Machinedemo onkruidbestrijding in biologisch graan

Vrijdag 31 maart 2017

14u, Moeskroen

2

1 OK-NET ARABLE: EUROPEES PROJECT BRENGT

THEORIE EN PRAKTIJK BIOLOGISCHE

LANDBOUW SAMEN

BioForum Vlaanderen en Inagro zijn blij dat ze het OK-Net Arable-project kunnen voorstellen. Dat brengt boeren, bedrijfsadviseurs en onderzoekers uit heel Europa met elkaar in contact om kennis uit te wisselen. Uiteindelijke doel? Een productievere biologische landbouw. Biologische landbouw vraagt veel kennis en vaardigheden, maar al bij al wordt er weinig van die nodige kennis gedeeld. In Vlaanderen proberen we daar al enkele jaren iets aan te veranderen. De Biobedrijfsnetwerken en het Vlaams Biokennisnetwerk zijn mooie voorbeelden van hoe boeren reeds actief onderzoek aansturen en samen met onderzoekers aan de slag gaan. Die ervaring werpt nu zijn vruchten af. BioForum Vlaanderen heeft een grote rol gehad in een soortgelijk project op Europees niveau: OK-Net Arable. Dat wil boer, adviseur en onderzoeker bij elkaar brengen. Zo kan theorie meteen aan de praktijk getoetst worden en vice versa. Daarnaast ontstaat er ook een Europees netwerk van boeren die onderling ook ervaringen kunnen uitwisselen. Tot slot is er ook de ambitie om deze kennis met alle boeren te delen via een online kennisplatform www.farmknowledge.org , waar ook ruimte voor discussie is. Het project focust zich in de eerste plaats op akkerbouw en groenteteelt. IFOAM EU coördineert het project, dat tot stand komt met 17 partners uit 13 verschillende Europese landen. Het is een van de eerste vier zogenaamde 'thematische netwerken' die vallen onder het Europese partnerschapprogramma EIP-AGRI. De financiering gebeurt via Horizon 2020, Europa's belangrijkste platform om onderzoek en innovatie te ondersteunen. Het project wordt gecoördineerd door IFOAM EU en voor Vlaanderen zijn BioForum Vlaanderen en Inagro partners. Meer info vind je www.ok-net-arable.eu . Meer info? Inagro vzw – Lieven Delanote E lieven.delanote@inagro.be T 051 27 32 50 BioForum Vlaanderen - An Jamart E an.jamart@bioforumvl.be T 0487 90 51 05 This project has received funding from the European Union’s Horizon 2020 research and innovation programme under grant agreement No. 652654.This communication only reflects the author’s view. The Research Executive Agency is not responsible for any use that may be made of the information provided.

3

INHOUD

1 OK-NET ARABLE: EUROPEES PROJECT BRENGT THEORIE EN PRAKTIJK BIOLOGISCHE LANDBOUW SAMEN ..................................................... 2

INHOUD ........................................................................................................................................................... 3

2 PROGRAMMA .............................................................................................................. 4

3 BIOLOGISCHE GRANEN .......................................................................................... 4

4 WIEDEG KLASSIEK .................................................................................................. 5

5 WIEDEG GEVEERD ................................................................................................... 6

6 LEPELWIEDER – ‘HOUE ROTATIVE’ ................................................................... 7

7 ROTERENDE WIEDEG – ‘ROTO-ÉTRILLE’ ........................................................ 8

8 SCHOFFELMACHINES .............................................................................................. 9

9 ONKRUIDMAAIER – ‘ÉCIMEUSE’ ....................................................................... 10

10 CONTACTGEGEVENS DEMONSTRANTEN – VERDELERS ...................... 11

11 PROEF EFFECTIVITEIT ONKRUIDBESTRIJDING ...................................... 12

12 BEHEERSING VAN BLADLUIZEN EN GRAANHAANTJE........................... 13

13 AFZET BAKTARWE .............................................................................................. 14

14 AANKOMENDE ACTIVITEITEN ........................................................................ 16

4

2 PROGRAMMA

Introductie onkruidbeheersing in biologische graanteelt Voorstelling en demonstratie van diverse machines (Carré, Treffler, Einböck, Combcut):

klassieke wiedeg

geveerde precisie-wiedeg

rotatieve wiedeggen (‘houe rotative’ en ‘roto-étrille’)

schoffelmachines voor graanteelt

selectieve onkruidmaaier Toelichting bij de effectiviteitsproef onkruidbestrijding

3 BIOLOGISCHE GRANEN

Granen zijn het gewas bij uitstek op een biologisch akkerbouwbedrijf, maar spelen ook hun rol in rotaties met groenten of voedergewassen. Er zijn, naast de vraag naar inlandse bakgranen zoals tarwe en spelt, ook mogelijkheden om triticale of mengsels van granen en erwten/ veldbonen te leveren aan biologische veehouders of veevoederbedrijven. In de tweede helft van maart wordt een onkruidbestrijding opnieuw mogelijk op veel wintergraanpercelen. In de biologische landbouw doet de klassieke wiedeg doorgaans prima werk in granen. Voor minder optimale bodemomstandigheden zijn er op vandaag nieuwe opties. Vandaag demonstreren we deze machines in het veld.

Meer weten? Je kunt terecht bij:

Bio zoekt Boer

Sander Van Haver, sander.van.haver@biozoektboer.be , T 0470 26 66 60 Algemene info i.v.m. omschakeling en wetgeving

Bio zoekt Keten

Paul Verbeke, paul.verbeke@bioforumvl.be , T 0497 42 93 68 Info i.v.m. ketenwerking en marktvragen

Inagro

Lieven Delanote, lieven.delanote@inagro.be , T 0479 53 70 87 Erkend bio-adviseur, omschakeling bio en technisch advies akkerbouw-groenten

BioForum Vlaanderen

An Jamart, an.jamart@bioforumvl.be. T 0487 90 51 05 Algemene ondersteuning biologische producenten

5

4 WIEDEG KLASSIEK

Doel - werking

De wiedeg is op biologische bedrijven een basiswerktuig voor de onkruidbestrijding. Hoewel het mogelijk is om de tanden boven de gewasrijen op te trekken, wordt in principe volvelds gewerkt. Hierdoor is er ook een werking in de rij. Door de slepende en trillende werking van de wiedegtanden worden kiemende onkruiden losgetrokken. Tegelijk is het uiteraard de bedoeling dat geplante of gezaaide gewassen blijven staan. De wiedeg werkt bijgevolg op een verschil in beworteling (stevigheid en diepte) tussen het onkruid en het gewas.

Wiedeggen in granen kan gebeuren vanaf het eerste uitstoelingsstadium tot het moment dat het gewas zich gaat oprichten. Vaak zijn meerdere bewerkingen nodig, afhankelijk van de onkruiddruk en de bodemgesteldheid (korstvorming).

Toestel in demo: Sarclerse 12m (Carré - Steeno)

De Sarclerse is een 3-punts gedragen werktuig, dat gebruikt wordt voor alle tussenrijafstanden of volleveldse gewassen. Hoofdzakelijk wordt de machine gebruikt voor maïs en voor graangewassen. De Sarclerse kan tevens voor andere gewassen worden gebruikt, zoals bieten, chicorei, bonen, …

Tevens draagt de Sarclerse bij tot het verluchten van de bodem, en de aangekoekte bodem los te werken. Met een werksnelheid tot 15km/h, zal de wiedeg de meerderheid van gekiemde onkruiden vernietigen, zonder daarbij het gewas te beschadigen.

Werkbreedtes zijn verkrijgbaar van 1.5 tot 24m. Benodigd vermogen beperkt zich tot 6 à 10 pk per meter werkbreedte.

Kenmerken:

5 rijen tanden

Tanden beschikbaar van Ø7x430, Ø 7x530 en Ø 8x530

De tanden zijn dubbele tanden

Om de 25mm passeert er een tand (pas van 25mm)

Standaard uitgerust met regelbare steunwielen

Regelbare agressiviteit d.m.v. een hendel, of hydraulisch in optie.

Scharnierpunten zijn gemonteerd met vervangbare slijtbussen

Machine kan optioneel uitgerust worden met een pneumatische zaaimachine en een nivelleerplaat. Deze wordt dan gebruikt als weideregenerator.

6

5 WIEDEG GEVEERD

Doel - werking

De wiedeg werkt op een verschil in beworteling (stevigheid en diepte) tussen het onkruid en het gewas. Naarmate de afstelling en de bodemvolging beter is, kan scherper op dit verschil gewerkt worden en is een hogere efficiëntie mogelijk. Bij groenteteelten komt de klassieke wiedeg op deze punten vaak net iets te kort. Treffler herdacht enkele jaren terug de wiedeg grondig. De wiedeg werkt ook bij oneffen bodem met een constante tanddruk die vanop de tractor in te stellen is. De meerwaarde in biologische groenteteelten is al aangetoond.

Wiedeggen in granen kan gebeuren vanaf het eerste uitstoelingsstadium tot het moment dat het gewas zich gaat oprichten. Vaak zijn meerdere bewerkingen nodig, afhankelijk van de onkruiddruk en de bodemgesteldheid (korstvorming).

Toestel in demo: Wiedeg TS 9m (Treffler)

Reeds 15 jaren nu is de wiedeg van de fa.

Treffler een klasse apart. Elke tand van deze

eg volgt de bodem met gelijkblijvende

spanning. Hierdoor overal een gewenst

resultaat, ongeacht of het land al dan niet

vlak ligt. Ook teelten op ruggen zijn prima te

eggen. Met een hydraulische cilinder is vanaf

de trekker de veerdruk traploos instelbaar.

De Treffler eg is er van 80 cm tot 16,2 meter.

Talloze uitvoeringen zijn op wens leverbaar.

Met Man@Machine stemt de boer de

perfecte machine af.

Kwaliteiten TS serie:

Gelijkblijvende tanddruk bij variabele hoogte van te bewerken grond, ideaal voor

eggen van ruggen, geen verschil onderin of bovenop de rug.

Instelling van de veerdruk, al dan niet vanaf de trekker via hydrauliek

Tanden 50 cm lang, ook hoge gewassen nog volop te eggen

Grote werkbreedtes over meerdere velden, afgestemd op teeltsystemen

Leverbaar met hardmetalen tanden voor constant scherpe tanden

Leverbaar met intra-veren, voor subtiele startfase van eggen

Leverbaar met diverse tandhoeken, afhankelijk van grondsoort en gewas

7

6 LEPELWIEDER – ‘HOUE ROTATIVE’

Doel - werking

De lepelwieder (rotatieve wiedeg of houe rotative) haakt met kleine lepeltjes in de korst. Door de rijsnelheid worden de grond en het onkruid na de machine opgeworpen. Deze machine wordt in Frankrijk courant gebruikt voor mechanische onkruidbestrijding in granen.

Toestel in demo: Carré Rotanet (6m)

De Rotanet is een werktuig dat wordt gebruikt om verharde bodems los te werken, met daarbij een extra aspect van onkruidbestrijding, zonder het gewas aan te tasten. Ze kan worden gebruikt op mais, graangewassen, bieten, bonen, … Typisch aan deze machine is dat ze de indruk geeft alles te vernietigen, maar na enkele dagen zien we dat het gewas zich duidelijk sterk kan doorontwikkelen door de verluchte bodem. Werksnelheid: gemiddeld 15 km/h. Werkbreedtes van 3m tot 10m. De machine bestaat uit een star of opklapbaar chassis, waar de elementen worden opgebouwd:

Elementen van het type YETTER, met Ø van 20mm voor de vingers

Elk element heeft een Ø van 540mm, bestaande uit 16 lepels van 2 cm breed

Ieder element is apart afgeveerd om een perfecte bodemvolging te hebben, en het gewas zo weinig mogelijk te beschadigen.

Ruimte tussen elementen is 87 mm voor een maximum effect van het loswerken van de bodem.

2 types van veren voor de ophanging : Ø 7mm of Ø 8mm, in functie van de bodem en de gewenste agressiviteit

De machine is standaard uitgerust met 1 set regelbare steunwielen.

Standaard voor volleveldsgewassen, of indien gewest, met tussenrijafstanden om tussen hoger ontwikkeld gewas te werken.

8

7 ROTERENDE WIEDEG – ‘ROTO-ÉTRILLE’

Doel - werking

Net als bij de lepelwieder of ‘houe rotative’ haken bij de ‘roto-étrilleuse’ roterende wielen in de grond. Door de schuine opstelling zijn de wielen zelfaandrijvend en hebben de tanden een zijdelingse werking.

Toestel in demo: Einböck Aerostar Rotation (6m) (tekst Reesink RTH)

Deze machine, met roterende tanden, moet als alternatief dienen voor de wiedeg met vaste tanden. De Aerostar-Rotation is een nieuwe ontwikkeling van Einböck die in 2015 is geïntroduceerd. Uniek zijn de roterende tanden. De machine heeft minder kans op vollopen door gewasresten omdat de roterende tanden er overeen rollen. Door de roterende tanden komt het losgewerkte onkruid in beweging waardoor het zand er vanaf geschud wordt. De eerste gebruiker van de Aerostar-Rotation was op zoek naar een machine om oppervlakkig onkruid te bestrijden op bloembollenland. Belangrijk is dat de machine niet te diep werkt omdat anders de opkomende bollen worden beschadigd. Het resultaat van de Aerostar-Rotation is bijzonder goed. Het onkruid wordt netjes losgewerkt en de bollen blijven onaangetast. De capaciteit van de 6 m machine is ook opvallend hoog. Toch kan hij door en kleine trekker van 100 pk goed gedragen worden. Het streepje midden achter de machine kan voorkomen worden door een extra optioneel element. Sebastiaan Volkmann (Reesink RTH): "De Einböck Aerostar Rotation combineert de voordelen van een wiedeg en een rijenfrees. Door de draaiende sterwielen wordt het onkruid ontworteld en ontdaan van grond. De machine is ook inzetbaar bij gewassen in een later groeistadium. Het draaiende sterwiel trekt geen planten met zich mee maar laat deze los. Door de schuine positie van de sterwielen wordt ook de grond in de rij bewerkt."

9

8 SCHOFFELMACHINES

Doel - werking

Doorlevende onkruiden of onkruiden die te groot zijn, kan men aanpakken met een schoffel tussen de rijen. Als de onkruiddruk mogelijk hoog is, houdt men hier bij de zaai al rekening mee door een ruimere rijafstand te kiezen. Schoffelen heeft ook het voordeel dat het de winterkorst breekt en dit een mineralisatiestoot geeft.

Toestel in display: camera-gestuurde schoffel 6m (Carré)

De aanwezige schoffel bestaat uit een schoffelmachine (ECONET) en de camerasturing (PRECICAM). De schoffelmachine heeft 12 elementen die op 45 cm rijafstand schoffelen. Gemonteerd staat het ‘bio-element’ maar ook andere types zijn verkrijgbaar, die schoffelen met een minimale rijafstand vanaf 20 cm. De Précicam functioneert als tussenbok tussen tractor en schoffelmachine. De camera herkent de gewasrij en stuurt de schoffelmachine aan met een side-shift. Dit maakt automatisch en precies schoffelen tot op 3 cm van de gewasrij mogelijk. Het systeem kan overweg met rijsnelheden tot 15 km/u.

Toestel in demo: graanschoffel TH 3m (Treffler) Treffler heeft ook meerdere schoffelmachines in het assortiment. Zij kenmerken zich door eenvoud en praktische bruikbaarheid, zonder dure parallellogrammen. De basis van de machine is de veertand die ook wordt gebruikt voor de lichte Treffler cultivator. De lengte, de buigzaamheid en de positie evenaren de werkzaamheid van een parallellogram, terwijl de instelling zeer eenvoudig is. In Moeskroen toont Man@Machine de graanschoffel, een première!

10

9 ONKRUIDMAAIER – ‘ÉCIMEUSE’

Doel - werking

Deze onkruidmaaier glijdt met overlappende messen doorheen de toplaag van gewassen als granen of gras. Onkruiden worden afgesneden en uitgeput. De selectiviteit is dus gebaseerd op de buigzaamheid van de plantdelen. Voor een goede werking is voldoende snelheid vereist. De snel roterende nylon kammen dragen hiertoe bij door de onkruidstengels langs de messen te slaan.

Toestel in display: onkruidmaaier 6m (CombCut) (tekst Heerema Agri-Service) Deze machine bestrijdt het onkruid in volveldse gewassen. Geschikt voor gebruik in grasland en ook in veel akkerbouwgewassen. Door de kammen met vaste messen snijdt de machine het onkruid uit het gewas. De CombCut is bedacht door een Zweedse biologische agrariër. Hij zocht een methode om distels en brandnetels efficiënt en duurzaam aan te pakken. Door dit soort ongewenste gewassen met een scherp mes af te snijden blijven de stammen van de planten staan en staat de kern van de stam open naar de hemel waardoor regen- en/of dauw water in de stam kan lopen naar de wortels toe. Hierdoor verrot de plant van binnenuit. Dat was dan ook de basisgedachte achter de CombCut. Een statisch werkende machine die door de top van het cultuurgewas “kamt” en die alles wat een andere structuur dan het cultuurgewas heeft afsnijdt. De stammen blijven dan open staan, de ongewenste gewassen krijgen minder zonlicht en bovendien krijgen ze geen kans om zaad te gaan schieten, dus put de CombCut de onkruiden uit. De CombCut® heeft inmiddels in veel gewassen zijn nut bewezen, zowel in grasland als ook in granen, bijvoorbeeld om ridderzuring, distels, brandnetels en herik af te snijden. Ook is de machine zeer efficiënt ingezet tegen aardappelopslag in diverse gewassen. Groot verschil met een weilandbloter in grasland is dat u met deze machine selectief kunt werken.

11

10 CONTACTGEGEVENS DEMONSTRANTEN –

VERDELERS

Carré

Kristof Borgenon Steeno NV Tel: 0032-56 77 70 01 Oudenaardestraat 45 Gsm: 0032-475 782 321 B-8570 VICHTE Fax: 0032-56 77 77 00 Website: www.steeno.be Mail: Kristof@steeno.be

Treffler

Jos Pelgröm Man@Machine Molenstraat 4 Gsm: 0032 6 30 03 51 23 4364 AA Grijpskerke Mail: info@manatmachine.com Nederland Website: manatmachine.com

CombCut

Reinder Steenbergen Heerema Agri-Service Molenkamp 19 Gsm: 0032 6 31 95 08 54 9473 TP De Groeve mail: reinder@agri-service.nl Nederland Website: www.agri-service.nl Jean-Marie Velghe (demo) Rue de l'Epinette 29 Tel: 069 77 02 51 7604 Baugnies

Einböck

Etienne Rigot Rue de Viemme 49 Tel: 019 54 56 41 4300 Waremme Gsm: 0475 327200

12

11 PROEF EFFECTIVITEIT ONKRUIDBESTRIJDING

Perceel

Voorteelt: vroege aardappel 30 oktober geploegd, 31 oktober GPS-zaai (rotoreg met packerrol) op 12,5cm rijafstand Wintertarwe gezaaid aan 140 kg/ha

Doel

In de biologische landbouw doet de klassieke wiedeg doorgaans prima werk in granen. Voor minder optimale bodemomstandigheden zijn er op vandaag nieuwe opties. Met het drogende weer is op het proefveld een zeer harde korst ontstaan. Er wordt getest met welke toestellen en combinaties in deze omstandigheden een goede onkruidbestrijding gebeurt.

Let bij het resultaat op:

Effectiviteit onkruidbestrijding

Verkruimeling toplaag

Gewasschade

Nog andere verschillen gezien? Laat het ons weten!

Proefplan

Contact

Karel Dewaele 051 27 32 58 karel.dewaele@inagro.be

proef niet te betreden

rood lintproef, wel te betreden

PROEF: GANGNUMMER

eerste passage lepelw.↓ roto-étr. ↓ lepelw.↑ roto-étr.↑ lepelw.↓ roto-étr.↓ wiedeg TS ↓

tweede passage wiedeg↓ wiedeg TS ↓ wiedeg↑ wiedeg TS↑ wiedeg ↑

derde passage wiedeg↓ wiedeg↓

121 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 1913 14 15 16 17 18

13

12 BEHEERSING VAN BLADLUIZEN EN

GRAANHAANTJE

Begin 2015 startte Universiteit Gent samen met Inagro en Bodemkundige Dienst van België

een nieuw onderzoeksproject om bladluizen en graanhaantjes in de graanteelt beter te

beheersen. Geïntegreerde bestrijding (IPM) steunt op monitoring, preventieve

beheersingsmaatregelen en een integratie van verschillende bestrijdingstechnieken. Het

monitoren is primair om te beslissen of een bestrijding al dan niet verantwoord is. Samen

met schadedrempels zijn ze de bouwstenen voor een goed waarschuwingssysteem. Voor het

graanhaantje bestaat dit momenteel nog niet in Vlaanderen.

Als resultaat van het project beogen de onderzoekers tegen 2018 een webtool te

ontwikkelen dat de schade door bladluizen en graanhaantje kan voorspellen en de

landbouwer waarschuwt indien nodig. Hiervoor volgen de onderzoekers gedurende vier jaar

meer dan 30 graanpercelen verspreid over Vlaanderen op. Uit de resultaten zal inzicht

verworven worden in de populatiedynamiek van de beide plaaginsecten en zullen

schadedrempels worden bepaald. Het vernieuwende in het project is dat de schadedrempel

ook rekening zal houden met de aanwezigheid van natuurlijke vijanden in het gewas.

Om de druk van het graanhaantje en de bladluizen in de tarweteelt op te volgen, voert

Inagro wekelijks waarnemingen uit op 17 percelen in West- en Oost-Vlaanderen. We tellen

daarbij niet alleen eitjes, larven of imago’s van die twee plagen, maar ook hun natuurlijke

bestrijders.

Dit onderzoek kadert in het IWT-LA-project "Ontwikkeling van IPM-tools voor de beheersing

van bladluizen en graanhaantje in de graanteelt", uitgevoerd door Universiteit Gent, Inagro

en Bodemkundige Dienst van België.

Contact

Femke Temmerman (Inagro)

051/27 32 53

femke.temmerman@inagro.be

14

13 AFZET BAKTARWE

Ontwikkeling van een keten voor biologische bakgranen in Vlaanderen

Op het biologische landbouwbedrijf is de teelt van graan belangrijk in de vruchtwisseling. Het grootste deel van het biologische bakgraan wordt echter ingevoerd uit Oost-Europa, Frankrijk en Canada. Toch is er een toenemende belangstelling van consumenten voor producten van lokale herkomst. De teelt van biograan met voldoende bakkwaliteit is haalbaar in Vlaanderen, maar vereist in sommige gevallen een aangepaste verwerking door het voedingsbedrijf. De voorbije jaren werden diverse initiatieven gerealiseerd om een meerwaarde te creëren voor de biologische graanketen in Vlaanderen. In het kader van het Action Lab project ‘Ontwikkeling van een keten voor biologische bakgranen in Vlaanderen’ willen we de keten van het “Belgisch biobrood” verder ontwikkelen en opschalen door een meer intense samenwerking doorheen de keten, door meer biologische landbouwers te betrekken en het graanvolume te verhogen. Volgende activiteiten zijn voorzien:

Bedrijfszekere productie (aanbod en kwaliteit) Inagro legt in 2017 een proef aan voor rassenkeuze en bemestingsstrategie. De partners analyseren de kwaliteitsparameters voor malen en bakken analyseren. De resultaten worden onderling besproken.

Alternatieven zoeken en ontwikkelen, voor bakwaardige tarwe met matige kwaliteit, die een meerwaarde bieden tov voedergraan We willen onderzoeken welke alternatieve mogelijkheden er zijn voor granen met een matige kwaliteit (bv. pannenkoeken, wafels, koekjes, pasta enz…).

Motiverende en concurrentiële graanprijs We onderzoeken of er een model opgemaakt kan worden dat resulteert in een graanprijs die motiverend is voor de graanteler, maar tegelijk ook concurrentieel voor de verwerker en de detailhandel.

Sectoroverleg In 2017 organiseren we een sectoroverleg met alle actoren in de keten van het biologische graan (telers, molenaars, mouterij, bakkers, distributie, onderzoek, enz….).

Communicatie naar geïnteresseerde biolandbouwers

Communicatie naar consumenten We willen consumenten bewust maken van het belang van een regionale teelt van (bak-)granen en de mogelijkheid om dit te ondersteunen door de aankoop van graanproducten van regionale herkomst. We voorzien een website, een kortfilm, een Open Bedrijvendag, …

Meer info Paul Verbeke: 0497 42 93 68 – paul.verbeke@bioforumvl.be

15

14 INAGRO – AFDELING BIOLOGISCHE PRODUCTIE

Inagro - afdeling biologische productie verzorgt praktijkgericht onderzoek en voorlichting voor de biologische akkerbouw, groenteteelt in open lucht en voederteelten. Belangrijke trefwoorden in het onderzoeksprogramma zijn onkruidbeheersing, rassenonderzoek, ziekte- en plaagbeheersing, bodemvruchtbaarheid, teelttechniek en bedrijfsmanagement. Voor de aansturing en de uitvoering van het onderzoek wordt intensief samengewerkt met biologische telers. Daarnaast heeft Inagro een proefbedrijf van 12 ha in beheer met een biologisch bouwplan van akkerbouw- en groentegewassen. De resultaten van het onderzoek worden bekendgemaakt via de vakpers, via de eigen website www.inagro.be, via Open Dagen enz. Inagro is partner van het Coördinatiecentrum Biologische Teelt (CCBT) vzw. CCBT brengt alle informatie uit praktijkonderzoek biologische landbouw in Vlaanderen samen op de website www.biopraktijk.be. De afdeling biologische productie van Inagro is door de Vlaamse overheid erkend voor bedrijfsbegeleiding in de biologische landbouw. Boeren met interesse in bio, boeren in omschakeling naar bio en biologische boeren kunnen voor teelttechnisch en bedrijfsorganisatorisch advies bij Inagro terecht.

Contact Lieven Delanote Diensthoofd Inagro - afdeling biologische productie T +32(0)51 27 32 50 E lieven.delanote@inagro.be www.inagro.be

15 BIOFORUM VLAANDEREN VZW –

BIOBEDRIJFSNETWERKEN (BBN)

BioForum Vlaanderen is de Vlaamse sectororganisatie voor de biologische landbouw en voeding. BioForum is ook een ledenorganisatie en verdedigt de belangen van alle biologische boeren, voedingsbedrijven, verdelers, grootdistributie, kleinhandel en foodservices. BioForum is mede-eigenaar in het biologisch privélastenboek Biogarantie. BioForum Afdeling landbouw verdedigt de belangen van de biologische boeren op Vlaams en Europees niveau. Als erkend vertegenwoordiger van de biosector vertegenwoordigt zij hun belangen binnen diverse raden en overleggen. BioForum Vlaanderen is ook lid van de Europese koepelorganisatie Ifoam en van de Ifoam Farmers Groep. BioForum ondersteunt de biologische boeren in hun kennisontwikkeling, ondermeer via de coördinatie van 7 Biobedrijfsnetwerken ( groenten&akkerbouw, melkgeiten, melkkoeien, vleesvee, legkippen, kleinfruit). Biobedrijfsnetwerken zijn netwerken waar biologische

16

boeren en onderzoekers samen met respectievelijke adviseurs en onderzoekers in de diverse sectoren kennis uitwisselen en onderzoek aansturen. Inagro is eveneens een belangrijke partner in deze netwerken. BioForum is partner in het Europese Thematische Netwerk OK-Net Arable en ook partner in het Hor2020 project Diverimpact. BioForum is ook aansturend lid in het Vlaams Biokennisnetwerk (BBN, CCBT en NOBL) zodat onderzoek effectief vanuit de boeren vertrekt en samen met de bioboeren verder wordt uitgewerkt en op een gebruikersvriendelijke wijze naar hen wordt teruggekoppeld. BioForum werkt nauw samen met en stimuleert samenwerking tussen biologische bedrijven doorheen de productieketen van veld tot bord. Via ‘Baanbrekend bio’ zet BioForum duurzaamheid die verder gaat dan het Europees wetgevend kader in de kijker. BioForum onderhoudt de communicatie met de sector via een kwartaal ondernemersblad Bio Actief, een tweewekelijkse digitale nieuwsbrief voor boeren en een facebookgroep voor de boerenleden van BioForum. Contactpersonen voor landbouwers: An Jamart – Coördinator Landbouw

E : an.jamart@bioforumvl.be -T :+32 (0)487 90 51 05 Annick Cnudde- Coördinator wetgeving/ Coordinatie Biogarantie

E : annick.cnudde@bioforumvl.be - T : +32 (0)3 286 92 69 Esmeralda Borgo – Coördinator Beleid/Baanbrekend bio

E : esmeralda.borgo@bioforumvl.be- T +32 (0)3 286 92 66

16 AANKOMENDE ACTIVITEITEN

Zondag 28 mei Netwerkmoment ‘Molenaar zkt biograanteler’ 14u, Tollembeek - www.waterenwind.be Woensdag 28 juni Biovelddag, Proefbedrijf Biologische Landbouw, Gabriëlstraat 11, 8800 Rumbeke – Beitem –16u - www.inagro.be Nog in 2017… Biobedrijfsnetwerk Groenten/akkerbouw: In 2017: graanteelt, mechanische onkruidbestrijding, maaimestoffen,... Contactpersoon: An.Jamart@bioforumvl.be en tel 0487/905105 Bezoeken i.k.v. omschakeling naar biologische landbouw West-Vlaanderen: binnenkort meer info via www.inagro.be en nieuwsbrief Biopraktijk

17 TENSLOTTE…

Bedankt aan biolandbouwer Thierry Beaucarne voor de samenwerking en ontvangst!