Leerhuis 2010-2011

4
De leerhuisavonden worden gehouden in het Johannescentrum, Moezeldreef 400, Utrecht-Overvecht, beginnen om 20.15 uur precies en eindigen om uiterlijk 22.15 uur. Halverwege de avond is er een pauze. De avonden hebben het karakter van een hoorcollege. U wordt verzocht in ieder geval een bijbel, en (als u aantekeningen wilt maken) pen en papier mee te nemen. De kosten die aan het volgen van deze avonden verbonden zijn, bedragen € 40.--. U wordt verzocht het bedrag over te maken op gironummer 1763920 t.n.v. Leerhuis Johannescentrum -- Overvecht te Utrecht. Wanneer dit bedrag bezwaar oplevert kan daar in overleg vanaf geweken worden. Inlichtingen en opgave bij: Marian van der Hulst-Caspers / Rubicondreef 40 / 3561 JC Utrecht 030-2613051 email: [email protected] Kees Wijnen / St. Eustatiusdreef 308 / 3564 GG Utrecht / 030- 2624278 email: [email protected] leerhuis Johannescentrum programma 2010 – 2011 DOOD, EN DAN? STEMMEN UIT DE BIJBEL, ECHOS IN ONZE CULTUUR Vragen rond de dood vormen het hart van elke cultuur en elke religie. Confrontaties met de dood en reflecties daarop geven een scherper zicht op wat het leven is. Op deze leerhuisavond gaat het over beelden van de dood en van wat daarna misschien nog komt. Onze westerse cultuur is ervan doordrenkt. Vele hedendaagse opvattingen zijn geïnspireerd door stof uit de boeken van de Bijbel, die ook zelf op dat punt heel divers is. Echo’s van deze bijbelse stemmen klinken door in allerlei vormen van hedendaagse kunst: in romans, poëzie, schilderkunst, muziek, toneel en film. Bijbelse visies op leven en dood worden daarin niet domweg herhaald. Kunstenaars geven er op een nieuwe wijze vorm en inhoud aan. De interactie tussen moderne cultuur en Bijbel is bijzonder boeiend: Wim Weren laat niet alleen zien hoe kennis van de Bijbel ons helpt om onze cultuur beter te verstaan, maar ook hoe we door de bril van onze cultuur de Bijbel met nieuwe ogen kunnen lezen. Prof. Dr Wim Weren is hoogleraar Nieuwe Testament aan de Faculteit Katholieke Theologie aan de Universiteit Tilburg en publiceerde in 2010 Dood, en dan? Stemmen uit de Bijbel, echo’s in onze cultuur, Meinema Zoetermeer 0 9 mrt

description

Overzichtsprogramma van het Leerhuis van 2010-2011

Transcript of Leerhuis 2010-2011

Page 1: Leerhuis 2010-2011

De leerhuisavonden worden gehouden in het Johannescentrum, Moezeldreef 400, Utrecht-Overvecht, beginnen om 20.15 uur precies en eindigen om uiterlijk 22.15 uur. Halverwege de avond is er een pauze. De avonden hebben het karakter van een hoorcollege. U wordt verzocht in ieder geval een bijbel, en (als u aantekeningen wilt maken) pen en papier mee te nemen. De kosten die aan het volgen van deze avonden verbonden zijn, bedragen € 40.--. U wordt verzocht het bedrag over te maken op gironummer 1763920 t.n.v. Leerhuis Johannescentrum -- Overvecht te Utrecht. Wanneer dit bedrag bezwaar oplevert kan daar in overleg vanaf geweken worden. Inlichtingen en opgave bij: Marian van der Hulst-Caspers / Rubicondreef 40 / 3561 JC Utrecht 030-2613051 email: [email protected] Kees Wijnen / St. Eustatiusdreef 308 / 3564 GG Utrecht / 030-2624278 email: [email protected]

leerhuis

Johannescentrum

programma 2010 – 2011

DOOD, EN DAN? STEMMEN UIT DE BIJBEL, ECHO’S IN ONZE CULTUUR

Vragen rond de dood vormen het hart van elke cultuur en elke religie. Confrontaties met de dood en reflecties daarop geven een scherper zicht op wat het leven is. Op deze leerhuisavond gaat het over beelden van de dood en van wat daarna misschien nog komt. Onze westerse cultuur is ervan doordrenkt. Vele hedendaagse opvattingen zijn geïnspireerd door stof uit de boeken van de Bijbel, die ook zelf op dat punt heel divers is. Echo’s van deze bijbelse stemmen klinken door in allerlei vormen van hedendaagse kunst: in romans, poëzie, schilderkunst, muziek, toneel en film. Bijbelse visies op leven en dood worden daarin niet domweg herhaald. Kunstenaars geven er op een nieuwe wijze vorm en inhoud aan. De interactie tussen moderne cultuur en Bijbel is bijzonder boeiend: Wim Weren laat niet alleen zien hoe kennis van de Bijbel ons helpt om onze cultuur beter te verstaan, maar ook hoe we door de bril van onze cultuur de Bijbel met nieuwe ogen kunnen lezen. Prof. Dr Wim Weren is hoogleraar Nieuwe Testament aan de Faculteit Katholieke Theologie aan de Universiteit Tilburg en publiceerde in 2010 Dood, en dan? Stemmen uit de Bijbel, echo’s in onze cultuur, Meinema Zoetermeer

09 mrt

Page 2: Leerhuis 2010-2011

09 feb

23 feb

JOZEF IN DE JOODSE TRADITIE

Het hart van de mens bedenkt zijn weg, maar de Eeuwige bepaalt zijn schrede (Spr. 16:9). Deze wijsheidsspreuk raakt aan het mysterie van geschiedenis, waarin mensen weliswaar van alles plannen maar waarin tegelijkertijd Gods onzichtbaar sturende hand aanwezig blijft. In de bijbelse verhalen over Jozef vinden we dit mysterie van de geschiedenis subtiel en weergaloos beschreven. Marcus van Loopik bespreekt hoe deze verhalen worden geïnterpreteerd in de rabbijnse midrasj en bij rabbijnse bijbelexegeten. Zowel in het jodendom, het christendom als in de islam bestaat een rijke literatuur rond de Jozefverhalen. Steeds weer opnieuw dienden ze tot bron van levenswijsheid. De verhalen stimuleerden met name tot religieuze bespiegelingen over geschiedenis. Ze beschrijven het ondoorzichtige samenspel tussen God en mens daarin. In de Joodse traditie komt een veelkleurig beeld van Jozef naar voren. We zullen ontdekken hoe de Jozefverhalen op verschillende niveaus tegelijk gelezen kunnen worden. Als een legende over aartsvaderlijke personen, als een allegorische weerslag van de geschiedenis van de twaalf stammen van Israël, als een typologische verhaal waarin we de lotgevallen van Israël en de mensheid herkennen, als boek vol wijsheid met tal van lessen in praktische levenswijsheid, en als een psychologische oefening in het proces van haat en verbroedering tussen mensen en gemeenschappen. Dr Marcus van Loopik is als theoloog verbonden aan de Folkertsma Stichting voor Talmudica in Hilversum. Ook is hij werkzaam als beeldend kunstenaar.

BIBLE MORALISEE, CODEX VINDOBONENSIS 13E EEUW

Page 3: Leerhuis 2010-2011

inleiding

06 okt

20 okt

DE BIJBEL – ÉÉN BRON MET VELE STROMEN

Ondanks de toenemende ontkerkelijking blijft de Bijbel een veelgelezen boek. Sommigen laten zich erdoor inspireren om zich in te zetten voor een betere wereld. Anderen proberen er antwoorden in te vinden op de grote vragen van leven en dood die in elk mensenleven spelen. Weer anderen lezen de Bijbel vooral vanuit een literaire of culturele belangstelling. Nog weer anderen zijn geïntrigeerd door de dwarsverbanden die Bijbelverhalen kunnen leggen tussen Jodendom, Christendom en Islam. Maar voor al deze lezers geldt dat de bijbel op welke manier dan ook een bron is die inspireert.

EEN HUIS OM IN TE WONEN In de loop van de geschiedenis hebben velen geprobeerd de rijkdom van de Bijbel met behulp van metaforen onder woorden te brengen. Het beeld van de diamant is één van. Een andere metafoor is dat van ´een huis om in te wonen’ Dit leerhuisseizoen opent met twee avonden waarin duidelijk zal worden op welke manier Bijbelgeleerden en lezers steeds weer het huis van de bijbel zo hebben verbouwd en ingericht dat het bewoonbaar werd. De vrijmoedigheid waarmee ze dat de eeuwen door hebben gedaan, betekent dat ook de bezoekers die er in het begin van de 21e eeuw in willen wonen, een zekere vrijheid hebben om hun eigen visie op dat huis te ontwikkelen. Hans Snoek laat zien hoe Middeleeuwers, reformatoren, aanhangers van de Verlichting maar ook 21e eeuwse lezers het bijbelhuis bewoonbaar hebben gehouden. Dr Hans Snoek is wetenschappelijk medewerker Intercultureel Bijbellezen aan de VU en docent Bijbel-wetenschappen aan de Christelijke Hogeschool Windesheim en publiceerde in 2010 Een huis om in te wonen - uitleg en interpretatie van de Bijbel – Kok Kampen 2010

26 jan

02 feb

Uit alles blijkt dat de dichter aansluiting zocht bij de belevingswereld van zijn toehoorders. Willem van der Meiden vertelt ons over paardenknechten in de kerstnacht, hooggehoornde schepen op het meer van Genesareth en een olifant door het oog van de naald. Dr. Willem van der Meiden is theoloog en journalist. Hij werkte mee aan de eerste Nederlandse vertaling van de Heliand (2006) en schreef er een introducerend boek over, Christus tussen IJssel en Elbe (2008).

BIJBELFIGUREN IN DE ISLAMITISCHE TRADITIE Jodendom, Christendom en Islam zijn verwante religies die wat betreft hun verhaaltradities soms overlap vertonen. Met name de verhalen rond beroemde profeten en koningen zijn in alle drie de tradities terug te vinden. Vaak wordt verondersteld dat de Koran heeft 'geleend' van Tenach en Bijbel. De relatie ligt echter gecompliceerder. Wetenschappelijk onderzoek vermoedt dat alle drie de religies wat betreft hun verteltradities putten uit een gedeeld mondeling erfgoed maar daarmee op een eigen en creatieve wijze mee aan de slag zijn gegaan. De thematiek van deze gezamenlijke verhaaltradities zal centraal staan. Op de eerste avond besteedt Martha Frederiks aan de hand van een aantal voorbeelden aandacht aan de relatie tussen vertellingen in de Koran en de islamitische traditie enerzijds en Joodse en Christelijke tradities anderzijds. Duidelijk zal worden dat de Koran weliswaar een aantal verhalen met Jodendom en Christendom deelt, maar ook bijna altijd een eigen verwerking geeft aan deze vertellingen. Op de tweede avond staat één verhaal centraal: het verhaal van Jozef, dat wordt verteld in soera 12. Aan de hand van het beroemde scene van Jozef en Zulaikha (de vrouw van Potifar) zal worden gekeken naar de manier waarop dit verhaal in de Koran wordt verteld en hoe deze ene vertelling in de latere islamitische tradities (hadith, korancommentaren etc.) op zeer uiteenlopende wijzen is geïnterpreteerd. Prof dr Martha Frederiks is bijzonder hoogleraar missiologie aan de Universiteit Utrecht en publiceerde in 2010 Vorstinnen, verleidsters en vriendinnen van God – Islamitische verhalen over vrouwen in Bijbel en Koran, Meinema, Zoetermeer

Page 4: Leerhuis 2010-2011

1 dec

15 dec

PAULUS EN DE REST In Romeinen 9-11 presenteert Paulus de volgelingen van Jezus Christus als "de laatste getrouwe rest" van Israël. De tragiek van zijn optreden is, dat hij deze laatste "rest" vervreemdde van de rest van Israël. Bovendien raakte hij ook nog eens in conflict met de rest van de volgelingen van Jezus Christus. Waarom? Omdat Paulus het geloof in Jezus Christus zag als het begin van een nieuw Israël, het begin misschien wel van een nieuwe vorm van mens-zijn. Dat laatste is het, wat moderne wijsgeren in Paulus' werk oppikken. Alain Badiou, Jacob Taubes, Giorgio Agamben, Slavoj Zizek en anderen lezen Paulus als een van de grootste denkers in de vroege geschiedenis van de mensheid. Vanavond stelt Bert Jan Lietaert Peerbolte beide onderwerpen centraal: Wat betekent het dat Paulus de volgelingen van Jezus Christus zag als de laatste "rest" van Israël? En: hoe duiken de "resten van Paulus" op bij moderne wijsgeren. Prof dr Bert Jan Lietaert Peerbolte is hoogleraar Nieuwe Testament aan de Vrije Universiteit en publiceerde in 2010 Paulus en de rest, Meinema Zoetermeer (2010)

INCULTURATIE IN EEN VROEGMIDDELEEUWS

CHRISTUSGEDICHT Hoe vertel je het evangelie aan mensen die nog nooit een kameel of een woestijn hebben gezien, die misschien geen brood en wijn kennen, die geloven in de almacht van het lot, voor wie verraad van je meester een doodzonde is? Dan kun je de verhalen over Jezus letterlijk overleveren, op hoop van zegen. Of je kunt ze proberen om te buigen, aan te passen aan je hoorders, zonder de inhoud wezenlijk geweld aan te doen. Dat heet ‘inculturatie’ en een van de mooiste voorbeelden daar van is de Oudsaksische Heliand (de genezende, de Heiland). De Heliand, een van de vroegste meesterwerken uit de Oudgermaanse literatuur, werd rond het jaar 830 geschreven, toen de kerstening van de Saksen nog in volle gang was. De onbekende dichter baseert zijn verhaal op de vier evangeliën baseert en plaatst het leven van Jezus in een eigentijdse, Germaanse context. Hij schetst Christus als een adellijke heer die met zijn vazallen van burcht naar burcht trekt. Landschap en klimaat zijn West-Europees. Vikingschepen, noodlot en helden schemeren tussen de tekst door.

3 nov

17 nov

“MAAR DAT STAAT ER TOCH HELEMAAL NIET?“ “SO WHAT?” ZIN EN ONZIN VAN DE ALLEGORISCHE BIJBELUITLEG Door de eeuwen heen is de bijbel op talloze uiteenlopende manieren uitgelegd en geïnterpreteerd: ‘iedere ketter heeft zijn letter’, zoals het spreekwoord luidt. In de vroege kerk en de Middeleeuwen was vooral de zgn. allegorische uitleg populair, een uitleg die op zoek ging naar allerlei dieper liggende, verborgen betekenissen in de tekst. Voor ons als moderne lezers roept zo’n manier van tekstverklaring al snel een gevoel van vervreemding op. In het gunstige geval vinden we de allegorische uitleg ‘misschien wat vergezocht en gekunsteld’, maar meestal luidt het oordeel negatiever. Hoe kwam men er eigenlijk toe om de teksten in onze ogen soms zo respectloos te behandelen? Is er een onoverbrugbare kloof tussen de bijbeluitleg van toen en de manier waarop wij vandaag de dag de bijbel lezen of is er ook veel gemeenschappelijks? Arie Zwiep zoekt naar antwoorden door aan de hand van sprekende voorbeelden te laten zien hoe lezers van toen met de bijbelse teksten omgingen, wat hun beweegredenen waren en hoe dat ons vandaag de dag kan helpen om de bijbel te lezen. Dr. Arie Zwiep is universitair docent Nieuwe Testament en Hermeneutiek aan de Vrije Universiteit Amsterdam en aan de Christelijke Hogeschool Ede en publiceerde in 2009 Tussen tekst en lezer 1. Een historische inleiding in de bijbelse hermeneutiek (Amsterdam: VU University Press, 2009).

TWEE ARTISTIEKE VISIES OP DE PARADIJSVERHALEN UIT

GENESIS Door alle eeuwen heen zijn kunstenaars gefascineerd door de beginverhalen van de Bijbel. Vaak illustreerden zij de leerstelligheid van de kerken in majestueuze wandschilderingen, zoals Michelangelo dat deed in de Sixtijnse kapel in Rome. Een heel andere visie komt ons tegemoet in de grote schilderijen over Genesis 1,2 en 3 van Marc Chagall, die hangen in het Musée National Message Biblique Marc Chagall in Nice. Hier vertelt de kunstenaar een ander verhaal dan dat van de kerk. Bij hem is er geen sprake van een ‘zondeval’ en geen theater van de angst. De hof van Eden is bij Chagall meer de tuin van volwassenwording. Ruud Bartlema laat zien hoe beide kunstenaars al schilderend elk een heel ander verhaal vertellen. Ruud Bartlema is theoloog en beeldend kunstenaar