Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on -...

21
September 2013 Spark is het personeelsblad van FrieslandCampina Spark nr.3 Rohana Safinah: ‘Ik wilde altijd al expat worden’ Hoe staat FrieslandCampina ervoor? Halfjaarcijfers 2013 Met een nieuwe exportstrategie de wereld veroveren

Transcript of Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on -...

Page 1: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

September 2013Spark is het personeelsblad van FrieslandCampina Spark nr.3

Rohana Safinah: ‘Ik wilde altijd al expat worden’

Hoe staat FrieslandCampina ervoor?Halfjaarcijfers 2013

Met een nieuweexportstrategie de wereldveroveren

Page 2: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

Met enige trots kunnen we samen vast-stellen dat Royal FrieslandCampina na defusie in de top 50 van global ‘Fast MovingConsumer Goods’ (consumentenartikelenvoor dagelijks gebruik met een hoge om-loopsnelheid) ondernemingen is komente staan. We zijn van 8 miljard euroomzet per jaar naar 11 miljard gegroeid.Onze Ebit* is in het eerste half-jaar van2013 even hoog is als de totale Ebit vande onderneming in 2008. De winst perkilo melk is verviervoudigd (ondanks eengroeiend aantal liters). De ondernemingverschuift sneller dan verwacht naarmarktsegmenten met toegevoegdewaarde. De onderneming krijgt steedsmeer erkenning, ook als het gaat om kli-maatneutrale groei. Kortom: route2020 -de strategie die we samen hebben uitge-zet - werkt. Je zou kunnen zeggen dat wein de champions league spelen!

We zijn een financieel gezond bedrijf endat is in deze tijd een positief gegeven. InNederland is de zuivelindustrie een eco-nomische sector van belang. In totaalproduceren we in heel Nederland op19.000 melkveehouderijbedrijven met 1,5miljoen koeien 12 miljard kilo melk. Desector is in omvang ongeveer 1/6e van detotale voedingsmiddelenindustrie. In 2012 exporteerde de zuivelindustrievoor 5,9 miljard euro. De verwachting isdat de melkveehouderij na de afschaffingvan de melkquota in 2015, nog meer melkzal gaan leveren. Met andere woorden:meer melk verwerken tot meer zuivelpro-ducten. En niet alleen FrieslandCampinainvesteert in de toekomst: buitenlandseondernemingen vestigen zich in Neder-land en gaan zich bezighouden met deproductie en afzet van zuivelproducten.

De groei in onze sector kan alleen maardoorgaan als wij, en dan heb ik het overde leden-melkveehouders én de onderne-ming, bewust werken aan een duurzamewijze van ondernemen. Als mens wil ik opeen verantwoorde manier met mijn om-geving omgaan. Als ondernemer weet ikdat we alleen maar een toekomst hebbenin dit land als we ervoor zorgen dat we

draagvlak houden in de samenleving. Als we de ecologische voetafdruk van zui-velproducten willen verminderen, zullenwe ons voortdurend en actief moeten in-zetten op allerlei gebieden. Op energie-besparing, op zuinig omgaan met water,op het verminderen van afval, op dierge-zondheid, op weidegang van onze koeienen op biodiversiteit. Dat geldt natuurlijk niet alleen in Neder-land. In elk land waar FrieslandCampinaactief is, willen wij op een verantwoordewijze ondernemen. Dat zie je aan de veleduurzame initiatieven zoals het Dairy De-velopment Program waarmee we demelkveehouderij in Aziatische en Afri-kaanse landen ondersteunen en verster-ken.

Groei aan de ene kant, minder belastingvan onze leefomgeving aan de anderekant. Iedere partij in onze sector is zichbewust van het feit dat we duurzamermoeten ondernemen om een draagvlakte behouden voor de toekomst. En van derisico’s als we dat nalaten. Ik zie uitste-kende initiatieven, investeringen in effi-ciency en innovatie die ons helpenzuiniger met grondstoffen en energie omte gaan. Ik hoop dat ik duidelijk kanmaken dat we ons heel sterk bewustmoeten zijn van de rol die wij hebben.Van de rol die ieder van ons heeft. Nietalleen om onze melk tot waarde te bren-gen, maar ook in de manier waarop wedat doen. Verantwoord en bewust. Zodatwe een robuust resultaat neerzetten, ge-richt op de toekomst.

Cees ’t HartCEO Royal FrieslandCampina

• Ebit is een afkorting van ‘Earnings before interest

and tax’ en is een maatstaf voor de operationele

inkomsten van een onderneming

12

18

We werkenveiliger met deAtex-richtlijn

Een nieuw businessmodel voor

Campina Schoolmelk

3SparkSeptember 20132 Spark ColumnSeptember 2013

Veilig werken,ook op kantoor

Strategische aanpakin Indonesië

3

Op zoek naar dezuinigste indamper

Sportieve activiteitenop de Filippijnen

34

264

37

Met sterke merkende wereld over: destrategie van Export

Landliebe botervoortaan in ’s-Hertogenbosch

Halfjaarcijfers FrieslandCampina:hoe deden we het de afgelopen

zes maanden?

20

17

Bij de voorplaat:Rohana Safinah werkt voor enkele jaren inNederland. Rohana komt uit Maleisië en doetin Nederland ervaring op. Hetzelfde geldtvoor zes andere collega’s die in een van delanden waar FrieslandCampina actief is, ken-nis en ervaring delen. Lees er meer over oppag. 22.

ColofonSpark is het internationale personeelsbladvan Royal FrieslandCampina en verschijnt ineen oplage van 20.000 exemplaren in het Nederlands, Engels en Duits. Redactie: Helma de Waardt en Suzanne van HattumRedactionele bijdragen: Roy Ramaker, EstherKrijgsman en Miriam VijgeVertalingen: Bosch&Bosch, Amsterdam (Nederland), Norbert Zänker & Kollegen, Berlijn (Duitsland), Lisé Nijman, Arnhem (Nederland) en HSM Vertaalbureau, Berkel-Enschot (Nederland)Ontwerp: WAT ontwerpers, Utrecht (Nederland)Druk: Bek grafische producties, Veghel (Nederland)Overname van artikelen is toegestaan onderbronvermelding.

14

32

Draagvlak voor de toekomst

Innoveren samenmet klanten

Page 3: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

5SparkSeptember 20134 Spark September 2013

Cees ’t Hart is trots op de ontwikkelingen. ‘Dewinst is met 17,1 procent gestegen naar 164miljoen en ons bedrijfsresultaat neemt met25 procent toe naar 275 miljoen euro. De ga-rantieprijs voor onze leden is de afgelopenmaanden flink omhoog gegaan. Op dit mo-ment beweegt de garantieprijs zich rond de40 euro per 100 kilo melk. Het is over het al-gemeen goed gelukt om de stijgende prijsvoor melk door te berekenen in onze produc-ten. Daardoor slagen we erin om een ‘plus’ opde garantieprijs te realiseren die zich op ditmoment goed ontwikkelt (zie kaders, red). Alswe deze trend in de tweede helft van 2013voortzetten, passeren we een mijlpaal. Maarik wil niet op de zaken vooruitlopen. In de hui-dige economische en politieke omstandighe-den kan ieder bedrijf dat internationaalopereert met tegenvallers te maken krijgen.’

WereldmarktIn drie van de vier business groups zijn de re-sultaten flink verbeterd. ‘Cheese, Butter &Milkpowder heeft een goede prestatie gele-verd. Kaas is al langer winstgevend, maar ookboter en melkpoeder hebben een veel beterbeeld laten zien. Beide productgroepen heb-ben heel sterk te maken met ontwikkelingenop de wereldmarkt. De prijzen voor boter enmelkpoeder zijn flink gestegen, de opbreng-sten zijn navenant beter. De overnames vanYoko Cheese en kaasspecialist Zijervelt enDen Hollander Foods (verpakkingsbedrijf) ver-stevigen onze marktposities.’

‘De business group Ingredients heeft zowelomzet als resultaat verbeterd. De businessgroup doet het erg goed. Vooral Domo, DMVen DFE Pharma hebben een duidelijke verbe-tering laten zien. Wat onze groei nog wat afremde, was een gebrek aan productiecapa-citeit. Onze investeringen in de productiebe-drijven in Beilen en Bedum - en zoals nugepland in Borculo - stellen ons in staat de ca-paciteit op te voeren. Dat zal de winstgevend-heid van de business group Ingredientsverder verhogen.’

Voorspoedige integratieMinstens zo goed is het Consumer ProductsInternational gegaan. ‘Het bedrijfsresultaat ismet 21 procent omhoog gegaan. De ontwikke-lingen in Azië en Afrika (vooral Nigeria) zijnheel positief. In China zet de groei door, de in-vesteringen die we daar gedaan hebben, wer-pen vruchten af. In de komende tijd zullen we

daar ook de organisatie verder versterken. InIndonesië, waar in voorgaande jaren de pres-taties wat achterbleven bij de concurrentie, isduidelijk verbetering te zien. Hetzelfde ge-beurt in Vietnam, in een wat gematigdertempo. Alaska Milk Corporation, dat we in2012 hebben overgenomen, draagt positief bijaan onze cijfers. De integratie met het bedrijfin de Filippijnen verloopt voorspoedig. Het isfantastisch om te zien hoe gemotiveerd onzenieuwe collega’s zijn om bij FrieslandCampinate horen.’

‘We zien dat de mix van onze activiteiten intotaal een mooi resultaat geven. Onze presta-ties zijn over een breed front solide. We heb-ben bij het uitzetten van de strategie de juistekeuzes gemaakt: de goede product/markt-combinaties tot speerpunten verklaard. Wehebben een volumegroei in strategische pro-ductcategorieën van 6,1 procent. Dat is werke-lijk goed. Buiten Europa groeien we zelfsboven 10 procent in volume.’

in miljoen euro’s 1e halfjaar 2013 1e halfjaar 2012 mutatie

Netto omzet 5.524 5.089 8,5%

Bedrijfsresultaat 275 220 25%

Winst 164 140 17,1%

Resultaat

De halfjaarcijfers vanFrieslandCampina liegen er niet om,maar Cees ’t Hart, houdt nog eveneen slag om de arm. ‘Ons bedrijfs-resultaat is gestegen en onze winsteveneens. Zeker, het is een mooiresultaat. We hebben deze wedstrijdgoed gespeeld, maar de tweede helftmoet nog komen.’

CEO Cees ’t Hart over het eerste halfjaar van 2013:

‘Onze prestaties zijn over een breed front solide’

‘Een juiste mixvan activiteiten’

Veilig werkenIn het afgelopen half jaar is het aantal ongevallen binnen FrieslandCampinaopnieuw afgenomen. Nog altijd zijn er ongevallen, maar de LTA-rate isgedaald naar 0,6 (aantal ongevallen met verzuim per 200.000 gewerkteuren). In 2009 lag dat cijfer nog op 2.2.‘Je merkt dat alle aandacht voor veilig werken en het borgen van procedureswérkt. Medewerkers zijn zich veel meer bewust van het belang van veiligwerken. We zijn er nog niet, maar we hebben een goede lijn te pakken. Er isons echt veel aan gelegen dat de mensen die gezond naar het werk komen,ook weer gezond naar huis toe gaan.’

Page 4: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

Danone is een belangrijke key accountvan FrieslandCampina. In China is debusiness unit kindervoeding van Da-none bekend onder de naam Dumex.‘Vorig jaar werd de bijeenkomst voorleveranciers voor de eerste keer ge-houden. Het is de bedoeling dat heteen jaarlijks terugkerend evenementwordt. Dit jaar werd de bijeenkomstgehouden op 27 juni in Shanghai’,aldus Peter. ‘Bijna tachtig leveranciersvan ingrediënten en verpakkingenwaren uitgenodigd.’ Peter woonde na-mens FrieslandCampina de bijeen-komst bij, samen met Janine Soo,regional manager Asia Pacific.

Tijdens de bijeenkomst besteeddeDanone veel aandacht aan de stra-tegie en specifieke ontwikkelingen,zoals geloofwaardigheid en be-trouwbaarheid in China. ‘Er werdook gesproken over onderwerpenals beschikbaarheid van grondstof-fen, de veranderende wetgeving tenaanzien van kindervoeding en de bij-behorende ingrediënten. Leveran-ciers moeten zich proactiefopstellen en moeten voldoen aanhoge eisen en behoeften.’

PrestigieusEén van de hoogtepunten van de bij-eenkomst was de toekenning van vieronderscheidingen voor leveranciers.FrieslandCampina Ingredients ont-ving de Strategic Partnership Award,de meest prestigieuze prijs van devier. ‘De overige drie prijzen werdentoegekend voor specifieke onderde-len. Onze onderscheiding heeft be-trekking op de completesamenwerking. De woorden ‘partner-ship award’ zeggen eigenlijk al veelover de manier waarop we met elkaarsamenwerken. De prijs is voor ons al-lemaal. Dit resultaat bereik je alleenals iedereen echt met elkaar samen-werkt. Het is een erkenning voor hethele FrieslandCampina-team.’De prijs werd toegekend doorDumex, de business unit in China,nadat het global team van Danonewerd geraadpleegd. ‘Zij ondersteun-den de toekenning volledig’, zegtPeter. ‘Danone en FrieslandCampinaIngredients werken nauw met elkaarsamen en hebben een gemeen-schappelijke strategie opgesteld.Onze samenwerking is gebaseerd optransparantie, vertrouwen en weder-zijds respect. We werken gezamen-

lijk aan operationele ontwikkeling eninnovatie. In grote lijnen gaat hetom effectieve afstemming van onzeactiviteiten op hun ambities ten aan-zien van groei en ontwikkeling.’Binnen het samenwerkingsverbandwordt ook aandacht besteed aan on-derwerpen als duurzaamheid enkwaliteit (voldoen aan de hoge IFT-normen bijvoorbeeld). ‘We mikkenop een win-win situatie. Als het omduurzaamheid gaat zijn beide on-dernemingen toonaangevend. Metonze wederzijdse kennis kunnen weelkaar helpen en versterken.’

7SparkSeptember 2013Ingredients

Danone beloont goede samenwerking

6 Spark September 2013

De divisie baby- en kindervoeding vanDanone in China heeft FrieslandCampinaIngredients onderscheiden met deStrategic Partnership-prijs. Tijdens eenonlangs gehouden bijeenkomst voorleveranciers mocht corporate keyaccountmanager Peter van der Heijdende prijs in ontvangst nemen. ‘Het heleFrieslandCampina-team mag trots zijnop deze onderscheiding.’ Prestatietoeslag en winst

De winst die FrieslandCampinamaakt, wordt voor de helftgereserveerd en voor de helftuitgekeerd aan de leden-melkveehouders. Dat gebeurt aanhet einde van het boekjaar 2013.Nu is de pro forma (voorlopige)prestatietoeslag bekend gemaaktvan 1,81 euro per 100 kilo melkplus 1,24 euro voor de reserveringledenobligaties. De prestatietoeslagwordt uitbetaald bovenop degarantieprijs voor melk. Degarantieprijs is een gewogengemiddelde van wat er in dezuivelmarkt in West-Europa wordtbetaald. De prestatietoeslag is eenbelangrijk onderdeel van de totalemelkprijs voor de leden-melkveehouders. Daaraan kunnenzij zien in hoeverre deonderneming erin slaagt een ‘plus’op de garantieprijs te bereiken.

Onder drukDe ontwikkelingen in Europa baren Cees ’t Hart wél zorgen. ‘Vijf jaren van economischecrisis drukken de consumentenbestedingen.Mensen hebben minder geld te besteden, zekopen minder en goedkopere producten. InGriekenland ging het beter, maar in Nederland,Hongarije, Roemenië en Duitsland staan de vo-lumes onder druk. De resultaten van ConsumerProducts Europe zijn wel iets verbeterd, maarde situatie is dusdanig dat we er niet aan ont-komen om te bekijken hoe we kosten kunnenverlagen en de organisatie kunnen aanpassen.Het zou te mooi zijn om te verwachten dat deeconomie op korte termijn verbetert. Er is inEuropa nu meer productiecapaciteit dan demarkt vraagt. Er lopen studies om te zien hoewe de resultaten in de toekomst kunnen verbe-teren.’

Meer voedselDe juiste strategische keuzes zullen vanwaarde blijken in onze bestendigheid naar detoekomst. ‘We zien dat de wereldbevolkingblijft toenemen. In 2050 verwacht men eengroei naar 9 miljard mensen ten opzichte vande 7 miljard wereldburgers nu. Men verwachtook dat er een groeiende middenklasse zalontstaan, die steeds meer te besteden heeft.Dat enorme aantal mensen zal een groeiendevraag naar voedsel met zich meebrengen en –naarmate er meer inkomen is – ook meervraag naar zuivelproducten. FrieslandCampinaziet een rol voor zichzelf weggelegd in devoedselvoorziening van die groeiende groepwereldburgers die behoefte heeft aan goedevoeding. Daarnaast willen we bijdragen aan debestaanszekerheid van melkveehouders we-reldwijd en een perspectief aan jonge melkvee-houders. De mondiale ontwikkelingen biedenons kansen, maar die kunnen we alleen maarbenutten als we ons bewust zijn van onze ver-antwoordelijkheden. We opereren in landen diezich snel ontwikkelen in economisch opzicht.De wet- en regelgeving in deze landen ontwik-kelt zich ook en verandert soms ook snel. Daarzullen we op in moeten spelen. We verkennennieuwe gebieden en we zullen vanaf 2015 – nade afschaffing van de melkquota - over meermelk beschikken die we in nieuwe afzetgebie-den op de markt willen brengen. We zijn eensterk bedrijf en we verkeren in de positieveomstandigheid dat we kunnen blijven investe-ren. Onze focus blijft onverminderd op groeien waardecreatie gericht.’

‘We zijn een sterkbedrijf’

Peter van der Heij-

den (links) ontvangt

de prijs van Chopin

Zhang, operations

director Danone

Baby Nutrition China.

Foto: Friesland-

Campina

Page 5: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

9SparkSeptember 2013Ingredients

Project Overrun:

Productie vantoppings inMeppel

8 Spark September 2013Ingredients

Het projectteam bij de installatie voor vetmix-

bereiding, v.l.n.r. Jeen Nijmeijer, Marcel

Grobbe, Astrid Vasbinder en Irene Bodt. Niet

op de foto: Rob Harte (verantwoordelijk voor

planning). Foto: Het Hoge Noorden

Wat zijn toppings?Toppings zijn ingrediënten voor luchtige, lichte enlekkere verwenproducten. Ze hebben uitstekendebeluchtingseigenschappen en geven vorm en structuuraan luchtige desserts zoals kwarktaart, mousse en ijs.Een aantal toppings blijft ook bij hogere temperaturenheel vormvast, een eigenschap die voor klanten heelbelangrijk is. Wereldwijd levert FrieslandCampinaKievit toppings vooral aan de bakkerij- endessertindustrie.

Plantmanagers van de business group Ingredients ontmoetenelkaar twee keer per jaar. Onlangs bij de fabriek van Domo inWorkum. Hans Borsboom, plantmanager in Workum, mocht decollega’s in zijn bedrijf ontvangen en betrok ook de plantmanagervan de naastgelegen kaasfabriek, Fred Raaijmakers, erbij. ‘Een goede manier om elkaar te leren kennen, te praten overontwikkelingen in onze bedrijven en het delen van best practices.'Continu verbeteren' was dit keer het thema. Daar hebben we ons inverdiept, samen met corporate director supply chain Joost van deRakt en Harco de Jager, programmamanager continuousimprovement. Je merkt dat je veel leert van elkaar en dat je hetnetwerk van collega’s actief gaat gebruiken. Bij een volgendebijeenkomst staat ‘Duurzaamheid’ centraal, eerder hebben we‘Safety’ als onderwerp gehad.’

vetten en emulgatoren in de juistesamenstelling worden samenge-voegd.’ Jeen Nijmeijer, procestech-noloog: ‘Ondanks de aanpassingenkunnen we naast de toppings ooknog steeds creamers voor soep enkoffie produceren. Flexibiliteit in hetproductieproces is uitermate be-langrijk.’ Astrid: ‘Onze interne testenzijn met succes afgerond. Vanaf junihebben we monsters naar klantengestuurd, zodat zij ook konden tes-ten en goedkeuren.’

‘Onze klanten er nauw bij betrekken,is een bewuste keuze geweest’, ver-telt Irene Bodt, verantwoordelijkvoor de marketingcommunicatievoor het project. ‘Voor klanten is hetaltijd spannend als er veranderingenzijn in de productie. We hebben erdaarom voor gekozen om op een po-sitieve en transparante manier tecommuniceren en de voordelen tebenadrukken. De accountmanagerszijn in gesprek gegaan met de klan-ten. Dit hielp ons ook om meer in-zicht te krijgen in wat klanten metonze producten doen; waardevolleinformatie. Met een filmpje hebbenwe klanten laten zien dat de top-pings belangrijk zijn voor Kievit, watvertrouwen geeft voor de toekomst.

Astrid: ‘Voor medewerkers veran-dert er ook het een en ander. Detoren waar in Veghel eerder de top-pings werden geproduceerd, wordtnu geschikt gemaakt voor spray-caseïnaat, een ingrediënt voor medi-cinale voeding, sport- endieetvoeding en allerlei levensmid-delentoepassingen. Daardoor heb-ben sommige medewerkers een ietsandere functie gekregen, met an-dere taken. Bij FrieslandCampinaKievit zijn er ook andere taken bij-gekomen, waardoor we extra opera-tors nodig hadden. Twee operatorszijn twee weken in Veghel geweestom daar te kijken en te leren van deervaren operators. De samenwer-king is goed verlopen, ook doordatin het projectteam mensen zitten dievroeger zelf in Veghel werkten.’

‘We zijn er trots op dat we het pro-ject realiseren binnen budget en bin-nen de strakke planning. Met deproductie van toppings in Meppelhebben we nu de hele range vangeëncapsuleerde poeders bij elkaar.Dit betekent dat er meer mogelijkhe-den zijn voor innovatie omdat deteams met hun kennis en ervaringzeer intensief kunnen samenwerken.’

Vanaf 1 oktober 2013 zal de produc-tie volledig in Meppel draaien, maardat betekent niet dat het project ookis afgerond. Astrid Vasbinder, alge-meen projectleider, vertelt: ‘We zijnin oktober 2011 gestart. Dat lijkt mis-schien lang geleden, maar er komtveel bij kijken. Naast nieuwe leveringvan grondstoffen, nieuwe recept-uren en kostenstructuren zijn weveel bezig geweest met masterdata:gegevens van grondstoffen, nieuwecertificering en gegevens van leve-ranciers. Parallel aan Overrun werdook Summit (zie de bijlage bij dezeSpark) ingevoerd, waardoor we metnieuwe systemen gingen werken.’

Marcel Grobbe, technisch projectlei-der, vult aan: ‘We zijn gestart met debouw van 400 m2 extra ruimte bijKievit in Meppel, een gebouw van16,5 meter hoog. Deze ruimte wordtgebruikt voor vetmixbereiding, eenproces waarbij vloeibare en vaste

Het team schuift aan tafel enmeteen beginnen de collega’senthousiast te vertellen overproject Overrun. Een projectwaarmee de productie vantoppings van FrieslandCampinaDMV in Veghel naar Friesland-Campina Kievit in Meppel isverplaatst. Dat betekent naasttechnische en bouwkundigeveranderingen ook werken metandere software, veel proevendraaien, werkvoorschriftenupdaten, de strakke planningbewaken én klanten erbijbetrekken.

De groep plantmanagers op het terrein bij de fabriek in Workum

Foto: Marten Aukes

Plant-managersleren elkaar kennen

Bekijk het filmpje voor klanten van Kieivit via

intranet: Homepage/Disciplines/Communication/

CorporateCommunication/Spark/2013/Spark 3

Page 6: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

11SparkSeptember 2013Ingredients

De burgemeestervan Salatiga enbestuurders vanFrieslandCampinaKievit plantenzeldzame bomen ophet terrein vanKievit Paradise

De burgemeesterproeft samen metcollega’s vanFrieslandCampinaKievit lokaleMidden-Javaansetraditionelelekkernijen

Studenten gevenuitleg aan deburgemeester(midden foto) encollega's vanFrieslandCampinaKievit over hetomzetten vanslibafval inmilieuvriendelijkemest.

Het begon allemaal met schoonmaken als onderdeel vancontinu verbeteren (TPM, Total Productive Management)bij FrieslandCampina DMV. ‘Wij waren met onze ploegbezig met de eerste stap in ‘autonoom onderhoud’, ver-telt groepsleider Louis Opdam in de lactosefabriek inVeghel. ‘De eerste drie stappen gaan over het grondigschoonmaken van de afdeling. We liepen tegen een ver-vuiling aan in een vochtafscheider bij een van de reactie-tanks. We hadden die vochtafscheider schoongemaakt, enzijn op zoek gegaan naar de oorzaak van de vervuiling.’

Op de filtratie-afdeling in de lactosefabriek wordt de lac-tose in een tank opgelost bij een temperatuur van 100°C.Dan wordt er een filterhulpstof en actieve kool aan toe-gevoegd. Die beide helpen om de lactose te zuiveren vanrestjes eiwitten en zouten. ‘In dit proces wordt de lactosesteriel gemaakt en gezuiverd. Dat is belangrijk, want weproduceren hier farmaceutische lactose die aan hogekwaliteitseisen moet voldoen’, aldus Louis. ‘Tijdens hetfiltratieproces wordt de temperatuur in de tank hoogge-houden met directe stoominjectie. Om dampvorming inde productieruimte te voorkomen, werd er tot voor kortmaximaal afgezogen.’

Afzuiging‘Wij zijn gaan zoeken naar de oorzaak van de vervuiling’,vervolgt Louis. ‘En door het maken van een dwarsdoor-snede van de ontluchting merkten we dat we in dit proceste maken hebben met afvoer van hete waterdamp méthulpstoffen. De waterdamp condenseert met resten daar-van en die verstoppen uiteindelijk de vochtafscheider.’ AdSnoeijen: ’Met behulp van een extern bureau is nagedachtover een goede oplossing. Er is een technische aanpas-sing aan de reactietank gedaan, waardoor de vochtigelucht minimaal wordt afgevoerd, er geen dampvorming

Een team medewerkers in de lactosefabriek vanFrieslandCampina DMV in Veghel, heeft een eindgemaakt aan een structureel en lastig probleem in deproductie van lactose. Het resultaat: een schonerproces én energiebesparing. ‘Deze actie in het kadervan ‘continu verbeteren’ zorgt ervoor dat medewerkersmet andere ogen naar hun eigen werk kijken en zichbewust worden van de mogelijkheden om energie tebesparen’, vertelt Ad Snoeijen, energie-coördinator bijDMV.

10 Spark September 2013Ingredients

DMV Veghel: Energiebesparingén een schoonproces

Bij FrieslandCampina Kievit in Salatiga,Indonesië, werd Wereldmilieudaggevierd, samen met de lokale gemeente,de universiteit, het milieukantoor en deboerengemeenschap. Zo openden ze‘Kievit Paradise’, een park voor hetbehoud van zeldzame planten in Midden-Java, organiseerden een campagne omlokale Midden-Javaanse traditionelemaaltijden te promoten en een workshoprond het thema van de milieudag: Think,Eat, Save (over hoe we omgaan met onseten, hoeveel we weggooien wat nogeetbaar is en wat we zouden kunnenbesparen).

Wereldmilieudag in Salatiga, Indonesië

in de productieruimte optreedt en er geen vervuilingmeer ontstaat. Met een investering van 50.000 eurowordt er ieder jaar 30.000 euro aan energiekosten be-spaard.’ Louis Opdam: ‘We kunnen deze oplossing nietvoor één maar voor zeven tanks gebruiken. Bovendien isdeze aanpassing in feite toepasbaar op iedere vergelijk-bare tank, bijvoorbeeld ook bij CIP-tanks (Clean in Place).

‘Het goed onderling samenwerken door de verschillendegroepen die met ‘continu verbeteren’ bezig zijn, heeft indit project zeker zijn vruchten afgeworpen’, aldus Ad.‘Medewerkers kijken niet alleen naar verbeteringen inhet proces maar ook naar energiebesparing. Als we datbereiken, is dat echt winst. We richten ons in dit bedrijfop een jaarlijkse energiebesparing van 2,5 procent. Daarhebben we onze medewerkers hard bij nodig.’

Louis Opdam (vooraan) en Ad Snoeijen bij een technische tekening

over de bestaande aanpassing. Foto: Van Assendelft

Ook is het MVO-programma (Maat-schappelijk Verantwoord Ondernemen)verder uitgewerkt: FrieslandCampinaKievit recyclet voortaan organischslibafval van het waterzuiveringsprocestot mest in de vorm van vet en olie. Ditwordt vervolgens omgezet in zeep enkaarsen.

Wereldmilieudag wordt al sinds 1972wereldwijd gevierd. Het initiatief van deVerenigde Naties gaat over wat wekunnen doen om het milieu te behoudenen te verbeteren. In meer dan 100landen vinden er activiteiten plaats,zoals bomen planten, afval inzamelen enschoonmaakactiviteiten, campagnesmet muziek en dans om duurzaamheidonder de aandacht te brengen envoorlichting over gezonde en duurzamevoeding.

Foto’s:

FrieslandCampina

Page 7: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

13SparkSeptember 2013Cheese, Butter & Milkpowder

Hoe kan een stofexplosie ontstaan?Doordat poeder kan gaan broeien,smeulen en vervolgens branden. Van-daar dat de overheid strenge richtlij-nen invoerde, de Atex-137, voorbestaande installaties, de Atex-95voor nieuwe. Toch ontstond in Lo-chem vorig jaar een explosie, terwijlde fabriek beveiligd was volgens delaatste eisen. Er was een tempera-tuurmeting uitgevallen. Daardoorleek ten onrechte meer warmtenodig, en die werd automatisch inge-bracht. Met alle consequenties vandien. Met andere woorden: er bestaanbinnen het proces kwetsbaarhedenwaarin de richtlijnen niet voorzien. Enhet is zaak die te elimineren. Daarkomt de Atex-werkgroep in beeld. Diewerkgroep – hij werd in 2003 opge-richt door Friesland Foods – bestaatuit mensen van elke locatie waar eenpoedertoren staat. Samen werken ze– vooral door continu kennis te delen– aan concernbrede verbeteringen.Bovendien voeren ze audits uit.

Snuffelaars en dubbelmetingenEén van de werkgroepleden is HenkBroeke, maintenance manager in de

locatie Lochem waar men sinds deexplosie extra alert is op Atex-gebied.Hij vertelt graag over de aanvul-lende veiligheidsmaatregelen diezijn ingevoerd. ‘Voor een explosie iseen vonk nodig, dus wordt werkelijkalles wat een vonk kan geven explo-sieveilig gemaakt. Je kunt al je ma-chines veilig hebben en tochovervallen worden door iets kleinsals een vonk in de verlichting bij eentoren. Verder hebben we ondermeer een zelfcontrolerende dubbeletemperatuurmeting ingevoerd,zodat een fout als vorig jaar nietmeer kan optreden. Daarnaast zijner maatregelen getroffen voor als ertóch een explosie plaatsvindt: er isbijvoorbeeld een explosie-ontlastka-naal aangebracht en een blussings-systeem ontwikkeld.’ Deverbeteringen die Henk Broekenoemt zijn inmiddels ingevoerd bijalle poedertorens van Friesland-Campina. Eerder waren die al voor-zien van CO-detectie-installaties,waarmee een beginnende brand ofbroei in een vroeg stadium wordtgedetecteerd.

12 Spark September 2013Cheese, Butter & Milkpowder

Werkgroep gaat explosiegevaarte lijf

Monteur Erwin van Holten in Lochem.

Foto: William Hoogteyling

‘We eliminerende kwets-baarheden’

Op elke locatie waar een poedertoren staat, kan eenstofexplosie plaatsvinden. Om dat gevaar uit te bannenzijn er wettelijke eisen: de Atex-richtlijnen.FrieslandCampina gaat echter een stap verder. Eenconcernbrede werkgroep zet zich ervoor in ook dierisico’s aan te pakken waar de richtlijnen niet invoorzien.

Restrisico’s opruimenBij de vervolgaanpak staat een doorde werkgroep ontwikkeld self as-sessment centraal: de gehele instal-latie wordt tot in detaildoorgeplozen om verborgen gebre-ken boven water te krijgen. ‘Als dituitvalt, wat zou er dan gebeuren?’Uitgangspunt daarbij zijn Atex-zo-neringen (zone 1 betekent geen ge-vaar, zone 22 een hoog gevaar)waarvoor risicoanalyses worden ge-maakt. Het self assesment wordt ditjaar per ‘poedertorenlocatie’ in ééntoren uitgevoerd. De komende jarenvolgt uitbreiding naar álle poederto-rens. En er wordt al weer hard ge-werkt aan de volgende stap: demenselijke kant van het verhaal.Zijn alle verantwoordelijkheden opAtex-gebied goed geregeld? Zijnalle benodigde documenten oporde? Henk Broeke: ‘Alle torens vol-doen aan de Atex-richtlijnen, maarer bestaan nog restrisico’s. Die zijnwe nu aan het opruimen.’

Page 8: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

Het nieuwe strategischemasterplan vanFrieslandCampina Exportin het kort:Marktanalyses: feiten entrends verzamelenMarktbenadering: metwelk model benaderenwe welke markt hetbeste?• Order & deliver:relaties metdistributeurs/importeurs aangaan die onzemarketing- enverkoopactiviteitenbehartigen

• Strategic markets:specifieke strategie ommarktpositie op tebouwen en merken sterkneer te zetten, kanleiden tot eigen lokalewerkmaatschappij

15SparkSeptember 2013Cheese, Butter & Milkpowder

‘We exporteren al meer dan 100 jaar en bedie-nen 148 markten’, zegt Cees Ruijgrok, mana-ging director, trots. Zelf is hij al ruim 35 jaarbetrokken bij FrieslandCampina en heeft hijzo’n 27 jaar in het buitenland gewerkt. Ceesvertelt: ‘Eerder werkten de exportmedewer-kers vanuit twee locaties: vanuit Leeuwardenwerden alle producten voor condensmelk, ge-ëvaporeerde melk, melkpoeder en kindervoe-ding geëxporteerd en vanuit Wolvega dekaasproducten. Sinds juli 2012 zijn de twee or-ganisaties samengevoegd en werken alle me-dewerkers in Wolvega. De keuze voor Wolvegawas pragmatisch: veel medewerkers komen uithet noorden van Nederland en we wilden hunkennis en expertise graag behouden.’

Op zoek naar kansenDe samenvoeging heeft alles te maken met‘one face to the customer’, waarin Friesland-Campina werkt aan key accountmanagement.Cees legt uit: ‘We hebben drie grote aan-dachtsgebieden waar onze ‘area managers’zich op richten: The Americas (Noord-, Mid-den-, en Zuid-Amerika), Afrika en The Nearand Far East (van Rusland tot en met China).We zijn opnieuw naar de markten gaan kijkenen gaan analyseren: waar liggen onze kansen?Dit past helemaal in het plaatje vanroute2020, waarin geografische groei een be-

langrijk onderdeel is. Een voorbeeld van eenland met veel mogelijkheden is Libië: kaasdoet het goed, Frico is er een groot merk.Daarnaast is MyBoy er een belangrijk merkvoor kindervoeding en voeren we er ook demerken Rainbow en Omela. Door intern nogbeter samen te werken, maken we optimaalgebruik van elkaars kennis met als resultaateen nog sterkere positie dan voorheen. Omook in andere gebieden zo optimaal mogelijkte presteren, hebben we een plan ontwikkeldwaarmee andere landen het voorbeeld vanLibië kunnen volgen.’

MarktanalysesJoost Boks heeft eerder in Spanje en Afrikagewerkt en werkt nu als marketing en busi-ness development director voor Friesland-Campina Export. Hij legt uit: ‘Voordat we deuiteindelijke strategische keuzes maken, gaater een grondige analyse aan vooraf. We kijkennaar de kenmerken van de markt in een land:hoe is de zuivelmarkt, wat is het gemiddeldeinkomen, wat zijn de trends? Daarnaast kijkenwe naar onze eigen business: wat voor moge-lijkheden zijn er voor ons in dat land? Welkespecifieke regels gelden er voor export? Doordeze gegevens te combineren, maken we dui-delijke analyses waarmee we onze strategieper land bepalen. We hebben nu een selectie

14 Spark September 2013Cheese, Butter & Milkpowder

FrieslandCampina Export

Met sterkemerken de wereldveroveren

‘FrieslandCampinaExport heeft veelkennis in huis overlokale markten’

Producten van FrieslandCampina gaan de hele wereld over. Met ruim100 medewerkers richt FrieslandCampina Export zich op hetvermarkten van consumentenproducten in landen buiten Europa,waar FrieslandCampina (nog) geen eigen vestiging heeft. Met eennieuw strategisch masterplan bouwen zij verder aan dit succes enblijven ze op zoek naar potentiële markten.

gemaakt van landen en producten waarop we onsde komende jaren gaan richten. Onze focus ligtdaarbij op het bouwen van sterke merken.’

Veranderende rolJoost: ‘Voorheen werkten we vanuit Friesland-Campina eigenlijk met twee modellen: we betradeneen nieuwe markt óf vanuit de exportorganisatiemet een sterke en dominante rol voor de lokale dis-tribiteur óf vanuit een werkmaatschappij met eeneigen, lokale vestiging. Vaak ligt daar een grijs ge-bied tussen en dat is waar we met onze nieuwe ex-portstrategie invulling aan willen geven. Met onsnieuwe masterplan hebben we een model ontwik-keld waarmee we onze exportactiviteiten verdelenin twee groepen: ‘order & deliver’ landen en ‘strate-gic markets’. In ‘order & deliver’ landen gaan we relaties aan metdistributeurs die onze marketing- en verkoopactivi-teiten behartigen. Voor de ‘strategic markets’ bepa-len we per markt een specifieke strategie enstructuur om daar sterke merken op te bouwen.Eventueel gaan we ons daar op termijn lokaal orga-niseren en een zelfstandig opererende werkmaat-schappij opbouwen.’ Cees vult aan: ‘Daar hoort bijdat we lokale mensen werven om ‘lokaal een ooraan de grond te houden’. Je moet namelijk de cul-tuur goed kennen om goed zaken te kunnen doen.Een actueel voorbeeld is Noord-Afrika, waar na hetsuccesvol opbouwen van merken door Friesland-Campina Export, nu gekeken wordt om in deze regioeen zelfstandige werkmaatschappij op te zetten.’

Welke producten exporteert FrieslandCampina het meest?

4

21

3

5

UHT-melk

EvapKa

as

Baby-voeding

Yoghurts

Joost Boks (l) en

Cees Ruijgrok (r)

Foto: Het Hoge

Noorden

Page 9: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

17SparkSeptember 2013Cheese, Butter & Milkpowder

Welke botermerken wordener nog meer geproduceerd in ‘s-Hertogenbosch?

• Campina Botergoud(Nederland)

• Frau Antje (Duitsland)• Frico (wereldwijd)• Campina bulkverpakkingen

(wereldwijd)

FrieslandCampina exporteert ondermeer naar Egypte (Frico-kaas) enLibië (Frico-kaas, geëvaporeerdemelk (Evap) en babyvoeding). ‘Wewerken samen met importeurs metwie we vaak jarenlange relaties heb-ben opgebouwd. In Egypte hebbenwe bijvoorbeeld een betrouwbareimporteur met wie we al meer dan15 jaar samenwerken. In augustuswas hij nog in Nederland, omdat hetvoor ons nu lastiger is om naarEgypte te reizen gezien de situatiedaar. Niemand weet welke kant deontwikkelingen op zullen gaan, ookde importeur niet. Je hoort er vanalles over, maar de onzekerheid isgroot.’

Onzekere factorenDe onzekere situatie beheerst hetdagelijks leven van de bevolking enheeft ook gevolgen voor het be-drijfsleven. ‘We weten normaal ge-sproken altijd wat onze importeursverkopen en op voorraad hebben.Met die gegevens kunnen we plan-nen. Dan zie je ook ieder jaar de-zelfde pieken en trends in deverkopen. Die voorspelbaarheid benje nu kwijt. Dit maakt het lastig omvoorraden te beheren. Daarnaastspelen in Egypte nog twee belang-rijke ontwikkelingen een rol. HetEgyptische pond is sterk in waardegedaald, waardoor de prijzen lokaalflink omhoog zijn gegaan en de

16 Spark September 2013Cheese, Butter & Milkpowder

Frico-kaas in een supermarkt in Egypte

Foto: FrieslandCampina

Noot van de redactie: dit artikel is begin au-

gustus geschreven, gebaseerd op de situatie

in Egypte van dat moment.

In delen van Noord-Afrika en het Midden-Oosten is hetonrustig. De media tonen ons vreselijke beelden vandemonstraties, opstootjes en politieke machtswisselingen.Ondertussen gaan de exportactiviteiten van Friesland-Campina door. Wessel de Vries is area exportmanagervoor deze regio en vertelt over de impact van de onrust.

Arabische lente: exporteren naar landenin onrust

Frico-kaas zo’n 30% duurder is ge-worden. Daarnaast zijn soms delenvan Caïro en ook steden buitenCaïro volledig afgesloten. Hierdoorkan onze importeur onze productenniet altijd even goed leveren. 2013zal dan ook geen goed jaar worden.We verkopen wel door want de be-hoefte aan voeding en zuivelproduc-ten blijft – ondanks de onzekeretijden.’

Kansen‘We werken samen met onze impor-teur aan het behouden van onsmarktaandeel. Als de markt aan-trekt, zijn we er meteen weer bij. Zobehouden we samen onze businessvoor de toekomst. In de regio Noord-Afrika liggen nog veel kansen voorFrieslandCampina. De bevolking isjong en de landen zijn in opkomst. Erzijn steeds meer mensen die geld tebesteden hebben. Met onze produc-ten kunnen we nog flink groeien. Be-langrijk is wel om focus te houden,want alles tegelijk doen werkt niet.’

Samen bouwenOnze relaties en partnerschappenmet importeurs zijn onze basis voorsucces. Belangrijk is dat we be-trouwbare partners hebben, zodatwe samen met hen kunnen inspelenop de situatie. Zij kennen vaak hetland, de cultuur en de politiek hetbeste en zijn onze oren en ogen terplekke. Daarbij werken wij in onzegrotere Frico exportmarkten met lo-kale marketeers die, aangestuurddoor onze marketeers in Wolvega,vanuit het kantoor van onze distri-buteurs alle marketingactiviteitencoördineren. Onze relatie gaat dusveel verder dan alleen producten le-veren; we plannen samen promotiesin voor supermarkten en bereidenmarketingcampagnes samen voor.Om ook in de toekomst succesvol tezijn, bouwen we verder aan deze re-laties.’

Het Landliebe-merkLandliebe is het grootste zuivel-merk in Duitsland. Landliebe heeftnaast boter ook melk, drinks, yoghurt, kwark, desserts, gries-meelpudding en muesli met yog-hurt in het portfolio.Landliebe-producten zijn natuurlijken authentiek en worden gemaaktvan GMO-vrije melk. Dat is melkvan koeien die alleen gen-vrij voereten dat door de Duitse melkvee-houders zelf wordt verbouwd ofelders in Europa wordt gekocht. De melk voor Landliebe-productenwordt in een aparte melkstroomopgehaald en verwerkt in onze fabrieken. Er worden geen conser-veringsmiddelen, smaakversterkersof kunstmatige kleurstoffen toege-voegd.

De productie van Landliebe-boter is vanDuitsland naar Nederland verhuisd. Datlijkt misschien wat vreemd voor eenbekend Duits consumentenmerk, maardat is het niet.

De eerste Landliebe-boter kwam in ’s-Herto-

genbosch in augustus van de band gerold.

1ste operator kleinverpakking Cees Fens con-

troleert het proces nauwkeurig.

Foto: William Hoogteyling

Mariëlle de Jong, marketing director CPE inDuitsland, en Sybille Erhardt, PR manager,vertellen: ‘Landliebe staat in Duitsland be-kend als een duurzaam merk, geproduceerdvan GMO vrije melk (zie kader). De melkwordt in Duitsland geproduceerd door koeienvan leden-melkveehouders in de regio Keu-len. In Keulen wordt de melk tot room ver-werkt, maar er is geen productielijn diegeschikt is voor de laatste stap in het proces:de productie van boter. Voorheen ging deroom daarom naar Prenzlau, een plaats inhet Noordoosten van Duitsland. Deze produc-tielocatie is echter sinds 2009 niet meer vanFrieslandCampina.’

Groen imago‘Om de productie in eigen hand te houden enefficiënt in te richten, is gekozen voor de bo-terlocatie in ’s-Hertogenbosch. Daar wordtveel boter gemaakt en is veel expertise aan-wezig. Als je kijkt naar de transportkosten ishet zelfs voordeliger. Van Keulen naar Prenzlauis ongeveer 700 kilometer en van Keulennaar ’s-Hertogenbosch 170 kilometer. Dat pastbeter bij het groene imago van Landliebe.’

Groot effect‘Om de aparte Landliebe-roomstroom naar ’s-Hertogenbosch te verplaatsen, moesten wevan alles regelen. Van investeringen in tech-nologie, kennis uitwisselen over recepten,smaak en structuur van de boter tot het uit-voeren van producttesten. Uitgangspunt wasdat het product hetzelfde bleef. Het zit ‘mvaak in kleine dingen, maar als je die nietgoed regelt, heeft het een enorme impact ophet project.’Gea Vogels, plantmanager in ‘s-Hertogen-bosch, kan dat beamen. ‘De nieuwe Landlieberoomstroom heeft effect op onze hele fa-briek. We houden de stroom helemaal apartvan de andere werkzaamheden, waardoor ertwee stromen door de fabriek gaan. We heb-ben gewerkt met twee projectteams: het ene

team hield zich bezig met investeringen, het an-dere team met de organisatie zoals de proefpro-ductie, hoe komen orders binnen en het makenvan afspraken over kwaliteitscontroles. Er komtinderdaad heel wat bij kijken.’

Investeringen‘We hebben bijvoorbeeld twee nieuwe dozen-machines aangeschaft, die zorgvuldig 16 of 40pakjes boter inpakken. En we zijn met anderedozen gaan werken, de zogenaamde 'wraparound’. Dit zijn dozen met veel minder kartondan de traditionele en waarbij de randen aan debuitenkant zitten. Zo beschadigen de pakjesboter niet. Om alle nieuwe activiteiten goed uitte voeren, hebben we een nieuwe ploeg aange-nomen. Ze hebben veel proefproducties ge-draaid om de kwaliteit van de boter tegaranderen.’

Win-win-winGea besluit: ‘Het is een win-win-win situatie: weproduceren de boter weer op een eigen Friesland-Campina locatie, de transportafstand voor deroom is flink ingekort en in ‘s-Hertogenboschhebben we er extra volume bij, wat voor onzeproductielocatie alleen maar goed is.’

Landliebeboter

Dat gaat naar Den Bosch toe…

Page 10: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

19SparkSeptember 2013

Peter van der Heijden,corporate key account-manager voor Danone

‘Open innovatie is eengoed instrument om al ineen vroeg stadium samenmet je ‘key account’ opnieuwe ontwikkelingen inte spelen. Partijen vullenelkaar aan met kennis envaardigheden. Daarinword je allebei sterker, bereik je synergie en kunje innovaties sneller naarde markt brengen. Sleutel-woord in dit proces is ver-trouwen. Vooraf moet jegoede afspraken makenover de manier van samen-werking en oplossingenzoeken voor mogelijke obstakels. Bijvoorbeeldover segmenten waarin jeelkaars concurrent benten het eigendom van be-paalde vindingen. Je wilteen sfeer creëren waarinje open en constructiefkunt samenwerken metduidelijk afgebakendegrenzen. Wij zijn momen-teel met Danone over eendergelijk model in gesprek.’

Vlnr: Margriet Schoterman, Willem Posthouweren Frank Boerboom. Foto’s: Bram Petraeus

18 Spark September 2013

Sneller slagen in de markt met‘open innovation’

Uit de VSPhilips doet het,IBM doet het enFrieslandCampinadoet het ook:open innovatiebedrijven.

Het begrip open innovatie isafkomstig uit de Verenigde Staten.Henry Chesbrough, hoogleraar aande universiteit van Berkely, heeftde ideeën rond open innovatieuitgedragen en gedefinieerd. ‘Hetcombineren van interne en externebronnen voor zowel de ontwikkelingals het op de markt brengen vannieuwe technologieën enproducten.’ Open innovatie staattegenover gesloten innovatie. Nogniet zo lang geleden hieldenbedrijven hun innovaties geheimen deden ze geen pogingen ominformatie met anderen te delen.Vandaag de dag kan informatie zogemakkelijk overgedragen wordendat het onmogelijk lijkt om dattegen te houden. Bedrijvenerkennen dat maar zien vooralkansen en mogelijkheden om viaopen innovatie beter in te spelenop de vragen van hun klanten. Hetopen innovatie-model gaat ervanuit dat je er beter aan doet omkennis uit te wisselen, te leren endaar je voordeel mee te doen.

Sneller innoveren doe je samen. Samen met grote afnemers,leveranciers of met een universiteit. FrieslandCampina zetnadrukkelijk in op ‘open innovation’. ‘De wereld verandert snel, alsbedrijf wil je ook snel kunnen reageren op verandering en op devragen van je afnemers. Daar helpt open innovatie bij’, aldus WillemPosthouwer, open innovatie manager bij FrieslandCampina.

‘FrieslandCampina werkt al nauw samen met enkelegrote klanten aan innovaties. Dat doen we met onzezogenaamde ‘key accounts’, aldus Willem Posthou-wer. ‘Je kunt als onderneming nieuwe producten ont-wikkelen, produceren en aanbieden aan je klanten;ervan uitgaande dat dat het product is waar zij be-hoefte aan hebben en een markt voor zien. Je kuntook een andere weg kiezen en samen met je klanteen traject in gaan waarin je samen gaat onderzoe-ken waar de klant het meeste behoefte aan heeft enbesluiten of je zo’n product samen kunt ontwikkelen.Als je die weg in gaat, bundel je de krachten, deel jekennis en ben je met open innovatie bezig.’

PartnerMargriet Schoterman is senior research manager en ‘open innovation champion’. ‘Innovatieis een van de sleutels tot succes, een van de compe-tenties uit route2020. Voor echte innovatie hebbenwe dikwijls kennis en vaardigheden nodig die we nietzelf in huis hebben. Hiervoor werken we samen metexterne partners. We gaan ontwikkelingstrajectenaan met grote klanten, maar we werken ook aan in-novaties met kennisinstellingen zoals universiteitenen hogescholen. Hetzelfde geldt voor leveranciersvan bepaalde grondstoffen. Procurement (inkoop)speelt een belangrijke rol bij open innovatie. Als jeop een open wijze innoveert, in een samenspel metafnemers en leveranciers, dan investeer je in langlo-

pende relaties met elkaar. FrieslandCampina werktwereldwijd; het principe van open innovatie wordtook wereldwijd toegepast in onze onderneming. Hetteam helpt bij het op gang brengen van samenwer-kingen. Dat kan bijvoorbeeld door het vinden van demeest geschikte partner, het opstellen van samen-werkingsovereenkomsten en het daadwerkelijk op-starten van projecten.’

Goede afspraken‘Het principe van open innovatie is beproefd, ookbinnen FrieslandCampina’, stelt Frank Boerboom(technical manager en ‘open innovation champion’).‘Maar we streven ernaar om het samenwerken metexterne partners steeds beter in de vingers te krij-gen. Dat was een van de redenen om onlangs voorhet eerst een bijeenkomst te houden voor een groepvan alliance managers (een alliance manager is eencollega die een samenwerking met een belangrijkepartner leidt), key accountmanagers en open innova-tion champions. We hebben sprekers uitgenodigd dieveel ervaring hebben met open innovatie, zoals eenCEO uit de automobielindustrie, een hoogleraar on-dernemerschap en innovatie en een research mana-ger uit de vliegtuigindustrie. Dat heeft ons nuttigeleerpunten opgeleverd voor onze eigen organisatie.We willen kennis delen evenals de inzichten die wegaandeweg opbouwen.’

UitnodigingHet team wil open innovation verder stimuleren. Wil-lem Posthouwer: ‘Wij nodigen onze collega’s graaguit om de mogelijkheden van open innovatie te erva-ren. Met de kennis en ervaring in dit team kunnen wede open innovatie trajecten van anderen snellerlaten verlopen. Het vergroot de innovatiekracht vanje bedrijf.’

Bel of mail met Willem Posthouwer:[email protected], tel (0031) (0) 6 5354 1072

Page 11: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

21SparkSeptember 2013

Technological Expert Teams(TET’s) Kennis opbouwen over de technologie van onze productieprocessen isvoor FrieslandCampina van groot belang. Tom van Hengstum, (directorResearch, Process & Technology) is lid van het Technology ManagementTeam. ‘In de afgelopen jaren zijn alle technologieën in de ondernemingin kaart gebracht. Indampen bijvoorbeeld doen we in de hele onder-neming. Maar dat geldt ook voor membraantechnologie, voor proces-controle, verpakkingstechnologie, de vast/vloeistofscheiding en ‘mildpreservation’ (verwijderen van ongewenste micro-organismes). Voordeze zes technologieën zijn er Expert Teams in het leven geroepen metvertegenwoordigers vanuit verschillende business groups. De leden vandeze Expert Teams bouwen aan de kennis over deze onderwerpen enfungeren als vraagbaak voor de organisatie. Zij zorgen er ook voor datwij als bedrijf de beste technologieën in huis hebben en op de meestoptimale manier gebruiken. Zij houden nieuwe ontwikkelingen in degaten die ertoe kunnen leiden dat we ons kunnen onderscheiden inonze producten en markten, en zorgen voor een veel duurzamer proces.’

we met elkaar veel meer inzicht in de meest optimale in-damperconfiguratie.’

InvesterenHet Expert Team voerde ook een inventarisatie uit vanalle indampers binnen FrieslandCampina. Dat leverdeeen totaal van 74 in gebruik zijnde indampers op. Iederjaar worden er gemiddeld twee indampers vervangen.‘Het gaat om investeringen voor de lange termijn, deCAPEX-investeringen. We willen de kennis die we nu heb-ben – en steeds verder ontwikkelen – inzetten bij het aan-kopen van nieuwe indampers.’‘Hiertoe heeft het Expert Team een zogenaamde de-mand list (lijst van eisen) voor indampers opgesteld’,aldus André van der Hoek, process technologist bij DMV.‘In de lijst zijn de huidige best practices opgenomen’. ‘In-vesteren in energiezuinige indampers levert besparingenop die van jaar tot jaar terugkeren’, vertelt Harald deJonge, senior process technologist bij CPI: ‘Indamperszijn belangrijke onderdelen in onze bedrijfsprocessen.Met de gegevens die we nu hebben zijn we in staat omvan onze leveranciers te verlangen dat ze de energie-huishouding van het indamperontwerp optimaliseren.’ Bijde projecten Aeolus (Borculo) en Mountain (Borculo) ishet Expert Team vanaf het begin als adviseur betrokken.‘Daar wordt de MVR technologie dan ook toegepast.’

20 Spark September 2013

Kennis opbouwen over de indamptechnologie, dat is hetdoel van project BEAST. Dat staat voor Best EvaporatorAvailable Standards and Technologies. ‘Op intranet heb-ben we een site ingericht met relevante documentenover fundamentele en praktische kennis van indampersin de zuivelindustrie. We willen deze verzameling docu-menten gaandeweg uitbreiden en de kennis over indam-pers zo goed mogelijk beschikbaar maken voor iedereendie met indampers te maken heeft’, legt Karin Schröder,senior process technologist bij Domo uit.

In oktober zal bij DMV in Veghel een splinternieuwe in-damper in gebruik worden genomen, de I30-3 traps. Be-vindingen die tijdens het project BEAST zijn opgedaanzijn succesvol geïntegreerd in het ontwerp van de I30-3waardoor deze indamper dicht in de buurt komt van hetideaalbeeld: een I30-3 traps indamper die maar liefst 60procent minder energie verbruikt. Dit komt overeen methet verbruik van circa 500 Nederlandse huishoudens.Het werken met energiezuinige indampers zet dus zodenaan de dijk als het gaat om het terugdringen van de CO2-uitstoot. ‘Dat maakt FrieslandCampina duurzamer. DezeI30-3 traps maakt gebruik van MVR (Mechanical VapourRecompression) technologie. In samenwerking met deleverancier hebben we die MVR- technologie geoptimali-seerd’, vertelt Gerard van Gils, process technologist bij

DMV in Veghel. Gerard is een absolute expert op het ge-bied van indampers. De afgelopen jaren heeft hij samenmet Karin Schröder gewerkt aan fundamentele en prak-tische kennisopbouw van indampers. ‘Dit heeft geleid totaanpassingen aan bestaande indampers waardoor zeminder energie gebruiken. In samenwerking met onze le-verancier kunnen we aan indampers die de MVR techno-logie gebruiken, belangrijke verbeteringen aanbrengen.Die kennis kunnen we voor meer indampers gebruiken.’

WorkshopOnlangs organiseerde het Expert Team voor het eersteen workshop over indampen: ‘Evaporation theory inpractice’. ‘Er waren 35 collega’s aanwezig die met in-dampers werken. Dat waren collega’s van R&D en pro-cestechnologen uit de business groups’, aldus AbhayMarkande, researcher process technology bij Corporate Research. ‘We hebben ’s ochtends college gegeven over de theorie van indamp-processen en in de middag werden de collega’s uitgeno-digd om berekeningen uit te voeren aan indampers diemet Mechanical Vapour Recompression of met ThermalVapour Recompression (TVR) werken. De berekeningenzijn uitgevoerd aan de hand van een rekenprogrammadat door Karin is gemaakt’, legt legt senior process tech-nologist Arjan Verkerk uit. ‘Door deze workshops krijgen

De beste indamper die er is moet de standaard worden bijFrieslandCampina. Dat is het doel van het Expert Team Evaporation.Het Expert Team zet in op het opbouwen van zoveel mogelijk kennisover indampers én het delen van die kennis met alle collega’s die metindampers werken. Via gesprekken, intranet en workshops.

In het nieuwe Innovation Centre dat in Wageningen wordt gebouwd,wordt ook een indamper geplaatst. Het Expert Team was nauw bij hetontwerp betrokken. ‘Dat was best een pu el’, vertelt Karin Schröder.‘Deze indamper moet namelijk geschikt zijn voor alle indampprocessenbinnen het concern. In de onderneming zijn bijna alle indampers weernet iets anders. Hier geldt: één indamper voor alle producten. Het wasecht rekenen om daarvoor de juiste, modulaire indamper te ontwerpen.’

Indampers, ze zijn overal in de productiebedrijven vanFrieslandCampina. In kaasproductiebedrijven, in de productiebedrijvenvan Ingredients en Consumer Products International. Jeannet Raanhuis,senior process developer bij Cheese, Butter & Milkpowder: ‘In eenindamper wordt water uit melk, uit kaaswei of caseïnewei gehaald totde vloeistof een drogestof-gehalte heeft van 30 tot 60%. De ingediktevloeistof kan verder worden bewerkt. Zo kan het weiconcentraat naareen kristallisatietank gaan voor het verwijderen – en verder tot waardebrengen - van lactose. De vloeistof kan ook direct naar desproeidroogtoren voor de laatste stap van de waterverwijdering.

Kennis delenover de allerbeste indamper

Het Expert Team: vlnr Abhay Markande, Karin Schröder, Gerard van Gils, Harald de Jonge,

Arjan Verkerk en André van der Hoek. Op de foto ontbreekt Jeannet Raanhuis, die eveneens

lid is van het team. Foto: William Hoogteyling

Page 12: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

Internationaaldenken, leren ensamenwerken

Met locaties in 28 landen is FrieslandCampina met recht eeninternationaal bedrijf te noemen. Medewerkers werken meer enmeer samen in een internationale context en overschrijdendaarmee fysieke, sociale en culturele grenzen.

Medewerkers gaan steeds vaker naar het buitenland om voor korte of langere termijnaan projecten te werken. Voor FrieslandCampina levert dit voordelen op: een sterkerintern netwerk, het delen van kennis en ervaring, het delen van (nieuwe) technologie enmisschien zelfs het ontdekken van nieuwe markten of het ontwikkelen van productenvoor specifieke marktsegmenten. Voor medewerkers biedt het de kans om een anderecultuur te leren kennen en om hun vaardigheden en kennis te ontwikkelen in eeninternationale omgeving.

Als medewerkers naar het buitenland gaan, gebeurt dat meestal voor een specifiekproject of programma. Bijvoorbeeld Rohana Safinah en Ralf Roex, zij zitten in de poolvan Academic Potentials / Future Leaders. Vanuit deze pool worden jonge talentengestimuleerd om (tijdelijk) in het buitenland te werken. Voor een ander project, GeneralTrade, zijn vijf senior managers naar een ander land uitgezonden om daar hun kennis enexpertise te delen. Zij delen hun verhalen hier.

23SparkSeptember 2013

Vijf General Trade experts vanuit Nigeria, Thailand, het Midden-Oosten, Maleisiëen de Filippijnen zijn naar andere landen gegaan om daar voor het ‘Invincible inGeneral Trade’ project (‘winnen in General Trade’) hun kennis te delen. Dit projecthoort bij de afdeling Customer Development & Shopper Marketing. General Tradestaat voor traditionele verkoopkanalen waar mensen hun boodschappen doen,zoals buurt-winkels, kleine supermarkten, kiosken en markten. Het project focustop de uitwisseling van kennis en ervaring over het systematisch in kaart brengenvan lokale verkooppunten, wat het assortiment is wat er in die winkels moetkomen en wat de beste manier is om de producten te distribueren.

Kennis delen voorGeneral Trade

22 Spark September 2013

Ralf Roex: ‘Deze ervaringverrijkt mijn carrière’Sinds november 2012 werkt Ralf Roexin Lagos, Nigeria, als brand manager.Hij komt uit Nederland.

‘Ik ben voor een jaar in Lagos en mijndoel is om yoghurt te introduceren opde Nigeriaanse markt. Dit land heeftzoveel mogelijkheden en met mooiemerken zoals Peak, Three Crowns enFriso moeten we in staat zijn om hierecht te groeien met onze business, zelfsnog sneller dan we nu al doen. Nigeriawordt waarschijnlijk het derde groteland ter wereld, gekeken naar populatie,en dat is veelbelovend.’

‘Volgens mij is het voor Friesland-Campina belangrijk dat medewerkers demogelijkheid krijgen en nemen om naarhet buitenland te gaan. We kunnen veelvan elkaar leren en het uitwisselen vanverschillende ervaringen en culturelegewoonten is heel waardevol. Wat ik inNigeria erg op prijs stel is de sfeer opkantoor: mijn collega’s zijn altijd en-thousiast en zingen en dansen somszelfs op kantoor. Daarnaast zijn ze ergsociaal: mensen groeten elkaar altijduitgebreid en kletsen eerst even voor-dat ze aan het werk gaan. In Nederlandslaan we dit meestal over en gaan wemeteen aan de slag. Als ik denk aan hetafscheid van mijn nieuwe ‘WAMCO’(West African Milk Company) familie,word ik nu al somber. Ik zou graag tegeniedere jonge medewerker willen zeggen:als je zo’n kans krijgt om in het buiten-land te gaan werken, grijp deze dan metbeide handen aan.’

Samen met zijn ‘WAMCO’ familie viert Ralf de bruiloft van

Omotomilola Akigbogun. Foto: FrieslandCampina

Rohana Safinah: ‘Ik wilde altijd alexpat worden’Sinds mei 2013 werkt Rohana inAmersfoort, als change managervoor Summit. Ze komt uitMaleisië.

‘Ik dacht altijd dat je binnenFrieslandCampina alleen expat konworden als je Nederlands was of alsje een senior management rol had.Dat blijkt niet zo te zijn! Ik ben ergblij dat ik de mogelijkheid heb omhier twee jaar te blijven, samen metmijn familie.

‘Op het moment werk ik aan de im-plementatie van OBB (One BackBone, zie de bijlage over Summit).bij FrieslandCampina Ingredients inBeijing, China. Omdat ik eerder alssupply chain manager werkte endaarvoor als hoofd van de afdelingRegulatory and Cooperative Affairs,neem ik veel praktijkervaring meevoor het uitvoeren van veranderma-nagement vanuit het Summit pro-ject. Voor mij persoonlijk levert dezekans me een sterk intern netwerk open een open mind.’

Mohammed Al Hassoun,regionaal sales manager voor FrieslandCampina Middle East:‘Ik ben naar Jakarta gegaan, in Indonesië, waar ik heb gewerktaan de evaluatie van de resultaten van verkopers op de markten plannen om verkoopteams te motiveren. Ik heb veel geleerdover hoe je kunt segmenteren in de General Trade markt en hoe

je het beste enquêtes kunt opzetten. Ook heb ikgeleerd over het managen van distributiekana-len, hoe je de meerwaarde van producten over-brengt op retailers en hoe je effectieveverkoopteams vormt. Dit alles helpt mij om mijnwerk beter te structureren. En voor Friesland-Campina levert het meer strategische manierenop om General Trade te benaderen.’

‘Wat me opviel is datmensen in Indonesië ‘s ochtends noodles ofrijst met ei eten. Naarmijn smaak zijn demaaltijden vaak erg zoet.’

Frederick Hii, nationaal sales manager voor FrieslandCampina Maleisië:‘In Ho Chi Minh City, in Vietnam, heb ik gewerkt aan een strate-gisch plan voor General Trade en aan het overbrengen van de ver-kooppropositie voor retailers. Ik heb geleerd hoe je het beste eenstrategisch project kunt leiden, analyses kunt uitvoeren en ge-structureerd kunt werken op basis vanhet bijhouden van de voortgang en eer-dere ervaringen. Volgens mij helpt zo’nproject FrieslandCampina als organisatieomdat er veel best practices worden uit-gewisseld en we de lessen die we lerenwereldwijd kunnen toepassen.’

‘Negen miljoen mensen enzes miljoen brommers in HoChi Minh City was voor mijeen echte cultuurschok. Voorhet eerst in mijn leven wist ikniet hoe ik een straat moestoversteken.’

Foto: Bram Petraeus

Page 13: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

25SparkSeptember 2013Consumer Products International

Foto onder: v.l.n.r. Suzan Horst, Aafke Keizer, Agnes Kroes, Li Li

(CAIQ), Eelko ter Schure, Li Shujuan (CAIQ), Jikke Douma,

Zhang Fengxia (CAIQ), Irina Rodionova en Jin Ying.

Foto's: Bram Petraeus

Eind juli heeft een delegatie van de Chinese Academy of Inspection and Quarantaine (CAIQ)FrieslandCampina bezocht. Het team maakte kennismet de manier waarop we in Nederland onzeproductieketen en de kwaliteitsbeheersing in de heleketen hebben georganiseerd. Ze bezochten ondermeer het central office in Amersfoort, een boerderijvan een van de leden-melkveehouders, deproductielocatie Workum en verschillende laboratoria,waaronder Laboratory & Quality Services (LQS) inLeeuwarden. Overal zagen ze dat kwaliteit in de heleketen – van gras tot glas – hoog in het vaandel staat.

De delegatie bestond uit functionarissen die namens deChinese overheid de kwaliteitsnormen voorvoedingsmiddelen controleren. Ook ontwikkelt deCAIQ methodes om in Chinese laboratoria tecontroleren of importproducten de voorgeschrevenkwaliteit hebben. FrieslandCampina werkt sinds begin2012 nauw samen met de CAIQ, om ervoor te zorgendat de kwaliteit van onze producten – in het bijzonderkindervoeding – aantoonbaar aan de Chinese eisenvoldoet. Het bezoek is afgesloten met de afspraak omde samenwerking nog dit jaar verder te versterken.

Van gras tot glasmaakt indruk opChinese delegatie

24 Spark September 2013

Heb je interesse inwerken in hetbuitenland? Neemcontact op met jeHR manager voorinformatie over demogelijkheden.

Urairat Iacharoen: channel development manager voor FrieslandCampina Thailand:

‘Ik ben ook naar Ho Chi Minh City in Vietnam geweest en heb ge-werkt aan een standaard uitvoeringsplan: het opzetten van een ge-detailleerd activiteitenplan met een lijst van acties,planning en eigenaren. Deze ervaring helpt mij om de stapvan idee tot uitvoering te maken. Ik heb gezien dat veran-dermanagement cruciaal is om alle stakeholders mee tenemen binnen dezelfde deadline. Deze buitenlandervaringzorgt ervoor dat we beter best practices delen, ons internenetwerk verder uitbreiden en elkaar beter helpen overlandsgrenzen heen.’

‘Ik heb – zittend op eensmal stoeltje op destoep – van een kopkoffie genoten; dat wasnieuw voor mij.’

Ian M. Tecson, regionaal distributor manager voor Alaska Milk Corporation op de Filippijnen:

‘Segmenteren in de Indonesische General Trade markt, samen-werkingsverbanden opzetten en de implementatie van het go-to-

market model zijn zaken waaraan ik hebgewerkt in Jakarta. Ik heb geleerd datgeen enkele markt hetzelfde is. De bestemanier om marktsegmenten te bedie-nen is toch om hun individuele kenmer-ken en unieke economische behoeftente kennen zodat je een specifieke bena-dering kunt kiezen. Ik heb nu kennis op-gedaan die ik zeker in mijn thuismarktkan toepassen.’

‘Vroeg in de morgen herin-nerde het geluid van gebedme er steeds aan dat ik echtin een andere omgeving was,ver weg van huis.’

Alex O. Unuadjefe, sales manager voor FrieslandCampina WAMCO Nigeria:

‘Infrastructurele ontwikkelingen leiden vaak tot nieuwe verkooppunten, ter-wijl andere juist weer sluiten. Onderzoek naar die verkooppunten legt demogelijkheden in de markt bloot, vooral in landelijke gebieden. In Ho Chi

Minh City in Vietnam heb ik gewerkt aan hoe jedergelijke onderzoeken het beste opzet, uitvoerten documenteert. Ik heb geleerd dat het bereikvan landelijke gebieden de sleutel is voor toekom-stige groei op de Nigeriaanse markt. Deze erva-ring helpt zeker om ervaringen vanuitverschillende markten uit te wisselen.’

‘In lokale restaurants bepaalthet type stoel waarop je zit deprijs van je maaltijd. Hoe kleinerje stoel, hoe lager de prijs.’

Internationaleprojectenbrengen vaakcultureleverschillen metzich mee.

Foto's: FrieslandCampina

Page 14: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

27SparkSeptember 2013Consumer Products International

Projectteamleden aan het werk

Foto’s: FrieslandCampina Indonesia

26 Spark September 2013Consumer Products International

‘Onze strategie is gebaseerd op route2020.Wij hebben gekozen voor het jaar 2022 alsrichtpunt omdat we in dat jaar 100 jaar be-staan’, verduidelijkt Handy Halim, supplychain manager. ‘Om onze strategie te latenslagen hebben we het programma ‘Transfor-mation in Motion’. FrieslandCampina Indone-sia is een van de gebieden vanFrieslandCampina waarin de winstgevend-heid moet verbeteren. Via Transformation inMotion streven we naar groei, zowel in vo-lume als in marktaandeel.’

Het programma Transformation in Motion isonderverdeeld in drie verschillende projec-ten: Janus, Zeus en Proteus. ‘Met projectJanus creëren we een visie op de toekomst’,vertelt projectmanager Tanti, verantwoorde-lijke voor marketing services. ‘Het projectdefinieert ‘waar moeten we zijn’ en ‘hoe kun-nen we winnen’ voor de organisatie. De visievoor 2022 wordt doorgevoerd in de bedrijfs-plannen zodat deze terugkomt in alle catego-rieën, klantsegmenten en kanalen. Wewerken aan een compleet bedrijfsplan voorde lange termijn. Niet alleen in termen vanmarketing, maar juist geldend voor de heleorganisatie inclusief financiën, productie eninvesteringen.’ De eerste stap van het pro-jectteam was om de markomstandigheden inIndonesië in kaart te brengen. Daarna zullenze een visie opstellen voor de toekomstigeontwikkelingen in de markt en de volgendestappen voor de organisatie bepalen.

Focus op productenProject Zeus is gericht op de producten vanFrisian Flag: hoe positioneren we deze nogsterker in de markt? Het project, geleid doorgeneral sales manager Modern Trade Ri-vanda Idiyanto, focust op General Trade(kleine winkeltjes en verkooppunten, red.)met drie doelen: het vergroten van de markten het verbeteren van de distributie, hetbeter definiëren van de ‘Route to Market’(RTM; distributiekanalen, red.) voor melkpoe-der, SCM (sweetend condensed milk) en kant-en-klare producten (‘ready to drink’) en hetinrichten van een effectief geïntegreerd sys-teem waarin bedrijfsprocessen, operationeleprocessen en kritieke prestatie indicatoren(KPI’s) worden gecombineerd.

In het kader van het internationale projectvan FrieslandCampina voor General Trade(zie ook pagina 23), zijn er ook teams uit hetMidden-Oosten en de Filippijnen betrokkenbij project Zeus. Sinds de kick-off in januariwerkt het projectteam aan een grootschaligonderzoek onder bijna twee miljoen winkelsin Indonesië. Met behulp van vragenlijstenonderzoeken ze de mogelijke kansen voorproducten van Frisian Flag. De eerste pilot-enquêtes zijn gedurende een maand uitge-voerd bij twee distributeurs in Noord-Jakartaen Salatiga, Centraal Java. Het onderzoeks-

Al ruim 90 jaar maakt Frisian Flag Indonesia zuivelproducten om Indonesischefamilies van de beste voeding te voorzien. Het management van FrieslandCampinaIndonesia streeft naar een nummer één positie in de markt als hét zuivelbedrijf vanhet land. Vanaf het begin van het jaar is begonnen met een nieuwe strategie onderde naam ‘Transformation in motion’, waarin een inspirerende visie is neergelegd.

Indonesië: op weg naar 2022

team bracht ongeveer 30.000 winkels in kaart,interviewde de eigenaars en verzamelde gege-vens van de deelnemers. Het project loopt nogtot halverwege 2014; uiteindelijk wordt eennieuw General Trade model of nieuw businessmodel opgezet.

Business processen verbeterenFrieslandCampina Indonesia heeft ook eenteam opgesteld dat werkt aan de ontwikkelingvan de bedrijfsprocessen, geleid door HandyHalim. ‘Het gaat om ‘Order to Cash’, om ‘Pro-cure to Pay’ en om ‘Finance to Manage’, alledrie belangrijke processen in ons bedrijf. Dezedrie processen zijn ook belangrijk voor de tweeeerdergenoemde projecten, Zeus en Janus.Met dit project willen we de drie processen opeen lijn brengen en integreren en dat moetertoe leiden dat we straks niet alleen ge-stroomlijnde processen hebben, maar ookieder weet wie welke rol heeft en hoe de ver-antwoordelijkheden liggen. In feite is het eenvoorbereiding op de invoering van Summit.Een kleine onderneming is gemakkelijk te be-sturen. In een onderneming die groter en gro-ter wordt, is het moeilijker om de processen teblijven overzien. De manier waarop we onzeprocessen nu hebben ingericht, is niet vol-doende om de groei van ons bedrijf bij te hou-den. Daar hebben we dit project nodig:Proteus.’

Page 15: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

Over de B2B Sales Academy en deShare & Learn sessiesSales managers die business-to-business (B2B) werken kunnen via deB2B Sales Academy trainingenvolgenEerst volgen de sales managers drietrainingsmodules:accountmanagement (over de relatiemet klanten), value selling (over defactoren die, naast de prijs, dewaarde van een product bepalen) enonderhandelingstechnieken. Daaropvolgt later een Share & Learn sessieDe sales managers werken een planuit op basis van een van detrainingsmodules, vaak met hunsamenwerkingspartner: een collegavan marketing of research &development (R&D). Samenpresenteren ze het plan tijdens deShare & Learn sessie aan diversecollega’s. Ook presenteren ze hunplannen in een korte pitch aan seniormanagersBij de Share & Learn sessies gaat hetvooral om het uitwisselen vanfeedback en het delen van ideeënNa twee geslaagde pilotsessies in2012, zijn er dit jaar vier Share &Learn sessies in het programma vande B2B Sales Academy opgenomen

Wil je meer informatie over de B2BSales Academy? Kijk dan op intranet:Homepage/Disciplines/Marketing &Sales/B2B Sales Academy

29Spark28 Spark September 2013

Share & Learnsessies: kennisen ervaringendelenHoe deel je als sales manager intern je succesverhalen?En ook zaken waar je tegenaan loopt in je werk? Vanuitdit soort vragen ontstond binnen de B2B Sales Academyvan Ingredients het idee voor ‘Share & Learn’ sessies:sessies waarin collega’s van verschillende werkmaat-schappijen en disciplines plannen en projecten aanelkaar presenteren en elkaar feedback geven.

8.30u inloop met koffie/thee

9.00u welkom door facilitator e

n

voorstelronde

9.15u presentaties, ieder 40 min.

12.00u lunch

13.00u pitches, ieder 25 min.

15.00u afsluiting

15.10u netwerkborrel

FrieslandCampina Nutrifeed:‘de behoefte van deklant staat voorop’

Jan-Karel Op de Coul, sales mana-ger bij FrieslandCampina Nutrifeed,was betrokken bij de start van deB2B Sales Academy voor Ingre-dients. Hij is zelf ook ambassadeuren facilitator bij de Share & Learnsessies. ‘Het doel van de B2B SalesAcademy is om te groeien naar eenhoger niveau en het talent en devaardigheden van sales managersverder te ontwikkelen. We hebbenambassadeurs per werkmaatschap-pij gezocht, om de behoeften te pei-len en de inhoud te bepalen. DeShare & Learn sessies passen goed

in het plaatje: je leert van én met el-kaar. Als facilitator vraag je door, bij-voorbeeld over wat collega’s nuanders doen dan vroeger. Uiteinde-lijk leidt dit tot een nieuwe maniervan werken, waarbij de behoefte vande klant voorop staat.’‘Bij de Share & Learn sessies zijncollega’s van verschillende werk-maatschappijen en disciplines be-trokken. Voor Nutrifeed betrekkenwe ook nog eens onze distributeursen klanten erbij. Ieder jaar organise-ren we een tweedaagse seminar inBangkok, al 14 jaar lang. We komendan bij elkaar met alle mensen dieNutrifeed vertegenwoordigen. Vanelkaar leren we hoe we de markt hetbeste benaderen. Je ziet dan datdistributeurs ook onderling waarde-volle kennis en ervaringen uitwisse-len. Samen kijken we naar demeerwaarde van onze producten:wat levert het uiteindelijk op voor dedistributeur en de klant? In werk-groepjes van internationale teamswerken we ideeën uit over bijvoor-beeld reclame, nieuwe producten ennieuwe marktsegmenten. Dit semi-nar is natuurlijk ook heel goed voorklantenbinding en relatiebeheer. Hetis prachtig om de interactie tussende verschillende nationaliteiten tezien.’

Alex Hoogers, sales manager, enJanneke Dijksterhuis, key account-manager, hebben vanuit Friesland-Campina Domo deelgenomen aanShare & Learn sessies. ‘Materie vande trainingen van de B2B Sales Aca-demy in de praktijk laten zien, daargaat het om bij de Share & Learnsessies’, vertelt Janneke, ambassa-deur voor de B2B Sales Academy endaarmee ook facilitator voor de ses-sies. ‘Met het plan dat je maakt,doorloop je alle stappen die je intheorie had geleerd nog een keer. Ikheb samen met een collega vanmarketing een accountplan ontwik-keld. Deze collega gaf input overhoe de markt eruit ziet, over de cij-fers en de context en over hoe deklant bij Domo past. Op basis vanhet plan hebben we intern op eengestructureerde manier een projecten een team opgezet. Tijdens desessies zien we altijd goede bijdra-gen van collega’s vanuit alle werk-maatschappijen. Juist omdat je metzo’n gemixte groep werkt, is het uit-wisselen van kennis en ervaringenheel waardevol.’Alex heeft tijdens een Share & Learnsessie een regioplan voor Oost-Europa/Rusland gepresenteerd. ‘Desessie was ongeveer zes maandenna het theoretische deel van de trai-ningen. Je wordt echt uitgedaagd inzo’n sessie, dat is best spannend.Het is interessant om te zien hoeeen groep mensen buiten hun com-fort zone gaat. Je krijgt feedback opje eigen werk, op een constructievemanier. Toch zijn we soms nog watte lief voor elkaar denk ik, je magbest kritisch zijn naar elkaar toe. Desessie was erg positief en zeker nut-tig. Je ziet dat iedereen er zijn ofhaar eigen lessen uit haalt.’

FrieslandCampina Domo:‘je mag best kritisch zijn’

September 2013

Op de linker pagina: Jan-Karel Op de

Coul. Foto: Van Assendelft. Op deze pa-

gina: (boven) Janneke Dijksterhuis en

Alex Hoogers Foto’s: William Hoogteyling

Page 16: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

Spark

Jeroen Huiskes, senior sales mana-ger bij FrieslandCampina CreamyCreation en ambassadeur van deB2B Sales Academy, kwam met hetidee voor Share & Learn sessies.‘Met de Share & Learn sessies lerenwe vooral van elkaar. We delen suc-cessen en ook problemen. We zijnbegonnen met een externe trainerals facilitator. Inmiddels doen we ditals ambassadeurs zelf. Ik heb echtheel veel enthousiasme gezien tij-dens de sessies. Zelf heb ik hetmeeste gehad aan een case van ex-port. Daarbij ging het over het pol-sen bij de klant over hoe je staat tenopzichte van concurrenten. Ik vonddat een lastig onderwerp in gesprek-ken, maar weet nu dat als je maardurft te vragen, het vaak waarde-volle antwoorden oplevert. Nog eenvoordeel is dat je zo meer mensenleert kennen en je interne netwerkgroeit.’ Maurice Smeets, sales director alco-holic beverages, vertelt over deShare & Learn sessies vanuit zijn se-nior management rol: ‘De Share &Learn sessies zijn echt een serieusitem geworden. Ze krijgen de volleaandacht en steun van alle seniormanagers. Collega’s hebben tijdensde sessies heel open verteld hoe zehun plannen hebben aangepakt. Jeziet dan goed het cliché: ‘een goedevoorbereiding is het halve werk’.Sommigen hadden vooraf winkelsbezocht om een goed beeld te krij-gen van de betreffende assortimen-ten waarvoor wij de grondstoffenleveren en die bevlogenheid zie jedirect terug in de presentaties. Hetis mooi om te zien hoe de sales ma-nagers samen met collega’s vanmarketing en R&D als koppels optre-den. Ze hebben dat duidelijk metveel plezier gedaan.’

FrieslandCampinaCreamy Creation: ‘goedevoorbereiding is hethalve werk’

31September 2013Consumer Products International30 Spark September 2013

Over Creamy Creation, Domo en NutrifeedCreamy Creation, Domo en Nutrifeed zijnwerkmaatschappijen binnen de business groupIngredients. Creamy Creation produceert enverkoopt roomdrankjes met en zonder alcohol, Domoricht zich op baby- en kindervoeding en Nutrifeedverzorgt voeding voor jongvee (voornamelijkkalveren en biggen). Alle drie werken ze business-to-business. Ook andere werkmaatschappijen vanFrieslandCampina die business-to-business werkenzijn betrokken bij de B2B Sales Academy en de Share& Learn sessies, zoals FrieslandCampina Export,FrieslandCampina Kievit, Satro, FrieslandCampinaProfessional en Butter.

De bezoekers werden een week langgetrakteerd op excursies om te zienhoe melk wordt geproduceerd enverwerkt. De media kregen volop ge-legenheid om een verhaal te makenvoor het Maleise publiek over desterke merken van FrieslandCampinaMaleisië, hun herkomst en de exper-tise die daarbij komt kijken. In hetdrukke schema van de bezoekerswas ook ruimte voor experts die hunkennis deelden over bepaalde onder-werpen, zoals halal, issue en crisis

In het kader van de 50ste verjaardag van FrieslandCampinaMaleisië hebben een Maleise tv-ploeg, verschillende vertegen-woordigers van het Ministerievan Onderwijs en het Ministerievan Landbouw, afdeling dierge-zondheid, een bezoek aan Nederland gebracht. Het doelwas om te laten zien hoe melkwordt geproduceerd en hoe webij FrieslandCampina werken. De afdeling Communication andCorporate Responsibility vanFrieslandCampina Maleisië organiseerde de educatieve reis,samen met de afdeling CorporateCommunication uit Amersfoort.

Leden-melkveehoudersontvangen Maleisemedia en overheids-vertegenwoordigers

management, gezonde voeding ennog veel meer.

Ondanks de (op dat moment nog)koude zomer, kon de tv-ploeg mooieopnames maken van de mooie om-geving en de koeien in de wei. Eenbijzonder gezicht, zeker voor men-sen uit het tropische, zonnige Malei-sië. De reis was extra speciaal omdatze ook naar Nederlandse boerde-rijen gingen, waar boeren zelf derondleiding verzorgden. Deze bezoe-ken waren een echte ‘eye opener’voor de vertegenwoordigers van hetMinisterie van Landbouw, afdelingdiergezondheid, want zij zagen bestpractices over hoe boerderijen inNederland worden geleid en kondenkennis uitwisselen met verschillendeNederlandse melkveehouders. Dr.Kamaliah Ghazali, hoofd van de af-deling veehouderij binnen de afde-ling diergezondheid, zei: ‘Deboerderijbezoeken waren zeker hethoogtepunt van de reis. Het is inspi-rerend om de verschillende technie-ken en manieren omboerderijbedrijven te managen tezien; daarvan kunnen de Maleisemelkveehouders leren en profiteren.’

Het avontuur eindigde met een be-zoek aan een lokale basisschool,waar de overheidsvertegenwoordi-gers van het Ministerie van Onder-wijs met eigen ogen hetNederlandse schoolmelkprogrammakonden zien. Ishak Ismail, gezond-heidscoördinator van het Ministerievan Onderwijs, was onder de indruk.Hij zei: ‘We hebben belangrijke aan-wijzingen gezien om het Maleiseschoolmelkprogramma verder teverbeteren.’

Het resultaat van de reis: drie exclu-sieve documentaires over Friesland-Campina Maleisië en de expertisevan FrieslandCampina op het gebiedvan zuivelproductie. De documentai-res zijn uitgezonden op een lokaleMaleise tv-zender.

Jeroen Huiskes (boven) Maurice Smeets

Foto: William Hoogteyling

Van boven naar beneden:

De tv-ploeg filmt de koeien

Vertegenwoordigers van de Maleise afdeling voor dierge-

zondheid bespreken best practices

Groepsfoto tijdens boerderijbezoek

Schoolmelk wordt uitgedeeld op een basisschool

Een kijkje door de ogen van een Nederlandse boer

Foto's: FrieslandCampina Maleisië

Page 17: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

33SparkSeptember 2013Consumer Products International32 Spark September 2013

Consumer Products International

Kinderen rennen het water in om 300 meter

te zwemmen. Foto's: Alaska Milk Corporation

Al sinds vier jaar is het merk Alaska sponsorvan de Alaska Ironkids triatlon. Tegenwoordigzitten Filipijnse kinderen veel voor de tv, spe-len ze videospelletjes of spellen op de com-puter of tablet. Zo krijgen ze veel te weinigbeweging, wat kan leiden tot overgewicht enobesitas; nu al het meest voorkomende ge-zondheidsprobleem onder Filipijnse kinderen.

De Alaska IronKids triathlon begon ooit alseen speelse zondagse hardloopwedstrijd voorkinderen, maar groeide snel uit tot een sport-evenement met meer dan 200 deelnemers.De kinderen hebben allemaal hetzelfde doel:het Ironkids parcours overwinnen door 300meter te zwemmen, 10 kilometer te fietsen en2 kilometer te rennen. Het evenement is eenperfect familie-uitje: overal zie je ouders,opa’s en oma’s, broers en zussen en anderefamilieleden de jonge atleten toejuichen.

Bij de Alaska Ironkids triatlon draait het nietom winnen. Fred Uytengsu, CEO van AlaskaMilk Corporation, zei aan de start van derace: ‘Het gaat erom dat je het leuk vindt. Hetkind met de grootste lach op zijn gezicht isde echte winnaar. Dus: geniet ervan en veelsucces’.

Ironman 70.3 triatlonAlaska Milk Corporation sponsort ook al voorde vijfde keer de Ironman 70.3 triatlon. Dezelangeafstandstriatlon bestaat uit een par-cours van 1,9 kilometer zwemmen, 90 kilome-ter fietsen en 21 kilometer hardlopen. Dit jaarwaren er meer dan 2000 deelnemers uit 35landen. Honderdduizenden toeschouwers be-volkten de straten van Lapu Lapu City om het

evenement te aanschouwen. Ook het AlaskaTeam TBB Filippijnen deed mee en behaaldeeen goed resultaat. Dit is een team van pro-fessionele triatleten die worden gesponsorddoor Alaska Milk Corporation, als onderdeelvan een trainingsprogramma voor de ontwik-keling van jonge Filippijnse atleten.

Veel (media)aandachtBeide triatlons waren een groot succes, watblijkt uit het enorme aantal deelnemers entoeschouwers. Ook was er veel media-aan-dacht: de nationale en regionale tv-zenders,kranten, tijdschriften, radio en digitale mediabesteedden er aandacht aan. Ook onlinewaren er veel berichten. Alaska Sports Hub,de digitale afdeling van Alaska’s sport- enspelprogramma’s, was online erg actief enwerd dé online nieuwsbron. Volg hen op Twit-ter via @ALASKASportsHub.

Alaska Milk Corporation zet zich met verschillende sport- enspelprogramma’s actief in voor buitenactiviteiten voor kinderen envolwassenen. Twee triatlons – de Alaska Ironkids triatlon voorkinderen en de Ironman 70.3 triatlon voor volwassenen – passengoed bij deze insteek. Daarom sponsorde Alaska Milk Corporation inaugustus deze evenementen in Lapu Lapu City op het eiland Mactan,Cebu, op de Filippijnen.

Gezonde en actieve leefstijlvoor kinderen opde Filippijnen

Page 18: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

Geert Pauwels:‘Vroeger ging het alleen maar om productie draaien’.

35SparkSeptember 2013Consumer Products Europe

‘Wij hebben in de afgelopen tijd per machineeen team samengesteld. Ieder heeft in datteam een extra taak en een van de operatorsis speciaal verantwoordelijk voor veiligheid enmilieu. Na het invoeren van systemen alsOHSAS (een wereldwijd programma voor ge-zond en veilig werken, red.) en de technischeaanpassingen, richten we ons nu vooral op vei-lig gedrag’, aldus Thomas de Pauw. ‘Het isvooral een cultuuromslag. We zijn niet zo ge-wend om elkaar aan te spreken op gedrag.Maar als het ons lukt om dat te bewerkstelli-gen, dan zijn we op een punt waar we naartoewillen. Het gaat erom dat je laat zien dat wezorgdragen voor elkaars veiligheid. En daarkan ieder op zijn of haar eigen werkplek heelveel aan bijdragen.’

‘Vroeger was dat anders. Dan ging je in je werkaltijd maar door, productie draaien. Je stondniet stil bij veiligheid’, vertelt ploegleider GeertPauwels op de afdeling waar cupjes koffiemelkworden afgevuld. ‘Er is echt veel veranderd.Nu is het veiligheid, kwaliteit en daarna pro-ductiviteit. Het is nu: alle dagen je hoofd bij jewerk hebben. Alert zijn en ervoor waken dater situaties zijn waarin er ongelukken kunnen

gebeuren. En als iemand een situatie meldt,wordt er meteen met drie tot vier man naargekeken en lossen we de situatie op.’

‘In ons team ben ik ‘safety ambassador’, legtoperator Tom Van Meirvenne uit. ‘Dat is eenextra taak. Ik ben speciaal belast met alles watmet veiligheid te maken heeft in ons team.Daar ben ik ook voor opgeleid. Je ziet hier weldat alle bewegende delen van machines zijnafgeschermd; de robot slaat direct af als ie-mand het hek open doet. Er is echt geïnves-teerd, ook in zaken die het werk minder zwaarmaken zoals de schaarliften die dozen van degrond tillen. Onze afdeling is ook strak opge-ruimd, alles heeft een vaste plaats. Orde ennetheid zijn belangrijk. We denken met elkaarna over veilig werken en de juiste procedures.Meer investeren hoeft nu niet, het gaat er nuom wat we zelf doen.’

‘We leggen de verantwoordelijkheid voor vei-ligheid bij ieder van ons neer’, stelt managerSHE/QA Ghislain de Waele vast. ‘We moedigende medewerkers aan om hun ideeën op papierte zetten (op speciale labels). Die ideeën wor-den besproken en met heel veel daarvan kun-nen we verbeteringen aanbrengen. Zo wordthet nadenken over veiligheid gestimuleerd.Het is nu echt onderdeel van ons streven naarcontinu verbeteren, daarom hebben we ookéén WCOM pilaar voor veiligheid en milieu op-gericht. De aandacht blijft.’

34 Spark September 2013Consumer Products Europe

‘Veilig werken opkantoor? We stonden ereigenlijk nooit zo bij stil.Dat is nu wel anders.’Monique van Weert,receptioniste bijFrieslandCampina inNuenen (onderdeel vanFrieslandCampinaProfessional) heeft methaar collega’s eenveiligheidstraininggevolgd. ‘We zijn er nuserieus mee bezig.’

De fotograaf die Monique op de fotozal zetten, wil graag wat hoger staanen een foto van bovenaf maken. ‘Datkan alleen met een goede trap’, be-sluit Monique. Ze haalt een splinter-nieuwe trap voor de fotograaf. Zewijst op het bord voor de ingangwaar 42 dagen zonder ongevallengenoteerd staan. ‘Het waren er 559,maar dit voorjaar was er een kleinongeval in de productie-afdeling. Ikkan je vertellen: we hadden er alle-maal buikpijn van dat de teller naar0 ging.’

Sinds ze een training hebben ge-volgd zijn Monique en haar collega’sheel alert op onveilige situaties. Zehebben zelf alle onveilige plekkenaangewezen en zijn op zoek gegaannaar verbeteringen. Stickers op detrap wijzen je erop dat je de leuningmoet gebruiken. Alle losliggendesnoeren zijn weggewerkt. 'We ge-bruiken een wagentje om volle bla-den met koffie en thee rond tebrengen, in plaats van ze te dragenen met je rug een deur open te

doen. Het kantoor is strak opge-ruimd, er ligt nergens iets op degrond. Er was een onhandig trapjebij de ingang van de kantine, ook datwordt veranderd. We zijn ons echtbewust geworden van gevaarlijke si-tuaties. En dat willen we bereiken,dat je erover nadenkt dat je je nietmoet laten leiden door haast. Jehebt het vaak druk en dan neem jesneller risico’s. Maar nu niet meer.We helpen elkaar ook om erop te let-ten. Als ik iemand iets zie doenwaarvan ik denk: dat gaat nog fout,zeg ik: ‘Kan ik je even helpen’? Wecontroleren elkaar op een positievemanier. En dat werkt.’

Begin juli staan er 648 dagen zonder ongeval op het bord bijFrieslandCampina Bornem. Eind juni kregen de medewerkerseen safety oorkonde uitgereikt van managing directorFrieslandCampina Branded Netherlands Bas van den Berg. Zezijn er trots op, de medewerkers en de leiding van het bedrijf.‘Het gaat er nu vooral om dat we ons allemaal samenverantwoordelijk weten voor veilig werken’, vindt productiemanager Thomas de Pauw.

Het Belgische bedrijf in Bornem (niet ver vanAntwerpen) produceert flesjes en blikjesChocomel, Cécémel, Fristi, Extran en Appelsientje,plus een enorme hoeveelheid koffiemelk in kleinecupjes die naar klanten over de hele wereldworden geëxporteerd.Het bedrijf telt 150 medewerkers. Afhankelijk vande vraag vanuit de markt wordt er volcontinugewerkt of vijf dagen per week in drie ploegen.

‘Veiligheid,daar werken wesamen aan’

‘Laat je niet leidendoor haast’

Ghislai de Waele (l) en Thomas de

Pauw: ‘Zorgen voor elkaars veiligheid’.

Foto’s Marcel Bekken

Tom Van Meirvenne:‘Orde en netheid zijnbelangrijk’.

‘We helpen elkaar omveilig te werken’, zegtMonique van Weert.

Page 19: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

De Nederlandseschoolmelkmarkt inkaart:7.000 scholen1.500.000 kinderen van4 – 12 jaar

Campina Schoolmelk:bestaat bijna 80 jaar levert als enige inNederland schoolmelkaan 2200 deelnemendescholen met in totaal550.000 kinderen, waarvan er 70.000 eenschoolmelkabonnementhebben.streeft naar 100.000abonnementen in 2014

Herman Polderman en Willemijn van Lier lich-ten de herintroductie toe. Hij werkt als chan-nel development manager en zij als channelmarketeer bij Out of Home, business unit vanConsumer Products Europe waaronder Cam-pina Schoolmelk valt. Herman schetst het be-lang van melk: ‘Voor een goede ontwikkelinghebben kinderen de juiste voedingsstoffennodig. Melk bevat van nature vitaminen B2 enB12, eiwitten en calcium die juist voor kinderenin de groei belangrijk zijn. Steeds meer kinde-ren krijgen echter onvoldoende of verkeerdevoedingsstoffen binnen en drinken minder zui-vel. Het alternatieve aanbod voor schoolmelkis gegroeid met limonade, sap en water, en ou-ders willen vooral gemak. FrieslandCampinaneemt zijn maatschappelijke verantwoordelijk-heid om meer kinderen van 4 tot 12 jaar, dezuivelconsumenten van de toekomst, hetgoede van melk te bieden.’

Gezond en lekkerMaar hoe? ‘Door te focussen op het allereerstemoment dat een vierjarige naar school gaat’,legt Willemijn uit. ‘We helpen als CampinaSchoolmelk ouders bij de voorbereiding op diespannende dag, waarbij een schoolmelkabon-nement afsluiten een logische stap is. Zoweten ouders zeker dat hun kind in de klas ietsgezonds en lekkers te drinken heeft. Het ismakkelijk kiezen en een zorg minder.’

‘De grootste verandering in het werven vanabonnementen is dat we ons rechtstreeksrichten tot ouders in plaats van via scholen.Dat doen we met slimme databasemarketingwaarbij we ouders van aankomende vierjari-gen rechtstreeks via direct mail benaderen.Ook via ambassadeurs onder bestaandeschoolmelkouders en op literpakken in de su-permarkt maken we het nieuwe online plat-form bekend. Daar ademt alles de sfeer vanvoorbereiding op De Eerste Schooldag’, zegtWillemijn enthousiast. ‘Ouders kunnen er hunkind wegwijs maken in hoe deze eerste school-dag verloopt, onderling tips uitwisselen enzich uiteraard abonneren op schoolmelk. Danis dat alvast geregeld.’

Meer weten? Kijk op www.CampinaSchoolmelk.nl.

Campina Schoolmelk bestaat in Nederlandtachtig jaar en heeft een unieke positie. Alsenige zuivelfabrikant biedt Friesland-Campina kinderen op de basisschool versezuivel aan. De voedingswaarde is en blijfteen belangrijk argument om voor schoolmelkte kiezen. Tegelijkertijd willen ouders enscholen van nu vooral gemak en biedenonline media kansen om hen direct tebereiken. Dus heeft Campina Schoolmelkzich zelf opnieuw uitgevonden en start nade zomer een landelijke campagne.

3736 Spark September 2013

‘Veilig werken staat op nummer 1. Niet hoe hard we werken en hoeveel we produceren maarof we dat veilig doen.’ Joost van de Rakt, corporate director supply chain, wil het nog maareens gezegd hebben. ‘Veiligheid is onze hoogste prioriteit, gevolgd door kwaliteit in ons werk.We zijn positief over de ontwikkelingen rond veiligheid in onze onderneming, maar elkongeval is er nog altijd een teveel.’

Veilig werken: gewoon geen ongelukken graag

En toch… als het aantal ongevallen bij Friesland-Campina zo gestaag blijft dalen als de afgelo-pen maanden het geval is, komen dedoelstellingen voor veiligheid voor 2015 ruimin zicht. ‘We streven naar minder ongevallenmet verzuim en naar een veiligheidsniveauwaarin we proactief omgaan met veiligheid enveiligheid (niveau 3) verankerd is in onze be-drijfscultuur’, aldus Joost van de Rakt. ‘Wekomen van een LTA-rate van 2.2 in 2009 (hetaantal ongevallen met verzuim per 200.000gewerkte uren). Nu, in het eerste half jaar van2013 zitten we op een LTA-rate van 0.6. Daar-mee liggen we op koers voor onze doelstelling:een LTA-rate beneden de 0,75 in 2015 en bene-den de 0,15 in 2020.’ Zowel Joost van de Raktals Geke Naaktgeboren, QA & Safety directorCheese, Butter en Milkpowder, zijn beiden van-uit hun werk nauw betrokken bij veilig werken.‘We zijn inderdaad goed op weg’, aldus Joostvan de Rakt, ‘maar dit jaar tellen we toch alweer 70 ongevallen met verzuim. En natuurlijkkijken we in 2015 weer naar de wereld om onsheen. Zijn in andere industriële ondernemin-gen de LTA-rates verder gedaald, dan passenwij onze doelen ook weer aan.’

SerieusDe aandacht voor veilig werken blijft dus on-verminderd hoog. ‘De afgelopen anderhalf jaaris er bij de business group Cheese, Butter &Milkpowder een proef gedraaid met een cam-pagne om alle medewerkers zoveel mogelijkbij veilig werken te betrekken. We hebben ma-terialen ontwikkeld om het streven naar veilig

werken te ondersteunen; steeds rond eenthema dat voor onze medewerkers van belangis: machine-veiligheid, werken met gevaarlijkestoffen en allerlei andere thema’s. De cam-pagne slaat goed aan. Zozeer dat de SHE-council (de stuurgroep voor Veiligheid,Gezondheid en Milieu waarin alle businessgroups vertegenwoordigd zijn) ervoor heeftgekozen om deze materialen aan alle businessgroups ter beschikking te stellen (zie intranetlink onderaan artikel) en collega’s aan te moe-digen het te gaan gebruiken. We merken nudat de basis voor veilig werken steeds beter inorde is, de kunst is om veiligheid echt iets vanonszelf te laten zijn. Dat we er niet over na-denken óf we veilig handelen, maar dat we au-tomatisch veilig werken. Zoals je jeveiligheidsgordel omdoet in de auto en jestopt voor een rood verkeerslicht’.‘We merken overigens dat alle aandacht voorveiligheid gewaardeerd wordt door medewer-kers en ook door mensen die net in dienstkomen’, vult Joost aan. ‘Er is altijd een noghoger doel om naar te streven: geen ongeluk-ken tijdens het werk en ook niet als je naarhuis rijdt. Het is een onderwerp om elke dagserieus te nemen.’

De comeback vanCampina Schoolmelk

Link op intranet: homepage/highly recom-

mended/Safety

SparkHerman Polderman en Willemijn van Lier

Foto: Bram Petraeus

Page 20: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

Waarden: the Way We WorkHeldere doelen, correctgedrag, en de juistemiddelenWe werken met openheiden respectWe houden ons aan onzeafsprakenWe boeken sámenresultatenWe zetten de organisatievooropHet kan altijd beterSamen worden weslimmer

Resultaten na twee jaarwerken aanverbeteringen: Verbetering veiligheid(LTA): 25% Daling klachtenniveau:50%Daling interne afkeur:60%Daling materiaal- enverpakkingsverlies: 25%Verhoging efficiency(OEE): 20%Daling voorraadniveau(werkkapitaal): 25%

39SparkSeptember 2013Consumer Products Europe

Hij gelooft heilig in de principes van‘continu verbeteren’, Acronius Het-tinga. ‘Alle kennis die je nodig hebtom het bedrijf op een optimaal ni-veau te brengen, zit bij de medewer-kers. Zonder die kennis en inzet,werkt het niet. ‘Continu verbeteren’is onderdeel van de bedrijfscultuurin Lummen. Daarmee verankeren wealle stappen die we de afgelopentwee jaar met elkaar hebben gezet.Stappen op weg naar veiligheid,kwaliteit en efficiency. Wij hebbendeze prioriteiten met elkaar vastge-steld, we hebben gewerkt aan dejuiste methodes en het juiste ge-drag. En dat borgen we door samente werken aan continu verbeteren.’FrieslandCampina Professional le-vert in diverse Europese landen pro-ducten aan professionelegebruikers, zoals (banket)bakkers,chocolatiers, koks en cateraars. Pro-ducten die onder meer in Lummenworden gemaakt.

KlantenEr is de afgelopen jaren al veel ver-beterd in Lummen (zie kader). Datwas ook nodig, stelt de supply chaindirector nuchter vast. ‘We hebbeneen belangrijk doel: onze klanten zogoed mogelijk bedienen, of dat nuexterne of interne klanten zijn. Enom dat te doen, moet je organisatiezo goed mogelijk functioneren. Heelbelangrijk zijn de waarden die wemet elkaar zijn overeengekomen (ziekader). Die worden nu door de heleorganisatie gedragen en dat beïn-vloedt onze resultaten. Dat heeftvooral met de cultuur te maken, met

de manier waarop we met elkaaromgaan en elkaar op een positievemanier aanspreken om ons werk zogoed mogelijk te doen.’

SamenNoël Housen, (ploegbaas filling) ‘Wehadden hier nogal wat ongeschre-ven regels. Bijvoorbeeld: als eenploegbaas iets zei, ging je er niet te-genin. Tegenwoordig zie je opera-tors in gesprek gaan met hunploegbaas. We lossen problemen opvoordat ze problemen worden.’ IvanScheepers, (manager warehouse &distribution): ‘We hebben als leiding-gevenden geleerd om signalen af tegeven, zodat we ook inderdaad vol-gens de principes van the Way WeWork kunnen werken. Een goedvoorbeeld is de waarde ‘samen re-sultaat boeken’. We zien Willy Geu-ens, de manager logistiek nurondlopen in productie en we zienAcronius Hettinga in het magazijnom een praatje te maken met demensen daar. Wij doen het samen.Wij zijn één organisatie en dat moe-ten we samen uitstralen.’

Zafer Özturk, (operator) vult aan:‘Iedereen werkte vroeger strikt inzijn eigen gebied. Dat is er nu uit.’Logistiek manager Willy Geuens:‘Natuurlijk moeten wij als manage-ment het goede voorbeeld geven.Maar daarmee buigen we de cultuurniet om. Deel van de aanpak was deinzet op de werkvloer, de trainingvan medewerkers en de coaching ingesprekken waarbij we ondersteundwerden door een extern bureau.

De medewerkers van het productiebedrijf in Lummen (België) vanFrieslandCampina Professional hebben enorme verbeteringen bereikt. Erwordt veiliger gewerkt, efficiënter, de klachten zijn afgenomen, hetvoorraadniveau is veel beter onder controle: de resultaten van twee jaarhard werken aan een verbetertraject. Supply Chain director AcroniusHettinga is trots op wat er in Lummen is bereikt. ‘We bedienen onzeklanten veel beter, het werken in Lummen is veel prettiger geworden énwe hebben aanzienlijke kostenbesparingen bereikt.’

38 Spark September 2013Consumer Products Europe

‘We blijven werken aanverbetering’

Onze machines en systemen zijnnog dezelfde, maar de gedragsver-andering in deze fabriek heeft be-langrijke verbeteringen gebracht.’

Marianne Claesen, laborante op hetkwaliteitslaboratorium, ervaart datde communicatie vooral is verbe-terd. ‘Wij zijn veel opener gewordennaar elkaar toe. We dragen ons werkduidelijk over van de ene ploeg naarde andere. We werken met check-lists zodat we van elkaar weten watwel of niet gedaan is. En als er ietsfout gaat, spreken we elkaar daarover aan. Dat kun je doen op eenconstructieve manier. Ik denk dat almet al de samenwerking enorm isverbeterd, ook met andere afdelin-gen. Zo ga ik vaker naar de produc-tieafdelingen toe om – naast deanalyses – gewoon een praatje ofeen grapje te maken. Een ontspan-nen werksfeer is ook belangrijk. Deboog kan niet de hele dag gespan-nen zijn.’

Eén gezicht naar de klantOok al zijn er goede resultaten ge-boekt, Acronius Hettinga legt uit dater de komende tijd nog veel te doenis. ‘Continu verbeteren betekent ookdat we voortdurend bezig blijvenmet verbeteringen en het borgenvan de goede resultaten. We kunnenons geen stilstand veroorloven.Vanaf 1 januari 2014 komt de inte-gratie tot stand van FrieslandCampinaProfessional en de unit Out of Hometot FrieslandCampina Foodservice.Daarmee gaan we naar al onze afne-mers in dit kanaal ‘met een volledigzuivelpakket en één gezicht naar deklant werken’. Ook in dat traject ishet van groot belang dat ons bedrijfzo goed en betrouwbaar mogelijkpresteert.’

Vlnr.: Noël Housen, Marianne Claesen, Zäfer

Öztürk en Ivan Scheepers

Foto: Rob Oostwegel

Page 21: Spark nr 2013 nr3-NL...op een win-win situatie. Als het om duurzaamheid gaat zijn beide on - dernemingen toonaangevend. Met onze wederzijdse kennis kunnen we elkaar helpen en versterken.’

September 201340 Spark Merken in ....

Frico, één van de oudstekaasmerken vanNederland, beroemd invele landen binnen envooral buiten EuropaHet merk ontstond bijna 115 jaar geleden in Frieslanden heeft sindsdien zijn weg gevonden naar bijna 100landen over de hele wereld. Frico is hét merk als jehet hebt over de traditionele Nederlandse kaassoor-ten Gouda, Edam en Maasdam (genoemd naar dezeNederlandse steden) en staat wereldwijd bekend omzijn authentieke smaak en kwaliteit.Frico-kaas wordt nog steeds gemaakt en gerijpt vol-gens eeuwenoude traditie.

Naast een voortreffelijke smaak bevat Frico-kaasook een hoge concentratie aan belangrijke voe-dingsstoffen. Kaas is eigenlijk ‘ingedikte melk’, wattot uitdrukking komt in het feit dat één kilo Frico-kaas gemaakt wordt van tien liter pure melk. ‘Puregoodness’ dus. Dat is ook de boodschap die Fricoaan consumenten in vele landen overbrengt.

Elk land heeft zijn eigen gebruiken en tradities, watook vaak terug te zien is in het gebruik van kaas. Zowordt de ronde Edammer kaas op de Filippijnenvaak cadeau gegeven met kerst, kan je in Chinakreeft eten met geraspte kaas, eten Koreanen deFrico Cheese burger bij Lotteria (een lokale fastfood-keten), eten Russische vrouwen kaas bij de koffie enhollen ze in Mexico Edammers uit om die vervolgensvol te stoppen met vlees, groente en fruit (QuesoRelleno). Kijk op www.frico.com voor inspiratie voorheerlijke internationale recepten met Frico-kaas!

Egyptische familie aan tafel met Frico-kaasFoto: FrieslandCampina