n even
description
Transcript of n even
n even
a > 0
x
y
lijnsymmetrisch met de y-as
O
a < 0
x
y
O
n oneven
a > 0
x
y
puntsymmetrisch met (0, 0)
O
a < 0
x
y
O∙ ∙
f(x) = axn is een machtsfunctie
11.1
Grafieken van machtsfuncties verschuiven
y = x²
top (0, 0)
y = ( x – 4 )²
4 naar rechts
top (4, 0)
y = ( x – 4 )² + 3
3 omhoog
top (4, 3)
y = 2 ( x – 4 )² + 3
parabool smaller
top hetzelfde
top (4, 3)
y = a ( x - p )² + q
top (p, q)
xtop bereken je door wat tussen haakjes staat 0 te maken.
y = axn y = a(x – p)n + q
grafiek van translatie (p, q) beeldgrafiek
algemeen
x
y
O
11.1
<a href="partrans.html" target = "geoframe">para. trans</a>
Welk functievoorschrift hoort bij de verschillende parabolen ?
voorbeeld a y = 0,3x4
y = 0,3(x + 5)4 + 6
y = -0,9(x + 5)4 - 18
top (-5, -18)
b y = 0,3x4
y = -0,9x4
y = -0,9(x + 5)4 + 6
top (-5, 6)
translatie (-5, 6)
verm. met -3 tov de x-as
verm. met -3 tov de x-as
translatie (-5, 6)
Bij de translatie (-5, 6) vervang je in de formule x door x + 5 en tel je 6 bij de functiewaarde op.
Bij de vermenigvuldiging t.o.v. de x-as met -3, vermenigvuldig
je de functiewaarde met -3.
11.1
y
-1 3
f
g
Los op (exact)
x² < 2x + 3
f(x) = x²
g(x) = 2x + 3
f(x) = g(x)
x² = 2x + 3
x² - 2x – 3 = 0
( x + 1 )( x - 3 ) = 0
x = -1 v x = 3
aflezen uit de schets
-1 < x < 3
0x
Werkschema :het oplossen van de ongelijkheid1) Schets de grafieken van f en g.2) Los de vergelijking f(x) = g(x) op.3) Lees uit de schets de oplossingen af.
Lees het antwoord af op de x-asf(x) < g(x) wanneer ligt de
grafiek van f onder die van g.
11.1
Werkschema: het tekenen van de grafiek van een wortelfunctie1. Bereken het domein en de coördinaten van het beginpunt.2. Maak een tabel.3. Teken de grafiek.
Werkschema: het oplossen van wortelvergelijkingen1. Maak de wortel vrij.2. Kwadrateer het linker- en rechterlid en los de verkregen
vergelijking op.3. Controleer of de oplossingen van de gekwadrateerde
vergelijking oplossingen zijn van de gegeven vergelijking.
11.2
opgave 21e
m(x) = √(x - 1) - 1
beginpunt (1, -1)
Dm = [ 1, >
Bm = [ -1, >
x
y
1
1
-1
-1
∙
opgave 24a
f(x) = √(x + 5) + 3
beginpunt (-5, 3)
Df = [ -5, >
Bf = [ 3, >
x
y
1
1-1-5
3∙
x + 5 ≥ 0x ≥ -5
opgave 26
0 1 2 3 4-1
-1
1
2
3
4
y
x-2
-2∙
∙
a f(x) = -2 + √(2x + 3)
beginpunt ( -1½ , -2)
b Bf = [ -2, >
c f(x) < g(x)
voer in y1 = -2 + √(2x + 3)
en y2 = -0,5x + 2
optie intersect
x ≈ 2,41
-1½ ≤ x < 2,41
2x + 3 ≥ 02x ≥ -3x ≥ -1½Df = [-1½ , >
Wanneer ligt de grafiek van f onder die van g ?
2,41
-1,5
∙
f
g
Wortelvergelijkingen oplossen
voorbeeld
2x + √x = 10
√x = 10 – 2x
x = (10 – 2x)2
x = 100 – 40x + 4x2
-4x2 + 40x + x – 100 = 0
-4x2 + 41x – 100 = 0
D = (41)2 – 4 · -4 · -100
D = 81
x =
x = 6¼ v x = 4
-41 ± √81
-8
Isoleer de wortelvorm.
Kwadrateer het linker- en het
rechterlid.
Los de vergelijking op.
Controleer of de oplossingen kloppen.
voldoet niet voldoet11.2
f (x) = standaardfunctie
De grafiek heet een hyperbool.
f (0) bestaat niet.
Je hebt een horizontale asymptoot
en een verticale asymptoot.
Een asymptoot is een lijn waarmee
de grafiek op den duur vrijwel mee
samenvalt.
1x
0 1 2 3-1
-1
1
2
3
4
y
x-2
-2
∙
∙
x = 0
y = 0
Asymptoten
11.3
Transformaties en gebroken functies
f(x) = standaardfunctie
g(x) = + 1
translatie 2 naar rechts 1 omhoog
1x
1 x - 2
0 1 2 3-1
-1
1
2
3
4
y
x-2
-2
∙
∙
∙y = 1
∙
x = 0
y = 0
x = 2
11.3
f(x) =
noemer = 0
x + 3 = 0 x = -3
vert.asymptoot : x = -3
voor grote x is
f(x) ≈ 2x/x = 2
horz.asymptoot : y = 2
opgave 40a
0-4 -2-6 2-8
-2
2
4
6
8
y
x4
-4
2x - 4 x + 3
y = 2
vert.asymptoot noemer = 0horz.asymptoot voor grote x
x = -3
f
f
Gebroken vergelijkingen
Regels voor het algebraïsch oplossen van gebroken vergelijkingen
= 0 geeft A = 0
= geeft A = C
= geeft A = 0 v B = C
= geeft AD = BC
A B
A B
C B
A B
A C
A B
C D
Controleer of geen noemer nul
wordt.
= 0
= kan niet
= kan niet
= 0
een breuk is nul als de teller nul is en de noemer niet
0 1
1 0
0 0
0 5
11.3
opgave 48
a t = 100 geeft N ≈ 1796
t = 1000 geeft N ≈ 1799,6
horizontale symptoot: N = 1800
Dit betekent dat N niet boven 1800 uitkomt.
b Voer in y1 = 1800 – 1200/(1 + 3x)
en y2 = 1760.
Optie intersect geeft x ≈ 9,67.
Dus op 10 mei zijn er 1760 insecten.
c 4 mei loopt van t = 3 tot t = 4
t = 4 geeft N = 1708
t = 3 geeft N = 1680
1708 – 1680 = 28 insecten
d N = 1680 hoort bij t = 3 (zie vraag c)
N = 1745 hoort bij t = 7 (zie tabel op de GR)
Het duurt dus 7 – 3 = 4 dagen.
1 2
1000
2000
0 t
N
600
N =1800
opgave 50
Formules met twee variabelen
a L =
b
v2 = 1300
v ≈ 36
Dus met een snelheid van 36 km/uur.
c v = 30 geeft
L =
Los op
36 = 12f
f = 3
2
25 6,5
v
2
162,5
v
2
8162,5
v
230
25 f
900
25 f
36
f
3612
f
De grafiek van f(x) = gx
f(x) = gx met g constant en g > 0 is een exponentiële functie
Ox
y
Ox
yg > 1 0 < g < 1
11
De grafiek is stijgend
bereik 〈 0, 〉
de x-as is asymptoot
De grafiek is dalend
bereik 〈 0, 〉
de x-as is asymptoot
Asymptoot is een lijn waar de grafiek op den duur mee samenvalt.
11.4
Het effect van transformaties op y = gx
Tel in de formule q op bij de functiewaarde.De asymptoot is y = q.
y = gx
translatie (0, q)y = gx + q
Vervang in de formule x door x – p.De asymptoot is y = 0.
y = gx
translatie (p, 0)y = gx – p
Vermenigvuldig in de formule de functiewaarde met a.De asymptoot is y = 0.
y = gx
verm. t.o.v. de x-as met ay = a · gx
11.4
opgave 60
f: y = 2x
translatie (0, -2)
y = 2x – 2
de asymptoot van f is y = -2
g: y = (½)x
translatie (2, 2)
y = (½)x - 2 + 2
de asymptoot van g is y = 2
a
Ox
1 2 3-1-2-3
y
-1
1
2
3
4
-2
-3
f
y = -2
g
y = 2
b Bf = 〈 -2, 〉
Bg = 〈 2, 〉
c g(4) = 2,25
x ≥ 4
geeft 2 < g(x) ≤ 2,25
d Optie intersect geeft x ≈ 2,27.
f(x) ≤ g(x)
x ≤ 2,27
2,25
42,27
Rekenregels voor machten
11.4
opgave 67a 23x + 5 = 16√2
23x + 5 = 24 · 2½
23x + 5 = 24½
3x + 5 = 4½
3x = 4½ - 5
3x = -½
x = -⅙
Soorten groei
11.4
opgave 69
a
b t = 3 geeft = 52
Dus 52 cm hoog.
t = 11 geeft = 256
Na 11 weken is de zonnebloem 256 cm hoog.
c Voer in y1 = 260/(1 + 32 · 0,5x)
d Voer in y2 = 250.
Optie intersect geeft x ≈ 9,64.Dus vanaf t = 9,7.
3
11
af
af toe
t
h
0
h = 260
9,64
250
opgave 71
N = 1200(1 – 0,7t )a De asymptoot is N = 1200
Er zitten 1200 leerlingen op school.b Voer in y1 = 1200(1 – 0,7x )
c Tabel
De quotiënten zijn niet gelijk, dus er is geen exponentiële groei.d Voer in y2 = 950
Optie intersect geeft x ≈ 4,398.0,398 · 60 ≈ 24Dus om 13.00 uur + 24 minuten = 13.24 uur.
t 0 1 2 3 4
N 0 360 612 788 912
360/0 = k.n. , 612/360 = 1,7, 788/612 ≈ 1,3, 912/788 ≈ 1,2
t
N
0
N = 1200
4,398
950