Overtocht om in te lijsten

4
EEN OVERTOCHT OM IN TE LIJSTEN lady ann Aan het einde van de tocht van Nederland naar de Carieb op Lady Ann, een elegante ´modern classic´, draagt Edo Ankum de schippersfakkel voor een aantal maanden over. Daarna bereidt hij samen met de Italiaan Davide Lady Ann voor op een volgende oceaanoversteek, als onderdeel van de ARC-vloot. Tekst Edo Ankum oversteek | lady ann

Transcript of Overtocht om in te lijsten

Page 1: Overtocht om in te lijsten

een overtochtom in te lijsten

lady annAan het einde van de tocht van Nederland naar de Carieb

op Lady Ann, een elegante ´modern classic´, draagt Edo Ankum de schippersfakkel voor een aantal maanden over.

Daarna bereidt hij samen met de Italiaan Davide Lady Ann voor op een volgende oceaanoversteek, als onderdeel van de ARC-vloot.

Tekst Edo Ankum

o v e r s t e e k | l a d y a n n

Page 2: Overtocht om in te lijsten

Vers uit het water.

Las Palmas maakt zich op voor de jaarlijkse komst van de ARC-vloot.

De laatste mijlen naar Gibraltar.

Tijdens de koffie worden de lijsten opgesteld.

vanaf een verlaten kade in de immense Marina Real Juan Carlos I van Valencia stap ik aan boord van Lady Ann met een onbestemd gevoel. Ik heb Lady Ann lang niet gezien en ben niet gerust op wat mij te wachten staat.

Heeft mijn vervanger goed voor haar gezorgd? Is haar tech-nische toestand zoals per e-mail beschreven? Verrassingen zijn niet welkom. Het is midden oktober en er liggen onver-murwbare data in het verschiet. Begin november krijgen we in Gibraltar opstappers aan boord voor de overtocht naar Gran Canaria. Als we daar midden november arriveren, hebben we nog geen week voor de laatste voorbereidingen voordat de bemanning aan boord komt voor onze Atlanti-sche oversteek met de ARC. Die start op 25 november. Vanuit de kombuis klinkt een opgewekt ‘Buongiorno, come stai, espresso or cappuccino?’ De schipper is al eerder afge-zwaaid, dus dit zal maat Davide zijn. Ik maak kennis met een optimistische en energieke jongen die een paar maan-den geleden aanmonsterde op het eiland waar hij zijn hele leven heeft gewoond: Sardinië. Tijdens de koffie brengen we onze Atlantische overtocht in kaart, of liever: we lijsten hem in. We stellen een aantal lijsten op. Eentje met ver-schillende activiteiten in Valencia, Gibraltar en Las Palmas. Een andere met dingen die gekocht moeten worden, voor onderhoud aan Lady Ann, om te voldoen aan de ARC-eisen, en voor de overtocht. Ik word al maanden gebombardeerd met nieuwsbrieven van de World Cruising Club, de ARC-organisator, met naast een weerzinwekkende hoeveelheid reclame, checklists en deadlines voor bijvoorbeeld het aan-leveren van scheepsgegevens, het indienen van beman-ningslijsten, het doorgeven van onze E.T.A. en voor het

bestellen van crewshirts. Voor de komende week in Valen-cia staat een deprimerende hoeveelheid werk op de rol. Lady Ann gaat het water uit voor regulier onderhoud aan het onderwaterschip en antifouling. Als de motor draait, krijgen we geen warm water. Dat is irritant en moet opge-lost. Er is sinds de Carieb een hardnekkige mierenplaag aan boord. Die beesten moeten dood. De antenne van de korte-golfradio is kapot. Die SSB moet het weer doen. Al het lopend want moet worden nagelopen en waar nodig gewas-sen om het weer soepel te krijgen. Er moet een ophangcon-structie aan het hek komen voor het reddingvlot. Lieren moeten uit elkaar en in het vet. De radar geeft soms een scanner not responding foutmelding. De satelliettelefoon wil niet aan. De boegschroef weigert. Hoogstwaarschijnlijk moeten we de accu’s vervangen. De Epirb moet op service-beurt. En beide wc’s krijgen nieuwe pompen, alle riole-ringsslangen gaan we vervangen en de zwartwatertank mag niet langer lekken bij de pomp aanslui ting.

MañanaEen week na mijn aankomst in Valencia varen we ’s och-tends moe, voldaan, licht gefrustreerd maar ook opgelucht tussen de pieren van de jachthaven Valencia uit. Allemachtig wat kreeg ik een hekel aan die mañana-mentaliteit. Mensen die we moesten inschakelen waren ‘naar ons onderweg’, ‘nog even bij een andere klus, maar kwamen er zo aan’, of ‘kon-den nu helaas niet meer, maar zouden morgen als eerste naar ons toekomen’. Met name elektriciën Kike dreef ons tot wanhoop met zijn eeuwige ‘ik ben er zo’. Maar toch, alle pun-ten zijn afgewerkt, eigenlijk omdat we het meeste zelf heb-ben kunnen doen. Onze laatste avond sliepen we in een hotel, in de gelukzalig sadistische wetenschap dat onze mieren die nacht hun Waterloo zouden vinden. De combinatie van gif en gas zou tot in de verste uithoeken zijn dodelijke werk doen tot ook de meest weerbarstige werksters, verkenners, voedselverza-melaars, nest-onderhouders, kinderverzorgers, soldaten, en natuurlijk de trotse koningin zelf, de geest gaven. De wind is oostelijk, kracht 4. Voor de komende dagen geen verandering wat dat betreft. Het eerste zuid-zuidoostelijke stuk van 50 mijl tot net voorbij Denia varen we scherp aan de wind over een betrekkelijk vlakke zee in een bleek herfst-zonnetje. We komen langzaam weer wat op adem. Als we de grote haven van Denia dwars hebben, krijgen we dolfijnen op bezoek. Ze escorteren ons tot voorbij Cabo de San Anto-nia. De zon gaat onder en het groen van de Spaanse bergen verandert in een geraffineerd netwerk van twinkelende lich-ten. De knik gaat in de schoot, de koers is de komende 85 mijl zuidwest. Lady Ann ligt solide en loopt 7 knopen. We zijn bij Cabo de Palos tegen de tijd dat het weer licht wordt. De opkomende zon zet de imposante natuurstenen vuurto-ren op de kop van de kaap in een prachtig oranje licht. Ik geef de autopilot tien graden stuurboord, vier de schoten wat, zet koffie en geniet van de rust. Wat een contrast met de havenhectiek. Davides wacht begint nu officieel maar ik laat hem nog maar even liggen. Hij heeft zijn rust wel verdiend. De afgelopen week hebben we elkaar goed leren kennen. Mijn bewondering voor zijn inzet en enthousiasme is daarbij hand over hand toegenomen. Geen werkdag was hem te lang, geen klus te vies of te zwaar, zijn opgewektheid was

continu. Veel liedjes van André Hazes kende hij in de Itali-aanse variant. Zo zongen we tweetalig mee en trokken vrolijk aan rondspetterende half dichtgeslibde wc-slangen.

Havenstress Tijdens het ontbijt, met het klassieke Carthagena dwars, zetten we de tanden in de lijst voor Gibraltar. Het lakwerk van het dekhuis, de kuip, van dekluiken en potdeksel moet dringend bijgewerkt. De hydrauliek leiding voor het spannen van de achterstag lekt. De antenne van de SSB-radio is gemaakt maar hij werkt nog steeds niet. Het driekleurenlicht in de masttop doet het niet. Het trysail heeft de verkeerde geleide karren. Het grootzeil is dringend aan vervanging toe. Het nieuwe is besteld en moet in Gibraltar worden afgeleverd. Compressoren van koelkast en vriezer moeten worden geserviced. Motor en generator verdienen aandacht. Dus filters wisselen, impellor controleren, olie verversen, annodes vervangen, dieselopvoerpompen nalopen en dieseltanks controleren op bezinksel of sludge. De watermaker moet na een werkloos seizoen in de Med weer in bedrijf worden gesteld en krijgt nieuwe filters. Alle bilgepompen moeten worden getest, en van de handpompen moeten we de pakkingen vervangen. De ledstripverlichting in kombuis en salon moeten eveneens worden vervangen. Het pyrotechnisch materiaal moet worden geüpdate conform de ARC-eisen, de Jonbuoy vervangen en de grabbag gevuld met noodvoedselrantsoenen en drinkwater. Brandblussers moeten geserviced, gasflessen gevuld, reddingvesten gechecked. De boordapotheek en alle EHBO-materialen moeten nagelopen. Het houdt niet op. Maar we laten ons niet gek maken, die lijsten zijn goed voor havenstress. Wij zitten nu op zee, tijd voor rust, bijkomen en opladen. Het weer is perfect, met zon en nog steeds die oostelijke wind, kracht 4. We trimmen de zeilen, gewoon voor de lol. Davide was eerder kok op een Sardijnse dagcharter catamaran. Hij produceert een heerlijke pastamaaltijd als lunch, met sausingrediënten uistluitend uit blik. We

experimenteren al dagen met blikvoer in een poging het kaf van het koren te scheiden voordat we groot moeten gaan inkopen in Las Palmas. Bij zonsondergang tekent het donkere silhouet van de vuurtoren van Cabo da Gata prachtig af tegen de oranjerode hemel. Met nog 175 mijl te gaan zijn we dik over de helft. ’s Nachts zien we in de verte de door de eerste kwartiers maan beschenen toppen van de Sierra Nevada.

Verrassingen Tegen de tijd dat de zon opkomt, hebben we Motril dwars en liggen de wit bepoederde bergtoppen al weer achter ons. De oostelijke wind krijgt een landcomponent en krimpt. De zee wordt lekker vlak. We gijpen en maken ons op voor ontspan-nen laatste stuk. Maar dan loeft Lady Ann opeens onge-vraagd op. De autopilot zegt ‘Error 103’ en weigert dienst. Davide neemt het roer en ik sla de handleiding er gerouti-neerd op na. Die autopilot blijkt ook dit jaar vol verrassingen. Korte studie leert dat er iets mis is met de overbrenging van pilot op roer. Zou wel eens in de reductiekast kunnen zitten, maar die ga ik op zee niet open schroeven. Dat zou het schip stuurloos maken. Ach, het is maar 100 mijl dit keer, we stu-ren wel op het handje. En zo maakt de ontspanning van het koken, lezen, ouwehoeren en slapen plaats voor de medita-tieve rust van het sturen, het uitzicht houden, en het dagdro-men terwijl de ander in het dekhuis een uiltje knapt. Tijd genoeg om de Costa del Sol, met de toeristenkrakers Malaga, Torremolinos en Marbella, vol afgrijzen in me op te nemen. Blij dat we daar niet stoppen. In de ondergaande zon tekent de met een wolkenflard getooide Rock zich elegant op de westelijke horizon af. Een paar uur later ronden we Europa Point, het zuidelijkste puntje van Gibraltar, zigzaggen tussen de geankerde vrachtschepen door en ronden het zuidelijke

’s Nachts zien we de toppen van de Sierra Nevada

De lijstjes worden niet korter, de klussen wel simpeler

113www.zeiLen.nL april 2015112 april 2015 www.zeilen.nl

o v e r s t e e k | l a d y a n n

Page 3: Overtocht om in te lijsten

ov e r s t e e k | l a dy a n n

Ronald hijst de

seinvlaggen direct na aankomst

havenhoofd. Na enig zoekwerk lokaliseren we de ingang tot de Queensway Marina. We wurmen Lady Ann door de onmogelijk krappe haakse bocht naar binnen en knopen even later vast in een chique havenkom. De week daarop schiet voorbij in een waas. Lady Ann’s interieur is een puinhoop, met vloerdelen omhoog, gereed-schapskisten open, overal rondslingerende reservemateria-len. Techneuten komen en gaan, soms zelfs op de aange-kondigde tijd. Tussendoor rijden we als bezetenen rond in een huurauto. Van hydraulische perswerkplaatsen naar gas-vulstations, van scheepsbenodigdheden naar elektronicawin-kels, van zeilmakers naar apotheken. Als altijd geldt de 70 – 30 regel: 70% van de klussen gaat soepel en wordt in 30% van de tijd afgewerkt. De overige 30% blijkt een drama en kost 70% van de tijd. Zo blijkt het na veel ‘Sorry, can’t help you. Try at ...’ onmogelijk om onze gasflessen te vullen en kopen we ten einde raad nieuwe volle flessen. We hebben ons dan ook al verzoend met het feit dat het grootzeil pas op Gran Canaria aan boord zal komen. Na verwoede pogingen om tot de juiste instanties door te dringen, bleken de bureaucratische hobbels voor inklaring van het grootzeil onoverkomelijk. De zoektocht naar die ene ontbrekende witte handfakkel groeit tot Heilige Graal-proporties. De ARC-organisatie schrijft vier van die lichtsignalen voor en we heb-ben er drie. We durven het niet op Las Palmas aan te laten komen met het risico dat we ‘zakken’ voor de ARC-veilig-heidstoets. Maar uiteindelijk leggen we het hoofd in de fak-kelschoot, een paar uur voor de opstappers aan boord komen. Die vermaledijde SSB-radio doet het ook nog steeds niet. De laatste uren bergen we op en stuwen we zeevast. We gaan als witte tornado door Lady Ann’s interieur, boenen dek en kuip, halen een lap over de verse lak en poetsen het rvs. Als Veronique, Jan en Urs even later aan boord stappen ziet Lady Ann er onberispelijk uit. Ze is er klaar voor, inclusief de diep onder de kuip weggewerkte autopilot. In de reductiekast bleek een breekpennetje doorgerot, waardoor het asje dat het roer moest bedienen niet langer meedraaide op het door

de pilot braaf aangestuurde tandrad. De volgende ochtend beginnen we aan het eerste stuk naar Madeira, 550 mijl op een west-zuidwestelijke koers. De wind is ons goed gezind met noord-noordwest, kracht 4. We spuiten met bijna 8 kno-pen de Atlantische Oceaan op en raken langzaam aan elkaar en het ritme van de oceaan gewend.

Scheur In het ochtendgloren van de tweede dag op zee word ik onaangenaam verrast door een horizontale scheur in het zeil van ongeveer een meter, beginnend bij het achterlijk net boven het derde rif. Hadden we dat ding toch maar vervan-gen in Gibraltar. Nu moeten we hoe dan ook door naar Las Palmas op dit oude lapje. We laten het zeil grotendeels zak-ken zodat we de scheur kunnen plakken op de omgekeerde dinghy die onder de giek op dek ligt. Het voor handen plak-materiaal werkt verrassend goed. Nu we er weer eens met ons neus bovenop zitten blijkt het vijf jaar oude 3DL Mara-thon zeil echt zeer dringend aan vervanging toe, het delami-neert op plaatsen en overal zitten minuscule scheurtjes. Het vod gaat weer omhoog. Het is alsof we net een zebrapleister op de snee in onze vingers geplakt hebben, als kleuters zo trots kijken we naar het resultaat. We zetten de kraanlijn foor en ontlasten de spanning op het achterlijk en hopen er maar het beste van. Nog 450 mijl naar Funchal. Een dag later krimpt de wind en Funchal is nog nét bezeild. De dag erna krimpt de wind nog 10 graden en verschuift Lady Ann’s boeg naar de ten zuiden van Funchal liggende Desertas eilanden. Op het moment dat we ze na vier etmalen in het zicht krij-gen, trekt de wind aan naar 25 knopen. Het zeil scheurt net onder de pleister. Eigenlijk moeten we overstag om hoogte te winnen, maar daarmee wachten we liever tot in de lei van Madeira. Op een onstuimige zee denderen we tussen de twee 400 meter hoge Desertas eilanden door terwijl de laag-staande avondzon een prachtige regenboog tovert tegen een vette regenbui achter ons. De wind neemt gelukkig allengs af, het zeil scheurt niet verder en een aantal uur later ankeren

De reductiekast van het roer, klaar voor wederopbouw.

Bijboot schoon vóór het grootzeil zakt.

Davide aan het roer op de Atlantische Oceaan.

De eerste scheur. Meesterzeilmaker Ronald.

De organisatie raadt de deelnemers dringend aan ‘to dress their boat with flags ’ in de haven.114 april 2015 www.zeilen.nl

Page 4: Overtocht om in te lijsten

Lady Ann is met haar 20 meter

opeens een verrekt krappe schuit

we in de stikdonkere havenkom van Funchal. Terwijl Jan en Urs de volgende dag afstappen en Ronald aanmonstert, voe-ren Davide en ik routinematig een noodreparatie aan het grootzeil uit. De nog resterende stoplapjes gaan erop, ver-vangende stickers gaan op het lijstje, en de volgende dag hij-sen we op een harde noordwestelijke wind voorzichtig zeil en richten de steven op Las Palmas, koers 165, verheid 275 mijl. Na een etmaal zijn we de halverwege liggende Salva-gem eilanden al ruim voorbij. Dan zakt de wind bijna hele-maal in en motorzeilen we verder. De volgende ochtend krij-gen we bij het ontbijt Gran Canaria in zicht. De wind trekt opeens behoorlijk aan. Eigenlijk zouden we moeten reven, maar met de haven in zicht waar ons een nieuw grootzeil wacht, ben ik eigenlijk razend benieuwd hoeveel ons zeil kan hebben. Bij een volgende windvlaag scheurt het zeil met een indrukwekkend doffe knal, van het achterlijk tot aan de mast. We zeilen het laatste stuk met een soort gaffelzeil, een topzeil en de genua en leggen even later met een deernis-wekkend hoopje gerafeld doek op de giek aan in de eivolle Las Palmas marina. Nog een week voor de start van de ARC.

ARC-circus Veronique zwaait af, Ronald blijft aan boord tot aan de over-kant. Met zijn drieën storten we ons in het ARC-circus. Dit jaar doen 225 jachten mee, goed voor een slordige 1500 bemanningsleden. Het gedeelte daarvan dat zich niet koortsachtig met de allerlaatste voorbereidingen bezighoudt, moet vermaakt worden. Er zijn dagtochten over het eiland en seminars over proviandering, EHBO, de terugtocht naar Europa, sextantnavigatie, weer en routering, management van noodsituaties, tuigage, een veiligheidsdemonstratie met het optakelen van een gewond bemanningslid in een heli-kopter, het afsteken van een fakkel en het lanceren van een vlot. Overdag zijn we te druk met het afwerken van onze lijsten. Maar ’s avonds lopen we een indrukwekkende hoe-veelheid activiteiten af: bemanningsdiners, salsa-avond, het officiële welkomstfeest, het eigenaarsdiner, de openingscere-monie, de marinaparade, de ‘Bon Voyage’ cocktail, de schip-persbriefing. Ondertussen worden we door de organisatie gebombardeerd met reclamemateriaal: van restaurants, hotels, autoverhuur, supermarkten, onderhoudsmonteurs, zeilmakers, boottransporteurs, jachthavens, groente en fruit leveranciers,. Regelmatig worden we aangesproken door mensen van diverse pluimage die op zoek zijn naar een plek aan boord, willekeurig bij wie, omdat ook zij graag naar de overkant willen. We lopen de deur plat bij de opvallend goed gesorteerde jachtbenodigdhedenwinkel en kopen bij ons eerste bezoek achteloos die ontbrekende witte fakkel. We strepen af en voegen toe. Lijsten worden lijstjes. Aan het eind van elke dag zijn ze misschien niet korter, de klussen worden wel steeds simpeler: het bijkopen van visgerei, het plakken van naamstickers en reflecterende tape op de red-dingvesten, het vervangen van de flexibele gasleiding achter het fornuis. We slagen met vlag en wimpel voor de ARC-vei-ligheidsinspectie. Vijf opstappers druppelen gaandeweg bin-nen en verven hun alledaagse beslommeringen van zich af met een scheepstekening op de kade. Ronald ontpopt zich tot meesterzeilmaker. Urenlang zit hij als een soort yoga-groot meester geduldig op het voordek en naait handmatig nieuwe geleidekarren aan het trysail en aan het nieuwe

grootzeil. Gewapend met weer een ellenlange lijst kopen we een dag voor vertrek eten en drinken voor de overtocht. Het vormt een onvoorstelbare berg boodschappen op de kade. De iedere schipper tergende vraag ‘Waar laten we het alle-maal?’ dringt zich heel nadrukkelijk op. Voeg naast alle noodzakelijke materialen, reserve-onderdelen, stormzeilen en veiligheidsmiddelen de persoonlijke spullen en voer en drank voor acht personen voor bijna een maand, en Lady Ann is met haar 20 meter opeens een verrekt krappe schuit. Na een aantal uur zorgvuldig stuwen is de berg levensmid-delen in Lady Ann’s binnenste verdampt. Het zo simpel ogende ‘Boodschappen doen’ vinken we intens voldaan van de lijst. We zijn allemaal klaar voor vertrek, Lady Ann en haar acht bemanningsleden. Er is maar één ding dat al die weken halstarrig heeft geweigerd zich aan de knoet van onze voorbereidingen te onderwerpen: de SSB-radio. •

We strepen af en voegen toe; lijsten worden lijstjes

na inventarisatie van de voorraden maken we een boodschappenlijst. Op het laatst kopen we nog wat extra visgerei.

Lady Ann is er helemaal klaar voor.

Overstelpende hoeveelheid reclame. Laatste kleine klusjes.

117www.zeiLen.nL april 2015

o v e r s t e e k | l a d y a n n