Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we...

31
Magazine Jaargang 1 Nummer 1

Transcript of Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we...

Page 1: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

MagazineJaargang 1 Nummer 1

Page 2: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

InhoudsopgaveVoorwoord 4

Open innoveren

in de spoorketen 8

re-Piet 16

Rits gast Bart Smolders 22

Het perspectief van de

ingenieursbureaus 28

40 De werkgroepen:

Wisselverwarming

De werkgroepen:

Suïcidepreventie 42

45 LCM/MKBA

USP loket: Michelle Spaas 44

48 RITS junior en senior

Colofon 56

The Natural Step 5052 RITS, Succes en toekomst

SAM: Rob Gerritsen 47

45 Netwerken: Paul Tameling

De werkgroepen:

Vervanging bovenleidingportalen 34

32 Het perspectief van

de vakspecialisten

24 Het perspectief van de aannemer

18 RITS gast Paul Dirix

12 Ritsen

6 Hoe functioneert RITS

Page 3: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

Projectievlak

Vitrines

Kunstwerk

Innovatieboek

Grote vergadertafel

‘Innoveren van droom tot daad’ leest het onderschrift van het Innovatieboek van Paul van der Voort. Het boek beschrijft hoe je moet innoveren en geeft enkele randvoorwaarden aan om tot succesvolle innovaties te komen.

Edwin Winterkamp, Erik Haverkort, Rob Gerritsen, Hennie Olde-Samson, Paul Tameling en Gabby van Meer lieten zich hierdoor inspireren. Zij besloten een innovatieclub te starten. Met het innovatieboek in de hand, hebben ze stap voor stap alle randvoorwaarden voor een netwerkplatform ingevuld. Er moest bijvoorbeeld een locatie gevonden worden waar je als groep je eigen identiteit in verankerd: het clubhuis. Binnen korte tijd werd er een gebouw aan het spoor in Zutphen ter beschikking gesteld. De muren werden geverfd, schilderijen werden opgehangen, servies werd geregeld en de lege vitrinekast werd langzaam

Voorwoordgevuld met spoorse objecten. Ten slotte kwam er een naam voor het netwerkplatform: Rail Innovatief Technologische Samenwerking oftewel RITS. Letterlijk en figuurlijk werd er aan een stuk identiteit gebouwd. Een identiteit waarbij je met respect voor elkaar en voor elkaars lol in de branche tot een samenwerking komt. Alle betrokkenen hebben veel energie gestoken in het enthousiasmeren van collegae binnen hun eigen organisatie. Je wilt allerlei dingen maar krijgt het niet voor elkaar; men herkende bij elkaar de moeite. Door elkaar te helpen en te blijven praten, werden steeds meer dingen wél mogelijk. Zorgvuldig werden andere ‘dwarsdenkers’ uit de branche betrokken en ontstond er een bijzonder soort openheid en vertrouwen. Anderhalf jaar geleden heeft het kernteam alle randvoorwaarden weten in te vullen. Het platform RITS was geboren en de eerste officiële bijeenkomst was een feit.

VL Post

54

Page 4: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

VERBINDENLERENINNOVEREN

VERBINDENLERENINNOVEREN

Binnen het RITS netwerk worden allerlei werkvormen en type activiteiten ingezet. Op veelzijdige interactieve en prikkelende wijze wordt er gewerkt aan het bereiken van doorbraken en vooruitgang op belanghebbende onderwerpen. Laten we eens nader toelichten hoe RITS werkt en georganiseerd is.

De RITS partners hebben vanuit hun organisaties een formele RITS vertegenwoordiger aangesteld. Doorgaans een innovatiemanager of een accountmanager, die ervoor zorgt dat er vanuit zijn organisatie aan de RITS activiteiten de juiste specialisten bij de diverse onderwerpen worden betrokken. Deze RITS vertegenwoordigers participeren ook in de RITS Raad, die het RITS beleid vaststellen. Vanuit hun midden wordt

het RITS bestuur gekozen, ook wel het supportteam van RITS genoemd. Het supportteam van RITS zorgt ervoor dat er een jaaractiviteiten agenda wordt opgesteld. In deze agenda worden de belangrijke thema’s ingebracht door de spoor aannemers en ingenieursbureaus en vertegenwoordigers van ProRail. Deze thema’s worden besproken op de netwerkbijeenkomsten. RITS organiseert ongeveer 8 netwerkbijeenkomsten per jaar. Zo’n netwerkbijeenkomst staat meestal in het teken van 1 of 2 grotere onderwerpen. Zowel de beleidsmatige kanten als ook de praktijkcases en beproefde innovaties worden ingebracht.

Met elkaar wordt gekeken waar en hoe ‘gemene’ gemeenschappelijke problemen kunnen worden aangepakt. Er wordt informatie uitgewisseld en van elkaars inzichten geleerd. Soms leidt dat tot het oppakken van uitdagingen of vraagstukken door individuele leden of worden er co-creatie afspraken gemaakt. Soms wordt er een projectgroep samengesteld. Deze werkgroepen proberen dan in een aantal sessies tot doorbraken te komen. Door de netwerkbijeenkomsten leren professionals in de markt elkaar beter kennen en ontdekt men bij wie men moet zijn om bijvoorbeeld welk type deskundigheid in te kunnen zetten.Twee maal per jaar wordt er een specifieke innovatiedag georganiseerd. In 2013 staat deze in het teken van duurzaamheid en het mobiliseren van een netwerk voor jong professionals. RITS is een open netwerk en deelname staat open voor bedrijven en organisaties die een structurele rol vervullen in de spoorsector en aantoonbaar actief zijn in innovatie. Deze kwaliteiten dienen wel herkenbaar te zijn voor de partners van RITS. RITS oriënteert zich ook op wat er buiten de spoorsector bereikt is of hoe

daar belangrijke onderwerpen worden aangepakt. Benchmarkbezoeken aan andere bedrijven worden 1 á 2 keer per jaar georganiseerd. De meeste netwerkdagen van RITS vinden plaats op dinsdag of donderdag en vinden plaats in het RITShuis te Zutphen. Dit is de voormalige seinpost, die op fantastische wijze verbouwd is tot een geschikte vergaderlocatie met twee grote zalen

en enkele werkruimten. Deze ruimte is ook te huur voor innovatieve sessies door de afzonderlijke RITS partners. De RITS netwerkdagen bieden volop de ruimte om te netwerken tijdens een goed verzorgde lunch en een netwerkborrel. Een enkele keer wordt de netwerkdag als een bedrijfsbezoek georganiseerd bij één van de leden.

RITS is ook te volgen op internet via haar Website www.ritsnet.org. Professionals uit de branche kunnen zich voor het intra-RITS discussie platform

laten registreren en daar kennis nemen van thema specifieke films en onderwerpen en met elkaar in dialoog gaan via de website.De RITS bijeenkomsten worden intensief bezocht en als zeer leerzaam en prettig ervaren.

Hoe functioneert RITS?

Kom je ook eens oriënteren op wat RITS voor jou kan betekenen.

76

Rits net

Page 5: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

Open innOveren in de spoOrketen

InnovatieDe internationale economie en markten bewegen voortdurend. Openheid, professionalisering, co-creatie en transparantie zijn begrippen en werkvormen die in de markten opkomen. Als we naar innovatie kijken, zien we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken en partijen uit de keten te betrekken bij het proces. De dialogen, de samenwerkingsverbanden en het delen van elkaars expertise

bevorderen innovatie. Het proces van innoveren lijkt zich te vernieuwen. Ook voor de spoorsector kan dit veel betekenen. We zien deze beweging ook in de Nederlandse spoorsector opkomen.

Innovatiemanagement innoveert!In de huidige maatschappij ervaren we problemen die niet direct met economische groei op te lossen zijn. Mensen

Open innOveren in de spoOrketen Naar anders verbeteren en innoveren door te netwerken

vergrijzen en verdikken. Er moet nagedacht worden over de voorziening van grondstoffen, water, voedsel en energie. Oplossingen werden gezocht in bestaande sectoren en industrieën, maar dat lijkt niet meer voldoende te zijn. Als we bijvoorbeeld naar de zorg kijken, zien we dat innovaties hebben geleid tot een steeds langer leven. Het probleem dat ontstaat, is dat de zorg onbetaalbaar wordt. Er moeten innovaties komen die gezonder gedrag en zelfredzaamheid stimuleren. Er is behoefte aan nieuwe vormen van innovatie.

In verschillende sectoren veranderen de denkkaders en begint de markt er anders uit te zien. Bij architectenbureaus is er bijvoorbeeld een verandering te zien in de werkplekken. Verschillende deelnemers vaak ook uit verschillende organisaties en projectteams worden steeds meer bij elkaar geplaatst. De samenwerking en communicatie versterkt. Organisaties willen slimmer werken. Een verbetering van de productiviteit en het eindproduct wordt bereikt door het optimaliseren van het talent van de medewerkers. De architectenkantoren zijn ook steeds meer open over hun ideeën en expertise.

De markt lijkt een nieuwe formule voor innovatie te ontwikkelen. Nu staat de mens centraal. De nieuwe trend van innoveren is co-creatie, per definitie multidisciplinair en vindt plaats in netwerken. In contrast met het oude verticale innovatiemodel opgesloten in de eigen organisatie, werken organisaties en ondernemers nu in horizontale netwerken samen en is er meer ruimte verrassende creatieve kansrijke innovatie richtingen te volgen en daarin het talent van het individu meer de ruimte te geven. Er is meer openheid, transparantie en samenwerking. Organisaties willen hun expertise delen en de problemen gezamenlijk tackelen, omdat ze beseffen dat ze sanen sneller en kansrijker vooruit kunnen komen.

De spoorsectorTen gevolge van de privatisering in 1995 werden de partijen in de spoorsector uit elkaar gedreven. Partijen specialiseerden zich in afzonderlijke functionaliteiten van het treinsysteem. De sector bestond uit individuele partijen die verantwoordelijkheid kregen en namen over een deelfunctie van het systeem. Dat neigt tot het produceren van slechts deeloplossingen te leiden. Bij het implementeren waren er dikwijls dwarsliggers die vonden dat hun deel van het systeem onvoldoende tot zijn recht kwam.

Onbedoeld had het invoeren van de commerciële verantwoordelijkheid een remmend en blokkerend effect. In de sector dringt nu het besef door dat dit naar de samenleving niet valt uit te leggen en het treinsysteem wel integraal benaderd moet worden. Het is één treinsysteem waar alles met elkaar in verbinding staat. Juist in een sector waar alle onderdelen gekoppeld zijn, is dus co-creatie zeer relevant.

De problematiek van ProRail wordt nu meer gezien als gemeenschappelijke opdracht voor alle partners uit het innovatie- en bouwproces. In de sector ontstaan steeds meer samenwerkingsverbanden tussen aannemers, ingenieursbureaus en de opdrachtgever. Vertrouwen en openheid zijn dan wel cruciale sleutelwoorden en vereisen wederzijds respect voor elkaar expertise. De focus ligt niet meer op patenten, maar op samenwerking.

De nieuwe manier van werken zal zo een beter eindproduct opleveren tegen lagere kosten. Enerzijds worden de producten kwalitatief beter door het integreren van expertise en anderzijds is de planning efficiënter; in een gezamenlijke planning wordt er slim gebruik gemaakt van elkaars assets. Daarnaast wordt co-creatie omarmd als middel om toch nog te kunnen innoveren tegen een aanvaardbare kostprijs door de taken en de lasten te delen. Dat is noodzakelijk, want innovatie wordt steeds kostbaarder. Het niveau van de spoorse techniek is immers erg hoog met als gevolg dat innovaties kostbaarder worden. Door samen te innoveren, kan het netwerksysteem zich blijven ontwikkelen.

RITSRITS is zo’n netwerk in de spoorsector. Zij stimuleert en faciliteert innovatieprocessen en functioneert als een netwerk waarin innovatieve ideeën gepilot kunnen worden. De bedoeling van het initiatief is om partijen aan te moedigen samen te innoveren. Er worden RITS bijeenkomsten georganiseerd om de ‘gemene’ gezamenlijke problemen te bespreken en de afstand in de sector te verkleinen. Op de bijeenkomsten worden er lezingen gegeven die naderhand met elkaar besproken worden. Er worden contacten gelegd en onderhouden. RITS is een speeltuin waarin partijen worden gestimuleerd om volwassen competitief samen te werken.

Op de volgende pagina treft u veel gehoorde uitspraken aan over zin en onzin van innoveren. Zij zetten aan tot nadenken.

Als we naar innovatie kijken, zien we bedrijven steeds meer samen innoveren

98

Page 6: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

‘Ideeën?Verkooppraatjes!’

‘Ik zie de oplossing maar zij niet!’

‘Hoe krijgt dit idee kans zich te bewijzen?’

‘Wie pakt nu eens mijn knelpunt aan!’

‘Hoe verbinden wij de praktijk met ons idee!’

‘Ze komen nooit met wat je vraagt!’

‘Wat levert dat idee aan risico’s op!’

‘Het is zo al lastig genoegNiet nog meer mutaties’!

‘Welk idee heeft prioriteit?’

‘Waar worden ideeën op getoetst?’

Als het idee hier eindelijk wordt aanvaard is de patient al overleden.

‘Hoe passeer ik al die schijven met mijn oplossing!’

‘Lasten nu! Maar baten pas straks of toch niet?’

‘Het lijkt wel of ik de enige ben die vooruit wil!’

‘De meeste innovaties gaan voor het korte gewin en zullen niet de echte weg aflopen.’

‘Het geld ligt tussen de bielsen maar de beheerder ziet het niet!’

‘De businesscase wordt slecht onderzocht!’

‘Elk voordeel heeft zijn nadeel!’

‘De marktpartijen werken te veel op zichzelf, pak het eens samen aan!’

‘Wat men buiten in beheer geleerd heeft, wil men ons als idee nog eens verkopen!’

‘Kunnen we door te verbeteren ook variatie reduceren?’

Rits MOtieven

11

Page 7: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

Initiatiefnemer Gabby van Meer maakte enkele jaren geleden de overstap van een Amerikaans productiebedrijf naar de spoorsector. Hij kreeg soms het gevoel terug in de tijd te gaan. In het bijzonder liet het innovatiebeleid in de sector te wensen over. De innovatie was te weinig gericht, traag, reactief, en vooral gefragmenteerd. Door een gebrek aan richting en transparantie werd soms één probleem wel tien

keer opgelost terwijl voor de andere negen problemen te weinig aandacht was. Van Meer begon collegae bij elkaar te trekken die volgens hem ‘over de grenzen en branche durfde te denken’. In 2007 verliep een eerste bijeenkomst succesvol maar het initiatief hield geen stand. Na de zomer van 2010, geïnspireerd door Het innovatieboek van Paul van der Voort en Frank van Ormondt, ontkiemde hernieuwde energie dat van Meer deed besluiten om een tabula rasa te maken. Hij had een netwerkteam voor ogen dat als een

het initiatief’ legt Edwin Winterkamp uit en vervolgt. ‘Goede randvoorwaarden zijn een vereiste voor het succes van een netwerk zoals Rits. ‘Er is bewust op gestuurd een prikkelende synergie te bereiken door aandacht te besteden aan een goede match van de oprichtingspartners. Door de juiste mensen op de juiste plaats in te zetten, hebben wij een enthousiast constructief klimaat bij Rits bereikt. RITS werd zo ook van af het begin een gezamenlijk gedragen initiatief’.

Erik Haverkort benadrukt dat er een grote mate van volwassenheid aan het groeien is bij de partijen binnen RITS, die door samen te werken ook leren dat ‘elkaar iets gunnen’ als een positieve investering doorwerkt. ‘Wie geeft ontvangt ook terug!’. Leidt dat dan nooit tot spanningen? ‘Ja wel van tijd tot tijd, maar doordat we een goede gedragscode hebben opgesteld, kunnen we elkaar daar ook op aanspreken en is er sprake van een soort ingebouwd zelfreinigend mechanisme’, aldus Erik. ‘We moeten niet vergeten dat onze belangrijkste drijfveer is, dat we de samenleving willen laten zien dat we als sector verantwoord

omgaan met de publiek bekende knelpunten en het er niet bij laten zitten. Als we als sector scoren, scoren we allemaal. Het is belangrijk dat we die successen ook uitdragen’, beëindigd Erik zijn pleidooi. ‘Vanuit die gedachte begon de bloem te bloeien en kwamen de eerste successen.’ Door RITS bewust geleidelijk te laten groeien, hebben partijen elkaar goed leren kennen wordt er naar elkaar geluisterd, geanimeerd gediscussieerd en is er vertrouwen gegroeid. Een noodzakelijke basis om elkaar bij lastige problemen te durven uit te dagen en te prikkelen . Zo groeit de wil elkaar verder te helpen. Volgens Paul Tameling is het ‘Ritsgevoel’ een gevoel van delen, samenwerken en vernieuwen. ‘Innovatie is de geest van vernieuwing en daar moeten mensen gevoel voor hebben. De bijeenkomsten kenmerken zich door een open, ongedwongen en vrije sfeer. Dat geeft ‘psychologische lucht’, zodat organisatorische ballast en commerciële belangen niet op voorhand vernieuwing blokkeren. De focus ligt op de samenwerking, het delen van elkaars expertise en het bevorderen van innovatie.’

onafhankelijke partij zonder eigen belangen functioneerde en de zorg voor het netwerk droeg. Van Meer betrok voor de herstart de huidige bestuursleden Erik Haverkort, Edwin Winterkamp en de netwerk facilitator Paul Tameling om na de eerste bijeenkomst zich te bezinnen over een organisatorisch groeipad. Van Meer als initiatiefnemer vanuit ProRail, Haverkort als vertegenwoordiger van

onderhoudsondernemingen, Winterkamp van het grootste ingenieursbureau Movares en Tameling als netwerkexpert, hebben de juiste synergie voor Rits weten te creëren. De combinatie blijkt een succes te zijn.

‘Vernieuwing floreert onder mensen die verschillen waarderen en op zoek gaan naar de winst in divers denken’. De eerste uitdaging was het vinden van mensen die ons konden helpen en verbonden wilden blijven aan

‘Rits staat aan de vooravond van veel meer’

Rits is het innovatieplatform voor bedrijven actief in, primair, het assetmanagement in de spoorsector. Wat drijft en motiveert RITS. Met vier mannen van af het eerste uur betrokken bij RITS spraken we over RITS , Gabby van Meer, Paul Tameling, Erik Haverkort en Edwin Winterkamp. Zij willen met het RITS netwerk een permanente brug slaan tussen aannemers, ingenieurs en vakspecialisten. Rits is een multidisciplinair netwerk van bedrijven, waar professionals en managers in een stimulerende en vrije context samenkomen.Tijdens de bijeenkomsten beraadt het netwerk zich over belangrijke vraagstukken in de spoorsector.Ze zijn op zoek naar verbetermogelijkheden en spoorinnovaties. Er worden ervaringen, kennis en inzichten gedeeld. Men reageert actief op elkaars inbreng met adviezen. Er ontstaat een ritsende beweging gericht op progressie. RITS is open, informeel, tolerant, energiek en inspirerend en heeft ruimte voor ‘dwars- en andersdenkers’.

Erik Haverkort Gabby van Meer Edwin Winterkamp Paul Tameling

1312

De bijeenkomsten kenmerken zich door een ongedwongen en vrije sfeer waarbij organisatorische ballast en commerciële belangen het onderspit delven.

Erik Haverkort, Gabby van Meer, Edwin Winterkamp en Paul Tameling:

Page 8: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

Impressies van een netwerkbijeenkomst.

Wie een bijeenkomst observeert, bemerkt een variëteit aan kennis en achtergrond van de leden. Ze lijken te acteren vanuit hun eigen beïnvloedingsfeer. De ingenieurbureaus neigen zich meer toe te spitsen op het ontwerpen van de ideale oplossing, terwijl de aannemerij meer oog heeft voor de praktische kant. Ervaren professionals van buiten de sector worden uitgenodigd, bijvoorbeeld Rijkswaterstaat en het automobielconcern Renault. Zij droegen verfrissende ideeën aan en hebben het als prikkelend ervaren om hun verhaal te vertellen. Deskundigen uit ProRail brengen op hun beurt hun kennis over systemen en methoden in. Zo leert men bij een bijeenkomst iets over alle aspecten van de sector.

Er treedt een stuk professionalisering op waarmee iedereen zijn voordeel kan doen. Ondanks dat elk lid een eigen wereld heeft die gevuld is met eigen inzichten en overtuigingen, groeit men naar elkaar toe. Juist deze mix van partijdigheid lijkt te leiden tot succesvolle oplossingen. Successen van RITS zitten hem in zeer uiteenlopende zaken, aldus Gabby van Meer. ‘Heel vaak zit het hem in presenteren van ‘eigen innovaties’, waar anderen vaak geen weet van hadden. Dat leidt tot vervolgwerk of handige koppelingen van oplossingen aan elkaar, tot verbetersuggesties enz. enz. Soms zit het hem er ook in dat mensen beter gaan snappen hoe de sector werkt. Presentaties rond de MKBA en USP methode etc. hebben professionals geholpen hun weg te vinden. In een aantal gevallen heeft het tot concrete projecten geleid gericht op verbetering van de infra.

Waartoe bundeling van ideeën succesvol toe kan leiden is goed te zien in een filmpje rond het thema ‘Vernieuwingen in de sector. Op het Rits forum is een video te zien (www.ritsnet.org), die illustreert wat voor een positieve werking het samenbrengen van vakspecialisten op een product en het proces van innovatie kan hebben. ‘De verschillende bedrijfsculturen de kracht van Rits. De beste plek om synergie te vinden, is immers aan de randen waar mensen met uiteenlopende sterke punten en meningen samenkomen’. ‘In een sessie van een uur kun je al zien of een idee kansrijk is of niet. Er worden tips en advies gegeven waar je normaal een half jaar over doet. Juist het verschil in denk- en werkwijze brengt de kwaliteit van een discussie enorm omhoog. Dat is optimalisatie.’

Na bijna drie jaar zijn er twintig Rits bijeenkomsten geweest waarbij de opkomst van al die sessies erg goed was. Het respect tussen partners in de sector, de professionalisering van de leden, de gezamenlijke aanpak van problemen en de stimulering van innovatie vinden geleidelijk een doorwerking in de spoorsector. Er worden concrete zaken belangeloos aangedragen en er is een transparantie gegroeid vanuit ProRail over de problematieken. Dit ontketent nieuwe energie. Men voelt zich gehoord, geholpen en dat geluid over RITS gaat binnen de sector rond. ‘Na jarenlang geen gezamenlijk platform gehad te hebben, komen mensen hier hun verhaal doen. Mensen helpen elkaar, komen tot nieuwe inzichten en gaan met een heerlijk gevoel terug naar hun organisatie. ‘Dat is waanzinnig goed’, vertelt Haverkort bezield.

RITS is goed op weg, maar de dromen van de bestuursleden van RITS zijn groter. Een van de doelstellingen voor de toekomst is het versterken van de samenwerking met het Rail Infra Opleidingcentrum (RIO) in Amersfoort. In het centrum komen veel praktijkmensen die zien hoe het buiten beter kan. Zij uiten hun gedachten en frustraties bij de docenten. Als RITS zijn wij geïnteresseerd in deze ‘real issues’ en kunnen wellicht bijdragen aan een oplossing. Bovendien is er in het opleidingscentrum ook een testruimte waar ideeën getest kunnen worden. Er blijkt veel potentiële synergie mogelijk te zijn. Er is in het RIO ook de behoefte om vanuit een netwerk het vakmanschap te versterken. Door een samenwerking aan te gaan, kunnen wij gericht oplossingen zoeken voor de problemen die zich in de praktijk van de vakman voordoen en de innovatieve vondsten testen in het centrum.

We worden samen sterker en kunnen een slag maken wanneer een netwerk zoals RITS zich verbindt met een opleidingsstichting als RIO. Volgens Tameling staat RITS daarmee aan de vooravond van veel meer. ‘De tweede ontwikkelingsfase van RITS is succesvol te integreren en te verbinden aan andere ondersteunende organisaties in de sector, zonder de unieke kracht van RITS en RIO daarmee te ‘verdunnen’. Het is de kunst om mensen te verbinden en tegelijkertijd de eigen focus te blijven bewaken’. De vier heren van RITS knikken en Haverkort recapituleert: ‘Ook in de toekomst zal daarom het blijven verbeteren van het eigen RITS netwerk bovenaan staan.’

‘Na jarenlang geen oplossing gevonden te hebben, komen mensen hier hun verhaal doen’

1514 Rits forum

RITSEN!

vervolg pag.12

Page 9: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

re-Piet ( Victor N’s Boogie Woogie )

Victor Notermans 2011 Acrylic on canvas

128 variations with two canvases. The public is allowed to change the position of the paintings on the wall. Therefore they have to wear the white gloves provided on the wall panel.

Niet alleen netwerken verbinden. Kunst functioneert al eeuwen als een inspirerende en verbindende factor. Kunst daagt uit en kunst kan voor vernieuwing zorgen, zoals het kunstwerk dat bij de opening van het RITS gebouw, aan de Overweg in Zutphen, door Movares aan RITS geschonken is. De opdracht was het maken van 2 schilderijen, die het samenwerken van en interactie tussen de deelnemende partijen tot uitdrukking moest brengen. Beeldend kunstenaar Victor Notermans heeft de opdracht aangenomen en uitgevoerd. Uitgangspunt voor dit werk zijn twee ‘square paintings’ met ieder een afbeelding van een open cirkel. De cirkels worden doorbroken, aangetast of versterkt door kleurvlakken of vlekken in de huisstijlkleuren van de deelnemende partijen. De verf op de doeken is op verschillende manieren opgebracht en behandeld. Sommige vlakken zijn op een expressieve manier geschilderd, andere vlakken zijn strak afgeplakt. Op sommige plaatsen maakt het plakband juist weer deel uit van kleurvlakken.

De doeken zijn dusdanig aan de muur bevestigd dat ze in verschillende standen naast elkaar kunnen hangen. Hierdoor kunnen de verschillende kleurvlakken een relatie met elkaar aan gaan. Rechts naast het rechter doek is een console aangebracht waar twee witte handschoenen op liggen. Deze handschoenen kan men aantrekken om de schilderijen niet te beschadigen tijdens het draaien. De console met handschoenen en de twee schilderijen vormen samen één dynamisch monumentaal werk.

De titel ‘ Re-Piet, Victor N’s Boogie Woogie’ parafrase op Victory Boogie Woogie van Piet Mondriaan. (Re, staat in deze context voor her-, opnieuw uitvinden).Re-Piet is in 128 verschillende standen te exposeren en staat symbool voor het respect, vernieuwing en samenwerking in het RITS netwerk.

1716

Re-Piet

Page 10: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

‘Werken aan een beter spoor!’

Een sprong naar vorenDirix sprak over een sprong naar voren in de spoorsector. Volgens hem is er de komende jaren een prestatiesprong nodig om een beter spoor te realiseren. ‘De reizigers verwachten een hoge mate van punctualiteit en betrouwbaarheid van ons. Helaas schieten we nog te vaak tekort. We stellen dagelijks meer dan 50.000 reizigers teleur. We constateren een hoge mate van veiligheid op het spoor, maar ook dit kan en moet nóg beter.’

Waar we als spoorsector terecht claimen een ‘groene sector’ te zijn, loopt de wegensector ons langzaam in. ‘Het

Op 25 september 2012 bracht de directeur Operaties ProRail, Paul Dirix, een bezoek aan een RITS netwerkbijeenkomst. Hij presenteerde hoe hij wilde werken aan een beter spoor vanuit de vier algemene beleidsdoelen van ProRail

is nodig om onze prestaties te verbeteren en op een hoger plan te brengen, wanneer we ons daarin gunstig willen blijven onderscheiden van het vervoer over de weg. We zullen daarvoor anders moeten gaan werken dan we nu doen. We zullen nieuwe oplossingen voor de vraagstukken moeten bedenken. Dat vereist betrokkenheid van de gehele sector. Er moet een systeemsprong komen.’

Het innovatieve spoorHet spoorsysteem robuuster en betrouwbaarder maken, moet vooral ook behaald worden door standaardisatie en

Paul DirixRITS gast

1918

Hans de Regt

Page 11: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

versimpeling. Dat lijkt in strijd met innovatie. Dirix gelooft dat dit juist innovatie vraagt.

‘Als we innoveren, moeten we letten op het reduceren van onnodige systeemvarianten. Innovatie kan hierbij helpen.’ Innovatie hoeft uniformering namelijk niet tegen te gaan. Het kan ertoe leiden dat één goed werkende oplossing bijvoorbeeld vier andere varianten kan opheffen en vervangen. Daar willen we naartoe.Hoe kunnen we bijvoorbeeld tot een universele wissel komen, die in één keer meerdere wisseltypen vervangt! De kleine verbeteringen en de grote innovaties moeten aantoonbaar (in)direct bijdragen aan betere spoorprestaties maar vooral dicht op de operatie zitten.

In gesprek met RITSDirix ging uitgebreid het gesprek aan met de RITS partners. Hij gaf aan te willen ervaren hoe de deelnemers het RITS initiatief beleven. De leden van RITS legde hij daarom een viertal prikkelende stellingen voor en vroeg hen voorbeelden uit de praktijk te geven.

De stellingen omvatten het beter benutten van vakmanschap, de ontwikkeling van standaardisatie, de ruimte binnen RITS om dilemma’s openlijk te bespreken en het omgaan met belangen. Dit leidde tot een levendige dialoog met de leden van RITS, die praktijkvoorbeelden benoemden over hoe het netwerkplatform bijdraagt aan gezamenlijke keten successen. Aan het eind van de bijeenkomst deelde Paul Dirix zijn visie op RITS.

‘Wij, als directie van ProRail, vinden dat RITS in onze visie past en naadloos aansluit op ons beleid.

Ik ervaar veel prikkelende, nieuwe impulsen vanuit RITS. Ik daag alle leden uit om vooral niet te braaf te zijn in de dialoog met ProRail!’

Een van de opdrachten om dit te realiseren is meer innovatie en duurzaamheid

Veiliger spoor0 vermijdbare ongevallen

Betrouwbaarder spoor0 vermijdbare storingen

Punctueler spoor 95% nooit lager dan 85%

Duurzamer spoorCO ladder 5 30% minder energieverbruik

1

2

3

4

21

Page 12: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

Verbinden om te verbeteren

In de RITS bijeenkomst heeft Bart Smolders actief geparticipeerd in de discussies rond verbeterthema’s in het asset management. Wat hem betreft heeft RITS als platform vooral waarde als er samen daadwerkelijk aan de thema’s uit de praktijk gewerkt wordt. ‘Dat moet RITS zijn wat mij betreft, samen problemen die nu buiten urgent en belangrijk zijn aanpakken en actief bijdragen aan oplossingen. ‘Om tot effectieve oplossingen te komen, moeten we gezamenlijk zoeken naar de oorzaken die tot lagere prestaties leiden.’ Smolders adviseert de partners in de sector om zich te richten op verbetering en innovatie die vooral bijdragen aan de vier hoofddoelen. ‘Voorop moet staan dat we vooral met die zaken aan de slag gaan. Het heeft geen zin om met zaken te komen, hoe vernuftig ook, die geen prioriteit hebben.’ Bart Smolders benoemde zijn tien belangrijkste aandachtspunten en deelde deze met RITS. Vanuit RITS is het initiatief genomen om deze probleemstellingen in kleinere groepen te gaan bespreken en aan te pakken. Met elkaar wordt er aan gewerkt tot praktische verbetervoorstellen te ontwikkelen. Het optreden van Smolders is aanleiding geweest tot het ontstaan van diverse extra activiteiten op het gebied van wisselverwarming, ES-las en PASS.

In de nabespreking wezen een aantal partners Bart Smolders er op ‘het verbeterproces in de sector’ als lastig en erg stroperig te ervaren. Ogenschijnlijk goede ideeën met potentie kunnen door allerlei factoren en partijen worden gehinderd en soms zelfs stilgelegd. Smolders herkende het probleem. ‘We werken met een spoorstelsel met veel diverse aspecten en onderdelen waartussen veel afhankelijkheden bestaan. Dat moet ons echter niet verlammen. Of we verbeteren hangt vooral ook af van onze houding en ondernemingszin.’ Smolders refereerde aan het verlangen en initiatief van het zeilmeisje Laura, dat destijds van veel media-aandacht genoot. ‘Met een ondernemingszin als die van Laura en een doordachte aanpak kunnen we het asset management in de praktijk sterk verbeteren.’ Naar aanleiding van deze discussie is door Smolders ook het projectonderzoek Showstoppers en motivatiebronnen voor verbeteringen gelanceerd. Bart Smolders gaf aan over één of twee jaar weer eens met RITS in gesprek te willen gaan om samen te bezien welke progressie er gemaakt is. Het zou geweldig zijn als RITS een bijdrage kan leveren aan het oplossen van de tien aandachtspunten.

RITS is actief aan de slag gegaan met deze tien uitdagingen. In RITS projecten wordt daar aan gewerkt. Hierover vindt u meer in dit RITS bulletin.

1. Onbeveiligde overwegen

3. Spoorstaafbreuken

2. Wisselstoring en –monitoring

4. Suïcide

5. Bovenleidingportalen

6. Kabels, tracking & tracing

7. Zelfdenkend spoor en monitoring

8. Weerbestendigheid

9. Veilig werken

10. Neutraal spanning

Bart SmoldersRITS gast

prioriteiten in asset management10

ProRail, de rentmeester van de spoorse infrastructuur, is ook de regisseur en motor voor verbetering en vernieuwing. ProRail heeft de rol om als een baken in zee de juiste riching in het verbeteren van de infra aan te geven. Bij de start van 2012 was het dan ook het uitgelezen moment om Bart Smolders, directeur Asset management van ProRail, uit te nodigen bij RITS om zijn visie te geven op de toekomst

2322

Page 13: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

Het perspectief van de aannemer

De aannemers in de spoorsector staan onder druk. Het werken met Prestatie Gericht Onderhoudscontracten (PGO) speelt daarbij een rol. Een andere grote uitdaging is het aantrekken van jonge medewerkers in een sector die te boek staat als niet sexy en waar de vergrijzing toe slaat. Het RITS-platform kan een belangrijke bijdrage leveren aan het uitdragen van het beeld dat de sector innoveert.

Imago van de sectorIs voor jullie een netwerk zijn voldoende? ‘Nee RITS kan meer betekenen dan alleen een netwerkclub en een platform om kennis te delen. RITS kan ook een rol spelen in het verbeteren van het imago van de sector, alsus de aannemers. ‘We hebben als sector een serieus probleem!’ vindt Roland van Uuden. ‘De spoorwegsector vergrijst en heeft het imago niet sexy te zijn. Voor een deel komt dat door de discussies in het publiek over vertragingen, maar ook door de associatie met zwaar werk en oude techniek. Er is de laatste jaren wel degelijk veel veranderd, maar het beeld dat mensen hebben van de spoorwegen lijkt hetzelfde te zijn als dat van twintig jaar terug. We moeten oppassen dat we straks niet met organisaties zitten, waarmee we niks kunnen omdat we geen technisch personeel meer hebben. We moeten een grote slag slaan. Dit soort bijeenkomsten, actief bezig zijn met innovaties, kan de sector sexier maken’. ‘De sociale maakbaarheid van het werk speelt daarbij ook een probleem,’ zegt Daan Terburg. ‘Het werk moet vaak ’s nachts en in het weekend gebeuren. Dat willen jongeren niet. Maar juist door te tonen dat we innoveren, kunnen we toch meer mensen trekken. Vanuit innovatie laten zien dat we veranderen’.

Als er echter innovaties zijn is het voor de aannemers heel lastig om daarmee in de media te komen. Nick Oversier: ‘Altijd komt ProRail in het nieuws als er iets te melden is uit de sector, zowel wanneer het positief als negatief is. De marktpartijen, die er bij betrokken zijn blijven onzichtbaar.’. Terburg: ‘Maar als er iets misgaat wordt ook altijd alleen ProRail genoemd’. André Dul zegt ‘Ik zou het baanbrekend vinden als we gezamenlijk vanuit RITS naar buiten treden met innovaties. Zo kunnen we successen delen’.Worden er ook successen gedeeld binnen de eigen organisatie? Of anders gesteld, is er binnen het bedrijf draagvlak voor RITS? . Andre Dul vertelt dat hij na iedere RITS-bijeenkomst zijn bedrijf bijpraat over de uitkomsten van de verschillende sessies. ‘Bij Strukton werkt dat toch anders,’ vertelt Oversier. ‘Er is bijna geen gelegenheid om vers van de pers te verslaan’. Terburg: ‘Bij BAM Rail zijn de lijntjes kort. Mensen die deelnemen aan RITS geven snel door hoe het was. Bovendien zit de club innovatie dicht bij elkaar, waardoor er meer dynamiek is’. ‘Binnen VolkerRail is er minder geld voor Research & Development,’ zegt Van Uuden. ‘Des te belangrijker is het RITS-platform. Wij communiceren daar goed over en Erik Haverkort heeft een actieve positieve rol in zowel deel nemen aan RITS als de ‘vruchten’ uit RITS terugkoppelen naar VolkerRail’.

24

Aan tafel vier heren uit de aannemerij. Een van hen is Niek Oversier, Innovatiemanager bij Strukton Rail. ‘Ik ben blij verrast met de RITS-bijeenkomsten. Zowel de behandelde onderwerpen als het gezelschap dat de bijeenkomsten bezoekt, spreken mij aan. Tot nu toe ben ik elke keer met nieuwe inzichten naar huis gegaan’. Daan Terburg is Onderhouds Engineer bij BAM Rail en vindt het heel positief dat partijen kennis delen met elkaar. ‘Juist voor innovaties is het belangrijk om de krachten te bundelen. De muren tussen bedrijven even negeren in de veilige context van RITS en samen aan oplossingen werken’. ‘De toegevoegde waarde van RITS zit voor mij in het meekrijgen van de opdrachtgever,’

zegt Roland van Uuden, Sales Manager bij VolkerRail. ‘Veel innovaties in de aannemerij stoppen vroegtijdig, omdat de opdrachtgever zo goedkoop mogelijk aanbesteedt. Om die reden is het essentieel om ook met de opdrachtgever om de tafel te zitten en wederzijds vast te stellen welke nieuwe zaken echt van belang zijn en wat dat mag kosten’. Andre Dul, Productmanager bij Railpro, loopt al wat jaren mee in de spoorsector, maar heeft een netwerk als RITS nog nooit meegemaakt. ‘Binnen RITS is er de rust om verschillende thema’s te bespreken en worden ideeën met elkaar gedeeld. Dat is nodig om ‘gemene’ en ‘terugkerende problemen’ echt aan te pakken’.

25

‘Tot nu toe ben ik elke keer met nieuwe inzichten naar huis gegaan’

Niek OversierDaan

Terburg

Roland van Uuden

Andre Du

l

‘Vanuit innovatie laten zien dat we als sector veranderen’

Page 14: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

‘Ik zou het baanbrekend vinden als we gezamenlijk vanuit RITS naar buiten treden met innovaties. Zo kunnen we successen delen’

26

Page 15: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

Het perspectief van de ingenieursbureaus

RITS als versneller voor innovaties

Eric Möhringer, Manager Sales bij Plurel en bestuurslid van RITS vindt met name de netwerkfunctie van RITS leuk en nuttig. ‘Het op een open manier met elkaar communiceren, zonder dat er commerciële belangen op de voorgrond treden, vind ik goed. Wij zijn een relatief klein bedrijf, waar innovaties en slimme verbeteringen van levensbelang zijn. In dat opzicht past RITS best. Toch heb ik hard moeten vechten om draagvlak te krijgen binnen mijn bedrijf, want in een klein bedrijf is tijd extra schaars. RITS vraagt best veel en het was niet bekend wat het ging opleveren. Nu na twee jaar zie je dat

er spin-off komt uit allerlei projecten. Het levert niet direct geld op, maar er zit wel ontwikkeling in. We gaan een kant uit die veelbelovend is. Mijn bevrediging is dat hetgeen ik twee jaar geleden bedacht nu bewaarheid wordt’. ‘Voor mij heeft RITS meerdere functies,’ zegt Guido Visser, directeur International Business bij ARCADIS. ‘RITS is een netwerk met een open cultuur, waar iedereen zijn eigen problematiek inbrengt. Je kunt hier op informele wijze ideeën toetsen en laagdrempelig praten met ProRail. Alle essentiele thema’s komen langszij’. Arno Siemann, Projectmanager Eurailscout:

Wat betekent RITS voor de deelnemende ingenieursbureaus? Hoe halen zij toegevoegde waarde uit de bijeenkomsten? Het RITS-platform heeft volgens de ingenieurs meerdere functies. Dat van netwerk, een plek waar jij je ideeën kan toetsen en niet onbelangrijk, een mogelijkheid om met opdrachtgever ProRail om de tafel te zitten. Daarnaast kan RITS een katalysator zijn voor innovaties.

‘Ik voel me binnen RITS vrij om te zeggen wat ik wil. Ik ervaar de sfeer als dat we elkaar eerlijk vertellen waar we goed en slecht in zijn. We delen ervaringen en behoeden elkaar voorfouten. Snel kom je tot bijzondere dingen’. Dat beaamt ook Diederik Verheul, Innovatiemanager bij Movares. ‘Je moet wel eerst iets geven voordat je iets krijgt. De cultuur binnen RITS is dan ook dat er wordt gegeven. En met ProRail erbij aan tafel win je aan daadkracht’.

InnovatiesDirecteur assetmanagement van ProRail Bart Smolders bezocht een tijdje geleden een RITS-bijeenkomst, waarin hij aangaf dat hij tegen een probleem aanliep met de ES-las, wat storing veroorzaakte,’ aldus Verheul. ‘Techneuten uit diverse hoeken kwamen tijdens de bijeenkomst direct met een oplossing’. ‘Innovaties worden meestal een succes omdat je bestaande kennis combineert,’ zegt Visser. ‘Het leuke van RITS is dat je iedereen aan tafel hebt’. Tijdens de laatste netwerkbijeenkomst werd een presentatie gegeven over de mogelijkheden van meten van geluid. ‘Ik heb deze presentatie over geluid met interesse gevolgd,’ zegt Siemann. ‘Vanuit Eurailscout hebben we vijftien meettreinen beschikbaar die het hele baanvak kunnen pakken. Wij zouden een van de treinen helemaal vol kunnen hangen met microfoons en computers om geluidsmetingen te doen’.

Heeft RITS ook invloed op het innovatiebeleid van de verschillende ingenieursbureaus, van ProRail en de sector? Waar aan is naar jullie mening het succes van RITS op termijn af te meten? Möhringer vindt van wel. ‘Van reactief naar proactief in innovaties. Ik vind dat er toch zeker twee innovaties per jaar moeten plaatsvinden. RITS is een katalysator voor innovaties’. Visser: ‘Om je te onderscheiden in de huidige markt moet je innovatiever

zijn met minder geld. Budgetten worden steeds beperkter, de druk om te presteren groter.’ Verheul: ‘Ik vind het heel prettig dat ProRail aandacht heeft voor de thema’s die spelen binnen RITS. Je kunt hierdoor een vraag heel snel toetsen’. ‘ProRail heeft een cruciale rol. Spoormensen zijn over het algemeen behoudend. Als je iets nieuws hebt geprobeerd en het mislukt, dan is dat eerder negatief als positief. Innovaties een (financiële) boost geven is wel een soort verplichting voor een overheidspartij,’ zegt Visser. ‘RITS komt naar mijn mening op termijn in een cruciale fase. De uitwisseling van ideeën moet gaan leiden tot meer resultaten. Ook voor ProRail moet het iets gaan opleveren’, vindt Verheul. ‘Het feit dat ProRailers steeds makkelijker de weg naar RITS vinden en het al platform kunnen benutten’ is er een goed voorbeeld van. Möhringer: ‘We moeten wel

2928

Guido VisserArno Siemann Eric MöhringerDiederik Verheul

Page 16: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

reeël naar RITS kijken en naar de termijn waarop je succes kunt hebben. Innovaties bij ProRail in deze complexe sector kosten soms enkele jaren. In dat kader kan RITS een bijdrage leveren, maar is onze eigen werk meer bepalend. RITS is voor mij ten principale niets anders dan een netwerk, ik geloof niet in RITS-oplossingen’. Visser: ‘De sector is leuk, maar aan het einde van de dag moet mijn salaris ook betaald worden. Er zit toch altijd een commercieel belang aan. De kracht

van RITS moet zijn dat je iedereen een succes gunt.’ Het voortbestaan is op termijn alleen geborgd als het ook succes oplevert, vindt Verheul, waarbij dat vele vormen en gezichten kan aannemen en wel tijd kan vergen. Dat toont ons recente onderzoek naar show stoppers en motivatie-krachten voor ProRail maar al te zeer aan.

‘De kracht van RITS moet zijn dat je iedereen een succes gunt’

30 31

Page 17: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

Het perspectief van de vakspecialisten

Hennie Olde Samson, Projectmanager bij ProRail en een van de mede-oprichters van RITS, ziet dat de onderhoudsprojecten steeds groter van omvang worden. Waar hij vorig jaar 85 projecten onder zijn hoede had, zijn dat er nu minder dan 60. Mario Boeren, Manager Infraspect van BAM Rail, bekijkt de huidige marktsituatie vanuit aannemersperspectief en ziet met name dat aannemers meer moeten doen in minder tijd. ‘Innovatie is keihard nodig in de spoorsector. Binnen BAM Rail werken de verschillende werkmaatschappijen al veel meer samen. En dat zie ik ook

Op het spoor moet meer worden gedaan in minder tijd. En de druk dwingt partijen ook om innovatief bezig te zijn. Grote projecten als DSSU (DoorStroomStationUtrecht) kunnen niet meer worden gerealiseerd door één partij. Aannemers gaan steeds meer samenwerken. De snelste innovatie ontstaat door het slim inzetten van mens en materieel. Vier heren die allemaal werken aan projecten op het spoor doen hun verhaal.

met veel ritten. Er is nu een manier om 80 procent van die tests met de computer te doen. Fouten komen eruit en je kunt al starten voordat het spoor klaar is. Dit zou miljoenen besparing op kunnen leveren’. Andre Dul, Productmanager bij Railpro: ‘Om nog even aan te sluiten bij Mario Boeren. Wij hebben een railinfra-pool met machines van alle partijen. Dit kan alleen door te inventariseren wat welke aannemer aan materieel beschikbaar heeft. Dit concept is ontstaan door tijdsdruk en beschikbaarheid van materieel’.

Betekenis RITSSamenwerken met concullega’s is belangrijk in deze tijd en kan gezien worden als een innovatie op zich. Hoe kan RITS een rol spelen in het realiseren van innovatieprojecten op

bij mijn concollega’s. Ik heb bijvoorbeeld een kraan buiten staan, die ook door een ‘betonboer’ gebruikt kan worden. Het hele proces hieromheen zie ik als een innovatie. Er wordt veel resultaat geboekt, puur door slimmer met zaken om te gaan’. ‘Vanuit Plurel kan ik ook een mooi voorbeeld geven van een innovatie die we nu gaan presenteren aan de markt,’ zegt Pieter Dings, Senior Consultant. ‘Het gaat om het sneller en makkelijker maken van testen van een nieuw stuk spoor. Normaal gesproken moet je een half jaar lang testen

‘De markt vraagt om innovatie en binnen RITS heerst een klimaat dat aanzet tot meer doorbraken’

‘Het belangrijkste dat we overwonnen hebben is koudwatervrees bij iedere partij. Dát is het succes van RITS’

het spoor? Boeren: ‘De markt vraagt om innovatie en binnen RITS heerst een klimaat dat aanzet tot meer conceptueel denken. Mijn beste ervaring was overigens vandaag. Ik gaf een presentatie en heb veel goede feedback gekregen. Je zit zelf in een bepaalde richting te denken en het liefst duw je jouw innovatie er doorheen. RITS geeft richting om je innovatie tot een succes te maken’. Dul: ‘Voor mij is RITS een eye-opener en je hebt even afstand van je dagelijkse werk’. ‘Er is een hele grote bereidheid tot meedenken. Iedereen vindt wat, maar er wordt niet geruzied. En er zijn maar weinig discussietafels waar zo open over PGO-contracten wordt gesproken,’ aldus Dings. Olde Samson: ‘Ik ben tevreden met wat we hebben bereikt. Het belangrijkste dat we overwonnen hebben is koudwatervrees bij iedere partij. Dát is het eerste succes van RITS’.

32

Pieter Dings Mario Boeren Hennie Olde Samson andre dul

‘Slim inzetten van mens en materieel is op dit moment de snelste innovatie’

33

Page 18: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

De werkgroepen Vervanging bovenleidingportalen

ProRail heeft RITS betrokken bij het verrichten van een eerste verkenning hoe deze bovenleidingportaalvervanging zou kunnen worden uitgevoerd. De opdracht luidde: ‘Hoe kunnen we op welke wijze op een zo economisch mogelijke manier de draagconstructies vervangen met zo min mogelijk hinder voor de reiziger? Voor deze verkenning is een werkgroep samengesteld met een

Twee derde van de bovenleidingportalen in Nederland zijn de komende decennia aan vernieuwing toe. De bovenleidingportalen die straks vervangen worden dateren allemaal van net na de Tweede Wereldoorlog, het gaat om de zogenaamde ‘Marshall palen’ die zijn neergezet met hulp uit het Marshallplan. Vanuit RITS wordt in samenwerking met ProRail vooruit gekeken en is een onderzoek gestart naar de mogelijke manieren van vervanging.

afvaardiging vanuit de aannemers en ingenieursbureaus die samenwerken met ProRail om te komen tot mogelijke oplossingsrichtingen. ‘Het bundelen van kennis in de markt is van belang en dus zien wij als ProRail in RITS een goed platform om dit onderwerp bespreekbaar te maken’, zegt Marco Spinosa die zich bezighoudt met Assetmanagement

3534

en Energievoorziening bij ProRail. Samen met zijn collega Fedor ten Harve is hij betrokken bij de werkgroep. Zij zijn verantwoordelijk voor beleidsvorming op langere termijn als het gaat om een vervangingsplan voor de bovenleidingportalen. Wat komt er bij de uitwerking van de opdracht allemaal om de hoek kijken? Onder andere nieuwe spoorsysteemeisen- en of wensen. Het is immers maar de vraag of hetzelfde moet worden terug geplaatst als wat er nu staat. Zo wordt onder andere

rekening gehouden met mogelijke snelheidsverhogingen op de baanvakken. Meerdere ontwerpen zijn denkbaar en er zijn ook meer keuzes in de uitvoering. Zo’n grootschalig project gebeurt het beste in samenwerking. ‘Het gaat om vervangen van de bovenleidingportalen, maar ook om een toekomstvaste oplossing. Daarnaast moeten we kijken naar de reiziger, die moet zo min mogelijk last hebben van de vervangingen’, zegt Everard van Rees, Manager bij Movares. Het is dus een onderwerp dat zich uitstekend leent voor een sector brede aanpak en dus een echt RITS-onderwerp.

Reizigershinder, een grote zorgGabby van Meer van ProRail vindt dat er op tijd duidelijkheid moet zijn wat het plan is. ‘De provincie, de vervoerder en de reiziger moeten tijdig weten wat er gaat gebeuren.’ Een ding is duidelijk; de reiziger moet zoveel mogelijk worden ontzien. Van Rees: ‘Er moet een bouwmethode komen met een ontwerp met minimale hinder voor de reiziger. Misschien moet daarvoor wel een nieuwe machine worden ontwikkeld. Zo’n methode moet worden afgezet tegen bijvoorbeeld incidentele vervanging van palen, wanneer blijkt dat de afzonderlijke paal echt aan de beurt is. Op een gegeven ogenblik worden dat er waarschijnlijk te veel voor zo’n aanpak.’

Binnen RITS zijn verschillende oplossingsrichtingen besproken. De materiaalsector is uitgenodigd om te onderzoeken wat voor materiaal geschikt is. Staal, kunststof, beton of hout, of een combinatie van materialen. Tijdens een workshop door de aannemers - die het uiteindelijke vervangen van de portalen gaan uitvoeren – kwamen aspecten als technische haalbaarheid, veilig ombouwen en de benodigde mankracht aan de orde. Het verkennend onderzoek heeft aangetoond dat het zeer de moeite waard is om de verkenning te verdiepen in

vervolgonderzoek.In de keuze voor materiaal moet aandacht zijn voor duurzaamheid. Bij de huidige bovenleidingportalen is veel staal en beton gebruikt. De belasting voor het milieu moet minder worden in de toekomst, door bijvoorbeeld te kiezen voor materiaal met een betere CO2 footprint. Het is een zinvol traject om mee verder te gaan, vindt Dick van Os, Senior Adviseur bij ARCADIS. ‘Het onderzoek moeten we nu verder doorzetten. Kijkend naar geld, tijd en systemen. Toewerken naar een gedragen concept

vanuit ProRail en de RITS-partijen. De uitdaging is om het nu vorm te geven en te concretiseren. Een stap verder gaan, door datgene wat we aan informatie hebben concreet in scenario’s uit te werken.’ ProRail vindt dit ook een wenselijke stap en is nu met RITS in gesprek hoe, wanneer en in welk vorm dit te doen. Uiteindelijk ligt de beslissing bij ProRail en het ministerie van Infrastructuur en Milieu.

Toekomstvaste oplossingenDe werkgroep bovenleidingportalen is een mooi voorbeeld van een door de sector gedragen club. Van Os: ‘Het verbinden van een representatieve groep van betrokken partijen bij ontwerp, aanleg en onderhoud, is aardig gelukt in deze werkgroep. Medewerkers van Strukton en VolkerRail hebben ook actief geparticipeerd. Mensen laten bij zo’n uitdagend thema al snel hun schroom vallen en brengen een schat aan ervaring en ideeën in. De spoorsector is een nuchtere sector. Je moet dan wel met een concreet thema komen. Dat is de vervanging van bovenleidingportalen zeker. Er wordt daarbij direct gekeken naar hoe we het aanvliegen.’ Van Rees vindt vooral het lange termijn denken in dit traject heel leuk. ‘Waar wil je met het Nederlandse spoorstelsel naartoe? Out of the box denken, dat kan met dit onderwerp.’ Uiteindelijk is het doel om enkele kansrijke oplossingsrichtingen uit te werken en deze voor te leggen aan ProRail. In de samenwerking kan veel gewonnen worden op efficiency en kwaliteit. Op de vraag hoe de heren de toekomst van bovenleidingportalen zien, geeft Van Rees aan dat hij denkt dat dit de laatste keer is dat de bovenleidingen worden vervangen en dat daarna met grote waarschijnlijkheid andere systemen beschikbaar zullen zijn, die geen bovenleiding meer behoeven. Van Os beaamt dat en verwacht dat er in 2100 geen bovenleidingen meer zijn.

‘Misschien moet daarvoor wel een nieuwe machine worden ontwikkeld’.

Gezamenlijke aanpak voor vervanging bovenleidingportalen

Werktrein bovenleidingportalen

Page 19: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

Erik Haverkort-Eric Möhringer

3736

De werkgroepen De ES las

Breuk bestendig werken aan breuken!

In dit artikel doen we verslag van het verloop en de voortgang van de werkgroep ES las. We staan stil bij het waarom van de werkgroep, de aanvankelijke doelen en vervolgens het verloop van de werkgroep en wat daar uit te leren valt. Het laat zien dat innovatie en verbetering geen makkelijke weg is, ook niet voor een RITS werkgroep. Het is echter tevens een voorbeeld hoe niet opgeven en leren hoe met elkaar te innoveren kan en de moeite waard is, ook wanneer het niet gladjes verloopt.

ES las

Page 20: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

uitgangspunt van denken. De werkgroep draagt bij aan het ontwikkelen en bevorderen van een opleidingspakket ten behoeve van goed opgeleide vakmensen. Er zijn duidelijke afspraken gemaakt ten aanzien van plichten en rechten bij deelname.

4. Expliciet gewilde uitkomsten.We denken aan een beheersbaar pakket met asset management maatregelen voor verschillende vraagstukken en voor alle betrokken partijen. - Praktijk Advies: aanbevelingen wat in welke situatie rond een type ES las te doen.- Proces protocol: adviezen wat integraal te doen ten aanzien van het beheer van de type ES lassen in combinatie met aanpalende werkzaamheden.- Preventieve opleidingen; gericht op beter beheer en onderhoud van de ES las.- Probleem en oplossingsgericht onderzoek; bijvoorbeeld het voortzetten van het onderzoek nar degeneratie t.b.v. beheer, onderhoud en preventie.

De werkgroep ES las, zal als communicty of practise vanaf september 2013 de nieuwe aanpak gaan uitvoeren. Hoewel de ontwikkeling een andere kant op ging dan bij aanvang gedacht, kijken de nu betrokken deelnemers positief terug op de leerervaringen in dit RITS project.

Van niet gemakkelijke projecten leer je uiteindelijk meer dan van probleemloze projecten.

branche brede afspiegeling sprake is. Dan is het voor RITS voldoende.

Hoe nu verder?De leden hebben zich beraden en ondanks het moeizame verloop is er motivatie om door te trekken met een wel is waar wat andere insteek en doelstelling.

1. Splitsing van operationeel management en onderzoek en innovatie. Inmiddels is de problematiek rond de achterstand in ES lassen, welke matig zijn, beter in beeld. Dit vraagstuk en de overige operationele managementvraagstukken laten we bij de ‘verantwoordelijken’ in de lijn liggen. Dat zijn uiteraard geen RITS zaken.

2. Focus op innovatie en verbetering. De werkgroep vormt zich daarom om tot een groep, die zich vooral op innovatie en vakmanschap richt. We denken aan een community of practise rond de ES las.

3. Doel oprichten en inrichten van een Community of Practise (CoP); ‘Het oprichten en inrichten van een Community of Practise’, die zich het verbeteren van onderhoud en vervanging van de ES las typen to doel stelt, waardoor ES lassen beter als element functioneren in het spoorsysteem. Dit doen we door het bevorderen van gedegen inzicht in de problematiek onder vakgenoten en het ontwikkelen van adviezen in zake de optimale procesaanpak. De procesplaat SAM is daar het

Waarom deze werkgroep? Gericht werken aan de betrouwbaarheid van de infra is een belangrijke doelstelling voor de directeur Asset management van ProRail Bart Smolders. Op de vraag van RITS aan welke onderwerpen het netwerk een bijdrage zou kunnen leveren, kwam dan ook de ‘dreigende’ en ‘voorkomende’ breuken in de ES las hoog in de top 10 van Bart te staan. Bijgevoegd grafiekje over een aantal ‘rail breaks in 2010 in tracks and switches’ laat zien dat ES lasbreuken een belangrijk probleem zijn. Van de 60.000 ES lassen bleek immers bij 1 type (waarvan er plus minus 30.000 zijn) er jaarlijks 60 á 40 sps-breuken optreden. Dit aantal zou in de komende jaren kunnen groeien bij ongewijzigd beleid en aanpak. Dat is een grote bron van risico’s met grote gevolgen voor de beschikbaarheid en moet aangepakt worden.

Doelen van de werkgroep. RITS pakte de uitdaging aan en formeerde een RITS brede werkgroep om met dit probleem aan de slag te gaan. Meerdere invalshoeken en potentiële oplossingen werden in beeld gebracht. RITS partners waren tot op dat moment op verschillende deelaspecten en wijzen bij dit probleem betrokken geweest. Vanaf het moment van aanvang leidde dat tot flink zoekproces om te komen tot de ontwikkeling van een sollicited proposal. Ook ProRail participeerde mee in de uitwerking.

De volgende doelen werden gekozen;•Beter inzicht brengen waar er nu met de ES las problemen zijn en waarom?•In beeld brengen van het achterstallig onderhoud en het aanpakken er van.•Vervanging van de matige ES lassen.•Nader inzicht in het degeneratie proces verkrijgen.

Verslag uit een ploeterende werkgroep ES las

38

Verloop van de discussieNa een aanvankelijk voortvarende start bleek het bij elkaar brengen van de reeds bekende gegevens, die inzicht kunnen verschaffen in waar nu problemen zijn met de ES las, lastig om diverse redenen. Ook bleek het dispuut rond het PGO contract de informatie-uitwisseling en samenwerking in de werkgroep op dat moment te stagneren. Betrokkenheid en openheid werd in dit klimaat lastiger. Voor de werkgroep was dit reden om pittig met elkaar in gesprek te gaan over de voortgang.

Geleerde lessenVanuit RITS hebben we deze werkgroep breed willen opzetten als antwoord op de uitdaging die Bart Smolders in RITS inbracht. Een aantal niet opgeloste operationele commerciële afspraken doorkruisten de probleemaanpak en participatie. Bij volgende werkgroepen zullen we er scherper op moeten zijn zo veel mogelijk te borgen dat lopende commerciële disputen een werkgroepaanpak niet doorkruisen. Van aanvang af hebben we geconstateerd dat niet alle partijen op eenzelfde wijze tegen het onderwerp aankeken en de motivatie om te participeren verschilde. De conclusie die we trekken is dat het verstandig is bij aanvang de motivatie explicieter en steviger te bespreken. Het is raadzaam bij het begin van het project nadrukkelijker op voorhand afspraken te maken ten aanzien van actieve participatie en kennisdeling. Vanuit RITS streefden we er naar alle partijen te willen betrekken. Het is niet bij voorbaat noodzakelijk in alle gevallen naar participatie van alle partijen te streven. Situatie en motivatie van partijen kunnen om begrijpelijke redenen verschillen. We moeten voorkomen dat partijen uit loyaliteit aanhaken, terwijl aan een aantal voorwaarden niet zijn voldaan, waardoor zij er niet vol voor kunnen gaan. Immers niet alle partijen in de sector behoeven te participeren, zolang er maar van een

39

Page 21: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

Leo Blenkers

Wisselverwarming is een van de thema’s die hoog op de agenda staat bij RITS. Op dit moment kent Nederland ongeveer 40 procent op gasgestookte wisselverwarmingsinstallaties. Maar steeds meer wordt gekeken naar goede alternatieven, omdat de gasprijzen hoog liggen, de gasbel leeg raakt en er veel co2 vrijkomt met een gasgestookte installatie. In de werkgroep wisselverwarming vindt een normering van de systemen plaats en wordt een kwaliteitsnorm vastgelegd.

Leo Blenkers is projectleider werktuigbouwkundige installaties bij VolkerRail en weet alles van wisselverwarming. VolkerRail is marktleider op het gebied van wisselverwarming. Zij hebben 37 procent van de Nederlandse markt in handen en zijn naast BAM Rail en Strukton Rail een van de drie procesaannemers. VolkerRail werkt met een groot monitoringscentrum, waarmee wordt ingelogd op de installaties. Het gaat daarbij om 700 installaties en 2400 wissels. Bij een check wordt gekeken naar de gasdruk, de spanning en hoe warm de wissels worden.

Projecten op het spoor‘Vanuit VolkerRail werken we aan een aantal grote projecten’, vertelt Blenkers. ‘Een voorbeeld is Utrecht, daar ontwerpen wij nieuwe systemen voor. Dat is een enorm project wat vier jaar gaat duren en totaal 155 miljoen euro gaat kosten.’ Een van de dingen die in Utrecht gaan gebeuren is het terugbrengen van het aantal wissels. ‘Honderd wissels gaan weg in Utrecht. Dit moet resulteren in een reductie van storingen. Op dit moment telt Utrecht 269 wissels, miljoenenstad Tokyo telt er 24. Dat is Nederlands, we willen overal kunnen komen’, aldus Blenkers. Nederland is het drukst bereden treintraject in de wereld.

Naast dit omvangrijke project in Utrecht staat ProRail op een kantelpunt als het gaat om de gasgestookte installaties. Blenkers: ‘De installatie is een brander pijp installatie en bestaat uit een buis met zeven bakjes. Deze installatie staat momenteel ter discussie onder meer vanwege de hoge gasprijzen, het leegraken van de gasbel en de veiligheid’.

Een alternatief is een elektrische installatie met gebruik van aardwarmte. ‘Ik verwacht dat we in de toekomst niet meer met gas werken, maar met moderne, zuinige elektrische systemen’, zegt Blenkers. ‘Ook zonne-energie gaat hierbij een rol spelen.’

Ook binnen de RITS-werkgroep wordt gesproken over toekomstige installaties voor wisselverwarming. Blenkers

ziet zeker het nut van RITS.Als een van de voordelen van RITS noemt hij dat de afstand tussen de bouwbedrijven en de toezichthouders kleiner wordt. ‘Je benadert elkaar gemakkelijker en er wordt minder geheimzinnig gedaan over problemen. Daarnaast vind ik ook dat ProRail goed naar de markt luistert. Maar zij zijn ook afhankelijk van ons.’ Iedere partij dient hetzelfde belang; het beheersen van de kosten.

De werkgroepen Wisselverwarming

40Wisselverwarming

41

‘Op weg naar nieuwe kwaliteitsnorm voor wisselverwarming’

Page 22: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

Pieter Dings

Suïcide op het spoor vormt een groot probleem voor zowel de vervoerder en zijn personeel als de infrabeheerder en de hulpdiensten. Maatregelen in de infrastructuur hebben slechts een beperkt effect bewerkstelligd waardoor ProRail geïnteresseerd is om voertuiggebonden maatregelen in te zetten om het aantal suïcides in het spoor en de impact ervan te verlagen.

Plurel, het voormalige DeltaRail, kwam enkele jaren geleden met een oplossing in de vorm van een vangnet aan de voorkant van de trein om personen op te vangen; het Preventive Anti-Suïcide System (PASS). Door de verhoogde kans een suïcidepoging te overleven zou de keuze van de trein als suïcidemiddel ontmoedigd kunnen worden. Met een geschikte communicatiestrategie kan de boodschap dat de trein een minder effectief suïcidemiddel is, overgebracht worden aan de doelgroepen. Er is onderzoek uitgevoerd om vragen betreffende de voordelen, werking, kosten en communicatie van PASS te beantwoorden.

Ten eerste is er onderzoek gedaan naar rol van belanghebbende partijen zoals vervoerders, ProRail en betrokken ministeries. Alle partijen hadden een positieve houding ten opzichte van PASS. De vervoerders bevestigden dat aanrijdingen een grote impact hadden op het personeel van de trein, storingsmonteurs en materieelbeheerders benoemden nadelige gevolgen op de dienst en beschikbaarheid van materieel. Voor ProRail heeft het terugdringen van het aantal pogingen en de impact op de dienstregeling de hoogste prioriteit. De scores van de maatschappelijke kostenbatenanalyse zijn

hoog voor het merendeel van de suïcidescenario’s als men uitgaat van 50% overlevingskans en 50% reductie van het aantal springers. Het reduceren van het aantal springers, het sparen van levens en een versnelde procedure voor het hervatten van de treindienst kan vele miljoenen aan jaarlijkse maatschappelijke baten opleveren. Voor de functionaliteit en het ontwerp van PASS is een Functioneel Programma van Eisen opgesteld. De doelen van PASS zijn; de overlevingskans van een springer verhogen, de machinist in staat stellen om te acteren, de machinist in bescherming nemen tegen de emotionele impact en de gemiddelde duur van een treindienstverstoring met 50% verlagen. Bovendien zal de verhoogde overlevingskans suïcidalen ontmoedigen om nog via het spoor zelfmoord te plegen. Het systeem mag niet leiden tot een verlaging van de beschikbaarheid van materieel en een verhoging van de complexiteit van materieelonderhoud. Om de gewenste overlevingskans te bereiken en de machinist over een werkende maatregel te laten beschikken, moet het systeem in werking treden binnen 1 seconde. Het systeem

De werkgroepen Suïcide preventie

kan uitgevoerd worden met een actieve bediening door de machinist, automatische detectie of een combinatie hiervan. Ten slotte is het wenselijk om het onderhoud van het systeem zo eenvoudig mogelijk te houden. Met verschillende marktpartijen is besproken wat de mogelijkheden zijn om simulatieberekeningen uit te voeren om de kans op letsel en de overlevingskans vast te stellen. De overtuiging is dat het succes van het systeem zeer sterk afhankelijk zal zijn van de snelheid van de trein en positie van de suïcidant. Er zijn simulatiepakketten waarmee valide uitspraken over het resulterende letsel gedaan kunnen worden. In een later stadium is het ook mogelijk prototypes te vervaardigen en testen uit te voeren. Plurel en ProRail zullen deze volgende stap in de ontwikkeling van PASS samen gaan zetten en willen in 2015 komen tot een demonstratie van een prototype. De verdere ontwikkelingen van PASS zullen plaatsvinden onder het programma Suïcidepreventie van ProRail.

42PASS

43

‘De vervoerders bevestigden dat aanrijdingen een grote impact hadden op het personeel van de trein, storingsmonteurs en materieelbeheerders’

Page 23: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

Innovatie is de aanjager van vooruitgang; maar hoe weet je of een innovatie ook echt tot een verbetering van de kwaliteit leidt? Hoe bepaal je wat de beste oplossing is? Een objectieve analyse helpt bij het kiezen van de beste oplossing. Lifecycle Management (LCM) en Maatschappelijke kosten en batenanalyses (MKBA’s) worden steeds meer toegepast in de spoorsector. Het aantal gebruikers is in de afgelopen jaren verdrievoudigd. Het management van Assetmanagement laat alle beslissingen boven de 250.000 berekenen aan de hand van de LCM/MKBA methodiek. Zo kunnen zij een beter besluit nemen met betrekking tot een optimale prijs en prestatie van de ProRail assets inclusief de maatschappelijke kosten en baten.

Hoe werkt de LCM/MKBA?Een LCM/MKBA is een objectieve analyse die snel kan oordelen of een innovatie ook daadwerkelijk de beste oplossing is. Een LCM/MKBA geeft een bate aan investeringen. Deze bate wordt bepaald uit een berekening

Spaas. Ook het aantal voorstellen dat binnenkomt, neemt toe. In 2011 en 2012 samen zijn er vier USP’s geaccepteerd via het loket. In 2013 zijn er op dit moment al bijna drie goedgekeurde innovaties. Ingediende voorstellen via het USP loket worden uiteindelijk in de Tender board van ProRail besproken en indien goedgekeurd daarna uitgevoerd.

Wanneer is eigenlijk sprake van een goede innovatie? Spaas: ‘De innovatie moet nieuw zijn voor ProRail in zijn toepassing en verbetering geven op belangrijke ProiRail doelen.’ Een voorbeeld van een goedgekeurde innovatie kwam bijvoorbeeld van ARCADIS. Het ging om een extra snelheidstrap in de ATB, automatische treinbeïnvloeding.

Binnen RITS heeft Spaas toegelicht hoe het loket USP te werk gaat. Je ziet nu dat meer partijen vanuit RITS soms gezamenlijk een USP aanbieden. ‘Ook zie je dat de zakelijke voorstellen beter zijn uitgewerkt. Mijn bijdrage aan RITS kan zijn dat ik meedenk en kan uitleggen hoe je naar goede mogelijkheden zoekt om voorstellen te verbeteren en de slaagkans er van te vergroten. Daarbij zorg ik er ook voor dat de indiener waar nodig met de juiste ProRail collega’s in gesprek komt. Wat mij betreft werken we als opdrachtgever en opdrachtnemer zo transparant mogelijk.’ Veelal werkt Spaas vanuit de Inktpot, het hoofdkantoor van ProRail. Wat ze leuk vindt aan RITS is de directe interactie tussen marktpartijen rond innovaties en verbeterthema’s. ‘Ik geloof er in om vanuit meerdere zienswijzen te komen tot oplossingen en dat wordt door RITS bevorderd.’. Michelle heeft dan ook vanuit haar functie actief meegewerkt aan de oprichting en koersbepaling van RITS in 2011 – 2012. Het ligt in de bedoeling dat Brenda Struve, een collega van Michelle, ook een actieve rol in het USP loket gaat vervullen.

Martijn van NoortMichelle SpaasInnoveren in methoden

44 45LCM/MKBA

van alle huidige en toekomstige (maatschappelijke) baten en kosten over de gehele levensduur van een innovatie. Martijn van Noort is specialist op het gebied van deze analyse en heeft ter facilitatie van de berekening een software tool ontwikkeld. Iedereen die opdrachten voor ProRail doet, dus ook mensen van de aannemer, de ingenieursbureau’s en leveranciers kan een cursus bij hem volgen om de methodiek te leren kennen en de analyse toe te passen in de praktijk. Hij biedt ondersteuning, adviseert het management en beoordeelt businesscases vanuit het oogpunt van de asset manager op de LCM/MKBA aspecten.

Bij een LCM/MKBA worden technische én maatschappelijke voor- en nadelen zoveel mogelijk in geld uitgedrukt. Van Noort legt uit dat niet alles in geld uit te drukken is maar, ‘Neem als voorbeeld storingen. Storingen kosten niet alleen geld maar ook tijd en bovendien vinden mensen vertraging erg vervelend. Met deze methodiek bepalen we wat de reiziger er voor over heeft om geen vertraging te hebben wanneer hij reist met de trein. Wij berekenen een

waarde en betrekken het maatschappelijke aspect in de analyse om een compleet beeld te geven.’ Alle innovaties die bedacht worden, kunnen doorberekend worden met deze methodiek. Het wordt inzichtelijk of en hoe snel de investering zal worden terugverdiend. Ook heeft het een gunstige doorwerking op de interne budgetten van partners in de sector. Er kan snel bepaald worden of het interessant is om meer tijd te besteden aan een idee.

De LCM/MKBA is onderwerp van gesprek geweest bij RITS. Van Noort: ‘Ik ben blij dat ik mijn verhaal heb kunnen vertellen. Ik kon iedereen ervan overtuigen om op deze manier de waarde van een innovatie te bepalen. Iedereen heeft er baat bij. Het geeft alle partijen meer inzicht over de eisen aan innovaties. Ze weten beter waar ProRail op let. Bovendien was ik vroeger veel tijd kwijt aan het ontcijferen van alle Excel bestanden en het checken van de formules. Gelukkig kunnen we bij ProRail nu veel efficiënter werken omdat er een uniforme software tool is en er uniforme voorstellen binnenkomen. ‘

USP L

oket

Sinds drie jaar heeft ProRail een loket voor inbreng van innovatieve ideeën. Bij het loket USP, unsolicited proposal, kan een marktpartij ongevraagd een concreet zakelijk voorstel indienen. Doel van het loket is om de innovatiekracht van de spoorsector te versterken. De adoptiebereidheid van USP’s binnen ProRail is groot, zo blijkt. Maar ook de noodzaak tot innoveren is groot. Michelle Spaas is programmamanager USP bij ProRail. Wat Spaas betreft mogen er nog wel wat meer USP’s komen.

Zakelijke voorstellenDe USP’s moeten worden ingediend als zakelijk voorstel, alleen dan worden ze geaccepteerd. Een USP bestaat uit een complete beschrijving van de innovatie inclusief de kosten die het met zich meebrengt. In de handleiding USP, die te vinden is op de website van ProRail, kunnen marktpartijen precies lezen waar hun voorstel aan moet voldoen. ‘In het eerste jaar zag je dat veel voorstellen niet zakelijk waren, maar inmiddels zijn de USP’s zakelijker geworden’, zegt

‘Van mij mogen er meer USP’s komen’‘Er kan snel bepaald worden of het interessant is om meer tijd te besteden aan een idee. ’

Page 24: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

Rob GerritsenPaul Tameling Rits coördinator

Innoveren in methoden

Hoe presteren spoorsystemen in de praktijk? Hoeveel geld kosten ze en hoe vaak treden er storingen op? De media uiten dikwijls kritiek op het treinsysteem. De druk op de prestaties neemt toe. Op de afdeling asset management bij ProRail wil men dit verbeteren. Men zoekt naar de optimale verhouding tussen prijs en prestatie want hoe kunnen we de spoorsystemen optimaal laten presteren?

Anderhalf jaar geleden heeft ProRail een nieuw programma gestart om het asset management verder te structureren: het Systeem Asset Management (SAM). SAM berust op samenwerken en het integreren van alle beschikbare kennis. Er worden onderhoudsmaatregelen bedacht om de systemen optimaal te laten functioneren en vervolgens worden de regelgeving, contracten en informatiehuishouding daarop aangepast. SAM opereert in zes stappen. De eerste stap is het inrichten van registratie systemen en het vastleggen van informatie over de systemen en regelgeving. De tweede stap is het

kennen van de risico’s van systemen en het management hiervan. De volgende stap is het vastleggen van de informatie die nodig is om prijs en prestatie te sturen. Zorgen dat er activiteiten aan systemen worden uitgevoerd is de vierde stap. Vervolgens worden alle uitgevoerde activiteiten en storingen vastgelegd. Ten slotte worden deze gegevens vergeleken met de voorspelde prijs en prestatie. Zo nodig kan het proces bijgestuurd worden. De programmamanager van SAM, Rob Gerritsen, gaf de aftrap van het nieuwe programma bij RITS. Hij gaf een presentatie op een bijeenkomst en was blij verrast door de reacties. ‘SAM is opgestart vanuit ProRail maar er is veel kennis bij de aannemers en ingenieurs. Bij RITS kon ik de kennis verbreden en in gesprek gaan met anderen over de systemen.’ Gerritsen benadrukt het belang in de branche om de assets goed te beheren. Zijn doel is om gezamenlijk te gaan bouwen aan SAM. Er zal bijvoorbeeld gewerkt worden aan één risicodatabase voor alle systemen en één manier van storingsregistratie.Gerritsen is tevens betrokken geweest bij de opstart van RITS. ‘De contractering is ontzettend verhard de laatste jaren. Ik zie dat het inhoudelijke overleg over techniek en aanpak van de tafel wordt geveegd door contracten. Hoe we dingen doen, wordt niet besproken. Via RITS vindt dit weer zijn weg.’ De kracht van RITS is volgens Gerritsen de ruimte om te brainstormen zonder meteen vast te zitten aan contractuele afspraken. Deze ruimte is nodig en moet gekoesterd worden. ‘Soms is ons beeld van de werkelijkheid niet zo scherp. Hoe dingen in de praktijk gedaan worden, weten we niet of is misschien wel verouderd. Door de dialoog aan te gaan, kun je het beeld van de werkelijkheid verankeren door elke keer dingen zoals ze werkelijk zijn, te verstevigen. Die scherpte en de dialogen leiden uiteindelijk tot betere producten.’

46

‘De spoorsector miste voor de oprichting van RITS een overlegplatform in praktisch asset management. RITS vult deze behoefte perfect in . In elke meeting zie ik deelnemers van elkaar leren. De bereidwilligheid om kennis te delen is groot. Dat is efficiënt en effectief. In één meeting wordt de gehele sector in 1 keer op een zelfde kennisniveau gebracht. Netwerken bij RITS levert energie en geld op. Het motiveert en inspireert! RITS leden wakkeren elkaar aan hun ideeën en best practises te verbeteren. Vaak hoor ik ‘Bij RITS krijg je uit de sector sneller feedback en tips voor verbetering dan ik zelf had kunnen verzamelen in maanden’. Deze voordelen op weg naar de Big Solutions moet je wel willen zien. Soms verwacht men te veel en het verkeerde. Bijvoorbeeld dat RITS direct werk moet opleveren, alsof RITS een acquisitie tool is, waar opdrachten je als gebraden kippenpootjes je mond in vliegen ’.

In veel andere sectoren is netwerken al langer sterk verankerd, zoals in de automobielsector (dealernetwerken van importeurs), tussen gemeentelijke overheden (VNG) en teeltkringen in de agrarische sector’. ‘Voor de spoorsector is het ook een logische stap, Tijdens de privatisering lag de focus op ieders eigen stukje. Nu ‘de eigen huizen’ op orde zijn, is het tijd om met elkaar te gaan voor verbetering van de spoorsector in zijn geheel’. ‘Het feit dat alle directies van IB’s en aannemers RITS steunen, bewijst dat dit besef in de sector breed aanwezig is. Tamelings rol richt zich vooral op facilitatie en animatie van het netwerk. ‘Bij het goed laten floreren van een netwerk komt veel meer kijken dan men zich vaak beseft. Voor de vertegenwoordigers van de deelnemende bedrijven is RITS daarbij een activiteit die men naast de eigen job doet. Zij moeten hun focus ten eerste op hun eigen hoofdfunctie houden’. ‘Gabby van Meer en ik zijn er deels voor vrijgemaakt en dat is verstandig. Tot slot stellen wij hem de vraag hoe hij RITS in toekomst ziet. ‘RITS is goed op weg, maar vraagt nog enkele jaren van uitbouw.

Met het oprichten van kennistafels in 2013 en 2014 brengen we de RITS gedachte van ‘samen verbeteren en innoveren’ dichter bij alle professionals en vaklieden in de sector. Dat vraagt om verdere uitbouw. Ook de ontwikkeling rond het RTC is veel belovend. ‘Op dit moment is RITS actief betrokken bij het verkennen van de mogelijke opzet van een Rail Technologie Centrum. Dat vind ik een geweldige zet. Het zou fantastisch voor de spoorsector zijn als ontwikkeling, verbetering en opleiding in een ‘brain center’ dichter bij elkaar komen.

Netw

erke

n

Paul Tameling is sinds april 2011 als RITS coördinator betrokken bij RITS. We vroegen Paul wat maakt dat hij zich aangetrokken voelt tot RITS. ‘Sinds midden jaren 90 ben ik in het kader van TQM bij innovatie trajecten betrokken, die altijd over grenzen van het eigen bedrijf heen gaan. Dat vraagt om verrassend netwerken.

Sindsdien raakte ik betrokken bij diverse netwerken in diverse sectoren. Dan ontwikkel je kunde en gevoel krijgt bij wat het betekent om partijen aan elkaar te RITSEN. ‘Zo is het bij het netwerken vaak de grote uitdaging productief om te gaan met paradoxen. Bijvoorbeeld; ‘Samen innoveren en concurreren‘. Het is als het ware te vergelijken met de Nederlandse schaatskernploeg. ‘Individueel goed presteren’ en ‘sportief leren van elkaar’ zijn zij naar hun sportfans toe verplicht, net zoals de partijen in de spoorsector dat zijn naar de belastingbetaler’. ‘In de spoorsector heb je ook allemaal maar een stukje van de werkelijkheid in te brengen op zoek naar een beter totaal resultaat. Dat is lastig, maar maakt samen netwerken ook heel boeiend’.

SAM‘het Systeem Asset Management (SAM) berust op samenwerken en integreren van kennis’

‘Netwerken bij RITS levert energie en geld op’

47

Samenwer

ken

Integrer

en

Page 25: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

Junior en senior

‘Voor mijn persoonlijke ontwikkeling heeft RITS best wat betekend.’

InteractieVeldsink is vanaf het begin betrokken bij RITS en heeft zich in het zweet gewerkt bij de verbouwing van het RITS-pand in Zutphen. Over een van zijn eerste projecten heeft hij een presentatie gehouden en ervoer RITS als verfrissend en stimulerend. ‘Het groene schouwpad was een van mijn eerste

projecten. Ik geloof zelf sterk in het nut van een dialoog. Je kunt reageren en er is zuivere interactie met elkaar. Aan de mimiek van iemand kun je zien hoe hij er echt over denkt.’ Veldsink praat liever. ‘Reageren op een forum is toch anders. Je kunt je verschuilen achter geschreven woorden. Ik heb geleerd om op een ander abstract niveau met zaken om te

Jong en oud komen met elkaar in contact bij RITS. Het platform faciliteert het leggen van nieuwe verbindingen. Jong en oud leren van elkaar.Aan tafel worden junioren Thomas Arts, projectleider optimalisatie & innovatie bij VolkerRail en Rien Veldsink, adviseur bij Movares vergezeld door Jelte Bos, een ervaren consultant bij Movares.

gaan. Ik heb veel contact met andere bedrijven en mensen verworven. Voor mijn persoonlijke ontwikkeling heeft RITS best wat betekend.’

Sinds RITS weet Arts beter waar zijn branchegenoten mee bezig zijn. ‘Ik heb een breder besef gekregen van waar mensen mee bezig zijn. Als ik iets wil, weet ik bij wie ik moet zijn. Dat maakt dat je sneller op de stoep staat bij iemand.’ Zo kwamen Arts en Bos in contact op een RITS-bijeekomst. Arts wilde een idee toetsen en vroeg Bos om hulp. Arts: ‘Als

Als nieuweling kon ik de ervaring van iemand als Jelte Bos goed gebruiken. Ik wilde samen eens naar innovatie kijken. Het bleek dat we los van elkaar al met projecten bezig waren maar sindsdien werken we samen.’

Concurrentie?Er heerst een open, informele sfeer bij RITS ondanks dat de partijen concurreren met elkaar. Bos waardeert de openheid bij RITS. ‘Je zit hier met concurrenten en collega bureaus. Het aardige is, voor iedere innovatie en situatie is er een ideale mix van partijen aanwezig waarmee je het beste kunt

samenwerken. Je vult elkaar aan omdat je al iets op dat gebied hebt gedaan. Ik zie ze niet als concurrenten en voel me geheel vrij.’

Arts is zich soms wel bewust van de concurrentie. ‘Toch let je er wel op,’ geeft Arts toe. ‘Er zijn projecten waar je het niet over mag hebben.’ Veldsink voelt zich vrij bij RITS maar stelt hij: ‘het zou fijn zijn om als bedrijf beter beschermd te zijn. Je gelooft in je product en investeert daarin. Als er dan groen licht gegeven wordt om een pilot uit te voeren, geeft men vaak aan het binnen één jaar vrij te geven op de markt. Daar gaat het mis want binnen een jaar kun je de investering nooit terugverdienen. De aanbestedingsregels conflicteren en dat is lastig.’ Bos voegt toe: ‘Je creëert dan inderdaad je eigen concurrentie. Wij hebben in het verleden wel eens geaarzeld om een idee bij het innovatieloket van ProRail in te dienen omdat de exclusiviteit niet was geborgd. Gelukkig is de regelgeving nu aangepast.’

Een lastig spel Innovatie blijft een lastig spel. ‘We bevinden ons nu op een goed punt,’ vindt Arts. ‘De doelstellingen van ProRail ondersteunen het innoveren en ik denk dat de innovatie een goede positie in de branche inneemt.’

Veldsink is gematigd enthousiast. ‘Het gaat goed maar op sommige vlakken zijn we er nog niet. Ik merk dat het traditionele denken soms nog in de weg zit. Sommigen denken slechts in de structuren die ze gewend zijn en hier past innovatie niet in.’ Innovatie kan conflicteren met de regelgeving en procedures van ProRail. Veldsink: ‘Soms gaat het over veel verschillende personen en meerdere vakgebieden waardoor je de business case niet sluitend krijgt. Het kost te veel tijd en geld.’ Bos haakt hier op in. ‘Met je innovatie moet je door bepaalde lagen van de organisatie heen. Ook kan er bij Asset Management spanning zijn tussen het streven naar standaardisatie enerzijds en innovatie anderzijds. Het goede is dan de vijand van het betere. Voor innovatie in de spoorsector is dikwijls een lange adem nodig..’

Als voorbeeld worden de dwarsliggers aangehaald die kabelkokers in het spoor overbodig maken; een innovatie die nog niet is vrijgegeven en slechts in één regio wordt toegepast. Vanuit de gebruikers is er veel animo maar het komt niet op de agenda voor toelating. Bos vertelt dat de spoorwegwereld de afgelopen 20 jaar flink is veranderd. Wat vroeger een organisatie was, is nu verdeeld over vele aannemers, ingenieursbureaus en ProRail. Nu de kennis en ervaring als het ware is versnipperd, is het belangrijk dat marktpartijen elkaar vinden. RITS helpt hierbij en helpt om de structuren binnen de branche beter te leren kennen.’

4948

Rien Veldsing Thomas Arts Jelte Bos

Page 26: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

In 2012 heeft RITS éen van haar netwerkdagen besteed aan het onderwerp Duurzaamheid en de CO2 ladder. De spoorsector heeft met de ontwikkeling van de CO2 ladder een belangrijk instrument aan de beweging in Nederland toegevoegd gericht op het bereiken van een duurzame samenleving. Een duurzame samenleving wordt echter door meer bepaald dan alleen CO2 reductie. ProRail zet met haar beleid dan nu ook breder in dan op CO2 alleen. Paul van der Voort heeft destijds het beleid nader binnen RITS toegelicht. Blijven staan is de toen gevoelde behoefte aan een sterker raamwerk voor duurzaamheidontwikkeling, waar alle partijen uit de branche bij zouden kunnen aanhaken. Zo’n benadering vond Gabby van Meer terug in de methodiek ‘The Natural Step’.

Om met deze methodiek vertrouwd te raken, hebben we deze methodiek eerst eens toegepast op het RTC project en het daarvoor bedacht gebouw. Dat was verfrissend en smaakte naar meer. Om die reden hebben we de RITS innovatiedag van September (RITS organiseert twee keer per jaar een innovatiedag als challenge!) in het teken geplaatst van duurzaamheid en de methodiek ‘The Natural step’. Op deze dag willen we met elkaar verkennen of deze methodiek ook kan worden toegepast op onze spoorsector en als het ware een idioom kan opleveren voor onze onderlinge communicatie over duurzaamheid. Aldus Gabby van Meer. Op internet is heel wat leuk illustratief filmmateriaal te vinden over the Natural step. Ga daar eens kijken. Onderstaand wordt de herkomst en inhoud van de methodiek nader uit de doeken gedaan.

The Natural Step is een not-for-profit organisatie die zich inzet voor training, advies en onderzoek in duurzame ontwikkeling. Sinds 1989 hebben we gewerkt met duizenden bedrijven, gemeenten, academische instellingen en not-for-profit organisaties die hebben bewezen dat het strategisch bewegen naar duurzaamheid leidt tot nieuwe kansen, lagere kosten, en een drastisch verminderde ecologische en sociale voetafdruk. The Natural Step is in 1989 opgericht door de Zweedse oncoloog dr. Karl-Henrik Robèrt. The Natural Step is wereldwijd vertegenwoordigd met kantoren in 13 landen en heeft een lijst van partners die een aantal van de meest vooraanstaande merken ter wereld voeren (o.a. IKEA, Nike, Scandic Hotels, InterfaceFLOR, Electrolux, Banco Real, Starbucks, ICI/Akzo Nobel, Alcoa, Panasonic) In de loop der jaren heeft The Natural Step een aantal prestigieuze onderscheidingen ontvangen, waaronder: Mikhail Gorbatsjov Millennium Award in 1999, The Blue Planet Award in 2000 (beschouwd als de ‘Nobelprijs voor het milieu’), en in 2005 werd dr. Robèrt vereerd met de eerste laureaat Medal for Social Responsibility, afgegeven door het nieuwe Global Centre for Leadership en bedrijfsethiek. In 2006 werd onze e-learning cursus bekroond met de Zilveren Medaille Brandon Hall for Excellence in Learning, en in 2007 werd The Natural Step op de shortlist voor de prestigieuze Alcan Prijs voor Duurzaamheid geplaatst.

The Natural Step zet zich in voor capaciteitsontwikkeling, advies en onderzoek naar de wetenschap van duurzaamheid en het koppelen daarvan aan de toepassing in de praktijk en de ontwikkeling van tools. The Natural Step werkt met mensen binnen organisaties om weloverwogen beslissingen te nemen en vooruitgang te creëren door de dialoog te faciliteren over de vele uitdagingen en kansen waar we tegenaan lopen in de transitie naar een duurzame samenleving.

Rits en duurzaamheid

The Natural Step

50 51The Natural Step

Page 27: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

‘Vaak wordt ons de vraag gesteld wat RITS wil bereiken, wanneer zij succesvol genoemd kan worden en hoe zij de toekomst ziet. Deze vragen zijn goed en houden ons scherp. Het antwoord op de vraag is echter van een andere orde dan dat van bedrijven in de sector, wanneer aan hen die zelfde vraag gesteld wordt. Geen appels met peren vergelijken dus om ook maar eens een spreuk te gebruiken. RITS wordt dan wel eens vergeleken met de bedrijven in de sector. RITS is echter geen bedrijf maar een netwerk. Van bedrijven verwachten wij, als we daarop het Rijnlands denken voor gezonde organisaties op los laten, dat zij zich houden aan; hun ‘license to operate’, hun ‘duty to perform’ en de ‘opportunities to contribute’. Dat mag ook van RITS verwacht worden’.

Managen van verwachtingenHoe pakt dit dan voor RITS uit? Deze begrippen kun je toch ook op RITS toepassen?

‘Praktisch betekent dit dat RITS ook haar positie moet kennen. RITS verschaft geen goedkeuring aan verbetervoorstellen en werkmethoden in de sector. Dat is aan de bedrijven of het nu ProRail of certificerende instanties zijn. Dat geldt ook voor de ingenieursbureaus en aannemers, waar het hun eigen werkaanpakken betreft. RITS heeft geen ‘duty to formulate the sector policy’. Dat is aan ProRail. RITS beschikt niet over grote onderzoeksbudgetten, die behulpzaam kunnen zijn bij ‘the opportunity to contribute’. RITS is dan ook geen opdrachtgever van spoorinfra werkzaamheden voor partijen in de sector. Van RITS mag verwacht worden dat zij door de netwerkactiviteiten professionals en managers helpt hun weg te vinden in deze complexe sector. En te ontdekken wie wie is.

Wat betreft RITS’s ‘duty to perform’ mag verlangd worden dat zij de juiste thema’s op tafel krijgt. Dat zij vraagstukken weet te koppelen aan de behoeften van de partners. Vanzelfsprekend moeten de RITS activiteiten goed georganiseerd zijn en energie geven. Zo draagt RITS bij aan

begrip, prestaties en verbetering in de sector. Zij kan het echter niet afdwingen. Bedrijven en leden van RITS blijven daarin primair zelf aan zet en verantwoordelijk.

Waar meet jij het succes van RITS aan af en hoe wordt dat beleefd?

‘De successen van RITS zijn wat mij betreft; acceptatie van RITS in de sector, de hoge en trouwe opkomst van leden aan RITS activiteiten, de geanimeerde sfeer binnen RITS, de grote bereidwilligheid van deskundigen inleidingen te verzorgen, de productieve kennisoverdracht en de vorming van professionals, succesvolle bijdragen aan het lostrekken van problemen en het vinden van oplossingen, rechtvaardigen volop het bestaan van RITS.

Sommige werkgroepen van RITS zullen daarbij successen boeken, andere zullen wellicht niet tot succes komen. Ook dat is onderdeel van innovatiemanagement. Je kunt niet altijd scoren. Daar kun je ook van leren. Zeker bij lastigere thema’s is RITS de uitgelezen plek om ze bespreekbaar te maken. Dat dit alles tijd vraagt is duidelijk. Innovatie en verandering in onze sector zijn gecompliceerd, al is het alleen al door wetgeving en meerjarige budgettering en contracten. Keulen en Aken zijn ook niet op 1 dag gebouwd.

2011 en 2012 waren voor RITS in feite zwangerschap en het eerste levensjaar. We zijn dus nog maar net een dreumes en worden in 2014 een peuter. Voor RITS moet je naar mijn mening niet met een tijdlat van 2 of 3 jaar rekenen. Hoewel ik niet van de Franse slag hou, zou een 6 jarige regeringstermijn wel een eerste relevante periode zijn. In 2016 moeten we maar eens fundamenteel evalueren’.

Prioriteiten in de toekomst

Is het RITS netwerk nu klaar en uitgebouwd?

‘Nee zeker niet. Er zijn nu zo’n 150 mensen bij RITS op bezoek geweest en in de kern participeren zo’n 50 professionals. Dat is slechts een deel van de relevante groep die in de sector betrokken is bij verbetering en innovatie. In de toekomst willen we nog meer ‘blauwe en witte borden professionals‘ uit onze sector betrekken naast de managers en huidige vakspecialisten. Dat vraagt wat ons betreft twee zaken. Ten eerste willen we in het najaar van 2013 RITS nadrukkelijker in de aangesloten bedrijven gaan presenteren. Onder andere met behulp van dit bulletin. Ten tweede willen we RITS versterken door het opzetten van een netwerk van kennistafels of ook wel Community of practises genoemd, aan RITS te koppelen. Deze groepen kunnen structureel rond bijvoorbeeld systeemcomponenten op een nog meer specialistisch niveau de prestaties en problemen in de praktijk helpen oplossen. Sommige tafels zullen een meerjarig bestaan kennen, anderen zullen wellicht tijdelijk als werkgroep aan een thema werken. RITS wil in 2014 daar verder op inzetten.

RITS streeft er verder naar haar ledenbestand geleidelijk uit te breiden. BAM en Railpro hebben zich in 2013 bij RITS aangesloten en participeren actief. Met de toetreding van nog enkele spooraannemers en ingenieursbureaus hopen we onze sector dekkingsgraad verder te verhogen van zeg 80% naar 90%. Inmiddels heeft ook de TU in de persoon van onze enige spoorhoogleraar Rolf Dollevoet zich gemeld als aspirant lid van RITS. Dat juichen we erg toe. Dat zal onze mogelijkheden om aan onderwerpen ook wetenschappelijk onderzoek te koppelen vergroten.

RITS is goed gestart, maar zo als het spreekwoord zegt ‘één zwaluw maakt nog geen zomer’. Hoe weeg jij het succes af van RITS en wat zijn wat jou betreft de criteria waarop je RITS wel en niet zou moeten beoordelen? vroegen wij aan Gabby van Meer, voorzitter van RITS. We stelden hem een aantal prangende vragen over de toekomst van RITS, waarop hij pakkend en helder antwoordt. Waarvan acte!

5352

Eén zwaluw maakt nog geen zomer

RITS, succes en toekomst.

Page 28: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

De sector is nog al aan het vergrijzen. Hoe zit het met de betrokkenheid van jonge professionals en krijgen zij aandacht binnen RITS?

‘Binnen RITS nemen een aantal jonge professionals vanaf het eerste uur deel. Zij vallen niet alleen op door hun jonge uiterlijk, maar ook door hun bevlogenheid en openheid vaste gedragspatronen ter discussie te stellen. Dat gebeurt met een frisheid, die we graag stimuleren. RITS zal daarom in het najaar ook de groep ‘Jong RITS’ van de grond trekken. Het is nadrukkelijk de bedoeling dat we de jonge professionals willen faciliteren elkaar in de bedrijven te ontdekken en hen zo kansen te bieden elkaar te inspireren, van elkaar te leren en hun eigen netwerken in de sector te gaan opbouwen’.

Vaak horen we dat praten over verbeteringen in praktische zaken wel aardig is, maar dat in essentie de situatie in de sector niet zal veranderen. Hoe zie jij dit?

‘We onderkennen dat het van belang is de sector ‘innovatie vriendelijker’ te maken. RITS heeft in 2011 en 2012 een aantal relevante randvoorwaardelijke onderwerpen op netwerkdagen om die reden besproken. Te denken valt aan; het getoetst krijgen van innovaties middels het USP proces, zicht krijgen op de relatieve toegevoegde waarde van een innovatie ten opzichte van bestaande opties middels een Maatschappelijke Kosten Baten Analyse (MKBA methode), innovatie ruimte geven door alternatieve gunningscriteria (anders dan vooral gaan voor de laagste prijs), duidelijkheid over acceptatie van innovaties (change proces), ruimte hebben voor beproeving van ideeën (testfaciliteiten). In een aantal gevallen heeft dat tot aanpassingen geleid in werkwijzen en is het een aanzet geweest tot aanvullende maatregelen. Ook in de komende jaren zullen we waar mogelijk als RITS blijven bijdragen aan verdere verbeteringen in randvoorwaardelijke zin en zullen we niet schromen om waar nodig de luis in de pels te zijn. Dat mag van ons ook verwacht worden’.

Zit de sector niet veel te wachten op standaardisatie in plaats van innovatie?

‘Hier en daar wordt of werd ook gedacht dat de sector eigenlijk helemaal niet op innovatie zit te wachten, maar dat juist standaardisatie en het invoeren van een beperkt aantal basis infrasystemen een enorme sprong voorwaarts zal brengen. Innovatie leidt immers in de beleving van velen vaak alleen maar tot meer oplossingen voor specifieke situaties. Dit debat heeft klip en klaar opgeleverd dat innovatie juist ook ingezet kan worden om betere producten te ontwikkelen, die in veel meer situaties robuust en toepasbaar zijn. In dat kader hebben we met Ruurd Tissing een dag georganiseerd over de ‘Ideale wissel en een innovatiesprong in wissels’.

Begin 2012 zijn jullie met de 10 prioriteiten van Bart Smolders aan de slag gegaan. Hoe zie je de ijking van RITS onderwerpen in de toekomst aan het beleid van ProRail?

‘Vooropgesteld dat voor RITS het beleid van ProRail input is naast dat van haar leden en dus niet gelijk samen valt met het ProRail beleid, vinden we daarop afstemmen en samen RITSEN wel belangrijk. Begin 2014 willen we ook opnieuw met de ProRail directie de 10 prioriteiten voor de komende periode 2014 – 2015 bespreken en daarmee de 10 prioriteitenlijst van 2012 herijken’.

RITS werkt mee aan het RTC. Gaat RITS op termijn in het RTC op?

‘Aan het tot stand komen van het Rail Technologie Centrum (o.a. testfaciliteiten) zal RITS in 2014 – 2015 inderdaad actief gaan bijdragen, want het biedt onder andere veel test en ontwikkelfaciliteiten en zal de sector goed op de kaart zetten en daarin zal RITS in de toekomst een plek krijgen. Toch zien we RITS daarin niet opgaan, maar een herkenbare identiteit behouden en partner zijn binnen het RTC. Dat zal ook hoogstwaarschijnlijk gelden voor het RIO als opleidingsinstituut’.

Hoe zie je de nabije toekomst tenslotte?

‘Voorlopig staat het RTC er nog niet en zal RITS vanuit haar thuishonk te Zutphen haar bijdrage blijven leveren aan de ontwikkeling van de sector. De RITS kleuren in het RITS logo en de vorm van het logo doen mij soms ook denken aan een regenboog met zijn veelkleurige boodschap van hoop.

Dat is ook wat RITS is. Mensen inspireren en helpen toegevoegde waarde te leveren aan de spoorsector, die op haar beurt bijdraagt aan belangrijke en voor allen toegankelijke groene mobiliteit’.

5554

RAILINNOVATIEFTECHNISCHESAMENWERKING

Page 29: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken
Page 30: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

58

Colofon:

RITS MAGAZINE is een uitgave van Rits

Concept en vormgeving: Victor Notermans / Notermans Enterprises

Paul Tameling / Delta Focus

Tekst: Roos Haasnoot, Else De Kwaasteniet, Paul Tameling

Fotografie: Victor Notermans pag. 13, 14, 15, 16, 17, 18, 24, 26, 28, 29, 47, 48, 30, 32, 45, 47, 48.

Stockfoto’s: pag. 8, 20, 23, 25, 33, 51, 52, 53, 56.

Beeldbewerking: Victor Notermans pag. 1, 34, 36, 41, 43.

Illustraties: Victor Notermans pag. 4

Met dank aan alle geïnterviewden.

Page 31: Magazine - Bereikbereik.eu/wp-content/uploads/2013/12/Rits-magazine.pdf · 2013-12-01 · we bedrijven steeds meer samen innoveren. Men durft over de grenzen van het bedrijf te kijken

Rits net