Jotul Wood Stoves

3
Houtverbranding en atmosferische uitstoot. Voorlopige nationale cijfers thuisverbruik 2006. Steeds meer hout gestookt in kachels met clean burn verbrandingstechnologie. Door Kristin Aasestad In 2006 stookten de Noren thuis gemiddeld 300 kg hout. Bijna 40% van dit hout werd gestookt in kachel met clean burn verbrandingstechnologie en dit percentage stijgt snel. In 2006 leverden nieuwe kachels Noorwegen 0,9 TWh extra energie uit gestookt hout en werd de uitstoot van zwevende deeltjes met 14.000 ton verminderd. Nieuwe kachels produceren minder uitstoot en zijn efficiënter qua energie dan oudere kachels. De nieuwe kachels leverden in 2006 0,9 TWh meer energie en de uitstoot was 14.000 ton minder dan wanneer het hout in oudere kachels was gestookt. Dat blijkt uit de resultaten van een onderzoek door het Noorse Centraal Bureau voor de Statistiek (SSB), met bijdragen van het Noorse water- en energiedirectoraat (NVE), de Noorse autoriteit tot controle van de vervuiling (SFT) en het ministerie van Landbouw en Voedsel (LMD). Meeteenheden voor energie Het verbruik en de productie van energie wordt vaak gemeten in watturen. Een gloeilamp van 40 watt die één uur brandt, verbruikt 40 wattuur aan elektriciteit. De energie die een huishouden verbruikt, wordt meestal aangegeven in kilowattuur (kWh, oftewel duizend wattuur). De hoeveelheid energie die men in Noorwegen verbruikt, wordt gemeten in gigawattuur (GWh = miljard wattuur) of terawattuur (TWh = 1000 miljard wattuur, T = tera = 10 12 ). Meer hout gestookt in nieuwe kachels Het onderzoek toont aan dat huishoudens in Noorwegen (exclusief vakantiewoningen) iets minder dan 1,4 miljoen ton hout gestookt hebben in 2006. Ongeveer 470.000 Noorse huishoudens hebben een schoon brandende kachel, dit is zo’n 36% van alle haarden. 38% van het in 2006 gestookte hout werd in schoon brandende kachels (kachels die na 1998 gemaakt zijn) gestookt. Dit betekent een stijging van 20% ten opzichte van 2002. In dit onderzoek is voor het eerst het houtverbruik in vakantiehuizen meegenomen. De grafiek laat zien dat ook dit houtverbruik aanzienlijk is. Proportion of wood consumed according to fireplace type 2000-2006 0 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 Fireplace Enclosed stove, old technology Enclosed stove, clean-burning Percentage gestookt hout per type haard 2000-2006 - Open haard - Afgesloten kachel, oude technologie - Afgesloten kachel, Clean burn. Voor 2006 werden de cijfers uit het onderzoek over het eerste kwartaal van 2007 gebruikt. Voor 2005 werd het gemiddelde van het 3 e en 4 e kwartaal van 2005 en het 1 e , 2 e en 3 e kwartaal van 2006 gebruikt.. Voor 2001 en 2003 werden de gemiddelde cijfers van het vorige jaar en het volgende jaar gebruikt. Bron: Onderzoek naar leefomstandigheden 2000, 2002 en 2004. 1

description

Steeds meer hout gestookt in kachels met clean burn - Jotul

Transcript of Jotul Wood Stoves

Page 1: Jotul Wood Stoves

Houtverbranding en atmosferische uitstoot. Voorlopige nationale cijfers thuisverbruik 2006. Steeds meer hout gestookt in kachels met clean burn verbrandingstechnologie. Door Kristin Aasestad

In 2006 stookten de Noren thuis gemiddeld 300 kg hout. Bijna 40% van dit hout werd gestookt in kachel met clean burn verbrandingstechnologie en dit percentage stijgt snel. In 2006 leverden nieuwe kachels Noorwegen 0,9 TWh extra energie uit gestookt hout en werd de uitstoot van zwevende deeltjes met 14.000 ton verminderd.

Nieuwe kachels produceren minder uitstoot en zijn efficiënter qua energie dan oudere kachels. De nieuwe kachels leverden in 2006 0,9 TWh meer energie en de uitstoot was 14.000 ton minder dan wanneer het hout in oudere kachels was gestookt. Dat blijkt uit de resultaten van een onderzoek door het Noorse Centraal Bureau voor de Statistiek (SSB), met bijdragen van het Noorse water- en energiedirectoraat (NVE), de Noorse autoriteit tot controle van de vervuiling (SFT) en het ministerie van Landbouw en Voedsel (LMD).

Meeteenheden voor energie Het verbruik en de productie van energie wordt vaak gemeten in watturen. Een gloeilamp van 40 watt die één uur brandt, verbruikt 40 wattuur aan elektriciteit. De energie die een huishouden verbruikt, wordt meestal aangegeven in kilowattuur (kWh, oftewel duizend wattuur). De hoeveelheid energie die men in Noorwegen verbruikt, wordt gemeten in gigawattuur (GWh = miljard wattuur) of terawattuur (TWh = 1000 miljard wattuur, T = tera = 1012).

Meer hout gestookt in nieuwe kachels Het onderzoek toont aan dat huishoudens in Noorwegen (exclusief vakantiewoningen) iets minder dan 1,4 miljoen ton hout gestookt hebben in 2006. Ongeveer 470.000 Noorse huishoudens hebben een schoon brandende kachel, dit is zo’n 36% van alle haarden. 38% van het in 2006 gestookte hout werd in schoon brandende kachels (kachels die na 1998 gemaakt zijn) gestookt. Dit betekent een stijging van 20% ten opzichte van 2002.

In dit onderzoek is voor het eerst het houtverbruik in vakantiehuizen meegenomen. De grafiek laat zien dat ook dit houtverbruik aanzienlijk is.

Proportion of wood consumed according to fireplace type 2000-2006

0

10

20

30

40

50

60

70

80

90

100

2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006

Fireplace

Enclosed stove, old technology

Enclosed stove, clean-burning

Percentage gestookt hout per type haard 2000-2006 - Open haard - Afgesloten kachel, oude technologie - Afgesloten kachel, Clean burn. Voor 2006 werden de cijfers uit het onderzoek over het eerste kwartaal van 2007 gebruikt. Voor 2005 werd het gemiddelde van het 3e en 4e kwartaal van 2005 en het 1e, 2e en 3e kwartaal van 2006 gebruikt.. Voor 2001 en 2003 werden de gemiddelde cijfers van het vorige jaar en het volgende jaar gebruikt.

Bron: Onderzoek naar leefomstandigheden 2000, 2002 en 2004.

1

Page 2: Jotul Wood Stoves

60% van de uitstoot van zwevende deeltjes is afkomstig van het stoken van hout Het houtverbruik door Noorse huishoudens en vakantiewoningen bedroeg in 2006 in totaal iets minder dan 1,6 miljoen ton. Cijfers over de uitstoot, die zijn aangeleverd door het SSB en de Noorse autoriteit tot controle van de vervuiling, tonen aan dat er in 2005 sprake was van een uitstoot van in totaal 57.300 ton zwevende deeltjes (PM10). 60% daarvan, oftewel 33.900 ton, werd veroorzaakt door houtverbranding, inclusief houtverbranding door vakantiewoningen. De belangrijkste reden voor de hoge uitstoot die met het stoken van hout gepaard gaat, is dat bijna 60% van het hout werd gestookt in oude, vervuilende kachels (die voor 1998 gemaakt zijn).

Laboratoriumonderzoeken tonen aan dat oudere kachels gemiddeld vijf tot zes keer meer zwevende deeltjes uitstoten dan nieuwe, schoon brandende kachels (CB). Als we aannemen dat het hout dat nu in nieuwe kachels is gestookt, in oude kachels zou zijn gestookt, zou de uitstoot van zwevende deeltjes door huishoudens en vakantiewoningen 16.000 ton hoger zijn uitgevallen. Daarentegen zou de hoeveelheid zwevende deeltjes theoretisch met 25.000 ton kunnen worden verminderd als al het hout in nieuwe kachels zou worden gestookt.

Meer warmte Uit onderzoek is gebleken dat nieuwe kachels met clean burn efficiënter zijn dan oudere. Dit betekent dat ze per kilo gestookt hout meer warmte leveren. Volgens het energieonderzoek door SINTEF Energy Research bereiken oude kachels met een goede luchttoevoer een efficiëntie van 70 tot 75%. Als deze kachels echter geen optimale luchttoevoer hebben, wat waarschijnlijk bij de meeste huishoudens het geval is, neemt de efficiëntie af tot 35 tot 40%. Nieuwe kachels met een goede luchttoevoer bereiken een efficiëntie tot wel 80%. Zelfs als er sprake is van een verminderde luchttoevoer, realiseren deze nieuwe kachels nog steeds een efficiëntie van 70 tot 75%. Ter vergelijking, open haarden bieden een efficiëntie van maximaal 15%.

In de volgende berekeningen zijn we uitgegaan van een efficiëntie van 40% voor een afgesloten kachel met oude technologie, 75% voor een afgesloten kachel met nieuwe technologie en 15% voor een open haard. Naar schatting leverde het hout dat zowel door huishoudens als vakantiewoningen tijdens deze periode werd gestookt 3,8 TWh, de helft van de theoretische energieopbrengst van 7,3 TWh.

Aan de hand van deze schattingen leidde het vervangen door of plaatsen van schoon brandende kachels tot 0,9 TWh meer in 2006 dan wanneer dezelfde hoeveelheid hout in oude kachels was gestookt.

Houtverbruik in huishoudens, hoeveelheid energie en uitstoot aan zwevende deeltjes1 (PM10) door houtverbranding per type haard. 2006. 1000 ton en TWh

Scenario: uitsluitend kachels met oude technologie

Houtverbruik in huishoudens

Theoretische hoeveelheid energie

Gegenereerde energie

Uitstoot zwevende deeltjes (PM10)

Gegenereerde energie

Uitstoot zwevende deeltjes (PM10)

1000 ton TWh TWh Ton TWh Ton

Totaal 1.376 6,43 3,37 29.800 2,52 44.242

Open haard 43 0,20 0,03 604 0,03 604

Afgesloten kachel, oude technologie

813 3,80 1,52 26.547 2,49 43.638

Afgesloten kachel, schoon brandend

521 2,43 1,83 2.649

1 Sintef raadt aan om een factor van 40 g/kg te gebruiken voor oude afgesloten kachels, behalve voor Oslo, waar 33 g/kg aangeraden wordt door minder nachtelijk stoken.

Meeste hout gestookt in Noord-Noorwegen Voorlopige cijfers voor 2006 geven aan dat het houtverbruik per inwoner het hoogst was in de drie meest noordelijke provincies. Vergeleken met eerdere onderzoeken gaven de ondervraagden een hoger houtverbruik aan dan eerder. Uit eerdere onderzoeken bleek dat het houtverbruik per inwoner het hoogst is in Hedmark en Oppland. De cijfers voor Hedmark en Oppland zijn in het onderzoek van dit jaar echter nog onzeker, aangezien veel ondervraagden uit deze provincies wel aangeven dat ze thuis hout gestookt hebben, maar niet hoeveel hout. Het houtverbruik is daarom berekend aan de hand van de

2

Page 3: Jotul Wood Stoves

gemiddelde waarden voor het hele land op basis van de ontvangen antwoorden. Het verbruik per inwoner was het laagst in Oslo en Akershus, met minder dan 140 kg/inwoner. Het nationale gemiddelde ligt rond de 294 kg/inwoner.

Het onderzoek naar houtverbranding en de uitstootberekeningen van het SSB De resultaten zijn gebaseerd op antwoorden op vragen met betrekking tot het stoken van hout in het Reis- en vakantieonderzoek van het SSB. Bijna 8000 mensen werden telefonisch ondervraagd in zes kwartaalonderzoeken van augustus 2005 tot en met januari 2007. Het houtverbruik werd berekend op basis van de resultaten van het onderzoek. De uitstoot werd berekend door het houtverbruik te vermenigvuldigen met de uitstootfactoren voor Noorse haarden. We hebben eerder al cijfers gepubliceerd voor de periodes van 12 maanden van juli 2004 t/m juni 2005, oktober 2004 t/m september 2005 en januari t/m december 2005, naast de provinciale cijfers voor 2005. De huidige publicatie geeft de voorlopige cijfers voor 2006. Dit onderzoek vindt elk kwartaal plaats. Vanaf de herfst van 2007 zullen de cijfers over het houtverbruik uit het onderzoek worden gebruikt om de energiebalans en atmosferische uitstoot te berekenen. De cijfers uit het Consumptieonderzoek over de aankoop van hout zullen worden vervangen door cijfers over het verbruik uit dit onderzoek. Als deze statistieken beschikbaar zijn, is het mogelijk om een jaar eerder dan nu cijfers te berekenen over het stoken van hout op gemeentelijk niveau, dankzij nationale cijfers die meer up-to-date zijn. Vanaf 2007 zal het onderzoek ook betrekking hebben op het houtverbruik in vakantiewoningen.

Houtverbruik in huishoudens per provincie. 2006. 1000 ton en kg/inwoner

1000 ton hout

Kg/inwoner

Totaal 1376 294

Akershus en Oslo 137 129

Hedmark en Oppland 145 390

Rest van Østlandet1 286 317

Agder en Rogaland 171 254

Vestlandet2 268 332

Trøndelag 171 419

Noorden van Noorwegen 199 430 1 De rest van Østlandet omvat de provincies Østfold, Buskerud, Vestfold en Telemark. 2 Vestlandet omvat de provincies Hordaland, Sogn og Fjordane en Møre og Romsdal.

Onzekerheid Er bestaan nog veel onzekerheden over de hier vermelde cijfers, met name met betrekking tot de antwoorden van het onderzoek en de uitstootfactoren. Het is belangrijk om te vermelden dat de cijfers in dit onderzoek betrekking op hebben op de periode van 1 januari tot en met 31 december 2006. De cijfers in de op 20 oktober 2006 gepubliceerde energiebalans zijn de definitieve cijfers over 2004. Deze cijfers zijn echter gebaseerd op het Consumptieonderzoek over de aankoop van hout en niet op het houtverbruik, zoals in dit onderzoek.

3