Schoolplan 2016 2020 De Kapstok · 2017. 10. 13. · Sterke punten van onze school De goed...
Embed Size (px)
Transcript of Schoolplan 2016 2020 De Kapstok · 2017. 10. 13. · Sterke punten van onze school De goed...

Schoolplan 2016 – 2020 De Kapstok Op basis van het Attendiz Instituutsplan 2016 – 2020
Datum vaststelling Attendiz: 19-07-2016 Datum instemming MR: 12-07-2016

2
Inhoud Inleiding 3
Algemene schoolgegevens 5
Missie, visie en uitgangspunten van de school 6
Hoe staat onze school ervoor in 2016? 7
Ons onderwijsbeleid 9
Onze opbrengsten 15
Onderwijsondersteuning en leerlingenzorg 21
Veiligheidsbeleid 24
Personeelsbeleid 26
Huisvestings- en financieel beleid 28
Kwaliteitszorg en kwaliteitsbeleid 29

3
1. Inleiding
‘De Kapstok wil leerlingen laten slagen in het vinden van een passende plek op de
arbeidsmarkt.’
Bovenstaande geeft in het kort de doelstelling weer van onze school. De arbeidsgerichte leerroute
(AGL) is bedoeld voor leerlingen in de leeftijd van ca. 12 tot maximaal 20 jaar bij wie wordt ingeschat
dat zij toeleidbaar zijn naar loonvormende arbeid. De AGL is een vorm van eindonderwijs. De
rechtstreekse uitstroom naar arbeid is voor de meeste leerlingen de meest geëigende route naar
economische zelfstandigheid.
De Kapstok is een van de scholen van Attendiz. Attendiz verzorgt het (voortgezet) speciaal onderwijs
aan kinderen met een extra onderwijsbehoefte in de regio Twente. Het gaat hierbij om kinderen met
communicatieve beperkingen, kinderen die lichamelijk gehandicapt en/of langdurig ziek zijn of
kinderen met gedrag- en/of psychiatrische problemen.
Wat alle leerlingen gemeen hebben is dat zij aan het einde van de schoolcarrière uit zullen stromen
naar een passende arbeidsplek, zoveel mogelijk in het bezit van branchegerichte
certificaten. Dat is het einddoel. Om leerlingen naar dit einddoel te
helpen heeft de AGL haar onderwijs ingericht met, naast de
leergebieden, veel aandacht voor algemene maatschappelijke
voorbereiding en persoonlijke vorming en voorbereiding op
arbeid. Dit betekent dat het onderwijs zich richt op een brede
persoonlijke vorming en op competentieontwikkeling rond de
transitiegebieden werken, wonen, vrijetijdsbesteding
en burgerschap. Leren en oefenen in betekenisvolle, praktische
situaties is voor deze leerlingen de meest aangewezen weg. Deze
benadering leidt tot betere resultaten dan 'schools leren' en kan
voor een deel gedragsproblemen voorkomen.
Tegenwoordig worden leerlingen binnen De Kapstok geplaatst
met een toelaatbaarheidsverklaring vanuit het
samenwerkingsverband VO. Om een doorgaande lijn te bewerkstelligen kan het onderwijs verdeeld
worden in drie fasen waarbij de onderwijstijd van de praktijkvakken opbouwt en leerlingen
langzamerhand toegeleid worden naar de gekozen praktijksector. De fasen worden gekoppeld aan
de opbouw in leerjaren van de AGL: de oriëntatiefase (onderbouw), de branchegerichte fase
(middenbouw) en de transitiefase (bovenbouw). Binnen de laatste fase, op de leerwerktrajecten,
zorgen wij door onze methodiek dat vrijwel iedere jongere in staat is om een passende plek te krijgen
op de (gesubsidieerde) arbeidsmarkt.
Aangeleerde kennis en vaardigheden worden steeds meer geïntegreerd in de praktijk. Bovenstaande
fasering moet niet als statisch worden opgevat. De AGL is flexibel, waardoor maatwerk mogelijk blijft.
Als een leerling bijvoorbeeld langere oriëntatie nodig heeft om een keuze te kunnen maken in de
branchegerichte fase wordt de eerste fase verlengd, hetzelfde geldt voor de andere fasen.

4
Dit schoolplan beschrijft ons beleid voor de periode 2016-2020. Het geeft aan hoe wij ons als school
willen profileren en verbeteren. Dit schoolplan beschrijft het onderwijskundig beleid, het
personeelsbeleid, de inrichting van de kwaliteitszorg en de
opbrengsten. Het is enerzijds gebaseerd op het
Attendiz Instituutsplan, en mede gebaseerd op
de verschillende veranderingen en
ontwikkelingen, zoals, Passend
Onderwijs, Toezichtskader (V)SO
Onderwijs-inspectie, Wet Kwaliteit
(V)SO en de Transitie Jeugdzorg.
Anderzijds is het schoolplan
vooral gevormd door de
verschillende gesprekken en de
dialoog tussen teamleden,
medezeggenschapsraad, audit- en
managementteam en bestuur in
de afgelopen periode.
Leo Lammerink
Gerard Groeneweg
Sandy de Munck Mortier

5
2. Algemene schoolgegevens
Naam van onze school: De Kapstok AGL
Adres: Krabbenbosweg 91
7555 ED Hengelo 074-2503890 [email protected] www.dekapstok.nl
Denominatie: Neutraal bijzonder
Schooltype: VSO
Bestuur van onze school: Attendiz
Adres: Welbergweg 20
7556 PE Hengelo Postbus 8105 7550 KC Hengelo 0880-103600 [email protected] www.attendiz.nl
Samenwerkingsverband: VO 2301 www.swv2301.nl
VO 2302 www.vo3202.nl
Aantal medewerkers op onze school: in aantallen: 112 in fte's: 85,5
Directie in aantallen: 4 in fte's: 2,5
Aantal leerlingen per 1 oktober 2015: 348
Verdeling van de leerlingaantallen: schooltype: OB/AG MB/AG BB/AG
3 44 301

6
3. Missie, visie en uitgangspunten van de school De Kapstok AGL is één van de scholen die vallen onder het bestuur van Attendiz. De centrale missie
van Attendiz is:
Alle kinderen met specifieke onderwijsbehoeften:
krijgen de kansen die nodig zijn om zich optimaal
te kunnen ontwikkelen.
bieden wij de ondersteuning die zij nodig
hebben in hun ontwikkeling.
horen erbij; geen leerling wordt om
reden van een individuele beperking,
aanleg, tempo of motivatie
uitgesloten.
3.1 De missie van onze school De Kapstok is in de regio Twente het
expertisecentrum voor de arbeidsmarktgerichte
leerweg. Vanuit de missie dat iedere leerling geschakeld
wordt naar een passende plek op de (gesubsidieerde) arbeidsmarkt, werkt
De Kapstok samen met instanties als (jeugd)hulpverlening, UWV, gemeenten en andere betrokkenen
die ook een rol spelen in de ontwikkeling van de jongere. De doorlopende leerlijn AGL bereidt de
leerlingen optimaal voor op een passende en realistische werkplek.
3.2 De visie van onze school Onze visie is dat door te werken aan het verminderen/wegnemen van sociaal-emotionele
belemmeringen of het leren omgaan met deze belemmeringen/ beperkingen, de basis wordt gelegd
om de gedragsproblematiek naar de achtergrond te verschuiven. Leerlingen worden daarmee in
staat gesteld om te participeren in de maatschappij. De onderwijsbehoefte van de leerling is het
motief van ons handelen. Wederkerigheid en gelijkwaardigheid in de contacten met leerlingen staan
hoog in het vaandel.
Onze visie op onderwijs
We willen het beste uit de leerling halen. Onze omgeving mag ons aanspreken op het ontwerpen en
aanbieden van passend onderwijs. We werken resultaat- en opbrengstgericht.
Onze visie op een veilig schoolklimaat
De Kapstok hecht veel waarden aan pedagogische veiligheid. We hebben stevig ingezet op positieve
bejegening (PBS), oplossingsgericht werken en toewerken naar het gewenste perspectief. Onze
kernwaarden zijn: veiligheid, verantwoordelijkheid en respect.
De leerlingen van De Kapstok worden onder meer gekenmerkt door het feit dat zij veelal moeizaam
functioneren in sociale situaties. Zij zijn niet per definitie weerbaar en het ontbreekt hen veelal aan
die competenties die nodig zijn om zich in de maatschappij staande te houden. Hierdoor kunnen
ongewild onveilige situaties ontstaan of worden sociale situaties als onveilig ervaren. De Kapstok
besteedt veel aandacht aan de sociale en emotionele ontwikkeling van de leerlingen.

7
4. Hoe staat onze school er voor in 2016?
Het onderwijsbeleid van onze school wordt door een aantal factoren bepaald. De hoofdlijnen van het
beleid worden bepaald door de overheid. Landelijke ontwikkelingen zijn in algemene zin bepalend
voor de richting van het onderwijs. Tussen datgene wat vanuit de overheid wordt bepaald en
datgene wat de school tot haar eigen ambities rekent, reikt Attendiz, het bestuur van onze school,
richtlijnen aan die mede de inhoudelijke (in)richting van onze school inkleuren. Tenslotte bepaalt
onze school zelf hoe het onderwijsbeleid voor de komende jaren zal worden vormgegeven.
4.1 Kansen & bedreigingen, sterke & zwakke punten van onze school De Kapstok had in het schooljaar 2014-2015 twee gezichten. Het ene was heel positief. Nooit tevoren
had de school zoveel leerlingen: 371! In december 2014 reikte staatssecretaris Klijnsma de ESF Award
aan De Kapstok uit, een prestigieuze prijs voor het project dat op de beste wijze laat zien waarom het
Europees Sociaal Fonds het verschil maakt. In het kader van de doorontwikkeling van het VSO binnen
Attendiz werd in februari 2015 voor De Kapstok de stip op de horizon gezet dat zij in stappen zou
uitgroeien tot school voor de arbeidsmarktgerichte leerweg, waardoor ook de onderbouw van de
AGL door De Kapstok verzorgd gaat worden. De projectgroep die de onderwijskundige kant hiervan
zou voorbereiden, ging enthousiast aan de slag.
Wolkeloos was de hemel natuurlijk niet. In de eerste plaats werd steeds duidelijker dat de nieuwe
eisen die wet- en regelgeving stellen aan de scholen voor leerlingen met uitstroomprofiel arbeid,
gevolgen zou hebben voor de inzet van het onderwijzend personeel. In de tweede plaats was voor
het 2e jaar te zien dat de invoering van de Kwaliteitswet (V)SO op termijn grote gevolgen blijkt te
hebben voor de profielkeuze van leerlingen aan het begin van het voortgezet onderwijs. Door de
Kwaliteitswet (V)SO kent het SO en het VSO dezelfde onderwijssoorten en uitstroomprofielen als het
reguliere funderende onderwijs. Nu Attendiz daarmee een jaar of 5 ervaring heeft opgedaan, tekent
zich af dat 9 van de 10 leerlingen die in het eerste jaar van het VSO beginnen, naar diplomagerichte
leerwegen gaan en 1 van de 10 voor de AGL kiest. Een vergelijkbaar patroon is bekend uit het
reguliere onderwijs. Ook daar gaat in de overgang van PO naar VO 95% van de leerlingen naar
diplomagerichte leerwegen en ± 5% naar het praktijkonderwijs.

8
Onze school staat op het standpunt dat bedreigingen die op onze school afkomen, voor zover mogelijk, geneutraliseerd moeten worden en dat de kansen die zich aandienen moeten worden verzilverd. Bedreigingen voor onze school Het teruglopende leerlingaantal door passend onderwijs is een grote bedreiging voor onze school.
We verwachten een krimp van 350 naar 200 leerlingen in de midden- en bovenbouw van de AGL. Dit
heeft zeker gevolgen voor de huidige infrastructuur van de Leerwerktrajecten van De Kapstok. De
periode van een toegekende TLV kan een bedreiging zijn van de voortgang van het onderwijs van de
leerling in de AGL.
Kansen voor onze school De tijd van krimp en reorganisatie biedt ook kansen om de goed lopende leerwerktrajecten (met
uitzicht op werk) te blijven borgen. Een doorlopende leerlijn AGL neerzetten van 12-20 jaar is onze
opdracht van het bestuur. We zijn intensief bezig met PBS en het directe instructiemodel. Deze
methodieken willen we verder optimaliseren. PBS helpt bij het verminderen van gedragsproblemen
van leerlingen en het verbeteren van het schoolklimaat en het welbevinden van de leerlingen.
Zwakke punten voor onze school Een zwak punt van de organisatie is de samenstelling van het personeel (relatief veel technisch
assistenten) en de ouderbetrokkenheid. Gezien het feit dat de onderbouw en middenbouw per
schooljaar 2016-2017 bij De Kapstok zijn ondergebracht moeten we de doorgaande leerlijnen op alle
vakgebieden door ontwikkelen. Hier willen we deze schoolplanperiode op inzetten.
Sterke punten van onze school De goed uitgeruste leerwerkplaatsen en het arbeidsgerichte leerstofaanbod (branche opleidingen)
zijn in de branchegerichte - en transitiefase een sterk punt van de school. Ook is de Kapstok sterk in
het verzorgen van ROC-opleidingen voor leerlingen binnen het verdiepte arrangement. Alle
leerlingen kunnen binnen De Kapstok succeservaringen opdoen.
4.2 Vooruitblik 2016 – 2020 We weten waar de belangrijkste aandachtspunten voor onze school liggen. Die aandachtspunten
zetten we om in concrete doelstellingen. In de volgende hoofdstukken lichten wij toe op welke
accenten ons beleid komt te liggen en welk tijdpad daaraan hangt. Ieder van de 9 kwaliteitsaspecten
uit het Attendiz kwaliteitskader komt daarbij aan bod.

9
5. Ons onderwijsbeleid De wet Passend Onderwijs en de wet Kwaliteit (V)SO bieden op landelijk niveau de belangrijkste
kaders waarbinnen het onderwijs op onze school wordt vormgegeven. Deze nieuwe wetten hebben
voor Attendiz geleid tot twee belangrijke uitgangspunten: maximale ontplooiing en thuisnabij
onderwijs. Deze twee uitgangspunten vormen de input voor een aantal belangrijke ontwikkelpunten.
Met de kwaliteitskaarten biedt Attendiz onze school een stevig handvat om systematisch aan de
invoering en borging van deze ontwikkelpunten te werken. In het volgende hoofdstuk staan wij
uitgebreid stil bij onze opbrengsten. In dit hoofdstuk lichten wij de volgende kwaliteitsaspecten toe:
Leerstofaanbod
Onderwijstijd
5.1 Ons leerstofaanbod Een boeiend leerstofaanbod vinden wij belangrijk. Naast een sterk programma, geldt dat onze
leraren het onderwijs op een dusdanige manier weten aan te bieden dat leerlingen worden
uitgedaagd tot leren en ontdekken én dat zij plezier ervaren in het leren door het opdoen van
succeservaringen. Hiermee wordt het leerrendement van de leerlingen vergroot. Ons leerstofaanbod
is eigentijds, breed en afgestemd op de kerndoelen. Onze leraren stemmen dit af op de
onderwijsbehoeften die kenmerkend zijn voor de leerlingpopulatie. Waar dat gewenst is, verbreden
of verdiepen we het aanbod.
Vak Methode/Leerlijn Korte toelichting
Nederlandse taal en communicatie
Deviant en Strux SLO leerlijn
Deviant geborgd. Strux aanwezig, doorontwikkeling in schooljaar 2016-2017.
Rekenen en Wiskunde Deviant en Strux SLO leerlijn
Deviant geborgd. Strux aanwezig, doorontwikkeling in schooljaar 2016-2017.
Engelse taal Deviant en Strux SLO leerlijn
Deviant geborgd. Strux aanwezig, doorontwikkeling in schooljaar 2016-2017.
Mens, natuur en techniek - Koken - Plant en Dier - Techniek - Dienstverlening en
Zorg - Verkoop en Retail - EHBO
Werkportfolio, Promotie, Strux en Branche-opleidingen SLO leerlijn Oranje kruis werkboek en Schooltv De Mens en Schooltv EHBO
Aanwezig, doorontwikkeling in schooljaar 2016-2017 Geborgd
Mens & Maatschappij Deviant en Strux en Kies
Deviant en Kies geborgd. Strux aanwezig, doorontwikkeling in schooljaar 2016-2017.
Culturele oriëntatie en Creatieve expressie
SLO leerlijn Aanwezig, doorontwikkeling in schooljaar 2016-2017
Bewegen en Sport SLO leerlijn Aanwezig, doorontwikkeling in schooljaar 2016-2017
Voorbereiding op Arbeid Strux Leerlijn ‘Werken met competenties’
Aanwezig, doorontwikkeling in schooljaar 2016-2017.
Leergebied overstijgende doelen (LGO)
Leefstijl en Kies Deviant Geborgd

10
5.2 Onze onderwijstijd De belangrijkste taak van onze school is
kwalitatief goed onderwijs geven. De
tijden waarop onze school lesgeeft, de
schooltijden, bepalen wij zelf en die
zijn terug te vinden in onze schoolgids.
De overheid heeft vastgelegd hoeveel
tijd scholen moeten besteden aan
onderwijs, de onderwijstijd.
Onderwijstijd beschouwen wij als een
middel om beleidskeuzes te
verwezenlijken. Wij verdelen de tijd
zodanig over de vakken dat leerlingen in
staat zijn het onderwijsprogramma tot
zich te nemen. De verdeling van de
onderwijstijd past bij het
uitstroomprofiel van onze school.
In onderstaande tabel geven wij weer hoeveel tijd wij gemiddeld (basisarrangement) aan welke
vaardigheden besteden:
Vakken: Lesuren van 45 minuten:
AGL 1 AGL 2 AGL 3 AGL 4 AGL 5 AGL 6
Leergebied specifieke doelen
Nederlandse taal en communicatie 4 4 2 2 1 1
Rekenen & wiskunde 4 4 2 2 1 1
Engels 2 2 2 2 0 0
Mens & Maatschappij (biologie, geschiedenis, aardrijkskunde, seksuele vorming, verkeer, burgerschap, vrije tijd besteding)
3 3 1 1 0 0
Bewegen en sport 2 2 2 1 1 1
Mens, natuur & techniek: 9 9 3
- Koken 3 3 3 X x x
- Plant en Dier 3 3 3 X x x
- Techniek 3 3 3 X x x
- Dienstverlening & Zorg 3 3 3 X x x
- Verkoop & Retail 0 0 2 X x x
- EHBO (met Jeugd EHBO diploma) 2 2 0 0 0 0
Culturele oriëntatie en creatieve expressie 1 1 1 0 0 0
Leergebied overstijgende doelen
LGO (SOVA, Burgerschap) 2 2 1 1 0 0
ICT & Sociale media 1 1 1 1 1 0
Voorbereiding op Arbeid 2 2 2 2 1 1
Stage 0 0 7 BES 14 BES 21 ZES 28 ZES
Totaal: 35 35 35 35 35 35

11
Onderbouwing advieslesurentabel AGL. De Arbeidsmarkt Gerichte Leerroute (AGL) van De Kapstok is bedoeld voor VSO-leerlingen die middels een praktische benadering leren en voorbereid worden op de arbeidsmarkt. Ze leren door praktijk- en succeservaringen op te doen. Deze leerlingen komen meer tot ontplooiing in de praktijk dan in een theoretische setting. De keuze voor plaatsing van een leerling in de AGL kan te maken hebben met de volgende leerlingenkenmerken:
Beperkte cognitieve vermogens (behorend tot de doelgroep praktijkonderwijs) in combinatie met gedrags- of psychiatrische problematiek.
Ernstige gedragsproblemen en/ of psychiatrische problematiek waardoor de leerling, ondanks gemiddelde of bovengemiddelde capaciteiten niet in staat is om de diplomagerichte leerroute (DGL) te volgen.
In de onderbouw hebben de leerlingen meer uren theorie dan praktijk. De vakken Nederlandse taal en Rekenen & wiskunde krijgen veel aandacht. Hiermee willen we een zo goed mogelijke theoretische basis neerzetten, om uiteindelijk in 6 leerjaren het referentieniveau 1F te kunnen behalen. Ook wordt er aandacht besteed aan Engels. De Kapstok heeft de keuze gemaakt om het leerstofaanbod Engels, net als het leerstofaanbod Mens & Maatschappij en LGO (Sova) in 4 schooljaren aan te bieden, zodat er in de bovenbouw meer ruimte is voor stage en de praktijkvakken. Daarna worden kennis en vaardigheden van betreffende vakken onderhouden door toepassing in de stage en de praktijkvakken. Binnen de LGO valt ook het vak ICT & Sociale media. Dit wordt gegeven in 5 leerjaren aangezien wij dit een belangrijk item vinden om zelfstandig te kunnen functioneren in de maatschappij.

12
Het lesstofaanbod Bewegen en Sport en Voorbereiding op Arbeid wordt in 6 leerjaren aangeboden. De leerlingen volgen in de eerste 3 jaren de verschillende vakken Mens, natuur & techniek zoals in de adviesurentabel genoemd. Hierbij hoort in de eerste 2 jaren gemiddeld een dag Begeleide interne stage (BIS) op de hoofdlocatie Krabbenbosweg. Na het 3e leerjaar maakt de leerling een keuze voor een profiel en specialiseert zich hierin. De aandacht van meer theoretische kennis opdoen verschuift naar meer praktische werknemersvaardigheden opdoen. Vanaf het 3e leerjaar loopt de leerling een begeleide externe stage (BES) op de leerwerktrajecten van De Kapstok. De leerkracht begeleidt de leerlingen die (nog) niet zelfstandig naar de leerwerktrajecten kunnen. Iedere BES hoort bij een profiel. Vanaf het 4e jaar loopt de leerling 2 dagen een BES op de Leerwerktrajecten van De Kapstok. In het 5e leerjaar lopen de leerlingen vanuit de leerwerktrajecten zelfstandige externe stage (ZES) bij bedrijven. We bouwen dit geleidelijk op naar 3 dagen ZES. In het 6e jaar mogen de leerlingen maximaal 4 dagen een ZES lopen. De uitstoom naar werk verloopt hierdoor geleidelijk. Hierboven wordt het basisarrangement van De Kapstok beschreven. Wanneer leerlingen op 1 of
meer vakgebieden een intensief of verdiept arrangement volgen staat dit in het portfolio
beschreven. Wij stemmen onze onderwijstijd af op verschillen tussen leerlingen, zowel tijdens de les
(instructie- en verwerkingstijd) als daarbuiten.
De Kapstok besteedt veel aandacht aan het terugdringen van lesuitval en verzuim van leerlingen. Binnen Attendiz is er een verzuimbeleid opgesteld, daarnaast hanteert De Kapstok binnen de bovenbouw (leerjaar 5 en 6) onderstaand schema.

13
Mentor neemt dezelfde dag contact op met de leerling
(en ouders indien leerling jonger dan 18) en stimuleert
leerling om toch op school te komen
Mentor neemt contact op met orthopedagoog en/ of directeur voor overleg
Leerlingen jonger dan 18 jaar Leerlingen ouder dan 18 jaar
Mentor meldt bij Leerplicht van
de gemeente waar de leerling
woont
Mentor vult formulier kennisgeving
vermoedelijk ongeoorloofd
verzuim in (Kapstokorganisatiemap/
Leerplicht en RMC)
Motiveringsplan opstellen door
mentor, leerling en evt.
orthopedagoog/ directeur
Mentor legt afspraken vast
Overplaatsing naar
een ander leerwerktraject
een andere (vso) school
Of een RMC melding (Kapstokorganisatiemap/ Leerplicht en
RMC)
Zonder Wajong
Overdrachtsgesprek met
Arbeidsdeskundige en mentor vult
met leerling
Wijzigingsformulier Wajong-
uitkering in (Kapstokorganisatiemap/
Leerlingenzorg/ Wajong)
Ongeoorloofd
Verzuim = bij aanhoudend verzuim
Mentor maakt een eindverslag
Motiveringsplan opstellen door
mentor, leerling en evt.
orthopedagoog/ directeur
Mentor legt afspraken vast
Motiveringsplan opstellen door
mentor, leerling en evt.
orthopedagoog/ directeur
Mentor legt afspraken vast
Met Wajong
Orthopedagoog meldt bij
Arbeidsdeskundige
Overplaatsing naar
een ander leerwerktraject
een andere (vso) school
Of een RMC melding (Kapstokorganisatiemap/ Leerplicht en
RMC)

14
5.3 Vooruitblik 2016 – 2020 Doelen m.b.t. het leerstofaanbod:
1. Implementatie nieuwe methode Strux. 2. We spelen in op de talenten en leerbehoeften van leerlingen door:
a) Het onderwijsleerproces jaarlijks te evalueren en bij te stellen. b) Aandacht te besteden aan beroepskeuzes van leerlingen. c) Het invoeren van PBS op alle Kapstoklocaties. d) Het invoeren van het directe instructiemodel op alle Kapstoklocaties. e) Het invoeren van de ABC-methodiek op alle Kapstoklocaties.
3. We werken aan de doorgaande leerlijn van de AGL door het aankleden van leerlijnen en het maken van lesplanners, met extra aandacht voor ICT, Creatieve en Lichamelijke ontwikkeling. We richten de arrangementen verdiept, basis en intensief in.
4. We hebben in 2020 het werken op basis van 21st century skills geïntegreerd in de dagelijkse praktijk door:
a) 10 medewerkers te stimuleren om het cursusaanbod 21st century skills van de Attendizacademie te volgen.
b) Het onderwijs bij De Kapstok boeiend en betekenisvol te maken. Doelen m.b.t. de onderwijstijd:
5. Vanuit data sturen op de onderwijsbehoeften van de leerlingen binnen de verschillende vakken.
6. Vergroten van effectieve onderwijstijd per vakgebied. Doelen m.b.t. contacten met ouders/verzorgers:
7. De Kapstok organiseert voortgangsgesprekken met ouders/verzorgers en bevordert onderlinge contacten tussen school, ouders/verzorgers en jeugdhulpverlening.
8. De Kapstok brengt nieuwsbrieven uit. 9. De Kapstok neemt de rol van de ouders op in het stagebeleidsplan.
2016-2017 2017-2018 2018-2019 2019-2020
1 X X X X
2 c,d,e c,d,e c,d,e a,c,d,e b,c b,c c a,c a a
3 X X X X
4 b b b a a a a,b
5 X X X X
6 X X X X
7 X X X X X X X X
8 X X X X X X X X
9 X

15
6. Onze opbrengsten
Opbrengstgericht werken betekent dat de leeropbrengsten van de leerling, de klas en de school het
uitgangspunt zijn geworden. Wij werken opbrengstgericht door ons planmatig in te zetten voor het
verbeteren van de vorderingen van onze leerlingen. Dit doen wij door hoge doelen te stellen, hieraan
gericht te werken en onze leerlingen systematisch te volgen in hun vorderingen.
6.1 Opbrengstgericht werken – hoe doen wij dat in onze school? Wij willen de toegevoegde waarde van ons onderwijs aantonen. We kijken daarom niet alleen naar
de eindopbrengsten van onze leerlingen, maar we zetten deze resultaten ook af tegen een relevante
standaard. Dat gebeurt op 3 niveaus:
1. Op schoolniveau
2. Op groepsniveau
3. Op leerlingniveau
Schoolbespreking
Twee keer per schooljaar meten we of de leeropbrengsten van alle leerlingen in de school op het
juiste niveau liggen. Dat doen we tijdens een schoolbespreking. Indien nodig nemen we maatregelen
die de hele school aangaan.
Groepsbespreking
Twee keer per schooljaar meten we of de leeropbrengsten in elke groep in lijn liggen met de ambitie
schoolstandaarden. Deze vergelijking zegt ons of we maatregelen moeten nemen ten aanzien van de
hele groep.
Individuele bespreking
De vraag die twee keer per schooljaar beantwoord moet worden is: wat heeft dit kind nodig om zijn
of haar ontwikkelingsperspectief te behalen? Soms moeten we het onderwijs aan een leerling nog
iets verder aanscherpen, omdat de onderwijsaanpak die hij ontvangt, niet passend is bij zijn
behoeften. We signaleren deze leerlingen aan de hand van drie criteria:
Er is sprake van onvoldoende vaardigheidsgroei.
Er is sprake van een hiaat in de leerstofbeheersing.
Er is sprake van een situatie van ‘niet gedijen’, van onvoldoende welbevinden en
betrokkenheid.
Voor een leerling die aan een van deze criteria voldoet, verzamelen we
handelingsgerichte gegevens, bepalen we welk doel we willen nastreven
en wat zijn onderwijsbehoeften zijn. Op grond hiervan nemen we een
individuele maatregel of we wijzigen van arrangement. Eventueel
kan het ontwikkelingsperspectief worden aangepast. Als er veel
gelijksoortige individuele maatregelen nodig zijn, dan pakken we
dit groepsgewijs aan.

16
Doelen m.b.t. resultaten en opbrengsten Leergebied specifieke doelen: 1. Ambitie individueel
≥ 5.5 = beheersing 2. Ambitie groepstandaard per schooljaar
80% van de leerlingen beheerst de stof ( ≥ 5.5 = beheersing). 3. Ambitie schoolstandaard
80% van de groepen voldoet aan de groepsstandaard Doelen m.b.t. resultaten en opbrengsten Leergebied overstijgende doelen:
1. Ambitie individueel (leerkracht-vragenlijst) Norm is 3.
2. Ambitie groepstandaard per schooljaar 75% van de leerlingen scoren een totaalscore van ≥ 3
3. Ambitie schoolstandaard 75% van de groepen voldoen aan de groepsstandaard
Doelen m.b.t. resultaten en opbrengsten Voorbereiding op Arbeid:
1. Ambitie individueel Einde Oriëntatiefase: norm is 2,5. Einde Branchegerichte fase: norm is 4. Einde Transitiefase: norm is 5.
2. Ambitie groepstandaard per schooljaar 75% beheerst de doelen van de fase.
3. Ambitie schoolstandaard 75% van de groepen voldoen aan de groepsstandaard

17
Doelen m.b.t. eindresultaten en eindopbrengsten: 1. Nederlands en Rekenen en Wiskunde
25% van de leerlingen beheerst 2F 75% van de leerlingen beheerst 1F
2. 90% van de leerlingen beheerst op weg naar 1F 3. 35% stroomt uit naar een gesubsidieerde arbeidsplek (Participatiewet) 4. 20% stroomt uit naar een reguliere arbeidsplek 5. 20 % stroomt uit naar vervolgonderwijs (BBL, mbo) 6. 15% stroomt uit naar arbeidsmatige dagbesteding 7. 75% van de leerlingen behaalt de uitstroombestemming in het ontwikkelingsperspectief 8. 80% van de leerlingen zit ten minste twee jaar voor de leerling uitstroomt in de leerroute die
hij/zij volgt. 9. 80% van de leerlingen zit twee jaar na dato nog op de uitstroombestemming.
6.2 Onze opbrengsten – hoe staan wij ervoor? Elk schooljaar verantwoorden wij ons over de opbrengsten van ons onderwijs in relatie tot de
vastgestelde ontwikkelingsperspectieven. Centraal staat dat wij ‘eruit halen wat erin zit’: op het
gebied van Nederlandse taal, Rekenen en wiskunde en sociale competenties in het bijzonder. In de
toekomst zullen er landelijke ‘standaarden’ komen voor het (voortgezet) speciaal onderwijs. Omdat
die er op dit moment niet zijn, vergelijken we de behaalde opbrengsten op grond van school-eigen
standaarden en maken we duidelijk welke consequenties wij aan de uitkomsten van de evaluatie
verbinden voor de inrichting van ons onderwijs. We doen dat eveneens ten aanzien van de
bestendiging van onze leerlingen. In oktober doen we, mede vanwege de opbrengstbevraging van de
Inspectie van het Onderwijs in november, tot twee jaar na verwijzing navraag naar onze oud-
leerlingen.

18
6.3 Behaalt onze school vooraf gestelde doelen? Op de website van onze school vindt u het document ‘Opbrengsten van het VSO De Kapstok’. U vindt
daarin onder andere de uitstroomgegevens van onze leerlingen, zowel einduitstroom als tussentijdse
uitstroom. Ook wordt daarin de vergelijking gemaakt tussen de uitstroom en de verwachting die in
het OPP werd gesteld. Tevens maken wij een analyse van deze resultaten en verbinden wij daar
consequenties aan voor de inrichting van ons onderwijs in het daarop volgende schooljaar.
De Kapstok is tevreden over de leeropbrengsten van deze moeilijk bemiddelbare en kwetsbare groep. Te verwachten is een verdere verzwaring van de doelgroep. De conjunctuur, economische recessie maakt nog steeds dat het moeilijk is om leerlingen uit te laten stromen naar de arbeidsmarkt. Onze cijfers zijn wat betreft de uitstroom naar arbeid afgelopen schooljaren nagenoeg hetzelfde gebleven. Om deze leeropbrengsten te behouden, zullen we de inrichting van ons onderwijs meer moeten toespitsen op deze complexere doelgroep. De verwachting voor de komende jaren is dat leerlingen meer door zullen stromen naar de (al dan niet gesubsidieerde) arbeidsmarkt en minder naar het ROC. Dit in verband met de veranderende doelgroep.
6.4 Bestendiging – hoe gaat het met onze leerlingen na verlaten van onze school? De leerlingen worden gedurende een periode van 2 jaar na uitstroom gevolgd door de school.
Uitgangspunt is dat de leerroute behorend bij het gekozen uitstroomperspectief de leerling in
voldoende mate toerust om met succes het onderwijs, c.q. de arbeid, c.q. de dagbesteding, al dan
niet met extra ondersteuning, op de uitstroombestemming te kunnen volgen. Dat betekent dat er
van uit mag worden gegaan dat de leerling twee jaar na plaatsing in beginsel nog steeds op die plek
zit, ofwel is doorverwezen naar een plek die in lijn ligt met de uitstroomplek.
Als school spannen we ons in om er voor te zorgen dat we zicht hebben op de eisen die de
uitstroombestemmingen stellen aan onze leerlingen. We stemmen ons onderwijsaanbod daarop af.

19
Ook verzamelen we informatie om zicht te houden op de bestendiging van de verworven plaatsen.
We doen dit jaarlijks in oktober. Dat doen we, mede vanwege de opbrengstbevraging van de
Inspectie van het Onderwijs in november, tot twee jaar na verwijzing. In onderstaande tabel staan
gegevens opgenomen over het leerling-cohort van twee jaren geleden.
Bestendiging leerlingen 2 schooljaren geleden: schooljaar 2013-2014
Aantal Percentages
Nog op de uitstroombestemming (incl. verhuizing of vervolgschool die in lijn ligt met uitstroombestemming)
92 72
Niet meer op de vervolgbestemming (incl. opstroom) 29 (6 opstroom)
23 (5 % opstroom)
Onbekend / anders 1 0,8
Totaal 128 100
Bij De Kapstok hanteren we de 80-20% regel als
schoolstandaard voor een goede bestendiging. Wij zijn
tevreden indien 80% of meer nog op de zelfde
uitstroombestemming zit. We zitten hier onder
met 72%. Aangezien er aan het einde
schooljaar 2013-2014 ook 6 leerlingen naar
niveau 1 (Entree) van het ROC gegaan zijn
en nu (conform verwachting) op niveau 2
zitten zijn we met 78% in de buurt van ons
doel. Gezien de huidige conjunctuur (3
leerlingen werkten bij een bedrijf dat
failliet is gegaan en zijn werkzoekend) zijn
we tevreden over deze resultaten.
Voor de komende jaren kunnen we
concluderen dat we minder tijd krijgen van de
samenwerkingsverbanden om leerlingen
uit te laten stromen naar een passende
plek in de maatschappij. Waar leerlingen
eerder tot 20 jaar van VSO gebruik mochten maken, wordt dat in veel gevallen nu tot en met 18 jaar.
Wij realiseren ons binnen De Kapstok dat wij nu in een fase zitten waar er krapte op de arbeidsmarkt
is. Binnen bepaalde sectoren zijn er weinig mogelijkheden en zal er extra veel moeite gedaan moeten
worden om een plek binnen de arbeidsmarkt te vinden. Hierdoor zien we ieder jaar dat er een groep
leerlingen (en ouders) er toch voor kiest om zich aan te melden bij het ROC voor een
vervolgopleiding. De doelgroep die nu binnenkomt in de onderbouw beschikt over minder cognitieve
vermogens en hierdoor verwachten we dat doorstroom naar het ROC minder gaat worden. Voor De
Kapstok is het belangrijk om te blijven investeren in de branche-opleidingen die aansluiten op de
arbeidsmarkt (waar is vraag naar?). Dit betekent dat we markt-gestuurd zullen blijven opereren. De
aansluiting opleiding, stage, werk zal in de toekomst beter te volgen zijn door het nieuwe
leerlingvolgsysteem Presentis, waardoor hiaten in de ontwikkeling eerder gesignaleerd kunnen
worden.

20
De samenwerking met UWV en gemeenten in
deze regio zijn vanaf het schooljaar 2014-2015
geïntensiveerd als het gaat om nieuwe wet-
en regelgeving. De stage- en
trajectbegeleiders van De Opstap zijn goed
op de hoogte van de participatiewet, het
doelgroepenregister en dragen actief bij
aan bewustwording in de maatschappij
(werkgevers en stageplaatsen) omtrent
jongeren met beperkingen en hun
mogelijkheden op de arbeidsmarkt.
De Kapstok streeft te allen tijden naar het
verkleinen van de overgang tussen het VSO en de
uitstroombestemming arbeid. We zetten in een
aantal gevallen jobcoaches in die de schoolverlaters
kennen vanuit de schoolperiode.
6.5 Vooruitblik 2016 – 2020
1. Resultaten en leeropbrengsten (individueel, groepsstandaard en schoolstandaard) twee keer per jaar evalueren.
2. De Kapstok analyseert deze gegevens en betrekt deze bij de kwaliteitsverbetering van het onderwijs.
3. De Kapstok geeft informatie over de mate waarin zij erin slaagt de uitstroombestemmingen uit de ontwikkelingsperspectieven te realiseren en heeft overleg hierover met werkgevers en mbo.
4. De Kapstok informeert ouders duidelijk over de kwaliteit van de school.
2016-2017 2017-2018 2018-2019 2019-2020
1 X X X X X X X X
2 X X X X
3 X X X X
4 X X X X

21
7. Onderwijsondersteuning en leerlingenzorg De leerling staat centraal, de leraar als spil en de specifieke deskundige de ondersteuner. Onze
school volgt en begeleidt de leerlingen zodanig dat zij een ononderbroken ontwikkeling kunnen
doorlopen. Deze opvatting strookt met het beleid van het ministerie van OCW rond passend
onderwijs en met de invoering van de wet Kwaliteit (V)SO. Vanuit dit kader, lichten wij in dit
hoofdstuk de volgende kwaliteitskaarten toe:
1. Zorg en begeleiding
2. Afstemming
3. Klassenmanagement
7.1 Zorg en begeleiding – ons schoolondersteuningsprofiel In ons schoolondersteuningsprofiel leggen wij vast welke ondersteuning onze school kan bieden en
welke ambities onze school heeft voor de toekomst. Op basis van het profiel inventariseren wij welke
expertise moet worden ontwikkeld en wat dat betekent voor de scholing van ons team.
De Attendiz Academie speelt daarin een belangrijke rol. Medewerkers leren van elkaar en met elkaar.
De grote uitdaging voor de komende periode is het vergroten van de competenties bij onze
medewerkers, zodat de ontwikkeling van onze leerlingen geoptimaliseerd wordt.
De afgelopen jaren hebben we veel geïnvesteerd in scholing en begeleiding van leerkrachten en
(technisch) onderwijsassistenten vanuit onze Kapstokacademie met als doel om de zorg en
begeleiding te verbeteren. Hier zijn de volgende modules aan bod gekomen:
Professioneel handelen
Effectieve instructie met een instructiemodel
Leerlingen met contactuele beperkingen
Mentortaken 1 en 2
Omgaan met agressie
Omgaan met moeilijk gedrag
Praten met leerlingen
Word, Excel en timemanagement
In het schooljaar 2014-2015 en 2015-2016 hebben we een pilot gedraaid met PBS binnen een aantal
leerwerktrajecten. De bevindingen hiervan zijn positief. Empirisch onderzoek heeft aangetoond dat
het welbevinden van leerlingen en de positieve interacties tussen leerlingen en leerkrachten
toegenomen zijn op deze leerwerktrajecten. Het managementteam heeft op basis van deze
informatie besloten om vanaf het schooljaar 2016-2017 gefaseerd PBS op alle locaties in te voeren.

22
7.2 Afstemming Niet de beperkingen, maar de mogelijkheden van de leerling staan centraal. Het potentieel van al
onze leerlingen is vastgelegd in het ontwikkelingsperspectief. Leerlingen verschillen en dat mag; dat
is normaal. Onze school houdt rekening met de verschillen tussen leerlingen. Wij verzamelen over
iedere leerling systematisch informatie over de voortgang in de ontwikkeling met behulp van
toetsen, observaties, gesprekken en (zelf)rapportages. De leraren gebruiken deze informatie om het
onderwijs dagelijks en op langere termijn af te stemmen op het niveau en de ontwikkeling van de
leerlingen. Wanneer leerlingen niet genoeg lijken te profiteren van het onderwijs, gaat de school na
waar de ontwikkeling stagneert en wat mogelijke verklaringen hiervoor zijn. Wij vinden het
noodzakelijk dat onze leraren binnen hun groep differentiëren in aanbod, instructie, verwerkingstijd,
en begeleiding.

23
Gedurende het hele schooljaar is er afstemming tussen de groepen, medewerkers en de CvB
(Commissie voor de Begeleiding) over de leerling en de resultaten en opbrengsten.
De CvB voert de regie en is verantwoordelijk voor het bieden van de juiste ondersteuning en
begeleiding op schoolniveau, groepsniveau en individueel niveau. De CvB bestaat uit de directeur, de
zorg coördinator, de gedragswetenschapper en de jeugdarts en maatschappelijk werk op afroep. De
CvB bewaakt de leerlingenzorg van de start op De Kapstok tot aan de transitie naar arbeid.
De zorgstructuur wordt beschreven in het document ‘de vlootschouw van De Kapstok’. Het
stappenplan wordt binnen onze school gehanteerd en geeft richting aan het planmatig handelen.
7.3 Klassenmanagement Klassenmanagement is de manier waarop het onderwijs in de klas georganiseerd wordt. Bij goed
klassenmanagement worden problemen niet alleen goed opgelost, ze worden gebruikt om van te
leren en liever nog, voorkomen. Ook nu is er een centrale rol weggelegd voor de leraar. Hij of zij is
verantwoordelijk voor de lesinhoud, de manier van werken, de instructie en de relatie tussen leraar
en leerlingen. Goed klassenmanagement is de pijler van het onderwijs. Daarom plant en structureert
de leraar zijn of haar eigen handelen, op basis van de informatie die er over de leerlingen
beschikbaar is. Zij zorgen ervoor dat het niveau en de inhoud van hun lessen past bij het beoogde
uitstroomprofiel van de leerlingen. Leraren worden geschoold in lesgeven volgens het Direct
Instructiemodel.
7.4 Vooruitblik 2016 – 2020 1. Implementatie van een nieuw leerlingvolgsysteem Presentis, leerlijn AGL is geborgd. 2. We beschikken over een actueel schoolondersteuningsprofiel. 3. Invoering van werken met het Direct Instructiemodel op alle locaties. 4. De Kapstok werkt met de kwaliteitskaarten als handvat om de kwaliteit op peil te houden. 5. We werken binnen de AGL met een actueel ontwikkelingsperspectief dat jaarlijks wordt
geëvalueerd.
2016-2017 2017-2018 2018-2019 2019-2020
1 X X X X X X X X X X X X X X X X
2 X X X X
3 X X X X X X X X X X X X X X X X
4 X X X X X X X X X
5 X X X X

24
8. Veiligheidsbeleid Attendiz streeft op al haar scholen een klimaat na dat de veiligheid garandeert voor iedereen die bij
school betrokken is. Op dit moment (2016) wordt er binnen Attendiz gewerkt aan het opstellen van
protocollen op diverse veiligheid gerelateerde onderwerpen (HTTP://support.attendiz.nl/arbo).
Hierbij valt te denken aan; pestprotocol, protocol medisch handelen, protocol keuring
speeltoestellen, etc., vastgelegd in het Schoolveiligheidsplan van Attendiz. Dit plan is de basis voor
ons handelen. Het kwaliteitsaspect dat in dit hoofdstuk centraal staat is daarom het schoolklimaat.
Het schoolklimaat is opgedeeld in 3 aspecten:
8.1 Fysieke veiligheid Een veilige omgeving kent voor onze school 2 componenten:
1. Wet- en regelgeving rondom Arbo- en BHV-beleid.
2. Eisen met betrekking tot de inrichting van onze ruimten.
Op onze school hebben we een BHV coördinator en zijn er verschillende geschoolde BHV-ers. Zij
volgen structureel de bijeenkomsten binnen Attendiz.
8.2 Pedagogisch klimaat Het pedagogisch klimaat staat voor de veiligheid van iedereen die bij
onze school betrokken is, met name onze leerlingen. Met de
introductie van een aantal positieve gedragsondersteunings-
programma’s zoals PBS is hier al een start mee gemaakt. PBS is een
methodiek om een pro-actief, effectief en veilig schoolklimaat te
scheppen. Het drielagenmodel van PBS (zie figuur) is een effectieve
strategie om probleemgedrag te benaderen. PBS werkt vooral
preventief door het leggen van een goede basis. PBS gaat er van uit
dat 85-90% van de leerlingen genoeg hebben aan de interventies die
voor alle leerlingen gelden. Sommige en enkele leerlingen vragen qua
(onderwijs)behoeften om extra interventies.
Binnen De Kapstok vinden wij het belangrijk om een veilige omgeving te scheppen waarin leerlingen
actief, betrokken en succesvol leren en ontwikkelen. Dit bieden wij door een duidelijke structuur en
de gedragsverwachtingen te formuleren en visualiseren.

25
Gedragsverwachtingen creëren eenduidigheid, alle leerlingen zijn erbij betrokken, de regels zijn
positief geformuleerd, ze zijn gebaseerd op de basiswaarden (veiligheid, respect en
verantwoordelijkheid), ze worden regelmatig onderwezen en opnieuw bekeken en alle leerlingen en
teamleden kennen ze.
Komend schooljaar gaan we schoolbreed de ABC-methodiek invoeren om aan de veiligheid en aan
een goed pedagogisch klimaat te werken. Een goed pedagogisch klimaat is van groot belang voor de
leerling om te komen tot leren. Leerlingen leren optimaal in een omgeving waarin ze zich veilig en
geaccepteerd voelen. Een goed pedagogisch klimaat wordt in grote mate bepaald door relaties.
Onderzoek wijst uit dat het welbevinden en de leerprestaties van leerlingen voor een groot gedeelte
afhankelijk zijn van leerkrachtgedrag.
8.3 Sociale veiligheid Attendiz acht het van groot belang dat iedere school sterke aandacht heeft voor de sociale en
emotionele ontwikkeling van haar leerlingen. Door de invoering van het meetinstrument SCOL
(Sociale Competentie Observatie Lijst) volgen we vanaf het komende schooljaar de sociaal
emotionele ontwikkeling bij onze leerlingen. Leerlingen van onze school hebben veel moeite met het
functioneren in de dagelijkse sociale situaties. Zij beschikken vaak over onvoldoende vaardigheden
om zich staande te houden in de wereld om hen heen. Hierdoor kunnen ongewild onveilige situaties
ontstaan of worden sociale situaties als onveilig ervaren. Vanuit de SCOL krijgen we zicht op de
vaardigheden van onze leerlingen. De LGO doelen bieden we in de onder- en middenbouw aan via de
methode Leefstijl. In de bovenbouw wordt, indien nodig, aandacht besteed aan de LGO doelen door
het geven van vakken zoals burgerschap, zelfredzaamheid en sociale vaardigheden.
Naast het dagelijks bespreken van sociale situaties houden we ook een incidentenregistratie bij. Ook
de time-outs worden geregistreerd en besproken. Deze registratie wordt door de Commissie voor de
Begeleiding geanalyseerd en er wordt vervolgens een plan van aanpak opgesteld.
Gedurende het schooljaar hebben we structureel overleg met hulpverlening en eventueel politie,
Tactus en bureau Halt ter bevordering van de sociale veiligheid van onze leerlingen. Vanuit Tactus en
bureau Halt wordt er jaarlijks voorlichting gegeven aan personeel en leerlingen.
Binnen De Kapstok hebben wij een vertrouwenspersoon, een aandachtsfunctionaris die tevens
pestcoördinator is. Ook de rol van coördinator veiligheid en afspraken m.b.t. het
schoolveiligheidsplan zal onder haar verantwoordelijkheid vorm krijgen. Zij is aanspreekpersoon
voor klachten vanuit de leerlingen, ouders of personeel.
8.4 Vooruitblik 2016 – 2020 1. Het schoolveiligheidsplan van Attendiz vertalen naar een eigen schoolveiligheidsplan.
2. Er is een arbo-coördinator aangesteld en per locatie zijn er minstens 2 BHV-ers.
3. PBS is ingevoerd op alle Kapstoklocaties.
4. De SCOL is op alle locaties ingevoerd.
5. Een keer per jaar meten we de veiligheidsbeleving van de leerlingen.
2016-2017 2017-2018 2018-2019 2019-2020
1 X
2 X X X X
3 X X X X X X X X
4 X X X X
5 X X X X

26
9. Personeelsbeleid Onze school conformeert zich aan het kaderstellend personeelsbeleid van Attendiz, waarbij een
jaarlijkse gesprekkencyclus, excellentie, mobiliteit, duurzame inzetbaarheid en een eigen
vervangingspool belangrijke uitgangspunten zijn. Ook vindt de nodige na-, bij- en omscholing van
onze teams en medewerkers plaats onder de vlag van de Attendiz Academie. De inhoudelijke keuzes
die op onze school worden gemaakt ten aanzien van personeelsbeleid vloeien hier uit voort. Ons
school-specifieke personeelsbeleid richt zich op de inzet van de Kapstokmedewerkers in het
komende schooljaar:
1. Het aantal leerlingen dat komend schooljaar in de bovenbouw van de Kapstok zit, blijkt sterker gedaald te zijn dan we rond de jaarwisseling dachten: niet met 40 maar met ruim 70. Hoe we het ook wenden of keren, bij zo’n grote daling is er dan beduidend minder personeel op de locaties nodig. Hoeveel minder weten we als het schooljaar is begonnen. Sinds begin dit jaar is er een behoorlijk natuurlijk verloop opgetreden. Daarnaast gaan we in het nieuwe schooljaar ziektevervanging volledig met eigen medewerkers opvangen. Dat vermindert de budgettaire problematiek, maar lost de personele problematiek niet op. Belangrijk is om de kwaliteit van het onderwijsgevende personeel te borgen.
2. Van een aantal collega’s staat al vast dat zij op een van de andere scholen aan de slag gaan. We kijken momenteel wie nog meer in het komend schooljaar assistentie gaan verlenen aan de andere VSO-scholen die vanwege de volledige bezetting van groepen extra handen in de groep heel goed kunnen gebruiken. We gaan ervan uit dat alle medewerkers in het komende schooljaar ingezet zijn op plaatsen waar hun bijdrage het hardst nodig is. Ook hier geldt dat de kwaliteit van het onderwijsgevende personeel geborgd moet blijven.

27
3. Een activerend en ondersteunend mobiliteitsbeleid. In de voorgaande paragrafen hebben we laten zien dat we ons moeten voorbereide op verdere, sterke krimp van het leerlingaantal in de schooljaren 2017-2018 en 2018-2019. Een parallelle daling van de personeelssterkte vraagt een activerend mobiliteitsbeleid, waarbij medewerkers ondersteund worden bij het zoeken en vinden van een werkkring buiten Attendiz. Zolang er geen sociaal plan is afgesloten met de vakbonden, zullen we het gros van de instrumenten die daarvan altijd deel uitmaken ter beschikking stellen. Met alle medewerkers van de Kapstok gaan we in gesprek om hun loopbaanwensen en –mogelijkheden systematisch in kaart te brengen en waar mogelijk trajecten in gang te zetten. In de begroting 2017 zullen we daarvoor ook een budget reserveren. Voor de herfstvakantie zal de inventarisatie klaar zijn.
4. Behouden van goed personeel. De leerlingen van onze school vragen leerkrachten en onderwijsassistenten met specifieke competenties. Je moet beschikken over een positieve en vriendelijke grondhouding, maar ook tegelijkertijd heldere kaders kunnen en durven stellen, achter het gedrag van leerlingen kunnen en willen kijken, preventief handelen en de afweging van je eigen rol hierin zijn belangrijke voorwaarden om te kunnen werken op onze school. Andere eigenschappen die ons personeel kenmerkt is: humor, relativeringsvermogen, emotionele stabiliteit en bovenal passie en bevlogenheid voor onze leerlingen en willen bijdragen in de begeleiding naar een passende plek op de arbeidsmarkt. Ieder jaar observeren we de lessen d.m.v. een observatie-instrument.
5. Inzetten van scholing, waaronder het versterken van de didactische vaardigheden om hogere opbrengsten bij de leerling te genereren. Inzetten op blijvend leren van alle personeelsleden door aanbieden van scholing/training vanuit de Attendiz Academie
6. Verantwoordelijkheden in de school delen door de samenstelling van inhoudelijke werkgroepen.
7. De directie voert in een tweejarige cyclus functioneringsgesprekken, POP-gesprekken en beoordelingsgesprekken met alle personeelsleden. Enerzijds om te helpen bij het werken aan professionele groei en ontwikkeling, anderzijds om ervoor te zorgen dat de inbreng van een ieder maximaal bijdraagt aan het realiseren van de doelen van de school. Een vast onderwerp van de gesprekken is het verzuim en met name de verzuimpreventie. Wij hebben de omslag gemaakt van verzuimmanagement naar gezondheidsmanagement. Vanaf 2017 zal ‘fit for the future’, gezonde leefstijl, goede conditie en duurzame inzetbaarheid een vast onderdeel zijn binnen de gesprekken.
2016-2017 2017-2018 2018-2019 2019-2020
1 X X X X X X X X X X X X X X X X
2 X X X X X X X X
3 X X X X
4 X X X X
5 X X X X X X X X X X X X X X X X
6 X X X X X X X X X X X X X X X X
7 X X X X X X X X X X X X X X X X

28
10. Huisvestings- en financieel beleid
Leidend voor het huisvestingsbeleid van onze school is de meerjarenonderhoudsplanning van
Attendiz. Tegelijkertijd zijn onze leerlingtallen bepalend. Met het oog op de daling van het totaal
aantal leerlingen bij Attendiz, wordt beoogd optimale groepsbezettingen te creëren. Daar draagt ook
onze school aan bij. Ten aanzien van het financiële beleid conformeert onze school zich aan het
Attendizbeleid.

29
11. Kwaliteitszorg en kwaliteitsbeleid Kwaliteitszorg beschouwen wij als een manier van werken die kenmerkend is voor onze hele
schoolorganisatie. Centraal staat de opvatting dat kwaliteit niet in 1 afdeling of persoon zit, maar
deel uitmaakt van het denken en handelen van al onze medewerkers. In een aantal onderling
samenhangende projecten werken wij systematisch aan de borging van kwaliteit en aan
mogelijkheden om ons onderwijs te verbeteren.
11.1 Kwaliteitskaarten Het Attendiz kwaliteitskader bestaat uit 9 verschillende kwaliteitsaspecten, waarbij de aspecten 1
t/m 7 hierboven al aan bod kwamen:
1. Opbrengsten
2. Zorg en begeleiding
3. Leerstofaanbod
4. Onderwijstijd
5. Schoolklimaat
6. Klassenmanagement
7. Afstemming
8. Kwaliteitszorgsysteem
9. Kwaliteitszorgvoorwaarden
Deze 9 kwaliteitsaspecten zijn onderverdeeld in 43 indicatoren. Attendiz
heeft iedere indicator uitgewerkt in een eigen kwaliteitskaart. In die
43 kwaliteitskaarten hebben wij onze eigen opvattingen over goed
onderwijs uitgewerkt. Zij vormen de leidraad voor het
onderwijskundig handelen van ons team. Rest ons nu nog om
stil te staan bij het kwaliteitszorgsysteem en de –
voorwaarden. Ons kwaliteitszorgsysteem heeft betrekking op
onze resultaten, het onderwijsproces, het schoolklimaat, het
pedagogisch-didactisch klimaat en het veiligheidsbeleid. Naast
de zelfevaluatie die wij jaarlijks houden, zien wij de input van
een drietal rapporten als zeer waardevol.
11.2 Kwaliteitsonderzoek Van Beekveld & Terpstra In 2012 werd voor het eerst een grootschalig kwaliteitsonderzoek
afgenomen op onze school.
Hoge scores behaald op:
Begeleiding naar een goede plek in de maatschappij (arbeid, vervolgonderwijs of
arbeidsmatige dagbesteding)
De succeservaringen die de leerlingen op konden doen binnen De Kapstok en de
uitnodigende leerwerkplaatsen.
Aandachtspunten onderzoek 2012:
De communicatie vanuit het management naar personeel.
De omgang van onderwijsgevend personeel met probleemgedrag.
De betrokkenheid, rol van ouders.

30
Onlangs werd een tweede kwaliteitsonderzoek uitgevoerd, door hetzelfde adviesbureau. De
resultaten van dit kwaliteitsonderzoek zijn in januari 2016 gepresenteerd. De school is tevreden over
de ‘over-all’ score. Op bijna alle punten wordt er hoger gescoord dan het gemiddelde van het VSO.
Hoge scores behaald op:
Werkplezier van werknemers
Veiligheid
Werkklimaat, sfeer
Collegialiteit
Begeleiding naar een passende werkplek.
Website geeft De Kapstok goed weer.
Aandachtspunten onderzoek 2015:
Verschillen in hoe management en OP de ‘Betrokkenheid/ rol van ouders tijdens het
onderwijsproces’ beoordelen.
AVO-onderwijs, wordt dit voldoende aangeboden en is er overal voldoende zicht op de
ontwikkelingen van leerlingen?
Ontbreken van visie op Creatieve en Lichamelijke ontwikkeling.
Ontbreken van visie op ICT en ontbreken aan werken aan ICT-vaardigheden in het kader van
zelfredzaamheid.
Als we de rapportcijfers van 2015 vergelijken met die van 2012, mogen we in grote lijnen tevreden
zijn over de ontwikkelingen. De school heeft middels werkgroepen, nieuwsbrieven, vergaderingen en
de verbetering van de gesprekscyclus ingezet op het punt communicatie. Ondanks dat De Kapstok in
zwaar weer zit anno 2016, wordt er nu positief gesproken over de communicatie over de
bedreigingen die op ons af komen. Binnen de Kapstokacademie hebben we afgelopen drie
schooljaren expliciet ingezet op professionalisering van het onderwijsgevend personeel en met name
omgaan met probleemgedrag. De investering heeft zijn vruchten afgeworpen, echter we zijn er nog
niet. Ook in deze schoolplanperiode zal dit een aandachtspunt blijven.

31
Een belangrijk aandachtspunt is de rol/ betrokkenheid van de ouders. Hierin ervaren ouders
verschillen tussen leerwerktrajecten. Dit is enerzijds zorgelijk, omdat de zorgcyclus op alle
leerwerktrajecten hetzelfde zou moeten zijn. De verklaring heeft o.i. tevens te maken met de
verschillen in leeftijd van de jongeren op de leerwerktrajecten. We hebben (nog) veel te maken met
leerlingen ouder dan 18 jaar. We moeten de komende periode blijven inzetten op het contact met
ouders, ook wanneer er sprake is van gebroken gezinnen en ouders die buiten de regio wonen.
11.3 Het interne auditrapport In maart en april 2015 kregen acht van onze leerwerktrajecten bezoek van het interne auditteam. Terecht delen de auditoren complimenten uit voor de ontwikkelingen die De Kapstok heeft doorgemaakt en nog altijd doormaakt. Er staat een organisatie waar Attendiz trots op is. Maar het kan altijd beter en zeker in het zicht van de verantwoordelijkheid voor de gehele Arbeidsmarkt Gerichte Leerroute die De Kapstok met ingang van deze schoolplanperiode heeft, is het gewenst de aanbevelingen die de auditoren noemen om te zetten in actiepunten. Hieronder een samenvatting van die aanbevelingen. 1. Onderwijsconcept. - Ga op een aansprekende, doelgerichte en interactieve wijze lesgeven volgens het instructiemodel. - Ga op planmatige wijze differentiëren in de verwerkingsopdrachten. - Zorg voor beter zicht krijgen op de kwaliteit van het lesgeven door het gebruik van een observatie-instrument. - Stel lespakketten samen langs de leerlijnen op de leerroute. - Zet de afstemming van de onderwijstijd in om bepaalde doelen te behalen. - Richt arrangementen verdiept, basis en intensief juist in. - Beschrijf het basisaanbod voor de LGO – vakken. - Verdeel – analoog aan het VO – de leerstof over een aantal jaren. Stel een adviesurentabel op en deze koppel deze aan het rooster. 2. Opbrengsten van het onderwijs. - Laat de opbrengsten van het onderwijs (behalen de leerlingen de vastgestelde ambitie m.b.t. het eindniveau) per locatie zien, waardoor ook de analyse, conclusies en consequenties voor de inrichting van het onderwijs per locatie mogelijk zijn. - Analyseer of het onderwijsaanbod voldoende is afgestemd op de vervolgbestemming. Trek hier conclusies uit en benoem de consequenties voor de inrichting van het onderwijs.

32
3. Commissie voor de Begeleiding. - Werk toe naar meer onderlinge uitwisseling en afstemming waardoor er meer uniformiteit komt in de werkwijze van de Commissies voor de Begeleiding. - Werk toe naar een regie- en procesvolgende functie van de Commissie voor de Begeleiding:
* De Commissie voor de Begeleiding bepaalt de keuze voor het aanbod, instructie, verwerking, onderwijstijd en geeft daarmee concrete aanwijzingen voor het handelen van de leerkracht. * De Commissie voor de Begeleiding bepaalt en stuurt de afstemming van het orthopedagogisch en orthodidactisch handelen van de leerkracht. * De Commissie voor de Begeleiding is verantwoordelijk voor de vorderingen en de planning rondom de stage.
- Neem bij de evaluaties van de Commissie voor de Begeleiding, naast leerling- en gezinskenmerken, ook onderwijsgerelateerde facetten mee: kwaliteit van het lesgeven, geschiktheid van de methodes, afstemmen onderwijstijd, differentiatie binnen de methodes, variatie van middelen. Verbindt er vervolgens consequenties aan voor de inrichting van het onderwijs. 4. Ontwikkelingsperspectief - Schets een helder, integratief beeld van de leerling. - Benoem de onderwijsspecifieke factoren die beïnvloed kunnen worden. - Zorg voor een duidelijke niveau bepaling. - Plaats de leerling op de leerlijn van de cognitieve vakken. - Maak een koppeling met het leerlingplan. - Neem de evaluatie en keuze voor de komende planperiode op. 5. Ouders. - Organiseer ouderavonden, thema avonden en bevorder onderlinge contacten. - Breng nieuwsbrieven uit. - Neem de rol van de ouders op in het stage beleidsplan. - Informeer de ouders duidelijker over de kwaliteit van de school. 6. Stage - Hanteer Kapstokbreed een eenduidige terminologie van de diverse stage soorten. - Omschrijf de te ontwikkelen competenties bij elke stagevorm. - Gebruik het stage volg systeem ook bij oriënterende en interne stage. 7. Aanbevelingen voor het management. - Kijk kritisch naar de kwaliteit en de vaardigheden van de mensen, die mentortaken vervullen. Juist bij deze doelgroep heeft de mentor immers een grote en belangrijke taak. - Evalueer jaarlijks het gehele onderwijsleerproces. - Maak een jaarplanning m.b.t. de evaluatie van alle borgingsdocumenten.
11.4 Het inspectierapport In februari 2014 kende de inspectie van het onderwijs onze school een basisarrangement toe. De
inspectie beoordeelde de kwaliteit van het onderwijs als voldoende. Zij anticipeert in voldoende
mate op de gevolgen van de kwaliteitswet VSO. Het systeem van de leerlingenzorg is beoordeeld op
basis van het ontwikkelingsperspectief (OP). Binnen dit kwaliteitsaspect zijn drie van de vier
normindicatoren als voldoende beoordeeld. Het onderwijsleerproces is, op een enkele indicator na,
van voldoende niveau. Het systeem van kwaliteitszorg is op de meeste indicatoren voldoende. De
directie, de leden van de commissie voor de begeleiding en de leraren werken voortvarend aan de
ontwikkeling van de kwaliteit.

33
Aandachtspunten:
De school stelt vast of de leerlingen zich ontwikkelen conform OP en maakt naar aanleiding
hiervan beredeneerde keuzes.
De school maakt per leerroute een beredeneerde keuze voor de inzet van beschikbare
onderwijstijd.
De leraren stemmen de onderwijstijd af op verschillen in behoeften aan leertijd van
leerlingen.
De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces.
De school evalueert regelmatig de onderwijsondersteuning.
In april 2016 heeft De Kapstok in het kader van een
themaonderzoek Arbeidsmarktgerichte Uitstroomprofiel VSO
opnieuw een bezoek gehad van onderwijsinspectie. De inspectie
handhaaft voor De Kapstok het basisarrangement. Dit betekent dat
de inspectie op dit moment geen reden heeft om het toezicht te
intensiveren. Desondanks zijn de volgende aandachtspunten
geconstateerd:
Het planmatig handelen van de leraren op basis van de
analyse van de resultaten van de jongeren moet de school
versterken.
Het ontwikkelingsperspectief biedt geen concrete
handvatten voor het behalen van de cognitieve doelen.
De evaluatie van het ontwikkelingsperspectief richt zich op
de belemmerende en bevorderende factoren en niet op de
leerlijnen of de didactische ontwikkeling.
Het aanbod voor de sociale en emotionele ontwikkeling is
onvoldoende structureel ingebed in het
onderwijsprogramma.
Doordat De Kapstok verschillende uitstroomprofielen
aanbiedt is de keuze ‘wanneer welke stage, met welk doen
en duur van de stage’ niet eenduidig.
11.5 Vooruitblik 2016 – 2020 Een aantal ontwikkelpunten vanuit bovenstaande onderzoeken zijn reeds opgepakt binnen onze school, nadat de Kapstok verantwoordelijk werd voor de gehele AGL-route van Attendiz. De werkgroep AGL heeft het OP vervangen door een nieuw OP. We hebben de arbeidsmarktgerichte leerweg binnen het VSO ingericht met drie arrangementen. De werkgroep AGL standaardiseert de inrichting van de arbeidsmarktgerichte leerweg en hieraan gekoppeld de leerstof, materialen en middelen. We gaan werken met lesplanners voor alle vakken. Hiermee starten we komend schooljaar. We hebben de schooleigen standaard voor de leergebied-specifieke, de leergebied-overstijgende en de kerndoelen Voorbereiding op Arbeid vastgesteld. Er is vanuit het kwaliteitsonderzoek van het Auditteam en de Inspectie een rapportage “Doorontwikkeling AGL” opgesteld. De adviezen zijn meegenomen in dit schoolplan.
1. De Kapstok evalueert jaarlijks alle borgingsdocumenten. 2. De Kapstok evalueert het onderwijsleerproces.
3. De Kapstok evalueert de onderwijsondersteuning.

34
2016-2017 2017-2018 2018-2019 2019-2020
1 X X X X X X X X X X X X X X X X
2 X X X X
3 X X X X
11.6 Tot slot Dit schoolplan geeft in globale beleidsdoelstellingen aan waar onze scholen in de komende jaren
naartoe willen groeien. Met de wetenschap van nu zijn deze doelstellingen geformuleerd, maar het is
niet denkbeeldig dat nieuwe inzichten ons in de komende periode zullen verrijken.
Onze kwaliteitskaarten gebruiken wij als handvat om globale beleidsdoelstellingen concreet vorm te
geven. Zij geven concrete uitwerking aan de algemene doelen die de scholen van Attendiz nastreven.
Deze manier van werken biedt ons de mogelijkheid om te anticiperen op ontwikkelingen die op ons
af komen.
Het beleid is er te allen tijden op gericht om het goede van onze opbrengsten verder uit te bouwen en inspirerend vorm te geven aan nieuwe ontwikkelingen. ‘Samen, leren, werken,’ en ‘Groot door Kleinschaligheid’ Team De Kapstok