#MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie
-
Upload
brigitte-beeks -
Category
Documents
-
view
228 -
download
0
description
Transcript of #MRDH, nr 2, 2014, thema: Economie
The Hague Security Delta groeit Drones in strijd tegen criminaliteit
Stedelijke regio’s hebben de toekomst Meer samenwerking rond mondiale trends
CEO Siemens Ab van der Touw ‘Zet in op clusters met groot verdienvermogen’
THEMA: ECONOMIE
08 MAGAZINE VAN STADSGEWEST HAAGLANDEN EN STADSREGIO ROTTERDAM | nummer 8 - jaargang 3 - september 2014
Colofon
#MRDH is een uitgave van de stadsregio Rotterdam en het Stadsgewest Haaglanden. Het blad verschijnt drie keer per jaar en wordt verspreid onder 6.000 relaties.
Deze uitgave is tot stand gekomen door samenwerking tussen het Stadsgewest Haaglanden, de stadsregio Rotterdam en VNO-NCW West.
Uitgave Nummer 8, september 2014, jaargang 3Het volgende nummer verschijnt in januari 2015.
Redactieadres #MRDH p/a Stadsgewest Haaglanden Postbus 66 2501 CB Den Haagwww.mrdh.nl/magazine tel: (070) 750 15 00 fax: (070) 750 15 01 e-mail: [email protected]
Abonnementen, aanmelden en adreswijzigingenwww.mrdh.nl/magazine
Hoofdredactie Caroline Schep (Stadsgewest Haaglanden) en Willem Nettinga (stadsregio Rotterdam)
Redactie Brigitte Beeks, Martijn Delaere, Dorine van Kesteren, Pieter Maessen en Cees van der Wel.
Fotografie en illustraties Aerialtronics, Ossip van Duivenbode, Kaying Lau, Harry van Mierloo, Maurice Mikkers, OESO, Mladen Pikulic, Mike Roelofs, Gerhard van Roon, Levien Willemse, FJ Producties.
Concept, vormgeving en uitwerking Sabel Communicatie - Bilthoven
Druk Drukwerkconsultancy - Utrecht
Copyright en verantwoordelijkheid De hoofdredactie heeft het voorbehoud op het auteursrecht op de artikelen in dit tijdschrift.
ISSN: 2213-2554
Op de cover The Hague Security Delta kijkt naar de inzet van drones. Foto: Aerialtronics.com
30
08 14
07
THEMA: ECONOMIE
08 Vestigingsklimaat
MRDH zet in op marktleiderschap
duurzaam leven
14 Raadsleden aan het woord
Wat heeft mijn gemeente nodig
om economisch te groeien?
20 The Hague Security Delta
Nationaal veiligheidscluster
komt tot bloei in MRDH
23 Samenwerking haven en stad
OESO ziet internationaal
maritiem dienstencentrum
25 Maatschappelijk ondernemen
Siemens over de maatschappelijke
en industriële noodzaak
30 Boeren in de Metropoolregio
Inkomen van de stad naar het platteland
brengen
33 Vijf jaar Cittaslow
Midden-Delfland versterkt zich als gras- en
recreatiegemeente
# MRDH 08 september 2014
20
36
RUBRIEKEN
04 Kort Nieuws
13 Feiten & Cijfers
18 In Beeld 28 Grenzeloos: Stockholm
36 De Plek
OPINIE
07 Column: Jan Slagter over ouderen in de MRDH
24 Metropoll
35 Column Cees van der Wel: Pas op voor Bruis
Van de redactie | Gelukkig ondernemen
‘Gelukkig ondernemen’ is het thema van het Miljoenenontbijt 2014 van VNO-NCW West.
Het is een nieuwe trend die de werkgevers tot ontwikkeling zien komen. Gevoel en beleving
vinden steeds meer een plek binnen de maatschappij en de economie. De wereld van geld en
consumptie maakt plaats voor een wereld met aandacht voor duurzaamheid en welbevinden.
Het verschijnen van #MRDH met het thema Economie valt samen met het Miljoenenontbijt.
Duurzaamheid, of het ecologiseren van de economie is ook één van de speerpunten in de
Strategische Agenda Economisch Vestigingsklimaat die voor de Metropoolregio Rotterdam
Den Haag is opgesteld. Vijf deskundigen, Noé van Hulst, Willem te Beest, Peter Troxler, Thomas
Rau en Rina van der Stolk vertellen over de mondiale trends die naast de ecologisering van de
economie bestaan uit metropoolvorming, kennis als productiefactor, de nieuwe maakindustrie
en de leefomgeving als consumptiegoed, waarop deze agenda is opgebouwd.
Het thema duurzaamheid staat al jaren hoog op de agenda van gemeenten en bedrijven.
Een multinational in de regio die al heel nadrukkelijk werkt met duurzaamheid is Siemens.
‘Het zit in onze genen’ , zegt CEO Ab van der Touw.
De gemeente Midden-Delfland heeft het duurzaam ondernemen met oog voor de leefomgeving
tot een waar handelsmerk voor het gebied gevormd. Cittaslow is na vijf jaar niet meer weg
te denken uit haar beleid. Hun ‘groene bijdrage’ aan het vestigingsklimaat levert een mooie
complementaire bijdrage aan de economische ambitie van de Metropoolregio.
Kijkt de Metropoolregio Rotterdam Den Haag voornamelijk naar hoe alle gemeenten samen een
beter vestigingsklimaat kunnen creëren, raadsleden van de deelnemende gemeenten bezien dit
voor vanuit hun eigen gemeente.
Ook The Hague Security Delta heeft oog voor duurzaamheid. Cybersecurity zoals camerabewaking
door middel van bijvoorbeeld drones is efficiënt en toekomstbestendig.
De politie bekijkt in samenwerking met The Hague Security Delta de inzet van drones. Foto: Aerialtronics
02 | 03
# MRDH 08 september 2014
De Groene Verbinding van Albrandswaard naar RotterdamDe stadsregio Rotterdam heeft deze zomer de Groene Verbinding offi cieel opengesteld voor publiek. Fietsers en wandelaars kunnen nu via deze bijzondere brug over de A15 en Betuwespoorlijn van Rotterdam naar Albrandswaard, en andersom. De verbinding is ter hoogte van de wijken Pendrecht in Charlois en Portland in de Albrandswaard.
De Groene Verbinding staat nu al bekend als ‘de net-
kous’ , wat de brug te danken heeft aan het ontwerp
met allemaal kleine gaten tussen de stalen bogen.
“Het zal een icoon in de regio gaan vormen, die alle
inwoners herkennen als stad-landverbinding tussen
het dynamische Rotterdam en de rust en natuur van
de polders van Albrandswaard”, aldus stadsregiobe-
stuurder Jan van Belzen.
De Groene Verbinding heeft een hele reis gemaakt.
De tweedelige staalconstructie is gemaakt in
Vlissingen door fi rma VDS Staalbouw. In augustus
2013 is de brug in twee delen, met lengten van
100 en 90 meter en een gewicht van 350 en 325 ton,
per ponton vanaf de fabrikant naar Rotterdam ver-
voerd, om vervolgens vanaf de Waalhaven per
trailer over de A15 naar de bestemming te rijden.
Hiervoor is de A15 één nacht afgesloten richting
Maasvlakte en twee nachten zelfs volledig afgeslo-
ten. Ook de treinen reden een nacht niet op de
Beneluxlijn, zodat het transport het spoor veilig
kon oversteken. Voor dit bijzondere transport heeft
de fi rma Wagenborg een Europese onderscheiding
gewonnen.
Investeren in leefbaarheid
De stadsregio Rotterdam is opdrachtgever van de
Groene Verbinding, een onderdeel van het Project
Mainportontwikkeling Rotterdam (PMR). Naast de
ontwikkeling van Maasvlakte 2 is in het kader van
dit omvangrijke project gekozen voor het investe-
ren in de leefbaarheid in de Rotterdamse regio. De
nieuwe fi ets- en voetgangersbrug zorgt voor een
wederzijdse verbinding tussen het bruisende Rot-
terdam en natuur en recreatiemogelijkheden in
Albrandswaard en langs de Oude Maas.
Filmpjes over de fabricage, de voorbereidingen ter
plaatse, het transport en het inhijsen zijn te bekij-
ken op www.YouTube.com onder het trefwoord
‘Groene Verbinding’.
Boek over ondernemers in de MRDHStichting Betrokken Ondernemers Platform
(Stichting BOP) heeft het initiatief genomen om
een boek te maken over de Metropoolregio
Rotterdam Den Haag. Het boek zal rond de jaar-
wisseling verschijnen in het Nederlands en het
Engels.
Stichting BOP van de maatschappelijk betrok-
ken ondernemer Peter Verstappen heeft Ben-
media de opdracht gegeven om het boek “Dit is
de Metropoolregio Rotterdam Den Haag / This
is the Metropolitan Area Rotterdam The Hague”
te maken. Het boek beoogt de nieuwe metropool-
regio (inter)nationaal op de kaart te zetten als een
innovatief en inspirerend gebied. Het beschrijft
de 24 gemeenten die de Metropoolregio gaan
vormen en besteedt aandacht aan de zwaarte-
punten in het gebied. Ook krijgen bedrijven de
kans om zich te presenteren en wordt er aan-
dacht besteed aan het maatschappelijk betrok-
ken ondernemerschap.
Voor het boek is Benmedia op zoek naar bedrij-
ven die zichzelf in het kader van de nieuwe
Metropoolregio op de kaart willen zetten en
de Metropoolregio een warm hart toedragen.
Naast maatschappelijk en bij de Metropoolregio
betrokken ondernemers is Stichting BOP op
zoek naar sociale initiatieven in de Metropool-
regio die zij in het boek kan opnemen.
Ben Media: (070) 308 55 31 of 06 17 50 42 46.
De Groene Verbinding is een brug voor fi etsers en wandelaars over de A15 en het spoor.
KORT NIEUWS
04 | 05
Nieuwe stadstram naar HaaglandenOnder toeziend oog van koning Willem-Alexander is in juli voor het eerst de nieuwe stadstram
van HTM gepresenteerd in de binnenstad van Den Haag. Deze moderne grijs-rode tram,
rijdend onder de naam R-net, wordt de blikvanger van het OV in de regio Haaglanden. De nieuwe
tram ziet er van buiten totaal anders uit dan de huidige rood-beige tram, maar belangrijker dan
het uiterlijk zijn natuurlijk de vele voordelen voor de reiziger. De tram biedt plaats aan meer
reizigers, is door de lage instap gemakkelijk toegankelijk voor mensen in een rolstoel, met een
rollator of kinderwagen, en displays in de tram geven actuele reisinformatie.
De nieuwe trams gaan nog niet gelijk met passagiers reizen. Eerst vindt nog een uitvoerige test-
fase plaats. Daarna worden de trams stapsgewijs ingezet op de verschillende tramlijnen.
Als eerste op lijn 11, van Station Hollands Spoor naar Scheveningen Haven-Strand.
De invoering van de nieuwe stadstram maakt deel uit van het project OV van de toekomst.
Sinds 2012 werken de gemeenten, HTM en het Stadsgewest Haaglanden aan het aanpassen
van de meeste sporen en halten, zodat de tramlijnen klaar zijn voor de komst van de nieuwe
trams. In het najaar begint de plaatsing van nieuwe abri’s op verschillende halten in de regio.
Bij de vernieuwde halten kunnen reizigers op een prettige manier wachten op de tram. In de
buurt van grotere halten komen nieuwe fietsenstallingen om het overstappen van de fiets op
de tram gemakkelijker te maken.
Koning Willem-Alexander genoot als een van de eersten van de nieuwe stadstram van HTM.
Oprichting MRDHDe Tweede Kamer heeft op 4 juli 2014 de intrekkingswet Wgr-plus aange-
nomen. Hiermee komt een einde aan de wettelijke verplichte samenwerking
van de gemeenten binnen het Stadsgewest Haaglanden en de stadsregio
Rotterdam. Hiermee wordt ook de weg vrijgemaakt voor een nieuw samen-
werkingsverband tussen 24 gemeenten in de Metropoolregio Rotterdam
Den Haag waar de nieuwe vervoerregio onderdeel van uitmaakt. De wet
treedt naar verwachting op 1 januari 2015 in werking, nadat ook de Eerste
Kamer daarmee heeft ingestemd.
Wanneer de Eerste Kamer op 1 januari 2015 onverhoopt nog niet heeft inge-
stemd met de ‘Wet afschaffing plusregio’s’ zullen de stadsregio Rotterdam en het
Stadsgewest Haaglanden de verantwoordelijkheid nemen voor de uitvoering van
de strategische metropoolagenda op het gebied van mobiliteit en economie.
Voor de uitvoering van die agenda stellen zij dan een gezamenlijke
projectorganisatie in.
De gemeenteraden van de 24 gemeenten hebben inmiddels de visie voor
de oprichting van de MRDH ontvangen. Half oktober start de zienswijze-
procedure en daarmee hebben de raden nu de koppositie. Namens de
24 vertegenwoordigers van de colleges van B&W in de Metropoolregio
Rotterdam Den Haag, benadrukken de burgemeesters van Rotterdam en
Den Haag, Aboutaleb en Van Aartsen, het belang van de regionale samen-
werking. “Metropoolregio’s hebben de toekomst. Dat is de schaal waarop
we op het wereldtoneel de concurrentie moeten aangaan.”
www.mrdh.nl
# MRDH 08 september 2014
De stedelijke gebieden dragen in Europees
perspectief te weinig bij aan het BBP. Nederland
als geheel, blijft hierdoor achter. Dit is één van
de conclusies uit het landenrapport (Economic
Survey) van de Organisatie voor Economische
Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) dat in
juni van dit jaar verscheen. Hierin schetst de OESO
de uitdagingen voor de Nederlandse economie.
Met name in de zuidelijke Randstad is de
uitdaging groot.
De wethouders economie uit de Metropoolregio
Rotterdam Den Haag troffen elkaar op 23 juni
om in aanwezigheid van Noé van Hulst,
Nederlands ambassadeur bij de OESO, over dit
onderwerp te spreken. Hij onderstreepte de
belangrijkste conclusie van het rapport:
“Stedelijke gebieden in Nederland hebben dé
sleutel voor economische vernieuwing en groei
in handen. Maar dat lukt hen alleen als ze als
gemeenten echt de handen ineen slaan.”
Van Hulst ziet duidelijke meerwaarde in de
samenwerking op gebied van bereikbaarheid
en economische ontwikkeling zoals die nu in
de MRDH wordt opgebouwd. Alle aanwezige
wethouders deelden de noodzaak tot meer
samenwerking, zo bleek tijdens de bijeenkomst.
Conclusie: het succes van deze samenwerking
valt of staat met een verandering van ‘mindset’
en cultuur. Dit vanuit de wetenschap dat er
uiteindelijk een meerwaarde ontstaat voor álle
inwoners door meer en beter samen te werken.
Dit vergroot voor de gemeenten in de regio
de noodzaak om onderscheidend te zijn, en
elkaars profi el te waarderen. Alleen op deze
wijze ontstaat een samenwerkingsklimaat
waarin alle partijen kunnen focussen op hun
eigen sterkten, en elkaar wederzijds successen
gunnen.
Tijdens drie break-out sessies konden de
deelnemers de mogelijkheden tot samenwerking
verder verkennen. Bijvoorbeeld in de sessie over
agglomeratiekracht en fi nanciering bogen de
wethouders zich over de vraag: hoe kunnen we
het Rotterdamse instrument ‘investerings-
kaarten’ regionaal inzetten om zo tot meer en
betere publiek-private businesscases te komen.
Deze cases zullen in de aankomende periode
verder regionaal worden uitgewerkt.
De sessie over innovatie en het MKB legde extra
nadruk op de noodzaak tot het kiezen van focus,
in sectoren en clusters, en tot het stimuleren van
cross-overs hiertussen. Regionale ontwikkelings-
maatschappij InnovationQuarter zal hier in de
MRDH een belangrijke rol in spelen.
Focus en gunnen
In de sessie ‘vestigingsklimaat’ kwam nogmaals
duidelijk naar voren hoe belangrijk het voor
samenwerkende gemeenten is om op basis van
het eigen profi el een duidelijke rol te vervullen
binnen de MRDH. Het gaat om ‘focus en
gunnen’. Zo ontstaat een regio waarin steden
en dorpen complementair aan elkaar zijn,
clustervorming gestimuleerd wordt en een
hoog, internationaal aantrekkelijk voorzieningen-
niveau tot stand komt.
Na de bijeenkomst van deze zomer is de wens
uitgesproken om begin 2015 nog een nieuwe
bijeenkomst te organiseren.
www.oecd.org/netherlands/
OESO: ‘Stedelijk gebied sleutel tot economische vernieuwing en groei’
Wethouders Economie tijdens één van de break-out sessies op de OESO-conferentie.
Naast de Groene Verbinding, een verbinding over
de weg, heeft de stadsregio ook het project de
Blauwe Verbinding, een verbinding over water,
onder haar hoede. Het is een bijzondere waterweg
tussen het Zuiderpark in Rotterdam, het
toekomstige landschapspark het Buytenland in
Albrandswaard en de Zuidpolder in Barendrecht.
Op 17 september zijn zes digitale fi ets-, wandel-
en kanoroutes langs en rondom de Blauwe
Verbinding in de gratis route-app AbelLife
gelanceerd. De routes gaan door de gemeenten
Rotterdam, Barendrecht en Albrandswaard en
laten zien hoe mooi en verrassend de omgeving
en de natuur langs deze prachtige waterverbinding
is. Downloaden kan direct via de AbelLife app of
via www.abellife.nl.
Blauwe Verbinding
De Blauwe Verbinding is een recreatief bevaarbare
route die ook zorgt voor schoon water in het
gebied, het functioneert als waterberging én het
legt een ecologische verbinding tussen de
verschillende groengebieden. De totale water-
verbinding is naar verwachting klaar in 2020,
maar u kunt nu al heerlijk genieten van de delen
die al klaar zijn.
www.rotterdam.nl/blauweverbinding
App voor vaar-routes langs nieuwe water-verbinding
12 | 7
RUBRIEKSKOPJE
Tussen de Metropoolregio Rotterdam Den Haag en
Omroep MAX bestaat een bijzondere relatie. Het is
namelijk in een van de 24 deelnemende gemeenten,
Zoetermeer, dat de bakermat lag van de in 2002
opgerichte omroepvereniging voor mensen van
vijftig jaar en ouder. Tot voor zeer kort was ook
hier nog de ledenadministratie van de omroep
gevestigd; deze zomer trokken deze collega’s uit
efficiencyoverwegingen in bij de omroep op het
Mediapark in Hilversum. Maar Zoetermeer is voor
mij als oprichter en directeur nog steeds een
geliefde woonplaats.
Omroep MAX zond zijn eerste televisieprogramma
uit op 3 september 2005. Daarna volgden
hooggewaardeerde programma’s als ‘Tijd voor MAX’,
‘Groeten van MAX’, ‘Sterren op het Doek’, ‘Dokter Deen’,
‘Erica op Reis’, ‘Heel Holland Bakt’ en ‘Moeder, ik wil bij
de revue!’. Ook op radio en internet heeft MAX van zich
laten horen. Dat de ouderendoel- groep zich
aangesproken voelt door onze programma’s, blijkt wel
uit de laatste ledentelling. Van alle omroepen is het
ledental van MAX de afgelopen vijf jaar het sterkst
gegroeid, met maar liefst 45 procent!
Groei, althans het versterken van de internationale
concurrentiepositie, is ook het doel van het
bundelen van de twee stedelijke regio’s Rotterdam
en Haaglanden tot de nieuwe Metropoolregio. Ik
juich deze ontwikkeling toe; goed dat de handen
ineen worden geslagen. Niet in de vorm van een
van bovenaf opgelegde superprovincie, maar vanuit
interne overtuiging. Europees gezien wordt dit één
van de belangrijkste stedengebieden.
Goed ook dat de regio beleid ontwikkelt dat
specifiek gericht is op ouderen. Iedere twee
minuten komt er in Nederland een 50-plusser bij.
De politiek grijpt vergrijzing vaak aan om
bezuinigingen te rechtvaardigen. Je zou je als
83-jarige bijna schuldig voelen om de oplopende
kosten van de zorg. Wij van Omroep MAX vinden
vergrijzing geen bedreiging maar een kans.
Het economisch belang van ouderen is een
belangrijke factor voor het vestigings- en
leefklimaat van de regio. Ouderen beschikken
vaak over enig kapitaal en kunnen voor een
economische impuls zorgen. Houd daar rekening
mee in het winkelaanbod en de vormen van
vrijetijdsbesteding (vaak doorgebracht binnen
de eigen regio). Naast het soms tekortschietend
openbaar vervoer baart mij het aanbod van
‘seniorproof’ woningen zorgen: er zijn simpelweg
te weinig woningen beschikbaar die specifiek
geschikt zijn voor ouderen. In vele gemeenten zijn
voorzieningen als postkantoren en bankautomaten
verdwenen en dat is vooral voor ouderen een
probleem. Die moeten nu vaak een dorp verder
reizen om een brief te posten of vijftig euro te
kunnen pinnen.
De leefbaarheid binnen de wijken verdient grote
aandacht. Initiatieven van burgers, verenigingen en
vrijwilligers om het leefklimaat te verbeteren dienen
gekoesterd te worden en niet in de kiem gesmoord
door allerlei regelgeving. Zo kan een verbinding tussen
jong en oud in de wijk tot stand komen en kunnen we
een bijdrage leveren aan de helaas nog te vaak alleen
met het woord beleden participatiemaatschappij,
waarin écht wordt omgezien naar elkaar.
Tenslotte moet mij nog één ding van het hart:
hoe stevig ik de samenwerking tussen Rotterdam
en Den Haag ook omarm, ik mag toch hopen
dat Feyenoord en ADO hun zelfstandigheid
behouden!
Guido ThysJan Slagter Directeur en presentator Omroep MAX
06 | 07
OPINIE
Foto
: Mik
e R
oelo
fs
# MRDH 08 september 2014
ECONOMIE
‘Allianties tussen gemeenten en externe partijen’
Tekst: Martijn Delaere | Fotografi e: OESO, Mladen Pikulic en Levien Willemse
Stedelijke regio’s hebben de toekomst, maar dan moeten regionale overheden,
ondernemers en onderzoekers elkaar wel vinden op een gezamenlijke economische
agenda. In de Metropoolregio Rotterdam Den Haag is die agenda vooral gericht
op marktleiderschap op het gebied van duurzaam leven.
08 | 09
Eén van de mondiale trends die het vestigingsklimaat van de MRDH bepalen is ecologisering van de economie. Dit jaar is het duurzaamste kantoor van Europa, de Lely Campus in Maassluis, gelegen in het metropoolgebied, opgeleverd.
Lucas Vokurka is kwartiermaker economisch vestigingsklimaat van
de Metropoolregio Rotterdam Den Haag in oprichting (MRDH).
Volgens hem bepalen vijf mondiale trends de economische
toekomst voor de MRDH. Deze trends zijn: metropoolvorming,
kennis als productiefactor, de nieuwe maakindustrie, ecologisering
van de economie en de leefomgeving als consumptiegoed.
Economische groei is wereldwijd geconcentreerd in sterke
metropoolregio’s, aldus Vokurka. “Stedelijke regio’s zijn in andere
delen van de wereld verantwoordelijk voor zestig procent van de
economische bijdrage; in Nederland is dat 40 procent. De MRDH
levert daarvan 11,5 procent.
We kunnen in dit deel van de Randstad enorme winst boeken door
ons efficiënter te organiseren. Als gemeenten onderling anders
gaan samenwerken en vooral samenwerken met externe partners,
dan behalen we essentiële agglomeratievoordelen. Samenwerking
tussen gemeenten en kennisinstituten en de vier universiteiten in
de regio resulteert bijvoorbeeld in noodzakelijke versterking van
de kennisas. Vokurka: “We moeten gezamenlijk het juiste doen
om kennisintensieve bedrijvigheid aan deze regio te binden.
Bedrijven moeten hier kunnen doorgroeien. Hun medewerkers
moeten zich hier kunnen vestigen en verplaatsen.” Hetzelfde
geldt voor de verduurzaming van de economie, die alleen van de
grond komt als samenwerking op grote schaal plaatsvindt.
Vokurka vindt dat de MRDH moet inzetten op de overgang naar
een groene economie. “De sterke industriële sectoren in deze
regio maken intensief gebruik van fossiele grondstoffen. Die
afhankelijkheid maakt ons kwetsbaar en zet ons op een achter-
stand in de mondiale concurrentiestrijd. Daarom moeten we
inzetten op die overgang naar een groene economie en daarin
ook voorop lopen. We hebben volop kansen met energiebronnen
als het kassensysteem en het petrochemische cluster, maar
groot schalige energietransitie is alleen interessant voor
financiers als er voldoende schaalgrootte is.”
Sterke merken
De MRDH is geen bestuurslaag die wel even voornoemde transities
gaat afdwingen, zegt kwartiermaker Vokurka. “Wij moeten ervoor
zorgen dat het netwerk rond de vijf thema’s efficiënt wordt
georganiseerd. We gaan op resultaat gerichte allianties tussen
gemeenten en externe partijen bouwen. Den Haag en Rotterdam
zijn sterke merken en moeten hun eigen identiteit behouden en ik
snap als ex-wethouder uit Delft goed dat er voor een gemeente
lokale meerwaarde in een alliantie moet zitten. Maar de regio kan
alleen een economische slag maken als álle partijen samenwerken.
Die samenwerking moet gestructureerder dan nu zijn, want anders
laten we echt kansen liggen. We moeten gezamenlijk de
transitieagenda bepalen en daar langjarig aan vasthouden.”
De Kenners
Kenners vertellen over de vijf mondiale macro-economi-
sche trends die de groeikracht van de Metropoolregio
Rotterdam Den Haag bepalen.
Onbenut potentieel aanborenNoé van Hulst, permanent vertegenwoordiger van Nederland bij de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), over de metropool als brandpunt van kennis en economische groei:“De OESO kijkt niet naar administratieve regio’s zoals gemeenten of
provincies, maar beziet de economische stromen en het woon-
werkverkeer. Wij noemen dat functionele stedelijke gebieden. De
OESO beveelt aan om binnen en tussen deze stedelijke gebieden de
verbondenheid te versterken door maximaal gebruik te maken van
de agglomeratievoordelen. Het is economisch voordelig als mensen
dicht bij elkaar wonen en werken. Studies van de OESO wijzen uit dat
de meer geïntegreerde metropoolregio’s de afgelopen tien jaar
hogere groeipercentages hebben laten zien.
In het landenrapport van 2014 constateert de OESO dat de
Nederlandse stedelijke gebieden hun potentieel onvoldoende
benutten en daardoor internationaal minder concurrerend zijn. We
laten in Nederland kansen liggen. Het groeipotentieel kan ons land
aanboren als het de economische werkelijkheid, en niet de
administratieve, als uitgangspunt neemt voor ontwikkelingsbeleid.
Dit vraagt van gemeentelijke overheden wél dat ze over hun eigen
grenzen heen durven kijken. Decentrale overheden moeten elkaar
niet zien als mogelijke concurrent, maar als economisch
complementair, ieder vanuit zijn eigen kwaliteit en specialisatie. De
Metropoolregio Rotterdam Den Haag heeft drie functionele stedelijke
gebieden: Den Haag, Delft en Rotterdam. Alle 24 gemeenten
behoren geheel of gedeeltelijk tot één van de drie gebieden. De
uitgangspositie van de MRDH is goed. Je hebt havengerelateerde
bedrijvigheid, Greenport, kennisintensieve sectoren, internationale
instellingen, cultuur en toerisme. Met de ontwikkeling van een
metropoolregio kan de regio het onbenutte potentieel aanboren.
Maar dan moet je wel een samenhangend economisch
beleidsprogramma ontwikkelen én uitvoeren en kijken naar het
verband tussen de regio’s. Alles draait om betere samenwerking.
Samenwerking tussen de relevante overheids-partners, maar ook met
en tussen het bedrijfsleven en de kennisinstellingen. Als dat goed
loopt, kunnen de kennis-instellingen groeien tot bronnen van nieuwe
werkgelegenheid en bedrijvigheid. De OESO hamert erop dat de
dynamiek van werkgelegenheidsgroei en radicale innovatie van
jonge bedrijven komt. Dat potentieel moet je aanboren.”
# MRDH 08 september 2014
10 | 11
Onafgebroken verleggen van de grenzen Willem te Beest, vicevoorzitter College van Bestuur Universiteit Leiden en voorzitter van de Leiden Bio Science Park Foundation, over het toenemend belang van kennis als productiefactor:“De technologische ontwikkelingen gaan steeds sneller en
stellen hogere en vooral andere eisen aan kennis. Kijk naar
wetenschappen als psychologie en pedagogie, waar we in
hersenen kijken om te zien wat er gebeurt als mensen een
TomTom gebruiken of hoe ze kennis opnemen. De universiteit
is in die ontwikkelingen de grote innovatieorganisatie.
Wetenschappers zijn onafgebroken bezig met het verkennen
en verleggen van de grenzen van hun weten. Samenwerking
tussen universiteiten versterkt die zoektocht. Daarom hebben
we een strategische alliantie gesloten tussen de Universiteit
Leiden, Erasmus Universiteit Rotterdam en TU Delft.”
“We hebben negen gebieden gedefinieerd waarop we
gezamenlijk meer kunnen dan afzonderlijk. De eerste en
meest ontwikkelde daarvan is Medical Delta. Binnen dit
innovatieve cluster van universiteiten, bedrijven en overheden
komen partijen bij elkaar op het gebied van life science en
medische technologie. In de regio zijn zo’n zeshonderd
bedrijven werkzaam in de life sciences en medische
technologie, met maar liefst 120 bedrijven in het Leiden Bio
Science Park. Wij kijken opzettelijk naar de bijdrage die we
kunnen leveren in de ontwikkeling van Zuid-Holland en de
Metropoolregio Rotterdam Den Haag. Als je kijkt naar het
medische domein, dan zijn we met de universiteiten en
medische centra van Leiden en Rotterdam en TU Delft één
van de sterkste clusters van Europa. We zitten met Oxford,
Barcelona en Zürich in het Health Ties consortium.
De absolute Europese top. Daarom hebben we er ook naar
gestreefd om binnen de regionale ontwikkelingsmaatschappij
Innovation Quarter (IQ) drie speerpunten te hebben: life
sciences, clean tech en safety & security.”
“We vinden de versterking van de economische structuur van
Zuid-Holland, het ‘grootste bedrijventerrein van Nederland’,
onze opdracht. Zo hebben we als voorbeeld van de
gezamenlijke centra het Center for Sustainability opgericht.
Binnen dat cluster brengen we onze beste mensen bij elkaar
om onderzoek te doen naar duurzaamheid en omgeving.”
Lokale productie weer interessantPeter Troxler, lector revolutie in de maakindustrie RDM Campus en eigenaar onderzoeksbureau Square One over de nieuwe kansen voor de maakindustrie:“In de nieuwe maakindustrie komen ontwerpen en
produceren op locatie weer centraal te staan. De 3D-printer
zou je het icoon van deze slimme ontwikkeling kunnen
noemen. Het is een technologisch andere manier van
producten maken, maar de maakindustrie is meer dan
3D-printen. De gehele maakindustrie maakt een revolutie
door. Zo’n revolutie ontstaat volgens de econoom Jeremy
Rifkin als er gelijktijdig iets verandert in de informatie-
voorziening en in de energievoorziening. De eerste revolutie
vond plaats rond de stoommachine en de drukpers, de tweede
rond elektriciteit en telefoon en radio. Nu heb je internet en
zonne-energie en windkracht. Het bijzondere van deze
industriële revolutie is dat ze niet hiërarchisch is, maar
horizontaal. Er is wel groei, maar niet in de zin dat concen-
tratie plaatsvindt en bedrijven groeien, maar er komen meer
kleine bedrijven bij. Door de nieuwe technologieën is er geen
noodzaak meer voor grote productie. Daarmee wordt lokale
productie weer interessant. Duurzamer en schoner is het
daarmee overigens (nog) niet. In Amerika verwacht men dat
de maakindustrie terugkomt uit de lage lonenlanden en de
banenmotor wordt. Je ziet dat ook terug in Duitsland en zelfs
in Engeland.”
“Nederland is zeker geen koploper in de maakindustrie.
We moeten mensen sneller opleiden en bijscholen. De onder-
wijsketen is nu veel te traag. In de regio Rotterdam Den Haag
is natuurlijk al veel maakindustrie. We maken geen con sump-
tiegoederen zoals mobiele telefoons, maar wel kranen in
het havengebied. En wat dacht je van de mode-industrie in
Rotterdam? Overheden zouden de groei van de maakindustrie
en reshoring veel meer moeten bevorderen dan nu gebeurt.
In Europa zijn wegen en stations gebouwd met de structuur-
fondsen van de EU. Dat is voorbij. De nadruk ligt nu op
innovatie en men wil kleinschaliger en specifiek denken.
De Europese Commissie noemt dat ‘smart specialisation’.
De Metropoolregio moet inhaken op die regionale
innovatiestrategie.”
Van duurzaamheid naar levensvatbaarheidThomas Rau, directeur architectenbureau RAU en medeoprichter van de Turntoo Foundation voor oplossingen en diensten voor de circulaire economie, over de noodzaak tot ecologisering van de economie:“Ecologisering is iets anders dan duurzaamheid. Bedrijfsleven
en overheid kloppen elkaar op de schouders omdat ze duur-
zaamheid prediken, maar die duurzaamheid die zij voor ogen
hebben is enkel een andere manier van het eco nomi -
seren van de ecologie en het kapitaliseren van natuurlijke
hulpbronnen. Met duurzaamheid is het middel tot doel verklaard
en hoeven we niet meer na te denken over het doel. We voelen
ons er goed bij, maar het is niet de oplossing. Het is het grootste
probleem, want je optimaliseert het foute systeem. Mensen
realiseren zich misschien dat het anders moet, maar vinden dat
ánderen het anders moeten doen.
We moeten allemaal ons handelen fundamenteel herinrichten
en de economie transformeren. Voor het eerst in de geschie-
denis moeten we ervoor kiezen om iets niet te doen wat we
wel zouden willen en kunnen. Zo’n oplossing ligt buiten onze
comfort zone. Duurzaamheid ligt daarbinnen. We vinden
recycling allemaal de pijler van duurzaamheid. We halen
elektriciteit uit afvalverbranding, maar afvalverbranding is
een grondstoffencrematorium. Als je in een gesloten systeem
iets fysieks wat eindig is kwijtraakt, dan noemen we dat
In de Medical Delta komen overheden, bedrijven en universiteiten bij elkaar op het gebied van life science en medische technologie.
# MRDH 08 september 2014
thermisch recyclen en komt er groene stroom uit. Wat een
volksverlakkerij. We moeten ervoor zorgen dat materialen
niet vervallen tot afval.”
“Dat geldt ook voor architecten. In Zwitserland krijg je
alleen een bouwvergunning als je minimaal energieneutraal
bouwt. Je moet er ook een inventarisatie van alle grondstoffen
in het gebouw maken. Wij doen dat bij RAU en Turntoo ook.
Bij de bouw van het gemeentehuis van Brummen hebben we
het eerste vastgoed ter wereld als grondstoffendepot gerea-
liseerd. Materialen worden aan het einde van de gebruiksduur
hergebruikt. Over twintig jaar kan het gemeentehuis uit
elkaar worden gehaald en gaan de materialen terug naar de
producenten. Dat kan gemakkelijk overal, maar het gebeurt
niet omdat we het niet willen. Ecologisering zit namelijk
tussen de oren.”
Aantrekkelijke leefomgeving en duurzame productenRina van der Stok, eigenaar EkoPlaza in Rotterdam, Leiden en Delft en mede-initiatiefnemer BuytenDelft over de omgeving als aantrekkelijk consumptiegebied:“De Delftse Hout staat in de top vijf van meest bezochte
recreatiegebieden in de Metropoolregio. Het moet een gebied
worden waar mensen willen zijn omdat het aansluit bij hoe
ze willen leven. Bewust, duurzaam, maar ook leuk en ontspan-
nend. Dat is de tijdgeest. Dit kan paradoxaal genoeg realiteit
worden, nu de gemeente Delft heeft besloten om de water-
speeltuin, het natuur- en milieucentrum De Papaver en de
kinderboerderij over te dragen aan private partijen. Wij, vier
ondernemers, hebben de stichting BuytenDelft opgericht om
deze voorzieningen te behouden en economisch rendabel te
maken. Als je het hebt over de kwaliteit van de leefomgeving,
dan denken wij dat we in het recreatiegebied meer beleving
kunnen toevoegen en meer verbanden kunnen leggen tussen
kleine ondernemers. Nu heb je een aparte kinderboerderij, een
aparte waterspeeltuin. Ze hebben niets met elkaar te maken.
Daar moet je voor zorgen. Er moet zoveel te doen zijn en het
moet er zó leuk zijn dat mensen er graag willen zijn.”
“Onder de stichting BuytenDelft gaan we een coöperatie
hangen waar duurzame ondernemers kunnen aanhaken.
Denk aan groente uit de buurt, haardhout of meubels uit de
Delftse Hout. Er is al een biologische bakker op het vakantiepark
Delftse Hout. De bakker haalt zijn eieren bij de boer om de hoek
en niet bij de groothandel omdat ze twee cent goedkoper zijn.
Zo hopen we een kringloopeconomie van de grond te krijgen
en de publieke functies te behouden. We willen de drempel laag
houden en dus richten wij ons op de mensen die belang hechten
aan een aantrekkelijke leefomgeving en duurzame producten.
Dat hoeft niet in Toscane te zijn, het kan ook naast de deur.
Als je in de Delftse Hout streekproducten koopt, dan zorg je er
ook voor dat streekproducenten hun brood kunnen verdienen
en het landschap in stand blijft. Dat landschap zorgt er
uiteindelijk weer voor dat je je leefomgeving waardeert.”
1. Noé van Hulst (OESO), 2. Rina van der Stolk, 3e van links, 3. Thomas Rau.
1 2
3
FEITEN & CIJFERS
12 | 13
Deze kaart is gemaakt op basis van het Koopstromenonderzoek Randstad uit 2011. Zij laat zien waar de inwoners van de MRDH hun dagelijkse
inkopen doen. Hieruit ontstaat het beeld dat er veel inkomen buiten de steden wordt besteed. Met andere woorden: Hagenaars en Rotterdammers
geven meer geld uit aan dagelijkse artikelen in de buurtgemeenten binnen de MRDH dan in hun eigen stad. Dit heeft te maken met de ligging van de
Vinexwijken aan de rand van de twee steden. De inwoners van deze wijken doen hun dagelijkse boodschappen in de dichterbij gelegen winkelcentra in
Nootdorp (de wijken Ypenburg en Leidschenveen), Westland (de wijken Wateringseveld en Rotterdam-West) en Ridderkerk (Rotterdam-Zuid). Ook blijkt
de aantrekkingskracht van een regionale winkelcentra als Leidsenhage (Leidschendam-Voorburg) en In de Boogaard (Rijswijk) zo groot, dat niet alleen
inwoners van omliggende gemeenten hier inkopen doen, maar ook inwoners van verderaf gelegen Haagse wijken, zoals Benoorden- en Bezuidenhout.
Boodschappen doen in de MRDH
Zoetermeer
Brielle
Helle-voetsluis
PijnackerNootdorp
Spijke-nisse
DenHaag
Wasse-naar
Ridder-kerk
Albrands-waard
Krimpenaan denIJssel
Westland
Capelleaan denIJssel
Maas-sluis
Vlaar-dingen
Midden-Delfland
L'damVoorburg
Baren-drecht
Delft
Rotter-dam
Schie-dam
Rijswijk
Bernisse
Lansin-gerland
West-voorne
Thema: Winkelen
Geldstromen (mln euro's)
1-5
5-15
15-50
Bron: Koopstromenonderzoek Randstad 2011
Bestedingen van inwoners van de MRDH aan dagelijkse artikelen buiten hun woonplaats, 2011.
# MRDH 08 september 2014
ECONOMIE
Waar moeten gemeenten in de Metropoolregio Rotterdam Den Haag het economisch van
hebben? Wat kan en moet anders? #MRDH vroeg het vier raadsleden van partijen die bij de
gemeenteraadsverkiezingen van maart zetels wonnen.
Tekst: Martijn Delaere | Fotografie: Mladen Pikulic
‘Rode loper uit voor ondernemers’ “Capelle heeft niet één grote economische pijler, zo van: dat is echt Capelle. Dat is misschien wel onze kracht, want we kunnen veel aan-
bieden en zijn minder kwetsbaar. Alle ondernemers maken Capelle aan den IJssel. Zonder hen geen bedrijvigheid en geen gezelligheid.
We moeten daarom echt de rode loper uitrollen voor grote en kleine ondernemers die iets in Capelle willen beginnen of hun activiteiten
willen uitbreiden. Dat is ook letterlijk zo verwoord in het coalitieakkoord. Minder regels voor ondernemers die de kans moeten krijgen om
mee te denken. Het mag niet meer voorkomen dat een horecaondernemer op het Stadsplein zijn neus stoot aan allerlei gemeentelijke
regeltjes en moeilijkheden om vervolgens in een gastvrije buurgemeente een bloeiende zaak op te zetten. Een leuk en gezellig restaurant
is daarmee aan de neus van Capelle voorbij gegaan.
Er moet veel meer bedrijvigheid en gezelligheid in het centrum komen. Uitbreiding van de horeca is echt nodig. Capelle moet groeien
tot een opwindende stad.
Het ligt gevoelig in de stad, maar wij zijn ook voorstander van verruiming van de koopzondagen. De gemeente moet actief meedenken
en faciliteren als het maar enigszins kan. Zou het niet mooi zijn als jonge ondernemers het lege postkantoor in het centrum kunnen
gebruiken, en dat zij daar ook meteen hun spullen verkopen? Ondernemers moeten alle kanten op kunnen in Capelle. Dus zijn wij
voorstander van de proef om het opstarten van een bedrijf vanuit huis mogelijk te maken, of van de aanpak om kleine ondernemers in
het Rivium-kantorenpark de kans te bieden om vijf of tien vierkante meter te huren. Sloop heeft niet de toekomst, de Rivium-marinier die
moderne kantoren aanprijst bij bedrijven wel.”
Marc Wilson, raadslid Leefbaar Capelle in Capelle aan den IJssel
14 | 15
‘Zoetermeer moet bruisen’“Al jaren probeert Zoetermeer van het imago slaapstad af te komen. De vestiging van een aantal grote sportvoorzieningen heeft
de stad een betere uitstraling gegeven en zorgt voor een aanvullend aanbod in Zoetermeer ten opzichte van dat bij de twee grote
buren Den Haag en Rotterdam. Maar Zoetermeer vergrijst en er komen onvoldoende nieuwe bedrijven. Dat komt zeker ook door het
gebrek aan ‘bruis’. Er is te weinig te beleven. Het aantal cafés, restaurants en uitgaansgelegenheden is laag, zeker voor de derde
stad van Zuid-Holland. Daarnaast is sinds het uitbreken van de financieel-economische crisis het aantal banen ten opzichte van de
beroepsbevolking gedaald. Er moet werkgelegenheid komen en het liefst in een vorm die onze stad levendiger maakt.
Zoetermeer moet, naast een fijn woonklimaat, ook voldoende ontspanningsmogelijkheden bieden die inwoners aan de stad binden.
D66 pleit hier al langer voor: van museum tot kroeg en van concert tot factory outlet. Het is niet voor niets dat er met D66 als grootste
partij in Zoetermeer, een wethouder is gekomen met ‘bruis’ in zijn portefeuille. Daar moet de stad de komende vier jaar flink op
inzetten. Wij willen bedrijven naar Zoetermeer halen die opschudding bevorderen. Denk aan een pretpark bij Bleizo, op de grens van
Zoetermeer en Bleiswijk, of een factory outlet in het centrum. Zo’n outlet moet er echt komen. Uiteindelijk moet de markt het zelf doen
en kan de overheid stimuleren en faciliteren. Ik zie kansen in veranderingen in de regelgeving zodat er meer evenementen kunnen
plaatsvinden, of door het verstrekken van subsidies en daaraan gestelde voorwaarden. Over een paar jaar moet Zoetermeer geen
slaapstad meer zijn, maar een bruisende en gezellige woon- en leefstad.”
Chantal Kouwenberg, raadslid D66 in Zoetermeer
# MRDH 08 september 2014
‘We mogen niet verpieteren’“Vlaardingen is altijd een stad geweest van bedrijvigheid. Wij zijn werkers. Vanaf de achttiende eeuw is de visserij van grote invloed
geweest op de economie van de stad. Vlaardingen was naast een havenstad ook een industriestad. Lege panden en terreinen her-
inneren aan die glorietijd. En laten we de scheepswerf HVO niet vergeten. Waar Rotterdam het oude havengebied nieuw leven heeft
ingeblazen met woningen, horeca en kantoren, hangt het verdwijnen van grote bedrijven nog steeds als een molensteen om onze nek.
Er is te veel leegstand, te veel achterstand. Om de economie een imuls te geven, moeten we Vlaardingen op de kaart zetten. We zijn wel
de vijfde havenstad van Nederland. Daar moeten we meer gebruik van maken. Verouderde bedrijventerreinen hebben een opknapbeurt
nodig en moeten weer tot leven komen. Functiemenging heeft de toekomst.
Omdat in Vlaardingen behoefte is aan jeugdige technici, moeten we acuut kijken naar een vorm van technisch onderwijs op VMBO en
MBO-niveau. Het opleidingsniveau van onze jongeren moet omhoog om onze nieuwe economie te ondersteunen. Jongeren uit Vlaar-
dingen moeten niet naar Rotterdam hoeven voor hun opleiding.
“Vanaf het moment dat de SP in 2012 in de coalitie kwam, hebben we hard gewerkt aan een visie om de economie een impuls te geven.
Uiterlijk in 2030 moet Vlaardingen een stad zijn die investeringen aantrekt en waar een optimale balans is tussen leefmilieu, economie
en bereikbaarheid. Hiervoor zullen we wel de voorwaarden moeten scheppen voor ondernemers op het gebied van bereikbaarheid,
goede woonvoorzieningen, onderwijs en vitalisering van de binnenstad. We hebben daarom twee actieplannen over wonen en eco-
nomie gelanceerd en binnenkort lanceren we een actieplan voor mobiliteit. We mogen niet verpieteren onder de rook van Rotterdam.”
Kasper Vink, raadslid SP in Vlaardingen
16 | 17
‘Pareltje in de Randstad’“Leidschendam-Voorburg heeft onvoorstelbaar veel potentie. Om te beginnen liften we mee op wat er in Den Haag gebeurt. Afgezien van
het voordeel van de nabijheid van de stad, is het hier fantastisch wonen, werken en recreëren. Dat heeft alles met de economie te maken.
Winkelcentrum Leidsenhage ligt ideaal tussen Leiden en Den Haag en is prima te bereiken. Het krijgt vanaf 2016 een enorme update
en wordt met een kwart uitgebreid. Maar Voorburg en Leidschendam hebben ook allebei oude dorpskernen waar het leuk winkelen is.
En het mooie is, je zit hier pal op het Groene Hart met Stompwijk. Er is bedrijvigheid en rust. Vlietland is een onwijs recreatiegebied
voor Hagenaars en Leidenaren, maar wel op het grondgebied van onze gemeente. Die economische kernen zijn unieke pareltjes in de
drukke Randstad.
Natuurlijk is niet alles even geweldig. We staan hoog op de ranglijst van lege kantoorruimte. Een aantal kantoren wordt gesloopt om
ruimte te maken voor woningen met daaronder kleine bedrijfjes. Het voormalige gebouw van het CBS maakt plaats voor woningen.
Je ziet gewoon dat voor een ‘economie’ als een groot kantoorgebouw geen ruimte is in deze gemeente. Om ervoor te zorgen dat we
bouwen voor een welwillende markt en ruimte creëren voor het MKB, is een open bestuurscultuur essentieel. Maak nou mogelijk en
niet onmogelijk. De gemeente moet ondernemers eerder betrekken bij besluitvorming. Het Dampleingebied in Leidschendam en de
Herenstraat in Voorburg moeten allure krijgen. Je lost de winkelleegstand daar niet op met rapporten uit het gemeentehuis. Zeg niet:
‘Wij als overheid weten het’, want de overheid weet het niet. Praat met de winkelaars; wat verlangen ze? Okay, dan gaan we daarop
actie ondernemen.”
Hans Peter Klazenga, raadslid Gemeentebelangen/ GBLV in Leidschendam-Voorburg
# MRDH 08 september 2014
IN BEELD
Met de aanleg van Maasvlakte 2 is het Slufterstrand nagenoeg verdwenen. Hoewel nooit officieel bestemd voor recreatie, kon dit strand in de loop van de tijd genieten van een grote populariteit. Na de aanleg is het verloren strand teruggebracht én compleet ingericht voor recreanten, met name watersporters. Het is dan ook geen strand met boulevard en uitgebreide horeca. Wel is het een plek waar mensen kunnen genieten van zon, zee, strand, wind en rust. De hoge golven voor de kust van de Maasvlakte hebben bovendien altijd een grote aantrekkingskracht gehad op gevorderde (kite-)surfers. Het noordelijke deel van het strand is over een lengte van vijf kilometer beschikbaar voor sportieve activiteiten. Met voldoende ruime parkeerplaatsen en directe toegang tot het strand, zijn de kitesurfers op hun wenken bediend.
Tekst: Brigitte Beeks | Fotografie: Maurice Mikkers
18 | 19
Het zijn twee voorbeelden van de snelle en groot-
schalige ontwikkelingen op het brede gebied van
veiligheid. De Metropoolregio speelt binnen Neder-
land daarin de hoofdrol want hier komt in hoog
tempo het nationale ‘veiligheidscluster’ tot ontwik-
keling onder de naam The Hague Security Delta
(HSD).
Het cluster is bedoeld om te werken aan de geza-
menlijke belangen van overheden, kennisinstellin-
gen en bedrijfsleven op het gebied van veiligheid
en daarmee deze sector van de economie tot gro-
tere bloei te brengen. Om het cluster verder te
ontwikkelen is de stichting HSD opgericht. De stich-
ting heeft een bestuur met vertegenwoordigers
van de founding partners van de organisatie. De
Foto drones wordt
18 augustus gemaakt
The Hague Security Delta groeit snelIn maart van dit jaar werd het openbare leven in en rond de Metropoolregio een paar dagen gedomineerd door de
Nuclear Security Summit met zijn deelname van 52 wereldleiders. In februari volgend jaar volgt een ander spektakel in
Den Haag: de eerste Europese beurs voor onbemande vehikels, zoals drones.
Tekst: Pieter Maessen | Fotografie: FJ Producties en Harry van Mierloo
Ook politie wil op innovatie agenda voor veiligheidOok de nationale politie heeft aansluiting gezocht bij
The Hague Security Delta. Commissaris Mark Wie-
bes, innovatiemanager bij de landelijke eenheid, zegt
dat het contact ontstaan is tijdens de voorbereiding
van de nucleaire veiligheidstop in maart. “We zagen
dat bij HSD veel relevante partijen bijeenkwamen.
We hebben besloten een kantoor te betrekken bij
HSD zodat we daar steeds met politiemensen aanwe-
zig zijn. Het is voor ons het juiste podium om contact
te houden met bedrijven, kennisinstellingen en andere
overheden.”
De politie wil voortdurend innoveren. “Dat gaat ook
over het toezicht op straat en opsporing”, zegt Wie-
bes. “We volgen de ontwikkelingen van zaken als
camera’s, robotica en technieken in de strijd tegen
synthetische drugs. We willen met de schaarse finan-
ciële middelen de beste resultaten behalen.”
De politie heeft zich voorlopig voor een jaar aangeslo-
ten bij HSD. Is er een speciaal doel voor deze periode?
“Jazeker”, zegt Mark Wiebes. “HSD werkt aan de nati-
onale innovatieagenda op het gebied van veiligheid.
Daar willen we rechtstreeks bij betrokken zijn, want die
agenda bepaalt waar bedrijven en overheden hun pri-
oriteiten gaan leggen en waar de investeringen naar-
toe gaan. Bij die overheden denk ik bijvoorbeeld aan
Defensie, want het belang van civiel-militaire samen-
werking groeit overal.”
Virtual reality training voor Nationale Politie en Defensie.
# MRDH 08 september 2014
ECONOMIE
Founding Partners van The Hague Security Delta:• Capgemini Nederland
• Gemeente Den Haag
• TU Delft
• Fox-IT
• Haagse Hogeschool
• KPN
• Ministerie van Veiligheid en Justitie
• Siemens Nederland
• Thales Nederland
• TNO
• Trigion
directie wordt gevormd door Rob de Wijk, Ida
Haisma en Joris den Bruinen. Den Bruinen legt uit:
“Veiligheid is een heel gefragmenteerd onderwerp.
Politie, brandweer, ministeries, Defensie, grote en
kleine bedrijven, publieke en private onderzoeks-
instellingen, burgers – ze zijn er allemaal mee bezig.
In deze Metropoolregio komen veel lijnen bij elkaar,
onder meer doordat de rijksoverheid hier gevestigd
is, maar bijvoorbeeld ook door de haven van Rotter-
dam. Daar speelt veiligheid een rol bij het douanet-
oezicht op alles wat wordt in- en uitgevoerd, bij de
administratieve verwerking van die handel en bij de
processen in de petrochemische industrie.”
“Een belangrijke aanjager van de veiligheidskennis
is al heel lang het Nederlands Forensisch Instituut
(NFI), één van de topinstellingen op dit gebied in
de wereld. Daarnaast is er een aantal grote bedrij-
ven zoals Fox-IT, Redsocks, Hudson, Riscure,
KPN, Siemens, Deloitte en cyber security organisa-
ties, zoals die van de NAVO, Europol, TNO en de
TU Delft.”
Innovaties
Als je alles bij elkaar neemt zijn er 450 ‘partijen’
binnen het Haagse deel van het cluster, van een-
mansbedrijven die zich richten op niches in het
veiligheidsdomein tot grote spelers zoals Thales
en Wave. Er gaat per jaar 1,7 miljard euro om
en 13.000 mensen verdienen er hun brood. Het con-
cept van HSD is heel eenvoudig: alles uit de kast te
halen om deze spelers met elkaar te laten samen-
werken en zo tot meer en snellere innovaties te
komen. Dat zorgt voor meer veiligheid én meer
banen. De toenmalig wethouder Economische
Zaken van de gemeente Den Haag, Henk Kool, vond
virtuele samenwerking niet genoeg. Er moest een
fysieke plek komen waar HSD zijn werk kon doen.
Den Bruinen zit nu met zijn The Hague Security Cam-
pus op een paar verdiepingen in een fors gebouw bij
station Laan van NOI met het grote HSD-logo op de
gevel. Minister Opstelten heeft het geopend en zo
heeft het cluster een eigen plek, met volop uitbrei-
dingsruimte. In totaal kent stichting HSD zo’n twee-
honderd partners die ook een contributie betalen.
Steeds meer partners laten enkele van hun mede-
werkers dagelijks op de campus werken, bijvoor-
beeld de nationale politie en Fox-IT (zie de kaders).
Daardoor functioneert die campus als broedplaats
voor nieuwe contacten en ideeën. Op deze plek zijn
projectgroepen aan de slag, er worden trainingen
gegeven en simulaties gespeeld om nieuwe produc-
ten te verkennen. De HSD brengt ook vraag en aan-
bod op de arbeidsmarkt bij elkaar en heeft een
talentprogramma voor veiligheid opgezet,
waaronder de Cyber Security Academy.
Beleidsagenda
Het grote project voor HSD dit najaar is het opstellen
van een nationale innovatieagenda met een bijbe-
horend investeringsprogramma. Den Bruinen: “Dat is
een opdracht van het Ministerie van Veiligheid en
Justitie. Het wordt een belangrijk beleidsdocument,
want het zal richting geven aan de besteding van
overheidssubsidies en aan prioriteiten die bedrijven
en instellingen gaan geven bij hun innovaties. We
gaan de gemeenschappelijke belangen van de ver-
schillende overheden bijeenbrengen, zodat de
overheid een sterke launching customer kan zijn
voor bedrijven en een effectieve opdrachtgever
voor onderzoek. We gaan erin beschrijven met
welke innovaties we de meeste veiligheidswinst
voor zo veel mogelijk opdrachtgevers kunnen boe-
ken, dus hoe we de schaarse middelen het best
kunnen besteden.”
Bij het opstellen van het beleidsdocument kijkt HSD
niet alleen naar technologie. “Ook sociale innovaties
komen in de agenda te staan, zoals vragen over de
rol van de burger in het vergroten van veiligheid. En
natuurlijk privacyaspecten. We hebben helemaal
niets met NSA-achtige praktijken.”
Was het niet logisch geweest als de HSD-campus
zich had gevestigd in de internationale zone rond
het Vredespaleis? Den Bruinen is daar heel stellig
over: “Nee, daar zitten de instellingen die wel
opdrachtgever kunnen zijn, maar wij wilden juist
dichter bij de bedrijven en onderzoekers zitten,
want daar moeten de innovaties vandaan komen.”
www.thehaguesecuritydelta.com
Op weg als wereldspeler computerbeveiligingFox-IT langs de snelweg bij Delft is letterlijk het
meest zichtbare bedrijf in het veiligheidscluster
van de Metropoolregio. Het is in 1999 opgericht
door twee voormalige whizzkids van de TU Delft.
Die hadden eerst een aantal jaren gewerkt bij het
Nederlands Forensisch Instituut, dat een paar
kilometer verderop langs de A4 ligt.
Oprichter Menno van de Marel zegt dat Fox-IT
vanzelfsprekend één van de founding partners
van The Hague Security Delta wilde zijn. “Wij gelo-
ven in de kruisbestuiving binnen dit soort clus-
ters. Je staat in voortdurend contact met mensen
van de universiteit en met opdrachtgevers, vooral
bij de overheid in deze regio. Een initiatief als de
Cyber Security Academy, waarin universiteiten,
de hogeschool, overheden en bedrijven samen-
werken aan de opleiding van specialisten, was
anders nooit van de grond gekomen. Ik zie de
campus van HSD echt als een broedplaats.’’
Eén van de innovaties is de DataDiode. Die ver-
bindt twee netwerken met verschillende bevei-
ligingsniveaus via een éénrichtingsverbinding.
Dit voorkomt het versturen van data, openlijk of in
het geheim, van een hoog naar een laag beveiligd
netwerk. Het is techniek die heel geschikt is voor
overheidsinformatie en inmiddels is goedgekeurd
door de AIVD.
Maar Fox-IT werkt ook aan producten voor het
bedrijfsleven of gemeentelijke organisaties. Ze
hebben een soort meldkamerdienst die continu
volgt of er in een IT-systeem van een organisatie
wordt ingebroken en die dan meteen op zoek kan
gaan naar de dader.
Het bedrijf is door zijn wortels bij de TU Delft en
het NFI met deze regio vergroeid, maar vindt er
ook een groot deel van zijn overheidsopdrachtge-
vers. Van de Marel: “In Nederland willen we in de
haarvaten van organisaties en bedrijven zitten en
daar onze diensten leveren. Dat leidt tot nieuwe
producten en diensten die we dan toepasbaar
maken voor buitenlandse bedrijven die met ons
geassocieerd zijn, maar werken voor de markt
in hun eigen land. Op die manier kunnen we uit-
groeien tot een wereldspeler.”
Menno van de Marel,
oprichter Fox-IT
Ook politie wil op innovatie agenda voor veiligheidOok de nationale politie heeft aansluiting gezocht bij
The Hague Security Delta. Commissaris Mark Wie-
bes, innovatiemanager bij de landelijke eenheid, zegt
dat het contact ontstaan is tijdens de voorbereiding
van de nucleaire veiligheidstop in maart. “We zagen
dat bij HSD veel relevante partijen bijeenkwamen.
We hebben besloten een kantoor te betrekken bij
HSD zodat we daar steeds met politiemensen aanwe-
zig zijn. Het is voor ons het juiste podium om contact
te houden met bedrijven, kennisinstellingen en andere
overheden.”
De politie wil voortdurend innoveren. “Dat gaat ook
over het toezicht op straat en opsporing”, zegt Wie-
bes. “We volgen de ontwikkelingen van zaken als
camera’s, robotica en technieken in de strijd tegen
synthetische drugs. We willen met de schaarse finan-
ciële middelen de beste resultaten behalen.”
De politie heeft zich voorlopig voor een jaar aangeslo-
ten bij HSD. Is er een speciaal doel voor deze periode?
“Jazeker”, zegt Mark Wiebes. “HSD werkt aan de nati-
onale innovatieagenda op het gebied van veiligheid.
Daar willen we rechtstreeks bij betrokken zijn, want die
agenda bepaalt waar bedrijven en overheden hun pri-
oriteiten gaan leggen en waar de investeringen naar-
toe gaan. Bij die overheden denk ik bijvoorbeeld aan
Defensie, want het belang van civiel-militaire samen-
werking groeit overal.”
20 | 21
Rotterdam buit zijn positie als grootste havenstad van Europa onvoldoende uit, concludeerde de Organisatie
voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) vorig jaar in een rapport. Is de samenwerking tussen
stad en haven inderdaad voor verbetering vatbaar? “Ze hebben elkaar gevonden, maar het kan altijd beter.”
Tekst: Dorine van Kesteren i.o. VNO-NCW West | Fotografi e: Ossip van Duivenbode (Rotterdam Image Bank)
Rotterdam en de haven, twee werelden?
In het ideale scenario van de OESO ontwikkelen
de stad Rotterdam en de haven zich samen tot een
internationaal maritiem dienstencentrum, met
volop bedrijvigheid van scheepseigenaren,
scheepvaartmakelaars, maritieme verzekeraars,
consultants en juridische dienstverleners.
Op die manier kan de stad optimaal profi teren
van de economische spin-off van de haven.
Is dit een realistisch streven? Of is de praktijk
weerbarstiger dan de OESO doet voorkomen?
Isabelle Vries is lector Port Development bij
Kenniscentrum RDM van de Hogeschool
Rotterdam, en onderzoekt onder andere de relatie
tussen haven en stad. Vries over het realistisch
streven: “Tien jaar geleden waren haven en stad
nog twee gescheiden werelden, maar inmiddels
hebben ze elkaar gevonden. Neemt niet weg dat er
altijd lastige dossiers blijven. De eeuwige strijd
over de beperkte ruimte bijvoorbeeld: kiezen we
voor stedelijke uitbreiding of intensivering van de
haven?” Ook Steven Lak, voorzitter van de haven-
ondernemersvereniging Deltalinqs bevestigt
de versterking van de samenwerking. “Er zijn talloze
vormen van interactie tussen de haven en de stad,
zoals leefmilieu, werkgelegenheid en infrastructuur.
Samenwerking is dus niet alleen wenselijk,
maar ook noodzakelijk.”
Ruimtelijk beleidDe haven en de stad werken bijvoorbeeld nauw
samen op ruimtelijk gebied, zoals bij bestem-
mingsplannen voor het havengebied en alle
milieudossiers die daarmee samenhangen.
Vooral bij de Stadshavens – de vier havengebie-
den die na het vertrek van haven(gerelateerde)
bedrijven naar de Tweede Maasvlakte
herontwikkeld worden tot innovatieve woon-
en werklocaties – zijn volgens lector Vries forse
stappen gezet. “Met 1.600 hectare is Stads-
havens het grootste stadsvernieuwingsproject
van Nederland. Voor het deelgebied Merwe-Vierha-
vens hebben de stad en het havenbedrijf pas
een gemeenschappelijke ontwikkelstrategie
opgesteld. Een paar jaar geleden was dat
nog ondenkbaar.”
Daarnaast heeft de stad meer oog gekregen voor
de haveneconomie, en vice versa, aldus Vries.
“Naar aanleiding van het OESO-rapport zijn de
stad en de haven hard bezig om het maritieme
dienstverleningscluster te versterken. Een ander
voorbeeld van de wisselwerking is de RDM Cam-
pus, een havengericht innovatiecentrum van
onderwijs en bedrijfsleven, waar ook veel jonge,
startende bedrijven te vinden zijn die voortko-
men uit de stedelijke economie.”
De gemeente, de haven, het Rotterdams onderwijs,
VNO-NCW Rotterdam en havenondernemers-
vereniging Deltalinqs trekken ook al geruime
tijd samen op om de aansluiting tussen onderwijs
en arbeidsmarkt te verbeteren. Ondanks de crisis
bestaat er namelijk nog altijd een schreeuwend
tekort aan personeel in de Rotterdamse haven,
vooral in logistieke en technische functies.
Voorzitter Lak: “We proberen mbo’ers, hbo’ers
en wo’ers te enthousiasmeren voor de techniek
en scheepvaart. Zo hebben wij samen met het
beroepsonderwijs een Proces- en Maintenance
College opgezet op mbo-niveau, met een carrière-
startgarantie voor de afgestudeerden. En voor
de basisschooljeugd in Rotterdam en omgeving
is er een speciaal lesprogramma over de haven.”
Moordende concurrentie Er gebeurt dus al veel, maar het kan altijd beter.
Volgens Diederik van Dommelen, voorzitter van
ondernemingsorganisatie VNO-NCW Rotterdam,
kunnen de OESO-doelen alleen werkelijkheid
worden als de stad en de haven nóg intensiever
samenwerken om internationale bedrijven aan te
trekken. “Rotterdam moet meer zijn dan alleen
een doorvoerhaven. Acquisiteurs zijn nu vaak
bezig om lading te verkrijgen. Maar als we erin
slagen om de hoofdkantoren of shared service
# MRDH 08 september 2014
Rotterdam en de haven, twee werelden?
centers van buitenlandse bedrijven hier naar
toe te krijgen, profi teert de hele stad: de
zakelijke dienstverlening, alle toeleveranciers,
de maakindustrie…” En op den duur profi teert
ook de gehele regio hiervan, denkt Van
Dommelen.
Van Dommelen merkt dat het vestigingsklimaat
onder druk staat. “De concurrentie van met
name Londen is moordend. Het is dus
ontzettend belangrijk dat de stad en de haven
Rotterdam gezamenlijk promoten als
vestigingsplaats voor bijvoorbeeld de
verzekeringsbranche. Met als boodschap: voor
haven gerelateerde verzekeringen moet je in
Rotterdam zijn. ” VNO-NCW Rotterdam en het
havenbedrijf onderzoeken momenteel of en hoe
Nederland en Rotterdam het vestigingsklimaat
kunnen versterken.
‘Haven en stad gezamenlijk promoten als vestigingsplaats’
“Daarbij kijken we onder andere naar het fi scale
klimaat, het leefklimaat, onderwijs en
regeldruk. De resultaten leggen we voor aan het
college van B en W”, zegt Van Dommelen.
Vries noemt alvast een punt van zorg voor het
Rotterdamse vestigingsklimaat: het spoor.
“Er zijn te veel knelpunten in de verbindingen
met het achterland. De Duitse aansluiting op
de Betuweroute, die de haven verbindt met de
industrie in het Ruhrgebied, loopt voortdurend
vertraging op. Ook op de Maasvlakte kost het
moeite om de terminals goed met het spoor
te verbinden. En vergeleken met de ons om-
ringende landen, is het in Nederland ook nog
eens relatief duur om goederen per spoor te
vervoeren.”
DuurzaamheidOok het duurzaamheidsdossier biedt meer
mogelijkheden tot samenwerking. In 2030 moet
dertig procent van alle energie in Rotterdam
duurzaam zijn – een ambitie uit de Havenvisie
waar volgens Lak een ‘geweldige synergie tussen
stad en haven’ mogelijk is. “Bijvoorbeeld door
alle restwarmte van de haven door te leveren
aan de stadsverwarming in Hoogvliet en
Rotterdam en de kassen in het Westland.”
Vries reageert hier op: “In de haven vindt de
komende jaren een transitie plaats naar
duurzame industrie. Rotterdam kan een
prachtige uitvalsbasis vormen voor biobased
chemiebedrijven en waterstofproducenten,
omdat ze hard werken aan alle faciliteiten:
een warmtenet, CO2-afvang.”
Stad en haven kunnen tot slot volgens Lak
meer doen om het imago van de haven te
verbeteren. Dit is alleen al nodig om in de
toekomst voldoende nieuwe arbeidskrachten
te vinden, stelt Lak. “Bij het publiek blijven
allerlei beelden uit het verleden hangen,
terwijl de haven tegenwoordig een hoog-
technologische werkomgeving is. We moeten
de haven dus letterlijk zichtbaar maken in
de stad. De grote videowall in het station
met havenbeelden is een mooi voorbeeld,
maar we zijn er nog niet.”
Geen nieuwe bestuurslaag
Natuurlijk is niet alleen de stad Rotterdam van belang voor de haven, maar de hele regio en vice versa: van de omliggende gemeenten tot aan Antwerpen. De Metropoolregio Rotterdam Den Haag is vooral waardevol bij de promotie van de havenregio in het buitenland, aldus Isabelle Vries (Hogeschool Rotterdam). “Voor een Chinees doet het er natuurlijk niet toe of een persoon of bedrijf nu uit Rotterdam of Den Haag komt. Maar dan moet je het ook wel als één geheel presenteren. Dus niet dat de ene burgemeester vandaag naar Shanghai vliegt en morgen de andere.”
Ook Diederik van Dommelen (VNO-NCW Rotterdam) ziet kansen voor de Metropoolregio. “Als we in de globaliserende wereld tot de top willen behoren, moeten stedelijke regio’s zich beter organiseren. Rotterdam en Den Haag kunnen elkaar versterken op het gebied van wonen, werken en onderwijs. En we moeten elkaar vooral niet beconcurreren als vestigingsplaats. Een initiatief als dit kan alleen slagen als je elkaar wat gunt. Ik heb me bijvoorbeeld enorm verbaasd over de Metropoolregio Amsterdam, waar Almere zich kandidaat stelde voor de Floriade 2022 en Amsterdam met een concurrerend voorstel kwam.” “Maar de Metropoolregio moet vooral geen nieuwe bestuurs-laag worden”, vult Steven Lak (Deltalinqs) aan. “Bestaande overheden moeten gewoon beter samenwerken.”
22 | 23
ACHTERGROND
Meer regelvrije zones voor het MKBHet MKB klaagt over de grote regeldruk die de creativiteit in het ondernemen belemmert. Een regelvrije
zone zou innovatie en creativiteit stimuleren en leegstand kunnen bestrijden. Moeten er dus meer regelvrije
zones in de Metropoolregio komen?
METROPOLL
Mariëtte van Leeuwenwethouder Economie
Zoetermeer
Nico van Burenraadslid CDA Capelle
aan den IJssel
‘De winkelier bestaat niet meer. Tenminste,
die afwachtende winkelier, hangend in zijn
deuropening, slachtoffer van de crisis. De winkel
van nu vergt een échte ondernemer die zich
verdiept in zijn klant. Een servicegerichte
persoon die de winkel als showroom combineert
met een aansprekend aanbod in zijn webshop.
Die regelmatig seizoengerichte aanbiedingen en
workshops verzint en deze uitzet via social
media. Vanuit Stichting De Winkelmeiden
helpen we dit soort frisse (door)startende
winkeliers op weg. Met alternatieve pop-up
shops gaan we de leegstand te lijf en maken we
van winkelen weer een feestje. In Vlaardingen
met een pop-up galerie die in 12 weken 1.075
bezoekers trok, met een tentoon stelling ‘De
Winkel van de Toekomst’ en met GoedZo: een
leuke winkel in Tweede Kans Kleding van
topmerken.
Gemeenten kunnen ondernemers belonen door
ze te verlossen van bureaucratische beperkingen.
Wil je graag een leuke winkelstraat? Straf de
onder nemer die zijn pui leuk aankleedt met
fl eurige plantenbak en zitje dan niet met forse
precario rechten! Hoe leuk is het om als klant een
kopje koffi e te krijgen als je winkelt? Helaas
wordt dit vaak aangemerkt als ‘branchever-
vuiling’ en valse concurrentie voor de koffi ezaak
op de hoek.
Wie klanten wil trekken naar een winkelstraat
waar weinig ‘loop’ is, zet creatief in met guerilla-
marketing en huurt energieke studenten in.
Maar dat vergt een vergunning waarop je soms
zes weken kunt wachten. Conclusie: als we
straks nog leuk willen kunnen winkelen, moeten
we het echte ondernemers ook leuk maken!’# MRDH 08 september 2014
‘Regelvrije zones is een instrument dat wij als
gemeente zeker toejuichen. Het MKB vormt toch
de motor van de lokale economie en we willen
dat MKB’ers hier optimaal kunnen ondernemen.
In het actieplan Economie voor Zoetermeer, wat
op dit moment in ontwikkeling is, willen we
uitbreidingen van bestaande regelvrije zones en
nieuwe creëren op bijvoorbeeld industrie-
terreinen. De enige voorwaarde is wel dat
ondernemers hierbij de veiligheid in acht nemen.
Zeker in woongebieden is dit het geval. Maar
over het algemeen hanteren we een houding van
‘Ja, tenzij…’
Daarnaast zullen we nieuwe ondernemers met
creatieve initiatieven een warm welkom geven.
De vraag ‘Wat wilt u doen en waar knelt het?’
staat hierbij centraal. Op verzoek passen wij dan
de regelgeving aan. Natuurlijk in samenspraak
met onze inwoners.
Hierbij moet ik wel opmerken dat als je stappen
voorwaarts wilt maken, je lef moet tonen. Er
moet een gezond evenwicht ontstaan tussen het
doorzetten van plannen en de samenspraak.
Het nieuwe actie plan Economie voor de
komende jaren is overigens best vooruitstrevend
te noemen. Het is een plan dat past bij
Zoetermeer, bij het pionieren dat de stad in de
beginjaren heeft gedaan. Een plan waarin we
risico’s durven nemen en waarmee een aan-
trekkelijk ondernemings klimaat moet ontstaan
met minder regeldruk. Zo komt er straks een
team dat nieuwe ondernemers begeleidt in het
proces van starten. Ook willen we meer kleine
economie in woonwijken en de regels daartoe
verruimen.’
‘CDA Zuid-Holland deed in november 2013 haar
voorstel tot een proef met regelvrije zones in het
licht van de kerntaken van de provincie Zuid-
Holland. Fractievoorzitter Hans Démoed noemde
daarbij onder andere de thema’s natuur, groen
en cultuur, waarbij in Binnenlands Bestuur werd
aangegeven dat een buitengebied of recreatie-
gebied meer voor de hand ligt. Vanwege de
bevoegdheid van de gemeente zou het in -
gewikkeld zijn om een proef in een woonwijk te
doen.
Ook voor CDA Capelle kan deze vorm van
deregulering een middel zijn om creativiteit van
onderop echt ruimte te geven. Binnen de
Metropoolregio krijgen op die thema’s ver-
schillende gebieden door ondernemende
initiatieven meer waarde voor de inwoners om
van de groene kwaliteit van onze regio te
genieten. Ook voor het behoud van een deel van
het cultuurgoed in de vorm van bebouwing in
het buitengebied is het zaak dat leegstaand
agrarisch vastgoed andere bestemmingen kan
krijgen.
De meerwaarde van regelvrije zones voor het
MKB neemt toe als we deze juist wel weten toe te
passen op woonwijken. In veel gemeenten
binnen de Metropoolregio is de werkgelegenheid,
vooral voor laag geschoolden, erbij gediend als
(startende) ondernemers andere activiteiten
kunnen ontplooien dan de spreekwoordelijke
zzp’er die op zolder achter zijn computer een
administratiekantoor runt. In iedere wijk staan
wel panden die ook gebruikt zouden kunnen
worden door kleine productie bedrijfjes. Er is
toch niets mis met een school die een tweede
leven krijgt als bedrijfslocatie?’
Janet vanHuisstedeoprichter van Stichting
De Winkelmeiden
Een multinational maakt een koffiezetapparaat of een haarföhn
in Polen of China en verkoopt hem van São Paulo tot
Wateringen. Maar publieke goederen als windmolenparken?
Of trams? Die produceer je in samenspraak met de klanten.
Deze samenwerking maakt beide partijen maatschappelijk
verantwoordelijk, vindt bestuursvoorzitter van Siemens
Nederland Ab van der Touw. “De samenleving is onze klant én
partner. Wij co-creëren producten. De tijd dat we los van de
klanten iets bedachten, ligt achter ons. Voor wat wij doen,
moeten we eigenlijk ook altijd publiekelijk verantwoording
afleggen. Als trams het niet doen, dan is niet één consument
of een groepje de dupe, maar heel Haaglanden. Als de
energievoorziening niet klopt, dan betreft dat een heel gebied.
Die verantwoordelijkheid verankert ons in de samenleving.”
De verankering van Siemens in de maatschappij strekt zich in
het kader van haar duurzaamheidsprogramma uit tot een
oneindig aantal verenigingen, comités, platformen en raden
van toezicht- en advies. Met Ab van der Touw als boegbeeld. In
minder bekende programma’s als het Smart Energy Collective,
de stichting Klimaatfonds Haaglanden of de stichting Duur-
zaamheid Den Haag en bekendere als The Hague Security Delta,
Beter Benutten Haaglanden en Spitsmijden Haaglanden.
Forums waar Siemens als eminent speler op het gebied van
energievoorziening, mobiliteit, gezondheidszorg en veiligheid
in thuishoort, aldus Ab van der Touw. “Veel bedrijven gieten
duurzaamheid als een marketingsausje over hun activiteiten,
maar voor Siemens is het de kern van het bedrijf. Bij alles is
duurzaamheid dé grote eis. Duurzaam ondernemen is een
maatschappelijke en industriële noodzaak. De helft van wat
wij vermarkten, is gericht op verduurzaming.” Volgens de
Dow Jones Sustainability Index staat Siemens daarmee in de
categorie kapitaalgoederen wereldwijd op de eerste plaats.
Genen
Het etiket maatschappelijk verantwoord ondernemen kleeft al
heel lang aan Siemens. “Het zit wereldwijd in onze genen”, aldus
Van der Touw. Werd dat twintig geleden in de tijd van de gouden
‘Altijd verantwoording afleggen’Siemens draait allang niet meer om telefonie en televisie. Bestuursvoorzitter Ab van der Touw
richt zijn vizier op duurzame energie, mobiliteit, veiligheid en gezondheid. Hij doet dat door
partnerschappen te sluiten en te werken in regionale netwerken.
Tekst: Martijn Delaere | Fotografie: Mladen Pikulic
Ab van der Touw, directeur Siemens:
‘Mensen vinden het nu veel belangrijker om te
werken voor een organisatie die ertoe doet.
24 | 25
ECONOMIE
Siemens-topman Ab van der Touw
‘Veel bedrijven gieten duurzaamheid als een
marketingsausje over hun activiteiten, maar
voor Siemens is het de kern van het bedrijf.’# MRDH 08 september 2014
bergen en financiële windhandel tamelijk absurd
gevonden, vandaag de dag wordt die betrokken-
heid gewaardeerd. Siemens plukt er de vruchten
van. De Siemens-topman: “Wij trekken medewer-
kers aan die het belangrijk vinden om te werken
voor een bedrijf dat iets betekent voor de samenle-
ving. In het licht van de vergrijzing en de ontgroe-
ning (daling van het percentage jongeren op de
arbeidsmarkt, red.) werkt dat in ons voordeel. Ken-
nelijk vinden mensen het nu veel belangrijker om
voor een organisatie te werken die ertoe doet. We
hebben een generatie achter de rug die graaide en
voor wie het niet op kon, maar nu zie je dat werk-
nemers de waarom-vraag stellen.”
Siemens Nederland (omzet afgelopen boekjaar
973 miljoen euro, 16 miljoen winst) is geen over-
heid en ook geen liefdadigheidsinstelling.
Geld verdienen is wel van belang, zo veel dat het
Duitse concern kan meedraaien en meedingen in
de internationale concurrentiestrijd. Gelukkig is
duurzaamheid vandaag de dag winstgevend.
Van der Touw: “Kijk naar het programma Beter
Benutten Haaglanden om de bereikbaarheid van
de stad en de omgeving te vergroten. Een invals-
hoek is dat er een breed draagvlak voor verkeers-
oplossingen moet zijn, maar de andere is dat
Siemens ook de oplossingen in huis heeft, zoals
een verkeerscontrolecentrum. Ik heb vorig jaar
september meegedaan aan het Energieakkoord
tussen bedrijfsleven, milieubeweging en vakbon-
den, omdat ik geloof in duurzame groei, maar
óók omdat we ons steentje bijdragen met energie-
centrales en windenergie. Wij hebben veel geld
nodig voor innovatie. Tegelijk is het wél zo dat wij
in het Rijnlandse model, waarbij continuïteit van
de onderneming belangrijker is dan het nemen
van een snelle kortetermijnwinst, veel meer dan
in het Angelsaksische model op de langere
termijn zijn gericht en dus niet meteen winst
hoeven te maken.”
Trams
Op het pleintje voor het Siemens-hoofdkantoor
aan de Haagse Prinses Beatrixlaan tappen de twee
directieauto’s aan hun oplaadpunt elektriciteit,
maar op de laan zelf stoten auto’s nog onbezorgd
hun gassen uit. RandstadRail, die boven de weg
rijdt, niet. Niet verwonderlijk dus dat Siemens
ook een grote bouwer is van trams. In Amerika is
één op de drie trams van Siemens. In Europa was
de Haagse HTM de eerste klant van de nieuwe
generatie Avenio-trams van Siemens. Niet zomaar
op de rails gezet vanuit de fabriek in Wenen, maar
op maat gemaakt. Ab van der Touw: “Je kijkt
met de klant naar wat een trein of tram moet
doen. De HTM wilde met de nieuwe
tram in de spits grotere groepen
mensen kunnen vervoeren. Zonder
dienstregeling en met zo lang en
breed mogelijke trams. De HTM
krijgt een 32 meter lange en 2,65
meter brede tram, en niet veertig
stuks, zoals oor spronkelijk de bedoeling, maar
zestig. Omdat de trams meer passagiers gaan
vervoeren, worden ook de sporen aangepast. De
Avenio-tram die we aan Den Haag leveren, ver-
schilt aanmerkelijk van die in München. Bij
standaardisatie van de trams zou de kostprijs
dertig procent lager liggen. Dat moeten we leren.
Vervoersmaatschappijen moeten voor hun eigen
bestwil naar een inter nationale standaard,
waardoor de kosten omlaag gaan.”
Potentie
Veel Haagser krijg je een bedrijf niet, maar dat wil
niet zeggen dat de komst van de Metropoolregio
Rotterdam Den Haag de bestuursvoorzitter van
Siemens koud laat. Hoe kijkt Van der Touw, ook
nog eens voorzitter van de Economische
Programma -raad van de Zuidvleugel, aan tegen de
Metro-poolregio? “Een enorme vooruitgang. Je
hebt een groter gebied te pakken dan de gewesten
waar-binnen meer economische samenhang is
dan binnen de provincie. Er zit veel potentie in de
Metropoolregio, maar het komt er onvoldoende
uit. Op het gebied van verdienvermogen blijven
we achter bij Amsterdam en Brainport Eindhoven.
In Den Haag is de verdienkracht beperkt door het
grote aantal ambtenaren en in de Rotterdamse
haven heeft de transitohandel een lage toege-
voegde waarde.” Daarom moeten politiek en
bedrijfsleven volgens Van der Touw inzetten
op clusters met een groot verdienvermogen.
“En dat gebeurt nu ook. Bedrijfsleven, overheid
en onderwijs bepalen gezamenlijk een agenda.”
Lichtend voorbeeld is volgens Siemens-topman
Van der Touw The Hague Security Delta. “Een jaar
na oprichting van de The Hague Security Delta in
het Beatrixkwartier zijn er tweehonderd
be drijven en organisaties aangesloten. Clubs die
zich bezig houden met cyberveiligheid in zijn
volle betekenis, dus van bruggen en ziekenhuizen
tot energiecentrales. Als je erbij wilt horen, dan
moet je hier zitten.”
Windenergie
Een ander speerpunt van de Metropoolregio zou
volgens Van der Touw de vermarkting van
windenergie moeten zijn. “Je hebt de TU in Delft. Van
Oord in Rotterdam en Heerema in Zwijndrecht zijn
kampioenen in het bouwen van windparken op zee
en wij zijn kampioen in het ontwikkelen van
windturbine-techniek. We hebben dit voorjaar
een order van 1,5 miljard euro gescoord om ten
noorden van Schiermonnikoog het grootste
Nederlandse windpark in zee te bouwen. We gaan
voor 785 duizend gezinnen zeshonderd megawatt
op zee opwekken en wisselstroom in gelijkstroom
omzetten op een drijvend eiland van zestig bij
zestig, met golven van dertig meter hoog. Zo
ontstaat een ijzersterk kenniscluster.”
Wie is Ab van der Touw?
Albert Frank (Ab) van der Touw (59)
werd geboren in Leiden en studeerde
er klassieke talen en geschiedenis.
Hij belandde 28 jaar geleden bij Siemens
nadat hij les had gegeven op het christe-
lijk gymnasium Sorghvliet in Den Haag.
Van der Touw vervulde verschillende
functies bij Siemens voordat hij in 2010
werd benoemd tot voorzitter van de raad
van bestuur van Siemens Nederland. Van
der Touw heeft daarnaast nevenfuncties
bij meerdere organisaties zoals VNO-
NCW en Beter Benutten.
‘Duurzaam ondernemen is een maatschappelijke en industriële noodzaak’
26 | 27
“Stockholm bestaat uit veertien eilanden die om het stadscentrum heen
liggen. Wij wonen op het Södermalm eiland. Je kunt het vergelijken met de
Jordaan in Amsterdam. Er zijn overal cafétjes en winkeltjes in onze buurt te
vinden. Ons appartement is gehuurd, maar we zoeken naar een koophuis in
deze buurt, omdat we het erg naar onze zin hebben. Ook omdat ik nu
zwanger ben van ons tweede kind, gaat ons huis straks te klein worden.”
Lau heeft een eigen consultancypraktijk. “Ik geef bedrijven advies op het
gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen. Door mijn ervaring
en contacten in Azië kan ik ze ook assisteren bij het opzetten van
handelsrelaties met China. Zweden heeft een aantrekkelijk klimaat voor
zelfstandige ondernemers. Het is niet moeilijk om een eigen bedrijf te
starten. Wel is de belasting natuurlijk erg hoog. Maar voor een eenmanszaak
is er de regel dat de premieheffing voor de sociale verzekeringen de eerste
twee jaar over een gemiddeld bedrag verloopt. Aangezien je in de eerste paar
jaar nauwelijks winst maakt, hoef je dus niet veel geld te missen als je
onverwachts door ziekte uitvalt. Ook zijn de regels voor het starten van een
BV versoepeld. Je hoeft nu minder geld verplicht zelf te investeren.”
Kindvriendelijk
Zweden staat erom bekend dat het goed voor zijn jonge moeders en ouders
zorgt. Standaard geldt ongeveer zestien maanden ouderschapsverlof. Daarvan is
dertien maanden betaald met tachtig procent van het salaris en drie maanden
op uitkeringsniveau. Ouders kunnen dit verlof verdelen over de moeder en de
vader. De eerste tien maanden na de geboorte van hun dochter Bey bleef Lau
thuis. De volgende zes maanden haar man. “Je kunt dus eigenlijk het hele eerste
jaar zelf voor je kinderen zorgen. Dat heeft het nadeel dat de maatschappij
aanneemt dat je dat ook dóet. Voor kinderen onder de één jaar zijn er geen
opvangmogelijkheden. Bijkomend voordeel is weer dat er veel faciliteiten zijn
waar je als jonge ouder, dus ook de vaders, met je kind naartoe kunt. Cafés en
restaurants zijn hierop ingericht, je kunt samen op zangles of naar de
bibliotheek, er zijn oneindig veel speeltuintjes in de stad en je kunt zelfs
overdag naar de film met je baby. Ook kom je via de verloskundige na de
bevalling in een clubje terecht met andere jonge moeders, zodat je van elkaar
kunt leren en iets kunt ondernemen. Want niemand met zo’n jonge baby werkt.
Om het nog makkelijker te maken om je te verplaatsen, is het openbaar vervoer
voor reizigers met een kinderwagen gratis.”
Metro
Qua infrastructuur zit het in de stad heel goed, vindt Lau. “Op vijftig meter van ons
huis is een metrostation. Het centraal station ligt vervolgens op een ritje van tien
minuten. Ook de bus kunnen we makkelijk pakken, al nemen we toch eerder de
metro. Het is niet goedkoop om met het OV te reizen. Wel is het allemaal goed
toegankelijk en zijn er overal liften. De auto nemen we eigenlijk nauwelijks.
Het parkeren is duur en moeilijk. Met het openbaar vervoer is alles makkelijk te
bereiken. Fietsen doen ze hier ook wel, maar minder dan in Nederland. Je hebt
hier ook te maken met heuvelachtig gebied en de fietsinfrastructuur is de laatste
jaren wel verbeterd, maar nog niet optimaal. Aparte fietspaden zijn er nog niet
overal.”
Foodtruck
Uitgaan in Zweden is duur. Voor een biertje mag je al gauw zes à zeven euro
neertellen. Ook restaurants zijn prijzig. Maar de Stockholmers zijn inventief en
hebben zich op een uit Amerika overgewaaide trend gestort: de Foodtruck. Tot de
zomer van 2013 was het nog moeilijk om een vergunning voor zo’n rijdend
afhaalrestaurant te krijgen, maar de regels zijn versoepeld en ze schieten als padden-
stoelen uit de grond en de kwaliteit verbetert snel. Er zijn zelfs allerlei lijstjes op
internet te vinden met top vijfs van het beste ‘street food’ in Stockholm. Lau: “Ze zijn
hier ontzettend populair en het is een goedkope manier om toch iets buiten de
deur te eten. De variëteit loopt uiteen van taco’s tot pannenkoeken en van hotdogs
tot steaks.”
Zeeën en meren
“De zomers in Zweden zijn heerlijk. Het is lang licht en het klimaat is
aangenaam. Rondom de stad zijn veel groengebieden, waar je binnen twintig
minuten kunt zijn. ‘s Zomers is er ook van alles aan cultuur te beleven.
Theatervoorstellingen in de open lucht en andere activiteiten in de vele parken.
Dan leeft de bevolking echt buiten. Nog sneller, in tien minuten fietsen, zitten
we al aan de kust. Na het werk en in de weekenden zijn we dan ook veel te
vinden aan zee. Op vier à vijf verschillende plekken in onze omgeving zijn er kleine
strandjes waar je kunt zwemmen.” Omdat het ‘s zomers in hun thuisland goed
vertoeven is, gaan Stockholmers in die periode nauwelijks naar het buitenland op
vakantie. “Veel mensen hier hebben een zomerhuis op maximaal twee uur rijden
van de stad. Daar brengen ze hun zomers en weekenden door. In de winter gaan
ze dan wel op vakantie naar een warm land.”
Kaying Lau woont al bijna tien jaar niet meer in Nederland. Amsterdam verruilde ze in 2005 voor China. Hier
leerde ze haar Zweedse man Oscar Berger kennen die als attaché Sociale Zaken bij de Zweedse ambassade
werkte. Toen hun eerste kind zich aankondigde, besloten ze begin 2013 het Aziatische land te verruilen voor
het walhalla voor gezinnen met jonge kinderen: Stockholm.
Tekst: Brigitte Beeks | Fotografie: Kaying Lau
Hälsningar från Stockholm
# MRDH 08 september 2014
GRENZELOOS
1 5
2 3 6
4
8 10
9
7
1. Ingang van de metro met aan de
overkant van de straat de lift
2. Het gezin
3. Pleintje met café’s
4. Man Oscar met dochter Bey
5. Hornstull straat met winkels
6. Speeltuintje in de wijk
7. Strand in Tantolunden Park
8. Achterkant appartement in
Södermalm
9. Foodtruck in Stockholm
10. Tantolunden Park
Stockholm Facts
• Hoofdstad en grootste stad van
Zweden
• Ruim 2 miljoen inwoners,
inclusief voorsteden
• Konings- en regeringsstad
• Ligt op 14 eilanden, met
bruggen verbonden
• 3 metrolijnen en 100 stations
• Stockholm Central heeft 220.000
passagiers per dag
• In 2008 is de bouw van een
ondergrondse pendelspoorlijn
begonnen
• 3 vliegvelden rondom de stad
• Tolheffing voor auto’s rondom
de historische binnenstad
28 | 29
# MRDH 08 september 2014
ECONOMIE
Boeren in de MetropoolregioAchter de TU-wijk in Delft beginnen de groene longen van de stad. Uitgestrekte weilanden met vee en hier en
daar een boerderij bepalen het uitzicht. Aan de horizon doemt aan de ene kant de stad Rotterdam op, en aan de
andere kant Delft. Op Hoeve Ackerdijk in Schipluiden lijkt dat stadse leven heel ver weg, maar toch ook weer niet.
Ze vormen de hoofdinkomstenbron voor boer Arie van den Berg. Geen boerderij zonder de Metropoolregio.
Tekst: Brigitte Beeks | Fotografi e: Gerhard van Roon
Boer Arie van den Berg leidt zijn
melkkoeien terug de stal in.
30 | 31
2014 is door de FAO, de voedsel- en landbouworga-
nisatie van de Verenigde Naties, uitgeroepen tot
het Internationale Jaar van het Boerenfamilie-
bedrijf. In de Metropoolregio zijn vooral drie soor-
ten agrariërs te onderscheiden op 300 hectare
agrarische grond: akkerbouwers, melkveehouders
en tuinbouwers. Akkerbouwers vind je vooral op
Voorne-Putten en in de Hoeksche Waard en omge-
ving. In Midden-Delfl and zijn veel melkveehoude-
rijen gevestigd. Dat heeft te maken met de grond -
soorten in het gebied. In Midden-Delfl and is dat
veengrond, die zich niet leent voor iets anders
dan begrazing.
Zo ook op Hoeve Ackerdijk. Boer Arie van den
Berg groeide hier op. “Toen ik geboren werd run-
den mijn oma en mijn vader de melkveehouderij.
Ze pachtten toen nog van de kerk. In 1959 kregen
we de hoeve in eigendom. Mijn vrouw Petra en ik
hebben eerst nog een tijd met onze oudste kinde-
ren in een woonwagen op het terrein gewoond.
Totdat de boerderij voor ons vrijkwam. Onze vier
kinderen zijn hier groot geworden en inmiddels
passen wij op onze kleindochter Cato van vijftien
maanden. Dit echte stadskind vindt het hier
geweldig met al die dierengeluiden om zich heen.”
BiologischHoeve Ackerdijk ligt in het gebied de Schiezone,
een recreatiegebied waar naast twee agrarische
bedrijven ook onder andere een paintball -
centrum, kunstcentrum, begraafplaats en een
naturistencamping liggen. Het bedrijf van de
familie Van den Berg beslaat 48 hectare weide-
grond, inclusief natuurgrond zelfs 68 hectare.
Hier lopen 75 koeien rond met bijbehorend
jongvee en een aantal fokschapen.
Sinds 1998 werkt Van den Berg compleet
biologisch. Dat houdt niet alleen in dat hij
geen bestrijdingsmiddelen en geen kunstmest
gebruikt, maar ook dat de koeien, naast het gras,
biologisch voedsel krijgen en dat Van den Berg
geen medicijnen toedient, behalve als de koe ziek
is. De melk gaat naar Campina. Eén dag in de
week is Hoeve Ackerdijk zorgboerderij voor
GGZ-patiënten. Ook kunnen scholen een rond-
leiding krijgen op het bedrijf.
Natuurbeheer is iets wat Van den Berg serieus
neemt. “Je ziet een verschuiving ontstaan in de
agrarische sector. Bedrijven schalen op of hebben
een verschuiving naar andere bedrijfsvormen.
Maar als agrariër moet je iets voor de natuur doen,
vind ik. Daarom was ik vijftien jaar geleden
ook mede-oprichter van de agrarische natuur-
vereniging Vockestaert en zat ik in het bestuur.
Daarnaast doen we actief aan weidevogelbeheer
en zorgen we voor natuurvriendelijke oevers.”
Van den Berg weet waar hij over praat als het om
de natuur en het water gaat. Naast het werk op de
boerderij is hij namelijk ook bestuurder van het
Hoogheemraadschap van Delfl and. “Ik vind het
belangrijk om als inwoner van het gebied politiek
betrokken te zijn. Zo ben ik dertien jaar verant-
woordelijk geweest voor de plannen voor de
reconstructie van Midden-Delfl and. Maar dat is nu
afgerond. Daarnaast ben ik nog betrokken bij de
Food Council in Rotterdam die de gemeente
adviseert bij voedselvraagstukken. Bijvoorbeeld
hoe zij de productie van voedsel in de regio en
de vraag naar vers voedsel in de stad beter met
elkaar kan verbinden.”
MetropoolregioWerkgelegenheid, groen en leefomgeving, dat
zijn volgens de boer zaken die zorgen voor een
# MRDH 08 september 2014
Het gemaaide gras vormt in de winter de hoofdvoedselbron.
goed vestigingsklimaat. “Groen is dus iets waar je
goed voor moet zorgen. In de Metropoolregio
Rotterdam Den Haag zie ik veel kansen. In de visies
die er nu liggen is het belang van het groen duidelijk
benadrukt. Midden-Delfl and vormt in die plannen de
groene longen van de stad. Ik zie die regiovorming
dan ook niet als bedreiging. Alleen zou de stad de
ondernemers die in dit gebied iets willen doen,
meer op gang moeten helpen, bijvoorbeeld de eerste
jaren extra stimuleren. De steden zetten hierin al
interessante stappen met nieuwe vormen van
stadslandbouw. Zo ontstaat er meer interesse voor
de omgeving waar het voedsel vandaan komt.”
‘Inkomen van stad naar platteland brengen’
Ook qua recreatie is nog veel werk te verrichten,
vindt Van den Berg. “De overheid trekt zich terug
als fi nancier van het onderhoud en beheer. Daar-
door verrommelen die gebieden. Het gebied dat
naast mijn boerderij ligt, is een recreatiegebied.
Maar ze maaien er niet, waardoor je er niet in kunt
gaan zitten. Recreanten komen dus picknicken in
mijn weides. Dat vind ik niet erg, maar het zou
niet nodig moeten zijn. Het liefst zou ik een
centraal punt zien voor het onderhoud van
het hele gebied. En het zou zich best wat meer
mogen onderscheiden met bijvoorbeeld kunst
in het landschap. Al die recreatiegebieden lijken
zo op elkaar in Nederland.”
Agrarisch kinderdagverblijf
Qua uitbreiding van zijn bedrijf denkt Van den
Berg dan ook niet aan opschaling, maar aan
professionele verbredingen. “Ik ben constant bezig
met het bedenken van manieren om het inkomen
van de stad naar het platteland te brengen. Meer
koeien hier houden is geen optie, dus moet je kijken
naar andere mogelijkheden. We hebben hier al een
tijdje een oude stal leegstaan. Ik wil daar een agra-
risch kinderdagverblijf in beginnen. De medewerkers
van de TU kunnen hier in deze landelijke omgeving
hun kleintjes onderbrengen. Ook de gemeente ziet
dit wel zitten. Je moet toch een beetje meegaan
met je omgeving en alert zijn op veranderingen.”
Helaas voor Arie en Petra van den Berg zien hun
kinderen een overname van het boerenfamilie-
bedrijf niet zitten. “Het zijn ook nooit plattelandskin-
deren geweest, hun blik was op de stad gericht. Daar
wonen ze nu ook. Ik heb personeel in dienst en voor-
lopig redden we het prima. We zien wat de toekomst
brengt.”
Agrariërs in de MRDH
• Aantal melkveehouderijen: 170 *
• Aantal landbouwbedrijven: 4.885 *
• Aantal ha agrarisch terrein: 30.379 **
(uitgezonderd glastuinbouw)
*cijfers CBS 2013
**cijfers CBS 2010
Hoeve Ackerdijk aan
de Rotterdamseweg
in Schipluiden.
www.hoeveackerdijk.nl
ECONOMIE
Recreatiegebieden, stilteplekken en voedsel van eigen bodem maken een Metropoolregio pas echt leefbaar
en aangenaam. De gemeente Midden-Delfland bestaat tien jaar en heeft als missie deze kwaliteiten aan de
stedelijke omgeving toe te voegen.
Tekst: Pieter Maessen | Gemeente Midden-Delfland
Melk van Schipluiden rechtstreeks naar de nieuwe Markthal op de Blaak
32 | 33
Bezoekers van de Internationale Cittaslow-conferentie doen mee aan een melkproeverij.
Tafereel in de grote koeienstal van boer Dijkshoorn in
Midden-Delfland: tussen de beesten staat een gedekte
tafel met daarop vier groepjes champagneflûtes,
gevuld met een witte substantie. Daaromheen staat
een gezelschap burgemeesters uit heel Europa om
zich te wagen aan… een melkproeverij.
Dit bijzondere moment voltrok zich op 21 juni
tijdens de conferentie van de wereldwijde Cittaslow-
beweging in Nederland. De inwoners van Midden-
Delfland ontvingen honderdvijftig bestuurders en
trakteerden hen op streekgerechten, vaartochtjes,
beeldende kunst en muziek. En tijdens de ‘melktest’
moesten de gasten het verschil proeven tussen houd-
bare melk, gewone supermarktmelk, biologische
melk en verse melk van de koeien waar ze op dat
moment tussen stonden.
Kleinschaligheid
Cittaslow ontstond vijftien jaar geleden in Italië.
Het is een club van gemeenten die kleinschaligheid,
duurzaamheid en sociale cohesie in het vaandel
dragen. Er zijn er nu zo’n tweehonderd, vooral in
Europa, waarvan zeven in Nederland.
Het is bijna vanzelfsprekend dat Midden-Delfland
deel uitmaakt van dit gezelschap, want deze
gemeente is juist gecreëerd om een groene buffer te
zijn tussen de stedelijke gebieden van Rotterdam,
Den Haag en het Westland. Bij de herindeling in 2004
is Westland gevormd als ‘glasgemeente‘ en Midden-
Delfland als ‘grasgemeente’. “Het versterken van die
# MRDH 08 september 2014
identiteit als agrarische en recreatiegemeente is
onze kernactiviteit”, zegt burgemeester Arnoud
Rodenburg.
Er zijn hierover wapenfeiten te melden. De gemeente
verzette zich met succes tegen het bovengronds aan-
leggen van een nieuwe hoogspanningsverbinding.
Die moest en zou onder de grond om de openheid
van het landschap niet te verstoren, en dat is gelukt.
Meerprijs voor investeerder Tennet: honderd miljoen
euro. Een andere aanslag op het landschap kon de
gemeente niet meer afslaan: de aanleg van het ontbre-
kende stuk van de A4 door haar polders. Maar het is –
met hulp van veel medestanders – wel gelukt
om de weg verdiept te leggen, zodat hij in het vlakke
land bijna niet te zien is. De gemeente kreeg er een
compensatie voor van achtien miljoen euro . Een
bedrag dat zij onder meer besteden aan het bijscholen
en ondersteunen van veehouders die milieuvriendelijk
willen werken, agrarisch natuurbeheer, de aanleg van
een ecologische verbinding en het opruimen van
verspreid liggende verouderde kassen.
‘De grote steden makenduidelijk dat onze groene bijdrage aan de Metropoolregio ook in hun belang is’
Rustiek
Recreatie is een nieuwe pijler onder de lokale econo-
mie. Ten tijde van de vorming van Midden-Delfland
tien jaar geleden, waren er slechts twee campings.
Nu zijn er in Schipluiden, Maasland en Den Hoorn
al 24.000 overnachtingen per jaar, onder meer in
het ‘Rechthuis van Zouteveen’, rustiek gelegen aan
het water, nauwelijks bereikbaar. Eigenaar Jakob
Jongsma trekt het hele jaar door gasten en draait een
prima omzet. Zijn bezoekers komen uit eigen land,
bijvoorbeeld voor een familiereünie, maar ook uit
verre buitenlanden. Toeristen weten hem via interna-
tionale websites moeiteloos vinden.
De Stichting Groen Goud heeft de lokale recreatie-
bedrijven verenigd om elkaar en nieuwe ondernemers
te helpen bij hun activiteiten. Het past naadloos
op het karakter van Midden-Delfland als Cittaslow-
gemeente. Maar voor Jongsma mag het nog wel een
beetje actiever. “Ik vind dat gemeenten een grotere rol
moeten spelen in het bijeenbrengen van ondernemers.
Er zijn nog te veel bedrijven die alleen met hun eigen
zaak bezig zijn. Het gaat er juist om, dat we door samen
te werken een veelzijdig recreatieaanbod krijgen met
verblijf, eten en allerlei vormen van recreatie en cultuur.”
Metropoolregio
Midden-Delfland voelt zich thuis in de Metropool-
regio. De grote steden vinden het van het grootste
belang dat er een open, groen middengebied in
stand blijft. “Wij denken graag mee over de uit-
dagingen waarvoor de metropool staat. Vooral
omdat de grote steden duidelijk maken dat onze
groene bijdrage aan de Metropoolregio ook in hun
belang is”, zegt wethouder Buitengebied Hans
Horlings (tevens regiobestuurder bij het Stadsge-
west Haaglanden). Een mooi voorbeeld daarvan
vond hij de aanwezigheid van de burgemeesters
Van Aartsen (Den Haag) en Aboutaleb (Rotterdam)
bij het bezoek van de staatssecretaris van Landbouw
aan Midden-Delfland in 2011. “Door hun aanwezig-
heid gaven zij aan dat ons belang als agrarische en
recreatiegemeente ook dat van hun steden is.”
Markthal
Deze zomer brengen ondernemers uit Midden-
Delfland, onder wie melkveehouders, een bezoek
aan de nieuwe Markthal en de Fenix Food Factory in
Rotterdam. Dit laatste is een dagelijkse, ambachtelijke
versmarkt op Katendrecht met een kleinschaliger opzet
dan de Markthal. De ondernemers gaan verkennen of
ze hun producten uit Midden-Delfland op deze eigen-
tijdse markten rechtstreeks kunnen verkopen aan de
inwoners van de steden. Dan kunnen stadsmensen
weer proeven hoe melk smaakt die niet eerst een paar
dagen in opslag en transport is geweest. En als ze dat
willen, kunnen ze zelf op de fiets naar de boerderij waar
de melk vandaan komt en nog een paar verse eieren en
een smakelijk stukje kaas meenemen.
Cittaslow Nederland
Cittaslow is het internationale keurmerk
voor gemeenten die op het gebied van
leefomgeving, landschap, streekproducten,
gastvrijheid, milieu, infrastructuur, cultuur-
historie en behoud van identiteit tot de top
behoren. Het gaat hierbij om gemeenten
met minder dan 50.000 inwoners. De oor-
sprong van Cittaslow ligt in Orvieto (Italië).
Het bewaken en bevorderen van de kwaliteit
van de leefomgeving is het allerbelangrijkst
voor een Cittaslow. Dit betekent dat een
gezond milieu, het versterken van de
landschappelijke kwaliteiten en een goede
infrastructuur hoog op de agenda van
de gemeente staan. Deze koestert het
cultuurhistorisch erfgoed, de plaatselijke
tradities en het aanbieden en promoten van
streekproducten.
Midden-Delfland is in 2008 uitgeroepen
tot de eerste Cittaslow-gemeente van
Nederland. Inmiddels telt het netwerk in ons
land zeven gemeenten.
www.cittaslow-nederland.nl
[Bezoekers van het internationale Cittaslow
Congres doen mee aan een melkproeverij.
Ter gelegenheid van het Cittaslow Congres
is ook een concert gehouden.
Ter gelegenheid van de Cittaslow-conferentie is ook een concert gehouden.
Ze zijn wel schattig, die nieuwe raadsleden. Ze zitten er net en
barsten van de dadendrang. Jong en wild. Daar gaan we nog
veel lol aan beleven. Hun ambities spatten uit de kolommen in
deze #MRDH. En gelijk hebben ze. Ze besturen middelgrote
steden, maar ontslaat hen niet van Het Groot Denken. Zonder
dromen moet je de politiek niet in willen.
Het fraaiste voorbeeld dat ik daarvan ken, komt uit mijn
Maassluis. Het zijn de jaren zeventig en op het stadhuis wordt
hypernerveus aan een prachtplan gewerkt. Er vaart al decennia
lang een ferry. Tussen ons en de overkant: van Maassluis naar
Rozenburg. Het is een minicruise van tien minuten met
wonderschoon uitzicht over de Nieuwe Waterweg.
In die dagen dient zich een projectontwikkelaar aan. Met de
kennis van nu zou je het een gladjakker kunnen noemen. In
het diepste geheim wordt het plan voorbereid en op een
grootse persconferentie zal het worden gepresenteerd. Het
lokale huis-aan-huisblad De Schakel is wel tevoren geïnform-
eerd en komt – zó groot is het nieuws – met een extra editie.
De burgemeester M.K. (“Theo”) van Dijke is een kleine man,
maar die dag voelt hij zich De Koning van Nederland en de
Overzeese Gebiedsdelen als hij het woord neemt. Het
voltallige college zit er stralend bij. “Dames en heren van de
pers”, doet hij sjiek, “wij hebben u groot nieuws te melden.”
Wij van de pers konden niet wachten. Hij houdt het niet langer
voor zich: Er Komt Een Dagelijkse Ferry Verbinding Tussen
Maassluis En Londen. De daadkrachtige zakenmeneer die erbij
zat te stralen zou ons allemaal rijk maken, want reken maar dat
de stad er flink aan zou gaan verdienen. Werkgelegenheid,
omzet, belastingen, toerisme: je kon het zo gek niet bedenken.
In Het Vrije Volk – mijn broodheer – verschijnt de volgende dag
de chocoladeletterkop: Wereldsteden Maassluis en Londen
eindelijk verbonden. Ik geef toe: een beetje flauw, maar de
aanwezige journalisten hadden allemaal een zeker
wantrouwen.
Wij als dames en heren van de pers voelden iets aan ons water.
Met de boot naar Rozenburg, okay. Maar naar Londen? Erger
nog: wilden die Londenaren wel naar Maassluis? De Schakel
pakte uit. Met foto’s, met wethouders, met de ondernemer.
Ze waren zelfs op lokatiebezoek in Londen geweest.
Helemaal naar het buitenland!
Het zou voortaan iedere dag Koninginnedag zijn in ons
Maassluis. Dank U Wel, College.
Het feestje van de burgemeester en de ondernemer heeft nog
geen volle dag geduurd, want daar verschijnt dagblad Trouw.
Een journaliste verziekt het feest volledig. Het is Annemieke
van Vlier. Het is haar primeur. Ondernemer Blijkt Oplichter.
Gemeentebestuur Stinkt Erin. Niks ferry, niks miljoenen en de
burgemeester plus zijn stralende college in hun diverse
hemden.
Ik complimenteer de collega meteen met een fantastische
primeur. En heel veel jaar later zijn we ook nog eens getrouwd.
Gelukkig!
Laat dit verhaal een waarschuwing zijn, schattige bestuurders.
Let op uw zaak. Beloof niet teveel. Neem nou Zoetermeer.
Er is namelijk een wethouder gekomen met bruis in zijn
portefeuille. Echt waar: wethouder Robin Paalvast doet naast
onder andere financiën en grondbeleid ook bruis. Bruis: het
staat in het collegeprogramma. Over een paar jaar is
Zoetermeer een bruisende en gezellige stad. Met een nieuw
pretpark erbij, want daar schijnt in Nederland een schrijnend
tekort aan te zijn. Met dynamiek. Met ja… met wat niet
eigenlijk. Dan denk ik: wat schattig. Maar zo’n bruistablet
verliest snel aan kracht. Al die raadsleden verkeren in de
euforie van Pas Verkozen. Ik wil hun feessie niet bederven,
als ze maar een beetje letten op mannen (altijd mannen) in
pakken die ferryboten komen aanbieden of andere
spookkastelen te koop aanbieden.
Cees van der Wel
Pas op voor Bruis Cees van der Wel hoofd externe projecten, RTV Rijnmond
34 | 35
COLUMN
Oud-hockeyster Miek van Geenhuizen (goud op de
Spelen in 2008 en het WK in 2006) komt uit Eind-
hoven en heeft zich in 2010 met haar partner in
Den Haag gesetteld. Na kort bij de Haagse hockey-
club HDM gespeeld te hebben, maakt ze nu haar
hockeycarrière af bij het Rotterdamse HC. Den
Haag bleef ze echter trouw. Ze viel als een blok
voor de buurt van haar nieuwe woning aan de
Denneweg, Buurtschap 2005. “Ik kom uit Brabant
en dat bourgondische dat je hier vindt, met restau-
rantjes om de hoek, spreekt mij heel erg aan.
Je bent hier midden in de stad, maar er kan hier
op zondagmorgen ook intense rust heersen.
Eigenlijk is het kosmopolitisch en dorps tegelijk
in deze buurt. We hebben hier nog wat kleine boe-
tieks en antiquairs, een slager en de bakker zitten.
Heb je meer nodig, dan ligt het echte centrum op
loopafstand.” De statige architectuur en de sfeer
die de straat en buurt uitstralen bevallen Van
Geenhuizen. “Als we hier ’s avonds onze teckels
uitlaten en het licht valt op een bepaalde manier,
lijkt het net of je door een fi lmdecor loopt.”
Buurtschap 2005 heeft ook zijn aantrekkings-
kracht op toeristen en andere bezoekers van de
stad. “Ze komen hier met fi etstochten langs.
Het is ook zeker een belangrijk historisch stukje
van Den Haag. Ik ken Rotterdam niet goed genoeg
om te weten of ze daar ook een dergelijke plek
hebben. Daarbij trekt de gemoedelijke sfeer van
Den Haag me ook meer aan.”
Vanuit de Denneweg en het Lange Voorhout is
het niet ver lopen naar het Plein. Dit vormde
tijdens het WK Hockey het centrum voor allerlei
activiteiten rondom het WK. “Heel mooi dat dat
Plein er is geweest om zo hockey de rest van de
stad te laten zien. Ik blijf het wel jammer vinden
dat er zo weinig Haagse teams zijn die op een
hoog niveau spelen.”
De Metropoolregio kent veel bijzondere plekken. Soms bekend, soms nauwelijks ontdekt, maar erg geliefd bij de inwoners. In #MRDH vertellen ze daarover.
Tekst: Brigitte Beeks | Fotografi e: Mladen Pikulic
‘De statige architectuur en de sfeer’
# MRDH 08 september 2014
DE PLEK
36