Jaargang 11, nummer 2, najaar 2017 · 2018. 10. 3. · Over de vraag wat Boogh voor ons betekent,...

13
1 Jaargang 11, nummer 2, najaar 2017

Transcript of Jaargang 11, nummer 2, najaar 2017 · 2018. 10. 3. · Over de vraag wat Boogh voor ons betekent,...

Page 1: Jaargang 11, nummer 2, najaar 2017 · 2018. 10. 3. · Over de vraag wat Boogh voor ons betekent, heeft een ieder natuurlijk zijn eigen verhaal. Maar dat het heel belangrijk voor

1

Jaargang 11, nummer 2, najaar 2017

Page 2: Jaargang 11, nummer 2, najaar 2017 · 2018. 10. 3. · Over de vraag wat Boogh voor ons betekent, heeft een ieder natuurlijk zijn eigen verhaal. Maar dat het heel belangrijk voor

2 3

Boogh magazine Boogh, Weltevreden 4c, 3731 AL de Bilt 085 40 14 795 www.boogh.nlJaargang 11, nummer 2, najaar 2017Hoofdredactie:Loes SpiertsRedactie:Pieter Houtman, Liesbeth Emming, Felice Ghering, Jep StoklaAnuschka Kruidhof en Loes Spierts.(op de foto’s van links naar rechts)Vormgeving:Anuschka KruidhofFotografie:Redactie

Boogh magazine is ook digitaal beschikbaar op www.boogh.nl.

Adverteren?Stuur dan een mail naar [email protected] voor meer informatie.

Lezers die niet langer prijs stellen op toezending van Boogh magazine of juist meer exemplaren willen ontvangen, kunnen contact opnemen met [email protected].

4

5

11

12

13

14

15

18

22Heeft u nieuws? Laat het weten aan [email protected]

InhoudCoffeemania Kanaleneiland By Boogh

20

Op de coverWilly Bakker en Hetty Oldeniel [Fotografie Patrick Siemons]

Omgaan met verlies en verdriet

Twee directeuren, één interview

Uit de oude doos

40 Jaar Booghdoor Hetty Oldeniel

Gedichtdoor Angela Fafiani

Boogh Amersfoort twintig jaar!

Stellingdoor locatie Houten

Nieuws

Uit de oude doosHarmelen

Column: De allereerste zindoor Pieter Houtman

Uit de oude doosAmersfoort

Prikkels

40Boogh 16

68

Veenendaal

Page 3: Jaargang 11, nummer 2, najaar 2017 · 2018. 10. 3. · Over de vraag wat Boogh voor ons betekent, heeft een ieder natuurlijk zijn eigen verhaal. Maar dat het heel belangrijk voor

4 5

40 jaar Boogh Een bewogen tijdperk, 40 jaar. De eerste 33 jaar kenmerken zich als een tijdperk van verandering, terwijl we de afgelopen zeven jaar leefden in een verandering van een tijdperk. Althans, dat vindt auteur en hoogleraar transitiekunde Jan Rotmans. Ik deel zijn mening. De ingrijpende transities van de afgelopen jaren zijn uitingen van verandering en we bevinden ons op een kantelpunt.

Willy Bakker, grondlegger van Boogh (toen nog Regenboog) stond maar liefst 33 jaar aan het roer van alle veranderings- en professionaliseringsprocessen binnen Boogh. Ik mocht daarna op 1 oktober 2010 het stokje van haar overnemen. Het was een natuurlijk moment voor Willy om te stoppen en een goed moment voor de organisatie om een ander soort leider aan te trekken.

Ik had de eer om Boogh met nieuwe energie door de verandering van een tijdperk heen te loodsen. Een mooie uitdaging in een periode waarin ingrijpende transities in zorg en welzijn plaatsvonden: het zorglandschap is veranderd van centraal naar decentraal: de overheid trekt zich steeds meer terug en de regie ligt bij de zorgenkinderen partijen als gemeenten, zorgverzekeraars én natuurlijk bij cliënten zelf. Door deze veranderingen kreeg Boogh er maar liefst 44 gemeenten bij. Bovendien zien we dat er steeds meer burgerinitiatieven ontstaan en dat mensen zo lang mogelijk thuis blijven wonen.

Deze overgang van de zorg- en begeleidingstaken naar de Wmo (de gemeenten) had een grote invloed op onze interne organisatie: op de manier van werken en hoe we onze begeleiding en ondersteuning organiseren. En had vervolgens ook een grote invloed op de manier waarop we onze samenwerking met andere professionals en organisaties vorm en inhoud hebben gegeven: meer gericht op samenwerking in de NAH-keten en in netwerken als het Hersenletselnetwerk.

Visie & positieve gezondheidMaatschappelijk gezien was (en is) er sprake van een echte ommekeer, maar eigenlijk is dat niks nieuws voor Boogh. Boogh werkt immers al vanaf 1977 vanuit de visie om mensen met een lichamelijke beperking zo lang mogelijk thuis laten wonen. Later breidde de groep zich uit tot mensen met NAH (Niet Aangeboren Hersenletsel) en chronisch zieken.

Anno 2017 leggen we onze focus steeds meer op het begeleiden, behandelen en ondersteunen bij re-integratie van mensen met opgelopen hersenletsel, om vanuit persoonlijke aandacht, expertise en begrip maatwerk te leveren aan de cliënt. Dit doen we vanaf het begin al vanuit de visie dat we kijken naar mogelijkheden, niet naar beperkingen. Elk mens moet maximaal zijn regie voeren. Onder het motto ‘terug in je kracht’ zeggen wij:

niet wat je overkomt, maar hoe je ermee omgaat is bepalend!

Onze visie sluit naadloos aan op de definitie van positieve gezondheid van arts-onderzoeker Machteld Huber. Zij definieert gezondheid en zorg niet zozeer vanuit ziekte en belemmering, maar meer vanuit het uitgangspunt van een goed leven, inclusief het vermogen om aandoeningen en belemmeringen daarin een eigen plek te geven. Positieve gezondheid is het vermogen om je aan te passen en je eigen regie te voeren. Ook op de sociale, fysieke en emotionele uitdagingen in ieders leven.

Regionaal & lokaalInmiddels zijn we uitgegroeid van een stichting met vijf grotere centra in de regio Utrecht, Gooi en Vechtstreek, naar een organisatie met meer lokale vestigingen. In totaal vind je Boogh op achttien locaties, dichtbij mensen met opgelopen hersenletsel. In de gehele provincie Utrecht werken we samen met andere organisaties en bieden we onze expertise aan op het gebied van hersenletsel.

Het gevolg van deze ontwikkelingen en groei is ook dat Stichting Boogh in Harmelen uit haar jasje is gegroeid. Het stichtingsbureau is derhalve per 1 september verhuisd naar het behandelcentrum in De Bilt. 40 jaar na dato… oktober 1977 gestart in Harmelen… oktober 2017… verhuisd naar De Bilt! Begeleiding & BehandelingNaast begeleiding en arbeidsre-integratie bieden we steeds meer behandeling aan. Eerst was dit alleen in het Afasiecentrum in Utrecht (Van Bijnkershoeklaan), nu kunnen cliënten na afloop van hun medische specialistische revalidatie ook terecht in Amersfoort, De Bilt en Veenendaal.

Boogh-behandeling richt zich op het omgaan met de beperkingen, op het verwerken van verandering en verlies, en op het vinden van een nieuwe balans op diverse levensgebieden. Dat doen we voor zowel de cliënt zelf als voor hun naasten. Boogh biedt verschillende vormen van behandeling en heeft diverse behandelingsvormen ontwikkeld onder de vlag van Hersenz, een samenwerkingsverband van twaalf zorgorganisaties in heel Nederland.

Iets doen voor de ander & arbeidsmatige activeringCliënten willen graag een maatschappelijke bijdrage leveren. Vanuit die behoefte is webwinkel BooghGoed gestart, die dit jaar zijn vijfjarig bestaan viert. In juli van dit jaar openden we de deuren van Coffeemania By Boogh, een brasserie in Kanaleneiland Zuid in Utrecht. We

hopen hier een hele mooie plek te creëren voor mensen met opgelopen hersenletsel om te werken en te leren.

Cliënt & mantelzorgerWe richten ons ook steeds meer op ondersteuning van en kennisdeling met mantelzorgers. De partners of de kinderen van mensen die hersenletsel opgelopen hebben. Dit doen we onder andere door cursussen en Mantelzorg Match aan te bieden. Boogh Mantelzorg Match biedt voor inwoners van de Gemeente Utrecht de mogelijkheid om de zorg voor een naaste of partner in de avonduren of weekenden over te dragen aan een professional of deskundige vrijwilliger.

Boogh & ervaringsdeskundigheidDaarnaast zetten we steeds vaker de ervaringsdeskundigheid in van mensen die hersenletsel hebben opgelopen. Als de mogelijkheid zich voordoet, bij voorkeur binnen onze eigen organisatie. Een mooi voorbeeld is de redactie van dit Boogh magazine, die vrijwel geheel uit ervaringsdeskundigen bestaat!

Ik sluit af met een hartelijke jubileumgroet en met veel dankbaarheid aan allen die deze ontwikkelingen mogelijk maakten en een bijdrage leverden aan wat Boogh is en wat Boogh mag blijven betekenen voor anderen. Het is een mooie verdienste van ons allemaal.

Hetty van Oldeniel, bestuurder

oktober 1977 – oktober 2017

Boogh, bestaat al 40 jaar in Midden Nederland.Zoiets schuif je natuurlijk niet zomaar aan de kant.Tijd voor een feestje, want het is niet mis.Inmiddels is Boogh van heel klein, uitgegroeid tot wat het nu is:een plek waar mensen met Niet Aangeboren Hersenletsel naar toe kunnen gaan.En je komt er bovendien ook nog met leuke dingen vandaan.Over de vraag wat Boogh voor ons betekent, heeft een ieder natuurlijk zijn eigen verhaal.Maar dat het heel belangrijk voor iedereen is, dat vinden we allemaal.Zo is er een cliënt die zegt: ik heb er een heleboel vrienden bijen daardoor is het leven weer zinvol voor mij.Een andere cliënt zegt: het is voor mij net alsof ik weer ga werken.Ik ben veel vrolijker geworden, dat kan iedereen goed aan mij merken.Ik voel me nuttig en leid weer een zinvol bestaan.Dat heb ik bereikt door naar Boogh toe te gaan.Er komen in eerste instantie ook veel cliënten om het thuisfront te ontlasten, naar hier.Uiteindelijk willen ze niet meer weg en komen ze gewoon voor hun plezier.Je krijgt ook vaak te horen: Het is hier gezellig, ik kan hier helemaal mezelf zijn.

Ik word ook begrepen en dat voelt heel fijn.Ook zei iemand: als ik hier iets vertel, dan wordt er geluisterd naar mij.Ik word gesteund door iedereen, ik voel me niet alleen, maar hoor er echt bij.Het aanbod van activiteiten is groot en is mede door de cliënten samengesteld.Dat is namelijk het unieke van Boogh, is mij altijd verteld.De cliënt staat centraal, kan overal over mee beslissen.Dat schept natuurlijk ook een bepaalde sfeer, daarin moet je je niet vergissen.Ik heb van die 40 jaar er ruim 8 mee mogen maken, eerst in Harmelen en nu in Nieuwegein.Het was hier in het begin weer even wennen, maar nu vind ik het hier ook ontzettend fijn.De medewerkers zijn heel kundig op dit gebied en staan, net zoals de vrijwilligers, altijd voor je klaar.Ze zijn tevens heel actief, want ze organiseren ook nog extra dingen met elkaar.Bijvoorbeeld het Zomerfeest vieren we in juni ieder jaar.Boogh is voor ons cliënten onmisbaar en dat meen ik echt.Bedankt en een hele dikke pluim voor al die jaren, die is heel terecht.

Angela Fafianie

In een verandering van tijdperk wist Boogh in de kern

zichzelf te blijven.

Gedicht

Page 4: Jaargang 11, nummer 2, najaar 2017 · 2018. 10. 3. · Over de vraag wat Boogh voor ons betekent, heeft een ieder natuurlijk zijn eigen verhaal. Maar dat het heel belangrijk voor

6 7

Dat is een hele mond vol, Ilse! Maar wat leuk om deze primeur te mogen delen in het jubileumnummer van Boogh magazine! Projectleider Ilse Claessen van Boogh Arbeidsre-integratie antwoordt lachend: Ja, dat is het zeker! Barbara Stam en ik zijn er apetrots op dat de vestiging Kanaleneiland nu een feit is. Wat is Coffeemania?Coffeemania staat voor koffie met een missie. De oprichters Ron Geurts en Mike Claassen hebben een reïntegratie- en participatiebedrijf waar ze mensen met afstand tot de arbeidsmarkt helpen maatschappelijk actief te worden en aan werk te komen. In dat kader hebben ze in 2010 Coffeemania opgericht. Daarnaast wilden ze bepaalde buurten een steuntje in de rug bieden door daar horecagelegenheid aan te bieden als multifunctionele ruimte. Inmiddels is het initiatief uitgegroeid tot een onderneming met negen vestigingen. Naast een aantal vaste medewerkers worden via samenwerkingspartners mensen ingezet om werkervaring op te doen. Boogh is zo’n samenwerkingspartner.

Hoe is het idee voor samenwerking ontstaan?Vier jaar geleden vonden de eerste contacten plaats

tussen de oprichters van Coffeemania en Boogh. Gaandeweg de gesprekken ontstond er steeds meer enthousiasme over samenwerkingsmogelijkheden. Er is een goede formule ontwikkeld en een geschikte locatie gevonden. Vanuit Coffeemania zijn de baristas(*) Conrad Blankestijn en Bertrand van Buchem verantwoordelijk voor het horecadeel; Boogh is verantwoordelijk voor het zorgdeel. Een projectteam binnen Boogh, met daarin Hetty van Oldeniel, José Roosen, Barbara Stam en ik, is nauw betrokken bij de ontwikkeling van de vestiging in Kanaleneiland. Er zijn zaken uitgezocht in het kader van financiering, opzet en cliëntbegeleiding. Er is zelfs een speciale organisatie opgericht, Coffeemania By Boogh.

Hoe kwam de keuze voor het pand in Kanaleneiland tot stand? Er kwam een aantal panden voorbij, maar die waren het nét niet. Uiteindelijk is gekozen voor het voormalige schoolgebouw van het ROC. Dat is inmiddels omgebouwd tot een multifunctioneel gebouw, Het Krachtstation. Er zijn 216 studentenkamers, een sportschool, een kleine bioscoop, een atelier en studio’s voor startende ondernemers. De voormalige aula dient als ruimte voor kleinschalige evenementen. Denk hierbij aan indoor-markten, kleding swaps, pop-up restaurants of wat buurtbewoners zelf ook maar willen organiseren. Coffeemania By Boogh past prima in het concept van

door Liesbeth Emming

Coffeemania Kanaleneiland By Boogh inspirerende horeca, kleinschalige evenementen en buurtinitiatieven. Kanaleneiland is een wijk in ontwikkeling, met veel jeugd, veel studenten en een bedrijventerrein vlakbij, dus ook qua aanloop en cateringmogelijkheden interessant. In het restaurantgedeelte zijn statafels en zitplekken voor circa 50 personen en buiten is een terras van 300 m2 met ligstoelen en uitzicht op het plein. Ook is er een vergaderzaal. Coffeemania By Boogh kan ruim voldoen aan de vraag naar catering en/of ruimte voor feesten en evenementen.

Wat is er speciaal aan Coffeemania By Boogh?Dat we op deze locatie rekening houden met mensen met hersenletsel. Dat betekent een prikkelarme omgeving en professionele begeleiding. De werkbladhoogte kan bijvoorbeeld aangepast worden aan de werknemer. Er zijn afgeschermde werkruimten én een speciale ruimte voor mensen om in rust te pauzeren. Het is een plek voor cliënten om inzicht te krijgen in hun mogelijkheden en belastbaarheid, terwijl ze tegelijkertijd de mogelijkheid krijgen hun grenzen af te tasten. De inrichting is een beetje vintage, met een vleugje BooghGoed in de vorm van bijvoorbeeld serviesgoed of ander materiaal om eten of hapjes op te serveren. Diverse andere producten kunnen worden gepromoot in een vitrine.

Om wat voor soort werkervaringsplaatsen gaat het?Het gaat om een hele reeks horeca-gerelateerde werkzaamheden. Van keuken tot bord zeg maar. De werkzaamheden vinden plaats onder leiding een gespecialiseerde werkbegeleider, in samenwerking met personeel van Coffeemania. Denk aan het snijden van groenten, het helpen met koken en maken van taarten in de grote keuken, of het werken in de spoelkeuken. Je kunt ook denken aan voorbereidende werkzaamheden in de uitgiftekeuken van het restaurant, zoals het maken van

tosti’s, het inschenken van soep. De uitgiftekeuken is een iets meer hectische plek, dat zal niet voor iedereen weggelegd zijn. En verder zijn er natuurlijk taken in de bediening: bestellingen opnemen, tafels afruimen, bestellingen uitserveren, het aanvegen of schoonmaken van het terras.

Welke cliënten komen hiervoor in aanmerking?Cliënten kunnen zichzelf hiervoor opgeven, maar meestal zal aanmelding verlopen via het buurtteam. Anderen stromen in via trajecten van UWV of werkgevers als er sprake is van een re-integratie traject. Daarnaast zijn ambulante begeleiders regelmatig op zoek naar werkervaringsplaatsen voor cliënten met NAH. Ook zijn er contacten met de afdeling Werk en Inkomen van de gemeente Utrecht.

Hoe weet iemand of dit een geschikte plek voor hem is? Cliënten krijgen een intakegesprek. Tijdens dat gesprek wordt gevraagd naar de motivatie van de cliënt (“Waarom wil je dit?”) en worden de doelen besproken waaraan hij gaat werken. Doel is dat cliënten stappen zetten richting persoonlijke groei en/of een vorm van maatschappelijke participatie, passend bij zijn mogelijkheden. Dat kan betaald of onbetaald werk zijn, of een andere vorm van daginvulling. Als de cliënt inzicht krijgt in of acceptatie van zijn mogelijkheden en beperkingen telt dat ook als succesfactor. Het gaat om trajecten met een duidelijk afgebakend begin en eind. Het is niet de bedoeling om een vorm van dagbesteding aan te bieden voor langere tijd, zoals bij de bestaande Boogh-locaties.

See you bij Brasserie Coffeemania By Boogh!

Amerikalaan 199, 3526 VD [email protected]

*barista = barman/vrouw die koffiespecialiteiten maakt

Page 5: Jaargang 11, nummer 2, najaar 2017 · 2018. 10. 3. · Over de vraag wat Boogh voor ons betekent, heeft een ieder natuurlijk zijn eigen verhaal. Maar dat het heel belangrijk voor

8 9

Twee directeuren, één interview

Boogh bestaat 40 jaar. Je verwacht misschien een hele lange lijst van directeuren, maar dat is niet zo. Op deze lijst staat maar twee namen en dat zijn die van Willy Bakker en Hetty van Oldeniel. Willy was directeur van 1977 tot oktober 2010, waarna Hetty van Oldeniel de directietaak van haar overnam. Boogh Magazine ging met beide directeuren in gesprek over hun persoonlijke keuzes voor de zorg, de ontwikkelingen binnen de zorg en welke positie Boogh hier in het heden en verleden ingenomen heeft en wat de verwachtingen zijn voor de toekomst.

Was het voor jullie altijd al duidelijk dat jullie in de zorg wilden werken?Hetty: “Ik kom uit een ondernemersgezin met een zaak aan huis. En dat wilde ik zelf in ieder geval niet. Ik wilde in de zorg werken en koos voor een opleiding in de verpleging. Pas later in mijn carrière kwam het ondernemerschap om de hoek kijken.

Ik vind het interessant om als bestuurder in de toekomst te kijken, om te onderzoeken waar de mogelijkheden voor de organisatie liggen. Bij Boogh vond ik uiteindelijk de juiste combinatie van werken in de zorg en het uitoefenen van een bestuursfunctie. Met het invullen van de directietaken bij Boogh verleen ik niet meer zelf zorg, maar heb ik mijn aandacht verlegd naar het verbeteren van de zorg. Ik wilde (en wil nog steeds) de kwaliteit van de zorg en de kwaliteit van het leven van de cliënt direct dan wel indirect verbeteren. Mijn motivatie is dus niet veranderd, maar de manier waarop is anders geworden.”

Willy: “Na de middelbare school ben ik administratief werk gaan doen en dat beviel me niet. Ik ben er vrij snel weggegaan. Ik had diverse baantjes voordat ik in het Bio- kinderrevalidatiecentrum in Arnhem terecht kwam. Ik heb daar zeven jaar gewerkt met lichamelijk en meervoudig gehandicapte jongeren en heb in die tijd mijn diploma’s voor de zorgsector behaald.

Na twee jaar ben ik gevraagd om hoofd van een van de paviljoens te worden. Er woonden daar kinderen in de leeftijd van ongeveer drie tot en met twintig jaar, die daarna doorgeplaatst werden naar een verpleeghuis. Dat vond ik niet fijn en wilde hen graag een beter leven geven. Ik was ook erg blij dat door de opbrengsten van de

tv-actie ‘Open Het Dorp’ in Arnhem een betere leefomgeving voor onder andere deze groep mensen met een handicap gecreëerd kon worden.

Als het over bejegening gaat - en dat is altijd mijn stokpaardje geweest en gebleven - dan is dat onrechtgevoel bij mij in de begintijd van mijn werk in de zorg begonnen. Jongvolwassen bewoners die op het punt stonden om het centrum te verlaten, werden door begeleiders die net zo oud waren als zij doorgaans aangesproken alsof ze nog een kind waren! Dat is niet fijn. Er werd destijds alleen over de zorg nagedacht. Ik denk dat ik er veel aan gedaan heb - en er ook veel van meegenomen heb - om ervoor te zorgen dat mensen het beter naar hun zin hebben. Het is het begin van veel ontwikkelingen geweest.”

Welke opleiding volgden jullie om met name de taak van directeur te kunnen uitoefenen?Willy: “Na mijn Mbo- en Hbo-diploma’s en Voortgezette Opleiding heb ik meerdere managementopleidingen gevolgd, waaronder een master strategisch management. Dit laatste heb ik gedaan om een leidinggevende functie in de praktijk ook echt waar te kunnen maken. Wanneer je op zo’n functie werkzaam bent, zijn de mensen waar je mee te maken krijgt doorgaans ook op dat niveau opgeleid en je moet hun taal - het vakjargon – kennen om mee te kunnen gaan in de discussies.”

Hetty: “Na mijn studie Hbo-Verpleegkunde heb ik als kopstudie Organisatie & Beleid gedaan aan de UVA, waarna ik nog diverse aanvullende opleidingen gevolgd heb, waaronder een deel van de opleiding Bedrijfskunde, een directieleergang en de Topclass aan de Erasmus Universiteit, hetgeen een voorbereidende opleiding was voor toekomstige bestuurders in de zorg.”

Kun je zeggen dat de eisen die aan een bestuurder van een zorginstelling gesteld worden zwaarder zijn geworden?Willy: “De bestuursorganisatie - en zeker ook die binnen de zorgsector - is veel complexer geworden dan deze aan de beginperiode van mijn functie bij Boogh was. Wij konden regionaal en landelijk de centra vormgeven en opbouwen. Alles was nieuw, wij stonden aan het begin.”

Hetty: “De eisen die gesteld worden in de vacatures zijn de afgelopen jaren enorm toegenomen. In een profiel wordt tegenwoordig ervaring en opleiding verwacht op allerlei

Boogh: idealistische kijk op zorg waarbij de cliënt centraal staat

door Pieter Houtman en Felice Ghering

gebied. En die eisen nemen nog steeds toe. Zo ben ik begin 2016 geaccrediteerd als bestuurder. Ook dat is nu een van de eisen voor deze functie.”

Willy: “Vandaag de dag komen directeuren steeds minder voort uit de zorg zelf, maar zijn opgeleid als bestuurder. Dat is heel anders dan in mijn tijd. Mijn diploma’s, ervaring en ideeën ontstonden uit de dagelijkse zorg. Dat mijn aanstelling als directeur anders ging dan dat het tegenwoordig gaat, kan ik nog wel iets over zeggen. Toen ik voor deze baan solliciteerde werd ik in eerste instantie niet aangenomen, want de voorkeur ging uit naar een man. En toen hij besloot de baan niet aan te nemen, werd ik door het toenmalige bestuur alsnog gevraagd als hoofd activiteitencentrum, zoals de functie destijds heette. Ik weigerde de functie, omdat ik net een hond had aangeschaft. Het bestuur heeft toen bedacht dat ik met hond en al kon worden aangesteld. En zo geschiede!”

Willy, kan je aangeven vanuit welke drijfveer Boogh destijds is ontstaan?Willy: “Er waren verspreid over Nederland inmiddels diverse woonvormen voor mensen met een lichamelijke beperking. Vanuit het ministerie kwam vervolgens de eis dat de bewoners de hele dag uit de woonvorm moesten zijn. Zo is Boogh ontstaan. Ik wil hier wel aan toevoegen dat Boogh vond dat vanuit de overheid hier geen sprake was van gelijkwaardigheid in bejegening. Wij wilden het voor elkaar krijgen dat ook deze mensen gewoon ‘thuis’ mochten blijven. Het was een vreemde situatie: jongeren die na de

mytylschool in een woonvorm woonden, werden verplicht om naar een dagbesteding te gaan. Als je daarentegen nog bij je ouders woonde, hoefde dit niet. Dat is dus geen gelijkwaardige behandeling. In de activiteitencentra meldden zich overigens ook steeds vaker mensen met hersenletsel, die geen lichamelijke beperking hadden. Zo ontstond langzamerhand een grote diversiteit aan gebruikers van onze activiteitencentra.”

Waar heeft dit zich naartoe ontwikkeld?Hetty: “De focus ligt inmiddels op hersenletsel. Naast mensen met een lichamelijke beperking en mensen met chronisch zieken, richt Boogh zich steeds nadrukkelijker op mensen met opgelopen hersenletsel. En wij bieden de cliënt inmiddels meer dan dagbesteding alleen. Denk hierbij aan bijvoorbeeld afasie-training, behandeling en/ of arbeidsmatige activering. Boogh doet dit in samenwerking met meerdere partners. Boogh wil mensen helpen om te werken aan de restcapaciteit, waarbij het gaat om het verbeteren van de mogelijkheden, dan wel om de achteruitgang tegen te gaan. De verschillende samenwerkingspartners bieden ieder vanuit hun expertise onder de naam Hersenz modules aan, die in het hele land uitgezet worden. Boogh doet dit in de regio Utrecht en in de Gooi-en Vechtstreek.”

Waarom werd de eerste vestiging van Boogh eigenlijk in Harmelen gehuisvest?Willy: “De eerste keus was Utrecht, maar in deze gemeente was op dat moment geen geschikte locatie beschikbaar.

Page 6: Jaargang 11, nummer 2, najaar 2017 · 2018. 10. 3. · Over de vraag wat Boogh voor ons betekent, heeft een ieder natuurlijk zijn eigen verhaal. Maar dat het heel belangrijk voor

10 11

Willy: “Met zoveel mogelijkheden om mensen te begeleiden en te stimuleren, moet je wel voorzichtig zijn. De eigen vrijheid van de cliënt moet ook bewaakt blijven. Iemand dan alsmaar stimuleren om zijn kwaliteiten te blijven ontwikkelen, kan veel onrust veroorzaken, hetgeen averechts kan werken op het effect dat je samen nastreeft. En als je niet kan werken, wat zijn dan de mogelijkheden? Voor deze groep is het belangrijk dat de huidige activiteitencentra open blijven.”

Hetty: “Ja, dat is wel een punt. Hersenletsel is vaak niet zichtbaar, waardoor het inschatten van de hulpvraag moeilijk kan zijn. Overschatting van mensen met hersenletsel komt nog vaak voor. Mensen met hersenletsel moeten de ruimte krijgen om in hun eigen tempo te doen wat voor hen goed is. Maatwerk is hier op zijn plaats.”

Tot slot: hebben jullie een wens voor de komende jaren?Willy: “Het is van groot belang dat de problematiek die hersenletsel met zich meebrengt, doorlopend in de aandacht staat. Er zijn veel verschillende vormen en uitingen van hersenletsel. Boogh en ook de patiëntenverenigingen kunnen hierin een belangrijke rol blijven spelen.”Hetty: “Een grote wens van mij is dat mensen met hersenletsel organisaties als Boogh sneller weten te vinden. Het zou goed zijn als het aanbod van bijvoorbeeld Boogh en Hersenz dichter ligt bij het moment dat men te horen krijgt dat men

‘uitgerevalideerd’ is. Het totale pakket aan diensten van Boogh zal meer bekendheid moeten krijgen. Ik denk hierbij aan bijvoorbeeld meer bekendheid bij de revalidatiecentra en de verwijzers. Boogh wil zich steeds verder ontwikkelen om dé specialist te zijn die de cliënt in deze fase op een persoonlijke manier aanspreekt en bijstaat.”

In Nieuwegein was wel een goede locatie gevonden, maar daar kwam bezwaar vanuit de omgeving: bewoners waren bang dat met de komst van een voorziening voor dagopvang van gehandicapten hun huizen minder waard zouden worden. Burgemeester Smallenbroek van Harmelen ontving ons daarentegen met open armen. In zijn gemeente waren er reeds diverse zorginstellingen en het bundelen van de zorg leek hem een uitstekend idee. Natuurlijk waren we hier erg blij mee. Wel vonden we dat hiermee de dagbesteding wel erg dicht bij de woonzorg kwam te staan. Dat geeft weinig lucht.”

Ondervindt Boogh nu ook nog weleens weerstand van gemeentes en/of omwonenden? Hetty: “Nee, zeker niet. Tegenwoordig omarmen de gemeentes de komst van een vestiging van Boogh. We bestrijken inmiddels een gebied van 44 gemeentes en geregeld wordt ons door een gemeente gevraagd of wij ook bij hen een vestiging willen openen. Boogh komt voort uit de AWBZ-financiering, die regionaal georiënteerd was. Nu in de Wmo-situatie streven wij ernaar om zo dicht mogelijk bij de burgers te zijn. Een geschikte locatie is echter niet altijd makkelijk te vinden. Een vestiging van Boogh vergt namelijk nogal wat aangepaste voorzieningen, zoals ruime gelegenheid om het vervoer naar en van de locatie te kunnen laten plaatsvinden. Omdat we niet willen inboeten op de kwaliteit van de zorg en van de vestiging, wordt er eerst een businessplan opgesteld. Hiermee wordt onder meer in kaart gebracht hoeveel mogelijke cliënten er in de nabijheid van een vestiging wonen. Als dit niet voldoende is voor een eigen Boogh-vestiging, dan wordt onderzocht of het mogelijk is om met een andere zorgaanbieder samen te werken. Zo kunnen bijvoorbeeld personeels- en huisvestingskosten gedeeld worden. Ook gemeenten zijn voor deze samenwerking.”

Willy: “Je moet op deze manier wel veel contact onderhouden met al deze gemeenten. Dat is veel werk. En ik zie nog een ander probleem van de decentralisatie. Als je één groot centrum hebt, zijn er voor de cliënten

meer keuzemogelijkheden, omdat er meer verschillende activiteiten op één locatie aangeboden worden. En dat kan op kleine, gedecentraliseerde locaties niet.”Hetty: “Juist omdat we zo’n intensief contact hebben met de gemeenten, met andere aanbieders en met de revalidatiecentra, is er veel mogelijk. Doordat we in de nieuwe vestigingen minder vierkante meters hebben, moeten we inderdaad steeds goed bekijken wat we wanneer en waar aan kunnen bieden. Daarnaast kijken we steeds meer naar maatschappelijke participatie, naar wat we buiten onze centra aan kunnen bieden. Een goed voorbeeld is de samenwerking met de onlangs in Utrecht geopende brasserie Coffeemania By Boogh, waar Boogh de beschikking heeft over meerdere werk- en leerplekken in de horeca. Zo kunnen cliënten die hiervoor in aanmerking komen de mogelijkheid krijgen om maximaal in de maatschappij te participeren.”

Er wordt wel gezegd dat Boogh vanaf de start een andere, ‘eigenwijze’, meer idealistische kijk heeft op het aanbieden van zorg. Kunnen jullie dit toelichten?Willy: “Jazeker, Boogh heeft een heel eigen visie op dienstverlening. Bejegening - hoe je met elkaar omgaat - is altijd een belangrijk punt geweest.”

Hetty: “Waar Willy mee begonnen is, daar bouwen wij op voort. Wij verlenen zorg op een persoonlijke manier. De cliënt staat bij ons centraal. Iedereen benadert de cliënt op een persoonlijke manier en dat voelt de cliënt, die zich daardoor erkend en herkend voelt. Nu we met meerdere collega-aanbieders samenwerken, merken we dat anderen veel van onze manier van werken kunnen leren en daar ook voor openstaan. En wij leren weer van deze organisaties. Zo ontstaat er een kruisbestuiving die de kwaliteit van de zorg ten goede komt.”

Welke veranderingen verwachten jullie op korte termijn binnen de zorgsector?Hetty: “Maatwerk wordt steeds belangrijker. Omdat er zich steeds meer cliënten aanmelden met hersenletsel, neemt in het beleidsplan voor 2017-2020 deze groep een belangrijke plaats in. Deze cliënten willen wij op diverse manieren helpen. Hersenletsel brengt vaak complexe gevolgen met zich mee waar geen standaardoplossing voor is. Dit vraagt om een persoonlijke aanpak. Boogh onderscheidt hierin drie gebieden: begeleiden, behandelen en re-integreren naar betaalde of naar onbetaalde arbeid. De vraag van de cliënt is hierbij leidend, zijn doelen staan centraal.

Een budget dat met de cliënt meegaat, zou ideaal zijn. Er lopen momenteel in Nederland een paar proefprojecten met zo’n persoonsvolgend budget. Omdat de financiering nu onder andere uit de Wmo voortkomt, zien wij het als onze taak om naar de gemeenten uit te dragen dat hersenletsel een complexe aangelegenheid is en dat restgevolgen chronisch en daarmee dus blijvend zijn. Het is belangrijk dat het duidelijk is dat hersenletsel om maatwerk vraagt.”

Boogh Amersfoort twintig jaar!Vanwege het twintigjarig bestaan van de locatie Amersfoort zijn er twee weken lang diverse activiteiten georganiseerd. Zo had het bedrijf Pon geregeld dat we ijsjes konden eten met de buren en kon er met een treintje een rondritje gemaakt worden door Kattenbroek. Het optreden van Koos Alberts met zijn grote fan (en Boogh-cliënt) Angelique was heel gezellig en erg indrukwekkend.

Met EU Records en fanTAStisch Bewust de sterkste was er op ons buitenterrein een markt georganiseerd. Er zijn veel spullen van BooghGoed verkocht en ook tassen, kaarten en tweedehands lp’s.

Voor mantelzorgers was er een goed bezochte lunch. Dat was het moment waarop degenen die al vanaf het begin bij Boogh Amersfoort betrokken waren gehuldigd werden. Zij kregen een 3D-medaille!

Afsluiter was een knalfeestje met dj, lichtshow en veel leuke mensen.

Bij deze een bedankje voor iedereen die eraan heeft meegewerkt om deze viering tot een succes te maken.

Page 7: Jaargang 11, nummer 2, najaar 2017 · 2018. 10. 3. · Over de vraag wat Boogh voor ons betekent, heeft een ieder natuurlijk zijn eigen verhaal. Maar dat het heel belangrijk voor

12 13

Janny – cliënt Boogh Baarn“Op dit moment is er voor mij geen reden tot feest. Om het kort samen te vatten: ik ben in strijd met mijn ziekte. Althans, ik heb twijfels bij de diagnose,

maar ik voel wel dat ik achteruit ga. Eigenlijk zou ik graag een second opinion willen, maar dat durf ik niet zo goed aan. Wie weet kan ik over een tijdje mijn ziekte wel accepteren. Maar het zou mij rust geven als ik zeker wist wat het was. Gelukkig kan ik bij Boogh terecht voor raad en daad.

Het is hier gezellig. Bovendien geniet ik met volle teugen van mijn kinderen en kleinkinderen. Ik leef altijd toe naar hun bezoekjes. Dat is echt iets om naar uit te kijken. Laatst was ik enorm verrast door mijn kleinzoon, die met een volle schoolbus met zwaaiende kinderen, speciaal langs mijn appartement reed. Dat emotioneerde me. Het was een bijzonder moment en daar ben ik hem dankbaar voor.”

Jeanette – cliënt Boogh Baarn“Dat ik een club zoals Boogh heb ontdekt die mij warmte en steun geven, ondanks mijn beperkingen”, begint Jeanette vrolijk. “Ik heb een bipolaire stoornis en schizofrenie en heb acht jaar lang last gehad van psychoses en stemmen. Mede dankzij Boogh en de juiste medicijnen gaat het nu heel goed met me. Ik ben hier begonnen als vrijwilliger in de keuken. Helaas was dat werk toch te zwaar voor me. Die druk kon ik niet aan. Gelukkig kreeg ik, bij wijze van uitzondering, toestemming van de gemeente om me vier dagdelen in te schrijven als cliënt bij Boogh. En dat was een gouden zet en zeker reden voor een feestje!”

Jocelijn - cliënt Boogh Baarn“Daar kan ik kort over zijn. Dat Boogh al zo lang bestaat is voor mij reden voor een feestje! Sinds december 2010 kom ik met veel plezier bij Boogh. De huisarts en De Hoogstraat kenden, in ieder geval destijds, Boogh nog niet. Een medewerker van de thuiszorg attendeerde mij erop en daardoor kwam ik in contact met Faakje van Veen, maatschappelijk consultent van Boogh. En zo is het balletje gaan rollen. Via Boogh heb ik inmiddels veel sociale contacten opgedaan en kan ik mijn creatieve kant verder ontwikkelen. Mijn week begint met schilderen en bloemschikken en op woensdag ben ik te vinden bij keramiek en maak ik in de middag kaarten met bijenwas. Op donderdagochtend volg ik een bewegingsprogramma op muziek, tezamen met andere cliënten. Wat ook een leuke en ontspannen activiteit is. Maar als je me vraagt wat ik het leukste vind, dan zeg ik kaarten maken”, zegt Jocelijn lachend. “Overigens zijn de kaarten erg gewild, dus voorlopig heb ik genoeg te doen.”

“Wat is voor jou een reden voor een feestje?”Stelling:Lezers worden geconfronteerd met een prikkelende stelling. Ditmaal cliënten en medewerkers van de locatie Baarn.

Michiel – cliënt Boogh Baarn“Iedere dag is een feestje. Door regelmatig leuke dingen te doen geef je glans aan je leven. Ik heb er altijd wel lol in.

Uiteraard heb ik door mijn progressieve ziekte, spierdystrofie Becker, veel moeten inleveren en ook wel eens een dipje. Maar ik leef van dag tot dag en probeer ervan te genieten. Eigenlijk ben ik gewoon een optimist en haal ik mijn geluk uit kleine dingen. Want geluk is de kunst van tevreden zijn met wat je nu hebt. Ik dwing mezelf om niet te zeuren en positief te denken. Het is gewoon de manier waarop je in het leven staat”. Michiel sluit het gesprek af met de opbeurende woorden, accepteren en doorgaan, dat is het beste.”

Paul - cliënt Boogh Baarn“Goh ja, je viert feest bij een blijde gebeurtenis”, trapt Paul af. “Bij een geboorte van een kleinkind of een bruiloft. Alleen zijn die feestjes wel voorbij. Ik heb gelukkig twee kleinkinderen van 9 en 11 en die maken me blij. Vroeger was ik wel in voor een feestje, maar nu niet meer vanwege mijn gezondheid. Fysiek houd ik feestjes niet meer vol en mijn stemming is ook minder. De ziekte van Parkinson slaat toe als een sluipmoordenaar. Hierdoor is mijn leven totaal veranderd. Voor mijn ziekte schilderde ik graag gedetailleerde portretten. Maar ook dat lukt niet meer. Ik heb een tijdje geprobeerd een andere stijl aan te leren, maar dat past niet bij me. Kleien kan ik gelukkig nog wel en vind ik leuk om te doen. Zolang dat nog kan, ga ik daarmee door. Ik werk tenslotte graag met mijn handen.”

Boogh heeft een nieuw Afasie- en Behandelcentrum in De Bilt!Op 1 september 2017 opende Boogh in De Bilt een nieuw Afasie- en Behandelcentrum. Aan Weltevreden 4C biedt Boogh mensen met opgelopen hersenletsel diverse behandelmodules van Hersenz aan. Boogh richt zich in het behandelcentrum op: om leren gaan met beperkingen, verwerken van verandering en verlies, en het vinden van een nieuwe balans in je leven voor zowel de cliënt als zijn naasten. Een bijzonder moment!

NIEUWS

Stichting Boogh is verhuisdHet nieuwe Boogh Behandelcentrum in De Bilt biedt voldoende ruimte voor het gehele stafbureau van Stichting Boogh. Daarom verhuisde Stichting Boogh per 1 september 2017 mee van Harmelen naar De Bilt. Dat betekent dat de

ondersteunende diensten Finance & ICT (o.a. de financiële- en cliëntenadministratie), HRM, Communicatie & PR, Kwaliteit, het Bestuur en secretariaat van Boogh zijn verhuisd naar: Stichting Boogh, Weltevreden 4B, 3731 AL De Bilt.

BooghGoed: nieuwe fysieke winkel én een nieuwe webwinkel!Vanaf eind september kun je op twee nieuwe plekken terecht bij BooghGoed: een geheel vernieuwde online webwinkel én een fysieke winkel in Harmelen! In beide omgevingen kun je naar hartenlust de mooiste cadeaus voor jezelf of voor een ander shoppen. Voor het maken van de woonaccessoires wordt ieders talent en vakkennis ingezet. De ontwerpers en makers zijn trots op hun werk en dat geeft hen kracht en zelfvertrouwen. Dat is terug te zien in de unieke en stijlvolle producten.

Laat je inspireren, kom naar onze nieuwe woonwinkel:Hendriklaan 7, 3481 VR Harmelen, ma t/m vrij 10.00 uur – 15.30 uurwww.booghgoed.nl

Page 8: Jaargang 11, nummer 2, najaar 2017 · 2018. 10. 3. · Over de vraag wat Boogh voor ons betekent, heeft een ieder natuurlijk zijn eigen verhaal. Maar dat het heel belangrijk voor

14 15

De allereerste zinNaast het jubileum van Boogh, bevindt het magazine zich inmiddels ook alweer in jaargang elf. Dat is eveneens een bewuste overdenking waard, dunkt mij, waarin de aanleiding om destijds tot een magazine voor en door mensen van Boogh te komen, een terecht startpunt mag zijn. Aansluitend daarop, hoe het verdere tijdpad zich een weg heeft gebaand.

De allereerste zin in het kader van Boogh magazine brengt me terug naar 2005. Achter de verschillende schuifdeuren van Boogh Amersfoort, die gesitueerd waren rondom de middenruimte, vonden de verschillende activiteiten plaats. De middenruimte mag inmiddels toch wel iconisch genoemd worden, mede omdat destijds bewust gekozen is voor dit bouwconcept op basis van de ruimte-indeling zoals die van Boogh in Harmelen was, de plek waar het in 1977 voor Regenboog/ Boogh allemaal begon. In die iconische middenruimte - een term die je in de tijdsgeest van toen nog ‘mocht’ gebruiken - vond tevens de even zo iconische plenaire vergadering plaats. Plastisch uitgedrukt kon je deze vergadering omschrijven als een ‘bindmiddel’ tussen de

verschillende geledingen binnen Boogh. Als een soort publieke tribune zocht een ieder zijn (vaste) plekje ten opzichte van de voorzitterstafel. Roulerend per jaar, zaten achter deze tafel een cliënt, een medewerker en iemand van de Raad van Toezicht. Ook rouleerde de locatie waar de vergadering gehouden werd. Het belang van inspraak door iedereen werd in dit alles benadrukt. Na de vergadering was het altijd een kakafonie van gesprekjes en gingen de hapjes, chips en drankjes feestelijk de ronde. Wellicht had dat ook te maken met het positief saldo, waarmee de vergadering eigenlijk altijd eindigde.

Op den duur vervaagde de plenaire vergadering; een ieder koos ervoor om de beschikbare ruimte in zijn of haar

ColumnFoto’s:uit de oude doos van HARMELEN

Page 9: Jaargang 11, nummer 2, najaar 2017 · 2018. 10. 3. · Over de vraag wat Boogh voor ons betekent, heeft een ieder natuurlijk zijn eigen verhaal. Maar dat het heel belangrijk voor

16 17

agenda anders in te vullen en zo kwam een jarenlange traditie ten einde. Achteraf bezien, denk ik, dat dit gegeven het begin inluidde van een “verschuiving” binnen het zorglandschap. Van betrokkenheid van dichtbij, naar iets verder af, in het besef dat Boogh daar in een veranderende zorgwereld ook steeds meer toe gedwongen werd.

Gert-Jan voelde dat moment haarfijn aan en nam het initiatief om het idee van een magazine bespreekbaar te maken met Willy Bakker, de eerste directeur van Regenboog/Boogh. Zo zou de informatie en bindingsfunctie van de plenaire vergadering op een andere manier behouden blijven. Het gesprek resulteerde in het opzetten van een proefnummer, ook wel 0-nummer genoemd. Het eerste exemplaar werd unaniem positief ontvangen binnen Boogh. We mochten door op de ingeslagen weg. We waren - ook toen al - terug in onze kracht. De rol die paste bij de (extra) verplichtingen die de totstandkoming van het magazine met zich mee bracht, paste ons goed.

In die beginjaren maakten we het magazine met z’n drieën, van inhoud (planning, artikelen schrijven en opvragen van offertes) tot vormgeving. Het blad was in eerste instantie in zwart-wit uitgevoerd, met de steunkleur rood. Dankzij de boom (voor de insiders) kreeg het magazine bij zijn eerste officiële jaargang al een full-colour omslag. Later werd de redactie aangevuld met cliënten die ieder een ‘spreekbuis’ vormden vanuit de Boogh-locatie die zij bezochten. Vanaf dat moment vormden Gert-Jan, Wilco en ik de hoofdredactie met daarnaast de diverse redactieleden die hun eigen bijdrage leverden.

Bewonderingswaardig in dit hele proces was de onuitputtelijke gedrevenheid waarmee Peet de Graaf (toenmalig regiomanager van Boogh Amersfoort) het plan van het magazine in voor- en tegenspoed bleef omarmen. Maar het was ook het talent van Willy Bakker om deze gedrevenheid te plaatsen in wat haalbaar was. Enkele voorbeelden van artikelen die we in het verleden gemaakt hebben: interview(s) met Willy Bakker, een bezoek aan cliënten en medewerkers van Boogh in Wijk bij Duurstede, een bezoek aan het Utrechtse stadhuis voor een interview met toenmalig wethouder van Eijk. En daarnaast waren er de vaste rubrieken als columns en recensies. Met al de werkzaamheden die we met z’n drieën voor het magazine deden, haalden we zelfs een keer het AD.Die trend van interviews zetten we ook tegenwoordig met gedreven ‚nieuwe’ redactieleden nog steeds voort! De vaste

Foto’s:uit de oude doos van VEENENDAAL

Page 10: Jaargang 11, nummer 2, najaar 2017 · 2018. 10. 3. · Over de vraag wat Boogh voor ons betekent, heeft een ieder natuurlijk zijn eigen verhaal. Maar dat het heel belangrijk voor

18 19

rubrieken zijn wel iets van karakter veranderd. Zo zijn verhalende recensies meer tips geworden. En bezoeken we nu steeds een andere Boogh locatie om verschillende mensen de mogelijkheid te bieden om op een stelling te reageren. In het verleden was dit iedere keer een vast panel.

Vanwege de inmiddels lange geschiedenis van het magazine, hecht ik er postuum aan om Wilco vanaf deze plek te bedanken met een hoofdletter “B” voor zijn bijdrage aan (de vormgeving) het magazine en niet in de laatste plaats, als persoon. Anuschka nam zijn vormgevingstaak over. En dat doet zij nog steeds op een zeer kundige en creatieve wijze, al laat ze dat zelf liever in het midden.

Refererend aan de bescheidenheid van Anuschka kan ik me, vooropgesteld, niet aan de indruk onttrekken dat mensen zich tegenwoordig te snel trots wanen. Bij ieder initiatief en bij iedere (sport)inspanning glijdt het trots zijn eerder bij regelmaat dan bij uitzondering van de tong. Vanuit mijn hart sprekend vind ik dat Boogh (magazine) teveel in deze trend is meegegaan. Door de PR- functie boven de informatie- en bindingsfunctie te laten prevaleren, voelde het magazine niet meer van ‘ons’. In ieder geval trok Boogh als organisatie het magazine steeds meer naar zich toe. ‘Wij’ mochten ons geen hoofdredactie meer noemen. Op zich niet zo’n probleem natuurlijk, maar de uiteindelijke beslissingsbevoegdheid en eindverantwoordelijkheid raakten we kwijt.

Door een verschil van inzicht aangaande de toekomst van het magazine verliet een paar jaar gelden alweer Gert-Jan de redactie. Hij schreef zijn ‘laatste zin’ in deze samenstelling. Bescheiden als hij is, heeft Gert-Jan nooit het woord trots hardop uitgesproken. We voelden ons op zijn tijd zéker wel voldaan, maar om trots te zijn was voor hem/ons meer nodig. Anno nu, ruim een decennium later, dekt trots zijn misschien toch ook wel de lading. Maar voor jou, Gert-Jan, weet ik het zeker: ik ben trots op je, grote vriend! Pieter Houtman

Foto’s:uit de oude doos van AMERSFOORT

Page 11: Jaargang 11, nummer 2, najaar 2017 · 2018. 10. 3. · Over de vraag wat Boogh voor ons betekent, heeft een ieder natuurlijk zijn eigen verhaal. Maar dat het heel belangrijk voor

20 21

Omgaan met levend verliesKlinisch psycholoog Manu Keirse kwam op uitnodiging als ‘key note speaker’ een lezing geven op het jubileum symposium van Boogh. Zijn lezing stond in het teken van ‘Omgaan met verlies en verdriet’. Hij is werkzaam aan de Faculteit Geneeskunde van de Katholieke Universiteit in het Belgische Leuven en veelgevraagd spreker in binnen- en buitenland. Boogh magazine legt graag een paar vragen voor aan deze specialist op het gebied van verlies en verdriet. Want zijn kijk op het thema is zeer waardevol. Ook voor degenen die de lezing niet hebben kunnen bijwonen.

U bent een autoriteit op het gebied van rouwverwerking. Hoe komt het dat u er zoveel vanaf weet? Heeft u persoonlijk ervaring met dit onderwerp?Vanaf mijn kinderjaren heb ik geleerd om te gaan met verlies en verdriet. Ik heb me altijd geprobeerd daarin te verdiepen en me te oriënteren. Ik heb veel gelezen, gestudeerd en over de hele wereld congressen bijgewoond over dit onderwerp. Daarbij zit het in mijn aard om de kant van de zwakste te kiezen. Maar de beste professoren die ik heb ontmoet zijn de mensen die een kind hebben verloren of moeten leven met een chronische ziekte of beperking.

Zou u iets kunnen zeggen over verliesverwerking bij hersenletsel of een chronische ziekte? Het is een verlieservaring zoals mensen die een dierbare verliezen door overlijden. Je ziet je normale leven naar beneden gaan. Je verliest het beeld dat je van jezelf had. En de familie verliest het beeld van die persoon. Want niemand had dat verwacht. Je maakt evenzeer een rouwverwerking door, zoals rouw na een overlijden. Er zijn echter twee problemen; de samenleving beleeft dit niet als een rouwverweking en het gaat om leven met een chronische ziekte, ofwel ‘levend verlies’.

Hoe moeten mensen leven met ‘levend verlies’?Mensen reageren soms met de opmerking: ‘Heb je het nu nog niet verwerkt?’ Maar hoe kan dit, als het er elke dag weer opnieuw is? Heel veel uitgangspunten die men hanteert bij mensen met een verlieservaring, als de medische wereld het al ziet als een verlieservaring, zijn hier niet van toepassing. Normaal gesproken, als je een dierbaar iemand verliest aan de dood, verwacht men dat de rouwverwerking geleidelijk in intensiteit afneemt. Maar hier gaat het om een levend verlies. Elke dag is het verlies weer intens aanwezig. De rouwverwerking kan in intensiteit toenemen, in plaats van afnemen. Je leven verloopt anders dan dat van andere mensen. Je beleeft voortdurend pieken van intens verlies. De omgeving schat dit niet goed in. Die denkt van:

heeft hij dit nu nog niet verwerkt? Ze denken dat als je één keer een grondig gesprek hebt gehad, en je kon daarin ontladen, dat het probleem weg is. Maar de volgende dag staat die ziekte weer voor de deur, en de volgende dag weer. Dat maakt dat het een heel andere verwerking is.

Is er dan wel sprake van herstel? Ja, er is sprake van herstel, maar je moet er rekening mee houden dat je telkens terugzakt. Stel, je krijgt een aankondiging voor het huwelijk van een goede vriend. Je wordt daarmee geconfronteerd, en denkt: ‘Zou dit ooit een mogelijkheid voor mij zijn?’ En je zakt ineens weer weg. Als vrienden je op dat moment tegenkomen denken ze: ‘Heeft hij nou nog niets verwerkt? Is die nog geen stap verder?’ Jawel, maar de verwerking loopt anders. Het gaat met pieken en dalen.

Eigenlijk komt het er dan op neer dat rouwverwerking altijd blijft?Ja, eigenlijk wel. Omdat het gaat om een ‘levend verlies’. Dan zie je dat het op elk moment in het leven weer levendig voor de deur kan staan. Bijvoorbeeld: Gisteren kreeg ik bezoek van goede vrienden die vol enthousiasme aan het praten waren over hun kleinkinderen. Ik zal nooit kleinkinderen krijgen van een dochter die ziek is. Ik werd ineens stil en heel verdrietig. Ze keken naar mij en zeiden: ‘Ben jij daar nu nog niet overheen?’ Hoe goed je de situatie ook geaccepteerd hebt, op zulke ‘kruispunten van het leven’ kan je verdriet plotseling weer opflakkeren. Dat is heel begrijpelijk en normaal.

Hoe kun je daar het beste mee omgaan?Een belangrijke manier om daarmee om te gaan is het onder ogen zien van de werkelijkheid van het verlies. Het gaat om een ‘levend verlies’. Iets dat elke dag weer parten kan spelen. Je moet je voorbereiden op pieken en dalen die zich iedere dag in het leven kunnen voordoen. Om op die momenten steun te zoeken is het goed om een aantal

door Loes Spierts

mensen duidelijk maken wat er met je gebeurt. Zodanig dat je bij mensen terecht kunt op die momenten.

En als de acceptatie er is, is de rouwverwerking dan nog aanwezig? Of verandert dat?Je hebt geaccepteerd dat die ziekte er is, maar je hebt daarom nog niet geaccepteerd dat je naar het huwelijk moet gaan van de kinderen of kleinkinderen van je vrienden en dat zelf misschien nooit kunt meemaken. Je kunt de ziekte accepteren. Maar alle consequenties die dat in het leven meebrengt, die kun je onmogelijk van te voren al accepteren. Het is normaal dat dit een hele moeilijke en scherpe confrontatie is. Deze werkelijkheid onder ogen zien is een heel belangrijke opdracht. Mensen ontkennen deze werkelijkheid vaak. We moeten ze helpen om dit onder ogen te zien.

Eigenlijk klinkt dat alles behalve positiefKlopt. Maar als de samenleving leert om hiermee om te gaan, zou dat betekenen dat je op moeilijke momenten begrip krijgt in plaats van onbegrip. Het begrip dat het niet gaat om te stoppen met een chronische ziekte maar om verder te leven met een ‘levend verlies’. Je kunt hiermee leven door die werkelijkheid onder ogen te zien. Die pijn te ervaren. En je aan te passen aan die werkelijkheid. Dat gaat veel beter in een omgeving die dit begrijpt en er begrip voor opbrengt.

Wat is de rol van de familie hierin?Ook de familie moet aandacht krijgen van de professionele omgeving. Je kunt alleen ruimte maken voor een ander als je ruimte hebt in je eigen boezem. Als je familie vol zit met zorgen, dan kan die ook geen opvang bieden. Als de familie ook opgevangen en begrepen wordt in wat zij meemaken, dan kan zij ook opvang bieden aan anderen. Het is inderdaad geen gemakkelijke boodschap.

De vraag ‘hoe gaat het met je?’ is soms lastig te beantwoorden. Een gebruikelijke ontwijkingstrategie is om een wedervraag te stellen. Maar ook dat voelt niet goed. Kortom, hoe kunnen mensen met ‘levend verlies’ hier het beste mee omgaan?Persoonlijk zou ik die vraag ook niet makkelijk stellen. Je kunt beter vragen hoe iemand de voorbije weken is doorgekomen. Het betreft dan een open vraag. En als mensen toch de ‘Hoe gaat het vraag’ stellen kun je het beste aangeven dat je daar wel op in wil gaan als hij of zij bereid is om te luisteren.

Hoe maak je mensen duidelijk dat je steeds beter met de gevolgen van het letsel om kunt gaan, maar dat de gevolgen van het letsel daarmee niet weg zijn?Omgaan met letsel is rouwarbeid. Het onder ogen zien van de werkelijke consequentie, het ervaren van pijn, je leven aanpassen en opnieuw leren genieten en houden van het leven. Dat zijn de vier taken die bij

rouwverwerking van toepassing zijn. Bij elk van die taken kan de omgeving je helpen of hinderen. Het beste advies voor naasten is om goed te luisteren, warmte en genegenheid te geven en erkenning.

Er is veel aandacht voor het flexibele brein in de media. Een term die doet vermoeden dat hersens tot in het oneindige maakbaar en manipuleerbaar zijn. Hersenletsel patiënten wordt dit vaak voor de voeten geworpen, maar dit voelt soms als een verwijt. Hoe ziet u de rol van de (medische) berichtgeving in deze?Ik heb nog niemand ontmoet die kon aantonen dat hersenschade herstelbaar is. Als je ernstige hersenschade hebt kun je niet veel aan de beperkingen doen. Je kan wel leren de beperkingen door andere vaardigheden te vervangen, of door hulpmiddelen zoals een rolstoel. Het brein is flexibel, maar beschadigingen maak je er niet mee ongedaan. Ik vind het dan ook niet verantwoord het zo te benoemen.

Tot slot, gaan mannen anders om met verlies en verdriet dan vrouwen?Mannen en vrouwen ervaren beiden evenveel verdriet. Alleen uiten vrouwen hun verdriet vaak makkelijker. Voor mannen is dat meestal wat moeilijker. Van jongs af aan is hen vaak voorgehouden dat grote jongens niet huilen en meisjes moeten beschermen. Mannen hebben dan ook meer aanmoediging nodig om hun verdriet toe te laten. Over het algemeen praten mannen onder elkaar eerder over prestaties en vrouwen met vriendinnen over gevoelens. Daarom spreken we in het jargon over ‘intuïtief’ rouwen en ‘instrumenteel’ rouwen. Wat eigenlijk betekent dat vrouwen eerder huilen en erover willen praten en mannen overgaan tot acties, zoals het organiseren van een begrafenis of het maken van een plan of een urn.

Meer weten? Manu Keirse heeft verschillende bestsellers op zijn naam staan:1. Helpen bij verlies en verdriet2. Als ik er niet meer ben3. Stil verdriet4. Later begint vandaag5. Als je een prille zwangerschap verliest6. Kinderen helpen bij verlies7. Helpen bij ziekte en pijn8. Van het leven geleerd

Page 12: Jaargang 11, nummer 2, najaar 2017 · 2018. 10. 3. · Over de vraag wat Boogh voor ons betekent, heeft een ieder natuurlijk zijn eigen verhaal. Maar dat het heel belangrijk voor

22 23

Verenslinger Deze

vrolijke en decoratieve verenslingers worden gemaakt van hout. De

veren kunnen naar elke gewenste plek

verschoven worden. De slinger heeft een totale

lengte van 2 meter.€ 14,95

www.booghgoed.nl

rolstoelvriendelijk

prikkelvriendelijk

behulpzaam personeel

Vlaggenlijn met schoolbordverfWat is een feestje zonder versiering? Deze vlaggen zijn van hout en voorzien van schoolbordverf, waar jij je eigen tekst op kan schrijven! De lengte van de

lijn is 3 meter en de vlaggetjes zijn 15 bij 18,5 cm.€ 14,95 www.booghgoed.nl

PRIKKELS

TaartschepMet deze slimme, hygiënische taartschep snijd je het perfecte stukje taart! Ook met één hand. De taartschep is gemakkelijk te gebruiken: druk hem door de taart, knijp het voorzichtig dicht en til het op je schoteltje, laat de taartschep los en zie hier: het perfecte stukje taart. De taartschep is te koop in een hoge kwaliteit kunststof of in RVS. Ze zijn allebei geschikt voor een wat steviger taart, terwijl de RVS-versie ook geschikt is voor taarten die wat flexibeler zijn, bijvoorbeeld kwarktaart.kunststof € 4,50rvs €19,50 www.weerhandig.nl

Wintersportvakantie of weekendje weg?Helaas is dit niet voor iedereen weggelegd. Op de

Facebookpagina ‘Hersenletseluitleg’ vind je informatie over hoe je een aantal zaken handig kunt

regelen als je thuisblijft. Daarnaast zijn er tips voor als je wel op vakantie wilt gaan. Steeds meer

accommodaties zijn geschikt voor mensen met hersenletsel. TIP: zorg voor een inpaklijst, dat

voorkomt dat je dingen vergeet mee te nemen.www.meevakantiewijzer.nl

www.mytravelplanner.nlwww.reischecker.nl

Oehoe! Deze geglazuurde keramieken uiltjes zijn stuk voor stuk uniek! Ze zijn namelijk allemaal met de hand gemaakt. Een mooi cadeau voor jezelf of voor een ander. €6,95www.booghgoed.nl

Uitlegkaartjes over hersenletelDeze kaartjes geven in het kort uitleg over hersenletsel. Je kan ze hier uitknippen of op de onderstaande site uitprinten. Er is ook een Engelse versie. Handig om mee te nemen als je naar het buitenland gaat!http://www.hersenletsel-uitleg.nl/informatie/over-hersenletsel-kennis-tips/promotie

Emotiewijzer en vermoeidheidswijzer bijhoudenEmoties en vermoeidheid kunnen hoog oplopen tijdens de vakantie. Houd een emotiewijzer en moeheidswijzer bij zodat voor iedereen te allen tijde duidelijk is hoe het echt met je gaat! Stichting hersenletsel-uitlegtips/promotie

Feest! Een leuk uitje voor zowel volwassenen als kinderen!In Museum Catharijneconvent kan je de tentoonstelling ‘Feest! weet wat je viert!’ bezoeken. Je ontdekt er van alles over de feestdagen. Wat vieren we eigenlijk met

Carnaval, Pasen en Sint-Maarten? Waarom wordt er met traditionele feesten altijd hetzelfde gegeten? En welke heilige gaat er schuil achter onze voornaam? Dankzij de vele liften is het museum voor rolstoelgebruikers goed toegankelijk. Lees meer over o.a. invalideparkeerplaatsen, toegankelijkheid van het museum voor scootmobiels en openingstijden op www.catharijneconvent.nl.Museum Catharijneconvent, Lange Nieuwstraat 38, Utrecht.

Snel last van de warmte? Mensen met hersenletsel hebben vaak eerder last van de warmte. Vermijd de zon en de warmte en neem zo nodig koelvesten en koelhoedjes mee, zoals die van Hyperkew.cap €48,00www.staycoolshop.nl

hulpmiddel

Page 13: Jaargang 11, nummer 2, najaar 2017 · 2018. 10. 3. · Over de vraag wat Boogh voor ons betekent, heeft een ieder natuurlijk zijn eigen verhaal. Maar dat het heel belangrijk voor

24

Coffeemania By Boogheen nieuwe kans op de arbeidsmarkt

Bij Coffeemania By Boogh werken Coffeemania en Stichting Boogh samen.

AdresAmerikalaan 1993526 VD Utrecht(Krachtstation Kanaleneiland)

ContactHeb je vragen? Wil je meer weten over de mogelijkheden?Neem dan contact met ons op:

e-mail: [email protected]: 06 - 1043 9934

Je bent van harte welkom!

Brasserie

Tegen inlevering van onderstaande bon krijg je een gratis kop koffie naar keuze bij ‘Coffeemania By Boogh’, Amerikalaan 199 in Utrecht.

Coffeemania By Boogh is gevestigd schuin tegenover het winkelcentrum Kanaleneiland en is goed bereikbaar per openbaar vervoer.

Coffeemania By Boogh is rolstoeltoegankelijk en heeft een ruim invalidetoilet.