ORDE VAN DIENST

voor zondag 16 april 2017

Pasen

Thema: Als de graankorrel sterft...

Met medewerking van Cantabile

Onder leiding van Jelle Everhardus

Voorgangers: ds. Christien Crouwel en Pieter Flach Gastvrouw: Sonja de Jong, Lectores: Anjo Lourens en Sity Keizer

Diaken: Truus van Kuijeren Organist: Kees Veldhoen, Koster: Geke Weerman

Als de graankorrel sterft... In de afgelopen dagen zong interkerkelijk koor Cantabile onder leiding van Jelle Everhardus samen met ons, kerkgangers, het oratorium Als de graankorrel sterft van Marijke de Bruijne. Vandaag horen we het laatste deel van dit oratorium, dat de rode draad vormde in de vieringen op Witte Donderdag, Goede Vrijdag en de Paasnacht. De centrale tekst van het oratorium is ontleend aan de woorden van Jezus uit Johannes 12; 24: "Als de graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft zij op zichzelf, maar als zij sterft brengt zij veel vruchten voort." De schrijfster zegt hierover: "Er zijn elementen opgenomen van oude Paasgebruiken. Verlossing, opstaan uit duisternis en opnieuw geboren worden zijn geen gebeurtenissen die op zichzelf staan, maar zijn altijd weer ongedachte, verrassende en nooit helemaal begrepen gevolgen van een zoektocht". In deze dienst zullen ook aandacht besteden aan het laatste schilderij in een reeks van vijf die Jeannette Dorleijn in opdracht van de ambtsgroep Eredienst maakte voor de Goede Week. Tenslotte sluiten we met de kinderen het veertigdagenproject af, waarin het ging om keuzes maken. We hopen in deze dienst samen iets van het geheim èn de vreugde van Pasen te beleven! Na de dienst bent u van harte uitgenodigd voor koffie en thee. We wensen u en uw dierbaren gezegende paasdagen toe!

3

Hartelijk welkom! Voorafgaande aan de dienst zingen we twee Paasliederen

Lied 630 ‘Sta op! - Een morgen ongedacht’

Hij heeft gezegd: Gij mens, kom uit, / open uw dode oren; kom uit het graf dat u omsluit, / kom uit en word geboren! Toen heeft zich in het vroegste licht / de nieuwe Adam opgericht, ons allen lang tevoren. Al wat ten dode was gedoemd / mag nu de hoop herwinnen; bloemen en vogels, - alles roemt / Hem als in den beginne. Keerde de Heer der schepping weer, / dan is het tevergeefs niet meer te bloeien en te minnen. Lied 642: vers 2, 4 en 8 ‘Ik zeg het allen, dat Hij leeft’

4

2 Ik zeg het allen, en de mond van allen zegt het voort, tot over 't ganse wereldrond de nieuwe morgen gloort.

4 Ten onder ging de sterke dood, ten onder in de vloed; nu straalt ons in het morgenrood zijn toekomst tegemoet.

8 't Is feest, omdat Hij bij ons is, de Heer die eeuwig leeft en die in zijn verrijzenis alles herschapen heeft.

Stem Het leven, sterker dan de dood! Leven dat opstaat, altijd weer opstaat, leven dat onsterfelijk is. Licht dat terugkwam. Hoop die niet stierf Vrede die bij ons bleef. Lied: ‘Licht dat terugkomt’ ;1e keer koor, 2e en 3e keer allen

De lantaarn van de Paasnacht wordt binnengedragen. Met dit licht wordt de nieuwe Paaskaars aangestoken

v: Het licht van Christus voor de wereld! a: Amen

Bemoediging

v: Onze verwachting is in de Naam van de Eeuwige a: Die hemel en aarde gemaakt heeft v: De Eeuwige blijft trouw a: Op alle kruispunten van ons leven, amen.

Welkom

5

Lied: ‘Licht, geluid, beweging, lied’ Koor couplet 1 t/m 3. Allen 4 en 5 Licht, geluid, beweging, lied, wit de glans van hergeboorte, goud de glans van eeuwigheid, die ons aanraakt en bekleedt, met dit wonder, ongekend. Diep geheim. Dood en herleving. Inzicht als een witte flits, inslag als een bliksemschicht, dood heeft niet het laatste woord. Leven sterker dan de dood. Woorden schieten nog te kort. Diep geheim. Dood en herleving. Vreugde die zich in ons brandt, vuur dat reinigt en verteert wat ons nog tot ballast was, rook die zuivert en ontsmet wat ons van de dood nog aanhangt. Diep geheim. Dood en verrijzenis.

6

Woorden en beeld bij Pasen Lied 978: ‘Aan U behoort, o Heer der heren’

7

2 Gij roept het jonge leven wakker, een tuin bloeit rond het open graf. Er ruisen halmen op de akker waar zich het zaad verloren gaf. En vele korrels vormen saam een kostbaar brood in uwe naam.

3 Gij hebt de bloemen op de velden met koninklijke pracht bekleed. De zorgeloze vogels melden dat Gij uw schepping niet vergeet. 't Is alles een gelijkenis van meer dan aards geheimenis.

Paascolumn Lied (reprise): ‘Licht dat terugkomt’; 1e keer vrouwen koor, 2e en 3e keer allen

Gesprek met de kinderen

(de kinderen gaan naar hun eigen dienst) Paasgebed Evangelielezing: Johannes 20: 1 tm 16 Lied: ‘Berichten van de dood’ Koor couplet 1 en 2. Allen 3

Berichten van de dood gegaan, verdwenen angst voor leed en pijn! Het leven komt weer rond mij staan, ik ben er weer, ik hoor erbij! Waar moet ik heen met dit geluk, met deze diep doorvoelde dank! Naar wie, naar wat, dat ik besta er ben, gekend, weer leven mag!

8

Evangelielezing Johannes 20: 17 - 18 Koor ‘Wat dreef mij naar het graf?’

Vrouwen koor

Wat dreef mij naar het graf? Wat dacht ik daar te vinden? De dood brengt anders niets dan leegte en verdriet. Koor

Met kruiden van de dood, welriekend, zacht en geurig, als balsem voor mijn ziel, ging ik, om hem te zien. Stem

Verdwaasd, vertwijfeld, bang zwierf ik door de ochtendtuin. Ik kon niet kijken door de tranen. Toen zag ik hem, maar wist nog niet dat hij het was. Er stond een man, een schimmige figuur. Dat moest de tuinman zijn, die zijn altijd zo vroeg. Ik zei: “Meneer, wat hebben ze toch met hem, daar in dat graf, gedaan? Dat nieuwe graf, eergisteren is daar begraven iemand die ik ken, van wie ik houd, van wie ik hield, gehouden heb, nog altijd houd….. En nu, nu is hij weg. Koor (reprise): ‘Wat dreef mij naar het graf?’

Wat dreef mij naar het graf? Wat dacht ik daar te vinden? De dood brengt anders niets dan leegte en verdriet. Met kruiden van de dood, welriekend, zacht en geurig, als balsem voor mijn ziel, ging ik, om hem te zien.

9

Stem Toen noemde hij mijn naam. Die stem! Ik keek hem aan. Die blik! Die ogen! Zijn gezicht! Hij stond daar, die ik zocht. Wat ik gestotterd heb, gejuicht, ik weet het niet verheugd en in de war, Verschrikt ook tegelijkertijd. Nee, blij, heel blij, de vreugde deed mij duizelen, Ik stak mijn armen naar hem uit….. Zo vreemd, hij zei, raak mij niet langer aan. Dat had ik toch zo vaak gedaan, zijn hand, en nu…. Hij was er wel, hij was er niet, en aan hem komen, even voelen, mocht ik niet. Daarvoor bleef hij - zo heel dichtbij- ook steeds te ver. Die afstand was er vroeger niet. Als ik mijn hand uitstak, zou hij verdwenen zijn. Lied: 'O, hij was zo dichtbij'

10

Stem Hoe ik ben thuisgekomen, weet ik niet. Maar waar ik liep, was wat ik kende overgoten met een glans die alles had vernieuwd.

De huizen deden hun ramen open, de straten geurden naar de lentewind, de hele stad was jong en fris, de bomen waaiden niet, maar dansten. De mensen die ik tegenkwam, de eersten, het was nog altijd vroeg, waren zo mooi! Zij glansden, zoals alles deed. Hoe ik ben thuisgekomen, weet ik niet…..

Nu ben ik hier en wat ik je vertel zijn woorden die ik zelf nog niet geloven kan, maar het is waar! Ik zag hem en hij sprak met mij, noemde mijn naam. De hemel ging open. Dat is de hemel nòg, want hij is niet dood, ik heb hem gezien, gesproken hij kwam en ging en heeft mij blij gemaakt, zo blij, zo blij en zo verward.

Ik begrijp het niet, hoe kan dat nou?

Het was anders dan toen hij leefde, maar het is goed zoals het is. Hij is nog onder ons.

En jullie, ga hem tegemoet. Dat wil hij, hij wil jullie zien. Hij leeft! Hij is niet dood. Kijk toch niet zo! Al wat ik zeg is waar. Het is geen beuzelpraat.

11

Lied (allen en koor): ‘Een dode en niet dood’

Koor

Alsof ik wartaal spreek zo word ik aangekeken! Maar wat ik zeg is waar, ik heb het zelf doorleefd. Allen

Stem

Mijn leven is veranderd en vernieuwd. Of dit ooit weer gebeurt maakt geen verschil. Ik draag dit ogenblik mee in mijn hart. Ik ben niet meer alleen, want altijd zal dit bij mij zijn: Hij leeft. Dit weten kan niet sterven. Hij was daar, noemde mij mijn naam

12

en wat gebeurd is blijft voorgoed, de grond, de blijde grond van mijn bestaan. Koor: ‘Licht, licht, alles wordt licht!’

Solo

Weggesprongen uit het duister, sprankelend de jonge morgen. Helder nog de Morgenster. Allen

Licht! Licht…. Solo

De Dageraad, zojuist geboren - dauw aan haar wimpers - staat stralend op aarde. Allen Licht! Licht…. Solo Dansend komt zij uit het oosten, - wieg en woonplaats van het licht - de zon in al haar luister. Zo komt de Wedergeborene, de Zon van het al, Die de dood overwon, het leven zijn plaats hergaf. Allen

Licht! Licht…. Solo

13

Zoals de jonge, gouden Zon al het geschapene zijn vorm hergeeft, het water diepte, de hemel hoogte, de einders verte, en alle vormen kleur, een kleed van kleur over de aarde. Allen

Licht! Licht…. Solo

Zo hergeeft de Opgestane, Die de dood overwon, de Wedergeborene, het leven, het prachtige, kostbare leven aan alles en allen die, als Deze, een dood zijn doorgegaan, Allen

Licht! Licht…. Solo

De duizend doden in het leven , de angst daarvoor, ja, zelfs de dood aan het einde heeft aan verschrikking ingeboet. Allen

Licht! Licht…. Beeld bij Pasen 2 Dankgebed, voorbeden, stil gebed en Onze Vader Inzameling van onze gaven

De kinderen komen terug uit de nevendienst Koor

Zie, de aarde wordt weer wakker,

14

zwart en open ligt de akker, wacht haar sluier van teer groen. Graan dat in de grond gestorven, voedsel wordt en zaad voor morgen, groei die naar het leven leidt. Zoveel afscheid in je leven voor je hebt om niet gekregen dood die naar het leven leidt. Nooit zal zich geheel meer sluiten, dal van leed, van pijn en duister, maar die dood zal niet meer zijn. Leven kan niet zonder tranen, schaduw zal ons nooit verlaten, vreugde is verwerkt verdriet. Leven wordt opnieuw geboren, witte bloesem aan de bomen, wonden helen in ons hart. Leven wordt opnieuw geboren, witte bloesem aan de bomen, bruiden in hun ouderdom. Zoals Maria Jezus had ervaren ervoeren anderen hem, zijn leerlingen, zijn vrienden hij was er en hij was er niet, nabij en ver.

Maar als zij dat vertelden werden zij niet geloofd. Veertig dagen lang verscheen hij hen, het duurde meestal even voor zij hem herkenden. Maar als zij dat vertelden werden zij niet geloofd.

15

Wat in hem aan hen verscheen, verschijnt nog steeds aan ons tot op vandaag Maar als wij dat vertellen worden wij niet geloofd. Als wij dat zien, als wij dat horen, verschijnt aan ons een beeld van God, verschijnt het Andere, dat wat ongrijpbaar is. Maar als wij dat vertellen worden wij niet geloofd. Stem

In de blik van de ander, in een gebaar van liefde, in de vreugde over het leven, in troost die warmt, verschijnt. Allen 'De Eeuwige, Alomtegenwoordige'

Stem

In duizend dingen, onder duizend namen, kan ieder ogenblik aan ons verschijnen. Allen 'De Eeuwige, Alomtegenwoordige'…

16

Stem Het geheim der wedergeboorte, het wonder van de opstanding dat zich aan ons voltrekt…… Koor

Opnieuw geboren, opgestaan, / voorgoed veranderd, opgericht, door angst en sterven heengegaan, / zien wij opnieuw het leven aan, geschenk dat groot en kostbaar is. Opnieuw geboren, opgestaan, / bezocht gelouterd en onthecht, in kou en duisternis gewacht, / lang vastgehouden in een nacht, die ongedacht weer ochtend werd. Opnieuw geboren, opgestaan. / Mijn wapens had ik neergelegd, zo klein en kwetsbaar stond ik daar, / bereid om elke weg te gaan, ja, toen, toen ben ik opgestaan! Zegen Lied 634 ‘U zij de glorie’

U zij de glorie, opgestane Heer, / U zij de victorie, U zij alle eer! Alle mens’-lijk lijden hebt Gij ondergaan / om ons te bevrijden tot een nieuw bestaan: U zij de glorie, opgestane Heer, / U zij de victorie, U zij alle eer! Licht moge stralen in de duisternis, / Nieuwe vrede dalen waar geen hoop meer is. Geef ons dan te leven in het nieuwe licht, / Wil het woord ons geven dat hier vrede sticht: U zij de glorie, opgestane Heer, / U zij de victorie, U zij alle eer!

Na de dienst bent u van harte uitgenodigd voor koffie en thee.

We wensen u en uw dierbaren gezegende paasdagen toe!