Premaster Geschiedenis - Vrije Universiteit …...2015/09/30 · Premaster Geschiedenis 3e jaars...

Premaster GeschiedenisVrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Letteren - P Geschiedenis - 2013-2014

Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Letteren - P Geschiedenis - 2013-2014 I

Als je niet voldoet aan de vooropleidingseisen, dan kun je tot de masteropleiding Geschiedenis worden toegelatennadat je de premaster Geschiedenis (waarin je je deficiënties wegwerkt) met succes hebt afgerond. De premasterbestaat voor Geschiedenis in de regel uit 51 studiepunten. Op grond van je vooropleiding en specialisatiewensen bepaalt de examencommissie hoe jouw individueelpremasterprogramma eruitziet. Neem hiervoor contact op met de studieadviseur. In alle gevallen kan met het premasterprogramma, dat vastgesteld wordt door de examencommissie, uitsluitend inseptember gestart worden. Als je tot de premasterclass bent toegelaten met een hbo-diploma, dan is deelname aan een premasterassessmentverplicht. Het onderstaande schema is een voorbeeld van de studie-onderdelen die gevolgd moeten worden bij instromenvanuit HBO-bachelor-geschiedenis. Het betreft hier maatwerk. Per individueel geval wordt bekeken hoe het programma er uit gaat zien.

Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Letteren - P Geschiedenis - 2013-2014 II

http://www.vu.nl/nl/opleidingen/masteropleidingen/premasterassessment/index.asp

Inhoudsopgave

Premaster Geschiedenis 1

Premaster Geschiedenis, Contemporaine Geschiedenis 1

Premaster geschiedenis majorvak Contemporaine geschiedenis met ICT 1

Premaster Geschiedenis 2e jaars majorvak Contemporaine geschiedenis 2

Premaster Geschiedenis 3e jaars majorvak Contemporaine geschiedenis 2

Premaster Geschiedenis, Global History 2

Premaster geschiedenis majorvak Global History met ICT 3

Premaster Geschiedenis 2e jaars majorvak Global History 3

Premaster Geschiedenis 3e jaars majorvak Global History 3

Premaster Geschiedenis, Middeleeuwen/Vroegmoderne geschiedenis 4

Premaster geschiedenis majorvak Middeleeuwen/Vroegmoderne geschiedenis met ICT 4

Premaster Geschiedenis 2e jaars majorvak Middeleeuwen/Vroegmoderne geschiedenis 4

Premaster Geschiedenis 3e jaars majorvak Middeleeuwen/Vroegmoderne geschiedenis 4

Premaster Geschiedenis, Oude geschiedenis 5

Premaster geschiedenis majorvak Oude geschiedenis met ICT 5

Premaster Geschiedenis 2e jaars majorvak Oude geschiedenis 5

Premaster Geschiedenis 3e jaars majorvak Oude Geschiedenis 6

Vak: Academische vaardigheden premaster (Periode 1) 6

Vak: Bachelorscriptie colloquium geschiedenis (Periode 4+5+6) 7

Vak: Ba-scriptie contemporaine geschiedenis (Ac. Jaar (september)) 8

Vak: Ba-scriptie cultuurgeschiedenis (Ac. Jaar (september)) 9

Vak: Ba-scriptie economische en sociale geschiedenis (Ac. Jaar (september)) 10

Vak: Ba-scriptie middeleeuwse geschiedenis (Ac. Jaar (september)) 10

Vak: Ba-scriptie niet-westerse geschiedenis (Ac. Jaar (september)) 11

Vak: Ba-scriptie oude geschiedenis (Ac. Jaar (september)) 11

Vak: Communicatie en leescultuur in de late Middeleeuwen (Periode 4) 12

Vak: Communicatie en leescultuur Vroegmoderne tijd (Periode 5+6) 13

Vak: Culturele bronnen van de politieke geschiedenis (Periode 2+3) 14

Vak: Databases: Structuring Data in Humanities (Periode 4) 15

Vak: De VOC en identiteiten in Zuidelijk Afrika (Periode 5) 16

Vak: Democratization (Periode 4) 18

Vak: Democratization in Southern Europe and Latin America (Periode 5) 19

Vak: Dolende geesten (Periode 4+5+6) 20

Vak: Dutch Colonialism in European Perspective (Periode 2+3) 21

Vak: Empire and Continental Europe (Periode 4+5+6) 22

Vak: Europa eerst, China nu (Periode 2+3) 23

Vak: Filosofie: Kennis, interpretatie en context, pmc (Periode 2+3) 25

Vak: Global History in debat (Periode 1) 26

Vak: Global History, de wereld en Nederland (Periode 4) 27

Vak: Godsdiensten van de Oudheid (Periode 2+3) 28

Vak: Hellenism from Alexander the Great to Severus Alexander (Periode 4) 29

Vak: Het reëel bestaande socialisme? Het communisme in Europa van Marx tot Gorbatsjov(Periode 4+5+6)

30

Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Letteren - P Geschiedenis - 2013-2014 III

Vak: Historiografie (Periode 4) 31

Vak: Holocaust: Geschiedenis en Herinnering (Periode 1) 32

Vak: Inleiding historische bronnen B (Periode 1) 33

Vak: Interdisciplinair werkcollege Oudheidkunde (Periode 4+5+6) 34

Vak: Mondelinge geschiedenis, methoden en technieken (Periode 5+6) 35

Vak: Nederlandse politieke problemen in biografisch perspectief (Periode 5) 36

Vak: Networks Around the Indian Ocean (Periode 4+5+6) 37

Vak: Sociologisch-economisch denken (Periode 5) 39

Vak: The Netherlands in the Early Modern Period (Periode 2) 40

Vak: The Netherlands in the Late Middle Ages (Periode 1) 40

Vak: Theorie van de geschiedenis (Periode 4+5) 41

Vak: Typically Dutch (Periode 1) 42

Vak: Vips en vuurwerk: de stad als historisch podium (Periode 4+5+6) 44

Vak: Water in de wereld (Periode 2+3) 45

Vak: Werkcollege Holocaust: Geschiedenis en Herinnering (Periode 2+3) 46

Vak: Werkcollege oude geschiedenis (Periode 5+6) 47

Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Letteren - P Geschiedenis - 2013-2014 IV

----

---

Premaster Geschiedenis Volge de modules van één van de 4 trajecten. Opleidingsdelen:

Premaster Geschiedenis, Contemporaine Geschiedenis Premaster Geschiedenis, Global History Premaster Geschiedenis, Middeleeuwen/Vroegmoderne geschiedenis Premaster Geschiedenis, Oude geschiedenis

Vakken:

Premaster Geschiedenis, Contemporaine Geschiedenis Volg de scriptie (9 stp), een tweedejaarsmodule met ict (6 stp), een tweedejaars majormodule (6 stp) en een derdejaars module (9 stp). Opleidingsdelen:

Premaster geschiedenis majorvak Contemporaine geschiedenis met ICT Premaster Geschiedenis 2e jaars majorvak Contemporaine geschiedenis Premaster Geschiedenis 3e jaars majorvak Contemporaine geschiedenis

Vakken:

Premaster geschiedenis majorvak Contemporaine geschiedenis met ICT Kies één module (6 stp). Vakken:

Naam Periode Credits Code

Academische vaardighedenpremaster

Periode 1 3.0 L_AAPMALGACV

Bachelorscriptie colloquiumgeschiedenis

Periode 4+5+6 3.0 L_GABAGESCOL

Filosofie: Kennis,interpretatie en context, pmc

Periode 2+3 3.0 L_YAPMALG005

Historiografie Periode 4 6.0 L_GABAGES307

Theorie van degeschiedenis

Periode 4+5 6.0 L_GCBAGES213


Ba-scriptie contemporainegeschiedenis

Ac. Jaar (september) 9.0 L_GCBAGESSCR


Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Letteren - P Geschiedenis - 2013-2014 30-9-2015 - Pagina 1 van 48

#ModuleGroup:50753099:50048781:1

#ModuleGroup:50753100:50048781:1

#ModuleGroup:50753092:50048781:1

#ModuleGroup:50753101:50048781:1

#ModuleGroup:50753109:5004878150753099:2

#ModuleGroup:50753193:5004878150753099:2

#ModuleGroup:50753237:5004878150753099:2

---

Premaster Geschiedenis 2e jaars majorvak Contemporaine geschiedenis Kies één module (6 stp). Vakken:

Premaster Geschiedenis 3e jaars majorvak Contemporaine geschiedenis Vakken:

Premaster Geschiedenis, Global History Kies één van de scripties (9 stp) en volg een tweedejaarsmodule met ict (6 stp), een tweedejaars majormodule (6 stp) en een derdejaars module (9 stp). Opleidingsdelen:

Premaster geschiedenis majorvak Global History met ICT Premaster Geschiedenis 2e jaars majorvak Global History Premaster Geschiedenis 3e jaars majorvak Global History

Vakken:

Culturele bronnen van depolitieke geschiedenis

Periode 2+3 6.0 L_GABAGES210

Mondelinge geschiedenis,methoden en technieken



Democratization Periode 4 6.0 L_GABAGES208

Democratization in SouthernEurope and Latin America

Periode 5 6.0 L_GEBAGES210

Dutch Colonialism inEuropean Perspective


Holocaust: Geschiedenis enHerinnering

Periode 1 6.0 L_GCBAALG001

Nederlandse politiekeproblemen in biografischperspectief

Periode 5 6.0 L_GCBAGES214

Typically Dutch Periode 1 6.0 L_GCBAGES211

Werkcollege Holocaust:Geschiedenis enHerinnering

Periode 2+3 6.0 L_GCBAALG002


Empire and ContinentalEurope

Periode 4+5+6 9.0 L_GCBAGES304


#ModuleGroup:50753111:5004878150753100:2

#ModuleGroup:50753194:5004878150753100:2

#ModuleGroup:50753239:5004878150753100:2

Premaster geschiedenis majorvak Global History met ICT Kies één module (6 stp). Vakken:

Premaster Geschiedenis 2e jaars majorvak Global History Kies één module (6 stp). Vakken:

Premaster Geschiedenis 3e jaars majorvak Global History Kies één module (9 stp). Vakken:


Ba-scriptie economische ensociale geschiedenis

Ac. Jaar (september) 9.0 L_GEBAGESSCR

Ba-scriptie niet-westersegeschiedenis

Ac. Jaar (september) 9.0 L_GWBAGESSCR


Europa eerst, China nu Periode 2+3 6.0 L_GWBAGES205

Water in de wereld Periode 2+3 6.0 L_GEBAGES206


De VOC en identiteiten inZuidelijk Afrika

Periode 5 6.0 L_GWBAGES206

Democratization Periode 4 6.0 L_GABAGES208

Democratization in SouthernEurope and Latin America


Europa eerst, China nu Periode 2+3 6.0 L_GWBAGES205

Global History in debat Periode 1 6.0 L_GABAGES204

Global History, de wereld enNederland


Sociologisch-economischdenken



Het reëel bestaandesocialisme? Hetcommunisme in Europa vanMarx tot Gorbatsjov

Periode 4+5+6 9.0 L_GEBAGES305

Networks Around the IndianOcean

Periode 4+5+6 9.0 L_GWBAGES302


---

Premaster Geschiedenis, Middeleeuwen/Vroegmoderne geschiedenis Kies één van de scripties (9 stp) en volg een tweedejaarsmodule met ict (6 stp), een tweedejaars majormodule (6 stp) en een derdejaars module (9 stp). Opleidingsdelen:

Premaster geschiedenis majorvak Middeleeuwen/Vroegmoderne geschiedenis met ICT Premaster Geschiedenis 2e jaars majorvak Middeleeuwen/Vroegmoderne geschiedenis Premaster Geschiedenis 3e jaars majorvak Middeleeuwen/Vroegmoderne geschiedenis

Vakken:

Premaster geschiedenis majorvak Middeleeuwen/Vroegmoderne geschiedenis metICT Kies één module (6 stp). Vakken:

Premaster Geschiedenis 2e jaars majorvak Middeleeuwen/Vroegmodernegeschiedenis Kies één module (6 stp). Vakken:


Ba-scriptiecultuurgeschiedenis

Ac. Jaar (september) 9.0 L_GNBAGESSCR

Ba-scriptie middeleeuwsegeschiedenis

Ac. Jaar (september) 9.0 L_GMBAGESSCR


Communicatie enleescultuur in de lateMiddeleeuwen

Periode 4 6.0 L_GMBAGES205

Communicatie enleescultuur Vroegmodernetijd

Periode 5+6 6.0 L_GNBAGES206


The Netherlands in the EarlyModern Period

Periode 2 6.0 L_GABAGES207

The Netherlands in the LateMiddle Ages

Periode 1 6.0 L_GMBAGES204


#ModuleGroup:50753110:5004878150753092:2

#ModuleGroup:50753197:5004878150753092:2

#ModuleGroup:50753241:5004878150753092:2

---

Premaster Geschiedenis 3e jaars majorvak Middeleeuwen/Vroegmodernegeschiedenis Kies één module (9 stp). Vakken:

Premaster Geschiedenis, Oude geschiedenis Volg de scriptie (9 stp), een tweedejaarsmodule met ict (6 stp), een tweedejaars majormodule (6 stp) en een derdejaars module (9 stp). Opleidingsdelen:

Premaster geschiedenis majorvak Oude geschiedenis met ICT Premaster Geschiedenis 2e jaars majorvak Oude geschiedenis Premaster Geschiedenis 3e jaars majorvak Oude Geschiedenis

Vakken:

Premaster geschiedenis majorvak Oude geschiedenis met ICT Vakken:

Premaster Geschiedenis 2e jaars majorvak Oude geschiedenis Kies één module (6 stp). Vakken:


Dolende geesten Periode 4+5+6 9.0 L_GABAGES313

Vips en vuurwerk: de stadals historisch podium

Periode 4+5+6 9.0 L_GABAGES312


Ba-scriptie oudegeschiedenis

Ac. Jaar (september) 9.0 L_GOBAGESSCR


Databases: Structuring Datain Humanities

Periode 4 6.0 L_BEBAALG201


Godsdiensten van deOudheid

Periode 2+3 6.0 L_OABAOHK201


#ModuleGroup:50753106:5004878150753101:2

#ModuleGroup:50753205:5004878150753101:2

#ModuleGroup:50753244:5004878150753101:2

Premaster Geschiedenis 3e jaars majorvak Oude Geschiedenis Vakken:

Academische vaardigheden premaster

Doel vakHet aanleren van vaardigheden op het gebied van zoeken, beoordelen en verwerken van informatie (zgn. informatievaardigheden) en het kritisch lezen en schrijven van wetenschappelijke teksten. Inhoud vakDeze cursus bestaat uit een aantal verschillende onderdelen, verdeeld over tien modules. In de eerste reeks modules wordt aandacht besteed aan het gebruik van bronnen en wetenschappelijke literatuur en aan het onderscheid tussen verschillende publicatietypen. Daarnaast doet de deelnemer praktische vaardigheid op in het zoeken van wetenschappelijke literatuur met behulp van de UBVU-catalogus, het landelijke catalogussysteem PiCarta en de belangrijkste (digitale) bibliografieën voor zijn of haar vakgebied. Ook het zoeken naar informatie op het internet wordt behandeld, en daaraan gerelateerd de wijze waarop dergelijke informatie kan worden beoordeeld op zijn bruikbaarheid in een wetenschappelijke context. In de tweede reeks modules wordt aandacht besteed aan de wijze waarop in een academische omgeving wordt omgegaan met informatie. Een belangrijk aspect daarvan is het in de eigen tekst verwijzen naar, citeren van en parafraseren van andere informatiebronnen. Voor dat verwijzen gelden vakspecifieke regels, die in deze cursus worden geïntroduceerd en geoefend. De derde reeks modules begint met het kritisch leren lezen van teksten. Hierbij maakt de

Hellenism from Alexanderthe Great to SeverusAlexander

Periode 4 6.0 L_GOBAGES203

Inleiding historischebronnen B

Periode 1 6.0 L_GOBAOHK202

Werkcollege oudegeschiedenis

Periode 5+6 6.0 L_GOBAGES204


Interdisciplinair werkcollegeOudheidkunde

Periode 4+5+6 9.0 L_AABAOHK301

Vakcode L_AAPMALGACV ()

Periode Periode 1

Credits 3.0

Voertaal Nederlands

Faculteit Faculteit der Letteren

Coördinator drs. A.C.T. Groot

Docent(en) drs. E. Akkerman, dr. M.G. Onrust, dr. P.H. Moser

Lesmethode(n) Hoorcollege

Niveau 100


cursist kennis met kwaliteitscriteria voor argumentatie in wetenschappelijke teksten en met technieken voor het beoordelen van de kwaliteit van de argumentatie in teksten. Tenslotte wordt aandacht besteed aan het schrijven van een wetenschappelijke betoog. Na een algemene introductie in het genre academische tekst wordt aandacht besteed aan een aantal specifieke aspecten daarvan, zoals de probleemstelling en de functie daarvan voor de rest van de tekst, de structuur/opbouw van de wetenschappelijke tekst, en taalgebruik en toon. Ook leert de deelnemer wat de meest efficiënte manier is om een schrijftaak aan te pakken. OnderwijsvormStart- en tussentijdse bijeenkomst. Verder zelfstudie, gestuurd door een online cursus die grotendeels op afstand kan worden gevolgd. Via digitale communicatie met docent en medestudenten. ToetsvormVier toetsvormen. Deze moeten allemaal beoordeeld zijn als voldoende. LiteratuurAl het onderwijsmateriaal wordt online via Blackboard beschikbaar gesteld. De Werkbank Academische Vaardigheden is als naslagwerk online raadpleegbaar. Vereiste voorkennisBasisvaardigheden computergebruik (tekstverwerking; webbrowser; e-mail). DoelgroeppreMaster studenten: Kunst- en Cultuurwetenschappen; Erfgoedstudies (60 stpn) Overige informatieHet programma EndNote is geen standaard onderdeel van Windows. Het is beschikbaar op alle facultaire pc's. Aangeraden wordt om te werken met de VU-versie van EndNote. Bachelorscriptie colloquium geschiedenis

Doel vakBijdragen aan het verhelderen van de vraagstelling en aan het verbeteren van de opzet en aanpak van de bachelorscriptie door onderlinge discussie tussen studenten die hiermee bezig zijn. Bijdragen aan de realisering van het tijdplan voor de scriptie door de verplichting tot gefaseerde tussentijdse presentaties.

Vakcode L_GABAGESCOL ()

Periode Periode 4+5+6

Credits 3.0

Voertaal Nederlands


Coördinator dr. V. Enthoven

Docent(en) prof. dr. F.A. van Lieburg, dr. V. Enthoven

Lesmethode(n) Werkcollege

Niveau 300


Inhoud vakOpstellen van een tijdplan, een inhoudelijk werkplan, een status quaestionis, een broncommentaar en een eindverslag. OnderwijsvormWerkcollege ToetsvormOpdrachten LiteratuurP. de Buck e.a., Zoeken en schrijven. Handleiding bij het maken van een historisch werkstuk (Baarn, 2005 of latere druk) Vereiste voorkennisAlleen toegankelijk voor studenten die bij het begin van periode 4 tenminste 120 studiepunten hebben behaald en die daadwerkelijk met hun scriptie bezig zijn. Doelgroep3e jaars studenten Geschiedenis Overige informatieWie zich inschrijft heeft toegang tot de informatie op Blackboard. Toelating tot het college geschiedt na aanmelding bij de examencommissie en inlevering van een officiële uitdraai van behaalde studiepunten. Voor de bachelorscriptie wordt het cijfer pas toegekend als het scriptiecolloquium in voldoende mate is afgerond. Ba-scriptie contemporaine geschiedenis

Doel vakOnder begeleiding een afgerond onderzoek ontwerpen en uitvoeren en van de resultaten schriftelijk verslag doen. Inhoud vakHet thema van de scriptie wordt in overleg tussen de student en de begeleidende docent vastgesteld. Van de student wordt verwacht dat hij of zij de stand van zaken met betrekking tot het onderwerp in de scriptie verwoordt en bij de uitvoering van het onderzoek een goed afgebakend corpus aan primaire bronnen bewerkt. Zie verder de BA- scriptiehandleiding. OnderwijsvormIndividuele begeleiding; deelname aan het bachelor scriptiecolloquium

Vakcode L_GCBAGESSCR (519451)

Periode Ac. Jaar (september)

Credits 9.0

Voertaal Nederlands


Coördinator prof. dr. S. Legene

Niveau 300


ToetsvormDe voltooide scriptie is de toets LiteratuurDe student zoekt zelf literatuur, en krijgt hierin ondersteuning van de docent. Vereiste voorkennisAan de scriptie kan worden begonnen in het derde jaar; de vakken van het tweede jaar van de major contemporaine geschiedenis moeten zijn afgerond. DoelgroepDerdejaars studenten Geschiedenis Overige informatieVoor het schrijven van de bachelorscriptie is deelname aan het Bachelor geschiedenis colloquium (L_GABAGESCOL) verplicht. Ba-scriptie cultuurgeschiedenis

Doel vakOnder begeleiding een afgerond onderzoek ontwerpen en uitvoeren en van de resultaten schriftelijk verslag doen Inhoud vakHet thema van de scriptie wordt in overleg tussen de student en de begeleidende docent vastgesteld. Van de student wordt verwacht dat hij de stand van zaken met betrekking tot het onderwerp in de scriptie verwoordt en bij de uitvoering van het onderzoek een goed afgebakend corpus aan primaire bronnen bewerkt OnderwijsvormIndividuele begeleiding; deelname aan het bachelor scriptiecolloquium ToetsvormDe voltooide scriptie is de toets LiteratuurHangt af van het onderwerp Vereiste voorkennisHet voorafgaande program van de major ME/VM is afgewerkt DoelgroepDerdejaars studenten Geschiedenis

Vakcode L_GNBAGESSCR (518451)


Credits 9.0

Voertaal Nederlands


Coördinator prof. dr. I.B. Leemans

Niveau 300


Overige informatieVoor het schrijven van de bachelorscriptie is deelname aan het Bachelor geschiedenis colloquium (L_GABAGESCOL) verplicht. Ba-scriptie economische en sociale geschiedenis

Inhoud vakKeuze van het onderwerp in overleg tussen student en begeleider. OnderwijsvormIndividuele begeleiding plus deelname aan bachelorscriptiecolloquium. ToetsvormBeoordeling in cijfers 0-10. LiteratuurWordt door student zelf gezocht, met advies van begeleider. Vereiste voorkennisVoor het schrijven van de bachelorscriptie is deelname aan het Bachelorgeschiedenis colloquium verplicht. DoelgroepDerdejaarsstudenten Geschiedenis Overige informatieVoor het schrijven van de bachelorscriptie is deelname aan het Bachelorgeschiedenis colloquium verplicht. Vooraf is een scriptieovereenkomst nodig, die goedgekeurd moet worden door de examencommissie. Ba-scriptie middeleeuwse geschiedenis

Doel vakOnder begeleiding een afgerond onderzoek ontwerpen en uitvoeren en van de resultaten schriftelijk verslag doen

Vakcode L_GEBAGESSCR (520451)


Credits 9.0

Voertaal Nederlands


Coördinator prof. dr. C.A. Davids

Niveau 300

Vakcode L_GMBAGESSCR (517451)


Credits 9.0

Voertaal Nederlands


Coördinator prof. dr. K. Goudriaan

Niveau 300


Inhoud vakHet thema van de scriptie wordt in overleg tussen de student en de begeleidende docent vastgesteld. Van de student wordt verwacht dat hij de stand van zaken met betrekking tot het onderwerp in de scriptie verwoordt en bij de uitvoering van het onderzoek een goed afgebakend corpus aan primaire bronnen bewerkt. OnderwijsvormIndividuele begeleiding; deelname aan het bachelor scriptiecolloquium ToetsvormDe voltooide scriptie is de toets LiteratuurHangt af van het onderwerp Vereiste voorkennisHet voorafgaande program van de major ME/VM is afgewerkt DoelgroepDerdejaars studenten geschiedenis Overige informatieVoor het schrijven van de bachelorscriptie is deelname aan het Bachelor geschiedenis colloquium (L_GABAGESCOL) verplicht. Ba-scriptie niet-westerse geschiedenis

Overige informatieVoor het schrijven van de bachelorscriptie is deelname aan het Bachelor geschiedenis colloquium (L_GABAGESCOL) verplicht. Ba-scriptie oude geschiedenis

Vakcode L_GWBAGESSCR (521451)


Credits 9.0

Voertaal Nederlands


Coördinator prof. dr. P.D. Nyiri

Niveau 300

Vakcode L_GOBAGESSCR (516451)


Credits 9.0

Voertaal Nederlands


Coördinator prof. dr. R.J. van der Spek

Niveau 300


OnderwijsvormIndividuele begeleiding; deelname aan het bachelor scriptiecolloquium. Overige informatieVoor het schrijven van de bachelorscriptie is deelname aan het Bachelor geschiedenis colloquium (L_GABAGESCOL) verplicht. Communicatie en leescultuur in de late Middeleeuwen

Doel vakInzicht in historische communicatiemiddelen en -processen en in de culturele en sociaal-historische context van informatieverspreiding; oefening in de omgang met literatuur en historisch materiaal en in de mondelinge en schriftelijke presentatie van bevindingen op academisch niveau. Inhoud vakKennismaking met enkele ingrijpende overgangen in de maatschappelijke communicatie gedurende de (latere) Middeleeuwen: van orale naar schriftcultuur; handschriftelijke boekproducite; geletterdheid en communicatie; de introductie van de drukpers; de laatmiddeleeuwse periode als 'reformatorische Oeffentlichkeit'; censuur en hoe die te omzeilen. OnderwijsvormCombinatie van hoor- en werkcollege. Studenten verwerken de secundaire literatuur in kleine schriftelijke opdrachten. Daarnaast doen zij bronnenonderzoek op digitale bestanden en oefenen in digitale technieken die op teksten betrekking hebben (ICT-component). Verslaglegging vindt plaats via mondelinge inbreng in de colleges en assignments in te leveren via blackboard. Aan het eind schrijft ieder een werkstuk op basis van een bron en secundaire literatuur ToetsvormOpdrachten; een ICT-opdracht; een werkstuk LiteratuurAsa Briggs and Peter Burke, A Social History of the Media. From Gutenberg to the Internet (2nd edition; Oxford 2005) Diverse artikelen, wordt op college bekendgemaakt Vereiste voorkennisEerstejaars ME/VM afgerond

Vakcode L_GMBAGES205 ()

Periode Periode 4

Credits 6.0

Voertaal Nederlands



Docent(en) drs. B.F. Stuyvenberg, prof. dr. K. Goudriaan


Niveau 200


Doelgroep2e jaars studenten Geschiedenis; overige belangstellenden in overleg met de docent Communicatie en leescultuur Vroegmoderne tijd

Doel vakInzicht in historische communicatiemiddelen en -processen en in de culturele en sociaal-historische context van informatieverspreiding; oefening in de omgang met literatuur en historisch materiaal en in de mondelinge en schriftelijke presentatie van bevindingen op academisch niveau. Inhoud vakVrijwel alle terreinen waarop het vakdomein van de moderne Cultuurgeschiedenis zich richt, zijn te vatten onder het begrip 'communicatie'. Daarbij kan gedacht worden aan gedrukte mediabronnen (zoals spectatoriale geschriften, pamfletten, kranten en weekbladen) en zogeheten 'egodocumenten' (bijv. handgeschreven brieven, dagboeken em reisverslagen), ontwikkelingen in de leescultuur, maar ook aan orale vormen van communicatie zoals volksverhalen, balladen, roddels en preken. Ook schilderijen, toneelstukken, kleding, gebaren, rituelen, emoties, de constructie van beelden van publieke personen en vormen van zelf(re)presentatie, kunnen in feite allemaal worden omschreven als middelen waarvan men in de vroegmoderne periode gebruik maakte om bepaalde boodschappen over te brengen. In dit themacollege wordt de aandacht gericht op de brede waaier van middelen waarmee mensen tussen ruwweg 1570 en 1850 elkaar onderling van kennis en informatie voorzagen, waarbij het accent ligt op de late achttiende eeuw, de periode waarin volgens Habermas de publieke sfeer voor het eerst vaste gestalte kreeg. Naast het lezen van inleidende theoretische literatuur, gaan de studenten ook zelf in het archief een aantal verschillende typen bronnen leren kennen. Het perspectief van waaruit zij dat gaan doen is steeds de aanname dat het achterliggend motief communicatie was en dat dit ook bepalend was voor het medium dat gekozen werd. In het cursusprogramma zal ook tijd worden ingeruimd om inzicht te verkrijgen in de beschikbaarheid van digitale bronnen en gegevensbestanden in het kader van dergelijk archiefonderzoek en zal aandacht worden besteed aan de toepassingsmogelijkheden van relevante ICT-methoden en -technieken bij het historisch bronnenonderzoek. OnderwijsvormCombinatie van werkcollege en hoorcollege. Studenten verwerken de secundaire literatuur in kleine schriftelijke opdrachten en verrichten

Vakcode L_GNBAGES206 ()

Periode Periode 5+6

Credits 6.0

Voertaal Nederlands


Coördinator prof. dr. I.B. Leemans

Docent(en) drs. B.F. Stuyvenberg, dr. E. Hagen, prof. dr. I.B.Leemans


Niveau 200


bronnenonderzoek op afdeling Oude Drukken en brengen daarvan schriftelijk en mondeling verslag van uit. Aan het eind schrijft de student een werkstuk op grond van secundaire literatuur. Oefening met digitale bestanden en technieken die betrekking hebben op teksten. Dit is een voortzetting van een soortgelijke ICT-opdracht als onderdeel van de cursus Communicatie en leescultuur ME. ToetsvormArchiefopdrachten; een ICT-opdracht; werkstuk. LiteratuurAsa Briggs and Peter Burke, A Social History of the Media. From Gutenberg to the Internet. Polity Press, 2005 (second edition) Vereiste voorkennisEerstejaars major ME/VM afgerond. Doelgroep2e jaars studenten Geschiedenis; overige belangstellenden in overleg met de docent. Culturele bronnen van de politieke geschiedenis

Doel vakKennis en inzicht verwerven in de politieke betekenis van culturele producties uit het verleden, en kunnen toepassen op concreet bronnenmateriaal; vaardigheden en criteria ontwikkelen voor de analyse en beoordeling van historische producties over het verleden; oefenen met het zelf maken van een culturele voorstelling van een politieke gebeurtenis, en beargumenteren welke keuzes daarbij zijn gemaakt. In theoretisch opzicht zal daarbij het begrip ‘intermedialiteit’ centraal staan en ‘handen en voeten’ krijgen. Dit vak bevat bovendien een basistraining ICT en geschiedenis, gericht op het verkrijgen van inzicht in de mogelijkheden van het gebruik van digitale bronnen en/of gegevensbestanden. Dit zal worden toegepast op de digitale ontsluiting en presentatie van culturele bronnen van de politieke geschiedenis. Inzicht wordt verkregen en vaardigheden opgedaan met betrekking tot de toepassingsmogelijkheden van relevante ICT-methoden en -technieken bij het onderzoek aan dergelijke bronnen en bestanden. Inhoud vakIn dit vak worden tekstuele, visuele, materiële en immateriële bronnen van de politieke geschiedenis behandeld, zoals: documenten, fictie, foto’s, museale collecties, standbeelden, culturele gebruiken of

Vakcode L_GABAGES210 ()

Periode Periode 2+3

Credits 6.0

Voertaal Nederlands



Docent(en) drs. B.F. Stuyvenberg, prof. dr. S. Legene, dr. D. van derMaas


Niveau 200


muziek. Met concrete voorbeelden wordt de theorievorming uit de cultuurwetenschappen verbonden aan (politieke) geschiedschrijving. Dit betekent dat de culturele bronnen niet alleen als genre worden besproken (romans, foto’s, beeldende kunst, etc.) maar ook historisch-specifiek worden gemaakt. OnderwijsvormNadruk in dit vak ligt op praktisch 'oefenen' en conceptueel uitdiepen: analyseren van bronnen, analyseren van de wijze waarop bronnen toegankelijk zijn, presenteren van historische verhalen, achterhalen van politieke betekenissen, nadenken over relaties tussen orality, visuality en literacy. Gedurende zes weken wordt wekelijks een ander 'medium' centraal gesteld. Met gerichte opdrachten worden zelf bepaalde bronnen geanalyseerd en ontsloten. Verplichte excursies worden georganiseerd; studenten worden tevens aangemoedigd om naar tentoonstellingen en lezingen te gaan waar culturele bronnen een belangrijke rol spelen in het uitdiepen van politieke geschiedenissen. ToetsvormICT-oefeningen, wekelijkse opdrachten en eindpresentatie; een eindpresentatie kan door meerdere studenten samen gemaakt worden. LiteratuurWordt via Blackboard bekend gemaakt. Vereiste voorkennisToegelaten tot het tweede jaar van een opleiding in de geesteswetenschappen of sociale wetenschappen; ACVA met voldoende afgerond. DoelgroepTweedejaars studenten major Contemporaine geschiedenis; studenten van de minor Kunst en Cultuur Databases: Structuring Data in Humanities

Doel vakHet opdoen van kennis en vaardigheden m.b.t. het ontwerpen, invullen en gebruiken van databases voor de oudheid. Kennis en vaardigheden worden opgedaan in de colleges. De basis hiervoor vormen de syllabi en de literatuur en ieder jaar een specifiek probleemgeval(len) uit de praktijk behandelen (binnen de vakgebieden Archeologie en Oudheidkunde). Het betreft hier ruwe data die nog niet verwerkt zijn. Studenten kunnen aan het eind van de cursus ruwe informatie reproduceren en interpreteren in een databaseomgeving, analyses maken, eenvoudige technische database

Vakcode L_BEBAALG201 ()

Periode Periode 4

Credits 6.0

Voertaal Nederlands


Coördinator drs. B.C. Ridderhof

Docent(en) drs. B.C. Ridderhof

Lesmethode(n) Hoorcollege, Practicum

Niveau 200


problemen oplossen en de stand van zaken rond het afgebakende onderwerp samenvatten. Inhoud vakDatabases zijn niet meer weg te denken uit de dagelijkse en wetenschappelijke wereld. Het is dé basis voor de primaire verwerking gegevens. Dit geldt zowel voor gegevens resulterend uit veldwerk, als voor gegevens resulterend uit archief of vergelijkbaar onderzoek. Op het meer theoretische vlak zijn de voorbeelden "predictive modeling" en verwachtingsnota's voor culturele gebieden. Het begint echter met een goede vraagstelling en een daaruit voortvloeiende correcte databaseontwerp.De cursus leert de deelnemers aan de hand van praktische voorbeelden (bijvoorbeeld c- 14 dateringen uit de middeleeuwen en de agrarische handleidingen van Cato de Oudere) een correcte database te ontwerpen door het stellen van de juiste vragen aan het materiaal. Tijdens de 7 colleges (1 uur theorie en 3 uur practicum) leren de studenten een correcte database ontwerpen middels de tabellen opzet, correcte relaties leggen tussen de verschillende database onderdelen, het het stellen van slimme vragen (SQL), het normaliseren van een database, samenvoegen van databases, het exporteren gegevens en schrijven van kleine programmeer regels om de database te stoomlijnen. Tijdens de lessen is er een evenwicht tussen de technische correctheid van de te ontwerpen database (tabellen) en het praktisch gebruik ervan (SQL). Onderwijsvorm4 uur per week, 1 uur hoorcollege en 3 uur practicum. De cursus is arbeidsintensief. Van de deelnemers wordt een samenwerkend vermogen en zelfwerkzaamheid bij de oefeningen en opdrachten verwacht. ToetsvormTentamen aan het eind van de collegereeks (30% van het eindcijfer) en een grote praktisch eindopdracht (70% van het eindcijfer). Beoordeling in cijfers (0-10). LiteratuurSyllabus; Abbott, E., 2006: Flatland, a romance of many dimensions, London; Kaplan, R., 2000: The nothing, that is, a natural history of zero. Oxford, óf Seife, C., 2000: Zero, The biography of a dangerous idea, London. Doelgroep2e jaars studenten Archeologie, Oudheidkunde en geïnteresseerden. Overige informatieVoor alle oefeningen en opdrachten wordt gebruik gemaakt van de programma's Access, Word/Notepad en de Dos prompt. De VOC en identiteiten in Zuidelijk Afrika

Vakcode L_GWBAGES206 ()

Periode Periode 5

Credits 6.0

Voertaal Nederlands


Coördinator dr. F.D. Huijzendveld


Doel vakHet verkrijgen van kennis en inzicht in de historiografie en de geschiedenis van Zuid- Afrika aan de hand van colleges, een kritische analyse van wetenschappelijke artikelen. Het maken van een werkschema. Het kiezen van een eigen onderwerp binnen een algemeen kader of algemene problematiek. Het zelfstandig vinden van literatuur. Het opzetten van onderzoek. Het voren en leiden van discussie. Het op basis van literatuur en historisch onderzoek ontwikkelen van een onderbouwde mening over de morele kanten van o.a. Apartheid, etnische identiteit en segregatie, en de huidige problemen van de Rainbow Nation. Het mondeling en schriftelijk presenteren van de resultaten van onderzoek. Het leren geven en ontvangen van kritiek, evenals het beoordeling van de kwaliteit van onderzoek van medestudenten Inhoud vakIn het jaar 1647 strande het VOC-schip de 'Haerlem', dat op weg was naar Batavia, de de zuid-westelijkste punt van het Afrikaanse continent. Het verhaal gaat dat de Portugees Bartolomeus Diaz die in 1488 de kaap deze Cabo Tormentosos (Kaap der stormen) had genoemd, maar dat Johan II van Portugal de naam veranderde in Cabo de Bõa Esperança (Kaap van de Goede Hoop), omdat deze ontdekking de zeeroute naar Indië een eind dichterbij bracht. Ongeveer 60 mannen bleven daar, en wisten te overleven. Op 6 april 1652 stichtte Jan van Riebeeck, in dienst van de VOC, een verversingsstation bij Kaap de Goede Hoop. Dit was het begin van het de aanwezigheid van de VOC in dit deel van Afrika. Aanvankelijk bestond de 'verversing' alleen uit het kopen van slachtvee van de Khoikhoi (Hottentotten). Vanaf 1657 konden VOC- dienaren de status van 'Vrijburgher' krijgen door zich als boer rond Kaapstad te vestigen. Hierdoor breidde het gebied met Nederlandse kolonisten zich gedurende de; zeventiende en achttiende eeuw langzaam uit, in oostelijke richting tot de Visrivier. Daarnaast werden arbeiders naar de Kaap en Natal gebracht uit alle delen van de Indische Oceaan. Dit college gaat over de rol van de VOC en Nederlanders in het ontstaan van etnische identiteiten, zoals Afrikaners, Grigua, Khoi-Khoi, San, Xhosa, Zulu, etc. en processen van in en uitsluiting tijdens Apartheid, en in de multiculturele samenleving die tegenwoordig de Rainbow nation wordt genoemd. Over dit onderwerp zullen papers worden geschreven. OnderwijsvormDiscussiecollege en een intensieve begeleiding bij de opzet van het onderzoek en het schrijven van het werkstuk. ToetsvormWerkstuk LiteratuurHandboek: Iris Berger, South Africa in World History, Oxford University Press, 2009. ISBN: 978-0-19-533793-8 (pbk.) De overige literatuur wordt vooraf aan het college via Blackboard bekendgemaakt.

Docent(en) dr. F.D. Huijzendveld


Niveau 200


Vereiste voorkennisAfgerond eerste jaar geschiedenis Doelgroep2e jaars studenten major Global History en FSW-studenten Overige informatieBinnen het college zijn een aantal deadlines ingevoerd waaraan moet worden voldaan, wil men met het vervolg door kunnen gaan Democratization

Doel vakKnowledge and understanding of the origins and development of democratization in the nineteenth and twentieth centuries. Students will also learn to critically assess the meanings and uses of key political concepts. Inhoud vakFrom the end of the eighteenth century onwards, ‘democracy’, in the words of the British political theorist John Dunn, has witnessed its `Second Coming’. Since then this mode of government (and the word `democracy’ itself) has by leaps and bounds found acceptance in many parts of the world. `Democracy’ has become the standard or the rule, while other modes of government are considered as ‘deviations’ or ‘exceptions’. How and why has this evolution occurred in various parts of the world? What sorts of changes or continuities can during this prolonged evolution be discerned in the concept of ‘democracy’? These are the main questions to be addressed in this course. OnderwijsvormLectures and discussion (based on presentations of students) ToetsvormClass participation mandatory. Written exam and assignments LiteratuurMark Mazower, The Dark Continent. Europe's Twentieth Century (London 1998); John Dunn, Setting the People Free. The Story of Democracy (London 2005, paperback); articles and book chapters (to be announced) Vereiste voorkennisFirst year completed


Periode Periode 4

Credits 6.0

Voertaal Engels


Coördinator dr. D.B.R. Kroeze

Docent(en) dr. D.G. Hondius, dr. D.B.R. Kroeze


Niveau 200


DoelgroepSecond year's BA students major contemporary history and global history, (exchange) students with a Humanities/Political Sciences profile. Overige informatieRegistration required. The language of tuiton will be English if international non Dutch-speaking students will take part in this course. Democratization in Southern Europe and Latin America

Doel vakThis course aims to train students in doing historical research; to train students in to evaluate theories, concepts and views in the scholarly literature in a critical manner; to train students in presenting research results in a structured way to a peer audience and evaluating presentations by others in a critical manner; to aid students in understanding recent politico-social developments in Southern Europe and Latin-America. Inhoud vakIn the last quarter of the twentieth century the world saw a veritable wave of democratization. Many countries accomplished a transition to a democratic mode of government, first in Southern Europe (Portugal, Greece, Spain), next in Southern. Europe, Latin America and elsewhere. Many countries in Latin-America saw leftist (or leftist-populist) governments come to power. Think of Venezuela, Brazil, Argentina, Bolivia or Ecuador. This phenomenon is known as ‘the third wave’ of democratization (after previous waves in the 19th and early 20th centuries). This course, which is a follow-up on the course ‘Democratization 19th-20th centuries’ in period 4, inquires into the third wave in Southern Europe and Latin- America in a comparative way. Examples of the issues to be discussed are : How did the spread of democratization actually occur ? What were the popular expectations and ideals ? What were the current visions of democracy ? What were the limits of democratization ? Finally, we will try to answer the general question to what extent democratization in these regions can be called a success. OnderwijsvormSeminars ToetsvormEssay (80 %), presentation and participation to discussions

Vakcode L_GEBAGES210 ()

Periode Periode 5

Credits 6.0

Voertaal Engels



Docent(en) prof. dr. C.A. Davids, prof. dr. P.D. Nyiri


Niveau 200


LiteratuurTo be announced Vereiste voorkennisFirst year completed DoelgroepSecond year's BA students major contemporary history and global history, (exchange) students with a Humanities/Political Sciences profile. Overige informatieAttendance mandatory. Dolende geesten

Doel vakVerdiepen van kennis en inzicht in een belangrijk aspect van de middeleeuwse en vroegmoderne cultuur- en religiegeschiedenis. Het oefenen van onderzoeksvaardigheden. Inhoud vakNa ongeveer het jaar 1000 werd de orthodoxie binnen de christelijke kerk in het westen steeds vaster in brons gegoten. De strijdende kerk en de triomferende kerk begonnen de lijnen van de orthodoxie steeds strakker aan te zetten. Dat heeft zeker bijgedragen aan wat wij een ‘vervolgende samenleving’ mogen noemen. Groepen ‘dolende zielen’ – een volksprediker als Petrus Waldo kan hier als voorbeeld dienen – werden als ketters afgeschilderd en veroordeeld. Toch laat de christelijk kerk ook in deze periode vernieuwing zien – denk aan de stichtring van de Orde van St. Franciscus. Wat zijn nu de mechanismes die maken dat de ene groep binnen en de andere buiten de orthodoxie blijft? In de vijftiende en zestiende eeuw raakten traditionele zekerheden en waarheden nog sterker op drift. De grens tussen orthodoxie en overtuigingen die als deviant werden gezien werd in bepaalde opzichten aanmerkelijk vager. Een begrip als ‘bijgeloof’ kreeg bijvoorbeeld een hele nieuwe lading. Wat ging dat begrip nu betekenen en vanwaar die verandering? Verder zien wij dat naast de gevestigde religieuze bewegingen van na de Reformatie – katholicisme, lutheranisme en calvinisme – er een hele rits van andere bewegingen te onderscheiden zijn die zochten naar een veel meer individueel verstaan van de wereld en die daarin veel verder gingen dan de gevestigde geloofsgemeenschappen. Profeten van de spiritualistische beweging ware bijvoorbeeld de Antwerpse dakdekker Eloy Pruystinck, de Delftse glasschilder David Joris en de Amsterdamse koopman Hendrick Niclaes. Zij beweerden dat elk mens zelf op zoek moest gaan naar God. Om



Credits 9.0

Voertaal Nederlands


Coördinator dr. A.L. Tervoort

Docent(en) dr. J.H.M. de Waardt, dr. A.L. Tervoort


Niveau 300


die reden waren zij uitgesproken voorvechters van religieuze tolerantie. Spiritualisme was behoorlijk invloedrijk onder de regenten en geleerden in de vroege jaren van de Republiek. Een andere heterodoxe stroming was die van de ‘natuurlijke magie’ met figuren als Marsilio Ficino en Agrippa van Nettesheim die met behulp van alchemie en demonen Gods schepping probeerden te doorgronden en te zien. Tegelijkertijd zijn praktiseerders van ‘natuurlijke magie’ – denk aan iemand als Francis Bacon – met hun nauwkeurige observatie als voorvaders van de Wetenschappelijke Revolutie te beschouwen. Dit werkcollege gaat dieper in op dergelijke bewegingen en probeert de onderliggende mechanismes te doorgronden. OnderwijsvormWerkcollege ToetsvormReferaat en werkstuk LiteratuurWordt op college bekendhemaakt Vereiste voorkennisAfgerond tweedejaarsprogramma Geschiedenis of vergelijkbare training Doelgroepderdejaarsstudenten Geschiedenis en overige belangstellenden Dutch Colonialism in European Perspective

Doel vakStudents of this course gain an informed understanding of the nature of colonial encounters in the nineteenth and twentieth century. They read and critically evaluate texts about colonial encounters and gain insight in the possibilities of comparative perspectives. They set up their own research project and improve skills in formulating a research question, analysing primary sources, writing, (oral) presentation and argumentation. Inhoud vakEuropean presence in the non-western world dates back as far as the 17th century, but in the second half of the nineteenth century, colonialism underwent a major change in intensity. This meant that more and more westerners encountered non-westerners, often with little or no previous knowledge of one another. This course looks at the understandings and misunderstandings that followed. How were encounters

Vakcode L_GCBAGES212 ()

Periode Periode 2+3

Credits 6.0

Voertaal Engels


Coördinator F.H. Sysling MA

Docent(en) F.H. Sysling MA


Niveau 200


both local and conditioned by regional, national, and global structures? How have these encounters patterned global relations between representatives of different cultures until the present day? This course will look at what literature tells us about the nature of these encounters in different regions under different colonial regimes, with a special focus on the Dutch Empire. Students will be encouraged to write a paper on primary sources in their own language. OnderwijsvormThe course will be taught by a series of seminar sessions discussing the required readings. Students will be expected to prepare and participate actively. Several weeks will be used for presentations by students. Students take a subject of their choice and set up a small research project which they present and which they develop into a final paper. One excursion is planned. ToetsvormStudents will be assessed on their class participation, written assignments, oral presentation and a final paper Literatuur To be announced Vereiste voorkennisAdmitted to BA 2; ACVA DoelgroepSecond year BA students major Contemporary Histor; minor students and exchange students. The course is part of the international minor The Dutch in the World Overige informatieMaximum number of participants: 22. Empire and Continental Europe

Doel vakTo improve knowledge about state and political developments in Europe, related to post war reconstruction, decolonisation, cold war, European unification. To further understanding of relationships between national and international structures and processes. Training in writing review essays and developing opinions and views about historical interpretations. Research into historical background of topical issues



Credits 9.0

Voertaal Engels



Docent(en) prof. dr. S. Legene


Niveau 300


based on secondary literature with regards to national identity and its relationship to other collective identities (like ethnicity and race, class, religion, or gender) and/or citizenship. Inhoud vakThree developments that played a major role in European history after 1945 will be central to this course: 1) The reordering of European national states in two antagonistic 'blocks' and the disintegration of these two camps as well as of a number of national states after 1989. The separation and subsequent reunification of East and West Germany exemplified the emergence and dissolution of an almost absolute divide between the 'Eastern bloc' and the ' free West'. 2) The changes within Europe as a result of decolonisation (especially France, UK, the Netherlands). 3) The gradual European integration process and the strained relationship between 'Europe' and the various nation states. These developments can only be understood in their historical context. Starting from theoretical and historical literature, students will work on a common research question, that will be discussed through individual case studies, regarding one of these three developments. Another option is an historiographical case study on national identity in relationship to other collective identities, to imperialism, and decolonisation, the German question, or to 'Europe'. OnderwijsvormThe course will be structured as follows: period 4 starts with two introductory lectures; discussion based on secondary literature, prepared through review essays, that will be presented in class. In period 5 emphasis lays on writing the own case study, that refers to the common research question. Guest lecturers will address the topics selected in period 4. Students play an active role during class sessions. At a final seminar all papers will be presented. ToetsvormActive participation in the weekly seminar sessions (class attendance mandatory) (25%), review essay (25%), presentations (10%) and final essay (40%) LiteratuurOne monograph on Europe in the 20th century will be selected as a common reference book. In previous years Judt, Postwar and Mazower, Dark continent had been selected. The monograph for this course still has to be decided and will be announced in time. Vereiste voorkennisBA2 courses contemporary history completed DoelgroepThird-year major Contemorary History; international exchange students, after approval by teaching staff Overige informatieMaximum number of participants: 22. Europa eerst, China nu


Periode Periode 2+3


Doel vakErvaring opdoen en vaardigheden opbouwen betreffende onderzoek in het kader van Global History, inclusief het gebruik van ICT. Inhoud vakIn het verlengde van de module Global History in Debat gaan wij de geschiedenis van China onderzoeken. We concentreren ons daarbij voornamelijk op de Qing dynastie (1644-1911). De thema's die we behandelen zijn etnische diversiteit, sociaal-economische ontwikkeling en politieke cultuur. Uitgangspunt van ons onderzoek is dat China op al deze punten in het verleden teveel vanuit een Europees of Westers standpunt bestudeerd is. Wij gaan dus kijken of we de geschiedenis van China en Europa niet op een andere manier met elkaar moeten vergelijken en verbinden dan in het verleden gedaan werd. Veel beoefenaars van global history gaan er daarbij van uit, dat de historische ontwikkeling van China en die in het Westen in veel opzichten gelijk op ging, en dat de eigen dynamiek van China onvoldoende onderkend is. Wij zullen ons aan de hand van genoemde drie thema's afvragen hoe we tot een herziening van het conventionele beeld van China's geschiedenis kunnen komen, en hoe ons onderzoek te maken heeft met onze positiebepaling ten aanzien van het huidige, zich snel ontwikkelende China. OnderwijsvormWerkcollege, exclusief gericht op het formuleren en uitvoeren van een onderzoek op het terrein van deze module, en daarvan verslag doen in een essay. Je bouwt in een aantal stappen een verantwoorde onderzoeksvraag op en verzamelt daarvoor de benodigde literatuur en bronnen. We bespreken de voortgang van je werk groepsgewijs tijdens de bijeenkomsten, en indien nodig ook individueel. ToetsvormMondelinge en schriftelijke referaten over de voortgang van je onderzoek plus eindessay. LiteratuurWordt nader bekendgemaakt Vereiste voorkennisAfronding eerste jaar Geschiedenis, plus een serieuze inzet bij de cursus Global History in debat in periode 1 van het tweede jaar. De cursus GHiD hoeft niet helemaal te zijn afgerond, maar opdrachten en tentamen moeten wel gemaakt zijn. DoelgroepTweedejaars studenten Geschiedenis die Global History als eerste of tweede major volgen; studenten antropologie met een historische belangstelling.

Credits 6.0

Voertaal Nederlands


Coördinator prof. dr. M.C. 't Hart

Docent(en) dr. L.M. Douw, prof. dr. M.C. 't Hart


Niveau 200


Overige informatieDe mogelijkheid bestaat, dat de heer Douw niet aan deze module zal deelnemen, in verband met een aangevraagd studieverlof. Als vervanging nodig blijkt zal ernaar gestreefd worden een vervang(st)er te vinden die zo goed mogelijk aan de hier gebezigde vakbeschrijving tegemoet komt. Niettemin kunnen aanpassingen nodig blijken, bijvoorbeeld in de keuze voor een andere regio (wel altijd niet-Westers) en/of te behandelen thematiek. Filosofie: Kennis, interpretatie en context, pmc

Doel vakIn ons denken en handelen kennen wij voortdurend betekenissen toe aan onszelf en aan de wereld om ons heen. Die betekenisgevingsprocessen worden gestuurd door onderliggende denkstructuren (begrippen en opvattingen) die wij ontlenen aan onze cultuur, persoonlijke ervaringen, opleiding etcetera. Het is van belang, zeker voor academici in opleiding, om deze structuren regelmatig aan een kritische blik te onderwerpen. Dergelijke denkkaders vormen immers onze verstandelijke behuizing en deze kan vooringenomenheden en onjuistheden bevatten die ons begrip vertekenen of belemmeren. Filosofie is het kritisch onderzoeken van de begrippen en opvattingen die ten grondslag liggen aan ons denken en handelen. De algemene doelen van het vak Filosofie: Kennis, Interpretatie en Context zijn: (1) kennismaken met algemene hoofdlijnen en kernthema’s uit de geschiedenis van de filosofie, en met de specifieke filosofische problemen die samenhangen met de eigen studiegebieden, rond noties als kennis, interpretatie en context; (2) vaardigheden ontwikkelen om wetenschappelijke hoofdvragen en kernbegrippen te analyseren en er kritisch op te reflecteren; (3) een houding van 'academisch burgerschap' ontwikkelen: leren dat het noodzakelijk is je kritisch te verhouden tot wetenschappelijke theorieën en onderzoeksresultaten, (o.a.) omdat deze gebaseerd zijn op vooronderstellingen die zelf kritisch onder de loep dienen te worden genomen. Inhoud vakBij de colleges gaan we uit van de denkwijzen van een aantal grote filosofen uit de geschiedenis van de westerse wijsbegeerte, zoals: Plato, Aristoteles, Descartes, Hume, Kant, Nietzsche en Foucault en Gadamer. Hun gedachtegoed helpt ons om antwoorden te vinden op de volgende vragen: Wat is waarheid? In hoeverre speelt context een rol als het om waarheid gaat? Wanneer is er sprake van zekere kennis? Wanneer is een interpretatie deugdelijk? Wat is de rol van de waarneming bij kennis? Wat is het verschil tussen feiten en waarden?

Vakcode L_YAPMALG005 ()

Periode Periode 2+3

Credits 3.0

Voertaal Nederlands


Coördinator Y.M. de Boer MA


Niveau 200


OnderwijsvormHoorcolleges ToetsvormSchriftelijk tentamen Literatuur* Antoon Braeckman, Bart Raymaekers, Gerd van Riel, Wijsbegeerte (Uitgeverij Lannoo Campus: Tielt, 2010). * Reader ‘Filosofie: Kennis, interpretatie en context' DoelgroepVerplicht voor premasterstudenten Geschiedenis, Archeologie, GLTC en Oudheidkunde Global History in debat

Doel vakHet leren kennen en begrijpen van de belangrijkste benaderingen, concepten en debatten van Global History; het kritisch beoordelen van literatuur, theorieën en stellingnames binnen Global History en het opbouwen en beargumenteren van een eigen visie hierop, om van daaruit te reflecteren op het onderzoeksveld. Inhoud vakGlobal History is een onderzoeksgebied binnen de geschiedschrijving, dat zich sinds de jaren 1990 snel ontwikkeld heeft. Geschiedenisstudenten hebben er in het eerste jaar kennis mee gemaakt in het handboekcollege en de bijbehorende werkcolleges. Wij stellen een aantal fundamentele vervolgvragen. Waarom is dit nu zo'n belangrijke benadering in de geschiedenis geworden? Hoe gaan 'Global historians' te werk? Van wat voor begrippen of theorieën maken ze gebruik? Wat zijn wereldsystemen bijvoorbeeld? Over wat voor hot issues worden in deze tak van de geschiedenis discussies gevoerd ? Waarom draait het bijvoorbeeld in debatten over 'the Great Divergence', ofwel de kloof die in de negentiende eeuw tussen het Westen en de rest van de wereld is ontstaan? Of wat is de historische achtergrond van 'globalisering'? Voorbeelden worden met name genomen uit de geschiedenis van China and the West en de wereldmilieugeschiedenis. OnderwijsvormHoor- en discussiecollege met wekelijkse lees- en schrijfopdrachten.


Periode Periode 1

Credits 6.0

Voertaal Nederlands


Coördinator prof. dr. P.J.E.M. van Dam

Docent(en) prof. dr. P.J.E.M. van Dam, dr. L.M. Douw

Lesmethode(n) Werkcollege, Hoorcollege

Niveau 200


ToetsvormSchriftelijk tentamen (90%) en wekelijkse opdrachten (10%); cijfers 0- 10. LiteratuurLiteratuur via Blackboard. Aan te schaffen handboek wordt 2 weken tevoren uiterlijk bekend gemaakt. Vereiste voorkennisHandboekcolleges eerste jaar Geschiedenis en Humanities I en II (515012 + 515013) afgerond DoelgroepTweedejaars studenten major Global History, en andere bachelor studenten Geschiedenis; tweede- en derdejaars studenten antropologie en andere sociale wetenschappen met belangstelling voor Geschiedenis. Overige informatieDit is de basiscursus van de major Global History in het tweede jaar. In de aansluitende werkcolleges in periode 2 worden de benaderingen, begrippen en theorieën toegepast. Aanwezigheid verplicht, afwezigheid wordt verrekend in het eindcijfer. Global History, de wereld en Nederland

Doel vakKennis van en inzicht in de relatie tussen wereldwijde en Nederlandse ontwikkelingen verwerven en het vermogen tot vergelijken ontwikkelen. Vaardigheden: kennis opdoen uit wetenschappelijke handboeken en artikelen; inzicht in de problematiek van het vakgebied; integreren van informatie vanuit een vraag- of probleemstelling en verband kunnen leggen tussen ene casus en een breder wetenschappelijk kader; kritisch beoordelen van literatuur, theorieen en opinies; herkennen van normatieve denkwijzen in het wetenschappelijk debat, die het eigen vakgebeid overstijgen Inhoud vakIn dit college worden de economische, sociaal-politieke en sociaal- culturele ontwikkelingen in de wereld en in Nederland vanaf 1000 tot hedenin onderlinge samenhang besproken en vergeleken. De Great Divergence tussen Europa en Azie (en andere continenten) vormt daarbij het centrale probleem. In het college worden de belangrijkste vraagstukken, benaderingen en begrippen in de globale economische sche sociale geschiedenis bediscussieerd, waarbij telkens de vraag wordt


Periode Periode 4

Credits 6.0

Voertaal Nederlands



Docent(en) prof. dr. C.A. Davids, M. van Rossum MA


Niveau 200


gesteld in welk opzicht Nederland ''speelbal" of "spelbepaler" in ontwikkelingen in de wereld is geweest. OnderwijsvormHoor- en responsiecolleges ToetsvormSchriftelijk tentamen; cijfers 0-10 LiteratuurKarel Davids en Marjolein 't Hart (red.), De wereld en Nederland. Een sociale en economische geschiedenis van de laatste duizend jaar (Amsterdam 2011), plus aanvullende literatuur in de vorm van artikelen en website-dossiers Vereiste voorkennisEerstejaarsprogramma Global History en Middeleeuwen/vroegmodern of Contemporaine geschiedenis afgerond DoelgroepTweedejaars studenten Global History; studenten die binnen een minor of anderszins meer aan Nederlandse geschiedenis willen doen Overige informatieAanwezigheid verplicht Godsdiensten van de Oudheid

Doel vakDoor het volgen van colleges en door de bestudering van wetenschappelijke literatuur verwerf je kennis van religieuze voorstellingen en gebruiken in Mesopotamië, Israël en de Grieks- Romeinse wereld. Tevens maak je kennis met verschillende theoretische benaderingen die bij de bestudering van het verschijnsel religie worden gehanteerd. Je leert de vaak impliciete theoretische vooronderstellingen in de wetenschappelijke literatuur herkennen, en je verwerft inzicht in de samenhang tussen religieuze veranderingen en andere ontwikkelingen in de bestudeerde samenlevingen. Inhoud vakHet onderdeel omvat een hoorcollege van twee maal twee uur per week. Na een inleidende zitting (Flinterman) komen achtereenvolgens Mesopotamië (Kleber), Israël (Kleber of andere docent), Griekenland en Rome (Flinterman) aan bod. Thema's die bij de behandeling van de verschillende godsdiensten aan de orde zullen worden gesteld, zijn:

Vakcode L_OABAOHK201 ()

Periode Periode 2+3

Credits 6.0

Voertaal Nederlands


Coördinator dr. J.J. Flinterman

Docent(en) dr. J.J. Flinterman, dr. K. Kleber


Niveau 300


pantheon en voorstellingen omtrent de goden; communicatie met het bovennatuurlijke; de verhouding tussen mythen en riten; de verhouding tussen staats- en privéreligie. OnderwijsvormHoorcollege ToetsvormSchriftelijk tentamen over een literatuurlijst en de collegestof, waarvoor een voldoende (6 op een schaal van 1 tot 10) moet worden gehaald. Voor de colleges geldt aanwezigheidsplicht. LiteratuurWordt nader bekendgemaakt. Vereiste voorkennisBasiscursus Geschiedenis van de Oudheid 1 en 2 DoelgroepVerplicht voor tweedejaars studenten Oudheidkunde en voor tweedejaars studenten Geschiedenis die een major Oude Geschiedenis doen. Overige informatieDe voertaal in de colleges van dr. J.J.Flinterman is Nederlands, de voertaal in de colleges van dr. K.Kleber is Engels. Dit vak is dus niet geschikt voor uitwisselingsstudenten die geen Nederlands kennen. Aanwezigheid bij de colleges is verplicht. Deze aanwezigheid wordt niet gecontroleerd, maar ook over op college mondeling verstrekte informatie die geen deel uitmaakt van de te bestuderen literatuur, kunnen bij het tentamen vragen worden gesteld. De sanctie op afwezigheid bij colleges is dus een aanzienlijke vermindering van de kans voor het tentamen te slagen. Hellenism from Alexander the Great to Severus Alexander

Doel vakBy following this course students train their ability to pick up information from English-language scholarly literature. By immersing themselves in the history of a specific cultural area in a specific period, they get acquainted with discussions about the use of concepts such as ‘period’, ‘culture’, and ‘acculturation’, thus enlarging their understanding of the problems involved in studying (ancient) history. By getting acquainted with often conflicting views in scholarly literature and by discussing these views in class, they will sharpen their ability to think critically as well as to participate in historical debates.

Vakcode L_GOBAGES203 ()

Periode Periode 4

Credits 6.0

Voertaal Engels



Docent(en) dr. J.J. Flinterman, prof. dr. R.J. van der Spek


Niveau 300


Inhoud vakThe concept ‘Hellenism’ was coined by the nineteenth-century German historian Droysen as a characterization of Greek civilization after Alexander the Great. In the actual practice of the study of history, it has gained currency as the designation of the period until 30 BC when, with the annexation of Ptolemaic Egypt, the Roman conquest of the Greek world was completed. Politically this was an important break, but it may be questioned whether culturally the coming of Rome had a similar impact. Anyhow, it seems advisable not to confine the study of the era starting with Alexander to the period before the battle of Actium. In this course, we will use the end of reign of the last emperor of the Severan dynasty (193-235 AD) as the upper limit of the period on which we focus. Within this period we will study the development of Greek culture in its interaction with the cultures of the Ancient Near East and with the power of Rome. OnderwijsvormLectures, discussions in class ToetsvormWritten examination, for which at least a 6 (out of a scale of 10) should be scored. LiteratuurInformation will be given at the first session of the course as well as on Blackboard. Vereiste voorkennisIntroductory course in Ancient History of at least 6 ECTS DoelgroepSecond year students of History, second and third year students of Ancient Cultures. Overige informatieAttendance is obligatory. Information given only during classes can be part of the written examination. Het reëel bestaande socialisme? Het communisme in Europa van Marx totGorbatsjov

Doel vakHet op wetenschappelijk niveau kunnen bediscussiëren van controversiële visies op een politiek gevoelig onderwerp.



Credits 9.0

Voertaal Nederlands


Coördinator dr. S.W. Verstegen

Docent(en) dr. S.W. Verstegen


Niveau 300


Inhoud vakDe geschiedenis van het communisme in Europa vanaf Karl Marx tot de val van de Sovjet Unie met een focus op de recente discussie die Robert Allen is gestart over de opbouw van een socialistische economie onder Stalin Onderwijsvormwerkcollege Toetsvormopdrachten, werkstuk LiteratuurRober C. Allen, Farm to Factory. A reinterpretation of the Soviet Industrial Revolution (Princeton University Press 2003); Ronald Kowalski, European Communism 1848- 1991 (Palgrave McMilland 2006) en wetenschappelijke artikelen. Vereiste voorkennis1e jaars vakken Global History of Contemporaine Geschiedenis Doelgroep3e jaars studenten geschiedenis Overige informatieAanwezigheid verplicht Historiografie

Doel vakHet verkrijgen van een overzicht van de wijzen waarop geschiedschrijving in de loop der tijden is beoefend en van inzicht in de relaties tussen de wijze van geschiedbeoefening en de context waarin deze plaatsvond. Inhoud vakIn het hoorcollege wordt nader ingegaan op het werk van belangrijke geschiedschrijvers vanaf de Griekse Oudheid tot heden, en op de context van waaruit hun themakeuze en hun methodologie kan worden begrepen; in het werkcollege wordt daarover gediscussieerd mede aan de hand van originele tekstfragmenten van geschiedschrijvers. Onderwijsvorm


Periode Periode 4

Credits 6.0

Voertaal Nederlands


Coördinator dr. C.M. van den Akker

Docent(en) dr. L.M. Douw, dr. J.J. Flinterman, dr. J.H.M. de Waardt,dr. A.L. Tervoort, dr. V. Enthoven, dr. C.M. van den Akker

Lesmethode(n) Hoorcollege, Werkcollege

Niveau 300


Per week 2 uur hoorcollege en 2 uur werkcollege. Het verdient aanbeveling de literatuur voor het hoorcollege elke week te bestuderen. Men dient de literatuur voor de werkcolleges grondig te hebben bestudeerd. ToetsvormTentamen (becijfering 1-10); aanwezigheid bij de colleges is verplicht. LiteratuurJohn Burrow, A History of Histories. Epics, Chronicles, Romances and Inquiries from Herodotus and Tacitus to the Twentieth Century (London 2009). Overige literatuur wordt nader bekend gemaakt. Vereiste voorkennisAfgerond eerstejaarsprogramma geschiedenis Doelgroep3e jaars studenten Geschiedenis Holocaust: Geschiedenis en Herinnering

Doel vakInzicht verwerven in de manier waarop de Holocaust doorwerkt in de westerse cultuur, en de wijze waarop de herinnering aan de Holocaust vormgegeven wordt. Inhoud vakHet internationale onderzoek naar de Holocaust heeft zich de afgelopen twintig jaar krachtig ontwikkeld. De historiografie en de herinneringscultuur van de Jodenvervolging en het erfgoed van de Tweede Wereldoorlog zijn ook in Nederland brede onderzoeksgebieden. Nu de generatie die het zelf heeft meegemaakt verdwijnt komen nieuwe onderzoeksvragen op. Deze serie hoor- en discussiecolleges biedt zowel basiskennis als een kennismaking met actuele discussies op dit veelzijdige gebied. Aan de hand van enkele recente overzichtsstudies wordt een overzicht van de geschiedenis van de jodenvervolging en de herinnering daaraan gegeven, met de nadruk op nieuwe inzichten en recente ontwikkelingen in het onderzoek. Zowel internationale als Nederlandse ontwikkelingen en discussies komen aan bod. Aan de hand van enkele werken uit de canon van internationale Holocaust literatuur wordt getoond tot welke existentiële vragen de Holocaust geleid heeft en welke ontwikkeling in de tijd daarin te onderscheiden valt. Daarnaast komt ook de film als medium aan de orde, en wordt aan de hand van Nederlandse literatuur en herinneringsplekken ingegaan op specifiek Nederlandse

Vakcode L_GCBAALG001 ()

Periode Periode 1

Credits 6.0

Voertaal Nederlands


Coördinator dr. D.G. Hondius

Docent(en) dr. G. Siertsema, dr. D.G. Hondius


Niveau 200


aspecten van de Holocaust. OnderwijsvormDe cursus bestaat uit twee bijeenkomsten per week, waarbij de eerste bijeenkomst een hoorcollege is, en in de tweede bijeenkomst meer nadruk ligt op visuele bronnen, begeleid met tekst. Lezingen, gastspreker(s), mogelijk een excursie. ToetsvormSchriftelijk tentamen LiteratuurAanschaffen: Saul Friedländer, Nazi Duitsland en de Joden, 1933-1945. Nieuw Amsterdam, Amsterdam; verkorte editie 2009. of: English original edition: Nazi Germany and the Jews, 1933-1945. Abridged edition: HarperPerennial, 2009. Vereiste voorkennisToegelaten tot het tweede jaar; ACVA voldoende DoelgroepTweedejaars studenten geschiedenis en wijsbegeerte; overige belangstellenden, na goedkeuring docenten. Overige informatieDeze cursus sluit aan op het werkcollege in periode 2: het volgen van dit hoorcollege en het deelnemen aan het tentamen is voorwaarde voor het kunnen deelnemen aan het werkcollege. Wijzigingen in de opzet van het vak zijn mogelijk. Mogelijk zal in dit vak worden samengewerkt met een Amerikaanse universiteit. Inleiding historische bronnen B

Doel vakDe student dient door (zelfwerkzaamheid voor) de colleges kennis te maken met verschillende typen bronnenmateriaal waarmee oudhistorici werken, en met enkele problemen die men bij de interpretatie van genoemde bronnen ter verkrijging van historische kennis kan tegenkomen. Inhoud vakNa een eerste, inleidend colleges worden in twaalf colleges bronnen gegroepeerd rond twaalf onderwerpen – één onderwerp per college – besproken: drie uit de geschiedenis van het Oude Nabije Oosten, vijf uit de geschiedenis van de Griekse wereld (inclusief de Hellenistische

Vakcode L_GOBAOHK202 ()

Periode Periode 1

Credits 6.0

Voertaal Nederlands



Docent(en) dr. J.J. Flinterman, dr. W.J.I. Waal


Niveau 200


periode) en vier uit de Romeinse geschiedenis. De studenten moeten over ieder onderwerp ca. veertig pagina’s bronnen in vertaling lezen en daarover vragen beantwoorden. Deze vragen en andere kwesties waartoe de gelezen teksten aanleiding geven worden op college besproken. OnderwijsvormZelfstudie, ondersteund door responsiecolleges. ToetsvormAanwezigheid bij de colleges, voorbereiding van de collegestof door middel van in te leveren opdrachten. Heeft men de colleges bijgewoond en de opdrachten tijdig ingeleverd, dan heeft men aan de verplichtingen voor dit onderdeel voldaan. LiteratuurWordt nader bekend gemaakt. DoelgroepTweedejaars studenten Geschiedenis die de major Oude Geschiedenis hebben gekozen Interdisciplinair werkcollege Oudheidkunde

Doel vakLeren aanpakken van een wetenschappelijke vraagstelling vanuit de optiek van verschillende disciplines, in dit geval literatuurwetenschap, oude geschiedenis en antieke filosofie. Nadere kennismaking met de ideeëngeschiedenis en de geschiedenis van de Griekse literatuur van de Vroege Keizertijd; training in interdisciplinair onderzoek door toepassing van doxografische, historische en literair-historische gegevens bij de verheldering van literaire teksten van historisch belang. Inhoud vakFilosofie en filosofen bij Lucianus van Samosata: Lucianus, een tweede- eeuwse Griekse auteur uit Samosata, in de Romeinse provincie Syria, heeft een omvangrijk oeuvre nagelaten. Dit bestaat grotendeels uit satirische geschriften waarin hij, puttend uit een breed scala aan literaire vormen, prominente tijdgenoten op de korrel neemt. Tot zijn favoriete doelwitten behoren filosofen van uiteenlopende overtuigingen. In het kader van dit college zullen we, na een inleiding op het oeuvre van Lucianus, onderzoeken hoe hij de verschillende filosofische scholen en hun representanten karakteriseert; hoe hij eigentijdse filosofen bespottelijk maakt (maar soms ook complimenteert) door hun optreden te confronteren met het beeld van de ideale filosoof; en hoe hij daarbij

Vakcode L_AABAOHK301 ()


Credits 9.0

Voertaal Nederlands



Docent(en) dr. J.J. Flinterman, prof. dr. G.J. Boter


Niveau 300


gebruikt maakt van uiteenlopende literaire vormen zoals de dialoog, de komedie en de diatribe. OnderwijsvormWerkcollege ToetsvormAanwezigheid bij en actieve deelname aan colleges verplicht. Beoordeling aan de hand van een werkstuk, bijvoorbeeld in de vorm van een eenvoudig commentaar op een literaire tekst, dat met een cijfer op de schaal 1-10 zal worden gewaardeerd; een 6,0 geldt als voldoende. LiteratuurWordt nader bekend gemaakt. Vereiste voorkennisTweedejaars werkcollege Oude Geschiedenis. DoelgroepDerdejaars studenten Oudheidkunde behalve bij de majorencombinatie Grieks + Nieuw-Babylonisch/Assyrisch; derdejaars studenten Geschiedenis met Oude Geschiedenis als eerste major. Overige informatieDe aanwezigheidsplicht impliceert dat men maximaal drie bijeenkomsten van het college mag verzuimen. Het niet bijwonen van een bijeenkomst dient te worden gecompenseerd door (i) aantoonbare schriftelijke voorbereiding van het verzuimde college; en (ii) het maken van aanvullende opdrachten. Mondelinge geschiedenis, methoden en technieken

Doel vakKennis opdoen uit colleges, leerboeken en wetenschappelijke artikelen; inzicht opdoen in de problematiek en de praktijk van het vakgebied. Het leren wetenschappelijk beoordelen van bestaande interviews. Het leren opzetten, uitvoeren, uitwerken en presenteren van een zelfstandig historisch interview. Inhoud vakMondelinge geschiedenis: ontwikkeling van het vakgebied. Interviews als bron van historische kennis. Plaats in de historiografie. Soorten interviews. De verhouding tussen interviewer en geinterviewde. Soorten vragen. Interview en wetenschap. Controverses in de praktijk. Opstellen van onderzoeksvragen en vragenlijst. Technische mogelijkheden,


Periode Periode 5+6

Credits 6.0

Voertaal Nederlands



Docent(en) drs. B.F. Stuyvenberg, dr. D.G. Hondius


Niveau 200


ontwikkelingen, beperkingen. De praktijk van het interviewen. Na het interview: uitwerking en presentatie. Dit vak bevat bovendien een basistraining ICT en geschiedenis, gericht op het verkrijgen van inzicht in de mogelijkheden van het gebruik van digitale bronnen en/of gegevensbestanden. Inzicht wordt verkregen en vaardigheden opgedaan met betrekking tot de toepassingsmogelijkheden van relevante ICT-methoden en -technieken bij het onderzoek aan dergelijke bronnen en bestanden. OnderwijsvormHoorcollege in de drie eerste weken van de periode. Na de derde week wordt een schriftelijke toets afgenomen op grond van de tot dan toe gelezen literatuur en collegestof. Van de vierde tot de zevende week wordt gewerkt aan het maken van een interviewopzet, vragenlijst, oefenen met interviewtechnieken, en het zelfstandig uitvoeren, verslagleggen en presenteren van een historisch interview. ToetsvormSchriftelijke toets: 50% eindcijfer. Interviewopzet, concept vragenlijst, uitgewerkt interview, verslag en presentatie: 50% eindcijfer LiteratuurSelma Leydesdorff, De mensen en de woorden. Geschiedenis op basis van verhalen. Meulenhoff, Amsterdam 2004. Overige literatuur wordt nader bekend gemaakt. Vereiste voorkennisACVA met voldoende afgerond DoelgroepTweede en derdejaars studenten geschiedenis; andere studenten in overleg met docent. Overige informatieWijzigingen in deze opzet zijn mogelijk Nederlandse politieke problemen in biografisch perspectief

Doel vakInzicht in politieke problemen op basis van de biografische methode. Archiefonderzoek. Zelf schrijven. Inhoud vak


Periode Periode 5

Credits 6.0

Voertaal Nederlands


Coördinator dr. M.H. Huisman

Docent(en) dr. J.C.A.P. Ribberink, dr. M.H. Huisman


Niveau 200


De biografische methode heeft in de historiografie twee verschillende betekenissen: 1) onderzoek naar historische problemen vanuit biografisch perspectief; 2) laten zien hoe het privéleven van een politicus (m/v) zijn of haar openbaar functioneren beïnvloedt. Deze laatste betekenis is gegeven door de biografisch-theoreticus Hans Renders. In dit werkcollege wordt de eerste betekenis gehanteerd. Historische politieke vraagstukken van na 1945 staan centraal en ze worden behandeld aan de hand van één of meerdere personen die bij dergelijk vraagstukken een belangrijke rol speelden. Een methode hiervoor is het raadplegen van biografieën en memoires van de betreffende personen. Politiek wordt benaderd vanuit breed perspectief: het gaat niet alleen om parlement en overheid, maar ook om politieke cultuur en politieke en sociale bewegingen. Zo kan de Nacht van Schmelzer (1966) worden bekeken vanuit het perspectief van één of meerdere hoofdpersonen, onder wie Schmelzer, Cals en Klompé. Maar er kan ook worden gekeken naar het ontstaan van de tweede feministische golf in Nederland einde jaren zestig, vanuit het perspectief van hoofdpersoon Joke Smit of naar de strijd om de psychiatrische instelling Dennendal begin jaren zeventig vanuit het perspectief van directeur Carel Muller. OnderwijsvormNa een inleiding in theorie en historiografie, waarbij inbegrepen een college van een extern deskundige en bezoek aan één of meerdere archieven, leveren studenten een opzet in voor een eindwerkstuk. Referaten op basis van hun onderzoek sluiten de cursus af. Vermoedelijk treden een of meer gastdocenten op in de cursus. ToetsvormProactieve opstelling. Reviews, impressies van archiefbezoek en gastcolleges, referaten, eindwerkstuk LiteratuurWordt later bekend gemaakt Vereiste voorkennistoegelaten tot het tweede jaar; ACVA voldoende DoelgroepStudenten BA2 major contemporaine geschiedenis, die het eerste-jaars programma CG met succes hebben afgesloten en studenten van andere opleidingen met een vergelijkbare achtergrond en niveau. Overige informatieAanwezigheidsplicht is vereist Networks Around the Indian Ocean



Credits 9.0

Voertaal Engels


Coördinator dr. F.D. Huijzendveld

Docent(en) dr. L.M. Douw, dr. F.D. Huijzendveld


Niveau 300


Doel vakObtain knowledge of the rapidly growing field Indian Ocean studies by doing historical research based on primary and secondary sources. Obtain insight in, and apply concepts and theories to political- geographic regions and socio-political networks in relation to the historical problem of networks in and around the Indian Ocean. Train written and oral presentations on the progress and the results of research at an academic level. Inhoud vakThe Indian Ocean is one of the oldest maritime highways connecting diverse regions, cultures and civilizations. This "cradle of globalization" facilitated cultural and economic exchanges between Africa, the Arab world, the Indian subcontinent, Southeast Asia, and China, for 5000 years prior to European presence in the region. This ocean's significance has gained increasing attention from scholars in recent years. We will look at the historical dynamics behind the movements of people, goods and ideas, and the limits of (national) States in, across and around these bodies of water. The region as a whole, from the East Africa coast to the South Chinese coast, was long before the arrival of the Portuguese a "whole", with its interactions between States and within ethnic networks. In the early modern period this "whole" was to a certain extent transformed by the Western powers and their trading companies, such as the Dutch East Indian Company (VOC, 1602-1799) and the British East Indian Company (John Company, 1600-1874). These western interventions led in the course of the 19th century to the development of colonial States. Those States developed in a very gradual manner, in interaction with the existing States in the region. From a socio-political point of view this course is about networks. These could be trading networks, whether or not sustained by ethnic groups, such as Jews, Armenians, Chinese Muslims, terrorist networks, criminal networks, migrant networks and diaspora communities. The interaction between States and ethnic networks in and around the Indian Ocean will be studied from two different, but related, theoretical backgrounds, both related to the practice of Global History: 1. First, the central question relates to the geographical coherence beyond national States, such those which are shaped by seas and oceans, in which monsoon winds, currents and maritime routes play an binding role. 2. Second, the central question focuses on the role networks play in trade and State formation. Here we will confront structural and cultural theories with each other. The course mainly focuses on the period 1350-1850, but it will also consider the dynamics of the Indian Ocean networks in the millennia before this, the colonial era and beyond. OnderwijsvormLectures and classroom discussions based on secondary literature; presentations; intensive guidance on how to write discussion and research papers; joint discussion of all the papers. ToetsvormAssigmens, final essay. Literatuur


See the course discription. Vereiste voorkennisSufficient background in (Global) History. DoelgroepThird year bachelor humanities or social sciences. Overige informatieThis course is being developed as an international dgital classroom, in collaboration with counterparts in Cape Town, South Africa and Taipei, Taiwan. Sociologisch-economisch denken

Doel vakKennis en inzicht in het werk van grote sociaal- economische denkers; leren toepassen van het economisch en sociologisch begrippenapparaat, inzicht in de werking van de internationale economie. Inhoud vakBestuderen van het denken van vooraanstaande economen en sociologen. OnderwijsvormHoor- en werkcolleges ToetsvormOpdrachten en tentamen LiteratuurR.L. Heilbroner, The Worldly Philosophers (7e druk 2000); M.J. de Jong, Grootmeesters van de sociologie (2003); collegediktaat; aangevuld met essays uit P. Krugman, Pop Internationalism (1997) Vereiste voorkennis1e jaars vakken Global History of Contemporaine Geschiedenis Doelgroep2e jaars studenten Geschiedenis Overige informatieVoorkennis van economie is niet noodzakelijk. 3e jaars studenten Geschiedenis volgen het vak als hulpvak voor 3 punten(L_GEBAGESHV4); men kiest dan oriëntatie in het economisch of oriëntatie in het sociologisch denken.


Periode Periode 5

Credits 6.0

Voertaal Nederlands


Coördinator dr. S.W. Verstegen

Docent(en) dr. S.W. Verstegen


Niveau 200


The Netherlands in the Early Modern Period

Doel vakExtend knowledge about the early-modern history of the Netherlands. Build up knowledge from academic texts. Understand problems in the field of interest. Reproduce and interpret information and summarize the state of knowledge on topics within the field of interest. Inhoud vakThis course focuses on the history of the Netherlands between 1500 and 1815. By combining a chronological and a thematic approach a survey will be offered of the Dutch Revolt and the Reformation in the sixteenth century, the history of the Dutch Republic (1581-1795), and the period of French domination including the Napoleonic era. The emphasis will be on political, religious and socio-cultural developments. OnderwijsvormLectures ToetsvormWritten exam LiteratuurArticles, the titles of which will be announced via Blackboard before the start of the lectures. Vereiste voorkennisThe first year courses on medieval history and early modern history should have been completed successfully. Other participants need to contact the lecturer. DoelgroepSecond year students of history; exchange students with a sufficient knowledge of medieval and early modern history of Europe. Overige informatieAttendance of all seminar sessions is mandatory. This course module is part of the Culture and Power programme. The Netherlands in the Late Middle Ages


Periode Periode 2

Credits 6.0

Voertaal Engels


Coördinator dr. J.H.M. de Waardt

Docent(en) prof. dr. C.A. Davids, dr. J.H.M. de Waardt, prof. dr.P.J.E.M. van Dam, prof. dr. I.B. Leemans


Niveau 200

Vakcode L_GMBAGES204 ()


Doel vakKnowledge of and reflection on the great themes of the medieval history of the Netherlands. Expression of this knowledge and insight in short essays Inhoud vakThis course focuses on seven major themes in the history of the Low Countries in the Late Medieval period, a time during which this region emerged as one of the most dynamic societies in Europe: Burgundian state formation; social and economic transformations; relations between Church and State; the rise of the County of Holland; city culture; religious life; schools and education OnderwijsvormCombination of lectures and seminars ToetsvormAssignments; final exam LiteratuurWim Blockmans and Walter Prevenier, The promised lands. The Low Countries under Burgundian rule, 1369-1530. Trans. E. Fackelman (Philadelphia 1999). Some supplementary reading will be announced. Vereiste voorkennisCompleted first year program in Medieval and Early Modern history, or equivalent training DoelgroepSecond year students of History; participants in the minor 'The Dutch in the World' Overige informatieThis course is part of the major program 'Medieval and Early Modern History' and of the minor 'The Dutch in the World' Theorie van de geschiedenis

Periode Periode 1

Credits 6.0

Voertaal Engels



Docent(en) prof. dr. K. Goudriaan, dr. A.L. Tervoort


Niveau 200


Periode Periode 4+5

Credits 6.0

Voertaal Nederlands


Coördinator dr. C.M. van den Akker


Doel vakIn het college krijg men kennis van en inzicht in de belangrijkste stromingen en argumenten in de geschiedtheorie. Door gerichte vragen over de behandelde leerstof, wordt de eigen oordeelsvorming over verschillende opvattingen in de geschiedtheorie gestimuleerd. Zelf de stof bevragen, die vragen verwoorden en mogelijke antwoorden daarop formuleren, even als het debat over de stof, worden in het college aangemoedigd. Inhoud vakDit is een inleiding op de theoretische problemen van de geschiedbeoefening. Er wordt een overzicht geboden van de verschillende visies die historici en filosofen ontwikkeld hebben op geschiedenis als wetenschappelijke discipline en op de argumenten, die zij daarbij gebruikten. Daarbij wordt onder andere ingegaan op onderscheidingen als feit en interpretatie, beschrijving en verklaring, waarheid en objectiviteit, verhaal en beeld, oorzaak en toeval, continuïteit en discontinuïteit, individu en structuur, en geschiedenis en identiteit. De vraag naar de maatschappelijke functies van de geschiedenis komt eveneens aan de orde. OnderwijsvormWekelijks zijn er 2 contacturen. Hoorcollege en besprekingscollege worden afgewisseld. Besprekingscollege worden voorbereid a.d.h.v. door de docent opgegeven vragen. Aanwezigheid bij de colleges is verplicht. ToetsvormSchriftelijk tentamen LiteratuurCh. Lorenz, De constructie van het verleden. Een inleiding in theorie van de geschiedenis (Meppel/Amsterdam 2008, herziene 9e druk). Vereiste voorkennisHet eerstejaarsprogramma Geschiedenis of gelijkwaardige onderdelen van een tweede major buiten de geschiedenisopleiding moeten met succes zijn afgesloten. Doelgroep2e jaars studenten Geschiedenis en andere belangstellenden Overige informatieIn het cursusjaar 2011-2012 wordt dit onderdeel in het 1e semester aangeboden. Vanaf 2012-2013 wordt dit in het 2e semester aangeboden. Typically Dutch

Docent(en) dr. C.M. van den Akker


Niveau 200


Periode Periode 1

Credits 6.0

Voertaal Engels


Doel vakLearn about the dilemma’s of Dutch national history (writing) by reading and discussing scientific handbooks, articles and lectures. Improve knowledge of Dutch modern history in general and specific themes like nationalism, pillarization and tolerance. Being able to integrate information of case studies and guest lecturers into a broader scientific framework. Being able to critically review and discuss mandatory literature, used theories and information on public websites. Being able to recognize normative thinking in scientific literature and in the work of historians. Being able to formulate and discuss interesting academic questions, which could be used for an exam. Inhoud vakIn recent years there has been an international revival of interest in national history, both among historians and the public. What is typically Dutch? What not? And how should be dealt with this question from a historical perspective? This course will focus on Dutch modern history, i.e. the nineteenth century and beyond. The course will start with a general introduction in which themes like ‘Dutchness’, ‘the Netherlands’ and ‘national’ history writing will be problematized. Then important aspects of the political and social history of the Netherlands will be discussed. The lectures will cover a wide range of topics like the history of Dutch democracy, political leadership, ‘pillarization’ and perceptions of Dutch citizenship. Central to the lectures will be the question of the uniqueness and commonness of Dutch politics and society by focussing on comparing themes in Dutch history in time or place. There are different ways to analyse themes in Dutch history. One is to analyse Dutch uniqueness by focusing on Dutch historiography in order to find out which developments attracted most attention from Dutch historians. A second line of approach delves into the stories and images of the Netherlands created by historians from outside the Netherlands. A third way of identifying uniqueness and universality is by focusing on the blank spots. It is mainly based on the idea that what is silenced by historians or in history (on purpose or not) is either ‘unimportant’ or tells us something about the peculiarities and sensitivities of Dutch history. Finally, uniqueness can also be examined by making a comparison between particular Dutch historical developments and similar ones abroad. Lectures will be based upon one or a combination of the approaches mentioned above. OnderwijsvormLectures and discussion (based on assignments) ToetsvormAssignments and written exam Literatuur


Coördinator dr. D.B.R. Kroeze

Docent(en) dr. D.B.R. Kroeze


Niveau 200


Articles and book chapters to be announced Vereiste voorkennisDutch students have finished their first year; international students are familiar with common aspects of Dutch modern history or prepared to read additional literature on Dutch modern history DoelgroepSecond Year BA students History; minor students and exchange students Overige informatieThis course is also part of the minor The Dutch in the World Vips en vuurwerk: de stad als historisch podium

Doel vakKennis van de culturele achtergrond van historische stedelijke evenementen. Uitvoeren van onderzoek naar culturele praktijken rond deze evenementen. Oefening in de relatie cultuur- en publieksgeschiedenis. Inhoud vak2013 is een betekenisvol jaar voor de Nederlandse monarchie. Het aanstellen van de nieuwe koning is niet alleen een politieke gebeurtenis, het is ook een ‘opvoering’ die zichtbare sporen trekt door de steden. Amsterdam en Utrecht maken zich op voor een serie van feestelijkheden, waarbij ook de vorige ‘feestjaren’ (1713, 1813, 1913) in herinnering worden geroepen. De steden worden bij dit soort gelegenheden tot historische podia gemaakt, waar verschillende partijen via theatrale (machts)vertoningen en consumptiecultuur hun positie proberen te bestendigen. Grootschalige bijeenkomsten van politieke en/of religieuze aard, zoals ‘blijde inkomsten’ van vorsten, vredesconferenties, concilies en synodes, worden meestal beschreven vanuit de inhoudelijke aspecten. In dit college staat juist de culturele, sociale en economische context van historische evenementen centraal. Wat betekende het voor een stad om maandenlang een aantal vips binnen haar muren te hebben? Hoe gingen lokale bestuurders, functionarissen, ondernemers, winkeliers en burgers daarmee om? Waren er conventies en inventies rond ‘city marketing’, horeca, toerisme, prostitutie, recreatie? Na een algemene oriëntatie zoomen we in op twee casussen: de Synode van Dordrecht (1618-1619) en de Vrede van Utrecht (1713). Vervolgens kiezen de studenten een eigen casus om te onderzoeken en te analyseren in een werkstuk. Onderwijsvorm



Credits 9.0

Voertaal Nederlands


Coördinator prof. dr. F.A. van Lieburg

Docent(en) prof. dr. F.A. van Lieburg, prof. dr. I.B. Leemans


Niveau 300


Werkcollege ToetsvormCollegeparticipatie, leesverslagen, onderzoeksopdrachten, werkstuk LiteratuurReader met literatuur. Nog nader bekend te maken Vereiste voorkennis2e jaar bachelor geschiedenis Doelgroep3e jaars bachelorstudenten geschiedenis Water in de wereld

Doel vakInzicht en vaardigheid verwerven in comparatief onderzoek, ook met gebruik van ICT. Inhoud vakIn deze cursus richten we ons op de relatie mens-water in het verleden. Dit thema is verbonden met mondiale processen als bevolkingsgroei, globalisering, industrialisering, migratie, urbanisering en de opkomst en ontwikkeling van de moderne natiestaat. Waterlichamen hebben in de loop der tijd allerlei functies vervuld: transport, drinkwater, zuivering en afvoer van afvalwater, energieopwekking en recreatie. Deze functies kwamen nogal eens in conflict met elkaar, vooral sinds de Industriële Revolutie, die een toename aan afvalstoffen veroorzaakte, maar ook de mogelijkheid tot grootschalige damprojecten voor electriciteitsopwekking en irrigatie. We zullen speciale aandacht hebben voor de vergelijking van delta’s van rivieren (Rijn, Donau, Mekong, Ganges, Ciliwung, Missisippi) en de problematiek van grote steden hierin. OnderwijsvormWerkcollege: discussie, korte opdrachten met gebruik van ICT en essay schrijven. ToetsvormKort essay (20%), referaat en commentaar (20%), werkstuk (60%); cijfers 1-10. Aanwezigheid verplicht, afwezigheid leidt tot aanpassing van het eindcijfer.


Periode Periode 2+3

Credits 6.0

Voertaal Nederlands


Coördinator prof. dr. P.J.E.M. van Dam

Docent(en) prof. dr. P.J.E.M. van Dam, drs. B.F. Stuyvenberg


Niveau 200


LiteratuurSelectie van artikelen beschikbaar gesteld via BB Vereiste voorkennisSerieus deelgenomen hebben aan Global History in Debat Doelgroep2e jaars studenten major Global History Overige informatieThematisch onderdeel in major Global History, aansluitend bij de cursus Global History in debat in periode 1 van het 2e jaar. Studenten die Global History als eerste major kiezen, moeten dit college volgen of het parallelcollege Europa eerst, China nu. maximum aantal deelnemers: 20. Werkcollege Holocaust: Geschiedenis en Herinnering

Doel vakVerdieping van het inzicht in de geschiedenis en herinnering van de Holocaust, toegespitst op de Nederlandse situatie. Inhoud vakMet behulp van primaire en secundaire literatuur wordt dieper ingegaan op enkele thema’s. Een van de thema’s is de geschiedenis van de joodse onderduik in Nederland. We doen onder meer onderzoek in de collecties gefilmde interviews met overlevenden van de Holocaust. Ook de ontwikkeling in het Nederlandse onderzoek en het actuele debat over de herinneringscultuur komt aan de orde. Door middel van excursies, films, werkbezoeken aan relevante instellingen en musea, discussies en ontmoetingen worden deze inzichten verdiept, en komen onderwerpen voor nader onderzoek aan de orde. Tijdens dit werkcollege doen de studenten zelf deelonderzoek, waarover ze verschillende essays schrijven en presenteren. Er wordt eigen onderzoek in archieven en de USC video- collectie van interviews met overlevenden verricht naar bepaalde thema’s, die (deels) door de studenten zelf gekozen zijn. [Dit gebeurt in samenwerking met Amerikaanse studenten, waardoor vanuit een breder, vergelijkend perspectief een grotere hoeveelheid bronnenmateriaal geraadpleegd kan worden. OnderwijsvormLezingen, archief-onderzoek, excursies, mondelinge presentatie van deelonderzoek, eindpaper.

Vakcode L_GCBAALG002 ()

Periode Periode 2+3

Credits 6.0

Voertaal Nederlands



Docent(en) dr. D.G. Hondius


Niveau 200


ToetsvormEssays, opdrachten, presentaties, papers. LiteratuurDan Stone, Histories of the Holocaust. Oxford University Press, Oxford 2010. Overige literatuur wordt nader bekend gemaakt. Vereiste voorkennisACVA met voldoende afgerond. Let op: Dit werkcollege is alleen toegankelijk voor wie het hoorcollege in periode 1 heeft gevolgd en aan het schriftelijk tentamen heeft deelgenomen. Inschrijving en deelname van andere studenten is ter beoordeling van de docenten. DoelgroepTweedejaars studenten geschiedenis en filosofie; overige belangstellenden. Overige informatieDeze cursus sluit aan op het hoorcollege in periode 1: het hebben gevolgd van deze cursus en het hebben deelgenomen aan het schriftelijk tentamen is voorwaarde voor het kunnen deelnemen aan het werkcollege. Andere studenten kunnen zich aanmelden ter beoordeling van de docenten. Wijzigingen in de opzet van het vak zijn mogelijk. Werkcollege oude geschiedenis

Doel vakKennis opdoen uit antieke bronnen en wetenschappelijke literatuur (in het Nederlands, Engels, Duits en, voor zover de benodigde talige competentie aanwezig is, andere talen). Inzicht in de problematiek van het vakgebied; reproduceren en interpreteren van informatie; kritisch beoordelen van literatuur; herkennen van normatieve denkwijzen in het wetenschappelijk denken; mondelinge samenvatting van verworven kennis, schriftelijke presentatie met goede betoogopbouw, zorgvuldig taalgebruik en correcte verwerking van literatuur/bibliografie; constructieve en inhoudelijke deelname aan discussie/uitwisseling, georganiseerd en beoordeeld door docent; uitvoeren, eventueel na nadere uitwerking, van een gegeven probleemstelling, waarbij vastgehouden wordt aan de betooglijn; vermijden van plagiaat. Inhoud vakAlexander de Grote (koning van Macedonië 336-323 v. Chr.) tussen een veelheid van culturen. Alexander was de eerste 'westerse' veroveraar van het Midden Oosten. Hij kreeg daarmee te maken met een veelheid van

Vakcode L_GOBAGES204 ()

Periode Periode 5+6

Credits 6.0

Voertaal Nederlands


Coördinator prof. dr. R.J. van der Spek

Docent(en) prof. dr. R.J. van der Spek


Niveau 300


culturen: die van Klein-Azië, Fenicië, Syrië, Israel, Egypte, Mesopotamië en Iran. Hij stichtte overal nieuwe steden en in zijn kielzog vestigden zich veel Grieken en Macedoniërs in het oosten. De studie van Alexander de Grote wordt gewoonlijk geheel vanuit Grieks perspectief bestudeerd. In dit college zullen we proberen meer aandacht te geven aan het oosterse perspectief en ook gebruik te maken van niet- Griekse bronnen. We kijken ook naar de impact van Alexander op het Midden Oosten. Hadden de Amerikanen iets kunnen leren van Alexander toen zij in 2003 Irak veroverden? Onderwijsvormwerkcollege ToetsvormAanwezigheid; wekelijkse opdrachten en een werkstuk LiteratuurJona Lendering, Alexander de Grote. De ondergang van het Perzische rijk. Amsterdam: Athenaeum - Polak & van Gennep 2004. Vereiste voorkennisBasiscursus Geschiedenis van de Oudheid 1 en 2 of Overzicht Geschiedenis van de Oudheid voor archeologen; Academische vaardigheden; Inleiding Historische Bronnen A of B. DoelgroepTweedejaars studenten Geschiedenis die de major Oude Geschiedenis hebben gekozen; tweedejaars studenten Oudheidkunde (behalve bij de majorencombinatie Grieks + Nieuw-Babylonisch-Assyrisch) Overige informatieDe aanwezigheidsplicht impliceert dat men maximaal drie bijeenkomsten van het college mag verzuimen. Het niet bijwonen van een bijeenkomst dient te worden gecompenseerd door (i) aantoonbare schriftelijke voorbereiding van het verzuimde college; en (ii) het maken van aanvullende opdrachten.


Premaster Geschiedenis - Vrije Universiteit …...2015/09/30 · Premaster Geschiedenis 3e jaars...

Documents

Transcript of Premaster Geschiedenis - Vrije Universiteit …...2015/09/30 · Premaster Geschiedenis 3e jaars...