Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma...

31
JAARGANG 5-2 Ouderblad Johan de Witt-gymnasium DE NIEUWE LICHTING PROFIELKEUZE DE LENTE TE LEGGEN EI DE OPKRABBELENDE ECONOMIE DE GROEIENDE PRESTATIES DE UPS EN DOWNS BLOEI GROEI &

Transcript of Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma...

Page 1: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Jaargang 5-2

Ouderblad Johan de Witt-gymnasium

de nieuwe lichting profielkeuze

de lente

te leggen ei

de opkrabbelende economie de groeiende prestaties

de ups en downs

bloeigroei&

Page 2: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

de aanhouder wint!

Aperta:‘Openheid van zaken.

En dat in het Latijn.

Van het werkwoord

aperire het voltooide

passieve deelwoord:

apertus. En dan natuurlijk

in het onzijdig meervoud.

Geniaal.’

Citaat: M. de Hoon.

Samen met P. Barendregt

initiatiefnemer van Aperta

(1994). Vanaf jaargang 2010

JOHAN.

Burg. de Raadtsingel 893311 JG DordrechtTelefoon 078 613 39 66Telefax 078 631 09 38E-mail [email protected]

Van de redactie

Het thema van deze editie is Groei en Bloei. We hebben er even op moeten broeden, want hoewel een aantal onderwerpen specifiek aan een bepaalde editie is gebonden, was het streven wat meer op de actualiteit in te haken. De gedachten gingen daarbij al snel uit naar onder meer de opkrabbelende economie en mensen die hiermee van doen hebben. Tegelijkertijd past het ook wel bij de tijd van het jaar en is het een thema waar van alles op terug te voeren is. Het is een gevarieerde uitgave geworden.

Zo vertelt de voorzitter van de Oudervereniging met verve over de ontwik-kelingen op school en de bijdrage die zij hieraan levert. Niet onbelangrijk is daarbij de oproep aan de ouders om nog meer betrokken te zijn en te wor-den bij het wel en wee van de school. De JOHAN is bij uitstek het platform om eens van u te laten horen. Vanuit een ander perspectief doet ook de oudergeleding van de Medezeggenschapsraad een duit in het zakje. Het is inspirerend en uitnodigend om zoveel enthousiaste en betrokken mensen in ons midden te hebben.

Die collectieve motivatie lijkt de school een enorme stoot energie te geven. Met de huidige voorzieningen van het gebouw en in de fantastische omge-ving van het Oranjepark lijkt alles te groeien en te bloeien. Dusdanig dat de rector zich nu al afvraagt of ‘we tegen de grenzen van onze organisatie aan gaan lopen’ als de toeloop van het afgelopen jaar zich voortzet. Wellicht kunnen de economiedocenten, die in deze editie met bezieling over hun vak vertellen, er eens hun licht over laten schijnen! Contumelia zou er wel raad mee weten...

Maar er is meer. Teveel eigenlijk om in deze voorbeschouwing te vermelden. We hopen dat er voor elk wat wils in deze editie is opgenomen. En zoals u zult merken, doen ook wij onze uiterste best u als lezer er actiever bij te gaan betrekken. Laat u inspireren en neem JOHAN lekker bij de hand de komen-de tijd!

Ook JOHAN kent Groei en Bloei. We ‘bestaan’ in deze vorm nu vijf jaar, ons eerste lustrum is een feit. Met de onlangs gewisselde redactie hebben we de ingezette lijn voortgezet en het blad van nieuwe inzichten voorzien met – naar ons idee – behoud van kwaliteit. JOHAN blijft in ontwikkeling! Met nog een editie voor de boeg kijken we nu alweer voorzichtig naar het vol-gende schooljaar, waarin de redactie wederom aangevuld dient te worden wegens ‘natuurlijk verloop’. Met uw inzet is ook in de toekomst een levendig ouderblad gegarandeerd.

Veel leesplezier!

De redactie,Judith Houmes-Laan, Caroline van Harskamp, Robin Lassche,

Dymphina Klein, Liene Jouwsma, Joop Roovers

Aperta / editorial

3

Page 3: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Van de rector

keuzes maken: recept voor groei en bloei?

Inhoud

In deze periode van het schooljaar moeten vele mensen in en rond de school keuzes maken. Dat is altijd al zo geweest. Het hoort bij de ‘groei en bloei’ en is onlosmakelijk verbonden met de ontwikkeling van leerlingen, ouders en medewerkers van de school.

Wat dacht u van de leerlingen in groep 8 en hun ouders? Zij staan voor de keuze te bepalen welke middelbare school bij hen past. Wellicht heeft uzelf, in samenspraak met uw kind, die keuze ook al meer dan eens moeten maken. Iedereen weet dat een dergelijke keuze nog best lastig kan zijn. Toch dwingt het maken van zo’n keuze een belangrijk denkproces af. En daar wordt toch niemand ongelukkig van.

Ook voor de school is het schoolkeuzemoment zeker dit jaar bijzonder spannend. Is de belangstelling voor onze school nóg groter dan vorig jaar en moeten we toch echt gaan nadenken over een maximum aantal toelaatbare leerlingen in de toekomst. De vraag dient zich aan of we tegen de grenzen van onze organisatie aanlopen als deze toeloop doorzet. En krijgen we, nu de Citotoets geen rol meer speelt, straks te maken met andere leerlingstromen van de basisscholen naar het voortgezet onderwijs? Wordt groei een belem-mering voor bloei? Over twee maanden weten we meer...

En wat dacht u van uw eigen zoon of dochter op het JdW? De leerlingen van het derde leerjaar moeten, hoe jong zij soms nog zijn, cruciale beslissingen nemen over hun profiel en hun profielvakken. Je zal maar veertien, vijftien jaar oud zijn en het nog niet goed weten! En is het veel gemakkelijker als je in de vijfde of zesde klas zit, om te beslissen welke studie of opleiding je na het Johan de Witt-gymnasium gaat doen? Voor alle leerlingen geldt bij tegenvallende schoolprestaties die de bevor-dering naar het volgende schooljaar in gevaar brengen, dat zij de keuze moeten maken om een tandje bij te schakelen. ‘Niets doen’ is een keuze waar je niet erg trots op kunt zijn.

Met de medewerkers van de school – docenten en ondersteunend perso-neel – hebben we als schoolleiding in de komende maanden gesprekken over taakinvulling en scholing in het volgende schooljaar. Wie gaat wat doen? Welke kennis of vaardigheden worden verder ontwikkeld en op een nog hoger niveau getild? Ook hier zijn veel mensen bezig met het maken van keu-zes en is de optie ‘niet over nadenken en afwachten’ geen optie.

Zo’n voorjaarsperiode in het schooljaar kent vast nog vele andere keuze-vraagstukken. Je zou er al gauw onrustig van kunnen worden. Toch zullen we met elkaar constateren dat ‘keuzes maken’ er nu eenmaal bij hoort en ons allemaal – uw kind, u als ouder en wij als medewerkers van de school – verder brengt en doet groeien en bloeien.

En als het dan ook nog lekker voorjaarsweer wordt en de dagen gaan lengen…

J.A. Dekker, rector

‘het maken van keuzes dwingt

een belangrijk denkproces af’

30

34

26

open dag

musae

44debatteren

de reünist

3 Aperta/editorial: De aanhouder wint!

5 Van de rector:

Keuzes maken: recept voor groei en bloei?

School en… 7 Oudervereniging:

Van de voorzitter: Nu voor later

39 Medezeggenschapsraad: IJver namens ouders

InformatIef 9 Wijs in Onderwijs: economie

14 Profielkeuze: Wat kan ik? Wat wil ik?

44 Debatteren naar hartenlust en het binnenhalen

van de Elan-prijs

reportageS25 Van Muiswinkel, tibi gratias ago!

30 Open Dag 2015: veel belovende opkomst

34 Musae: De Kleine Avond en andere culturele

uitspattingen

menSen18 Ouders in de picture: het beroep van

Jolanda van den Aardwegh-van Leeuwen

26 De Reünist: Rogier Vermeer

54 Document docent: JOHAN & mevrouw Kalb

feuIlleton 50 Spitten naar De Witt:

Even niet bereikbaar... Johan gaat online

columnS en cartoon22 Ouder en wijzer: Mosterdzaadje

29 LEX perplex

42 Palimpsest: Het duikertje en ik

58 Contumelia:

EenVandaag, wat doet het met een mens?

VarIa 4 Inhoudsopgave

6 Colofon en oproep voor adverteerders

53 OPROEP voor ‘Beste JOHAN’

5

Page 4: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

adverteren

De productie van JOHan in de vorm en het formaat zoals u deze nu inziet, wordt mede mogelijk gemaakt door de adverteerders. En het is u waarschijnlijk al opgevallen, de redactie streeft naar een goed samenspel tussen reclame-uitingen en beeld- en tekstitems. Liever een stijlvolle paginavullende advertentie, dan een pagina vol kleine ‘postzegeladvertenties’.

Als deze visie u aanspreekt en u wilt tot de groep van adverteerders gaan behoren, maar niet over passend

advertentiemateriaal beschikt, dan voorziet de redactie van JOHAN daarin: de vormgeving verzorgen wij voor u. Kosteloos! De meeste advertenties in deze JOHAN zijn daar een voorbeeld van. Tarieven vanaf euro 125,00.

Wenst u meer informatie, of overweegt u deelname? stuur een berichtje aan [email protected] … en de redactie neemt contact met u op.

Reken erop dat uw advertentie gezien wordt!

nu voor later

Ook ons gymnasium zelf groeit en bloeit, in een mooi nieuw gebouw na alle verhuisperikelen. Het Johan de Witt is populair. Een zeer groot aantal ouders bezocht de voorlichtingsavonden en de Open Dag, waarbij duidelijk werd dat velen hun keus voor het JdW al gemaakt hebben. Op de jaarlijkse thema-avond van de Oudervereniging verscheen een ongekend groot aantal ouders. Iedere school stoomt leerlingen klaar voor hun examens, maar een school groeit en bloeit als ze zich onderscheidt door nevenactiviteiten en mogelijkheden tot ontplooiing op allerlei gebied. Dit alles in goede banen geleid door deskundige docenten, anders wordt het niets met pubers. Wij ondersteunen als Oudervereniging juist die extra dingen in het belang van onze kinderen. Vooral projecten die de ouders aanspreken en waar zoveel mogelijk leerlingen van kunnen profiteren. Juist tijdens die extra activiteiten leren ze veel. Constructief samenwerken, elkaar waarderen en aanvullen, elkaars kennis en ervaring benutten, leren luisteren, kritiek accepteren, doelstellingen formuleren en daar naar toewerken, eigen sterke punten en zwakheden onderkennen, doorzetten en vooral zichzelf leren kennen en in de juiste richting ontwikkelen.

Wij hopen dan dat onze lievelingen, die als ‘bruggertjes’ aankomen, straks als volwassen eindexaminandi de school verlaten, klaar voor de wereld, met niet alleen kennis, maar ook verantwoordelijkheidsbesef, sociale vaardigheden en betrokkenheid bij de maatschappij, en bereidheid zich in te zetten voor anderen. Onze gymnasiasten worden opgeleid om later de toppers te zijn van het bedrijfsleven, zorg, wetenschap, overheid, kunsten, journalistiek of zullen de docenten worden van toekomstige generaties. Wij ouders zijn blij met een school die onze kinderen, als ze maar ambitieus zijn, zoveel extra’s geeft. Na afloop van de Open Dag bieden wij als Oudervereniging de welverdiende lunch aan voor het lerarenkorps. Dan spreek ik hen namens u allen toe en complimenteer en bedank ze voor hun enorme extra aandacht en inzet voor onze kinderen gedurende het hele schooljaar. Dat voelt goed, want samen werken aan de opvoeding van de jeugd voelt altijd goed. Een aantal ouders heeft op de beroepskeuzeavond aan groepjes leerlingen bezielend verteld over het vakgebied waarin ze werkzaam zijn, zodat die leerlingen gemotiveerd en onderbouwd hun profielkeuze kunnen maken die bepalend is voor hun toekomst. Andere ouders maken voor u de JOHAN.

over Johan

JOHAN wordt vervaardigd door ouders van leerlingen van het Johan de Witt-gymnasium. Het blad is schoolgerelateerd, wordt geïnitieerd door en opereert onder auspiciën van de Oudervereniging.

Het blad heeft primair tot doel ouders en verzorgers van JdW-leerlingen nauwer te betrekken bij de school en te informeren over het reilen en zeilen op en rond school, beschouwd vanuit een ouderperspectief en met de intentie een blad voor de gehele school te zijn.

Jaargang 5, nummer 2aprIl 2015Verschijnt drie keer per schooljaar

redactIeJudith Houmes-Laan

(tevens coördinator en financiën)

Caroline van Harskamp (tevens

advertentiewerving en fotografie)

Robin Lassche (tevens redigeerwerk)

Dymphina Klein (tevens redigeerwerk

en fotografie)

Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-

bewerking en advertentieopmaak)

Joop Roovers (tevens eindredacteur)

met bIJdragen Van Yeslin Beljaars, Ivar Beljaars, Ferdy van

den Bos, J.A. Dekker, Céline de Goede

en Kevin Tittel, L. van der Held,

M. de Hoon, Myra Kleiweg de Zwaan,

J.W. Koch en S. Rietveld, Joost

Oostlander en Niels Mooij, Lex

Schilperoord, Michael van der Spek,

Kyra Verboon, Rogier Vermeer, Lotte

de Wijs, Nicole de Wijs-Kraaijeveld

met dank aanJolanda van den Aardwegh-van

Leeuwen, Charlotte de Beus, K. Bos,

E. Conradie, Sylvia Erlings, F. Kalb,

D. de Kloe, D. Koenen, P. Malschaert,

M. van Pelt, A. Sebregts, Victor Schippers,

K. Vos, M. Vos-van Eijsden, J. Zwartbol

InzendenIedereen wordt van harte uitgenodigd

tot het insturen van kopij.

Ook suggesties voor artikelen en andere

tips zijn welkom. Kopij wordt getoetst

op plaatsbaarheid.

De volgende JOHAN verschijnt

in week 28, 2015.

Sluitingsdatum kopij: 22 mei 2015.

druk & dIStrIbutIeDrukkerij Van Gogh Zwijndrecht

SSKW Dordrecht

Grootverzet Fietskoeriers Dordrecht

correSpondentIeadreSRedactie JOHAN

p/a Oranjepark 11

3311 LP Dordrecht

e-mail: [email protected]

‘Juist tijdens die extra

activiteiten leren ze

veel’

COLOFON Van de voorzitterOudervereniging

Het blad wordt verspreid onder ouders, (oud-) personeel en overige betrokkenen, alsook in digitale vorm op de site van het Johan de Witt-gymnasium voor reünisten en andere geïnteresseerden.

Bent u ook zo trots op uw kinderen, als ze weer eens goed scoren voor hun toetsen, uitblinken op het sportveld, vorderingen maken bij hun hobby’s of met het jaar verstandiger worden en zich in positieve zin ontwikkelen? Baalt u er ook zo van als uw pubers lamlendig lui op de bank hangen, weer niet begrepen hebben wat het huiswerk was, zich verslapen of zich sociaal volledig indolent opstellen? Als ouder ben je voortdurend bezig om ze klaar te stomen voor het grote leven dat op ze wacht, maar de vorderingen verlopen dikwijls met horten en stoten. Groei en bloei van onze jeugd vereist continue inzet en coaching van ouders, thuis en in de vrijetijdsbesteding. Dat heet opvoeding. Wat er op school gebeurt, daar horen wij maar een fractie van. Als Ouderverenigingsbestuur proberen wij dan uw belangen en wensen zo goed mogelijk te behartigen.

| >

76 ouderblad JdW-gymnasium6 ouderblad JdW-gymnasium

Page 5: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Welke school heeft zo’n schitterend oudertijdschrift? Onze kinderen profi-teren van die samenwerking en goede verstandhouding tussen docenten en ouders en groeien en bloeien.

We leven plotseling in roerige tijden. Economische zekerheden vallen weg, jarenlang stabiele en vertrouwde bedrijven gaan ten onder. Bedreigingen van vrijheid en democratie komen angstig dichtbij. Het is niet meer zo vanzelfsprekend dat onze jeugd straks in een stabiele maatschappij kan leven met sociale zekerheid en vanzelfsprekende beschikbaarheid van allerlei zaken. Met geweld en terreur proberen sommige mensen onze cohesie te ondermijnen en groepen uit elkaar te drijven. Fatsoen en respect voor de medemens wankelt. Tegelijkertijd proberen wij ouders een nieuwe generatie op te voeden, die later de verworvenheden van de democratie en rechtsstaat beseffen, uitdragen en willen handhaven. Dat fundament moet nu gelegd worden en een veilige school, waar respect is voor ieders mening en achtergrond, is daarvoor onontbeerlijk.

Op het moment dat ik dit schrijf is het carnaval net voorbij. Feest is goed, als samenbindende factor, tussen gezinsleden, binnen school, op het werk, kerk, sportclub en op nationaal niveau. Binnenkort is de Koningsdag zelfs in Dordrecht. Geniet ervan dat dit kan. Na carnaval komt de vastentijd waar tegenwoordig nauwelijks meer iemand wat aan doet. Toch ook een tijd van bezinning. De Islam pakt dat beter aan. Die beleven de ramadan heel intens met de hele familie. De vastentijd vormt de aanloop naar Pasen. Deze JOHAN over groei en bloei zal juist dan bij u op de mat vallen. Pasen is een prachtig en eeuwenoud feest, dat het waard is om gevierd te worden. Het gaat natuurlijk om het aanbreken van de lente, het nieuwe leven in de natuur, de komst van vrolijker tijden en de hoop op voorspoed. Het christelijke the-ma, lijden en sterven van Jezus en de wederopstanding, is heel bijzonder. Het heeft te maken met opoffering ten behoeve van een beter leven voor de medemens. Wat mij betreft waard om gevierd te worden, want het heeft diepgang en nodigt uit tot nadenken. Je hoeft echt niet gelovig te zijn om toch die waarde te onderkennen.

Goed om daar eens samen met de kinderen bij stil te staan.

Want groeien gaat vanzelf, voor bloeien is meer nodig. Goede Paasdagen toegewenst!

Michael van der Spek,voorzitter Oudervereniging

Johan de Witt-gymnasium

> |

‘Fatsoen en respect voor

de medemens wankelt’

Wilt u reageren op dit artikel?

Stuur uw reactie voor de

rubriek ‘Beste JOHAN’ naar

[email protected]

Wijs in OnderwijsOver vak & onderwijs

Wijs in Onderwijs | Column

Het vak- en onderwijsaanbod

op een middelbare school

is constant in beweging.

Natuurlijk worden de

leerlingen en ouders van onze

school goed geïnformeerd

door de schoolleiding

en docenten, maar het

hele proces rondom die

ontwikkelingen blijft vaak

wat onderbelicht. Vanuit het

ouderblad willen we juist

aandacht besteden aan de

achtergronden hiervan en

een vak op een andere manier

voor het voetlicht brengen.

Ditmaal economie.

TEKST J.W. Koch en S. Rietveld

een stukje historie van het vak economieIn 1776 verscheen Adam Smith’s beroemde boek ‘An Inquiry into the Nature and Causes of the Wealth of Nations’. Dit boek wordt algemeen gezien als het begin-punt van de moderne economische wetenschap. Sinds de publicatie van Smith’s boek heeft de ontwik-keling van het vak niet stilgestaan. De analyses zijn verder uitgediept en toegepast op terreinen waar-van men vroeger dacht dat eco-nomen daar niets over te melden hadden. Kortom, economie is een prachtige en levende discipline, een sociale wetenschap pur sang.

Het vak economie is met de Mammoetwet geïntroduceerd in het curriculum en in het eind-

examen van het gymnasium. Daarvoor is het vak al sinds 1863 in diverse gedaantes op diverse schoolsoorten gegeven. Een colle-ga-docent economie, Gerrit Gorter, is in 2013 gepromoveerd op een biografie van ons schoolvak met de titel ‘Anderhalve eeuw econo-mieonderwijs in Nederland’.

Het vak economie kende na de in-voering van de Mammoetwet twee onderdelen, namelijk economie I, dat vooral algemene economie was en economie II, dat voornamelijk bedrijfseconomische onderwerpen bevatte. Dit laatste vak werd door gymnasia traditioneel niet gege-ven. De studie bedrijfseconomie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam van Jan Willem Koch begon dan ook, in tegenstelling tot

die van Suzanne Rietveld, met een boekhoudachterstand.

‘centrale concepten in wisselende contexten’

Kerngedachte: aantal centrale conceptenVorig schooljaar heeft het eerste cohort examen gedaan volgens de laatste wijziging in het economie-programma. Het programma dat is gepresenteerd onder de titel ‘The wealth of education’ – hetgeen een hommage is aan Adam Smith –, maar ook wel het programma Teulings wordt genoemd – naar de voorzitter van de commissie Teulings die het programma heeft ontworpen – kent een aantal nieuwe elementen, maar is op

‘economie is een prachtige en levende discipline, een sociale wetenschap

pur sang’

| >

98 ouderblad JdW-gymnasium

Page 6: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Y = W en Y = EV Y = C + I + O + E – M

andere vlakken wat uitgekleed. De kerngedachte van het programma is dat het in de economie eigenlijk om een beperkt aantal centrale concepten draait die in wisselende contexten steeds opnieuw hun meerwaarde bewijzen: schaarste, ruil, markt, concurrentie en mo-nopolie, onzekerheid en de ver-zekering daartegen, de beperkte beschikbaarheid van informatie, risicoselectie, sparen en investeren, onderhandelen, samenwerken en geloofwaardige binding aan be-loften, die begrippen keren steeds opnieuw terug. Het programma is onderverdeeld in acht concepten:

• Schaarste• Ruil• Markten• Ruilenoverdetijd• Samenwerkenen onderhandelen• Risicoeninformatie• Welvaartengroei• Goedetijden,slechtetijden

In dit nieuwe programma wordt explicieter gemaakt dat deze con-cepten in verschillende contexten moeten kunnen worden herkend, begrepen en toegepast.

Voor het eerst ook wordt door het economieprogramma voorgeschre-ven, althans deels, hoe de stof wordt overgebracht op de leerlin-gen, daar waar voorheen vooral de focus lag op wat moest worden overgebracht. Als gevolg hiervan maken experimenten onderdeel uit van het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA).

Nieuw zijn ook de concepten samenwerken en onderhandelen waarin de speltheorie – die door Nash, Morgenstern en Neumann

is ontwikkeld – wordt behandeld, en risico en informatie waarin het begrip informatieasymmetrie een belangrijke rol speelt. Bovendien wordt in het concept ruilen over de tijd (denk aan lenen, sparen en pensioen) het aspect tijdsvoorkeur van consumptie dominanter behandeld. Het micro-economie-programma (mikro = klein in het Grieks) heeft een dominantere plaats gekregen en wordt met het concept markt nu ook in het eind-examen getoetst. Ook wordt de homo economicus, die altijd rati-oneel handelt, niet altijd meer als uitgangspunt genomen. De mens zit anders in elkaar, zoals is aange-toond door Nobelprijswinnaar Daniel Kahneman.

minder macro-economieOmdat de behandeling van deze nieuwe onderwerpen tijd kost, is het onderdeel macro-economie (makro = groot in het Grieks) ver-kleind. Zo is het rekenen met het model van John Maynard Keynes, waarin de vraag (EV) en de pro-ductie (W) met elkaar in verband gebracht werden, gesneuveld. Des-ondanks moeten leerlingen wel in staat zijn om in grote lijnen te redeneren op basis van dit model. De formules Y = W en Y = EV en Y = C + I + O + E – M worden dan ook nog regelmatig als hulpmiddel ingezet.

nieuw vak: management & organisatieIn de tweede fase (1998) is het vak economie II geschrapt en vervan-gen door Management & Orga-nisatie; een vak dat de sectie eco-nomie met ingang van volgend schooljaar ook op het JdW hoopt aan te bieden. De volgende her-vorming van het vak Management

& Organisatie is inmiddels alweer in aantocht. Rond 2018 wordt dit vak herzien en zal dan een nieuwe benaming krijgen: ‘Bedrijfsecono-mie, Ondernemerschap en Finan-ciële zelfredzaamheid’. Wat we krijgen dan … (de) BOF of Bedrijfs-economie als gangbare term?!

Het vak Management & Organisatie is verdeeld in de volgende domeinen:

• Interneorganisatieenpersoneelsbeleid

• Financieringvanactiviteiten• Marketingbeleid• Financieelbeleid• Informatievoorzieningmet

behulp van ICT • Externefinanciële

verslaggeving

Management en organisatie is een profielkeuzevak in het profiel Economie en Maatschappij. Het vak is tevens een keuzevak in de vrije ruimte.

‘economische belangen herkennen

en economische instrumenten

toepassen’

Van leerlingen wordt verwacht dat zij bij veel voorkomende vraag-stukken binnen commerciële en niet-commerciële organisaties economische belangen herkennen en analyseren en economische instrumenten kunnen toepassen en analyseren. Aan onze sectie de uitdaging om dit programma uit te werken bij voldoende belang-stelling.

economie op het Johan de Witt-gymnasiumDe eerste docent was de heer Joost Batelaan, hij is nog geregeld te vinden bij een lezingencyclus voor economiedocenten op de Erasmus School of Economics. Daarna is de heer Jack Vrolijk gekomen, die tot ongeveer het jaar 2000 bij ons ge-werkt heeft om vervolgens met pensioen te gaan. In 1997 is Jan Willem Koch de sectie komen ver-sterken en heeft deze, na de pen-sionering van meneer Vrolijk, een aantal jaren alleen gedraaid tot de komst van Suzanne Rietveld in 2008. Sindsdien geeft meneer Koch ook Maatschappijleer.

Economie werd in eerste instan-tie alleen gegeven aan de klassen 5 en 6. Met de wet op de basis-vorming is het ook in klas 1 inge-voerd. Dit werd gegeven door de veel te vroeg overleden collega Marjan de Haas. Na de afschaffing van de basisvorming is het vak, met het oog op de profielkeuze, verplaatst van klas 1 naar klas 3. En met de invoering van de twee-de fase is het ook in klas 4 geïntro-duceerd, waardoor nu een conti-nue leerlijn van klas 3 tot en met klas 6 gerealiseerd is.

Nadat het examenprogramma landelijk is vastgesteld, is het aan

de docenten om de flexibele ele-menten in te vullen en na te den-ken over hoe de stof kan worden overgebracht op de leerlingen, zodat zij zo goed mogelijk worden voorbereid op het examen. Voor het vak economie betekent dit dat twee keuzeonderwerpen in het programma worden ingevuld, een methode is uitgezocht en invulling gegeven wordt aan het onderdeel experimenten.

‘al vroeg leren hoe de typische

economievragen moeten worden benaderd’

gekozen methode: indexDe methode die is gekozen heet Index; een methode waarvan het niveau van de opgaven al vroeg wat hoger ligt. Dit heeft als voor-deel dat de leerlingen al vroeg leren hoe de typische economie-vragen moeten worden benaderd, ook als de oplossingsmethode niet direct voor de hand ligt. Bij een kruiswoordpuzzel is dat ook vaak het geval. Sommige woorden zie je niet meteen, maar dan kun je via het oplossen van andere woor-den letters bij elkaar sprokkelen waarmee het woord uiteindelijk gevonden kan worden.

‘Sommige onderwerpen zijn bijna

wiskundig, andere heel talig’

Een handig hulpmiddel is de systematische probleemanalyse. Het oplossen van (economische) opgaven kan heel systematisch en komt op het volgende neer: (zie bovenstaande tabel)

De moeilijkheid in het vak eco-nomie zit misschien nog wel het meest in de verschillende vaar-digheden die je als leerling nodig hebt om de opgaven op te lossen. Sommige onderwerpen zijn bijna wiskundig, andere heel talig. Leerlingen moeten in staat zijn om economische vraagstukken verbaal uit te leggen, met berekeningen kunnen onderbouwen en in som-mige gevallen ook grafisch verkla-ren. Oorzaak-gevolgrelaties staps-gewijs uitleggen is een onderdeel waar leerlingen nog al eens over struikelen. Het blijft natuurlijk lastig om als puber een volwassene deelgenoot te maken van hetgeen er in je hoofd omgaat. Niet dat we alles willen weten wat daarin omgaat...

Voorbereiding

Waar gaat het over?

1. Wat is de vraag? 2. Wat weet je er al van?

3. Alles op een rijtje zetten: welke gegevens zijn

nodig om de opgave te beantwoorden?

Aanpak

Hoe ga ik

het aanpakken?4. Hoe ga ik het aanpakken?

Antwoord

Wat is het antwoord?

5. Wat is het antwoord?

Controle

Klopt het?

6. Is de vraag compleet beantwoord?

> |

1110 ouderblad JdW-gymnasium

Page 7: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

educatieve spellen... homo ludens (de spelende mens: vrij naar Johan Huizinga)

Naast deze traditionele manier van overbrengen van de leerstof kent het economieprogramma op het Johan de Witt-gymnasium nog wat andere elementen. De methode van educatieve spellen is op vele universiteiten en hoge scholen een standaardpraktijk en wij zijn trots, dat wij al in 2000 met een business game (Bizzkidz) zijn begonnen. Dit spel in het vijfde leerjaar is zeer succesvol. De gedachte achter het inzetten van deze game is dat leer-lingen gedwongen worden op een andere manier te leren. Dat er dan nog ranglijsten in de klas hangen, die elke bezoeker van het lokaal kan lezen, maakt het nog veel uit-dagender. Gelukkig weet niet ie-dereen wie achter de zelfgekozen teamnaam schuilgaat. Dit onder-deel is het eerste keuzeonderwerp.

‘experimenten maken leerstof grijpbaar’

Het doel van het opnemen van experimenten in het programma is om de leerstof grijpbaar maken. Vraag- en aanbodcurves, concur-rentie en consumenten- en produ-centensurplus zijn abstracte begrippen en, wanneer toegepast in een experiment, leiden deze tot strategisch inzicht. De kans is groter dat de stof langer beklijft wanneer de begrippen niet alleen figuren op papier of schoolbord blijven. Om invulling te geven aan dit onderdeel van het economie-programma is een aantal speciaal voor dit doel ontwikkelde econo-mische spellen aangeschaft. De sectie economie heeft ervoor ge-kozen om de experimenten in klas 5 door de leerlingen te laten voor-bereiden en uitvoeren. Op deze manier leren de leerlingen tegelij-kertijd nieuwe vaardigheden. Van

de leerlingen, die in tweetallen een experiment voorbereiden, wordt verwacht dat ze ruim van tevoren nadenken over hoe ze het experiment gaan aanpakken. Het gaat dan vooral om het organi-seren van de les, want de inhoud van het experiment zelf wordt aan de leerlingen verstrekt. Daarnaast wordt van hen gevraagd om op papier te zetten wat het econo-mische principe is, waarover het experiment gaat en tevens de ver-binding te maken met de econo-mische theorie die daar achter zit. Ook moeten de leerlingen reflec-teren op de les. Dit alles samen met de begeleiding van het spel in de klas levert hen een cijfer op dat meetelt voor het schoolexamen.

actualiteitIn klas 6 komt het tweede keu-zeonderwerp aan bod, waarmee de afgelopen jaren de kredietcri-sis uitgebreid in beeld is gebracht. De leerlingen hebben een eigen reader gekregen en een open-boektoets gemaakt. Eén leerling heeft in haar profielwerkstuk over Kondratieff de huidige crisis ook uitstekend betrokken. Eigenlijk kan de actualiteit voortdurend bij het op dat moment te behandelen onderwerp worden gebruikt als illustratie van de theorie. Bijvoor-

beeld bij het katern de Waarde van de Munt speelt de actualiteit, denk aan het beleid van de ECB, een prominente rol. Ook is het gedachtegoed van de eerder-genoemde Nobelprijswinnaar Kahneman nu onderdeel van een Profielwerkstukonderzoek(PWS). Dit PWS heeft ook tot een spel geleid dat in week 8 in klas 4 en 6 is uitgetest. Overigens, de nieuwe Griekse minister van Financiën was hoogleraar speltheorie!

‘actualiteit wordt gebruikt als

illustratie van de theorie’

Wat doen we nog meerIn de klassen 3 en 4 komen ook zaken aan de orde waar leerlin-gen wat aan hebben. Denk aan de arbeidsmarkt en de Nederlandse economie (in klas 4) en vraagstuk-ken omtrent het kopen van een huis en hoe het zit met pensioen (in klas 3). Hoewel het altijd nog een aantal jaren duurt eer zij dit soort grote beslissingen moeten nemen, kunnen zij nu al leren om-gaan met geld, bijvoorbeeld in de vorm van zakgeld en de kosten van een mobiel. Zo nu en dan

Wilt u reageren op dit artikel?

Stuur uw reactie voor de

rubriek ‘Beste JOHAN’ naar

[email protected]

komt dit in de les voorbij en inci-denteel meldt een leerling dat hij naar aanleiding daarvan nu ook zakgeld gekregen heeft. Dat klinkt ons als muziek in de oren Je moet immers altijd maar afwachten wat de leerlingen met je lessen doen.

Het profielDe keuze voor het profiel EM is sinds de invoering sterk gedaald (dit was 30%). Nu kiest ongeveer 20% dat profiel, soms in combi-natie met CM. Gelukkig kiest nog 30% tot 40% van de NG/NT- leer-lingen het vak economie.

Volgend jaar zal bij voldoende belangstelling ook het vak M&O worden gegeven, hetgeen bij de meeste andere vwo-scholen al het geval is. Met de invoering van dit vak hoopt de school het EM-pro-fiel aantrekkelijker te maken en leerlingen de mogelijkheid te ge-ven met een goede ondergrond aan een (economische) studie te beginnen. Het vak wordt open-gesteld voor leerlingen die het EM-profiel gaan kiezen. Het kan

voorlopig alleen als tweede vrij examenvak worden gekozen. NG/NT-leerlingen kunnen het vak ook kiezen als tweede vrij examenvak, maar alleen naast economie en bovendien zonder de garantie dat het vak M&O in het rooster past. Het vak M&O zal op termijn door beide economiedocenten gegeven kunnen worden.

‘zaken waar leerlingen al snel wat aan

hebben’

Wat valt er verder nog over de sectie economie te zeggenZowel Jan Willem Koch als Suzanne Rietveld zijn opgeleid aan de EUR en hebben de Rotterdamse hands-on mentaliteit. De manier van lesgeven verschilt, maar de inhoud toch zeker niet.

Dat betekent ondermeer dat:• wehetvantevoreneenszijn

over de toetsen, de normering en het correctiemodel;

• wealleengemeenschappelijketoetsen geven en geen schriftelijke overhoringen (SO’s), omdat alleen dan ons inziens cijfers zo eerlijk mogelijk zijn (level playing field);

• webijkrantenopdrachten, business games en klaslokaal- experimenten van tevoren een

format meegeven, waarop de leerling beoordeeld wordt;

• wehetnaaldiejarenophetJdW nog altijd naar ons zin hebben!

> |

1312 ouderblad JdW-gymnasium

Page 8: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

watkan

ik?

wil

Informatief | De profielkeuze

Wat kan ik? Wat wil ik?NT, NG, EM en CM. Deze afkortingen staan voor de leerlingen van de derde klas gelijk aan het

maken van een belangrijke keuze: het profiel. Zijn de antwoorden op de vragen ‘Wat kan ik?’ en

‘Wat wil ik?’ hetzelfde? Dan is de keuze snel gemaakt. Is dit niet het geval, dan wordt het lastiger.

Coördinator/aanspreekpunt meneer Vos vertelt hoe de school dit proces gedurende het hele jaar

begeleidt. Leerlingen en ouders vertellen hoe zij het keuzeproces in de praktijk ervaren.

Wat doet de school om de leerlingen voor te bereiden op en te begeleiden bij hun profielkeuze? Meneer Vos: ‘Het hele jaar door bren-gen we op allerlei manieren de pro-fielkeuze onder de aandacht om ver-volgens in mei tot goed doordachte keuzes te komen. Aan het begin van het schooljaar trappen we altijd af met een algemene voorlichting voor de ouders over de profielen en alle (on)mogelijkheden die deze met zich meebrengen. Bij het profiel kiezen de leerlingen ook diverse verplichte en vrije keuzevakken. Net als de ouders krijgen de leerlingen zo’n algemene voorlichting. Vervolgens is er in de mentorlessen aandacht voor de vragen ‘Wat kan ik?’ en ‘Wat wil ik?’, bijvoor-beeld door een beroepskeuzetest op internet in te vullen. Rond deze tijd wordt er ook een carrouselmiddag ge-organiseerd waarbij docenten vertellen over hun vak in de bovenbouw. Daar-naast vertellen vijfde- en zesdeklassers in de mentorles over hun profiel. Dinsdag 10 maart was er een beroepen-avond met diverse sprekers uit de prak-tijk, bijvoorbeeld een bankier, chirurg, architect en advocaat. Het advies is dan altijd om twee professionals te kiezen

waar de belangstelling al echt naar uit gaat en een die hen nog niet aan-spreekt. Vaak hebben leerlingen name-lijk nog geen idee wat beroepen in de praktijk nu echt inhouden en door de genoemde strategie houden ze hun horizon breed. Intussen hebben de leerlingen toegang gekregen tot www.jdw.dedecaanweb.nl en daar hun voorlopige keuze ingevuld. Op 10 maart hebben we tijdens een rap-portvergadering de profielkeuzes van de leerlingen besproken en brengen daarover een advies uit richting de leer-lingen en de ouders in de vorm van een brief. In mei moet de definitieve keuze zijn gemaakt. Het hele jaar door kun-nen de leerlingen natuurlijk ook met hun vragen en overpeinzingen terecht bij de mentor en vakdocenten.’

Hoe adviseert u de leerlingen hun keuze te maken?‘Alles draait om het antwoord op twee vragen: ‘Wat kan ik?’ en ‘Wat wil ik?’. Deze vragen gaan over de vervolg-studie en het beroep dat een leerling ambieert. Komen de antwoorden met elkaar overeen, dan is het passende profiel snel gekozen. Wil iemand echt arts worden, maar staat hij onvoldoen-

TEKST dymphina Klein de voor het daarvoor vereiste Natuur & Gezondheid-profiel (NG), dan zullen wij een negatief advies geven voor dat profiel. Het gekozen profiel moet dus realistisch zijn. Ieder jaar zijn er zo’n tien à vijftien negatieve adviezen en dus net zo veel teleurstellingen. Ook zeer begaafde leerlingen moeten soms schipperen. Zij mogen namelijk tot drie vrijekeuzevakken kiezen, terwijl zij er mogelijk meer zouden willen. Rooster-technisch moet het echter wel enigszins haalbaar blijven. En dan zijn er nog de leerlingen die alles leuk vinden en veel kunnen. Zij kiezen gewoon breed om alle opties open te houden wat in de praktijk een Natuur & Techniek-profiel (NT) betekent.’

Het NT-profiel lijkt nog steeds een groeiende populariteit te genieten. Is dit reëel? ‘Inmiddels kiest circa 70 procent voor NT of NG. Die stijging laat zich onder meer verklaren door het feit dat de overheid de exacte wetenschappen al enige jaren promoot en de crisis meer in het deel van de arbeidsmarkt heeft toegeslagen waar het Economie & Maatschappij-profiel (EM) en het Cultuur & Maatschappij-profiel (CM) bij

passen. Hier spelen scholen op in door minder rigide om te gaan met de ‘toe-latingseisen’ voor een NT/NG-profiel. Het NT- en NG-profiel zijn door de ja-ren heen uit het verdomhoekje geko-men. Daarmee is ons advies overigens in sommige gevallen nog belangrijker geworden. Op basis van het talent en de inzet gedurende de eerste drie ja-ren schatten wij in of het voorkeurspro-fiel realistisch is. Bij een negatief advies volgt overleg met de leerling en de ou-ders om tot een oplossing te komen.’

Wat kunnen ouders doen in het keuzeproces?‘Praat erover met uw kind en denk mee waar mogelijk. Wellicht zijn er in het netwerk kennissen met een relevant beroep. Een gesprek met hen kan nieu-we ideeën of juist bevestiging brengen.’

In mei moeten de leerlingen hun definitieve keuze invullen op www.jdw.dedecaanweb.nl, zodat de planning voor het nieuwe schooljaar kan worden gemaakt. Definitief met een klein voorbehoud. Bij uitzondering kan er nog een wijziging plaatsvinden. Dit kan zelfs soms nog in het vierde jaar wanneer iemand zich heeft vergist.

Profielen:

Natuur & Gezondheid (NG)

Natuur & Techniek (NT)

Economie & Maatschappij (EM)

Cultuur & Maatschappij (CM)

De profielkeuze in de derde klas

| >

1514 ouderblad JdW-gymnasium

Page 9: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

‘de keuze was al lang overduidelijk’

‘In de tweede wist ik al dat ik voor NT zou kiezen. Ik ben niet goed in de talen, dus die wil ik zo snel moge-lijk weg hebben en de bètavakken vind ik leuk. Ik heb wel de test op internet gedaan waar je interesses uit komen en dat was een bevestiging van mijn voorkeur. Ook met mijn cijfers moet dat profiel lukken, want het zijn allemaal zevens, achten en een negen. De keuze voor NT was al lang overduidelijk. Doordat ik dyslectisch ben, moest ik heel hard voor de talen wer-ken. Ik zat veel te lang aan mijn huiswerk. In overleg met mijn ouders en mevrouw Tonino is op een gege-ven moment besloten dat ik iets minder lang aan mijn huiswerk moest gaan zitten. Daardoor haal ik voor Frans nu soms zelfs een onvoldoende, wat voorheen meestal niet gebeurde. Welke keuzevakken het wor-den, is nog niet geheel duidelijk. Ik speel piano en wil dus sowieso muziek als keuzevak. Verder denk ik aan wiskunde D. Ik weet alleen nog niet precies wat dat

‘keuze is gemaakt, maar ik sta nog open voor alternatieven’

‘Ik heb al snel gekozen voor EM. Aan het begin van dit schooljaar wist ik dat eigenlijk al. Ik ben niet zo goed in de bètavakken en vind economie leuk. CM viel af omdat dat te veel talen heeft. Over NG heb ik ook nagedacht, omdat scheikunde en wiskunde A en B me wel aanspreken. In biologie ben ik echter niet zo’n held, dus viel NG toch af. Ik heb mijn keuze al ingevuld op www.jdwdedecaan.nl. Ik ben trouwens wel benieuwd naar de beroepenavond. Ik heb me ingeschreven voor twee beroepen die passen bij mijn profiel, advocaat en psycholoog, en daarnaast een heel ander vakgebied, namelijk informatiekunde. Misschien maak ik daar alsnog huisarts van. Hoewel ik mijn keuze naar mijn idee al heb gemaakt, sta ik nog steeds open voor de alternatieven.’ De ouders van Lotte hebben ook de profielkeuze besproken met haar mentor tijdens de ouderavond. ‘Mijn mentor gaf aan dat EM en CM het beste bij me passen.’ (Lotte staat in het midden op het familie-portret)

lotte de wijs (3a):

ferdy van den bos (3e):

inhoudt. En biologie. Dat is soms wel hard werken, maar ik heb dan een extra vak en kan er, als het no-dig is, één laten vallen.’Ferdy heeft al wat verder vooruit gekeken en is met zijn broer meegegaan naar een open dag van de Technische Universiteit Eindhoven. Werktuigbouw-kunde lijkt hem wel wat.

nicole de wijs-kraaijeveld

ivar beljaars

(moeder van Lotte)

‘Wees je bewust van je keuze’

‘Lotte is mijn oudste dochter, dus de huidige profiel-keuze is voor mij nieuw. Aan het begin van het jaar kreeg Lotte het overzicht met de profielen mee. Meneer Vos heeft het tijdens een voorlichtingsavond uitgebreid toegelicht, wat zeer verhelderend was. In gesprek met de mentor eerder dit jaar kwam al een voorzichtige richting naar voren. Deze lag in lijn met de cijferlijst. Hoewel het onderwerp al enige tijd onze aandacht heeft, zijn we er recent thuis meer over gaan praten met de voorlopige keuze in zicht. Ik vind het vooral belangrijk om mijn kind – ze zijn immers pas rond de vijftien – bewuster te maken van wat een keuze betekent: door een bepaalde kant op te gaan, sluit je andere dingen uit. Dat moet ze zich realiseren. Handig is dat Lotte al lang twee favoriete beroeps-richtingen heeft: geneeskunde en rechten. We kon-den gericht kijken welke profielen deze richtingen open houden en of de vereiste vakken haar ook liggen. Bij natuurkunde en biologie is dat minder het geval en vooralsnog wordt het dan ook geen NT of NG. Alles bij elkaar ervaar ik de keuze als een proces waarbij alle activiteiten en aandacht rondom dit on-derwerp door het jaar heen bijdragen aan een steeds overtuigender keuze voor een bepaald profiel.’

Yeslin beljaars (3a):

‘Sommige vakken ga ik best

‘Vakken als natuurkunde en wiskunde vind ik leuk en ze gaan me ook best makkelijk af. Een talenknobbel heb ik niet. Daarom was de keuze voor NT snel ge-maakt. Ook economie vind ik leuk. Ik kies biologie, Duits en economie erbij. Dat zijn eigenlijk drie profie-len ineen: NT, NG en EM. Dat is handig, want ik heb nog geen idee wat ik wil gaan studeren. Eerder dit jaar heb ik over mijn profielkeuze en de te kiezen an-dere vakken gesproken met mevrouw Tonino. Zij kan goed inschatten wat bij leerlingen past en vond het een goede keuze. Ik verwacht trouwens niet dat de beroepenavonden mijn keuze nog veranderen. Ik ga naar de bioloog, architect en psycholoog. Ergens is de profielkeuze wel jammer: fijn om vakken te kunnen elimineren, maar Frans en geschiedenis ga ik bijvoor-beeld wel missen. Die vind ik echter niet in het profiel passen en ik heb al een extra vak. Ieder jaar begin ik met de ambitie om cum laude over te gaan. Ik denk dat ik dat best zou kunnen, maar na een paar maan-den krijg ik toch meer zin in leuke dingen doen, zoals vier keer per week tennissen, met vrienden afspre-ken, muziek maken op de computer, playstationnen en technische dingen knutselen. Dus één extra vak is genoeg.’

(vader van Yeslin):

‘Je moet durven te kiezen’

‘Voor een kind dat nog niet weet wat het wil gaan studeren of later wil worden, is het lastig om een profiel te kiezen. De school heeft veel informatie aan-gereikt over de profielkeuze. Die was redelijk helder, maar – zeker aan het begin van het jaar – wat theo-retisch. Zelf moet je de vertaling naar de praktijk ma-ken. Wat betekent een profiel bijvoorbeeld voor je studiekeuze? Hoe kijken universiteiten aan tegen een profiel met veel extra vakken en gemiddeld een zeven als cijfer of geen extra vakken en een gemid-delde van een acht of negen? Yeslin wilde aanvanke-lijk het hoogste en moeilijkste doen: NT met veel extra vakken, zoals wiskunde D, biologie, Frans en geschiedenis. In feite is dat niet durven te kiezen en het betekent heel veel extra studie-uren maken.

Daar heb ik met Yeslin over gesproken en samen heb-ben we de opties uit verschillende hoeken bekeken. Ook heb ik aangegeven dat hij vooral zijn hart en gevoel moet volgen en niet moet doen wat anderen doen of zeggen. Uiteindelijk heeft hij zelf conclusies getrokken en zijn keuze zal goed doordacht zijn. Ik zou er zelf de voorkeur aan geven om de voorlichting omtrent de profielkeuze aan het eind van de tweede klas te starten, zodat de informatie nog wat meer kan worden gespreid.’

> |

1716 ouderblad JdW-gymnasium

Page 10: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Enerzijds om één van de doelgroepen van JOHAN nader te

belichten en anderzijds om een link te leggen met de profiel-,

studie- en beroepskeuze van het schoolgaande kind wordt een

aantal interviews afgenomen met ouders van JdW-leerlingen.

Met de verschillende profielen als uitgangspunt zoeken we het

verhaal van de ouders: hoe zijn ze tot hun keuzes gekomen,

de ups en de downs in de studie en het betreden van de

arbeidsmarkt. En wat er van hen is geworden…

Ouders in de picture | Het beroep van...

Ouders in de pictureJolanda van den aardwegh-van leeuwen

INTERVIEW Judith houmeS-laan

dit keer Jolanda van den aardwegh-van leeuwen. Jolanda is de moeder van lotte van den aardwegh, leerling van klas 4 en werkt bij het albert Schweitzer ziekenhuis als Seh-verpleegkundige.

We treffen elkaar op een woens-

dagmorgen. Bij uitstek het mo-

ment dat werkende moeders met

schoolgaande kinderen dit soort

afspraken maken, volgens mij.

Gewapend met pen en papier en

een aantal vragen ben ik gezellig

op de koffie gegaan bij Jolanda.

We raken al snel druk in gesprek

over van alles en nog wat. We

kennen elkaar immers al een

beetje van langs de lijn op de

hockeyclub. Ik had wat moeite

mijn vragen een beetje te orde-

nen en het interview te beperken

tot school, profiel en werkzaam-

heden/loopbaan, maar lees hier

het resultaat van het interview.

Ben je een geboren en getogen Dordtenaar?‘Ik ben in Rotterdam geboren,

maar op peuterleeftijd in

Dordrecht komen wonen en

sindsdien ben ik Dordtenaar.’

Hoe ben je in de verpleging terecht gekomen?‘Eigenlijk is dat min of meer toe-

vallig zo gegaan. Ik wist niet goed

wat ik wilde na mijn mavo-diplo-

ma. Ik ben begonnen aan de

Intas, dat is een tussenopleiding,

met van alles een beetje. Maar dat

hield ik na twee maanden voor

gezien, omdat het totaal niet bij

me paste. Maar ja, wat moest ik

dan gaan doen?

Ik ben de ziekenverzorging in

gegaan, een ‘praktijk’-opleiding

in het Parkhuis. Vervolgens ben ik

de Inservice-opleiding tot A ver-

pleegkundige gaan doen in het

toenmalige Refaja ziekenhuis.’

Paste de opleiding een beetje bij je profiel, toen nog vakkenpakket geheten, op de middelbare school?‘Ja, ik had voornamelijk bètavak-

ken in mijn pakket, dat was prima.’

Middelbare school Scholengemeenschap Zuid in Dordrecht Profiel Bètavakken

Studie • Intas (Interim Algemene

Schakelopleiding), een tussenopleiding voor beroepsoriëntatie

• Ziekenverzorging Parkhuis Dordrecht

• Inservice-opleiding tot A verpleegkundige, Refaja ziekenhuis

• Spoedeisende Hulp bij Refaja, nu Albert Schweitzer ziekenhuis

Beroep Spoedeisende Hulp verpleegkundige (SEH)

Bijzonderheden De tussenopleiding Intas bleek verkeerd gekozen, na twee maanden gestopt en de rest van het cursusjaar gewerkt.

Geen moeite gehad met je profielkeuze? ‘Nee, eigenlijk niet, ik heb gewoon

de vakken gekozen waarin ik het

beste was.’

Staat je huidige beroep ver af van de plannen die je toen had?‘Dat kan ik niet zeggen, ik had

eigenlijk geen plannen, wist niet

goed wat ik wilde worden, welk

beroep ik moest kiezen. Maar dit

vak is wel iets dat bij me past. Het

sociale aspect, omgaan met men-

sen, iets doen voor een ander zit

in mij. Dat is ook een wezenlijk

onderdeel van mijn opvoeding

geweest.’

Doe je dit werk al lang?‘Alles bij elkaar nu zo’n 25 jaar.

Binnenkort heb ik een jubileum

te vieren!’

Heb je hiervoor nog (andere) functies/beroepen gehad?‘Ik heb een poosje in een slagerij

gewerkt, toen ik met de Intas was

gestopt en niet direct door kon

met een andere opleiding.

Ik moest toch een inkomen heb-

ben en alleen maar thuiszitten is

beslist niets voor mij!’

Is er ook sprake van een carrière/loopbaanplanning?‘Nou, niet echt een carrièreplan-

ning, maar er komt wel van alles

op mijn pad. Zo heb ik in de OR

(ondernemingsraad) gezeten. Dat

is weliswaar al twintig jaar gele-

den, maar het is zeker een leuke

herinnering en een leerzame peri-

ode geweest. Ik heb daar wel veel

aan gehad en veel van geleerd. Nu

zit ik in de calamiteitencommissie

en in de verpleegkundige advies-

raad (VAR) van ons ziekenhuis.’

Waaruit bestaan je werkzaam-heden/verantwoordelijkheden?‘Opvang van de acute patiënt. Dat

omschrijft het wel kort en bondig.

Maar soms ben ik ingeroosterd

voor een dagje triëren (triage-

dienst). Dan heb ik de hele dag

korte gesprekken met mensen om

te beoordelen welke deskundige

ernaar moet kijken en hoe snel dit

moet gebeuren! Ik ben dus wel

voortdurend bezig met de om-

gang met mensen. Het leuke van

de spoedeisende hulpafdeling is

wel dat de mensen die ik zie van

alle leeftijden zijn, van héél jong

tot heel oud. Daarnaast houd ik

mij bezig met allerlei zaken die

met de VAR te maken hebben:

vergaderen, deelnemen aan werk-

groepen en meer van dergelijke

werkzaamheden.’

Wat zijn je uitdagingen?‘Ik wil mijn vak nog steeds profes-

sioneler uitoefenen. Daar ben ik

toch wel heel bewust mee bezig.

En het klinkt misschien een beetje

zweverig, maar mijn doel is toch

wel ervoor te zorgen dat de

patiënt zich ‘happy’ voelt bij ons.

Een patiënt heeft immers al stress

genoeg, alleen al omdat ‘ie naar

het ziekenhuis moet’.’

(Reactie Judith: ‘Ik ben zelf werk-

zaam in de (arbo)zorg en vind dat

niet zweverig: ziek zijn geeft veel

onzekerheid en stress, en is een

forse aantasting van het vertrou-

wen in je lichaam.’)

Zijn er ook onzekerheden of dilemma’s?‘Ja, eigenlijk voortdurend, maar

dat is inherent aan het werk, met

name aan de afdeling. Je weet

immers nooit wat zich aandient

op de spoedeisende hulp.’

Wat zijn de goede kanten van deze baan/locatie?‘Juist die onzekerheid, het afwis-

selende van de werkzaamheden,

van de werkdagen op de SEH.’

Wat zijn de minder goede kanten van deze baan/locatie?‘Ik zit nu een beetje in een vast

patroon, ik vraag me af ‘wat wil ik

nu nog verder?’ Daarnaast hebben

de onregelmatige diensten soms

ook wel zo hun nadelen…

Ik vind de hiërarchische struc-

tuur soms een nadeel. Ik blijf een

hiërarchie ervaren tussen de art-

sen en verpleegkundigen, maar

ook tussen de specialisten en de

arts-assistenten. Terwijl we toch

als een team voor de patiënten-

zorg staan, met ieder zijn eigen

taken, rol en deskundigheid, en

ieder zijn eigen vakgebied. Het is

gelukkig al wel enorm veranderd

ten opzichte van 25 jaar geleden!’

Werk je aan projecten of werk je in de waan van de dag?‘Mijn werk op de SEH is wel veel-

al in de waan van de dag, maar | >

1918 ouderblad JdW-gymnasium

Page 11: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

in mijn nevenfuncties is het veel

meer projectmatig.’

Wat vond je van jouw beroep voordat je dit werd?‘Ik vond het wel indrukwekkend.

Ik weet nog goed dat ik als kind

– ik was een jaar of twaalf denk

ik – moest zingen met het koor in

het ziekenhuis. Ik dacht toen bij

mijzelf: goh, als je hier toch zou

werken. Ik vond het ziekenhuis

heel indrukwekkend en dat vind

ik eigenlijk nog steeds. Er gebeurt

zo ontzettend veel in zo’n orga-

nisatie.’

Wat vind je van het beroep verpleegkundige nu je het bent?‘Ik vind het vooral een mooi

beroep. Het is ook best wel een

zwaar beroep.’

O ja? In welk opzicht? ‘Nou er heerst een behoorlijk hoge

werkdruk, je hebt een grote ver-

antwoordelijkheid. Er gebeurt ook

heel veel in het vak: er moeten bij-

voorbeeld nieuwe beroepsprofie-

len komen: hoe ziet het beroep

van de verpleegkundige er in

2020 uit?’

Wat had je met jouw achtergrond nog meer willen of kunnen doen?‘Ik had eigenlijk wel graag willen

studeren. Ik vind leren nu heel

leuk en ik had het studentenleven

wel willen meemaken. Ik heb ook

een klein jaartje de Pabo gedaan.

Dat was superleuk! Alleen de

timing was niet zo goed. We had-

den Lotte al en het kostte toch wel

heel veel tijd naast mijn baan op

de SEH. Nu zou studeren beter

passen binnen het gezin.’

Was het kiezen van een profiel voor jou lastig op de middelbare school?‘Dat niet, ik heb gewoon de

vakken gekozen waar ik de beste

cijfers voor had en dat waren

vooral exacte vakken.’

Was het kiezen van een studie voor jou lastig na de middelbare school?‘Ja, dat was enorm lastig, ik had

namelijk geen idee wat ik wilde

gaan doen.’

Wat zou je iemand die gaat studeren willen meegeven?‘Kies vooral iets waar je hart ligt,

ga iets doen dat je leuk vindt, waar

je passie ligt!’

Heb je ook profijt of misschien juist last gehad van je profielkeuze bij je uiteindelijke functie? ‘Eigenlijk heb ik niets gemist,

maar nou ook niet echt ‘profijt’

gehad. Mijn vakkenpakket paste

eigenlijk wel. Maar als dat niet

goed zou zijn geweest, word je

niet toegelaten tot de opleiding,

volgens mij. Dan zou je eerst

vakken moeten inhalen.’

Heb je nog andere functies vervuld?‘Ik heb een poosje in een slagerij

gewerkt, toen ik tussen opleidin-

gen in zat, zoals ik eerder al zei.

Nu heb ik naast mijn werk ook an-

dere functies zoals de verpleeg-

kundige adviesraad en de calami-

teitencommissie. Dergelijke ne-

venactiviteiten brengen me veel,

ik ontmoet veel mensen uit ande-

re disciplines, van andere afde-

lingen in de organisatie, krijg een

kijkje in het reilen en zeilen van

het ziekenhuis als gehele organi-

satie en als wezenlijk onderdeel

van de maatschappij.’

Hoe zie je jouw beroep in relatie tot je persoonlijkheid?‘Het sociale aspect van het vak

verpleegkundige, het voor een

ander klaarstaan, is eigenlijk met

de paplepel ingegoten. Daarnaast

ben ik wel nieuwsgierig, wil ik

veel weten. Nascholing en bij-

scholing gaan altijd door, ook in

dit vak.’

Als je terugkijkt op je keuzes, zou je dan hetzelfde hebben gedaan, of zou je dingen anders doen?‘Ik zou hoger zijn ingestapt,

bijvoorbeeld eerder HBO-V

hebben gedaan.’

Heb je naast je werk ook nog andere bezigheden of hobby’s?‘Ja, volop! Ik zit in het CDA-be-

stuur, in de ouderraad van het

basisonderwijs, ik doe graag din-

gen voor de kerk en ik houd van

vakanties: onder andere winter-

sport (mijn man en ik hebben el-

kaar op wintersport leren kennen),

maar ook andere vakanties, hoor.

We hebben heel veel gereisd en

gedaan. Ik ben ooit eens vanwe-

ge mijn toenmalige OR-lidmaat-

schap in de gelegenheid geweest

naar Suriname te gaan, wat een

heel mooie bijkomstigheid was. Ik

vind het ook heerlijk om met onze

drie meiden dingen te onderne-

men, zoals theaterbezoeken of

noem maar op!’

Omschrijf jezelf/je karakter eens? ‘Ik ben wel open, enthousiast. Ik

ben gedreven, ik ben iemand die

voor de 100% gaat. Daarnaast ook

wel een beetje ongeduldig. Ik kan

goed organiseren, ben flexibel en

heb improvisatietalent.’

Welk imago dicht je jezelf toe?‘Ik denk dat mensen mij direct

vinden, maar wel heel sociaal.’

Doe je op je werk met elkaar ook nog andere/sociale dingen?‘We hebben een prettig team en

vieren met elkaar wat er te vieren

valt. Hebben elkaar op de werk-

vloer ook hard nodig en zijn er

voor elkaar als er mindere dingen

gebeuren. Daarbinnen hebben we

ook een klein groepje, waar we

vaker wat met elkaar mee doen.

Met elkaar ontbijten bij Villa

Augustus bijvoorbeeld, of gezellig

een dagje shoppen. We kennen

elkaar dan ook al een jaartje of

25. De belangrijkste fases hebben

we met elkaar gedeeld… trouwen,

kinderen krijgen et cetera.’

Hoe reis je? Waarom?(Een beetje schuldbewust komt er

aarzelend:) ‘Euh, met de auto. Uit

gemakzucht. Ik zou meer met de

fiets kunnen gaan, heb ik me ook

voorgenomen, maar in de praktijk

is de auto toch wel makkelijk.

Zeker als je een late of nachtdienst

hebt, is het niet zo prettig op de

fiets naar huis of naar het werk te

moeten. Ennnnn … het komt

nogal eens voor dat ik vóór of na

het werk snel wat voor de meiden

moet doen… ik noem alleen al het

brengen naar en halen van

de hockeyclub....’

Heb je altijd zelf gesolliciteerd of ben je ook wel eens gevraagd of voorgedragen?‘Ik heb zelf naar mijn baan gesol-

liciteerd, voor zover ik er niet in

ben ‘doorgerold’, maar voor com-

missies en zo ben ik wel gevraagd

of voorgedragen.’

Nog beroepswensen?‘Ik denk er toch sterk over om

alsnog de HBO-V te gaan doen.’

(Reactie Judith: ‘Het lijkt me dat er

voor veel, of in elk geval bepaalde

onderdelen vrijstelling te verkrij-

gen is vanwege aantoonbare

jarenlange werkervaring.’)

Nergens spijt van?‘Nee, nergens spijt van; ik heb veel

mooie dingen beleefd en lieve

mensen om me heen.’

Wat had je (achteraf gezien) graag anders gedaan?‘Dan had ik echt op de middelbare

school hoger ingestoken en

waarschijnlijk wel bijvoorbeeld

de havo gedaan.’

Wil je verder nog iets met ons delen?‘Wij hadden op de mavo een

conciërge, dat was een levens-

kunstenaar, een man met al een

hele historie achter zich, voordat

hij op school kwam werken. Hij

nam soms een groepje leerlingen

mee, bijvoorbeeld naar theater

de Appel in Den Haag, een heel

bijzonder theater. Wij deden thuis

nooit zoveel aan dat soort cultu-

rele activiteiten, dus dat was voor

mij iets heel bijzonders. Zulke

mensen zie ik als pareltjes die

een mens op zijn levenspad kan

tegenkomen. Ik gun echt ieder

kind, ieder mens van die pareltjes

om te koesteren.’

Bent u misschien een ouder die moeite had met de profielkeuze, daardoor in de problemen kwam bij de studiekeuze of heeft u een heel opmerkelijke loopbaan, of wilt u gewoon uw verhaal met ons delen in JOHAN? Meld u zich dan aan via: [email protected]

| >

2120 ouderblad JdW-gymnasium

Page 12: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Column | Ouder en wijzer

TEKST myRa KleiWeg de ZWaan

mosterdzaadje

Ouder en wijzer

vorig jaar werd tot mijn grote vreugde de krantenwijk opgezegd. Geen stapels meer voor de deur, die een halve week bleven liggen, omdat de deadline voor de bezor-ging pas op dinsdag verstreek. De zelfbouwcomputer was bij elkaar gespaard en daarmee was de noodzaak om door weer en wind reclamefolders rond te bren-gen vervallen. Het viel alleen dui-delijk tegen om met behulp van het gewone zakgeld de verwor-ven levensstijl (van broodjes sho-arma tot heerlijkheden uit de buurtsuper) te kunnen blijven bekostigen. Daarom tijd om de droom te verwezenlijken. Als drie-jarige had hij al lang door dat die jongens en meisjes in de super-markt het goed hadden getroffen. Om een uur of zes togen die mas-saal naar de bakkerijafdeling om daar een pizza – zijn lievelingseten – af te bakken. Als hij groot was, wilde hij dat ook! Onder werktijd pizza’s scoren. De liefde van een man – zelfs van een driejarige – gaat tenslotte door de maag. Hij werd aangenomen en sinds kort mag ik op bepaalde tijden geen boodschappen meer doen. ‘Jullie zijn toch niet van die ouders die mij komen vragen waar de mos-terd is, toch?!’ vroeg hij met een half smekend lachje.

Een nieuwe wereld gaat open. Zijn verbazing over de vele toetjes die op de markt zijn, kent geen gren-zen. ‘Wisten jullie dat vlaflip kant en klaar in speciale pakken wordt

verkocht? En er bestaan zoveel va-riaties van: vlaflip yoghurt-vanille, vlaflip chocola-vanille, vlaflip frambozen-vanille, luchtige vla-flip, vla met rozijnen, aardbeien-vla, karamelvla, bitterkoekjesvla, bolletjesvla, wintervla, piratenvla, prinsessenvla, pakken voorgeklop-te slagroom, Spiderman yoghurt, niet bevroren Frozen Yoghurt – mam, die kinderen zeuren en krijgen dat dan gewoon, je weet niet hoeveel van die Disney yog-hurt er doorheen gaat! –, zeven smaken knijpyoghurtjes voor vol-wassenen, high-proteïne yoghurt – mam, die worden echt gekocht door mensen, die linea recta uit de sportschool komen –, heel veel light producten – vooral in trek bij dikke mensen –, verschillende soorten kokoswater, mangosap, stoelgang bevorderende yoghurt, sojamelk, walnotenmelk et cetera.’Jullie begrijpen het al. Meneer zit sinds kort in de moderne Willie Wonka-wereld van koude dranken en zuivel.

‘Een nieuwe wereld gaat open’

En met deze heerlijkheden heeft hij ook een nieuw vocabulaire: op zijn Dolly (kar) stapelt hij zijn collie (dozen), hij moet spiegelen (dat wil zeggen de producten recht naar voren schuiven), screenen op fifo (first in first out) en splitsen. Andere winkels worden met nieu-we ogen bekeken en veroordeeld: ‘wat een rommeltje’. Ook mengt meneer zich nu en dan in de con-

versatie over werk en oreert hij wijs dat als de baas iets heeft ge-zegd, dat dat de waarheid is, ook wanneer het in je ogen anders of beter kan.

En het is gezellig. De clan bestaat niet alleen uit medescholieren, maar ook veel studenten die hiervoor speciaal naar huis komen. Zijn baas studeert iets technisch in Delft, een andere leidinggevende zit op het conservatorium, een collega studeert archeologie en de kaasboer zit doordeweeks in Leiden. Daarmee verruimt ook zijn horizon, want wat moet hij later gaan doen? Nog maar een jaar en dan moet hij het weten. Ouders en leraren kunnen hem de vraag wel stellen, maar er gaat niets boven peer pressure om de weg naar de diverse open dagen te vinden. Gek genoeg mogen we mee, sterker nog, ons wordt expliciet gevraagd om mee te komen. Dus besteden wij dit schooljaar verschillende zaterdagen aan door het land reizen en het bezoeken van diverse universiteiten. Hoe anders dan 30 jaar geleden. Ik wou en zou dat allemaal zelf wel bepalen en ont-dekte deze steden op eigen houtje. Maar tot mijn verbazing, ben ik niet alleen in de collegezaal. Ster-ker nog, ieder kind heeft minstens één, zo niet beide ouders bij zich die nog vragen stellen ook! Over ‘waar is de mosterd’ gesproken! Kortom, meneer groeit en bloeit en wat weemoedig constateer ik dat hij groot wordt.

22 ouderblad JdW-gymnasium

AdministrAtiekAntoor

ProcuraBootjessteeg 34 | 3331 HB Zwijndrecht | t 078 6127888 e [email protected] | www.administratiekantoorprocura.nl

nederlAndse orde vAn AdministrAtie- en BelAstingdeskundigen

Page 13: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Woensdagavond 26 november:

het was eindelijk zover. Een grote

groep van wel 68 leerlingen stond

ongeduldig te wachten op het

openen van de theaterdeuren,

en niet zonder reden: docent

mevrouw Koenen had hen reeds

enthousiast verteld over cabaretier

Erik van Muiswinkel.

TEKST céline de goede en Kevin tittel

persoonlijke ontmoetingMevrouw Koenen bezocht eerder zijn show Schettino! in Barendrecht en daar gebeurde hetgeen waarvan de meesten slechts ‘dromen’: nadat ze het slachtoffer was geweest van een onderdeel van zijn show, ontmoet-te onze lerares Nederlands hem na de show persoonlijk en raakte ze met hem in gesprek wegens zijn belangstelling voor haar werk. Van het een kwam het ander: Erik van Muiswinkel nodigde een groep leerlingen voor een kortingsprijsje uit om zijn show in Kunstmin bij te wonen. Bovendien nam hij een filmpje op waarin hij ons persoon-lijk toesprak. Dat was erg leuk en positief van hem!

‘hij nam een filmpje op waarin hij ons

persoonlijk toesprak’

interesseInteresse was er zeker: veel leer-lingen gaven aan graag mee te gaan naar de show. Uiteindelijk mochten 68 gelukkigen plaatsne-men in de op 1 november 2014 op-nieuw geopende schouwburg in Dordrecht. De meesten waren be-nieuwd naar zijn humor, omdat zij

hem slechts als Hoofdpiet van het veel besproken Sinterklaasfeest kenden.

Een paar uur voordat de show begon, mocht een aantal leerlin-gen hem al persoonlijk ontmoe-ten. Zo ging een groep met hem op de foto, mochten zij hem een hand geven en raakten ze met el-kaar in gesprek, waarna de groep nog een kleinigheidje voor hem in petto had, een T-shirt met daarop ‘Say no to racism’, bedoeld als knipoog naar de zwartepietendis-cussie waarin Erik van Muiswinkel duidelijk zijn mening (vóór aan-passing / verandering van de pieten) heeft laten weten.

Jong publiekZoals hij al in het door hemzelf opgenomen filmpje uitlegde, zou de groep JdW’ers de gemiddelde leeftijd enorm naar beneden ha-len. De grote vraag daarnaast is dan: hoe vond het relatief jonge publiek de show? De meeste leer-lingen vonden het veel leuker dan gedacht, omdat ze zijn humor nog niet goed kenden, maar ook omdat hij meerdere keren in zijn grappen naar hen verwees. Daar-naast maakte hij een grapje over mevrouw Koenen, waar ze zelf ook wel om moest lachen.

‘de groep JdW’ershaalde de gemiddelde leeftijd enorm naar

beneden’Over het algemeen was het duide-lijk dat je als middelbare scholier zeker op de hoogte moest zijn van het actuele nieuws, maar eigen-lijk ook van mensen van voor onze tijd, of bepaalde dichters en schrij-vers. Dat ging voor de meesten net iets te ver, soms ook voor ons. Maar dat mocht de pret niet druk-ken, want iedereen heeft een ge-weldige avond gehad en de mees-ten zouden graag nog eens naar één van zijn shows gaan.

Lesje taalkundeDaar blijft het niet bij: in 2015 zal de cabaretier, ook Neerlandicus, een lesje Nederlands geven aan een kleine groep leerlingen, die geïnteresseerd is in de taalkunde.

Bij dezen zouden wij Erik van Muiswinkel graag als groep wil-len bedanken: hartstikke bedankt voor uw geweldige show en het enthousiasme dat u met u mee-bracht en wij kijken uit naar alles dat komen zal!

Cabaretier Erik van Muiswinkel | Reportages

Van Muiswinkel, tibi gratias ago!

25

Page 14: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

ROGIER VERMEEReindexamen 2010

Mensen | De Reünist

De Reünist

een tijdje geleden vroeg de redactie van Johan of ik een stuk wilde schrijven over mijn tijd als JdW’er en het leven erna. natuurlijk wilde ik dat.

Ik ben tegenwoordig masterstudent Fiscale Economie op de Erasmus Universiteit in Rotterdam en heb van 2003 tot en met 2010 op het JdW gezeten (Ja, ik heb er inder-daad een jaartje langer over ge-daan. Laten we het er op houden dat ik me een jaar langer heb kun-nen ontwikkelen!). Mijn periode op het JdW was een erg mooie tijd. De leraren, de leerlingen, het warme, knusse gevoel van zo’n relatief kleine school, het oude, uitgewoonde, krakkemikkige de-pendancegebouw aan de Oranje-laan, het zijn allemaal factoren die het JdW maken tot wat het is.

mijn eerste schooldag herinner ik me nog goed. Ik was zenuwach-tig. Op de basisschool had je als groep 8-er eindelijk aanzien, maar nu begon alles weer opnieuw.

Aangezien ik op de basisschool een klas had overgeslagen, was ik gemiddeld ook nog eens een jaar jonger dan de rest! Op onze eerste schooldag kregen we proeflessen, deden wat sport en spel, en moch-ten ons rooster ophalen. De zenu-wen bleken onterecht, vanaf het eerste moment voelde ik me thuis op het JdW. Het hielp natuurlijk mee dat de bovenbouwers (de echte grote jongens!) voorname-lijk op een andere locatie zaten, aangezien de locatie aan de Oranjelaan nog in gebruik was.

ik kijk terug op een erg leuke en leerzame periode, alhoewel ik dat op het moment zelf – voor-al in de onderbouw – natuurlijk nooit toe zou geven. Op die leef-tijd is het natuurlijk stoer om je af te zetten tegen je ouders, leraren

en de school. School is stom! Ik was in de onderbouw dan ook een re-delijk boefje: vaak te laat (terwijl ik welgeteld één minuut moest lopen om van huis naar school te komen), regelmatig de les uitgestuurd en vaak akkefietjes met de coördinator van de onderbouw, dat was toen meneer Van Andel. Uiteindelijk re-sulteerde dit in het nog een jaartje overdoen van de derde klas, wat achteraf gezien – denk ik – alleen maar positief is geweest.

ook mijn eerste les als boven-bouwer is me bijgebleven. Het was ook meteen mijn eerste les op de locatie Oranjelaan. Ik kreeg Latijn van meneer De Hoon, die ook coördinator van de boven-bouw was. Meneer De Hoon con-troleerde de aanwezigheid van de leerlingen door middel van een

Een leuke en leerzame tijd

namenlijst. Als hij je naam op-noemde zei je ‘ja!’ en ging hij verder naar de volgende. Op een gegeven moment werd mijn naam genoemd en ik riep ‘ja!’, net zoals alle anderen. In plaats van door te gaan met de volgende richtte meneer De Hoon zijn hoofd op en keek me doordringend aan. ‘Oh, dus jij bent Rogier!... Ik heb veel over je gehoord…’ De toon was gezet. Uiteindelijk bleek het alle-maal best mee te vallen, ik was inmiddels wat volwassener gewor-den en zag in dat school wel dege-lijk belangrijk was. De bovenbouw doorliep ik zonder al te veel moei-lijkheden en met prima cijfers. Ik had het dan ook oprecht naar mijn zin op het JdW! Ondanks deze stroeve start met meneer De Hoon bleek hij uiteindelijk zelfs een van de beste leraren te zijn. Hij had autoriteit, was streng maar recht-vaardig, en had ontzettend veel mensenkennis. Hij zag goed in dat elke leerling een andere persoon-lijkheid had en wist precies op welke manier hij iemand moest motiveren. Wat me ook is bijge-bleven van meneer De Hoon is het verhaaltje dat hij over elke leerling vertelde bij de diploma-uitreiking. Hij wist bij elke leerling, of hij die-gene nou les had gegeven of niet, een verhaal te vertellen wat die persoon exact typeerde.

‘Er schoot meteen keihard een straal

water omhoog’

een van de grootste charmes van het JdW vond ik de locatie aan de Oranjelaan. Erg zonde dat dit gebouw niet meer in gebruik is als school. Locatie Oranjelaan was een oud gebouw en volledig uitgewoond. Verwarmingen deden het niet, overal bladderde verf af, er zaten gaten in de muren, in alle plafonds zaten vochtplekken van het lekken, alle ramen waren enkelglas, et cetera. Toch paste zo’n ‘historisch’ gebouw ook wel bij het JdW. Daarnaast was het er ook gewoon erg gezellig. Er was een kleine kantine met een paar oude ban-ken, waar iedereen tijdens de pauze en in tussenuren te vinden was. Het bijkomend voordeel van les krijgen op twee locaties was dat je altijd een excuus had als je iets te laat was voor de les! Zo’n oud gebouw bracht natuurlijk ook de nodige problemen met zich mee. Ik herinner me dat ie-mand tijdens de les een keer aan de verwarming zat en er een dopje afbrak. Er schoot meteen keihard een straal water omhoog, die pas stopte toen het lokaal was

ontruimd en de watertoevoer dichtgedraaid was.

Wat het JdW ook maakt tot wat het is, is het feit dat er zoveel gedaan wordt om het de leerlingen naar de zin te maken, en dan doel ik vooral op de tallo-ze reisjes en activiteiten die door de school georganiseerd worden. Zo weet ik nog dat tijdens mijn schooltijd de JdW-trofee werd in-gevoerd (bestaat dit nog steeds?), waarbij alle klassen in verschillen-de onderdelen tegen elkaar moes-ten ‘battelen’. En de Vlaanderen-reis in de derde klas, de ‘exchange’ in de vierde klas – waarbij ik een week bij een gezin in Frankrijk woonde en een Franse jongen een week bij ons thuis – en als kers op de taart natuurlijk de Romereis, waar we als leerlingen stiekem hele nachten met z’n allen bij elkaar op de kamer zaten, nauwe-lijks sliepen, en ’s ochtends weer ‘fris en fruitig’ aan het ontbijt zaten om ons klaar te maken voor weer een nieuwe dag vol culturele hoogtepunten.

‘talloze reisjes en activiteiten’

Opvallend is dat oud-JdW’ers vaak nog een zeer goede band met het JdW hebben. > |

2726 ouderblad JdW-gymnasium

Page 15: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Het is al regelmatig voorgekomen dat ik er in een gesprek met ie-mand achter kwam dat diegene ook oud-JdW’er is. Vaak komen dan de mooiste anekdotes naar boven, de sappigste roddels over oud-leraren en laatst zette iemand zelfs spontaan het ‘Eia’ in. Wat ik zelf wel een grappige anekdote vind, is er een met meneer Koch. De school had op een gegeven moment, in plaats van ouderwetse krijtborden, smartboards aange-schaft, waar de leerlingen natuur-lijk veel handiger mee waren dan de leraren. Tijdens een les econo-mie van meneer Koch, die te laat was, had één van mijn klasgenoten het bord zo ingesteld dat alles wat geschreven werd onderste-boven en gespiegeld op het bord verscheen. Meneer Koch kwam hier achter doordat alles wat hij in de linkerbovenhoek van het bord schreef, ondersteboven in de rech-teronderhoek verscheen. Elke an-dere docent zou boos zijn gewor-den en niet verder zijn gegaan tot het bord weer normaal was inge-steld, maar niet meneer Koch. Zijn oplossing was als volgt: hij schreef de rest van de les alles onderstebo-ven in de rechteronderhoek, zodat het weer normaal op het bord was te zien. Probleem opgelost!

‘hij schreef de rest van de les alles ondersteboven’

aan het einde van mijn school-tijd kreeg ik natuurlijk hetzelfde probleem als iedereen: wat moet ik gaan studeren!? Ik was vooral goed in de bètavakken en econo-mie (en gym!), maar wist nog niet precies wat ik wilde. Ook tijdens mijn middelbare schooltijd heb ik op hoog niveau gezeild en aan verschillende wereld- en Europees kampioenschappen deelgenomen. Ik heb er zelfs aan gedacht om in plaats van te gaan studeren door te gaan met wedstrijdzeilen. Maar na een aantal studies te hebben bezocht tijdens open dagen van diverse universiteiten (meer dan nodig was, want voor zo’n dag kreeg je vrij van school!), viel mijn keuze op Fiscale Economie in Rotterdam. Ik ben nog altijd erg blij met deze keuze.

De stap van middelbare school naar de universiteit is misschien wel groter dan die van de basis-school naar de middelbare. Weg uit de oude vertrouwde, veilige omgeving en op naar een grote

stad. Eerst werd er altijd voor je gezorgd maar nu sta je volledig op eigen benen. Je gaat niet meer naar school, maar naar de uni. Je krijgt geen les meer, maar college. Het college wordt niet gegeven door een leraar, maar door een docent. Eén ding blijft echter wel hetzelfde: je was de oudste en begint nu weer bij het begin!

naast mijn studie ben ik bij een studentenvereniging gegaan, iets wat ik – met het thema van dit blad, ‘groei en bloei’, in het ach-terhoofd – iedereen zou willen aanraden. Een studentenvereni-ging is de uitgelezen kans om je naast je studie ook op andere vlakken te ontwikkelen. Je leert op deze manier ontzettend veel nieu-we mensen kennen, hebt de kans om in een huis met andere mensen van je vereniging te wonen, en kunt bijvoorbeeld in commissies gaan zitten. Met name op sociaal en organisatorisch vlak valt er veel te halen bij zo een vereniging. Ik heb er in ieder geval geen moment spijt van gehad!

Zeker aan het begin van mijn stu-die moest ik – met zoveel vrijheid - nog een balans vinden tussen stu-deren en leuke dingen doen, maar na een tijdje kreeg ik in de gaten hoe ik mijn tijd beter in kon delen. In het eerste jaar haalde ik meteen mijn propedeuse, na vier jaar studeren had ik mijn bachelor en nu ben ik bezig met mijn master. Daarnaast werk ik nog twee dagen in de week als werkstudent bij een fiscaal kantoor.

Al met al heb ik een erg leuke en leerzame tijd op het JdW gehad en draag ik het JdW zeker nog een warm hart toe. Ik wil de redactie van JOHAN graag bedanken voor de kans om dit stuk te schrijven, en wens de lezers veel leesplezier toe met de rest van dit blad!

lex perplex> |

28 ouderblad JdW-gymnasium

Page 16: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Open Dag 2015Zaterdagochtend 31 januari

2015 stond de deur van het

Johan de Witt-gymnasium

wagenwijd open voor nieuwe

leerlingen en hun ouders.

Leraren, leerlingen en andere

medewerkers hebben samen

laten zien waar de school voor

staat met onder meer work-

shops, quizzen, rondleidingen,

spelletjes en muziek. Wie niet

kon, was op 18 maart alsnog

welkom bij de extra open

middag. Natuurlijk is de op-

komst geteld: er zijn ruim 300

informatiesetjes uitgedeeld.

Ieder setje staat voor een

geïnteresseerde nieuwe leer-

ling en voor 2,5 bezoeker. Er

waren dus een kleine 800 be-

zoekers. In januari zijn tijdens

de informatieavond ook al 250

ouders geïnformeerd over de

missie, visie, begeleiding,

het vakkenpakket en de toela-

tingsprocedure. Rest natuur-

lijk de vraag hoeveel nieuwe

eersteklassers dit kan opleve-

ren. Vorig jaar resulteerden

284 informatiesetjes in 181

aangenomen leerlingen. Het

is nog even afwachten, maar

de grote opkomst is in ieder

geval veelbelovend.

Klassieke culturele vorming

Zelf elektrische schakelingen bouwen

De rector verwelkomt de bezoekers

Wij zijn LEF!

Onder vakkundig toeziend oog zelf ondervinden

Cultuur snuiven bij Musae

Speech voorbereiden bij de debatworkshop

Koffie, thee, limonade en even zitten in de aula

FOTOGRAFIE caRoline van haRSKamp,

dymphina Klein en liene JouWSma

3130 ouderblad JdW-gymnasium

Page 17: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Scheikundepracticum

Biologiepracticum

In de weer met het systeembordDe stolp met vacuümpomp bij natuurkunde

Wie daagt wie uit tijdens de schaakmarathon?

Griezelig grote beestenWorkshop debatteren

In de ban van de 3D-printer

Open Dag

3332 ouderblad JdW-gymnasium

Page 18: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Musae: De Kleine Avond en andere culturele uitspattingenMusae is de culturele leerlingenvereniging van het Johan de Witt-gymnasium.

Tien enthousiaste leerlingen uit verschillende klassen zitten in Musae. Onder begeleiding van

twee mentorleraren organiseren zij leuke en gezellige avonden, zoals de Kleine Avond, de New

Orleans Night en de Klassieke Muziekavond. Ook zijn er projecten die Musae samen met het

Vossius, de feestcommissie, organiseert, zoals de wendagen die in het begin van het nieuwe

schooljaar voor de eersteklassers worden georganiseerd. Maar ook het Lustrum (inmiddels

alweer twee jaar geleden) organiseerden zij samen. Dit was een groot succes, waarbij twee

zalen van het Energiehuis waren afgehuurd.

Sinds een aantal jaar is de bekende JdW-trofee weer terug, eveneens geor-ganiseerd door Musae en Vossius. Alle leerlingen van de klassen 1 t/m 4 moe-ten meedoen aan verschillende catego-rieën, zoals dans, film maken en Latijn vertalen. De klas die de meeste op-drachten wint, verdient de JdW-trofee.

new orleans nightDe jazzavond van het JdW is de New Orleans Night. Deze vindt plaats in de Dordtse Jazz Sociëteit (Jazz Podium DJS). Verschillende leerlingen treden op met een jazznummer. De sfeer is heel anders dan onze andere avonden, maar

vanzelfsprekend is het ook weer erg gezellig. De kleine ruimte en de goede jazzmuziek zorgen voor een ontspan-nen sfeer. Het is alweer even geleden dat deze activiteit gehouden werd, want helaas moeten we elk jaar weer een keuze maken uit het aanbod.

‘ook voor ouders zonder optredend kind is het

leuk’

Kleine avondDe Kleine Avond is, in tegenstelling tot de New Orleans Night, wel een jaarlijks terugkerende avond. De Kleine Avond

Reportages | Musae: lang leve de creativiteit

TEKST KyRa veRboon

FOTOGRAFIE liene JouWSma

is namelijk DE avond van het JdW. Jaarlijks doen er superveel enthousi-aste gymnasiasten auditie. Jammer genoeg passen zij niet allemaal in het programma en moeten we elke keer toch weer wat talenten laten gaan. Dit evenement wordt traditiegetrouw in Schouwburg Kunstmin gehouden, maar in verband met de verbouwing van deze cultuurtempel vonden de vo-rige twee edities op een andere locatie plaats. Dit jaar zal de Kleine Avond tot onze vreugde weer in de grote zaal van Kunstmin plaatsvinden.

Alle deelnemers verheugen zich na-tuurlijk erg op de Kleine Avond. Het is een hectische en drukke, maar vooral gezellige dag. De sfeer zit er goed in, de artiesten moeten soundchecken en na de soundcheck komen er stapels pizza’s binnen voor de artiesten, musaeleden en de meisjes van de grime. Na het eten is het dan eindelijk zover, de avond kan beginnen! De zaal stroomt langzaam vol en de artiesten zitten vaak toch wel gespannen in de artiestenfoyer. Na een tijdje gaat het licht in de zaal uit en wordt de eerste act aangekondigd. Tussen de acts door worden vaak grappige sketches gehouden.

De Kleine Avond bestaat uit veel verschillende acts; zo zijn er elk jaar dansers, bandjes en soloartiesten in uiteenlopende (muziek)stijlen. Er zit voor iedereen wat leuks bij. De Kleine Avond is dus niet alleen fantastisch voor de artiesten die kunnen schitte-ren op het podium, maar ook voor het publiek is het een heel mooie show om te zien. In de zaal zitten, naast leer-lingen van het JdW, ook leraren en ouders. Dit zijn niet alleen de trotse ouders die naar hun eigen kind(eren) komen kijken, maar ook ouders zonder optredend kind vinden het vaak een leuke avond. Elk jaar heeft de avond een ander the-ma. In 2011 was het thema New York, met het Vrijheidsbeeld op de achter-grond. ‘Haute cuisine’ in 2012 speelde zich af in een Parijs’ restaurant, > |

3534 ouderblad JdW-gymnasium

Page 19: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

met zicht op de Eiffeltoren. Vorig jaar vormden Griekse mythologieën de entourage. Dit jaar konden jong en oud zich vermaken met het thema series en films, met voor elk wat wils.

‘klassieke muziek is populair bij de

gymnasiast’

de Klassieke muziekavondDat klassieke muziek bij de gymna-siast nog wel degelijk populair is, wordt duidelijk tijdens de Klassie-ke Muziekavond. Jaarlijks treden getalenteerde leerlingen en lera-ren van het JdW op in een volge-laden Trinitatiskapel. De avond is een samenwerking tussen mevrouw Tonino en Musae;

mevrouw Tonino werft de arties-ten en Musae praat de avond aan elkaar. Zij slaagt er elk jaar weer in om leerlingen en leraren te stimu-leren om mee te doen en bijzon-dere partijen te creëren. Vorig jaar lukte het zelfs om een hele eerste klas naar de Klassieke Muziekavond te laten komen. Die eerste klas zong samen met mevrouw Tonino de Gregoriaanse hit ‘O filii et filiae’ geheel a capella en in het Latijn.

Ook afgelopen jaar was de Klassieke Muziekavond weer een succes. Meneer Koch zong onder begeleiding van Maral een lied wat iedereen is bijgebleven en leerlingen speelden ongelofelijk goede nummers op de schitteren-de vleugel in de aula.

nieuwe lipdubVijf jaar geleden is er voor het eerst iets nieuws geïntroduceerd

bij Musae: de lipdub. Aangezien deze op de ‘oude’ locatie Stek was opgenomen, wilde de school een versie in ons vertrouwde en gelief-de gebouw. Begin dit jaar hebben we met meer dan zestig enthousi-aste leerlingen daarom een nieuw lipdub opgenomen. Wegens wat problemen is deze lipdub nog niet op de site geplaatst, maar we hopen dit zo spoedig mogelijk te doen. Bent u benieuwd naar de vorige lipdub, dan kunt u deze uiteraard nog wel zien. Deze is te vinden op de Johan de Witt-site (www.jdw.nl) onder het kopje ‘diversen’ en dan bij lipdub.

Wilt u meer weten over Musae of heeft u een vraag over iets? Mail dan gerust naar: [email protected]

We hopen jullie op de volgende culturele avonden te zien!

> |

La Venezia • Vest 180 • Dordrecht078 - 613 59 28

La Venezia Dordrecht

Voor alle lezers van JOHAN kost EEN BOLLETJE IJS

elke woensdagmiddag slechts

€ 1.00 Dit is 10% korting.

Heerlijk, éérlijk echt Italiaans ijs! Sinds 1929.

36 ouderblad JdW-gymnasium

Page 20: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Medezeggenschapsraad | School en ...

Nauwe samenwerking met de Oudervereniging

MR ijvert namens ouders voor groei en bloei

TEKST JooSt ooStlandeR

en nielS mooiJ

AD/De Dordtenaar schreef in februari over het (vermeende) toelatingsbeleid van het Johan de Witt-gymnasium. Streng, of juist niet? Juist niet, citeert de krant de rector. De school wil leerlin-gen kansen bieden. Terecht! Het is wel goed daarbij de balans te bewaken tussen groei en bloei, het thema ook van deze JOHAN.

toelatingsbeleid: bloei is het doel Gaan groei en bloei samen? Of leidt groei niet altijd tot bloei? Met een soepel toelatingsbeleid haal je veel groeipotentieel de school binnen. Want leerlingen die van ver moeten komen (en dan bedoel ik niet uit Ottoland of

Barendrecht) zijn, als zij hun diploma hebben gehaald, in absolute zin meer gegroeid dan kinderen die starten met een Citoscore van 550. De kans dat ze slagen, is echter een stuk kleiner. Daarentegen vergroot je met een streng toelatingsbeleid statistisch gezien de kans dat leerlingen tot bloei komen, ofwel hun diploma halen. Immers, je laat leerlingen pas toe als je zeker bent van de haalbaarheid van het gymnasiumdiploma. Alleen, deze leer-lingen groeien niet zoveel als hun klas-genoten met een mindere uitgangspo-sitie. Zo bezien is bloei niet altijd het logische gevolg van groei.

‘Groei en bloei’.

Je kunt het als begrip toepassen op veel thema’s waarop de Medezeggenschapsraad de

belangen van ouders, leerlingen en personeel behartigt. Namens u allemaal vormen wij,

Joost Oostlander en Niels Mooij, de oudergeleding in de MR. Joost is daarnaast voorzitter van

de ondersteuningsplanraad (zie kader), Niels is lid van het bestuur van de Oudervereniging.

Ons gezamenlijk doel: zorgen dat de stem van ouders gehoord wordt in de school.

MR

| >

‘bloei is niet altijd het

logische gevolg van groei’

Boekhandel De Nwe Bengel

Vriesestraat 35 , 3311 NN Dordrecht 078-645 49 56

[email protected]

Openingstijden:Maandag 13.00 – 17.30 uur.

Dinsdag t/m vrijdag 10.00 – 17.30 uur.Zaterdag 09.30 – 17.00 uur.

Koopavond : Donderdag 17.30 - 21.00 uur.

meestal vanaf een uur of één.

Advertentie 180 x 260 mm 01.indd 1 13-11-14 10:52

39

Page 21: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Vragen, opmerkingen of suggesties?

de schoolleiding feedback op de aan-pak. De Oudervereniging organiseert jaarlijks een beroepenavond waarop ouders van leerlingen vertellen over hun beroep.

Het bètaprofiel geniet in onze school de grootste belangstelling. Met het profiel ‘Natuur en Techniek’ of ‘Natuur en Gezondheid’ kun je veel meer kanten op en lonken betere arbeids-marktperspectieven, is de heersende gedachte. Meer dan tweederde van de leerlingen op het Johan de Witt kiest dan ook een van deze twee exacte profielen. Ook zij met minder goede perspectieven op bloei in deze richting. Moet de school hier, net als bij het toelatingsbeleid, strenger en eerlijker zijn? We denken met de rector en de-caan mee over het versterken van de reputatie van het (alfa)profiel ‘Econo-mie en Maatschappij’ door toevoeging van een extra vak (elders in deze JOHAN meer daarover). Geen overbo-dige luxe in een tijd waarin de maat-schappij en de maatschappelijke vraag-stukken steeds complexer worden. We vinden het belangrijk dat onze school naast het afleveren van studenten die sterk zijn in bèta-beroepen, studenten klaarstoomt voor verantwoordelijke maatschappelijke posities. In een land dat uit minderheden bestaat is een goed ontwikkeld gevoel voor de waar-de van die diversiteit en de noodzaak om rekening te houden met een veel-heid aan belangen onmisbaar.

stewards: ook een groeimomentje? mail ons uw ervaring!Tot slot: de stewards. Net bekomen van de profielkeuze krijgen de vierde-klassers een rol in het toezicht tijdens pauzes. Leerlingen aanspreken die zich niet aan de regels houden. Een win-win situatie: een schonere school én een persoonlijke leerervaring bij de vierdeklassers. De MR heeft inge-stemd met de proef. De tussenevalu-atie leverde op dat de school bedui-dend netter is. Corvee, elke dag weer goed voor wat leerlingen die een deel

Hoe kijkt de MR hiernaar? Ouders hebben, behalve dat hun kind een leuke schooltijd heeft en zich per-soonlijk ontwikkelt, uiteindelijk maar één belang: dat zoon- of dochterlief het diploma haalt. Je wilt ervan op aan kunnen dat je kind, eenmaal toegela-ten tot het Johan de Witt-gymnasium, het diploma kan halen en dat de school daar alles aan zal doen. Waarbij we uiteraard niet mogen vergeten dat uw hardwerkende, gemotiveerde puber hier zelf de meeste invloed op heeft. Ouders zijn in principe dus gebaat bij een zorgvuldig toelatings-beleid dat leerlingen toelaat met (letterlijk) een reële kans van slagen. Kansen bieden waar het kan, eerlijk zijn waar het niet kan. Het Johan de Witt is, in tegenstelling tot grootste-delijke gymnasia, niet in de positie om aan de poort streng te selecteren. Het komt er al met al op neer dat u, voor de grootste kans op bloei, de presta-ties van uw oogappel van dichtbij zult moeten volgen. Net als overigens met andere zaken in het leven van uw ado-

van de les moeten missen, is inmiddels afgeschaft. De ervaringen van de kin-deren zijn wisselend. Ook ouders zijn verschillende meningen toegedaan. Van ‘mijn kind dat andere kinderen gaat corrigeren, het moet niet gekker worden’ tot ‘prima als kinderen elkaar onderling aanspreken, dat is toch lo-gisch’. Tegen de zomer volgt de eind-evaluatie. Wij houden ons aanbevolen voor wat u thuis terugkrijgt van uw steward of aangesprokene en hoe u daar tegenaan kijkt. Ons mailadres: [email protected].

lescent. Daarbij kunt u uiteraard steeds een beroep doen op de mentor.

profielkeuze: groeipotentieel voor de schoolGroei en bloei, je kunt het op meerde-re thema’s toepassen waar de MR zich mee bezighoudt. Iets verderop in de schoolcarrière komt het tweede mo-ment waarop uw kind moet kiezen: welk profiel past het beste bij mij?

Hier liggen groei en bloei wat meer in elkaars verlengde. Uw kind ziet een groeipad voor zich en vaak ligt daar ook de meeste kans op bloei, het di-ploma. Maar wat als je op meerdere profielen groei in het verschiet ziet? Of juist op geen enkel? De MR bekijkt, samen met de Oudervereniging, de begeleiding door school in deze lastige periode door de ogen van de ouders. De communicatie naar ouders kan bij-voorbeeld beter. Dit geldt vooral voor het proces: wanneer gebeurt wat in deze fase, hoe wordt de leerling bege-leid bij de keuze? In de MR geven wij

De Wet Passend Onderwijs is sinds het begin van dit schooljaar van kracht. Hiermee is de wettelijke basis voor het verzorgen van passend onderwijs vastgelegd zodat geen kind buiten boord kan vallen. Scholen hebben hiermee de plicht te zorgen dat een kind dat uiteindelijk niet blijkt te passen op school, in kan stromen in een andere onder-wijsvorm. Te snel wordt dan gedacht dat dit alleen geldt voor pubers die onder het niveau van het vwo presteren; voorheen vooral de leerlingen met ‘rug-zakjes’. Dit mag voor een groot deel terecht zijn, maar ook op ons gymnasium kan het gebeuren dat een kind meer ondersteuning nodig heeft. Bijvoorbeeld als er een vorm van autisme in het spel is. Maar waarom ook niet voor hoogbegaafden?

Sinds 2014 werken de Dordtse scholen samen in een ‘Samenwerkingsverband passend onderwijs’. Daar-

in worden afspraken gemaakt over het bieden van basisondersteuning. Daar waar nodig, dus als de ondersteuningsvraag de mogelijkheden van onze school overstijgt, ondersteunt het Samenwerkings-verband. Het Samenwerkingsverband heeft een vorm van medezeggenschap georganiseerd waarin de middelbare scholen op het eiland vertegenwoor-digd zijn; de ondersteuningsplanraad (OPR). Ook het Johan de Witt is vertegenwoordigd in de per-soon van Joost Oostlander. Om deze rol goed in te kunnen vullen, horen wij graag wat u belangrijk vindt als het gaat om passend onderwijs en onder-steuning van kinderen. Meer informatie? Kijk op www.swvdordrecht.nl.

‘wij horen graag wat u belangrijk vindt’ MR

> |

Hoe zorgen we dat iedere leerling het onderwijs krijgt dat bij zijn of haar groeimogelijkheden past?

MR

Mail ons via [email protected]

In de MR overleggen ouders, per-soneel en leerlingen met de rector over zaken als het onderwijsbeleid, de regels op school, de ouder-bijdrage, de vakantieregeling, de informatievoorziening naar ouders, het lesrooster, de organisatie van de school, de toelating en verwijde-ring van leerlingen et cetera.

De Medezeggenschapsraad is dé gesprekspartner voor de rector waarin alle geledingen van de school een stem hebben: leerlingen, personeel en ouders.

De MR is daarmee hét kanaal waar-langs u als ouder invloed kunt uit-oefenen. Heeft u op deze of andere onderwerpen vragen of opmerkin-gen, laat het ons weten. Tenzij het casuïstiek is die u het beste met de docent, mentor, leerjaarcoördinator of schoolleiding kunt bespreken, zul-len wij uw onderwerp behandelen. Kijk voor meer informatie op www.jdw.nl/geledingen/MR.

Passend onderwijs: over groei gesproken

4140 ouderblad JdW-gymnasium

Page 22: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Column | Palimpsest

Het bont beschilderen van de binnen-kant van graven was een bekende praktijk in de oudheid. De dode was niet zozeer dood als wel in de over-gang naar een second life, en die moest comfortabel gemaakt worden. Een vertrouwd idee, zo lijkt het, maar dat is schijn: voor de oude Grieken heeft sterven niets te maken met een ‘onster-felijke ziel’ die zich bevrijdt van een lichaam op weg naar een hiernamaals. Alleen goden waren onsterfelijk. Bovendien kwam het idee van een ziel überhaupt pas op in de filosofie van Plato, eeuwen ná de bouw van de tombe van de Duiker. Geen enkele vroege Griek heeft de flauwste notie van het concept dat de dood een scheiding van lichaam en geest zou kunnen betekenen.

in paestum spelen de meeste gidsen dan maar dat de betekenis van het duikertje zonneklaar is. Stellig beweert men: het verbeeldt de overgang van leven naar dood. Dat zoiets via een duik gebeurt hoeft niet te verbazen:

Grieken kenden een onderwereld. Dat de nadruk op een lichamelijke actie ligt, en niet op een zielsverhui-zing, wordt verklaard door de hypo-these dat de gestorvene dan wel een atleet zal zijn geweest. Weer anderen, met een hang naar mystiek, merken op dat het getal zeven een belangrijke rol speelt: de olijfbomen hebben zeven takken en de toren is zeven blokken hoog. Dat is natuurlijk geen toeval, hier is heus getallensymboliek in het spel. De extra halve steen tellen we even niet mee.

Ieder jaar hetzelfde: gedrang voor het duikertje, deskundigen steken hun verhaal af, groepen hangen quasi geïnteresseerd op de tegenover-liggende bankjes en vinden het mooi.

Inderdaad: je kijkt een tijdje en je wordt getroffen door de schoonheid ervan. Je ziet eenvoud en elegantie en je denkt iets te ervaren. Maar toch blijft iets zich hardnekkig verzetten tegen zo’n beleving: het simpele gegeven dat

voor de antieken deze schoonheid er niet was om gezien te worden, laat staan beleefd. Het ding was een graf. Het duikertje dekte een gestorvene af om nooit meer bo-ven water te komen.

‘je denkt iets te ervaren’

Er hangt een zekere ontoeganke-lijkheid om het fresco heen. Niet alleen omdat het onder de grond behoorde. Het is vooral ontoegan-kelijk voor het zicht dat wij erop kunnen hebben. Het duikertje be-antwoordt niet aan de categorieën waarmee de moderne reiziger zijn ervaringen en gedachten indeelt. Luister voor de grap eens naar een gids, zeker als die wat persoonlijke noten toevoegt, tegenwoordig een must in de toeristenindustrie. Het gaat dan veelal om de ‘indruk-ken’ die deze ‘kunst’ op hem ach-terlaat. Of men wordt serieuzer en probeert de samenleving ‘achter’ het fresco te evoceren waarin zo’n tombe ‘functioneerde’. Waarbij geen woord wordt vuilgemaakt aan het feit dat ‘kunst’ of ‘samen-leving’ voor oude Grieken iets

totaal anders was dan voor ons. ‘Indrukken’ veronderstelt weer dat iets van buiten inwerkt op een innerlijk – categorieën die de Grieken vreemd waren: zij hadden geen last van een innerlijk, en dus ook niet van een uiterlijk. Geen Griekse schilder voelde ooit de drang tot ‘expressie’.

Als ik nu hierbij probeer na te denken, is mijn eerste gedachte: het duikertje werd in zijn betekenis gedragen door een wereld die red-deloos verloren is. Leven en dood, goden en mensen – hun gedachten daarover verschilden hemelsbreed van de onze. Zij bevonden zich in een betekenisgeheel dat nauwelijks raakt aan het onze. Het duikertje is met zijn wereld ondergegaan. Zijn sprong komt niet bij ons aan.

Prompt is mijn tweede gedachte: dan ga ik dat oude wereldbeeld in kaart brengen, wetenschappe-lijk beschrijven en een historische context construeren waarbinnen ik het fresco wél begrijp.

Maar dat idee wordt onmiddellijk de nek omgedraaid: wetenschap-pelijk zijn, construeren: zijn dat

wel categorieën waarmee ik de Grieken nader kom? Of beweeg ik mij daarmee juist van hen van-daan? Zij hadden nooit een beeld van de wereld, noch kenden zij zoiets als moderne wetenschap. Is het niet wat vreemd om iets on-Grieks te doen om daardoor de Grieken te zien?

Wat ik ook bedenk, een kloof gaapt tussen mij en het duikertje. Met welk begrip ik hem ook pro-beer te vangen, hij duikt voort-durend van mij weg.

toch komt een laatste gedachte in mij op, als ik geluk heb: ook al kan ik het duikertje niet zien, ik kan wel iets opmerken bij het graf dat zijn naam draagt: dat hier een we-reld aan betekenis is ondergegaan en ik in een andere ben opgeko-men. Ik kan vervolgens opmerken: groei, bloei en verval van beteke-nis ligt niet in mensenhanden. Ten overstaan van het duikertje heb ik maar te zijn wie ik ben en hem maar te laten wie hij is: een onbekende. Hij is versprongen ten opzichte van mij, niet volledig op te nemen in mijn interpretatie, en ‘never the twain shall meet’.

TEKST l. van deR held

Het duikertje en ik – een verspringingBinnenkort, tijdens de Italiëreis – bij u allen beter bekend als de Romereis – sta ik er weer: in

Paestum, net onder Napels, voor de Tombe van de Duiker. Nog niet zo lang geleden opgegraven,

in 1968, wordt het stenen graf tegenwoordig tentoongesteld in een klein archeologisch museum

tegenover de befaamde Griekse tempels. Het dankt zijn naam aan het elegante fresco dat de

onderkant van het grafdeksel siert. Een atleet hangt in gestrekte positie in de lucht. Hij duikt van

een toren in een zee. Toren en zee worden op hun beurt geflankeerd door twee olijfbomen, naar

binnen toe overhellend. De stam en takken zijn kronkelig, de zee staat bol, alleen de toren rijst

verticaal de lucht in – het enige mensenwerk in de omgevende natuur.

Palimpsest

4342 ouderblad JdW-gymnasium

Page 23: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

De debatvereniging van het Johan de Witt-gymnasium

Sinds vier jaar is mevrouw Sebregts de begeleider en mentor van de debatvereniging van het Johan de Witt-gymnasium. de officiële naam is trouwens debating Society dordrecht, een naam waarmee de club internationaal de school kan representeren. mevrouw Sebregts vertelt.

onder leerlingen echter steeds meer de behoefte aan extra debattrainingen buiten school. Zo ontstond het idee om op vrijdagmiddag te trainen met een vaste groep, waaruit dan vanzelf de teams werden gevormd die naar wedstrijden konden. Sinds vorig jaar zijn zelfs leerlingen uit de onderbouw actief betrokken bij deze trainingen. Op deze manier kunnen de leerlingen hun talenten verder ontwikkelen, maar ook aan elkaar doorgeven.

De debatclub van het Johan de Witt-gymnasium neemt regelmatig deel aan wedstrijden en sleept geregeld een prijs in de wacht. De club heeft een naam opgebouwd. Wat zijn enkele wapenfeiten?Drie keer hebben leerlingen van onze school het NK voor scholieren inmid-dels gewonnen. De eerste keer waren dit Daniël Vis (inmiddels als dichter doorgebroken), Marit de Vos en Matthijn Visser, de tweede keer Lisa Schallenberg, Devin van den Berg en Sander Leenman en de derde keer Iris Gündel, Juul Klein Wolterink en Roderick Westerick. De oudere leerlin-gen onderhouden vaak hechte contac-ten met de debaters die inmiddels stu-deren, waardoor ze zelf tegenwoordig ook steeds vaker deelnemen aan ande-re (studenten)wedstrijden. Daarnaast nemen sommige ouderejaars deel aan de Oxford Schools Debating Competi-tion. Dit jaar hebben Victor Schippers en Felix van Lawick deze wedstrijd zelfs gewonnen, waardoor zij op 14 maart 2015 in Oxford naar de finale gaan namens onze school. Ook hebben onze debaters de afgelopen twee jaar deel-genomen aan het RWSA (Roosevelt World Schools Academy), het selectie-proces voor het Nederlandse WK-team voor scholieren. Ook hiervoor is Victor nog in de running.

Wat maakt onze club succesvol?We hebben een groep enorm getalen-teerde en gedreven leerlingen, die hun enthousiasme en vaardigheden ook weten over te brengen op de nieuwe generatie. Dat maakt dat onze leer-

Informatief | Debatclub/Elanprijs

Debatteren naar hartenlust en

het binnenhalen van de Elan-prijsDebatteren, het is een begrip dat sinds vijftien jaar onlosmakelijk met het Johan de Witt-

gymnasium is verbonden. De kleine en grote nationale en internationale successen van de

debatclub hebben de school zelfs buiten onze landsgrenzen naamsbekendheid bezorgd.

Het is een paradepaardje om trots op te zijn. Bovendien levert het de deelnemers belangrijke

vaardigheden op voor hun toekomst en niet te vergeten een gezellig verenigingsleven. JOHAN

wil er alles over weten en gaat in gesprek met de mentor van de club en twee enthousiaste leden.

TEKST dymphina Klein

‘in de samenleving wordt steeds meer van

mensen verwacht dat zij zich goed kunnen

uitdrukken en het debat aan kunnen gaan’

‘onze school moet natuurlijk

heel trots zijn op zulke leerlingen!’

Wat is de (ontstaans)geschiedenis van de debatvereniging?Het Nederlands Debatinstituut is vijf-tien jaar geleden begonnen met het organiseren van landelijke scholieren-wedstrijden. Vanaf het begin hebben leerlingen van het Johan de Witt-gymnasium deelgenomen aan deze

wedstrijden en met veel succes. De leerlingen eindigden vaak in de top tien en hebben inmiddels drie keer het Nederlands Kampioenschap Debatteren gewonnen. In het begin stonden deze wedstrijden centraal en werd er verder door leerlingen alleen gedebatteerd in de lessen. De afgelopen jaren ontstond

lingen heel ver komen. Verder trainen ze veel en hard. Standaard wordt er op vrijdagmiddag getraind. Als er een wedstrijd nadert, trainen ze ook veel in hun eigen tijd. En er hangt eigenlijk altijd een bijzonder goede sfeer in de groep.

Wat is het belang van deze club voor het JdW?Onze school moet natuurlijk heel trots zijn op zulke leerlingen! Daarnaast denk ik dat retorica zwaar onderbe-licht is in het Nederlandse onderwijs, terwijl in de samenleving steeds meer van mensen verwacht wordt dat zij zich goed kunnen uitdrukken en het debat aan kunnen gaan. Het is mooi dat op onze school zoveel aandacht wordt besteed aan het debat. Wat zou u graag willen bereiken met de debatvereniging?Ik denk dat we al veel bereikt hebben in de afgelopen jaren: we hebben een vast trainingsmoment en een goede doorstroom. Ik hoop dat we dit de komende jaren vast kunnen houden.

Wat betekent het voor u en de club dat jullie de Elan-prijs hebben gewonnen?Dat betekent veel voor ons: het is heel fijn dat we als debatclub gezien en gewaardeerd worden door ouders en school! | >

Victor tijdens een speech

4544 ouderblad JdW-gymnasium

Page 24: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Hoe is het om lid te zijn van de debatclub? JOHAN vroeg het twee

ervaringsdeskundigen, Charlotte Beus en Victor Schippers. Beiden

bevlogen debaters, want naast hun debatactiviteiten vanuit het JdW

doen ze op eigen gelegenheid ook aan andere wedstrijden mee.

Zijn de internationale toernooien in het Engels? Inderdaad. En alle trainingen die ik hier wekelijks voor doe ook. Hierdoor is mijn Engels in een jaar tijd extreem snel ontwikkeld, omdat ik vloeiende speeches van ongeveer tien minuten in het Engels moet houden. Het is ook erg leuk dat ik daardoor allemaal men-sen uit Canada en de VS ontmoet en op verschillende plekken op de wereld dezelfde mensen weer tegenkom op andere toernooien.

Wat vind je jouw beste prestatie of de beste prestatie van de debatclub? De beste prestatie vind ik dat we na maanden trainen en voorbereiden op de voorronde van het NK Debatteren met kop en schouders boven de ande-re teams uitstaken. Niet alleen het NK-team, maar de hele vereniging heeft meegewerkt en hard voor deze prestatie getraind.

Wat is voor jou een onvergetelijke ervaring met de debatclub?Het hele traject voor het NK. Ondanks dat we op de finaledag in de halve finale nipt verslagen zijn, is de band die het binnen het team en binnen de vereniging geschapen heeft onverge-telijk. De vele dagen en avonden waar-op we hard werken en gezelligheid hebben afgewisseld, hebben hier zeker aan bijgedragen.

Wat doe je aan oefening en training? Voor het nationale team train ik we-kelijks zeventien uur per week. Ieder weekend heb ik een hele dag training in Utrecht. Ik pak dan om 08.00 uur de trein en ben vaak pas rond 20.00 uur thuis. Gemiddeld besteed ik voor dit team vijf uur per week aan huiswerk. We krijgen lessen in algemene kennis, argumenteren en presenteren voor een coachingsteam dat er erg veel ver-stand van heeft. Het debatteren met school is ongeveer twee uur per week, namelijk iedere vrijdagmiddag na school. Bovendien komen daar nog een stuk of twintig toernooien bij op jaarbasis, waar ik soms namens de

‘ik werd niet alleen lid om te debatteren, maar ook voor de gezelligheid’

‘je leert dingen waar je echt

iets aan gaat hebben:

algemene kennis,

presenteren, overtuigen en argumenteren’

‘de finaledag van het NK Debatteren is een dag waar je maandenlang naartoe werkt met je team’

school naartoe ga en soms namens het nationale team.

Wat levert de debatclub jou op?Door veel te debatteren en intensief te trainen heb ik met name goed leren argumenteren en presenteren. Persoonlijk merk ik heel erg dat, ter-wijl ik vroeger nog wel eens zenuw-achtig kon zijn voor een presentatie, ik nu totaal niets meer van zenuwen merk. Bovendien heeft het me heel veel geleerd over dingen die in de we-reld gebeuren of gebeurd zijn. In tallo-ze onderwerpen moet ik me wekelijks erg goed verdiepen: Hoe werkenAmerikaanse verkiezingen? Wat is er gebeurd tijdens de genocide in Rwanda? Hoe beïnvloedt de media de bevolking? Dit soort vragen worden goed behandeld. Debat is een aan-vulling op je schoolcarrière waarvan je weet, dat je dingen leert waar je echt iets aan gaat hebben: algemene kennis, presenteren, overtuigen en ar-gumenteren. Daarnaast is debat heel gezellig. Op de vereniging op school, maar ook verspreid over het land heb ik gezellige mensen ontmoet en heel leuke tijden beleefd.

Wil je nog iets anders over de debatclub met de lezer delen?Juist omdat het zo extreem leerzaam is en een goede aanvulling op de reguliere lessen op school,

Charlotte en Victor hebben de ‘novice’-finale gewonnen. Scholieren en eerstejaarsstudenten zijn novices (nieuwelingen) en kunnen zich op een studententoernooi plaatsen voor deze finale die naast de gewone finale plaatsvindt. In dit geval georganiseerd door Debatclub Cicero, de studentendebatvereniging aan de Universiteit van Tilburg.

Victor Schippers (6e klas) zit sinds februari 2014 bij de debatclub. hij zit tevens in het nationale team en hoopt op deelname aan het Wk in Singapore dit jaar.

Waarom ben je lid geworden?Ik vond het altijd al leuk om over din-gen die in het nieuws zijn, zoals con-flicten in het Midden-Oosten en ande-re problemen op de wereld, uitvoerig te discussiëren en te overleggen. Het duurde voor mij echter nog een hele tijd tot ik daadwerkelijk lid werd van de debatvereniging, omdat ik mijn vrij-dagmiddag er niet voor wilde opoffe-ren. Op enig moment begon ik te be-grijpen dat de debatvereniging veel meer is dan suf praten. Het is een hele berg gezellige mensen uit verschillende leerjaren met verschillende achtergron-den bij elkaar. Uiteindelijk werd ik dus niet alleen lid om te debatteren, maar ook voor de gezelligheid.

Aan welke wedstrijden of toernooien heb je al deelgenomen?Inmiddels, een jaar nadat ik lid ben geworden, heb ik aan talloze nationa-le studententoernooien meegedaan. Verder heb ik met het schoolteam meegedaan aan het NK Debatteren voor scholieren. Bovendien ben ik naar Oxford Schools in Oxford geweest, een van de meest prestigieuze scholieren-toernooien ter wereld. In mei 2014 heb ik meegedaan aan RWSA (Roosevelt World Schools Academy) in Middelburg, waar ik ben geselecteerd voor de voorselectie van het Neder-landse team. Met dit team ben ik in-middels naar het EK voor scholieren in Stuttgart geweest en ga ik in maart naar een groot internationaal toernooi in Slovenië, waar we het opnemen te-gen teams uit onder meer Maleisië en de Verenigde Staten. Ik hoop geselec-teerd te worden om mee te doen aan het WK 2015 in Singapore.

De JdW-leden van het NK-team v.l.n.r.: Julia Schmidt, Victor Schippers, Felix van Lawick en Charlotte de Beus.

> |

| >

4746 ouderblad JdW-gymnasium

Page 25: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

zou het naar mijn mening goed zijn als er iets meer ruimte voor de debatver-eniging komt en voor debatteren in het algemeen. Hoe dat er precies uit zou moeten zien weet ik niet, maar het is in ieder geval iets om over na te denken.

charlotte de beus is aan het eind van de vierde klas serieus met de debatvereniging mee gaan trainen. dat is nu bijna twee jaar geleden.

Waarom ben je lid geworden?In de lessen ben ik in contact gekomen met debatteren. We debatteren twee keer per jaar in de klas en tijdens deze debatten in de les kwam ik erachter dat ik debatteren heel erg leuk vond. De discussies, het praten over actuele onderwerpen en de spanning tijdens het debatteren zorgden ervoor dat ik graag wat vaker wilde debatteren. De debatvereniging bood de mogelijkheid om ook buiten de lessen te kunnen debatteren en daarom ben ik op een gegeven moment een kijkje gaan nemen bij één van de trainingen.

Aan welke wedstrijden heb je al deelgenomen?In de vijfde en zesde klas zat ik in het team dat het JdW vertegenwoordigde op het NK Debatteren voor scholieren. Naast dit grote toernooi waaraan ver-reweg de meeste scholen deelnemen, heb ik gedurende de twee jaar dat ik nu debatteer ook meegedaan aan een paar kleinere scholierentoernooien die georganiseerd werden door middel-bare scholen zelf. Daarnaast doe ik af en toe mee aan studententoernooien.

Wat vind jij jouw beste prestatie of de beste prestatie van de debatclub?Het meest trots ben ik op het feit dat het NK-team dit jaar de halve finales heeft gehaald van het NK. Niet alleen omdat we hiermee hebben laten zien dat we tot de topscholen behoren, maar vooral ook omdat dit het eind-resultaat was van een half jaar lang keihard trainen. De finaledag van

eigen mening kunt vormen en vooral ook hoe je deze mening moet onderbouwen. Bovendien leer je deze mening te presenteren en over te brengen aan een grote groep. Ik denk dat de debatver-eniging mij vooral zelfvertrouwen heeft gegeven. Ik ben zelfverze-kerder geworden in het zeggen van wat ik zelf vind en in het over-brengen van wat ik vind. Er wordt tijdens de trainingen vaak van je gevraagd om je over je schaamte heen te zetten en je grenzen te verleggen. Op deze manier heb ik dingen geleerd over mezelf en over de wereld waar ik de rest van mijn leven profijt van heb.

Wil je nog iets anders over de debatclub met de lezer delen?De debatvereniging bestaat uit een hele fijne groep mensen die naast het debatteren nog veel meer samen doet. Je gaat uit eten met elkaar, doet leuke dingen, gaat naar feestjes etc. Op die manier wordt de debatgroep ook echt een vriendengroep. Een vriendengroep die bestaat uit leerlingen die heel erg verschillen in persoonlijkheid, achtergrond en interesses. Je komt in contact met leerlingen met wie je in de school-gangen misschien helemaal niet omgaat, omdat ze in een ander leerjaar zitten of onder schooltijd andere dingen doen dan jij, maar met wie je in de debatvereniging een band opbouwt vanwege die gemeenschappelijke interesse: debatteren.

Elan-prijs voor de debatclubDe debatclub valt niet alleen buiten de school in de prijzen,

maar heeft dit jaar ook binnen de school een prijs gewonnen:

de Elan-prijs, uit naam van de Oudervereniging.

Voor de circa 200 aanwezige ouders lichtte Michael van der Spek, voorzitter van de Oudervereniging, de prijs en keuze toe. ‘Op het Johan de Witt-gymnasium spant een aantal leraren zich naast het gewone en toch al pittige curriculum in voor projecten die leerlingen de mogelijkheid geven zich extra te ontplooien. De Oudervereniging waardeert deze initiatieven bijzonder gezien de meerwaarde die ze de leerlingen en de school bieden.

Met de Elan-prijs spreken we jaarlijks onze bijzondere waardering uit voor één van de projecten. De eerste genomineerde dit jaar is het Cambridge Proficiency Exam. Internationaal staat dit voor een goede spreek- en schrijfvaardigheid in het Engels. Tweede genomineerde zijn de extra practica voor natuurkunde, biologie en scheikunde, gericht op het verhogen van de motivatie en behalen van hogere scores. Derde genomineerde is de inmiddels vermaarde debatclub. Die heeft, sinds de oprichting vijftien jaar geleden, diverse belangrijke prijzen gewonnen, zoals Nederlands kampioen van de scholen in 2010. In de debatclub kunnen leerlingen van boven- en onderbouw aan hun debatvaardigheden werken. Ze leren een zuivere discussie te voeren met goede valide argumentatie en kunnen hier later veel aan hebben.’

Voor de jarenlange prestaties van de club ontving mevrouw Sebregts, de huidige aanvoerder van de debatclub, de prijs – een oorkonde, een geldbedrag van € 500,- en eeuwige roem – uit handen van Michael van der Spek, voorzitter van de Oudervereniging.

‘je leert hoe je een eigen mening

kunt vormen en vooral ook hoe je deze

mening moet onderbouwen’

> |

‘die dag ben je supertrots op je team en op alle mooie speeches die er gegeven worden door je teamgenoten’

het NK Debatteren is een dag waar je maandenlang naartoe werkt met je team en op die dag zelf ben je dan ook supertrots op je team en op alle mooie speeches die er gegeven worden door je teamgenoten.

Wat is voor jou een onvergetelijke ervaring met de debatclub?Ik kijk met het meeste plezier terug op de voorrondes van het NK Debatteren. Dit was een dag vol met leuke debat-ten en ook met speeches waarop elk teamlid trots kan zijn. We plaatsten ons op deze dag als eerste voor de finaledag. Het moment dat we onze teamnaam als eerste uit de speakers hoorden komen, was echt fantastisch. Vervolgens zijn we om de overwinning te vieren met de hele vereniging uit eten geweest en hebben we de dag afgesloten met een borrel.

Wat doe je aan oefening en training? Elke vrijdagmiddag is er debattraining. Gedurende deze trainingen geven we vooral training aan andere leden uit de leerjaren onder ons. We geven argumentatie- en presentatietrainin-gen, waarbij we bijvoorbeeld ingaan op hoe je het best een argument opbouwt en hoe je het meest overtui-gend je stem gebruikt. Daarnaast pro-beren we natuurlijk iedere training op zijn minst één debat te doen waarin je de geleerde argumentatie- en pre-sentatietechnieken kunt toepassen en oefenen. In de maanden voor het NK hebben we ook buiten deze vrijdag-middagtrainingen veel gedebatteerd. In de weekenden en vakanties hebben we samen met het schaduwteam ter voorbereiding heel veel argumenten bedacht, uitgewerkt en getest in debatten.

Wat levert de debatclub jou op? Naast dat de debatvereniging me voor-al een leuke tijd en nieuwe vrienden heeft gegeven, heb ik door de trainin-gen en debatten ook veel over mezelf geleerd. Door zo intensief na te den-ken over maatschappelijke problemen, kleine en grote, leer je hoe je een

Wilt u reageren op dit artikel?

Stuur uw reactie voor de

rubriek ‘Beste JOHAN’ naar

[email protected]

4948 ouderblad JdW-gymnasium

Page 26: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

ondoordringbare muren van het stadsdepotIn 2005 werd de eerste grote verande-ring merkbaar die het nieuwe beleid teweegbracht. Toen werd ten behoeve van de Dordtse musea en de archief-dienst vanuit de gemeente Dordrecht

waar met een halve dag geduld – kon-den beschikken over de stukken die per pendelbus in speciale klimaatcon-tainers naar het Stek werden vervoerd. Zelf als medewerker het depot inlopen om een stuk te pakken was er (officieel) niet meer bij.

Collectie ‘Wittiana’ even niet bereikbaar… De consequentie van een depot op af-stand is dat er niet direct beschikt kan worden over de archiefstukken. Digi-talisering en publicatie via het internet wordt door velen gezien als de oplos-sing. Bij het RAD wordt daarom mo-menteel gewerkt aan een grootschalig digitaliseringsproject van archiefstuk-ken. Dat betekent dat nu de meest ge-raadpleegde en belangrijkste stukken uit de collectie gedigitaliseerd worden. Hiertoe behoren ook de stukken die Johan ons heeft nagelaten, de zoge-naamde ‘Wittiana’. Zodra de digitalise-ring is voltooid, worden ze via de web-site beschikbaar gesteld aan iedereen die toegang tot het internet heeft. De specifieke deelcollectie ‘Wittiana’ wordt integraal gedigitaliseerd om-dat deze stukken zo’n belangrijke be-tekenis hebben in de context van de Dordtse geschiedschrijving. Dat klinkt allemaal prachtig, maar dat betekent dat de stukken gedurende een tame-lijk lange periode niet beschikbaar zijn. Zelfs niet voor mij als archiefmedewer-ker. Toen ik pas geleden een e-mail stuurde naar de collega die is belast met de coördinatie van het project, omdat ik voor het schrijven van mijn artikeltje in dit blad een archiefstuk van De Witt wilde raadplegen, kreeg ik dan ook nul op rekest. De betreffende stukken zijn tijdelijk ondergebracht bij een digitaliseringsbedrijf ergens aan de andere kant van Nederland. Daar worden ze door speciaal opgeleide mensen stuk voor stuk, blad voor blad op professionele wijze gescand. Daar-na wordt iedere afzonderlijke scan door mensenogen gecontroleerd op kwaliteit. Er wordt niet alleen gelet op de leesbaarheid van de inhoud, maar ook worden de kleuren van het papier

Feuilleton | Spitten naar De Witt

Even niet bereikbaar…Johan gaat onlineGedurende de ruim dertien jaren die ik bij de archiefdienst van Dordrecht (Regionaal Archief

Dordrecht (RAD)) heb gewerkt, ben ik me ternauwernood bewust geweest van het grote

voorrecht dat ik genoot om al het historische bronnenmateriaal dat van Dordrecht en omgeving

tussen de jaren 1190 en 1995 bewaard is gebleven, zonder tussenkomst van wie dan ook zomaar

van de plank in het depot kon pakken. Ook burgers die op de een of andere manier waren

ingewijd in de geheimen van de klassieke archiefontsluitingsmethoden, konden met een bezoek

aan de studiezaal ieder gewenst archiefstuk binnen een kwartier in handen hebben. Maar tijden

veranderen. Er wordt fors geïnvesteerd in erfgoed om de tamelijk exclusieve toegankelijkheid

voor eigenzinnige archivarissen en doorgewinterde historici te doorbreken. Erfgoed, waaronder

archiefdocumenten, moet toegankelijk zijn voor iedereen – leken en professionals – op elke

plek, op ieder moment. Dat is het devies.

TEKST Robin laSSche

| >

‘Erfgoed moet toegankelijk zijn

voor iedereen’

Het hypermoderne Stadsdepot aan de Jade 400 te Dordrecht, vlak bij de toltunnel naar ’s-Gravendeel.

Het oude archiefgebouw aan het Stek 13 te Dordrecht.

‘Een essentieel gedeelte van

ieder papieren archiefstuk kan nooit

gedigitaliseerd worden. Dat is de ziel van het

stuk’

het prestigieuze Stadsdepot gebouwd op het industrieterrein Kil 3, vlakbij de toltunnel naar ’s-Gravendeel. Nadat de bouw was opgeleverd, werd het Stadsdepot de bewaarplaats van bijna het gehele culturele erfgoed van Dordrecht en omgeving. Bijna, schreef ik, omdat destijds het idee was om de meest geraadpleegde bronnen en de archiefstukken waaraan een grote his-torische waarde wordt toegedicht, in de buurt van de studiezaal en de archi-varissen te houden. Zo wisten wij vak-idioten onder andere vrijwel het gehe-le middeleeuwse archief alsmede het archief dat is gevormd ten tijde van de Republiek der Zeven Verenigde Neder-landen (1588-1795) lekker dicht bij ons te houden in het oude depot aan het Stek nummer 13. De rest van de archie-ven verdween echter voorgoed achter de ondoordringbare muren van het Stadsdepot. Als burgers of archief-medewerkers archiefstukken wilden raadplegen die daar werden opgesla-gen, moesten ze dat voortaan doen via een opvraging aan de depotme-dewerkers. Zij zorgden er vanaf 2005 voor dat archiefonderzoekers – welis-

en de gebruikte inkten vergeleken met het origineel. Pas als vastgesteld wordt dat de digitale kopie een representa-tieve weergave is van het origineel, wordt deze opgeslagen in de database van het RAD.

afscheid van Johans nalaten-schap en een bijzonder gebouw Al vanaf 1917 was de Dordtse archief-dienst gevestigd in het speciaal daar-voor gebouwde monumentale pand aan het Stek. Het beschikte over grote depotruimtes en een studiezaal. Later – aan het einde van de jaren zeventig van de twintigste eeuw – werd het ge-bouw nog eens flink verbouwd en uit-gebreid, omdat de collectie archieven in de loop van de decennia zo groot was geworden. Inmiddels wordt in Dordrecht ongeveer acht strekkende kilometer archieven beheerd, die zijn gevormd door dertien lokale overhe-den van de Hoekse- en Alblasserwaard alsmede talloze particuliere archieven die belangrijk zijn om te bewaren teneinde een reconstructie te kunnen maken van de geschiedenis van Dordrecht en omgeving. Het zijn de archiefdepots die de archiefdienst nu in het prachtig gerenoveerde Hofcom-plex moet ontberen. Om die reden worden nu ook de archiefstukken, in-clusief de collectie Wittiania die we tot

5150 ouderblad JdW-gymnasium

Page 27: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

eind 2014 bij ons hebben kunnen hou-den, zonder genade naar het Stads-depot verhuisd, zodra de digitalisering is voltooid.

Zoals ik in mijn vorige bijdrage in JOHAN al schreef, beheert het Regio-naal Archief Dordrecht een aanzien-lijke hoeveelheid stukken van De Witt die ik zomaar uit het depot tevoor-schijn kon pakken. Maar die gelukza-lige situatie behoort definitief tot het verleden. De digitalisering en de ver-huizing van de archiefdienst is hier-

Die historische sensatie waar ik het over heb, manifesteerde zich natuurlijk des te heftiger wanneer het document de neerslag is van een grote historischegebeurtenis, of wanneer het document is gecreëerd door een belangrijke his-torische figuur. Toen ik voor het eerst een brief van Johan de Witt in mijn handen had, was dat bijna een mys-tieke ervaring. Ik realiseerde me dat ik een stukje papier in mijn handen had, dat ooit op de schrijftafel van deze illustere staatsman had gelegen. Hij had het in 1654 voor zich neerge-legd en er met een ganzenveer, die hij had gedoopt in een potje inkt, op ge-schreven. Aan het handschrift meen-de ik te kunnen zien hoe hij zich had gevoeld, hoe hij op dat specifieke mo-ment emotioneel in zijn vel zat. Johan kwam weer heel even tot leven in mijn hoofd. Die sensatie kan naar mijn idee nooit teweeg gebracht worden bij het lezen van een digitale kopie van het stuk op een kil beeldscherm. Slechts de inhoud en betekenis van de woorden blijft dan over. Zelfs het karakter van

een handschrift boet in bij het zien ervan in een digitale kopie. Het exacte formaat van de letters en de wisselen-de druk die met de ganzenveer is uit-geoefend op het papier is niet meer waarneembaar.

Het lijkt erop dat door digitalisering en beschikbaar stellen via internet de archiefstukken dichter bij de raadple-gers worden gebracht. Met betrek-king tot het inhoudelijke aspect van de stukken is dat natuurlijk waar, maar de historische sensatie zullen we als liefhebbers van de geschiedenis vanaf heden moeten missen. Daar staat tegenover dat binnen afzienba-re tijd alle geschreven bronnen die Johan ons heeft nagelaten beschik-baar zijn op iedere plek waar een internetverbinding tot stand kan wor-den gebracht. Laten we hopen dat dit gegeven zal leiden tot een bloei in het archiefonderzoek naar de geschie-denis van Dordrecht in het algemeen en naar de geschiedenis rond Johan de Witt in het bijzonder.

van de oorzaak. De archiefdienst is nu weliswaar gevestigd op een centrale en een historisch zo belangrijke plaats in de stad, hetgeen natuurlijk een enorme stap voorwaarts is vanuit pr-technisch perspectief. De keerzijde is echter dat we afscheid hebben moeten nemen van een bijzonder gebouw waarin we een bijzondere collectie bewaarden.

Verminderde historische sensatieAls we erover nadenken dat al die stukken, waaronder de collectie Wittiana, gedigitaliseerd worden en de originelen in principe voorgoed in een archiefdioos verdwijnen, vind ik dat een tamelijk schokkende gewaar-wording. De rationele mens – waar er zo vele van zijn – zal zich afvragen: de stukken zijn toch beschikbaar, dus wat is er zo ‘schokkend’? Het gaat mij aan mijn archivarissenhart dat een es-sentieel gedeelte van ieder papieren archiefstuk nooit gedigitaliseerd kan worden. Het is de intrinsieke waarde van het stuk zelf. De ziel van het stuk. Toen ik dertien jaar geleden mijn intre-de in het archiefwezen deed en voor het eerst een document uit een oud notarieel archief in handen had, was dat mijn eerste beleving van een echt historische sensatie. Het papier voel-de grof aan mijn vingers, de inkt lag in een bruinachtige tint op het papier. Als ik met mijn vingers over het docu-ment ging, voelde ik de zandkorrels, die gebruikt werden om de inkt snel-ler te laten drogen, loskomen van het papier. Meer dan driehonderd jaar ge-leden had een klerk deze korrels over zijn natte inkt gestrooid. Hoewel ik nu dertien jaar verder in de tijd ben – en tot voor kort bijna ieder dag zeer oude stukken in handen had – bleef dat ge-voel steeds onverminderd aanwezig.

‘Het papier voelde grof aan mijn vingers, de inkt lag in een bruinachtige tint

op het papier’

> |

Het oude depot aan het Stek. De archiefstukken lagen fysiek

herkenbaar op de plank.

De moderne bergingsmethode in het Stadsdepot. De archiefstukken kunnen slechts met behulp van een geautomatiseerd systeem gevonden worden. Alle stukken zijn verpakt in anoniem aandoende dozen.

‘Ik realiseerde me dat ik een stukje

papier in mijn handen had, dat ooit op de

schrijftafel van deze illustere

staatsman had gelegen’

Wilt u reageren

op dit artikel?

Stuur uw reactie

voor de rubriek

‘Beste JOHAN’ naar

[email protected]

nieuwe rubriek: ‘Beste Johan’

Beste lezer,

De redactie van Johan streeft iedere editie naar een actuele, lezenswaardige

en informatieve duiding van de ontwikkelingen op en activiteiten rondom het

Johan de Witt-gymnasium.

En wie kunnen het verhaal van het JdW beter vertellen dan de docenten,

leerlingen en ouders? Juist daarom laat de redactie hen graag aan het woord.

U bent dan ook van harte uitgenodigd te reageren op artikelen. Reacties kunt u

sturen naar [email protected] voor de ingezonden brievenrubriek

‘Beste Johan’.

ook suggesties voor artikelen of andere tips zijn welkom.

De redactie

OpROEp

5352 ouderblad JdW-gymnasium

Page 28: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Mensen | Interview

Voordat we ‘echt’ van start gaan: U was een tijdje ziek thuis. Hoe gaat het met u en uw herstel?‘Goed, ik ben na de voorjaarsva-

kantie weer langzaam begonnen

met het zelf geven van de lessen.’

‘totaal zinloos: met een prikkertje het

een of ander plaatje uitprikken’

En dan nu even terug in de tijd. Een kennismaking op hoofdlijnen, van schoolbankje tot docent...‘De kleuterschool heb ik over-

geslagen. Daar was ik niet te

hanteren. Ik moest met een

prikkertje het een of ander raar

plaatje uitprikken, hetgeen ik nu

onder woorden zou willen bren-

gen als totaal zinloos en welhaast

een vorm van kindermishande-

ling. Ik kon namelijk al lezen en

schrijven toen ik 4 jaar was. Mijn

moeder heeft me dat geleerd.

De lagere school was ook een en

al verveling – op de geschiedenis-

lessen en gymnastiek na – totdat

de kapelaan, die godsdienst gaf op

school, me een Griekse tekst liet

zien in een oud en ook aardig

versleten bijbeltje. Dat bijbeltje

zag er op een gegeven moment

door mijn toedoen nog lelijker uit!

Daarna heb ik ook wat Latijn van

hem geleerd.

De middelbare school, een

scholengemeenschap met mavo,

havo, atheneum en gymnasium

vond ik wel heel erg leuk. Ik

moest wel eerst naar de mavo-

afdeling, omdat de dochter van

een mijnwerker echt niet beter

zou kunnen dan mavo! Toen

naar de havo en vervolgens naar

het gymnasium. Van die tijd heb

ik genoten, zolang als het ging.

De laatste twee jaren heb ik vrij-

wel helemaal thuis doorgebracht

omdat ik te zwak was om naar

school te gaan. De conrector

bracht regelmatig werk voor me

naar huis en zo heb ik doorge-

rommeld tot en met het examen.

Daarna ben ik geopereerd en heb

ik een jaar lang gerevalideerd

waarna ik in Leiden ben gaan

studeren. Ik heb zo snel moge-

lijk mijn lesbevoegdheid gehaald.

Dat wilde ik uiteindelijk heel

graag. Nog terwijl ik studeerde,

stond ik al voor de klas in

Hellevoetsluis.’

Hoe is uw liefde/interesse voor de klassieke talen ontstaan?‘Door wat ik er al op de lagere

school van hoorde en te weten

kwam, maar ook door wat de

Grieken en Romeinen zelf

geschreven en gedaan hebben.’

Heeft u – voordat u Grieks en Latijn ging studeren – ook nog aan andere studierichtingen gesnuffeld? ‘Nee, wel tegelijk met de studie

klassieke talen. Ik stond inge-

schreven bij de klassieke talen en

bij geneeskunde, maar dat bleek

helemaal niks voor mij te zijn. Ik

vond alles eng behalve diagnos-

tiek, als ik maar niet naar gezwel-

len of ingewanden et cetera

hoefde te kijken. Bovendien wil-

de ik alleen maar het onderwijs

in. Dus ik heb me zo snel mogelijk

afgemeld en ben alleen maar dat

gaan doen wat ik echt wilde doen.

Daarom ben ik er ook nog Itali-

aans en prehistorie bij gaan doen.’

Wat heeft u zoal gedaan voordat u bij het JdW in dienst trad?‘Ik ben vanaf 1986 altijd in het on-

derwijs werkzaam geweest. Tus-

sendoor heb ik wel wat andere jobs

gehad om de studie te kunnen be-

talen of studieschuld af te betalen.

Ik heb gewerkt voor verschillende

bijbelcentra: grondteksten lezen

en Franse, Duitse, Engelse en

Nederlandse vertalingen daarmee

vergelijken. Ook heb ik onder-

zoeken gedaan voor Intomart.’

Uw leeftijd?

52 jaar

Heeft u partner/kinderen? Nee

Hoe lang bent u al verbonden aan het JdW?

Sinds 2008

INTERVIEW Joop RooveRS

FOTOGRAFIE caRoline van haRSKamp

Document docentJOHAN in gesprek met docent Grieks en Latijn, mevrouw Kalb

> |

5554 ouderblad JdW-gymnasium

Page 29: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Wat wilde u als kind graag worden en waarom?‘Docent klassieke talen. Ik ben

geïnspireerd door een kapelaan

en docent op de lagere school.

Ik was dus al op het gymnasium

gemotiveerd bezig met Grieks en

Latijn.’

Maar vooraf, tussendoor of achteraf nooit andere ambities of interesses gehad? ‘Jawel, ik heb ook rechten gestu-

deerd naderhand. Daar ben ik al

behoorlijk ver mee gevorderd,

maar ik heb er nu even geen tijd

meer voor. Ook talen vind ik heel

boeiend. Ik wil er zoveel mogelijk

onder de knie krijgen. Op dit mo-

ment heb ik mijn zinnen gezet op

Spaans. Dat kan ik wel lezen, maar

niet spreken. Na de zomervakan-

tie zou dat moeten kunnen.’

Wat maakt uw beroep voor u zo bijzonder?‘Als vak vind ik de combinatie van

taal met geschiedenis, filosofie

enzovoorts zo geweldig, dat dit tot

nu toe nog geen andere taal heeft

kunnen overtreffen. Als docent

wil ik jonge mensen dat leren wat

ik goed kan. Niet alleen klassieke

talen, maar van alles. Op de vo-

rige school heb ik samen met de

schoolpastor heel vaak kinderen

met problemen geholpen door op

de een of andere manier het pro-

bleem te analyseren en dan eens

te kijken welke acties er onder-

nomen kunnen worden. Ook heb

ik altijd de leerlingen, die Latijn

in het pakket hadden, geholpen

met een studiekeuze. Dat heeft

heel veel tijd gekost, maar ik heb

nog regelmatig contact met deze

oud-leerlingen en de meesten van

hen zijn toch zeer tevreden ge-

weest over mijn inzet en zijn ook

bijzonder goed terecht gekomen.

Het begeleiden van jonge mensen

vind ik enorm fijn om te doen. Ik

weet en voel ook, dat ik dat goed

kan. Dit was één aspect, het an-

dere: een docent klassieke talen

kan meestal veel meer dan alleen

de talen en kan dus ook anderen

helpen die bijvoorbeeld moeite

hebben met ontleden of met een

opstel schrijven of met een stukje

Duits of wat dan ook.’

‘Het begeleiden van jongen mensen vind ik enorm fijn om te doen’

Wat zijn uw hobby’s?‘Sport kijken: voornamelijk voet-

ballen, wintersport, wielrennen

(de Giro en de Tour de France),

atletiek en zwemmen.

Studeren: talen, rechten.

Huis: tuin inrichten, schilderwerk,

et cetera vind ik allemaal helemaal

te gek.’

Dat klinkt nogal bevlogen en druk! Hoe doet u dat toch allemaal? ‘De meeste van de ‘klusdingsels’

kan ik niet meer. Dat laat ik nu aan

anderen over. Dat kost dus geen

tijd. Voor de rest is het een kwes-

tie van prioriteiten stellen: ik doe

eerst wat ik echt moet doen en de

tijd die ik over heb, besteed ik

dan aan dat wat ik leuk vind.

Heel eenvoudig dus!’

We vernamen ook een fascinatie voor Feyenoord! Daar wilt u vast extra aandacht aan besteden?‘Voetballen in het algemeen boeit

me en Feyenoord in het bijzonder,

maar extra aandacht speciaal aan

Feyenoord geven gaat wat ver.

Over voetballen in het algemeen

zou ik wel iets kunnen vertellen,

maar dat is voor een andere keer

misschien! Trouwens, ik ben ook

een fervent supporter van Bayern

München. Ik zou heel graag nog

eens een wedstrijd daarvan willen

bijwonen.’

We hoorden ook iets over uw liefde voor honden!‘Ja, ik heb er eentje gekregen van

mijn ouders, toen ik nog veel

kleiner was dan nu, nadat ik een

vrijwel perfect schoolrapport

naar huis had gebracht. Een klein

zwart poedeltje, heel lief, heel

slim, met een slechte eigenschap:

hij heeft drie of vier bankstellen

stuk gemaakt en daarnaast nog

veel andere zaken. Nadat Terry

was overleden, heb ik mijn vol-

gende hond ‘geërfd’ van mijn

man, die hem mee in het huwe-

lijk had gebracht. Een Duitse her-

der. Inmiddels is de hond dood

en ik zou best wel graag een

hond willen hebben, maar ik heb

er geen tijd voor. Af en toe pas ik

wel eens op: een soort honden-

sitter.’

Heeft u ook interesses die met uw vak te maken hebben en zo ja, welke?‘Jazeker. Ik ben bijzonder gechar-

meerd van alles wat met de klas-

sieke talen te maken heeft en

zeker als het te maken heeft met

onderwijs. Ik ga graag naar plaat-

sen, waar je nog overblijfsels uit

de oudheid kunt zien. Bovendien

is er nog zoveel te lezen.’

Bestaat er voor de klassieke talen eigenlijk ook zoiets als ‘certificaten’ zoals dit bijvoorbeeld bij Cambridge Engels en Duits?‘Niet dat ik weet. Ik weet wel dat

er landen zijn, waar deze talen

een bijzondere status hebben en

dat er ook ‘wedstrijden’ zijn. In

Nederland wordt wel wat georga-

niseerd, maar (nog) niet veel.’

En hoe verhoudt dit zich met bijvoorbeeld de Klassieke Olympiade(n)?‘Het niveau is in ieder geval een

heel stuk lager. Ik denk dat er dan

veel meer uren in de klassieke

talen moeten worden geïnves-

teerd. Dat kan in Nederland niet.

Kinderen in Duitsland en Italië

krijgen veel meer Latijn dan

Nederlandse leerlingen.’

Waar verheugt u zich (thans het meeste) op binnen uw vakgebied? ‘Op de nieuwe methode, nu

een pilot in één eerste klas.

Die mogen we misschien gaan

doorzetten. Dat vind ik zo leuk.

Latijn uitleggen in het Latijn.

Volgens mij kan het niveau dan

de hoogte inschieten en ik weet al

van mevrouw Oerlemans dat de

leerlingen er enthousiast over zijn

en het leuk vinden.’

Wat zou u zelf nog met ons willen delen?‘Ik deel mijn tijd in tussen de

mantelzorg voor mijn bijna

84-jarige moeder – die nog maar

een visus van ongeveer 15 à 20

procent heeft – en mijn andere

activiteiten. Ze woont nu bij mij,

waardoor het toch wel een stuk

gemakkelijker is. Voorheen moest

ik steeds naar Hoensbroek rijden

en weer terug. Misschien wil ik

hierover nog wel iets zeggen: een

docent heeft niet alleen zijn werk

en zijn hobby’s!’

Ik voel een wijsheid aankomen...‘Haha. Wat ik maar zeggen wil:

docenten zijn mensen, die ook

moe worden, boodschappen

moeten doen, klusjes en andere

dingen doen en ook moeten sla-

pen. En ik zorg dus ook nog voor

mijn moeder. Ik ben haar ogen!’

> |

5756 ouderblad JdW-gymnasium

Page 30: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Voorstraat 256 078-8438001 www.dordtsgenoegen.nl

Diner Lunch Borrel Vergaderen Feesten Partijen

oergezellig trefpunt in het hartje van dordt!

Soms moet ik een leerling onder-vragen over iets dat hij gedaan heeft (of juist niet, maar dat ver-telt ie er dan niet bij), maar dan zweet ik en peins ik al dagen lang. Zal hij niet vinden dat ik een stom-me broek aan heb? Zijn mijn vra-gen niet te argwanend, niet te bot, niet te gemeen? Trap ik niet al te ongenadig op het onschuldi-ge puberzieltje? Of zijn mijn vra-gen juist niet listig genoeg? Lacht de snoodaard er gewoon om in zijn vuistje, dat-ie vlak daarvoor in weet ik welke opening gehad heeft. Als je het zo beschouwt ben ik dus vrij onzeker, nogal weifel-achtig, zwaar incompetent en uiterst instabiel. Ik ga alleen niet naar Syrië. Als de rector mij vraagt of ik even langs wil komen, zit ik mijn pensioenverhaal al door te nemen. Informeert mijn weder-helft hoe laat ik thuis kom, dan vraag ik mij ongerust af of ik Second Love eigenlijk wel afgeslo-ten had. Sms’t dochterlief hoe het met me is na mijn verkoudheid, dan ben ik in gedachten al bezig met mijn testament, met hoe ik haar het beste van het kopen van iets duurs af kan houden. Kansloos bij vrouwen trouwens. En kom ik toevallig mijn dokter in de super-markt tegen, dan vermoed ik al

dat dit geen toeval kan zijn en dat hij me iets wil vertellen wat ik niet zo leuk zal vinden. Tel daarbij op dat ik na een gestoten teen al een extra begrafenispolis afsluit, dan weet je dat ik heel veel leeuwen en beren op allerlei wegen zie, dat ik zo paranoïde ben als een man-netjesputter in The Blue Oyster Bar en dan verbaas je je dat ik er nog zo fris en fruitig uitzie.

‘ik ben zo paranoïde als een

mannetjesputter in The Blue Oyster Bar’Weet je hoe dat komt? Doordat het sportgedeelte van EenVandaag juist heel erg rekening met mij houdt. Ik ben zó zenuwachtig wat er allemaal voor spannends in het sportjournaal te bewonderen zal zijn! Maar gelukkig word ik een keer of wat uit mijn lijden verlost. Na twee onderwerpen echte actu-aliteiten, als ik bijna in mijn broek pies van de spanning, komt er ge-lukkig een vooraankondiging van wat er later in de uitzending alle-maal voor sportnieuws gepresen-teerd zal worden. Gelukkig alleen maar wat hoofdlijnen. Is dan het

derde onderwerp achter de rug, dan houd ik het echt niet meer. Eerst een nieuwe vooraankondi-ging van de sportonderwerpen, gevolgd door de reclame. Pffff. Even relaxen, even tot me-zelf komen. Kom op, Contumelia, denk even aan de NRC of zo. De spanning is bijna niet te verdra-gen. Reclame voorbij. Hèhè. Nog weer een vooraankondiging waar-in de feiten en accenten gelukkig niet veranderd zijn!

En dán... ja, dán... Dan is het ein-delijk zo ver dat ik vijf minuten ondergedompeld word in de ge-lukzaligheid die sportjournaal heet en waarin zelfs nog nieuwe actualiteitjes aan de andere toe-gevoegd zijn. Dat wist ik dan echt niet! En dan … dan ben ik eerst oprecht gelukkig, orgastisch ge-lukzalig! Pas dan heb ik het idee dat men rekening houdt met ie-mand als ik. Al die anderen doen dat niet! Weet je? De dokter, de rector, de wederhelft, de dochter, de leerlingen, de baas van JOHAN, ze kunnen me wat. Geef mij maar het sportjournaal in EenVandaag! Daar voel ik me zeker.

Weet u dat ik altijd vreselijk nerveus ben als ik iets moet afleveren? Dan moet ik bijvoorbeeld een column afle-veren aan de baas van JOHAN en dan schrijf ik en schrijf ik. En dan zegt ie dat hij nog even mijn resultaat gaat redigeren. Dan denk ik alweer: nou, zeker niet goed genoeg. Ken je dat? Of dan moet ik bijvoorbeeld een les geven en dan zit ik al uren van tevoren op mijn nagels te kluiven. Wat zullen ze ervan vinden? Zal mijn les wel bijdragen aan hun algemene kennisniveau? Zullen ze na afloop een staande ovatie geven? Of blikken ze weer opgelucht op de klok op het mobieltje? Vinden ze het wel leuk? Steeds vaker een criterium of je een goedeleraar bent. Haha, naïef! Dan ga ik op internet zoeken naar humor en die stop ik dan in de les.

eenVandaag, wat doet het met een mens?

Contumelia

Column | Contumelia

Contumelia

58 ouderblad JdW-gymnasium

Page 31: Ouderblad Johan de Witt-gymnasium &groei5-2+eindversie.pdf · en fotografie) Liene Jouwsma (vormgeving, beeld-bewerking en advertentieopmaak) Joop Roovers (tevens eindredacteur) met

Beddenspeciaalzaak Hendriksen viert

80 lentedagen lang het 80 jarig jubileum met

80 mooie aanbiedingen!

* * * *sinds 1935

beddenspecialist

HENDRIKSENToulonselaan 67-69 • 3311 LT Dordrecht • 078-6134490

www.beddenspeciaalzaakhendriksen.nl

beddenspecialist.nl

Lente... Tijd voor een nieuw nest!