25 jaarPentagram

PENTAGRAM

D e s l e u t e l va n d e

s c h a t k a m e r va n h e t L i c h t

çççççç

Dit geestelijke Licht gaat uit van het Woord

dat van het allereerste begin tot op de dag van

vandaag het Al beroert en doorstroomt.

Dat is het prana van het andere leven, van die

andere wereld, dat ons tot in elke cel aanraakt

om de oogst van de velden bijeen te garen.

Inhoud

25 jaar Pentagram2

De sleutel van de schatkamer

van het Licht

4

De bron van alle leven12

Waarom ik een Rozenkruiser

ben

17

De nieuwe taal van het hart28

De wetenschap van

innerlijke vrijmaking

35

25ste

jaargang nr. 5

september/oktober 2003

25 jaar Pentagram

Ja, u leest het goed: het tijdschriftbestaat een kwart eeuw! In die tijdzijn er tot op heden 1533 artikelen in174 uitgaven gepubliceerd, waaronderta van toespraken van Jan van Rijcken-borgh en Catharose de Petri die nimmerin boekvorm zijn opgenomen.

Het begon allemaal met een klein bladdat twaalf keer per jaar verscheen en datvoornamelijk op de leerlingen van deGeestesschool van hetGoudenRozenkruiswas gericht.Dat is niet altijd zo geweest.Deeerste uitgaven, het maandblad Het Rozen-kruis (1927-1938), het maandblad Aquarius(1935?-1939), het weekblad Het Licht vanhet Rozenkruis (1939-mei 1940),Nieuw Eso-terischWeekblad (mei 1940 ^ oktober 1940)en Morgenlicht (1941) van de School warenbedoeld voor een brede kring van zoekers.Tijdens de Tweede Wereldoorlog ^ deSchool was toen door de bezetter gesloten^ onderhield Jan van Rijckenborgh contactmet zijn leerlingen doormiddel van deVanRijckenborghbrieven. Kort na de oorlogwerd het ‘esoterisch maandschrift’ DeHoeksteen gepubliceerd, gevolgd door hetRenova-nieuws. Daarna kwam Aquariusen in 1957 verscheen het maandblad Eccle-sia Pistis Sophia, gevolgd doorDeTopsteen(1968), eveneens een maandblad. Dit washet eerste tijdschrift dat werd vertaald inhet Duits, Engels en Frans. En in januari1979 verscheen hetmaandblad van het Lec-torium Rosiscrucianum internationaalonder denaamPentagram. ‘In deze interna-tionale uitgave zijn verenigd: Aquarius, dat

als zodanig tot nu verscheenvoorhetDuitsetaalgebied; La Pierre du Sommet, die hetFranstalige gebied bestreek; De Topsteen,voorhetNederlandse taalgebied enTheTop-stone,welke driemaandelijks uitkwamvoorde Engels sprekende gebieden’, vermeldt deinleiding van het eerste nummer. ‘Waaromde naam Pentagram? De Geestesschool vanhetGoudenRozenkruis reageert op envolgtde bevrijdende impulsen, die in actualiteittot de mensheid uitgaan,’ vervolgt deze in-leiding. ‘In de bedding hiervan is er in deGeestesschool een duidelijke dynamischeontwikkeling. In dit verband is de Geestes-school een nieuwe periode in haar arbeiden voortgang binnengetreden. Omstreekdsde herfstequinox van 1978 heeft zich dezeperiode ingezet en onder andere een duide-lijke consequentie hiervan weerspiegelt zichin de nieuwe opzet van het maandblad vanhet Lectorium Rosicrucianum. De Geestes-school steltzich geheel in dienstvandemens-heidsbevrijdende arbeid die de UniverseleBroederschap in deze tijd zeer krachtig on-derneemt. Wat die bevrijdende arbeid be-helst en hoe daaraan kan worden deelgeno-men,wordt in de literatuur van deSchool inalle toonaarden uiteengezet. En ook hetmaandblad Pentagram zal daarvan steedsblijven getuigen.’

Het tijdschrift Pentagram verschijntthans in 16 talen in meer dan 40 landenin een oplage van ca. 15.000 nummers. Deartikelen komen van leerlingen en steedsmeer illustraties worden in eigen beheervervaardigd. Pentagram zoals het nu ver-schijnt, is bedoeld voor zoekers ^ of diezich nu binnen dan wel buiten de School

2

25jaar Pentagram

bevinden ^ en poogt hen te helpen in hunzoektocht naar de universele waarheid.Daartoe wordt een zo breed mogelijk ter-reinbestreken dat ^ naar wijhopen ^ voorlezers in uiteenlopende cultuur- en taalge-bieden toegankelijk is. Zo werden ondermeer themanummers gewijd aan JohannValentin Andreae; De taak van de mens-heid in de Aquariusperiode; Wat is be-wustzijn?; Waarom de Boeddha zweeg;Jacob Boehme ^ mysticus en visionair;Waarom Comenius?; Conferentie JongeLeerlingengroep 2001; Expositie in deKoninklijke Bibliotheek (Den Haag);Goethes Faust; Gerechtigheid, primairprincipe in het Al; De innerlijke weg vande Gnosis; De Graal, een levende werke-lijkheid; Wat heeft de Griekse mythologiede moderne mens te zeggen?; India in hetritme van de oneindigheid; Ieder kind iseen eigen en uniek mysterie; Labyrinthof doolhof; Het lichaam als instrumentvan de Ziel; Mani, een boodschapper diede wereld versteld deed staan; Het evan-gelie van de Ziel; Meditatie, een verwar-rend begrip; De twee natuurorden; Oor-log en vrede, Paracelsus, leven naar de eisvan Godswege gesteld; Plato, getuige vande universele waarheid; Re|« ncarnatie enhet Moderne Rozenkruis; Renaissancenog niet voltooid; De Rozenkruisers

Broederschap; Ontstaan en gebruik vansymbolen; Godsbeeld en universaliteit;In den beginne was het Woord; Ontwik-keling van de Nieuwe Ziel. Daarnaastzijn talloze onderwerpen behandeld overhet eeuwige zoeken naar de UniverseleWaarheid.

Uit al deze artikelen werd een selectiegemaakt om u iets te laten proeven van degrootse ontwikkeling waarvan het tijd-schrift Pentagram nu al 25 jaren deel uit-maakt. ßHet tijdschrift Pentagram steltzich ten doel de aandacht van de lezers tevestigen op een nieuwe tijd die aangebro-ken is in de ontwikkeling van demensheid.Het Pentagram is door alle tijden heen hetsymbool geweest van de wedergeborenmens, de nieuwe mens. Het is eveneenshet symbool van het universum en zijneeuwige wording, waarin het Godsplantot openbaring komt. Een symbool heeftechter alleen waarde indien het aanzettot verwerkelijking.Demens diehet Penta-gram in zijn microkosmos, in zijn eigenkleine wereld verwerkelijkt, bevindt zichop het pad van transfiguratie. Het tijd-schrift Pentagram roept de lezer op dezegeestelijke revolutie in zichzelf te doenplaatsvinden.�

Redactie Pentagram

3

De sleutel van de schatkamer van het Licht

Het eeuwige Woord dat van God uit-gaat, zo zegt de magische proloog vanhet Evangelie van Johannes, is de gou-den sleutel die toegang geeft tot allemysterie« n. Het is het eeuwige geheimdat het ganse Al omsloten houdt. Het isde kern van het geestelijke Licht van hetZonnelichaam,van de macrokosmos ende microkosmos tezamen.

Dit Woord van God is het scheppendFiat, het Geluid, de Bazuin waardoor demonadische vlammenregenwordt gewekten het Leven in oneindige, veelkleurige vi-braties en kleurnuances wordt geopen-baard. Het Leven kan zich baden in deUniversele Hemelboog die niets andersdan het stralende Licht van de Al-Liefdeweerkaatst. Dit mysterie omgeeft enbevat het Heelal. Het is het Woord ‘vanden beginne’, dat er ook nu is en dat er al-tijd zal zijn. ßUit dit mysterie�, zo zegtJezus, ßben ik voortgekomen.� De zevenuitvloeiingen of emanaties van ditWoordvormen het Lichtgewaad van de Licht-mens. Het is het ene, grote mysterie datin de totale schepping verborgen ligt enhet kan alleen ontsluierd worden door degodsdienst van de ware kennis, de gods-dienst van de zuivere Gnosis. Deze Gno-sis is niets anders dan het samenstel vanemanaties die van de monadische vlamuitgaan en die de Geest verbinden met deLichtziel. Die Lichtziel is in de mens aan-

wezig. Jezus zegt daarover: ßOntwaakt,gij die slaapt en verheft u in de Christusdie u inZijn Licht zal opnemen�.DeGno-sis zal in uw hart geboren worden en inuw hoofd zal zij de vrucht van de levendekennis openbaren. Deze is de Gnosis, diede kennis is van de Lichtziel. Deze kenniszal u verlichten en de sleutel schenken dietoegang geeft tot de Schatkamer van hetLicht.

Met de paplepel ingegoten leugens

Deze woorden en andere fragmentenvan oeroude teksten circuleerden rondhet begin van de christelijke jaartelling inde godsdienstige en wijsgerige wereld vandie dagen. Zij leiden ons binnen in een to-taal ander denken en in een volkomen an-dere religieuze belevenis dan die zijnvoortgekomen uit het historische verhaalvan Jezus van Nazareth dat door de kerk-vaders en hun volgelingen eeuwen gele-den is opgezet (verzonnen).

Nu de tijd van het kerstfeest weergekomen is, zullen de bonafide Rozen-kruisers zich dan ook zeker niet bezighouden met een romantisch verhaalrond Christus’ geboorte dat jaar in jaaruit voor de mensheid wordt opgelepeld.Dat romantische verhaal en die histori-sche ‘feiten’ worden inmiddels van ver-schillende kanten flink onder vuurgenomen. Het historische christendomwordt er ernstig van beschuldigd dat hetde christelijke leringen voor eigen doel-einden heeft aangewend. Velen hebben

4

Door deduisternis breekthet licht om demens deweg tewijzen.FotoPentagram.

dat verraad in de afgelopen eeuwen reedsaangetoond, maar hun protesten werdenaltijd weer in bloed gesmoord. Maar nuleeft de mensheid in de tijd van ontmas-kering.

Als de bedekkingen van vele dingenwegvallen, geeft dat niet direct een fleu-rige aanblik. De naakte werkelijkheidtoont aan hoe mismaakt de maatschappij,de wetenschap en de religie zijn van demens die deze eigen wereld heeft gescha-pen. Het is dan ook geen wonder, dat demensen enerzijds terugschrikken waarzulke feitenworden blootgelegd, maar an-derzijds nemen zij er gretig kennis van.Want de mensheid is op zoek naar deWaarheid.

Voorbijgaan aan de feiten?

Wie zich nu verdiept in de gespleten-heid van de bijbelschrijvers en zijn bevin-dingen op papier zet, kan zeker zijn vaneen groeiend publiek. Daarbij kunnen wijons echter wel afvragen of er geen per-soonlijke belangen spelen bij diegenen,die zo de Gnosis populariseren. Wij zijnervan overtuigd dat de ontmaskeraarsvan onze tijd volkomen eerlijk opererenvanuit een innerlijke gedrevenheid. Maardat zij daarbij voorbijgaan aan het feit dater een moderne gnostieke Geestesschoolexisteert, waarin het proces van wederge-boorte naar lichaam en ziel al ruim drie-kwart eeuw wordt onderwezen en toege-past, geeft toch wel te denken. Op zijnminst genomen is het merkwaardig datstelselmatig wordt verzwegen dat reedslang voordat al die moderne publicatiesverschenen, de moderne gnosticus entransfigurist Jan van Rijckenborghschreef en sprak over de Gnosis als ‘bronvan innerlijke kennis en vrijheid’. Watmeer is: hij stichtte een zuiver gnostieke

gemeenschap die nu in reeds meer dandertig landen vertegenwoordigd is endaar grote aandacht trekt bij de ware zoe-kers naar de ene Waarheid. Jan vanRijckenborgh citeerde graag de volgendewoorden van de middeleeuwse mysticusAngelus Silesius:

ßWas Christus duizendmaalin Bethlehem geborenen niet in uwe ziel,zo waart ge toch verloren.

Voorwaar, het eeuwigWoordwordt heden nog geboren.Waar? Waar een ziel zichzelfin zichzelf heeft verloren.De Poort der zaligheidkan hij slechts binnengaan,die wedergeboren istot gans een nieuw bestaan.

Vraagt gij, o mens,waar staat toch wel GodsTroon?Daar,waarHij zich in u wederbaart...als Zoon!

Als gij uit God geboren zijt,en in een and’re zin Hemwederbaart,dan gaat gij uiten Hij gaat in . ’ �

In de eerste uitgave van De KomendeNieuwe Mens (gepubliceerd in 1953 bij deRozekruis Pers te Haarlem), zegt Jan vanRijckenborgh:

ßAllereerst dienen wij dan een oudthema ter hand te nemen, waarover inonze kring al zoveel gezegd is, namelijkdat Christus geen Hie« rofant van majestei-telijke aard is, die zich ergens buiten degrofstoffeljke wereld ophoudt, maar in deeerste plaats een onpersoonlijk, onbegrensd

6

Wezen, dat zich kenbaar maakt als Licht,als Kracht, als een machtig Stralingsveld.Dat stralingsveld van de Christus, datonder ons verschenen is en deze duistere we-reldorde nietmeermet rust laat, heeft, zoalsduidelijk is, een grote invloed, ja, een helereeks van invloeden.�

De gnosticus leeft naar hetgeen hij

weet

Reeds tientallen jaren voordat het be-gripGnosis in onze tijd gemeengoed werdvan een grote groep zoekers, verklaardeJan van Rijckenborgh in tempeldienstenen toespraken de Gnosis van de Egypti-sche Mysterie« n, van de Manicheee« n, deEssenen, de Bogomielen, de Katharen, deKlassieke Rozenkruisers. En hij gaf degnostieke lijn aan in de leer van HermesTrismegistos, de Boeddha, LaoTse en veleanderen die de Gnosis in de ware zin toe-behoorden. Hij spoorde zijn leerlingenaan hetzelfde te onderzoeken wat hij hadonderzocht, opdat zij zelf zouden herken-nen wat Gnosis is en wat niet.

Ruim vijftig jaar geleden publiceerdehij de Dei Gloria Intacta ^ een compleetoverzicht van de weg van bevrijding. Inmei 1945 ^ de Tweede Wereldoorlog wasnet enkele dagen achter de rug! ^ ge-bruikte Jan van Rijckenborgh het eerstehoofdstuk van dit boek voor de eerste na-oorlogse toespraak in deTempel te Haar-lem.Het was zijnFama Fraternitatis! Zijndirecte oproep en zijn beroep op de leer-lingenomzich los temakenvanhet natuur-religieuze, historische christendom. Opmagistrale wijze leidde hij zijn leerlingenuit de duisternis van het kerkelijke denkenbinnen in het Universele christendom. Hijverklaarde het pad van wedergeboorte datin de gnostiek-christelijke mysterie« n be-sloten ligt endat door iedereen in navolging

kan worden gegaan. Hij schrijft dan ook inDei Gloria Intacta (De Glorie Gods is on-aantastbaar): ßHet christendom moet veelwijder worden gezien. Het vangt niet aanin Bethlehem, maar vele duizenden jarendaarvoor, terwijl wij het universele Chris-tusbemoeien moeten schouwen in een tijds-gebied vanmiljoenen jaren.�

33 ste Indaling van het Christuslicht

De indaling van het goddelijke Lichtstaat in relatie met het kosmisch uurwerkvan het Al. Het interkosmische stralings-veld, dat in onze tijd voor de 33 ste keer in-daalt, heeft tegen het einde van de 20

e

eeuw wederom e¤ e¤ n graad in de zodiakalecyclus volbracht. Deze laatste minuut inhet zodiakale uurwerk is van buitenge-

7

Het openen vanhet graf vanChristiaanRozenkruis.

woon grote betekenis.Want de mensheidis inmiddels rijp geworden voor een gees-telijke revolutie.Voor een zeer ingrijpendeomwending van geestelijke aard. Zijbevindt zich in de laatste fase van een kos-mische cyclus die ruim zesduizend jarenomvat, de fase waarin een nieuw bewust-zijn zich zal openbaren en ook zal door-breken. Deze doorbraak is het resultaatvan diep ingrijpende ervaringen gedu-rende een verschrikkelijke worsteling ensmartengang in de oorden van deTijd. Uen wij bevinden ons op de toppen van degolven in de wereldzee. Wij worden ge-teisterd en heen en weer gesmeten doorde orkanen van magnetische aard die onslevensveld vanuit de Zonnemacros aan-grijpen.Van straling is bekend dat zij allesraakt en be|« nvloedt en door vrijwel alleelementen heen gaat. De straling vanuitde Zonnemacros raakt alle leven aan, be-|« nvloedt alle leven en kan door niets wor-den tegengehouden. Dat betekent, dat hetbewustzijn van ontelbare mensen wordtaangeraakt en dat daaruit een wieling vannieuwe ervaringen en waarnemingen totontwikkeling komt. Er is sprake van eenvrijwel alles omvattende herorie« ntatie ineen poging om de verandering van het be-wustzijn te verklaren. Dat gaat gepaardmet de meest schrijnende en ont-luisterende verschijnselen. Velen kerenzich af van de maatschappij zoals diezich thans voordoet. Goed en kwaadkomen in steeds grotesker vormen tegen-over elkaar te staan, terwijl dwars dooralles heen een nieuwe tijd zich baanbreekt.

Velen verzetten zich en willen allesafbreken, anderen gebruiken dit verzetom oude en vermolmde filosofiee« n entheologiee« n naar de nieuwe tijd over tebrengen. En een andere groep moetniets hebben van dit soort veranderingen

en vernieuwingen en doet het allemaal afmet de dooddoener ‘NewAge’.

Maar het feit blijft, dat de ‘nieuwetijd’ al is aangebroken! Die nieuwe tijdbreekt door met dramatische verschijn-selen. Toch leven wij in een zeer in-teressante tijd. Wij beleven het momentdat de mensheid zich keert tegen demuren die haar gevangenhouden. Dat zij wil uitbre-ken uit de gevangeniswaarin zij door hethistorisch christen-dom en soortge-lijke religies isopgesloten.

Deze groteveranderingenzijn reeds tien-tallen jaren ge-leden in deGeestesschoolaangekondigden besproken.Wijstaan midden in degrote wending derculturen, die zich af-speelt in alle landen en bijalle volkeren. Het bewustzijn vande mensheid en van de individuele mensgaat daarin mee. Omdat de nieuwe Licht-straling van de Zonnemacros niet alleenhet astrale lichaam aangrijpt, maar vervol-gens ook het ether- of levenslichaam,wordt de gehele persoonlijkheid in de ver-anderingen van de nieuwe tijd betrokken.Die voor velen nog vreemde kracht komtvia het aurisch-magnetisch veld in hetademveld van de mens. Hij ademt diekracht als het ware in en kan er niet aanontkomen. Zij opent zijn bewustzijn voorverborgen aspecten van de natuur en acti-veert hem om zijn levensaccenten te ver-plaatsen.

8

Nu eindelijk de weg omhoog?

Mede door de grote veranderingen dieonder meer worden veroorzaakt door derazendsnelle ontwikkelingen van de elek-tronica (computers, telecommunicatie,navigatie etc.), graaft de mens zich dieperen dieper in de materie in. Daarnaast is ereen snelgroeiende groep die door de kos-

mische be|« nvloeding van het be-wustzijn een heel ander we-

reldbeeld gaat vermoe-den. In het begin be-staat dat meestalnog uit verwarringen onzekerheidover het verliesvan oude nor-men. Maar daardoorheen groeitde onlesbaredorst naar ken-nis. Naar inzichtin de oorsprong

van de mens. Naarzekerheid over het

doel van de mensheid.Naar informatie over de oor-

spronkelijke mensheid. Zij willendoordringen in de geheimen van de kos-mos en de wortels van het bestaan bloot-leggen.

De oude, historische god is bezig testerven en het hart keert zich naar denieuwe, spirituele horizon. En daar nu,liggen vele gevaren op de loer! Want demachtige kosmische impuls van vernieu-wing kan door de nog geblinddoektemens nog niet in zijn volle omvangworden verstaan. En dan komen de ver-klaarders en uitleggers die alles al wetenen de essentie verbergen. Zij buigen dieimpuls om en voeren de mensheid naareen nieuwe gevangenis.

Zo melden zich vele groeperingen enbewegingen die door de Bijbel valse pro-feten worden genoemd. Zij prediken hunwaarheid en voegen alles naar die waar-heid om haar te handhaven. Zij kunnenniet anders dan zo handelen, zolang zijzich niet werkelijk omwenden tot hetene Licht der Lichten.

Het oorspronkelijke Woord raakt de

mens aan

Hoe komen zij dan aan hun uitleg-gingen en verklaringen? Zij reageren opde uitstorting van het geestelijke Lichtdat alomtegenwoordig is en dat nu opeen volkomen nieuwe wijze met werelden mensheid wordt verbonden. Dit gees-telijke Licht gaat uit van het Woord datvan het allereerste begin tot op de dagvan vandaag het Al beroert en door-stroomt. Dat is het prana van het andereleven, van die andere wereld, dat ons totin elke cel aanraakt om de oogst van develden bijeen te garen.

Die oogst is al zo lang voorbereid.Hetzaad voor deze oogst is reeds zo heel langgeleden uitgestrooid enwat opkwam is opde velden des levens gerijpt.Hoe zullen devruchten zijn? Hoe zullen zij worden ge-oogst? Zullen zij in Christus worden ge-oogst? Wat wil dat zeggen? In Christus?Daarmee wordt aangegeven dat hetWoord ^ dat het Leven, hetLicht dermen-sen is ^ op drie machtige fundamentenrust. Het Woord is niet alleen de funda-mentele kracht in de Schepping, het isook neergelegd in alle Heilige Taal alsopenbaring van de kennis die ons inlichtover het wezen van de Geest en de Ziel.Die Kennis is de Gnosis, het geopen-baardeWoord!

Het Woord is de mensheid gebrachtdoor de veleboodschappers die niet alleen

9

Aquarius, kathe-draal vanLausanne,Zwitserland

over het Licht spraken, maar het ook inzichzelf konden vrijmaken en uitdragen.Zij stichtten gemeenschappen,waarin hetLicht zich kon openbaren als een machtigvibrerend stralingsveld. Tijdens de gehelegang der mensheid zijn er kortere of lan-gere perioden geweest, waarin de Licht-kracht van die andere, reine wereld dieook wel de bovennatuur wordt genoemd,zich in de aardse sferen verbijzonderde toteen Lichtveld. Tot een nieuwe atmosfeerwaarin het leven nieuwe mogelijkhedenwordt geschonken. Dankzij dit Lichtveldkan het tempowaarin demensen zich spi-ritueel kunnen ontwikkelen, vele malenworden versneld.

Zo houdt de indaling van het Licht ge-lijke tred met de voortgang van het zodia-kale uurwerk. Ook nu bevindt de mens-heid zich in zo’n golf van goddelijke be-moeienis. En al diegenen in wie iets vanonsterfelijke zielekracht spreekt ^ al ishet nog zo weinig ^ zullen door het Lichtvan de Gnosis in het oogstveld wordenopgenomen. Met deze zekerheid voorogen, hebben de afgezanten die de mo-derne Geestesschool van het GoudenRozenkruis hebben gesticht en ontwik-keld, een groep van pioniers willen vor-men. Een gnostieke Broederschap, be-doeld om een zodanig hoog niveau te be-reiken, dat zij als een jonge Gnosis zoukunnen samenwerken met het ingedaaldeLichtveld.

Wat heeft het kerstfeest nog te

zeggen?

Nu komen wij tot drie essentie« le vra-gen:ßWat is voor ons, Rozenkruisers, debetekenis van het kerstfeest, het feest vanhet Licht?

Wat betekent voor ons de geboorte vanJezusinNazareth?Wat is voor ons de vrede van Bethlehem?�

Zijn dat voor ons alleen nog maar uiter-lijke tekens, profane gebeurtenissen dieniets meer van hun oorspronkelijke bete-kenis bezitten? Of kijken wij er nu heelanders tegenaan?

Zeker wel! Want Bethlehem is onshart, waarin het Licht van de Roos, hetLicht van het Oeratoom, geboren wordt.Het Lichtfeest is het uitbreken van datgrote wonder in het hoofdheiligdom,zodra de monadische vlam zich met dekundalini van het hart verenigt in het pi-nealisheiligdom. Dan kunnen ook zij, diedeze weg zijn gegaan, zeggen: ßDe Vaderen ik, de levende Ziel en de Andere, mijnMonade en ik, zijn e¤ e¤ n!� Als het Licht inde persoonlijkheid zijn omwandelingkan maken ^ in dienst van de levendeZiel ^ kan de kruisgang der rozen, deViaDolorosa, als overwinning op de dood,worden afgelegd.

Het doel van Jan van Rijckenborghwas eenGeestesschool te stichten, waarineen groep pioniers als een Jong GnostiekeBroederschap een brandpunt zou vor-men. Een gemeenschap dus, die het alom-tegenwoordige Gnosislicht zou kunnenopvangen en weerkaatsen. Een gemeen-schap, waarin het Gnosislicht tot eenmachtig vuur zou uitbreken, dat uitgaattot allen die zoeken en hun hart voor deGnosis willen openen.

Gereedmaken voor de grote stap

Hoe kan men tot die gemeenschapbehoren? Door het astrale lichaam vrijte maken van de astrale sfeer van het dia-lectische bestaan en binnen te gaan in

10

het Andere, in het ene Licht dat deGnosis is. Dat Licht is in iedereen naderdan handen en voeten. Het raakt demens onophoudelijk aan. Het doorstraaltons, omhult ons, doordringt ons vanvoren en van achteren. Wie zich daarvanbewust wordt en in dat Licht wil leven,moet eerst enkele elementaire stappendoen. Hij moet zich reinigen, geschiktmaken, bekwaam maken om Ziel enGeest tot eenheid te voeren.

Hoe bereikt een mens deze staat vaninnerlijke verlichting? Door zich er volle-dig aan te wijden. Door zijn gehele levenop dat proces af te stemmen. Door zichvrij te maken van de oude, dialectische na-tuur en het accent van het sterfelijke ikconsequent te verleggen naar het levenvan de onsterfelijke Ziel. Door onthech-ting en verzaking van onze oude natuur.Zo niet, dan blijft alles bij het oude. Danblijven wij er van buitenaf tegenaan kij-ken. Dan blijven wij hoogstens gelovigen,of zelfs ongelovigen, maar worden wijgeen transfiguristen.

Hogere octaaf van innerlijk

waarnemen

De kracht van de Roos is een stralingnaar binnen en naar buiten. Zij is eenwaarneembaar flu|« dum, een uitvloeiingvan het prana des levens. In die krachtopenbaart zich het Woord, het Leven enhet Licht der mensen. Deze aanraking inhet hartheiligdom is de geboorte vanJezus in de gereinigde grot van het hart,mogelijk gemaakt door de Christus diehet Licht der Wereld is, het alomtegen-woordige Lichtveld van deHeilige Zeven-geest. En de oorzaak van deze verhevenprocessen, die het gewone verstand teboven gaan, is de Liefde Gods, de zuurde-

sem van het Al, de wortel van de Schep-ping, die ^ nog onbekend ^ zich bekentin de nieuwe Ziel. Dat is de maagdelijkegeboorte! Dat is de ware innerlijke ver-lichting.

Deze innerlijke verlichting is niet ietsdat is voorbehouden aan heiligen enmees-ters. Het gaat hier om het ontvonken vande Lichtkrachtatomen in de naar deWaar-heid zoekende mens, waardoor zijn be-wustzijnwordt doorstraald en een nieuwedimensie kan worden geopenbaard. Daar-door ontstaat dan een volkomen anderwaarnemingsvermogen. Een hogere oc-taaf van innerlijk zien waarin de godde-lijke wijsheid, de Gnosis, spreekt. DezeGnosis is de Gnosis van de Lichtvonk-in-de-mens.Van de Ziel die leeft in communi-catie met het Lichtveld van deGnosis. Diekracht tilt een mens boven de beperkin-gen van zichzelf uit, plaatst zijn levensac-cent in die andere wereld die de LevendeZiel toebehoort. Dat is het Kerstfeest datniet meer uitdooft in het gewone levenvan alledag.

Zo mogen wij op dit moment van hetjaar het Licht zien gloren aan de kimmenvan een nieuwe oogstperiode van deGno-sis. Een nieuwe universele aanrakingbreekt zich baan. Een goddelijke adem-tocht vaart door de ruimten van de doods-natuur omde verlorenGodsvonken aan teraken, te wekken en terug te voeren naarde Bovennatuur.Wie deze boodschap kanverstaan, heffe de fakkel des Lichts, opdatzijn medemensen hem mogen herkennenen volgen.Dan zal het kerstfeest eenwaar-lijk gnostiek Lichtfeest zijn.

Internationale Spirituele Leiding

11

De bron van alle leven

ßIn den beginne was het Woord en hetWoord was bij God en het Woord wasGod.� Deze regel uit het Johannes-evan-gelie maakt duidelijk dat de scheppingdoor hetWoord Gods geschapen en bele-vendigdwerd enwordt. DoorhetWoordontstond de menselijke levensgolf die deopdracht kreeg het goddelijke schep-pingsplan in stand te houden en verderuit te breiden. Door harmonische sa-menwerking van allen kon de goddelij-ke idee verwerkelijkt worden.

Devrijheid die in deze basisidee veran-kerd lag, werd echter door vele schepse-len misbruikt. De harmonische wissel-werking tussen God en zijn schepselen

werd door de mens verbroken. Doordeze houding sloten de eigenwilligewezens zich uit van het goddelijke le-vensveld. Daarom spreken de heiligetaal en vele legenden over een zondeval,een noodzakelijke afzondering. Maar hetWoord straalt. De kracht, het licht vanhet begin, dringt binnen in de duisternisom de gevallen mensheid terug te voeren.Zo ontstond een reddingsplan om de ge-vallen microkosmoi niet in de chaos telaten verzinken, want zij waren in deaardse sfeer krachteloos, zonder leiding,aangezien het in hun middelpunt verblij-vende oeratoom levend dood was. In ditreddingsplan was voorzien dat voor destuurloze microkosmoi wezens zoudenontstaan, die hen als belevendigend, be-zielend element zouden dienen. Alleendaardoor waren zij in staat in het

12

vreemde levensveld te existeren. Dezewezens hebben vele processen doorlo-pen, voordat zij de graad van verstande-lijke ontwikkeling bereikten die bij demoderne mens behoort.

Bewustwordingsproces van de

mensheid

Het was een wordingsproces dat zichover onvoorstelbaar lange tijdenuitstrekteen waaraan vele levensgolven meewerk-ten, die verder waren dan de menselijkelevensgolf. Bewustwording is het doelvan dit ontwikkelingsproces. Gedurendelange tijd was het noodzakelijk dat demensheid door geestelijke leiders werd ge-leid, daar de eigen verstandelijke ontwik-keling nog niet voldoende geordend was.Hoe sterker deze wezens zich van huntoestand bewust werden, hoe sterker ookhun gevoel van iets gescheiden te zijn.Daarom spanden hun geestelijke leiderszich in om het ontwakend bewustzijn ophet oorspronkelijk vaderland te wijzen;op de bron waaruit het afkomstig is.

Deze geestelijke leiders waren Rozen-kruisers; zij waren geen lid van een groepdie zich Rozenkruisers noemden, maarmensen die in en met de kracht van hetkruis hun zelfhandhavend wezen over-wonnen, opdat het oeratoom, de roos, deonsterfelijke goddelijke bron in hunmicrokosmos, weer werkzaam zou wor-den. Met de overwinnende kracht vanhet kruis werkten zij in mensendienst.

Zij toonden de mens steeds opnieuwaan dat eigenzinnigheid terugkeer van degevallen microkosmos onmogelijk maakt.

Eigenmachtige zelfoverschatting is descheidende factor tussen God en mens.In de bijbelse vertelling over de zondevalstaat: ßEn hij wilde zo zijn als God.� Ei-genmachtig willen was dus aanwezig,maar de rede, de zuivere kennis van hetscheppingsplan, ontbrak.

Het onsterfelijk kleinood

Iedere gevallen microkosmos ontvingeen bron van goddelijke kracht. Dit on-sterfelijke kleinood is een voortstuwendekracht die maant, roept en aandringt,zodat demens de weg naar huis gaat betre-den. Onbewust ervaren de mensen dezeimpulsen en het vermoeden uit God tezijn geboren en niet tot de aardse wereldte behoren. Maar de mensen vergissenzich als zij deze roep op zichzelf betrek-ken en niet op de microkosmos, die zijals werktuig moeten dienen. Een troebelbesef van de juiste samenhang leidt ertoedat de mens de impulsen van dit godde-lijke kleinood verkeerd begrijpt en hijhet godsrijk hier op aarde wil bouwen.Deze weg gaat door vele bewogenhedenen ervaringen heen. Daarom zullengeluk, vrede, vrijheid en harmonie ^ at-tributen van de goddelijke mens ^ in hetaardse leven een illusie blijven. Wanneereen mens door vele negatieve ervaringenbewuster geworden is, kan dit goddelijke

13

Bron in deRozentuin vanNoverosa.FotoPentagram.

Eens uit de bron van het leven

ontsproten, keert de mens nu terug

naar de bron van alle leven.

kleinood zijn maatstaf worden, waar-door hij gaat inzien dat alle zogenaamdegelukzalige toestanden en waarden opaarde niet, of slechts voor korte duur, be-reikbaar zijn.

Over het weten dat in iederemens ver-borgen ligt en dat uit dit kleinood van hetmicrokosmische hart ontspruit, sprakenook Rozenkruisers in de middeleeuwen.ßMaar�, zegt de Fama Fraternitatis, ßdegeleerden van Europa wezen dit aanbodaf. Te groot was de bezorgdheid dat zijhun aardse kennis als onbeduidend en holzouden moeten erkennen.�

Tweevoudig bewustzijn

De middeleeuwse Rozenkruisers ende Moderne Geestesschool zeggen tegenallen die oren hebben om te horen, datde mens een tweevoudig bewustzijnheeft. In de eerste plaats is er een rudi-mentair bewustzijn, dat uit de eeuwigebron gevoed wordt en dat hieruit totvolle rijpheid kan opbloeien als menzich niet afsluit. In de tweede plaats iser een overheersend bewustzijn dat uitde menselijke eigenwilligheid voortkomt.Door deze ‘normale’ bewustzijnstoe-stand, de egocentrische grootheidswaander mensheid, werd een centrale concen-tratie van kracht gevormd, waaruit eenmens alleen door kennis, inzicht en zelf-overgave kan worden bevrijd. Over hetalgemeen leeft een mens uit de tweedebron, die krachtig opwelt. Want de ge-dachte dat hij als God wil zijn is nogsteeds overheersend. Daardoor zullenGods liefdekracht noch de inspanningenvan de mensen, die de weg van het kruisreeds gegaan zijn, afnemen.

Niemand kan zeggen wanneer dezondeval plaatsgevonden heeft. De Ro-

zenkruisers zeggen dat de zondevalmeer dan eens heeft plaatsgevonden.

De afscheiding van het goddelijke le-vensveld en dus ook het inkapselen vanhet innerlijke goddelijke weten duurt nogaltijd voort. Daarom zijn ook vragen als:Hoe oud is het Rozenkruis? Wanneerwerd de gemeenschap gesticht? niet te be-antwoorden. Daarom zullen ook steedsnieuwe geestesscholen worden gestichtop basis van Gods Geestkracht. Want dekracht die de aarde omhult en doordringt,is de Christuskracht die de gevallenschepselen weer in het scheppingsplanwil terugvoeren.

Veelal strekken voorbereidingsfasenzich over duizenden jaren uit. Zoals dewereldreligies van het arische tijdvak, dehermetische wijsheidsleringen, de tijdenvan het Oude Testament en van deGriekse wijsheid. Al deze religieuze im-pulsen zijn een uitdrukking van Hem dieis, die was en die altijd zijn zal: God, deGnosis, de bron van alle leven!

Gnosis geopenbaard in iedere mens

Allen die waarlijk iets van het Gods-plan begrijpen, staan in dienst van dezekracht, van deze wijsheid, die dan ook inelke religie sporen heeft nagelaten. Omdeze reden kan ook niet van een samenge-smoltenweten derRozenkruisers wordengesproken. Hun kennis verkregen en ver-krijgen zij niet door studie. Iedere menskan tot de bron doordringen, wanneer hijzich daartoe gereedmaakt.

In de drie manifesten die de middel-eeuwse Rozenkruisers geschreven hebben,wijzen zij er met nadruk op dat de godde-lijke kennis in iedere mens openbaar kanworden, mits hij bereid is ‘in Jezus onderte gaan’. Wie de vrijheid binnen wil gaan,

14

zo zegt de Fama Fraternitatis, moet zichzijn gevangenschap bewust worden. Pasdan is een reformatie mogelijk.

Demanifesten derRozenkruisers ont-stonden uit het drijven en voortstuwenvan het goddelijke vuur. De goddelijkeliefde klinkt in deze geschriften door. Zijbrachten een ontwikkeling teweeg, dieveel mensen wakker maakte en tot bezin-ning voerde. De oproepen werden doormenige gerijpte ziel spontaan aangeno-men en leidden ertoe dat ook zij over hetochtendgloren van een nieuwe mensheidschreven.Over dit onderwerp verschenenveel boeken en artikelen, die nog steedsdoor religieuze en zoekende mensen gele-zen worden. Hoewel deze stroming, doorverkeerd begrepen pogingen van de refor-matie en door de onlusten van de Dertig-jarige Oorlog, sterk gehinderd werd, waszij als voorbereidende fase voor de Aqua-rius-periode noodzakelijk.

Keerpunt der tijden

Voorbereidende fasen vormenook eenovergang naar een ander tijdperk. Bij deovergang van het Ram- naar het Vissen-tijdperk was de periode van het OudeTes-tament afgesloten. De Christus-instralingwerd sterker. De mens kon nu recht-streeks, dat wil zeggen zonder religieuzemiddelaar, zonder priesterschap, met degoddelijke kracht verbonden worden. Hijwas nu volwassen genoeg om te wetenwaar hij vandaan komt en waarheen hijgaat. Daarom konden de religieuze aan-drang en het verlangen naar deVerlosser inpraktisch christendom worden omgezet.Mensen die door deze versterkte goddelijkebemoeienis werden aangeraakt, ontmoet-ten elkaar in de eerste Christengemeenten,bij deBogomielen, deManicheee« n, de Albi-

15

genzen en de Katharen. Honderden jarenleek het erop dat de vlam uitgedoofd was.Maar steeds opnieuw kwamen er mensendie uit de eeuwige bron konden putten endie de goddelijke wijsheid doorgaven. Deactiviteiten van de middeleeuwse Rozen-kruisers getuigen daarvan.

In onze tijd staat de mensheid onderinvloed van de Aquarius-periode. Aqua-rius brengt ontmaskering en wakkerthet streven naar wijsheid aan. Zal demensheid, be|« nvloed door deze krachten,nu ook de manifesten der Rozenkruisersbegrijpen en herkennen en inzien dat ei-genwilligheid haar in de wereld gevan-gen houdt? Zullen velen ervaren dat het

Het vrijmakenvan de vijfdeether,18e eeuw,Bibliothe' que del’Arsenal, Parijs.

heilige vuur in het diepst van hun wezenpas kan vrijkomen, wanneer zij uit zuiverinzicht en verlangen spreken: ßHeer, nietmijn wil maar Uw wil geschiede.�?

Alchemisch proces is reinigend

Op dat moment kan een proces begin-nen dat de Rozenkruisers het alchemischproces noemden en waarin het sal men-strualis, het reinigende, goddelijke zout,al het onreine, zelfverheerlijkende, God-ontkennende teniet doet. Door dit alche-misch proces kan het onreine metaal ^dat is de aardse mens ^ oplossen en zalhet goddelijke goud ^ dat is de oorspron-kelijke mens ^ weer schitteren. Dit bete-kent: Door het vuur van den heiligenGeest worden wedergeboren!

De middeleeuwse Rozenkruisers zei-den echter ook ^ en dat zegt ook deGeestesschool van het Moderne Rozen-kruis ^ dat dit proces alleen door inzichten zelfovergave begonnen kan worden.Zo werd door de middeleeuwse Rozen-kruisers een ontwikkeling voorbereid diehet leven van de rijpe mensheid tot opdeze dag be|« nvloedt. De drie manifestenhebben wegen van kennis geopend, dievoor de mensen tot dan nog toegeslotenwaren. Het is een ervaringsreis die demensen plaatst voor de scherven van hunverkeerd begrepen mens-zijn.Nu herkentde mens dat de grenzen van het ik bereiktzijn en dat een egocentrische houdingnaar de afgrond leidt. Daarom zoekenveel mensen, misschien nog onbewust,naar een andere levenshouding, naar een

andere zin en inhoud van het leven diemeer overeenkomt met het innerlijkeweten.

Het verlangen naar nieuwemens-wor-ding brengt vele zoekers naar de Geestes-school van hetModerneRozenkruis, naareen krachtveld waarin de Christuskrachtversterkt doorwerkt. In dit krachtveldwordtmen zich ervan bewust dat een ego-centrische eigenzinnige houding de damis, die de mens van het levende water derherkenning scheidt. Hier wordt men zichook bewust dat JezusChristus de mensenniet van eenonvervulde taak verlost, maartot vervulling van deze taak aanzet. Eenopdracht die zich laat samenvatten in dewoorden: ßVolgt mij.�

Wie deze weg gaat komt innerlijk totrust. Dan is er geen jachtig, onstilbaar ver-langen meer naar aards geluk of zelfsweerstand tegen het goddelijke plan. Erzal dan begrip zijn voor de woorden uitde Fama Fraternitatis, die zij wellichtvaak hebben gehoord, gelezen en uitge-sproken en die nu in daad kunnenwordenomgezet:

ßDoor denGeest Gods ontstoken worden,in Jezus de Heer ondergaan endoor het vuur van den HeiligenGeestwedergeboren worden.�

Eens uit de bron van het leven ontsproten,keert de mens nu terug naar de bron vanalle leven.

16

Waarom ik een Rozenkruiser ben

( Toespraak van J.van Rijckenborgh in de periode 1940 -1945 )

De vraag die ik nu opwerp ligt mij zeerna aan het hart. Ik wil u namelijk gaanuiteenzetten, gaan verklaren, waaromik een Rozenkruiser ben. Ik bedoel datzo¤ : men is geen Rozenkruiser krachtenseen zich gaan verbinden met de wes-terse mysterieschool, men wordt hetniet door een lidmaatschap van het Ro-zenkruisers Genootschap. Nee, men isRozenkruiser krachtens een zekere fy-sieke, ziele- en geestesgesteldheid.

Menmoge zich vandeze gesteldheid be-wustzijn of niet, men moge ijveren in eenof andere esoterische arbeid of niet, de in-eigen gesteldheid, de ineigen staat bepaalthet ‘zijn’ of het ‘niet zijn’. Het is daaroverdat ik u spreken wil, over de fysieke, ziele-en geestesgesteldheid van de ware Rozen-kruiser.Van degene die dus krachtens zijnwezen, hoe dan ook, door het krachtveldvan de westerse mysterie« n wordt aange-raakt, althans, daarvoor in aanmerkingzou kunnen komen.

Ik gevoel mij tot deze bespreking ge-dreven, omdat ze ons zoveel leren kan,omdat ze zoveel licht kan werpen op talvan vraagstukken, omdat ze de somsvoor ons zo onbegrijpelijke handelingenvan vele mensen volkomen verklarenkan, omdat ze ons veel verdriet begrijpendoet.

Er is een oneindig leed in deze wereld,een natuurnoodzakelijk leed. En nu moethet zo bevrijdend worden geacht als de

mens dit leed verstaan gaat, naar zijn oor-zaken en krachtlijnenstructuur, opdat demens in het leed en door het leed de inner-lijke vrede vinden zou, opdat de mensdoor het leed heenbreken zou tot het licht.

Waarom ben ik een Rozenkruiser?Deze vraag is geboren uit verdriet en uitveel vertwijfeling. Deze vraag vloeit nietvoort uit een verstandelijk, bloedeloos ge-kozen onderwerp. Deze vraag welt op uithet diepste vanmijn ziel. Deze vraag is ge-boren uit bloed en tranen. Het is een con-sequente bezinning, na een worstelingvan vele jaren.

Die oorzaken gaan oneindig veel

dieper

Deze vraag brak met hartstocht naarvoren, toen het mij duidelijk werd dat derealiteiten en krachten diemij het hoogstegeluk, een innige geestelijke blijdschap, ende diepste ontroering brachten, voor an-deren als niets waren, door anderen ver-trapt werden als vuilnis, als vodden. Toenik mij bezon op het feit, hoe datgene, watmij deed stamelen van dankbaarheid, an-deren juist aanzette tot woede, tot agres-sie, tot wondende activiteit.Uzult zeggen:uw ondervindingen vloeien voort uit deactiviteiten van de klassieke zwarte vij-and, die alle kinderen des lichts, die alledienaren Christi tal van beletselen in deweg plaatst. Die alle lichtzoekers aanvaltbuiten en binnen het microkosmischesteslel. De vijand die van verwanten envrienden gebruik maakt om de arbeid indienst van de Christushie« rofanten onmo-

17

gelijk te maken. Dat is waar, doch het iseen halve waarheid. De oorzaken van dievreselijke gespletenheid gaan oneindigveel dieper. En om die oorzaken tot inhun inktzwarte afgronden te kunnen pei-len, moeten wij speuren in de dageraaddermensheidshistorie van de Luciferischenatuurorde. Daarom voer ik u terug naarhet eerste boek vanMozes, naar het eersteboek van deBijbel, opdat wij op de achter-grond van het daar verhaalde het ant-woord op de vraag: ßWaarom ben ik eenRozenkruiser?� volkomen zouden vinden.Wij lezen dan inGenesis 4 (volgens de ver-taling van Luther) het volgende:

ßAdam bekende zijn vrouw Eva en zijwerd zwanger en baardeKa|« n en sprak: Ikheb deman,deHeer verkregen. Enzij gingvoort en baarde Abel, zijn broeder; enAbel werd een schaapherder, maar Ka|« nwerd een akkerman.

En het gebeurde na enige dagen datKa|« n de Heer een offer bracht van devruchten des velds. En Abel bracht ookvan de eerstelingen zijner kudde en haarvet; en de Heer zag Abel en zijn offergenadig aan. Maar Ka|« n en zijn offer zag

Hij niet genadig aan.Toenwerd Ka|« n zeervergramd en zijn gelaat veranderde.Toensprak de Heer tot Ka|« n: Waarom zijt gevergramd en waarom is uw gelaatveranderd? Is het niet zo? Wanneer gevroom zijt, zo zijt ge aangenaam; maarzijt ge niet vroom, zo rust de zonde voorde deur. Laat haar echter niet haar wil,doch heers over haar. Toen sprak Ka|« nmet zijn broeder Abel. En het gebeurdetoen zij op het veld waren, Ka|« n tegenzijn broeder Abel opstond en hemdoodsloeg. Toen sprak de Heer tot Ka|« n:Waar is uw broeder Abel? Maar hij sprak:Ik weet het niet; zou ik mijn broedershoeder zijn? Maar Hij sprak: Wat hebt gijgedaan? De stem van het bloed uwsbroeders roept tot mij van de aarde. Ennu, vervloekt zijt ge op de aarde, die haarmond opengedaan en uws broeders bloedvan uw handen ontvangen heeft. Als gijde akker bouwen zult, zal hij u voortaanzijn vermogen niet geven; ongedurig envluchtende zult ge zijn op de aarde.

Maar Ka|« n sprak tot de Heer: Mijnzonde is groter dan dat ze mij kanvergeven worden. Zie, gij drijft mij heden

Bronzen adelaarbij deRenovatempel.

18

uit het land en ik moet mij voor uwaangezicht verbergen, en moet ongedurigen vluchtende zijn op aarde; zo zal hetmij gaan dat wie mij vindt, die zal mijdoden. Maar de Heer sprak tot hem: Nee,wie Ka|« n doodslaat, aan die zal hetzevenmaal gewroken worden. En de Heermaakte een teken aan Ka|« n, opdatniemand hem doodde die hem vond. Alzoging Ka|« n uit van het aangezicht desHeren en woonde in het land Nod tenoosten van Eden. En Ka|« n bekende zijnvrouw, die zwanger werd en zij baardeHenoch. En hij bouwde een stad,welke hijnoemde naar zijn zoons naam, Henoch.�

Overgebracht naar een andere

bewustzijnstoestand

Toen in de Paradijsorde de Lucife-rische krachten hun aanval vanuit hetlichtelement op de mensheid uitvoerden,kon de verdere openbaring van onze le-vensgolf onder de toenmalige conditiesniet verder worden voortgezet. De geva-ren die kosmos, wereld en mensheid doorde onheilige lichtgeesten bedreigden,wer-den te groot. Daarom werden die entitei-ten van onze levensgolf die zich reeds inde Paradijsorde hadden uitgedrukt, naarhun redelijk-zedelijk bewustzijn uit hetlichtelement teruggenomen en overge-bracht in eenbewustzijnstoestand die cor-respondeerde met het kosmische levende-waterelement. Om te begrijpen wat datzeggen wil, dienen wij de primaire ele-

menten, naar hun wezen en hun werk-zaamheid met elkaar te vergelijken. In deGodsorde werkte de mensheid naar hetredelijk-zedelijke bewustzijn met hetvuurelement. Dat wil zeggen, dat de men-selijke actieradius naar wil, wijsheid enwerkzaamheid onmetelijk was, dat hetmenselijke vermogen onbegrensd was,dat de mens naar zijn praktische expansi-viteit demonstreerde als een jonge god.Demenselijke geestgestalte doorkliefde hetuniversum als een bliksemschicht.

In de Paradijsorde arbeidde de mens-heid naar het redelijk-zedelijk bewustzijnmet het lichtelement. Dat wil zeggen datde menselijke actieradius naar wil, wijs-heid en werkzaamheid, vergeleken bij deGodsorde, in grote mate beperkt was. Devroegere dynamische, alomvattendegeestelijke vermogens waren sterk aanbanden gelegd en aan grote latentie on-derworpen. Maar nochtans leefde demens in de Paradijsorde in vervaarlijkezielegrootheid. Door het stralende, ver-warmende en alles doortintelende ver-mogen van het kosmische lichtelement,bestond er een volheerlijk hie« rarchischegemeenschap tussen vele verheven le-vensgolven. Aartsengelen, Engelen,Machten, Tronen verkeerden met demensheid van aangezicht tot aangezicht.Allen stemden mede in het hemelenkoorder geesten tot eer van God.

Doch toen dit koor der geesten, dezeverheven supernormale samenwerkingder hie« rarchiee« n, opnieuw verstoord

19

Overzicht vanconferentie-oorden van deGeestesschoolvan het GoudenRozenkruis,Lectorium Rosi-crucianum: linksThe Granary,VK;rechts Medellin,Columbia.

werd door de Luciferische machten, werdde jonge mensheid, teneinde haar te kun-nen beschermen, naar het redelijk-zede-lijke bewustzijn verbonden met het le-vende-waterelement. De mens werd instoffelijke begrenzingen opgenomen. Hijwas niet langer een burger van het univer-sum, begrepen naar het element vuur; hijwas ook geen burger meer van de plane-taire kosmos, begrepen naar het elementlicht; hij werd een bewoner van de aarde.De grenzen van zijnwoonwerden getrok-ken door de elementen water, lucht enaarde. Hij werd gevoerd naar een een-zaam, ongecultiveerd gebied, opdat hij inde aanvang geen schade zou bekomen vande Luciferische entiteiten, die toenmaalshet lichtelement trachtten te veroveren.En opdat hij later, wanneer de onheilig-heid macht over hem zou krijgen, de on-heilige ontwikkelingen en krachten nietzou kunnen overdragen tot alle werelden.Hij werd gevoerd in een gevangenis, tot-dat hij te gelegener tijd daaruit zou kun-nen worden verlost.

Zo was het mensheidsbeleven ge-worden toen die dramatische gebeurte-nissen zich vervulden, waarvan in hethier aangehaalde Genesisverhaal gespro-ken wordt.

Vroeger zette ik reeds uiteen, dat deuitstraling van de menselijke godvonkenuit het wezen Gods, niet in e¤ e¤ n tijdpuntmoet worden samengevat. Dit goddelijkeuitstralen vervult zich in golven, in groe-pen. Het aantal entiteiten dat tot e¤ e¤ n

Godsplan behoort, dient dan ook niet teworden begrepen als een vooraf strengvastgesteld geheel. Het aantal kan toene-men naarmate de reeds uitgestraalde enti-teiten het Godsplan uitdragen naar zijnwondere klaarten.

Toen de mensheid in de beperkingenvan het levende-waterelement was aange-komen, ging het goddelijke uitstralenvoort, opdat in de eerste plaats het plandes Heren zou worden vervuld, envoorts de mens, door het indalen vaneen nieuwe geestkern, opnieuw tenleven zou worden geactiveerd. Ookmoeten wij rekening houden met hetfeit dat e' n in de Godsorde e' n in de Para-dijsorde menselijke entiteiten waren ach-tergebleven, omdat zij niet door het Luci-ferische verraad waren geschonden.Deze groepen gaven zich deels over aanaardse geboorte, teneinde het grote werkte kunnen dienen, anderdeels vormdenzij een menselijke hie« rarchie van niet ge-vallen entiteiten, de dusgenaamde Ordevan Melchisedek.

Twee menstypen traden naar voren

Zo was het dan dat, uit de mensheiddie van de aarde-aards was geworden,door de geboorte twee duidelijk kenbaremenstypen naar voren traden in hetnieuwe leven: de Ka|« nmens en de Abel-mens. Wat waren dat voor menstypen?Ka|« n was en is demens in wie het geestbe-wustzijn het meest is geaccentueerd, de

Links: Chatham,N.Y.; rechts: LaNouvelle Aube,Cameroun.

20

mens die zich het meest verbonden voeltmet het vuurelement. Abel was en is demens in wie het zielebewustzijn hetmeest is geaccentueerd, de mens die zichhet meest verbonden voelt met het licht-element. De oorzaken van deze geschei-denheid zijn deels te zoeken in het feitdat de Ka|« nmens niet, of slechts ten dele,in de Paradijsorde was ingevoerd en hetlevensaccent in het zielebewustzijn niethad gekend. Anderdeels dienen wij dezeoorzaken te zoeken in het goddelijk voor-verordineren, opdat de mens, in de beper-kingen van de aarde-aards, nimmer e' n hetgeestesbewustzijn e' n het zielebewustzijngeheel vergeten zou en door de wielingentussen deze beide mensentypen uiteinde-lijk de weg omhoog vinden zou.

De Ka|« nmens is derhalve de vervaar-lijke, de dynamische, de vurige baanbre-ker, die zich bewust is van zijn grote gees-telijke vermogens en deze tot ontwikke-ling zoekt te brengen. De Ka|« nmenskomt dichtst bij die grote mens die voor-heen in de Godsorde zich uitdrukte alsmachthebbende. Daarom spreekt Eva, alszij deze Ka|« n voortbrengt uit haar bloed:ßIk heb de mens, de Heer ontvangen�,omdat in deze wereldmoeder Eva, als eenschemering van het verleden, de herinne-ring leefde aan de status der Godsorde,welke herinnering zij in Ka|« n werkelijk-heid zag worden.

De Abelmens is de zielvolle, de lief-devolle, de mysticus. Hem verontrustniet de schemering der goden. Hij

gevoelt niet de siddering van grote ver-borgen krachten. Hij boort zich nietmet zijn beide vuisten in de zwarteaarde, in pijnigend verlangen om tebouwen, om dat ongevormde te verhef-fen tot een schone tempel. Deze Abel-mens zit te zonnen in het licht zijnerziel. Hij zit te dromen en te zingen inde warmte van Gods lichtadem.Wat zouhij meer verlangen? Waar zou hij beterkunnen toeven? Spreekt zijn bloed nietbij iedere hartestuw van Gods liefde?Wat maalt hij om wereldbouw? Ziet hijdaar voor zich niet de schapen die hemalles geven wat hij voor zijn nooddruftbegeert? Nee, hij is geen ego|« st. Zijn zielbruist over van dankbaarheid. En zijneerste bezinning is een dankoffer vanzijn overvloed aan zijn God.

Abel gevoelt God, maar Ka|« n ke¤ nde

God!

En het offer van Ka|« n wordt niet aan-genomen! Hij vergramde, zijn gelaat ver-anderde, zijn aangezicht verviel van tome-loos leed. Bruiste door zijn bloed niet degodenschemering? Abel gevoelt God,maar hij, Ka|« n, hij ke¤ nde God. Zijn offerwas bewust, van binnenuit, gecelebreerd.Hij offerde niet met datgene wat hij ont-ving. Dat kon toch iedereen? Ka|« n offerdemet dat wat hij gemaakt en gedaan had!Waarom nam God dat offer niet aan? Zokreet Ka|« n ten hemel.Waarom nam Godzijn bouwstuk niet aan? Waarom ver-

Links: Fe¤ nix,Lagoa Santa,Brazilie« ; rechts:Christianopolis,Birnbach,Duits-land.

21

wierp God datgene wat hij gedolven haduit het aardediep? Hij wist het niet! Detuimeling der driften verstoorde zijn gees-telijk evenwicht.

Op dit psychologische ogenblik sprakGod tot hem: ßWaarom zijt ge vergramden waarom is uw gelaat veranderd? Is hetniet zo? Wanneer ge vroom zijt, zo zijt geaangenaam, maar zijt ge niet vroom, zorust de zonde voor de deur. Laat haar ech-ter niet haar wil, doch heers over haar.�Zie, deze vuurmens, deze geweldige,moet verstaan dat hij de ziel niet negerenkan. Dat hij, naar de geest de meerdere is,de alles omvattende, de bewuste. Maar ge-lijk Abel, moet hij naar de ziel de stille,devote, vrome zijn, de zich neerbuigende,die de handen vouwt in hunkerende aan-bidding. Waarom, zo vragen wij? HeeftKa|« n dan geen hart, heeft Ka|« n dan geenzieleleven? Blijkt het tegendeel niet uit hetfeit dat hij offerenwil aanGod, offerenwilvan binnenuit? Ja zeer zeker. Ka|« n beziteen zieleleven, doch dit zieleleven spreektniet van vroomheid. De bloedskrachtenvan Ka|« n, zijn drijven, zijn geestesgesteld-heid, zijn hart worden beheerst door zijnhoofd.

Door de ziel dient hij zijn geest te

ontvouwen

Wij dienen deze moeilijkheid te ver-staan met esoterische kennis. Het essen-tie« le levensbewustzijn van het Ka|« n- enAbeltype is gelegen in de lichaamsgestalte.

Iedere mens vindt op de aarde en in hetaardse zijn bewustzijnsgrond. Daaromdient hij vanuit deze aardse levenswerke-lijkheid God te zoeken enGod te vinden,door de samenwerkende delen van dedrievoudige mensheidsopenbaring volle-dig tot hun recht te laten komen. Dit bete-kent dat de wegen Gods slechts te vindenzijn door de volstrekte, innige verbonden-heid van geest, ziel en lichaam. Zonder dathet ene aanzicht wordt achtergesteld bijhet andere.

Het vinden van Gods verborgenomgang is mogelijk, wo¤ rdt mogelijk,door de toepassing van alle wetten vangeest, ziel en lichaam. Daarom behoortKa|« n niet uit te gaan van de geest, dochvan de ziel. Door de ziel dient hij zijngeest te ontvouwen. Door de ziel gloeithet licht dat van de Vader uitgaat. Hetlicht is het, de Christus is het, die onsde Vader verklaart. Zonder het zielelichtals leidend beginsel, is de vuurgeest Ka|« nde ongebreidelde, de onstuimige, de zoe-kende en daardoor de experimenterende,de alles wagende, en daardoor de val-lende, de mens die met verzengde vleu-gels in de afgrond stort.

Daarom lerenwij enwetenwij in onzeGeestesschool, dat het pad van hen die hetware leven zoeken, aanvangt in het hart,in het lichtheiligdom. Inware vroomheid,zonder vurige eigendunk, dienen wij onsoffer te celebreren op het altaar in hethartheiligdom en dienen wij Hem, die isboven alle eeuwen, te smeken te zijn als

22

Links: EdshultsSa« teri, Zweden;rechts: SoleNovo, Benin.

een lamp voor onze voet. In ware vroom-heid dienen wij aldus het licht Christi teassimileren. En dan zal de Ka|« nmenseerst waarachtig Ka|« n-de-bezitter zijn.Want door het licht wordt het vuur hemverklaard. Door het licht Christi wordthet vuur in het hoofdheiligdom ontsto-ken door God zelf en wordt God Ka|« ntot een gids bij het volgen van zijngrootse roeping. Alleen door het lichtvan de ziel is werkelijk goddelijke open-baring in het hoofdheiligdom mogelijk.Zonder goddelijke openbaring is Ka|« n,met al zijn geesteseigenschappen, eenverdoolde, een chaotische, die aan deene zijde breekt wat aan de andere zijdedoor hem is opgebouwd. ßZijt ge nietvroom, zo rust de zonde voor de deur.Laat haar echter niet haar wil, dochheers over haar.�

Abel is van nature een zielemens

Doch het valt Ka|« n zwaar deze les teleren. Vroomheid ligt hem niet. Devotieen spontane religieuze onderworpenheid,zemaken hembeschaamd en nerveus.Hijvoelt zich van binnenuit daarvoor tegroot.Het is te kinderlijk. Ka|« n wil wel of-feren, doch met rechtop gerichte gestalte,als een machthebbende. Ka|« n heeft nooitleren bidden. Hij leeft in een waan, in degrootheidswaan, in de zelfstandigheids-waan.

Deze waan verhoogt zijn drift jegensde meer primitieve, de ongekunstelde

Abel, die geen problemen heeft. Abelheeft geen moeite om te beginnen bij hetjuiste begin. Abel is van nature een ziele-mens. Hij leeft in het licht en leeft uit dewet van het licht. Abels rem is dat hij aanhet licht genoeg heeft, dat hij de hunke-ring naar het vuur niet ondergaat.Daarom blijft Abel kind en zijn verdereontwikkeling zal uiterst langzaam kun-nen gaan, want hem dreigt het gevaar vankristallisatie.

Dat ziet Ka|« n zeer goed in en daaromis hij geneigd het wezen van de ziel te on-derschatten en het zielebewustzijn vanAbel te verachten. Daarom besluit hij zijnzielebewustzijn te negeren, de zielewerk-zaamheid uit zijn wezen weg te rukken,het licht Christi de deur te wijzen. Zodoodt hij in drift de Abel in zichzelf. Enop de goddelijke roep antwoordt hij:ßBen ik mijn broeders hoeder?� De ziele-wet, de zielewerkzaamheid, ze interesse-ren hem niet. Hij is geen kind, hij is eenmens.

Doch de mens die het licht van deziel doodt wordt een duisterling. Hijkrijgt een donker oog. En hij, de magi-sche landbouwer, de exploitant van zijnhogere vermogens, verliest zich in deeigen chaos. De akker die hij bebouwtlevert hem geen vruchten. Maar zijn dy-namische temperament eist vruchten, hijwil resultaat en zo wordt hij ongedurigen vluchtend over de ganse aarde, die inopgaan, blinken en verzinken zijn hoopwekt, zijn energie aanzet, doch hem dan

23

Links: AquaViva,Brasilia; rechts:Bakersfield,USA.

weer neerkeilt tussen de puinhopen vanzijn kaartenhuizen.

In deze nood reikt God hem de hand

In deze droefenis komt Ka|« n tot in-keer: Mijn zonde is groter dan dat zij mijvergeven kan worden. Hij denkt zich dereddeloze, de opgejaagde, de des doodsschuldige.

Hij voorziet met zijn geestesoog dekomende haat van het Abeltype jegenshem. De vervolgingen die hij door alleeeuwen heen van deze mens te duchtenzal hebben. Hoe zal hij zich in zijn schuldkunnen handhaven? Temeer, omdat hijniet kan zijn gelijk Abel. Ook nu, terwijlhij ontdekt heeft dat zielenegatie, dat hetgemis aan ware vroomheid zijn onder-gang heeft bewerkt, ziet hij tevens zeerduidelijk in dat hij evenmin zal kunnenovergaan tot negatie van zijn geestesbe-wustzijn. De werkzaamheid van het vuurzal Ka|« n niet aan banden leggen.

In deze nood reikt God hem de hand.Hij bepaalt voor het Ka|« ntype een eigenweg van ontwikkeling en Hij geeft hemvoor alle eeuwigheid een vrijgeleide. Hijgeeft hem een onschendbaarheidsteken:ßWie Ka|« n doodslaat, aan die zal hetzeven maal gewroken worden. En deHeer maakte een teken aan Ka|« n, opdatniemand hem doodde die hem vond. Alzoging Ka|« n uit van het aangezicht desHeren en woonde in het land van Nodten oosten van Eden.� Dit land Nod, ten

oosten van Eden, wijst ons reeds onmid-dellijk op een nieuwe herrijzenis. Wijmoeten dit land Nod beschouwen alseen zieleherrijzenis die geheel in over-eenstemming is met de ineigen geestes-aard van Ka|« n. Het vuur en het lichtworden hier in evenwicht gebracht naarhun wetten en hun krachten. Eennieuwe zieletoestand wordt hier tenleven opgeroepen door de genade Gods.Een zieletoestand die aan de geest vol-komen de gelegenheid geeft zich naarzijn vermogens te ontplooien. Daaromstaat er: ßKa|« n bekende zijn vrouw, diezwanger werd en zij baarde Henoch. Enhij bouwde een stad, welke hij noemdenaar zijn zoons naam, Henoch.�‘Henoch’ betekent letterlijk ‘inwijding’.Ka|« n komt tot inwijding. Wat hij in zijnduizendvoudige rusteloze arbeid zochtmaar nimmer vond, dat wordt hem nugeschonken. Hij ontdekt de weg naaromhoog. Terwijl Abel in zijn zielestaatnog rustig zit te mediteren en te zonnenin Gods liefde, daar gaat Ka|« n voort vankracht tot kracht, met het teken der on-schendbaarheid in zijn ziel.

Dit teken der onschendbaarheid isgeenuiterlijk teken.Nee, het is eenbloeds-bezit, een bloedstoestand, teneinde Ka|« nsgeest in staat te stellen zijn doel te berei-ken. Ka|« n wil een hemelbestormerzijn.Welnu, God stelt hem daartoe in staat. Enzo dan, in zijn glorie, bouwt Ka|« n eenstad, de stad Henoch, de stad der inwij-ding, een pre-Christianopolis, een loge

24

Links: Graaltem-pel, Patos deMinas, Brazilie« ;rechts: Nova Luz,Fortaleza,Brazilie« .

omlaag, die de loge omhoog, de orde vanMelchisedek, tegenblinkt en haar oproeptmet de dynamische kreet: ßKom over enhelp ons!�

Zie, in alle dingen zie ik het antwoordopmijn vraag: ßwaarom ik eenRozenkrui-ser ben?� lichtend getekend. De Rozen-kruiser van binnenuit, naar lichaam, zielen geest, beantwoordt aan de volgende ei-genschappen:

� hij behoort tot het Ka|« ntype;� hij bezit krachtige bewustzijns-

accenten, die gelegen zijn in de geest-gestalte;

� hij heeft de neiging het ziele-accent ende zielewetten te negeren, ze te buigennaar zijn autoritaire smaak, ze teminachten vanwege zijn staat en zijngeaardheid;

� hij zal naar zijn bloedsdrang grote be-langstelling tonen voor de geesteswe-tenschappen en zal de geestelijkegoederen dezer wetenschappen assi-mileren als voor hem onmisbaarbrood;

� door deze nood zal hij zijn fout, zijnmoord jegens zijn ziel, ontdekken. Enhij zal naast de geesteswetenschappende vuurkerk Christi stellen, opdatdoor de controle en de werkzaamheidder ziel de geestesontwikkeling dejuiste richting zal kiezen;

� zo zal hij dus, door de geest Godsontstoken, in Jezus Christus onder-gaan in vrije overgave, opdat hij, door

de Heilige Geest wedergeboren,voort kan gaan voor het aangezichtdes Heren, naar het land Nod tenOosten van Eden. Dat wil zeggen:door de Heilige Geest tot een nieuwezielestaat gewekt, zal, geheel in over-eenstemming met zijn geaardheid, uithem geboren worden: Henoch, in-wijding. Geen inwijding van bovenafverleend! Inwijding uit hem geboren!

� en zo zal hij met zijn broeders naargeest, ziel en lichaam een stadbouwen. De stad Henoch, de logeomlaag, die uit de duistere geboorte-schoot der aarde, in de naam desVaders en des Zoons en des HeiligenGeestes roept tot de Hie« rofanten vanhet Licht: ßKom over en help ons!�

Zie, met dit zevenvoud van eigenschap-pen is de Rozenkruiser gekenschetst. Hijwerd door de eeuwen heen vervolgd enmen zocht hem te doden. Hij wordt ver-volgd enmen zoekt zijnwerk te vernielen.Men jaagt op hem, maar hij wordt ver-troost. Men kruisigt hem, maar hij leeft.God stelde aan hem een teken, opdat nie-mand hem doodde. Al wie iets tegen hemonderneemt, wordt zevenmaal geslagen,want hij arbeidt voor der mensen groteBroederschap. Hij heeft gevonden en ge-wonnen de roos aan het kruis.

J. van Rijckenborgh

25

Links: La NuovaArca,Dovadola,Italie« ; rechts:Gent, Belgie« .

Jan van Rijckenborgh

(1896^1968), grootmeester van de

zevenvoudige geopenbaarde Geestesschool

van het Gouden Rozenkruis:

ßDe onzichtbare wereld van de Levende Zielestaat is genaderd tot het aardsegebied en die zielen der mensheid, die gevoelig zijn voor haar ethervibraties.Wij hebben dit thans aanbrekend getij sinds lang aangekondigd en verwachtenin vertrouwen het wegbreken te mogen aanschouwen van de wolken deronwetendheid die zo lang het Licht dat uit de Innerlijke Hemelen schijnt,hebben verduisterd. Renova, conferentie 22 -24 juni 1968 .

Catharose de Petri

(1902^1990), grootmeesteres van de

zevenvoudig geopenbaarde Geestes-

school van het Gouden Rozenkruis:

ßWillen, denken, begeren en verlangen spelen vaak een verwoestend spel inons leven.Wanneer wij de chaos overzien van ons gevoelsleven, dan wetenwij dat onshart onrein is, en danwetenwij ^ daarhethart voor deGnosis detoegangspoort is tot ons levensstelsel ^ dat wij in de eerste plaats hebben testreven naar de reinheid des harten. Hoe reiner en zuiverder ons hart is, hoebeter en duidelijker de roepende stem van de gnosis in ons.�

27

De zeven hoofdtempels van het ModerneGouden Rozenkruis: pag. 26 l.b.: FoyerCatharose de Petri,Caux, Zwitserland;r.b.: J. van Rijckenborghcentrum,Haarlem,Nederland; l.o.: Renova, Bilthoven,Nederland;r.o.: Christian Rosenkreuz-Heim,Calw,Duitsland; pag.27: l.b.: Pedra Angular, Jarinu,Brazilie« ; r.b.: Noverosa,Doornspijk,Nederland; l.o.:Van Rijckenborgh-Heim, BadMu« nder,Duitsland.

28

De nieuwe taal van het hart

In het eerste Pentagramvan 1995 moch-ten wij met u bespreken dat het hart-heiligdom pas een nieuwe taal kangaan spreken als het totaal gereinigd is.Wij stelden vast, dat het gehele zeven-voudige hart correspondeert met dezeven kernbeginselen van de mens.Dat het hart de centrale zon is waaromhet menselijk leven wentelt, en boven-dien het middelpunt is van het geestelijkbewustzijn. En omdat de gehele samen-hang van het zevenvoudige microkos-mische stelsel niet zomaar in e¤ e¤ nademtocht kon worden uitgesproken,bleek al spoedig, dat er zoveel elemen-ten en aanzichten in deze opdracht be-studeerd moesten worden, dat deoverzichtelijkheid enigszins in het ge-drang kwam. Maar, zoals het met zove-le dingen gaat: men moet eerst tot eenbepaald veld van overweging do¤ o¤ rdrin-gen, voordat men het geheel op de juistewijze kan overzien.

Allereerst moeten wij dan bepalen, wa' twij moeten verstaan onder het sprekenvan een taal. Ieder levend wezen brengtdoor middel van het strottenhoofd minof meer gearticuleerde klanken voort.Deze klanken accentueren de verstande-lijke gesteldheid ofde gemoedsgesteldheidvan eenmens ofdier. Alle eventuelebewo-genheden, driften of denkflitsen kunnenin een klank worden omgezet. Maar dezeklank is geen taal. Wij spreken pas overtaal, als iemand door het gesprokenwoord zijn gehele gemoedsgesteldheid,zijn verstandelijke bewogenheid, zijn ge-hele toestand-van-zijn zodanig kan verkla-ren, dat zij voor een ander als een helderbeeld kenbaar wordt gemaakt.Want klankis in vele gevallen vormbepalend. Klank isvibratie, trilling. Zoals een gedachte of eenbegeerte vibratie is.

Onze taal is een gebroken realiteit

In prehistorische tijden was het zo,dat de ware mens uit het Koninkrijk derHemelen direct scheppend kon werkenmet behulp van klank. Aldus was klank

Links: Aurora,Wielun, Polen;rechts: Le Phe¤ nix,Guerville,Frankrijk; pag. 29links: Oristano,Sardinie« , Italie« ;rechts: La NuevoMercurio,Zaragoza, Spanje.

een scheppend fiat op hetgeen tevorenreeds bedacht en besloten was. Maar inonze verzonkenheid kunnen wij niet meerop die vaardigheid bogen. Het is nú zo,dat klank hoogstens verklarend kan zijn.Dat klank een verklaring geeft van eenmomentele toestand van zijn. Als zodanigis de taal van de huidige mens een gebro-ken realiteit. Door onze diepe verzonken-heid kan de oertaal niet meer wordengesproken. En het gevolg is dat er in dedialectische wereld volkomen spraakver-warring heerst. De sereniteit van kleur,vibratie, ordening, harmonie, geluid enspraak die voortspruit uit de goddelijkegedachte in het oorspronkelijke konink-rijk, is, door afvalligheid van de mensheidverworden tot een disharmonisch, sner-pend gekrijs.

Probeert u temidden van mensenge-woel eens twee minuten in uzelf in tekeren. Zodat u volledig uzelf blijft. Uervaart dan buiten u een volledige hek-senketel die onder meer wordt veroor-zaakt door de onmelodieuze geluiden uithet strottehoofd van de mens. Klankendie worden bewogen door het brein en de

Lorem ipsum dolor sit amet, consectetuer adipiscing elit, sed

diam nonummy nibh euismod tincidunt ut laoreet dolore

een scheppend fiat op hetgeen tevorenreeds bedacht en besloten was. Maar inonze verzonkenheid kunnen wij nietmeer op die vaardigheid bogen. Het isnu¤ zo, dat klank hoogstens verklarendkan zijn. Dat klank een verklaring geeftvan een momentele toestand van zijn.Als zodanig is de taal van de huidigemens een gebroken realiteit. Door onzediepe verzonkenheid kan de oertaal nietmeer worden gesproken. En het gevolg isdat er in de dialectische wereld vol-komen spraakverwarring heerst. De sere-niteit van kleur, vibratie, ordening, har-monie, geluid en spraak die voortspruituit de goddelijke gedachte in het oor-spronkelijke koninkrijk, is door afvallig-heid van de mensheid verworden tot eendisharmonie.

Probeert u temidden van mensenge-woel eens twee minuten in uzelf in te ke-ren. Zodanig dat u volledig uzelf blijft. Uervaart dan buiten u een volledige heksen-ketel die onder meer wordt veroorzaaktdoor de onmelodieuze geluiden uit hetstrottenhoofd van de mens. Klanken dieworden bewogen door het brein en de

Het hart volgens de oude en de nieuwe schepping.Geheime Figuren der Rosenkreuzer.

29

emotionele gesteldheid van het bloed opdat moment. Hiermee hebben wij al hetbewijs dat de uitdrukking van de godde-lijke gedachte ver te zoeken is. En wijzien dat de grote verwijdering van het oor-spronkelijke leven resulteert in een nietmeer direct verbonden zijn met het oer-prana.Ten gevolge daarvan is de algemeendegenererende kracht opgetreden. De he-melse mens ontsliep en de dialectischemens rees op.

Babylonische spraakverwarring nog

altijd actueel

De spraakverwarring van Babel wa' sen |' s nog steeds een historisch-weten-schappelijke noodzaak. Wanneer mentracht de hemelse gewesten en krachtenaan de dialectiek te binden, dan kandaar niet anders dan verwarring uitvoortkomen. Zo heeft de mens in deloop der tijden ^ voor zover hij esote-risch gericht was ^ door middel vanmantrams of krachtspreuken getrachthet oorspronkelijk scheppend vermogenvan de hemelse mens in de dialectischemens te realiseren.

Wij hebben voortdurend nieuwe po-gingen ondernomen om u duidelijk temaken, dat de mens met zijn dialectischestelsel de hemelse mens nooit zal kunnenaandoen. Wanneer wij dat proberen, isdat altijd een poging tot diefstal of

nabootsing. En daardoor bewerken wijeen nog grotere verankering in de stofdan men momenteel voor denkbaar zoukunnen houden.

U kunt deze dingen duidelijk inzien,als u de functies van het scheppendstrottenhoofd bestudeert in relatie tothet gehele lichaam. Het strottenhoofdligt in het hoofd-hart-systeem. Ditgehele systeem wordt gecontroleerddoor de medulla als verbindendeschakel. De medulla ligt achter in hethoofd en onderhoudt een krachtigebinding met de vijf longkamers en huninhoud. Over de longen spraken wijreeds eerder uitvoerig. Wij kwamen totde conclusie dat er maar een deel van deatmosfeer in de longen door ademhalingwordt ververst. Er is dus sprake vanmenging van achtergebleven lucht meteen beetje verse lucht.

Uw aurische sfeer wordt gedwongen

om mee te doen

Een bekende uitdrukking luidt: ’Om-standigheden maken de mens.’ Dat iseen veelvoudige waarheid. Toen de pre-dialectische mens van Gods padenafweek ^ door het fiat dat hij toen nogkon spreken ^ schiep hij eigenomstandigheden waarvan hij later hetslachtoffer werd. Kiest u voor uzelf ^hetzij bewust, hetzij door geboorte en

30

Links: ChateauTourtel,Tanton-ville, Frankrijk;rechts: SchlossNeustein, Stein-feld a/d Drau,Oostenrijk.

31

opvoeding ^ een vunzige en disharmoni-sche omgeving, dan kan het niet andersof uw hele levenssfeer wordt door dezeomgeving doordrongen. Ook uw auri-sche sfeer (dat is uw ademveld dat in di-recte binding staat met uw in- en uitade-ming) wordt gedwongen deze levenssfeertot de zijne te maken.

Zo zal de atmosfeer die achterblijft inde longen in overeenstemming met die le-venssfeer raken. Als u maar lang genoegkunt volhouden. Verder zullen uw bloed,uw gevoelscentrum, uw denkcentrum enuw handeling het bewijs leveren van hetmilieu dat u gekozen heeft. Uw hele le-vensstaat getuigt daarvan.

Besef verkrijgen van uw

verontreinigde staat

Wanneer iemand nu zo van binnen envan buiten e¤ e¤ n is geworden en plotselingbesef krijgt van de verontreinigde staatwaarin hij verkeert, zal er heel wat gerei-nigd moeten worden, voordat die toe-stand merkbaar verandert. Met een paarmaanden niet roken, niet drinken en ve-getarisch leven heeft u nog geen gereinigdhart gekregen.

De redding en de verlossing van demens en de zuivering van zijn longensys-teem hebben dan ook niets te maken met

bekeringsdrift op het zondaarsbankje vaneen religieuze groep. Het is een klaarbewust, wetenschappelijk proces. Voordatiemand kan zeggen: ‘Ik ben gered’, of ‘ikben verlicht’, moet er heel wat in dat levenprocesmatig, klaar bewust worden ont-wikkeld en veranderd.

Als het u heilige ernst is met hetproces van vernieuwing te beginnen,moet u zich eerst bewust worden vanuw disharmonische levensstaat. En vande wetenschappelijk bewijsbare staat vanvervuiling van al uw voertuigen. Pasin die levensnood die uit dat bewustzijnoprijst, ontdekt u wie en wat Christus is.Wie en wat de Christushie« rarchie is enwat deze voor u betekent.

Christus’ kracht voert u tot

opstanding

Voorts gaat u ontdekken hoe deChris-tusradiatie in plaats van een diepere valvoor u een opstanding zou kunnen wor-den. Want door alle tijden heen heeftde miljoenenvoudige religieuze scharewel ondervonden ^ en is haar bewezen ^dat verkeerde reacties op de goddelijke le-venswetten leiden tot een val.

Wat de opstanding betreft die in Hemtot stand kan komen, daarvan moet deeerste letter van het verlossingsalfabet

Links: Foyer de laLicorne, St. Jean-de-Fos, Frankrijk;rechts: Sutton,Que¤ bec,Canada.

nog klinken voor demassa.Wat dat betreftmoet de nieuwe taal nog door de mens-heid worden geleerd. In de Geestesschoolvan hetGoudenRozenkruis achtenwij denieuwe taal heel goed mogelijk, wanneereen mens zeer ree« el en in vol bewustzijntot volledige ik-verbrokenheid is ge-komen. Als hij een gelouterd en gereinigdhartheiligdom heeft dat inChristuskrachtbezegeld is en licht en straalt voor zijnomgeving.Wanneer op dezewijze de klan-ken van het strottenhoofd naar voren ko-men, zal ^ en dat kan niet anders ^ hetdaaruit voortvloeiende woord nieuw enscheppend zijn. Daarom moet iedereleerling in de Geestesschool van hetGouden Rozenkruis zeer diep beseffendat de oorspronkelijke taal, de taal vanhet scheppend fiat, niet door enig dialec-tisch ingesteld wezen kan worden gespro-ken. Om dat te kunnen moet een menseerst de weg van wedergeboorte gaan.

Wanneer u enig besef heeft gekregenvan uw ‘staat-van-zijn’, enig begrip vanwat het wil zeggen als iemand in het pro-ces van wedergeboorte staat, dan weet udat er tussen uw eventueel minder ofmeer gecultiveerde dialectische levens-staat en het proces van wedergeboortenog een zeer diepe kloof ligt. Deze kloofnuwil deChristushie« rarchie overbruggen

met de verlossingstaal van het hart. Maarvoordat deze verlossingstaal kan wordengesproken, moet een intense reinigingvan het hart plaatsvinden.

Een diepe kloof overbruggen

Daarom nu de vraag: hoe reinig ikmijn hartheiligdom, opdat ik in de naastetoekomst de nieuwe taal van het hart zalkunnen spreken? Het antwoord luidt:door in de eerste plaats oog te krijgenvoor de omgeving waarin u leeft. Oog tekrijgen voor de plaats waarin u zich be-weegt. Umoet zijn wie u bent. Belangrijkis, dat u uw eigen levensinstelling en uwmilieu grondig bestudeert en afmeet aande levensleer die u alleen in Christuskunt vervullen.

U reinigt alleen da' n uw hartheilig-dom, als u grondig durft doorschouwen.Bij en in uzelf. Als u durft zien of de leerdie u assimileert en het leven dat u uit-draagt, met elkaar in harmonie zijn. Enwanneer er dan nog iets hapert ^ en ge-woonlijk mankeert er wel het een enander aan ^ dan moet u met niets ont-ziende moed uzelf en de omgeving die uzich gevormd heeft, durven aangrijpen.Omdat het juist da' t is,wat uwbloedsreini-ging in de weg staat.

32

Links: Karapiro,Nieuw Zeeland;rechts: Pelika¤ nKonferenciahely,Uny¤, Hongarije.

Persoonlijke revolutie is

noodzakelijk

U moet een persoonlijke revolutiegaan doorvoeren. Als u niet de moedhebt bij uzelf te beginnen en de hand ineigen boezem te steken; als u niet eerst debalk in eigen oog gaat zien; als u niet be-gint bij u thuis, maar to¤ ch de bevrijdendeleerstof blijft inademen, dan zullen volle-dige disharmonie en verwarring ^ zo dezeal niet zijn opgetreden ^ het onvermijde-lijke gevolg zijn. Wij kunnen er in uweigen levensbelang niet genoeg op aan-dringen, dat u het proces van vernieuwingbij uzelf begint. En dat u die vernieuwingook toepast op de omgeving waarin uwprive¤ leven zich afspeelt.

Als u dan zo¤ streeft en worstelt om totreiniging te komen, dan zult u ^ vanonder af aan ^ het dynamische verlos-singsproces kunnen inzetten.Dat is debe-

tekenis van hetmoment in het verhaal vande Verloren Zoon, waarin deze afscheidneemt van zijn zwijnenstaat. Als u zo uwterugkeer naar het verloren land bewustkunt aanvaarden, ontwikkelt zich daar-door een nieuwe vibratie in uw ademveld.Een nieuw, sterk magnetisch vermogen.Het is dit magnetisch vermogen, dat instaat is bindingen tot stand te brengenwaardoor u zichzelf kunt optrekken totin een hoger afgestemd veld van leven.

Beschikking over een nieuw

ademveld

Wanneer u het zover hebt gebracht datu over zo’n nieuwademveld kuntbeschik-ken en u daarin enige kracht heeft erva-ren, dan zult u uw magnetisch verlangendaarin willen verklanken. Laat die ver-klanking dan een gebed zijn. Want als uzo, vanuit uw verzonken staat, bent weg-

33

Albasten duif inFoyer Catharosede Petri,Caux,Zwitserland.

gevlucht en u in die toestand uw biddendverlangen kenbaar maakt, zal uw gebedverhoord worden. Want de Heer van alleleven ‘laat geen bidder staan.’

En dan gebeurt het! Dan begint deontwikkeling.Want door de mogelijkheiddie van onderen op geschapen is ^ hetnieuw-magnetisch vermogen van hetademveld ^ kunnen de zuivere Christus-krachten het ademveld binnengaan. Opdeze basis leert u dan uw dialectisch le-venssysteem opheffen en bewust ziet uhet nieuw opkomende zonnelicht als eenrealiteit verrijzen.

Door in dit nieuwe teken op te staan,erin te ademen en het uit te ademen, zult uuw longensysteem reinigen. Met alle on-metelijke gevolgen vandien. Dan komthet moment dat het bloed merkbaar ge-zuiverd is: nieuw, verlossend denken; eennieuw gevoelsleven. En een nieuwe han-deling. Als gevolg ontwikkelt zich eennieuwe stofwisseling, vanwege de eenheidmet Gods zuivere ethers. Als u zuiver be-vrijdende etherwerkingen in- en uit-ademt, wordt de stofwisseling zo ideaalgemaakt, dat de vernieuwing van stoffe-lijke atomen ^ door hun hoge trillingsge-tal ^ gelijke tred houdt met de slijtagedoor het verbrandingsproces. Wanneer udan bovendien uw bestaan gaat wijdenaan een volledig nieuw leven, dan zal hetlevende water van Gods Heilige Geest er-voor zorgen dat het middelpunt van uwwezen ^ uw hartheiligdom ^ met de dagin glans en straling toeneemt. Waardoor

de nieuwe taal van het hart steeds meertot een bruikbaar vermogen kan uit-groeien.

Hoe wordt die nieuwe taal

geschreven?

Tot slot rest nog deze vraag: Hoe zalde nieuwe taal luiden? En uit welke ka-rakters zal zij bestaan? De nieuwe taalzal culmineren in het vaste magischebesluit de gehele dialectische wezenheidop te heffen. Opdat de hemelse mensweer leven zal. Met andere woorden: uitdeze streng doorgevoerde revolutiewordt de levenskandidaat een Maria die,door haar innerlijk revolterende kracht,de geboorte van de nieuwe Jezus aan hetlicht tilt. Uitsluitend uit deze lichtendemoedersfeer kan de hemelse mens, de Je-zusmens, oprijzen. Eenmaal tot eenMaria geworden, is aanraking uit deHeilige Geest duidelijk en vanzelfspre-kend. En de nieuwe taal zal gesprokenworden via het scheppende woord. Alsgevolg hiervan zal de Christusmanifesta-tie zich voor iedereen in wie het nieuwebewustzijn ontwaakt is, duidelijk zicht-baar aftekenen. Als een helder te door-schouwen beeld.

Dat u spoedig de nieuwe taal van hethart zult kunnen spreken!

Catharose de Petri

34

De wetenschap van innerlijke vrijmaking

Men zegt dat kennis macht is. In hetmaatschappelijk leven wordt die uit-spraak dagelijks bevestigd.Ook het om-gekeerde!Maarhoe staathet danmet dekennis die als Gnosis wordt aangeduid?Is het werkelijk zo, dat er een essentie« lekennis is die boven het verstand van demens uitgaat?

Om dat te kunnen onderzoeken, moe-tenwij eerst onze aandacht bepalen bij be-grippen als ‘weten’ en ‘leren’. Gewoonlijkbetekent leren het verstandelijk opnemenen opslaan van informatie.Wat zo van bui-tenaf aan informatie wordt verkregen,wordt naar behoefte in het geheugen op-geslagen en kan ^ voor zover nog aan-wezig ^ desgewenst worden opgeroepen.Dezemanier van leren is een verstandelijkproces. Het leidt tot een mentaal wetenmetbeperkte levensduur. Aldus vergaardekennis is dus het resultaat van activiteitenvan het ik dat zich tijdens zijn ontwikke-ling van de wieg tot het graf naar buitenricht en op de wereld orie« nteert. Daaruitis de cultuur van het materialisme ont-staan: politiek,wetenschap en maatschap-pelijk leven gaan geheel en al uit van datproces. Wie veel van dit soort kennisheeft verzameld, heeft aanzien. Wie zijnkennis met betrekking tot andere schep-selen handig weet te gebruiken, krijgtmacht over hen. Zulke kennis is dus weldegelijk macht.

Beperkte kennis van het ik

De vraag rijst echter ^ gezien de loopvan de geschiedenis van de mensheid ^ ofdergelijke kennis wel in staat is om deraadselen van het leven op te lossen. Kanmen door het aanleren van antwoordenopprincipie« le vragen deWaarheid vinden?Is er langs die weg ooit een afdoend ant-woord gegeven op vragen als: wie zijn wij,waar komen wij vandaan, waarheen gaanwij? Ervaring leert meer en meer hoe be-perkt de kennis van het ik kan zijn. Er blij-kenduidelijke grenzen te zijndiehet ikmis-schien in schijn kan overschrijden ^ doorbijvoorbeeld drugs te gebruiken ^ maarniet in werkelijkheid.Want na alle vreugdedient het gewone dagelijkse leven met alleproblemen zichweer aan.

Is het leven dan een zinloze cirkelgangvan problemen? Of is er een ander soortweten dat demens boven al zijn dagelijkseangsten en zorgen kan verheffen? Kennisdie door een ander leerproces kanwordenontvangen? Dat leerproces heeft de mens-heid altijd vergezeld op haar levensweg enwordt onderwezen in mysteriescholen.Dit leerproces berust op her-innering enheeft betrekking op de gehele mens. Dusniet alleen op het ik, als leidsman van deviervoudige persoonlijkheid. Het beperktzich niet tot het verstand, maar gaat uitvan de ziel. De ziel is het levensprincipe,het levensplan dat aan het bestaan vaneen mens ten grondslag ligt. Dit alles om-vattende levensplan gaat het normale be-

35

grip van de mens verre te boven. Het kande grenzen van ruimte en tijd doorbrekenen voert de mens terug naar de eeuwig-heid.

Nu is de huidige ziel zodanig beperktgeraakt, dat zij die taak niet zonder meerkan volbrengen. Daarom wordt er onder-scheid gemaakt tussen de ziel die aan denatuur gebonden is ^ de natuurziel ^ ende ziel die met het goddelijke leven ver-bonden is ^ de goddelijke of onsterfelijkeziel. De eerste zoekt naar haar levensdoel,de laatste ke¤ nt het. De eerste meet hetleven met behulp van zintuigen, ik-bewustzijn en verstand, de tweede put uitde oneindigheid en is aan geen enkeleaardse maatstaf gebonden. In deze zielbevat het begin reeds het einde, zoals devolwassen plant reeds in het zaad verbor-gen is.Voor haar bestaat er geen tijd, alleeneen ontwikkelingsfase waarin zij zich kanontplooien.

Gebrek aan inzicht

De woorden ontplooiing en ontwik-keling geven aan dat iets ^ dat altijd alexisteert! ^ zich gaat openbaren, vrijma-ken. De aardse ziel is een complex sys-teemdat slechts zeer ten dele door het ver-stand kan worden gepeild; de onsterfe-lijke ziel kan niet door het verstand wor-den begrepen, want die gaat de beperkin-gen van het verstand verre te boven.

In alle mensen bevinden zich moge-lijkheden om deze onsterfelijke ziel vrijte maken. Maar tijd en ruimte beperkenhet aardse bewustzijn en verhinderen deonsterfelijke ziel in haar openbaring. Demens wordt volledig beheerst door zijndenken dat berust op zintuiglijke waarne-mingen en sym- of antipathiee« n. Er is van-uit die aardse ziel geen enkele relatie met

het werkelijke Leven. En omdat die relatieontbreekt, blijft de mens ^ ondanks allegeluk dat hijmag beleven ^ innerlijk onte-vreden en onvervuld.

Deze situatie kan als volgt wordenge|« llustreerd: een bouwmeester ontvangteen zending bouwmaterialen, maar,omdat hij het project nog niet kent, weethij niet wat hij ermee aanmoet.Hij begintdan maar op goed geluk het materiaalsamen te voegen tot een huis, hoewel hetmisschien de bedoeling was een brug tebouwen. Het resultaat zal dan wellichtzeer onbevredigend zijn.

Iedere mens is een bouwmeester diehem onbekende bouwmaterialen ont-vangt. Kent hij de zin van zijn leven?Heeft hij het levensplan bestudeerd?

De ziel bevat het levensplan

Wie de zin van zijn leven wil ontdek-ken, zijn taak in het leven wil begrijpen,zal zich moeten leren losmaken van opge-legde en aangeleerde kennis en weten-schap en zich bewust moeten wordenvan de oorspronkelijke ziel. Want dezeziel bevat het levensplan, het bouwplan,de kennis, de wetenschap die daartoe die-nen. En die kennis, die wetenschap moe-ten eerst worden vrijgemaakt om hetbouwplan te kunnen dienen.

Maar hoe moet men dan handelen?Wie is zich nog bewust van zijn oorspron-kelijke, onsterfelijke ziel? Voor velen is dekennis daaromtrent verloren gegaan. Deeerste schrede op weg naar de verlossinguit het leven van ik-centrale beperkingen,is inzien dat het aardse leven ^ en dus ookde aardse ziel ^ beperkt wordt door de di-mensies van ruimte en tijd. Daarom radenmysteriescholen hun leerlingen aan opzoek te gaan naar de wetten en krachten

37

Verknoopt engeketend aanvermolmdewaarden.FotoPentagram.

die de mens en zijn wereld vormen en be-palen. Om da¤ a¤ rvan kennis, de juiste ken-nis te verkrijgen.

Om zich te her-inneren hoe het ‘ware’leven er uitziet. En dan ontdekt men, datde mens totaal gebonden is aan beeldendie door ruimte en tijd zijn voortgebracht.Tijd en ruimte hebben hem volledig inhun greep. Het leven wordt bepaald doorcycli van jaren,weken, uren, seconden. Ie-mand heeft te veel of te weinig tijd. Wielaat zijn dagelijks leven niet bepalen doorzijn herinneringen of door zijn toekomst-plannen die op deze herinneringen zijngebaseerd? Slechts zelden ervaart menhet heden zoals het is.

Daarnaast is het leven van de menssterk bepaald door de ruimte waarin hijzich bevindt. Zijn lichaam, zijn gezin,zijn werk, zijn wereld, de grote wereld enhet heelal. Er is geen uitwijkmogelijkheid.Ruimte en tijd zijn de grenzen van het be-staan. Binnen die ruimte en tijd verschijntalles in tegenstellingen: tegenover bovenstaat beneden, tegenover groot staatklein, tegenover licht duister, tegenoverschrander staat dom, tegenover vrouwe-lijk staat mannelijk, tegenover leven staatdood, tegenover oorlog staat vrede. Eenlijst zonder einde. Elke bloem die zichopent voor het zonlicht, zal na haar bloeiverwelken. Tegenstellingen zijn dus ge-bonden aan ruimte en tijd. Deze dimen-sies zijn wetten en wetten scheppen orde.Niet een orde die theoretisch kan wordenbeschouwd, maar een orde die zich be-wijst in eenonontkoombare, corrigerendekracht. Wie als individu of als collectiefdeze orde wil doorkruisen en verbreken,moet ook de consequenties durven aan-vaarden. En hopen dat hij/zij ze goedheeft ingeschat!

Herinnering aan de oorspronkelijke

mens

Iedereen weet dat hij eens moet ster-ven. ßUit stof zijt gij en tot stof zult gij we-derkeren.� zegt de Bijbel. Tegen deze wetkan de mens niets doen.Waarom geeft dedood over het algemeen een onaange-naam gevoel, terwijl andere natuurwettenprobleemloos worden aanvaard? Komtdat misschien doordat er iets van een her-innering aan het oorspronkelijke levengaat gloren? Vermoeden wij misschien,dat iets, diep in ons wezen, onsterfelijkmo¤ e¤ t zijn? Iets dat verder leeft, ook alshet lichaam sterft? Tracht u dat te her-in-neren! Zoek naar onsterfelijkheid, naareeuwigheid! De grens tussen sterfelijk-heid en onsterfelijkheid kan niet zondermeer gepasseerd worden. In de Bijbelstaat: ßMijn Rijk is niet van deze wereld�en ßVlees en bloed kunnen het HemelrijkGods niet bee« rven.�

Uit de uitspraak: ßMijnRijk is niet vandeze wereld�, blijkt dat er twee rijken zijn,twee levensvelden: Het Koninkrijk Godsen de wereld van ruimte en tijd. Dus ooktwee wetten of ordeningen. Aan de enekant de wet van de tijd-ruimtelijke wereld,de wet van de polariteit, die voor alle le-vensdomeinen opgaat, ook voor de liefdetussenmensen. Aande andere kant dewetvan de eeuwigheid, de wet van de ware,goddelijke Liefde.

Hoekanmendezeordeder eeuwigheidher-kennen en ervaren? Om deze vraag tekunnen beantwoorden, moetenwij zoekennaar de zin van het leven in ruimte en tijd.Die wereld noemt men wel de oefenschoolder eeuwigheid.Want daarin moet de mensdoor ervaring leren inzien dat menselijkeliefde de hogere levenswet niet kan vervul-

38

39

len.Die erkenning, dat inzicht wekt het ver-langen naar de ene Liefde die boven dehoogste vorm van wereldse liefde uitgaat.De natuur is het leerboek vanGod. Daarinstaan de wetten der eeuwigheid opgete-kend. En de mens, hij staat er middenin.Maar hij vraagt niet naar die wetten,omdat hij meent belangrijker dingen temoeten doen...

Ik is ik

Waarom eigenlijk draait de mensvoortdurend om de oplossing van zijn le-vensproblemen heen? Zit zijn ik hem inde weg of zijn ziel?Wie ontvlucht de juisteoplossing?Wie heeft er altijd te weinig tijdom zich in Gods Wet te verdiepen? Wievoelt zich beperkt? Wie heeft er angstvoor de dood? Is dat niet het ik dat deziel gevangen houdt? Nu zegt men wel:ßJa, ik ben nu eenmaal die ik ben. Ik isik.� En daarmee sluit men als het warehet eigen ongelijk, het eigen falen uit. Ter-wijl dat ik zelf de oorzaak van alle proble-men is!

Hoe is dat ik ontstaan? Het wordtdoor denken, gevoelen en handelen opge-bouwd. Het is de som van alle gedachten,gevoelens en handelingen in heden en ver-leden. Daarom leeft het ook uit al die beel-den en gevoelens die het zelf oproept. Hetleeft uit de illusies die het zelf vervaardigt.En daarom heeft het niets substantieels.Het wortelt in de wetten van deze werelden heerst bij de gratie van de eeuwigheid,zonder die eeuwigheid te willen of kun-nen erkennen. Onder de wetten van hetoorspronkelijke levensdomein van demens zou het wegsmelten als sneeuwvoor de zon.

Omtot de eenheid, de eeuwigheid, het

herkennen van de ware, goddelijke Liefdete kunnen geraken, moet het ik terzijdetreden. Dit kan pas gebeuren wanneerwij het in onszelf hebben herkend; wan-neer wij een standpunt hebben gevondendat buiten het ik staat. Onze sterfelijkepersoonlijkheid heeft pas werkelijk zin inhet leven, wanneer het onvergankelijkeleven ^ waarvan de kern zich in de mensbevindt! ^ wordt geaccepteerd als de enerealiteit. Die realiteit is nader dan handenen voeten. Zij bevindt zich in de stilte vanhet gereinigde hart. Zodra dus het opdrin-gerige, onvermoeibare streven om zich-zelf te handhaven kan worden gezien als

Ieder vult hetbeeld in naareigenwaarnemin-gen en gedachten.DeMuseumbe-zoekers, brons.Assen,Neder-land.

leerschool voor de eeuwigheid, is reedsiets van de grenzen van ruimte en tijddoorbroken.

De weg die voert naar ware kennis of

Gnosis

De gnostieke weg is de weg waarop deware kennis ^ de Gnosis ^ kan wordenvrijgemaakt. Het kan lang duren voordatde heimelijke streken van het ik wordendoorzien, onbevooroordeeld worden be-zien en geaccepteerd. Het is een weg dieabsolute waakzaamheid vereist. Door hetgroeiend bewustzijn van de ware ziel ont-staat een totaal nieuwe dimensie in hetleven. Alle hulp die nodig is om zich indie nieuwe dimensie te orie« nteren, komtop het juiste moment.Wie ogen heeft omte zien en oren om te horen, kan de gehei-men van het Godsplan vanuit dat nieuwebewustzijn leren zien. Zo kan zich eennieuw leven openbaren; een eeuwigheids-leven temidden van het sterfelijke bestaan.De mens is immers als een vrucht waarineen zaad verborgen ligt! Welnu, als dateeuwigheidszaad zich gaat openbaren,zal ook het eeuwigheidsleven een feit kun-nenworden. Inde oosterse wijsheidwordtdat zaad aangeduid als ‘het juweel in delotus’. Bij dat zaad knoopt de LiefdeGods, de Gnosis, direct aan. Wie zichdaarvoor openstelt, treedt in de eerstefase van de christelijke mysterie« n binnen:dat is de fase van het geloof. De aanrakingvan de eeuwigheid wordt dan in het hartervaren.

In de tweede fase van de christelijkemysterie« n staat de mens in de fase van dehoop. Het is de ervaring van de nieuwe be-zieling. Het zaad begint te kiemen. Eennieuw vermogen om goed en kwaad van el-kaar te onderscheiden, ontwikkelt zich. Dekiem breekt uit het donker van de aarde ende jonge loot strekt zich uit naar het licht.

Alle tegenstanden worden teniet

gedaan

De hoop leidt naar de derde toestandvan de christelijkemysterie« n: de liefde.Deware ziel is wedergeboren, zij is nu denieuwe wet. Alle tegenstanden wordenteniet gedaan, alle tegenstellingenwordenopgeheven. God en Mens zijn e¤ e¤ n. Uit dekiem heeft zich een plant ontwikkeld ende bloei begint.

Zo keert de mens terug naar de godde-lijke volkomenheid.De hogere wet voltrektzich, het lagere valt weg. De oorspronke-lijke kennis, de Gnosis, is nu vrijgemaakt.

Johannes schrijft in de proloog vanzijn Evangelie: ßZovelen Hem aangeno-men hebben, dien heeft Hijmacht gegevenkinderen Gods te worden.� Hem aanne-men, ruimtemaken voor het eeuwigheids-zaad in het hart, leidt tot het verkrijgenvan de Gnosis. Dat is: kennis aangaandehet eigenwezen, kennis aangaandehet be-staan, aangaande het doel van het leven.Die kennis is een macht die alle anderemacht te boven gaat. Zij toont de wareLiefde, die niet uit het aardse bestaanvoorkomt. Die Liefde en de erkenningvan die Liefde zijn de vertrekpunten voorde terugkeer naar de goddelijke Almacht.In de nieuwe ziel ligt het plan van bestem-ming. Zij staat op het kruispunt van hori-zontaal en verticaal leven. Als dit spiri-tuele centrum in de kracht van de Chris-tus wordt geactiveerd, begint het procesvan omwending en wederopstanding oftransfiguratie.Het eeuwige begint het ver-gankelijke op te lossen. De sterfelijke ik-ziel gaat op in de ziel van de ware mens,de Godszoon. De gouden roos bloeit.Door die vereniging van God en Menswordt ‘de zondeval’, de polariteit, over-wonnen.

Deze hoge, voor het verstand onbe-grijpelijke taak wacht iedere mens.

40