Koen De Graeve over zijn freddy-jaren

2
'DE ZONDAG, DIE WAS HEILIG' DUBBELPUNT: Dag Koen! Wat is je eer- ste herinnering aan de Chiro? Koen: Goh, mijn eerste herinnering? Dat mijn oudere broer me op vijliarige leef- tijd achter op z'n fiets meenam, en dat ik erg onder de indruk was van het hele Chirogebeuren. Hij was dertien jaar ou- der, en toen dus al aspi of leider. Ik zie hem daar nog ravotten, en ik maar huilen omdat hij aan het'vechten'was met zo'n grote kerel! Als vijfjarige snap je dat na- tuurlijk niet. DUBBELPUNT: Mee met je broer naar de Chiro. Kom je uit een Chirofamilie? Koen: Ja. We zijn allemaal bij de Chiro geweest, maar ik het langst. Ik ben er een jaar te vroeg bij gegaan en ben sindsdien altijd een heel fervente Chiroganger ge- bleven. De zondag, die was heilig, dat was Chirodag. We moesten voor één uur gegeten hebben, want dan verzamelden we met de jongens alvast aan de lokalen, om te voetballen. Wij waren dus al afge- mat nog voor de Chiro begon, (lacht) Ik ging echt supergraag naar de Chiro, ei- genlijk was dat een verslaving. Dat is een héél groot deel van mijn leven geweest. Wat me vooral aantrok, was de vrijheid die je daar had: alles kan en alles mag. DEVINNIE.DE FRANK EN DEFREbDIES: CHIROHELDEN DUBBLPUNT: Die Chiroverslaving, zat de leiding daar ook voor Iets tussen? Koen: Enorm! We hadden echt fantastische leiders! Ook al hadden ze eens weinig voorbereid, dan nog gebeurde er elke zondag wel iets zots. Als ik erbij nadenk wat voor programma's die mannen in elkaar konden steken, amai! Dat waren echt mijn helden toen, en ik kan me ze nog altijd voor de geest halen. De Vinnie bijvoorbeeld, een kast van een kerel die geweldig kon vertellen. Wij zaten dan als klein mannen in een kring rond hem, ter- wijl hij met grote gebaren over 'Oskawa en Oskiwi'vertelde terwijl het zweet van zijn gezicht spoot. Of mijn neef, die het hele kamp op blote voeten rondliep. Na tien dagen waren die twee keer zo dik, van het vuil en van het eelt. (lacht) Hij was een ongelofelijke vrijbuiter, en daar ging hij heel ver in. Maar toch voelde je bij hem perfect aan wanneer je over een grens ging, ook al zei hij dat nooit met zoveel woorden. Hij kon zijn leden een enorme vrijheid geven en toch heel duidelijk maken wat kon en wat niet kon. Of de Frank, een kerel die meestal niets voorbereidde, en het ook het leukst vond als er zo weinig mogelijk gebeurde. Klinkt vreemd, maar dat waren topda- gen. Rondhangen en je niet vervelen, maar eerder denken: 'dees tempo is goe, mannen'. Een hoge boom zien en den- ken: zouden we daar in geraken? En ver- volgens tot vijf uur in die boom blijven zitten. DUBBELPUNT: Voorbeelden voor je eigen leiderscarrière? Koen: Zeker! Je wilt de fakkel doorgeven, even origineel en inspirerend zijn voor je leden. Je wilt dat die gastjes naar de Chiro komen en bij de eindformatie al niet meer kunnen wachten tot het weer zondag is. Als wij iets voorbereidden, een zoektocht O f zo, dan was dat met alle mogelijke toeters en bellen. Dingen die mislopen zo origi- neel mogelijk proberen op te lossen en de opluchting als het uiteindelijk op zijn pootjes terechtkomt: we wilden te allen tijden trots kunnen zijn op onszelf. DUBBELPUNT: Hadden jullie een hech- te leidingsploeg? Koen: Ja, heel zeker. Wij noemden ons- zelf trouwens de Freddies. Op zaterdag- avond gingen we vaak op stap in Chiro- uniform, en dan droegen we daar van die lange jassen over. Als we dan in groep er- gens op een fuif kwamen, zag je de men- sen al denken: god, daar zijn de Freddies weer! (lacht) DUBBELPUNT: Wat voor leider was jij? Koen: Ik was degene die de grappige sketches in elkaar stak, en die liedjes op de gitaar speelde aan het kampvuur. Dat was natuurlijk het hoogtepunt van het jaar: het kampvuur op het einde van het bivak. Het grote feest is gedaan, er heerst een mengeling van verdriet en de drang om toch nog even alles uit de kast te ha- len. De stemmen klinken hees, de kinde- ren zijn doodmoe, maar er worden nog de leukste sketches en liedjes in elkaar gestoken. Als kind is dat hele gebeuren ontzettend indrukwekkend. En op latere leeftijd zijn er de prille verliefdheden die tijdens het kampvuur tot uiting komen, natuurlijk, (lacht) En de dromen over de toekomst. 42 april 2012 ^•1

description

Koen De Graeve over zijn freddy-jaren

Transcript of Koen De Graeve over zijn freddy-jaren

Page 1: Koen De Graeve over zijn freddy-jaren

'DE ZONDAG, DIE WAS HEILIG' DUBBELPUNT: Dag Koen! Wat is je eer­

ste herinnering aan de Chiro?

Koen: Goh, mijn eerste herinnering? Dat

mijn oudere broer me op vijliarige leef­

tijd achter op z'n fiets meenam, en dat

ik erg onder de indruk was van het hele

Chirogebeuren. Hij was dertien jaar ou­

der, en toen dus al aspi of leider. Ik zie

hem daar nog ravotten, en ik maar huilen

omdat hij aan het'vechten'was met zo'n

grote kerel! Als vijfjarige snap je dat na­

tuurlijk niet.

DUBBELPUNT: Mee met je broer naar

de Chiro. Kom je uit een Chirofamilie?

Koen: Ja. We zijn allemaal bij de Chiro

geweest, maar ik het langst. Ik ben er een

jaar te vroeg bij gegaan en ben sindsdien

altijd een heel fervente Chiroganger ge­

bleven. De zondag, die was heilig, dat

was Chirodag. We moesten voor één uur

gegeten hebben, want dan verzamelden

we met de jongens alvast aan de lokalen,

om te voetballen. Wij waren dus al afge­

mat nog voor de Chiro begon, (lacht) Ik

ging echt supergraag naar de Chiro, ei­

genlijk was dat een verslaving. Dat is een

héél groot deel van mijn leven geweest.

Wat me vooral aantrok, was de vrijheid

die je daar had: alles kan en alles mag.

D E V I N N I E . D E FRANK EN DEFREbDIES: CHIROHELDEN

DUBBLPUNT: Die Chiroverslaving, zat

de leiding daar ook voor Iets tussen?

Koen: Enorm! We hadden

echt fantastische leiders!

Ook al hadden ze eens

weinig voorbereid, dan

nog gebeurde er elke

zondag wel iets zots.

Als ik erbij nadenk wat

voor programma's die mannen in elkaar

konden steken, amai! Dat waren echt

mijn helden toen, en ik kan me ze nog

altijd voor de geest halen. De Vinnie

bijvoorbeeld, een kast van een kerel die

geweldig kon vertellen. Wij zaten dan als

klein mannen in een kring rond hem, ter­

wijl hij met grote gebaren over 'Oskawa

en Oskiwi'vertelde terwijl het zweet van

zijn gezicht spoot.

Of mijn neef, die het hele kamp op blote

voeten rondliep. Na tien dagen waren

die twee keer zo dik, van het vuil en van

het eelt. (lacht) Hij was een ongelofelijke

vrijbuiter, en daar ging hij heel ver in.

Maar toch voelde je bij hem perfect aan

wanneer je over een grens ging, ook al

zei hij dat nooit met zoveel woorden. Hij

kon zijn leden een enorme vrijheid geven

en toch heel duidelijk maken wat kon en

wat niet kon.

Of de Frank, een kerel die meestal niets

voorbereidde, en het ook het leukst

vond als er zo weinig mogelijk gebeurde.

Klinkt vreemd, maar dat waren topda­

gen. Rondhangen en je niet vervelen,

maar eerder denken: 'dees tempo is goe,

mannen'. Een hoge boom zien en den­

ken: zouden we daar in geraken? En ver­

volgens tot vijf uur in die boom blijven

zitten.

DUBBELPUNT: Voorbeelden voor je

eigen leiderscarrière?

Koen: Zeker! Je wilt de fakkel doorgeven,

even origineel en inspirerend zijn voor je

leden. Je wilt dat die gastjes naar de Chiro

komen en bij de eindformatie al niet meer

kunnen wachten tot het weer zondag is.

Als wij iets voorbereidden, een zoektocht

O f

zo, dan was

dat met alle mogelijke toeters

en bellen. Dingen die mislopen zo origi­

neel mogelijk proberen op te lossen en

de opluchting als het uiteindelijk op zijn

pootjes terechtkomt: we wilden te allen

tijden trots kunnen zijn op onszelf.

DUBBELPUNT: Hadden jullie een hech­

te leidingsploeg?

Koen: Ja, heel zeker. Wij noemden ons­

zelf trouwens de Freddies. Op zaterdag­

avond gingen we vaak op stap in Chiro-

uniform, en dan droegen we daar van die

lange jassen over. Als we dan in groep er­

gens op een fuif kwamen, zag je de men­

sen al denken: god, daar zijn de Freddies

weer! (lacht)

DUBBELPUNT:

Wat voor leider was jij?

Koen: Ik was degene die de grappige

sketches in elkaar stak, en die liedjes op

de gitaar speelde aan het kampvuur. Dat

was natuurlijk het hoogtepunt van het

jaar: het kampvuur op het einde van het

bivak. Het grote feest is gedaan, er heerst

een mengeling van verdriet en de drang

om toch nog even alles uit de kast te ha­

len. De stemmen klinken hees, de kinde­

ren zijn doodmoe, maar er worden nog

de leukste sketches en liedjes in elkaar

gestoken. Als kind is dat hele gebeuren

ontzettend indrukwekkend. En op latere

leeftijd zijn er de prille verliefdheden die

tijdens het kampvuur tot uiting komen,

natuurlijk, (lacht) En de dromen over de

toekomst.

42 april 2012 ^ • 1

Page 2: Koen De Graeve over zijn freddy-jaren

DECHIROJAREN VAN KOEN DE GRAEVE

'KOEN DE GRAEVE KAN MIJ KRIJGEN'

DUBBELPUNT: Over dromen gespro­

ken: wij vonden op Facebook de pa­

gina 'Koen de Graeve kan mij krijgen'.

Had je dat ooit kunnen dromen toen

je als leider aan het kampvuur op je

gitaar zat te tokkelen?

Koen: Echt? Bestaat er zo'n pagina? (be­

gint op zijn gsm te tol(kelen) Shit man...

(blijft enkele minuten verbaasd kijken naar

zijn gsm-scherm) Nee, dat zou il< nooit

over mezelf gedacht hebben, (lacht) Ik

was echt een bloemkool op die leeftijd.

DUBBELPUNT: Niet veel ChirolieQes versleten?

KOEN: Awel nee, eigenlijk! (lacht) Ik zat in

een jongensgroep, maar we gingen wel

elk jaar samen met de meisjes op bivak.

Op één van die meisjes ben ik verliefd

geweest van mijn negende tot mijn acht­

tiende. Zij wist dat - of beter: de hele pa­

rochie wist dat - maar al mijn liefdesbrie­

ven ten spijt kwam er nooit reactie. Tot

ik in het zesde middelbaar voor een paar

weken naar Griekenland trok met een

vriend en haar een laatste brief schreef.

Om voorgoed afscheid te nemen, zeg

maar, de eenzijdige liefde had nu lang

genoeg geduurd. De dag voor ik vertrok,

kreeg ik plots een brief terug, waarin ze

geheel onverwacht wél interesse toonde.

Daar z it je dan, als achttienjarige, in het

buitenland met die brief brandend in je

achterzak!

CHIRO FOREVER

DUBBELPUNT: Vorm je nu nog altijd

een hechte groep met je Chirovrien­

den?

KOEN: Zij komen nog geregeld samen,

ja. Ik ben daarin nog de meest asociale,

ik woon dan ook vrij ver. Meestal heb ik

het te druk, of ben ik gewoon te lui om

helemaal af te zakken naar Mere. Soms

komen ze wel naar een optreden kijken

en daarna een pint pakken. Als ik hen

terugzie, is het in elk geval meteen weer

zoals vroeger. Dan palaveren we net als

toen over de meest onzinnige dingen,

of komen de Grote Thema's weer boven

waarover we in onze adolescentenperi­

ode vol vuur discussieerden tot in de late

uurtjes.

Nog een straf verhaal, trouwens. Rick Er-

mens, één van mijn beste Chirovrienden

- een tenger vrolijk kereltje - was ik al ja­

ren uit het oog verloren, tot ik hem vier

jaar geleden tegenkwam in Zuid-Frank­

rijk. Mijn schoonouders hebben daar een

huis waar wij jaarlijks op vakantie gaan,

en blijkbaar woont hij tweehonderd me­

ter verderop! Dezelfde avond zaten we

al weer te pintelieren, en nu zien we el­

kaar jaarlijks en zijn onze kinderen beste

vrienden. Ongelofelijk, toch?

DUBBELPUNT: Chirovrienden zijn er

voor het leven! Heb je, om af te slui­

ten, nog een wijze raad voor Chirolei-

ding?

KOEN: Een wijze raad? Uhm, spek met

eieren werken altijd op zondagoch­

tend? (lacht)Nee, het belangrijkste is dat

je goed kijkt naar je leden. Het gaat er

niet alleen om het beste spel in elkaar

te steken, je hebt ook een opvoedkun­

dige verantwoordelijkheid. Zo zat er bij

mij in de groep een jongen, de Michiel,

die motorisch wat achter was. Wij had­

den fantastische leiding, die het niet over

hun hart kreeg om hem aan de kant te

laten zitten, dus wij sleurden hem overal

mee naartoe. Ik ben hem onlangs nog

tegengekomen en hij is daar ontzettend

dankbaar voor. Er zullen ookjeugdbewe-

gingen zijn waar dat niet zo vanzelfspre­

kend is, of waar bepaalde zaken niet op­

gemerkt worden, zoals pestgedrag. Maar

als leiding moetje proberen om iedereen

mee te krijgen. Als elk individu zich beter

voelt in de Chiro krijg je vanzelf ook een

sterke groep. En hen vrijheid gunnen, na­

tuurlijk. Die kinderen hun grenzen laten

verkennen, zoveel mogelijk. Da's in elk

geval wat mijn Chirojaren tot een gewel­

dige tijd heeft gemaakt, (lacht)

tü-i april 2012 4 3