Spijkerhard 24e jaargang nr 2 juli 2010

5
5 Nijestee kiest voor continuïteit bij verduurzaming woningbezit 7 Bijna alle huurdersorganisaties aangesloten bij het Huurdersplatform 24 e jaargang - nummer 2 - juli 2010 Stadsvernieuwingskrant voor Groningen & De onderste steen pag 2 De spijker op z’n kop pag 2 Commentaar pag 8 Uitgave: Stichting BewonersTaal SPI J KERHARD De prijzen van koopwoningen stij- gen en de keus in betaalbare wonin- gen is beperkt. Dat maakt het voor starters op de woningmarkt moei- lijk. Met de starterslening wil de gemeente Groningen het voor meer mensen mogelijk maken een wo- ning te kopen. De lening bedraagt 20 procent van de koopsom met een maximum van 40.000 euro. Starters komen in aanmerking voor een lening bij een woning waarvan de verwervingskos- ten maximaal 200.000 euro bedra- gen. Een rekenvoorbeeld: de verwer- vingskosten van een woning bedra- gen 170.000 euro. Bij een jaarin- komen van 31.500 euro kan bij de bank een hypotheek van 140.000 euro verkregen worden (volgens de Nationale Hypotheek Garantie). De starterslening bedraagt dan 30.000 euro en over dit bedrag hoeft de eerste drie jaar geen rente en aflos- sing betaald te worden. ‘Met de starterslening geeft de ge- meente startende kopers een steun- tje in de rug’, zegt Ronald Klaassen, beleidsmedewerker Wonen bij de Dienst RO/EZ. ‘Want met die lening kun je het verschil overbruggen tus- sen de koopsom van een woning en het maximale bedrag dat, op basis van het inkomen, bij de bank ge- leend kan worden.’ De starterslening werd al in 2007 geïntroduceerd, maar er was destijds weinig vraag naar omdat veel kopers gebruik maakten van koopsubsidie, een landelijke VROM-regeling. Bo- vendien gold de starterslening alleen bij de koop van een nieuwbouw- woning. Met het instellen van een aantal maatregelen wordt de star- terslening voor Stadjers die een huis willen kopen beter bereikbaar en aantrekkelijker. Het college van B&W van Gronin- gen verhoogt het maximumbedrag voor de starterslening van 30.000 naar 40.000 euro en de minimale verwervingskosten voor het verle- nen van een starterslening vervallen. Daarmee krijgen ook starters die een woning in een goedkopere prijscate- gorie willen kopen de mogelijkheid tot een lening. Verder is bepaald dat de starterslening niet alleen voor nieuwbouw maar ook voor bestaan- de woningen beschikbaar is. ‘We hebben de ambitie om ieder- een zo plezierig mogelijk te laten wonen in de stad’, zegt wethouder Frank de Vries, ‘en we zien dat star- ters voor een koopwoning het moei- lijk hebben op de woningmarkt. Door de starterslening nog beter bereikbaar te maken willen we de woningmarkt voor starters op gang houden. Dit is ook nodig omdat de koopsubsidie uit de rijksregeling Bevordering Eigen Woningbezit be- eindigd is. Startende huizenkopers zijn voor een verzachting van de hy- potheeklening daardoor aangewezen op de gemeentelijke starterslening.’ De gemeente Groningen heeft ter bestrijding van de problemen in de woningmarkt al eerder een aantal maatregelen genomen. Zo is er uit de tijdelijke stimuleringsregeling woningbouw bijna 5 miljoen euro subsidie beschikbaar voor nieuw- bouwprojecten. Alle maatregelen moeten ervoor zorgen dat de wo- ningmarkt op gang blijft. De starterslening kent een ren- tevaste periode van 15 jaar. In de eerste drie jaar hoeft er geen rente en aflossing betaald te worden. ‘Dat scheelt die eerste jaren dus aanzien- lijk in de woonlasten’, aldus Klaas- sen. ‘Pas na drie jaar ga je rente en aflossing betalen. Tenminste, als het inkomen voldoende gestegen is. Als dat niet het geval is vindt een her- toetsing plaats en moet een maand- last betaald worden die past bij het inkomen van dat moment.’ De gemeente heeft 3 miljoen euro opzij gezet voor de startersle- ning. Dat betekent dat maximaal 75 starters voor een lening van 40.000 euro in aanmerking kunnen komen. ‘Wij gaan door zolang de voorraad strekt’, zegt Klaassen, ‘en zullen dan moeten beslissen of we een nieuwe reservering maken.’ Zie ook: www.startersleninggroningen.nl Een steuntje in de rug voor kopers Omdat de huizenprijzen de laatste jaren enorm zijn gestegen, is het voor starters op de woningmarkt nauwelijks nog mogelijk een eigen woning te bemachtigen. Zij verdienen eenvoudigweg te weinig om de hypotheek rond te krijgen. De gemeente Groningen komt deze huizenkopers daarom tegemoet met een starterslening van maximaal 40.000 euro. door Hans Bergman De starterslening geldt nu ook voor bestaande woningen. Gemeente leent 40.000 euro aan starters op woningmarkt

description

Spijkerhard 24e jaargang nr 2 juli 2010

Transcript of Spijkerhard 24e jaargang nr 2 juli 2010

Page 1: Spijkerhard 24e jaargang nr 2 juli 2010

5Nijestee kiest voor continuïteit bij

verduurzaming woningbezit 7Bijna alle huurdersorganisaties aangesloten bij het Huurdersplatform

24e jaargang - nummer 2 - juli 2010

Stadsvernieuwingskrant voor Groningen

&De onderste steen pag 2De spijker op z’n kop pag 2Commentaar pag 8

Uitgave: Stichting BewonersTaal

Spijkerhard

De prijzen van koopwoningen stij-gen en de keus in betaalbare wonin-gen is beperkt. Dat maakt het voor starters op de woningmarkt moei-lijk. Met de starterslening wil de gemeente Groningen het voor meer mensen mogelijk maken een wo-ning te kopen.

De lening bedraagt 20 procent van de koopsom met een maximum van 40.000 euro. Starters komen in aanmerking voor een lening bij een woning waarvan de verwervingskos-ten maximaal 200.000 euro bedra-gen.

Een rekenvoorbeeld: de verwer-vingskosten van een woning bedra-gen 170.000 euro. Bij een jaarin-komen van 31.500 euro kan bij de bank een hypotheek van 140.000

euro verkregen worden (volgens de Nationale Hypotheek Garantie). De starterslening bedraagt dan 30.000 euro en over dit bedrag hoeft de eerste drie jaar geen rente en aflos-sing betaald te worden.

‘Met de starterslening geeft de ge-meente startende kopers een steun-tje in de rug’, zegt Ronald Klaassen, beleidsmedewerker Wonen bij de Dienst RO/EZ. ‘Want met die lening kun je het verschil overbruggen tus-sen de koopsom van een woning en het maximale bedrag dat, op basis van het inkomen, bij de bank ge-leend kan worden.’

De starterslening werd al in 2007 geïntroduceerd, maar er was destijds weinig vraag naar omdat veel kopers gebruik maakten van koopsubsidie, een landelijke VROM-regeling. Bo-vendien gold de starterslening alleen bij de koop van een nieuwbouw-

woning. Met het instellen van een aantal maatregelen wordt de star-terslening voor Stadjers die een huis willen kopen beter bereikbaar en aantrekkelijker.

Het college van B&W van Gronin-gen verhoogt het maximumbedrag voor de starterslening van 30.000 naar 40.000 euro en de minimale verwervingskosten voor het verle-nen van een starterslening vervallen. Daarmee krijgen ook starters die een woning in een goedkopere prijscate-gorie willen kopen de mogelijkheid tot een lening. Verder is bepaald dat de starterslening niet alleen voor nieuwbouw maar ook voor bestaan-de woningen beschikbaar is.

‘We hebben de ambitie om ieder-een zo plezierig mogelijk te laten wonen in de stad’, zegt wethouder Frank de Vries, ‘en we zien dat star-ters voor een koopwoning het moei-

lijk hebben op de woningmarkt. Door de starterslening nog beter bereikbaar te maken willen we de woningmarkt voor starters op gang houden. Dit is ook nodig omdat de koopsubsidie uit de rijksregeling Bevordering Eigen Woningbezit be-eindigd is. Startende huizenkopers zijn voor een verzachting van de hy-potheeklening daardoor aangewezen op de gemeentelijke starterslening.’

De gemeente Groningen heeft ter bestrijding van de problemen in de woningmarkt al eerder een aantal maatregelen genomen. Zo is er uit de tijdelijke stimuleringsregeling woningbouw bijna 5 miljoen euro subsidie beschikbaar voor nieuw-bouwprojecten. Alle maatregelen moeten ervoor zorgen dat de wo-ningmarkt op gang blijft.

De starterslening kent een ren-tevaste periode van 15 jaar. In de

eerste drie jaar hoeft er geen rente en aflossing betaald te worden. ‘Dat scheelt die eerste jaren dus aanzien-lijk in de woonlasten’, aldus Klaas-sen. ‘Pas na drie jaar ga je rente en aflossing betalen. Tenminste, als het inkomen voldoende gestegen is. Als dat niet het geval is vindt een her-toetsing plaats en moet een maand-last betaald worden die past bij het inkomen van dat moment.’

De gemeente heeft 3 miljoen euro opzij gezet voor de startersle-ning. Dat betekent dat maximaal 75 starters voor een lening van 40.000 euro in aanmerking kunnen komen. ‘Wij gaan door zolang de voorraad strekt’, zegt Klaassen, ‘en zullen dan moeten beslissen of we een nieuwe reservering maken.’

Zie ook: www.startersleninggroningen.nl

Een steuntje in de rug voor kopersOmdat de huizenprijzen de laatste jaren enorm zijn gestegen, is het voor starters op de woningmarkt nauwelijks nog mogelijk

een eigen woning te bemachtigen. Zij verdienen eenvoudigweg te weinig om de hypotheek rond te krijgen. De gemeente

Groningen komt deze huizenkopers daarom tegemoet met een starterslening van maximaal 40.000 euro.

door Hans Bergman

De starterslening geldt nu ook voor bestaande woningen.

Gemeente leent 40.000 euro aan starters op woningmarkt

Page 2: Spijkerhard 24e jaargang nr 2 juli 2010

( S p i jkerhard )pagina 2 - juli 2010

( S p i jkerhard )pagina 3 - juli 2010

Studenten

De schrijver Bob den Uyl omschreef in één van zijn befaamde reisverhalen Assen eens als ‘het slape-rige provincieplaatsje A.’ Een stadje waar hoege-naamd nooit iets van enig belang gebeurt. Eén keer per jaar wordt de rust er wreed verstoord door de TT en de daaraan voorafgaande nacht. Dan gaat Assen ineens helemaal uit de bol.

Dat de TT-nacht vaak gepaard gaat met de nodige incidenten waarover de politie naar goed Hollands gebruik later zonder blikken of blozen meldt, dat die rustig is verlopen laten we verder maar even buiten beschouwing. Daarna slaapt Assen rustig verder.

Het gevaar ligt op de loer, dat Groningen ook een soort Assen wordt. IJverige ambtenaren van de gemeente werken daar heel erg aan mee. Zo presteren deze regelneukers het om een caféhou-der aan de Meeuwerderweg te verbieden om een tribune te bouwen op de stoep voor zijn etablis-sement waar je de WK-wedstrijden kunt zien.

Niemand heeft er last van, iedereen vindt het leuk, maar toch steken deze doorgewinterde Dor-knopers er een stokje voor. Hebben blijkbaar niets anders te doen. Wegbezuinigen die lui, me dunkt.

Dat deze stad op gezette tijden bruist en zin-dert, is voor een belangrijk deel te danken aan de aanwezigheid van studenten. Ze brengen leven in de brouwerij. Er is wel eens sprake van luidruch-tig gelal en gebral, maar dat hoort een beetje bij jonge mensen op weg naar volwassenheid.

Als er problemen zijn moeten stadjers en stu-denten dat samen oplossen, zegt raadslid Rebecca Krüders van Student en Stad. Voor een studenten-stop voelt ze niets. Je hebt toch ook geen stop voor Friezen, zegt ze. Zo is het maar net.

Wethouder Karin Dekker is het hier helemaal mee eens. Hoe meer studenten, hoe beter, zei ze in de gemeenteraad. We kunnen heel veel aan. Jaar-lijks willen we er 10 procent studenten bij hebben.

Rondom mijn huis wonen ook al jarenlang studenten. Natuurlijk, je hoort wel eens wat, maar van grote overlast is geen sprake. In het weekend gaan ze vaak naar pappie en mammie voor een gezonde Hollandse prak warm eten met aardap-peltjes, groente en draadjesvlees. Mammie doet een wasje, strijkt liefdevol alle overhemden en jurkjes en op maandag keren ze weer vrolijk terug naar hun kamers van vier bij drie.

Is er eens een feestje met het nodige rumoer, dan komen de jongens en meisjes dat keurig melden. ‘Als er later nog wat herrie is, dan kom je maar een biertje meedrinken’. Nadat ik Geert-Jan van boven tijdens een gezellig praatje vertelde van mijn hernia kwam hij me spontaan helpen met het verwijderen van onkruid uit mijn tuin. Een biertje werd beleefd afgeslagen, want dat moest hij ‘s avonds ook nog. Dat hier weinig problemen zijn, kan wellicht worden verklaard uit de ‘sociale klasse’ van de studenten, die bij mij in de buurt (Korrewegwijk) wonen.

De laatste tijd hoor je steeds vaker, dat het beter is, als ze uit de buurten verdwijnen. Ze moe-ten maar als een soort melaatsen worden weg-gemoffeld in een campus. Dat is echter slecht voor de stad. Zo lang de universiteit bestaat hebben er studenten in de stad gewoond. Die hebben Gro-ningen gemaakt tot wat het nu is: een swingende en bruisende stad.

En dat moet maar zo blijven.

Peter Beukema

de diverse bonte lapjes met elkaar te verbinden.

Terug naar de huid het complex, de Braziliaanse leisteen. Gebouwen kunnen met de meest uiteenlopen-de materialen worden bekleed: bak-steen, zandsteen, hout, stucwerk, beton, aluminium, zink. Het grote publiek ziet het liefst baksteen en hout. Trefwoorden van deze twee materialen zijn: oer-Hollands, tra-ditioneel en ambachtelijk. Baksteen en hout roepen bij velen warme gevoelens op, gevoelens van ge-borgenheid. Aluminium en zink worden in het algemeen ervaren als industrieel, te modern, te afstande-lijk. Hetzelfde geldt voor beton dat nooit echt is aangeslagen in Ne-derland omdat men het meer vindt passen in zuidelijke landen waar het aansluit op de eeuwenoude stuc-werktraditie. Leisteen -ofschoon uitheems- roept evenals baksteen en hout òòk warme gevoelens op bij veel Nederlanders. Waarschijnlijk omdat het materiaal enigszins lijkt op baksteen en geassocieerd wordt met het ambachtelijke.

Dichtbij huis, in Duitsland en Engeland bijvoorbeeld, is leisteen ruimschoots verkrijgbaar. Waar-om hebben Team 4 Architecten en Woonstade de bekleding voor het multifunctionele centrum helemaal uit het verre Brazilië laten komen? ‘Omdat het beter en mooier is,’ ant-woordt architect Klaas Paul de Boer. ‘Beter, want het is dikker en harder dan de Duitse en de Engelse lei, het is een echte steen. Mooier, want de Braziliaanse heeft een fraaie nerf en warmere tinten’. De Boer is zeer gecharmeerd van de roesttint. Een sterk overtrokken schakering van die zachte kleurstelling is het felle

geel van de loggia’s, de vensterban-ken en de lekdorpels.

Braziliaanse leisteen is in aan-schaf goedkoper dan Duitse en En-gelse. De aanbreng is wat duurder omdat de gaatjes voor de beves-tigingspennetjes moeten worden voorgeboord. Braziliaanse leisteen is immers vrij dik en daardoor zwaar. De gaatjes voor het lichtere Duitse en Engels product kan de bouwvakker eenvoudigweg met een hamer inslaan. Volgens De Boer is lei onderhoudsarm omdat vuil moeilijk aanhecht. Gebeurt dat wel dan spoelt het regenwater het makkelijk af. Braziliaanse leisteen heeft bovendien veel reliëf, vuil dat wel aanhecht zie je daarom niet zo gauw. Is lei misschien het ideale be-kledingsmateriaal?

Het multifunctionele complex in Hoogkerk-Zuid is al volop in ge-bruik. Op de begane grond bevin-den zich een vestiging van de bi-bliotheek en vijf klaslokalen van de Anne Frankschool. De lokalen zijn een uitbreiding van de bestaande school die naast het complex staat.

Stichting Novo huurt een 18-tal appartementen voor begeleid wo-nen. Verder zijn op de eerste tot en met de vierde verdieping 48 appar-tementen gerealiseerd: 30 huur en 18 koop (waaronder twee penthou-ses op de vijfde verdieping). Er zijn 34 parkeerplaatsen.

‘Ploegschool-locatie’ is overigens een werktitel. Woonstade is nog op zoek naar een naam. Daarom heeft de corporatie een prijsvraag uitge-schreven onder de bewoners van de huur- en koopappartementen. Maar suggesties van buitenstaanders zijn ook welkom.

In opdracht van woningcorpora-

tie Woonstade ontwierp Team 4

Architecten een multifunctioneel

complex, de zogeheten Ploeg-

school-locatie in Hoogkerk-Zuid.

Het markante gebouw werd half

juni opgeleverd. Tijd om een kijkje

te nemen en verslag te doen.

Vanuit een Z-vormige plattegrond rijzen gevels op die de zwaarte-kracht lijken te tarten. Op soms angstaanjagende wijze hellen ze alle kanten op: naar voren, naar achte-ren en opzij. Een ander opmerke-lijk gegeven is dat de bekleding, de huid van de gevels, grotendeels be-staat uit een veelkleurig, steenach-tig materiaal. Navraag leert dat we te maken hebben met Braziliaanse leisteen. Zijn het de hellende gevels òf is het de leisteen die het complex tot een markant gebouw maken? Of is het de combinatie van die twee?

Het multifunctionele complex is gerealiseerd tussen groen en be-staande bebouwing, veelal huizen die qua type en hoogte behoorlijk van elkaar verschillen. Kortom, een mengelmoes. Door de Z-vormige plattegrond kronkelt het complex als een slang door de bestaande be-bouwing, nestelt zich daar, én past het zich aan.

Want daar waar de huizen 2-hoog zijn, is het complex ook 2-hoog. En op plekken waar de be-staande bebouwing drie lagen telt, is de nieuwbouw ook 3-hoog. In de bonte enigszins versnipperde om-geving brengt het éénduidige mo-nolithische complex orde. Gewoon-weg door als een Z-vormige draad

SpijkerhardStadsvernieuwingskrant

voor Groningen

UitgeverStichting BewonersTaal

oplage: 2500 ex.

HoofdredacteurHans Bergman

RedactieDerk Jaap Bessem

Jouke de JongBert Hidding

MedewerkersPeter Beukema

Jaap EkhartEduard van den HoffMenno Hans Alkema

Fotog rafieHans Bergman

TekeningFolker Visser

AbonnementenEllen Vissia

tel 577 02 [email protected]

AdvertentiesHans Bergmantel 5716189

[email protected]

Vor mgevingHouse - of - Media

Dr ukNDC | VBK

Redactie-adresMenadostraat 1B

9715 KT Groningentel 5716189

[email protected]

De uitgave van Spijkerhard wordt mede mogelijk gemaakt door de Gemeente Groningen en de

Groningse corporaties.

Spijkerhard verschijnt vier maal per jaar in een oplage van 2500 exemplaren en wordt op aan-

vraag GRATIS toegezonden. Voor abonnementen buiten het ver-spreidingsgebied van Stadspost Groningen worden portokosten

in rekening gebracht.

Naast de uitgave van Spijkerhard levert BewonersTaal bijdragen aan publicaties over volkshuis-

vesting en ruimtelijke ordening, of geeft die publicaties in eigen beheer uit. In deze uitgaven ligt

de nadruk op een voor bewoners verstaanbaar taalgebruik.

door Jaap Ekhart

Braziliaanse leisteen

De onderste steen boven heeft oog voor architectuur in de stad Groningen. Niet voor prestigieuze grootschalige projecten, want daar wordt al genoeg over

geschreven. Wel voor de kleinschalige krenten in de pap, die bij het grote publiek minder bekend zijn. Maar daarom niet minder

de moeite van het beschouwen waard.

Vanuit een Z-vormige plattegrond rijzen gevels op die de zwaartekracht lijken te tarten.

Verbeterdebuurt.nl is ontwikkeld door Creative Crowds in Amster-dam. Dit bureau heeft een zeer gebruikersvriendelijk platform ge-bouwd. De homepage toont een google-achtige stadskaart. Wanneer de bezoeker de postcode van zijn eigen woongebied intypt, krijgt hij zijn eigen stad in beeld. Met een verplaatsbare punaise is aan te ge-ven op welke plek men problemen ervaart. Creative Crowds heeft de problemen gecategoriseerd in Af-val, Water en riolering, Verkeer en bestrating, Groen en voorzienin-gen, Straatmeubilair en verlichting, Overlast en Overig.

Is de punaise geplaatst, dan ver-schijnt een tekstvak waarin de aard van het probleem toegelicht moet worden. Vervolgens worden de NAW gegevens gevraagd van de melder en een e-mailtje gaat naar

rieën op de lijst op te nemen. Voor deze extra diensten rekent Creative Crowds wel kosten. ‘Het zijn bijdra-gen in de kosten’, haast Van Balen zich te zeggen, ‘want we hoeven geen winst te draaien.’

De website is een initiatief van collega Carl. Op jeugdige leeftijd trok hij de buurt in om zwerfafval op te ruimen. Toen hij de burge-meester aanschreef met de vraag of er meer prullenbakken konden komen in Amsterdam Zuid, kreeg hij nooit antwoord. Met verbeter-debuurt.nl slaat Carl terug, want als gemeente sta je er gekleurd op als je niets met de meldingen van je bur-gers doet. De website is trouwens gebaseerd op het zeer succesvolle Britse fixmystreet.com.

De overheidsmonitor breekt een lans voor verbeterdebuurt.nl. Ge-meenten krijgen zelfs bonuspun-

zoekers hun steun kunnen uitspre-ken voor een probleem of idee. Zo ontstaan groepen, ofwel crowds, die meer pressie op de gemeente kunnen uitoefenen.

Van de 480 gemeenten die Cre-ative Crowds heeft aangeschreven om zich aan te sluiten bij de web-site, doen er slechts 120 niet mee. ‘Het is een groot succes’, aldus Stein van Balen, één van de oprich-ters van het bureau. Hij legt uit dat het de gemeenten in principe niets kost als ze zich aansluiten bij ver-beterdebuurt.nl. Het basismodel is gratis. Maar gemeenten kunnen ook opteren voor een synchronisatie van de website met hun beheersy-steem.

Het is verder mogelijk de web-site van het eigen logo te voorzien, e-mails de gemeentelijke huis-stijl mee te geven of meer catego-

de gemeente. Omdat de melder ook zijn e-mailadres moet opgegeven, kan de gemeente hem een ont-vangstbevestiging sturen en in een later stadium aangeven welke fol-low-up de melding heeft gekregen. Zo weet de melder dat hij serieus genomen wordt en dat de melding niet in de prullenbak verdwijnt. Is het probleem opgelost, dan veran-dert de punaise in een groen vlag-getje.

Het gaat niet alleen om het mel-den van problemen. Als bewoners een goed idee hebben, kunnen ze dat ook kwijt op de website. Dat kan door het plaatsen van een gloei-lampje op de stadskaart. Wil de jeugd graag een trapveldje? Plaats het op de stadskaart en het raakt bekend bij de gemeente. Het leuke van de site is dat alle meldingen zichtbaar zijn en dat de websitebe-

ten als ze meedoen. Amsterdam is een van de gemeenten die in zee is gegaan met Creative Crowds. Na-tuurlijk moet je dat communiceren met je bevolking. Amsterdam doet dat onder andere met een banner op de website van Het Parool. Ook het Drentse Hoogeveen doet mee en geeft ruchtbaarheid aan de site op hoogeveen.nu.

En Groningen? De stad doet vol-gens voorlichter Gilbert Sewnandan nog niet mee omdat ze haar eigen middelen heeft, zoals het e-loket en goedidee.groningen.nl, waaraan diensten zijn gekoppeld die uitvoe-ring geven aan de meldingen.

Toch belooft hij met betrokken afdelingen contact op te nemen of er nog behoefte is aan een extern meldsysteem. Geen overbodige luxe, want het eLoket is niet bijster trans-parant.

Wil je als gemeente de leefomgeving van de burger

verbeteren, dan moet je wel weten wat er speelt in de wijken.

Een handig hulpmiddel is www.verbeterdebuurt.nl. Op deze

website kunnen bewoners zelf aangeven welke plekken in hun

stad een aanpak verdienen en waar men overlast ervaart.

Verbeter de buurt met een muisklik

steen boven

de onderste steen boven

www.verbeterdebuurt.nl

door Eduard van den Hoff

Page 3: Spijkerhard 24e jaargang nr 2 juli 2010

pagina 4 - juli 2010( S p i jkerhard ) ( S p i jkerhard )

pagina 5 - juli 2010

‘Down to earth’, zo typeert directeur Vastgoed Henk Raatjes de manier waarop woningcorporatie Nijestee de energieprestaties van zijn woningen

verbetert. Stap voor stap de slechte woningen verbeteren en zorgen dat zo veel mogelijk huurders profiteren van een lagere energierekening.

Nijestee kiest voor continuïteit bij verduurzaming woningbezit

Tijdens ons gesprek toont Henk Raatjes zich de nuchterheid zelve. Nijestee laat zich niet gek maken door de hype die momenteel rond-om duurzaamheid heerst, wil hij ons laten weten. ‘Er zijn corpora-ties die met een duurzaam project de publiciteit halen en daarna hoor je een tijdje niks meer. Wij hoeven niet in de krant, wij kiezen voor continuïteit.'

'Voor ons is het belangrijker dat 5000 huurders met hun woning twee labelsprongen maken, dan dat we voor 100 mensen ergens een nieuwbouwproject met energie-neutrale woningen bouwen.’

De aanpak die Nijestee heeft ge-kozen om zijn woningvoorraad van 13.500 woningen energiezui-niger te maken lijkt eenvoudig en effectief. Elk jaar worden minstens 400 woningen onder handen geno-men. Liggen woningen slecht in de markt, dan kunnen ze worden sa-mengevoegd of desnoods gesloopt; het grootste deel wordt gewoon stevig opgeknapt en energetisch op een hoger plan gebracht.

‘Na de opknapbeurt zijn de wo-ningen minimaal twee labelstappen verbeterd en bezitten ze minstens energielabel C’, vertelt Raatjes. ‘De praktijk heeft geleerd dat de bewo-

ner dan 40 tot 50 procent minder aardgas gaat verbruiken.’

Inmiddels zijn in Corpus den Hoorn al verschillende woning-complexen verbeterd. Momenteel richt Nijestee zijn inspanningen op de Oosterparkwijk. En voor De Wijert zijn plannen in de maak. Ra-tjes: ‘Het is een rijdende trein. We willen eigenlijk wel naar jaarlijks 600 woningen toe, maar zolang de Rijksoverheid ons niet meer duide-lijkheid over de toekomst verschaft, durven we dat niet aan. Wij krijgen die 20 tot 30 duizend euro inves-tering per woning namelijk niet zo maar gedekt.’

Desondanks is Raatjes tevreden over het tempo waarin de verduur-zaming van de woningen van zijn corporatie verloopt. ‘Je kunt er rus-tig van uit gaan dat over tien jaar al onze woningen in de categorieën A tot D zitten.’

Daarmee komt Nijestee volgens hem ruimschoots tegemoet aan de energiedoelstellingen die regionaal en landelijk de ronde doen. Zoals het honderdduizendwoningenplan van de drie noordelijke provincies om voor 2015 minstens 65.000 bestaande woningen energiezuinig te maken. Of de doelstelling van Aedes en de Woonbond om in de corporatiesector binnen tien jaar 20 procent minder aardgas te gebrui-ken.

Nijestee trekt zich in de prijktijk weinig aan van deze doelstellingen, maar bij de resultaten wordt er wel met een schuin oog naar gekeken, erkent Raatjes. ‘Onze portfolioma-nager heeft ons beleid naast het honderdduizendwoningenplan ge-legd. Hij concludeerde: als alle cor-poraties in het Noorden doen wat wij doen, halen we de doelstellin-gen van de drie noordelijke provin-cies met gemak.’

Voor de droom van de gemeente Groningen om in 2025 energieneu-traal te zijn ligt dat anders. Raatjes:

‘Daar kan ik heel duidelijk over zijn, die CO2-neutrale doelstelling zul-len wij als corporatie niet halen in 2025 en ik denk geen enkele corpo-ratie.’

De manier waarop de gemeente zijn klimaatbeleid aan de burgers verkoopt, vindt hij niet zo geluk-kig. ‘Wij hebben in de discussie met de gemeente altijd het standpunt gehanteerd, dat het ons gaat om la-gere woonlasten voor de bewoners. Als de gemeente wil inzoomen op CO2 en een CO2-neutrale stad, pri-ma, maar ik kan er niks mee in de gesprekken met mijn bewoners.’

Een corporatie moet zijn huur-ders mee krijgen met energiemaat-regelen, die moeten immers een huurverhoging aanvaarden. Dan moet je hen niet vermoeien met abstracte beschouwingen over het

begrip CO2-neutraal, weet Ra-tjes. ‘En dus praat Nijestee met zijn huurders liever over labelsprongen en besparing op energiegebruik. Tastbare zaken die elke huurder in-teresseren.’

Dat Nijestee er steeds beter in slaagt zijn klanten voor energie-besparing te winnen, blijkt uit de cijfers. ‘Stemde in het begin 70 pro-cent van de huurders in met ener-giemaatregelen, inmiddels is dat cijfer gestegen naar ruim 80 pro-cent’, aldus een tevreden Raatjes. ‘Ik ben best gelukkig met zo’n score.’

Als er geen gekke dingen gebeu-ren, verwacht hij dat zijn huurders over tien jaar geen onbetaalbare woonlasten meer te vrezen zullen hebben. Maar is een woning met een energielabel D of C over tien jaar nog wel te verhuren? Raatjes denkt dat zulke woningen dan nog prima in de markt zullen liggen. ‘En als dat niet het geval is, moeten we dán aanvullende maatregelen nemen. Als je de bestaande voor-raad nu op nul-gebruik van fossiele energie wil krijgen, ben je met een dogma bezig.’

Dat Raatjes voorlopig geen haast wil maken met C- en D-woningen, houdt ook verband met zijn ver-wachtingen van opwekking van goedkope duurzame energie in de toekomst. Na een lichte aarzeling (‘we zijn eigenlijk alleen wat aan

het brainstormen’) vertelt hij dat Nijestee, samen met de gemeente en architectenbureau KAW, in een studiegroepje de mogelijkheden onderzoekt van lokaal opgewekte duurzame energie.

‘Het is een trend die door de grote energiemaatschappijen al se-rieus wordt opgepakt en als het wat wordt, willen we weten waar het over gaat. Misschien kunnen we be-paalde complexen of een buurt col-lectief aansluiten op een biomassa-centrale; misschien loont het straks wel om het Pioenpark vol te zetten met zonnepanelen.’

De exercities van zijn studie-groepje raken de kern van het ener-gievraagstuk in de corporatieve sec-tor. Het ei van Columbus voor de oplossing van het energieprobleem ligt niet verborgen in de techniek, maar in heel andere zaken, meent Raatjes. ‘Ik weet dat de techniek zo ver is dat we heel veel kunnen; we kunnen zonder meer CO2-neutrale woningen bouwen als we dat wil-len.’

‘Als Nijestee staan wij voor de vraag hoe we die technieken ver-standig kunnen gebruiken, in het belang van de volkshuisvesting. Voor ons is energiebesparing een organisatorisch vraagstuk, een fi-nancieel vraagstuk, een maatschap-pelijk vraagstuk. Maar het is geen technisch vraagstuk.’

door Bert Hidding

Gedempte Zuiderdiep 22 | Groningen t 050 - 369 36 93 | [email protected] | www.lefier.nl

Wonen is voor iedereen anders. Lefier biedt oplossingen voor uiteenlopende woonwensen. Samen met bewoners werken we aan een prettige wijk om in te wonen. Verbonden, doelgericht en integer: lefier!

lefier

FR IESESTRAATWEG 18

POSTBUS 546 � 9700 AM GRONINGEN

T (050) 3657171 � F (050) 3183124

www.dehuismeesters .n l � in fo@dehuismeesters .n l

OPENINGSTIJDEN KANTOOR MA. T/M VR. VAN 08.00 - 17.00 UUR

TELEFONISCH BEREIKBAAR MA. T/M VR. VAN 08.00 - 17.30 UUR

startersleninggemeente Groningen

Voor meer informatie kunt u terecht bij de gemeente, dienst RO/EZ, afdeling Wonen & Monumenten, tel. (050) 367 81 88 of SVn, tel. (033) 253 94 01

Wilt u een huis kopen, maar krijgt u de financiering net niet rond? Met een starterslening lukt dat misschien wel!De starterslening overbrugt het verschil tussen de verwervingskosten van uw woning en het maximale NHG-bedrag. Maximaal 40.000, of 20% van de verwervingskosten. Eerste 3 jaar rente- en aflossings vrij. Voorwaarden: U bent starter op de koopmarkt, d.w.z. u heeft niet eerder een woning gekocht. Verwervingskosten van de woning maximaal 200.000.

Henk Raatjes: ‘Wij hoeven niet in de krant’.

VISIE GENOEG OM

NAAR MORGEN

TE KIJKEN

NUCHTER GENOEG

VOOR DE REALITEIT

VAN VANDAAG

VASTGOEDONTWIKKELING

BURGERLIJKE & UTILITEITSBOUW

BEHEER & ONDERHOUD

INFRA & MILIEU

CONCEPTUELE WONINGBOUW

STERK DOOR COMBINATIE

WWW.PLEGT-VOS.NL

Page 4: Spijkerhard 24e jaargang nr 2 juli 2010

( S p i jkerhard )pagina 6 - juli 2010

( S p i jkerhard )pagina 7 - juli 2010

Als je in Groningen een platform

wilt oprichten voor huurders-

organisaties, zul je eerst moeten

afrekenen met het verleden. Want

de Woonkoepel en het Steunpunt

Huren blijken meer kapot te heb-

ben gemaakt dan menigeen lief is.

Toch lijkt het erop dat het Henk

Cools gaat lukken het Huurders-

platform Groningen (HPG) goed

gestalte te geven. Bijna alle huur-

dersorganisaties, op die van Nijes-

tee na, hebben zich aangesloten bij

het HPG.

door Eduard van den Hoff

‘De hele huurdersvertegenwoordi-ging is destijds naar de filistijnen gegaan door machtspolitiek en wanbeleid’, verklaart Cools. ‘Het ego was belangrijker dan het collec-tief. Geen wonder dat de gemeente en de corporaties de stekker eruit trokken.’

Daarom vindt hij het, na zo’n vier jaar, wel weer eens tijd om de huurders van Groningen een plat-form te bieden. Aanvankelijk kon Cools op wantrouwen van de cor-poraties rekenen. ‘Maar door altijd open kaart te spelen, hebben we nu bereikt dat bijna alle huurdersorga-nisaties zitting hebben in het HPG. Alleen die van Nijestee ontbreekt nog. Zij hebben een probleem met onze structuur, waarbij iedere afge-vaardigde zelfstandig beslissingen kan nemen, zonder eerst de huur-ders te hoeven raadplegen. Maar in-middels zijn we met ze in gesprek en we hebben goede hoop dat zij alsnog met ons meedoen.’

Het HPG ontvangt geen geld van de corporaties. ‘Alleen van de gemeente vragen we jaarlijks een subsidie’, aldus Cools. ‘Die bedraagt dit jaar 11.000 euro. Verder houden we geen kantoor in een duur, eigen pand en geen van de dagelijkse be-stuurders verdient een cent aan zijn werk voor het HPG. Sylvo Gaastra

van de Woonbond was mede-op-richter van het HPG, maar omdat we elke zweem van belangenver-strengeling willen vermijden, treedt hij nu op als technisch adviseur.’

Om de organisatie nog meer te professionaliseren, is het HPG op zoek gegaan naar een nieuwe voor-zitter. ‘We wilden graag iemand met een wijdverbreid netwerk’, zegt Cools, ‘en die hebben we gevon-den in de persoon van Bert Oost. Hij is beleidsadviseur en zat in de gemeenteraad. Hij wordt momen-teel ingewerkt en zal mij op korte termijn vervangen. We zijn erg blij met zijn aantreden. Samen met hem willen we openingen vinden om de samenwerking met corporaties op-timaal gestalte te geven.’

Met argusogen volgt hij mo-menteel de ontwikkelingen rond de vorming van een nieuwe rege-ring. ‘Wat zullen de gevolgen zijn van de bezuinigingsdrift van de politieke partijen?’, vraagt hij zich af. ‘Zullen corporaties gedwongen

zijn meer woningen te verkopen? Ik vind het prima, maar er moeten wel voldoende huurwoningen blijven bestaan. In Groningen is er vooral behoefte aan grondgebonden een-gezinswoningen. Ook zijn we be-nieuwd hoe de huurtoeslag zich zal ontwikkelen. Moeten de corpora-ties die straks zelf opbrengen door scheefwoners hogere huren te laten betalen?’

Op stedelijk niveau is het Sociaal Plan een belangrijke issue voor het HPG. Cools: ‘De vergoedingen die corporaties uitbetalen aan huur-ders die bij renovatie een wisselwo-ning betrekken en weer terugkeren, verschilt per corporatie. Dat kan natuurlijk niet. Ga je als bewoner permanent verhuizen, dan is er wel een vaste vergoedingsregeling die helder op papier staat.’

De gang van zaken zoals die plaatsvond in Lewenborg, waarbij bewoners tijdens de renovatie ge-woon in hun woning moesten blij-ven, verdient volgens hem ook geen

schoonheidsprijs. ‘De mensen kon-den wekenlang geen gebruik maken van hun douche of keuken. Dat is toch absurd! Het HPG blijft daarom hameren op een goed Sociaal Plan voor wijkvernieuwing én renovatie.’

Een ander onderwerp dat op de rol staat bij het HPG, is het verbe-teren van het kennis- en vaardig-heidsniveau van de huurdersorga-nisaties. Het HPG stuurt daarom alle relevante nieuwsberichten naar hen door. Cools: ‘We bieden hen cursus-sen aan, zodat ze goed beslagen ten ijs komen in hun onderhandelingen met corporaties.’

En ook energiebesparing vindt hij heel belangrijk. ‘Voor bewoners hebben we een informatieavond ge-organiseerd en er komt een hand-boek dat corporaties, bouwers en huurdersorganisaties kunnen ge-bruiken om woningen energiezui-niger te maken. Dat is niet alleen beter voor de portemonnee van de huurder, ook onze kinderen en kleinkinderen zijn er bij gebaat.’

In mei zijn aan het Borneoplein

enkele leegstaande panden van

Lefier gekraakt. De krakers wilden

verzet aantekenen tegen het slopen

van goedkope huurwoningen

voor dure koopwoningen. Die

veronderstelling bleek onjuist.

Het plan van de corporatie was

van begin af aan om op deze plek

sociale woningbouw te plegen.

door Menno Hans Alkema

Hoe lang de huizen al leeg ston-den toen ze gekraakt werden, we-ten ze niet precies. Zeker al meer dan een jaar, want zo lang hielden de krakers de woningen al in de gaten. ‘Eerder mag je sowieso niet kraken, dat is niet legaal’, zegt Bur-ger, een van de vijf bewoners van de gekraakte woningen. Aan de ge-vel werden spandoeken gehangen waarop de krakers uiteenzetten dat hun actie gericht is tegen het be-

leid van Lefier om goedkope sociale huurwoningen te vervangen voor dure koopwoningen.

Miranda de Locht, manager Maatschappij en Markt van Lefier, erkent dat de woningen langere tijd leeg hebben gestaan. ‘We heb-ben niveauverbetering overwogen, maar daarvoor zouden de inves-teringen zo fors zijn, dat sloop en nieuwbouw een betere keuze was. Met nieuwbouw kunnen we bovendien meer kwaliteit leveren. Daarom hebben wij de zittende huurders gevraagd te verhuizen. Aansluitend daarop wilden wij de panden gaan slopen en nieuwe ap-partementen bouwen.’

Maar de vertrekkende huurders vonden veel sneller nieuwe woon-ruimte dan de anderhalf jaar die Lefier daarvoor had uitgetrokken. Ook duurde de procedure voor het verkrijgen van de bouwvergunning langer dan verwacht. De Locht: ‘Zo-doende waren alle vergunningen voor de nieuwbouw nog niet rond.

Leegstand was daardoor helaas niet te vermijden. Wel heeft Lefier de woningen in beheer gegeven aan antikraakbedrijf Ad Hoc Beheer dat er voor gezorgd heeft dat zij tot ongeveer augustus 2009 bewoond waren.’

Wel wil zij het idee van de kra-kers rechtzetten dat Lefier hier dure koopwoningen gepland had. ‘Het oorspronkelijke plan was om iets te bouwen voor een bijzondere doel-groep van stichting Huis. Vanuit de krachtwijkenaanpak was er echter al een aanzienlijk pakket aan maatre-gelen voor deze doelgroep en daar-om was deze keuze op dat moment onwenselijk. Daarna is besloten om vier appartementen te bouwen.’

‘Johan de Leeuw, projectleider wonen van Lefier, is daags na de kraak naar het Borneoplein gegaan om het gerucht dat hier dure stads-villa’s kwamen te ontkrachten. Ook heeft hij duidelijk gemaakt dat de nieuwe appartementen nog onder de sociale huurgrens vallen. Ook

liet hij de brief zien waarin Lefier belooft dat de bewoners van de Korrewegwijk als eerste in aanmer-king zullen komen voor het huren van de nieuwe appartementen.’

Voor de krakers was dat evenwel geen reden om direct uit de wo-ningen te vertrekken. Volgens hen blijven er genoeg redenen om met deze kraakactie te protesteren tegen het beleid van Lefier. Anders dan De Locht, denken zij dat deze panden nog best goed genoeg zijn om op-geknapt te worden. Zij vinden het jammer dat het straatbeeld aange-tast wordt, maar vooral hebben ze kritiek op het feit dat de nieuwe huurwoningen veel duurder zullen worden. ‘Daarmee jaag je mensen met lage inkomens uit de stad’, zegt Tim, een andere bewoner van de gekraakte panden.

Lefier heeft geweigerd om de woningen weer aan te sluiten op gas, water en elektra, maar heeft verder geen maatregelen geno-men tegen de krakers. Wel is aan

alle bewoners van de wijk een brief gestuurd waarin gevraagd wordt eventuele overlast van de krakers te melden. Dat is tot op heden niet gebeurd. Volgens de krakers krijgen ze zelfs alleen maar positieve reac-ties uit de wijk. Eigenlijk hopen zij dat hun actie de bewoners er toe zal aanzetten om op te komen voor het behoud van het sociale karakter van de wijk.

Ondanks alle verschillen van mening, is de verhouding tussen Lefier en de krakers beslist niet ge-spannen. In een gesprek met De Leeuw is overeengekomen dat Le-fier enkele weken voor de aanvang van de sloop de krakers bericht zal geven. De krakers hebben op hun beurt toegezegd dat zij dan de wo-ningen vrijwillig zullen verlaten. De enige voorwaarde die zij hebben gesteld is dat Lefier hen de sloop- en bouwvergunningen laat zien. De verwachting is dat in september daadwerkelijk met de sloop begon-nen kan worden.

Kraakactie

tegen sloop

goedkope

huurwoningen

Halverwege maart viel in de Menadostraat de straatverlichting uit. En ook om de hoek, in de Timorstraat, deed-ie het niet meer.

Als ik mijn buurtbewoners mag geloven, moet het klachten geregend hebben bij Stadsbeheer. Want na zonsondergang was het in beide straten pikkedonker. En dat bezorgde veel mensen een unheimisch gevoel. Bij Stadsbeheer moeten minstens honderd telefoontjes zijn binnengekomen.

Twee daarvan waren van mij. Maar we werden allemaal met hetzelfde kluitje in het riet gestuurd. Het was immers een strenge winter geweest en wel op 70 plekken in de stad was de straatverlichting uitgevallen. ‘Goh, jullie lijken NS wel’, grapte ik tegen de telefoniste, ‘een beetje winter en de hele zaak ligt plat.’

Alle bellers brandde één vraag op de lippen: wanneer worden we uit de duisternis verlost? Het antwoord van de telefoniste luidde steevast: ‘Het probleem is gemeld aan Imtech, maar die hebben ook hun handen vol aan die 70 andere plekken’.

De talloze telefoontjes waren kennelijk niet urgent genoeg om het pro-bleem in de Indische Buurt snel aan te pakken. En dat zo’n 400 wijkbewo-ners zich in de duisternis erg onveilig voelden, leek Stadsbeheer ook niet te deren.

Op dinsdag 20 april (de straatverlichting brandde inmiddels al vijf weken niet!) moest ik voor deze krant een foto maken van gemeenteraadslid Jan Spakman. Ik vertelde hem over mijn donkere straat en alle vruchteloze tele-foontjes. Hij beloofde de volgende dag in de vergadering van de gemeen-teraad hierover een vraag te stellen aan verantwoordelijk wethouder Jannie Visscher.

Op woensdagmiddag sprak mijn buurman mij aan. Hij had TV Noord ge-beld en vanavond zouden er opnamen worden gemaakt. Of ik ook wat voor de camera wilde zeggen?

TV Noord maakte in de duisternis ‘sfeervolle’ opnamen. Een aantal buurt-bewoners uitte hun frustratie over het feit dat ze al vijf weken in het donker zaten. Het item zou op donderdagavond in NoordNieuws worden uitge-zonden.

Maar ruim voor de uitzending wist TV Noord op teletekst al te melden, dat Imtech vrijdag de kabels zou inspecteren. Als de schade niet al te ern-stig was, zou die dezelfde dag nog gerepareerd worden.

Waren die jongens van TV Noord dan zo volhardend, dat zij de telefoniste van Stadsbeheer wel het antwoord hadden weten te ontfutselen, dat alle bewoners werd onthouden? Waarschijnlijker is, dat Stadsbeheer eerder die dag op de vingers is getikt door een geschrokken wethouder.

En zowaar, die vrijdag reed een aantal gele auto’s van Imtech de buurt in. ’s Middags om 3 uur slaakten alle bewoners een zucht van verlichting: de straatlantaarns brandden weer.

Moraal van dit verhaal: met een klacht over je woonomgeving kun je be-ter bellen met een gemeenteraadslid of TV Noord dan met Stadsbeheer.

De politiek in deze stad heeft er de mond vol van dat de kloof naar de burger verkleind moet worden. Ik heb wel een suggestie: zet om te begin-nen bij Stadsbeheer mensen neer, die na honderd telefoontjes eindelijk snappen dat ze eens in actie moeten komen. En geef ons tussentijds een hotline naar de wethouder.

Hans Bergman

Henk Cools: ‘Het Huurdersplatform Groningen wil de samenwerking met corporaties optimaal gestalte geven.’ Foto: Eduard van den Hoff

Krakers Burger en Tim krijgen veel positieve reacties uit de wijk.

Nieuw Gronings platform voor huurders krijgt gestalte

Duisterezaken

‘De hele huurdersvertegenwoordiging is destijds naar

de filistijnen gegaan door machtspolitiek en wanbeleid’

Page 5: Spijkerhard 24e jaargang nr 2 juli 2010

( S p i jkerhard )pagina 8 - juli 2010

Het betonnen casco van de wo-ningen wordt in onderdelen in de fabriek gemaakt en vervolgens naar de bouwplaats gereden. Daar wordt het geheel in elkaar gezet. In de fabriekshal worden de kozijnen, leidingen, het tegelwerk en het sa-nitair in de cascodelen aangebracht. De werkzaamheden op de bouw-plaats beperken zich tot de assem-blage en de afwerking van het dak en de buitenmuren.

Volgens Bouwbedrijf Kooi uit Appingedam, dat het bouwsysteem heeft ontwikkeld, wordt de bouw-tijd van de woningen dankzij de prefabricage gehalveerd. Dat bete-kent een besparing op de bouwkos-ten van 20 procent en omwonen-den zitten kortere tijd in het stof en het lawaai van de bouwers. Kooi noemt zijn bouwmethode ideaal voor seriebouw van goedkope wo-ningen in herstructureringswijken, waar overlast zo veel mogelijk moet worden beperkt.

Het Appingedamse bouwsysteem staat in de bouwwereld te boek als IFD-bouwen (IFD staat voor in-dustrieel, flexibel en demontabel). Niet alleen met beton, maar ook door toepassing van hout (houtske-letbouw) en staal (staalframebouw) zijn in de afgelopen jaren nieuwe technieken ontwikkeld waarbij de productie van gebouwen wordt verplaatst van de bouwplaats naar de werkvloer van de fabriek. In de

gecontroleerde omgeving van de fabriekshal kan het productieproces efficiënter worden georganiseerd en kan sneller, zuiniger en met minder fouten worden gewerkt.

Voorstanders van IFD-bouwen zien in deze vernieuwende tech-nieken zelfs de redding van een falende bouwindustrie. De huidige bouw is berucht om zijn hoge kos-ten, enorme productie van afval en hoge energiebehoefte. IFD-bouwen wordt aangeprezen als het duur-zame alternatief voor het traditio-nele bouwen, dat de vastgelopen woningmarkt weer lucht kan geven en de uitstoot van CO2 kan helpen verminderen.

Helaas hebben onze bouwers, ondanks dit veelbelovend perspec-tief, de industriële werkwijze nog niet massaal omarmd. De voor-standers schrijven dit toe aan het conservatisme dat de machtige Ne-derlands bouwsector zou aankleven, waardoor vernieuwende methoden geen kans krijgen zich in de prak-tijk te bewijzen.

Lefier, opdrachtgever van de nieuwbouw aan de Timorstraat, onderkent de voordelen van het bouwsysteem van Kooi. Beleidsme-dewerker Miranda de Locht: ‘Voor ons is het een aantrekkelijk concept. Er kan veel sneller en dus met min-der overlast worden gebouwd. En de bouwkosten zijn lager waardoor we de woningen extra voordelig in

de markt kunnen zetten. Voor de In-dische Buurt, waar we de bewoners gelegenheid willen bieden naar een koopwoning te verhuizen, is dat een belangrijk winstpunt.’

Dat er op deze manier ook duur-zamer (met minder schade aan het milieu) kan worden gebouwd, ont-gaat de corporatie niet. ‘Maar’, zegt De Locht, ‘de betaalbaarheid van de woningen blijft bij Lefier voorop staan.’

Als grootste nadeel van de pro-ductie in de fabriek noemt ze de beperkte mogelijkheden om op het laatste moment van de bouw nog aan de inrichting van de woningen te sleutelen. ‘Wij willen de bewo-ners veel zeggenschap geven bij het bouwen zodat zij zelf kunnen bepa-len hoe hun woning er uit komt te zien. Die flexibiliteit missen we wel een beetje.’

Met projecten als die aan de Ti-morstraat volgt Lefier de ontwik-kelingen van nieuwe bouwmetho-den op de voet, aldus De Locht. Of technische innovaties in de bouw doorbreken, hangt volgens haar in de eerste plaats af van de kostenbe-sparing die ze opleveren.

‘Het gaat ons als opdrachtgever in de eerste plaats om het behoud van de betaalbaarheid van onze wonin-gen. Als wij daarin succes kunnen boeken met innovatieve bouwme-thoden, dan zullen we dat zeker niet laten.’

Studentenhuisvesting

Het is al weer twee maanden geleden, dat het nieuwe gemeente-bestuur van Groningen haar collegeprogramma bekend maakte. De aandacht die in dat programma aan de volkshuisvesting besteed wordt is niet echt spectaculair, want in hoofdzaak wordt het beleid van het vorige college gewoon vier jaar doorgetrokken.

Dat wil zeggen: elk jaar 1150 woningen bouwen. Iets wat overi-gens pas de afgelopen twee jaar voor het eerst ruimschoots lukte. En nu, na het instorten van de woningmarkt, zou dit nog wel eens een erg ambitieuze doelstelling kunnen zijn.

Dan komt het misschien wel goed uit, dat er een speciaal aan-dachtspunt is opgedoken: studentenhuisvesting. Die overigens for-meel jongerenhuisvesting schijnt te moeten heten. In veel wijken hadden de bewoners de laatste jaren de studentenbewoning in particuliere woningen geleidelijk aan zien oprukken, maar voor de gemeente bestond dat onderwerp eigenlijk niet, omdat het niet uit de statistieken was af te leiden.

Totdat opeens een half jaar geleden bleek, dat er niet 25.000 studenten in de stad wonen, maar 35.000. Dit verschil van 10.000 studenten is natuurlijk enorm en het verklaart nu ook voor de poli-tiek waar de problemen vandaan komen.

In de stad werd vanuit de wijken verschillend gereageerd op deze ontwikkelingen. Zo eiste en kreeg Selwerd een tijdelijke stu-dentenstop, iets wat men in Vinkhuizen-Noord ook wel zou willen. Uiteindelijk gingen vijftien wijkraden en elf studentenorganisaties bij elkaar zitten. Zij werden het met elkaar eens, dat studenten ook stadjers zijn en dat een hetze tegen studenten in de stad afgewend moet worden.

Want dat de stad economisch en cultureel heel erg afhankelijk is van de studentenwereld is duidelijk. Problemen moeten dan ook niet in de eerste plaats aan die studenten zelf toegeschreven wor-den, maar aan onjuiste informatie, falend beleid en profiterende huisjesmelkers.

De wijkraden en studentenorganisaties riepen de gemeente op snel werk te maken van de extra studentenhuisvesting. En ook de eigen regelgeving veel intensiever te handhaven en bovendien te verhinderen dat woningbouwcorporaties hun huizen verkopen aan huisjesmelkers, die zelf gaan doorverhuren aan studenten.

Want deze handelwijze van woningcorporaties is natuurlijk hele-maal het paard achter de wagen spannen.

De gemeentelijke plannen voor de bouw van 4500 extra studen-tenwoningen worden door de organisaties toegejuicht, wanneer ze maar goed, en met overleg, in de wijken ingepast worden. Daar-naast wordt de gemeente opgeroepen het hierbij niet te laten, want gezien de plotseling opgedoken extra 10.000 studenten, is het plan van 4500 eenheden nog aan de zeer krappe kant.

Ook zou de bouw van nog veel meer studentenwooneenheden wel eens de enige mogelijkheid kunnen zijn om de doelstelling van 1150 nieuwbouwwoningen per jaar in deze crisistijd te halen.

Derk Jaap Bessem

aapDerk

Bouwinnovatie in Nieuw-Indische Buurt

Op het eerste gezicht is aan de buitenkant van de woningen weinig opvallends te zien. Het grijze

betonnen geraamte staat in de steigers in afwachting van de bouwvakkers die de buitenmuren

gaan opmetselen. Toch hebben de achttien woningen die momenteel aan de Timorstraat worden

gebouwd voor de kenners een bijzondere allure: ze vertegenwoordigen een revolutionaire

bouwmethode die voor Nederland betrekkelijk nieuw is.

door: Bert Hidding

Revolutionaire bouwmethode aan de Timorstraat.

Onderschrift:z