media.scholieren.net · Web viewIn de slagaders komen geen kleppen voor, behalve de...

12
Thema 7 Transport Basisstof 1 Bloed bestaat uit een vloeistof die bloedplasma heet. In het bloedplasma zitten bloedcellen en bloedplaatjes. Er zijn twee soorten bloedcellen: rode bloedcellen en witte bloedcellen. Boven bloedcellen en bloedplaatjes bevindt zich het bloedplasma. Bloedplasma is gelig van kleur. De vaste bestanddelen van je bloed zijn rode bloedcellen, witte bloedcellen en bloedplaatjes. Bloedplasma bestaat voor 7% uit eiwitten en voor 91% uit water. De rest bestaat uit stoffen die in het water zijn opgelost. Een van de plasma-eiwitten is fibrinogeen. Die vervult een functie bij bloedstolling. Bloedplasma vervoert stoffen zoals: zuurstof, voedingsstoffen, afvalstoffen, hormonen, enzymen en antistoffen. Bloedplasma verspreidt warmte door je lichaam. Rode bloedcellen hebben geen celkern, daardoor leven ze kort: ong vier maanden. Continu worden nieuwe rode bloedcellen gevormd, ze ontstaan uit stamcellen in het rode beenmerg, net als witte bloedcellen en bloedplaatjes.

Transcript of media.scholieren.net · Web viewIn de slagaders komen geen kleppen voor, behalve de...

Page 1: media.scholieren.net · Web viewIn de slagaders komen geen kleppen voor, behalve de halvemaanvormige kleppen aan het begin van de longslagader en van de aorta. Bij slagaders stroomt

Thema 7 TransportBasisstof 1

Bloed bestaat uit een vloeistof die bloedplasma heet. In het bloedplasma zitten bloedcellen en bloedplaatjes. Er zijn twee soorten bloedcellen: rode bloedcellen en witte bloedcellen.

Boven bloedcellen en bloedplaatjes bevindt zich het bloedplasma. Bloedplasma is gelig van kleur.

De vaste bestanddelen van je bloed zijn rode bloedcellen, witte bloedcellen en bloedplaatjes.

Bloedplasma bestaat voor 7% uit eiwitten en voor 91% uit water. De rest bestaat uit stoffen die in het water zijn opgelost. Een van de plasma-eiwitten is fibrinogeen. Die vervult een functie bij bloedstolling. Bloedplasma vervoert stoffen zoals: zuurstof, voedingsstoffen, afvalstoffen, hormonen, enzymen en antistoffen. Bloedplasma verspreidt warmte door je lichaam.

Rode bloedcellen hebben geen celkern, daardoor leven ze kort: ong vier maanden. Continu worden nieuwe rode bloedcellen gevormd, ze ontstaan uit stamcellen in het rode beenmerg, net als witte bloedcellen en bloedplaatjes.

Rode bloedcellen vervoeren zuurstof. Ze bevatten een rode kleurstof: hemoglobine. Door de hemoglobine kunnen de bloedcellen gemakkelijk zuurstof op en af nemen. Hemoglobine bevat ijzer.

Witte bloedcellen hebben een celkern, ze hebben geen vast vorm daardoor kunnen witte bloedcellen door de kleinste wand van bloedvaten heen. Witte bloedcellen maken ziekteverwekkers onschadelijk.

Page 2: media.scholieren.net · Web viewIn de slagaders komen geen kleppen voor, behalve de halvemaanvormige kleppen aan het begin van de longslagader en van de aorta. Bij slagaders stroomt

Wanneer een bacterie je lichaam is binnengedrongen, gaan de witte bloedcellen om de bacterie heen. De bacteriën komen dan in aanraking met het witte bloedcel en gaan dood. Meestal gaat de witte bloedcel ook dood.

Witte bloedcellen die antistof aanmaken, ontwikkelen zich verder in de lymfeknopen.

Bloedplaatjes zijn geen cellen, maar delen van cellen. Ze ontstaan door uiteengevallen cellen. Bloedplaatjes hebben geen celkern. Bloedplaatjes spelen een rol bij bloedstolling. Bij beschadiging van bloedvaten reageren stoffen uit de bloedplaatjes met het fibrinogeen dat in het plasma zit. Fibrinogeen wordt omgezet in fibrine. Fibrine vormt een netwerk van draden, daartussen blijven bloedcellen hangen, daardoor ontstaat een bloedstolsel dat de wond afsluit.

Als de fibrinedraden met de bloedcellen indrogen ontstaat er een korstje.

Wanneer er een bloedprop ontstaat kan die zich gaan hechten aan de wand van een bloedvat. Dit wordt trombose genoemd.

Basisstof 2

Het bloedvatenstelsel van de mens bestaat uit het hart en de bloedvaten. Door je lichaam lopen grote en kleine bloedvaten, je hart pompt het bloed door de bloedvaten. De weg die het bloed door het lichaam aflegt, noemen we de bloedsomloop.

Het hart is een dubbele pomp, rechterhelft van het hart pompt bloed naar de rechterlong en naar de linkerlong. Vanuit beide longen stroomt het bloed terug naar

Page 3: media.scholieren.net · Web viewIn de slagaders komen geen kleppen voor, behalve de halvemaanvormige kleppen aan het begin van de longslagader en van de aorta. Bij slagaders stroomt

het hart. Dit deel van de bloedsomloop heet de kleine bloedsomloop. De kleine bloedsomloop heeft als doel zuurstof opnemen en CO2 afgeven.

Rechterharthelft – longen – linkerharthelft: zo gaat de kleine bloedsomloop.

Vanuit de kleine bloedsomloop komt het bloed in de linkerhelft van het hart. Vanuit die harthelft wordt het bloed door heel je lichaam gepompt. Een deel daarvan stroomt naar het hoofd en armen, een ander deel naar het romp en benen. Het bloed stroomt door alle organen. Het bloed stroomt ook terug door de organen, dan komt het weer terecht in de rechterhelft van het hart. Dit is de grote bloedsomloop. De grote bloedsomloop heeft als doel: zuurstof en voedingsstoffen afgeven aan cellen en CO2 en afvalstoffen afvoeren van de cellen

Linkerharthelft – organen in hele lichaam – rechterharthelft: zo gaat de grote

bloedsomloop.

Page 4: media.scholieren.net · Web viewIn de slagaders komen geen kleppen voor, behalve de halvemaanvormige kleppen aan het begin van de longslagader en van de aorta. Bij slagaders stroomt

Basisstof 3

Elk harthelft bestaat uit twee delen: een boezem en een kamer. Het hart is een spier die van binnen hol is. Over het hart lopen bloedvaten, dat zijn kransslagaders en kransaders. Door de kransslagaders stroomt bloed dat rijk is aan zuurstof en voedingsstoffen naar de hartspier.

De kransslagaders zijn aftakkingen van de aorta. Kransaders: afvoeren van CO2 en afvalstoffen van hartspier / monden uit in rechterboezem.

De harttussenwand vormt de scheiding tussen de linkerhelft en rechterhelft van het hart. Het bloed dat van de organen wegstroomt is zuurstofarm.

Page 5: media.scholieren.net · Web viewIn de slagaders komen geen kleppen voor, behalve de halvemaanvormige kleppen aan het begin van de longslagader en van de aorta. Bij slagaders stroomt

Het bloed dat van de organen in het hoofd en armen komt, stroomt het hart binnen via de bovenste holle ader. Het bloed dat van de organen in de romp en benen afkomt, stroomt het hart binnen via de onderste holle ader. Beide monden uit in de rechterkamer. Route van het bloed:

● Bovenste holle ader of onderste holle ader● Rechterboezem● Rechterkamer● Longslagader (2x)● Longaders● Linkerboezem● Linkerkamer● Aorta

Boezems en kamers zijn gescheiden van elkaar door hartkleppen. De kleppen zijn met pezen verbonden met de spieren in de hartwand.

Aan het begin van de longslagader en de aorta bevinden zich halvemaanvormige kleppen. Deze kleppen verhinderen dat het bloed terugstroomt naar de kamers.

Werking hartkleppen Werking halvemaanvormige kleppen

Bij de werking van het hart zijn 3 fasen te onderscheiden die elkaar steeds opvolgen.● Samentrekken van de boezems kamers zijn ontspannen● Samentrekken van de kamers hartkleppen slaan dicht en druk in kamer stijgt● Hartpauze boezems en kamers zijn ontspannen

2 harttonen: 1e is dichtslaan van de hartkleppen, 2e is het dichtslaan van de halvemaanvormige kleppenHartruis = kleppen in het hart sluiten niet goed

Page 6: media.scholieren.net · Web viewIn de slagaders komen geen kleppen voor, behalve de halvemaanvormige kleppen aan het begin van de longslagader en van de aorta. Bij slagaders stroomt

Basisstof 4

Het hart pompt bloed in slagaders. Door de slagaders stroomt het bloed door naar de rest van de organen. De hartkamers pompen het bloed met kracht weg, de bloeddruk in de slagaders is daardoor hoog. De wanden van de slagaders zijn dikke, stevige en elastische wanden.

Het uitzetten en terugveren van de wand van slagaders kun je voelen op plaatsen waar de slagaders minder diep in je lichaam liggen, bijv in je polsen.

In je organen vertakken de slagaders zich in steeds fijnere bloedvaten. Daarbij wordt de wand van je bloedvaten steeds dunner. Als de wand van de bloedvaten nog slechts één cellaag dik is, spreken we van haarvaten. De haarvaten in een orgaan vormen samen een haarvatennet.

Haarvaten● Dunne wand, slecht 1 cellaag● Vormen in een orgaan een haarvatennetwerk● Bloeddruk is sterk afgenomen● Vocht met zuurstof en voedingsstoffen kan door de wand om zo cellen te

bereiken. CO2 en afvalstoffen worden met dit vocht weer terug in het bloed opgenomen

De haarvaten komen samen in grotere bloedvaten, de aders. Door de aders stroomt het bloed van de organen weg naar het hart. Wanden van aders zijn dunner dan die van slagaders.

Aders● Van organen naar het hart toe● Lage bloeddruk● Wanden dunner en minder elastisch dan slagader● Hartslag niet voelbaar● Liggen minder diep in lichaam● Veel aders bevatten (ader) kleppen (tegen terugstroom bloed)

In de slagaders komen geen kleppen voor, behalve de halvemaanvormige kleppen aan het begin van de longslagader en van de aorta.

Page 7: media.scholieren.net · Web viewIn de slagaders komen geen kleppen voor, behalve de halvemaanvormige kleppen aan het begin van de longslagader en van de aorta. Bij slagaders stroomt

Bij slagaders stroomt het bloed naar de plek toe, bij aders ervanaf.

Alle bloedvaten vormen samen het bloedvatenstelsel. In de afbeelding zijn de belangrijkste bloedvaten getekend, de haarvaten zijn weggelaten.

● Rood gekleurd is zuurstofrijk.● Blauw is zuurstofarm

Page 8: media.scholieren.net · Web viewIn de slagaders komen geen kleppen voor, behalve de halvemaanvormige kleppen aan het begin van de longslagader en van de aorta. Bij slagaders stroomt

Lever heeft drie bloedvaten:● Leverslagader (van aorta naar lever)● Leverader (van lever naar holle ader)● Poortader (van dunne darm naar lever) > opgenomen voedingsstoffen in de

darm zoals glucose doorgeven naar de lever > in lever soms tijdelijk opslaan

Basisstof 5

Te lage bloeddruk: duizeligheid, hoofdpijnTe hoge bloeddruk: verhoogde kans op hart en vaatziektenSlagaderverkalking = atherosclerose = kalkafzetting in een bloedvat door vet (cholesterol) dat blijft kleven in kleine beschadigingen van de wand van een bloedvat

● Bloedvaten stijver en minder elastisch /bloedvaten vernauwen> bloeddruk stijgt en hart kan overbelast raken > kan leiden tot hartinfarct

Hartinfarct = hartaanval = deel hartspier krijgt geen zuurstof en voedingsstoffen meer.Bij vernauwde kransslagaders > bypassoperatie = m.b.v. bloedvat (meestal uit been) wordt als het ware een omweg aangelegd om het vernauwde deel van de kransslagaderDotteren = vernauwing in kransslagader wordt opgerekt met een soort ballonnetjeBeroerte = deel hersenen geen zuurstof en voedingsstoffen meer door herseninfarct (verstopt bloedvat) of hersenbloedingHartritme

● snelheid waarmee hart samentrekt● adrenaline beïnvloed hartslag● bij hartritmestoornis is hartritme langdurig verstoord > soms opgelost met

pacemaker (= apparaatje dat elektrische prikkels afgeeft, waardoor hart weer normaal gaat kloppen). Oorzaak kan stress zijn

Topsporters hebben een sporthart = vergroot hart(spier) > per hartslag meer bloed wegpompen

Basisstof 6

De wand van haarvaten zijn slechts 1 cellaag dik. Witte bloedcellen en vocht kunnen door de wand naar de haarvaten, dit gebeurd vooral in de grote bloedsomloop.

Page 9: media.scholieren.net · Web viewIn de slagaders komen geen kleppen voor, behalve de halvemaanvormige kleppen aan het begin van de longslagader en van de aorta. Bij slagaders stroomt

In het begin van de haarvaten wordt vocht naar buiten geperst door de hoge bloedruk. In dit vocht zit: o.a. zuurstof en voedingsstoffen opgelost. Het vocht dat buiten de haarvaten zit wordt weefselvloeistof genoemd. Weefselvloeistof bevindt zich tussen de cellen van de organen.

Weefselvocht wordt via 2 routes afgevoerd:● Terug in de haarvaten● Via de lymfevaten (vloeistof = lymfe = water met opgeloste stoffen en witte

bloedcellen)

Het grootste deel van de weefselvloeistof wordt opgenomen in fijne lymfevaten. De vloeistof daarin wordt lymfe genoemd. Lyfe bestaat uit water met opgeloste stoffen en witte bloedcellen.

Door lymfen worden: antistoffen, hormonen, koolstofdioxide en andere afvalstoffen vervoerd.

Fijne lymfevaten verenigen zich samen tot grotere lymfevaten, en die verenigen zich weer samen tot weer grotere vaten. Dat bij elkaar vormt het lymfevatenstelsel.

Uiteindelijk komen alle lymfe in twee grote lymfevaten terecht: de rechterlymfestam en de borstbuis.Deze monden beide uit naar aders onder de sleutelbeen.

Op bepaalde plaatsen liggen lymfeknopen (lymfeklieren), bijv in de hals, in de oksels en in de liezen. Deze zuiveren ziekteverwekkers.

Lymfevaten bevatten kleppen en voeren lymfe van organen af naar twee grote lymfevaten: rechterlymfestam en borstbuis. > deze 2 monden beide uit in de aders onder het sleutelbeen

Page 10: media.scholieren.net · Web viewIn de slagaders komen geen kleppen voor, behalve de halvemaanvormige kleppen aan het begin van de longslagader en van de aorta. Bij slagaders stroomt

Het lymfestelsel bevat ook lymfeknopen (lymfeklieren) > zuiveren de lymfe van ziekteverwekkers