R.W.C. Schuurman | M.H. Beukers | C.T.M. van RossumOktober 2020 012233 RIVM-rapport 2020-0082 Eet en...

182
Eet en drinkt Nederland volgens de Richtlijnen Schijf van Vijf ? Resultaten van de voedselconsumptiepeiling 2012-2016

Transcript of R.W.C. Schuurman | M.H. Beukers | C.T.M. van RossumOktober 2020 012233 RIVM-rapport 2020-0082 Eet en...

  • De zorg voor morgen begint vandaag

    Dit is een uitgave van:

    Rijksinstituut voor Volksgezondheid en MilieuPostbus 1 | 3720 BA BilthovenNederlandwww.rivm.nl

    Oktober 2020

    0122

    33

    RIVM-rapport 2020-0082

    Eet en drinkt Nederland volgens de Richtlijnen Schijf van Vijf?Resultaten van de voedselconsumptiepeiling 2012-2016

    R.W.C. Schuurman | M.H. Beukers | C.T.M. van Rossum

  • Eet en drinkt Nederland volgens de Richtlijnen Schijf van Vijf? Resultaten van de voedselconsumptiepeiling 2012-2016

    RIVM-rapport 2020-0082 R.W.C. Schuurman | M.H. Beukers | C.T.M. van Rossum

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 2 van 178

    Colofon

    © RIVM 2020 Delen uit deze publicatie mogen worden overgenomen op voorwaarde van bronvermelding: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), de titel van de publicatie en het jaar van uitgave.

    DOI 10.21945/RIVM-2020-0082

    R.W.C. Schuurman (auteur), RIVM M.H. Beukers (auteur), RIVMC.T.M. van Rossum (auteur), RIVM

    Contact: Caroline van Rossum Voeding en Gezondheid [email protected] of [email protected]

    Dit onderzoek werd verricht in opdracht van het Ministerie van VWS in het kader van kennisvraag 5.4.1 Monitoring in het domein Voeding en gezondheid.

    Dit is een uitgave van: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu Postbus 1 | 3720 BA Bilthoven Nederland www.rivm.nl

    mailto:[email protected]

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 3 van 178

    Publiekssamenvatting

    Eet en drinkt Nederland volgens de Richtlijnen Schijf van Vijf? Resultaten van de voedselconsumptiepeiling 2012-2016

    Het Nederlandse voorlichtingsmodel over voeding, de Schijf van Vijf, laat zien wat gezond eten inhoudt. Het gaat om een voedingspatroon dat genoeg energie en voedingsstoffen levert en mensen gezond houdt of gezonder maakt.

    Het RIVM heeft gekeken in hoeverre het Nederlandse voedingspatroon tussen 2012 en 2016 overeenkomt met de aanbevelingen van de Schijf van Vijf. Daaruit blijkt dat veel Nederlanders minder dan de aanbevolen hoeveelheden van de producten in de Schijf van Vijf eten en drinken. Ook eten ze veel producten die buiten de Schijf van Vijf vallen, terwijl het Voedingscentrum adviseert om deze producten niet te veel en niet te vaak te eten. Jonge kinderen en ouderen eten vaker volgens de Richtlijnen Schijf van Vijf dan de andere leeftijdsgroepen. De resultaten van dit onderzoek laten zien dat in Nederland het voedingspatroon gezonder kan en geven handvaten voor de voorlichting over een gezond voedingspatroon.

    Minder dan 10 procent van de Nederlanders eet de aanbevolen hoeveelheden groenten, peulvruchten, aardappelen en graanproducten, en smeer- en bereidingsvetten. Meer dan een derde van de Nederlanders eet voldoende brood en kaas, maar zij kiezen dan vooral voor soorten die weinig vezels, veel ongunstige vetten of veel zout bevatten. Als alleen naar de aanbevolen soorten wordt gekeken (zoals volkorenbrood en vetarme kaas), volgt ook minder dan 10 procent van de Nederlanders de richtlijnen voor deze productgroepen. Ongeveer twee derde deel van de Nederlanders eet meer vlees(producten) dan wordt aanbevolen en kiest daarbij voor de ongezondere vleessoorten, zoals vleeswaren, worst en hamburgers.

    Een derde deel van de totale hoeveelheid die we eten en drinken staat niet in de Schijf van Vijf. Dit deel is minder gezond. Deze producten bevatten vaak veel calorieën en ongunstige voedingsstoffen. Zo krijgen we veel zout, suiker en ongunstige vetten binnen door hartige en zoete snacks te eten. Via dranken die buiten de Schijf vallen, krijgen we alcohol en veel suiker binnen.

    Kernwoorden: voedselconsumptiepeiling, Schijf van Vijf, monitoring, macronutriënten, vitaminen, mineralen

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 4 van 178

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 5 van 178

    Synopsis

    Do the Dutch eat and drink according to the Wheel of Five? Results of the Dutch National Food consumption Survey 2012-2016 The Dutch information model 'The Wheel of Five' shows what healthy eating entails. It is a diet that provides enough energy and nutrients and keeps people healthy or makes them healthier. RIVM has examined to what extent the Dutch diet between 2012 and 2016 corresponds to the recommendations of the Wheel of Five. This shows that many Dutch people eat and drink less than the recommended amounts of the products in the Wheel of Five. They also eat more products that that don’t fit in the Wheel of Five, while the Nutrition Center advices to eat these products not too much and not too often. Young children and the elderly are more likely to follow the guidelines of the Wheel of Five than the other age groups. The results of this research show that the Dutch diet can be healthier and provide insights which can be incorporated into information about a healthy diet in the Netherlands. Less than 10% of the Dutch eat the recommended amounts of vegetables, legumes, potatoes and cereal products and fats and oils. More than a third of the Dutch eat enough bread and cheese, but they mainly choose varieties that are low in fiber, high in unfavorable fats or high in salt. If only the recommended types are considered (such as wholemeal bread and low-fat cheese), also less than 10% of the Dutch follow the guidelines for these product groups. About two thirds of the Dutch eat more meat (products) than is recommended, choosing the less healthy types of meat such as cold cuts, sausages and hamburgers. A third of the total amount that we eat and drink consists of products that are not recommended in the Wheel of Five. These products are therefore not ‘necessary’ and less healthy. They often contain a great many calories and unfavourable nutrients. As a result, we ingest a great deal of salt, sugar, and unfavourable fats by consuming savoury as well as sweet snacks. We also consume alcohol and a great deal of sugar via drinks that fall outside the Wheel of Five. Keywords: food consumption, Wheel of Five, monitoring, macro nutrients, vitamins, minerals

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 6 van 178

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 7 van 178

    Inhoudsopgave

    Samenvatting ─ 9

    1 Inleiding ─ 11 1.1 Aanleiding ─ 11 1.2 Voedselconsumptiepeiling 2012-2016 ─ 11 1.3 Consumptie volgens de criteria van de Schijf van Vijf ─ 12

    2 Methode ─ 13 2.1 Onderzoekspopulatie ─ 13 2.2 Dataverzameling ─ 13 2.3 Productgroepen ─ 14 2.4 Samenstelling voedingsmiddelen ─ 17 2.5 Data-analyse ─ 17

    3 Consumptie productgroepen Schijf van Vijf ─ 21 3.1 Groenten en fruit ─ 22 3.2 Smeer- en bereidingsvetten ─ 25 3.3 Vis, peulvruchten, vlees, ei, noten en zuivel ─ 25 3.4 Brood, graanproducten en aardappelen ─ 36 3.5 Dranken (incl. sappen) ─ 39 3.6 Overige productgroepen ─ 39 3.7 Verhouding producten binnen en buiten de Schijf van Vijf ─ 43 3.8 Verschillen naar leeftijd en geslacht ─ 44

    4 Bijdrage van productgroepen Schijf van Vijf aan de nutriëntinname ─ 47

    4.1 Energie en macronutriënten ─ 47 4.2 Micronutriënten ─ 57

    5 Discussie ─ 69 5.1 Belangrijkste bevindingen ─ 69 5.2 Methodologische aspecten ─ 71 5.3 Conclusies ─ 74

    Referenties ─ 75

    Bijlage A Beschrijving van de productgroepen ─ 77

    Bijlage B Consumptie van productgroepen totaal en binnen de Schijf van Vijf ─ 102

    Bijlage C Per productgroep het percentage van de consumptie dat past binnen de Richtlijnen Schijf van Vijf (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313) ─ 156

    Bijlage D Procentuele bijdrage van productgroepen aan de inname van energie en macronutriënten ─ 157

    Bijlage E Procentuele bijdrage van productgroepen aan de inname van mineralen ─ 165

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 8 van 178

    Bijlage F Procentuele bijdrage van productgroepen aan de inname van vitamines ─ 172

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 9 van 178

    Samenvatting

    Het Nederlandse voorlichtingsmodel over voeding, de Schijf van Vijf, laat zien wat gezond eten inhoudt. De Richtlijnen van de Schijf van Vijf zijn een vertaling van de Richtlijnen goede voeding 2015 van de Gezondheidsraad naar voedingsadviezen voor verschillende doelgroepen. Het gaat om een voedingspatroon dat genoeg energie en voedingsstoffen levert en mensen gezond houdt of gezonder maakt. Voedingsmiddelen met een mogelijk ongunstig effect op de gezondheid (omdat ze te veel zout, toegevoegd suiker, verzadigd vet of te weinig vezel bevatten) passen niet binnen de richtlijnen van de Schijf van Vijf, maar kunnen wel als dag- of weekkeuze worden geconsumeerd. Het RIVM heeft gekeken in hoeverre het Nederlandse voedingspatroon tussen 2012 en 2016 overeenkomt met de aanbevelingen van de Schijf van Vijf. Daaruit blijkt dat veel Nederlanders minder dan de aanbevolen hoeveelheden van de producten in de Schijf van Vijf eten en drinken. Ook eten ze veel producten die buiten de Schijf van Vijf vallen, terwijl het Voedingscentrum adviseert om deze producten niet te veel en niet te vaak te eten. Jonge kinderen en ouderen eten vaker volgens de richtlijnen Schijf van Vijf dan de andere leeftijdsgroepen. Minder dan 10 procent van de Nederlanders eet de aanbevolen hoeveelheden groenten, peulvruchten, aardappelen en graanproducten, en smeer- en bereidingsvetten. Meer dan een derde van de Nederlanders eet voldoende brood en kaas, maar zij kiezen dan vooral voor soorten die weinig vezels, veel ongunstige vetten of veel zout bevatten. Als alleen naar de aanbevolen soorten wordt gekeken (zoals volkorenbrood en vetarme kaas), volgt ook minder dan 10 procent van de Nederlanders de richtlijnen voor deze productgroepen. Ongeveer twee derde deel van de Nederlanders eet meer vlees(producten) dan wordt aanbevolen en kiest daarbij voor de ongezondere vleessoorten, zoals vleeswaren, worst en hamburgers. Overigens geldt voor vrijwel alle productgroepen dat er ook personen zijn die wel de aanbevolen hoeveelheden uit de Schijf van Vijf consumeren. Verder laat het onderzoek zien dat bijna twee derde van wat we eten en drinken (in grammen), bestaat uit producten die voldoen aan de criteria van de Schijf van Vijf. Deze twee derde van het voedsel levert ongeveer een derde van de energie-inname. In de Richtlijnen Schijf van Vijf is uitgegaan dat deze producten ongeveer 85% van de energie-inname leveren. Het andere deel wat niet aan de criteria van de Schijf voldoet is dus minder gezond. Deze producten bevatten vaak veel calorieën en ongunstige voedingsstoffen. Zo krijgen we veel zout, suiker en ongunstige vetten binnen door hartige en zoete snacks te eten. Via dranken die buiten de Schijf vallen, krijgen we alcohol en veel suiker binnen. De resultaten geven handvaten voor de voedingsvoorlichting en de communicatie. Het voedingspatroon kan gezonder worden en de grootste verbeterpunten van het Nederlandse voedingspatroon liggen voor sommige productgroepen, zoals groenten en peulvruchten, op het

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 10 van 178

    verhogen van de consumptie. Voor andere productgroepen, zoals brood en kaas, levert een verschuiving van niet-Schijf-van-Vijf-producten naar Schijf-van-Vijf-producten de grootste verbetering. Tenslotte is voor andere productgroepen zoals vlees en snacks het verlagen van de consumptie het belangrijkst. Meer informatie over het onderzoek naar de voedselconsumptie in Nederland is te vinden op www.wateetnederland.nl en het bijhorende achtergrondrapport.

    http://www.wateetnederland.nl/

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 11 van 178

    1 Inleiding

    1.1 Aanleiding Het Nederlandse beleid over voeding en gezondheid heeft als doel de bevordering van een gezonde leefstijl en consumptie van evenwichtige voeding in de maatschappij. Een evenwichtige voeding voorkomt morbiditeit en mortaliteit omdat aandoeningen zoals hart- en vaatziekten, diabetes type 2 en obesitas worden voorkomen. In november 2015 publiceerde de Gezondheidsraad de Richtlijnen Goede Voeding 2015 (RGV-2015); de wetenschappelijke basis voor de voedingsvoorlichting aan de Nederlandse consumenten.1 Deze RGV-2015 beschrijft op basis van wetenschappelijk onderzoek welke voedingspatronen en voedingsmiddelen chronische ziekten kunnen voorkomen. Het Voedingscentrum vertaalde de RGV-2015 naar adviezen over productgroepen en voedingsmiddelen in de Richtlijnen Schijf van Vijf.1 Deze adviezen worden gebruikt in de voorlichting naar de consument en worden gevisualiseerd met De Schijf van Vijf. De adviezen zijn gebaseerd op de Richtlijnen goede voeding van de Gezondheidsraad en de benodigde hoeveelheid energie en voedingsstoffen per leeftijdsgroep.1,2 Daarom levert eten volgens de Schijf van Vijf naast energie en de benodigde hoeveelheid voedingsstoffen, ook gezondheidswinst. De richtlijnen van de Schijf van Vijf delen voedingsmiddelen in verschillende productgroepen in, zoals melk en melkproducten, groenten en fruit. Daarnaast zijn er criteria opgesteld op basis waarvan een product binnen of buiten de Schijf valt en/-of een product een dag- of weekkeuze is. Voedingsmiddelen met een mogelijk ongunstig effect op de gezondheid (door te veel zout, toegevoegd suiker, verzadigd vet, transvet of te weinig vezel) vallen buiten de Schijf van Vijf. Bijvoorbeeld in de productgroep brood, valt volkorenbrood binnen de Schijf van Vijf en wit brood niet.1 Uitgangspunt is dat voedingsmiddelen in de Schijf van Vijf voorzien in 100% van de essentiële voedingsstoffen en de aanbevolen hoeveelheden voedingsmiddelen leveren zoals geadviseerd door de Gezondheidsraad en niet alle benodigde energie leveren (circa 85%), zodat er nog wat ruimte is voor producten buiten de Schijf van Vijf.

    1.2 Voedselconsumptiepeiling 2012-2016 De Leefstijlmonitor verzamelt in Nederland gegevens over leefstijlgerelateerde thema’s, zoals roken, alcohol- en drugsgebruik, bewegen en voeding.2 Binnen de Leefstijlmonitor verzamelt het RIVM via de voedselconsumptiepeiling uitgebreide gegevens over de voedselconsumptie. Van december 2012 tot en met januari 2017 is in Nederland de voedselconsumptie van 1-79-jarigen gemeten (VCP 2012-2016). Gegevens uit de voedselconsumptiepeilingen geven inzicht in de consumptie van voedingsmiddelen, de inname van macro- en micronutriënten, de inname van potentieel schadelijke stoffen, en in de ontwikkelingen hiervan door de jaren heen. Deze gegevens worden gebruikt bij de evaluatie en de ontwikkeling van beleid voor gezonde

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 12 van 178

    voeding, veilig en duurzaam voedsel, productinformatie, voorlichting en voedingsonderzoek. Op de website http://www.wateetnederland.nl zijn de bevindingen van VCP 2012-2016 gepubliceerd. Ook wordt getoond of de consumptie is veranderd vergeleken met vijf jaar eerder (2007-2010).

    1.3 Consumptie volgens de criteria van de Schijf van Vijf In 2018 is het Nationale Preventieakkoord gesloten. Daarin is als doel gesteld dat in 2040 alle inwoners van Nederland eten en drinken op een wijze die bijdraagt aan het behalen van een gezond gewicht en een gezond voedingspatroon, met daarbij de Schijf van Vijf als leidraad.3 Voor de communicatie over de Schijf van Vijf, ook in het kader van het Preventieakkoord, is meer inzicht nodig in de mate waarin Nederlanders eten en drinken volgens de richtlijnen van de Schijf van Vijf.

    Consumptie productgroepen Schijf van Vijf Dit rapport presenteert hoeveel door 1-79-jarigen van iedere productgroep van de Richtlijnen Schijf van Vijf wordt gegeten of gedronken. Daarnaast wordt weergegeven hoeveel gram van deze consumptie per productgroep binnen de Schijf van Vijf valt en het percentage deelnemers dat de aanbeveling van het Voedingscentrum haalt. Deze resultaten worden ook gegeven per geslacht voor de verschillende leeftijdsgroepen. Deze gegevens kunnen door het Voedingscentrum bij hun advisering worden gebruikt. Kan de advisering zich beter richten op meer of minder uit een bepaald vak eten, of op een verschuiving van producten buiten de Schijf naar producten binnen de Schijf? Bijvoorbeeld in geval van brood. Zou het dan zinvoller zijn om te communiceren dat consumenten meer brood zouden kunnen eten, of is juist binnen de productgroep brood een verschuiving van witbrood naar volkorenbrood gewenst? Resultaten over de consumptie van producten passend binnen de Schijf van Vijf geven geen inzicht in hoeverre Nederlanders voldoende voedingsstoffen binnenkrijgen. Inzicht in de inname van voedingsstoffen is te vinden op de website www.wateetnederland.nl. en in het achtergrondrapport over deze voedselconsumptiepeiling.3

    Bijdrage productgroepen Schijf van Vijf aan inname van nutriënten In dit rapport wordt ook de gemiddelde bijdrage van de consumptie van producten binnen en buiten de Schijf aan de inname van energie, macro- en micronutriënten beschreven. Deze informatie is van belang voor het Voedingscentrum bij de communicatie over de verschillende productgroepen. Het geeft inzicht in waar mensen hun essentiële voedingsstoffen vandaan halen, en welke productgroepen een grote bijdrage leveren aan ongezonde voedingsstoffen.

    http://www.wateetnederland.nl/

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 13 van 178

    2 Methode

    2.1 Onderzoekspopulatie De voedselconsumptiepeiling 2012-2016 is een cross-sectionele studie uitgevoerd bij personen van 1-79 jaar en woonachtig in Nederland. De respondenten zijn geworven via consumentenpanels van marktonderzoekbureau Kantar Public. Zwangere en lacterende vrouwen en personen woonachtig in instellingen zijn uitgesloten van deelname. De dataverzameling vond plaats van november 2012 tot januari 2017. In totaal zijn 6733 personen in de leeftijd van 1-79 jaar uitgenodigd voor deelname aan het onderzoek. Van 4313 personen (65%) werden een ingevulde vragenlijst en twee 24-uursvoedingsnavragen ontvangen. Door de opzet van de studie zijn de deelnemers een goede afspiegeling van de Nederlandse bevolking wat betreft sociodemografische factoren zoals opleiding (bij kinderen de opleiding van de ouders), regio en mate van verstedelijking van de woonplaats in de leeftijdsgroepen.4 Vergeleken met de gegevens van CBS waren er slechts kleine afwijkingen.5,6

    2.2 Dataverzameling De consumptie van voedingsmiddelen is nagevraagd op twee onafhankelijke dagen (twee tot zes weken tussentijd) door getrainde diëtisten, met behulp van de computer-geassisteerde 24-uursvoedings-navraagmethode GloboDiet®.7 De voedingsnavraag betrof de consumptie van voedingsmiddelen en voedingssupplementen op de dag voorafgaand aan het interview. De consumptie op zaterdagen werd nagevraagd op maandagen. De werkwijze voor de navraag van de consumptie van voedingsmiddelen verschilde per leeftijdsgroep: Kinderen van 1 tot en met 8 jaar: De ouders of verzorgers hielden een voedingsdagboekje bij op twee specifieke dagen. Ook de inname op school, opvang of ergens anders werd bijgehouden. De ouders ontvingen hiervoor een telefonische instructie. Op de dag na de eerste registratie kwam de diëtist langs voor het afnemen van een 24-uursvoedingsnavraag met de ouder of verzorger, met het voedingsboekje als ondersteuning. Kinderen tussen de vier en acht jaar waren aanwezig bij dit interview. Het tweede interview was telefonisch. Kinderen van 9 tot en met 15 jaar: De diëtist kwam tweemaal langs voor een 24-uursvoedingsnavraag. De bezoeken werden gepland met de ouder/verzorger, de interviews werden gehouden met de kinderen, in aanwezigheid van de ouder of verzorger. Deelnemers van 16 tot en met 70 jaar: Deze deelnemers werden tweemaal geïnterviewd per telefoon, onaangekondigd. Deelnemers van 71 tot en met 79 jaar: Oudere deelnemers hielden een voedingsdagboekje bij op twee specifieke dagen, waarvoor ze een telefonische instructie ontvingen. Op de dag na de eerste registratie kwam de diëtist langs voor het afnemen van een

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 14 van 178

    24-uursvoedings navraag, met het voedingsboekje als ondersteuning. Het tweede interview was indien mogelijk telefonisch, en anders kwam de diëtist nogmaals langs voor het afnemen van een tweede 24- uursvoedingsnavraag. Via een algemene vragenlijst is informatie verzameld over relevante achtergrond- en leefstijlfactoren. Meer informatie over dit onderzoek staat op de website http://www.wateetnederland.nl.

    2.3 Productgroepen Op basis van de Richtlijnen Schijf van Vijf en in overleg met het Voedingscentrum zijn alle geconsumeerde voedingsmiddelen in de VCP 2012-2016 ingedeeld in productgroepen van de Schijf van Vijf; zie Tabel 2.1 Voedingsmiddelen met een mogelijk ongunstig effect op de gezondheid (door te veel zout, toegevoegd suiker, verzadigd vet, transvet of te weinig vezel) vallen buiten de Schijf van Vijf. Bijvoorbeeld, in de productgroep brood valt volkorenbrood binnen de Schijf van Vijf en wit brood niet (voorbeelden in de derde en vierde kolom van Tabel 2.1). Bij de indeling binnen of buiten de Schijf van Vijf is geen rekening gehouden met de eventuele toevoeging van zout of het bereidingsvet dat is gebruikt bij de bereiding van bijvoorbeeld groenten, aardappelen, graanproducten, vlees, vis en ei. De productgroepen broodbeleg, soepen, sauzen, snacks en resterende producten vallen vanwege de ongunstige samenstelling vrijwel geheel buiten de Schijf van Vijf, tenzij een product bestaat uit alleen maar Schijf van Vijf-ingrediënten. In dit rapport zijn deze groepen daarom als geheel buiten de Schijf beschouwd. De productgroepen van de Schijf van Vijf en de voedingsmiddelen die daaronder vallen zijn opgenomen in Bijlage A, onderverdeeld in voedingsmiddelen die voldoen aan de criteria van de Schijf van Vijf en voedingsmiddelen die daarbuiten vallen. Tabel 2.1 Productgroepen in de Schijf van Vijf Schijf Vak

    Productgroep Voorbeelden van voedingsmiddelen die in de Schijf van Vijf staan

    Voorbeelden van voedingsmiddelen buiten de Schijf van Vijf

    Groenten Onbewerkte, verse groenten, en diepvriesgroenten, blikgroenten, gepureerde en gedroogde groenten zonder toegevoegd zout en suiker

    Groenten waaraan zout of suiker zijn toegevoegd Groentesap

    Fruit Onbewerkt fruit, vers en diepvries, gepureerd fruit zonder toegevoegd suiker, gedroogd

    Gesuikerd gedroogd fruit, kokos, fruit in blik of glas op siroop

    http://www.wateetnederland.nl/

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 15 van 178

    Schijf Vak

    Productgroep Voorbeelden van voedingsmiddelen die in de Schijf van Vijf staan

    Voorbeelden van voedingsmiddelen buiten de Schijf van Vijf

    fruit, fruit in blik of glas op sap;

    Smeer- en bereidings-vetten

    Halvarine en margarine uit een kuipje, vloeibare margarine en bak- en braadvet uit een fles Plantaardige olie, zoals zonnebloemolie en olijfolie

    Margarine en bak- en braadvet in een wikkel Hard frituurvet, roomboter, kokosvet

    Vis en schaaldieren

    Alle onbewerkte en bewerkte visproducten

    A

    Peulvruchten Peulvruchten, peulvruchten in blik of glas met beperkte hoeveelheid zout en zonder toegevoegd suiker

    Peulvruchten in blik of glas met te veel zout en met toegevoegd suiker

    Vlees, gevogelte, vleesvervangers, vleeswaren

    Onbewerkt vlees met ≤ 5 gram verzadigd vet per 100 gram

    Overig onbewerkt vlees Bewerkt vlees

    Vleesvervangers met voldoende ijzer, vitamine B12/B1, eiwit en niet te veel zout

    Overige kant en klare vleesvervangers

    Vleeswaren

    Ei Ei

    Noten, pitten en zaden

    Alle noten, pinda’s, 100% notenpasta en pindakaas zonder toegevoegd suiker en zout

    Gesuikerde en gezouten noten, pinda’s, notenpasta en pindakaas met zout en/of suiker

    Melk en melkproducten

    Magere en halfvolle melk/yoghurt, karnemelk, magere kwark Magere en halfvolle yoghurtdranken zonder toegevoegd zout en niet te veel toegevoegd suiker Plantaardige eiwitdranken en desserts met

    Volle melk, volle yoghurt, vla, pudding Magere en halfvolle yoghurtdranken met suiker Plantaardige eiwitdranken met suiker

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 16 van 178

    Schijf Vak

    Productgroep Voorbeelden van voedingsmiddelen die in de Schijf van Vijf staan

    Voorbeelden van voedingsmiddelen buiten de Schijf van Vijf

    calcium en vitamine B12

    Kaas en kaassubstituten

    20+, 30+ kaas met minder zout Zachte geitenkaas Mozzarella Zuivelspread

    40+, 48+ kaas, diverse buitenlandse kaassoorten

    Aardappelen en knollen

    Aardappelen Aardappelproducten zonder toegevoegd zoutB

    Aardappelproducten met zout of gefrituurdB

    Brood (excl. Broodver-vangers

    Bruin brood Volkorenbrood Bruin- en volkorenbrood met noten, zaden en pitten en/of gedroogd fruit Knäckebröd met voldoende vezels

    Wit brood Suikerbrood Croissant Overig knäckebröd Beschuit

    Graanproducten (niet brood)

    Zilvervliesrijst Volkorenpasta, volkoren couscous, volkoren bulgur Quinoa Havermout Mueslimengsels bestaande uit granen, noten en gedroogd fruit Volkorenmeel en meel dat voor minimaal 50% uit volkorenmeel bestaat

    Witte rijst Witte pasta Witte couscous Krokante muesli Ontbijtproducten met toegevoegd zout Witte meel- en bakproducten Bloem

    Dranken (incl. sappen)

    Groene en zwarte thee, water, gefilterde koffie, espresso, koffie uit de automaat

    Kookkoffie/ cafetière koffie; koffie en thee met suiker

    Frisdranken met suiker, light-frisdrank

    Alle groenten en fruitsappen en smoothies

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 17 van 178

    Schijf Vak

    Productgroep Voorbeelden van voedingsmiddelen die in de Schijf van Vijf staan

    Voorbeelden van voedingsmiddelen buiten de Schijf van Vijf

    Alle alcoholhoudende dranken

    Broodbeleg Zoet beleg zoals (halva)jam, appel-stroop, hagelslag Hartig broodbeleg zoals sandwich spread en humus

    Soepen Maaltijdsoepen en overige soepen C

    Sauzen Hartige en zoete sauzen

    Snacks Hartige en zoete snacks zoals koeken, chips, zoutjes, ijs, snoep, kroket, kaasbroodje

    Resterende producten

    Zoals suiker, bouillontablet, sambal, dieetproducten, supplementen

    A In dit rapport zijn alle visproducten in de Schijf van Vijf geplaatst; dit wijkt af van de richtlijnen voor de Schijf van Vijf. Volgens de richtlijnen passen visproducten die voor minder dan 70% uit vis bestaan, zoals sommige gepaneerde vissoorten, niet in de Schijf van Vijf. Het betreft de zalmmousse en gefrituurde inktvisringen, maar die zijn niet veel geconsumeerd.

    B In dit rapport is geen rekening gehouden met het bereidingsvet van het product. Volgens de richtlijnen Schijf van Vijf passen aardappelproducten alleen in de Schijf als ze zijn bereid zonder bereidingsvet of met bereidingsvet uit de Schijf, mits niet gefrituurd.

    C In de voedselconsumptiepeiling wordt alleen de bouillon tot de groep Soepen gerekend. Bijvoorbeeld de groente uit de groentesoep valt onder de groep Groente.

    2.4 Samenstelling voedingsmiddelen

    De voedselconsumptiegegevens zijn gekoppeld aan de voedingswaardegegevens uit het Nederlandse Voedingsstoffenbestand (NEVO) van 2016.8 Deze versie is ten behoeve van deze gegevensverwerking aangevuld met ontbrekende producten.

    2.5 Data-analyse Consumptie productgroepen Schijf van Vijf

    In de VCP wordt de voedselconsumptie over twee dagen verzameld. Maar om het voedingspatroon te beschrijven en te evalueren, is het nodig om naar de gebruikelijke consumptie in de Nederlandse bevolking te kijken, in plaats van naar de gemiddelde consumptie op de twee meetdagen. Met statistische modellering is de verdeling geschat van de gebruikelijke consumptie van de productgroepen uit de Richtlijnen Schijf van Vijf, op basis van de verzamelde gegevens over de consumptie op twee meetdagen per persoon. Hiervoor is gebruikgemaakt van het

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 18 van 178

    statistische programma SPADE (ontwikkeld door het RIVM).9 Vrijwel alle analyses zijn uitgevoerd met het zogenoemde part-2-model, dat er rekening mee houdt dat een deel van de onderzoekspopulatie geen voedingsmiddelen uit de productgroep heeft geconsumeerd op een of beide meetdagen. De analyses van de productgroep dranken zijn uitgevoerd met het part-1-model, een model voor voedingsmiddelen die dagelijks worden geconsumeerd. De gebruikelijke consumptie in grammen per productgroep is geschat voor zestien leeftijdsgeslachtsgroepen:

    - 1-3-jarige jongens; - 1-3-jarige meisjes; - 4–8-jarige jongens; - 4–8-jarige meisjes; - 9-13-jarige jongens; - 9-13-jarige meisjes; - 14-18-jarige jongens; - 14-18-jarige meisjes; - 19-30-jarige mannen; - 19-30-jarige vrouwen; - 31-50-jarige mannen; - 31-50-jarige vrouwen; - 51-70-jarige mannen; - 51-70-jarige vrouwen; - 71-79-jarige mannen; - 71-79-jarige vrouwen.

    Dit zijn dezelfde leeftijdsgeslachtsgroepen als die zijn gebruikt bij het opstellen van de Richtlijnen Schijf van Vijf. Daarnaast is de consumptie voor de totale bevolkingsgroep geschat. De gebruikelijke consumptieverdelingen zijn geschat voor zowel de productgroepen totaal (binnen en buiten de schijf) als voor productgroepen met alleen voedingsmiddelen die voldoen aan de criteria van de Schijf (binnen de Schijf). De gemiddelden en de 5e, 25e 50e, 75e en 95e percentielen worden gerapporteerd. Met de consumptieverdelingen is tevens berekend welk percentage van de leeftijdsgeslachtsgroep per productgroep voldoet aan de aanbevelingen van de Schijf van Vijf. Ook de berekening van het percentage van de gehele bevolking is gebaseerd op de leeftijdsspecifieke aanbevelingen. Om rekening te houden met de variatie in leeftijd binnen leeftijdsgroepen zijn door het Voedingscentrum voor een aantal productgroepen ranges van aanbevolen hoeveelheden geformuleerd.2 Voor deze productgroepen is ook berekend hoeveel procent van de leeftijdsgeslachtsgroep meer consumeert dan de ondergrens van deze range en hoeveel procent een consumptie heeft binnen deze range. Daarnaast is in een aantal gevallen berekend hoeveel procent de maximumgrens overschrijdt. Al deze resultaten worden in de bijlage beschreven. In hoofdstuk 3 van het rapport wordt het percentage gepresenteerd dat de minimale aanbevolen hoeveelheid consumeert, dus in geval van een range minimaal de ondergrens van de range.

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 19 van 178

    Met behulp van bootstrap analyses zijn in SPADE de 95%-betrouwbaarheidsintervallen voor de percentages en gemiddelden berekend voor de consumptie binnen de Schijf van Vijf. Indien de betrouwbaarheidsintervallen van de verschillende subgroepen niet overlappen, worden de verschillen als significant beschouwd. De resultaten zijn gewogen voor seizoen, dag van de week en verschillen in socio-demografische factoren (leeftijd, geslacht, regio, stedelijkheid en opleiding) ten opzichte van de Nederlandse bevolking.

    Bijdrage productgroepen Schijf van Vijf aan inname van energie en nutriënten De totale bijdrage van de producten die binnen de Schijf van Vijf vallen aan de totale inname van nutriënten is verkregen door voor ieder nutirent per persoon de gemiddelde totale inname over twee meetdagen te berekenen als dede inname afkomstig uit de producten die binnen de Schijf vallen.. Met deze gegevens is per persoon de procentuele bijdrage van het totaal aan producten die binnen de Schijf van Vijf vallen aan elk nutriënt berekend. Vervolgens is de gemiddelde procentuele bijdrage voor de totale populatie, voor alle volwassenen (19-79 jaar) en voor alle kinderen (1-18 jaar) berekend. Ook deze resultaten zijn gewogen voor seizoen, dag van de week en verschillen in socio-demografische factoren (leeftijd, geslacht, regio, stedelijkheid en opleiding) ten opzichte van de Nederlandse bevolking. Deze analyses zijn uitgevoerd met het statistisch programma SAS (versie 9.4). Naast de gemiddelde totale bijdrage van alle voedingsmiddelen die binnen de Schijf van Vijf vallen is dit ook per productgroep gedaan. Dus voor elk nutriënt en per persoon is de bijdrage van iedere productgroep aan de inname van het nutriënt berekend. Voor de productgroepen is ook onderscheid gemaakt tussen het deel wat aan de criteria van de Schijf van Vijf voldoet en het deel wat niet daar niet aan voldoet. Vervolgens is de gemiddelde procentuele bijdrage in de totale populatie en voor alle volwassenen en voor alle kinderen berekend.

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 20 van 178

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 21 van 178

    3 Consumptie productgroepen Schijf van Vijf

    In dit hoofdstuk wordt de gebruikelijke consumptie van de productgroepen passend binnen de richtlijnen Schijf van Vijf door kinderen en volwassenen van 1-79 jaar tussen 2012 en 2016 beschreven. Per productgroep worden twee figuren getoond: de totale consumptie van de productgroep (dus binnen en buiten de Schijf van Vijf) en de consumptie van voedingsmiddelen binnen de productgroep die voldoen aan de criteria van de Schijf van Vijf. Bijlage B1 geeft de gemiddelde geconsumeerde hoeveelheid voedingsmiddel en verschillende percentielen voor de totale bevolking en in de afzonderlijke leeftijdsgroepen per geslacht. De consumptie wordt weergegeven per productgroep totaal en voor dat deel dat voldoet aan de criteria van de Schijf van Vijf. Ook wordt weergegeven welk percentage van de leeftijdsgroep voldoet aan de aanbeveling van de Schijf van Vijf. Wanneer bij de aanbevolen hoeveelheid sprake is van een range, is ook weergegeven welk percentage van de leeftijdsspecifieke groep een hoeveelheid consumeert binnen de range, en welk percentage meer consumeert dan de ondergrens van deze range. Bijlage B2 geeft dezelfde gegevens per leeftijdsgeslachtsgroep. Toelichting bij de figuren: De resultaten worden in boxplots weergegeven, met de 5de, 25e, 50e (mediaan), 75e en 95e percentiel, het gemiddelde en (indien van toepassing) de aanbevolen hoeveelheid. Voor een aantal productgroepen is de aanbevolen hoeveelheid een range, in de boxplots te herkennen aan verschillende kleuren.

    95e percentiel Aanbevolen hoeveelheid (oranje) of benedengrens van aanbevolen range (paars) of maximum aanbeveling (rood) 75e percentiel

    Gemiddelde Mediaan 25e percentiel 5e percentiel

    -

    10

    20

    30

    40

    50

    60

    70

    80

    90

    1000

    50

    100

    150

    200

    250

    300

    1-79 jaar

    g/da

    g

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 22 van 178

    3.1 Groenten en fruit

    Groenten De totale consumptie van groenten voor 1-79-jarigen was gemiddeld 129 gram per dag. Van de totale hoeveelheid geconsumeerde groenten paste gemiddeld 88% in de Schijf van Vijf; dat komt overeen met 114 gram per dag. De groenteconsumptie binnen de Schijf nam toe met de leeftijd van 47 gram per dag voor 1-3-jarigen tot 148 gram per dag voor 71-79-jarigen. Voor mannen en vrouwen was de gemiddelde consumptie nagenoeg gelijk. Zie Figuur 3.1. De consumptie van groenten passend in de Schijf van Vijf lag voor alle leeftijdsgroepen ver onder de aanbevolen hoeveelheden. Vijf procent van de bevolking van 1 tot 79 jaar consumeerde de minimale aanbevolen hoeveelheid. Dit percentage verschilde per leeftijdsgroep. Bij kinderen van 1-3 jaar was het percentage het hoogst (39%), bij jongeren van 14-18 jaar en jongvolwassenen van 19-30 jaar het laagst. 0 of 1% consumeerde de aanbevolen hoeveelheid voor groenten. Als de groenten die niet aan de criteria van de Schijf van Vijf voldoen werden meegerekend consumeerde 8% van de 1-79-jarigen de minimale aanbevolen hoeveelheid. Zie Bijlage B.

    Fruit De totale consumptie van fruit voor 1-79-jarigen was gemiddeld 114 gram per dag. Van deze totale hoeveelheid geconsumeerd fruit viel 92% binnen de Schijf van Vijf; dat komt overeen met 105 gram per dag. De gemiddelde consumptie daarvan was met 75 gram significant het laagst bij mannen van 19-30 jaar, lager dan kinderen en meisjes van 9-13 jaar en dan de andere volwassenen. Meisjes vanaf negen jaar en vrouwen consumeerden gemiddeld significant meer fruit passend binnen de Schijf dan jongens en mannen. Zie Figuur 3.2. 31% van de 1-3-jarigen en 28% van de 4-8-jarigen at minstens 150 gram fruit per dag dat past in de Schijf van Vijf. Het percentage dat minstens de aanbevolen hoeveelheid at was het laagst bij jongens van 14-18 jaar (6%), mannen van 19-30 jaar (5%) en mannen van 31-50 jaar (7%). Van de volwassenen tussen de 51 en 70 jaar en boven de 70 at respectievelijk 14% en 21% de aanbeveling voor fruit passend binnen de Schijf van Vijf. Mannen consumeerden minder vaak de aanbevolen hoeveelheid voor fruit dan vrouwen. Het percentage van de totale bevolking dat minstens de minimale aanbevolen hoeveelheid uit de Schijf van Vijf consumeerde was 12%. Als het fruit dat niet aan de criteria van de Schijf van Vijf voldoet werd meegerekend, consumeerde 15% van de 1-79-jarigen de minimale aanbevolen hoeveelheid. Zie Bijlage B.

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 23 van 178

    Figuur 3.1 Consumptie van groenten totaal en passend binnen de Schijf van Vijf in gram per dag (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    129

    57 5573 72

    90 87101 98

    120 115140 134

    152 153 163170

    -

    50

    100

    150

    200

    250

    300

    350

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Groenten totaal

    114

    49 4566 65

    80 79 90 91106 106 120

    121 130138 144 152

    -

    50

    100

    150

    200

    250

    300

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Groenten Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 24 van 178

    Figuur 3.2 Consumptie van Fruit totaal en passend binnen de Schijf van Vijf in gram per dag (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    114136 137 124 126

    104 114 91 104 85105 94

    114 115138 140

    165

    -

    50

    100

    150

    200

    250

    300

    350

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Fruit totaal

    105131 116 116 116

    95 106 8098

    7599 84

    107 104127 128

    151

    -

    50

    100

    150

    200

    250

    300

    350

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Fruit Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 25 van 178

    3.2 Smeer- en bereidingsvetten De totale consumptie van smeer- en bereidingsvetten voor 1 tot en met 79-jarigen was gemiddeld 25 gram per dag. Van de hoeveelheid geconsumeerde smeer- en bereidingsvetten viel 52% binnen de Schijf van Vijf, dat komt overeen met 13 gram per dag. De hoeveelheid totaal en binnen de Schijf namen beide toe met de leeftijd en mannen tot 70 jaar consumeerden gemiddeld significant meer dan vrouwen. Zie Figuur 3.3. De consumptie van smeer- en bereidingsvetten passend binnen de Schijf van Vijf lag voor vrijwel alle kinderen en volwassenen beneden de aanbevolen hoeveelheden. Vrijwel niemand (

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 26 van 178

    Figuur 3.3 Consumptie van Smeer- en bereidingsvetten totaal en passend binnen de Schijf van Vijf in gram per dag (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    4,7 5,4 3,1 14,4 6,2 4,1 1,3 2,1 1,6 1,1 1,7 2,3 2,7 4,1 6,6 11,9 23,2

    25

    15 1420 17

    2318

    2518

    27

    18

    31

    20

    34

    23

    3628

    -

    10

    20

    30

    40

    50

    60

    70

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Smeer- en bereidingsvetten totaal

    - - - 1 - - - - - - - - - - - 1 1

    13 8 7

    10 8 12

    9 13

    10 15

    10 17

    11 18

    12 19

    13

    -

    10

    20

    30

    40

    50

    60

    70

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Smeer- en bereidingsvetten Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 27 van 178

    Figuur 3.4 Consumptie van Vis totaal in gram per dag (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    15

    4 5 7 78 8 10 9

    1511

    17 1621 20

    24 21

    -

    10

    20

    30

    40

    50

    60

    70

    80

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Vis totaal

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 28 van 178

    Peulvruchten De totale hoeveelheid geconsumeerde peulvruchten voor 1-79-jarigen was gemiddeld 5 gram per dag. Hiervan viel 80% binnen de Schijf van Vijf, dat komt overeen met 4 gram per dag. De hoeveelheid geconsumeerde peulvruchten nam iets toe met de leeftijd (van 1 tot 2 gram per dag voor jonge kinderen tot 7 gram per dag voor ouderen). De consumptie van peulvruchten passend binnen de Schijf van Vijf was nagenoeg gelijk voor mannen en vrouwen. Zie Figuur 3.5. Weinig kinderen en volwassenen (2%) consumeerden de aanbevolen hoeveelheden van peulvruchten passend binnen de Schijf van Vijf; bij peuters (14% van de jongens en 9% van de meisjes) en bij oudere mannen (9%) was het percentage het hoogst. Het percentage lag lager bij volwassenen en kinderen vanaf vier jaar. Als de peulvruchten die niet aan de criteria van de Schijf van Vijf voldoen werden meegerekend, consumeerde 6% van de 1-79-jarigen minimaal de aanbevolen hoeveelheid. Zie Bijlage B.

    Vlees, gevogelte, vleesvervangers, vleeswaren De totale consumptie van vlees voor 1-79-jarigen was gemiddeld 93 gram per dag, hiervan valt 37% binnen de Schijf van Vijf, dat komt overeen met 34 gram per dag. De consumptie van vlees nam toe met de leeftijd. Jongens en mannen consumeerden gemiddeld meer vlees dan meisjes en vrouwen, bij ouderen van 71-79 jaar was dit verschil kleiner. Zie Figuur 3.6. De aanbeveling voor vlees betreft een maximum aanbeveling, voor volwassenen was dat maximaal 500 gram per week, dat komt neer op een dagelijkse inname van 71 gram. Als het vlees buiten de Schijf werd meegerekend, consumeerde 69% van de 1-79-jarigen meer dan het maximum. Met alleen het vlees dat dat past binnen de Schijf van Vijf had 7% van de totale bevolking een consumptie boven het aanbevolen maximum. Dit percentage was het hoogst bij volwassen mannen van 31-50 jaar (14%) en 51-70 jaar (15%). Zie Bijlage B. De in dit rapport gerapporteerde consumptie betreft de geconsumeerde bereide hoeveelheid vlees, terwijl de aanbeveling was uitgedrukt in rauw vlees. Omdat het gewicht van rauw vlees hoger is dan van vlees na bereiding, betekent dat dat het percentage van de bevolking dat meer at dan de maximum aanbeveling nog hoger ligt.

    Ei De gemiddelde consumptie van ei was 12 gram per dag voor 1-79-jarigen. Overigens betreft dit niet de consumptie van ei verwerkt in producten als cake. De consumptie van ei nam toe met de leeftijd. Vanaf 51 jaar consumeerden mannen gemiddeld significant meer ei dan vrouwen. Zie Figuur 3.7. De aanbevolen hoeveelheid eieren is voor 4-79-jarigen twee tot drie eieren per week, voor 1-3-jarigen een of twee eieren per week. Eén ei komt overeen met 50 gram. Vanwege het beperken van het gebruik van dierlijke producten is een te hoge inname van eieren niet wenselijk.

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 29 van 178

    Figuur 3.5 Consumptie van Peulvruchten totaal en passend binnen de Schijf van Vijf in gram per dag (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    52 1

    3 24 3 4 3

    5 5 46

    4 57 7

    -

    5

    10

    15

    20

    25

    30

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Peulvruchten totaal

    42 1

    3 24 3 4 3

    5 4 4 5 4 57 6

    -

    5

    10

    15

    20

    25

    30

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Peulvruchten Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 30 van 178

    Figuur 3.6 Consumptie van Vlees totaal en passend binnen de Schijf van Vijf in gram per dag (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    93

    38 3562 53

    8464

    99

    69

    117

    73

    129

    78

    121

    81107

    84

    -

    50

    100

    150

    200

    250

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Vlees totaal

    34

    9 816 13

    2617

    3221

    40

    26

    46

    29

    47

    3439 36

    - 10 20 30 40 50 60 70 80 90

    100

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Vlees Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 31 van 178

    Figuur 3.7 Consumptie van Ei passend binnen de Schijf van Vijf in gram per dag (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    126 6 8 8

    9 9 10 11 1112 13 11

    1812

    22

    15

    -

    10

    20

    30

    40

    50

    60

    70

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Ei totaal (=Schijf)

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 32 van 178

    Ongeveer 35% van de totale bevolking van 1-79-jaar consumeerde meer dan de éen of twee eieren per week (de ondergrens van de aanbevolen range). Dit percentage lag het hoogst bij mannen van 51-70 jaar (65%) en 71-79 jaar oud (83%). Bij jongens van 4 tot 18 jaar was het percentage dat de aanbeveling haalt slechts 6-11%. Circa 20% consumeerde twee of drie eieren per week. Zie Bijlage B. Overigens is het advies voor vegetariërs één ei per week meer. De gemiddelde consumptie van eieren voor vegetariërs en niet-vegetariërs was in beide groepen 13 gram per dag (data wordt niet getoond).

    Noten, pitten en zaden De hoeveelheid noten, pitten en zaden die binnen en buiten de Schijf gegeten worden was gemiddeld voor 1-79-jarigen 9 gram per dag. Hiervan viel 33% binnen de Schijf van Vijf, dat komt overeen met 3 gram per dag. Kinderen consumeerden amper noten, pitten en zaden binnen de Schijf, volwassenen consumeerden gemiddeld 2 tot 4 gram per dag. Zie Figuur 3.8. Twee procent van de 1-79-jarigen consumeerde de aanbevolen hoeveelheid noten, pitten en zaden passend binnen de criteria van de Schijf van Vijf. Dit percentage was wat hoger bij volwassenen vanaf 51 jaar. Als de noten, pitten en zaden die niet aan de criteria van de Schijf van Vijf voldoen werden meegerekend consumeerde 12% van de 1-79-jarigen minimaal de aanbevolen hoeveelheid. Zie Bijlage B.

    Melk en melkproducten en melkvervangers De totale consumptie van melk en melkproducten voor 1-79-jarigen was gemiddeld 293 gram per dag. Van de hoeveelheid geconsumeerde melkproducten viel 63% binnen de Schijf van Vijf; dat komt overeen met 184 gram per dag. Vanaf vier jaar tot 70 jaar consumeerden jongens en mannen gemiddeld significant meer melkproducten per dag dan vrouwen. Zie Figuur 3.9. Negen procent van de totale bevolking consumeerde meer dan de aanbevolen hoeveelheid of meer dan de ondergrens van de aanbevolen range voor melkproducten passend binnen de Schijf van Vijf. Dit percentage was het laagst voor kinderen vanaf 9-13 jaar (5%) en 14-18 jaar (3%) en vrouwen van 51-70 jaar (1%) en ouderen van 71-79 jaar (2%). Als de melkproducten die niet aan de criteria van de Schijf van Vijf voldoen werden meegerekend, consumeerde 29% van de 1-79-jarigen meer dan de ondergrens van de aanbevolen range en 17% meer dan de bovengrens of aanbevolen hoeveelheid. Zie Bijlage B.

    Kaas en kaassubstituten De totale consumptie van kaas en kaassubstituten voor 1-79-jarigen was gemiddeld 31 gram per dag. Van de totale hoeveelheid geconsumeerde kaas viel 19% binnen de Schijf van Vijf, dat komt overeen met 6 gram per dag. Mannen en vrouwen consumeerden nagenoeg eenzelfde hoeveelheid kaas en kaassubstituten passend binnen de Schijf. Voor vrouwen lijkt een groter gedeelte van de totale

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 33 van 178

    Figuur 3.8 Consumptie van Noten, pitten en zaden totaal en passend binnen de Schijf van Vijf in gram per dag (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    95 3

    6 5 7 59

    6

    127

    15

    813

    8 9 8

    - 5

    10 15 20 25 30 35 40 45 50

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Noten, pitten en zaden totaal

    30 0 1 0 1 1 1 1 1

    2 3 34 4 3 4

    -

    5

    10

    15

    20

    25

    30

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Noten, pitten en zaden Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 34 van 178

    Figuur 3.9 Consumptie van Melk en melkproducten totaal en passend binnen de Schijf van Vijf in gram per dag (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    21,7 60,3 48,4 57,4 47,7 24,4 15,1 8,0 12,3 28,9 20,4 28,7 22,0 17,9 6,6 5,9 3,8

    293369

    317359

    314 338 287 320 268 295 260 296 270305 276 304 291

    - 100 200 300 400 500 600 700 800

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Melk en melkproducten totaal

    184 205 186 201 175 195 163 194 153192

    147203

    166208

    174 203 187

    -

    100

    200

    300

    400

    500

    600

    700

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Melk en melkproducten Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 35 van 178

    Figuur 3.10 Consumptie van Kaas en kaassubstituten totaal en passend binnen de Schijf van Vijf in gram per dag (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    31

    12 1218 15

    23 1927 22

    3428

    38 33 38 33 35 30

    -

    20

    40

    60

    80

    100

    120

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Kaas en kaassubstituten totaal

    6 2 2 3 3 4 3 5 4 6 5 7 7 78 6 8

    -

    20

    40

    60

    80

    100

    120

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Kaas en kaassubstituten Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 36 van 178

    geconsumeerde hoeveelheid kaas en kaassubstituten aan de criteria van de Schijf van Vijf te voldoen. De consumptie was hoger bij volwassenen dan bij kinderen. Zie Figuur 3.10. Tot vier jaar wordt aanbevolen om geen kaas te eten, maar 73% van de kinderen van 1-3 jaar doet dit wel. Circa 1% van de 4-79-jarigen consumeerde de aanbevolen hoeveelheden kaas- en kaassubstituten passend in de Schijf van Vijf. Als kaas en kaasproducten die niet aan de criteria van de Schijf van Vijf voldoen werden meegerekend, consumeerde 34% van de 4-79-jarigen de aanbevolen hoeveelheid. Zie Bijlage B.

    3.4 Brood, graanproducten en aardappelen

    Brood (exclusief broodvervangers) De totale consumptie van brood was voor 1-79-jarigen gemiddeld 139 gram per dag. Van de geconsumeerde hoeveelheid brood viel 61% binnen de Schijf van Vijf, dat komt overeen met 85 gram per dag. De gemiddelde consumptie van jongens en mannen was significant hoger dan die van vrouwen. Zie Figuur 3.11. Vooral jonge kinderen (36% en 28% van de jongens en meisjes van 1-3 jaar, en 55% en 41% van de jongens en meisjes van 4-8 jaar) consumeerden meer dan de minimale aanbevolen hoeveelheden voor brood. Bij oudere kinderen en volwassenen werden de aanbevolen hoeveelheden ten hoogste door 19% van de leeftijdsgroep gehaald. Van de totale bevolking consumeerde 11% de minimale aanbevolen hoeveelheden voor brood passend binnen de Schijf van Vijf. Als brood dat niet aan de criteria van de Schijf van Vijf voldoet werd meegerekend, consumeerde 37% van de 1-79-jarigen meer dan de minimale aanbevolen hoeveelheid. Zie Bijlage B.

    Graanproducten en aardappelen Voor aardappelen en graanproducten geldt een geïntegreerd advies; er is één aanbevolen hoeveelheid voor het totaal van deze twee productgroepen. Dit kan dus worden gehaald door bijvoorbeeld rijst en/of aardappelen te eten. De gemiddelde consumptie van aardappelen en graanproducten voor 1-79-jarigen was 129 gram per dag, waarvan 73 gram aardappelen en knollen en 56 gram graanproducten. Van de aardappelen en graanproducten viel 45% binnen de Schijf van Vijf, dat komt overeen met 58 gram per dag. Zie Figuur 3.12. Van de graanproducten paste 14% binnen de Schijf van Vijf; dit ligt ruim onder het advies dat minimaal de helft volkoren graanproducten moet zijn. Van de totale bevolking van 1-79 jaar consumeerde 1% meer dan de (minimale) aanbevolen hoeveelheid graanproducten en aardappelen. Dit zijn met name de jonge kinderen van 1-3 jaar. Als aardappelen en graanproducten die niet aan de criteria van de Schijf van Vijf voldoen werden meegerekend, consumeerde 7% van de 1-79-jarigen meer dan de (minimale) aanbevolen hoeveelheid. Zie Bijlage B.

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 37 van 178

    Figuur 3.11 Consumptie van Brood totaal en passend binnen de Schijf van Vijf in gram per dag (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    22,1 49,8 42,5 66,1 53,2 21,3 17,4 9,0 19,6 12,8 21,2 12,4 17,7 10,7 34,8 18,5 29,2

    139

    93 85

    129111

    156123

    168

    126

    179

    127

    178

    122

    156

    111135

    106

    -

    50

    100

    150

    200

    250

    300

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Brood totaal

    1,7 13,9 6,4 17,5 4,4 1,4 0,2 0,2 0,4 0,4 0,4 0,3 0,4 0,4 2,0 1,3 2,9

    85 62 56

    79 66

    88 68

    90 69

    97 71

    108

    74

    101 74

    98 76

    -

    50

    100

    150

    200

    250

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Brood Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 38 van 178

    Figuur 3.12 Consumptie van Aardappelen en graanproducten totaal en passend binnen de Schijf van Vijf in gram per dag (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    73 39 37

    56 50 68 56

    75 59 82

    60 91

    60 95

    66 95

    69

    0

    50

    100

    150

    200

    250

    300

    350

    400

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Aardappelen en graanproducten totaal

    50 28 26 39 34

    46 36 48 37 51 37 58

    38 74

    47 84

    59

    0

    50

    100

    150

    200

    250

    300

    350

    400

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Aardappelen en graanproducten Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 39 van 178

    3.5 Dranken (incl. sappen) De totale drankconsumptie bedraagt 1831 gram per dag. Van de geconsumeerde dranken viel 71% binnen de Schijf van Vijf, dat komt overeen met 1302 gram per dag. Tot de dranken binnen de Schijf zijn koffie en thee (zonder suiker) en water gerekend. Zuiveldranken vielen niet binnen deze productgroep. Alcoholische dranken vielen onder deze productgroep buiten de Schijf. De consumptie van koffie, thee en water nam toe met de leeftijd en vrouwen consumeerden gemiddeld meer dan mannen. Zie Figuur 3.13. Van de totale groep 1-79-jarigen consumeerde 49% ten minste de aanbevolen dranken passend in de Schijf van Vijf. Volwassenen vanaf 31 jaar haalden vaker de aanbevolen consumptie (44-91%). Dit gold vooral voor vrouwen (82-91%). Zie Bijlage B.

    3.6 Overige productgroepen Naast productgroepen passend binnen de Schijf van Vijf zijn er ook productgroepen die geheel buiten de Schijf van Vijf vallen. Er wordt geadviseerd om producten buiten de Schijf, zoals sauzen en snacks, niet te veel en te vaak te eten. De consumptie van deze productgroepen wordt summier beschreven in de volgende paragrafen.

    Broodbeleg (exclusief kaas en vleeswaren) De gemiddelde consumptie van broodbeleg was 17 gram per dag voor 1-79-jarigen. Mannen en jongens consumeerden significant meer broodbeleg dan meisjes en vrouwen. Zie Figuur 3.14.

    Soepen De gemiddelde consumptie van soepen was 41 gram per dag voor 1-79-jarigen. Zoals aangegeven in paragraaf 2.3 betreft dit alleen de bouillon van de soep. Zie Figuur 3.15.

    Sauzen De groep sauzen betreft hartige en zoete sauzen (zie ook Bijlage A). De gemiddelde consumptie van sauzen was 26 gram per dag voor 1-79-jarigen. De consumptie nam toe tot een leeftijd van 50 jaar, en daarna weer af. Mannen van 19-30 en 31-50 jaar en jongens van 14-18 jaar consumeerden de meeste sauzen. Zie Figuur 3.16.

    Zoete en hartige snacks De groep zoete en hartige snacks bevatten vooral producten zoals koeken, chips, zoutjes, ijs, snoep, kroket of kaasbroodje. De gemiddelde consumptie van snacks was 82 gram per dag voor 1-79-jarigen. Mannen eten meer snacks dan vrouwen. De consumptie was het hoogst bij jongens van 9-13 jaar (102 gram), 14-18 jaar (106 gram) en 19-30 jaar (101 gram). Ook bij meisjes en vrouwen in deze leeftijdscategorieën was de gemiddelde inname het hoogst (respectievelijk 91, 94 en 88 gram per dag). Zie Figuur 3.17.

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 40 van 178

    Figuur 3.13 Consumptie van Dranken totaal en passend binnen de Schijf van Vijf in gram per dag (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    1.831

    554 561 894 864

    1.260 1.193 1.529 1.454

    1.930 1.834

    2.238 2.134 2.021 2.036 1.672 1.742

    -

    500

    1.000

    1.500

    2.000

    2.500

    3.000

    3.500

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79jaar

    1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Dranken totaal

    1.302

    178 178 260 293 412 489

    585 722 963

    1.191 1.508

    1.824 1.548

    1.898

    1.223 1.458

    -

    500

    1.000

    1.500

    2.000

    2.500

    3.000

    3.500

    4.000

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Dranken Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 41 van 178

    Figuur 3.14 Consumptie van Broodbeleg (exclusief kaas en vleeswaren) in gram per dag (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    Figuur 3.15 Consumptie van Soepen in gram per dag (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    - - - - - - - - - - - - - - - - -9

    21 20

    4 4 6 5 7 69 7

    12 8 12 813

    8 - 10 20 30 40 50 60 70 80 90

    100

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Broodbeleg

    41

    8 9 13 14 20 21 25 28

    35 37 46 47

    55 49 64

    49

    - 20 40 60 80

    100 120 140 160 180 200

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Soepen (gram/dag)

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 42 van 178

    Figuur 3.16 Consumptie van Sauzen in gram per dag (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    Figuur 3.17 Consumptie van Snacks in gram per dag (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    - - - - - - - - - - - - - - - - -

    26

    9 815 16

    23 2129

    24

    38

    27

    39

    25 2920 19

    13

    - 10 20 30 40 50 60 70 80 90

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Sauzen

    - - - - - - - - - - - - - - - - -

    8251 49

    84 80102 91

    106 94 101 88 94 75 82 65 71 62

    -

    50

    100

    150

    200

    250

    Totaal Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Jongens Meisjes Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen

    1-79 jaar 1-3 jaar 4-8 jaar 9-13 jaar 14-18 jaar 19-30 jaar 31-50 jaar 51-70 jaar 71-79 jaar

    g/da

    g

    Snacks

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 43 van 178

    Resterende producten De gemiddelde consumptie van de resterende producten was 9 gram per dag voor 1-79-jarigen. De consumptie was het hoogst bij kinderen van 1-3 jaar (20 gram), daarna lager in de leeftijd van 4-8 jaar (4 gram) en toenemend tot 9 gram bij ouderen van 71-79 jaar.

    3.7 Verhouding producten binnen en buiten de Schijf van Vijf Ruim 1900 gram van de in totaal 3000 gram geconsumeerde voedingsmiddelen per dag bestond gemiddeld uit producten passend binnen de Schijf van Vijf. Dus, ongeveer een derde van het geconsumeerde voedsel bestond uit voedingsmiddelen die niet aan de criteria van de Schijf voldoen. Zes procent (175 gram) van de geconsumeerde voedingsmiddelen viel in productgroepen die volledig buiten de Schijf van Vijf staan, zoals sauzen en snacks. Van alleen het vast voedsel bestaat ruim de helft (54%) uit Schijf van Vijf producten en van de dranken is dit 72%. NB. Deze opsplitsing in vast voedsel en dranken is iets vertekend omdat alle zuivelproducten tot het vaste voedsel gerekend zijn. Zie Figuur 3.18.

    Figuur 3.18 Bijdrage van producten passend binnen en buiten de Schijf van Vijf aan de totale inname in grammen per dag (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313). NB de groep Vast is inclusief melkproducten en soepen.

    0

    500

    1000

    1500

    2000

    2500

    Schijf BuitenSchijf

    Schijf BuitenSchijf

    Schijf BuitenSchijf

    Totaal Vast Dranken

    g/da

    g

    Dranken Melkproducten Brood

    Groente Fruit Vlees

    Aardappelen Graanproducten Kaas

    Vetten Vis Ei

    Noten Peulvruchten Snacks

    Soepen Sauzen Broodbeleg

    Overige producten

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 44 van 178

    Het percentage van de geconsumeerde producten passend binnen de Schijf van Vijf varieerde per productgroep tussen 19 en 100%. Producten binnen de productgroepen vis en ei (zoals gedefinieerd in dit rapport) passen allemaal binnen de Schijf van Vijf. Van de geconsumeerde kaas en kaassubstituten paste slechts 19% binnen de Schijf van Vijf. Binnen de productgroepen groenten, fruit, peulvruchten en dranken vielen relatief veel geconsumeerde producten binnen de Schijf van Vijf (respectievelijk 88, 92, 80 en 72%). Zie Figuur 3.19 en Bijlage C voor de resultaten voor de verschillende leeftijdsgeslachtsgroepen.

    Figuur 3.19 Per productgroep het percentage van de consumptie dat past binnen de Richtlijnen Schijf van Vijf (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    3.8 Verschillen naar leeftijd en geslacht Voor de meeste productgroepen genoemd in de Richtlijnen Schijf van Vijf waren er personen die de leeftijdsspecifieke aanbevolen hoeveelheden consumeerden. Het percentage personen waarvoor dit gold, verschilde per leeftijdsgeslachtsgroep, zie Bijlage B. Dit kan komen door verschillen in consumptie en door verschillen in aanbevolen hoeveelheden. In deze paragraaf worden de opvallende verschillen tussen de leeftijdsgeslachtsgroepen genoemd. Voor de genoemde verschillen overlappen de 95%-betrouwbaarheidsintervallen niet. Vooral binnen de jongste en oudste leeftijdsgroepen hadden meer personen een consumptie boven de leeftijdsspecifieke aanbevelingen

    88%92%

    61%

    45%

    80%

    33%

    100%

    37%

    100%

    63%

    19%

    52%

    71%

    0%

    10%

    20%

    30%

    40%

    50%

    60%

    70%

    80%

    90%

    100%

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 45 van 178

    dan de andere leeftijdsgroepen. Relatief meer jonge kinderen consumeerden minimaal de aanbevolen hoeveelheden van groenten, fruit, brood, aardappelen en graanproducten en melk en melkproducten. Verder haalden relatief meer senioren dan andere volwassenen de aanbevelingen voor de productgroepen groenten, fruit, ei, vis, brood, vlees, dranken en smeer- en bereidingsvetten. Senioren haalden weer minder vaak de aanbevelingen voor melk en melkproducten. Meer vrouwen dronken de aanbevolen hoeveelheid van dranken, aten de aanbevolen hoeveelheid fruit en aten minder vlees dan het aanbevolen maximum vergeleken met mannen. Meer mannen aten daarentegen de aanbevolen hoeveelheid ei. Ook meer jongens en mannen consumeerden de aanbevolen hoeveelheid melk en melkproducten. Tussen meisjes en jongens waren er verder nauwelijks verschillen in consumptie.

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 46 van 178

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 47 van 178

    4 Bijdrage van productgroepen Schijf van Vijf aan de nutriëntinname

    In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de bijdragen van de verschillende productgroepen aan de inname van energie en macro- en micronutriënten. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen de bijdrage van voedingsmiddelen Binnen de Schijf en van voedingsmiddelen Buiten de Schijf van de afzonderlijke productgroepen. Er wordt beschreven per productgroep voor welke nutriënten ze een belangrijke bron zijn, daarnaast wordt per nutriënt getoond welke productgroepen belangrijke leveranciers zijn. Hierbij wordt ook aangegeven welk deel van de nutriënten geleverd wordt door producten die aan de criteria van de Schijf van Vijf voldoen. Bijlagen C-F geven de bijbehorende tabellen. NB in de figuren in dit hoofdstuk zijn de namen van de productgroepen verkort weergegeven.

    4.1 Energie en macronutriënten Productgroepen

    In deze paragraaf wordt op basis van gegevens van de totale bevolking per productgroep aangegeven voor welke macronutriënten ze een belangrijke bijdrage leveren. Als de verschillen tussen kinderen en volwassenen groter waren dan vijf procentpunten zijn deze tussen haakjes gerapporteerd. Zie ook Bijlage D.

    - Groenten leverde voor de meeste macronutriënten geen belangrijke bijdrage, wel leverde het 14% van de vezelinname (volwassenen 15%, kinderen 10%).

    - Fruit leverde gemiddeld 14% aan mono- en disachariden en circa 11% van de vezelinname; de bijdrage van fruit aan energie was laag (4%).

    - Smeer- en bereidingsvetten droegen voor circa 20% bij aan de inname van totaal vet en 25% aan cis-enkelvoudig onverzadigde vetzuren en voor 31% aan meervoudig onverzadigde vetzuren, 31% aan linolzuur; 15% van de inname van verzadigd vet was afkomstig van de groep vetten; het aandeel energie van de groep smeer- en bereidingsvetten bedroeg 7%.

    - Vis en schaaldieren waren een bron van N3-vetzuren EPA en DHA (21%, volwassenen 23% en bij kinderen 12%).

    - Peulvruchten leverden gemiddeld nauwelijks een bijdrage aan de inname van macronutriënten.

    - Vlees, gevogelte, vleesvervangers en vleeswaren waren de belangrijkste bron van dierlijk eiwit (43%) en daarnaast leverde de groep gemiddeld 17% van de totaal vetinname, 18% van de verzadigd vetinname, 27% van de eiwitinname, 21% van de transvetzuur inname, 18% van EPA en DHA en 17% van de cis-onverzadigde vetzuren; deze groep leverde circa 17% van de energie-inname.

    - Ei leverde een geringe bijdrage aan energie en macronutriënten, maar wel een bijdrage van 9% aan EPA en DHA.

    - Noten en zaden leverden een geringe bijdrage aan de macronutriënten.

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 48 van 178

    - Melk en melkproducten droegen voor 22% (volwassenen 20%, kinderen 30%) bij aan de inname van dierlijk eiwit, voor 12% aan de inname van verzadigde vetten en voor 9% aan transvetzuren; ook werd gemiddeld bijna 18% van de mono- en disachariden geleverd door melk en melkproducten.

    - Kaas en kaassubstituten droegen voor 16% bij aan dierlijke eiwitten (20% bij volwassenen en 12% bij kinderen), voor 14% aan EPA en DHA, 18% aan verzadigde vetten (20% bij volwassenen en 13% bij kinderen) en 24% aan transvetzuren (26% bij volwassenen en 17% bij kinderen).

    - Aardappelen en graanproducten leverden gemiddeld 15% van de inname van plantaardig eiwit en koolhydraten, 27% van de polysachariden en 14% van de vezelinname; de bijdrage aan energie was minder dan 9%.

    - Brood droeg voor 47% bij aan de inname van plantaardig eiwit en 45% van de polysachariden. Voor koolhydraten wat dit percentage 26% en voor vezel 36%. Aan energie leverde de broodgroep circa 18%.

    - Gemiddeld was 13% van de koolhydraten afkomstig uit de dranken, in het bijzonder mono- en disachariden (24%, volwassenen 22%, kinderen 31%); alcohol was nagenoeg volledig afkomstig van alcoholhoudende dranken; de bijdrage aan energie bedroeg circa 9%.

    - Broodbeleg leverde percentueel gezien slechts een geringe bijdrage aan de inname van macronutriënten, het meest in het oog sprong de bijdrage van 7% aan mono- en disachariden, voornamelijk afkomstig van zoet broodbeleg; overall een bijdrage van 3% aan energie.

    - Soepen leverden gemiddeld nauwelijks een bijdrage aan de energie en macronutriënteninname.

    - De groep Sauzen was voor circa 11% verantwoordelijk voor de bijdrage aan alfa-linoleenzuur.

    - Snacks leverden 16% aan vet en 19% aan verzadigde vetzuren, 14% aan cis-enkelvoudig onverzadigde vetzuren en 22% aan transvetzuren (bij kinderen 4 tot 5% hoger). Ook de bijdrage aan koolhydraten en de afzonderlijke sachariden én aan energie lag tussen de 14 en 19%.

    Totaal binnen en buiten Schijf

    In de totale populatie leverden alle producten passend binnen de Schijf van Vijf 34% van de energie-inname. Deze producten droegen relatief veel bij aan de inname van vezel (57%), van eiwit (48% en 46% van dierlijk eiwit), van EPA en DHA (46%) en water (65%). Deze producten droegen minder bij aan de inname van vetten (28%), mono- en disachariden (28%), verzadigde vetzuren (23%) en transvetzuren (14%). Zie Figuur 4.1.

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 49 van 178

    Figuur 4.1 Procentuele bijdrage van voedingsmiddelen passend binnen en buiten de Schijf van Vijf aan de macronutriënteninname voor kinderen en volwassenen (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    4.1.2.1 Volwassenen Bij volwassenen was de bijdrage van voedingsmiddelen passend binnen de Schijf van Vijf aan de inname van macronutriënten over de hele linie hoger dan de bijdrage van deze producten bij kinderen. Bij volwassenen droegen producten die passen binnen de Schijf van Vijf globaal voor 30 tot 45% bij aan de inname van macronutriënten. Iets lagere bijdragen waren er aan mono-en disachariden (29%), vet (29%), verzadigde vetzuren (23%) en transvet (15%). Schijf van Vijf producten leverden de grootste bijdrage aan eiwit (50%), dierlijk eiwit (48%), plantaardig eiwit (51%), EPA en DHA (49%) vezel (58%) en water (70%). Zie Figuur 4.2.

    4.1.2.2 Kinderen Bij kinderen droegen producten passend binnen de Schijf van Vijf globaal voor 25 tot 5% bij aan energie en macronutriënten, lagere bijdrages waren er net als in de totale groep en bij de volwassenen aan mono- en disachariden (22%), verzadigd vet (20%) en transvet (13%). Schijf van Vijf producten leverden bij kinderen de grootste bijdrage aan eiwit (43%), dierlijk eiwit (41%), plantaardig eiwit (44%), vezel (52%) en water (47%). Zie Figuur 4.3.

    34 48 46 50

    35 28 41

    57

    28 40

    23 14 32

    46 46

    0

    65

    0%10%20%30%40%50%60%70%80%90%

    100%

    Schijf Buiten Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 50 van 178

    Figuur 4.2 Procentuele bijdrage van voedingsmiddelen passend binnen en buiten de Schijf van Vijf aan de macronutriënteninname bij volwassenen (VCP 2012-2016, 19-79-jarigen, n=2235).

    Figuur 4.3 Procentuele bijdrage van voedingsmiddelen passend binnen en buiten de Schijf van Vijf aan de macronutriënteninname bij kinderen (VCP 2012-2016, 1-18-jarigen, n=2078).

    3550 48 51

    36 3042

    58

    2941

    23 1533

    49 48

    0

    70

    0%10%20%30%40%50%60%70%80%90%

    100%

    Schijf Buiten Schijf

    3043 41 44

    29 2238

    52

    24 33 20 1325

    37 41

    0

    47

    0%10%20%30%40%50%60%70%80%90%

    100%

    Schijf Buiten Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 51 van 178

    Belangrijkste bronnen per nutriënt Op basis van de voorgaande resultaten wordt in deze paragraaf per nutriënt getoond welke productgroepen de belangrijkste bronnen zijn. Zie figuren 4.4-4.20 en Bijlage D. In de figuren wordt ook per productgroep weergegeven welk gedeelte van de gemiddelde inname wordt geleverd door producten uit de Schijf van Vijf.

    Figuur 4.4 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddelde inname van energie (%; VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    Figuur 4.5 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddelde inname van eiwit (%; VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    0

    5

    10

    15

    20

    %

    Schijf buiten Schijf

    05

    1015202530

    %

    Schijf buiten Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 52 van 178

    Figuur 4.6 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddelde inname van dierlijk eiwit (%; VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    Figuur 4.7 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddelde inname van plantaardig eiwit (%; VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    Figuur 4.8 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddelde inname van koolhydraten (%; VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    01020304050

    %Schijf buiten Schijf

    01020304050

    %

    Schijf buiten Schijf

    05

    1015202530

    %

    Schijf buiten Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 53 van 178

    Figuur 4.9 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddelde inname van mono- en disachariden (%; VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    Figuur 4.10 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddelde inname van polysachariden (%; VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    Figuur 4.11 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddelde inname van vezels (%; VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    05

    10152025

    %Schijf buiten Schijf

    01020304050

    %

    Schijf buiten Schijf

    05

    10152025303540

    %

    Schijf buiten Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 54 van 178

    Figuur 4.12 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddelde inname van vetten (%; VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    Figuur 4.13 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddelde inname van meervoudig onverzadigde vetzuren (%; VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    Figuur 4.14 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddelde inname van verzadigde vetzuren (%; VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    05

    10152025

    %Schijf buiten Schijf

    05

    101520253035

    %

    Schijf buiten Schijf

    0

    5

    10

    15

    20

    %

    Schijf buiten Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 55 van 178

    Figuur 4.15 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddelde inname van transvetzuren (%; VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    Figuur 4.16 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddelde inname van cis- onverzadigde vetzuren (%; VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    Figuur 4.17 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddelde inname van EPA en DHA (%; VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    0

    5

    10

    15

    20

    25

    %Schijf buiten Schijf

    05

    1015202530

    %

    Schijf buiten Schijf

    0

    5

    10

    15

    20

    25

    %

    Schijf buiten Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 56 van 178

    Figuur 4.18 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddelde inname van alfa-linoleenzuur (%; VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    Figuur 4.19 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddelde inname van alcohol (%; VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    Figuur 4.20 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddelde inname van water (%; VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    05

    101520253035

    %Schijf buiten Schijf

    05

    101520253035

    %

    Schijf buiten Schijf

    010203040506070

    %

    Schijf buiten Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 57 van 178

    4.2 Micronutriënten Productgroepen

    In deze paragraaf wordt voor de totale bevolking per productgroep de bijdrage aan de gemiddelde inname van micronutriënten beschreven. Als de verschillen tussen kinderen en volwassenen groter waren dan 5 procentpunten zijn deze hier tussen haakjes gerapporteerd. Zie Bijlage E voor de resultaten over de mineralen en Bijlage F voor de vitamines. Vitaminen

    - Groenten waren een bron van vitamine A (uitgedrukt in retinol activiteit equivalenten (RAE; 19%)), folaat (uitgedrukt in folaatequivalenten (18%)), vitamine C (23%, kinderen 16%, volwassenen 24%) en vitamine K1 (63%, kinderen 56%, volwassenen 65%).

    - Fruit was vooral een bron van vitamine C (20%). - Smeer- en bereidingsvetten leverden vooral vitamine A (20%),

    folaat (48%, kinderen 37%, volwassenen 60%) en de vitamines D (35%) en E (24%).

    - Peulvruchten droegen gemiddeld genomen niet veel bij aan de inname van vitamines.

    - Vlees, gevogelte, vleesvervangers en vleeswaren waren bronnen voor de vitaminen A (14%), B1 (24%), B2 (13%), B3 (34%), B6 (25%), B12 (31%), C (12%) en D (24%).

    - Ei droeg gemiddeld niet veel bij aan de inname van vitamines, 8% voor vitamine D.

    - Noten, pitten en zaden droegen gemiddeld niet veel bij aan de inname van vitamines.

    - Melk en melkproducten waren bronnen voor de vitaminen A (13%), B1 (10%), B2 (34%, kinderen 41%, volwassenen 32%) en B12 (26%, kinderen 34%, volwassenen 24%)

    - Kaas en kaassubstituten leverden gemiddeld 15% vitamine A (kinderen 14%, volwassenen 22%) en 15% vitamine B12.

    - Aardappelen en graanproducten leverden vooral folaat (21%), vitamine B1 (10%), vitamine B3 (10%), vitamine B6 (13%) en vitamine C (13%).

    - Brood was een bron voor folaat (22%; volwassenen 21%, kinderen 27%), vitamine B1 (16%), vitamine B3 (12%) en vitamine B6 (12%).

    - Vis en schaaldieren droegen gemiddeld niet veel bij aan de inname van vitamines, voor volwassenen droeg het 11% bij aan de inname van vitamine D, bij kinderen was dit 5%. Voor vitamine B12 was dit 11% bij volwassenen en 4% bij kinderen.

    - Dranken waren een belangrijke bron van folaat (11%, kinderen 5%, volwassenen 12%), vitamine B3 (17%), vitamine B6 (14%) en vitamine C (22%, kinderen 32%, volwassenen 19%). Bij kinderen leverde het 11% van de inname van vitamine E (bij volwassenen 3%).

    - Broodbeleg en overige producten waren voor de vitaminevoorziening gemiddeld genomen niet van belang, de hoogste bijdrage was 14% van ‘overige producten’ aan de inname van artificieel toegevoegd foliumzuur.

    - Snacks leverde 12% van de inname van vitamine D en 13% van de inname van vitamine E.

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 58 van 178

    - Soepen en sauzen waren geen belangrijke bronnen van vitaminen.

    Mineralen

    - Groenten droegen gemiddeld genomen niet veel bij aan de inname van mineralen; voor non-heem ijzer (9%) en kalium (10%) waren de percentages het hoogst.

    - Vlees, gevogelte, vleesvervangers en vleeswaren waren bronnen voor heem-ijzer (86%), fosfor (16%), ijzer (16%), kalium (14%), selenium (29%), natrium (18%) en zink (27%).

    - Melk en melkproducten vormden vooral een bron voor calcium (35%, bij kinderen 43%, bij volwassenen 33%), jodium (23%), fosfor (20%, bij kinderen 26%, bij volwassenen 19%), kalium (15%, bij kinderen 21%, bij volwassenen 14%), magnesium (12%, kinderen 17%, volwassenen 11%) en zink (13%).

    - Kaas en kaassubstituten leverden gemiddeld 23% (kinderen 16%, volwassenen 25%) van de calciuminname, 12% van fosfor en 11% van de inname van zink.

    - Aardappelen en graanproducten waren een bron voor koper (12%), magnesium (10%), non-heemijzer (11%), ijzer (10%) en kalium (11%).

    - Brood was een belangrijke bron voor koper (22%), fosfor (16%), jodium (48%), ijzer (22%), non-heem ijzer (24%), magnesium (21%) en natrium (26%; kinderen 30%, volwassenen 25%).

    - Dranken waren een bron voor calcium (12%), kalium (17%, kinderen 7%, volwassenen 19%), ijzer (11%; kinderen 2%, volwassenen 13%), non-heem ijzer (12%; kinderen 2%, volwassenen 15%), koper (19%, kinderen 14%, volwassenen 20%) en magnesium (16%, kinderen 7%, volwassenen 19%).

    - Snacks leverden gemiddeld 11% ijzer, 11% non-heem ijzer en 11% natrium.

    - De bijdrage van Fruit, Smeer- en bereidingsvetten en peulvruchten, Vis en schaaldieren, Ei, Noten, pitten en zaden, Broodbeleg, Soepen en Sauzen en Overige producten waren voor de mineralenvoorziening gemiddeld genomen niet van belang.

    Totaal binnen en buiten Schijf

    Een groot deel van de inname van micronutriënten in de totale populatie van 1-79 jaar kwamen uit Schijf van Vijf producten (circa 45-55%). Schijf van Vijf producten leverden een grote bijdrage aan de inname van vitamine B6 (56%), folaat (59%), vitamine K1 (72%), jodium (62%) en kalium (57%). Deze producten droegen minder bij aan de inname van vitamine E (38%), heem-ijzer (32%) en natrium (29%) Zie Figuur 4.21 en Bijlagen E en F.

    4.2.2.1 Volwassenen De micronutriënten vitamine K1 (72%), jodium (63%) en folaat (61%) werden vooral geleverd door producten passend binnen de Schijf van Vijf. Deze producten leverden relatief minder vitamine A (41%), vitamine E (40%), heemijzer (35%) en natrium (29%). Zie Figuur 4.22.

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 59 van 178

    Figuur 4.21 Procentuele bijdrage van voedingsmiddelen passend binnen en buiten de Schijf van Vijf aan de micronutriënten inname voor kinderen en volwassenen (VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    Figuur 4.22 Procentuele bijdrage van voedingsmiddelen passend binnen en buiten de Schijf van Vijf aan de micronutriënteninname bij volwassenen (VCP 2012-2016, 19-79-jarigen, n=2235).

    4050 51 51 57

    5945 51 42 38

    72

    48 48 4832

    5062 57 53 55

    29

    52 46

    0%10%20%30%40%50%60%70%80%90%

    100%

    Schijf Buiten Schijf

    4152 52 54 59

    6146 53 44 40

    72

    49 48 5135

    5363 59 56 57

    29

    54 47

    0%

    10%

    20%

    30%

    40%

    50%

    60%

    70%

    80%

    90%

    100%

    Schijf Buiten Schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 60 van 178

    Figuur 4.23 Procentuele bijdrage van voedingsmiddelen passend binnen en buiten de Schijf van Vijf aan de micronutriënteninname bij kinderen (VCP 2012-2016, 1-18-jarigen, n=2078).

    4.2.2.2 Kinderen Bij kinderen werden veel micronutriënten vooral geleverd door producten passend binnen de Schijf van Vijf. Vitamine K1 (68%), jodium (57%) en folaat (54%) hebben de hoogste bijdragen. Deze producten leverde relatief minder bij aan de inname van vitamine E (31%), natrium (28%) en heemijzer (23%). Zie Figuur 4.23.

    Belangrijkste bronnen per nutriënt Op basis van de voorgaande resultaten wordt in deze paragraaf per nutriënt getoond welke productgroepen de belangrijkste bronnen zijn. Zie figuren 4.24-4.46 en Bijlagen D, E en F. In de figuren wordt ook per productgroep weergegeven welk gedeelte van de gemiddelde inname wordt geleverd door producten uit de Schijf van Vijf.

    Figuur 4.24 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddelde inname van vitamine A (%; VCP 2012-2016, 1-79-jarigen, n=4313).

    36 4346 39

    49 5441 41 36 31

    68

    44 44 3823

    4057

    49 42 48

    2845 41

    0%

    10%

    20%

    30%

    40%

    50%

    60%

    70%

    80%

    90%

    100%

    Schijf Buiten Schijf

    05

    10152025

    %

    Schijf buiten schijf

  • RIVM-rapport 2020-0082

    Pagina 61 van 178

    Figuur 4.25 Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de gemiddel