Sterre

25
| 1 #1 Een uitgave van: www.spectrum-gelderland.nl kracht: Jong & moeder 'trots hoe we het redden' passie: 'ik wil controle over mijn hele lichaam' ambitie: 'dromen van het koffertje van Zalm' vriendschap: JONGERENKEET 'vriendschappen voor het leven' 01 DEC 2010 pag 4 straattaal en ook: Magazine over wat jongeren beweegt en bezighoudt

description

De Sterre staat vol met krachtige verhalen van en over Gelderse jongeren. Jongeren en professionals die met en voor hen werken, vertellen met veel passie over wat ze beweegt en bezighoudt.

Transcript of Sterre

Page 1: Sterre

| 1

#1

E e n u i t g a v e v a n : w w w . s p e c t r u m - g e l d e r l a n d . n l

kracht:Jong & moeder

'trots hoe we het redden'

passie:�����������

'ik wil controle over mijn hele lichaam'

ambitie:��������

'dromen van het koffertje van Zalm'

vriendschap:JONGERENKEET

'vriendschappen voor het leven'

0 1 D E C 2 0 1 0

pag 4straattaal

en ook:

M a g a z i n e o v e r w a t j o n g e r e n b e w e e g t e n b e z i g h o u d t

Page 2: Sterre

2 | | 3

Vol trots presenteert Spectrum CMO Gelderland de uit-gave ‘Sterre’. Daarin krachtige verhalen van en over Gelderse jongeren. Waarom verschijnt deze uitgave? Spectrum komt veel inspirerende professionals en jonge-ren tegen die vol passie vertellen over wat ze beweegt en bezighoudt. Lees bijvoorbeeld de column van David

Gerritsen, winnaar van de Jeugdzorg Award Gelderland 2009, die als straathoekwerker dagelijks met jongeren in de weer is. Of de prachtige verhalen van onze Gelderse jongeren, in hun eigen taal opgetekend. Dit alles verdient gelezen te worden, vandaar ook een fraaie verpakking: de ‘glossy Sterre’.

Jongeren komen vaak negatief in het nieuws. De focus van de media en van beleidsmakers richt zich vaak op problemen en de aanpak daarvan. Zo verscheen dit voorjaar het rapport ‘De grenzeloze generatie en de eeuwige jeugd van hun opvoeders’ van bureau Motivaction met daarin enkele rake observaties. De hoofdboodschap is echter weinig positief: ‘deze generatie jongeren is een groep hedonistische, materialistische in-dividuen die zich voornamelijk bezighoudt met uiterlijkheden, kicks en status.’

Spectrum vindt dat beeld eenzijdig en te kort door de bocht. We staan daarin niet alleen, zo doet wetenschapper Tom ter Bogt langlopend on-derzoek naar jongeren in 40 landen en concludeert dat onze jongeren het gewoon goed doen als we kijken naar hoe gelukkig ze zijn, hun relatie met hun ouders en hun schoolresul-taten. Ook de professionals die aan dit blad meewerken, hebben een an-der beeld van de jongeren. De verha-len van de jongeren zelf zijn echter het meest sprekend. Ze vertellen in ‘Sterre’ over hun ambities, passies en toekomstbeelden. Over ‘Ik’, de jonge-re die zich ontwikkelt als individu en ‘Samen’, want jongeren staan met el-kaar in contact en gaan (digitale) rela-ties aan. Dat alles gebeurt in het ‘Nu’, een snelle tijd vol verleidingen, en met de focus gericht op het ‘Later’, de toekomst, waarover jongeren naden-ken en waarin ze ambities gaan vorm-geven.

Natuurlijk zijn er jongeren met serieu-ze problemen. Spectrum en collega-organisaties in het veld proberen voor hen passende ondersteuning te realise-ren. Daarbij gaan we altijd uit van de kracht en mogelijkheden van de jonge-ren zelf. Wij hopen dat u net als wij geïnspireerd wordt door de verhalen in deze uitgave. Zoals dat van Sterre van Doorn, een 16-jarig meisje dat een topsportambitie succesvol combineert met een opleiding en daar-naast ook haar best doet jongere te zijn. Ze vertelt uitgebreid over haar leven, haar dromen en angsten. En staat met haar gedrevenheid model voor zoveel Gelderse jongeren. Dit is dan ook haar glossy.

Spectrum is het adviesbureau en kenniscentrum voor het sociale domein in Gelderland. Bij het blad is de cijferbijlage ‘Droog’ opgeno-men, met unieke en actuele cijfers uit eigen onderzoek en dat van part-ners in het veld. Veel meer vindt u in het Sociaal Informatiesysteem Gelderland, op www.spectrum-gelderland.nl/sig dat voor iedereen gra-tis toegankelijk is.

Met veel plezier hebben we deze uitgave gemaakt en we danken dan ook alle organisaties, professionals en jongeren die eraan hebben bijgedragen.

voorwoordJoost KorstenDirecteur / bestuurder,Spectrum CMO Gelderland

'Waarom? Spectrum komt veel inspireren-de professionals en jongeren tegen, die vol passie vertellen over wat ze beweegt en bezighoudt'

achterwaartse salto(gainer)

pag 6Wie is Sterre?

met o.a. op:

Page 3: Sterre

4 | | 5

Inhoud

��������nu!straattaaltekst: Gelderse jongerenfotografie: Coert de Boe

����

��������

�� ���������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������

����

�� ��

�� �

�����������

voorwoord

ik!GELUKKIG EN TEVREDEN MET MIJN LEVENSterre van Doorn over haar leven als topsporter, student en jongere.5 BIJBAANTJESPortretten van jongeren en hun bijbaan.MET WATER GEEN KATER'Watergirls' prikkelen jongeren om na te denken overalcoholgebruik.PRESIKHAAF SLAAGT!Op het Rijn IJssel in de Arnhemse wijk Presikhaaf neemt het aantal voortijdig schoolverlaters snel af. 5 betrokkenen over deze successtory.KLAAR OM MEER UIT HET LEVEN TE HALENKhadiye zwierf jarenlang door het jeugdzorgcircuit. Nu woont ze op zichzelf en doet ze het goed op school.ACHTERHOEKERS, MAG IK OP DE FOTO?Hoe jongeren zelf een site met uitgaansfoto's transformeerden tothet belangrijkste informatieportal voor jongeren in de Achterhoek.

samen!DE KRACHT VAN DE KETENEen reportage over wat er ook gebeurt in jongerenketen.DE GELUKKIGE GEWONE GENERATIETom ter Bogt doet internationaal onderzoek naar jongeren. Zijn conclusie: onze jongeren behoren tot de gelukkigste ter wereld.HYVES IS HOT!Bijna alle jongeren doen aan digitale vriendschap via Hyves. Esther Leewes vertelt over haar 1.275 Hyves-vrienden.

nu!STRAATTAALWoorden die jongeren wel en hun ouders zeker niet gebruiken.750 06-NUMMERSGepassioneerde column van David Gerritsen over zijn passie voor het ambulante straathoekwerk.JONG EN MOEDERTrotse jonge moeders vertellen over de uitdagingen in hun leven.RUNNING IN THE FREE WORLDTeam Twisted over een sport die heel erg van nu is: freerunning.RUWE DIAMANTENColumn van Rianne Romijnders over jongens.DE STELLINGJong en oud over de stelling: 'het geluid van jongeren is onvoldoende te horen in onze samenleving'.CHICKIES EN BOYSZMohinie is 19 jaar en jarenlang slachtoffer van een Loverboy geweest. Nu deelt ze haar ervaringen in gastlessen met middel-bare school leerlingen.

later!GIEL NENDELS EN DE KOFFER VAN ZALMDe 16-jarige opvolger van Gerrit Zalm woont in Maasdriel.MAATSCHAPPELIJKE STAGEEen mailwisseling met Berdien Flier en Martine Deetman, 2 studenten van het Nuborgh College, over hun Maatschappelijke Stage.DE VREDE EXPRESSVoorlichting op wielen.WIN-WIN-WIN SITUATIEIn 5 stappen krijgen jongeren erkenning voor hun vrijwilligerswerk.30 JAAR KRIMP!In deze column laten de Plattelandsjongeren Gelderland zien hoe de Achterhoek er in 2040 uitziet.23 JONGEREN 30 SECONDEN OVER LATERSTART!...30...29...28...27...26...25...24...23...22...21...20...19...18...17...16...15...14...13...12...11...10...09...08...07...06...05...04...03...02...01...STOP!

colofon

3

6

2938

40

43

48

1824

37

49

13262835

50

1017

2242

45

46

52

9

10

29

Page 4: Sterre

6 | | 7

nu!interviewtekst: Eelco Visserbeeld: SEEN Images

Naast school heb ik altijd veel ge-sport. Op mijn 7e begon ik met volleybal. Op school mocht ik wel eens eerder weg als ik naar trai-ning moest in Arnhem. Die les

kon ik dan inhalen als dat nodig was. De mees-te kinderen vonden het wel knap wat ik deed, maar er waren er ook die niet snapten dat ik er zoveel voor over had. Elke zondagmorgen was ik op pad, terwijl mijn vriendinnen nog in bed lagen. Ja, ik heb een ander leven, je moet wel discipline hebben om het te willen doen. Het is eigenlijk zo; je sport veel je gaat naar school en de tijd die dan nog over is, gebruik je voor leuke dingen.

EXAMEN DOENHet examenjaar was, denk ik, het zwaarste jaar. De combinatie veel sporten en school is pittig. En reizen met het openbaar vervoer was moei-lijk. Of ik miste te veel van school, of ik was te laat op een training. Dus bracht één van mijn ouders me naar Arnhem, bleef daar en samen gingen we weer naar huis. Op de heenweg eten en omkleden in de auto. Maar ik moest net als de andere leerlingen uit mijn klas ook so’s en werkstukken maken, boeken lezen en huiswerk maken. Heel vaak deed ik dat ’s morgens voor ik naar school ging, of als ik terugkwam. Ik had een hele goede mentor, meneer Bos. Hij steun-de mij overal in en hielp waar hij kon. Ik heb hele goede herinneringen aan school en ben ook blij dat ik dat heb gedaan. Een lootschool was makkelijker geweest, op Papendal wonen ook. Maar ik had al 3 jaar een gewone vmbo gedaan en wilde mijn examen daar ook doen, en samen met mijn vriendinnen slagen. Het heeft heel wat zweetdruppels gekost. Voor-al omdat ik zoveel sportte, maar ik heb nooit gedacht: dit wil ik niet meer. Volleybal is toch wel een onderdeel van mijn leven, ik kan niet zonder.

EEN DAG ALS ALLE ANDEREMomenteel ben ik spelverdeelster in Jeugd-Oranje en ik hoop het Nederlands volleybal-

damesteam te bereiken. Voor het eerst woon ik op mezelf. Ik leer om zelf mijn kleding te was-sen en op tijd op te staan (zonder dat mijn moe-der me wekt). Vroeger likte mijn hond me ie-dere ochtend wakker, dat doet een wekker nu. Ik leer ook alleen te zijn, want mijn ouders, broer en hond heb ik niet meer om me heen. Mijn week zit best vol. Ik sta iedere doorde-weekse ochtend om 6:30 uur op, ontbijt in de hotelruimte van Papendal en sta van 08:00-10:00 uur in de zaal voor kracht- en conditie-training. Van 11:00-13:30 uur ga ik naar school. Ik doe SPW aan het Rijn IJssel in Arnhem en zit daar in de 18+-klas. Dat sluit beter aan bij de eisen die mijn volleybaldroom aan mijn dag-schema stelt. Van 15:30-18:30 uur sta ik weer in de zaal voor technische en tactische training. Daarna eet ik wat, waarna ik vanaf 20:00 uur vrije tijd heb. Ik maak dan huiswerk, kijk tv met teamgenoten, heb contact met mijn ouders, broer en vrienden en vriendinnen of neem wat tijd voor mezelf. Dat laatste gebeurt niet zo vaak. Ik zie mezelf als een echt groepsmens. In het weekend ben ik bij mijn ouders en speel ik competitievolleybal voor Longa '95 in Lichten-voorde. Longa '95 speelt in de B-league, het op één na hoogste niveau van Nederland.

GELUK EN ANGSTIk ben gelukkig en tevreden met mijn leven. Als ik eens niet gelukkig ben, komt het door mijn karakter. Ik ben erg perfectionistisch. Maar als ik een dip heb, ben ik er zo weer uit. Mijn nieuwe leven, buitenshuis en op Papen-dal, is wennen, maar tot nu toe vooral leuk. Ik krijg veel steun van mijn ouders en mijn vrien-den en vriendinnen. Dat is niet veranderd sinds ik uit huis ben, al komt de steun nu op andere manieren aan. Soms, van mijn moeder, zelfs via een ouderwets postpakket. Ze stuurt ook regelmatig een leuk kaartje. Mijn vader mailt meer, dat lukt mijn moeder niet goed. Mijn vrienden en vriendinnen vinden het knap wat ik doe, maar zouden er zelf niet voor kie-zen. Ik geniet van de volleybaljaren. Naast het spelen is ook het reizen spannend. Ik ben al met het vliegtuig naar Zweden geweest en

Ik heet Sterre van Doorn, 16 jaar en woon op topsportcentrum Papendal in Arnhem. Voordat ik naar Papendal ging, heb ik 4 jaar vmbo-tl gevolgd op het Assink Lyceum, 2 jaar in Neede en 2 jaar in Eibergen.

Page 5: Sterre

8 | | 9

vriendinnen op. Contact hebben we verder via Hotmail, Hyves, MSN en Skype. Soms bel ik ook. Mijn mobiel is mijn modernste gadget: een Touch met internet. Zo kan ik ook in het buitenland contact hebben met het thuisfront. Inmiddels heb ik ongeveer 600 Hyves- vrienden. Ik voeg alleen anderen toe als ik ze echt ergens van ken. Het is gewoon makkelijk om mensen die ik met volleybal ontmoet, toe te voegen. Op Hyves zet ik foto’s en plaats wel eens een krabbel, vooral als ik geen tijd heb om op MSN te gaan. Facebook gebruik ik maar heel af en toe en Twitter begrijp ik niet. Heb wel ooit een account aangemaakt, maar het lukt me niet al te best. Verder bekijk ik weinig specifieke sites. Die mobiel hebben mijn ouders betaald. Daarnaast krijg ik ook nog wat zakgeld. Ik heb geen tijd over voor een bijbaan-tje, heb ook niet veel nodig. Als ik echt iets wil bespreken, dan doe ik dat gewoon met mijn ouders of vriendinnen. Ik heb niet echt een beste vriendin, maar veel vrienden en vriendinnen. Dat vind ik belang-rijk, bij hen kan ik terecht als ik met iets zit of kwijt wil. Ze vragen me wel hoe het met vol-leybal is, maar we bespreken vooral andere dingen. Door het volleybal ben ik wel wat vriendinnen kwijtgeraakt. Die vonden dat ik nooit kon afspreken omdat ik altijd trainde of speelde. Mijn huidige vriendinnen bekijken het anders: die zijn juist blij als ik wel kan. Met hen is het contact dan ook echt de moeite waard. Een relatie met een jongen heb ik nog niet gehad. Het lijkt me best leuk, maar of het past bij mijn volleybalschema? Een relatie met een topsporter zou het beste zijn. Mijn vrien-dinnen zijn daar veel meer mee bezig, hebben er ook meer tijd voor. Ze gaan veel vaker uit, ik kan alleen als mijn schema het een beetje toe-laat. Mijn vriendinnen hebben al dingen ge-daan, die ik allemaal nog moet meemaken. Het is niet zo dat ik er niet over kan meepraten, dat is geen probleem. Ik heb ook nog tijd zat vind ik zelf, ben pas 16!

UITERLIJK EN GEZONDHEIDMijn uiterlijk, maar meer nog er verzorgd uit-zien, is erg belangrijk voor me. Dat doe ik niet zodat iedereen kan zeggen ‘kijk haar eens mooi zijn’, maar omdat ik het fijn vind aandacht aan mijn verzorging te besteden. Door mijn sport ben ik echt over mijn voeding gaan nadenken. We hebben op Papendal een diëtiste die ons begeleidt. Sommige dingen moet ik niet eten. Zo was en ben ik gek op kaas, maar dat is veel te vet. Kipfilet is beter. Mijn moeder verdiept zich in voeding, van haar neem ik veel tips over. Ik moet gewoon niet te vet eten en vol-doende rusten. Alcohol drink ik af en toe wel eens als ik uitga, maar niet meer dan twee gla-zen. Ik rook niet en drugs gebruik ik ook niet. Zonder de sport zou ik ook niet dik willen zijn, roken of drugs willen gebruiken.

DE TOEKOMSTAls ik aan later denk, vraag ik me af hoe het is als ik volwassen ben? Speel ik dan in het Nederlands team, of heb ik dat al gedaan? Hoe zie ik er dan uit, hoe ben ik? Ik hoop in ieder geval gelukkig. En eigenlijk dan ook in Italië of anders in Brazilië of Amerika te spelen. Daarna zie ik voor mezelf toch echt ‘huisje, boompje, beestje’. En ik hoop op een jongen die van me houdt. Of ik dan in de Achterhoek woon, weet ik niet. Wellicht ontmoet ik wel een Italiaan, als ik daar speel! Wat ik voor werk wil gaan doen na het volleyballen, weet ik nog niet precies. Ik wil wel graag mijn ervaringen doorgeven aan jonge speelsters, als trainster. Daarnaast wat met kinderen, dat past ook bij mijn studie SPW. Bij alles wat ik later doe, hoop ik in ieder geval mijn moeder niet te hoeven missen. Haar beschouw ik toch echt als mijn grote steun en toeverlaat.

speelde laatst een 8-landen toernooi in Duits-land. Ook heb ik Ina Rouwenhorst van de NVS B in Zwolle leren kennen, een trainster bij wie ik mentaal sterker ben geworden. Soms mis ik het wel eens dat ik niet makkelijk eens zomaar iets kan doen. Vaak moet ik dan aan mijn programma voor de week denken. Ik kan ook niet even naar een vriendin fietsen, ben altijd druk met sport en school. Dan ben ik wel eens jaloers op mijn broer Jelmar. Maar hij is dat ook op mij. Zo heeft hij, als oudere broer, nog nooit in een vliegtuig gezeten! Ik ben blij dat ik deze stap heb durven zetten. Keek er te-genop om voor het eerst op mezelf te wonen, alleen naar school te gaan en ben echt blij dat het me gelukt is. Ik heb mezelf overwonnen. Wat ik ook fijn vind om te zien, is dat mensen goed voor elkaar en gelukkig zijn. Minder fijn vind ik het dat mijn ouders, mijn broer en mijn hond me missen. Ik hoop topvolleybalster te worden en te blijven zoals ik ben. Ik wil niet naast mijn schoenen gaan lopen omdat ik toe-vallig topsport bedrijf, ik wil respect hebben voor een ander en mensen een tweede kans ge-ven. Klaarstaan voor anderen en eerlijk zijn. Angsten heb ik ook. Ik ben bang zo gebles-seerd te raken dat ik niet door kan spelen, maar ook om mijn vriendinnen kwijt te raken. Ik weet dat onze band goed is, maar toch denk ik er wel eens aan. Ook hoop ik dat de band met mijn broer niet verandert.

RELATIES EN MODERNE CONTACTENIk ben veel met mijn teamgenoten samen. We proberen een groep te vormen en dat lukt best goed. We hebben het gezellig, maar zijn alle-maal verschillend. Met de één heb je meer con-tact dan met de ander. Wel hebben we hetzelf-de doel. Veel leren en topsporter worden. Maar ook respect, en elkaar steunen als iemand het even moeilijk heeft. We zijn jong, moeten nog veel leren. De begeleiding is goed, en onze trai-ners Patrick Tonnaer en Matt van Wezel hel-pen ons ook als het even niet goed gaat. Thuis trek ik veel met mijn ouders, mijn broer en mijn

'ALS IK AAN LATER DENK,

VRAAG IK ME AF HOE HET

IS ALS IK VOLWASSEN

BEN. SPEEL IK DAN IN

HET NEDERLANDS TEAM,

OF HEB IK DAT AL

GEDAAN? HOE ZIE IK ER

DAN UIT, HOE BEN IK?'

nu!columntekst: David Gerritsenbeeld: Eelco Visser

�erken met jongeren is mijn roeping, maar daar moest ik wel achterkomen. Ik reinigde en vulde vanaf mijn 20e koffie-apparaten, bij AKZO. Daarnaast was ik nachtportier bij Arnhemse cafés. Ik had daar nooit problemen met jongeren, sterker nog, ik vond die contacten leuk. Daarom besloot ik op

mijn 31e om de opleiding SPW te doen. Zo werd ik straathoekwerker, in Arn-hem Zuid. Daar zoek ik groepen jongeren op. Mijn belangrijkste taak is het opbouwen van een vertrouwens- en betekenisrelatie.

Ik ben vaak aanwezig bij en binnen groepen. Zo ontstaat er veiligheid en kan ik vertrouwen winnen. Ik laat zien dat ik te vertrouwen ben, kom afspraken na en geef ook aan wat ik zelf heb meegemaakt. Jongeren herkennen dat, waar-door open en eerlijke communicatie mogelijk is en jongeren ook over zichzelf praten en naar zichzelf leren kijken. Een betekenisrelatie hebben we wanneer ik echt iets kan betekenen voor een jongere. Door een gesprek te voeren met school of thuis, omdat een jongere dat zelf niet kan. De betekenisrelatie is heel tastbaar en voelbaar voor een jongere. Dan kan ik met jongeren werken aan gedragsverandering, of de aanpak van individuele meervoudige problemen. Investeren in vertrouwen kost soms tijd. Zo had ik een keer een afspraak met een groep. Het regende pijpenstelen en ik had van niemand een telefoonnum-mer. Ze keken me vreemd aan toen ik daar doorweekt op de snorfiets aan-kwam. Mijn reactie was ‘ik kan jullie toch niet laten zitten, we hadden een af-

spraak!' Dat viel zo goed, dat het ijs na een jaar, was gebroken. Vervolgens kon ik wat voor die gasten betekenen.

Ik werk voor en met jongeren, omdat ze onze toekomst zijn. Als ze 18 of 19 jaar zijn, moeten ze kansrijk aan hun volwassen leven kunnen beginnen. Ik wil daaraan bijdragen en ga daar ver in. Zo heb ik de 06-nummers van 750 jongeren. Gewoon op mijn eigen mobiel. Ze hebben mijn nummer, maar maken er geen misbruik van. Als ze bellen, is er wat aan de hand. En dat kan ook om half twee 's nachts. Twee jon-geren zijn me in het bijzonder bijgeble-ven. Een meisje van 14 jaar, dat zwaar aan de harddrugs was en alleen nog maar op de bank hing. Ik ging met haar naar de kern van haar problemen. Nu is ze 20, heeft ze een vaste relatie, een fulltime baan als ma-nager en sinds kort is ze ook moeder. Daar-naast een Koerdische jongen. Toen hij 15 was, had ik al goed contact met hem, maar hij deed veel verkeerde dingen. De kinderrechter wees hem uiteindelijk aan mij toe, wat feitelijk niet kan, omdat ik geen hulpverlener ben. Toch dacht ze dat hij bij mij het beste af was. Nu is die jongen 19 en heeft hij alles weer aardig op de rit. Dat maakt mijn werk mooi. Ik hoop het op mijn 65e nog te doen!

�������������� werkt bij Pactum Rijnside, een outreachende ambulante

hulpverleningsorganisatie voor jongeren van 12 tot 25 jaar. Hij is één van de drie straathoekwerkers.

06-nummers

IK WERK BIJ PACTUM RIJNSIDE, EEN OUT-REACHENDE AMBULANTE HULPVERLENINGS-ORGANISATIE VOOR JONGEREN VAN 12 TOT 25 JAAR. IK BEN ÉÉN VAN DE DRIE STRAATHOEK-WERKERS, DAARNAAST WERKEN ER VIJFTIEN HULPVERLENERS. �� ���� �������������

�������������������������� �� ������!��" ����#$����#%���������������������� �� ��� �����&'����"�� ���"����� '�����(�������)

Page 6: Sterre

10 | | 11

later!interviewtekst & beeld: Janina Sybesma

Giel Nendelsen de koffer van Zalm

Giel zit op de mavo van het Sint-Janslyceum in Den Bosch.

Hij doet dit schooljaar eindexamen. “Daarna probeer ik de

havo versneld te halen en wil ik de hbo-opleiding accoun-

tancy volgen. Ik durf te wedden dat ik die opleiding op mijn

sloffen haal”, zegt hij zonder een spoor van onzekerheid. “Ik ben zelfstandig

ondernemer. Mijn bedrijf handelt in diverse producten, van elektronica tot

onroerend goed. Daar ben ik sinds mijn veertiende mee bezig.” Na de oplei-

ding accountancy wil Giel doorleren voor fiscalist. “Dan weet je alles over het

reilen en zeilen van belastingzaken. Ik ben erg financieel ingesteld. Ook ben ik

een private banker, een belegger. Beleggen vind ik het mooiste wat er is.” Giel

is een jongen met passie voor cijfers. “Maar ik volg ook nog verschillende cur-

sussen, zoals ‘begroting’, ‘ondernemerschap’ en ‘vocabulair’.” Zijn grootstse

hobby is echter nog niet genoemd, namelijk… politiek.

POLITIEK TALENTGiel toont een pen met daarop het opschrift ‘Jeugdfractie 2007’. In dat jaar

werd hij lid van de jeugdgemeenteraad en tevens jeugdfractievoorzitter van de

VVD. Trots praat hij over zijn optreden in de raad als veertienjarige: “Ik vond

dat alle jongeren in Maasdriel via een enquête moesten kunnen

meedenken over de inrichting van sport- en speelveldjes. De

jeugdraad was het hier unaniem mee eens, daarna stemde de

gehele volwassenraad ermee in. De enquête had met zestig pro-

cent een hoge respons!”

Giel zit inmiddels in de volwassen VVD. “Ik ben door het be-

stuur van de lokale VVD gevraagd om op de verkiezingslijst

voor de gemeenteraad te komen (maart 2010, JS). Daar heb ik

geen seconde over getwijfeld.” Zelf heeft hij nog geen stem-

recht en hij mag ook nog niet in de gemeenteraad zitting ne-

men. Daar moet je 18 jaar voor zijn. Wél konden de inwoners

van Maasdriel op hem stemmen. Dit had veel aandacht in de

plaatselijke en regionale media als gevolg.

Degenen die stellen dat dit een publiciteitsstunt is, hebben het

volgens de jonge politicus volkomen mis. “Ik ben zeer gedre-

ven. Sommige mensen zetten zich niet zo in voor het algemeen

belang. Maar ik wel. Ik wil werken aan toekomstperspectief en

vooruitgang! Dan maakt het niet uit of je 100 of 16 jaar bent.

Anderen mogen daarvan zeggen en denken wat ze willen.”

WAAR ZIJN DE BEVLOGEN JONGEREN, DIE ZICH INTERESSEREN VOOR ONZE MAATSCHAPPIJ? DIE STRAKS HET STOKJE VAN ZITTENDE POLITICI WILLEN EN KUNNEN OVERNEMEN? IN IEDER GEVAL WOONT ER ÉÉN IN MAASDRIEL. EEN OP HET OOG DOODGEWONE JONGEN VAN 16 JAAR, GIEL NENDELS. MAAR SCHIJN BEDRIEGT. HEB IK HIER DE TOEKOMSTIGE MINISTER VAN FINANCIËN VOOR MIJ ZITTEN?

Page 7: Sterre

12 | | 13

‘ Ik ben trots op hoe we het allemaal redden’

Sinds 2007 worden in Nederland jaar-lijks zo’n 2.500 meiden, jonger dan 20 jaar, moeder. Drie krachtige jonge moeders vertellen hoe het hen afgaat.

hij. “We hebben te veel bureaucratie. Als iemand een bouwvergunning aan-

vraagt, gaat daar te veel tijd overheen. In plaats van een aanvraag afwijzen,

moet er gekeken worden wanneer de aanvrager zijn vergunning wél krijgt. Het

glas is te vaak half leeg.” Ook de ondernemers steekt Giel een hart onder de

riem. “In Maasdriel blijven we hangen bij de champignonteelt. Andere vormen

van ondernemerschap worden totaal niet gestimuleerd. Ik hoop dat dit gaat

veranderen nu mijn partij in de coalitie zit, zodat ondernemers binnen drie

maanden kunnen starten. Er komt binnenkort een pand leeg in Maasdriel. En-

kele Drielenaren zijn met het idee gekomen om hier een jongerenonderne-

merscentrum van te maken. Ik maak me hier graag politiek sterk voor. Ik zelf

werk in een modern kantoor, maar veel andere jonge ondernemers hebben hun

werkruimte op zolder of in de kelder. Dat is verre van ideaal.” Op het jeugdbe-

leid heeft hij ook een visie. “Ga niet vanachter je bureau bedenken wat goed

voor de jeugd zou zijn. Ga naar de scholen toe, praat met jongeren, wat willen

zij? Het beleid kan sneller en efficiënter. Ik durf te wedden dat als ik het hier

zou mogen reorganiseren, ik aan het eind van het jaar een redelijk overschot op

de begroting kan wegboeken.”

AMBITIESGiels ambities beperken zich niet tot Maasdriel. “Ik klamp me niet vast aan

mijn eigen VVD-fractie. Ik ben ambitieus en wil naar groter. Daarom werk ik

veel aan mijn netwerk, zowel binnen als buiten de VVD. Zo ben ik gevraagd te

helpen bij het opzetten van een jeugdraad in Den Bosch. Daar zijn meer jonge-

ren geïnteresseerd in politiek. Ik wil burgers, waaronder de jongeren, bij elkaar

brengen en weten wat zij vinden. Als het lukt een jeugdraad op te zetten, zou ik

het graag nog een lange tijd intensief willen ondersteunen. Misschien kan ik

dit doen vanuit een leuke bestuurlijke positie!” Giel heeft ook nog een politie-

ke droom. Hij vertelt over één van de eerste beelden die hij zich kan herinneren

uit de politiek: “Dat was een zekere Prinsjesdag. Toen zag ik de heer Zalm lo-

pen met zijn koffertje en toen dacht ik: Dat wil ik ook!”

POLITIEK THEATERMaar de meeste jongeren interesseren zich toch niet voor poli-

tiek? Wat vindt Giel er dan zo leuk aan? “Ik heb altijd al iets

gehad met politiek. Beleid heeft me altijd geboeid. En als je het

goed doet in de politiek, dan kun je echt iets betekenen. Vooral

de bestuurlijke kant van de politiek spreekt me aan.” Hij spreidt

zijn armen en waant zich in een raadszaal. “Als ik in het zoge-

naamde politieke theater sta, voor een volle zaal, dan ben ik

overtuigd van het idee dat ik presenteer. Dan wil ik proberen

om tenminste een minimale meerderheid in de raad achter

mijn voorstel te krijgen. Maar mijn ambitie is natuurlijk de ge-

hele raad. Het geeft een kick om andere mensen te overtuigen

van mijn idee. En dan te kunnen zeggen, dat heb ik toch maar

gedaan.”

FRUSTRATIESGiel volgt de landelijke ontwikkelingen op de voet. Met verhe-

ven stem uit hij zijn frustraties over de Betuwelijn, de Maas-

vlakte II, het dreigend tekort aan benzine en de bureaucratie

van de overheid. “Dit kan allemaal beter en sneller aangepakt

worden.” Maar ook in Maasdriel mag wel wat veranderen, vindt

' IK WIL WERKEN AAN TOEKOMSTPERSPECTIEF EN VOORUITGANG! DAN MAAKT HET NIET UIT OF JE 100 OF 16 JAAR BENT'

nu!portrettentekst: Jorike Smeitinkbeeld: SEEN Images

Page 8: Sterre

14 | | 15

'Ze zijn echte grootouders voor

Rafaël en mijn broertje is een superoom!'

Priscilla de JongZoon: Rafaël (3 jaar)

Op mijn twintigste kreeg ik Rafaël.

Met de vader heb ik geen contact

meer. De komst van mijn zoontje

heeft gezorgd voor grote veranderingen in

mijn leven. Nu woon ik samen met hem in een

eengezinswoning. Ik ben trots op hoe ik het

allemaal heb gered. Het is belangrijk om door

te zetten, want het is niet niks. En we zijn

eigenlijk altijd vrolijk! Ik werk drie dagen in de

week in de thuiszorg. Op die dagen gaat mijn

zoontje naar de kinderopvang. Hopelijk lukt

het om volgend jaar via mijn werkgever een

opleiding te volgen in de verzorging. Naar

school gaan is iets wat ik graag wil. Verder ben

ik bezig met het halen van mijn rijbewijs. Met

mijn moeder en broertje heb ik altijd een

supergoed contact gehad. Sinds kort is er ook

contact met m’n vader. Ze zijn echte groot-

ouders voor Rafaël en mijn broertje is een

superoom! Ik heb een maatje die in ongeveer

dezelfde situatie zit. Mijn zoontje en ik doen

leuke dingen met hem en ik kan overal met

hem over praten. Met mijn beste vriendin ga

ik twee keer in de week sporten. Sport is voor

mij een uitlaatklep en daarnaast is het ook

gezellig. Mijn moeder past dan op Rafaël.

Monique VlaanderenZoon: Djamiro (1 jaar)

De geboorte van Djamiro heeft een behoorlijke

impact op mijn leven. Maar ik heb er ook veel

doorzettingsvermogen door gekregen. Toen

bleek dat ik zwanger was, ben ik erg goed opgevangen

door een bevriend stel. Er is nog wel contact met de vader

van Djamiro en ze zien elkaar om de dinsdag en om het

weekend. Ik ben op dit moment bezig met mijn SPW-

opleiding en in februari 2011 klaar. Hopelijk vind ik daarna

een baan in de kinderopvang. Djamiro gaat nu vijf dagen

per week naar een gastoudergezin. Dat geeft mij de ruimte

om naar school te gaan en stage te lopen. Samen met mijn

zoontje woon ik in een begeleid wonen huis van Entrea.

Daar woont ook een andere jonge moeder met haar kind.

Ik kan als het nodig is, terugvallen op haar of op de

begeleiding van Entrea. Hopelijk krijg ik op den duur mijn

eigen huisje. Ik heb veel steun aan vriendinnen die ik

ontmoet in het Jonge Ouder OntmoetingsPunt (JOOP).

Zij begrijpen wat ik heb meegemaakt en weten hoe het is

om jong moeder zijn te combineren met school of werk.

Je moet bij je activiteiten namelijk altijd rekening

houden met je kindje.

'Ik heb veel steun aan vriendinnen die ik ontmoet in het

Jonge Ouder OntmoetingsPunt'

Page 9: Sterre

16 | | 17

Chantal KönigkrämerDochters: Christie (3 jaar), Lotus (bijna 1 jaar), zwanger van derde kindje

Toen ik op mijn negentiende zwanger werd van Christie

reageerde bijna niemand in mijn naaste omgeving en-

thousiast. Daardoor heb ik wel geleerd om voor mezelf

op te komen. Ik ben naar Nijmegen verhuisd. Daar woon ik nog

steeds. Nu ben ik zwanger van mijn derde kindje. De vader van

mijn kinderen en ik zijn uit elkaar gegaan vlak voordat ik achter

mijn derde zwangerschap kwam. Ik volg de voltijdopleiding hbo-

pedagogiek en zit nu in het tweede jaar. Mijn kinderen gaan vier

dagen in de week naar een particuliere kinderopvang en één dag

naar hun vader. In de weekenden zijn ze bij mij. Omdat de op-

vang goed geregeld is, heb ik tijd om te studeren. Daarbij krijg ik

ook veel medewerking van mijn school. Het is een hele organisa-

tie om je eigen huishouden met kinderen te runnen en daarbij te

studeren. Daarom is het leuk om van anderen te horen dat ze

vinden dat ik het goed doe. Er is weinig tijd voor hobby’s maar in

mijn vrije tijd doe ik graag iets leuks met de kinderen. Eén vrien-

din heeft me altijd gesteund. We kennen elkaar al heel lang en ze

heeft kinderen in dezelfde leeftijd. Bij haar kan ik altijd terecht.

'Het is een hele organisatie om je eigen huishouden met kinderen te runnen en daarbij te studeren'

Maat- schap-pelijke stage

later!Mailwisselingtekst: Eelco, Berdien & Martinebeeld: Jan Vos & Marie-Louise Vroon

Eelco Visser, verzonden vr 15-10-2010, 14:40 uur

Dag Berdien en Martine, Mag ik jullie vragen welke stage jullie doen en waarom? En hebben jullie het zelf geregeld of niet? Wat hopen jullie er te gaan leren en waarom? Zijn jullie geïnteresseerd om dat werk later ook te gaan doen? Ik lees het graag terug!groeten en een fijn weekend, Eelco Visser

Berdien Flier, verzonden ma 18-10-2010, 18:24 uur

Hoi, Ik ben op het moment aan het stagelopen bij Verzorgingstehuis De Voord. Op een afdeling waar demente mensen zitten. Deze stage doe ik omdat mijn opa dement is en zo ben ik in contact gekomen met de vrijwilligers op die afdeling. Toen heb ik verder geïnformeerd en nu help ik 1x in de week, op donderdagavond, bij de broodmaaltijd. Dit houdt in dat je de

tafel klaar maakt, broodjes voor de bewoners smeert en ze eventueel helpt met eten.

Ik heb deze stage helemaal zelf geregeld. Ik ben in gesprek gegaan met iemand van de Voord en heb overlegd wat ik allemaal voor activiteiten zou kunnen doen. Ik hoopte dat ik me kon gaan verplaatsen in die demente mensen en in de vrijwilligers, waarom ze dit werk deden en wat voor gevoel het je geeft. Het geeft zo’n goed gevoel om mensen te helpen! Ik ben best wel geïnteresseerd om dit werk later te doen. Misschien niet expliciet bij demente mensen maar wel iets met het verzorgen van mensen, de verpleging.

Ik hoop dat ik uw vragen voldoende beantwoord heb! Als iets niet volledig genoeg is, hoor ik het van u!Mvg, Berdien

Martine Deetman, verzonden ma 18-10-2010, 19:11 uur

Hallo meneer Visser, Ik ga stage lopen op een school voor moeilijk lerende en moeilijk opvoedbare kinderen. Ik ga daar stage lopen omdat ik graag wil weten hoe het er daar aan toe gaat. Het is toch een andere school als anders. Mijn buurvrouw werkt op zo’n school en toen ze te horen kreeg dat ik ook zo iets wilde gaan doen als wat zij deed, zei ze dat ik wel een

keer mee mocht om te kijken wat het inhield. En toen dacht ik: nou dan kan ik het wel gelijk als MaS gaan doen. Dan krijg ik er gelijk uren voor.

Ik wil graag kijken of ik het ook wat vind voor mijzelf. Ik zei wel dat het me leuk leek om met moeilijk opvoed-bare en moeilijk lerende kinderen te werken, maar ik wist eigelijk nog niet of ik het wel echt leuk vind. Ik hoop dat ik na deze twee dagen het antwoord op deze vraag gevonden heb. Later wil ik in ieder geval juf worden en als deze 2 dagen bevallen, wil ik graag juf worden op een school voor moeilijk lerende kinderen en moeilijk opvoedbare kinderen. Groeten Martine Deetman

Eelco Visser, verzonden woe 20-10-2010, 11:18 uur

Dag Berdien en Martine, Hoe bevalt jullie maatschappelijke stage? Wat heb je concreet gedaan? Is het zo gelopen als je had gehoopt of gingen er dingen anders? Vond je het werk en de mensen die je hebt ontmoet leuk? Heb je er (al) wat geleerd? Wat ga je nog doen? Lijkt het je nog steeds leuk dit later te gaan doen?

Ik lees de antwoorden graag weer terug! Groeten en dank, Eelco Visser

Berdien Flier, verzonden do 21-10-2010, 13:51 uur

Hoi, Het ging supergoed! Het scheelde dat ik de mensen al kende, waardoor ik aardig met ze om kon gaan. Het loopt wel zoals ik verwacht had. Ik vind het super om die mensen te helpen. Wel merk je dat als je weer thuis komt, je helemaal om moet schakelen. Ik krijg steeds meer respect voor vrijwilligers. Ik vond de mensen die ik heb ontmoet ook super aardig! De

meeste zijn er elke donderdagavond, en je leert elkaar meer kennen.

Je ziet ook hoe verschillend mensen problemen aanpakken. Ik heb geleerd hoe je verschillende dingen kan oplossen. Wat ik nog ga doen? Ik heb me samen met nog een vriendin opgegeven bij het Rode Kruis. Als we daar nog bericht van krijgen mag ik daar nog gaan helpen. Mvg, Berdien

Martine Deetman, verzonden di 26-10-2010, 17:46 uur

Hallo meneer Visser, De eerste dag was heel leuk. Het was wel wennen maar ik heb wel een goede indruk gekregen over hoe ze daar met moeilijk lerende en moeilijk opvoedbare kinde-ren omgaan. Op de eerste dag gingen de kinderen rekenen, taal en schrijven doen. Ik mocht toen helpen als de kinderen vragen hadden. 's Middags moesten er nieuwe boeken bij de

bieb gehaald worden en toen mocht ik ook mee. Ik had niet echt een voorstelling over hoe de dag zou gaan verlopen. Ik dacht dat het gewoon was zoals een groep op de 'gewone basisschool' maar dat was niet zo. Ik had ook niet gedacht dat ik aan het eind van de dag zo moe was. Ik vond het werk verder wel heel leuk en de men-sen die ik ontmoet heb waren ook heel aardig. Ik heb al best veel dingen geleerd. Bijv. dat je de kinderen duidelijk moet zeggen wat ze moeten gaan doen. Er wordt aan het begin van de dag ook precies gezegd wat ze gaan doen. Groeten Martine Deetman

Eelco Visser, verzonden wo 27-10-2010, 16:55 uur

Dag Martine en Berdien, Erg bedankt voor het op en neer mailen en voor de ervaringen die jullie met de lezers hebben willen delen. Succes verder met het vervolg van jullie school-loopbaan op het Nuborgh College! Groeten van Eelco

Vanaf schooljaar 2011-2012 is de maatschap-pelijke stage (MaS) verplicht voor alle middelbare scholie-ren. Leerlingen doen vrijwilligerswerk tij-dens hun middelbare schoolperiode. Goed voor anderen en voor de persoonlijke ont-wikkeling van jonge-ren. Het Nuborgh Col-lege in Elburg heeft de MaS al opgenomen in het schoolprogram-ma. We mailden met twee leerlingen, Ber-dien Flier en Martine Deetman, voor, tijdens en na hun MaS.

Page 10: Sterre

18 | | 19

‘Nuchter’ is niet echt een term die je daarbij als eerste te binnen schiet. En ook in deze Keet wordt gedronken, zo-veel maken de groene flessen op de tafels wel duidelijk. De jongeren zijn de laatsten om het te ontkennen. “Maar er wordt hier óók gedronken, en dat is wel wat anders dan het SBS6 beeld dat er van Keten bestaat. Alsof we alleen maar drinken en omvallen. Maar dat is wel het

beeld dat blijft hangen. Ouders gaan dat geloven en maken zich zorgen om hun kinderen.”

Een uur eerder reed ik mijn auto een onverharde weg op. De Tom Tom meldde triomfantelijk dat ik de Keet had bereikt. Wat het navigatie-instrument niet zag: er was niets anders dan modder en bos. Honderd meter in de achteruit, een verlaten café in. De barvrouw is achterdochtig. “Gaat u de jongeren contro-leren”, vraagt ze me op de man af. Nadat ik haar heb uitgelegd dat ik op zoek ga naar alle positieve dingen die gebeuren in en ontstaan vanuit de Achter-hoekse Keten is ze gerustgesteld. “Mijnheer, u rijdt de onverharde weg af en zodra u weer beton voelt, bent u er!”

In de Keet zijn vijftien jongeren, wat meer jongens dan meisjes. Er zijn ook twee jongeren vanuit het Hok Zonder Naam, een Keet in Zieuwent, langsgeko-men. Met de auto. De Zwolse Keet bestaat al sinds 2001. De oudste zoon van de

samen!reportagetekst: Eelco Visserbeeld: Marco te Nijenhuis

~ Vrienden voor het leven ~

De kracht van de keten

Keeteigenaar en zijn vrienden wilden een eigen plek, weg bij pa en ma. Samen knapten ze een stal op waar voorheen kalveren hadden gestaan. Het hele dorp leverde spullen om de Keet in te richten. Vloerbedekking, een koelkastje, bankstellen. Zelf bouwden de jongeren een bar en een dj-meubel. Het eindresul-taat is een gezellige, eigen stek.

ZESKAMPTEAMZe brengen er veel tijd samen door, doen als team Zwolse Keet mee aan de plaatselijke Zeskamp en het carnavalsfeest. Ook bij de Keet organiseren ze van alles. De jongste broer neemt uit-eindelijk ook zijn vriendengroep mee naar de Keet. Daarom komen er nu zo’n 30 jongeren samen. De vaste avonden zijn woensdag en vrijdag. Woensdag is het Pizza-dag. De jongeren eten samen en ‘breken de week doormidden’. Ze zitten niet lan-ger op dezelfde school en bespreken wat ze de week hebben meegemaakt. Op vrijdag luiden ze er het weekend in.

Ook het Hok Zonder Naam is ontstaan, omdat de jongeren een plek voor zichzelf wilden. “Je kunt op zo’n leeftijd niet in het café afspreken, maar je wilt ook niet langer met elkaar praten

“WAT EEN LASTIGE VRAAG”, ZEGGEN DE 15 MEI-DEN EN JONGENS, DIE ZICH IN HUN KEET IN ZWOLLE (GEMEEN-TE OOST GELRE) HEBBEN VERZAMELD. “EIGENLIJK HEBBEN WE AL ZOVEEL POSITIEVE DINGEN OVER ONZE KEET VERTELD, DAAR MAG U ZELF HET ANTWOORD UITHALEN.” EEN NUCHTER ACH-TERHOEKS ANTWOORD OP MIJN VRAAG HOE WE ALS VOLWAS-SENEN ONS BEELD OVER KETEN MOETEN BIJSTELLEN.

'IK ZIT HIER NOG STEEDS ALS IK AL MET DE VUT BEN'

Keet Zieuwent

Page 11: Sterre

20 | | 21

waar je ouders bijzitten. Voor jongeren tussen de 12 en 16 jaar is er gewoon niet zo veel te doen hier in de omgeving. Dan moet je zelf een plek creëren. In Zieuwent deden we dat in een stal, waar we steeds minder ruimte hadden. Op een gegeven mo-ment zaten we letterlijk in een kippenhok. En daar moesten de kippen nog uit, anders hadden we geen plaats. We zitten daar met een harde kern van vijf jongeren. Als iemand nog een an-der wil meenemen, overleggen we dat eerst met z’n allen.” In de Zwolse Keet zijn niet alle ervaringen met buitenstaanders even goed. “Als er eens iets is, dan komt dat meestal door jongeren van buitenaf. Die zijn er één of twee keer en voelen geen ver-antwoordelijkheid voor de Keet. Die zie je dan niet meer terug.”

BEKEND IN HET DORPKeten zijn een heel normaal fenomeen in de Achterhoek. In het dorp kennen ze de Keetjongeren dan ook allemaal. In Zwolle doen ze mee aan alle activiteiten, die daarom kunnen blijven bestaan. Ook zat Wouter, de ‘baas’ van de Keet, in een werk-groep, die het nieuwe dorpsplan voor Zwolle opstelde. Andere Keetjongeren organiseren het jeugdcarnaval. Door andere jon-geren in Zwolle worden ze ook als groep benaderd. “Dan krij-gen we een sms’je, of de Zwolse Keet nog mee uitgaat.” De jon-

' ALS JE ALS GEMEENTE

ZEGT DAT EEN KEET NIET

MAG, KUN JE ER OOK

NIETS AAN VERBETEREN'

MARCO TE NIJENHUIS, jongerenopbouwwerker IJsselkring,

Oost-GelreDe meningen zijn verdeeld. Keten en

Hokken verbieden want dat is alleen

maar sodom en gomorra? Of subsidië-

ren, want ze vormen een broeiplaats

voor ontmoeting en vormgeven van je

eigen leefomgeving? Zijn de ketenjon-

geren van nu de dorpsraadleden van

de toekomst en daarom van levensbe-

lang voor de kleine kernen? Vragen waarop

niemand voorlopig een passend en afdoend

antwoord heeft. Vanuit mijn ervaring in het

jongerenopbouwwerk op het platteland denk

ik dat de waarheid ergens in het midden ligt.

Keten subsidiëren is in tijden van krimp en be-

zuiningingen geen reëele optie en zal dat ook

niet worden in economisch betere tijden. Moet

je je dan maar niet meer bemoeien met de jon-

geren en leefbaarheid op het platteland en Ke-

ten verbieden? Ik denk het niet. Juist in deze

barre tijden moet je aan de slag met jongeren.

Zorgen dat ze goed opgroeien en zichzelf kun-

nen ontplooiien. Bij elkaar zijn in een Keet is

daarvoor een prima middel. Wat zou dan een

bijdrage kunnen zijn vanuit mijn perspectief,

het jongerenopbouwwerk? Daar hebben we,

samen met de gemeente Oost Gelre, over na-

gedacht. We willen een pakket (een ‘pakkeetje’

in dit geval!) samenstellen ter ondersteuning

van het bevorderen van gezondheid en veilig-

heid in Keten en Hokken. De gemeente Oost

Gelre kijkt dus op een positieve manier naar

Keten. Bij onze ideeën zien wij voor de Dorps-

raden een belangrijke rol. Wij sluiten onze

ogen zeker niet voor problemen in Keten maar

willen ook graag een ander (positief) geluid

laten horen. Begin positief en dan kun je het

daarnaast ook eens hebben over de negatieve

dingen.

JOHAN GODSCHALK, regio-coördinator Achterhoek, Kunst

en Cultuur Gelderland

In de Achterhoek is het project ‘Ke-

ten’ ontstaan. Keten kent hier drie

betekenissen: samen plezier maken,

een ketting van alle betrokkenen en

Keten als fysieke plekken waar jonge-

ren zich prettig voelen. Keten is een

amateurkunstproject met welzijnsa-

specten. Het is buitenschools, voor en

door (ongeorganiseerde) jongeren en

heeft een rondreizend karakter. Jon-

geren worden benaderd via de kun-

sten en via welzijn. Er is een traject

met workshops door regionale amateurkunst-

professionals en afsluitende uitvoeringen per

Keet Zwolle

' Er gebeuren heel

veel goede dingen

in onze keet'

gemeente. De gekozen locaties zijn bijzonder:

van Keten bij boerderijen en mobiele Keten tot

reguliere jongerencentra en centra voor de

kunsten. We proberen aan te sluiten bij

bestaande activiteiten. Met Keten willen we

jongeren activeren om zelf initiatieven te ont-

plooien, cultuurparticipatie stimuleren door

aan te sluiten op de belevingswereld van

jongeren en een brug slaan tussen cultuur en

welzijn. Daarnaast wordt het imago van Keten

verbeterd en sociale cohesie en identiteitsont-

wikkeling bevorderd. Het project is onderdeel

van Cultuurpact, waar provincie, gemeenten

en culturele organisaties samen bovenlokale

projecten realiseren voor een divers publiek en

meer aandacht genereren voor cultuurbeleid.

KCG coördineert de werkzaamheden binnen

deze regionale cultuurwerkwijze.

Meer informatie:

www.cultuurpact.nl / www.ketenachterhoek.nl.

PAUL WENTINK, wethouder Welzijn, sport

en economie in gemeente

Oost Gelre Bij de gemeente Oost Gel-

re hebben we begin dit jaar

een Hokken en Keten de-

bat gehouden met als the-

ma ‘Veilig Keten’. In onze

gemeente zijn er meerdere

Keten en wij willen vooral

inzetten op de veiligheid

ervan. Je kunt dan bij-

voorbeeld denken aan de

brandveiligheid; door het

gebruik van brandmelders, brandblussers en

branddekens kun je een Keet al gauw een stuk

veiliger maken. Ons uitgangspunt is dat de ou-

ders uiteindelijk verantwoordelijk zijn. Dat

zien we ook terug in onze gemeente, waar ou-

ders bij veel Keten wel een oogje in het zeil

houden. Verder wil ik graag benadrukken dat

de Keten vaak gecreëerd en bezocht worden

door jongeren die heel zelfredzaam en maat-

schappelijk actief zijn. De Keet wordt naar ei-

gen inzicht ingericht met tweedehands verkre-

gen of zelfgemaakte spullen. Ook zijn de

jongeren actief bij het organiseren van evene-

menten en het helpen bij de verschillende

bloemencorso’s en kermissen in onze gemeen-

te. Kortom er gebeuren heel veel goede dingen

in onze Keten! De jeugd is de toekomst; laten

we er dus met z’n allen voor zorgen dat een

Keet vooral ook een veilige plek is!

geren van het HZN delen hun ervaringen graag met andere keetjongeren. Zoals in het debat Veilige Keten. “Wij zijn nu wat ouder en hebben al van alles meegemaakt. Weten wanneer je bijvoorbeeld niet meer zelf naar huis moet fietsen. Daar kunnen we de jongste Keetjongeren nu voor waarschuwen.” De ouders van de jongeren vinden het prima dat ze naar de Keet gaan. “Ze weten waar we zijn en met wie we omgaan. Iedere zomer organiseren we hier een ouderavond. Dan zijn we hier met 30 jongeren en bijna 60 ouders en is het erg gezellig.”

WAT JE ZIET, GELOOF JEOnvermijdelijk komt het op het negatieve imago van de Keten. De jongeren zijn er duidelijk over. “Wat je ziet, geloof je. Als dat alleen maar bierdrinkende jongeren zijn, die wat dommig lege flessen in kratten zetten, dan blijft dat beeld hangen. We hebben hier een avond de ambtenaar van de gemeente op bezoek gehad. Die vond het hier geweldig. Haar beeld was direct bijgesteld, gewoon omdat ze de moeite nam eens te komen kijken.” De jongeren in Zieu-went zijn blij met de gemeente. “Als je als gemeente zegt dat een Keet niet mag, dan kun je er ook niets aan verbeteren. Dat gebeurt in Oost Gelre wel. Zo kan het dat brandweer bij ons langskomt om te bekijken hoe we de brandveiligheid kunnen verbeteren.” Ook de jongerenwerker is, na aanvankelijke scepsis, meer dan welkom. “In het begin dachten we nog dat hij de boel kwam sluiten. Al snel merkten we dat hij met ons vooruit wilde. Nu zijn er in de gemeente debatten over Keten en kunnen we met z’n allen praten over hoe we van elkaar kunnen leren. In openheid. Want er gaat natuurlijk ook best eens iets fout.”

TOT AAN DE VUTIk vraag de jongeren wat ze zouden doen als de Keet er niet meer was. Ze kijken elkaar lachend aan. “Ik denk niet dat ik nog zonder de Keet kan”, zegt een jon-gere van de Zwolse Keet. “Ik zit hier nog steeds als ik met de VUT ben”, zegt een ander. Allen delen ze het idee dat hun vriendschap nu zo hecht is doordat de Keet er is. Als vanzelfsprekende ontmoetingsplek, waar ze plezier kunnen maken en het kunnen hebben over dingen die ze bezig houden. De Keet maakt de groep tot vrienden voor het leven.

Page 12: Sterre

(12): De woorden kameel, alcohol, cijfer, spinazie, banaan, abrikoos, douane, gitaar en

giraffe komen allemaal uit het Arabisch. En broodje Kebab natuurlijk ook :-)

| 23 22 |

later!reportagetekst: Rianne Romijndersbeeld: Coert de Boe

(15): Ik dacht altijd dat asielzoekers hier alleen komen voor het geld. Maar ik hoorde dat de meeste mensen die vluchten, worden bedreigd met de dood in hun eigen land. Ze worden vervolgd om hun geloof of politieke overtuiging.

TOT APRIL 2011 REIST DE VREDE EXPRESS DOOR GELDERLAND. DEZE MOBIELE, INTERACTIEVE

TENTOONSTELLING OVER DEMOCRATIE, BURGERSCHAP, VREDE EN DIVERSITEIT IS GEBOUWD IN EEN TRAILER. SOMS STAAT DE EXPRESS IN EEN WOONWIJK, DAN WEER BIJ EEN JONGERENCENTRUM, OP EEN SCHOOLPLEIN OF BIJ EEN KERK. TIENERS BEZOEKEN DE TENTOONSTELLING EN ONDERZOEKEN IN TWEETALLEN DILEMMA’S DIE MET DEMOCRATIE EN BURGERSCHAP TE MAKEN HEBBEN. GAANDEWEG ONTDEKKEN ZE DAT DE TENTOONSTELLING OVER HENZELF GAAT. OVER HUN IDEALEN, HOOP, NORMEN, HOUDING EN GEDRAG. DE VREDE EXPRESS IS EEN INITIATIEF VAN DE STICHTING VREDESEDUCATIE IN SAMENWERKING MET LAVA, ADVIESBUREAU VOOR JEUGDWERK, OPVOEDING EN ONDERWIJS. VOOR MEER INFORMATIE: WWW.LAVA-JEUGDWERK.NL.

(14): Mijn oom roept op verjaardagen altijd dat elke buitenlander hier asiel krijgt. Maar er zijn hele strenge regels voor een asielaanvraag. Alleen mensen die in hun land vervolgd zijn vanwege hun geloof of politieke overtuiging, krijgen asiel.

(13): Ik vond altijd dat je alles moet kunnen zeggen wat je denkt. Maar ja, ik vind ook dat je een politieagent niet mag uitschelden. Ik moet nog even nadenken over wat ik vanaf nu vind.

(15): Ik ben wel verbaasd. Vroeger was Nederland het grootste moslimland ter wereld. Tot 1948 was Nederlands-Indië een kolonie van Nederland. En de meeste mensen in Indonesië zijn moslim.

(14): Wij willen allemaal graag rijk zijn. Maar als je mensen vraagt wat ze het allerliefste willen, dan kiezen ze toch voor vriendschap, gezondheid en liefde.

(12): Ik vond het altijd stom als klasgenoten thuis een andere taal praatten dan op

school, maar ik weet nu dat wel de helft van alle kinderen op de wereld tweetalig is.

(15): Ik moet steeds hard nadenken om te begrijpen dat niet alle mensen gelijk zijn, wel gelijkwaardig. Maar het klopt wel.

(14): Wat ik heel gewoon vind, is voor een jongen uit China heel vreemd. Het ligt er maar aan waar je geboren bent, hoe je kijkt.

(14): Ik doe eerlijk gezegd meestal wat voor mij het beste is. Maar nu wil ik wel eens een echte ‘win-win situatie’ uitproberen.

Page 13: Sterre

�24 | | 25

��������� ������������������������*�+,*�����������Die resultaten stroken niet met het populaire beeld dat we van jongeren hebben. Hoe verklaar je dat?“Het is zo simpel als wat: een jongere die zelfmoord pleegt, is veel nieuwswaar-diger dan 1.000 jongeren die gewoon gelukkig zijn. Ik zie het wel als onze taak om er aan bij te dragen dat beeld te nuanceren.”

In het veelbesproken Motivaction-rapport ‘De Grenzeloze Generatie’ komt deze generatie er anders ook niet best af.Ter Bogt reageert als door een wesp gestoken. “Er deugt niet veel aan dat rap-port. Allereerst kiezen ze ervoor Theodore Dalrymple, een aartsconservatieve man, het voorwoord te laten schrijven. Die man is bijzonder pessimistisch over de mensheid in het algemeen en over de jeugd in het bijzonder. Hij bepleit dat het verregaande consumentisme van deze tijd een hele generatie naar de af-grond drijft. Vooral jongeren met een lage sociaal-economische status zouden niet bestand zijn tegen de vele verleidingen. In Groot-Brittannië waar Dalrym-ple vandaan komt, zien we een echte onderklasse, waar allerhande ellende van generatie op generatie wordt doorgegeven. Daar baseert Dalrymple zich op. Maar in Nederland speelt het lang niet in dezelfde mate. Het vertrekpunt van dat rapport deugt dus al niet. Daarnaast zijn er slechte meetinstrumenten ge-bruikt en zijn de resultaten selectief gepresenteerd: onopvallende resultaten zijn niet en de opvallende, beeldbevestigende uitkomsten wel beschreven. In wetenschappelijke zin had dat rapport geen schijn van kans gemaakt. Ik mocht het bespreken op Radio 2 bij Spijkers met Koppen, maar de auteurs van het rapport wilden niet met mij in discussie gaan. Dat zegt denk ik voldoende. Er staan best wat rake observaties in, maar het heeft geen enkele wetenschappe-lijke waarde.”

��������-�+��In welke jeugdcultuur groeide Tom ter Bogt zelf op?“Dat speelde zich allemaal af in het studentenleven van Nijmegen. Ik behoorde eigenlijk tot twee jeugdculturen. Aan de ene kant, muzikaal gezien, bij de punk en wave, maar daarnaast behoorde ik ook tot een groep linkse, erg maatschap-pelijk bewogen studenten. Binnen die groep lazen we zware linkse boeken en was muziek iets triviaals. Mijn vroege jeugd speelde zich af in Enschede. Als kind voelde ik me al aangetrokken tot de grote beatbands van die tijd, Beatles, Stones, Kinks, the Supremes. Je voelde dat die muzikanten in een andere we-reld leefden dan je ouders.”

Is het afstand nemen van de normen en waarden van je ouders kenmerkend voor ‘jeugdcultuur’?“Eigenlijk speelt dat momenteel nauwelijks meer een rol. Stel dat jouw dochter morgen met zwart haar binnenloopt en een tatoeage wil zetten. Dan heb je hooguit wat problemen met die tatoeage, maar dat zwarte haar vind je prima. En als ze met een hardrock cd thuiskomen, kijk je daar niet echt raar van op. Ouders zijn veranderd. Maar weinig dingen zijn nog rebels. Uit onderzoek blijkt ook dat jongeren veel op hun ouders lijken, ook als het om muzieksmaak gaat. Kinderen met wie het goed gaat, hebben ook een goede band met hun ouders. Ze staan autonoom in het leven en voelen zich zowel gesteund als gecontroleerd door hun ouders.”

+�����./��0�����1����2�+������In ‘Wilde Jaren’ staan bekende jeugdculturen beschreven. Is er momenteel een echte jeugdcultuur?“In het boek beschreven we in het oog springende, spectaculaire jeugdcultu-ren. Die zijn er nu ook wel, denk aan Gothic, Hiphop en jeugdculturen binnen de Dancescene. Dat zijn echter allemaal leuke kleurrijke minderheidsculturen. Eigenlijk is jeugdcultuur niet spectaculair. Als je het jongeren vraagt, zal 80-85% zichzelf ‘gewoon’ vinden en aangeven niet in een subcultuur involved te zijn. Wat dat betreft zou ik dat boek nu ook anders hebben geschreven.”

Met internet hebben jongeren toegang tot alle informatie en media-uitingen die er bestaan. Versplintert het begrip ‘jeugdcultuur’ daarmee ook?“Internet heeft feitelijk weinig aan het fenomeen ‘jeugdcultuur’ veranderd. Je zoekt je plaats in een groep van gelijken. Over het algemeen is jeugdcultuur niet meer dan de dominante cultuur op het schoolplein. Wel zie je dat groeps-vorming over grotere afstand mogelijk is. Een buitenbeentje zoekt via internet nu andere buitenbeentjes. Dat kan positief zijn voor dat buitenbeentje. Minder positief is dat jongeren die afwijkend, gevaarlijk gedrag vertonen, via internet ook makkelijk toegang tot gelijkgestemden hebben. Denk aan meisjes met eet-stoornissen.”

�,������*�.���,,��+�.,��Zijn er momenteel verschillen tussen autochtone en allochtone jeugdculturen in Nederland?Mijn collega Maykel Verkuyten zegt daarover: “Alle jongeren zijn vooral jong.” Daarmee bedoelt hij dat ze in dezelfde levensfase zitten, met dezelfde ontwik-kelingsopgaven. Ze werken aan de relatie met hun ouders, zetten de eerste passen in de liefde, willen het goed op school doen en gaan daarna werken. Dat

In het hart van

Utrecht, op een

steenworp afstand

van vinylwalhalla

Plaatboef,

resideert de

enige bijzonder

hoogleraar pop-

muziek die ons

land rijk is,

Tom ter Bogt

geldt net zo goed voor allochtone als voor autochtone jonge-ren. Wel zijn er culturele verschillen die een rol kunnen spelen in hoe ze invulling kunnen geven aan die ontwikkelingsopga-ven. Zo krijgen sommige allochtone meisjes minder vrijheid in bijvoorbeeld het uitgaansleven. Voor allochtone jongens geldt dat weer niet.”

Hoe zit het met problemen die Antilliaanse en Marokkaanse jongeren in sommige wijken veroorzaken? “Eigenlijk zou het bij die jongens opvallend zijn als er geen pro-blemen zouden zijn. De Antilliaanse jongeren waren kansloos op de Antillen, zijn zonder opleiding hierheen gekomen, spre-ken de taal vaak niet goed, belanden op straat, waar niemand op ze let, omdat het ouderlijk toezicht af-wezig is. Kortom: een klassiek recept voor problemen. Ook daar-bij speelt een cultureel aspect een rol: meisjes worden vroeg zwanger en kinderen groeien te vaak zonder ouderlijk toezicht op. Dat laatste speelt ook een rol bij Marokkaanse jongens. Maar ook deze groepen jongeren zijn weer uit-zonderingen. Laten we vooral ook niet verge-ten dat het met de meeste Antilliaanse en Marokkaanse jonge-ren wel gewoon goed gaat. Dat er in die groepen meer proble-men zijn wil niet zeggen dat een hele generatie verloren is.”

�0�/��������������/+,,3�In ‘De Grenzeloze Generatie’ blijkt dat ouders een negatief beeld van jongeren hebben, maar jongeren ook van zichzelf. Gaan ze zelf in de negatieve beeldvorming geloven?“Wim Meeus noemt dit fenomeen ‘De omgekeerde generatie-kloof’: waar in vorige generaties jongeren hun ouders niet von-den deugen, geldt nu het omgekeerde. Ouders blijken hun ei-gen kinderen leuk te vinden en de vriendjes van hun kinderen ook nog, maar ‘de jeugd in het algemeen’, daar hebben ze een negatief beeld van. En als je dan naar een programma als Oh, Oh, Cherso kijkt, dat is fataal voor de beeldvorming. Terwijl die jongeren allesbehalve model staan voor een gemiddelde leef-tijdsgenoot. Uit onderzoek blijkt dat jongeren die aan dit soort programma’s meedoen bovengemiddeld narcistisch en exhibi-tionistisch zijn. Dat er zoveel mensen naar kijken, is een feno-meen dat te vergelijken is met de vroegere buurtroddel. De fatsoenlijke middenklasse kijkt neer op de lage klasse en praat daar met elkaar over. Het is natuurlijk wel spectaculair om naar te kijken.”

Er is ongezond veel aandacht voor jongeren met wie het niet goed gaat. Welk ‘gezond advies’ over hoe je ook naar jongeren kan kijken, kun je opvoeders, beleidsmakers en professionals meegeven?Ter Bogt lacht. “Eigenlijk: vertrouw op jezelf, op de band die je hebt met je eigen kind of met de jongere met wie je werkt en veronachtzaam problemen niet.”

inds de jaren ’90 onderzoekt hij het fenomeen jeugdcultuur. In het boek ‘Wilde Jaren’ plaatste hij de meest spectaculaire jeugdculturen in historisch perspectief. Momenteel onderzoekt Ter Bogt, als een van de twee permanente onderzoekers van Health Behaviour in Schoolaged

Children, de jeugd in ruim 40 landen. Zijn conclusie: al jaren gaat het met de Nederlandse jeugd heel goed.

“Als we kijken naar hoe gelukkig jongeren zijn, naar hun stemming, de relatie met hun ouders en hun schoolresultaten, dan doen Nederlandse jongeren het gewoon goed in vergelijking met het merendeel van de andere landen. Dat was zo in 2001, in 2005 en nu weer. Verreweg de meeste jongeren hebben een goe-de band met hun docenten en vinden steun bij hun klasgenoten. Je moet pro-blemen niet veronachtzamen, maar feitelijk kun je maar van 4 tot 5% van de jongeren zeggen dat ze ernstige problemen hebben.”

������������������� ��� ����������� �!����"�������#����"�����

samen!interviewtekst: Eelco Visserbeeld: Coert de Boe

Page 14: Sterre

26 | | 27

worden als groep. Als een soort band. Als je mensen in Nijmegen vraagt wie ik ben, zal slechts een enkeling dat weten. Vraag je echter naar ons Team Twisted, dan zullen er een stuk meer mensen zijn waarbij een belletje gaat rin-kelen. ‘’Dat zijn toch die freerunners die op Klokhuis waren?’’

Er zijn wel wat wedstrijden maar over het alge-meen is het geen competitieve sport. Het zijn vooral grote bijeenkomsten, jams, waar ieder-een met elkaar traint en zijn kwaliteiten laat zien. Ikzelf heb niet het gevoel dat ik ooit uit-geleerd zal zijn. Er is altijd wel een extra schroefje toe te voegen of een nieuwe trick te bedenken. Ik wil voor mijzelf zo dicht mogelijk bij complete controle over mijn lichaam ko-men. Veel mensen zoeken een manier om vrij te zijn. Dit uiten ze dan in bijvoorbeeld sport of muziek. Omdat freerunning normaler wordt in de media, komen steeds meer mensen in con-tact met de sport. Daarom groeit het steeds meer en stijgt het niveau. Vooral de kick van de sport trekt veel jongeren aan. Voor velen kan het tegenwoordig niet gek genoeg!”

(17)Ik heb altijd basketbal gespeeld, met plezier, maar ben gestopt omdat ik het saai begon te vinden. Freerunning geeft me een kick, ik word er vrolijk van en voel een adrenalinerush door me heen gaan. Ik ben er eigenlijk door vrien-den mee in aanraking gekomen. Freerunning is voor mij echt een lifestyle geworden. In het dagelijks leven ben ik niet zo energiek bezig met andere dingen.

������� ����������������

�������������������������

���������������������

������� ������������

nu!portrettentekst: Eelco Visserbeeld: Team Twisted

(18)“Ik heb 12 jaar gevoetbald, met veel plezier en succes. Zat bij een hoog selectieteam van de KNVB maar scheurde mijn bovenbeenspier en moest een half jaar stoppen, waarna ik hele-maal gestopt ben. Nadat ik wat video’s had ge-zien, ging ik freerunnen. Hierdoor ben ik in contact gekomen met mensen die het al langer deden en ben ik in die wereld gerold. Freerun-ning doe ik vooral om het leren van nieuwe tricks. Een nieuwe trick clean buiten landen geeft een echte kick en een gevoel van succes. Verder is de sfeer in de wereld super. Bijna elke freerunner is een vriend van de ander. Freerun-nen geeft me een goed gevoel omdat je zoveel controle over je lichaam hebt. Bij bijvoorbeeld voetbal leer je controle krijgen over de bal, maar bij freerunnen leer je je eigen lichaam te controleren. Dat voelt erg vrij. Het houd me ook rustig. Ik ben van nature wat drukker aan-gelegd maar door freerunning ben ik meer controle gaan krijgen over zowel lichaam en geest.

Het is natuurlijk ieder individu, die zo goed mogelijk probeert te worden, maar in een team kan je van elkaar leren en elkaar motiveren. Een ander groot voordeel is dat je bekend kunt

Als team geven we elkaar energie en we helpen elkaar door nieuwe dingen te proberen en te doen. We zijn gewoon een soort van familie. Voor mezelf is de ambitie om zo goed mogelijk te worden. Er zijn tricks die ik nog niet goed kan en dus snel wil beheersen om een zo groot mogelijke variatie te kunnen doen. Freerun-ning wordt steeds populairder doordat mensen het op tv zien en merken dat dit leuk is om te doen. Voor veel mensen zal het ook een hype zijn, maar voor mij zeker niet.

(21)Ik heb altijd gevoetbald, maar had er op gege-ven moment geen zin meer in. Toen heb ik 3 jaar niks gedaan. Ooit zag in een filmpje over freerunning op internet. Ik doe het nu zelf om-dat ik het leuk vind om mijn grenzen op te zoe-ken. Ik voel me er sterk door en krijg er adrena-linekicks van. Ik merk dat ik in het dagelijks leven ook makkelijker mijn grenzen opzoek. Als team leren we elkaar heel erg veel. Bijna alles wat we kunnen, hebben we van elkaar ge-leerd. Zodra iemand iets nieuws probeert, on-dersteunt de ander. Ik heb verder geen ambitie als freerunner, doe het echt voor mezelf. We doen ook niet mee aan wedstrijden. Freerun-nen is zo populair in onze generatie, omdat het net ontdekt is. Het blijft vast wel populair en dan gaat het een echte sport worden.

zijwaartse salto(sideflip)

achterwaartse salto(gainer)

inwaartse wallfront

Page 15: Sterre

| 29 28 |

De bel maakt abrupt een einde aan mijn les. Een klas vol jongens. Ze

stuiteren wild de gang op. Naar buiten! Naar buiten! Enkele jongens

werpen me nog een schalkse glimlach toe. Op het schoolplein wachten

hun opgevoerde scooters en de meiden.

Zestien zijn ze. En ze zitten boordevol testosteron. Er giert negen keer

zoveel van dat spul door hun lichaam als door dat van hun vrouwelijke

klasgenoten. Het zorgt ervoor dat stilzitten welhaast onmogelijk wordt.

Ze willen liever stoeien, wedstrijdjes doen, de winnaar zijn. De koning van de

apenrots.

Mijn laatste vermaning hangt nog in de lege klas. Het is maar de vraag of die

hun oren heeft bereikt. De wereld van jongens op school en thuis zit vol vrou-

wen die willen dat ze rustig zijn, luisteren en vertellen wat hen dwars zit.

Ik kijk ‘mijn jongens’ na als ze zich met z’n drieën tegelijk door de buitendeur

worstelen. Achter hun onverschrokken bravoure sluimeren waardevolle maar

nog ongepolijste kwaliteiten. Wie wijst deze jongens de weg van overmoed

naar daadkracht, van agressiviteit naar assertiviteit, van onverschilligheid

naar verantwoordelijkheid? Aan wie kan een jongen zich spiegelen? Met wie

koopt hij een zakmes? Wie sleutelt met hem aan zijn scooter?

Mannelijke docenten sluipen weg uit het onderwijs, vaders werken (over) in

kantoren achter computers aan abstracte zaken. Er is een man nodig om van

een jongen een kerel te maken. Dus vaders, ooms, opa’s, buurmannen, leraren,

clubleiders en sporttrainers, verenigt u! En slijp samen aan de ruwe diamanten

in onze prachtige jongens.

adviseur bij Lava, adviesbureau voor jeugdwerk,

opvoeding en onderwijs. voormalig docente maatschappijleer

Lava heeft jarenlange ervaring in specifiek werken met jongens. Kijk voor de

workshop ‘Hart voor Jongens’ op www.lava-jeugdwerk.nl

nu!columntekst: Rianne Romijndersbeeld: Bernard Rodenburg

bijbaantjes

Veel Gelderse jongeren hebben een bijbaantje. We portretteer-den er vijf. Wat doen ze, waarom, waar geven ze het verdiende geld aan uit en wat zijn hun toekomst-plannen?

ik!portrettenteksten & beeld: Oulfa Raouched, Jorike Smeitink, Janina Sybesma en Marjan Wellink

“Ruben, je hoeft

toch niet meteen

dat hele etui leeg

te kieperen?”

“En hou nou

eindelijk eens op

je buurman te

stompen!”

Page 16: Sterre

30 | | 31

'Mijn geld gaat op aan echte meidendingen'

Lisa (18)Bakkerij 't Stoepje

�k ben Lisa Witte, achttien jaar en ik

werk al sinds mijn vijftiende op de

zaterdagmarkt in Tiel bij bakkerij

’t Stoepje. Ik verkoop brood en koek en help

mee met het op- en afbouwen van de kraam.

Het werk bevalt me goed. Het contact met de

klanten vind ik het leukst. Daar maak ik vaak

een praatje mee. Een deel is vaste klant. Voor-

dat ze iets zeggen, weet ik vaak al wat ze

willen bestellen. Bovendien heb ik hele leuke

collega’s! Mijn verdiende geld gaat op aan

echte meidendingen: kleding, schoenen,

uitgaan en andere leuke activiteiten met

vriendinnen, zoals naar de bioscoop gaan. In

de toekomst wil ik mijn geld echter op een

andere manier verdienen. Ik wil de grafische

business in, als grafisch ontwerper van

reclame, folders en posters. Ik ben graag crea-

tief bezig. Ik ben al toegelaten bij ArtEZ,

de hogeschool voor de kunsten in Arnhem.

Daar begin ik volgend jaar met de opleiding

graphic design.

Frans (16)Restaurant de Ruif

�ijn naam is Frans en ik ben zestien

jaar. Ik werk sinds afgelopen zomerva-

kantie in restaurant de Ruif. Ik ben

daar werkzaam als afwasser, maar als ik op za-

terdagavond werk, dan moet de keuken na het

afwassen ook worden schoongemaakt. Dit

is niet zo’n vervelend klusje, want het gaat

gemakkelijk en telt gewoon mee met je uren

die je maakt. Maar de gezelligheid met mijn

collega’s blijft het leukst. En als ik dan iets heb

verdiend, gaat het vooral naar mijn bank-

rekening, want ik ben aan het sparen voor

een scooter. En ik hou ook altijd wat geld

achter voor uitgaan. Later wil ik echt niet in

de horeca werken, maar wil ik bouwkunde

gaan studeren in Delft om architect te worden.

'Ik ben aan het sparen voor een scooter'

Page 17: Sterre

32 | | 33

Elaine (20)Verpleeghuis Sutfene

�ijn naam is Elaine. Ik werk als flex-

medewerker bij Sutfene in Zutphen.

Ik word ingezet op verpleeghuis-

afdelingen, waar veelal oudere cliënten met

gedragsproblemen verblijven. Daar doe ik alle

basiszorg zoals mensen wassen, helpen met

eten en huishoudelijke taken. Eigenlijk alles

behalve de medische zorg. Het contact met

cliënten en collega’s vind ik het leukst. Een

glimlach of een dankjewel van een cliënt zorgt

voor voldoening in mijn werk. Het werk is af-

wisselend en uitdagend. Geen dag is hetzelfde.

Daarnaast sluit mijn bijbaan goed aan bij

mijn opleiding. Ik zit nu in het laatste jaar van

mijn mbo-opleiding verpleegkunde en doe de

specialisatie psychiatrie. Na mijn opleiding

wil ik graag in de begeleiding van volwassen

psychiatrische patiënten gaan werken. Mijn

geld gaat op aan kleding, uitgaan en gezellig

de stad in gaan. Ook mijn telefoonrekening en

de benzinekosten van mijn auto betaal ik met

mijn loon. Daarnaast probeer ik geld te sparen

voor duurdere uitgaven.

Thies (17)Firma Gommers bv

�k ben Thies, zeventien jaar en als bij-

baantje werk ik in de bouw bij de firma

Gommers BV uit Nijmegen. Mijn voor-

naamste werkzaamheden zijn het opruimen

van de werkplaats en af en toe een handje

helpen op een bouw. Ik vind het erg leuk

werk omdat je fysiek bezig bent en een goed

en gezellig contact hebt met collega’s. Ook is

het vaak buiten en kom je in heel Nederland.

Het geld dat ik verdien, geef ik meestal uit

aan uitgaan, mijn scooter en andere leuke

dingen waar ik op dat moment voor spaar.

Ik zie mijzelf later niet in de bouw werken

maar eerder in een ziekenhuis als arts of

chirurg. Daarom ga ik na mijn vwo-diploma

gehaald te hebben geneeskunde studeren in

een andere stad als Nijmegen, omdat ik het

daar wel gezien heb.

'Ook mijn telefoonrekening en de benzinekosten van mijn auto betaal ik met mijn loon'

'Het geld dat ik verdien, geef ik meestal uit aan uitgaan, mijn scooter en andere leuke dingen'

Page 18: Sterre

34 |

Sofie (15)Australian

�k ben Sofie, vijftien jaar, en schep ijsjes

in een ijssalon. Ik ben dit werk gaan

doen, omdat ik graag wat geld bij wil-

de verdienen, en omdat deze baan me echt

heel leuk leek. Veel leuker dan bij een super-

markt werken of zo. Wat ik vooral leuk vind, is

dat bijna niemand deze baan heeft. Als ik dan

vertel ‘ik werk bij de Australian’ dan zeggen ze

meestal ‘ooh super vet!’. Het is gewoon leuk

om in een ijsjeswinkel te werken. Ook de col-

lega’s zijn gewoon heel aardig. Ik gebruik het

verdiende geld gewoon als extra kleedgeld,

want dan heb ik namelijk een stuk meer! Soms

koop ik er dan iets anders van, maar meestal

zijn het wel kleren. Ik weet nog niet wat ik later

wil worden, maar ik wil als profielkeuze cultuur

en maatschappij gaan kiezen. Verder weet ik

het nog niet precies!

'Ik gebruik het verdiende geld gewoon als extra kleedgeld'

‘ Het geluid van jongeren is onvoldoende te horen in de samenleving’

nu!meningentekst: Petra, Joris, Mara, Sterre, Rik, Sanne, David, Mimoun & Sylviabeeld: Coert de Boe

Page 19: Sterre

36 | | 37

Hyveskrabbels zijn leuk, maar ze kunnen vol-gens Esther nooit echte gesprekken vervan-gen. Het woord ‘vrienden’ kan volgens haar ook beter vervangen worden door ‘kennissen’. “Vrienden zijn mensen die altijd voor mij klaar staan. Waar ik een groot deel van mijn tijd mee samen ben en waar ik ook persoonlijke infor-matie mee deel. Daarvan heb ik er drie: één jongen en twee meisjes. Met hen bespreek ik dingen waar ik echt mee zit.”

AFGESCHERMDEsther zit dagelijks op Hyves. “Als ik vrij ben en mijn vriend werkt, chat ik met mijn vriend. Of ik kijk rond bij mensen die ik ken. Op school heb ik mijn laptop en staat Hyves constant aan, als ik bij mijn vriend ben juist helemaal niet. De tijd die ik er mee bezig ben, verschilt heel erg.” Ze zet wel eens nieuwe foto’s op haar profiel, maar maakt zich niet druk over foto’s die er op staan en eventuele reacties. Wel heeft ze sinds kort een deel van haar profiel afge-schermd voor niet-Hyvesvrienden. En haar fo-to’s kun je alleen maar bekijken en niet van haar profiel afhalen. “Ik ben wel eens gestalked en lastig gevallen op Hyves: mensen die met mij wilden trouwen en mij mooi vonden. Of die zeiden dat ze naaktfoto’s van mij hadden. Dat is nu minder.”

NETWERK WAARDEVOLDrie jaar geleden verzamelde Esther zoveel mogelijk vrienden. Nu is ze op een andere ma-nier met Hyves bezig. “Mijn Hyvesnetwerk kan in de toekomst denk ik veel waarde voor mij hebben. Als ik, of één van mijn vrienden iets nodig heeft of moet doen, gebruik ik mijn net-werk ook wel om te kijken of iemand ergens mee kan helpen. Ik denk dat ik dit zo wil blijven doen.” Andere vormen van sociale media ge-bruikt Esther niet. “Ik Twitter niet en heb geen Facebook. Hyves is prima en genoeg voor mij.”

Je krabbelt, leest krabbels van anderen, stuurt een algemeen berichtje naar al je ‘vrienden’ of een persoonlijker berichtje naar de inbox van een Hyvesvriend en

chat eens met elkaar…. Maar welke betekenis hebben al deze virtuele vriendschappen nu voor jongeren? Als iemand er een mening over kan hebben, is het Esther Leewes. Ze heeft 1.275 Hyvesvrienden. Esther is 16 jaar, zit in het eerste jaar Internatio-nal Business aan het Rijn IJssel en wil graag ac-countmanager worden. Ze woont bij haar vader (moeder is 1,5 jaar geleden overleden), werkt drie keer in de week bij een snackbar, voetbalt en heeft sinds zeven maanden een vriend.

SPORTEsther zit sinds 2006 op Hyves. Iedereen die zij kent heeft een profiel, maar niet iedereen heeft zoveel Hyvesvrienden. “Overal leer je nieuwe mensen kennen. Vaak vragen mensen dan of je Hyves hebt en of het okay is dat ze mij als vriend toevoegen. Als dat niet gebeurt, doe ik het zelf.” In het begin was het een soort sport om zoveel mogelijk Hyvesvrienden te krijgen, maar nu interesseert haar dit niet meer. Ze voegt alleen nog mensen toe die ze kent. “Als ik ze een keer gesproken heb of een keer iets met hen heb meegemaakt.” Ze stuurt af en toe een openbaar berichtje naar alle Hyvesvrien-den, maar krabbelt vaker iets persoonlijk naar iemand. Uiteindelijk is ze maar met een klein gedeelte echt virtueel actief. Persoonlijke in-formatie stuurt ze alleen via de inbox of vertelt ze in een afgeschermde chatsessie.

KRABBEL IN PLAATS VAN SMSHyves is voor Esther ideaal om contact te on-derhouden met mensen zonder mobiele tele-foon. Zij heeft ook geen mobieltje meer en stuurt nu krabbels in plaats van sms’jes. Daar-naast is het soms wel handig het grote netwerk in te schakelen. “Bijvoorbeeld als ik of iemand anders naar iets specifieks op zoek ben.”

HYVES IS HOT!

(piet) (zon) (bierfest)

(zon) (me) (feyenoord)

(vroeger) (me) (me)

samen!portrettekst: Rinske Eversbeeld: Esther Leewes

Je maakt een Hyvesaccount aan,

pimpt je profiel met foto’s en persoonlijke

informatie en gaat op zoek

naar of accepteert andere gebruikers

als Hyvesvriend.

Petra Laman, beleidsmedewerker gemeente NunspeetVeel gemeenten proberen jongeren te betrekken bij de politiek en het gemeentelijk beleid. Maar hoor je hun stem met maar één jongere in de Wmo-raad? Vergaderen spreekt veel jonge-ren helemaal niet aan. Ze willen meteen aan de slag en snel re-sultaten zien. De kracht van veel jongeren zit in hun onbevan-gen enthousiasme, hun creatieve ideeën en de overtuiging dat die ideeën zullen slagen. Daar moeten we als samenleving ge-bruik van maken! Als gemeenten kunnen we dat stimuleren door uit te stralen dat we jongeren serieus nemen en door hen steeds weer te betrekken bij concrete acties of kortdurende pro-jecten, bijvoorbeeld bij het realiseren van een hangplek of bij het inrichten van een website. Als volwassenen doen we er goed aan ons steeds open te stellen voor jongeren. Je blijft na-melijk jong zolang je samen openstaat voor verandering en vol vertrouwen werkt aan een mooie toekomst.

Joris Sartorius en Mara Soekarno, zelf jongeren en eigenaars adviesbureau jongerenexperts.nl Gelukkig, wij kunnen op deze stelling volmondig ‘ja!’ antwoor-den. Gelukkig wel, omdat ons geluid hier te horen is, maar we moeten constateren dat het geluid van jongeren zelf normaliter vaak moeilijk goed op zijn plek komt. Uiteraard, de tijd dat er louter óver jongeren werd gesproken lijkt voorbij. Jongeren worden steeds meer om hun mening gevraagd. Dat is een goe-de ontwikkeling. Toch hebben wij het idee dat het geluid van jongeren vaak ernstig vervormd raakt. Bijvoorbeeld omdat vol-wassenen het bericht verkeerd interpreteren of aanvullen met hun eigen belevingswereld, die natuurlijk niet meer aansluit bij die van de jonge generatie. Bij beleidsvorming en de eerste stappen van jongerenprojecten is de stem van de jongeren vaak van ondergeschikt belang, terwijl juist aan het begin van zo’n traject een serieus genomen mening van enorme waarde kan zijn voor een goede kans van slagen! De oplossing: jonge-ren zelf vooraf laten meedenken.

Sterre van Doorn, scholiere Rijn IJssel College Arnhem Eerlijk gezegd heb ik daar nooit zo goed over nagedacht. In het volleyballen worden we erg serieus genomen door onze trai-ners en begeleiders. Als we met goede argumenten komen, luisteren ze zeker wel naar ons. Voor de rest verloopt mijn leven eigenlijk volgens een vast plan, ik ben heel druk met volleybal en school. Ik ben er heel tevreden en gelukkig mee. Heb ook wel geleerd dat de wereld niet alleen uit volleybal bestaat. Zelf heb ik het idee dat jongeren wel aandacht krijgen en dat ze zelf ook ruimte krijgen om van alles te ondernemen.

Rik Verdellen, beleidsadviseur Jeugd, gemeente NijmegenIk overleg bijna dagelijks met professionals en management van relevante instellingen. Dat levert een hoop inzichten op, maar het haalt het niet bij een gesprek met jongeren. Ik denk dat onze beroepsgroep dit te weinig doet. Ikzelf ook. Onlangs heb ik een gastles verzorgd op de Hogeschool Arnhem Nijme-gen en ben in gesprek gegaan met jongeren over het Nijmeeg-se Jeugdbeleid. Goed, ze zijn ouder dan 18 jaar, maar wat wij vaak onderschatten is hun gevoel voor wat er speelt in de sa-menleving en hun hoge mate van politieke sensitiviteit. Zij hebben me geholpen met ideeën voor bezuinigingen op het jeugdbeleid. De ene na de andere bruikbare tip en advies kwam op tafel. Een groepje leerlingen stelde voor te snijden in het aantal casuïstiekoverleggen, door ze samen te voegen. Ik zeg je, welke gemeente heeft er nog dure externe adviesbureaus nodig voor goede ideeën. Jongeren, bedankt voor jullie inzichten. Ik kom vaker bij jullie langs.

Sanne Visser, scholiere Johannes Fontanus College BarneveldMee eens. Veelal wordt er voor jongeren beslist door ‘volwassenen’ die denken te weten wat wij willen en waar wij ons mee bezighouden, omdat ‘ze zelf ook jong zijn geweest’. Maar de tijd verandert en daarmee ook de jongeren. En wij jongeren zijn goed in staat te verwoorden wat we wel en niet willen en welke mening we over iets hebben. Maar dit lijkt men niet te weten of te willen horen, wat erg jammer is, omdat het voor hoogoplopende spanningen kan zorgen. Gewoon naar onze mening vragen mensen! En hier dan ook wat mee doen, want niets is zo frustrerend als een mening geven waar vervolgens niets mee gedaan wordt.

David Gerritsen, straathoekwerker Pactum Rijnside ArnhemTien jaar geleden luisterde er niemand naar jongeren. De gedachte was ‘die jongeren, die lopen alleen maar te kloten’. Inmiddels is er echt wat veranderd hier in Arnhem. We hebben de Koplopersgroep, waar het geluid van de straat is te horen. Daar zitten niet alleen keurige kinderen van hoogopgeleide ouders in, maar ook jongeren die werkers op straat aanleveren. Ze kunnen meepraten en -denken over de meest uiteenlopende onderwerpen en er wordt wat mee gedaan. Dat is voor die jongens en meiden zelf goed, ze krijgen er echt meer zelfwaarde door, maar ook in de groepen merk je dat jongeren erover spreken. Al met al wil ik maar zeggen dat ik vind dat de gemeente Arnhem er nu echt werk van maakt. We zijn nog niet waar het moet wezen, maar het geluid is beter te horen dan voorheen.

Mimoun Ahbouk, jongerencoach 2GETthere team VSV ArnhemJe moet ècht naar jongeren willen luisteren. Vragen naar wat de redenen zijn voor niet effectief gedrag, die onderkennen en het gedrag niet direct als nega-tief bestempelen. Jongeren horen vaak genoeg wat ze verkeerd doen. Veel jon-geren willen het juiste pad bewandelen, maar ze voelen zich niet geaccepteerd. Ik merk ook dat scholen weinig echte interesse tonen in jongeren. Stuur hem niet van school, maar kijk naar de problemen en bied op tijd hulp, niet als de jongere te diep in de put zit. Zorg dat jongeren de hulpverleners en vertrou-wenspersonen kennen. Bij allochtone jongeren spelen er cultuurverschillen. Ik liep eens stage bij een jongerencentrum. Een allochtone jongere lag met zijn voeten op tafel. De jongerenwerker zei: “Dat doe je toch ook niet bij je moeder thuis.” De jongere reageerde agressief, omdat 'je moeder' onder allochtone jon-geren een gevoelig onderwerp is. Gelukkig kon ik er tussen springen. Ik heb de jongere uitgelegd dat het maar een uitdrukking is, dat het niet om zijn moeder ging. En dat het niet normaal is om je voeten op iemands tafel te leggen. Na-tuurlijk had die jongere anders kunnen reageren, maar als de jongerenwerker had geweten hoe gevoelig dit ligt, was dit misverstand niet ontstaan.

Sylvia Vlaardingerbroek, adviseur Spectrum en projectleider Jongin.nlHet geluid van jongeren wordt volgens mij nogal éénzijdig gehoord. Ik heb het idee dat in de media en in beleid het geluid van jongeren vaak in de probleem-sfeer wordt getrokken. Vooral problemen krijgen de aandacht of men vindt jongeren als doelgroep lastig te bereiken of te bedienen. Zo wordt ook gedacht dat jongeren niet maatschappelijk betrokken zijn terwijl alle jongerenonder-zoeken keer op keer laten zien dat jongeren zichzelf weldegelijk maatschap-pelijk betrokken vinden. Wie heeft er nu gelijk? Het is maar wat je onder ‘maat-schappelijk betrokken’ verstaat, kennelijk. Daarnaast speelt ook mee dat jongeren zich ook op andere manier laten horen dan hoe de heersende generatie beleidsmakers en beslissers het verwachten, wensen of gewend zijn. Dat is geen onwil volgens mij maar ook onbekendheid, met bijvoorbeeld de wereld van internet of sociale media waarin jongeren zich bewegen. Zolang het over sport gaat, kunnen we ze nog volgen, maar weten we wat nou zo leuk is aan de vetste computergame van dit moment? Of willen we toch vooral respons op de zaken die wij belangrijk vinden? Voor de ontwikke-ling van de informatie-sites van Jongin.nl gaven jongeren aan geen probleem-site te willen, het mocht er wel over gaan maar moest vooral ook leuk en posi-tief zijn. Best een duidelijk geluid toch? Dat kunnen we met zijn allen nog veel meer als uitgangspunt nemen. In de gemeenten waar dat gebeurt, door een positief en preventief jeugdbeleid, zie ik ook dat het werkt.

Page 20: Sterre

��� � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � ��������������

���

met water geen kater!met water geen kater!

������������ ��� ������ ����������������

38 | | 39

Daarop prijkt de slogan ‘Met water geen kater’. De ‘watergirls’, zelf nog jonge meiden, vormen het Go Fresh!-team. Volgens Merel Fennema, organisator van Epop, een mooie manier om jongeren op aansprekende wijze bewust te maken van wat al-cohol met je doet.

Ieder jaar in september is in Epe het Epop Festival. Het is voor jong en oud en gratis toegankelijk. Op twee podia staan, naast

verschillende lokale en regionale bands, ook grote artiesten als Go Back To The Zoo en Miss Montreal. Daarnaast zijn er op kleine schaal activiteiten voor kinderen en jongeren. Het festival wordt gehouden in een park midden in het centrum en richt zich vooral op mensen uit Epe en naaste omgeving. Het eve-nement heeft een reüniefunctie. Veel mensen komen ieder jaar terug om (oude) bekenden te ontmoeten. Over de hele dag gezien komen er zo’n 4.000 tot 6.000 mensen. Een gedeelte van hen komt een paar uur, maar er zijn ook bezoekers die de hele dag blijven.

FRESHCARDOp het festivalterrein staan de ‘watergirls’. Tijdens het Epop Festival lopen ze twee uur lang met z’n tweeën rond. De posters met de slogan ‘met water geen kater’ hangen al. De ‘watergirls’ gaan op jongeren af en geven bekertjes water en freshcards weg. Daarop staat alles wat je wilt weten over alcohol en water. Met de freshcard in de hand, knopen de ‘watergirls’ een gesprek aan. De reac-ties van jongeren zijn wisselend. Sommige groepen zijn in het begin wat lache-rig. Dat zijn groepen waarin veel jongeren alcohol drinken. Maar als er één serieus met de ‘watergirls’ in gesprek gaat, doet de rest ook mee. En regelmatig ontstaan ook gelijk leuke gesprekken over wat alcohol met je doet. Een jongen van 12 jaar oud vindt het goed dat er aandacht voor is. Hij vindt dronken men-sen niet leuk. Een meisje van 14 jaar sluit zich erbij aan. Een jongen mengt zich in het gesprek. Hij is 17 jaar en vindt het een goed initiatief. “Ik snap dat ze dit vertellen, maar ik wil wel graag mijn biertje blijven drinken”, zegt hij lachend. Twee vriendinnen van 15 lezen de Freshcard. Het valt hen op dat het meer dan een uur duurt voordat een glas alcohol afgebroken is. “Dat is echt lang, zeker als je weet dat mensen soms tien glazen bier drinken.”

BEWUSTWORDINGDe organisatie van Epop Festival kreeg voorafgaand aan het festival het ver-zoek om het Go Fresh!-team toe te laten. Het team wil jongeren prikkelen om

tijdens het uitgaan na te denken over hun alcoholgebruik. Het spreekt jongeren op een manier aan, die zoveel mogelijk aansluit bij hun eigen bezigheden en beleving.

Daarom sprak het de organisatie ook direct aan. Het zet zelf via allerhande maatregelen in op het voorkomen van a l co ho l m isb r u i k , maar het Go-Fresh! team doet wat aan de bewustwording van de effecten ervan. Er kleven namelijk ge-zondheidsrisico’s aan en het kan leiden tot vernielingen, agres-sie op straat en ver-keersongelukken.

Merel Fennema geeft aan dat de organisatie het belangrijk vindt om jongeren en hun ouders erop te wijzen voorzichtig om te gaan met alcohol. Over de mogelijke praktische bezwaren voor het Epop Festival, zoals afval door de flyers en de gemiste horecaopbrengsten door het gratis water, heeft de organisatie vooraf goed gesproken met het Go Fresh!-team. Toen de wederzijdse verwachtingen duidelijk wa-ren, was het Go Fresh!-team van harte welkom!

ik!reportagetekst & beeld: Jorike Smeitink

Terwijl de bezoekers van het Epop festival

in Epe genieten van de bands hangen

twee ‘watergirls’ posters op.

De ‘watergirls’ van het Go Fresh!-team

MET WATER GEEN KATER

UITGELICHT In 2008 startte het project ‘Alcoholmatiging onder Jongeren in de Stedendriehoek’ met als doel het

alcoholgebruik onder jongeren terug te dringen. De samenwerkende gemeenten (Apeldoorn, Brummen, Deventer, Epe,

Heerde, Lochem, Voorst en Zutphen) spannen zich samen met de politie, justitie, bureau Halt, Tactus Verslavingszorg en

GGD Gelre-IJssel in om het project te laten slagen.

De Go Fresh!-campagne is onderdeel van het project. In de zomerperiode van 2010 werd het Go Fresh!-team ingezet in

uitgaansgebieden en op evenementen in de regio Stedendriehoek. Een team van twee of drie ‘waterboys en -girls’ in opval-

lende kleding deelt op evenementen en uitgaansavonden water en freshcards uit en gaat met jongeren het gesprek aan

over hun alcoholgebruik. Naast preventiemedewerkers van Tactus Verslavingszorg en GGD Gelre-IJssel zijn 10 peervoor-

lichters opgeleid. Zij worden ingezet voor voorlichting voor en door jongeren. Deze jongeren hebben interesse in het

middelengebruik bij jongeren en studenten. Vooraf kregen zij verschillende trainingen. De peervoorlichters worden al-

leen ingezet in combinatie met preventiemedewerkers en gaan niet zelf op pad.

HET TEAM WIL JONGEREN PRIKKELEN OM TIJDENS HET UITGAAN NA TE DENKEN OVER HUN ALCOHOL-GEBRUIK

Page 21: Sterre

40 | | 41

ik!interviewtekst: Eelco Visserbeeld: Marie-Anne Huiskamp

zoals droge wetteksten. Leraren hebben echt interesse in ons. Zo weten ze dat ik goed ben in vechtsporten en daarom vroegen ze me laatst een training Weerbaarheid te geven. Ook we-ten ze dat ik in het weekend in de horeca werk. Op maandag vragen ze me dan echt naar mijn belevenissen aan de deur. De drempel om af te haken is veel hoger als je plezier hebt in je stu-die en merkt dat docenten in je geïnteresseerd zijn.

������������� Projectleider sociale projecten, gemeente ArnhemDe samenwerking tussen gemeente en ROC’s is sinds 2008 echt goed van de grond geko-men. Samen hebben we realistische afspraken gemaakt en duidelijke speerpunten bepaald. Dat is nodig want de thematiek van voortijdig schoolverlaten laat zich niet gemakkelijk afba-kenen in de praktijk. Het is dus keuzes maken. Zoals het er nu naar uitziet gaat Rijn IJssel over 2009/2010 een forse VSV-reductie laten zien (22%!). En daar mag de school heel trots op zijn. Vanuit de gemeente hebben we samen met Rijn IJssel en ROC A12 steeds afgespro-ken dat we zo veel mogelijk aansluiten bij wat er al is in de stad én op school. Dus geen on-nodige nieuwe dingen doen. Op veel onder-werpen bestaat er een natuurlijke afstand tus-

sen de gemeente en het onderwijs. En dat is goed: de gemeente gaat niet over de inhoud van onderwijs. Maar op dit thema is zo veel te winnen. De school worstelt soms zichtbaar met de problematiek die zij van buiten naar binnen halen. En de gemeente krijgt de problemen weer op het bordje als jongeren uitvallen en bijvoorbeeld een beroep moeten doen op inko-mens- of zorgvoorzieningen. De kracht van de projecten die we samen met het ROC en Rijn-stad doen, is dat er oog is voor de binnenwe-reld én de buitenwereld. Daarbij moet je voort-durend blijven verbinden. Je moet ‘vitale coalities’ sluiten. Mensen als Marleen zijn be-langrijk omdat zij openstaan voor contacten met de gemeente en andere maatschappelijke organisaties. Marleen weet ook te benoemen welke belangen de gemeente (en andere par-tijen) heeft. Te vaak is een convenant of een afspraak tussen instanties een eindpunt. Wij hebben het geïnterpreteerd als het begin. En we zijn er trouwens nog niet! Er is nog genoeg werk aan de winkel.

������������� Opbouwwerker RijnstadRijnstad levert een opbouwwerker die werkt vanuit de opbouwwerkmethodiek. We zijn ge-start met het inventariseren van de belangen

ontstaat een situatie waarin er veel mogelijk-heden zijn om niet uit te vallen. Succesfacto-ren? Geen student is bij ons anoniem, er ont-staan relaties waar echt in geïnvesteerd wordt. Contacten zijn positief, het onderwijs is aan-trekkelijker en we werken op alle niveaus aan betrokkenheid, niet alleen bij docenten of stu-denten.

�������������������� Student Coördinator Beveiliging, Rijn IJsselAls student heb ik heel wat zien veranderen. In de lessen is er meer verantwoordelijkheid voor de studenten. Daarnaast krijgen we alle hulp die we nodig hebben als we er zelf niet uitko-men. Verder creëert school zoveel mogelijk le-vensechte situaties binnen de opleiding. Ik doe de opleiding voor Coördinator Beveiliging en begeleid vanuit mijn aanstaande werk als lei-dinggevende nu tien studenten. Ik let persoon-lijk op of ze naar school gaan en help ze met problemen. Een jongen haal ik iedere ochtend zijn bed uit. Hij moet gewoon zijn diploma halen. Een ander voorbeeld is bij ons Introduc-tiekamp, daar lopen studenten Beveiliging nu 's nachts een ronde om te kijken of alles goed gaat. Zo wordt onze studie letterlijk levendiger en interessanter. Studenten hier zijn vooral ‘doeners’, die minder hebben met de theorie,

�������������� Manager Orde & Veiligheid, Rijn IJsselDe basis voor Presikhaaf Slaagt! is het project ‘Betrokken’. Doel is uitval voorkomen door be-trokkenheid van alle partijen. Bij studenten door ze meer bij hun opleiding te betrekken. Ze krijgen bij de vmbo-dagen een rol, lichten stu-denten op hun oude scholen voor en geven workshops en trainingen aan hun eigen docen-ten. Docenten krijgen minder studenten, maar die moeten ze dan wel allemaal ècht kennen. Zijn studenten er niet, dan volgt persoonlijk contact. En als het moet een dag later weer. Zo wordt de drempel om er niet te zijn hoger. Ou-ders betrekken we niet pas als er op school iets mis is. Juist niet! We leggen volgens de 3 b’s contact: brief, bellen, bezoek. Dat bezoeken doen we in samenwerking met Rijnstad wel-zijnswerk. Ouderavonden zijn geen 10-minu-tengesprekken, maar informatieavonden waar ouders persoonlijk welkom worden geheten en waar ze samen met de mentor en hun kind langs allerlei informatiestands gaan. Zo ont-staat er een natuurlijk, positief contact tussen ouders en school. De wijk betrekken we door de studenten die slagen, in de wijkkrant te zet-ten. Ook hebben we een winkel en een kapsa-lon in school, waar wijkbewoners terecht kun-nen. Door deze samenhangende maatregelen

van studenten, ouders, docenten en manage-ment. En vanuit een overeenkomst met alle betrokkenen zijn we gestart. Waarbij we steeds gebruik hebben gemaakt van wat er is en wat goed is. Bij het project ‘Betrokken’ hebben we een bijdrage geleverd aan deze activiteiten: voorlichting door studenten van het ROC aan vmbo-studenten, een voorlichtingsdag ‘helder beroepsbeeld’, intake vanuit de competenties van de student, begeleiden van de leerloop-baanbegeleider zodat hij een bredere aandacht heeft voor de studenten, huisbezoeken bij stu-denten met een verhoogde kans op uitval, het begeleiden van een avond voor ouders door studenten. Bij het vervolgproject ‘Presikhaaf Slaagt’ is de aanwezige kennis van de wijk van onze medewerkers van belang. We hebben als nieuwe activiteit het Buddyproject geïntrodu-ceerd. De studenten van het ROC die vmbo’ers voorlichting geven, bieden zich ook aan als buddy. De ROC-student gebruikt twee dagde-len om vmbo-studenten te informeren over het beroep en de opleiding. Is de vmbo-student aangenomen, dan kan deze weer twee dagde-len gebruik maken van de ervaren ROC-stu-dent, de Buddy. Het programma is nu gericht op inwerken. De eerste drie maanden van de opleiding (de periode met de meeste uitval) kan de startende student een beroep doen op de ervaren student. Dit project willen wij als pilot uitvoeren in Presikhaaf. In deze eerste drie maanden zal er aandacht zijn voor de thuissituatie, de rol van de ouders, sociale omgeving de wijk. Rijnstad kan een posi-tieve bijdrage leveren aan de aanpak door de methode van werken, de ken-nis van de wijk en het leggen van de verbin-ding tussen de verschillende disciplines die in de wijk aanwezig zijn.

��������������� Wijkagent PresikhaafVoor mij als wijkagent is het aanwezig zijn in de wijk van groot belang. Een goed functione-rend netwerk is daarbij een belangrijk onder-deel. Scholen en opleidingsinstituten maken deel uit van de wijk en zijn een belangrijke partner. Zo heb ik met het ROC Rijn IJssel goede contacten, waardoor we gezamenlijk snel reageren op zaken die aandacht nodig hebben. Daarnaast geef ik samen met mijn col-lega’s voorlichting aan de opleiding orde en veiligheid. Dit vakgebied heeft raakvlakken met het politiewerk.

Op het moment dat studenten ingezet worden tijdens een stage, kan het voorkomen dat ze zelfstandig beslissingen moeten nemen en moeten handelen. Ik vind het belangrijk dat deze studenten wordt uitgelegd dat zij in som-mige gevallen in de praktijk heel nauw samen moeten werken met de politie. Sommigen als portier bij een café en anderen als surveillant in een winkelcentrum. Het feit dat zij herken-baar zijn en een uniform dragen, houdt in dat ze moeten beseffen dat wijkbewoners hen op straat kunnen aanspreken en om hulp kunnen vragen.

Goed opgeleide en gemotiveerde studenten kunnen wat mij betreft in de wijk worden inge-zet voor projecten zoals het toezicht houden op het gedrag van leerlingen van het ROC in de wijk. Hiermee dragen zij en het ROC een steen-tje bij in het bevorderen van de leefbaarheid en veiligheid in de wijk.

Projectleider sociale projecten, gemeente Arnhem

Landelijk neemt het aantal jongeren, dat zonder startkwalificatie

het onderwijs verlaat, gestaag af. Op het Rijn IJssel, in de Arnhemse

wijk Presikhaaf, gaat het nog sneller dan gestaag. In het schooljaar

2009/2010 realiseerde het Rijn IJssel een afname van 22% ten

opzichte van het vorige schooljaar. Afgezet tegen landelijke

cijfers een grootse prestatie. We maakten een rondje langs

verschillende betrokkenen, in een poging het geheim

achter dit succes te ontrafelen.

PRESIKHAAF SLAAGT!

������

Opbouwwerker Rijnstad ���

Student, Coördinator Beveiliging, Rijn IJssel

������

Manager Orde & Veiligheid, Rijn IJssel

�������

Wijkagent Presikhaaf�����

'AANWEZIG ZIJN IN DE WIJK IS VAN GROOT BELANG'

Page 22: Sterre

ik!interviewtekst: Eelco Visserbeeld: Marie-Anne Huiskamp

42 | | 43

later!reportagetekst: Jo Peetersbeeld: Jeroen Mesman

Ruim 40% van de jongeren doet aan vrijwilligerswerk.

Ze leren eigen activiteiten starten, projecten te ma-

nagen en met verschillende doelgroepen om te gaan.

Organiseren festivals, helpen bij sportverenigingen op kinder-

boerderijen en zelfs in ontwikkelingslanden. En wat doen we

om duidelijk te maken dat die leerervaringen belangrijk zijn?

Helemaal niets. Maar het kan wel!

Met weinig tijdsinvestering beloon je jongeren voor hun inzet.

Zo krijgen de jongeren iets, waar ze hun leven lang plezier van

hebben. Met de EVC (Erkenning Verworven Competenties)

heb je een serieuze erkenning in handen!

STERKER DOOR VRIJWILLIGERSWERKVoordeel voor de organisatie: je laat zien professioneel te wer-

ken met vrijwilligers, je maakt waardering zichtbaar. Voordeel

voor de vrijwilliger: een serieuze erkenning van het werk en

bewijs voor sollicitaties of school. Voordeel voor de maat-

schappij: er wordt meer gedaan met het beschikbare potentieel

aan kennis en vaardigheden, doordat het zichtbaarder is

(Erik van Beek, deskundige op het gebied van EVC).

WIN-WIN-WIN SITUATIE

EVC IN 5 STAPPENIn vijf stappen kun je als organisatie meer doen met de leerervaringen van vrijwilligers:

STAP 1: Duidelijk doel STAP 2: Wie ben je? (Laag opgeleid, hoog opgeleid, rijk, arm, gedreven, saai, etc)

STAP 3: Wat kun je? (Competenties, prestaties, wat heb je neergezet in het leven?)

STAP 4: Wat wil je? (Gelukkig zijn, iets bereiken, bijdragen, zinnig bezig zijn)

STAP 5: Hoe versterken? (Getuigschrift, beoordeling, leren, training, slimmer worden)

SCOUTING GELDERLAND Naast haar reguliere werk, de ondersteuning van scoutingvrijwilligers in

Gelderland, houdt Scouting Gelderland zich op projectbasis bezig met thema’s die ook voor andere vrijwilligersorganisa-

ties interessant kunnen zijn, zoals EVC (Erkenning Verworven Competenties). Organisaties die met dit onderwerp aan de

slag willen kunnen contact opnemen met Jo Peeters, medewerker bij Scouting Gelderland: tel. 026-3846330/06-18382511,

email [email protected]

'Door mijn vrijwilligerswerk ben ik

zekerder geworden van de dingen

waar ik goed in ben.'

"Je leert op welke manier je met kinderen om kan gaan. Hier op scouting leer ik welke manier bij mij past en welke juist niet."

" Je moet aan heel veel dingen denken als het om veiligheid gaat. Als je gaat koken zorg je er bijvoorbeeld

voor dat alle kinderen hun haar bij elkaar hebben gebonden."

" Ik heb geleerd dat kinderen erg druk kunnen zijn. Dat je dingen anders uitlegt dan aan volwassenen,

dit heel rustig moet doen, en veel moet herhalen. Ook dat je een rustig moment moet creëren om dingen

met ze te bespreken."

JONGEREN EN HUN EVC laar om meer uit het leven te halen!

| 43

Page 23: Sterre

| 45 44 |

Khadiye is 18 jaar, zeer creatief en woont in Arnhem. Toen ze 14 was, beleefde ze de beste dag in haar leven: ze werd uit huis geplaatst.

aar gingen jaren van ellende aan vooraf.

Thuis, in Harderwijk, had ze grote

problemen, vooral met haar broers.

Ook bleek ze overgevoelig voor geluid.

Khadiye reageerde alles af op haar om-

geving en werd, als leerling van groep 7, van school gestuurd.

Vanaf dat moment ging alles in haar leven mis. Ze belandde op

Ambelt, een school voor zeer moeilijk opvoedbare kinderen, in

Zwolle. Eén leraar zag wel wat in haar, de rest behandelde haar

als probleem, niet als kind. Dat was wat ze er vooral leerde, dat

ze een probleem was. Na de uithuisplaatsing, op haar veertien-

de, belandde ze op een geheim adres in Wezep. Ook daar was

Khadiye niet op haar plaats. Dat had niet alleen met de leiding

te maken. Khadiye dacht volwassen te zijn, te weten hoe het le-

ven in elkaar zat. Nadat ze vertrok uit Wezep, trok ze als een

nomade van instelling naar instelling. Dertien verhuizingen in

een paar jaar tijd. Het was een periode die ze zelf omschrijft als

emotionele incontinentie. Ze liep leeg wanneer dat nodig of

nuttig was, wist precies wanneer ze welk gedrag moest verto-

nen om iets gedaan te krijgen. Allerlei psychiaters, psycholo-

gen en behandelaren plakte exotische diagnostische labels op

haar. Het hielp haar niet vooruit. Integendeel: ze belandde in

Altrecht, een gesloten psychiatrische instelling in Den Dolder.

Daar zag Khadiye voor het eerst jongeren die er slechter aan toe waren. Ze

ontmoette een jongen waarop ze jaloers raakte: hij woonde op zichzelf, zat op

de theaterschool en deed dingen voor tv. Hij had serieuze problemen overwon-

nen en kwam langzaam ergens. Dat wilde Khadiye ook. Eerst acteerde ze ander

gedrag, zo moest ze uit de instelling kunnen komen. Maar het acteren werd

uiteindelijk Khadiye zelf. De woedeaanvallen waren er nog wel en ze voelde

nog steeds een niet te duiden leegte van binnen, maar het ging beter. Zestien

jaar en klaar om meer uit haar leven te halen.

Ze wilde naar het ROC. Om met een diploma vmbo-tl auditie te kunnen doen

voor theateropleidingen. Bijna niemand vond dat een goed plan. Voor Khadiye

werkte dat stimulerend. Ze kreeg haar zin, slaagde en kon naar de theater-

school in Nijmegen, waar ze haar na één auditie aannamen. Ze is nu tweede-

jaars en woont, na een kamertraining in Apeldoorn, op zichzelf. Ze heeft weer

contact met haar ouders en af en toe komt er iemand van Lindenhout met haar

praten.

Khadiye zegt dat er altijd een paar begeleiders en leraren zijn geweest die wél

in haar geloofde. Zoals twee groepsleiders op Ambelt. Eén maakte Khadiye

attent op haar theaterliefde en de ander bezocht ‘zo maar’ een voorstelling

waarin Khadiye speelde. Of een gezinsvoogd van Bureau Jeugdzorg, die vond

dat Khadiye moest gaan voor alle wilde plannen, die ze aan haar eigen doelen-

lijstjes toevertrouwde.

Khadiye denkt ondanks alles, vooral positief over wat ze heeft meegemaakt.

Zonder die gebeurtenissen zou ze nu niet zijn wie ze is. Ze wil anderen inspire-

ren. Laten zien wat het jongeren kan opleveren als ze in zichzelf blijven gelo-

ven. Haar belangrijkste les: neem geen genoegen met wat anderen van je zeg-

gen of denken! Robert ter Maat voorzitter van de Plattelandsjongeren Gelderland.

Draagt zorg voor een stabiele vereniging die doelgroepgericht werkt.

Jasper Nickmann coördinator van de Plattelandsjongeren. Zorgt voor

de dagelijkse leiding op het kantoor in Velp.

later!columntekst & beeld: Robert ter Maaten Jasper Nickmann

Daar ga ik dan! Fietsend tussen de hotels

en verzorgingstehuizen waar de mensen nog

slapen. Enkele kilometers verder kom ik

langs een grote ligboxenstal bedekt met

zonnepanelen waar de melkrobots de koeien

melken. Bedenkelijk kijk ik in het rond.

Mijn reis gaat verder.

 Ik fiets langs een zesbaanssnelweg, de A18 van Beek (Gld) naar Ensche-de. Na een reis van 10 kilometer kom ik ’s ochtends vijf voor negen op mijn bestemming aan, een groot congrescentrum in het midden van

de Achterhoek. Hier begint om negen een dis-cussiebijeenkomst over de toekomst van de Achterhoek. Het onderwerp: ‘Krimp’. Vol goe-de bedoelingen loop ik de zaal in. Ik kijk de zaal in en loop weer terug. “Weet u zeker dat ik in Zaal 1 moet zijn?” vraag ik verbaasd aan de receptionist, die bevestigend knikt. Weer loop ik de zaal in en ik bekijk de aanwezige mensen. Ik gok dat 75 % van de aanwezigen onder de 25 jaar is.

Half tien: het is mijn beurt. Ik loop naar voren en begin mijn toespraak. “Verbaasd keek ik een half uur geleden de zaal in. Waarom? Omdat de zaal vol met jongeren zit.” Het is eventjes stil. Ik ga verder: “Ik kan het mij nog goed voor de geest halen. Dertig jaar geleden nam ik aan eenzelfde bijeenkomst deel. Het enige verschil was dat toen 80 % van de aanwezigen 55+ was en ik de enige jonger dan 25 jaar. Wij discussi-eerden ook over Krimp. Hoe zou de Achter-

‘ VERBAASD KEEK

IK EEN HALF UUR

GELEDEN DE ZAAL

IN. WAAROM?’

hoek erover 30 jaar uitzien wanneer de jonge-ren naar de steden trekken? Nu zitten we hier met een zelfde vraag. Hoe ziet de Achterhoek er over 30 jaar uit als de oudere generatie mas-saal gaat emigreren?” Een jongeman vraagt hoe er 30 jaar geleden gedacht werd. “Wij dachten dat het platteland leeg zou lopen. De jongeren zouden naar de stad gaan, voorzie-ningen verdwijnen, de werkgelegenheid neemt af en de ouderen blijven achter. Wij hadden niet kunnen denken dat ouderen uit de Rand-stad massaal naar de Achterhoek zouden komen, voor de rust en ontspan-ning. Dat jonge o n d e r n e m e r s massaal naar de Achterhoek zou-den komen om hotels en ver-zorgings tehuizen op te zetten. We hebben goede ja-ren gehad. Volop werkgelegenheid in de zorg en bouw,” vertel ik. “Helaas zitten we hier nu weer. De Achterhoek wordt te vol. Te veel mensen op een te klein stukje land. Hoe gaan we hiermee om? Het platteland zou ‘weer’ leeglopen. De ouderen gaan naar het buitenland, voorzieningen ver-dwijnen, de werkgelegenheid neemt af en de jongeren blijven achter!”

Robert ter Maat & Jasper Nickmann (r)

Page 24: Sterre

46 | | 47

START!...30...29...28...

27...26...25...24...23..

.22...21...20...19...18.

..17...16...15...14...13

...12...11...10...09...

08...07...06...05...04..

.03...02...01...STOP!

��������������� ����������������

�����������

START! ... Carrière ... Baan ... Gezin ... Familie ..

. Technologische ontwikkelingen ... Veel ouderen ... Milieu-

problemen ... Eigen praktijk ... Individueler ... Huisje, boompje,

beestje ... Meer invloed van internet ... Innovaties ... Politieke

problemen ... Alternatieve brandstoffen ... Studeren ... Genieten

... Nog minder natuur ... Keuzes maken ... Reizen ... Mooie erva-

ringen opdoen ... Dromen uit laten komen ... Grote wereldproblemen

opgelost ... Band ... Betere verdeling van eten en goederen ...

Streven naar perfectie ... Jezus ... Volwassen ... Gezond ...

Nieuwe vriendin ... Arts ... Vrede ... Vrijheid ... Inzetten

voor anderen ... Nederland goed bestuurd ... Geld ... Geluk ...

Rechtvaardigheid ... Goede beslissingen nemen ... Buitenland ...

Goede omgang met anderen ... Liefde ... Kinderen ... Leuke man

... Trouwen ... Tegenslagen ... Oud worden ... Marathon lopen ...

Overblijven met z’n tweetjes ... Wijs zijn ... Vrede met jezelf

... Veel diploma’s hebben ... Oma worden ... Veel dieren om me

heen ... Premier Wilders ... Veel belasting betalen ... Religie

... Sport ... Media superbelangrijk ... Sociale deling in plaats

van globalisering ... Kinderzorg ... Meer hoogopgeleide jongeren

... Tolerantie ... Kansen ... Europese integratie ... Vrienden

... Vrijzinnig geloven ... Wereld ontdekken ... Succesvol zijn

... Iets betekenen voor de wereld ... Iets doorgeven aan volgende

generaties ... Veilig plekje in de wereld ... CO2 problematiek ...

Goede band familie ... Inzetten voor goede doelen ... STOP!

later!associatiecollagetekst: 23 leerlingen van het Johannes Fontanus Collegefotografie: Jorike Smeitink

Page 25: Sterre

48 | | 49

Maarten. “Nou, aan die wensen komen we te-gemoet hoor. We zijn er niet om die jongeren in de problemen te brengen.”

VAN DE BAR NAAR DE VERGADERTAFEL Voor Kevin en Maarten is Achterhoekers.com een uit de hand gelopen hobby. “Het is hart-stikke leuk om dit naast je gewone werk te doen. Het houdt ons van de straat”, lacht Maar-ten. “Of eigenlijk juist niet. Het zorgt ervoor dat we op straat komen!” En dat kost al met al behoorlijk veel tijd. Kevin: “We hebben een nieuwspieper van de politie en gaan er meteen op af als er iets heftigs is gebeurd, zoals een ongeluk of een brand. Ook al is het midden in de nacht. Soms zijn we knettergek, ja. We plaat-sen alle berichten en foto’s op de site en ook het beheer doen we zelf.” En zo lezen de bezoe-kers dus onder meer over de kat van een jonge inwoonster uit Winterswijk die is beschoten met een luchtbuks of een jongeman uit Aalten die met zijn fiets een paar auto’s heeft bescha-digd.

Na een halfuurtje Disco 2.0 rijden Kevin en Maarten verder naar I’Varca in Aalten, ook een discotheek waar veel jonge mensen komen. En opnieuw staan ze in de rij voor de fotografen. Allemaal kennen ze de populaire, regionale site. Jeroen (15) en zijn vrienden kijken elke week even of ze ‘er goed op staan’.

Toch is Achterhoekers.com inmiddels heel wat meer dan een gezellige site met uitgaanskiek-jes en ‘klein’ nieuws. In 2008 werden de jonge-ren achter de site benaderd door een ambte-naar van de gemeente Winterswijk. De gemeente wilde namelijk aan de slag met Jongin, een online jongerenportal. En aange-zien Achterhoekers.com massaal bezocht wordt door jongeren uit Winterswijk, lag het voor de hand om eens met elkaar te praten. Van de bar naar de vergadertafel. Kevin lacht: “Ja, dat was wel even wennen voor ons. Ineens zaten we als gesprekspartner om tafel met een paar ambtenaren en iemand van Spectrum. Wij, gewoon een paar jonge mensen uit Win-terswijk. Maar het idee stond ons wel aan. Het

feest en dansen een paar honderd jongens en meiden op de opzwepende beats van Yolanda be cool vs. Dcup met ‘We no speak Americano’. Zodra Kevin en Maarten de discotheek binnen-stappen, gebeurt er iets bijzonders. Tientallen jongeren verdringen zich plotseling voor de camera om zich met hun vrienden of nieuwe liefde vast te laten leggen. ‘Hé Achterhoekers! Mag ik ook op de foto?’ Binnen een half uur worden er een paar honderd foto’s geschoten.

LEUK VOOR HYVESLisa en Anne (allebei 14 jaar) omarmen elkaar en zetten hun liefste glimlach op. Waarom wil-len ze eigenlijk zo graag op de foto? “Gewoon, het is leuk om ze op je Hyves te zetten.” En zo denken de meesten erover. “Dan kan iedereen zien hoe gezellig het die avond was.”

Als de fotografen op pad zijn geweest, schiet een dag later het bezoekersaantal van Achter-hoekers.com omhoog tot wel 4.000 bezoekers. Maar ook de rest van de week weten de jonge-ren de site te vinden: elke week zijn er zo’n 10.000 unieke bezoekers. “Ze komen hoofdza-kelijk voor de foto’s, maar kijken vervolgens ook naar bijvoorbeeld de nieuwsberichten op de site”, vertelt Kevin.

Kevin en Maarten behoren inmiddels tot de ‘oude garde’ maar vinden het nog altijd gewel-dig om voor de site op pad te gaan. Kevin: “We gaan gewoon uit en maken ondertussen wat foto’s. Zo zien we het eigenlijk.” En het geeft natuurlijk een bepaalde status: iedereen kent je en je maakt met iedereen een praatje.

Ze maken vrijwel altijd foto’s van mensen die poseren voor hun camera en niet zomaar van jongeren die het niet in de gaten hebben. “Toch krijgen we op zondagochtend altijd wel een paar mailtjes binnen: Wil je alsjeblieft mijn foto verwijderen want mijn ouders mogen niet weten dat ik rook. Of: mijn ouders mogen hele-maal niet weten dat ik daar was”, grinnikt

leek ons een leuk plan om de site uit te breiden met belangrijke informatie voor jongeren. Want vragen over bijvoorbeeld bijbaantjes of wat je moet doen als je schulden hebt, leven natuurlijk ook onder jongeren in de Achter-hoek.”

INHOUD NAAST FUNInmiddels is Jongin Winterswijk geïntegreerd in de site. “De site is zelfs officieel gelanceerd door de burgemeester”, vertelt Maarten. Om-dat er steeds meer inhoud op de site staat, kost het ook steeds meer werk. Daarom komt er waarschijnlijk binnenkort een jongere hen ver-sterken in het kader van de maatschappelijke stage. “En we zijn door de gemeente Aalten ge-vraagd om hetzelfde op te zetten voor die ge-meente. Het begint dus echt te groeien.”

De Radstake in Varsseveld is het eindpunt van de avond. Deze discotheek is even wat anders dan de voorgaande twee. De Radstake is een begrip tot ver buiten de grenzen van de Ach-terhoek. Zes verschillende danszalen, een enorm overdekt rokersterras met loungestoe-len, een friettent en broodjesbar en niet te ver-geten de paardenstallen waar stelletjes terecht kunnen voor een beetje privacy. Op een gemid-delde zaterdagavond komen hier zo’n 4.000 bezoekers, jong en iets minder jong. Kevin en Maarten eindigen hier steevast hun avond. Eerst in rap tempo een paar honderd foto’s ma-ken om daarna met vrienden nog een biertje of colaatje te drinken. Als ze drie uur later naar huis rijden, krijgen ze plotseling nog een be-richt via de politiepieper binnen. Een man heeft een ruit ingeslagen en is in beschonken toestand bij zijn huis weggereden. Niet iets waar ze op af gaan. Maar als de volgende och-tend de eerste bezoekers op de site komen, le-zen ze het nieuwsbericht wel meteen, want het staat al online. Net als de honderden foto’s van de afgelopen nacht. Zodat iedereen meteen kan zien hoe gezellig het was.

Foto’s, fun en informatie op jongerensite

www.achterhoekers.com enorm succes

‘Achterhoekers,

Het is een leuk experiment: trek een t-shirt van achterhoekers.com aan, pak een camera beet en stap op zaterdagavond binnen bij een van de ( jeugd)discotheken in de Ach-terhoek. Binnen no-time word je

omringd door tientallen jongeren, die stoer, sexy of giechelend de camera in kijken. Achter-hoekers.com (tot voor kort bekend als Wenters.com) is een waar begrip. De site voor en door jongeren trekt wekelijks zo’n 10.000 bezoekers, hoofdzakelijk vanwege de uitgaansfoto’s. Een goede reden om samen met de jongeren achter de site te praten over samenwerking, zo dacht de gemeente Winterswijk. En met succes.

Het is een heldere, maar koude zaterdagavond. Het enige verkeer dat de fotografen van Ach-terhoekers.com tegenkomen op de met grote bomen omzoomde plattelandswegen zijn groepjes jongeren op de fiets. Een stroom van rode achterlichtjes, op weg naar een van de ( jeugd)discotheken in de Achterhoek.

De eerste bestemming vanavond is Disco 2.0 in Woold, vlakbij Winterswijk. Hoe koud het buiten ook is, daar is binnen in elk geval niets van te merken. Kevin van Savoijen (23) en Maarten Roemers (27) hebben hun camera al om hun nek hangen, maar schudden eerst even de uitsmijter de hand. “Leuk dat jullie d’r weer zijn, jongens!”

Kevin en Maarten zijn twee van de vaste foto-grafen van de site. Al zes jaar lang gaan zij of het team vrijwel elke zaterdagavond op stap in de Achterhoek om de uitgaansavond vast te leggen met hun digitale camera. In totaal zijn er zo’n 15 jongeren vanaf zestien jaar actief bij Achterhoekers.com. Ze hebben een prima con-tact met alle discotheken en kroegen; als zij foto’s maken, is dat immers mooie publiciteit.

In Disco 2.0 proeven veel jongeren voor het eerst van het uitgaansleven: iedereen van veer-tien jaar en ouder is welkom. Binnen is het

ik!reportagetekst: Cindy Cloinbeeld: Achterhoekers.com

'Ineens zaten we

als gesprekspartner

aan tafel met een

paar ambtenaren

en iemand

van Spectrum'