Stichting Initia | katholiek primair onderwijs voor Dongen en ......En voorts : “zij wil daarbij...

Bestuurlijk jaarverslag

2016

Stichting Initia katholiek primair onderwijs voor Dongen en omgeving

Bestuurlijk jaarverslag 2016 Stichting Initia

Pagina 2 van 32

Inhoudsopgave

Voorwoord van de Bestuurder ................................................................................................................ 3

Jaarverslag Raad van toezicht ................................................................................................................. 4

Organisatie ....................................................................................................................................... 5 1.1.1 Juridische structuur en organisatiestructuur .......................................................................... 5 1.2 Missie en visie ......................................................................................................................... 5 1.3 Samenwerkingspartners ......................................................................................................... 6 1.4 Communicatie en verantwoording ......................................................................................... 7

Onderwijs en de scholen .................................................................................................................. 9 2.

Personeel ........................................................................................................................................ 13 3.3.1 Doelstellingen ....................................................................................................................... 13 3.2 Beleid ..................................................................................................................................... 13 3.3 Opbouw van het personeelsbestand .................................................................................... 14 3.4 Uitstroom: ............................................................................................................................. 15 3.5 Ziekteverzuim: ....................................................................................................................... 15

Financiën ........................................................................................................................................ 16 4.4.1 Algemeen .............................................................................................................................. 16 4.2 Beleid ..................................................................................................................................... 16 4.3 Financieel resultaat winst en verliesrekening– toelichting ................................................... 16 4.4 Financiële positie .................................................................................................................. 18 4.5 Treasury................................................................................................................................. 19

Huisvesting ..................................................................................................................................... 20 5.

Vooruitblik naar 2017..................................................................................................................... 21 6.

Continuïteitsparagraaf ................................................................................................................... 23 7.

Bijlage A Adres en overige algemene gegevens .................................................................................... 29

BIJLAGE B Treasuryverslag 2016 ........................................................................................................... 30

Bijlage C - Organogram .......................................................................................................................... 31

Bijlage D Jaarrekening 2016 .................................................................................................................. 32


Pagina 3 van 32

Voorwoord van de Bestuurder

Voor u ligt het bestuurlijk jaarverslag van Stichting Initia, katholiek primair onderwijs voor Dongen en omgeving. Het rapport bestaat uit een balans per 31 december 2016 en een staat van baten en lasten over de periode 1 januari 2016 tot en met 31 december 2016, welke beide zijn voorzien van de nodige specificaties en toelichtingen. Het rapport inzake de jaarrekening maakt onderdeel uit van het jaarverslag. De opzet van het jaarverslag is in de lijn van o.a. het veranderde toezicht, de groter wordende vraag om publieke verantwoording en de algemene ontwikkeling van good governance. Zowel ten tijde van het bestuursmodel met een algemeen bestuur (en daarin een toezichthoudend en bestuurlijk deel) als na de statuutwijziging in het instellen van een raad van toezicht en het benoemen van een directeur bestuurder hanteert stichting Initia de Code Goed Bestuur PO. Dit verslag is besproken in de vergadering van de raad van toezicht van stichting Initia op 20 juni 2017. Stichting Initia, katholiek primair onderwijs voor Dongen en omgeving, M.A. Verhoeven, directeur bestuurder


Pagina 4 van 32

Jaarverslag Raad van toezicht

2016 is een jaar geweest waarin de thema’s ‘bouwen en vertrouwen’ de belangrijkste waren. Het wederzijdse vertrouwen tussen de raad en directeur bestuurder werd regelmatig op de proef gesteld dit jaar. Hierdoor ontstonden er felle discussies over de wijze en mate van informeren van de raad door de directeur bestuurder. In december heeft dat geleid tot een korte crisis die de relatie tussen de bestuurder en de raad even op scherp heeft gezet. Een lid van de Raad van Toezicht heeft haar lidmaatschap per direct opgezegd zodat de raad per 1 januari 2017nog uit slechts vier leden bestaat. Met het besluit een toezichtkader op te stellen verwacht de raad het verschil in perceptie weg te nemen. De raad kijkt tevreden terug op de geleverde prestaties van de bestuurder. Zo zag de raad een verdere verbetering van de financiële positie van de stichting en een verbeterde samenwerking tussen de scholen van de stichting en werd er een actief personeelsbeleid gevoerd om vraag en aanbod goed op elkaar af te stemmen. In januari heeft de raad samen met de GMR over het thema Identiteit gesproken. Het blijkt moeilijk om in deze tijd de Katholieke achtergrond naar buiten te profileren. Meer en meer komen kinderen met andere achtergronden op Initia scholen en worden kinderen ook met andere culturen in contact gebracht. In maart heeft de raad in meer diepgang gesproken over de kwaliteit van de leerlingzorg binnen de stichting. Met het benoemen van een orthopedagoog heeft de stichting een stap gezet om de begeleiding van leerlingen met een specifieke leervraag op een hoger plan te brengen zodat voldaan kan worden aan de ambities van de wet op het Passend Onderwijs. De vele initiatieven dragen bij aan een duidelijke kwaliteitsverbetering binnen de stichting, iets waar we als raad erg blij mee zijn. Integraal Kind Centrum (IKC) Dongen – een initiatief waarin Initia en stichting KID participeren - heeft op bestuursniveau veel overleg gekost. Doordat beide organisaties te maken hebben met verschillende wet- en regelgeving is het zeer moeilijk gebleken om in het merendeel van de intiatieven samen op te trekken. In 2017 zal bezien worden of deze samenwerking in deze vorm en in deze samenstelling nog de doelen kan dienen die IKC Dongen voor ogen heeft. Punt van grote zorg blijft adequate huisvesting. Zoals in dit verslag aangegeven is, zijn diverse scholen van Initia toe aan vervanging/renovatie en er is op vele plaatsen sprake van matig of zelfs achterstallig onderhoud hetgeen verzoorzaakt is door uitblijven van besluiten van de gemeente Dongen. De raad bezint zich in 2017 hoe de raad de directeur bestuurder kan ondersteunen in zijn pogingen de gemeente haar verantwoordelijkheid te laten nemen. Omdat de termijn van Luc Budel per 1 augustus 2016 afliep is een nieuw lid gevonden in de persoon van Andrea Frankowski. T. de Wit, voorzitter raad van toezicht


Pagina 5 van 32

Organisatie 1.

1.1 Juridische structuur en organisatiestructuur

Stichting Initia is een stichting, die het bevoegd gezag is van de zes katholieke basisscholen in Dongen. Vijf scholen zijn gelegen in de kern Dongen en één school staat in Dongenvaart. Het bevoegd gezag (bestuur) is het eindverantwoordelijk orgaan in de organisatie. De scheiding van bestuur en toezicht is geregeld door het benoemen van een directeur-bestuurder, zijnde het bevoegd gezag en het instellen van een Raad van toezicht. In de statuten van de stichting is vastgelegd welke taken en verantwoordelijkheden aan de directeur bestuurder zijn voorbehouden en hoe zich dat verhoudt tot de taken en verantwoordelijkheden van de Raad van toezicht. Iedere school heeft één directeur en iedere directeur heeft één school. Het directeurenberaad is het collectief waarin de zes directeuren en de directeur bestuurder acteren. Ondersteuning bestuur en management: Alle scholen hebben een administratief medewerker, een conciërge en een huishoudelijke dienst. Aan het bestuursbureau is een stafmedewerker Personeel en Financiën verbonden. Ten behoeve van alle scholen is een stafmedewerker ICT en een stafmedewerker Zorg werkzaam. Administratiekantoor Dyade uit Utrecht draagt zorg voor de salaris- en personeelsadministratie en de financiële administratie. (Gemeenschappelijke) Medezeggenschapsraad Ieder school heeft een Medezeggenschapsraad en van iedere school is één ouder en één personeelslid afgevaardigd naar de GMR. Er is een medezeggenschapsstatuut opgesteld en een medezeggenschapsreglement voor de MR en GMR. De MR-en en de GMR hebben zelf een huishoudelijk reglement vastgesteld.

1.2 Missie en visie

De missie van stichting Initia Stichting Initia heeft in haar statuten vastgelegd dat zij “zonder winstoogmerk ten doel heeft te voorzien in en bevorderen van het onderwijs in Dongen en omgeving. De stichting beoogt op haar scholen onderwijs te geven op katholieke grondslag.” En voorts : “zij wil daarbij handelen volgens de regelingen betreffende het katholiek onderwijs, die op grond van het gezamenlijk overleg in de Nederlandse Katholieke Schoolraad zijn of worden vastgesteld, alsmede handelen volgens het Algemeen Reglement voor het Katholiek Onderwijs. Zij wil daarbij waar mogelijk en wenselijk samenwerken met de lokale katholieke geloofsgemeenschap in de gemeente Dongen. “ Daarnaast heeft de stichting zichzelf de volgende vragen gesteld: Wat zijn de ontwikkelingen om ons heen en in onze organisatie? Wat is daarop ons antwoord? Wat willen we de komende vier jaar bereiken? Het antwoord op die vragen heeft geleid tot het volgende missiestatement: Stichting Initia ziet het als haar opdracht om aantoonbaar goed onderwijs op katholieke grondslag te bieden, waardoor leerlingen zich optimaal kunnen ontwikkelen. De visie van Stichting Initia Het streven van de scholen van Initia is er op gericht dat ieder kind binnen zijn of haar eigen ontwikkelingsperspectief het hoogst haalbare bereikt. De scholen zijn er zich van bewust dat - om


Pagina 6 van 32

iedere kind de optimale kans tot ontplooiing te bieden – er meer nodig is dan onderwijs alleen. Een doorgaande ontwikkelingslijn in een veilige en kansrijke omgeving biedt leerlingen de optimale basis voor hun verdere leven. Naast ouders zijn er ook andere educatieve partners die vorm en inhoud geven aan de ontwikkeling van leerlingen. Stichting Initia is de grootste stichting voor primair onderwijs in Dongen en daarom in staat binnen het voedingsgebied een leidende rol te hebben in de (onderwijs)ontwikkelingen rond het kind. De zes scholen van de stichting hebben ieder een eigen identiteit en een eigentijds onderwijsaanbod zodat er voor de ouders van leerlingen uit Dongen en omgeving iets te kiezen valt en er een passend antwoord is op (de ook meer specifieke) onderwijsvragen. De scholen bieden een prettige en veilige leer- en werkomgeving en zijn optimaal gehuisvest. Om de doelen te bereiken en de resultaten te behalen is het van groot belang dat stichting Initia een financieel gezonde organisatie is met deskundig, gemotiveerd en gedreven personeel.

1.3 Samenwerkingspartners

Stichting Initia heeft diverse partners om de doelstellingen zo efficiënt en effectief mogelijk te realiseren. Samenwerking andere PO-instellingen De schooldirecteuren hebben met enige regelmaat overleg over onderwerpen die voor alle basisscholen in Dongen van belang zijn. Twee maal per jaar is er overleg met Voortgezet Onderwijs uit Dongen. Voor de schoolverlaters organiseert het DOBO een informatieavond voortgezet onderwijs. Hierbij worden scholen voor VO uit de omgeving uitgenodigd om zich te presenteren en informatie te verstrekken aan ouders en leerlingen. Regionaal Samenwerkingsverband Breda en subregio Dongen-Oosterhout Stichting Initia maakt sinds de opheffing van WSNS (SWV 44.03) deel uit van het samenwerkingsverband Regionaal Samenwerkingsverband Breda (RSV). Het RSV heeft de toevoeging OOK (optimale onderwijskans)in haar naam opgenomen. De basisscholen in de regio Breda en omgeving (regio PO-30-03) vormen een samenwerkingsverband: het regionaal samenwerkingsverband Breda en omgeving. Dat zijn niet alleen de scholen in de gemeente Breda, maar ook die in Chaam (deel van de gemeente Alphen-Chaam), Baarle-Nassau, Dongen, Drimmelen, Etten-Leur, Geertruidenberg, Gilze en Rijen, Oosterhout en Zundert.De besturen van de scholen in dit gebied hebben afgesproken samen ervoor te zorgen dat alle kinderen in de regio de juiste onderwijskansen krijgen. In de ‘passend onderwijs subregio Dongen-Oosterhout’ is de heer Smeulders benoemd als coördinator. Hij zal zich één dag in de week specifiek richten op Dongen: gericht op het versterken van de samenwerking tussen de directeuren, het verhogen van de kwaliteit van de intern begeleiders, het verruimen van het netwerk voor leraren en intern begeleiders. Contacten met peuterspeelzalen en kinderdagverblijven Stichting Initia heeft tot de opheffing op 31 december 2015 van de Stichting Peuterspeelzalen Dongen (SPD) intensief samengewerkt met de SPD. Vanaf 1 januari 2016 worden de peuters op een beperkt aantal locaties opgevangen door een aantal commerciële aanbieders via subsidie van de gemeente en op overige locaties zonder subsidie. Op alle scholen van stichting Initia is één van de organisaties voor peuteropvang actief. Er is sprake van samenwerking tussen de scholen en peuteropvangorganisaties om zodoende een voortgaande ontwikkelingslijn voor kinderen van 0 tot 13 jaar te realiseren. Stichting Kid en Stichting Initia participeren samen in de stichting Integrale Kindcentra Dongen. Deze stichting beoogt de partners rond kinderopvang en scholen samen te brengen. In het jaar 2014 heeft tot geleid tot een peutergroep in rkbs Achterberg. Deze peutergroep heeft zich ontwikkeld tot kinderopvang 0-4 jarigen met uitgebreide openingstijden.


Pagina 7 van 32

Contacten gemeente Dongen 1. Combinatiefunctionarissen (CF) Sport; de scholen van Initia maken gebruik van de een

combinatiefunctionaris (CF) op het gebied van aanbod sport onder en na schooltijd en levert de combinatiefunctionaris Cultuur voor alle Dongense scholen;

2. er vindt overleg plaats middels een OOGO (op overeenstemming gericht overleg) en de LEA (lokaal educatieve agenda) met de gemeente Dongen.

3. Het Integraal Huisvesting Plan (IHP) is door de gemeente vastgesteld: nieuwbouw voor St Agnes te Dongenvaart en onderzoek naar de mogelijkheid tot nieuwbouw voor Heilig Hart en Noorderpoort (gezamenlijk met Bravoo, openbaar onderwijs) in Dongen.

Stichting KOMM Stichting Initia is aangesloten bij een landelijke klachtencommissie (KOMM) en heeft een externe vertrouwenspersoon in de persoon van mevr. I. van Hezewijk. Bovenschools Netwerk West-Brabant: Tot 1 april 2013 heeft de algemeen directeur actief deelgenomen aan het Bovenschools Netwerk West Brabant en vanaf juni 2014 heeft de directeur bestuurder dit weer opgepakt. In 2016 heeft de directeur bestuurder de bijeenkomsten bijgewoond indien er voor Initia relevante onderwerpen op de agenda stonden.

1.4 Communicatie en verantwoording

Interne communicatie

Vergaderingen/ werkbijeenkomsten directie: Het directeurenberaad komt ongeveer iedere zes weken bijeen. Directeuren en directeur bestuurder spreken elkaar vooral op hoofdlijnen over zaken die de scholen afzonderlijk of de stichting als geheel aangaan. Het beraad wordt tevens op onderdelen bijgewoond door de stafmedewerkers. De bijeenkomsten hadden in 15-16 als verbindend thema: ‘vertrouwen en bouwen’ en in schooljaar 16-17 ‘bouwen en innoveren’.

Vergaderingen raad van toezicht De directeur bestuurder en de volledige raad van toezicht komen vier maal per jaar in vergadering bijeen. Daarnaast zijn er met enige regelmaat gesprekken tussen een deel van de raad van toezicht en directeur bestuurder en/of stafmedewerker als een specifiek onderwerp (financiën, personeel, zorg) nadere informatie-uitwisseling of toelichting behoeft.

(Gemeenschappelijke) Medezeggenschapsraad: De vergaderingen van de MR vinden plaats op de scholen en worden zoveel mogelijk bijgewoond door de directeur. De GMR komt 1x per 6 weken bijeen, deze vergaderingen worden deels bijgewoond door de directeur bestuurder. De GMR heeft net als de MR-en een eigen jaarverslag.

Nieuwsbrieven en website: Met regelmaat wordt de nieuwsbrief ‘even bijpraten’ verstrekt onder het personeel en gepubliceerd op de website. Stichting Initia heeft een website met algemene informatie en links naar de zes scholen, www.stichtinginitia.nl Externe communicatie. De externe stakeholders zijn personen of partijen van buiten de onderwijsinstelling stichting Initia. De externe stakeholders zijn: het overige basisonderwijs in Dongen en hun bestuurders, onze samenwerkingspartners (BSO, PSZ, RSV OOK), de gemeente, het ministerie, DUO en BRON en de Inspectie van het Onderwijs. Met ieder van deze instellingen heeft stichting Initia een daartoe geëigende communicatie. De scholen communiceren met de ouders/verzorgers van de leerlingen en beschrijven de manier

http://www.stichtinginitia.nl/


Pagina 8 van 32

waarop in hun schoolgids. Klachtenafhandeling Stichting Initia heeft een klachtenregeling en is aangesloten bij een klachtencommissie. In voorkomende gevallen kan worden terugvallen op de interne en externe vertrouwens- personen en in uitzonderlijke gevallen op de vertrouwensinspecteur. Stichting Initia is aangesloten bij de landelijke geschillencommissie voor het onderwijs.


Pagina 9 van 32

Onderwijs en de scholen 2.

Inspectie voor het onderwijs In december 2016 heeft een uitgebreid gesprek plaatsgevonden tussen de inspectie van het onderwijs en de directeur bestuurder. Onderwerpen van gesprek waren: Aansturing, monitoring en kwaliteit van het onderwijs. De inspectie constateerde dat de eindopbrengsten ten opzichte van het jaar ervoor verbeterd waren waardoor bij Sint Jan, Agnes, Noorderpoort en Vlinderboom het basisarrangement gehandhaafd kan blijven. Dat geldt ook voor de Heilig Hart maar gezien het feit dat de eindopbrengsten in 2016 onvoldoende waren kan de school (bij onvoldoende opbrengsten in 2017) een kwaliteitsonderzoek gediffentieerd toezicht uitgevoerd worden. Achterberg had een ‘arrangement met waarschuwing’ dat na een kwaliteitsonderzoek mede door onvoldoende resultaten is omgezet naar ‘aangepast arrangement zwak’. Met het bestuur is afgesproken dat de onderwijskwaliteit in december 2017 weer van voldoende niveau is. De inspectie voert in het vierde kwartaal van 2017 een afsluitend onderzoek uit naar de kwaliteitsverbetering (okv) om na te gaan of de tekortkomingen zijn opgeheven. Verder heeft de inspectie met nadere afspraken met de directeur bestuurder gemaakt over te bereiken tussenresultaten en over een tussentijds kwaliteitsonderzoek (tko) gevolgd door een voortgangsgesprek over bereikte verbeteringen. Deze afspraken zijn vastgelegd in een toezichtplan. De scholen zijn gestart met het gebruik van NIO-toetsen om meer zicht te krijgen op de populatie binnen de Initia-scholen en daarmee op de te verwachten opbrengsten. De directeur bestuurder heeft de gesprekken met de directeuren geïntensiveerd en houdt middels de managementrapportages die de directeuren aanleveren de vinger aan de pols. De directeur bestuurder heeft de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in het tot stand brengen van een cultuur van samenwerking, leren van elkaar en doelgericht/opbrengstgericht werken op de verschillende niveaus in de Stichting: directeuren, intern begeleiders en leraren. Deze cultuur krijgt steeds meer vorm. De volgende stap is het creëren van een structuur die deze cultuur ondersteunt door onder andere:

Vormgeving van de zorgstructuur;

Inrichting van een kwaliteitssysteem met Initia-standaarden;

Samenwerking tussen directeuren-koppels;

Collegiale feedback. Voorafgaand aan het directieberaad op een school voeren alle directeuren gerichte klassenbezoeken uit op die school en bespreken onderling wat ze gezien hebben;

Positionering van de intern begeleiders: bovenschools.

Het moet nogmaals gezegd worden dat de frequente wisselingen in het directieteam van de afgelopen jaren de borging van ingezette ontwikkelingen geen goed heeft gedaan. De Sint Agnesschool heeft in twee jaar tijd vier directeuren gehad, de Sint Janschool en Achterberg drie en de Noorderpoort twee. Een van de ‘slachtoffers’ van deze veelvuldige wisselingen was de gesprekscyclus en waarmee de continuïteit van het consequent en zorgvuldig monitoren van de kwaliteit van het onderwijs(ondersteunend)personeel in het gedrang kwam. De verschillen in opvatting tussen de opeenvolgende directeuren over wat kwalitatief goed personeel is waren mede debet aan een stagnatie in de professionele ontwikkeling van schoolteams in het algemeen en individuele mewerkers in het bijzonder. Door de interne audits (directeuren leggen klassenbezoeken af op elkaars scholen en geven daarover feedback aan hun collega’s) komen verschillen aan het licht die het bespreekbaar maken om tot een eenduidige beoordeling te komen.


Pagina 10 van 32

Alle scholen maken jaarlijks een verslag waarin zij verantwoording afleggen over de resultaten en de activiteiten gerelateerd aan hun schoolplannen. Deze jaarverslagen worden voorgelegd aan de

betreffende medezeggenschapsraad. Zorgstructuur In de zorgstructuur wordt gewerkt volgens de principes van de ‘1-zorgroute.’ De 1-zorgroute beschrijft de in onderwijszorg vereiste stappen op groepsniveau, schoolniveau en bovenschools niveau. Op groepsniveau gaat de leerkracht aan de slag met de cyclus handelingsgericht werken. De leerkracht signaleert leerlingen die extra aandacht nodig hebben op tijd en krijgt een helder beeld van de onderwijsbehoeften van leerlingen. Er vinden groeps- en leerling besprekingen plaats, deze stellen de leerkracht in staat leerlingen met vergelijkbare onderwijsbehoeften effectief te clusteren, een doelgericht groepsplan op te stellen, uit te voeren en te evalueren. Op schoolniveau levert 1-zorgroute een effectieve zorgstructuur met concrete stappen om de kwaliteit van het gedifferentieerde onderwijs in de school te verbeteren. Op bovenschool niveau zorgt 1-zorgroute voor samenwerking met alle partners in onderwijs en zorg in onze regio en voor een efficiënte afstemming tussen schoolinterne en externe zorg (SBO- SO, Centrum Jeugd en Gezin, RSV Breda). Integrale Kind Centra Na een intensieve voorbereiding was in september 2013 de eerste stap in de realisatie IKC Achterberg gezet met de start van een peutergroep in de school, een peutergroep die organisatorisch valt onder Stichting IKC Dongen. Het is de ambitie om alle scholen te gaan versterken door in samenwerking met externe partners de activiteiten van de scholen, niet zijnde onderwijs, uit te breiden. Dit biedt de kans om daadwerkelijk koers te zetten in een doorlopende ontwikkellijn voor kinderen van 0 – 13 jaar en nauwe samenwerking met externe partners en combinatiefunctionarissen en het aantal ‘kindbewegingen’ tot een minimum te beperken. In 2015 is de peutergroep verder uitgebouwd met kinderopvang vanaf 0 jaar. Leerlingenprognose De afgelopen jaren is het leerlingaantal gedaald en die trend zet voorlopig door. De daling is echter minder sterk dan vorige jaren werd aangenomen. Dat komt door het aantrekken van de woningmarkt waardoor gezinnen verhuizen naar de Beljaart en plaatsmaken voor nieuwkomers in de andere wijken en interne mobiliteit (tussen scholen). De verwachting is dat met het verder aantrekken van de woningmarkt het leerlingaantal nog minder hard daalt dan we aanvankelijk uit de cijfers op konden maken. Ook het economisch herstel speelt waarschijnlijk een rol, hetgeen te zien is in de toename van 0-jarigen in de gemeente Dongen.

1-10-2015 1-10-2016 1-10-2017 1-10-2018 1-10-2019

03PK 106 87 85 78 75

05 GM 208 189 162 148 145

05 GP 361 324 305 278 264

07 UD 237 229 226 220 215

10 JL 314 354 350 354 375

10 ZI 151 150 150 159 150

Initia 1377 1332 1278 1237 1224


Pagina 11 van 32

Onderwijsprestaties 13-14 14-15 15-16 16-17

eindtoets basis onderwijs standaardscore 535 534,8 534,9 535,2

St Agnes 534,9 534,9 535,9 536,0

(gecorrigeerd op St Jan 533,9 534,3 535,7 534,7

leerling-gewicht) Achterberg 534,7 533,4 534 535,6

Vlinderboom 531,3 530,9 533,9 537,8

Heilig Hart 535 538,3 533,3 533,4

Noorderpoort 535,6 539,1 533,9 535,6

Leerlingen 13-14 14-15 15-16 16-17

Aantal 4-7 jarigen 612 641 665 649

8 jaar en ouder 802 757 712 683

Totaal 1444 1398 1377 1332

Uitstroom S(B)O/verhuizing 8 22 29 6

Naar VMBO 74 122 104 96

HAVO 60 58 67 41

VWO 41 32 40 33

Vier scholen hebben de eigen streefdoelen (eindresultaten op of boven het gemiddelde van vergelijkbare scholen) gehaald.

Twee scholen hebben het landelijk gemiddelde niet behaald. - Bij een leerlinggewicht van 15% scoort Sint Jan boven de ondergrens, maar onder het

landelijk gemiddelde. - Bij een leerlinggewicht van 3% scoort Heilig Hart onder de ondergrens.

Alle scholen hebben de verbeteraanpak verder ontwikkeld en ingezet. Dit heeft op stichtingsniveau geleid tot een groei in resultaten.

Kwaliteitszorg op stichtingsniveau heeft een nieuwe impuls gekregen. Directieleden leggen op de scholen audits af. Feedback en adviezen worden omgezet in beleid.

Directieleden hebben samen INITIA standaarden opgesteld waarop zij elkaar vanaf schooljaar 2017-2018 gaan beoordelen.


Pagina 12 van 32

De samenwerking op bovenschoolsniveau o.a. kennisdeling, ontwikkeling van gezamenlijke taal en aanpakken, samenwerken aan school- en organisatieontwikkeling is gegroeid.

Op basisschool Heilig Hart en Achterberg zijn wegens ziekte van de directie veel dagelijkse –en beleidstaken blijven liggen. Op basisschool Heilig Hart worden door de vervangende directeur diverse veranderingsprocessen ingezet op het gebied van onderwijs, schoolklimaat en kwaliteitszorg. Op basisschool Achterberg is het verbeterproces mede opgesteld door de PO -raad door de vervangende directeur verder opgepakt.

Wegens langdurig ziekte van twee directieleden heeft een verschuiving binnen het managementteam plaatsgevonden met als gevolg een verbeterde samenwerking tussen de scholen.

De wijze van data analyseren en presenteren verschilt per school.

De wijze van ondersteuning/ leerlingbegeleiding verschilt per school.

De afzonderlijke scholen hebben in dit jaar een groei in resultaten laten zien. Voorgaande jaren zijn veelal lage en té lage resultaten behaald, waarbij plannen telkens op locatieniveau werden ontwikkeld en uitgevoerd. In schooljaar 2016-2017 is de samenwerking tussen de scholen geïntensiveerd. IB team werkt goed samen, maar de organisatiestructuur laat het nog toe dat de data analyses en ideeën over opbrengsten teveel van elkaar verschillen.

Het managementteam heeft een kwaliteitsinhaalslag gemaakt; - De planmatige kwaliteitszorg op schools- en bovenschoolsniveau laten een groei zien. - Directieberaad wordt inhoudelijk gestuurd op opbrengsten. - INITIA standaarden zijn opgesteld. - Agenda/ planning veranderingsprocessen/ verbetertrajecten op bovenschoolsniveau

gemaakt.

Er liggen meer kansen in de samenwerking op zorgondersteuning op bovenschoolsniveau: kennisdeling, ontwikkeling van gezamenlijke taal en aanpakken, samenwerken aan school- en organisatieontwikkeling kan hiermee verder worden verdiept.

Mobiliteitsplan personeel wordt actief gebruik van gemaakt.

De PO-raad op Achterberg is betrokken bij de interventies op Achterberg.

Schooljaar 2017- 2018 worden met behulp van Integraal en kijkwijzers evaluaties uitgevoerd op alle scholen, gericht op de INITIA standaarden die samenhangen met de domeinen van de inspectie. De beleidsagenda is hier aan gekoppeld.

Eind schooljaar 2016-2017 worden tevredenheidspeilingen uitgezet onder personeel, leerlingen en ouder om zo meer zicht te krijgen op de ervaren realisatie van alle verbeterplannen uit de afgelopen jaren.

Om “Onderwijs en kwaliteitszorg” structureel onderdeel te maken van het bovenschools overleg/ managementteam is de organisatie en inhoud rondom het directieberaad aangepast. Beleidsagenda dient als leidraad voor de inhoud van het overleg.

De begeleide uitwisseling tussen de intern begeleiders (onder leiding van de stafmedewerker zorg) heeft tot een kwaliteitsverbetering op het gebied van processen en procedures geleid. Hierin heeft met name de combinatie van het uitwisselen van ‘good-practises’ en de mogelijkheid om de intern begeleiders gezamenlijk te scholen succes gehad. Er is daarmee sprake van een lerend schooloverstijgend netwerk. Schooljaar 2017-2018 wordt de organisatie van het schooloverstijgend netwerk veranderd. De intern begeleiders worden op alle zes de scholen ingezet en krijgen ieder de verantwoordelijkheid over een leerlaag; 1-2-3, 4-5, 6-7-8 en de combinatiegroepen. Hiermee wordt de mogelijkheid geboden om binnen de diverse leerlagen op bovenschoolsniveau samen te werken en verder te verdiepen op leerkrachtniveau. Binnen de stichting wordt één intern begeleider aangesteld om op opbrengst en beleidsniveau mee te signaleren en analyseren met directie en de schoolteams.

Mobiliteitsplan onder leerkrachten wordt meer gericht op talent en doelgroep. Leerkrachten leren de scholen en hun doelgroep middels intervisies beter kennen en kunnen hiermee betere keuzes maken ten aanzien van hun vaardigheden en talenten.


Pagina 13 van 32

Personeel 3.

3.1 Doelstellingen

Verhogen van de kwaliteit van het onderwijs door het optimaliseren van het onderwijskundig handelen en het professioneel functioneren van de medewerkers in brede zin, gelet op de bekwaamheden die (passend) onderwijs van professionals verwacht. Medewerkers kunnen rekenen op een werkomgeving en werksituatie, waarin sprake is van goede omstandigheden in de meest brede zin. De professionalisering van alle medewerkers heeft de aandacht en hoort centraal te staan tijdens de gesprekken(cyclus). Er is geen schoolspecifiek personeelsbeleid. Er zijn wel accentverschillen die tot uiting komen in de uitwerking ervan (invulling taakbeleid, vervullen vacatures, professionaliseringsplannen t.b.v. schoolorganisatie- en persoonlijke ontwikkelingen).

3.2 Beleid

Nascholing Stichting Initia organiseert scholingsbijeenkomsten voor medewerkers waarin onderwijskundige thema’s zijn geagendeerd, good-practices centraal staan en vaardigheden kunnen worden geoefend Enkele medewerkers volgden specifieke cursussen en/of opleidingen zoals de Master SEN of gedrachtspecialist. Daarnaast hebben twee medewerkers hun bevoegdheid om gymlessen te geven behaald. Drie directeuren hebben in het kader van hun (her)registratie schoolleider de opleiding tot interim-directeur gevolgd. De stafmedewerker Personeel en een van de directeuren heeft de opleiding tot mediator met goed gevolg afgerond. Een vierde directeur rondt in 2017 zijn opleiding bedrijfskunde af en als laatste heeft een directeur in het kader van de (her)registratie de opleiding directeur van een Daltonschool met goed gevolg afgelegd. Iedere school heeft studiedagen in het kader van de schoolontwikkeling ( MI, Dalton, PBS) De scholen werken samen met de PABO (lerarenopleiding van Avans en Fontys) en andere stage-aanbieders vanuit HBO en MBO. In het kader van Opleiden in de School (OidS) zijn enkele medewerkers opgeleid tot ‘stagecoach’. ARBO en milieu In het kader van ARBO zijn in 2012 er op alle scholen uitgebreide RI&E’s uitgevoerd en 2017 staat wederom een uitgebreide RI&E op het programma door een externe deskundige. Spoedeisende zaken zijn onmiddellijk ter hand genomen, andere zaken met een lagere urgentie zijn opgenomen in de meerjarenplanning onderhoud. Alle scholen hebben het vereiste aantal gecertificeerde bedrijfshulpverleners. In 2016 heeft een onderzoek naar psychische arbeidsbelasting plaatsgevonden. Met uitzondering van één school gaf het resultaat geen aanleiding tot verdiepend onderzoek. Op die school – de Vlinderboom – is door deskundigen van het Vervangingsfonds een verdiepend onderzoek uitgevoerd. Uit dat onderzoek zijn een aantal aandachtspunten naar voren gekomen en speerpunten geformuleerd. In 2017 gaat de school mee in de reguliere tevredenheidspeiling die op alle scholen gehouden wordt en mocht het resultaat daartoe aanleiding geven zal gericht interventie worden ingezet. Voorts zijn er jaarlijkse controles op de gebouwen door gemeente (algehele veiligheid in het kader van de gebruikersvergunning), Hydroscoop (legionella), inspecties door HiSafe systems (inbraak), Saval en van Loon (brandveiligheid) door Brabantwater op het waterleidingsysteem en controles van de speeltoestellen. Ook in 2016 is er aandacht geweest voor de borging van de werkinstructies voor de huishoudelijke dienst zodat er sprake is van een eenduidige wijze van schoonmaak, gebaseerd op de normen van de GGD voor ‘een schone basisschool’. Daarnaast hebben alle medewerkers van de huishoudelijke dienst een training gevolgd met het oog op duurzame inzetbaarheid die gericht was op het


Pagina 14 van 32

ergonomische aspect van hun werk. Stichting Initia heeft een contract met bedrijfsartsenmaatschap Savelsberg, Muurling en van Heijst (SMvH). Werkgelegenheidsbeleid Stichting Initia voert werkgelegenheidsbeleid maar heeft in 2016 door interne overplaatsingen de formatieve overschotten en – tekorten die er op de scholen waren door overplaatsingen op kunnen lossen. Daarnaast is het gelukt om tijdelijke medewerkers een (kleine) vaste benoeming te geven met uitzicht op substantiële uitbreiding. Bij het opstellen van de begroting over 2016 is het besluit uit 2015 om de salarispost voor directeuren die gebaseerd is op zes directeuren terug te brengen naar een equivalent van de salarissen van vijf directeuren gecontinueerd. Vooralsnog heeft die verlaging geen gevolgen voor de werkgelegenheid, wel voor de organisatie van het werk. De verwachting is dat door (natuurlijk) verloop de vaste personele lasten afnemen tot een aanvaardbaar niveau.

3.3 Opbouw van het personeelsbestand

Opbouw naar leeftijds- en functiecategorie, fulltime-parttime, man-vrouw en werktijdfactor peildatum 31-12-2016 vast benoemd personeel. Leeftijd cohort

Totaal 0/19 20/24 25/29 30/34 35/39 40/44 45/49 50/54 55/59 60/64 >= 65

Aantal Personen

129 0 8 10 16 13 15 11 17 23 15 1

Bezetting (wtf) 91,88 4,89 8,75 12,13 9,41 10,29 7,16 12,08 15,87 10,30 1,00

Functiegroep Totaal Fulltime Parttime

OOP Aantal 26 1 25

wtf 12,42

OP Aantal 96 17 79

wtf 72,22

DIR aantal 7 6 1

wtf 7,24

Geslacht Totaal Fulltime Parttime

Vrouw aantal 115 15 100

wtf 78,95

Man aantal 14 9 5

wtf 12,92

Schaal Totaal,

aantal en

wtf

Fulltime Parttime

LA 77 14 63

56,98

LB 19 3 16

15,24

DB 4 4 0

4,26

DA 3 2 1

2,98

0001 12 0 12

3,89

0003 4 0 4

2,90

0004 8 0 8

4,07

0009 1 1 0

1,00


Pagina 15 van 32

3.4 Uitstroom:

In 2016 hebben vijf personeelsleden met een (langdurig) vast dienstverband de stichting verlaten. Vier medewerkers hebben met wederzijds goedvinden eervol ontslag gekregen via een vaststellingsovereenkomst en één medewerker ging met vroegpensioen.

3.5 Ziekteverzuim

Het ziekteverzuimpercentage over heel 2016 lag rond de 6,7% (gewogen fte en vast personeel) en is daarmee wederom gedaald ten opzichte van voorgaande jaren. Het tot nu bekende verzuimpercentage van de beroepsgroep (bron: vervangingsfonds) is uit 2015 en lag op 6.4 %. Door gerichte aandacht en goede verzuimbegeleiding blijkt het mogelijk het verzuimpercentage redelijk stabiel te houden of zelfs enigszins te verlagen maar het streven is uiteraard gericht op een verdere verlaging tot onder het landelijk gemiddelde. De meldingsfrequentie ligt met 0,7 echter ruim onder het landelijk gemiddelde (1,2) en dat kan beschouwd worden als een belangrijke indicator voor het succes van het beleid. Dat betekent dat voor het derde opeenvolgende jaar vooral het langdurige verzuim de oorzaak van het verzuimpercentage. Daarbij moet worden aangetekend dat , voordat het tweede ziektejaar inging, de moeizame re-integratie van vijf personeelsleden heeft geleid tot de keuze om een andere baan te zoeken waardoor zeer langdurig verzuim (meer dan een jaar) voorkomen kon worden. Hoewel de daling van het ziekteverzuim in drie jaar tijd van 13,8% naar 6,7% (vorig jaar 7,2%) verheugend is te noemen verwacht Initia dat door de toenemende en hoge eisen die aan de beroepsgroep worden gesteld in relatie met een ouder wordend personeelsbestand het werkgerelateerd verzuim niet gemakkelijk verder af zal nemen. In 2017 zal aandacht zijn voor zowel generieke als persoonsgerichte maatregelen en interventies om de duurzame inzetbaarheid te verhogen.


Pagina 16 van 32

Financiën 4.

4.1 Algemeen

Voor het tweede opeenvolgende jaar kon stichting Initia na jaren van negatieve resultaten het jaar afsluiten met een positief resultaat. Een resultaat dat hoger lag dan begroot door zowel hogere baten als lagere kosten.

4.2 Beleid

Financieel beleid Het financieel beleid is erop gericht om de gezonde financiële positie te handhaven. In 2012 zijn de kaders voor het financieel beleid 2013 – 2016 vastgesteld en goedgekeurd. De kaders bepalen het financiële speelveld aan waarbinnen de stichting wil opereren. Om de lange termijn van de stichting te blijven waarborgen zijn kengetallen met streefwaarden omschreven. Dit beleid was ook in 2016 de richtlijn. In 2017 wordt het beleid aangepast en worden er in opgenomen streefwaarden in lijn gebracht met de signaleringswaarden van de inspectie en de te verwachten financiële positie in de komende jaren. Investeringsbeleid Met een 10-jarenplan voor de investeringen OLP (onderwijsleerpakket), ICT, inventaris (meubilair) en een meerjarenonderhoudsplan voor het onderhoud aan de gebouwen voor 20 jaar wordt in beeld gebracht waar investeringen nodig zijn om de kwaliteit van het gebouw, de inventaris, de ICT-hardware en het OLP op een kwalitatief acceptabel niveau te houden. Prestatiebox De middelen hiervan zijn grotendeels gebruikt voor nascholing. Daarnaast zijn ze aangewend voor een leerlingvolgsysteem, voor toetsen en voor culturele activiteiten. De scholen hebben gebruik gemaakt van het culturele aanbod van het Kunstpodium en Kunstbalie en van de door de combinatiefunctionaris cultuur ontwikkelde projecten.

4.3 Financieel resultaat winst en verliesrekening

Realisatie Begroting Verschil

Rijksbijdragen OCenW 6.803.581 6.638.609 164.972

Overige overheidsbijdragen 74.428 21.335 53.093

Overige baten 172.064 97.684 74.380

Totaal baten 7.050.073 6.757.628 292.445

Personele lasten 5.790.707 5.723.793 66.914

Afschrijvingen 144.120 143.202 918

Huisvestingslasten 413.877 372.808 41.069

Overige instellingslasten 647.651 503.174 144.477

Totaal lasten 6.996.355 6.742.977 253.378

Saldo baten en lasten 53.718 14.651 39.067

Financiële baten 29.896 10.350 19.546

Financiële lasten 15.494 - 15.494

Totaal financiële baten en lasten 14.402 10.350 4.052

Nettoresultaat 68.120 25.001 43.119


Pagina 17 van 32

Verschillen tussen begroting en realisatie nader bekeken: Zowel de personele als materiële baten vielen hoger uit dan begroot was. De grootste afwijking voor personele baten waren de middelen die door RSV OOK beschikbaar werden gesteld vanwege een extra toevoeging aan het budget voor zware zorg en vanwege een toename van het aantal arrangementen; beiden zaken niet te voorzien waren. De grootste afwijking voor materiële baten komt voort uit inkomsten overblijven en ouderbijdragen, een post die vooraf altijd laag ingeschat wordt omdat onduidelijk en onzeker is wat daar binnenkomt. Zoals vooraf afgesproken was met het opstellen van de begroting zouden extra inkomsten en gebleken begrotingsdiscipline mogen leiden tot hogere uitgaven mits het beoogde resultaat niet onder de 25.000 zou komen. Ook zijn er een aantal lasten hoger uitgevallen dan begroot was, waaronder die voor overblijven en buitenschoolse activiteiten maar dat hangt rechtstreeks samen met wat er aan de batenkant op die post binnenkomt zoals hierboven beschreven is. Hieronder een overzicht van de posten met de grootste afwijking ten opzichte van de begroting.

Personele baten en lasten

Baten - hoger dan begroot

reguliere vergoeding salarissen tgv cao PO afspraken € 22.000

prestatiebox extra verhoging, niet voorzien € 33.000

middelen vanuit RSV OOK - meer arrangementen, extra middelen € 93.000

schakelklas - aangevraagd, vanwege onzekerheid toekenning niet opgenomen

€ 33.000

Lasten - hoger dan begroot

extra personele inzet vanwege grote kleutergroepen op € 115.000

Noorderpoort, Heilig Hartschool en Sint Jan

extra personele inzet op zorg € 85.000

Materiële baten en lasten

Baten - hoger dan begroot

vergoeding gemeente BVL en inkomsten overblijven en ouderbijdragen € 100.000

worden vooraf altijd laag ingeschat omdat niet zeker is wat er binnen zal komen

Lasten - hoger dan begroot

ICT- kosten beheer en licenties op hardware € 20.000

Kosten licenties en hogere uitgaven Achterberg en Vlinderboom € 25.000

Klein onderhoud- gestegen kosten en toename verplichte controles € 16.000

schoonmaakonderhoud € 7.000

Energie - niet goed begroot - Sint Jan en Noorderpoort € 12.000

afvoeren afval, gemeente betaalt niet meer € 6.000

administratiekantoor en onderhoudsbeheer € 8.000

bibliotheek en printkosten € 16.000

Overblijven en kosten buitenschoolse activiteiten € 73.000


Pagina 18 van 32

4.4 Financiële positie

Kengetallen per balansdatum Vanuit de staat van baten en lasten (zie paragraaf 7) kunnen kengetallen worden vastgesteld. Dit jaar is een andere wijze van weergeven gehanteerd dan voorgaande jaren om zodoende een benchmark te hebben met de wijze van weergeven en de signaleringswaarden die de inspectie van het onderwijs hanteert. De inspectie komt in actie wanneer een bestuur afwijkt van de onder- of bovengrens bij een door hen gehanteerde signaleringswaarde.

Financiën kengetallen signaleringswaarde

inspectie 2016 2015

- Liquiditeit < 0,75 3,03 2,67

- Solvabiliteit < 0,30 0,77 0,79

- Rentabiliteit < -0,10 0,01 0,03

- Weerstandsvermogen < 0,05 0,14 0,12

- Huisvestingsratio > 0,10 0,06 0,07

- Kapitalisatiefactor 35<>60 43 38

Toelichting op de kengetallen We constateren dat we met alle gerealiseerde kengetallen ruim boven de aangegeven streefwaarden zitten. We constateren ook dat er een verbetering van de financiële positie is ontstaan, hetgeen verheugend te noemen is als er in twee opeenvolgende jaren (2013 en 2014) een negatief resultaat van ongeveer een half miljoen euro is behaald. Liquiditeit De liquiditeit geeft aan in hoeverre de organisatie op korte termijn aan haar verplichtingen kan voldoen en wordt weergeven als getal dat de de verhouding weergeeft tussen de vlottende activa (som van alle liquide middelen, eventuele vorderingen) en de kortlopende schulden. Initia zou dus 3,03 keer alle uitstaande kortlopende schulden (verplichtingen debiteuren, te betalen posten, overlopende passiva) kunnen betalen. De liquiditeitspositie die in op balansdatum 2015 al goed te noemen was is in 2016 verder verbeterd en ligt ruim boven de gestelde norm. Solvabiliteit De solvabiliteit geeft de verhouding tussen eigen en vreemd vermogen aan en verschaft dus inzicht in de financieringsopbouw. De solvabiliteit is een graadmeter voor de financiële onafhankelijkheid van een organisatie en geeft ook aan in hoeverre de organisatie op langere termijn aan haar verplichtingen kan voldoen. Solvabiliteit 2 is een weergave van het eigen vermogen en de voorzieningen gedeeld door het totale vermogen. Met een solvabiliteit van 0,77 wordt weergegeven dat 77% van het totale vermogen uit eigen vermogen (reserves en voorzieningen) bestaat en dat slechts 23% van het totale vermogen gefinancierd wordt met vreemd vermogen. Rentabiliteit De rentabiliteit geeft aan of de reserves op peil zijn, en in het algemeen wordt een rentabiliteit van meer dan 1% bij opbouw van reserves voldoende geacht. Als reserves op peil zijn of voldoende gevuld zijn kan de rentabiliteit naar 0 of lager. De inspectie hanteert daarom ook een negatief getal


Pagina 19 van 32

als signaleringswaarde. Vanuit een zeer ongunstige -4,27 in 2014 is het resultaat ‘op orde brengen van de financiën’ ruimschoots gehaald in 2015 en 2016.. Initia heeft van de totale opbrengsten van € 7.079.969) een resultaat behaalt van € 68.120 dus 0,01 deel van de baten wordt omgezet in het resultaat, ofwel van iedere euro die wordt ontvangen, behoudt Initia 0,01 en wordt 0,99 uitgegeven. Met een rentabiliteit van 0,01 ontstaat ruimte in reserves en voorzieningen om de volgende jaren te investeren Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen geeft aan of het bestuur zich een tekort in de exploitatie kan permitteren in relatie tot de opgebouwde reserves. Een weerstandsvermogen tussen de 0,05 en 0,1 wordt over het algemeen als voldoende beschouwd. Stichting Initia stelt echter dat als gevolg van de krimp een bovengemiddeld risicoprofiel aan de orde is, waardoor een hoger weerstandsvermogen nagestreefd wordt. In 2014 kon gezegd worden dat een weerstandsvermogen van 0,1 weliswaar binnen de normen viel maar niet volgens het eigen streven. Met de verbetering van de positie in 2015 die in 2016 verder geborgd is, past het weerstandsvermogen van Initia met 0,14 bij het risicoprofiel van een krimpende organisatie. Kapitalisatiefactor Met een kapitalisatiefactor van 43 %, afgezet tegen de streefwaarde van tussen de 35 en 60% van de inspectie en 35% uit het financieel beleidsplan kan gezegd worden dat er geen sprake is van excessief spaargedrag (“oppotten”) maar dat er in twee jaar ruimte gemaakt is om onvoorziene zaken op te vangen, projecten te starten en/of te investeren in personeel.

4.5 Treasury

Treasuryverslag (zie ook bijlage D) De stichting hanteert het uniforme treasurystatuut van de Verus. In dit statuut is bepaald binnen welke kaders instellingen voor onderwijs hun financierings- en beleggingsbeleid dienen in te richten. Het uitgangspunt is dat de toegekende publieke middelen overeenkomstig hun bestemming worden besteed. De stichting heeft een zeer terughoudend financieel beleid gevoerd, conform de Regeling Beleggen lenen en derivaten OCW 2016. Er is gebruik gemaakt van spaarrekeningen/maand- en kwartaaldeposito. De tegoeden op deze rekening zijn direct opeisbaar. De algemene doelstellingen van het treasurybeleid luiden:

het zorgdragen voor de tijdige beschikbaarheid van de benodigde geldmiddelen tegen acceptabele condities (beschikbaarheid);

het minimaliseren van de kosten van leningen (kostenminimalisatie);

het optimaliseren van het rendement van de overtollige liquide middelen binnen de kaders van het treasurystatuut (rentemaximalisatie);

het beheersen en bewaken van financiële risico’s die aan de financiële posities en geldstromen van de instelling zijn verbonden (risicominimalisatie);

het schoolbestuur treedt niet als bankier op. In het treasurystatuut is vastgelegd dat bij het voeren van het treasurybeleid uitsluitend de volgende treasury-instrumenten toegestaan zijn: Bij het uitzetten van middelen:

Rekening-courant tegoed;

Spaarrekeningen en deposito’s;

Staatsobligaties.


Pagina 20 van 32

Huisvesting 5.

De werkzaamheden die voor eigen rekening komen (vloerbedekking, (onderhoud aan) technische installaties en speelplaats) zijn uitgevoerd zoals begroot was, aan schilderwerk is minder uitgegeven dan begroot was. Vooral een kritische blik op het nodige schilderwerk waarbij ‘wens’ en ‘noodzaak’ wat uit elkaar lagen, heeft er net als vorig jaar voor gezorgd dat er minder uitgegeven is. In 2014 is het overgrote deel van het onderhoud dat aangevraagd is en voor rekening van de gemeente is, niet gehonoreerd. Het gaat bij nagenoeg alle scholen om herstel of vervanging van buitenbergingen, speelplaats,riolering en fietsenstallingen. Ook de aangevraagde onderhoudswerkzaamheden aan kozijnen, dak, ventilatie en plafonds voor de Noorderpoort zijn niet gehonoreerd. In 2015 heeft een herhaald verzoek om dit alsnog te doen niet tot resultaat geleid, ditmaal onder verwijzing naar de overheveling van buitenonderhoud van gemeente naar bestuur. De aanvraag voor extra lokalen om de groei van de Heilig Hartschool het hoofd te bieden is door de gemeente niet in behandeling genomen. Het is duidelijk dat de gemeente Dongen geen enkel deel van de geplande en achterstallige werkzaamheden voor haar rekening zal nemen. Dat betekent dat de geraamde kosten geheel voor rekening van stichting Initia gaan komen. Het achterstallige onderhoud is een risico, aangezien de middelen die het Rijk vanaf 1 januari 2015 ter beschikking stelt nauwelijks voldoen. Voor vijf van de zes scholen geldt dat zij vallen onder de overgangsregeling, hetgeen net genoeg is om in aanmerking tot komen voor de extra middelen die bedoeld zijn voor schoolgebouwen ouder dan 40 jaar. Het Rijk heeft Initia de middelen uit de overgangsregeling toegekend en gezien het risico van de kosten voor achterstalling onderhoud, heeft de bestuurder besloten deze in 2016 in zijn geheel via een dotatie toe te kennen aan de voorziening onderhoud. Nog steeds is niet duidelijk is hoe de onderhoudskosten van de Noorderpoort en de Heilig Hartschool zich verhouden tot de keuze voor (ver)nieuwbouw en de thans en toekomstig beschikbare middelen voor onderhoud. In 2016 is daarom wederom terughoudend omgegaan met het plegen van onderhoud aan de schoolgebouwen van de Noorderpoort en de Heilig Hartschool waarvan het voortbestaan onzeker is. Wel zijn separaat in de herzien Meerjaren Onderhouds Plannen extra kostenramingen opgesteld om aan te geven welke financiële consequenties ontstaan door het voortschrijden van achterstallig onderhoud en daar is in de MOP en daarmee samenhangend de dotaties, rekening gehouden. De gemeente heeft in 2013 een Integraal Huisvestingsplan (IHP) vastgesteld als onderdeel van de onderwijsvisie maar is met een ammendement terugkomen op het besluit om de Noorderpoort te renoveren en de Heilig Hartschool te renoveren dan wel te herbouwen op een andere locatie. Het onderzoek naar de samenwerking tussen openbaar onderwijs (Bravoo) en stichting Initia om gezamenlijk te bouwen in de Beljaart dat in 2014 ten behoeve van genoemde scholen o.l.v. de gemeente Dongen in september 2015 gestart met een voorbespreking en ligt vervolgens stil. Nieuwbouwproject ten behoeve van de Sint Agnesschool is gestart met als ambitieuze realisatiedatum augustus 2015. De eerste fase is een onderzoek naar locatie en de samenwerking met partners buiten het onderwijs (o.a. peuterspeelzaal, jeugdwerk, dorpsraad, kinderopvang) en werd uitgevoerd door de RO-groep in opdracht van de gemeente. Was in 2014 nog onduidelijkheid over de locatie, in 2016 is besloten de school te herbouwen direct achter de locatie waar deze zich nu bevindt hetgeen als groot voordeel oplevert dat de school gedurende de bouw beschikbaar blijft voor onderwijs en gesloopt wordt zodra de nieuwe school klaar is. Stichting Initia heeft na langdurige besprekingen overeenstemming kunnen bereiken over de condities van het bouwheerschap dat de stichting toekomt.


Pagina 21 van 32

Vooruitblik naar 2017 6.

Doelen en resultaten In het strategisch beleidsplan zijn meetbare doelen en resultaten geformuleerd waar acties en activiteiten aan verbonden wordden die in het activiteitenplan zijn opgenomen. Motto voor schooljaar 16-17 was ‘bouwen en innoveren’ en voor 17-18 is dat ‘innoveren en implementeren’ Verhogen kwaliteit onderwijs Alle scholen hebben een goedgekeurd schoolplan en geven daar uitvoering aan. De focus ligt eenduidig op het verhogen van de kwaliteit van het onderwijs en de resultaten. Kern daarin is de verhoging van de kwaliteit en het professioneel handelen van directeuren en het onderwijspersoneel. In het kader daarvan wordt de uitvoering van de gesprekkencyclus wederom kritisch gevolgd. De directeuren hebben in 2016 een training gevolgd in het voeren van gesprekken.Twee directeuren zullen in 2017 via persoonlijke coaching verder werken aan het aspect van hun persoonlijke ontwikkeling dat personeelsbeleid betreft. De wet BIO biedt een leidraad om de vakbekwaamheid van leerkrachten in beeld te brengen maar Initia wil verder gaan en gaat in 2017 “Initia standaarden’ formuleren. De standaard zal het kader worden voor verdere professionalisering van de medewerker en voor de beoordelingen. Passend onderwijs en zorbeleidsplan Het zorgbeleidsplan is de routekaart voor verdere acties om vorm en inhoud te geven aan passend onderwijs. De belangrijkste speerpunten voor 2017 zijn: De in 2016 gestarte speciale klas op één dagdeel van de week voor kinderen met een arrangement in het spectrum ‘gedrag’ zal in 2017-2018 verder uitgebouwd worden zowel naar aantal leerlingen als naar aantal dagdelen. De taalklas is in 2016 verder geprofessionaliseerd doordat medewerkers van Auris samen met de ‘taalklasdocenten’ lesgeven aan cluster 2 leerlingen die inmiddels deel uitmaken van de taalklas. In 2017 zal de klas niet alleen verder ontwikkeld worden maar ook met behulp van subsidie van de gemeente Dongen en het samenwerkingsverband uitgebreid kunnen worden. Een aanvraag daartoe wordt in 2017 gedaan. De struktuur van de zorg en het aanbod van medewerkers dat zich richt op interne- en leerlingbegeleiding moet beter gaan aansluiten bij de vraag terwijl tegelijkertijd de leerkrachten zich verder moeten ontwikkelen om zorg in de klas te kunnen leveren. Personeel De implicaties van de nieuwe wet Zorg en Zekerheid zullen in 2017 leiden tot het aangaan van een overeenkomst met aanbieders van tijdelijk personeel wat niet in dienst is van Initia maar nodig is om vervangingen te realiseren. In 2017 zal ook gekeken worden naar de mogelijkheid om per 2018 eigen risico drager te worden, eventueel in de ‘stop loss’ constructie die het vervangingsfonds biedt zodat Initia zelf personeel in dienst kan nemen dat vervangingen voor haar rekening neemt. Het ligt in de bedoeling voor personeel met een kleine vaste benoeming deze benoeming stapsgewijs op te hogen en tegelijkertijd ook nieuwe personeelsleden aan ons te binden met een gelijk vooruitzicht op vast werk en opleidingskansen. Financieel beleidsplan In 2017 wordt het financieel beleid herzien. Daarin zal speciale aandacht zijn voor ‘control’ omdat deze minder expliciet opgenomen is in het huidige plan. Leidraad is het “in control frame’ dat in samenwerking met de accountant is ontwikkeld.


Pagina 22 van 32

Daarnaast worden de financiële kengetallen herzien door realistische streefwaarden te stellen en deze te koppelen aan de signaleringswaarden van de inspectie voor het onderwijs. Begroting 2017 Het jaar 2016 kon afgesloten worden met een positief financieel resultaat. In de begroting 2017 is wederom een ‘overloop bedrag’ opgenomen dat aangesproken kan worden als bij de kwartaalrapportages blijkt dat het resultaat in overeenstemming is met wat er begroot is. Op die manier is er ruimte voor nieuw beleid of een mogelijkheid om meer in te zetten in de formatie mocht dat gedurende het jaar noodzakelijk blijken te zijn door zij-instroom van leerlingen Het streven om voor alle scholen dezelfde grondslagen te hanteren bij het opstellen van de begroting is losgelaten toen bleek dat de verschillen in de te behalen resultaten vanaf 2018 dermate ongelijk waren dat gezocht moest worden naar een andere methode van allocatie. De soms zeer grote onderlinge verschillen laten zich verklaren door: Grote verschillen in onderhoudsbehoefte in relatie tot de dotaties die scholen doen aan de voorziening onderhoud, de dotaties zijn in lijn gebracht met de materiële baten van de scholen. De t-1 systematiek; hoewel dit niet terug te vinden is in de materiële instandhouding die immers per kalenderjaar loopt, wordt het hier vermeld om aan te geven dat de Heilig Hartschool in de exploitatie van de school geld overhoudt maar in de personele begroting ieder jaar tekort komt. Vanuit de gedachte dat het dan niet meer redelijk is dat de Heilig Hartschool in haar begroting alles krijgt wat zij nodig heeft en het alsdan ontstane positieve resultaat ‘doneert’ aan de stichting, is voor alle scholen nagegaan in hoeverre een positief resultaat overgeheveld kan worden naar de bestuursbegroting. De Vlinderboom heeft door bijzonder lage afschrijvingslasten een gezonde exploitatie maar maakt in verhouding meer gebruik van de voorziening onderhoud. Ook de Vlinderboom kan geld ‘afstaan’ en houdt voldoende over voor de exploitatie. Op die manier kon er voor Sint Jan, Achterberg en Agnes een werkbare exploitatie opgesteld worden. Die scholen voegen vanaf 2018 minder ‘doorbelaste opbrengsten’ toe aan bestuursbegroting. Een (minder) sterke dalend, gelijkblijvend of stijgend leerlingaantal; Voor Achterberg en Sint Jan veroorzaakt hun dalend leerlingaantal een toenemend negatief resultaat omdat de leerling- onafhankelijke kosten en de vanuit de historie nog steeds hoge afschrijvingen vooralsnog gelijk blijven terwijl daar geen inkomsten meer tegenover staan. De Heilig Hartschool daarentegen heeft door een stijgend leerlingaantal meer exploitatieruimte maar relatief lage afschrijvingen. Stichting IKC Dongen De samenwerking met stichting KID in stichting IKC Dongen heeft niet geleid tot de verwachte resulaten en wordt eerder als belemmerend dan kansrijk ervaren. Gezocht zal worden naar de mogelijkheid om stichting IKC te ontbinden.


Pagina 23 van 32

Continuïteitsparagraaf 7.

Deze paragraaf kent vier onderdelen:

1. Personeel: aantallen en prognose alsmede een toelichting daarop. 2. Financieel: realisatie 2015, meerjarenbalans 2016 t/m 2019, meerjarenbegroting 2016 t/m

2019 en een toelichting op de staat van baten en lasten. 3. Rapportage aanwezigheid en werking van het interne risicobeheersings- en controlesysteem,

alsmede een overzicht van de belangrijkste risico’s en onzekerheden. 4. Rapportage Raad van toezicht

Personeel – aantallen en prognose

Personele bezetting in fte’s 2015 2016 2017 2018 2019

Bestuur en directie 6,16 7,24 7,21 6,00 6,00

Onderwijzend personeel 65,80 72,22 61,21 55,62 55,62

ondersteunend personeel 11,10 12,42 11,67 11,61 11,21

Totaal 83,06 91,88 18,88 17,61 17,21

Leerlingenaantallen 1377 1331 1278 1237 1224

De prognose op de leerlingaantallen laten vooralsnog een dalende tendens zien, een beeld wat in de hele regio te zien is. De laatste aanmelding nieuwe leerlingen (januari 2017) laten echter een positiever beeld zien. De daling is wederom minder sterk dan vorig jaar werd aangenomen. Dat komt door het aantrekken van de woningmarkt waardoor gezinnen verhuizen naar de Beljaart en plaatsmaken voor nieuwkomers in de andere wijken waarvan vooral de Heilig Hartschool profiteert en in mindere mate ook de Noorderpoort en interne mobiliteit (tussen scholen) waarvan Noorderpoort en Sint Jan de voordelen bemerken. Tot 2017 zijn de cijfers betrouwbaar, daarna is het moeilijk een accurate prognose op te stellen. De gemeente levert niet langer een basisprognose en die van Pronexus die in oktober 2015 aangeleverd is ten behoeve van het onderzoek naar (ver)nieuwbouw van een aantal scholen en herzien is per oktober 2016 klopte bij publicatie al niet meer. De ontwikkeling van het personeelsbestand (door natuurlijk verloop) is in redelijke verhouding tot de afnemende ll-aantallen. Door het afnemen van de directieformatie en mogelijk hoger verloop door keuzes voor vroegpensioen of anderszins, zal de verhouding tussen personele lasten en overige lasten beter in balans komen. Feitelijk is er in 2015, 2016 en 2017 niet voldoende onderwijspersoneel in vaste dienst om aan de formatiebehoefte te voorzien. Dat wordt opgevangen door tijdelijk personeel aan te nemen waar met het oog op de gewijzigde mogelijkheden als gevolg van wet en regelgeving zorgvuldig mee omgegaan wordt. Het aannemen van tijdelijk personeel geeft de organisatie de flexibiliteit die zij nodig heeft gezien de onzekerheid van het verloop van oudere personeelsleden en de onzekere prognose op de leerlingaantallen. Door deze tijdelijke medewerkers


Pagina 24 van 32

zoveel mogelijk te verspreiden over alle scholen, profiteren alle scholen van een verjonging van het personeelsbestand. De cijfers voor onderwijzend personeel vanaf 2017 geven de ‘vaste formatie’ weer. In de begroting is een bedrag opgenomen dat ingezet kan worden voor tijdelijk personeel. Op dit moment is er geen reden om aan te nemen dat Stichting Initia de komende jaren een sociaal plan zal moeten maken vanwege een teveel aan personeel. Een andere zorg dient zich daarmee echter aan en dat is het behoud van jonge en goede leerkrachten. Ook de continuïteit in de klas komt in gevaar met de inzet van steeds wisselende vervangers aangezien de ons in de weg staat waar het gaat om een regelmatig beroep te doen op vertrouwde invalleerkrachten. Van de mogelijkheid om tijdelijk personeel te werven via uitzendorganisaties zal in 2017 gebruik worden gemaakt, in afwachting van de mogelijkheid om in 2018 eigen risicodrager te worden. Financieel : realisatie 2015 en 2016 , meerjarenbalans en meerjarenbegroting 2016 t/m 2019

Activa Realisatie

31-12-2015 Realisatie

31-12-2016 Prognose

31-12-2017 Prognose

31-12-2018 Prognose

31-12-2019

Immateriële vaste activa - -

Materiële vaste activa 632.315 572.117 760.146 810.007 863.704

Financiële vaste activa 381.740 323.460 381.740 381.740 381.740

Totaal vaste activa 1.014.055 895.577 1.141.886 1.191.747 1.245.444

Voorraden - - - - -

Vorderingen 479.756 426.552 479.756 479.756 479.756

Effecten 175.287 63.779 - - -

Liquide middelen 1.096.387 1.689.069 1.316.412 1.406.616 1.471.891

Totaal vlottende activa 1.751.430 2.179.400 1.796.168 1.886.372 1.951.647

Totaal activa 2.765.485 3.074.977 2.938.054 3.078.119 3.197.091

Passiva Realisatie

31-12-2015 Realisatie

31-12-2016 Prognose

31-12-2017 Prognose

31-12-2018 Prognose

31-12-2019

Algemene reserve 448.535 505.716 497.891 509.798 532.758

Bestemmingsreserves 1.068.727 1.077.274 1.068.727 1.072.227 1.072.727

Overige reserves / fondsen - -

Eigen vermogen 1.517.262 1.582.990 1.566.618 1.582.025 1.605.485

Voorzieningen 657.682 781.229 780.897 905.555 1.001.067

Langlopende schulden - 9.994 - - -

Kortlopende schulden 590.540 700.764 590.539 590.539 590.539

Totaal passiva 2.765.484 3.074.977 2.938.054 3.078.119 3.197.091


Pagina 25 van 32

Staat van baten en lasten (meerjarenbegroting) Realisatie

2015 Realisatie

2016 Prognose

2017 Prognose

2018 Prognose

2019

Baten

Aantal leerlingen 1.398 1.377 1.331 1.278 1.237

Rijksbijdragen OCenW 6.915.794 6.803.581 6.437.924 6.400.112 6.179.622

Overige overheidsbijdragen 80.628 74.428 52.450 52.450 16.450

Overige baten 198.543 172.064 129.002 122.702 115.702

Totaal baten 7.194.965 7.050.073 6.619.376 6.575.264 6.311.774

Lasten

Personeelslasten 5.696.110 5.793.099 5.630.269 5.597.081 5.333.222

Afschrijvingen 149.301 144.120 144.423 145.103 155.179

Huisvestingslasten 497.690 413.877 263.211 264.025 261.222

Overige lasten 669.646 647.651 580.690 543.272 536.369

Totaal lasten 7.012.747 6.998.747 6.618.594 6.549.481 6.285.992

Saldo baten en lasten 182.218 51.326

782 25.782 25.782

Financiële baten en lasten

Financiële baten 30.870 29.896 - - -

Financiële lasten 25.481 15.494 782

782

782

Totaal financiële baten en lasten 5.389 14.402 -782 -782 -782

Resultaat 187.607 65.728 - 25.000 25.000

Toelichting op de staat van baten en lasten In paragraaf 4.3 en 4.4 is een toelichting gegeven op het financieel resultaat. Het jaar 2016 is afgesloten met een positief resultaat, wederom hoger dan verwacht. Het resultaat over de komende jaren laat een stabiel beeld zien. Hoewel de leerlingaantallen en daarmee de inkomsten een daling laten zien is het personeelbestand nu al in overeenstemming met de behoefte aan personeel in 2019. Het tekort om de groepsformatie op te vangen komt van tijdelijk personeel. Het ligt overigens zondermeer in de bedoeling tijdelijk personeel zoveel mogelijk in het tempo van het verloop en voorzover verantwoord binnen de financiële mogelijkheden een vast dienstverband te bieden.


Pagina 26 van 32

In de begroting is de formatie meegerekend. Dit op basis van de uitgangspunten: a. het aantal groepen dat het Rijk toekent op basis van het ll-aantal wordt toebedeeld aan de

school b. de scholen krijgen geld voor onderwijsondersteunend personeel (conciërge, schoonmakers,

administratief medewerker) en er is geld voor een directeur-bestuurder en twee stafmedewerkers ( ICT , Personeel-Organisatie-Financiën)

c. de scholen krijgen het equivalent van de zorgmiddelen in fte’s voor zorg en IB-er d. de scholen krijgen op basis van het leerlingaantal een equivalent van fte’s voor directie. e. scholen die groei in de kleutergroepen tegemoet zien en daarmee ver boven een wenselijke

groepsgrootte komen, krijgen vanaf januari 2016 extra formatie om ondersteuning te geven in grote groepen of een extra groep te maken. Het betreft de Heilig Hartschool, de Noorderpoort (al in de begroting meegenomen) en mogelijk de Sint Jan.

f. de speciale uitdaging die de Sint Agnesschool heeft vanwege een zeer ongelijke opbouw van de aantallen over de leerjaren noopt tot het eenmalig formeren van een extra groep. Hier is in de begroting rekening meegehouden.

Zoals eerder in dit verslag opgemerkt is, maakt de wisseling in de prognose ll-aantallen en de onzekerheid over de keuzes die medewerkers maken ten aanzien van werktijdvermindering of ontslag de meerjarenbegroting tot een raming op basis van de kennis van nu. De flexibiliteit die met de ‘overlooppost’ ingebouwd is, alsmede het al dan niet aannemen van tijdelijk personeel zal echter de mogelijkheid geven hier jaarlijks tijdig op te acteren. Mogelijk zal in 2016 besloten worden hoe de dotaties aan de voorziening onderhoud zich verhoudt tot de werkelijk te verwachten kosten waarmee de druk op de exploitatie van de scholen omlaag kan. Intern risicobeheersings- en controlesysteem alsmede beschrijving van de risico’s en onzekerheden Risicobeheersing en controle-systeem Begin 2014 is er in samenwerking met de accountant een ‘in control frame work’ ingericht met als doel de kwaliteit van de administratieve organisatie (procedures) en de kwaliteit van de planning & control cyclus te verbeteren. Daarnaast was het een leidraad om een aantal niet-financiële processen te optimaliseren. Het geheel zou leiden tot een bestuurlijk statement dat de organisatie ‘in control is’. De verschillende onderdelen van het framework hebben de kwalificatie ‘belangrijk’ of ‘minder belangrijk’ gekregen zijn en het lag in de bedoeling om het geheel te introduceren en implementeren in de loop van 2016 als integraal instrument. Dat is niet gebeurd. Dat wil overigens niet zeggen dat onderdelen uit het framework niet hebben plaatsgevonden: 1. gesprekken met personeelsleden hebben in 2016 in een aantal gevallen geleid tot het vertrek

van medewerkers, dit overigens in goede harmonie. 2. De meerjarenbegroting en de jaarbegroting komen tot stand met de scholen, hebben een

positief advies van de GMR en de instemming van de raad van toezicht. Vanaf 2015 wordt tweemaandelijks de realisatie geanalyseerd en met de belanghebbenden (i.c. directeuren) doorgenomen.

3. Ieder kwartaal maken de directeur bestuurder en de stafmedewerker een uitgebreide rapportage over alle aandachtsgebieden van de organisatie (onderwijs, financiën, personeel, huisvesting en overige).

4. De formatie 16-17 kwam tot stand in een een-op-een relatie tot de begroting, iets waar het jaar ervoor mee begonnen is toen bleek dat de afgelopen jaren een dergelijke koppeling onvoldoende aanwezig was en de realisatie op personele inzet/kosten onvoldoende gevolgd werd door het jaar heen. De formatie heeft ook een variant voor de jaren ná het komende schooljaar en ook die hangt samen met de meerjarenbegroting. Hiermee wordt beoogd op


Pagina 27 van 32

middellange termijn de personeelsbehoefte in beeld te brengen en die zo optimaal mogelijk af te stemmen op de (te verwachten) inkomsten.

Risico’s en onzekerheden Waar wij in 2014 nog schreven dat 2015 waarschijnlijk het eerste jaar sinds de fusie in 2011 zou zijn waarin geen bestuurlijke of directeurswisselingen zouden plaatsvinden, vertrok de schoolleider van de Sint Agnesschool en die van de Achterberg. Dat heeft geleid tot een aantal interne wisselingen en het aannemen van een directeur ‘van buiten’. Het jaar 2016 eindigde met een crisis ten gevolge van een verschil van inzicht tussen raad van toezicht en directeur bestuurder hetgeen (groten)deels te wijten was aan het ontbreken van een toezichtkader. Een vertrek van de directeur bestuurder kon voorkomen worden door intensief overleg tussen raad van toezicht, directeuren, stafmedewerker en directeur bestuurder waardoor de gewenste en noodzakelijk geachte continuïteit van besturen was gehandhaafd. Ten tijden van het opstellen van dit jaarverslag wordt de stichting wederom geconfronteerd met de uitval van twee directeuren ditmaal op de Heilig Hartschool en helaas wederom op Achterberg. Dit gaat in de loop van 2017 leiden tot een herziening van directieposten in de hoop een meer stabiele situatie te realiseren. De maatregelen die in 2016 vanuit ‘common sense’ genomen zijn als gevolg van voorziene risico’s hebben geleid tot het gewenste resultaat. We noemen hier:

het overhevelen van de extra subsidie voor oudere schoolgebouwen via een extra dotatie naar de voorziening onderhoud en het opnemen van een overlooppost in de meerjarenbegroting.

het besluit dat aanschaf van hardware vooralsnog het ambitieniveau van tijdige vervanging die gelijke pas houdt met de daling van het aantal leerlingen en groepen niet zal overstijgen.

personeel in tijdelijke dienst de formatieve ruimte gaat vullen

deeltijdbeleid dat beter aansluit bij de continuïteit van het onderwijs in de groep en het voorkomen van ‘lekken’ in de formatie doordat werktijdfactoren niet op elkaar af te stemmen zijn

het onderbrengen van het ‘Poortwachterproces’ bij de stafmedewerker Personeel

het opnemen van ‘zorg en onderwijs’ als vast agendapunt in het directeurenberaad De risico’s en onzekerheden die voor 2017 en verder voorzien worden (niet in volgorde van belangrijkheid) zijn:

uitblijven van besluit van de gemeente rond de schoolgebouwen Noorderpoort en Heillig Hartschool. De Noorderpoort is hard aan groot onderhoud toe maar door de slepende belofte van een nieuwe gebouw is investeren niet voor de hand liggend. Het is de vraag als het benodigde onderhoud tóch gepleegd moet worden of de hoogte van de voorziening onderhoud toereikend is aangezien 5 van de 6 schoolgebouwen al ouder zijn dan 40 jaar. De toename van het leerlingaanal op de Heilig Hartschool legt grote druk op de beperkte capaciteit van het gebouw en de omliggende scholen beschikken ook niet over de benodigde capaciteit om de ‘overloop’ te huisvesten.

kwaliteit van het onderwijs en het oordeel van de belanghebbenden daarover (o.a. ouders, de inspectie voor het onderwijs) gezien de resultaten op Achterberg

stabiliteit in het directieteam door mogelijk vertrek van weer twee directeuren

het blijkt en blijft moeilijk om de zorgbehoefte vooraf te kwantificeren. In de loop van een jaar worden er al dan niet arrangementen toegekend of blijken leerlingen in aanmerking te komen voor extra ondersteuning waardoor vooraf moeilijk de personele inzet die daarmee samenhangt in te schatten is. Bijkomend probleem is dat het benoemen van tijdelijk personeel in dergelijke gevallen alleen door tijdelijke uitbreiding van bestaande benoemingen zonder risico is. Mocht het met vast personeel niet lukken is het lastig tijdelijk personeel te vinden wat voor een minimale omvang meerdere keren per week beschikbaar is.


Pagina 28 van 32

Rapportage raad van toezicht De Raad had vergaderingen met de bestuurder, een gezamenlijke vergadering met de GMR (over de begroting) en kwam een aantal maal in eigen kring bijeen voor onderling overleg/voorbereiding. Daarnaast zijn er bilaterale overlegmomenten tussen twee leden van de raad en de directeur bestuurder, waarin de raad de bestuurder van advies van voorzien. Van deze overlegmomenten wordt verslag gelegd voor de overige leden de raad. De leden van de financiële commissie heeft overleg met de stafmedewerker financiën voor het doorspreken van begroting, tussentijdse financiële rapportages en de jaarrekening. De raad van toezicht kwam in het verslagjaar drie maal per jaar samen met de directeur bestuurder; in maart, juni en november. Tijdens die vergaderingen werden de vooraf door de bestuurder ingediende managementrapportages besproken. Deze rapportages hadden vaste onderdelen als organisatie, personeel, onderwijs, financiën/huisvesting/ICT en externe zaken. De informatievoorziening (oa. managementrapportages, inspectierapporten) is verbeterd, mede daardoor en ook omdat de rapporten tijdig werden aangeboden door de bestuurder, konden de vergaderingen beter worden voorbereid. Met enige regelmaat vindt er overleg plaats tussen twee leden van de raad van toezicht en de stafmedewerker Financiën over de realisatie, de begroting en/of de jaarrekening. Daarnaast zijn er maandelijkse bilaterale overlegmomenten gepland met de directeur bestuurder en twee leden van de raad van toezicht waarin wat dieper en meer specifiek op bepaalde onderwerpen ingegaan wordt en waarin leden van de raad de directeur van advies kunnen voorzien. Van deze overlegmomenten wordt verslag gelegd voor de overige leden van de raad. Zowel de raad van toezicht als de directeur bestuurder ervaren het overleg als zinvol. Er wordt voldoende afstand van het besturen in acht genomen terwijl er toch goed zicht blijft op de resultaten die Initia op alle aandachtsgebieden behaald worden en als dat niet het geval is, wat daar de reden van is. De managementrapportages geven een helder een actueel beeld van de dagelijkse gang van zaken en zijn onderwerp van een open en constructief gesprek.


Pagina 29 van 32

Bijlage A Adres en overige algemene gegevens

ADRESGEGEVENS Stichting Initia, katholiek primair onderwijs voor Dongen en omgeving ( 40672) Postbus 184 - 5100 AD Dongen T: 0162-310652 / E: [email protected] / I: www.stichtinginitia.nl

Raad van toezicht en directeur bestuurder Voorzitter Dhr. T. de Wit Secretaris Dhr. L. Budel (afgetreden 06-09-2016) Overige leden Dhr. B. Kalter Dhr. M. Tempelaars Mevr. S. Roomer (afgetreden op 31-12-2016) Mevr. A. Frankowski (toegetreden per 06-09-2016) Directeur bestuurder Dhr. M.A. Verhoeven

Scholen en directie 03PK rkbs Sint Agnesschool

Vaartweg 104 - 5106 NE Dongenvaart Mevrouw M. Wilborts

05 GM rkbs Sint Janschool Kastanjestraat 26, 5104 CL Dongen Dhr. J. van Oursouw O5 GP rkbs Achterberg St Josephstraat 62, 5102 EG Dongen

Dhr. S. Hurkmans (vanaf 1 oktober 2015) 07UD rkbs De Vlinderboom Hortensiastraat 2 - 5102 XS Dongen Dhr. F. van den Bosch 10ZI kbs Noorderpoort Otterdonk 5 - 5103 GN Dongen Dhr. R. Smeets 10JL kbs Heilig Hartschool Schoolstraat 2 - 5104 JN Dongen Dhr. M. van Gils

ADMINISTRATIEKANTOOR Dyade Onderwijsbedrijfsvoering BV Savannahweg 71 Postbus 5040 3502 JA Utrecht Tel. (030) 3035000

mailto:[email protected]

http://www.stichtinginitia.nl/


Pagina 30 van 32

BIJLAGE B Treasuryverslag 2016

In het kader van belenen en beleggen zijn in 2009 liquide middelen weggezet in de vorm van spaardeposito’s bij Staal Bankiers. Naar aanleiding van opmerkingen van de accountant met betrekking tot de jaarrekening 2010 is de portefeuille aangepast zodat die voldoet aan de gestelde criteria van het treasurybeleid en passend is binnen de bepalingen van het ministerie, lees CFI. Gedurende het begrotingsjaar 2016 hebben er geen treasuryactiviteiten plaatsgevonden.

Namens bevoegd gezag,

Dongen, 19 mei 2017

Samenstelling en rating van de portefeuille 31-12-2016:

Fonds Rating Positie Koers Waarde

Staat Moody Fitch SP

4% NEDERLAND 2008-15.07.18 AAAu AAAu N/A N/A € 62.000 107,34 € 66.551

4% NEDERLAND 2009-15.07.19 AAAu AAAu N/A N/A € 62.000 112,16 € 69.536

4.5% NEDERLAND 2007-15.07.17 AAAu AAAu NR € 62.000 102,87 € 63.779

Staatsgegarandeerde instellingen

4.375% AUTOBAHN FINANZIER 2009-08.07.19 AA1 N/A N/A AA+ € 50.000 111,86 € 55.930

Banken

5.875% RABOBANK 2009-20.05.19 A3 A BBB+ € 50.000 113,59 € 56.793

Overige financiele dienstverleners

5.375% GE CAPITAL EUROPEAN 2009-23.01.20 A1 AA- AA- € 50.000 116,52 € 58.260

TOTAAL VASTRENTENDE WAARDEN € 370.849


Pagina 31 van 32

Bijlage C - Organogram

Raad van toezicht

Directeur Bestuurder

DIRECTEUREN

S C H O L E N (medewerkers, leerlingen)

Medezeggenschapsraad

Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad

Stafmedewerkers


Pagina 32 van 32

Bijlage D Jaarrekening 2016

Stichting Initia | katholiek primair onderwijs voor Dongen en ......En voorts : “zij wil daarbij...

Documents

Transcript of Stichting Initia | katholiek primair onderwijs voor Dongen en ......En voorts : “zij wil daarbij...