Jaarconcert R E Q U I E M - Schola Cantorum — Home€¦ · Gabriel Fauré Cantique de Jean Racine...
Transcript of Jaarconcert R E Q U I E M - Schola Cantorum — Home€¦ · Gabriel Fauré Cantique de Jean Racine...
Jaarconcertvrijdag 15 mei 2009 om 20.00 uur
R E Q U I E MJehan Alain Litanies
Gregoriaans uit de Missa pro defunctis
Subvenite
Offertorium: Domine Jesu Christe
Maurice Duruflé Motetten
Ubi caritas
Notre Père
Gabriel Fauré Cantique de Jean Racine op.11
Maurice Duruflé Choral varié sur le Veni Creator
Gregoriaans uit de Missa pro defunctis
Introïtus: Requiem æternam
Maurice Duruflé Requiem op. 9
voor koor, orgel, bariton, mezzo-sopraan en orkestIntroït – Kyrie – Domine Jesu Christe – Sanctus – Pie Jesu – Agnus Dei – Lux æterna –Libera me – In Paradisum
Koren Schola Cantorum van de Sint-Baafskathedraalen Canta Ludens, Drongen
Soli Inez Carsauw mezzosopraan
Bruno De Jonghe bas-bariton
Orgel Edward De GeestOrkest Nuova Sinfonia Gandavense
voorbereid door Vania Batchvarova
Algemene leiding Filip Martens
Gabriel FauréCantique de Jean Racine
Gabriel Fauré schreef zijn Cantique de Jean Racine als
eindexamenwerkstuk in 1864. Hij was 20 en met deze
Cantique sloot hij in 1865 zijn studie aan de École Nieder-
meyer af. De tekst van de Cantique stamt uit het gebeden-
boek van de katholieke kerk. Fauré gebruikte een vertaling
die de grote Franse toneelschrijver Jean Racine in 1655
maakte.
Veertig jaar lang bleef de componist zijn jeugdwerk trouw.
Oorspronkelijk geschreven voor vierstemmig gemengd koor
en orgel (of piano), maakte hij later diverse bewerkingen.
Er is een versie voor koor, harmonium en strijkkwintet en een
versie voor gemengd koor en orkest uit 1905.
Maurice DurufléRequiem op. 9
Voor Maurice Duruflé was componeren altijd een lang-
zaam en moeilijk proces, gekenmerkt door een voortdurend
bewerken en herschrijven, maar ook getuigend van eminent
vakmanschap. Gedurende een periode van zestig jaar
werden slechts tien van zijn werken gepubliceerd – net één
minder dan van zijn leermeester Paul Dukas, een even veel-
eisend perfectionist.
In tegenstelling tot zijn vriend en medestudent Olivier
Messiaen vermeed Duruflé het avant-gardistisch experimen-
teren. In plaats daarvan verkoos hij een retrospectieve hou-
ding, zocht hij inspiratie in gregoriaanse gezangen en nam
de grote Franse componisten Debussy, Ravel, Fauré en
Dukas als voorbeeld.
Het is bekend dat hij het gevoel had dat hij niets belangrijks
aan het pianorepertoire kon toevoegen, dat hij met onrust
tegen het strijkkwartet aankeek en dat hij door angst over-
mand werd bij de gedachte een lied te componeren naar de
volmaakte voorbeelden van Schubert, Fauré en Debussy.
In plaats daarvan componeerde Duruflé voor zijn geliefkoos-
de instrumenten, i.e. het orkest en het orgel (hij stond
immers bekend als orgelvirtuoos). Orkest en orgel werden in
zijn grootste en belangrijkste werk verenigd: het Requiem uit
1947.
Componisten en uitgevoerde werken
2
Duruflé werkte aan een suite van orgelwerken die gebaseerd
was op de gregoriaanse gezangen uit de requiemmis, toen
hij de opdracht voor het Requiem van zijn uitgever Durand
kreeg. De schetsen die al op zijn werktafel lagen, bleken het
ideale uitgangspunt voor het Requiem te zijn. De grego-
riaanse gezangen werden de basis van het volledige werk;
dit verleende het Requiem tijdloosheid en meditatieve
spiritualiteit.
Duruflés voorbeeld was het Requiem van Fauré. Toch is hier
geen sprake van een loutere imitatie, maar van een op
bewondering en respect gebaseerde nieuwe bewerking.
Duruflé bewerkte de structuur en de sfeer die door de
oudere componist gecreëerd werden. Fauré besliste zich af
te keren van de door Berlioz en Verdi beïnvloede requiems
met hun tragische, opvlammende beelden van hellevuur en
van hemeltergende droefheid. Hij liet de teksten over de dag
des oordeels wegvallen en concentreerde zich in plaats
daarvan op de motieven rust en vrede, waarbij hij zelfs zo
ver ging, dat hij het In Paradisum uit de rouwplechtigheid
overnam.
Duruflé heeft dezelfde teksten als Fauré gebruikt, hoewel de
indeling in bewegingen een beetje anders is en ook het
Benedictus behouden is. Hij bedient zich van een gelijk-
aardige benadering en aanpak: een baritonsolo in het
Domine Jesu Christe en het Libera me en een mezzo-
sopraansolo in het Pie Jesu. Duruflé begint zijn werk in
dezelfde toonsoort als Fauré, het offertorium heeft dezelfde
stemmen gekregen en de stijl van het Pie Jesu is identiek.
De structuur van het Sanctus, het Libera me en het In
Paradisum is eveneens heel wat verschuldigd aan het voor-
beeld van Fauré. Toch overstijgt de globale uitwerking en het
eindresultaat de mogelijke beperkingen van een dergelijk
voortreffelijk voorbeeld en bezorgt het de luisteraar iets van
onmetelijke originaliteit.
De sterkte van Duruflés compositie ligt in zijn buitengewone
verbinding van totaal verschillende elementen: gregoriaanse
zang, liturgische modaliteit, subtiel contrapunt, alsook de
gevoelige harmonieën en de vernuftig bedachte instrumen-
tatie van Debussy, Ravel en Dukas. Het veelvuldige gebruik
van de zuivere gregoriaanse melodieën verleent het werk
een schitterende expressieve en ritmische vrijheid en resul-
teert in een natuurlijke stroom van zowel tekst als muziek.
De levendige toonaarden versterken – ondersteund door
3
modale harmonieën – de emotionele werking en toch blijven
de rust en het spirituele optimisme zeer duidelijk bewaard.
Het introïtus stroomt rustig voorbij, de gregoriaanse zang is
noot voor noot weergegeven en die leidt naar de imiterende
beginnoten van het Kyrie en zijn innige bede om genade.
In het Domine Jesu Christe wordt de tekst op dramatische
wijze door het koor verkondigd, tot de H. Michaël hen naar
het hemelse licht leidt en hen van de vredesbelofte verzekert.
Het Sanctus neemt de vorm van een instrumentaal moto
perpetuo aan, waartegen de stemmen in het Hosanna in
excelsis zich behendig tot een hoogtepunt samenpakken en
aansluitend als een boog gaan liggen in een vreedzaam
slot. Het Pie Jesu is het concrete en emotionele centrum van
de compositie, het is een aangrijpende en nagenoeg pijnlijk
mooie zetting van de gregoriaanse zang voor mezzosopraan
en cello, die ondersteund wordt door harmonieën met vele
dissonanten. Het Agnus Dei leidt ons zacht verder zonder
van de sfeer af te wijken die de vorige beweging achter-
gelaten heeft. Duruflé weeft een uitdrukkingsvolle contra-
melodie rond de gregoriaanse zang, waardoor hij elke vorm
van expressieve dorheid vermijdt zonder dat de fijne of broze
instrumentatie beïnvloed wordt. Iets fantasierijkere accenten
zijn te horen in het Lux æterna: het vocaliseren van de lagere
stemmen onder de sopranen en het eenstemmige gezang
van Requiem æternam boven wisselende akkoorden.
Het Libera me brengt een langere ontwikkeling tot aan het
dramatische hoogtepunt van het gehele werk: het ‘Dies illa’.
De laatste ‘Libera me’ wordt, zoals bij Fauré, tot op het
einde eenstemmig gezongen. De laatste beweging, het In
Paradisum, is een voortreffelijke creatie: de openingsakkoor-
den vormen een hemelse sluier waaruit de sopraanstemmen
te voorschijn komen, die eindelijk de vrede gevonden
hebben. De zinnenstrelende akkoorden van het hele koor
dragen bij tot spirituele rust en het laatste akkoord,
een niet opgelost dominantnone akkoord, sterft weg in alle
eeuwigheid.
Duruflé heeft zijn Requiem twee keer herschreven en het is
de in 1961 gepubliceerde zogenaamde ‘middenversie’ die
we vanavond horen. Duruflé behield orgel en koor maar re-
duceerde het orkest tot een strijkorkest met optionele partijen
voor harp, twee of drie trompetten en pauken. In het voor-
woord van deze partituur reikte Duruflé de volgende redenen
voor zijn bewerking aan:
En pratique, il est rarement possible de réunir un orchestre
au complet, avec chœurs et orgue dans une église. L’alter-
native, une réduction pour orgue solo (et chœur), peut être
insuffisante dans certaines parties du Requiem où le timbre
expressif des cordes est essentiel. Cette version intermédiaire
permet à la partie d’orgue de s’incorporer au tissu musical
ou se juxtaposer aux autres instruments.
In vele opzichten is dit een ideale versie van het Requiem,
omdat het de intimiteit van de orgelpartij bewaart en
tegelijkertijd de expressieve en dramatische mogelijkheden
van de complete orkestpartituur toestaat. Voor de realisatie
van zijn dynamische stijl had Duruflé tweeëntwintig strijkers
in gedachten, omdat hij van mening was dat dit aantal het
optimale evenwicht van de krachten garandeerde.
Een woordje uitlegover de orgelwerken
Jehan AlainLitanies
Jehan Alain stamde uit een muzikale familie: vader Albert
was organist en zus Marie-Claire is nog steeds een befaam-
de organiste. Hij studeerde orgel aan het Parijse conserva-
torium in de klas van Marcel Dupré maar sneuvelde echter,
op 29-jarige leeftijd, bij het begin van Wereldoorlog II.
De drang om te componeren was hem als het ware aan-
geboren; zijn eerste muzikale schetsen dateren van bij het
begin van zijn muziekstudies. Alain was echter té zeer zichzelf
om stil te blijven bij geijkte vormen: hij schept nieuwe of
herkneedt de oude. Zijn werk heeft al de kenmerken van de
levendige, vaak onstuimige volksaard van de Fransen.
Zijn wereldberoemde Litanies is een compositie vol aan-
grijpende smart. Steeds weer wordt dezelfde angstige kreet
herhaald, als een ware obsessie. Een anekdotische bijzon-
derheid: Alain schreef dit werk in nauwelijks anderhalf uur.
Maurice DurufléChoral varié sur le Veni Creator
Maurice Duruflé componeerde niet bijster veel voor orgel,
maar datgene wat hij voor dat instrument schiep, is van
uitzonderlijk gehalte.
Het Choral varié – sluitstuk uit de triptiek Prélude, Adagio et
Choral varié sur le ‘Veni Creator’ – bestaat uit enkele
harmonisch rijk ontwikkelde variaties.
Eerst horen we de Pinksterhymne in een rustig gespeeld
tempo, op grondspelen en mixturen. In de eerste variatie
wordt de koraalmelodie voorgedragen door een soloregister
in het pedaal; de begeleidende partij is gebouwd op frag-
menten van de hoofdmelodie. De tweede variatie heeft een
levendiger capriccio-karakter: de rechterhand slingert
beweeglijke triolen door een regelmatig voortschrijdende
melodie in de linkerhand. De derde variatie is een soort
cantilène en laat de canon in de kwart horen tussen het fluit-
en het voix célèsteregister.
Als vierde variatie volgt een briljante finale. Ze wordt ingezet
met enkele maten figuratie, ontleend aan het thema. Tussen
de bovenstem en het pedaal ontwikkelt zich een canon die
uitmondt in een feestelijke slottoccata waarin steeds
fragmenten van de hoofdmelodie opduiken.
organist Edward De Geest (cv: zie blz. 10)
4
Volgende keermee ophet podium staan?Hou je van zingen, van een aangename sfeer, van
samen muziek maken? Zin om lid te worden van ons
koor? We zijn op zoek naar jonge gemotiveerde
zangers, zowel vrouwen- als mannenstemmen.
Koorervaring of kennis van notenleer strekt tot
aanbeveling, maar is niet absoluut noodzakelijk.
Indien je dat wenst, mag je geheel vrijblijvend een
repetitie bijwonen. Het koor repeteert wekelijks op
woensdagavond van 19.30 uur tot 21.45 uur in de
muziekstudio van het Sint-Lievenscollege.
Ben je geïnteresseerd om een repetitie bij te wonen of
om lid te worden van de Schola Cantorum, of wil je
liever eerst wat meer informatie, stuur dan een mailtje
naar: [email protected]
We hopen je snel te mogen verwelkomen!
Volgendjaarconcert?
vrijdag 7 mei 201020.00 uurSint-BaafskathedraalGent
We hopen je opnieuw te mogen verwelkomen!
5
SubveniteSubvenite Sancti Dei, occurrite Angeli Domini:
suscipientes animam ejus:
offerentes eam in conspectu Altissimi.
Suscipiat te Christus, qui vocavit te:
et in sinum Abrahæ Angeli deducant te.
Suscipientes animam ejus:
offerentes eam in conspectu Altissimi.
Requiem æternam dona ei Domine:
et lux perpetua luceat ei.
Domine Jesu ChristeZie integrale tekst Requiem
Ubi caritasUbi caritas et amor, Deus ibi est.
Congregavit nos in unum Christi amor.
Exsultemus et in ipso jucundemur.
Timeamus et amemus Deum vivum.
Et ex corde diligamus nos sincero. Amen.
Notre PèreNotre Père qui es aux cieux, que Ton nom soit sanctifié,
que Ton règne vienne,
que Ta volonté soit faite sur la terre comme au ciel.
Donne-nous aujourd’hui notre pain de ce jour,
pardonne-nous nos offenses, comme nous pardonnons
aussi à ceux qui nous ont offensés.
Et ne nous soumets pas à la tentation,
mais délivre nous du mal.
Cantique de Jean RacineVerbe égal au Très-Haut!
Notre unique espérance,
Jour éternel de la terre et des cieux,
De la paisible nuit nous rompons le silence,
Divin Sauveur, jette sur nous les yeux.
Répands sur nous le feu de Ta grâce puissante,
Que tout l'enfer fuie au son de Ta voix,
Dissipe le sommeil d'une âme languissante
Qui la conduit à l'oubli de Tes lois.
Kom te hulp, heiligen van God. Engelen van God, snel toe.
Neem zijn ziel op
en geleid haar voor het aanschijn van de Allerhoogste.
Moge Christus, die u geroepen heeft, u ontvangen
en mogen de engelen u dragen in de schoot van Abraham.
Neem zijn ziel op
en geleid haar voor het aanschijn van de Allerhoogste.
Geef hem eeuwige rust Heer:
en moge uw licht op hem schijnen.
Waar liefde is, daar is God.
De liefde van Christus heeft ons verenigd.
Laat ons juichen en blij zijn in Hem.
Laat ons de levende God vrezen
en met een oprecht hart liefhebben. Amen.
Onze VaderOnze Vader die in de hemel zijt, geheiligd zij Uw naam,
Uw rijk kome,
Uw wil geschiede op aarde als in de hemel.
Geef ons heden ons dagelijks brood,
en vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven
aan onze schuldenaren.
En leid ons niet in bekoring,
maar verlos ons van het kwade.
Lofzang van Jean RacineWoord dat gelijk is aan de Allerhoogste!
Onze enige hoop,
Eeuwig daglicht van aarde en hemelen,
Vanuit de vredige nacht verbreken we de stilte,
Goddelijke Verlosser, richt Uw blik op ons.
Verspreid onder ons het vuur van Uw machtige genade,
Opdat de hel vluchte bij het horen van Uw stem,
Verjaag de slaap van een kwijnende ziel,
Die haar Uw wetten doet vergeten.
Originele teksten en vertalingen
O Christ, sois favorable à ce peuple fidèle
Pour Te bénir maintenant rassemblé.
Reçois les chants qu'il offre,
À Ta gloire immortelle,
Et de Tes dons qu'il retourne comblé.
RequiemI – Introït
Requiem æternam dona eis Domine,
et lux perpetua luceat eis.
Te decet hymnus Deus in Sion,
et tibi reddetur votum in Jerusalem.
Exaudi orationem meam,
ad te omnis caro veniet.
Requiem æternam dona eis Domine,
et lux perpetua luceat eis.
II – Kyrie
Kyrie eleison.
Christe eleison.
Kyrie eleison.
III – Domine Jesu Christe
Domine Jesu Christe, Rex gloriæ,
libera animas omnium fidelium defunctorum
de poenis inferni, et de profundo lacu.
Libera eas de ore leonis,
ne absorbeat eas tartarus,
ne cadant in obscurum.
Sed signifer sanctus Michael repræsentat eas
in lucem sanctam,
quam olim Abrahæ promisisti et semini eius.
Hostias et preces tibi Domine laudis offerimus,
tu suscipe pro animabus illis,
quarum hodie memoriam facimus;
fac eas, Domine, de morte transire ad vitam.
IV – Sanctus
Sanctus, sanctus, sanctus Dominus Deus Sabaoth.
Pleni sunt coeli et terra gloria tua.
Hosanna in excelsis.
Benedictus qui venit in nomine Domini.
Hosanna in excelsis.
6
O Christus, wees het trouwe volk welgezind
Dat nu bijeen is om U te loven.
Ontvang de liederen die het aanbiedt,
Ter ere van Uw onsterfelijke glorie en Uw gaven,
Opdat het weer gelukkig wordt.
I – Intrede
Geef hen eeuwige rust Heer,
en moge Uw Licht op hen schijnen.
Aan U behoort het dit lied op te dragen, God in Sion,
lof en eer brengen wij U in Jeruzalem.
Aanhoor mijn gebed dat ik U zing,
tot U keert alle leven weer.
Geef hen eeuwige rust Heer,
en moge Uw Licht op hen schijnen.
II – Heer ontferm U over ons
Heer ontferm U over ons.
Christus ontferm U over ons.
Heer ontferm U over ons.
III – Heer Jezus Christus
Heer Jezus Christus, Koning vol heerlijkheid,
bevrijd de zielen van alle overleden getrouwen
van de verterende straf en de bodemloze put.
Red hen van de muil van de leeuw,
dat het kwade hen niet zou verteren
en zij niet in de duisternis zouden vallen.
Laat de heilige tekendrager Michael hen verwelkomen
in het eeuwige licht,
zoals U eens beloofde aan Abraham en zijn nageslacht.
Heer, te Uwer ere bieden wij onze inzet en gebeden aan,
neem deze aan voor het zieleheil van hen
die wij op deze dag gedenken;
Heer, maak dat ze de weg van dood naar leven gaan.
IV – Heilig
Heilig, heilig, heilig de Heer, de God der hemelse machten.
Vol zijn hemel en aarde van uw heerlijkheid.
Hosanna in de hoge.
Gezegend Hij die komt in de naam van de Heer.
Hosanna in de hoge.
7
V – Pie Jesu
Pie Jesu, Domine, dona eis requiem.
Pie Jesu, Domine, dona eis requiem sempiternam.
VI – Agnus Dei
Agnus Dei, qui tollis peccata mundi,
dona eis requiem.
Agnus Dei, qui tollis peccata mundi,
dona eis requiem.
Agnus Dei, qui tollis peccata mundi,
dona eis requiem sempiternam.
VII – Lux æterna
Lux æternam luceat eis, Domine,
cum sanctis tuis in æternum,
quia pius es.
Requiem æternam dona eis Domine,
et lux perpetua luceat eis.
VIII – Libera me
Libera me, Domine, de morte æterna,
in die illa tremenda,
quando coeli movendi sunt et terra,
dum veneris judicare sæculum per ignem.
Tremens factus sum ego, et timeo,
dum discussio venerit, atque ventura ira.
Dies illa, dies iræ, calamitatis et miseriæ,
dies magna et amara valde
Requiem æternam dona eis Domine,
et lux perpetua luceat eis.
Libera me, Domine, de morte æterna,
in die illa tremenda,
quando coeli movendi sunt et terra,
dum veneris judicare sæculum per ignem.
IX – In paradisum
In Paradisum deducant te Angeli,
in tuo adventu suscipiant te martyres,
et perducant te in civitatem sanctam Jerusalem.
Chorus Angelorum te suscipiat,
et cum Lazaro quondam paupere
æternam habeas requiem.
V – Barmhartige Jezus
Barmhartige Jezus, Heer, geef hen rust.
Barmhartige Jezus, Heer, geef hen eeuwige rust.
VI – Lam Gods
Lam Gods, dat wegneemt het kwaad van deze wereld,
geef hen rust.
Lam Gods, dat wegneemt het kwaad van deze wereld,
geef hen rust.
Lam Gods, dat wegneemt het kwaad van deze wereld,
geef hen eeuwigdurende rust.
VII – Het eeuwige licht
Het eeuwig licht moge op hen schijnen, Heer,
mogen zij thuis zijn bij de gelukzaligen,
Gij die onze eerbied waard zijt.
Geef hen eeuwige rust Heer,
en moge het eeuwig licht hen verlichten.
VIII – Behoed mij
Behoed mij, Heer, voor de eeuwige dood,
op deze schokkende dag,
wanneer hemel en aarde worden bewogen
wanneer U komt om de wereld in vuur te beoordelen.
De angst grijpt mij om de hals en ik beef,
als een moment van Uw woede zou komen.
De dag zal komen, die dag van weeklacht en verdriet,
die grote dag vol bitterheid.
Geef hen eeuwige rust Heer
en moge het eeuwig licht hen verlichten.
Behoed mij, Heer, voor de eeuwige dood
op deze schokkende dag,
wanneer hemel en aarde worden bewogen
wanneer U komt om de wereld in vuur te beoordelen.
IX – Ten Paradijze
Mogen de Engelen u het Paradijs binnenleiden,
de martelaren u bij uw komst ontvangen
en u naar de heilige stad Jeruzalem brengen.
Moge het Engelenkoor u ontvangen
en moge u evenals de ooit zo arme Lazarus,
eeuwige rust hebben.
De Schola Cantorum van de Gentse Sint-Baafskathedraal
werd in 1928 opgericht in de traditie van de kathedraal-
schola uit de vijftiende en de zestiende eeuw. Sindsdien heeft
de Schola Cantorum vele jonge mensen in een aangename
en vriendschappelijke sfeer in contact gebracht met oude en
hedendaagse koormuziek. Beroemde muzikanten zoals René
Jacobs, Norbert Detaeye en Zeger Vander Steene deden hun
eerste koorervaring op in de Schola. Vandaag wordt de
Schola gevormd door een vijftigtal gemotiveerde zangers
van 18 tot pakweg 50 jaar, onder leiding van pianist-dirigent
Filip Martens.
Het repertoire van de Schola omvat verscheidene periodes
en genres van de westerse koormuziek. Bovenaan het pro-
gramma staat de opluistering van vieringen in de kathedraal
op hoogdagen en enkele zondagen doorheen het jaar.
Hiertoe werd het koor destijds opgericht en tot op vandaag
blijft de Schola Cantorum trouw aan deze opdracht. Voor de
vieringen in de Sint-Baafskathedraal wordt geput uit een
grote waaier gregoriaanse gezangen en meerstemmige
sacrale werken. Zo bracht het koor de laatste jaren in de
kathedraal onder andere missen van Rosseau, Haydn, Ives,
Bikkembergs, Palestrina, Schubert en Mozart.
Daarnaast concerteert het koor regelmatig in binnen- en
buitenland. Op deze concerten werden reeds verscheidene
grote werken zoals de Coronation Anthems van Händel, de
Funeral Sentences van Purcell, het Weihnachtsoratorium van
Bach, het Requiem van Fauré, het Magnificat van Rutter, het
Te Deum van Charpentier en vele andere uitgevoerd. Hier-
voor werkte het koor de laatste jaren niet alleen samen met
Edward De Geest, de organist van de kathedraal, maar ook
met Nuova Sinfonia Gandavense en met enkele bevriende
koren.
In oktober 2006 ondernam de Schola een concertreis naar
Zwitserland. In oktober 2008 ging het koor opnieuw op con-
certreis naar de streek rond Tours (Frankrijk). Het bracht er
twee concerten met uitsluitend werken van Belgische compo-
nisten onder de titel Chants Sacrés de Compositeurs Belges.
Op zaterdag 11 oktober 2008 stelde de Schola haar
dirigent, pianist Filip Martens, in de kijker met een piano-
recital met werk van onder meer Chopin en Brahms in de
Lakenhalle te Gent.
www.scholacantorum.be
Koren en solisten
8
Het gemengd koor Canta Ludens uit Drongen groeide
onder de deskundige leiding van Filip Martens uit tot een
veelzijdig koor met een uitgebreid repertoire. Canta Ludens
is steeds weer op zoek om waardevolle vertolkingen te bren-
gen van zowel religieuze als profane vocale muziek binnen
zeer uiteenlopende genres en met diverse bezettingen.
Het koor is regelmatig te beluisteren op één van haar eigen
muziekprojecten. Zo doet Canta Ludens met Muziek Ludiek
haar speelse naam eer aan met licht verteerbare, heden-
daagse muziek, met instrumentale begeleiding door profes-
sionele musici. Andere themaconcerten waarmee het koor
op de planken stond zijn ondermeer Zigeunerleben en Dit is
Belgisch, een ode aan hedendaagse muziek van eigen
bodem. Met Until we meet again bracht Canta Ludens in
2008 een muzikale mijmering over afscheid.
Canta Ludens wordt ook vaak gevraagd mee te werken aan
gevarieerde totaalprogramma’s met piano- of orkestbegelei-
ding, alleen of samen met andere koren en dirigenten.
De uitvoering van het Weihnachts-Oratorium van J.S. Bach
is hiervan een mooi voorbeeld alsook de zeer geslaagde uit-
voeringen van de Carmina Burana van C. Orff in de versie
met twee piano's en slagwerk en in de versie met symfonisch
orkest.
Voor Filmfestival Gent 2005 werkte Canta Ludens samen
met het Nationaal Orkest van België o.l.v. Dirk Brossé aan
Polish composers in concert. Het koor trad op met befaamde
solisten in het kader van de Lyrica-concerten met o.a.
concertante uitvoeringen van de opera’s Cavalleria
Rusticana en Pinotta van Mascagni. Van deze laatste werd
een cd-opname gemaakt door een Italiaans platenlabel.
Hoogtepunten van de laatste jaren waren ondermeer het
Gloria van Vivaldi, cantates van Bach, Buxtehude en
Telemann, de Krönungsmesse van Mozart, een passieconcert
met werk van Mendelssohn en het Requiem van Fauré.
Memorabel is verder ook de medewerking aan een
spetterende uitvoering van het Gloria van Rutter en recent
nog Dido & Aeneas van H. Purcell.
De zanggroep maakt regelmatig concertreizen naar
Duitsland, Luxemburg, Frankrijk, Tsjechië, Spanje en Italië.
www.cantaludens.be
9
Inez Carsauw, mezzosopraan, behaal-
de het aggregaat muziekpedagogie aan
het Lemmensinstituut te Leuven en de di-
ploma’s Meester in de muziek, optie zang
(Lucienne Van Deyck) en zangpedagogie
aan het Koninklijk Vlaams Conserva-
torium te Antwerpen. Ze specialiseerde er zich in opera bij
Koen Kessels en Guy Joosten. Meestercursussen zang volgde
ze bij o.a. Vera Rosza, Sarah Walker, Adelisa Tabiadon,
Gidon Saks en recent David Jones. Ze werd finaliste in de
Mary Garden International Competition. In 2001 nam ze
deel aan de Belcanto Summer School Holland. Sinds enkele
jaren integreert ze ook boventoonzang in haar vocale ont-
wikkeling.
Inez Carsauw is een veelzijdige zangeres. Als jonge soliste
zong ze muziektheaterprodukties bij de Vlaamse Opera,
Muziektheater Transparant, Taschenoper Wien, KNS, NTG,
Het Paleis en De Spiegel. Ze trad op tijdens festivals in bin-
nen- en buitenland, o.a. het Covent Garden Festival, het
Belcanto Festival Dordrecht en het Festival van Vlaanderen.
In 1997 zong ze in Wenen de wereldpremière van de opera
Resurrection van Sir Peter Maxwell Davies. Bij de Vlaamse
Opera maakte zij haar solodebuut in Jenufa (Janacek).
Verder zong ze o.a. Dido in Dido and Aeneas (Purcell),
Arianna in Lamento d’Arianna (Monteverdi), highlights uit
Carmen (Bizet), Frau von Luber in Der Silbersee, Jessie in
Mahagonny Songspiel, Jane in Happy End (Weill) en rollen
in opera’s van Haydn en Piccini. Ze is tevens zeer actief in
het sacrale concertgebeuren. Zowat alle grote oratoria, van
Händel’s Messiah, Bach’s Passies en Weihnachtsoratorium
tot Mozarts/Duruflé’s/Verdi’s Requiem behoren tot haar
repertoire, waarmee ze veel bijval oogst in binnen- en bui-
tenland. In het najaar van 2007 was ze als soliste bij de
Vlaamse Opera te beluisteren in de Petite Messe Solennelle
van Rossini en recent zong ze het Requiem van Verdi in de
Madeleinekerk te Parijs en het Koninklijk Circus te Brussel.
Als liedzangeres toonde Inez Carsauw reeds haar grote
affiniteit met 20e-eeuwse muziek.
Ze concerteerde met o.a. het Vlaams Radio Orkest, het
Prometheus-ensemble, het Spectra-ensemble, Ars Longa,
Obbrusselmusica en Kontrabone. Ze was gastsoliste op de
3e Nacht van de Romantiek van het Koninklijk Filharmonisch
Orkest van Vlaanderen en was meermaals te horen in de
lunchconcertenreeks van de Vlaamse Opera. Eind 2008
zong ze met het Arpæ-ensemble voor het Flanders House te
Londen. Dit alles resulteerde in boeiende interpretaties van
o.m. De Negende Symfonie van Beethoven, Il Tramonto van
Respighi, El Amor Brujo en Psyche van De Falla, Kurt Weill-
liederen, liedcycli van Lucien Goethals, creatie van werk van
Rafaël D’Haene, … In haar nog jonge carrière maakte ze
concertreizen naar o.a. Brazilië, Engeland, Frankrijk,
Hongarije, Luxemburg, Nederland, Oostenrijk, Roemenië en
Spanje.
Inez Carsauw maakt deel uit van het vocaal kwartet
Vocamabile (www.vocamabile.be) en is als stempedagoge
verbonden aan Koor&Stem.
Bruno De Jonghe, bas-bariton, studeer-
de aan het Koninklijk Conservatorium te
Brussel en het Lemmensinstituut te Leuven
waar hij de Hogere Diploma’s voor Zang,
Kamermuziek, Lyrische kunst en het
Meesterdiploma optie Zang alsmede de
pedagogische diploma’s behaalde. Hij vervolmaakte zich
o.a. bij Chris Van Woerkom, Roland Bufkens, Ronny
Lauwers, Helene Luyten, Vivianne Spanoghe, Noelle Barker,
Loh Sieuw-Tuan, Ralf Döring, Dina Grossberger en Sandy
Stone. Als solist trad hij op in binnen- en buitenland met be-
faamde ensembles en orkesten, in grote passies, oratoria en
opera, o.a. met het Festival van Vlaanderen.
TV-opnamen waren er met o.a. Paulus van F. Mendelssohn te
Antwerpen o.l.v. Frank Shipway en in het programma
Vuurvogel Richard goes Classic met het BRTN-filharmonisch
orkest o.l.v. Ronald Corp. Tot zijn discografie behoren de
Musical Extasy van Alexander Raghbari en Psalm 138 van
Eduardo Enrique Gajardo.
Bruno De Jonghe vertolkte rollen in The Rape of Lucretia van
Benjamin Britten, Songfest van L. Bernstein, Trouble in Tahiti
van L. Bernstein, Figaro in Le Nozze di Figaro van W. A.
Mozart, … Hij was zangleraar in verschillende muziekacade-
mies en ook gastdocent in het Koninklijk Conservatorium
van Brussel. Hij maakt deel uit van het vocaal kwartet
Vocamabile (www.vocamabile.be) en is thans directeur van
de Hoofdstedelijke Muziekacademie voor Muziek, Woord en
Dans.
Edward De Geest, organist
Geboren te Lochristi in 1950, voltooide Edward De Geestde oude humaniora (Grieks-Latijn) en volgde daarna een
uitgebreide muzikale opleiding voor algemene muzikale
vorming, geschreven en praktische harmonie, muzikale
analyse en vormleer, muziekgeschiedenis, gregoriaans,
contrapunt, fuga, orgel en improvisatie aan de Muziek-
conservatoria te Antwerpen en te Gent. Zijn studies werden
er bekroond met een eerste prijs voor fuga en het hoger
diploma voor orgel met grote onderscheiding en aanteke-
ning voor orgelimprovisatie. Hij was leerling in de orgelklas
van professor Stanislas Deriemaeker, ere-organist van de
Antwerpse kathedraal, en kreeg nadien privé-onderricht van
professor Gabriël Verschraegen, toenmalig organist van de
Gentse kathedraal. Nadien onderscheidde hij zich tijdens
diverse orgelwedstrijden en wordt hij sedertdien geregeld
uitgenodigd om te concerteren in binnen- en buitenland;
hij trad op in vele belangrijke muziekcentra in zestien
Europese landen, de USA en in de voormalige USSR en gaf
daarbij tot op heden meer dan 525 concerten en recitals.
Van 1974 tot 1990 was hij als leraar harmonieleer en orgel
verbonden aan meerdere academies en als lesgever orgel
aan het Gentse conservatorium. In 1990 volgde zijn aanstel-
ling tot directeur van de Academie voor Muziek en Woord
van Eeklo, waar hij in 2003 de cultuurprijs ontving voor zijn
promotie van de orgelkunst, en dit zowel nationaal als
internationaal.
Op 1 oktober 1994 werd hij benoemd tot organist-titularis
van de Sint-Baafskathedraal te Gent. Vanuit deze schitteren-
de kathedraal met haar monumentaal Klaisorgel in de
bovenkerk en het fraaie Collonorgel in de crypte, werkt hij
actief mee aan de bloei van de Vlaamse orgelkunst,
enerzijds als liturgisch organist tijdens diverse vieringen en
pontificale diensten, anderzijds als concert-organist en
stuwende kracht voor de talrijke orgelrecitals van het Gents
Orgelcentrum waarbij ook binnen- en buitenlandse gast-
organisten optreden. Hij is tevens artistiek leider van de
historische orgelconcerten te Watervliet.
Edward De Geest realiseerde nationale en internationale
radio- en TV-opnames (Klara, RTBF, Radio Rias Berlin,
Televizione Catalonia Espagnole) en zijn discografie vermeldt
cd’s met werk van Bach en orgelcomposities uit de zeven-
Organist, orkest, concertmeester & dirigenten
10
tiende tot de twintigste eeuw, gespeeld op de Gentse orgels:
Sint-Baafs, Sint-Jacobs, Sint-Anna en het orgel in Watervliet.
Hij is lid van de Diocesane Commissie voor het Kunst-
patrimonium van het Bisdom Gent en geeft geregeld advies
voor het herstel, de ombouw of nieuwbouw van kerkorgels.
Op 4 mei 2003 werd Edward De Geest te Parijs onderschei-
den met het ‘Diplôme de Médaille de Vermeil de la Société
Académique Française Arts-Sciences-Lettres’ voor zijn inzet
voor de verspreiding van het Franse orgelrepertoire.
www.edwarddegeest.be
Nuova Sinfonia Gandavense
Dit jonge orkest van topmusici werd opgericht door dirigent
Filip Martens en concertmeester Vania Batchvarova. Deze
violiste brengt ervaren musici telkens weer samen om op
dynamische wijze hoogtepunten uit het orkestrepertoire te
vertolken. De muzikanten spelen – ook als solist – in de
meest befaamde orkesten van ons land. Filip Martens volgde
de opleiding orkestdirectie bij Edmond Saveniers in het
Lemmensinstituut te Leuven en leidt sedert jaren op dynami-
sche wijze dit ensemble.
Befaamde solisten en koren doen herhaaldelijk een beroep
op de medewerking van het orkest. Zo begeleiden de orkest-
leden op schitterende wijze Kerst- en Passieconcerten.
Zij verzorgden reeds bijzondere optredens in de Bijloke-
concerthal in Gent, in de Sint-Gilliskerk in Brugge, in de kerk
van het Klein Begijnhof te Gent en andere.
In de Sint-Baafskathedraal van Gent ondersteunde het orkest
eveneens de succesvolle uitvoeringen van o.a. het Requiem
van Fauré, de Krönungsmesse van Mozart en het Weih-
nachts-Oratorium van Bach.
Vania Batchvarova, concertmeester
Vania Batchvarova werd geboren in Bulgarije en studeer-
de er tot 1988 viool in Varna. In 1986 en 1988 won ze de
eerste prijs in de Nationale Muziekwedstrijden van Bulgarije.
Van 1988 tot 1993 studeerde ze aan het Tchaïkowsky-
11
Conservatorium te Moskou bij Irina Medvedeva (laureate
van de Koningin Elisabethwedstrijd) en bij Grigory Feigin.
In 1994 volgde ze aan het Lemmensinstituut te Leuven de
opleiding ‘specialisatie kamermuziek’ bij Roel Dieltiens en
‘viool’ bij Nico Baltussen en studeerde in 1997 af met grote
onderscheiding. Vania Batchvarova volgde verscheidene
masterclasses in Duitsland, Denemarken en België bij onder
andere O. Krysa, V. Paraschkevov, Cho-Liang Lin, M.
Lubotsky, Y. Neaman en Y. Menuhin.
Verder trad ze op als soliste in kamermuziekverband in
Rusland, Hongarije, Tsjechië, Duitsland, Ierland, Frankrijk en
Bulgarije. Zij speelt geregeld in verschillende symfonie-
orkesten in België en in het buitenland en is concertmeester
van het ensemble Nuova Sinfonia Gandavense.
Filip Martens, dirigent
Deze muzikale duizendpoot volgde aanvankelijk de kunst-
humaniora aan het Lemmensinstituut te Leuven. Later werd
hij er Laureaat Piano met grote onderscheiding en behaalde
tevens de eerste prijzen harmonie en kamermuziek. Hierna
studeerde hij aan het beroemde Tchaïkowsky-conservatorium
te Moskou. In mei 1988 was hij solist op het festival van
Turijn. Hij concerteerde in Nederland, Duitsland, Frankrijk,
Spanje en de toenmalige USSR. In 1990 werd hij laureaat
van de Tenuto-wedstrijd en won in 1992 de wedstrijd voor
uitvoerende musici De Link in Nederland.
Filip gradueerde aan de Muziekkapel Koningin Elisabeth bij
Levente Kende in 1992. Inmiddels behaalde hij ook de
Hogere Diploma’s voor piano en voor kamermuziek en de
eerste prijzen contrapunt en
fuga. In 1994 behaalde hij de
titel Lemmens-Tinel met de
grootste onderscheiding en feli-
citaties van de jury. Hij volgde
vervolmakingscursussen bij
R. Kehrer en bij M. Perahia. Hij
maakte opnames voor radio en
televisie (o.a. met hedendaagse
Belgische werken van P. Swerts,
K. Dejonghe en P. Swinnen) en
soleerde met het BRT- en het
RTBF-orkest, het Nationaal
Orkest, het Euregio-orkest, ‘Chapelle de Lorraine’,
de Vlaamse Academie en het Symfonisch Orkest van het
Lemmensinstituut in concerti van Bach, Mozart, Beethoven,
Brahms, Tchaïkowsky, Prokofief en Rachmaninov. Bij het
label Phædra realiseerde hij samen met altist Diederik Suys
een cd met Vlaamse twintigste-eeuwse kamermuziek,
een project dat door Sabam bekroond werd met de
Pelemansprijs. Hun recente nieuwe cd bevat sonates van
Shostakovitsch, Berinski (creatie) en Khachaturian.
Ook als creërend musicus is Filip actief. Het woord neemt
een belangrijke positie in in zijn composities. Zo heeft Filip
gedichten van o.a. Isabelle Vloeberghs, Ina Stabergh en
Guido Gezelle getoonzet voor koor of solostem. Zelfs in zijn
instrumentaal werk krijgt het woord een plaats. De spreek-
stem komt er op gelijke voet naast het instrumentarium aan
bod. Een mooi voorbeeld hiervan is Antarctica.
In januari 2009 werd Filip Martens gehuldigd als cultureel
verdienstelijk Drongenaar voor zijn artistiek werk binnen en
buiten de dorpsgrenzen.
www.filipmartens.be
Luc Van Meerssche, assistent-dirigent
Luc Van Meerssche werd geboren
te Sint-Niklaas op 28 februari 1953.
Hij volgde de humaniorastudies in
het Sint-Jozef-Klein-Seminarie van
zijn thuisstad. Nadien vatte hij zijn
priesterstudies aan in Gent en werd
priester gewijd op 1 juli 1978.
Hij studeerde aan het Lemmens-
instituut te Leuven en werd er Laureaat Muziekpedagogie in
1980 en Laureaat Koorleiding in 1983.
Hij werd leraar godsdienst, muzikale opvoeding en esthetica
aan het Sint-Lievenscollege te Gent (1980-1993) en leidde
de Schola Cantorum van 1982 tot 1993. Sinds 1988 is hij
docent ‘gregoriaans’ en ‘koorleiding’ aan het Lemmens-
instituut te Leuven.
Luc was eveneens pastoor te Sombeke-Waasmunster (1995-
2000) en pastoor te Ekkergem-Gent (2000-2006).
Sedert 1951 wordt elk jaar opnieuw tijdens de zomerperiode
het Internationaal Orgelfestival in de Sint-Baafskathedraal
van Gent georganiseerd door de vzw Gents Orgelcentrum.
Ook dit jaar zullen de luisteraars onder de gewelven van de
prachtige kathedraal kunnen genieten van de klankenrijk-
dom van het monumentale kathedraalorgel. Gastorganisten
uit binnen- en buitenland staan, samen met de organist-
titularis van de kathedraal, borg voor hoogstaande orgel-
concerten.
Thema van het festival 2009 is Gregoriaans: ook vandaag.
Aan de ingang van de kathedraal wordt de toehoorder een
gecommentarieerd programma aangeboden.
Overzicht van de concerten
Donderdag 2 juli om 20.00 uur
Irena Chribkova (Praag, Tsjechië)
Werk van Bach, Vierne, Buck e.a.
Donderdag 9 juli om 20.00 uur
Serge Schoonbroodt (Luik)
Werk van Titelouze, Frescobaldi, Bach e.a.
Donderdag 16 juli om 20.00 uur
Marieke Stoel (Den Haag, Nederland)
Werk van de Klerk, Barras, Demessieux, Langlais e.a.
Donderdag 23 juli om 12.45 uur
Arno Hartmann (Bochum, Duitsland)
(Middagconcert tijdens de Gentse Feesten)
Werk van Guilmant, Bonnet, Hakim e.a.
Donderdag 30 juli om 20.00 uur
Philip Crozier (Montreal, Canada)
Werk van de Grigny, Eben, Alain e.a.
Internationaal orgelfestival 2009
12
Donderdag 6 augustus om 20.00 uur
George Chittenden (Aberdeen, Schotland)
Werk van Messiaen, Mealor, Raymund en Langlais
Donderdag 13 augustus om 20.00 uur
Paul De Maeyer (Oostakker)
Improvisaties
Donderdag 20 augustus om 20.00 uur
Maurice Clerc (Dijon, Frankrijk)
Werk van Gervaise, Bach, Langlais e.a.
Donderdag 27 augustus om 20.00 uur
Edward De Geest (Gent)
Werk van Reger, Verschraegen, Peeters, Franck e.a.
Alle informatie
tel. +32 (0)9 377 32 59
e-mail: [email protected]
www.edwarddegeest.be
www.gentsorgelcentrum.be
Mandel Car staat reeds jarenlang synoniem voor het organiseren van autocar-uitstappen in gans Europa. U kan bij ons terecht voor de reis van A tot Z. Ditbetekent dat wij in overleg met onze gidsen het programma volledig uitwerken.De reisweg, de bezoeken, restaurants, hotels en alle mogelijke reservaties wor-den door ons vastgelegd. Uiteraard wordt er hierbij rekening gehouden met deinteresses van de reizigers.
Ons eigen programma dat u op onze website vindt, kan u via telefoon, internetof in ons bureel reserveren.
ONTWERP, AANLEG EN ONDERHOUD VAN GROENE RUIMTEN
Tuin- en landschapsarchitectuur
Piens Groenvoorzieningen bvbaZonnebloemstraat 88, 9000 Gent
[T+F] 09 324 80 10 [M] 0477 97 42 50
[email protected] www.olivierpiens.be
Prins Albertlaan 788870 Izegem
Tel +32 (0) 51 31 75 74Fax + 32 (0) 51 30 91 11
humaniorahandelsafdelinginternaatexternaat
De Schola Cantorumdankt
Koor & StemOost-Vlaanderen
voor de ondersteuning van dit concert.
Maurice Dupuislaan 23 • B-9000 Genttel. 09 220 51 50 • fax 09 242 01 67
syndicus van appartementsgebouwen
n e u ke r m a n sbeheer
De Schola Cantorumdankt
de kerkfabriekvan de Sint-Baafskathedraal
voor de ondersteuning van dit concert.
Magelaan ontwerpt communicatie-middelen van klein tot groot: van een visitekaartje tot een encyclopedische website.Vier woorden kenmerken de werkingvan Magelaan: schoonheid, kwaliteit,overleg en duurzaamheid.
Blekersdijk 14, 9000 Genttel. 09 224 40 65fax 09 224 19 18
e-mail [email protected] www.magelaan.be