Nele Mommen: verpleegkundige en (top)atlete!

2
34 mei | juni ‘12 Nele werkt sinds 1 augustus 2011 op de afdeling cardio-pneumo. Initieel op campus Salvator, maar bij de verhuis van de afdeling naar campus Virga Jesse in november van datzelfde jaar verhuisde Nele mee. “Ik voelde me meteen thuis, want ik heb mijn stage én vakantiewerk gedaan op campus Virga Jesse.” Jong geleerd, … “Ik was 9 jaar toen ik met atletiek begon,” her- innert Nele zich. “Ik mocht van thuis uit aan sport doen, maar met mate. Ik was toen vooral bezig met verspringen en de 60 meter spurt. Maar al vrij snel bleek dat ik in verhouding meer kracht dan snelheid had. Daarom raadde mijn trainer me aan om me toe te leggen op hinkstapspringen.” De jaren erna amuseerde Nele zich vooral in de atletiekclub. Maar na haar humaniora be- gon het te kriebelen. “Op mijn 18de ben ik kampioenschappen beginnen springen,” ver- telt ze. “Een leuke periode, maar niet evident om te combineren met mijn studie verpleeg- kunde. Zeker toen de stage erbij kwam, was het effe slikken. Ik trainde drie keer per week en om de drie weken liep ik een wedstrijd. Ik heb toen de moeilijke keuze gemaakt om het wat rustiger aan te doen, maar ben wel twee keer per week blijven trainen om mijn conditie op peil te houden.” Minimum vijf keer per week trainen Op haar 21ste plakte Nele nog een master aan haar opleiding verpleegkunde. Daarna stak de atletiekmicrobe terug de kop op, feller dan ooit. “In februari 2011 heb ik me terug volle bak op de atletiek gestort. Ik had snel door dat ik op die paar jaar een stuk sterker geworden was zonder er eigenlijk veel voor te doen. Dat was een enorme motivatie. Ik train nu minimum vijf keer per week anderhalf uur, afwisselend fitness, lopen en springen. Mijn doel was de 12-meter grens en dat is me in september vorig jaar gelukt. Super! Ik ben nu meer dan ooit gemotiveerd om alles op alles te zetten.” Trappentraining in Lloret de Mar Nele was net terug in het land na een hoogte- stage in Spanje toen we haar te pakken kre- gen voor een interview. “We gaan sowieso een keer per jaar in het buitenland trainen. Dit jaar was dat tijdens de paasvakantie in Lloret de Mar. Trainen in de warmte is heel gezond. Je spieren zijn dan sneller opgewarmd en dat geeft minder kans op kwetsuren bij zware trainingen. Geen overbodige luxe, want tij- dens zo’n hoogtestage verdubbelen we ons trainingsschema tot twee keer per dag. Aan het strand in Lloret zijn heel veel hoge trap- pen. Perfect voor een ‘trappentraining’. Ver- moeiend, maar ook heel leuk.” Svetlana Bolsjakova Nele’s grote voorbeeld binnen het hinkstap- springen is Svetlana Bolsjakova. De topatlete van Russische afkomst verhuisde in 2005 naar België en sindsdien kruisen hun paden zich geregeld tijdens belangrijke wedstrijden. Nele stond voor het eerst samen met Svet- lana op het podium op haar 19de, tijdens het Vlaams Kampioenschap in 2007. “Ze is mijn Nele Mommen: verpleegkundige e was amper 9 jaar toen ze voor het eerst een paar spikes aantrok. 15 jaar verder rijgt ze de podiumplaatsen aan mekaar in de subtop van het Belgische hinkstapspringen. En ja, ze combineert het met een fulltime job in de verpleegkunde. Met gepaste trots in de spotlight deze maand: Nele Mommen. Z

description

Artikel personeelsblad Jessa Ziekenhuis

Transcript of Nele Mommen: verpleegkundige en (top)atlete!

Page 1: Nele Mommen: verpleegkundige en (top)atlete!

34

mei

| ju

ni ‘

12

Nele werkt sinds 1 augustus 2011 op de

afdeling cardio-pneumo. Initieel op campus

Salvator, maar bij de verhuis van de afdeling

naar campus Virga Jesse in november van

datzelfde jaar verhuisde Nele mee. “Ik voelde

me meteen thuis, want ik heb mijn stage én

vakantiewerk gedaan op campus Virga Jesse.”

Jong geleerd, …“Ik was 9 jaar toen ik met atletiek begon,” her-

innert Nele zich. “Ik mocht van thuis uit aan

sport doen, maar met mate. Ik was toen vooral

bezig met verspringen en de 60 meter spurt.

Maar al vrij snel bleek dat ik in verhouding

meer kracht dan snelheid had. Daarom raadde

mijn trainer me aan om me toe te leggen op

hinkstapspringen.”

De jaren erna amuseerde Nele zich vooral in

de atletiekclub. Maar na haar humaniora be-

gon het te kriebelen. “Op mijn 18de ben ik

kampioenschappen beginnen springen,” ver-

telt ze. “Een leuke periode, maar niet evident

om te combineren met mijn studie verpleeg-

kunde. Zeker toen de stage erbij kwam, was

het effe slikken. Ik trainde drie keer per week

en om de drie weken liep ik een wedstrijd. Ik

heb toen de moeilijke keuze gemaakt om het

wat rustiger aan te doen, maar ben wel twee

keer per week blijven trainen om mijn conditie

op peil te houden.”

Minimum vijf keer per week trainenOp haar 21ste plakte Nele nog een master

aan haar opleiding verpleegkunde. Daarna

stak de atletiekmicrobe terug de kop op, feller

dan ooit. “In februari 2011 heb ik me terug

volle bak op de atletiek gestort. Ik had snel

door dat ik op die paar jaar een stuk sterker

geworden was zonder er eigenlijk veel voor te

doen. Dat was een enorme motivatie. Ik train

nu minimum vijf keer per week anderhalf uur,

afwisselend fitness, lopen en springen. Mijn

doel was de 12-meter grens en dat is me in

september vorig jaar gelukt. Super! Ik ben nu

meer dan ooit gemotiveerd om alles op alles

te zetten.”

Trappentraining in Lloret de MarNele was net terug in het land na een hoogte-

stage in Spanje toen we haar te pakken kre-

gen voor een interview. “We gaan sowieso

een keer per jaar in het buitenland trainen. Dit

jaar was dat tijdens de paasvakantie in Lloret

de Mar. Trainen in de warmte is heel gezond.

Je spieren zijn dan sneller opgewarmd en dat

geeft minder kans op kwetsuren bij zware

trainingen. Geen overbodige luxe, want tij-

dens zo’n hoogtestage verdubbelen we ons

trainingsschema tot twee keer per dag. Aan

het strand in Lloret zijn heel veel hoge trap-

pen. Perfect voor een ‘trappentraining’. Ver-

moeiend, maar ook heel leuk.”

Svetlana BolsjakovaNele’s grote voorbeeld binnen het hinkstap-

springen is Svetlana Bolsjakova. De topatlete

van Russische afkomst verhuisde in 2005

naar België en sindsdien kruisen hun paden

zich geregeld tijdens belangrijke wedstrijden.

Nele stond voor het eerst samen met Svet-

lana op het podium op haar 19de, tijdens het

Vlaams Kampioenschap in 2007. “Ze is mijn

Nele Mommen: verpleegkundige

e was amper 9 jaar toen ze voor het eerst een paar spikes aantrok. 15 jaar verder rijgt ze de podiumplaatsen aan mekaar in de subtop van het Belgische hinkstapspringen. En ja, ze combineert het met een fulltime job in de verpleegkunde. Met gepaste trots in de spotlight deze maand: Nele Mommen.

Z

Page 2: Nele Mommen: verpleegkundige en (top)atlete!

35

mei

| ju

ni ‘

12

grote voorbeeld en idool, maar ook mijn groot-

ste concurrente. Zonder pretentieus te willen

klinken! Svetlana springt bijna 14 meter en

dat is iets waar ik alleen maar van kan dro-

men. Als we samen aan een wedstrijd deel-

nemen, weet ik op voorhand dat ik maximum

tweede of derde kan worden. Maar gewoon

samen met mijn idool kunnen springen, is al

de max!”

DansenNog tijd voor een sociaal leven? Toch niet on-

belangrijk voor een frisse jonge meid! “Na de

training blijft er altijd wel tijd over voor een

terrasje of een feestje. Het een hoeft het an-

der echt niet uit te sluiten, maar ik moet er

uiteraard wel rekening mee houden. Zo is 10

km joggen bijvoorbeeld heel slecht voor mij,

omdat je dan je spieren op een heel andere

manier gebruikt. Ik moet het meer hebben

van korte explosieve inspanningen. In het

ziekenhuis gebruik ik nooit de lift, altijd de

trap. Meer zelfs, als er geen collega's of be-

zoekers in de buurt zijn spurt ik meestal de

trap op. Ook wandelen of lang stil staan, zijn

niet goed voor me. De dag voor een wedstrijd

mag ik dus niet gaan shoppen van mijn trai-

ner (lacht). Hij heeft er gelukkig absoluut

geen probleem mee dat ik af en toe op stap

ga. Maar ik moet dan wel dansen, zo blijven

mijn spieren tonisch actief. De dag na het

Jessa personeelsfeest heb ik gesprongen op

het Vlaams Kampioenschap. Ik had de hele

avond op hoge hakken staan swingen en had

dus pijn aan mijn kuiten, maar toch heb ik een

mooie prestatie neergezet. Het Belgisch Kam-

pioenschap valt dit jaar twee dagen na Jessa's

Midsummer Party. Hopelijk werkt de combi-

natie fuiven en springen dan ook zo goed!

Het Belgisch Kampioenschap is namelijk het

hoogtepunt van het jaar (Op het moment dat

Jess! op de drukpers ging, moest deze wed-

strijd nog plaatsvinden, nvdr).

Kiezen tussen atletiek en job? Niet aan de orde

gaan, zou ik nooit doen,” zegt Nele met volle

overtuiging. “Het is meer dan een hobby, maar

er mijn job voor opgeven zou ik zeker nooit

doen. Daarvoor werk ik te graag in de ver-

pleging. Ik zou de omgang met de patiënten

veel te hard missen. Dus blijf ik het gewoon

combineren. Ik zit nu in de subtop en dat vind

ik best. Doorstoten naar de top van België is

voor mij niet haalbaar, daar ben ik heel realis-

tisch in. Dan zou ik nog ruim anderhalve meter

verder moeten springen.”

fulltime job is niet evident. Maar wel haalbaar,

daar is Nele het bewijs van. “Ik pas mijn trai-

ningsschema aan in functie van mijn shift op

het werk. Als ik de vroege of nacht heb, train

ik ’s avonds. Als ik late shift heb, train ik in de

voormiddag. Na het werk in de zetel gaan han-

gen, vind ik veel vermoeiender. Ik train in de

atletiekclub van Alken en mag de sleutel altijd

bij mijn trainer oppikken als er op dat moment

niemand aan het trainen is. Voor atletiek heb

goeie benen en een piste!”

Zelf atleten trainenVolgens Nele bereikt een vrouwelijke atleet

haar fysieke hoogtepunt op haar 27ste. “Ik

kan dus nog 3 jaar op dit niveau meedraaien

als ik blessurevrij blijf en aan mijn huidig tem-

po kan blijven trainen. Mijn streefdoel is om

tegen dan 12m50 te springen. Nog ettelijke

centimeters te gaan, maar ik denk wel dat het

een realistisch doel is. Daarna blijf ik zeker

recreatief trainen. Ik droom er eigenlijk van

om zelf jonge atleten te kunnen trainen die er

echt voor willen gaan.”

en (top)atlete!

Samen op het podium met haar grote voorbeeld Svetlana Bolsjakova