktijkcongres over welzijnswerk en radicalisering

DONDERDAG, 24 APRIL 2008, 9.30 TOT 17.00 UUR 2008, CONGRESCENTRUM ENGELS, ROTTERDAM

Deze jongen radicaliseert. Wat doet u? Gaat u met hem in gesprek? Of

denkt u: ik ga die jongere niet stigmatiseren als radicaal?

Na 11 september, de moord op Theo van Gogh, brandstichtingen in moskeeën, racistisch en rechtsradicaal geweld staan eerstelijnswerkers voor een grote opgave: de aanpak van radicalisering. In de praktijk blijkt het niet makkelijk om daaraan te werken. Onduidelijk blijft wat er nu precies verwacht wordt van de jongerenwerker, de opbouwwerker en de

hulpverlener. Het maatschappelijke klimaat doet vaak geweld aan een bedachtzame professionele benadering. Waar ligt uw loyaliteit? Met wie en hoe werkt u samen rond het binden van de jongeren aan de samenleving? MOVISIE en Zorg + Welzijn organiseren een praktisch congres voor iedereen die te maken heeft met

dit weerbarstige fenomeen. De dag bestaat uit vier inleidingen door toonaangevende deskundigen, interactieve workshops en twee rondes met speeddates. In het slotdebat bespreken Marco Zannoni (COT), Mellouki Cadat (MOVISIE) en Martin Zuithof (Zorg + Welzijn) samen met u hoe u verder kunt met dit onderwerp. Dagvoorzitter is Kustaw Bessems, politiek redacteur bij dagblad De Pers en gespecialiseerd in onder meer radicalisering.

Met inleidingen van: Tariq Ramadan is hoogleraar filosofie en islamologie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

Daar werkt hij sinds januari 2007 aan het project Burgerschap en Identiteit. Ramadan levert hiermee een bijdrage aan het zogeheten 'Rotterdamse Stadsburgerschap'. Hij vertelt over zijn onderzoek naar de praktijk van jongerenwerkers rondom radicaliserende jongeren.

Anton van Wijk (Advies-en Onderzoeksgroep Beke) onderzocht de 'Lonsdaleproblematiek' in drie gemeenten in Nederland. Hij gaat in op de kenmerken en achtergronden van deze jongeren en plaatst ze binnen een breed perspectief van opgroeiende jeugd.

Marco Zannoni (COT Instituut voor Veiligheids- en Crisismanagement) is auteur van de publicatie'De rol van eerstelijnswerkers bij het tegengaan van polarisatie en radicalisering'. Hij deed onderzoek naar de rol van professionals en ambtenaren rond radicalisering in onder meer Rotterdam, Utrecht, Tilburg, Breda.

Mellouki Cadat (MOVISIE) publiceerde de brochure'Radicaal Jong'en ontwikkelt vanuit MOVISIE methoden voor de aanpak van radicalisering onder moslim- en extreemrechtse jongeren. Hij werkt aan een meerjarig monitoronderzoek waarbij hij de resultaten van welzijnsinterventies inventariseert.

Twee rondes met zes workshops: 1 - Hoe pakt u de radicalisering aan in uw gemeente? - door Marco Zannoni (COT) 2 - De Groningse aanpak van rechtsradicale jongeren - door Ralph du Long (STAMM CM0

Drenthe), Teye Barkema en Ferry Pasche (Jongerenwerk Barkema en De Haan) 3 - Radicaal Jong. De integrale aanpak van radicalisering - door Mellouki Cadat (MOVISIE) en Leida Schuringa (Leidraad), met medewerking van Marcel Bouman, auteur van het boek 'De onschuld voorbij. Het gedramatiseerde verslag van de brandstichting bij de islamitische basisschool Bedir'

4 - De andere Jihad, een praktische aanpak - door Omar Nahas 5 - Deradicalisering van extreemrechts georiënteerde jongeren - door Rob Witte

en Krista Schram (FORUM Instituut voor multiculturele ontwikkeling) 6 - Empowerment van moslimjongeren als deradicalisering - door Habib el Kaddouri

Met een moslimjongere die aan deze empowermenttraining deelnam

Doelgroep Sociale professionals, zoals jongerenwerkers, opbouwwerkers en hulpverleners, beleidsmedewerkers,

managers, directeuren, beleidsambtenaren en bestuurders van gemeenten.

Aanmelden U kunt zich aanmelden met de antwoordbon. Stuur deze ingevuld in een envelop zonder postzegel

naar: Reed Business bv, secretariaat overheid, postbus 16500,2500 BM Den Haag. Of faxen naar: (070) 441 5917. Heeft u vragen? Dan kunt u contact opnemen met Reed Business bv Henny Mientjes-Rees, tel. (070) 441 5188. e-mail: [email protected]. Het hele programma en inschrijvingsformulier vindt u ook op www.zorgwelzijn.nl/radicaaljong.

Annuleringsvoorwaarden U kunt uw inschrijving alleen schriftelijk annuleren. Bij annulering tot drie weken voor aanvang van het congres

brengen wij een bedrag van i 75,- (excl. btw) aan administratiekosten in rekening. Indien u binnen drie weken voor aanvang annuleert, berekenen wij het volledige bedrag. Bij verhindering kan een vervanger van uw inschrijving gebruikmaken.

Antwoordstrook □ Ik ben/wij zijn abonnee van het tijdschrift Zorg + Welzijn en betaal slechts € 350,- (ex. btw) □ Ik verzoek mij (ons) in te schrijven voor het bovengenoemd congres voor plaatsen à € 450,- (ex. btw) Bent u nog geen abonnee? Meld u nu aan en ontvang Zorg + Welzijn en profiteer direct van de congreskorting! □ Ik ben/wij zijn nog geen abonnee van Zorg + Welzijn en maak graag gebruik van deze aanbieding. De abonnementsprijs is € 199,50 (instellingen) of € 93,71

(particulier). Deze prijzen zijn incl. btw en verzendkosten. ............................................................................................................................ 2de ronde workshops 1 2 3 4 5 6

............................................................................................................................ Deelnemer 2 .............................................................................................................................................. Postcode .................................................. Plaats ................................................................

Functie ........................................................... E-mail ..................................................... Telefoon ....................................................... Fax ................................................................ „ , Maak uw keuze (graag omcirkelen): 1ste ronde workshops 1 2 3 4 5 6. Deelnemer 1 .......................................................................................................................... (M/V) punctje £_maj| 2de ronde workshops 1 2 3 4 5 6

Maak uw keuze (graag omcirkelen): 1ste ronde workshops 1 2 3 4 5 6 Datum .......................................... Handtekening.