Netwerken in Waterrecreatie Wereldwijd...

VAARKLAAR 2017

Netwerken in Waterrecreatie

Verbond Nederlandse Motorbootsport VNM

Wereldwijd verbonden

Portfolio

VAARKLAAR 2017



Portfolio voor de aangesloten watersportverenigingen,

merkenclubs en overige organisaties

INHOUD

Introductie .............................. 3

Het totale activiteitenpakket .. 5

Belangenbehartiging ............... 6

Advies en ondersteuning ........ 14

Communicatie ......................... 36

INTERESSANTE INFORMATIE

Laag tarief door volledige vrij-willigersorganisatie

Periodieke nieuwsbrief per e-mail

Advies en Ondersteuning & Informatievoorziening voor de besturen van de aangesloten verenigingen

Het Handboek Jachthaven-beheer en Goed (sport) bestuur

Belangenbehartiger voor de motorbootvaarder

Leeswijzer De kerntaken van het VNM bestaan primair uit twee onderdelen:

1. Extern netwerk...

...Belangenbehartiging

garantie voor continuïteit

2. Intern netwerk…

...Advies en Ondersteuning &

Informatievoorziening

in aansluiting op uw wensen

Daarnaast bestaan de werkzaamheden uit:

Communicatie met en tussen de participanten

Participantenbeleid, PR en marketing

2

VAARKLAAR

VAARKLAAR 2017



INTRODUCTIE VAARKLAAR

Verbond Nederlandse Motorbootsport (VNM) Het Verbond Nederlandse Motorbootsport is een stichting, die zich ten doel stelt: het behartigen van de belangen van de betrokkenen bij de watersport, de water-recreatie en het watertoerisme in het algemeen en van de bij haar aangesloten watersportverenigingen in het bijzonder.

Voorts: zorg te dragen voor onder-steuning van de besturen van die verenigingen. Bij het realiseren van deze doelstellingen wordt nauw sa-mengewerkt met de Koninklijke Ne-derlandsche Motorboot Club (KNMC), waarvan het VNM lid is. De aangesloten watersport-verenigingen en overige organisaties van het VNM (participanten) zijn hier-door geassocieerd lid van de KNMC.

Positionering Het VNM positioneert zich als het Verbond voor motorbootvaarders

Motorbootvaarders onderscheiden zich t.o.v. mede-watersporters door het ge-bruik van andere vaargebieden en vaartechnieken en zij vertonen een ander vaargedrag . Ook in andere Europese landen hebben motorbootvaarders zich verenigd in een apart landelijk verbond. Kenmerkend voor het VNM is, dat het verbond geleid wordt door enthousiaste vrijwilligers, die gebruik maken van effectieve lijnen, een uitgebreid netwerk en een breed lobbycircuit.

Als participant werkt u mee aan een krachtig VNM als belangenbehartiger, zowel nationaal als internationaal. Om aan de steeds wisselende wensen van de water-sport en aan de veelheid van nieuwe Europese regelgeving op dit gebied te kun-nen voldoen is veel kennis en inzet noodzakelijk. Het VNM heeft altijd als doelstelling gehad zowel nationaal als internationaal de belangen van de motorbootvaarders te behartigen. Met steeds vernieuwende regelgeving in de Europese Unie op het gebied van de watersport, is het heel be-langrijk om hierop tijdig te kunnen anticiperen en mee te kunnen beslissen. Door als watersportvereniging of organisatie participant te zijn of te worden doet u dat. U kunt er op vertrouwen dat uw belangen door ons bestuur daar deskundig wor-den behartigd.

3

NATIONAAL EN

INTERNATIONAAL .

INTRODUCTIE

STICHTING VNM

Welkom in een veranderend Europa

VAARKLAAR 2017



HET PORTFOLIO

HET PORTFOLIO

Het portfolio VAARKLAAR

Hierbij biedt het bestuur van het VNM u het overzicht aan van wat u van het verbond mag verwachten op het gebied van de behartiging van uw belangen en van de onder-werpen waarvoor u bij het verbond kunt aankloppen voor advisering en/of ondersteu-ning.

Dit activiteitenpakket is vastgelegd in een handzaam portfolio dat de naam "VAARKLAAR" heeft gekregen. De beschrijving en vormgeving is per onderwerp, waar-door het portfolio gemakkelijk geraadpleegd en actueel gehouden kan worden.

Jaarlijks ontvangt u per e-mail een geactualiseerde versie in pdf-vorm; doordat iedere nieuwe versie het jaartal van uitgifte meekrijgt valt eenvoudig vast te stellen welke de meest actuele is.

Opbouw van VAARKLAAR

De basis van het pakket bestaat uit twee groepen van activiteiten die plaatsvinden in respectievelijk het externe en het interne netwerk van het VNM. Daarnaast zijn er een aantal min of meer losstaande activiteiten, de "specials ", die afzonderlijke aandacht krijgen en waarvoor aparte spelregels gelden.

Jaarlijks kunnen er nieuwe activiteiten bijkomen en kunnen oude activiteiten afvallen.

De uitsplitsing van de netwerken is gedaan om duidelijk te maken dat het externe netwerk (belangenbehartiging, netwerken in waterrecreatie) hoofdzakelijk door het bestuur van het VNM wordt onderhouden, terwijl het interne netwerk (advies en on-dersteuning, in aansluiting op uw wensen) door bestuur en participanten gezamenlijk wordt onderhouden.

Het uitbouwen van het verbindend vermogen in deze netwerken zien wij als een grote uitdaging voor de komende tijd. Verbinden is namelijk essentieel voor het onderhou-den van deze netwerken en daardoor voor het delen van kennis op verschillende vak-gebieden, beleidsterreinen, organisatievormen en processen.

Het VNM verbindt: Netwerken in Waterrecreatie

4

BASISCONCEPT

INTRODUCTIE

INTRODUCTIE

Kantoor

Leerdam

VAARKLAAR 2017



1. Belangenbehartiging; netwerken in waterrecreatie Het VNM behartigt de belangen van de bij haar aangesloten watersportverenigingen en overige organisaties (participanten) en neemt deel aan overleg in nationale en inter-nationale overlegorganen. Een en ander in nauwe samenwerking met de Koninklijke Nederlandsche Motorboot Club (KNMC), waarmee een samenwerkingsovereenkomst is afgesloten.

2. Advies en Ondersteuning & Informatievoorziening; in aansluiting op uw wensen Deze categorie is in twee segmenten te onderscheiden:

1) Juridisch beheer Het juridisch beheer behelst alles wat met weten regelgeving te maken heeft.

2) Praktisch beheer De bestuurlijke en organisatorische aspecten.

Zowel op het gebied van wet en regelgeving inzake jachthavens, recreatieterreinen en clubaccommodaties als over onderwerpen als uw bestuurlijke aansprakelijkheid, kan deskundig advies worden ingewonnen. Ook op het gebied van de bestuurlijke organisa-tie van een watersportvereniging en haar financiën kan advies worden gegeven.

Nieuw is het digitale Handboek Jachthavenbeheer, een kennisbank voor bestuursleden (zie pagina 32).

Het secretariaat van het VNM is gevestigd in het VNM /KNMC kantoor te Leerdam.

5

EXTERN NETWERK

HET TOTALE ACIVITEITENPAKKET

INTERN NETWERK

PAKKET

VAARKLAAR 2017



6

1. BELANGENBEHARTIGING

EXTERN NETWERK


1

VAARKLAAR 2017




H et Verbond Nederlandse Motorbootsport (VNM) biedt uitgebreide dienstverle-ning op het gebied van het behartigen van de belangen voor haar participan-ten.

Het woord belangenbehartiging zegt het al: opkomen voor belangen en bundelen van krachten. Het VNM doet dit zowel op nationaal als internationaal gebied voor haar parti-cipanten.

Het VNM staat voor veiligheid, vaardigheid en verantwoordelijkheid op het water. Het bevorderen en in stand houden van open vaarverbindingen en het behouden en uitbrei-den van goede watersportvoorzieningen zijn ook aspecten die continu aandacht heb-ben.

Van onderstaande vier organisaties is het VNM direct - of indirect via de KNMC - lid om bovenstaande doelstellingen waar te kunnen maken:

PW (Platform Waterrecreatie)

EBA (European Boating Association)

UIM (Union Internationale Motonautique)

NOC*NSF (Nederlands Olympisch Comité * Nederlandse Sport Federatie)

BLN (Binnenvaart Logistiek Nederland / Koninklijke Schuttevaer)

Belangrijke informatie aangaande nationale of internationale ontwikkelingen wordt via de periodieke VNM e-Nieuwsbrief en de jaarlijkse Jaarvergaderingen van de participanten aan uw bestuur kenbaar gemaakt.

Waarom kiezen voor het VNM?

Het Verbond Nederlandse Motorbootsport (VNM)

komt op voor de motorbootvaarders

EXTERN NETWERK,

ZOWEL NATIONAAL

ALS INTERNATIONAAL

7

BELANGENBEHARTIGING

UW BETUUR WORDT

GEÏNFORMEERD OVER

DE VOORTGANG

EXTERN NETWERK

BELANGENBEHARTIGING

VAARKLAAR 2017



Platform WaterRecreatie

(PW)

H et Nederlands Platform voor Waterrecreatie (NPvW) is 1 januari 2005 opgericht. Met ingang van het jaar 2014 is de naam eenvoudig Platform WaterRecreatie (PW)

geworden. De doelstelling van het PW is een verdere krachtenbundeling in de belangenbehartiging voor de waterrecreatie.

De elf deelnemers in het PW kunnen in deze nieuwe structuur daadkrachtiger overkomen bij de diverse belangenorganisaties en bij de overheid. Gezamenlijk vertegenwoordigen de watersportorganisaties een groot aantal recreatieve watersporters in Nederland.

De elf deelnemers zijn (in willekeurige volgorde):

Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij - KNRM

Reddingsbrigades Nederland - KNBRD

Koninklijke Nederlandsche Schaatsenrijders Bond - KNSB

Nederlandse Onderwatersport Bond - NOB

Nederlandse Vereniging van Toerzeilers - NVvT

Vereniging Scouting Nederland - SN

Sportvisserij Nederland - NVVS

Wadvaarders

Nederlandse Kitesurf Vereniging - NKV

Catamaran en Trimaran Club Nederland - CTCN

Verbond Nederlandse Motorbootsport - VNM

8

EX

TER

N

NE

TWE

RK

NATIONALE BELANGEN-

BEHARTIGING

EXTERN NETWERK

8

BELANGENBEHARTIGING

VAARKLAAR 2017



European Boating Association

(EBA)

Wat is de EBA en waar staat zij voor: De EBA is een civiele vrijwilligersorganisatie voor nationale pleziervaartbonden /-federaties, en is opgericht in 1982. De EBA bestaat momenteel uit 29 organisaties uit 18 Europese landen en vertegenwoordigt meer dan 1.5 miljoen pleziervaarders.

Het doel van de EBA is:

Het coördineren en ontwikkelen van pleziervaartactiviteiten in Europa door uitwisse-ling van informatie en het nemen van acties op gebieden van gezamenlijk belang.

Het bevorderen van de uitvoering van alle activiteiten op het water, het promoten en uitwisselen van kennis en ervaringen tussen watersportorganisaties in Europa.

Het vertegenwoordigen van de EBA-leden op het gebied van milieu, reglementen en techniek welke betrekking hebben op het veilig en plezierig uitoefenen van vaaractivi-teiten op het water.

Het aanmoedigen van een veilig en ongehinderd gebruik door pleziervaarders van alle Europese wateren.

Het faciliteren van een verbinding tussen de diverse Europese instituten en de EBA leden voor consultatie en informatie op het gebied van voorgestelde directieven en reglementeringen.

Het voorzien in een verbinding tussen de relevante wereldwijde en regionale organi-saties en de EBA-leden.

Het VNM zit aan de onderhandelingstafel in de adviescommissies voor de waterrecreatie voor de Europese weten regelgeving. Nederland wordt vertegenwoordigd door de KNMC voor de motorbootvaarders en het Watersportverbond voor de zeilers.

Europa telt totaal ongeveer 40.000 km aan waterwegen. Om de belangen van de recrea-tievaart aan het Europese parlement duidelijk te maken is de EBA het platform om de discussies te voeren en de plannen uit te werken.

Met de uitbreiding van het aantal landen binnen de Europese Unie wordt het steeds be-langrijker om de juiste maatregelen te nemen om het varen aangenaam, aantrekkelijk en nog veiliger te maken.

9

EXTERN NETWERK

BELANGENBEHARTIGING

INTERNATIONALE BELANGEN-

BEHARTIGING

VAARKLAAR 2017



Union Internationale Motonautique (UIM)

D e UIM is een wereldfederatie van motorbootsportverbonden, waarbij meer dan 50 landen zijn aangesloten: alle ‘oude’ Europese landen inclusief Rusland, de Verenigde Staten, Canada, vele Zuid-Amerikaanse landen (zoals Brazilië, Argen-

tinië, Mexico) Australië, Nieuw-Zeeland, Japan, Volksrepubliek China en een aantal Afri-kaanse landen, waaronder Zuid-Afrika.

De UIM heeft zich sinds haar oprichting tot ongeveer 1965 nagenoeg uitsluitend bezigge-houden met de reglementering en organisatie van de rensport. Dat deze rensport de aan-leiding van het ontstaan van de UIM was, is vanzelfsprekend, omdat er geen Europese en/of wereldraces met motorboten georganiseerd kunnen worden zonder dat er internati-onale regels voor zijn opgesteld.

De rensport maakt nog steeds bij de UIM een groot deel van de werkzaamheden uit, om-dat deze regels jaarlijks moeten worden herzien in verband met de technische ontwikke-ling. Hoewel reeds in 1937 op Frans initiatief een reglement voor een langeafstandswed-strijd voor motorkruisers, de Pavillon d’Or werd opgesteld, werd eerst in 1958 op voorstel van de toenmalige voorzitter van de KNMC, de heer D.H. Reinders, besloten meer aan-dacht te geven aan de sterk groeiende motorboot-toersport. Naast de reeds bestaande internationale bestuurscommissies voor Rensport en voor Techniek, werd ook een com-missie voor de Toersport in het leven geroepen.

Veel aandacht is door de UIM ook besteed aan de bevordering en vergemakkelijking van het internationale watertoerisme met kleine boten, dat door talrijke, soms sterk verschil-lende nationale regelingen dikwijls onnodig werd (en soms nog wordt) gehinderd.

EXTERN NETWERK

10

INTERNATIONALE REN– EN

TOERSPORT

10

EXTERN NETWERK

BELANGENBEHARTIGING

VAARKLAAR 2017



Nederlands Olympisch Comité *

Nederlandse Sport Federatie

(NOC*NSF)

H et Nederlands Olympisch Comité* Nederlandse Sport Federatie (NOC*NSF) is de bundeling van de georganiseerde sport in Nederland. De negentig aangeslo-

ten landelijke sportorganisaties vertegenwoordigen samen ongeveer 27.000 verenigingen met in totaal ruim 4,7 miljoen georganiseerde sporters.

De 75 bij NOC*NSF aangesloten sportbonden zijn zeer divers van aard. De behoeften en mogelijkheden verschillen duidelijk per bond. In 2008 is door de NOC*NSF een segmentatie voor bonden ingevoerd. Deze zogenaamde sterrensystematiek moest ertoe leiden dat in de beleidsperiode 2009 t/m 2012 de bij NOC*NSF aangesloten sportbonden ondersteuning op maat krijgen. Ook worden de be-schikbare middelen, waaronder de Lottogelden van ongeveer veertig miljoen euro per jaar, gerichter ingezet. Tenslotte draagt de segmentatiesystematiek bij aan het versterken van de branche.

Minimale kwaliteitseisen De NOC*NSF heeft de 13 Aanbevelingen voor Goed Sportbestuur gebruikt met kwaliteits-eisen, waaraan een bond moet voldoen. De financiering uit de Lotto-middelen wordt gekop-peld aan het al dan niet voldoen aan de minimumstandaard. Het VNM profiteert van de beschikbare kennis die aanwezig is bij de NOC*NSF en is het soms als bond noodzakelijk bij diverse instanties van de overheid lid te zijn van het NOC*NSF.

EXTERN NETWERK

11

BELANGENBEHARTIGING

NATIONALE BELANGEN-

BEHARTIGING

VAARKLAAR 2017



12

Betrokken partijen bij waterrecreatie

EXTERN NETWERK

Beleid

Ministerie IenM

Ministerie VWS

Ministerie EL&I

Provincies

Recreatieschappen

Gemeenten

Beheer & Uitvoering

Rijkswaterstaat

Waterschappen

Staatsbosbeheer

Provinciale Landschappen

Gemeenten

Recreatieschappen

Belangenorganisaties

Watersport– en recreatie:

Verbond Ned. Motorbootsport (VNM)

Waterrecreatie Nederland

Sportvisserij

ANWB

Wandelplatform

KNWV

Platform Waterrecreatie

Natuur - en milieuorganisaties:

Stichting Reinwater

Stichting Natuur & Milieu

Stichting De Noordzee

Brancheorganisaties:

Bruine Vloot

RECRON

VNO/NCW

KHN

HISWA

BLN / Schuttevaer

BELANGENBEHARTIGING

VAARKLAAR 2017



Vaarwegbeheerders

Rijkswaterstaat

Provincies

Natuurmonumenten

Waterschappen

Staatsbosbeheer

Recreatieschappen

Gemeenten

EXTERN NETWERK

13

BELANGENBEHARTIGING

VAARKLAAR 2017



2. ADVIES EN ONDERSTEUNING &

INFORMATIEVOORZIENING

14

INTERN NETWERK

2

In aansluiting op uw wensen

D e besturen van de VNM-participanten (de

aangesloten watersportverenigingen) hebben middels het VNM toegang

tot haar uitgebreide kennisnetwerk en worden als het nodig is met raad

en daad bijgestaan.

Speciale aandacht heeft het VNM voor de veiligheid van de recreatie-

vaart op grootscheeps vaarwater.

Goed (sport-)bestuur en jachthavenbeheer zijn actuele thema’s.

Nieuw is het VNM-Handboek jachthavenbeheer en Goed watersportbe-

stuur, een database waar een vracht aan informatie in is opgeslagen.

Makkelijk in gebruik en bestemd voor de bestuursleden van de aange-

sloten verenigingen van het VNM.

VAARKLAAR 2017



In aansluiting op uw wensen

ADVIES EN ONDERSTEUNING &

INFORMATIEVOORZIENING wel zo handig

Het Verbond Nederlandse Motorbootsport biedt een uitgebreid pakket aan op het gebied van adviezen, ondersteuning en informatievoorziening. ‘Advies en Ondersteuning & Informatievoorziening’ is bedoeld voor de besturen van water-sportverenigingen, merken– en motorbootclubs.

Bij Advies en Ondersteuning & Informatievoorziening onderscheiden wij, zoals eerder aan-gegeven, de segmenten juridisch en praktisch beheer.

JURIDISCH BEHEER: A. Het verstrekken van juridisch advies tegen gereduceerd tarief:

1 Statuten 2 Huishoudelijk reglement 3 Havenreglement 4 Contracten

B. Activiteitenbesluit

C. Omgevingsvergunning

D. Belastingwetgeving;

E. Subsidieregeling energiebesparing

F. Bestuurdersaansprakelijkheid

(Vervolg op pagina 16)

INTERN NETWERK

15

ADVIES EN ONDERSTEUNING

VAARKLAAR 2017



PRAKTISCH BEHEER: i. Algemene gedragscode voor de Watersporters

ii. Sociale hygiëne

iii. Brandveiligheid

iv. Calamiteitenplan

v. 13 Aanbevelingen goed sportbestuur

vi. VNM–Handboek Goed sportbestuur en jachthavenbeheer

vii. Organisatiemodel watersportverenigingen

viii. Opleidingen (S.A.W.)

ix. Meet & Match

x. Communicatie

Tegen een gereduceerd tarief kunnen de leden van de participanten bij het VNM-secretariaat de volgende documenten verkrijgen:

ICP (Internationaal Certificaat voor de Pleziervaart)

Internationale en nationale licenties en meetbrieven voor de motorbootrensport (onder bepaalde voorwaarden)

Tevens zijn alle regelingen van het NOC*NSF mogelijk die voor alle sportbonden gelden, zoals een korting op de ziektekostenverzekering middels de Nationale Sportpolis. Niet via het VNM-secretariaat, maar rechtstreeks zoeken op de website van het NOC*NSF onder verzekering.

(Vervolg van pagina 15)

INTERN NETWERK

16


VAARKLAAR 2017



Juridisch advies

Actualiseren en systematiseren van statuten, huishoudelijk reglement en havenreglement voor de participanten (watersportverenigingen). Op het terrein van de informatie en onder-steuning is door het KNMC-lid mevrouw mr. A. Sanders-Kranenburg in nauwe samenwer-king met het bestuur veel kennis ontwikkeld specifiek voor het actualiseren en systemati-seren van de statuten, het huishoudelijk reglement en het havenreglement en het haven-terrein van verenigingen. Sindsdien hebben veel verenigingen gebruik gemaakt van deze dienstverlening.

Nieuwe weten regelgeving maakt het voortdurend noodzakelijk dat watersportverenigin-gen (en met name die ook een jachthaven exploiteren) regelmatig hun statuten, huishou-delijk reglement, het reglement voor de haven en het haventerrein doen actualiseren. Het VNM kan de participanten desgewenst hiervoor in contact brengen met mevrouw Sanders. Het blijft voor iedere vereniging maatwerk, er moeten namelijk vele keuzes gemaakt wor-den. Veel informatie over dit onderwerp staat in het Handboek Jachthavenbeheer, dat toegankelijk is voor de besturen van de aangesloten verenigingen.

INTERN NETWERK

17

A

Juridisch advies: Statuten Huishoudelijk reglement Haven-reglement, etc. Contracten


VAARKLAAR 2017



Activiteitenbesluit

H et Activiteitenbesluit stelt eisen ten aanzien van diverse thema's (bijvoorbeeld de milieuaspecten geluid, lucht en bodem). Voor een groot aantal van deze thema's zijn eveneens factsheets opgesteld.

Algemene voorschriften voor onder meer geluid en trillingen, energieverbruik, afvalstoffen en afvalwater, verlichting, waterbesparing en bodembescherming. Maar ook voorschriften met betrekking tot de activiteiten in de jachthaven, denk aan opslag of werkzaamheden met ge-vaarlijke vloeistoffen, inzameling en opslag van afvalstoffen, onderhoud en reparatie, verf-spuitwerkzaamheden, VOS-houdende producten en opslag en aflevering van brandstof aan pleziervaartuigen. Verder voorschriften voor zeegaande vaartuigen en voor de bedrijfsvoering. U kunt de voorschriften nalezen en downloaden op www.rijksoverheid.nl onder officiële publi-caties.

Inzamelen

Het inzamelen van afvalstoffen is een van de ‘hot issues’. De capaciteit voor het inzamelen van afvalstoffen (afgewerkte olie, bilgewater en gevaarlijke afvalstoffen) moet de jachthaven afstemmen op het aanbod. Het inzamelingspunt moet in de onmiddellijke nabijheid van het bedrijf zijn. Dat betekent dat naast elkaar gelegen jachthavens een samenwerking kunnen aangaan. Voorwaarde is wel dat de gasten duidelijk worden geïnformeerd, bijvoorbeeld via de gedragsregels.

Handhaven

Gemeentes, provincies en waterschappen moeten toezicht houden op het Activiteitenbesluit. Soms stuiten zij daarbij op vragen, interpretatieverschillen en onduidelijke formuleringen (in hoofdzaak, redelijkerwijs, deskundig personeel). InfoMil, een agentschap van het ministerie van Economische Zaken, beantwoordt die vragen. Veelvoorkomende vragen en antwoorden zijn ook te vinden op www.infomil.nl.

Alle informatiebladen die gemaakt zijn rondom het Activiteitenbesluit zijn digitaal beschikbaar op de website van het ministerie en van InfoMil (www.infomil.nl). In deze serie Informatiebla-den zijn er onder andere over de volgende thema’s opgenomen: het Activiteitenbesluit; ICT; Lozingen; Lucht; Opslag van stoffen; en Geluid. In een aparte Invoeringswet zal de samenhang tussen Wabo en Activiteitenbesluit worden uitgewerkt. Uit-gangspunt is het behoud van de sterke punten van beide stelsels. Zo kan een bedrijf een melding en een aan-vraag voor een omgevingsvergunning bij hetzelfde loket regelen. Denk bijvoorbeeld aan een omgevingsvergun-ning voor het bouwen van een pand dat samenloopt met een meldingsverplichting voor het op te richten be-drijf. Indien het bedrijf meldingsplichtig is op grond van het Activiteitenbesluit, is het doen van een melding straks een van de vereisten voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning.

INTERN NETWERK

18

B Maatwerk


VAARKLAAR 2017



De omgevingsvergunning

U heeft een jachthaven en u wilt een (bedrijfs)pand bouwen of uitbreiden. Dan heeft u al gauw meerdere vergunningen en toestemmingen nodig, soms van verschillende overheden. Krijgt u één toestemming niet, dan kunt u uiteindelijk nog niets. Ook kan het lang duren voordat u alle benodigde toestemmingen en vergunningen hebt. Dat

komt doordat elk van die toestemmingen een eigen procedure heeft, met eigen mogelijkheden voor inspraak, bezwaar en beroep. Vraagt u al die toestemmingen na elkaar aan, en beginnen anderen een procedure tegen elk van die toestemmingen, dan duurt het nog langer. En dan kunnen de verschillende vergunningen, ontheffingen en andere toestemmingen ook nog eens onderling tegenstrijdige voorschriften bevatten. Deze situatie kost betrokken bedrijven, burgers én overheden maar ook verenigingen tijd, geld en energie. De procedures leiden tot administra-tieve lasten. Ook worden er door betrokken overheden te weinig mogelijkheden geboden om digitaal een vergunning aan te vragen. Met de komst van de nieuwe Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) op 1 oktober 2010 jl. is dit veranderd. Deze wet regelt dat de verschillende toestemmingen die u nodig heeft worden gebundeld in één omgevingsvergunning.

Eén loket, één procedure en één vergunning De Wabo maakt het mogelijk om veel van de noodzakelijke toestemmingen in één keer en met één procedure aan te vragen. Maar liefst 25 toestemmingen die nu met het oog op de kwaliteit van de leefomgeving nodig zijn, worden vervangen door één omgevingsvergunning. Er komt één integraal én digitaal aanvraagformulier dat bij één loket wordt ingediend. hebt dan nog te maken met slechts één loket, bij gemeente, provincie of rijk en voor veel toestemmingen hoeft u nog maar één aanvraagformulier in te vullen. Het Omgevingsloket Online (OLO) helpt daarbij: u doorloopt digitaal een aantal vragen over de activiteit die u wilt uitvoeren en vervol-gens genereert het systeem het formulier dat van toepassing is. U kunt de aanvraag stap voor stap compleet maken met één formulier. Het risico bepaalde vergunningen vergeten aan te vragen, wordt daarmee kleiner. Doordat er sprake is van één vergunning, maakt de Wabo ook een einde aan tegenstrijdige voorschriften. Het bevoegd gezag voor de omgevingsvergunning zorgt ervoor dat alle eisen op elkaar zijn afgestemd. U hoeft minder (vaak) gegevens aan te leveren, omdat eenmalige aanlevering van gegevens het uitgangspunt is.

Welke vergunningen vallen onder de omgevingsvergunning? De Wabo heeft betrekking op natuur, milieu, bouwen en ruimte en regelt met één vergunning de locatie gebonden toestemmingen en vergunningen.


INTERN NETWERK

19

C Vergunningen

in een keer aanvragen


VAARKLAAR 2017



Hoe zit het met de waterwetvergunning? Parallel aan de Wabo heeft het ministerie van Verkeer en Waterstaat gewerkt aan de Water-wet. Deze nieuwe wet is op 22 december 2009 in werking getreden. De Waterwet werkt op dezelfde manier als de Wabo en integreert zes bestaande vergunningenstelsels tot één nieuw stelsel: de watervergunning. Bedrijven en burgers die eerder verschillende vergunningen op het gebied van water nodig hadden, hebben nu nog maar één vergunning nodig van één bestuursorgaan. Er wordt nu nog een schriftelijk aanvraagformulier gebruikt. De watervergunning kunt u aanvragen via het Omgevingsloket Online. Daarbij gebruikt u hetzelfde digitale formulier als bij de aan-vraag voor de omgevingsvergunning. Het is dus mogelijk om tegelijkertijd een digitale aan-vraag in te dienen voor de omgevingsvergunning en de watervergunning. Gegevens hoeven niet dubbel te worden ingevuld. De omgevingsvergunning en de watervergunning sluiten naadloos op elkaar aan. Daarnaast is het mogelijk om de watervergunning rechtstreeks aan te vragen bij de waterbeheerder. Die waterbeheerder (de waterschappen en regiona-le diensten van Rijkswaterstaat en in sommige gevallen de provincies) blijft het bevoegd gezag voor de watervergunning.


INTERN NETWERK

20

C


VAARKLAAR 2017



Belastingwetgeving

W atersportverenigingen hebben, net als andere verenigingen, regelmatig te maken met belastingen, zoals omzetbelasting, de loonheffing, onroe-

rende zaakbelasting , enzovoort.

Daarbij spelen diverse regelingen ook nog eens een rol, zoals de vrijwilligersregeling en de kantineregeling.

De ervaring leert, dat er vaak veel onduidelijkheid bestaat over de (toekomstige) belastingpositie van verenigingen. Zo bestaat er op dit moment onduidelijkheid of de overheid wel correct Europese regels toepast die betrekking hebben op de verhuur van ligplaatsen door watersportverenigingen. Het is op dit moment volstrekt onduidelijk of dit consequenties gaat krijgen voor watersportverenigingen en zo ja, welke.

In zijn algemeenheid kan worden opgemerkt, dat het van groot belang is dat de vereni-gingen de huidige wetgeving en de huidige regelingen op correcte wijze toepassen. Regelmatig kritisch hiernaar (laten) kijken is dan ook aan te bevelen.

NOC*NSF organiseert met enige regelmaat voorlichtingsbijeenkomsten waarin ook fiscale aspecten waarmee sportverenigingen te maken hebben aan de orde komen. Het VNM houdt de vinger aan de pols m.b.t. dit soort bijeenkomsten en verstrekt hier-over via de Nieuwsbrief informatie.

Voor nadere informatie en documentatie is voor de participanten deskundig advies mogelijk.

Het VNM brengt participanten dan in contact met ter zake kundige belastingadviseurs, die hierover kunnen adviseren, uiteraard tegen onderling vast te stellen condities.

INTERN NETWERK

21

D Watersport-

verenigingen en fiscus


In het Handboek Jachthavenbeheer van het VNM is meer informatie te vinden over vrijwilligers-werk, vrijstelling van BTW en loonkosten voor watersportverenigingen.

Deze materie wordt behandeld in hoofdstuk 5.

VAARKLAAR 2017



Subsidieregeling energiebesparing I n de Staatscourant is 1 september 2015 de nieuwe subsidieregeling Energiebesparing en

duurzame energie sportaccommodaties gepubliceerd. Nieuwe subsidieregeling per 4 januari 2016 De gedeeltelijk teruggave energiebelasting (Ecotaks) voor sportverenigingen is komen te vervallen. Daarvoor in de plaats is een nieuwe subsidieregeling per 4 januari 2016 gekomen. Enkele kenmerken van de subsidie zijn: Steunintensiteit 1. De subsidie aan een sportvereniging bedraagt 30% van de subsidiabele kosten. 2. De subsidie aan een sportstichting bedraagt 15% van de subsidiabele kosten. 3. De subsidie wordt verhoogd met 500 euro, indien een maatregel waarvoor subsidie wordt aange-vraagd gebaseerd is op een van een datum voorzien energieadvies dat uiterlijk zes jaar voor de eer-ste dag van de openstellingsperiode is uitgebracht en waarin zijn opgenomen: a. een beschrijving van de sportaccommodatie; b. de energiehuishouding van de bestaande totale sportaccommodatie; c. een energiebalans van de relevante onderdelen van de bestaande totale sportaccommodatie; d. een overzicht van de mogelijkheden en kwantificering tot energiebesparing; e. een overzicht van de noodzakelijke organisatorische en administratieve aanpassingen; f. een raming van de te verwachten investeringskosten en de te verwachten baten. 4. De verhoging, bedoeld in het derde lid, wordt eenmaal toegekend per uitgebracht energieadvies. 5. De subsidie bedraagt maximaal € 125.000 per jaar; de subsidiabele kosten moeten meer dan € 3.000 bedragen.

De subsidie geldt alleen voor energiebesparende investeringen die vermeld staan op de maatregel-lijst.

Verdeling van het subsidieplafond De minister verdeelt het subsidieplafond op volgorde van binnenkomst van de aanvragen. Er is maximaal € 6.000.000,= subsidie beschikbaar in 2016.

Opmerking: Om in aanmerking te komen voor een subsidie moet uw watersportvereniging wel aange-sloten zijn bij een verbond dat lid is van het NOC*NSF, zoals het KNMC/VNM.

Het bericht in de Staatscourant kunt downloaden vanaf de VNM-website: www.knmc-vnm.nl/documenten/archief-openbaar

De wijze waarop het bestuur van het VNM uw aangesloten watersportvereniging kan ondersteunen met informatie en advies over deze nieuwe subsidieregeling kunt u bij het secretariaat opvragen.

INTERN NETWERK

22

E Subsidieregeling

energiebesparing


VAARKLAAR 2017



Een bestuurslid van een vereniging, met uitzondering van de vereniging met beperkte rechts-bevoegdheid, is in beginsel niet persoonlijk aansprakelijk voor rechtshandelingen die hij na-mens de vereniging verricht. Bij een vereniging wordt het handelen van een bestuurslid aan de vereniging toegerekend en wordt het als een handelen van de vereniging beschouwd. In enke-le gevallen kan de bestuurder wel worden geconfronteerd met een persoonlijke aansprakelijk-heid. Hierbij kunnen drie situaties worden onderscheiden:

aansprakelijkheid van de bestuurder tegenover de vereniging;

aansprakelijkheid van de bestuurder tegenover derden;

aansprakelijkheid van de bestuurder op grond van de anti-misbruikwetgeving.

Aansprakelijkheid van de bestuurder tegenover de vereniging

De basis van het bestuurderschap is het vertrouwen dat in de bestuurder wordt gesteld. Iedere bestuurder is ten opzichte van de vereniging gehouden tot een behoorlijke vervulling van zijn taak, zoals dit in alle redelijkheid mag worden verwacht.

De wet gaat uit van aansprakelijkheid van het bestuur, aangezien het gehele bestuur als een gezamenlijk college bestuurt. Er zijn echter situaties van hoofdelijke aansprakelijkheid van de bestuursleden tegenover de vereniging. Daarvan kan alleen sprake zijn als het onbehoorlijk besturen schade voor de vereniging met zich mee heeft gebracht, en de bestuurder een ern-stig verwijt kan worden gemaakt. Wanneer de tekortkoming niet aan hem valt te wijten en hij niet nalatig is geweest in het treffen van maatregelen om de gevolgen ervan af te wenden, is de bestuurder niet aansprakelijk.

De wet geeft niet aan wie een bestuurslid aansprakelijk kan stellen. In ieder geval kan de alge-mene vergadering dat.

Aansprakelijkheid van de bestuurder tegenover derden

Naast de interne aansprakelijkheid kan de bestuurder aansprakelijk zijn tegenover derden. In sommige gevallen vloeit de aansprakelijkheid direct voort uit de wettelijke regeling, bijvoor-beeld bij de vereniging met beperkte rechtsbevoegdheid, of wanneer een vereniging met volle-dige rechtsbevoegdheid nog niet is ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van


INTERN NETWERK

Bestuurdersaansprakelijkheid

INTERN NETWERK

23

F Verzekering


VAARKLAAR 2017



Koophandel. Op dat moment is iedere bestuurder hoofdelijk aansprakelijk. Een belangrijker grond van aansprakelijkheid is echter wanneer er sprake is van een onrechtmatige daad van een bestuurder. Een voorbeeld hiervan is wanneer een bestuurder ten tijde van het aangaan of de bekrachtiging van een rechtshandeling wist of behoorde te weten dat de vereniging niet tot nakoming van haar verplichtingen in staat zou zijn en ook niet voldoende verhaal zou bieden voor de schade die de wederpartij daardoor zou lijden. Gebeurde dit op basis van een be-stuursbesluit, dan kunnen ook andere bestuurders worden aangesproken. Dit geldt niet voor de bestuurders die tegen het besluit hadden gestemd. Een typische onrechtmatige daad is misleiding van derden door de suggestie te wekken bevoegd te zijn de vereniging te vertegen-woordigen wanneer dat feitelijk niet zo is. Een derde denkt dan een overeenkomst te hebben gesloten met de vereniging, en zou schade kunnen lijden doordat dit niet het geval is.

Aansprakelijkheid van de bestuurder op grond van de anti-misbruikwetgeving

Het doel van de anti-misbruikwetgeving is het tegengaan van het misbruik van rechtspersonen (in dit geval de vereniging). Dit speelt bij verenigingen die onder de Wet op de vennootschaps-belasting vallen. Kort gezegd kunnen op grond van de Wet Bestuurdersaansprakelijkheid be-stuurders hoofdelijk aansprakelijk worden gesteld voor het niet afdragen door de vereniging van omzetbelasting, loonbelasting, premies werknemers- en volksverzekeringen en de bijdra-gen voor verplichte deelname aan bedrijfspensioenfondsen. De wet gaat uit van een meldingsplicht. Wie voorziet dat de vereniging een van de hiervoor genoemde verplichtingen niet kan nakomen dient dit (schriftelijk) te melden bij de betreffende instantie. Er is alleen dan nog sprake van aansprakelijkheid als de bestuurder(s) daaraan schuld heeft. De Wet bestuurdersaansprakelijkheid in faillissement legt de aansprakelijkheid voor het totale boedeltekort op bestuurders persoonlijk in geval van faillissement van de ver-eniging indien zij hun bestuurstaak kennelijk onbehoorlijk hebben vervuld. De bestuurder dient zijn taak behoorlijk te vervullen, anders is het mogelijk dat hij aansprakelijk wordt gesteld.

Er bestaat een mogelijkheid voor de bestuurder om zich te verzekeren.


INTERN NETWERK

24

F Verzekering


VAARKLAAR 2017



Inleiding

Een enquête onder de leden van het Platform Waterrecreatie (PW) heeft uitgewezen dat het gedrag van sommige waterrecreanten grote ergernis geeft. Om te voorkomen dat dit tot stren-gere weten/of regelgeving leidt, heeft de werkgroep veiligheid van het PW deze Algemene Gedragscode voor de Watersporter opgesteld, met daarbij de gedachte: “Wie de schoen past, trekt hem aan”. Het PW is van mening dat u mede watergebruikers kan en mag wijzen op het naleven van deze gedragscode, tenzij uw eigen veiligheid daardoor in gevaar komt.

Veiligheid

Goed Zeemanschap is de grondregel; als het niet kan zoals het moet, dan moet het maar zoals het kan.

Denk altijd aan uw snelheid en houd voldoende afstand.

Ken de uitwijkregels en reageer dus tijdig; óók bij het zien van een A-vlag (duikers te wa-ter!).

Besteed onder alle omstandigheden aandacht aan uw eigen zichtbaarheid en uitzicht. (beperkt zicht / dode hoek).

Wees voorzichtig met alcohol, hanteer dezelfde regels als in het wegverkeer.

Onderken zowel de vaardigheden als de beperkingen van uw opvarenden, in het bijzonder bij slechte weer- en/of vaarcondities.

Gasten aan boord altijd voorlichten over veiligheid: wijs op plaats en gebruik van EHBO-kist, noodsignalen, reddingsvesten, brandblusmiddelen en communicatiemiddelen.

Waarschuw voor onder spanning staande trossen en/of lijnen.

Luister regelmatig naar alle beschikbare weerberichten en handel hiernaar.

Stop alle mechanische voortstuwingsmiddelen wanneer u afgemeerd ligt in een sluis.

Wellevendheid

Bied hulp in geval van nood!

Maak geen onnodig lawaai zoals luidruchtige conversaties, te hard staande radio’s.


Algemene Gedragscode voor de Watersporter

INTERN NETWERK

25

Gedragscode watersporter


VAARKLAAR 2017



Wijs uw eigen bemanning niet luidruchtig terecht; geluid draagt ver op het water!

Sta andere schepen toe langszij te komen; loop over het voordek van uw buurman om aan de wal te komen, tenzij anders is overeengekomen. Neem andermans trossen aan bij het afmeren, ook al komt men niet bij u langszij.

Denk aan uw snelheid en pas deze aan de omstandigheden van het vaarwater aan; te hoge snelheid ontsiert iedere manoeuvre, zoals bij aan- en ontmeren in havens en uitva-ren van sluizen. Tevens veroorzaakt een te hoge hekgolf grote overlast aan (wal)vissers, kleinere schepen, kano’s en zwemmers. Ook beschoeiing en natuur hebben daaronder te lijden.

Zorg voor correcte vlagvoering; natievlag neerhalen bij zonsondergang!

Uitrusting

Draag een reddingsvest, dit geldt zeker voor kinderen. Zet kleine kinderen aan boord zo mogelijk aan een lijn.

Luister voortdurend uit op uw marifoon; op de doorgaande hoofdvaarwegen altijd op het voorgeschreven/ aangegeven kanaal! Zend indien noodzakelijk, kort en bondig.

Laat uw noodsignalen, EHBO-middelen en brandbestrijdingsapparatuur regelmatig keu-ren!

Zorg er voor geldende vaarreglementen (BPR) aan boord te hebben.

Check voor vertrek altijd uw navigatie instrumenten en -verlichting.

Zorg voor recente kaarten van het vaargebied. Werk ze zo nodig bij.

Milieu

Werp geen afval overboord; mede watergebruikers zijn u dankbaar.

Loos inhoud vuilwatertank en lenswater niet op het oppervlaktewater, maar loos dit bij een afgiftepunt.

Honden uitlaten mag aangelijnd, maar ruim de uitwerpselen op.

Verstoor geen dieren in natuurgebieden, betreed geen rust- of broedgebieden.


INTERN NETWERK

26

Gedragscode watersporter


VAARKLAAR 2017



Hygiënecode sportkantines

De code is een hygiënecode die ook voor sportkantines geldt!

O p 1 december 2007 is de nieuwe hygiënecode voor de horeca van kracht geworden. Met de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) is een overgangstermijn afgesproken van drie maanden. Dit betekent dat u vanaf 1 maart 2008 over deze nieuwe hygiëneco-

de moet beschikken. Met de link hieronder kunt u gratis zelf uw hygiënecode samenstellen en downloaden.

Zo voldoet u aan de eisen Bedrijven die met levensmiddelen werken, moeten dat op hygiënische wijze doen. Daarvoor is via Europese regelgeving een uitgebreide norm opgesteld, de HACCP, die geldt voor alle le-vensmiddelenbedrijven. Maar wat betekenen die internationale richtlijnen voor úw onderne-ming? De hygiënecode voor de horeca geeft u het antwoord: deze code beschrijft uitsluitend de activiteiten die kenmerkend zijn voor de horecabranche. De code in zijn geheel is goedgekeurd door de Minister.

Als u digitaal uw eigen code samenstelt, is het van belang dat u de vragen naar uw bedrijfsac-tiviteiten zorgvuldig beantwoordt. U moet er namelijk voor zorgen dat u alle relevante bedrijfs-activiteiten in uw code opneemt.

Het is uw verantwoordelijkheid dat u werkt volgens de hygiënecode of volgens de beginselen van HACCP.

Zie de website www.kenniscentrumhoreca.nl

Sociale hygiëne

INTERN NETWERK

27

Praktisch beheer


VAARKLAAR 2017



Brand blijft een ongenode gast die je graag buiten wil houden. Maar als het fout gaat wat doe je dan? Ook na de brand komen tal van zaken op je af, nazorg waaronder reconditionering, verantwoordelijkheid, verzekering en aansprakelijkheid.

Hoe bewust gaan wij om met brandveiligheid? Naast de nog vers in het geheugen liggende catastrofale brand in De Punt, waarbij zelfs brandweerlieden zijn omgekomen, berichten de media ons regelmatig over branden in jachthavens en van pleziervaartuigen. Vaak blijkt uit onderzoek dat de brand voorkomen dan wel beperkt had kunnen worden. Erger is het nog als er slachtoffers vallen. Daarnaast rijst de vraag wat hebben we geregeld en wie is verantwoor-delijk?

Kenmerkend zijn de verschillen tussen de verenigings- en particuliere havens. Is de eerste vol van bedrijvigheid met goedbedoelde klussende doe-het-zelvers zie je bij de andere overwe-gend rustig genietende bemanningen en een enkele servicewagen van een bestelde monteur.

Maar als het tijdens het afvullen van brandstof, of reparaties aan gasleidingen e.d. fout gaat, gaat het vaak ook echt fout, en betreft het vaak meer dan één schip! De kantines zijn overwe-gend ook verschillend en bij de eerstgenoemde havens ook in gebruik voor feesten door der-den. Leuke extra inkomsten maar met de gebruiksvoorschriften neemt men het niet altijd zo nauw,

tot…..?.

Opvallend zijn de risico´s van buiten de eigen terreinen, diverse risicovolle opslag op aangren-zende percelen en in gebouwen, hoe is daar mee omgegaan? Heel begrijpelijk is het optimale gebruik van de walcapaciteit voor de winterstalling, maar is er aan brandveiligheid gedacht? Over het terrein lopend zie je een maximaal gebruik van de opslagruimte, echter een vorm van brandcompartimentering is ver te zoeken. Om maar niet te spreken over alarmmogelijkheden en blusmiddelen, een enkele uitzondering daargelaten.

Het is absoluut niet altijd kommer en kwel. Het is niet de onwil maar vaak het onbekende met de materie. De terugtrekkende overheid maakt dat het zelfbewustzijn moet toenemen. Daar-om is er in het pakket van het VNM Brandveiligheid opgenomen. Een film van de brand aan de Punt — het gaat ook bij de brandweer wel eens fout— is beschik-baar en een oud brandweercommandant, lid van het KNMC, is eventueel bereid om u van advies te dienen. Hoewel er een trend is van de terugtrekkende overheid kan door nauwe sa-menwerking met de lokale brandweer veel bereikt worden. Ook het samen oefenen levert veel winst op voor beide partijen. Zoek ook onder de term brand op de VNM-website voor informatie.

Brandveiligheid

INTERN NETWERK

28

Praktisch beheer


Een uitgebreide uiteenzetting hoe om te gaan met brandveiligheid en andere calamiteiten is te vinden in het Handboek Jachthaven-beheer van het VNM, hoofdstuk 6

VAARKLAAR 2017



INTERN NETWERK

Leidraad voor een Calamiteitenplan

29

Praktisch beheer

Deze leidraad is bedoeld als hulp bij het opstellen van een calamiteitenplan voor gebruik bij wa-tersportverenigingen met havenfaciliteiten en bijbehorende terreinen, gebouwen en installaties. Tevens een hulpmiddel om eigen plan voor beheersing en beperking van risico‘s vast te leggen. Veelal risico’s die moeilijk beheersbaar zijn.

IEDERE VERENIGING DIENT: de inhoud van het Calamiteitenplan op de eigen specifieke omstan-digheden en locatie toe te snijden en de instructies zelf in te vullen en toe te voegen.

Een verenigingsbestuur heeft de taak risico’s te onderkennen en te beheersen. Deze zorgplicht leidt tot bijzondere taken en inzichten rond die risico’s.

Zorg er als bestuur in ieder geval voor dat een dergelijk plan wordt opgenomen in de reeks docu-menten en instructies die tenminste jaarlijks opnieuw beoordeeld moeten worden. Dit kan alleen efficiënt zijn, als er een EIGENAAR aan dit document wordt gekoppeld en het beoordelen ervan periodiek wordt geagendeerd in de vergaderschema’s c.q. bestuursagenda’s. Dit eigenaarschap hoeft niet per definitie aan een bestuursfunctie gekoppeld te worden. Een enthousiast vereni-gingslid, mogelijk met specifieke kennis op dit vlak, is hiervoor zeker te benaderen.

De situaties in een (jacht-)haven en op haventerreinen zijn vaak uiterst specifiek, zowel m.b.t. de aanwezige objecten als opgeslagen (gevaarlijke) stoffen en technische installaties.

Als op een haventerrein ook stalling van boten en eventueel onderhoudswerk aan boten plaats-vindt, kan beheersing van calamiteiten buitengewoon gecompliceerd zijn.

Het doel van deze leidraad is te trachten:

te bevorderen dat een watersportvereniging zich meer bewust is van risico’s op het eigen terrein als gevolg van diverse activiteiten; inzicht te krijgen in de beheersing van die risico’s en het voorkomen van de gevolgen ervan; de specifieke risico’s beter in beeld te brengen om daarmee spelregels op een haventerrein vast te stellen; te komen tot een gestructureerde wijze van informatie-uitwisseling met zowel leden / bootbe-zitters als hulpverleners; een verband te leggen naar een uitgevoerde risico-inventarisatie en evaluatie (RIE) in het kader van Arbowetgeving, hoewel veel havens geen wettelijke verplichting tot uitvoering er-van hebben.


Een uitgebreide uiteenzetting voor het opstellen van een calamiteitenplan is terug te vinden in het Handboek Jacht-havenbeheer van het VNM, hoofdstuk 6.

VAARKLAAR 2017



Het bestuur van de KNMC heeft besloten de aanbevelingen van de ‘NOC*NSF-Commissie ter Advisering voor Principes van Goed Sportbestuur’ waar van toepassing te volgen. De aanbevelingen zijn gericht op landelijke sportorganisaties - maar ook watersportverenigin-gen kunnen er hun voordeel mee doen. De aanbevelingen hebben betrekking op: A. eenheid van beleid, organisatie en structuur; B. besturingsmodel, benoeming bestuur, zittingstermijn, rooster van aftreden; C. integriteit en functioneren bestuur; D. directie; E. algemene ledenvergadering; F. statuten en diverse reglementen; G. financiën, vermogensbeheer, accountant.

De dertien aanbevelingen zijn de volgende:

Aanbeveling 1: eenheid Het bestuur zorgt voor eenheid binnen de organisatie door eenheid in beleid, organisatie en structuur. Het bestuur straalt dit uit en leeft dit na. Het zorgt hiermee voor maximale transpa-rantie en voorspelbaarheid van de organisatie.

Aanbeveling 2: topsportstatuut De organisatie stelt vanwege onder meer de grote (financiële) en specifieke belangen en com-plexiteit van de topsport een topsportstatuut op.

Aanbeveling 3: financieel statuut Het bestuur zorgt dat zij een goed financieel beleid en een passende administratieve organisa-tie voert, vastgelegd in een financieel statuut.

Aanbeveling 4: besturingsmodel Het bestuur stelt duidelijk vast op welke manier de organisatie bestuurd wordt. Het herover-weegt en actualiseert met regelmaat het gehanteerde besturingsmodel.

Aanbeveling 5: bestuursfuncties Bij de uitoefening van een bestuursfunctie is het belangrijk dat de juiste persoon op de juiste plaats zit, er voldoende vernieuwing is, de wijze van voordragen en benoemen transparant is en het organisatiegeheugen goed is gewaarborgd.

Aanbeveling 6: gedragscode bestuur Het bestuur stelt een gedragscode vast waaraan bestuursleden zich in hun handelen (moeten) houden en legt deze ter goedkeuring of in ieder geval ter kennisneming voor aan de ALV.

Aanbeveling 7: bestuurdersaansprakelijkheid Het bestuur bespreekt de noodzaak of wenselijkheid om zich voor bestuurdersaansprakelijk-heid te verzekeren en legt zijn oordeel gemotiveerd aan de ALV voor.


13 Aanbevelingen Goed Sportbestuur

INTERN NETWERK

30

Praktisch beheer


VAARKLAAR 2017



Aanbeveling 8: transparantie Het bestuur vergadert volgens een jaarlijks vastgesteld schema en is transparant over de agenda en bestuursbesluiten die de ALV aangaan. Slechts in gemotiveerde uitzonderingsge-vallen kunnen er klemmende redenen van privacy of discretie zijn om niet volledig transparant te zijn.

Aanbeveling 9: aftreden bestuursleden Het bestuur bevordert dat bestuursleden tussentijds aftreden bij: a) frequente afwezigheid waar ze door medebestuursleden (of toezichthouders) op zijn aange-sproken; b) onvoldoende functioneren; c) structurele onenigheid van inzichten; d) onverenigbaarheid van belangen; e) indien dit anderszins door het bestuur geboden wordt geacht.

Aanbeveling 10: agenda bestuur Het bestuur overlegt en besluit tenminste eenmaal per jaar over: a) het algemene beleid en de strategie, de hieraan verbonden (financiële) risico’s en de finan-ciële stand van zaken (hieronder vallen ook begroting en jaarrekening); b) de eigen werkwijze en taakverdeling, het eigen en individuele functioneren; c) de relatie met de directie.

Aanbeveling 11: directiestatuut Het bestuur stelt op basis van het vastgestelde besturingsmodel een helder directieprofiel vast en legt de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de directie duidelijk vast in een directiestatuut. De positie van de directeur wordt in de statuten verankerd.

Aanbeveling 12: controletaak ALV Het bestuur zorgt ervoor dat de ALV haar controletaak naar behoren kan uitvoeren.

Aanbeveling 13: statuten en reglementen Het bestuur zorgt ervoor dat de organisatie in ieder geval naast de statuten de volgende regle-menten heeft: een tuchtreglement, een dopingreglement, een regeling tegen seksuele intimi-datie, een regeling tegen discriminatie/racisme en een regeling voor klachten.


INTERN NETWERK

31

Praktisch beheer


VAARKLAAR 2017



INTERN NETWERK

32

Praktisch beheer

Handboek Goed (Sport-) bestuur en

Jachthavenbeheer In de VNM-najaarsbijeenkomst 2013 is tijdens de Meet & Match-sessie door de deelnemers uitgebreid van gedachten gewisseld over het voorstel om een handboek te maken. Een soort Wikipedia voor bestuursleden. Een lijst van onderwerpen werd aangedragen. Het ’Handboek Goed (Sport-) bestuur en Jachthavenbeheer ‘ is in het jaar 2014 in ontwikke-ling genomen. Een VNM-werkgroep heeft het digitale Handboek Jachthavenbeheer uitgewerkt en in de najaarsbijeenkomst 2014 gepresenteerd. Het is onder een besloten deel van de VNM-website voor de besturen van de aangesloten verenigingen vanaf 1 maart 2015 toegankelijk. Het handboek wordt nog steeds aangevuld en gaat als een dynamisch archief functioneren.


VAARKLAAR 2017



INTERN NETWERK

Organisatiemodel watersportverenigingen

INTERN NETWERK

33

Praktisch beheer


In het Handboek Jachthavenbeheer van het VNM komt meer informatie over het organisatiemodel van watersportverenigingen. Deze ingewikkelde materie wordt behandeld in hoofdstuk 5.

VAARKLAAR 2017



Stichting voor Actieve

Watersporters (S.A.W.)

In 1990 vonden een aantal watersporters dat er hoofdzakelijk alleen voor de zeilers wedstrijden en opleidingen waren. Spontaan werd besloten om hier wat aan te doen. Zij begonnen met de organisatie van nautische toertochten en al snel volgden lezin-gen en vaaropleidingen. In 1992 werd een voorlopig bestuur geformeerd. Om profes-sioneel te kunnen werken werd de Stichting voor Actieve Watersporters (SAW) opge-richt, zonder commerciële belangen.

De kwaliteit moet hoog in het vaandel staan om onderstaande doelstellingen waar te kunnen maken:

De belangen van de watersportrecreant, met name de pleziervaart, te behartigen

Het uitbreiden en de kwaliteit bewaken van theoretische en praktische vaaroplei-dingen voor de watersporter

Het verbeteren van de veiligheid van schip en bemanning

De relatie verbeteren tussen recreatie- en beroepsvaart

Zoveel mogelijk ondersteuning geven aan verenigingen en andere watergebon-den organisaties

Het organiseren van praktijkdagen en weekends, vaartrainingen, lezingen, voor-lichtingsavonden en excursies.

De S.A.W. kreeg in 1994 als thuisbasis het ‘K.S.C.C. Schipperscentrum’ dat ligt afge-meerd in de Waalhaven te Nijmegen. De Stichting voor Actieve Watersportbeoefenaars (SAW) te Nijmegen is sinds januari 2004 een door de KNMC/VNM erkende motorbootvaarschool en verzorgt de volgende cursussen en opleidingen:

Rijn Sport Patent

Klein Vaarbewijs 1; Klein Vaarbewijs 2; Klein Vaarbewijs 1+2

Vaartraining; Theoretische Kustnavigatie

Basiscertificaat Marifoon; Marcom B; G.M.D.S.S. module

Meteo

Scheepsmotorentechniek

Zie voor nadere informatie de website van de vaarschool: www.vaarschoolsaw.nl 34

INTERN NETWERK

Opleidingen

Schipperscentrum


VAARKLAAR 2017



Verbinden & Inspireren

Is het VNM in uw vereniging of merkenclub al de verbindende schakel?

Verbinden is namelijk de essentie tussen verschillende vakdisciplines, tussen be-leidsterreinen en tussen organisaties en in werkprocessen. Het lidmaatschap van het VNM maakt samenwerken gemakkelijker. Het VNM verbindt kennis én mensen!

De jaarlijkse Najaarsbijeenkomst is ook een verbindende factor. Elk jaar komen de bestuursleden van de verenigingen en clubs bijeen met het bestuur VNM, waaronder een flink aantal nieuwkomers. Deelnemers laten zich inspireren door sprekers, die vanuit verschillende invalshoe-ken hun visie geven op onze beleidsterreinen. ‘s Middags is een vast programmaonderdeel de Meet & Match sessie. Daarin kunt u op uw gemak de banden met oude bekenden aanhalen en kunt u netwerken om nieuwe relaties te ontwikkelen. Altijd wordt in de Meet & Match sessie een aantal inspirerende programmaonder-delen uitgelicht. Participant zijn van het VNM is een waardevolle en... ...een verbindende factor in de watersportwereld.

MEET & MATCH

VERBINDEN & INSPIREREN

INTERN NETWERK

35

VERBINDEN & INSPIREREN

VAARKLAAR 2017



36

Communicatie verbindt

COMMUNICATIE

KENNIS &

KUNDE delen

VAARKLAAR 2017



NIEUWSBRIEVEN

FREE PUBLICITY

37

COMMUNICATIE

VAARKLAAR 2017



38

COMMUNICATIE

WEBSITE

www.knmc-vnm.nl

HANDBOEK

http://handboek.knmc-vnm.nl

Netwerken in Waterrecreatie Wereldwijd...

Documents

Transcript of Netwerken in Waterrecreatie Wereldwijd...