Schrale natte graslanden Bedreigingen en beheer Een bodemchemisch verhaal.
-
Upload
silke-sanders -
Category
Documents
-
view
213 -
download
0
Transcript of Schrale natte graslanden Bedreigingen en beheer Een bodemchemisch verhaal.
Schrale natte graslanden
Bedreigingen en beheer
Een bodemchemisch verhaal
Biotoop
Op diverse bodems Water niet constant tot aan de oppervlakte Zuur tot matig zuur in de toplaag Natuurtypen: Vochtige venige graslanden met
biezenknoppen en pijpenstrootje: (blauwgraslanden en veldrusassociatie), Elzen-eikenbos, wederikruigten
Verwant: mineraalrijk Vochtige tot Natte heide (schraler), Heischraal grasland ss (droger), Zuur laagveen (natter)
Gedegradeerde vorm: pitrus of moerasstruisgras
Bodemfactoren
(Interne) trofie bepalend:– Humusmineralisatie N + P– Gehalte ijzer en Al P– Kationaanvoer via kwel of verwering K (indirect P)– Reductiediepte (Fe(III) Fe(II) ) P– Waterpeilschommelingen vooral N – Verzuring + sulfaat P
Jaarlijkse reductie
I. Volledige nitraatverwijdering Maar2. Aanrijking P mogelijk tot extreem hoge waarden3. Verzuring indien sulfide-sulfaatcyclus
Intensiteit van 2. en 3. is afhankelijk van:A. Fe (+Al)-gehalte: als Fe of Al P en zuurgraad B. Intensiteit reductie, deze is lager als:
1. bodems langere tijd droger zijn (logisch)2. hoeveelheid snel afbreekbaar organisch materiaal geringer is
• vegetatie kort de winter kan ingaan• niet wordt begraasd in of vlak voor reductieseizoen/ plaggen• externe organische vervuiling wordt verwijderd
Sulfide-sulfaatcyclus
Diepe reductie:
Me2+ + SO42- Me2+ + S2-
S2- + Fe-ox FeS (pyriet)S wordt gebonden, Me2+ kan uitspoelen
Heroxidatie (pyrietoxidatie):FeS + O2 Fe-ox + SO4
2- + zuur
Acid sulphate soil
Externe stikstofaanvoer
Enkel direct effect, geen blijvend tenzij gevangen in vegetatie
Denitrificatie: automatisch en sterk
NH3NO3N2
Indien uit lucht, geen pH-effectIndien uit water: verzurend bij NH3
pH-verhogend bij NO3Uitzondering: sterk zure systemen (pH > 3.5 à 4)
Vaak voorkomende ‘acties’ met interne eutrofiering tot gevolg
Actie Via
Verruiging verhoging reductiediepte
Begrazing verhoging reductiediepteverhoging mineralisatie
Overstroming vervuild water verhoging reductiedieptesulfide-sulfaatcyclus
Waterconservering verhoging reductiedieptesulfide-sulfaatcyclus
Effect begrazing: door trappen op de zode wordt de mineralisatie/reductie steeds versneld, ook indien geen duidelijke trapgaten zichtbaar zijn
Verzuring en ontzuring
Ontzuring door denitrificatie zonder sulfaatreductie
Sterke verzuring bij sulfaatreductie
Fe is een verplaatser van zuur: verzuring in neerslagzone, ontzuring in oploszone
Fe is een buffer – redox (voordeel: niet direct sulfidevorming)– zuur bij reductie (voordeel: bescherming tegen externe verzuring) – trofie: legt P vast
Enkele conclusies
Datum maaien voor natte schraalgraslanden niet belangrijk (trofie) mits vegetatie kort en zonder strooisel de winter ingaat.
Verzuringsgevoelige graslanden: idem Verzuring: niet eenduidig Waterpeilschommelingen: belangrijk voor
schraalheid (denitrificatie) Begrazing: heel wat problemen, maar kan nog
steeds toegepast mits voorwaarden Vernatting : eutrofiering,
Drainage : verschraling, maar ook verdroging