Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

download Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

of 25

Transcript of Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    1/25

    Transparantie en ReputatieOpenbaarheid van persoonsgegevens in de journalistiek, een onderzoek

    naar interventie en reputatie.

    Vrije Universiteit Amsterdam

    Master Communication SciencesPublic Relations

    Datum 11 december 2015

    Janine Poel 2560312

    TJ Sartorius 2563000Michel Simon 2561842Veili Tadrous 2536367

    Vincent Veenenberg 2560983Werkgroep 6 Team 22

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    2/25

    Public RelationsWerkgroep 6, Team 22 Plagiaat in de Volkskrant2

    Voorwoord

    Voorafgaand aan dit rapport willen wij graag Buzzcapture bedanken voor het toesturen van

    data verkregen uit hun social media monitoring tool, gericht op Twitterberichten rondom dit

    onderwerp.

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    3/25

    Public RelationsWerkgroep 6, Team 22 Plagiaat in de Volkskrant3

    Inhoudsopgave

    Voorwoord .............................................................................................................................................. 2

    Inhoudsopgave ........................................................................................................................................ 3Inleiding ................................................................................................................................................... 4

    Theoretisch kader .................................................................................................................................... 5

    Plagiaat ................................................................................................................................................ 5

    Aanpak van plagiaat ............................................................................................................................ 6

    Oorzaken plagiaat ................................................................................................................................ 6

    Reputatie ............................................................................................................................................. 7

    Verantwoorden handelen ................................................................................................................... 7

    Methoden ................................................................................................................................................ 8

    Selectie berichtgeving Volkskrant ....................................................................................................... 8

    Selectie Twitterberichten .................................................................................................................... 9

    Resultaten ............................................................................................................................................. 10

    Conclusie ............................................................................................................................................... 12

    Resultaat strategie Volkskrant .......................................................................................................... 12

    Resultaten hypotheses ...................................................................................................................... 12

    Advies .................................................................................................................................................... 13

    Stakeholders ...................................................................................................................................... 14

    Communicatiestijl .............................................................................................................................. 14

    Tijdlijn interventie ............................................................................................................................. 14

    Referenties ............................................................................................................................................ 15

    BijlageA: Pre-onderzoek .................................................................................................................... 18

    Bijlage

    B: Impact tabellen ................................................................................................................... 20

    BijlageC: Berichtgeving Volkskrant .................................................................................................... 22

    BijlageD: Categorisatie twitterberichten .......................................................................................... 23

    BijlageE: Chi-square modellen ........................................................................................................... 24

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    4/25

    Public RelationsWerkgroep 6, Team 22 Plagiaat in de Volkskrant4

    Inleiding

    Sinds 1919 functioneert de Volkskrant als journalistiek medium in Nederland. Vanaf de jaren

    zestig richt de krant zich vooral op het hoger opgeleide deel van onze samenleving en wordt

    daarmee samen met enkele andere kranten gezien als Nederlandse kwaliteitskrant.

    Op 28 oktober 2015 heeft de hoofdredacteur van de Volkskrant, Philippe Remarque,

    een artikel geplaatst waarin hij bekend maakt dat de afgelopen maanden in meerdere

    gepubliceerde artikelen door een stagiair plagiaat is gepleegd (De Volkskrant, 2015). De

    betrouwbaarheid van de krant is door dit plagiaat in het geding gekomen.

    Naast de bekendmaking van het gepleegde plagiaat onthulde de hoofdredacteur ook

    de naam van de stagiair.

    Het vrijgeven van zijn identiteit had twee overwegingen volgens de

    hoofdredacteur. Ten eerste, de bewuste artikelen moesten worden aangewezen. Dit bracht

    overweging nummer twee teweeg, als het aan het internet was overgelaten om de identiteitte achterhalen, was zijn identiteit een grotere kwestie geworden (De Volkskrant, 2015). Deze

    openbaring resulteerde in vele positieve, maar ook negatieve reacties op onder andere

    Twitter en Facebook.

    Dit onderzoek kijkt naar eventuele veranderingen in de reputatie van de Volkskrant als

    gevolg van de gekozen handelswijze rondom het plagiaat. Voor dit onderzoek is een

    inhoudsanalyse uitgevoerd, gericht op ethiek in combinatie met het tweede niveau van de

    agenda setting theorie. De leidende vraag in dit onderzoek is of de gekozen aanpak van de

    Volkskrant effect heeft op de waargenomen reputatie.

    Het conceptuele model (zie Figuur 1) omvat derhalve twee onafhankelijke variabelen:

    (A) het gepleegde plagiaat en (B) de gekozen handelswijze (het onthullen van de persoon in

    kwestie). Beide variabelen worden gebruikt om verandering bij de afhankelijke variabele (C),

    de reputatie, te meten.

    Kijkend naar de gekozen methode zal dit rapport een advies bevatten

    voor dergelijke situaties in de toekomst, gebaseerd op (A) wetenschappelijke inzichten

    gecombineerd met (B), de verkregen inzichten uit onze analyses.

    Figuur 1. Conceptueel model

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    5/25

    Public RelationsWerkgroep 6, Team 22 Plagiaat in de Volkskrant5

    Theoretisch kader

    Een van de theorien die centraal staat in dit onderzoek is de second level agenda setting

    theorie van McCombs, Llamas, Lopez-Excobar en Rey (1998). Deze theorie beschrijft dat,

    daar waar first level agenda setting invloed heeft op hetgeen waar mensen over denken,

    second level agenda setting invloed heeft op de meningen van mensen (de attributen die

    mensen toekennen aan bijvoorbeeld organisaties). Hierdoor is het belangrijk voor bedrijven

    om zo min mogelijk negatief in het nieuws te komen. Negatieve publiciteit kan de meningen

    van mensen over het bedrijf negatief benvloeden wat tot imago en reputatieschade kan

    leiden (Dean, 2004). In het geval van de Volkskrant zou dit betekenen dat mensen plagiaat

    associren met de Volkskrant.

    Het onderzoek van Meijer en Kleinnijenhuis (2006) bevestigt de second level agenda

    setting theorieen combineert de theorie met de owner issueshiptheorie. Uit het onderzoekblijkt dat wanneer een bedrijf vaak met een bepaald onderwerp in de media komt, mensen

    het bedrijf gaan associren met het onderwerp (Meijer & Kleinnijenhuis, 2006). Dit

    theoretisch kader zal beide onafhankelijke variabelen (plagiaat en verantwoording

    handelswijze) bekijken waarna de afhankelijke variabele (reputatie) besproken wordt.

    Plagiaat

    Bestaande literatuur levert verschillende inzichten op het onderwerp van plagiaat. Eret en

    Gokmenoglu (2010) beschrijven plagiaat als literaire diefstal en academische oneerlijkheid.

    Dit komt overeen met het gesprek van de heer Remarque en de heer Nieuwkerk, in het

    televisieprogramma De Wereld Draait Door, die de eerlijkheid en transparantie als hoogste

    goed noemt van de journalistiek (De Wereld Draait Door, 2015). Volgens Lewis is plagiaat

    daarnaast inherent dubbelzinnig en hij definieert het als de verkeerde aanpak van iemand

    anders zijn of haar idee, ontwerp, passage of werk (Lewis, 2008, p. 315). Plagiaat wordt

    tevens gedefinieerd als het nemen of pakken van andermans gedachten en schrijfsels,

    hiermee een oneerlijk voordeel creren boven anderen (Kenny, 2007).

    Aansluitend bij de woorden van P. Remarque beschrijft Lewis (2008) dat bij plagiaat de

    lezer misleidt wordt over de echtheid van een artikel. Organisaties kiezen er niet altijd voor

    om plagiaat te vermelden als zijnde plagiaat. In 53,8% van de gevallen kiest een organisatie

    ervoor om een synoniem voor plagiaat te vermelden (Lewis, 2008).

    Dit rapport hanteert de

    volgende beschrijving over plagiaat: plagiaat is misleidende en foutieve informatie,

    gekopieerd of voortbordurend op andermans werk, zonder correcte vermelding of

    toestemming van deze persoon.

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    6/25

    Public RelationsWerkgroep 6, Team 22 Plagiaat in de Volkskrant6

    Aanpak van plagiaat

    Diverse onderzoeken hebben de reactie van grote journalistieke organisaties onderzocht op

    het achterhalen van plagiaat in relatie tot genomen sancties (ontslag al dan schorsing). Het

    merendeel van de plagiaat plegers verliest zijn of haar baan, zie Tabel 1 (Lewis, 2008).

    Verspreidingen Behield baan Verloor baan Totaal

    < 250.000 12 (29.3%) 29 (70.7%) 41

    > 250.000 21 (60.0%) 14 (40.0%) 35

    Totaal 33 (43.3%) 43 (56.6%) 76Tabel 1. Sancties voor het plegen van plagiaat

    Er is echter minder bekend over een meer effectieve aanpak dan schorsing of ontslag.

    Bij het aanpakken van plagiaat wordt vaak gekozen voor ontslag, schorsing en/of de dader

    aan de schandpaal nagelen. Dit roept de vraag op in hoeverre de dader hier echt iets van

    leert. Het onderzoek van Dalal (2015) wijst uit dat het gebruik van reflectieve methoden bij

    het plegen van plagiaat zinvol, haalbaar en veelbelovend zijn voor studenten. Met reflectieve

    methoden wordt in dit onderzoek verwezen naar een dialoog tussen docent en leerling

    gecombineerd met een reflecterend essay geschreven door de student. Dit komt overeen

    met wat hoofdredacteur Philippe Remarque aangeeft bij De Wereld Draait Door (29 oktober,

    2015) over het reflecterende gesprek die hij met de stagiair heeft gehad. In de berichtgeving

    vanuit de Volkskrant, noch uit de woorden van de heer Remarque wordt er gesproken over

    een dergelijk reflecterend essay.

    Oorzaken plagiaat

    In diverse onderzoeken (Biggs, 1994; Scollon, 1995; Angelil-Carter, 2000; Ryan, 2000;

    Carroll, 2002; Comas-Forgas & Sureda-Negre, 2010; Lewis & Zhong, 2013) is gekeken naar

    wat de oorzaken zijn van plagiaat, waarvan het merendeel gehouden is onder studenten.

    Uit onderzoek van Comas-Forgas en Sureda-Negre (2010) is naar voren gekomen dat

    drie factoren zorgen voor meer kans op plagiaat. De eerste factor is gerelateerd aan gedrag

    van de persoon zelf (zoals slecht tijdmanagement en hoge werkdruk). De tweede factor is

    gemakzucht en de gelegenheid om, door middel van het Internet bronnen te kunnen vinden

    en te kopiren. De derde factor is gerelateerd aan de docent en de theoretische aard van de

    opdracht, wat ervoor kan zorgen dat studenten de opdracht niet relevant vinden en daarmee

    meer plagiaat kan veroorzaken (Kenny, 2007).

    Een onderzoek van Lewis en Zhong (2013)

    benadrukt dat werkdruk een oorzaak kan zijn van plagiaat en stelt dat wanneer een persoon

    meer integer is, hij of zij minder plagiaat pleegt.

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    7/25

    Public RelationsWerkgroep 6, Team 22 Plagiaat in de Volkskrant7

    Naast bovenstaande oorzaken is het voor studenten vaak onduidelijk wat er onder

    plagiaat wordt verstaan. Carroll (2002) stelt dat als studenten niet zeker weten wat tot

    plagiaat behoort, zij geen intentie hebben om te misleiden. Bovendien beweert Angelil-Carter

    (2000) dat er een gebrek aan duidelijkheid is bij universiteiten over wat onder plagiaat valt en

    er discrepantie is in de manier waarop plagiaat wordt ontdekt en gehandhaafd (Biggs, 1994;

    Scollon, 1995; Ryan, 2000).

    Reputatie

    Onder reputatie wordt volgens Wartick (1992) het algehele beeld van stakeholders over de

    organisatie verstaan, gekeken naar de mate waarin de organisatie aan de verwachtingen

    van haar stakeholders voldoet. Reputatie wordt volgens Wartick (1992) omschreven als de

    samenvoeging van de perceptie van enkele stakeholders in hoeverre organisatorische

    reacties voldoen aan de eisen en verwachtingen van vele (zakelijke) belanghebbenden.

    Bij een PR crisis is de organisatie niet altijd de oorzaak. Blanchard en Henle (2008)

    onderscheiden een internal en external locus of control. Een internal locus of control

    betekent dat een organisatie zichzelf verantwoordelijk maakt voor zijn of haar acties en niet

    een externe factor de schuld geeft. Voor een organisatie leidt internal locus of control tot

    een hogere controllability, de attributen rondom de issue worden daarmee aan de

    organisatie zelf toegeschreven. Hierdoor ontstaat een hogere controle over de issue, een

    hoge controllability (Grappi & Romani, 2015).Indien er discrepantie optreedt tussen de eisen en verwachtingen van de lezers en de

    uitingen van de Volkskrant, komt de reputatie van de organisatie in het geding (Reichart,

    2003). De verwachting is dat de reputatie van de Volkskrant negatief benvloed wordt door

    het gepleegde plagiaat. Deze beschrijvingen in combinatie met diverse theorien leiden tot

    de eerste hypothese:

    H1. Een openbaring van plagiaat heeft een negatief effect op de reputatie van de

    organisatie.

    Verantwoorden handelen

    Over het verantwoorden van de handelswijze is in de literatuur relatief weinig bekend, dit

    onderzoek tracht daarom nieuwe inzichten te vergaren rondom de variabele verantwoording

    handelswijze als gevolg van plagiaat. Bestaand onderzoek toont echter wel aan dat kranten

    eerder synoniemen gebruiken dan de daad expliciet te benoemen als plagiaat, zie Tabel 2

    (Lewis, 2008). Daarnaast heeft de Volkskrant ingezet op apologiesen sympathydoor de

    issue zelf naar buiten te brengen en verantwoordelijkheid te nemen voor de gevolgen

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    8/25

    Public RelationsWerkgroep 6, Team 22 Plagiaat in de Volkskrant8

    (Schultz, Utz & Gritz, 2011). Communicatie richting stakeholders is tijdens een crisis

    belangrijk voor een positief effect op reputatie (Ultz, Schultz & Glocka, 2012).

    De verwachting is dat het tweede gepubliceerde bericht, waarin de handelswijze wordt

    verantwoord, een positief effect heeft op de reputatie van de Volkskrant. Daarom wordt het

    volgende verondersteld:

    H2.Het verantwoorden van de handelswijze heeft een positief effect op de reputatie

    van de organisatie.

    Strengheid Behield baan Verloor baan Totaal

    Synoniem 24 (68.6%) 11 (31.4%) 35

    Plagiaat 4 (13.3%) 26 (86.7%) 30

    Totaal 28 (43.1%) 37 (56.9%) 65Tabel 2. Benoemen plagiaat

    Methoden

    Om te onderzoeken wat voor strategie de Volkskrant heeft gebruikt is gekeken naar

    bestaande literatuur over PR, met name op het gebied van crisiscommunicatie. Theorien

    die gebruikt zijn gaan voornamelijk over dat een organisatie ook eigenaar moet zijn van het

    probleem, dus het zelf naar buiten brengt: issue ownership (Meijer & Kleinnijenhuis, 2006).

    Ook is voornamelijk gekeken naar social media strategien die gebruikt kunnen worden om

    de crisis te kunnen communiceren. Daarnaast zijn adviezen gezocht gerelateerd aancrisiscommunicatie, plagiaat preventie en reputatie herstel.

    Voor deze inhoudsanalyse is gebruik gemaakt van informatie direct afkomstig van de

    organisatie en online reacties van het publiek. De combinatie van deze twee analyses

    resulteerde in een indicatie rondom de reputatie van de Volkskrant als gevolg van de

    gekozen handelswijze. Dit rapport leidt uiteindelijk tot een advies gericht op interventies.

    Selectie berichtgeving Volkskrant

    De selectie van berichten is gekozen uit berichtgeving direct afkomstig van de Volkskrant,

    omdat berichtgeving in andere media vaak terug verwijzen naar de twee artikelen die in de

    Volkskrant gepubliceerd zijn. De Volkskrant was als eerste op de hoogte van het plagiaat

    door de stagiair en was daardoor in staat om zelf te bepalen wanneer en hoe de

    berichtgeving naar buiten kwam. De Volkskrant is daarmee zelf de bron met de meest

    belangrijke informatie over het onderwerp. Door deze strategie plaatst de Volkskrant zich als

    issue owner (Meijer & Kleinnijenhuis, 2006).

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    9/25

    Public RelationsWerkgroep 6, Team 22 Plagiaat in de Volkskrant9

    De Volkskrant richtte zich op vier punten tijdens de uitingen; spijt betuigen,

    transparantie, uitleg en het eigen maken van het schandaal. Het eerste bericht ging

    voornamelijk om het kenbaar maken van het incident en hiervoor namens de organisatie een

    publieke excuses aan te bieden. Het tweede bericht was een reactie op de uitingen van het

    publiek om uitleg te geven over de gekozen handelswijze. Het laatste bericht betrof meer

    uitleg en het oordeel van een onafhankelijke ombudsvrouw (De Volkskrant, 2015). Een

    samenvatting van de berichten is te vinden in Bijlage C.

    Selectie Twitterberichten

    Naast de twee artikelen uit de Volkskrant is bij deze inhoudsanalyse gebruikt gemaakt van

    online reacties van het publiek, in de vorm van berichtgeving via Twitter. Bestaand

    onderzoek heeft uitgewezen dat Twitter vaker wordt gebruikt voor het plaatsen van berichten

    in tegenstelling tot Facebook (Hughes, Rowe, Batey & Lee, 2012).

    Via hashtagszijn de berichten over plagiaat, de Volkskrant en de stagiair achterhaald.

    Tijdens de onderzoeksfase is Buzzcapture benaderd om hun expertise te raadplegen.

    Buzzcapture bood vervolgens aan te helpen en stuurde een compleet Excel-document met

    daarin alle Twitterberichten over de periode van 29 oktober 2015 tot en met 5 november

    2015. Naast dit bestand leverde Buzzcapture een internetpagina (Buzzcapture, 2015) met

    hierop Twittergegevens om de verkregen data visueel te ondersteunen.

    De social media monitor van Buzzcapture is gebruikt om middels de zoektermen#Volkskrant, #Plagiaat en #Stagiair op Twitter te zoeken naar relevante reacties. Er is

    nadrukkelijk gekozen voor deze hashtagsom een duidelijke link tussen zowel de Volkskrant

    als organisatie en, het gepleegde plagiaat in kaart te brengen.

    Na het bekijken van deze 2399 berichten is besloten om 70 willekeurige

    Twitterberichten (35 berichten van 29 oktober 2015 en 35 berichten van 31 oktober 2015) te

    selecteren. De specifieke data zijn gekozen, omdat op beide data door de Volkskrant

    berichten naar buiten zijn gebracht over het schandaal.

    Bij de inhoudsanalyse is gekeken naar de datum van het plaatsen, de impact van het

    bericht gecategoriseerd met hulp van Buzzcapture. Als laatste is in het onderzoek het

    oordeel van de zender geanalyseerd. Om te onderzoeken of de oordelen van de zenders op

    Twitter over het plagiaat in de Volkskrant dan wel positief of negatief waren, zijn de berichten

    van Twitter geanalyseerd en onderverdeeld in een positieve en negatieve reacties op de

    bekendmaking van plagiaat en de naam van de stagiair. De hoeveelheid retweets zijn

    genventariseerd alsmede het aantal volgers om te onderzoeken op een onderlinge relatie.

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    10/25

    Public RelationsWerkgroep 6, Team 22 Plagiaat in de Volkskrant10

    De tweets zijn los van elkaar beoordeeld door twee beoordelaars. Hierbij zijn de

    oordelen naast elkaar gelegd, waarbij een overlap van 82,86% is gerealiseerd. Hierdoor

    wordt de beoordeling van de twitterberichten als betrouwbaar beschouwen (Bijlage D). Deze

    data is gebruikt om een analyse te maken van de positieve/negatieve reacties op het

    oorspronkelijke bericht van 29 oktober, en de positieve/negatieve reacties op de

    opeenvolgende berichten van 31 oktober. Het verschil in het aantal positieve en negatieve

    reacties tussen de berichten van 29 en 30 oktober is daarna tegen elkaar afgezet.

    Resultaten

    De Volkskrant bracht zelf de interne issue naar buiten, waardoor dit proces geheel

    gecontroleerd en weloverwogen richting haar stakeholders gecommuniceerd kon worden. De

    gekozen strategie gaf de Volkskrant een internal locus of control(Blanchard & Henle, 2008).Een internal locus of controlvoor de organisatie leidt tot een hogere controllability, en de

    attributen rondom de issue aan de organisatie zelf worden toegeschreven, waardoor er een

    hogere controle over de issue ontstaat (Grappi & Romani, 2015).

    De Volkskrant heeft ingezet op apologiesen sympathydoor de issue zelf naar buiten

    te brengen en verantwoordelijkheid te nemen voor de gevolgen (Schultz et al., 2011). De

    Volkskrant heeft gedeeltelijk gehandeld volgens het accomodativemodel (Jin, Liu & Austin,

    2011). Zij hebben (a) verontschuldigingen aangeboden, (b) maatregelen genomen door

    stagiair te ontslaan, (c) gecompenseerd door artikelen met plagiaat te verwijderen van de

    website en (d) haar handelen verantwoord richting de stakeholders van de Volkskrant.

    Doordat de crisis een intern issue betreft laat theorie zien dat men hier meer open voor staat

    (de issue) en sneller een strategie en aanpak accepteren. Dit effect is terug te vinden in de

    trendcurve (Figuur 2). Hieruit blijkt dat het aantal berichten tot een minimum daalde na het

    tweede publicatiemoment op 31 oktober 2015.

    Figuur 2. Trendcurve Twitterberichten

    1910

    275 119 34 13 31 7 10

    Berichten

    Berichten

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    11/25

    Public RelationsWerkgroep 6, Team 22 Plagiaat in de Volkskrant11

    Duidelijk is te zien dat de vrije berichtgeving kort escaleerde waarna de issue snel verdween

    uit de aandacht. Het aantal berichten t/m 31 oktober 2015 (de datum waarop de toelichting

    gepubliceerd werd) bevat 96,04% (N= 2304) van alle geanalyseerde Twitterberichten. Na 31

    oktober blijft een magere 3,96% (N= 95) over duidend op een gebrek aan aandacht voor de

    issue.

    Het aantal twitterberichten is bij het aangeleverde bestand (N = 2399) getest op

    significantie tussen reach (bereik) en mate van impact. Een ANOVA liet een significant

    verband zien (F(1, 2397) = 27.75, p = < .01). Op 29 oktober waren de tweets voornamelijk

    negatief of neutraal, 82,9%. De resultaten van 31 oktober gaven hetzelfde beeld weer,

    85,7%. De toename is te verklaren door een daling in positieve tweets (2.8%) en een stijging

    van negatieve tweets(11.2%). Met behulp van een Chi-square is er getoetst of er een relatie

    is tussen de berichtgeving van 29 oktober en 31 oktober in relatie tot het oordeel X2( df= 2, N

    = 70) = 0.89, p= < .01). Naar aanleiding van dit resultaat is het totaal aantal berichten op

    dezelfde wijze getoetst middels een Chi-square wat ook leidde tot significantie, X2(df = 24, N

    = 2399) = 48.5,p= < .01). Beide bevindingen waren in lijn met de verwachtingen. Men is niet

    meer of minder negatief, neutraal of positief na het tweede bericht waarin de handelswijze

    wordt verantwoord. De complete chi-square tabellen zijn toegevoegd, zie Bijlage E.

    Oordeel Twitter berichten

    Datum Frequentie Percentage Cumulatief percentage

    29-okt Negatief 15 42,9 42,9Neutraal 14 40,0 82,9

    Positief 6 17,1 100,0

    Totaal 35 100,0

    31-okt Negatief 19 54,3 54,3

    Neutraal 11 31,4 85,7

    Positief 5 14,3 100,0

    Totaal 35 100,0

    Tabel 3. Oordeel Twitter berichten.

    Met behulp van Buzzcapture zijn de tweetsgecategoriseerd in mate van impact. Hierbij

    is gekeken naar hoeveel bereik een tweet heeft gehad. Het merendeel van de tweets

    scoorde een weinig tot gemiddeld op de mate van impact. Belangrijker zijn de tweets met

    een hoge mate van impact. Hierbij is er geen verschil geconstateerd bij de twee gekozen

    data. De mate van impact van de tweets is wel veranderd, zie Tabel 3 (in Bijlage E is een

    nadere toelichting toegevoegd rondom alle berichtgeving en mate van impact verspreidt over

    de onderzoeksperiode).

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    12/25

    Public RelationsWerkgroep 6, Team 22 Plagiaat in de Volkskrant12

    Op 29 oktober was 31,0% van de tweets te categoriseren in de categorien very low

    en low. Op 31 oktober lag dit percentage op 17,0%. Om meer inzicht te bieden in de impact

    van de geanalyseerde twitterberichten zijn in de bijlagen twee tabellen geplaatst met daarin

    de impact van de tweetsop 29 en 31 oktober 2015 (Bijlage B).

    Conclusie

    De Volkskrant bracht zelf de interne issue naar buiten, waardoor dit proces geheel

    gecontroleerd en weloverwogen richting haar stakeholders gecommuniceerd kon worden.

    Doordat de crisis een intern issue betreft laat theorie zien dat men hier meer open voor staat

    (de issue) en sneller een strategie en aanpak accepteren.

    Resultaat strategie Volkskrant

    De gekozen strategie zorgde voor een hoge controle van de Volkskrant rondom het

    schandaal. Hierdoor daalde de mate van (negatieve) berichtgeving snel waardoor er weinig

    tot geen aandacht meer was voor het geheel. Zoals terug te zien is in de trendcurve (zie

    Figuur 2). Renkema en Hoeken (1998) stellen dat blootstelling aan negatieve publiciteit lang

    kan zorgen voor imagoschade. Hieruit wordt geconcludeerd dat het op termijn positief uitpakt

    voor de Volkskrant omdat de issue slechts kort aandacht had op Twitter.

    Ondanks de korte duur van deze issue kunnen er associaties ontstaan bij de

    stakeholders van de Volkskrant, zogenoemde attributies aan het merk. Kijkend naar hetaccomodativemodel is te zien dan vooral bij het onderdeel (b) maatregelen nemen, nog te

    weinig mee is gedaan. De volgende paragrafen richten zich op praktisch advies en

    maatregelen voor de Volkskrant om plagiaat preventief aan te pakken en de organisatie in

    een positief daglicht te stellen.

    Resultaten hypotheses

    In het begin van dit onderzoek was de hypothese dat de variabele verantwoording

    handelwijze de openbaring van plagiaat medieerde in relatie tot de reputatie van deVolkskrant. Het tweede bericht richtte zich op meer nuance rondom de gekozen

    handelswijze. Uit de analyse is gebleken dat het tweede bericht van de Volkskrant geen

    effect heeft gehad op de lading van de reacties. De stijgingen en dalingen van negatieve

    en/of positieve reacties waren niet significant

    Hypothese 1 (H1) stelt dat een openbaring van plagiaat een negatief effect heeft op de

    reputatie van de organisatie. Na de openbaring van plagiaat in de Volkskrant volgde

    negatieve reacties. De theorie stelt dat negatieve reacties leiden tot reputatieschade

    (Renkema & Hoeken, 1998), hierdoor is hypothese 1 aangenomen.

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    13/25

    Public RelationsWerkgroep 6, Team 22 Plagiaat in de Volkskrant13

    Hypothese 2 (H2)stelt dat het verantwoorden van de handelswijze heeft een positief

    effect op de reputatie van de organisatie. Na het tweede bericht van de Volkskrant, waarbij

    de handelswijze uitgebreid werd toegelicht, vond er geen significante daling van negatieve

    reacties plaats en ook geen stijging van positieve reacties. Hierdoor is hypothese 2

    verworpen.

    Advies

    De gekozen strategie van de Volkskrant heeft geleid tot een snelle afhandeling van het

    incident. Ondanks de vlugge afhandeling kwam de organisatie wel in een negatief daglicht te

    staan. Naast een preventieve strategie is er een interventie ontworpen om de organisatie

    positief in het nieuws te brengen, gericht op het verder exploiteren van het issue ownership

    (Meijer & Kleinnijenhuis, 2006).Ook is gebleken dat bij een crisis met een interne oorzaak, dit leidt tot sterkere crisis

    emoties en acceptatie van een meer accommodatieve strategie. Dat wil zeggen dat men

    meer geneigd is te accepteren dat een organisatie zich collaboratief opstelt in een moeilijke

    situaties (Jin et al., 2011). Hierdoor wordt geadviseerd om als organisatie collaboratief op te

    stellen ter preventie van plagiaat.

    Angelil-Carter (2000) stelt dat een gebrek aan duidelijkheid is bij universiteiten over wat

    onder plagiaat valt. Ook is er discrepantie in de manier waarop plagiaat wordt ontdekt en

    gehandhaafd (Biggs, 1994; Scollon, 1995; Ryan, 2000). Als de Volkskrant meer duidelijkheid

    verschaft en meer eenduidig is in de consequenties van plagiaat, kan dit mogelijk helpen

    plagiaat te voorkomen.

    Aangezien het schandaal om een stagiair ging, wijst dit uit dat er meer informatie

    gegeven moet worden over plagiaat en transparantie in de journalistiek. Daar een stagiair

    lerende is, dient de bron aangesproken te worden, de educatieve achtergrond. De Volkskrant

    kan uit het schandaal triomferen als expert op dit gebied, lering trekkende uit de issue en de

    opgedane ervaring van de effectieve strategie. Als advies kan de Volkskrant gastcolleges

    verzorgen op hogescholen en universiteiten, die opleidingen aanbieden gelieerd aan

    journalistiek. Deze gastcolleges kunnen zich vanuit hun ervaring richten op ethiek in het

    journalistieke veld, waar plagiaat een onderdeel van is. De onderliggende gedachten hierbij

    is dat het probleem bij de wortel wordt aangepakt, door een kanteling van plagiaat naar

    betrouwbaarheid in het algemeen teweeg te brengen. Het belang van betrouwbaarheid van

    artikelen, waarvan plagiaat een onderdeel is, en diens gevolgen die een vermindering van

    betrouwbaarheid veroorzaken moeten centraal staan. Gezien de huidige tendens van

    afname in geldstromen en subsidies aan kranten, is een slechte reputatie omtrent

    betrouwbaarheid het laatste wat de journalistiek kan gebruiken.

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    14/25

    Public RelationsWerkgroep 6, Team 22 Plagiaat in de Volkskrant14

    Onderzoek van Dalal (2015) wijst uit dat het gebruik van reflectieve methoden zinvol,

    haalbaar en veelbelovend is. Daarmee zal er dus ingezet worden op gastcolleges, waarin het

    dialoog wordt aangegaan met studenten door middel van discussiepunten via bijvoorbeeld

    het real-timeprogramma Socrative. Socrative stelt een docent in staat om zijn of haar klas

    live vragen te laten beantwoorden waarna de antwoorden ter discussie gesteld kunnen

    worden. Daarnaast zal middels een opdracht ingespeeld worden op de reflectie van het

    eigen gedrag van studenten en betrouwbaarheid in het algemeen, met als hoofdthema ethiek

    in het journalistieke veld. Hierbij zal onder andere een vraag zitten om een mening te

    formuleren rondom plagiaat als deel van het journalistieke spectrum. De winnaar van deze

    opdracht zal gepubliceerd worden in de Volkskrant.

    Stakeholders

    De stakeholder zijn de lezers van de krant. Het uiteindelijke doel is dat het vertrouwen van

    de lezers verhogen. De doelgroep van de interventie zijn aankomende journalisten en

    stagiairs journalistiek. Het doel van de interventie is het communiceren van het belang van

    ethiek en de betrouwbaarheid van de krant.

    Communicatiestijl

    De communicatiestijl van deze interventie is opgedeeld in twee delen. Als eerste is er de

    communicatiestijl voor de gastcolleges. Hier wordt een formeel, doch toegankelijk manier

    van communiceren gehanteerd.

    Daarnaast moet de interventie ook gecommuniceerd worden naar de lezers van de

    krant. Zoals eerder genoemd worden er winnaars uitgekozen waarvan de stukken worden

    gepubliceerd in de krant. Hierbij wordt kort vermeld dat de stukken een initiatief is van de

    Volkskrant waarna het stuk van een aankomend journalist over betrouwbaarheid van een

    krant te lezen is.

    Tijdlijn interventieDe verwachting is niet dat binnen een jaar alle mogelijke stagiairs van de studie journalistiek

    zijn benaderd. Dit zal in drie jaar tijd realistischer zijn. De drie grootste hogescholen waar

    journalistiek wordt aangeboden zijn de Hogeschool Utrecht, Windesheim in Zwolle en Fontys

    in Tilburg. Door deze scholen te benaderen voor jaarlijkse gastcolleges, wordt het grootste

    gedeelte van de stagiairs journalistiek bereikt.

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    15/25

    Public RelationsWerkgroep 6, Team 22 Plagiaat in de Volkskrant15

    Referenties

    Angelil-Carter, S. (2000). Stolen language? Plagiarism in language.

    Blanchard, A. L., & Henle, C. A. (2008). Correlates of different forms of cyberloafing: The role

    of norms and external locus of control. Computers in Human Behavior, 24(3), 1067-

    1084. doi:10.1016/j.chb.2007.03.008

    Biggs, J. (1994). Asian learners through Western eyes: An astigmatic paradox. Australian

    and New Zealand Journal of Vocational Education Research, 2(2), 40.

    Buzzcapture (2015, 14 november). Buzzcapture - Volkskrant Stagiair. Geraadpleegd op 14

    november 2015 van https://bm.buzzcapture.com/public/bc29e19c-893a-11e5-9cec-

    d4ae52e9fb08/

    Carroll, J. (2002). Suggestions for teaching international students more effectively. Retrieved

    July, 3, 2007. Opgevraagd vanhttp://www.uwplatt.edu/files/isss/teachinginternationalstudents.pdf

    Comas-Forgas, R.& Sureda-Negre, J. (2010). Academic plagiarism: Explanatory factors from

    students perspective.Journal of Academic Ethics,8(3), 217-232. doi:10.1007/s10805-

    010-9121-0

    Dalal, N. (2015). Responding to plagiarism using reflective means. International Journal for

    Educational Integrity,11(1), 1-12. doi:10.1007/s40979-015-0002-6

    De Wereld Draait Door (2015, 29 oktober). Plagiaat in de Volkskrant. Geraadpleegd op 29

    oktober 2015 van http://dewerelddraaitdoor.vara.nl/media/348386

    Dean, D. H. (2004). Consumer reaction to negative publicity; Effect of corporate reputation,

    response, and responsibility for a crisis event. International Journal of Business

    Communication 41(2), 192-211. doi:10.1177/0021943603261748

    Eret, E. & Gokmenoglu, T. (2010). Plagiarism in higher education: a case study with

    prospective academicians. Procedia-Social and Behavioral Sciences, 2(2), 3303-3307.

    doi:10.1016/j.sbspro.2010.03.505

    Fombrun, C. J., Gardberg, N. A.& Sever, J. M. (2013). The reputation quotient: A multi-

    stakeholder measure of corporate reputation. Journal of Brand Management.

    doi:10.1057/bm.2000.10

    GeenStijl (2015, 29 oktober).Remarque: 'Volkskrant propvol met plagiaat'.Geraadpleegd op

    29 oktober 2015 van

    http://www.geenstijl.nl/mt/archieven/2015/10/weten_die_belgische_uitgevers_wel_wat_

    ze_allemaal_kopen_hier_joh.html

    Grappi, S., & Romani, S. (2015). Company Post-Crisis Communication Strategies and the

    Psychological Mechanism Underlying Consumer Reactions. Journal of Public Relations

    Research, 27(1). doi:10.1080/1062726X.2014.924839

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    16/25

    Public RelationsWerkgroep 6, Team 22 Plagiaat in de Volkskrant16

    Hughes, D. J., Rowe, M., Batey, M.& Lee, A. (2012). A tale of two sites: Twitter vs. Facebook

    and the personality predictors of social media usage. Computers in Human Behavior,

    28(2), 561-569. doi:10.1016/j.chb.2011.11.001

    Jin, Y., Liu, B. F., & Austin, L. L. (2011). Examining the role of social media in effective crisis

    management: The effects of crisis origin, information form, and source on publics crisis

    responses. Communication Research, 0093650211423918.

    doi:10.1177/0093650211423918

    Kenny, D. (2007). Student plagiarism and professional practice. Nurse education today,

    27(1), 14-18. doi:10.1016/j.nedt.2006.02.004

    Kiousis, S., Popescu, C. & Mitrook, M. (2007). Understanding influence on corporate

    reputation: An examination of public relations efforts, media coverage, public opinion,

    and financial performance from an agenda-building and agenda-setting perspective.

    Journal of Public Relations Research, 19(2), 147-165.

    doi:10.1080/10627260701290661

    Lewis, N. P. (2008). Plagiarism antecedents and situational influences. Journalism & Mass

    Communication Quarterly, 85(2), 353-370. doi:10.1177/107769900808500208

    Lewis, N. P. & Zhong, B. (2013). The root of journalistic plagiarism contested attribution

    beliefs. Journalism & Mass Communication Quarterly, 90(1), 148-166.

    doi:10.1177/1077699012468743

    McCombs, M. E., Llamas, J. P., Lopez-Excobar, E. &Rey, F. (1998). Candidate's images in

    Spanish elections: Second-level agenda-setting effects. Journalism & Mass

    Communication Quarterly, 74(4), 703-717. doi:10.1177/107769909707400404.

    Meijer, M. M. & Kleinnijenhuis, J. (2006). Issue news and corporate reputation: Applying the

    theories of agenda setting and issue ownership in the field of business communication.

    Journal of Communication, 56, 543-559. doi:10.1111/j.1460-2466.2006.00300.x

    Renkema, J.& Hoeken, H. (1998). The influence of negative news paper publicity on

    corporate image in the Netherlands. Journal of Business Communication, 35(4), 521-

    535. doi:10.1177/002194369803500405Reichart, J. (2003). A theoretical exploration of exceptional gaps in the corporate issue

    construct. Corporate Reputation Review, 6,58-69.

    Ryan, J. (2000). A guide to teaching international students. Oxford Centre for Staff and

    Learning Development. Opgevraagd van

    http://arrow.monash.edu.au/hdl/1959.1/170481

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    17/25

    Public RelationsWerkgroep 6, Team 22 Plagiaat in de Volkskrant17

    Samson, A. (2005). Plagiarism and fabulism: Dishonesty in the newsroom. Pacific

    Journalism Review, 11(2), 84. Opgevraagd van http://www.exec-

    ed.ac.nz/massey/fms/Colleges/College%20of%20Business/Communication%20and%2

    0Journalism/Staff/Staff%20research%20files/ASamson/Plagiarism%20and%20fabulis

    m_Dishonety%20in%20the%20newsroom.pdf

    Schultz, F., Utz, S., & Gritz, A. (2011). Is the medium the message? Perceptions of and

    reactions to crisis communication via twitter, blogs and traditional media. Public

    relations review, 37(1), 20-27. doi:10.1016/j.pubrev.2010.12.001

    Scollon, R. (1995). Plagiarism and ideology: Identity in intercultural discourse. Language in

    Society, 24(01), 1-28. doi:10.1017/S0047404500018388

    Socrative (2015, 5 november). Socrative by Mastery Connect. Geraadpleegd op 5 november

    2015 van http://www.socrative.com

    Utz, S., Schultz, F. & Glocka, S. (2012). Crisis communication online: How medium, crisis

    type and emotions affected public reactions in the Fukushima Daiichi nuclear

    disaster. Public Relations Review, 39(1), 40-46.

    Volkskrant (2015, 29 oktober). Plagiaat in de Volkskrant.Geraadpleegd op 29 oktober 2015

    van http://www.volkskrant.nl/binnenland/plagiaat-in-de-volkskrant~a4173182/

    Volkskrant (2015, 31 oktober). Waarom we de naam van de plagirende stagiair wel naar

    buiten moesten brengen. Geraadpleegd op 31 oktober van

    http://www.volkskrant.nl/media/waarom-we-de-naam-van-de-plagierende-stagiair-wel-

    naar-buiten-moesten-brengen~a4174877/

    Volkskrant (2015, 31 oktober). Te mooi om waar te zijn. Geraadpleegd op 31 oktober 2015

    van http://www.volkskrant.nl/opinie/te-mooi-om-waar-te-zijn~a4174879/

    Wartick, S. L. (1992). The relationship between intense media exposure and change in

    corporate reputation. Business and Society, 31(1), 33-49.

    doi:10.1177/000765039203100104

    Yoon, Y., Grhan-Canli, Z.& Schwarz, N. (2006). The effects of corporate social

    responsibility (CSR) activities on companies with bad reputations.Journal of ConsumerPsychology, 16, 377-390.

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    18/25

    Public RelationsWerkgroep 6, team 22 (Bijlage) Plagiaat in de Volkskrant18

    Bijlage A: Pre-onderzoek

    Het onderzoeksteam had voorafgaand aan dit onderzoek de aanname dat plagiaat gepleegd

    door een stagiair als minder erg beoordeeld wordt. Middels een korte vragenlijst op Socrative

    (Socrative, 2015) is deze hypothese getest. In totaal deden 15 personen mee aan dit real-

    timeonderzoek (N= 15). De respondenten waren allemaal Master studenten Communication

    Sciences. Het onderzoek is afgenomen tijdens de eerste werkgroep van het vak Public

    Relations zoals gegeven aan de Vrije Universiteit te Amsterdam, datum 5 november 2015.

    Op vraag 1: Plagiaat is konden de respondenten beantwoorden met: acceptabel,

    onacceptabel, geen mening of wat is plagiaat. Hier antwoordde 100% onacceptabel.

    Deze vraag was toegevoegd om enigszins het onderwerp te verhullen en anderzijds de

    attitude tegenover plagiaat te toetsen.

    Vraag 2.Als er n journalist plagiaat pleegt, dan staat het medium waar die journalist

    werkte er vast vol mee! Deze vraag bevatte drie antwoordopties: Hij / zij was vast niet de

    enige, geen mening en 1 zwaluw in de lucht maakt nog geen zomer. 3 respondenten zijn

    hier van mening dat er vast meerdere medewerkers bij het medium plagiaat plegen

    tegenover 2 respondenten zonder mening en 10 respondenten die geen causaliteit zien in

    relatie tot andere medewerkers van het desbetreffende medium. Deze vraag is gesteld naar

    aanleiding van het onderzoek van dit rapport, de reputatie van de Volkskrant na het

    gepleegde plagiaat en het vormen van attributies rondom de Volkskrant.

    Om het aangenomen effect te controleren is besloten om de respondenten eerst te

    ondervragen in relatie tot hun mening ten aanzien van een professioneel journalist waarna

    getoetst kan worden of deze afwijkt wanneer gekeken wordt naar een stagiair. Vragen 3 en 4

    bevatten ieder twee verschillende argumenten zowel voor als tegen het vrijgeven van de

    identiteit van de plagiaat pleger. Deze argumenten zijn afkomstig uit het persbericht van de

    Volkskrant zelf waarin ze hun handelswijze extra verantwoorden (De Volkskrant, 2015).

    Figuur A.1. Vragen 3 en 4 pre-onderzoek.

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    19/25

    Public RelationsWerkgroep 6, team 22 (Bijlage) Plagiaat in de Volkskrant19

    Opgedeeld in voor en tegenstanders ten opzichte van het vrijgeven van de identiteit is er als

    volgt geantwoord door de respondenten. De hypothese is in dit onderzoek bevestigd:

    mensen vinden het onthullen van de identiteit van de plagiaat plegende medewerker minder

    noodzakelijk als dit een stagiair betreft.

    Figuur A.2. Identiteit vrijgeven ja of nee.

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    20/25

    Public RelationsWerkgroep 6, team 22 (Bijlage) Plagiaat in de Volkskrant20

    Bijlage B: Impact tabellen

    Impact Twitter berichten 29 okt

    Impact Frequentie Percentage Cumulatief percentage

    Very low Negatief 1 10,0 10,0

    Neutraal 6 60,0 70,0Positief 3 30,0 100,0

    Totaal 10 100,0

    Low Negatief 6 50,0 50,0

    Neutraal 5 41,7 91,7

    Positief 1 8,3 100,0

    Totaal 12 100,0

    Medium Negatief 7 87,5 87,5

    Neutraal 0 0,0 87,5

    Positief 1 12,5 100,0

    Totaal 8 100,0

    Very high Negatief 1 20,0 20,0Neutraal 3 60,0 80,0

    Positief 1 20,0 100,0

    Totaal 5 100,0

    Tabel B.1. Oordeel Twitter berichten 29 oktober 2015.

    Impact Twitter berichten 31 okt

    Impact Frequentie Percentage Cumulatief percentage

    Very low Negatief 4 57,1 57,1

    Neutraal 2 28,6 85,7

    Positief 1 14,3 100,0Totaal 7 100,0

    Low Negatief 4 80,0 80,0

    Neutraal 1 20,0 100,0

    Positief 0 0 100,0

    Totaal 5 100,0

    Medium Negatief 8 53,3 53,3

    Neutraal 6 40,0 93,3

    Positief 1 6,7 100,0

    Totaal 15 100,0

    Very high Negatief 3 37,5 37,5

    Neutraal 2 25,0 62,5Positief 3 37,5 100,0

    Totaal 8 100,0

    Tabel B.2. Oordeel Twitter berichten 31 oktober 2015.

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    21/25

    Public RelationsWerkgroep 6, team 22 (Bijlage) Plagiaat in de Volkskrant21

    Test between subject effects

    Dependent variable: Oordeel Twitter berichten

    Source Type III Sum of

    Squares

    Df Mean

    Square

    F Sig.

    Corrected Model ,700a 1 ,700 ,833 ,365Intercept 89,157 1 89,157 106,097 ,000

    Datum ,700 1 ,700 ,833 ,365

    Error 57,143 68 ,840

    Total 147,000 70

    Corrected Total 57,843 69a. R Squared = 0,12 (adjusted R Squared = -0,002)

    Tabel B.3. Vergelijking tussen beide data sets, geen significantie P = .365.

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    22/25

    Public RelationsWerkgroep 6, team 22 (Bijlage) Plagiaat in de Volkskrant22

    Bijlage C: Berichtgeving Volkskrant

    Bericht #1: Plagiaat in de Volkskrant.

    Datum : 29 oktober 2015, 02:00

    Schrijver : Philipe Remarque, hoofdredacteur Volkskrant

    Medium : Krant / website Volkskrant

    Vorm : Open brief

    Het eerste bericht gerelateerd aan het plagiaatincident komt vanuit de Volkskrant.

    Hoofdredacteur Philipe Remarque, komt met het bericht dat er plagiaat is gepleegd in de

    krant, door een stagiair, en benoemt ook de naam van de dader. In het bericht komt de

    hoofdredacteur met n voorbeeld van het plagiaat dat gepleegd is en geeft aan dat er een

    onderzoek is gestart naar andere geschreven stukken van de stagiair. De hoofdredacteur

    biedt zijn excuses aan en legt de schuld bij de Volkskrant en geeft aan dat er onvoldoende

    toezicht op de stukken van de stagiair plaats vond.

    Bericht #2: Waarom we de naam van de plagirende stagiair wel naar buiten moesten

    brengen.

    Datum : 31 oktober 2015, 02:00Schrijver : Philipe Remarque, hoofdredacteur Volkskrant

    Medium : Krant / website Volkskrant

    Vorm : Open brief

    In het tweede bericht gerelateerd aan het plagiaatincident gaat de hoofdredacteur in op de

    resultaten van het onderzoek van de ombudsvrouw en de negatieve reactie vanuit het

    publiek omtrent het vrijgeven van de identiteit van de stagiair. Hij besteedt extra aandacht

    aan de reden van het vrijgeven van de identiteit van de stagiair en de gedachtegang die

    erachter zat.

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    23/25

    Public RelationsWerkgroep 6, team 22 (Bijlage) Plagiaat in de Volkskrant23

    Bericht #3: Te mooi om waar te zijn

    Datum : 31 oktober 2015, 02:00

    Schrijver : Annieke Kranenberg, ombudsvrouw Volkskrant

    Medium : Krant / website VolkskrantVorm : Artikel

    Het derde bericht over het plagiaatincident is een artikel van de ombudsvrouw Annieke

    Kranenberg. In dit artikel gaat de ombudsvrouw dieper in op het schandaal. Hiervoor heeft

    de ombudsvrouw een uitgebreid gesprek gehad met de stagiair. Tijdens dit gesprek zijn alle

    onderwerpen behandeld, van begin tot eind, de patronen van het plagiaat plegen en het

    moment dat de stagiair werd betrapt.

    De ombudsvrouw gaat ook in op de handelswijze van de Volkskrant omtrent de stagiair en

    het bekend maken van het schandaal. Hierin is de ombudsvrouw negatief over de

    begeleiding van de stagiair maar staat ze achter de keuzes van de Volkskrant om het

    schandaal op een open en transparante manier te publiceren en hierbij ook de naam van de

    stagiair te benoemen. Tot slot behandelt de ombudsvrouw voorstellen om een dergelijk

    schandaal in de toekomst te voorkomen.

    Bijlage

    D: Categorisatie twitterberichten

    Categorisatie Twitterberichten

    Oordeel Beoordelaar 1 Beoordelaar 2 Verschil

    Negatief 34 39 5

    Neutraal 25 19 6

    Positief 11 12 1

    Totaal 70 70 12

    Betrouwbaarheidspercentage van 82,86%

    Tabel D.1 Vergelijking beoordeling, categorisatie Twitterberichten.

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    24/25

    Public RelationsWerkgroep 6, team 22 (Bijlage) Plagiaat in de Volkskrant24

    Bijlage E: Chi-square modellen

    Tabel E.1. Chi squared data van alle berichten aangeleverd door Buzzcapture. Onderscheid tussen reach (verylow - very high).

    Tabel E.2. Chi squared data van gecodeerde berichten. Onderscheid tussen positief, neutraal en negatief.

  • 7/25/2019 Onderzoek Plagiaat Volkskrant - Aanpak PR

    25/25

    Om de spreiding in mate van impact te verduidelijken per datum is er een grafiek gemaakt

    om inzicht te bieden hierin. Deze grafiek geeft de percentuele stijging- en dalingen weer

    kijkend naar de mate van impact.

    Figuur E.3. Percentuele daling- en stijgingen over de bekeken data.

    Tabel E.4. Percentages bijbehorende aan figuur E.3.