De ketellapper van Bedford

Afhakers zijn Schijnchristenen? 2712Contactdag

Militairen 10

2014 jaargang 6 Thema: Vaderschap nr. 2

ZICHT KERKOPDE

Diaconaat:ook overzee?

Ledeninformatieblad van de Hersteld Hervormde kerk

3 Zicht op het Woord

4 Zicht op diaconaat

8 Zicht op opleiding en vorming

10 Zicht op het kerkelijk bureau

12 Zicht op de vrouwenbond

20 Zicht op de mannenbond

22 Zicht op evangelisatie

Inhoud

Doelstelling:Zicht op de kerk is het ledeninforma-tieblad van de Hersteld Hervormde Kerk en verschijnt viermaal per jaar. Met deze uitgave heeft de HHK het doel om haar leden te informeren.  Uitgave:ISSN: 1879-4564 Uitgever:Kerkelijk bureau Hersteld Hervormde KerkVendelier 51-D3905 PC Veenendaal(0318) 50 55 41bureau@hersteldhervormdekerk.nl  Eindredactie:Ds. R.W. Mulder - scriba breed moderamen generale synode Dhr. B. Noteboom directeur kerkelijk bureau Mw. J. Kwakkel hoofd secretariaat kerkelijk bureau

Redactie:Dhr. P. van Bezooijen commissie evangelisatieDhr. S. Middelkoop commissie jeugdwerkDr. G.C. van Leerdam commissie opleiding en vormingds. J. Joppegenerale diaconale commissieMw. A. Rijken - Ubak Hersteld Hervormde VrouwenbondDhr. K. van den HerikHersteld Hervormde MannenbondMw. J. Kwakkel Kerkelijk bureau Advertenties:Plaatsingsmogelijkheden, adverten-tierichtlijnen en -tarieven zijn op te vragen bij het kerkelijk bureau. U kunt uw advertentiemateriaal aanleveren via bureau@hersteldhervormdekerk.nl.  Vormgeving en druk:Drukkerij Verloop te Alblasserdamwww.verloop.nl

Colofon

De Zoon van de Vader In gesprek met moslims over ‘Gods Zoon’

28Van afhaker naaraanhaker

8Een moduleBijbelse theologie over de Psalmen 1

25 Zicht op jongeren

26 Jongeren 12-

27 Jongeren 16-

28 Jongeren 16+

31 Ouders

32 Ambtsdragers

33 Leidinggevenden

34 Bestuur

22

2

In de Psalmen vinden wij medicijnen voor allerlei gees-telijke aandoeningen. Zo is het ook met de woorden van Psalm 139.In deze Psalm belijdt David zijn troost, dat de Heere

God alles van hem weet en overal met hem is. Is dat ook uw troost, omdat u niets voor Hem meer verbergen wil? Wilt u niets van de zonden van uw leven voor Hem achterhouden? Ben je afgebracht van je eigen kennen en kunnen, waarvan je lange tijd dacht dat je daarmee God wel tevreden zou kunnen stellen? Op die manier maakt de Heilige Geest na-melijk plaats voor Gods heilige gedachten. David vertelt in deze Psalm dat Gods gedachten en daden hem op een dag te denken gaven. Toen hij ging slapen was hij daarover nog niet uitgedacht. Toen hij wakker werd, was hij met zijn hart en gedachten nog bij God: de tere zorg waarmee de HEERE hem vanaf het prille begin van zijn leven in de moederschoot heeft omringd en het heilige geduld waarmee Hij hem heeft verdragen en gedragen. Hij raakt er niet over uitgedacht. Wat is de HEERE goed voor hem geweest als herdersjon-gen, als vluchteling, als twijfelaar, als hoogmoedige koning, als gevallen zondaar. Hij kan het niet klein krijgen. Hij heeft dat alles niet verdiend. Het is allemaal verdiend door de Heere Jezus Christus, door Zijn helse lijden en vloekdood. Dat offer van Christus krijgt betekenis in Zijn leven door de krachtige invloed van de Heilige Geest. Gods Geest doordringt Davids geest van Zijn gedachten en daden. De gedachten aan zijn God worden zo veel, dat hij ze niet meer kan tellen. Zo daalt de hemel al in zijn hart, terwijl hij nog op deze aarde is. Gods heilige gedachten verdrijven zijn kleinmenselijke, ongelovige, moedeloze en onverschillige gedachten.

Ben jij graag zonder God in deze wereld? Denkt u graag aan wat uw eigen hart u ingeeft? Duw je de gedachten aan

God en aan je eeuwige bestemming ver weg? Denkt u nooit aan God dan met angst en beven? Laat dan deze Psalm die gedachten verdrijven en heilige gedachten geven. Word vervuld van haat tegen uw zonden en van liefde tot God uw Schepper. Laat deze Psalm jou aansporen om verlost te worden van alles wat jou van Hem vandaan houdt. Of kunt u de slaap soms niet vatten, omdat u denkt aan uw eeuwige toekomst? Kun je geen vervulling en bevrediging voor je hart vinden in de dingen die voorbijgaan? Denkt u wel eens aan Gods kinderen die u vroeger ontmoette en op wie u zo heilig jaloers kon zijn? Mist u wat zij bezaten? Kunt u van dat gemis niet leven? Is het voor u een onverdraaglijke ge-dachte, wanneer u in uw zonden zou moeten sterven? Laat uw gedachten dan vervuld worden van Gods gedachten. De gedachten waarmee Hij de Christus in deze wereld zond, zijn gedachten van vrede. Hij koestert geen gedachten van kwaad, maar van vrede voor berouwvolle zondaren die hun schuld voor Hem erkennen. Wanneer u vol loopt van Zijn gedachten, dan zal ook Zijn vrede in uw hart komen. Dan ontdekt u opnieuw met David dat Gód niet geweken is, al leek dat wel zo in het duister dat u zelf over u bracht. Om-dat God trouw bij hem bleef, was David op deze aarde al liever bij Zijn God in de hemel. Zoek dan boven alles Hem. Genieten van de wereld gaat voorbij. Maar Hij is het enige vermaak dat eeuwig blijft.

Hoe dierbaar zijn m’ Uw wonderdaân! Zij zijn onmoog’lijk na te gaan.Hoe menigvuldig zijn z’, o Heer’!Zou ik die tellen? ‘k Zou veeleer’t Getal der korr’len zand bepalen,Uw wond’ren zijn niet af te malen.Wanneer ik in den nacht ontwaak, Ben ik bij U, mijn zielsvermaak.

‘Word ik wakker, zo ben ik nog bij U’

Psalm 139:18

Een christen opaarde met de

hemel in het hartLoon op Zand, ds. A.P. Muilwijk

Zicht op het Woord

3

Diaconaat:ook overzee?

Zicht op diaconaat

‘Wat heeft 50 jaar hulp ons opgeleverd? Niets toch? Hulp maakt ze alleen maar afhankelijk.’

‘Als mensen in armoede leven en wij in overvloed, is dat onrecht. Als we wat bewuster leven en uitgeven om mensen in Afrika te helpen, is de ar-moede zo de wereld uit.

Tekst: diaken H. Smits

4

dere richtlijn gegeven over hoe we met Zijn kinderen en knechten om moeten gaan: ‘En zo wie één van deze kleinen te drinken geeft alleenlijk een beker koud water in den naam eens discipels, voor-waar zeg Ik u, hij zal zijn loon geenszins verliezen.’ Matth.10:42. In de brieven van Paulus lezen we een heel radicaal antwoord op de vraag of die beker koud water ook aan behoeftige medechris-tenen overzee moet worden verstrekt: ‘Maar opdat uit gelijkheid, in dezen tegenwoordigen tijd, uw overvloed zij om hun gebrek te vervullen; opdat ook hun overvloed zij om uw gebrek te vervullen, opdat er gelijkheid worde.’ 2 Kor.8:14. Onze verantwoordelijkheid ten opzichte van broeders en zusters overzee is dus bijzonder groot – zonder dat daarbij de hulp beperkt wordt tot alleen christe-nen. Lees daarover maar de bekende tekst in Galaten 6:10.

Maar moet de kerk (lees: de GDC) daar een rol in spelen? De context van bovengenoemde tekst uit Korinthe geeft aan dat dat zeker het geval is.

Tegelijkertijd moeten we onderkennen dat er twee grote verschillen zijn tussen de situatie toen en nu. Het eerste is dat we te maken hebben met een gebroken wereld met kerkscheuringen en daar-door een veelheid aan kerkverbanden. Daarnaast vraagt hulpverlening overzee om specifieke expertise, die vaak wel bij allerlei stichtingen aanwezig is, maar niet per definitie binnen onze

kerk. Vandaar dat deze hulpverlening veelal in samenwerking met bestaande organisaties plaatsvindt. Daarnaast, waar mogelijk, wil het diaconaat van onze kerk gestalte geven aan het bie-den van materiële ondersteuning rond het werk van de zending. Hoewel we goed moeten doen aan allen, hebben we in de eerste plaats een verantwoor-delijkheid voor de huisgenoten des geloofs!

Diaconaat: ook overzee!Nu helder geworden is dat we als kerkverband een taak hebben in het diaconaat overzee, kun je de vraag stellen: maar hoe moet je dat doen? Moeten we ons beperken tot het geven van noodhulp als er rampen gebeurd zijn? Of is het veel beter om structu-rele hulp te geven, waarbij je probeert ook de oorzaken van armoede aan te pakken?Het draagvlak in Nederland is veel groter voor noodhulp dan voor structu-rele hulp. Noodhulp is ook veel zicht-baarder. Je ziet op korte termijn het

resultaat: mensen krijgen weer te eten, worden gehuisvest, na een ramp komt het normale leven weer op gang en na verloop van tijd is de schade hersteld. Structurele hulp is vrijwel onzichtbaar. Ja, wellicht slagen mensen, bijvoor-beeld dankzij beter onderwijs, erin een beter bestaan op te bouwen. Misschien is er zelfs sprake van economische groei. Maar is dit ondanks of dankzij

Twee willekeurige stellingen over hulpverlening, die in-houdelijk tegenover elkaar staan. Er zijn veel gedach-

ten en ideeën over het helpen van de medemens overzee. En het blijft niet bij woorden. De afgelopen jaren is het draagvlak voor ontwikkelingssamenwer-king drastisch verminderd. Dat heeft geresulteerd in het stevig terugschroe-ven van de bestedingen aan ontwikke-lingssamenwerking. Tegelijkertijd blijft in Nederland de steun bij noodhulp groot. De actie voor de Filippijnen le-verde weliswaar geen recordbedrag op, maar toch een mooie opbrengst. Men-sen in nood helpen, leeft nog steeds in Nederland.

Dit artikel gaat voorbij aan de taak van de overheid als het gaat om financiële steun aan arme landen. Dat is uitein-delijk een politieke keuze, waar van-zelfsprekend ook levensbeschouwelijke motieven aan ten grondslag kunnen liggen. Maar het gaat nu om de vraag: wat is onze taak als christen tegenover onze naaste in nood en moet de kerk daar een rol in spelen? Wat leert de Bijbel ons?Hoewel het Oude Testament ons veel leert over onze houding ten opzichte van de behoeftige naaste, zegt het ons weinig over onze houding ten opzichte van de naaste overzee. Dat hangt sa-men met de reikwijdte van het verbond met Israël, waardoor wetgeving vooral gericht was op de mensen, die binnen de kring van het nationaal verbond leefden. Overigens is daarbij opvallend dat Gods bondsvolk een verantwoorde-lijkheid had ten opzichte van de vreem-deling. De motivatie daarvoor: u bent zelf ook ooit een vreemdeling geweest in Egypte.

Het Nieuwe Testament is hierover dui-delijker. De situatie lijkt ook meer op die van ons. In de tijd waarin de brieven geschreven werden, was het christelijk geloof reeds internationaal. Er was be-kendheid met de nood overzee. Maar al eerder had de Zaligmaker Zelf een hel-

‘Moeten we ons beperken tot het geven van noodhulp als er rampen gebeurd zijn?’

5

de gegeven hulp? En staat de gege-ven hulp in enige verhouding tot het resultaat? Of breng je er bakken geld heen en is het resultaat nihil of zelfs negatief? Allemaal vragen waarover veel verschil van inzicht bestaat.Geeft de Bijbel ook het antwoord op zulke praktische vragen? Als we kijken naar de Bijbelse voorbeelden dan is er eerder sprake van noodhulp dan van structurele hulp. Een mooi voorbeeld daarvan lezen we in Hand.11: 28, waar sprake is van een hongersnood. We moeten daarbij wel bedenken dat in de wereld van het Nieuwe Testament niet zulke grote verschillen in ontwikkeling waren als we vandaag de dag wereld-wijd zien. Het argument dat structurele hulp in de Bijbel niet voorkomt en dus ook nu niet moet worden gegeven, snijdt daarom geen hout.

Wel wordt duidelijk dat het streven moet zijn dat mensen zelf verantwoor-delijk worden gehouden om in hun levensonderhoud te voorzien. Het kan niet de bedoeling zijn dat mensen van liefdadigheid afhankelijk blijven. Dat wordt duidelijk in het Oude Testament waar uitdrukkelijk geboden wordt dat er geen bedelaars in het land mogen zijn. Deut.15:4. De Heere had het jubeljaar gegeven om te voorkomen dat mensen van anderen afhankelijk zou-den blijven. In het Nieuwe Testament lezen we verschillende aansporingen voor iedereen om zelfstandig in het levensonderhoud te voorzien. Bijvoor-beeld in 2 Thess.3:11, waarin Paulus de Thessalonicenzen aanspoort aan de slag te gaan. Zelfs als je weet dat de grote dag van de wederkomst voor de deur staat, heb je de plicht om in je levensonderhoud te voorzien. Als we mensen helpen, moeten we ze dus vooral leren zichzelf te helpen. Met als doelstelling dat zij ook weer anderen helpen Ef.4:28. Een keten, die als het goed is, niet onderbroken wordt!

6

Voor degenen die niet zo bekend zijn met de we-reldkaart: de Filipijnse archipel bestaat uit maar liefst 7.107 eilanden en ligt ca. 1.700 km ten zuidoosten van China. De oppervlakte is 7 maal

Nederland en het totale inwonersaantal van de eilanden-groep wordt geschat op ruim 92 miljoen.In de Filipijnen komen vaker tropische stormen voor, maar deze was ongekend krachtig, met windsnelheden van rond de 300 km per uur. Beweerd wordt dat het de zwaarste en dodelijkste is, die ooit aan land is gekomen.Dwars over de eilandengroep, van oost naar west, heeft de tyfoon over een breedte van ongeveer 200 km een verwoes-tend spoor getrokken. Zestien miljoen mensen zagen door de vier uur durende storm hun woning ernstig beschadigd of met de grond gelijk gemaakt worden. De autoriteiten ver-wachten dat de herbouw zeker drie jaar gaat duren.

Ook de economische schade in de Filipijnen is immens. Bedrijven liggen in puin, de middelen en materialen die vissers en boeren nodig hebben voor hun werk, zijn ver-loren gegaan, bomen en gewassen zijn vernield. De ko-kosnootpalmen, die een belangrijke bron van inkomsten vormden, zijn als luciferhoutjes afgebroken. Het duurt zeker twintig jaar voordat nieuwe aanplant weer zover is, hoewel er tegenwoordig ook wel nieuwe snelgroeiende soorten zijn. Vanuit de zee stuwde de wind een zes tot acht meter hoge vloedgolf honderden meters het land op. Die onverwachte watermassa heeft het leven gekost aan tallo-ze mensen die uit voorzorg voor het natuurgeweld in hun schuilkelders zaten. Deze verliezen zijn het meest kostbaar. Het officiële dodental van Haiyan is uitgekomen op ruim 6.000. Nog bijna 1.800 mensen worden vermist. Bij oprui-mingswerkzaamheden worden nog steeds lichamen onder het puin gevonden. Omdat het geweld vier uren aanhield, is er bij de overlevenden veel emotionele schade. Dat betekent dat er speciale aandacht moet zijn voor het verwerken van ernstige trauma’s.

Eind vorig jaar is er in veel gemeenten gecollecteerd voor een hulpactie voor de Filipijnen. Een eerste steunbedrag van 25.000 euro werd direct voor dit doel overgemaakt, om de eerste hulp mee op gang te helpen. Tegen Kerst was er

ruim 200.000 euro binnengekomen aan collecten, die ook in januari nog binnendruppelden. De generale diaconale commissie heeft Woord en Daad gevraagd om een speci-fiek deel van de noodhulp te mogen bekostigen. De keuze is daarbij gevallen op een gebied aan de oostkant van het eiland Samar. In dit gebied zijn goede contacten met de lo-kale kerken. Dat biedt mogelijkheden om te helpen met de eerste levensbehoeften, medische zorg en traumaverwer-king, met de Naam van Christus daaraan verbonden. Want dat alleen biedt houvast in deze bijna uitzichtloze situatie. Van het vervolg van de noodhulp die namens de Her-steld Hervormde gemeenten wordt gegeven, houden we u op de hoogte.

Een enkele woning staat nog overeind

Ontheemden vinden beschutting in een kerkgebouw

Noodhulp Filipijnen Zwaarste en dodelijkste tyfoon ooit

De laatste gebeurtenis van 2013 die de wereldpers flink in beweging bracht, was wel de orkaan Haiyan, die over de Filipijnen trok.

Tekst: Albert van Bragt

7

De Psalmen in het kader van Bijbelse theologieWanneer ze over Bijbelse theologie horen, zullen de meeste lezers denken aan theologie genor meerd aan de Bij-bel. In die zin behoort alle theologie Bijbelse theologie te zijn. Als het ech-ter gaat over theologie als wetenschap dan wordt met Bijbelse theologie iets anders be doeld en vormt het slechts een deel van de theologie. Bijbelse theologie in die zin staat tussen de exe gese die zich richt op de uitleg van een passage uit de Bijbel en de dogmatiek of syste ma ti sche theologie in. Dogmatiek geeft de inhoud van de Bijbelse openbaring weer om dui delijk te maken wie God is. Het eigen accent

Tekst: ds. P. de Vries

Zicht op opleiding en vorming

Een module

Bijbelse theologie over de Psalmen 1

van Bijbelse theologie is dat het binnen de een heid van de Bijbelse openbaring aandacht vraagt voor de diversiteit en voor het eigen karakter van de boe ken van de Bijbel.

In het programma van het seminarie staan drie modules Bijbelse theologie. In die laatste van die drie wordt onder andere aan het boek Psalmen aandacht besteed. Dat dit Bijbelboek bin nen de Bijbel een bijzondere plaats inneemt hoeft geen betoog. De kerkvader Atha-nasius heeft opgemerkt dat de Psalmen niet zozeer het Woord van God tot ons, maar voor ons is. Wat ook onze nood of zorg is, zo zei deze kerkvader, er zijn in dit boek altijd woorden te vinden

die er bij passen, zodat u ze niet alleen kunt horen en dan verder gaan, maar ook kan leren op welke wijze uw kwaal geheeld kan worden. Door ons de Psal-men te geven legt God ons de woorden in de mond die wij moeten en mogen ge bruiken als wij in gebed naderen tot Hem en in gezang Hem ver heer lijken. In bijna alle Psalmen richt de Psalmist zich in de tweede per soon tot God. In de Psalmen wordt niet allereerst over God gesproken of in Gods Naam ge-spro ken maar tot God gesproken.

De Psalmen: norm voor onze geloofsbelevingDe Bijbel is niet alleen de bron en norm van ons geloof en van onze levens praktijk, maar ook van onze geloofsbeleving. Juist in verband met het laatste aspect zijn de Psalmen van groot belang. Ook wij die onder de nieuwe bedeling leven, moeten de vraag aan onszelf stellen of wij onze geloofsbeleving terugvinden in de Psal-men. Immers als wij de Heilige Geest hebben ontvangen en met die Geest worden vervuld, loven wij met psal-men, gezangen en geestelijke liederen (vgl. Ef. 5:19).

In de Psalmen staat God centraal, maar het is de psalmist die zich tot God richt in nood, in dank en in lof. Wie recht doet aan de inhoud van Gods openba-ring spreekt niet alleen over wat God gedaan heeft in de geschiedenis, maar ook over zijn verhouding tot de mens

8

en in het bijzonder over Zijn omgang met de Zijnen. De Psalmen bieden ons geen zelfstandige antropo logie maar wel een theologische antropologie. In dat kader mag en moet ook aandacht aan zelfonderzoek worden geschonken. De Psalmen leren ons dat er rechtvaar-digen en godde lozen zijn. In de lijn van de Psalmen is de uitspraak van Blaise Pascal dat er slechts twee soor ten men-sen zijn: de rechtvaardigen die weten dat zij zondaar zijn en de zondaren die menen rechtvaardig te zijn.

Theologie en prediking die geen aan-dacht schenkt aan de omgang tussen God en de Zijnen, mis kent dan ook een wezenlijk element van de Bijbelse openbaring. Augustinus, aan wie de chris telijke Kerk zoveel heeft te dan-ken, heeft theologisch ook voor deze zaak aandacht ge vraagd. Zijn Confessi-ones zijn qua genre met de Psalmen te vergelijken. De theologie en gods vrucht van Augustinus is dan ook heel diep door de Psalmen gestempeld. Hij wist dat een waar geloof een beleefd of een bevindelijk geloof is. De gereformeerde theologie en gods vrucht, juist als zij bevindelijk van aard is en niet alleen over verbondsoprichting spreekt maar ook over omgang met God binnen het verbond, toont onder andere hierin haar katholieke karakter. Zij sluit daar-in aan bij de Augustijns-Bernardijnse vroomheid van de christelijke Kerk van vóór de Reformatie.

De Psalmen zijn te verdelen in een aantal categorieën. Het grootste deel van de Psalmen past in de drie cate-gorieën klaagpsalmen, dankpsalmen en lofpsalmen. De boetepsalmen zijn een sub categorie van de klaagpsal-men. In de boetepsalmen klaagt de psalmist over de nood van zijn zonden. De klaag- en dank psal men kunnen nog weer worden onderverdeeld in individuele en collectieve klaag- en dankpsalmen. Dat onderscheid is wel wat relatief. Psalm 51 laat ons zien dat David beseft dat zijn persoonlijke zonde gevolgen heeft voor Jeruzalem

als hoofstad van zijn rijk. Vooral als het gaat om de collectieve nood en dank moeten we benadrukken dat dege nen die psalmen van dat karakter op hun lippen nemen de nood van het volk en de uit redding van het volk heel per-soonlijk hebben ervaren. Bijna alle klaagpsalmen eindigen toch met het vooruitzicht van lof. Feitelijk is er maar één uitzondering. Dat is Psalm 88. De psalmist spreekt God aan als ‘O HEERE, God mijns heils’. Dan volgt ene een lange klacht. Calvijn

heeft gezegd dat de Geest van God hier door de mond van Heman een vorm van gebed geeft voor allen wier toestand als het ware wanhopig is. Zeker is dat elke ware godvruchtige, zowel zijn nood als zijn vreugde kan verwoorden met de Psalmen. Daarbij is het niet zonder betekenis dat het Psalmboek eindigt met een vijftal lof psalmen (Ps. 146-150) die zowel beginnen als eindigen met Hallelujah/loof den HEERE. Uiteinde-lijk gaat het om de lof van God. Daarin wijzen deze laatste Psalmen heen naar het nieuwe Jeruzalem. Daar zullen geen klachten meer worden geuit. Alle tranen zijn daar afge wist. Daar is de blijd schap en vreugde van de godvruchtigen onbe-paald en wordt tot in alle eeuwigheid vol maakt Gods lof bezongen.

De Psalmen: een liedboek en gebedenboekDe Psalmen zijn gezongen in de Eerste en de Tweede Tempel en op de heen-reis naar of terug van het heiligdom. In de eredienst van de christelijke Kerk

kregen de Psalmen een bijzondere plaats. Calvijn was een van degenen die in de ere dienst enkel Psalmen en berijmde Schrift gedeelten wilde laten zingen, omdat het daarbij ging om liederen die God Zelf aan de Kerk had gegeven. Wanneer het in Efeze 5:19 over Psalmen, lofzangen en geestelijke liederen gaat, zijn dat alle drie aandui-dingen die voor de oudtestamentische Psalmen kunnen worden ge bruikt. Het Jodendom noemt trouwens de Psalmen het Boek van de Lofliederen.

Het boek van de Psalmen is niet alleen een liedboek maar ook een gebeden-boek. In de kloos ters werden en wor-den de Psalmen gebeden. Er zijn roos-ters waarbij alle Psalmen in één week worden gebeden en dan wordt Psalm 51 elke dag gebeden. De Reformatie - en meer nog de Nadere Reformatie - heeft het zingen van Psalmen in ge-zinsverband beklemtoond. De Franse hugenoten zongen de Psalmen overal. In de velden, op hun werk enz. Dat verklaart dat tijdens het bewind van Lodewijk XIV een wet uitkwam waarin het zingen van Psalmen buiten kerk-gebouwen en huizen werd verboden.Laten de Psalmen niet alleen een bij-zondere plaats in de prediking houden (vooral bij trouw en rouw is een woord vanuit de Psalmen heel gepast) maar ook het bidden stempelen. Dat ze niet alleen worden gezongen maar ook de maat zijn van wat wij zingen. Gezangen met een Bijbelse inhoud zijn een af-spiegeling van de Psalmen.

‘De Bijbel is niet alleen de bron en norm van ons geloof en van onze levens praktijk, maar ook van onze geloofsbeleving.’

9

Zicht op kerkelijk bureau

Contact-dag militairen

D.V. zaterdag 12 april 2014Echos home ‘De Schakel’ in Ermelo

Steun verlenen aan elkaar, betekent ook dat geen veteraan of militair bij deze bijeenkomst kan worden gemist!

De werkgroep Militairen HHK nodigt u en jou van harte uit om

onze jaarlijkse contactdag voor militairen bij te wonen.

Voor wie?• Alle actief dienende militairen van elke rang of stand uit alle

krijgsmachtdelen.

• Alle veteranen vanaf WO II tot en met de huidige missies.

• Alle familie en/of achterban van uitgezonden militairen of militairen

die zich voorbereiden op uitzending.

Thema: Verbondenheid en geborgenheidVerbondenheid is belangrijk. We leven in een wereld met brandhaarden

en geweld. De politiek, de militair en de achterban vormen hierbij een

keten. De Hersteld Hervormde Kerk geeft gelegenheid voor geestelijke

geborgenheid. Dhr. D. van Dijk, medewerker SGP Tweede Kamerfractie,

levert deze dag een sprekende bijdrage.

Waar?Echos Home ‘de Schakel’

Leuvenumseweg 68, 3852 AS Ermelo

Vanaf 09.30u staat de koffie klaar, om 10.00u beginnen we.

ContactOpgave voor deze dag kan gedaan worden bij:

Kerkelijk Bureau HHK te Veenendaal, telefoon (0318) 50 55 41 of

secretaris H. Engels te Hoogeveen: harmengels@kpnplanet.nl

De werkgroep Militairen HHK heet u en jou van harte welkom!

10

VerbondenheidHet beeld van de poster roept bij u misschien wel de herinnering op van een periode in uw leven dat u dien-de als dienstplichtige op de Grebbe-berg, in voormalig Nederlands-In-dië of voormalig. Joegoslavië. Als OVW’er in Korea, of als beroeps bij een van de naoorlogse missies Unifil in Libanon, de MFO in de Sinaï, of in Cambodja. Als marinier in de 2e Golfoorlog of Haïti. Het kan ook de herinnering zijn die u hebt als echtgenote of naaste familie aan de periode van uitzending van uw naas-te met de daarbij horende spanning en de onzekerheid over het welzijn van hem of haar onder miserabele omstandigheden.

De werkgroep militairen van de Hersteld Hervormde Kerk die zich als doel stelt ‘een hand en een voet te zijn’ voor de veteraan en zijn ach-terban en alle militairen die zich voorbereiden op een uitzending, organiseert op de zaterdag voor Goede Vrijdag de jaarlijkse contact-dag voor militairen als teken van erkenning en herkenning van deze bijzondere doelgroep. Militairen die ver van huis en haard deelnemen aan een militaire missie kampen nadien nogal eens met hun emoties of een trauma. Een geestelijk luis-terend oor, het delen van ervaringen of een goed geloofsgesprek kan van grote waarde zijn. In de verbonden-heid met het ‘veteraan zijn’ nog eens

luisteren naar het verhaal van wat werd beleefd en gevoeld. Luisteren naar het verhaal over de afwegingen van de Nederlandse regering om een militair op missie te sturen.

GeborgenheidOf samen de 121e Psalm nog eens zingen: ‘‘k Sla d’ ogen naar het gebergte heen, vanwaar ik dag en nacht des Hoogsten bijstand wacht. Mijn hulp is van de HEER alleen, Die hemel, zee en aarde eerst schiep en sinds bewaarde’. In de weten-schap of het vaste vertrouwen dat de Heere u gadesloeg, omdat Hij mee-liep op die inspectietocht, Hij mee-vloog bij het Apachedetachement of Hij meevoer op het transportschip

van de mariniers naar Cambodja of waar u zich ook heen zult spoeden, Hij u voor eeuwig u behoeden.

U en jij worden van harte uitgeno-digd om in de beschutting van het kerkelijk dak deze ‘Contactdag voor militairen’ op D.V. zaterdag 12 april 2014 in het Echos Home ‘de Scha-kel’ in Ermelo bij te wonen.

Doen, omdat u niet gemist kunt worden!

S.v.p. graag opgeven bij het kerkelijk bureau in Veenendaal 0318-505541 of per e-mail bij de secretaris, harmengels@kpnplanet.nl c.q. tel: 0528-264599

De werkgroep militairen HHK bestaat uit:

Ds. J. den Boer, Nieuwleusen, oud-legerpredi-kant en veteraan; voorzitter

H. Engels, Hoogeveen, ouderling, veteraan, secretaris

R. (Reina) Koetsier, Elspeet, sgt I IDGO, penning-meester

M. (Marleen) van Rhijn, Dronten, kpl I, veteraan

K. (Kees) van Rossum, Apeldoorn, kpl I, veteraan

C.D. van Bennekom, Hardinxveld-Giessendam, ouder van een militair

Een geestelijk luisterend oor, het delen van ervaringen of een goed geloofsgesprek kan van grote waarde zijn.

11

John Bunyan

De ketellapper van Bedford

John Bunyan wordt in 1628 geboren in Elstow (Harrowden), in de buurt van Bedford. Hij is op 30 november 1628 in de Anglicaanse kerk van Elstow gedoopt.

A. Rijken-Ubak

Zicht op de vrouwenbond

12

Van de redactieA. Rijken-Ubak

Naast de gebruikelijke rubrie-ken, vindt u in deze bijdrage

een artikel over John Bunyan. Een man, die in armoede wordt geboren en wordt veracht als oproerkraai-er van het dorp. Een man, die zijn werkzame leven begint met het repa-reren van potten en pannen. Deson-danks wordt deze man de schrijver van, na de Bijbel, het bekendste boek aller tijden: ‘De Christenreis naar de eeuwigheid’. In deze allegorie, in de vorm van een droom, leest de hoofd-persoon Christen in het Woord van God over vreselijke gevolgen, wan-neer hij niet wordt verlost van het pak (de zonde) op zijn rug. Bunyan wordt ook een van de geliefdste pre-dikanten van zijn generatie.

Hij was een groot prediker en een groot schrijver, maar mis-

schien is het wel de meest opmerke-lijke erfenis van de ketellapper uit Bedford, dat ook nu nog, in de 21e eeuw, zijn ‘Christenreis’ net zo krach-tig en echt is als in de 17e eeuw, toen het voor het eerst gepubliceerd werd. Want het blijft actueel: op 24 septem-ber 2013 stond er een bericht in het Reformatorisch Dagblad: Bunyans Christenreis in top 100 Engelse romans!

Mw. A.C. van Ark-van de Steeg gaat de rubriek ‘Dauwdruppel-

tjes’ verzorgen. We zijn blij dat ze dit werk op zich wil nemen en we hopen dat het tot zegen mag zijn.

Het winterseizoen kort langzamer-hand op. We wensen u nog goede en gezegende bijeenkomsten toe.

Voor alle data geldt: Deo Volente.

In zijn autobiografie ‘Overvloe-dige genade aan de grootste der zondaren’ zegt Bunyan: ‘Ik ben afkomstig van een laag en

onaanzienlijk geslacht. Mijn voorou-ders behoren tot de meest verachte van alle gezinnen in het land. Ik kan niet, zoals anderen, roemen in adellijk bloed of een hoge afkomst. Ik loof de hemelse Majesteit dat Hij mij door deze deur in deze wereld bracht om deel te hebben aan de genade en het leven dat door het Evangelie in Jezus Christus is.’Rond zijn negende jaar en daarna leidt John een losbandig leven. Hij zegt zelf: ‘Er zijn er maar weinig die zo vloeken en de heilige naam van God lasteren. Te midden van mijn ijdele vrienden ben ik vaak terneer-geslagen en bedroefd. Ik ben bang om in de hel te komen. Toch kan ik mijn zonden niet laten. Ik wil graag dat God me met rust laat, want ik heb geen behoefte om de wegen des Heeren te leren kennen (Job 21:14)’. Hij wordt, net als vader Thomas, ketellapper.Dan breken er roerige tijden in En-geland aan. De Anglicaanse koning Karel I komt in een strijd terecht met de Puriteinsgezinde Oliver Cromwell en het Parlement over het feit wie Engeland moet regeren. Van 1642-1645 is er een Burgeroorlog tussen Koningsgezinden en Parle-mentariërs.In juni 1644 overlijdt Johns moeder en in juli zijn zus Margaret.Een paar maanden later, in no-vember 1644, wordt John Bunyan soldaat in het Puriteinse Parlement-sleger. Hij is dan amper 16 jaar oud. In ‘Overvloedige genade’ herinnert Bunyan aan deze periode: ‘Er zijn oordelen en genadeblijken, maar ik blijf onverschillig ten opzichte van mijn eigen zaligheid.’Volgens de beschrijvingen is hij heel lang en heeft hij mooi rossig haar en een blozend gezicht. Hij vindt na zijn legerperiode dan ook snel een vrouw. In 1649 gaat een wilde, on-verschillige en berooide ketellapper met zijn jonge bruid naar Elstow.

Bunyan zegt: ‘We komen zo arm als het maar kan bij elkaar. We hebben niet meer huisraad dan een bord en een lepel voor allebei.’ Zijn vrouw krijgt als bruidsschat van haar gelovige vader twee Puriteinse boeken mee: ‘Het voetpad van de eenvoudige naar de hemel’ en ‘De praktijk der Godzaligheid’. Bunyans vrouw leest hem vaak voor. Zelf zegt hij dat hij het wel mooie boeken vindt, maar dat ze toch zijn hart niet raken. Zijn vrouw slaagt er ook in om hem naar de Anglicaanse kerk in Elstow te laten gaan. Hij zegt: ‘Ik ga twee keer per zondag en stem van harte met alles in. Ik ben erg gods-dienstig, maar me niet bewust van het kwaad van de zonde.’

Op een zondag preekt ds. Christop-her Hall krachtig tegen sport op zondag. Toch gaat Bunyan ’s mid-dags weer naar zijn vrienden op de Green naast de kerk om tip-cat, het zogenaamde ‘katknuppelen’ te spelen. In ‘Overvloedige genade’ vertelt hij: ‘Midden in het spel sla ik de cat uit het gat en als ik het voor de tweede keer wil doen, klinkt er een stem uit de hemel in mijn ziel, die zegt: Wilt u uw zonden nalaten en naar de hemel gaan of uw zonden vasthouden en naar de hel gaan?’ Bunyan denkt dat het voor hem toch ‘te laat’ is en gaat door met zondigen. Na verloop van tijd probeert hij toch om bepaalde zonden na te laten en netjes te leven, om zo de Heere te behagen. Hij moet echter nog leren, evenals Luther, dat een mens alleen gerechtvaardigd wordt door het ver-zoeningswerk van de Heere Jezus.In 1650 wordt hun eerste kind ge-boren: dochter Mary. Het echtpaar is ontzettend blij, maar er komt snel verdriet bij als blijkt dat het kleine meisje blind is.Bunyans beroep brengt hem naar de omliggende dorpen en ook naar Bed-ford. Men hoort vaak zijn roep: ‘Pot-ten te repareren, messen te slijpen, is er werk voor een ketellapper?’

13

Op een dag ziet hij in Bedford vrou-wen, die in het zonnetje in een deuro-pening zitten.Hij hoort hen spreken over God en denkt dat hij wel mee kan praten. Hij luistert verder en realiseert zich dan dat hij hun gesprek niet kan volgen. ‘Ze zijn ver boven mijn bereik’. De vrouwen spreken over een ‘nieuwe geboorte’. Ze zijn ontevreden over zich-zelf en over hun eigen gerechtigheid. Bunyan is juist tevreden over zichzelf. Hij komt dan in een geestelijke strijd terecht. De vrouwen wijzen hem op Gods beloften. ‘Maar’, zegt Bunyan later: ‘Ze hadden me evengoed kunnen vertellen dat ik met mijn vinger de zon moest aanraken.’ De vrouwen horen bij de Baptistengemeente in Bedford. Hun predikant, ds. John Gifford wordt dan Bunyans gids op weg naar de zalig-heid, zoals de Puriteinen (en ook wij!) die omschrijven: overtuiging van zonde, rechtvaardigmaking en heiligmaking.

Uiteindelijk ziet Bunyan voor zichzelf de dierbaarheid van Christus en krijgt hij volledige zekerheid van zijn geloof met de woorden van de apostel Paulus uit 2 Korinthe 12:9 ‘Mijn genade is u ge-noeg’. In 1653 sluit Bunyan zich aan bij de Baptistengemeente in Bedford, een vrije, van de Anglicaanse kerk afgeschei-den groep. De doop mag alleen worden toegediend aan volwassen mensen die hun geloof persoonlijk belijden. Vandaar Bunyans herdoop in een kleine inham van de rivier Great Ouse.

In latere jaren legt Bunyan zelf meer de nadruk op de rechtvaardiging door het geloof in Christus. Bunyan en zijn ge-zin verhuizen in 1655 van Elstow naar Bedford.Een jaar later, in 1656, benoemt de Baptistengemeente in Bedford hem na

een plechtig gebed tot de Heere tot het ambt van prediker. Bunyan weet dat het een gave van God is en aanvaardt het met grote ootmoedigheid. In ‘Over-vloedige genade’ zegt hijzelf van deze periode als rondreizend prediker: ‘Twee jaar waarschuw ik tegen de zonde en de vreselijke gevolgen daarvan.’

In 1656 overlijdt zijn vrouw. Bunyan is diepbedroefd. Hij hertrouwt in 1659 met de jonge Godvrezende Elizabeth. Rond deze tijd overlijdt staatshoofd Oliver Cromwell en dan verdwijnt ook de macht van de Puriteinen. Uiteinde-lijk herstelt het Parlement in 1660 de monarchie. Van de door koning Karel II beloofde godsdienstvrijheid komt wei-nig terecht, want de Anglicaanse kerk zoekt wraak, ook in Bedford. In november preekt John op een boer-derij in Lower Samsell. Zijn gastheer is zenuwachtig en wil de bijeenkomst an-nuleren. Maar Bunyan zegt: ‘Ons doel

is goed, we hoeven ons niet te schamen om Gods woord te preken… zelfs al moeten we ervoor lijden.’ Tijdens die bijeenkomst wordt hij gearresteerd en dan moet hij naar de Graafschapsge-vangenis in Bedford. De arme Elizabeth, die hoogzwanger is van haar eerste kind, krijgt vroegtijdige weeën en bevalt een week later van een doodgeboren kind. In januari 1661 weigert Bunyan op de Graafschapszitting om het preken op te geven en dan moet hij terug naar de gevangenis. Het leven in de cel in de Hoofdstraat is zwaar, maar zijn familie mag hem wel eten en drinken bren-gen. Zelfs zijn blinde 11 jarige dochter Mary slaagt erin om haar weg naar de gevangenis te vinden. Om zijn familie te ondersteunen, brengt hij vele uren in

zijn cel door met het maken van leren veters. Men zegt dat zijn blinde dochter Mary die bij de gevangenis verkoopt aan voorbijgangers.Elizabeth Bunyan neemt het met op-merkelijk veel moed en doorzettings-vermogen voor haar man op. In het late voorjaar reist Elizabeth zelfs naar Lon-den, naar het Huis van de Lords (Ho-gerhuis), om een verzoekschrift aan te bieden. Daar blijkt dat haar man alleen vrijgelaten kan worden door de plaatse-lijke rechtszittingen. De midzomerrechtszitting wordt in augustus 1661 gehouden. De twee rechters zijn Sir Thomas Twisden en Sir Matthew Hale. Twisden is een har-de en koningsgezinde man. Van Hale is bekend dat hij sympathie heeft voor de Afgescheidenen onder wie hij zijn schooltijd heeft doorgebracht. Ook zat hij bij Cromwell in het Parlement. Elizabeth legt haar zaak aan rechter Hale voor. Bunyan vertelt ons dat Hale ‘zeer vriendelijk’ haar verzoek ontvangt, maar hij vreest dat hij niet veel meer kan doen. De volgende dag rijdt rechter Twisden in een koets door de straten van Bedford en de dappere Elizabeth gooit een ver-zoekschrift door het open raam. Terwijl de koets stopt, schreeuwt hij tegen haar dat Bunyan niet uit de gevangenis zal worden vrijgelaten als hij niet belooft om op te houden met preken!Elizabeths laatste inspanning ten behoe-ve van haar gevangen man volgt onmid-dellijk op de midzomerrechtszitting. In het tegenwoordige Zwanenhotel aan de rivier Great Ouse, bespreken de plaat-selijke adel en landeigenaren de graaf-schapszaken met de rechters voordat ze de stad verlaten. De moedige Elizabeth baant zich een weg door de ambtenaren en gaat de Zwanenkamer binnen. Boven het lawaai in de kamer uit, met een luide stem, maar op een waardi-ge manier, richt ze zich tot de twee rechters, Twisden en Hale. Elizabeth legt uit dat haar man vals beschuldigd wordt: ‘Zijn leer is niet de leer van de duivel! en dat hij er niet op uit is om problemen te maken’. Een ogenblik heeft ze succes en houdt ze de officiële agenda op. De landeigenaren en andere

‘Ze hadden me evengoed kunnen vertellen dat ik met mijn vinger de zon moest aanraken.’

14

Bedford: pastorie en kerk ds. John Gifford

Elstow: Green en Moot Hall

Elizabeth

Bunyan beluis-tert het gesprek der vrouwen

Kerkraam in het Bunyan Meeting House ter herinnering aan ‘De Christenreis’

De doopplaats in een inham van de rivier Great

OuseElizabeth pleit voor haar man in het Zwanenhotel

15

Van de bestuurstafel

N. Schalkoort-Zijderveld

Op de Bondsdag is het project Bijbelhuis in Den Helder

gestart. Het gaat heel goed. Ver-schillende verenigingen hebben al geld overgemaakt voor dit be-langrijke evangelisatiewerk in Den Helder. Ook verschijnt er een nieuw Bijbelstudieboekje met als onderwerp ‘De tien geboden’. De landelijke toerustingsdagen voor alle leden worden gehouden op 25 maart in Ridderkerk en op 27 maart in Elspeet. Ds. G. Hendriks uit Opheusden zal spreken over het onderwerp: Evangelisch of Reformatorisch? De huishoudelij-ke vergadering vindt plaats op 24 april. Op deze dag legt het bestuur verantwoording af over het door haar gevoerde beleid.

Dit jaar is mw. C.B. Ho-vestad-Stoffer, onze secre-

taresse, en mw. K. Leenheer-van Gent, onze algemeen adjunct, af-tredend. Wij hebben een uitsteken-de secretaresse en een heel goede algemeen adjunct. Het landelijk bestuur is daarom dankbaar en blij dat allebei de dames zich voor een nieuwe periode herkiesbaar stellen. Volgens de statuten moet een dubbeltal gevormd worden. De tegenkandidaat voor mw. C.B. Hovestad-Stoffer is mw. M. Goor-Vlastuin en voor mw. K. Leenheer-van Gent is dit mw. M. Hagendijk-van Dam. Allebei de dames hartelijk dank voor hun bereidwilligheid om als tegenkan-didaat te fungeren.

Wij bidden de Heere of Hij voortdurend ons werk wil

zegenen.

gemeenteleden bepleiten John’s vrijla-ting uit de gevangenis. Rechter Hale is weer welwillend, maar steeds opnieuw herinnert de plaatselijke magistraat Sir Henry Chester de rechters eraan, dat Bunyan rechtmatig is veroordeeld en dat hij rechtmatig gevangen is genomen. Uiteindelijk is het geduld van de rech-ters op. Ze vragen ronduit aan Elizabeth of haar man bereid is om het preken op te geven? Wanhopig antwoordt ze, ‘Mijn-heer, zolang hij kan spreken durft hij het preken niet op te geven.’ Dan zeggen de rechters dat ze verder niets voor haar kunnen doen. Later zegt ze: ‘Ik was bij het binnenkomen eerst wat beschroomd, maar bij het weggaan kon ik mijn tranen niet bedwingen. Niet, omdat zij zo hard-vochtig waren tegenover mijn man, maar omdat ik dacht hoe zwaar het zulke arme schepselen zal vallen om rekenschap te geven als de Heere komt.’Bunyan heeft dus de keus om het pre-ken te beëindigen of in de gevangenis te blijven. Hij kiest ervoor om te blijven waar hij is en zo begint zijn waardevolle werk van schrijver. ‘Want hoewel man-nen mijn uitwendige mens binnen slo-ten en tralies houden, kan ik toch door mijn geloof in Christus hoger dan de sterren komen. De boeien kunnen mijn geest niet bedwingen noch God van me weghouden. Ze zullen mijn geloof dan ook niet minder maken.’ Op een keer is Bunyan bezig om in het geheim een fluit te maken uit een van de poten van zijn gevangenisstoel. Na voorzichtig uithollen van het hout gebruikt hij de vlam van zijn kaars om de nodige gaten te maken voor het bespelen van het instrument. Als de nieuwsgierige cipier komt kijken waar de muziek vandaan komt doet Bunyan snel de houten fluit als poot terug in de stoel! Bunyan schrijft in de gevangenis, en ook daarna, verschillende boeken waar-onder zijn al genoemde autobiografie. Het boek ‘De Heilige Oorlog’ trekt ook veel lezers. Zijn verreweg bekendste boek is ‘De Christenreis’. Koning Karel II geeft op 15 maart 1672, een ‘Tolerantieverklaring’ uit. Daardoor krijgt John Bunyan, na bijna

twaalf jaar gevangenschap, zijn vrijheid terug. Even daarvoor, op 21 januari 1672, benoemt de Baptistengemeente in Bedford John Bunyan als predikant. Bunyan zit van december 1676 tot eind juni 1677 opnieuw in de gevangenis omdat hij weigert het Heilig Avondmaal in de Anglicaanse kerk te vieren. Op een keer vraagt koning Karel II aan de bekende Londense predikant John Owen, waarom hij toch zo vaak naar de preek van John Bunyan gaat luisteren? Dr. Owen antwoordt: ‘Ik wil graag al mijn kennis ruilen voor het vermogen om Christus zo te prediken als de ke-tellapper van Bedford doet.’ Bunyans laatste grote publicatie ‘De Christinnereis’ schrijft hij in 1685. Dit werk heeft echter nooit het succes gekend van ‘De Christenreis’.Bunyan reist op 16 augustus 1688, te midden van zware stormen en regen-buien, naar Londen. Hij komt uitgeput en rillend van de kou bij een vriend in Snowhill aan. Op zondag 19 augustus preekt hij in de kerk van Whitechapel. Zijn tekst is uit Johannes 1:13 Welke niet uit den bloede, noch uit den wil des vleses, noch uit den wil des mans, maar uit God geboren zijn. De dinsdag daarop krijgt hij longontsteking en hoge koorts. Op vrijdag 31 augustus trekt een on-weersbui over Londen en verbreekt de stilte van de vroege uren. Daarna vult de zon de slaapkamer van de stervende prediker. Dan zegt Bunyan zachtjes: ‘Ik verlang niets meer dan met Christus te zijn. Dat is het beste.’ Met uitgestrekte armen roept hij zegevierend: Neem me aan, ik kom tot U. John Bunyan over-lijdt als overwinnaar net als ‘Christen’ in zijn inmiddels beroemde allegorie, terwijl aan de overkant de trompetten klinken.John Bunyan wordt op 3 september op Bunhill Fields begraven, een speciaal voor de Afgescheidenen bestemd kerk-hof, buiten de stad. Zijn prediking door de gevangenispen heeft een veel groter bereik gehad dan wanneer hij een vrij man was geweest! De Heere geve, dat het lezen van dit boek, ook in Neder-land, voor velen tot zegen mag zijn!

16

20 maart: Ouddorp: regioavond Zuid-West |Spreker: ds. L.W.Ch. Ruijgrok | Onderwerp: Het leven van de Heere Jezus Christus25 maart: Ridderkerk: landelijke toerustingsdag voor alle leden | Spreker: ds. G. Hendriks |Onderwerp: Evangelisch of Reformatorisch?27 maart: Elspeet: landelijke toerustingsdag voor alle leden | Spreker: ds. G. Hendriks |Onderwerp: Evangelisch of Reformatorisch? 9 april: Achterberg: voorjaarsvergadering regio Mid-den-Oost | Spreker: ds. W.J. van den Brink 15 april: Elspeet: regiobijeenkomst Noord-Veluwe |Spreker: ds. W. Roos 24 april: Lunteren: huishoudelijke vergadering2 oktober: Lunteren: 6e Bondsdag19 mei: Waddinxveen: regioavond West | Spreker: ds. P. den Ouden | Onderwerp: De christenvrouw

Op alle bijeenkomsten zijn onze bekende fotokaarten te koop!

Dit voorjaar hopen we ons 6e Bijbelstudieboekje uit te geven.

Het gaat over de tien geboden en de indeling is als volgt: 01. Ds. R. van de Kamp Opschrift en 1e gebod02. Ds. B.D. Bouman 2e gebod03. Ds. W.J. van den Brink 3e gebod04. Ds. C.M. Buijs 4e gebod05. Ds. D.J. Diepenbroek 5e gebod06. Ds. N.A. Donselaar 6e gebod07. Ds. J.W. van Estrik 7e gebod08. Ds. A. de Groot 8e gebod09. Ds. D. Heemskerk 9e gebod10. Ds. L.M. Jongejan 10e gebod11. Ds. J. Joppe Mattheüs 22:37-40 U kunt het boekje bestellen bij: a.rijken-ubak@solcon.nl

Dauwdruppeltjes

Agenda

Kopij voor de website en voor het volgende blad kunt u

voor 17 maart e-mailen naar: a.rijken-ubak@solcon.nl

Mijn genade is u genoegWe zijn weer een nieuw jaar in-gegaan. Misschien wel met veel zorgen over onze gezondheid.

De apostel Paulus had een doorn in zijn vlees, die hem voortdu-rend plaagde. Het was hem

als een engel des satans die hem met vuisten sloeg. Hij bad de Heere of deze doorn weggenomen mocht worden. Maar hij kreeg als antwoord: ‘Mijn gena-de is u genoeg.’ Genade die door Chris-tus verworven is. De doornenkroon die Hij droeg, heiligt en verzacht alle door-nen in het vlees van Zijn kinderen. Want Hij leed en werd verzocht, opdat Hij degenen die verzocht worden te hulp zou komen. Een doorn in het vlees kan nodig zijn om ons klein en nederig te houden. Wanneer wij geplaagd worden door doornen, moeten en mogen we door het gebed de toevlucht tot de Heere nemen.

Verdriet en moeite worden gezonden tot ons geestelijk heil. We mogen God bidden of Hij dit wil wegnemen, met de begeerte dat het tot ons nut mag zijn. Paulus kreeg als antwoord, Mijn genade is u genoeg. Dat is toch alles. Daarmee kan men door het leven, en uit het le-ven. Genade is tweeërlei. De goedheid van God en Zijn liefde geven kracht en sterkte om te dragen wat Hij op onze weg brengt. Het goede werk Gods in een mens, en de genade die ontvangen wordt, komen uit de volheid van Chris-tus, Die het Hoofd is. Hij kent de nood en geeft het geneesmiddel dat Hij Zelf is. Hij wil Zichzelf in een mens verheer-lijken, door Zijn kracht die in zwakheid wordt volbracht. Daarom mocht Paulus zeggen dat Zijn kracht in zwakheid wordt volbracht. En als ik zwak ben dan ben ik machtig door Christus Die mij kracht geeft. Paulus mag roemen in zijn zwak-

heden want, dan heeft hij Christus zo nodig. Hij kan zichzelf niet helpen. Maar dat hoeft ook niet. Want het is Christus, Die mij krachten geeft. Want als ik zwak ben, dan ben ik machtig. Paulus mag hier roemen in vrije genade. We hebben het mogen gedenken dat God Zijn zoon naar deze aarde zond. Christus kwam om de deugden van Zijn Vader te verheerlij-ken, die door de mens zijn gekrenkt. Hij nam de zonde en schuld van de Zijnen op Zich. Hebt u door het ontdekkende werk van de Heilige Geest deze genade ook al nodig gekregen? Hij roept het ons nog toe, komt allen tot Mij die vermoeid en belast zijt en Ik zal u rust geven. Wij zijn nog in het heden der genade. Dat u door genade hier uw troost en bemoediging uit mag krijgen.

mw. A.C. van Ark-van de Steeg

Bijbelstudieboekje seizoen 2014-2015

Mededelingen

17

advertentie

Adullam is een landelijke, identiteitsgebonden organisatie voor het bieden van zorg en begeleiding aan mensen met een verstandelijke beperking. De Bijbel, samen met de Drie Formulieren van Enigheid, stempelt de identiteit en is het richt-snoer voor onze normen en waarden. Adullam biedt verschil-lende zorgvormen, voor zowel kinderen als volwassenen.

De ervaring leert dat het aanmelden voor gehandicaptenzorg een hele stap is. Het voelt als een soort bevestiging dat uw kind ‘gehandicapt’ is... Als de stap dan na veel afwegen is gezet, overheerst meestal opluchting en de wetenschap dat uw kind in ‘goede handen’ is. Om deze stap voor u zo klein mogelijk te laten zijn, nodigen we u uit voor een kopje koffie. Gewoon, zonder formulieren in gesprek gaan. Bel één van onderstaande nummers of kijk op www.adullamzorg.nl/welkom. U bent welkom met al uw vragen op een dag en tijdstip die u passen!

Logeerhuizen:• De Mantelienge, Ouddorp, T 06 127 01 279 (dhr. E. Nap)

• De Lindenhof, Staphorst, T 06 371 82 444 (mw. V. Spiker)

• Woonvoorziening, Barneveld, T 06 114 23 452 (dhr. B. de Vries)

Centra voor leren, werken en activiteiten:• Horstheim, Staphorst, T 06 531 30 216 (dhr. G. Boeser)

• Veldheim, Ede, T 06 450 28 882 (dhr. J. Brand)

• Waardheim, Puttershoek, T 06 254 15 752 (mw. G.M. Stigter)

• Wilgenheim, Alblasserdam, T 06 127 01 279 (dhr. E. Nap)

U bent welkom!

waardenvolle zorg

Uitgeverij Om Sions Wil | GOUDA | Tel. 0182 - 53 21 58 | Bekijk de catalogus via www.omsionswil.nl

Gezinsblad voor kinderen, jongeren, (jong)volwassenen en ouderenInterkerkelijke, pastorale inhoud - Vriendelijke prijs - Tweewekelijks bij u thuis

Abonnee worden? Bezoek www.omsionswil.nl!

Probeer nu 6 NUMMERS voor slechts

€ 9,95!

De Geloofsbelijdenis van AthanasiusDe Drie-eenheidDe twee naturen van ChristusDr. P. KortewegISBN 978-94-91586-14-9

Een beschermend schildOver liefde en het zevende gebodDs. W. PietersISBN 978-94-91586-22-4

Kracht van oorspronkelijkevoedingToegelicht vanuit historische en hedendaagsebronnen, deel 1Geesje RusscherISBN 978-94-91586-15-6

€12,95 €16,95

De liefde is...Voor jongeren over 1 Kor. 13Ds. H. ZweistraISBN 978-94-91586-06-4

€12,95€15,95

Verdiepend

NIEUW!

NIEUW!

NIEUW!

wat kunnen wij voor u betekenen?

Kauwenhoven 5 | Lunteren | T (0318) 48 40 74 | info@drukkerij-amv.nlwww.drukkerij-amv.nl

periodieken/kerkbladenhuisstijlontwerpfamiliedrukwerknieuwsbrievenbrochuresfoldersvormgevingdrukwerk (offset)plotsbouwtekeningen digitaal drukwerk (printen)

18

advertentie

Open DagD.V. zaterdag 15 maart a.s.

10.00 tot 15.00 uurVerpleeghuis Salem

Ridderkerk

Er is een brug…Er is een brug……tussen het verlies

van een dierbare en de verzorging van een waardig afscheidvoor mensen die wensen dat een begrafenis verzorgd wordt op een wijze die in overeen-stemming is met hun leven.

Wij kunnen u van dienst zijn op weg naar eenwaardig afscheid.

• Uitgaande van onze christelijke levens -

overtuiging verzorgen wij alleen begrafenissen.

• U kunt te allen tijde een beroep op ons doen,

ongeacht waar u woonachtig bent.

• Wij zijn dag en nacht telefonisch bereikbaar.

BEGRAFENISONDERNEMING VAN DER SLUYSBEGRAFENISONDERNEMING VAN DER SLUYSTelefoon 038 - 33 12 7 34 Mobiel 06 - 20 96 45 58

Leendert en Agatha van der SluysRST Zorgverleners biedt ook verpleging &verzorging en huishoudelijke hulp

“Die eerste dagen vergeet ik nooit meer”Wie zorgt de eerste dagen na de bevalling voor de baby, voor jou en het gezin? Kraamzorg door mede werkers met een reformatorische identiteit, dat is een vertrouwd idee. Meer informatie? www.rstzorg.nl of bel 0342 - 42 23 24.

Kra

amzo

rg

TALENSEen klasse variant Talens in hout

Uw partner in houtzaken voor:

Houtindustrie | MeubelindustrieInterieurbouw | TimmerbedrijvenScheepsbetimmering

Van rondhout tot op maat gezaagd:

Europees eiken | Amerikaans eikenEssen | Iepen | Beuken | Acacia | KastanjeEsdoorn | Noten | Elzen | Linde | KersenDouglas gebinte | Eiken gebinte

Talens-HouthandelMr. J.B. Kanlaan 2 Staphorst (Punthorst)T 0529 481440 F 0529 481610I www.talenshout.nl E talens@talenshout.nl

Al 50 jaar in hout!

Talens:Opmaak 1 07-09-2011 12:13 Pagina 1

19

BestuursvergaderingVrijdag 1 november jl. was de laatste bestuursvergadering van 2013. Na gebed en meditatie over Psalm 111 houdt ds. J.C. den Toom de vergadering voor geopend. Er is een uitnodiging ontvangen voor de Bondsdag van de Ned. Hervormde Man-nenbond op G.G. d.d. 26 oktober ’13 te Putten. Ook is een uitnodiging ontvangen voor de Bondsdag van de Bond van Mannenverenigingen van de Gereformeerde Gemeenten op zaterdag 9 november 2013 te Woerden. Beide Bondsdagen zijn bezocht. De Bondsdag van de Christelijk Gereformeerde Mannenbond en de Bondsdag van de Hersteld Hervormde Vrouwenbond zijn eveneens bestuurlijk bezocht. De voorzitter merkt op dat in dagen van kerkelijk verdeeldheid het goed en nuttig is elkaars Bondsdagen te bezoeken en andere verenigin-gen daartoe uit te nodigen.

De Ledenvergadering en Toogdag 2014 wordt gehouden op zaterdag 18 oktober te Lunteren. Ds. A.C. Rijken zal een referaat houden over: De Heilige Geest in de heilshistorie en dr. W. van Vlastuin over: De Heilige Geest in de heilsor-de. Deze keuze is ingegeven door het besef van een tekort in het geestelijk leven van de gemeenten en persoonlijk, en daardoor niet beantwoorden aan Gods doel. De referaten gaan ons een spiegel voorhouden, wat volgens Gods Woord gewoon is.

Op de Toogdag 2013 is afgesproken dat het bestuur een avond van de plaatselijke verenigingen wil bezoeken. De bestuurs-leden zullen in hun ‘eigen’ classes per vereniging contacten leggen. Doel is meer betrokkenheid, elkaar beter leren ken-nen, informatie uitwisselen over studiemateriaal, onderwerpen toogdag etc. Voor al onze voornemens geldt: Deo Volente. In de tabel staat per classis het bestuurslid met gegevens.

De Heilige Geest in de heilshistorie Wanneer we in grote lijnen het komen van de Heilige Geest nagaan, dan kunnen we zeggen dat de Heilige Geest werk-zaam is in de schepping (Gen. 1:2; Ps. 33 etc.). Verder werkt de Heilige Geest in de kunst. Bezaleël en Aholiab worden van bijzonder gaven voorzien met de Geest om de tabernakel te versieren. In het bijzonder werkt de Heilige Geest in de gelovigen van het Oude Testament, zoals Abraham en David en anderen om hen te verlichten tot het kennen van God. Behalve als Geest van verlichting in de gelovigen, is Hij er als Geest van de profetie. Al deze werkingen worden aan Christus gegeven; bij de waterdoop in de Jordaan daalt de Geest op Hem neer, rust Hem toe voor Zijn Messiaanse taak en vervult Hem. Jezus is vol van de Heilige Geest. Pink-steren is hét grote keerpunt in het komen van de Heilige Geest. Vóór Pinksteren zijn de gelovigen zeker niet zonder de Heilige Geest, maar ná Pinksteren zijn zij bij alle opgang en neergang, vol van de Heilige Geest. Dat is een verschil in niveau, dat is een gave Gods. (ontleend aan: ds. G. Boer ‘Groei in het komen van de Heilige Geest’)

Zicht op de mannenbond

Tekst: K. van den Herik

Het werk van de Heilige Geest is een maatstaf van waarachti-ge bekering en geestelijk leven; het ontberen daarvan is door de eeuwen heen tekenend voor de stand van hét geestelijk leven in de christelijke gemeenten, gezinnen en persoonlijk.

Het werk van de

Heilige Geest

‘Vóór Pinksteren zijn de gelovigen zeker niet zonder de Heilige Geest, maar ná Pinksteren zijn zij bij alle opgang en neergang, vol van de Heilige Geest.’

20

De Heilige Geest in de heilsorde De toe-eigening van het heil in ons hart, is het hart van het christelijke geloof. Wat gebeurt er in ons hart als de Heilige Geest Zijn verborgen werk uitricht? In de gereformeerde tra-ditie is er altijd veel aandacht voor deze vragen geweest. Ener-zijds geeft dit warmte aan de prediking en anderzijds geeft dit de prediking een pastorale spits. In de lezing over ‘de Heilige Geest in de heilsorde’ willen we onderzoeken wat de Schrift zegt over het werk van de Heilige Geest. In de Schrift blijken tientallen activiteiten van de Heilige Geest te worden genoemd die te maken hebben met Zijn werk in ons diepste innerlijk. Tevens bezinnen we ons op de vraag op welke manier de aan-dacht voor het werk van de Heilige Geest kan ontsporen in een gezonde Bijbelse verkondiging als de indruk wordt gewekt dat de Heilige Geest iets toevoegt aan het heil in Christus. Dat maakt de vraag spannend hoe het volbrachte heil in Christus zich verhoudt tot de toepassing van het heil in ons hart.

Dr. W. van Vlastuin

Regioavond classes Midden en OostDonderdag 21 november 2013 is in Opheusden de 1e regio-avond van beide classes gehouden. Na een woord van welkom aan de ruim 40 aanwezigen begonnen we met het lezen van Matthëus 22 vers 1:14, de gelijkenis van de Koninklijke brui-loft. Als spreker was ds. J.G. Blom uit Kesteren genodigd, voor het houden van een referaat over ‘De roeping’ naar aanleiding van de Dordtse Leerregel H 3/4, par. 8-11. Op indringende wijze is ons voorgehouden dat velen geroepen worden. Niet alleen onkerkelijke maar vooral wij als kerkgangers worden telkenmale geroepen te komen tot Christus. Als we met Gods Woord bezig zijn in de kerk onder de prediking, op de vereni-gingsavonden en thuis worden we steeds weer geroepen. Hij nodigt ons indringend en welmenend. Hoe kunnen we deze roepstem naast ons neerleggen. De koning uit het gelezen gedeelte nodigde velen, maar niemand wilde komen. Hij stopte niet maar ging uit in de heggen en steggen om mensen

te roepen; Hij dwong ze. Ook wij worden gedwongen. Vanuit onze eigen wil komen we niet, omdat we van nature van God zijn afgeweken. Vanuit onszelf willen en kunnen we niet, maar als de Heere komt te werken, is dat onwederstandelijk. Zoals in paragraaf 11 staat: ‘… en maakt dat die wil, die dood was, levend gemaakt wordt.’ Na de pauze zijn de schriftelijke ingediende en de mondelinge vragen beantwoord door ds. Blom. Terugkijkend op deze eerste regioavond vinden we dat het goed was om met de leden van de verschillende mannen-verenigingen bezig te zijn rondom Gods woord, én wederom geroepen zijnde.

Anno Domini 2014Gelezen van ds. I. Kievit: ‘Mogelijk bracht het oude jaar niet wat u ervan verwacht heeft. Moge-lijk werd u getroffen door diepe teleurstellingen. In het nieuwe jaar zal blijken, dat veel verwach-ting niet vervuld wordt. Dat zal teleurstelling, misschien wel opstand en boosheid verwekken. Het uitzicht van Job 19:25-27) zij ons ten voor-beeld. De Heere overwon in Job zijn geloof, Hij zegepraalt in... zijn hoop, maar de heerlijkheid schittert het meest in de liefde. De liefde, die zon-der hoop en geloof niet kan bestaan. In die liefde gaat Job geheel op in God. Het gaat hem om God alleen. Zijn begeerte is niet om van het lijden verlost te zijn, maar om God te zien. Hierin open-baart hij de ware kinderzin en toch... hij gaat niet sterven. Job is genezen en moest en wilde nog leven... maar dan het leven des geloofs, die der hoop en der liefde. Mijn nieren verlangen zeer in mijn schoot.’ Mijn hart roept uit tot God, Die leeft, en aan mijn ziel het leven geeft.

Classis Naam Adres Telefoon E-mail

Midden E.J. Diepeveen

Cuneraweg 374, 3911 RV Rhenen

0318-510181 ej.diepeveen@solcon.nl

Noord A.J. Beekman

Beatrixstraat 30, 7462 GM Rijssen

0548-540899 ajbeekman71@gmail.com

Noord-Veluwe

E. Muis Dorpsstraat 123, 3881 BC Putten

0341-352726 e.muis@solcon.nl

Oost N. de Bree Parallelweg 69, 4041 EA Kesteren

0488-482875 ndebree@solcon.nl

West D. van de Graaf

Opperstok 9, 2959 ED Streefkerk

0184-661847 dvdgraaf@hotmail.nl

Zuid-Oost J.D. van Vugt

Uithof 32, 4261 LP Wijk en Aalburg

0416-351942 info@janvanvugtalarmering.nl

Zuid-West A.J. Doorn Prins Bernhardstraat 11, 3244 BK Nieuwe-Tonge

0187-651731 ajdoorn@filternet.nl

21

Zicht op evangelisatie

Koran, Soera 5:72 Zij lasteren God, die zeggen: ‘Waarlijk

God, Hij is de Misah (Messias), de

zoon van Maryam (Maria). Terwijl de

Misah zelf zeide: ‘O, kinderen Israëls,

aanbid God, die mijn Heer en uw

Heer is’. Waarlijk voor hem die iets

met God vereenzelvigt, heeft God de

Hemel verboden en het Vuur zal zijn

verblijfplaats zijn.

Koran; Soera 6:101,102 Wondere Schepper der hemelen en

der aarde. Hoe kan Hij een zoon

hebben, wanneer Hij geen gemalin

heeft? Hij heeft alles geschapen en

Hij is een kenner van alle dingen.

Zo is God, uw Heer. Er is geen God

naast hem.

22

‘De meeste moslims zijn het er over eens dat het Woord van God niet geschapen is.’

De Islam is, evenals het Jodendom en het Christen-dom, de godsdienst van één God. Ook de moslim doet

een vreselijke zonde om iets of iemand anders te houden voor (een) god naast de enige ware God. Probeer eens door de ogen van een moslim te kijken. In bijna alle commu-nicatie komt Johannes 3:16 (dat Hij zijn eniggeboren Zoon gaf) aan de orde. Een moslim is vanaf de kindertijd ver-teld dat God één is, dat Hij geen (vrou-welijke) partner heeft, niet geboren is, en geen andere goden of godinnen uit Hem geboren worden.

Het is belangrijk om bij moslims niet de idee op te roepen dat u meer dan één God dient. Dit denkbeeld kan een geweldige hindernis zijn of worden om de eenvoudige boodschap van het Evangelie nog (aan) te horen. Een mos-lim zal zich snel afkeren wanneer hij denkt dat er in het Christendom min-stens twee goden zijn.

Probeer dus de term ‘Zoon van God’ te vermijden in de eerste contacten met moslims. Er zijn veel andere Bijbelse termen om Jezus te beschrijven. Als je over Jezus vertelt, spreek dan over de grote macht en autoriteit die God Hem gegeven heeft. Spreek over Hem als de

De Zoon van de Vader

In gesprek met moslims over ‘Gods Zoon’

Menige christen zegt té haastig tegen een moslim: ‘Jezus is God!’ en ‘Jezus is de Zoon van God!’

‘Heilige Dienstknecht’, de ‘Vredevorst’, de ‘Heiland’, Die op aarde kwam om zondaren met God te verzoenen door Zijn leven als losprijs te geven, voor allen die in Hem geloven. Door deze ‘Heilige’ en ‘Rechtvaardige’ kan men het eeuwige leven ontvangen. Genoeg benamingen om in het begin Jezus als Christus te verkondigen. Maak de Evangelieboodschap niet onnodig ingewikkeld door een theolo-gische uiteenzetting. Het vermogen om bijvoorbeeld de goddelijkheid van Jezus rationeel te begrijpen is niet vereist om behouden te worden. Wie zou dat ove-rigens kunnen begrijpen? Het is juist geloven: Jezus is de Christus, zowel waarachtig God als waarachtig en recht-vaardig mens, door God gezonden en de Enige door Wie we verlossing en verge-ving van onze zonden kunnen krijgen.

Er zijn, naast de term ‘Zoon van God’, genoeg aanwijzingen in de Bijbel (2 Kor.4:4, Kol.1:15, Hebr.1:3) die naar de Goddelijkheid van Jezus verwijzen. Bijvoorbeeld Openbaring 19:13 ‘en Zijn naam wordt genoemd het Woord

Gods’. Het Woord van God komt ook in de Koran voor. Opmerkelijk: De meeste moslims zijn het er over eens dat het Woord van God niet geschapen is. Het is van Goddelijke essentie; een Goddelijk wezen dus!Leg, desgewenst, een moslim uit dat ‘de Zoon van’ een symbolische uitdruk-king is met meerdere betekenissen. De bewoording ‘Zoon van God’ verwijst naar de speciale relatie die Jezus met God had. Vraag bijvoorbeeld aan een moslim wie volgens de Koran de ech-te vader van Jezus is? De Koran leert namelijk ook dat Jezus op een wonder-lijke manier uit een maagd geboren is en daarom geen aardse vader had. De woorden ‘De Zoon van God’ herinneren ons er ook aan dat Jezus niet de Zoon van enige man is. In plaats daarvan kwam Hij rechtstreeks van God. Zo wordt ook Adam, in Lukas 3:38, den zoon van God genoemd.

De commissie evangelisatie biedt een korte cursus aan met betrekking tot evangelisatie onder moslims.

23

Landelijke ontmoetings- en bezinningsdag Evangelisatie HHKD.V. zaterdag 10 mei zal er een landelijke ontmoetings- en bezinningsdag worden georganiseerd door de landelijke evangelisatie commissie binnen de HHK. Deze dag is be-doeld voor iedereen die het evangelisatiewerk een warm hart toedraagt. Noteert u deze datum alvast in uw agenda?! Nadere informatie volgt nog.

Presentatie over praktische evangelisatieDe commissie evangelisatie heeft een presentatie over evangeliseren in de praktijk. Vindt u het ook moeilijk om in de gesprekken het Evangelie duidelijk door te geven? Weet u soms ook niet wat u moet zeggen als men met bepaalde tegenwerpingen komt? De commissie evangelisatie heeft een powerpointpresentatie waarin aan de hand van, onder andere, korte beeldfragmenten dergelijke situaties worden behandeld. Als u geïnteresseerd bent, neem dan contact op met evangelisatie@hersteldhervormdekerk.nl

Nieuw: ‘DE BRUG CURSUS’

Een laagdrempelig cursusboek voor belangstellende buitenker-kelijke mensen. Aan de hand van Bijbelgedeelten komen de belangrijkste zaken uit het christelijk geloof aan de orde. De Bijbelgedeelten zijn niet uitgeschreven, zodat cursisten thuis kunnen raken in hun eigen (gekregen) Bijbel. Als u iemand kent die belangstel-ling heeft en er is iemand (vanuit de gemeente) die de cursus wil geven, kunt u hem aanvragen bij het kerkelijk bureau (zie elders in deze rubriek)

GemeenteraadsverkiezingenOp D.V. 19 maart a.s. zijn de gemeenteraadsverkiezingen. De commissie evangelisatie heeft een nieuwe folder die hierop inhaakt. Deze is gebaseerd op de folder die destijds is ontwikkeld voor de Tweede Kamerverkiezingen.

Folders over de heilsfeitenIn de vorige aflevering hebben we aandacht besteed aan ‘algemene folders’ en hoe daar mee om te gaan. Dit vanuit de brochures ‘effectief evangeliseren’die ook besteld kunnen worden. Deze keer willen we stilstaan bij de folders over de heilsfeiten.

Met een folder over de heilsfeiten kan men rond de chris-telijke feestdagen informatie verschaffen over de betekenis van de desbetreffende christelijke feestdag. De ervaring leert ons dat veel mensen in deze periode wel open staan om ‘nog weer eens een keer wat te lezen over waar het ook alweer om ging’.

Ook hier is het wenselijk de mensen de mogelijkheid te geven contact op te nemen. Deze contactmogelijkheid moet dan ook duidelijk worden weergegeven op de folder. Tevens is het mogelijk om een aanbod te doen voor een gratis Bij-bel(boek). Als er reacties op de folders komen moeten die op korte termijn door een ‘geschikt’ persoon worden afge-handeld. Een persoonlijk bezoek heeft altijd de voorkeur.U kunt de folders of Bijbelcursus bestellen via depot.evan-gelisatie@hersteldhervormdekerk.nl of tel. 0318 – 505541. Voor meer informatie zie ook www.evangelisatiehhk.nl

Gezocht vrijwilligersDe commissie evangelisatie zoekt nog vrijwilligers voor di-verse zaken. Op dit moment zijn we op zoek naar:• Iemand die af en toe een artikel wil schrijven voor het

blad ‘Zicht op de kerk’. • Een fotograaf die af en toe wat foto’s maakt om bij een

artikel te kunnen tonen. • Mensen die mee willen helpen bij de organisatie van de

jaarlijkse bezinnings- en ontmoetingsdag georganiseerd door commissie evangelisatie.

• Vrijwilligers die op de landelijke bijeenkomsten (bonds-dagen/jongerendagen) onze informatiestand willen be-zetten.

• Verder zijn ook voor het Bijbelhuis in Den Helder vrij-willigers altijd welkom.

Wanneer u/jij ons hierin wilt helpen, stuur dan een e-mail naar evangelisatie@hersteldhervormdekerk.nl en geef daarin aan wat u voor ons denkt te kunnen betekenen. Indien van toepassing, vermeld dan ook eventuele relevante opleiding en/of ervaring. Vergeet niet uw telefoonnummer te vermel-den, wij bellen u dan terug om verder zaken door te spreken.

Deze cursus bestaat uit 10 lessen:

1 De Bijbel

2 Wie is God?

3 Waarom leef ik?

4 Een kloof tussen God en mens

5 Bruggen die te kort zijn

6 De enige Brug

7 Een Vredesmissie

8 Geloof

9 Opnieuw beginnen

10 Eindeloos

24

Jongerendag 16- te Amersfoort, 22 maart

Bijbelstudieconferentie 18+te Lage Vuursche, 21-24 maart

Kinderappel 12- te Genemuiden, 29 maart

Kinderappel 12- te Sommelsdijk, 5 april

Kinderappel 12- te Putten, 12 april

Kamp 15+te Ermelo, 30 april - 2 mei

Vader- zoon survivalte België, 1-3 mei

Voor alle data geldt: Deo Volente

agenda

JongerenZicht op

25

Je kent vast Ruth en Orpa wel. Zij waren de schoondochters van Naomi. Als Naomi weer teruggaat naar Bethlehem wil zij ook afscheid van Orpa en

Ruth nemen. Maar Ruth wil geen af-scheid nemen, zij wil met Naomi mee. Orpa neemt wel afscheid. Naomi blijft zeggen dat ze terug moeten gaan naar Moab. Dat is het land waar Orpa en Ruth vandaan komen. Daar wonen hun familie en vrienden. En ze aanbid-den de god van dat land: Kamos.

Als Naomi al deze dingen opnoemt, maakt Orpa een keus: ze gaat terug. Van al deze dingen kan Orpa geen afscheid nemen. Ze houdt er teveel van. Ze houdt meer van haar familie en haar eigen god dan van Naomi en de God van Israël. Over die God

had Naomi veel verteld. Dat de HEERE een goede en machtige God is. Maar Orpa neemt afscheid van Hem. Ze dient liever haar eigen god. Maar Ruth wilde meer over de Heere leren. Zij kan van Hem geen afscheid nemen. En jij? Wil jij de Heere (meer) leren kennen? Of heb je net als Orpa geen zin om God te dienen, misschien

al afscheid genomen? Kom dan te-rug! De Heere wil graag dat je Hem dient! Hij geeft zelfs een belofte: Als je Mij vroeg zoekt, dan zul je Mij vinden!

Afscheid nemen of...

blijven?!

‘En jij? Wil jij de Heere (meer) leren kennen?’

Afscheid nemen. Doe jij dat weleens? Als je op vakantie gaat of als je bij iemand gaat logeren…

Dan zeg je vaak: ‘Tot over een week!’ Maar afscheid nemen is soms ook heel moeilijk. Bijvoorbeeld als je

weet dat je iemand heel lang niet zult zien. Dan kan een afscheid ook heel veel pijn doen!

Hanneke de Kat

12-

26

Wie was Demas?

In Kolossenzen 4:14 lezen we voor het eerst over hem: ‘Lukas groet u, en Démas.’ In de kantte-keningen staat: ‘Deze is wel een medearbeider van Paulus in zijn gevangenschap voor een

tijd geweest, maar heeft hem daarna schandelijk verlaten.’ In Filemon noemt Paulus hem zijn medear-beider. De laatste keer lezen we over hem in 2 Ti-motheüs 4:10: ‘Demas heeft mij verlaten, hebbende de tegenwoordige wereld lief gekregen en is naar Thessaloníca gereisd, Crescens naar Galátië, Titus naar Dalmatië.’ In de kanttekening bij deze tekst staat wat dat betekent: ‘het gemak van dit leven zoekend, om arbeid en gevaar te ontgaan, óf om zijn tijdelijke zaken te verzorgen. Wat dan niet bete-kent dat hij geheel en al van het geloof zou zijn af-gevallen.’ De statenvertalers laten de mogelijkheid open dat Démas toen weliswaar geen goede keus maakte – en ‘schandelijk handelde’ door Paulus te verlaten – maar dat hij wel een ware gelovige kan zijn geweest.

Was Démas een schijnchristen?

Wat je daar in de kanttekeningen leest, lijkt heel tegenstrijdig met het beeld dat wij vaak van Démas hebben. Hij was toch een voorbeeld van mensen

die op een christen lijken, maar vreemd zijn aan het zaligmakende werk van de Heilige Geest? Nou… als we bewijzen hadden dat Démas een schijngelovi-ge was, mochten we hem niet een ware gelovige noemen. Maar nu we deze bewijzen niet hebben, mogen we hem niet veroordelen. Dan moeten we er van uitgaan, dat het mogelijk is, dat hij toch een kind van God was. Zo oordelen onze statenvertalers terecht. Je kunt hieruit leren dat je niet lichtvaardig mag veroordelen.

(Dit artikel is een ingekorte versie van een rondzend-mail van ds. W. Pieters uit Garderen)

Je hebt tieners die al besloten hebben (net als

bijvoorbeeld Ezau) om, als ze volwassen zijn, de

kerk vaarwel te zeggen. Er zijn ook jongeren die in

hun tienerjaren nog wel meegaan, maar na hun

20e afhaken. Mensen wijzen dan vaak naar een

Bijbelse figuur die ook afhaakte: Demas, die ‘ deze

tegenwoordige wereld liever kreeg (dan de toeko-

mende)’ (2 Tim. 4:10).

16-Afhakers zijn Schijn- christenen?

27

Van AFHAKER naar

AANHAKER

AFHAKER JOAN (19)

WORDT AANHAKER:

‘HET IS ALLEEN GENADE’

28

Drie jaar lang leeft Joan voor de wereld. ‘Roken was een dagelijkse bezig-heid en in het weekend

dronk ik liters alcohol.’ Deze manier van leven bevalt hem in eerste instantie goed. ‘Ik had regelmatig verkering met onkerkelijke meisjes. De gedachte dat dat verkeerd was, duwde ik ver weg.’ Niemand krijgt vat op het leven van Joan. ‘Mijn vader voerde serieuze gesprekken met me. Het liet me totaal koud. Later sms’te mijn zus dat het haar pijn deed dat ik niet meer in de kerk kwam. Ik negeerde haar sms volledig.’

Terwijl niemand raad weet met deze afhaker, houdt de Heere grip op het leven van Joan. ‘Af en toe zond ik schietge-bedjes op naar de Heere. Vooral in situaties van nood. De Heere liet mij zien dat Hij gebeden verhoorde. Hij zorgde ervoor dat enorme buikpijn overging. En zo wekte Hij op talloze manieren mijn vertrouwen op. Hij liet mij zien dat ik moest geloven.’ Nu Joan merkt dat de Heere wer-kelijkheid wordt in zijn leven, beseft hij dat het tijd wordt om terug te gaan naar de kerk. ‘Die stap was groot. Een week lang had ik het er erg moeilijk mee. In mijn gedachten bad ik onophoudelijk.’

In een doos zoekt Joan zijn Bijbel op. De volgende zondagavond gaat hij voor het eerst naar de sporthal, waar de Hersteld Hervormde ge-meente van Ouddorp op dat mo-ment samenkomt. ‘In mijn gebeden dwong ik de Heere om die avond in te grijpen in mijn leven. Ik leerde me-zelf een beetje kennen. Als de Heere het nu niet zou doen, zou ik nooit

meer naar de kerk gaan.’ Direct bij het zingen van de eerste Psalm laat de Heere aan deze jongere zien dat hij ten diepste een spotter is. Uit duizend monden klinkt het eerste woord van Psalm 1:1: ‘Welzalig’. ‘Die welzaligheid kende ik niet. Terwijl de gemeente zong over de ‘spotters’, zag ik mijzelf zitten in het hok waar ik op zaterdagavond altijd met vrien-den zat. Welgelukzalig ben je als je naar de wil van de Heere wandelt.’

‘Vanaf die dag bezocht ik trouw de kerk, ook doordeweeks. Het onderzoeken van de Bijbel gaf

veel vreugde. Toch kon ik er niet mee leven. Het was niet genoeg. Ik zocht verder naar iets dat ik niet kon vinden. Het maakte me moe-deloos. Tot ik in een boekje van McCheyne over een jongen las, die onophoudelijk bad: ‘Heere, ik laat U niet gaan, tenzij Gij mij ze-gent.’ Joan zoekt een stil plekje op. ‘Daar smeekte ik de Heere zonder

ophouden of Hij mij wilde zegenen. Maar ik kreeg het niet voor elkaar. Ik viel op mijn bed in slaap. Het was allemaal van mijzelf.’

Dezelfde avond hoort Joan een preek over de rijke dwaas. ‘Hij bouwde schu-ren en in die nacht stierf hij. Dat raakte me diep.’ Op-nieuw zoekt hij de troon van

Gods genade. ‘Heere, ik laat U niet gaan. Ik kon de woorden niet afma-ken. Ik verdiende het niet. Schapen van de Heere dragen een merkte-ken. Druppels van Zijn bloed. Dat bloed was ik niet waard. Toch vroeg ik erom. Merk mij met Uw merkteken. Dan kun je het alleen nog maar aan God overlaten. Het is alleen genade, omdat de Heere zo goed is.’ Op het moment dat Joan alles loslaat, ervaart hij dat de druppels van Christus’ bloed in zijn hart vallen. ‘Nu mag ik wonder boven wonder verder kijken dan mezelf. Door te zien op Jezus.

‘AF EN TOE ZOND IK SCHIETGEBEDJES OP

NAAR DE HEERE. VOORAL IN SITUATIES VAN NOOD.’

Zondag 14 februari 2010 wisselt zijn kerkelijke gemeente van locatie. Joan grijpt

zijn kans. Al langere tijd gaat hij ’s morgens niet meer naar de kerk. Nu kan hij er

ongezien ook ‘s avonds tussenuit knijpen. ‘Geloof’ zegt hem niets. Van levend geloof

merkt hij weinig in zijn omgeving. Ondanks zijn christelijke opvoeding, ervaart hij

God niet persoonlijk in zijn leven. Joan haakt af. ‘Ik zat ’s avonds in de kerk te slapen.

Op het moment dat ik wakker was, at ik mijn rol snoep leeg.’

Jacoline Roon (Jeugdwerkadviseur)

16+

29

Ik woon in een lekke laadbak

Weduwe Wenera, Georgië www.winterhulp.nl/wenera

Geef op IBAN: NL42 RABO 0161 004 555 o.v.v. Winterhulp

lpwordt u haar

?

Twee generatiesDe predikant die de begrafenis van mijn oma leidde, stond voor een pittige op-dracht. Het merendeel van de familie verliet de kerk tijdens hun tienerjaren. De jongste generatie groeide op zon-der Bijbel en kerk. Op de dienstdoende predikant bij oma’s begrafenis rustte daarom de taak om hen in eenvoudige woorden de kern van het Evangelie te verkondigen. Hij opende de Bijbel, bij de Psalmen. Om vervolgens eerst uit te leg-gen wat ‘een Bijbel’ is en waarom men-sen ‘Psalmen’ schreven.

Deze begrafenisdienst maakte mij dui-delijk dat er slechts twee generaties voor nodig zijn om de inhoud en beloften van het christelijk geloof totaal kwijt te raken. De eerste generatie leeft bij het Woord, de tweede haakt af, de derde weet niets meer. Dit betekent dat iedere ge-neratie op een beslissende splitsing staat als het gaat om de overdracht van de realiteit van ‘het leven voor Gods aan-gezicht’. Tegelijkertijd maakt het duidelijk dat de overdracht van een christelijke opvoeding en levensstijl niet maakbaar is. Hierin geldt totale afhankelijkheid van het werk van de Heilige Geest.

Eenzame strijdVoor ouders is het afhaken van kinderen

vaak een eenzame strijd. Het trouw vol-gende kind, blijkt in de puberjaren om te slaan. Eerst lijkt het van tijdelijke aard te zijn, maar uiteindelijk haakt het soms de-finitief af. Strijd, discussie en verdriet zijn in die periode aan de orde van de dag. Dit blijkt uit het hiernaast afgedrukte e-mail-bericht van een verdrietige moeder.

Voor ouderparen die met hun kinderen door een dergelijke periode heen wor-stelen, is het buitengewoon belangrijk te weten dat ze er niet alleen voor staan. Het kind is evenveel kind van de ouders, als van de gemeente. Dit betekent dat we als medechristenen mee lijden met ouders wanneer hun kinderen afhaken. Er dreigt immers iemand verloren te gaan.

Gevouwen handenEen kind dat afhaakt draagt Gods ze-gel mee door de doop. De Heere Zelf verbond Zijn Naam aan deze jongere. Daarom blijft er altijd een pleitgrond. Bidt samen met strijdende ouders mee voor het behoud van (afhakende) jongeren in de gemeente. Sta in liefde om elkaar heen. Waar wij samen aanvaarden dat opvoeden niet ‘maakbaar’ is, buigen we samen voor Gods aangezicht. Ontferm U Heere, om Jezus’ wil alleen.

Boven de wieg hebben ouders hun dromen. Gedachten vliegen tientallen

jaren vooruit, terwijl een glimlach om de mondhoeken speelt. Vol

verwachting voor wat komt. De realiteit leert echter dat niet alle kinderen

‘goed terechtkomen’. Sommigen keren de Heere de rug toe. Dit gaat

gepaard met strijd, verdriet en onmacht. Zowel voor ouder als kind.Steven Middelkoop (senior jeugdwerkadviseur)

Ouders

Als een kind van de gemeente AFHAAKT

E-mailbericht

Beste jeugdwerkadviseur,

Wij hebben een zoon van

bijna twintig. Hij wil niets

meer met de kerk te maken

hebben. Hoe lang hij nog

mee gaat naar de kerk weet

ik niet. Het zal niet lang

meer duren of hij stopt er

mee. Van ons moet hij nog

een jaar naar catechisatie,

dit gaat met veel verweer.

Het komt de sfeer in huis

niet ten goede. Een gesprek

is niet mogelijk, negeren

vind ik moeilijk. Heeft u

wat adviezen? Moet ik dan

machteloos toezien hoe hij

de Heere de rug toekeert?

Een moeder

!

31

Voor de beeldvorming, hoeveel jon-geren telt jullie gemeente?‘De gemeente is jong is twee opzich-ten, in ontstaansgeschiedenis en ook als we kijken naar de vertegenwoor-diging van de verschillende leeftijds-categorieën. Onder de 11 jaar heb-ben we 94 kinderen, van 11 tot en met 20 zijn er 60 jongeren en vanaf 21 jaar zijn er nog eens 16 jongeren. Toch een grote schare jonge jeugd!’

Naar het onderwerp, heeft de ge-meente weleens te maken gehad met afhakers?‘De afgelopen jaren is het een en-kele keer gebeurd dat jongeren niet meer actief meeleefden en kerk-bezoek en catechisatie losgelaten hebben.’

Een verdrietige zaak, hoe merkt een kerkenraad dat, als er zo’n jongere passiever wordt, en wat doen jullie dan? ‘We zijn een kleine gemeente en ken-nen elkaar eigenlijk allemaal wel. De jongeren worden gemist in de zon-dagse diensten. We zien ze niet meer langskomen als we met een deel van de ambtsdragers zondags voor de dienst bij de voorkant van de kerk staan om gemeenteleden en andere bezoekers te verwelkomen.We doen een aantal logische din-gen. Bij de jongsten spreken we als

Iedere kerkenraad kent het wel, iedere gemeente herkent het vast. De problematiek rond

jongeren of jongvolwassenen die langzaam, maar gestaag gaan achterlopen in de kerkelijke

pas, om ten slotte geheel af te haken en ‘los te raken’ van de kerk. We vroegen diaken

Blankespoor van de HHG Rouveen, Hasselt, Zwolle e.o. hoe zij omgaan met dit ‘fenomeen’.

Ewald Kloosterman

kerkenraad met de ouders over de afwezigheid van hun kind met bijvoorbeeld huisbezoek. Bij afwezig-heid op de catechisaties wordt ook navraag gedaan bij de ouders. Ou-dere jeugd en jonge stelletjes wor-den ook wel rechtstreeks benaderd.’

Het afhaken van jongeren is onge-twijfeld een teleurstelling voor de gemeente en een verlies voor de zaak van Gods Koninkrijk. Wat werkt volgens u preventief - voor zover het in onze mogelijkheden ligt - jonge-ren bij de kerk te houden? ‘Wat preventief werkt is om te zorgen dat de jeugd zich betrokken voelt bij de kerkelijke gemeenschap. De eerste taak ligt daarin bij de ouders. De vraag is of we zelf als ouders be-trokken zijn, of we actief meeleven. Is er liefde tot het Woord en tot de ere-dienst, de dienst van God?

Daarnaast zorgen we als kerk samen met veel ouders en jongeren ervoor dat er vanaf jonge leeftijd al momen-ten zijn, ook naast de catechese, dat de kinderen en jongeren bij elkaar zijn. Je kunt dan denken aan de verenigin-gen en kinderclubs voor verschillende leeftijden. Zo creëer je betrokkenheid, en dat heeft een samenbindend effect. Voor kerkenraden en jeugd-ouderlingen is het daarin noodzakelijk om jongeren te kennen.‘

Tot slot, wat is volgens u een moge-lijke oorzaak van het feit dat mensen afhaken en hoe kan een gemeente daar ook in participeren? Wat is een mogelijke ‘relatieve’ sleutel voor dit probleem?‘Een specifieke oorzaak is wellicht lastig aan te wijzen. Toch kun je zeg-gen dat de ‘goede’ gewoonte om met ouders mee te gaan naar de kerk minder is dan jaren terug. Jon-geren en ouderen die enkel uit ge-woonte naar Gods huis komen, ha-ken tegenwoordig eerder af, omdat je er niet meer door de omgeving op aan wordt gesproken. Hier zien we een gevolg van de individualisti-sche samenleving.

Het lijkt me daarom belangrijk de onderlinge band en de onderlinge liefde te voeden zoveel als mogelijk. Zorg ervoor dat ook jongeren voelen en weten dat zij net zo goed meetel-len als de ouderen. Heb oog en hart voor ze.

Boven dit alles staat dat we als ge-meente de jongeren moeten opdra-gen in het gebed. Veel komt op hen af en ze hebben de speciale zorg van de Zaligmaker nodig. Ze moe-ten verlost worden en de liefde van Christus jong leren kennen. Dát is de beste preventieve zorg waar we om moeten en mogen bidden.’

Ambtsdragers

‘Afhakers en opdragers’

32

Dit jongerenkatern gaat over ‘afhaken’. He-laas komt dit in onze gemeenten ook voor. Afhaken: er mee stoppen, ophouden, niet langer meedoen, opgeven, er mee kap-

pen...Wat doet het ons als ouders, leidinggevenden en HHJO als jongeren dreigen af te haken of al afgehaakt zijn? Denk nog eens aan die trein, de passagiers kwamen niet op hun bestemming aan. Er is een levensgroot ge-vaar dat afhakers niet op hun bestemming aankomen...Nogmaals de vraag: wat doet het ons? Of: wat doen wij ermee?

Binnenkort wordt het beleidsplan van de HHJO voor de komende jaren vastgesteld. Twee van de centrale the-ma’s zijn: verbinding en verbond.

Om met verbinding te beginnen: Hier ligt een taak voor ons allen. Maak contact met jongeren. Wees een voor-beeld voor hen en laat zien dat de dienst aan de Heere een liefdedienst is. ‘Het is mij goed om nabij God te zijn.’

Tenslotte geldt voor iedereen, afhaker of trouw kerkgan-ger, dat we de God van het verbond moeten kennen met ons hart. Hij is het Die ons vast wil houden en door een waar geloof op onze bestemming wil brengen.

Laat ons met lijdzaamheid lopen de loopbaan, die ons voorgesteld is. Ziende op de oversten Leidsman en Vol-einder des geloofs, Jezus, Dewelke, voor de vreugde, die Hem voorgesteld was, het kruis heeft verdragen en schande veracht, en is gezeten aan de rechterhand van den troon Gods (Hebr.12:2).

Bestuur

Afhaken

Het gebeurde op 13 december jl. Ergens op de Veluwe reed een trein vol met

passagiers op weg naar diverse bestemmingen. Ter hoogte van Nijkerk ging het

mis. Spontaan raakte een treinstel los. Gelukkig zonder ernstige gevolgen, maar

de passagiers kwamen niet op hun bestemming aan.J. van Zijtveld (Secretaris HHJO)

‘WIE VOLHARDEN ZAL

TOT HET EINDE DIE ZAL

ZALIG WORDEN.’

33

Leidinggevenden

Alle jongeren in het oog

34

VerantwoordelijkheidOp advies van zijn schoonvader Jethro verdeelde Mozes het volk in groepen. Dit resulteerde in een mo-del waarbij oversten over duizend, honderd en vijftig verantwoorde-lijkheid droegen voor een bepaald deel van het volk. Op die manier werd iedereen recht gedaan en kon Mozes zich concentreren op de gevallen die zijn volle aandacht vroegen.

Wie de lijn van Mozes doortrekt naar het jeugdwerk, ziet mogelijkheden voor het delen van verantwoor-delijkheid. Je kunt niet in je eentje zorg dragen voor alle jongeren van de gemeente. Vandaar dat ker-kenraden het jeugdwerk opsplitsen in doelgroepen, bijvoorbeeld 12-, 16- en 16+. Vervolgens kunnen lei-dinggevenden deze groepen nader opsplitsen, in kleine groepjes. Zo houd je samen overzicht en ben je tegelijk persoonlijk verantwoordelijk voor een deel van het geheel. Dit voorkomt dat jongeren tussen wal en schip vallen.

VerdelenAan het begin van het seizoen is helder welke jongeren naar de ver-

enigingen kunnen komen. Dat weet je op basis van een selectie vanuit het ledenregistratiesysteem van de gemeente. In de meeste gevallen is dit bestand via een eenvoudig mail-tje op te vragen bij de scriba van de kerkenraad. Deze groslijst vormt het uitgangspunt voor leidinggevenden. Zij dragen verantwoordelijkheid over alle jongeren van betreffende doel-groep, dus niet alleen de verenigings-bezoekers. Elke jongere is immers een

gedoopt kind van de gemeente. Vanuit onze verantwoordelijkheid als gemeentelid hebben we samen met de ouders ‘ja’ op gezegd op onze vormende en opvoedende taak.

De groslijst verdeel je over de ver-schillende leidinggevenden. Dit betekent dat iedere leidinggevende in alfabetische volgorde een aantal namen toegewezen krijgt. Dat zijn ‘jouw’ jongeren. Gedurende het sei-zoen ben je voor hen verantwoorde-lijk. Je kijkt of ze er zijn, je maakt een praatje. Als ze niet of nooit komen, stuur je een mailtje, een sms’je of ga je een keer langs. Op hun verjaar-dag krijgen ze een kaart en wellicht kun je contact krijgen via de sociale media. Zo sta je als leidinggevende

in hun zone van nabijheid; beschik-baar en betrouwbaar.

AfhankelijkWordt het bereiken van jongeren hiermee maakbaar? Zeker niet. In de verkondiging van het Evangelie en de omgang met jongeren zijn we voluit afhankelijk van het werk van de Heilige Geest. De Heere Zelf staat in voor Zijn werk. Dit ontslaat ons echter niet van de verantwoor-delijkheid om alle(!) jongeren van de gemeente te doen ervaren dat ze ‘gezien’ en ‘gehoord’ zijn. Zoals ook de Heere Jezus oog had voor de enkeling.

Toen Mozes de leiding kreeg over het volk Israël, dacht hij alles alleen

te moeten doen. Hij was ontzettend druk met tal van zaken, maar kwam

tegelijk aan nog veel meer dingen niet toe. Zijn schoonvader Jethro gaf hem

daarom de tip om het volk te verdelen in diverse lagen van hiërarchie. Dit

leiderschapsmodel van Jethro kan een spiegel vormen voor het creëren van

overzicht en contact met alle jongeren in de gemeente.Steven Middelkoop (senior jeugdwerkadviseur)

‘LEIDINGGEVENDEN DRAGEN VERANT-

WOORDELIJKHEID OVER ALLE JONGEREN

VAN BETREFFENDE DOELGROEP, DUS NIET

ALLEEN DE VERENIGINGSBEZOEKERS.’Mozesmodel in de praktijkLeidinggevende Pieter houdt contact met:

- Marieke (13) - Pieter (16)- Henk (15)- Petra (14)- Wendy (12)

Met hen houdt Pieter contact: • Stuurt een kaartje op hun ver-

jaardag. • Gaat een keer langs als ze nooit

op de vereniging geweest zijn. • Toont interesse in de tiener

zelf, los van de vereniging.

35

Ons evenement. UW MOMENT.

KOM MET DE HELE FAMILIE IN DE VOORJAARSVAKANTIE NAAR:

PMS 144C

PMS 2756C

RGB 220-145-0

RGB 34-32-108

#DC9100

#22206C

IN SAMENWERKING MET

Een gezellig dagje uit met het hele gezin

OPENINGSTIJDENWoensdag 26 februari 2014 13.00 - 21.00 uurDonderdag 27 februari 2014 13.00 - 21.00 uurVrijdag 28 februari 2014 10.00 - 18.00 uur

ENTREEPRIJZENinclusief parkeren, eten en drinkenKinderen t/m 5 jaar* gratisKinderen 6 t/m 11 jaar* & 65+ € 7,50Kinderen 12 t/m 17 jaar € 10,00Volwassenen € 12,50Gezinskaart € 30,00* Alleen in combinatie met een volwassene of 65+

26 t/m 28 februari 2014

Blijf op de hoogte van het laatste nieuws:

@familiedagen

Familiedagen Gorinchem en Hardenberg

www.evenementenhal.nl/hardenbergwww.familiedagen.nu