PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben...

40
Integraal Maatschappelijk Accommodatiebeleid 2017-2024

Transcript of PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben...

Page 2: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

1. Inleiding

Page 3: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

In de gemeenteraad van 5 oktober 2010 is het Integraal

Maatschappelijk Accommodatiebeleid Heerlen (IMAH) 2010‐2014

vastgesteld. Daarmee hebben we een integraal afwegingskader

bij vraagstukken als gevolg van onder andere

herstructureringsopgaven, leegstand van maatschappelijke

accommodaties, verscheidenheid in huurtarieven en de wens tot

het realiseren van brede maatschappelijke voorzieningen (BMV).

In de afgelopen jaren heeft dit beleid de kaders en

uitgangspunten gevormd voor de wijze waarop de gemeente

Heerlen met maatschappelijke accommodaties wil omgaan.

Sinds 2010 is veel veranderd. In de afgelopen jaren heeft

bijvoorbeeld in het Sociale Domein een drietal grote

decentralisaties plaatsgevonden, zijn vanuit de Rijksoverheid

forse ombuigingen en bezuinigingen doorgevoerd en blijven

maatschappelijke en technologische ontwikkelingen hun invloed

uitoefenen op de manier waarop wij (samen)leven. Dat heeft

onder andere grote consequenties voor de eisen en wensen die

mensen hebben op het gebied van accommodaties. De manier

waarop de gemeente kan en wil sturen moet daar op blijven

aansluiten. In de tussenliggende periode zijn verschillende BMV’s

en jeugdaccommodaties ontwikkeld en functies als het WMO-

loket komen te vervallen. Ook ontstaan voortdurend nieuwe

inzichten over de samenhang tussen functies en accommodaties,

bijvoorbeeld bij de inrichting van het bibliotheekwerk.

Het IMAH functioneert

Tegelijkertijd kan worden geconcludeerd dat de meeste van de

uitgangspunten uit het IMAH 2010 in de afgelopen periode

succesvol zijn gehanteerd, en dat deze nog steeds een passend

sturingskader vormen. In de afgelopen maanden is het

oorspronkelijk IMAH geactualiseerd. Waar nodig zijn de

uitgangspunten aangevuld, soms aangescherpt of genuanceerd.

Het geactualiseerde IMAH geeft daarmee een doorkijk voor de

periode tot 2024.

De uitgangspunten uit het IMAH vormen een integraal

afwegingskader voor de maatschappelijke accommodaties in

Heerlen, zowel bestaand als nieuw te realiseren. Het schetst hoe

de gemeente Heerlen met (toekomstige) initiatieven om wil gaan

om de toekomstbestendigheid van maatschappelijke

accommodaties te garanderen.

Daarmee is het zowel toetsingskader als richtinggevend

document. De uitgangspunten zijn gebaseerd op actuele

ontwikkelingen, zoals veranderende gebruikersbehoeften, de

veranderende demografische opbouw van de bevolking en

ervaringen met het multifunctioneel gebruik van accommodaties.

Afwegingskader

Het IMAH is bewust niet opgesteld als blauwdruk voor de stad,

maar is bedoeld als kaderstellende nota. Het biedt een

samenhangend, overkoepelend en richtinggevende visie voor de

inhoudelijke beleidsvelden binnen de gemeente Heerlen. In

voorkomende gevallen kan omwille van te leveren maatwerk van

het afwegingskader afgeweken worden om moverende redenen,

mits beargumenteerd en benoemd wordt waaruit de afwijking

bestaat.

De ervaring heeft geleerd dat het opstellen van uitvoerings-

programma’s niet meer veel toevoegt bij de huidige tijd waarin

blauwdrukplanningen te snel achterhaald worden door de

werkelijkheid. In plaats van dit soort ‘top-down’-planningen

wordt in deze actualisatie daarom de werkwijze beschreven

waarmee de gemeente regie wil voeren. Aanvullend wordt een

perspectief geschetst waarin voor een aantal clusters een

mogelijk toekomstbeeld wordt beschreven. Nadrukkelijk worden

in het IMAH geen inhoudelijke keuzes gemaakt op

beleidsonderdelen.

Relatie met structuurvisie en vastgoedbeleid

In de actualisatie van het IMAH 2017 is verbinding gezocht met

(de uitgangspunten uit) bestaand beleid, zoals de Structuurvisie

Heerlen 2035, het nieuwe vastgoedbeleidsplan (in ontwikkeling)

en de leegstandsvisie van de gemeente Heerlen. Zo ontstaat

naast verankering binnen het sociaal-maatschappelijk domein

ook verbinding met de ruimtelijke disciplines. Hiermee is

getracht een actueel, breed en evenwichtig referentie- en

toetsingskader voor de maatschappelijke accommodaties in

Heerlen te formuleren.

3

Structuur visie

Vastgoed beleidsplan

IMA Heerlen

Accommodaties

in eigendom bij

gemeente

Accommodaties

in eigendom bij

derden

Maatschappelijke

accommodaties

Structuurvisie

IMA Heerlen

Vastgoedbeleid

Structuurvisie

IMA Heerlen

Overig vastgoed

(commercieel,

wonen, etc.)

Structuurvisie

Vastgoedbeleid Structuurvisie

Page 4: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

2. Maatschappelijke

functies & accommodaties

Page 5: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

Maatschappelijke accommodaties, zoals basisscholen,

sportaccommodaties en BMV’s hebben een belangrijke functie

voor de inwoners van buurten en wijken. Deze accommodaties

vormen de basis voor het patroon van belangrijke

ontmoetingsplaatsen tussen mensen. De combinatie met het

aanbod aan gevarieerde woonmilieus maakt een gemeente

aantrekkelijk om te wonen, werken en recreëren. Het is dan ook

van groot belang om de locatie en het effect van

maatschappelijke accommodaties voortdurend te blijven volgen.

Daarmee hebben maatschappelijke accommodaties ook een

belangrijke ondersteunende sociale functie: het laten

participeren van bewoners in de samenleving, en sociale

samenhang creëren. Om te voorkomen dat de uitgangspunten in

het ene dossier in conflict komen met de uitgangspunten in het

andere dossier, is het gewenst om een consistente beleidslijn te

volgen. Dit beleidskader richt zich op de afstemming van vraag

en aanbod van maatschappelijke accommodaties op een aantal

beleidsterreinen, zoals op het gebied van sport & bewegen,

sociaal-cultureel, welzijn & gezondheid en jeugd & jongeren.

2.1 Onderscheid functies en accommodaties Maatschappelijke accommodaties zijn geen doel op zich, maar

vormen de voorwaardelijke infrastructuur om ontmoeting tussen

mensen plaats te laten vinden (‘middel’). De gemeente Heerlen

wil met die invalshoek kijken naar de accommodaties. Anders

gezegd; ‘de stenen volgen de inhoud’. De gemeente Heerlen wil

daarom nadrukkelijk een onderscheid maken tussen sociaal-

maatschappelijke functies en maatschappelijke accommodaties.

Maatschappelijke functies zijn maatschappelijke activiteiten

(zoals het deelnemen aan een sportactiviteit) en werksoorten

(zoals maatschappelijk werk) waarmee een bijdrage aan de

samenleving plaatsvindt. Deze kunnen verschillend van aard zijn

(sport, cultureel, educatief) maar hebben als

gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen

centraal staat of een wezenlijk onderdeel is van de functie.

Met maatschappelijke accommodaties* worden accommodaties

bedoeld die huisvesting bieden aan de maatschappelijke functies

en daarmee een bijdrage leveren aan de sociale

beleidsdoelstellingen van de gemeente. Het betreft een breed

accommodatieaanbod op het gebied van onderwijs, cultuur,

welzijn en zorg, waarbij aan onderwijs(huisvesting) een

wettelijke grondslag is gelegen. Als we kijken naar de huidige

spreiding van accommodaties in Heerlen, dan is er sprake van

een fijnmazig netwerk.

*In het IMAH 2010-2014 spraken we van voorzieningen, maar om

onduidelijkheid te voorkomen hanteren we deze term niet meer.

Maatschappelijke accommodaties zijn voor de gemeente dus een

beleidsmiddel, waarmee net zoals bijvoorbeeld regelgeving of

subsidies gestuurd kan worden. Bij maatschappelijke functies en

accommodaties wordt op die manier onderscheid gemaakt tussen

vier ideaaltypen:

Deze onderverdeling zegt overigens niets over de bijdrage van de

functie aan de gemeentelijke beleidsdoelstellingen. Het geeft de

reikwijdte en beleidsmiddelen aan van de mogelijkheid van de

gemeente om te sturen op de activiteiten en de locatie waarop

deze plaatsvinden. Het IMA Heerlen doet uitspraken over de

wijze waarop de gemeente Heerlen wil sturen op

maatschappelijke accommodaties. De manier waarop gestuurd

wordt door de inzet van subsidies verschilt per beleidsveld en

wordt dan ook op dat niveau ingericht.

Daar waar bij de uitgangspunten gesproken wordt over functies

en accommodaties wordt dus bedoeld maatschappelijke functies

en maatschappelijke accommodaties.

Bij de functie onderwijs kan de gemeente wel invloed

uitoefenen op de onderwijshuisvesting -als initiatiefnemer en

(mede)eigenaar-, maar niet op de inhoud en organisatie van het

onderwijs als zodanig.

5

Accommodaties

in eigendom bij gemeente

Accommodaties

in eigendom bij derden

Functie

ontvangt

subsidie van

gemeente

Gemeente kan direct invloed

uitoefenen op zowel de wijze waarop

de functie wordt ingevuld

(bijvoorbeeld door het stellen van

voorwaarden) als op de

accommodatie.

Voorbeeld: theater

Gemeente kan niet direct

invloed uitoefenen op de

accommodatie, maar kan wel

sturen op de wijze waarop de

functie wordt ingevuld.

Voorbeeld: harmonie

Functie

ontvangt

geen

subsidie van

gemeente

Gemeente kan direct invloed

uitoefenen op de accommodatie, maar

niet op de wijze waarop de functie

wordt ingevuld.

Voorbeeld: kinderopvang in BMV

Gemeente kan niet direct

invloed uitoefenen op de

accommodatie, en ook niet op

de wijze waarop de functie

wordt ingevuld.

Voorbeeld: fitnesscentrum

Maatschappelijke functies & accommodaties

Page 6: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

6

2.2 Trends en ontwikkelingen De veranderingen in de samenleving in de afgelopen decennia

hebben grote invloed op het gebruik van de maatschappelijke

accommodaties. De bevolking verandert van samenstelling en dat

betekent een gewenste verschuiving in de aard en locatie van

accommodaties. Leef- en denkwijzen van mensen veranderen

constant waardoor eisen aan bijvoorbeeld de leefomgeving

veranderen. Ook zien we dat de scheiding tussen commercieel en

maatschappelijk vastgoed vervaagt, waardoor het aanbod groeit

en de onderlinge concurrentie is toegenomen.

Tenslotte heeft een aantal verschuivingen plaatsgevonden in de

verhouding tussen overheid en samenleving, waarop de

gemeente moet inspelen. Deze trends en ontwikkelingen hebben

effect op de ruimtevragen die op de gemeente afkomen en

worden meegenomen in de actualisatie van het IMAH.

Demografische veranderingen

In Heerlen en Parkstad verandert de bevolking van samenstelling,

onder andere door krimp, waardoor het woon- en

(maatschappelijke) accommodatie-aanbod zich moet (blijven)

aanpassen. Het teruglopen van het aantal kinderen in de stad

verandert bijvoorbeeld de vraag naar specifieke accommodaties

zoals onderwijslocaties en kinderopvang. Maar ook de vergrijzing

van de populatie heeft grote gevolgen. In combinatie met het

gegeven dat steeds meer mensen in hun eigen huis oud worden,

heeft dat bijvoorbeeld gevolgen voor de vraag naar

ondersteuning en accommodaties op het gebied van zorg en

welzijn.

Toename van mobiliteit

Daar komt bij dat de mobiliteit van een groot deel van de

burgers sterk is toegenomen. Hierdoor wordt de

keuzemogelijkheid voor het bezoeken van accommodaties onder

andere op het gebied van onderwijs, sport en vrije tijd sterk

vergroot. Veel burgers hebben meer dan ooit een actieradius die

verder reikt dan de eigen buurt. Doordat mensen langer vitaal

blijven, geldt dit zowel voor jongeren als voor senioren. Voor een

beperkte groep met grotere zorgvraag blijft een beperkte fysieke

afstand tot accommodaties een noodzaak. Het is bij

beleidskeuzes belangrijk rekening te houden met deze groep

mensen, zodat ook zij volwaardig kunnen blijven meedoen in de

samenleving.

Page 7: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

Combineren van arbeid en zorg

Steeds meer mensen combineren arbeid met zorg voor kinderen

en naasten. Het vinden van een juiste balans is echter niet altijd

eenvoudig. Ouders willen steeds vaker werken en zorg

combineren zonder veel geregel en stress. Zij hebben daarom

behoefte aan een aanbod van kwalitatief verantwoorde opvang

voor hun kind, ook buiten de reguliere kantooruren. Een passend

‘dagarrangement’ met een sluitende keten van onderwijs,

opvang en vrijetijds-voorzieningen komt daaraan tegemoet. Veel

van de huidige accommodaties zijn daarop nog onvoldoende

afgestemd. In zijn algemeenheid handelen burgers meer als

consument waarbij de kwaliteitseisen veel hoger liggen dan

vroeger. Aanbieders van maatschappelijke accommodaties

stonden al onder druk, en krijgen steeds meer moeite om aan de

hogere eisen te voldoen. Bij de ontwikkeling van BMV’s wordt

hier ook rekening mee gehouden, al blijft er een spanningsveld

tussen enerzijds kwaliteit en duurzaamheid en anderzijds

betaalbaarheid en laagdrempeligheid.

Onderlinge concurrentie en overaanbod

In de afgelopen decennia is in Heerlen een groot netwerk aan

maatschappelijke accommodaties ontstaan. De samenstelling

daarvan is zeer divers en loopt uiteen van bijvoorbeeld BMV’s tot

commerciële zaalverhuur tot huiskamers in wooncomplexen. In

de afgelopen jaren is het aanbod gegroeid doordat instellingen

hun vastgoed ‘open stellen’ voor initiatieven van buiten. Op de

particuliere markt wordt leegstaand vastgoed in het kader van

leegstandsbeheer goedkoop aangeboden aan maatschappelijke

functies. Daardoor ontstaan kansen voor sociaal-

maatschappelijke initiatieven die nu gemakkelijker en goedkoper

dan voorheen (al dan niet tijdelijk) gebruik kunnen maken van

ruimte. Het draagt echter ook bij aan onderlinge concurrentie

tussen initiatieven en accommodaties waardoor de

levensvatbaarheid verder onder druk komt te staan. Leegstand is

op die manier zowel een oplossing als een probleem. In de

komende jaren neemt de leegstand in Heerlen naar verwachting

verder toe.

Veranderingen relatie overheid – samenleving

In de afgelopen jaren heeft een aantal verschuivingen

plaatsgevonden in de verhouding tussen overheid en

samenleving. Als gevolg daarvan moet de gemeente een andere

rol spelen; meer gelijkwaardig, als verbinder en werkend aan

maatwerk om aan te sluiten bij individuele initiatieven. Van

mensen wordt meer eigen verantwoordelijkheid en

zelfredzaamheid verwacht (eigen kracht). Tegelijkertijd blijft de

traditionele rol van de overheid als vangnet actueel, evenals de

faciliterende, ondersteunende rol. Buiten de overheid om

ontplooien mensen steeds vaker diverse initiatieven, zeker in de

eigen omgeving: er is een doe-democratie ontstaan. Mensen

willen samen zaken aanpakken. Ook in protest, saamhorigheid of

via crowdsourcing tonen mensen betrokkenheid. Om iets te

bereiken kun je als overheid steeds vaker het best bij

burgeracties aansluiten en bijdragen mogelijk maken.

Overheidsparticipatie dus, in plaats van burgerparticipatie. Dat

vraagt om een nieuwe rol van de gemeente, waarbij meer

maatwerk wordt gevraagd. De overheid kan als regisseur of

facilitator partijen verbinden en de voorwaarden scheppen om

bepaalde initiatieven verder te helpen ontwikkelen.

7

Individualisering

In aanvulling op bovenstaande ontwikkelingen is een trend

van individualisering waarneembaar. Een van de gevolgen

hiervan is dat men minder genegen is zich langdurig te

verbinden aan vrijwilligerstaken. Het aantal vrijwilligers

neemt weliswaar niet af, maar men wenst een grotere

mate van vrijheid in het bepalen van de tijdstippen waarop

men maatschappelijk actief kan en wil zijn. De inzet is

minder vanzelfsprekend en vluchtiger (kort verband

vrijwilligerswerk). Ook de vaste betrokkenheid bij de

maatschappelijke accommodaties in de directe omgeving

neemt af. In combinatie met de toegenomen mobiliteit van

mensen neemt het automatisme van bezoek en eigen inzet

voor accommodaties over de jaren af.

Technologische veranderingen

De informatiesamenleving waarin wij leven kenmerkt zich

door enorme ontwikkelingen op het gebied van informatie-

en communicatietechnologie. Op vrijwel elk moment kan

iedereen contact hebben met anderen en over informatie

beschikken, zowel privé als beroepsmatig. Van online

spellen tot lotgenotencontact, van gezondheidsvragen tot

diagnostische hulp, van psychologisch advies tot recepten

en persoonlijke begeleiding. Waren de ‘real life’ dokters en

de onderwijzers vroeger vanwege hun kennis nog de enige

autoriteiten in hun vak, tegenwoordig is internet een bron

van kennis en informatie. Meer dan ooit kunnen sociale

contacten en dienstverlening plaatsvinden vanuit huis of

dicht bij huis. Tegelijkertijd maakt internet het mensen

mogelijk zich op allerlei gebied te organiseren op basis van

persoonlijke keuzes, zonder tussenkomst van instituten.

Door deze ontwikkeling verandert de vraag naar fysieke

ruimte, en neemt zij af doordat meer ontmoeting

plaatsvindt in de eigen leefomgeving. Ook vindt een

verschuiving plaats van vast naar flexibel gebruik,

bijvoorbeeld bij de wijze waarop gewerkt wordt. Denk

bijvoorbeeld aan flexplekken in combinatie met horeca.

Page 8: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

3. Toekomstperspectief

Page 9: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

Toekomstperspectief beleidsclusters

In voorgaand hoofdstuk werden trends en ontwikkelingen

benoemd die van invloed zijn op het functioneren van

maatschappelijke accommodaties. Wat betekent dit nu voor het

IMAH? Deze ontwikkelingen brengen een nieuwe realiteit, waarin

mensen minder trouw zijn aan accommodaties in hun directe

omgeving. Indien het gewenste aanbod niet beschikbaar is of

geboden wordt, komt eigen initiatief in een stroomversnelling.

Overal duiken meer dan voorheen initiatieven op – sociaal,

maatschappelijk, bedrijfsmatig – die met elkaar gemeen hebben

dat ze een oplossing zoeken voor vragen die blijven liggen. In

functie of accommodatie. Dit soort initiatieven brengen de

menselijke maat terug in de samenleving, brengt een natuurlijk

draagvlak, stimuleert zelfredzaamheid en maakt de bevolking

meer onafhankelijk. Per geval moet worden bekeken of sturing

door de gemeente noodzakelijk, gewenst of mogelijk is. Het is de

vraag of er altijd een rol voor de gemeente moet zijn. En als dat

zo is, welke rol dan past (actief sturen, coördineren of

faciliteren).

Er zijn nog altijd veel functies gehuisvest in een eigen

accommodatie; ‘monofunctionele accommodaties’, die maar

voor één activiteit en vaak ook door één groep van gebruikers

benut worden. Bij teruglopende activiteiten (onder meer als

gevolg van teruglopende deelnemersaantallen) wordt het in deze

accommodaties steeds moeilijker om de activiteiten en de

huisvesting te exploiteren en dus in stand te houden.

Voor die accommodaties betekent dit het doorzetten van een

geleidelijke transformatie die al een aantal jaren in gang is

gezet:

• van specifieke activiteitenruimten naar multifunctionele

ontmoetingsplekken;

• van decentrale (solitaire) publieksvoorzieningen naar

centrale BMV’s als hoofdinfrastructuur voor de

maatschappelijke accommodaties op logische plekken.

Om gevoel te krijgen bij de richting waarin de maatschappelijke

accommodaties zich naar verwachting ontwikkelen, wordt op een

viertal thema’s een perspectief geschetst (sport & bewegen,

sociaal-cultureel, welzijn & gezondheid en jeugd & jongeren).

Dit is nadrukkelijk niet bedoeld als beleidskader, maar om een

beeld te geven van bestaande en toekomstige ontwikkelingen.

9

Page 10: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

Sport & Bewegen

Page 11: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

3.1 Sport en bewegen De hedendaagse sporter stelt steeds hogere eisen aan de

activiteit en accommodatie. De sporters vragen naar diversiteit in

het sportaanbod. Gefaciliteerd met kwalitatieve begeleiding en

uitgevoerd in goede, moderne faciliteiten. Daarnaast moet er

ruimte zijn voor sociale aspecten, educatie, talentontwikkeling en

organisatie van nevenactiviteiten. De sport- en bewegingsmarkt

wordt groter, gedifferentieerder en complexer.

De sporter van de toekomst heeft een grote actieradius en kiest

voor de sport op basis van persoonlijke behoeften en wensen ten

aanzien van kwaliteit, ook als hij of zij daar iets verder voor moet

rijden. De bereikbaarheid en de kwaliteit van een accommodatie

wordt belangrijker dan beschikbaarheid in de directe eigen

omgeving. Ook valt op dat er een verschuiving plaatsvindt van

binnen- naar buitensport. Daar passen sport- en

beweegmogelijkheden in de openbare ruimte bij (‘urban’), ook in

de binnenstad.

In de afgelopen jaren hebben als gevolg van deze landelijke

ontwikkelingen lokaal grote veranderingen plaatsgevonden in de

sportinfrastructuur van de gemeente Heerlen. Daarbij is een

beweging van ‘kwantiteit naar kwaliteit’ te benoemen, en het

aantal binnen- en buitensportaccommodaties is teruggebracht. De

uitgangspunten van het IMAH zijn bij de uitwerking leidend

geweest.

Door ontwikkelingen als individualisering, demografische daling en

ontgroening krimpt de georganiseerde sportbeoefening en

daarmee de omvang van sportverenigingen; ook in Heerlen. De

ervaring is dat verenigingen sterker krimpen dan de

bevolkingsomvang. Dat komt onder andere door de opbouw van de

verenigingen: bij nagenoeg alle verenigingen bestaat het grootste

deel uit jeugdleden. Wanneer er minder kinderen geboren

worden, is dat voor verenigingen rechtstreeks merkbaar in de

ledenaantallen. Dit wordt versterkt doordat sport steeds meer

‘ongebonden’ gebeurt; in informele verbanden zonder

verenigingsstructuur.

Daarnaast merken verenigingen ook nu al dat er steeds minder

interesse is bij leden om een functie als vrijwilliger

(ondersteuning of bestuur) binnen de vereniging te vervullen.

Deze zaken zijn van invloed op de toekomstbestendigheid van de

sportverenigingen.

Sportaccommodaties stellen zich in een toekomstbeeld meer open

voor meervoudig gebruik van accommodaties en faciliteiten. Deze

sportcomplexen zijn te gebruiken, voor meerdere sporten,

modern van opzet en compleet qua voorzieningen en activiteiten.

Hierdoor is optimaal gebruik van de accommodaties mogelijk en

zijn de kosten in beheer en exploitatie gezamenlijk te dragen.

Sportaccommodaties in Heerlen moeten beschikbaar en geschikt

zijn voor alle burgers van de gemeente (jong en oud, valide en

minder valide). Voor de topsporters is in Zuid-Limburg de

Sportzone in Sittard-Geleen beschikbaar. Daar is een aantal

topsportaccommodaties samen gebracht en beschikbaar voor

topsporters uit Limburg.

Op het gebied van speeltuinen en openbaar spelen wil de

gemeente voor de toekomst een kwaliteitsslag maken. Doel is te

komen tot veilige, moderne, en avontuurlijke speeltuin-

accommodaties (en -organisaties) met een buurtoverstijgende

functie. Iedere speelplek biedt een veilige speelomgeving en

voldoet aan de wettelijke eisen.

11

• Ongebonden sporters: informalisering, teruggang

traditionele verenigingen, andere sporten,

individuele sporten, flexibiliteit

• Andere sportvraag: meer diversiteit en

consequenties vergrijzing (maar senioren blijven

langer vitaal)

• Vermenging sport, recreatie, sociaal, beleving,

educatie (talentontwikkeling)

• Buiten is het nieuwe binnen: groei buitensport,

daling binnensport, accommodaties als

startpunten buitenactiviteiten

• Toenemende wet- en regelgeving,

kwaliteitsvraag en –eisen en goede services:

bereikbaarheid/ kwaliteit versus beschikbaarheid

in omgeving, professionalisering

• Afname vrijwilligers

• Sport en beweegmogelijkheden als

aandachtspunt bij het herinrichten van

openbaar gebied (kansen ´urban´)

• De sport- en bewegingsmarkt wordt groter,

gedifferentieerder en complexer: in hoeverre

zijn sportscholen maatschappelijke voorzieningen?

• Obesitas wordt maatschappelijk probleem. Meer

algemeen: ongezondere populatie Zuid-Limburg

Page 12: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

Sociaal - Cultureel

Page 13: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

3.2 Sociaal-cultureel Ontmoeting en deelname aan activiteiten vindt veeleer plaats op

basis van leefstijl en steeds minder op basis van leeftijd. Mensen

kiezen de activiteiten die passen bij hun huishoudenskenmerken,

tijdsindeling, voorkeuren en smaken in vrijetijdsbesteding,

maatschappelijke oriëntatie en interactie. Dit brengt

verschillende generaties bij elkaar. In de activiteit vindt men

herkenning en geborgenheid. De toekomst van ouderen- en

jeugdwerk verandert daarom ook met nieuwe generaties ouderen

en jongeren. Dat vraagt een ander soort ontmoetingsplekken in

de toekomst. Als bijkomend voordeel worden hierdoor kansen

vergroot op kruisbestuiving tussen activiteiten en publieksbereik

van activiteiten. Denk bijvoorbeeld aan het toevoegen van een

bibliotheekfunctie voor een brede doelgroep aan een school.

Accommodaties worden in de toekomst zo veel mogelijk

geprogrammeerd op centrale, goed bereikbare plekken in de

wijken en stadsdelen. En dan liefst in beeldbepalende

gebouwen, de identiteitsdragers van die omgeving. Een deel van

de ontmoeting en activiteiten zal op basis van bijvoorbeeld

kwaliteitsbehoeften plaatsvinden in ‘de markt’; commerciële

marktinitiatieven. Een deel zal plaatsvinden in publieke

voorzieningen. Het ontwikkelen van relaties tussen verenigingen

en particuliere instellingen/initiatieven biedt kansen om

toekomstbestendigheid in het activiteiten-aanbod te vergroten.

Een belangrijk element in de infrastructuur is de BMV: centrale,

goed bereikbare plekken in de verschillende stadsdelen, werkend

voor meerdere buurten. Waar mogelijk en wenselijk worden

functies niet langer in eigen accommodaties aangeboden, maar

geclusterd in de BMV’s of andere multifunctionele gebouwen

zodat kruisbestuiving ontstaat.

In Heerlen kampen sommige gemeenschapshuizen met

exploitatieproblemen. Als gevolg van de krimp in combinatie met

een veranderde vrijetijdsbesteding, zal de bezetting in

gemeenschapshuizen de komende jaren verder afnemen.

Vanwege de bouw van diverse BMV’s ontstaan er nieuwe kansen

om de bezettingsgraad en diversiteit aan functies te verhogen,

doordat ruimtes multifunctioneel zijn en doordat een dergelijke

accommodatie sowieso meer mensen aantrekt vanwege

bijvoorbeeld de kindfuncties. Zo wordt 't Leiehoes als volwaardig

gemeenschapshuis nu onderdeel van de nieuwe BMV MSP en

ontstaat in deze BMV een goed uitgeruste ontmoetingszone. Dit

kan in de toekomst mogelijk de consequentie hebben dat enkele

minder goed draaiende gemeenschapshuizen of ontmoetings-

ruimten hun deuren moeten sluiten en dat de functies en

activiteiten elders worden ondergebracht.

De bibliotheken in Nederland ontwikkelen steeds nieuwe

concepten om op een moderne en servicegerichte manier aan de

specifieke wensen van bepaalde doelgroepen van de bibliotheek

te kunnen voldoen. Samenwerking met andere partijen is daarbij

vaak essentieel. De bibliotheken denken daarbij steeds vaker in

activiteiten dan in stenen (filialen), waardoor zowel fysiek als

digitaal nieuwe samenwerkingsvormen ontstaan. Bibliotheken

worden meer en meer geïntegreerd in buurtcentra en brede

scholen. De culturele instellingen hebben steeds vaker een

faciliterende rol in de vorm van aanbod dat aansluit op het

onderwijsprogramma. De gemeentelijke rol is het bij elkaar

brengen van vraag (onderwijs) en aanbod (cultuur).

Kunst en cultuur hebben een bindende functie voor de inwoners

van een gemeenschap en zijn van invloed op de identiteit van

een bevolking. Zij zijn van invloed op het leefklimaat, de sociale

binding en talentontwikkeling (amateur & professioneel) in een

gebied. Activiteiten en accommodaties voor kunst en cultuur

faciliteert de gemeente in de eerste plaats voor de eigen

inwoners en de regio. Culturele voorzieningen kunnen echter ook

een aantrekkingskracht hebben als toeristisch-recreatief

product. Met goede voorzieningen op het gebied van kunst en

cultuur wordt de aantrekkelijkheid van de gemeente Heerlen

versterkt voor bijvoorbeeld de vestiging van nieuwe inwoners en

ondernemers. De gemeente heeft een aantal basisvoorzieningen

aangewezen als ‘economische activiteiten van algemeen belang’.

De gemeente is ondersteunend bij ruimtevragen van

gezelschappen, niet regisserend. In eerste aanleg zijn

verenigingen en stichtingen zelf aan zet bij het vinden van

passende huisvesting.

Heerlen heeft als centrumstad een aantal grotere voorzieningen

binnen haar gemeentegrenzen beschikbaar. Denk bijvoorbeeld

aan het Parkstad Limburg Theater, poppodium Nieuwe Nor en

Schunck*. In de Structuurvisie is bewust gekozen om het centrum

van Heerlen aan te wijzen als concentratieplek voor dit soort

regionale accommodaties. Dat moet bijdragen aan de ambitie om

Heerlen Centrum qua voorzieningenaanbod en qua sfeer en

beleving te versterken. Het IMAH sluit hier op aan.

De scouting had de afgelopen jaren te maken met een

ledendaling, maar sinds 2015 consolideert het ledenaantal. Ook

in Heerlen kampen enkele scoutingverengingen met lage

ledenaantallen, vooral als gevolg van krimp. Organisaties werken

aan verbetering van het imago en aan de bekendheid van

scouting. Scoutingverenigingen beschikken van oudsher over

‘stand alone’ accommodaties waar activiteiten uitgevoerd

worden. Naar de toekomst toe is het echter denkbaar dat ook

deze accommodaties gecombineerd gaan worden met andere

functies zoals bijvoorbeeld buitenschoolse opvang in de

technisch betere accommodaties. Op die manier kunnen

accommodaties multifunctioneel gebruikt worden (denk

bijvoorbeeld aan de buitenschoolse opvang in het

scoutinggebouw van Kapelaan Berix in Heerlen-Centrum).

13

• Democratisering, commercialisering,

digitalisering, mondialisering

• Meer denken in activiteiten in plaats van

locaties

• Rol in profileren van de lokale uniciteit

• Cultuureducatie bepalend voor

cultuurparticipatie

• Cultureel aanbod bepalend voor

aantrekkingskracht woongebied

• Strategie clustering culturele voorzieningen is

aantrekkelijk: publiek, kruisbestuiving,

drempelverlaging

• Consument is op zoek naar belevingscultuur

• Overheid bezuinigt en sponsoring en

particuliere giften nemen af

• Cultuureducatie dient bereikbaar te zijn

• Muziek meer verbinden aan het onderwijs

• Huisvesting culturele functies sterk in

ontwikkeling: als onderdeel van

organisatieverandering

• Bibliotheek en andere culturele functies meer

verbinden aan BMV’s

Page 14: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

Welzijn & Gezondheid

Page 15: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

3.3 Welzijn & gezondheid Gemeenten hebben sinds 2015 veel nieuwe verantwoordelijk-

heden en taken gekregen. Gemeenten werden door de

decentralisaties verantwoordelijk voor de Jeugdwet, Wmo 2015

en de Participatiewet. Centraal binnen deze veranderingen is het

gegeven dat primair wordt uitgegaan van wat mensen wel (nog)

kunnen plaats van wat zij niet (meer) kunnen. Vanuit het

gemeentelijk programma Sociaal Domein is de volgende missie

opgesteld: iedereen doet er toe en doet wat hij kan. Waar het

nodig is ondersteunen wij. Daar waar het kinderen betreft, gaat

het belang van het kind boven alles.

We willen dat de zelfregie en zelfredzaamheid bij burgers wordt

vergroot en dat inwoners zich voor zichzelf en hun sociale

netwerk verantwoordelijk voelen. De bewoners maken de buurt.

Zij signaleren en ondernemen zelf actie als ze zich zorgen

maken. We willen dat de buurt of wijk een prettige woon- en

leefomgeving is voor alle inwoners (een inclusieve samenleving).

Hierbij is het belangrijk dat er een adequaat en toegankelijk

voorzieningenniveau op buurt- en wijkniveau beschikbaar is. We

noemen dit het voorliggend veld. Gemeente Heerlen heeft er dan

ook voor gekozen om een meer integrale aanpak te

bewerkstelligen waarbij de maatschappelijke ondersteuning (de

‘nieuwe Wmo taken) aangeboden worden als Algemene

Voorziening. Gemeente Heerlen is van mening om dit via een

integrale aanpak meer passende ondersteuning geboden kan

worden. Daarbij is er voor gekozen om de opdracht met

betrekking tot maatschappelijke ondersteuning bij één

samenwerkende contractpartij te leggen en de zorg op wijk- en

stadsdeelniveau te organiseren. Het resultaat hiervan is ‘Heerlen

Stand-By!’.

Door het scheiden van wonen en zorg (extramuralisatie) blijven

mensen langer thuis wonen en daardoor ontstaan nieuwe

vraagstukken, die we integraal oppakken. Gekeken wordt naar

welke zorg de burger nodig heeft en welke aanpassingen

noodzakelijk zijn om zelfredzaamheid en participatie te kunnen

waarborgen. De rol van de informele zorg (mantelzorger of

vrijwilligers) wordt meegenomen in het maken van keuzes. Dus

thuisnabij zover en zolang het mogelijk is. Professionele zorg

sluit hierop aan en gebeurt steeds meer gebieds- of wijkgericht.

Beschermd wonen en opvang maken hiervan onderdeel uit, als

sluitstuk.

De rol van de gemeente in dit samenspel wordt anders, we gaan

namelijk sturen op de doelen en maatschappelijke effecten die

we willen realiseren en het de aanbieders vrij laten hoe zij die

realiseren. De gemeente gaat daarbij uit van vertrouwen in de

professionals en zal voornamelijk een regisserende en

voorwaardenscheppende rol hebben. Aanbieders zijn in deze vrij

om te bepalen welke dienstverlening waar plaatsvindt.

Activiteiten als dagbesteding vindt in toenemende mate niet

meer in een aparte ruimte plaats maar midden in de

maatschappij. Bijvoorbeeld in een verzorgingscentrum of BMV.

Waar mogelijk leveren cliënten van de dagbesteding met hun

inzet een zinvolle bijdrage aan die maatschappij. En sprekend

voorbeeld hiervan in de inzet van Radar-cliënten in

ondersteunende beheerstaken in de BMV Aldenhof (stadsdeel

Hoensbroek).

Het betreft dus de algemene toegankelijkheid (participatie van

alle burgers) en de meer specifieke dienstverlening voor de

binnen de decentralisaties benoemde doelgroepen en waarvoor

de gemeente dus (mede-)verantwoordelijk is. De keuze voor

accommodaties wordt, voor zover de gemeente hierin een

verantwoordelijkheid heeft of kan nemen, gemaakt mede aan de

hand van de uitgangspunten uit het IMAH.

15

• Decentralisaties in sociaal domein zorgen voor

grote verschuivingen

• De burger staat centraal, het belang van het

kind voorop

• Clustering in zorgsector, maar ook van zorg,

welzijn en gezondheid: verbetering

signaalfunctie, drempel verlagen, korte lijnen

tussen expertises, ruimte voor de professional

• Gemeente werkt gebiedsgericht (in de

buurten).

• Belangrijke rol voorliggend veld in sociaal

domein: algemene voorzieningen

• Belang van preventie: investeren in preventie

• Maatschappelijke integratie, bieden van

ontplooiingskansen

• Vergrijzing zorgt voor een toename van het

gebruik: Zuid-Limburg heeft bovengemiddelde

vraag naar sociale voorzieningen

• Veranderende zorgvraag: cliënt wordt mondiger,

cliënt wil eigen regie behouden, liefst in eigen

woonomgeving

• Scheiden van wonen en zorg: behoefte aan meer

diversiteit in woonvormen door verschuiving van

intramuraal naar extramuraal

• Meer beroep op informele zorg: vrijwilligerswerk

en mantelzorg

Page 16: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

16

Jeugd & Jongeren

Page 17: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

3.4 Jeugd en jongeren In het cluster Jeugd en jongeren is een aantal spelers te

onderscheiden: onderwijs (primair, voortgezet, speciaal en

beroepsonderwijs), bewegingsonderwijs en kindpartners

(peuterwerk, kinderopvang, buitenschoolse opvang (BSO)).

Clustering van deze opgroei- en opvoedfuncties draagt bij aan

een doorlopende leer- en ontwikkellijn en signaleringsfunctie,

waarbij meer passende aandacht aan het individuele kind of de

individuele jeugdige besteed kan worden. Schoolbesturen en

gemeente hebben in het Integraal Huisvestingsplan primair

onderwijs de ambitie uitgesproken dat alle scholen in Heerlen

zich ontwikkelen tot brede school of BMV. Dat hoeft niet altijd

per sé fysiek, maar kan ook in inhoudelijke samenwerking. Voor

keuzes hierin wordt verwezen naar het eveneens in 2017

geactualiseerde Integraal Huisvestingsplan Heerlen.

Scholen en kindpartners werken inhoudelijk samen (bijvoorbeeld

in vroeg- en voorschoolse educatie). Hierbij hoeft er niet per sé

sprake te zijn van een gezamenlijke (fysieke) huisvesting van

partijen, al is dit in de praktijk wel vaak voor de hand liggend en

ook gerealiseerd. In Heerlen is afgesproken dat op elke school

minimaal een doorlopende leer- en ontwikkelingslijn van 2-12

jaar aangeboden wordt. Dit betekent dat op alle locaties naast

een basisschool ook een aanbod peuterwerk/VVE is, fysiek

danwel in de vorm van samenwerking.

De gevolgen van leerlingendaling zijn groot: dalende inkomsten,

druk op de organisatie van onderwijs en daarmee de kwaliteit,

boventallig onderwijzend personeel, overschot aan ruimte en de

exploitatie. Door de afnemende vraag blijkt de oorspronkelijke

spreiding van voorzieningen in Heerlen veelal niet te handhaven.

Als gevolg daarvan is in de afgelopen jaar een koers ingezet van

concentratie van voorzieningen waardoor onderwijs bereikbaar

en betaalbaar blijft en de kwaliteit versterkt.

Concentratie van activiteiten vindt bij voorkeur plaats in

gebouwen die een meerwaarde hebben voor de samenleving: de

identiteitsdragers van de kernen en buurten, gebouwen met een

geschiedenis of uitstraling die het karakter van de omgeving

laten zien, die belangrijk zijn voor de mensen, die behouden

moeten blijven met functionaliteit. De realisatie van BMV

Molenberg heeft hiervan het succes bewezen.

Ook het realiseren van aantrekkelijke nieuwe gebouwen kan

bijdragen aan het versterken van de omgevingskwaliteit. Een

sprekend voorbeeld daarvan is bijvoorbeeld BMV Aldenhof.

De kinderopvang is een privaat gefinancierde voorziening

(marktpartij). Kinderopvang bestaat uit dagopvang, BSO en

gastouderopvang. Voor de BSO geldt sinds augustus 2007 een

wettelijke verplichting voor basisscholen om samenwerking met

de BSO te organiseren als ouders daar om vragen. Dit hoeft niet

per sé op de schoollocatie te zijn. De deelname van een

kinderdagverblijf en/of BSO in een BMV is afhankelijk van het

gekozen profiel van de brede school en het besluit van een

kinderopvangorganisatie. Voor de gemeente en partners kunnen

kinderdagverblijven en BSO’s een belangrijk onderdeel zijn van

de infrastructuur. Ze hebben een belangrijke maatschappelijke

functie en zorgen voor aanloop van ouders en kinderen. Echter,

een kinderopvangorganisatie moet er wel “markt“ in zien.

Aandachtspunt hierbij is dat de kinderopvang in de afgelopen

jaren behoorlijk onder druk heeft gestaan. Door Rijksbeleid is

deze functie sterk ingekrompen na 2009. Vanaf 2016 zien we

door nieuwe aanpassingen in het Rijksbeleid weer een groei.

17

• Groeiende gemeentelijke verantwoordelijkheid

integraal jeugdbeleid: creëren positief opvoed-

en opgroeiklimaat, preventie, vroeg signalering

tot en met zware gespecialiseerde zorg,

jeugdbescherming en jeugdreclassering

• Passend onderwijs

• Minder binding met verenigingsleven

• WMO en Wet op de jeugdzorg: decentralisatie

van de jeugdzorg, werken in een netwerk,

integrale zorg

• Versterken gedachte integrale kindcentra:

´logische ontmoetingsplek´ van

(kind/onderwijs)locaties inzetten

• Leegstand in schoolgebouwen opvullen:

concurrentie met ander maatschappelijk vastgoed

• Kindfuncties bij voorkeur in of nabij de school

Page 18: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

4. Uitgangspunten

Page 19: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

Uitgangspunten Het zorgen voor voldoende aanbod van ruimte voor sociale

ontmoeting is een belangrijk beleidsmiddel voor de lokale

overheid. Deze taak vergt continue aandacht. Immers, behoeften

van burgers zijn zoals geschetst dynamisch en accommodaties

hebben een meer statisch karakter. Deze spanning dwingt

regelmatig tot heroverweging; herziening van het

accommodatiebeleid en herinrichting van accommodaties.

Daarom wil de gemeente Heerlen een eenduidig en helder kader

hebben om (ruimte)vragen te kunnen beantwoorden die vanuit

bewoners of maatschappelijke organisaties worden gesteld.

Binnen de wettelijke kaders en de beginselen van goed bestuur,

hebben gemeentelijke overheden een grote mate van

beleidsvrijheid om zelf invulling te geven aan de positionering

van maatschappelijke accommodaties.

Onderstaande uitgangspunten bieden de basis voor het totale

maatschappelijke accommodatiebeleid van de gemeente

Heerlen. Dit afwegingskader bestaat uit zowel inhoudelijke, als

meer technische uitgangspunten.

19

Page 20: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

4.1 Clustering Eén van de hoofdprincipes van het IMA Heerlen is de clustering

van functies. Afhankelijk van de locatie van de functie kan deze

namelijk zelf meer of minder succesvol of levensvatbaar zijn,

danwel andere aanwezige functies in de omgeving versterken.

Clustering wordt langs drie invalshoeken vormgegeven; door

middel van beleidsthema’s, geografisch, en op het niveau van de

accommodaties. De clustering van functies blijft een belangrijk

streven bij de realisatie van nieuwe accommodaties, maar ook

bij de beoordeling van maatschappelijke initiatieven.

De gemeente Heerlen heeft om twee redenen gekozen om haar

maatschappelijke functies en accommodaties te clusteren;

inhoudelijke versterking en om efficiëntie-redenen. Inhoudelijk

betekent clustering een versterking van de verschillende

individuele functies. Door diverse activiteiten en doelgroepen bij

elkaar te plaatsen ontstaat ‘meer dan de som der delen’. Zo

ontstaat bijvoorbeeld meer samenwerking tussen partijen, of

zorgt de nabijheid van bepaalde voorziening voor een verhoogde

deelname bij de buurman. Zo is de kans dat de individuele

functies levensvatbaar en succesvol blijven groter.

Daarnaast kan door clustering meer gebruik gemaakt worden van

bestaande ruimten (medegebruik door andere functies) en kan

zodoende bespaard worden op huur- en/of onderhoudskosten

(efficiëntie). Door optimaal gebruik te maken van het bestaande

aanbod, wordt een bijdrage geleverd aan het ophogen van de

bezetting en daarmee de exploitatie.

Clustering in beleidsthema’s

Om een overzichtelijk beeld van functies te creëren, zijn deze in

2009 in vier clusters verdeeld (sport & bewegen, sociaal-

cultureel, welzijn & gezondheid en jeugd & jongeren). Het

onderbrengen van de verschillende functies in een cluster is in

eerste instantie gebaseerd op de beleidsinhoudelijke

standpunten van de gemeente Heerlen voor de verschillende

functies. Door het hanteren van deze clusters kan samenhang

worden aangebracht tussen het beleidsmiddel ‘accommodaties’

en andere beleidsmiddelen zoals regelgeving en subsidiëring.

De uitgangspunten van het IMA Heerlen zijn daarbij kaderstellend

voor de uitwerking en actualisatie van bestaande beleidslijnen.

Deze in 2009 gemaakte clustering willen we handhaven met een

kleine aanpassing (scouting wordt verplaatst naar cluster sociaal-

cultureel).

20

Sport & Bewegen Sociaal-cultureel

• Binnensport

• Buitensport

• Recreatie (speeltuin)

• Openbaar spelen (speelplekken, specifieke playground, trapveld)

Sociaal-culturele activiteiten (jeugdwerk, opbouwwerk)

Cultuur (kunst, creatieve industrie, theater, bibliotheek)

Maatschappelijke activering / ontmoeting (huiskamerproject)

Gemeenschapsbindende activiteiten (samenleving)

Scouting

Niet-formele educatie

Welzijn & Gezondheid Jeugd & Jongeren

Informele zorg en zelfhulpgroepen

Buurtsteun

Eerstelijn (huisarts, tandarts, wijkverpleegkundige, maatschappelijk werk,

psycholoog, verloskundige)

Sociaal buurtteam

Dagbesteding Wmo/Stand-By!

Tweedelijn (gespecialiseerde arts, therapeut-psycholoog)

Onderwijs (primair, speciaal, voortgezet, beroeps)

Bewegingsonderwijs

Kindpartners (peuterwerk, buitenschoolse opvang, kinderdagopvang)

Consultatiebureau, Bureau Jeugdzorg, jongerenloket, opvoedondersteuning,

GGD, maatschappelijk werk, 12+

Taalontwikkeling (VVE, logopedie)

NB. De oorspronkelijke clusterindeling uit het IMAH wordt hiermee gehandhaafd, geactualiseerd a.g.v. functiewijzigingen en aanpassingen in beleid.

Dit overzicht is ideaaltypisch; er kan overlap tussen thema’s plaatsvinden.

Page 21: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

Clustering geografisch

In de Structuurvisie Heerlen 2035 is de ambitie

vastgelegd om te komen tot attractieve

voorzieningenclusters. “Door demografische

ontwikkelingen komen accommodaties steeds meer onder

druk te staan. De gemeente Heerlen wil daarom sturen

op het ontwikkelen van sterke clusters die goed

bereikbaar zijn vanuit de buurt. Dit zorgt er ook voor

dat ouderen langer zelfstandig kunnen wonen en hun

eigen boodschappen kunnen doen.” In de Structuurvisie is

op stadsdeelniveau een aantal van deze

‘ontmoetingsplekken’ aangewezen. Waar mogelijk en

haalbaar wordt op deze visie aangesloten.

In de afgelopen jaren is door de gemeente gewerkt aan

de ambitie om in ieder stadsdeel een BMV te realiseren.

Bij de realisatie van BMV’s vormt de clustering van

(basis)onderwijs en kindpartners in één accommodatie de

kernvoorziening voor een groter gebied. Afhankelijk van

de opbouw van de omgeving kunnen daar nog andere

functies aan worden toegevoegd.

In de achterliggende periode (2009-2016) zijn de BMV's

Aldenhof en Molenberg gerealiseerd. In 2017 volgt de

ingebruikname van BMV MSP en in 2018 staat de

oplevering en ingebruikname van BMV Hoensbroek Zuid

gepland. Voor de komende periode staat de ontwikkeling

van BMV Heerlerbaan op de planning. Na realisatie

daarvan is een dekkend netwerk over de verschillende

stadsdelen ontstaan. De BMV’s vormen de hoofdstructuur

van de maatschappelijke accommodaties in Heerlen.

Aanvullend is een fijnmazig netwerk van verschillende

maatschappelijke en commerciële accommodaties en

ruimtes beschikbaar in de wijken en buurten van de stad.

Clustering in accommodaties

Ook binnen accommodaties wordt het ordeningsprincipe

van clustering gehanteerd. In dat kader wordt zowel

gezamenlijk gebruik door vergelijkbare gebruikers-

groepen verstaan (medegebruik en multigebruik) als het

‘samenwonen’ in een gebouw van functies uit

verschillende beleidsvelden (multifunctionaliteit).

Afhankelijk van de aanwezige behoeftes en waarden in

een omgeving (‘DNA van de buurt’) kan deze

multifunctionaliteit en het multigebruik per gebied en

gebouw verschillend worden vormgegeven. Dat verschilt

van het huisvesten van meerdere functies onder één dak

tot het gezamenlijk gebruik maken van één of meerdere

ruimtes. Het versterken van de functies en de

verschillende gebruikersgroepen moet daarbij telkens

centraal staan.

In de afgelopen jaren blijken steeds vaker verschillende

combinaties van functies te ontstaan, niet alleen binnen

het sociaal-maatschappelijke domein maar ook met

commerciële gebruikers. Denk bijvoorbeeld aan het

aanbieden van kinderopvang in een sportaccommodatie.

Maar ook het toevoegen van horeca aan

cultuurvoorzieningen wordt steeds belangrijker. Zo wordt

aangesloten bij de groeiende behoefte van mensen aan

‘beleving’. Binnen de grenzen van de ruimtelijke en

planologische regelgeving (denk aan

bestemmingsplannen) wordt ruimte gezocht voor het

ondersteunen van deze ontwikkeling. Het vinden van het

juiste evenwicht wordt gevonden door een integrale

beoordeling door de gemeente waarbij zowel ruimtelijke

als sociaal-maatschappelijke afdelingen betrokken

worden.

De gemeente wil de ingezette koers van monofunctionele

accommodaties naar multifunctionele accommodaties

en/of accommodaties voor multigebruik doorzetten. Als

gevolg hiervan worden aanvragen voor financiële

ondersteuning voor nieuwbouw en verbouw ten behoeve

van slechts één functie in principe niet ondersteund.

21 21

Uitgangspunten clustering

• De gemeente Heerlen wil het aantal accommodaties en het

totaal aantal vierkante meters aan maatschappelijke

accommodaties verminderen door afstoten (indien mogelijk),

danwel sloop (indien nodig).

• Ruimtevragen worden zoveel mogelijk gekoppeld aan

bestaande functies in het voedingsgebied van de functie.

• Bij het beantwoorden van ruimtevragen wordt bekeken in

hoeverre een bijdrage geleverd kan worden aan het versterken

van de ‘attractieve voorzieningenclusters’ zoals bedoeld in de

Structuurvisie.

• Bestaande monofunctionele accommodaties worden waar nodig

en mogelijk verbreed naar multifunctionele accommodaties

en/of accommodaties voor multigebruik.

• Financiële ondersteuning voor nieuwbouw en verbouw ten

behoeve van slechts één functie wordt in principe niet

ondersteund.

Page 22: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

22

4.2 Spreiding Om te borgen dat alle inwoners in of nabij hun eigen omgeving

toegang hebben tot de gewenste maatschappelijke

accommodaties moet ook worden nagedacht over een

evenwichtige spreiding ervan over de stad. Een evenwichtige

spreiding ontstaat door rekening te houden met geografische

kenmerken, maar ook door aan te sluiten op specifieke

behoeften van bewoners. Dat betekent concreet dat op

buurtniveau en stadsdeelniveau rekening gehouden wordt met

het ‘DNA’ van de omgeving. Een buurt met veel ouderen vraagt

om andere functies en accommodaties dan een omgeving waarin

veel kinderen wonen.

Bij de spreiding van functies wordt uitgegaan van vijf niveaus:

1. Buurtniveau

2. Stadsdeelniveau

3. Stedelijk niveau

4. Regionaal niveau

5. Bovenregionaal niveau

Per functie wordt vanuit één van deze niveaus naar de

mogelijkheden van spreiding gekeken. In bijlage 1 is een

overzicht gegeven van de gewenste niveaus van spreiding van

functies voor Heerlen. Deze indeling geeft het niveau aan waarop

de betreffende functie de inwoners bedient. Bij ruimtevragen

wordt dan ook vanuit dat niveau naar antwoorden gezocht. Met

name bij de eerste twee niveaus is het aansluiten van de functies

en accommodaties bij de demografische opbouw van de

omgeving van groot belang. Voor functies en accommodaties op

stedelijk, regionaal en bovenregionaal niveau hoeft daar minder

rekening mee gehouden te worden, omdat deze een groter

gebied bedienen.

Bij locatiekeuzes voor functies wordt binnen het werkingsgebied

van een functie rekening gehouden met bereikbaarheid voor

gebruikers; het gaat dan bijvoorbeeld om afstand, veilige

toegangsroutes en voldoende parkeergelegenheid. Op alle

niveaus wordt ook gekeken naar het aanbod aan functies en

accommodaties over de gemeentegrenzen. In de Structuurvisie is

op stadsdeelniveau een aantal ‘ontmoetingsplekken’

aangewezen. Waar mogelijk en haalbaar wordt op deze visie

aangesloten. Regionale en bovenregionale functies worden

zoveel mogelijk ook regionaal verspreid, om de inhoudelijke,

organisatorische en financiële risico’s voor de gemeente(n)

zoveel mogelijk te beperken.

Structuurvisie Heerlen

Page 23: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

23

Uitwerking Heerlen Centrum en Heerlen Stad

Voor Heerlen Centrum is in de Structuurvisie het thema ‘Centrale

stad’ benoemd. Daarmee wordt een stad bedoeld waar de

belangrijkste regionale accommodaties zijn gehuisvest met een

verzorgingsgebied dat de hele regio en zelfs daarbuiten bestrijkt.

Accommodaties waar mensen uit de hele regio trots op kunnen

zijn, waarmee mensen zich willen identificeren. En die vanuit de

hele regio goed bereikbaar zijn. De gemeente wil haar rol in

Parkstad als concentratieplek voor belangrijke regionale

voorzieningen ook in de toekomst waarmaken en waar nodig

uitbreiden. De ambitie om Heerlen Centrum qua

voorzieningenaanbod en qua sfeer en beleving te versterken

wordt in de regio breed gedragen. Daarom is en blijft Heerlen

Centrum dé concentratieplek van regionale accommodaties op

het gebied van winkelen, horeca, cultuur en dienstverlening.

Stadsdeel Heerlen Stad neemt een bijzondere positie in. Dit

stadsdeel is opgebouwd uit een aantal buurten en wijken die

samen een ring rond Heerlen Centrum vormen. Aansluitend bij

de opbouw van het gebied, zet de gemeente voor het stadsdeel

Heerlen Stad in haar Structuurvisie in op het versterken van een

(beperkt) aantal stadsdeelcentra. Hier zijn ook sociaal-

maatschappelijke accommodaties aanwezig, gericht op het

schaalniveau van de buurt.

De Structuurvisie geeft voor de andere stadsdelen van Heerlen

geen verdere uitwerking.

Uitgangspunten spreiding

• De gemeente Heerlen streeft naar een geografisch evenwichtige

spreiding van functies en accommodaties over de verschillende

buurten en stadsdelen.

• Op buurtniveau en stadsdeelniveau wordt rekening gehouden wordt

met het ‘DNA’ van de omgeving.

• Bij locatiekeuzes wordt rekening gehouden met bereikbaarheid voor

gebruikers; het gaat dan bijvoorbeeld om afstand, veilige

toegangsroutes en voldoende parkeergelegenheid.

• Op alle niveaus wordt ook gekeken naar het aanbod aan functies en

accommodaties over de gemeentegrenzen, met uitzondering van

functies op het niveau ‘buurt’.

• Regionale en bovenregionale functies worden zoveel mogelijk ook

regionaal verspreid, om de inhoudelijke, organisatorische en

financiële risico’s voor de gemeente(n) zoveel mogelijk te

beperken.

• Heerlen Centrum is de meest logische vindplaats voor stedelijke en

regionale functies op het gebied van winkelen, horeca, cultuur en

dienstverlening.

• Voor Heerlen Stad zet de gemeente in op het vormen van een

beperkt aantal stadsdeelcentra waar ook sociaal-maatschappelijke

accommodaties aanwezig zijn.

Page 24: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

24

Page 25: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

Voorbeeld

Uitgangspunten Kwaliteit

• Gebruikers van functies bepalen zelf (al dan niet in overleg met de

eigenaar) of een accommodatie aan de gewenste kwaliteitseisen

voldoet. De ondergrens aan kwaliteit bij maatschappelijke

accommodaties wordt bepaald door wet- en regelgeving, waaraan

uiteraard moet worden voldaan.

• Uitzondering daarop is het eigen vastgoed van de gemeente,

waarvoor in het integraal accommodatiebeleid en het

vastgoedbeleid kaders en uitgangspunten worden gesteld.

• Het realiseren van flexibele, multifunctionele accommodaties

passend bij de onder te brengen functies en behoefte van de

burger. Investeringen worden bekeken vanuit de genoemde vier

invalshoeken en getoetst aan de vijf criteria van kwaliteit.

• Herbestemming heeft de voorkeur boven nieuwbouw. Nieuwbouw

wordt pas gepleegd als hergebruik om inhoudelijke, functionele of

andere redenen niet mogelijk is.

• De inzet van cultureel erfgoed, als identiteitsdragers, bij de

huisvesting van maatschappelijke functies draagt bij aan meerdere

gemeentelijke beleidsdoelen op sociaal en ruimtelijk vlak.

25

4.3 Kwaliteit Voor de kwaliteit van accommodaties is het streven om

voldoende, adequaat toegeruste maatschappelijke

accommodaties beschikbaar te hebben, die zijn

afgestemd op de behoefte van nu en de toekomst. In de

praktijk staat het uitgangspunt ‘kwaliteit’ vaak op

gespannen voet met ‘betaalbaarheid’. Voor de

huisvesting van functies is het daarom van belang dat er

een divers aanbod is; van kwalitatief hoogstaand tot

goedkoop (en daardoor vaak kwalitatief minder).

Gebruikers van functies bepalen zelf (al dan niet in

overleg met de eigenaar) of een accommodatie aan de

gewenste kwaliteitseisen voldoet. De ondergrens aan

kwaliteit bij maatschappelijke accommodaties wordt

bepaald door wet- en regelgeving, waaraan uiteraard

moet worden voldaan.

De gemeente Heerlen stuurt vanuit het IMAH in principe

niet op het verhogen van de kwaliteit van

maatschappelijke accommodaties. Uitzondering daarop is

het vastgoed in eigendom, waarvoor in het integraal

accommodatiebeleid en het vastgoedbeleid kaders en

uitgangspunten worden gesteld. Uitgangspunt bij

initiatief door de gemeente is dat flexibele,

multifunctionele accommodaties worden gerealiseerd,

passend bij de onder te brengen functies en behoefte van

de burger.

De (verbetering van de) kwaliteit van een accommodatie

is in vier invalshoeken onder te verdelen:

1. Technische kwaliteit het versterken van de technische

kwaliteit kan gebeuren middels onderhoud en renovatie,

maar ook door aandacht te hebben voor (technische)

ontwikkelingen op het gebied van bijvoorbeeld

energieverbruik, klimaatbeheersing en hygiëne. Ook

wordt aangesloten bij de uitgangspunten rondom

‘duurzaamheid’.

2. Functionele kwaliteit de functionele kwaliteit kan

verbeterd worden door een accommodatie meer

multifunctioneel in te delen of in te richten. Hierdoor

kan er meer flexibel omgegaan worden met de ruimtes

en met (de wensen van) een grote groep gebruikers. Ook

wordt aangesloten bij de uitgangspunten rondom

‘toegankelijkheid’.

3. Belevingswaarde de attractieve waarde kan bereikt

worden door een accommodatie meer toegankelijk,

laagdrempelig, uitnodigend en herkenbaar te maken voor

de (potentiële) gebruikers.

4. Omgevingskwaliteit (in)directe impulsen vanuit de

omgeving kunnen een directe invloed op de kwaliteit van

de accommodatie hebben. Te denken valt aan het goed

en veilig kunnen bereiken van de accommodatie middels

een goede ontsluiting. Maar ook het profileren van de

accommodatie binnen de omgeving of het hebben van

voldoende parkeergelegenheid in de directe nabijheid

draagt bij aan een verbetering van de

omgevingskwaliteit.

Om de kwaliteit van een accommodatie in relatie tot een

mogelijke investering enigszins meetbaar te maken

(aangezien kwaliteit een intersubjectief uitgangspunt is),

wordt de accommodatie ‘beoordeeld’ op een vijftal

zaken:

• Frequentie, duur en intensiteit van het gebruik: zo

wordt bijvoorbeeld een consultatiebureau dagelijks

intensief gebruikt en kan een gemeenschapshuis

uitsluitend ’s avonds haar deuren geopend hebben voor

bijvoorbeeld yogalessen.

• Aantal gebruikers(groepen): meerdere gebruikers cq.

verenigingen maken bijvoorbeeld gebruik van (lees:

huren) eenzelfde sporthal.

• Mate van dwingend/verplichtend karakter van het

gebruik: hierbij valt te denken aan kinderen die naar

het primair onderwijs ‘moeten’ en geïndiceerde

ouderen en kinderen die naar de dagopvang ‘moeten’.

• Financiële gezondheid van accommodaties: als

resultaat van veelvuldig gebruik, een pro-actieve

aanpak (eigen initiatieven etc.) kan de financiële

gezondheid per accommodatie verschillen.

• Gebruikersbijdrage aan de maatschappelijke

beleidsdoelstellingen van de gemeente:

muziekonderwijs bijvoorbeeld levert een belangrijke

bijdrage aan cultuureducatie.

Bij keuzes rondom investeringen in nieuwe

maatschappelijke accommodaties moet nadrukkelijk ook

worden gekeken naar het bestaande areaal aan vastgoed.

In toenemende mate krijgt Heerlen te maken met

leegstand in bestaande gebouwen. In antwoord daarop

wordt het uitgangspunt ‘herbestemming boven

nieuwbouw’ gehanteerd. Herbestemming van een

bestaand gebouw heeft de voorkeur boven nieuwbouw.

Dit mits de functie past in het profiel/de bestemming van

het gebied en mits het gebouw geschikt of geschikt te

maken is voor de functie.

Een extra meerwaarde kan gevonden worden door de

inzet van cultureel erfgoed. Monumenten, maar ook

andere beeldbepalende gebouwen zonder formele titel,

zijn vaak identiteitsdragers van buurten. Het zijn panden

met een geschiedenis of uitstraling die belangrijk zijn

voor mensen die er wonen. Wanneer deze gebouwen

kunnen worden ingezet voor één of meerdere

maatschappelijke functie(s) dan wordt bijgedragen aan

meerdere gemeentelijke beleidsdoelen op sociaal en

ruimtelijk vlak.

Voorbeeld: BMV Molenberg

In 2015 is in de buurt Molenberg de

gelijknamige BMV geopend.

Daartoe zijn de voormalige

broederschool en het naastgelegen

Broederhuis gerenoveerd en

uitgebreid. Nu is er plaats voor

twee basisscholen, peuterwerk en

kinderopvang. Een nieuwe sporthal

is toegevoegd, en in het

Broederhuis vinden diverse

organisaties uit de buurt onderdak.

Page 26: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

26

Page 27: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

Uitgangspunten Aanbod & Capaciteit

• De gemeente neemt alleen een meer initiërende rol wanneer de

‘markt’ niet in de (maatschappelijke) vraag kan voorzien.

• Het inhoudelijk programma is leidend (‘stenen volgen de inhoud’),

waaruit een gebouwelijke opgave kan volgen.

• We beperken het aantal maatschappelijke accommodaties en het

totaal aantal vierkante meters.

• Verbouw, uitbreiding, herbestemming of nieuwbouw vindt alleen

plaats op basis van inhoudelijke argumenten en/of als gevolg van

een samenwerkingsprogramma.

• Bij het bepalen van de benodigde ruimtebehoefte wordt gebruik

gemaakt van vigerende normeringen. Daarbij rekening houdend met

actuele demografische ontwikkelingen.

• Besluit over de inzet van leegstandsbeheer voor maatschappelijke

functies ligt bij de afdeling Beheer en Onderhoud, in overleg met de

afdeling Welzijn. Daarbij moet meegenomen worden wat de

effecten zijn op de bestaande infrastructuur aan maatschappelijke

accommodaties.

27

4.4 Aanbod & capaciteit De gemeentelijke rol wat betreft initiëren, beheren en

exploiteren is met name ondersteunend en faciliterend. Het

heeft de voorkeur dat ruimtevragers en –aanbieders zelf tot

passende huisvesting komen, zonder tussenkomst van de

gemeente. Ook bij vragen aan de gemeente wordt in eerste

instantie gekeken naar het bestaande aanbod in de stad, in

eigendom bij de gemeente en bij derden. Dit om te voorkomen

dat marktverstorend gewerkt wordt en middelen inefficiënt

ingezet worden. De gemeente neemt alleen een meer initiërende

rol wanneer de ‘markt’ niet in de (maatschappelijke) vraag kan

of wil voorzien, terwijl dat vanuit gemeentelijk beleid op dat

moment wel gewenst is en de gemeente daar instrumenten en

(eventueel) middelen voor heeft.

De gemeente streeft naar optimalisatie van de bezetting (ten

behoeve van een betere exploitatie), het voorkomen van

leegstand en het toekomstbestendig maken van de

accommodaties die er zijn. Dat doet zij door het aantal

accommodaties en het totaal aantal vierkante meters te

beperken. Een aandachtspunt is dat voorkomen moet worden dat

teveel accommodaties tegelijkertijd uit een buurt verdwijnen.

Nieuwe accommodaties worden alleen gerealiseerd als er sprake

is van een aanwijsbare inhoudelijke behoefte en/of de

bestaande huisvesting qua functionaliteit hierin niet kan

voorzien. Het inhoudelijk programma is leidend (‘stenen volgen

de inhoud’), waaruit een gebouwelijke opgave kan volgen.

Verbouw, uitbreiding, herbestemming of nieuwbouw vindt dan

ook alleen plaats op basis van inhoudelijke argumenten en/of als

gevolg van een samenwerkingsprogramma. Bij het bepalen van

de benodigde ruimtebehoefte wordt gebruik gemaakt van

vigerende normeringen. Daarbij rekening houdend met actuele

ontwikkelingen als demografische krimp, multifunctionaliteit,

ontgroening en vergrijzing, en veranderende leefstijlen (zoals

geschetst onder hoofdstuk trends en ontwikkelingen).

Als gekozen wordt om gemeentelijk eigendom in te zetten voor

maatschappelijke functies, moet bekeken worden wat de

effecten zijn op de bestaande infrastructuur aan

maatschappelijke accommodaties. Het is belangrijk om te

voorkomen dat bestaande accommodaties in (financiële)

problemen komen door tijdelijke huisvesting tegen een laag

huurtarief in de nabijheid aan te bieden of toe te staan. De

afdeling Beheer en Onderhoud heeft vanuit haar eigenaarsrol de

bevoegdheid om te beslissen over een dergelijke inzet van

leegstandbeheer, dit in overleg met de afdeling Welzijn.

Page 28: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

4.5 Eigendom & beheer Overheden concurreren regelmatig met bedrijven, bijvoorbeeld

bij de verhuur van vastgoed. Om concurrentievervalsing te

voorkomen, moeten overheden zich aan gedragsregels houden.

Sinds 1 juli 2014 is de Wet Markt en Overheid van kracht, als

onderdeel van de Mededingingswet. Het verhuren van vastgoed is

een economische activiteit en valt in principe onder deze wet.

Een van de gedragsregels van die wet is dat ten minste

kostprijsdekkende huur in rekening moet worden gebracht bij de

verhuur van vastgoed. De Wet markt en Overheid is niet van

toepassing op onderwijsinstellingen. In het onderwijs geldt

sectorspecifieke regelgeving, die primair is gericht op het

voorkomen van het weglekken van publieke middelen die voor

onderwijs bedoeld zijn.

Het is vanuit het integraal accommodatiebeleid niet van belang

of de eigenaarsrol bij maatschappelijke accommodaties wordt

vervuld door de gemeente Heerlen. Vanuit de behoefte om de

eigendomsconstructie zo eenvoudig, transparant en helder te

hebben, bestaat er wel een voorkeur voor slechts één eigenaar.

De verhuurvormen en de bijbehorende huurbedragen dienen wel

per ‘soort huurder’ eenduidig en transparant te zijn.

Bij de accommodaties in eigendom van de gemeente heeft het

integraal accommodatiebeleid grote samenhang met de

vastgoednota van de gemeente Heerlen. Voor het bepalen van

huurprijzen geldt als uitgangspunt van een tenminste

kostendekkende huur voor maatschappelijk vastgoed. Bij

commerciële verhuur wordt een markthuur in rekening gebracht,

onder de veronderstelling dat deze markthuur tenminste

kostendekkend is. Het integraal accommodatiebeleid is volgend

op deze principes uit het vastgoedbeleid.

Aanvullend op het gemeentelijk vastgoedbeleid kan gekozen

worden voor het opstellen van zogenaamde ‘tarievennota’s’.

Hiervoor is bijvoorbeeld gekozen bij de bepaling van

huurtarieven voor sportaccommodaties.

Ook voor BMV’s wordt een uitzondering gemaakt op de

gemeentelijke vastgoednota. Voor de bestaande en nieuwe

BMV’s is een tarievenregeling opgesteld die gebruikers van deze

multifunctionele gebouwen duidelijkheid geeft over de kosten.

Daarmee wordt een gemeentebrede lijn gehanteerd voor de

hoofdinfrastructuur aan maatschappelijke accommodaties.

28

Page 29: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

Uitgangspunten Eigendom & Beheer

• Vanuit de behoefte om de eigendomsconstructie zo eenvoudig,

transparant en helder te hebben, heeft de gemeente de voorkeur

voor slechts één eigenaar.

• De verhuurvormen en de bijbehorende huurbedragen dienen per

‘soort huurder’ eenduidig en transparant te zijn.

• Bij het bepalen van huurprijzen is het integraal maatschappelijk

accommodatiebeleid volgend op het vastgoedbeleid. Aanvullend op

het gemeentelijk vastgoedbeleid kan gekozen worden voor het

opstellen van ‘tarievennota’s’.

• Beheer en exploitatie worden bij realisatie van (multifunctionele)

accommodaties al vanaf de voorbereiding meegenomen te worden.

• Specifiek voor de BMV’s geldt dat professioneel beheer uitgangspunt

is, ondersteund door vrijwilligers(organisaties) waar dat mogelijk is.

• Daar waar het gaat om beheer en onderhoud van (deels) particuliere

gebouwen waar maatschappelijke activiteiten plaatsvinden is

maatwerk nodig.

• Om oneerlijke concurrentie te voorkomen is het in principe niet de

bedoeling dat in maatschappelijke accommodaties activiteiten

ontplooid worden met een commercieel karakter.

29

Voor een aantal grote, kostbare, accommodaties zijn

maatwerkafspraken gemaakt. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om

Schunck*, Parkstad Limburg Theater, ’t Patronaat en Historisch Goud

(inclusief Thermenmuseum en Rijckheyt).

Professioneel beheer

Van belang is dat bij realisatie van (multifunctionele) accommodaties

het beheer en exploitatie reeds vanaf de voorbereiding meegenomen

dient te worden.

Specifiek voor de BMV’s geldt dat professioneel beheer uitgangspunt

is, ondersteund door vrijwilligers(organisaties) waar dat mogelijk is.

Kernwoorden voor professioneel beheer zijn: goed georganiseerd,

beschikbaarheid, bereikbaarheid. Het gaat hierbij niet om de fysieke

aanwezigheid, maar om de kwaliteit. Zodat een gebruiker op een

gewenst moment een ruimte kan ‘boeken’ en gebruiken. De invulling

van het beheer kan op veel manieren en wordt per locatie bekeken.

De afdeling Facilities beschikt over de expertise, samen met bureau

Vastgoed wordt een geschikte invulling gezocht. Het beschikbaar

budget kan op verschillende manieren worden ingezet; bijvoorbeeld

door uitvoering via Facilities, of via uitbesteding. Het is ook mogelijk

meer in te zetten op acquisitie zodat het aantal gebruikers toeneemt.

Daar waar sprake is van particulier initiatief wordt bekeken of en hoe

dit ingepast kan worden in het beheer. Tevens is er aandacht voor de

inzet van doelgroepen met een beperking, die wellicht aanvullend en

ondersteunend kunnen bijdragen aan het beheer.

Zo werkt een groep van mensen met een beperking van Stichting Radar

in BMV Aldenhof als ondersteuning in het beheer.

Daar waar het gaat om beheer en onderhoud van (deels) particuliere

gebouwen waar maatschappelijke activiteiten plaatsvinden is

maatwerk nodig. De kosten zijn uiteraard niet volledig voor rekening

van de gemeente. Vaak wordt middels subsidie aan een

maatschappelijke partij al tegemoetgekomen aan huisvestingskosten.

Het is toegestaan om feestelijke activiteiten te organiseren in de

maatschappelijke accommodaties, voor zover deze bijdragen aan de

doelen van de gebruikersgroepen. Voorwaarde is dat deze vallen

binnen de mogelijkheden die de gebruikersovereenkomst biedt en de

kaders van de Drank- en Horecawet.

Om oneerlijke concurrentie ten opzichte van de commerciële horeca

te voorkomen is het niet de bedoeling dat in maatschappelijke

accommodaties activiteiten ontplooid worden met een commercieel

karakter (persoonlijke feesten zoals communies, babyborrels, e.d.).

Op dit uitgangspunt wordt een uitzondering gemaakt voor de

gemeenschapshuizen die geen reguliere horeca in de nabijheid

hebben, of waar de horeca geen vergelijkbaar aanbod kan bieden.

Ontmoetingsruimten in wooncomplexen worden gezien als ‘verlengde

huiskamer’ waarmee ook het schenken van sterke drank aan bewoners

voor eigen gebruik is toegestaan (zie verder de APV, onderdeel

paracommercie).

Voorbeeld: BMV MSP

Vanuit de wijkaanpak voor

Meezenbroek, Schaesbergerveld en

Palemig is in 2016 gestart met de

bouw van BMV MSP. De

accommodatie bestaat uit een

basisschool, peuterwerk, en een

gymzaal. Ook heeft de BMV een

(multifunctionele) functie voor de

hele wijk: zo wordt ’t Leiehoes

deels gerenoveerd, komt er een

logopediste, en krijgen de

wijkstichting en Harmonie Flos

Carmeli er onderdak. Het Leiehoes

gaat een deel van de BMV

beheren.

Page 30: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

30

4.6 Toegankelijkheid & duurzaamheid

Toegankelijkheid

De Tweede Kamer heeft medio 2016 besloten om het VN-verdrag

voor gelijke rechten van mensen met een beperking te

ratificeren. In het geratificeerde VN-verdrag staat dat alle

mensen, ook als ze een beperking hebben, gelijke kansen moeten

hebben in de samenleving. Dat kan gaan over arbeidskansen,

zelfstandigheid in het dagelijks leven, maar ook bewustwording

én toegankelijkheid. Dat betekent voor openbare gebouwen -

waaronder maatschappelijke accommodaties - dat deze per 1

januari 2017 verplicht goed toegankelijk moeten zijn voor

mensen met een beperking. Dit lukt niet van de ene op de

andere dag maar zal geleidelijk en planmatig worden

gerealiseerd.

De gemeente Heerlen werkt bij het vormgeven van de ambitie

om openbare gebouwen voor iedereen toegankelijk te laten zijn

vanuit de Agenda 22 (Heerlen Inclusieve Stad). Dit doet zij samen

met vertegenwoordigers van de Cliëntenraad Gehandicapten

Heerlen. Bij nieuwbouw en renovatie van bestaande gebouwen

wordt bijvoorbeeld gezamenlijk een toegankelijkheidstoets

gedaan. De gemeente Heerlen streeft er naar in een zo vroeg

mogelijk stadium van gebouwontwikkeling rekening te houden

met de toegankelijkheid, en dit te laten toetsen in samenwerking

met belanghebbenden en ervaringsdeskundigen.

Uitgangspunten Toegankelijkheid

• In principe moet iedereen fysiek de mogelijkheid hebben om

toegang te krijgen tot de activiteiten die plaatsvinden in het

gebouw.

• Het uitgangspunt is dat alle ruimtes, routes en objecten in een

gebouw door iedereen zijn te gebruiken. Het is mogelijk daar

beargumenteerd van af te wijken.

• Bij de start van het bouwproces wordt in overleg met de

toekomstige gebruikersgroepen besloten én beargumenteerd welke

ruimtes niet voor iedereen toegankelijk hoeven te zijn. Ook wordt

besloten of er ruimtes zijn waar specifieke gebruikersgroepen

gebruik van moeten kunnen maken, voor welke aantallen, en welke

aanpassingen noodzakelijk zijn.

• De gemeente Heerlen heeft als opdrachtgever de

verantwoordelijkheid voor besluitvorming, argumentatie en het

vastleggen van prestatieafspraken.

• Bij de realisatie van het project wordt in elke fase gecontroleerd op

de realisatie van de afgesproken toegankelijkheid.

Page 31: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

31

Duurzaamheid

Heerlen wil in 2040 een ‘energieneutrale stad’ zijn. Dat is een

stad waar processen rond wonen, werken en leven niet bijdragen

aan klimaatverandering. Deze ambitie is vastgelegd in het

regionaal document PALET 1.0 (Parkstad Limburg Energie

Transitie). De gemeente Heerlen richt haar inspanningen op het

integreren van duurzaamheids-uitdagingen in de transitieopgaven

in de stad en de regio. De ambitie die gezamenlijk is bepaald, is

om het energiegebruik tot 2040 met een derde terug te dringen

en de resterende twee derde met hernieuwbare bronnen in de

regio op te wekken. In het zogenaamde ‘Uitvoeringsprogramma

PALET 3.0’ is de strategie van het energiebeleid van de

gemeente Heerlen tot 2020 verder uitgewerkt.

In 2016 is gestart met het opstellen van een plan van aanpak

voor het verduurzamen van het gemeentelijk vastgoed. Dit plan

van aanpak sluit aan bij de herijking van de gemeentelijke

vastgoedportefeuille. Uitgangspunt is dat de gemeente Heerlen

in 2020 uitsluitend nog gebouwen in eigendom heeft die

energetisch op orde zijn. Daarom wordt onder andere ingezet op

zonnepanelen op de gemeentelijke gebouwen en op

sportaccommodaties, en de aansluiting op Mijnwater. Ook is er

aandacht voor bewustwording bij jongeren en het treffen van

maatregelen op scholen. Tot slot is lastenverlichting van

sportverenigingen die gebruik maken van gemeentelijke

accommodaties een speerpunt. Door het omlaag brengen van

energiekosten, wordt een bijdrage geleverd aan de

levensvatbaarheid van sportverenigingen. Het IMAH sluit hierop

aan.

Uitgangspunten Duurzaamheid

• Voor de maatschappelijke accommodaties wordt op het gebied van

duurzaamheid aangesloten bij de uitgangspunten als benoemd in

PALET en het Klimaatbeleidsplan Heerlen 2010-2020.

• Bij nieuwbouw en/of renovatie worden de klimaatambities van de

gemeente Heerlen vanaf het beginstadium meegenomen in het

planproces en wordt onderzocht of het mogelijk is om mijnwater

aan te sluiten.

• Voor nieuwbouw van gemeentelijk vastgoed geldt dat vanaf 1

januari 2019 de uitgangspunten van Bijna Energieneutrale

Gebouwen (BENG) gehanteerd worden. Een scherpere

energieprestatie en het terugdringen van het niet-gebouwgebonden

energieverbruik (zoals bijvoorbeeld ICT en catering) worden als

gunningsfactoren meegenomen in de aanbesteding.

• Tot die tijd proberen we zo veel mogelijk te anticiperen op de

BENG-norm. Minimaal worden alle nieuwe gemeentelijke gebouwen

gerealiseerd met een energieprestatie die tenminste 50% lager ligt

dan de wettelijke norm (50% verscherpte EPC). Een scherpere

energieprestatie en het terugdringen van het niet-gebouwgebonden

energieverbruik (zoals bijvoorbeeld ICT en catering) worden als

gunningsfactoren meegenomen in de aanbesteding.

• Voor de bestaande gebouwen van de gemeente Heerlen worden

energiescans uitgevoerd. De aanbevelingen die hieruit voortvloeien

worden vertaald in directe, concrete verbeteringen of opgenomen

in het meerjarenonderhoudsplan. Zo worden de energieprestaties

van de gemeentelijke gebouwen stap voor stap verbeterd.

• In de gevallen dat de gemeente Heerlen huurder is van vastgoed,

wordt samen met de eigenaar onderzocht welke maatregelen

getroffen kunnen worden. Bij nieuw te huren vastgoed wordt

nadrukkelijk gekeken naar de energetische toestand van het

vastgoed en de bijbehorende energiekosten.

Page 32: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

4.7 Themaspecifieke uitgangspunten Naast de algemene uitganspunten uit het IMAH is

op de clusters in de afgelopen jaren een

verdieping gedaan op uitgangspunten voor de

beleidsclusters. Deze uitgangspunten volgen

logisch uit de meer algemene kaders, en geven

richting aan specifieke huisvestingsvraagstukken

op de genoemde beleidsthema’s.

Uitgangspunten cluster

sport en bewegen

Sportaccommodaties

Zowel voor buiten- als binnensport is een

accommodatiebeleid opgesteld voor Heerlen. In

beide documenten is een beweging te benoemen

van clustering (van kwantiteit naar kwaliteit).

Voor de uitgangspunten op het gebied van

sportaccommodaties wordt naar het beleid

verwezen.

Speeltuinen en openbaar spelen

De gemeente wil voor de toekomst een

kwaliteitsslag maken. Veilige, moderne,

avontuurlijke speeltuinaccommodaties en (en

organisaties) met een buurtoverstijgende functie.

• Er dient een goede spreiding over de stad te

zijn van speeltuinen, waarbij de besloten

speeltuin als stadsdeelvoorziening wordt

gezien en de open speelplek als

buurtvoorziening.

• Iedere speelplek biedt een veilige

speelomgeving en voldoet aan de wettelijke

eisen.

• Iedere speeltuinorganisatie heeft voldoende

bestuurskracht om zorg te dragen voor het

benodigde beheer en onderhoud en een

gezond financieel beleid.

Uitgangspunten cluster

gezondheid en zorg

Zorgaccommodaties

Het is belangrijk dat eerstelijnszorg fysiek goed

bereikbaar is voor alle inwoners van Heerlen. Bij

voorkeur betrekken zorgaanbieders de gemeente

bij hun accommodatieplannen. Risico’s van

eventuele investeringen zijn voor rekening van de

betrokken instellingen. Voorkomen moet worden

dat doelstellingen veelal in ‘stenen’ vertaald

worden, en/of dat een groei ontstaat van

decentrale (buurtgerichte) accommodaties.

• Goede spreiding en bundeling van

zorggerelateerde activiteiten op voor de

burgers herkenbare en toegankelijke

plekken.

• Stimuleren van particulier initiatief, maar

bundeling van functies zoveel als mogelijk in

bestaande of te hergebruiken voorzieningen

(eventueel via bestemmingsplanwijziging).

Hier is vooral een rol weggelegd bij

zorgaanbieders.

• Aan Heerlen Stand-By! is ook de opdracht

gegeven haar accommodaties goed

bereikbaar op buurt- en stadsdeelniveau in

te richten. Medegebruik door anderen moet

tot efficiencyvoordelen leiden.

Zorg en wonen

Het extramuraliseren van diverse zorgfuncties,

waarbij sprake is van een evenwichtige spreiding

over de regio, wordt door de gemeente

onderschreven.

• Adequate huisvesting kunnen bieden aan

kwetsbare groepen (ouderen, verstandelijk

beperkten, psychiatrische patiënten,

cliënten maatschappelijke opvang) door

onder meer het maken van afspraken met

woningcorporaties en zorgaanbieders over

voldoende strategische woningvoorraad.

32

Page 33: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

33

Uitgangspunten cluster sociaal-cultureel

Jongerenaccommodaties

In de nota jongerenaccommodatiebeleid Gemeente Heerlen

(2008) is vastgelegd dat per stadsdeel minimaal één

jongerenactiviteitencentrum gewenst is. Met de

jongerenaccommodatie wordt een volwaardige accommodatie

aan jongeren uit Heerlen geboden. Deze zijn niet bedoeld als

hangplek. De accommodaties worden vormgegeven middels een

thema, bijvoorbeeld door met de activiteiten en inrichting

daarop aan te sluiten.

• Per stadsdeel één jongerenaccommodatie realiseren voor

de uitvoering van een deel van het jeugdbeleid, bestemd

voor alle jongeren uit Heerlen.

• Iedere jongerenaccommodatie wordt vormgegeven

middels een thema.

Gemeenschapsvoorzieningen

Er is meer dan voldoende aanbod aan gemeenschaps-

voorzieningen en ontmoetingsruimten. Beoogd wordt om geen

nieuwe ruimte toe te voegen, danwel de omvang te

verminderen. Dit om met name exploitatieproblemen te

voorkomen of de huidige problemen te beperken. De sociaal-

maatschappelijke functie van de gemeenschapshuizen betekent

dat commerciële initiatieven van ondergeschikt belang zijn en

de sociaal-culturele activiteiten niet mogen verdringen.

• Er is voldoende aanbod van accommodaties op buurt- en

stadsdeelniveau voor het huisvesten van sociaal-

maatschappelijke activiteiten, zowel voor de bewoners in

de omgeving in het algemeen, als voor specifieke groepen

in het bijzonder.

• Bestaande accommodaties worden in stand gehouden

zolang de accommodatie vitaal is (wat betreft

bezettingsgraad, actieve gebruikers, investeringen etc.)

• Door het aanbieden van een ontmoetingsplaats voor

sociaal-maatschappelijke activiteiten vervullen

gemeenschapshuizen een sociaal-maatschappelijke

functie en dragen bij aan de verbetering van de sociale

cohesie en leefbaarheid binnen het verzorgingsgebied.

• Door de gemeente wordt de eigen kracht van

verenigingen en burgers gestimuleerd en –mits passend

binnen de beleidskaders- ondersteund. De eigen

(financiële) verantwoordelijkheid blijft veelal bij de

initiatiefnemer.

• In de accommodaties van Heerlen Stand-By! wordt de

ontmoetingsfunctie ook vorm gegeven. Deze kunnen

breed ingezet worden. Efficiënter gebruik staat daarbij

voorop.

Cultuur

Er zijn diverse culturele initiatieven in de stad gehuisvest,

waarbij veelal sprake is van onderbezetting, danwel leegstand

in de gebouwen. Het is wenselijk om voor versnipperde

initiatieven een fysieke clustering te realiseren.

De bibliotheek in Heerlen maakt een omslag van traditionele

‘stand alone’ filialen, naar samenwerking en aanhaking bij

andere partijen.

Kunst en cultuur kunnen een katalysator zijn voor meer

burgerparticipatie in of bij de accommodaties. Heerlen richt

zich voor kunst in de openbare ruimte op muurschilderingen. De

collectie focust in en rond het centrum.

• Minder op zichzelf staande bibliotheekvestigingen in de

wijken. De centrale bibliotheek intensiever koppelen aan

en integreren met andere voorzieningen.

Dezelfde beweging geldt voor de muziekschool.

• Ruimte zoeken voor culturele uitingen in het openbare

domein. Daarbij ook aandacht voor ‘urban’ waarmee

Heerlen zich wil profileren.

Scouting

De gemeente heeft recent eenmalig geïnvesteerd in het groot

onderhoud van de scoutingaccommodaties ter verbetering van

de kwaliteit. Het huidige beleid is dat de scoutingorganisaties

zelf verantwoordelijk zijn voor de instandhouding.

• Er dient een goede spreiding over de stad te zijn, waarbij

scouting als stadsdeelvoorziening wordt gezien.

• Samenwerking en bundeling wordt nagestreefd.

• Clustering en multigebruik (daar waar geen

ontmoetingsruimten in de buurt zijn) wordt nagestreefd.

Bijvoorbeeld door koppeling met de functie BSO.

Uitgangspunten cluster Jeugd & Jongeren

Schoolbesturen en gemeente hebben de ambitie uitgesproken

dat alle scholen zich ontwikkelen tot brede school of brede

maatschappelijke voorziening. Hierbij hoeft niet persé sprake

te zijn van een gezamenlijke (fysieke) huisvesting van partijen,

al is dit in de praktijk wel vaak gewenst en ook gerealiseerd.

Vanuit het Integraal Huisvestingsplan wordt zowel inhoudelijk

als fysiek afstemming gezocht tussen basis- en voortgezet

onderwijs, maar ook met peuterwerk, kinderopvang en

buitenschoolse opvang. Multifunctionele huisvesting

ondersteunt de samenwerking tussen kindpartners en

aanpalende partijen zoals verenigingen uit de buurt of

welzijnswerk. Passend bij deze bundeling voert de gemeente op

grond van de wet OKE (Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en

Educatie) regie op het onderwijsachterstandenbeleid,

waaronder voor- en vroegschoolse educatie (VVE).

• Doorontwikkeling van de inhoudelijke/pedagogische

leerlijn 0 – 12 jaar en verder (kindcentra). Bundelen van

de functies basisonderwijs, peuterwerk en naar behoefte

kinderopvang en buitenschoolse opvang in Brede Scholen

en Brede Maatschappelijke Voorzieningen.

In het IHP zijn op dit punt meer specifiek uitgangspunten

benoemd.

• Scholen, peuterwerk en kinderopvang maken zoveel

mogelijk gebruik van elkaars ruimten of van overige

ruimten.

• In omvang toekomstbestendige primair onderwijs

gebouwen realiseren op basis van de leerlingenprognoses

voor de lange termijn.

• Evenwichtige spreiding van onderwijs, peuterwerk en

kinderopvang accommodaties over de stad.

• Afstemming tussen de verschillende onderwijsrichtingen

voortgezet onderwijs.

Page 34: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

5. Werkwijze

Page 35: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

Werkwijze integraal accommodatiebeleid

In de afgelopen periode is voor het stadsdeel Hoensbroek een

uitvoeringsprogramma geschreven als concrete uitwerking van

het IMA Heerlen. Hiermee werd een doorkijk gegeven naar de

consequenties voor het stadsdeel. In de praktijk bleek dat de

inhoud van dergelijke uitvoeringsprogramma’s snel werd

ingehaald door de werkelijkheid waardoor het document haar

waarde als sturingskader snel verloor. In het algemeen kan

worden gesteld dat deze vorm van ‘blauwdrukdenken’ niet meer

passend is bij een snel veranderende samenleving en de

accommodatievragen die daar uit voortkomen.

Bij de actualisatie van het IMA Heerlen is daarom besloten af te

stappen van uitvoeringsprogramma’s per stadsdeel. Dat betekent

echter niet dat de gemeente Heerlen geen regie meer wil voeren

op het accommodatieaanbod in de stad. Integendeel; juist in een

tijd waarin veel veranderingen plaatsvinden is het van belang

een eenduidig kader te hebben waaraan initiatieven intern en

extern worden getoetst. Om daarnaast slagvaardig te kunnen

reageren op kansen en bedreigingen is het wenselijk om een

heldere en eenduidige werkwijze te presenteren.

Als hulpmiddel voor het integraal accommodatiebeleid is een

digitale kaart van de bestaande maatschappelijke

accommodaties in Heerlen opgesteld, zowel in eigendom van de

gemeente als van andere partijen. Met deze kaart wordt een zo

volledig mogelijk overzicht geboden van onder andere onderwijs,

zorg- en welzijnsaccommodaties, sport- en speelruimte,

cultuuraccommodaties en kinderopvang. De digitale kaart is te

raadplegen via de link https://goo.gl/HqCMgC.

Verdieping in beleidsclusters

Het IMA Heerlen biedt kaders en uitgangspunten voor afwegingen

op interne en externe ruimtevragen op het gebied van

maatschappelijke accommodaties. Op een aantal beleidsthema’s

is een verdieping gewenst of noodzakelijk. Deze verdiepende

beleidskaders zijn en worden altijd uitgewerkt onder de paraplu

van het IMA Heerlen. Afwijken op uitgangspunten kan, mits

beargumenteerd en aangegeven wordt op welke punten de

afwijking zit. Onder andere de volgende beleidskaders kunnen

gezien worden als verdieping op het IMA Heerlen:

• Integraal Huisvestingsplan Primair Onderwijs Heerlen 2010

(actualisatie 2017)

• Beleidsnotitie binnensportaccommodaties (2015)

• Herstructurering buitensportcomplexen in Heerlen (2011)

• Beleidsnota ‘Speeltuinen samen verder’ (2014)

35

Page 36: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

Bijlagen

Page 37: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

Bijlage 1. Niveaus van spreiding

Buurtniveau

Bij functies op buurtniveau gaat het om

laagdrempelige, voor de gebruiker kostenloze of

goedkope functies specifiek voor de bewoners van die

buurt. Belangrijk daarbij is dat wordt aangesloten op

de behoeften en leefpatronen van de bewoners in die

omgeving. Laagdrempelige toegang, en het meer open

stellen voor andere doelgroepen of de hele buurt, is

een belangrijke ambitie voor de buurtaccommodaties.

Stadsdeelniveau

De functies op stadsdeelniveau zijn op inhoudelijk en

organisatorisch vlak ingericht op de specifieke

bevolkingssamenstelling van het stadsdeel, maar

hebben qua uitstraling veelal een stedelijk karakter.

Van belang is dat de functies goed toegankelijk zijn

voor de brede doelgroep.

37

Sport en bewegen Sociaal-cultureel Welzijn en gezondheid Jeugd en jongeren

Functie -Openbaar spelen

(speelplekken, trapveld,

specifieke playground)

-Maatschappelijke

ontmoeting

-Gemeenschaps-

vormende activiteiten

-Amateurkunst,

Heemkunde

-Informele zorg

(vrijwilligerswerk en

mantelzorg)

-Buurtsteun

-Eerstelijns (deels) zoals

Sociaal Buurtteam

-Zie sport en bewegen

Accommodatie -Trapveld

-Jeu-de-boulesbaan

-Kleine speelplekken

-Buurthuis

-Huiskamer in

verzorgingshuis

-Zie sport en bewegen

Sport en bewegen Sociaal-cultureel Welzijn en gezondheid Jeugd en jongeren

Functie -Sporthal

-Buitensport (bijv.

voetbal)

-Speeltuin

-Sociaal-culturele

activiteiten

(vormingswerk,

jeugdwerk, opbouwwerk,

clubhuis)

-Niet-formele educatie,

zoals muziekonderwijs

-Bibliotheekwerk

-Scouting

-Eerstelijns

- Dagbesteding Wmo/

Stand-By!

-FACT en GGZ-inloop

-Onderwijs (primair)

-Bewegingsonderwijs

-Kinderopvang

-Peuterwerk/VVE

-Buitenschoolse opvang

-Taalontwikkeling

Accommodatie -Sporthal

-Voetbalaccommodatie

-Tennis

-Speeltuin

-Jongerenaccommodatie

-BMV

-Gemeenschapshuis

-Scouting

-Gezondheidscentrum

(huisartsen,

fysiotherapeuten,

apothekers, tandartsen,

verloskundigen,

maatschappelijk werkers

e.d.)

-Basisschool

-Gymzaal

-Kinderopvang

-Locaties voor aanbod

peuterwerk/VVE

-Logopediepraktijk

(zelfstandig of in MFA)

Eén van de uitgangspunten uit het IMA Heerlen is ‘spreiding’, zie voor de uitwerking daarvan paragraaf 3.2.

Onderstaand is een overzicht opgesteld van de gewenste spreiding van functies en accommodaties.

Page 38: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een
Page 39: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

Niveaus van spreiding

Stedelijk niveau

Ongeacht de locatie van een stedelijke functie, dient deze

beschikbaar en bereikbaar te zijn voor alle inwoners van

Heerlen. Vanwege het specifieke karakter, onvoldoende bereik

of onvoldoende draagvlak wordt de functie op stedelijk niveau

georganiseerd en niet bijvoorbeeld op stadsdeelniveau. Als

meest logische vindplaats voor stedelijke functies is het

centrum aangewezen.

Regionaal niveau

Vanwege de specifieke en/of specialistische achtergrond van

bepaalde functies, is het noodzakelijk om sommige functies op

regionaal niveau te organiseren. Reden voor het hoger

schaalniveau is de relatief kleine doelgroep voor deze functies

ofwel de hoge accommodatiekosten (bijvoorbeeld

bij bioscoop of stadion).

Regionale en bovenregionale functies worden zoveel mogelijk

ook regionaal verspreid, om de inhoudelijke, organisatorische

en financiële risico’s voor de gemeente(n) zoveel mogelijk te

beperken. Indien gekozen wordt voor Heerlen, is als meest

logische vindplaats het centrum aangewezen.

Bovenregionaal niveau

De functies op bovenregionaal niveau zijn functies waarbij het

om een zeer specialistisch aanbod gaat, waarvoor de

gebruikers bereid zij te reizen. Vanwege de bijbehorende dure

accommodatiekosten is een bovenregionaal niveau

noodzakelijk.

Regionale en bovenregionale functies worden zoveel mogelijk

ook regionaal verspreid, om de inhoudelijke, organisatorische

en financiële risico’s voor de gemeente(n) zoveel mogelijk te

beperken.

39

Sport en bewegen Sociaal-cultureel Welzijn en gezondheid Jeugd en jongeren

Functie -Binnensport (bijv. tennis)

-Buitensport (bijv. softbal,

korfbal, atletiek, hockey)

-Cultuur (kunst)

-Belangenbehartiging

-Tweedelijns

Accommodatie -Tennishal

-Hockey-accommodatie

-Korfbalveld

-Softbalveld

-Theater

-Bioscoop

-Museum

-Voortgezet onderwijs

-Speciaal onderwijs

-Middelbare school

Sport en bewegen Sociaal-cultureel Welzijn en gezondheid Jeugd en jongeren

Functie -Binnensport (bijv.

zwemmen, skaten,

klimmen)

-Cultuur (creatieve

industrie, bijv. film,

theater, tentoonstelling,

cultureel erfgoed, media

en letteren, podiumkunst)

-Tweedelijns

(specialistische zorg, zoals

ziekenhuis en

maatschappelijke opvang)

-Onderwijs (speciaal,

voortgezet)

Accommodatie -Zwembad

-Skatehal

-Turnhal

-Klimmuur

-Historische archieven -Ziekenhuis

-Maatschappelijke opvang

-Psychiatrie (intramuraal)

-Dependance dierenasiel

Sport en bewegen Sociaal-cultureel Welzijn en gezondheid Jeugd en jongeren

Functie -Topsport

-Cultuur (creatieve

industrie, bijv. museum,

grote evenementen)

-Tweede lijn

(specialistische zorg, zoals

specifieke poli’s, klinieken

en laboratoria)

-Dierenopvang

-Onderwijs (beroeps)

Accommodatie -Sportzone Limburg

-Musea -Ziekenhuis

-Dierenasiel

-MBO

-HBO

Page 40: PowerPoint-presentatie - BGW Heerlen · 2017-07-07 · (sport, cultureel, educatief) maar hebben als gemeenschappelijke noemer dat de ontmoeting tussen mensen centraal staat of een

RO groep Zuid bv Wilhelminasingel 58 6221BK, Maastricht Postbus 3086 6202NB Maastricht T +31 (0)43 350 00 50 F +31 (0)43 325 72 12 [email protected] www.rogroep,.nl