PARLEMENTAIRE M BELGISCHE KAMER VAN … 62... · Grégoire Cuvelier van de FOD Buitenlandse Zaken...

Nr. 62

BELG

ISCH

E K

AMER

VAN

VOL

KSVE

RTEG

ENWO

ORDI

GERS

VERSLAGVAN DE ZENDING VAN EEN DELEGATIE VAN

DE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERSNAAR ALBANIË

03.04.2007 — 05.04.2007

Delegatieleider :Kamervoorzitter Herman DE CROO

PA R L E M E N T A I R E

ME D E D E L I N G E N

SP E C I A L E E D I T I E

PA R L E M E N TA I R E Z E N D I N G E N

Voor meer informatie surft u naar :

www.dekamer.be

Deze publicatie wordt volledig door de diensten van de Kamerverzorgd.

coördinatie en redactie : dienst Public Relations en InternationaleBetrekkingentel : 02/549.81.77 - 02/549.80.80fax : 02/549.83.02E-mail : [email protected]

lay-out : PRIdrukwerk : drukkerij van de Kamer

postadres : Kamer van volksvertegenwoordigers van BelgiëB - 1008 BRUSSEL

bezoekerstoegang : Leuvenseweg 13 - Brussel

verantwoordelijke uitgever : de secretaris-generaal van de Kamer

Verslag van de zending van een delegatie van de Belgische Kamer van volksvertegenwoordigers, onder leiding van de heer

H. De Croo, Kamervoorzitter en minister van Staat, naar Albanië

van dinsdag 3 april tot donderdag 5 april 2007

PM 51 / 62 spec. Albanië - 3

INHOUD

SSAAMMEENNSSTTEELLLLIINNGG VVAANN DDEE PPAARRLLEEMMEENNTTAAIIRREE DDEELLEEGGAATTIIEE 55

PPRROOGGRRAAMMMMAA 99

VVEERRSSLLAAGG 1111- Werklunch met de heer Thomas Antoine en de heer Grégoire Cuvelier van de FOD Buitenlandse Zaken 11

- Audiëntie verleend aan de ambassadeur van Albanië, Z.E. de heer Arthur Kuko 14- Ontmoeting met mevrouw Jozefina Topalli, Voorzitter van het Parlement 15

- Ontmoeting met de pers 18- Lunch aangeboden door de voorzitter van het Albanese Parlement 19

- Ontmoeting met Z.E. de heer Helmut Lohan 20- Ontmoeting met de commissie voor de Buitenlandse Zaken 22- Ontmoeting met de commissie voor de EuropeseAangelegenheden of commissie voor de Europese Integratie 24- Privéwerkontbijt met de ambassadeur van de Verenigde Staten 26

- Ontmoeting met de heer Sali Berisha, Eerste minister 27- Audiëntie met Z.E. de heer Alfred Moisiu, President van Albanië 31

- Bezoek aan een centrum voor gewezen prostituees 33- Ontmoeting met de heer Fatmir Mediu, minister van Landsverdediging 34

- Ontmoeting met mevrouw Jozefina Topalli, Voorzitter vanhet Parlement 37

- Lunch in aanwezigheid van de heer Gazmend Oketa, vice-eersteminister en de heer Klodian Pajuni 38

Slotbeschouwingen door de voorzitter van de Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers 39

FFOOTTOO’’SS 4411

BBIIJJLLAAGGEENN- Opinion de Guy Spitaels- OSCE- Conseil de l’Europe – Résolution 1538- Conseil de l’Europe – Doc. 11115 du 20.12.2006- Commission of the European Communities – Albania 2006

Progress report

PPEERRSS

IINNFFOORRMMAATTIIEE BBEETTRREEFFFFEENNDDEE DDEE SSTTEEDDEENN VVAANN KKRRUUJJAA EENN DDUURRRRËËSS,,BBEEZZOOCCHHTT DDOOOORR DDEE DDEELLEEGGAATTIIEE


De heer Herman DE CROOVoorzitter van de Kamer van volksvertegenwoordigersMinister van Staat

De heer Geert LAMBERTOndervoorzitter van de Kamer[sp.a-spirit – Vlaamse socialisten en progressieve regionalisten]

De heer Thierry GIETVoorzitter van de PS-fractie[Franstalige socialisten]

De heer Daniel BACQUELAINEVoorzitter van de MR-fractie[Franstalige liberalen]

SSAAMMEENNSSTTEELLLL IINNGG VVAANNDDEE PPAARRLLEEMMEENNTTAAIIRREE

DDEELLEEGGAATTIIEE


De heer Pierre LANO Lid van het Bureau van de Kamer [VLD – Vlaamse liberalen]

De heer Francis VAN DEN EYNDE Voorzitter van de commissie voor de Instractuctuur [Vlaams Belang – Vlaamse nationalisten]

Delegatiesecretaris:

De heer Ferdinand VANTHOURNOUT Directeur van de dienst Public Relations en Internationale Betrekkingen

Mevrouw Els HAELTERMAN Adviseur van de voorzitter van de Kamer

Mevrouw Lou OSTYN Secretaresse van de voorzitter van de Kamer


Pers:

Mevrouw Valérie COLINLe Vif/L’Express

Mevrouw Pascale DEPYPEREVRT – Terzake

Mevrouw Linda DE WINVRT – Terzake

De heer Vic PIERLOZVRT – Terzake

De heer Frank SCHLÖMERDe Morgen

Mevrouw Françoise WALLEMACQRTBF - Radio


DINSDAG 3 APRIL 2007

10 u. 20 Aankomst op de « Nënë Teresa Airport » Rinas Onthaal door de heer Fatos Beja, ondervoorzitter van het Albanese Parlement, en door de heer Vangjel Mita, Protocolchef

12 u. 00 Ontmoeting met H.E. Mevrouw Jozefina Topalli, Voorzitter van het Parlement

Doorstep interview

13 u. 30 Officieel middagmaal aangeboden door de Voorzitter van het Parlement

16 u. 00 Ontmoeting met Z.E. de heer Helmut Lohan, Ambassadeur van de Europese Unie [Hotel Rogner]

17 u. 00 Ontmoeting met de commissie voor het Buitenlands Beleid

18 u. 00 Ontmoeting met de commissie voor de Europese Zaken

20 u. 30 Diner aangeboden door Z.E. de heer Jean De Ruyt, Ambassadeur van België

WOENSDAG 4 APRIL 2007

08 u. 30 Enkel voor de Kamervoorzitter : werkontbijt met H.E. Mevrouw Marcie Berman Ries, Ambassadeur van de Verenigde Staten in Tirana [Hotel Rogner]

10 u. 00 Ontmoeting met Z.E. de heer Sali Berisha, Eerste Minister

Doorstep interview

11 u. 00 Ontmoeting met Z.E. de heer Alfred Moisiu, President van de Republiek

11 u. 45 Bezoek aan de stad KrujaMusea voor Geschiedenis en Volkenkunde

16 u. 00 Bezoek aan het Centrum voor ex-prostituees

PPRROOGGRRAAMMMMAA


18 u. 00 Ontmoeting met de heer Fatmir Mediu, Minister van Landsverdediging

19 u. 00 Opera-avond

20 u. 30 Diner aangeboden door de heer Berisha, Eerste Minister

DONDERDAG 5 APRIL 2007

10 u. 30 Bezoek van de Plenaire Vergaderzaal van het Parlement

11 u. 00 Ontmoeting met mevrouw Jozefina Topalli, Voorzitter van het Parlement

11 u. 30 Bezoek aan de havenstad Durrës [bezoek aan het museum]

13 u. 00 Lunch in hotel Adriatik van Durrës in aanwezigheid van de heren GazmendOketa, Vice-eersteminister en Klodian Pajuni, Prefect van Durrës

16 u. 30 Vertrek naar de “Nënë Teresa Airport” Rinas

17 u. 30 De delegatie verlaat Albanië per militair vliegtuig


Woensdag 28 maart 2007 - 12.30 uur

WERKLUNCH (VOORBEREIDING VAN DE ZENDING) IN DE AMBTSWONING VAN DE VOORZITTER VAN DE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS MET DE HEER THOMAS ANTOINE, DIRECTEURVAN DE DIENST ZUIDOOST-EUROPA VAN DE FOD BUITENLANDSE ZAKEN, EN ZIJNMEDEWERKER, DE HEER GRÉGOIRE CUVELIER, EERSTE AMBASSADESECRETARIS, INAANWEZIGHEID VAN DE DEELNEMERS AAN DE ZENDING

Allereerst dient men voor ogen te houden dat de Belgische diplomatieke aanwezigheid in de Balkan om budgettaire redenen uiterst beperkt is.Ambassadeur Jean De Ruyt resideert in Rome; de heer André Nijs, verbindingsofficier bij de FOD Binnenlandse Zaken, in Tirana en honorair consul Fabrice Wallaert in Durrës.Alle Albanese gesprekspartners dringen aan op de opening van een ambassade.

Tijdens de parlementaire zending zouden de volgende onderwerpen aan de orde kunnen worden gesteld:

- de sociaalpolitieke eigenheid van Albanië;- de betrekkingen tussen Albanië en Kosovo;- Albanië en de EU;- de strijd tegen de corruptie en de georganiseerde misdaad.

Albanië is zowel het stiefkind als het modelkind van de Balkan. Op politiek vlak is het land de beste leerling van de klas in het geografische Europa. In het politieke debat speelt de persoon van de protagonisten een grote rol. Er is een duidelijke polarisatie, met de Democratische Partij (PDSh) van Sali Berisha enerzijds en de Socialistische Partij (PSSh) onder Edi Rama, die eerst door Fatos Nano geleid werd,anderzijds. Deze partijen domineren beurtelings de meerderheid en de oppositie.Radicale maatregelen zoals massamanifestaties, het aanvechten van de stembusuitslagen en de parlementaire boycot zijn algemeen gangbaar in Albanië, dat in feite een feodale clanmaatschappij is.

De Albanese diaspora speelt onrechtstreeks een belangrijke rol dankzij de geldtransfers en het lobbywerk in bijvoorbeeld de Verenigde Staten. De VS trachten dan weer hun steun aan de Albanezen (Albanië en Kosovo) uit te spelen in hun relatie met de moslimwereld in het algemeen.

Het irredentisme is eveneens een heikel punt. Albanië speelt een verzoenende rol in de Kosovokwestie, en vindt dat de wil van het Kosovaarse volk dat onafhankelijkheid wil, moet worden gerespecteerd. Het Kosovovraagstuk of het streven naar een Groot-Albanië was tot nu toe nooit de inzet van verkiezingen. Albanië steunt de demarche van de heer Martti Ahtisaari, de bijzondere gezant van de VN-secretaris-generaal voor Kosovo, met het oog op de uitwerking van een definitieve regeling.Wel zijn er nu meer contacten tussen de Albanese en Kosovaarse clans.

VVEERRSSLLAAGG


De clans ontsnappen doorgaans aan vervolging wegens illegale handel of criminaliteit omdat ze de politieke partijen financieren. De regering verbood onlangs het gebruik vanspeedboten, die als transportmiddel dienen voor de sluikhandel met Italië en Griekenland. Inzake corruptie eist het Parlement sinds juli 2006 het ontslag van de procureur-generaal,omdat deze in een aantal zaken van flagrante corruptie geen rechtsvervolging ingesteld heeft, maar president Moisiu weigert op die eis in te gaan.

De jongste jaren kampt Albanië met een begrotingstekort van 4 procent.De lage inningsgraad van de belasting en de energiefactuur vormen een grote handicap. Het land exporteert hoofdzakelijk arbeidsintensieve producten (textiel, schoenen) - goed voor 55 procent van de inkomsten - met als basismateriaal halffabrikaten uit Italië. Met het toerisme heeft Albanië een onmiskenbare troef in handen; het land is immers relatief "ongeschonden". Dat heeft het te danken aan de gebrekkige infrastructuur, al vormt dat gegeven op zich natuurlijk ook weer een rem op de ontwikkeling. Voor investeerders is Albanië evenwel een risicoland.

De economie heeft zwaar te lijden onder de vele stroomonderbrekingen. Albanië maaktgebruik van waterkracht om elektriciteit op te wekken, en met het grote aantal stuwdammen zou het land in zijn elektriciteitsbehoefte moeten kunnen voorzien, maar tijdens bepaalde perioden is het waterpeil te laag, en door de huidige opwarming van het klimaat verergert de situatie nog. Bulgarije, dat onder meer voor Albanië als elektriciteitsleverancier fungeerde, wordt tengevolge van zijn toetreding tot de EU gedwongen de kerncentrale van Kozloduy, de enige kerncentrale van het land en tevens een van de onveiligste ter wereld, te sluiten.

Bestaat er zoiets als een Albanese taal? Sommige taalkundigen geloven dat het Albanees ontstaan zou zijn uit het Illyrisch, maar de stamtaal uit de oudheid waaruit het Albanees zijn oorsprong zou nemen is onbekend. Kennelijk zou die taal nauwer verwant zijn met het Slavisch dan met de Baltische talen. Albanië is in feite een eiland in een Slavische oceaan. Nu zien we dat er een dialectiek tussen identiteit (particularisme) en burgerschap (hetvoorstaan van de Europese gedachte) naar voren komt.

In Italië, het land waar de meeste Albanese migranten naartoe trekken, wonen momenteel ongeveer 235.000 immigranten. De Italiaanse overheid tracht illegalen die werk hebben te regulariseren.Ook in Griekenland wonen heel wat Albanezen. Zij verrichten laaggeschoolde arbeid en worden geleidelijk aan geregulariseerd. Er zijn wat wrijvingen tussen Albanië en Griekenland: enerzijds is er de kwestie van de rechten van de Griekse minderheid in het zuiden van Albanië, anderzijds hebben beide landen geschil over het probleem van de compensaties voor de verdrijving van de vroegere Albanese minderheid door Griekenland na de Tweede Wereldoorlog.Vele Albanezen zijn België ingekomen door zich voor te doen als Kosovaren. Zij wonen vooral in Schaarbeek en Antwerpen. In Albanië zelf is het probleem van de gemeenschappen en de minderheden relatiefirrelevant.Typerend voor de Albanese gemeenschap is de canun, het Albanese gewoonterecht. Dat voorziet onder meer in een bloedwraak die te vergelijken is met de vendetta, zij het dat de Albanese variant een stuk radicaler is, en er soms hele families uitgemoord worden.


Nog enkele relevante bedenkingen:

- de intellectuele elites werden vooral in de Verenigde Staten en in Frankrijk gevormd;- het geld van de Arabische investeerders gaat naar de bouw van moskeeën;- het risico dat het moslimfundamentalisme voet aan de grond krijgt is minder groot in

Albanië dan in Bosnië. In feite is de vrijheid van godsdienst zowel wettelijk als in de praktijk gewaarborgd;

- Albanië heeft het CEFTA (Central European Free Trade Agreement) ondertekend.

De volgende vraagstukken zouden aangesneden kunnen worden:

- de investeringen;- het amateurisme van het rechtssysteem;- de gebrekkige infrastructuur;- het onderwerp Groot-Albanië ligt zeer gevoelig;- de identiteitskaart van het Belgische bedrijf Zetes is in de running;- de Belgische FOD Binnenlandse Zaken zou zijn medewerking moeten verlenen aan een

project voor een betere opzet van de bevolkingsregisters, opdat de manke organisatie van verkiezingen een stuk efficiënter zou kunnen verlopen;

- Het AWEX en Export Vlaanderen hebben in 2006 elk afzonderlijk verkennendezendingen georganiseerd. Zij komen onder meer tot de conclusie dat er dringend werk gemaakt moet worden van een beter investeringsklimaat.

België moet wellicht zijn prioriteiten herschikken en meer aandacht besteden aan de landen van Zuidoost-Europa.Als multi-etnisch en multireligieus land kan Albanië een verzoenende rol spelen in de regio. Het land geeft het irredentisme in Kosovo alleszins geen voedsel.


Donderdag 29 maart 2007 - 9.00 uur

AUDIËNTIE VERLEEND AAN DE AMBASSADEUR VAN ALBANIË, Z. EXC. DE HEER ARTHUR KUKO,DOOR DE HEER HERMAN DE CROO, VOORZITTER VAN DE BELGISCHE KAMER VANVOLKSVERTEGENWOORDIGERS (AMBTSWONING VAN DE VOORZITTER)

Deze audiëntie vond plaats ter voorbereiding van de zending naar Albanië.

De Kamervoorzitter licht allereerst toe waarom hij onder de vele uitnodigingen enverzoeken Albanië als reisdoel gekozen heeft. Zo toont hij bijzonder veel belangstelling voor de volgende thema's:- het isolement van Albanië in Europa;- de crisis als gevolg van de instorting van de piramidefondsen (met dramatische politieke,

sociale en economische gevolgen);- de Albanese diaspora;- de religieuze cohabitatie van moslims, orthodoxen en katholieken;- de strijd tegen de corruptie en de georganiseerde criminaliteit;- de invloed van de Verenigde Staten; en- de bilaterale betrekkingen met Italië.

De ambassadeur van Albanië juicht de beslissing van de Kamervoorzitter om Albanië te bezoeken toe, want het is noodzakelijk dat de internationale gemeenschap aandachtbesteedt aan zijn land.

Hij onderstreept dat zijn land ondanks ernstige problemen altijd getracht heeft eenvreedzame oplossing te vinden en zich steeds afzijdig gehouden heeft in regionaleconflicten.Hij benadrukt dat Albanië de voorstellen van de heer Martti Ahtisaari, de bijzondere gezant van de VN-secretaris-generaal voor de uitwerking van het toekomstige statuut van Kosovo, steunt. Hij wijst er tevens op dat de Albanese autoriteiten respect voor de minderheden in Kosovo erg belangrijk vinden.

Op de vraag van de Kamervoorzitter over de moslimmeerderheid in Albanië antwoordt ambassadeur Arthur Kuko dat de Albanezen gematigde moslims zijn, en dat er geen sprake is van een georganiseerde politieke islam. De onderscheiden religies en gezindten leven er probleemloos samen. In Albanië, een land dat als verdraagzaam bekend staat, leeftnationalisme meer bij de mensen dan godsdienst, zo verklaart de ambassadeur nog.

De ambassadeur dankt de voorzitter voor de snelle ratificatie van het Stabilisatie- en Associatieakkoord tussen de EU en Albanië door het Belgische Parlement. Hij wil dat de Europese Unie meer investeert in zijn land, meer bepaald in de wegeninfrastructuur. Albanië heeft de steun van België nodig bij zijn inspanningen met het oog op een snellere toetreding tot de EU. De ambassadeur zal de delegatie tijdens de volledige duur van haar verblijf in Albaniëvergezellen.


Dinsdag 3 april 2007 - 12.00 uur

ONTMOETING MET MEVROUW JOZEFINA TOPALLI, VOORZITTER VAN DE ALBANESEVOLKSVERGADERING

De voorzitter dankt de voorzitter van de Belgische Kamer van volksvertegenwoordigers en de delegatie van de Kamer voor dit bezoek op hoog niveau en drukt de wens uit dat er meer bilaterale contacten zouden komen, onder meer via de vriendschapsgroep(Interparlementaire Unie). Op die manier kan een vertrouwensrelatie opgebouwd worden.

Vervolgens dankt zij België omdat ons land het Stabilisatie- en Associatieakkoord met de Europese Unie geratificeerd heeft, een zeer ruim akkoord dat onder meer voorziet in de invoering van een vrijhandelszone in 10 jaar tijd, door de geleidelijke verlaging van dedouanerechten op industriële, landbouw- en visserijproducten, en in een vrijer verkeer van werknemers, diensten en kapitaal, enz.Albanië wil tegen 2008 lid worden van de NAVO, en is al toegetreden tot het Partnerschap voor de Vrede. Het land nam deel aan de SFOR-stabilisatiemacht in Bosnië en Herzegovina, en maakt deel uit van de ISAF-vredesmacht in Afghanistan en de multinationaletroepenmacht in Irak (Coalition of the Willing).

De overstap naar de EU is niet gemakkelijk. Dat is historisch verklaarbaar. Albanië maakt momenteel een heuse transformatie door, maar het land levert grote inspanningen.De strijd tegen de corruptie en de georganiseerde misdaad wordt opgevoerd. Daarvoor wordt zo'n vijf miljoen dollar uitgetrokken.In de regio speelt Albanië een constructieve rol en neemt het geen paternalistische houding aan. De voorzitter hoopt dat de Veiligheidsraad, die momenteel in New York bijeenkomt voor de bespreking van het rapport van de heer Martti Ahtisaari, speciaal gezant van de VN-secretaris-generaal voor Kosovo, een oplossing uitwerkt die het behoud van de vrede en de stabiliteit in de regio waarborgt. Zo heeft Albanië zijn betrekkingen met Serviëgenormaliseerd aangezien beide landen gezamenlijk verder moeten. Servië zou er hoe dan ook baat kunnen bij hebben om afstand te doen van Kosovo.

Democratie stoelt op dialoog. Men moet daar dagelijks aan werken, beklemtoont deKamervoorzitter. Het is zelfs een dagdagelijks mirakel en België is bereid de inspanningen van Albanië te ondersteunen.Vrede op de Balkan is een conditio sine qua non. Is de oprichting van een nieuwe staat in Kosovo denkbaar? De situatie ligt er moeilijk, maar het Belgisch Parlement draagt bij tot de ontwikkeling van een parlementair stelsel door de rol van de oppositie in de verf te zetten. Zelfs in België leren we nog elke dag bij, want democratie is ook een les in bescheidenheid.De evolutie in Albanië zal van nabij door België worden gevolgd. Deze zending vormt een uitstekende gelegenheid om zich van de werkelijke situatie te vergewissen.Op toeristisch gebied moet Albanië de nodige infrastructuur uitbouwen.

Het gesprek handelt vervolgens over de commissie voor de Europese Aangelegenheden en de manier waarop ze in beide landen functioneert. Op de vraag van voorzitter Herman De Croo hoe het voorzitterschap van de commissies wordt geregeld, wordt geantwoord dat er acht commissies zijn waarvan er drie tot vier worden voorgezeten door leden van deoppositie, waaronder de commissie voor de Europese Aangelegenheden, waarvan devoormalige eerste minister voorzitter is.


De voorzitter, mevrouw JozefinaTopalli, beklemtoont vervolgens hoe belangrijk het voor Albanië is om investeerders aan te trekken en wijst tevens op de lage arbeidskosten en de economische groei, die 6% bedraagt. De inflatie blijft schommelen tussen 2 en 3%.Wat investeerders betreft, vestigt voorzitter Herman De Croo de aandacht op deaanwezigheid in Albanië van de heer Fabrice Wallaert, industrieel et ereconsul van België in Albanië, die al heel lang met het land vertrouwd is.

De voorzitter van de Albanese Volksvergadering wijst op diverse akkoorden die beide landen op uiteenlopende gebieden hebben gesloten: het voorkomen van dubbele belasting, hetwegvervoer, de bescherming van de investeringen, maritieme en luchtvaartakkoorden en tal van samenwerkingsverbanden (politie, militaire aangelegenheden, justitie, arbeid, enz.).

De voorzitter van de Belgische Kamer suggereert de leden van de Libanese diaspora te vragen naar Albanië terug te keren zodat ze hun deskundigheid ten dienste van het land zouden kunnen stellen.

Volgens de voorzitter van de Albanese nationale Assemblee telt Albanië circa 3.500.000inwoners en wonen er inderdaad meer dan 1.500.000 Albanezen in het buitenland die de economie van het land ondersteunen door geld op te sturen. De bevolking is vrij jong en de ouders investeren fors in het onderwijs van hun kinderen en sturen ze onder meer naar scholen in Italië. De familiebanden zijn zeer hecht.

Wat de « Question time » betreft, worden de specifieke kenmerken van beide Assemblees met elkaar vergeleken. In Tirana vormt het vragenuurtje een sterk moment en stellenvolksvertegenwoordigers van de meerderheid en de oppositie om beurten doorgaans vragen over alle soorten onderwerpen, vragen die geen antwoord van de uitvoerende machtveronderstellen. Het is een manier om te zeggen wat ze denken. De ministers «mogen »antwoorden. Een en ander wordt niet vermeld in de agenda en is vergelijkbaar met het actualiteitsdebat in de Belgische Kamer, maar zonder dezelfde beperkingen.Daarnaast is er op woensdag het klassieke vraag-en-antwoordspel (plenaire vergadering op woensdag en donderdag, commissies vier dagen per week).

Wat de uitzending van de debatten betreft, telt Albanië circa 120 nationale of regionaletelevisiezenders en de Albanezen zijn dol op politiek. Het politieke bedrijf, de media en de zakenwereld zijn inderdaad nauw met elkaar verweven. De privézenders zwemmen in het geld.Een enkele openbare omroep kan tot in de meest afgelegen gebieden worden bekeken. De commerciële zenders mikken op de steden en de valleien. De privémedia spelen een zeer grote rol op politiek vlak, maar hun berichtgeving is stereotiep naargelang zij de meerderheid of de oppositie steunen. Zo kijken de aanhangers van de oppositie bijvoorbeeld naar Top Channel.Bijna twintig camera's zijn permanent aanwezig in de plenaire vergadering of de commissies van het Parlement. De voorzitter van de Albanese nationale Assemblee wil evolueren naar een systeem dat vergelijkbaar is met dat van de Belgische Kamer, met eventueel eenuitzending met eigen regie. Zij erkent dat er nood is aan een regelgeving voor de televisieomroepen, met name wat de financieringswijze betreft. Maar de media hebben onmiddellijk afwijzend gereageerd zodra er sprake was van druk vanuit de regering. Zij halen hun inkomsten niet enkel uit reclame.


De media zijn ronduit gekant tegen een verhoging van de belastingen, terwijl de eerste minister ondubbelzinnig verklaard heeft dat iedereen belastingen moet betalen. Deinhoudelijke discussie verloopt zeer moeilijk.

Wat de subsidiëring van de openbare omroep betreft, is Albanië geen alleenstaand geval;het probleem doet zich mutatis mutandis ook voor in de andere Oost-Europese landen. Op een vraag over banden met de georganiseerde misdaad, antwoordt een Albanesegesprekspartner dat men dat in de kranten tussen de regels kan lezen.

Paradoxaal genoeg zijn tal van mensen onvoldoende geïnformeerd, want er zijn weinig echt onafhankelijke journalisten. De voorzitter van de Albanese nationale Assemblee maakt gewag van de liberalisering van de openbare televisie die in 1990 is mislukt en besluit dat er in de openbaretelevisieomroepen moet worden geïnvesteerd. Zij dankt de delegatie nogmaals voor haar aanwezigheid in Albanië.

Volgens voorzitter Herman De Croo heeft de ambassadeur van Albanië, Z. Exc. de heer Arthur Kuko, erg geholpen bij de voorbereiding van de zending van deze zeervoluntaristische en sterk geïnteresseerde delegatie.


Dinsdag 3 april 2007 – 13.00 u

ONTMOETING MET DE PERS

Mevrouw de voorzitter Jozefina Topalli en voorzitter Herman De Croo richten zich na afloop van hun onderhoud tot de pers.

Voorzitter Jozefina Topalli wijst erop dat voorzitter Herman De Croo woord heeft gehouden en zoals beloofd tijdens het bezoek van de voorzitter aan Brussel, is hij naar Albanië gereisd aan het hoofd van een parlementaire delegatie. Hij brengt goed nieuws, want het Belgisch federaal Parlement heeft het Stabilisatie- en Associatieakkoord, dat voor Albanië eenbelangrijke stap betekent in het vooruitzicht van de toetreding tot de EU, geratificeerd. Zij is het Belgisch Parlement daar dan ook erkentelijk voor. De Belgische parlementaire delegatie zal tijdens haar verblijf kunnen vaststellen dat Albanië op tal van gebieden, en met name op economisch vlak, vooruitgang heeft geboekt.

Voorzitter Herman De Croo verklaart dat het moeilijk was om te weerstaan aan een zo charmante uitnodiging van de voorzitter van de Albanese Assemblee. De Belgischeparlementaire delegatie is samengesteld uit leiders van de meerderheid en de oppositie en dadelijk bij het eerste onderhoud heeft de delegatie eveneens met leden van de meerderheid en de oppositie van de Albanese Assemblee gesproken, zoals dat in een democratisch land betaamt.De delegatie is sterk geïnteresseerd in de positie die Albanië in dit deel van Europa bekleedt. De voorzitter is verscheidene keren naar Macedonië gereisd om er bepaalde problemen tussen de gemeenschappen te onderzoeken. Kosovo staat voor een cruciale periode. De inspanningen van Albanië met het oog op het NAVO- en EU-lidmaatschap worden van nabij gevolgd.De delegatie is op de hoogte van de vaak dramatische en veelbewogen geschiedenis van Albanië.Het land heeft net een zeer moeilijke periode achter de rug met grote economischegevolgen. Tijdens de Kosovo-oorlog moest Albanië honderdduizenden vluchtelingenopvangen. Meer dan een miljoen inwoners van het land zijn geëmigreerd. Ook in het land zelf is er een grote migratie. De delegatie wil het land en zijn verzoenende en unieke rol in dit deel van Europa beter leren kennen.Tijdens zijn onderhoud met mevrouw Jozefina Topalli heeft de voorzitter nota genomen van drie elementen:- de bijzonder sterke en fundamentele wens om ooit lid te worden van de NAVO en de

EU;- de politieke alternantie en de werking van het binnenlands democratisch bestel van

Albanië;- de belangrijke rol van de media in de Albanese politiek. De media hebben buitengewoon

veel belangstelling voor het politieke bedrijf.

De parlementaire delegatie zou daar heel graag meer willen over vernemen en voorzitter De Croo dankt nu al voorzitter Topalli en de Albanese Assemblee voor de ontvangst.



LUNCH AANGEBODEN DOOR DE VOORZITTER VAN HET ALBANESE PARLEMENT

Voorzitter Topalli, die in maart 2006 een bezoek aan Brussel heeft gebracht, verwijst naar de wederzijdse bezoeken en drukt eens te meer haar erkentelijkheid uit ten aanzien van België, dat als een van de eerste EU-landen het Stabilisatie- en Associatieakkoord heeft geratificeerd.

De heer Herman De Croo beklemtoont dat de delegatie zeer hartelijk werd ontvangen en zegt dat zij zich onmiddellijk op haar gemak voelde. Er zijn inderdaad landen waar men zich de hele tijd onzeker blijft voelen. In hun analyse van de Albanese politieke situatie geven de delegatieleden wel blijk van enig scepticisme, maar men moet die houding beschouwen als een garantie voor het welslagen van dit bezoek.

Het gesprek handelt vervolgens over het statuut van de parlementsleden, de werking van het parlement en het kiesstelsel (samenstelling van de lijsten, stemsysteem, aanwezigheid van vrouwen,…).Een vraag heeft betrekking op de « turn-over » na afloop van de verkiezingen en er blijken nog altijd tal van volksvertegenwoordigers aanwezig te zijn van de beginperiode, vijftien jaar geleden.Het systeem van de financiering van de politieke partijen en de controle van deverkiezingsuitgaven bestaat in Albanië niet.



ONTMOETING MET Z.EXC. DE HEER HELMUT LOHAN, AMBASSADEUR VAN DE EUROPESE UNIE.

De ambassadeur schetst de historische achtergrond van het Stabilisatie- enAssociatieakkoord dat met de Europese Unie op 12 juni 2006 werd ondertekend.Een evaluatie over een zo korte periode is niet significant, maar de algemene indruk is positief. Een en ander verloopt vrij goed en er zijn geen klachten. Uiteraard blijft de vraag wanneer alle lidstaten dat akkoord zullen hebben geratificeerd.De zaken worden ernstig aangepakt en geregeld wordt de implementering gecontroleerd, rekening houdend met het feit dat die periode in het teken stond van de plaatselijkeverkiezingen.

De discussies zijn ingewikkeld, gelet op de politieke spanningen tussen de beide grote stromingen in het land.

Die periode werd in januari 2007 afgesloten en laat een dubbele indruk na:

1. de politici staan open voor de burgers ;2. zij zijn in staat om in extremis compromissen te sluiten.

In de jaarverslagen met betrekking tot de landen die lid van de Europese Unie willen worden, worden volgende elementen onderstreept:

- de uitdagingen waarmee Albanië wordt geconfronteerd;- de positieve indruk met betrekking tot het buitenlands beleid en vooral het regionaal

beleid van Albanië dat zeer gematigd is

De ambassadeur herinnert eraan dat de Europese Commissie in haar rapporten niet geacht wordt een waardeoordeel over het betrokken land uit te spreken, maar dat zij een balans moet opmaken van de geboekte vooruitgang of moet aangeven op welke punten nogvooruitgang dient te worden geboekt.

DIVERSE OVERWEGINGEN WORDEN VERVOLGENS GEFORMULEERD, ZOWEL DOOR DE LEDEN VANDE DELEGATIE ALS DOOR DE AMBASSADEUR:

Albanië moet tegelijkertijd vooruitgang boeken op economisch, sociaal en structureelgebied. Het land staat voor een dubbele uitdaging: het moet zich ontwikkelen en hetcommunautair acquis implementeren.

Een groot pijnpunt is het vermogen van de administratie om te begrijpen wat precies de inzet is en vooral om de «Rule of Law » op te leggen in de strijd tegen de corruptie en de georganiseerde misdaad.

Albanië is een jonge democratie die leert omgaan met een nieuwe politieke cultuur, wat onder meer weerspiegeld wordt in het feit dat de leiders van de oppositie en van demeerderheid met elkaar praten.


Onder het toeziend oog van het IMF voert Albanië een economisch en monetair beleid dat getuigt van redelijkheid en spoort met de inspanningen van de regering om een economisch klimaat te scheppen dat het aantrekken van investeringen bevordert. Inzake de gunning van overheidscontracten wordt vastgesteld dat de politieke wil aanwezig is om de zaken beter aan te pakken.

Wat Kosovo betreft, worden de voorstellen van Martti Ahtisaari door de VN-Veiligheidsraadonderzocht en dienen zij als basis voor de gesprekken. Hopelijk wordt er snel een oplossing gevonden. Albanië neemt een zeer voorzichtige houding aan; het land heeft immers van het lidmaatschap van de NAVO en van de EU zijn prioriteiten gemaakt.

De beide grote politieke partijen van het land zijn op een klassieke leest geschoeid en zijn niet zozeer programmapartijen. Beide willen dat aan de IMF-richtlijnen wordt voldaan.Eigenlijk lijkt er tussen beide partijen geen enkel verschil te bestaan, ook niet inhoudelijk, wat de toekomst van het land in het gedrang zou kunnen brengen.De regering heeft een economisch beleid uitgestippeld dat zij tracht uit te voeren. Deoppositie stelt geen eigen programma voor. Met de hulp van internationale deskundigen zoumen daar iets kunnen aan doen..

Paradoxaal genoeg draaien de meningsverschillen vooral rond het binnenlands beleid, terwijl de houding inzake het buitenlands beleid gelijklopend is. Is er een deus ex machina die een en ander coördineert over de partijpolitieke grenzen heen? Eigenlijk wordt er wellicht geen overleg gepleegd, maar het economisch belang veronderstelt dat er stabiliteit heerst.

Gelet op het effect van de claneigenheden en van de financiële middelen (bijvoorbeeld op mediagebied) kan men zich afvragen hoe een coherent buitenlands beleid kan worden gevoerd.Antwoorden blijven uit. Feit is dat men naar buitenuit geloofwaardig is, maar op binnenlands vlak niet. Prioritair is het lidmaatschap van de NAVO en de EU, en alles is daarvanafhankelijk.

De invloed van de Verenigde Staten is doorslaggevend. Albanië heeft een bescheidencontingent in Afghanistan.

Het kan een tweetal jaar duren voor de SAO door de lidstaten wordt geratificeerd. Op dit ogenblik is echter al een interimovereenkomst van toepassing, die in een geleidelijkevermindering van de douanerechten op industriële, landbouw- en visserijproducten voorziet. Om dit proces voort te zetten zal Albanië echter enorme inspanningen moeten leveren. De tijd zal uitwijzen of het land daartoe in staat is.Op het politieke vlak krijgt een en ander stilaan vorm, maar het valt niet te ontkennen dat het pad naar de toetredingsaanvraag nog lang niet is geëffend.De bedoeling is dat de politici hun verantwoordelijkheid zouden opnemen. De instorting van de piramidefondsen in 1997 heeft het vertrouwen van de burgers aan het wankelengebracht.

Ten gronde is de ambassadeur ervan overtuigd dat Albanië, met de steun van de Europese Unie, in staat is zijn doelstellingen te halen, al zal dat de nodige tijd vergen.



ONTMOETING MET DE COMMISSIE VOOR DE BUITENLANDSE ZAKEN

Aanwezig:

- De heer Preç Zogay (Democratische Partij), voorzitter van de commissie- De heer Kastriot Islami (Socialistische Partij)- De heer Cayla Pernaska (Republikeinse Partij)- De heer Cuan Skuqi (Democratische Partij)

De voorzitter van de commissie voor de Buitenlandse Zaken bedankt het Belgische Parlement omdat het de SAO zo snel heeft geratificeerd. Het gaat om een echtevriendschapsdaad. De voorzitter drukt de wens uit dat de andere lidstaten het Belgische voorbeeld zouden volgen.

Op dit ogenblik beheersen de EU, de NAVO en Kosovo de werkzaamheden van decommissie.De voorzitter dankt België voor zijn steun aan Kosovo. Albanië steunt Martti Ahtisaari, wat deenige mogelijkheid is om uit de huidige crisis te geraken.

Het antwoord op de vraag of tussen Albanezen en Kosovaren etnische verschillen bestaan, is ontkennend, want ze zijn etnisch verwant. Ze werden door de geschiedenis gescheiden, meer bepaald om aan de Russische eisen te voldoen. Er bestaan wel lichte verschillen tussen de verschillende dialecten.

Een eventuele hereniging van Albanië en Kosovo wordt resoluut afgewezen. Anderzijds zullen beide in de toekomst verenigd zijn in het kader van de EU. De oprichting van een Groot-Albanië staat niet op de Albanese politieke agenda, hoewel dit argument soms bij wijze van provocatie naar voren wordt gebracht. Op de vraag of een door een politieke fractie ingediende motie tot invoering van eeneenheidsfederalisme zou worden verworpen, volgt een genuanceerd antwoord. Volgens de meerderheid zou zulks geen oplossing bieden, omdat het de zaken nodeloos ingewikkeld zou maken. Op de vraag of het om een inhoudelijk dan wel om een opportuniteitsvraagstuk gaat, wordt geantwoord dat daaromtrent noch in Albanië, noch in Kosovo, ooit enigonderzoek gebeurde. In deze moet men zich vooral door wijsheid en voorzichtigheid laten leiden.

Op 13 augustus 2001 werd tussen de Albanese guerrilla en de Macedonische regering het vredesakkoord van Ohrid gesloten. Betoont Albanië sindsdien belangstelling voor deAlbanese minderheid in Macedonië? Men antwoordt dat de betrekkingen goed zijn. In de regering van Skopje is er een minderheidsvertegenwoordiging. Hoe dan ook zitten Albanië en Macedonië op dezelfde golflengte wat de EU en de NAVO betreft. Er zijn regelmatige contacten, op het niveau van de commissies voor de Buitenlandse Zaken en de Veiligheid, met de parlementen van Macedonië en Kroatië. Albanië wil het bestaan van de – eveneens multi-etnische - Macedonische Staat vrijwaren. De dialoog en desamenwerking worden voortgezet. Het uitzicht op de toetreding vormt in feite de oplossing voor alle problemen.


In Albanië gaan alle gedachten veeleer naar een Groot Europa. De meerderheid en de oppositie hebben uiteenlopende standpunten op het stuk van het binnenlands beleid, maar ze sluiten de gelederen wat het buitenlands beleid betreft. Het komt er dus op aan zo snel mogelijk aan de toetredingsvoorwaarden te beantwoorden.De toetreding tot de NAVO is van het grootste belang.

Er moet zo snel mogelijk een oplossing komen voor Kosovo. Albanië steunt in dat verband het voorstel dat de heer Martti Ahtisaari aan de Veiligheidsraad voorlegt.

Er wordt een vraag gesteld met betrekking tot de Griekse minderheid, die minder groot is dan de Albanese gemeenschap in Griekenland. Worden de minderheden in beide landen op dezelfde manier behandeld? De betrekkingen tussen Albanië en Griekenland zijn uitstekend. Gedurende lange tijd was Griekenland trouwens het enige Balkanland in de EU. Griekenland erkent echter geenminderheden. Over Griekenland wordt gezegd dat het de vrouw is van het Oosten, maar de maîtresse van het Westen. Het handelsverkeer met Griekenland is erg intensief en komt, na de handelsbetrekkingen met Italië, op de tweede plaats.

Er wordt op gewezen dat Albanië overwegend een moslimland is. Bestaat er interesse vanwege de Golfstaten?Albanië kent gemengde huwelijken. Een derde van de Albanezen is niet gelovig, zo’n 10 procent is katholiek en voor het overige is de bevolking voor de helft islamitisch en voor de helft orthodox. Onder de overwegend soennitische moslims bestaat de bektasjijjasekte, die op een aantal punten van de soennitische stroming afwijkt. Een en ander verklaart dereligieuze verdraagzaamheid in het land. De moslimlanden oefenen in Albanië geen invloed uit, al betonen ze wel een zekere belangstelling. Tijdens de oorlog in Kosovo heeft een aantal ngo’s geprobeerd het Albanese grondgebied te gebruiken. Op een bepaald ogenblikheeft een aantal Arabische landen geprobeerd toenadering te zoeken, maar bij nader inzien hebben ze hun pogingen snel gestaakt. De Oosterse landen beschouwen Albanië dus niet als een moslimland. Enkel het Westen blijft Albanië als een islamitisch land bestempelen.

Op de bemerking dat, met betrekking tot Buitenlandse Zaken, alle parlementsledenblijkbaar op dezelfde golflengte zitten, wordt geantwoord dat zulks een tegengewicht vormt voor het interne debat. Wat de benoeming van de ambassadeurs betreft, heeft de president van de Republiek op een bepaald ogenblik de benoeming van zes kandidaten, in wie de oppositie niet veelvertrouwen had, verworpen. Op 44 diplomatieke vertegenwoordigingen zijn er niet meer dan 20 procent politieke benoemingen van ambassadeurs.

De emigratieproblemen worden door de commissie belast met de integratie behandeld. De voorzitter van de commissie voor de Buitenlandse Zaken licht vervolgens de werking van de commissies toe, die openbaar zijn. Wat de mening van de bevolking over een ‘Groot-Albanië’ betreft, wijst decommissievoorzitter erop dat het Albanese Parlement de controverse geenszins opzoekt. Er wordt niet naar de mening van de bevolking gepeild. Volgens hem heeft het geen zin in dat verband een referendum te organiseren. Hij kent de standpunten van drie à vier belangrijke partijen in Kosovo, die het, net als hij, onvoorzichtig vinden een referendum te organiseren.Hij wijst er voorts op dat alles in het werk wordt gesteld om de georganiseerde misdaad te bestrijden, waarmee de aanbevelingen van een resolutie van de Raad van Europa worden uitgevoerd. Met Interpol werden overeenkomsten tot daadwerkelijke samenwerking gesloten. Het Albanese Parlement schaarde zich unaniem achter de weigering Amerikaanseonderdanen aan het Internationaal Strafgerechtshof uit te leveren.


Dinsdag 3 april 2007 – 18.00 uur

ONTMOETING MET DE COMMISSIE VOOR DE EUROPESE AANGELEGENHEDEN OF COMMISSIEVOOR DE EUROPESE INTEGRATIE

Aanwezig:

- De heer Ilik Meta , voorzitter van de commissie- De heer Ferdinand Xhaferri- De heer Gene Sharku- De heer Gramoz Ruçi- De heer Qemal Minxhozi- De heer Albert Divjaka- De heer Paulant Balla

In de ogen van de voorzitter van de commissie voor de Europese Integratie zijn de betrekkingen met België, omwille van zijn plaats in de EU, erg belangrijk.

Voorzitter Herman De Croo onderstreept dat België inderdaad een lange Europese traditie kent en dat hij met genoegen heeft vernomen dat er binnenkort een rechtstreeksevliegverbinding zou komen tussen Brussel en Tirana.

De Belgische delegatie en de leden van de commissie houden vervolgens een ruime gedachtewisseling over de werkingsregels van hun respectieve commissies voor deEuropese Aangelegenheden.

Er werd een privaat instituut voor Europese studies opgericht en op dit ogenblik wordt gewerkt aan de totstandkoming van een netwerk van ngo’s die zich bezighouden met studies met een Europees karakter. De commissie onderhoudt weinig bilaterale contacten met betrekking tot de NAVO of de regio.

Ze gaat prat op de goede samenwerking met de Europese Commissie en ze legt zich vooral toe op de verplichtingen waaraan ze met het oog op de toetreding moet voldoen.

De commissievoorzitter bedankt voorzitter Herman De Croo voor de degelijke informatie, onder meer met betrekking tot de europromotoren. De commissie onderhoudt eveneens contacten met de COSAC.Hij wijst er voorts op dat de Albanese regering zich ertoe heeft verbonden de Europese wetgeving in nationale wetgeving om te zetten. Om die reden heeft de commissie voor de Europese Integratie contacten met bepaalde afdelingen van de ministeries van Justitie en van Europese Integratie.

Een aantal commissieleden behoort tot de oppositie en sommigen zijn oud-ministers. Voor haar administratie beschikt de commissie over twee permanente ambtenaren. Depersoneelsbezetting zou echter ruimer mogen. Om die reden beslist de commissie op dit ogenblik over haar prioriteiten en werkt ze samen met de staf van andere commissies.


Een van de commissieleden bedankt de ambassadeur van België, Z. Exc. de heer Jean De Ruydt, uitdrukkelijk voor de uitstekende bilaterale betrekkingen tussen Albanië en België. Hij bedankt eveneens onze ereconsul, de heer Fabrice Wallaert.

De voorzitter van de commissie vestigt de aandacht op twee cruciale factoren die ertoebijdragen de nationale wetgeving zo goed mogelijk op de Europese af te stemmen. Het ministerie van Integratie vormt een eerste filter en gaat na welke problemen zich metbetrekking tot de Europese wetgeving voordoen. Het ministerie van Justitie vormt eentweede filter: het gaat de overeenstemming van de teksten met de nationale en vervolgens met de Europese wetgeving na. Wanneer de tekst naar het Parlement komt, gaat de commissie na of zich geenonverenigbaarheden voordoen met de Europese wetgeving. Op het fytosanitaire vlak doen zich heel wat problemen voor. Daarom werken Europese experts samen met de Albanese regering.

Voorzitter Herman De Croo stelt met genoegen vast dat Albanië zich grote inspanningen getroost met het oog op zijn toetreding tot de EU en de NAVO. De weg is echter lang, wat ontmoediging in de hand kan werken.

De commissievoorzitter besluit dat, op het stuk van de integratie, de vergelijking met Turkije mank loopt, aangezien Albanië deel uitmaakt van de Westelijke Balkan en in deze een regionale redenering moet worden gevolgd. Het Stabiliteitspact heeft niet tot de vooropgestelde resultaten geleid. Het is niet uitgesloten dat de regio opnieuw instabiel wordt.

Voorzitter Herman de Croo wijst erop dat dat precies de reden is voor de aanwezigheid van de Belgische delegatie.


Woensdag 4 april 2007 – 8.30 uur.

PRIVÉWERKONTBIJT IN HET ROGNER HOTEL EUROPAPARK MET DE AMBASSADEUR VAN DEVERENIGDE STATEN.

Aanwezig:

- De heer Herman De Croo, voorzitter van de Kamer van volksvertegenwoordigers- H. Exc. Mevrouw Marcie Berman Ries, ambassadeur van de Verenigde Staten van

Amerika- Z. Exc. de heer Jean De Ruydt, ambassadeur van België


Woensdag 4 april 2007 – 10.00 uur

ONTMOETING MET DE HEER SALI BERISHA, EERSTE MINISTER, IN DIENS AMBTSVERTREK

Voorzitter Herman De Croo dankt de eerste minister voor zijn bereidheid de Belgischeparlementaire delegatie te ontvangen. De zending kadert in wat men als ‘parlementairediplomatie’ pleegt te bestempelen. De parlementen zijn de beste behoeders van dedemocratie.

De eerste minister wijst er van meet af aan op dat Albanië streeft naar Europese integratie en dankt ons land nadrukkelijk omdat het als een van de eerste de Stabilisatie- enAssociatieovereenkomst heeft geratificeerd. Voor Albanië gaat het om een historischegebeurtenis. Het land moet immers nog inspanningen leveren in alle domeinen en vooral dan wat de invoering van de rechtsstaat betreft, die een voorafgaande vereiste is voor elkehervorming.Omdat de Albanese georganiseerde misdaad erg sterk staat, heeft de eerste minister de nultolerantie afgekondigd. Zo worden heel wat maffiabazen voor het gerecht gebracht. Het nultolerantiebeginsel heeft dus tot tastbare resultaten geleid.

De corruptiebestrijding vormt een tweede belangrijk dossier. Er moet worden voor gezorgd dat de administratie niet met een belangenconflict te maken krijgt. De basisregel is dat, wanneer zich een belangenconflict voordoet, de administratie van de operatie afziet. Op die manier konden de overheidsuitgaven met zo’n 30 procent worden teruggeschroefd.

De wetgeving werd herzien om de transparantie te verhogen. In juni 2007 wordt een aanvullende begroting aan het Parlement voorgelegd, op voorwaarde dat de resultaten goed zijn. Corruptiebestrijding is geen eenvoudige opgave. Binnenkort leveren ook de Verenigde Staten een bijdrage, via e-procurement.

De regering doet al het mogelijke om naar e-government te evolueren op terreinen als de nieuwe identiteitskaart, het elektronisch paspoort, de registers van de burgerlijke stand, enz.

Op het economische vlak zijn de hervormingen vrij geslaagd te noemen. De regering heeft de sociale bijdragen met 30 procent verminderd en de inkomstenbelastingen met 75 procent. Ze heeft een flat tax van 10 procent ingevoerd. Ze slaagde er zodoende in de inkomsten te verhogen. Albanië is dan ook het Europese land met de laagste belastingdruk. Dat is ook nodig, aangezien het land investeerders wil aantrekken.

De inflatie schommelt tussen 2 en 4 procent en het begrotingstekort is beperkt tot 1,6procent. Artikel 4 van het IMF (Internationaal Muntfonds) wordt binnen een jaar vantoepassing. De vraag naar kredieten is erg groot. De eerste minister verzekert dat de Belgische investeerders een warme ontvangst te beurt zal vallen.


De regering levert grote inspanningen om de economie te saneren en bepaalde fenomenen zoals dat van de illegale bouwwerken te regulariseren.Bijna een half miljoen inwoners (450.000) bevindt zich in een onwettige situatie. De eerste minister zegt zich in dat opzicht te inspireren op de Peruviaanse econoom Hernando De Soto die in zijn werken het belang van de toegang tot de eigendom voor de emancipatie en de verrijking van achtergestelde bevolkingsgroepen benadrukt, teneinde een‘vriendschappelijke’ houding aan te nemen om het probleem van de eigendom en deeigendomsbewijzen op te lossen. Ook in de transport- en de infrastructuursector komen onregelmatigheden voor. De eerste minister wil geen harde houding aannemen maar vindt dat de wet de hoogste norm is. Hij beaamt dat zulks niet eenvoudig is.

De regio beleeft historische en hachelijke tijden. Kosovo bevindt zich in het brandpunt van de crisis en de Veiligheidsraad moet het geschil beslechten. Albanië steunt Martti Ahtisaari en beschouwt hem als een ‘fair broker’. In het document dat bij de Veiligheidsraad voorligt, wordt rekening gehouden met alle gevoeligheden en met de dagelijkse werkelijkheid inKosovo.

De eerste minister is ervan overtuigd dat de minderhedenkwestie cruciaal is voor destabiliteit in de regio. Hij gelooft in de vredesakkoorden van Orhid en onderschrijft ze. Ze zijn immers gestoeld op duidelijke beginselen ter ondersteuning van de minderheden. Hijverdenkt Servische elementen er echter van bepaalde geschriften erdoor te hebben gedrukt. Dat getuigt van een gebrek aan realistische visie op de situatie. Hij is er evenwel vanovertuigd dat Belgrado de nodige realiteitszin aan de dag zal leggen.

Kamervoorzitter Herman De Croo citeert Kal Popper: ‘Optimism is a moral duty’. De heer Sali Berisha, die alle belangrijke functies heeft vervuld en een ruime ervaring heeft, is de meest geschikte persoon om regeringsleider te zijn. De voorzitter belicht vervolgens diverse kwesties zoals de oorsprong van de criminaliteit en de corruptie in Albanië.Hij zegt verrast te zijn door de veelzijdigheid van de politieke kaders. Wat de investeringen betreft, vraagt hij zich af hoe de Albanese diaspora naar het land kan worden teruggeleid. Als Albanië investeerders wil aantrekken, moet het een rechtsstaat tot stand brengen, de veiligheid van de expats waarborgen, een geloofwaardige Justitie uitbouwen en transparante contracten afsluiten.Hij herinnert aan zijn ontmoeting in Brussel met Bill Gates, die hij naar de redenen voor zijn bezoek vroeg. De heer Gates bleek geïnteresseerd te zijn in de elektronische identiteitskaart die België heeft ontwikkeld en in de talrijke mogelijkheden die ze biedt. Wat Kosovo betreft, wijst de Kamervoorzitter op de aanwezigheid van een DuitstaligeGemeenschap in België die met slechts 70.000 inwoners over een eigen parlement en regering beschikt. Het Duits is de derde officiële taal van België en de arresten van het Arbitragehof (dat in zekere zin een grondwettelijk hof is) worden in de drie landstalengewezen.Hij benadrukt hoe belangrijk de parlementaire controle op de uitvoerende macht wel is.

Ten slotte onderstreept hij het belang van de Balkan en merkt hij op dat Europa geenuniversele oplossing is. Albanië moet zijn problemen eerst zelf trachten op te lossen.

De eerste minister herinnert eraan dat de Albanese samenleving vooral een landelijk en per definitie conservatief karakter heeft.Hij verwijst naar de crisis van de financiële piramides in 1997 die door de oppositie tegen de regering werd gebruikt.


De Albanese regering treedt streng op tegen de georganiseerde misdaad (illegale handel) die zich in de havensteden heeft genesteld. De georganiseerde misdaad heeft altijd in symbiose met de gevestigde macht bestaan en is erg invloedrijk geworden. De regering is er niet in geslaagd die banden te verbreken.

Albanië is een klein land dat makkelijk te controleren valt maar de georganiseerde misdaad heeft van de oorlogssituatie gebruik gemaakt om haar macht uit te breiden (illegalewapenhandel in de regio).Toen hij opnieuw aan de macht kwam, heeft de heer Sali Berisha de nultolerantie ingevoerd en het hoofd van de politie gevraagd welke actiemiddelen hij nodig had. Deze antwoordde dat het probleem niet zozeer van financiële aard was, maar dat hij vooral de handen vrij wilde hebben. Op een jaar tijd heeft de politie tal van personen in beschuldiging kunnen stellen, wat aantoont dat de politieke wereld de politie moet ondersteunen.

Natuurlijk moet ook de corruptie die dezelfde voedingsbodem heeft als de georganiseerde misdaad, worden bestreden. In de corruptie-index van de Wereldbank is Albaniëteruggevallen van de zestigste plaats in 1996 naar de 127ste in 2005. Hoe is dat gebeurd?Er werden twee basisprincipes ten uitvoer gebracht:- het overheidsgeld behoort de burgers toe- het overheidsgeld is gouvernementeelDe regering moet het geld dat de burgers toebehoort als een goed huisvader beheren.Het postulaat is immers dat als de eerste minister corrupt is, corruptie legaal is. De strijd tegen de corruptie begint dan ook bij de administratie en het basisbeginsel luidt: ‘Geen overheidsgeld voor andere dan publieke doelen’.

Zonder overgang stelt de eerste minister dat Albanië tot de Europese Unie wil toetreden. Wat dat proces betreft, neemt België een vriendschappelijke en open houding aan, ook al valt in Europa enige terughoudendheid ten aanzien van een verdere uitbreiding vast te stellen. De vijf kleine landen in de regio kosten de Unie meer als ze ervan uitgesloten blijven dan wanneer ze erin worden opgenomen. Elke vooruitgang in de toetredingsonderhandelingenmoet natuurlijk op prestaties gebaseerd zijn, maar voor die kleine landen is dat niet zo nuttig.De regering zet haar beste beentje voor om aan alle toetredingscriteria te voldoen.De lokale verkiezingen van 18 februari 2007 waren de eerste in Albanië tijdens dewelke er geen substantiële beschuldigingen aan het adres van de regering werden geuit over een mogelijke beïnvloeding van de resultaten. Ze werden als ‘free and fair’ erkend.In het rapport van het ODIHR (Office for Democratic Institutions and Human Rights) van de OVSE wordt gewezen op de voorwaarden die de oppositie stelt om aan de verkiezingen deel te nemen. Een van de problemen betrof de geboorteakten die zijn afgeleverd doorgemeenten waar de oppositie aan de macht is. De regering zal binnenkort een nieuwe identiteitskaart invoeren en België is kandidaat om ze te vervaardigen. Volgende week wordt een ‘open bid’ gelanceerd.

VragenWat de ‘flat tax’ van tien procent betreft, die erg laag is (in de VS bedraagt die heffing zeventien procent) en wordt toegepast om investeerders aan te trekken, vraagt een lid van de Belgische delegatie of er nog andere voordelen bestaan. Die heffing treft immers meer de armsten dan de rijken.Een tweede vraag betreft de georganiseerde misdaad en haar vertakkingen in West-Europa,meer bepaald in België. Deze is nadelig voor de reputatie van Albanië. Hoe reageert de Albanese regering op het Belgische voornemen om gedetineerden hun straf in het land van herkomst te laten uitzitten?


De eerste minister bevestigt dat de ‘flat tax’ een bron van ongerustheid is en dat deregering zal ingrijpen. De aanvullende begroting die in juni aan het parlement zal worden voorgelegd, is bestemd voor de werknemers en meer bepaald voor de lage lonen. Dat is echter maar een gedeeltelijke oplossing.

Een land dat aantrekkelijk wil zijn voor investeerders moet evenwel bijzondere inspanningen leveren om ze te lokken.De jonge, goed opgeleide, gecultiveerde en goedkope Albanese werkkrachten en deredelijke fiscale lasten moeten het land appeal geven.Het geld van de investeerder is nuttiger dan de fondsen die zich in de staatskas bevinden.

Bovendien is Albanië bereid om uitleveringsakkoorden met alle landen te ondertekenen. Een en ander dient evenwel te worden genuanceerd. In Griekenland wonen al jarenlang meer dan een miljoen Albaneestaligen. Het valt niet te verwachten dat ze ooit naar Albanië zullen terugkeren. Maar als een misdadiger Albanië ontvlucht en in het buitenland strafbare feiten begaat, kan hij probleemloos worden uitgeleverd.

Men mag echter niet vergeten dat een land ook baat heeft bij de aanwezigheid vanmigranten, en dus is het maar normaal dat het de ongemakken draagt die ermee gepaard gaan.

De toestand in de gevangenissen is erg moeilijk en zelfs erbarmelijk te noemen. De regering heeft de investeringen in die sector met 48 procent verhoogd. Die investering, die ertoe strekt menselijker leefomstandigheden te creëren, is trouwens de omvangrijkste in debegroting van 2007.


Woensdag 4 april 2007 – 11.00 uur

AUDIËNTIE BIJ DE PRESIDENT VAN DE REPUBLIEK, Z. E. DE HEER ALFRED MOISIU

De heer Herman De Croo zegt namens de parlementaire delegatie bijzonder vereerd te zijn met de audiëntie van de president van de Republiek Albanië, die in 2002 bij consensus werd verkozen (in juli 2007 vinden opnieuw presidentsverkiezingen plaats) en vraagt hem hoe hij na vijf ambtsjaren zijn rol in het kader van consensuele procedures opvat.

De president van de Republiek is van mening dat de consensuspraktijk haar beperkingen heeft. De grondwet en de wet zijn zijn referentiepunten.De voornaamste taken van de president bestaan erin het land te vrijwaren en tussen de politieke krachten te bemiddelen.Albanië is een jonge democratie die uit een erg brutale dictatuur is ontstaan; de politieke mentaliteit valt moeilijker en trager te wijzigen dan de economische.Conflicten tussen machtshebbers zijn een normale zaak. Het komt erop aan deonafhankelijkheid van de instellingen te waarborgen en de samenwerking en de coördinatie te bevorderen.

Z. E. de heer Alfred Moisiu heeft tijdens zijn mandaat met verschillende regeringen enmeerderheden samengewerkt. Telkens trachtten die meerderheden de onafhankelijkeinstellingen te controleren. Dergelijke fenomenen gaan onvermijdelijk gepaard met dedemocratische evolutie.

De heer Herman De Croo is bezorgd over de onafhankelijkheid van de instellingen, meer bepaald van de rechterlijke macht. Hij verwijst in dat verband naar het geval van deprocureur-generaal wiens ontslag door het parlement wordt geëist maar door de president van de Republiek wordt geweigerd. De president van de Republiek treedt dus op als stabilisator; is het denkbaar dat ooit een ‘impeachment’ procedure tegen hem wordt opgestart? De Kamervoorzitter zegt een gunstige indruk te hebben van zijn collega, de voorzitter van de Nationale Assemblee. Tijdens zijn ontmoeting met haar werd gewag gemaakt van de invloed van de televisiemedia en de machtsstrijd ten aanzien van de beleidsorganen. Hij vraagt of de opvolger van de president van de Republiek eveneens zorg zal dragen voor het behoud van de onafhankelijkheid van de instellingen.

De president van de Republiek antwoordt dat zijn opvolger nog moeilijk iets zal kunnen veranderen. Hij mag de Staat niet in het avontuur storten. Voor het probleem van de geboorteakten is een oplossing in de maak.De publieke opinie heeft veel kritiek op de rechterlijke macht en de president van deRepubliek heeft een werkgroep gelast zich over de hervorming van Justitie te buigen. Het rapport van die werkgroep zal worden voorgelegd aan het parlement, dat een ad hoc commissie bestaande uit experts en leden van de meerderheid en de oppositie zal oprichten. De Stabilisatie- en associatieovereenkomst (SAO) werd reeds door België ondertekend en Albanië levert inspanningen om voor het NAVO-lidmaatschap in aanmerking te komen.De kwestie Kosovo moet dringend worden geregeld en Albanië steunt de voorstellen van Martti Ahtisaari.Albanië streeft ernaar lid te worden van de Europese Unie.


De voorzitter van de Kamer van volksvertegenwoordigers vraagt of de president van de Republiek inzagerecht heeft in de wetgevende procedure. Kan hij eisen dat een wetsontwerp wordt herzien? Hij heeft groot moreel gezag. Volgt de presidentiële administratie het verloop van alle dossiers?

De president van de Republiek antwoordt dat hij het recht heeft om wetten opnieuw in behandeling te nemen en na te gaan of ze met de Grondwet overeenstemmen dan wel of ze ernstige problemen doen rijzen.Hij houdt rekening met het advies van de parlementaire fracties. De fractievoorzitters kunnen steeds een onderhoud vragen of worden bij hem ontboden. In een tweede verwijzing is echter niet voorzien.

Krachtens de Grondwet heeft de president van de Republiek het recht om een wet niet goed te keuren, maar in dat geval treedt de wet sowieso in werking. Er zijn dus beperkingen aan zijn vetorecht.Het spreekt voor zich dat de president regelmatig contact onderhoudt met de regering. Hij behartigt de belangen van de Natie.Zijn administratie bestaat uit een beperkt aantal stafleden die vooral op grond van hunkwaliteit worden aangeworven.Het kiesstelsel is aan hervorming toe.

De president van de Republiek bevestigt ten slotte dat de wet en de grondwet onschendbaar zijn.

Op een vraag over zijn dienstreizen antwoordt de president van de Republiek dat hij vaak naar het buitenland reist, onder andere naar de Baltische staten en de landen in Centraal-Europa.Daarnaast oefent hij ook nog de functie van stafchef van de strijdkrachten uit.


Woensdag 4 april 2007 - 16.00 uur

BEZOEK AAN EEN CENTRUM VOOR GEWEZEN PROSTITUEES (NATIONAL RECEPTION CENTER FOR VICTIMS OF TRAFFICKING)

Dit geheime centrum is het enige in zijn soort in Albanië en wordt door het ministerie van Arbeid, Sociale Zaken en Gelijke Kansen beheerd. Het is een maatschappelijkeoverheidsdienst.

Het centrum werd in juni 2003 opgericht in het kader van een nationale strategie tegen de mensenhandel. Het wordt streng bewaakt en heeft tot doel de integratie, het eerherstel en de sociale wederinschakeling van de slachtoffers van de mensenhandel te bevorderen.Het is bedoeld voor vrouwen, meisjes en kinderen die het slachtoffer zijn of dreigen te worden van de mensenhandel. Het vangt ook buitenlanders en illegale immigranten op die in Albanië zijn «aangespoeld».

Het centrum biedt onderdak en bescherming, wettelijke bijstand, geneeskundige verzorging, psychologische begeleiding, beroepsopleidingen, sociale activiteiten, hulp bij het inhalen van schoolachterstand en een permanente opvolging aan. Het tracht ook tussen de familie en de slachtoffers te bemiddelen. Het staat in verbinding met UNICEF en een aantal ziekenhuiscentra.

Het team van het centrum is multidisciplinair samengesteld.

Uit de brochure die enige tijd geleden is uitgegeven blijkt dat het centrum 116 vrouwen en meisjes, 84 immigranten en 40 kinderen heeft opgevangen en begeleid. Thans staat de teller op 314 personen. De slachtoffers van de mensenhandelaars zijn gemiddeld 14 à 18 jaar oud, laaggeschoold, straatarm en meestal van het platteland afkomstig.

Ze worden vooral door de politie naar het centrum verwezen waar sommigen tot twee jaar -op vrijwillige basis – verblijven. Ze verkeren vaak in levensgevaar, omdat ze tegen depooiers getuigen. Velen van hen blijven in contact met hun familie. Soms komen ze opnieuw in de prostitutie terecht. Enkele vrouwen in het centrum zijn zelfs uit China of Nepal afkomstig.

In Albanië is mensenhandel een zwaar misdrijf waarop een maximumstraf van 15 jaaropsluiting staat.De directeur van het centrum weet niet hoeveel mensenhandelaars een gevangenisstraf uitzitten.

Naast ontspanning biedt het centrum ook cursussen lezen en schrijven, Engels, informatica en handenarbeid (graveren, naaien) aan.

Er werd nog geen aids vastgesteld. In samenwerking met een ziekenhuis worden ervertrouwelijke tests afgenomen.


Woensdag 4 april 2007 - 18.00 uur

ONTMOETING MET DE HEER FATMIR MEDIU, MINISTER VAN LANDSVERDEDIGING

De minister van Landsverdediging dankt de Belgische delegatie voor de snelle ratificatie van de Stabilisatie- en Associatieovereenkomst (SAO) door België en drukt de hoop uit datAlbanië tegen 2008 aan alle vereiste criteria zal voldoen om datzelfde jaar tot de NAVO te kunnen toetreden.Voorts is hij als minister van Landsverdediging België dankbaar omdat het op de top van Riga de Albanese zaak gesteund heeft.

Voorzitter Herman De Croo benadrukt de belangrijke strategische positie die Albaniëbinnen het bondgenootschap zou innemen. België behoort tot de stichtende leden van de NAVO en het hoofdkwartier van de verdragsorganisatie werd in 1966 van Parijs naar Evere overgebracht.De koude oorlog ligt al ver achter ons en de militairen van het vroegere Warschauwpact zijn nu in de NAVO geïntegreerd. We leven in een andere wereld. De NAVO treedt thans buiten haar traditionele werkingssfeer op. Denken we maar aan de aanwezigheid van de KFOR in Kosovo en aan andere initiatieven.We begrijpen dat de nieuwe lidstaten en kandidaat-lidstaten van de Alliantie en de EU met hun toetreding vooral naar meer veiligheid en welvaart streven.We moeten bovendien de uitstekende betrekkingen tussen Albanië en de Verenigde Staten onderstrepen.In elk geval zal Albanië, zodra het aan alle voorwaarden voldoet, op de steun van België kunnen rekenen.

De minister van Landsverdediging dankt de Kamervoorzitter voor zijn bemoedigende woorden. Hij heeft onlangs minister André Flahaut en de Belgische stafchef ontmoet. De wereld is in de loop van het voorbije decennium inderdaad grondig van aanzienveranderd, maar de gevaren zijn nog toegenomen en de vrede en de veiligheid worden nu wereldwijd bedreigd. Albanië draagt niet alleen op de Balkan, maar ook elders – in feite overal waar de NAVO het vraagt – tot vrede en stabiliteit bij. De Albanese krijgsmacht staat aan de spits van de huidige veranderingen. Premier Berisha heeft de hervorming en de modernisering van het leger mogelijk gemaakt door er twee procent van het BNP voor uit te trekken.Zo stelt Albanië tot 2010 vrijwillig een kleine, maar goed opgeleide operationele strijdmacht ter beschikking van de NAVO die deelneemt aan de vredesmissie in Afghanistan. In het kader van de “Adriatic Three” voert Albanië een operatie uit met Turkije, Macedonië enKroatië. Het heeft een medisch team naar Afghanistan gezonden. Sinds 1996 is Albanië in het kader van de door de EU geleide ALTEA-missie in Bosnië aanwezig. Naar aanleiding van de Topontmoeting van Riga heeft het beslist zijn troepen in Afghanistan met ééncompagnie (225 militairen) te versterken. Er zijn ongeveer 125 Albanese militairen in Irak gestationeerd. Bijna acht procent van het contingent van de landstrijdkrachten wordt getraind om aan NAVO-missies deel te nemen.

De minister van Landsverdediging stipt in verband met de bilaterale betrekkingen nog aan dat hij de Belgische minister van Defensie gevraagd heeft om mee te werken aan demodernisering van de Albanese strijdkrachten. Albanië heeft zijn defensiebudgetopgetrokken om zijn leger met moderne wapens en materieel uit te rusten. Vorig jaar is in Brussel overeengekomen welke domeinen er voor bilaterale samenwerking in aanmerking komen (gemeenschappelijke training, uitwisseling tussen militaire muziekkapellen).


Albanië is vastbesloten zijn verplichtingen na te komen en vraagt dat België zijn toetreding tot de NAVO in 2008 – op hetzelfde ogenblik als Kroatië en Macedonië waarmee het op regionaal vlak zeer nauw samenwerkt – zou steunen. Servië, Bosnië en Montenegro werden uitgenodigd om aan de activiteiten in het kader van die trilaterale samenwerking deel te nemen. De Balkan maakt integraal deel uit van Europa.

Wat Kosovo betreft, hoopt de minister dat de Veiligheidsraad een uitweg voor de crisis zal vinden.Men zit nog lang niet op een lijn, maar dat heeft met de verhoudingen in het verleden te maken, hopelijk zal dit gegeven de beslissing van de heer Martti Ahtisaari niet beïnvloeden. De minister hoopt tevens dat het een gunstig jaar voor de Balkan zal worden waarin er nog nauwer met België en de andere landen van de Europese Unie zal worden samengewerkt.

Voorzitter Herman De Croo prijst de minister van Landsverdediging voor de groteinspanningen van zijn land. Een snelle berekening leert hem dat Albanië ongeveer 175miljoen dollar aan defensie besteedt. De minister heeft het over 180 miljoen dollar voor dit jaar en 215 miljoen dollar voor volgend jaar. De voorzitter besluit dat dit voor Albanië een aanzienlijk bedrag is. Zowel de lucht- als de zeemacht zullen gemoderniseerd worden. België heeft de dienstplicht afgeschaft en het aantal manschappen in het kader van de professionalisering gehalveerd. De homogeniteit van de militaire bestellingen doet een groot probleem rijzen (de VS geven op jaarbasis ongeveer 330 miljard dollar uit, terwijl Europa in zijn geheel maar 35 procent van dat bedrag uitgeeft, waarvan slechts 15 procentdaadwerkelijk naar materieel gaat. In tegenstelling tot in de Verenigde Staten gaat in Europa immers 75 procent naar de personeelsuitgaven en slechts 25 procent naar materieel. In de VS is het net omgekeerd). Standaardisatie en specialisatie zijn ongetwijfeld twee van de weinige middelen die ons in staat stellen om de capaciteit waar we overeenkomstig onze financiële inspanningen over beschikken, te verhogen.De voorzitter vindt dat een relatief kleine strijdmacht zoals die van Albanië eenvoortrekkersrol kan spelen.België is vol lof over de manier waarop Albanië zich van zijn internationale missies kwijt.

De minister van Landsverdediging preciseert dat Albanië al zijn vliegtuigen gedeclasseerd heeft. Zijn land bouwt een zeemacht naar Belgisch en Nederlands model uit. Destrijdkrachten worden geherstructureerd om de drie commandoniveaus tot één te herleiden. Gelet op de economische toestand van het land vergt dat een enorme investering. De toetreding tot de NAVO kan op steun uit alle politieke hoeken rekenen. Ongeveer 88 procent van de Albanezen zijn er voorstander van.Het ministerie van Landsverdediging maakt momenteel de moeilijkste periode uit zijngeschiedenis door en elke uitgave wordt gewikt en gewogen.

Voorzitter Herman De Croo spreekt zijn grote tevredenheid over zijn ontmoeting met de minister uit. Het NAVO-lidmaatschap is een eerste stap. De NAVO is geen oppositiemacht. In feite gaat het om een “soft strength”, een echte, maar “zachte” macht die een belangrijke rol speelt op het stuk van “peacekeeping” en “peacemaking”.Albanië zal ook over de Europese pijler van de NAVO moeten nadenken.

De Europese interventiemacht is meer dan een symbolische eenheid, want ze brengt de partners van een zelfde bondgenootschap samen en is een stabiliserende factor. Hetvoorbeeld van Griekenland en Turkije is symptomatisch. Doordat beide landen tot dezelfde alliantie behoren, hebben ze tal van kwesties kunnen regelen. Hetzelfde effect kan ook in de Balkan spelen.


De parlementaire Assemblee van de NAVO, die in 1968 het enige parlementaire orgaan was waarin de Verenigde Naties en Canada zitting hadden, brengt de leden dichter bij elkaar.

De minister dankt de Belgische delegatie nogmaals voor de belangstelling die ze voorAlbanië toont en benadrukt dat de toetreding tot de EU een topprioriteit blijft.


Donderdag 5 april 2007 – 11.00 uur

ONTMOETING MET MEVROUW JOZEFINA TOPALLI, VOORZITTER VAN DE ALBANESE ASSEMBLEE(ZAAL NAAST DE ZAAL VAN DE PLENAIRE VERGADERINGEN)

Voorzitter Jozefina Topalli verlaat de plenaire vergadering om de Belgische parlementaire delegatie te ontmoeten. De delegatie had die vergadering vanop een tribune bijgewoond en een korte rondleiding gekregen.

Het gesprek gaat eerst over de aanwezigheid van de televisie in de plenaire vergadering. Diverse journalisten zijn verantwoordelijk voor de selectie van de beelden. De beeldenworden niet rechtstreeks uitgezonden en er is geen heruitzending via internet. De voorzitter zal die mogelijkheid nader onderzoeken. Er zijn gewoonlijk twaalf of dertien camera’s die items van 3 à 4 minuten opnemen.

Laptops zijn momenteel niet in de plenaire vergadering toegelaten.

Om de aanwezigheden vast te stellen wordt er gebruik gemaakt van een elektronische kaart die een geel licht naast de naam van het parlementslid doet oplichten. Maar er is een « double check » in de zin dat het parlementslid tevens zijn handtekening op een ad-hoclijstmoet aanbrengen. Om het absenteïsme te voorkomen kan de parlementaire vergoeding als straf verlaagd worden, tenzij men uiteraard over een geldige reden beschikt.De ministers hebben eveneens zitting in het Parlement en nemen aan de stemmingen deel. Het systeem van de stemafspraken is er niet in zwang. Er wordt een bijkomende vergoeding toegekend in functie van de aanwezigheid in decommissies.Wegens het gebrekkig openbaar vervoer en de grote afstanden hebben de parlementsleden een wagen met chauffeur te hunner beschikking. Gedurende de zittingen huren ongeveer de helft van de parlementsleden een appartementje in Tirana waarvoor ze van het Parlement een vergoeding van 100 US dollar ontvangen. De parlementsleden verdienen 1.300 US dollar per maand. De fractieleiders ontvangen een kleine toeslag.

De meest prestigieuze functies zijn (in orde van belangrijkheid) die van president van de Republiek (volgens het profiel van de betrokkene) en eerste minister. Een parlementslid is belangrijker dan een burgemeester, hoewel tijdens de jongste verkiezingen een aantal politici voor het burgemeesterschap kozen, waardoor er zich een trendbreuk lijkt af te tekenen.

Voorts geeft Albanië ook de voorrang aan meer transparantie en vertoont de wet op de bekendmaking van de mandaten veel gelijkenissen met de overeenkomstige Belgische wet. Bovendien worden de mandaten in de pers bekendgemaakt. Elke burger heeft het recht om de inkomsten van de volksvertegenwoordigers te kennen.Een parlementslid mag enkel als professor cumuleren. Om corruptie te voorkomen moet de burger het inkomen van alle ambtenaren tot op het niveau van bestuursdirecteur kennen.

Nog wat de televisie betreft, wordt de onafhankelijkheid van dat medium in België benadrukt, ook al nodigen de partijen sommige journalisten uit om bij de verkiezingen voor hen op te komen.Onder de Albanezen heerst nog altijd een gevoel van onvrede over de politici die vaak meer op eigen gewin uit lijken. Maar daar komt geleidelijk verbetering in.

Op verzoek van voorzitter Jozefina Topalli beschrijft voorzitter Herman De Croo vervolgens welke vormen de samenwerking tussen de twee parlementen zou kunnen aannemen.


Donderdag 5 april 2007 - 13.00 uur

LUNCH IN HOTEL ADRIATIK VAN DURRËS IN AANWEZIGHEID VAN DE HEREN GAZMEND OKETA,VICE-EERSTEMINISTER, EN KLODIAN PAJUNI, PREFECT VAN DURRËS.

Tijdens het gesprek kwamen hoofdzakelijk de volgende punten aan bod:

- het eigendomsrecht (evolutie na het communisme);- de bouwvergunningen;- de vastgoedmarkt (prijzen in US-dollar per vierkante meter);- de ontwikkeling van de kustregio;- de kustwacht (speedboten en georganiseerde misdaad);- de havenactiviteiten;- de bouw en de bouwvoorschriften (de vice-eersteminister heeft een architectenbureau);- de lokale verkiezingen in de stad Durrës.


SLOTBESCHOUWINGEN DOOR DE VOORZITTER VAN DE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS

Delegaties van de Kamer van volksvertegenwoordigers bezoeken onder leiding van haar voorzitter jaarlijks een aantal zorgvuldig uitgekozen landen.Gedurende de eerste zittingsperiode werden bijna alle islamitische landen, in hoofdzaak rond de Middellandse Zee, en een reeks landen in Centraal- en Oost-Europa aangedaan. Daarna was het de beurt aan de landen in de Kaukasus en zelfs Mongolië en China ontbreken niet op het lijstje. Waarom Albanië? Voor de voorzitter was dat land een grote onbekende. De delegatie heefteen land leren kennen dat zich pas laat van het juk van het radicaal communistisch regime van Enver Hoja bevrijd heeft. Vervolgens werden de democratische beginselen, waaronder de rotatie van de macht, niet zonder slag of stoot ingevoerd (de zaak van de financiële piramides die Albanië aan de rand van de afgrond bracht).Zopas vonden de eerste verkiezingen plaats die door de OVSE gecontroleerd enbecommentarieerd werden.

Het land is blijkbaar straatarm. Het telt drieënhalf miljoen inwoners en is bijna even groot als België.Zeer veel Albanezen leven in Griekenland (economische vluchtelingen). Daarnaast zijn er ook veel naar Macedonië, Kosovo, Montenegro, Italië, België, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten (Baltimore en New York) uitgeweken. De begroting van Albanië bedraagt 10 miljard US-dollar, waarvan bijna 1,5 miljard afkomstig is uit de diaspora die dus voor grote inkomensoverdrachten zorgt.

Wat de energie betreft, werd 90 procent van de elektriciteit door waterkracht opgewekt. Het streven naar autarchie ging onder Enver Hoja zelfs zover dat het land geen ambassadeur in Moskou had. Elk huis had een schuilkelder en elk gezin beschikte over een wapen om een eventuele invasie het hoofd te kunnen bieden. De gevangenissen zaten overvol. Een enkele opmerking over luchtvervuiling of de verouderde uitrusting volstond om in de gevangenis te belanden.

De liberalisering ging met heel wat geweld en corruptie gepaard (duizenden mensen zijn het slachtoffer van de canun – een vorm van bloedwraak waarvan de regels door declanhoofden zijn vastgelegd – en durven hun huis niet meer uit).De samenleving is in volle evolutie, maar steunt nog sterk op clantradities die terugreiken tot de tijd toen Albanië op de grens van het Romeinse en het Byzantijnse Rijk lag. Deaanwezigheid van diverse godsdiensten heeft niet tot religieuze intolerantie geleid, welintegendeel. Gedurende een vijftigtal jaar was elke godsdienstbeleving er nochtansverboden.Corruptie is een alledaags fenomeen. De Albanese maffia is een van de belangrijkste van Europa (drugs, papaverteelt) en met de hulp van de Verenigde Staten tracht de regering er paal en perk aan te stellen. In het kader van de mensenhandel heeft de delegatie eencentrum voor gewezen prostituees bezocht.

Op politiek vlak blijkt “Groot-Albanië” niet langer een optie te zijn, zelfs als men rekening houdt met de Albanese aanwezigheid in de buurlanden. De toetreding tot de NAVO in 2008-2009 en tot de EU in de jaren daarop blijft de topprioriteit voor Albanië.De Albanese gesprekspartners bevestigen dat de vereniging van de Albanezen uit Kosovo en die uit Albanië ondenkbaar is.


Albanië onderhoudt nauwe banden met Italië (ten tijde van de Italiaanse overheersing waren Kosovo en Albanië een tijdlang verenigd).

De delegatie stelde tot haar grote verrassing vast dat de politieke leiders en de intelligentsia het Frans beheersen.De delegatie was ook verrast door het grote aantal televisiestations in het Parlement(ongeveer 20 camera’s). Persvrijheid is er geen hol begrip.

Tal van ondernemingen of kapitaalkrachtige lieden richten televisiestations op om depolitieke wereld en de publieke opinie te beïnvloeden. De huidige regering tracht die tendens in de hand te houden.De parlementaire oppositie laat zich niet onbetuigd. Tijdens de verkiezingen gaat het er hard aan toe.

Albanië is een land vol verrassingen dat wordt opgevrijd door de Amerikanen die er royaal in investeren. Zowel de oppositie als de meerderheid zijn sterk amerikaansgezind. Zoals veel landen die een satellietstaat van de Sovjet-Unie zijn geweest, wil Albanië tot de NAVO toetreden om zijn veiligheid te waarborgen en verwacht het van een EU-lidmaatschap meer welvaart.Het voornaamste argument is dat men de buitenwereld ervan moet overtuigen dat de Balkan als een geheel tot Europa moet toetreden.

Op 2 mei 2007 zal de rechtstreekse luchtverbinding Tirana – Brussel met drie vluchten per week worden ingevlogen.

De gemiddelde leeftijd van de Albanezen is relatief laag. Het land heeft een zwarte economie die de eerste minister wil formaliseren.Er hebben slechts een tiental vrouwen zitting in het 140 leden tellende Parlement. Religieuze symbolen, zoals de hoofddoek voor moslimvrouwen, worden niet gedragen. De Albanese samenleving is bijzonder ontvlambaar, terwijl het land naar buitenuit zich bedachtzaam opstelt.De delegatie voelde zich zeer vereerd met de warme ontvangst door de hoogstegezagsdragers. De Albanezen zijn bijzonder gastvrij.

De delegatie had zich onder andere afgevraagd wat er van een land gewordt dat jarenlangdoor een brutaal regime in het isolement werd gehouden en of de opkomende democratie er tot bloei kan komen. De delegatie kan nu stellen dat de democratie in Albanië in volleontwikkeling is, dat er een rotatie van de macht is en dat de economie stilaan geliberaliseerd wordt. Met onder meer de toeristische sector heeft dit land mooie troeven voor de toekomst in handen. Het beschikt immers over een 450 km lange kustlijn met groene landschappen en bergtoppen die boven de kust uitrijzen en met sneeuw bedekt zijn.

Op geopolitiek vlak is Albanië zowel een factor van stabiliteit als van conflict. Het was een bijzonder interessante missie.


FOTO’S

Rencontre avec Madame Jozefi na Topalli, Présidente du ParlementOntmoeting met Mevrouw Jozefi na Topalli, Voorzitter van het Parlement

Doorstep interview

Déjeuner offert par la Présidente du ParlementLunch aangeboden door de Voorzitter van het Parlement

Rencontre avec S.E. Monsieur Helmut Lohan, Ambassadeur de l’U.E.Ontmoeting met Z.E. de Heer Helmut Lohan,Ambassadeur van de E.U.

Ontmoeting met de Commissie Buitenlandse ZakenRencontre avec la Commission des Affaires Etrangères

Rencontre avec la Commission des Affaires EuropéennesOntmoeting met de Commissie Europese Aangelegenheden

Ontmoeting met Eerste Minister Sali BerishaRencontre avec le Premier Ministre Sali Berisha

Ontmoeting met de President van de Republiek Alfred MoisiuRencontre avec le Président de la République Alfred Moisiu

©: h

ttp:/

/ww

w.k

eshi

llimin

istra

ve.a

l/fot

o/fo

to.a

sp?i

d=51

29

Ontmoeting met de President van de Republiek Alfred MoisiuRencontre avec le Président de la République Alfred Moisiu

Visite du Musée de la ville de KrujaBezoek aan het Museum van de stad Kruja

© :

http

://w

ww

.pre

side

nt.a

l/eng

lish/

pu/f

oto.

asp?

id=

3852

Visite du Musée de la ville de KrujaBezoek aan het Museum van de stad Kruja

Rencontre avec Monsieur Fatmir Mediu, Ministre de la Défense Ontmoeting met de Heer Fatmir Mediu, Minister van Defensie

Rencontre avec Monsieur Fatmir Mediu, Ministre de la Défense Ontmoeting met de Heer Fatmir Mediu, Minister van Defensie

Opera evening

Dîner offert par le Premier Ministre Sali BerishaDiner aangeboden door Premier Sali Berisha

Entretiens avec des étudiants de l’Université polytechniqueGesprekken met studenten van de Polytechnische universiteit

Entretiens à l’Assemblée Nationale avec la Présidente Jozefi na TopalliGesprekken in de Assemblée Nationale met Voorzitter Jozefi na Topalli



Visite du Musée de DurrësBezoek aan het Museum van Durrës

Ontmoeting met Vice-premier Gazmend OketaRencontre avec le Vice-premier Ministre Gazmend Oketa

Vertrek vanuit de luchthaven «Mother Teresa»Départ de l’aéroport «Mother Teresa»

PARLEMENTAIRE M BELGISCHE KAMER VAN … 62... · Grégoire Cuvelier van de FOD Buitenlandse Zaken...

Documents

Transcript of PARLEMENTAIRE M BELGISCHE KAMER VAN … 62... · Grégoire Cuvelier van de FOD Buitenlandse Zaken...