OPERATIEKWARTIER 1 GEHOSPITALISEERDEN · 2018. 2. 7. · dr. Guy Missotten dr. Annick Moriën dr....

1

OPERATIEKWARTIER 1OPERATIEKWARTIER 1

INTENSIEVE THERAPIE EENHEID (A3 + C3)

Versie oktober 2015

INTRODUCTIEBROCHURE VOORNIEUWE VERPLEEGKUNDIGEN EN STUDENTEN

Versie januari 2010

OPERATIEKWARTIER 1GEHOSPITALISEERDEN

Introductiebrochure voor nieuwe verpleegkundigen en studenten

versie oktober 2015

2

OPERATIEKWARTIER 1

WelkomWelkom in het Operatiekwartier 1. Wij willen je graag als nieuwe verpleegkundige opnemen in ons team.

Met deze brochure willen we je wegwijs maken in het OK1. Het is een beknopte begeleiding die je steeds kan raadplegen. Een brochure kan niet alles omvattend zijn, daarom staan zowel de artsen, hoofdverpleegkundige en verpleging je graag bij indien je hulp of uitleg nodig hebt.

Je hoeft niet te leren van vallen en opstaan. Vraag liefst op voorhand uitleg, zo kunnen misverstanden en fouten voorkomen worden. Wij gunnen je de nodige tijd om je aan te passen.

Welkom in ons team!

Je collega’s.

Voornaamste stelregel:als je twijfelt, vraag dan hulp!

Dit doe je beter te vroeg dan te laat!

3


Inhoudstafel1. Voorstelling van de afdeling p. 4

1.1. Locatie p. 4

1.2. Plaats binnen de organisatie p. 4

1.3. Multidisciplinair team p. 6

1.4. Specialismen p. 12

1.5. Afdelingsopdracht p. 12

2. Een dag op de afdeling p. 16

3. Procedures & protocollen p. 17

4. Communicatie p. 20

4.1. Telefonie p. 20

4.2. ICT p. 20

4.3. Mondelinge communicatie p. 21

4.4. Schriftelijke communicatie p. 21

4.5. Extra informatie p. 21

Jessa Patiëntgericht! p. 22

5. Personeelsinformatie p. 22

4

OPERATIEKWARTIER 1

1. VOORSTELLING VAN ONZE AFDELING

1.1. Locatie

De operatie–eenheid, operatieafdeling, het operatiecomplex of het operatiekwartier is het geheel van lokalen die nodig zijn om een heelkundige ingreep zowel voor patiënt als voor medisch en verpleeg-kundig team zo optimaal mogelijk te laten verlopen, maar waar de operatiekamers centraal liggen. De ziekenhuiswet schrijft voor: “ het operatiecomplex moet afgezonderd zijn van de andere diensten van het ziekenhuis...”. Een andere vereiste waaraan zeker moet voldaan worden is dat het operatiecom-plex gemakkelijk te bereiken moet zijn . Voor wat de ligging van het operatiecomplex betreft, koos ons ziekenhuis met hoogbouw voor een afzonderlijke afdeling die goed afgesloten kan worden van de rest van het ziekenhuis .

1.2. Plaats binnen de organisatie

Het operatiekwartier maakt deel uit van de zorgcluster Kritieke diensten.

Deze zorgcluster bestaat verder uit de volgende diensten:

• Anesthesiologie

•Heelkundige en medische intensieve zorgen (ITE en MIC)

•Chirurgisch dagziekenhuis

•Acute pijnservice + interventioneel pijncentrum

Management

Medisch managers

Dr. Jos Vandekerkhof Dr. Stefan Evers

Zorgmanager

Els Nelissen

5


Grondplan

6

OPERATIEKWARTIER 1

1.3. Het multidisciplinair team

Medisch team

Dr. Geert Braeken Dr. Jean-Paul OryMedisch diensthoofd OK Medisch diensthoofd anesthesie

Anesthesie

dr. Noor Berends

dr. Geert Braeken

dr. Noël Daenen

dr. Ilse De Pauw

dr. Jan Dewandre

dr. Jasperina Dubois

dr. Stefan Evers

dr. Ester Geerts

dr. Lutgarde Halet

dr. Caroline Hens

dr. Johan Hermans

dr. Luc Jamaer

dr. Philippe Jamaer

dr. Nicolas Lescrenier

dr. Marijke Nulens

dr. Jean-Paul Ory

dr. Annemie Peeters

dr. Dirk Schoorens

dr. Vital Swinnen

dr. Aimé Van Assche

dr. Patrick Van Rossum

dr. Michiel Van Tornout

dr. Werner Wijckmans

7


Abdominale heelkunde

dr. Bart Appeltans

dr. Wim Bouckaert

dr. Bert Houben

dr. Pierre Hourlay

dr. Joep Knol

dr. Guido Vangertruyden

Neurochirurgie

dr. Philippe Claesen

dr. Peter Donkersloot

dr. Wim Duyvendak

dr. Richard Opdenakker

dr. Eric Put

dr. Steven Vanvolsem

dr. Maarten Wissels

Neus-keel-oorheelkunde

dr. Tony Cox

dr. Christine De Mulder

dr. Kristof Deben

dr. Jacky Hox

dr. Sebastien Janssens de Varebeke

dr. Katrien Ketelslagers

dr. Marie Amélie Ryckaert

dr. Christel Stinckens

dr. Lea Suykerbuyk

dr. Eduard Van Dijck

dr. Patrick Vandeplas

8

OPERATIEKWARTIER 1

Oftalmologie

dr. Kathleen Dieryck

dr. Eric Feron

dr. Annelies Gillis

dr. Kathelijne Jacobs

dr. Marie-Claire Linsen

dr. Els Mangelschots

dr. Guy Missotten

dr. Annick Moriën

dr. Fabienne Nossin

dr. An Raymaekers

dr. Bruno Smeets

dr. Sonja Vereecken

Orthopedie

dr. Johan Bogaert

dr. Paul Cuyvers

dr. Gerrit De Wachter

dr. Carl Dierickx

dr. Dirk Jorissen

dr. Jan Malcorps

dr. Wilfried Schollen

dr. Anny Steenwerckx

dr. Michaël Vaninbroukx

dr. Dirk Vanlommel

dr. Bruno Willems

9


Plastische, esthetische en reconstructieve geneeskunde

prof. dr. Paul-Julien Guelinckx

dr. Didier Nolens

dr. Nadja Sinsel

dr. Johan T’Kindt

dr. Franz Van Genechten

Stomatologie - maxillo faciale chirurgie

dr. Guido De Troyer

dr. Emile Henquet

dr. Jan Jacobs

dr. Hubert Lenssen

dr. Jules Poukens

dr. Anne Struelens (enkel stomatologie)

dr. Geert Van Loo

Urologie

dr. Kurt Dilen

dr. Dirk Herremans

dr. Peter Martens

dr. Jo Stragier

prof. dr. Koen van Renterghem

dr. Kris Vekemans

dr. Patrick Willemen

10

OPERATIEKWARTIER 1

Verpleegkundig team

Hoofdverpleegkundige

Marga Bogaert

Verpleegkundigen

Baerts, Paula

Bamps, Evy

Beckers, Tom

Bensaad, Stephanie

Bijnens, Caroline

Bogaert, Marga

Bringmans, Maria

Caubergh, Ingrid

Daemen, Guy

De Boeck, Christel

De Vos, Magda

Dreezen, Daisy

Duijsters, Theo

El Khattabi, Rachida

Engelen, Kim

Evens, Maria

Gielen, Alice

Haesen, Hugette

Haesevoets, Maarten

Hermans, Erica

Janssens, Edith

Janssens, Natascha

Jeuris, Marie Elise

Knapen, Bianca

Leen, Magdaleen*

11


Mommen, Ingrid

Nelesen, Veerle

Nulens, Christiane

Nulens, Marleen

Oosterbosch, Lutgarde

Puttemans, Lieve

Reynders,Sofie

Salmon, Lode

Schepers, Magda

Smeuninx, Annie

Steensels, Anita

Swinnen, Christel

Thijs, Marie-Elise

Vaelen, Barbara

Van Genechten, Gregory

Vanbockryck, Sarah

Vande Kerckhove, Veronique

Vandebeek, Carolien

Vanmeert, Marina

Verheyen, Kristel

Verlaek, Lutgarde

Vitale, Nadia

Voortmans, Marie Louise

Wetzels, Patsy*

Wolput, Martine

* mentoren

Andere medewerkers

• logistieke hulp voor patiëntenvervoer

•administratieve hulp

•onderhoudspersoneel

12

OPERATIEKWARTIER 1

1.4. Specialismen

In OK1 vinden de ingrepen plaats van de gehospitaliseerde patiënten op campus Salvator. Ook sectio’s (keizersnedes) gebeuren op onze afdeling. In OK1 gebeuren geen niersteenverbrijzelingen, endosco-pieën (tenzij onder algemene anesthesie),,.... Buiten transplantatiechirurgie zijn alle specialismen vertegenwoordigd. Aangezien het Jessa Ziekenhuis een acuut ziekenhuis is, worden ook patiënten vanuit de dienst spoedgevallen naar het operatiekwartier verwezen, zij het in eerste instantie naar het operatiekwartier op campus Virga Jesse waar ook de spoedafdeling is gevestigd.

1.5. Afdelingsopdrachten

Omloopverpleegkundige •algemene voorbereiding operatiezaal

•directe pre–operatieve voorbereiding:

- openleggen tafelpak

- aanbieden van het nodige materiaal

- apparatuur in directe gereedheid brengen

- hulp bieden aan chirurgisch team bij het steriel aankleden

•zorg aan de patiënt in de directe pre-operatieve periode:

- installeren van de patiënt op de operatietafel

- voorbereiden operatiestreek

- eventueel andere directe pre–operatieve voorbereiding zoals sonderen, aanleggen pneumatische knelband, coagulatieplaat kleven,…

•peroperatief:

- snoeren en leidingen (vacuüm, aspiratie, diathermie,…) aanschakelen

- apparaturen bedienen

- zorgen voor gepaste verlichting

- toezicht houden op steriel verloop van de ingreep

- bevelen chirurgisch team uitvoeren

- zorg voor eventuele biopsies

- tellen van gebruikte tapons, compressen

•op einde van de ingreep:

- hechtingsmateriaal aangeven

- operatiestreek reinigen

- verbandmateriaal aangeven of zelf aanleggen

•postoperatief:

- chirurgisch team helpen met het zich ontdoen van de operatiekledij

- apparatuur uitschakelen

13


Anesthesieverpleegkundige •hulp bij algemene narcose:

- regionale verdoving: epidurale – , rachi – , plexus – , IVRA- verdoving

•algemene pre-operatieve taken:

- informeren naar aard van ingreep en narcose

- controle en observatie van patiënt

- installeren van patiënt op operatietafel

- assisteren anesthesist bij plaatsen perifeer infuus

- nodige bewakingsapparatuur aanschakelen

•pre-operatieve taken anesthesieverpleegkundige bij algemene narcose:

- voorbereiding en aangeven anesthesist van medicatie voor inleidingsnarcose

- aangeven van materialen voor intubatie

- endotracheale cuff vullen

- tube vastkleven

- aanbrengen van oogzalf

- patiënt gewenste houding geven

- anesthesieboog plaatsen

•peroperatieve taak anesthesieverpleegkundige bij algemene narcose:

- observeren van patiënt

- klaarmaken en toedienen van nodige medicatie

- eventueel opmaken vochtbalans

- noteren gebruikte materialen zoals medicatie, prothesen, infusen,…

•postoperatieve taak anesthesieverpleegkundige bij algemene verdoving:

- bewakingsapparatuur losmaken

- bewakingstoestellen ontkoppelen

- coagulatieplaat verwijderen

- patiënt in bed installeren

- vervoer van patiënt naar recovery en overdracht recoveryverpleegkundige

•taak anesthesieverpleegkundige bij regionale anesthesie (epidurale, rachi):

- steriele materialen voor verdoving voorbereiden

- patiënt aangepaste houding geven

- ontsmetten van de rug van patiënt

- flaconmetjuistanestheticumaanbiedenaananesthesist

- punctieplaats afdekken

- bijepiduraleverdovingkatheterfixeren

- patiënt terug in ruglig installeren en eventueel houding aanpassen aan aard van verdovingsmid-del

- aanschakelen van bewakingsapparatuur en goede controle vitale functies

14

OPERATIEKWARTIER 1

Instrumenterende verpleegkundige •algemene pre-operatieve taak:

- klaarzettenvaninstrumentariumeneventueelspecifiekematerialenvoordesbetreffendeope-ratie

•direct pre–operatief:

- chirurgisch reinigen van de handen

- steriel aankleden

- opdekken instrumententafel

- assisteren van chirurg en eventueel assisteren bij aantrekken van steriele schort en handschoe-nen

- afdekken operatieterrein

- connecteren van verbindingsstukken onder andere diathermiekabel, aspiratieslangen, …

•peroperatief:

- aspireren

- deppen en tamponeren

- instrumenteren

- informatie doorgeven aan omloopverpleegkundige

- steriliteit controleren

- hechtingen klaarmaken

•postoperatief:

- controle van instrumenten

- verwijderen van afdekdoeken

- aanbrengen verband

- nazorg instrumentarium

Recoveryverpleegkundige Directe postoperatieve zorgen en observaties van patiënt in de directe postoperatieve periode.

15


Er wordt gewerkt volgens een model van teamverpleging. Afhankelijk van de noden van de dienst worden verpleegkundigen ingeschoold in (een) bepaalde specialiteit(en). We streven ernaar hierbij rekening te houden met de persoonlijke voorkeuren en interesses van de betrokkene.

Profiel van een operatieverpleegkundigeBinnen het operatief gebeuren zijn er voor de verpleegkundige belangrijke taken weggelegd. Door-dat de patiënt meestal slaapt tijdens de operatie, is er slechts een beperkt persoonlijk contact. De verpleegkundige heeft mede de opdracht de angst, vragen of bezorgdheden van een patiënt – voor wie elke heelkunde ingreep een stresserende ervaring is - tijdig te onderkennen en op te vangen. Gezien de patiënt door een algemene anesthesie in een totale afhankelijkspositie wordt gebracht, zal de verpleegkundige op een professionele wijze de zorg voor deze patiënt op zich nemen. De aan-wezigheid van de verschillende disciplines en het werken in acute werkomstandigheden vereisen dat de verpleegkundige zich goed aan de situaties moet kunnen aanpassen. Wie kiest voor een taak als OK-verpleegkundige moet zich daar ten volle van bewust zijn. De operatieverpleegkundige moet polyvalent kunnen optreden: als omloop-, als instrumenterende, als anesthesieverpleegkundige. Het vergt een bepaalde stabiliteit van de persoon in kwestie die zowel correct, consequent als kordaat moet kunnen handelen.

16

OPERATIEKWARTIER 1

2. EEN DAG IN OK1

We werken in OK1 met continue verpleegkundige aanwezigheid, 24u per dag, 7 dagen per week. De verpleegkundigen werken volgens een bepaald roulement:

•14 morgenpost

•5 middagpost

•1 nachtdienst

De nachtdienst verzekert de wacht op de operatieafdeling. Tevens stelt ze zich op de hoogte van het operatieprogramma en voorziet de operatiezalen van de diverse materialen, nodig voor de desbetref-fende operatiedag. Verder heeft iedere chirurg zijn operatiedag(en) en werkt met vaste instrumente-rende verpleegkundigen .

De hoofdverpleegkundige stelt een dagelijkse taakverdeling op, aangepast aan het operatieprogram-ma.

17


3. PROCEDURES & PROTOCOLLEN

Meest voorkomende medisch-technische handelingen

B1

•Luchtwegaspiratie (recovery)

•Meting van de parameters behorende tot de biologische functiestelsels

•Beheer van de chirurgische en anesthesiologische uitrusting

B2

•Zuurstoftoediening (recovery)

•Plaatsen van intraveneuze katheter in perifere vaten

•Voorbereiding, toediening van en toezicht op intraveneuze perfusies en transfusies

•Voorbereiden en toedienen van medicatie via de volgende toedieningswegen:

- rectaal

- intramusculair

- intraveneus

- via luchtweg

- oogindruppeling

•Deelneming aan de assistentie en aan het toezicht tijdens de anesthesie

•Voorbereiding, assistentie en instrumenteren bij medische en chirurgische ingrepen.

Rond deze verpleegtechnische aspecten bestaan een groot aantal ziekenhuisbrede geschreven pro-cedures en standing orders, welke te raadplegen zijn op dienst via de verschillende PC-schermen.

Daarnaast bestaan er ook dienstgebonden werkafspraken. Deze handelen vooral over methodiek en structurele organisatie. Ze hebben als voornaamste doelstelling de continuïteit binnen onze werking te garanderen en zodoende onze zorgen reproduceerbaar te maken.

Meer informatie vind je op JessaZorgnet!

18

OPERATIEKWARTIER 1

AandachtspuntenStudenten•Studenten werken altijd onder toezicht van een verpleegkundige.

• ’s Morgens kijken studenten het operatieprogramma in en gaan na overleg met begeleidende ver-pleegkundige, onmiddellijk naar de operatiezaal waar de eerste ingreep zal doorgaan .

•Studenten verdelen zich over de verschillende zalen.

Algemeen•Eerbiedig het beroepsgeheim.

• iedereen die in het operatiekwartier werkzaam is? moet de grondslagen voor een aseptische tech-niek toepassen, ook de stagiairs. indien je iets onsteriel maakt: geen ramp indien het gezegd wordt, wel zeer erg indien het niet gemeld wordt!

•Kledij:

- Over de ziekenhuiskledij wordt een schort gedragen buiten het operatiekwartier.

- Je betreedt het operatiecomplex via de kleedkamer waar je de overtrekschort uit doet, van schoei-sel verwisselt (je voorziet proper en afwasbaar schoeisel dat je enkel binnen de operatieafdeling draagt), je operatiekap opzet waar al het hoofdhaar onder moet, je mondmasker aan doet, juwelen verwijdert en handen wast .

•Blijf in de zaal tot de ingreep volledig gedaan is, en loop niet van de ene zaal naar de andere.

•Vooraleer je een patiënt in de zaal installeert, controleer of het de juiste patiënt is.

•Wanneer je de patiënt vervoert, zorg dat de deuren van de operatiezalen die je passeert gesloten worden (zalen waar patiënt op tafel ligt).

•Laat nooit een patiënt alleen achter in de zaal.

•Het operatiehemdje blijft op de patiënt liggen tot hij onder algemene narcose is.

•Voorbereiding operatieterrein:

- eventueel moet eerst nog geschoren worden

- breed genoeg voorbereiden operatieterrein

- gebruik voldoende ontsmettingsstof

- ontsmet eerst centraal en daarna meer distaal

- bij gebruik van joodalcohol als ontsmettingsstof, zorg dat er nooit ontsmettingsstof op de coagu-latieplaat komt

•Aandachtig zijn voor steriliteit:

- doorbreek de steriele en bijkomende steriele zones niet

- afblijven van alles wat steriel is afgedekt

- bij het aangeven van steriele materialen, zorg dat je niet te dicht bij de steriele tafel komt

- bij het helpen aankleden van chirurgisch team niet aan de buitenkant van de steriele schort ko-men .

- schort van boven naar beneden dicht knopen .

•Wees aandachtig voor de bevelen die je door het chirurgisch team worden opgelegd. Indien je twij-felt, vraag uitleg, roep hulp bij.

19


• Tijdens het bijwonen van de ingreep:

- zorg dat je niets onsteriel maakt

- sta liefst aan het hoofdeinde van de patiënt

- sta niet te dicht achter een steriel aangekleed persoon

- wacht het gepaste moment af om uitleg te vragen

- verwittig tijdig wanneer het infuus bijna leeg is

•Bij het vervoer van patiënt naar recovery of kamer: geen infuus boven hoofd patiënt.

•Bij het halen of terugbrengen van patiënt naar kamer, steeds de dienst verwittigen .

•Wanneer je de patiënt terug op de kamer brengt, zorg dat infuus aan serumstaander hangt, bel bin-nen handbereik, leg patiënt uit dat hij niet mag opstaan, eten of drinken .

•Bij het opruimen van materiaal let op:

- dat je de materialen gescheiden houdt

- biopsies

- dat er geen instrumenten met het linnen in de linnenmand terecht komen

Specifieke aandachtspunten recovery•Laat in geen geval patiënt alleen in recovery.

•Plaats altijd bedsponden.

•Operatiefichecontroleren.

•Rapportage op de daarvoor bestemde formulieren.

•Drainagesystemen installeren, zorg dat geen leiding is afgeklemd.

•De belangrijke observatiepunten in de directe postoperatieve periode zijn:

- Ademhaling:

- regelmatig of onregelmatig, oppervlakkig of voldoende diep, reutelende of vrije ademweg

- bij aankomst patiënt in recovery onmiddellijk zuurstof toedienen via masker, hoeveelheid vol-gens voorschrift

- indien patiënt mayocanule of endotracheale canule heeft, laat deze bij de patiënt aanwezig tot patiënt canule zelf uitneemt

- indien obstructie ter hoogte van de ademweg deze opheffen

- Circulatie:

- patiënt wordt aangeschakeld aan automatische monitoring voor controle bloeddruk, pols, ECG, zuurstofsaturatie .

- controleer ook andere vitale parameters naar circulatie onder andere gelaatsleur, kleur extremi-teiten, bewustzijn,…

- Bewustzijn: patiënt is in fysiologische slaap of in overgang van narcotische in fysiologische slaap

- Pijn: dien geen medicatie, ook geen voorgeschreven pijnstillers, toe op eigen initiatief.

- Verband en drainagesystemen:

- wees voorzichtig en tactvol met de uitleg die je de patiënt geeft

- bescherm jezelf tegen bloed en andere weefselresten van patiënt afkomstig,

- gebruik huishoudhandschoenen

20

OPERATIEKWARTIER 1

4. COMMUNICATIE

4.1. Telefonie

Alle telefoonnummers kan je gemakkelijk opzoeken op Jessanet, ‘Wie is wie’.

4.2. ICT

De ondersteuning van ICT op niveau van communicatie is sterk aanwezig op OK1. De belangrijkste applicaties zijn :

•C2M of het elektronisch patiëntendossier

• Jessalert: foutregistratie

•ULTIMO: melding & opvolging van technische problemen

•PATIËNTENTRACERING: via een kleurcode weet elke medewerker in welke fase van het proces de patiënt zich bevindt.

21


4.3. Mondelinge communicatie

Dienstvergaderingen

3 tot 4 x per jaar

Teamvergaderingen

Per discipline 1 à 2 x per jaar

Overleg disciplineverantwoordelijken

Situationeel en zeker voorafgaand aan een teamvergadering

4.4. Schriftelijke communicatie

Verslagen

Verslagen van hierboven vernoemde vergaderingen

4.5. Extra informatie

Via website www.jessazh.be

22

OPERATIEKWARTIER 1

10 standaarden

In het Jessa Ziekenhuis volstaat patiëntvriendelijkheid niet. We streven bewust naar patiëntgericht-heid. Dat betekent dat je niet enkel passief vriendelijk bent, maar oplossingsgericht en proactief handelt. Door het overtreffen van de verwachtingen van je patiënt zorg je ervoor dat hij niet enkel te-vreden maar ook loyaal is. Als werkinstrument gebruiken we 10 standaarden die aangeven op welke manier je het verschil kan maken in je omgang met patiënten.

1. Zie de mens achter de patiënt: geef de patiënt het gevoel dat hij gezien en gehoord wordt.

2. Toon de mens achter de medewerker: zorg voor een menselijke connectie.

3. Geef informatie in de juiste dosis: doseren en herhalen is de boodschap.

4. Bouw samen aan het zorgverhaal: betrek je patiënt actief bij het proces.

5. Maak er een familieverhaal van: verlies de familie niet uit het oog.

6. Respecteer de privacy: gun de patiënt zijn veilige plek.

7. Maak wederzijdse afspraken: stel je grenzen.

8. Trek als team aan één koord: laat de patiënt voelen dat hij in veilige handen is.

9. Vergeet het eilandgevoel: ga in dialoog met andere diensten.

10. Vertrouw op de expertise van anderen: bundel de krachten met experts buiten de eigen muren.

Meer informatie vind je op Jessanet!

23


5. PERSONEELSINFORMATIE

Op Jessanet vind je algemene personeelsinformatie als:

• ziektemelding

• verlof

• verzekeringen

• ontwikkeling en opleiding

• financieel

• fietsvergoeding

• ecovergoeding

• aanvraag woon-werkverkeer

Een groot deel van deze informatie vind je ook in de infomap die je ontvangt bij je aanwerving.

Dienstrooster

Voor de opmaak van het dienstrooster OK1 gaan we steeds uit van een bestaand rooster van 12 we-ken. Je weet dus weken, maanden op voorhand hoe je dient te werken. Dit rooster is opgemaakt met een evenredige verdeling van de diverse shiften en uiteraard afgestemd op de noden van de dienst.

Symbolen uurrooster•VWF vervangende wettelijke feestdag

•WF wettelijke feestdag

•FV familiaal verlof

•KRO recuperatie meeruren

•DO recuperatie credieturen

•ANV anciënnisteitsverlof

•BVB wettelijk verlof bedienden

•BVC bijkomend CAO-verlof

•EBV extra betaald verlof

•EBVWF extra betaald verlof in dienst < 1996

•EV educatief verlof

Dienstplanning

Dagelijks wordt er een planning van de volgende werkdag opgemaakt door de dagverantwoordelijke. Op deze planning kunnen de verpleegkundigen lezen op welke plaats (zaal/recovery) ze die dag wor-den ingezet.

24

OPERATIEKWARTIER 1

Middagpauze

De middagpauze kan worden genuttigd in het personeelscafetaria. Hier kan je kiezen voor een warme maaltijd, slaatje of broodje tegen betaling. Je kan er ook de eigen boterhammen opeten.

Wachtdiensten

De wachtdiensten zijn oproepbaar volgens de gemaakte afspraken en in samenspraak met de artsen. De afspraken en een lijst van ingrepen waarvoor de wachtdiensten dienen opgeroepen worden kan je terugvinden op de afdeling.

Overuren - Ruilboek

Het arbeidsreglement bepaalt dat overwerk pas wordt toegekend na 15’. Overwerk van minder dan 15’ hoeft dan ook niet genoteerd te worden. Alle gepresteerde overuren en oproepen en de terug-genomen uren (bij vroeger naar huis gaan) zijn tot die datum verwerkt in Sp-Expert en zijn dus opge-nomen in je saldo.

Ziekte

In geval van ziekte verwittig je zo snel mogelijk het operatiekwartier. Nadien verwittig je de dienst personeelszaken. De melding bij de dienst P&O kan op volgende wijze gebeuren: telefonisch op het gratis nummer ziektemeldingen: 0800 98 048 of op toestel 011 30 85 75 of 011 30 85 79, via fax 011 30 85 88 of via e-mail: [email protected].

Het ziekteattest moet binnen de 24u bij de dienst personeelszaken of bij de hoofdverpleegkundige zijn. Je kan een attest ook opsturen via de post.

Teambuilding

Het kernwoord hier is communiceren. Communiceren ligt aan de basis van het voorkomen, maar tevens als het niet anders kan, het oplossen van problemen. Medewerkers prikkelen tot communiceren trachten we te doen op niveau van :

•teamvergaderingen

•conflictgesprekken

•dienstvergaderingen

•projectwerking

Wat echte concrete teambuildingsmomenten betreft organiseren we het volgende:

•eindejaarsactiviteit

•bijscholing gekoppeld aan een etentje

De risicoanalyse en werkpostfiche vind je op onze website:http://www.werkenbijjessa.be/stage---jobstudent/stage-in-het-jessa-ziekenhuis.

OPERATIEKWARTIER 1 GEHOSPITALISEERDEN · 2018. 2. 7. · dr. Guy Missotten dr. Annick Moriën dr....

Documents

Transcript of OPERATIEKWARTIER 1 GEHOSPITALISEERDEN · 2018. 2. 7. · dr. Guy Missotten dr. Annick Moriën dr....