BietplanterSinds enkele weken is de CBB ook actief op Twitter. We proberen hierdoor onze...

12
Sinds enkele weken is de CBB ook actief op Twitter. We proberen hierdoor onze standpunten, die van ande- ren zoals CIBE, en ook wat reilt en zeilt in de suikerbiet/ suikerfilière wat meer weerklank te geven. Volg dus zeker @cbb_nl, en “retweet” en “like” naar hartenlust. Opmerkingen en suggesties zijn ook steeds welkom op: [email protected]. Een koninklijk besluit gaat een toelage van 10.000 euro toekennen aan de Universiteit Gent voor een haalbaarheidsstudie met betrekking tot de invoering van fiscale maatregelen voor voedingsmidde- len. Meer specifiek moet een antwoord geboden worden op de volgende vragen: van welk(e) producten zou de consumptie priori- tair ontraden moeten worden, in het bijzonder via de gezondheids- taks? Met welk percentage moet de prijs van deze producten stijgen om impact te hebben? Wat is de empirische evidentie voor wat betreft de impact van het goedkoper maken van gezonde voeding? Hoe kan men zorgen voor een maatschappelijk draagvlak voor gezondheidstaksen op voeding, bij consumenten, industrie, enz.? British Sugar heeft zijn oogstverwachting voor bieten verlaagd voor 2017/18, ondanks de uitzon- derlijke rendementen die sommige suikerbiettelers halen, aldus het magazine Farmers Weekly. Met een suikerbietareaal van 107.000 ha bij 3.500 landbouwers, rekent British Sugar op een suikerproductie van 1,38 Mt in zijn vier fabrieken. Het gebruik van plantaardige bioplastics (suiker- riet, hout, maïs,...) zal toenemen met ten minste 50 procent in de komende vijf jaar, volgens de Europese ver- eniging van bioplasticproducenten die ondernemingen zoals Cargill en Mitsubishi Chemical vertegenwoordigt. Bioplastics maken momenteel nog maar een procent uit van de kunststoffenmarkt. Het inzetten van drones om cercospora op te spo- ren in de bietenteelt wordt sinds 2015 bestu- deerd door het zaadhuis Florimond Desprez (programma AKER) in samenwerking met het bedrijf Hiphen om de rasresistentie tegen deze ziekte te beoordelen. De analyses van de foto’s en de multis- pectrale beelden (zichtbare/nabij-infrarood) genomen door de dro- nes worden vergeleken met de visuele waarnemingen die parallel aan elkaar worden uitgevoerd door een operator. De eerste resulta- ten zijn veelbelovend. De Spaanse suikergroep Acor heeft zijn bieten- campagne 2017/18 afgerond op 4 januari na een campagne van 95 dagen. De Finse suikerfabriek, dochter van de suikergroep Nordic Sugar, heeft haar campagne beëindigd op 5 december na een uitstekende campagne van 62 dagen. kort geoogst COLOFON Verantwoordelijke uitgever Marcel Jehaes, Voorzitter CBB Directeur van de publicatie Peter Haegeman Uitgave en publiciteit Bernadette Bické - Martine Moyart Verantwoordelijke voor de suikerbiettechniek KBIVB Tienen Druk Corelio Printing Jaarabonnement € 12,00 EU-land € 22,00 niet EU-land € 27,00 IBAN BE 70 1031 0384 3925 • BTW BE 0445.069.157 Maandblad van de Confederatie van de Belgische Bietenplanters vzw CBB • Anspachlaan 111 Bus 10 • 1000 Brussel T. 02 513 68 98 • F. 02 512 19 88 • www.cbb.be • [email protected] 10 Overvloed aan witte suiker in Europa en recordoogst in Rusland Biobrandstoffen: standpunt Europees parlement 3 EEN SPRONG IN HET DUISTER 2 Biet planter De MAANDBLAD CBB • JAARGANG 52 NR 545 • MAART 2018 • P 806265 SESVANDERHAVE wenst u een uitstekend bietenseizoen! Bedankt voor het vertrouwen !

Transcript of BietplanterSinds enkele weken is de CBB ook actief op Twitter. We proberen hierdoor onze...

Page 1: BietplanterSinds enkele weken is de CBB ook actief op Twitter. We proberen hierdoor onze standpunten, die van ande-ren zoals CIBE, en ook wat reilt en zeilt in de suikerbiet/ suikerfilière

Sinds enkele weken is de CBB ook actief op Twitter. We proberen hierdoor onze standpunten, die van ande-ren zoals CIBE, en ook wat reilt en zeilt in de suikerbiet/

suikerfilière wat meer weerklank te geven. Volg dus zeker @cbb_nl, en “retweet” en “like” naar hartenlust. Opmerkingen en suggesties zijn ook steeds welkom op:[email protected].

Een koninklijk besluit gaat een toelage van 10.000 euro toekennen aan de Universiteit Gent

voor een haalbaarheidsstudie met betrekking tot de invoering van fiscale maatregelen voor voedingsmidde-len. Meer specifiek moet een antwoord geboden worden op de volgende vragen: van welk(e) producten zou de consumptie priori-tair ontraden moeten worden, in het bijzonder via de gezondheids-taks? Met welk percentage moet de prijs van deze producten stijgen om impact te hebben? Wat is de empirische evidentie voor wat betreft de impact van het goedkoper maken van gezonde voeding? Hoe kan men zorgen voor een maatschappelijk draagvlak voor gezondheidstaksen op voeding, bij consumenten, industrie, enz.?

British Sugar heeft zijn oogstverwachting voor bieten verlaagd voor 2017/18, ondanks de uitzon-

derlijke rendementen die sommige suikerbiettelers halen, aldus het magazine Farmers Weekly. Met een suikerbietareaal van 107.000 ha bij 3.500 landbouwers, rekent British Sugar op een suikerproductie van 1,38 Mt in zijn vier fabrieken.

Het gebruik van plantaardige bioplastics (suiker-riet, hout, maïs,...) zal toenemen met ten minste

50 procent in de komende vijf jaar, volgens de Europese ver-eniging van bioplasticproducenten die ondernemingen zoals Cargill en Mitsubishi Chemical vertegenwoordigt. Bioplastics maken momenteel nog maar een procent uit van de kunststoffenmarkt.

Het inzetten van drones om cercospora op te spo-ren in de bietenteelt wordt sinds 2015 bestu-

deerd door het zaadhuis Florimond Desprez (programma AKER) in samenwerking met het bedrijf Hiphen om de rasresistentie tegen deze ziekte te beoordelen. De analyses van de foto’s en de multis-pectrale beelden (zichtbare/nabij-infrarood) genomen door de dro-nes worden vergeleken met de visuele waarnemingen die parallel aan elkaar worden uitgevoerd door een operator. De eerste resulta-ten zijn veelbelovend.

De Spaanse suikergroep Acor heeft zijn bieten-campagne 2017/18 afgerond op 4 januari na een

campagne van 95 dagen. De Finse suikerfabriek, dochter van de suikergroep Nordic Sugar, heeft haar campagne beëindigd op 5 december na een uitstekende campagne van 62 dagen.

kort geoogst

COLOFONVerantwoordelijke uitgever Marcel Jehaes, Voorzitter CBBDirecteur van de publicatie Peter HaegemanUitgave en publiciteit Bernadette Bické - Martine MoyartVerantwoordelijke voor de suikerbiettechniek KBIVB TienenDruk Corelio PrintingJaarabonnement € 12,00 EU-land € 22,00 niet EU-land € 27,00IBAN BE 70 1031 0384 3925 • BTW BE 0445.069.157

Maandblad van de Confederatie van de Belgische Bietenplantersvzw CBB • Anspachlaan 111 Bus 10 • 1000 Brussel T. 02 513 68 98 • F. 02 512 19 88 • www.cbb.be • [email protected]

10

Overvloed aan witte suiker in Europa en recordoogst in Rusland

Biobrandstoffen: standpunt Europees parlement 3

EEN SPRONG IN HET DUISTER

2

BietplanterDe planterplanterMAANDBLAD CBB • JAARGANG 52 NR 545 • MAART 2018 • P 806265

SESVANDERHAVE wenst u een uitstekend bietenseizoen!

Bedankt voor het vertrouwen !

Page 2: BietplanterSinds enkele weken is de CBB ook actief op Twitter. We proberen hierdoor onze standpunten, die van ande-ren zoals CIBE, en ook wat reilt en zeilt in de suikerbiet/ suikerfilière

EDITO2

De campagne 2017-2018 is nauwelijks afgelopen en de balans ervan nog niet definitief opgemaakt, of de volgende dient

zich al aan. Op verschillende fronten wordt het kader voor de komende campagne voorbereid, maar de onzekerheden zijn nog groot en talrijk. Zo wordt er bij de beide suikerfabrikanten nog geschreven aan de komende interprofessionele akkoorden, door een vervroegde bestelling van zaden, vereist de representativiteit van sommige staalnames speciale maatregelen,... En –last but not least– de dalende Europese en wereldprijzen voor suiker in het post-quotumtijdperk doen verder vragen rijzen bij de rendabiliteit van de bietenteelt.

Voor de sector wordt de nieuwe campagne dus, meer dan vroeger, een sprong in het duister. Ondanks de onzekerheid is een vlugge uitzaai van kapitaal belang, leerde ik al van een aantal ervaren bietentelers. De recordrendementen die nu uit de cijfers naar voren komen, zijn in hoge mate hieraan toe te schrijven, gekop-peld aan de relatief hoge temperaturen en de lange droogteperi-odes in 2017.

Mooi weer, daar kijken we dus allemaal naar uit nu de lente eraan komt. En toch pakken, figuurlijk dan, enkele donkere wolken zich samen boven de velden... Een van die wolken is de sterke focus van

een aantal politici en stakeholders op gewasbeschermingsmidde-len.

We kunnen alleen maar hopen dat deze discussie met de nodige neutraliteit en objectiviteit en ook het vereiste pragmatisme gevoerd worden.

Bedoeling van die verzuchting is zeker niet het debat uit de weg te gaan. Ook de bietentelers beseffen maar al te goed dat we op een verantwoorde manier met die middelen moeten omgaan en han-delen daar ook naar. Het bewijs? Op dertig jaar tijd werd de hoe-veelheid gewasbeschermingsmiddelen in de bietenteelt maar liefst tot een derde herleid.

Maar in een aantal gevallen is het gebruik van die producten bit-tere noodzaak. De neonicotinoïden zijn daarvan een mooi voor-beeld. Er is vooreerst geen sluitend bewijs dat ze schadelijk zijn. Nu, op korte en middellange termijn zijn er eenvoudigweg geen alternatieven voor het gebruik ervan. Waarom dan een heksen-jacht erop ontketenen?

Als het over neutraliteit en objectiviteit gaat, vinden we alvast de lopende Europese enquête bij burgers rond “pesticiden” bedenke-

lijk. Zelfs zonder veel fantasie kan je de resultaten ervan nu al met redelijke zekerheid voorspellen...

De uitspraken van Belgisch landbouwminister Denis Ducarme op de jaarvergadering van de Fédération wallonne de l’agriculture waren dan weer geruststellend en getuigden van veel pragmatis-me. De bietentelers hebben geen boodschap aan afrekeningen tussen politici en multinationals, maar zoeken hun aanplantingen te beschermen tegen ziekten en ongedierte en de rendabiliteit van hun teelt veilig te stellen.

Hopelijk haalt dit inzicht het ook op die plaatsen waar uitein-delijk de beslissingen genomen worden en gebeurt dat snel, want de onzekerheid bij de prille aanloop naar de campagne 2018-2019 is al groot genoeg.

Peter Haegeman,Secretaris-generaal CBB

Een sprong in het duister

SUIKERMARKT2

De Internationale Suikerorganisatie (ISO) verwacht dat de campagne 2017/18 alle records gaat breken met een suikerproductie van 179 miljoen ton, dankzij goede oogsten in talrijke ge-bieden in de wereld en dan vooral in Azië. Bietsui-ker blijft niet achter. De productie in de Europese Unie is met maar liefst 22 procent gestegen na de opheffi ng van de quota en ook in Oekraïne en Rusland nam de productie aanzienlijk toe (zie pagina 10).

Witte suikerprijs op wereldmarkt gedaald tot onder 300 euro per ton De prijs voor witte suiker (Londen nr. 5-termijncontract) bereikte zijn laagste niveau eind januari met 280 euro per ton. Begin februari volgde een lichte stijging tot 290 euro per ton. De lage prijs kan wor-den verklaard door de volgende factoren:- de Indian Sugar Millers Association heeft aangekondigd zijn pro-

ductieraming voor suiker voor het seizoen 2017-2018 met 4 procent te verhogen, tot 26,1 miljoen ton. Met een consumptie van 24,5 miljoen ton wordt India een netto-exporteur van suiker. Het land gaat voor het eerst sedert zes jaar suiker verhandelen op de wereld-markt. De Indiase regering heeft haar suikerreserves reeds vrijge-maakt waardoor de prijzen zijn gekelderd op de binnenlandse markt;

- Pakistan verhoogt zijn aanbod geraffineerde witte suiker (in plaats van ruwe suiker). Het land zit verveeld met zijn recordoogst van vorig jaar en heeft al 2 miljoen ton suiker geëxporteerd voor het lopende verkoopseizoen.

- bovenop de hogere productie in Azië exporteert ook de Europese Unie meer witte suiker, waardoor het wereldwijde aanbod over-vloedig blijft. Uit de gegevens van het Taxud-surveillance systeem blijkt dat begin december, een paar maanden na de afschaffing van de EU-suikerquota, ongeveer 1 miljoen ton suiker werd geëxpor-teerd. Die hoeveelheid is beduidend hoger dan de voorgaande jaren terwijl de prijzen bijzonder laag zijn: gemiddeld tussen 350 en 306 euro per ton voor oktober en november 2017. Volgens recente ramingen van de Commissie zou de EU dit seizoen meer dan 4 mil-joen ton suiker kunnen exporteren, terwijl de export vanaf 2006 beperkt was tot een plafond van 1,3 miljoen ton door de EU-wetgeving.

- tenslotte zou de suikerconsumptie kunnen dalen door de anti-sui-kercampagnes die niet uitsluitend in de westerse landen worden gevoerd en waarin suiker soms wordt beschouwd als een drug, net zoals tabak. Wereldwijd worden er suikertaksen opgelegd.

De prijs 2018/19 zal afhangen van de Brazili-aanse oogst en van de hoeveelheid suikerriet verwerkt tot ethanol Hoe zullen de prijzen evolueren in 2018? Zowel de ISO als het Amerikaanse Landbouwministerie voorspellen een groei van vraag en aanbod. Het aanbod is wel aanzienlijk hoger dan de vraag en dit voor het tweede jaar op rij (5 miljoen ton overschot in 2018/19 vol-gens de ISO). Zal de suikerproductie op een hoog peil blijven? Of zal het feit dat de suikerprijs daalt tot een niveau dat nog nauwelijks de productiekosten van de meeste producenten dekt, een remmende werking hebben? Niet alle marktvoorspellers zijn hiervan overtuigd.De meest optimistische voorspellers gaan uit van een daling van de Braziliaanse productie door een lager suikergehalte van het riet als gevolg van slecht weer en het niet vernieuwen van het suikerriet. Zij denken ook dat de verwerking van een grotere hoeveelheid suikerriet tot ethanol (in het nadeel van suiker) kan bijdragen tot het ondersteu-nen van de suikerprijs. Zij stellen vast dat veel Braziliaanse eigenaars van flexfuelvoertuigen meer en meer kiezen voor ethanol, nu de olieprijzen in 2017 zijn gestegen met 20 procent. Door de lagere etha-nolprijs zou Brazilië ook het percentage ethanol in brandstof kunnen verhogen, op voorwaarde dat de olieprijsstijging blijvend is. De ana-list van Commerzbank vindt evenwel dat de hogere ethanolproductie uit suikerriet in Brazilië niet gegarandeerd is en dat de grotere vraag naar ethanol niet zal volstaan om de suikerprijsdaling als gevolg van het verwachte wereldoverschot teniet te doen. De optimistische voorspellers denken dat de productiestijgingen vastgesteld in 2017/18 zich niet zullen herhalen in 2018/19, omdat ze te wijten waren aan eenmalige factoren: herstel na de droogte in Azië en deregulering in de Europese Unie. Maar volgens Rabobank zal, zelfs als de huidige prijzen de productiekosten niet dekken in vele suiker producerende landen, het aanbod zo goed als onveranderd blijven, rekening houdend met het protectionistisch beleid in landen zoals Pakistan, China en India.

Europese markt: geen beschermingsmaatre-gelen ondanks prijsdalingenDe gemiddelde suikerprijs in de EU daalde in november tot 410 euro per ton met een standaarddeviatie van 30 euro. Hoewel de suikerver-

koopprijs in de EU bijna gezakt is tot onder de referentieprijs van 404 euro per ton, zal de Europese Commissie niet tussenkomen op de suikermarkt. Dit is wat Europees commissaris voor Landbouw, Phil Hogan, liet verstaan aan een delegatie van Poolse producenten, die de Commissie vroeg om Europese beschermingsmaatregelen te nemen na de suikerprijsdaling. “De sector moet wennen aan een quo-tumloze markt. Producenten en lidstaten moeten zelf toezien op de marktsituatie en erop reageren” verklaarde Phil Hogan. De gemiddelde prijs voor december is nog niet bekend, maar zou dalen onder de 400 euro, wat een historisch laag niveau is.De Europese markt is compleet verzadigd. Volgens expert Bloomberg zal in 2018 de inzaai van suikerbieten in Frankrijk niet afnemen door de huidige lage prijzen. Producenten die Tereos bevoorraden hebben namelijk al bevoorradingscontracten ondertekend voor twee jaar en bovendien zijn de inkomsten uit andere teelten ook niet denderend.Volgens de prognoses van de Europese Commissie zou op middel-lange termijn de prijs van witte suiker zich stabiliseren rond 400 euro per ton. De vraag naar suiker zou dalen door de verhalen over de negatieve invloed van suiker op onze gezondheid en door een toene-mend gebruik van isoglucose. De Commissie denkt dat de Europese consumptie zou kunnen dalen tot 17,5 miljoen ton in 2030/31. n

Recordwereldproductie geraamd op 179 miljoen ton

De mondiale suikervoorraden zijn op hun laagste niveau sinds 2009/10 (20,5 verbruik in 2017/18), maar dit kan het neerwaartse prijseffect dat wordt veroorzaakt door het overschot van 5 mil-joen ton suiker voor de campagne 2018/19, niet tenietdoen.

Page 3: BietplanterSinds enkele weken is de CBB ook actief op Twitter. We proberen hierdoor onze standpunten, die van ande-ren zoals CIBE, en ook wat reilt en zeilt in de suikerbiet/ suikerfilière

Bayer CropScience SA-NVJ.E. Mommaertslaan, 141831 Diegem

www.cropscience.bayer.be

Sigma®: Gedeponeerd handelsmerk Bayer Group. Gebruik gewas beschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie. Voor verdere productinformatie met inbegrip van gevaarzinnen en symbolen, raadpleeg www.fytoweb.be.

Krachtige onkruid bestrijding

in granen

BIOBRANDSTOFFEN 3

Het Europees Parlement kwam in plenaire vergadering bijeen op 17 januari 2018 met als discussiepunt de plaats van her-nieuwbare energie in het energieverbruik van de Europese

Unie. Om te proberen de klimaat- en energie-uitdaging aan te gaan, wil de Europese Unie 35 procent hernieuwbare energie gebruiken tegen 2030. Biobrandstoffen uit de landbouw hebben helaas niet de plaats gekregen waar oliezaden-, graan- en bietenproducenten op hoopten. Het project van het Parlement zal vervolgens samen met de Raad en de Commissie worden besproken.

Bindend streefcijfer van 35 procent hernieuw-bare energie tegen 2030Eind januari namen de Europarlementsleden een standpunt in over de herziening van de richtlijn ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen in de Europese Unie tegen 2030, de Europese RED-II richtlijn die de periode 2021-2030 bestrijkt en die de eerste in 2009 aangenomen Europese RED richtlijn voor de 2020-doelstellingen uitbreidt.De nieuwe richtlijn die de Europese Commissie voorstelt beoogt de geleidelijke eliminatie van agrarische biobrandstoffen -voornamelijk bio-ethanol en biodiesel- waarbij het aandeel hernieuwbare elektri-citeit en geavanceerde biobrandstoffen in het transport tegen 2030 wordt verhoogd. Geavanceerde biobrandstoffen worden geprodu-ceerd uit afval, zoals dierlijke mest, bioafval of agrarische bijproduc-ten die ongeschikt zijn voor menselijke of dierlijke consumptie, zoals druivenstelen, notendoppen, maïskolven, enz.Deze ommekeer van de Commissie kwam er onder druk van de publieke opinie die gekant is tegen het beslag leggen op landbouw-grond voor de productie van biobrandstoffen in plaats van voedsel. Een belangrijk standpunt werd ingenomen: het Europees Parlement heeft zich uitgesproken voor een bindende streefdoelstelling van 35 procent hernieuwbare energie in de Europese energieconsumptie (in plaats van 27 procent zoals initieel vooropgesteld door de Commissie) met een subdoel van een minimumopname van 12 procent her-nieuwbare energie in het transport.

De door de Europarlementsleden goedgekeurde tekst bevat volgen-de punten:

l doelstelling van 35 procent hernieuwbare energieconsumptie tegen 2030;

l doelstelling van 12 procent hernieuwbare energie in het weg- en spoortransport met behoud van maximaal 7 procent voor agrari-sche biobrandstoffen daar waar de Commissie voorstelde dit per-centage geleidelijk naar 3,8 procent te laten zakken;

l mengplicht voor brandstofleveranciers is niet van toepassing op uit landbouwgrondstoffen geproduceerde biobrandstoffen;

l doelstelling van 10 procent biobrandstoffen met lage CO2 uitstoot

en hernieuwbaar (hernieuwbare elektriciteit en geavanceerde biobrandstoffen uit afval en niet-landbouwgrondstoffen) in het transport in 2030;

l mengplicht voor brandstofleveranciers is niet van toepassing op agrarische biobrandstoffen, maar wel op geavanceerde biobrand-stoffen, andere biobrandstoffen, uit niet-landbouwgrondstoffen geproduceerd biogas, hernieuwbare elektriciteit en gerecycleerde koolstofhoudende brandstoffen;

l eliminatie van biobrandstoffen en vloeibare biomassa uit palmolie vanaf 2021;

l meervoudige telling voor elektrische wagens (x2,5) werd geïntro-duceerd.

Standpunt van de Europese bietentelersVoor de Europese bietentelers (CIBE) bevat het door het Europees Parlement goedgekeurde standpunt positieve elementen, zoals het feit dat biobrandstoffen uit gewassen in het transport worden gehandhaafd. Maar het wordt ondergraven door het feit dat er geen verplichting is om agrarische biobrandstoffen te gebruiken in meng-sels door brandstofleveranciers en dat er meervoudige telling is voor elektrische wagens. CIBE betreurt eveneens de weigering om aan melasse de status van ‘residuen van voedselproces’ te verlenen, bruikbaar voor de productie van geavanceerde biobrandstoffen. n

Het voorstel voor de Europese RED-II richtlijn bevat het gebruik van minimaal 12 procent hernieuwbare energie in het transport tegen 2030.

Europees Parlement handhaaft drempel van 7 procent voor agrarische biobrandstoffen in het transport tegen 2030

Pesticiden

Europees Parlement richt een speciale com-missie op die de Europese vergunningspro-cedures voor pesticiden gaat onderzoekenBegin februari, besliste het Europees Parlement een speciale commissie in het leven te roepen om de vergunningsprocedu-res voor pesticiden in de EU te onderzoeken. Deze beslissing is een antwoord op de bezorgdheid die werd geuit over de beoordeling van het glyfosaatrisico. Deze commissie heeft negen maanden de tijd om volgende zaken te onderzoeken:- de EU-vergunningsprocedure voor pesticiden;- de mogelijke gebreken in de wijze waarop de substanties

wetenschappelijk worden beoordeeld en toegelaten;- de rol van de Europese Commissie bij de vernieuwde ver-

gunning van glyfosaat; - de mogelijke belangenconflicten in de goedkeuringsproce-

dure;- de rol van de EU-agentschappen en of ze over voldoende

personeel en passende financiering beschikken voor het nakomen van hun verplichtingen.

De speciale commissie zal 30 leden tellen en zal een eindver-slag indienen met feitelijke bevindingen en aanbevelingen. Dit rapport zal door het Parlement in zijn geheel moeten worden goedgekeurd. n

Page 4: BietplanterSinds enkele weken is de CBB ook actief op Twitter. We proberen hierdoor onze standpunten, die van ande-ren zoals CIBE, en ook wat reilt en zeilt in de suikerbiet/ suikerfilière

Zaden afdeling Rue Bourie, 16 І 5300 Andenne І +32 85 82 40 80 І [email protected]

COMIXHet ras voor alle velden !

KBIVB resultaten 2016-2017

Nematoden situatie *

Klassieke situatie **

Wortel 102 % 102 %

Suikergehalte 98 % 99 %

Financiëel 99 % 101 %

* Nematoden situatie : >500 eieren + larven (0-60cm)** Klassieke situatie : tussen 0 en 250 eieren + larven (0-60cm)

NEW20167

JINX

CARMA

Rhizomanie- en nematodetolerantie !

Goede ziekteresistentie !

Gam

ma

2018

Dubbele Tolerantie

Rhizomanie-tolerantie

Dubbele Tolerantie

Resultaten 2016

COMIX

4 BIETENCAMPAGNE4

ISCALIscal stortte op 22/12/17 een voorschot van 45% op basis van de in het Interprofessioneel Akkoord voorziene suikerbietprijs van 29,84 euro/ton à 17,5% suikergehalte. Deze prijs komt overeen met de vergoeding die in de quotumperiode van toe-passing was, nl. 26,29 euro/ton à 16% suikergehal-te. Op 31/01/18 werd het saldo gestort, samen met een pulpvergoeding van 3,96 euro en werden ook de tarra, laad- en reinigingskosten en de controle-kosten ingehouden. Nu is het nog wachten op de vaststelling van de prijs van de buiten contractbie-ten. Deze zullen ten allerlaatste afgerekend wor-den op 22/12/18.Met een gemiddelde opbrengst van 88,72 ton à 17,53% suikergehalte, en rekening houdende met een deel bieten buiten contract, zal de “gemiddel-de Iscalplanter” een bruto-inkomen realiseren van ongeveer 2.850 euro/ha (inclusief pulp en exclusief premies, boetes, syndicale bijdrage,…). Het ver-schil in inkomen tussen de vroege periode tot 5 oktober en de midden en late periode is uitgespro-ken. Hoofdverantwoordelijke hiervoor is het lage(re) suikergehalte tijdens de eerste weken van de campagne. De vroege premies vangen gelukkig tot 50% van het inkomensverschil op, het reste-rende verschil zou dit jaar in sommige gevallen als compensatie kunnen beschouwd worden voor een

zeer efficiënt verloop van de najaarswerkzaamhe-den.De wintervergaderingen Coco Vlaanderen zijn intussen achter de rug. Naast de evaluatie van de voorbije campagne werd er opnieuw ingezoomd op het aangepaste Interprofessioneel Akkoord voor de campagne 2018 en 2019. De planters betreuren de impact van de nieuwe maatregelen (aanpassing spilwaarde grondtarra van 5,5% naar 4%, verhoging grondtarraboete van 10 naar 15 euro/ton grond en bijdrageplicht voor het trans-port van contract B boven 64 km) maar rekenen erop dat met deze voorwaarden, en mits een her-neming van de suikermarkt, de bietenteelt snel opnieuw een aantrekkelijke teelt mag worden.

Tiense Suikerraffi naderijDe opvolging van de betaling van de bieten van de voorbije campagne is voer voor wiskundeknob-bels! Daar gaan we…De planters van TS ontvingen op 22/12/17 een voorschot van 15 euro/ton à 17% suikergehalte en zullen op 31/03/18 een tussentijds saldo uitbetaald krijgen dat afgeleid wordt uit een door Südzucker “tussentijds” berekende referentiesuikerprijs. Is de tussentijds berekende referentiesuikerprijs bv. 420 euro/ton suiker, dan bedraagt de ervan afgeleide bietenprijs 25,91 euro/ton à 17°Z (pulpvergoeding

inbegrepen). Het tussentijds saldo dat op 31 maart zal gestort worden is het verschil tussen 85% van deze afgeleide bietenprijs en het voorschot van 15 euro, nl. 7,02 euro. Per 10 euro meer of minder dan het hierboven genoemde voorbeeld van 420 euro/ton suiker, zal het voorlopig saldo op 31 maart 0,47 euro/ton meer of minder bedragen. Op 31 maart worden ook al de vergoedingen en afhoudingen verrekend (premies, boetes, vervoersbijdragen, syndicale bijdrage,…).Ook de geleverde bieten buiten contract (of m.a.w. de overschotbieten) worden op 31 maart 2018 “voorlopig” afgerekend à 85% van de in het Interprofessioneel Akkoord overeengekomen waarde van 75% van de contractbieten. Het bedrag dat op basis van 420 euro/ton suiker zal gestort worden is dan gelijk aan 16,52 euro/ton (buiten contractbieten) à 17% suikergehalte. Per 10 euro meer of minder dan 420 euro/ton suiker varieert dit voorschot met plus of min 0,30 euro. In de lente (dit is dus ten laatste op 21 juni) zal de TS met de vertegenwoordigers van de planters samen zitten om over de mogelijkheid van een prijssupplement te spreken (zie art. 9 van het leve-ringscontract 2017). Dit prijssupplement zal alleen van toepassing zijn op de geleverde bieten binnen contract en wordt samen met het definitieve saldo van de suikerbietprijs uitbetaald op 30 november 2018. De definitieve suikerbietprijs wordt in princi-pe begin oktober 2018 vastgesteld op basis van de definitieve vastgestelde referentiesuikerprijs van

“SZ4” (dit is de gerealiseerde suikerprijs van de vestigingen van Südzucker in Polen, Duitsland, Frankrijk en België).Stel dat de definitieve vastgestelde referentiesui-kerprijs ook 420 euro/ton suiker bedraagt, dan zal het saldo van de contractbieten dat op 30/11/18 wordt betaald 3,89 euro/ton à 17% suikergehalte bedragen en dit van de buiten contractbieten 2,92 euro/ton à 17Z. M.b.t. een eventueel prijssupple-ment kan schrijver dezes geen uitspraken of veron-derstellingen doen!Besluit: op de eindafrekening van de campagne 2017 is het nog even wachten! Het grootste deel van de bieten voor de campagne 2018/19 zal dan reeds geleverd zijn en velen zullen reeds volop het teeltschema 2019/20 aan het voorbereiden zijn. Intussen zijn de interprofessionele gesprekken m.b.t. het Interprofessioneel Akkoord TS - 2018 lopende. Enkele praktische wijzigingen zouden doorgevoerd worden (verhoging van het voor-schot, wijziging betaaldatum zaadfactuur,…) maar dit alles zonder impact op het uiteindelijke financi-ele resultaat. Het gevoel leeft zeer sterk dat met de huidige contractvoorwaarden de TS-planter zijn vertrouwen in een rendabele bietenteelt alleen kan terugwinnen als ook de suikermarkt in versneld tempo zou kunnen hernemen. Maar daar is het voorlopig nog even op wachten…. n

Eric Van Dijck,Secretaris

Bij de zaaibedbereiding trachten we om de zaadjes goed in contact te brengen met de grond, zodat door het bodemvocht de kieming snel zal plaatsvinden. De functie van de zaaimachine is om de zaadjes zo nauwkeurig mogelijk af te leggen, mooi vastgedrukt en op een gelijke diepte. Aandacht voor een kwaliteitsvol zaaibed en een correct onderhoud en afstelling van de zaaima-chine zorgen voor een vlot kiemend en ontwikkelend gewas.

Wanneer starten met zaaien? Suikerbieten zijn vaak één van de eerste akkerbouwgewassen die gezaaid worden. Proeven tonen aan dat de uiteindelijke opbrengst van suikerbieten rechtstreeks verband houdt met het aantal groeidagen. Anders gezegd: hoe langer de bieten kunnen groeien, hoe hoger de opbrengst (zie grafiek 1). Aan de rooidatum kunnen we vaak niet veel veranderen. Deze ligt vast door de plan-ning van het suikerfabriek of wordt bepaald door klimatologische omstandigheden. Waar we wel invloed op hebben is de zaaidatum. Ons advies is: als de bodem goed is om te zaaien, dan moet je niet wachten en zo snel mogelijk zaaien. Forceer de zaai echter niet, een te natte bodem open-trekken om te laten opdrogen zal contraproductief werken.

Indien je eraan denkt om te zaaien, bekijk dan zeker ook de weersvoorspellingen voor de week nadien. Zaai enkel indien er minstens 24 u droog weer voorspeld wordt. Zaai niet indien er perio-de van meerdere dagen met hoge neerslaghoeveelheden voorspeld wordt. Naast neerslag is er natuurlijk nog een andere factor: temperatuur. Al vanaf 3°C bodemtemperatuur is er activiteit in het zaadje. Lichte nachtvorst is enkel gevaarlijk wanneer er door het opstijven van de grond me-chanische krachten uitgeoefend worden op het tengere stengeltje. Het plantje zelf kan enkele graden onder 0 verdragen.

Schieters zijn een ander mogelijk gevolg van koude temperaturen. Maar het al dan niet optreden van schieters is een complex systeem. De kans op schieters wordt groot wanneer het aantal verna-liserende dagen hoger ligt dan 17. Een dag is vernaliserend wanneer de minimumtemperatuur

lager ligt dan 5°C tussen dag 0 en dag 90 vanaf kieming. Maar dat proces kan teniet gedaan wor-den als er genoeg warme dagen volgen. Concreet zijn er meer dan 7 dagen met een maximum-temperatuur van meer dan 25°C nodig om het proces teniet te doen. Deze dagen moeten voorko-men tussen dag 61 en dag 120 vanaf kieming. Op voorhand zeggen vanaf welk zaaitijdstip er geen risico meer is op schieters is dus zo goed als onmogelijk.

Zaaibedbereiding

Alles start met een goed aangelegd zaaibed. Directzaai (zaaien zonder grondbewerking) kan ook, maar de resultaten hiervan zijn erg wisselend. Vaak geeft een bodembewerking iets meer zeker-heid voor een goede opkomst. Voor een goede aandrukking en bedekking van het zaad is een laagje verkruimelde grond noodzakelijk. De verkruimelde laag moet in feite niet veel dieper zijn dan de zaaidiepte van zo’n 2 à 3 cm. Stel bij de zaaibedbereiding de werkdiepe in op zo’n 5 centi-meter. Zorg ervoor dat het gewicht van de tractor zoveel mogelijk wordt verdeeld over de volledi-ge werkbreedte. Dit kan door frontwerktuigen en/of bredere banden. Daarnaast laten de nieuw-ste generatie van lagedruk banden het toe om de bandendruk nog lager te laten zakken met behoud van het draagvermogen.

Winterploegen

Op de geploegde percelen zullen de wisselende temperaturen en wisselende vochtgehaltes ge-durende de winterperiode al een positieve invloed hebben op de zaaibedbereiding in het voor-jaar. Dit maakt dat de zaaibedbereiding in één of maximaal twee werkgangen moet kunnen ge-beuren. Veel werkgangen verhogen de kostprijs en verhogen het risico op bodemverdichting. Een ruwe berekening met de online tool Mecacost van het CRA-W (www.mecacost.cra.wallonie.be) leert ons dat een passage al snel zo’n 30 à 40 euro per hectare kost, exclusief vergoeding voor arbeid! Werk niet dieper dan nodig. Bij diepere bewerkingen verbreek je de capillariteit (vochtlevering uit ondergrond) en haal je natte kluiten naar de oppervlakte. Bij een droge periode na zaai komt het zaad dan droog te liggen. Voorjaarsploegen De grond mag niet meer dan 12 - 13% klei bevatten en er mogen geen grote klei-zones aanwezig zijn. Let voor aanvang op een voldoende opgedroogde bodem omdat anders de zaaibedberei-ding bemoeilijkt zal worden. Probeer om het interval tussen de verschillende bewerkingen (ploegen, zaaibedbereiding en zaai) zo klein mogelijk te houden om uitdroging van de bouwlaag te verhinderen. Bij de zaaibedbereiding is het belangrijk om zeer veel aandacht te besteden aan het terug aandrukken van de bodem.

Niet-kerende bodembewerking Het diep losbreken van de bodem had idealiter al in de zomer of najaar dienen te gebeuren om gebruik te kunnen maken van goede omstandigheden. In het voorjaar is de bodem meestal nog te vochtig om een diepe bewerking uit te voeren. Het risico op versmering en/of het maken van holtes is dan reëel. Zelfs al zijn wij geen voorstander van het diep losbreken in het voorjaar, kan dit alleen overwogen worden in lichte gronden op voorwaarde dat de bodem perfect opgedroogd is in de diepte en men nadien zware elementen gebruikt om de bodem in de diepte terug aan te drukken. De zaaibedbereiding heeft naast de positieve invloed op de zaaikwa-liteit en opkomst ook een positieve invloed op eventuele plagen. Zo worden o.a. schutplaatsen van knaagdieren en slakken verstoord. Niet-geploegde percelen blijven vaak langer vochtig dan een in de winter geploegd perceel. Wees aandachtig en controleer voor aanvang de toestand om versmering en verdichting tegen te gaan. De niet-geploegde bodems zijn compacter en vochtige-re dan geploegde percelen. Daarom zijn deze gevoeliger voor verdichting. Ook hier zijn brede, lagedruk banden een mogelijk hulpmiddel. Om proper aan de bietenteelt te kunnen starten raden

Goede voorbereidingen voor de seizoenstart lonen! Ronald EUBEN (KBIVB vzw—IRBAB asbl)

y = 73,613x + 3065,1R² = 0,8759

14 000

15 000

16 000

17 000

18 000

19 000

20 000

21 000

22 000

150 170 190 210 230 250

Suikerop

bren

gst ‐

Rend

emen

t sucre kg/ha

 

Groeidagen ‐ Jours de végétation

Invloed van aantal groeidagen (4 proefjaren)Influence nombre de jours de végétation (4 ans d'essais)

Grafiek 1: Hoe meer groeidagen, hoe hoger de opbrengst.

Foto 1: Door opstijven van de grond, wordt het stengeltje samen genepen

Foto 2: Door frontwerktuigen beperk je het aantal doorgangen. De betere gewichtsverdeling in combinatie met een luchtdrukwisselsysteem vermindert de druk op de bodem

Opvolging suikerbietcampagne 2017/18

Consumptie

Suiker blijft voer voor debat

Suiker kwam in de afgelopen weken vaak aan bod in de media: dubbelzinnige etikettering

en inspanningen van de voedingsindustrie om het suikerpercentage in haar producten te ver-minderen.

Supermarkten engageerden zich om suiker uit de voeding van hun huismerken te halenDe drie grote supermarkten, Colruyt, Delhaize en Carrefour, in ons land hebben vorig jaar 363 ton suiker uit de voedingsproducten van hun huis-merken gehaald. Dat gebeurde zonder dat de consument er erg in had en de komende jaren moet nog veel meer suiker verdwijnen, meldt Het Laatste Nieuws. De suikerreductie past in een convenant dat de supermarkten met de FOD Volksgezondheid sloten en waarin ze zich enga-geerden om tegen eind vorig jaar 5 procent van de calorieën uit de voeding van hun huismerken te halen. De hele voedings- en distributiesector

doet inspanningen om voeding geleidelijk aan gezonder te maken door de samenstelling in kleine stapjes aan te passen.De drie grootste supermarkten gaven Het Laatste Nieuws een inkijk in de inspanningen die ze deden om voedingswaren van het huismerk gezonder te maken. Samen namen ze 3.300 pro-ducten onder de loep, van mueslirepen over bechamelsaus tot yoghurt. Telkens werd gekeken of het suiker-, vet- én zoutgehalte kon worden verminderd zonder te veel aan de smaak te raken. Waar mogelijk werd de samenstelling verbeterd. Zo is in totaal 363 ton suiker verdwenen uit voe-ding van de huismerken. Tegelijk werd 170 ton minder vet en 82 ton minder zout gebruikt. Delhaize verbeterde vorig jaar 1.500 producten en is daarmee koploper.Ook de komende jaren moeten de calorieën in onze voeding verder worden teruggedrongen. Zo hebben de frisdrankenproducenten beloofd om tegen 2020 hun suikerverbruik met 10 procent te verminderen, bovenop de 5 procent die ze al rea-

liseerden tussen 2012 en 2016. De zuivelsector haalde al 3 procent toegevoegde suikers weg en wil er tegen 2020 nog eens 8 procent uithalen.

Etikettering: Controverse over de vermelding “geen toegevoeg-de suikers”Test-Aankoop klaagt wat het noemt “de illegaliteit van voedingsclaims” aan. “Vaak vindt men de claim ‘zonder toegevoegde suikers’ terug op de verpakking van voedingsproducten, terwijl die producten wel zoetstoffen bevatten”, klinkt het. Test-Aankoop boog zich over een aantal stalen van voedingsmiddelen, bijvoorbeeld chocopasta, chocoladetabletten en koekjes, die met de voe-dingsclaim ‘zonder toegevoegde suikers’ uitpak-ten. “Blijkt dat een groot deel van de door onze experts gecontroleerde producten zoetstoffen bevatten. In de meeste gevallen gaat het om mal-tilol of steviol glycoside die allebei afkomstig zijn uit stevia. Zo’n claim is helemaal niet conform de

wetgeving of conform de ondubbelzinnige inter-pretatie van de FOD Volksgezondheid.”Vijf fabrikanten die volgens Test-Aankoop onwet-tig gebruikmaakten van de claim, ontvingen een officieel schrijven van de consumentenorganisa-tie. Het resultaat van dit initiatief heeft al zijn eerste vruchten afgeworpen. Drie van de vijf fabrikanten gingen akkoord om hun productver-pakkingen aan te passen, één bekijkt hoe de eti-kettering kan aangepast worden, maar één fabri-kant is het oneens met Test-Aankoop en dus ziet de organisatie zich verplicht om klacht in te die-nen bij de openbare instanties.“Wij zijn er echter van overtuigd dat de oplossing van het probleem van overconsumptie van suiker niet bestaat uit het vervangen van suiker door zoetstoffen of andere suikerhoudende ingrediën-ten, maar wel door het progressief verminderen van het suikergehalte in de producten door de fabrikanten”, aldus Test-Aankoop. n

Bron : Vilt

De campagne 2017/18 hoort nu defi nitief tot het verleden… nu is het nog wachten op de volledige fi nanciële afrekening van de geleverde bieten.

Page 5: BietplanterSinds enkele weken is de CBB ook actief op Twitter. We proberen hierdoor onze standpunten, die van ande-ren zoals CIBE, en ook wat reilt en zeilt in de suikerbiet/ suikerfilière

KONINKLIJK BELGISCH INSTITUUT TOT VERBETERING VAN DE BIET VZW

PVBC - PROGRAMMA VOORLICHTING BIET CICHOREI, IN HET KADER VAN DE PRAKTIJKCENTRARubriek opgesteld en medegedeeld onder de verantwoordelijkheid van het KBIVB, J.-P. Vandergeten Directeur KBIVB, met de financiële steun van de Vlaamse overheid.

Molenstraat 45, B-3300 Tienen - [email protected] - www.irbab-kbivb.be

De suikerbiet en haar teelttechniek

5

Bij de zaaibedbereiding trachten we om de zaadjes goed in contact te brengen met de grond, zodat door het bodemvocht de kieming snel zal plaatsvinden. De functie van de zaaimachine is om de zaadjes zo nauwkeurig mogelijk af te leggen, mooi vastgedrukt en op een gelijke diepte. Aandacht voor een kwaliteitsvol zaaibed en een correct onderhoud en afstelling van de zaaima-chine zorgen voor een vlot kiemend en ontwikkelend gewas.

Wanneer starten met zaaien? Suikerbieten zijn vaak één van de eerste akkerbouwgewassen die gezaaid worden. Proeven tonen aan dat de uiteindelijke opbrengst van suikerbieten rechtstreeks verband houdt met het aantal groeidagen. Anders gezegd: hoe langer de bieten kunnen groeien, hoe hoger de opbrengst (zie grafiek 1). Aan de rooidatum kunnen we vaak niet veel veranderen. Deze ligt vast door de plan-ning van het suikerfabriek of wordt bepaald door klimatologische omstandigheden. Waar we wel invloed op hebben is de zaaidatum. Ons advies is: als de bodem goed is om te zaaien, dan moet je niet wachten en zo snel mogelijk zaaien. Forceer de zaai echter niet, een te natte bodem open-trekken om te laten opdrogen zal contraproductief werken.

Indien je eraan denkt om te zaaien, bekijk dan zeker ook de weersvoorspellingen voor de week nadien. Zaai enkel indien er minstens 24 u droog weer voorspeld wordt. Zaai niet indien er perio-de van meerdere dagen met hoge neerslaghoeveelheden voorspeld wordt. Naast neerslag is er natuurlijk nog een andere factor: temperatuur. Al vanaf 3°C bodemtemperatuur is er activiteit in het zaadje. Lichte nachtvorst is enkel gevaarlijk wanneer er door het opstijven van de grond me-chanische krachten uitgeoefend worden op het tengere stengeltje. Het plantje zelf kan enkele graden onder 0 verdragen.

Schieters zijn een ander mogelijk gevolg van koude temperaturen. Maar het al dan niet optreden van schieters is een complex systeem. De kans op schieters wordt groot wanneer het aantal verna-liserende dagen hoger ligt dan 17. Een dag is vernaliserend wanneer de minimumtemperatuur

lager ligt dan 5°C tussen dag 0 en dag 90 vanaf kieming. Maar dat proces kan teniet gedaan wor-den als er genoeg warme dagen volgen. Concreet zijn er meer dan 7 dagen met een maximum-temperatuur van meer dan 25°C nodig om het proces teniet te doen. Deze dagen moeten voorko-men tussen dag 61 en dag 120 vanaf kieming. Op voorhand zeggen vanaf welk zaaitijdstip er geen risico meer is op schieters is dus zo goed als onmogelijk.

Zaaibedbereiding

Alles start met een goed aangelegd zaaibed. Directzaai (zaaien zonder grondbewerking) kan ook, maar de resultaten hiervan zijn erg wisselend. Vaak geeft een bodembewerking iets meer zeker-heid voor een goede opkomst. Voor een goede aandrukking en bedekking van het zaad is een laagje verkruimelde grond noodzakelijk. De verkruimelde laag moet in feite niet veel dieper zijn dan de zaaidiepte van zo’n 2 à 3 cm. Stel bij de zaaibedbereiding de werkdiepe in op zo’n 5 centi-meter. Zorg ervoor dat het gewicht van de tractor zoveel mogelijk wordt verdeeld over de volledi-ge werkbreedte. Dit kan door frontwerktuigen en/of bredere banden. Daarnaast laten de nieuw-ste generatie van lagedruk banden het toe om de bandendruk nog lager te laten zakken met behoud van het draagvermogen.

Winterploegen

Op de geploegde percelen zullen de wisselende temperaturen en wisselende vochtgehaltes ge-durende de winterperiode al een positieve invloed hebben op de zaaibedbereiding in het voor-jaar. Dit maakt dat de zaaibedbereiding in één of maximaal twee werkgangen moet kunnen ge-beuren. Veel werkgangen verhogen de kostprijs en verhogen het risico op bodemverdichting. Een ruwe berekening met de online tool Mecacost van het CRA-W (www.mecacost.cra.wallonie.be) leert ons dat een passage al snel zo’n 30 à 40 euro per hectare kost, exclusief vergoeding voor arbeid! Werk niet dieper dan nodig. Bij diepere bewerkingen verbreek je de capillariteit (vochtlevering uit ondergrond) en haal je natte kluiten naar de oppervlakte. Bij een droge periode na zaai komt het zaad dan droog te liggen. Voorjaarsploegen De grond mag niet meer dan 12 - 13% klei bevatten en er mogen geen grote klei-zones aanwezig zijn. Let voor aanvang op een voldoende opgedroogde bodem omdat anders de zaaibedberei-ding bemoeilijkt zal worden. Probeer om het interval tussen de verschillende bewerkingen (ploegen, zaaibedbereiding en zaai) zo klein mogelijk te houden om uitdroging van de bouwlaag te verhinderen. Bij de zaaibedbereiding is het belangrijk om zeer veel aandacht te besteden aan het terug aandrukken van de bodem.

Niet-kerende bodembewerking Het diep losbreken van de bodem had idealiter al in de zomer of najaar dienen te gebeuren om gebruik te kunnen maken van goede omstandigheden. In het voorjaar is de bodem meestal nog te vochtig om een diepe bewerking uit te voeren. Het risico op versmering en/of het maken van holtes is dan reëel. Zelfs al zijn wij geen voorstander van het diep losbreken in het voorjaar, kan dit alleen overwogen worden in lichte gronden op voorwaarde dat de bodem perfect opgedroogd is in de diepte en men nadien zware elementen gebruikt om de bodem in de diepte terug aan te drukken. De zaaibedbereiding heeft naast de positieve invloed op de zaaikwa-liteit en opkomst ook een positieve invloed op eventuele plagen. Zo worden o.a. schutplaatsen van knaagdieren en slakken verstoord. Niet-geploegde percelen blijven vaak langer vochtig dan een in de winter geploegd perceel. Wees aandachtig en controleer voor aanvang de toestand om versmering en verdichting tegen te gaan. De niet-geploegde bodems zijn compacter en vochtige-re dan geploegde percelen. Daarom zijn deze gevoeliger voor verdichting. Ook hier zijn brede, lagedruk banden een mogelijk hulpmiddel. Om proper aan de bietenteelt te kunnen starten raden

Goede voorbereidingen voor de seizoenstart lonen! Ronald EUBEN (KBIVB vzw—IRBAB asbl)

y = 73,613x + 3065,1R² = 0,8759

14 000

15 000

16 000

17 000

18 000

19 000

20 000

21 000

22 000

150 170 190 210 230 250

Suikerop

bren

gst ‐

Rend

emen

t sucre kg/ha

 

Groeidagen ‐ Jours de végétation

Invloed van aantal groeidagen (4 proefjaren)Influence nombre de jours de végétation (4 ans d'essais)

Grafiek 1: Hoe meer groeidagen, hoe hoger de opbrengst.

Foto 1: Door opstijven van de grond, wordt het stengeltje samen genepen

Foto 2: Door frontwerktuigen beperk je het aantal doorgangen. De betere gewichtsverdeling in combinatie met een luchtdrukwisselsysteem vermindert de druk op de bodem

Page 6: BietplanterSinds enkele weken is de CBB ook actief op Twitter. We proberen hierdoor onze standpunten, die van ande-ren zoals CIBE, en ook wat reilt en zeilt in de suikerbiet/ suikerfilière

6

we aan om een week voor aanvang van de grondbewerking een behandeling met een totaalher-bicide uit te voeren. Gebruik zeker ook een zaaimachine met snijschijven om verstoppingen van de kouter te vermijden. Hou rekening met een iets hogere kans op plagen zoals slakken.

Zaai en zaaimachines Zaaidiepte en bedekking van het zaad

De zaaidiepte is waarschijnlijk het meest delicate punt met een directe weerslag op de opkomst en ontwikkeling van het kiemplantje. Het doel van een kwalitatieve zaai is om alle zaadjes op eenzelfde diepte te zaaien en goed aan te drukken in de bodem. Afhankelijk van het bodemtype adviseren we een zaaidiepte van zo’n 2 cm aan te houden. Bij oppervlakkiger zaaien, wordt het risico op schade door bosmuizen groter. Zeker in zones waar de bedekking iets minder makkelijk is, bijvoorbeeld op kleikoppen. Start het seizoen door vooraf te controleren of alle elementen van de zaaimachine op dezelfde diepte staan ingesteld. Plaats op een vlakke ondergrond planken of blokjes van identieke dikte (1.5 à 2 cm) onder de dieptewielen en toedekwielen. Door alle zaaikouters nu af te regelen op de ondergrond, staat alles ingesteld op dezelfde zaaidiepte. Bij aanvang van de zaaiwerken dient de zaaidiepte opnieuw gecontroleerd en eventueel ook bijgesteld te worden. Zo ben je zeker dat je start met alle elementen op dezelfde zaaidiepte. Het aandrukwieltje dient om de zaden goed in de aarde te drukken. Men moet absoluut vermij-den dat er aarde bovenop het zaad gedrukt wordt. Dit verhindert de luchtcirculatie en de opwar-ming rondom het zaadje. Goede zaaikouters (eventueel verlengd met vleugels die tot net voor het aandrukwieltje reiken) zijn essentieel om dit te vermijden. Voor elke gezaaide hectare, trekt elke zaaikouter van een 12-rijige zaaimachine 1.851 meter zaai-voor! Het is dus niet verwonderlijk dat zaaikouters slijtagegevoelig zijn. Een versleten zaaikouter maakt een te brede zaaivoor waarin de zaadjes na afleg zijdelings of met de rijrichting mee kun-nen rollen. Dit geeft een slechtere nauwkeurigheid voor de zaaiafstand en kan er ook voor zorgen dat de zaadjes slecht of niet aangedrukt worden.

Zaadbedekking Het zaadje wordt bedekt door holle wielen, in V geplaatste wielen, rubberen vlak… De bedek-kingselementen moeten een regelmatige hoeveelheid aarde op de zaadjes brengen zonder dit vast te drukken. Controleer voor aanvang of alle onderdelen van het zaaielement (schijven, kou-ter, aandrukwiel en toedekwiel) helemaal in lijn staan. Bedekelementen die niet in lijn staan, wer-ken naast de zaaivoor! Besteed ook voldoende tijd om te controleren of de afstand tussen de ele-menten exact 45 of 50 cm bedraagt. Dit lijkt misschien minder belangrijk omdat er wat marge is bij de rooi. Maar indien we genoodzaakt zijn om een schoffeldoorgang uit te voeren, is het be-langrijk dat de schoffel zo dicht mogelijk bij de rij afgesteld kan worden. Een identieke tussenrijaf-stand is daarom belangrijk. Ook bij nieuwe machines loont het absoluut de moeite om dit te con-troleren.

Nauwkeurigheid van zaaiafstand Samen met de nauwkeurigheid van de zaaidiepte is de nauwkeurigheid van de zaaiafstand een belangrijk kwaliteitskenmerk van zaaimachines. Bij een correct onderhoud en afstelling is de nauwkeurigheid van plaatsing rechtstreeks afhankelijk van het ontwerp van het zaaielement en de rijsnelheid. De precisie heeft een directe invloed op de ontblader- en ontkoppingskwaliteit en zelfs op de grondtarra. Slijtage kan de zaaikwaliteit sterk beïnvloeden. Controleer daarom voor aanvang van de zaai alle slijtage gevoelige onderdelen. Alle onderdelen van het element die in contact komen met het zaad moeten gecontroleerd worden. Afhankelijk van het type zijn dit: geleiderringen, zaadcellen, zaaihuizen, uitwerpers, afstrijkers… Slijtage kan dubbels, missers of gebroken zaad veroorzaken. De aandrijving gebeurt bijna altijd via meerdere aandrijfwielen op de zaaimachine. De draaisnelheid van deze wielen wordt via een versnellingsbak omgezet naar aan-drijving van de zaaielementen. Controleer de bandenspanning van alle aandrijfwielen nauwkeu-ring. Indien deze niet gelijk is, draaien de wielen niet allemaal even snel en is de zaaiafstand niet overal hetzelfde. Elektrisch aangedreven zaaimachines kennen een opmars. Door een elektromo-tor op ieder zaaielement te plaatsen, is een nauwkeurige aansturing mogelijk. Voor- en nadelen van deze machines werden uitgebreid besproken tijdens de wintervergaderingen van het KBIVB.

Het zaad Zoals je hierboven leest, zijn er een heleboel afstellingen waar je rekening mee dient te houden. Maar de aftellingen alleen zijn niet het enige. Het zaad moet van goede kwaliteit zijn. Zaad dat gedurende 1 jaar bewaard werd, kan sterk achteruit gaan in kwaliteit. Proeven tonen aan dat de bewaarmethode erg belangrijk is. Het vochtgehalte is de belangrijkste invloedsfactor op de bewa-ring van het zaad. Zuurstof en temperatuur blijken iets minder belangrijk te zijn voor de kiem-kracht maar wel een invloed te hebben op de opkomstsnelheid. Bewaar geopende verpakkingen daarom in een goed afgesloten plastic zak, op een droge plaats met constante temperatuur. Een oude diepvriezer is hiervoor bijvoorbeeld ideaal. Bewaarde je zaad van de campagne 2017? Con-troleer dan voor uitzaai of het zaad nog voldoende kiemkrachtig is. Doe dat niet op keukenpapier langs de verwarming, want dat geeft je een verkeerd beeld. 20°C in mooi vochtige grond zijn geen reële praktijkomstandigheden. Zaai een 50-tal zaadjes uit in een bak met potgrond, bevochtig deze matig en plaats deze in een koele ruimte van ongeveer 7 à 10°C. Bevochtig matig om de 2 à 3 dagen. Na 14 dagen moeten 80% van de zaadjes (40 indien je er 50 zaaide) gekiemd en opgeko-men zijn. Indien dat niet het geval is, raden we af om dit zaad nog te gebruiken.

Indien je verschillende rassen wil zaaien, zaai ze dan apart. Het heeft geen zin om verschillende rassen te mengen. Ook enkele rijen van ras x en enkele rijen van ras y heeft weinig zin. In geval van problemen met een bepaald ras is het veel moeilijker om een keuze te maken om al dan niet te herzaaien, want de opkomst zal nergens laag genoeg liggen om een keuze te maken. Ook bij de bladziekte bestrijding kom je mogelijks voor een moeilijk keuze want ras x kan de behandelings-drempel bereikt hebben, terwijl ras y nog kerngezond is en een bespuiting zinloos is. Tot slot zal de ontkopping ook moeilijker verlopen want de chaufeur van de rooier kan zijn machine bijna niet correct afstellen op al die verschillende bieten door elkaar. Meng dus geen rassen door elkaar.

Foto 3: Snijschijven op de zaaimachine snijden de nog aanwezige gewasresten door zodat het risico op verstoppingen vermindert

Foto 4: Controleer alle onderdelen van het zaaielement die in contact komen met het zaad. Slijtage veroorzaakt missers, dubbels en gebroken zaad.

Foto 5: Zaai een 50-tal zaden, simuleer veldomstandigheden en controleer het aantal za-den die opkomen alvorens je oud zaad gebruikt.

Aandachtspunten voor een vlotte zaai

- Controleer geleiderringen, zaadcellen, zaaihuizen, uitwerpers, afstrij-

kers… in het zaaielement op slijtage en vervang indien nodig

- Kijk of de zaaikouters nog voldoende scherp zijn

- Meet de aftand tussen de verschillende elementen na. Doe dat ook zeker

voor nieuwe zaaimachines.

- Stel de zaaidiepte correct af e controleer meermaals in het veld. Zaai tus-

sen 1.5 en 2.5 cm.

- Streef naar een eindpopulatie van 95.000 planten per ha (85.000 in zware

klei)

- Zaai zodra de weersomstandigheden het toelaten en er na zaai geduren-

de minimum 24 u geen regen voorspeld wordt. Een langer groeiseizoen

verhoogt de opbrengst.

Gedurende de laatste 20 jaar nemen de opbrengsten van suikerbieten lineair toe. Gemiddeld genomen zien we een toename van ±2% per jaar. Afgelopen campagne toonde opnieuw een hoog potentieel van de biet. Moet men daarom de stikstofbemesting verhogen ? Het antwoord is duidelijk : neen ! Deze vraag werd beantwoord door Dietmar Horn (Bodemgesundheidsdienst, Duistland) op het laatste IIRB congres (2016, Brussel). Hij stelde zich de vraag of de verhoging van de bietenop-brengsten de opname van de voedingsstoffen beïnvloedt. De auteur geeft aan dat een groot aantal analyses werden uitgevoerd zowel op de wortels als op de bladeren van de bieten. Uit de gegevens blijkt dat het vermogen van de biet om de voedingselementen te gebruiken om (wit) suiker te produceren de laatste 20 jaar gestegen is. Deze toegenomen efficiëntie vertaalt zich in een stabiel verbruik van stikstof (en andere voedingselementen) per hectare in de afgelopen twee decennia. De stikstofefficiëntie, of anders gezegd de hoeveelheid stikstof nodig om 1 ton witsui-ker/ha te produceren, evolueerde van 10 kg N per ton witsuiker in de jaren 90 naar minder dan 8 kg N per ton witsuiker tussen 2010 – 2013 (figuur1). We zien dezelfde tendensen bij andere Euro-pese onderzoeksinstellingen.

De proeven die aangelegd worden door het KBIVB tonen dat ook in België de suikerbiet niet meer stiktstof vraag bij een stijgende productie. De belangrijkste reden hiervoor ligt hoogstwaarschijn-lijk bij de genetica.

Module « Theoretisch advies voor minerale stikstofbemesting » De benodigde hoeveelheid stikstof voor de suikerbiet is de som van de stikstofgift door de land-bouwer met de hoeveelheid stikstof die jaarlijks vrijkomt door mineralisatie in de bodem. De mo-dule « theoretisch advies voor minerale stikstofbemesting » van het KBIVB werd in de jaren ‘85 – ’90 ontwikkeld. Bedoeling was om telers te helpen hun stikstofgift af te stemmen op de vraag van het perceel. Sinds 2006 is de module gratis beschikbaar op de website van het KBIVB. De module baseert zich op enkele parameters die de teler makkelijk zelf kan ingeven. De link naar de module:

http://www.irbab-kbivb.be/publicaties/online-modules-apps/module-minerale-stikstofbemesting/ In figuur 2 staan de belangrijkste gegevens die nodig zijn om een theoretisch advies te bereke-nen : bodemtype, het koolstofgehalte, de stikstofgehaltes aanwezig in het bodemprofiel in febru-ari (niet noodzakelijk voor de berekening, behalve wanneer we verwachten dat het bodemprofiel veel stikstof bevat in februari), de voorvrucht, type groenbedekker en organische bemestingsgift. De module wordt regelmatig bijgewerkt en aangepast in functie van de bodemstalen die geno-men worden door de labo’s (requasud en BDB). In 2016 werd er geen correctiefactor gebruikt omdat de hoeveelheid stikstof in het profiel normaal was. In 2017 daarentegen werd een correc-tiefactor van – 30 kg N/ha gebruikt omdat de bodemprofielen in het voorjaar meer stikstof bevat-ten dan normaal.

Stikstofbehoefte van suikerbieten De suikerbiet heeft een stikstofbehoefte van ongeveer ±250-280 kg N/ha. Op het einde van het groeiseizoen, is deze hoeveelheid verdeeld over wortel, bladeren en reststikstof. In de wortels zit ±90 à 110 kg N/ha, in de bladeren en koppen ±100 à 150 kg N/ha en in het bodemprofiel (0-90 cm) ±30 à 40 kg N/ha. Wees er bewust van dat een (te) hoge stikstofgift zich vertaalt in een te sterke bladproductie. Dit is negatief voor de suikeropbouw in de wortel. Wanneer er laat in het groeiseizoen nog veel stikstof beschikbaar is of er nog veel stikstof mineraliseert als gevolg van een warme herfst, zal er steeds blad geproduceerd blijven worden, ten koste van de suiker.

Een hoge suikerproductie per hectare betekent niet automatisch een hogere stikstofbemesting Françoise VANCUTSEM, André WAUTERS (KBIVB vzw - IRBAB asbl)

De module stikstofbemesting wordt ieder jaar aangepast in functie van de bodemprofielen. De aanpassing is voorzien rond de 10e maart 2018.

planten - plantes / ha

planten - plantes / 10m

planten - plantes / ha

planten - plantes / 10m

planten - plantes / ha

planten - plantes / 10m

planten - plantes / ha

planten - plantes / 10m

17 117 647 53 104 575 47 105 882 53 94 118 47

18 111 111 50 98 765 44 100 000 50 88 889 44

19 105 263 47 93 567 42 94 737 47 84 211 42

20 100 000 45 88 889 40 90 000 45 80 000 40

21 95 238 43 84 656 38 85 714 43 76 190 38

22 90 909 41 80 808 36 81 818 41 72 727 36

23 86 957 39 77 295 35 78 261 39 69 565 35

45 cm rijafstand - 45 cm interligne 50 cm rijafstend - 50 cm interligne

80% opkomst - levée 90% opkomst - levée90% opkomst - levée 80% opkomst - levée

Afst

and

tuss

en z

aadj

es -

Dis

tanc

e da

ns la

lig

ne (c

m)

Bovenstaande tabel toont welke eindpopulatie overeen komt met een bepaalde zaaiafstand, afhankelijk van het verwachte opkomstpercentage. Aan de linkerzijde van de kolom de waarden indien ge-werkt wordt met een rijafstand van 45 cm, rechts in de kolom de resultaten voor percelen waar gezaaid wordt met een rijafstand van 50 cm. Reken niet steeds met een opkomstpercentage van 100% . Hou rekening met factoren die de opkomst negatief kunnen beïnvloeden. Zo weten we uit ervaring dat percelen die niet geploegd worden, gemiddeld genomen een iets lager opkomstpercentage verto-nen door de aanwezigheid van organische materiaal aan de oppervlakte. Percelen die vrij recent zijn omgezet van grasland naar akkerland geven ook een hoger risico op bodeminsecten. Streef naar een eindpopulatie van 95.000 planten / ha . Uitzondering voor de zware polders: streef naar een eindpopulatie van 85.000 planten / ha.

Figuur 1 : Evolutie van hoeveelheid stikstof noodzakelijk om een bepaalde hoeveelheid (1 ton) witsuiker te produceren gedurende de laatste 20 jaar.

Figuur 2 : Module « theoretisch advies voor minerale stikstofbemesting» van het KBIVB werd ontwikkeld in de jaren ’85 – ’90. De module is sinds 2006 beschikbaar op de site van het KBIVB. Het model is gebaseerd op enkele parameters die de bietenteler makkelijk zelf kan ingeven.

Page 7: BietplanterSinds enkele weken is de CBB ook actief op Twitter. We proberen hierdoor onze standpunten, die van ande-ren zoals CIBE, en ook wat reilt en zeilt in de suikerbiet/ suikerfilière

7

we aan om een week voor aanvang van de grondbewerking een behandeling met een totaalher-bicide uit te voeren. Gebruik zeker ook een zaaimachine met snijschijven om verstoppingen van de kouter te vermijden. Hou rekening met een iets hogere kans op plagen zoals slakken.

Zaai en zaaimachines Zaaidiepte en bedekking van het zaad

De zaaidiepte is waarschijnlijk het meest delicate punt met een directe weerslag op de opkomst en ontwikkeling van het kiemplantje. Het doel van een kwalitatieve zaai is om alle zaadjes op eenzelfde diepte te zaaien en goed aan te drukken in de bodem. Afhankelijk van het bodemtype adviseren we een zaaidiepte van zo’n 2 cm aan te houden. Bij oppervlakkiger zaaien, wordt het risico op schade door bosmuizen groter. Zeker in zones waar de bedekking iets minder makkelijk is, bijvoorbeeld op kleikoppen. Start het seizoen door vooraf te controleren of alle elementen van de zaaimachine op dezelfde diepte staan ingesteld. Plaats op een vlakke ondergrond planken of blokjes van identieke dikte (1.5 à 2 cm) onder de dieptewielen en toedekwielen. Door alle zaaikouters nu af te regelen op de ondergrond, staat alles ingesteld op dezelfde zaaidiepte. Bij aanvang van de zaaiwerken dient de zaaidiepte opnieuw gecontroleerd en eventueel ook bijgesteld te worden. Zo ben je zeker dat je start met alle elementen op dezelfde zaaidiepte. Het aandrukwieltje dient om de zaden goed in de aarde te drukken. Men moet absoluut vermij-den dat er aarde bovenop het zaad gedrukt wordt. Dit verhindert de luchtcirculatie en de opwar-ming rondom het zaadje. Goede zaaikouters (eventueel verlengd met vleugels die tot net voor het aandrukwieltje reiken) zijn essentieel om dit te vermijden. Voor elke gezaaide hectare, trekt elke zaaikouter van een 12-rijige zaaimachine 1.851 meter zaai-voor! Het is dus niet verwonderlijk dat zaaikouters slijtagegevoelig zijn. Een versleten zaaikouter maakt een te brede zaaivoor waarin de zaadjes na afleg zijdelings of met de rijrichting mee kun-nen rollen. Dit geeft een slechtere nauwkeurigheid voor de zaaiafstand en kan er ook voor zorgen dat de zaadjes slecht of niet aangedrukt worden.

Zaadbedekking Het zaadje wordt bedekt door holle wielen, in V geplaatste wielen, rubberen vlak… De bedek-kingselementen moeten een regelmatige hoeveelheid aarde op de zaadjes brengen zonder dit vast te drukken. Controleer voor aanvang of alle onderdelen van het zaaielement (schijven, kou-ter, aandrukwiel en toedekwiel) helemaal in lijn staan. Bedekelementen die niet in lijn staan, wer-ken naast de zaaivoor! Besteed ook voldoende tijd om te controleren of de afstand tussen de ele-menten exact 45 of 50 cm bedraagt. Dit lijkt misschien minder belangrijk omdat er wat marge is bij de rooi. Maar indien we genoodzaakt zijn om een schoffeldoorgang uit te voeren, is het be-langrijk dat de schoffel zo dicht mogelijk bij de rij afgesteld kan worden. Een identieke tussenrijaf-stand is daarom belangrijk. Ook bij nieuwe machines loont het absoluut de moeite om dit te con-troleren.

Nauwkeurigheid van zaaiafstand Samen met de nauwkeurigheid van de zaaidiepte is de nauwkeurigheid van de zaaiafstand een belangrijk kwaliteitskenmerk van zaaimachines. Bij een correct onderhoud en afstelling is de nauwkeurigheid van plaatsing rechtstreeks afhankelijk van het ontwerp van het zaaielement en de rijsnelheid. De precisie heeft een directe invloed op de ontblader- en ontkoppingskwaliteit en zelfs op de grondtarra. Slijtage kan de zaaikwaliteit sterk beïnvloeden. Controleer daarom voor aanvang van de zaai alle slijtage gevoelige onderdelen. Alle onderdelen van het element die in contact komen met het zaad moeten gecontroleerd worden. Afhankelijk van het type zijn dit: geleiderringen, zaadcellen, zaaihuizen, uitwerpers, afstrijkers… Slijtage kan dubbels, missers of gebroken zaad veroorzaken. De aandrijving gebeurt bijna altijd via meerdere aandrijfwielen op de zaaimachine. De draaisnelheid van deze wielen wordt via een versnellingsbak omgezet naar aan-drijving van de zaaielementen. Controleer de bandenspanning van alle aandrijfwielen nauwkeu-ring. Indien deze niet gelijk is, draaien de wielen niet allemaal even snel en is de zaaiafstand niet overal hetzelfde. Elektrisch aangedreven zaaimachines kennen een opmars. Door een elektromo-tor op ieder zaaielement te plaatsen, is een nauwkeurige aansturing mogelijk. Voor- en nadelen van deze machines werden uitgebreid besproken tijdens de wintervergaderingen van het KBIVB.

Het zaad Zoals je hierboven leest, zijn er een heleboel afstellingen waar je rekening mee dient te houden. Maar de aftellingen alleen zijn niet het enige. Het zaad moet van goede kwaliteit zijn. Zaad dat gedurende 1 jaar bewaard werd, kan sterk achteruit gaan in kwaliteit. Proeven tonen aan dat de bewaarmethode erg belangrijk is. Het vochtgehalte is de belangrijkste invloedsfactor op de bewa-ring van het zaad. Zuurstof en temperatuur blijken iets minder belangrijk te zijn voor de kiem-kracht maar wel een invloed te hebben op de opkomstsnelheid. Bewaar geopende verpakkingen daarom in een goed afgesloten plastic zak, op een droge plaats met constante temperatuur. Een oude diepvriezer is hiervoor bijvoorbeeld ideaal. Bewaarde je zaad van de campagne 2017? Con-troleer dan voor uitzaai of het zaad nog voldoende kiemkrachtig is. Doe dat niet op keukenpapier langs de verwarming, want dat geeft je een verkeerd beeld. 20°C in mooi vochtige grond zijn geen reële praktijkomstandigheden. Zaai een 50-tal zaadjes uit in een bak met potgrond, bevochtig deze matig en plaats deze in een koele ruimte van ongeveer 7 à 10°C. Bevochtig matig om de 2 à 3 dagen. Na 14 dagen moeten 80% van de zaadjes (40 indien je er 50 zaaide) gekiemd en opgeko-men zijn. Indien dat niet het geval is, raden we af om dit zaad nog te gebruiken.

Indien je verschillende rassen wil zaaien, zaai ze dan apart. Het heeft geen zin om verschillende rassen te mengen. Ook enkele rijen van ras x en enkele rijen van ras y heeft weinig zin. In geval van problemen met een bepaald ras is het veel moeilijker om een keuze te maken om al dan niet te herzaaien, want de opkomst zal nergens laag genoeg liggen om een keuze te maken. Ook bij de bladziekte bestrijding kom je mogelijks voor een moeilijk keuze want ras x kan de behandelings-drempel bereikt hebben, terwijl ras y nog kerngezond is en een bespuiting zinloos is. Tot slot zal de ontkopping ook moeilijker verlopen want de chaufeur van de rooier kan zijn machine bijna niet correct afstellen op al die verschillende bieten door elkaar. Meng dus geen rassen door elkaar.

Foto 3: Snijschijven op de zaaimachine snijden de nog aanwezige gewasresten door zodat het risico op verstoppingen vermindert

Foto 4: Controleer alle onderdelen van het zaaielement die in contact komen met het zaad. Slijtage veroorzaakt missers, dubbels en gebroken zaad.

Foto 5: Zaai een 50-tal zaden, simuleer veldomstandigheden en controleer het aantal za-den die opkomen alvorens je oud zaad gebruikt.

Aandachtspunten voor een vlotte zaai

- Controleer geleiderringen, zaadcellen, zaaihuizen, uitwerpers, afstrij-

kers… in het zaaielement op slijtage en vervang indien nodig

- Kijk of de zaaikouters nog voldoende scherp zijn

- Meet de aftand tussen de verschillende elementen na. Doe dat ook zeker

voor nieuwe zaaimachines.

- Stel de zaaidiepte correct af e controleer meermaals in het veld. Zaai tus-

sen 1.5 en 2.5 cm.

- Streef naar een eindpopulatie van 95.000 planten per ha (85.000 in zware

klei)

- Zaai zodra de weersomstandigheden het toelaten en er na zaai geduren-

de minimum 24 u geen regen voorspeld wordt. Een langer groeiseizoen

verhoogt de opbrengst.

Gedurende de laatste 20 jaar nemen de opbrengsten van suikerbieten lineair toe. Gemiddeld genomen zien we een toename van ±2% per jaar. Afgelopen campagne toonde opnieuw een hoog potentieel van de biet. Moet men daarom de stikstofbemesting verhogen ? Het antwoord is duidelijk : neen ! Deze vraag werd beantwoord door Dietmar Horn (Bodemgesundheidsdienst, Duistland) op het laatste IIRB congres (2016, Brussel). Hij stelde zich de vraag of de verhoging van de bietenop-brengsten de opname van de voedingsstoffen beïnvloedt. De auteur geeft aan dat een groot aantal analyses werden uitgevoerd zowel op de wortels als op de bladeren van de bieten. Uit de gegevens blijkt dat het vermogen van de biet om de voedingselementen te gebruiken om (wit) suiker te produceren de laatste 20 jaar gestegen is. Deze toegenomen efficiëntie vertaalt zich in een stabiel verbruik van stikstof (en andere voedingselementen) per hectare in de afgelopen twee decennia. De stikstofefficiëntie, of anders gezegd de hoeveelheid stikstof nodig om 1 ton witsui-ker/ha te produceren, evolueerde van 10 kg N per ton witsuiker in de jaren 90 naar minder dan 8 kg N per ton witsuiker tussen 2010 – 2013 (figuur1). We zien dezelfde tendensen bij andere Euro-pese onderzoeksinstellingen.

De proeven die aangelegd worden door het KBIVB tonen dat ook in België de suikerbiet niet meer stiktstof vraag bij een stijgende productie. De belangrijkste reden hiervoor ligt hoogstwaarschijn-lijk bij de genetica.

Module « Theoretisch advies voor minerale stikstofbemesting » De benodigde hoeveelheid stikstof voor de suikerbiet is de som van de stikstofgift door de land-bouwer met de hoeveelheid stikstof die jaarlijks vrijkomt door mineralisatie in de bodem. De mo-dule « theoretisch advies voor minerale stikstofbemesting » van het KBIVB werd in de jaren ‘85 – ’90 ontwikkeld. Bedoeling was om telers te helpen hun stikstofgift af te stemmen op de vraag van het perceel. Sinds 2006 is de module gratis beschikbaar op de website van het KBIVB. De module baseert zich op enkele parameters die de teler makkelijk zelf kan ingeven. De link naar de module:

http://www.irbab-kbivb.be/publicaties/online-modules-apps/module-minerale-stikstofbemesting/ In figuur 2 staan de belangrijkste gegevens die nodig zijn om een theoretisch advies te bereke-nen : bodemtype, het koolstofgehalte, de stikstofgehaltes aanwezig in het bodemprofiel in febru-ari (niet noodzakelijk voor de berekening, behalve wanneer we verwachten dat het bodemprofiel veel stikstof bevat in februari), de voorvrucht, type groenbedekker en organische bemestingsgift. De module wordt regelmatig bijgewerkt en aangepast in functie van de bodemstalen die geno-men worden door de labo’s (requasud en BDB). In 2016 werd er geen correctiefactor gebruikt omdat de hoeveelheid stikstof in het profiel normaal was. In 2017 daarentegen werd een correc-tiefactor van – 30 kg N/ha gebruikt omdat de bodemprofielen in het voorjaar meer stikstof bevat-ten dan normaal.

Stikstofbehoefte van suikerbieten De suikerbiet heeft een stikstofbehoefte van ongeveer ±250-280 kg N/ha. Op het einde van het groeiseizoen, is deze hoeveelheid verdeeld over wortel, bladeren en reststikstof. In de wortels zit ±90 à 110 kg N/ha, in de bladeren en koppen ±100 à 150 kg N/ha en in het bodemprofiel (0-90 cm) ±30 à 40 kg N/ha. Wees er bewust van dat een (te) hoge stikstofgift zich vertaalt in een te sterke bladproductie. Dit is negatief voor de suikeropbouw in de wortel. Wanneer er laat in het groeiseizoen nog veel stikstof beschikbaar is of er nog veel stikstof mineraliseert als gevolg van een warme herfst, zal er steeds blad geproduceerd blijven worden, ten koste van de suiker.

Een hoge suikerproductie per hectare betekent niet automatisch een hogere stikstofbemesting Françoise VANCUTSEM, André WAUTERS (KBIVB vzw - IRBAB asbl)

De module stikstofbemesting wordt ieder jaar aangepast in functie van de bodemprofielen. De aanpassing is voorzien rond de 10e maart 2018.

planten - plantes / ha

planten - plantes / 10m

planten - plantes / ha

planten - plantes / 10m

planten - plantes / ha

planten - plantes / 10m

planten - plantes / ha

planten - plantes / 10m

17 117 647 53 104 575 47 105 882 53 94 118 47

18 111 111 50 98 765 44 100 000 50 88 889 44

19 105 263 47 93 567 42 94 737 47 84 211 42

20 100 000 45 88 889 40 90 000 45 80 000 40

21 95 238 43 84 656 38 85 714 43 76 190 38

22 90 909 41 80 808 36 81 818 41 72 727 36

23 86 957 39 77 295 35 78 261 39 69 565 35

45 cm rijafstand - 45 cm interligne 50 cm rijafstend - 50 cm interligne

80% opkomst - levée 90% opkomst - levée90% opkomst - levée 80% opkomst - levée

Afst

and

tuss

en z

aadj

es -

Dis

tanc

e da

ns la

lig

ne (c

m)

Bovenstaande tabel toont welke eindpopulatie overeen komt met een bepaalde zaaiafstand, afhankelijk van het verwachte opkomstpercentage. Aan de linkerzijde van de kolom de waarden indien ge-werkt wordt met een rijafstand van 45 cm, rechts in de kolom de resultaten voor percelen waar gezaaid wordt met een rijafstand van 50 cm. Reken niet steeds met een opkomstpercentage van 100% . Hou rekening met factoren die de opkomst negatief kunnen beïnvloeden. Zo weten we uit ervaring dat percelen die niet geploegd worden, gemiddeld genomen een iets lager opkomstpercentage verto-nen door de aanwezigheid van organische materiaal aan de oppervlakte. Percelen die vrij recent zijn omgezet van grasland naar akkerland geven ook een hoger risico op bodeminsecten. Streef naar een eindpopulatie van 95.000 planten / ha . Uitzondering voor de zware polders: streef naar een eindpopulatie van 85.000 planten / ha.

Figuur 1 : Evolutie van hoeveelheid stikstof noodzakelijk om een bepaalde hoeveelheid (1 ton) witsuiker te produceren gedurende de laatste 20 jaar.

Figuur 2 : Module « theoretisch advies voor minerale stikstofbemesting» van het KBIVB werd ontwikkeld in de jaren ’85 – ’90. De module is sinds 2006 beschikbaar op de site van het KBIVB. Het model is gebaseerd op enkele parameters die de bietenteler makkelijk zelf kan ingeven.

Page 8: BietplanterSinds enkele weken is de CBB ook actief op Twitter. We proberen hierdoor onze standpunten, die van ande-ren zoals CIBE, en ook wat reilt en zeilt in de suikerbiet/ suikerfilière

8

Resultaten proeven 2016 en 2017 Ieder jaar legt het KBIVB stikstofbemestingsproeven aan om de adviezen en de theoretische mo-dule te controleren. In verschillende proefplatformen worden 2 objecten stikstof aangelegd: 1 met de geadviseerde dosis van het theoretisch model, een 2e met de geadviseerde theoretische dosis + 40 kg N/ha (= N_Advies+40) In tabel 1 staan de belangrijkste fytotechnische gegevens van 10 proefplatformen van het KBIVB in 2016 en 2017 met eveneens de wortelopbrengsten, het suiker-gehalte en het financieel inkomen. Ter herinnering, in 2016 waren de stikstofgehaltes in het bodemprofiel normaal. In de proeven schommelden de stikstofvoorraden in februari tussen 31 en 130 kg N/ha. 130 was een zeer hoge waarde. De stikstofadviezen uit onze theoretische module lagen tussen 59 kg N/ha en 126 kg N/ha.

De lage rendementen van de graanteelten en andere teelten in het jaar 2016, veroorzaakte een hogere reststikstof. De hoeveelheid stikstof in het bodemprofiel eind februari 2017 lag 30 eenhe-den hoger dan normaal. In 2017 lagen de stikstofinhouden in het bodemprofiel van onze proeven tussen 61 en 115 kg N/ha. De toegediende dosissen lagen tussen 47 en 103 kg N/ha. Uit klimatolo-gisch oogpunt lagen de jaren 2016 en 2017 mijlenver uit elkaar. Met in 2016 een neerslagover-schot en in 2017 een neerslagtekort. De stikstofmineralisatie werd opgevolgd in perceeltjes zonder bieten (naakte grond). Deze per-ceeltjes kregen dezelfde stikstofbemesting als de geadviseerde dosis (van theoretische module) voor dat veld (= N_Advies). Figuur 3 toont de voorraad stikstof in het profiel (0-90 cm). We stellen vast dat de mineralisatie in 2017 veel hoger lag dan in 2016. In 2016 bereikte enkel het platform 2016-04 375 kg N/ha in au-

gustus. De andere proeflocaties bereikten in 2016 maar net 200-230 kg N/ha. Wat een beetje laag is om het rendement te verzekeren (normaal 240 – 250 kg N/ha nodig). In 2017 lagen de stikstof-voorraden in augustus tussen 300 en 400 kg N/ha. Hetgeen ruim voldoende is om een goed ren-dement te verzekeren. Ondanks de grote verschillen tussen de percelen, gaf het theoretisch advies (N_Advies) in 8 van de 10 situaties het beste financieel inkomen, steeds iets hoger dat de dosis + 40 (N_Advies+40). In tabel 1 is ook duidelijk dat het suikergehalte steeds iets lager ligt wanneer er iets meer N gegeven wordt. Het heeft geen zin om de bemesting te verhogen om problemen met de pH of met de bodem-structuur op te vangen. De bemesting heeft als doel om de bodemvruchtbaarheid te onderhou-den en aan te vullen zodat aan de noden van de teelt voldaan wordt.

Besluit In de proeven van 2016 en 2017 had een verhoging van 40 kg N/ha van het theoretisch advies KBIVB geen invloed op het uiteindelijke rende-ment. Deze hogere N-gift verhoogt de productiekost zonder het financi-eel inkomen te verhogen en het risico op een te hoog nitraatresidu neemt toe.

Tabel 1: : Belangrijkste fytotechnische gegevens van 10 proefplatforms van het KBIVB in 2016 en 2017 alsook wortelopbrengsten (kg/ha), suikergehalte (%) en financieel inkomen.

Figuur 3: Opvolgen van mineralisatie (blote grond zonder bieten). Perceeltjes kregen dezelfde stikstofbemesting als rest proef (N_Advies)

Figuur 4: In 8 van de 10 gevallen is er een financieel verlies wanneer we het theoretisch advies verhogen met 40 eenheden.

0

50

100

150

200

250

300

350

400

450

500

feb/

16

jun/

16

jul/1

6

aug/

16

feb/

16

jun/

16

jul/1

6

aug/

16

feb/

16

jun/

16

jul/1

6

aug/

16

feb/

16

jun/

16

jul/1

6

aug/

16

feb/

17

jun/

17

jul/1

7

aug/

17

feb/

17

jun/

17

jul/1

7

aug/

17

feb/

17

jun/

17

jul/1

7

aug/

17

feb/

17

jun/

17

jul/1

7

aug/

17

feb/

17

jun/

17

jul/1

7

aug/

17

feb/

17

jun/

17

jul/1

7

aug/

17

2016-01 2016-02 2016-03 2016-04 2017-01 2017-02 2017-03 2017-04 2017-05 2017+06

Kg N

/ha

Opvolgen van mineralisatie van naakte perceeltjes (perceeltjes kregen stikstofbemesting)

0-30 cm 30-60 cm 60-90 cm

2016-01 2016-02 2016-03 2016-04 2017-01 2017-02 2017-03 2017-04 2017-05 2017-06

Wintertarwe Wintergerst Erwten Wintertarwe Wintertarwe Wintergerst Wintertarwe Wintertarwe Wintertarwe Wintergerst

40 T runderstalmest

25 T runderstalmest +

10 M³ runderdrijfmest

-30 T

runderstalmest7 T kippenmest

30 T runderdrijfmest

12m³ varkensdrijfmest

20 m³ runderdrijfmest

16 m³ digestaat11 T kippenmest

(nat 50% DS)

- - - - - - -30 ton

runderdrijfmest- -

Phacelia + klaver

Mosterd+Phacelia MosterdMosterd +

bladrammenasGele mosterd +

klaverPhacelia +

bladrammenasGele mosterd Gele mosterd Gras

Gele mosterd + Phacelia

64 (13/27/24)

130(66/40/24)

101(14/48/39)

31(22/6/3)

93(27/15/51)

61(37/18/6)

101(43/44/14)

78(42/24/12)

115(53/46/16)

102(40/51/11)

59 70 80 126 47 89 74 103 80 80

N_Advies 84034 104322 108314 104656 107505 125898 120807 115377 94046 102935

N_Advies+40 83439 103472 110483 103988 111939 126511 121612 116059 92799 104796

N_Advies 18,2 19,0 19,0 18,2 20,1 20,1 19,9 19,0 18,2 18,7

N_Advies+40 18,0 18,8 18,9 18,1 20,0 20,1 19,7 18,9 18,0 18,3

N_Advies 2542 3301 3439 3150 3539 4127 3904 3542 2755 3093

N_Advies+40 2444 3211 3451 3052 3609 4106 3847 3502 2640 3036

* Inclusief de kosten van 40 extra stikstofeenheden (40 € / ha)

2016 2017

N-min grond februari (kg/ha) (0-30/30-60/60-90 cm)

N-min toegediend

JaarPercelen

Opbrengst (kg/ha)

Suikerrijkheid (%)

Fiancieel (€/ha)

Voorvrucht

Najaar toediening

Voorjaar toediening

Groenbemester

-150

-100

-50

0

50

100

2016

-01

2016

-02

2016

-03

2016

-04

2017

-01

2017

-02

2017

-03

2017

-04

2017

-05

2017

-06

2016 2017

Financiële impact van verhoging theoretisch advies met 40 kg N/ha

Page 9: BietplanterSinds enkele weken is de CBB ook actief op Twitter. We proberen hierdoor onze standpunten, die van ande-ren zoals CIBE, en ook wat reilt en zeilt in de suikerbiet/ suikerfilière

CENTIUM® 360CS (8925P/B - 360 g/l clomazone) is een product van FMC Chemical sprl. Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie.

• In vooropkomst en/of in menging met het FAR-systeem

• Zeer goede werking op bingelkruid, veelknopigen, melganzenvoet, hondspeterselie

www.belchim.be

“De beste resultaten op melganzenvoetin de offi ciële proeven sinds 2012”

Melganzenvoet

Hondspeterselie

Bingelkruid

Var

ken

sgra

s

Zo krijg je propere bieten, het hele seizoen lang.

Centium_250x177_BeNe_Bietplanter.indd 1 7/02/2018 13:47:12

VACATURE 9

Onderzoeker en voorlichter Landbouw (m/v) Functie

je zoekt naar oplossingen op vraagstukken in de gewasbescherming van suikerbieten voorbereiden, uitvoeren en interpreteren van proeven zijn je verantwoordelijkheden je bouwt aan en onderhoudt contact met overheden, producenten, verkopers en ge-

bruikers van gewasbeschermingsmiddelen op basis van je ervaringen en contacten geef je teelttechnische voorlichting aan

stakeholders je werkt samen met buitenlandse onderzoekscentra aan grotere, internationale

projecten samen met je collega’s werk je aan een duurzame toekomst van de suikerbietteelt

Profiel je behaalde een universitair diploma goede kennis van het Nederlands, Frans en Engels (gesproken en geschreven) flexibiliteit in werkuren, verplaatsingen en buitenwerkzaamheden schrikken je niet af ervaring met of kennis van moleculair biologische technieken en/of kwaliteitssys-

temen zijn een plus je bent methodisch en georganiseerd je kan zelfstandig en in teamverband werken in een multidisciplinaire omgeving kan je vlot communiceren je bent in het bezit van een rijbewijs B goede kennis van Microsoft Office

Aanbod uitdagende job met veel afwisseling theorie en praktijk aangename werksfeer en -omgeving voltijdse job met contract van onbepaalde duur aantrekkelijk salaris met interessante extralegale voordelen bedrijfswagen, smartphone en laptop permanente vorming onmiddellijke indiensttreding

Technisch onderzoeksmedewerker (m/v) Functie

Je helpt mee met het aanleggen en opvolgen van praktijkproeven Je verzamelt en beheert velddata Je voert diverse veldwerkzaamheden uit (zaaien, gewasbescherming, waarnemin-

gen, oogsten, …)

Profiel Bachelor in Land-/Tuinbouw of Biotechnologie (of gelijkgesteld door ervaring) je beschikt over een fytolicentie P2 of bent bereid tot het behalen ervan je bent in het bezit van rijbewijs B, rijbewijs G is een plus interesse voor veldwerkzaamheden flexibiliteit in werkuren gedurende de piekperiodes goede feeling voor waarnemingen en voor werkorganisatie zelfstandig en in teamverband kunnen werken dynamische persoonlijkheid, enthousiast om bij te leren ervaring in het besturen van landbouwmachines is een pluspunt basiskennis van Frans kennis van Microsoft Office

Aanbod voltijdse job met contract van bepaalde duur (2,5 jaar), met mogelijkheid tot verlen-

ging aangename werksfeer en -omgeving, met boeiende uitdagingen gevarieerde functie aantrekkelijk salaris met interessante extralegale voordelen. opleidingen en vormingen onmiddellijke indiensttreding

KBIVB vzw - IRBAB asbl Koninklijk Belgisch Instituut tot Verbetering van de Biet

Centrum voor praktijkonderzoek en communicatie, actief in de suikerbietsector

Praktijkcentrum Biet Cichorei (PVBC) Molenstraat, 45 - 3300 Tienen

Om zich nog meer creatief en innovatief te tonen, om de uitdagingen van vandaag en morgen aan te gaan,

zoeken we

Stuur CV en motivatiebrief voor 15/03/2018 naar KBIVB - IRBAB, Directie, Molenstraat, 45 - 3300 Tienen

of via Email: [email protected]

www.irbab-kbivb.be

Resultaten proeven 2016 en 2017 Ieder jaar legt het KBIVB stikstofbemestingsproeven aan om de adviezen en de theoretische mo-dule te controleren. In verschillende proefplatformen worden 2 objecten stikstof aangelegd: 1 met de geadviseerde dosis van het theoretisch model, een 2e met de geadviseerde theoretische dosis + 40 kg N/ha (= N_Advies+40) In tabel 1 staan de belangrijkste fytotechnische gegevens van 10 proefplatformen van het KBIVB in 2016 en 2017 met eveneens de wortelopbrengsten, het suiker-gehalte en het financieel inkomen. Ter herinnering, in 2016 waren de stikstofgehaltes in het bodemprofiel normaal. In de proeven schommelden de stikstofvoorraden in februari tussen 31 en 130 kg N/ha. 130 was een zeer hoge waarde. De stikstofadviezen uit onze theoretische module lagen tussen 59 kg N/ha en 126 kg N/ha.

De lage rendementen van de graanteelten en andere teelten in het jaar 2016, veroorzaakte een hogere reststikstof. De hoeveelheid stikstof in het bodemprofiel eind februari 2017 lag 30 eenhe-den hoger dan normaal. In 2017 lagen de stikstofinhouden in het bodemprofiel van onze proeven tussen 61 en 115 kg N/ha. De toegediende dosissen lagen tussen 47 en 103 kg N/ha. Uit klimatolo-gisch oogpunt lagen de jaren 2016 en 2017 mijlenver uit elkaar. Met in 2016 een neerslagover-schot en in 2017 een neerslagtekort. De stikstofmineralisatie werd opgevolgd in perceeltjes zonder bieten (naakte grond). Deze per-ceeltjes kregen dezelfde stikstofbemesting als de geadviseerde dosis (van theoretische module) voor dat veld (= N_Advies). Figuur 3 toont de voorraad stikstof in het profiel (0-90 cm). We stellen vast dat de mineralisatie in 2017 veel hoger lag dan in 2016. In 2016 bereikte enkel het platform 2016-04 375 kg N/ha in au-

gustus. De andere proeflocaties bereikten in 2016 maar net 200-230 kg N/ha. Wat een beetje laag is om het rendement te verzekeren (normaal 240 – 250 kg N/ha nodig). In 2017 lagen de stikstof-voorraden in augustus tussen 300 en 400 kg N/ha. Hetgeen ruim voldoende is om een goed ren-dement te verzekeren. Ondanks de grote verschillen tussen de percelen, gaf het theoretisch advies (N_Advies) in 8 van de 10 situaties het beste financieel inkomen, steeds iets hoger dat de dosis + 40 (N_Advies+40). In tabel 1 is ook duidelijk dat het suikergehalte steeds iets lager ligt wanneer er iets meer N gegeven wordt. Het heeft geen zin om de bemesting te verhogen om problemen met de pH of met de bodem-structuur op te vangen. De bemesting heeft als doel om de bodemvruchtbaarheid te onderhou-den en aan te vullen zodat aan de noden van de teelt voldaan wordt.

Besluit In de proeven van 2016 en 2017 had een verhoging van 40 kg N/ha van het theoretisch advies KBIVB geen invloed op het uiteindelijke rende-ment. Deze hogere N-gift verhoogt de productiekost zonder het financi-eel inkomen te verhogen en het risico op een te hoog nitraatresidu neemt toe.

Tabel 1: : Belangrijkste fytotechnische gegevens van 10 proefplatforms van het KBIVB in 2016 en 2017 alsook wortelopbrengsten (kg/ha), suikergehalte (%) en financieel inkomen.

Figuur 3: Opvolgen van mineralisatie (blote grond zonder bieten). Perceeltjes kregen dezelfde stikstofbemesting als rest proef (N_Advies)

Figuur 4: In 8 van de 10 gevallen is er een financieel verlies wanneer we het theoretisch advies verhogen met 40 eenheden.

0

50

100

150

200

250

300

350

400

450

500

feb/

16

jun/

16

jul/1

6

aug/

16

feb/

16

jun/

16

jul/1

6

aug/

16

feb/

16

jun/

16

jul/1

6

aug/

16

feb/

16

jun/

16

jul/1

6

aug/

16

feb/

17

jun/

17

jul/1

7

aug/

17

feb/

17

jun/

17

jul/1

7

aug/

17

feb/

17

jun/

17

jul/1

7

aug/

17

feb/

17

jun/

17

jul/1

7

aug/

17

feb/

17

jun/

17

jul/1

7

aug/

17

feb/

17

jun/

17

jul/1

7

aug/

17

2016-01 2016-02 2016-03 2016-04 2017-01 2017-02 2017-03 2017-04 2017-05 2017+06

Kg N

/ha

Opvolgen van mineralisatie van naakte perceeltjes (perceeltjes kregen stikstofbemesting)

0-30 cm 30-60 cm 60-90 cm

2016-01 2016-02 2016-03 2016-04 2017-01 2017-02 2017-03 2017-04 2017-05 2017-06

Wintertarwe Wintergerst Erwten Wintertarwe Wintertarwe Wintergerst Wintertarwe Wintertarwe Wintertarwe Wintergerst

40 T runderstalmest

25 T runderstalmest +

10 M³ runderdrijfmest

-30 T

runderstalmest7 T kippenmest

30 T runderdrijfmest

12m³ varkensdrijfmest

20 m³ runderdrijfmest

16 m³ digestaat11 T kippenmest

(nat 50% DS)

- - - - - - -30 ton

runderdrijfmest- -

Phacelia + klaver

Mosterd+Phacelia MosterdMosterd +

bladrammenasGele mosterd +

klaverPhacelia +

bladrammenasGele mosterd Gele mosterd Gras

Gele mosterd + Phacelia

64 (13/27/24)

130(66/40/24)

101(14/48/39)

31(22/6/3)

93(27/15/51)

61(37/18/6)

101(43/44/14)

78(42/24/12)

115(53/46/16)

102(40/51/11)

59 70 80 126 47 89 74 103 80 80

N_Advies 84034 104322 108314 104656 107505 125898 120807 115377 94046 102935

N_Advies+40 83439 103472 110483 103988 111939 126511 121612 116059 92799 104796

N_Advies 18,2 19,0 19,0 18,2 20,1 20,1 19,9 19,0 18,2 18,7

N_Advies+40 18,0 18,8 18,9 18,1 20,0 20,1 19,7 18,9 18,0 18,3

N_Advies 2542 3301 3439 3150 3539 4127 3904 3542 2755 3093

N_Advies+40 2444 3211 3451 3052 3609 4106 3847 3502 2640 3036

* Inclusief de kosten van 40 extra stikstofeenheden (40 € / ha)

2016 2017

N-min grond februari (kg/ha) (0-30/30-60/60-90 cm)

N-min toegediend

JaarPercelen

Opbrengst (kg/ha)

Suikerrijkheid (%)

Fiancieel (€/ha)

Voorvrucht

Najaar toediening

Voorjaar toediening

Groenbemester

-150

-100

-50

0

50

100

2016

-01

2016

-02

2016

-03

2016

-04

2017

-01

2017

-02

2017

-03

2017

-04

2017

-05

2017

-06

2016 2017

Financiële impact van verhoging theoretisch advies met 40 kg N/ha

Page 10: BietplanterSinds enkele weken is de CBB ook actief op Twitter. We proberen hierdoor onze standpunten, die van ande-ren zoals CIBE, en ook wat reilt en zeilt in de suikerbiet/ suikerfilière

10 INTERNATIONAAL10

Overvloed aan witte suiker in Europa

Volgens het Franse handelshuis Sucres et Denrées (Sucden) zullen deze goede resul-taten zich vertalen in een toename van het

aanbod witte suiker met ongeveer 3,5 miljoen ton, of 15 procent van de wereldmarkt. Een gedeelte van deze witte suiker zou ruwe suiker kunnen vervangen in bestemmingen rond de Zwarte Zee en de Middellandse Zee. Als gevolg van hun hoge productiekosten en de stevige internationale concurrentie, exporteren Oekraïne en Rusland in functie van hun overschotten. De Europese suiker daarentegen circuleert wereld-wijd en wint significante marktaandelen in West-Afrika en de eilanden van de Indische Oceaan. Ondanks de lage suikerprijs blijkt uit de gegevens van de Commissie (DG Taxud) dat de EU-uitvoer een volume van 974.000 ton suiker heeft bereikt alleen al voor de maanden oktober en november 2017, wat heel wat meer is dan het jaar ervoor. Een derde van deze uitvoer werd verscheept naar Mauritanië, Egypte en Sri Lanka de nieuwe EU-bestemmingen.

De productie van suiker voor de campagne 2017/18 wordt in Rusland geraamd op meer dan 6,6 miljoen ton, een stijging van 400.000 ton in vergelijking met vorig jaar volgens cijfers gepubli-ceerd in januari door het IKAR (het Russische Instituut voor landbouwmarkten). De productie-stijging is het gevolg van een toename van het bietenareaal met 8 procent, een betere producti-viteit en uitzonderlijke weersomstandigheden. Het was al geleden van 1975 dat de temperaturen zo hoog waren tijdens de Russische bietenoogst.

Stijging van de rendementenDe campagne 2017/18 volgt op een ook al uitzon-derlijke campagne 2016/17 met een productie van 6,2 miljoen ton. Tijdens de voorbije jaren stegen de suikeropbrengsten aanzienlijk in Rusland. Van 5,5 ton suiker per hectare nu, zou dit binnen een periode van vijf jaar kunnen oplopen tot 8 ton, dankzij hogere opbrengsten, een betere mecha-nisatie, een daling van de opslagverliezen en een modernisering van de fabrieken.De productie van de suikerbieten is geconcen-treerd bij agrarische bedrijven, die meer dan 88 procent van de bietenoogst vertegenwoordigen. Binnen vijf jaar zullen een paar grote ondernemin-gen instaan voor bijna 100 procent van de pro-ductie, omdat individuele landbouwers niet zul-len kunnen concurreren.De meeste suikerbiettelers die erin slagen het hoofd boven water te houden, zijn verticaal geïn-

tegreerd met de verwerkingsfabrieken, die meestal bietenzaad, pesticiden en zelfs uit het buitenland geïmporteerd materiaal (rooimachi-nes,...) aanleveren. De kosten voor de ingevoerde “inputs” vertegenwoordigen ongeveer 60 procent van de productiekosten van suikerbieten. De ster-ke ontwaarding van de roebel in 2014 heeft ertoe geleid dat de ingevoerde inputs erg duur zijn, waardoor de landbouwers misschien hun toe-vlucht nemen tot goedkopere, maar minder effici-ente middelen.De grote suikerondernemingen zoals RusAgro, Prodimpex en Sucden blijven investeren in trans-port-, productie- en opslagfaciliteiten, waardoor kleine producenten geleidelijk worden uitgeslo-ten.

Naar zelfvoorzieningWordt de productieprognose van 6,6 miljoen ton bewaarheid, dan zal Rusland uitzonderlijk met een overschot zitten, omdat het binnenlands ver-bruik van ruwe suiker in 2017-2018 zou uitkomen op 6,2 miljoen ton. In 2000 had het departement voor Russische voedselzekerheid zich tot doel gesteld om voor 80 procent zelfvoorzienend te worden en nieuwe suikerfabrieken te bouwen. Er werden uiteindelijk geen nieuwe suikerfabrieken gebouwd, maar de bestaande installaties werden gemoderniseerd tussen 2011 en 2014, waardoor de suikerverliezen tijdens verwerking en opslag aanzienlijk beperkt werden. In Rusland zijn nu 75 suikerfabrieken operationeel.De binnenlandse suikerconsumptie steeg van 5,9 naar 6.3 miljoen ton tussen 2015/16 en 2016/17. Volgens de Russische Unie van suikerproducenten ligt de consumptie per inwoner op ongeveer 38 kilogram per jaar in Rusland, te vergelijken met het wereldgemiddelde van 22 kilogram en is nog een stijging mogelijk met 2 à 3 procent in de komende jaren. Volgens marktanalisten, zetten de economische crisis en de inkomensdaling in Rusland, de Russen ertoe aan om zelf snoep en confituur te maken en alcohol te produceren op basis van suiker. Ook de stijging van het binnen-lands toerisme zou moeten bijdragen tot de groei van de consumptie in het land.Vanwege de recordoogst en de hoge voorraden van vorig jaar, zou de Russische invoer van ruwe rietsuiker en witte suiker sterk afnemen.

Beperkte uitbreidingskansenVorig jaar exporteerde Rusland bijna 200.000 mil-joen ton, hetzij het dubbele van de vorige cam-pagne. In verband met de exporteerbare over-schotten van de campagne 2017/18, blijft de vraag te weten waar en hoe Rusland ze zal kunnen ver-

kopen? De overtollige suiker wordt waarschijnlijk bestemd voor de traditionele markten: Armenië, Wit-Rusland, Georgië, Kirgizië, Kazachstan, Afghanistan, Mongolië en Noord-Korea, omdat het volume dat over zee wordt geëxporteerd nog vrij beperkt is. Zal Rusland de concurrentie op de wereldmarkt met goedkopere producenten zoals Brazilië aankunnen? Ondanks de zwakke roebel blijft de Russische suikerexport potentieel moei-lijk. Ten eerste, omdat de buurlanden waar Rusland traditioneel naar exporteerde, zelf hun suikerproductiecapaciteit hebben ontwikkeld. Bovendien is de kwaliteit van de Russische suiker middelmatig en voldoet hij niet aan de standaard-normen die vereist zijn voor de internationale markten. Slechts 8 procent van de totale Russische productie voldoet aan de kwaliteitscriteria vol-gens de methode ICUMSA. Rusland wordt becon-curreerd door Wit-Rusland en Oekraïne. Slechts 35 procent van de totale suikerproductie is van hoge kwaliteit.Nog een laatste belemmering voor de uitbreiding van de suikersector in Rusland, is de gebrekkige infrastructuur in de Russische havens, waar de beschikbare capaciteit ontoereikend is voor het laden van containers of boten. Volgens het USDA heeft de Russische suikerindustrie haar marktca-paciteit bereikt. Overproductie zou kunnen druk-ken op de binnenlandse prijzen ten opzichte van de wereldmarktprijzen. Bovendien is de economi-sche situatie moeilijk in Rusland door de hoge rentevoeten, een gebrek aan financiële middelen, hoge schulden voor talrijke grote landbouw- en agro-industriële onderemingen. Dit zal nieuwe investeringen bemoeilijken.

Oekraïne produceerde 2,1 miljoen ton witte suiker tijdens zijn suikercampagne 2017/18, volgens het Oekraïens ministerie van Landbouw eind januari. Nog volgens het ministerie hebben de 46 suiker-raffinaderijen tot nog toe 13,7 miljoen ton suiker-bieten verwerkt van de 13,8 miljoen ton geoogste bieten. In 2017/18 bereikte de productie vrijwel hetzelfde niveau ondanks de areaaltoename, omdat het suikergehalte van de bieten dit jaar lager was. Tijdens de Sovjetperiode produceerde Oekraïne jaarlijks slechts 5 miljoen ton witte sui-ker. De suikerproductie stond toen op een laag

peil door een gebrek aan exportmarkten en de concurrentie van goedkoper suikerriet.

Suikerexport stijgt met 29 pro-cent in 2017Oekraïne consumeert ongeveer 1,6 miljoen ton suiker per jaar. De productie bedroeg in 2016 en 2017 bijna 2 à 2,1 miljoen ton. Het land kan dus plusminus 500.000 ton suiker exporteren. In 2016/17 heeft Oekraïne 600.000 ton suiker geëxporteerd of 29 procent meer dan het jaar ervoor (465.000 ton) volgens de cijfers van de vereniging van Oekraïense suikerproducenten Ukrtsukor. Er werden nieuwe markten aange-boord, onder meer in Azië. De grootste kopers waren Sri Lanka (69.000 ton), Turkije (49.000 ton), Azerbeidzjan (45.000 ton), Soedan en Libië (40.000 ton) en Ivoorkust (34.500 ton), waar vroeger Georgië, Tunesië, Egypte en Roemenië de belang-rijkste importeurs waren. In de eerste maanden van de campagne 2017/18, daalde de export aan-zienlijk door de lage prijzen op de wereldmarkt. De grootste hoeveelheid suiker werd geëxpor-teerd naar Sri Lanka, Turkije en Turkmenistan.

Lagere consumptieSedert een tiental jaar nam het verbruik van witte suiker af van 2,5 naar 1,6 miljoen ton, als gevolg van een daling van de Oekraïense bevolking, een tragere economische groei en de zeer wisselende vraag van de voedingsindustrie die suiker als grondstof gebruikt. Maar de suikerconsumptie daalde ook als gevolg van de annexatie van de Krim door Rusland en het gewapend conflict in sommige delen van het land. Rusland heeft zijn markt in 2015 voor Oekraïne gesloten en blijft blijkaar bij zijn beslissing. Het land was één van de grootste consumenten van Oekraïense chocolade en zoetwaren. De daling van de binnenlandse consumptie wordt bevestigd door de Oekraïense dienst voor statistieken die een daling van de sui-kerconsumptie per inwoner meldt: van bijna 40 kg per jaar en per inwoner in 2008 naar 36 kg in 2015. De nationale suikerconsumptie van de laatste campagne zou zich stabiliseren op ongeveer 1,6 miljoen ton zoals vorig jaar, tenzij significante veranderingen op het vlak van het nationale eco-nomische beleid ervoor zorgen dat het beschik-bare inkomen van de bevolking stijgt of nieuwe markten zich openen voor de Oekraïense zoetwa-renindustrie. nBron: USDA, Sugar Update 2017 Russian Federation

Op de markt voor witte suiker verkeert de Europese Unie in betere positie als de andere minder compe-titieve producenten van witte suiker zoals Pakistan, Oekraïne en Rusland.

Recordoogst in Rusland

In Europa wordt niet alleen in de Europese Unie een spectaculaire stij-ging (+22 procent) van de suikerproductie vastgesteld. Ook Rusland en Oekraïne hebben voor de tweede opeenvolgende campagne uitstekende rendementen behaald. Rusland sloot zijn oogst 2017/18 af met een record geraamd op 6,6 miljoen ton en Oekraïne produceerde 2,1 miljoen ton zoals het jaar ervoor.

Oekraïne: stabilisatie van de productie

Milj

oen

ton

Rusland: Bietenproductie volgens ondernemingstype

Collectieve landbouwbedrijven(ondernemingen)

Onafhankelijke boerderijen

Kleine familiebedrijven

Bron: ROSSTAT Bron: State Statistics Service of Ukraine

Suikerproductie en -consumptie in Oekraïne, kalenderjaar

Bietsuikerproductie

Suikerexport

Rietsuiker (ruw ingevoerd, geraffineerd in het land)

Consumptie per hoofd (kg)

Page 11: BietplanterSinds enkele weken is de CBB ook actief op Twitter. We proberen hierdoor onze standpunten, die van ande-ren zoals CIBE, en ook wat reilt en zeilt in de suikerbiet/ suikerfilière

NG Plus 4Monoshox NG Plus M NC Classic NC Technic Meca V4 Tel: 04 377 35 45

www.distritech.be

Naar nieuwe horizonten met

VOORWAARDEN GELDIG OP HET HELE GAMMA

Nog enkele machines in de

voorraad

PROJECT SERRES 11

In dit begin van het jaar 2018, willen de initia-tiefnemers van het project “Serres” communi-ceren over de substantiële vooruitgang die zij geboekt hebben. Zoals u weet, hadden op 15 december 2017, meer dan 1.750 landbouwers een intentieverklaring opgestuurd voor een gecumuleerd engagement van 1.500.000 ton ruwe bieten, wat overeenstemt met het mini-mumvolume bieten om de industriële en eco-nomische optimalisatie van de nieuwe fabriek te garanderen.

Benadering van het projectOp deze basis evolueert het project “Serres” nu van de fase haalbaar-heidsstudie naar de benadering van het project via vier aspecten:Administratiefl De coöperatie van de planters gaat zich aansluiten bij de

Vereniging van Waalse Bietenplanters (ABW) om het project te dragen. Het is deze coöperatie die hoofdaandeelhouder wordt van de toekomstige suikerfabriek van Seneffe.

l Het studiebureau ABV Development werd ingeschakeld om het traject van toelatingen en vergunningen te regelen.

Industrieell Betreffende het industriële aspect, zet het bedrijf De Smet

Engineers & Contractors zijn werk verder om de fabriek in detail uit te tekenen en in het bijzonder om ze optimaal te maken op energie- en milieuvlak. Zo wordt voor de kalkoven overgestapt van steenkool naar gas omdat de uitstoot hiervan beduidend lager is. Ook wordt afgestapt van de visie van een minicampagne en heeft men nu de ambitie om alle bieten voor de volle 100 pro-cent te verwerken tijdens de campagne omdat dit duurzamer is op energievlak. Zo wordt de nieuwe fabriek nog concurrentiëler in de toekomst.

Financieell Het strategische en financiële businessplan is voorgesteld aan de

Europese investeringsbank, aan de Waalse regionale investerings-maatschappij en aan de belangrijkste commerciële banken van België. Zij hebben allen de analyse van het dossier aangevat in samenspraak met het projectteam.

Commercieell Het commerciële businessplan wordt verder uitgewerkt, het pro-

jectteam vergroot gevoelig zijn contacten op het terrein en krijgt signalen dat er wel degelijk interesse is in een markt die vandaag zeer volatiel is en op zoek is naar nieuwe evenwichten, na de afschaffing van de quota.

Nog altijd in Seneffe, maar op een andere siteNa overleg met de Intercommunale voor economische ontwikkeling van Henegouwen (IDEA), werd een nieuwe site gekozen. Deze ligt nog steeds in de gemeente Seneffe, maar 5 kilometer verderop dan de oorspronkelijk voorziene locatie. Volgens de managing director werd er van locatie gewijzigd omdat er tegen twee moeilijkheden werd gelopen bij de oorspronkelijke inplanting van de suikerfabriek. Zo zouden de bezinkingsbekkens er in landbouwgebied liggen met een landschappelijk waardevol karakter, en een tweede struikelblok was de ligging dicht tegen de industriezone Seneffe-Manage. Hier bestond het risico om op piekmomenten voor een verkeersinfarct te zorgen. De nieuwe site, gelegen in de industriezone van Feluy (in de gemeente Seneffe), biedt een veel gunstigere situatie omwille van diverse redenen:l de site is groter, 14 ha voor de fabriek et nog eens 10 ha aangren-

zend voor de bezinkingsbekkens, dit allles in industriezone; l ze ligt ook dicht bij het hogedrukgasnetwerk van Fluxys. Dit is

nodig om het energetisch rendement van de suikerfabriek te verhogen;

l bovendien is de bereikbaarheid veel beter.Deze evoluties en de aan de gang zijnde werkzaamheden zullen ervoor zorgen dat de eerste campagne in september 2021 kan star-ten. n

Persbericht Serres, februari 2018

Van project “Serres” naar suikerfabriek van Seneffe

Allerlei suiker

Antwerpen: eerste PET-flessen uit suiker in 2021? Chemiebedrijven BASF en Avantium hebben plannen om in de Antwerpse haven een fabriek te bouwen waar plastic flessen worden gemaakt uit suiker. Als het zover komt, dan betekent dat een nieuwe grote afzetmarkt voor suiker. De fabriek die in Antwerpen moet gebouwd wor-den, is een gezamenlijk initiatief van Avantium en BASF. De bedrijven verwachten dat in 2021 de eerste PEF-flessen uit suiker op de markt komen ter vervanging van de PET-flessen die uit aardolie worden gemaakt. Steeds meer bedrijven richten zich op hernieuwbare grondstoffen in plaats van grondstoffen uit aardolie. In Nederland begon de bietentelerscoöperatie Cosun tien jaar geleden met de eerste verkenningen naar ‘biobased’ toe-passingen. De nieuw opgerichte afdeling Cosun Biobased Products richt zich onder meer op het ontwikkelen van nieuwe toepassingen voor de reststromen uit de voedselproductie.Eén van de projecten waar Cosun momenteel werk van maakt, is het gebruik van bietenpulp als groene grondstof. Eén van die toepassingen is Betafib, een microcellulose waarmee je de visco-siteit van vloeibare wasmiddelen en verf beïn-vloedt. Het product moet weldra op de markt

komen. Daarnaast haalt het bedrijf ook galacton-zuur uit de pectine in bieten. Het zuur is een grondstof voor plastic. Er ligt een enorme markt open voor suiker als het gebruikt wordt als alter-natief voor chemische grondstoffen.

De Europese voedselautori-teit gaat het gezondheidsef-fect van suiker uitklarenEFSA, de Europese voedselautoriteit gaat zich verdiepen in het gezondheidseffect van de aan voedingswaren toegevoegde suikers. Bedoeling is om voor de nationale beleidsmakers uit te kla-ren wat een aanvaardbare dagelijkse inname van toegevoegde suikers is die onze gezondheid niet schaadt, los van het voedingsmiddel dat de sui-kers bevat. Begin 2020 wil EFSA zijn advies klaar hebben. Vijf Noorse landen (Denemarken, Finland, IJsland, Noorwegen en Zweden) hadden hierop aangedrongen. De impact van suikerrijke voeding en dranken op onze gezondheid krijgt steeds meer aandacht. In 2010 publiceerde EFSA een wetenschappelijk advies omtrent de inname van koolhydraten, waaronder ook suiker. Toen was er onvoldoende wetenschappelijk bewijs om een bovengrens te

adviseren voor de dagelijkse inname van toege-voegde suikers of suiker in het algemeen. Sindsdien is de wetenschappelijke literatuur daaromtrent uitgebreid en heeft de maatschap-pij nog meer aandacht voor een te hoge suikerin-name en de bijbehorende problemen met over-gewicht bij de bevolking. De lidstaten zoeken houvast bij het uitvaardigen van dieetrichtlijnen voor suiker zodat EFSA alle feiten op een rijtje gaat zetten.Het wetenschappelijk advies focust op de inname van toegevoegde suikers: sucrose, fructose, glucose(siroop), enz. EFSA gaat uitvlooien welk effect suiker in onze voeding heeft op lichaams-gewicht, glucose-intolerantie, type 2 diabetes, hart- en vaatziekten en tandbederf.

BioWanze: bouwproject voor nieuwe glutenfabriekVolgens de lokale pers zou op de site van BioWanze een nieuwe fabriek voor de productie van glutenvlokken gebouwd worden. In novem-ber 2017 werd een openbaar onderzoek gevoerd.Gluten is een bijproduct van de bio-ethanolpro-ductie uit tarwefermentatie. De fabriek van BioWanze gebruikt veel tarwe voor haar produc-tieproces van bio-ethanol, omdat zij uitgerust is

met een biomassaketel, die onder meer met tar-wezemelen wordt bevoorraad. Ook andere bij-producten worden geproduceerd zoals eiwitvoe-ding voor runderen en varkens, samengesteld uit oplosbaar tarweconcentraat en gluten. Het project beantwoordt aan een sterke vraag naar glutenvlokken van de agrovoedingsindus-trie. Het omvat een productiegebouw en een eenheid voor opslag en verpakking naast de reeds bestaande opslagsilo’s voor gluten.

Nordzucker zou prijs verho-gen van biologische suiker-bietenNordzucker heeft voor het eerst meerjarige leve-ringscontracten voor biologische suikerbieten aangeboden in de campagne 2017/18. De produ-cent zal in 2018 zijn eerste biologische suiker, uit in Duitsland en Denemarken geteelde biologi-sche suikerbieten, op de markt verkopen.Nordzucker, de tweede Duitse suikerproducent, wil volgend jaar zijn productie van biologische suiker verhogen. Voor de campagne 2018 zal de producent 12 euro extra betalen per ton biologi-sche bieten. In 2017 betaalde Nordzucker voor de biologische bieten 80 euro per ton.

Page 12: BietplanterSinds enkele weken is de CBB ook actief op Twitter. We proberen hierdoor onze standpunten, die van ande-ren zoals CIBE, en ook wat reilt en zeilt in de suikerbiet/ suikerfilière

www.belchim.be

Vóór de zaai inwerken

tegen grassen en

breedbladigen.

AVADEX® 480 (7785P/B - 480 g/l tri-allaat) is een product van Gowan C.I.S. Lim. Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie.

Ook sterk aanbevolen als

versterker van de FAR.

WindhalmDuistStraatgras

Avadex_250x177_BeNe_Bietplanter.indd 1 7/02/2018 13:42:59

Pfeifer & Langen sluit suikerfabriek in RoemeniëEen van de grootste suikerfabrieken in Roemenië, Zaharul Oradea, sluit haar deuren. Daardoor zullen 200 werknemers hun baan verliezen. Volgens de Duitse eigenaar van de fabriek, de groep Pfeifer & Langen, is de fabriek niet meer winstgevend en is het goedkoper om in Polen te produceren. Uit de officiële gegevens van het ministerie van Financiën blijkt dat Zaharul Oradea 78 miljoen euro omzet en 6,4 miljoen euro verlies realiseerde in 2016. Roemenië telt nu nog vier suikerfabrieken. De andere marktspelers zijn de Oostenrijkse groep Agrana en de Roemeense maatschappij Zaharul Bod.

Tongaat Hulett wil nieuwe suikerfabriek bouwen in MozambiqueTongaat Hulett, de suikerreus van Zuid-Afrika, gaat een raffinaderij bou-wen op 130 kilometer van de hoofdstad Maputo, aldus Reuters. Met een kostprijs van 500 miljoen Zuid-Afrikaanse rand (39 miljoen dollar) zal Tongaat Hulett met deze nieuwe installatie witte suiker produceren uit de ruwe suiker die wordt aangeleverd door zijn fabriek met een produc-tiecapaciteit van 250.000 ton ruwe suiker. De suikerproducent beoogt in september 2018 te starten met de productie.

Verenigd-Koninkrijk: promotie Britse suiker“Back British Sugar” – die boodschap kregen de leden van het Parlement in Westminster te horen van de vertegenwoordigers van het SIP-programma (Sugar Industry Program) dat tot doel heeft de productie programma wil een jonge delegatie van de Britse biet-suikerketen aan-tonen dat het belangrijk is om suiker lokaal te produceren, vermeldt de website Sugaronline. De biet-suikerketen produceert ongeveer de helft van de suiker die wordt verbruikt in het Verenigd Koninkrijk in de vier fabrieken van de Britse groep Britih Sugar. De groep stelt 9.500 mensen te werk waaronder 3.500 bietplanters.De SIP-leden, gaande van producenten tot technische vakmensen, heb-ben laten verstaan dat de suikerindustrie cruciaal is voor de plattelands-economie en dat het uitwerken van een nieuw specifiek landbouwbe-leid voor het Verenigd Koninkrijk na de brexit, het mogelijk zal maken om de rendabiliteit van de sector te handhaven.

Verenigd-Koninkrijk: onderhandelingen over bouw nieuwe suikerfabriek stopgezetDe suikergroep Al Khaleej International, met zetel in de Verenigde Arabische Emiraten, verklaarde dat de plannen voor de bouw van een nieuwe suikerfabriek in het noorden van Engeland wellicht definitief opgeborgen worden, als gevolg van handels- en vergunningsproblemen die aan het licht kwamen tijdens de onderhandelingen met de Graafschapsraad van North Yorkshire, aldus de krant Harrogate Advertiser. Het project van Al Khaleej International voorzag in de bouw van een volledig nieuw Brits bedrijf, Northern Sugar. Het kon rekenen op de steun van sponsors uit het Midden-Oosten. De suiker zou gediend hebben om de markt van het Verenigd Koninkrijk te bevoorraden en om te exporteren.

FWA: de Waalse landbouwvereniging steunt bietenplantersUittreksel uit Pleinchamp (Yvan Hayez, Edito, Pleinchamp, 8 februari 2018, pagina 2): “Wat de suikerbietsector betreft, heeft de afschaffing van de quota veel vragen opgeroepen bij de producenten. De FWA is altijd bereid geweest tot samenwerking met CBB om de bietentelers te onder-steunen. Zo volgt de FWA nu ook met grote belangstelling het project van de toekomstige suikerfabriek in Seneffe. De FWA gaat evenwel geen financiële bijdrage leveren tot dit project of instructies geven aan haar leden. De FWA vraagt de politieke verantwoordelijken wel een coherent kader uit te werken voor de economische ontwikkeling van de fabriek en de juiste voorwaarden te scheppen om de rendabiliteit van de suiker-bietteelt in onze regio’s te garanderen (cf. het dreigement om gewasbe-schermingsmiddelen af te schaffen die nodig zijn voor de rendabiliteit van de teelt).”

Nordzucker: goede resultaten ondanks moeilijke marktTijdens de eerste negen maanden van 2017/18, heeft de Duitse suiker-groep Nordzucker een nettoresultaat neergezet van 143,5 miljoen euro, een aanzienlijke verhoging ten opzichte van vorig jaar (81,7 miljoen euro). Deze stijging is grotendeels toe te schrijven aan kostenbesparin-gen (langere campagnes,...) en investeringen die vorig jaar zijn doorge-voerd voor het moderniseren van de installaties en de logistiek en voor het bouwen van bijkomende opslagsilo’s. n

ALLERLEI SUIKER12 [email protected]

Organisatie van Cichorei- producenten Oreye (OPCO)De jaarlijkse Algemene Vergadering van uw organisatie vond plaats begin februari.

De Algemene Vergadering keurt de rekeningen van de organisatie goed, vervangt de bestuurders van wie het mandaat ten einde loopt (Raad van Bestuur en Commissarissen van de rekeningen) en analyseert de resul-taten van de campagne. De vergadering boog zich ook over de evolutie van de teelt en de toekomstige cichoreicontrac-ten.

Volgende leden maken deel uit van de Raad van Bestuur:l Alain MOERS - 1300 Wavrel Tanguy VAN OLDENEEL - 1350 Jauche (Nodrenge) l Dirk DRAELANTS - 3400 Landen l Karel KERSTEN - 3770 Millen l Olivier GATHY - 4219 Acosse l Bernard MEHAUDEN - 4280 Hannut Avernasl Henri LHOEST - 4537 Verlaine l Jacques DE MONTPELLIER - 5537 Denée l David JONCKHEERE - 6560 Solre-Sur-Sambre

In het volgende nummer van De Bietplanter zullen de namen van de leden van de Algemene Vergadering worden vermeld.

Contractvoorwaarden 2018l Basisprijs: 56,5 euro per ton cichorei. l Premie voor Logistieke Efficiëntie: 5 euro per ton (vol-

gens voorwaarden).l Overschothoeveelheden (hetgeen door de planter

bovenop zijn contract wordt geleverd) worden gevalori-seerd tegen 40 euro per ton vast + Premie voor Logistieke Efficiëntie van 5 euro per ton (volgens voorwaarden).

l Nieuwe schaal voor premies vroege leveringen, opwaarts bijgesteld vanaf 16 september en verlengd tot 24 okto-ber.

l De bijdrage voor transportkosten stijgt met 1,6 procent.