Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere...

31
Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 oktober 2014

Transcript of Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere...

Page 1: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015

oktober 2014

Page 2: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te
Page 3: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

Inhoudsopgave

1. Inleiding 1

2. Hoofdlijnen van beleid: visie, onderwijs, huisvesting 3

2.1. Visie, voorwaarden en doelen 3

2.2. Onderwijsbeleid 4

2.2.1 Bouwstenen School aan zet 4 2.2.2 Leeropbrengsten, onderwijsleerproces, determinatie 5 2.2.3 Investeren in een positief schoolklimaat 6 2.2.4 Bouwen aan excellenties 7

2.3. Overige onderwijsontwikkelingen 9 2.3.1 Taal en rekenonderwijs 9 2.3.2 Passend Onderwijs 9 2.3.3 Maatschappelijke stages 10

2.3.4 Aandacht voor verschillen 10

2.4. Onderwijshuisvesting 10

2.5 Krimp 10

3. Hoofdlijnen van personeelsbeleid 11

4. Kwaliteitszorg 13

4.1. Systematische rapportage van onderwijsresultaten 13 4.2. Overige rapportages 15

5. Jaarplannen 17

Page 4: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te
Page 5: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

1

Schoolplan 2012-2015

1. Inleiding Het schoolplan 2012-2015 van het Stellingwerf College geeft een overzicht van de hoofdlijnen van het onderwijskundig beleid, het personeelsbeleid en de interne kwaliteitszorg. Gedetailleerde uitwerkingen zijn terug te vinden in de relevante beleidsnotities over de verschillende beleidsonderdelen. Op het gebied van personeels- en financieel beleid zijn de personeelsbeleidsagenda 2011-2014, het formatie- en scholingsplan en de jaarlijkse begroting leidend. Het schoolplan is een voortschrijdend document voor het tactisch schoolbeleid. De ingekaderde beleidsvoornemens uit het schoolplan worden jaarlijks geëvalueerd en zo mogelijk aangepast. Wordt in het strategisch beleidsplan de hoofdlijnen weergegeven, in het schoolplan worden plannen verder geconcretiseerd, jaarlijks geëvalueerd en bijgesteld. Dezelfde cyclus wordt gehanteerd voor de jaarplannen per afdeling. De jaarplannen worden voorafgaand aan het schooljaar voorlopig vastgesteld door het MT en hebben betrekking op de speerpunten van de afzonderlijke afdelingen. Evaluatie van de afdelingsjaarplannen vindt jaarlijks plaats in de periode april-juni. Tijdens de introductiedag van het nieuwe schooljaar worden de afdelingsjaarplannen met het team besproken. Doel van de evaluatie van het schoolplan:

- een jaarlijkse update maken voor het volgende schooljaar; - in beeld brengen van de opbrengsten, op hoofdlijnen; - meer samenhang verkrijgen met het strategisch beleidsplan; - prioriteiten aangeven in de jaarplannen per afdeling.

Verschillende ontwikkelingen zijn van invloed op het schoolplan. Als belangrijkste kunnen worden genoemd: het Deltaplan, verbetering onderwijsresultaten van oktober 2012, de vervolg rapportages van september 2013 en januari 2014 en het Strategisch beleidsplan 2013-2016 van april 2013. Ook van invloed is het Bestuursakkoord VO 2012-2015, dat in december 2012 is afgesloten tussen de VO-raad en OCW. Het bestuursakkoord heeft geleid tot een ambitiekeuze op schoolniveau met opbrengst gericht werken aan o.a. het verhogen van de leeropbrengsten, het verbeteren van het schoolklimaat en het ontwikkelen van excellenties. Na een evaluerende bespreking in het MT wordt het bijgestelde schoolplan in oktober 2014 aangeboden aan medezeggenschapsraad en Raad van Toezicht voor respectievelijk instemming en bespreking. namens MT en directie, Hennie Broers, oktober 2014.

Page 6: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

2

Page 7: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

3

2. Hoofdlijnen van beleid: visie, onderwijs, huisvesting De onderwijsvisie, de doelen en de uitgangspunten voor onderwijskundig beleid dekken nog steeds de lading. Het volgen van het primaire proces heeft in de loop van de tijd meer prioriteit gekregen. Een verkorte versie van de onderwijskundige visie wordt hieronder weergegeven.

2.1. Visie, voorwaarden en doelen Visie Het Stellingwerf College wil een kwaliteitsrijke instelling zijn voor openbaar voortgezet onderwijs en biedt ruime mogelijkheden voor leerlingen van alle niveaus: basis, kader, mavo, havo, atheneum en vwo+. In het onderwijs wordt uitgegaan van optimale kansen voor de leerlingen met een aanbod dat ruimte biedt voor verschillen tussen leerlingen in talent, leerstijl en ambitie. Vanuit deze basisgedachte is gekozen voor een indeling van verschillende afdelingen. In de visie van het Stellingwerf College is beslissend voor goed onderwijs: een gemotiveerd team van docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te vergeten, vast probeert te houden aan wat goed is. Daarbij zijn de lessen van inspirerende en vakbekwame docenten, die leerlingen weten te motiveren en die oog hebben voor elke leerling, de kern van het onderwijs. Het Stellingwerf College gaat niet uit van één van boven af opgelegde centrale onderwijsdidactiek, maar geeft de vakbekwame docent de ruimte om samen met de leerlingen en collega’s de hoge kwaliteitsdoelen, die gesteld worden aan het onderwijs, te halen. Kernpunten In de visie voor het onderwijs wordt uitgegaan van de volgende kernpunten: - de school wil een kwaliteitsrijke instelling voor openbaar voortgezet onderwijs zijn in

Ooststellingwerf en omgeving; - de school biedt daarbij ruime mogelijkheden voor leerlingen van alle niveaus: vmbo, mavo, havo

en vwo met onderwijs op maat en een uitstekende leerlingenzorg; Voor het onderwijs betekent dit: 1. Optimale kansen en mogelijkheden voor leerlingen 2. Een veelzijdig onderwijsaanbod 3. Ruimte voor verschillen tussen leerlingen: verschillen in talent, behoeften, leerstijlen,

mogelijkheden en ambities. 4. Profilering van de school als een aantrekkelijke school met kwaliteit, meer dan gemiddelde

mogelijkheden voor leerlingen en maatwerk i.p.v. confectie 5. De onderwijskwaliteit wordt in de eerste plaats bepaald door de kwaliteit van de docenten. De

school gaat daarbij niet uit van een centraal vastgestelde didactiek, maar wil nadrukkelijk ruimte geven aan initiatief van docenten

Doelen Algemene hoofddoelen van de school en het onderwijs in de school: - goede onderwijsresultaten/goed onderwijsrendement - een zinvolle bijdrage leveren aan de totale ontwikkeling van de leerling: maatschappelijk besef

(burgerschap en sociale integratie), persoonlijke ontwikkeling en voorbereiding op deelname aan het vervolgonderwijs en de maatschappij.

Afgeleide doelen: Deze doelen zijn gericht op het realiseren van de noodzakelijke voorwaarden en de gewenste schoolcultuur. Het betreft onder meer een veilig klimaat, goede voorzieningen en werkomstandigheden, goede communicatie- en afsprakencultuur, duidelijke leiding, enz. Voorwaarden: Om de bovengenoemde doelen te halen zijn de volgende basisvoorwaarden van beslissend belang: - Een veilige schoolomgeving en klimaat voor leerlingen en personeel. Het onderwijs kan alleen goed gedijen als leerlingen en personeel in een veilige omgeving werken waar ze zich prettig bij voelen. - Een goede determinatie van leerlingen in de onderbouw, waarbij leerlingen niet op een te laag

of een te hoog niveau komen.

Page 8: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

4

Een te laag niveau is niet uitdagend, een te hoog niveau kan het zelfvertrouwen en het leerplezier van leerlingen ondermijnen. - Een gemotiveerd en vakkundig team. - Een goede organisatie van het onderwijs. - Een goed uitgeruste onderwijsomgeving met eigentijdse voorzieningen en faciliteiten voor

goed onderwijs en de ontwikkeling van initiatieven; - En ‘last but not least’, een veilige en stimulerende thuisomgeving voor leerlingen. Uitgangspunten voor onderwijs Er is gekozen voor de vorming van afdelingen voor onderbouw, vmbo en bovenbouw mavo/havo/vwo. De kern van de afdeling wordt hieronder puntsgewijs samengevat: a. de spil in de afdeling is de les door de vakdocent in goed geoutilleerde vaklokalen; b. aanvullend op het onderwijs in de afdelingen onderbouw en bovenbouw is er een studielandschap

met een hoogwaardige ICT-ruimte, een mediatheek en een studieruimte; c. het traditionele lesrooster is vervangen door een studierooster, dat uitgaat van de lesdag als

werkdag, waarin geen plaats meer is voor zogenaamde tussenuren. Lesvrije momenten worden ingevuld als studie-uren. Het studielandschap biedt hierbij de noodzakelijke faciliteiten voor zelfstudie van leerlingen, inclusief begeleiding door medewerkers in het studielandschap;

d. aan het onderwijs in de lessen en bij zelfstudie wordt richting gegeven door de studiewijzers per vak;

e. de kwaliteit van het onderwijs wordt in de eerste plaats bepaald door de kwaliteit van competente docenten, een kwaliteitsprofiel is vastgelegd in een functiebeschrijving met competentie-eisen;

f. directie en management zijn verantwoordelijk voor goede faciliteiten (gebouw, adequate en hoogwaardige inrichting, middelen voor initiatieven, projecten, enz.), een goede organisatie en dagelijkse leiding, bewaking en evaluatie en terugkoppeling van de resultaten en het bieden van ruimte voor de initiatieven van docenten en vaksecties. De schoolleiding bewaakt de kaders, stimuleert, geeft gevraagd en ongevraagd advies, begeleidt en stuurt bij waar nodig.

2.2. Onderwijsbeleid Het onderwijsbeleid is gebaseerd op de onder 2.1. geformuleerde kerngedachten. De hoofdpunten van beleid per afdeling zijn in de bijgevoegde jaarplannen verwoord. Het onderwijsbeleid (afdeling overstijgend) wordt in speerpunten weergegeven. Daarbij is rekening gehouden met de kwaliteitsacties opgenomen in de vervolgrapportages van het Deltaplan. Verder wordt een paragraaf gewijd aan overige huidige en toekomstige beleidsontwikkelingen. De wijzigingen die in dit kader met de invoering van Passend Onderwijs samenvallen, worden apart toegelicht in deze paragraaf. In de formatie wordt zoveel als mogelijk rekening gehouden met de klassengrootte, met prioriteit voor het vmbo. In het vmbo is een groter aandeel van de leerlingen met een lwoo-indicatie (lwoo-indicatie: leerlingen die met leerachterstanden van de basisschool komen). Er zijn in samenspraak met de MR algemene streefcijfers voor een gemiddelde klassengrootte vastgesteld, rekening houdend met de verschillen van leerlingen in niveau en leerproces. Nadrukkelijk wordt aangegeven dat het hier gaat om gewenste streefcijfers, er kunnen geen rechten aan ontleend worden.

2.2.1 Bouwstenen School aan Zet

De school is ingestapt in het ondersteuningstraject ´School aan Zet´ geïnitieerd door de VO-raad om de ambities van het bestuursakkoord tussen VO-raad en OCW in de periode 2012-2015 te realiseren. Daarmee is de koers van Opbrengst Gericht Werken (OGW) uitgestippeld. Het behalen van betere onderwijsresultaten die boven de minimale eisen uitstijgen en meer leerwinst opleveren vragen een goede lesvoorbereiding, lesinhoud en didactiek, mede gestuurd door een analyse op toetsen en opbrengsten. In het kader van OGW zijn voor de komende schooljaren 3 bouwstenen geselecteerd voor een duidelijke focus: - Verhogen van de leeropbrengsten, verbeteren van het onderwijsleerproces, de determinatie en

toetsing; - Investeren in een positief klimaat: positieve gedragsverandering en omgang met elkaar; - Bouwen aan excellenties.

De financiële middelen van de Prestatiebox worden hiervoor ingezet. De prestaties die op dit gebied worden geleverd worden gevolgd via een Prestatiemonitor.

Page 9: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

5

Hieronder wordt op de verschillende bouwstenen verder ingezoomd.

2.2.2 Leeropbrengsten, onderwijsleerproces en determinatie Leeropbrengsten De inzet op het verhogen van examenresultaten en leeropbrengsten kunnen per afdeling verschillen. Voor verdere informatie wordt verwezen naar hoofdstuk 5. De focus op het primaire proces met lesbezoeken, collegiale intervisie en agenderen van aanbevelingen is mede naar aanleiding van het onderzoek van de Inspectie vergroot. Om vanuit grotere betrokkenheid en draagvlak de schoolbrede aanpak goed te kunnen ontwikkelen en om te zetten naar concrete stappen, zijn verschillende projectgroepen in school actief. Opbrengstgericht wordt gewerkt aan de volgende toetsbare doelen:

Doorstroom- en vertragingspercentages voldoen tenminste aan de normen van het landelijk gemiddelde.

Onderwijsresultaten, inclusief de examenresultaten, komen tenminste uit op het niveau van het landelijk gemiddelde. Dit betekent voldoende kwaliteit van het schoolexamen en het centraal examen, naast een evenwichtige verhouding tussen SE en CE.

Binnen de afdelingen wordt met behulp van resultaatafspraken gewerkt aan uniforme verbeteracties die gericht zijn op:

het sterk houden van het onderbouwrendement o.a. via verbeteracties rond de determinatie;

verbeteren van het rendement in de bovenbouw;

versterken van de examenresultaten: SE en CE op het juiste niveau;

algemeen verhogen van de leeropbrengsten. Om datagegevens na analyse beter om te kunnen zetten naar mogelijke oorzaken en het nemen van maatregelen wordt met ingang van het schooljaar 2014/2015 ingestapt met ´het werken in een datateam´, ondersteund door ´School aan zet´ en de Universiteit Twente. Het team is samengesteld uit docenten en een lid van de schoolleiding. Ambitie en realisatie:

Opbrengst gericht werken wordt concreet vertaald in de afdelingsjaarplannen en gemonitord door het MT.

In het schooljaar 2014/2015 gaat het datateam van start.

Onderwijsleerproces In alle afdelingen heeft lesbezoek een structureler karakter gekregen. Voorheen werd lesbezoek veelal gekoppeld aan de gesprekkencyclus, de begeleiding van (nieuwe) docenten en leraren in opleiding (LIO´s). Sinds het vorige schooljaar worden observaties van het onderwijsleerproces structureler uitgevoerd door de afdelingsleiding. Er is een observatieformulier ontwikkeld, waarbij gebruik wordt gemaakt van dezelfde indicatoren als door de Inspectie VO worden gehanteerd:

De leerlingen maken efficiënt gebruik van de onderwijstijd.

De onderwijsactiviteit heeft een doelgerichte opbouw.

De leraar geeft begrijpelijk uitleg.

De leerlingen zijn actief betrokken.

De leerlingen krijgen effectieve feedback op hun leerproces. . Na afloop vindt feedback plaats. Geconstateerde algemene verbeterpunten maken deel uit van de jaarplannen en het afdelingsoverleg. Collegiale intervisie wordt gestimuleerd. Daarnaast kan gebruik worden gemaakt van beeld-coaching als methode waarbij door middel van video-opnames gewerkt wordt aan verdere professionalisering. Enkele wiskunde docenten hebben zich gemotiveerd aangemeld voor verdere professionalisering via de methode van ´lesson study´ voor verdieping in hun didactisch handelen in samenwerking met RUG en NHL. De deelname aan een Professionele Leer Gemeenschappen (PLG) biedt de mogelijkheid een activerende didactiek te ontwikkelen waarbij kennis gecombineerd wordt via interactieve instructie.

Page 10: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

6

Ambitie en realisatie:

Lesobservaties worden als middel ingezet voor verbetering van het onderwijsleerproces (continue-proces)

Algemene verbeterpunten (lesdoel, uitleg, leerstrategieën, motiveren, differentiëren) worden vertaald in een workshopaanbod ´leren van en met elkaar´, uitvoering september 2014 en maart 2015.

Voor het schooljaar 2014/2015 staat het geven van feedback centraal. Bij de start van het schooljaar wordt aan het gehele schoolteam een training aangeboden.

De voortgang van ´lesson study´wordt gemonitord.

Determinatie, toets- en plaatsingsbeleid Doel van een goede determinatie is dat leerlingen vanuit de brugklas terecht komen op het niveau dat bij hen past en voldoende perspectief biedt voor hun schoolloopbaan, op een diploma en vervolgopleiding. Dat vraagt om toetsen op het juiste niveau, goede afstemming over het niveau van de lessen en welke leerstof behandeld moet worden. Determinatie in de onderbouw heeft direct effect op het rendement in de bovenbouw. Interventies voor verbetering van determinatie en toetsontwikkeling hebben daarom een afdeling-overstijgend karakter. APS heeft gedurende het schooljaar 2013/2014 trainingsbijeenkomsten verzorgd. Met behulp van OBIT als instrument is gekeken naar het leerproces en het verhogen van de voorspellende waarde van toetsen. Aan de toetsplannen per sectie worden concrete eisen gesteld voor een doorlopende leerlijn van brugklas tot examenklas met een juiste OBIT-verhouding, vragen beantwoorden en invulling geven aan het stappenplan leesvaardigheid. Interne toetsexperts zijn opgeleid voor de borging van de pijlers OB- en IT vragen, leesvaardigheid en formuleren van toetsvragen. Ambitie en realisatie:

Door de vaksecties zijn de toetsplannen opnieuw herzien en uitgewerkt (schooljaar 2013/2014).

De projectgroep determinatie heeft samen met de schoolleiding en in samenwerking met APS (Algemeen Pedagogisch Studiecentrum) toegewerkt naar: verbetering van toetsen afgestemd op doorlopende leerlijnen en niveau en de scholing van toets-experts. De toetsontwikkelingen worden in het schooljaar 2014/2015 gemonitord.

N.a.v. de Cito VAS toetsen worden beleidsafspraken gemaakt met de kernvakken: Nederlands, Engels en wiskunde gericht op differentiëren en een doorlopende leerlijn, in samenspraak met basisonderwijs voor het vak Engels.

Een analyse van de doorstroomgegevens zal de agenda bepalen over het wel of niet handhaven van de mengklassen in de brugklas voor de toekomst (besluitvorming schooljaar 2014/2015)

Uiteraard is sterk van invloed dat het onderwijs in de boven- en onderbouw goed op elkaar aansluit (doorlopende leerlijn). Dat is een verantwoordelijkheid van iedere vaksectie. Vrijblijvend overleg behoort dan ook tot het verleden. Van de vaksecties wordt verwacht dat er tenminste 3 keer per jaar inhoudelijk overleg plaatsvindt. De onderwijskundige structuur in de afdelingen van doorlopende leerlijnen vanaf de brugklas tot en met het examenjaar is van positieve invloed. Plaatsing Een ander aspect dat invloed heeft op de determinatie is de juiste plaatsing in de brugklas van leerlingen uit groep 8. Met de Plaatsingswijzer wordt meer grip verkregen op plaatsing op het juiste niveau via inzage in de ontwikkelingslijn vanaf groep 6 t/m medio groep 8. De cito-eindtoets is niet meer leidend, maar wordt aanvullend, als een second opinion gezien. M.i.v. het schooljaar 2014/2015 zal de centrale eindtoets in mei worden afgenomen. Ambitie en realisatie:

Het invoeringstraject van de Plaatsingswijzer dat regionaal samen met het basisonderwijs is uitgevoerd, is afgerond. Vanaf het schooljaar 2013/2014 wordt de plaatsingswijzer gehanteerd.

Het toelatings- en plaatsingsbeleid is mede onder invloed van de invoering van Passend Onderwijs aangepast (2014/2015).

2.2.3 Investeren in een positief schoolklimaat Met de invoering van PBS (Positive Behavior Support) wil de school bereiken dat er een algemene grondhouding aanwezig is voor een respectvolle omgang met elkaar. De positieve benadering die de basis vormt van PBS, wordt gezien als middel en stimulans om meer met elkaar te bereiken en het klimaat in de school te verbeteren.

Page 11: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

7

Om talenten te ontwikkelen en leerlingen de mogelijkheid te bieden tot het behalen van optimale leerresultaten is de binding tussen school, thuis en de leefomgeving van leerlingen van essentieel belang. Stimuleren van positief gedrag levert daarbij een belangrijke meerwaarde op. Het aanspreken van elkaar op gedrag, leren van fouten, gericht zijn op samen ontwikkelen en denken in oplossingen zijn belangrijke kernwaarden. De voorwaarden voor een veilig, sfeervol en open schoolklimaat hebben een positieve uitwerking op de schoolcultuur. Vanuit deze visie wordt geïnvesteerd in een positief klimaat. Een eerste aanzet werd gegeven tijdens de startdag van het schooljaar 2013/2014 met een lezing van Micha de Winter over gedrag, gezag & opvoeding en een reflectie op eigen (voorbeeld) gedrag door acteurs van theaterbureau Van Derden. Tijdens de introductie met leerlingen werd ingestoken op be ready: klaar voor de les in een schone school. De effecten, direct zichtbaar en meetbaar, zijn nog steeds motiverend. Wel blijft het zaak daar blijvend de aandacht op te vestigen. Ook is de slag naar een rookvrije school gemaakt, per 1 januari 2014 is het schoolterrein rookvrij. Het versterken van ouderbetrokkenheid wordt samen met de ouderraad vormgegeven. Actief wordt het terugdringen van zwerfvuil onder de aandacht gebracht. Tijdens de startdag van het huidige schooljaar is hier een vervolg aan gegeven met aandacht voor de relatie met leerlingen en het geven van feedback. Ambitie en realisatie:

Er is een projectgroep gevormd om uitvoering te geven aan PBS en Be ready met als inzet verschillende acties voor het optimaliseren van het schoolklimaat.

Tijdens het schooljaar is een enquête en nulmeting afgenomen onder het personeel.

Vanwege de geïntegreerde aanpak wordt PBS gemonitord door het MT.

2.2.4 Bouwen aan excellenties De school wil nadrukkelijk de voorwaarde van goede resultaten verbinden met kansen en mogelijkheden voor leerlingen. Dat wordt onder meer concreet ingevuld met een ruim vakkenaanbod met vakken als filosofie, Spaans, LO2 en de mogelijkheid van extra examen- en vrije deelvakken in de bovenbouw van mavo, havo en vwo. Deelname aan het examen Grafimedia is mogelijk gemaakt met de komst van kaderopleiding Commercieel Design. Het programma van de sector techniek is aangepast aan de nieuwe ontwikkelingen in het vmbo met twee profielen: Bouw, wonen en interieur (BWI) en Productie, installatie en energie (PIE). De keuze om in deze pilot te stappen heeft de school bewust vroegtijdig gemaakt omdat beide nieuwe programma´s beter aansluiten op de actuele beroepswerkelijkheid en de vervolgopleidingen in het MBO. Daarnaast biedt de school workshops aan onder de noemer Leren = eindeloos. Leren = eindeloos biedt leerlingen de mogelijkheid om aan grensverleggende activiteiten deel te nemen buiten de reguliere lessen om. Vwo+ De school heeft in 2007 VWO+ ingevoerd als een extra zesjarige stroom naast het atheneum. Daarvoor is gekozen om bovengemiddeld getalenteerde vwo-leerlingen binnen de eigen school op te kunnen vangen, uitdagend onderwijs te kunnen bieden op een hoger niveau via een andere wijze van leren en om onderpresteren te voorkomen. Na de inrichting van het vwo plusonderwijs in de onderbouw met o.a. Latijn, versterkt Engels, filosofie en science, is geïnvesteerd in een keuzeprogramma voor de bovenbouw. Het programma biedt extra mogelijkheden, taalkundig met de examens Cambridge, Delf scolaire en Goethe, natuurwetenschappelijk via bèta-excellent en economisch via het praktijkdiploma boekhouden. Het aanbod is niet exclusief voor vwo+ leerlingen, ook (reguliere) vwo-leerlingen kunnen, mits gemotiveerd, hier aan deelnemen. De resultaten zijn uitstekend en deelname op facultatieve basis is groeiende. Voor het huidige schooljaar wordt ingezet op het op plusniveau houden van de lessen, differentiëren in het lesprogramma en diverse projecten en masterclasses op school.

Page 12: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

8

Ambitie en realisatie:

Vanwege o.a. het versterkt natuurwetenschappelijk onderwijs in vwo+ is de school m.i.v. 2012 ingestapt in Bèta-excellent van het Platform Bèta Techniek.

De school participeert in het netwerk Noord voor vwo+-scholen; vanuit School aan Zet wordt meegewerkt aan verbreden van excellenties voor vwo+ i.s.m. de RUG, voor havo i.s.m. de Hanzehogeschool.

Het plusprogramma voor de bovenbouw is in het schooljaar 2012/2013 gerealiseerd, wordt jaarlijks gemonitord, geëvalueerd en zo mogelijk aangepast.

Het plusprogramma voor de onderbouw wordt verder uitgebreid met projecten.

Technasium Het technasium is een leerroute met een fundamenteel andere onderwijskundige aanpak en didactiek binnen het vak O&O: onderzoeken en ontwerpen. De doelstelling is om het onderwijs gerelateerd aan de natuurwetenschappelijke vakken niet alleen uitdagender te maken, maar ook op een hoger kwalitatief niveau te brengen voor leerlingen van havo en vwo. Het didactische concept en de inhoudelijke aanpak van de O&O- projecten biedt mogelijkheden voor de samenwerking met andere vakken. Sinds 2010 mag de school het predicaat Technasium voeren. In het eerste leerjaar kunnen leerlingen zich oriënteren op hun keuze voor Technasium vanaf het tweede leerjaar. Er is een programma opgesteld voor de verdere ontwikkeling en invoering van het vak O&O: scholing van docenten, intensiveren van de contacten met bedrijfsleven, instellingen en het hoger onderwijs, schrijven van projectopdrachten, invoering van portfolio, inrichting van een Technasium-werkplaats. De Technasiumroute is inmiddels doorgegroeid in het 5

e leerjaar van havo en

vwo. Met de opleidingsinstituten voor HO en WO zijn overeenkomsten gesloten voor de uitvoering van de meesterproeven. De belangstelling voor Technasium in de onderbouw is toegenomen, nadat de keuzevoorlichting over het vak O&O sterk is verbeterd. De belangstelling voor het vak O&O is nog beperkt en verlangt extra aandacht via voorlichting en promotie. Ambitie en realisatie:

De kwaliteit van het aanbod wordt gemonitord en getoetst door de Stichting Technasium. Voorwaarden voor certificering zijn m.n. gekwalificeerde O&O-docenten en de inrichting van de Technasium-werkplaats.

In het schooljaar 2014/2015 wordt de kwaliteitsaudit (maart 2015) voorbereid.

De school werkt nauw samen in een netwerk van technasiumscholen en het HO en WO voor verdere ontwikkeling.

Voor het schooljaar 2014/2015 worden trainingen voor de O&O-docenten verzorgd om te werken met Eduscrum, een instrument dat leerlingen kunnen hanteren bij de planning van projecten.

Page 13: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

9

2.3 Overige onderwijsontwikkelingen 2.3.1 Taal- en rekenonderwijs De verzwaring van de exameneisen verlangt meer aandacht voor taal en rekenen. In 2010 is namelijk de wet referentieniveaus taal (Nederlands, Engels) en rekenen aangenomen, met als kern een referentiekader (beheersingsniveau) voor taal en rekenen. Hierin staat aangegeven wat leerlingen op de verschillende momenten in hun schoolloopbaan op het gebied van taal en rekenen moeten kennen en kunnen. Het toewerken naar het beheersingsniveau voor Nederlands en Engels vindt voornamelijk plaats binnen de lessen. Het doel is m.n. gericht om het begrijpend lezen op een hoger niveau te brengen omdat leerlingen daar voor alle vakken baat bij hebben. Voor rekenen is een apart programma opgesteld, met oefenstof voor rekenvaardigheid dat in het eerste leerjaar structureel wordt geoefend. In het tweede leerjaar zijn aparte rekenuren in het rooster opgenomen en in het derde leerjaar wordt de instaptoets afgenomen. Afhankelijk van de resultaten worden aanvullend bijles-uren per niveau aangeboden om leerlingen goed voor te bereiden voor leerlingen die (nog) niet op het juiste niveau zitten. In het vierde leerjaar worden de rekentesten afgenomen. Leerlingen die de toetsen in het (voor) examenjaar niet halen, blijven digitaal oefenen en maken gebruik van het aanbod van bijlessen. De school biedt herkansingsmogelijkheden aan. Cito VAS De school maakt voor de toetsing op het gebied van de Nederlandse taal, Engels, wiskunde en rekenen gebruik van Cito-VAS toetsen in het eerste t/m derde leerjaar. De VAS-toetsen kunnen het best vergeleken worden met de entreetoetsen die op de basisschool worden afgenomen voor het meten van de leervorderingen, het vaststellen van het niveau en het vergelijking van de resultaten met andere scholen (benchmarking). Het doel voor het gebruik van Cito VAS is drieledig: inzicht verkrijgen: in het niveau van de leerling, hoe de leerling zich ontwikkelt en het verbeteren van de onderwijskwaliteit. Ambitie en realisatie:

De invoering van verschillende reken- en ondersteuningsuren is gerealiseerd en opgenomen in het onderwijsprogramma. Het digitale rekenoefenprogramma Got-it is aangeschaft.

De school wordt bij de implementatie ondersteund door het steunpunt taal en rekenen.

Scholing voor rekendocenten wordt in het schooljaar 2014/2015 uitgevoerd.

Na de eerste ervaring met Cito VAS is de afname van toetsen geëvalueerd en bijgesteld.

2.3.2 Passend Onderwijs Bij passend onderwijs gaat het om maatwerk, het bieden van onderwijs dat aansluit bij het talent en de mogelijkheden van alle leerlingen. De school houdt rekening met de ondersteuningsbehoefte van de leerling en met de voorkeur van ouders, maar ook met de mogelijkheden die binnen de school aanwezig zijn om de leerling onderwijs op maat te bieden. De belangrijkste kernelementen van passend onderwijs zijn: de zorgplicht, het handelingsgericht werken, de plaats van de school in het versterkt regionaal samenwerkingsverband en de budgetfinanciering. Scholen zijn vanaf 1 augustus 2014 wettelijk verplicht een passende onderwijsplek te bieden aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Het Stellingwerf College maakt deel uit van het regionale SWV VO 21.02 Zuid-Oost Friesland. De ambitie van het SWV vertaalt zicht o.a. in meer leerlingen in het regulier en minder in het speciaal onderwijs, versterken van de onderwijskwaliteit met ondersteuning van ´curatief naar preventief´ en verkrijgen van meer expertise binnen de reguliere scholen. Het SWV ondersteunt de scholen in het realiseren van passend onderwijs en is verantwoordelijk voor een dekkend aanbod in de regio. De individuele scholen hebben een zorgplicht, bieden basis- en extra ondersteuning dat in een schoolondersteuningsprofiel is vastgelegd.

Ambitie en realisatie:

Het schoolondersteuningsprofiel (SOP) is gerealiseerd (schooljaar 2013/2014) en bepaalt de agenda voor aanpassing zorgstructuur, het ontwikkelen van handelingsgericht werken en leren werken met een persoonlijk ontwikkelingsperspectief.

Voor de implementatie van PO is een zorg coördinator actief (schooljaar 2014/2015).

Het toelatingsbeleid van de school is aangepast aan de nieuwe situatie per 1 augustus 2014.

Page 14: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

10

2.3.3 Maatschappelijke stages De maatschappelijke stage is geen wettelijke verplichting meer. Toch wordt het belangrijk gevonden dat leerlingen al vroeg ervaring opdoen met vrijwilligerswerk. Het Stellingwerf College ziet de maatschappelijke stage als een unieke kans voor het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie. Leerlingen kunnen direct vanaf de brugklas vrijwilligerswerk doen bij een maatschappelijke organisatie. Het enthousiasme waarmee leerlingen invulling geven aan hun maatschappelijke stage leidt veelal tot een afronding in de onderbouw. Via de maatschappelijk stages voldoet de school aan de wettelijke verplichting van burgerschapzin.

2.2.4 Aandacht voor verschillen Vanuit de onderwijsvisie wordt rekening gehouden met verschillen in talent en leerbehoefte. Bepalend daarbij is de wijze waarop het onderwijs wordt aangeboden aan leerlingen. Door voldoende rekening te houden met de verschillen tussen meisjes en jongens, in wat de belangstelling (en dus ook de motivatie) prikkelt, kan het onderpresteren verminderd worden. Er zal binnen het onderwijsleerproces aandacht moeten zijn voor evidente verschillen in leerbehoefte en motivatieprikkels tussen jongens en meisjes. Omgevingsfactoren zijn bepalend, bijvoorbeeld in opvoeding, jeugdcultuur en ook (de vorm en de didactiek van het) onderwijs. Alleen op dit laatste kan de school een zekere invloed uitoefenen. In de leerroute vwo+ is één van de subdoelen om hier in didactisch opzicht aandacht aan te schenken, bijvoorbeeld door voor jongens meer competitie en resultaatgerichtheid in te bouwen. Binnen de natuurwetenschappelijke vakken worden projecten (voorbeeld: CSI - crime scene investigation, CanSat) aangeboden, waarbij jongens sterker gemotiveerd raken. Naast bovengenoemde projecten, laat het vak Onderzoeken en Ontwerpen van het Technasium ook een positieve invloed zien.

2.4 Onderwijshuisvesting De school maakt al enige jaren een sterk positieve ontwikkeling door. Kansen en mogelijkheden voor leerlingen zijn verruimd, de belangstelling voor de school heeft zich alleen maar vergroot. Sinds de ingebruikname van de Kampus in 2006 is de leerlingenpopulatie met ongeveer 350 leerlingen gegroeid naar 1483 leerlingen in het schooljaar 2014/2015. Uiteraard heeft deze groei consequenties voor de onderwijsomgeving. De school zag zich in de afgelopen jaren dan ook genoodzaakt permanente en semipermanente uitbreiding te realiseren, voor eigen rekening. Het grootste knelpunt is de krapte voor het sportonderwijs. In de afgelopen jaren is het niet meer mogelijk gebleken om alle LO-lessen binnen de beschikbare ruimten en het rooster te plaatsen. Voor een deel van de lessen wordt uitgeweken naar het zwembad, de gemeentelijke sporthal en de lokaalvoorzieningen van Kunst & COO in de Kampus. De school is genoodzaakt om in te grijpen in de lessentabel, wat als een ernstige tekortkoming voor het onderwijs wordt gezien.

2.5 Krimp Recent onderzoek naar de leerlingenontwikkeling, in opdracht van de school uitgevoerd door Buro Planningsverband Groningen (september 2013) en in opdracht van de provincie door Partoer (juli 2013), laat zien dat voor het VO in Ooststellingwerf op de korte termijn eerst nog t/m schooljaar 2016/2017 een lichte groei wordt verwacht, met een daling in de jaren daarna. Op de langere termijn verschilt de prognose in beide rapporten aanzienlijk. Wordt door PVG uitgegaan van een afname van 39% in de basisgeneratie rond 2030, Partoer gaat van een veel mildere krimp uit van 19%. Zeker is dat de school eerst rekening zal moeten houden met groei tot 2017 met daarna een structurele afname van de leerlingenaantallen. Om een goede marktpositie te behouden zal de school zich nadrukkelijk moeten blijven profileren. Voor risicospreiding en toekomstbestendigheid wordt samengewerkt met andere scholen regionaal en provinciaal. De krimp die zich vanaf 2017 structureel zal voordoen, verlangt voorbereidend, strategisch beleid waar met ingang van het huidige schooljaar een begin wordt gemaakt.

Page 15: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

11

3. Hoofdlijnen van personeelsbeleid Ruim 12 jaar functioneert de werkgroep personeelsbeleid in het kader van integraal personeelsbeleid (IPB). De werkgroep is o.a. betrokken bij het ontwikkelen van het taakbeleid, de invoering van nieuwe docentenfuncties(LB, LC en LD) op basis van functiewaardering (FUWA VO) en de invoering van functiewaardering voor het OOP. De werkgroep is verder een platform voor personeel om de meest uiteenlopende personele aangelegenheden aan de orde te stellen. Functiemix Gezien de recente ontwikkelingen (rekentool en de nieuwe cao VO) wordt hieronder verder ingezoomd op de gevolgen voor de functiemix. In de periode van 2008 tot 2014 moet het ‘actieplan leerkracht’ vorm krijgen in concreet personeelsbeleid: functiebeleid en scholingsbeleid voor docenten. Het functieboek is herschreven, functies zijn opnieuw gewaardeerd en het scholingsbeleid is vastgesteld. Voor promotie naar LC en LD worden docentkwaliteiten, competenties en de eerste graad bevoegdheid als criteria genoemd. In overleg met de PMR is het meerjarige stappenplan voor de verbetering van het loopbaanperspectief voor docenten gerealiseerd en opgenomen in de notitie functiemix, aangevuld met een leidraad voor de gesprekkencyclus en de beoordeling. Het onderstaande schema geeft de nulmeting, de stand in 2012 en de centraal bepaalde ‘targets’ voor 2014 aan voor het loopbaanperspectief voor docenten: Functie: 2008* stand 2012 targets 2014 LB 61,7% 57,4% 44,9% LC 22,2% 26,6% 33,7% LD 16,1% 16,1% 21,4% *nulmeting SWC

Rekentool Het ministerie van OCW, de VO-raad en de bonden hebben in maart 2014 gezamenlijk een rekentool ontwikkeld. De tool geeft inzicht welk functiemixpercentage realiseerbaar is, gegeven de huidige personele samenstelling en het toegekende budget. Na toepassing laat de rekentool een oplopend verschil zien van € 130.000. Met het aantonen van het tekort maakt de school aanspraak op maatwerkafspraken met de bonden tot welk percentage de functiemixdoelstelling haalbaar is. . De entreematrix laat per 1 augustus 2014 het volgende beeld zien:

fte LB LC LD

Totaal aantal fte’s 92,58 45,40 25,92 21,26

Totaal percentage 100% 49,04 28,00 22,96

Percentage rekentool 100% 54,30 28,20 17,50

Stand 2014* 100% 44,90 33,70 21,40

De oude targets komen hiermee te vervallen, aangezien de school voldoet aan de percentages volgens de rekentool. Om een gezonde financiële situatie voor de school te behouden, vinden er op korte termijn geen nieuwe LC- en LD-benoemingen plaats, met uitzondering van de benoeming die in het tijdpad entreerecht zijn opgenomen en als er ruimte ontstaat door natuurlijk verloop. Ontwikkelingen personeelsbeleid De belangrijkste opdracht is het sturen en begeleiden van personeel in de bijdrage aan het leerproces van de leerlingen. Hierbij is het sturen op resultaat (het faciliteren, het achteraf reageren) ondergeschikt aan het sturen op gedrag om hetzelfde of verbeterde resultaten te bereiken. Door tijdig problemen te signaleren en hierop te anticiperen, door te sturen op het gedrag van docenten en andere medewerkers betrokken bij de begeleiding van leerlingen wordt de begeleiding van het leerproces van leerlingen geoptimaliseerd. In de Wet BIO (wet beroepen in het onderwijs) staat algemeen beschreven aan welke bekwaamheidseisen een leraar moet voldoen. Op basis van deze bekwaamheidseisen wordt in de school gewerkt met het digitaal bekwaamheidsdossier en een professionele gesprekkencyclus met een start-, voortgangs- en beoordelingsgesprek. De gesprekkencyclus is leidend voor het personeelsbeleid van de school.

Page 16: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

12

Na maandenlange onderhandelingen is er uiteindelijk een nieuwe cao VO per 1 augustus 2014. Voorafgaand is op basis van het onderhandelingsakkoord aan de werknemers de keuze voorgelegd voor de invulling van hun persoonlijke budget. Tijdens het huidige en komende schooljaar zullen verschillende gevolgen van de cao in samenspraak met de werkgroep PB en de PMR omgezet worden in schoolbeleid (inzet van middelen uit het Nationaal Onderwijs Akkoord, transitie onderwijstijd en taakbeleid). Het taakbeleid voor de verdeling van taken en werkzaamheden wordt overigens jaarlijks geëvalueerd en bijgesteld. Ook voor OOP is een document taaktoedeling opgesteld. Het scholingsbeleid is vastgelegd in een scholingsplan met speerpunten voor scholing op het gebied van: feedback geven, coaching-gesprekken, het vergroten van (handeling) bekwaamheden en kennisverbreding van docenten, motiveren van leerlingen, gesprekstechnieken voor mentoren, etc. In het sectorakkoord VO 2014-2017 zijn opnieuw afspraken gemaakt om het aantal onbevoegde docenten voor de klas terug te dringen. De werkgever heeft de plicht met elke onbevoegde docent een studieplan op te stellen, waarin facilitering in tijd en geld is vastgelegd. Dit moet leiden tot een onderwijsbevoegdheid binnen twee jaar, met de mogelijkheid van verlenging van de studieperiode van tweemaal twee jaar. Voor het Stellingwerf College betreft het de volgende cijfers: aantal bevoegde docenten: 87= 73% aantal benoembare docenten: 16 = 13% aantal onbevoegde docenten: 17 = 14% Het huidige percentage onbevoegd gegeven lessen van docenten (exclusief LIO´s) is 13,7%. Landelijk ligt het percentage op 16,5%. Sinds het schooljaar 2013/2014 werkt de school toe naar een maximale uitvoering van bovengenoemde afspraken in 2016. Met de (P) MR is de afspraak gemaakt dit jaarlijks te monitoren.

Ambitie en realisatie:

De personeelsbeleidsagenda 2011-2014 wordt gevolgd en uitgevoerd. De werkkostenregeling en de taaktoedeling OOP is in 2013/2014 gerealiseerd.

Er zijn met de bonden maatwerkafspraken over de doelpercentages van de functiemix gemaakt (schooljaar 2014/2015).

Goede externe en interne communicatie is essentieel, zal worden vastgelegd in een PR- en Communicatieplan (2014/2015).

Ontwikkelen van aanvullend beleid n.a.v. de nieuwe cao VO.

In 2016 is het aantal onbevoegde lessen verder teruggebracht tot een acceptabel minimum.

Opleiden in de school Er is een opleidingsplatform gevormd met deelnemers van alle betrokken scholen en vertegenwoordigers van de lerarenopleiding van de NHL en het UOCG met als doel om LIO-ers (Leraren In Opleiding) en andere stagiaires onderwijservaring in de school aan te bieden vanuit professionele coaching. De school investeert in een opleider in school voor coaching en begeleiding van nieuwe docenten, LIO-ers en stagiaires. Vakdocenten hebben een coaching-training gevolgd.

Lerende organisatie Met behulp van het ontwikkelmodel Lerende Schoolorganisatie van School aan Zet is een beeld verkregen hoe we er voor staan als lerende organisatie. Allereerst is door het MT een zelfevaluatie gemaakt en een streefdoel afgesproken, daarna zijn enquêtevragen aangeboden aan het OP. De resultaten hebben geleid tot een ontwikkelmodel en concrete acties, die een onderdeel vormen van het onderwijs- en/of personeelsbeleid.

Page 17: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

13

4. Kwaliteitszorg

4.1. Systematische rapportage van onderwijsresultaten Kwaliteitszorg is bedoeld om de kwaliteit van het leren van leerlingen te verbeteren. Kwaliteitszorg wordt door het Stellingwerf College gezien als het geheel van activiteiten dat ondernomen wordt om de kwaliteit van de school te onderzoeken, te verbeteren, te borgen en openbaar te maken. In het laatste geval wordt Vensters voor Verantwoording als instrument benut. Bij alle aandachtsgebieden: permanent verbeteren, borgen en verantwoorden draait het om 5 essentiële vragen: Doen we de goede dingen? Doen we de dingen goed? Hoe weten we dat? Vinden anderen dat ook? Wat doen we met deze kennis? Kortom, bij kwaliteitszorg gaat het in school om de goede dingen steeds beter te doen. Bij het bewaken van de kwaliteit wordt er gewerkt volgens de PDCA-cyclus (Plan, Do, Check en Act). Volgens de PDCA-cyclus wordt de volgende werkwijze gehanteerd: 1. Er wordt allereerst een keuze gemaakt over de vorm van zelfevaluatie. Een meting moet in

ieder geval doelmatig, gebruiksvriendelijk en betrouwbaar zijn. De meest eenvoudige wijze is het afnemen van een vragenlijst, naast het gebruik van andere (betrouwbare) gegevens die via de inspectie VO, Vensters, etc. worden aangereikt.

2. De resultaten worden geanalyseerd. 3. De uitkomsten worden gepresenteerd in de vorm van een ontwikkelagenda, waarin

actiepunten worden benoemd (te veranderen en/of te verbeteren en te borgen indicatoren) en afspraken hierover in een tijdpad worden uitgezet.

4. Het gaat er om commitment te ontwikkelen over de verander- en verbeterpunten. 5. Vervolgens vindt evaluatie van de actiepunten en bewaken van de voortgang plaats. 6. Na afloop wordt weer een meting gehouden om te bepalen of de gestelde normen en

resultaten zijn bereikt. Permanent aandachtspunt voor verbetering is een systematische rapportage en evaluatie van de onderwijsresultaten. De volgende zaken zijn relevant voor de kwaliteitsmeting: a. Meting Het instrument leerlingenenquête wordt structureler ingezet als feedbackinstrument voor docenten bij het lesgeven. Tweejaarlijks wordt een zgn. Haltthermometer afgenomen onder de leerlingen om het veiligheidsgevoel en welbevinden van de leerlingen te meten. b. Kwaliteitskaart en opbrengstenkaart De kwaliteitskaarten en de opbrengstenkaarten van de Inspectie VO geven een beeld van het onderwijsrendement en de onderwijsresultaten. Analyse en conclusies leiden jaarlijks tot punten van aandacht en verbetering. c. Kwaliteitsscholen Kwaliteitsscholen werd in het schooljaar 2013/2014 geïntroduceerd. Het is een integraal systeem van strategievorming, kwaliteitszorg, tevredenheidsonderzoeken en interne en externe communicatie. Kwaliteitsscholen biedt de mogelijkheid tot cyclisch kwaliteitsonderzoek, waarbij via een benchmark de resultaten gerelateerd worden aan de gegevens van andere deelnemende scholen. De helft van alle VO-scholen gebruikt Kwaliteitsscholen, dit betreft zo’n 600 verschillende locaties. Veel gebruikte onderzoeken zijn de Quickscan medewerkers onderzoek, schoolindex leerlingentevredenheid; oudertevredenheid, exit-meting en docentenevaluaties door leerlingen. In het afgelopen schooljaar is het onderzoek Oudertevredenheid uitgevoerd, gevolgd door een Medewerkers tevredenheidsonderzoek in het schooljaar 2014/2015. Dit schooljaar wordt tevens gebruikt voor het opstellen van een ‘jaarkalender geperiodiseerde onderzoeken’.

Page 18: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

14

d. Leerlingenvolgsysteem In het programma Magister is een leerlingenvolgsysteem opgezet. In dit systeem wordt de volgende informatie opgeslagen: - alle relevante leerlingengegevens (adviezen, handelingsplannen, bijzonderheden, enz.); - alle onderwijsresultaten. Met behulp van het Magister Management Platform (MMP) kunnen regelmatige rapportages over de onderwijsresultaten uitgedraaid worden. Relevant daarbij zijn: - de gemiddelde resultaten t.o.v. de vakcollega’s in hetzelfde leerjaar en onderwijsniveau; - de gemiddelde resultaten in het examenjaar t.o.v. het landelijk gemiddelde; - de resultaten in niet-examenklassen t.o.v. van de resultaten in het examenjaar (wat is de

voorspellende waarde van de cijfers?); - de verhouding tussen het schoolexamencijfer en het centraal examencijfer; - de ontwikkeling van de leerlingenstromen in de loop van de jaren. Sinds het schooljaar 2011/2012 wordt Magister Web Portal (MWP) aan ouders/verzorgers en leerlingen aangeboden. Dit is de internetversie van het programma Magister. Magister Web Portal is een aanvulling op de manier waarop het Stellingwerf College de cijfers met de ouders/verzorgers communiceert. Naast de vaststaande rapportagemomenten, biedt MWP gedurende het hele schooljaar inzage in de cijfers en de aanwezigheidsregistratie. De docenten zijn verantwoordelijk voor het tijdig invoeren van de cijfers; de leerling blijft altijd zelf verantwoordelijk voor het bijhouden van zijn of haar eigen cijfergegevens en de mentor blijft het aanspreekpunt voor de schoolvorderingen van de leerling. e. Vensters voor Verantwoording Het Stellingwerf College is in het schooljaar 2010/2011 ingestapt in Vensters voor Verantwoording en wil daarmee transparant omgaan met en inzage bieden in de opbrengsten en de onderwijsresultaten aan de verschillende belangengroepen van de school (leerlingen, ouders, overige relaties). De managementrapportage over de opbrengsten levert jaarlijks voldoende input voor beleidsontwikkeling en verbetering. Tweejaarlijks wordt uitvoering gegeven aan tevredenheidsonderzoeken onder ouders en leerlingen, waaronder de uitgebreide LAKS-monitor over het onderwijs, de veiligheid en de sfeer op school, tekortpunten, etc. Inmiddels zijn in 2012 en 2014 tevredenheidsonderzoeken uitgevoerd. Overige instrumenten voor kwaliteitsverbetering: Cito VAS De school maakt voor de toetsing op het gebied van de Nederlandse taal, Engels, wiskunde en rekenen gebruik van Cito-VAS toetsen. Het doel van de Cito-VAS toetsen is het verkrijgen van inzicht in het niveau van de leerlingen, hoe zij zich ontwikkelen en het verder verbeteren van de onderwijskwaliteit. Na de nulmeting in het brugklas jaar worden de ontwikkelingen van de leerlingen t/m leerjaar 3 gevolgd. Visitatie Om tot kwaliteitsverbetering te komen kan gekozen worden voor een visitatietraject. Doel is het ontwikkelen van zelfreflectie op het eigen presteren en de behaalde resultaten, zicht krijgen op concrete verbeterpunten, waarop verbeteracties in gang gezet kunnen worden, en het onderling leren van elkaar. Vooraf wordt een zelfevaluatie uitgevoerd. Afhankelijk van de zelfevaluatie wordt het thema van de visitatie bepaald. De visitatie wordt uitgevoerd binnen alle Pompeblêd-scholen. De uitvoerende docenten hebben hiervoor een training gevolgd. Lesbezoek Lesbezoek door een vakcollega (critical friends) of de afdelingsleider met behulp van een lesobservatieformulier kan en wordt steeds vaker benut als werkvorm voor reflectie op en verbeteren van eigen functioneren. Vanaf het schooljaar 2013/2014 is sprake van structureel lesbezoek om zicht te houden op het onderwijsleerproces, de activerende didaktiek en het klassenmanagement. Gesprekken De afdelingsleiding heeft onderling afspraken gemaakt om met (deel) secties en afzonderlijke docenten in gesprek te gaan over de leeropbrengsten en examenresultaten aan de hand van een van

Page 19: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

15

tevoren opgestelde vragenlijst. De gesprekken hebben een coachend en sturend karakter, gericht op analyseren van de opbrengsten, benoemen van knelpunten en verbeterstappen.

Beeldcoaching

Beeldcoaching is een methode waarbij door middel van video-opnames gewerkt wordt aan de

professionalisering van de (startende) docent. Naast het begeleiden van docenten is het ook mogelijk

om het middel in te zetten voor begeleiding van individuele leerlingen of groepjes leerlingen,

bijvoorbeeld bij leerlingen die extra zorg of begeleiding nodig hebben.

4.2. Overige rapportages a. Ziekteverzuim personeel Het ziekteverzuim van het personeel wordt in beeld gebracht door jaarlijkse ziekteverzuimrapportages. Op basis van de ziekteverzuimgegevens is er een jaarlijkse evaluatie met deskundigen van de arbodienst en een 2-jaarlijks SMT (sociaal medisch teamoverleg). Er is een verzuimprotocol opgesteld in overleg met de werkgroep Personeelsbeleid en de PMR. b. Onderwijstijd De effectieve onderwijstijd wordt in jaarrapportages weergegeven. Met de MR is overeenstemming bereikt over de inzet van maatwerk (mentoraat, begeleiding) en overige onderwijsactiviteiten die tot de onderwijstijd gerekend kunnen worden. Schoolbreed wordt voldaan aan (de eisen van) de onderwijstijd.

Page 20: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

16

Page 21: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

17

5 Jaarplannen

Jaarplan afdeling vmbo 2014/2015 Afgelopen jaar heeft het Stellingwerf College een uitgebreide analyse gemaakt van de opbrengsten.

De opbrengstenkaart van 2013 liet voor kader onvoldoende opbrengsten zien. Het

bovenbouwrendement was onvoldoende en het gemiddelde verschil tussen het SE- en CE- cijfer was

te groot. De onderwijsinspectie heeft besloten in januari 2014 af te wijken van de beslisregels en de

afdeling kader het basisarrangement toe te kennen op basis van de verbeterstappen.

De resultaten van het afgelopen examen waren prima. Het rendement en het verschil in SE- en CE-

cijfer blijven voor het schooljaar 2014/2015 wel punt van aandacht want de resultaten blijven

kwetsbaar. Het resultaatbewustzijn zijn punten die ook het komende jaar aandacht blijven vragen.

Afgelopen jaar is geïnvesteerd op toetsen en lesgeven op het juiste niveau en verbeteren van het

PTA.

Bevorderingsgegevens van 2014:

naar:

van: Basis 2 Basis 3 Basis 4 Kader 2 Kader 3 Kader 4 andere

school

Basis 1

34

30

88%

3

9%

1

3%

Basis 2

29

28

97%

1

3%

Basis 3

25

1

4%

24

96%

Basis 4

29

29

100%

Kader 2

51

1

2%

2

4%

46

90%

2

4%

Kader 3

44

4

9%

2

4.5%

36

82%

2

4.5%

Kader 4

27

27

100%

*de bevorderingsgegevens van Kader 1 zijn weggelaten i.v.m. de mengklas MK

Speerpunten voor 2014/2015:

Opbrengsten in de doorstroom naar bovenbouw vergroten

Verschil SE en CE verkleinen

Rendement van de lessen vergroten door leerlingen te stimuleren

Handelingsbekwaamheid Docenten

probleemstelling Leerlingen lopen vertraging op in de bovenbouw met name in de kader

afdeling. De stagnatie is te wijten aan verschillende oorzaken. Aanwijsbare

oorzaken zijn: inrichting PTA, leerlingen stimuleren c.q. bij docenten het

resultaatbewustzijn blijvend activeren en de sectorkeuzeprocedure.

doel Leerlingen stimuleren, structuur aanbrengen en motiveren.

Leerlingen uitdagen, duidelijk maken dat ze mogelijkheden hebben.

Minder doublanten in de bovenbouw.

Dialoog vergroten tussen docenten en leerlingen.

Handelingsbekwaamheid vergroten door de opvoedende en

pedagogische rol van docenten te versterken.

activiteiten Bijstellen PTA’s.

Vragenlijsten via de decaan over de sectorkeuze.

Inventariseren opbrengsten en vergroten handelingsrepertoire met als

vertrekpunt Passend Onderwijs.

middelen Gesprekken en afspraken

Koppeling maken naar het portfolio van de leerkracht

betrokkenen Docententeam, zorgcoördinator, orthopedagoog en afdelingsleider

trekker Docenten o.l.v. de afdelingsleider

planning / tijdsduur Hele jaar

Page 22: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

18

Verschil SE en CE verkleinen

probleemstelling Verschil tussen SE en CE verkleinen.

doel Verbeteren van de examenresultaten bij kader.

Verschil SE-resultaten en CE-resultaten verkleinen bij basis en kader.

activiteiten Leerlingen stimuleren, structuur aanbrengen en motiveren.

Toets-analyse maken volgens de OBIT methode.

Examenvoorbereiding strakker organiseren, niet alleen op basis van

vrijwilligheid.

Twee keer een examen oefenen.

Docentenoverleg om leer- en gedragsproblemen van leerlingen te

bespreken.

Gesprekken voeren met secties over de opbrengsten: resultaten borgen

of ontwikkelen van een actieplan met meetbare afspraken.

Examenresultaten bespreken. Naar aanleiding hiervan worden nieuwe

doelen gesteld.

Voorlichting voor ouders en leerlingen over het examen.

middelen Gesprekken met secties en individuele docenten.

Bijeenkomsten.

Cyclisch controle model.

Tussentijds gesprekken met eindexamendocenten over het cijferverloop.

betrokkenen Examendocententeam en de afdelingsleider (en de leerlingen)

trekker Decaan en examendocenten

controle Examensecretaris via regelmatige eindexamendocenten bijeenkomsten.

planning / tijdsduur Hele jaar

Rendement en kwaliteit vergroten van de lessen door leerlingen te stimuleren

probleemstelling Voor leerlingen een aantrekkelijker onderwijsprogramma aanbieden zodat de

leerlingen een actieve houding krijgen. Het vakdidactisch handelen van de

docenten vergroten.

doel Vakdidactisch handelen en effectieve feedback van docenten vergroten.

activiteiten Docenten:

Uitwisseling over ervaringen Passend Onderwijs.

Toetsen laten analyseren door de OBIT- coaches.

Een goed onderwijsprogramma ontwikkelen dat in dienst staat voor het

eindexamenprogramma.

Lesbezoeken van docenten bij andere docenten.

Docenten laten nadenken over alternatieve, actieve werkvormen

afgestemd op de verschillen tussen leerlingen.

Eindexamensecretaris:

Controle op PTA en cijfers.

Het opstellen voor een praktisch PTA in samenwerking met de

leerlingenadministratie.

Decaan:

Pro actief samenwerking zoeken met de ROC ’s

Duidelijke LOB componenten ontwikkelen.

middelen Scholing

betrokkenen Docenten, eindexamensecretaris, decaan, afdelingsleider.

SLO, Pilot beroepsgericht, PBS feedback.

trekkers Docenten, eindexamensecretaris, decaan.

controle Plan van eisen en een invoeringstraject opstellen door afdelingsleider

Planning / tijdsduur Schooljaar 2014/2015

Page 23: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

19

Jaarplan afdeling MAVO 2014/2015

In het schooljaar 2013-2014 hebben een aantal zaken extra aandacht gehad. Zo was er schoolbreed

de invoering van de Cito-VAS toetsen en de uitrol van OBIT. Deze zaken zullen ook in het schooljaar

2014/2015 op de kaart blijven staan.

In de mavo afdeling zijn de volgende zaken opgevallen:

Het aantal leerlingen dat de overgang van mavo 3 naar mavo 4 in één keer haalt, is ongeveer

85%.

Leerlingen die via MK1 de mavo stroom binnen komen vervolgen hun opleiding in de mavo

route veel vaker zonder vertraging (Bron Vensters voor Verantwoording).

Grijs = landelijk

Blauw = Stellingwerf College

Paars = percentiel score

De leesvaardigheid van leerlingen is vaak een struikelblok voor het goed beantwoorden van

vragen.

De examenresultaten waren met 96% goed, borgen.

De leerling moet meer verantwoordelijk worden voor zijn/haar schoolroute. De begeleiding dient

hierop te worden afgestemd.

De laatste lesweek was het rendement laag. Twee docenten gaan zich hierover buigen.

Page 24: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

20

Doorstroming en rendement probleemstelling Leerlingen die via MK1 de mavo stroom binnen komen vervolgen hun

opleiding in de mavo route veel vaker zonder vertraging dan leerlingen

uit de HM-stroom.

Het percentage zittenblijvers in mavo 3 was in 2014 16%. Heeft dit te

maken met het opheffen van de knip in M3?

Het slagingspercentage 96%.

doel Onderzoeken of opstromen effect heeft op de leerprestaties.

Het percentage zittenblijvers in mavo 3 in 2015 verlagen naar ongeveer

6%.

Onderzoeken of de vakken die niet worden gekozen bepalend zijn voor

het zittenblijven.

activiteiten Gesprekken met leerlingen en docenten voeren. Met als doel de

oorzaken te achterhalen over het verschil in doorstroming vanuit MK1 en

AH c.q. HM.

Het data-team inschakelen en deze vraag voorleggen voor onderzoek.

Leerlingen volgen in mavo 4 waarbij een vak ´geduimd´ is.

Gesprek met de sectie Frans over de verplichting van het vak in mavo 2.

Schoolbreed de dakpanklassen ter discussie stellen.

middelen Gesprekken.

Data verzamelen en analyseren.

betrokkenen Het docententeam, het datateam en de afdelingsleider .

trekker Docenten o.l.v. de afdelingsleider.

controle In december, maart en eind schooljaar de doorstroomgegevens berekenen

en sturen op gelijke percentages.

planning / tijdsduur Hele jaar.

Leesvaardigheid

probleemstelling Leerlingen hebben moeite met begrijpend lezen en het beantwoorden van

vragen.

doel Betere prestaties en resultaten.

De resultaten op de Cito-VAS toetsen van Toets1 moeten beter zijn dan de

resultaten van Toets 0.

activiteiten Begrijpend lezen methode uitproberen.

Begrijpend lezen niveau in kaart brengen met Cito-VAS.

Per vak extra richtlijnen ontwikkelen. Wat houden begrippen in?

middelen Methode begrijpend lezen.

Cito-VAS.

Uitwisseling tussen docenten Nederlands en andere docenten.

betrokkenen Het docententeam en de afdelingsleider (en de leerlingen)

trekker Docenten o.l.v. de afdelingsleider

controle Bijeenkomst in september evalueren. Naar aanleiding hiervan de doelen

bijstellen.

planning / tijdsduur September t/m april.

Page 25: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

21

Activerende werkvormen

probleemstelling Docenten zijn de gehele les erg druk bezig om leerlingen lesstof bij te

brengen. Dit gebeurt terwijl de leerlingen zitten te luisteren. Deze vaardigheid

is bij leerlingen dan ook goed ontwikkeld.

Er zijn andere manieren van leren en zo verschillend als de leerlingen zijn, zo

verschillend leren ze ook.

doel Leerlingen andere manieren van leren aanbieden.

De lesstof anders gaan aanbieden.

Leerlingen meer eigenaar maken van hun leren en een actieve houding

bewerkstelligen.

Het uiteindelijke doel is het leren voor docent en leerling plezieriger te

laten zijn.

activiteiten Leerlingen stimuleren, structuur aanbrengen en motiveren. Hiermee

beginnen in de onderbouw.

Examenvoorbereiding strakker organiseren, niet op basis van

vrijwilligheid (mavo 4).

Strakker optreden bij storend gedrag.

Het ontwikkelen van een betere huiswerkattitude.

In de examenklas 2 x een proefexamen laten maken.

Docenten komen bijeen om problemen van leerlingen te bespreken, met

als doel de kansen voor leerlingen te vergroten.

Gesprekken met secties over borgen van resultaten of bij het ontbreken

hiervan het ontwikkelen van een actieplan.

Ouders en leerlingen in april een extra voorlichting geven over het

examen.

Duidelijke, structurele examenvoorbereiding geven.

middelen Gesprekken met secties en individuele docenten over behaalde

resultaten.

Docenten ondersteunen om de leerlingen goede feedback te geven.

Teambijeenkomsten.

Cyclisch controle model.

Tussentijds gesprekken met secties over het cijferverloop.

betrokkenen Het docententeam en de afdelingsleider (en de leerlingen)

trekker Docenten o.l.v. de afdelingsleider

controle Planning:

In september m.b.v. Wolf-formulieren een gesprek met de secties over

de speerpunten in het komende schooljaar.

Naar aanleiding van de uitslagen van Cito-VAS gesprekken met secties

over differentiatie binnen de klas.

planning / tijdsduur Hele jaar

Page 26: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

22

Jaarplan afdeling HAVO 2014/2015 Inleiding

Dit jaar pakken we als team in de afdeling havo vier punten op:

Doorstroom

Verbeteren examenresultaten in H5

Mind sets via de mentoren

Aandacht voor de aanpak van havo leerlingen

Doorstroom

probleemstelling De doorstroomgegevens zijn minder goed. Vorig jaar zijn na de slechte

uitslag veel leerlingen niet bevorderd. Er is pas op de plaats gemaakt met

onze cultuur van het geven van het voordeel van de twijfel. Het is zaak hier

nu een balans in te vinden.

doel De goede doorstroomcijfers herstellen*

Ambitie is te groeien naar 70%, dit is 10% hoger dan het landelijk

gemiddelde.

activiteiten Tussentijds meer overleg tussen mentor en afdelingsleider met als doel

bijzondere leerlingen beter te coachen en potentiele doublanten sneller

in kaart te hebben zodat tijdig een plan opgesteld kan worden.

middelen Gesprekken voeren

Controleren via Magister

betrokkenen Het docententeam, mentoren en de afdelingsleider

trekker Mentoren o.l.v. de afdelingsleider

planning / tijdsduur Hele jaar

evaluatie Juli 2015

*Bevorderingsgegevens 2014

van/naar M2 M3 K3 H2 H3 H4 H5 A4 AS

H2 84 lln. 1

1%

8

10 %

1

1%

4

5%

70

83%

H3 86 lln. 1

1%

6

7%

77

90%

1

1%

1

1%

H4 119 lln. 21

18%

94

79%

4

3%

Actieplan H5

probleemstelling De resultaten in 2014 zijn een stuk beter dan het jaar ervoor. We hebben de

positieve lijn weer te pakken.

Voor het eerst sinds jaren in het groen. We gaan vooruit, maar we kunnen

ons zeker nog behoorlijk verbeteren.

doel

Handhaving van de examenresultaten, boven de 88%!

Het afdelingspercentiel in twee jaar rond de 50% proberen te krijgen.

activiteiten Gesprekken voeren met alle docenten a.d.h.v. Wolf-score en

verbeterpunten bespreken (afhankelijk van de gegevens).

Leerlingen stimuleren, structuur aanbrengen en motiveren.

Bijlessen (op basis van vrijwilligheid kunnen leerlingen zich tot 16.30 uur

laten begeleiden op school) met als doel eerder de vertaalslag naar

examenvoorbereiding te maken.

Verzuimregistratie strikt bijhouden

Betere huiswerkattitude proberen te bereiken (zie mind sets)

middelen Ruimte en tijd voor extra begeleiding na schooltijd.

betrokkenen Het docententeam en de afdelingsleider (en de leerlingen)

trekker Docenten o.l.v. de afdelingsleider

planning / tijdsduur Hele jaar

evaluatie Eind juni/begin juli 2013

Page 27: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

23

Mind sets

probleemstelling Leerlingen die weinig vertrouwen hebben in hun eigen kunnen, gaan daar

naar presteren

doel Leerlingen vertrouwen geven dat ze een voldoende kunnen scoren op een

bepaald vak en dat ze de kunde kunnen ontwikkelen om een vak te

beheersen. Dit werkt niet bij alle leerlingen, maar we kunnen velen verder

helpen.

activiteiten Cursus wordt gegeven op de workshop middag

Mentoren worden uitgenodigd deze te volgen

Mentoren gebruiken de mind sets tijdens het mentorgesprek

middelen Cursusmiddag

Mentorgesprekken

betrokkenen Het docententeam en de afdelingsleider (en de leerlingen)

trekker Docenten o.l.v. de afdelingsleider

planning / tijdsduur Hele jaar

Aanpak havoleerlingen

probleemstelling Leerlingen zijn zeer verschillend, komen uit alle hoeken en vragen een

concretere aanpak dan de vwo-leerlingen.

doel Leerlingen activeren en enthousiasmeren om met de leerstof aan de slag te

gaan.

activiteiten De eindtermen per leerjaar voor leerlingen duidelijk koppelen aan de

leerstof.

Leerlingen motiveren door ze te stimuleren eerder een vervolgopleiding

te kiezen.

Leerlingen het gevoel geven dat ze gezien worden.

Afspraken maken over nog kortere lijnen tussen ouders, mentor, docent

en afdelingsleider (ouderbetrokkenheid).

Het geven van goede feed back.

Opnieuw aandacht voor be ready.

Duidelijke structuur bieden.

Pilot werken bij de vakdocent. Iedere docent/vak is per week een

middag beschikbaar om leerlingen te helpen. Tot de herfstvakantie H4

van herfst tot Kerst H5.

Daarna evaluatie.

middelen Zaken onder de aandacht brengen van een ieder

betrokkenen Het docententeam, studielandschap medewerkers en de afdelingsleider (en

de leerlingen).

trekker Team o.l.v. de afdelingsleider

planning / tijdsduur Hele jaar

Page 28: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

24

Jaarplan afdeling vwo 2014/2015

Evaluatie 2013/2014 In het schooljaar 2013/2014 is de nadruk gelegd op: 1. Borgen onderwijsresultaten CE en SE-CE, meer aandacht voor een verbetering in de

doorstroomresultaten (minimaal 75%). 2. Bovenbouwrendement van minstens 75% (afgelopen drie jaren 65%). 3. Aansluiting van onderbouw naar bovenbouw verbeteren. 4. Onderbouwrendement herstellen naar 100%. 5. Via project Determinatie systematisch aandacht voor de ontwikkeling van toetsen op niveau. 6. Ontwikkeling beleidsplan vwo+ (voorstel pdca-cyclus vwo+ in de onderbouw en verdere

ontwikkeling van keuzeprogramma vwo+ in de bovenbouw). 7. Evalueren en stimuleren van grotere betrokkenheid bij het vwo+ programma. 8. Verder ontwikkelen programma vwo+ bovenbouw. Over punt 1 en 2: resultaten om trots op te zijn. Een slagingspercentage van 100%. Het gemiddeld CE is goed ten opzichte van andere scholen (percentielscore 93%). Het verschil tussen SE en CE (driejaarlijks gemiddelde) was de laatste jaren groter dan 0,5. Doordat het CE in 2013 en 2014 gemiddeld goed is gemaakt, is het verschil gedaald tot gemiddeld 0,28 in de laatste drie jaar. Het enige doel dat niet is gehaald is het bovenbouwrendement (van 65% naar 61%), waardoor het gemiddelde op 63% uitkomt. Uit onderstaande tabel over de bevorderingsgegevens vwo blijkt dat zowel in vwo 3 als in vwo 4 en vwo 5 10% van de leerlingen doubleert of gericht is bevorderd naar een hoger leerjaar in het havo. De doelen uit het jaarplan 2013/2014 zijn dus vrijwel allemaal gehaald, maar het percentage leerlingen dat onvertraagd naar het eindexamen vwo gaat, moet omhoog. In onderstaande tabel de bevorderingsgegevens van 2014:

van:

naar:

havo 3 havo 4 havo 5 vwo 2 vwo 3 vwo 4 vwo 5 vwo 6 andere school

vwo 2 (88 lln) 4* (5%)

2 (2%)

82 (93%)

vwo 3 (67 lln) 2 (3%)

5 (7%)

60 (90%)

vwo 4 (74 lln) 4 (5%)

2 (3%)

1 (1%)

66 (90%)

1** (1%)

vwo 5 (62 lln) 1 (2%)

3*** (5%)

56 (90%)

2**** (3%)

vwo 6 (49 lln) 49***** (100%)

*= waarvan 2 vrijwillig ****= beide leerlingen niet bevorderd **= uitwisselingsstudente Mexico *****= alle leerlingen geslaagd ***= waarvan 2 vanwege gezondheidsproblemen Over punt 3, 4 en 5: Uit bovenstaande tabel over de bevordering 2014 blijkt dat 93% van de leerlingen uit vwo 2 is bevorderd naar vwo 3. Feitelijk is dit ruim 95%, omdat twee leerlingen die zijn bevorderd naar vwo 3 zelf hebben gekozen om door te gaan in havo 3. Deze score kan pas worden beoordeeld als duidelijk wordt dat een groot deel van de bevorderde leerlingen ook de bovenbouw onvertraagd doorlopen. Voor het vaststellen van het onderbouwrendement (% vertraging in brugklas en 2

e klas) ontbreken momenteel de brugklasgegevens. Die zullen later worden toegevoegd.

Dit jaar is aandacht besteed aan toetsen en lesgeven op het juiste niveau. Schoolbreed hebben alle vaksecties gewerkt aan een toetsplan, waarin aandacht wordt besteed aan een doorlopende leerlijn en een opbouw in de OBIT-verhouding van brugklas tot examenklas per niveau. Binnen de vaksecties is een proces van bewustwording op gang gekomen met betrekking tot de waarde van onderbouwresultaten in verhouding tot kans op succes in de bovenbouw. Door jaarlijks aandacht te blijven besteden aan de resultaten van de vaksecties in onder- en bovenbouw, kunnen de toetsplannen zo nodig worden bijgesteld en de lesopbouw worden aangepast (maart 2015). Over punt 6, 7 en 8: Het beleidsplan vwo+ is het afgelopen jaar vastgesteld en besproken met betrokken docenten. Ten aanzien van de betrokkenheid van docenten bij het vwo+

Page 29: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

25

onderbouwprogramma is nog onvoldoende resultaat bereikt. De evaluatiemomenten zijn slecht bezocht en de voorgenomen scholing voor vwo+ docenten heeft nog niet plaatsgevonden. Voor de doelen die we met deze scholing willen bereiken, kan worden verwezen naar het beleidsplan vwo+. De vwo+ projecten in de onderbouw zijn wel sterk verbeterd (onder meer beloond met de Perdix-subsidie), maar de onderlinge communicatie tussen de betrokken docenten moet nog worden verbeterd, hoewel ieder voor zich wel resultaten heeft bereikt. Het programma vwo+ bovenbouw heeft qua omvang zijn grenzen bereikt. Vanwege de geringe ruimte in het rooster worden de meeste activiteiten in vwo 4 en 5 op eerste en negende uren aangeboden. Dit wordt door leerlingen en docenten als zwaar ervaren. Enkele leerlingen zijn hierdoor ook afgehaakt. De resultaten voor Cambridge FCE en CAE, Goethe Duits, DELF scolaire en elementair boekhouden (Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens) zijn onverminderd hoog.

Page 30: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

26

Speerpunten voor 2014/2015

A resultaten in de onderbouw

probleemstelling Zitten leerlingen in vwo 2 op het juiste niveau ?

doel Toetsing op niveau in de onderbouw verbeteren. Aansluiting van onderbouw naar bovenbouw verbeteren. Onderbouwrendement herstellen naar 75%.

activiteiten - Onderzoeken of determinatie in AH-brugklassen leidt tot goede indeling van leerlingen naar havo 2 en vwo 2. Besluitvorming over indeling brugklassen: handhaving dakpanklassen of homogene brugklassen ?

- Onderzoeken of de toetsing in vwo 2 en vwo 3 ook echt op vwo-niveau is via het traject Determinatie. Toetsen laten analyseren door OBIT-coaches.

- Toetsplannen per vak analyseren en bespreken met vaksectie (maart 2015) - Verbeterplannen voor vaksecties waarvan de resultaten in de onderbouw niet

aansluiten op de bovenbouw. - Evaluatie leeropbrengsten verbeterplannen t.o.v. voorafgaande jaar.

middelen Gesprekken en afspraken.

betrokkenen Docenten AH-brugklassen, docenten 2e klassen vwo, docenten 3

e klassen vwo

OBIT-coaches en MT

trekker Leden Projectgroep Determinatie o.l.v. de afdelingsleider

planning/tijdsduur Hele jaar

B examenresultaten vwo 6

probleemstelling Door goede examenresultaten nu uit de gevarenzone. Nu de resultaten voor CE en SE-CE borgen en doorstroomresultaten verbeteren (minimaal 75%).

doel - Slagingspercentage blijvend op minstens 95%. - Voor ieder vak een gemiddeld CE-cijfer boven het landelijk gemiddelde - Voor ieder vak een SE-CE verschil van minder dan 0,28 punt vasthouden,

waardoor het driejaarlijks gemiddelde op peil blijft. - Een percentielscore boven de 50 (afgelopen jaar 93) - Verbetering doorstroomgegevens (minimaal 75%)

activiteiten - Vakken met significant slechte resultaten en docenten met significant slechte resultaten: analyse bespreken aan de hand van WOLF, MMP en Vensters. Resultaatafspraken maken en werken aan verbeterplan om doelstellingen te halen.

- Samenwerken en gelijk optrekken met docenten havo 5: gezamenlijke afdelingsvergaderingen: feedback, stappenplan leesvaardigheid en be ready-activiteiten.

- Toetsplannen vaksecties, vaststellen september 2014, evalueren maart 2015.

- Drie centrale examens oefenen gedurende het schooljaar (voortzetten) - Geen keuzerooster voorbereiding CE maar doorgaan met lessen tot

meivakantie (direct na de meivakantie start het CE) - Evaluatie leeropbrengsten in september 2014.

middelen - Verbeterplannen voor vaksecties met resultaten onder de doelstellingen. - Ondersteunen verbeterplannen door middelen aan te bieden die nodig zijn

m.b.v. Prestatiebox.

betrokkenen Docenten vwo 6

trekker Docenten o.l.v. de afdelingsleider

planning/tijdsduur Hele jaar

C onderwijsontwikkeling vwo+

probleemstelling Beleidsplan vwo+ vastgesteld, maar nog niet geheel gerealiseerd

doel Implementeren van het beleidsplan vwo+. Daarbij alle docenten betrekken die lesgeven in vwo+ Aan het eind van het schooljaar zijn alle betrokkenen op de hoogte van het beleidsplan vwo+ en is het plan ingevoerd.

activiteiten - Speerpunten beleidsplan vwo+ bespreken met betrokkenen (september 2014)

- Rapportbesprekingen en evaluaties vwo+ volgens methode V1O 2013-2014. - Scholing onderbouw docenten vwo+ over aanpak vwo+-leerlingen.

Page 31: Stellingwerf College Schoolplan 2012-2015 2012-2015... · docenten, begeleiders en andere medewerkers, dat samen voortdurend streeft naar verdere kwaliteitsverbetering en, niet te

27

- Evalueren beleidsplan vwo+ in april 2015 - Vwo+ uren in het rooster voor voorbereiding Goethe-examen en praktijk

diploma boekhouden handhaven. - Voorbereiding op FCE en CAE examen Cambridge Engels in Leeuwarden en

DELF scolaire in Zwolle in de reguliere lessen. - Projecten diverse vakken, debatgroep. - Intakegesprekken en evaluatiegesprekken met leerlingen vwo+ bovenbouw

doorzetten.

middelen Prestatiebox-middelen voor excellentie

betrokkenen Coördinator vwo+ Alle docenten die lesgeven in klassen/groepen vwo+ Docenten die projecten begeleiden Afdelingsleider

trekker Coördinator vwo+

planning/tijdsduur Hele jaar

D verbetering aanpak problemen studievoortgang vwo 4

probleemstelling Problemen met studievoortgang worden wel gesignaleerd, maar er is zelden een plan van aanpak waar alle docenten bij betrokken zijn. Vaak wordt de mentor probleemeigenaar gemaakt.

doel Leerlingen met studieproblemen breder aansturen . Meer docenten betrekken bij problemen in studievoortgang van leerlingen. Hoger % succes verbeterplannen. Over drie jaar gemiddeld bevorderingspercentage naar 95 (nu 90).

activiteiten - Voorbereiding op rapportvergaderingen professionaliseren: via toets analyse achterhalen waar de problemen zitten

- Tijdens rapportvergaderingen direct gezamenlijk plan van aanpak vaststellen - Leerling bij plan van aanpak betrekken - Tijdstip van evaluatie vaststellen.

middelen

betrokkenen Alle docenten die lesgeven in vwo 4 Afdelingsleider

trekker Mentoren vwo 4

planning/tijdsduur De maand voor de rapportvergaderingen