INTERVIEW MEDIA-ETHICUSHUUBEVERS PopieJopie · PDF fileDeomgangvandemediamet...

1
De omgang van de media met de 9-jarige Ruben, de enige overlevende van de vliegramp bij Tripoli, leidde vorig jaar tot een discussie over de grenzen van de journalistiek. U noemt dit een ijkmoment in de Nederlandse journalistiek. Waarom? ‘De mensen waren verbaasd over de manier waarop journalisten kinde- ren behandelen. Er kwamen veel vra- gen naar boven. Is het normaal om een kind te interviewen dat gewond in het ziekenhuis ligt? Om van hem close-up foto’s te laten zien? Om zo- maar namen van familieleden be- kend te maken? Velen vonden dat dit te ver ging. ‘De NOS kreeg veel klachten, kran- ten verloren lezers. Tegen De Tele- graaf werd zelfs een twittercampag- ne gevoerd om lezers aan te moedi- gen hun abonnement op te zeggen. De nieuwsconsument liet zijn onvre- de merken. Het werd duidelijk dat er een kloof bestaat tussen redactie en maatschappij.’ Hoe verklaart u die kloof? ‘Kranten hebben te maken met te- ruglopende oplages. De hoofdredac- tie denkt dat met popiejopiegedrag te kunnen veranderen. Daarom wordt het nieuws op een snellere en hardere manier in de krant gezet. Maar lezers zitten daarop helemaal niet te wachten, ze voelen zich daar- door niet meer thuis bij de krant. Neem Trouw. Daar trekken lezers ge- regeld aan de bel als ze vinden dat de krant te populair wordt.’ U bent nu dertig jaar actief in de journalistiek. Wat heeft u zien veranderen? ‘De grootste verandering is dat re- dacties en mediaorganisaties hun ethische overtuigingen duidelijk hebben uitgewerkt. Veel redacties hebben stijlboeken waarin richtlij- nen zijn opgenomen om met more- le dilemma’s om te gaan. De tijd waarin het motto ‘De beste code is geen code’ regeerde, is voorbij.’ Hoe beïnvloedt de mondiger geworden consument de journalistiek? ‘Iedereen kan alles binnen een paar seconden op internet opzoeken en controleren. Blogs maken het ge- makkelijk om kritiek te leveren op artikelen en uitzendingen. Journa- listen worden continu gecontro- leerd en ter verantwoording geroe- pen. Dat is een goede ontwikkeling. Journalisten worden gedwongen scherp te blijven en goede journalis- tiek te leveren.’ Een andere trend: GeenStijl en PowNews. ‘ik vind dat geen serieuze journalistiek. PowNews komt nog het meest in de buurt, maar hun manier van programma’s maken is te controversieel. Overvaljournalistiek, met een draaiende camera op mensen af gaan, is het probleem niet. Dat deed Willibrord Frequin twintig jaar geleden al. Maar PowNews gaat verder, provoceert, schoffeert. Ze roepen nog net geen ‘klootzak’ naar de geïnterviewde, buiten beeld. Van mij hoeven het niet allemaal Ferry Mingelen-types te zijn op tv, maar dit is het ander uiterste.’ Bloggers hebben u becommentarieerd om uw conservatieve ethische moraal. Zij vinden géén mediacode de beste code. ‘Dat moeten de bloggers zelf weten. Ik heb me erbij neergelegd dat er al- tijd mensen zullen zijn die wel jour- nalist willen zijn, maar geen contro- le willen. Daaraan valt weinig te ver- anderen. Maar het grootste gedeelte van de nieuwe media heeft baat bij enige mate van controle.’ Hoe ziet u dat voor zich? ‘Er moet een keurmerk komen voor de online-journalist. De consument kan aan het uiterlijk van een website niet afleiden hoe goed de inhoud is. De online-journalistiek zou dit keur- merk zelf moeten oprichten, want bloggers houden niet van controle vanuit de overheid of de klassieke media.’ U stelt dat de media sociale cohesie kunnen bevorderen, dat ze burgers bij elkaar kunnen brengen. Dat is een haast sturende taak. ‘Ik vind dat de journalistiek sociale cohesie zou moeten bevorderen, maar tegelijkertijd informerend moet zijn. Daarmee bedoel ik niet dat bepaalde dingen niet meer ge- schreven mogen worden, of dat minderheidsgroepen de hand bo- ven het hoofd moet worden gehou- den. De media moeten een afspiege- ling zijn van de maatschappij. Dat is Media INTERVIEW MEDIA-ETHICUS HUUB EVERS Decennialang volgde Huub Evers de media. Zijn conclusie: er bestaat een kloof tussen redacties en samenleving. Door Suleyman van Landewijk Huub Evers: ‘Er moet een keurmerk Popie Jopie op dit moment niet het geval. De kranten schrijven niet over onder- werpen die de allochtoon belangrijk vindt. Op het Journaal is er nauwe- lijks aandacht voor culturele vraag- stukken. De kleurrijke Nederlandse samenleving? Daar valt weinig van te zien. Het is geen desinteresse, maar onwetendheid. Redactieleden wonen niet in wijken met culturele minderheden, ze komen nauwelijks met hen in aanraking.’ Is daaraan nog iets te veranderen? ‘Langzaam maar zeker krijgen kran- ten oog voor wat zich in de samenle- ving afspeelt. Het is de vraag of dat niet te laat is. Vooral de jongeren zit- ten niet meer te wachten op de klas- sieke media, en halen hun nieuws van forums zoals maroc.nl. De kran- ten hebben de slag gemist. Natuur- lijk is een inhaalsprint mogelijk, maar die is zinloos als de groep al uit zicht is verdwenen is. Het wordt een uitdaging.’ Wat beschouwt u, als lid van de Raad voor de Journalistiek, als grootste uitdaging? ‘De raad wil meer gezag krijgen. HP/DeTijd, Elsevier, De Telegraaf en en- kele andere media geven aan de raad niet te erkennen. Dat moet verande- ren. In vijf jaar moeten we minimaal vijf media hebben overgehaald.’ voor de online-journalist komen.’ Foto Marcel van den Bergh / de Volkskrant media Huub Evers (64) neemt afscheid als media-ethicus met zijn laatste klaroen- stoot het boekje Kan dat zomaar? Ethische kwesties in de journalistiek. Evers promoveerde in 1987 aan de Vrije Universiteit op ethische normen in de uitspraken van de Raad voor de Journalistiek, de door Nederlandse me- dia zelf in het leven geroepen tuchtcommissie. Hij was hoofddocent media- ethiek aan de Fontys Hogeschool in Tilburg. Sinds juli 2011 is hij lid van de Raad voor de Journalistiek. CV Huub Evers De foto’s van een neergescho- ten Pim Fortuyn ‘Het was voor het eerst in Ne- derland dat kranten te maken kregen met een doodgeschoten politicus. De vraag was of het verantwoord was om foto’s van een stoelijk overschot in de krant te plaatsen zonder daar toestemming van de familie voor te hebben. De kranten vonden dat de belangrijkheid van de gebeurtenis dat legiti- meerde. Ik deel die mening. Toch vonden niet alle media dat. Een aantal regionale kran- ten vond het afbeelden van de foto’s in strijd met de menselij- ke waardigheid.’ ‘De cartoons die in de Deense krant Jyllands-Posten zijn ge- plaatst, hebben laten zien dat er een groot verschil is in de ma- nier waarop in verschillende de- len van de wereld over vrijheid van meningsuiting wordt ge- dacht. De hevige rellen in de Arabische wereld hebben veel media beïnvloed. Journalisten willen niet van eenzijdige be- richtgeving worden verdacht, dus zullen nu vaker en eerder minderheden aan het woord la- ten. Ook zal er niet zo snel meer een controversiële cartoon wor- den geplaatst. Niemand wil ver- antwoordelijk worden gehou- den voor de grote onrust die daardoor kan ontstaan.’ Ruben (2010) Pim Fortuyn (2002) Mohammed- cartoons (2005) IJKMOMENTEN IN DE MEDIAGESCHIEDENIS VOLGENS HUUB EVERS Ruben, de 9-jarige jongen die in 2010 als enige de vliegtuigramp in Tripoli overleefde. ‘Er was veel maatschappelijk discussies en er zijn veel vragen door de Raad voor de Journa- listiek beantwoord. Er werd uit- spraak gedaan over hoe er met Hyvesafbeeldingen moet wor- den omgegaan, of het interview van De Telegraaf acceptabel was, en of de foto’s die op tv te zien waren, mochten worden getoond. Helaas is er nog geen duidelijke antwoord op de hoofdvraag die zich aandiende: mogen kinderen worden geïn- terviewd? Die discussie zal dan ook nog wel een tijd door- gaan.’

Transcript of INTERVIEW MEDIA-ETHICUSHUUBEVERS PopieJopie · PDF fileDeomgangvandemediamet...

Page 1: INTERVIEW MEDIA-ETHICUSHUUBEVERS PopieJopie · PDF fileDeomgangvandemediamet de9-jarigeRuben,deenige overlevendevandevliegramp bijTripoli,leiddevorigjaartot eendiscussieoverdegrenzen

De omgang van de media metde 9-jarige Ruben, de enigeoverlevende van de vliegrampbij Tripoli, leidde vorig jaar toteen discussie over de grenzenvan de journalistiek. U noemtdit een ijkmoment in deNederlandse journalistiek.Waarom?‘Demensen waren verbaasd over demanier waarop journalisten kinde-ren behandelen. Er kwamen veel vra-gen naar boven. Is het normaal omeen kind te interviewen dat gewondin het ziekenhuis ligt? Om van hemclose-up foto’s te laten zien? Om zo-maar namen van familieleden be-kend temaken? Velen vonden datdit te ver ging.‘De NOS kreeg veel klachten, kran-

ten verloren lezers. Tegen De Tele-graaf werd zelfs een twittercampag-ne gevoerd om lezers aan te moedi-gen hun abonnement op te zeggen.De nieuwsconsument liet zijn onvre-demerken. Het werd duidelijk dat ereen kloof bestaat tussen redactie enmaatschappij.’

Hoe verklaart u die kloof?‘Kranten hebben temakenmet te-ruglopende oplages. De hoofdredac-tie denkt datmet popiejopiegedragte kunnen veranderen. Daaromwordt het nieuws op een snellere enharderemanier in de krant gezet.Maar lezers zitten daarop helemaalniet te wachten, ze voelen zich daar-door nietmeer thuis bij de krant.Neem Trouw. Daar trekken lezers ge-regeld aan de bel als ze vinden datde krant te populair wordt.’

U bent nu dertig jaar actief inde journalistiek. Wat heeft uzien veranderen?‘De grootste verandering is dat re-dacties enmediaorganisaties hunethische overtuigingen duidelijkhebben uitgewerkt. Veel redactieshebben stijlboeken waarin richtlij-nen zijn opgenomen ommetmore-le dilemma’s om te gaan. De tijdwaarin hetmotto ‘De beste code isgeen code’ regeerde, is voorbij.’

Hoe beïnvloedt de mondigergeworden consument dejournalistiek?

‘Iedereen kan alles binnen een paarseconden op internet opzoeken encontroleren. Blogsmaken het ge-makkelijk om kritiek te leveren opartikelen en uitzendingen. Journa-listen worden continu gecontro-leerd en ter verantwoording geroe-pen. Dat is een goede ontwikkeling.Journalisten worden gedwongenscherp te blijven en goede journalis-tiek te leveren.’

Een andere trend: GeenStijl enPowNews.‘ik vind dat geen serieuzejournalistiek. PowNews komt noghetmeest in de buurt, maar hunmanier van programma’smaken iste controversieel.Overvaljournalistiek, met eendraaiende camera opmensen afgaan, is het probleem niet. Dat deedWillibrord Frequin twintig jaargeleden al. Maar PowNews gaatverder, provoceert, schoffeert. Zeroepen nog net geen ‘klootzak’ naarde geïnterviewde, buiten beeld. Vanmij hoeven het niet allemaal FerryMingelen-types te zijn op tv, maardit is het ander uiterste.’

Bloggers hebben ubecommentarieerd om uwconservatieve ethische moraal.Zij vinden géén mediacode debeste code.‘Datmoeten de bloggers zelf weten.Ik hebme erbij neergelegd dat er al-tijdmensen zullen zijn die wel jour-nalist willen zijn, maar geen contro-le willen. Daaraan valt weinig te ver-anderen. Maar het grootste gedeeltevan de nieuwemedia heeft baat bijenigemate van controle.’

Hoe ziet u dat voor zich?‘Er moet een keurmerk komen voorde online-journalist. De consumentkan aan het uiterlijk van een websiteniet afleiden hoe goed de inhoud is.De online-journalistiek zou dit keur-merk zelf moeten oprichten, wantbloggers houden niet van controlevanuit de overheid of de klassiekemedia.’

U stelt dat de media socialecohesie kunnen bevorderen,dat ze burgers bij elkaar

kunnen brengen. Dat is eenhaast sturende taak.‘Ik vind dat de journalistiek socialecohesie zoumoeten bevorderen,maar tegelijkertijd informerendmoet zijn. Daarmee bedoel ik nietdat bepaalde dingen nietmeer ge-schrevenmogenworden, of datminderheidsgroepen de hand bo-ven het hoofdmoet worden gehou-den. Demediamoeten een afspiege-ling zijn van demaatschappij. Dat is

MediaINTERVIEW MEDIA-ETHICUS HUUB EVERS

Decennialang volgdeHuub Evers demedia.Zijn conclusie: erbestaat een klooftussen redacties ensamenleving.Door Suleyman van Landewijk

Huub Evers: ‘Er moet een keurmerk

Popie Jopie

op ditmoment niet het geval. Dekranten schrijven niet over onder-werpen die de allochtoon belangrijkvindt. Op het Journaal is er nauwe-lijks aandacht voor culturele vraag-stukken. De kleurrijke Nederlandsesamenleving? Daar valt weinig vante zien. Het is geen desinteresse,maar onwetendheid. Redactieledenwonen niet in wijkenmet cultureleminderheden, ze komen nauwelijksmet hen in aanraking.’

Is daaraan nog iets teveranderen?‘Langzaam maar zeker krijgen kran-ten oog voor wat zich in de samenle-ving afspeelt. Het is de vraag of datniet te laat is. Vooral de jongeren zit-ten niet meer te wachten op de klas-sieke media, en halen hun nieuwsvan forums zoals maroc.nl. De kran-ten hebben de slag gemist. Natuur-lijk is een inhaalsprint mogelijk,maar die is zinloos als de groep al uit

zicht is verdwenen is. Het wordt eenuitdaging.’

Wat beschouwt u, als lid vande Raad voor de Journalistiek,als grootste uitdaging?‘De raad wil meer gezag krijgen.HP/DeTijd, Elsevier, De Telegraaf en en-kele anderemedia geven aan de raadniet te erkennen. Dat moet verande-ren. In vijf jaar moeten weminimaalvijf media hebben overgehaald.’

voor de online-journalist komen.’Foto Marcel van den Bergh / de Volkskrant

media

Huub Evers (64) neemt afscheid als media-ethicus met zijn laatste klaroen-stoot het boekje Kan dat zomaar? Ethische kwesties in de journalistiek.Evers promoveerde in 1987 aan de Vrije Universiteit op ethische normen inde uitspraken van de Raad voor de Journalistiek, de door Nederlandse me-dia zelf in het leven geroepen tuchtcommissie. Hij was hoofddocent media-ethiek aan de Fontys Hogeschool in Tilburg. Sinds juli 2011 is hij lid van deRaad voor de Journalistiek.

CV Huub Evers

De foto’s van een neergescho-ten Pim Fortuyn‘Het was voor het eerst in Ne-derland dat kranten te makenkregen met een doodgeschotenpoliticus. De vraag was of hetverantwoord was om foto’s vaneen stoVelijk overschot in dekrant te plaatsen zonder daartoestemming van de familievoor te hebben. De krantenvonden dat de belangrijkheidvan de gebeurtenis dat legiti-meerde. Ik deel die mening.Toch vonden niet alle mediadat. Een aantal regionale kran-ten vond het afbeelden van defoto’s in strijd met de menselij-ke waardigheid.’

‘De cartoons die in de Deensekrant Jyllands-Posten zijn ge-plaatst, hebben laten zien dat ereen groot verschil is in de ma-nier waarop in verschillende de-len van de wereld over vrijheidvan meningsuiting wordt ge-dacht. De hevige rellen in deArabische wereld hebben veelmedia beïnvloed. Journalistenwillen niet van eenzijdige be-richtgeving worden verdacht,dus zullen nu vaker en eerderminderheden aan het woord la-ten. Ook zal er niet zo snel meereen controversiële cartoon wor-den geplaatst. Niemand wil ver-antwoordelijk worden gehou-den voor de grote onrust diedaardoor kan ontstaan.’

Ruben(2010)

Pim Fortuyn(2002)

Mohammed-cartoons (2005)

IJKMOMENTEN IN DEMEDIAGESCHIEDENISVOLGENSHUUB EVERS

Ruben, de 9-jarige jongen die in2010 als enige de vliegtuigrampin Tripoli overleefde.‘Er was veel maatschappelijkdiscussies en er zijn veel vragendoor de Raad voor de Journa-listiek beantwoord. Er werd uit-spraak gedaan over hoe er metHyvesafbeeldingen moet wor-den omgegaan, of het interviewvan De Telegraaf acceptabelwas, en of de foto’s die op tv tezien waren, mochten wordengetoond. Helaas is er nog geenduidelijke antwoord op dehoofdvraag die zich aandiende:mogen kinderen worden geïn-terviewd? Die discussie zaldan ook nog wel een tijd door-gaan.’