NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus...

136
NEDERLANDS NÉERLANDAIS PG TITEL / TITRE ARTISTE(S) 001 24 rozen Toon Hermans 002 Aan de Amsterdamse grachten Wim Sonneveld 003 Aan de oever van de Rotte 004 Af en toe gaan pa en moe Heleentje van Capelle 005 Als ik toch eens rijk was Lex Goudsmit 006 Als je voor een dubbeltje geboren bent Louis Davids 007 Annabel Hans de Booij 008 As ’t effe kan Lex Goudsmit 009 Ballade voor de vriendinnen van een nacht Armand 010 Ben ik te min Armand 011 Beneden alle peil Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 012 Bij de marine Dorus 013 Bloemen Guus Meeuwis 014 Café Herman van Veen 015 Cis Verdonk Gerard van Maasakkers 016 Daar bij die molen Johnny Hoes / Mary Servaas 017 Daar zaten zeven kikkertjes 018 Dat tedere gevoel Herman van Veen 019 De aarde Urbanus (van Anus) 020 De clown Ben Cramer 021 De eerste keer Doe maar 022 De eeuwige soldaat Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 023 De glimlach van ’n kind Willie Alberti 024 De laatste keer Jaap Fisher(Visser) 025 De monniken Jaap Fisher(Visser) 026 De Noordzee (The Golden Vanity) Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 027 De nozem en de non Cornelis Vreeswijk 028 De troebadoer Lenny Kuhr 029 De vrienden van vroeger Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 030 De weg Guus Meeuwis 031 De zoete oorlog van het minnen Herman van Veen 032 Dodenrit Drs. P 033 Dodenrit (vervolg) Drs. P 034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een rustige ouwe dag Urbanus (van Anus) 037 Een vriend zien huilen Herman van Veen 038 Élégie prénatale Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 039 Er hangt een paardenhoofdstel aan de muur Kilima Hawaiia 040 Er is leven na de dood Freek de Jonge 041 Er komen andere tijden Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 042 Even aan mijn moeder vragen Bloem 043 Griep Gerard van Maasakkers 044 Hé, kleine meid Herman van Veen 045 Hebben en houwen Herman van Veen 046 Hee gaode mee Gerard van Maasakkers 047 Het dorp Wim Sonneveld 048 Het is altijd lente in de ogen van de tandartassistente Peter de Koning 049 Het is een nacht Guus Meeuwis 050 Het kleine café aan de haven Vader Abraham

Transcript of NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus...

Page 1: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

NEDERLANDS NÉERLANDAISPG TITEL / TITRE ARTISTE(S)

001 24 rozen Toon Hermans002 Aan de Amsterdamse grachten Wim Sonneveld003 Aan de oever van de Rotte004 Af en toe gaan pa en moe Heleentje van Capelle005 Als ik toch eens rijk was Lex Goudsmit006 Als je voor een dubbeltje geboren bent Louis Davids007 Annabel Hans de Booij008 As ’t effe kan Lex Goudsmit009 Ballade voor de vriendinnen van een nacht Armand010 Ben ik te min Armand011 Beneden alle peil Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh012 Bij de marine Dorus013 Bloemen Guus Meeuwis014 Café Herman van Veen015 Cis Verdonk Gerard van Maasakkers016 Daar bij die molen Johnny Hoes / Mary Servaas017 Daar zaten zeven kikkertjes 018 Dat tedere gevoel Herman van Veen019 De aarde Urbanus (van Anus)020 De clown Ben Cramer021 De eerste keer Doe maar022 De eeuwige soldaat Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh023 De glimlach van ’n kind Willie Alberti024 De laatste keer Jaap Fisher(Visser)025 De monniken Jaap Fisher(Visser)026 De Noordzee (The Golden Vanity) Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh027 De nozem en de non Cornelis Vreeswijk028 De troebadoer Lenny Kuhr029 De vrienden van vroeger Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh030 De weg Guus Meeuwis031 De zoete oorlog van het minnen Herman van Veen032 Dodenrit Drs. P033 Dodenrit (vervolg) Drs. P034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus)035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh036 Een rustige ouwe dag Urbanus (van Anus)037 Een vriend zien huilen Herman van Veen038 Élégie prénatale Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh039 Er hangt een paardenhoofdstel aan de muur Kilima Hawaiia040 Er is leven na de dood Freek de Jonge041 Er komen andere tijden Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh042 Even aan mijn moeder vragen Bloem043 Griep Gerard van Maasakkers044 Hé, kleine meid Herman van Veen045 Hebben en houwen Herman van Veen046 Hee gaode mee Gerard van Maasakkers047 Het dorp Wim Sonneveld048 Het is altijd lente in de ogen van de tandartassistente Peter de Koning049 Het is een nacht Guus Meeuwis050 Het kleine café aan de haven Vader Abraham

Page 2: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

NEDERLANDS NÉERLANDAISPG TITEL / TITRE ARTISTE(S)

051 Het land van Maas en Waal Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh052 Hilversum 3 Herman van Veen053 Huilen is voor jou te laat Corry en de Rekels054 Iedereen doet het Robert Long055 Ik ben blij dat ik je niet vergeten ben Guus Meeuwis056 Ik en mijn vriendje057 Ik heb een huis met een tuintje gehuurd August de Laat058 Ik heb geen zin om op te staan Armand059 Is dit alles Doe Maar060 Jan Klaasen Rob de Nijs061 Jantjes blues Cornelis Vreeswijk062 Jimmy Boudewijn de Groot063 Kangoeroe-eiland Cocktail Trio064 Ketelbinkie Louis Davids065 Kom uit de bedstee m’n liefste Egbert Douwe066 Kom van dat dak af Peter Koelewijn067 Komt er maar in Gerard van Maasakkers068 Laat mijn zonnebril zitten Peter Blanker069 Lage landen Boudewijn de Groot070 Liefde Rowwen Hèze071 Liefde is een werkwoord Guus Meeuwis072 Limburg Rowwen Hèze073 Limburg, mijn vaderland C. Krekelberg074 Madammen met een bontjas Urbanus (van Anus)075 Meisjes met rode haren Arne Jansen076 Meneer de baron is niet thuis The Ramblers077 Met jou in de buurt Herman van Veen078 Morgen Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh079 Niemand Guus Meeuwis080 Nikkelen Nelis Wim Sonneveld081 November Rowwen Hèze082 Oh, oh, Den Haag Harrie Klorkestein083 Op een mooie pinksterdag A.van den Heuvel & L.Jongewaard084 Op straat Guus Meeuwis085 Opzij opzij opzij Herman van Veen086 Oom Wim Freek de Jonge087 Per spoor Guus Meeuwis088 Pipo de clown Joop Reynolds089 Plezant liedje voor Lud Urbanus (van Anus)090 Ritme van de regen Rob de Nijs091 Sophietje Johnny Lion092 Sprookje Jaap Fisher(Visser)093 Strand Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh094 Strand (vervolg) Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh095 Suzanne VOF De Kunst096 Suzanne Herman van Veen097 ’t Heukske Ton Meisen098 Te lang Guus Meeuwis099 Tearoom tango Wim Sonneveld100 Testament Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh

Page 3: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

NEDERLANDS NÉERLANDAISPG TITEL / TITRE ARTISTE(S)

101 Tien kleine negertjes (1)102 Tien kleine negertjes (2)103 Tien kleine negertjes (3)104 Tien kleine visjes Rita Reys105 Tijd genoeg Doe Maar106 ’t Is moeilijk bescheiden te blijven Peter Blanker107 Tulpen uit Amsterdam Herman Emmink108 Twee motten Dorus109 Verdronken vlinder Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh110 Vrijgezel Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh111 Visite Lennie Kuhr112 Waar blijft de tijd Herman van Veen113 We zullen doorgaan Ramses Shaffy114 Welterusten, meneer de president Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh115 Wensen Guus Meeuwis116 Wie is loesje De Ramblers117 Wie schoa os Limburg is Harry Bordon118 Wilhelmus van Nassouwe (1) 119 Wilhelmus van Nassouwe (2) 120 Woningnood Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh121 Ze boog zover voorover Herman van Veen122 Ze kunnen m’n zak opblazen 1 123 Ze kunnen m’n zak opblazen 2 124 Ze kunnen m’n zak opblazen 3 125 Ze zijn niet meer als toen Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh126 Zegen Gerard van Maasakkers127 Zo heerlijk rustig Wim Sonneveld128 Zuiderzeebalade Willy van Hemert

Page 4: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

vierentwintig rozen •Toon Hermans

CVeertien appelbomen in de zomerzon, Dmzeven dikke tranen op een

G7bruidsjapon.

C7Vijftien zomersproetjes op een

Fwang,

D7twee enorme zoenen op de

G7gang.

En Czesendertig

G7liedjes waar ik

Cveel van

CDIM

hou.

En Cvierentwintig

G7rozen,

Cvierentwintig

Frozen,

Cvierentwintig

G7rozen voor

Cjou.

La la la la G7la la

Cla!

CVijftien mooie meiden in een boerenschuur, Dmzesenveertig zieltjes voor het

G7vagevuur.

C7Twee fanfares en hun hoempa

Fpa,

D7een begrafenis met koffie

G7na.

En Cvier papieren

G7vliegers aan een

Ctouw.

CDIM

En Cvierentwintig

G7rozen,

Cvierentwintig

Frozen,

Cvierentwintig

G7rozen voor

Cjou.

La la la la G7la la

Cla!

CZestien stille nonnetjes op oudejaar. DmTwee aanstaande moeders en een

G7ooievaar,

C7veertienhonderd doppers in een

Fblik,

D7negen hiks van iemand met de

G7hik,

en Czeven baby

G7foto’s op een

Cschouw,

CDIM

En Cvierentwintig

G7rozen,

Cvierentwintig

Frozen,

Cvierentwintig

G7rozen voor

Cjou.

CZestien bisschopsmijters op ’n lange rij, Dmeen klein moedervlekkie op een

G7damesdij,

C7negen dominees op ’t carna

Fval,

D7twee olijven en een bitter

G7bal,

en Cvier verliefde

G7wolken in ’t

Cblauw,

CDIM

En Cvierentwintig

G7rozen,

Cvierentwintig

Frozen,

Cvierentwintig

G7rozen voor

Cjou.

CZestien lichte vrouwen in vergadering, Dmtwee enorme boeren van een

G7zuigeling,

C7veertien kamerleden op ’t

Ftoilet,

D7zeven apen op een auto

G7ped,

en Ctwaalf Sinter

G7klazen in de

Ckou,

CDIM

En Cvierentwintig

G7rozen,

Cvierentwintig

Frozen,

Cvierentwintig

G7rozen voor

Cjou.

CDIMx x

1 23 4

Page 5: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

aan de amsterdamse grachten •Wim SonneveldPeter Shott (= Pieter Goemans)

Aan de DAmster

F#mdamse

Bmgrachten

A7

Heb ik Dheel mijn

A7hart voor

Galtijd ver

F#mpand.

AmB7ster

Emdam vult mijn ge

A7dachten

als de Bmmooiste

E7stad in ons

A7land.

Al die DAmster

F#mdamse

Bmmensen,

A7

al die Dlichtjes

A7’s avonds

Glaat op het

A7plein.

NieB7mand

Emkan zich beter

A7wensen,

dan een DAmster

A7dammer te

Dzijn.

Er Dmstaat een huis aan de gracht in

Gmoud Amster

Dmdam,

waar ik als Cjochie van

Facht bij

A7grootmoeder

Dmkwam.

Gm Dm A7

Nu Dmzit een vreemde meneer in ’t

Gmkamertje

Dmvoor

en Gmook die heerlijke

Dmzolder

A7werd tot kan

Dmtoor.

Alleen de Gmbo

C7men,

Fdromen,

Gmhoog

C7boven het ver

Fkeer

en over het Gmwater

Dmgaat er een

Gmbootje net als wel

A7eer.

Gm Bb A7

REFREIN

’k Heb Dmveel gereisd en al vroeg de

Gmwereld ge

Dmzien

en nimmer Ckreeg ik ge

Fnoeg van ’t

A7reizen na

Dmdien.

Gm Dm A7

Maar Dmergens bleef er een sterk ver

Gmlangen in

Dmmij

naar GmHollandse kust en de

Dmstad aan

A7Amstel en

DmIJ.

Alleen de Gmbo

C7men,

Fdromen,

Gmhoog

C7boven het ver

Fkeer

en over het Gmwater

Dmgaat er een

Gmbootje net als wel

A7eer.

Gm Bb A7

REFREIN

Page 6: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

aan de oever van de rotte

Aan de oever van de Rotte

Tussen Delft en Overschie

Zat een kikvors luid te wenen

Met een zuig’ling op haar knie

Lieve kleine, sprak de moeder

Zie je ginds die ooievaar

’t Is de moord’naar van je vader

Hij vrat ’m op met huid en haar

Potverdomme, sprak de kleine

Heeft die rotzak dat gedaan

Als ik later groot en sterk ben

Zal ’k ’m op zijn donder slaan

En de kikvors groot geworden

Zag opnieuw die ooievaar

En je zult het niet geloven

Hij vrat hem op met huid en haar

Aan de oever van de Rotte

Tussen Delft en Overschie

Zat een kikvors luid te wenen

Met een zuigeling op haar knie

Lieve kleine, sprak de oude

Zie je ginds die ooievaar

’t Is de moord’naar van je vader

Hij vrat hem op met huid en haar

Wel verdomme, sprak de kleine

Heeft die rotzak dat gedaan

Als ik later groot en sterk ben

Zal ik hem op z’n falie slaan

Nauwelijks was hij uitgesproken

Of daar kwam de ooievaar

Greep de kleine bij z’n lurven

En vrat hem op met huid en haar

In de slokdarm aangekomen

Zag hij daar zijn vader staan

En toen zijn ze met z’n tweetjes

Naar de uitgang toe gegaan

En de moeder oud geworden

’t Klinkt heel gek, maar ’t is heus waar

Greep de ooievaar bij zijn lurven

En vrat hem op met huid en haar

En zo ging ’t nog jaren verder

Tot er geen kikvors meer over was

En ook ooievaars zijn verdwenen

Je ziet ze niet meer op de plas.

Page 7: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

af en toe gaan pa en moe (de speeltuin) Heleentje van Capelle (1951)Bob Bleyenberg ™ Gerhard Froboess

Af en toe gaan pa en moe,

met ons naar de speeltuin toe,

dat is voor ons kinderen, het fijnste wat bestaat.

’t Is een eind bij ons vandaan,

en daarom gaat de karavaan

’s morgens vroeg op weg dan zijn wij er niet te zo laat.

Heeft Cmama een

Dm7goede

G7bui

en is Cpapa niet te lui

Nou dan Fgaan we

G7naar de

Cspeeltuin!

Ma draagt Cbroodjes

Dm7in een

G7mand

Pa de Ctrommel met verband

Ja dan Fgaan we

G7naar de

Cspeeltuin

En we wippen en we draaien en we schommelen zo fijn

tot we misselijk van het draaien en de limonade zijn

heel de Cdag is

Dm7het dan

G7feest

tot we er Cuit zien als een beest

en we Fheerlijk in de

G7speeltuin zijn ge

Cweest.

Kleine Jan valt van de wip,

valt z’n tanden door de lip

hij brult als een wilde als papa verbinden wil,

Mien draait in de molen rond

jankend als een jonge hond

want ze wil eruit en dat ding dat staat niet stilREFREIN

Komen wij dan ’s avonds thuis,

vuil van zand en stof en gruis,

dan zegt Papa boos: Dat was beslist de laatste keer

Maar we zeuren al weer gauw:

mama wanneer gaan we nou

nog es naar de speeltuin? En spoedig gaan we weer!

Page 8: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

als de liefde Guus MeeuwisGuus Meeuwis

Als de liefde niet beBbmstond

Zullen ze stilstaan de riEbm7vieren

En de vogels en de Ebmdieren

Als de liefde niet beBbmstond

Als de liefde niet beBbmstond

Zou het strand de zee verEbm7laten

Ze hebben niets meer te beEbmpraten

Als de liefde niet beBbmstond

Als de liefde niet beF#

stond

Zou de maan niet langer Fm7lichten

Geen dichter zou meer Ebm7dichten

Als de liefde niet beFmstond

Nergens zouden bloemen F#

staan

En de aarde zou verFm7kleuren

Overal gesloten Ebm7deuren

En de klok zou niet meer Fmslaan

Als de liefde niet beBbmstond

Dan was heel de vrijerij beEbm7dorven

De wereld was gauw uitgeEbmstorven

Als de liefde niet beBbmstond

Als de liefde niet beBbmstond

Zou de zon niet langer Ebm7stralen

De wind zou niet meer ademEbmhalen

Als de liefde niet beBbmstond

Geen appel zou meer Bbmrijpen

Zoals eens ’t paraEbm7dijs

Als wij elkaar niet meer beEbm7grijpen

Dan wordt de wereld koud als Bbmijs

Ik zou sterven van de Bbmkou

En mijn adem zou beEbm7vriezen

Als ik jouw liefde zou verEbm7liezen

Er is geen liefde zonder Bbmjou

Page 9: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

als ik toch eens rijk was•

Lex Goudsmit

CAls ik toch eens rijk was, dedel, deidel, dedel, dedel, deidel, dedel, deidel, domG7Alle dagen,

Cmbiddie, biddie, bom,

F#DIM

als ik toch eens rijk zou G7zijn.

CNiet zo hard meer werken, dedel, deidel, dedel, dedel, deidel, dedel, deidel, domG7Was ik maar een

Cmietsie-pietsie rijk,

D7dedel, deidel,

G7dedel, deidel,

Cmdom

Ik bouwde Fmprompt een huis met

Bb7zeventig kamers,

EbM7vloeren bedekt met dik tapijt,

C7

een Fmglazen koepel

G7dak voor een zee van

Clicht.

C7

Drie mooie Fmtrappen, waarvan

Bb7een naar het dak, een

EbM7tweede naar beneden

C7leidt,

de Fmderde dient

F#DIM

alleen maar voor ’t geG7zicht.

Dan C7zouden

Fop mijn erf de

G7kippen en ganzen

Czingen in duizendvoudig

A7koor,

Dmsnaat’rend, kaak’lend,

G7gakkend zo hard als ’t

Ckan.

C7

En al dat Fmkwak-kwak-kwak en

Bb7tokke-tokke-tok, dat

EbM7klonk als trompetten in je oor,

C7

dan Fmwisten ze: daar

F#DIM

woont een schatrijk G7man.

REFREIN

Ik zie m’n FmGolde al, be

Bb7hangen met juwelen

EbM7en met een dubb’le onderkin.

C7

FmKoken, bakken,

G7al wat haar hart be

Cgeert.

C7

Ik zie haar Fmtrots als een pauw al

Bb7wand’lend door de straten,

EbM7oi ! Heeft dat mens ’t naar haar

Bb7zin,

als Fmze het hele

F#DIM

huis tiranniG7seert!

En C7de e

Flite van de

G7stad komt dan bij

Cmij om

A7raad.

Ik Dmmoet ze advi

G7seren, als Salomo zo

Cwijs.

C7

Alstublieft, Reb Tevye ! Heel veel dank, Reb Tevye !

De rabbijn stelt ook uw oordeel zeer op prijs

Maar het maakt niets uit wat ik antwoord

Of ’t nu goed is of ernaast

Ben je rijk, dan ben je een profeet !

Als ik ooit eens rijk zou worden

Bracht ik ’t liefst m’n tijd in de synagoge door

En kreeg ik misschien een plaats bij de Oostermuur

En ik besprak met geleerden het Heilig Boek

Ja, dat stel ik me zo voor

Dat werd m’n uitverkoren uurCAls ik toch eens rijk was, dedel, deidel, dedel, dedel, deidel, dedel, deidel, domG7Alle dagen,

Cmbiddie, biddie, bom,

F#DIM

als ik toch eens rijk zou G7zijn.

CNiet zo hard meer werken, dedel, deidel, dedel, dedel, deidel, dedel, deidel, domG7Heer, U schiep de

Cmtijger en het hert

G7U bepaalde

Cmwie en wat ik werd

G7Ben ik in Uw

Cmogen dan zo klein

Dat ik niet schatG7rijk kan

Czijn ?

EbM7x

1 1 1 1 1

2 3 4

Page 10: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

als je voor een dubbeltje geboren bent Louis DavidsJacques van Tol

CEr zijn mensen die ge

G7loven nimmer aan hun

Clot,

ploeteren en G7sappelen en sjouwen zich ka

Cpot.

Ik zeg: ‘Mensen Amdenk toch steeds bij alles wat je

Cdoet.

Het Amkomt altijd zo

Dm7als het komen

G7moet.’

Als je Cvoor een dubbeltje ge

G7boren bent,

bereik je nooit een Ckwartje.

Of je Grieks, Latijn of twintig G7talen kent,

gerust, het leven Ctart je.

C7

Je verFbeeldt je dat je aan de

Ctouwtjes trekt,

maar och, het Amleven smijt je heen en

G7weer.

Als je Cvoor een dubbeltje ge

G7boren bent,

bereik je nooit een stuiver Cmeer.

CZelden vind je

G7iemand die de zin van het leven

Ckent.

Je kunt zo geG7lukkig zijn als je tevreden

Cbent.

Waarom zoek je ’t geAmluk steeds in een ver ver

Cschiet?

Het Amligt vlak bij je

Dm7en je ziet het

G7niet.

REFREIN

Ja, zo is het. En al ga je nou op je hoofd staan zo blijft het.

Als je voor een demi-tje in de wieg bent gelegd, dan zal je nooit een pels dragen.

Dat is gek. En als je nou roggebroodkind bent, dan zal je je nooit in kaviaar verslikken.

En doe nou maar geen moete meer, wees verstandig, want het blijft zo. Zo is het.

Als je Cvoor een dubbeltje ge

G7boren bent,

bereik je nooit een stuiver Cmeer.

Page 11: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

annabel Hans de Booij

CIemand zei: ‘Dit is

G7Annabel,

Cze moet nog naar het sta

G7tion.

CNeem jij de wagen dan

G7haalt ze het wel.’

En ik zei: ‘Da’s Amgoed’, en reed zo stom als ik

G7kon.

CWe kwamen aan bij een

G7leeg perron.

En ik Czei: ‘’t Zit je niet

G7mee.’

CEn in de verte ging de

G7laatste wagon

en AnnaBb

bel zei: ‘Oké, ik Aga met je

Ab

mee.’CEn later lagen we

G7samen, zoals dat heet,

Ceen beetje moe, maar vol

G7daan.

CEr kwam al licht door de

G7ramen, ze zei:

‘Ik heb geen Amtijd voor ontbijt, ik moet

G7gaan.’

Ik Czei alleen nog: ‘Tot

G7ziens Annabel.’

CEn ik dacht: ik zie jou

G7nooit meer terug.

CIk dacht: ik draai me om en

G7slaap nog even door,

maar twee uur Bb

later was ik nog Awakker, lag

Ab

stil op m’n Grug.

AnnaCmbel, het wordt niets zonder jou, Anna

Bb

bel. (2×)CZo bleef ik twee dagen

G7liggen in bed.

CIk was totaal van de

G7kaart.

CToen stond ik op, ik moest niet

G7denken maar doen,

want zonder Amhaar was ik geen stuiver meer

G7waard.

CIk ging de stad door op

G7zoek naar een glimp.

CEn ik dacht: ik zie jou

G7nooit meer terug.

CIk ging zelfs hardop

G7praten in mezelf

en iemand Bb

zei: ‘Je stond uren met je Ahanden op de

Ab

leuning van de Gbrug.’

REFREINCEn op een avond

G7zag ik haar weer.

CZe stapte net op de

G7tram.

CZe was nog mooier dan de

G7vorige keer.

Ik riep haar Amnaam en trapte hard op de

G7rem.

CIk sprong m’n auto uit en

G7greep haar vast.

CZe stond stil en keek

G7om.

CZe keek me aan, maar was

G7nauwelijks verrast.

Ik zei: ‘Bb

Hé, waar moet je naar Atoe?’ Ze zei: ‘

Ab

Naar het staGtion.’

CIk bracht haar weg, ze kocht een

G7kaartje Parijs.

CIk zei: ‘Ja, nog

G7één erbij.’

CDe lokettist gaf twee maal een

G7enkele reis

en AnnaAmbel keek even op

G7zij.

CIk zei: ‘Ik heb je ge

G7vonden vandaag.

CIk laat je nooit meer al

G7leen,

Cal reis je door naar Barce

G7lona of Praag,

al reis je Bb

door naar het eind van de Awereld, ik

Ab

ga met je G7mee.

REFREIN

Page 12: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

as ’t effe kan •Lex Goudsmit

De lieve Dheer heeft

A7man en vrouw ge

Dschapen.

De een is zwak, de A7andere is

Dsterk.

De lieve Gheer heeft

B7man en vrouw ge

Gschapen,

E7dus, as ’t

Geffe kan, ja dan,

E7as ’et

Aeffe kan, ja

Ddan,

F#7doen de

Gvrouwen

Dfijn het

E7zwa

A7re

Dwerk

As ’t A7effe kan,

as ’t Deffe kan,

as ’t A7effe kan,

doen zij het zware Dwerk !

De sterke Ddrank most

A7eigenlijk ver

Ddwijnen,

met de café’s in A7elke straat of

Dsteeg.

De sterke Gdrank most

B7eigenlijk ver

Gdwijnen,

E7dus, as ’t

Geffe kan, ja dan,

E7as ’et

Aeffe kan, ja

Ddan,

F#7zuip ik

Gzellef

Dalle

E7fles

A7sen

Dleeg !

REFREIN

Je hebt als man zo weinig vreugde

Dus as ’t effe kan dan doe je daar wat an !

Het vrouw’lijk Dschoon dat

A7denkt direkt aan

Dtrouwen,

het vrouw’lijk schoon wil A7boter bij de

Dvis.

Het vrouw’lijk Gschoon dat

B7denkt direkt aan

Gtrouwen,

E7dus, as ’t

Geffe kan, ja dan,

E7as ’et

Aeffe kan, ja

Ddan,

F#7zorreg

Gik dat

Dhet vrij

E7blij

A7vend

Dis !

Een ieder Dheeft wat

A7over voor een

Dander.

Dat is en blijft een A7ongeschreven

Dwet.

Een ieder Gheeft wat

B7over voor een

Gander,

E7dus, as ’t

Geffe kan, ja dan,

E7as ’et

Aeffe kan, ja

Ddan,

F#7lazer

Gik ze

Dalle

E7maal

A7uit

Dbed

Je mag je Dvrouw nooit be

A7driegen met een

Dander.

Door al die kind’r’is ze A7toch al over

Dwerkt.

Je mag je Gvrouw nooit

B7pesten met een

Gander,

E7dus, as ’t

Aeffe kan, ja dan,

E7as ’et

Aeffe kan, ja

Ddan,

F#7zorreg

Gik dat

Dze d’r

E7niks

A7van

Dmerkt !

Page 13: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

ballade voor de vriendinnen van een nacht •Lennaert Nijgh ™ Boudewijn de Groot

Wel Cmben ik liever thuis dan in de kroeg,

maar daar sluipt ’s-nachts de stilte om me heen

en G7denken over jou deed ik genoeg,

dus blijf ik dan maar liever op de been,

want slapen gaat allang niet meer alCmleen.

AlEb

leen is maar alleen, ik ken de stad.

Wanneer ik eenmaal lastig ben en Bb7zat,

is ieder lichaam even warm en zacht

en helpt vergeten wat ik Eb

eenmaal had. Zo G7ken ik mijn vriendinnen van een nacht.

Cm

WanCmneer de dag komt, zie ik pas mijn prooi,

daar naast me slaapt een onbekend gezicht

en G7blijkt ze ’s-morgens vroeg niet meer zo mooi

als gisteravond met dat roze licht,

dan doe ik maar weer gauw m’n ogen Cmdicht.

Het Eb

was misschien wel fijn voor deze keer,

ik ga en kom na deze nacht nooit Bb7meer.

En als ze mij ontmoeten, vragend lacht,

dan denk ik: ‘Wie ben jij nu Eb

ook alweer?’ Zo G7ken ik mijn vrindinnen voor een nacht.

Cm

Soms Cmdroom ik half, dat ik weer iets herken,

een geur van haar, een lach waar van ik hou.

Maar G7al te goed weet ik dan waar of ik ben,

hier lig ik met een vreemde blote vrouw.

En niemand op de wereld lijkt op Cmjou.

Maar Eb

blijf ik ’savonds thuis, dan wordt het stil.

Die kamers vol van toen, ze zijn zo Bb7kil.

Ik vlucht de stad in en ga weer op jacht

en breng mezelf opnieuw waar Eb

ik niet wil. Zo G7ken ik mijn vriendinnen van een nacht.

Cm

CmPrinsesjes lief, als iemand jullie kwetst,

of sletten noemt of over zeden Bb7zwetst,

laat hem een ziekte krijgen vol venijn,

we sliepen met elkaar en Eb

dat was fijn.

En daarom heb ik niemand ooit verBb7acht,

maar zal ik jullie altijd dankbaar Eb

zijn. Zo G7ben ik ! Mijn vriendinnen van een nacht.

G7 Cm

Page 14: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

ben ik te min Armand

DWil je blijven, o

Dkee.

BHet heeft toch geen enkele

Ezin.

AAls je me maar niet ziet als het jochie met de

Drozen,

BWant dan stort je hele droomwereld

Ein.

DJijwas, zoals ze dat noemden, het idealistische

Atype.

DMaar daarheb je nu verrekt weinig meer

Avan.

DJe bent nu net zo materialistisch als

Aik.

BMaar hoe wil je het, hoe wil je het in godsnaam anders

Edan?

ABen ik te min,Dben ik te min, omdat je ouders meer poen

Ehebben, dan de

Amijne?

ABen ik te min,Dben ik te min, omdat je pa in een grotere

Ekar rijdt, dan de

Amijne?

DEn toch wil je blijven, maar je

Dpa, die wil ’t niet.

BIk denk, dat je beter kunt

Egaan.

AEn je moeder, die doe je ook veel ver

Ddriet.

BAls je thuiskomt, zegt ze: Kind, wat doe je me

Eaan?

DJouw moeder, die ik moest aan

Ahoren.

DMet haar achterlijk gezwam over de studie van je

Abroer.

DEn dat je pa zo’n succesvol zakenman

Awas,

BMet andere woorden Wat ben jij een

Eboer.

REFREINDMaar kijk uit! Je bent het niet ge

Dwend

Bom te vreten van de

Estraat.

AAls je lichamelijk maar niet belangrijk

Dvindt,

Bwant dat is het in feite niet waar het om

Egaat

Den als je het aankunt, nou, kom dan gerust

Aweer

Den anders, dan sodemieter je maar

Aop,

Dwant het is echt niet, dat ik niets om je

Ageef,

Bmaar zo duw je je hoofd in een

Estrop.

REFREIN

Page 15: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

beneden alle peil •Lennaert Nijgh ™ Boudewijn de Groot

CJouw armen liefste zijn niet om te slaan, je moet je handen niet tot vuisten

Gmaken.

EmJe ogen hoeven niet zo hard te staan,

G7ontspan die harde lijnen om je

Ckaken.

Je Flichaam, lief, is

G7zacht om aan te

Craken,

Cmaar jij denkt enkel aan je eigen heil,

jij denkt alleen maar aan je eigen Gzaken en

Fdat is toch be

Gneden alle

Cpeil.

BeAmkijk jezelf en lach, je zachte arm is

Evoor mijn hoofd gemaakt om op te

Amrusten,

je Fborst als veilig

Gkussen houdt me

Cwarm, maar

Fwarmer zijn je

Glippen die me

Amkusten,

zo Fwekte j’een voor

Geen mijn andere

Clusten,

Cmaar jij dacht aan een ander onderwijl

waarmee je zonder moeite je geweten Gsuste en

Fdat is toch be

G7neden alle

Cpeil.

CMijn liefde was de inzet voor jouw spel, door mij liet jij je ijdelheid graag

Gstrelen.

EmJe wilde niet dan wilde je weer wel. Ik

G7was verblind, ik liet maar met me

Cspelen.

Je Fliet je zo maar

G7door een ander

Cstelen en

Cmijn geluk ging zo maar voor de bijl.

Maar mijn verdriet kon jou niet zo veel Gschelen en

Fdat was toch be

Gneden alle

Cpeil.

PrinsAmheerlijk lig je in een anders bed en

Emaakt hem met je lichaam dwaas en

Amdronken,

wat Fin geen enkel

Gopzicht jou be

Clet ach

Fter zijn rug om

Gweer naar mij te

Amlonken.

F

G

C

CBedriegen ligt nu eenmaal in jouw stijl.

Je hebt je in ’t geheim aan mij geGschonken, maar het

Fis toch wel be

G7neden alle

Cpeil.

Page 16: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

bij de marine Dorus

FZorreg dat je d’r bij komt, bij de ma

C7rine, bij de ma

Bb

riFne.

Zorreg dat je d’r bij komt, bij de maC7rine moet je

Fzijn.

Het is geBb

zond voor je lijf en je Fleden.

Bij de maG7rine is d’r niemand onte

C7vreden.

FZorreg dat je d’r bij komt, bij de ma

C7ri-i

Fne.

’s Ochtends krijg je scheepsbeschuit en een koppie C7thee op

Fbed.

Dan komt de eerste officier met ze G7vinger an ze

C7pet.

Hij Gmzegt: ‘Me

C7neer, ik

Fstoor toch niet, hier

Gmis uw

C7ochtend

Fblad,

uw G7handdoek en uw

Cstukkie zeep, nou

G7ken U fijn in

Cbad.’

Je hebt een C7moeder en een vader aan hem. (AHOY)

En hij besluit met zachte C7stem:

Gm C7(AHOY)

‘En nou as de gesmeerde bliksem uit de veren, jullie luie voddebalen!

Nou, kompt ’r nog wat van?’REFREIN

’s Middags gaan we op de wal, dat doene we hand in hand

En worden prettig rondgeleid door de vrouw van de commandant

En niemand zit er krap bij kas, je krijgt honder gulden mee

’t Mag allemaal in een dag op, zo geldt de wet der zee

Maar niemand wil d’r ’s avonds laat op de wal (AHOY)

Want dan begint pas goed het bal (AHOY)

Dan gaan we naar de fillem, in de kantine, in de kantine

Eten gevulde koeken, in de kantine moet je zijn

Dat is gezond voor je lijf en je leden

Bij de marine is er niemand ontevreden

Zorreg dat je d’r bij komt, bij de marine

En hij besluit met een vriendelijke snoet (AHOY)

Als hij tot slot het licht uitdoet (zo zoet)REFREIN

Page 17: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

bloemen •Guus MeeuwisGuus Meeuwis

A E A E(intro)EBloemen bloeien

C#mlangs de weg, waar

F#mop ik langzaam

Bslenter.

EIn de verte

C#mligt jouw huis, ik

F#mzie je fiets: je

Bbent er.

Ik Aloop hier elke

Edag, ’tis een

Aklein kwartiertje

Eom.

Toch F#mhoop ik op een lach, dat

Bik je tegenkom.

Je Gweet niet zeker

Emwie ik ben, maar

Amik vergeet je

Dniet.

Je Gloopt me altijd

Emstrak voorbij,

Amzonder dat je mijn

Dhand ziet.

Ik Cloop hier elke

Gdag, de

Czomer is al

Gom.

Toch Amhoop ik op een dag, dat

Dik je tegenkom.

DaGdiadada da

Emdiadada da

Cdiadada da

Ddom da

Gdiadada da

D/F#

diadada daEmdiadada da

Ddom

EHeel veel eikels

C#mop de weg, ik

F#mben de aller

Bgrootste.

OmEdat mijn liefde

C#mmij nog niet tot

F#maan je voordeur

Bloodste.

Ik Aloop hier elke

Edag, en

Adriekwart jaar is

Eom.

Toch F#mhoop ik op een lach, dat

Bik je tegenkom.

GSneeuw valt langzaam

Emop de weg en

Chet wordt alsmaar

Dkouder.

GZonder nog dat

Emjij het weet, wor

Cden we samen

Douder.

Ik Cloop hier elke

Gdag, het

Cjaar is bijna

Gom.

Ik Amhoop nog op een dag, dat

Dik je tegenkom.

REFREINGBloemen bloeien

Emin de berm, waar

Cin we samen

Drusten.

GHet is niet zo

Emlang gelee, dat

Cik jouw lippen

Dkuste.

Ik Cliep hier elke

Gdag, en

Cik weet nu waar

Gom:

de Amlach op jouw gezicht, die

Dik daar tegenkom.

G Em C D G D/F# Em DDadiadada

C G C G Am D

REFREIN

Ik Cliep hier elke

Gdag, een jaar

Clang kwartiertjes

Gom.

Een Amjaar, het was het waard, nu

Dlachen we er

Gom.

Page 18: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

café•

Herman van Veen

Ik Cweet waar ’n café is, bil

Amjart en geen tv is,

waar Fopa op z’n sloffen z’n

Gnieren af komt stoffen.

Een CGriek uit verre landen bil

Amjart over drie banden.

Geen Fmens is uit de gratie, geen

Ggrein diskriminatie.

Ach, zo’n caCmfé, café met ’n lage zoldering en geen w

Gc voor

Fmdames a

Gpart.

Ach, zo’n café, spoedig ’n herinnering zonder tCmv. Een piano alleen.

VerFmboden door de

Cmwet met zijn

Fmrommelig buf

Cmfet,

zijn Fmpilsjes en zijn

Cmpret en zijn

Gscheve bil

Cmjart.

En Cals je ’n stoot wil maken daar

Amop het groene laken,

dan Fword je onverschrokken al

Gaan je mouw getrokken.

‘Je Cmot ’t indirekt doen, jongen, je

Ammot ’t met verschrikkelijk veel effekt doen,

die Fkeu die is zo teer niet: ’t

Gis je jonge heer niet!’

Dus Craak ’m zonder eerbied, dat

Amje die bal nooit weerziet

en Fis die stoot dan toch nog mis, dan

Gheerst allom de droefenis.

REFREIN

Want Czie: de nieuwe wet is, dat

Amzo’n café niet net is,

de Fzoldering te laag is en het

Glicht er veel te vaag is.

En Cdat er alle vrouwen hun

Amplas op moeten houwen,

omFdat er geen wc is, die

Gveilig en privé is.

En Cmensen, mensen, mensen, ook al

Ambiggelt er ’n traan over Carmiggelt,

de Fwet, de wet heeft rechtgedaan, dus

Gdie cafeetjes gaan eraan.

REFREIN

Page 19: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

cis verdonk Gerard van MaasakkersGerard van Maasakkers

Ik Amzal oe ’s wa gaon zingen, ’t is over Cis Ver

Dmdonk

Ze Amwoonde in ’n huiske achteraf en ze

Edronk teveul

Ze Amstonk tegen de wind in, en d’r heund die stonken

Dmmee

Maar AmCis, die klaagde nooit; Cis die

Ewaar te

Amvreje

Ze las Cnooit de krant, want aan

Glezen had ze ’t land.

En de Cmensen zeiden altijd: ‘D’r is mee

GCisse wa aan de hand.’

En als AmCis oe ’n snuupke gaf, dachte bij oew eigen: ‘

DmBah,

God Amweet, hoe lang da’t in haar smerige

Ejas gezeten

Amhad.’

’t Was Amop een donderdag toen deed iemand z’n be

Dmklag

Bij de poAmlitie, want de heund die gingen zo te

Ekeer die dag

D’n Amopper maakte er werk van, en hij stuurde agent De

DmGroot

Die Amvond toen Cis Verdonk, ze was al

Edagen

Amdood.

’t Kwa_am Cin de krant en de

Gmensen praatten schand.

Hoe kan Czoiets toch gebeuren, och, wa’n

Gwereld, och, wa’n land

En toen ’t Amhuis werd doorgezocht, vonden ze tussen ’t keukenge

Dmrei

AmZeventien rollekes pepermuntjes,

Enetjes op ’n

Amrij.

Page 20: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

daar bij die molen (het plekje bij den molen)

Ik weet een heerlijk plekje grond, daar waar die molen staat.

Waar ik mijn allerliefste vond, waarvoor mij ’t harte slaat.

Ik sprak haar voor den eersten keer, aan d’oever van den vliet.

En sinds dien tijd kom ik daar meer, die plek vergeet ik niet.

Daar bij die molen, die mooie molen,

daar woont het meisje, waar ik zooveel van hou.

Daar bij die molen, die mooie molen,

daar wil ik wonen als zij eens wordt mijn vrouw.

Als in den stillen avondstond, de zon ten onder ging.

En ik haar bij den molen vond, in zoete mijmering.

Fluisterde zij mij in het oor: ‘Oh, heerlijk zaam te zijn.’

De molen draaide lustig door, en ik zei: ‘Liefste mijn.’REFREIN

Ik zie den molen al versierd, ter eer van ’t jonge paar.

Het heele dorp dat juicht en tiert, zij leven menig jaar.

En zie ik trotsch den molen staan, dan zweer ik in dien stond:

nooit ga ik van die plek vandaan, waar ik mijn vrouwtje vond.

Page 21: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

daar zaten zeven kikkertjes Trad.

Daar zaten zeven kikkertjes al in een boerensloot.

De sloot was toegevroren, ze lagen half dood.

Ze kwekten niet, ze kwaakten niet van honger en verdriet.

Daar zaten zeven kikkertjes al in een boerensloot.

De jongste, die een wijsneus was, zei tot z’n kameraads:

‘Die malle nachtegalen, wat hadden die een praats.

Was eerst het ijs maar in de dooi, wij zongen eens zo mooi!’

Daar zaten zeven kikkertjes al in een boerensloot.

De milde lieve lente kwam; zij kwaakten de oude wijs!

Als zij dat zingen noemen, wens ik ze weer in ’t ijs.

Ik geef die kikkers allemaal voor ene nachtegaal.

Daar zaten zeven kikkertjes al in een boerensloot.

Page 22: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

dat tedere gevoel •R. Bruining ™ Herman van Veen

DIk heb dat tede

Gre gevoel voor

Aelke zot, voor

Gelke dwaas,

Ddie buiten ronddaast

Gzonder doel, die

Aniemands knecht is,

Dniemands baas.

GIk heb dat tede

Are gevoel voor

Gieder die zich

Aluidkeels uit,

Ddie elk gebaar er

Gvaart als koel, voor

Awie zich elke

Dkudde sluit.

GIk heb dat tede

Are gevoel

Gvoor wie zich in een

Adroom verwart

en Dwaar die droom de

Gwaarheid ramt, klinkt

Asoms zijn lach net

Diets te hard.

D D Em F#m G G F#m Em D G A D(Intermezzo)

DIk heb dat tede

Gre gevoel voor

Aelke vrouw, voor

Gelke man,

Ddie in volkomen

Gweerloosheid een

Aander mens be

Dminnen kan.

GLai di dai

A G A D G A D

Page 23: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

de aarde •Urbanus (van Anus)

De Daarde is ’n grote bol, met

Aplantjes en met beestjes vol

en Gze draait al

Aheel lang in het

Drond.

En wat ik haast niet kan geloven, soms Ahangen we ondersteboven

en toch Gblijven onze

Avoeten op de

Dgrond.

En Gal de wolkjes boven ons, die

Dlijken wel een grote spons,

ze Gbrengen ons het

Awater van de

Dzee.

En als de aarde drinken wil, dan Ahoudt de wind de wolkjes stil

en Gdan valt dat

Awater naar be

Dnee.

DOh grote wereldbol, ik snap er nie veel

Avan.

’t Is gewoon ’n wonder, wat jij allemaal Dkan.

Je vliegt maar en je vliegt maar zonder te verAdwalen.

Je draait maar en je draait maar zonder motor of péDdalen.

DAls de zandman weer verdwijnt en de

Azon haar zonnestraaltje schijnt,

Glekker op de

Arug van onze

Dpoes,

dan valt aan d’and’re kant de nacht, daar Ais ’t Janneke maan die lacht

Gnaar de inge

Aslapen kangoe

Droes.

En als GJeseke zijn bedje maakt en

Dal z’n pluimpjes kwijtgeraakt

Gdan begint ’t

Ahier bij ons te

Dsneeuwen.

Toch brandt de zon in Afrika de Anegertjes tot chocola,

maar Gbijt ze niet want

Aanders gaan ze

Dschreeuwen.

REFREINDEn van waar dit allemaal komt: de

Alucht, het water en de grond,

dat Gkan tot nu toe

Aniemand ver

Dtellen.

De aarde draait hier niet alleen, er zijn Anog meer bollen om haar heen,

Gveel meer dan de

Amensen kunnen

Dtellen.

Want Gals je straks ’n lichtje ziet, dat

Dplots’ling door de hemel schiet,

dan Gkan dat ’n

Amarsmannetje

Dzijn.

Dat heel gewoon aan jou komt vragen, Aof je een van deze dagen

Gmet hem meevliegt

Ain zijn marsko

Dnijn.

REFREIN

Page 24: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

de clown Ben Cramer

C# f c# g# - f# c# g# - f c# g# - f c# g#

Ab d# c g# - f# c g# - f c g# - d# c g#

Ab d# c g# - f# c g# - f c g# - d# c g#

C# f c# g# - f# c# g# - f c# g# - f

Hij was maar een Cclown, in ’t wit en in ’t

Grood.

Hij was maar een clown, maar nu is hij Cdood.

Hij lachte en sprong, in ’t felgele Glicht,

maar onder die lach zat een droevig Cgezicht.

De herinnering Cblijft

G

Caan die

Gclown met z’n

Glach.

G/D G

Hij heeft G/Dalles ge

Cgeven

G

Ctot de

Glaatste

Gdag.

G/D Ab

Niemand G/Dkende de

Cpijn

G

Cvan zijn

Gstille ver

Gdriet.

G/D Ab

Want er G/Dwas op het

Ceinde

G

Cniemand die

G hij ver

Gliet.

Hij woonde alleen, in een wagen van hout.

Hij was maar een clown, en zo werd hij oud.

Z’n hoed was te klein, en z’n schoenen te groot.

Hij was maar een clown, maar nu is hij dood.REFREIN

Op een avond, hij viel, net als elke keer.

Het publiek lachte luid, maar voor hem was het uit.

Hij was maar een clown, in ’t wit en in ’t rood.

Hij was maar een clown, maar nu is hij dood.REFREIN

Page 25: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

de eerste x•

Doe Maar

Ze Clachte en toen

Fbleef ze

Gvoor me

Cstaan.

F G

Ik Cwachtte maar ze

Fkeek me

Genkel

Caan.

F G

Ik Fstond daar maar en wist bij god niet

Cwat ze van me wou

en Ftoen zei ze: Ik heb zin in

G7jou!

Ik Cbloosde, maar nam

Fhaar toch

Gmee naar

Chuis

F G

Cen daar trok ze

Fal haar

Gkleren

Cuit.

F G

FKom maar, zei ze zacht toen ik daar

Caarzelend bleef staan.

Ik Fschaamde me voor haar want ik had

G7HET nog nooit gedaan.

Ze Cfluisterde: Wie

Fhad dat

Gooit ge

Cdacht.

F G

Ik Czei: ’k Ben bang dat

Fjij te

Gveel ver

Cwacht.

F G

Ik Fheb haar naar haar fiets gebracht en

Calles was voorbij.

Wat Fheb ik toch gedaan? Ik ben haar

G7kwijt, nou heb ik spijt voor altijd.

DmEllen, ik ben

Amzo ver

Dmliefd op

Amjou. (4×)

Page 26: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

de eeuwige soldaat •Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh ™ Bob Dylan

Hij is Fklein van

G7stuk en hij is

Cgroot en

Amfors,

zijn Fwapens zijn van

G7staal en steen en

Chout.

Am

Hij is Fdertig jaar of

G7meer en hij is

Cnog maar zeven

Amtien,

als solFdaat is hij al eeuwen

G7oud.

Hij is ’n Fmuzelman, ’n

G7hindoe, ’n

Catheïst, ’n

Amjood,

kathoFliek en doopsge

G7zind gerefor

Cmeerd.

Am

En al Fduizend jaar dood

G7hij mij voor

Cjou en jou voor

Ammij

en toch Fweet hij heel goed: doden is ver

G7keerd.

Hij Fvecht voor Groot Brit

G7tanië en

Cvoor Ameri

Amka.

Hij Fvecht voor Portu

G7gal en Pakis

Ctan.

Am

Hij Fvecht ook voor de

G7Russen en hij

Cdenkt terwijl hij

Amvecht,

dat hij Fzo een eind aan oorlog maken

G7kan.

En hij Fvecht voor ’t kommu

G7nisme en

Cvoor de monar

Amchie,

hij Fzegt: ‘’t Is voor de

G7vrede van ’t

Cland.’

Am

Hij die Fuit te maken

G7heeft, wie er

Csterft en verder

Amleeft

en toch Fziet hij nooit het teken aan de

G7wand.

Maar als Fhij er niet ge

G7weest was, dan had

CHitler nooit ’n

Amkans.

Zonder Fhem had Caesar

G7slechts alleen ge

Cstaan.

Am

Hij maakt Fvan zichzelf een

G7wapen dat ge

Cbruikt wordt in de

Amstrijd

en door Fhem zal al dat moorden verder

G7gaan.

Hij is de Feeuwige sol

G7daat en hij is

Cwerkelijk de

Amschuld,

zijn Forders komen

G7heus niet van zo

Cver.

Am

Hij krijgt ze Fhier vandaan, van jou en

G7mij, zijn

Cleiders, dat zijn

Amwij,

zo Fmaken we geen eind aan ’t oorlogs

G7leed.

Page 27: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

de glimlach van een kind •Willy Alberti

AmJij bent zo

Amwijs, dat zegt een

Gkind.

Jij bent zo Amgrijs, dat zegt een

Gkind.

Jij bent geCtrouwd, dat zegt een

E7kind.

Jij bent al Coud, dat zegt een

E7kind.

Dan denk je: AmJa, een rimpel

Gmeer.

Je wordt al Amecht een oude

Gheer.

Maar voor je Cdenkt: Hoe moet dat

E7nou?

Pakt ze je Chand en lacht naar

B7jou.

E7

De Aglimlach van een kind

doet je beDseffen dat je leeft.

De E7glimlach van een kind,

dat nog een Aleven voor zich heeft.

Dat Db7leven is de

F#mmoeite waard

met B7soms wel wat verdriet,

maar met E7liefde, geluk en plezier in het verschiet.

De Aglimlach van een kind,

dat met een Dtrein speelt of een pop.

Die E7glimlach maakt je blij.

Daar kan geen Afeest meer tegenop.

Wat Db7geeft het of je

F#mouder wordt.

Dat B7maakt toch niks meer uit,

want je E7voelt je gelukkig al heb je geen duit.

REFREIN

Page 28: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

de laatste keer Jaap Fischer

Voor de laatste keer stak jij de sleutel in ’t slot

en vroeg je: ‘Je blijft toch nog even?’

Voor de laatste keer zei ik ja en dat was rot,

want je hebt me al te veel gegeven.

En al ’t licht dat nodig was, was voor ’t ophangen van onze jas,

de rest was overbodig.

Er was geen licht en we hadden geen licht,

we hadden geen licht meer nodig.

En na ’n half uur praten en na anderhalf uur wat anders,

toen durfde ik niet meer te zeggen: ‘Meisje’, te zeggen: ‘meisje,

dit was nu de laatste keer. Dit was nu de laatste keer.’

Page 29: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

de monniken •Jaap Fischer

CDaar waren twee monniken, Hans en Joop in een klooster op een

Gheuvel.

Ze Fsleten hun tijd, en dat

Cwas een hoop met si

Ggaren, wijn en ge

Ckeuvel.

CZe kletsten over Jeruzalem en loofden de heer met

Gpsalmen.

En zo Fkon je Hans’ eerste en Joops

Ctweede stem in de

Gomtrek horen

Cgalmen.

COf ze gingen naar het dorp benee om daar de heer te

Gloven.

En dan Fstemden ze op de

CKVP en dan

Ggingen ze weer naar

Cboven.

CEr klopte daar een meisje aan, dat hebben ze opge

Gnomen.

Want ze Fmisten bij ’t zingen een

Cgoede sopraan, daar ze

Gzelf niet zo hoog konden

Ckomen.

CZij waste hun kleren, het witgoed en bont, ze maakte hen nieuwe san

Gdalen.

In ’t Fklooster ging de

Cwijnfles rond en in ’t

Gdorp de roddelver

Chalen.

CHet meisje begreep dit en is weggegaan na een afscheid met veel

Gtranen.

Joop Fgaf haar een hand, wat hij

Cnooit had gedaan en

GHans voor de reis wat ba

Cnanen.

CEn ’s avonds zongen ze in duet een lied dat ging door je

Gmerg en

het Fmeisje hoorde

Cdat nog net en

Gantwoordde over de

Cbergen.

CMaar toen kwam er een man uit het dorp op de fiets en sprak: ‘Zo kunnen we ’t niet

Glaten.

Dat Fmeisje moet terug, anders

Chebben we niets daar

Gbeneden om over te

Cpraten.’

CEn nu zingen ze weer met z’n drieën in koor en wast ze weer hun

Gkleren.

En zij Fkrijgen er zelfs sub

Csidie voor, want gods

Gkinderen zijn rare

Cperen.

Page 30: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

de noordzee (the golden vanity)•

Lennaert Nijgh ™ Boudewijn de Groot

C Am Dm G7(intro)

Daar Czeilde op de Noordzee, de

DmNoordzee, wijd en koud,

een Gschip zo zwaar beladen met

C’s werelds ijdel goud.

Daar Ckwam de Spanjaard dreigen te

Dmroven ons het goud

toen we G7voeren op de

CNoordzee, de

AmNoordzee, de

DmNoordzee, al

G7op de Noordzee,

Cwijd en

G7 C G7koud.

’t Was Conze jongste makker, een

Cjongen, sterk en koen,

die Dmsprak al tot de schipper: ‘Wat

Gzult gij aan mij doen,

wanCneer ik wil gaan zwemmen en

Cginds ’t spaans galjoen

doe Dmzinken in de

G7Noordzee, de

CNoordzee, de

AmNoordzee, al

Dmin de Noordzee

G7zinken

Cdoe.’

G7 C G7

‘Ik Czal U geven zilver, een

Cwapen, een blazoen,

mijn Dmeigen jonge dochter zal

Gik U huwen doen,

wanCneer gij wilt gaan zwemmen en

Cginds ’t spaans galjoen

doet Dmzinken in de

G7Noordzee, de

CNoordzee, de

AmNoordzee, al

Dmin de Noordzee

G7zinken

Cdoet.’

G7 C G7

De Cjongen bad de hemel, sprong

Cdaarop overboord

en Dmheeft in ’s vijands scheepswand drie

Ggaten toen geboord.

En Cvan de trotse Spanjaard is

Cnimmer meer gehoord,

op Dmheel de wijde

G7Noordzee, de

CNoordzee, de

AmNoordzee, op

Dmheel de Noordzee

G7meer ge

Choord.

G7 C G7

Toen Czwom hij naar ’t schip en de

Cmannen juichten luid,

maar Dmonze schipper gaf hem zijn

Gdochter niet tot bruid.

Al Csmeekte ook de jongen: ‘Haal

Cmij het water uit’,

de Dmschipper gaf de

G7Noordzee, de

CNoordzee, de

AmNoordzee, gaf

Dmhem de Noordzee

G7als zijn

Cbruid.

G7 C G7

Toen Czwom hij om het schip heen, hij

Cwas zo koud en moe,

vol Dmbitterheid en wanhoop riep

Ghij zijn makkers toe:

‘Ach Cmakkers, haalt mij op, want ik

Cben het zwemmen moe,

mij Dmtrekt de koude

G7Noordzee, de

CNoordzee, de

AmNoordzee, mij

Dmtrekt de Noordzee

G7naar zich

Ctoe.’

G7 C G7

Zijn Cmakkers redden hem toen, maar

Cop het dek stierf hij.

Na ’t Dméén, twee, drie in Godsnaam, dreef

Gweg met ’t getij,

de Ckoene, jonge zeeheld, veel

Cjonger nog dan wij

en Dmzonk toen in de

G7Noordzee, de

CNoordzee, de

AmNoordzee, en

Dmin de Noordzee

G7weg zonk

Chij.

G7 C G7

Page 31: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

de nozem en de non •Cornelis Vreeswijk

FNiemand ter aarde

Dmweet hoe ’t

Bb

eigenGmlijk be

C7gon,

Het Fdroevige ver

Bb

haal Gmvan de

C7nozem en de

Fnon.

DmVan de

Bb

noGm7ooo

C7zem en de

Fnon.

Vroeg in het voorjaar ontmoetten zij elkaar.

Hij keek in haar ogen en toen was de liefde daar. Ja toen was de liefde daar.

Sterk is de liefde, tijdelijk althans.

De non vergat haar plichten en zelfs haar rozenkrans. Ze vergat haar rozenkrans.

Met zijn zonnebril en z’n nauwe pantalon

verwekte onze nozem de hartstocht van de non. Ja, de hartstocht van de non.

’t Is wel te begrijpen, ’t gebeurt toch elke dag.

De nozem was verloren, toen hij in haar ogen zag. Toen hij in haar ogen zag.

Ze liepen in het plantsoen in de prille lentezon.

En kussen bij de vleet kreeg de nozem van de non. Kreeg de nozem van de non.

Een zekere juffrouw Jansen sloeg hen gade door de ruit.

Ze wist niet wat ze zag en haar ogen puilden uit. Ja, haar ogen puilden uit.

Een zekere heer Pieterman keek neer van zijn balkon.

Hij keek stomverbaasd naar de reacties van de non. De reacties van de non.

Leve de liefde, zei Pieterman galant.

Maar juffrouw Jansen, die belde naar de krant. Ja, die belde naar de krant.

Maar daar dacht ’n ieder, dat ze het maar verzon.

Dus ging ze naar de kapelaan en verklikte daar de non. En verklikte daar de non.

Dat, zei de kapelaan, is weer des duivels werk.

Zo gauw ik er niet bij ben, belazert hij de kerk. Dan belazert hij de kerk.

Dankzij juffrouw Jansen en de kapelaan

maakte de politie er een einde aan. Ja, er kwam een einde aan.

Want ze liepen namelijk zo maar op het gras.

En de politie zei dat dat verboden was. Dat ’t gras verboden was.

De non en de nozem die gingen op de bon.

Een schop kreeg de nozem, de zenuwen de non. Ja, de zenuwen de non.

Niet om het een of ander, maar omdat het niet kon,

Eindigde de liefde van de nozem en de non. Van de nozem en de non.

Volgens Aristoteles weegt een zoen niet zwaar.

Letterlijk uitstekend, figuurlijk zelden waar. Vraag de non er maar’s naar.

Page 32: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

de troebadoer Lenny Kuhr

Hij Dmzat zo boordevol muziek,

Amhij zong voor groot en klein publiek,

Ghij maakte blij,

Bb7melancholiek,

A7de troeba

Dmdoer.

Voor Dmridders in de hoge zaal,

Amzong hij in stoere, sterke taal,

Geen lang en

Bb7bloederig ver

A7haal, de troeba

Dmdoer.

Maar ook het Fwerkvolk uit de

C7schuur hoorde

A7zijn lied vol avon

Dmtuur,

Fhoorde bij ’t nachtelijk

C7keukenvuur, de troeba

Bb7doer, de

A7troebadoer.

En in de Fherberg van de

C7stad, zong

A7hij een drinklied

Dmop het nat,

voor Fwie nog staan kon en

C7wie zat, de

Bb7troebadoer,

A7de troeba

Dmdoer.

FLa la la la la la

C7lai la la lai la la

Bb

la la la A7La la la

Dmla

FLa la la la la la

C7lal la la lai la la

Bb

la la la A7 la la la

Dmla

Dm7 Gm A7

Hij Dmzong in kloosters stil zijn lied,

Amvan een mirakel dat geschiedt,

Gook als geen mens

Bb7het wonder ziet,

A7de troeba

Dmdoer.

Van vrouwen in fluweel of grijs, Ambracht hij de harten van de wijs,

Gzijn liefdes

Bb7lied ging mee op

A7reis, de troeba

Dmdoer.

Hij zong voor Fboeren op het

C7land een ke

A7relslied van eigen

Dmhand,

Fhij was van elke

C7rang en stand, de troe

Bb7badoer, de troe

A7badoer.

Zo zong hij Fheel zijn leven

C7lang, zijn ei

A7gen lied, zijn ei

Dmgen zang.

Toch Fgaat de dood ge

C7woon zijn gang. De

Bb7troebadoer,

A7de troe

Dmbadoer.

REFREIN

Toen Dmwerd het stil, het lied was uit,

Amenkel wat modder tot besluit.

GMaar wie getroost werd

Bb7door zijn lied,

A7vergeet het

Dmniet.

Want hij zat zo boordevol muziek, Amhij zong voor groot en klein publiek,

Ghij maakte blij

Bb7melancholiek,

A7De troeba

Dmdoer

FLa la la la la la

C7lai la la lai la la

Bb

la la la A7la la la

Dmla

FLa la la la la la

C7lai la la lai la la

Bb

la la la A7la la la

Dmla

FLa la la la la la

C7lai la la lai la la

Bb

la la la A7la la la

Dmla la la

FLa la la la la la

C7lai la la lai la la

Bb

la la la A7lai la la

Bb

la Gm7la la la

Dla

Page 33: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

de vrienden van vroeger•

Lennaert Nijgh ™ Boudewijn de Groot

’t Is Ceindelijk een feit: ik

Fweet, ik ben vol

Gwassen,

ik moet nu op gaan Cpassen, met

Fwerk en geld en

Gtijd.

De Cjaren zijn voorbij van

Fluieren en

Gleren,

onschuldig potverCteren, be

Fschonken

Gzijn en

Cblij.

Ik Fheb een vrouw, een kind, een

Gdoel om voor te leven,

maar Fgist’ren dacht ik

Ceven: waar

Fis m’n beste

Gvrind,

met Cwie ik indertijd het

Fleven atta

Gqueerde

en franse thema’s Cleerde en

Fmet dezelfde

Gspijt

het Cmeisje heb gekend, dat

Fonze harten

Groofde

en Fzich daarna ver

Cloofde met een

Fderde

Gjaars stu

Cdent.

Die Cjongenuit m’n klas, die

Fouder was in

Gjaren

en daardoor meer erCvaren, van

Fwie dat boekje

Gwas,

dat Clater op een dag door

Fvader werd ge

Gvonden,

waarin die plaatjes Cstonden, waar

Fop je

Galles

Czag.

FDe vriend die alle pret en

Gzorgen met je deelde,

de Fstoerheid, die we

Cspeelden, de

Feerste siga

Gret.

De Ceerste kuise zoen, ge

Fkregen van een

Gmeisje,

in ruil voor ’t choco-Cijsje, waar

Fvoor ze ’t wel wou

Gdoen.

De Cvrienden uit die tijd, waar

Fzijn ze nu ge

Gbleven

en Fsoms denk ik wel

Ceven: raakte

Fik me

Gzelf soms

Ckwijt?

De Conschuld van een kind, al

Fleen te zien wat

Gwaar is,

wat vriendschap voor elCkaar is, ter

Fwijl je later

Gvindt,

dat Calles anders is dan

Fvroeger in je

Gdromen,

niets is er van geCkomen, zo

Fheb je

Gje ver

Cgist.

FOok ik heb vroeg of laat, dat

Gliedje wel gezongen,

van Fbeste, brave

Cjongen, maar

Fmet een hart vol

Ghaat.

Waar Czijn m’n vrienden heen, die ’k

Fmoeiteloos ver

Gtrouwde,

op wie ik dromen Cbouwde, ’k ben

Fnu helaas al

Gleen,

omCdat ik nu wel weet: je

Fkunt op niemand

Gbouwen,

je Fkunt geen mens ver

Ctrouwen, dus

Fdroom ik maar, dus

Gdroom ik maar, en ver

Cgeet!

Page 34: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

de weg Guus MeeuwisGuus Meeuwis

D G A D G A D(intro)DKan nauwlijks wat

F#mzien; door de

Gwaas voor m’n

Dogen,

lijkt alles geF#mlogen, al het

Gmooie lijkt

ASUS

dood. A

Ik heb zelfs de F#mkracht niet, om

Gop te

Dgeven.

DAl

A/C#

wil ik het Bmniet,

A het

Gmleven gaat

Ddoor.

We Dleefden ons

F#mleven, om

Gsamen te

Dsterven.

De bergen beF#mklommen, de

Gdalen ge

ASUS

deeld. A

In het diepst van de F#mnacht, zelfs de

Gzon laten

Dschijnen.

DNiets

A/C#

wat niet Bmkon,

A niets

Gmwas te

Dveel.

We Dwilden ge

F#mloven in het

Geeuwige

Dleven.

Samen verF#mscholen in wan

Ghopige

ASUS

troost. A

We hebben de F#mwaarheid zo diep als

Gkon be

Dgraven.

DIk was

A/C#

één met een Bmengel

A zo

Gmlang het

Dmocht.

Waar jij verF#m7scheen, scheen de

Gzon met je

Dmee.

Bm7 / A

Geen tijd voor verF#m7driet, maar elke

Gdag om

ASUS

armd. A

En altijd F#m7vrolijk,

F#m7/9 hoe jij

Gdat voor el

Dkaar

Akreeg..

.. met oneindig veel DSUS

moed. ’At leven is niet

Dfair.

De Ddans, ge

Adanst, op een

Gzilveren ta

Dpijt.

Met Djou dicht bij

Amij, de ver

Gloren tijd be

Aweent.

Doelloos verF#mzonken, en

Emdronken en

Dniets dat niet

Bmmocht.

Wij A/C#

twee door de Gtijd, de

Dtijd heen. Mid

Dzomer

Anacht

Ddroom.

REFREIN

Jouw stralende F#mlach,

F#m7/9 en je

Gmooie ge

Ddichten.

Jouw tedere F#mwoorden,

F#m7/9 je onverwoestbaar

Gkrachtige

ASUS

wil. A

Je hebt je F#mnoodlot,

Gsteeds het hoofd ge

Dbo

Aden.

Tot het eind geDSUS

loofd Ain jouw idee van ge

Dluk.

D9 Jouw idee van

Dge

D9luk.

D

Ik ga niet F#mweg, heb

Gnog wat tijd ge

Dkregen.

Zal altijd maar F#mdoorgaan, tot

Gaan het

ASUS

eind. A

Heb je voor F#maltijd, m’n

Ghart ge

Dgeven.

DIk

A/C#

draag je Bmbij me,

A

F#7tot het licht straks

Gdooft.

DIk

A/C#

draag je Bmbij me,

A

Gmtot het licht straks

Ddooft.

D4 D2 D

Page 35: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

de zoete oorlog van het minnen•

Herman van VeenJacques Brel & Gérard Jouannest

GmAls liefde zoveel jaar kan

D7duren, dan moet het echt wel liefde

Gmzijn.

Cm

GmOndanks de vele kille

D7uren, de domme fouten en de

Gmpijn.

F7

Bb

Heel deze kamer om ons Fheen,

waar ons bed steeds Fmheeft ge

Eb

staan,

draagt sporen van een Ebmfel ver

Bb

leEb

den.Bb

Die wilde hartstocht lijkt nu Fheen,

die zoete razernij verAb

gaan,

de wapens waar we toen mee Dstreden.

Ik Gmhou van jou, met heel mijn hart en ziel hou

Cmik van jou,

D7langs zon en maan tot aan het

Cm7ochtendblauw,

ik Cmhou nog

EDIM

steeds van D7jou.

GmJij kent nu al mijn slimme

D7streken, ik ken allang jouw heksen

Gmspel.

Cm

GmIk hoef niet meer om jou te

D7smeken, jij kent m’n zwakke plaatsen

Gmwel.

F7

Bb

Soms liet ik jou te lang alFleen,

misschien was wat je Fmdeed ver

Eb

keerd,

maar ik had ook wel Ebmeens vrien

Bb

dinEb

nen.Bb

We waren jong en niet van Fsteen,

maar zo hebben we dan toch geAb

leerd,

je kunt altijd opnieuw beDginnen.

REFREINGmWe hebben zoveel jaar ge

D7streden, tegen elkaar en met el

Gmkaar.

Cm

GmMaar rustig leven en te

D7vreden is voor de liefde een ge

Gmvaar.

F7

Bb

Jij huilt allang niet meer zo Fsnel,

ik laat me niet zo Fmvlug meer

Eb

gaan,

we houden onze Ebmwoorden

Bb

binEb

nen.Bb

Maar al beheersen we het Fspel,

een ding blijft toch altijd beAb

staan:

de zoete oorlog van het Dminnen.

REFREIN

EDIMx x

1 23 4

Page 36: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

dodenrit•

Drs. P.

Wij Amrijden met de troika door het

Eeindeloze

Amwoud.

Het Amvriest een graad of dertig, het is

Ewinter en vrij

Amkoud.

De Dmpaardehoeven knersen in de

Apas gevallen

Dmsneeuw.

’t Is Eavond in Siberië en nergens is een

Amleeuw.

We reizen met de kinderen, al zijn ze nog wat jong

door het eindeloze woud waarover ik zoëven zong.

Een lommerrijk en zeer overzichtelijk terrein,

waarin men zich gelukkig prijst dat er geen leeuwen zijn.

We zijn op weg naar Omsk, maar de weg daarheen is lang

en daarom vullen wij de tijd met feestelijk gezang.

Intussen gaat zich iets bewegen in de achtergrond,

iets donkers en iets talrijks en dat lijkt me ongezond.

Ze zijn nog vrij ver achter ons, ik zie ze echter wel.

Het is een hele massa en ze lopen nogal snel

en door ons achterna te lopen halen zij ons in.

Wat onvoordelig uit kan pakken voor een jong gezin.

De donkere gedaanten zijn bijzonder vlug ter been.

Ze lopen op vier poten en kijken heel gemeen.

Ze hebben grote tanden, dat is duidelijk te zien.

Het zijn waarschijnlijk wolven, en kwaadaardig bovendien.

Al is de toestand zorgelijk, ik raak niet in paniek.

Ik houd de moed erin door middel van volksmuziek.

We kennen onze bundel en we zingen heel wat af,

terwijl de wolven nader komen in gestrekte draf.

Het is van hier naar Omsk nog een kleine honderd werst.

’t Is prettig dat de paarden net vanmiddag zijn ververst.

Maar jammer dat de wolven ons nu hebben ingehaald.

Men ziet de flinke eetlust die uit hun ogen straalt.

We doen heel onbekommerd en we zingen continu.

Toch moet er iets gebeuren onder moeders paraplu.

En zonder op te vallen overleg ik met mijn vrouw.

‘Wie moet eraan geloven?’, vraag ik, ‘toe bedenk eens gauw!’

Page 37: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

dodenrit (vervolg)

Moet AmIgor het maar wezen? Nee, want

EIgor speelt vi

Amool.

Wat Amvindt je van Natasja? Maar die

Eleert zo goed op

Amschool.

En DmSonja dan? Nee, Sonja niet, zij

Aheeft een mooie

Dmalt.

ZoEdat de keus tenslotte op de kleine Pjotr

Amvalt.

Dus onder het gezang pak ik het ventje handig beet.

Daar vliegt hij uit de troika met een griezelige kreet.

De wolven hebben alle aandacht voor die lekkernij.

Nog vierentachtig werst en oh, wat zijn wij heden blij.

We mogen Pjotr wel waarderen om zijn eetbaarheid,

want daardoor raken wij die troep voorlopig even kwijt.

Zo jagen wij maar voort, als in een gruwelijke droom.

Ajo, ajo, ajo, al in die hoge klapperboom.

Daar klinkt alweer gehuil en onze hoop is verscheurd.

De wolven zijn terug en nu is Sonja aan de beurt.

Daar gaat het arme kind, zij was zo vrolijk en zo braaf.

Nog achtenzestig werst en in Den Haag daar woont een graaf.

Ik zit nog na te peinzen en mijn vrouw stort meen’ge traan.

En kijk, daar komen achter ons de wolven alweer aan.

Dus Igor, ’t is wel spijtig, maar jij wordt geen virtuoos.

Nog tweeënvijftig werst en daar was laatst een meisje loos.

Nu Igor is verwijderd, hebben wij weer even rust,

maar nee, daar zijn de wolven weer, op nog een prak belust.

De doodskreet van Natasja snijdt ons pijnlijk door de ziel.

Nog zesendertig werst en in een blauwgeruite kiel.

Mijn vrouw en ik zijn over, dus zingen we een duet

en als het even mee zit, halen we het net.

Helaas, ik moet haar afstaan aan de hongerige troep.

Nu nog maar twintig werst en hoeperdepoep zat op de stoep.

Ik zing nu weer wat lustiger, want Omsk komt in zicht.

Ik maak een sprong van blijdschap en verlies mijn evenwicht.

Terwijl de wolven mij verslinden, denk ik: dat is pech,

ja, Omsk is een mooie stad, maar net iets te ver weg.

Page 38: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

een bakske vol met stro •Urbanus (van Anus)

CJezeke is geboren, ale

Fluja al

Cloo!

Jezeke is geGboren

in een Fbakske

Gvol met

Cstro.

CHeel lang geleden voor de

Fallereerste

Ckeer,

dat had ge moeten Gzien: ’t was verschrikkelijk slecht

Cweer,

Clag hij daar te bibberen in een

Fkouwe koeie

Cstal

in een kribbeke met een Gos en een ezel, dat was

Cal.

Maar Fboven in de lucht kon je een

Csterretje zien staan,

dat Galsmaar zat te fonkelen, d’r hing een

Cwegwijzertje aan.

En ’t Fduurde daar niet lang of dat

Cwas daar volle bak:

het Gkrioelde van de herders met een

Fdikke

Gwollen

Cfrak.(stuk in hunne frak)

REFREINToen

Ckwamen de drie koningen, een

Fzwarte en een

Cwitte.

Ze vroegen of ze Gook mochten komen baby

Csitten.

Ze Cschonken een rol balatum en een

Fgrote pot ver

Cnis,

een salami met Glook en een aquarium met een

Cvis.

De Fzwarte gaf aan Jozef een paar

Cvijzen en een boor

en aan GJezeke een sjalleke en een

Cbroekske in ivoor.

MaFria kreeg een zak cement met een

Cgrote roze strik

en een Gpotlood met een gommeke om te

Fgommen

Gkreeg ’k

Cik.

REFREINDe

Cheilige geest die hing daar te

Fschijnen aan ’t

Cplafond

in zijn blauwe Gtraining en zijn purperen plas

Ctron.

Op Cdat moment zei Jozef: ‘Kijk

Fdaar is mijne

Ckleine,

bezie maar zijne Gneus, ’t is helemaal de

Cmijne.’

De Fheilige geest moest lachen: ‘Och

Carme sukkelaar,

die Gkleine die is van mij want ik

Cwas de ooievaar!’

FJozef gaf de geest een goei

Cmot op zijn gezicht,

toen Gzaten ze meteen zonder

Fklank en

Gzonder

Clicht.

REFREINZe

Cbleven daar maar zwaaien met hun

Fvuisten in het

Crond.

De os en de Gezel lagen knock out op de

Cgrond.

Toen Ckwam God de Vader en hij

Fsprak: ‘Dit is mijn

Czoon!’

Nu stonden ze te Ggapen, nu stonden ze daar

Cschoon.

FJozef kon niet volgen en die

Cis beginnen zuipen

en MaGria van afronten, die wist

Cook niet meer waar kruipen.

Dat Fwerd me daar een kermis, dat

Cwerd me daar een klucht,

toen Gviel er ook nog een nest met

FEngelsen

Guit de

Clucht.

REFREINCJezus nam zijn fles met

Fpap en haver

Cvlokken

en heeft nog rap een Gverse pisdoek aange

Ctrokken.

Hij zei: C‘Vrede op aarde aan

Fiedereen die dat

Cwil.’

Toen werd weer alles Gkalm en alles werd weer

Cstil.

Hij Fhad er daar genoeg van en

Cging er maar vandoor

en Gtrok zijn aureooltje

Cscheef over zijn oor.

Hij Fis gelijk een grote in zijn

Csportwagen gekropen.

‘GAl wie mij volgen wil, zal

Fwreed hard

Gmoeten

Clopen.’

REFREIN

Page 39: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

een meisje van zestien•

Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh / Charles Aznavour & R. Chauvigny

AmZe woonde in een

Dmvilla

Amwijk, haar ouders

E7waren stinkend

Amrijk,

toch was er niets meer dat haar Gbond, ze gaf zich

G7aan ’n vage

Cbond,

die sprak van E7liefde, ’t oud ver

Amhaal en zij ge

E7loofde het alle

Ammaal.

CZo ging ze

G7weg, ze nam niets

Cmee, alleen haar

G7jeugd en het i

Cdee,

dat hij haar E7man was, zij zijn

Avrouw en het al

E7tijd zo blijven

Azou.

G7

Arm Ckind, zestien lentes zo

Gpril, ach wat lig je hier

Amstil, langs de kant van de

E7weg.

Am

AmZe trokken voort van

Dmstad tot

Amstad, omdat hij

E7ruimte nodig

Amhad.

Het zwerversleven was te zwaar Gzwaar, niets voor een

G7kind van zestien

Cjaar.

Haar liefde E7was haar levens

Amlot, ze

E7ging er langzaam aan ka

Ampot.

CZe kon de

G7hartstocht niet weer

Cstaan, moest tot het

G7einde verder

Cgaan.

Zij was geen E7kind, maar ook geen

Avrouw en wist niet

E7wat er komen

Azou.

G7

REFREINAmZe werd vermoeid, zag

Dmbleek en

Amvaal, verloor haar

E7jeugd, haar ide

Amaal.

Alleen haar liefde bleef beGstaan, toen ging hij

G7weg, bij haar van

Cdaan.

Toch had ze E7kunnen weten

Amdat hij niet ge

E7noeg aan liefde

Amhad,

Cdat op een

G7dag hij weg zou

Czijn en zij al

G7leen, met spijt en

Cpijn,

dat hij zo E7lang een meisje

Ahad, als stormwind

E7speelt met een enkel

Ablad.

G7

REFREIN

Page 40: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

een rustige ouwe dag •Urbanus (van Anus)

’k Heb elke dag mijn taske Ckoffie en goei boter op mijn be

G7schuit.

Een koppel zelf gelegde eitjes en vitaminekes met Cfruit.

’k Heb ook een hofke vol met bloemekes met een vogelken dat G7fluit

en een vijver met viskes en een fontijneken dat Cspuit,

maar zoFlang da’k al

Gleen zit, haalt dat allemaal niet veel

Cuit.

’t Is die Feenzaamheid,

Ceenzaamheid,

Feenzaamheid.

G7Hoe raak ik ze

Ckwijt?

Ik heb ne radio vol met Cliekes met flikkerlichtjes aan en

G7uit,

een fles champagne in de frigo en mijn strikske steekt voorCuit.

Ik dans een walske rond de tafel: ne stap naar voor, twee achterG7uit.

’k Heb mijnen trikoloren hoed op, ne valse neus op mijnen Csnuit,

maar zoFlang da’k hier al

Gleen dans, haalt dat allemaal niet veel

Cuit.

’t Is die Feenzaamheid,

Ceenzaamheid,

Feenzaamheid.

G7Hoe raak ik ze

Ckwijt?

C G7 (Dm7) C(solo)

Mijn poeske kietelt aan mijn Cvoeten, ik lach me tranen met een

G7tuit.

Ik hoor de kermis in de verte, er schijnt een sterretje door mijn Cruit,

maar zoFlang da’k hier al

Gleen lig, haalt dat allemaal niet veel

Cuit.

’t Is die Feenzaamheid,

Ceenzaamheid,

Feenzaamheid.

G7Hoe raak ik ze

Ckwijt?

Page 41: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

een vriend zien huilen ••CAPO IIIHerman Van Veen

Willem Wilmink (l) Johan Verminnen (r) ™ Jacques Brel

DNatuurlijk wordt alom ge

Bmstreden

en Dzwijgt voor velen de mu

Gziek,

de tederheid is overAleden

en de illusies zijn doodDziek.

Natuurlijk laat zich alles Bmkopen

voor Dwie er maar het meeste

Gbiedt

en worden bloemen stukgeAlopen

maar een A7vriend zien huilen... kan ik

Dniet.

DNatuurlijk hebben wij ver

Bmloren

en Dwacht de dood ons aan het

Geind,

met onze schouders ver naar Avoren

staan wij nog amper overDeind.

Natuurlijk zijn we vaak beBmdrogen

en Dliggen vogels in het

Griet

die voor het laatst hebben geAvlogen

maar een A7vriend zien huilen... kan ik

Dniet.

DWorden er steden stukge

Bmsmeten

door Dkinderen van vijftig

Gjaar

dan wordt het leed weer gauw verAgeten

voor nieuw verdriet of nieuw geDvaar.

En die stations vol met verBmdwaalden,

al Dte ver heen voor elk ver

Gdriet.

Geen enk’le waarheid die het Ahaalde,

maar een A7vriend zien huilen... kan ik

Dniet.

DNatuurlijk, spiegels zijn in

Bmteger;

geen Dmoed genoeg om jood te

Gzijn,

niet elegant genoeg voor Aneger,

geen licht, alleen maar valse Dschijn.

In eigen kilheid zo geBmvangen

dat Dmen voor liefde zich ver

Gschuilt,

zo aan het eind van elk verAlangen,

maar dan A7een vriend te zien... die

Dhuilt.

ANatuurlijk is het ergens

F#moorlog

KaAnonnen maken geen mu

Dziek

En vrede is er zo hard Enodig

Een paradijs bestaat er Aniet

Aan geld kleeft er toch steeds een F#mgeurtje

Maar Awie het heeft die ruikt het

Dniet

Bloemen vertrappen dat geEbeurt soms

Maar een E7vriend zien huilen kan ik

Aniet

ANatuurlijk zijn er kwade

F#mdagen

En Aaan het eind wacht ons de

Ddood

Ons lichaam blijft ons steeds verEbazen

We leven nog, dus er is Ahoop

Natuurlijk, ontrouw wordt geF#mwoonte

ALiefde in vele bedden

Dziek

We kunnen elkaars geluk verEmoorden

Maar een E7vriend zien huilen kan ik

Aniet

En Aal die steden die ver

F#mmoeid zijn

Door Akinderen van wel 50

Djaar

Al onze liefdes hebben Etandpijn

Iemand die helpt, vergeet het Amaar

De tijd blijft altijd ongeF#mnaakbaar

Je Akan verdrinken in ver

Ddriet

Er is de waarheid die ons Espaart maar

Een E7vriend zien huilen kan ik

Aniet

ANatuurlijk zijn we nog in

F#mteger

ZonAder het lef om Jood te

Dzijn

Zelfs elegant zijn als een Eneger

Kunnen we niet, we zijn zo Aklein

En al die mensen, onze F#mbroeders

Zo Azou het eigenlijk moeten

Dzijn

De werkelijkheid, die is zo Edroevig

E7Iemand zien huilen, dat doet

Apijn

Page 42: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

elégie prénatale•

Lennaert Nijgh ™ Boudewijn de Groot

Ik sta te Ddromen op de brug, ik zie de

Ebomen in het

Awater.

Ik zie de Dlucht en even later voel ik de

Eblikken in mijn

Arug

van alle Dmensen die daar staan en die mij

Gstreng vertoornd

Dvragen:

‘Moest jij dat Bmecht zo nodig

Dwagen? Waarom deed

Ejij haar

Azoiets

Daan?’

Ik weet ’t F#

best ’t is mijn Bmschuld, dat ik te

F#

vroeg met je moet Bmtrouwen,

Emaar voor ’t genoeg’lijk nestje

Abouwen,

Ehad de natuur toch geen ge

Aduld.

’t Was zo’n Dzachte nacht in mei, maar ga dat

Gmaar eens expli

Dceren

aan al die Bmdames en me

Dneren, die meer ge

Eluk had

Aden dan

Dwij.

Men zegt tot mij: ‘Je bent ’n vod, je bent de schand’ van de familie,

van onze propere domicilie, denk eens aan ons en ook aan god!’

En daarbij trekt men dan ’n smoel alsof ik knoflook heb gegeten,

van zo’n vent wil geen christen weten, die kwetst ’t eerbaarheidsgevoel.

Des zondags luistert men naar ’t woord en ’t psalm ‘Zingt luide al te gader’,

maar ik sta buiten als de dader van een negatieve moord.

Vergeving en verdraagzaamheid, ja die zijn goed voor liberalen,

van die onchristelijke kwalen is mijn familie gans bevrijd.

’n Wijze oom is advokaat en regelt onze huwelijkszaken,

’n hok met uitzicht op de daken, want anders stonden we op straat.

Mevrouw hiernaast, die alles ziet, zit achter ’ t raam en wringt haar handen.

Ze roept gekwetst: ‘’t Is ’n schande!’, omdat jij moeder wordt, zij niet.

Als ik jouw kind was, lieve schat, dan werd ik liever niet geboren,

dan liet ik niets meer van me horen, dan bleef ik zitten waar ik zat,

want de familie, lieve meid, is met de toestand zo verlegen.

We hebben de kliek nu eenmaal tegen, want zij trouwden wel op tijd.

Page 43: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

er hangt een paardenhoofdstel aan de muur Kilima Hawaiians 1947Jo de Gast ™ Carson J. Robison

Er hangt een Eb

paardenBb7hoofdstel aan de

Eb

muur Eb7

en een Ab

zadel in een lege Eb

schuur.

Je vraagt waarBb7om ik zo droevig

Eb

tuur.

Het is dat Bb7paardenhoofdstel aan de

Eb

muur.

Ik zie ook het Eb

ijzer Bb7wat ik daarop

Eb

sloeg. Eb7

Het is het Ab

ijzer dat mijn pony Eb

droeg.

Een Bb7vale deken in de

Eb

schuur

en een Bb7paardenhoofdstel aan de

Eb

muur.

Hij was mijn trouwe vriend en gids.

We waren steeds bij elkaar.

Vaak in de stille nacht.

Ik sprak hem mijn vreugd’ en smart.

Hij hief begrijpend zijn kop.

Er is nu een lege plek in mijn hart.

En zijn Eb

hoofdstel Bb7hangt nu aan de

Eb

muur

en zijn Ab

zadel doelloos in de Eb

schuur.

Ach vriend, ik Bb7ben wat over

Eb

stuur.

Het is dat Bb7paardenhoofdstel aan de

Eb

muur.

Ik weet dat jullie denken dat ik gek ben, maar ik schaam me niet voor mijn tranen.

Als jullie ooit een vriend hadden gehad zoals ik, dan zou je weten waarom ik nu zo droef ben.

Een vriend, luister maar eens:

Hij maakte me eens wakker toen hij een lawaai op de prairie hoorde,

hij wist heel goed wat dat betekende, een kudde dieren rende recht op ons af,

maar hij kwam snel naar me toe en redde mijn leven.

Dat noem ik een vriend of niet?

En zijn Eb

hoofdstel Bb7hangt nu aan de

Eb

muur

en zijn Ab

zadel doelloos in de Eb

schuur.

Ach vriend, ik Bb7ben wat over

Eb

stuur.

Het is dat Bb7paardenhoofdstel aan de

Eb

muur.

Page 44: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

er is leven na de dood •Freek de Jonghe

FOf je Christen, Zen-Boedhist ben, Islamiet of Jood.

Er is Cleven, er is leven na de

Fdood.

Rij dus rustig door oranje en geef extra gas bij rood.

Er is Cleven, er is leven na de

Fdood.

Na de dood, (na de dood,)

Na de dood, (na de dood,)

Er is Cleven, er is leven na de

Fdood.

FEet gerust wat engels rundvlees bij je groenten of op brood.

Er is Cleven, er is leven na de

Fdood.

Als je weg wilt uit Tirana pak eens voor de gein de boot.

Er is Cleven, er is leven na de

Fdood.

REFREINVolgens mijn

Bb

vader in de hemel is het Falle dagen

Cfeest...

En m’n Bb

vader kan het weten want Fdie is er ge

C7weest!

FWat kon Ceedorf nou gebeuren toen hij van 11 meter schoot?

Er is Cleven, er is leven na de

Fdood.

Steek je snikkel zonder rubber in een hetero of een poot.

Er is Cleven, er is leven na de

Fdood.

REFREINHeb je je

Bb

doodsangst overwonnen, wordt het Falle dagen

Cfeest.

Dus vanBb

daag maar vast begonnen, voor je het Fweet ben j’ er

Cgeweest.

REFREIN

Page 45: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

er komen andere tijden•

Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh ™ Bob Dylan

Kom Gmensen en

Emluister en

Chou nu je

Gbek,

het water dat Amkomt jullie

Cal tot je

Dnek.

En geef Gtoe dat je

Emnat bent, door

Cweekt tot je

Ghemd,

probeer het maar Amniet te ver

Dmijden.

En wie niet wil verD7zuipen is

GM7wijs als-ie

Dzwemt,

want er Gkomen andere

Ctij

Dden!

G Em D D7 GM7 D

Kom Gschrijvers, ge

Emleerden, pro

Cfeten op pa

Gpier, de kans komt niet

Amweer dus

Ckijk maar eens

Dhier.

En Gzeg nog maar

Emniks, de rou

Clette draait nog

Gdoor en de winnaar is

Amniet te be

Dstrijden.

Maar hij die straks D7wint is wie

GM7gisteren ver

Dloor, want er

Gkomen andere

Ctij

Dden!

G Em D D7 GM7 D

Kom Gheren re

Emgeerders, par

Ctijjongens

Gkom en blijf daar niet

Amhangen en

Ckijk niet zo

Dstom.

Want Ghij die blijft

Emzitten is

Chij die kre

Gpeert, de legers

Ambuiten

Dstrijden.

Op hun slagveld wordt D7ieder van

GM7jullie ver

Dteerd, want er

Gkomen andere

Ctij

Dden!

G Em D D7 GM7 D

Kom Gvaders en

Emmoeders, kom

Chier en hoor

Gtoe, wij zijn jullie

Ampraatjes en

Cwetten zo

Dmoe.

Je Gzoons en je

Emdochters die

Chaten ge

Gzag, je moraal ver

Amveelt ons al

Dtijden.

En vlieg op als de D7wereld van

GM7nu je niet

Dmag, want er

Gkomen andere

Ctij

Dden!

G Em D D7 GM7 D

De Gstreep is ge

Emtrokken, de

Cvloek is ge

Glegd, op alles wat

Amvals is en

Ckrom en on

Decht.

Jullie Gmooie ver

Emleden was

Cbloedig en

Glaks, wij zullen die

Amfouten ver

Dmijden.

En de man bovenD7aan is de

GM7laagste van

Dstraks, want er

Gkomen andere

Ctij

Dden!

G Em D D7 GM7 D

GM7

1 1 1 1 1 1III

2 34

Page 46: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

even aan mijn moeder vragen Bloem

CBlonde haren,

Emblauwe ogen,

Amuit een sprookjes

Emboek geslopen,

Fkwam ze voor m’n

Graampje staan en

Czei:

C‘Graag een kaartje

Emvan 5 gulden

Amvoor de film

Emvan vanavond.’

FIk vroeg: ‘Waarom

Gga je niet met

Cmij?’

En Fdit is

Gwat ze

Czei:

F F F F G

CEven aan mijn

Fmoeder

Cvragen.

GIk zweer je dat ze dat zei,

ze lachte d’r niet eens bij.CEven aan mijn

Fmoeder

Cvragen.

GDat is toch uit de tijd meid,

je kunt het ook aan mij kwijt.

En ze Fkeek me

Emaan.

’t Was Dmmeteen ge

Cdaan.

Vanaf Gtoen,

FAlles

Gvoor een

Czoen.

CZoiets kom je maar weinig tegen.EmZo’n juffrouw verdient alle zegen.AmIk dacht dat het was uitgestorven,EmMaar ik heb een afspraak voor morgen.FZe moet ook al voor twaalven thuis zijn,GMaar dat zal me een grote zorg zijn.CAnnemarie, Annemarie.

CZe drinkt enkel maar limonade,EmDie ik dan voor haar mag gaan halen.AmSigaretten die vindt ze smerig,EmPopmuziek kan ze niet waarderen.FAlle deuren hou ik voor haar open,GIk ga zelfs met haar hondje lopen.CAnnemarie, Annemarie.

REFREIN

Page 47: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

Griep •Gerard van Maasakkers

Heel ’t volgende liedje is ’n gezellig liedje en dat gaat over griep krijgen.Stel je voor dat je ’t laten we zeggen voor ’t gemak al gehad hebt, want als je ’t nog moet krijgen,denk je misschien: hè hè, waar beginnen ze toch aan en dat je in je bed lag toen - en we zullen ’t ’n beetje bescheiden houden - dat je de piraat aan had staan, want Hilversum is ’n beetje erg hoog gegrepen in ene keer. En het volgende liedje op de radio kwam en je ligt daar stiekem met je handen boven de dekens mee te knippen, want je vindt ’ t heel mooi. Maar ja, ’t was ’n beetje de saaie tijd van de dag, ’s-middags om ’n uur of half vier. Het wordt al wat minder licht en je ligt er maar. En er is nog geen bezoek geweest vandaag en je voelt je eigenlijk ontzettend zielig, maar toch ’n beetje van dit zo (knip) en dan is het liedje afgelopen en dan hoor je dat iemand beneden op bezoek komt en dan gauw de piraat af, want daar schaam je je toch ’n beetje voor en dan komt diegene naar boven en jij ligt er met ’n hoog rooie kop wat na te knippen.‘Wat heb jij nou toch?’ ‘Ja, griep!’1

2

34

75

6

8 5 61

3 24

87

5 61

3 24

789

2

4 13

Ik heb Amgriep.

CGriep, ’k zou

Dmwillen dat ik

Esliep.

Zo’n Amgriep heb

Cik, ’t is

Dmnet of ik

Estik.

Ik lig te Ambibberen van de

Chitte en te

Dmzweten van de

Ekou.

Griep heb Amik, auw

Eauw, auw

Amauw.

EGriep heb

Amik, auw

Eauw, auw

Amauw.

AIk ben van

Dbmmorgen naar de

Cdokter ge

Bmweest,

heb ’n Bb

griepspuit geEhaald,

Bb

om er vanEaf te zijn.

AMaar ’t wordt steeds

Dbmerger en ik

Chad ’m nog

Bmwel

Bb

contant beEtaald, maar

Bb

tock krijg Eik zo’n

Amgriep?

REFREINAIk ben zo

Dbmzielig en ik

Clig maar te

Bmzweten,

te Bb

denken aan Ejou, was

Bb

jij nu Emaar hier.

AMaar ’t is te

Dbmlaat om te

Cbellen ik

Bmweet ’t,

dus Bb

lig ik hier Enou met

Bb

weer verEhoging:

Bbmgriep.

Db

Griep, ’k zou Ebmwillen dat ik

Fsliep.

Zo’n Bbmgriep heb

Db

ik, ’t is Ebmnet of ik

Fstik.

Ik lig te Bbmbibberen van de

Db

hitte en te Ebmzweten van de

Fkou.

Griep heb Bbmik, auw

Fauw, auw

Bbmauw.

FGriep heb

Bbmik, auw

Fauw, auw

Bbmauw.

Page 48: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

hé, kleine meid•

Herman van Veen

CHé, kleine meid op je

Emkinder

Gfiets, de

Fmzon draait steeds met je

Cmee.

G7

CHé, kleine meid op je

Emkinder

Gfiets, de

Fmzomer glijdt langs je

Cheen.

Met je Emhaar in de wind en de

Fzon op je

Cwangen

Emrijd je me zomaar voor

F Cbij.

G7Fiets

CHé, kleine meid op je

Emkinder

Gfiets, je

Fmlacht en je zwaait naar een

Czwaan

G7

en de Cvijver weerspiegelt je

Emwitte

Gjurk en het

Fmriet fluistert je

Cnaam.

En het Emzonlicht speelt in de

Fdraaiende

Cwielen,

Emschitterend strooi je met

F Clicht.

G7Fiets.

CHé, lieve meid op je

Emkleine

Gfiets, als ’n

Fmwitte stip in het

Cgroen,

G7

Cslingert je blinkende

Emkinder

Gfiets zich

Fmdwars door het zomersei

Czoen.

En je Emrijdt maar door en je

Ffiets wordt steeds

Ckleiner,

Emplotseling ben je weer

F Cweg.

G7Fiets, fiets.

CHé, kleine meid op je

Emkinder

Gfiets, je

Fmlacht en je zwaait naar een

Ceend

G7

en de Cvijver weerspiegelt je

Emwitte

Gjurk en ’t

Fmriet fluistert je

Cnaam.

En het Emzonlicht speelt in de

Fdraaiende

Cwielen,

Emschitterend strooi je met

F Clicht.

G7Fietsfiets fiedefiedefiets.

CHéiejé, kleine meid op je

Emkleine

Gfiets, als ’n

Fmwitte stipfiets in het

Cgroen

G7

Cslingert je blinkende

Emfietse

Gfiets zich

Fmdwars door het zomersei

Cfiets.

En je Emrijdt maar dohohohohoho

Fhoor

C Em F C G7

Page 49: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

hebben en houwen•

Herman van Veen

EbmDoor een toeval kwam jij in m’n

Bb

leven, uit beAbmrekening

Bb

bleef je bij Ebmmij.

EbmJe hebt me warmte en aandacht ge

Bb

geven en jouw Abmhuilbuien

Bb

kreeg ik erEbmbij.

EbmIk zeg je niet wat je voor me be

Bb

tekent, omdat er Abmdomweg geen

Bb

woorden voor Ebmzijn.

EbmIk ben door eenzaamheid aan je ge

Bb

ketend, het Abmkietelt, het

Bb

schrijnt, het doet Ebmpijn.

Hou van Abmmij, hou van

Bb

mij, hou van Ebmmij.

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------

EbmDoor een toeval kwam ik in je

Bb

leven, uit geAbmwoonte

Bb

bleef ik bij Ebmjouw.

EbmJe hebt me warmte en aandacht ge

Bb

geven, al die Abmjaren bij

Bb

mij in de Ebmkou.

EbmIk zeg je niet wat je voor me be

Bb

tekent, omdat er Abmdomweg geen

Bb

woorden voor Ebmzijn.

EbmIk ben door eenzaamheid aan je ge

Bb

ketend, het Abmkriebelt, het

Bb

schrijnt, en het is Ebmfijn.

REFREIN

Page 50: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

hee gaode mee•

Gerard van Maasakkers

C G7 Am Em F G C G7 Am Em F G C(intro)

CHee gaode

G7mee dan

Amgaon we’n eindje

Emlopen.

FHou toch op mè poetsen,

Gkijk toch nie zo

Cnauw.

G7

CHee gaode

G7mee, de

Ambluumkes staon weer

Emopen.

FLaot oewe jas mar

Ghangen, ’t is nie

Ckou.

AmIk weet ’n platske in ’t Nuenens

EmBroek.

AmD’r is nog niemand ooit ge

Emwist.

AmWij gaon d’r samen nou ’s op be

Emzoek.

AmDan maken wij mee alle plantjes

en alle Fvoggelkes in ’t

GBroek ’n hul groot

Cfist.

G7

REFREINC G7 Am Em F G C G7 Am Em F G C(intermezzo)

De zon gao nerges zo schon onder as daor

En nerges is de lucht zo blauw

D’r liggen nerges zoveul blaaikes as daor

Dus haalt oew schoen mar van de zulder

En kamt mer vlug wa dur oew haor, dan gaon we gauwREFREINCLa lalala

G7lala

Amlalalala

Emlala

Flalalalala

Glalalalalala

Clalala

G7

CLa lalala

G7lala

Amlalalala

Emlala

Flalalalala

Glalalalalala

Clalala

G7

Page 51: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

het dorp•

Wim Sonneveld

GThuis heb ik nog een ansicht

Emkaart, waarop een kerk, een kar met

Gpaard, een slagerij J. van der

EmVen.

’n AmKroeg een juffrouw op de

Dfiets, het zegt u hoogstwaarschijnlijk

D7niets, maar het is waar ik geboren

Gben.

Dit Gdorp ik weet nog hoe het

Emwas, de boerenkinderen in de

Gklas, een kar die ratelt op de

Bmkeien,

het Craadhuis met een pomp er

Dvoor, een zandweg tussen koren

D7door, het vee de boerde

Grijen.

En Clangs

D het tuinpad van mijn

Gvader,

Em

zag Amik de

Dhoge bomen

Gstaan.

Am

Ik was een kind en wist niet Bmbeter,

dan Cdat het

Dnooit voorbij zou

Ggaan.

GWat leefden ze eenvoudig

Emtoen in simpele huizen tussen

Ggroen met boerenbloemen en een

Emheg.

Maar Amblijkbaar leefden ze ver

Dkeerd, het dorp is gemoderni

D7seerd en nou zijn ze op de goede

Gweg.

Want Gziet hoe rijk het leven

Emis, ze zien de televisie

Gquiz en wonen in betonnen

Bmdozen.

CMet flink veel glas dan kun je

Dzien, hoe of het bankstel staat bij

D7Mien en d’r dressoir met plastic

Grozen.

REFREINGDe dorpsjeugd klit wat bij el

Emkaar, in minirok en beatle

Ghaar en joelt wat mee met beatmu

Emziek.

Ik Amweet wel ’t is hun goede

Drecht, de nieuwe tijd net wat u

D7zegt, maar het maakt me wat melancho

Gliek.

Ik Gheb hun vaders nog ge

Emkend, ze kochten zoethout voor een

Gcent, ik zag hun moeders touwtje

Bmspringen.

CDat dorp van toen ’t is voor

Dbij, dit is al wat er bleef voor

D7mij: een ansicht en herinne

Gringen.

Toen Cik

D langs het tuinpad van mijn

Gvader,

Em

de Amhoge

Dbomen nog zag

Gstaan.

Am

Ik was een kind, hoe kon ik Bmweten,

dat Cdat voor

Dgoed voorbij zou

Ggaan.

Page 52: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

het is altijd lente in de ogen van mijn tandartsassistente Peter de Koning

(intro)

Het is altijd Blente in de

C#mogen van de

Etandartsassis

F#

tente.

Het is altijd Blente in de

C#mogen van de

Etandartsassis

F#

tente.

Voor de paBtienten, van

C#md’assistente is ’t

Ea-

Ab7a-a-

C#ma-al

F#

tijd Blen

Ete.

B

BZe

Elacht

Ab7naar

C#mmij

F#

Ik lach naar BM7haar

Eb

En het is Abmvoor

C#7jaar

AbmEn het is

F#

voorEb7jaar

Het maakt niet Abmuit

Al raak ik C#7al mijn tanden

Ekwijt.

Em

Want het is C#mlente

F#

Lente voor alBtijd

REFREIN

Ik flos niet Abmmeer

Een raak geen

F#

tandenstoker Baan.

Ook mijn Abmtandenborstel

Elaat ik rustig

F#

in de beker Bstaan.

B7Ik eet alleen maar suiker

Ezoet

Ik snoep de B7hele dag maar

Eraak

Want dan C#7heb ik snel een gaatje

En een F#7afspraak

REFREINBZe

Elacht

F#

naar Abmmij

F#

Ik lach naar Ebmhaar

Eb

En het is Abmvoorjaar

AbmEn het is

Evoor

F#

jaar

Het maakt niet Abmuit

Al raak ik C#

al mijn tanden F#

kwijt

Want het is Elente

F#

Lente voor alBtijd

REFREIN

Page 53: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

het is een nacht •

Guus Meeuwis & VagantGuus Meeuwis

Em C G D(intro)

Je Emvraagt of ik zin heb in een

Csigaret.

’t Is Gtwee uur ’s nachts, we

Dliggen op bed.

In een hoEmtel in een stad, waar

Cniemand ons hoort,

waar Gniemand ons kent en

Dniemand ons stoort.

Op de Cvloer, ligt een

Glege fles wijn

en Dkledingstukken die van jouw of mij kunnen zijn.

Een Cschemering, de

Gradio zacht

en Cdeze nacht heeft alles, wat ik

Dvan een nacht verwacht.

Het is een Gnacht, die je nor

Dmaal alleen in

Cfilms ziet.

Het is een Gnacht, die wordt be

Dzongen in het

Cmooiste lied.

Het is een Gnacht waarvan ik

Ddacht dat ik hem

Emnooit beleven

Czou,

maar vanGnacht beleef ik

Dhem met

Emjou,

maar vanGnacht beleef ik

Dhem met

Cjou.

Ik Emben nog wakker en ik staar

Cnaar het plafond

en ik Gdenk hoe de dag lang ge

Dleden begon.

Het Emzo-maar ervan

Cdoorgaan met jou,

niet Gweten waar de reis

Deindigen zou.

Nu Clig ik hier in een

Gwildvreemde stad

en Dheb net de nacht van mijn leven gehad.

Maar heClaas er komt weer

Glicht door de ramen,

hoeCwel voor ons de wereld, van

Dnacht heeft stil gestaan.

REFREIN

Maar een Clied blijft slechts bij woorden, een

Gfilm is in scène ge

Dzet.

Maar deze Cnacht met jouw is

Glevens

Decht.

REFREIN

maar vannacht beleef ik hem met jou,

Ja, vanGnacht beleef ik

Dhem met

Emjou.

En ik Ghou alleen nog

Dmaar van

Emjou.

En ik Ghou alleen nog

Dmaar van

Cjou.

G

Page 54: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

het kleine café aan de haven•

Vader Abraham

De Gmavondzon valt over straten en pleinen.

De gouden zon zakt in de D7stad.

En mensen, die nu in hun huizen verdwijnen,

ze hebben de dag weer geGmhad.

De Neonreclame die knipoogt langs ramen

en motregen zachtjes op Cmstraat..

De stad lijkt gestorven, toch Gmklinkt er muziek

uit een D7deur die nog wijd open

Gstaat..

Daar in dat kleine café aan de haven,

daar zijn de mensen gelijk en teD7vree.

Daar in dat Ckleine café aan de

Ghaven,

daar telt je D7geld of wie je bent niet meer

Gmmee.

De Gmtoog is van koper, toch ligt er geen loper.

De voetbalclub hangt aan de D7muur.

De trekkast die maakt meer lawaai dan de juke-box.

Een pilsje dat is d’r niet Gmduur.

Een mens is daar mens, rijk of arm - ’t is daar warm,

geen Monsieur of Madame maar WeeCmCee.

Maar het glas is gespoeld in het Gmhelderste water.

Ja, het D7is daar een heel goed ca

Gfé.

REFREIN

De Gmwereldproblemen die zijn tussen twee

glazen bier opgelost voor alD7tijd.

Op de rand van een bierviltje staat daar je rekening

of dat je staat in het Gmkrijt.

Het enigst wat je aan eten kunt krijgen

dat is daar een hardgekookt Cmei.

De mensen die zijn daar geGmlukkig gewoon,

ja, de D7mensen die zijn daar nog

Grijk.

REFREIN

Page 55: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

het land van Maas en Waal•

Lennaert Nijgh ™ Boudewijn de Groot

COnder de groene hemel

Fin de blauwe

Czon

speelt het Fblikken harmonie-

Corkest in een

D7grote regen

Gton.

G7

CDaar trekt over de heuvels en door het grote bos

de Flange stoet de

Cbergen in van ’t

D7cirkus Jeroen

GBosch

en we Fpraten en we

Czingen en we

Flachen alle

Cmaal

want daar Fachter de hoge

Cbergen ligt het

Gland van

G7Maas en

CWaal.

AmIk loop gearmd met een

Dmkater voor

Amop

Dmdaarachter twee ko

Amnijnen met een

B7trechter op hun

E7kop

en Amdan de grote

E7snoeshaan, die

Amlegt een glazen

E7ei,

wanAmneer je ’t schud dan

Dmsneeuwt het op de

AmEgmond

E7se Ab

Amdij.

AmIk rijk een meisje mijn

Dmkoperen

Amhand

dan Dmkomen er twee

Ammoren met hun

B7slepen in hun

E7hand

dan Amblaast er de fan

E7fare ter

Amere van de

E7schaar

die Amtrouwt met de

Dmvingerhoed, ze

Amhouden

E7van el

Amkaar.

En Conder de purperen hemel

Fin de bruine

Czon

speelt nog Fsteeds het harmonie-

Corkest in een

D7grote regen

Gton.

G7

CDaar trekt over de heuvels en door het grote bos

de Flange stoet de

Cbergen in van ’t

D7cirkus Jeroen

GBosch

en we Fpraten en we

Czingen en we

Flachen alle

Cmaal

want daar Fachter de hoge

Cbergen ligt het

Gland van

G7Maas en

CWaal.

AmWe zijn aan de koning van

DmSpanje ont

Amsnapt

Dmdie had ons in zijn

Ambed en zijn provisie

B7kast be

E7trapt.

We Amstaken alle

E7kerken met brande

Amwijn in

E7brand,

’t AmIs koudvuur dus het geeft

Dmniet en het

Amkomt niet

E7in de

Amkrant.

AmHet leed is geleden, de

Dmhorizon

Amschijnt

wanDmneer de doden

Amdronken zijn en

B7Pierlala ver

E7dwijnt

dan Amsteken we de loftrom

E7pet en

Amook de dikke

E7draak

en Ameten ’s avonds

Dmzandgebak op het

Amfeestje

E7bij Klaas

AmVaak.

En Conder de gouden hemel

Fin de zilv’ren

Czon

speelt nog alFtijd het harmonie-

Corkest in een

D7grote regen

Gton.

G7

CDaar trekt over de heuvels en door het grote bos

de Fstoet voor goed de

Cbergen in van ’t

D7cirkus Jeroen

GBosch

en we Fpraten en we

Czingen en we

Flachen alle

Cmaal

want daar Fachter de hoge

Cbergen ligt het

Gland van

G7Maas en

CWaal.

Page 56: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

hilversum drie •Herman van Veen

Bb

Vroeger werd geFzongen en gefloten in de

Cmstraat,

Eb

had de slagersFjongen nog een opera pa

Gmraat.

Bb

De metselaar kon Fzingend op de

Cmsteiger staan,

de Eb

melkboer lengde Ffluitend zijn melk een beetje

Bb

aan. F7

Bb

Hilversum Gmdrie bestond nog

Eb

niet, Fmaar ieder

Dmhad zijn

Ceigen stem.

Bb

Op elke Gmsteiger klonk een

Eb

lied Fvan paljas

Dmof... Je

Bb

ruzalem. F7

Bb Gm Eb F Dm C Bb Gm Eb F Dm Bb

intermezzo (fluiten)

Alle venters hadden eigen aria’s

voor sprot voor haring voor begonia’s.

Zelfs in fabrieken kwam van overal

toch weer een liedje door de grote hal.REFREIN

Eb

Tussen het geFratel van ma

Bb

chines door Bb7

Eb

klonk in de conFfectie een mooi

Bb

meisjesBb7koor

Eb

dromend van de Fprins van weet ik

Gmveel,

Gm

Eb/Cdie ze

Eb/Dzou ont

Eb

voeren naar Fzijn

Bb

luchtkasteel. G7

CHilversum

Amdrie bestond nog

Fniet,

Gmaar ieder

Emhad zijn

Deigen stem.

COp elke

Amsteiger klonk een

Flied

Gvan paljas

Emof... Je

Cruzalem.

G7

CHilversum

Amdrie bestond nog

Fniet,

Gmaar ieder

Emhad zijn

Deigen stem.

COp elke

Amsteiger klonk een

Flied

Gvan paljas

Emof... Je

Cruzalem.

G7

F C F C F G C

Page 57: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

huilen is voor jou te laat•

Corry en de Rekels

F C7 F(intro)

Huilen is voor jou te laat, ik Bb

kom niet meer.C7Wacht maar niet op mij, het is de

Flaatste keer.

Dat je mij bedrogen hebt, het Bb

is te laat.

Maar mijn Fliefde voor jou, dat

C7is nu nog enkel

Fhaat.

Alles wat ik had gaf ik aan jou Bb

alleen.C7Maar je ging toch steeds weer naar die

Fander heen.

Nooit kwam ik nog terug bij jou zoBb

als weleer.

Huilen is Fnu te laat,

C7nee, ik kom niet

Fmeer.

Ik hoop dat jij gelukkig met die ander bent.

Ik heb die mooie uren ook met jou gekend.

Maar eens dan komt de dag voor haar net als voor mij.

Want wat jij liefde noemt dat gaat ineens voorbij.

Alles wat ik had gaf ik aan jou alleen.

Maar je ging toch steeds weer naar die ander heen.

Nooit kwam ik nog terug bij jou zoals weleer.

Huilen is nu voor jou te laat, nee, ik kom niet meer.

Page 58: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

iedereen doet het Robert Long

CWindsurfers do it standing up

en diepzeeduikers doen het onder Gwater

Alcoholisten doen het met een Ckater

en Fsnelle jongens

Gdoen het effe

Chup

CPostbodes doen het in de gleuf

en pedofielen doen het op hun Gknieen

de meeste trio’s doen het met z’n Cdrieen

en Ftegenliggers

Gdoen het soixant-

Cneuf

Cla la

Flalala

Gla

Cla

Clalala

Fla la

Glalaaaa

Cetc.

CLolbroeken doen ’t op 1 april

makrobioten doen het onbeGspoten

en homofielen doen het met hun Cpoten

en Fkeukenmeiden

Gdoen het met ge

Cgil

CKampeerders doen het in een tent

gemengde koren doen het met z’n Gallen

en jeu de boulers doen het met hun Cballen

en Fdameskappers

Gdoen het perma

Cnent

REFREINCKrentewegers doen het afgepast

ervaren skieres doen het op een Ghelling

van gend en loos die doen het op beCstelling

en Feen blinde

Gdoet het op de

Ctast

CMaagden stellen het nog effe uit

en - katholieken doen het zonder GRome

en popie jopie doet het in z’n Cdromen

en Fik ik

Gdoe het als ik

Cfluit

Page 59: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

ik ben blij dat ik je niet vergeten ben•

Guus Meeuwis & VagantJoost Nuissl

PampampamGpampadada

Adam, pampa

Dpampadada

Bmdam, pampam

Gpampadada

Adam, pampam

Dpam.

PampampamGpampadada

Adam, pampa

Dpampadada

Bmdam, pampam

Gpampadada

Adam, pampam

Dpam.

Mijn lieve Dgod hoe is het

Gmogelijk dat

Aik jou hier ont

Dmoet, ik

Gdacht dat ik je

Animmer meer zou

Dzien.

Ik dacht ik Dweet niet wat ik

Gdacht maar ik denk

Anu wat is dit

Dgoed,

Gmeesterlijk en

Aaardig boven

Ddien

En ik ben Gblij dat ik je

Aniet vergeten

Dben, dat ik nog

Gzoveel kleine

Adingen van je

Gken,

D

Omdat ik Gsteeds ben blijven

Adromen, dat het

Gtoch zover zou

Akomen,

ben ik Gblij dat ik je

Aniet vergeten

Dben.

REFREIN

Want het was Dzeven jaar ge

Gleden al een

Ahalf jaar voor

Dbij,

Gdat is ver

Adomd een hele

Dtijd.

We waren Djonger en ik

Ghield niet meer van

Ajou dan jij van

Dmij, we

Gscheidden maar ik

Araakte je niet

Dkwijt.

Nu ben ik Gblij dat ik je

Aniet vergeten

Dben, dat ik nog

Gzoveel kleine

Adingen van je

Gken.

D

Omdat ik Gsteeds ben blijven

Adromen dat het

Gtoch zover zou

Akomen,

ben ik Gblij dat ik je

Aniet vergeten

Dben.

REFREIN

Je vraagt of Dik na al die

Gjaren je on

Amiddellijk heb her

Dkend, of ik

Gsoms nog wel eens

Aaan je heb ge

Ddacht.

Wat dacht jij Ddan, dat je

Gander bent ge

Aworden dan je

Dbent,

G

A in een

Dnacht.

En ik ben Gblij dat ik je

Aniet vergeten

Dben, dat ik nog

Gzoveel kleine

Adingen van je

Gken.

D

Omdat ik Gsteeds ben blijven

Adromen dat het

Gtoch zover zou

Akomen,

ben ik Gblij dat ik je

Aniet vergeten

Dben.

REFREIN

Natuurlijk Dzijn we in die

Gjaren onze

Aeigen weg ge

Dgaan, met

Ganderen in ons

Ahart en in ons

Dhuis.

Maar nu Dik je weer ge

Gvonden laat

Aik je niet meer

Dgaan, we

Gkomen samen

Auit en samen

Dthuis.

En ik ben Gblij dat ik je

Aniet vergeten

Dben, dat ik nog

Gzoveel kleine

Adingen van je

Gken.

D

Omdat ik Gsteeds ben blijven

Adromen dat het

Gtoch zover zou

Akomen,

ben ik Gblij dat ik je

Aniet vergeten

Dben.

REFREIN(Ral)En ik ben

Gblij dat ik je

Aniet vergeten

Dben, dat ik nog

Gzoveel kleine

Adingen van je

Gken.

D (Accel)

Omdat ik Gsteeds ben blijven

Adromen dat het

Gtoch zover zou

Akomen,

ben ik Gblij dat ik je

Aniet vergeten

Dben.

REFREIN

Page 60: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

ik en mijn vriendje•

? ™ Kurt Weil

Eb

Ik en mijn vriendje, Bb7wij zijn zo alleen

Alle mooie jongens lopen om ons Eb

heenAb

Wij worden niet geEb

ACCepteerd

Wij Bb

zijn verkeerd geEb

conjugeerd

Want Bb

ik hou van mijn Eb

vriendje

En mijn Bb

vriendje Bb7houdt van

Eb

mij

Eb

Ik en mijn vriendje, Bb7samen aan de meet

Samen voor het venster, in onze blote Eb

reetAb

Dan blijven mensen Eb

wijzend staan

Maar Bb

ach, daar wen je Eb

heus wel aan

Want Bb

ik hou van mijn Eb

vriendje

En mijn Bb

vriendje Bb7houdt van

Eb

mij

Eb

Ga je mee naar boven, Bb7ga je mee naar bed?

Onder de wollen dekens hebben we reuze Eb

pretAb

Vader en moeder die Eb

zijn niet thuis

Die Bb

zijn allang in ’t Eb

gekkenhuis

Want Bb

ik hou van mijn Eb

vriendje

En mijn Bb

vriendje Bb7houdt van

Eb

mij

Eb

Zijn we klaargekomen, dan Bb7gaan we naar benee

Samen op de sofa, kijken we TEb

VAb

Is er niks, dan Eb

video

Met Bb

het gehijg in Eb

stereo

Want Bb

ik hou van mijn Eb

vriendje

En mijn Bb

vriendje Bb7houdt van

Eb

mij

Eb

U kunt ons ook huren, Bb7we doen aan escort

Voor een vaste relatie, of even in het Eb

kortAb

Lukt het niet, dan Eb

geld terug

Of Bb

nog een keer, maar Eb

op mijn rug

Want Bb

ik hou van mijn Eb

vriendje

En mijn Bb

vriendje Bb7houdt van

Eb

mij

Page 61: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

ik heb een huis met een tuintje gehuurd•

August de Laat

Eb Eb7 Ab Eb Bb Eb

(intro)Eb Bb7 Eb Bb7opmaatEb

Ieder mens die Bb7heeft een verlangen

Bb

en met wat geEb

duld

worden vaak zijn Bb7heim’lijke wensen

Bb

plotseling verEb

vuld.

Zo is het met Bb7mij kort geleden

Bb

eveneens geEb

gaan,

ik heb voor een Bb7klein bedragje

F7wonderen ge

Bb7daan.

Ik heb een Eb

huis met een tuintje geBb7huurd,

gelegen in een gezellige Eb

buurt

en als ik zo naar m’n Eb7bloemetjes

Ab

kijk,

voel ik me Eb

net als een Bb

koning zo Eb

rijk.Eb Bb7 Eb Bb7opmaatEb

Zit ik in mijn Bb7tuin te genieten

Bb

van de zonneEb

schijn,

dan wil ik met Bb7niemand meer ruilen,

Bb

want ik voel me Eb

fijn.

Zandvoort met z’n Bb7vrees’lijke drukte

Bb

trekt me niet meer Eb

aan

en voor pootje Bb7baden, heb ’k een

F7teil met water

Bb7staan.

REFREINEb Bb7 Eb Bb7opmaat

’Eb

k wou dat u mijn Bb7vader, die ’k thuis heb,

Bb

in m’n tuintje Eb

zag

en hoe echt hij Bb7loopt te genieten

Bb

van z’n ouwe Eb

dag.

Met zijn pijp, die Bb7rookt als een schoorsteen,

Bb

keurt hij het geEb

heel.

Dat is voordelig, want Bb7anders rookt hij

F7m’n gordijnen

Bb7geel.

REFREIN

Page 62: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

ik heb geen zin om op te staan Armand

Het is weer Bb7tijd om op te

Fstaan.

Cm7

FMaar ik heb geen

C7zin, hij heeft geen

Bb7zin, om naar m’n

Fbaas te gaan.

Met m’n Bb7blote voeten op het kouwe zeil.

Met z’n Ab

grote blote voeten op het kouwe zeil

Ik heb geen Db

zin Eb

om op te Bbmstaan,

Fmik heb geen

Db

zin om op te Bb

staan.F C F C F C F(intermezzo)

Was jij maar Bb7hier, was jij maar

Fhier,

Cm7

FWant het is zo

C7fijn, het is zo

Bb7fijn om hier met

Fjou te zijn.

Met m’n Bbmvoeten tegen je pyama aan.

Met z’n Ab

grote voeten tegen je pyama aan.

Ik heb geen Db

zin Eb

om op te Bbmstaan.

FmIk heb geen

Db

zin om op te Bb

staan.F C F C F C F(intermezzo)

Ik blijf in bed, de hele dag.

Want ik heb geen zin, hij heeft geen zin,

om er nu nog uit te gaan.

Met m’n blote handen naar m’n baas te gaan.

Met z’n grote blote handen naar z’n baas te gaan.

Ik heb geen zin om op te staan.FmIk heb geen

Db

zin om op te Bb

staan. FM7

Page 63: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

ik wil bij jou zijn Guus MeeuwisGuus Meeuwis

Het is vrijdag avond even over negen.

Ik ben bij jou geweest op de bonnefooi.

Niemand thuis, dus terug maar door de regen.

Maar de regen is vanavond prachtig mooi.

Heel bijzonder, niet zo somber, niet zo zuur zoals altijd.

Maar licht en zacht en helder. Ik was ’t al jaren kwijt.

Nou loop ik hier. Singin’ in the rain.

En langzaamaan begint het allemaal te dagen.

Een voor een en stap voor stap.

En langzaam komt het antwoord op mijn vragen.

Ik heb wel genoeg gehad.

Ik wil bij jou zijn. Ik wil bij jou zijn.

Mijn lief, mijn zorg, mijn zekerheid.

Ik wil jou nooit, nee, nooit meer kwijt.

Ik wil bij jou zijn.

Misschien heb ik wel te lang wat lopen hopen.

Misschien heb ik wel te lang te kort gedaan.

Misschien moet ik alleman maar laten lopen.

En voor jou en mij, voor ons klaar gaan staan.

Want ik was zolang alleen met m’n wildste fantasie.

Ik wou overal wel heen, maar vliegen kon ik niet.

Nou loop ik hier, singin’ in the rain.

En langzaamaan begint het allemaal te dagen.

Een voor een en stap voor stap.

En langzaam komt het antwoord op mijn vragen.

Ik heb wel genoeg gehad.

Ik wil bij jou zijn. Ik wil bij jou zijn.

Mijn lief, mijn zorg, mijn zekerheid.

Ik wil jou nooit, nee, nooit meer kwijt.

Ik wil bij jou zijn.

Ik wil bij jou zijn.

Page 64: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

ik wil met je lachen•

Guus MeeuwisGuus Meeuwis

G D Em Am C D(intro)GWanneer zul jij ze horen,

Bmal die lieve woorden,

Emdie ik verzonnen heb voor

Amjou, voor

Djou?

En Gal die lieve woorden,

Bmze zijn vanzelf gekomen

Emuit het niets geboren voor

Amjou, voor

Djou.

CAl wist ik nooit iets zeker,

Bmtoch weet ik nu:

Cik heb te lang gezwegen, dus

Amluister alsje

Dblieft.

Ik wil met je Glachen en met je dansen en ik hoop heel binnen

Ckort.

Niets houdt het meer Amtegen, dat de

Am7afstand tussen

Cons steeds kleiner

Dwordt.

Ik wil met je Gpraten en met je vrijen, hopen dat het ooit iets

Cwordt.

Ik wil naar je Amkijken en naast je

Am7liggen, als je ’s

Cochtends

Dwakker

Gwordt.

G D Em Am C D(intermezzo)

GIk had nooit durven dromen,

Bmdat het zo ver zou komen

EmDat ik dit lied hier zing voor

Amjou, voor

Djou

GKun jij mij iets beloven,

Bmwil jij in mij geloven

EmWant alles wat ik doe is voor

Amjou, voor

Djou

CAl wist ik nooit iets zeker,

Bmtoch weet ik nu:

Cik heb te lang gezwegen, dus

Amluister alsje

Dblieft.

REFREINCZonder jou te leven,

Bmdan ben ik liever dood.

CDoor jou ben ik bezeten,

Amje stem klinkt in m’n

Dhoofd.

REFREING D Em Am C D(intermezzo)

Ik wil met je Gpraten en met je vrijen, hopen dat het ooit iets

Cwordt.

Ik wil naar je Amkijken en naast je

Am7liggen, als je ’s

Cochtends

Dwakker

Gwordt.

als je ’s Cochtends

Dwakker

Gwordt.

Page 65: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

is dit alles•

Doe maar

Ga Dmzitten want ik

Amwil es met je

Gmpraten,

Gm Am Gm

Ik Gmben allang niet

Ammeer zo blij als

Dmtoen.

Dm Am Dm

Nee, Dmschrik maar niet, ik

Amwil je niet ver

Gmlaten.

Gm Am Gm

Er Gmis iets, en ik

Amkan er niets aan

Dmdoen,

Dm Am Dm

We Dmkomen niets te

Amkort, we hebben

Gmalles,

Gm Am Gm

een Gmkind, een huis, een

Amauto en el

Dmkaar.

Dm Am Dm

Maar Dmweet je lieve

Amschat wat het ge

Gmval is,

Gm Am Gm

ik Gmzoek iets meer, ik

Amweet alleen niet

Dmwaar.

GmIs dit

Calles,

C C C Gm is dit

Calles,

C C C Gm is dit

Calles

Fwat er

Gmis?

Gmis dit

Calles,

Ca-

Ca-

Ca-

Gma is dit

Calles,

C C C Gm is dit

Calles wat er

Ais?

Dm Am Gm Gm Am Gm

/ Gm Am Dm Dm Am Dm

/ Dm Am Gm Gm Am Gm

/ Gm Am Dm Dm Am Dm

/(intermezzo)

We Dmzijn nu net een

Amstuk in dertien

Gmdelen,

Gm Am Gm

aan het Geinde zijn we

Amallemaal de

Dmklos.

Dm Am Dm

We Dmleven trouw het

Amleven van zo

Gmvelen,

Gm Am Gm

a-ha, Gmik wil iets meer, ik

Amwil een beetje

Dmlos.

Page 66: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

jan klaasen de trompetter Rob de Nijs

Jan EKlaasen was

Btrompetter in het

Eleger van de

BPrins.

Hij marEcheerde van Den

AHelder tot Den

BBriel.

Hij Ahad geen geld en hij

Bwas geen held en hij

Ehield niet van het

C#mkrijgsgeweld.

Maar tromApetter was hij

Bwel in hart en

Eziel.

Ab

Het C#mleger sloeg z’n tenten op voor

BAlkmaar in ’t veld.

En zoC#mlang geen vijand zich liet zien was

Ab

iedereen een held.

De C#mkroeg werd als stra

Btegisch punt door ’t

Ahoofdkwartier be

Ab

zet.

De Eofficieren brulden: ‘Jan, kom

F#

speel op je tromAb

pet!’

Ze C#mwerden wakker in de goot in de

Bmorgen kil en koud,

maar Jan EKlaasen sliep in de armen van de

Adochter van de

Bschout.

REFREIN

De Prins sprak op inspectie tot de majoor van de compagnie:

‘Ik zag hier alle stukken wel van mijn artillerie.

Ja, zelfs dat kleine in uw kraag en dat blonde in uw bed,

maar waar zit dat stuk ongeluk van een Jan met z’n trompet?’

En niemand die Jan Klaasen zag die bij de stadspoort zat

en honderd liedjes speelde voor de kinderen van de stad.REFREIN

Jan Klaasen zei: ‘Vaarwel mijn lief, ik zie je volgend jaar.

Wanneer de lente terugkomt dan zijn wij weer bij elkaar.’

De winter ging, de zomer kwam, de oorlog was voorbij,

maar het leger is nooit teruggekeerd van de Mokerhei.

Geen mens die van Jan Klaasen ooit iets teruggevonden heeft,

maar alle kinderen kennen hem, hij is niet dood, hij leeft!REFREIN

Hij Ahad geen geld en hij

Bwas geen held en hij

Ehield niet van het

C#mkrijgsgeweld,

maar tromApetter was hij

Bwel in hart en ziel.

E

Page 67: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

jantjes blues Cornelis Vreeswijk

CJantje was aan ’t wandelen op het Leidseplein.

Toen vond hij een rijksdaalder en dat vond hij fijn.FHij kocht er zoute pinda’s voor, sigaretten en drop.GKortom : in no time waren al zijn centen

Cop.

Maar hij werd geschaduwd door een brigadier,

Die zei tegen Jantje: ‘Hé, kom jij maar eens hier.

’k Weet niet of je ’t weet, maar rijksdaalders op straat

zijn verloren goederen en horen aan de staat.’

De rechter zei: ‘Hé Jantje, weet jij wel wat je bent?

Dat noemen wij juridisch jeugddelinquent.

Een schande voor je ouders, je toekomst naar de maan,

want als je later groot bent, krijg je nooit een goede baan.’

‘Stik maar’, zei Jantje, ‘met die kouwe kak.

Ma is de hort op en Pa zit in de bak.

Wat die ervan zeggen, lap ik aan m’n schoen

en als ik later groot ben, zorg ik zelf wel voor poen.’

Toen haalde men er een heel stel psychologen bij,

die vonden hem gevaarlijk voor de maatschappij.

Vandaag een rijksdaalder en morgen een kluis.

Hupsakee, de bajes in en weg met dat gespuis.

Op zijn verjaardag zat Jantje in de cel.

Er kwam geen visite, maar cadeautjes kreeg hij wel.

Ma stuurde hem een ijzerzaag, Pa stuurde hem een boor.

‘Daar gaat hij dan’, zei Jantje en ging er vandoor.

Buiten de bajes zag hij een auto staan.

‘Die leen ik maar’, zei Jantje, zo gezegd, zo gedaan.

Maar in een scherpe bocht kreeg die kar een lekke band.

Sloeg zeven maal over de kop en vloog in brand.

Hiermede eindigt het verhaal van onze held.

Een blues voor Jantje zongen de vogels in ’t veld.

‘Jezus’, zei de dominee, ‘sta zijn zieltje bij.’

Maar Jantje had er maling aan, want Jantje was vrij.

Jantje was vrij, Jantje was vrij.

Page 68: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

jimmy Boudewijn de Groot

CHoe sterk is de eenzame fietser die kromgebogen over zijn stuur tegen de

Amwind

zichFzelf een

Cweg baant?

Hoe zelfbewust de voetbalspeler die voor de ogen van het publiek de wedstrijd Amwint,

Fzich kampioen

Cwaant?

Hoe lacht vergenoegd de zakenman zonder mededogen die een concurrent verslagen Amvindt,

Fzelf haast failliet

Cgaand.

En ik G7zit hier tevreden met die kleine op mijn schoot.

De Fzon schijnt, er is geen

Creden met

G7rotweer en met harde wind

te gaan Ffietsen met dat

Ckind.

G C

FAls hij maar geen voetballer wordt, ze schoppen hem misschien half

G7dood.

F C

FAls hij maar geen voetballer wordt, ze schoppen hem misschien half

G7dood.

CMaar liever

G7dat nog dan het bord voor zijn kop van de

Czakenman,

want daar wordt hij alleen maar G7slechter van.

F C

Page 69: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

kangoeroe eiland •Cocktail Trio

F(intro)

Dit is het geluid van een haastige kangoeroe, radeloos, redeloos, reddeloos.

Want tijdens haar middag-tukkie is zoonlief uit ’s moeders buidel geslopen,

nieuwsgierig naar de wijde wèreld. Nu gaat ze rond bij haar buurvrouwen en ze vraagt:

FHèjje Henkie ge

Bb

sien, Sien, C7hèjje Henkie ge

Fsien? Nee!

FMaar misschien Tante

Bb

Stien, Mien, C7heit die Henkie ge

Fsien.

En met z’n C7allemaal:

FOp een Kangoeroe

Bb

Eiland, C7waar je kangoeroe’s

Fvindt

FZoekt een kangoeroe

Bb

moeder C7naar d’r kangoeroe

Fkind

Ach, wat is dat kind snel, Nel, ik sloot me ogen een tel

En toen zonder vaarwel, Nel, kroop-ie uit mijn buidèl

En met z’n allemaalREFRIN

Laatst nog kreeg-ie een jo-jo, in mijn buidel kado (hahaha)

Nou ik sprong als een vlo, Jo, dat ding dat kriebelde zo

En met z’n allen nouREFRIN

Oh, ik ben toch zo ongeruus, Truus, ik ben toch zo ongeruus

Pa gooit me zonder excuus, Truus,

als ik zo leeg thuis kom uit huus, en met z’n allen nouREFRIN

Oh, kijk nou er es aan, Sjaan, wat-ie nou weer had gedaan

Hij was -en dat lapt-ie me nou altijd, tussen me voering gegaan

En met z’n allen nou

Op een Kangoeroe Eiland, waar je kangoeroe’s vindt

Gaat een kangoeroe-moeder met d’r kangoeroe-kind

Met d’r kangoeroe-kind

Page 70: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

ketelbinkie •Louis Davids

Anton Beuving ™ Jan Vogel

Toen Cwij van Rotterdam vertrokken, met de Edam, een oude

G7schuit,

met kakkerlakken in ’t midscheeps en rattenesten in het voorCuit.

Toen Emhadden wij een kleine

B7jongen, als

Emketelbinkie bij ons aan

B7boord,

die Gvoor de eerste

D7keer naar

Gzee ging en

D7nooit van haaien had ge

Ghoord.

G+

Die van zijn Cmoeder

Fmaan de

Ckade wat schuchter lachend afscheid

G7nam,

omdat hij haar niet durfde zoenen, die straatjongen uit RotterCdam.

Hij werd gescholden door de stoker, omdat hij al op de eerste dag,

toen we net de pier uit waren, al zeeziek in de foc’sle lag.

En met jenever en citroenen, werd hij weer op de been gebracht,

want zieke zeelui zijn nadelig en brengen schade aan de vracht.

Als ie dan sjouwend met zijn ketels, uit de kombuis naar voren kwam,

dan was het net een brokje wanhoop, die straatjongen uit Rotterdam.

En als ie ’s avonds in z’n kooi lag en moe van ’t sjouwen eind’lijk sliep,

dan schold de man die wacht te kooi had, omdat ie om zijn moeder riep.

Toen is ie op een mooie morgen, ’t was in de Stille Oceaan,

terwijl ze brulden om hun koffie, niet van zijn kooi goed opgestaan.

En toen de stuurman met kinine en wonderolie bij hem kwam,

vroeg hij een voorschot op zijn gage, voor ’t ouwe mens uit Rotterdam.

In zeildoek en op rooster baren, werd hij die dag op ’t luik gezet.

De kapitein lichtte zijn petje en sprak met grocstem een gebed.

En met een een, twee, drie in Godsnaam, ging ’t ketelbinkie overboord,

die ’t ouwetje niet dorst te zoenen, omdat dat niet bij zeelui hoort.

De man een extra mokkie schoot an en ’t ouwe mens een telegram.

Dat was het einde van een zeeman, die straatjongen uit Rotterdam.

B+/Eb+/G+x o o x

23

Page 71: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

kom uit de bedstee m’n liefste Egbert DouweEgbert Douwe

Cm D Cm Fm Eb Bb Fm Eb Bb Bb7(intro)

Oh, Eb

kom uit de Bb

bedstee, m’n Eb

liefste. Ab

Weet je niet, je Eb

bent al veel te Bb

laat.

Het Eb

hele dorp Bb

is al komen Eb

kijken Cmnaar de

Ab

bruidegom, die Bb

in z’n hempie Eb

staat. Bb7

Oh, Eb

kom uit de Bb

bedstee, m’n Eb

liefste. ’t Ab

Is vandaag toch Eb

onze huwelijksBb

dag.

De Eb

koster luidt al Bb

urenlang de Eb

klokken. CmHij

Ab

zweet zich rot en de Bb

kippen zijn van Eb

slag. Bb7

De Eb

kerk zit al een Bb

tijd tjokvol faEb

milie. De Ab

organist die Eb

speelt z’n vingers Bb

blauw.

De Eb

kachel van de Bb

kerk is ook beEb

zweken Cmen

Ab

ieder zit te Bb

barsten van de Eb

kou. Bb7

De Eb

misdienaartjes Bb

worden zo balEb

lorig. Ik Ab

zag er eentje Eb

met een pijl en Bb

boog.

Ze Eb

speelden indiBb

aantje op de Eb

kansel Cmen je

Ab

moeder kreeg een Bb

pijltje in d’r Eb

oog. Bb7

Oh, Eb

kom uit de Bb

bedstee, m’n Eb

liefste. De Ab

hele zaak loopt Eb

vrees’lijk uit de Bb

hand.Eb

Voor een tientje Bb

gaven de geEb

tuigen Cmeen

Ab

interviewtje Bb

aan een ochtendEb

krant. Bb7

De Eb

taxi-jongens Bb

wilden geld van Eb

vader. Ze Ab

gingen, want de Eb

bruid kwam niet in Bb

zicht.

UitEb

eindelijk is Bb

alles nog geEb

regeld. CmAl

Ab

leen zit vaders Bb

rechteroog wel Eb

dicht. Bb7

De Eb

koster zei me, Bb

hijgend, onder ’t Eb

luiden: ‘Waar Ab

blijft ze nou, zo Eb

gaat toch alles Bb

mis.

De Eb

zaak moet rond zijn Bb

over tien miEb

nuten, Cmwant

Ab

buiten wacht weer Bb

een begrafeEb

nis.’Bb7

Oh, Eb

kom uit de Bb

bedstee, m’n Eb

liefste. We Ab

hebben nu al Eb

lang genoeg geBb

wacht.

Er Eb

komt nog tijd geBb

noeg om uit te Eb

slapen, Cmwant

Ab

na vandaag komt Bb

er een lange Eb

nacht. Bb7

Oh, Eb

kom uit de Bb

bedstee, m’n Eb

liefste. Bb7

Eb

Kom uit de Bb

bedstee, m’n Eb

liefste. Bb7

Eb

Kom uit de Bb

bedstee, m’n Eb

liefste. Bb7

Eb

Kom uit de Bb

bedstee, m’n Eb

liefste. Bb7

Page 72: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

kom van dat dak af•Peter Koelewijn

Peter Koelewijn

He... Hee... Hee...FKom van dat dak af,

’k waarschuw niet meer, neeneeneeneeneenee van Bb

dat dak af,

’k waarschuw niet Fmeer, kom van dat dak

C7af,

Bb

het is de Flaatste keer.

FLange Jansen zijn vrouw, zij was een koordanseres,

maar bij gebrek aan een touw klom zij F7op het bordes.

Oh, oh het Bb

eten werd koud en lange Jansen werd heet,

en in de C7straat weerklonk zijn kreet.

REFREIN

Lange Jansen werd kwaad en hij riep ‘aan is de boot,

als jij dat dak niet af gaat, gooi ik je in de goot’.

Zijn lieve vrouw schrok zich wild en zij was ten einde raad,

want in de straat weerklonk zijn kreet.REFREIN

Page 73: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

komt er maar in •Gerard van Maasakkers

CKomt er maar

G7in, ’t is hier

Cbinnen veel

G7beter dan

Cbuiten dus

G7komt er maar

Cin.

G7

CKom maar ge

G7rust ’k heb ’t

Cvuur al ge

G7blust, maar ik

Cmaak wel een

G7nieuw, kom ge

Crust.

G7

FKomt er maar

Cin, laat de

G7regen, de

Cwind en je

Fzorgen maar

Cbuiten

G7staan.

CKomt er maar

G7in, ’t is hier

Cbinnen veel

G7beter dan

Cbuiten dus

G7komt er maar

Cin.

G7

CKomt er maar

G7in als je

Chonger of

G7dorst hebt of

Cniks hebt,

G7komt er maar

Cin.

G7

CPak maar een

G7stoel. Wil je

Ckoffie of

G7liever een

Cborreltje.

G7Pak maar een

Cstoel.

G7

FKomt er maar

Cin als je

G7zin hebt in

Cpraten of

Fals je hier

Ceven wilt

G7zijn.

CKomt er maar

G7in, ’t is hier

Cbinnen veel

G7beter dan

Cbuiten dus

G7komt er maar

Cin.

G7

komt er mer in •Gerard van Maasakkers

CKomt er mer

G7in, ’t is hier

Cbinne veul

G7bitter as

Cbuite dus

G7komt er mer

Cin.

G7

CKom mer ge

G7rust ’k heb ’t

Cvuur al ge

G7blust, mer ik

Cmaak wel een

G7nieuw, kom ge

Crust.

G7

FKomt er mer

Cin, laot de

G7regen, de

Cwind en oue

Fzorg mer

Cbuite

G7staon.

CKomt er mer

G7in, ’t is hier

Cbinne veul

G7bitter as

Cbuite dus

G7komt er mer

Cin.

G7

CKomt er mer

G7in als ge

Chonger of

G7dorst (kouw) hebt of

Cniks hebt,

G7komt er mer

Cin.

G7

CVat mer ’ne

G7stoel. Wilde

Ckoffie of

G7liever een

Cborreltje.

G7Vat mer ’ne

Cstoel.

G7

FKomt er mer

Cin as ge

G7zin in wa

Cbuurt hebt of

Fas ge hier

Cefkes wilt

G7zijn.

CKomt er mer

G7in, ’t is hier

Cbinne veul

G7bitter as

Cbuite dus

G7komt er mer

Cin.

G7

Page 74: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

laat mijn zonnebril zitten •

Peter Blanker

DOp een sombere nacht in een

Ghuis aan een gracht

Dmet alle ruiten aan

Ascherven.

Daar Dlag in hansop met zijn

Gzonnebril op, de

Dkoning der junkies te

Asterven.

Alle Dspuiters en snuivers en

Gopiumschuivers, die

Dwoonden z’n laatste trip

Abij.

Hij Dnam nog een klont, stuurde

GLibanon rond en

Ddit was het laatst wat hij

Azei.

Hij zei: ‘DStuur mijn

Glaarzen te

Drug naar moe, mijn

Aboeken het raam uitge

Dgooid

Gen mijn gitaar, ver

Dbrand het kreng

Amaar, want

Dspelen dat

Gleer ik toch

Dnooit.

ANeem mijn speed en

Dpik mijn

Gwheat en

Ddoe uit mijn platen je

Akeus.

neus.’

Hij zei: ‘DLaat mijn

Gzonnebril

Dzitten, ik

Ghou mijn zonnebril

Dop.

VerGbrand mijn gitaar, knip

Ddesnoods mijn

Bmhaar, maar

Dlaat mijn bril op m’n

Gkop.’

Hij zei: ‘DDoe mijn

Gboeken

Dmaar kado aan

Awie erin lezen

Dkan.

GGeef mijn

Dmooie meiden

Aweg aan

Dwie erop

Gzit te

Dpezen.

AGraaf me een

Dgraf naast mijn

Gstamkafee en

Dhoud de muziek seri

Aeus.

neus.’REFREIN

Zijn Dlaarzen werden

Gweggegooid, zijn

Dboeken door vlammen ver

Abrand

en Dzijn gitaar verkochten we

Gmaar aan

Diemand die wist hoe het

Amoest.

We Dhebben zijn geld nauwkeurig ge

Gteld en

Dons in zijn speedjes ver

Aslikt

en DJaap kreeg zijn platen en

GHarry zijn broek en

Dik heb zijn bril inge

Apikt.

REFREIN

Page 75: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

lage landen •Boudewijn de Groot

Boudewijn de Groot

Bb Gm Eb Bb

(intro)Bb

Liggend op mijn rug in het gras van Maas en Waal,Gmkijkend naar de wolken die langzaam overdrijven.Eb

Één heeft het gezicht van het allereerste meisje,Bb

lieve Inge Blauw, ik wil altijd bij je blijven.

Bb

Liggend op mijn rug in het gras der Lage Landen,Gmkijkend naar de wolken in een trage glijvlucht.Eb

Als de gebolde zeilen van Bontekoe en de Ruyter,Bb

schepen vol met specerijen, zilver en eerzucht.CmLage Landen,

CmLage Landen,

Bb

melk en honing, Bb

overvloed.CmEn ineenge

Cmslagen handen,

F7grootgebracht met Neerlands

Bb

bloed.Bb

Liggend op mijn rug in het gras van Maas en Waal,

zie Gmik de wolken schuimen, als de golven van de zee.

De Eb

duinen en de dijken die een weerloos volk beschermen,

zijn Bb

veiliger dan ’t gebed van pastoor en dominee.

Bb

Liggend op mijn rug in het gras der Lage Landen,Gmkijkend naar de wolken als trage wieken van een molen.Eb

Ik zie de zakken meel en graan in metershoge stapels,

waarBb

achter, eens in oorlogstijd, de mensen zich verscholen.REFREIN

Bb

Liggend op mijn rug in het gras van Maas en Waal,Gmhagelwitte wolken aan een maandagmorgen waslijn.

Ze Eb

zien er veelbelovend uit en drijven vredig over.

Wat Bb

zouden dan opeens die regendruppels in het gras zijn?

Bb

Liggend op mijn rug in het gras der Lage Landen,

zie Gmik een dikke grijze deken van Delfzijl tot aan Veere.

Ik zie Eb

nauwelijks verschil, de gewenning is begonnen,

er Bb

drijven regenwolken mee als wolven in schaapskleren.REFREIN

Bb

Liggend op mijn rug in het gras der Lage Landen,Gmzie ik donkergrijze wolken en grilliger van vorm.

Één Eb

dreigt vol moordzucht en een ander ontbloot zijn tanden,

ze Bb

hangen roerloos boven me, in de stilte voor de storm.CmLage Landen,

CmLage Landen,

Bb

melk en honing, Bb

overvloed.CmUit ineenge

Cmslagen handen

F7vloeit steeds vaker Neerlands

Bb

bloed.G Am G(outro)

Page 76: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

liefde •Rowwen Heze

Bm7 G D A Bm7 G D A(intro)

We Dhebben ge

Gslapen, ge

Dvreeën, ge

Bm7praat uren

Glang aan ’n

Astuk.

We Ddroomden het

Gdak naar be

Dneden, de

Dwegen

Awarm van ge

Dluk.

We Dlachten, we

Gleefden, we

Dbaalden, waren

Bm7moe of we

Ghadden ’t

Adruk.

We Dmerken niet

Ghoe we ver

Ddwaalden, de

Dwegen

Awarm van ge

Dluk,

de Dwegen

Awarm van ge

D

Bm7Laa laila

Glala lai la

Dlaa.

A

Bm7Jaa laila

Glala lai la

Dlaa.

A

Alleen Dik, alleen

Gik was de

Dreden, waar

Bm7om maak

Gik alles

Astuk?

WaarDom niet ge

Gwoon dik te

Dvreden, te

Dvreden hier

Amet dit ge

Dluk?

Ik dacht alDleen aan

Gjou in m’n

Darmen, als ik

Bm7jou tegen

Gmij aan

Adruk.

Dan Dzal ik jou voor

Galtijd ver

Dwarmen en

Dval ik uit

Aeen van ge

Dluk

en Dval ik uit

Aeen van ge

D

REFREIN

Ik Dkeek veel te

Gdiep in jouw

Dogen, ik

Bm7raakte com

Gpleet van m’n

Astuk.

Ik Dgaf alles

Gin m’n ver

Dmogen, voor

Déén mo

Ament van ge

Dluk.

Nou Ddroeëm ik van

Gow in mien

Derme van

Bm7hoe ik ow

Gtaege meej aan

Adruk.

Ow Dwil ik veur

Galtied ver

Dwerme, veur al

Dtied met ’n

Abitje ge

Dluk,

veur alDtied met ’n

Abitje ge

Dluk.

Ja la lalalai lalalai

Ja la lalalai lalalai

Ja la lalalai lalalai

Ja la lalalai lalalai

Page 77: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

liefde is een werkwoord•

Guus MeeuwisGuus Meeuwis

G Em7 C Am7 G Em7 C Am7(intro)GPraten, lachen, zwijgen, huilen en

Am7laat me nu met rust.

Bm13Vrijen, vechten, denken, doen, ik

Cwil dat je me kust.

GLeren, geven, stralen, zien, we hebben

Emnooit genoeg ge

Chad.

Bm7Liefde is een

Cwerkwoord en

Dwij, en wij begrijpen

Gdat.

G Em7 C Am7 G Em7 C Am7(intermezzo)GBouwen, trouwen, moeten, gaan en

Am7lul waar was je nou?

Bm13Lezen, schrijven, doen en laten en

Cik verlang naar jou.

GWillen hebben, kunnen missen en

Emnooit genoeg ge

Chad.

Bm7Liefde is een

Cwerkwoord en

Dwij, en wij beseffen

Gdat.

G Em7 C Am7 G Em7 C Am7(intermezzo)GWerken, zweten, nooit vergeten

Am7hoe het ooit begon.

Bm13Bloemen bloeien, bomen groeien en

Cbinnen schijnt de zon.

GMoeten, geven, nemen, zweven en

Emnooit genoeg ge

Chad.

Bm7Liefde is een

Cwerkwoord en

Dwij, en wij begrijpen

Gdat.

G24

Em7uur

Cper

Ddag,

Gzeven

Em7dagen

Cin de

Dweek.

G12 maanden

G7/Fin het jaar, we hebben

Emnooit genoeg ge

Chad.

Bm7Liefde is een

Cwerkwoord en

Dwij, en wij beseffen

Adat.

A F#m7 D Bm7 A F#m7 D Bm7(intermezzo)

A12 maanden

A7/Gin het jaar, we hebben

F#mnooit genoeg ge

Dhad.

C#m7Liefde is een

Dwerkwoord en

ESUS

wij, en wij begrijpen Adat.

A F#m7 D Bm7 A F#m7 D Bm7(intermezzo)

C#m7Liefde is een

Dwerkwoord en

ESUS

wij, E9wij begrijpen

Adat.

A+ A6 A5 A+

Bm13

1 1 1 1 1 1VII

23 4

Page 78: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

limburg Rowwen HèzeJack Poels

G D7 G(intro)

’t Is een kwestie van geAmduld,

rustig Am/Cwachten

Am/Bop

Amde

Gdag,

dat heel Holland Limburgs Amlult,

dat heel Holland Limburgs D7lult.

ik Gmheb mien ganse lange leave ge

Eb

wacht

op d’n Fdaag di mos koome en op de

D7nacht

op Gmalles wat ik woj mar wat ik noeit

Eb

kreeg

’t waas te Fdeur of te vroeg of te

D7laat vur meej

Gmwachte op succes en op de moeijen

Eb

daag

dat Fik in de zon in miene

D7zeilboet laag

Gmriek woj ik weare beroemd en ge

Eb

vierd

mar tot Fnou toe heb ik allein mar ge

D7lierd

REFREIN

zoveul Gmtied en zoveul ener

Eb

gie

en Famper iemand di meej kent,

D7zeg nou wie

Gmsoms heb ik gedocht ’t keumt dor

Eb

aal dat beer

en met een Fvies gezicht zat ik mien

D7glaas wir neer

of ’t Gmkeumt dor ’t eate, ik

Eb

leaf verkiert

haj ik Fvroeger mar door ge

D7lierd

Gmdenke, denke, denke, ik be

Eb

greep ’t neet

mar ik Fwiet nou woar ’t an

D7leet

REFREIN

want d’r Gmkeumt ennen daag dan

Cloep ik dor Maastricht

dan Fzidde minse denke ik

D7ken dat gezicht

dan Gmloep ik over stroat en wer

Cnoagerend

doar Fhedde di beroemde, ik bin her

D7kend

G D7(intermezzo)

REFREIN (3×)

Page 79: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

limburg, mijn vaderland G. Krekelberg / Henri Tijssen

Waar in ’t bronsgroen eikenhout, ’t nachtegaaltje zingt,

over ’t malse korenveld ’t lied des leeuw’riks klinkt,

waar de hoorn des herders schalt langs der beekjes boord,

daar is mijn vaderland, Limburgs dierbaar oord!

Daar is mijn vaderland, Limburgs dierbaar oord!

Waar de brede stroom der Maas, statig zeewaarts vloeit,

weeldrig sappig veldgewas kostlijk groeit en bloeit,

bloemengaar en beemd en bos overheerlijk gloort,REFREIN

Waar der vadren schone taal, klinkt met heldre kracht,

waar men kloek en fier van aard vreemde praal veracht,

eigen zeden, eigen schoon ’t hart des volks bekoort,REFREIN

Waar aan ’t oud Oranjehuis ’t volk blijft hou en trouw,

met ons roemrijk Nederland, één in vreugd en rouw,

trouw aan plicht en trouw aan God heerst van Zuid tot Noord,REFREIN

Page 80: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

madammen met een bontjas •

Urbanus van Anus

Nee ik Ghou niet van madammen met een bontjas,

madammen met een bontjas zijn geDmeen

’k Moet niet hebben van madammen met een bontjas,

tegen madammen met een bontjas zeg ik Gneen.

Ik Gdenk dat ik het jullie nu wel kan ver

Dtellen:

ik ga een zaak beginnen in madammenGvellen.

Ik ga ze vangen op de Avenue DLouise,

op banketten, paardenrennen en deftige reGcepties,

in de Saturday Night Fever DPub,

bij de Rotary en de Lions GClub.

Met mijn Cgrote muizeval en mijn

Dflesje vol vergif

Gvang ik er zo

Cveel ik

Der maar

Gwif.

REFREIN

Hun Grug en hun buik, die naai ik aan el

Dkaar,

daarvan maak ik een luchtmatras of een vliegende siGgaar.

Van hun tenen maak ik champagneflessenDstopsels

en een sterk insekticide van het vel onder hun Goksels.

Van hun tepels maak ik pleistertjes om fietsbanden te Dplakken

en de wallen onder hun ogen worden blauwe vuilnisGzakken.

En hun Cvenusheuvels raak ik

Dook wel kwijt,

daarGvan maak ik een

Cheel groot

DSmirnata

Gpijt.

REFREIN

Van hun Gneus maak ik een stopkontakt of een arbiter

Dfluitje,

van hun lippen maak ik elastiekjes om geleipotten te Gsluiten.

En zo maak ik van alles in echt madammenDleer,

mijn winkeltje zal draaien, mijn financies nogveel Gmeer.

En als ik eenmaal rijk ben, dan kan ik ze beDstellen:

mijn twee heel dure mantels in stekelvarkensGvellen.

Eén Cvoor meneer Urbanus en

Déén voor zijn madam,

zo Ghebben we altijd

Cplaats op de

Dbus en op de

Gtram.

REFREIN

Page 81: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

meisjes met rode haren •Arne Jansen

Ja, ja, ja, Cmeisjes met rode haren, die kunnen kussen, dat is niet

G7mis.

DmMeisjes met rode

Charen, kunnen je

G7zeggen wat liefde

Cis.

Ja, ja, ja, meisjes met rode haren, kunnen je zeggen, als je ze G7kent,

Dmof je de grote

Cliefde, de grote

G7liefde voor altijd

Cbent.

Toen ik daar lag op mijn balFkon,

zag ik haar G7liggen in de

Czon.

Ze was heel mooi, ja dat is Fwaar,

maar het mooiste G7was haar rode

Chaar.

REFREIN

Die mooie tijd ging snel voorFbij.

Het lag aan G7haar en niet aan

Cmij.

Ze was heel mooi, ja dat is Fwaar,

maar het mooiste G7was haar rode

Chaar.

Page 82: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

meneer de baron is niet thuis•The Ramblers

Jack Bulterman

MeEb

neer de baron is niet Bb

thuis.

Hij is nu al wekenlang van Eb

huis.

Hij Eb7maakt een expeditie naar het

Ab

noordpoolijs.

De baEb

ron is al Bb7wekenlang op

Eb

reis.

Zeg, Eb

James, beste James, ga meneer de baron eens Bb7halen.

Want James, beste James, de baron moet een rekening beEb

talen.

Ik ben de leverancier,

van de bitter van de borrel en het bier,

van de whiskey, van de rum, van d’advocaat.

Ga eens Ab

vragen hoe het met betalen Bb7staat?

REFREIN

Zag, Eb

James, baste James, ga meneer de baron eens Bb7halen.

Want James, beste James, de baron moet an rekenong beEb

talen.

Hij kocht bij mij ’n pantalon,

omdat hij zo de straat niet meer op kon,

want z’n broek was versleten op d’n draad.

Ga eens Ab

vragen hoe het met betalen Bb7staat?

REFREIN

Zeg, Eb

James, dear James, ga meneer de baron eens Bb7halen.

Want James, beste James, ’kwou meneer de baron iets beEb

talen.

Ik ben Oom Kees uit Kanada

en ik laat hem een massa dollars na,

ik ben blij m’n neef weer te zien

en ik Ab

schenk hem minstens ’n miljoen of Bb7tien.

MeEb

neer de baron is wel Bb

thuis.

Hij blijft nu al wekenlang in Eb

huis.

Hij Eb7maakt geen expeditie naar het

Ab

noordpoolijs

en hij Eb

gaat in geen Bb7jaren nu op

Eb

reis

MeEb

neer de baron zit in Bb

bad

daar zit hij nu al een dag of Eb

wat.

Z’n Eb7kleren heb ik bij Ome

Ab

Jan gebracht.

Ik kan u Eb

zeggen: er Bb7wordt op u ge

Eb

wacht.

Page 83: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

met jou in de buurt •Herman van VeenHerman van Veen

AmJij in mijn a

Dmgenda met

Eoostindische

Aminkt,

Amhij op de ve

Dmranda, ter

Ewijl de merel

Amzingt,

onder de Dmbloeiende jas

Fmijn, ’n stuk

G7brood en ’n glas

Cwijn.

Jij zegt F’t en hij weet

E’t, het zou vol

Amdoende moeten zijn.

GEn met

Cjou in de

Cbuurt voor

Dmaltijd, voor

Dmaltijd, voor

Faltijd, voor zo

G7lang als dat

Cduurt.

G7

En met Cjou in de

Cbuurt voor

Dmaltijd, voor

Dmaltijd, voor

Faltijd ver

G7geet hij de

E7tijd.

De Amklok is stuk de tijd staat stil. De

Dmlucht lijkt lila door m’n

Epaarse zonnebril.

Ze Amzitten en zwijgen, want

Dmpraten en

Amdenken is een

Dmgrotere

Amluxe,

dan die Farmband die hij jou laatst heeft ge

Egeven

AmJij op je

Dmknieën in het

Epasgemaaide

Amgras,

Amhij lui in een

Dmligstoel, op

Ezoek naar z’n

Amglas.

Slaperig Dmlees je ’m iets

Fvoor, tot het

G7aardedonker

Cwordt.

De Fbuitenlucht be

Edwelmt ze, ze komen

Am’s zomers niets te kort.

REFREIN

’t Is Amwindstil, geen blad beweegt, de

Dmmuggen steken, er zit

Eonweer in de lucht.

Ik Amlijk zo oplettend, maar het

Dmis zo ont

Amzettend moeilijk om

Dmwakker te

Amworden,

als je alFleen maar geleerd hebt om te

Edromen.

AmJij in de

Dmkeuken met de

Epannen in de

Amweer,

Amhij voert de

Dmgoudvis voor de

Etienmiljoenste

Amkeer.

Heus, dat Dmbeest heeft het toch

Fgoed, want al

G7is zijn kom te

Cklein,

hij Fkrijgt op tijd z’n

Eeten, hij zou te

Amvreden moeten zijn.

REFREIN

Page 84: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

morgen •Lennaert Nijgh ™ Boudewijn de Groot

De Cmdag komt,

Gliefste, de

Cmdag, de zon door de gor

Fmdijnen,

dromen die verCmdwijnen, ik weet dat je niet blijven

Gmag.

Wordt Cmwakker,

Gliefste, ’t is

Cmlicht, je haren op ’t

Fmkussen,

je mond en daarCmtussen de schaduwen op je ge

Gzicht.

Tot Cmmorgen,

Gliefste, mis

Cmschien, nu zachtjes naar be

Fmneden,

niet kraken met de Cmtreden, mijn hospice mag

Gjou niet

Cmzien.

Want Chij en alle

Ganderen, liefste, pro

Cberen telkens

Gweer

Com ons te ver

Ganderen, liefste, in een

Amdame en een

Eheer,

die Amaltijd netjes

Eblijven, liefste, en

Amnooit gevaarlijk

Edoen,

zich Cnooit door hartstocht laten

Gdrijven, liefste, be

Chalve

Gsoms ’n

Czoen.

Toch Cmgaan we,

Gliefste, onze

Cmgang, als ik kan dan

Fmtrouw ik

met je want dat Cmwou ik, dat weet je toch al sinds zo

Glang.

Ook Cmzonder dat,

Gliefste, ook

Cmdan, kan ik van je

Fmhouwen

zonder je te Cmtrouwen ben jij mijn vrouw en ik je

Gman.

De Cmliefde,

Gliefste, is

Cmsterk, sterker dan de

Fmmensen,

die alles netjes Cmwensen met door de week de zaak en ’s

Gzondags

Cmkerk.

Ik Cdoe de ramen

Gopen, liefste, de

Cstraat is leeg en

Gstil.

Ik Czie je buiten

Glopen, liefste, ons

Ambed is leeg en

Ekil.

Nu je Amweg bent, zal ik

Edromen, liefste, van

Amwat ik moest en

Ezou.

CTot je terug zal

Gkomen, liefste, droom

Cik al

Gleen van

Cjou.

Page 85: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

niemand•

Guus Meeuwis - WijzerGuus Meeuwis

C F C F C F C F(intro)CEr is al even in

Em7ons jonge leven

geen Fmooie mu

Cziek, ook al

Dm7klinkt er een

Glied.

Wij Ctwee op de schouw en een

Em7vuur voor de kou.

Het Amvuur doet haar

Cbest maar echt

Gwarm word het

Cniet.

F C F

Wij Cwonen hier net, hier staat

Em7ons hemelbed.

We Fslapen er

Csamen, maar

Dm7dromen a

Gpart.

Het Chuis dat we kochten heeft

Em7kieren, het tocht er.

Maar Amkil is het

Cpas sinds de

Gscheur in je

Chart.

F C F

CNiemand zei

Gdat het een

Cvoudig zou

Fzijn.

Niemand Cheeft be

Dm7loofd dat het van

Gzelf zou

G7gaan.

CWij zijn bij

Gzonder en

Cjij bent het

Fwaard.

Dus ik Cvecht tot de

G7lucht is ge

Cklaard.

F C F

Een Cliefde begon en de

Em7toekomst verzonnen.

De Fwaarheid is

Charder, maar

Dm7niet minder

Gmooi

Dus Cmoeten we strijden, ons

Em7hart laten leiden.

AmSoms mag je

Crusten maar

Gopgeven

Cnooit.

F C F

REFREINDmHard is jouw zwijgen je

Fschreeuw om wat aandacht.

Ik Dmvoel veel te

Cgoed dat ik

Gnu iets moet

G7doen.

En Dmjij moet me helpen de

Fwonden te stelpen.

DmIk twijfel voor

Ctwee om iets

Fstoms als een

Gzoen.

REFREIN 2×

Page 86: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

nikkelen nelis Wim Sonneveld - Friso Wiegersma ™ Wim Sonneveld

Kom luister naar het lied dat ik voor u ga zingen

Het is een tragisch lied over losbandigheid

Het gaat over een dame uit de hoogste kringen

De neiging tot het kwaad die kon zij niet bedwingen

Zo raakte zij haar eer en reputatie kwijt

Zij kon het lonken niet laten

Zij lonkte naar iedere man

Dat liep veel te veel in de gaten

En o, o ,o ,o, o daar kwam narigheid van

Haar man had eerst geen aandacht aan haar kwaal geschonken

Want och, hij dacht, zij heeft een vuiltje in haar oog

Maar toen zij na een tijdje zo diep was gezonken

Dat z’in de kerk nog naar de preekstoel zat te lonken

Toen kwam het ogenblik dat zij de laan uit vloogREFREIN

Zij werd danseres in één der minste kroegen

Drie veren droeg zij slechts en soms geeneens geen drie

Soms droeg zij slechts één veer en als de klanten het vroegen

Dan viel de laatste veer tot algemeen genoegen

En bloot lonkte zij door met dubbele energieREFREIN

Maar ach zij werd te oud, ze kon geen man meer strikken

En zij werd werkster in het ouwe-mannenhuis

En onder ’t dweilen door wierp zij nog wulpse blikken

Zij maakte met haar lonken de ouwetjes aan ’t schrikken

En op een dag zat zij er eentje na door ’t huis

Haar emmertje met schuimend sop, dat zag zij heel niet staan

Zij struikelde en brak haar nek, het was met haar gedaan

Zij kon het lonken niet laten

Zij lonkte naar iedere man

Dat liep veel te veel in de gaten

Daar komt, ja, ja, o.... ja daar komt narigheid van

Page 87: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

november •Rowwen Hèze - VandaagJack Poels ™ ir.trad. Fáinne Geal an La

A7Ut waas

Dtwellef oor in

F#mVen

Glo, ut woort

Bmtied um nar

A7hoes te

Dgaon

Toen Giemand zei, hee

F#mloep us

Bmmei, ut is

Dheer nog

Bmneet ge

A7daon

Ik Gkeek ow aan en ik

F#mschrok dar

Bmvan, ik hei ow

F#mjaore

Bmneet ge

A7zeen

Geej Dwaart nog

F#mmoei, net zo

Dmoei, als

Gtoen,

Bmgans in

A7ut be

Dgin

A7Op ut

Dkerkplein in No

F#mvem

Gber zaag ik

Bmow veur den

A7ierste

Dkier

De Gwind dae weide

F#mdoor ow

Bmhaor en

Dik zaag

Bmut ge

A7vaor

Ik Gzaag mien hand al

F#min ow

Bmhand en ik

F#mdog: loep

Bmdoor, loep

A7door

OnderDwaeg heb

F#mik meej

Dzelf ver

Gteld, ut waas neet

Bmmier als un

A7blaad dat

Dvelt

A7Maar un

Dblaad dat velt en un

F#mbook giet

Gdicht, mar wat

Bmbleef, dat

A7waas ow ge

Dzicht

OverGdaag de zon en ’

F#ms nachts de

Bmmaon, ik kos ow

Doege

Bmneet weer

A7staon

Ik dog Gmier aan ow dan

F#maan meej

Bmzelf, ik dog

F#mdaage

Bmaan un

A7stuk

Wat Dis dit

F#mnou,

Dmoeie

Gvrouw, dit is

Bmwegge

A7goeit ge

Dluk

A7En ’

Ds nachts in bed,

F#mslaop ik

Gnet, komde

Bmgeej op be

A7zeuk beej

Dmeej

Mien Gbed is kald, mien

F#mkamer

Bmkaal en

Dik droem

Bmhaar dar

A7staan

En Ggeej ziet zacht als

F#mdons, als

Bmvacht en ik

F#mdrei meej

Bmum ow

A7hin

En Din ow

F#merm

Dwaer ik

Gwerm en

Bmdroem mien

A7moeiste

Dzin

A7Te

Dvuul gedaogt, te

F#mlang ge

Gwacht, ik ging

Bmdoor op

A7halve

Dkracht

Der bleef Gniks mier over

F#mvan dit

Bmschip, ut dreef

Dlangzaam

Bmtot un

A7stip

Tot un Gpuntje aan de

F#mhori

Bmzon, op enne

F#moce

Bmaan zoe

A7groet

Ik heb Dalles

F#mover

Dboord ge

Ggoeit, un

Bmhave

A7die kwaam

Dnoeit

A7Ut waas ’s

Dmerges vroeg in

F#mVen

Glo, hoeg

Bmtied um nar

A7hoes te

Dgaon

Geej Gkeek meej aan en ik

F#mkeek ow

Bmaan, van

Dkiek os

Bmheer now

A7staon

Ik Gpeek ow hand en ik

F#mlachte,

Bmwant ow ge

F#mzicht en

Bmowe

A7naam

En Dhoe ge

F#mkeekt, ow

Dhaor weg

Gstreekt, toen de

Bmzon aan de

A7hemel

Dkwaam

Page 88: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

oh, oh, den haag •Harrie Klorkestein (Harrie Jekker)

Ik zou Bb

best nog wel een keertje net als vroeger, in Moerwijk willen Eb

wonen.

Na het Bb

eten een partijtje voetbal in de tuin, de ouders langs de F7lijn

In deBb

cember met de hele buurt op jacht, om kerstbomen te Eb

rausen.

Op oudjaarsBb

avond fikkie stoken, voorF7al die autobanden rookten

Bb

fijn.

Ik zou best nog wel een keertje met die ouwe naar ADO willen kijken

In het Zuiderpark, de lange zij, een warme worst, supporters om je heen

Lekker kankeren op Theo van der Burgh, en die lange van Vianen

want bij elke lage bal dan dook die eikel er steevast overheen

Oh, oh, Den Eb

Haag, mooie Ebmstad achter de

Bb

duinen.

De SchildersEb

wijk, Lange EbmPoten, en het

Bb

Plein.

Oh, oh, Den Eb

Haag, ik zou met Ebmniemand willen

Bb

ruilen,Gmmeteen gaan

C7huilen, als ik geen Hagenees zou

F7zijn.

Ik zou best nog wel een keertje net als vroeger een nachie willen stappen

Op m’n Puch een wijfie halen en daarna dansen in de Marathon

Na afloop op het Rijswijkse Plein een harinkie gaan happen

De dag daarna een kater dus naar Scheveningen lekker bakken in de zonREFREIN

Ik zou best nog wel een keertje net als vroeger...ach, wat leg ik toch te dromen

Want Den Haag is door de jaren zo veranderd, voor mijn toch veel te vlug

Dat Nieuw Babylon, moest dat er trouwens nou eigenlijk wel zo nodig komen

Zo komt die Ooievaar op de Vijverberg dus never nooit terugREFREIN

Page 89: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

op een mooie pinksterdag •Andre van den Heuvel en Leen Jongewaard

Annie M.G. Schmidt ™ Harry Bannink

C Dm G7 Am(intro)

Op een mooie Cpinksterdag, als het even

G7kon,

liep ik met mijn dochter aan het handje in het parrekie te kuieren in de Cson.

C7

Gingen madeAmliefjes plukken, eendjes voeren,

Dmeindeloos,

‘Kijk nou toch je jurk wordt nat, je handjes vuil en G7pappa boos.’

Vader was een Cmooie held, vader was de

G7baas,

vader was een duidelijke mengeling van onze lieve heer en sinterCklaas.

C7

‘Ben je bang voor ’t Amhondje? Hondje bijt niet, pappa

Dmzegt dat hij niet bijt.’

Op een mooie Cpinksterdag,

G7met de kleine

Cmeid.

Als het kindje Cgroter wordt, rosie in de

G7knop,

zou je tegen alle grote jongens willen zeggen: ‘Handen thuis en lazer Cop!’

C7

‘Hebbu dat nou Amook meneer, jawel meneer, pre

Dmcies als iedereen.’

Op een mooie Cpinksterdag,

G7laat ze je al

Cleen.

Morgen kan ze Czwanger zijn, ’t kan ook nog van

G7daag,

’t kan van de behanger zijn, of van een franse zanger zijn, of iemand uit Den CHaag.

C7

Vader kan gaan Amsmeken en gaan preken tot hij

Dmpurper ziet,

vader zegt: ‘Pas op mijn kind, dat hondje bijt’, ze G7luistert niet.

Vader is een Chypocriet, vader is een

G7nul,

vader is er enkel en alleen maar voor de centen en de rest is flauweCkul.

C7

Ik wou dat ik nog Ameen keer met mijn dochter aan ’t

Dmhandje lopen kon.

Op een mooie Cpinksterdag,

G7samen in de

Cson.

Op een mooie Cpinksterdag,

G7samen in de

Cson.

Page 90: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

op straat Guus Meeuwis & VagantGuus Meeuwis ™ Ralph McTell

C G Am Em F C G C(intro)CZie je daar die

Goude man,

Amgraaiend in een

Emvuilnisbak,

Fzoekend naar iets

Cbruikbaars voor

D7in zijn oude

G7plastic zak.

CNet iets teveel

Gmeegemaakt waar

Amdoor hij dakloos

Emis geraakt.

FPraat in zich

Czelf over

G7hoe het vroeger

Cwas.

En Fdan zeg

Emjij, dat je

Ceen

Emzaam

Ambent,

Gomdat

Dhet even tegen

Gzit.

Loop Ceven met me

Gdoor de stad en

Amkijk wat er ge

Embeurt op straat.

Dan Fzal je

Czien, dat het met

Gjou zo slecht niet

Cgaat

C G Am Em F C G C(intermezzo)

Zie je daar dat meisje, ze is net zeventien.

Heeft nu al zo’n tien jaar haar ouders niet gezien.

Muurtje om zich heen gebouwd, omdat ze niemand meer vertrouwt.

Vraag je haar wat liefde is, dan noemt ze jou de prijs.REFREIN

Zie je daar die oude vrouw, die rustig voor de regen schuilt?

Deze bui is minder dan de tranen die ze heeft gehuild.

Die vroeger een gezin bezat, maar later klap op klap gehad.

Nu sjouwt ze haar verleden in een zelfgemaakte tas.REFREIN

Zie je daar die jongeman, hij is bijna al zijn tanden kwijt.

Hij beet zich stuk op het vergif van deze tijd.

Elk uur een marteling, altijd zoekend naar één ding.

Kruipt eens per dag door het oog van de naald.REFREIN

Page 91: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

opzij, opzij, opzij!•

Herman van Veen

CmOpzij, opzij, opzij! Maak plaats, maak plaats, maak plaats!

Wij hebben ongeFmlofelijke

Cmhaast.

Opzij, opzij, opzij! Want wij zijn haast te laat.

Wij hebben maar een Fmpaar minuten

Cmtijd.

We Eb

moeten rennen, springen, vliegen, duiken, vallen, opstaan en weer Cmdoorgaan.

We Eb

kunnen nu niet blijven, we kunnen nu niet langer blijven Cmstaan.

Een andere keer misschien, dan blijven we wel slapen,

en kunnen dan misFmschien als het echt

Cmmoet,

wat over koetjes, voetbal en de lotto praten.

Nou dag, tot ziens, aFmdieu, het ga je

Cmgoed.

REFREIN

Een andere keer misschien!

Page 92: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

oom wim Freek de Jonge

Oom Wim is dood, zei moeder door de telefoon.

Er gaat aan hem, zei ik, niet veel verloren,

maar goed, hij is ooit op een dag geboren

en moet dus op een dag weer dood gewoon.

Zo mag je niet praten, zei mijn moeder zacht.

Ze tracht mij al mijn hele leven af te remmen.

Het is haar nooit gelukt mij helemaal te temmen.

Het doet haar pijn als het publiek om mijn cynisme lacht.

Ik heb als kind veel bij Oom Wim en tante Jet gelogeerd.

Hij deed in veevoer, varkens, koeien, kippen,

begon te zuipen en een ander wijf te wippen

en werd al vroeg met een onwillig lijf gepensioneerd.

Zijn vrouw ging bij hem weg, aanvaarde zonder meer dit kruis.

Bezocht hem trouw als hij haar klaaglijk belde,

dan liet ze hem een uurtje op haar schelden

en fietste dan gezangen zingend weer naar huis.

Ik ging er vaak met vakantie en speelde dan zijn knecht.

Ik mocht de eieren uithalen en de kippen voeren,

zakken meel wegbrengen en in varkenstroggen roeren.

Er werd hard gewerkt en weinig gezegd.

Op een dag had ik een der varkensstallen uitgemest

en daarna vergeten de deur goed af te sluiten.

Dat bleek: even later liepen alle varkens buiten

en dat was, met oom Wim te spreken, niet zo best.

Het was herfst, de wei was zompig en het gras was spekglad.

Ik zie oom Wim nog wijdbeens staan, die cowboy uit Terwolde.

Hoe er van achteren een varken door zijn benen holde

en hoe hij door de lucht vloog en landde op zijn gat.

Daarna ging oom Wim tegen dat varken zo tekeer,

dat ik ineenkromp omdat ik wist dat hij mij bedoelde.

Ik stamelde iets van ‘Het spijt me’, maar ik voelde

dit is de laatste keer dat ik bij hem logeer.

Oom Wim is dood en mijn moeder heeft gelijk.

Je moet nooit min over de doden spreken.

Hij heeft ervoor gezorgd met al zijn streken

dat ik met andere ogen naar een varken kijk. (2×)

Page 93: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

per spoor•

Guus Meeuwis & Vagant

a-f#-g# A C#m Bm E(intro)

KedengkeAdeng, kedengkedeng, kedengke

C#mdeng, kedengkedeng,

KedengkeBmdeng, kedengkedeng,

Eoe-hoeoeoeoe.

En Akilometers spoor schieten

C#monder mij door,

ik ben op Bmweg naar jou, want ik ben

Eweg van jou.

VanAochtend vroeg vertrokken in de

C#mluwte na de nacht

en Bmtien minuten op de trein ge

Ewacht.

Want Ddie had wat vertraging en mijn

Egod daar baal ik van,

omdat ik Dnu tien minuten

C#mminder bij je

Bmblijven

Ekan.

REFREIN (2×)

Ik Azit in een coupe, niet-

C#mroken tweede klas,

Bmheb de hele bank voor mij al

Eleen.

De Aconducteur komt langs. ‘Jongen

C#mvoeten van de bank.’

BmHij vraagt: ‘Waar ga je

Eheen ?’

‘Nou Dik ga naar mijn lief toe. Is

Edit de goede trein?’

Hij zegt: ‘Het Dstaat niet op je

C#mkaart, maar ik

Bmweet waar jij moet

Ezijn.’

REFREIN (2×)

De Atrein raast alsmaar verder van sta

C#mtion naar station,

ik kom op Bmplaatsen waar ik nooit ben ge

Eweest.

Er Arammelt plots een kar, roept een

C#mjuffrouw: ‘Koffie, thee’,

ik heb wel Bmdorst, toch zeg ik

Enee.

want de Dtrein vermindert vaart terwijl mijn

Ehart steeds sneller gaat,

kijk uit het Draam om te

C#mzien of

Bmzij daar

Estaat.

REFREIN (2×)(2e keer Ral)

En Aik stap uit kijk om mij heen en

C#meven voel ik mij alleen,

want Bmik zie haar nog niet

Estaan, maar

VanAachter een

(Accel)pilaar verschijnt haar

C#mlachende gezicht,

voor mijn geBmvoel lijkt alles langzamer te

Egaan.

en Dik ren op haar af, zij

Ekomt mij tegemoet

en achter Dons vertrekt de trein omdat een

C#mtrein nou eenmaal

Bmverder

Emoet.

REFREIN (2×)

en Aik blijf bij jou slapen, want

C#mjij woont aan ’t spoor

en Bm’s nachts -OELALA!-

Egaat ’t ritme door.

REFREIN (2× fade)

Page 94: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

pipo de clown •Joop Reynolds

F F F F F C7 C7 C7 F F(intro)

Daar Fkomt een ezelwagen ver

C7over berg en

Fdal.

Je hoeft ons niet te vragen wie G7daar in zitten

Czal!

Een Bb

clowntje met een Fruitjesjas, zijn

C7vrouw met duizend

Fkrullen.

Hun namen zijn, je weet het Bb

vast, wat C7wij nu zingen zul

Flen:

FPipo de clown en Mamma Loe

reizen C7recht door zon en

Fregen,

langs de C7wijde wereld

Fwegen.

Pipo de clown en Mamma Loe

maken C7van hun leven een heerlijk ratje

Ftoe.

Ik ben een circusclown, ik sta graag op m’n kop

Ik ben z’n circusvrouwtje, toe Pipo sta rechtop

Wij rijden fijn door bos en hei met ons gezellig koetsje

en bakken voor onszelf een ei, voor anderen een poetsje

REFREIN

En ’s avonds op een pleintje, stroomt toe ’t geacht publiek

Ik tover een konijntje, maak op een zaag muziek

Dan eet ik zeep met malle mond, mijn oren blazen bellen

Ik duikel kopje op de grond... Ik mag zijn broek verstellen

REFREIN

Voor clowntjes is de aardbol een grote toverbal

Een felgekleurde draaitol met grapjes overal

En maak ik mij soms toch ’ns kwaad op rovers en op vrekken

Dan klinkt altijd de wijze raad: Kom Pipo, we vertrekken

Page 95: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

plezant liedje voor lud •Urbanus van Anus

Ik Ctracht al zolang haar een

Gliedje te schrijven, maar

Ftelkens ik eraan be

Cgin,

Cbreek ik mijn potlood en

Gwerp ik mijn wijsje ver

Ffrompeld de

Gprullenbak

Cin.

Ze Fzegt dat ze me wel zou

Ckunnen vermoorden, maar

Fdat overkomt ieder

Ceen.

En Cals ik dan wegga, dan

Gis ze verloren en

Fwil ze dat ik

Gterugkom met

Ceen.

Maar ik Cweet dat ze tracht me ge

Glukkig te maken en

Fdat ze er soms wel in

Cslaagt.

En Cze weet dat ze aan me

Galles mag vragen,

Fals ze maar

Glang genoeg

Czaagt.

We Cslapen gewoonlijk een

Gput in ons bedje, we

Fzijn nogal bang van de

Cwekker.

Maar Ceenmaal te been kookt mijn

Gkeukenprinsesje een

Feitje zo

Gzacht en zo

Clekker.

Ze Fstofzuigt de zetels en

Cdweilt eens de grond, de

Fschotelvod mooi aan het

Crek.

En Cdan kom ik binnen met

Gmijn moddersloffen en

Fkrijg ik de

Gdweil in mijn

Cnek.

REFREIN

En Cals ze in ’t bad zit,

Gdan kruip ik bij haar om

Fwater en zeepsop te

Csparen

en Cdoen we zo spelletjes

Gonder elkaar en

Fmaken veel

Ggolven en

Cbaren.

Ze Fbijt in mijn tenen, ik

Cgiechel me dood. Ik

Fgeef haar een klets op haar

Cdij.

Ze Cspuit met de shampoo

Gvlak in mijn ogen, ze

Fmaakt me zo

Gvrolijk en

Cblij.

REFREIN

Ze Cheeft niets te vrezen, ze

Graakt me niet kwijt, juist

Fdaarom zijn we ge

Ctrouwd.

En hoe Cvaak ik ook droom van

Gandere meisjes, ze

Fblijft tot ik

Gdood ben mijn

Cvrouw.

Mijn Fhart is ontploft, want ik

Czie haar te graag,

Fiedere dag van de

Cweek,

zing Cik van: I love you, I

Gneed you, I want you, I’ll

Fnever let

Gyou in de

Csteek.

REFREIN

Page 96: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

ritme van de regen Rob de NijsRob de Nijs

C Bb Am Gm(intro)FZachtjes tikt de regen tegen ’t

Bb

zolderraam, ’t Fritme van de eenzaam

C7heid

Die Fregen zegt wij waren zo ge

Bb

lukkig saam, maar Fnu is dat ver

Gmle_

C7den

Ftijd.

De Fregen valt bij stromen, ’t is een

Bb

trieste dag Fwant je liet me staan al

C7leen

Ik Fken nu de betekenis van

Bb

tegenslag, omFdat je met m’n

Gmhart

C7ver

Fdween.

Bb

Kom vertel me regen, regen Amwat je doet

Zeg, Gmmaak je ’t tussen

C7ons toch weer een

Fbeetje goed

’k Heb Dmniks aan een ander, want ik

Gmhou al

C7leen van

Fhaar.

C Bb Am Gm

De Fregen valt bij stromen, ’t is een

Bb

trieste dag Fwant je liet me staan al

C7leen

Ik Fken nu de betekenis van

Bb

tegenslag, omFdat je met m’n

Gmhart

C7ver

Fdween.

Bb

Kom vertel me regen, regen Amwat ik voel,

O, Gmmaak haar hartje

C7vurig want ze

Fis zo koel

O, Dmvraag, beste regen aan de

Gmzon hoe

C7of je dat

Fdoet.

C Bb Am Gm

FZachtjes tikt de regen tegen ’t

Bb

zolderraam, ’t Fritme van de eenzaam

C7heid

Die Fregen zegt wij waren zo ge

Bb

lukkig saam, maar Fnu is dat ver

Gmle_

C7den

Ftijd.

Page 97: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

sophietje •

Johnny Lion

GZij dronk ranja met een rietje, mijn So

Cphietje

op een GAmsterdams terras.

Zij was D7Hollands als het gras, als een

Gmolen aan de plas.

Ik wist niet wat ik moest zeggen, uit moest Cleggen,

iets wat GCupido wel weet,

dat zij D7mij meteen iets deed, meteen iets

Gdeed.

Ik zag meisjes in CParijs en in Turijn,

in Helsinki en GLonden en Berlijn.

Waar ik op de wijde D7wereld kwam, zij mochten er wel

Gzijn.

Maar de mooiste van de Cmooisten is Sophie.

In de liefde is zij Gzeker een genie,

want een Dmeisje als So

A7phietje is een

Dlentesympho

D7nie.

GIn haar stem hoor ik een liedje, melo

Cdietje

’t is een Gliedje met een lach.

Dat ik D7hoor sinds ik haar zag,

Gsinds ik haar zag

Zij dronk ranja met een rietje, mijn SoCphietje

op een GAmsterdams terras.

Toen wist D7ik dat mijn Sophietje de liefste

Gwas

Page 98: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

’n sprookje Jaap Fischer

’n Koning had vijf zonen en ’n prinses, zij nu had goudblonde lokken en ogen als meren,

die niet konden jokken en ze was de jongste van de zes, maar deze prinses was huwbaar.

Vaak gingen de koning en z’n zonen vroeg op pad en dan joegen zij vaak de hele dag,

terwijl zij thuis te dromen lag en wachtte op zij wist niet wat.

En deed ze ’n stap naar buiten, dan lagen daar vreemde prinsen in ’t gras,

vreemde prinsen te fluiten, die wisten allang hoe laat het was.

En de koning zei: ‘Ze kon krijgen wat ze bliefde, ze kon vrijen met lakeien’.

‘Ja, maar’, zeiden de zoons, ‘maar dat is geen liefde.’

En toen kwamen er drie mannen aan de poort om over liefde te vertellen.

En de eerste was ’n geleerde, de tweede ’n vreemde snoeshaan en de derde was Hans.

En de geleerde mocht beginnen: ‘Liefde is minnen en samenzijn, in die niets nieuws beginnen,

mijn is dijn, warm van binnen, verlegenheid, samen in zee,

geen ach, geen wee, maar hola nee, genegenheid.

En liefde is niet houden van, je kan van zoveel vrouwen houwen,

je kan met zoveel vrouwen trouwen, als je er wat in ziet, maar liefde is dat niet.

Je houdt van kip met appelmoes.’

En toen knikte de prinses, want ze hield ontzettend veel van kip met appelmoes.

En toen had de geleerde het over amor en caritas en wat het verschil daartussen was.

Over arabei, Eros en Filia, over ’n diner voor twee met dansen na.

En de prinses was stil en zo luisterde ze en toen ze wat mocht vragen, fluisterde ze: ‘En zoenen?’

‘Zoenen staat niet in Koenen’, zei de geleerde en hij ging.

En toen mocht de vreemde snoeshaan en die zei:

‘Oh, hoe bestaat ’t dat ik hou van ’n lelijke vrouw, zo lief zo zacht en toch zo lelijk als de nacht,

zelfs als ze lacht, oh, hoe bestaat het dat ik hou van ’n lelijke vrouw.

Ik sluit m’n ogen en haar hand sluipt in mijn hand, juist zo klein als zij moet zijn,

precies zo fijn als zij moet zijn, als wijn die je zacht ondermijnt, overmant

en dan weet ik dat ik hou van ’n beeldschone vrouw, die de zon verduistert,

meer zingt dan fluistert, maar niemand luistert.

Oh, dan weet ik dat ik hou van ’n beeldschone vrouw,

maar als ze langsjokt als ’n paard, ’n lelijk paard, de kop omlaag, de vormeloze dijen,

die kinderen doet schreien en schichtig springt en jachtig verder jaagt,

dan oog ik naar de vrouw waarvan ik hou, ze komt weerom, ik sluit m’n ogen, dat is dom.

Ik weet niet goed wat ik moet doen met deze vrouw waarvan ik hou.’

En toen mocht Hans! En Hans zei: ‘Ja, ik weet het nog niet, maar ...

’t moet ’n meisje zijn met prachtige kleren en goudblonde lokken,

met ogen als meren die niet kunnen jokken, ’n mond als van honing, dan weer scherp als ’n mes

en hopelijk is haar vader dan koning en zij dan prinses, maar ... ze moet Liesje heten.’

Toen keek de prinses hem aan en zei: ‘Ik heet Esmeralda, maar zeg maar Liesje!’

Page 99: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

strand •Lennaert Nijgh ™ Boudewijn de Groot

Bb Eb Bb F7 Bb

(intro)

Waar kan je F7liggen in het

Bb

zand, totdat je Eb

hele lijf verBb

brandt,

waar je kan Eb

zuipen als een Bb

beest, waar vind je F7vrienden voor elk

Bb

feest,

waar kan je F7zwemmen als een

Bb

rat, waar word je Eb

zelfs van binnen Bb

nat?

Dat’s aan de Eb

rand van NederBb

land, dat’s aan ons F7onvolprezen

Bb

strand! F7

Bb

Daar kan je G7vrijen met je

Cmvrouw, wat nergens

G7anders mogen

Cmzou,

terwijl je F7kalm je krantje

Bb

leest, je handen F7strelend om haar

Bb

leest.

Daar speel je F7poker met een

Bb

vriend, totdat-ie Eb

van ellende Bb

grient,

daar springt de Eb

Randstad uit de Bb

band, dat’s aan ons F7onvolprezen

Bb

strand!

Je gaat er F7op de brommer

Bb

heen en ligt dan Eb

plat tot kwart voor Bb

een,

dan ga je Eb

kijken naar een Bb

vrouw, die je wel F7graag versieren

Bb

zou,

dan krijg je F7ruzie met haar

Bb

man, die heel toeEb

vallig boksen Bb

kan

en met je Eb

tanden in je Bb

hand sjok je weer F7verder over ’t

Bb

strand! F7

Bb

Dan ga je G7even naar een

Cmtent en als je

G7aangeschoten

Cmbent,

dan loop je F7met je vrienden

Bb

schaar een eindje F7langs de boule

Bb

vard,

dan komt er F7iemand op ’t i

Bb

dee om te gaan Eb

zwemmen in de Bb

zee

en gans door Eb

kwallen overBb

mand, ren je weer F7t’rug over ’t

Bb

strand!

Maar ’s middags F7om een uur of

Bb

vier dan komt het Eb

toppunt van verBb

tier,

dan komt een Eb

vriend, die autoBb

rijdt, eens kijken F7voor de aardig

Bb

heid,

dan ga je F7even met hem

Bb

mee een eindje Eb

rijden langs de Bb

zee,

hij rijdt wel Eb

honderd met één Bb

hand en wuift met F7d’ander naar het

Bb

strand! F7

Bb

Dan scheur je G7zingend langs de

Cmstraat en vindt, dat

G7alles prachtig

Cmgat,

dan trekt je F7hals eenvoudig

Bb

krom: je kijkt naar F7alle meisjes

Bb

om

en vaders F7auto wordt ver

Bb

moord, vakkundig Eb

in een boom geBb

boord.

Dan sta je Eb

morgen in de Bb

krant en wordt beF7roemd op ’t hele

Bb

strand!

F7 Bb Eb Bb Eb Bb F7 Bb F7 Bb Eb Bb Eb Bb F7 Bb F7(Intermezzo, fluiten)

Page 100: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

strand (vervolg)Bb

En ’s avonds G7op het stille

Cmstrand dan is er

G7weer iets aan de

Cmhand,

dan komt er F7een geweldig

Bb

feest, zoals er F7nooit een is ge

Bb

weest.

Dan wordt het F7strandvuur opge

Bb

stookt, waarop men Eb

lekker worstjes Bb

kookt

en met tranEb

sistors in de Bb

hand trekt heel de F7troep weer naar het

Bb

strand!

De ene F7komt met flessen

Bb

wijn, die smaakt verEb

dacht veel naar aBb

zijn,

de teede Eb

komt met zijn vrienBb

din, die pikt de F7derde dan weer

Bb

in,

de vierde F7brengt een zak pa

Bb

tat, met onderEb

in een dav’rend Bb

gat.

De inhoud Eb

ligt verspreid in ’t Bb

zand van driekwart F7kilometer

Bb

strand! F7

Bb

Je danst en G7vrijt de hele

Cmtijd, terwijl je

G7in een broodje

Cmbijt

en giet jeF7never in je

Bb

kop, want anders F7dronk je pa het

Bb

op.

Maar van die F7lading alco

Bb

hol geraak je Eb

spoedig overBb

vol,

dan loopt de Eb

toestand uit de Bb

hand en blijf je F7liggen op het

Bb

strand!

Maar de poF7litie arri

Bb

veert, voor je weer Eb

lopen hebt geBb

leerd,

zodat je Eb

kruipende ontBb

vlucht, achter een F7zuil jenever

Bb

lucht,

dat wordt dan F7een immense

Bb

rel, die eindigt Eb

meestal in de Bb

cel

en is men Eb

daar eenmaal beBb

land, dan is ’t weer F7rustig op het

Bb

strand! F7

Bb

Maar ’s morgens G7lig je weer in ’t

Cmzand, totdat je

G7hele lijf ver

Cmbrandt,

dan ga je F7zuipen als een

Bb

beest en zoek je F7vrienden voor een

Bb

feest,

dan ga je F7zwemmen als een

Bb

rat en word je Eb

zelfs van binnen Bb

nat.

Aan de Eb

rand van NederBb

land, aan ons F7onvolprezen

Bb

strand! (tig×)

Page 101: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

suzanne •

V.O.F. De Kunst

AmWe zitten

Emsamen in de

Amkamer

Em

Amen de

Emstereo staat

Amzacht.

Em

AmEn ik denk

Emnu gaat het ge

Ambeuren,

Em

Amhierop heb

Emik zolang ge

Amwacht.

Em

DmNiemand in

Chuis de

Fdeur op

Gslot,

Dmmijn

Cavond

Dm7kan niet

Ammeer ka

Gpot.

SuAmzan

Emne, Su

Amzan

Emne, Su

Amzanne,

ik ben Fstapel

Ggek op

Amjou.

Em Am Em

AmIk leg mijn

Emarm om haar

Amschouders,

Em

Amstreel haar

Emzachtjes door haar

Amhaar.

Em

AmKan het

Embijna niet ge

Amloven,

Em

Amvoorzichtig

Emkussen wij el

Amkaar.

Em

DmEn op

Ceens

Fgaat de tele

Gfoon

Amen een vriendelijke stem aan de andere kant van de lijn

verontschuldigd zich voor verkeerd verbonden zijn

en ik denk bij mijzelf, waarom nu, waarom ik, waarom????REFREIN (2×)

AmIk ga maar

Emweer opnieuw be

Amginnen,

Em

Amzoen haar

Emteder in haar

Amnek.

Em

AmMaar de hart

Emstocht is ver

Amdwenen

Em

Amen ze rea

Emgeert zo

Amgek.

Em

Ze Dmvraagt of

Cer nog

Fcola

Gis

Dmen ik

Cdenk: ‘

Dm7Nu is het

Gmis.’

REFREIN (2×)AmWe zitten

Emnog steeds in de

Amkamer

Em

Ammet de

Emstereo op

Am10.

Em

Am’t Zal nu

Emwel niet meer ge

Ambeuren

Em

Amen ik

Emhou het voor ge

Amzien.

Em

Ze Dmzegt: ‘Ik

Cdenk dat

Fik maar

Gga.’

Ze Dmzegt: ‘Tot

Cziens!’ en

Dm7ik zeg; ‘

GJaaaaaa.’

REFREIN (2×)

Page 102: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

suzanne•

Herman van Veen

SuGzanne neemt je mee, naar een bank aan het water.

Duizend Amschepen gaan voorbij, en toch wordt het maar niet later.

En je Gweet dat ze te gek is, want daarom zit je naast haar.

En ze Bmgeeft je pepermuntjes, want

Cze geeft je graag iets tastbaars.

En net als je Ghaar wilt zeggen, ik kan jou geen liefde geven,

komt Amheel de stad tot leven, en hoor je meeuwen schreeuwen.

Je hebt Gsteeds van haar gehouden.

En je Bmwilt wel met haar meegaan, samen

Cnaar de overkant.

En je Gmoet haar wel vertrouwen,

want ze Amhoudt al jouw ge

D9dachten in haar

Ghand.

En Jezus was een visser, die het water zo vertrouwde,

dat hij zomaar over zee liep, omdat hij had leren houden

van de golven en de branding, waarin niemand kan verdrinken.

Hij zei: ‘Als men blijft geloven,

kan de zwaarste steen niet zinken.’

Maar de hemel ging pas open, toen zijn lichaam was gebroken.

En hoe hij heeft geleden,

dat weet alleen die visser aan het kruis.

En je wilt wel met hem meegaan, samen naar de overkant

En je moet hem wel vertrouwen,

want hij houdt al jouw gedachten in zijn hand.

Suzanne neemt je mee, naar een bank aan het water.

Je onthoudt waar ze naar kijkt, als herinnering voor later.

En het zonlicht lijkt wel honing,

waaraan kinderen zich tegoed doen,

en het grasveld ligt bezaaid, met wat de mensen zoal wegdoen.

In de goot liggen de helden, met een glimlach op de lippen,

en de meeuwen in de lucht, lijken net verdwaalde stippen.

Als Suzanne je lachend aankijkt,

en je wilt wel met haar meegaan, samen naar de overkant.

En je moet haar wel vertrouwen,

want ze houdt al jouw gedachten in haar hand.

D9o o o

12 3

Page 103: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

’t heukske Ton Meisen

G D A D G D A D(intro)DWie ich nog ’n jungske woar zoe van ’n joar of

Azes,

toen vong ich gaer van alles aan en leet ich nieks met Drus.

Zoot ich aan un trummelke en pakte mich ein Gkeukske,

dan zaag de mam doe Ddeugeneet, ich

Azit dich in un

Dheukske.

GTralalalala

D7tralalalala.

ATralalalala

Dtralalalala.

GTralalalala

D7tralalalala.

ATralalalala

Dtralalalala.

DWie ich al get groter woar, de sjoltied waas veur

Abiej,

toe hauw ich gaer wie idderein un meadje aan mien Dzie.

Un knap gezich, un aardig dink mit um de kop un Gdeukske.

Ich sjprook den met zo’n Dmeadje aaf op

Aein of anger

Dheukske.

REFREINDWie ich later vrieje ging, ich waas vol gooie

Amood,

veur nome aafschied in de gank, ich weet ’t nog zoe Dgood.

Opins versjeen de sjoonpapa en zag toen met un Gvleugske:

Wat mot det met mien Ddochter doar

Ain det duuster

Dheukske?

REFREINDWen ich ens biej Petrus kom en klop doa aan de

Adeur,

dan zaet ’r: ‘Jong kom d’r maar in, du sjteis d’r hiel good Dveur.

Doe hubs nog neemes kwoad gedoan, doe sjteis neet in mien Gbeukske.’

Ich zig: ‘Sint Petrus, Dzet mig maar mit ein

Aingelke in ’n

Dheukske.’

REFREIN

Page 104: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

te lang•

Guus MeeuwisGuus Meeuwis

A(intro)

VanAdaag is een dag als zo velen,

die nauwelijks verrassingen Bmkent, we zijn het ge

Awend.

We Aweten ons leven te delen,

omdat je er al zolang Bmbent, we zijn het ge

Awend.

Je Eopent het gordijn en ik mijn

Dogen.

Eerst Ekomt de zon, de wind en daar ben

Djij

Ik Ahad te lang niet zo naar jou ge

Ekeken.

VerAblind door het geluk van alle

Edag.

En dat ik van je houden Amag.

VanAavond gaan wij met zijn tweeën

terug naar de kamer van Bmtoen, dat moeten we

Adoen.

Want het Alijkt nu al zolang geleden,

dat je mij overwon met die Bmzoen, in de kamer van

Atoen.

En Ewisten wij veel wat er nog zou

Dkomen.

In Eelk geval de zon, de wind en

Dwij.

REFREIN

En F#melke dag vertel ik je hoe

DM7mooi je

Dbent.

DM7 D

Vanaf F#mnu zing ik je elke nacht in

DM7slaap.

D DM7 D

GeBmloof me, ge

Dloof me.

AIk had te lang niet zo naar jou ge

Ekeken,

verAblind door het geluk van alle

Edag.

Het F#mspijt me, dat ik voor je heb ver

Ezwegen,

dat ik van je houden Amag.

REFREIN

Page 105: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

tea-room tango•

Wim Sonneveld - Harrie Bannink & Michel van der Plas

Toen ik Gmjou de roze

D7tearoom langzaam

G7binnenschrijden

Cmzag,

met je Gmkaalge

D7vreten

Gmbontjas en je

A7arrogante

D7lach,

een afG7schuwelijk beeld van honger en el

Cmlende,

vroeg’k me Gmaf hoe’k jou in

A7hemelsnaam her

D7kende.

Maar toen Gmiedereen jou

D7nakeek met een

G7blik van ‘o la

Cmla’,

‘dat moet Gmvroeger

D7wat ge

Gmweest zijn van comme

A7ça, en ga maar

D7na.’

En de G7ober zelfs een buiging voor je

Cmmaakte,

toen voelGmd’ik dat m’n ver

D7bittering ont

Gmwaakte.

DEn terwijl je

Eb

stilstond bij’t geDbak,

was ik de D7jongen weer wiens jongenshart je brak:

Je hebt me beD7lazerd, je hebt me be

Gdonderd!

En wat me Dnu na

Am7al die

D7jaren nog ver

Gwonderd,

is dat ik dat Cnooit vergeten

E7zal, al word ik

Amhonderd,

je hebt me beD7lazerd, je hebt me be

Gdonderd.

’t Zal zo’n Gmdertig jaar ge

D7leden zijn dat

G7ik jou stil aan

Cmbad,

en in deze Gmzelfde

D7roze

Gmtearoom steeds op

A7jou te wachten

D7zat.

En wanG7neer je dan na uren was ge

Cmkomen,

noemde ik Gmjou de schone

A7diva van m’n

D7dromen.

Na een Gmjaar geheime

D7liefde zei ’k nog

G7steeds eerbiedig

Cm‘U’

en ik Gmmocht je

D7af en

Gmtoe ’ns kussen,

A7achter ’t me

D7nu.

Verder G7mocht ik niks, ’t was verdomd een

Cmschijntje,

je hield me Gmsteeds met je be

D7loften aan ’t

Gmlijntje.

DTot ik plotse

Eb

ling ontdekte Ddat,

jij wel D7twintig and’re ‘tearoom-lovers’ had.

REFREIN

En nu Gmzit je aan m’n

D7tafeltje, en

Gmvraagt me: ‘Mag ik

Cmthee?’

En je Gmatta

D7queert m’n

Gmtaartjes en dan

A7kijk je heel ge

D7dwee.

En je G7fluistert; ‘Jongen, haal me uit de

Cmnesten,

want ’t Gmis of heel de

A7wereld me wil

D7pesten...’

Je bent Gmveel te dik ge

D7poederd en de

G7mot zit inje

Cmhoed,

en ik Gmzie ook

D7dat je

Gmhuilt zoals een

A7slecht actrice

D7doet.

Je pikt G7weer een sigaret en vraagt een

Cmvuurtje,

en je Gmzegt achter je

D7zevende li

Gmkeurtje:

D‘Ach, je weet dat ik

Eb

jou de liefste Dvond,

geef me wat D7geld, boy, want ik zit vrees’lijk aan de grond..’

...dan zeg ik: ‘Zit jij aan de grond?’ Da’s heel beD7lazerd, da’s reuze be

Gdonderd.

Dat ik de Dliefste

Am7was is

D7iets wat mij ver

Gwondert.

Vraag het die Canderen maar, je

E7had er minstens

Amhonderd!

(gesproken:) Ober...!Ober, goedemiddag. Deze dame hier, ober, wou graag even ALLES afrekenen.Ja, ’k ben be

D7lazerd....

G

Page 106: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

testament Lennaert Nijgh ™ Boudewijn de Groot

Eb Bb Eb Bb Ab Bb Eb

(intro)

Na Eb

tweeëntwintig Ab

jaren in mijn Bb

leven schrijf ik het testaEb

ment op van mijn Bb

jeugd.

Niet Ab

dat ik geld of Bb

goed heb weg te Eb

geven, voor slimme Ab

jongen heb ik Bb

nooit gedeugd,

maar ik Eb

heb nog wel wat Ab

mooie ideBb

alen, goed van snit hoewel ze Eb

uit de mode Bb

zijn.

Wie ze Ab

hebben wil, die Bb

mag ze komen Eb

halen, vooral Ab

jonge mensen Bb

vinden ze wel Eb

fijn.

Aan mijn Fmbroertje dat zo graag wil gaan stu

Gderen, laat ik met plezier ’t a

Cmdres na van mijn

Gkroeg,

waar ik teCmveel dronk om een

Ab

vrouw te impoFneren en daar

Bb

na de klappen Eb

kreeg waarom ik Bb

vroeg.

En dan Eb

heb ik nog een Ab

stuk of wat vrienBb

dinnen, die welopgevoed en Eb

zeer verstandig Bb

zijn

en waarAb

mee je dus geen Bb

donder kunt beEb

ginnen, maar misAb

schien krijgt iemand Bb

anders ze wel Eb

klein.

Voor mijn neefje zijn mijn onvervulde wensen wel wat kinderlijk, maar ach, ze zijn zo diep.

Ik behoorde immer tot die groep van mensen voor wie ’t geluk toch altijd harder liep.

Aan mijn vrienden laat ik gaarne het vermogen om verliefd te worden op een meisjeslach,

zelf ben ik helaas een keer teveel bedrogen, maar wie het eens proberen wil die mag.

Mijn vriendinnetje, ik laat jou alle nachten dat ik tranen om jouw ontrouw heb gestort,

maar ik onthoud ’t wel en zal geduldig wachten totdat ik lach omdat jij ook belazerd wordt.

En de leraar die me altijd placht te dreigen: ‘Jongen, jij komt nog ens op ’t verkeerde pad!’,

kan tevreden zijn en hoeft niets meer te krijgen, dat wil zeggen: hij heeft toch gelijk gehad.

Voor mijn ouders is het album met de plaatjes die zo vals getuigen van een blijde jeugd,

maar ze tonen niet de zouteloze praatjes, die een kind opvoeden in eer en deugd.

En verder krijgen ze alle dwaze dingen terug, die ze mij teveel geleerd hebben die tijd.

Ze kunnen mij tenslotte ook niet dwingen, groot te worden zonder diep berouw en spijt.

En dan heb ik ook nog enkele goede vrienden, maar die hebben al genoeg van mij gehad,

dus ik gun ze nu het loon dat ze verdienden en de drank die ze van mij hebben gejat.

Verder niets, er zijn alleen nog een paar dingen, die ik houd omdat geen mens er iets aan heeft.

Dat zijn mijn goede jeugdherinneringen, die neem je mee zolang je verder leeft.

Page 107: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

tien kleine negertjes (1)•

Kinderwijsje

Eb

Tien kleine Bb7negertjes, die

Eb

dansten in de Eb7regen.

Ab

Eentje viel er Eb

in een plas, toen Bb7waren het er nog maar

Eb

negen.Eb

Negen kleine Bb7negertjes, die

Eb

gingen saam op Eb7jacht.

Ab

Eentje trapte Eb

op een leeuw, toen Bb7waren het er nog maar

Eb

8Eb

Acht kleine Bb7negertjes, die

Eb

stonden toen te Eb7beven.

Ab

Eentje ging van’t Eb

beven dood, toen Bb7waren het er nog maar

Eb

7Eb

Zeven kleine Bb7negertjes, die

Eb

dronken uit een Eb7fles.

Ab

Eentje kroop toen Eb

door de hals, toen Bb7waren het er nog maar

Eb

6Eb

Zes kleine Bb7negertjes, die

Eb

vochten met een Eb7wijf.

Ab

Het wijf dat sloeg er Eb

eentje dood, toen Bb7waren het er nog maar

Eb

5Eb

Vijf kleine Bb7negertjes, die

Eb

dronken een glaasje Eb7bier.

Ab

Eentje stikte Eb

in het schuim, toen Bb7waren het er nog maar

Eb

4Eb

Vier kleine Bb7negertjes, die

Eb

gingen naar OverEb7schie.

Ab

Eentje verdronk er Eb

in de Schie, toen Bb7waren her er nog maar

Eb

3Eb

Drie kleine Bb7negertjes, die

Eb

gingen naar de Eb7plee

Ab

Eentje zakte Eb

er doorheen, toen Bb7waren het er nog maar

Eb

2Eb

Twee kleine Bb7negertjes, die

Eb

waren zo alEb7leen.

Ab

Eentje ging van Eb

heimwee dood, toen Bb7was het er nog maar

Eb

een.Eb

Dat ene kleine Bb7negertje, dat

Eb

had je moeten Eb7zien.

Ab

Dat trouwde met een Eb

negerin, toen Bb7waren er zo weer

Eb

tien.

Page 108: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

tien kleine negertjes (2)•

Kinderwijsje

Eb

Tien kleine Bb7negertjes, zijn

Eb

samen opgeEb7stegen.

Maar Ab

eentje werd een Eb

beetje ziek, toen Bb7bleven er nog?.....

Eb

negen!

Negen kleine negertjes, visten in de gracht.

Maar Sammy ving een reuzensnoek, toen bleven er nog?.....acht!

Acht kleine negertjes, kibbelden en keven!

Maar Joepie kreeg er met een stok, toen waren er nog?.....zeven!

Zeven kleine negertjes, speelden met een mes.

Een sneed zich lelijk in zijn duim, toen bleven er nog?.....zes!

Zes kleine negertjes, kregen pijn in ’t lijf!

Een liep er naar je weet wel waar, toen bleven er nog?.....vijf!

Vijf kleine negertjes, liepen langs een stier.

Een had een vuurrood broekje aan, toen waren er nog?.....vier!

Vier kleine negertjes, van falde-ralde-rie!

De wind woei Tommies hoedje weg, toen waren er nog?.....drie!

Drie kleine negertjes, liepen langs de zee.

Een trapte er op een grote krab! Toen waren er nog?.....twee!

Twee kleine negertjes, knauwden op een peen.

Maar Basje die verslikte zich, toen was er nog maar?.....een!

Dat laatste kleine negertje, klom in een vliegmachien.

Hij riep zijn vriendjes gauw erbij, toen waren er weer?.....Tien!

Page 109: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

tien kleine negertjes (3)•

Kinderwijsje

Eb

Tien kleine Bb7negertjes, die

Eb

liepen in de Eb7regen,

Maar Ab

eentje die wou Eb

schuilen gaan, toen Bb7bleven er nog

Eb

negen.

Negen kleine negertjes, die dwaalden door de nacht,

De ene ging wat al te ver, toen bleven er nog acht.

Acht kleine negertjes, die wilden wat beleven,

De ene ging met een schip over zee, toen bleven er nog zeven.

Zeven kleine negertjes, die praatten onder d’les,

Toen werd er een naar huis gestuurd en bleven er nog zes.

Zes kleine negertjes, die kregen ’n schrik op ’t lijf,

Want een viel plots in een ravijn, toen bleven er nog vijf.

Vijf kleine negertjes, die vluchtten voor een stier,

Die nam er eentje op zijn rug, toen bleven er nog vier.

Vier kleine negertjes, een heette er Bibi,

En die Bibi, die ging op stap, toen bleven er nog drie.

Drie kleine negertjes, die klaagden ach en wee,

Want een sloeg met een kano om, toen bleven er nog twee.

Twee kleine negertjes, die bleven toen alleen,

Van angst liep er toen eentje weg, toen bleef er nog maar een.

Een klein negertje, die was niet meer te zien,

Die zocht de an’dre negen op, toen waren er weer tien.

Page 110: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

tien kleine visjes •CTien kleine

Amvisjes, die

Fwilden naar de

G7zee

Da’s Cgoed zei de

Ammoeder, maar

Fik ga niet

G7mee

CIk blijf

Amliever in die

Fvieze ouwe

G7sloot

Want in de zee daar zwemmen haaien en die bijten jeCBlub, blub,

Amblub-blub-blub,

Fblub-blub,

G7blub-blub.

Negen... Acht... Zeven... Zes... Vijf... Vier... Drie... Twee...

CÉén klein

Amvisje, dat

Fwilde naar

G7zee

Da’s Cgoed zei de

Ammoeder, maar

Fik ga niet

G7mee

CIk blijf

Amliever in die

Fvieze ouwe

G7sloot

Want in de zee daar zwemmen haaien en die bijten je: CDOOD!

Page 111: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

tijd genoeg •Doe Maar

Doe Maar

CZe zeggen er is haast geen

Amtijd

en hebben daarom altijd haast en Dmspijt,

dat deze Emdag niet langer

Amduren wou.

Em7

CMaar voor mij lijkt de dag zo

Amlang.

Oh, alleen zijn maakt me Dmbang

en ik verEmlang de hele

Amdag naar jou.

Em7

DmWant wat ook een

Amander zegt,

Dmer is tijd ge

Amnoeg,

Dmvoor jou, voor

Ammij, voor ieder

Am7een.

En als je Cwilt dan is elk ogenblik voor

Amjou

en alles wat je vragen Dmzou,

maar laat Emmij dan niet al

Amleen.

Em7

CZe zeggen er is tijd te

Amkort (zo kort).

Ze zeggen dat het donker Dmwordt.

Ze zeggen Emregen, regen, regen

Amop je kop.

Em7

CMaar al zijn de dagen nog zo

Amgrauw (zo grauw),

toch weet ik zeker, als jij Dmwou,

dan verfde Emjij de wolken

Amblauw.

Em7

REFREIN

Page 112: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

’t is moeilijk bescheiden te blijven •Peter Blanker

Een paar maanden geleden was ik de grote ster op het festival van Foelegem. Overal aanplak-

biljetten met mijn foto. D’r hingen van die spandoeken over de straat met mijn naam, in zukke

koeieletters. En weer had ik die avond zo’n laaiend enthousiaste menigte, in het dorpshuis.

Maar toen ik terugkwam op m’n hotelkamer, helemaal alleen. Tja, dat zullen d’r wel meer ge-

zegd hebben die avond. Dus op m’n hotelkamer dacht ik na over het probleem waar ik als grote

ster toch eigenlijk wel een beetje zit. Ik pakte m’n gitaar en maakte een lied. En dat gaat zo:

’t Is Dmoeilijk bescheiden te blijven, wanneer je zo goed bent als

A7ik.

Zo stoer, zo charmant en zo aardig, dat zie je in 1 ogenDblik.

Ik denk als ik kijk in de spiegel, ‘daar D7staat een geweldige

Gvent.’

’t Is moeilijk bescheiden te Dblijven, voor een

A7kerel met zoveel ta

Dlent.

Jaja.

De allermooiste meiden, die mij eenmaal hebben geA7zien,

die vallen meteen aan m’n voeten, aan iedere teen minstens Dtien.

Ik lig zelfs goed bij de mannen, maar D7dat geeft me ook al geen

Gkick,

want ’r is er niet 1 op de Dwereld, die zo

A7goed en volmaakt is als

Dik.

’t Is Dmoeilijk bescheiden te blijven, wanneer je zo goed bent als

A7ik. Zo stoer.

Zo stoer, zo charmant en zo aardig, doe effe mee! dat zie je in 1 ogenDblik.

Ik denk als ik kijk in de spiegel, wat zie je dan? ‘daar D7staat een geweldige

Gvent.’

’t Is moeilijk bescheiden te Dblijven, voor een

A7kerel met zoveel ta

Dlent.

Jaja, zo zit dat.

Ik wil ook geen filmcarrière, zoals Hauer, De Gooyer, Krabbé.

En dat is voor hun dan weer mazzel, zo hou ik ze uit de WW.

Als ik m’n talent zou benutten, dan was ik the top of the bill.

Hoewel het gewoon is, dan krijg je kapsones en da’s nou net wat ik niet wil.

’t Is KOM OP WAAR ZITTEN DIE ZANGERS? KOM OP

’t Is Dmoeilijk bescheiden te blijven, wanneer je zo goed bent als

A7ik. Zo stoer.

Zo stoer, zo charmant en zo aardig, dat zie je dat zie je in 1 ogenDblik. Ik denk

Ik denk als ik kijk in de spiegel, wat staat daar? ‘daar D7staat een geweldige

Gvent.’

’t Is moeilijk bescheiden te Dblijven, voor een

A7kerel met zoveel ta

Dlent.

Ieder voor zich

Voor een kerel met zoveel talent

Page 113: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

tulpen uit amsterdam•

Herman Emmink Franssen / K.Neuman/E.Bader tm Ralf Arnie

Als de Eb

lente komt, dan stuur ik jou Ab

tulpen uit Amsterdam.

Als de Bb

lente komt, pluk ik voor jou Eb

tulpen uit Amsterdam.

Als ik Eb7wederkom, dan breng ik jou

Ab

tulpen uit Amsterdam.

Duizend gele, duizend Eb

rooie wensen Bb

jou het allerEb

mooiste!

Wat mijn Ab

mond niet zeggen Eb

kan, zeggen Bb

tulpen uit AmsterFm7dam!

Zeggen Bb

tulpen uit AmsterEb

dam!

Eb

Jan uit de polder zei: ‘Antje,

ach kind, ik mag jou zo Bb

graag!

Hoe moet dat nou, liefste Antje?

Morgen ga ik naar Den Eb

Haag!’

En Ab

bij de oeroude Eb

molen

Klonk Bb

onder ’n hemel, zo Eb

blauw:

‘Ik Ab

heb je zo lief en Eb

jij hebt me lief!

Ach, Bb

Antje, ’k-blijf jou altijd Bb7trouw!’

REFREIN

Page 114: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

twee motten Dorus (Tom Manders)

-Zeg meneer, Cor Steijn, neem me niet kwalijk, dat ik even onderbreek,

maar zou je mij misschien even op m’n rug willen krabbelen?

-Zeg Dorus, heb je nu niets beters voor me?

-Nee, nee, nee, jij, maar jij moet luisteren, ’t is niet wat U denkt,

maar kijk effen in m’n kraag, hier moet je opletten.

Er wonen 2 motten in m’n ouwe jasen die 2 motten die wonen d’er pas.Je raakt gewoonweg van je stuk,als je het ziet dat pril geluk.Hij vreet m’n hele jas kapot,alleen voor haar, die dot van een mot.Ik noem haar Charlotte en hem noem ik Bas,die dotten van motten in m’n ouwe jas.

Ik voelde me eerst een beetje belaagtIk dacht: ‘Het is net of er wat aan me knaagt.’Maar toen kreeg ik die gaten, in de gatenIk dacht nog even hoe heb ik het nouwMaar toen begreep ik het al gauwIk zag 2 motten in die gaten zitten pratenIk greep meteen naar de DDTMaar daar verwoest je zo’n huwelijk meeEn besloot meteenik zal dat echtpaar daar maar laten

REFREIN

Ik ben een geboren eenzaam mensMaar het was m’n eigen wijze wensEen echt verbond heb ik steeds kunnen verhinderenbHa, en al zeggen m’n relaties tegen mijAh joh breng toch die jas naar de stomerijWant dat vod dat begint al knapjes te verminderenMaar ja zo’n vagebond als ikDie komt pas reuze in z’n schikMet z’n ouwe jas, 2 motten en 10 mottenkinderen

Een familie motten woont er in m’n jasIk laat ze ravotten, als een kleuterklasNou zitten ze boven in m’n kraagEn eten zich een volle maagZe vreten m’n hele jas kapotOmdat een mot toch leven motDie lieve Charlotte, en mottige BasMet een dotten van motten wonen in m’n jas.

Page 115: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

verdronken vlinder •Lennaert Nijgh ™ Boudewijn de Groot

GZo te sterven op het

Cwater met je

Dvleugels van pa

Gpier,

zo maar drijven na het Cvliegen in de

Dwolken, drijf je

Ghier

met je Emkleuren die vervagen, zonder

Czoeken, zonder vragen

eindeDlijk voor altijd rusten op de bloemen die je kuste,

kleuren Gdie je hebt geweten, alles

Emkan je nu vergeten.

Op het Cwater

Dvlieg je heen en

Gweer,

zo te sterven op het Dwater met je

Cvleugels van pa

Gpier.

GAls een vlinder die toch

Cvliegen kan tot

Din de blauwe

Glucht,

als een vlinder altijd Cvrij en voor het

Dleven op de

Gvlucht,

wil ik Emsterven op het water, maar dat

Cis een zorg voor later,

ik wil Dnu als vlinder vliegen, op de bloemenblaren wiegen,

maar zo Ghoog kan ik niet komen, dus ik

Emvlieg maar in mijn dromen.

Altijd Cben ik voor het

Dleven op de

Gvlucht,

als een vlinder die toch Dvliegen kan tot

Cin de blauwe

Glucht.

GOm te leven, dacht

Cik, je zou een

Dvlinder moeten

Gzijn,

om te vliegen heel ver Cweg van alle

Dleed en alle

Gpijn,

maar ik Emheb niet langer hinder van ja

Cloersheid op een vlinder,

als zelfs Dvlinders moeten sterven, laat ik niet mijn vreugd bederven.

Ik kan Gzonder vliegen leven, wat zal

Emik nog langer geven

om een Cvlinder die ver

Ddronken is in

Gmei,

om te leven hoef ik Decht geen

Cvlinder meer te

Gzijn.

Page 116: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

vrijgezel •Lennaert Nijgh ™ Boudewijn de Groot

Er was een Ctijd voor ik jou

G7kende dat ik

Cleeg, maar

C7vol el

Flende

vloekend Eop de hele

Ambende in een

D7kroeg te wachten

G7zat,

tot het Cmeisje van mijn

G7dromen op een

Cdag voor

C7bij zou

Fkomen

Dm6en ik

Eliet mijn tranen

Amstromen als ik

D7weer een

G7kater

Chad,

en dat Gmijn geliefde

Cvrienden

Amwaarmee

Dmik de Muze

G7diende

en geen Grooie cent ver

Cdiende

Amook al

D7had ik nee ge

G7zegd,

’s avonds Caan kwamen ge

G7lopen om een

Cpraatje

C7aan te

Fknopen

en dan E’s morgens straalbe

Amzopen op de

D7stoep wer

G7den ge

Clegd!

C*

Er was een Ctijd dat ik met

G7meeste te ver

Ctellen

C7had op

Ffeesten

waar ik Emet verlichte

Amgeesten vaak de

D7politiek be

G7sprak

warin Cwij ons nooit ver

G7gisten mensen

Cdie het

C7beter

Fwisten

Dm6waren

Eallemaal fas

Amcisten die het

D7aan ver

G7stand ont

Cbrak.

Toen ik Gnaar mijn navel

Cstaarde

Amen mij

Dmcommunist ver

G7klaarde

en met Galle and’re

Cbaarden

Amop de

D7bom te wachten

G7zat.

Toen die Cmaar niet wilde

G7vallen hoorde

Cmen al

C7spoedig

Flallen

en we Elagen met z’n

Amallen werreld

D7vredig

G7op de

Cmat.

C*

In die Ctijd kon ik de

G7vrouwen met een

Ckenners

C7oog be

Fschouwen

en ik Ewilde nimmer

Amtrouwen want dat

D7kwam me niet van

G7pas.

’k Wilde Cenkel samen

G7wonen met een

Czwartge

C7klede

Fschone

Dm6om de

Eburgerij to

Amtonen hoe ruim

D7denkend

G7ik wel

Cwas.

Maar het Gwas niet te ver

Cmijden

Amdat ik

Dmeenzaam was bij

G7tijden

zodat Gik vertwijfeld

Cvrijde

Ammet een

D7meisje van ’t bal

G7let,

welke Cschoonheid snel ver

G7dorde ’s morgens

Cbij het

C7wakker

Fworden,

met de Epeuken op de

Amborden en de

D7kruimels

G7in het

Cbed.

C C G7 C C7 F Dm D9 G7

Op een Cdag kwam ik jou

G7tegen, lief en

Cklein en

C7zo ver

Flegen

druipend Ein de lente

Amregen in de

D7grote vreemde

G7stad.

Jij wist Cniets van provo

G7ceren en je

Cwilde

C7me be

Fkeren

Dm6en ik

Eliet me alle

Amleren als ik

D7maar jouw

G7liefde

Chad.

Nu zit Gik de krant te

Clezen

Amen een

Dmburgerman te

G7wezen,

’k hoef geen Ghonger meer te

Cvrezen,

Ammaar toch

D7denk ik soms met

G7spijt

aan de Ctijd voor ik jou

G7kende, aande

Cvrolij

C7ke el

Flende,

aan de Eartistieke

Ambende van de

D7goeie

G7ouwe

Ctijd.

F G7 C

Dm6o o o

13

C*

1

4

o

4

o

4

o

4

Page 117: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

visite•

Lenny Kuhr

G C Am D7 Bm Em Am D7(intro)

ViGsite, visite, een huis vol

D7visite,

Piet Hein had zijn maat Micky Mouse meegeGbracht.

En E7ook de twee

Amwezen met

D7zeven Chi

Gnezen,

dat was in mijn dromen, mijn D7dromen van

Gnacht.

De Gnacht.

A7Oh mon amour

Doh, mon bon bon

A7nière,

A7oh mon a

Dmour oui

A7oui para

D7pluie.

De Gsuite, de suite, zat vol met

D7visite,

Kristel kwam met kuifje wie had dat geGdacht?

En E7Kermit de

Amkikker met

D7jonkvrouwe

GBikker,

dat was in mijn dromen, mijn D7dromen van

Gnacht.

ViGsite, visite, een huis vol

D7visite,

en kapitein Rob kwam zojuist van zijn Gjacht

Met E7Shehera

Amzade en

D7negen No

Gmaden,

dat was in mijn dromen, mijn D7dromen van

Gnacht.

De Gsuite, de suite, zat vol met

D7visite,

Bardot had de buurman geheel in haar Gmacht.

Dik E7Trom gooide

Amtaartjes, voor

D7al naar Aart

GStaartjes,

dat was in mijn dromen, mijn D7dromen van

Gnacht.

Page 118: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

waar blijft de tijd•

Herman van Veen

Je Ctrouwt snel als je twintig bent en na ’n paar jaar krijg je ’t

Amdruk

met Dmdrie, vier kinderen, ach dat

Gwent, je hebt geen tijd meer voor ge

Cluk.

C7Tussen de vloeren en de

Fvaat, de vuile was en ’t for

Emnuis

sta je niet stil, ook al verAmgaat de wereld,

Dm7jij bent bezig

G7thuis.

Is dit een Cgrap of om te

Amhuilen, is er iemand die haar be

Fnijdt?

Wie zou er met haar willen Grui

Clen,

Fdag in dag

Guit, waar blijft de

Ctijd?

De Ckoffie pruttelt op ’t vuur, de kinderen spelen en je

Amman

zit Dmachter ’n krant als achter ’n

Gmuur, de dagen glijden door je

Chand.

C7De kinderen zijn vandaag nog

Fklein maar morgen groot, je denkt waar

Emom

kan ik alleen maar ouder Amzijn, de foto

Dm7van je jeugd trekt

G7krom.

REFREIN

De Czondag is niets dan ’n pak netjes gestreken ’s avonds

Amlaat,

wat Dmbloemen in ’n vaas, ’n

Gtak in bloei wat altijd aardig

Cstaat.

C7Deze levenslange

Fsleur, duizenden passen ieder

Emuur

tussen de tafel en de Amdeur en van het

Dm7kastje naar de

G7muur.

REFREIN

Page 119: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

we zullen doorgaan •Ramses Shaffy

A7We zullen

F#mdoor

Bmgaan, met de

A7stootkracht van de

F#mmilde kracht.

We zullen Bmdoor

Emgaan, in de sprakeloze

Gnacht.

We zullen Ddoor

G7gaan, we zullen

D7door

Ggaan,

we zullen Ddoor

E7gaan, tot we

Asamen zijn.

A7We zullen

F#mdoor

Bmgaan, met de

A7weifelende zeker

F#mheid,

om Bmdoor

Emte gaan, in een sprakeloze

Gtijd.

We zullen Ddoor

G7gaan, we zullen

D7door

Ggaan,

we zullen Ddoor

E7gaan, tot we

Asamen zijn.

A7We zullen

F#mdoor

Bmgaan, met het

A7zweet op ons ge

F#mzicht,

om alleen Bmdoor

Emte gaan, in een loopgraaf zonder

Glicht.

We zullen Ddoor

G7gaan, we zullen

D7door

Ggaan,

we zullen Ddoor

E7gaan, tot we

Asamen zijn.

A7We zullen

F#mdoor

Bmgaan, telkens

A7als we stil

F#mstaan,

om weer Bmdoor

Emte gaan, naakt in een or

Gkaan.

We zullen Ddoor

G7gaan, we zullen

D7door

Ggaan,

we zullen Ddoor

E7gaan, tot we

Asamen zijn.

A7We zullen

F#mdoor

Bmgaan, als

A7niemand meer ver

F#mwacht,

dat we weer Bmdoor

Emgaan, in een sprakeloze

Gnacht.

We zullen Ddoor

G7gaan, we zullen

D7door

Ggaan,

we zullen Ddoor

E7gaan, tot we

Asamen zijn.

Lalalalalala...

Page 120: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

weet je nog?•Herman van Veen

Hans Lodeizen © Herman van Veen

Weet je Ab

nog, toen de Cmwind

de bomen C#

tergde en hen de Ab

mantels

van het Fmlichaam trok, dat wij

Cmsamen

- de Bbm7regen kletterde bij

Eb

stromen - schuilden en

jij zo Ab

schrok, toen ik je Cmzei,

dat dit het C#

eind was, en voorAb

goed,

onze wegen zouden Fmscheiden. ‘Mijn arme

Cmkind,

’t is Bbm7droevig maar het moet, beter

Eb

is het heen te gaan.’

Ik Ab

zweeg en jij Cmschreide.

Weet je C#

nog, dat mijn hand de Ab

jouwe

zachtjes Fmdrukte, omdat jij spoedig zou

Cmzien,

dat ik Bbm7niet de beste was en dat jij

Eb

door je tranen lachte en zei:

‘MisAb

schien...!’ Nu is het herfst opCmnieuw

en C#

regen, maar alleen schuil ik onder ’t Ab

lover,

denk aan Fmjou en

Cmween...

Ab Cm C# Ab Fm Cm Bbm7 Eb / Ab Cm C# Ab Fm Cm Bbm7 Eb

(fluiten)

Weet je Ab

nog, toen de Cmwind

de bomen C#

tergde en hen de Ab

mantels

van het Fmlichaam trok, dat wij

Cmsamen

- de Bbm7regen kletterde bij

Eb

stromen - schuilden en

jij zo Ab

schrok, toen ik je Cmzei,

dat dit het C#

eind was, en voorAb

goed,

onze wegen zouden Fmscheiden. ‘Mijn arme

Cmkind,

’t is Bbm7droevig maar het moet, beter

Eb

is het heen te gaan.’

Ik Ab

zweeg en jij Cmschreide.

Weet je C#

nog, dat mijn hand de Ab

jouwe

zachtjes Fmdrukte, omdat jij spoedig zou

Cmzien,

dat ik Bbm7niet de beste was en dat jij

Eb

door je tranen lachte en zei:

‘MisAb

schien...!’

Page 121: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

welterusten, meneer de president •Lennaert Nijgh ™ Boudewijn de Groot

C Bb C Bb C Bb F C(intro)

MeCneer de presi

Bb

dent, Cwelte

Bb

rusten, Cslaap maar

Bb

lekker in uw Fmooie witte

Chuis.

CDenk maar niet te

Bb

veel aan Cal die verre

Bb

kusten, Cwaar Uw

Bb

jongens zitten, Feenzaam ver van

Chuis.

Denk voorAm7al niet aan die

D7zesenveertig

Gdoden, die ver

Am7gissing laatst met

D7dat bombarde

Gment.

En verAm7geet het vierde

D7van die tien ge

Gboden, die

CU als goed

Bb

christen zeker Ckent.

Denk maar Cniet aan al die jonge frontsol

Bb

daten, eenzaam Cstervend in de verre tropen

Bb

nacht.

Laat die Cbleke pacifistenkliek maar

Bb

praten, meneer de presiFdent, slaap

Czacht!

Droom maar Cvan de over

Bb

winning Cen de

Bb

zege. CDroom maar

Bb

van Uw mooie Fvredeside

Caal,

Cdat nog nooit door

Bb

bloedig Cmoorden is ver

Bb

kregen. CDroom maar

Bb

dat het U wel Flukken zal dit

Cmaal.

Denk maar Am7niet aan al die

D7mensen die ver

Grekken. Hoeveel

Am7vrouwen, hoeveel

D7kind’ren zijn ver

Gmoord.

Droom maar, Am7dat U aan het

D7langste eind zult

Gtrekken, en ge

Cloof van al die

Bb

tegenstand geen Cwoord.

BajoCnetten met bloedige ge

Bb

vesten houden Cver van hier op Uw bevel de

Bb

wacht,

voor de Cglorie en de eer van ’t vrije

Bb

Westen, meneer de presiFdent, slaap

Czacht!

CSchrik maar niet te

Bb

erg wanCneer U in Uw

Bb

dromen, Cal die

Bb

schuldeloze Fslachtoffers ziet

Cstaan,

Cdie daarginds bij

Bb

het geCvecht zijn omge

Bb

komen, C en U

Bb

vragen, hoe lang Fdit nog zo moet

Cgaan.

En U Am7zult toch ook zo

D7langzaamaan wel

Gweten, dat er

Am7mensen zijn, die

D7ziek zijn van ge

Gweld,

die het Am7bloed en de el

D7lende niet ver

Ggeten, en voor

Cwie nog steeds een

Bb

mensenleven Ctelt.

Droom maar Cniet teveel van al die dode

Bb

mensen. Droom maar Cfijn van overwinning en van

Bb

macht.

Denk maar Cniet aan al die vredes

Bb

wensen, meneer de presiFdent, slaap

Czacht!

Page 122: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

wensen Guus MeeuwisGuus Meeuwis

E Abm A Abm(intro)

Er Egebeuren tegen

Abmwoordig

Arare

Abmdingen.

We zijn niet Azuinig op de

Boude wereld

Ebol. (basloop: E F F#)

En Etoch blijf

Abmik de

Amooie kant be

Abmzingen,

de Aglazen zijn nog

Baltijd half

Evol.

Ik zie nog C#mzoveel mooie

Bkansen en

Amensen en

Ewensen

en/ach Awensen heb ik

Abmook in over

Bvloed.

En C#mzolang er vrouwen

Bzij-ijn

Aom mee te

Edansen,

zie ik de Amorgen met ver

Btrouwen tege

Emoet.

E Abm A Abm A B E(intermezzo)

En ik Ezal me voor mijn

Abmgoeie

Amoed niet

Abmschamen,

’n Alach is vaak het

Blaatste wat ons

Erest. (basloop: E F F#)

En zoElang ik vrienden

Abmheb

Adie dat be

Abmamen,

sta ik niet Atoe dat het ge

Bweld mijn dag ver

Epest.

REFREIN

En ik Azeg niet dat het leven nu zo

C#msimpel is

en Bik mijn ogen sluit voor het ve

Anij-ij-ijn.

Alleen dat ik te vaak de vlag en C#mwimpel mis,

omAdat het echt de

C#mmoeite waard kan

Bzij-ij-ijn.

REFREINE Abm A Abm A B E E Abm A Abm A B E(intermezzo)

REFREINE Abm A Abm A B E E Abm A Abm A B E(outro)

Page 123: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

wie is loesje? (de drummer van de band) De Ramblers

’t OrA7kest speelt zacht een

D7dansrefrein

Gvol

Crit

Gme en vol

A7swing.

D7 G

Een Caar

Cmdig meisje danst voorbij, het

A7is een schattig ding.

D7

Nu stopt ze bij A7de

D7band

Gen vrolijk

Amroept ze: ‘

D7Dag!’

G

Ze A7kijkt de drummer

Deven aan en hij

A7groet met een lach.

D7

GWie is

D7Loesje?

GWie is toch dat

D7snoesje?

GLoesje is het

Cmeisje van de

Gdrummer van de

A7band.

D7

DDaar gaat

D7Loesje,

Gmet dat mooie

D7bloesje.

GLoesje

Cvindt de

Gdrummer toch zo’n

A7echte

D7leuke

Gvent.

B7Hoor! Daar speelt hij net een

Embreak!

A7Zij voelt in haar hart een

D7steek.

GWie is

D7Loesje?

Gwie is toch dat

D7snoesje?

GLoesje

Cis het

Gmeisje van de

A7drummer

D7van de

Gband!

Gband!

Als Loesje naar de drummer kijkt, dan denkt hij slechts aan haar.

Hij speelt dan werkelijk onvermoeid zij hele repertoire!

En zij kijkt slechts naar hem, geniet van zijn muziek.

En ’s avonds zegt ze: ‘Lieve boy, wat speel je magnefiek!’REFREIN

Page 124: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

wie schoan os limburg is Harry BordonHarry Bordon

Es de klanke van de aovondklok

weer jub’lend es muziek

Euver os Limburgs landje gaon,

dan veule veer os riek.

En door de aovondzon bestraolt,

kniele kenjer veur ’t kruus,

dat ste allein in Limburg nog

langs elke zandweg zuus.

Wie schoan os Limburg is, begrip toch nemes.

Es allein de Zuderling, dae Limburg leef is.

Want door de jaore heen bleef Limburg onbetwis

’t stukske Nederland, dat ’t schoanste is.

Want door de jaore heen bleef Limburg onbetwis

’t stukske Nederland, dat ’t schoanste is.

Es ein zilv’rig lintje is de Maas

door berg en bos omzuimp,

wo elke zuderling dae in

de vraemde is van druimp.

Want valt ’t laeve soms neet mit

en zeukste mao get gelok,

blief aeve in gedachte staon

en dink aan Limburg trok.REFREIN

Page 125: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

wilhelmus van nassouwe (1) Philip van Marnix, Heer van St. Aldegonde (~1538-1598) ™ frans soldatenlied (1568)

Wilhelmus van Nassouwe ben ick van Duytschen bloet,Den Vaderlant getrouwe blyf ick tot in den doot:Een Prince van Oraengien ben ick vrij onverveert,Den Coninck van Hispaengien heb ick altijt gheeert.

In Godes vrees te leven heb ick altyt betracht,Daerom ben ick verdreven om Landt om Luyd ghebracht:Maer God sal mij regeren als een goet Instrument,Dat ick zal wederkeeren in mijnen Regiment.

Lydt u myn Ondersaten die oprecht zyn van aert,Godt sal u niet verlaten al zijt ghy nu beswaert:Die vroom begheert te leven bidt Godt nacht ende dach,Dat hy my cracht wil gheven dat ick u helpen mach.

Lyf en goet al te samen heb ick u niet verschoont,Mijn broeders hooch van Namen hebbent u oock vertoont:Graef Adolff is ghebleven in Vriesland in den slaech,Syn Siel int ewich Leven verwacht den Jongsten dach.

Edel en Hooch gheboren van Keyserlicken Stam:Een Vorst des Rijcks vercoren als een vroom Christen man,Voor Godes Woort ghepreesen heb ick vrij onversaecht,Als een Helt sonder vreesen mijn edel bloet ghewaecht.

Mijn Schilt ende betrouwen sijt ghy, o Godt mijn Heer,Op u soo wil ick bouwen verlaet mij nimmermeer:Dat ick doch vroom mach blijven u dienaer taller stondt,Die Tyranny verdrijven, die my mijn hert doorwondt.

Van al die my beswaren, end mijn Vervolghers zijn,Mijn Godt wilt doch bewaren den trouwen dienaer dijn:Dat sy my niet verrasschen in haren boosen moet,Haer handen niet en wasschen in mijn onschuldich bloet.

Als David moeste vluchten voor Saul den Tyran:Soo heb ick moeten suchten met menich Edelman:Maer Godt heeft hem verheven verlost uit alder noot,Een Coninckrijk ghegheven in Israel seer groot.

Na tsuer sal ick ontfanghen van Godt mijn Heer dat soet,Daer na so doet verlanghen mijn Vorstelick ghemoet:Dat is dat ick mach sterven met eeren in dat Velt,Een eewich Rijck verwerven als een ghetrouwe Helt.

Page 126: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

wilhelmus van nassouwe (2) Philip van Marnix, Heer van St. Aldegonde (~1538-1598) ™ frans soldatenlied (1568)

Niet doet my meer erbarmen in mijnen wederspoet,Dan dat men siet verarmen des Conincks Landen goet,Dat v de Spaengiaerts crencken o Edel Neerlandt soet,Als ick daer aen ghedencke mijn Edel hert dat bloet.

Als een Prins op gheseten met mijner Heyres cracht,Van den Tyran vermeten heb ick den Slach verwacht,Die by Maestricht begraven bevreesde mijn ghewelt,Mijn ruyters sach men draven. seer moedich door dat Velt.

Soo het den wille des Heeren op die tyt had gheweest,Had ick gheern willen keeren van u dit swaer tempeest:Maer de Heer van hier boven die alle dinck regeert.Die men altijd moet loven en heeftet niet begheert.

Seer Christlick was ghedreven mijn Princelick ghemoet,Stantvastich is ghebleven mijn hert in teghenspoet,Den Heer heb ick ghebeden van mijnes herten gront,Dat hy mijn saeck wil reden, mijn onschult doen bekant.

Oorlof mijn arme Schapen die zijt in grooten noot,V Herder sal niet slapen al zijt ghy nu verstroyt:Tot Godt wilt v begheven, syn heylsaem Woort neemt aen,Als vrome Christen leven, tsal hier haest zijn ghedaen.

Voor Godt wil ick belijden end zijner grooter Macht,Dat ick tot gheenen tijden den Coninck heb veracht:Dan dat ick Godt den Heere der hoochster Maiesteyt,Heb moeten obedieren, in der gherechticheyt.

Page 127: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

woningnood •Lennaert Nijgh ™ Boudewijn de Groot

C F G7 C D7 Dm7 G7(intro)

De Cwijk wordt gesaneerd en de

Fhuizen moeten

Gplat

en de Cmensen staan te kijken en ze

Dzeggen: ‘

D7Zie je

Gdat?

In die Coude afbraakwoning woont toch

Fnog een heel ge

Gzin,

stel je Evoor, zo’n vochtig

Amhuis, nou ja, wat

Fzien ze

G7daar nu

Cin.

Kijk dat Fstel is amper

Bb

twintig en die Eb

hebben al een Ab

kind,

nou die Ddenken zeker,

Gmdat ze kunnen

Eb

leven van de Fwind.’

En dan Cknikken ze te

Gvreden en dan

Cgaan ze gauw naar

Ghuis,

naar hun Cbaan en naar hun

Fauto, naar de

Ctele

G7visie

Cthuis.

Het Cwaren slechte huizen en ze

Fwoonden klandes

Gtien,

ze Chadden daar geen licht en ook geen

Dwater

D7boven

Gdien.

Maar ze Cwaren daar gelukkig met vier

Fmuren en een

Gdak,

verder Ehadden ze aan

Amluxe en aan

Fdure

G7meubels

Clak.

Maar het Fhuis moet afge

Bb

broken want er Eb

komt een groot kanAb

toor.

Het geDzin staat nu op

Gmstraat, maar ja, het

Eb

geld gaat altijd Fvoor.

En dat Ckan je makk’lijk

Gzeggen in je

Ceigen mooie

Ghuis,

met je Cbaan en met je

Fauto, bij de

Ctele

G7visie

Cthuis.

Ook al Cwaren ze nu dakloos, één ding

Fhadden ze ge

Gleerd:

om geCwoon te mogen leven moet je

Deerst ge

D7regis

Gtreerd.

Eerst een Chuis en dan pas trouwen, dus dan

Fmoet je een paar

Gjaar

enkel Evriend’lijk en ge

Amladen zitten

Fkijken

G7naar el

Ckaar.

Als je Fdan het wachten

Bb

moe bent en er Eb

komt dan toch een Ab

kind,

moet je Dzien, dat je dan

Gmzelf maar iets om

Eb

in te wonen Fvindt.

Want de Cmensen roepen ‘

GSchande!’ en ze

Cblijven veilig

Gthuis

en beCspreken de pro

Fblemen op de

Ctele

G7visie

Cbuis.

Het geCzin trekt dan weer verder naar een

Fand’re afbraak

Gbuurt

en ze Cworden na een tijdje dan ook

Ddaar weer

D7uitge

Gstuurd.

En Csta je met je meubels en je

Fkind dan weer op

Gstraat,

dan Ezal het niet veel

Amhelpen, als je

Fje be

G7klagen

Cgaat.

Want Fals je dan die

Bb

ambtenaren Eb

op de toestand Ab

wijst,

dan Dzeggen ze: ‘Het

Gmspijt me, U staat

Eb

achter aan de Flijst.’

En dan Cdenken ze te

Gvreden aan hun

Ceigen mooie

Ghuis,

aan hun Cbaan en aan hun

Fauto, aan de

Ctele

G7visie

Cthuis.

G7 C

Page 128: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

ze boog zover voorover •

Herman van Veen

Ze Fboog zover voorover dat ik

Gmbang was dat ze brak

en ze Cfluisterde heel zachtjes in m’n

Foor:

‘De Erook is hier te snijden, oh ik

Amsnak

E/G#

Gmzo naar frisse

C7lucht.’

GmEn ik

C7ben met haar ge

Fvlucht.

Am Dm D7

Buiten Gm7op de verlaten boule

Cvard, waait de

Gm7wind de

Gmkrullen uit haar

C6haar.

A7

Meeuwen Dmzeilen als

Dm/Csnippers pa

Gmpier over en

Gm7onder langs de

Cpier. De

Gmavond

Cviel met windkracht

Felf.

Het Fhad al flink gevroren, er lag

Gmijs in de fontein, ze

Clachte en ze

C7zei: ‘Ik zoek een

Fman,

die Edesnoods op z’n sokken schaatsen

Amkan.’

E/G#

GmIk heb uren

C7lang

Gm7daar

C7met haar ge

Fschaatst.

Ze is Bb

overal voor te Cvinden en

Amik ben nergens

Dmtegen,

we Gmspeelden als twee

Gm7uitgelaten

Ckinderen op het

C7ijs.

Ze is Bb

overal voor te Cvinden en

Amik ben nergens

Dmtegen,

(want)Gmzij is niet ver

Gm7legen en

Cik ben niet goed

Fwijs.

Am Dm D7 Gm

Deze Gm7stad is zo lek als een ver

Cgiet, het

Gm7tocht hier en be

Gmschutting is er

C6niet.

A7

OverDmal is er die

Dm/Csnijdende

Gmwind, die ons in

Gm7elk portiek weer

Cvindt. Dit

Gmis geen

Cstad, dit is een

Fgat.

Om Fwarm te blijven, kochten we een

Gmgrote zak patat en we

Cvoerden alle

C7meeuwen in die

Fstad.

Aan Eelke vogel vroeg ze heel be

Amleefd

E/G#

Gmof-ie wel vol

C7doende

Gm7mayonaise

Fhad.

Ze is Bb

overal voor te Cvinden en

Amik ben nergens

Dmtegen,

we Gmschreeuwden als twee

Gm7uitgelaten

Ckinderen naar el

C7kaar.

Ze is Bb

overal voor te Cvinden en

Amik ben nergens

Dmtegen,

de Gmeen die ziet ze

Gm7vliegen en de

Cander houdt van

Fhaar.

C6x

1 1 1 1 1III

3 3 3 3

Page 129: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

ze kunnen m’n zak opblazen (2×)

Er was eens een man in SeoelDie naaide z’n vrouw in een klapstoelDe klapstoel zei krakEn weg was zijn zakWat trok die vent toen een rotsmoel

Er was eens een boertje in DrachtenDie wilde zijn varken verkrachtenMaar oh wat een stropZijn knecht zat eropToen moest hij nog eventjes wachten

Er was eens een juffrouw in NaardenDie had er zo’n vrees’lijk behaardeAlleen een huzaarKwam er op klaarHij had het geleerd op de paarden

Er was eens een man in CaïroDie stuurde z’n sperma per giroZijn vrouw in MilaanDie vond er niks aanAls je naaien wilt, kom jij maar hiero

Er was eens een man in TimboektoeDie zei tot zijn vrouw: Doe je broek toeDie stank uit je kutDrijft mij uit mijn hutIk ga naar de hoer op de hoek toe

Diezelfde man uit TimboektoeDie ging naar de hoer op de hoek toeNa een uur kwam hij buitenMet een zak zonder duitenEn knoopte tevreden zijn broek toe

Diezelfde man in TimboektoeGing weer naar de hoer op de hoek toeHij neukte d’r stijfWel een keertje of vijfEn knoopte tevreden zijn broek toe

Er was eens een juffrouw in LemmerDie had er een kut als een emmerDaarop stond een haarZo strak als een snaarHaar man was pianostemmer

Er was eens een bisschop in LondenDie had een kapotje gevondenHij vond het wel viesMaar het paste preciesEn weggooien, dat vond hij zonde

Er was eens een man in MaarheezeDie kon er goed schaamlippen lezenHij sprak tot zijn vrouwWat bazel je nouHet zal wel een kutsmoesje wezen

Er was eens een man in MargratenDie boorde zijn penis vol gatenHij zei tegen zijn wijfToe wrijf hem eens stijfDan blaas ik een Mozartsonate

Er was eens een kerel in LommelDie waste zijn pik in de DommelMaar oh wat een mafHij trok er zich afNu drijft er die witgele rommel

Er was eens een vrouwtje in SchimmertDat was er zo’n vrees’lijke slimmerdHaar man zei tot haarIk kom niet meer klaarZij had er haar kut dichtgetimmerd

Er was eens een vent op TerschellingDie naaide zijn vrouw op de hellingMaar oh wat een stropZ’n sperma was opToen kreeg hij een penisontvelling

Er was eens een bisschop in RomeDie handelde zwart in condomenHij stond op de brugMet een bord op zijn rugIk laat ze ook wassen en stomen

Er was eens een vent in ArubaDie had er een lul als een tubaHij zei tot zijn wijfToe wrijf hem eens stijfDan spuit ik mijn sperma naar Cuba

Er was eens een kerel in WenenDie naaide zijn wijf met zijn tenenTotdat op een keerOndanks hevig verweerZijn lul in haar kut was verdwenen

Er was eens een meid in BruinisseDie had er zo’n sapppige frisseMaar als ze het deedDan werd ze zo heetDat je ’t in Zierikzee hoorde sissen

Page 130: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

ze kunnen m’n zak opblazen vervolg

Er was een hoertje uit ’s GravenhageDie had zich een spleet bij laten zagenJa mensen dat kanZodat nu haar manHaar met een stereolul kan behagen

Er was eens een bakker in PettenDie liet zich zijn lust niet belettenHij kneedde zich leegElke dag in het deegMaar vooral in de verse kadetten

Er was eens een vrouw in HouthalenDie liet zich er goed voor betalenMaar na enige tijdWerd haar kutje te wijdEn daarom verhuurt ze nu zalen

Er was eens een vrouwtje in RijenDie was er zo lekker aan ’t vrijenMar oh wat een schrikHij had er geen pikMaar zo’n ding op batterijen

Er was eens een dame uit NijkerkDie klom er omhoog in het heiwerkEen jong psycholoogDie gluurde omhoogEn keek toen precies in haar breiwerk

Er liep hier een meid op de kadeDie had er een van chocoladeMet aan iedere kantEen stukje fondantEn een hazelnoot tussen d’r naden

Toen was er een meisje in SlotenDie klooide met Harry van MotenHet was niet om z’n sikMaar wel om zijn pikEn om z’n gerimpelde kloten

Die Annemarie uit Nieuw LeusenDie stond er ja voor de keuzeGeef ’k hem z’n zinEn laat ik hem erinOf laat ik hem nog effe neuzen

Een kruideniertje uit AssenDie had hem met shampoo gewassenJa z’n hele duimZat onder het schuimMaar gelukkig kon het niet krassen

Er was eens een meid in Oud TongenDie had er een heel knappe jongenDie kon er zijn werkBij het uitgaan der kerkWist hij nooit of hij hoog had gezongen

Er was een verpleegster uit ’t NoordenDie had er een met stijve boordenVoor de ooievaarWas dat geen bezwaarDie dacht zelfs dat het zo hoorde

Er was eens een paartje in DierenDie lagen de lente te vierenMaar opeens riep ze luidIk schei er mee uitWant m’n doosje zit vol met mieren

Er was eens een meisje in UrkDie stopte in d’r kut een kurkGeen mens kwam er doorBehalve de pastoorDie deed het van achter, de schurk

Er was eens een deerne uit TwenteDie liep met kapotjes te ventenBij iedereen op straatNam ze twee keer de maatEn verdiende met lullen haar centen

Er was een nonnetje in VeereDie hield toch zo van masturberenMaar haar doos was gestremdVan ’t begin tot ’t endMet een splinter van het kruishout des Heren

Er was eens een meisje in AbcoudeDie was niet van de benauwdeZe kreeg steeds de hikVan ’n heel dikke pikVooral als ze er eerst wat op kauwde

Er was eens een hoer in VersaillesDie schreef er de prijs op haar tailleAls extra voor blindenDie het niet konden vindenSchreef zij het op d’r billen in braille

Er was eens een vrouwtje in EdeDie buikspreken kon door haar schedeEn toen eens een manTot coïtus kwamSprak zij: Val mij niet in de rede

Page 131: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

ze kunnen m’n zak opblazen vervolg

Een dame van zestig jarenDie wilde zo graag nog eens parenZe had wel gewildMaar al haar tijd verspildAan ’t verkopen van kerk’lijke waren

Er was eens een meid in StavorenDie naaide haar vent in het korenEens werd ze zo heetDat ze zuchtend toen kreetNaai me nu maar achterstevoren

Er was eens een hoer in de lichtstadDie het elke avond zeer druk hadZe was heel potentEn dan zeer contentMet een vent die verrekte veel peen had

Er was eens een vent genaamd AdjeDie had op zijn piemel een wratjeGeen vrouw kroop erbijDaarop hoort u van mij’t Was ook een gedrocht van een latje

Er was eens een maagdje in NijkerkDie had nog geen gat in d’r zeikwerkEen man uit de stadKwam toen met zijn latEn voltooide haar kinderlijk naaiwerk

Er waren twee nonnen in MaarsenEen Poolse en ook een HongaarseDie hadden zo’n zinGingen een winkel inEn kochten twee druipvrije kaarsen

Er was ’s ’n jongen uit Loenen,die stond met z’n meisje te zoenen.Hij vroeg: ‘Is ’t fijn?Nee, het doet pijn!Want je staat al ’n uur op m’n schoenen.’

Page 132: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

ze zijn niet meer als toen•

Lennaert Nijgh ™ Boudewijn de Groot

Tot Cnu toe was het nooit geheel vol

Gmaakt.

Verbrande Fsteden en een

Gvolk om voor te

Amsterven,

een Ftomeloze

Gliefde, een derde die het kon be

Amderven.

Tot Fnu toe was het

Gnooit geheel vol

Cmaakt.

Er is geCzegd: er komen andere

Gtijden.

Er is geFvochten

Gvoor een nieuw fat

Amsoen.

Er is Fniet geluisterd

Gnaar wat anderen

Amzeiden.

Ik heb geen Fzin het nog eens

Gover te

Cdoen.

Het is nu Ambeter al je vrienden maar te

Fmijden,

ze veranderen Gsnel en

Fzijn niet

Gmeer als

Ctoen.

De grote Cwaarheid is intussen achter

Ghaald.

Wat vroeger Fwet was, is nu

Gbij de wet ver

Amboden.

De Fouderen zijn niet

Gmeer als vroeger halve

Amgoden

en de Fvis wordt ook niet

Gmeer zo duur be

Ctaald.

NaCtuurlijk zijn er mensen die nog

Glijden

en de Fvrede is nog

Gsteeds een visi

Amoen.

Het is geen Ftijd om nu je

Gbedje al te

Amspreiden,

al zijn er Fmensen

Gdie dat nu al

Cdoen.

REFREIN

Maar denk in Cgodsnaam niet dat we er al

Gzijn,

er moet zo Fwel het een en

Gander nog ge

Ambeuren.

En het blijft Fvechten, hoewel de

Ganderen niet ophouden met

Amzeuren

dat het vroeger Fbeter was, zo

Grustig en zo

Cfijn.

Dat zijn je Cvrienden die eertijds altijd

Gzeiden,

dat Fzij het later

Ganders zouden

Amdoen.

Ze Fwilden zich van

Gelk gezag be

Amvrijden.

Nu doen ze Fniets en

Ghouden hun fat

Csoen.

REFREINCMorgen is het weer zoals van

Gdaag.

Het lijkt verFanderd, maar

Gjullie weten

Ambeter.

Al wordt de Fgrond intussen onder

Gjullie voeten

Amheter.

Jullie Frekenen niet

Gaf, je bent te

Ctraag.

Er is geCzegd: er komen andere

Gtijden.

Er is geFvochten

Gvoor een nieuw fat

Amsoen.

Er is Fniet geluisterd

Gnaar wat anderen

Amzeiden.

Ik heb geen Fzin het nog eens

Gover te

Cdoen.

Daarom heb Amik besloten jullie maar te

Fmijden,

jullie zijn hetGzelfde, geen

Fvrienden

Gmeer als

Ctoen.

Page 133: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

zegen (al de winkels in de stad) •Gerard van Maasakkers

Gerard van Maasakkers

CAl de

Amwinkels

Gin de

Cstad, die

Fhebben niets an

Gmijn ge

Chad.

F’k Heb er

Clang in

Grondge

Clopen, mer ’k wou vur

Amgeld (toch) iets

Ganders

Ckopen.

C’k Heb ge

Amzocht ’k

Gheb ge

Cdacht: ik

Fkoop iets wa ge

Gnie ver

Cwacht.

FIets hul

Cschoons vur

Gheel oew

Cleven, iets waor ge

Amecht iets

Gum zalt

Cgeven.

CIets wa hul

Amgaaf en

Gafge

Crond is,

Fiets wa ’ne zalf vur

Gelleke

Cwond is.

FIets wa as

Cwater

Gvur ’n

Cplant is, iets wa ut

Amleven

Gzelf be

Ckant is.

CIets wa de

Amvrede

Ghee be

Cgrepen,

Fdie ’ne steen hee

Guitge

Cslepen.

FDur de

Cjaoren

Gen de

Cwind, iets wa be

Amgint en

Gweer be

Cgint.

CIets wa-t-oe

Amnie zal

Gwillen

Cdwingen

Fvals of zonder

Gzin te

Czingen.

FIets wa mu

Cziek is

Gin oew

Coren, iets wa ’t

Amhart (nog) nie

Ghee ver

Cloren.

C’k Zou ’t oe

Amgere

Gwillen

Cgeven,

Fal da schoons vur

Ghul oew

Cleven.

FAl da

Ckleins (fijns) en

Gal da

Cgroots, mar wordt oew

Amleven

Gdan nie

Cdoods?

CZou de

Amzin van

Ghul oew

Cleven:

Fte verliezen

Gen te

Cgeven,

Faalt te

Ckomen,

Gsoms te

Cgaon, dur zo’n

Amgift blij

Gven be

Cstaon?

CZou-t-er

Amdan iets

Gover

Cblijven

Fum te kanke

Gren, te

Ckijven,

Fum te

Cvinden,

Gkwijt te

Craken, um ka

Ampot of

Ggoed te

Cmaken?

C’k Wou in de

Amstad nie

Glanger

Cblijven, ik

Fben dit liedje

Gop gaan

Cschrijven.

F’k Wil ’t oe

Cgeven,

Gmee mijne

Czegen: veul zon en

Amop z’nen

Gtijd wa

Cregen.

Page 134: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

zo heerlijk rustig •

Wim Sonnevelt? / M Kurt Weil

CHeel alleen aan het strand, lekker lui in het zand, zo heerlijk

G7rustig.

Met je hoed heel gracieus, op de punt van je neus, zo heerlijk Crustig.

Er kwam een bootje G7over zee, dat nam al je mi

Csere mee.

En je ligt heel alleen, alles is om je heen, zo C7heerlijk

Frustig.

Er klinkt een mondharFmmonica, die

Cspeelt do re mi

D7fa sol la.

G7Tralali tralala, zo heerlijk

Crustig,

G7ja

Cja.

CEn een deuntje ontstaat in dezelfde maat, zo heerlijk

G7rustig

’t heeft een heel eigen taal en het klinkt allemaal, zo heerlijk Crustig

De man met de G7mondharmonica, de kinderen

Cmet hun pa en ma

En de golven op zee, deinen rustigjes mee, zo C7heerlijk

Frustig

en in de lucht daar Fmdrijven al, wat

Cwitte wolkjes

D7in het blauw.

G7niet te gauw niet te gauw, maar heerlijk

Crustig,

G7ja

Cja.

CEn heel stil heel tevree, zakt de zon in de zee, zo heerlijk

G7rustig

zet de lucht en het zand, in een laaiende brand, zo heerlijk Crustig

en plotseling G7zwijgt de muzikant, de kinderen

G7zitten hand in hand

maar de zee ruist nog voort, dat is al wat je hoort, zo C7heerlijk

Frustig

De mensen blijven Fmeven staan, voor

Cdat ze weer naar

D7huis toegaan.

G7en ze zuchten voldaan, wat was dat

Crustig

G7ja

Cja.

Page 135: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

zuiderzeeballade Sylvain Poons & Oetze VerschoorWilly van Hemert ™ Joop de Leur

COpa, kijk ik vond op zolder, een

Ffoto van een oude boot.

C

G7Is dat nog van voor de polder,

C

D7van die oude vissersvloot?

G7

CJochie dat is een gelukkie,

Fik was dat prentje jaren kwijt.

C

G7Ik heb nou weer een heel klein stukkie,

C

D7van die goeie ouwe tijd.

G

Daar is het Cwater, daar is de

Chaven,

C

waar je altijd G7horen kon: ‘We gaan aan boord.’

C

De voerman laat er nu paarden Fdraven,

C

en aan de G7horizon, ligt (leidt) Emmeloord.

C

Eens ging de Fzee hier tekeer, maar die

Ctijd komt niet meer (weer).

D7Zuiderzee heet nu IJsselmeer.

G7

Een tractor Cgaat er nou

Fgreppels graven,

C

’k zie tot de G7horizon, geen schepen meer.

C

CKijk, die jongeman ben ikke. Ja,

Fikke was de kapitein.

C

G7Hiero, en die grote dikke,

C ja,

D7dat moet malle Japie zijn.

G7

COpa en die blonde jongen, voor

Faan bij de fokkeschoot.

C

G7Opa, zeg nou wat... Die jongen,

C

D7is je ome die is dood.

G

In ’t diepe Cwater, ver

Fvan de haven,

C

in die noG7vembernacht, voor twintig jaar.

C

Door ’t brakke water is hij beFgraven,

C

als ik nog G7even wacht, zien wij elkaar.

C

Toen ging de zee zo teFkeer in een

Crazend verweer.

D7Ongestraft slaat niemand haar neer.

G7

Nu jaren Clater hier

Fpaarden draven,

C

zie ik de G7hand en macht van onze Heer.

C

Waar is het Cwater, waar is de

Chaven,

C

waar je altijd G7horen kon: ‘We gaan aan boord.’

C

De voerman laat er nu paarden Fdraven,

C

en aan de G7horizon, ligt (leidt) Emmeloord.

C

Eens ging de Fzee hier tekeer, maar die

Ctijd komt niet meer (weer).

D7’t Water ligt (leidt) nou achter de dijk.

G7

Waar eens de Cgolven het

Fland bedolven,

C

golft nu een G7halmenzee (gouwe zee), de oogst is rijp.

C

Page 136: NEDERLANDS NÉERLANDAISlsmeets.free.fr/ps/_.pdf/Neerlandais.pdf034 Een bakske vol met stro Urbanus (van Anus) 035 Een meisje van zestien Boudewijn de Groot & Lennaert Nijgh 036 Een

NIEUW NOUVEAUTITEL / TITRE TITEL / TITRE

als de liefde ik wil met je lachen weet je nog? er hangt een paardenhoofdstel aan de muurlage landen liefde is een werkwoord op straat de weg wensen het is altijd lente in de ogen van de tandartsassistentebloemen te lang niemand ritme van de regen cis verdonk zuiderzeebalada zegen hee goade mee limburg liefde november