Hervorming langdurige zorg

Regio Zuidoost brabant Stip op de horizon, mijlpalen en route voor de periode 1 mei 2015-1 januari 2017

2

Driedelig doel van de werkagenda

2015-2017:

1. Acties die leiden tot kosten-

vermindering.

2. Acties die de kwaliteit van zorg

verhogen.

3. Acties die aanvullend zijn of ruimte geven aan

innovatie.

Hervorming van de langdurige zorg is een gezamenlijke missie

1

Stip op de horizon

Samen op weg naar optimalisatie van de

langdurige zorg in de regio. De stip op de horizon.

Wat wil dat zeggen? Partijen in de regio willen

ervoor zorgen dat mensen langer thuis kunnen

blijven wonen. De hervorming treft vooral mensen

met een lichamelijk, verstandelijke, zintuigelijke of

psychische beperking. Zorg en ondersteuning

moet gericht zijn op wat deze mensen nog wél

kunnen. Een verschuiving in het denken van ziekte

en zorg naar gezondheid en gedrag. De inwoner

en zijn of haar omgeving centraal te stellen in de

aanpak. Beschikbare middelen, of dit nu geld,

mensen of diensten zijn, zo effectief en efficiënt

mogelijk in te zetten.

Die stip zorgt voor een gezamenlijk streven en

draagvlak voor de onderlinge samenwerking.

Samenwerking in de regio is cruciaal onderweg.

De hervorming van de langdurige zorg is een

nieuwe wereld die vraagt om een andere aanpak

en bewustwording van de keten, over alle

domeinen, schotten en organisaties heen.

Keten van ondersteuning

Wie zijn die partijen? De inwoner en zijn omgeving

als basis. Als kern van de keten. De hervorming van

de langdurige zorg betekend een verschuiving in

2

de financiering van deze zorg. Naast

zorgverzekeraars en zorgkantoren zijn nu ook

gemeenten verantwoordelijk. Tegelijkertijd wordt

van inwoners verwacht meer bij te dragen, in geld

maar ook door meer eigen kracht en het

persoonlijke netwerk. De inzet van alle betrokken

organisaties die de inwoner daarbij ondersteunen

valt of staat met een goede afstemming in de

keten.

Regionale samenwerking

In mei 2014 zijn landelijke werkafspraken gemaakt

tussen gemeenten en verzekeraars. Van hen wordt

gevraagd om samen met cliënten,

zorgaanbieders en andere belanghebbenden de

nieuwe rollen en verantwoordelijkheden vorm te

geven. In Zuidoost-brabant hebben vijftien

gemeenten zich verenigd om de regionale

samenwerking een nieuwe impuls te geven.

Samen met de verzekeraars CZ en VGZ zijn ze

gestart in juli 2014 met de eerste fase. Deze fase

was gericht op het vernieuwen van de

samenwerking, het bespreken van de

werkafspraken en het inrichten van een

informatiestructuur. Met als doel om op 1 april

2015 een regionale werkagenda op te leveren.

3

Werkagenda onderverdeeld in: • Inregelen • Verkennen • Ontwikkelen

Ontstaan uit regionale vraagstukken en signalen

vanuit de transitie en de landelijke werkafspraken:

1. Continuïteit van zorg 2. Mogelijkheden voor

vernieuwing 3. Voorkomen van meer

administratieve lasten 4. Uitdaging binnen

zorgvastgoed 5. Risico van frictiekosten in

arbeid 6. Gewijzigde

informatievoorziening

1

Samen op weg

Een kernteam werd gevormd waarin nagedacht

werd over de regionale stip op de horizon en de

aanpak. Hoe pak je deze enorme opgaaf aan? In

september 2014 is een plan van aanpak

opgeleverd voor de werkwijze in de eerste fase.

De maanden daarna bestonden uit het verdiepen

van de verschillende thema’s die door de

overheid waren meegegeven. Deze verdieping

vond plaats binnen het kernteam, individuele

gesprekken en diverse Thema Tafels. Ook het

verloop van de transitie en de ontwikkelingen

binnen andere regio’s zorgden voor input. Over

deze eerste periode is een reflectiedocument

opgeleverd. Dit document is de basis voor de

aanpak van de uitdaging waar de regio nu voor

staat; het daadwerkelijk aan de slag gaan met de

activiteiten op de agenda.

Werkagenda 2015-2017

Binnen de eerste fase is veel input geleverd door

verschillende partijen. Enthousiast is meegedacht

en ontstond een eerste actieoverzicht, die

verschillende thema’s raakte. Bij het bespreken

van deze activiteiten is gekeken naar urgentie,

impact en bestaande samenwerkingsverbanden.

Voorlopig is een eerste driedeling gemaakt van

activiteiten. Activiteiten die in te regelen zijn, die

verkend worden en die ontwikkeld worden. Een

totaal overzicht geeft de acties in grote lijnen

weer. Afzonderlijke documenten beschrijven de

acties in detail.

2

Aanpak en overleg

De tijdelijke regiosecretaris faciliteerde de eerste

fase van de regionale samenwerking. Ook de

eerste drie maanden van deze vervolgfase

ondersteunt zij het kernteam. Daarna is de intentie

van het team om de werkagenda, de

informatiestructuur en het (tijdelijke) overleg zelf uit

te voeren. Daarbij is onafhankelijkheid, een

centraal aanspreekpunt en mogelijkheid tot

aanjagen en inspireren van belang om ook in de

toekomst in te vullen. Dit voert het kernteam uit.

Het kernteam bewaakt ook de werkagenda. De

actiepunten op de agenda worden desgewenst

opgepakt in tijdelijke werkgroepen. Groepen van

maximaal 10 personen vanuit verschillende

organisaties. De cliënt(vertegenwoordiging) en de

gemeente zijn daarbij vaste deelnemers.

Verzekeraars waar nodig.

Tijdelijke werkgroepen

Een werkgroep heeft een gezamenlijke

verantwoordelijkheid voor het resultaat. Een

uitgeschreven actie en algemene leidraad

ondersteunen de opzet. Het uiteindelijke resultaat

valt of staat met de samenwerking. Van

deelnemers wordt verwacht dat zij tijd vrij maken,

expertise hebben en buiten de bestaande

systemen, processen en regels kunnen denken. Het

zijn zelfsturende teams die een opdracht mee

krijgen vanuit het kernteam en zelf bepalen hoe

deze gezamenlijk op te pakken.

4

1

Elkaar ontmoeten en kennis delen

De kracht van deze werkwijze met tijdelijke werkgroepen zit in de

tijdelijkheid (functioneel), in de werkbaarheid (actie- en resultaatgericht) en

de overeenstemming (de waarde van de onderlinge verschillen). Het

verbindt, vergroot het netwerk en creëert gezamenlijke taal, draagvlak en

doen. De werkagenda is actiegericht en gericht op samenwerken in een

nieuwe lerende wereld. De deelnemers in de werkgroep leggen bij de start

hun intentie vast in een samenwerkingsovereenkomst.

Informatie en kennisdeling

Actuele informatie op een centraal toegankelijke plek is waardevol voor

alle betrokken deelnemers. De kennis is snel te vinden en eigen te maken.

Bovendien moet de structuur aanzetten om eigen informatie toe te

2

voegen. Dropbox is een archief, maar blijkt niet altijd toegankelijk. Om die

reden bevat het online prikbord alle basisinformatie:

http://nl.padlet.com/ROZOB/Kernteam De LinkedIn groep zal door de

huidige secretaris worden onderhouden.

Regionale ontmoeting

De werkagenda is een start, een middel, om regionale samenwerking te

verbreden. Om deze intentie te benadrukken worden in zowel 2015, nog

twee en in 2016 vier ontmoetingen georganiseerd en een evaluatie.

Ontmoeting tussen verzekeraars, gemeenten en zorgaanbieders, binnen

een subregio waarbij de (voortgang) van de werkagenda centraal staat

en successen gedeeld worden.

5

Bezieling en ambitie

Randvoorwaarden voor succes zijn naast

de eerder genoemde uitgangspunten;

n Resultaten zijn opschaalbaar; ze zijn

voor andere partijen in de regio

bruikbaar.

n Signalen over de voortgang in de

groep worden tijdig doorgegeven

aan het kernteam.

n Deelnemers zijn proactief en gericht

op samen werken en creëren.

n Er wordt gesproken met elkaar en

niet over elkaar. Vertrouwen,

oprechtheid en transparantie is een

voorwaarde voor deelname.

Een korte samenvatting van dit plan is

samengevat in de algemene

leidraad, die aan de werkgroepen

wordt meegegeven.

Ambassadeurs

De deelnemers aan de werkgroepen en

het kernteam zijn in feite de

ambassadeurs. Diegene die voor de

feitelijke ontmoeting en regionale

verbinding zorgen; in staat zijn om de

resultaten van de agenda te verspreiden

en zelfstandig verder te laten

ontwikkelen.

Er wordt per kwartaal een bijeenkomst

georganiseerd. Het bespreekt de

voortgang van de afgesproken

werkagenda. Tevens kunnen nieuwe

regionale aandachtspunten aan het

team worden voorgelegd. De leden van

het team zorgen voor het informeren van

de achterliggende subregio’s en

organisaties. Het kernteam brieft de

werkgroep bij de start. Iedere subregio is

verantwoordelijk voor de voortgang van

specifieke actiepunten. De deelname

aan de groepen kan gedelegeerd zijn.

Aanvullend aan bestaande

initiatieven

Waar mogelijk sluit de werkagenda aan

bij bestaande initiatieven. Er is geen

commercieel belang bij de regionale

werkagenda. De activiteiten zijn

aanvullend ten opzichte van gremia als

de Werkplaats Vitale Samenleving en

Platform Wonen. Samenwerking komt

beide partijen ten goede.

Breed overleg

De deelnemers aan de Thema Tafels

worden zo nodig uitgenodigd voor de

nieuwe werkgroepen. Gemeenten,

verzekeraars en zorgaanbieders willen in

Zuidoost-brabant een brede

samenwerking op gang zetten. Deze

werkagenda is een middel om samen te

werken aan de optimale hervorming van

de zorg.

Regionale samenwerking Zuidoost-brabant Kernteamleden:

• Subregio Eindhoven: Linda Heurman

• Subregio BOV: Inge Scherpenzeel

• Subregio A2: Piet Schrijver

• Subregio: De Kempen: Xander Koster

• Subregio: Dommel Vallei Plus: Wilma Monen

• CZ: José Franken en Paul van Velthoven

• VGZ: Karin Wiersema

• RSZK: Hans Heesters en Els Donkers

• Zuidzorg: Marja Engel en Susanne van Erp

Open LinkedIn groep ’RO Zuidoost Brabant’

Regiosecretariaat a.i. Ellen van Bodegom en Anne Poppema