DOSSIER FINANCE & CONSULTING

GRATIS MAGAZINE MET HET GROOTSTE CARRIÈRE AANBOD MEER JOBS OP VACATURE.COM 16 FEBRUARI 2008

Ze zijn visionair, innovatief en internationaal: SIOEN INDUSTRIES,wereldleider in gecoat technisch textiel

NIEUWE RUBRIEK BELGISCHE ICOONBEDRIJVEN

Een carrière als bedrijfsrevisor? Britten nemen de kortste weg

“Elk jaar starten 50 jongeren met enkel een diploma middelbaar onderwijs”

BESTE BEDRIJVEN VOOR STARTERS

DE50CAMPUSSPECIAL

VMG-20080216-COVER (1):de EERSTE pagina 13-02-2008 14:49 Pagina 1

Tommy Hilfiger en O’Neill kind aan huis bij West-Vlaamse textielreus

Sioen, wereldleider in gecoat technisch textiel

Ze zijn visionair, innovatief en zetten de toon internationaal. In een nieuwe reeksgaat Vacature eenmaal per maand op bezoek bij de nieuwe iconen van het

Belgische bedrijfsleven. We starten in West-Vlaanderen, bij Sioen Industries.

Sioen Industries toverde een van zijn productiehallen om tot expositieruimte. Een sterk staaltje van eigen kunnen: van kledij voor bergbeklimmers of zeilers over beschermende pakken voor brandweerlui tot een outfit voor boomchirurgen.

020_GPV1QU_20080216_VMGBI 14-02-2008 20:03 Pagina 20

BELGISCHE ICONEN21Vacature | zaterdag 16 februari 2008

West-Vlaamser dan Ardooie lijkt moeilijk te vinden. Degezapige sfeer, het aparte taaltje, de noeste werkers – degemeente telt naar verluidt welgeteld acht werklozen (!)- en de no-nonsense cultuur. En dus is het wellicht geentoeval dat Sioen Industries een kleine vijftig jaar geledenuitgerekend in deze regio het levenslicht zag, in de bij-keuken van Jean-Jacques en Jacqueline Sioen. Intussenmaakte de bijkeuken plaats voor een moderne, almaaruitbreidende bedrijfssite. En staat dochter MichèleSioen aan het hoofd van een beursgenoteerde onderne-ming met bijna 400 miljoen euro omzet, 4.600 mede-werkers en 39 dochterondernemingen. Wereldleider ingecoat technisch textiel én gerespecteerd specialist ineen onwaarschijnlijk groot aantal nichesectoren. Deingrediënten van dit door en door West-Vlaamse suc-cesrecept? Verticale integratie (“we maken bijna alleszelf, van de garens tot de pigmenten voor onze coating-pasta’s”), continue innovatie (of wat dacht u van eentextielbedrijf met een eigen schietstand en ballistischlabo?) en doorgedreven internationalisering (productie inzestien landen, verkoop in tachtig landen).

UNIFORMEN VOOR HET LEGERToen de koning enkele jaren terug naar West-Vlaanderen afzakte, zaten ze bij Sioen met de handen inhet haar. Hoe maak je zijne majesteit in een handom-draai duidelijk dat dit textielbedrijf meer ontwikkelt enproduceert dan waterdichte jassen, lekker warme fleece-vesten of solide dekzeilen voor vrachtwagens? Dan maarvlug een productiehal leeggemaakt en omgetoverd ineen expositieruimte. De koning, die kwam, bewonderdeen vertrok; de indrukwekkende hal is gebleven. Eenstaaltje van eigen kunnen zeg maar: van de nieuwste,hoogtechnologische uniformen voor het Franse legerover gesofisticeerde sportkledij tot lichte, levensredden-de bootjes. En dan zwijgen we nog over tientallen ande-re producten en toepassingen waarvan haast niemand kan vermoeden dat ze net zo goed uit deSioen-stal afkomstig zijn: tenten en beschermhoezen,deurpanelen en dashboardstof voor auto’s of ventilatie-

buizen voor mijnschachten. “Inderdaad, we zijn in eigenland niet zo bekend bij het grote publiek, maar dat iswellicht ook niet zo verwonderlijk als je weet dat 90 pro-cent van onze productie voor de export bestemd is”,

vertelt group marketing manager Miek Naessens. Hetprincipe ‘wat we zelf doen, doen we beter’ indachtig,heeft Sioen de doorgedreven verticale integratie jarenterug al tot één van de hoekstenen van de bedrijfs-strategie verheven. Dat begint al in de spinnerij inMoeskroen, waar de verschillende types garen wordenuitgespuwd die later wereldwijd verwerkt zullen worden.Maar ook de kleurpasta’s voor de garens, de inkten enuiteraard de vijf types coating die garant staan voor hon-derden uiteenlopende toepassingen zien bij de verschil-lende dochterbedrijven of bij Sioen zelf het levenslicht.“De meest arbeidsintensieve producten worden vandaagniet langer in België gemaakt, maar onze coatings – voor-al een kapitaalintensief verhaal – produceren we nogaltijd in België en Frankrijk”, klinkt het. Net die coatings- die ervoor zorgen dat op het eerste gezicht doorde-weekse stoffen over een aantal heel specifieke, techni-sche eigenschappen gaan beschikken - liggen al jaren-lang mee aan de basis van de snelle groei. Met een snel-heid van 21,5 meter per minuut worden de stoffen inArdooie van een coatinglaag voorzien en achteraf ookgekleurd. Zeven dagen op zeven, in een productiehalwaar opvallend weinig arbeiders rondlopen. Al is het erwel uitkijken voor overenthousiaste rondzoemenderobots, die blijkbaar de West-Vlaamse arbeidsethiekhebben overgenomen. “Afhankelijk van de stoffen die wehier toevoegen, krijgen onze gecoate stoffen ruim 7.000verschillende toepassingen. Dat gaat van een antibacte-riële of brandvertragende werking over UV-bestendige

“In eigen land zijn we niet zo bekend.”Miek Naessens, group marketing manager

tekstFilip Michielsfoto’sTim Dirven

Een schietstand annex ballistisch labo in een textielbedrijf? Geen alledaagse kost, maar het illustreert meteen ook hoever Sioen Industries bereid is te gaan in de ontwikkeling vannieuwe, hoogtechnologische oplossingen op maat van veel-eisende klanten. Het bedrijf produceert al jarenlang kogelwe-rende vesten, en sinds kort mag het aan het Franse leger ookvolledige hightechgevechtsuitrustingen leveren. Kogelvrij,welteverstaan.

“Kies maar uit, wat zullen we eens uittesten?”, glimlachtFrank Fiévet, verantwoordelijk voor het ballistisch labo. “Een 9mm-kogel, een 357 magnum of een dum-dum?”Waarna hij een pop in klei een kogelvrije vest aantrekt, dedeur van de schietstand netjes sluit en nonchalant op hetknopje duwt. Enkele seconden en een verschrikkelijke klaplater wordt ons duidelijk hoe technisch dit soort technischtextiel wel moet zijn: de kogel is diep in de kogelvrije vestgedrongen en is daar uiteindelijk ook gestrand, maar tochvertoont de ‘borstkas’ van het slachtoffer een impact vanenkele centimeters. “Dit was nog maar een gewone 9mm-kogel uit een handwapen. Die vertrekt met een snelheid van400 meter per seconde. Bij echte oorlogswapens is dat hetdubbele”, klinkt het plots heel ernstig. “Met deze kogelvrijevest aan zal het slachtoffer een dergelijk schot wel overleven,maar de kans is heel groot dat hij enkele dagen buiten strijdis. Vergeet dus maar de films waarin de held van dienstonverschrokken de ene kogel na de andere trotseert.Nu, de normering op dit vlak ligt bij elke klant anders: het Britse leger laat een maximale impact – mét kogelvrijevest uiteraard - van twee centimeter toe. Amerikaanse soldaten moeten wat meer kunnen incasseren, tot 44 milli-meter diep. Elke kogelvrije vest is dus anders, afhankelijk vande wapens waartegen ze bescherming moet bieden.Vesten die bestand moeten zijn tegen oorlogswapens bouwen we bijvoorbeeld op uit 45 verschillende lagen. En natuurlijk houdt het daar niet mee op: de meeste klantenverwachten dat die kogelvrije vest ook bescherming biedttegen een mes of priem. Technisch gezien is dat zelfs nog eenstuk ingewikkelder.” Of hoe zelfs innovatie in de textielsectormensenlevens kan redden.

>

EEN TEXTIELBEDRIJF MET EEN SCHIETSTAND

Nieuwe rubriek

021_GPV1QU_20080216_VMGBI 14-02-2008 20:04 Pagina 21

22 Vacature | zaterdag 16 februari 2008

DE TOEKOMSTVISIE VAN CEO MICHÈLE SIOEN:

“In elke nieuwe niche willenwe marktleider worden”

Gevraagd naar de meest succesvolle strategi-sche beslissing van de voorbije jaren, wordtook praatvaar én ceo Michèle Sioen even stil.“We hebben een dergelijk breed activiteiten-gamma dat het niet eenvoudig is om klantenof aandeelhouders uit te leggen waar ditbedrijf nu juist voor staat. Nu, ik denk dat onzebusiness sowieso het best onder de noemertechnisch textiel te catalogeren valt. In de loopder jaren zijn we altijd maar technologischerproducten gaan maken, maar vooral het voor-bije decennium was op dat vlak heel richting-gevend. Continue innovatie als strategie, daarmaken we wellicht het verschil mee. Eén cijferdat op dat vlak boekdelen spreekt: veertig pro-cent van de omzet van 2007 hebben we gere-aliseerd met producten die we pas de laatstevijf jaren ontwikkeld hebben. En vijftig pro-cent van de omzet hebben we gedraaidmet producten waar we tien jaar geledennog niet eens mee bezig waren. Dat zegttoch al iets (glimlacht). In de globale markt

waarin wij actief zijn, is stil houden bij de core-business geen optie meer. We zijn verplicht omonze corebusiness permanent te doen evolu-eren. Mochten we nu nog enkel relatief eenvou-dige producten vervaardigen, dan hadden wede concurrentieslag met de lagelonenlanden allang verloren.We zijn aanwezig in een hele ristniches, en zodra we in een nieuwe niche star-ten, hebben we maar één doel voor ogen:marktleider worden in die niche. Als marktlei-der kan je dan haast niet anders dan heel inno-vatief uit de hoek komen. Daar hangt, zeker inBelgië, een fors prijskaartje aan. Vandaag zithet gros van onze R&D nog in eigen land, maarwillen we dat op termijn niet gedeeltelijk moe-ten uitbesteden, dan is meer politieke steun opdat vlak absoluut noodzakelijk.”

Zo mogelijk nog opvallender dan de focus opinnovatie is de bijzonder sterke buitenlandseverankering van Sioen Industries. Heel andersdan tal van concurrenten surfte het bedrijfdaarbij niet mee op de delokaliserings- en glo-baliseringsgolf van de laatste jaren, maar trokhet tientallen jaren geleden al naar het buiten-land. Michèle Sioen: “In de jaren zeventigopenden we al vestigingen in Tunesië enIerland. Later volgden onder meer Indonesiëen China, en in al die landen kozen we ervoorom ook met een lokale partner in zee te gaan,die de lokale markteisen uiteraard heel goedkent. Dat liep af en toe fout, maar globaalbekeken was die strategie lonend. Jaarlijks zijnwe aanwezig op meer dan vijftig beurzenwereldwijd, en ook daar plukken we nu devruchten van. Met onze nichestrategie kunnenwe niet anders: heel veel producten zijn zogespecialiseerd dat we de wereldwijde marktenwel moeten opzoeken. Maar je hebt gelijk: onzewereldwijde investeringen hebben ons de voor-bije jaren ongetwijfeld een voorsprong bezorgdop de concurrentie. En dat willen we de volgen-de jaren ook zo houden.”

stoffen tot textiel dat zelfs bestand is tegenhet geweld van een kettingzaag”, aldus nogMiek Naessens.

BOOMCHIRURGENSioen werpt zich de laatste jaren almaar ster-ker op als een bijzonder innovatieve niche-speler, maar de reusachtige expertise op vlakvan technisch textiel blijft de vader van allesucces. “We produceren en verkopen helerollen van duizenden verschillende typestechnisch textiel, dat dan als basis dient vooreen breed gamma eindproducten. Dat luikvan onze activiteiten is vandaag nog altijdgoed voor vijftig procent van onze totaleomzet. De afdelingen industriële toepassin-gen en confectie zijn goed voor de resteren-de vijftig procent. Industriële toepassingen,dat gaat van airbags en vrachtwagengordij-nen over wegversterkingsnetten en zeilenvoor zeiljachten tot isolatiepanelen en zelfsreusachtige zakken om pakweg duizendenliters water of wijn in te transporteren. Stukvoor stuk heel specifieke toepassingen dus,op maat van klanten uit zowat alle mogelijkesectoren.”

Last but not least, en iets dichter bij het klas-sieke textiel: de confectie. Topmerken alsTommy Hilfiger, O’Neill, en andere ASAdventures zijn al jarenlang kind aan huis inArdooie, maar geen consument die hetbeseft. “Met die confectie zijn we intussen alveertig jaar bezig, wat meteen ook onzeexpertise en knowhow op dat vlak verklaart.Mensen onderschatten dat wel eens, maarook dit soort productie is aan een onvoorstel-baar aantal normen en criteria onderworpen.Kledij voor bergbeklimmers of voor zeilersmoet bijvoorbeeld aan heel andere eisen vol-doen dan beschermende pakken voor brand-weerlui of een outfit voor boomchirurgen.Het is ook een continu tweerichtingsverkeer:wij stellen nieuwe stoffen voor aan potentië-le klanten, maar zij komen net zo goed bijons aankloppen met heel specifieke vragen.De bulk van dat soort arbeidsintensieve pro-ductie gebeurt intussen wel in onze buiten-landse vestigingen, zoals Tunesië ofIndonesië. Hier doen we uitsluitend nog hetontwerp van proefmodellen en kleine retou-ches. Tunesië is intussen al wat duurdergeworden, maar voor sommige reeksen ofklanten is het land een stuk handiger danpakweg Indonesië, omdat het toch relatiefdicht bij huis blijft.”

>

De cijfers achter het Sioensucces

■ Opgericht in 1960

■ 4.600 personeelsleden, 19 verschillende nationaliteiten

■ 39 dochterondernemingen

■ Verkoop in 80 landen, vestigingen in 16 landen

■ Geschatte omzet in 2007: 380 miljoen euro (tegenover 340 miljoen in 2006)

■ Winst na belastingen in 2006: 12,2 miljoen euro

022_GPV1QU_20080216_VMGBI 14-02-2008 20:04 Pagina 22