1

Lelystadse Educatieve Agenda

2011-2014

“Presteren met onderwijs’

Uitwerkingsplan

2012

Lelystad, januari 2012

2

Inhoudsopgave

1. Inleiding .............................................................................................................................................. 3

2. Uitwerking van de zes dossiers voor 2012 ..................................................................................... 6

1. VVE / Jongleren ............................................................................................................................... 6

2. Brede school .................................................................................................................................... 7

3. Passend onderwijs ........................................................................................................................... 8

4. Voorkomen van Voortijdig Schoolverlaten ....................................................................................... 9

5. VMBO / MBO / HBO / arbeidsmarkt .............................................................................................. 11

6. Huisvesting..................................................................................................................................... 12

3. Samenvatting in tabellen ................................................................................................................ 13

BIJLAGE 1. Realisatie van de afspraken van LEA uitwerkingsplan 2011 ..................................... 15

A. Kwalitatief goed onderwijs ......................................................................................................... 15

B. Horizontale samenwerking versterken ...................................................................................... 17

C. Verticale samenwerking versterken........................................................................................... 19

D. Hoogwaardig aanbod en goede infrastructuur .......................................................................... 20

BIJLAGE 2. De tweede onderwijsmonitor ......................................................................................... 23

BIJLAGE 3. Onderwijsmonitor voor ouders ..................................................................................... 27

3

1. Inleiding

Het onderwijs is van groot belang in de talentontwikkeling van kinderen en jongeren. In voorbereiding op volwaardige deelname aan de samenleving worden de eerste vaardigheden geleerd op het kinderdagverblijf en de peuterspeelzaal. Daar begint bijvoorbeeld het leren omgaan met elkaar en de eerste beginselen van de Nederlandse taal. Deze ontwikkelingen worden op de basisschool, het voortgezet, het middelbaar beroeps en het hoger onderwijs verder uitgebouwd. Ook in Lelystad hechten we daarom veel waarde aan goed onderwijs. De Lelystadse Educatieve Agenda (LEA) fungeert als een ontwikkelagenda waarin de belangrijkste gezamenlijke thema’s worden benoemd waaraan door de onderwijspartners de komende jaren gewerkt wordt. Om in Lelystad gezamenlijk aan onderwijs te werken is het nodig om een gedeelde visie te hebben op het onderwijs en de taken die het onderwijs heeft. De visie op onderwijs, zoals die eerder door schoolbesturen en gemeente in Lelystad is geformuleerd, luidt:

Elke leerling (m/v) de optimale kans bieden op een succesvolle schoolloopbaan, die perspectief biedt

voor zijn verdere ontwikkeling, en leidt tot een voor hem zo hoog mogelijk haalbare (start)kwalificatie

op de arbeidsmarkt.

Visueel ziet de visie er als volgt uit:

4

Met de permanente beleidsagenda van de LEA is de aanpak van deze complexe opgave samengevat in een viertal speerpunten: A. Kwalitatief goed onderwijs: dat wil zeggen het optimaal benutten van talenten van alle kinderen en

jongeren van 0 tot 23 jaar door goed en opbrengstgericht onderwijs door gemotiveerde en deskundige leerkrachten.

B. Horizontale samenwerking versterken: het realiseren van een goede afstemming tussen de instellingen/partijen die op hetzelfde moment activiteiten voor een kind aanbieden om de talentontwikkeling van kinderen optimaal te bevorderen. Voor elk kind wordt eventuele zorg en ondersteuning zo georganiseerd dat het kind zo goed mogelijk naar school kan.

C. Verticale samenwerking versterken: door samenwerking en afstemming wordt zoveel mogelijk een doorgaande en ononderbroken ontwikkelingslijn gegarandeerd voor alle kinderen en jongeren van 0 tot 23 jaar.

D. Hoogwaardig aanbod en goede infrastructuur: Lelystad is een aantrekkelijke onderwijsstad en beschikt over een optimaal aanbod zowel qua huisvesting als qua opleidingen.

Opzet uitwerkingsplan 2012 De LEA kadernota ‘Presteren met Onderwijs’ is op 11 januari 2011 door de gemeenteraad vastgesteld. Op basis daarvan vindt nu een verdere uitwerking plaats middels een jaarlijks uitwerkingsplan. Dit is het tweede uitwerkingsplan op basis van de kadernota ‘Presteren met Onderwijs’. De meeste afspraken uit het uitwerkingsplan 2011 zijn gerealiseerd, zowel inhoudelijk, als conform begroting. In bijlage 1 is de realisatie van het uitwerkingsplan 2011 opgenomen. De uitkomsten zijn, indien aan de orde, meegenomen in het uitwerkingsplan 2012. In dit uitwerkingsplan worden de bovengenoemde vier speerpunten meegenomen binnen een zestal inhoudelijke dossiers, te weten: 1. VVE/JongLeren 2. Brede School 3. Passend onderwijs 4. Voorkomen van voortijdig schoolverlaten 5. VMBO / MBO / HBO / arbeidsmarkt 6. Huisvesting Naast de inhoudelijke dossiers is de onderwijsmonitor een belangrijk onderdeel van het uitvoeringsplan. In hoofdstuk 2 zullen per dossier de afspraken voor 2012 worden benoemd. Om scherp op de gewenste resultaten binnen deze dossiers te kunnen sturen, zijn de te verwachten resultaten ook zo concreet mogelijk benoemd. Daarna worden de benodigde acties en middelen om die resultaten te bereiken omschreven. In hoofdstuk 3 zijn de benodigde acties en middelen compact samengevat in tabellen. Middelen en criteria voor de inzet van de middelen Voor 2012 was voor het realiseren van de verschillende acties een bedrag beschikbaar van € 200.000,- Maar gezien de noodzaak tot bezuinigingen voor dit jaar is hiervan een bedrag van € 25.000,- “in de koelkast” gezet. In het uitwerkingsplan wordt daarom uitgegaan van een beschikbaar bedrag van € 175.000,-. De omvang van de LEA middelen is op het totaal van de gezamenlijke onderwijsbegrotingen gering maar wel belangrijk. Juist daar waar het om “overstijgende” zaken gaat kan het een impuls geven voor een kwaliteitsslag in het onderwijs. De omvang van het budget maakt wel dat er duidelijke keuzes moeten worden gemaakt. In de voorbereidende gesprekken met de onderwijspartners is overleg gevoerd over de verschillende dossiers en de prioriteiten voor de komende tijd. Hoewel het uitvoeringsplan LEA breder is dan alleen de financiële impulsen is duidelijk geworden dat de financiële wensen niet volledig gehonoreerd kunnen worden. Bij het maken van de keuzes voor het verdelen van de middelen zijn de “TACT” criteria toegepast. Tijdelijk. LEA middelen zijn incidenteel. Ze hebben een aanjaagfunctie om een structurele

kwaliteitsslag te maken maar dienen niet als (aanloop naar) structurele financiering. Aanvullend. De middelen treden niet in de plaats van reguliere taken.

5

Concreet. De maatregelen moeten concreet zijn op basis van een duidelijke prestatieafspraak. De LEA overstijgt weliswaar het rechtstreeks uitvoerende niveau maar er moet een zichtbaar resultaat zijn dat uiteindelijk ten goede komt aan de leerlingen.

Twee of meer. Er is sprake van samenwerking met meerdere partners. De maatregelen moeten gedragen worden door gemeente en onderwijspartners en de maatregelen komen in overleg tot stand. Op slechts een beperkt aantal maatregelen worden de LEA middelen ingezet. Dit vanwege het beschikbare budget en om de middelen niet teveel te versnipperen. Daarnaast worden veel maatregelen langs een andere wijze gefinancierd.

6

2. Uitwerking van de zes dossiers voor 2012 Per dossier wordt aangegeven: Korte schets van de verdeling van de verantwoordelijkheden tussen onderwijs en gemeente; Korte inleiding Benoemen van het beoogde resultaat om te realiseren in 2012 Schetsen van acties om de resultaten te behalen Koppelen van middelen, tijdspad en trekker van de concrete acties.

1. VVE / Jongleren

Verantwoordelijkheden

Schoolbestuurlijke

verantwoordelijkheid Gezamenlijk

Gemeentelijke

verantwoordelijkheid

Kwaliteit van het onderwijs

Taalbeleid

Ouderbetrokkenheid

VVE in de vroegschoolse periode

Doorlopende lijnen

Goede overdracht

Schakelklassen

Kwaliteit peuterspeelzaalwerk

VVE in de voorschoolse periode

Korte inleiding

Met de vaststelling van de nota JongLeren zijn de kaders voor de voorschoolse periode opnieuw vastgesteld. In de nota zijn een drietal speerpunten benoemd, (1) intensiveren van de harmonisatie en integratie van de voorschoolse voorzieningen, (2) versterken van educatief partnerschap en de zorgstructuur 0-4 jaar en (3) kiezen voor een gemeentelijke focus op de voorschoolse periode. Daar wordt nu op ingezet en er is afgesproken dat in het voorjaar 2012 in de gemeenteraad de voortgang wordt toegelicht. Daarnaast is eind 2011 bekend geworden dat Lelystad (en de andere G4 en G32 gemeenten) extra middelen krijgen voor VVE in de jaren 2012 (€ 607.000) en 2013 (€ 824.000). Hierover moeten afspraken gemaakt worden met het ministerie (bestuursafspraken). Resultaten voor 2012

a. Sluitende aanpak in toeleiding is met duidelijke afspraken tussen Icare (consultatiebureau) en SKL (VVE peuterspeelzalen) geregeld;

b. Harmonisatie van voorschoolse voorzieningen heeft in tenminste vier wijken (Zuiderzeewijk - Boswijk -Jol, Punter, Galjoen - en Waterwijk) concreet vorm gekregen.

c. Bereik van VVE aan doelgroeppeuters in de voorschoolse periode is verhoogd naar minimaal 80%; d. Op drie peuterspeelzalen vinden huisbezoeken plaats bij de intake van peuters; e. VVE op basisscholen is met heldere afspraken tussen gemeente en schoolbesturen onder

verantwoordelijkheid van de schoolbesturen gebracht; Acties en middelen 2012

a. In afspraken wordt vastgelegd op welke manier de doelgroep op het consultatiebureau (Icare) kan worden vastgesteld, en hoe de kleuter kan worden toegeleid naar een VVE peuterspeelzaal. Tussen Icare en SKL worden heldere afspraken gemaakt over wie wat doet, bijvoorbeeld als ouders hun kind niet inschrijven. Trekker: SKL

b. De voorzieningen in de drie genoemde wijken zijn in kaart gebracht, evenals de leerlingprognoses, de huisvestingscapaciteit en de mogelijke brede school ontwikkelingen. Op basis hiervan wordt voor deze wijken specifiek de harmonisatie uitgewerkt en ingevuld. Trekker: gemeente

c. De verwachting is door de sluitende aanpak dat het bereik kan worden verhoogd. Door daarnaast van een aantal reguliere peuterspeelzalen die op dit moment al veel doelgroep kinderen bedienen, een VVE peuterspeelzaal te maken, kan het bereik nog verder worden verhoogd. Trekker: gemeente

7

d. De SKL gaat starten met huisbezoeken op drie peuterspeelzalen. Daarbij wordt gebruik gemaakt van ervaringen die het primair onderwijs al heeft met huisbezoeken. Wellicht dat bij positieve ervaringen met deze drie peuterspeelzalen, het uitvoeren van huisbezoeken kan worden uitgebreid. Trekker: SKL

e. Uitgangspunt is dat bestaande VVE scholen ook daadwerkelijk VVE blijven. Schoolbesturen zijn bezig om in kaart te brengen op welke manier ze hier invulling aan willen geven vanuit hun eigen verantwoordelijkheid. Trekker: schoolbesturen PO

Vanuit de LEA worden voor dit dossier geen middelen ingezet, omdat de geoormerkte middelen van het rijk, met de extra aanvulling daarvan voor 2012 en 2013 hiervoor voldoende moeten zijn.

2. Brede school

Verantwoordelijkheden

Schoolbestuurlijke

verantwoordelijkheid Gezamenlijk

Gemeentelijke

verantwoordelijkheid

Kwaliteit van het onderwijs

Taalbeleid

Ouderbetrokkenheid

VVE in de vroegschoolse periode

Schakelklassen

Brede school

Armoedebeleid

Talentontwikkeling van de jeugd

Korte inleiding

Er zijn op dit moment 23 basisscholen die wij subsidiëren in het kader van de brede school.

Netwerk School

Lelystad-Haven obs de Sluis Jol, Punter, Galjoen obs Finjol, pcbs Baken, rk Toermalijn Zuiderzeewijk obs Vuurtoren, pcbs Ichthus, rk Laetare Atolwijk obs Optimist, obs Regenboog, pcbs Wingerd, islbs Al-Ihsaan Waterwijk obs Poolster, pcbs Driestromenland, mahbs Fontein Boswijk obs Driemaster, obs Spectrum, obs Brink, pcbs Horizon,

rk ‘t Schrijveke Schepenwijk obs Tjalk, obs Triangel, pcbs Schakel Warande obs KC Warande

Op dit moment is een doorontwikkeling van het brede school beleid gaande. Dat moet er toe leiden dat de brede scholen meer zijn dan scholen met een leuk aanbod aan buitenschoolse activiteiten. Scholen moeten hun verantwoordelijkheid nemen in het ontwikkelen van een visie en een daarbij aansluitend activiteiten-/lesaanbod. Een school is een brede school wanneer er samen met andere partijen breed wordt geïnvesteerd in de ontwikkeling van kinderen. Daarnaast speelt wat betreft de kwaliteit van het onderwijs dat Lelystad steeds minder (zeer) zwakke basisscholen kent. Inhoudelijk blijft met name taal en rekenen een aandachtspunt.

8

Resultaten voor 2012

a. Een herijking van het beleidskader voor de periode 2013 – 2014 waarmee een herdefiniëring plaatsvindt van doelen en instrumenten ten behoeve van Brede School (het gaat dan om o.a. criteria, profielen, netwerk, keurmerk). Trekker: gemeente

Acties en middelen 2012

a. Met de betrokken partners zal de herijking van het beleidskader plaatsvinden. In de stuurgroep Talentontwikkeling van 15 maart 2012 zal het herijkte beleidskader dan kunnen worden besproken, zodat deze in het tweede kwartaal van 2012 in de gemeenteraad kan worden vastgesteld. Met de herijking zal o.a. aandacht uitgaan naar criteria, profielen, het brede school netwerk, een keurmerk en het budget. Op basis van dat besluit wordt het uitwerkingsplan opgesteld. Hier zullen geen middelen van de LEA voor worden ingezet, omdat het huidige brede schoolbudget als kaderstellend wordt gezien.

3. Passend onderwijs

Verantwoordelijkheden

Voor wat betreft passend onderwijs zijn de verantwoordelijkheden tussen onderwijs en gemeente in onderstaande tabel opgenomen:

Schoolbestuurlijke

verantwoordelijkheid en die van

de samenwerkingsverbanden

Gezamenlijk Gemeentelijke

verantwoordelijkheid

Kwaliteit van het onderwijs

Basis zorg in de scholen op orde

Afstemming tussen de samenwerkingsverbanden PO en VO

Voorkomen van voortijdige schooluitval

Afspraken en afstemming rond de zorg op en rond de school en wie betaalt wat

Leerplicht en RMC

Preventieve jeugdzorg (CJG) en in de toekomst jeugdzorg als geheel

Ondersteunings/zorgplicht: verplichting om te zorgen voor passend en thuisnabij onderwijs aan alle kinderen

Bekostiging: het passende onderwijs te financieren

Afstemming over de geboden

voorzieningen in de stad

Onderwijshuisvesting regulier en speciaal onderwijs

Bekostiging leerlingenvervoer

Korte inleiding

Passend onderwijs staat voor maatwerk in het onderwijs. Voor elk kind en iedere jongere onderwijs dat aansluit bij zijn of haar mogelijkheden en talenten. Geen kind tussen wal en schip dus. Inhoudelijk een goed uitgangspunt. Het stelsel passend onderwijs kent echter een veranderde wijze van bekostiging. De impact hiervan op Lelystad is groot, omdat in vergelijking met het landelijke gemiddelde (de norm) in Lelystad veel meer leerlingen in het speciaal onderwijs zitten. Om de zorg te kunnen bekostigen krijgen samenwerkingsverbanden (swv) straks een normbudget op basis van de landelijke gemiddelden. Voor het swv PO en VO is dat budget onvoldoende. Er is sprake van een tekort van € 1,6 miljoen in het PO (het norm budget is ruim 3 milj terwijl op basis van de huidige ondersteuningsbehoefte ruim 4,5 milj nodig is). En van een tekort van € 1,3 miljoen in het VO (het normbudget is daar ongeveer 1,3 milj terwijl ruim 2,5 milj nodig is). Deze verevening wordt gefaseerd ingevoerd met ingang van 2014/2015 en wordt in het schooljaar 2019/2020 volledig. Dit geeft de noodzaak aan meer leerlingen in het regulier onderwijs te houden, omdat deze mate van speciaal onderwijs straks niet meer gefinancierd kan worden. Overigens is straks het nieuwe swv in het primair onderwijs een fusie tussen Lelystad en Dronten. Het nieuwe swv in het voortgezet onderwijs omvat alleen Lelystad.

9

Resultaten voor 2012

a. Op basis van de definitieve wet worden verdere afspraken tussen gemeente en onderwijs gemaakt, bijvoorbeeld over het zorgplan.

b. Voor 1 november 2012 zijn de nieuwe samenwerkingsverbanden in een formeel rechtspersoon vormgegeven.

c. Focus op toerusten en betrekken van de leerkrachten bij passend onderwijs; d. Signalering van hoogbegaafden is versterkt en leerkrachten zijn versterkt in het bieden van een

passend aanbod voor deze groep leerlingen in primair onderwijs. e. De verzelfstandiging van de Steiger is afgerond. Acties en middelen

a. Door passend onderwijs nadrukkelijk te agenderen binnen de stuurgroep Talentontwikkeling vindt afstemming plaats tussen gemeente en onderwijs en kunnen verdere afspraken daarover worden gemaakt. Trekker: werkgroep passend onderwijs (waarin de directeuren van het samenwerkingsverband en de gemeente zijn vertegenwoordigd).

b. De noodzakelijke interne (MR/GR e.d.) processen worden doorlopen. Met name in het swv primair onderwijs zullen goede afspraken gemaakt moeten worden over de verdeling van de (financiële) verantwoordelijkheid tussen Dronten en Lelystad. Trekker: samenwerkingsverbanden.

c. In het primair onderwijs wordt een training ontwikkeld en gegeven om leerkrachten beter te ondersteunen in het op de juiste manier in kaart brengen van de specifieke onderwijs behoefte van kinderen, en het versterken van hun handelen om ook daadwerkelijk passend onderwijs te bieden (of te organiseren). Hier wordt vanuit de LEA € 30.000 aan bijgedragen. In het voortgezet onderwijs wordt door leerkrachten in kaart gebracht welke arrangementen nodig zijn om meer passend onderwijs te kunnen bieden. Om dit te faciliteren wordt vanuit de LEA ook € 30.000 bijgedragen. Trekker: samenwerkingsverbanden

d. Met het LEA uitwerkingsplan 2011 is ingezet dat in het schooljaar 2011/2012 een achttal basisscholen extra begeleid is bij de invoering van het digitaal handelingsprotocol en de professionalisering van teams in het signaleren van hoogbegaafden en het bieden van passend onderwijs aan deze leerlingen. In schooljaar 2012/2013 worden de overige 19 scholen hierbij betrokken. De middelen van de LEA uit het uitwerkingsplan 2011 zijn reeds ingezet om deze begeleiding te faciliteren. Trekker: werkgroep hoogbegaafden (waar schooldirecteuren, het swv en gemeente in deelnemen)

e. Eén van de voorzieningen van speciaal onderwijs is de praktijkschool de Steiger. In 2012 wordt het verzelfstandigingsproces afgerond waarbij er waarschijnlijk een bestuurlijke fusie zal plaatsvinden tussen De Steiger en Stichting Voortgezet Onderwijs Lelystad (SVOL). Hierbij vindt er vanzelfsprekend afstemming plaats met het vernieuwingsproces binnen SVOL. Het is het voornemen de bestuurlijke fusie met ingang van 1-8-2012 te effectueren. Trekker: gemeente (als schoolbestuur van De Steiger)

Binnen dit dossier zal dus vanuit de LEA in totaal € 60.000 worden ingezet om de samenwerkingsverbanden PO en VO te ondersteunen in het toerusten en betrekken van de leerkrachten bij passend onderwijs.

4. Voorkomen van Voortijdig Schoolverlaten

Verantwoordelijkheden

Schoolbestuurlijke

verantwoordelijkheid en die van

de samenwerkingsverbanden

Gezamenlijk Gemeentelijke

verantwoordelijkheid

Kwaliteit van het onderwijs

Basis zorg in de scholen

Goede registratie van verzuim

Afspraken en afstemming rond de zorg op en rond de school en wie betaalt wat

Voorkomen van voortijdige schooluitval

Afstemming over de geboden voorzieningen in de stad

Handhaving van de leerplicht

Preventieve jeugdzorg (CJG) en in de toekomst jeugdzorg als geheel

10

Korte inleiding

In de onderwijsmonitor en ook door het ministerie wordt opnieuw geconstateerd dat Lelystad een lichte stijging laat zien van het aantal nieuwe voortijdig schoolverlaters (VSV’ers). De urgentie is helder, mede door de ‘snelkookpansessie’ waar in 2011 op is ingezet om tot extra afspraken te komen met de onderwijspartners. Nu is het van belang verder te sturen op aantallen en inhoud. Een belangrijk kader, ook financieel, vormt het nieuw te sluiten regio convenant VSV. De landelijke doelstelling is een verdere daling tot 25.000 VSV’ers. Hiervoor wordt landelijk komende jaren € 110 milj beschikbaar gesteld, te verdelen onder de RMC regio’s. Lelystad valt onder de RMC regio Flevoland. Resultaten voor 2012

Daarom de volgende resultaten: a. Op basis van een analyse in de regio wordt een nieuw programma voor de periode 2012-2015

opgesteld. In augustus 2012 is het nieuwe regio convenant door alle partijen ondertekend. b. Strikte afspraken over in- en uitschrijvingen:

1. Van VO naar MBO en van MBO naar MBO: van belang om zicht te houden op de leerlingen die wel gediplomeerd zijn (maar daarmee nog geen startkwalificatie hebben), en nog niet opnieuw zijn ingeschreven in het MBO. Dit speelt met name in de zomer periode. Vanuit een gezamenlijke verantwoordelijkheid van VO en MBO wordt hier een ‘sluitend net’ aan afspraken voor opgesteld.

2. Van VO naar MBO en van MBO naar MBO: bij inschrijving wordt gelijk een onderwijsovereenkomst getekend. Hiermee tellen deze leerlingen niet oneigenlijk mee in de VSV cijfers en kan de discussie gaan over daadwerkelijke VSV’ers.

3. Van VO naar MBO en van MBO naar MBO: zorgleerlingen worden niet uitgeschreven voordat zij zijn behandeld in het ZAT en een gesprek met een leerplichtambtenaar heeft plaatsgevonden. Uiteraard dient het vervolgtraject hierbij helder te zijn.

c. De lijsten van DUO die m.i.v. schooljaar 2011-2012 op naam beschikbaar zijn worden verrijkt met relevante informatie om de oorzaken en daarmee oplossingsrichtingen van VSV scherper in kaart te brengen. Dit vormt de basis voor periodieke gesprekken met de scholen.

d. Een daling van 10% van de nieuwe VSV’ers, conform de landelijke doelstelling Acties en middelen 2012

a. Trekker: gemeente b. Scholen maken hierover intern en met elkaar heldere afspraken. Leerplicht ziet hier op toe.

Trekker: Werkgroep VO/MBO en gemeente/leerplicht c. De maandelijkse netto cumulatieve VSV lijsten van DUO vormen het vertrek. Hier worden

gemeente en scholen op aangesproken en afgerekend. Er valt nog veel winst te halen in de registratie en in- en uitschrijvingen. Tevens worden deze lijsten gebruikt om aan te vullen met informatie, over redenen uitstroom en achtergronden die de basis vormen voor gesprekken met scholen en eventuele aanscherping van maatregelen. Vanuit de LEA wordt hiervoor € 20.000 beschikbaar gesteld om de benodigde informatie te verzamelen. Trekker: gemeente

d Op basis van bovenstaande is de verwachting een daling van 10% van het aantal nieuwe VSV’ers te kunnen realiseren

Om de DUO lijsten waar de leerlingen die worden aangemerkt als voortijdig schoolverlaten nader te analyseren, is vanuit de LEA een bedrag van € 20.000 beschikbaar. Trekker: gemeente

11

5. VMBO / MBO / HBO / arbeidsmarkt

Verantwoordelijkheden

Schoolbestuurlijke

verantwoordelijkheid Gezamenlijk

Gemeentelijke

verantwoordelijkheid

Kwaliteit van het onderwijs

Werkschool i*

Doorlopende leerlijnen

Programmering Hogeschool Windesheim, lesplaats Lelystad

Werkschool Flevoland

Voorkomen van voortijdig schoolverlaten

Voldoende gekwalificeerde beroepsbevolking;

* Dit is de werkschool voor jongeren binnen de Justitiële Jeugdinrichting Rentray Flevoland.

Korte inleiding

Het gaat hierbij om het realiseren van een doorlopende lijn van VMBO tot aan de arbeidsmarkt, waarbij ook voldoende HBO onderwijs in Lelystad wenselijk is. Daarbij blijkt uit de onderwijsmonitor dat leerlingen voor meer economische opleidingen kiezen dan technische opleidingen (36 % versus 29 % Flevoland en 26 % Nederland wat betreft economie, 12 % versus 22 % Flevoland en 24 % Nederland wat betreft techniek). In het HAVO kiezen de meeste leerlingen voor het profiel Economie & Maatschappij (50 % in Lelystad en 44 % landelijk). De profielen Natuur & Techniek en Natuur & Gezondheid zijn ondervertegenwoordigd: 33 % versus 36 % landelijk. Het achterblijven van de deelname aan technische opleidingen vraagt om extra aandacht in het licht dat juist daar arbeidsmarktperspectief is. Voor wat betreft het realiseren van HBO in Lelystad is de insteek om de unieke combinatie water-, weg-, spoor- en luchtverbindingen van Lelystad de onderleggers te laten vormen van het logistieke profiel van de vestiging van de Hogeschool Windesheim Flevoland in Lelystad. Dit betreft een lange termijn perspectief waarin ook unieke ‘minors’ op het terrein van composieten, watermanagement, en life sciences worden onderzocht. Specifiek ten aanzien van de Werkschool wordt aan een groep leerlingen van het VSO, praktijkonderwijs en MBO1/aka die nu moeilijk een plek op de arbeidsmarkt kan veroveren een combinatie van werken en leren geboden die goed aansluit bij de mogelijkheden. Resultaten voor 2012

a. Afspraken over het nieuwe meerjarenplan Windesheim en de positie van Lelystad daarin. b. Start van de Werkschool in 2012 in Lelystad c. Verbeteren afstemming tussen VMBO en MBO op docent niveau, inhoudelijke focus op

doorlopende taallijn en rekenlijn. d. Implementatie Digidoor t.b.v. overdracht VMBO-MBO e. Minstens tien basisscholen nemen deel aan het programma van het Technocentrum om het

enthousiasme voor het vakcollege en andere technische opleidingen in het voortgezet onderwijs te vergroten.

Acties en middelen

a. Het is de verwachting dat onderdelen van het concept Roy Heiner Academy in 2012 worden aangeboden als een “minor Leadership” voor HBO studenten van hogescholen in Nederland.. Daarbij zal het comakership-concept , een onderwijsvorm waarbij de studenten werken aan opdrachten voor het regionale bedrijfsleven en instellingen, in alle opleidingen van de Hogeschool Windesheim Flevoland geïmplementeerd worden. Trekker: Windesheim Flevoland

b. Binnen de werkschool wordt rondom de werkplek en de leerling op maat begeleiding geboden. In 2012 wordt de rapportage over de inrichting van de werkschool door de kwartiermaker die in de regio is aangesteld vastgesteld door het Regionaal Portefeuillehoudersoverleg Onderwijs Flevoland. Dan kan de Werkschool ook daadwerkelijk gaan starten. Trekker: kwartiermaker Werkschool

12

c. Een werkgroep bestaande uit docenten in het VO en MBO zetten zich in om ervaringen uit te wisselen en afspraken te maken in de doorlopende leerlijn. Inhoudelijk is daarbij gekozen om in 2012 extra aandacht te besteden aan taal. Vanuit de LEA wordt de inzet van de docenten in deze werkgroep gefaciliteerd, kosten € 25.000,- Trekker: werkgroep VMBO/MBO.

d. Digidoor wordt als instrument ingezet bij de overdracht van informatie wanneer leerlingen van primair naar voortgezet onderwijs gaan. In 2011 is dit instrument ook gekozen om te implementeren bij de overdracht van voortgezet naar beroepsonderwijs. Trekker: werkgroep VMBO/MBO

e. Om het enthousiasme voor techniek in het basisonderwijs te versterken zullen de docenten gericht worden ondersteund door het Technocentrum aan de hand van lespakketten en extra informatie. Vanuit de LEA wordt dit als incidentele impuls gefinancierd voor € 20.000. Trekker: Technocentrum.

6. Huisvesting

Verantwoordelijkheden

Schoolbestuurlijke

verantwoordelijkheid Gezamenlijk Gemeentelijke verantwoordelijkheid

Dagelijks/binnen onderhoud

Groot onderhoud huisvesting VO

Kwaliteit van het onderwijs

Afstemming over de geboden voorzieningen in de stad (OGOO)

Onderhoud buitenkant schoolgebouwen PO (excl schilderwerk)

Voorzien in voldoende en adequate onderwijshuisvesting

Groot onderhoud PO/SO

Nieuwbouw en uitbreiding van scholen

Korte inleiding

Naast het IHP waar voor 2013 en verder concrete huisvestingszaken voor het onderwijs worden voorgesteld, zal dit jaar ook een beleidskader worden opgesteld. Daar wordt bijvoorbeeld aandacht besteed aan het gebruik en (mede)verhuur van schoolgebouwen en leegstaande lokalen. Resultaten voor 2012

a. De toekomstvisie voor het VO in Lelystad is door college vastgesteld; b. Vaststelling definitief ontwerp en overeenkomst met partners rond de MFA Zuiderzeewijk, onder

voorwaarde dat de raad een positief besluit neemt over de realisatie van de MFA Zuiderzeewijk; c. Een inventarisatie is gemaakt van het gewenste stedelijke voorzieningenniveau voor techniek en

praktijklokalen. Doel is om te komen tot een kostenefficiënte stedelijke infrastructuur voor gebruikers uit Praktijk-, Speciaal-, Voortgezet- en MBO onderwijs en het bedrijfsleven (inclusief bouw- en infraopleidingen).

Acties en middelen 2012

a. Er zijn in het Bestuurlijk Overleg van 27 oktober 2011 met het bestuur van de SVOL afspraken gemaakt over het stappenplan en de daarin opgenomen onderdelen: uitvoering technische schouw, locatieonderzoek, visieontwikkeling van enerzijds SVOL (autonoom schoolbestuurlijk proces) en anderzijds visieontwikkeling gemeente (autonoom gemeentelijk proces). De SVOL heeft ingestemd met de in het stappenplan opgenomen procesgang en de uitvoering van de daarin opgenomen onderdelen. Trekker: gemeente en SVOL ieder vanuit zijn eigen verantwoordelijkheid.

b. Het Definitief Ontwerp van de MFA Zuiderzeewijk zal in het derde kwartaal 2012 worden vastgesteld op basis hiervan wordt ook het ontwerp van de buitenruimte vorm gegeven. Samen met de partners zullen overeenkomsten worden opgesteld t.b.v. de exploitatie en beheer van de MFA ZZW. Ook zullen voorbereidingen worden getroffen voor de tijdelijke huisvesting van (een deel van) de scholen met ingang van 1 januari 2013. De benodigde middelen om te komen tot realisatie zijn opgenomen in het IHP.

c. Samen met het bedrijfsleven wordt verkend op welke manier zo effectief mogelijk benodigde voorzieningen kunnen worden geboden. Zowel inhoudelijk als vanuit kostenreductie is dat interessant, om ook op deze manier het technisch onderwijs te versterken. In de gemeente Noordoostpolder zijn hier goede ervaringen mee op gedaan. Vanuit de LEA wordt deze verkenning gefinancierd. Kosten zijn € 15.000,- Trekker: gemeente

13

3. Samenvatting in tabellen

Resultaat Actie Trekker LEA middelen

1. JongLeren/VVE

a. sluitende aanpak in toeleiding afspraken Icare en SKL SKL

b. concreet inrichten van harmonisatie Voorzieningen in kaart en specifieke invulling en uitwerking van harmonisatie per wijk

Gemeente

c. bereik VVE verhogen naar 80% Door bovenstaande gemeente

d. huisbezoeken op drie peuterspeelzalen Uitvoeren SKL

e. VVE op basisscholen VVE vanuit schoolbestuurlijke verantwoordelijkheid schoolbesturen

2. Brede School

a. herijking beleidskader Herdefiniëring van doelen en instrumenten ten behoeve van Brede School (o.a. criteria, profielen, netwerk, keurmerk)

gemeente

3. Passend onderwijs

a. op basis van wet verdere afspraken maken tussen gemeente en onderwijs

Onderdeel stuurgroep Talentontwikkeling Werkgroep passend onderwijs

b. voor 1 november 2012 zijn de nieuwe swv in een formeel rechtspersoon vormgegeven

Interne procedure en goede afspraken over (financiële) verantwoordelijkheden

SWV

c. focus op toerusten en betrekken van leerkrachten bij passend onderwijs

Training ter ondersteuning leerkrachten in het PO en werkgroepen met leerkrachten in VO

SWV € 30.000 PO € 30.000 VO

d. versterken signalering van hoogbegaafden Uitbreiding van scholen waar versterking van docenten plaatsvindt SWV

e. verzelfstandiging van Steiger is afgerond uitvoering gemeente

4. Voortijdig schoolverlaten

a. nieuw regio convenant 2012-2015 In afstemming met de regio Flevoland Gemeente

b. van VO naar MBO en van MBO naar MBO; geen uitschrijving zonder inschrijving

Uitvoering Onderwijs

c. van VO naar MBO en van MBO naar MBO: bij inschrijving ook direct een onderwijsovereenkomst tekenen

Uitvoering Onderwijs

d. van VO naar MBO en van MBO naarMBO: Uitvoering Onderwijs

14

zorgleerlingen worden niet uitgeschreven zonder betrokkenheid ZAT en leerplicht

e. verrijken van de DUO lijsten met relevante achtergrond informatie

Deze lijsten gebruiken om aan te vullen met informatie, over redenen uitstroom en achtergronden die de basis vormen voor gesprekken met scholen en eventuele aanscherping van maatregelen.

Gemeente € 20.000

f. een daling van 10% van de nieuwe VSV’ers Op basis van bovenstaande Gezamenlijk

5. VMBO/MBO/HBO/arbeidsmarkt

a. afspraken over nieuwe meerjarenplan Windesheim en de positie van Lelystad daarin

Verkennen mogelijkheden water-, weg-, spoor- en luchtverbindingen als basis voor het logistieke profiel. En aandacht voor comakership concept.

Windesheim

b. Start van de Werkschool en Werkschool i Opstellen rapportage over hoe de regionale werkschool van start kan gaan. Op basis daarvan kan daadwerkelijke opening plaatsvinden

Regionale kwartiermaker

c. Verbeteren afstemming VMBO en MBO Werkgroep docenten zet in op afstemming met inhoudelijke focus op taal Werkgroep VMBO/MBO

€ 25.000

d. Implementatie Digidoor t.b.v. overdracht VMBO-MBO

uitvoering Werkgroep VMBO/MBO

e. vergroten deelname aan vakcollege en andere technische opleidingen in het VO

Interesse versterken van docenten en leerlingen in het PO bij techniek technocentrum € 20.000

6. Huisvesting

a. De toekomstvisie voor het VO is door college vastgesteld

Stappenplan wordt uitgevoerd SVOL en gemeente

b. Vaststelling definitief ontwerp MFA Zuiderzeewijk

c. Inventarisatie van stedelijk voorzieningenniveau voor techniek en praktijklokalen

Verkennen effectieve en efficiënte inzet van voorzieningen met onderwijs en bedrijfsleven

gemeente € 15.000

Overig

Onderwijs monitor Doorontwikkelen en uitbreiding met de gegevens en opbrengsten van het MBO en het Speciaal Onderwijs.

gemeente € 30.000

Onvoorziene ontwikkelingen € 5.000

TOTAAL € 175.000

15

BIJLAGE 1. Realisatie van de afspraken van LEA uitwerkingsplan 2011

Hieronder de realisatie van de afspraken zoals die in het Uitwerkingsplan 2011 zijn vastgesteld. In het uitwerkingsplan zijn de afspraken gemaakt rond de vier thema’s uit de kadernota: A. Kwalitatief goed onderwijs B. Horizontale samenwerking versterken C. Verticale samenwerking versterken D. Goede huisvesting en infrastructuur

A. Kwalitatief goed onderwijs

Centrale doelstelling: optimaal benutten van talenten van alle kinderen en jongeren van 0 tot 23 jaar door goed en opbrengstgericht onderwijs door gemotiveerde en deskundige leerkrachten. Binnen dit thema is voor 2011 een drietal prioriteiten benoemd: 1. Gemotiveerde en deskundige leerkrachten en schooldirecteuren Binnen dit thema is in de LEA specifiek afgesproken dat door de schoolbesturen zou worden verkend hoe de aanwezigheid van de PABO Windesheim optimaal benut zou kunnen worden. Dit heeft geresulteerd in een project met de titel ‘Meesters en Masters in Lelystad en Dronten’. Het project is door PCPO Lelystad, SKOFV en SchOOL samen met de PABO Windesheim ontwikkeld, en de verwachting is dat ook Openbaar basisonderwijs Dronten, PCPO Dronten en het ROC Flevoland in de toekomst zullen aanhaken. Doel van het project is het ontwikkelen van een opleidingsinfrastructuur waarbinnen studenten worden opgeleid tot leraar basisonderwijs. En vanuit dezelfde opleidingsinfrastructuur worden beginnende leerkrachten begeleid en vakinhoudelijk en vakdidactisch geschoold, met de mogelijkheid om na twee jaar een masteropleiding te volgen. Leraren worden hierdoor beter en op een hoger niveau opgeleid en tegelijkertijd wordt de regio hierdoor aantrekkelijker als onderwijsregio. Concreet resultaat op dit moment is dat Lelystad vier opleidingsscholen kent waar bovengenoemde opleidingsinfrastructuur vorm krijgt. Voor dit project is subsidie verkregen bij het CAOP (kennis- en dienstencentrum op het gebied van arbeidszaken in het publieke domein).

Primaire verantwoordelijkheid: onderwijs zelf. De afspraak in de LEA 2011 om te verkennen hoe de aanwezigheid van de PABO Windesheim

optimaal benut zou kunnen worden, is gerealiseerd. 2. VVE en taalonderwijs Onderwijs aan nieuwkomers PO Hierbij is in het uitwerkingsplan 2011 met name specifiek aandacht gegeven aan het onderwijs aan nieuwkomers. Afgesproken is dat de scholen voor het primair onderwijs de leerlingen die uit het buitenland komen zo clusteren, dat maximaal van de subsidie bij het ministerie gebruik gemaakt kan worden. Daarbij is de afspraak dat de middelen worden ingezet om de begeleiding van de schakelklas in te kopen bij de Flevomeer Bibliotheek tot 2013. Stichting SchOOL heeft op basis van deze afspraken voor vier scholen middelen kunnen aanvragen bij het ministerie, en koopt daarvoor dienstverlening in bij de Flevomeer Bibliotheek. SKOFV maakt wel gebruik van de middelen van het ministerie, maar verzorgt net als het PCPO het onderwijs aan deze kinderen zelf. In de praktijk blijkt het voor met name de kleinere schoolbesturen lastig om optimaal gebruik te maken van de middelen van het ministerie. Deels door de vrije schoolkeuze van ouders, deels doordat de regeling slechts geldt voor het eerste jaar dat de kinderen in Nederland zijn, terwijl in dat eerste jaar niet altijd de inschrijving plaatsvindt. Consequentie is dat scholen meer dan voorheen zelf het onderwijs aan deze kinderen verzorgen. Alleen voor de vier- en vijfjarigen is er vanuit de gemeente gesubsidieerde ondersteuning beschikbaar vanuit de Flevomeer Bibliotheek (NT2 begeleiding). Er komt een uitwerking hoe vanaf 2013 de NT2 begeleiding voor vier- en vijfjarigen, en voor nieuwkomers zo optimaal mogelijk georganiseerd moet worden.

16

Primaire verantwoordelijkheid: onderwijs zelf Afspraak dat schoolbesturen zelf invulling geven aan het onderwijs aan deze kinderen is door de

schoolbesturen uitgevoerd. Schakelklas VO Binnen het voortgezet onderwijs is in 2011 een schakelklas opgestart waar het onderwijs aan nieuwkomers plaatsvindt. Voor 2011 zijn opstart- en inrichtingskosten gemaakt door het VO die vanuit de LEA voor een deel vergoed zijn. De kosten zijn conform de afspraken € 15.000,-

Primaire verantwoordelijkheid: onderwijs zelf Afspraak om een schakelklas voor het VO in te richten, is gerealiseerd. De kosten zijn conform

afspraak € 15.000 Logopedie Naast het onderwijs aan nieuwkomers is in het uitwerkingsplan 2011 afgesproken dat er een plan van aanpak komt hoe logopedie op scholen in Lelystad (LSL) meer inhoudelijk kan aansluiten bij het ‘leren van taal’ binnen de scholen. Logopedie ligt inhoudelijk dicht tegen de verantwoordelijkheid van het samenwerkingsverband PO aan als het gaat om de preventie en signalering van taalachterstanden. Daarbij kan het interne handelen van de leerkracht worden versterkt met inzet van de logopedist. Scholen bevestigen de behoefte en het belang van logopedie in de school. Daarom wordt nu gekeken of en op welke manier LSL kan worden ondergebracht bij het samenwerkingsverband.

Primaire verantwoordelijkheid: gemeente (en samenwerkingsverband) Afspraak om te komen tot een plan van aanpak is gerealiseerd. Het daadwerkelijk onderbrengen

van de logopedisten bij het samenwerkingsverband is echter nog niet gerealiseerd. Dit wordt in 2012 verder uitgewerkt.

3. Onderwijsmonitor De tweede onderwijsmonitor is verschenen met gegevens over het primair en voortgezet onderwijs. Daarin is een belangrijk deel van de CITO toetsgegevens van de leerlingen opgenomen. Het aanleveren van deze gegevens door de scholen blijkt echter erg lastig. Dit blijft een aandachtspunt voor de schoolbesturen. Dat neemt niet weg dat door de onderwijsmonitor een aantal interessante punten zichtbaar worden. In bijlage 2 is een korte notitie over de onderwijs monitor opgenomen. Daarnaast zijn afspraken gemaakt over de doorontwikkeling van de onderwijsmonitor richting het MBO, zijn de toetsen die als basis dienen herbevestigd en zijn eerste afspraken gemaakt over een onderwijsmonitor voor ouders. In bijlage 3 is opgenomen op welke manier in de stuurgroep Talentontwikkeling voorgesteld is om invulling te geven aan de onderwijsmonitor voor ouders. De stuurgroep Talentontwikkeling heeft echter niet ingestemd met het voorstel. Argumenten van de stuurgroep zijn dat de genoemde gegevens nu al beschikbaar zijn in de schoolgids en dat het op deze manier presenteren van gegevens het risico kent dat het verouderde informatie bevat. Bovendien is recent met de bestuursafspraken die de PO-raad met het ministerie heeft gemaakt duidelijk geworden dat ook voor het primair onderwijs gewerkt gaat worden met Vensters voor Verantwoording. Een concept bedoeld om informatie voor onder meer ouders zeer toegankelijk te maken. Om niet de planlast voor de scholen dit jaar onnodig te verhogen, is in de stuurgroep besloten als primair onderwijs scholen in Lelystad koploper te willen zijn bij deelname aan de Vensters voor Verantwoording.

Primaire verantwoordelijkheid: gemeente (en onderwijs zelf voor het aanleveren van gegevens) Afspraak rond de doorontwikkeling van de onderwijsmonitor zijn gerealiseerd. De kosten zijn

conform de afspraak € 35.000,- geweest voor het opleveren van de monitor.

17

B. Horizontale samenwerking versterken Centrale doelstelling: goede afstemming tussen de instellingen/partijen die op hetzelfde moment activiteiten voor een kind aanbieden om de talentontwikkeling van kinderen optimaal te bevorderen. En voor elk kind wordt eventuele zorg en ondersteuning zo georganiseerd dat het kind zo goed mogelijk naar school kan. Binnen dit thema is voor 2011 een viertal prioriteiten benoemd:

4. Partnerschap met ouders versterken Er zijn veel verschillende trajecten gaande om invulling te geven aan educatief partnerschap. Vanuit de LEA is hier niet actief een verdere impuls aan gegeven. Wel is meer verbinding aangebracht tussen bestaande projecten, met name in de afstemming tussen de manier waarop daar in de peuterspeelzalen aandacht voor is en de manier waarop dat op scholen gebeurt. Beiden zijn bijvoorbeeld bezig om invulling te geven aan huisbezoeken en aan trainingen voor leidster/leerkracht vaardigheden. Wat gedeeld wordt is de focus van educatief partnerschap op het versterken van de taalontwikkeling van de kinderen en de rol die ouders daar zelf ook bij zouden kunnen spelen.

Primaire verantwoordelijkheid: onderwijs zelf Afspraak om meer samenhang te realiseren in de ontwikkeling van educatief partnerschap is

gerealiseerd. 5. Dagarrangementen Brede School Vanaf het schooljaar 2010-2011 is de verantwoordelijkheid voor de Brede School belegd bij de individuele schooldirecteuren. Hierdoor is het activiteitenaanbod beter aangesloten bij de schoolpopulatie. In 2011 is daardoor een duidelijke toename in deelnemersaantallen zichtbaar bij de verschillende activiteiten. De activiteitencoördinatoren zijn in dienst getreden bij Welzijn Lelystad. Zij hebben onder andere de taak om gepaste activiteiten in te plannen en te monitoren hoe deze verlopen. De focus verplaatst zich gestaag van een ‘leuk’ activiteitenaanbod naar een gericht aanbod aan activiteiten die bijdragen aan de Brede School doelstellingen.

Primaire verantwoordelijkheid: gezamenlijk Afspraken om meer aandacht te besteden aan evaluatie, monitoring, en meer focus op de

doelstellingen van de brede school zijn gerealiseerd. 6. Zorg op en rond de school en passend onderwijs Geen verdere groei speciaal onderwijs Ondanks de ambitie van het onderwijs zelf dat er geen verdere groei van het speciaal onderwijs zou plaatsvinden, is dit wel gebeurd. Het cluster 4 onderwijs (Eduvier) is gegroeid met circa 15%. Er is door beide samenwerkingsverbanden (PO en VO) apart een plan opgesteld om invulling te geven aan passend onderwijs. Binnen het voortgezet onderwijs is dit activiteitenplan uitgewerkt door verschillende werkgroepen van leerkrachten. Hierin worden (vernieuwende) zorgarrangementen uitgewerkt die nodig zijn om de leerlingen passend onderwijs te kunnen bieden. Conform de afspraken is dit proces vanuit de LEA met € 30.000 gefaciliteerd. Door het samenwerkingsverband PO is een Deltaplan opgesteld. Op basis van deze ontwikkelingen is geen claim gelegd op de beschikbare € 15.000,- voor ‘onorthodoxe maatregelen’. Dit bedrag is dan ook niet uitgegeven.

Primaire verantwoordelijkheid: onderwijs zelf Er is zowel in het VO als in het PO een plan van aanpak opgesteld, alleen heeft het niet geleid tot

minder groei van het speciaal onderwijs. De kosten zijn lager dan afgesproken, van de € 45.000,- beschikbaar, is € 30.000 besteed.

Schoolbegeleiding De invoering van passend onderwijs vraagt veel van de scholen. Het samenwerkingsverband in het primair onderwijs neemt daarbij in toenemende mate een cruciale positie in van waaruit wordt geïnvesteerd in de basiszorg – breedte zorg – en diepte zorg op de basisscholen. De middelen voor schoolbegeleiding zijn vanaf 2012 dan ook rechtstreeks naar het samenwerkingsverband overgemaakt.

18

Primaire verantwoordelijkheid: samenwerkingsverband (onderwijs zelf) Afspraak om schoolbegeleiding via het samenwerkingverband te bekostigen, is gerealiseerd. Verkennen cluster 2 onderwijs in Lelystad: Er zijn op dit moment ruim 20 kinderen die een indicatie hebben voor cluster 2 onderwijs. Door een reorganisatie van het cluster 2 onderwijs vinden de gesprekken hierover pas aan het eind van 2011 plaats, waardoor de uitkomsten daarvan op moment van schrijven nog niet bekend zijn. Insteek van het samenwerkingsverband bij deze gesprekken is om te verkennen of obs De Watergeus als expertise centrum voor cluster 2 onderwijs voor de Lelystadse leerlingen zou kunnen fungeren.

Primaire verantwoordelijkheid: samenwerkingsverband (onderwijs zelf) De afspraak om de mogelijkheden te verkennen om in Lelystad cluster 2 onderwijs te organiseren,

is nog in uitvoering, en zal in 2012 verder worden uitgevoerd. 6.a. Passend aanbod hoogbegaafden Vanuit de werkgroep hoogbegaafden (waarin een aantal schooldirecteuren en het samenwerkingsverband participeren onder voorzitterschap van de beleidsmedewerker van het grootste schoolbestuur Stichting SchOOL) is in kaart gebracht hoeveel leerlingen (naar schatting) hoogbegaafd zijn, en wat het aanbod is op de Lelystadse scholen. Tien scholen hebben aangegeven naar schatting tussen de 10 en 20 hoogbegaafde kinderen op school te hebben. Twintig scholen zitten daaronder, en twee daarboven. Op 21 scholen wordt een specifieke aandacht aan deze leerlingen gegeven, variërend van specifieke lesmethoden, extra begeleiding, plusklas of op de juiste momenten versnellen, ‘verrijken en compacten’ van het bestaande lesaanbod. Vanuit de schoolbesturen wordt nu bekeken met welke opdracht de werkgroep verder gaat om het bestaande aanbod verder te versterken. In 2011 is ook de pilot Be Cool van start gegaan. Dat project richt zich op het ontwikkelen van een digitale leeromgeving voor kinderen in groep 6/7/8. In aansluiting daarop zijn in het schooljaar 2011/2012 een achttal basisscholen extra begeleid bij de invoering van het digitaal handelingsprotocol en de professionalisering van teams in het signaleren van hoogbegaafden en het bieden van passend onderwijs aan deze leerlingen. In schooljaar 2012/2013 worden nog eens 19 scholen hierbij betrokken. De middelen van de LEA zijn ingezet om deze begeleiding te faciliteren. De kosten zijn daarbij iets hoger dan begroot, dat komt omdat de prestaties ook doorlopen in komende schooljaren.

Primaire verantwoordelijkheid: onderwijs zelf De afspraken om een schatting van de omvang van deze doelgroep in het primair onderwijs te

maken en het onderwijs aan hoogbegaafden te versterken, zijn gerealiseerd. De kosten zijn iets hoger dan begroot, namelijk € 27.510, terwijl € 20.000 was begroot.

7. Harmonisatie van de voorschool Met de vaststelling van de nota JongLeren zijn de kaders voor de voorschoolse periode opnieuw vastgesteld. Daarbij is afgesproken dat in het voorjaar 2012 in de gemeenteraad de voortgang wordt toegelicht. In het LEA uitwerkingsplan 2011 is ingezet dat de harmonisatie van de voorschoolse voorzieningen, het versterken van de doorgaande lijn tussen de voorschoolse voorzieningen en de basisschool en de ontwikkelingen rond de brede school in samenhang plaatsvinden. Dat gebeurt, bijvoorbeeld in de wijkanalyses die plaats vinden om de harmonisatie concreet in te vullen, en door actief de verbindingen te benoemen in de overleggen waar deze zaken aan de orde komen.

Primair verantwoordelijke: gemeente Afspraak om diverse ontwikkelingen in samenhang uit te voeren, is gerealiseerd.

19

C. Verticale samenwerking versterken Centrale doelstelling: door samenwerking en afstemming wordt zoveel mogelijk een doorgaande en ononderbroken ontwikkelingslijn gegarandeerd voor alle kinderen en jongeren van 0 tot 23 jaar. Binnen dit thema is voor 2011 een viertal prioriteiten benoemd 8. Doorlopende lijn voorschoolse voorzieningen - basisschool Er is een overdrachtsdocument ontwikkeld om gericht informatie over kinderen van peuterspeelzalen naar de basisschool over te dragen. Het gebruik van dit document is op alle peuterspeelzalen verplicht. Op dit moment wordt het document op basis van ervaringen verfijnd en wordt verkend in hoeverre het digitaal beschikbaar kan komen. Ook wordt hetzelfde document nu gebruikt op een klein aantal kinderdagverblijven. Die ervaringen zullen worden gebruikt om het ook daar breed te introduceren.

Primair verantwoordelijke: gezamenlijk Hier zijn in het LEA uitwerkingsplan 2011 geen afspraken over gemaakt. 9. Doorlopende lijn primair onderwijs – voortgezet onderwijs Het gebruik van Digidoor bij de overdracht en overgang van PO naar VO is op alle scholen ingevoerd. Hiermee heeft vanuit de werkgroep PO-VO de overdracht een impuls gekregen. Het goed invullen van Digidoor met de juiste gegevens vraagt nog wel om verdere aandacht.

Primair verantwoordelijke: onderwijs zelf De afspraak om deze overdracht te boregen, is gerealiseerd, en de kosten van € 5.000 zijn

conform de afspraak besteed aan de invoering van digidoor. 10. Doorlopende lijn voortgezet- en beroeps onderwijs

Een werkgroep bestaande uit docenten in het VO en MBO hebben zich ingezet om ervaringen uit te wisselen en afspraken te maken in de doorlopende leerlijn. Dit vindt onder meer plaats aan de hand van lerarendagen. Inhoudelijk is daarbij aandacht besteed aan de aansluiting tussen taal en rekenen, en het uitwisselen van informatie van mentor (VO) naar studiecoach (MBO). Dit laatste is verder uitgewerkt, met als resultaat dat zowel voor als na de zomervakantie 2011, daadwerkelijk informatie uitwisseling heeft plaatsgevonden tussen mentor en studiecoach. Naast de “warme overdracht”(mentor – studiecoach/docent) is er ook aandacht besteed aan vormen van digitale overdracht. Net als bij de overgang van PO naar VO is ook hier gekozen Digidoor daarvoor in te zetten. Het uitwerken van een programma om de periode in de zomervakantie in te vullen is doorgeschoven naar volgend jaar.

Primaire verantwoordelijke: onderwijs zelf

De afspraken om de overdracht via een werkgroep van leerkrachten concreet te versterken, zijn voor een belangrijk deel gerealiseerd. Kosten voor de werkgroep zijn conform de afspraken € 25.000,-

10.a. Versterken aansluiting onderwijs – arbeidsmarkt Aanmelden experiment Werkschool In regionaal verband is gewerkt aan de inrichting van de werkschool. Op 7 juli 2011 hebben de wethouders van de gemeenten Almere, Lelystad, Noordoostpolder, Dronten en Urk ingestemd met de start van de volgende fase in de ontwikkeling van de Werkschool Flevoland: kwartiermaken. De kwartiermaker onderzoekt de verdere inrichting van de Werkschool Flevoland, met afspraken over begeleiding, werkgeversplaatsen en financiële arrangementen. Om de bekendheid van het concept werkschool te vergroten is een aftrapbijeenkomst georganiseerd voor werkgevers en scholen. Binnen de Lelystadse scholen is veel draagvlak en bereidheid tot samenwerking en over het delen van de verantwoordelijkheden en middelen. De eindrapportage van de kwartiermaker met het voorstel voor

20

de inrichting van de Flevolandse werkschool wordt in januari gepresenteerd. Financiering heeft plaatsgevonden uit de regiomiddelen jeugdwerkloosheid.

Primair verantwoordelijke: gemeente Afspraak om deel te nemen aan de Werkschool, is gerealiseerd. Vakcollege Het vakcollege is een goed voorbeeld van het vormgeven van een doorlopende lijn van onderwijs naar arbeidsmarkt als ook specifiek tussen VMBO-MBO. Het vakcollege is gestart met een groep van momenteel 18 leerlingen. Middels voorlichtingsbijeenkomsten, gastlessen en publicatie in lokale media is het Vakcollege onder de aandacht van leraren Primair Onderwijs, leerlingen en hun ouders gebracht. Ambitie is om volgend jaar met minimaal 2 groepen te starten. Vanuit het werkbudget LEA is een bijdrage geleverd ad. € 2.550,- als bijdrage voor de dag van het Vakcollege. Hieraan hebben ruim 60 leerlingen van groep 8 en hun leraren deelgenomen.

Primair verantwoordelijke: onderwijs zelf Afspraak om een vakcollege in te richten is gerealiseerd en wordt vervolgd in 2012. Vanuit het

werkbuget is € 2.550 bijgedragen. 11. Voorkomen van voortijdig schoolverlaten Lelystad laat een lichte stijging zien van aantal nieuwe VSV’ers. Dit terwijl de meeste regio’s een daling laten zien. Daarom is ingezet op voortzetting van succesvolle bestaande voorzieningen (plusvoorziening en Op de Rails) en inzet op nieuwe maatregelen waar de problematiek het grootst is (ROC) met extra focus op verzuim en handhaving. De lichte stijging van nieuwe VSV’ers vraagt om verscherpte afspraken. Daarom is een ‘snelkookpansessie’ georganiseerd met gemeente en onderwijspartners. Gezamenlijk is tijdens de snelkookpansessie uitgesproken dat we niet accepteren dat jongeren uitvallen en dat we net zo lang doorgaan totdat het gelukt is de jongeren op school te houden. Op basis hiervan is een Accentennotitie opgesteld en vastgesteld met de schoolbesturen waarmee extra afspraken zijn gemaakt om in 2011-2012 extra in te zetten op een viertal accenten: stevige verzuimaanpak, iedereen komt aan door een in- en uitschrijvingsprotocol, aanspreken op eigen verantwoordelijkheid en versterkte werkgeversbenadering.

Primair verantwoordelijke: gezamenlijk Afspraak om vanuit een integrale aanpak naar dit vraagstuk te kijken, is gerealiseerd.

D. Hoogwaardig aanbod en goede infrastructuur Centrale doelstelling: Lelystad is een aantrekkelijke onderwijsstad en beschikt over een optimaal aanbod zowel qua huisvesting als qua opleidingen. Binnen dit thema zijn voor 2011 een drietal prioriteiten benoemd: 12. Ontwikkeling van HBO in Lelystad De Hogeschool Windesheim Flevoland is in september 2011 van start gegaan met 612 eerstejaars studenten. De opleidingen die Windesheim in Almere van de Hogeschool van Amsterdam heeft overgenomen en de studenten Sociaal Pedagogische Hulpverlening (SPH) in Lelystad brengen het totaal aantal studenten op ruim 1350. De Hogeschool biedt in Almere zestien voltijdopleidingen aan, een deeltijdvariant van de Lerarenopleiding Basisonderwijs (Pabo) en in Lelystad een duale en deeltijdopleiding SPH. Hiermee heeft de Hogeschool Windesheim Flevoland een uitstekende start gemaakt. In het uitwerkingsplan LEA 2011 is op dit onderwerp ingezet op acties om de toestroom van leerlingen naar de Hogeschool Windesheim Flevoland op gang te krijgen. Er zijn diverse wervingsacties geweest en het resultaat is dat veel Lelystadse leerlingen nu onderwijs volgen bij de Hogeschool Windesheim Echter van het geprogrammeerde onderwijsaanbod deeltijd en duaal in Lelystad zelf - Bouwkunde, Verpleegkunde en Sociaal Pedagogische Hulpverlening - heeft alleen de laatste een redelijk succesvolle start gemaakt. Het lijkt er sterk op dat voor het werven van voldoende studenten voor de duale opleidingen, eerst in de basis voldoende voltijdstudenten binnen de Hogeschool Windesheim Flevoland moeten participeren. Specifiek ten aanzien van de duale opleiding Bouwkunde speelt mee

21

dat de economische crisis de bouwsector sterk heeft getroffen, waardoor er vanuit de markt momenteel weinig belangstelling is voor deze duale opleidingen.

Primair verantwoordelijke: onderwijs zelf Afspraak voor voldoende aanmeldingen zijn voor Windesheim in Flevoland breed wel

gerealiseerd, hoewel nog onvoldoende studenten voor de opleidingen in Lelystad zelf zijn bereikt. Herijking op het perspectief van HBO in Lelystad is noodzakelijk.

13. Onderwijs rond Lelystad Airport Hier zijn in het LEA uitwerkingsplan 2011 geen specifieke afspraken over gemaakt. 14. Huisvesting Huisvesting is een breed terrein, en specifiek vanuit het LEA uitwerkingsplan 2011 is de gemeentelijke inbreng benoemd bij de toekomstplannen van het voortgezet onderwijs. Waarbij de ontwikkeling van de toekomstplannen van de Stichting Voortgezet Onderwijs Lelystad (SVOL) de keuzes rond de huisvesting vanuit de inhoud zullen worden gemaakt, waarbij het gaat om het belang van kwalitatief hoogwaardig VO, doorgaande leerlijnen en passend onderwijs. Het traject rond de toekomstplannen van de SVOL is ook zo ingestoken, hoewel daarbij ook de financiële realiteit wordt meegenomen. Dat betekent dat de volgende vier scenario’s verder worden uitgewerkt: (1) instandhouding van de huidige drie gebouwen met 10 jaar, en (2) met 20 jaar, (3) (twee) gebouwen instandhouden met mogelijke uitbreiding, en (4) (twee) gebouwen vervangen door nieuwbouw.

Primair verantwoordelijke: SVOL en gemeente hebben hier ieder een eigen verantwoordelijkheid Afspraak om bij de keuze rond de toekomstplannen van de SVOL ook vanuit de inhoud te kijken,

wordt gerealiseerd. De daadwerkelijke keuze rond de toekomstplannen van het VO wordt overigens pas in 2013 gemaakt.

22

Samenvattend

Bijna alle afspraken uit het LEA uitwerkingsplan 2011 zijn gerealiseerd. Hieronder zijn ze overzichtelijk

in een tabel opgenomen:

Afspraak Realisatie 2011

Begrote kosten

Realiseerde kosten

1. Gemotiveerde en deskundige leerkrachten en schooldirecteuren

Volledig

2. VVE en taalonderwijs

Onderwijs aan nieuwkomers PO Deels

Schakelklas VO Volledig € 15.000 € 15.000

Logopedie Nog niet

3. Onderwijsmonitor Volledig € 35.000 € 35.000

4. Partnerschap met ouders versterken Volledig

5. Dagarrangementen Brede School

6. Zorg op en rond de school en passend onderwijs

Geen verdere groei speciaal onderwijs Volledig € 45.000 € 30.000

Schoolbegeleiding Volledig

Verkennen cluster 2 onderwijs in Lelystad Nog niet

6.a. Passend aanbod hoogbegaafden Volledig € 20.000 € 27.510

7. Harmonisatie van de voorschool

8. Doorlopende lijn voorschoolse voorzieningen - basisschool

geen afspraken

9. Doorlopende lijn primair onderwijs – voortgezet onderwijs

Volledig € 5.000 € 5.000

10. Doorlopende lijn voortgezet- en beroeps onderwijs

Deels € 25.000 € 25.000

10.a. Versterken aansluiting onderwijs – arbeidsmarkt

Aanmelden experiment Werkschool Volledig

Vakcollege Volledig

11. Voorkomen van voortijdig schoolverlaten Volledig

12. Ontwikkeling van HBO in Lelystad Volledig

13. Onderwijs rond Lelystad Airport Geen afspraken

14. Huisvesting Volledig

Werkbudget € 5.000 € 2.765

TOTAAL € 150.000 € 140.275

23

BIJLAGE 2. De tweede onderwijsmonitor

Algemeen

De tweede onderwijsmonitor is door onderzoeksbureau Babeliowsky opgesteld. Deze monitor geeft

aandacht aan de resultaten van het primair en voortgezet onderwijs. De monitor is een

doorontwikkeling van de eerste monitor en biedt in dat opzicht meer interessante bevindingen.

Het concept rapport is besproken in de Stuurgroep Talentontwikkeling van 13 oktober 2011. Met de

daarin vertegenwoordigde onderwijsbesturen zijn de opzet en de uitkomsten besproken.

Geconcludeerd werd dat de onderwijsmonitor vergezeld dient te gaan van een oplegnotitie waarin

enerzijds wordt ingegaan op de methodiek en de beperkingen van de monitor en waarin anderzijds de

conclusies van de monitor van de juiste interpretatie (of nuanceringen) wordt voorzien. In de

Stuurgroep Talentontwikkeling van 19 januari 2012 is deze oplegnotitie vastgesteld. Hierbij een

beknopte samenvatting van de bevindingen uit de onderwijsmonitor.

Methodiek en beperkingen

De resultaten worden gepresenteerd in het licht van de context waarin het onderwijs in Lelystad plaats

heeft. Die context bestaat enerzijds uit het specifieke onderwijsaanbod en de kwaliteit van de

onderwijsvoorzieningen. Anderzijds is er de eigen populatie van deelnemende leerlingen.

De gegevens hebben betrekking op alle leerlingen in het basis- en voortgezet onderwijs. Het speciaal

onderwijs, het PrO en Mbo zijn nog niet in de monitor betrokken. Dat zal in de komende monitor wel

het geval zijn.

De gegevens zijn bij de scholen zelf opgevraagd. Daarbij zijn van 29 van de 36 basisscholen

gegevens geleverd en in het VO zijn van alle scholen gegevens ontvangen. Niet alle gegevens zijn

beschikbaar. Met name de scores van de Cito-eindtoets ontbreken, waardoor er niets is te zeggen

over de mate waarin leerlingen worden over- of onder- geadviseerd.

De toetsresultaten in het basisonderwijs liggen over het algemeen boven het landelijk gemiddelde. De

zwakke basisscholen zijn in de respons echter wat oververtegenwoordigd. Zouden de toetsresultaten

van alle scholen beschikbaar zijn, dan zullen de resultaten er vermoedelijk nog gunstiger uitzien.

In de paragraaf hieronder wordt op enkele onderdelen ingegaan waarbij ook de methodiek en

interpretatie van de informatie aan de orde komt.

Conclusies discussiepunten

Naar aanleiding van de opvallende zaken is een aantal conclusies te trekken en nuanceringen te

maken waardoor de monitor in de juiste context wordt geplaatst. De uitkomsten hiervan zullen een

plek krijgen in het uitwerkingsplan LEA 2012. Deze punten zijn:

Vanuit het onderdeel leerling-populatie:

1. In hoeverre vinden wij het relevant om leerlingen naar etniciteit op te splitsen. Met de veranderende definitie van etniciteit bestaat het risico dat een vertekend beeld ontstaat en de focus verkeerd wordt gelegd. Ook bij de criteria voor gewichtenleerlingen wordt niet meer uitgegaan van etniciteit maar van het relevantere criterium van opleidingsniveau van de ouders. Toch bestaat er wel de behoefte om de mogelijkheid te houden om eventueel dieper gaande

24

analyses te maken. Etniciteit wordt daarom wel meegenomen in de leerling-kenmerken die van de scholen wordt opgevraagd, maar in de rapportage wordt hier niet standaard aandacht aan besteed. De etnische herkomst wordt bepaald aan de hand van het geboorteland van beide ouders/verzorgers.

2. Leerlingen kiezen in het VMBO opvallend weinig voor Techniek (12% versus 24% landelijk). Dit terwijl de verwachte groei en kansen wat betreft arbeidsmarktontwikkelingen juist in de techniek liggen. Specifiek voor Lelystad liggen de kansen op het gebied van Logistiek / Techniek. Dit geeft aanleiding om in het uitwerkingsplan LEA 2012 te kijken hoe aan Techniek een impuls gegeven kan worden.

Vanuit het onderdeel opbrengsten van het basisonderwijs

3. Positief is de bevinding dat bijna alle scores in het basisonderwijs boven de landelijke scores liggen. De monitor volgt (nog) niet een individuele leerling door het onderwijs. Het bestand aan gegevens wordt nu opgebouwd, zodat dat in de toekomst wel mogelijk is, en dus zichtbaar zou kunnen worden in welke mate de prestaties van (groepen) kinderen in hun schoolloopbaan vooruit gaan. Op deze wijze kan worden nagegaan in hoeverre bijvoorbeeld VVE beleid effect heeft.

De opbrengsten van het voortgezet onderwijs

4. Slechts 58% van de leerlingen stroomt door naar het schooltype overeenkomstig het schooladvies. En daarbij lijkt ook sprake is van ‘onderadvisering’, omdat 26% van de kinderen opstroomt naar een hogere vorm van onderwijs dan geadviseerd. Het geven van gecombineerde adviezen (bijvoorbeeld een TL/HAVO advies) bepaalt echter ook een deel van de op- en afstroom. In de werkgroep PO/VO wordt nader over de schooladviezen gesproken.

5. Lelystad telt relatief weinig leerlingen in het HAVO/VWO. In het derde leerjaar volgt in Lelystad 38% het HAVO/VWO en terwijl dat landelijk 45% is. Wellicht verandert dat aandeel als de leerlingen uit het speciaal onderwijs (het Aurum college) hierbij worden meegenomen. Opvallend daarbij is dat zowel in de HAVO als in het VWO na het derde leerjaar 14% van de leerlingen blijft zitten, terwijl dat landelijk 5% is. Binnen het VO zijn al afspraken gemaakt om dat percentage naar beneden te brengen. Omdat het bij het VWO gaat om een vrij kleine groep leerlingen is tevens een nuancering op de cijfers op zijn plaats; een slechte score van één leerling heeft relatief veel impact op de cijfers.

6. Het aantal voortijg schoolverlaters in Lelystad is fors. Met name in het MBO is de uitval groot, maar ook in het VO is de uitval procentueel bijna twee keer zo groot als landelijk. Hierbij moet worden opgemerkt dat als het gaat om het VMBO, het voortgezet onderwijs niet opleid tot een startkwalificatie, maar tot een diploma. In een snelkookpansessie zijn over het voorkomen van voortijdige schooluitval verdere afspraken over gemaakt en vastgelegd in een Accentennotitie. Deze is als bijlage hierbij toegevoegd.

Vervolg onderwijsmonitor

De onderwijsmonitor wordt uitgebreid met de gegevens en opbrengsten van het MBO en het Speciaal

Onderwijs. Hiermee wordt de monitor verder ontwikkeld als instrument om inzicht te geven in de staat

van het onderwijs in Lelystad. De monitor geeft inzicht in de effecten van de inspanningen en dient als

leidraad voor aanvullende maatregelen om de gewenste verdere kwaliteitsslag te realiseren.

25

BIJLAGE

Accentennotitie voorkomen voortijdig schoolverlaten Versie 8, 13 oktober 2011

Aanleiding

Lelystad staat landelijk in de top 3 als het gaat om het aantal nieuwe voortijdig schoolverlaters en dat

aantal stijgt nog steeds. Omdat we het aantal vsv’ers fors naar beneden willen krijgen zijn wij op 8 juli

2011 bij elkaar geweest om in een snelkookpansessie na te denken over oorzaken van dit aantal

vsv’ers, maar ook om samen oplossingen te bedenken om dit stijgende aantal een halt toe te roepen.

In deze bijeenkomst zijn een aantal gezamenlijke accenten aangegeven waar we ons dit schooljaar

extra voor gaan inzetten.

Ambitie

Gezamenlijk hebben we tijdens de snelkookpansessie uitgesproken dat we niet accepteren dat

jongeren uitvallen en dat we net zo lang doorgaan totdat het gelukt is de jongeren op school te

houden.

We hebben elk onze eigen verantwoordelijkheid in het voorkomen van schooluitval.

Jongere: volgt lessen en trekt wanneer dit niet lukt bij school aan de bel

Ouders / omgeving: stimuleert jongeren om opleiding af te maken

Scholen: bieden jongeren passend traject en enthousiaste leraren

Zorginstellingen: ondersteunen jongeren daar waar noodzakelijk

Werkgevers: hebben belang bij gekwalificeerd personeel, bieden stage/opleidingsplekken

Gemeente: leerplichtambtenaren voeren de leerplichtwet uit en handhaven bij ongeoorloofd

verzuim, financieel ondersteunen trajecten, gemeentelijke regie op samenwerking tussen de

verschillende partijen door gezamenlijke bijeenkomsten te initiëren.

Wij spreken gezamenlijk de ambitie uit dat we op 1 oktober 2012 minder dan 200 nieuwe VSV’ers

hebben.

Totaal aantal onderwijsdeelnemers en aantal nieuwe voortijdig schoolverlaters

2005/06 2007/08 2008/09 2009/10 ambitie 10/11

Totaal 5.885 5.912 5.828 5.809

VSV'ers 304 395 312 319

Ambitie

274 243 213 182

Accenten

Naast onze eigen verantwoordelijkheid in het voorkomen van schooluitval leggen we het aankomend

schooljaar gezamenlijk extra accent op:

Accent 1. Verzuimaanpak

Het voorkomen van schooluitval begint bij de aanpak van verzuim. Ongeoorloofd verzuim leidt altijd tot

een directe actie van de school. Wanneer er 16 uur in 4 weken verzuim is doet de school een melding

bij DUO. Binnen een week meldt de gemeente aan DUO welke acties er zijn ondernomen naar

aanleiding van de melding van ongeoorloofd verzuim. De leerplichtambtenaar beoordeelt zelfstandig

welke acties er moeten worden ondernomen, hierin worden drie stappen onderscheiden:

1. De leerplichtambtenaar gaat na wat de school heeft gedaan om de jongere bij de les te

houden en gaat bij de school de achtergrond van het verzuim na.

2. Wanneer de eerste stap niet afdoende is volgt er een waarschuwingsgesprek tussen de

leerplichtambtenaar, de jongere en de ouder op het stadhuis.

26

3. Wanneer het waarschuwingsgesprek niet afdoende is volgt er een proces verbaal of een

HALT-traject.

Om het verzuim op het ROC terug te dringen is er een pilot van een half jaar gestart waarbij het ROC

wanneer jongeren verzuimen en men krijgt geen contact met deze jongere er dezelfde dag een

huisbezoek volgt door CBZ.

Accent 2. Iedereen komt aan

Door de VO-scholen en MBO scholen (ROC Flevoland, maar ook Landstede, Deltion en ROC van

Amsterdam) wordt een in- en uitschrijvingsprotocol ontwikkeld, de werkgroep VO/MBO neemt hierin

het initiatief en draagt zorg dat dit protocol er in maart 2012 ligt. Dit protocol voorkomt dat jongeren

zich na de zomervakantie niet meer inschrijven. Kern van dit protocol is dat er geen uitschrijving

plaatsvindt zonder inschrijving.

Accent 3. Aanspreken op eigen verantwoordelijkheid

In het voorkomen van schooluitval hebben vooral ouders en jongeren zelf een eigen

verantwoordelijkheid, de leerplichtambtenaren zullen hen daar ook op aanspreken. De scholen doen

al hetgeen dat in hun bereik ligt om jongeren bij de les te houden. De gemeente heeft de

verantwoordelijkheid te zorgen dat het cluster leerplicht kwantitatief en kwalitatief op orde komt.

Het aankomend jaar zullen de leerplichtambtenaren op de volgende scholen preventieve spreekuren houden:

Arcus

SGL

Rietlanden

Eduvier

De Steiger

Accent 4. Werkgeversbenadering

Voor die groep jongeren waar leren in de praktijk de beste weg is naar zelfredzaamheid wordt

specifiek ingezet op de ontwikkeling van de werkschool. De gemeente sluit zich in regionaal verband

aan bij het opstarten van de werkschool te beginnen met een startbijeenkomst. De scholen en

werkgevers leveren de jongeren en de werkplekken en de gemeente faciliteert bij de opstart.

Bij de overgang van onderwijs naar arbeidsmarkt beschikken praktijk- en speciaal onderwijs over een

geschikte infrastructuur en expertise om de noodzakelijke begeleiding te geven. Deze expertise wordt

ingezet bij de ontwikkeling van de werkschool.

Verantwoording

Op 13 oktober zijn deze accenten vastgesteld in de stuurgroep Talentontwikkeling.

27

BIJLAGE 3. Onderwijsmonitor voor ouders

Om voor ouders invulling te geven aan een monitor is aan de Stuurgroep Talentontwikkeling

voorgesteld om een aantal criteria per school in te vullen. Het verzoek aan de stuurgroep was de

criteria/tabel als format voor deze monitor vast te stellen. Een voorbeeld daarvan is hier bijgevoegd.

Deze tabel biedt op overzichtelijke wijze voor ouders relevante informatie. Doordat voor alle scholen

de informatie op dezelfde manier wordt gepresenteerd, biedt dit ouders meer overzicht om

bijvoorbeeld in hun wijk de scholen met elkaar te vergelijken. Uiteraard is het van belang dat ouders,

als ze meer informatie willen, de individuele schoolgidsen lezen.

De monitor zou er wat betreft de inhoudsopgave alsvolgt uit kunnen zien:

1. Inleiding

2. Scholen per wijk

3. Zorgloket en samenwerkingsverband

4. Leerplicht

5. Onderwijsinspectie

6. Adressen

Op 19 januari 2012 heeft de stuurgroep Talentontwikkeling echter de ambitie uitgesproken om koploper te worden bij de invoering van Vensters van Verantwoording PO, een landelijk initiatief om invulling te geven aan goede informatie voor ouders. Daarmee onderstreept de stuurgroep het belang van informatie voorziening aan ouders. De stuurgroep heeft echter dus niet ingestemd met het voorstel. Samengevat zijn de opmerkingen van de stuurgroep hierbij:

Het voorgestelde format is een statisch document is, waarbij het risico is dat de beschikbare

informatie snel verouderd.

Bovendien is in het bestuursakkoord wat recent door het ministerie met de PO raad is vastgesteld,

expliciet afgesproken aan de informatie voorziening voor ouders invulling te geven. Hiervoor is, in

navolging van het voortgezet onderwijs, gekozen voor het invullen van Vensters voor

Verantwoording. Het ligt dan niet voor de hand in Lelystad nu een eigen format te ontwikkelen.

Het nu wel aanleveren van de gevraagde informatie verhoogt de planlast voor de scholen, terwijl

gezien de recente ontwikkeling, sterkt aan de meerwaarde ervan wordt getwijfeld.

Middels het voorgenomen koploperschap bij de invoering van Vensters voor Verantwoording, wordt

het doel alsnog gerealiseerd.

28

Timotheüs (voorbeeld) Zuiderwagenplein 11, 8224 AD Lelystad, tel. 0320 247 917 www.timotheus-lelystad.nl

Algemeen

Denominatie Reformatorisch

Schoolgebouw

Het schoolgebouw staat naast het kerkgebouw van de Ger. Gemeente aan het Zuiderwagenplein in Lelystad. Het is een mooie en rustige omgeving naast het stadspark, met parkeergelegenheid en is gesitueerd in de buurt van het winkelcentrum 'Lelycentre'.

Aantal leerlingen

Samenstelling groepen Er zijn zeven groepen met leerlingen van dezelfde leeftijd

Brede School

Visie

De grondslag voor alle facetten van het onderwijs op de school is de Bijbel, het onveranderlijke Woord van God en de daarop gegronde “Drie formulieren van Enigheid” te weten de Heidelbergse Catechismus, de Nederlands Geloofsbelijdenis en de Dordse Leerregels. De school geeft onderwijs vanuit en overeenkomstig de Bijbel, zoals verwoord in de bovengenoemde “Drie formulieren van Enigheid”. “Leer de jongen de eerste beginselen naar de eis Zijns wegs” (Spreuken 22:6). Het onderwijskundige doel van de school is om via deze weg de leerlingen zodanig op te leiden zodat ze in het vervolgonderwijs hun leerweg kunnen vervolgen.

Lestijden

Groep 1 en 2 08.45 – 12.00 uur op ma,di,do en vrijdag

13.00 – 15.00 uur op ma,di,do en vrijdag

Woensdag geen les

Groep 3 t/m 8 08.45 – 12.00 uur op ma, di, do en vrijdag

08.45 – 12.30 uur op woensdag

13.00 – 15.00 uur op ma, di, do en vrijdag

Opvang

Peuterspeelzaal

Kinderdagopvang 0-4

Voorschoolse opvang Ja, via CGOB de Flevopolder, een christelijk gastouderbureau

Tussenschoolse opvang Iedereen blijft op school over

Buitenschoolse opvang Ja, via CGOB de Flevopolder, een christelijk gastouderbureau

Specifiek onderwijsaanbod

Nader in te vullen door de school

Resultaten

CITO eindtoets 2010 535,5

CITO eindtoets 2011

Onderwijsinspectie basisarrangement (groen)

Uitstroom 2010 van groep 8 naar VMBO LWOO / BB 6,5%

VMBO BB en KB 12,5%

VMBO GL en TL 30%

HAVO 31%

VWO 20%

Vrijwillige Ouderbijdragen

Ouderbijdrage geen

Schoolreisje (groep 1 t/m 7)

Schoolkamp (groep 8)