#MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

36
The Hague Security Delta groeit Drones in strijd tegen criminaliteit Stedelijke regio’s hebben de toekomst Meer samenwerking rond mondiale trends CEO Siemens Ab van der Touw ‘Zet in op clusters met groot verdienvermogen’ THEMA: ECONOMIE 08 MAGAZINE VAN STADSGEWEST HAAGLANDEN EN STADSREGIO ROTTERDAM | nummer 8 - jaargang 3 - september 2014

description

#MRDH is het relatiemagazine van de stadsregio Rotterdam en het Stadsgewest Haaglanden, voor en over de Metropoolregio Rotterdam Den Haag

Transcript of #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

Page 1: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

The Hague Security Delta groeit Drones in strijd tegen criminaliteit

Stedelijke regio’s hebben de toekomst Meer samenwerking rond mondiale trends

CEO Siemens Ab van der Touw ‘Zet in op clusters met groot verdienvermogen’

THEMA: ECONOMIE

08 MAGAZINE VAN STADSGEWEST HAAGLANDEN EN STADSREGIO ROTTERDAM | nummer 8 - jaargang 3 - september 2014

Page 2: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

Colofon

#MRDH is een uitgave van de stadsregio Rotterdam en het Stadsgewest Haaglanden. Het blad verschijnt drie keer per jaar en wordt verspreid onder 6.000 relaties.

Deze uitgave is tot stand gekomen door samenwerking tussen het Stadsgewest Haaglanden, de stadsregio Rotterdam en VNO-NCW West.

Uitgave Nummer 8, september 2014, jaargang 3Het volgende nummer verschijnt in januari 2015.

Redactieadres #MRDH p/a Stadsgewest Haaglanden Postbus 66 2501 CB Den Haagwww.mrdh.nl/magazine tel: (070) 750 15 00 fax: (070) 750 15 01 e-mail: [email protected]

Abonnementen, aanmelden en adreswijzigingenwww.mrdh.nl/magazine

Hoofdredactie Caroline Schep (Stadsgewest Haaglanden) en Willem Nettinga (stadsregio Rotterdam)

Redactie Brigitte Beeks, Martijn Delaere, Dorine van Kesteren, Pieter Maessen en Cees van der Wel.

Fotografie en illustraties Aerialtronics, Ossip van Duivenbode, Kaying Lau, Harry van Mierloo, Maurice Mikkers, OESO, Mladen Pikulic, Mike Roelofs, Gerhard van Roon, Levien Willemse, FJ Producties.

Concept, vormgeving en uitwerking Sabel Communicatie - Bilthoven

Druk Drukwerkconsultancy - Utrecht

Copyright en verantwoordelijkheid De hoofdredactie heeft het voorbehoud op het auteursrecht op de artikelen in dit tijdschrift.

ISSN: 2213-2554

Op de cover The Hague Security Delta kijkt naar de inzet van drones. Foto: Aerialtronics.com

30

08 14

07

THEMA: ECONOMIE

08 Vestigingsklimaat

MRDH zet in op marktleiderschap

duurzaam leven

14 Raadsleden aan het woord

Wat heeft mijn gemeente nodig

om economisch te groeien?

20 The Hague Security Delta

Nationaal veiligheidscluster

komt tot bloei in MRDH

23 Samenwerking haven en stad

OESO ziet internationaal

maritiem dienstencentrum

25 Maatschappelijk ondernemen

Siemens over de maatschappelijke

en industriële noodzaak

30 Boeren in de Metropoolregio

Inkomen van de stad naar het platteland

brengen

33 Vijf jaar Cittaslow

Midden-Delfland versterkt zich als gras- en

recreatiegemeente

# MRDH 08 september 2014

Page 3: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

20

36

RUBRIEKEN

04 Kort Nieuws

13 Feiten & Cijfers

18 In Beeld 28 Grenzeloos: Stockholm

36 De Plek

OPINIE

07 Column: Jan Slagter over ouderen in de MRDH

24 Metropoll

35 Column Cees van der Wel: Pas op voor Bruis

Van de redactie | Gelukkig ondernemen

‘Gelukkig ondernemen’ is het thema van het Miljoenenontbijt 2014 van VNO-NCW West.

Het is een nieuwe trend die de werkgevers tot ontwikkeling zien komen. Gevoel en beleving

vinden steeds meer een plek binnen de maatschappij en de economie. De wereld van geld en

consumptie maakt plaats voor een wereld met aandacht voor duurzaamheid en welbevinden.

Het verschijnen van #MRDH met het thema Economie valt samen met het Miljoenenontbijt.

Duurzaamheid, of het ecologiseren van de economie is ook één van de speerpunten in de

Strategische Agenda Economisch Vestigingsklimaat die voor de Metropoolregio Rotterdam

Den Haag is opgesteld. Vijf deskundigen, Noé van Hulst, Willem te Beest, Peter Troxler, Thomas

Rau en Rina van der Stolk vertellen over de mondiale trends die naast de ecologisering van de

economie bestaan uit metropoolvorming, kennis als productiefactor, de nieuwe maakindustrie

en de leefomgeving als consumptiegoed, waarop deze agenda is opgebouwd.

Het thema duurzaamheid staat al jaren hoog op de agenda van gemeenten en bedrijven.

Een multinational in de regio die al heel nadrukkelijk werkt met duurzaamheid is Siemens.

‘Het zit in onze genen’ , zegt CEO Ab van der Touw.

De gemeente Midden-Delfland heeft het duurzaam ondernemen met oog voor de leefomgeving

tot een waar handelsmerk voor het gebied gevormd. Cittaslow is na vijf jaar niet meer weg

te denken uit haar beleid. Hun ‘groene bijdrage’ aan het vestigingsklimaat levert een mooie

complementaire bijdrage aan de economische ambitie van de Metropoolregio.

Kijkt de Metropoolregio Rotterdam Den Haag voornamelijk naar hoe alle gemeenten samen een

beter vestigingsklimaat kunnen creëren, raadsleden van de deelnemende gemeenten bezien dit

voor vanuit hun eigen gemeente.

Ook The Hague Security Delta heeft oog voor duurzaamheid. Cybersecurity zoals camerabewaking

door middel van bijvoorbeeld drones is efficiënt en toekomstbestendig.

De politie bekijkt in samenwerking met The Hague Security Delta de inzet van drones. Foto: Aerialtronics

02 | 03

Page 4: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

# MRDH 08 september 2014

De Groene Verbinding van Albrandswaard naar RotterdamDe stadsregio Rotterdam heeft deze zomer de Groene Verbinding offi cieel opengesteld voor publiek. Fietsers en wandelaars kunnen nu via deze bijzondere brug over de A15 en Betuwespoorlijn van Rotterdam naar Albrandswaard, en andersom. De verbinding is ter hoogte van de wijken Pendrecht in Charlois en Portland in de Albrandswaard.

De Groene Verbinding staat nu al bekend als ‘de net-

kous’ , wat de brug te danken heeft aan het ontwerp

met allemaal kleine gaten tussen de stalen bogen.

“Het zal een icoon in de regio gaan vormen, die alle

inwoners herkennen als stad-landverbinding tussen

het dynamische Rotterdam en de rust en natuur van

de polders van Albrandswaard”, aldus stadsregiobe-

stuurder Jan van Belzen.

De Groene Verbinding heeft een hele reis gemaakt.

De tweedelige staalconstructie is gemaakt in

Vlissingen door fi rma VDS Staalbouw. In augustus

2013 is de brug in twee delen, met lengten van

100 en 90 meter en een gewicht van 350 en 325 ton,

per ponton vanaf de fabrikant naar Rotterdam ver-

voerd, om vervolgens vanaf de Waalhaven per

trailer over de A15 naar de bestemming te rijden.

Hiervoor is de A15 één nacht afgesloten richting

Maasvlakte en twee nachten zelfs volledig afgeslo-

ten. Ook de treinen reden een nacht niet op de

Beneluxlijn, zodat het transport het spoor veilig

kon oversteken. Voor dit bijzondere transport heeft

de fi rma Wagenborg een Europese onderscheiding

gewonnen.

Investeren in leefbaarheid

De stadsregio Rotterdam is opdrachtgever van de

Groene Verbinding, een onderdeel van het Project

Mainportontwikkeling Rotterdam (PMR). Naast de

ontwikkeling van Maasvlakte 2 is in het kader van

dit omvangrijke project gekozen voor het investe-

ren in de leefbaarheid in de Rotterdamse regio. De

nieuwe fi ets- en voetgangersbrug zorgt voor een

wederzijdse verbinding tussen het bruisende Rot-

terdam en natuur en recreatiemogelijkheden in

Albrandswaard en langs de Oude Maas.

Filmpjes over de fabricage, de voorbereidingen ter

plaatse, het transport en het inhijsen zijn te bekij-

ken op www.YouTube.com onder het trefwoord

‘Groene Verbinding’.

Boek over ondernemers in de MRDHStichting Betrokken Ondernemers Platform

(Stichting BOP) heeft het initiatief genomen om

een boek te maken over de Metropoolregio

Rotterdam Den Haag. Het boek zal rond de jaar-

wisseling verschijnen in het Nederlands en het

Engels.

Stichting BOP van de maatschappelijk betrok-

ken ondernemer Peter Verstappen heeft Ben-

media de opdracht gegeven om het boek “Dit is

de Metropoolregio Rotterdam Den Haag / This

is the Metropolitan Area Rotterdam The Hague”

te maken. Het boek beoogt de nieuwe metropool-

regio (inter)nationaal op de kaart te zetten als een

innovatief en inspirerend gebied. Het beschrijft

de 24 gemeenten die de Metropoolregio gaan

vormen en besteedt aandacht aan de zwaarte-

punten in het gebied. Ook krijgen bedrijven de

kans om zich te presenteren en wordt er aan-

dacht besteed aan het maatschappelijk betrok-

ken ondernemerschap.

Voor het boek is Benmedia op zoek naar bedrij-

ven die zichzelf in het kader van de nieuwe

Metropoolregio op de kaart willen zetten en

de Metropoolregio een warm hart toedragen.

Naast maatschappelijk en bij de Metropoolregio

betrokken ondernemers is Stichting BOP op

zoek naar sociale initiatieven in de Metropool-

regio die zij in het boek kan opnemen.

Ben Media: (070) 308 55 31 of 06 17 50 42 46.

De Groene Verbinding is een brug voor fi etsers en wandelaars over de A15 en het spoor.

Page 5: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

KORT NIEUWS

04 | 05

Nieuwe stadstram naar HaaglandenOnder toeziend oog van koning Willem-Alexander is in juli voor het eerst de nieuwe stadstram

van HTM gepresenteerd in de binnenstad van Den Haag. Deze moderne grijs-rode tram,

rijdend onder de naam R-net, wordt de blikvanger van het OV in de regio Haaglanden. De nieuwe

tram ziet er van buiten totaal anders uit dan de huidige rood-beige tram, maar belangrijker dan

het uiterlijk zijn natuurlijk de vele voordelen voor de reiziger. De tram biedt plaats aan meer

reizigers, is door de lage instap gemakkelijk toegankelijk voor mensen in een rolstoel, met een

rollator of kinderwagen, en displays in de tram geven actuele reisinformatie.

De nieuwe trams gaan nog niet gelijk met passagiers reizen. Eerst vindt nog een uitvoerige test-

fase plaats. Daarna worden de trams stapsgewijs ingezet op de verschillende tramlijnen.

Als eerste op lijn 11, van Station Hollands Spoor naar Scheveningen Haven-Strand.

De invoering van de nieuwe stadstram maakt deel uit van het project OV van de toekomst.

Sinds 2012 werken de gemeenten, HTM en het Stadsgewest Haaglanden aan het aanpassen

van de meeste sporen en halten, zodat de tramlijnen klaar zijn voor de komst van de nieuwe

trams. In het najaar begint de plaatsing van nieuwe abri’s op verschillende halten in de regio.

Bij de vernieuwde halten kunnen reizigers op een prettige manier wachten op de tram. In de

buurt van grotere halten komen nieuwe fietsenstallingen om het overstappen van de fiets op

de tram gemakkelijker te maken.

Koning Willem-Alexander genoot als een van de eersten van de nieuwe stadstram van HTM.

Oprichting MRDHDe Tweede Kamer heeft op 4 juli 2014 de intrekkingswet Wgr-plus aange-

nomen. Hiermee komt een einde aan de wettelijke verplichte samenwerking

van de gemeenten binnen het Stadsgewest Haaglanden en de stadsregio

Rotterdam. Hiermee wordt ook de weg vrijgemaakt voor een nieuw samen-

werkingsverband tussen 24 gemeenten in de Metropoolregio Rotterdam

Den Haag waar de nieuwe vervoerregio onderdeel van uitmaakt. De wet

treedt naar verwachting op 1 januari 2015 in werking, nadat ook de Eerste

Kamer daarmee heeft ingestemd.

Wanneer de Eerste Kamer op 1 januari 2015 onverhoopt nog niet heeft inge-

stemd met de ‘Wet afschaffing plusregio’s’ zullen de stadsregio Rotterdam en het

Stadsgewest Haaglanden de verantwoordelijkheid nemen voor de uitvoering van

de strategische metropoolagenda op het gebied van mobiliteit en economie.

Voor de uitvoering van die agenda stellen zij dan een gezamenlijke

projectorganisatie in.

De gemeenteraden van de 24 gemeenten hebben inmiddels de visie voor

de oprichting van de MRDH ontvangen. Half oktober start de zienswijze-

procedure en daarmee hebben de raden nu de koppositie. Namens de

24 vertegenwoordigers van de colleges van B&W in de Metropoolregio

Rotterdam Den Haag, benadrukken de burgemeesters van Rotterdam en

Den Haag, Aboutaleb en Van Aartsen, het belang van de regionale samen-

werking. “Metropoolregio’s hebben de toekomst. Dat is de schaal waarop

we op het wereldtoneel de concurrentie moeten aangaan.”

www.mrdh.nl

Page 6: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

# MRDH 08 september 2014

De stedelijke gebieden dragen in Europees

perspectief te weinig bij aan het BBP. Nederland

als geheel, blijft hierdoor achter. Dit is één van

de conclusies uit het landenrapport (Economic

Survey) van de Organisatie voor Economische

Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) dat in

juni van dit jaar verscheen. Hierin schetst de OESO

de uitdagingen voor de Nederlandse economie.

Met name in de zuidelijke Randstad is de

uitdaging groot.

De wethouders economie uit de Metropoolregio

Rotterdam Den Haag troffen elkaar op 23 juni

om in aanwezigheid van Noé van Hulst,

Nederlands ambassadeur bij de OESO, over dit

onderwerp te spreken. Hij onderstreepte de

belangrijkste conclusie van het rapport:

“Stedelijke gebieden in Nederland hebben dé

sleutel voor economische vernieuwing en groei

in handen. Maar dat lukt hen alleen als ze als

gemeenten echt de handen ineen slaan.”

Van Hulst ziet duidelijke meerwaarde in de

samenwerking op gebied van bereikbaarheid

en economische ontwikkeling zoals die nu in

de MRDH wordt opgebouwd. Alle aanwezige

wethouders deelden de noodzaak tot meer

samenwerking, zo bleek tijdens de bijeenkomst.

Conclusie: het succes van deze samenwerking

valt of staat met een verandering van ‘mindset’

en cultuur. Dit vanuit de wetenschap dat er

uiteindelijk een meerwaarde ontstaat voor álle

inwoners door meer en beter samen te werken.

Dit vergroot voor de gemeenten in de regio

de noodzaak om onderscheidend te zijn, en

elkaars profi el te waarderen. Alleen op deze

wijze ontstaat een samenwerkingsklimaat

waarin alle partijen kunnen focussen op hun

eigen sterkten, en elkaar wederzijds successen

gunnen.

Tijdens drie break-out sessies konden de

deelnemers de mogelijkheden tot samenwerking

verder verkennen. Bijvoorbeeld in de sessie over

agglomeratiekracht en fi nanciering bogen de

wethouders zich over de vraag: hoe kunnen we

het Rotterdamse instrument ‘investerings-

kaarten’ regionaal inzetten om zo tot meer en

betere publiek-private businesscases te komen.

Deze cases zullen in de aankomende periode

verder regionaal worden uitgewerkt.

De sessie over innovatie en het MKB legde extra

nadruk op de noodzaak tot het kiezen van focus,

in sectoren en clusters, en tot het stimuleren van

cross-overs hiertussen. Regionale ontwikkelings-

maatschappij InnovationQuarter zal hier in de

MRDH een belangrijke rol in spelen.

Focus en gunnen

In de sessie ‘vestigingsklimaat’ kwam nogmaals

duidelijk naar voren hoe belangrijk het voor

samenwerkende gemeenten is om op basis van

het eigen profi el een duidelijke rol te vervullen

binnen de MRDH. Het gaat om ‘focus en

gunnen’. Zo ontstaat een regio waarin steden

en dorpen complementair aan elkaar zijn,

clustervorming gestimuleerd wordt en een

hoog, internationaal aantrekkelijk voorzieningen-

niveau tot stand komt.

Na de bijeenkomst van deze zomer is de wens

uitgesproken om begin 2015 nog een nieuwe

bijeenkomst te organiseren.

www.oecd.org/netherlands/

OESO: ‘Stedelijk gebied sleutel tot economische vernieuwing en groei’

Wethouders Economie tijdens één van de break-out sessies op de OESO-conferentie.

Naast de Groene Verbinding, een verbinding over

de weg, heeft de stadsregio ook het project de

Blauwe Verbinding, een verbinding over water,

onder haar hoede. Het is een bijzondere waterweg

tussen het Zuiderpark in Rotterdam, het

toekomstige landschapspark het Buytenland in

Albrandswaard en de Zuidpolder in Barendrecht.

Op 17 september zijn zes digitale fi ets-, wandel-

en kanoroutes langs en rondom de Blauwe

Verbinding in de gratis route-app AbelLife

gelanceerd. De routes gaan door de gemeenten

Rotterdam, Barendrecht en Albrandswaard en

laten zien hoe mooi en verrassend de omgeving

en de natuur langs deze prachtige waterverbinding

is. Downloaden kan direct via de AbelLife app of

via www.abellife.nl.

Blauwe Verbinding

De Blauwe Verbinding is een recreatief bevaarbare

route die ook zorgt voor schoon water in het

gebied, het functioneert als waterberging én het

legt een ecologische verbinding tussen de

verschillende groengebieden. De totale water-

verbinding is naar verwachting klaar in 2020,

maar u kunt nu al heerlijk genieten van de delen

die al klaar zijn.

www.rotterdam.nl/blauweverbinding

App voor vaar-routes langs nieuwe water-verbinding

Page 7: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

12 | 7

RUBRIEKSKOPJE

Tussen de Metropoolregio Rotterdam Den Haag en

Omroep MAX bestaat een bijzondere relatie. Het is

namelijk in een van de 24 deelnemende gemeenten,

Zoetermeer, dat de bakermat lag van de in 2002

opgerichte omroepvereniging voor mensen van

vijftig jaar en ouder. Tot voor zeer kort was ook

hier nog de ledenadministratie van de omroep

gevestigd; deze zomer trokken deze collega’s uit

efficiencyoverwegingen in bij de omroep op het

Mediapark in Hilversum. Maar Zoetermeer is voor

mij als oprichter en directeur nog steeds een

geliefde woonplaats.

Omroep MAX zond zijn eerste televisieprogramma

uit op 3 september 2005. Daarna volgden

hooggewaardeerde programma’s als ‘Tijd voor MAX’,

‘Groeten van MAX’, ‘Sterren op het Doek’, ‘Dokter Deen’,

‘Erica op Reis’, ‘Heel Holland Bakt’ en ‘Moeder, ik wil bij

de revue!’. Ook op radio en internet heeft MAX van zich

laten horen. Dat de ouderendoel- groep zich

aangesproken voelt door onze programma’s, blijkt wel

uit de laatste ledentelling. Van alle omroepen is het

ledental van MAX de afgelopen vijf jaar het sterkst

gegroeid, met maar liefst 45 procent!

Groei, althans het versterken van de internationale

concurrentiepositie, is ook het doel van het

bundelen van de twee stedelijke regio’s Rotterdam

en Haaglanden tot de nieuwe Metropoolregio. Ik

juich deze ontwikkeling toe; goed dat de handen

ineen worden geslagen. Niet in de vorm van een

van bovenaf opgelegde superprovincie, maar vanuit

interne overtuiging. Europees gezien wordt dit één

van de belangrijkste stedengebieden.

Goed ook dat de regio beleid ontwikkelt dat

specifiek gericht is op ouderen. Iedere twee

minuten komt er in Nederland een 50-plusser bij.

De politiek grijpt vergrijzing vaak aan om

bezuinigingen te rechtvaardigen. Je zou je als

83-jarige bijna schuldig voelen om de oplopende

kosten van de zorg. Wij van Omroep MAX vinden

vergrijzing geen bedreiging maar een kans.

Het economisch belang van ouderen is een

belangrijke factor voor het vestigings- en

leefklimaat van de regio. Ouderen beschikken

vaak over enig kapitaal en kunnen voor een

economische impuls zorgen. Houd daar rekening

mee in het winkelaanbod en de vormen van

vrijetijdsbesteding (vaak doorgebracht binnen

de eigen regio). Naast het soms tekortschietend

openbaar vervoer baart mij het aanbod van

‘seniorproof’ woningen zorgen: er zijn simpelweg

te weinig woningen beschikbaar die specifiek

geschikt zijn voor ouderen. In vele gemeenten zijn

voorzieningen als postkantoren en bankautomaten

verdwenen en dat is vooral voor ouderen een

probleem. Die moeten nu vaak een dorp verder

reizen om een brief te posten of vijftig euro te

kunnen pinnen.

De leefbaarheid binnen de wijken verdient grote

aandacht. Initiatieven van burgers, verenigingen en

vrijwilligers om het leefklimaat te verbeteren dienen

gekoesterd te worden en niet in de kiem gesmoord

door allerlei regelgeving. Zo kan een verbinding tussen

jong en oud in de wijk tot stand komen en kunnen we

een bijdrage leveren aan de helaas nog te vaak alleen

met het woord beleden participatiemaatschappij,

waarin écht wordt omgezien naar elkaar.

Tenslotte moet mij nog één ding van het hart:

hoe stevig ik de samenwerking tussen Rotterdam

en Den Haag ook omarm, ik mag toch hopen

dat Feyenoord en ADO hun zelfstandigheid

behouden!

Guido ThysJan Slagter Directeur en presentator Omroep MAX

06 | 07

OPINIE

Foto

: Mik

e R

oelo

fs

Page 8: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

# MRDH 08 september 2014

ECONOMIE

‘Allianties tussen gemeenten en externe partijen’

Tekst: Martijn Delaere | Fotografi e: OESO, Mladen Pikulic en Levien Willemse

Stedelijke regio’s hebben de toekomst, maar dan moeten regionale overheden,

ondernemers en onderzoekers elkaar wel vinden op een gezamenlijke economische

agenda. In de Metropoolregio Rotterdam Den Haag is die agenda vooral gericht

op marktleiderschap op het gebied van duurzaam leven.

Page 9: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

08 | 09

Eén van de mondiale trends die het vestigingsklimaat van de MRDH bepalen is ecologisering van de economie. Dit jaar is het duurzaamste kantoor van Europa, de Lely Campus in Maassluis, gelegen in het metropoolgebied, opgeleverd.

Lucas Vokurka is kwartiermaker economisch vestigingsklimaat van

de Metropoolregio Rotterdam Den Haag in oprichting (MRDH).

Volgens hem bepalen vijf mondiale trends de economische

toekomst voor de MRDH. Deze trends zijn: metropoolvorming,

kennis als productiefactor, de nieuwe maakindustrie, ecologisering

van de economie en de leefomgeving als consumptiegoed.

Economische groei is wereldwijd geconcentreerd in sterke

metropoolregio’s, aldus Vokurka. “Stedelijke regio’s zijn in andere

delen van de wereld verantwoordelijk voor zestig procent van de

economische bijdrage; in Nederland is dat 40 procent. De MRDH

levert daarvan 11,5 procent.

We kunnen in dit deel van de Randstad enorme winst boeken door

ons efficiënter te organiseren. Als gemeenten onderling anders

gaan samenwerken en vooral samenwerken met externe partners,

dan behalen we essentiële agglomeratievoordelen. Samenwerking

tussen gemeenten en kennisinstituten en de vier universiteiten in

de regio resulteert bijvoorbeeld in noodzakelijke versterking van

de kennisas. Vokurka: “We moeten gezamenlijk het juiste doen

om kennisintensieve bedrijvigheid aan deze regio te binden.

Bedrijven moeten hier kunnen doorgroeien. Hun medewerkers

moeten zich hier kunnen vestigen en verplaatsen.” Hetzelfde

geldt voor de verduurzaming van de economie, die alleen van de

grond komt als samenwerking op grote schaal plaatsvindt.

Vokurka vindt dat de MRDH moet inzetten op de overgang naar

een groene economie. “De sterke industriële sectoren in deze

regio maken intensief gebruik van fossiele grondstoffen. Die

afhankelijkheid maakt ons kwetsbaar en zet ons op een achter-

stand in de mondiale concurrentiestrijd. Daarom moeten we

inzetten op die overgang naar een groene economie en daarin

ook voorop lopen. We hebben volop kansen met energiebronnen

als het kassensysteem en het petrochemische cluster, maar

groot schalige energietransitie is alleen interessant voor

financiers als er voldoende schaalgrootte is.”

Sterke merken

De MRDH is geen bestuurslaag die wel even voornoemde transities

gaat afdwingen, zegt kwartiermaker Vokurka. “Wij moeten ervoor

zorgen dat het netwerk rond de vijf thema’s efficiënt wordt

georganiseerd. We gaan op resultaat gerichte allianties tussen

gemeenten en externe partijen bouwen. Den Haag en Rotterdam

zijn sterke merken en moeten hun eigen identiteit behouden en ik

snap als ex-wethouder uit Delft goed dat er voor een gemeente

lokale meerwaarde in een alliantie moet zitten. Maar de regio kan

alleen een economische slag maken als álle partijen samenwerken.

Die samenwerking moet gestructureerder dan nu zijn, want anders

laten we echt kansen liggen. We moeten gezamenlijk de

transitieagenda bepalen en daar langjarig aan vasthouden.”

De Kenners

Kenners vertellen over de vijf mondiale macro-economi-

sche trends die de groeikracht van de Metropoolregio

Rotterdam Den Haag bepalen.

Onbenut potentieel aanborenNoé van Hulst, permanent vertegenwoordiger van Nederland bij de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), over de metropool als brandpunt van kennis en economische groei:“De OESO kijkt niet naar administratieve regio’s zoals gemeenten of

provincies, maar beziet de economische stromen en het woon-

werkverkeer. Wij noemen dat functionele stedelijke gebieden. De

OESO beveelt aan om binnen en tussen deze stedelijke gebieden de

verbondenheid te versterken door maximaal gebruik te maken van

de agglomeratievoordelen. Het is economisch voordelig als mensen

dicht bij elkaar wonen en werken. Studies van de OESO wijzen uit dat

de meer geïntegreerde metropoolregio’s de afgelopen tien jaar

hogere groeipercentages hebben laten zien.

In het landenrapport van 2014 constateert de OESO dat de

Nederlandse stedelijke gebieden hun potentieel onvoldoende

benutten en daardoor internationaal minder concurrerend zijn. We

laten in Nederland kansen liggen. Het groeipotentieel kan ons land

aanboren als het de economische werkelijkheid, en niet de

administratieve, als uitgangspunt neemt voor ontwikkelingsbeleid.

Dit vraagt van gemeentelijke overheden wél dat ze over hun eigen

grenzen heen durven kijken. Decentrale overheden moeten elkaar

niet zien als mogelijke concurrent, maar als economisch

complementair, ieder vanuit zijn eigen kwaliteit en specialisatie. De

Metropoolregio Rotterdam Den Haag heeft drie functionele stedelijke

gebieden: Den Haag, Delft en Rotterdam. Alle 24 gemeenten

behoren geheel of gedeeltelijk tot één van de drie gebieden. De

uitgangspositie van de MRDH is goed. Je hebt havengerelateerde

bedrijvigheid, Greenport, kennisintensieve sectoren, internationale

instellingen, cultuur en toerisme. Met de ontwikkeling van een

metropoolregio kan de regio het onbenutte potentieel aanboren.

Maar dan moet je wel een samenhangend economisch

beleidsprogramma ontwikkelen én uitvoeren en kijken naar het

verband tussen de regio’s. Alles draait om betere samenwerking.

Samenwerking tussen de relevante overheids-partners, maar ook met

en tussen het bedrijfsleven en de kennisinstellingen. Als dat goed

loopt, kunnen de kennis-instellingen groeien tot bronnen van nieuwe

werkgelegenheid en bedrijvigheid. De OESO hamert erop dat de

dynamiek van werkgelegenheidsgroei en radicale innovatie van

jonge bedrijven komt. Dat potentieel moet je aanboren.”

Page 10: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

# MRDH 08 september 2014

Page 11: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

10 | 11

Onafgebroken verleggen van de grenzen Willem te Beest, vicevoorzitter College van Bestuur Universiteit Leiden en voorzitter van de Leiden Bio Science Park Foundation, over het toenemend belang van kennis als productiefactor:“De technologische ontwikkelingen gaan steeds sneller en

stellen hogere en vooral andere eisen aan kennis. Kijk naar

wetenschappen als psychologie en pedagogie, waar we in

hersenen kijken om te zien wat er gebeurt als mensen een

TomTom gebruiken of hoe ze kennis opnemen. De universiteit

is in die ontwikkelingen de grote innovatieorganisatie.

Wetenschappers zijn onafgebroken bezig met het verkennen

en verleggen van de grenzen van hun weten. Samenwerking

tussen universiteiten versterkt die zoektocht. Daarom hebben

we een strategische alliantie gesloten tussen de Universiteit

Leiden, Erasmus Universiteit Rotterdam en TU Delft.”

“We hebben negen gebieden gedefinieerd waarop we

gezamenlijk meer kunnen dan afzonderlijk. De eerste en

meest ontwikkelde daarvan is Medical Delta. Binnen dit

innovatieve cluster van universiteiten, bedrijven en overheden

komen partijen bij elkaar op het gebied van life science en

medische technologie. In de regio zijn zo’n zeshonderd

bedrijven werkzaam in de life sciences en medische

technologie, met maar liefst 120 bedrijven in het Leiden Bio

Science Park. Wij kijken opzettelijk naar de bijdrage die we

kunnen leveren in de ontwikkeling van Zuid-Holland en de

Metropoolregio Rotterdam Den Haag. Als je kijkt naar het

medische domein, dan zijn we met de universiteiten en

medische centra van Leiden en Rotterdam en TU Delft één

van de sterkste clusters van Europa. We zitten met Oxford,

Barcelona en Zürich in het Health Ties consortium.

De absolute Europese top. Daarom hebben we er ook naar

gestreefd om binnen de regionale ontwikkelingsmaatschappij

Innovation Quarter (IQ) drie speerpunten te hebben: life

sciences, clean tech en safety & security.”

“We vinden de versterking van de economische structuur van

Zuid-Holland, het ‘grootste bedrijventerrein van Nederland’,

onze opdracht. Zo hebben we als voorbeeld van de

gezamenlijke centra het Center for Sustainability opgericht.

Binnen dat cluster brengen we onze beste mensen bij elkaar

om onderzoek te doen naar duurzaamheid en omgeving.”

Lokale productie weer interessantPeter Troxler, lector revolutie in de maakindustrie RDM Campus en eigenaar onderzoeksbureau Square One over de nieuwe kansen voor de maakindustrie:“In de nieuwe maakindustrie komen ontwerpen en

produceren op locatie weer centraal te staan. De 3D-printer

zou je het icoon van deze slimme ontwikkeling kunnen

noemen. Het is een technologisch andere manier van

producten maken, maar de maakindustrie is meer dan

3D-printen. De gehele maakindustrie maakt een revolutie

door. Zo’n revolutie ontstaat volgens de econoom Jeremy

Rifkin als er gelijktijdig iets verandert in de informatie-

voorziening en in de energievoorziening. De eerste revolutie

vond plaats rond de stoommachine en de drukpers, de tweede

rond elektriciteit en telefoon en radio. Nu heb je internet en

zonne-energie en windkracht. Het bijzondere van deze

industriële revolutie is dat ze niet hiërarchisch is, maar

horizontaal. Er is wel groei, maar niet in de zin dat concen-

tratie plaatsvindt en bedrijven groeien, maar er komen meer

kleine bedrijven bij. Door de nieuwe technologieën is er geen

noodzaak meer voor grote productie. Daarmee wordt lokale

productie weer interessant. Duurzamer en schoner is het

daarmee overigens (nog) niet. In Amerika verwacht men dat

de maakindustrie terugkomt uit de lage lonenlanden en de

banenmotor wordt. Je ziet dat ook terug in Duitsland en zelfs

in Engeland.”

“Nederland is zeker geen koploper in de maakindustrie.

We moeten mensen sneller opleiden en bijscholen. De onder-

wijsketen is nu veel te traag. In de regio Rotterdam Den Haag

is natuurlijk al veel maakindustrie. We maken geen con sump-

tiegoederen zoals mobiele telefoons, maar wel kranen in

het havengebied. En wat dacht je van de mode-industrie in

Rotterdam? Overheden zouden de groei van de maakindustrie

en reshoring veel meer moeten bevorderen dan nu gebeurt.

In Europa zijn wegen en stations gebouwd met de structuur-

fondsen van de EU. Dat is voorbij. De nadruk ligt nu op

innovatie en men wil kleinschaliger en specifiek denken.

De Europese Commissie noemt dat ‘smart specialisation’.

De Metropoolregio moet inhaken op die regionale

innovatiestrategie.”

Van duurzaamheid naar levensvatbaarheidThomas Rau, directeur architectenbureau RAU en medeoprichter van de Turntoo Foundation voor oplossingen en diensten voor de circulaire economie, over de noodzaak tot ecologisering van de economie:“Ecologisering is iets anders dan duurzaamheid. Bedrijfsleven

en overheid kloppen elkaar op de schouders omdat ze duur-

zaamheid prediken, maar die duurzaamheid die zij voor ogen

hebben is enkel een andere manier van het eco nomi -

seren van de ecologie en het kapitaliseren van natuurlijke

hulpbronnen. Met duurzaamheid is het middel tot doel verklaard

en hoeven we niet meer na te denken over het doel. We voelen

ons er goed bij, maar het is niet de oplossing. Het is het grootste

probleem, want je optimaliseert het foute systeem. Mensen

realiseren zich misschien dat het anders moet, maar vinden dat

ánderen het anders moeten doen.

We moeten allemaal ons handelen fundamenteel herinrichten

en de economie transformeren. Voor het eerst in de geschie-

denis moeten we ervoor kiezen om iets niet te doen wat we

wel zouden willen en kunnen. Zo’n oplossing ligt buiten onze

comfort zone. Duurzaamheid ligt daarbinnen. We vinden

recycling allemaal de pijler van duurzaamheid. We halen

elektriciteit uit afvalverbranding, maar afvalverbranding is

een grondstoffencrematorium. Als je in een gesloten systeem

iets fysieks wat eindig is kwijtraakt, dan noemen we dat

In de Medical Delta komen overheden, bedrijven en universiteiten bij elkaar op het gebied van life science en medische technologie.

Page 12: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

# MRDH 08 september 2014

thermisch recyclen en komt er groene stroom uit. Wat een

volksverlakkerij. We moeten ervoor zorgen dat materialen

niet vervallen tot afval.”

“Dat geldt ook voor architecten. In Zwitserland krijg je

alleen een bouwvergunning als je minimaal energieneutraal

bouwt. Je moet er ook een inventarisatie van alle grondstoffen

in het gebouw maken. Wij doen dat bij RAU en Turntoo ook.

Bij de bouw van het gemeentehuis van Brummen hebben we

het eerste vastgoed ter wereld als grondstoffendepot gerea-

liseerd. Materialen worden aan het einde van de gebruiksduur

hergebruikt. Over twintig jaar kan het gemeentehuis uit

elkaar worden gehaald en gaan de materialen terug naar de

producenten. Dat kan gemakkelijk overal, maar het gebeurt

niet omdat we het niet willen. Ecologisering zit namelijk

tussen de oren.”

Aantrekkelijke leefomgeving en duurzame productenRina van der Stok, eigenaar EkoPlaza in Rotterdam, Leiden en Delft en mede-initiatiefnemer BuytenDelft over de omgeving als aantrekkelijk consumptiegebied:“De Delftse Hout staat in de top vijf van meest bezochte

recreatiegebieden in de Metropoolregio. Het moet een gebied

worden waar mensen willen zijn omdat het aansluit bij hoe

ze willen leven. Bewust, duurzaam, maar ook leuk en ontspan-

nend. Dat is de tijdgeest. Dit kan paradoxaal genoeg realiteit

worden, nu de gemeente Delft heeft besloten om de water-

speeltuin, het natuur- en milieucentrum De Papaver en de

kinderboerderij over te dragen aan private partijen. Wij, vier

ondernemers, hebben de stichting BuytenDelft opgericht om

deze voorzieningen te behouden en economisch rendabel te

maken. Als je het hebt over de kwaliteit van de leefomgeving,

dan denken wij dat we in het recreatiegebied meer beleving

kunnen toevoegen en meer verbanden kunnen leggen tussen

kleine ondernemers. Nu heb je een aparte kinderboerderij, een

aparte waterspeeltuin. Ze hebben niets met elkaar te maken.

Daar moet je voor zorgen. Er moet zoveel te doen zijn en het

moet er zó leuk zijn dat mensen er graag willen zijn.”

“Onder de stichting BuytenDelft gaan we een coöperatie

hangen waar duurzame ondernemers kunnen aanhaken.

Denk aan groente uit de buurt, haardhout of meubels uit de

Delftse Hout. Er is al een biologische bakker op het vakantiepark

Delftse Hout. De bakker haalt zijn eieren bij de boer om de hoek

en niet bij de groothandel omdat ze twee cent goedkoper zijn.

Zo hopen we een kringloopeconomie van de grond te krijgen

en de publieke functies te behouden. We willen de drempel laag

houden en dus richten wij ons op de mensen die belang hechten

aan een aantrekkelijke leefomgeving en duurzame producten.

Dat hoeft niet in Toscane te zijn, het kan ook naast de deur.

Als je in de Delftse Hout streekproducten koopt, dan zorg je er

ook voor dat streekproducenten hun brood kunnen verdienen

en het landschap in stand blijft. Dat landschap zorgt er

uiteindelijk weer voor dat je je leefomgeving waardeert.”

1. Noé van Hulst (OESO), 2. Rina van der Stolk, 3e van links, 3. Thomas Rau.

1 2

3

Page 13: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

FEITEN & CIJFERS

12 | 13

Deze kaart is gemaakt op basis van het Koopstromenonderzoek Randstad uit 2011. Zij laat zien waar de inwoners van de MRDH hun dagelijkse

inkopen doen. Hieruit ontstaat het beeld dat er veel inkomen buiten de steden wordt besteed. Met andere woorden: Hagenaars en Rotterdammers

geven meer geld uit aan dagelijkse artikelen in de buurtgemeenten binnen de MRDH dan in hun eigen stad. Dit heeft te maken met de ligging van de

Vinexwijken aan de rand van de twee steden. De inwoners van deze wijken doen hun dagelijkse boodschappen in de dichterbij gelegen winkelcentra in

Nootdorp (de wijken Ypenburg en Leidschenveen), Westland (de wijken Wateringseveld en Rotterdam-West) en Ridderkerk (Rotterdam-Zuid). Ook blijkt

de aantrekkingskracht van een regionale winkelcentra als Leidsenhage (Leidschendam-Voorburg) en In de Boogaard (Rijswijk) zo groot, dat niet alleen

inwoners van omliggende gemeenten hier inkopen doen, maar ook inwoners van verderaf gelegen Haagse wijken, zoals Benoorden- en Bezuidenhout.

Boodschappen doen in de MRDH

Zoetermeer

Brielle

Helle-voetsluis

PijnackerNootdorp

Spijke-nisse

DenHaag

Wasse-naar

Ridder-kerk

Albrands-waard

Krimpenaan denIJssel

Westland

Capelleaan denIJssel

Maas-sluis

Vlaar-dingen

Midden-Delfland

L'damVoorburg

Baren-drecht

Delft

Rotter-dam

Schie-dam

Rijswijk

Bernisse

Lansin-gerland

West-voorne

Thema: Winkelen

Geldstromen (mln euro's)

1-5

5-15

15-50

Bron: Koopstromenonderzoek Randstad 2011

Bestedingen van inwoners van de MRDH aan dagelijkse artikelen buiten hun woonplaats, 2011.

Page 14: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

# MRDH 08 september 2014

ECONOMIE

Waar moeten gemeenten in de Metropoolregio Rotterdam Den Haag het economisch van

hebben? Wat kan en moet anders? #MRDH vroeg het vier raadsleden van partijen die bij de

gemeenteraadsverkiezingen van maart zetels wonnen.

Tekst: Martijn Delaere | Fotografie: Mladen Pikulic

‘Rode loper uit voor ondernemers’ “Capelle heeft niet één grote economische pijler, zo van: dat is echt Capelle. Dat is misschien wel onze kracht, want we kunnen veel aan-

bieden en zijn minder kwetsbaar. Alle ondernemers maken Capelle aan den IJssel. Zonder hen geen bedrijvigheid en geen gezelligheid.

We moeten daarom echt de rode loper uitrollen voor grote en kleine ondernemers die iets in Capelle willen beginnen of hun activiteiten

willen uitbreiden. Dat is ook letterlijk zo verwoord in het coalitieakkoord. Minder regels voor ondernemers die de kans moeten krijgen om

mee te denken. Het mag niet meer voorkomen dat een horecaondernemer op het Stadsplein zijn neus stoot aan allerlei gemeentelijke

regeltjes en moeilijkheden om vervolgens in een gastvrije buurgemeente een bloeiende zaak op te zetten. Een leuk en gezellig restaurant

is daarmee aan de neus van Capelle voorbij gegaan.

Er moet veel meer bedrijvigheid en gezelligheid in het centrum komen. Uitbreiding van de horeca is echt nodig. Capelle moet groeien

tot een opwindende stad.

Het ligt gevoelig in de stad, maar wij zijn ook voorstander van verruiming van de koopzondagen. De gemeente moet actief meedenken

en faciliteren als het maar enigszins kan. Zou het niet mooi zijn als jonge ondernemers het lege postkantoor in het centrum kunnen

gebruiken, en dat zij daar ook meteen hun spullen verkopen? Ondernemers moeten alle kanten op kunnen in Capelle. Dus zijn wij

voorstander van de proef om het opstarten van een bedrijf vanuit huis mogelijk te maken, of van de aanpak om kleine ondernemers in

het Rivium-kantorenpark de kans te bieden om vijf of tien vierkante meter te huren. Sloop heeft niet de toekomst, de Rivium-marinier die

moderne kantoren aanprijst bij bedrijven wel.”

Marc Wilson, raadslid Leefbaar Capelle in Capelle aan den IJssel

Page 15: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

14 | 15

‘Zoetermeer moet bruisen’“Al jaren probeert Zoetermeer van het imago slaapstad af te komen. De vestiging van een aantal grote sportvoorzieningen heeft

de stad een betere uitstraling gegeven en zorgt voor een aanvullend aanbod in Zoetermeer ten opzichte van dat bij de twee grote

buren Den Haag en Rotterdam. Maar Zoetermeer vergrijst en er komen onvoldoende nieuwe bedrijven. Dat komt zeker ook door het

gebrek aan ‘bruis’. Er is te weinig te beleven. Het aantal cafés, restaurants en uitgaansgelegenheden is laag, zeker voor de derde

stad van Zuid-Holland. Daarnaast is sinds het uitbreken van de financieel-economische crisis het aantal banen ten opzichte van de

beroepsbevolking gedaald. Er moet werkgelegenheid komen en het liefst in een vorm die onze stad levendiger maakt.

Zoetermeer moet, naast een fijn woonklimaat, ook voldoende ontspanningsmogelijkheden bieden die inwoners aan de stad binden.

D66 pleit hier al langer voor: van museum tot kroeg en van concert tot factory outlet. Het is niet voor niets dat er met D66 als grootste

partij in Zoetermeer, een wethouder is gekomen met ‘bruis’ in zijn portefeuille. Daar moet de stad de komende vier jaar flink op

inzetten. Wij willen bedrijven naar Zoetermeer halen die opschudding bevorderen. Denk aan een pretpark bij Bleizo, op de grens van

Zoetermeer en Bleiswijk, of een factory outlet in het centrum. Zo’n outlet moet er echt komen. Uiteindelijk moet de markt het zelf doen

en kan de overheid stimuleren en faciliteren. Ik zie kansen in veranderingen in de regelgeving zodat er meer evenementen kunnen

plaatsvinden, of door het verstrekken van subsidies en daaraan gestelde voorwaarden. Over een paar jaar moet Zoetermeer geen

slaapstad meer zijn, maar een bruisende en gezellige woon- en leefstad.”

Chantal Kouwenberg, raadslid D66 in Zoetermeer

Page 16: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

# MRDH 08 september 2014

‘We mogen niet verpieteren’“Vlaardingen is altijd een stad geweest van bedrijvigheid. Wij zijn werkers. Vanaf de achttiende eeuw is de visserij van grote invloed

geweest op de economie van de stad. Vlaardingen was naast een havenstad ook een industriestad. Lege panden en terreinen her-

inneren aan die glorietijd. En laten we de scheepswerf HVO niet vergeten. Waar Rotterdam het oude havengebied nieuw leven heeft

ingeblazen met woningen, horeca en kantoren, hangt het verdwijnen van grote bedrijven nog steeds als een molensteen om onze nek.

Er is te veel leegstand, te veel achterstand. Om de economie een imuls te geven, moeten we Vlaardingen op de kaart zetten. We zijn wel

de vijfde havenstad van Nederland. Daar moeten we meer gebruik van maken. Verouderde bedrijventerreinen hebben een opknapbeurt

nodig en moeten weer tot leven komen. Functiemenging heeft de toekomst.

Omdat in Vlaardingen behoefte is aan jeugdige technici, moeten we acuut kijken naar een vorm van technisch onderwijs op VMBO en

MBO-niveau. Het opleidingsniveau van onze jongeren moet omhoog om onze nieuwe economie te ondersteunen. Jongeren uit Vlaar-

dingen moeten niet naar Rotterdam hoeven voor hun opleiding.

“Vanaf het moment dat de SP in 2012 in de coalitie kwam, hebben we hard gewerkt aan een visie om de economie een impuls te geven.

Uiterlijk in 2030 moet Vlaardingen een stad zijn die investeringen aantrekt en waar een optimale balans is tussen leefmilieu, economie

en bereikbaarheid. Hiervoor zullen we wel de voorwaarden moeten scheppen voor ondernemers op het gebied van bereikbaarheid,

goede woonvoorzieningen, onderwijs en vitalisering van de binnenstad. We hebben daarom twee actieplannen over wonen en eco-

nomie gelanceerd en binnenkort lanceren we een actieplan voor mobiliteit. We mogen niet verpieteren onder de rook van Rotterdam.”

Kasper Vink, raadslid SP in Vlaardingen

Page 17: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

16 | 17

‘Pareltje in de Randstad’“Leidschendam-Voorburg heeft onvoorstelbaar veel potentie. Om te beginnen liften we mee op wat er in Den Haag gebeurt. Afgezien van

het voordeel van de nabijheid van de stad, is het hier fantastisch wonen, werken en recreëren. Dat heeft alles met de economie te maken.

Winkelcentrum Leidsenhage ligt ideaal tussen Leiden en Den Haag en is prima te bereiken. Het krijgt vanaf 2016 een enorme update

en wordt met een kwart uitgebreid. Maar Voorburg en Leidschendam hebben ook allebei oude dorpskernen waar het leuk winkelen is.

En het mooie is, je zit hier pal op het Groene Hart met Stompwijk. Er is bedrijvigheid en rust. Vlietland is een onwijs recreatiegebied

voor Hagenaars en Leidenaren, maar wel op het grondgebied van onze gemeente. Die economische kernen zijn unieke pareltjes in de

drukke Randstad.

Natuurlijk is niet alles even geweldig. We staan hoog op de ranglijst van lege kantoorruimte. Een aantal kantoren wordt gesloopt om

ruimte te maken voor woningen met daaronder kleine bedrijfjes. Het voormalige gebouw van het CBS maakt plaats voor woningen.

Je ziet gewoon dat voor een ‘economie’ als een groot kantoorgebouw geen ruimte is in deze gemeente. Om ervoor te zorgen dat we

bouwen voor een welwillende markt en ruimte creëren voor het MKB, is een open bestuurscultuur essentieel. Maak nou mogelijk en

niet onmogelijk. De gemeente moet ondernemers eerder betrekken bij besluitvorming. Het Dampleingebied in Leidschendam en de

Herenstraat in Voorburg moeten allure krijgen. Je lost de winkelleegstand daar niet op met rapporten uit het gemeentehuis. Zeg niet:

‘Wij als overheid weten het’, want de overheid weet het niet. Praat met de winkelaars; wat verlangen ze? Okay, dan gaan we daarop

actie ondernemen.”

Hans Peter Klazenga, raadslid Gemeentebelangen/ GBLV in Leidschendam-Voorburg

Page 18: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

# MRDH 08 september 2014

IN BEELD

Page 19: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

Met de aanleg van Maasvlakte 2 is het Slufterstrand nagenoeg verdwenen. Hoewel nooit officieel bestemd voor recreatie, kon dit strand in de loop van de tijd genieten van een grote populariteit. Na de aanleg is het verloren strand teruggebracht én compleet ingericht voor recreanten, met name watersporters. Het is dan ook geen strand met boulevard en uitgebreide horeca. Wel is het een plek waar mensen kunnen genieten van zon, zee, strand, wind en rust. De hoge golven voor de kust van de Maasvlakte hebben bovendien altijd een grote aantrekkingskracht gehad op gevorderde (kite-)surfers. Het noordelijke deel van het strand is over een lengte van vijf kilometer beschikbaar voor sportieve activiteiten. Met voldoende ruime parkeerplaatsen en directe toegang tot het strand, zijn de kitesurfers op hun wenken bediend.

Tekst: Brigitte Beeks | Fotografie: Maurice Mikkers

18 | 19

Page 20: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

Het zijn twee voorbeelden van de snelle en groot-

schalige ontwikkelingen op het brede gebied van

veiligheid. De Metropoolregio speelt binnen Neder-

land daarin de hoofdrol want hier komt in hoog

tempo het nationale ‘veiligheidscluster’ tot ontwik-

keling onder de naam The Hague Security Delta

(HSD).

Het cluster is bedoeld om te werken aan de geza-

menlijke belangen van overheden, kennisinstellin-

gen en bedrijfsleven op het gebied van veiligheid

en daarmee deze sector van de economie tot gro-

tere bloei te brengen. Om het cluster verder te

ontwikkelen is de stichting HSD opgericht. De stich-

ting heeft een bestuur met vertegenwoordigers

van de founding partners van de organisatie. De

Foto drones wordt

18 augustus gemaakt

The Hague Security Delta groeit snelIn maart van dit jaar werd het openbare leven in en rond de Metropoolregio een paar dagen gedomineerd door de

Nuclear Security Summit met zijn deelname van 52 wereldleiders. In februari volgend jaar volgt een ander spektakel in

Den Haag: de eerste Europese beurs voor onbemande vehikels, zoals drones.

Tekst: Pieter Maessen | Fotografie: FJ Producties en Harry van Mierloo

Ook politie wil op innovatie ­agenda voor veiligheidOok de nationale politie heeft aansluiting gezocht bij

The Hague Security Delta. Commissaris Mark Wie-

bes, innovatiemanager bij de landelijke eenheid, zegt

dat het contact ontstaan is tijdens de voorbereiding

van de nucleaire veiligheidstop in maart. “We zagen

dat bij HSD veel relevante partijen bijeenkwamen.

We hebben besloten een kantoor te betrekken bij

HSD zodat we daar steeds met politiemensen aanwe-

zig zijn. Het is voor ons het juiste podium om contact

te houden met bedrijven, kennisinstellingen en andere

overheden.”

De politie wil voortdurend innoveren. “Dat gaat ook

over het toezicht op straat en opsporing”, zegt Wie-

bes. “We volgen de ontwikkelingen van zaken als

camera’s, robotica en technieken in de strijd tegen

synthetische drugs. We willen met de schaarse finan-

ciële middelen de beste resultaten behalen.”

De politie heeft zich voorlopig voor een jaar aangeslo-

ten bij HSD. Is er een speciaal doel voor deze periode?

“Jazeker”, zegt Mark Wiebes. “HSD werkt aan de nati-

onale innovatieagenda op het gebied van veiligheid.

Daar willen we rechtstreeks bij betrokken zijn, want die

agenda bepaalt waar bedrijven en overheden hun pri-

oriteiten gaan leggen en waar de investeringen naar-

toe gaan. Bij die overheden denk ik bijvoorbeeld aan

Defensie, want het belang van civiel-militaire samen-

werking groeit overal.”

Virtual reality training voor Nationale Politie en Defensie.

# MRDH 08 september 2014

ECONOMIE

Page 21: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

Founding Partners van The Hague Security Delta:• Capgemini Nederland

• Gemeente Den Haag

• TU Delft

• Fox-IT

• Haagse Hogeschool

• KPN

• Ministerie van Veiligheid en Justitie

• Siemens Nederland

• Thales Nederland

• TNO

• Trigion

directie wordt gevormd door Rob de Wijk, Ida

Haisma en Joris den Bruinen. Den Bruinen legt uit:

“Veiligheid is een heel gefragmenteerd onderwerp.

Politie, brandweer, ministeries, Defensie, grote en

kleine bedrijven, publieke en private onderzoeks-

instellingen, burgers – ze zijn er allemaal mee bezig.

In deze Metropoolregio komen veel lijnen bij elkaar,

onder meer doordat de rijksoverheid hier gevestigd

is, maar bijvoorbeeld ook door de haven van Rotter-

dam. Daar speelt veiligheid een rol bij het douanet-

oezicht op alles wat wordt in- en uitgevoerd, bij de

administratieve verwerking van die handel en bij de

processen in de petrochemische industrie.”

“Een belangrijke aanjager van de veiligheidskennis

is al heel lang het Nederlands Forensisch Instituut

(NFI), één van de topinstellingen op dit gebied in

de wereld. Daarnaast is er een aantal grote bedrij-

ven zoals Fox-IT, Redsocks, Hudson, Riscure,

KPN, Siemens, Deloitte en cyber security organisa-

ties, zoals die van de NAVO, Europol, TNO en de

TU Delft.”

Innovaties

Als je alles bij elkaar neemt zijn er 450 ‘partijen’

binnen het Haagse deel van het cluster, van een-

mansbedrijven die zich richten op niches in het

veiligheidsdomein tot grote spelers zoals Thales

en Wave. Er gaat per jaar 1,7 miljard euro om

en 13.000 mensen verdienen er hun brood. Het con-

cept van HSD is heel eenvoudig: alles uit de kast te

halen om deze spelers met elkaar te laten samen-

werken en zo tot meer en snellere innovaties te

komen. Dat zorgt voor meer veiligheid én meer

banen. De toenmalig wethouder Economische

Zaken van de gemeente Den Haag, Henk Kool, vond

virtuele samenwerking niet genoeg. Er moest een

fysieke plek komen waar HSD zijn werk kon doen.

Den Bruinen zit nu met zijn The Hague Security Cam-

pus op een paar verdiepingen in een fors gebouw bij

station Laan van NOI met het grote HSD-logo op de

gevel. Minister Opstelten heeft het geopend en zo

heeft het cluster een eigen plek, met volop uitbrei-

dingsruimte. In totaal kent stichting HSD zo’n twee-

honderd partners die ook een contributie betalen.

Steeds meer partners laten enkele van hun mede-

werkers dagelijks op de campus werken, bijvoor-

beeld de nationale politie en Fox-IT (zie de kaders).

Daardoor functioneert die campus als broedplaats

voor nieuwe contacten en ideeën. Op deze plek zijn

projectgroepen aan de slag, er worden trainingen

gegeven en simulaties gespeeld om nieuwe produc-

ten te verkennen. De HSD brengt ook vraag en aan-

bod op de arbeidsmarkt bij elkaar en heeft een

talentprogramma voor veiligheid opgezet,

waaronder de Cyber Security Academy.

Beleidsagenda

Het grote project voor HSD dit najaar is het opstellen

van een nationale innovatieagenda met een bijbe-

horend investeringsprogramma. Den Bruinen: “Dat is

een opdracht van het Ministerie van Veiligheid en

Justitie. Het wordt een belangrijk beleidsdocument,

want het zal richting geven aan de besteding van

overheidssubsidies en aan prioriteiten die bedrijven

en instellingen gaan geven bij hun innovaties. We

gaan de gemeenschappelijke belangen van de ver-

schillende overheden bijeenbrengen, zodat de

overheid een sterke launching customer kan zijn

voor bedrijven en een effectieve opdrachtgever

voor onderzoek. We gaan erin beschrijven met

welke innovaties we de meeste veiligheidswinst

voor zo veel mogelijk opdrachtgevers kunnen boe-

ken, dus hoe we de schaarse middelen het best

kunnen besteden.”

Bij het opstellen van het beleidsdocument kijkt HSD

niet alleen naar technologie. “Ook sociale innovaties

komen in de agenda te staan, zoals vragen over de

rol van de burger in het vergroten van veiligheid. En

natuurlijk privacyaspecten. We hebben helemaal

niets met NSA-achtige praktijken.”

Was het niet logisch geweest als de HSD-campus

zich had gevestigd in de internationale zone rond

het Vredespaleis? Den Bruinen is daar heel stellig

over: “Nee, daar zitten de instellingen die wel

opdrachtgever kunnen zijn, maar wij wilden juist

dichter bij de bedrijven en onderzoekers zitten,

want daar moeten de innovaties vandaan komen.”

www.thehaguesecuritydelta.com

Op weg als wereldspeler computerbeveiligingFox-IT langs de snelweg bij Delft is letterlijk het

meest zichtbare bedrijf in het veiligheidscluster

van de Metropoolregio. Het is in 1999 opgericht

door twee voormalige whizzkids van de TU Delft.

Die hadden eerst een aantal jaren gewerkt bij het

Nederlands Forensisch Instituut, dat een paar

kilometer verderop langs de A4 ligt.

Oprichter Menno van de Marel zegt dat Fox-IT

vanzelfsprekend één van de founding partners

van The Hague Security Delta wilde zijn. “Wij gelo-

ven in de kruisbestuiving binnen dit soort clus-

ters. Je staat in voortdurend contact met mensen

van de universiteit en met opdrachtgevers, vooral

bij de overheid in deze regio. Een initiatief als de

Cyber Security Academy, waarin universiteiten,

de hogeschool, overheden en bedrijven samen-

werken aan de opleiding van specialisten, was

anders nooit van de grond gekomen. Ik zie de

campus van HSD echt als een broedplaats.’’

Eén van de innovaties is de DataDiode. Die ver-

bindt twee netwerken met verschillende bevei-

ligingsniveaus via een éénrichtingsverbinding.

Dit voorkomt het versturen van data, openlijk of in

het geheim, van een hoog naar een laag beveiligd

netwerk. Het is techniek die heel geschikt is voor

overheidsinformatie en inmiddels is goedgekeurd

door de AIVD.

Maar Fox-IT werkt ook aan producten voor het

bedrijfsleven of gemeentelijke organisaties. Ze

hebben een soort meldkamerdienst die continu

volgt of er in een IT-systeem van een organisatie

wordt ingebroken en die dan meteen op zoek kan

gaan naar de dader.

Het bedrijf is door zijn wortels bij de TU Delft en

het NFI met deze regio vergroeid, maar vindt er

ook een groot deel van zijn overheidsopdrachtge-

vers. Van de Marel: “In Nederland willen we in de

haarvaten van organisaties en bedrijven zitten en

daar onze diensten leveren. Dat leidt tot nieuwe

producten en diensten die we dan toepasbaar

maken voor buitenlandse bedrijven die met ons

geassocieerd zijn, maar werken voor de markt

in hun eigen land. Op die manier kunnen we uit-

groeien tot een wereldspeler.”

Menno van de Marel,

oprichter Fox-IT

Ook politie wil op innovatie ­agenda voor veiligheidOok de nationale politie heeft aansluiting gezocht bij

The Hague Security Delta. Commissaris Mark Wie-

bes, innovatiemanager bij de landelijke eenheid, zegt

dat het contact ontstaan is tijdens de voorbereiding

van de nucleaire veiligheidstop in maart. “We zagen

dat bij HSD veel relevante partijen bijeenkwamen.

We hebben besloten een kantoor te betrekken bij

HSD zodat we daar steeds met politiemensen aanwe-

zig zijn. Het is voor ons het juiste podium om contact

te houden met bedrijven, kennisinstellingen en andere

overheden.”

De politie wil voortdurend innoveren. “Dat gaat ook

over het toezicht op straat en opsporing”, zegt Wie-

bes. “We volgen de ontwikkelingen van zaken als

camera’s, robotica en technieken in de strijd tegen

synthetische drugs. We willen met de schaarse finan-

ciële middelen de beste resultaten behalen.”

De politie heeft zich voorlopig voor een jaar aangeslo-

ten bij HSD. Is er een speciaal doel voor deze periode?

“Jazeker”, zegt Mark Wiebes. “HSD werkt aan de nati-

onale innovatieagenda op het gebied van veiligheid.

Daar willen we rechtstreeks bij betrokken zijn, want die

agenda bepaalt waar bedrijven en overheden hun pri-

oriteiten gaan leggen en waar de investeringen naar-

toe gaan. Bij die overheden denk ik bijvoorbeeld aan

Defensie, want het belang van civiel-militaire samen-

werking groeit overal.”

20 | 21

Page 22: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

Rotterdam buit zijn positie als grootste havenstad van Europa onvoldoende uit, concludeerde de Organisatie

voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) vorig jaar in een rapport. Is de samenwerking tussen

stad en haven inderdaad voor verbetering vatbaar? “Ze hebben elkaar gevonden, maar het kan altijd beter.”

Tekst: Dorine van Kesteren i.o. VNO-NCW West | Fotografi e: Ossip van Duivenbode (Rotterdam Image Bank)

Rotterdam en de haven, twee werelden?

In het ideale scenario van de OESO ontwikkelen

de stad Rotterdam en de haven zich samen tot een

internationaal maritiem dienstencentrum, met

volop bedrijvigheid van scheepseigenaren,

scheepvaartmakelaars, maritieme verzekeraars,

consultants en juridische dienstverleners.

Op die manier kan de stad optimaal profi teren

van de economische spin-off van de haven.

Is dit een realistisch streven? Of is de praktijk

weerbarstiger dan de OESO doet voorkomen?

Isabelle Vries is lector Port Development bij

Kenniscentrum RDM van de Hogeschool

Rotterdam, en onderzoekt onder andere de relatie

tussen haven en stad. Vries over het realistisch

streven: “Tien jaar geleden waren haven en stad

nog twee gescheiden werelden, maar inmiddels

hebben ze elkaar gevonden. Neemt niet weg dat er

altijd lastige dossiers blijven. De eeuwige strijd

over de beperkte ruimte bijvoorbeeld: kiezen we

voor stedelijke uitbreiding of intensivering van de

haven?” Ook Steven Lak, voorzitter van de haven-

ondernemersvereniging Deltalinqs bevestigt

de versterking van de samenwerking. “Er zijn talloze

vormen van interactie tussen de haven en de stad,

zoals leefmilieu, werkgelegenheid en infrastructuur.

Samenwerking is dus niet alleen wenselijk,

maar ook noodzakelijk.”

Ruimtelijk beleidDe haven en de stad werken bijvoorbeeld nauw

samen op ruimtelijk gebied, zoals bij bestem-

mingsplannen voor het havengebied en alle

milieudossiers die daarmee samenhangen.

Vooral bij de Stadshavens – de vier havengebie-

den die na het vertrek van haven(gerelateerde)

bedrijven naar de Tweede Maasvlakte

herontwikkeld worden tot innovatieve woon-

en werklocaties – zijn volgens lector Vries forse

stappen gezet. “Met 1.600 hectare is Stads-

havens het grootste stadsvernieuwingsproject

van Nederland. Voor het deelgebied Merwe-Vierha-

vens hebben de stad en het havenbedrijf pas

een gemeenschappelijke ontwikkelstrategie

opgesteld. Een paar jaar geleden was dat

nog ondenkbaar.”

Daarnaast heeft de stad meer oog gekregen voor

de haveneconomie, en vice versa, aldus Vries.

“Naar aanleiding van het OESO-rapport zijn de

stad en de haven hard bezig om het maritieme

dienstverleningscluster te versterken. Een ander

voorbeeld van de wisselwerking is de RDM Cam-

pus, een havengericht innovatiecentrum van

onderwijs en bedrijfsleven, waar ook veel jonge,

startende bedrijven te vinden zijn die voortko-

men uit de stedelijke economie.”

De gemeente, de haven, het Rotterdams onderwijs,

VNO-NCW Rotterdam en havenondernemers-

vereniging Deltalinqs trekken ook al geruime

tijd samen op om de aansluiting tussen onderwijs

en arbeidsmarkt te verbeteren. Ondanks de crisis

bestaat er namelijk nog altijd een schreeuwend

tekort aan personeel in de Rotterdamse haven,

vooral in logistieke en technische functies.

Voorzitter Lak: “We proberen mbo’ers, hbo’ers

en wo’ers te enthousiasmeren voor de techniek

en scheepvaart. Zo hebben wij samen met het

beroepsonderwijs een Proces- en Maintenance

College opgezet op mbo-niveau, met een carrière-

startgarantie voor de afgestudeerden. En voor

de basisschooljeugd in Rotterdam en omgeving

is er een speciaal lesprogramma over de haven.”

Moordende concurrentie Er gebeurt dus al veel, maar het kan altijd beter.

Volgens Diederik van Dommelen, voorzitter van

ondernemingsorganisatie VNO-NCW Rotterdam,

kunnen de OESO-doelen alleen werkelijkheid

worden als de stad en de haven nóg intensiever

samenwerken om internationale bedrijven aan te

trekken. “Rotterdam moet meer zijn dan alleen

een doorvoerhaven. Acquisiteurs zijn nu vaak

bezig om lading te verkrijgen. Maar als we erin

slagen om de hoofdkantoren of shared service

# MRDH 08 september 2014

Page 23: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

Rotterdam en de haven, twee werelden?

centers van buitenlandse bedrijven hier naar

toe te krijgen, profi teert de hele stad: de

zakelijke dienstverlening, alle toeleveranciers,

de maakindustrie…” En op den duur profi teert

ook de gehele regio hiervan, denkt Van

Dommelen.

Van Dommelen merkt dat het vestigingsklimaat

onder druk staat. “De concurrentie van met

name Londen is moordend. Het is dus

ontzettend belangrijk dat de stad en de haven

Rotterdam gezamenlijk promoten als

vestigingsplaats voor bijvoorbeeld de

verzekeringsbranche. Met als boodschap: voor

haven gerelateerde verzekeringen moet je in

Rotterdam zijn. ” VNO-NCW Rotterdam en het

havenbedrijf onderzoeken momenteel of en hoe

Nederland en Rotterdam het vestigingsklimaat

kunnen versterken.

‘Haven en stad gezamenlijk promoten als vestigingsplaats’

“Daarbij kijken we onder andere naar het fi scale

klimaat, het leefklimaat, onderwijs en

regeldruk. De resultaten leggen we voor aan het

college van B en W”, zegt Van Dommelen.

Vries noemt alvast een punt van zorg voor het

Rotterdamse vestigingsklimaat: het spoor.

“Er zijn te veel knelpunten in de verbindingen

met het achterland. De Duitse aansluiting op

de Betuweroute, die de haven verbindt met de

industrie in het Ruhrgebied, loopt voortdurend

vertraging op. Ook op de Maasvlakte kost het

moeite om de terminals goed met het spoor

te verbinden. En vergeleken met de ons om-

ringende landen, is het in Nederland ook nog

eens relatief duur om goederen per spoor te

vervoeren.”

DuurzaamheidOok het duurzaamheidsdossier biedt meer

mogelijkheden tot samenwerking. In 2030 moet

dertig procent van alle energie in Rotterdam

duurzaam zijn – een ambitie uit de Havenvisie

waar volgens Lak een ‘geweldige synergie tussen

stad en haven’ mogelijk is. “Bijvoorbeeld door

alle restwarmte van de haven door te leveren

aan de stadsverwarming in Hoogvliet en

Rotterdam en de kassen in het Westland.”

Vries reageert hier op: “In de haven vindt de

komende jaren een transitie plaats naar

duurzame industrie. Rotterdam kan een

prachtige uitvalsbasis vormen voor biobased

chemiebedrijven en waterstofproducenten,

omdat ze hard werken aan alle faciliteiten:

een warmtenet, CO2-afvang.”

Stad en haven kunnen tot slot volgens Lak

meer doen om het imago van de haven te

verbeteren. Dit is alleen al nodig om in de

toekomst voldoende nieuwe arbeidskrachten

te vinden, stelt Lak. “Bij het publiek blijven

allerlei beelden uit het verleden hangen,

terwijl de haven tegenwoordig een hoog-

technologische werkomgeving is. We moeten

de haven dus letterlijk zichtbaar maken in

de stad. De grote videowall in het station

met havenbeelden is een mooi voorbeeld,

maar we zijn er nog niet.”

Geen nieuwe bestuurslaag

Natuurlijk is niet alleen de stad Rotterdam van belang voor de haven, maar de hele regio en vice versa: van de omliggende gemeenten tot aan Antwerpen. De Metropoolregio Rotterdam Den Haag is vooral waardevol bij de promotie van de havenregio in het buitenland, aldus Isabelle Vries (Hogeschool Rotterdam). “Voor een Chinees doet het er natuurlijk niet toe of een persoon of bedrijf nu uit Rotterdam of Den Haag komt. Maar dan moet je het ook wel als één geheel presenteren. Dus niet dat de ene burgemeester vandaag naar Shanghai vliegt en morgen de andere.”

Ook Diederik van Dommelen (VNO-NCW Rotterdam) ziet kansen voor de Metropoolregio. “Als we in de globaliserende wereld tot de top willen behoren, moeten stedelijke regio’s zich beter organiseren. Rotterdam en Den Haag kunnen elkaar versterken op het gebied van wonen, werken en onderwijs. En we moeten elkaar vooral niet beconcurreren als vestigingsplaats. Een initiatief als dit kan alleen slagen als je elkaar wat gunt. Ik heb me bijvoorbeeld enorm verbaasd over de Metropoolregio Amsterdam, waar Almere zich kandidaat stelde voor de Floriade 2022 en Amsterdam met een concurrerend voorstel kwam.” “Maar de Metropoolregio moet vooral geen nieuwe bestuurs-laag worden”, vult Steven Lak (Deltalinqs) aan. “Bestaande overheden moeten gewoon beter samenwerken.”

22 | 23

ACHTERGROND

Page 24: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

Meer regelvrije zones voor het MKBHet MKB klaagt over de grote regeldruk die de creativiteit in het ondernemen belemmert. Een regelvrije

zone zou innovatie en creativiteit stimuleren en leegstand kunnen bestrijden. Moeten er dus meer regelvrije

zones in de Metropoolregio komen?

METROPOLL

Mariëtte van Leeuwenwethouder Economie

Zoetermeer

Nico van Burenraadslid CDA Capelle

aan den IJssel

‘De winkelier bestaat niet meer. Tenminste,

die afwachtende winkelier, hangend in zijn

deuropening, slachtoffer van de crisis. De winkel

van nu vergt een échte ondernemer die zich

verdiept in zijn klant. Een servicegerichte

persoon die de winkel als showroom combineert

met een aansprekend aanbod in zijn webshop.

Die regelmatig seizoengerichte aanbiedingen en

workshops verzint en deze uitzet via social

media. Vanuit Stichting De Winkelmeiden

helpen we dit soort frisse (door)startende

winkeliers op weg. Met alternatieve pop-up

shops gaan we de leegstand te lijf en maken we

van winkelen weer een feestje. In Vlaardingen

met een pop-up galerie die in 12 weken 1.075

bezoekers trok, met een tentoon stelling ‘De

Winkel van de Toekomst’ en met GoedZo: een

leuke winkel in Tweede Kans Kleding van

topmerken.

Gemeenten kunnen ondernemers belonen door

ze te verlossen van bureaucratische beperkingen.

Wil je graag een leuke winkelstraat? Straf de

onder nemer die zijn pui leuk aankleedt met

fl eurige plantenbak en zitje dan niet met forse

precario rechten! Hoe leuk is het om als klant een

kopje koffi e te krijgen als je winkelt? Helaas

wordt dit vaak aangemerkt als ‘branchever-

vuiling’ en valse concurrentie voor de koffi ezaak

op de hoek.

Wie klanten wil trekken naar een winkelstraat

waar weinig ‘loop’ is, zet creatief in met guerilla-

marketing en huurt energieke studenten in.

Maar dat vergt een vergunning waarop je soms

zes weken kunt wachten. Conclusie: als we

straks nog leuk willen kunnen winkelen, moeten

we het echte ondernemers ook leuk maken!’# MRDH 08 september 2014

‘Regelvrije zones is een instrument dat wij als

gemeente zeker toejuichen. Het MKB vormt toch

de motor van de lokale economie en we willen

dat MKB’ers hier optimaal kunnen ondernemen.

In het actieplan Economie voor Zoetermeer, wat

op dit moment in ontwikkeling is, willen we

uitbreidingen van bestaande regelvrije zones en

nieuwe creëren op bijvoorbeeld industrie-

terreinen. De enige voorwaarde is wel dat

ondernemers hierbij de veiligheid in acht nemen.

Zeker in woongebieden is dit het geval. Maar

over het algemeen hanteren we een houding van

‘Ja, tenzij…’

Daarnaast zullen we nieuwe ondernemers met

creatieve initiatieven een warm welkom geven.

De vraag ‘Wat wilt u doen en waar knelt het?’

staat hierbij centraal. Op verzoek passen wij dan

de regelgeving aan. Natuurlijk in samenspraak

met onze inwoners.

Hierbij moet ik wel opmerken dat als je stappen

voorwaarts wilt maken, je lef moet tonen. Er

moet een gezond evenwicht ontstaan tussen het

doorzetten van plannen en de samenspraak.

Het nieuwe actie plan Economie voor de

komende jaren is overigens best vooruitstrevend

te noemen. Het is een plan dat past bij

Zoetermeer, bij het pionieren dat de stad in de

beginjaren heeft gedaan. Een plan waarin we

risico’s durven nemen en waarmee een aan-

trekkelijk ondernemings klimaat moet ontstaan

met minder regeldruk. Zo komt er straks een

team dat nieuwe ondernemers begeleidt in het

proces van starten. Ook willen we meer kleine

economie in woonwijken en de regels daartoe

verruimen.’

‘CDA Zuid-Holland deed in november 2013 haar

voorstel tot een proef met regelvrije zones in het

licht van de kerntaken van de provincie Zuid-

Holland. Fractievoorzitter Hans Démoed noemde

daarbij onder andere de thema’s natuur, groen

en cultuur, waarbij in Binnenlands Bestuur werd

aangegeven dat een buitengebied of recreatie-

gebied meer voor de hand ligt. Vanwege de

bevoegdheid van de gemeente zou het in -

gewikkeld zijn om een proef in een woonwijk te

doen.

Ook voor CDA Capelle kan deze vorm van

deregulering een middel zijn om creativiteit van

onderop echt ruimte te geven. Binnen de

Metropoolregio krijgen op die thema’s ver-

schillende gebieden door ondernemende

initiatieven meer waarde voor de inwoners om

van de groene kwaliteit van onze regio te

genieten. Ook voor het behoud van een deel van

het cultuurgoed in de vorm van bebouwing in

het buitengebied is het zaak dat leegstaand

agrarisch vastgoed andere bestemmingen kan

krijgen.

De meerwaarde van regelvrije zones voor het

MKB neemt toe als we deze juist wel weten toe te

passen op woonwijken. In veel gemeenten

binnen de Metropoolregio is de werkgelegenheid,

vooral voor laag geschoolden, erbij gediend als

(startende) ondernemers andere activiteiten

kunnen ontplooien dan de spreekwoordelijke

zzp’er die op zolder achter zijn computer een

administratiekantoor runt. In iedere wijk staan

wel panden die ook gebruikt zouden kunnen

worden door kleine productie bedrijfjes. Er is

toch niets mis met een school die een tweede

leven krijgt als bedrijfslocatie?’

Janet vanHuisstedeoprichter van Stichting

De Winkelmeiden

Page 25: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

Een multinational maakt een koffiezetapparaat of een haarföhn

in Polen of China en verkoopt hem van São Paulo tot

Wateringen. Maar publieke goederen als windmolenparken?

Of trams? Die produceer je in samenspraak met de klanten.

Deze samenwerking maakt beide partijen maatschappelijk

verantwoordelijk, vindt bestuursvoorzitter van Siemens

Nederland Ab van der Touw. “De samenleving is onze klant én

partner. Wij co-creëren producten. De tijd dat we los van de

klanten iets bedachten, ligt achter ons. Voor wat wij doen,

moeten we eigenlijk ook altijd publiekelijk verantwoording

afleggen. Als trams het niet doen, dan is niet één consument

of een groepje de dupe, maar heel Haaglanden. Als de

energievoorziening niet klopt, dan betreft dat een heel gebied.

Die verantwoordelijkheid verankert ons in de samenleving.”

De verankering van Siemens in de maatschappij strekt zich in

het kader van haar duurzaamheidsprogramma uit tot een

oneindig aantal verenigingen, comités, platformen en raden

van toezicht- en advies. Met Ab van der Touw als boegbeeld. In

minder bekende programma’s als het Smart Energy Collective,

de stichting Klimaatfonds Haaglanden of de stichting Duur-

zaamheid Den Haag en bekendere als The Hague Security Delta,

Beter Benutten Haaglanden en Spitsmijden Haaglanden.

Forums waar Siemens als eminent speler op het gebied van

energievoorziening, mobiliteit, gezondheidszorg en veiligheid

in thuishoort, aldus Ab van der Touw. “Veel bedrijven gieten

duurzaamheid als een marketingsausje over hun activiteiten,

maar voor Siemens is het de kern van het bedrijf. Bij alles is

duurzaamheid dé grote eis. Duurzaam ondernemen is een

maatschappelijke en industriële noodzaak. De helft van wat

wij vermarkten, is gericht op verduurzaming.” Volgens de

Dow Jones Sustainability Index staat Siemens daarmee in de

categorie kapitaalgoederen wereldwijd op de eerste plaats.

Genen

Het etiket maatschappelijk verantwoord ondernemen kleeft al

heel lang aan Siemens. “Het zit wereldwijd in onze genen”, aldus

Van der Touw. Werd dat twintig geleden in de tijd van de gouden

‘Altijd verantwoording afleggen’Siemens draait allang niet meer om telefonie en televisie. Bestuursvoorzitter Ab van der Touw

richt zijn vizier op duurzame energie, mobiliteit, veiligheid en gezondheid. Hij doet dat door

partnerschappen te sluiten en te werken in regionale netwerken.

Tekst: Martijn Delaere | Fotografie: Mladen Pikulic

Ab van der Touw, directeur Siemens:

‘Mensen vinden het nu veel belangrijker om te

werken voor een organisatie die ertoe doet.

24 | 25

ECONOMIE

Siemens-topman Ab van der Touw

Page 26: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

‘Veel bedrijven gieten duurzaamheid als een

marketingsausje over hun activiteiten, maar

voor Siemens is het de kern van het bedrijf.’# MRDH 08 september 2014

Page 27: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

bergen en financiële windhandel tamelijk absurd

gevonden, vandaag de dag wordt die betrokken-

heid gewaardeerd. Siemens plukt er de vruchten

van. De Siemens-topman: “Wij trekken medewer-

kers aan die het belangrijk vinden om te werken

voor een bedrijf dat iets betekent voor de samenle-

ving. In het licht van de vergrijzing en de ontgroe-

ning (daling van het percentage jongeren op de

arbeidsmarkt, red.) werkt dat in ons voordeel. Ken-

nelijk vinden mensen het nu veel belangrijker om

voor een organisatie te werken die ertoe doet. We

hebben een generatie achter de rug die graaide en

voor wie het niet op kon, maar nu zie je dat werk-

nemers de waarom-vraag stellen.”

Siemens Nederland (omzet afgelopen boekjaar

973 miljoen euro, 16 miljoen winst) is geen over-

heid en ook geen liefdadigheidsinstelling.

Geld verdienen is wel van belang, zo veel dat het

Duitse concern kan meedraaien en meedingen in

de internationale concurrentiestrijd. Gelukkig is

duurzaamheid vandaag de dag winstgevend.

Van der Touw: “Kijk naar het programma Beter

Benutten Haaglanden om de bereikbaarheid van

de stad en de omgeving te vergroten. Een invals-

hoek is dat er een breed draagvlak voor verkeers-

oplossingen moet zijn, maar de andere is dat

Siemens ook de oplossingen in huis heeft, zoals

een verkeerscontrolecentrum. Ik heb vorig jaar

september meegedaan aan het Energieakkoord

tussen bedrijfsleven, milieubeweging en vakbon-

den, omdat ik geloof in duurzame groei, maar

óók omdat we ons steentje bijdragen met energie-

centrales en windenergie. Wij hebben veel geld

nodig voor innovatie. Tegelijk is het wél zo dat wij

in het Rijnlandse model, waarbij continuïteit van

de onderneming belangrijker is dan het nemen

van een snelle kortetermijnwinst, veel meer dan

in het Angelsaksische model op de langere

termijn zijn gericht en dus niet meteen winst

hoeven te maken.”

Trams

Op het pleintje voor het Siemens-hoofdkantoor

aan de Haagse Prinses Beatrixlaan tappen de twee

directieauto’s aan hun oplaadpunt elektriciteit,

maar op de laan zelf stoten auto’s nog onbezorgd

hun gassen uit. RandstadRail, die boven de weg

rijdt, niet. Niet verwonderlijk dus dat Siemens

ook een grote bouwer is van trams. In Amerika is

één op de drie trams van Siemens. In Europa was

de Haagse HTM de eerste klant van de nieuwe

generatie Avenio-trams van Siemens. Niet zomaar

op de rails gezet vanuit de fabriek in Wenen, maar

op maat gemaakt. Ab van der Touw: “Je kijkt

met de klant naar wat een trein of tram moet

doen. De HTM wilde met de nieuwe

tram in de spits grotere groepen

mensen kunnen vervoeren. Zonder

dienstregeling en met zo lang en

breed mogelijke trams. De HTM

krijgt een 32 meter lange en 2,65

meter brede tram, en niet veertig

stuks, zoals oor spronkelijk de bedoeling, maar

zestig. Omdat de trams meer passagiers gaan

vervoeren, worden ook de sporen aangepast. De

Avenio-tram die we aan Den Haag leveren, ver-

schilt aanmerkelijk van die in München. Bij

standaardisatie van de trams zou de kostprijs

dertig procent lager liggen. Dat moeten we leren.

Vervoersmaatschappijen moeten voor hun eigen

bestwil naar een inter nationale standaard,

waardoor de kosten omlaag gaan.”

Potentie

Veel Haagser krijg je een bedrijf niet, maar dat wil

niet zeggen dat de komst van de Metropoolregio

Rotterdam Den Haag de bestuursvoorzitter van

Siemens koud laat. Hoe kijkt Van der Touw, ook

nog eens voorzitter van de Economische

Programma -raad van de Zuidvleugel, aan tegen de

Metro-poolregio? “Een enorme vooruitgang. Je

hebt een groter gebied te pakken dan de gewesten

waar-binnen meer economische samenhang is

dan binnen de provincie. Er zit veel potentie in de

Metropoolregio, maar het komt er onvoldoende

uit. Op het gebied van verdienvermogen blijven

we achter bij Amsterdam en Brainport Eindhoven.

In Den Haag is de verdienkracht beperkt door het

grote aantal ambtenaren en in de Rotterdamse

haven heeft de transitohandel een lage toege-

voegde waarde.” Daarom moeten politiek en

bedrijfsleven volgens Van der Touw inzetten

op clusters met een groot verdienvermogen.

“En dat gebeurt nu ook. Bedrijfsleven, overheid

en onderwijs bepalen gezamenlijk een agenda.”

Lichtend voorbeeld is volgens Siemens-topman

Van der Touw The Hague Security Delta. “Een jaar

na oprichting van de The Hague Security Delta in

het Beatrixkwartier zijn er tweehonderd

be drijven en organisaties aangesloten. Clubs die

zich bezig houden met cyberveiligheid in zijn

volle betekenis, dus van bruggen en ziekenhuizen

tot energiecentrales. Als je erbij wilt horen, dan

moet je hier zitten.”

Windenergie

Een ander speerpunt van de Metropoolregio zou

volgens Van der Touw de vermarkting van

windenergie moeten zijn. “Je hebt de TU in Delft. Van

Oord in Rotterdam en Heerema in Zwijndrecht zijn

kampioenen in het bouwen van windparken op zee

en wij zijn kampioen in het ontwikkelen van

windturbine-techniek. We hebben dit voorjaar

een order van 1,5 miljard euro gescoord om ten

noorden van Schiermonnikoog het grootste

Nederlandse windpark in zee te bouwen. We gaan

voor 785 duizend gezinnen zeshonderd megawatt

op zee opwekken en wisselstroom in gelijkstroom

omzetten op een drijvend eiland van zestig bij

zestig, met golven van dertig meter hoog. Zo

ontstaat een ijzersterk kenniscluster.”

Wie is Ab van der Touw?

Albert Frank (Ab) van der Touw (59)

werd geboren in Leiden en studeerde

er klassieke talen en geschiedenis.

Hij belandde 28 jaar geleden bij Siemens

nadat hij les had gegeven op het christe-

lijk gymnasium Sorghvliet in Den Haag.

Van der Touw vervulde verschillende

functies bij Siemens voordat hij in 2010

werd benoemd tot voorzitter van de raad

van bestuur van Siemens Nederland. Van

der Touw heeft daarnaast nevenfuncties

bij meerdere organisaties zoals VNO-

NCW en Beter Benutten.

‘Duurzaam ondernemen is een maatschappelijke en industriële noodzaak’

26 | 27

Page 28: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

“Stockholm bestaat uit veertien eilanden die om het stadscentrum heen

liggen. Wij wonen op het Södermalm eiland. Je kunt het vergelijken met de

Jordaan in Amsterdam. Er zijn overal cafétjes en winkeltjes in onze buurt te

vinden. Ons appartement is gehuurd, maar we zoeken naar een koophuis in

deze buurt, omdat we het erg naar onze zin hebben. Ook omdat ik nu

zwanger ben van ons tweede kind, gaat ons huis straks te klein worden.”

Lau heeft een eigen consultancypraktijk. “Ik geef bedrijven advies op het

gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen. Door mijn ervaring

en contacten in Azië kan ik ze ook assisteren bij het opzetten van

handelsrelaties met China. Zweden heeft een aantrekkelijk klimaat voor

zelfstandige ondernemers. Het is niet moeilijk om een eigen bedrijf te

starten. Wel is de belasting natuurlijk erg hoog. Maar voor een eenmanszaak

is er de regel dat de premieheffing voor de sociale verzekeringen de eerste

twee jaar over een gemiddeld bedrag verloopt. Aangezien je in de eerste paar

jaar nauwelijks winst maakt, hoef je dus niet veel geld te missen als je

onverwachts door ziekte uitvalt. Ook zijn de regels voor het starten van een

BV versoepeld. Je hoeft nu minder geld verplicht zelf te investeren.”

Kindvriendelijk

Zweden staat erom bekend dat het goed voor zijn jonge moeders en ouders

zorgt. Standaard geldt ongeveer zestien maanden ouderschapsverlof. Daarvan is

dertien maanden betaald met tachtig procent van het salaris en drie maanden

op uitkeringsniveau. Ouders kunnen dit verlof verdelen over de moeder en de

vader. De eerste tien maanden na de geboorte van hun dochter Bey bleef Lau

thuis. De volgende zes maanden haar man. “Je kunt dus eigenlijk het hele eerste

jaar zelf voor je kinderen zorgen. Dat heeft het nadeel dat de maatschappij

aanneemt dat je dat ook dóet. Voor kinderen onder de één jaar zijn er geen

opvangmogelijkheden. Bijkomend voordeel is weer dat er veel faciliteiten zijn

waar je als jonge ouder, dus ook de vaders, met je kind naartoe kunt. Cafés en

restaurants zijn hierop ingericht, je kunt samen op zangles of naar de

bibliotheek, er zijn oneindig veel speeltuintjes in de stad en je kunt zelfs

overdag naar de film met je baby. Ook kom je via de verloskundige na de

bevalling in een clubje terecht met andere jonge moeders, zodat je van elkaar

kunt leren en iets kunt ondernemen. Want niemand met zo’n jonge baby werkt.

Om het nog makkelijker te maken om je te verplaatsen, is het openbaar vervoer

voor reizigers met een kinderwagen gratis.”

Metro

Qua infrastructuur zit het in de stad heel goed, vindt Lau. “Op vijftig meter van ons

huis is een metrostation. Het centraal station ligt vervolgens op een ritje van tien

minuten. Ook de bus kunnen we makkelijk pakken, al nemen we toch eerder de

metro. Het is niet goedkoop om met het OV te reizen. Wel is het allemaal goed

toegankelijk en zijn er overal liften. De auto nemen we eigenlijk nauwelijks.

Het parkeren is duur en moeilijk. Met het openbaar vervoer is alles makkelijk te

bereiken. Fietsen doen ze hier ook wel, maar minder dan in Nederland. Je hebt

hier ook te maken met heuvelachtig gebied en de fietsinfrastructuur is de laatste

jaren wel verbeterd, maar nog niet optimaal. Aparte fietspaden zijn er nog niet

overal.”

Foodtruck

Uitgaan in Zweden is duur. Voor een biertje mag je al gauw zes à zeven euro

neertellen. Ook restaurants zijn prijzig. Maar de Stockholmers zijn inventief en

hebben zich op een uit Amerika overgewaaide trend gestort: de Foodtruck. Tot de

zomer van 2013 was het nog moeilijk om een vergunning voor zo’n rijdend

afhaalrestaurant te krijgen, maar de regels zijn versoepeld en ze schieten als padden-

stoelen uit de grond en de kwaliteit verbetert snel. Er zijn zelfs allerlei lijstjes op

internet te vinden met top vijfs van het beste ‘street food’ in Stockholm. Lau: “Ze zijn

hier ontzettend populair en het is een goedkope manier om toch iets buiten de

deur te eten. De variëteit loopt uiteen van taco’s tot pannenkoeken en van hotdogs

tot steaks.”

Zeeën en meren

“De zomers in Zweden zijn heerlijk. Het is lang licht en het klimaat is

aangenaam. Rondom de stad zijn veel groengebieden, waar je binnen twintig

minuten kunt zijn. ‘s Zomers is er ook van alles aan cultuur te beleven.

Theatervoorstellingen in de open lucht en andere activiteiten in de vele parken.

Dan leeft de bevolking echt buiten. Nog sneller, in tien minuten fietsen, zitten

we al aan de kust. Na het werk en in de weekenden zijn we dan ook veel te

vinden aan zee. Op vier à vijf verschillende plekken in onze omgeving zijn er kleine

strandjes waar je kunt zwemmen.” Omdat het ‘s zomers in hun thuisland goed

vertoeven is, gaan Stockholmers in die periode nauwelijks naar het buitenland op

vakantie. “Veel mensen hier hebben een zomerhuis op maximaal twee uur rijden

van de stad. Daar brengen ze hun zomers en weekenden door. In de winter gaan

ze dan wel op vakantie naar een warm land.”

Kaying Lau woont al bijna tien jaar niet meer in Nederland. Amsterdam verruilde ze in 2005 voor China. Hier

leerde ze haar Zweedse man Oscar Berger kennen die als attaché Sociale Zaken bij de Zweedse ambassade

werkte. Toen hun eerste kind zich aankondigde, besloten ze begin 2013 het Aziatische land te verruilen voor

het walhalla voor gezinnen met jonge kinderen: Stockholm.

Tekst: Brigitte Beeks | Fotografie: Kaying Lau

Hälsningar från Stockholm

# MRDH 08 september 2014

GRENZELOOS

Page 29: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

1 5

2 3 6

4

8 10

9

7

1. Ingang van de metro met aan de

overkant van de straat de lift

2. Het gezin

3. Pleintje met café’s

4. Man Oscar met dochter Bey

5. Hornstull straat met winkels

6. Speeltuintje in de wijk

7. Strand in Tantolunden Park

8. Achterkant appartement in

Södermalm

9. Foodtruck in Stockholm

10. Tantolunden Park

Stockholm Facts

• Hoofdstad en grootste stad van

Zweden

• Ruim 2 miljoen inwoners,

inclusief voorsteden

• Konings- en regeringsstad

• Ligt op 14 eilanden, met

bruggen verbonden

• 3 metrolijnen en 100 stations

• Stockholm Central heeft 220.000

passagiers per dag

• In 2008 is de bouw van een

ondergrondse pendelspoorlijn

begonnen

• 3 vliegvelden rondom de stad

• Tolheffing voor auto’s rondom

de historische binnenstad

28 | 29

Page 30: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

# MRDH 08 september 2014

ECONOMIE

Boeren in de MetropoolregioAchter de TU-wijk in Delft beginnen de groene longen van de stad. Uitgestrekte weilanden met vee en hier en

daar een boerderij bepalen het uitzicht. Aan de horizon doemt aan de ene kant de stad Rotterdam op, en aan de

andere kant Delft. Op Hoeve Ackerdijk in Schipluiden lijkt dat stadse leven heel ver weg, maar toch ook weer niet.

Ze vormen de hoofdinkomstenbron voor boer Arie van den Berg. Geen boerderij zonder de Metropoolregio.

Tekst: Brigitte Beeks | Fotografi e: Gerhard van Roon

Boer Arie van den Berg leidt zijn

melkkoeien terug de stal in.

Page 31: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

30 | 31

2014 is door de FAO, de voedsel- en landbouworga-

nisatie van de Verenigde Naties, uitgeroepen tot

het Internationale Jaar van het Boerenfamilie-

bedrijf. In de Metropoolregio zijn vooral drie soor-

ten agrariërs te onderscheiden op 300 hectare

agrarische grond: akkerbouwers, melkveehouders

en tuinbouwers. Akkerbouwers vind je vooral op

Voorne-Putten en in de Hoeksche Waard en omge-

ving. In Midden-Delfl and zijn veel melkveehoude-

rijen gevestigd. Dat heeft te maken met de grond -

soorten in het gebied. In Midden-Delfl and is dat

veengrond, die zich niet leent voor iets anders

dan begrazing.

Zo ook op Hoeve Ackerdijk. Boer Arie van den

Berg groeide hier op. “Toen ik geboren werd run-

den mijn oma en mijn vader de melkveehouderij.

Ze pachtten toen nog van de kerk. In 1959 kregen

we de hoeve in eigendom. Mijn vrouw Petra en ik

hebben eerst nog een tijd met onze oudste kinde-

ren in een woonwagen op het terrein gewoond.

Totdat de boerderij voor ons vrijkwam. Onze vier

kinderen zijn hier groot geworden en inmiddels

passen wij op onze kleindochter Cato van vijftien

maanden. Dit echte stadskind vindt het hier

geweldig met al die dierengeluiden om zich heen.”

BiologischHoeve Ackerdijk ligt in het gebied de Schiezone,

een recreatiegebied waar naast twee agrarische

bedrijven ook onder andere een paintball -

centrum, kunstcentrum, begraafplaats en een

naturistencamping liggen. Het bedrijf van de

familie Van den Berg beslaat 48 hectare weide-

grond, inclusief natuurgrond zelfs 68 hectare.

Hier lopen 75 koeien rond met bijbehorend

jongvee en een aantal fokschapen.

Sinds 1998 werkt Van den Berg compleet

biologisch. Dat houdt niet alleen in dat hij

geen bestrijdingsmiddelen en geen kunstmest

gebruikt, maar ook dat de koeien, naast het gras,

biologisch voedsel krijgen en dat Van den Berg

geen medicijnen toedient, behalve als de koe ziek

is. De melk gaat naar Campina. Eén dag in de

week is Hoeve Ackerdijk zorgboerderij voor

GGZ-patiënten. Ook kunnen scholen een rond-

leiding krijgen op het bedrijf.

Natuurbeheer is iets wat Van den Berg serieus

neemt. “Je ziet een verschuiving ontstaan in de

agrarische sector. Bedrijven schalen op of hebben

een verschuiving naar andere bedrijfsvormen.

Maar als agrariër moet je iets voor de natuur doen,

vind ik. Daarom was ik vijftien jaar geleden

ook mede-oprichter van de agrarische natuur-

vereniging Vockestaert en zat ik in het bestuur.

Daarnaast doen we actief aan weidevogelbeheer

en zorgen we voor natuurvriendelijke oevers.”

Van den Berg weet waar hij over praat als het om

de natuur en het water gaat. Naast het werk op de

boerderij is hij namelijk ook bestuurder van het

Hoogheemraadschap van Delfl and. “Ik vind het

belangrijk om als inwoner van het gebied politiek

betrokken te zijn. Zo ben ik dertien jaar verant-

woordelijk geweest voor de plannen voor de

reconstructie van Midden-Delfl and. Maar dat is nu

afgerond. Daarnaast ben ik nog betrokken bij de

Food Council in Rotterdam die de gemeente

adviseert bij voedselvraagstukken. Bijvoorbeeld

hoe zij de productie van voedsel in de regio en

de vraag naar vers voedsel in de stad beter met

elkaar kan verbinden.”

MetropoolregioWerkgelegenheid, groen en leefomgeving, dat

zijn volgens de boer zaken die zorgen voor een

Page 32: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

# MRDH 08 september 2014

Het gemaaide gras vormt in de winter de hoofdvoedselbron.

goed vestigingsklimaat. “Groen is dus iets waar je

goed voor moet zorgen. In de Metropoolregio

Rotterdam Den Haag zie ik veel kansen. In de visies

die er nu liggen is het belang van het groen duidelijk

benadrukt. Midden-Delfl and vormt in die plannen de

groene longen van de stad. Ik zie die regiovorming

dan ook niet als bedreiging. Alleen zou de stad de

ondernemers die in dit gebied iets willen doen,

meer op gang moeten helpen, bijvoorbeeld de eerste

jaren extra stimuleren. De steden zetten hierin al

interessante stappen met nieuwe vormen van

stadslandbouw. Zo ontstaat er meer interesse voor

de omgeving waar het voedsel vandaan komt.”

‘Inkomen van stad naar platteland brengen’

Ook qua recreatie is nog veel werk te verrichten,

vindt Van den Berg. “De overheid trekt zich terug

als fi nancier van het onderhoud en beheer. Daar-

door verrommelen die gebieden. Het gebied dat

naast mijn boerderij ligt, is een recreatiegebied.

Maar ze maaien er niet, waardoor je er niet in kunt

gaan zitten. Recreanten komen dus picknicken in

mijn weides. Dat vind ik niet erg, maar het zou

niet nodig moeten zijn. Het liefst zou ik een

centraal punt zien voor het onderhoud van

het hele gebied. En het zou zich best wat meer

mogen onderscheiden met bijvoorbeeld kunst

in het landschap. Al die recreatiegebieden lijken

zo op elkaar in Nederland.”

Agrarisch kinderdagverblijf

Qua uitbreiding van zijn bedrijf denkt Van den

Berg dan ook niet aan opschaling, maar aan

professionele verbredingen. “Ik ben constant bezig

met het bedenken van manieren om het inkomen

van de stad naar het platteland te brengen. Meer

koeien hier houden is geen optie, dus moet je kijken

naar andere mogelijkheden. We hebben hier al een

tijdje een oude stal leegstaan. Ik wil daar een agra-

risch kinderdagverblijf in beginnen. De medewerkers

van de TU kunnen hier in deze landelijke omgeving

hun kleintjes onderbrengen. Ook de gemeente ziet

dit wel zitten. Je moet toch een beetje meegaan

met je omgeving en alert zijn op veranderingen.”

Helaas voor Arie en Petra van den Berg zien hun

kinderen een overname van het boerenfamilie-

bedrijf niet zitten. “Het zijn ook nooit plattelandskin-

deren geweest, hun blik was op de stad gericht. Daar

wonen ze nu ook. Ik heb personeel in dienst en voor-

lopig redden we het prima. We zien wat de toekomst

brengt.”

Agrariërs in de MRDH

• Aantal melkveehouderijen: 170 *

• Aantal landbouwbedrijven: 4.885 *

• Aantal ha agrarisch terrein: 30.379 **

(uitgezonderd glastuinbouw)

*cijfers CBS 2013

**cijfers CBS 2010

Hoeve Ackerdijk aan

de Rotterdamseweg

in Schipluiden.

www.hoeveackerdijk.nl

Page 33: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

ECONOMIE

Recreatiegebieden, stilteplekken en voedsel van eigen bodem maken een Metropoolregio pas echt leefbaar

en aangenaam. De gemeente Midden-Delfland bestaat tien jaar en heeft als missie deze kwaliteiten aan de

stedelijke omgeving toe te voegen.

Tekst: Pieter Maessen | Gemeente Midden-Delfland

Melk van Schipluiden rechtstreeks naar de nieuwe Markthal op de Blaak

32 | 33

Bezoekers van de Internationale Cittaslow-conferentie doen mee aan een melkproeverij.

Tafereel in de grote koeienstal van boer Dijkshoorn in

Midden-Delfland: tussen de beesten staat een gedekte

tafel met daarop vier groepjes champagneflûtes,

gevuld met een witte substantie. Daaromheen staat

een gezelschap burgemeesters uit heel Europa om

zich te wagen aan… een melkproeverij.

Dit bijzondere moment voltrok zich op 21 juni

tijdens de conferentie van de wereldwijde Cittaslow-

beweging in Nederland. De inwoners van Midden-

Delfland ontvingen honderdvijftig bestuurders en

trakteerden hen op streekgerechten, vaartochtjes,

beeldende kunst en muziek. En tijdens de ‘melktest’

moesten de gasten het verschil proeven tussen houd-

bare melk, gewone supermarktmelk, biologische

melk en verse melk van de koeien waar ze op dat

moment tussen stonden.

Kleinschaligheid

Cittaslow ontstond vijftien jaar geleden in Italië.

Het is een club van gemeenten die kleinschaligheid,

duurzaamheid en sociale cohesie in het vaandel

dragen. Er zijn er nu zo’n tweehonderd, vooral in

Europa, waarvan zeven in Nederland.

Het is bijna vanzelfsprekend dat Midden-Delfland

deel uitmaakt van dit gezelschap, want deze

gemeente is juist gecreëerd om een groene buffer te

zijn tussen de stedelijke gebieden van Rotterdam,

Den Haag en het Westland. Bij de herindeling in 2004

is Westland gevormd als ‘glasgemeente‘ en Midden-

Delfland als ‘grasgemeente’. “Het versterken van die

Page 34: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

# MRDH 08 september 2014

identiteit als agrarische en recreatiegemeente is

onze kernactiviteit”, zegt burgemeester Arnoud

Rodenburg.

Er zijn hierover wapenfeiten te melden. De gemeente

verzette zich met succes tegen het bovengronds aan-

leggen van een nieuwe hoogspanningsverbinding.

Die moest en zou onder de grond om de openheid

van het landschap niet te verstoren, en dat is gelukt.

Meerprijs voor investeerder Tennet: honderd miljoen

euro. Een andere aanslag op het landschap kon de

gemeente niet meer afslaan: de aanleg van het ontbre-

kende stuk van de A4 door haar polders. Maar het is –

met hulp van veel medestanders – wel gelukt

om de weg verdiept te leggen, zodat hij in het vlakke

land bijna niet te zien is. De gemeente kreeg er een

compensatie voor van achtien miljoen euro . Een

bedrag dat zij onder meer besteden aan het bijscholen

en ondersteunen van veehouders die milieuvriendelijk

willen werken, agrarisch natuurbeheer, de aanleg van

een ecologische verbinding en het opruimen van

verspreid liggende verouderde kassen.

‘De grote steden makenduidelijk dat onze groene bijdrage aan de Metropoolregio ook in hun belang is’

Rustiek

Recreatie is een nieuwe pijler onder de lokale econo-

mie. Ten tijde van de vorming van Midden-Delfland

tien jaar geleden, waren er slechts twee campings.

Nu zijn er in Schipluiden, Maasland en Den Hoorn

al 24.000 overnachtingen per jaar, onder meer in

het ‘Rechthuis van Zouteveen’, rustiek gelegen aan

het water, nauwelijks bereikbaar. Eigenaar Jakob

Jongsma trekt het hele jaar door gasten en draait een

prima omzet. Zijn bezoekers komen uit eigen land,

bijvoorbeeld voor een familiereünie, maar ook uit

verre buitenlanden. Toeristen weten hem via interna-

tionale websites moeiteloos vinden.

De Stichting Groen Goud heeft de lokale recreatie-

bedrijven verenigd om elkaar en nieuwe ondernemers

te helpen bij hun activiteiten. Het past naadloos

op het karakter van Midden-Delfland als Cittaslow-

gemeente. Maar voor Jongsma mag het nog wel een

beetje actiever. “Ik vind dat gemeenten een grotere rol

moeten spelen in het bijeenbrengen van ondernemers.

Er zijn nog te veel bedrijven die alleen met hun eigen

zaak bezig zijn. Het gaat er juist om, dat we door samen

te werken een veelzijdig recreatieaanbod krijgen met

verblijf, eten en allerlei vormen van recreatie en cultuur.”

Metropoolregio

Midden-Delfland voelt zich thuis in de Metropool-

regio. De grote steden vinden het van het grootste

belang dat er een open, groen middengebied in

stand blijft. “Wij denken graag mee over de uit-

dagingen waarvoor de metropool staat. Vooral

omdat de grote steden duidelijk maken dat onze

groene bijdrage aan de Metropoolregio ook in hun

belang is”, zegt wethouder Buitengebied Hans

Horlings (tevens regiobestuurder bij het Stadsge-

west Haaglanden). Een mooi voorbeeld daarvan

vond hij de aanwezigheid van de burgemeesters

Van Aartsen (Den Haag) en Aboutaleb (Rotterdam)

bij het bezoek van de staatssecretaris van Landbouw

aan Midden-Delfland in 2011. “Door hun aanwezig-

heid gaven zij aan dat ons belang als agrarische en

recreatiegemeente ook dat van hun steden is.”

Markthal

Deze zomer brengen ondernemers uit Midden-

Delfland, onder wie melkveehouders, een bezoek

aan de nieuwe Markthal en de Fenix Food Factory in

Rotterdam. Dit laatste is een dagelijkse, ambachtelijke

versmarkt op Katendrecht met een kleinschaliger opzet

dan de Markthal. De ondernemers gaan verkennen of

ze hun producten uit Midden-Delfland op deze eigen-

tijdse markten rechtstreeks kunnen verkopen aan de

inwoners van de steden. Dan kunnen stadsmensen

weer proeven hoe melk smaakt die niet eerst een paar

dagen in opslag en transport is geweest. En als ze dat

willen, kunnen ze zelf op de fiets naar de boerderij waar

de melk vandaan komt en nog een paar verse eieren en

een smakelijk stukje kaas meenemen.

Cittaslow Nederland

Cittaslow is het internationale keurmerk

voor gemeenten die op het gebied van

leefomgeving, landschap, streekproducten,

gastvrijheid, milieu, infrastructuur, cultuur-

historie en behoud van identiteit tot de top

behoren. Het gaat hierbij om gemeenten

met minder dan 50.000 inwoners. De oor-

sprong van Cittaslow ligt in Orvieto (Italië).

Het bewaken en bevorderen van de kwaliteit

van de leefomgeving is het allerbelangrijkst

voor een Cittaslow. Dit betekent dat een

gezond milieu, het versterken van de

landschappelijke kwaliteiten en een goede

infrastructuur hoog op de agenda van

de gemeente staan. Deze koestert het

cultuurhistorisch erfgoed, de plaatselijke

tradities en het aanbieden en promoten van

streekproducten.

Midden-Delfland is in 2008 uitgeroepen

tot de eerste Cittaslow-gemeente van

Nederland. Inmiddels telt het netwerk in ons

land zeven gemeenten.

www.cittaslow-nederland.nl

[Bezoekers van het internationale Cittaslow

Congres doen mee aan een melkproeverij.

Ter gelegenheid van het Cittaslow Congres

is ook een concert gehouden.

Ter gelegenheid van de Cittaslow-conferentie is ook een concert gehouden.

Page 35: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

Ze zijn wel schattig, die nieuwe raadsleden. Ze zitten er net en

barsten van de dadendrang. Jong en wild. Daar gaan we nog

veel lol aan beleven. Hun ambities spatten uit de kolommen in

deze #MRDH. En gelijk hebben ze. Ze besturen middelgrote

steden, maar ontslaat hen niet van Het Groot Denken. Zonder

dromen moet je de politiek niet in willen.

Het fraaiste voorbeeld dat ik daarvan ken, komt uit mijn

Maassluis. Het zijn de jaren zeventig en op het stadhuis wordt

hypernerveus aan een prachtplan gewerkt. Er vaart al decennia

lang een ferry. Tussen ons en de overkant: van Maassluis naar

Rozenburg. Het is een minicruise van tien minuten met

wonderschoon uitzicht over de Nieuwe Waterweg.

In die dagen dient zich een projectontwikkelaar aan. Met de

kennis van nu zou je het een gladjakker kunnen noemen. In

het diepste geheim wordt het plan voorbereid en op een

grootse persconferentie zal het worden gepresenteerd. Het

lokale huis-aan-huisblad De Schakel is wel tevoren geïnform-

eerd en komt – zó groot is het nieuws – met een extra editie.

De burgemeester M.K. (“Theo”) van Dijke is een kleine man,

maar die dag voelt hij zich De Koning van Nederland en de

Overzeese Gebiedsdelen als hij het woord neemt. Het

voltallige college zit er stralend bij. “Dames en heren van de

pers”, doet hij sjiek, “wij hebben u groot nieuws te melden.”

Wij van de pers konden niet wachten. Hij houdt het niet langer

voor zich: Er Komt Een Dagelijkse Ferry Verbinding Tussen

Maassluis En Londen. De daadkrachtige zakenmeneer die erbij

zat te stralen zou ons allemaal rijk maken, want reken maar dat

de stad er flink aan zou gaan verdienen. Werkgelegenheid,

omzet, belastingen, toerisme: je kon het zo gek niet bedenken.

In Het Vrije Volk – mijn broodheer – verschijnt de volgende dag

de chocoladeletterkop: Wereldsteden Maassluis en Londen

eindelijk verbonden. Ik geef toe: een beetje flauw, maar de

aanwezige journalisten hadden allemaal een zeker

wantrouwen.

Wij als dames en heren van de pers voelden iets aan ons water.

Met de boot naar Rozenburg, okay. Maar naar Londen? Erger

nog: wilden die Londenaren wel naar Maassluis? De Schakel

pakte uit. Met foto’s, met wethouders, met de ondernemer.

Ze waren zelfs op lokatiebezoek in Londen geweest.

Helemaal naar het buitenland!

Het zou voortaan iedere dag Koninginnedag zijn in ons

Maassluis. Dank U Wel, College.

Het feestje van de burgemeester en de ondernemer heeft nog

geen volle dag geduurd, want daar verschijnt dagblad Trouw.

Een journaliste verziekt het feest volledig. Het is Annemieke

van Vlier. Het is haar primeur. Ondernemer Blijkt Oplichter.

Gemeentebestuur Stinkt Erin. Niks ferry, niks miljoenen en de

burgemeester plus zijn stralende college in hun diverse

hemden.

Ik complimenteer de collega meteen met een fantastische

primeur. En heel veel jaar later zijn we ook nog eens getrouwd.

Gelukkig!

Laat dit verhaal een waarschuwing zijn, schattige bestuurders.

Let op uw zaak. Beloof niet teveel. Neem nou Zoetermeer.

Er is namelijk een wethouder gekomen met bruis in zijn

portefeuille. Echt waar: wethouder Robin Paalvast doet naast

onder andere financiën en grondbeleid ook bruis. Bruis: het

staat in het collegeprogramma. Over een paar jaar is

Zoetermeer een bruisende en gezellige stad. Met een nieuw

pretpark erbij, want daar schijnt in Nederland een schrijnend

tekort aan te zijn. Met dynamiek. Met ja… met wat niet

eigenlijk. Dan denk ik: wat schattig. Maar zo’n bruistablet

verliest snel aan kracht. Al die raadsleden verkeren in de

euforie van Pas Verkozen. Ik wil hun feessie niet bederven,

als ze maar een beetje letten op mannen (altijd mannen) in

pakken die ferryboten komen aanbieden of andere

spookkastelen te koop aanbieden.

Cees van der Wel

Pas op voor Bruis Cees van der Wel hoofd externe projecten, RTV Rijnmond

34 | 35

COLUMN

Page 36: #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie

Oud-hockeyster Miek van Geenhuizen (goud op de

Spelen in 2008 en het WK in 2006) komt uit Eind-

hoven en heeft zich in 2010 met haar partner in

Den Haag gesetteld. Na kort bij de Haagse hockey-

club HDM gespeeld te hebben, maakt ze nu haar

hockeycarrière af bij het Rotterdamse HC. Den

Haag bleef ze echter trouw. Ze viel als een blok

voor de buurt van haar nieuwe woning aan de

Denneweg, Buurtschap 2005. “Ik kom uit Brabant

en dat bourgondische dat je hier vindt, met restau-

rantjes om de hoek, spreekt mij heel erg aan.

Je bent hier midden in de stad, maar er kan hier

op zondagmorgen ook intense rust heersen.

Eigenlijk is het kosmopolitisch en dorps tegelijk

in deze buurt. We hebben hier nog wat kleine boe-

tieks en antiquairs, een slager en de bakker zitten.

Heb je meer nodig, dan ligt het echte centrum op

loopafstand.” De statige architectuur en de sfeer

die de straat en buurt uitstralen bevallen Van

Geenhuizen. “Als we hier ’s avonds onze teckels

uitlaten en het licht valt op een bepaalde manier,

lijkt het net of je door een fi lmdecor loopt.”

Buurtschap 2005 heeft ook zijn aantrekkings-

kracht op toeristen en andere bezoekers van de

stad. “Ze komen hier met fi etstochten langs.

Het is ook zeker een belangrijk historisch stukje

van Den Haag. Ik ken Rotterdam niet goed genoeg

om te weten of ze daar ook een dergelijke plek

hebben. Daarbij trekt de gemoedelijke sfeer van

Den Haag me ook meer aan.”

Vanuit de Denneweg en het Lange Voorhout is

het niet ver lopen naar het Plein. Dit vormde

tijdens het WK Hockey het centrum voor allerlei

activiteiten rondom het WK. “Heel mooi dat dat

Plein er is geweest om zo hockey de rest van de

stad te laten zien. Ik blijf het wel jammer vinden

dat er zo weinig Haagse teams zijn die op een

hoog niveau spelen.”

De Metropoolregio kent veel bijzondere plekken. Soms bekend, soms nauwelijks ontdekt, maar erg geliefd bij de inwoners. In #MRDH vertellen ze daarover.

Tekst: Brigitte Beeks | Fotografi e: Mladen Pikulic

‘De statige architectuur en de sfeer’

# MRDH 08 september 2014

DE PLEK

36