New Praktijkvoorbeelden van scholen - evaluatiewijzer didactisch … · 2017. 5. 1. ·...
Transcript of New Praktijkvoorbeelden van scholen - evaluatiewijzer didactisch … · 2017. 5. 1. ·...
-
Evaluatiewijzer didactisch coachen in de les, versie 1.0, juli 2016 1
Evaluatiewijzer didactisch coachen Versie 1.1, juli 2016 Voor u ligt de evaluatiewijzer didactisch coachen in de lesgebonden situatie. Deze evaluatie is ontwikkeld in opdracht van het project Leerling2020, leerlab ‘Docent als didactische coach: hoe ziet de veranderende rol van de docent als didactische coach er uit.’ Naast deze evaluatiewijzer is een procesbeschrijving ontwikkeld waarin een procesmodel is opgenomen van de wijze waarop deze evaluatiewijzer in de school ingezet en geïmplementeerd kan worden. De evaluatiewijzer beschrijft het gewenste gedrag van de coach. De streefdoelen zijn uitgeschreven (op niveau). Bij vaardigheden die boven of onder niveau worden gewaardeerd moet de argumentatie daarvan worden beschreven. Als een indicator onder niveau wordt gescoord ligt de regie op dat punt te veel bij de docent. Er is sprake van een score boven niveau wanneer de leerling de regie over het eigen leerproces op doeltreffende wijze in eigen handen neemt. Indeling van de indicatoren Bij het kiezen voor een indeling van de indicatoren in de evaluatiewijzer is een aantal uitgangspunten vastgesteld. Ten eerste moet het gebruiksvriendelijk zijn. Het is dan logisch dat het instrument zo veel mogelijk de opbouw van het coachingsgesprek volgt. Daarnaast zijn inzichten over effectieve feedback en formatieve evaluatie toegepast voor de indeling in indicatoren. Zo ontstaat de indeling in de hoofditems:
1. Feed up 2. Feedback 3. Feed forward
Feed up omvat het stellen van leerdoelen met de leerling in relatie tot de leerhouding van de leerling. Bij feedback wordt objectief naar de resultaten gekeken en vindt reflectie plaats op de toegepaste strategieën. Bij feed forward wordt gekeken wat nog gedaan moet worden om de leerdoelen te bereiken en welke strategieën de leerling daarbij het beste kan gebruiken. Daar hoort ook een goede tijdsplanning bij. Door het gehele gesprek spelen ook de sociale en affectieve vaardigheden van de coach een grote rol. Die worden in beeld gebracht in de het deelgebied:
4. Contact en contract
-
Evaluatiewijzer didactisch coachen in de les, versie 1.0, juli 2016 2
De indicatoren zijn tot dusver opgesteld om het didactisch coachen in de lesgebonden situatie te evalueren. De betekent dat voor de term ‘coach’ ook ‘vakdocent’ kan worden gelezen. In de lessituatie vindt coachen vaker informeel plaats. In de indicatoren wordt gesproken over de leerling. In de praktijk kan dit ook een (kleine) groep leerlingen zijn. In het geval er behoefte en gelegenheid is om een individueel coachingsgesprek te voeren omvat item 5 de specifieke indicatoren voor de evaluatie van een individueel gesprek. Tenslotte biedt een individueel gesprek de coach de gelegenheid m de specifieke persoonlijke kwaliteiten van die leerling te bespreken. Voor het individuele coachingsgesprek zijn twee deelgebieden met indicatoren benoemd:
5. Individueel gesprek 6. Persoonlijke kwaliteiten
Het totaal aan indicatoren ziet er schematisch in stappen als volgt uit:
Totaaloverzicht opbouw indicatoren evaluatiewijzer
Duidelijkheid, structuur, veiligheid 5. Individueel gesprek
Spiegelen, uitdaging, eigenaarschap, relatie 4. Contact en Contract
1. Feed up Leerhouding Leerdoelen
2. Feedback Feedback Terugblik strategieën
3. Feed forward Te volgen strategieën Plannen
-
Evaluatiewijzer didactisch coachen in de les, versie 1.0, juli 2016 3
Gebruik van indicatoren De evaluatiewijzer kent een groot aantal indicatoren. Daarnaast zijn er grote verschillen tussen de participerende scholen in het leerlab en daarbuiten. Het is dus belangrijk dat scholen het instrument naar eigen inzicht kunnen aanpassen door indicatoren te wijzigen, toe te voegen of te verwijderen. Ook het ontwikkelproces van de leraar bepaalt de vorm van het instrument. Door de indeling in de 6 deelgebieden kunnen coaches of scholen keuzes maken in de indicatoren die worden gescoord, afhankelijk van de ontwikkeling van de coach of de school. In eerste instantie zal een breed beeld van de coachingsvaardigheden gewenst zijn. Daarom is een startset van indicatoren samengesteld. Deze startset bestaat uit een beperkt aantal indicatoren van de eerste drie deelgebieden:
Startset indicatoren evaluatiewijzer In de verdere ontwikkeling van de coach bestaat de mogelijkheid om een bredere of smallere band aan indicatoren te gebruiken om een of meerdere vaardigheden te scoren. Zo kan voor een diepere evaluatie op één deelgebied de complete set van de indicatoren van dat deelgebied worden gebruikt. Uiteraard zijn ook combiacties van deelgebieden mogelijk. Tenslotte staat het scholen vrij om schoolspecifieke indicatoren toe te voegen of een schoolspecifieke samenstelling van indicatoren te maken.
1. Feed up Leerhouding Leerdoelen
2. Feedback Feedback Terugblik strategieën
3. Feed forward Te volgen strategieën Plannen
-
Evaluatiewijzer didactisch coachen in de les, versie 1.0, juli 2016 4
Indicatoren Startset Indicatoren Onder niveau Op niveau Boven niveau
Leerhouding De coach stelt vragen over de leerhouding van de leerling
Doelen stellen (Feed up) De coach behandelt de gestelde leerdoelen met de leerling
Op weg naar doelen (feedback) De coach checkt hoe ver de leerling is op weg naar alle leerdoelen
Strategieën toepassen De coach bevraagt de leerling naar gebruikte strategieën
Reflectie op strategieën De coach laat de leerling de effectiviteit van de gebruikte strategieën verwoorden
Bijstellen van strategieën (feed forward)
De coach laat de leerling de gevolgde strategie bijstellen/aanscherpen
Plannen De coach laat de leerling een planning opstellen om de leerdoelen te bereiken
-
Evaluatiewijzer didactisch coachen in de les, versie 1.0, juli 2016 5
Indicatoren Onder niveau Op niveau Boven niveau
Doelen stellen De coach behandelt de gestelde leerdoelen met de leerling
Doelen zijn duidelijk De coach checkt of alle leerdoelen duidelijk zijn voor de leerling.
Doelen formuleren (van top down naar bottom up)
De coach laat de leerling de gestelde leerdoelen in eigen woorden formuleren.
Doelen formuleren (bottom up) De coach stimuleert de leerling zijn/haar eigen leerdoelen te formuleren.
1. Feed up Leerhouding Leerdoelen
-
Evaluatiewijzer didactisch coachen in de les, versie 1.0, juli 2016 6
Indicatoren Onder niveau Op niveau Boven niveau
Leerhouding De coach stelt vragen over de leerhouding van de leerling
Reflectie op leerhouding De coach laat de leerling de eigen leerhouding verwoorden
Motivatie De coach vraagt naar de motivatie van de leerling voor de besproken leerinhoud
Evaluatie De coach geeft de leerling feedback over de leerhouding
1. Feed up Leerhouding Leerdoelen
-
Evaluatiewijzer didactisch coachen in de les, versie 1.0, juli 2016 7
Indicatoren Onder niveau Op niveau Boven niveau
Bepalen hoe ver de leerling is De coach checkt of de leerling inzicht in zijn voortgang heeft
Op weg naar doelen De coach checkt hoe ver de leerling is op weg naar alle leerdoelen
Controle De coach controleert of de leerling de doelen echt behaald heeft
Toegepaste Strategieën
De coach bevraagt de leerling naar gebruikte strategieën
Reflectie op strategieën De coach laat de leerling de effectiviteit van de gebruikte strategieën verwoorden
Evaluatie van strategieën De coach geeft de leerling feedback over de effectiviteit van de gebruikte strategieën
2. Feedback Feedback Terugblik strategieën
-
Evaluatiewijzer didactisch coachen in de les, versie 1.0, juli 2016 8
Indicatoren Onder niveau Op niveau Boven niveau
Keuzes maken in strategieën De coach stimuleert de leerling afwegingen te beargumenteren
Bijstellen van strategieën De coach laat de leerling de gevolgde strategie bijstellen/aanscherpen
Nieuwe strategieën Of de coach leert de leerling een nieuwe strategie
Te gebruiken strategieën De coach laat de leerling de meest geschikte strategieën beschrijven passend bij de leerdoelen
Plannen De coach laat de leerling een planning opstellen om de leerdoelen te bereiken
3. Feed forward Te volgen strategieën Plannen
-
Evaluatiewijzer didactisch coachen in de les, versie 1.0, juli 2016 9
Indicatoren Onder niveau Op niveau Boven niveau
Spiegelen De coach geeft terug en stelt vragen; de coach oordeelt niet
Het gesprek is uitdagend De coach daagt de leerling uit door de leerling uit zijn comfortzone te halen
Doorvragen De coach vraagt door (waarom?)
Hoge doelen De coach daagt de leerling uit hogere doelen na te streven
Nieuw strategieën De coach daagt de leerling uit nieuwe strategieën toe te passen
Eigenaarschap De coach laat de leerling eigen keuzes maken
4. Contact en Contract Spiegelen Uitdaging Eigenaarschap Relatie
-
Evaluatiewijzer didactisch coachen in de les, versie 1.0, juli 2016 10
Indicatoren Onder niveau Op niveau Boven niveau
De relatie tussen coach en leerling is goed
De coach toont interesse voor de leerling
Contact De coach maakt oogcontact met de leerling
Luisteren De coach laat een actieve luisterhouding zien door te knikken, te hummen, enz.
Evenwaardig De coach zorgt voor balans in inbreng van de leerling en de coach in het gesprek
Authentiek De coach blijft zichzelf in het gesprek
Evaluatie De coach biedt de leerling de ruimte het gesprek te evalueren
Feedback De coach geeft de leerling de ruimte feedback naar de coach te geven
4. Contact en Contract Spiegelen Uitdaging Eigenaarschap Relatie
-
Evaluatiewijzer didactisch coachen in de les, versie 1.0, juli 2016 11
Indicatoren Onder niveau Op niveau Boven niveau
Het gesprek is duidelijk De kaders van de coachingsgesprekken zijn besproken met de leerling
Beleving De coach sluit aan bij het niveau van de leerling
Structuur De coach gebruikt de afgesproken structuur voor het coachingsgesprek
Vastlegging De coach bespreekt met de leerling wie het verslag maakt van het gesprek
Het gesprek is veilig De coach stelt de leerling op zijn gemak
5. Individueel gesprek Duidelijkheid Structuur Veiligheid
-
Evaluatiewijzer didactisch coachen in de les, versie 1.0, juli 2016 12
Indicatoren Onder niveau Op niveau Boven niveau
Persoonlijke kwaliteiten De leerling toont initiatief in het gesprek
Verantwoordelijkheid De coach laat leerling verantwoordelijkheid nemen voor de eigen ontwikkeling en de te stellen doelen
Persoonlijke doelen De coach stimuleert de leerling tot persoonlijke doelen passend bij persoonlijke kwaliteiten
6. Persoonlijke kwaliteiten