Interview Eppo Van Nispen Digitale Bibliotheek

4

Click here to load reader

description

Interview met Eppo van Nispen tot Sevenaer, directeur van DOK Delft

Transcript of Interview Eppo Van Nispen Digitale Bibliotheek

Page 1: Interview Eppo Van Nispen Digitale Bibliotheek

10 Digitale Bibliotheek dib nummer 2, 2010

denkers en doeners

OOok in zijn laatste jaar als directeur van DOK liet Van Nispen vaak van zich horen. In oktober 2009 leidden zijn uitspraken in een interview met de Volkskrant (“Bibliotheek moet losraken van boek”) tot de no-dige commotie in bibliotheekland. Sommige mensen begrepen niet dat een man die verklaart “in principe geen boeken te lezen” directeur van een bibliotheek kan zijn. Van Nispen pareerde al die kritiek twee maan-den later op een manier die vriend en vijand verraste: op 17 december maakte het bestuur van de Stichting Collectieve Propaganda van het Ne-derlandse Boek (CPNB) bekend dat Van Nispen tot Sevenaer per 1 juni 2010 benoemd is tot directeur van de CPNB. Die onverwachte overstap riep bij Digitale Bibliotheek vragen op die Van Nispen op 19 februari in een interview beantwoordde. Door omstandigheden werd dit een ge-sprek via Skype. Een verslag.Nadat de verbinding is gelegd stelt Van Nispen ondergetekende nog even voor aan de mensen met wie hij nog zit te vergaderen. Na een hartelijk afscheid en een excuus voor het feit dat hij tijdens het gesprek zal lunchen gaat hij er eens goed voor zitten. “Kom maar op met die vragen!”

Eppo van Nispen tot Sevenaer behoeft geen introductie. Wie in bibliotheekland de man die de openbare bibliotheek van Delft in vijf jaar tijd op de kaart zette als DOK Library Concept Center, over het hoofd heeft gezien, heeft niet op zitten letten. Zo simpel is het.

Door Edwin mijnsbergen

Van Nispen vertrekt

‘Ik zal jullie missen’

Page 2: Interview Eppo Van Nispen Digitale Bibliotheek

Foto

: ©N

FP P

hoto

grap

hy H

enk

Tukk

er

Page 3: Interview Eppo Van Nispen Digitale Bibliotheek

Ik begin maar meteen met de belangrijkste vraag. Je gaat ons ver-laten! Ooit stelde je dat je niet langer dan vijf jaar bij DOK zou blijven. Je houdt je daar inderdaad aan. Welke filosofie zit daar achter?Ik denk dat een organisatie er niet verstandig aan doet mensen te lang op eenzelfde plek te laten zitten, zeker niet op een di-recteurspositie. Stél nu eens dat ik als directeur de initiator ben geweest van veranderingen, dan wil ik die veranderingen ook borgen. De enige manier om erachter te komen of dat gelukt is, is door weg te gaan. DOK is vorig jaar verkozen tot beste bi-bliotheek van Nederland. Dat mag geen reden zijn om nu ach-terover te leunen. Volgend jaar moet je daar weer net zo hard voor gaan. Het is interessant om te kijken of dat ook zal lukken

zonder mij. Ik maak me daar overigens geen zorgen over, an-ders zou ik wel zes jaar zijn gebleven. Waar het om gaat is dat er ook veel organisaties zijn waar directeuren soms wel dertig jaar op dezelfde plek blijven zitten. Je moet je afvragen wat er gebeurd zou zijn als zo iemand wél tussentijds vertrokken zou zijn. Dat antwoord krijg je nooit, juist omdat iemand er zo lang zit. Ik vind het geen goede lengte voor zo’n positie. Er zou meer gerouleerd moeten worden.

In Bibliotheekblad las ik dat je tijdelijk van positie zult ruilen met Tineke van Ham van Bibliotheek Zwolle. Kan een directeur ook iets veranderen binnen twee weken?De vraag is of je dat wel moet willen. Je kunt in ieder geval een deel van je boodschap, als je die al hebt, meegeven. Er moet dan wel een programmaatje zijn, en enige structuur. De mensen in Zwolle moeten zich ook afvragen wat zij van Eppo willen. Zelf kan ik er ook veel van leren.

Over een paar maanden vertrek je bij DOK. Jullie denken na over jouw opvolging. Het lijkt me eerlijk gezegd geen dankbare taak om jouw baan over te nemen.Of juist wel! Mijn opvolger treft een ontzettend leuke tent aan, met enthousiaste medewerkers die in de afgelopen jaren ontzettend veel tot stand hebben gebracht. Die medewerkers waren voorbereid op mijn vertrek en zullen de opvolger zeer hartelijk ontvangen. Ik heb er alle vertrouwen in dat zij hem of haar zullen helpen om de doelen te bereiken.

In Bibliotheekblad zei je ook nog dat de werkdruk in DOK hoog is en dat sommige medewerkers ‘doodop’ zijn. Je staat er om bekend dat je veel vraagt van je mensen, maar dat je ze ook stimuleert

door ze veel vrijheid te geven en leuke dingen te laten doen. Is het voor je opvolger niet lastig om moe personeel te blijven stimule-ren zoals jij dat deed? Of valt het wel mee met die moeheid?Ik denk dat het wel meevalt. Natuurlijk heeft iedereen wel eens een dipje, maar in het algemeen denk ik dat het goed in balans is binnen DOK. Als het wél zo is dat medewerkers structureel moe zijn heeft mijn opvolger daar een dankbare taak in, een zeer dankbare taak zelfs.

Zijn er in die vijf jaar tijd ook wel eens medewerkers afgehaakt? Mensen die jullie tempo niet goed bij konden benen?Bij innovatie is het echt niet zo dat het hele bedrijf mee moet veranderen; je kunt het af met een klein team. Als de verande-ringen goed zijn volgt de rest van de organisatie vanzelf. Toen ik bekendmaakte dat ik bij DOK zou vertrekken zei een me-dewerkster die altijd erg kritisch was geweest dat ze het heel jammer vindt dat ik vertrek. Ze zei dat ik DOK echt verder heb gebracht. Een mooier compliment kan ik niet krijgen van een criticaster. Het is overigens wel belangrijk dat de mensen die niet direct deelnemen aan innovatie respect hebben voor de medewerkers die dat wel doen, ook als er dingen mislukken.

Zijn er dingen mislukt, de afgelopen vijf jaar, of is eigenlijk alles wat je voor ogen had wel gebeurd?Nog wel meer dan dat zelfs. Ik denk dat het belangrijkste is dat we samen de wil hadden om dingen te bereiken. Toen ik in Delft begon had ik eigenlijk geen verwachtingen. Ik vond het een wezensvreemde, bijna surrealistische omgeving en uitein-delijk is daar veel meer gebeurd dan ik had gehoopt.

En dan ga je nu naar CPNB. Heb je daar wel verwachtingen van? Is er een strategie?Ik ga er eerst eens goed om me heen kijken. CPNB heeft al veel bereikt op het gebied van leesbevordering. CPNB heeft veel goeds gedaan voor de boekhandel, uitgeverijen en biblio-theken; partijen die de komende jaren voor een paar interes-sante keuzes en vraagstukken staan. Wat is de invloed van de crisis, hoe gaan we om met de groei van het digitale aanbod, hoe zit het met auteursrecht en licenties? Die dingen raken allemaal aan het werk van CPNB en dat vind ik persoonlijk razend interessant.

Maakt werken voor CPNB deel uit van je persoonlijke strategie of carrièreplanning of kwam het toevallig op je pad?Het was toeval. Ik had het nog steeds buitengewoon naar mijn zin bij DOK, maar wilde me wel houden aan het voornemen er niet langer dan vijf jaar te blijven, hoeveel moeite me dat ook kostte. Toen ik door CPNB werd gebeld moest ook ik wel even lachen, maar ik vond het een mooi voorstel. Het is een nieuwe kans om een bijdrage te kunnen leveren aan het grote transfor-matieproces van de media. Al die media raken meer en meer met elkaar vervlochten. Buitengewoon interessant.

Oké, maar zit er nu ook iets persoonlijks achter? Wat is je groot-ste drijfveer?Het is misschien wat zoetsappig maar ik ga voor een Happy

12 Digitale Bibliotheek dib nummer 2, 2010

‘Er zou meer gerouleerd

moeten worden’

denkers en doeners

Page 4: Interview Eppo Van Nispen Digitale Bibliotheek

End. Wij, met z’n allen op dit prachtige blauwe bolletje, staan voor een paar hele grote uitdagingen. Die kunnen we alleen aan als we inschikken en ons egocentrisme opzij zetten. Eraan bij te dragen dat dat gebeurt is misschien wel mijn belangrijkste drijfveer. Ik heb geen kwaad in de zin. Mijn grootste gedachte is om de plek waar we leven een beetje plezieriger te maken.

En je gezin dan? Ben je wel vaak genoeg thuis om ook daar je bijdrage te leveren?Mijn kantoor in DOK is mijn tweede woonkamer, maar mijn gezin kan daar heel goed mee leven. De verhoudingen zijn goed. ’s Ochtends ben ik er altijd. En vanaf thuis kun je natuur-lijk ook veel doen…

Mogen jouw medewerkers ook thuis werken, als de aard van het werk dat toelaat?Geen probleem. In het begin belden medewerkers nog wel eens op, als ze iets later waren. Ik heb hen gevraagd me daar niet meer mee lastig te vallen. Wat kan mij het schelen hoe laat je begint als je je werk goed doet en de kantjes er niet vanaf loopt? De mensen die ervoor zorgen dat ‘de winkel’ open gaat en de vragen van klanten beantwoorden, moeten natuurlijk wel op tijd zijn, maar voor de rest zie ik geen bezwaren. Ik propageer zelfs: ‘geen regels!’ Daar zou ik wel een boek over willen schrijven.Als je al het geld dat het kost om elkaar te controleren zou in-vesteren in dienstverlening, dan floreer je. Toen ik begon bij DOK lag er een pakket beveiligingsmaatregelen ter beoorde-ling (voorschriften bij de entree, camera’s en beveiligingsbe-ambten in het gebouw). Ik weiger dat, het is onzin. Wat is dat voor ontvangst? Natuurlijk zijn er altijd kwaaie figuren, maar waarom zou iedereen daar de dupe van moeten zijn? Het los-laten van die vormen van controle kan écht in ons voordeel werken. Bij laagdrempelige poorten naar kennis moet je geen uit de kluiten gewassen beveiligers willen zetten. Dat is een verkeerd signaal.

We kregen ook vragen van lezers via Twitter. De eerste luidde: ga je je nog hard maken voor meer samenwerking tussen Nederland en Vlaanderen?Schrijf maar op: jazeker! In Vlaanderen gebeuren veel avontu-ren! Een voorbeeld? Ik heb nogal wat domeinnamen op mijn naam staan. Een daarvan is: www.mediawijsheid.be. Ik bedoel maar! Maar zonder gekkigheid: Vlaanderen heeft veel zaken goed voor elkaar, digitaal zeker. We hebben er veel aan om met hen samen te werken.

Iemand las op Twitter dat je naar een bespreking over e-books en bibliotheken was geweest. Wat besprak je daar?Wij bespraken daar de toekomst van de bibliotheek in het di-gitale domein. Die is momenteel zorgelijk, omdat we simpel-weg geen rechten en dus ook geen positie hebben. Wettelijk is er ook nog niets of nauwelijks iets geregeld voor e-books en games. Daarom is het tijd dat we daar nu iets aan gaan doen, anders hebben we, anders dan nu, straks niet meer de beschik-king over elke titel.

Wat is het beste en slechtste dat de bibliotheekwereld de komende jaren kan overkomen?Het slechtste: als de nu ingezette innovatietrajecten door korte-termijncrisisinzichten worden stopgezet. Ik word er doodziek van dat er altijd als eerste wordt bezuinigd op de culturele sector.Het beste: dat genoemde trajecten zo succesvol zijn dat ze de poli-tiek duidelijk maken dat ze daar niet zo snel aan moeten komen.Het allerbeste: dat we de leukste plek van de stad mogen blij-ven.

Ondertussen wordt de interviewer voorgesteld aan twee nieu-we mensen die de vergaderruimte betreden. Van Nispen meldt dat er driftig wordt meegeschreven door het duo. Een laatste vraag dan nog.

Eppo, heb je nog een laatste boodschap voor de bibliotheekwe-reld? De kans bestaat dat die boodschap de titel van het inter-view wordt.Spontaan en uit het hart: “Kies de oneven kant! Of nee, wacht: ik zal jullie missen!”

En wij jou Eppo. Bedankt voor alles wat je voor de sector hebt gedaan. dib

Digitale Bibliotheek dib nummer 2, 2010 13

Edwin Mijnsbergen werkt als informatiespecialist in de

Zeeuwse Bibliotheek in Middelburg. Binnen die functie is hij me-

deverantwoordelijk voor diverse projecten over digitale collecties,

de duurzame opslag daarvan, relevante media-educatie en de

kwaliteitsbewaking van die collecties.

denkers en doeners