stadswandeling Rotterdam

36
wandeling C - "Centrum" (4,8km - 8km of 9,5km) In de wandeling zijn minimaal 2 korte tramritten opgenomen en eventueel een langere. In het Rotterdamse openbaar vervoer wordt alleen de OV-chipkaart als vervoerbewijs geaccepteerd. Als u nog geen OV-chipkaart heeft kunt u deze bij het informatiepunt op het stationsplein aanschaffen. Als alternatief kunt u daar ook een wegwerpchipkaart kopen die één, twee of drie dagen geldig is voor onbeperkt reizen met RET trams, metro's en bussen. Deze kosten respectievelijk 6, 9 of 12 euro. Ook is een overtocht met de watertaxi opgenomen. Dit kost € 2,90 per volwassene, 1,30 per kind. Kaart van de wandeling Nummers <1> t/m <10> in de tekst corresponderen met nummers op de kaart. De wandeling begint linksboven op de kaart. Klik op de kaart! Op de kaart zijn aangegeven Metro stations Tramhaltes Treinstations De wandeling begint voor het Centraal Station. Metro Centraal Station Tramhalte lijnen 4, 7, 8, 20, 21, 23 en 25 <1> Het Centraal Station kwam in 1957 gereed en is van de hand van Sybold van Ravestein. De Centrale hal lag tussen twee kantoorvleugels van twee etages. Aan de uiteinden van de vleugels stonden decoratieve poorten. De kantoorvleugels en de poorten worden of zijn gesloopt in verband met de werkzaamheden aan het ondergrondse metrostation, dat wordt uitgebreid vanwege de koppeling tussen de metro en RandstadRail. De perrons zijn bereikbaar via een tunnel. Het station is inmiddels niet meer berekend op de enorme

Transcript of stadswandeling Rotterdam

Page 1: stadswandeling Rotterdam

wandeling C - "Centrum" (4,8km - 8km of 9,5km)

 

In de wandeling zijn minimaal 2 korte tramritten opgenomen en eventueel een langere. In het Rotterdamse openbaar vervoer wordt alleen de OV-chipkaart als vervoerbewijs geaccepteerd. Als u nog geen OV-chipkaart heeft kunt u deze bij

het   informatiepunt op het stationsplein aanschaffen. Als alternatief kunt u daar ook een wegwerpchipkaart kopen die één, twee of drie dagen geldig is voor onbeperkt reizen met RET trams, metro's en bussen. Deze kosten respectievelijk 6, 9 of 12 euro. Ook is een overtocht met de watertaxi opgenomen. Dit kost € 2,90 per volwassene, 1,30 per kind.Kaart van de wandeling

Nummers <1> t/m <10> in de tekst corresponderen met nummers op de kaart.

De wandeling begint linksboven op de kaart. Klik op de kaart!

Op de kaart zijn aangegeven

 

Metro stations

Tramhaltes

Treinstations

De wandeling begint voor het Centraal Station.

Metro Centraal Station

Tramhalte lijnen 4, 7, 8, 20, 21, 23 en 25

<1>

Het Centraal Station kwam in 1957 gereed en is van de hand van Sybold van Ravestein. De Centrale hal lag tussen twee kantoorvleugels van twee etages. Aan de uiteinden van de vleugels stonden decoratieve poorten. De kantoorvleugels en de poorten worden of zijn gesloopt in verband met de werkzaamheden aan het ondergrondse metrostation, dat wordt uitgebreid vanwege de koppeling tussen de metro en RandstadRail. De perrons zijn bereikbaar via een tunnel. Het station is inmiddels niet meer berekend op de enorme passagiersstromen die hier dagelijks passeren (dagelijks meer dan op Schiphol!). Met name de tunnel is krap. De verbouwing van het Centraal Station tot een hoogwaardig knooppunt, waar HSL, Randstadrail, metro, tram, bus en natuurlijk de NS-trein samenkomen is net als de werkzaamheden aan de andere Nederlandse HSL stations tot planologisch sleutelproject gebombardeerd. Hiervoor zal het gebouw van Van Ravensteyn moeten wijken. De nieuwbouw zal in 2010 voltooid zijn

Page 2: stadswandeling Rotterdam

Als we met de rug naar het station staan zien we rechts

het Groothandelsgebouw staan. Aan het gebouw is van 1948 tot 1952 gebouwd. Het moest de door het bombardement van 1940 ontstane tekort aan bedrijfsruimte lenigen. Aan het buitenland had men het idee ontleend om een bedrijfsverzamelgebouw te bouwen hetgeen de huurkosten (vanwege de gemeenschappelijke voorzieningen) zou kunnen drukken. De architectMaaskant was de belangrijkste architect van het gebouw dat een gelijkvormige bouwmassa kreeg. Het gebouw is gebouwd rond drie binnenhoven. De bedrijven kunnen worden bevoorraad via interne verkeerswegen op verschillende niveaus. Op het dak zien we de voormalige bioscoop Kriterion. Het projectiescherm hing voor het venster. Tijdens de pauze werd dat scherm opgehaald, zodat het publiek dan van het uitzicht over de stad kon genieten.

Links staat het gebouw Delftse Poort van Nationale Nederlanden. Het is met 150m het hoogste gebouw van Nederland. Het bestaat uit twee torens van ongelijke hoogte met een centraal lager gedeelte dat door een koepel wordt bekroond. Het is in 1991 opgeleverd en de architect was A. Bonnema.

We gaan linksom rond het stationsplein, voor het Nationale Nederlanden gebouw langs.

Op het Weena tegenover Nationale Nederlanden staat het Plaza-gebouw. In het gebouw bevinden zich kantoren en woningen. Op de begane grond is een overdekt winkelcentrum. Ook is hier het casino gevestigd. Opvallend aan dit witte metalen gebouw is het protserige goudkleurige gevelbeeld boven de ingang van het Casino.

Rechts van het Plaza staat de Millenniumtoren uit 2000, waarin opnieuw kantoren en een vijfsterrenhotel (Westin) zijn gevestigd. Architecten zijn van het Canadese bureau Webb Zerefa Menkes Housden Partnership, die ook de CN tower in Toronto bouwden, het hoogste bouwwerk ter wereld. Volgens de architecten verwijst het gebouw in zijn vorm naar het Witte Huis, ooit het hoogste gebouw van Europa. Door de gelijkenis met de traditionele Amerikaanse wolkenkrabber kan men er ook een verwijzing naar het Empire State Building in New York in zien.

We gaan linksaf het Weena op. Bij het stoplicht steken we over en lopen

Page 3: stadswandeling Rotterdam

rechtdoor.

Na de oorlog bleef het Weena lange tijd een lege vlakte. Het stadsbestuur wist niet goed hoe dit deel van de stad moest worden ingevuld. Met name in de jaren zeventig bestond er bij het college van B&W een grote afkeer van hoogbouw. Voorzichtige pogingen daartoe, zoals het Shellgebouw werden bekritiseerd ("erectie van het kapitalisme", volgens een wethouder) of moesten worden gecompenseerd met aanpalende laagbouw (Royal Nederland gebouw). Vele plannen passeerden de revue, tot eind jaren tachtig een definitief plan werd goedgekeurd. Binnen vijf jaar stond het Weena vol met hoogbouw.

We komen nu langs het Unilevergebouw van J. Hoogstad uit 1992. De sculptuur op het pleintje is meeverhuisd van de oude locatie aan de Rochussenstraat. Naast het Unilevergebouw staat de woon- en kantoortoren Weena Center van dezelfde architect (1990)

Schuin tegenover Unilever staat een gebouw van Klompenhouwer uit 1993 waarin o.a. de Fortis Bank een kantoor heeft. Even voorbij het volgende stoplicht (Delftse poort) staat de Weenatoren, een ontwerp van Henk Klunder, waarover nog veel discussie is geweest. Uiteindelijk is voor een ronde en wat lagere uitvoering gekozen. Schuintegenover de Weenatoren staat het hoofdkantoor van Stad Rotterdam Verzekeringen van bureau ZZ&P (1990).

Voor de Weenatoren steken we bij het voetgangersstoplicht rechtsaf het Weena over.

Aan de overzijde zien we de ingang van restaurant "De Blauwe Vis", dit restaurant is gevestigd in een voormalige voetgangerstunnel. De tunnel was "sociaal onveilig" en werd vies, waarna ze werd gesloten.

We lopen rechtdoor en komen op de Lijnbaan.

Het winkelcentrum werd in 1953 geopend. Het ontwerp van Van den Broek en Bakema, was voor Nederland revolutionair. Voor het eerst werd een exclusief voetgangersgebied gecreëerd. De bevoorrading verloopt via bedieningstraten aan de achterkant van de winkels. De kantoren zijn eveneens achter de winkels. De winkels zijn twee lagen hoog boven een kelderetage. De breedte varieert. Het winkelaanbod is in de loop der jaren wel wat verschraald. Door het gefragmenteerde eigendom was het voor de gemeente zeer moeilijk om het aanzien van de Lijnbaan te moderniseren. Allerlei plannen stuitten op verzet van individuele eigenaren. De bouw van de Beurstraverse op het Beursplein, bracht de eigenaren eindelijk tot wat gezamenlijke actie. De gevels en luifels werden gemoderniseerd, de bloemperken verwijderd en de verlichting aangepast. Geleidelijk aan wordt het winkelaanbod kwalitatief iets beter.

Op de kruising met de Korte Lijnbaan staat het beeld "De Beertjes" uit 1956 van Anne Grimdalen, een geschenk van de Noorse exporteurs vereniging. Links zien we het stadhuis uit 1920.

Page 4: stadswandeling Rotterdam

We gaan echter rechtsaf de Korte Lijnbaan op. Deze komt uit op het Schouwburgplein.

<2>

Op het Schouwburgplein zien we rechts het Concertgebouw "De Doelen", de thuisbasis van hetRotterdams Philharmonisch Orkest. Bij de opening in 1966 had Rotterdam na 26 jaar weer een concertzaal. Met de plannen was al in 1955 begonnen. Door voortdurende aanpassingen begon de bouw pas in 1962. De bouwers, E. & H. Kraaijvanger en R. Fledderus, beoogden een tijdloos gebouw, waarin vooral oog was voor functionele aspecten. Er is ook getracht expressie aan het culturele karakter van het gebouw te geven, waarbij monumentaliteit werd vermeden, opdat bezoekers niet zouden worden afgeschrikt. Hiervoor dienen het koperen dak van het auditorium en de decoratieve gevel.

Het Schouwburgplein zelf is decennialang het voorwerp geweest van verhitte debatten. Het oorspronkelijke plein werd vaak als karakterloos, te groot, winderig en ongezellig ervaren. In 1990 wordt een voorstel van Adriaan Geuze (West8) aangenomen om het plein op nieuw in te richten. Het plein wordt een soort podium dat 35 cm boven straatniveau ligt. De randen zijn verlicht zodat het plein lijkt te zweven. De vloer is een compositie van houten, metalen en epoxy delen. Verder zijn er vier kraanachtige lichtelementen geplaatst, die met behulp van een bedieningpaneel midden op het plein, door het publiek kunnen worden bestuurd. (Knop 1 voor de keuze van de lamp, OK, Knop 2 voor de keuze van de stand, OK). De banken op de lange zijde moeten het publiek uitnodigen om hier te gaan zitten. Op het plan werd nogal verdeeld gereageerd. Critici menen dat het plein nog steeds kaal en kil is. Ook over de uitvoering is nogal wat te doen geweest. Sommige metalen delen worden bij regen en sneeuw spekglad. Het epoxy deel waterde niet af, waardoor grote plassen ontstonden. Dat laatste is inmiddels verholpen. 's zomers wordt het plein goed gebruikt. Met name de banken zijn populair. Bovendien is het plein dat ook kleurrijker door de bloembakken die dan worden geplaatst.

Links op het plein staat de Rotterdamse Schouwburg van Wim Quist uit 1988. Het is een sober en strak ontwerp.

We lopen rechtdoor het plein over voor De Doelen langs. We lopen recht op het Pathé theater af.

Dit complex met zeven zalen en 2700 stoelen was op het moment van bouwen het grootste in Nederland. Het staat boven op een parkeergarage, zodat de

Page 5: stadswandeling Rotterdam

constructie licht moest zijn. ‘s Avonds dringt het licht vanuit de foyer door de halfdoorzichtige gevel naar buiten. Het ontwerp uit 1992 van Van Velzen kwam in 1996 gereed.

We lopen tussen de bioscoop en De Doelen naar het Kruisplein.

In 2000 is de nieuwbouw links van de  Doelen gereedgekomen. Hoogstad ontwierp een uitbreiding naast en over het oude gebouw heen. Daardoor wordt een deel van de robuuste gevel van de Doelen aan het zicht onttrokken. De nieuwbouw biedt de Doelen de hoognodige uitbreiding van de capaciteit voor  congressen. Daar weer naast is het in gele baksteen uitgevoerde gebouw van de Hogeschool voor muziek en dans verrezen. Het geheel vormt architectonisch een nogal onsamenhangend mengsel van stijlen. Hoogstad vindt interieurs dan ook veel belangrijker dan de buitenkant: "architectuur is niet voor de prentbriefkaarten" Het Kruisplein is een knooppunt voor tramlijnen zonder veel allure. Het zal in de nabije toekomst opnieuw worden ingericht. Aan de overzijde van het plein staan twee flatgebouwen. Beiden zijn het resultaat van een prijsvraag in het kader van de stadsvernieuwing in de wijk het Oude Westen. Het gekromde kleinere gebouw is bedoeld voor jongerenhuisvesting. De flats zijn in 1985 gebouwd en ontworpen door bureau Mecanoo.

Tramhalte lijnen 4, 7, 8 en 21, 23, 25

We  linksaf de Mauritsweg in.

De Westersingel, die we aan de rechterhand zien vormt de westelijke begrenzing van de wijk Cool. Tot begin 19e eeuw bleef de woningbouw van Rotterdam binnen destadsvesten. Pas in 1811 werd het ambacht Cool geannexeerd. Voor die tijd was er al wel bedrijvigheid, waarvoor in de stad geen plaats was, hierheen verplaatst. Ook waren er moestuinen van minder bedeelde Rotterdammers. Maar het grootste deel van de Coolpolder bestond uit buitenverblijven voor rijken. Permanente bewoning was niet of nauwelijks toegestaan. In het midden van de 19e eeuw barste Rotterdam uit zijn voegen en lanceerde hoofd Stadsontwikkeling Rose zijn Coolpolderplan. Er werden nieuwe oost-weststraten aangelegd (Witte de Withstraat, Van Oldenbarneveldtstraat en de Aert van Nesstraat), evenals smallere noord-zuidstraten. De Westersingel werd aangelegd als nieuwe westgrens van de stad. Aanvankelijk zou het alleen een wandelgebied worden met een belangrijke functie voor de waterhuishouding. Tussen 1864 en 1880 verrezen aan de Westersingel, Eendrachtsweg en Mauritsweg statige herenhuizen, die de nieuwe stadsrand een voornaam uiterlijk gaven. Ter gelegenheid van Rotterdam Culturele

Page 6: stadswandeling Rotterdam

Hoofdstad van Europa 2001 heeft de Westersingel een ingrijpende face-lift gekregen, inclusief de functie als beeldenpark. Twee bruggen zijn aangelegd en de kades zijn smaakvol vormgegeven en 's avonds mooi verlicht.

Op nr. 34 staat de replica uit 1985 van het vooroorlogse café De Unie, een ontwerp van J.J.P. Oud uit 1924. De vlakverdeling en het gebruik van primaire kleuren maken De Unie tot een uitgesproken De Stijl-compositie (net als Oud’s directiekeet bij het Witte Dorp; zie wandeling A-deel 5).

We gaan  linksaf de Van Oldenbarneveldtstraat in.

<3>

Op het hoekpand valt de lijst op met het portret van Multatuli en het citaat: "Vanaf de Maan gezien, zijn wij allen even groot". Verderop in deze straat, waar zich een aantal exclusieve modezaken hebben gevestigd, zien we op nr. 127 (Nostra) en

119 (Prague) etalages in Art Nouveaustijl. Vanaf nr. 115 zien we voornamelijk nieuwbouw. In tegenstelling tot het Oude Westen had Cool, net als het Centrum zwaar te leiden onder het bombardement van 1940.

Bij de Karel Doormanstraat gaan we rechtdoor.

Op de hoek van de Karel Doormanstraat met de Van Oldenbarneveldtplaats staat de ijssalon "Capri", een begrip onder ijsminnende Rotterdammers.

Tramhalte lijn 7, 8, 23, 25

Verderlopend kruisen we opnieuw de Lijnbaan. We lopen iets verder door.

<4>

We staan nu aan het begin van

Page 7: stadswandeling Rotterdam

de Beurstraverse("Koopgoot"). Het nieuwe winkelhart van Rotterdam werd in 1996 geopend. Jarenlang had het beursplein open gelegen om dit verlaagde winkelgebied te realiseren. En passant verdwenen de naoorlogse gebouwen van Hema, C&A en Kreijmborg. Het resultaat is een, door Pi de Bruin ontworpen, halfopen tunnel die zich van de Lijnbaan, onder de Coolsingel door naar de Hoogstraat slingert. De traverse wordt opgevrolijkt door twee "bedriegertjes" die zeer populair zijn bij kleine kinderen.

Links zien we het gebouw van Rotterdamse vestiging van de Bijenkorf (Breuer en Elzas, 1955-57). Gebouwd als een gesloten doos, heeft het een gevel met raatvormige travertinplaten. Aan de Coolsingelzijde staat een plastiek van Gabo.

We kunnen benedenlangs door de traverse of juist bovenlangs de Coolsingel oversteken.

Metrostation Beurs

Tramhalte lijnen 8 en 20, 21, 23, 25

Aan de Coolsingel, op de hoek met het Beursplein, staat de Koopmansbeurs. Het gebouw is tussen 1935 en 1940 gebouwd naar een winnend ontwerp van J.F. Staal. Al in 1913 besloot de gemeente tot de bouw van een reeks represntatieve gebouwen aan de Coolsingel. Naast het stadhuis en ook het hoofdpostkantoor werd ook de beurs aan de nieuwe stadsboulevard gesitueerd. In 1925 werd het plan opgevat om in een publiek-private samenwerking het gebouw te stichten, waarin naast de beurs en de kamer van koophandel  ook kantoren, winkels en een restaurant moesten komen. Door het gebrek aan kantoorruimte in de oorlog werd meteen een extra vleugel bijgebouwd. Boven de entree rijst een ranke klokkentoren omhoog. Het bevat een klokkenspel dat dagelijks bespeeld wordt. Op de trappen van het beursgebouw staan een beeld van G.K. van Hogendorp, de Rotterdamse patriciër die, als leider van een driemanschap, de terugkeer van Willem-Frederik van Oranje-Nassau als koning Willem I voorbereidde. Boven op de beurszaal is tussen 1983 en 1986 een kantoortoren gebouwd van 20 lagen. Het gebouw is ellipsvormig en heeft een groen vliesgevel en aluminium gevelpanelen. Deze kleuren van het World Trade Center (Groosman Partners) sluiten aan op die van het oorspronkelijke beursgebouw.

Als we op de Coolsingel naar rechts kijken zien we rechts naast C&A nog een glimp van hetErasmusgebouw van Dudok, waarin de Hollandsche Bankunie is gevestigd. Het in lichtgekleurde bakstenen uitgevoerde gebouw staat op een zwart granieten plint. Het is een zakelijk uitgevoerd gebouw, maar Dudok heeft er toch wat decoratieve elementen aan toegevoegd.

We lopen het Beursplein op richting Vroom en Dreesmann.

Ook dit gebouw werd gelijk met de aanleg van de Beurstraverse, ingrijpend verbouwd. De groene glazen gevel werd vervangen door marmer en glas en er

Page 8: stadswandeling Rotterdam

werd een etage aan toegevoegd. Van magazijnruimte werd winkelruimte gemaakt. Een deel van het pand is aan andere winkelbedrijven verhuurd. Met name het open trappenhuis is zeer de moeite waard. Op de vierde etage is een restaurant met dakterras, van waar men een schitterend uitzicht heeft over het Beursplein.

Na een eventueel bezoek aan V&D, slaan we linksaf het Rode Zand in. Op de Meent slaan we weer linksaf. We lopen tot de stoplichten en slechts rechtsaf de Coolsingel op.

We zien rechts voor ons de het voormalig Postkantoor uit 1923. Het postkantoor markeert de voorname status die de Coolsingel als stadboulevard moest krijgen. Tot ongeveer 1850 vormde de Coolsingel de westgrens van de ommuurde stad. Het was een verdedigingsgracht. De stad was tot dan toe ingeperkt  binnen de stadsdriehoek - gevormd door Coolsingel, Goudsesingen en Nieuwe Maas -, die steeds dichter bebouwd en bevolkt raakte. In de 2e helft van de 19e eeuw begon Rotterdam door de havenontwikkeling aan een spectaculaire bevolkingsgroei. Men ging buiten de muren bouwen en na de invoering van de nieuwe vestingswet van 1874 konden de stadsmuren worden

gesloopt.  In het begin van de 20e eeuw ontstond er bij het stadsbestuur - met name bij burgemeester Zimmermann - behoefte aan een mondaine stadsboulevard, zoals die in Parijs en Brussel in eind 19e eeuw waren aangelegd. Ook waren bestaande publieke gebouwen zoals het stadhuis, het postkantoor en de beurs te klein geworden voor de groeiende stad. Plannen werden gemaakt om de Coolsingel om te vormen tot zo'n stadsboulevard. In 1913 werd de Coolsingel gedempt. Voor het stadhuis en postkantoor moesten oude krottenwijken als de rosse buurt "Het Poldertje" wijken. In het bombardement van 1940 bleven de grote gebouwen aan de Coolsingel wonderwel nagenoeg gespaard. Het Postkantoor is een ontwerp van rijksbouwmeester Bremer. Van buiten is het een nogal statig neo-classistisch gebouw (met afstekend rood pannendak). Om het stadhuis een meer prominente positie aan de Coolsingel te geven wijkt het postkantoor een enkele tientallen meters naar achteren. Hiermee werd het tegenovergestelde bereikt. Het postkantoor krijgt hierdoor een voorplein, terwijl het stadhuis te dicht op de Coolsingel staat om een monumentaal effect te bereiken. Vijf reliëfs in de gevel stellen de vijf werelddelen voor, die het wereldomvattende werkgebied van de posterijen moeten verbeelden. Europa wordt boven de hoofdingang

Page 9: stadswandeling Rotterdam

voorgesteld door een jong gezin. Binnen is het intererieur verrassend mooi. De centrale hal is 22,5 meter hoog en wordt overspannen door een parabolisch tongewelf.

Even verderop staat het Rotterdamse stadhuis

In 1910 kreeg Henri Evers, docent aan de Academie voor Bouwkunst in Rotterdam en de TH in Delft de opdracht voor een  voorstudie voor een nieuw stadhuis. Op basis van de voorstudie van Evers, een goede bekende van burgemeester Zimmermann, schreef de gemeente in 1912 een prijsvraag uit. Daarvoor werden meest vooraanstaande architecten van die tijd uitgenodigd.  De prijsvraag verliep op basis van strakke protocollen ontleend aan de École des Beaux-Arts. De regels van de prijsvraag dicteerden nauwkeurig hoe ontworpen moest worden en hoe het ontwerp moet worden gepresenteerd.

Op basis van het schetsontwerp van Evers moesten de deelnemers een ontwerp indienen. Burgemeester Zimmerman, die voorzitter was van de jury, gaf zijn eigen persoonlijke draai aan het juryrapport. Hij wist het zo te herschrijven dat het voorstel van Burgemeester en Wethouders aan de gemeenteraad alleen

de aanbeveling bevatte het ontwerp van Evers uit te voeren. Op 5 juni 1913 stemde de Rotterdamse gemeenteraad voor uitvoering van diens ontwerp. De gang van zaken leidde tot veel commotie. Beschuldigingen van vriendjespolitiek, doelend op de vriendschappelijke relatie tussen Evers en Zimmermann, waren niet van de lucht. Zowel de procedure (ondemocratisch) en het resultaat (ouderwets) waren mikpunt van kritiek.

In 1914 werd begonnen met de bouw van het stadhuis, dat in 1920 werd voltooid. Het ontwerp van Evers oogt aan de buitenkant sterk renaissancistisch, maar laat binnen daarentegen ook elementen uit byzantijnse en romaanse architectuur zien. Het symmetrische gebouw bestaat uit vier vleugels van vier lagen rond een openbare binnentuin. De  toren wordt bekroond met

Page 10: stadswandeling Rotterdam

een vredesengel van beeldhouwer Keller. Het carillon - geschenk van rederij Van Ommeren - is in de oorlog door de Duitse bezetters weggevoerd en in 1948 vervangen. De belangrijkere en representatieve  ruimtes, zoals de raadzaal, burgerzaal, en de kamer van de burgermeester liggen aan de voorzijde van het stadhuis aan de Coolsingel. In het achterste deel, dat door een binnentuin en een doorrit van het voorgedeelte gescheiden is, liggen de kantoren voor de administratie en het bureau burgerzaken. 

Het gebouw is gebaseerd op een constructie van gewapend beton, waarover een façade is opgetrokken van zandsteen en leien kappen.  In de trapgevel zijn de Stedemaagd en het gemeentewapen te zien, als ook de gemeentewapens van de gemeenten die in de loop der tijd door Rotterdam zijn geannexeerd. 

We lopen voorbij het stadhuis en slaan rechtsaf het Doelwater in. We lopen langs het Hoofdbureau van politie, slaan rechtsaf het Raam in en vervolgens linksaf de Zandstraat.

Deze buurt was voor de bouw van het stadhuis de kern van de de rosse buurt "Het Poldertje". De wijk moest voor de bouw van het stadhuis worden gesloopt. Hiermee was het keurige stadsbestuur van dit zedelijk verderf verlost.

We slaan rechtsaf het Haagse veer en lopen tot de Meent

Net voor de brug op de hoek van de Meent en de Westewagenstraat staat een voormalig kantoor van "De Nederlanden van 1845" van Dudok uit 1952. Op de beneden etage en het entresol van de 6 meter hoge onderbouw, is nu een, in Rotterdam vermaard, Grand-Café gevestigd dat naar de architect is vernoemd.

We lopen over de brug over het Haagse veer en slaan meteen rechtsaf de Delftse Vaart in. We komen dan op het Grote Kerkplein.

<5>

Hier staat de Laurenskerk. Met de bouw van de kerk werd in 1412 begonnen. De toren is in twee fasen gebouwd. Met de eerste twee geledingen werd in 1449 begonnen. In 1548 werd met de derde begonnen en werd er in de 17e eeuw een houten top op gezet naar een ontwerp van Hendrick de Keyser. Deze werd in 1645 verwijderd. De toren begon te scheef te zakken. Onder leiding van stadstimmerman Persoons werd deze op gewaagde wijze weer rechtgezet. De kerk is een laatgotische basiliek. In 1940 werd de kerk zwaar beschadigd en stonden alleen de muren en de toren nog overeind. Tussen 1951 en 1968 werd de kerk gerestaureerd. Later is de toren opnieuw gerestaureerd.

Op het plein staat ook het beeld van de in Rotterdam geboren humanist Desiderius Erasmus (1469-1536). Hoewel Erasmus maar zeer kort (vier jaar) in Rotterdam woonde (en nooit meer terugkeerde) wordt hij alom geëeerd als de beroemdste zoon van de stad. Het beeld stamt uit 1622 en is gegoten naar een ontwerp van Hendrick de Keyser.

Page 11: stadswandeling Rotterdam

We steken het Grote Kerkplein over en verlaten het aan de overzijde via de Wijde Kerksteeg.

We komen nu op de Hoogstraat. Deze weinig bezienswaardige winkelstraat is de bakermat van Rotterdam. De Hoogstraat, die duidelijk hoger ligt dat de omliggende straten, was ooit de Middendam, die de rivier de Rotte afdamde en de laatste schakel vormde in de zeedijk die het achterland voor overstromingen moest beschermen. Rond deze dam en de bijbehorende sluis ontstond het gehucht Rotterdam.

We slaan de Hoogstraat rechts in en lopen tot het Beursplein. Hier slaan we linksaf de korte Hoogstraat in.

Na 150 meter zien we aan de rechterhand hetSchielandhuis. Het Schielandshuis werd tussen 1662 en 1665 gebouwd in opdracht van het hoogheemraadschap van Schieland. Het zou bijna anderhalve eeuw dienst doen als ontvangst-, vergader- en logeerruimte van het polderbestuur. Daarna werd gemeentebezit. Het is in

1864 afgebrand, maar in 1868 alweer opgebouwd. Het deed dienst als museum (Boijmans), gemeente-archief en sinds 1935 historisch museum. Het pand kwam vrijwel ongeschonden uit het bombardement van 1940. In de jaren zeventig werden nieuwe plannen voor het monumentale pand gemaakt. Na een grootschalige restauratie werd Het Schielandshuis in 1986 officieel heropend. Het oorspronkelijke 17de-eeuwse uiterlijk werd hersteld. Het Schielandshuis werd de hoofdvestiging van het Historisch Museum Rotterdam en in het pand werd ook de stichting Atlas Van Stolk ondergebracht.

Tegenover het Schielandhuis staat het nieuwe kantoor van de Fortis Bank dat krachtig afsteekt bij het historische gebouw. Aan de zijde van de Blaak is het afgerond en in de toren is een gat uitgespaard. Het is ontworpen door de Duits-Amerikaanse architect Jahn van o.a. het Sony Center in Berlijn en de luchthaven van München. Voor het Fortis gebouw staat een standbeeld ter nagedachtenis aan Pim Fortuyn het Rotterdamse gemeentraadslid en lijsttrekker van zijn partij bij de 2e kamerverkiezingen van 2002. Na een spectaculaire opkomst van zijn populariteit werd hij enkele dagen voor de verkiezingen in Hilversum vermoord.

We nemen slaan nu linksaf en nemen bij de  tramhalte tram 21 (richting De Esch) en stappen bij Station Blaak weer uit (1 halte).

Degenen die de Oude Haven en omgeving willen overslaan (1,5 korter) kunnen

Page 12: stadswandeling Rotterdam

nu rechtsaf. Bij het stoplicht linksaf oversteken en rechtdoor langs het Maritiem Museum over de Schiedamse dijk tot aan de Erasmusbrug en de wandeling vervolgen bij nr <7 >.

Alternatief is om op het Churchillplein  tramlijn 20, 23 of 25 te nemen (richting Lombardijen, Beverwaard of Carnisselanden) tot aan het Wilheminaplein (2 haltes).

De Blaak waar we doorrijden was voor de oorlog een haven, maar is in gedeelten gedempt. In het basisplan voor de wederopbouw kreeg de Blaak een financiële functie. De gebouwen aan de overzijde voor de ABN (nu notariskantoor) en NMB (nu Kamer van Koophandel) verrezen tussen 1947 en 1950 en zijn nogal traditioneel. Later zijn andere bankgebouwen toegevoegd aan deze zijde van de straat.

<6>

Metrostation Blaak

Tramhalte lijn  21

NS Station Rotterdam Blaak

Eenmaal uitgestapt zien we links van ons het NS station Blaak. In 1993 vervangt de Willemsspoortunnel het spoorwegviaduct (luchtspoor) dat hier ruim honderd jaar dienst deed. Hierdoor is ook station Blaak nu ondergronds, i.p.v. verhoogd gesitueerd. Er is gekozen voor een open struktuur vanwege de sterke luchtstromen die worden veroorzaakt door de langsrazende treinen. De overkapping is een schuinhangende glas/staal constructie. De lichtbalk aan de boogconstruktie licht op als er een trein aankomt en geeft ook de rijrichting van die trein aan. Erachter zien we een woontoren, 'potlood', een creatie van Blom. Daar weer links van zien we de Gemeente bibliotheek, deels geïnspireerd door het Centre Pompidou in Parijs, getuige de leidingen en ventilatiekanalen aan de buitenzijde.

Links van het station staat een kleurrijk monument ter ere van Marten Toonder, de tekenaar en schrijver en geestelijk vader van beroemde stripfiguren als Tom Poes en Olivier B. Bommel. Marten Toonder werd in 1912 in Rotterdam geboren en woonde er tot in de dertiger jaren. Vijf figuren telt het  ontwerp van de Rotterdamse groep De Artoonisten: markies De Canteclaer, burgemeester Dickerdack, professor Sickbock, de schilder Terpen Tijn en Tom Poes. De legendarische heer van stand zelf ontbreekt, althans lijfelijk. Maar een wereldbol is uitgevoerd in de kleuren van Bommels onafscheidelijke geruite jasje: rood en geel.

Opvallend is de hiërarchie die de Artoonisten in het beeld hebben aangebracht. Tom Poes, als personificatie van De Rede, staat op de wereldbol. Die rust op een obelisk met daarop in reliëf symbolen uit de filosofie, politiek, economie en wetenschap, dit alles

Page 13: stadswandeling Rotterdam

omgeven met een wolkenkrans en een stralenkrans. Aan de voet van ieder van deze vlakken zit een van de eerdergenoemde figuren. Pas dááronder zijn zitbankjes.

Via een trapje aan de rechterzijde van het tramperron komen we bij de oversteekplaats met stoplichten. We steken bij het stoplicht de Blaak over.

Rechts, op de hoek van de Blaak en de Verlengde Willemsbrug zien we de Willem de Kooning Kunstacademie. Dit gebouw is in 1934 voltooid en ontworpen door Kropholler en Van Nieuwenhuizen. Het werd als hoofdkantoor gebouwd voor de bank Mees & Zonen. Een nogal traditioneel gebouw in donkerrode baksteen. Dit verwondert, omdat deze bank een paar jaar eerder op de Mathenesserlaan (zie wandeling B) een bijkantoor had laten bouwen door Brinkman en Van der Vlugt, protagonisten van het Nieuwe Bouwen.

We gaan linksaf.

Over de Blaak zien we nu duidelijk de kubuswoningen. Dit complex is een creatie van Piet Blom, die een vergelijkbaar complex in Helmond bouwde. Op de Overblaak zijn winkeltjes en kantoorruimten onder de kubuswoningen gebouwd. De woningen zelf hebben louter schuine buintenmuren en bieden relatief weinig woonruimte, maar zijn natuurlijk wel uniek en goed gelegen. Er is ook een kijkwoning die men kan bezichtigen.

Bij de ingang van het Metro en NS station Blaak gaan we rechts en lopen weer richting Oude Haven. We lopen het voetpad uit en rechtdoor de Geldersche Kade op.

We zijn nu in het Oude Havengebied. De Oude Haven   is met recht de oudste haven van Rotterdam. In 1351 was hier al een steiger. In de eeuwen daarna kwam dit gebied tot ontwikkeling. Vele heren- en pakhuizen waren hier en aan de Geldersekade gevestigd. In 1940 bleef hier weinig tot niets van over. Het herontwikkeling van het gebied werd in 1977 aan architect Piet Blom opgedragen. Blom is een typische aanhanger van kleinschaligheid. Er is hier een woon- en uitgaansgebied ontstaan rondom het havenbekken, dat dienst doet als museum voor oude schepen. Aan de zuidzuide is een oude scheepswerf Koningspoort ingericht. Aan de noordzijde ligt Theatercafé Plan C. Plan C was ooit een winkel waar schepen onderdoor konden varen op weg naar de Kolk.

Recht voor ons valt natuurlijk het Witte Huis op. Het Witte Huis werd in 1898 voltooid en was met zijn 45m lange tijd een van de hoogste gebouwen van Europa. Het gebouw kreeg indertijd nauwelijks bijval uit vakkringen omdat gekozen was voor een traditionele bouwmethode van gemetselde draagmuren

Page 14: stadswandeling Rotterdam

en niet zoals in de V.S. van een stalen skelet. De buitenkant is in Art Nouveau stijl versierd. Let ook op de zes façade beelden die Arbeid, Vooruitgang, Nijverheid, Handel, Landbouw en Zeevaart verbeelden.

We lopen over de Geldersche Kade links langs het Witte Huis en slaan rechtsaf de Wijnhaven in.

De panden naast het Witte Huis waren natuurlijk al opgevallen. Deze "Wijnhavenpanden" zouden in 1987 worden gesloopt in verband met de bouw van de spoortunnel. Hoewel de gebouwen niet zo uitzonderlijk waren rees hiertegen verzet. Er was voor die tijd al zoveel gesloopt in het kader van de vooruitgang. Deze panden behoorden tot de weinige koopmanshuizen in deze buurt die het bombardement hadden overleefd. Het protest werd gehonoreerd. De panden werden steen voor steen afgebroken, opgeslagen en na de gereedkkoming van de tunnel weer opgebouwd. Nummer 7 dateert uit 1718, Nummer 9 uit 1628. Nummer 11 is "nieuwbouw" uit 1903 ter vervanging van een pand uit 1717. Nummer 13 is een rijksmonument, gebouwd in 1616-20. In 1742 was hier een zeepziederij gevestigd. Nu is hier het Mariniersmuseum. Ook nummer 15 is een rijksmonument. Het heeft een vroeg 19e eeuwse gevel. Het was ooit in bezit van de familie Van Ommeren. Het pand op nr 21 is classicistisch. In het water van de Wijnhaven staat het oude brugwachterhuis van de afgebroken Willemsspoorbrug uit 1878, dat eveneens naar de aanleg van de spoortunnel is teruggeplaatst.

We lopen weer terug en steken rechtsaf de Kuitenbrug over.

In 1601 werd hier een eerste brug met die naam gebouwd. De naam verwijst waarschijnlijk naar "Jan met sijn kuyten", een voormalig stuurman die in 1607 aan zijn benen verwond was en ongeschikt voor de vaart. Hij werd later als brugwachter aangesteld. De huidige brug is uit 1931. In het brugwachtershuisje is expowinkel van de vereniging "Ons Rotterdam" gevestigd (geopend: wo+za 12-16 uur).

We gaan over de brug rechtsaf langs de Hertenkade. Vervolgens gaan het viaduct onderdoor door de op één na meest rechtse doorgang (oprit parkeergarage oversteken; pas op verkeer!). Voorbij het viaduct gaan we meteen de trap op. Bovengekomen lopen we rechtsaf naar de stoplichten, waar we oversteken naar het Maastheater.

Dit restaurant/theater/danscomplex werd in 1996 gebouwd op de vesten van het bruggehoofd van de voormalige Willemsbrug. De brug werd in 1878 gebouwd om het in ontwikeling geraakte Rotterdam Zuid te ontsluiten. In 1981 werd ze vervangen door de nieuwe Willemsbrug, die we links zien liggen. In datzelfde jaar werd de oude brug gesloopt. De bruggenhoofden bleven echter bewaard. De danszaal van hetMaastheater ligt half onder de waterspiegel. Er zijn uitgebreide maatregelen getroffen, opdat het gebouw zelfs een aanvaring van een binnenvaartanker dan doorstaan!

Page 15: stadswandeling Rotterdam

We lopen in westelijke (rechts) richting langs de Boompjes.

In de 16e eeuw werd deze kade ontwikkeld. In 1613 werd een dubbele rij Lindenbomen geplant, waardoor de naam Boompjes in zwang kwam. In de 18e eeuw werd de Boompjes een soort "Goudkust", een populair woonadres voor de gegoede burgerij, die hier luxueuze koopmans- en herenhuizen liet bouwen. Aan de overkant van de rijweg staat het gebouw Willemswerf van Nedlloyd. W. Quist, representant van hetrationalisme is de bouwkunst, ontwierp dit gebouw uit 1989. Vooral de witbeplate, wigvormige vliesgevel is zeer opvallend.

We lopen door houden links aan en lopen naar beneden naar de Boompjeskade.

Als we naar de overkant van het water kijken, zien we de Maaskade. Dit is de noordoever van hetNoordereiland. Het Noordereiland ontstond in 1871 toen de Noorderhaven (nu Koningshaven) werd gegraven. In een overeenkomst van 1873 tussen de Gemeente en de Rotterdamse Handelsvereniging werd het Noordereiland in eigendom afgestaan en andere terreinen in erfpacht gegeven. De gemeente verplichte zich de havens te graven, de bestrating te doen en bruggen aan te leggen. De RHV zou de genoemde gebieden voor bedrijvigheid en bewoning gaan ontwikkelen. Een jaar na de voltooing van de Willemsbrug in 1878 ging de door het Rotterdams gemeenteraadslid en zakenman Pincoffs geleide RHV failliet. Pincoffs verdween met de noorderzon naar Amerika en de gemeente kwam voordeling aan de terreinen. Sindsdien heeft Rotterdam de controle over de havenontwikkeling stevig in eigen hand gehouden. Opvallende gebouwen aan de Maaskade zijn het Jugendstil kantoorgebouw van makelaarskantoor Ooms (in 1915 gebouwd voor rederij Van Driel) en het Hulstkampgebouw rechts ervan. Dit werd in 1889 opgeleverd voor margarinefabriek Stok en Zn. In 1919 vestigde de Jeneverstokerij Hulstkamp zich in het neo-renaissance gebouw.

We lopen verder en zien aan de rechter hand het paviljoen van de voormalige Brasserie Boompjes (pand staat helaas leeg). Het maakt deel uit van de herinrichting van de Boompjeskade, die Rotterdam weer een blik op het water moest geven, nadat de stad in de wederopbouw zich met de rug naar het water had gekeerd. De terrazzo-arcade is van Christiaanse en het Grand-Café van bureau Mecanoo en stammen beiden uit 1990.

We klimmen de trappen op naar de Boompjes en lopen door tot Leuvenhavenbrug.

Op de Boompjes lopen we langs de vlaggenmasten van de Vlaggenparade. In wapperen hier nu 188 vlaggen masten. 84 vlaggen van sponsors en 104 nationale vlaggen. De vlaggenmasten zijn verlicht, omdat nationale vlaggen niet in het donker mogen hangen. De bedoeling is om uiteindelijk 165 nationaliteitsvlaggen op te hangen, zodat alle nationaliteiten in Rotterdam vertegenwoordigd zullen zijn.

Aan de linkerhand zien we het monument voor de 3.500 gevallen zeelieden van de  koopvaardij tijdens de 2e wereldoorlog,"De Boeg" genaamd. Het monument is van de Italiaanse beeldhouwer Fred Carasso. Het monument werd in 1957 geplaatst. Er was

Page 16: stadswandeling Rotterdam

ongenoegen omdat het monument in veler ogen niet expliciet genoeg was. In 1965 werden daarom een beeldengroep en het motto Zij hielden koers toegevoegd.

Bij de Erasmusbrug slaan we links af en lopen de brug op.

Op pleintje voor de brug zien we nog het kleurrijke monument voor de Rotterdam Marathon uit 2001. Op de voet van het kunstwerk van Henk Visch staan de namen van alle winnaars (mannen en vrouwen) van de Rotterdam Marathon sinds 1985.

Metrostation Leuvehaven

Tramhalte lijn 8, 20/23/25

<7>

De Erasmusbrug is in 1996 geopend en kreeg al voor de voltooiing de bijnaam "Zwaan". Het is een tuibrug en de pyloon is ruim 123m hoog. Dat was op zich al groot nieuws. De brug kwam opnieuw in het nieuws toen de tuien bij een combinatie van matige wind en lichte regen heftig gingen trillen (harde storm was geen probleem!). Inmiddels is het probleem uit de wereld door het aanbrengen van nieuwe schokbrekers. De brug vormt een essentieel onderdeel van het project om de Kop van Zuid bij het stadscentrum te betrekken. De brug verlengt de economische as Coolsingel-Schiedamsedijk naar zuid en verbindt deze met de Laan op Zuid. Het monumentale karakter van de brug maakt het tot een blikvanger van de eerste orde en het beeldmerk van de stad.

Aan de overkant van de brug zien we links de Wilheminahof en de Wilhelminatoren. Het bruinrode complex Wilheminahof (Kraaijvanger & Urbis; 1997) huisvest de kantoren van de Arrondissmentsrechtbank en het Kantongerecht van Rotterdam. In het gebouw is een opening die toegang biedt tot een publiek middenterrein, het metrostation en een winkelcentru m. Het glazen gebouw ervoor biedt ruimte aan zittingszalen voor het gerecht. In de roodbruine gebouwen (Cees Dam & Partners; 1997) erachter zijn de Belastingdienst en de Douane gevestigd. De ellipsvormige Wilheminatoren is een bedrijfsverzamelgebouw.

We lopen de brug verder af en slaan bij het stoplicht rechtsaf.

Metrostation Wilheminaplein

Page 17: stadswandeling Rotterdam

Tramhalte lijn 20/23/25

We staan nu voor het "Belvedère" aan, het eerste gebouw op de Wilhelminapier dat we tegenkomen. In dit gebouw (2000) van de hand van Renzo Piano (Parijs) is het regiokantoor van KPN telecom gehuisvest. Alle gevels van dit gebouw zijn anders. De voorgevel helt voorover. Hierop is een lichtspel aangebracht van groene blokjes, waarop voortduren animaties te zien zijn ontworpen door jonge kunstenaars. Boven de parterre bevindt zich een lichtkrant.  De wand wordt gestut door een elegant vormgegeven pijler van ongeveer 45 meter.

Tegenover het Bellvedere staat  het nieuwe Luxor Theater, naar een ontwerp van Peter Wilson (Architekturbüro Bolles & Wilson). Het oude gebouw aan de Kruiskade voldoet niet meer en met de bouw van een nieuw theater op deze locatie heeft de Kop van Zuid een culturele impuls gekregen. Het gebouw is een zogenaamd 360 graden gebouw, dat van alle kanten aantrekt. De organisatie van het Nieuwe Luxor speelt zich af rond een inpandig laadplatform,waarvoor een optimale driedimensionale vorm werd ontwikkeld voor de 18,5 m grote draaicirkels van de vrachtwagens. De geometrie van platform en theater zijn nauw op elkaar afgestemd binnen de rondomlopende façade. De oost- en westfaçades bestaan uit standaard gefabriceerde 'Western Red Cedar'-panelen, opgehangen aan een stalen structuur. Luxor krijgt een 'Times Square' achtige affichering, waarvoor drie niveaus zijn voorzien: ter hoogte van de fly-tower komt een lichtkrant en de entree wordt gekenmerkt door een programmatableau boven de verkoopbalie. Het theater is in 2001 geopend.

We gaan de trap af en  lopen rechts langs het Belvedere , en lopen vervolgens over  de Holland-Amerikalijnkade.

We zien nu de zijgevel van de de voormalige vertrekhal van de Holland-Amerikalijn. Op de gevel kunnen we lezen dat hier nu de Cruise Terminal en het Café Rotterdam gevestigd zijn. De Wilhelminapier waar we nu staan was voor de oorlog grotendeels in handen van de Holland-Amerikalijn, dat hier haar hoofdkantoor had en een groot aantal loodsen. De meeste loodsen werden in 1940 verwoest. In 1946 werd hier voor transatlantische passagiers een vertrekhalgebouwd door Brinkman, Van den Broek en Bakema, alledrie exponenten van het Nieuwe Bouwen. Het gebouw bestaat uit een betonconstructie van zes schaaldaken. De zijgevels zijn geheel voorzien van glas. Onder het meest linkse schaaldak is nu het Grand-Café/Restaurant Rotterdam gevestigd. De rest van het gebouw wordt ingenomen door de Cruise Terminal Rotterdam. De terminal moet de ambities van de gemeente om Rotterdam een positie te geven in de Cruise markt gestalte geven. Inmiddels heeft een nieuwe rederij, Club Cruises, Rotterdam als thuisbasis gekozen voor cruises in Europa.

We lopen verder langs de kade.

Naast de Cruisterminal staat aansluitend het gebouw van Marine Safety Rotterdam. Het gebouw is de verpakking van een enorme simulator, waarmee (toekomstige) stuurlieden en kapiteins kunnen oefenen in het besturen van

Page 18: stadswandeling Rotterdam

schepen. Het glazen gebouw is ontworpen door Sir Norman Foster, wiens bureau ook verantwoordelijk is voor het masterplan van de gehele Wilhelminapier.

Naast het gebouw staat het World Port Center, eveneens van Foster and Partners. In dit bedrijfsverzamelgebouw zijn bedrijven en instellingen gevestigd die een relatie hebben met de scheepvaart en de haven, waaronder het Gemeentelijk Havenbedrijf, de Havenwerkgeversvereniging SVZ en een gemeentelijk calamiteitencentrum. Het WPC bestaat uit twee torens met in het midden de liftschachten. De oostelijke toren is vierkant, meet 89,6 meter en telt 23 etages. De westelijke toren is half rond, meet 125 meter en telt 32 etages.  Boven de 29e etage, op 110 meter hoogte, komt een uitkijkplatform. Dit platform springt ten opzichte van de ronde gevel iets terug. Op de 31ste en 32ste etage zijn conferentieruimten. Een parkeergarage biedt plaats aan 350 auto's. Architect Peter Wilson (Bolles + Wilson, Munster Duitsland) heeft het buitenruimteplan ontworpen. Op het Koninginnehoofd is het kunstwerk 'Lost Luggage' van Jeff Wall geplaatst. Het is een herinnering aan de massale emigratie naar o.a. de Verenigde Staten, vanaf deze kade.

We lopen tot aan het einde van de pier en volgen de kade naar links.

We krijgen nu goed zicht op het voormalige hoofdkantoor van de Holland Amerikalijn. Sinds 1992 is hier het Hotel New York gevestigd. De HAL liet in 1901 op deze plek haar kantoor bouwen. De architecten Müller en Drooglever Fortuyn ontwierpen het eerste deel van een gebouw dat nog drie maal zou worden uitgebreid. Van dit oorspronkelijke gebouw resteert alleen nog de

noordgevel. In 1908 kregen de architecten de opdracht om samen met Van der Tak een aan de oostzijde uitbreiding te ontwerpen voor magazijnruimte. In 1916 werd de noordgevel gewijzigd en kwam de toren met klok tot stand. In 1918 werd ook de zuidgevel onderhanden genomen en kwam er een tweede toren met windroos. In 1920 kreeg het gebouw het huidige westfront. Bij de uitbreidingen is gestreefd naar een zo groot mogelijke eenheid in stijl. Het gebouw heeft m.n. in de decoratie veel Jugendstilelementen. In de gevel zijn vier reliëfs aangebracht met elk twee figuren uit de verschillende werelddelen.

Bij de verbouwing tot Hotel New York is ook in het interieur veel aandacht besteed aan het maritieme karakter van het gebouw. De hotelkamers zijn allen verschillend. Ook het restaurant en grand-café zijn de moeite waar om even te bekijken. Achter het Hotel New York wordt gebouwd aan het appartementencomplex Montevideo. Het is ontwerp van Francine Houben en zal

Page 19: stadswandeling Rotterdam

in 2006 gereed zijn. 

Naast het hotel ligt de aanlegstijger van de Watertaxi, die een verbinding onderhoudt met de Veerhaven en de Leuvehaven aan de andere kant van de Nieuwe Maas.

Na eventueel een bezoek aan Hotel New York nemen we de watertaxi naar de Veerhaven.

<8>

Als we in de Veerhaven van boord gaan zien we aan de rechterhand op de Veerdam nr. 1 het clubhuis van de Koninklijke Zeil- en Roeivereniging de Maas uit 1908. De architect, Hooykaas, was zelf ook lid. Het gebouw is in Jugendstil uitgevoerd.

Voor ons op nr. 25 staat

hetWereldmuseum (v/h Museum voor Land en Volkenkunde). Het pand werd gebouwd in 1851 voor de Koninklijke Nederlandsche Yachtclub. Een chique zeilclub onder voorzitterschap van Prins Hendrik, de broer van koning Willem III. Vanaf het balkon konden de leden de zeilwedstrijden op de Maas volgen. De club werd in 1878 opgeheven. Rond de geschenken van de bereisde en welgestelde leden konden de collecties voor het Maritiem Museum Prins Hendrik (1878) en het Museum voor Land en Volkenkunde (1883) worden opgebouwd. Beiden werden hier gevestigd. Het Maritiem Museum verhuisde later naar elders. In 1908 werd een etage toegevoegd.

Iets verder naar links op op het pleintje staat een monument voor Pieter Caland, de ontwerper van de Nieuwe Waterweg, die Rotterdam een goede verbinding met de Noordzee biedt.

De namen Veerhaven en Veerdam hebben betrekking op het veer van Rotterdam naar Katendrecht. Dit veer ingesteld in de 2e helft van de 15e eeuw

Page 20: stadswandeling Rotterdam

kwam in 1599 in Rotterdamse handen. Het bleef bestaan tot 1968 toen de metro in bedrijf werd genomen

We lopen links om de Veerhaven heen.

Tramhalte lijn 7

Men kan de route met nog eens 3,2km bekorten door hier tram lijn 5 naar het Centraal Station te nemen.

Rechts op het Westplein op no. 1-3 staat het Atlantic Huis (Buskens, 1930). Het was één van de eerste bedrijven-verzamelgebouwen in Nederland. Dit type gebouw was uit de Verenigde Staten komen overwaaien. Het gebouw is in Art-Déco stijl gebouwd. Opvallend zijn de twee ronde hoeken die als torens het centrale deel met het zadeldak omkaderen. De glas-in-loodramen tussen de begane grond en de eerste verdieping vertellen het verhaal van het moderne op de toekomst gerichte Rotterdam met schepen, treinen, fabrieken, vliegtuigen en het Witte Huis. De twee reliëfs stellen de Griekse goden Hermes (handel) en Neptunus (zee) voor.

We houden de haven aan de linkerhand en komen aan de andere zijde van de haven

en zien op nr. 14 en15 het kantoor dat in 1916 werd gebouwd voor de tansportonderneming van de gebroeders Van Uden. Het werd ontworpen door De Roos en Overeynder in een soort rijke overgangsarchitectuur. De gevel heeft mooie Art Nouveau elementen, zoals de sierbanden en de smeedijzeren erker op de 2e etage. Het interieur is echter Berlagiaans. In 1915 is het pand door dezelfde architecten aan de Noordzijde verdubbeld. Hoewel delen in 1948 en 1960 aan de achterzijden zijn aangebouwd is het pand tot in detail in authentieke staat.. 

Op de hoek van met de Westerkade staat het voormalige kantoor van de Steenkolen Handelsvereniging(SHV) het handelsimperium van de families Van Beuningen en Fentener van Vlissingen. Het bedrijf leverde bunkerkolen aan schepen en groeide later uit tot een conglomeraat van bedrijven, waartoe enige tijd ook de Makro behoorde. Het gebouw is in 1914 gebouwd door JP Stok Wzn. Ook dit gebouw is in overgangstijl gebouwd en is daarmee een goed voorbeeld van een kantoorgebouw van een grote havenonderneming rond de eeuwwisseling. De gevel is opgetrokken uit vulkaansteen. Het balkon op de 1e verdieping is versierd met de vier "Atlanten", één met een schop, één met een grondboor en twee kolensjouwers verwijzen letterlijk naar de activiteiten van de SHV. In 1984 beëindigde de SHV haar Rotterdamse havenactiviteiten. Het gebouw is nu in eigendom van de financieringsmaatschappij Indofin-groep die hier  haar Nederlandse kantoor heeft.

Page 21: stadswandeling Rotterdam

Voor het gebouw staat een beeld van Tsaar Peter de Grote uit 1997 van de beeldhouwer Leonid Baranov. Het is een geschenk van de Russische premier Tsjernomyrdin aan Nederland.

We lopen rechtsaf de Westerkade op.

De witte gevels van de panden tussen de Zeemanstraat en de Rivierstraat vormen één blok. Het blok is gebouwd door P. Vermaas in 1862. Achter de herenhuizen met tuintje gaan pakhuizen schuil, die doorlopen tot aan de Calandstraat. Dit zijn de laatste voorbeelden van woonhuizen met aangebouwde pakhuizen. Op de hoek met de Kievitlaan staat het kantoorgebouw van de fima Van Ommeren. Dit pand heeft een helicopterdeck op het dak.

We gaan vóór de snackbar rechts en meteen linksaf de heuvel op.

Aan de rechterhand zien we het beeld van Koningin Wilhelmina door Charlotte Dorothee van Pallandt uit 1968.

We lopen omhoog en komen op de Parkkadepromenade.

De heuvel is kunstmatig en opgeworpen uit grond afkomstig uit de Waalhaven. Halverwege staat het chique restaurant Parkheuvel tegen de heuvel aangebouwd.

We lopen tot het einde van de promenade en gaan de trap af.

Voor ons liggen het toegangshuisje van de voetgangerstunnel van de Maastunnel en rechts daarvan het ventilatiegebouw. Het plan voor een vaste oeververbinding speelde al lang in de Rotterdamse politiek. In 1931 kwam stadsbouwmeester Witteveen met een plan om de regionale en plaatselijke verkeersstromen te bundelen in een oeververbinding. L. van Dijk (hoofd gemeentewerken) deed een voorstel voor een tunnel. Een tunnel had het grote voordeel dat de scheepvaart niet gehinderd werd. Een delegatie van gemeentewerken ging in New York kijken naar de Holland Tunnel (Holland, 1927), maar de meeste inspiratie deed men in Antwerpen op bij de Scheldetunnel (Thonet, 1933). Behalve het oplossen van verkeersproblemen ging het ook om het neerzetten van een Rotterdams prestige object. De toegangsgebouwen, de filtergebouwen en de garages bij de autotunnel zijn in dezelfde futuristische stijl gebouwd. De bouw liep vertraging op in 1939 door de mobilisatie. Tijdens de bezetting werd de bouw voortgezet onder Duits toezicht. Om te voorkomen dat de opening van de tunnel door de Duitsers zou worden aangegrepen voor veel vertoon, werd de tunnel in 1942 in stilte opengesteld. In september 1944 werd ze weer uit strategische overwegingen gesloten. Op 19 mei 1945 vond een tweede opening plaats.

We lopen het toegangsgebouw in

De houten roltrappen lopen geven toegang aan de fietstunnel en de voetgangerstunnel die er onder ligt. In het gewelf van de roltrapschacht zijn

Page 22: stadswandeling Rotterdam

mozaïeken van Gidding aangebracht, die verwijzen naar de functie en ligging van de tunnel.

We gaan weer naar buiten en steken bij de zebra over lopen links over het voetpad verder richting Euromast.

<9>

De Euromast werd in 1958-60 gebouwd in opdracht van de NV Eurotoren naar een ontwerp van Maaskant. Het was bedoeld als hoogtepunt van de floriade van 1961. Het was oorspronkelijk 100 meter hoog, omdat Maaskant vond dat je op groter hoogte toch niets meer kon herkennen. Bovendien was men bang dat de bezoekers een hogere toren niet zouden durven bezoeken. In 1970 kon van de organisatie van het evenement C''70 een toren worden overgenomen. Normaal staan deze torens op de grond maar deze werd boven op de Euromast geplaatst. Daarmee was het weer het hoogste bouwwerk van de stad. Deze positie was in 1966 (tijdelijk) door de Medische Faculteit Rotterdam overgenomen.

We lopen vóór de Euromast rechts de brug op die over het tunneltracee van de Maastunnel voert. Aan de overkant gaan we de trap af. Lopen een 20-tal meters rechtuit en gaan het eerste pad links Het Park in.

In 1851 kocht de gemeente de buitenplaats van Jan Valckenier, waarvan de tuin het grootste deel van het huidige park besloeg. De tuin was volkomen verwilderd. De gemeente wilde eerst een slachthuis hier laten bouwen, maar al snel vatte het idee post dat de stad behoefte had aan een recreatieve bestemming. J.D. en L.P. Zocher werden aangezocht om Het Park te ontwerpen. Zij hadden ook het Vondelpark in Amsterdam ontworpen. Later zouden zij ook de Westersingel inrichten. In 1863 was het park klaar. In 1875 werd het nog in westelijke richting uitgebreid. Het is aangelegd in de traditie van het Engelse landschapspark. Veel onregelmatige vormen in paden en waterpartijen, zodat het "natuurlijk" aandoet, zonder echt wild te worden.

We gaan meteen het eerste pad links in, het bruggetje over. We houden vervolgens rechts aan

Over het water zien we rechts het standbeeld van de dichter en koopman Tollens (1780-1856), die het eerste officiële Nederlandse volkslied schreef ("Wien Neerlandsch Bloed door d'Aderen stroomt…"). Verder naar links is de villa Parkzicht zichtbaar, ooit was hier de beruchte discotheek Parkzicht, de geboorteplaats van de Rotterdamse Gabberhouse. Spoedig komt hier een Brasserie.

We lopen verder langs de vijver en gaan het eerste pad rechts.

Aan de linkerhand zien we het labyrinth en het Heerenhuys, ook wel de buitenplaats de Heuvel genoemd. Het dateert uit 1800. De buitenplaats werd in

Page 23: stadswandeling Rotterdam

1875 bij het Park gevoegd. Er is nu een grand-café en restaurant gevestigd.

We lopen verder en voorbij de haag gaan we linksaf.

We lopen af op het witte koetshuis van de Heuvel. Het werd in 1858 gebouwd. Op de eerste verdieping woonde de koetsier.

We slaan rechts en lopen voor het koetshuis langs. Vervolgens linksaf, de brug over en weer linksaf.

Aan de rechterhand zien we de Parkflat liggen. De parkflat, met luxe appartementen is in 1958 voltooid door architect Groosman. Het heeft ook een gemeenschappelijk dakterras. Aanvankelijk was hier een gebouw van vier etages gedacht, dat aan zou sluiten op de bebouwing van de Westzeedijk, maar Groosman vond dat hoogbouw aantrekkelijker was in verband met het uitzich over het Park en de rivier.

We lopen in de richting van de Noorse Kerk.

De Noorse Zeemanskerk stond eerst aan de Parkhaven, maar moest vanwege de tunnelaanleg in 1937 worden verplaatst. De kerk is het resultaat van een initiatief van de Noorse dominee Saxe, die als zeemanszendeling van 1906 tot 1922 in Rotterdam was gestationeerd. In 1913 werd een prijsvraag uitgeschreven die gewonnen werd door Arneberg en Poulsson. Het resultaat is een ingetogen kerkje met duidelijk kenmerken van de Noorse Staafkerken uit de 13e eeuw. De kerk is representatief voor de Nationalistische Romantische beweging in Noorwegen, ontstaan rond de onafhankelijkheid van Noorwegen in 1905. De beweging wilde Noorwegen ook in de bouwkunst een eigen identiteit verschaffen. Hiervoor werd teruggegrepen op elementen uit de oudnoorse bouwtradities. Beide archtitecten werden later beroemd met hun ontwerp voor het stadhuis van Oslo (1918-1947).

Aan de overkant van de Westzeedijk ligt het Erasmus Medisch Centrum (voorheen Dijkzigt Ziekenhuisen de Medische Faculteit van de Erasmus Universiteit. Het eigenlijke ziekenhuis is het lichtgele gebouw links. Het werd in 1961 geopend als gemeentelijk ziekenhuis, ter vervanging van het in de oorlog verlorengegane Coolsingelziekenhuis. In een aparte vleugel is het zusterhuis ondergebracht. In 1965 besloot de regering een zevende medische faculteit te stichten in Rotterdam, die later in 1973 met de Nederlandse Economische Hogeschool de Erasmus Universiteit zou vormen. Voor de bouw van de faculteit ten oosten van het ziekenhuis, moesten de Ahoy hallen uit 1950 worden gesloopt. Het werd in 1968 voltooid door Hagoort en Martens. Het is 114 meter hoog. De hoogbouw bevat laboratoria en kantoren, de laagbouw collegezalen. Het betonskelet gaat schuil achter witte alluminiumplaten. De bouwtijd was uitzonderlijk kort door de toepassing van prefab-elementen.

We lopen rechtsaf de Westzeedijk op en steken bij de oversteekplaats over.

Page 24: stadswandeling Rotterdam

Tram 8 (Westzeedijk)

We komen nu in het voormalige Land van Hoboken. Voor ons zien we het Natuurmuseum. Het is gevestigd in de voormalige villa Dijkzigt van de familie Van Hoboken uit 1852. Het is een neo-classicistisch bouwwerk van Metzelaar. De glazen uitbreiding dateert van 1995 en is ontworpen door bureau Mecanoo. 

Rechts ervan staat de Kunsthal, een ontwerp van Rem Koolhaas uit 1992. Het gebouw dient als expositieruimte voor bijzondere tentoonstellingen waarvoor in de bestaande musea geen ruimte is. Het gebouw wordt doorsneden door een voetgangershelling die het Museumpark met de Westzeedijk verbindt. Het deel rechts van de hellilng bevat een auditorium en een restaurant, het grotere linkerdeel twee expositieruimtes. De grote hal boven heeft een transparant dak en een groot "etalagevenster". Op het dak wordt een grote installatietoren gebruikt als billboard om de tentoonstellingen aan te kondigen.

Via de voetgangershelling lopen we door het gebouw het museumpark in.

Het Museumpark is ontworpen door bureau OMA van de roemruchte Rem Koolhaas. Het ontwerp is in 1992 uitgevoerd. Het park is nadrukkelijk kunstmatig en sluit totaal niet aan bij de museumtuin van Boijmans en de daarnaast gelegen rozentuin. Veel beton en astfalt. Van de museumzone komen we via een brug in de Romantische Tuin. Er achter ligt het evenemententerrein ( voor o.a. Parade en Openluchtbioscoop). Links zien we de Villa Zebra. Villa Zebra is bedoeld om kinderen vertrouwd te maken met kunst. Er zijn grappige, grote, kleine en heel bijzondere kunstwerken. Kinderen kunnenzelf aan de slag in een van de werkplaatsen. Ouders kunnen ze achterlaten in het Zebracafé.

<10>

Aan het einde van het park staat aan de rechterzijde hetMuseum Boymans Van Beuningen. Aanvankelijk was de, door de advocaat Boijmans aan de stad nagelaten kunstverzameling, ondergebracht in het Schielandshuis. De ondernemer Van Beuningen (Steenkolen Handelsvereniging) was van belang bij de financiering van de bouw van een nieuw museumgebouw en uitbreiding van de collectie. De nieuwbouw was nodig omdat de collectie te groot werd voor het Schielandhuis. Stadsarchitect Van der Steur ontwierp het gebouw. Er was veel kritiek uit hoek van de Nieuw-Zakelijke bouwers op het zeer traditionele ontwerp. Van der Steur had zich met name laten inspireren door het Stadhuis van Stockholm uit 1923.

Page 25: stadswandeling Rotterdam

De toren heeft de functie van opbergruimte. De lantaren is ’s avonds verlicht. In 2003 is de uitbreiding van het museum van het Belgische architectenduo Paul Robbrecht en Hilde Daem geopend aan de kant van de Westersingel. De bouw ervan is ruim twee jaar uitgelopen en de begroting is met ettelijk miljoenen euro's overschreden. 

Voor ons is allang het Nederlands Architectuur Instituut opgevallen. De ontstaansgeschiedenis van het instituut was niet eenvoudig. Er ging een heuse Amsterdam-Rotterdam strijd aan vooraf. Uiteraard won Rotterdam op goede argumenten. Het winnende ontwerp was (verrassend) van Jo Coenen. De drie functies van het instituut zijn in drie afzonderlijke gebouwdelen ondergebracht. Het archief in de kromming aan de Rochussenstraat, de staf en bibliotheek in het flatgebouw en de tentoonstellingsruimte aan de zijde van de Jongkindstraat. De arcade aan de Rochussenstraat is ’s avonds door gekleurde TL-buizen verlicht waardoor een dynamisch lichtkunstwerk (ontwerp Peter Struycken) ontstaat. Aan de linkerzijde is een café-restaurant gevestigd met de naam van de architect. Links zien we in de waterpartij een kunstwerk van Auke de Vries.

We slaan rechtsaf (Museumpark) en zien aan onze linkerhand een aantal witte villa's.

Op de hoek met de Jongkindstraat staat een villa naar een ontwerp van Stokla (1938). Het is een stuk lichtvoetiger van ontwerp dan de villa op nr. 9 van

Brinkman en Van der Vlugt, met name de ronde balkons en de luifels getuigen hiervan. Hier is sinds 1993 het Chabot Museum, gewijd aan de

expressionistische schilder, gevestigd.

Voor de liefhebbers van architectuur is een zijsprongetje, de Jongkindstraat in een must.

Op Jongkindstraat nr 12 staat de villa Sonneveld (1933). Dit is de andere villa

Page 26: stadswandeling Rotterdam

van Brinkman en Van der Vlugt in dit wijkje. Sonneveld was één van de directeuren van de Van Nellefabriek, die beide architecten ook hebben ontworpen. De begane grond wijkt iets terug van de witte gevel, waardoor het huis wat los komt van de grond. De dienstvertrekken zijn op de begane grond. Woonkamer is op de 1everdieping. Hier valt het brede venster op (fenêtre de longueur), een idee ontleend aan de goeroe van de Nieuwe Bouwers, LeCorbusier. Ook deze villa beschikt over een dakterras. De inrichting van het huis is tot in de kleinste details modernistisch te noemen en was voor de familie Sonneveld een totale breuk met het wonen tot dan toe. Zij namen in 1933 zonder één meubelstuk mee te nemen hun intrek in de villa, die van alle denkbare gemakken van die tijd was voorzien. De villa was lange tijd eigendom van de Belgische regering en deed dienst als dienstwoning voor de consul. Dankzij de karigheid van de Belgen is er vrijwel niets aan het gebouw veranderd. In 1999 heeft het Nederlands Architectuur instituut de villa ter beschikking gekregen. De woning is  als museumwoning, compleet met meubilair uit die tijd, voor het publiek opengesteld in 2001. Toegangskaarten zijn verkrijgbaar in het Nederlands Architectuurinstituut aan de Rochussenstraat (links).

Terug naar de hoek van de Jongkindstraat en het Museumpark. We slaan linksaf.

Op Museumpark nr. 9 staat het woonhuis van de huisarts Boevé. Het is een ontwerp van Brinkman en Van der Vlugt, representanten van het Nieuwe Bouwen en gebouwd in 1933. Het gebouw is vanwege de zachte bodem lichtgebouwd. Op de begane grond bevonden zich de woonvertrekken en de praktijkruimte. De slaapkamers op het eerste verdiep. De principes van de Nieuwe Bouwers met betrekking tot natuur en gezondheid komen tot uitdrukking in de daktuin en de fitnessruimte op het dak.

We lopen verder richting Westersingel.

Op de hoek met de Westersingel (nr. 76) staat de Remonstrantse kerk uit 1897. Tot dan toe hadden de Remonstranten slechts een schuilkerk ter beschikking, hoewel dat na 1795 niet meer nodig was. De toren valt het meest op. Het portaal aan de Westersingelzijde wordt gesierd met het motto: "Eenheid in het nodige, Vrijheid in het onbekende, In alles de Liefde". Daarboven is een mozaïek te zien met een engel en de letters alpha en omega.

Rechts bij de brug over de Westersingel staat een beeld naar een tekening van Pablo Picasso (1881-1973). De beeldhouwer was een bekende van Picasso, de noor Carl Nesjar (1920). Het beeld stond sinds 1970 oorspronkelijk op de hoek van het Weena  en het Kruisplein, maar is in 2003 verplaatst. Het heet Sylvette, genoemd naar een model van Picasso waarvan hij in 1954 meer dan 40 tekeningen en schilderijen maakte

Tramhalte lijn 7

Aan de overzijde van de singel kunnen we met Tramlijn 5 (richting Schiebroek)

Page 27: stadswandeling Rotterdam

naar het Centraal Station terug.

We kunnen ook terug lopen. We volgen de singel linksaf tot het Kruisplein. We lopen dan rechtdoor naar het Centraal Station.

© Eddy le Couvreur, 2000-2005

Laatste bewerkt: 01-08-2010