Onderzoeksverslag 2

30
Tussenbeoordeling Mediaredactie ONDERZOEKSVERSLAG CODE: H_OV2 P1 2014-2015 Naam student Beoordelaar Trudy Braber Datum beoordeling herkansing: 23 januari 2015 Oordeel ONVOLDOENDE Toelichting: Dit onderzoek is onvoldoende omdat: Je in de inleiding niet kort uitlegt wat encoderen en decoderen inhouden Je in het theoretisch hoofdstuk de theorie niet goed uitlegt en bijvoorbeeld het onderzoek van Morley verkeerd interpreteert. De voorbeeldstudies ontbreken in het theoretisch hoofdstuk In de reslutatenanalyse moet je alleen de gevonden dominante en tegendraadse lezing presenteren. Conclusie: tegenstrijdigheid is geen culturele waarde. Geheel nieuw OV2 met nieuw onderwerp maken en aanbieden bij het assessment van de Verbreding. Beoordelingsvoorwaarden: Het verslag bevat een inhoudsopgave en een bronnenlijst Als bijlage is opgenomen een journalistieke recensie van het onderzochte materiaal Het verslag beslaat minimaal 4 A4 en maximaal 6 A4. Bedoeld wordt de inhoudelijke tekst: inhoudsopgave, bronnenlijst en bijlage(n) vallen hierbuiten. Het verslag is gebaseerd op theorie uit het lesprogramma Het verslag bevat alleen authentieke tekst van de auteur en herkenbare citaten

description

OV2

Transcript of Onderzoeksverslag 2

Page 1: Onderzoeksverslag 2

Tussenbeoordeling Mediaredactie

ONDERZOEKSVERSLAG

CODE:

H_OV2

P1 2014-2015

Naam student

Beoordelaar Trudy BraberDatum beoordeling herkansing: 23 januari 2015

Oordeel ONVOLDOENDE

Toelichting:

Dit onderzoek is onvoldoende omdat:

Je in de inleiding niet kort uitlegt wat encoderen en decoderen inhouden

Je in het theoretisch hoofdstuk de theorie niet goed uitlegt en bijvoorbeeld het onderzoek van Morley verkeerd interpreteert.

De voorbeeldstudies ontbreken in het theoretisch hoofdstuk In de reslutatenanalyse moet je alleen de gevonden dominante en

tegendraadse lezing presenteren. Conclusie: tegenstrijdigheid is geen culturele waarde.

Geheel nieuw OV2 met nieuw onderwerp maken en aanbieden bij het assessment van de Verbreding.Beoordelingsvoorwaarden:

Het verslag bevat een inhoudsopgave en een bronnenlijst Als bijlage is opgenomen een journalistieke recensie van het onderzochte materiaal Het verslag beslaat minimaal 4 A4 en maximaal 6 A4. Bedoeld wordt de inhoudelijke tekst: inhoudsopgave,

bronnenlijst en bijlage(n) vallen hierbuiten. Het verslag is gebaseerd op theorie uit het lesprogramma Het verslag bevat alleen authentieke tekst van de auteur en herkenbare citaten De student heeft een correcte presentatie gehouden in de werkgroep De student heeft een leergierige en actieve grondhouding getoond in de werkgroep

Als aan de beoordelingseisen niet is voldaan, komt het product niet in aanmerking voor beoordeling.

BEOORDEELBAAR NIET BEOORDEELBAAR

COMPETENTIE 8 REFLECTEREN OP HET VAK

Toont inzicht in de maatschappelijke verantwoordelijkheid, de betekenis en de context van de journalistiek en kan

Page 2: Onderzoeksverslag 2

crossmediaal denken. Toont inzicht in de beginselen van beroepsethiek, mediarecht, en in het mediabeleid van de overheid. Verwerkt zijn kennis over het vak in inhoudelijk samenhangende producten.

Het oordeel is gebaseerd op de onderstaande indicatoren. De student:

1. Laat zien hoe theorie van toepassing is op een onderwerp uit de praktijk en beschrijft genoemde theorie en praktijk in een logische samenhang.

2. Geeft blijk van kennis van de journalistieke actualiteit en kiest op beargumenteerde wijze een onderwerp.

3. Formuleert – in samenhang – een haalbare doelstelling en een concrete onderzoeksvraag.

4. Geeft blijk van correcte vakspecifieke kennis.

5. Beschrijft en beargumenteert de onderzoeksmethode en verwijst daarbij naar methodische literatuur.

6. Gaat in op de kwaliteit van het eigen onderzoek aan de hand van de criteria betrouwbaarheid, validiteit en bruikbaarheid.

7. Kan putten uit Engelstalige bronnen

8. Levert een compleet verslag met een inhoudelijk samenhangend betoog. Hoofdstukken, paragrafen en alinea’s sluiten op elkaar aan. Voorkomt inhoudelijke tegenstrijdigheden en onnodige vragen bij de lezer.

9. Levert een verslag dat voldoet aan de eisen van Standaardnederlands, spelling, stijl, en interpunctie. Bronvermeldingen voldoen aan APA-normen.

Page 4: Onderzoeksverslag 2

Inhoudsopgave

InhoudInhoudsopgave............................................................................................................................41. Inleiding..................................................................................................................................5

1.2 Leeswijzer.........................................................................................................................52. Theoretisch kader....................................................................................................................6

2.1 Cultural studies.................................................................................................................62.2 Interpretatiemogelijkheden mediaboodschappen..............................................................62.3 Relevantie begrippen m.b.t. dit onderzoek..................................................................72.4 Voorbeeldstudies..........................................................................................................8

3. Methode..................................................................................................................................83.1 Onderzoeksopzet...............................................................................................................8

4. Resultaten..............................................................................................................................105. Conclusie...............................................................................................................................13

5.1 Discussie.........................................................................................................................136. Literatuurlijst.........................................................................................................................15

Page 5: Onderzoeksverslag 2

1. Inleiding Begin 2015 startte het FNV een campagne voor de verhoging van het minimumjeugdloon, genaamd Young&United. Jongeren doen volgens deze campagneleiders vaak hetzelfde werk als volwassenen, maar krijgen veel minder loon. Het beeld dat EenVandaag wil schetsen is het volgende: “Wel de volwassen kosten, maar toch jeugdloon.”

Tijdens het filmpje laat EenVandaag twee werkende, niet-studerende jongeren vertellen over hun baan, inkomen en vaste lasten. Een deskundige ondersteund hun en samen pleitten ze voor een verhoging van het minimumloon voor jongeren onder de 23 jaar.

De betekenis van een media-item wordt door zowel de maker en de kijker gevormd. Een maker van een mediaproduct wordt beïnvloed door eerdere ervaringen. Dit resulteert in een bepaald geconstrueerd mediaproduct. De kijker kan op het moment van waarnemen een andere betekenis geven aan het item dan de maker bedoeld heeft. Ook deze interpretatie is weer gebaseerd op ervaringen en gevoelens, maar dan die van de kijker. Dit model noemt men encoding/decoding. (De Boer & Brennecke, 2009)

Deze komen er culturele waarden aan bod. Dit zijn waarden die wij als samenleving belangrijk achten. Dit onderzoek heeft als doel om het moraal van het videofragment naar boven te halen. Om dit te bereiken stelde ik de volgende onderzoeksvraag op: Welke culturele waarden komen er aan bod in het item van EenVandaag “Het minimumjeugdloon moet worden verhoogd”en hoe kan het publiek deze interpreteren?

1.2 LeeswijzerDe opbouw van dit onderzoek is als volgt. De inleiding beschrijft wat de aanleiding van dit onderzoek is. Daarbij beschrijft dit onderdeel de benodigde achtergrondinformatie over het fragment. Dit onderzoek maakt gebruik van verschillende termen en theorieën. Deze termen en theorieën worden uitgelegd in het onderdeel theoretisch kader. Vervolgens beschrijft het onderdeel methode de opbouw van het onderzoek. Daarna geeft het onderdeel resultaten de bevindingen weer. Tot slot zullen de resultaten uitgewerkt worden in de conclusie en discussie. Dit onderdeel reflecteert ook op de validiteit, bruikbaarheid en betrouwbaarheid van dit onderzoek. De transcriptie van het filmpje is in de bijlage opgenomen.

Page 6: Onderzoeksverslag 2

2. Theoretisch kaderBij de invulling van een reportage zoals die van EenVandaag zijn verschillende mediatheorieën van toepassing. Dit hoofdstuk beschrijft welke termen, begrippen en theorieën van toepassing zijn op dit onderzoek. Deze termen, begrippen en theorieën zijn onderdeel van het overkoepelende wetenschappelijke onderzoek naar het uitdragen van cultuur in media, genaamd cultural studies. Dit onderzoek is gedaan binnen de kaders van deze cultural studies. Dat wetende, kan er gekeken worden naar het antwoord van de hoofdvraag: “Welke culturele waarden komen er aan bod in het item over minimumjeugdloon van EenVandaag en hoe kan het publiek deze interpreteren?”

2.1 Cultural studies

Het domein cultural studies is zo breed dat het hier een groot spectrum aan verscheidenheid betreft. In dit onderzoek beperkt de theorie van de cultural studies tot de media gerelateerde theorieën. Ook dit onderdeel van cultural studies is erg groot.

Om cultural studies uit te kunnen leggen moeten we eerst het begrip cultuur definiëren. Cultuur is datgene wat mensen in hun leven hebben meegekregen door bijvoorbeeld opvoeding (leerprocessen). (H. de Jager, A. Mok & G. Sipkema 2009) Hierbij moet je denken aan voorstelling, opvattingen, waarden en normen. Doordat iedereen via leerprocessen andere opvattingen leert, onderscheidt iedereen zich van elkaar.

2.2 Interpretatiemogelijkheden mediaboodschappen

(De Boer & Brennecke, 2009) Stuart Hall ontdekte dat de betekenis van een media-item door zowel de maker en de kijker worden gevormd. Een maker van een mediaproduct wordt beïnvloed door eerdere ervaringen. Dit resulteert in een bepaald geconstrueerd mediaproduct. De kijker kan op het moment van waarnemen een andere betekenis geven aan het item dan de maker bedoeld heeft. Ook deze interpretatie is weer gebaseerd op ervaringen en gevoelens, maar dan die van de kijker. Dit model noemt men encoding/decoding.

Morley, een onderzoeker die in 1980 al onderzoek deed met behulp van cultural studies, kwam erachter dat er verschillende manieren waren om mediaboodschappen te interpreteren. De eerste manier is de dominante positie, hierbij wordt de berichtgeving klakkeloos overgenomen en verwerkt door de ontvanger. De tweede manier is de onderhandelende positie. Bij de onderhandelende positie neemt de media-gebruiker de mediaboodschap gedeeltelijk over en wordt er gedeeltelijk een andere betekenis aan de boodschap gegeven. Tot slot is er nog de oppositionele positie, hierbij geeft de ontvanger een totaal andere interpretatie aan de mediaboodschap, dan vooraf bedoeld. Later in Morley’s onderzoek kwam hij erachter dat er eigenlijk ook nog een vierde manier van interpretatie van mediaboodschappen was. Namelijk de zogenaamde Critique of Silence manier. Bij deze manier is het zo dat de ontvanger niks over de boodschap denkt, hij heeft

Page 7: Onderzoeksverslag 2

geen kritiek en neemt de boodschap ook niet over. Hij denkt niet na over wat de betekenis van de boodschap kan zijn.

Verpakte nieuwsboodschappenVolgens de culturele studies bestaat het publiek uit verschillende interpretatieve gemeenschappen, dit wil zeggen dat iedere specifieke ontvanger verschillend reageert op mediaboodschappen. Zo zal bijvoorbeeld de uitslag van een landelijke verkiezing door een lid van de SGP anders worden onthaald dan iemand van de PVDA. Dit wordt door twee processen gevormd, namelijk: het encoderen en decoderen. (De Boer en Brennecke, 2009).

Encoderen: Hiermee wordt bedoeld dat de boodschap voorzien is van zogenaamde ‘codes’. Deze codes zouden door het medium in de boodschap zijn verwerkt. Door deze codes wordt de vertoonde werkelijkheid een geconstrueerde vorm van de werkelijkheid. Dat maakt het dan automatisch geen objectieve weerspiegeling van de werkelijkheid. Het doel van deze verwerkte codes is een bedoelde interpretatie creëren bij de ontvanger. (De Boer en Brennecke, 2009).Decoderen: Dit is het proces van de boodschap tot de ontvanger. Laatstgenoemde krijgt de boodschap aangereikt en interpreteert deze op een bepaalde manier. Deze manier is afhankelijk van zijn eigen ervaring en mening binnen dit onderwerp. De boodschap is dus deels afhankelijk van de eigen invulling die de ontvanger eraan geeft. (De Boer en Brennecke, 2009).

Objectiviteit onmogelijkLakoff en Johnsson beschrijven dat objectiviteit onmogelijk is. In het hoofdstuk ‘Myth of Subjectivism’ beschrijven ze de objectiviteit in vier stappen (Lakoff, G. & Johnson, M, 1980).

1. We vertrouwen op onze zintuigen.2. Onze gevoelens spelen een grote rol.3. Kunst en poëzie overstijgen onze rationaliteit en objectiviteit en brengt ons daardoor in aanraking met ons gevoel en intuïtie.4. We hebben onze verbeelding nodig als we over ervaringen en gebeurtenissen vertellen.

2.3 Relevantie begrippen m.b.t. dit onderzoek

Zo kan het fragment van EenVandaag ’Het minimumjeugdloon moet omhoog’ door de ontvanger anders geïnterpreteerd worden dan de zender bedoeld heeft. Het kan zijn dat de ontvanger het eens is met de dominante strekking van het item, waarbij de studenten en de meneer van het FNV aangeven dat ze evenveel bijdrage leveren als een oudere werknemer. Anderzijds kan de kijker ook de boodschap tegendraads decoderen en tot de conclusie komen dat de jongeren maar hadden moeten gaan studeren.

Page 8: Onderzoeksverslag 2

2.4 Voorbeeldstudies

Mark Deuze deed eerder ook al onderzoek naar Cultural Studies. In zijn onderzoek ‘Media Life’ (uitgevoerd in 2011) gaat het over een steeds groter wordende impact van de media op de maatschappij. De belangrijkste boodschap die hij wil overbrengen is dat de media niet als ‘los’ gezien kan worden. We leven in de media in plaats van met. We decoderen bij tv-fragmenten constant vanuit onze eigen achtergrond en cultuur. Voor de cultural studies is het het moderne tijdperk een gigantische bron van onderzoeksopties.

Een ander onderzoek naar Cultural Studies is dat van Themer Abourayan, Linda Duits, Cem Gomusay en Pauline van Romondt-Vis. (2009. Cultural Studies: de wetenschappelijke studie van populaire cultuur) In het onderzoek stellen zij de vraag of populaire cultuur ook eenvoudige cultuur is en daarom populair is. En wie bepaalt dat? Volgens hen is cultuur een moeilijk woord dat we als heel erg belangrijk beschouwen. Eerst beschrijven ze hoe in 1960 de Cultural Studies zijn ontstaan en vervolgens gaan ze er met kwalitatieve onderzoeksmethoden, zoals etnografie en interviews verder op in. Zo proberen ze te achterhalen welke betekenissen mensen linken aan cultuur. De les die ze hier uit trekken is dat er belangrijke veranderingen hebben plaatsgevonden binnen het denken voor media en cultuur. De conclusie is dat er nooit sprake is geweest van één cultural studie.

3. Methode 3.1 Onderzoeksopzet

Dit onderzoek bekijkt de culturele aspecten die te vinden zijn in het fragment van EenVandaag ‘Het minimum jeugdloon moet worden verhoogd'. Dit doe ik aan de hand van de transcriptie. Zo worden de culturele waarden die in het filmpje naar voren komen, duidelijk. Naast het kijken naar wat er gezegd wordt en welke beelden er in het filmpje naar voren komen, wordt er in de tabel ook gekeken naar de decodering van het filmpje. Er wordt gekeken welke waarden je uit het filmpje kunt halen. Per fragment in het filmpje wordt aan de hand van de gevonden tekst- en beelduitwerkingen gekeken of er culturele waarden achter tekst en beeld verscholen gaan. Zo kan een waarde bijvoorbeeld gelijkheid zijn. Deze waarden zijn de eigen interpretaties van de onderzoeker en hoeven dus niet per se waar te zijn.

Het onderzoek bestaat enkel uit kwalitatief onderzoek. Dit houdt in dat er in dit onderzoek niet gekeken zal worden naar cijfers, maar naar interpretaties en observaties van de onderzoeker. Uit eigen interpretatie van het filmpje komen er waarden naar boven, dit is een manier van kwalitatief onderzoek doen.

Eerst is er de uitgeschreven transcriptie. Die geanalyseerd is met het vizier op culturele waarden.Deze analyse richt zich op culturele waarden. gericht op culturele waarden. Vervolgens wordt gekeken welke codes, frames en waarden naar voren komen.

De codes hebben directe betrekking op de transcriptie (beeldelementen, geluidselementen en tekstelementen). De codes hebben ook betrekking op de actoren die in het filmpje naar voren komen, oftewel de personen of instanties die aan het woord komen in het filmpje.

Trudy, 23-01-15,
De voorbeeldstudies ontbreken
Page 9: Onderzoeksverslag 2

Deze personen staan ergens voor. Ze willen waarden overbrengen met wat ze zeggen en met de manier waarop ze dit zeggen. Als de actoren en waarden van deze actoren gevonden zijn, kijken we naar de frames.

Het kijken naar deze zaken roept beelden op. Een beeld dat een persoon zou kunnen vormen is: 'Deze jongeren hebben wel de lasten, maar krijgen er niet naar betaald. Maar er kan ook een ander beeld naar voren komen bijvoorbeeld: ”Deze jongeren mogen niet zeuren. Jeugdloon is juist de reden dat ze werk hebben.

Tot slot kan men uit deze frames de culturele waarden van het fragment halen. Dit houdt in dat er gekeken wordt naar welk moraal er uit het verhaal naar voren komt (de betekenis van de video).

Page 10: Onderzoeksverslag 2

4. Resultaten In dit hoofdstuk presenteer ik enkel de gevonden dominante en tegendraadse lezingIn de conclusie komen de bijbehorende waarden aan bod. Iedere keer toon ik een voorbeeld uit de transcriptie waar de beide lezingen uit blijken.

Voice-over vertelt over het verrichte onderzoek door FNV. Vervolgens komt Ron Meyer aan het woord.

“Vakbond FNV heeft bijna tienduizend werkende jongeren ondervraagd over hun salaris. 85 procent verdient minder dan het volwassen minimumloon. En 0-uren contracten zijn de norm.”

Ron Meyer FNV: “Als je achttien bent dan mag je alles. Stemmen, gekozen worden, alcohol, sigaretten en auto rijden bv. Je moet 100 euro zorg per maand betalen, maar als je werkt, krijg je maar de helft van het normale volwassenminimumloon. Dit is ongeveer vier euro boete per uur. Dat is bizar, gaat helemaal nergens over.”

Eerst zien we een totaalshot van het FNV gebouw wordt gefilmd. Dan wappert er een FNV vlag in beeld.

Vervolgens spreken ze Ron Meyer in het kantoor van FNV. Hij staat voor een soort gele robot.

Het is gewoon afschuwelijk moeilijk om aan genoeg uren te komen door de 0-urencontracten.

Je hebt wel alle verantwoordelijkheden van een volwassene alleen krijg je minder betaald. Dat is toch niet terecht!

Je kunt ook gewoon veertig uur werken, terwijl je een 0-uren contract hebt.

Je bent juist aantrekkelijker door dat 0-urenontract.

De dominante lezing is. “Wanneer jongeren op jonge leeftijd besluiten fulltime te gaan werken, is het bijna onmogelijk voor ze om aan een vast contract te krijgen. Ze moeten nu eenmaal toch huur betalen. Als ze eenmaal een baantje hebben, dan krijgen ze zo weinig loon dat ze zichzelf niet kunnen onderhouden en wat als de wasmachine kapot gaat”

De tegendraadse lezing die de kijker aan dit item kan geven is dat deze jongeren juist een baan hebben, doordat ze minder verdienen. Als ze volledig volwassenloon zouden krijgen dan is het aantrekkelijker voor werkgevers om ervarener personeel aan te nemen. Ze hebben dus juist meer kans op een baan.

Page 11: Onderzoeksverslag 2

gerechtigdheid

00.37-00.57

Voice-over informeert over Frederika en Frederika zelf spreekt haar zorgen uit.

“Frederika is achttien en is net gestopt met haar studie Internationale Communicatie in Utrecht. Ze werkt zo'n dertig uur per week, maar komt daar niet van rond.”

Frederika: “Als je kijkt naar wat we tegenwoordig moeten uitgeven en wat we voor bijkomende kosten hebben en ook dus inderdaad als je op jezelf wil kunnen wonen, vind ik niet van deze tijd dat je iemand voor vier euro per uur kan laten werken.”

Tijdens de voice-over zien we beelden van de broodjeszaak waar Frederica werkt.

Ze spreekt al zittend vanuit haar kamer. De kamer is ondanks de aanwezigheid van een hoogslaper nogal klein. De kamer lijkt volgepakt.

Ze heeft dezelfde kosten als een volwassene, maar verdient veel minder.

Frederika heeft ook veel minder verantwoordelijkheden dan ouderen. Zo heeft ze geen kinderen en wordt ze nog ondersteund door haar ouders.

De dominante lezing is: “Het is toch heel onterecht dat iemand van achttien, die precies hetzelfde werk verricht als iemand van 23 toch zo weinig verdiend.” Er wordt tijdens het filmpje steeds over gesproken dat jongeren die evenveel werk verrichten als hun collega’s ook gelijke lonen zouden moeten krijgen.

De tegendraadse lezing is die van de kijker die na het zien van dit item van mening is, dat het juist van getuigd dat jongeren minder verdienen dan hun oudere collega’s. Zij hoeven geen kinderen te onderhouden en krijgen nog allerlei toeslagen die ouderen niet krijgen.

Page 12: Onderzoeksverslag 2

Collectiviteit vs. Individualiteit

02.01-02.20

Ron Meyer ontkracht tegenargumenten.

“Het beeld van jongeren dat ze eigenlijk alleen maar werken om in het weekend te kunnen feesten en te drinken. Dat geldt voor studenten al lang niet meer door alle gewijzigde studiefinancieringsregels. Maar dat geldt voor de 400000 werkende jongeren al helemaal niet. Die wonen vaak op zichzelf en hebben verplichtingen net als volwassenen. En ja als volwassen verplichtingen hebt, waarom dan geen volwassenloon?”

Ron Meyer staat in het FNV kantoor voor een gele robot.

Deze jongeren hebben dezelfde kosten als iemand die ouder dan 23 is. Ze werken binnen hetzelfde bedrijf en doen hetzelfde werk. Belachelijk.

Ouderen hebben meer ervaring, meer discipline en daarbij ook meer vaste lasten dan iemand van 18.

Wanneer de kijker de dominante lezing volgt, is hij er van overtuigd dat het minimumjeugdloon omhoog moet. Dit omdat hij interpreteert dat de jongeren hetzelfde werk verrichtten als oudere medewerkers en dezelfde lasten hebben, maar er niet naar betaald krijgen. Dus ze maken wel deel uit van het collectief, maar krijgen niet hetzelfde betaald.

De tegendraadse lezing staat hier recht tegenover: “Iemand van vijftien heeft toch ook minder ervaring, discipline en vaste lasten dan iemand van drieëntwintig?” Volgens deze tegendraadse lezing van het fragment is het juist eerlijk dat ze niet hetzelfde worden behandeld.

Page 13: Onderzoeksverslag 2

5. Conclusie Na de analyse van ieder onderdeel uit het item van EenVandaag “Het minimumjeugdloon moet worden verhoogd’, is het tijd om de onderzoeksvraag te beantwoorden.

De onderzoeksvraag luidt: Welke culturele waarden komen er aan bod in het item van EenVandaag “Het minimumjeugdloon moet worden verhoogd.” en hoe kan het publiek deze interpreteren?’

ZekerheidGerechtigdheidCollectiviteit vs. IndividualiteitIn onze samenleving beschouwen we deze culturele waarden als belangrijk. We hechten hierin waarde aan zekerheid, gerechtigheid, collectiviteit en individualiteit. Deze waarden zijn zeer aanwezig in de dominante lezing van het item van EenVandaag.

De dominante lezing is als volgt: ·Het item van EenVandaag brengt duidelijk naar voren dat de werkende jongeren volwaardig deelnemen aan het collectief, maar qua looneisen als individu worden beschouwd. Daardoor hebben ze geen zekerheid en dit voor de kijker het gevoel op dat er geen gerechtigheid is.

De tegendraadse lezing dat jongeren minder ervaring, verantwoordelijkheden, discipline en vaste lasten hebben wordt vrijwel gelijk door tegenargumenten terugverwezen naar de dominante lezing. Daardoor wordt de kijker geframed in de dominante lezing die het eens is met de werkende jongeren die nu naar eigen zeggen onderbetaald worden.

De kijker zal mogelijk eerder geneigd zijn om een positieve houding aan te nemen ten opzichte van jongeren die evenveel betaald zouden moeten worden.

5.1 Discussie

Kwaliteit resultatenIn dit onderzoek keek ik naar culturele waarden die ik tegenkwam in het fragment 'Het minimumjeugdloon moet worden verhoogd'. De culturele waarden die ik aan het fragment toebedeel, zijn voor een deel natuurlijk mijn eigen interpretatie van hoe ik als journalist naar de video kijk. Een andere persoon, zal het lang niet altijd eens zijn met de waarden die ik aan het fragment geef. De betrouwbaarheid van mijn onderzoek heeft dus te maken met het feit dat ik bepaalde waarden beschrijf, omdat deze mij opvallen, dit betekent niet dat deze waarden de waarden zijn die per se bij deze video horen.

HerhaalbaarheidMijn onderzoek is herhaalbaar voor andere mensen die hetzelfde onderzoek zouden willen doen. Iedereen kan de transcriptie en onderzoeksopzet gebruiken die voor dit onderzoek gebruikt is. Het is alleen de vraag of mensen die hetzelfde onderzoek doen, ook op dezelfde resultaten zullen komen. Zoals al eerder gezegd plakt iedereen zijn eigen waarden aan het fragment, de resultaten zullen dus nooit helemaal overeenkomen met de resultaten van mijn onderzoek. Iedereen geeft andere codes aan het fragment. Het is dus de vraag hoe

Page 14: Onderzoeksverslag 2

betrouwbaar mijn onderzoek is, want in dit onderzoek komen alleen mijn interpretaties naar boven.

besprekenOm deze betrouwbaarheid te kunnen vergroten zou het handig kunnen zijn om meerdere onderzoekers hetzelfde onderzoek te laten doen, waarna alles samen besproken wordt. Door samen erover te praten en tot conclusies te komen, zal de betrouwbaarheid toenemen.

ValiditeitDaarnaast is de validiteit van een onderzoek vaak ook erg belangrijk. Kijkend naar de validiteit kun je zeggen dat de interne validiteit (Verhoeven, 2011) hoog is in dit onderzoek. Er is onderzoek gedaan aan de hand van de onderzoeksopzet, hierdoor zijn er geen systematische fouten gemaakt. Daarnaast zijn er geen omgevingsfactoren die het onderzoek beïnvloed hebben.

De externe validiteit (Verhoeven, 2011) is lager. De conclusie niet toepasbaar is op soortgelijke situaties. Dit komt doordat dit onderzoek erg specifiek is.

BruikbaarheidHet onderzoek is goed bruikbaar vanwege de maatschappelijke relevantie. De lezer krijgt inzicht in de culturele werking van de media. Daarnaast komt ook naar voren welke verschillende waarde in een filmpje kunnen zitten en welke betekenis de makers mee willen geven. Daarbij geeft ook het thema stof tot nadenken.

Page 15: Onderzoeksverslag 2

6. Literatuurlijst • Robert Eisinga (1989), Etnocentrisme In Nederland: Theoretische en

Empirische Modellen• De Boer, C. & Brennecke, S.I. (2009). Media en Publiek. Theorieën over media-

impact. Amsterdam: Boom. Hoofdstuk 12 (Cultural Studies)• Lakoff, G. & Johnson, M. (1980). Metaphors we live by. Chicago/London:

University of Chicago Press.• De Jager, H. , Mok, A. & G. Sipkema (2009). Grondbeginselen der sociologie.

Gezichtspunten en begrippen. Noordhoff Uitgevers B.V. • Verhoeven, N. (2011). Wat is onderzoek? Praktijkboek methoden en

technieken voor hoger onderwijs. Den Haag: Boom Lemma uitgevers• Deuze, M. (2012). Media Life. Cambridge: Polity.• Duits, L., Abourayan, T., Gömüsay, C., & van Romondt-Vis, P. (2009). Cultural

studies: de wetenschappelijke studie van populaire cultuur. Amsterdam: Amsterdam University Press

• Hoeksema, K.J. & Werf, S. van der (2010). Sociologie voor de praktijk. Bussum: Couthino.

Page 16: Onderzoeksverslag 2

Analyse-eenheid Tekst Beeld / geluid Decodering:Dominante lezing

Decodering: Tegendraads

00.00 -00.23

Presentator houdt een korte inleiding

“Het minimumloon voor jongeren tot 23 jaar moet fors omhoog, pleit vakbond FNV.Vanaf morgen voeren jongeren in het hele land actie voor een hoger loon en betere arbeidsvoorwaarden. de meeste Europese landen hebben jongeren namelijk recht op minimaal zeventig procent van het volwassen minimumloon, maar in Nederland is dat een stuk lager.”

Op de achtergrond zien we de studio. Met als afbeeldingen een onleesbare tabel en een meisje dat een terras serveert.

Het jeugdloon is te laag en moet omhoog

Jongeren verrichten minder arbeid. Daarom is het toch ook terecht dat ze minder krijgen?

00.23-00.37

De minimumjeugdloon verdienende Frederika vertelt over haar baan.

“Ik heb de sleutel tot het pand, sommige collega’s openen de winkel. Ik sluit het pand weer. Aan het einde van de dag moet ik, zeg maar, iemand die jonger is dan aansturen om schoon te maken en zelf tel ik de kassa’s. Ja, ik vind best dat ik een verantwoordelijke baan heb.”

We zien de jonge werkende op de fiets. Ze fiets naar haar werk en vervolgens parkeert ze de fiets voor de broodjeszaak Subway en loopt naar binnen.

Ze heeft een verantwoordelijke baan. Ze is dus even belangrijk als een oudere enmoet meer verdienen dan het minimumjeugdloon!

Ze heeft waarschijnlijk de baan gekregen juist omdat ze goedkoop was dmv het jeugdloon.

00.37-00.57

Voice-over informeert over Frederika en Frederika zelf spreekt haar zorgen uit.

“Frederieka is achttien en is net gestopt met haar studie Internationale Communicatie in Utrecht. Ze werkt zo'n dertig uur per week, maar komt daar niet van rond.”

Frederika: “Als je kijkt naar wat we tegenwoordig moeten uitgeven en wat we voor bijkomende kosten hebben en ook dus inderdaad als je op jezelf wil kunnen wonen, vind ik niet van deze tijd dat je iemand voor vier euro per uur kan laten werken.”

Tijdens de voice-over zien we beelden van de broodjeszaak waar Frederica werkt.

Ze spreekt al zittend vanuit haar kamer. De kamer is ondanks de aanwezigheid van een hoogslaper nogal klein. De kamer lijkt volgepakt.

Ze heeft dezelfde kosten als een volwassene, maar verdient veel minder.

Ze mag blij zijn dat ze een baan heeft, dit komt juist doordat ze minder verdiend dan een volwassene.

00.57-

Yorrick, ook een

“ Er zijn hier meerdere kledingswinkels, maar bij

Hij loopt door een winkelcentrums met

Ze krijgt dezelfde

Yorrick moet maar een

Page 17: Onderzoeksverslag 2

01.19 minimumjeugdloon verdienende jongeren vertelt over zijn sollicitatiestruggles.

de meeste ben je eigenlijk al te oud als je rond de 19 of 20 bent.Je trekt hoe dan ook altijd aan het kortste eind. Ze kunnen altijd iemand anders krijgen.” Een beetje de “voor-jou tien-andere-cultuur” eigenlijk. Ik verdien eigenlijk totaal niet genoeg. Het is totaal oneerlijk dat diegene wat jonger zijn niet hetzelfde krijgen als volwassenen. Want zij krijg wel gewoon die volwassen rekeningen binnen.”

zijn handen in zijn zakken. Hij kijkt door enkele ruiten. Even filmen ze hem van dichtbij.

rekeningen binnen als een volwassene, werkt even hard maar krijgt veel minder betaald.

andere baan gaan zoeken, waarbij ze zich niet aan dit jeugdloon houden.

01.19-01.48

Voice-over vertelt over het verrichte onderzoek door FNV. Vervolgens komt Ron Meyer aan het woord.

“Vakbond FNV heeft bijna tienduizend werkende jongeren ondervraagd over hun salaris. 85 procent verdient minder dan het volwassen minimumloon. En 0-uren contracten zijn de norm.”

Ron Meyer FNV: “Als je achttien bent dan mag je alles. Stemmen, gekozen worden, alcohol, sigaretten en auto rijden bv. Je moet 100 euro zorg per maand betalen, maar als je werkt, krijg je maar de helft van het normale volwassenmininumloon. Dit is ongeveer vier euro boete per uur. Dat is bizar, gaat helemaal nergens over.”

Eerst zien we een totaalshot van het FNV gebouw wordt gefilmd. Dan wappert er een FNV vlag in beeld.

Vervolgens spreken ze Ron Meyer in het kantoor van FNV. Hij staat voor een soort gele robot.

Het is gewoon afschuwelijk moeilijk om aan genoeg uren te komen door de 0-urencontracten.

Je hebt wel alle verantwoordelijkheden van een volwassene alleen krijg je minder betaald. Dat is toch niet terecht!

Je kunt ook gewoon veertig uur werken, terwijl je een 0-uren contract hebt.

01.48-02.01

Vergelijking NL met andere Europese landen.

“In ons land geldt een minimumloon. Voor een volwassene is dat bruto zo’n €9,12 per uur, maar onder de 23 jaar geldt het jeugdminimumloon. Dat is flink lager. Zo een vijftienjarige recht op €2,74 per uur en verdiend een achttien jarige €4,15 per uur en een 22-jarige zit

Grafiek waarin te zien is hoe veel minder jongeren krijgen ten opzichte van een 23-jarige.

Jongeren krijgen echt veel minder betaalt.

Een 23-jarige heeft waarschijnlijk ook meer verantwoordelijkheden waarvoor hij moet zorgen. Zo krijgt

Page 18: Onderzoeksverslag 2

op 7,75 per uur.” diegene geen zorgtoeslag meer en heeft hij meer ervaring met het helpen van klanten. Jongeren onder de 23 zuipen toch maar alles weg.

02.01-02.20

Ron Meyer ontkracht tegenargumenten.

“Het beeld van jongeren dat ze eigenlijk alleen maar werken om in het weekend te kunnen feesten en te drinken. Dat geldt voor studenten al lang niet meer door alle gewijzigde studiefinancieringsregels. Maar dat geldt voor de 400000 werkende jongeren al helemaal niet. Die wonen vaak op zichzelf en hebben verplichtingen net als volwassenen. En ja als volwassen verplichtingen hebt, waarom dan geen volwassenloon?”

Ron Meyer van het FNV staat op dezelfde plek als daarnet .

Deze jongeren hebben dezelfde kosten als iemand die ouder dan 23 is. Ze werken binnen hetzelfde bedrijf en doen hetzelfde werk. Belachelijk.

ouderen hebben aan de andere kant minder recht op toeslagen. Vaak hebben de jongeren minder discipline en werkervaring.

02.20-03.24

Frederika laat haar kleine kamer van 12m2 zien aan de kijkers.

“Ik zal jullie even mijn kamertje laten zien. Dit is hem dan. Hier heb ik mijn keukentje, eigen moestuin, hemelbed en mijn inloopkast.”

“Verslaggever: “Wat betaal je hier nou voor?”“Hier betaal je 400 euro voor per maand. Voor ongeveer 12 vierkante meter. Zonder hulp van mijn ouders zou ik hier nooit kunnen wonen en met 4 euro per uur kom je der niet aan. Ik vind het

Frederika loopt de trap op naar haar kamertje. Vervolgens volgt de kamer haar naar binnen. We zien haar kamer en ze geeft ons een rondleiding. Het is nogal krap. Daarna zoomen ze op haar in.

Zie je. Zij woont gewoon op zichzelf en zou dit niet eens kunnen zonder hulp van haar ouders! Als ze nu een volwassen loon zou krijgen, zou dit wel het geval zijn en heeft ze geen steun meer nodig van haar ouders.

Je had ook een goedkopere kamer met huisgenoten kunnen zoeken. Of gewoon thuis blijven wonen.

Page 19: Onderzoeksverslag 2

belachelijk en vind dat je de keuze moet hebben. t meest gangbare is dat je gaat studeren en dat je daar een baantje bij hebt., maar ik vind ook dat je de keuze moet hebben om dat niet perse te doen. Ik wil uiteindelijk wel weer gaan studeren over twee jaar als ik wil en nu wil ik gewoon werken. Ik vind dat ik de keuze moet hebben om te werken. Eigenlijk gaat dit niet omdat ik van mijn ouders afhankelijk ben.”

03.24-03.35

Salverda vertelt over verschuiving in banen.

Salverda: “Als je kijkt naar die banen. Dan is tachtig procent van die banen parttime geworden. Dus het is veel moeilijker geworden om nog een fulltime baan te vinden, bovendien worden die banen meestal ingenomen door studenten en scholieren die beter opgeleid zijn.

Wilmer Salverda, hoogleraar arbeidsmarkt doet zijn verhaal. Hij staat in zijn kantoor, vrij normaal ingericht.

Zo wordt een vaste baan zoeken wel heel erg lastig.

Je krijgt misschien alleen maar 0-uren contracten, maar doordat je jeugdloon verdient, ben je juist aantrekkelijk voorwerkgevers.

03.35-04.23

Yorrick vertelt waarom hij de keuze gemaakt heeft om te gaan werken.

Yorrick: “Mijn thuissituatie was gewoon slecht, mijn ouders waren aan het scheiden en er waren we weinig inkomsten. Daardoor was het voor mij beter om te gaan werken om mijn hoofd boven water te houden, dan om op school te blijven.”

Verslaggever: “Jouw salaris werd ook gebruikt om uhm”

Yorrick:

“Ja om te overleven. daar werd mijn salaris wel voor gebruikt. Dat was ook

De student schenkt koffie voor zichzelf in. Vervolgens speelt hij een beetje in een trieste setting een liedje met zijn gitaar voor het raam.

Yorrick leeft aan de armoedegrens. Hij moest zelfs zijn salaris afgeven aan zijn ouders.Hij krijgt maar de helft van iemand van 23 jaar, terwijl hij exact hetzelfde werk doet.

Hij kan wel een gitaar kopen. Hij werkt ook geen 40 uur. Als hij die extra uurtjes ook nog meepakt heeft hij een streep voor.

Page 20: Onderzoeksverslag 2

nodig.

Voice-over: “Yorrick is 21 en werkt al sinds zijn zeventiende. Voornamelijk in kledingwinkels. Thuis blijven wonen was geen optie. Ook hij heeft moeite om zijn hoofd boven water te houden.Yorrick:“Ik houd ongeveer nog 100 a 150 euro over om dan echt de boodschappen van te doen. Het verschil is heel erg groot tussen de lonen van iemand van 23 jaar ten opzichte van iemand van achttien. Daar zit een verschil in van meer dan de helft. Zij redden het veel makkelijker dan iemand die eigenlijk gewoon hetzelfde werk doet en maar de helft krijgt.”

04.23-04.44

Salverda aan het woord.

Voice-over:“Wilmer Salverda deed uitgebreid onderzoek naar werkende jongeren. Hij merkte dat Nederlandse jongeren qua salaris slecht af zijn vergeleken met andere Europese.”

Salverda: “Ze zijn heel erg laag in verhouding tot andere landen. In Engeland bijvoorbeeld is er ook een minimum jeugdloon voor 18 t/m 20 jaar, maar dat is tachtig procent van het volwassen minimumloon.”

Salverda zit achter zijn bureau te werken. Ook zien we een collega. Later zoomen ze op hem in als hij aan het vertellen is.

Ja je ziet inderdaad dat jongeren een stuk minder krijgen in Nederland, dan in nabije buurlanden. Dat kan beter!

Misschien is het in deze landen wel heel anders geregeld. Bijvoorbeeld toeslagen etc.

04.45 -

05.01

Schets van jongerenminimumloon ten opzichte van onze buurlanden.

Voice-over: “Een achttienjarige heeft in Nederland recht op 45 procent van minimumloon van een volwassene. In de landen om ons heen ligt dat veel hoger. In België

Een grafiek laat onze positie zien op het gebied van minimumjeugdloon in vergelijking met andere landen. Een duidelijk verschil is te

We lopen achter tegenover Europa. Waarom behandelen wij onze jongeren zo?

Waarschijnlijk is het in deze landen ook anders geregeld en krijgen studenten

Page 21: Onderzoeksverslag 2

82 procent, in Frankrijk 90 procent en in Duitsland verdient een jongere zelfs evenveel als een volwassene.”

zien, waardoor het lijkt dat Nederland sterk achterloopt.

daar geen lening om te studeren. Bovendien is er daar misschien meer jeugdwerkeloosheid.

05.01-05.17

Salverda ontkracht argumenten voor jeugdloon.

Salverda: Meestal gaat het om banen, bijvoorbeeld supermarkten. Er is geen enkele reden om te denken dat een jongere daar minder productief is als een oudere. Dus er is geen goed argument om ze vanwege lagere productiviteit minder te geven”.

Salverda staat opnieuw voor zijn boekenkast. Hij gebruikt zijn handen uitvoerig.

Dat dacht ik ook. Er is geen enkele reden om te denken dat een jongere minder productief is dan een oudere collega. Salverda bevestigt mijn vermoedens.

Oudere mensen hebben nu eenmaal meer ervaring en horen daardoor ook meer e verdienen. Ook gaan ze beter met klanten om. Ook hebben ze meer discipline.

05.17 -05.49

Minister Asscher die druk met zijn handen bezig is.

Voice-over: “Maar een hoger minimumloon kan jongeren ontmoedigen om naar school te gaan, zegt minister Asscher. Onzin volgens het FNV.”

Meyer: “Waar Asscher aan voorbijgaat is dat er nu een enorme grote groep werkende jongeren is en dat zijn niet- om het maar plat te zeggen- de fuck-ups die het voor zichzelf verpest hebben. Je bent 19 je hebt je MBO afgerond. Je bent dus MBO opgeleid en wilt gewoon aan de slag. Mag je verwachten dat je voor fulltime werk normaal kan leven? Ik denk het wel.”

Staatssecretaris Asscher die hier handgebaren staat te maken, zodat het lijkt alsof het in de politiek uitvoerig besproken wordt.

Waarom zou je niet gewoon volledig kunnen verdienen. Vooral als je al een MBO opleiding afhebt.

Je kunt ook gewoon doorstuderen in plaats van meteen te gaan werken. Bovendien krijg je meer als je al een MBO af hebt. Dit is geen zorg meer voor die mensen.

5.49 -6.06

Yorrick terug naar school

Verslaggever: “Is het uiteindelijk jouw doel

Yorrick voor zijn raam. Buiten is het weer

Als Yorrick nu wat meer

Als je echt wil studeren

Page 22: Onderzoeksverslag 2

of niet. geweest om wel weer naar school te gaan?”

Yorrick: ”Het is inderdaad wel het doel geweest om weer naar school te gaan en daardoor een goede opleiding te halen, zodat ik ook weer beter werk krijg. Alleen het is erg lastig, want een opleiding kost ook weer geld. Daar moet ik dan weer hard voor werken.”

nogal triest. Dit maakt het een grauw geheel.

verdiende kon hij gewoon gaan studeren. Nu kan heeft hij net genoeg voor eten.

dan kun je lenen bij de overheid.

06.06-06.15

Presentator sluit af.

Er zit beweging in, in de politiek in ieder geval. Minister Ascher laat weten het minimumloon, waaronder het jeugdloon te herzien.”

Asscher voert in beeld discussie met collega’s

Gelukkig gaat er eindelijk iets gebeuren aan dit probleem.

Aah die politiek daar geloof ik niet in. Daar komt niks van.