Paragraaf 1.4

Bouwen en graven.

Bezit

• Jagers en verzamelaars deelden alles:• Voorwerpen waren algemeen bezit.• Er was weinig verschil in macht. • Dat is namelijk nu ook zo bij mensen die nog

zo leven.• Wel een stamhoofd, maar veel samen

belissen.

Meer verschillen:

• Mensen waren gelijk.• Als ze als boeren gaan leven komen er meer

verschillen.• Boeren hebben meer bezit ( voorwerpen)• Rijke boeren met meer spullen hadden ook

meer aanzien. • Ze luisterden eerder naar je!

Rijkdom

• Rijke boeren werden vaak de baas in het dorp. • Er waren grote verschillen in bezit, aanzien en

macht.• Dit zijn sociale verschillen.• Dit komt door de landbouwrevolutie. Dit is

een kenmerkend aspect.

Meer en minder grafgiften

• Verschillen in rijkdom zijn te zien aan hun graven:

• Doden kregen spullen mee in hun graf:• Potten, gereedschappen.• Rijkere mensen kregen duurdere grafgiften

mee.

Hunebedbouwers

• In Noord-Nederland gaan mensen hunebedden bouwen als graven.

• Naam: mensen dachten dat ze gebouwd waren door reuzen (=hunen)

• Gebouwd vanaf 3400vc.

Hunebed

• Werden gebruikt als familiegraf. • Grafgiften: sieraden, potten, eten en drinken.

• Waarom? Geen idee!• Waarschijnlijk vanwege het geloof:• De dode had deze spullen nodig in het

hiernamaals.

Bron 18, pagina 19

• De cultuur van de hunebedbouwers:• Hun manier van leven. • Kleding, voorwerpen, huizen, etc.

Natuurgoden en geesten

• Hunebedbouwers vereerden veel goden.• En ook de maan, rivieren en bliksem.• Dit is een natuurgodsdienst. • Alles in de natuur heeft een god.

• Als mensen doodgingen werden ze geesten.• Zo konden ze veel dingen die ze niet snapten

toch verklaren!• Ze wilden de goden ook tevreden houden:• Ze offerden dieren voor de goden of deden

een speciale dans.

• Einde