Let op je woorden - Jan Blommaert
-
Upload
socius-steunpunt-sociaal-cultureel-volwassenenwerk -
Category
Education
-
view
179 -
download
0
Embed Size (px)
Transcript of Let op je woorden - Jan Blommaert

Let op je woorden
Jan Blommaert

Zeggen en uitdrukken
• Er is geen neutrale of objectieve taal• Steeds perspectief en frame– Perspectief: iemands standpunt en belangen– Frame: één woord roept ander op– DUS: steeds partieel: “highlighting”
• Drie vragen:–Welke realiteit wordt er beschreven?– Vanuit wiens perspectief? Wiens “feiten” zijn dit? – Hoe kan men dit herformuleren?

• Eigenwijs – besluitvaardig• Arrogantie – zelfzekerheid• Affairistisch – pragmatisch• In de greep van belangengroepen – met een breed
maatschappelijk draagvlak• Taboe – niet aan de orde• Psychologische truukjes – de kunst van het onderhandelen• Propaganda – perceptie• Een bocht maken – het standpunt aanpassen aan
gewijzigde omstandigheden• Geen visie hebben – praktisch denken

Politiek
• De kunst om met gezag en impact te definiëren– Politiek is praten, lezen en schrijven– Politiek succes = een opgelegde definitie wordt een feit, wordt normaal
• Je pikt uit de complexe realiteit een aantal aspecten en stelt die voor als “de” realiteit (“het probleem”, “de feiten”)
• Waarna je op die realiteit gaat reageren (“de oplossing”)

1. Succes: “de economie”
• Sinds 2008: enorme vernauwing van “economie”– Wie? Private bedrijven, aandeelhouders– Wat? Autonome wereld, eigen regels, boven politiek
• Domineert zowat alle publieke vertogen• Vreemd: – overheid en nonprofit veruit grootste werkgevers – geen private economie zonder publieke infrastructuur (bijv. Onderwijs)
– Economische actoren: consumenten, werkers, werklozen, kinderen, bejaarden, overheid

Wat wordt er beschreven?Herformulering?
• Economie = kapitalisme
– Economische recessie = recessie van het kapitalisme
– De groei van de economie = groei van kapitalisme– Economische relance = kapitalistische relance– Zuurstof voor de economie = zuurstof voor het kapitalisme

• Economie = de bedrijven, niet de samenleving
– Economische relance = relance van bedrijven– Voorrang voor de economie = voorrang voor de bedrijven
–Maatregelen ten nadele van de economie = ten nadele van de bedrijven

• Competitiviteit = de capaciteit om meer winstte maken dan de concurrenten
• Groei = toename van de bedrijfswinsten• Een slecht investeringsklimaat = teveelbelastingen
• Zuurstof voor de economie = verlaging van de belastingen voor bedrijven (zuurstof = geld)
• Loon”last” = de lonen die werkers ontvangenvoor hun arbeid

• Loonhandicap = het bedrijf dat te veel loon denkt te betalen aan haar werkers
• Loonkloof = werkers verdienen nog minder elders
DUS: “onze economie”: wiens economie?Uiterst partieel beeld van “de economie” in de reële zin.

2. Bezig: “allochtonen”
• Gastarbeider > migrant > allochtoon– Wij-‐zij– Realiteit: “allochtoon” = dozijnen verschillende groepen; nu “vluchtelingen”
– Selectief: “expatriates” versus “allochtonen”• Migratiestromen: frame– Vloedgolf, tsunami, “overspoeling”– Overweldigende kracht, bedreiging– Niet menselijk, niet individueel– “crisis”


• Wij zijn de echte slachtoffers van de “vluchtelingencrisis”, niet de vluchtelingen zelf
• Ons leven wordt ontregeld door vluchtelingen• We moeten ons beschermen en verdedigen

tegenover
• Humanitaire, solidaire, individuele “grassroots” benadering
• Die vluchtelingen als slachtoffers beschouwt• Die onze hulp nodig hebben en verdienen• De problemen die ze veroorzaken zijn kleiner dan de problemen die ze hebben.




Twee frames
• Twee volkomen tegengestelde definities van “de feiten”
• Tegengesteld op niveau van uitgangspunten• Scheppen allebei een contrasterende logica• Verhitte (gepolariseerde) discussies• Onbeslist

Hoe ga je hiermee om?
• Bewust worden dat alles herformuleerbaar is• En dat die herformulering een verandering inhoudt van perspectief–Wijziging van uitgangspunten
• Maar evengoed de “feiten” beschrijft• En bovendien die feiten weergeeft vanuit jouwperspectief

Oefening: “integratie”
• Dominant: “integratie” is één beweging • Met één doel: “de” samenleving• Waar je op dit moment buiten staat
Je bent OF geïntegreerdOF niet-‐geïntegreerd

Tegenover
• Integratie verloopt in talloze afzonderlijke domeinen op andere manieren
Je bent-‐geïntegreerd in talloze “samenlevingen”-‐geïntegreerd in verschillende mate

Opdracht
• Maak een overzichtje van de domeinen in je leven waarin je– “volledig” geïntegreerd bent– “goed” geïntegreerd bent– Aan het integreren bent– “slecht” geïntegreerd bent– “Niet” (meer) geïntegreerd bent
