Installatie Bediening OnderhoudInhoudsopgave 2 CG-SVX19C-NL Algemeen 3 Modelnummer 5 Beschrijving...

100
September 2011 CG-SVX19C-NL Installatie Bediening Onderhoud AquaStream™ 3G luchtgekoelde vloeistofkoelers Modellen CGAM

Transcript of Installatie Bediening OnderhoudInhoudsopgave 2 CG-SVX19C-NL Algemeen 3 Modelnummer 5 Beschrijving...

September 2011 CG-SVX19C-NL

Installatie Bediening Onderhoud

AquaStream™ 3G luchtgekoelde vloeistofkoelersModellen CGAM

Inhoudsopgave

2 CG-SVX19C-NL

Algemeen 3

Modelnummer 5

Beschrijving van de unit 9

Voorinstallatie 10

Algemene gegevens 12

Afmetingen 48

Mechanische installatie 54

Waterdrukval 60

Werkingsgebied 63

Elektrische installatie 64

Communicatie interface-opties 71

Werkingsprincipes 73

Gedeeltelijke Warmteterugwinning 77

Totale Warmteterugwinning 79

Bedieningsinterface 85

Controle voor opstarten 86

Opstartprocedures van de unit 87

Stopprocedures van de unit 91

Onderhoud 92

Compressor Service Informatie 94

CG-SVX19C-NL 3

CG-SVX19C-NL 3

Algemeen

VeiligheidsvoorschriftenOm dodelijke of andere verwondingen, of schade aan apparatuur of gebouwen te vermijden, moeten de volgende aanbevelingen tijdens onderhouds- en servicebezoeken in acht worden genomen:1. De toelaatbare maximale

drukwaarden voor de lektests aan hoge- en lagedrukzijde staan vermeld in het hoofdstuk “Installatie”. Maak altijd gebruik van een drukregelaar.

2. Onderbreek de hoofdvoeding naar de unit alvorens onderhoud uit te voeren.

3. Alle service werkzaamheden aan het koelcircuit of aan het elektrische circuit moeten worden uitgevoerd door gekwalificeerd, ervaren personeel.

Een goed onderhoud van de service afsluiters is vereist. Gebruik een reservesleutel als aangegeven in Afbeelding 1 bij het los- of vastdraaien van de dop op de service afsluiter.

Afbeelding 1 - Onderhoud van service afsluiters

HOLD POSITION

AfleveringControleer de unit bij de levering alvorens de afleveringsbon te tekenen.

Aflevering (alleen voor Frankrijk):

In geval van zichtbare schade, moet de geadresseerde (of zijn vertegenwoordiger ter plekke) alle beschadigingen op het leveringsformulier specificeren, dit duidelijk leesbaar van datum en handtekening voorzien, en de bestuurder van de truck moet het formulier eveneens ondertekenen. De geadresseerde (of zijn vertegenwoordiger ter plekke) moet het Trane Epinal Operations - Claims team informeren en een kopie van het leveringsformulier naar het team sturen. De cliënt (of zijn vertegenwoordiger ter plekke) moet binnen 3 dagen na de aflevering een aangetekende brief naar de laatste vervoerder sturen.

Opmerking: voor afleveringen in Frankrijk, moet ten tijde van de aflevering ook naar verborgen beschadigingen worden gezocht en onmiddellijk worden behandeld als zichtbare beschadiging.

Aflevering in alle landen behalve Frankrijk:

In het geval van verborgen schade: de geadresseerde (of zijn vertegenwoordiger ter plekke) moet binnen 7 dagen na de aflevering een aangetekende brief naar de laatste vervoerder sturen, waarin de beschreven beschadiging wordt geclaimd. Een kopie van deze brief moet aan het Trane Epinal Operations - Claims team worden gestuurd.

GarantieDe garantie is gebaseerd op de Algemene Voorwaarden en Condities van de fabrikant. Deze garantie vervalt wanneer de apparatuur wordt gerepareerd of gewijzigd zonder schriftelijke toestemming van de fabrikant, wanneer de bedrijfscondities worden overschreden of wanneer het bedieningssysteem en/of de elektrische bedrading worden veranderd. Deze garantie is niet van toepassing op schade als gevolg van misbruik, gebrekkig onderhoud of het niet naleven van de voorschriften of aanbevelingen van de fabrikant. Indien de gebruiker de richtlijnen in dit handboek niet opvolgt, kan de garantie komen te vervallen en is de fabrikant niet aansprakelijk voor mogelijke gevolgen.

VoorwoordDeze instructies zijn bedoeld als richtlijn voor de installatie, het in werking stellen, de bediening en het onderhoud door de gebruiker van Trane CGAM koelmachines. Volledige onderhoudsprocedures die nodig zijn om een goede werking te kunnen blijven garanderen zijn hierin echter niet opgenomen. Gebruik de diensten van een gekwalificeerd service-technicus via een onderhoudscontract met een erkend servicebedrijf. Lees deze handleiding zorgvuldig voordat u de unit opstart.

De units zijn samengesteld, onder druk getest, ontvochtigd, gevuld en aan een praktijktest onderworpen voor verzending.

Waarschuwingen en gevaarmeldingenWaarschuwingen en Gevaarmeldingen kunnen in betreffende paragrafen overal in deze gebruikershandleiding voorkomen. Neem deze waarschuwingen in acht om uw persoonlijke veiligheid en een correcte werking van deze machine te garanderen. De fabrikant sluit elke aansprakelijkheid uit als het systeem door niet daartoe opgeleid personeel wordt geïnstalleerd of onderhouden.

WAARSCHUWING!: Geeft een mogelijk gevaarlijke situatie aan die, indien niet vermeden, tot ernstig of dodelijk letsel kan leiden.

GEVAAR!: Geeft een mogelijk gevaarlijke situatie aan die, indien niet vermeden, kan leiden tot lichte of matige verwondingen. Het kan ook worden gebruikt om te waarschuwen tegen onveilige praktijken of ongelukken, waarbij alleen schade aan apparatuur of gebouwen ontstaat.

4 CG-SVX19C-NL

4 CG-SVX19C-NL

Algemeen

KoudemiddelHet koudemiddel geleverd door de fabrikant voldoet aan alle eisen voor onze units. Bij gebruik van gerecycled of gereconditioneerd koudemiddel wordt geadviseerd te controleren of dit kwalitatief minstens even goed is als nieuw koudemiddel. Laat hiervoor een laboratoriumanalyse uitvoeren. Wanneer dit niet wordt gedaan, heeft de fabrikant het recht de garantie te beëindigen.

Milieubescherming / Naleving van voorschriften voor F-gasDeze apparatuur bevat een gefluoreerd gas dat onder het Kyoto Protocol valt [of een schadelijke stof voor de ozonlaag die onder het Montreal Protocol valt]. De soort de hoeveelheid koudemiddel per circuit is aangegeven op het typeplaatje van het product. Het aardopwarmingsvermogen (GWP, kolom B) van het koudemiddel dat wordt toegepast in Trane airconditionings en koelingsapparatuur wordt in de tabel naar het type koudemiddel (kolom A) weergegeven.

Soort koudemiddel

GWP (1) waarde

R134a 1 300

R407C 1 653

R410A 1 975

R404A 3 784

R22 (2) 1 780

De operator (aannemer of eindgebruiker) moet plaatselijke milieuvoorschriften in acht nemen die van invloed kunnen zijn op de installatie, het bedrijf en de opruiming van de apparatuur; in het bijzonder de behoefte om stoffen die schadelijk zijn voor het milieu (koudemiddel, olie, vorstbeveiligingsmiddelen, etc.) terug te winnen. Laat nooit een koudemiddel in de atmosfeer ontsnappen. Het werken met koudemiddel moet worden overgelaten aan een bevoegde service-ingenieur.

(1) GWP = aardopwarmingsvermogen(2) Toegestaan onder het Montreal Protocol

OnderhoudscontractGeadviseerd wordt om een onderhoudscontract met uw lokale dealer af te sluiten. Dit contract voorziet in regelmatig onderhoud van de installatie door een in ons product gespecialiseerd bedrijf. Regelmatig onderhoud zorgt ervoor dat een onjuiste werking wordt opgemerkt en gecorrigeerd waardoor de mogelijkheid van ernstige beschadiging wordt uitgesloten. Tenslotte zorgt regelmatig onderhoud voor een maximale levensduur van uw installatie. Wij willen u erop wijzen dat de garantie komt te vervallen wanneer de instructies m.b.t. de installatie en het onderhoud niet worden opgevolgd.

OpleidingOm de installatie optimaal te laten werken en gedurende een lange periode in perfecte staat te houden, kunt u een speciale training voor deze installatie volgen. Het doel van deze training is gebruikers en technici meer kennis te geven over de installatie die zij gebruiken of onder beheer hebben. De training legt nadruk op het belang van periodieke controles van de bedrijfsparameters en preventief onderhoud waardoor de exploitatiekosten van de unit worden verlaagd door voorkoming van ernstige en kostbare storingen.

De volgende pictogrammen kunnen op de unit worden gevonden. Neem de noodzakelijke voorzorgsmaatregelen om schade en verwondingen te vermijden.

Afbeelding 2 - Waarschuwings-pictogrammen

1 = Risico dat de unit is ingeschakeld2 = Gevaar als gevolg van draaiende ventilator3 = Gevaar voor brandwonden door

compressoren of koelingsleidingen4 = Unit bevat gasvormig koudemiddel. Zie

specifieke waarschuwingen.5 = Gevaarlijk voor de resterende spanning

wanneer speed drive of softstarter opties aanwezig zijn

6 = Unit onder druk7 = Gevaar voor snijwonden, in het bijzonder

aan lamellen van de warmtewisselaar8 = Lees de instructies alvorens de installatie9 = Verbreek alle elektrische voeding alvorens

onderhoud te plegen10 = Lees de technische instructies

CG-SVX19C-NL 5

CG-SVX19C-NL 5

Modelnummer

Typeplaatje van unitHet typeplaatje van de unit is aangebracht aan de buitenkant op de klep van het bedieningspaneel. Op elke compressor zit een compressortypeplaatje.

Het typeplaatje van de unit geeft de volgende informatie:• Beschrijvingmodelenformaatunit.• Serienummerunit• Geeftdeelektrischeeisenvandeunit

aan. • Geeftdecorrectevulhoeveelheden

R410A en koudemiddelolie aan.• Geeftdetestdrukwaardenvandeunit

aan

Figuur 3 - Typeplaatje van de unit

Nummer 15 — Toepassing van de unit

A = Standaard buitentemperatuur (32-115 °F / 0-46 °C)

B = Hoge buitentemperatuur (tot -52 °C)

C = Lage buitentemperatuur (0 tot 115 °F / -18 tot 46 °C)

D = Brede buitentemperatuur (-18 tot 52 °C)

Nummer 16 — Koudemiddel-isolatiekleppen

1 = Geen isolatiekleppen

Nummer 17

A

Nummer 18 — Vorstbescherming (alleen af-fabriek)

X = Zonder vorstbescherming

2 = Met vorstbescherming (CH530 regeling)

Nummer 19 — Isolatie

A = Fabrieksisolatie - alle koude delen

Nummer 20 — Fabrieksvulling

1 = Volledige fabriekskoudemiddelvulling (HFC-410A)

Nummer 21 — Toepassing van de verdamper

A = Standaard koeling (5,5 tot 18 °C)

B = Lage temperatuurwerking (lager dan 5,5 °C)

C = IJsproductie - bekabelde interface (-7 tot 18 °C)

Nummer 22 — Wateraansluiting (verdamp)

1 = Gegroefde pijpaansluiting

2 = Gegroefde pijp met flensadapter

Nummer 23 — Materiaal condensorlamellen

A = Doorboorde aluminium lamellen

B = Niet-doorboorde aluminium lamellen

E = Niet-doorboorde aluminium lamellen met (zwarte epoxy) voorlaag

Nummer 24 — Warmteterugwinning condensor

X = Geen warmteterugwinning

2 = Gedeeltelijke warmteterugwinning zonder ventilatorregeling

3 = Volledige Warmteterugwinning

Nummer 25

X

Nummer 26 — Type van de startunit

A = Across-the-Line startunit/Direct op hoofdaansluiting

B = Transistor softstartunit

C = Across-the-line startunit/Vermogensfactorcorrectie

Nummer 27 — Ingaande voedingslijn aansluiting

1 = Eenpunts voedings aansluiting

Nummer 28 — Type van de voedingslijn aansluiting

B = Hoofdschakelaar

Nummer 29 — Type van de omkasting

2 = IP54 Bescherming

Nummer 30 — Unit Operator Interface

A = Dyna-View/Engels

B = Dyna-View/Spaans-Spanje

D = Dyna-View/Frans

E = Dyna-View/Duits

F = Dyna-View/Nederlands

G = Dyna-View/Italiaans

J = Dyna-View /Portugees-Portugal

R = Dyna-View/Russisch

T = Dyna-View/Pools

U = Dyna-View/Tsjechisch

V = Dyna-View/Hongaars

W = Dyna-View/Grieks

Y = Dyna-View/Roemeens

Z = Dyna-View/Zweeds

Nummer 1-4 — Koelmachine model

CGAM = Luchtgekoelde samengebouwde scroll-koelmachine

Nummer 5-7 — Nominale tonnage van de unit

020 = 20 ton

023 = 23 ton

026 = 26 ton

030 = 30 ton

035 = 35 ton

039 = 39 ton

040 = 40 ton

045 = 45 ton

046 = 46 ton

050 = 50 ton

052 = 52 ton

060 = 60 ton

070 = 70 ton

080 = 80 ton

090 = 90 ton

100 = 100 ton

110 = 110 ton

120 = 120 ton

140 = 140 ton

150 = 150 ton

160 = 160 ton

170 = 170 ton

Nummer 8 — Voltage van de unit

E = 400 volt 50 Hz 3 fase

Nummer 9 — Productiefabriek

1 = Epinal, Frankrijk

Nummer 10-11 — Ontwerp volgnummer

A-Z = Door de fabriek toegewezen

Nummer 12 — Type van de unit

1 = Standaard efficiency/rendement

2 = Hoog efficiency/rendement

Nummer 13 — Agentschapcode

B = CE certificering (EUR)

Nummer 14 — Drukvatcode

4 = Europa standaard

6 CG-SVX19C-NL

Modelnummer

CG-SVX19C-NL 7

Modelnummer

B = Pompstroming geregeld door een aandrijving met variabel toerental

Nummer 37 — Buffertank

X = Geen tank

1 = Met tank

Nummer 38 — Kortsluitvermogen

A = Standaard A kortsluitvermogen

Nummer 39 — Installatieaccessoires

1 = Elastomeer isolatieblokken

4 = Neopreen matten

Nummer 40 — Waterfilter

X = Geen filter

A = Met fabrieksgeïnstalleerd waterfilter

Nummer 41 — Geluidsisolatiepakket

1 = Compact

3 = Extra stil

4 = Ultra geluidsarm met laag geluidsniveau ‘s nachts

5 = Uitgebreid akoestisch pakket

Nummer 42 — Uiterlijkopties

X = Geen uiterlijkopties

A = Sierroosterpanelen

B = Halve jaloezieën

C = Toegangsbescherming

D = Toegangsbescherming en halve jaloezieën

Nummer 43

X

Nummer 44 — Taal van opschrift en documentatie

A = Bulgaars

B = Spaans en Engels

C = Duits

D = Engels

E = Frans

H = Nederlands SI (Hollands)

J = Italiaans

L = Deens

M = Zweeds

N = Noors

P = Pools

R = Russisch

T = Tsjechisch

U = Grieks

V = Portugees

Y = Roemeens

Z = Servisch

1 = Slowaaks

2 = Kroatisch

3 = Hongaars

Nummer 45 — Verbeterde bewaking van de fase

X = Niet geïnstalleerd

1 = Geïnstalleerd

Nummer 46 — Transportpakket

X = Geen ski (standaard)

A = Unit containerpakket

Nummer 47

X

Nummer 48 — instelpunt stromingsschakelaar

C = Instelpunt 15

F = Instelpunt 35

H = Instelpunt 45

L = Instelpunt 60

Nummer 49

X

Nummer 50 — Speciaal

X = Geen

S = Speciaal

Opmerkingen: 1. Een niet-gedefinieerd nummer kan

gereserveerd zijn voor toekomstig gebruik.

Nummer 31 — Afstandsinterface (digitale comm)

X = Geen digitale communicatie op afstand

1 = LonTalk LCI-C interface met Modbus interface

2 = LonTalk/Tracer Summit interface

3 = Tijd van de dag programmering

4 = BACNet Interface

Nummer 32 — Ext. gekoeld/heet water en actueel behoeftelimiet instelpunt

X = Geen extern gekoeld water instelpunt

A = Ext gekoeld water en behoeftelimiet instelpunt - 4-20 mA

B = Ext gekoeld water en behoeftelimiet instelpunt - 2-10 Vdc

C = Aanvullend instelpunt

Nummer 33 —% Capaciteit

X = Zonder % Capaciteit

1 = Met % Capaciteit

Nummer 34 — Programmeerbare relais

X = Geen programmeerbare relais

A = Programmeerbare relais

Nummer 35 — Type van de pomp

X = Geen pompen en geen magneetschakelaars

1 = Geen pompen met enkele magneetschakelaars

2 = Geen pompen met dubbele magneetschakelaars

3 = Geen pompen met enkele magneetschakelaars enkele hogedrukpomp

4 = Geen pompen met dubbele magneetschakelaars dubbele hogedrukpomp

5 = Enkele standaarddrukpomp

6 = Enkele hogedrukpomp

7 = Dubbele standaarddrukpomp

8 = Dubbele hogedrukpomp

Nummer 36 — Pompstromingsregeling

X = Geen pompstromingsregeling

A = Pompstroming geregeld door een klep met drie functies

8 CG-SVX19C-NL

Modelnummer

Het typeplaatje van de compressor biedt de volgende informatie:• Modelnummercompressor.• Serienummercompressor.• Elektrischespecificatiescompressor.• Gebruiksbereik.• Aanbevolenkoudemiddel.

Codering modelnummer De modelnummers voor de unit en de compressoren bestaan uit getallen en letters die kenmerken van de apparatuur aanduiden. Elke positie, of groep posities, in het getal geeft een kenmerk aan. Voltage van de Unit bijvoorbeeld, bevat de letter “E”. In de tabel ziet u dat een “E” op deze positie betekent dat de voltage van de unit 400/50/3 is.

Modelnummer van de compressor (op het typeplaatje van de compressor)Nummer 1,2,3,4

CSHD - Kleinzakelijk

CSHN - Zakelijk

Nummer 5,6,7 – Capaciteit- 60 Hz ARI KBtu/Hr (ongeveer)

125 - CSHD

161 - CSHD

184 - CSHN

250 - CSHN

315 - CSHN

374 - CSHN

Nummer 8 – Voltage

J - 200-230/3/60

K - 460/3/60-400/3/50

F - 230/3/50

D - 575/3/60

X - 380/3/60

Y - 200/3/50 (alleen CSHD 125)

Nummer 9 – Lossen

(0 – geen ontlading)

Nummer 10 – Ontwerp volgnummer

Nummer 11 – Beveiliging modulespanning

0 - Int lijnonderbreker- CSHD

A - 115 VAC

B - 230 VAC

H - 24 VAC

K - 115/230 VAC – CSHN

Nummer 12 – Basis compressor variatie

M - Zuig- & persbuis, oliebalans met afsluitbout, graad 32 POE olie

CG-SVX19C-NL 9

Beschrijving van de unit

De units zijn scroll-type, luchtgekoelde vloeistofkoelmachines, ontworpen voor buiteninstallatie. De units hebben één of twee aparte koudemiddelcircuits met twee of meer compressoren per circuit. De units zijn samengebouwd met een verdamper en een condensor.

N.B.: Elke unit is een afgemonteerd hermetisch geheel dat in de fabriek is voorzien van de nodige leidingen en bedrading, getest op lekkage, ontvochtigd, gevuld met olie en proefgedraaid voor verzending. De gekoeld water in- en uitlaatopeningen van de koelmachine zijn voor verzending afgedekt.

De units hebben Trane’s exclusieve adaptieve regelingsoftware met CH530 regelingen. Deze registreren direct de controlevariabelen die de werking van de koelmachine besturen. De adaptieve regelingsoftware kan deze variabelen, indien nodig, corrigeren om het rendement van de werking te verbeteren, om het stoppen van het koelmachine te voorkomen en om de productie van gekoeld water te verzekeren.

Elk koudemiddelcircuit is voorzien van een filter, een kijkglas, een elektronische expansieventiel en vulkleppen.

De verdamper is een hardgesoldeerde plaat-en-frame warmtewisselaar met aansluitingen voor het aftappen en ontluchten van het water. De condensor is een luchtgekoelde batterij met lamellen.

Condensoren zijn leverbaar in drie configuraties, afhankelijk van het tonnage van de unit. De unittypes zijn herkenbaar aan de condensorconfiguratie. De drie configuraties zijn schuin, V en W.

Accessoire/opties informatieControleer alle met de unit meegeleverde accessoires en andere losse onderdelen aan de hand van de bestellijst. De hef- en bedradingsschema's en de onderhoudshandleiding vindt u in het bedienings- en/of starterpaneel. Controleer ook de aanwezigheid van optionele componenten, zoals flensadapters en isolatoren.

De isolatoren van de unit en de flensadapter zijn voor transport bevestigd aan het frame van de unit.

10 CG-SVX19C-NL

Voorinstallatie

27. Controleer de EXV-kijkglazen nadat voldoende tijd is verstreken waarin het intredende en uittredende water de gelegenheid heeft gehad zich te stabiliseren

28. Controleer de koudemiddeldruk van de verdamper en van de condensor onder koudemiddelrapport op de CH530 TechView

29. Bevestig dat de waarden voor superverwarming en onderkoeling normaal zijn

30. Werking van de compressor normaal en binnen het amperagebereik

31. Bedieningslogboek voltooid32. Druk op de stop toets33. Inspecteer de ventilatoren nogmaals

nadat deze onder belasting hebben gedraaid om vast te stellen dat er geen tekenen van wrijving bestaan

34. Controleer dat de gekoeldwaterpomp minstens een minuut lang draait nadat de koelmachine het commando om te stoppen heeft ontvangen (voor normale gekoeldwatersystemen)

Opslag van de unitNeem de volgende voorzorgsmaatregelen als de unit langer dan een maand vóór de installatie moet worden opgeslagen:• Sladekoelmachineopineendroge,

trillingsvrije, veilige ruimte.• Unitsdiegevuldzijnmet

koudemiddel mogen niet worden opgeslagen op plaatsen waar de temperatuur hoger is dan 68 °C.

• Sluittenminsteiederedriemaanden een manometer aan en controleer handmatig de druk in het koudemiddelcircuit. Roep de hulp in van een deskundige onderhoudsmonteur en uw Trane verkoopkantoor als de koudemiddeldruk onder 13 bar komt bij 20 °C (of 10 bar bij 10 °C).

Installatie-eisen en verantwoordelijkheid van de installateurEen lijst met verantwoordelijkheden voor de installateur tijdens het installeren van de unit is bijgevoegd.

6. Koperen voedingsbedrading voldoet in de maatschets voor de opdracht aan de eisen m.b.t. de dikte

7. Unit correct geaard8. Alle automatiserings- en

afstandsbedieningen geïnstalleerd/verkabeld

9. Alle kabelverbindingen vast10. Gekoeld water zijde

blokkering en aaneensluitende bedradingsblokkering en externe apparaten (gekoeldwaterpomp)

11. Ter plaatse geïnstalleerde regelingsbedrading aan de juiste aansluitklemmen aangesloten (externe start/stop, noodstop, gekoeld water reset…)

12. Transportmateriaal voor compressoren verwijderd

13. Verifieer dat alle koudemiddel- en oliekleppen gedeeltelijk open/volledig open zijn

14. Compressoroliepeil (1/2 -3/4 hoog in glas) is correct

15. Verifiëer of het gekoeldwaterfilter schoon is en geen vuildeeltjes meer bevat en dat de gekoeldwatercircuits van de verdamper zijn gevuld

16. Sluit de gezekerde hoofdschakelaar(s) die vermogen levert naar de starter van de gekoeldwaterpomp

17. Start de gekoeldwaterpomp om de circulatie van het water te beginnen. Inspecteer de leidingen op lekkages en repareer die noodzakelijk

18. Stel de waterstroom af terwijl water door het systeem circuleert en controleer de daling in waterdruk door de verdamper

19. Stel de gekoeldwaterstroom af voor correcte werking

20. Schakel de gekoeldwaterpomp terug naar auto

21. Bevestig alle CH530 Menuopties op DynaView en KestrelView

22. Ventilator amperages binnen specs op typeplaatje

23. Alle panelen/deuren afgesloten alvorens het opstarten

24. Alle batterijlamellen geïnspecteerd en uitgelijnd

25. Roteer de ventilatoren alvorens de unit te starten om deze te inspecteren op potentiële hoorbare en zichtbare tekenen van wrijving. Start de unit

26. Druk op de AUTO toets. The unit zal starten wanneer de koelmachineregeling om koeling vraagt en alle beveiligingen gesloten zijn

InspectiechecklistControleer bij levering of de juiste unit is geleverd, met alle bijbehorende uitrustingsdelen. Vergelijk de gegevens op het typeplaatje van de unit met de informatie van de bestelling en verzending.

Controleer de buitenzijde van de unit op visuele schade. Rapporteer eventuele beschadigingen of ongerechtigheden aan de vervoerder en maak een aantekening over de schade aan de unit op het ontvangstbewijs van de vervoerder. Vermeld de omvang en de aard van de schade en breng uw Trane verkoopkantoor daarvan op de hoogte. Installeer nooit een beschadigde unit zonder goedkeuring van het verkoopkantoor.

Verplichte Opstart Checklijst***Deze checklist is niet bedoeld als vervanging voor de installatie-instructie voor de aannemer. Deze checklist is bedoeld als een gids voor de Trane technicus vlak voor het ‘opstarten’ van de unit. Veel van de aanbevolen controllers acties zouden de technicus aan elektrische en mechanische gevaren kunnen blootstellen. Raadpleeg de betreffende hoofdstukken in de handleiding van de unit voor de passende procedures, component specificaties en veiligheidsinstructies.

Behalve waar aangegeven; er wordt van uitgegaan dat de technicus deze checklist dient te gebruiken voor de inspectie / verificatie van de voorafgaande taak die door de hoofdaannemer bij de installatie is voltooid.

1. Voldoende vrije ruimte rondom de unit voor onderhoud en om luchtrecirculatie etc. te vermijden.

2. Unit aan de buitenkant geïnspecteerd3. Carterverwarming is 24 uur vóór de

aankomst van de Trane technicus, die het opstarten uitvoert, ingeschakeld

4. Juiste spanning aangesloten op de unit en de elektrische verwarming (onbalans mag 2 % niet overschrijden)

5. Voedingsfasering (A-B-C volgorde) van de unit is correct voor de rotatie van de compressor

Voorinstallatie

CG-SVX19C-NL 11

Type vereiste Door Trane geleverd

Door Trane geïnstalleerd

Door Trane geleverd

Lokaal geïnstalleerd

Lokaal geleverd

Lokaal geïnstalleerd

Fundering De fundering moet voldoen aan de gestelde eisen

Hefmaterieel • Veiligheidskettingen• Clevisconnectoren• Hefbomen

Isolatie Isolatieblokken of neopreen isolatoren (optioneel)

Isolatieblokken of neopreen isolatoren (optioneel)

Elektrische installatie • Hoofdschakelaar• Opdeunitgemonteerde

startunit

• Bekabelingvolgenslokalevoorschriften en regelgeving

• Kabelschoenen• Massaverbinding(en)• GBSbekabeling(optie)• Bekabelingregelspanning• Gekoeldwaterpomp

magneetschakelaar en bekabeling met onderbreker

• Optionelerelaisenbekabeling

Waterleidingen • Stroomschakelaar• Waterfilter(optie)

• Aansluitingenvoorthermometers en manometers

• Thermometers• Waterstroommanometers• Waterleidingenisolatie-en

hoeveelheidsregelkleppen• Ontluchtersenaftapafsluiters• Overdrukkleppen

Isolatie • Isolatie • Isolatie

Waterleiding aansluitcomponenten

• Gegroefdebuis • Flensadapters

12 CG-SVX19C-NL

Tabel 1 - CGAM - Standaard Rendement Compact - SIMPLEX units

Model 20 23 26 30 35 39 45 50

Eurovent specificaties (1)

Netto capaciteit (kW) 55,5 63,2 69,8 79,8 91,4 110,1 122,1 133,8

Totaal opgenomen vermogen (kW) 20,4 22,1 25,2 29,7 34,3 39,7 44,3 50,4

EER 2,72 2,86 2,77 2,68 2,66 2,77 2,76 2,65

Netvoeding 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50

Niveau geluidsvermogen (dBA) 88,8 88,8 89,0 89,7 91,7 93,7 92,7 91,7

Systeemgegevens

Koudemiddelcircuit # 1 1 1 1 1 1 1 1

Vermogensstappen % 50-100 43-100 50-100 50-100 43-100 50-100 44-100 50-100

Unit stroom (2)

Maximale stroom (A) 48,5 53,5 58,5 69,3 78,5 91,2 102,6 114,1

Aanloopstroom - standaard unit (A) 170,4 186,4 191,4 198,8 253,8 266,4 311,4 322,9

Aanloopstroom - met soft starter optie

(A) 98,4 116,4 121,4 145,8 177,8 190,4 230,4 241,9

Unitvermogen bij kortsluiting (kA) 15 15 15 15 15 15 15 15

Min. diameter voedingskabel (mm²) 50 50 50 50 95 95 95 95

Max. diameter voedingskabel (mm²) 95 95 95 95 150 150 150 150

Compressor

Aantal # 2 2 2 2 2 2 2 2

Type Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll

ModelCSHD125& CSHD125

CSHD125& CSHD161

CSHD161& CSHD161

CSHN184& CSHN184

CSHN184& CSHN250

CSHN250& CSHN250

CSHN250& CSHN315

CSHN315& CSHN315

Motortoerental(omw./min)

2900 2900 2900 2900 2900 2900 2900 2900

Vermogensfactor # 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85

Carterverwarming per circuit (W) 90&90 90&90 90&90 160&160 160&160 160&160 160&160 160&160

Verdamper

Aantal # 1 1 1 1 1 1 1 1

Type BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE

Water volume/opslag (totaal) (L) 4,0 4,0 4,0 6,7 6,7 10,6 10,6 13,3

Vorstbeveiliging verwarming (W) 120 W 180 W

Min. stroming (L/sec) 1,3 1,5 1,6 1,9 2,1 2,6 2,9 3,1

Max. stroming (L/sec) 3,9 4,4 4,9 5,6 6,4 7,8 8,6 9,4

Pomp Pakket (Optie Standaard Vloeistofdruk)

Aant. Pomp Set # 1 1 1 1 1 1 1 1

Motortoerental(omw./min)

2860 2860 2860 2860 2860 2890 2890 2890

Pompvermogen (enkel/dubbel) - standaarddruk

(kW) 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 3,0 3,0 3,0

Pompstroom (enkel/dubbel) - standaarddruk

(A) 3,25 3,25 3,25 3,25 3,25 6,1 6,1 6,1

Pompvermogen (enkel/dubbel) - hogedruk

(kW) 4,0 4,0 4,0 4,0 5,5 5,5 5,5 5,5

Toelaatbare stroom (enkel / dubbel) - hogedruk

(A) 7,59 7,59 7,59 7,59 10,6 10,6 10,6 10,6

Hydraulische module componenten

Inhoud expansievat (L) 25 25 25 25 25 25 25 25

Gebruiker volume expansiecapaciteit (L) 380 380 380 380 380 380 380 380

Algemene gegevens

CG-SVX19C-NL 13

Model 20 23 26 30 35 39 45 50

Max. Waterzijdige druk zonder pomp (kPa) 1000 1000 1000 1000 1000 1000 1000 1000

Max. Waterzijdige druk met pomp (kPa) 400

Vorstbeveiliging verwarming (W) 180

Pomp pakket antivriesverwarming (W) 530

Watertank vorstbeveiliging verwarming

(W) 860

Inhoud watertank (L) 500

Condensor

TypeLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buis

Aantal batterijen # 1 1 1 1 1 1 1 1

Ventilator

Type Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller

Aantal per circuit # 2 2 2 2 2 3 3 3

Diameter (mm) 732 732 732 732 732 732 732 732

Type aandrijving Direct Direct Direct Direct Direct Direct Direct Direct

Luchtstroming per ventilator (m³/u) 13486 16114 16120 16129 17637 16087 17188 17194

Statische druk (Pa) 0 0 0 0 0 0 0 0

Motortoerental # 920 920 920 920 920 920 920 920

Wateraansluiting unit

Gekoeld water (mm) 50 50 50 65 65 65 65 65

Type (standaard) Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd

Afmetingen

Lengte unit met buffervat (mm) 3418 3418 3418 3418 3418 4332 4332 4332

Lengte unit zonder buffervat (mm) 2908 2908 2908 2908 2908 3822 3822 3822

Unit breedte (mm) 1280 1280 1280 1280 1280 1280 1280 1280

Unit hoogte (mm) 2145 2145 2145 2145 2145 2145 2145 2145

Gewicht

Bedrijfsgewicht (3) (kg) 855 873 877 978 992 1147 1208 1267

Transportgewicht (3) (kg) 828 846 850 949 962 1113 1175 1231

Extra gewicht (enkelvoudige standaarddrukpomp)

(kg) 154 153 153 153 155 199 198 207

Extra gewicht (dubbele standaarddrukpomp)

(kg) 183 183 184 183 184 232 231 250

Extra gewicht (enkelvoudige hogedrukpomp)

(kg) 163 163 162 162 167 209 208 208

Extra gewicht (dubbele hogedrukpomp)

(kg) 199 200 200 199 214 257 255 255

Extra transportgewicht (buffervat) (kg) 327 326 325 326 326 326 326 326

Koudemiddel- & olievulling

Koudemiddelvulling (Circuit 1/Circuit 2)

(kg) 10,9 12,7 12,7 15,4 17,2 20,9 21,8 22,7

Olievulling (Circuit 1/Circuit 2) (L) 6,6 6,6 6,6 13,4 13,4 13,4 13,4 13,4

(1) Eurovent Omstandigheden (Verd. 12 °C/7 °C - Lucht. 35 °C)(2) stroomsterkte voor basisunit zonder pomppakket, zonder vorstbescherming(3) zonder pomppakket

Algemene gegevens

14 CG-SVX19C-NL

Algemene gegevens

Tabel 2 - CGAM - Standaard Rendement Compact - DUPLEX V units

Model 40 46 52 60 70 80 90 100

Eurovent specificaties (1)

Netto capaciteit (kW) 110,6 127,6 143,6 159,7 186,8 222,1 249,0 274,5

Totaal opgenomen vermogen (kW) 40,3 43,8 50,2 58,7 67,9 78,7 87,9 100,5

EER 2,75 2,92 2,86 2,72 2,75 2,82 2,83 2,73

Netvoeding 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50

Niveau geluidsvermogen (dBA) 90,9 90,8 91,1 91,8 93,6 95,6 94,7 93,7

Systeemgegevens

Koudemiddelcircuit # 2 2 2 2 2 2 2 2

Vermogensstappen % 25-50-75-100 21-43-71-100 25-50-75-100 25-50-75-100 21-43-71-100 25-50-75-100 22-44-72-100 25-50-75-100

Unit stroom (2)

Maximale stroom (A) 96,0 106,0 116,0 137,5 156,0 182,4 205,3 228,2

Aanloopstroom - standaard unit (A) 217,9 238,9 248,9 267,0 331,3 357,6 414,1 437,0

Aanloopstroom - met soft starter optie

(A) 145,9 168,9 178,9 214,0 255,3 281,6 333,1 356,0

Unitvermogen bij kortsluiting (kA) 15 15 15 15 15 15 15 15

Min. diameter voedingskabel (mm²) 95 95 95 95 150 150 185 185

Max. diameter voedingskabel (mm²) 150 150 150 150 240 240 240 240

Compressor

Aantal # 4 4 4 4 4 4 4 4

Type Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll

ModelCSHD125& CSHD125

CSHD125& CSHD161

CSHD161& CSHD161

CSHN184& CSHN184

CSHN184& CSHN250

CSHN250& CSHN250

CSHN250& CSHN315

CSHN315& CSHN315

Motortoerental(omw./min)

2900 2900 2900 2900 2900 2900 2900 2900

Vermogensfactor # 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85

Carterverwarming per circuit (W) 160&160 160&160 160&160 160&160 160&160 160&160 160&160 160&160

Verdamper

Aantal # 1 1 1 1 1 1 1 1

Type BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE

Water volume/opslag (totaal) (L) 9,1 10,5 14,3 15,6 18,9 24,0 26,5 32,4

Vorstbeveiliging verwarming (W) 120 180 240

Min. stroming (L/sec) 2,6 3,0 3,4 3,7 4,4 5,2 5,8 6,5

Max. stroming (L/sec) 7,7 8,9 10,1 11,2 13,1 15,6 17,5 19,4

Pomp Pakket (Optie Standaard Vloeistofdruk)

Aant. Pomp Set # 1 1 1 1 1 1 1 1

Motortoerental(omw./min)

2890 2890 2890 2890 2890 2890 2890 2890

Pompvermogen (enkel/dubbel) - standaarddruk

(kW) 3,0 4,0 4,0 4,0 5,5 5,5 5,5 5,5

Pompstroom (enkel/dubbel) - standaarddruk

(A) 6,1 7,59 7,59 7,59 10,6 10,6 10,6 10,6

Pompvermogen (enkel/dubbel) - hogedruk

(kW) 5,5 5,5 5,5 7,5 7,5 7,5 7,5 7,5

Toelaatbare stroom (enkel / dubbel) - hogedruk

(A) 10,6 10,6 10,6 13,8 13,8 13,8 13,8 13,8

Hydraulische module componenten

Inhoud expansievat (L) 25 25 25 25 25 25 25 25

Gebruiker volume expansiecapaciteit (L) 380 380 380 380 380 380 380 380

CG-SVX19C-NL 15

Algemene gegevens

Model 40 46 52 60 70 80 90 100

Max. Waterzijdige druk zonder pomp (kPa) 1000 1000 1000 1000 1000 1000 1000 1000

Max. Waterzijdige druk met pomp (kPa) 400

Vorstbeveiliging verwarming (W) 910

Inhoud watertank (L) 515 515 515 515 515 515 515 515

Watertank vorstbeveiliging verwarming

(W) 800

Condensor

TypeLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buis

Aantal batterijen # 2 2 2 2 2 2 2 2

Ventilator

Type Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller

Aantal per circuit # 2 2 2 2 2 3 3 3

Diameter (mm) 732 732 732 732 732 732 732 732

Type aandrijving Direct Direct Direct Direct Direct Direct Direct Direct

Luchtstroming per ventilator (m³/u) 13485 16114 16122 16129 17638 16088 17189 17195

Statische druk (Pa) 0 0 0 0 0 0 0 0

Motortoerental # 920 920 920 920 920 920 920 920

Wateraansluiting unit

Gekoeld water (mm) 65 65 65 80 80 80 80 80

Type (standaard) Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd

Afmetingen

Lengte unit met buffervat (mm) 3416 3416 3416 3416 3416 4330 4330 4330

Lengte unit zonder buffervat (mm) 2905 2905 2905 2905 2905 3819 3819 3819

Unit breedte (mm) 2266 2266 2266 2266 2266 2266 2266 2266

Unit hoogte (mm) 2150 2150 2150 2150 2150 2150 2150 2150

Gewicht

Bedrijfsgewicht (3) (kg) 1503 1545 1571 1753 1794 2053 2185 2302

Transportgewicht (3) (kg) 1471 1512 1534 1715 1753 2007 2136 2248

Extra gewicht (enkelvoudige standaarddrukpomp)

(kg) 171 177 176 177 184 186 187 186

Extra gewicht (dubbele standaarddrukpomp)

(kg) 209 221 221 221 235 236 237 237

Extra gewicht (enkelvoudige hogedrukpomp)

(kg) 179 179 178 220 220 221 222 222

Extra gewicht (dubbele hogedrukpomp)

(kg) 226 226 225 317 316 318 318 319

Extra transportgewicht (buffervat) (kg) 381 380 381 381 382 381 382 381

Koudemiddel- & olievulling

Koudemiddelvulling (Circuit 1/Circuit 2)

(kg) 10,9/10,9 13,2/13,2 13,2/13,2 16,3/16,3 18,1/18,1 20/20 21,8/21,8 23,6/23,6

Olievulling (Circuit 1/Circuit 2) (L) 6,6 / 6,6 6,6 / 6,6 6,6 / 6,6 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4

(1) Eurovent Omstandigheden (Verd. 12 °C/7 °C - Lucht. 35 °C)(2) stroomsterkte voor basisunit zonder pomppakket, zonder vorstbescherming(3) zonder pomppakket

16 CG-SVX19C-NL

Algemene gegevens

Tabel 3 - CGAM - Standaard Rendement Compact - DUPLEX W units

Model 110 120 140 150 160 170

Eurovent specificaties (1)

Netto capaciteit (kW) 296,7 327,2 380,9 407,4 434,2 460,5

Totaal opgenomen vermogen (kW) 106,8 110,6 130,7 143,5 151,5 156,2

EER 2,78 2,96 2,91 2,84 2,86 2,95

Netvoeding 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50

Niveau geluidsvermogen (dBA) 95,2 93,4 94,7 93,0 94,1 94,6

Systeemgegevens

Koudemiddelcircuit # 2 2 2 2 2 2

Vermogensstappen % 23-45-73-100 25-50-75-10014-29-46-64-

82-10017-33-50-67-

83-10016-31-47-63-

81-10015-29-47-65-

82-100

Unit stroom (2)

Maximale stroom (A) 241,6 255,0 314,5 330,6 350,8 364,2

Aanloopstroom - standaard unit (A) 503,7 517,1 523,3 539,4 612,9 626,3

Aanloopstroom - met soft starter optie (A) 386,7 400,1 442,3 458,4 495,9 509,3

Unitvermogen bij kortsluiting (kA) 15 15 15 15 15 15

Min. diameter voedingskabel (mm²) 150 185 240 240 240 240

Max. diameter voedingskabel (mm²) 240 240 240 240 240 240

Compressor

Aantal # 4 4 6 6 6 6

Type Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll

ModelCSHN315& CSHN374

CSHN374& CSHN374

CSHN250& CSHN315& CSHN315

CSHN315& CSHN315& CSHN315

CSHN315& CSHN315& CSHN374

CSHN315& CSHN374& CSHN374

Motortoerental(omw./min)

2900 2900 2900 2900 2900 2900

Vermogensfactor # 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85

Carterverwarming per circuit (W) 160&160 160&160 160&160&160 160&160&160 160&160&160 160&160&160

Verdamper

Aantal # 1 1 1 1 1 1

Type BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE

Water volume/opslag (totaal) (L) 32,4 34,1 40,8 46,7 46,7 46,7

Vorstbeveiliging verwarming (W) 240 300

Min. stroming (L/sec) 7,0 7,7 9,0 9,6 10,2 10,8

Max. stroming (L/sec) 21,0 23,2 27,1 28,8 30,7 32,5

Pomp Pakket (Optie Standaard Vloeistofdruk)

Aant. Pomp Set # 1 1 1 1 1 1

Motortoerental(omw./min)

2900 2900 2900 2900 2900 2900

Pompvermogen (enkel/dubbel) - standaarddruk (kW) 7,5 7,5 11,0 11,0 11,0 11,0

Pompstroom (enkel/dubbel) - standaarddruk (A) 13,8 13,8 19,6 19,6 19,6 19,6

Pompvermogen (enkel/dubbel) - hogedruk (kW) 7,5 11,0 11,0 11,0 15,0 15,0

Pompstroom (enkel/dubbel) - hogedruk (A) 13,8 19,6 19,6 19,6 26,5 26,5

Hydraulische module componenten

Inhoud expansievat (L) 60 60 60 60 60 60

Gebruiker volume expansiecapaciteit (L) 1750 1750 1750 1750 1750 1750

Max. Waterzijdige druk zonder pomp (kPa) 1000 1000 1000 1000 1000 1000

Max. Waterzijdige druk met pomp (kPa) 500 500 500 500 500 500

Vorstbeveiliging verwarming (W) 300

CG-SVX19C-NL 17

Algemene gegevens

Model 110 120 140 150 160 170

Pomppakket vorstbeveiliging verwarming (W) 1150

Watertank vorstbeveiliging verwarming (W) 800 1200

Inhoud watertank (L) 592 592 762 762 762 762

Condensor

Type Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis

Aantal batterijen # 4 4 4 4 4 4

Ventilator

Type Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller

Aantal per circuit # 3 3 4 3 4 4

Diameter (mm) 732 732 732 732 732 732

Type aandrijving Direct Direct Direct Direct Direct Direct

Luchtstroming per ventilator (m³/u) 18757 17770 17092 18618 17097 18325

Statische druk (Pa) 0 0 0 0 0 0

Motortoerental # 920 920 920 920 920 920

Wateraansluiting unit

Gekoeld water (mm) 100 100 100 100 100 100

Type (standaard) Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd

Afmetingen

Lengte unit met buffervat (mm) 3647 3647 4230 4230 4230 5145

Lengte unit zonder buffervat (mm) 3647 3647 4230 4230 4230 5145

Unit breedte (mm) 2273 2273 2273 2273 2273 2273

Unit hoogte (mm) 2344 2344 2344 2344 2344 2344

Gewicht

Bedrijfsgewicht (3) (kg) 2494 2615 3055 3082 3172 3426

Transportgewicht (3) (kg) 2440 2560 2993 3014 3104 3359

Extra gewicht (enkelvoudige standaarddrukpomp) (kg) 314 314 354 355 355 376

Extra gewicht (dubbele standaarddrukpomp) (kg) 405 405 487 488 488 509

Extra gewicht (enkelvoudige hogedrukpomp) (kg) 310 356 355 355 368 389

Extra gewicht (dubbele hogedrukpomp) (kg) 407 489 488 489 515 536

Extra transportgewicht (buffervat) (kg) 203 203 251 251 252 252

Koudemiddel- & olievulling

Koudemiddelvulling (Circuit 1/Circuit 2) (kg) 27,2/27,2 33,6/33,6 41,7/41,7 40,8/40,8 42,6/42,6 51,7/51,7

Olievulling (Circuit 1/Circuit 2) (L) 13,9 / 13,9 14,4 / 14,4 20,1 / 20,1 20,1 / 20,1 20,6 / 20,6 21,1 / 21,1

(1) Eurovent Omstandigheden (Verd. 12 °C/7 °C - Lucht. 35 °C)(2) stroomsterkte voor basisunit zonder pomppakket, zonder vorstbescherming(3) zonder pomppakket

18 CG-SVX19C-NL

Algemene gegevens

Tabel 4 - CGAM - Standaard Rendement Extra stil - SIMPLEX unit

Model 20 23 26 30 35 39 45 50

Eurovent specificaties (1)

Netto capaciteit (kW) 54,2 62,4 68,7 78,2 90,1 108,3 120,5 131,8

Totaal opgenomen vermogen (kW) 20,0 21,7 25,0 29,8 34,3 39,5 44,2 50,8

EER 2,70 2,87 2,74 2,62 2,62 2,74 2,72 2,60

Netvoeding 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50

Niveau geluidsvermogen (dBA) 82,5 82,4 82,4 83,0 84,7 86,7 86,0 85,2

Systeemgegevens

Koudemiddelcircuit # 1 1 1 1 1 1 1 1

Vermogensstappen % 50-100 43-100 50-100 50-100 43-100 50-100 44-100 50-100

Unit stroom (2)

Maximale stroom (A) 50,3 55,3 60,3 71,1 80,3 93,9 105,3 116,8

Aanloopstroom - standaard unit

(A) 172,2 188,2 193,2 200,6 255,6 269,1 314,1 325,6

Aanloopstroom - met soft starter optie

(A) 100,2 118,2 123,2 147,6 179,6 193,1 233,1 244,6

Unitvermogen bij kortsluiting (kA) 15 15 15 15 15 15 15 15

Min. diameter voedingskabel (mm2) 50 50 50 50 95 95 95 95

Max. diameter voedingskabel (mm2) 95 95 95 95 150 150 150 150

Compressor

Aantal # 2 2 2 2 2 2 2 2

Type Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll

ModelCSHD125& CSHD125

CSHD125& CSHD161

CSHD161& CSHD161

CSHN184& CSHN184

CSHN184& CSHN250

CSHN250& CSHN250

CSHN250& CSHN315

CSHN315& CSHN315

Motortoerental(omw./min)

2900 2900 2900 2900 2900 2900 2900 2900

Vermogensfactor # 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85

Carterverwarming per circuit (W) 90&90 90&90 90&90 160&160 160&160 160&160 160&160 160&160

Verdamper

Aantal # 1 1 1 1 1 1 1 1

Type BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE

Water volume/opslag (totaal) (L) 4,0 4,0 4,0 6,7 6,7 10,6 10,6 13,3

Vorstbeveiliging verwarming (W) 120 180

Min. stroming (L/sec) 1,3 1,5 1,6 1,8 2,1 2,5 2,8 3,1

Max. stroming (L/sec) 3,8 4,4 4,8 5,5 6,3 7,6 8,5 9,3

Pomp Pakket (Optie Standaard Vloeistofdruk)

Aant. Pomp Set # 1 1 1 1 1 1 1 1

Motortoerental(omw./min)

2860 2860 2860 2860 2860 2890 2890 2890

Pompvermogen (enkel/dubbel) - standaarddruk

(kW) 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 3,0 3,0 3,0

Pompstroom (enkel/dubbel) - standaarddruk

(A) 3,25 3,25 3,25 3,25 3,25 6,1 6,1 6,1

Pompvermogen (enkel/dubbel) - hogedruk

(kW) 4,0 4,0 4,0 4,0 5,5 5,5 5,5 5,5

Pompstroom (enkel/dubbel) - hogedruk

(A) 7,59 7,59 7,59 7,59 10,6 10,6 10,6 10,6

Hydraulische module componenten

Inhoud expansievat (L) 25 25 25 25 25 25 25 25

Gebruiker volume expansiecapaciteit (L) 380 380 380 380 380 380 380 380

CG-SVX19C-NL 19

Algemene gegevens

Model 20 23 26 30 35 39 45 50

Max. Waterzijdige druk zonder pomp (kPa) 1000 1000 1000 1000 1000 1000 1000 1000

Max. Waterzijdige druk met pomp (kPa) 400

Vorstbeveiliging verwarming (W) 180

Pomppakket vorstbeveiliging verwarming

(W) 530

Watertank vorstbeveiliging verwarming

(W) 860

Inhoud watertank (L) 500

Condensor

TypeLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buis

Aantal batterijen # 1 1 1 1 1 1 1 1

Ventilator

Type Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller

Aantal per circuit # 2 2 2 2 2 3 3 3

Diameter (mm) 762 762 762 762 762 762 762 762

Type aandrijving Direct Direct Direct Direct Direct Direct Direct Direct

Luchtstroming per ventilator (m³/u) 9824 13101 13113 13130 15172 13068 14591 14601

Statische druk (Pa) 0 0 0 0 0 0 0 0

Motortoerental # 700 700 700 700 700 700 700 700

Wateraansluiting unit

Gekoeld water (mm) 50 50 50 65 65 65 65 65

Type (standaard) Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd

Afmetingen

Lengte unit met buffervat (mm) 3418 3418 3418 3418 3418 4332 4332 4332

Lengte unit zonder buffervat (mm) 2908 2908 2908 2908 2908 3822 3822 3822

Unit breedte (mm) 1280 1280 1280 1280 1280 1280 1280 1280

Unit hoogte (mm) 2145 2145 2145 2145 2145 2145 2145 2145

Gewicht

Bedrijfsgewicht (3) (kg) 855 873 877 978 992 1147 1208 1267

Transportgewicht (3) (kg) 828 846 850 949 962 1113 1175 1231

Extra gewicht (enkelvoudige standaarddrukpomp)

(kg) 154 153 153 153 155 199 198 207

Extra gewicht (dubbele standaarddrukpomp)

(kg) 183 183 184 183 184 232 231 250

Extra gewicht (enkelvoudige hogedrukpomp)

(kg) 163 163 162 162 167 209 208 208

Extra gewicht (dubbele hogedrukpomp)

(kg) 199 200 200 199 214 257 255 255

Extra transportgewicht (buffervat) (kg) 327 326 325 326 326 326 326 326

Koudemiddel- & olievulling

Koudemiddelvulling (Circuit 1/Circuit 2)

(kg) 10,9 12,7 12,7 15,4 17,2 20,0 21,8 21,8

Olievulling (Circuit 1/Circuit 2) (L) 6,6 6,6 6,6 13,4 13,4 13,4 13,4 13,4

(1) Eurovent Omstandigheden (Verd. 12 °C/7 °C - Lucht. 35 °C)(2) stroomsterkte voor basisunit zonder pomppakket, zonder vorstbescherming(3) zonder pomppakket

20 CG-SVX19C-NL

Algemene gegevens

Tabel 5 - CGAM - Standaard Rendement Extra stil - DUPLEX V units

Model 40 46 52 60 70 80 90 100

Eurovent specificaties (1)

Netto capaciteit (kW) 107,9 125,9 141,2 156,5 184,0 218,3 245,6 270,0

Totaal opgenomen vermogen (kW) 39,6 43,1 49,8 58,9 68,3 78,5 87,6 100,6

EER 2,73 2,92 2,83 2,66 2,70 2,78 2,80 2,68

Netvoeding 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50

Niveau geluidsvermogen (dBA) 85,4 85,3 85,5 86,0 87,6 89,5 88,8 88,0

Systeemgegevens

Koudemiddelcircuit # 2 2 2 2 2 2 2 2

Vermogensstappen % 25-50-75-100 21-43-71-100 25-50-75-100 25-50-75-100 21-43-71-100 25-50-75-100 22-44-72-100 25-50-75-100

Unit stroom (2)

Maximale stroom (A) 99,6 109,6 119,6 141,1 159,6 186,8 209,7 232,6

Aanloopstroom - standaard unit (A) 221,5 242,5 252,5 270,6 334,9 362,0 418,5 441,4

Aanloopstroom - met soft starter optie

(A) 149,5 172,5 182,5 217,6 258,9 286,0 337,5 360,4

Unitvermogen bij kortsluiting (kA) 15 15 15 15 15 15 15 15

Min. diameter voedingskabel (mm²) 95 95 95 95 150 150 185 185

Max. diameter voedingskabel (mm²) 150 150 150 150 240 240 240 240

Compressor

Aantal # 4 4 4 4 4 4 4 4

Type Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll

ModelCSHD125& CSHD125

CSHD125& CSHD161

CSHD161& CSHD161

CSHN184& CSHN184

CSHN184& CSHN250

CSHN250& CSHN250

CSHN250& CSHN315

CSHN315& CSHN315

Motortoerental(omw./min)

2900 2900 2900 2900 2900 2900 2900 2900

Vermogensfactor # 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85

Carterverwarming per circuit (W) 160&160 160&160 160&160 160&160 160&160 160&160 160&160 160&160

Verdamper

Aantal # 1 1 1 1 1 1 1 1

Type BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE

Water volume/opslag (totaal) (L) 9,1 10,5 14,3 15,6 18,9 24,0 26,5 32,4

Vorstbeveiliging verwarming (W) 120 180 240

Min. stroming (L/sec) 2,5 2,9 3,3 3,7 4,3 5,1 5,8 6,3

Max. stroming (L/sec) 7,5 8,8 9,9 11,0 12,9 15,4 17,3 19,0

Pomp Pakket (Optie Standaard Vloeistofdruk)

Aant. Pomp Set # 1 1 1 1 1 1 1 1

Motortoerental(omw./min)

2890 2890 2890 2890 2890 2890 2890 2890

Pompvermogen (enkel/dubbel) - standaarddruk

(kW) 3,0 4,0 4,0 4,0 5,5 5,5 5,5 5,5

Pompstroom (enkel/dubbel) - standaarddruk

(A) 6,1 7,59 7,59 7,59 10,6 10,6 10,6 10,6

Pompvermogen (enkel/dubbel) - hogedruk

(kW) 5,5 5,5 5,5 7,5 7,5 7,5 7,5 7,5

Toelaatbare stroom (enkel / dubbel) - hogedruk

(A) 10,6 10,6 10,6 13,8 13,8 13,8 13,8 13,8

Hydraulische module componenten

Inhoud expansievat (L) 25 25 25 25 25 25 25 25

Gebruiker volume expansiecapaciteit (L) 380 380 380 380 380 380 380 380

CG-SVX19C-NL 21

Algemene gegevens

Model 40 46 52 60 70 80 90 100

Max. Waterzijdige druk zonder pomp (kPa) 1000 1000 1000 1000 1000 1000 1000 1000

Max. Waterzijdige druk met pomp (kPa) 400

Vorstbeveiliging verwarming (W) 120

Pomppakket vorstbeveiliging verwarming

(W) 910

Watertank vorstbeveiliging verwarming

(W) 800

Inhoud watertank (L) 515 515 515 515 515 515 515 515

Condensor

TypeLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buis

Aantal batterijen # 2 2 2 2 2 2 2 2

Ventilator

Type Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller

Aantal per circuit # 2 2 2 2 2 3 3 3

Diameter (mm) 762 762 762 762 762 762 762 762

Type aandrijving Direct Direct Direct Direct Direct Direct Direct Direct

Luchtstroming per ventilator (m³/u) 9824 13102 13115 13130 15173 13069 14592 14603

Statische druk (Pa) 0 0 0 0 0 0 0 0

Motortoerental # 700 700 700 700 700 700 700 700

Wateraansluiting unit

Gekoeld water (mm) 65 65 65 80 80 80 80 80

Type (standaard) Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd

Afmetingen

Lengte unit met buffervat (mm) 3416 3416 3416 3416 3416 4330 4330 4330

Lengte unit zonder buffervat (mm) 2905 2905 2905 2905 2905 3819 3819 3819

Unit breedte (mm) 2266 2266 2266 2266 2266 2266 2266 2266

Unit hoogte (mm) 2150 2150 2150 2150 2150 2150 2150 2150

Gewicht

Bedrijfsgewicht (3) (kg) 1503 1545 1571 1753 1794 2053 2185 2302

Transportgewicht (3) (kg) 1471 1512 1534 1715 1753 2007 2136 2248

Extra gewicht (enkelvoudige standaarddrukpomp)

(kg) 171 177 176 177 184 186 186 186

Extra gewicht (dubbele standaarddrukpomp)

(kg) 209 221 221 221 235 236 237 237

Extra gewicht (enkelvoudige hogedrukpomp)

(kg) 179 179 178 220 220 222 223 222

Extra gewicht (dubbele hogedrukpomp)

(kg) 226 226 225 317 316 319 318 319

Extra transportgewicht (buffervat) (kg) 381 380 381 381 382 380 382 381

Koudemiddel- & olievulling

Koudemiddelvulling (Circuit 1/Circuit 2)

(kg) 10,9/10,9 13,2/13,2 13,2/13,2 16,3/16,3 18,1/18,1 20/20 20,9/20,9 22,7/22,7

Olievulling (Circuit 1/Circuit 2) (L) 6,6 / 6,6 6,6 / 6,6 6,6 / 6,6 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4

(1) Eurovent Omstandigheden (Verd. 12 °C/7 °C - Lucht. 35 °C)(2) stroomsterkte voor basisunit zonder pomppakket, zonder vorstbescherming(3) zonder pomppakket

22 CG-SVX19C-NL

Algemene gegevens

Tabel 6 - CGAM - Standaard Rendement Extra stil - DUPLEX W units

Model 110 120 140 150 160 170

Eurovent specificaties (1)

Netto capaciteit (kW) 291,7 321,6 374,3 399,8 424,5 453,8

Totaal opgenomen vermogen (kW) 107,5 112,2 132,3 145,8 154,5 158,1

EER 2,71 2,87 2,83 2,74 2,75 2,87

Netvoeding 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50

Niveau geluidsvermogen (dBA) 89,7 88,1 88,7 87,2 88,5 89,1

Systeemgegevens

Koudemiddelcircuit # 2 2 2 2 2 2

Vermogensstappen % 23-45-73-100 25-50-75-10014-29-46-64-

82-10017-33-50-67-

83-10016-31-47-63-

81-10015-29-47-65-

82-100

Unit stroom (2)

Maximale stroom (A) 246,0 259,4 320,7 335,0 357,0 370,4

Aanloopstroom - standaard unit (A) 508,1 521,5 529,5 543,8 619,1 632,5

Aanloopstroom - met soft starter optie (A) 391,1 404,5 448,5 462,8 502,1 515,5

Unitvermogen bij kortsluiting (kA) 15 15 15 15 15 15

Min. diameter voedingskabel (mm²) 150 185 240 240 240 240

Max. diameter voedingskabel (mm²) 240 240 240 240 240 240

Compressor

Aantal # 4 4 6 6 6 6

Type Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll

ModelCSHN315& CSHN374

CSHN374& CSHN374

CSHN250& CSHN315& CSHN315

CSHN315& CSHN315& CSHN315

CSHN315& CSHN315& CSHN374

CSHN315& CSHN374& CSHN374

Motortoerental (omw./min) 2900 2900 2900 2900 2900 2900

Vermogensfactor # 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85

Carterverwarming per circuit (W) 160&160 160&160160&

160&160160&

160&160160&

160&160160&

160&160

Verdamper

Aantal # 1 1 1 1 1 1

Type BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE

Water volume/opslag (totaal) (L) 32,4 34,1 40,8 46,7 46,7 46,7

Vorstbeveiliging verwarming (W) 400 500 500 500 500 500

Min. stroming (L/sec) 6,9 7,6 8,9 9,4 10,0 10,7

Max. stroming (L/sec) 20,6 22,8 26,6 28,2 30,0 32,0

Pomp Pakket (Optie Standaard Vloeistofdruk)

Aant. Pomp Set # 1 1 1 1 1 1

Motortoerental (omw./min) 2900 2900 2900 2900 2900 2900

Pompvermogen (enkel/dubbel) - standaarddruk (kW) 7,5 7,5 11,0 11,0 11,0 11,0

Pompstroom (enkel/dubbel) - standaarddruk (A) 13,8 13,8 19,6 19,6 19,6 19,6

Pompvermogen (enkel/dubbel) - hogedruk (kW) 7,5 11,0 11,0 11,0 15,0 15,0

Pompstroom (enkel/dubbel) - hogedruk (A) 13,8 19,6 19,6 19,6 26,5 26,5

Hydraulische module componenten

Inhoud expansievat (L) 60 60 60 60 60 60

Gebruiker volume expansiecapaciteit (L) 1750 1750 1750 1750 1750 1750

Max. Waterzijdige druk zonder pomp (kPa) 1000 1000 1000 1000 1000 1000

CG-SVX19C-NL 23

Algemene gegevens

Model 110 120 140 150 160 170

Max. Waterzijdige druk met pomp (kPa) 500 500 500 500 500 500

Vorstbeveiliging verwarming (W) 240 240 300

Pomppakket vorstbeveiliging verwarming (W) 1150

Watertank vorstbeveiliging verwarming (W) 1200 1200 1200 1200 1200 1200

Inhoud watertank (L) 592 592 762 762 762 762

Condensor

Type Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis

Aantal batterijen # 4 4 4 4 4 4

Ventilator

Type Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller

Aantal per circuit # 3 3 4 3 4 4

Diameter (mm) 762 762 762 762 762 762

Type aandrijving Direct Direct Direct Direct Direct Direct

Luchtstroming per ventilator (m³/u) 15779 14718 13658 15924 13674 15522

Statische druk (Pa) 0 0 0 0 0 0

Motortoerental # 700 700 700 700 700 700

Wateraansluiting unit

Gekoeld water (mm) 100 100 100 100 100 100

Type (standaard) Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd

Afmetingen

Lengte unit met buffervat (mm) 3647 3647 4230 4230 4230 5145

Lengte unit zonder buffervat (mm) 3647 3647 4230 4230 4230 5145

Unit breedte (mm) 2273 2273 2273 2273 2273 2273

Unit hoogte (mm) 2344 2344 2344 2344 2344 2344

Gewicht

Bedrijfsgewicht (3) (kg) 2494 2615 3055 3082 3172 3426

Transportgewicht (3) (kg) 2440 2560 2993 3014 3104 3359

Extra gewicht (enkelvoudige standaarddrukpomp)

(kg) 314 314 354 355 355 376

Extra gewicht (dubbele standaarddrukpomp) (kg) 405 405 487 488 488 509

Extra gewicht (enkelvoudige hogedrukpomp) (kg) 310 356 355 355 368 389

Extra gewicht (dubbele hogedrukpomp) (kg) 407 489 488 489 515 536

Extra transportgewicht (buffervat) (kg) 203 203 251 251 252 252

Koudemiddel- & olievulling

Koudemiddelvulling (Circuit 1/Circuit 2) (kg) 26,3/26,3 33,6/33,6 40,8/40,8 40,8/40,8 42,6/42,6 49,9/49,9

Olievulling (Circuit 1/Circuit 2) (L) 13,9 / 13,9 14,4 / 14,4 20,1 / 20,1 20,1 / 20,1 20,6 / 20,6 21,1 / 21,1

(1) Eurovent Omstandigheden (Verd. 12 °C/7 °C - Lucht. 35 °C)(2) stroomsterkte voor basisunit zonder pomppakket, zonder vorstbescherming(3) zonder pomppakket

24 CG-SVX19C-NL

Algemene gegevens

Tabel 7 - CGAM - Standaard Rendement Uitgebreid akoestisch pakket - SIMPLEX units

Model 20 23 26 30 35 39

Eurovent specificaties (1)

Netto capaciteit (kW) 53,4 60,6 68,5 75,2 91,8 106,2

Totaal opgenomen vermogen (kW) 19,4 21,7 25,6 29,1 34,7 39,2

EER 2,75 2,80 2,68 2,59 2,65 2,71

Netvoeding 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50

Niveau geluidsvermogen (dBA) 76,4 76,5 76,6 77,9 82,1 83,6

Systeemgegevens

Koudemiddelcircuit # 1 1 1 1 1 1

Vermogensstappen % 50-100 43-100 50-100 50-100 43-100 50-100

Unit stroom (2)

Maximale stroom (A) 44,4 49,4 54,4 65,2 75,8 85,0

Aanloopstroom - standaard unit (A) 166,3 182,3 187,3 194,7 251,0 260,3

Aanloopstroom - met soft starter optie (A) 94,3 112,3 117,3 141,7 175,0 184,3

Unitvermogen bij kortsluiting (kA) 15 15 15 15 15 15

Min. diameter voedingskabel (mm²) 50 50 50 50 95 95

Max. diameter voedingskabel (mm²) 95 95 95 95 150 150

Compressor

Aantal # 2 2 2 2 2 2

Type Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll

ModelCSHD125& CSHD125

CSHD125& CSHD161

CSHD161& CSHD161

CSHN184& CSHN184

CSHN184& CSHN250

CSHN250& CSHN250

Motortoerental(omw./min)

2900 2900 2900 2900 2900 2900

Vermogensfactor # 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85

Carterverwarming per circuit (W) 90&90 90&90 90&90 160&160 160&160 160&160

Verdamper

Aantal # 1 1 1 1 1 1

Type BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE

Water volume/opslag (totaal) (L) 4,0 4,0 5,3 5,3 10,6 10,6

Vorstbeveiliging verwarming (W) 120 180

Min. stroming (L/sec) 1,2 1,4 1,6 1,8 2,1 2,5

Max. stroming (L/sec) 3,7 4,2 4,8 5,3 6,4 7,5

Pomp Pakket (Optie Standaard Vloeistofdruk)

Aant. Pomp Set # 1 1 1 1 1 1

Motortoerental(omw./min)

2860 2860 2860 2860 2860 2890

Pompvermogen (enkel/dubbel) - standaarddruk (kW) 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 3,0

Pompstroom (enkel/dubbel) - standaarddruk (A) 3,25 3,25 3,25 3,25 3,25 6,1

Pompvermogen (enkel/dubbel) - hogedruk (kW) 4,0 4,0 4,0 4,0 5,5 5,5

Pompstroom (enkel/dubbel) - hogedruk (A) 7,59 7,59 7,59 7,59 10,6 10,6

Hydraulische module componenten

Inhoud expansievat (L) 25 25 25 25 25 25

Gebruiker volume expansiecapaciteit (L) 380 380 380 380 380 380

Max. Waterzijdige druk zonder pomp (kPa) 1000 1000 1000 1000 1000 1000

Max. Waterzijdige druk met pomp (kPa) 400

Vorstbeveiliging verwarming (W) 180

Pomppakket vorstbeveiliging verwarming (W) 530

CG-SVX19C-NL 25

Algemene gegevens

Model 20 23 26 30 35 39

Watertank vorstbeveiliging verwarming (W) 860

Inhoud watertank (L) 500

Condensor

Type Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis

Aantal batterijen # 1 1 1 1 1 1

Ventilator

Type Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller

Aantal per circuit # 2 2 2 2 3 3

Diameter (mm) 757 757 757 757 757 757

Type aandrijving Direct Direct Direct Direct Direct Direct

Luchtstroming per ventilator (m³/u) 8559 9520 9525 10085 8929 9917

Statische druk (Pa) 0 0 0 0 0 0

Motortoerental # 700 700 700 700 700 700

Wateraansluiting unit

Gekoeld water (mm) 50 50 50 65 65 65

Type (standaard) Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd

Afmetingen

Lengte unit met buffervat (mm) 3418 3418 3418 3418 4332 4332

Lengte unit zonder buffervat (mm) 2908 2908 2908 2908 3822 3822

Unit breedte (mm) 1280 1280 1280 1280 1280 1280

Unit hoogte (mm) 2145 2145 2145 2145 2145 2145

Gewicht

Bedrijfsgewicht (3) (kg) 889 907 916 1031 1179 1206

Transportgewicht (3) (kg) 862 880 888 1003 1146 1173

Extra gewicht (enkelvoudige standaarddrukpomp)

(kg) 154 154 154 154 195 198

Extra gewicht (dubbele standaarddrukpomp)

(kg) 184 183 184 183 225 231

Extra gewicht (enkelvoudige hogedrukpomp) (kg) 163 162 163 163 207 208

Extra gewicht (dubbele hogedrukpomp) (kg) 200 199 200 200 255 255

Extra transportgewicht (buffervat) (kg) 326 326 326 326 326 326

Koudemiddel- & olievulling

Koudemiddelvulling (Circuit 1/Circuit 2) (kg) 10,9 12,7 12,7 16,3 17,2 20,0

Olievulling (Circuit 1/Circuit 2) (L) 6,6 6,6 6,6 13,4 13,4 13,4

(1) Eurovent Omstandigheden (Verd. 12 °C/7 °C - Lucht. 35 °C)(2) stroomsterkte voor basisunit zonder pomppakket, zonder vorstbescherming(3) zonder pomppakket

26 CG-SVX19C-NL

Algemene gegevens

Tabel 8 - CGAM - Standaard Rendement Uitgebreid akoestisch pakket - DUPLEX units

Model 40 46 52 60 70 80

Eurovent specificaties (1)

Netto capaciteit (kW) 106,4 122,3 136,1 154,0 181,3 214,0

Totaal opgenomen vermogen (kW) 38,3 42,8 50,2 57,7 68,1 77,4

EER 2,78 2,86 2,71 2,67 2,66 2,77

Netvoeding 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50

Niveau geluidsvermogen (dBA) 79,4 79,5 79,6 80,9 84,6 86,4

Systeemgegevens

Koudemiddelcircuit # 2 2 2 2 2 2

Vermogensstappen % 25-50-75-100 21-43-71-100 25-50-75-100 25-50-75-100 21-43-71-100 25-50-75-100

Unit stroom (2)

Maximale stroom (A) 87,8 97,8 107,8 129,3 150,5 169,1

Aanloopstroom - standaard unit (A) 209,7 230,7 240,7 258,8 325,8 344,3

Aanloopstroom - met soft starter optie (A) 137,7 160,7 170,7 205,8 249,8 268,3

Unitvermogen bij kortsluiting (kA) 15 15 15 15 15 15

Min. diameter voedingskabel (mm²) 95 95 95 95 95 95

Max. diameter voedingskabel (mm²) 150 150 150 150 150 150

Compressor

Aantal # 4 4 4 4 4 4

Type Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll

ModelCSHD125& CSHD125

CSHD125& CSHD161

CSHD161& CSHD161

CSHN184& CSHN184

CSHN184& CSHN250

CSHN250& CSHN250

Motortoerental(omw./min)

2900 2900 2900 2900 2900 2900

Vermogensfactor # 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85

Carterverwarming per circuit (W) 160&160 160&160 160&160 160&160 160&160 160&160

Verdamper

Aantal # 1 1 1 1 1 1

Type BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE

Water volume/opslag (totaal) (L) 9,1 10,5 14,3 15,6 18,9 24,0

Vorstbeveiliging verwarming (W) 120 180 240

Min. stroming (L/sec) 2,5 2,8 3,2 3,6 4,2 5,0

Max. stroming (L/sec) 7,4 8,5 9,5 10,8 12,7 15,0

Pomp Pakket (Optie Standaard Vloeistofdruk)

Aant. Pomp Set # 1 1 1 1 1 1

Motortoerental(omw./min)

2890 2890 2890 2890 2890 2890

Pompvermogen (enkel/dubbel) - standaarddruk (kW) 3,0 4,0 4,0 4,0 5,5 5,5

Pompstroom (enkel/dubbel) - standaarddruk (A) 6,1 7,59 7,59 7,59 10,6 10,6

Pompvermogen (enkel/dubbel) - hogedruk (kW) 5,5 5,5 5,5 7,5 7,5 7,5

Pompstroom (enkel/dubbel) - hogedruk (A) 10,6 10,6 10,6 13,8 13,8 13,8

Hydraulische module componenten

Inhoud expansievat (L) 25 25 25 25 25 25

Gebruiker volume expansiecapaciteit (L) 380 380 380 380 380 380

Max. Waterzijdige druk zonder pomp (kPa) 1000 1000 1000 1000 1000 1000

Max. Waterzijdige druk met pomp (kPa) 400

Vorstbeveiliging verwarming (W) 120

Pomppakket vorstbeveiliging verwarming (W) 910

CG-SVX19C-NL 27

Algemene gegevens

Model 40 46 52 60 70 80

Watertank vorstbeveiliging verwarming (W) 800

Inhoud watertank (L) 515 515 515 515 515 515

Condensor

Type Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis

Aantal batterijen # 2 2 2 2 2 2

Ventilator

Type Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller

Aantal per circuit # 2 2 2 2 3 3

Diameter (mm) 757 757 757 757 757 757

Type aandrijving Direct Direct Direct Direct Direct Direct

Luchtstroming per ventilator (m³/u) 8559 9520 9525 10086 8929 9917

Statische druk (Pa) 0 0 0 0 0 0

Motortoerental # 700 700 700 700 700 700

Wateraansluiting unit

Gekoeld water (mm) 65 65 65 80 80 80

Type (standaard) Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd

Afmetingen

Lengte unit met buffervat (mm) 3416 3416 3416 3416 4330 4330

Lengte unit zonder buffervat (mm) 2905 2905 2905 2905 3819 3819

Unit breedte (mm) 2266 2266 2266 2266 2266 2266

Unit hoogte (mm) 2150 2150 2150 2150 2150 2150

Gewicht

Bedrijfsgewicht (3) (kg) 1571 1613 1638 1870 2095 2170

Transportgewicht (3) (kg) 1539 1580 1601 1832 2054 2124

Extra gewicht (enkelvoudige standaarddrukpomp) (kg) 171 177 178 178 186 186

Extra gewicht (dubbele standaarddrukpomp) (kg) 209 221 221 222 236 237

Extra gewicht (enkelvoudige hogedrukpomp) (kg) 179 179 179 221 222 222

Extra gewicht (dubbele hogedrukpomp) (kg) 225 226 226 317 318 318

Extra transportgewicht (buffervat) (kg) 382 380 381 382 381 381

Koudemiddel- & olievulling

Koudemiddelvulling (Circuit 1/Circuit 2) (kg) 10,9/10,9 13,2/13,2 13,2/13,2 17,2/17,2 17,2/17,2 20,9/20,9

Olievulling (Circuit 1/Circuit 2) (L) 6,6 / 6,6 6,6 / 6,6 6,6 / 6,6 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4

(1) Eurovent Omstandigheden (Verd. 12 °C/7 °C - Lucht. 35 °C)(2) stroomsterkte voor basisunit zonder pomppakket, zonder vorstbescherming(3) zonder pomppakket

28 CG-SVX19C-NL

Algemene gegevens

Tabel 9 - Standaard Rendement Uitgebreid akoestisch pakket - DUPLEX W units

Model 90 100 110 120 140 150 160

Eurovent specificaties (1)

Netto capaciteit (kW) 237,5 264,0 289,7 319,3 371,8 394,8 422,4

Totaal opgenomen vermogen (kW) 88,1 99,3 105,8 110,4 132,4 145,6 150,8

EER 2,70 2,66 2,74 2,89 2,81 2,71 2,80

Netvoeding 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50

Niveau geluidsvermogen (dBA) 85,7 84,1 85,5 84,3 85,3 83,3 84,6

Systeemgegevens

Koudemiddelcircuit # 2 2 2 2 2 2 2

Vermogensstappen % 22-44-72-100 25-50-75-100 23-45-73-100 25-50-75-10014-29-46-64-

82-10017-33-50-67-

83-10016-31-47-63-

81-100

Unit stroom (2)

Maximale stroom (A) 192,0 214,9 231,0 244,4 297,1 320,0 336,1

Aanloopstroom - standaard unit (A) 400,8 423,7 493,1 506,5 505,9 528,8 598,2

Aanloopstroom - met soft starter optie (A) 319,8 342,7 376,1 389,5 424,9 447,8 481,2

Unitvermogen bij kortsluiting (kA) 15 15 15 15 15 15 15

Min. diameter voedingskabel (mm²) 150 150 185 185 150 185 240

Max. diameter voedingskabel (mm²) 240 240 240 240 240 240 240

Compressor

Aantal # 4 4 4 4 6 6 6

Type Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll

ModelCSHN250& CSHN315

CSHN315& CSHN315

CSHN315& CSHN374

CSHN374& CSHN374

CSHN250& CSHN315& CSHN315

CSHN315& CSHN315& CSHN315

CSHN315& CSHN315& CSHN374

Motortoerental(omw./min)

2900 2900 2900 2900 2900 2900 2900

Vermogensfactor # 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85

Carterverwarming per circuit (W) 160&160 160&160 160&160 160&160160&

160&160160&

160&160160&

160&160

Verdamper

Aantal # 1 1 1 1 1 1 1

Type BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE

Water volume/opslag (totaal) (L) 26,5 32,4 32,4 34,1 39,2 46,7 46,7

Vorstbeveiliging verwarming (W) 240 300

Min. stroming (L/sec) 5,6 6,2 6,8 7,5 8,7 9,3 9,9

Max. stroming (L/sec) 16,7 18,6 20,4 22,6 26,2 27,8 29,8

Pomp Pakket (Optie Standaard Vloeistofdruk)

Aant. Pomp Set # 1 1 1 1 1 1 1

Motortoerental(omw./min)

2890 2890 2900 2900 2900 2900 2900

Pompvermogen (enkel/dubbel) - standaarddruk

(kW) 5,5 5,5 7,5 7,5 11,0 11,0 11,0

Pompstroom (enkel/dubbel) - standaarddruk (A) 10,6 10,6 13,8 13,8 19,6 19,6 19,6

Pompvermogen (enkel/dubbel) - hogedruk (kW) 7,5 7,5 7,5 11,0 11,0 11,0 15,0

Pompstroom (enkel/dubbel) - hogedruk (A) 13,8 13,8 13,8 19,6 19,6 19,6 26,5

Hydraulische module componenten

Inhoud expansievat (L) 60 60 60 60 60 60 60

Gebruiker volume expansiecapaciteit (L) 1750 1750 1750 1750 1750 1750 1750

CG-SVX19C-NL 29

Algemene gegevens

Model 90 100 110 120 140 150 160

Max. Waterzijdige druk zonder pomp (kPa) 1000 1000 1000 1000 1000 1000 1000

Max. Waterzijdige druk met pomp (kPa) 500 500 500 500 500 500 500

Vorstbeveiliging verwarming (W) 240 300

Pomppakket vorstbeveiliging verwarming (W) 1150

Watertank vorstbeveiliging verwarming (W) 800 1200 1200 1200 1200 1200 1200

Inhoud watertank (L) 592 592 592 592 762 762 762

Condensor

Type Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis

Aantal batterijen # 4 4 4 4 4 4 4

Ventilator

Type Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller

Aantal per circuit # 3 3 4 4 4 4 5

Diameter (mm) 757 757 757 757 757 757 757

Type aandrijving Direct Direct Direct Direct Direct Direct Direct

Luchtstroming per ventilator (m³/u) 10292 10596 10052 9633 10168 10170 9636

Statische druk (Pa) 0 0 0 0 0 0 0

Motortoerental # 700 700 700 700 700 700 700

Wateraansluiting unit

Gekoeld water (mm) 100 100 100 100 100 100 100

Type (standaard) Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd

Afmetingen

Lengte unit met buffervat (mm) 3647 4230 4230 4230 5145 5145 5145

Lengte unit zonder buffervat (mm) 3647 4230 4230 4230 5145 5145 5145

Unit breedte (mm) 2273 2273 2273 2273 2273 2273 2273

Unit hoogte (mm) 2344 2344 2344 2344 2344 2344 2344

Gewicht

Bedrijfsgewicht (3) (kg) 2491 2683 2773 2916 3454 3580 3670

Transportgewicht (3) (kg) 2442 2629 2719 2861 3394 3513 3602

Extra gewicht (enkelvoudige standaarddrukpomp)

(kg) 273 274 314 314 377 376 377

Extra gewicht (dubbele standaarddrukpomp) (kg) 324 325 405 405 511 509 509

Extra gewicht (enkelvoudige hogedrukpomp) (kg) 310 310 310 355 377 376 390

Extra gewicht (dubbele hogedrukpomp) (kg) 406 407 407 489 511 510 537

Extra transportgewicht (buffervat) (kg) 203 203 202 203 252 251 251

Koudemiddel- & olievulling

Koudemiddelvulling (Circuit 1/Circuit 2) (kg) 25,4/25,4 28,1/28,1 29/29 38,1/38,1 47,2/47,2 47,2/47,2 47,2/47,2

Olievulling (Circuit 1/Circuit 2) (L) 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4 13,9 / 13,9 14,4 / 14,4 20,1 / 20,1 20,1 / 20,1 20,6 / 20,6

(1) Eurovent Omstandigheden (Verd. 12 °C/7 °C - Lucht. 35 °C)(2) stroomsterkte voor basisunit zonder pomppakket, zonder vorstbescherming(3) zonder pomppakket

30 CG-SVX19C-NL

Algemene gegevens

Tabel 10 - CGAM - Hoog Rendement Compact - SIMPLEX units

Model 20 23 26 30 35

Eurovent specificaties (1)

Netto capaciteit (kW) 58,3 63,7 73,8 84,0 97,1

Totaal opgenomen vermogen (kW) 18,3 20,5 23,8 26,9 31,7

EER 3,18 3,11 3,10 3,13 3,07

Netvoeding 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50

Niveau geluidsvermogen (dBA) 84,8 85,0 85,2 87,7 90,0

Systeemgegevens

Koudemiddelcircuit # 1 1 1 1 1

Vermogensstappen % 50-100 43-100 50-100 50-100 43-100

Unit stroom (2)

Maximale stroom (A) 45,9 50,9 55,9 66,7 78,0

Aanloopstroom - standaard unit (A) 167,8 183,8 188,8 196,2 253,3

Aanloopstroom - met soft starter optie (A) 95,8 113,8 118,8 143,2 177,3

Unitvermogen bij kortsluiting (kA) 15 15 15 15 15

Min. diameter voedingskabel (mm2) 50 50 50 50 50

Max. diameter voedingskabel (mm2) 95 95 95 95 95

Compressor

Aantal # 2 2 2 2 2

Type Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll

ModelCSHD125& CSHD125

CSHD125& CSHD161

CSHD161& CSHD161

CSHN184& CSHN184

CSHN184& CSHN250

Motortoerental(omw./min)

2900 2900 2900 2900 2900

Vermogensfactor # 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85

Carterverwarming per circuit (W) 90&90 90&90 90&90 160&160 160&160

Verdamper

Aantal # 1 1 1 1 1

Type BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE

Water volume/opslag (totaal) (L) 5,3 5,3 8,2 8,2 12,1

Vorstbeveiliging verwarming (W) 120 180

Min. stroming (L/sec) 1,4 1,5 1,7 2,0 2,3

Max. stroming (L/sec) 4,1 4,6 5,2 5,9 6,9

Pomp Pakket (Optie Standaard Vloeistofdruk)

Aant. Pomp Set # 1 1 1 1 1

Motortoerental(omw./min)

2860 2860 2860 2860 2860

Pompvermogen (enkel/dubbel) - standaarddruk (kW) 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5

Pompstroom (enkel/dubbel) - standaarddruk (A) 3,25 3,25 3,25 3,25 3,25

Pompvermogen (enkel/dubbel) - hogedruk (kW) 4,0 4,0 4,0 4,0 5,5

Pompstroom (enkel/dubbel) - hogedruk (A) 7,59 7,59 7,59 7,59 10,6

Hydraulische module componenten

Inhoud expansievat (L) 25 25 25 25 25

Gebruiker volume expansiecapaciteit (L) 380 380 380 380 380

Max. Waterzijdige druk zonder pomp (kPa) 1000 1000 1000 1000 1000

Max. Waterzijdige druk met pomp (kPa) 400

Vorstbeveiliging verwarming (W) 180

Pomppakket vorstbeveiliging verwarming (W) 530

CG-SVX19C-NL 31

Algemene gegevens

Model 20 23 26 30 35

Watertank vorstbeveiliging verwarming (W) 860

Inhoud watertank (L) 500

Condensor

Type Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis

Aantal batterijen # 1 1 1 1 1

Ventilator

Type Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller

Aantal per circuit # 2 2 2 3 3

Diameter (mm) 757 757 757 757 757

Type aandrijving Direct Direct Direct Direct Direct

Luchtstroming per ventilator (m³/u) 13341 13344 13347 13129 13133

Statische druk (Pa) 0 0 0 0 0

Motortoerental # 920 920 920 920 920

Wateraansluiting unit

Gekoeld water (mm) 50 50 50 65 65

Type (standaard) Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd

Afmetingen

Lengte unit met buffervat (mm) 3418 3418 3418 4332 4332

Lengte unit zonder buffervat (mm) 2908 2908 2908 3822 3822

Unit breedte (mm) 1280 1280 1280 1280 1280

Unit hoogte (mm) 2145 2145 2145 2145 2145

Gewicht

Bedrijfsgewicht (3) (kg) 888 887 902 1105 1161

Transportgewicht (3) (kg) 860 860 873 1074 1128

Extra gewicht (enkelvoudige standaarddrukpomp) (kg) 154 153 154 195 195

Extra gewicht (dubbele standaarddrukpomp) (kg) 184 183 183 225 225

Extra gewicht (enkelvoudige hogedrukpomp) (kg) 163 163 162 205 208

Extra gewicht (dubbele hogedrukpomp) (kg) 200 199 199 241 255

Extra transportgewicht (buffervat) (kg) 326 326 326 326 326

Koudemiddel- & olievulling

Koudemiddelvulling (Circuit 1/Circuit 2) (kg) 14,5 14,5 15,4 21,8 21,8

Olievulling (Circuit 1/Circuit 2) (L) 6,6 6,6 6,6 13,4 13,4

(1) Eurovent Omstandigheden (Verd. 12 °C/7 °C - Lucht. 35 °C)(2) stroomsterkte voor basisunit zonder pomppakket, zonder vorstbescherming(3) zonder pomppakket

32 CG-SVX19C-NL

Algemene gegevens

Tabel 11 - CGAM - Hoog Rendement Compact - DUPLEX V units

Model 40 46 52 60 70

Eurovent specificaties (1)

Netto capaciteit (kW) 112,9 128,8 143,5 163,9 193,8

Totaal opgenomen vermogen (kW) 36,0 40,7 46,9 51,9 62,7

EER 3,13 3,17 3,06 3,16 3,09

Netvoeding 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50

Niveau geluidsvermogen (dBA) 87,7 87,8 88,2 90,5 92,8

Systeemgegevens

Koudemiddelcircuit # 2 2 2 2 2

Vermogensstappen % 25-50-75-100 21-43-71-100 25-50-75-100 25-50-75-100 21-43-71-100

Unit stroom (2)

Maximale stroom (A) 90,8 100,8 110,8 132,3 155,0

Aanloopstroom - standaard unit (A) 212,7 233,7 243,7 261,8 330,3

Aanloopstroom - met soft starter optie (A) 140,7 163,7 173,7 208,8 254,3

Unitvermogen bij kortsluiting (kA) 15 15 15 15 15

Min. diameter voedingskabel (mm²) 95 95 95 95 150

Max. diameter voedingskabel (mm²) 150 150 150 150 240

Compressor

Aantal # 4 4 4 4 4

Type Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll

ModelCSHD125& CSHD125

CSHD125& CSHD161

CSHD161& CSHD161

CSHN184& CSHN184

CSHN184& CSHN250

Motortoerental(omw./min)

2900 2900 2900 2900 2900

Vermogensfactor # 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85

Carterverwarming per circuit (W) 160&160 160&160 160&160 160&160 160&160

Verdamper

Aantal # 1 1 1 1 1

Type BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE

Water volume/opslag (totaal) (L) 9,1 14,3 15,6 18,9 28,2

Vorstbeveiliging verwarming (W) 120 180 240

Min. stroming (L/sec) 2,7 3,0 3,4 3,9 4,6

Max. stroming (L/sec) 8,0 9,1 10,3 11,8 13,8

Pomp Pakket (Optie Standaard Vloeistofdruk)

Aant. Pomp Set # 1 1 1 1 1

Motortoerental(omw./min)

2890 2890 2890 2890 2890

Pompvermogen (enkel/dubbel) - standaarddruk (kW) 3,0 4,0 4,0 4,0 5,5

Pompstroom (enkel/dubbel) - standaarddruk (A) 6,1 7,59 7,59 7,59 10,6

Pompvermogen (enkel/dubbel) - hogedruk (kW) 5,5 5,5 5,5 7,5 7,5

Pompstroom (enkel/dubbel) - hogedruk (A) 10,6 10,6 10,6 13,8 13,8

Hydraulische module componenten

Inhoud expansievat (L) 25 25 25 25 25

Gebruiker volume expansiecapaciteit (L) 380 380 380 380 380

Max. Waterzijdige druk zonder pomp (kPa) 1000 1000 1000 1000 1000

Max. Waterzijdige druk met pomp (kPa) 400

Vorstbeveiliging verwarming (W) 120

Pomppakket vorstbeveiliging verwarming (W) 910

CG-SVX19C-NL 33

Algemene gegevens

Model 40 46 52 60 70

Watertank vorstbeveiliging verwarming (W) 800

Inhoud watertank (L) 515 515 515 515 515

Condensor

Type Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis

Aantal batterijen # 2 2 2 2 2

Ventilator

Type Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller

Aantal per circuit # 2 2 2 3 3

Diameter (mm) 757 757 757 757 757

Type aandrijving Direct Direct Direct Direct Direct

Luchtstroming per ventilator (m³/u) 13341 13344 13347 13129 13133

Statische druk (Pa) 0 0 0 0 0

Motortoerental # 920 920 920 920 920

Wateraansluiting unit

Gekoeld water (mm) 65 65 80 80 80

Type (standaard) Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd

Afmetingen

Lengte unit met buffervat (mm) 3416 3416 3416 4330 4330

Lengte unit zonder buffervat (mm) 2905 2905 2905 3819 3819

Unit breedte (mm) 2266 2266 2266 2266 2266

Unit hoogte (mm) 2150 2150 2150 2150 2150

Gewicht

Bedrijfsgewicht (3) (kg) 1558 1573 1598 1996 2070

Transportgewicht (3) (kg) 1526 1539 1560 1955 2026

Extra gewicht (enkelvoudige standaarddrukpomp) (kg) 171 177 178 179 187

Extra gewicht (dubbele standaarddrukpomp) (kg) 209 221 221 222 237

Extra gewicht (enkelvoudige hogedrukpomp) (kg) 179 179 179 222 223

Extra gewicht (dubbele hogedrukpomp) (kg) 225 226 226 318 319

Extra transportgewicht (buffervat) (kg) 382 381 381 381 381

Koudemiddel- & olievulling

Koudemiddelvulling (Circuit 1/Circuit 2) (kg) 14,5/14,5 14,5/14,5 14,5/14,5 21,8/21,8 21,8/21,8

Olievulling (Circuit 1/Circuit 2) (L) 6,6 / 6,6 6,6 / 6,6 6,6 / 6,6 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4

(1) Eurovent Omstandigheden (Verd. 12 °C/7 °C - Lucht. 35 °C)(2) stroomsterkte voor basisunit zonder pomppakket, zonder vorstbescherming(3) zonder pomppakket

34 CG-SVX19C-NL

Algemene gegevens

Tabel 12 - CGAM - Hoog Rendement Compact - DUPLEX W units

Model 80 90 100 110 120 140 150 160

Eurovent specificaties (1)

Netto capaciteit (kW) 224,1 254,6 282,8 311,7 332,4 391,7 419,2 443,3

Totaal opgenomen vermogen (kW) 72,1 80,0 89,9 97,6 107,3 124,6 133,1 141,2

EER 3,11 3,18 3,14 3,19 3,10 3,14 3,15 3,14

Netvoeding 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50

Niveau geluidsvermogen (dBA) 93,8 92,6 91,1 91,8 92,6 93,8 92,7 93,4

Systeemgegevens

Koudemiddelcircuit # 2 2 2 2 2 2 2 2

Vermogensstappen % 25-50-75-100 22-44-72-100 25-50-75-100 23-45-73-100 25-50-75-10014-29-46-64-

82-10017-33-50-67-

83-10016-31-47-63-

81-100

Unit stroom (2)

Maximale stroom (A) 169,4 196,5 219,4 237,0 250,4 307,3 330,2 347,8

Aanloopstroom - standaard unit (A) 344,6 405,3 428,2 499,1 512,5 516,1 539,0 609,9

Aanloopstroom - met soft starter optie (A) 268,6 324,3 347,2 382,1 395,5 435,1 458,0 492,9

Unitvermogen bij kortsluiting (kA) 15 15 15 15 15 15 15 15

Min. diameter voedingskabel (mm²) 95 150 150 150 185 240 240 240

Max. diameter voedingskabel (mm²) 240 240 240 240 240 240 240 240

Compressor

Aantal # 4 4 4 4 4 6 6 6

Type Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll

ModelCSHN250& CSHN250

CSHN250& CSHN315

CSHN315& CSHN315

CSHN315& CSHN374

CSHN374& CSHN374

CSHN250& CSHN315& CSHN315

CSHN315& CSHN315& CSHN315

CSHN315& CSHN315& CSHN374

Motortoerental(omw./min)

2900 2900 2900 2900 2900 2900 2900 2900

Vermogensfactor # 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85

Carterverwarming per circuit (W) 160&160 160&160 160&160 160&160 160&160160&

160&160160&

160&160160&

160&160

Verdamper

Aantal # 1 1 1 1 1 1 1 1

Type BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE

Water volume/opslag (totaal) (L) 26,5 34,1 39,2 43,4 43,4 46,7 46,7 46,7

Vorstbeveiliging verwarming (W) 240 300

Min. stroming (L/sec) 5,4 6,1 6,8 7,4 7,9 9,3 9,9 10,4

Max. stroming (L/sec) 16,2 18,2 20,5 22,2 23,7 27,8 29,8 31,3

Pomp Pakket (Optie Standaard Vloeistofdruk)

Aant. Pomp Set # 1 1 1 1 1 1 1 1

Motortoerental(omw./min)

2890 2890 2890 2900 2900 2900 2900 2900

Pompvermogen (enkel/dubbel) - standaarddruk

(kW) 5,5 5,5 5,5 7,5 7,5 11,0 11,0 11,0

Pompstroom (enkel/dubbel) - standaarddruk

(A) 10,6 10,6 10,6 13,8 13,8 19,6 19,6 19,6

Pompvermogen (enkel/dubbel) - hogedruk

(kW) 7,5 7,5 7,5 7,5 11,0 11,0 11,0 15,0

Toelaatbare stroom (enkel / dubbel) - hogedruk

(A) 13,8 13,8 13,8 13,8 19,6 19,6 19,6 26,5

Hydraulische module componenten

Inhoud expansievat (L) 60 60 60 60 60 60 60 60

CG-SVX19C-NL 35

Algemene gegevens

Model 80 90 100 110 120 140 150 160

Gebruiker volume expansiecapaciteit (L) 1750 1750 1750 1750 1750 1750 1750 1750

Max. Waterzijdige druk zonder pomp

(kPa) 1000 1000 1000 1000 1000 1000 1000 1000

Max. Waterzijdige druk met pomp (kPa) 500 500 500 500 500 500 500 500

Vorstbeveiliging verwarming (W) 240 300

Pomppakket vorstbeveiliging verwarming

(W) 1150

Watertank vorstbeveiliging verwarming

(W) 800 800 1200 1200 1200 1200 1200 1200

Inhoud watertank (L) 592 592 762 762 762 762 762 762

Condensor

TypeLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buis

Aantal batterijen # 4 4 4 4 4 4 4 4

Ventilator

Type Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller

Aantal per circuit # 3 3 4 4 4 5 6 6

Diameter (mm) 757 757 757 757 757 757 757 757

Type aandrijving Direct Direct Direct Direct Direct Direct Direct Direct

Luchtstroming per ventilator (m³/u) 13158 13162 12794 12796 12799 12796 12793 12795

Statische druk (Pa) 0 0 0 0 0 0 0 0

Motortoerental # 920 920 920 920 920 920 920 920

Wateraansluiting unit

Gekoeld water (mm) 100 100 100 100 100 100 100 100

Type (standaard) Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd

Afmetingen

Lengte unit met buffervat (mm) 3647 3647 4230 4230 4230 5145 6062 6062

Lengte unit zonder buffervat (mm) 3647 3647 4230 4230 4230 5145 6062 6062

Unit breedte (mm) 2273 2273 2273 2273 2273 2273 2273 2273

Unit hoogte (mm) 2344 2344 2344 2344 2344 2344 2344 2344

Gewicht

Bedrijfsgewicht (3) (kg) 2334 2498 2706 2823 2823 3408 3810 3900

Transportgewicht (3) (kg) 2285 2448 2652 2762 2762 3344 3743 3832

Extra gewicht (enkelvoudige standaarddrukpomp)

(kg) 274 274 273 315 315 376 422 423

Extra gewicht (dubbele standaarddrukpomp)

(kg) 325 325 325 405 406 510 555 556

Extra gewicht (enkelvoudige hogedrukpomp)

(kg) 311 310 310 310 356 377 422 435

Extra gewicht (dubbele hogedrukpomp)

(kg) 407 406 406 407 489 510 555 583

Extra transportgewicht (buffervat) (kg) 203 203 252 252 252 253 252 252

Koudemiddel- & olievulling

Koudemiddelvulling (Circuit 1/Circuit 2)

(kg) 33,6/33,6 33,6/33,6 37,2/37,2 38,1/38,1 38,1/38,1 50,8/50,8 58,1/58,1 59/59

Olievulling (Circuit 1/Circuit 2) (L) 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4 13,9 / 13,9 14,4 / 14,4 20,1 / 20,1 20,1 / 20,1 20,6 / 20,6

(1) Eurovent Omstandigheden (Verd. 12 °C/7 °C - Lucht. 35 °C)(2) stroomsterkte voor basisunit zonder pomppakket, zonder vorstbescherming(3) zonder pomppakket

36 CG-SVX19C-NL

Algemene gegevens

Tabel 13 - CGAM - Hoog rendement - Extra Stil

Model 20 23 26 30 35

Eurovent specificaties (1)

Netto capaciteit (kW) 58,1 63,7 73,8 82,1 97,0

Totaal opgenomen vermogen (kW) 18,4 20,4 23,8 26,5 31,7

EER 3,15 3,12 3,10 3,10 3,06

Netvoeding 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50

Niveau geluidsvermogen (dBA) 79,5 79,5 79,6 81,8 83,9

Systeemgegevens

Koudemiddelcircuit # 1 1 1 1 1

Vermogensstappen % 50-100 43-100 50-100 50-100 43-100

Unit stroom (2)

Maximale stroom (A) 45,9 50,9 55,9 66,7 78,0

Aanloopstroom - standaard unit (A) 167,8 183,8 188,8 196,2 253,3

Aanloopstroom - met soft starter optie (A) 95,8 113,8 118,8 143,2 177,3

Unitvermogen bij kortsluiting (kA) 15 15 15 15 15

Min. diameter voedingskabel (mm²) 50 50 50 50 50

Max. diameter voedingskabel (mm²) 95 95 95 95 95

Compressor

Aantal # 2 2 2 2 2

Type Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll

ModelCSHD125& CSHD125

CSHD125& CSHD161

CSHD161& CSHD161

CSHN184& CSHN184

CSHN184& CSHN250

Motortoerental(omw./min)

2900 2900 2900 2900 2900

Vermogensfactor # 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85

Carterverwarming per circuit (W) 90&90 90&90 90&90 160&160 160&160

Verdamper

Aantal # 1 1 1 1 1

Type BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE

Water volume/opslag (totaal) (L) 5,3 5,3 8,2 8,2 12,1

Vorstbeveiliging verwarming (W) 120 180

Min. stroming (L/sec) 1,4 1,5 1,7 2,0 2,3

Max. stroming (L/sec) 4,1 4,6 5,2 5,9 6,8

Pomp Pakket (Optie Standaard Vloeistofdruk)

Aant. Pomp Set # 1 1 1 1 1

Motortoerental(omw./min)

2860 2860 2860 2860 2860

Pompvermogen (enkel/dubbel) - standaarddruk (kW) 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5

Pompstroom (enkel/dubbel) - standaarddruk (A) 3,25 3,25 3,25 3,25 3,25

Pompvermogen (enkel/dubbel) - hogedruk (kW) 4,0 4,0 4,0 4,0 5,5

Pompstroom (enkel/dubbel) - hogedruk (A) 7,59 7,59 7,59 7,59 10,6

Hydraulische module componenten

Inhoud expansievat (L) 25 25 25 25 25

Gebruiker volume expansiecapaciteit (L) 380 380 380 380 380

Max. Waterzijdige druk zonder pomp (kPa) 1000 1000 1000 1000 1000

Max. Waterzijdige druk met pomp (kPa) 400

Vorstbeveiliging verwarming (W) 180

CG-SVX19C-NL 37

Algemene gegevens

Model 20 23 26 30 35

Pomppakket vorstbeveiliging verwarming (W) 530

Watertank vorstbeveiliging verwarming (W) 860

Inhoud watertank (L) 500

Condensor

Type Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis

Aantal batterijen # 1 1 1 1 1

Ventilator

Type Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller

Aantal per circuit # 2 2 2 3 3

Diameter (mm) 732 732 732 732 732

Type aandrijving Direct Direct Direct Direct Direct

Luchtstroming per ventilator (m³/u) 13245 13249 13254 12890 12896

Statische druk (Pa) 0 0 0 0 0

Motortoerental # 700 700 700 700 700

Wateraansluiting unit

Gekoeld water (mm) 50 50 50 65 65

Type (standaard) Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd

Afmetingen

Lengte unit met buffervat (mm) 3418 3418 3418 4332 4332

Lengte unit zonder buffervat (mm) 2908 2908 2908 3822 3822

Unit breedte (mm) 1280 1280 1280 1280 1280

Unit hoogte (mm) 2145 2145 2145 2145 2145

Gewicht

Bedrijfsgewicht (3) (kg) 888 887 902 1105 1161

Transportgewicht (3) (kg) 860 860 873 1074 1128

Extra gewicht (enkelvoudige standaarddrukpomp) (kg) 154 153 154 195 195

Extra gewicht (dubbele standaarddrukpomp) (kg) 184 183 183 225 225

Extra gewicht (enkelvoudige hogedrukpomp) (kg) 163 163 162 205 208

Extra gewicht (dubbele hogedrukpomp) (kg) 200 199 199 241 255

Extra transportgewicht (buffervat) (kg) 326 326 326 326 326

Koudemiddel- & olievulling

Koudemiddelvulling (Circuit 1/Circuit 2) (kg) 15,4 15,4 15,4 21,8 21,8

Olievulling (Circuit 1/Circuit 2) (L) 6,6 6,6 6,6 13,4 13,4

(1) Eurovent Omstandigheden (Verd. 12 °C/7 °C - Lucht. 35 °C)(2) stroomsterkte voor basisunit zonder pomppakket, zonder vorstbescherming(3) zonder pomppakket

38 CG-SVX19C-NL

Algemene gegevens

Tabel 14 - CGAM - Hoog Rendement Extra Stil - DUPLEX V units

Model 40 46 52 60 70

Eurovent specificaties (1)

Netto capaciteit (kW) 112,5 128,7 143,4 164,1 193,5

Totaal opgenomen vermogen (kW) 36,2 40,7 46,9 52,3 62,8

EER 3,11 3,17 3,06 3,14 3,08

Netvoeding 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50

Niveau geluidsvermogen (dBA) 82,5 82,3 82,5 84,9 87,0

Systeemgegevens

Koudemiddelcircuit # 2 2 2 2 2

Vermogensstappen % 25-50-75-100 21-43-71-100 25-50-75-100 25-50-75-100 21-43-71-100

Unit stroom (2)

Maximale stroom (A) 90,8 100,8 110,8 132,3 155,0

Aanloopstroom - standaard unit (A) 212,7 233,7 243,7 261,8 330,3

Aanloopstroom - met soft starter optie (A) 140,7 163,7 173,7 208,8 254,3

Unitvermogen bij kortsluiting (kA) 15 15 15 15 15

Min. diameter voedingskabel (mm2) 95 95 95 95 150

Max. diameter voedingskabel (mm2) 150 150 150 150 240

Compressor

Aantal # 4 4 4 4 4

Type Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll

ModelCSHD125& CSHD125

CSHD125& CSHD161

CSHD161& CSHD161

CSHN184& CSHN184

CSHN184& CSHN250

Motortoerental(omw./min)

2900 2900 2900 2900 2900

Vermogensfactor # 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85

Carterverwarming per circuit (W) 160&160 160&160 160&160 160&160 160&160

Verdamper

Aantal # 1 1 1 1 1

Type BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE

Water volume/opslag (totaal) (L) 9,1 14,3 15,6 18,9 28,2

Vorstbeveiliging verwarming (W) 120 180 240

Min. stroming (L/sec) 2,7 3,0 3,4 3,9 4,6

Max. stroming (L/sec) 8,0 9,1 10,3 11,8 13,8

Pomp Pakket (Optie Standaard Vloeistofdruk)

Aant. Pomp Set # 1 1 1 1 1

Motortoerental(omw./min)

2890 2890 2890 2890 2890

Pompvermogen (enkel/dubbel) - standaarddruk (kW) 3,0 4,0 4,0 4,0 5,5

Pompstroom (enkel/dubbel) - standaarddruk (A) 6,1 7,59 7,59 7,59 10,6

Pompvermogen (enkel/dubbel) - hogedruk (kW) 5,5 5,5 5,5 7,5 7,5

Pompstroom (enkel/dubbel) - hogedruk (A) 10,6 10,6 10,6 13,8 13,8

Hydraulische module componenten

Inhoud expansievat (L) 25 25 25 25 25

Gebruiker volume expansiecapaciteit (L) 380 380 380 380 380

Max. Waterzijdige druk zonder pomp (kPa) 1000 1000 1000 1000 1000

Max. Waterzijdige druk met pomp (kPa) 400

Vorstbeveiliging verwarming (W) 120

Pomppakket vorstbeveiliging verwarming (W) 910

CG-SVX19C-NL 39

Algemene gegevens

Model 40 46 52 60 70

Watertank vorstbeveiliging verwarming (W) 800

Inhoud watertank (L) 515 515 515 515 515

Condensor

Type Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis

Aantal batterijen # 2 2 2 2 2

Ventilator

Type Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller

Aantal per circuit # 2 2 2 3 3

Diameter (mm) 732 732 732 732 732

Type aandrijving Direct Direct Direct Direct Direct

Luchtstroming per ventilator (m³/u) 13244 13248 13254 12890 12896

Statische druk (Pa) 0 0 0 0 0

Motortoerental # 700 700 700 700 700

Wateraansluiting unit

Gekoeld water (mm) 65 65 80 80 80

Type (standaard) Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd

Afmetingen

Lengte unit met buffervat (mm) 3416 3416 3416 4330 4330

Lengte unit zonder buffervat (mm) 2905 2905 2905 3819 3819

Unit breedte (mm) 2266 2266 2266 2266 2266

Unit hoogte (mm) 2150 2150 2150 2150 2150

Gewicht

Bedrijfsgewicht (3) (kg) 1558 1573 1598 1996 2070

Transportgewicht (3) (kg) 1526 1539 1560 1955 2026

Extra gewicht (enkelvoudige standaarddrukpomp) (kg) 171 177 178 179 187

Extra gewicht (dubbele standaarddrukpomp) (kg) 209 221 221 222 237

Extra gewicht (enkelvoudige hogedrukpomp) (kg) 179 179 179 222 223

Extra gewicht (dubbele hogedrukpomp) (kg) 225 226 226 318 319

Extra transportgewicht (buffervat) (kg) 382 381 381 381 381

Koudemiddel- & olievulling

Koudemiddelvulling (Circuit 1/Circuit 2) (kg) 14,5/14,5 14,5/14,5 14,5/14,5 21,8/21,8 21,8/21,8

Olievulling (Circuit 1/Circuit 2) (L) 6,6 / 6,6 6,6 / 6,6 6,6 / 6,6 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4

(1) Eurovent Omstandigheden (Verd. 12 °C/7 °C - Lucht. 35 °C)(2) stroomsterkte voor basisunit zonder pomppakket, zonder vorstbescherming(3) zonder pomppakket

40 CG-SVX19C-NL

Algemene gegevens

Tabel 15 - CGAM - Hoog Rendement Extra Stil - DUPLEX W units

Model 80 90 100 110 120 140 150 160

Eurovent specificaties (1)

Netto capaciteit (kW) 225,1 254,8 283,4 311,7 332,3 391,6 419,7 443,2

Totaal opgenomen vermogen (kW) 71,5 79,8 89,4 97,5 107,1 124,4 132,7 140,8

EER 3,15 3,19 3,17 3,20 3,10 3,15 3,16 3,15

Netvoeding 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50

Niveau geluidsvermogen (dBA) 87,8 86,6 85,4 86,5 87,3 87,9 86,7 87,9

Systeemgegevens

Koudemiddelcircuit # 2 2 2 2 2 2 2 2

Vermogensstappen % 25-50-75-100 22-44-72-100 25-50-75-100 23-45-73-100 25-50-75-10014-29-46-64-

82-10017-33-50-67-

83-10016-31-47-63-

81-100

Unit stroom (2)

Maximale stroom (A) 169,4 196,5 219,4 237,0 250,4 307,3 330,2 347,8

Aanloopstroom - standaard unit

(A) 344,6 405,3 428,2 499,1 512,5 516,1 539,0 609,9

Aanloopstroom - met soft starter optie

(A) 268,6 324,3 347,2 382,1 395,5 435,1 458,0 492,9

Unitvermogen bij kortsluiting (kA) 15 15 15 15 15 15 15 15

Min. diameter voedingskabel (mm2) 95 150 150 150 185 240 240 240

Max. diameter voedingskabel (mm2) 240 240 240 240 240 240 240 240

Compressor

Aantal # 4 4 4 4 4 6 6 6

Type Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll

ModelCSHN250& CSHN250

CSHN250& CSHN315

CSHN315& CSHN315

CSHN315& CSHN374

CSHN374& CSHN374

CSHN250& CSHN315& CSHN315

CSHN315& CSHN315& CSHN315

CSHN315& CSHN315& CSHN374

Motortoerental(omw./min)

2900 2900 2900 2900 2900 2900 2900 2900

Vermogensfactor # 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85

Carterverwarming per circuit (W) 160&160 160&160 160&160 160&160 160&160160&

160&160160&

160&160160&

160&160

Verdamper

Aantal # 1 1 1 1 1 1 1 1

Type BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE

Water volume/opslag (totaal) (L) 26,5 34,1 39,2 43,4 43,4 46,7 46,7 46,7

Vorstbeveiliging verwarming (W) 240 300

Min. stroming (L/sec) 5,4 6,1 6,8 7,4 7,9 9,2 9,9 10,4

Max. stroming (L/sec) 16,2 18,2 20,5 22,2 23,7 27,7 29,6 31,3

Pomp Pakket (Optie Standaard Vloeistofdruk)

Aant. Pomp Set # 1 1 1 1 1 1 1 1

Motortoerental(omw./min)

2890 2890 2890 2900 2900 2900 2900 2900

Pompvermogen (enkel/dubbel) - standaarddruk

(kW) 5,5 5,5 5,5 7,5 7,5 11,0 11,0 11,0

Pompstroom (enkel/dubbel) - standaarddruk

(A) 10,6 10,6 10,6 13,8 13,8 19,6 19,6 19,6

Pompvermogen (enkel/dubbel) - hogedruk

(kW) 7,5 7,5 7,5 7,5 11,0 11,0 11,0 15,0

Pompstroom (enkel/dubbel) - hogedruk

(A) 13,8 13,8 13,8 13,8 19,6 19,6 19,6 26,5

Hydraulische module componenten

Inhoud expansievat (L) 60 60 60 60 60 60 60 60

CG-SVX19C-NL 41

Algemene gegevens

Model 80 90 100 110 120 140 150 160

Gebruiker volume expansiecapaciteit

(L) 1750 1750 1750 1750 1750 1750 1750 1750

Max. Waterzijdige druk zonder pomp

(kPa) 1000 1000 1000 1000 1000 1000 1000 1000

Max. Waterzijdige druk met pomp

(kPa) 500 500 500 500 500 500 500 500

Vorstbeveiliging verwarming (W) 240 300

Watertank vorstbeveiliging verwarming

(W) 800 800 1200 1200 1200 1200 1200 1200

Inhoud watertank (L) 592 592 762 762 762 762 762 762

Condensor

Type Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis

Aantal batterijen # 4 4 4 4 4 4 4 4

Ventilator

Type Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller

Aantal per circuit # 3 3 4 4 4 5 5 6

Diameter (mm) 732 732 732 732 732 732 732 732

Type aandrijving Direct Direct Direct Direct Direct Direct Direct Direct

Luchtstroming per ventilator (m³/u) 13298 13301 12748 12751 12753 12751 13593 12749

Statische druk (Pa) 0 0 0 0 0 0 0 0

Motortoerental # 700 700 700 700 700 700 700 700

Wateraansluiting unit

Gekoeld water (mm) 100 100 100 100 100 100 100 100

Type (standaard) Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd

Afmetingen

Lengte unit met buffervat (mm) 3647 3647 4230 4230 4230 5145 6062 6062

Lengte unit zonder buffervat (mm) 3647 3647 4230 4230 4230 5145 6062 6062

Unit breedte (mm) 2273 2273 2273 2273 2273 2273 2273 2273

Unit hoogte (mm) 2344 2344 2344 2344 2344 2344 2344 2344

Gewicht

Bedrijfsgewicht (3) (kg) 2334 2498 2706 2823 2823 3408 3810 3900

Transportgewicht (3) (kg) 2285 2448 2652 2762 2762 3344 3743 3832

Extra gewicht (enkelvoudige standaarddrukpomp)

(kg) 274 274 273 315 315 376 422 423

Extra gewicht (dubbele standaarddrukpomp)

(kg) 325 325 325 405 406 510 555 556

Extra gewicht (enkelvoudige hogedrukpomp)

(kg) 311 310 310 310 356 377 422 436

Extra gewicht (dubbele hogedrukpomp)

(kg) 407 406 406 407 489 510 555 582

Extra transportgewicht (buffervat)

(kg) 203 203 252 252 252 253 252 253

Koudemiddel- & olievulling

Koudemiddelvulling (Circuit 1/Circuit 2)

(kg) 33,6/33,6 33,6/33,6 37,2/37,2 39/39 38,1/38,1 50,8/50,8 58,1/58,1 59/59

Olievulling (Circuit 1/Circuit 2)

(L) 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4 13,9 / 13,9 14,4 / 14,4 20,1 / 20,1 20,1 / 20,1 20,6 / 20,6

(1) Eurovent Omstandigheden (Verd. 12 °C/7 °C - Lucht. 35 °C)(2) stroomsterkte voor basisunit zonder pomppakket, zonder vorstbescherming(3) zonder pomppakket

42 CG-SVX19C-NL

Algemene gegevens

Tabel 16 - CGAM - Hoog Rendement Uitgebreid akoestisch pakket - SIMPLEX units

Model 20 23 26 30 35

Eurovent specificaties (1)

Netto capaciteit (kW) 57,0 65,5 73,6 80,4 94,8

Totaal opgenomen vermogen (kW) 18,4 21,0 23,5 26,8 32,2

EER 3,10 3,11 3,13 3,00 2,95

Netvoeding 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50

Niveau geluidsvermogen (dBA) 76,4 76,4 78,3 79,3 82,0

Systeemgegevens

Koudemiddelcircuit # 1 1 1 1 1

Vermogensstappen % 50-100 43-100 50-100 50-100 43-100

Unit stroom (2)

Maximale stroom (A) 44,4 49,4 55,8 66,5 75,8

Aanloopstroom - standaard unit (A) 166,3 182,3 188,7 196,0 251,0

Aanloopstroom - met soft starter optie (A) 94,3 112,3 118,7 143,0 175,0

Unitvermogen bij kortsluiting (kA) 15 15 15 15 15

Min. diameter voedingskabel (mm²) 50 50 50 50 50

Max. diameter voedingskabel (mm²) 95 95 95 95 95

Compressor

Aantal # 2 2 2 2 2

Type Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll

ModelCSHD125& CSHD125

CSHD125& CSHD161

CSHD161& CSHD161

CSHN184& CSHN184

CSHN184& CSHN250

Motortoerental(omw./min)

2900 2900 2900 2900 2900

Vermogensfactor # 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85

Carterverwarming per circuit (W) 90&90 90&90 90&90 160&160 160&160

Verdamper

Aantal # 1 1 1 1 1

Type BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE

Water volume/opslag (totaal) (L) 5,3 8,2 6,3 6,3 10,6

Vorstbeveiliging verwarming (W) 120 180

Min. stroming (L/sec) 1,4 1,5 1,7 1,9 2,2

Max. stroming (L/sec) 4,1 4,6 5,2 5,7 6,7

Pomp Pakket (Optie Standaard Vloeistofdruk)

Aant. Pomp Set # 1 1 1 1 1

Motortoerental(omw./min)

2860 2860 2860 2860 2860

Pompvermogen (enkel/dubbel) - standaarddruk (kW) 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5

Pompstroom (enkel/dubbel) - standaarddruk (A) 3,25 3,25 3,25 3,25 3,25

Pompvermogen (enkel/dubbel) - hogedruk (kW) 4,0 4,0 4,0 4,0 5,5

Pompstroom (enkel/dubbel) - hogedruk (A) 7,59 7,59 7,59 7,59 10,6

Hydraulische module componenten

Inhoud expansievat (L) 25 25 25 25 25

Gebruiker volume expansiecapaciteit (L) 380 380 380 380 380

Max. Waterzijdige druk zonder pomp (kPa) 1000 1000 1000 1000 1000

Max. Waterzijdige druk met pomp (kPa) 400

Vorstbeveiliging verwarming (W) 180

Pomppakket vorstbeveiliging verwarming (W) 530

CG-SVX19C-NL 43

Algemene gegevens

Model 20 23 26 30 35

Watertank vorstbeveiliging verwarming (W) 860

Inhoud watertank (L) 500

Condensor

Type Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis

Aantal batterijen # 1 1 1 1 1

Ventilator

Type Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller

Aantal per circuit # 2 2 3 3 3

Diameter (mm) 757 757 757 757 757

Type aandrijving Direct Direct Direct Direct Direct

Luchtstroming per ventilator (m³/u) 10077 10081 9500 9909 9913

Statische druk (Pa) 0 0 0 0 0

Motortoerental # 700 700 700 700 700

Wateraansluiting unit

Gekoeld water (mm) 50 50 65 65 65

Type (standaard) Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd

Afmetingen

Lengte unit met buffervat (mm) 3418 3418 4332 4332 4332

Lengte unit zonder buffervat (mm) 2908 2908 3822 3822 3822

Unit breedte (mm) 1280 1280 1280 1280 1280

Unit hoogte (mm) 2145 2145 2145 2145 2145

Gewicht

Bedrijfsgewicht (3) (kg) 923 932 1071 1187 1206

Transportgewicht (3) (kg) 894 903 1042 1158 1173

Extra gewicht (enkelvoudige standaarddrukpomp) (kg) 154 154 196 195 195

Extra gewicht (dubbele standaarddrukpomp) (kg) 184 183 226 225 225

Extra gewicht (enkelvoudige hogedrukpomp) (kg) 162 162 206 204 208

Extra gewicht (dubbele hogedrukpomp) (kg) 200 199 242 241 255

Extra transportgewicht (buffervat) (kg) 325 326 326 326 326

Koudemiddel- & olievulling

Koudemiddelvulling (Circuit 1/Circuit 2) (kg) 14,5 14,5 19,1 21,8 21,8

Olievulling (Circuit 1/Circuit 2) (L) 6,6 6,6 6,6 13,4 13,4

(1) Eurovent Omstandigheden (Verd. 12 °C/7 °C - Lucht. 35 °C)(2) stroomsterkte voor basisunit zonder pomppakket, zonder vorstbescherming(3) zonder pomppakket

44 CG-SVX19C-NL

Algemene gegevens

Tabel 17 - CGAM - Hoog Rendement Uitgebreid akoestisch pakket - DUPLEX V units

Model 40 46 52 60 70

Eurovent specificaties (1)

Netto capaciteit (kW) 111,9 126,9 147,7 164,4 190,5

Totaal opgenomen vermogen (kW) 36,2 41,3 46,7 53,3 63,8

EER 3,09 3,07 3,16 3,08 2,98

Netvoeding 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50

Niveau geluidsvermogen (dBA) 79,6 79,5 81,2 82,3 84,8

Systeemgegevens

Koudemiddelcircuit # 2 2 2 2 2

Vermogensstappen % 25-50-75-100 21-43-71-100 25-50-75-100 25-50-75-100 21-43-71-100

Unit stroom (2)

Maximale stroom (A) 87,8 97,8 110,5 132,0 150,5

Aanloopstroom - standaard unit (A) 209,7 230,7 243,4 261,5 325,8

Aanloopstroom - met soft starter optie (A) 137,7 160,7 173,4 208,5 249,8

Unitvermogen bij kortsluiting (kA) 15 15 15 15 15

Min. diameter voedingskabel (mm²) 95 95 95 95 150

Max. diameter voedingskabel (mm²) 150 150 150 150 240

Compressor

Aantal # 4 4 4 4 4

Type Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll

ModelCSHD125& CSHD125

CSHD125& CSHD161

CSHD161& CSHD161

CSHN184& CSHN184

CSHN184& CSHN250

Motortoerental(omw./min)

2900 2900 2900 2900 2900

Vermogensfactor # 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85

Carterverwarming per circuit (W) 160&160 160&160 160&160 160&160 160&160

Verdamper

Aantal # 1 1 1 1 1

Type BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE

Water volume/opslag (totaal) (L) 14,3 14,3 15,6 18,9 28,2

Vorstbeveiliging verwarming (W) 180 240

Min. stroming (L/sec) 2,7 3,0 3,5 3,9 4,5

Max. stroming (L/sec) 8,0 8,9 10,5 11,6 13,5

Pomp Pakket (Optie Standaard Vloeistofdruk)

Aant. Pomp Set # 1 1 1 1 1

Motortoerental(omw./min)

2890 2890 2890 2890 2890

Pompvermogen (enkel/dubbel) - standaarddruk (kW) 3,0 4,0 4,0 4,0 5,5

Pompstroom (enkel/dubbel) - standaarddruk (A) 6,1 7,59 7,59 7,59 10,6

Pompvermogen (enkel/dubbel) - hogedruk (kW) 5,5 5,5 5,5 7,5 7,5

Pompstroom (enkel/dubbel) - hogedruk (A) 10,6 10,6 10,6 13,8 13,8

Hydraulische module componenten

Inhoud expansievat (L) 25 25 25 25 25

Gebruiker volume expansiecapaciteit (L) 380 380 380 380 380

Max. Waterzijdige druk zonder pomp (kPa) 1000 1000 1000 1000 1000

Max. Waterzijdige druk met pomp (kPa) 400

Vorstbeveiliging verwarming (W) 120

Pomppakket vorstbeveiliging verwarming (W) 910

CG-SVX19C-NL 45

Algemene gegevens

Model 40 46 52 60 70

Watertank vorstbeveiliging verwarming (W) 800

Inhoud watertank (L) 515 515 515 515 515

Condensor

Type Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis Lamel en buis

Aantal batterijen # 2 2 2 2 2

Ventilator

Type Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller

Aantal per circuit # 2 2 3 3 3

Diameter (mm) 757 757 757 757 757

Type aandrijving Direct Direct Direct Direct Direct

Luchtstroming per ventilator (m³/u) 10077 10080 9500 9909 9913

Statische druk (Pa) 0 0 0 0 0

Motortoerental # 700 700 700 700 700

Wateraansluiting unit

Gekoeld water (mm) 65 65 80 80 80

Type (standaard) Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd

Afmetingen

Lengte unit met buffervat (mm) 3416 3416 4330 4330 4330

Lengte unit zonder buffervat (mm) 2905 2905 3819 3819 3819

Unit breedte (mm) 2266 2266 2266 2266 2266

Unit hoogte (mm) 2150 2150 2150 2150 2150

Gewicht

Bedrijfsgewicht (3) (kg) 1650 1658 1907 2150 2170

Transportgewicht (3) (kg) 1613 1621 1869 2109 2124

Extra gewicht (enkelvoudige standaarddrukpomp) (kg) 170 177 179 179 187

Extra gewicht (dubbele standaarddrukpomp) (kg) 208 221 223 222 237

Extra gewicht (enkelvoudige hogedrukpomp) (kg) 178 178 181 222 222

Extra gewicht (dubbele hogedrukpomp) (kg) 225 225 228 318 319

Extra transportgewicht (buffervat) (kg) 382 381 381 381 381

Koudemiddel- & olievulling

Koudemiddelvulling (Circuit 1/Circuit 2) (kg) 14,5/14,5 14,5/14,5 19,1/19,1 21,8/21,8 21,8/21,8

Olievulling (Circuit 1/Circuit 2) (L) 6,6 / 6,6 6,6 / 6,6 6,6 / 6,6 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4

(1) Eurovent Omstandigheden (Verd. 12 °C/7 °C - Lucht. 35 °C)(2) stroomsterkte voor basisunit zonder pomppakket, zonder vorstbescherming(3) zonder pomppakket

46 CG-SVX19C-NL

Algemene gegevens

Tabel 18 - CGAM - Hoog Rendement Uitgebreid akoestisch pakket - DUPLEX W units

Model 80 90 100 110 120 140 150 160

Eurovent specificaties (1)

Netto capaciteit (kW) 225,9 255,6 281,2 302,5 331,9 391,2 414,4 433,5

Totaal opgenomen vermogen (kW) 69,2 78,1 89,8 97,1 104,6 122,7 134,1 144,2

EER 3,26 3,27 3,13 3,11 3,17 3,19 3,09 3,01

Netvoeding 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50 400/3/50

Niveau geluidsvermogen (dBA) 85,9 85,0 82,5 83,5 84,7 85,9 84,5 84,9

Systeemgegevens

Koudemiddelcircuit # 2 2 2 2 2 2 2 2

Vermogensstappen % 25-50-75-100 22-44-72-100 25-50-75-100 23-45-73-100 25-50-75-10014-29-46-64-

82-10017-33-50-67-

83-10016-31-47-63-

81-100

Unit stroom (2)

Maximale stroom (A) 169,1 194,7 217,6 231,0 247,1 302,5 325,4 338,8

Aanloopstroom - standaard unit (A) 344,3 403,5 426,4 493,1 509,2 511,3 534,2 600,9

Aanloopstroom - met soft starter optie (A) 268,3 322,5 345,4 376,1 392,2 430,3 453,2 483,9

Unitvermogen bij kortsluiting (kA) 15 15 15 15 15 15 15 15

Min. diameter voedingskabel (mm²) 95 150 150 150 185 240 240 240

Max. diameter voedingskabel (mm²) 150 240 240 240 240 240 240 240

Compressor

Aantal # 4 4 4 4 4 6 6 6

Type Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll Scroll

ModelCSHN250& CSHN250

CSHN250& CSHN315

CSHN315& CSHN315

CSHN315& CSHN374

CSHN374& CSHN374

CSHN250& CSHN315& CSHN315

CSHN315& CSHN315& CSHN315

CSHN315& CSHN315& CSHN374

Motortoerental(omw./min)

2900 2900 2900 2900 2900 2900 2900 2900

Vermogensfactor # 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85

Carterverwarming per circuit (W) 160&160 160&160 160&160 160&160 160&160160&

160&160160&

160&160160&

160&160

Verdamper

Aantal # 1 1 1 1 1 1 1 1

Type BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE BPHE

Water volume/opslag (totaal) (L) 28,2 34,1 39,2 39,2 43,4 46,7 46,7 46,7

Vorstbeveiliging verwarming (W) 240 300

Min. stroming (L/sec) 5,4 6,1 6,7 7,2 7,9 9,2 9,7 10,2

Max. stroming (L/sec) 16,1 18,2 20,1 21,6 23,6 27,7 29,2 30,6

Pomp Pakket (Optie Standaard Vloeistofdruk)

Aant. Pomp Set # 1 1 1 1 1 1 1 1

Motortoerental(omw./min)

2890 2890 2890 2900 2900 2900 2900 2900

Pompvermogen (enkel/dubbel) - standaarddruk

(kW) 5,5 5,5 5,5 7,5 7,5 11,0 11,0 11,0

Pompstroom (enkel/dubbel) - standaarddruk

(A) 10,6 10,6 10,6 13,8 13,8 19,6 19,6 19,6

Pompvermogen (enkel/dubbel) - hogedruk

(kW) 7,5 7,5 7,5 7,5 11,0 11,0 11,0 15,0

Pompstroom (enkel/dubbel) - hogedruk

(A) 13,8 13,8 13,8 13,8 19,6 19,6 19,6 26,5

Hydraulische module componenten

Inhoud expansievat (L) 60 60 60 60 60 60 60 60

Gebruiker volume expansiecapaciteit (L) 1750 1750 1750 1750 1750 1750 1750 1750

CG-SVX19C-NL 47

Algemene gegevens

Model 80 90 100 110 120 140 150 160

Max. Waterzijdige druk zonder pomp (kPa) 1000 1000 1000 1000 1000 1000 1000 1000

Max. Waterzijdige druk met pomp (kPa) 500 500 500 500 500 500 500 500

Vorstbeveiliging verwarming (W) 240 300

Pomppakket vorstbeveiliging verwarming

(W) 1150

Watertank vorstbeveiliging verwarming

(W) 1200 1200 1200 1200 1200 1200 1200 1200

Inhoud watertank (L) 762 762 762 762 762 762 762 762

Condensor

TypeLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buisLamel en

buis

Aantal batterijen # 4 4 4 4 4 4 4 4

Ventilator

Type Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller Propeller

Aantal per circuit # 3 4 4 4 5 6 6 6

Diameter (mm) 757 757 757 757 757 757 757 757

Type aandrijving Direct Direct Direct Direct Direct Direct Direct Direct

Luchtstroming per ventilator (m³/u) 10291 9626 9629 10163 9627 9627 9628 9630

Statische druk (Pa) 0 0 0 0 0 0 0 0

Motortoerental # 700 700 700 700 700 700 700 700

Wateraansluiting unit

Gekoeld water (mm) 100 100 100 100 100 100 100 100

Type (standaard) Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd Gegroefd

Afmetingen

Lengte unit met buffervat (mm) 4230 4230 4230 5145 5145 6062 6062 6062

Lengte unit zonder buffervat (mm) 4230 4230 4230 5145 5145 6062 6062 6062

Unit breedte (mm) 2273 2273 2273 2273 2273 2273 2273 2273

Unit hoogte (mm) 2344 2344 2344 2344 2344 2344 2344 2344

Gewicht

Bedrijfsgewicht (3) (kg) 2598 2798 2910 3163 3280 3946 4054 4054

Transportgewicht (3) (kg) 2552 2749 2856 3110 3220 3882 3986 3986

Extra gewicht (enkelvoudige standaarddrukpomp)

(kg) 274 273 274 335 337 422 423 423

Extra gewicht (dubbele standaarddrukpomp)

(kg) 324 324 324 426 428 556 556 556

Extra gewicht (enkelvoudige hogedrukpomp)

(kg) 310 310 310 332 377 423 423 436

Extra gewicht (dubbele hogedrukpomp)

(kg) 406 406 406 428 510 556 556 583

Extra transportgewicht (buffervat) (kg) 252 252 252 252 252 252 253 252

Koudemiddel- & olievulling

Koudemiddelvulling (Circuit 1/Circuit 2)

(kg) 36,3/36,3 36,3/36,3 37,2/37,2 44,5/44,5 45,4/45,4 58,1/58,1 58,1/58,1 59/59

Olievulling (Circuit 1/Circuit 2) (L) 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4 13,4 / 13,4 13,9 / 13,9 14,4 / 14,4 20,1 / 20,1 20,1 / 20,1 20,6 / 20,6

(1) Eurovent Omstandigheden (Verd. 12 °C/7 °C - Lucht. 35 °C)(2) stroomsterkte voor basisunit zonder pomppakket, zonder vorstbescherming(3) zonder pomppakket

P

n

48 CG-SVX19C-NL

Afmetingen

Afbeelding 4 - CGAM units met/zonder Totale Warmteterugwinnings Optie zonder Pomppakket - W batterij configuratie

Afbeelding 5 - CGAM units met/zonder Totale Warmteterugwinnings Optie met Pomppakket - W batterij configuratie

B

O1

P

F

H

G

I

Laag geluidsniveau

‘s-nachts (NNSB) optie

Bedieningspaneel

THR Ontvanger

Hoogte

Aansluiting bekabeling

Geluidskast optie

Breedte

Lengte

Pomppakket uitgang

Ventilatoren8,6 in (hoogte van ventilatoren)(218 mm)

Totale Warmteterugwinnings (THR) optie

VFD Supplementair paneel optie

14 in (355 mm)

P

G

F

H

A B

Compressoren

Buffervat

Pomppakket

Pomppakket ingang

Laag geluidsniveau

‘s-nachts (NNSB) optie

Bedieningspaneel

THR Ontvanger

Hoogte

Aansluiting bekabeling

Geluidskast optie

Breedte

Lengte

Verdamperuitgang

4,58,6 in (hoogte van ventilatoren)(218 mm)

Totale Warmteterugwinnings (THR) optie

P

C

E

D

A B

Compressoren

Verdamper

Verdamperingang

CG-SVX19C-NL 49

Afmetingen

Afbeelding 6 - CGAM units met/zonder Totale Warmteterugwinnings Optie zonder Pomppakket - V batterij configuratie

Afbeelding 7 - CGAM units met/zonder Totale Warmteterugwinnings Optie met Pomppakket - V batterij configuratie

Bedieningspaneel

Aansluiting bekabeling

Hoogte

BreedteAansluiting bekabeling

Geluidskast optie

Lengte

Ventilatoren

Lengte met THR

THR uitlaat

8,6 in (hoogte van ventilatoren)(218 mm)

SC

R2

R1

E

D

A B

Compressoren

THR inlaat

Breedte

Bedieningspaneel

Aansluiting bekabeling

Hoogte

Pomppakket VFD als optie

8,6 in (Hoogte van ventilatoren) (218 mm) Ventilatoren

Geluidskast als optie voor

compressoren

VFD als optie

11,2 (284 mm)

Compressoren

Lengte zonder buffervat

Lengte met buffervat

Buffervat

Pomppakket

50 CG-SVX19C-NL

Afbeelding 8 - Pomp Pakket Wateraansluitingen - V batterij configuratie

Afbeelding 9 - V batterij configuratie

Afbeelding 10- Standaard unit - S batterij configuratie

MontageplaatsenVrije ruimte voor onderhoud

47,2 in(1200 mm)

39,4 in(1000 mm)

85,04 in(2159 mm)

39,4 in(1000 mm)

1,6 in(41 mm) Boring Ø 0,60 in (15 mm)

31,8 in(800 mm)

Bedienings-paneel

Aansluiting bekabeling

Breedte

Hoogte

Lengte

8,4 in (hoogte van ventilatoren) (213 mm)

CompressorenGeluidskast

als optie

Verdamperingang

Verdamperuitgang

Afmetingen

THR uitlaat

PHR Uitlaat

THR inlaat

PHR Inlaat

CG-SVX19C-NL 51

Afbeelding 11- Units met Pomp Pakket - S batterij configuratie

Afbeelding 12 - Pomp Pakket Wateraansluitingen - S batterij configuratie

Afbeelding 13 - S batterij configuratie

Breedte

Bedienings-paneel

Aansluiting bekabeling

Hoogte

VFD Supplementair

paneel als optie

8,4 in (hoogte van ventilatoren) (213 mm) Ventilatoren

Geluidskast als optie

Buffervat Inlaat

11,2 (284 mm)

Compressoren

Lengte zonder buffervatLengte met buffervat

Buffervat

Pomppakket Buffervat Uitlaat

Pomppakket Inlaat

Pomppakket Uitlaat

PHR Uitlaat

PHR Inlaat

MontageplaatsenVrije ruimte voor onderhoud

47,2 in(1200 mm)

39,4 in(1000 mm)

47,05 in(1195 mm)

23,6 in(600 mm) 1,6 in

(41 mm)

Boring Ø 0,60 in (15 mm)

31,5 in(800 mm) zonder buffervat

47,2 in(1200 mm) met buffervat

Afmetingen

52 CG-SVX19C-NL

52 CG-SVX19C-NL

Afmetingen

Tabel 19 - Afmetingen DUPLEX W

RAAMWERK 1 RAAMWERK 2 RAAMWERK 3 RAAMWERK 4

Unit (mm) (mm) (mm) (mm)

Lengte 3647 4230 5145 6062

Breedte 2273 2273 2273 2273

Hoogte 2344 2344 2344 2344

HefgatenA 767 767 767 767

B 2365 2055 3023 3833

EVP wateraansluitingen (basisunit)

C 198 198 198 198

D 790 790 790 790

E 292 292 292 292

EVP wateraansluitingen (unit met pomppakket,

zonder buffervat)

F 292 292 292 292

G 198 198 198 198

H 574 574 574 574

I 734 734 734 734

Isolatorposities

J 767 767 767 767

K 2126 2267 1767 1767

L 3317 4139

M 3148 3731 4139 5566

Totale Warmteterugwinning wateraansluitingen

O1 2292 2875 2875 2875

O2 2524 3107 3107 3107

P 862 862 862 862

Tabel 20 - Afmetingen DUPLEX V

RAAMWERK 1 RAAMWERK 2

a E Zonder buffervat

b E Met buffervat

a E Zonder buffervat

b E Met buffervat

Unit (mm) (mm)

Lengtea E 2905 b E 3416 c E 2968

a E 3819 b E 4330 c E 3882

Breedte 2266 2266

Hoogte 2150 2150

HefgatenA 618 618

B 1650 2564

EVP wateraansluitingen (basisunit)

C 198 198

D 655 790

E 371 371

EVP wateraansluitingen (unit met pomppakket, zonder

buffervat)

F 211 211

G 1646 1646

H 480 480

I 500 500

EVP wateraansluitingen (unit met buffervat)

J1 303 303

J2 501 501

K 694 694

Gedeeltelijke Warmteterugwinning wateraansluitingen

L 1125 1125

M 1158 1158

N 1392 1392

Isolatorposities

O 494 494

P 2024

Q 2388 3299

Totale Warmteterugwinning wateraansluitingen

R1 1185 1185

R2 1065 1065

S 501 501

CG-SVX19C-NL 53

CG-SVX19C-NL 53

Afmetingen

Tabel 21 - Afmetingen SIMPLEX

RAAMWERK 1 RAAMWERK 2

Zonder buffervat Met buffervat

Zonder buffervat Met buffervat

Unit mm mm

Lengte 2908 3388

3822 4302

Breedte 1301 1301

Hoogte 2145 2145

Hefgaten A 534 556

B 1867 2720

EVP wateraansluitingen (basisunit)

C 246 246

D 516 516

E 488 488

EVP wateraansluitingen (unit met buffervat)

F 572 572

G 325 325

H 249 249

I 244 244

EVP wateraansluitingen (unit met pomppakket, zonder

buffervat)

J 323 323

K 1016 1016

L 246 246

M 287 287

Gedeeltelijke Warmteterugwinning wateraansluitingen

N 1176 2091

O 182 182

P 385 385

Isolatorposities Q 534 558

R 2571 3358

54 CG-SVX19C-NL

54 CG-SVX19C-NL

Mechanische installatie

Opstellingseisen Geluidstechnische aspecten• Raadpleeghettechnischbulletinvan

Trane over de geluidsproductie van koelmachines en de Installatiegids voor meer informatie over geluidstechnische aspecten.

• Plaatsdeunitvervangeluidsgevoelige plaatsen.

• Installeerdeisolatieplaatjesonderdeunit. Zie "Unit isoleren".

• Monteerrubberentrillingdempersopalle waterleidingen.

• Dichtallemuurgatenaf.

N.B.: Vraag in geval van twijfel advies aan een geluidstechnicus.

Fundering

Zorg voor stevige, niet-meegevende montageblokken of een betonfundering die bestand is tegen het bedrijfsgewicht (inclusief alle leidingen en de bedrijfsvulling koudemiddel, olie en water). Raadpleeg het hoofdstuk “Unit afmetingen/gewichten” voor de bedrijfsklare gewichten van de unit. Na plaatsing dient de unit vlak te staan (maximaal hoogteverschil over de lengte en de breedte: 6,4 mm). Trane sluit elke aansprakelijkheid uit voor bedrijfsstoringen te wijten aan een onjuist ontworpen of gebouwde fundering.

Benodigde ruimte

Laat voldoende vrije ruimte rond de unit zodat alle onderhoudspunten makkelijk te bereiken zijn voor installatie en onderhoud. Raadpleeg de betreffende tekeningen met de maten van de unit, om voldoende ruimte te voorzien voor het openen van het bedieningspaneel en het onderhoud van de unit. Raadpleeg het hoofdstuk “Unit afmetingen/gewichten” voor de minimale vrije ruimtes rond de unit. De lokale voorschriften m.b.t. extra vrije ruimte gaan in ieder geval vóór deze aanbevelingen.

Hefmaterieel

Zie de gewichtstabellen voor het takelgewicht van de unit. Raadpleeg het hefetiket op de unit voor meer bijzonderheden.

Hijsvoorschrift

Raadpleeg het hefetiket dat op de unit is aangebracht. De kruisbalken van de hijsbalk MOETEN zo worden aangebracht dat de hijskabels niet de zijkanten van de unit raken. Verstel indien nodig om de unit gelijkmatig te takelen.

CG-SVX19C-NL 55

CG-SVX19C-NL 55

Mechanische installatie

Unit isoleren en waterpas stellenMontage

Zorg voor een geïsoleerd betonvloerdeel voor de unit of betonpoten op elk van de vier montagepunten van de unit. Plaats de unit direct op het vloerdeel resp. betonpoten.

Stel de unit waterpas; gebruik hierbij de grondrail als referentiepunt. De unit dient binnen 6 mm gemeten over de gehele lengte vlak te staan. Gebruik vulringen, indien nodig, om de unit waterpas te stellen.

Neopreen isolator (optie) aanbrengen

Installeer de optionele neopreen isolatoren op elke montageplaats. Isolatoren zijn te herkennen aan hun onderdeelnummer en kleur. Raadpleeg de documentatie van de unit voor meer bijzonderheden over het kiezen en de plaats.1. Bevestig de isolatoren aan het

montageoppervlak; gebruik hiervoor de montagegleuven in de grondplaat van de isolator. Haal de montagebouten van de isolatoren nog niet volledig aan.

2. Lijn de montagegaten aan de onderzijde van de unit uit op de paspennen met schroefdraad aan de bovenzijde van de isolatoren.

3. Laat de unit op de isolatoren zakken en borg de isolatoren aan de unit met een moer. De maximum vervorming van de isolator moet ongeveer 6 mm zijn.

4. Stel de unit zorgvuldig waterpas. Zie “Waterpas stellen”. Haal de montagebouten van de isolatoren volledig aan.

N.B.: Vraag in geval van twijfel advies aan een trillingstechnicus.

Verdamper leidingenDe wateraansluitingen van de verdamper zijn gegroefd. Spoel alle waterleidingen grondig door voordat ze op de CGAM unit aangesloten worden.

De onderdelen en indeling kunnen enigszins verschillen, afhankelijk van de locatie van de aansluitingen en de waterbron.

LET OP Schade aan apparatuur!

Wanneer een normaal in de handel verkrijgbaar zuurhoudend doorspoelmiddel wordt gebruikt, zorg dan voor een tijdelijke bypass rond de unit om beschadiging van de interne componenten van de verdamper te voorkomen.

LET OP Correcte Waterbehandeling!

Het gebruik van onbehandeld of onjuist behandeld water in een koelmachine kan leiden tot aanslagvorming, erosie, corrosie, algen- of drabvorming. Er wordt geadviseerd om de hulp in te roepen van een erkend waterbehandelingsspecialist om te bepalen welke waterbehandeling eventueel noodzakelijk is. Trane sluit elke aansprakelijkheid voor storingen aan apparatuur uit als deze het gevolg zijn van het gebruik van onbehandeld of onjuist behandeld water, zout of brak water.

Aftappen

Plaats de unit bij een afvoeropening die groot genoeg is om de waterkast te laten leeglopen in geval van reparatie of buitengebruikstelling van de unit. De condensoren en verdampers zijn voorzien van aftappunten. Zie "Waterleidingen". Neem alle lokale en nationale voorschriften in acht.

Leidingen

Aan de bovenkant van de verdamper aan de retourzijde bevindt zich een ontluchter . Zorg voor extra ontluchters op hoge punten in de leidingen om het gekoeldwatersysteem te kunnen ontluchten. Installeer manometers om de druk te bewaken van het in- en uitgaande gekoeld water.

Installeer afsluitkleppen in de leidingen naar de meters om ze af te kunnen sluiten van het systeem wanneer ze niet worden gebruikt. Gebruik rubber trillingsdempers om trillingsoverdracht via de waterleidingen te voorkomen.

Installeer, indien gewenst, thermometers in de leidingen om de in- en uittredewatertemperaturen te kunnen bewaken.

Installeer een hoeveelheidsregelklep in de uittredewaterleiding om de waterdoorstroombalans te kunnen regelen. Installeer afsluitkleppen aan zowel de in- als de uittrede waterzijde om de verdamper te kunnen isoleren voor onderhoudswerkzaamheden. Deze kleppen zijn af-fabriek geleverd met de pomppakket optie.

Controleer of alle apparatuur en regelaars die het watersysteem en de unit optimaal en bedrijfsveilig laten functioneren aanwezig zijn.

Gekoeldwaterinlaatleidingen• Waterfilter(gatmaat1,6mmof

kleiner) (1)• Ontluchters(omhetsysteemte

ontluchten) (1)• Watermanometermetafsluitkleppen

(1)• Trillingdempers• Afsluit(isolatie)kleppen(1)• Thermometers(indiengewenst)• Overdrukklep(1)

Gekoeldwateruitlaatleidingen• Ontluchters(omhetsysteemte

ontluchten) (1) • Waterdrukaansluitingmet

afsluitkleppen (1)• Trillingdempers• Afsluit(isolatie)kleppen(1)• Thermometers• Balansklep(1)

(1) Kan af-fabriek gemonteerd zijn (optie)

56 CG-SVX19C-NL

56 CG-SVX19C-NL

Mechanische installatie

Minimale waterinhoud voor installatieDe actieve systeeminhoud is een belangrijke instelling omdat hierdoor een constante gekoeldwatertemperatuur wordt aangehouden en de compressoren geen korte cycluswerking nodig hebben.

Parameters die de stabiliteit van de watertemperatuur beïnvloeden• Waterlusvolume.• Belastingsfluctuaties.• Aantalvermogensstappen.• Volgorderegelingcompressoren.• Neutralezone(verstelddoorregeling

CH530).• Minimaletijdtussen2startsvaneen

compressor.

Minimale water hoeveelheid voor een comfort-toepassing

Voor een comforttoepassing is een fluctuatie van de watertemperatuur toegestaan bij deellast. De belangrijke parameter is de minimale operationele tijd van de compressor. Om smeerproblemen met een scroll-compressor te voorkomen moet hij tenminste 2 minuten (120 seconden) lang draaien voordat hij stopt.

De minimale actieve systeeminhoud kan worden bepaald met behulp van de volgende formule:

Hoeveelheid = koelvermogen x tijd x hoogste vermogensstap (%) / specifieke warmte / dode band

Minimale operationele tijd = 120 seconden

Specifieke warmte = 4,18 kJ / kg

Gemiddelde neutrale zone = 3 °C (of 2 °C)

Opmerking: om de grootste stap te kunnen schatten is het meestal meer betrouwbaar om een keuze te maken bij een lagere omgevingstemperatuur waar het rendement hoger ligt en de compressorstappen groter zijn. Het is ook van wezenlijk belang om rekening te houden met de soortelijke warmte van de brijn, in het geval van het gebruik van glycol.

Procestoepassingen hebben meer watervolume nodig om fluctuatie van de watertemperatuur bij deellast te voorkomen.

Tabel 22 - Minimum waterhoeveelheden voor comforttoepassingen

Unittype Capaciteit Grootste stap Minimum waterhoeveelheid

(kW) (%) (l)

20 55 50 263

23 63 57 344

26 70 50 335

30 80 50 383

35 95 57 518

39 110 50 526

45 122 56 654

50 135 50 646

40 110 25 263

46 125 29 347

52 140 25 335

60 160 25 383

70 190 29 527

80 220 25 526

90 250 28 670

100 280 25 670

110 310 27 801

120 330 25 789

140 390 18 672

150 420 17 683

160 440 19 800

170 460 18 792

CG-SVX19C-NL 57

CG-SVX19C-NL 57

Mechanische installatie

Expansietank (optie)De initiële druk in de af-fabriek geïnstalleerde expansietank moet ongeveer 0,2 bar lager zijn dan de statische druk van het circuit bij de pompingang.

Het volume van de expansietank is afhankelijk van het volume van de lus. Controleer of het volume van de expansietank overeenkomt met de gegevens van de installatie.

De volgende gegevens zijn vereist:- C = Waterinhoud van het circuit- e = Uitzettingscoëfficiënt

verschil tussen max. en min. watertemperatuur, in werking of niet.

- Pi = Initiële druk van de expansietank- Pf = Einddruk: Max is gegeven door

de overdrukklep

Minimum volume van expansietank = (C x e)/(1-Pi/Pf)

Uitzettingscoëfficiënt van water bij verschillende temperaturen

°C e

0 0,00013

10 0,00027

20 0,00177

30 0,00435

40 0,00782

50 0,01210

VorstbeveiligingAls de unit blootstaat aan omgevingstemperaturen tussen 0 °C en -18 °C, moet het gekoeldwatersysteem beschermd zijn tegen bevriezing met een van de onderstaande opties:1. Verwarmingena. Verwarmingsunits kunnen in de

fabriek zijn geïnstalleerd op de verdamper en de waterleidingen; deze zorgen voor een vorstbescherming tot -18 °C.

ENb. Breng isolatietape aan op alle

waterleidingen, pompen en andere componenten die beschadigd kunnen raken bij vorst. De te gebruiken isolatietape dient geschikt te zijn voor gebruik bij lage omgevingstemperaturen. Kies de isolatietape op basis van de te verwachten laagste omgevingstemperatuur.

OF2. Antivriesmiddela. Voeg een antivriesmiddel toe in

het watersysteem. De oplossing dient voldoende krachtig te zijn om ijsvorming bij de te verwachten laagste omgevingstemperatuur te voorkomen.

Opmerking: Bij gebruik van een antivriesmiddel loopt de koelcapaciteit van de unit terug. Houd hier rekening mee bij het ontwerpen van de installatie.

3. Waterpompa: De Dynaview regelaar kan de pomp

starten om bevriezing te voorkomen. Deze functie moet worden bevestigd, de pomp moet worden geregeld door de unit en de kleppen in het watercircuit moeten altijd open zijn.

Indien de omgevingstemperaturen beneden de -18 °C daalt, dan moet het watercircuit tegen bevriezing worden beschermd.

Voeg antivriesmiddel toe en schakel het verwarmingslint op de unit in; schakel de unit niet uit.

Opmerking: Om de volgende redenen wordt het niet aangeraden om het watercircuit af te tappen.

1. Het water circuit zal gaan roesten waardoor de levensduur ervan wordt verkort.

2. Er zal water achterblijven op de bodem van de plaatwarmtewisselaars en er kan vorstschade optreden.

Opmerking: Als de CH530 waterpompregeling is aangezet zal de CH530 vragen de pomp van de klant te starten als de omgevingsluchttemperatuur onder het vriespunt is.

VOORZICHTIG! Vul het systeem nooit met zuivere glycol als antivriesmiddel.

Vul het systeem altijd met een verdunde oplossing. De maximum glycolconcentratie is 40 %. Een hogere glycolconcentratie tast de afdichting van de pomp aan.

58 CG-SVX19C-NL

58 CG-SVX19C-NL

Mechanische installatie

Laag koelingstemperatuur instelpunt en vostbeveiliging instelpunt op CH530

GEVAAR! De koelmachine is voorzien van standaard fabrieksinstellingen. Het kan nodig zijn de lagedruk verzadigingstemperatuur en het vostbeveiliging instelpunt op de regeling van de unit te wijzigen. Op grond van de volgende voorbeelden is het noodzakelijk de volgende instellingen op de CH530 te wijzigen: • DeLPverzadigingstemperatuur• Hetinstelpuntvandevorstbeveiliging

Voorbeelden

Voor:• 7°C,deLPinstellingmoet-4°Czijn

terwijl de vorstbeveiligingsinstelling 2 °C moet zijn

• 2°C,deLPinstellingmoet-9°Czijnterwijl de vorstbeveiligingsinstelling -4 °C moet zijn

• -12°C,deLPinstellingmoet -23 °C zijn terwijl de vorstbeveiligingsinstelling -17 °C moet zijn

Bevriezingsbescherming met glycol

Het is verplicht een antivriesmiddel te gebruiken bij een uittredend water instelpunt van lager dan of gelijk aan 5 °C. In de figuur met de aanbevolen glycolconcentratie, moet u de concentratie op of boven de kromme selecteren. Om een voorbeeld te geven, voor een temperatuur van de brijn van -4 °C is een concentratie van 25% ethyleenglycol niet voldoende. De concentratie moet 28% ethyleenglycol of 33% propyleenglycol zijn.

Gebruikmaking van glycol met hydraulische module

Indien het glycolbrijnpercentage niet op het aanbevolen percentage (gearceerde gebied) ligt, dan is de anticorrosiemiddel die in de glycol aanwezig is misschien niet meer efficiënt genoeg. Bijvoorbeeld, een glycol concentratie van 15 % kan een vorstbeveiliging voor de unit bieden tot -5 °C, maar kan ook extra corrosie veroorzaken.

15

2

Figuur 14 - LP instelling versus instelpunt temperatuur uittredend water

1. Lage ref TEMP instelpunt (SAT Temp) CH5302. Instelpunt vorstbeveiliging versus LWT

Lp instelling-9°C

Lp instelling-4°C

Lp instelling-23°C

CG-SVX19C-NL 59

CG-SVX19C-NL 59

Mechanische installatie

Figuur 15 - Aanbevolen glycolpercentage karakteristiek

1 = Kritische bevriezingsrisico's2 = Efficiënte vorstbeveiliging3 = Ethyleenglycol4 = Propyleenglycol

% = Glycolpercentage (gewichtsconcentratie)°C = Glycol- of watertemperatuur

60 CG-SVX19C-NL

60 CG-SVX19C-NL

Waterdrukval

Afbeelding 16 - Drukval (over de verdamper - S configuratie)

Afbeelding 18 - Drukval over het filter

Afbeelding 17 - Drukval (over de verdamper - V en W configuraties)

1 20 SE - 23SE - 26 SE SQ - 26 SE CP2 20 HE - 23 HE SQ - 23 HE CP3 30 SE SQ - 30 SE CP - 35 SE SQ - 35 SE CP4 26 HE CAP - 30 HE CAP5 26 HE CAP 60Hz - 26 HE SQ - 26 HE CP -

30 HE CAP 60Hz - 30 HE SQ - 30 HE CP6 35 HE CAP - 35 SE CAP - 39 SE - 45 SE7 35 HE CAP 60Hz - 35 HE SQ - 35 HE CP8 50 SE SQ - 50 SE CP

9 40 HE CAP 60Hz - 40 HE SQ - 40 HE CP - 40 SE10 46 SE11 40 HE CAP - 46 HE - 52 SE12 52 HE - 60 HE13 60 HE - 70 SE14 80 SE15 80 HE CAP 60Hz - 80 SE SQ - 80 HE CP - 90 SE16 70 HE - 80 HE CAP17 100 SE - 110 SE18 90 HE - 110 SE19 100 HE - 110 HE CAP - 140 SE CAP - 110 HE CAP

60Hz - 110 HE SQ - 110 HE CP - 120 HE20 140 SE SQ - 140 SE CP - 130 HE - 140 HE - 150 HE -

160 HE - 150 SE - 160 SE - 170 SE

CG-SVX19C-NL 61

CG-SVX19C-NL 61

Waterdrukval

Afbeelding 19 - Beschikbare druk - S batterij configuratie - Standaard vloeistofdruk

Afbeelding 20 - Beschikbare druk - S batterij configuratie - Hoge vloeistofdruk

2 20 SE - 23 SE - 26 SE SQ - 26 SE CP3 26 HE SQ - 26 HE CP4 30 HE SQ - 30 HE CP5 20 HE - 23 HE SQ - 23 HE CP - 26 SE CAP -

26 HE CAP 6 30 HE CAP7 30 SE SQ - 30 SE CP - 35 SE SQ - 35 SE CP8 30 SE CAP10 35 HE SQ - 35 HE CP11 35 SE CAP - 39 SE - 45 SE12 50 SE SQ Extra stilCP CompactCAP Uitgebreid akoestisch pakket

1 20 HE SQ - 20 HE CP - 20 HE CAP - 23 HE SQ - 23 HE CP

2 20 SE - 23 SE - 26 SE SQ - 26 SE CP - 26 SE CAP3 26 HE SQ - 26 HE CP - 23 HE CAP4 30 HE SQ - 30 HE CP7 30 SE CAP8 26 HE CAP9 30 HE CAP10 35 HE SQ - 35 HE CP11 35 SE SQ - 35 SE CP - 30 SE SQ - 30 SE CP12 35 HE CAP - 35 SE CAP - 39 SE - 45 SE - 50 SESQ Extra stilCP CompactCAP Uitgebreid akoestisch pakket

62 CG-SVX19C-NL

Waterdrukval

Afbeelding 21 - Beschikbare druk - V en W batterij configuraties - Standaard vloeistofdruk

14

16

15 1718

2722

20

29

23

24

37

31

32

34

33

30

Afbeelding 22 - Beschikbare druk - V en W batterij configuraties - Hoge vloeistofdruk

14 40 HE SQ - 40 HE CP - 40 SE - 40 SE CAP15 46 HE - 52 SE16 46 SE17 52 HE18 60 SE20 70 HE22 80 SE23 80 HE SQ - 80 HE CP24 80 HE CAP27 60HE - 70 SE - 90 SE CAP29 100 SE SQ - 100 SE CP 30 100 HE31 110 HE SQ - 110 HE CP - 120 HE32 110 HE CAP33 90 HE - 90 SE SQ - 90 SE CP - 110 SE - 100 SE CAP34 120 SE37 140 HE - 150 HE - 160 HE - 150 SE - 160 SE170 SE140 SE SQ - 140 SE CP - 140 SE CAPSQ Extra stilCP CompactCAP Uitgebreid akoestisch pakket

13 40 HE SQ -40 HE CP - 40 SE14 46 HE - 40 HE CAP - 52 SE15 46 SE16 52 HE17 60 SE19 80 HE SQ - 80 HE CP - 90 SE CAP20 80 SE21 80 HE CAP23 90 SE SQ - 90 SE CP - 60 HE - 70 SE24 100 HE - 110 HE CAP25 100 SE SQ - 100 SE CP26 100 SE CAP - 110 SE - 90HE27 110 HE SQ - 110 HE CP28 120 HE - 120 SE29 140 HE - 140 SE SQ - 140 SE CP - 150 HE - 150 SE30 160 HE - 160 SE - 170 HESQ Extra stilCP CompactCAP Uitgebreid akoestisch pakket

CG-SVX19C-NL 63

Tabel 23 - Bedieningsplan

Ventilatorkoeling Lage omgevingstemperatuur

Standaard omgevingstemperatuur

Hoge omgevingstemperatuur

Min. buitenluchttemperatuur -18 °C +7 °C +7 °C

Max. buitenluchttemperatuur +46 °C +46 °C +52 °C

Min. temperatuur uittredend water -12 °C -12 °C -12 °C

Max. temperatuur uittredend water +20 °C +20 °C +20 °C

Tabel 23 - Bedieningsplan

1 Hoge omgevingstemperatuur (optie alleen voor hoge rendement units)

2 Lage omgevingstemperatuur (optie)3 Standaard omgevingstemperatuur

A Temperatuur omgevingslucht (°C)B Uittredende luchttemperatuur (°C)

Werkingsgebied

64 CG-SVX19C-NL

64 CG-SVX19C-NL

Elektrische installatie

Algemene aanbevelingenAlle bedrading dient te voldoen aan de ter plekke geldende richtlijnen en regelgeving m.b.t. elektriciteit. Standaard aansluitschema's staan in het achterste deel van het handboek. De minimale circuitstroom en andere elektrische gegevens vindt u op het typeplaatje van de unit. Zie de bestelgegevens van de unit voor de actuele elektrische specificaties. Bij de unit worden elektrische specificaties en bedradingschema's geleverd.

WAARSCHUWING: Gevaarlijke spanning!

Koppel de elektrische voeding, inclusief hoofdschakelaars op afstand, los voordat onderhoud uitgevoerd wordt. Volg de correcte blokkeringsprocedures om te zorgen dat de voeding niet per ongeluk ingeschakeld kan worden. Als de voeding niet wordt uitgeschakeld voordat onderhoud wordt uitgevoerd, kan dit ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben.

LET OP Gebruik alleen kopergeleiders!

Op de klemmen kunnen geen andere geleiders worden aangesloten. Het niet gebruiken van koperen geleiders kan resulteren in beschadiging van de apparatuur.

Belangrijk!

Zorg ervoor dat de kabelbuizen niet in de weg liggen van andere onderdelen, constructie-elementen of apparatuur. De bedrading van het regelcircuit (115 V) dient in andere kabelgoten dan waarin zich de laagspanningsbedrading (<30 V) bevindt, te worden gelegd. Leg laagspanningskabels (<30V) en geleiders met een stroomvoeringscapaciteit van meer dan 30 V niet in dezelfde kabelgoot, anders kunnen storingen ontstaan.

Soft starter aanbevolen instellingen

Acceleratietijd: 0,5 seconde snelheid

Opstartkoppel: 50 %

Deceleratietijd: 0 seconden

GEVAAR!

Inverters hebben ingebouwde filters. Deze zijn niet compatibel met geïsoleerde neutraal geaarde opstellingen.

Pomp / ventilator inverter – vermogensfactor correctiecondensator

WAARSCHUWING! Hoge spanning!

Ieder contact met elektrische componenten, zelfs nadat de unit is uitgeschakeld, kan de dood of ernstige verwondingen tot gevolg hebben. Wacht minstens 4 minuten na het uitschakelen van de unit, tot de stroom is weggelekt.

Aarding

De inverter van de ventilatorsnelheid heeft een grote lekstroom. Zorg dat de unit is geaard en houd hiermee rekening bij het installeren van de aardlekschakelaar.

Wanneer in bedrijf genereert deze unit een lekkagestroom van meer dan 100 mA.

Door installateur te leveren onderdelenDe interface-aansluitingen van de door de klant te verzorgen bedrading staan aangegeven in de elektrische bedradings- en aansluitschema's die bij de unit geleverd worden. De installateur moet de volgende onderdelen leveren, indien deze niet bij de unit zijn besteld:• Devoedingskabels(inkabelgoten)

voor alle lokale kabelaansluitingen.• Allebesturingskabels

(verbindingskabels) (in kabelgoten) voor lokale apparaten.

• Circuitonderbrekers.

VoedingskabelsWAARSCHUWING Aardingsdraad!

Alle lokale kabelaansluitingen moeten worden uitgevoerd door gekwalificeerd personeel. Alle lokale kabelaansluitingen dienen te voldoen aan de ter plekke geldende richtlijnen en regelgeving m.b.t. elektriciteit. Het niet opvolgen van deze instructies kan de dood of ernstige verwondingen tot gevolg hebben.

Alle voedingskabels moeten op maat gebracht en geselecteerd worden door de projectleider, conform de ter plekke geldende richtlijnen en regelgeving.

WAARSCHUWING: Gevaarlijke spanning!

Koppel de elektrische voeding, inclusief hoofdschakelaars op afstand, los voordat onderhoud uitgevoerd wordt. Volg de correcte blokkeringsprocedures om te zorgen dat de voeding niet per ongeluk ingeschakeld kan worden. Als de voeding niet wordt uitgeschakeld

voordat onderhoud wordt uitgevoerd, kan dit ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben.

Alle bedrading dient te voldoen aan de ter plekke geldende richtlijnen en regelgeving m.b.t. elektriciteit. De installateur moet de verbindingskabels van het systeem en de voedingskabels leveren en installeren. Ze moeten correct op maat gebracht worden en voorzien worden van de juiste gezekerde hoofdschakelaars. Het type en de montageplaats(en) van de gezekerde hoofdschakelaars moeten voldoen aan alle geldende richtlijnen.

Uitbreekopeningen voor de bekabeling bevinden zich onder aan de rechter zijkant van het bedieningspaneel. Voer de bekabeling door deze openingen en sluit ze aan op de hoofdschakelaar.

Maak aansluitingen zoals te zien is in de lokale aansluitschema's en zoals vermeld op de waarschuwingssticker in het startpaneel voor de correcte fase-aansluitingen van de 3-fasen voeding. Voor meer informatie over de juiste fase-aansluitingen, zie "Voeding unit - fase-aansluitingen". Er moet voor goede massa-aansluitingen voor de installatie gezorgd worden naar elke massa-aansluiting op het paneel (één voor elke door de klant geleverde geleider per fase).

Lokale hoogspanningsaansluitingen (via de uitbreekopeningen aan de rechter zijkant van het paneel.

Figuur 24 - Voedingsingang

1 = Laagspanning voeding2 = Ingaande voeding

CG-SVX19C-NL 65

CG-SVX19C-NL 65

Elektrische installatie

StuurstroomDe unit is voorzien van een stuurstroomtransformator. Er hoeft dus geen extra stuurstroom naar de unit geleverd te worden. Op de stuurstroomtransformator mogen geen andere componenten worden aangesloten.

Alle units zijn in de fabriek aangesloten op de aangegeven voltages.

VerbindingskabelsRegeling gekoeldwaterpomp

Een uitgangsrelais van de verdamper-waterpomp wordt gesloten als de koelmachine een signaal van een willekeurige bron krijgt om over te gaan naar de AUTO-modus. Het contact wordt geopend om de pomp uit te schakelen bij de meeste diagnoses op machineniveau om de opeenhoping van pompwarmte te voorkomen.

De relaisuitgang van 1A9 is nodig voor de werking van de magneetschakelaar van de verdamper-waterpomp (EWP). De contacten moeten geschikt zijn voor het 115/240 VAC regelcircuit. Normaal gesproken volgt het EWP-relais de AUTO-modus van de koelmachine. Als de koelmachine geen diagnose heeft en in de AUTO-modus is, ongeacht waar het AUTO-commando vandaan komt, wordt het normaal geopende relais bekrachtigd. Als de koelmachine de AUTO-modus verlaat, is de relais timergeregeld open voor een instelbare (met TechView) duur van 0 tot 30 minuten. De niet-AUTO-modes waarin de pump wordt gestopt, zijn Reset, Stop, Externe Stop, Afstand Display Stop, Gestopt door Tracer, Startblokkering door lage omgevingstemperatuur, en IJs maken voltooid.

Ongeacht of de werking van de koelmachine is toegestaan om de pomp te regelen op een permanente basis, kan de verdamper onherstelbaar beschadigd worden als de microprocessor vraagt de pomp te starten en er geen water stroomt. De installateur of de klant moeten ervoor zorg dragen dat de pomp start als de regelaars van de koelmachines de pomp aansturen.

Tabel 24 - Werking van pomprelais

Koelmachinemodus Werking relais

Auto Onmiddellijk sluiten

IJs maken Onmiddellijk sluiten

Tracer onderdrukking

Sluiten

Stop Timergeregeld open

IJs maken voltooid Onmiddellijk open

Diagnose Onmiddellijk open

Als het EWP-relais van Stop naar Auto gaat, wordt het onmiddellijk bekrachtigd. Als de verdamperwaterstroom niet binnen 4 minuten en 15 seconden op gang komt, schakelt de CH530 het CHWP-relais uit en genereert een niet-blokkerende diagnose. Als de stroom terugkeert (bijv. als iemand anders de pomp regelt), wordt de diagnose gewist, het EWP-relais opnieuw bekrachtigd en de normale regeling hervat.

Als de verdamperwaterstroom verloren gaat nadat deze op gang is gekomen, blijft het EWP-relais bekrachtigd en wordt een niet-blokkerende diagnose gegenereerd. Als de stroom terugkeert, wordt de diagnose gewist en keert de koelmachine terug naar de normale werking.

In het algemeen wordt het EWP-relais uitgeschakeld alsof er een nultijdvertraging was, als er een niet-blokkerende of blokkerende diagnose was. Uitzonderingen (zie bovenstaande tabel) waarbij het relais bekrachtigd blijft, treden op bij:

Een diagnose van lage gekoeld watertemperatuur (niet-blokkerend) (tenzij in combinatie met een diagnose van temperatuursensor van verdamperuittredewater)

of

Een diagnose van onderbrekingsfout van startmagneetschakelaar waarbij een compressor stroom blijft afnemen, zelfs nadat deze een commando heeft gekregen om uit te schakelen

of

Een diagnose van verlies van verdamperwaterstroom (niet-blokkerend) en de unit is in de AUTO-modus, nadat de verdamperwaterstroom eerst getest is.

Alarm- en statusrelaisuitgangen (programmeerbare relais)Een programmeerbaar relaisconcept zorgt voor de formulering van bepaalde gebeurtenissen of toestanden van de koelmachine, geselecteerd uit een lijst met meest voorkomende behoeften, terwijl slechts vier fysieke uitgangsrelais worden gebruikt, zoals te zien in de lokale bedradingsschema's. De vier relais worden geleverd (normaal gesproken met een Quad relaisuitgang LLID) als onderdeel van de alarm

relaisuitgang optie. De relaiscontacten zijn geïsoleerd Form C (SPDT), geschikt voor gebruik in 120 VAC circuits met een afname van maximaal 2,8 A inductief, 7,2 A resistief, of 1/3 pk en voor 240 VAC circuits met een afname van maximaal 0,5 A resistief.

De lijst van gebeurtenissen/statussen die toegewezen zijn aan de programmeerbare relais staan in de onderstaande tabel. Het relais wordt bekrachtigd als de gebeurtenis of toestand optreedt.

66 CG-SVX19C-NL

66 CG-SVX19C-NL

Elektrische installatie

Tabel 25 - Configuratietabel alarm- en statusrelaisuitgangen

Beschrijving

Alarm - blokkerend Deze uitgang is aanwezig, telkens als er een actieve diagnose is waarvoor een handmatige reset nodig is om te wissen of die een nadelige invloed op de koelmachine, het circuit of de compressoren op een circuit heeft. De informatieve diagnose valt niet onder deze classificatie.

Alarm - Auto Reset Deze uitgang is waar, telkens als er een actieve diagnose die automatisch gewist wordt of die een nadelige invloed op de koelmachine, het circuit of de compressoren op een circuit heeft. De informatieve diagnose valt niet onder deze classificatie.

Alarm Deze uitgang is aanwezig, telkens als een diagnose invloed heeft op een onderdeel, of dit nu blokkerend of automatisch wissend is. De informatieve diagnose valt niet onder deze classificatie.

Alarm circuit 1 Deze uitgang is waar, telkens als een diagnose betrekking heeft op koudemiddelcircuit 1, of dit nu blokkerend of automatisch wissend is, inclusief diagnoses die betrekking hebben op de complete koelmachine. De informatieve diagnose valt niet onder deze classificatie.

Alarm circuit 2 Deze uitgang is waar, telkens als een diagnose betrekking heeft op koudemiddelcircuit 2, of dit nu blokkerend of automatisch wissend is, inclusief diagnoses die betrekking hebben op de complete koelmachine. De informatieve diagnose valt niet onder deze classificatie.

Koelmachine limiet modus (met een 20 minuten filter)

Deze uitgang is aanwezig als de koelmachine de afgelopen 20 minuten continu in een van de onbelaste modi heeft gedraaid (condensor, verdamper, stroomgrens of faseonbalansgrens).

Circuit 1 draait Deze uitgang is waar, telkens als compressoren draaien (of commando's krijgen om te draaien) op koudemiddelcircuit 1, en niet waar als geen compressoren commando's krijgen om op dat circuit te draaien.

Circuit 2 draait Deze uitgang is waar, telkens als compressoren draaien (of commando's krijgen om te draaien) op koudemiddelcircuit 2, en niet waar als geen compressoren commando's krijgen om op dat circuit te draaien.

Koelmachine in bedrijf Deze uitgang is waar, telkens als compressoren draaien (of commando's krijgen om te draaien) op de koelmachine, en niet waar als geen compressoren commando's krijgen om op de koelmachine te draaien.

Maximaal koelvermogen Deze uitgang is waar, telkens als alle compressoren van de koelmachine draaien. Deze uitgang is niet waar zodra een compressor is uitgeschakeld.

IJsproductie status Deze uitgang is waar als de unit is geconfigureerd voor ijs maken, het ijs maken is aangezet, er geen ijs maken diagnoses zijn, en het commando ijs maken is gegeven. Als de unit niet draait en het commando ijs maken wordt gegeven, moet de uitgang worden aangezet voordat de eerste compressor start. Deze uitgang moet niet waar zijn als de ijsproductiecyclus voltooid is. Deze uitgang kan worden gebruikt met blokkeerkleppen, enz. die moeten worden omgeschakeld om de ijsproductiecyclus mogelijk te maken.

Verwarmen/koelen Deze uitgang is waar als de capaciteitsregeling in de heet water regelmodus is (de watertemperatuur wordt geregeld volgens het actieve heet water instelpunt). Deze uitgang is niet waar in elke andere capaciteitsregelmodus (gekoeld water regeling, IJsproductie, enz.).

CG-SVX19C-NL 67

CG-SVX19C-NL 67

Elektrische installatie

Relaistoewijzingen m.b.v. TechviewHet CH530 servicegereedschap (TechView) wordt gebruikt voor het installeren van het alarm- en statusrelais optiepakket en het toewijzen van elk van de gebeurtenissen of toestanden uit bovenstaande lijst aan elk van de vier relais die met de optie zijn geleverd. De te programmeren relais worden aangeduid met de klemnummers voor de relais op het LLID-bord 1A18.

De standaardtoewijzingen voor de vier beschikbare relais van de CGAM alarm en status pakket optie zijn:

Tabel 26 - Standaard toewijzingen

RelaisRelais 1 klemmen J2 – 12,11,10:

Compressor is in bedrijf

Relais 2 klemmen J2 – 9,8,7:

Alarm - vergrendelend

Relais 3 klemmen J2 – 6,5,4:

Koelmachine limiet

Relais 4 klemmen J2 – 3,2,1:

Alarm

Als deze alarm/status relais worden gebruikt, zorg dan voor een gezekerde elektrische voeding van 115 VAC naar het paneel en sluit de bekabeling aan op de juiste relais (klemmen op 1A18. Breng bedrading (warm, neutraal geschakeld en massa-aansluitingen) naar de aankondigingsapparatuur op afstand. Gebruik geen voeding van de transformator van het bedieningspaneel van de koelmachine om deze apparatuur op afstand te voeden. Zie de lokale schema's die bij de unit worden geleverd.

LaagspanningsbedradingWAARSCHUWING Aardingsdraad!

Alle lokale kabelaansluitingen moeten worden uitgevoerd door gekwalificeerd personeel. Alle lokale kabelaansluitingen dienen te voldoen aan de ter plekke geldende richtlijnen en regelgeving m.b.t. elektriciteit. Het niet opvolgen van deze instructies kan de dood of ernstige verwondingen tot gevolg hebben.

Voor de hieronder beschreven apparatuur op afstand is laagspanningsbedrading nodig. Alle bedrading naar en van deze ingangsapparatuur op afstand naar het bedieningspaneel moet gemaakt worden met afgeschermde, getwiste geleiders. Zorg dat u de afscherming alleen aan het paneel aardt.

Opmerking: Leg laagspanningskabels (<30 V) en geleiders met een stroomvoeringscapaciteit van meer dan 30 V niet in dezelfde kabelgoot, anders kunnen storingen ontstaan.

NoodstopDe CH530 biedt extra regeling voor een door de klant gespecificeerde/geïnstalleerd blokkerende uitschakeling. Als dit door de klant aangebrachte afstandscontact 6S2 aanwezig is, zal de koelmachine normaal draaien als het contact gesloten is. Als het contact open gaat, wordt de unit uitgeschakeld bij een handmatig te resetten diagnose. Deze conditie vereist de handmatige reset bij de koelmachineschakelaar op de voorkant van het bedieningspaneel.

Sluit de laagspanningskabels aan op de klemmenstrips op 1A13, J2-3 en 4. Zie de lokale schema's die bij de unit worden geleverd. Verzilverde of vergulde contacten worden aanbevolen. Deze door de klant geleverd contacten moeten geschikt zijn voor 24 VDC, 12 mA resistieve belasting.

Externe auto/stopAls de unit de externe auto-/stopfunctie nodig heeft, moet de installateur draden leveren van de afstandscontacten 6S1 naar de juiste klemmen op 1A13 J2-1 en 2.

De koelmachine draait normaal als de contacten gesloten zijn. Wanneer het contact opengaat, gaat/gaan de compressor(en), indien in werking, naar de RUN:UNLOAD bedrijfsmodus en schakelen uit. De werking van de unit wordt geblokkeerd. Door het sluiten van de contacten zal de unit terugkeren naar de normale werking. Lokale contacten voor alle laagspanningsaansluitingen moeten geschikt zijn voor 24 VDC, 12 mA resistieve belasting. Zie de lokale schema's die bij de unit worden geleverd.

68 CG-SVX19C-NL

68 CG-SVX19C-NL

Elektrische installatie

IJsproductie optieDe CH530 biedt extra regeling voor een door de klant gespecificeerde geïnstalleerde contactuitgang voor ijs maken, indien zodanig geconfigureerd en ingeschakeld. Deze uitgang is bekend als het statusrelais voor het ijs maken. Het normaal geopende contact zal gesloten worden tijdens het ijs maken en opengaan als het ijs maken normaal beëindigd is, doordat het instelpunt Beëindiging ijsproductie is bereikt of door het commando ijsproductie te verwijderen. Deze uitgang is voor gebruik in de ijsopslagsysteemuitrusting of regelingen (geleverd door derden) om de vereiste systeemwijzigingen als de koelmachinemodus verandert van "ijsproductie" naar "ijsproductie voltooid" te signaleren.

Als contact 6S3 aanwezig is, zal de koelmachine normaal draaien als het contact geopend is.

De CH530 accepteert een geïsoleerde contactuitgang (extern commando ijsproductie) of een ingang met communicatie op afstand (Tracer) om de ijsproductiemodus te initialiseren en aan te sturen.

De CH530 heeft ook een “frontpaneel ijsbeëindiging instelpunt”, dat instelbaar is via TechView van -6,7 tot -0,5 °C in stappen van minstens 1 °C.

Als de koelmachine in de ijsproductiemodus staat en de temperatuur van het intredend verdamperwater daalt onder het instelpunt 'ijsproductie voltooid', beëindigt de koelmachine de ijsproductiemodus en gaat over naar de modus ijsproductie voltooid.

LET OP Schade aan verdamper!

Het antivriesmiddel moet geschikt zijn voor de temperatuur van het uittredende water. De systeemonderdelen kunnen anders beschadigd raken.

TechView moet ook gebruikt worden om de ijsmachineregeling in of uit te schakelen. Met deze instelling wordt niet voorkomen dat Tracer een commando kan sturen voor de ijsproductiemodus.

Bij het sluiten van het contact zal de CH530 een ijsmaakmodus initialiseren waarbij de unit te allen tijde volledig belast draait. De ijsproductie wordt voltooid door het contact te openen of op basis van de temperatuur van het intredend verdamperwater. De CH530 zal niet toestaan dat de ijsproductiemodus opnieuw wordt ingeschakeld, totdat de unit uit de ijsproductiemodus is geschakeld (6S3 contacten openen) en vervolgens terug in de ijsproductiemodus is geschakeld (6S3 contacten sluiten).

Bij het ijsmaken worden alle grenzen (voorkomen van bevriezing, verdamper, condensor, stroom) genegeerd. Alle beveiligingen worden nageleefd. Als de unit naar de instelling van de bevriezingsthermostaat (water of koudemiddel) daalt in de ijsproductiemodus, zal de unit uitgeschakeld worden op een handmatig te resetten diagnose, net als bij de normale werking.

Sluit de kabels van 6S3 aan op de juiste klemmen van 1A16. Zie de lokale schema's die bij de unit worden geleverd. Verzilverde of vergulde contacten worden aanbevolen. Deze door de klant geleverd contacten moeten geschikt zijn voor 24 VDC, 12 mA resistieve belasting.

Extern gekoeld water instelpunt (ECWS) optieDe CH530 biedt ingangen die 4-20 mA of 2-10 VDC signalen accepteren om het externe instelpunt van het gekoeld water (ECWS) in te stellen. Dit is geen resetfunctie. De ingang definieert het instelpunt. Deze ingang wordt voornamelijk gebruikt met algemene GBS (gebouwbeheersystemen). het gekoeld water instelpunt dat is ingesteld via DynaView of digitale communicatie met Tracer (Comm3). De prioriteiten van de verschillende gekoeld water instelpuntbronnen staat in de stroomschema's aan het eind van het hoofdstuk.

Het gekoeld water instelpunt kan worden veranderd vanaf een locatie op afstand door het verzenden van ofwel een 2-10 VDC of 4- 20 mA signaal naar de 1A14, J2-2 en 3. De 2-10 VDC en 4-20 mA corresponderen elk met een 10 tot 65 °F (-12 tot 18 °C) extern gekoeld water instelpunt.

De volgende vergelijkingen zijn van toepassing:

Spanningssignaal stroomsignaal

Afkomstig van een externe bron VDC=0,1455*(ECWS)+0,5454 mA=0,2909(ECWS)+1,0909

Verwerkt door CH530 ECWS=6,875*(VDC)-3,75 ECWS=3,4375(mA)-3,75

Als de ECWS ingang een open of kortgesloten circuit veroorzaakt, rapporteert de LLID een zeer hoge of zeer lage waarde aan de hoofdprocessor. Dit genereert een informatieve diagnose en de unit zal standaard het gekoeldwaterinstelpunt van het voorpaneel (DynaView) gaan gebruiken.

Het TechView servicegereedschap wordt gebruikt voor het instellen van het ingangssignaal type van de fabrieksinstelling van 2-10 VDC naar 4-20 mA. TechView wordt ook gebruikt om de optie extern gekoelwaterinstelpunt te installeren of verwijderen en vormt verder een hulpmiddel om ECWS in of uit te schakelen.

CG-SVX19C-NL 69

CG-SVX19C-NL 69

Elektrische installatie

Externe behoeftelimiet instelpunt (EDLS) optieDe CH530 biedt de mogelijkheid de capaciteit van de te beperken door het begrenzen van het aantal compressoren of trappen die in werking mogen zijn. Het maximum aantal in werking zijnde compressoren of trappen kan variëren van een tot het aantal trappen van de unit. Het trappenprogramma bepaalt welke compressor of trap wordt uitgeschakeld of niet mag inschakelen om aan deze eis te voldoen.

De CH530 accepteert ofwel een 2-10 VDC of 4-20 mA analoog ingangssignaal dat past bij de aansluiting van de klant voor het instellen van het externe behoeftelimiet instelpunt (EDLS) van de unit.

2-10 VDC en 4-20 mA moeten elk corresponderen met een EDLS bereik met een minimum van 0 % en een maximum van 100 %. De volgende vergelijkingen bestaan:

Het minimum EDLS wordt opgehangen aan het frontpaneel gebaseerd op 100 % / Totaal aantal compressoren. Voor ingangssignalen buiten het 2-10 V DC of 4-20 mA bereik wordt de eindwaarde van het bereik gebruikt. Als de klant bijvoorbeeld de ingang 21 mA invoert, beperkt het EDLS zich tot het bijbehorende 20 mA EDLS.

ECLS en EDLS analoge ingangssignaal bekabelingsdetails:Zowel het ECWS en het EDLS kunnen worden aangesloten en ingesteld als ofwel een 2-10 VDC (standaard af-fabriek), 4-20 mA, of weerstandsingang (ook een vorm van 4-2O mA) zoals hieronder aangegeven. Afhankelijk van het te gebruiken type moet het TechView servicegereedschap worden gebruikt voor het configureren van de LLID en de MP voor het juiste ingangstype dat wordt gebruikt. Dit gebeurt door het veranderen van een instelling op de klanttab van het configuratiescherm in TechView.

De J2-3 en J2-6 klem is geaard aan het chassis en klem J2-1 en J2-4 kunnen wordt gebruikt als 12 VDC bron.

Het ECLS gebruikt de klemmen J2-2 en J2-3. Het EDLS gebruikt de klemmen J2-5 en J2-6. Beide ingangen zijn alleen geschikt voor "high-side current" bronnen.

Figuur 25 - Bekabelingsvoorbeelden voor ECLS en EDLS

Spanningssignaal Stroomsignaal

Zoals gegenereerd van externe bron Vdc = 8*(EDLS) + 2 mA=16*(EDLS) +4

Verwerkt door Tracer CH530 EDLS = (Vds – 2)/8 EDLS = mA – 4) /16

Potentiometer

weerstand

Dubbel Analoog

Dubbel Analoog

Dubbel Analoog

Dubbel Analoog

70 CG-SVX19C-NL

70 CG-SVX19C-NL

Elektrische installatie

Gekoeld water reset (CWR)De CH530 reset het gekoeld water temperatuur instelpunt op basis van ofwel de retour water temperatuur, of de buitenluchttemperatuur. Retour reset is standaard, buitenreset is optioneel.

Het volgende is te selecteren:• Eenvandrieresettypes:geen,

retourwatertemperatuur reset, buitenluchttemperatuur reset, of constant retourwatertemperatuur reset.

• Resetratioinstelpunten.• Voorbuitenluchttemperatuurresetis

een positieve en een negatieve reset ratio mogelijk.

• Startresetinstelpunten.• Maximumresetinstelpunten.

De vergelijkingen voor lek resettype zijn als volgt:

Retour

CWS’ = CWS + RATIO (START RESET - (TWE - TWL))

en CWS’ > of = CWS

en CWS’ - CWS < of = Maximum Reset

Buiten

CWS’ = CWS + RATIO * (START RESET - TOD)

en CWS’ > of = CWS

en CWS’ - CWS < of = Maximum Reset

waar

CWS’ is het nieuwe gekoeld water instelpunt of het "reset CWS"

CWS is het actieve gekoeld water instelpunt voorafgaand aan enige reset, bijv. normaal Frontpaneel, Tracer,

of ECWS

RESET RATIO is een door de gebruiker in te stellen toename

START RESET RATIO is een door de gebruiker in te stellen referentie

TOD is de buitentemperatuur

TWE is de intredende verdamperwatertemperatuur

TWL is de uittredende verdamperwatertemperatuur

MAXIMUM RESET is een door de gebruiker in te stellen limiet van het maximum aantal resets. Voor alle resettypes, CWS’ - CWS < of = Maximum Reset.

In aanvulling op de retour- en buitenreset, heeft de microprocessor een menu-item waarmee een constante retourreset kan worden gekozen. Constante retourreset reset het instelpunt van de uittredende watertemperatuur om een constante water intredetemperatuur te krijgen. De constante retourreset vergelijking is dezelfde als de retourreset vergelijking, maar door de keuze van de constante retourreset, zal de microprocessor automatische ratio, start reset, en maximum reset als volgt instellen.

RATIO = 100 %

START RESET = Nominale delta temp.

MAXIMUM RESET = Nominale delta temp.

De vergelijking voor constante retour is dan als volgt:

CWS’ = CWS + 100 % (nominale delta temp. - (TWE - TWL))

en CWS’ > of = CWS

en CWS’ - CWS < of = Maximum Reset

Wanneer een van de CWR is aangezet, zal de microprocessor het actieve CWS verplaatsen naar het gewenste CWS’ (gebaseerd op bovenstaande vergelijkingen en de ingestelde parameters) met een snelheid van 1 graad C per 5 minuten, tot het actieve CWS gelijk is aan het gewenste CWS’. Dit geldt als de koelmachine draait.

Als de koelmachine niet draait, dan wordt het CWS direct gereset (binnen een minuut) voor retourreset en met een snelheid van 1 graad C per 5 minuten voor buitenreset. De koelmachine zal starten als de waarde van het "differentiaal tot start" boven een volledige gereset CWS of CWS’ is, voor zowel retour en buitenreset.

Reset type Reset ratio bereik

Start reset bereik

Maximum reset bereik

Toename SI units

Standaard fabriekswaarde

Retour 10 – 120 % 2,2-16,7 °C 0,0-11,1 C 1 % 50 %

Buiten 80 tot -80 % 10-54,4 °C 0,0 tot 11,1 °C 1 % 10%

CG-SVX19C-NL 71

CG-SVX19C-NL 71

Communicatie interface-opties

Optionele Tracer communicatie-interfaceMet deze optie kan de Tracer CH530 regelaar informatie uitwisselen (bijvoorbeeld: bedrijfsinstelpunten en auto/stand-by commando's) met een regeleenheid van een hoger niveau, zoals een Tracer Summit of een regelaar voor meerdere machines. Een afgeschermde, getwiste aansluiting brengt de tweerichtingscommunicatieverbinding tot stand tussen de Tracer CH530 en het gebouwbeheersysteem.

Opmerking: Leg laagspanningskabels (<30 V) en geleiders met een stroomvoeringscapaciteit van meer dan 30 V niet in dezelfde kabelgoot, anders kunnen storingen ontstaan.

WAARSCHUWING Aardingsdraad!

Alle lokale kabelaansluitingen moeten worden uitgevoerd door gekwalificeerd personeel. Alle lokale kabelaansluitingen dienen te voldoen aan de ter plekke geldende richtlijnen en regelgeving m.b.t. elektriciteit. Het niet opvolgen van deze instructies kan de dood of ernstige verwondingen tot gevolg hebben.

Lokale bedrading voor de communicatieverbinding moet voldoen aan de volgende eisen:• Allebedradingmoetovereenkomen

met de lokale voorschriften en regelgeving.

• Decommunicatieverbindingskabelsmoeten afgeschermde, twisted pair kabels zijn (Belden 8760 of gelijkwaardig). Zie de onderstaande tabel voor het selecteren van de kabeldiameter:

Tabel 27 - Kabeldiameter

Kabeldiameter en maximum lengte van communicatiebekabeling

2,5 mm2 1525 m1,5 mm2 610 m1,0 mm2 305 m

• Decommunicatieverbindingkanniet tussen gebouwen aangebracht worden.

• Alleunitsopdecommunicatieverbinding kunnen aangesloten worden in een 'margrietketen' configuratie.

LonTalk communicatie-interface voor koelmachines (LCI-C)De CH530 biedt een optionele LonTalk communicatie-interface (LCI-C) tussen de koelmachine en een gebouw beheer systeem (GBS). Een LCI-C LLID moet worden gebruikt om "gateway" functionaliteit te bieden tussen een met LonTalk verenigbaar apparaat en de koelmachine. De in-/uitgangen omvatten zowel verplichte alsook optionele netwerk variabelen zoals deze zijn vastgelegd door het LonMark Functionele Koelmachine Profiel 8040.

Tips voor installatie• 22AWGLevel4niet-afgeschermde

communicatiekabel aanbevolen voor de meeste LCI-C installaties

• LCI-Cverbindingslimieten:1300m,60 apparaten

• Afsluitweerstandenzijnnodig• 105ohmaanelkezijdevoorLevel4

kabel• 82ohmaanelkezijdevoorde

"paarse" Trane kabel• LCI-Ctopologieiseenmargrietketen• Communicatie-aansluitingen

zonesensor beperkt tot 8 per verbinding, elk 15 m (maximaal)

• Eenversterkingkangebruiktwordenvoor extra 1300 m, 60 apparaten en 8 communicatie-aansluitingen

72 CG-SVX19C-NL

72 CG-SVX19C-NL

Communicatie interface-opties

Tabel 28 - LonTalk puntenlijst

Ingangen/Uitgangen Lengte en inhoud SNVT / UNVT

Koelmachine inschakelen/uitschakelen verzoek

2 bytes SNVT_switch

Gekoeldwaterinstelpunt 2 bytes SNVT_temp_p

Capaciteitslimiet instelpunt (gebruikt door vraaglimiet instelpunt)

2 bytes SNVT_lev_percent

Werkingsmode verzoek 1 byte SNVT_hvac_mode

Koelmachine draait status 2 bytes SNVT_switch

Actief gekoeld water of heet water instelpunt

2 bytes SNVT_temp_p

Actuele draai capaciteit 2 bytes SNVT_lev_percent

Actief capaciteitslimiet instelpunt (van actief vraaglimiet instelpunt)

2 bytes SNVT_lev_percent

Temp Uittredend Water Verdamper 2 bytes SNVT_temp_p

Temp Intredend Water Verdamper 2 bytes SNVT_temp_p

Beschrijving alarmmelding 31 bytes SNVT_str_asc

Koelmachine status

00 = Koelmachine uit

01 = Koelmachine in startmodus

02 = Koelmachine in werkmodus

03 = Koelmachine in voor-uitschakelmodus

04 = Koelmachine in servicemodus

03 = Alleen koeling

0A = Koeling met compressor niet draaiend

0B = IJsproductiemodus

bit 0 (MSB) = in alarmmodus

bit 1 = draaien aan

bit 2 = lokaal

bit 3 = gegrensd

bit 4 = verdamper waterstroom

3 bytes SNVT_chlr_status

CG-SVX19C-NL 73

CG-SVX19C-NL 73

Werkingsprincipes

Dit hoofdstuk geeft een overzicht van de werking van CGAM luchtgekoelde vloeistofkoelmachines met microprocessorgestuurde besturingssystemen. Daarnaast wordt dieper ingegaan op de werkingsprincipes van de CGAM waterkoelmachine.

Opmerking: Roep voor een vakkundige diagnose en reparatie de hulp in van een erkende serviceorganisatie.

AlgemeenDe units van model CGAM zijn enkel- of dubbelcircuit luchtgekoelde vloeistofkoelers met scroll compressor(en). De units hebben op de unit gemonteerde start-/bedieningspanelen en werken met R410A koudemiddel.

De standaardonderdelen van een CGAM-unit zijn:• Opdeunitgemonteerdpaneelmet

starter en Tracer CH530 regelaar en Ingang/uitgang LLIDS

• Scrollcompressoren• Gesoldeerdeplaatverdamper• Luchtgekoeldecondensormet

tussenkoeler• Elektronischexpansieventiel• Bijbehorendeverbindingspijpen.

KoudemiddelcyclusDe koelcyclus van de CGAM koelmachine is in principe gelijk aan die van andere luchtgekoelde Trane koelmachines. De CGAM koelmachine heeft een gesoldeerde plaatverdamper en een luchtgekoelde condensor. De compressoren hebben door aanzuiggas gekoelde motoren een oliebeheersysteem voor een bijna olievrij koudemiddel in de condensor en de verdamper voor een maximale warmteoverdracht en smering en afdichting van de rotors en lagers van de compressor. Het smeersysteem zorgt voor een lange levensduur van de compressor en draagt bij aan een stille werking.

Het koudemiddel condenseert in de luchtgekoelde warmtewisselaar. Deze is leverbaar in drie configuraties —schuin, V en W— afhankelijk van de nominale CGAM tonnage en koelcapaciteit. Het vloeibare koudemiddel wordt gedoseerd toegelaten in de gesoldeerde plaatverdamper via een elektronische expansieklep voor een maximaal rendement van de koelmachine bij vol- en deellast werking.

De CGAM koelmachine heeft een op de unit gemonteerd start- en bedieningspaneel. Microprocessorgestuurde regelmodules (Trane Tracer™CH530) zorgen voor een nauwkeurige gekoeldwaterregeling en voor controle, bescherming en aangepaste begrenzingsfuncties. De adaptieve aard van de regeling voorkomt dat de koelmachine buiten de grenzen gebruikt kan worden en compenseert ongebruikelijke bedrijfsomstandigheden waardoor de machine normaal door kan werken in plaats van simpelweg de koelmachine te stoppen. In geval van problemen, levert de CH530 regeling diagnoseboodschappen die de operator helpen bij het verhelpen van het probleem.

74 CG-SVX19C-NL

74 CG-SVX19C-NL

Werkingsprincipes

Afbeelding 27 - CGAM Koudemiddelcircuit - V batterij configuratie met THR optie

1 = Scroll-compressor2 = Verdamper

(plaatwarmtewisselaar)3 = Condensor (luchtgekoelde

wisselaar)4 = Warmteterugwinnings wisselaar

(plaatwarmtewisselaar)5 = Filterdroger6 = Elektronisch expansieventiel7 = Bedrijfsklep8 = Schraeder ventiel9 = Kijkglas10 = 3-weg ventiel11 = Ontvanger 12 = Stroomuitval magneetventielPT = DrukomvormerPZH = HogedrukschakelaarTT = TemperatuursensorTCE = Elektronisch expansieventielFSL = Verdamper waterstroom

schakelaarM = 3-weg ventielmotorUY = Solenoïde

1 = Scroll-compressor2 = Verdamper

(plaatwarmtewisselaar)3 = Condensor (luchtgekoelde

wisselaar)4 = Warmteterugwinnings wisselaar

(plaatwarmtewisselaar)5 = Filterdroger6 = Elektronisch expansieventiel7 = Bedrijfsklep8 = Schraeder ventiel9 = Kijkglas10 = 3-weg ventiel11 = Ontvanger 12 = Stroomuitval magneetventielPT = DrukomvormerPZH = HogedrukschakelaarTT = TemperatuursensorTCE = Elektronisch expansieventielFSL = Verdamper waterstroom

schakelaarM = 3-weg ventielmotorUY = Solenoïde

Afbeelding 26 - CGAM Koudemiddelcircuit - W batterij configuratie

BEDIENINGS PANEEL

OMGEVINGSLUCHT

OMGEVINGSLUCHT

CIRCUIT 1 CIRCUIT 2

AFVOERLEIDING AFVOERLEIDING

AFVOERLEIDING AFVOERLEIDING

AFVOERLEIDING

AFVOERLEIDING

AFVOERLEIDING

AFVOERLEIDING

AANZUIGLEIDING

OLIELEIDING

OLIE-LEIDING

AANZUIGLEIDING

VLOEISTOFLEIDINGVLOEISTOFLEIDINGGEKOELD WATER

VERWARMD WATER

VERWARMD WATER VERWARMD WATER

ALLEEN VOOR CGAM "W" 140-150-160-170

UNIT VOOR ALLEEN KOELEN

GEDEELTELIJKE WARMTETERUGWINNINGSOPTIE

TOTALE WARMTETERUGWINNINGSOPTIE

ALLEEN VOOR LAGE WATER UITTREDETEMPERATUUR

EXTRA HOGEDRUKSCHAKELAAR VOOR KOUDEMIDDELVULLING GROTER DAN 100 KG

KOUDEMIDDEL LIJN

GEKOELD/VERWARMD WATER LIJN

OLIELEIDING

ISOLATIE

ALLEEN VOOR CGAM «V», CGAM «S» KRIJGT ALLEEN KOUDEMIDDEL

UNIT VOOR ALLEEN KOELEN

GEDEELTELIJKE WARMTETERUGWINNINGSOPTIE

TOTALE WARMTETERUGWINNINGSOPTIE, ALLEEN VOOR CGAM «V»

ALLEEN VOOR LAGE WATER UITTREDETEMPERATUUR

KOUDEMIDDEL LIJN

GEKOELD/VERWARMD WATER LIJN

OLIELEIDING

ISOLATIE

AANZUIGLEIDING

OLIELEIDING

AFVOERLEIDING

CIRCUIT 1 CIRCUIT 2

AFVOERLEIDING

VERWARMD WATER

VERWARMD WATER

AFVOERLEIDING

AFVOERLEIDING

AFVOERLEIDING

AFVOERLEIDING

AFVOERLEIDING

AFVOERLEIDING

VLOEISTOFLEIDING VLOEISTOFLEIDING

AANZUIGLEIDING

GEKOELD WATER

BEDIENINGS PANEEL

CG-SVX19C-NL 75

CG-SVX19C-NL 75

Werkingsprincipes

Afbeelding 28 - CGAM Koudemiddelcircuit - S en V batterij configuraties

C1 = circuit 1C2 = circuit 2CP = BedieningspaneelDL = PerslijnSL = ZuiglijnLL = Vloeistoflijn1 = Scroll compressor2 = Verdamper3 = Condensor4 = Gedeeltelijke warmteterugwinning wisselaar5 = Filterdroger6 = Elektronische expansieklep7 = Serviceklep8 = Schraeder ventiel9 = KijkglasPT = DrukzenderPZH = HogedrukschakelaarTT = TemperatuursensorTCE = Elektronische expansieklepFSL = Verdamper waterstroomschakelaar

ALLEEN VOOR CGAM VGEDEELTELIJKE WARMTETERUGWINNINGSOPTIEALLEEN VOOR LAGE WATER UITTREDETEMPERATUUR

OMGEVINGSLUCHT

VERWARMD WATER

GEKOELD WATER

KOUDEMIDDEL LIJNGEKOELD/VERWARMD WATER LIJN

ISOLATIE

76 CG-SVX19C-NL

Werkingsprincipes

Oliesysteem De olie wordt effectief gescheiden in de scroll compressor en blijft gedurende de werking in de scroll compressor. Ongeveer 1 tot 2 % van de olie circuleert mee met het koudemiddel.

Zie de compressor paragraaf voor de informatie over het oliepeil.

Hydraulische module water kaart (optie)

Figuur 29 - Hydraulische module water kaart

GEK

OEL

D W

ATER

1 Enkele of dubbele pomp2 Optioneel waterfilter3 Afsluitklep4 Afsluit- en inregelventiel5 Drukpuntventiel6 = Expansievat7 Waterdrukpunt8 Wisselaar9 Automatische ontluchting10 Handmatige ontluchting11 Aftapklep12 Vorstbeveiliging13 Buffervat

Pi MeterFT WaterstroomschakelaarA Optionele buffertankB PompkastC Optionele balansklepT1 Verdamp. water intred temp. sensorT2 Verdamp. water uittred temp. sensor

Waterlijn Geïsoleerde waterlijn

CG-SVX19C-NL 77

De gedeeltelijke warmteterugwinning is opgebouwd uit een aanvullende warmtewisselaar die is geïnstalleerd in de afvoerleiding tussen de compressor en de luchtgekoelde condensor. De warmtewisselaar koelt het uitlaatgas van de compressor en voert de energie af naar een aparte waterkring voor heet water toepassingen. De koelmachine kan tegelijkertijd gekoeld water en heet water produceren.

De verwarmingscapaciteit wordt gestuurd door de behoefte aan koeling van de koelmachine, de omgevingstemperatuur en de temperatuur van de warmteterugwinningskring.

De gedeeltelijke warmteterugwinning omvat:• Ééngesoldeerde

platenwarmtewisselaar per koudemiddelcircuit

• Isolatievandewarmtewisselaar(s)enwaterleiding

• Tweetemperatuursensorenomde ingaande/uitgaande heet watertemperatuur informatie op het regelpaneel van de unit uit te lezen

• Vorstbeveiligingverwarming(optioneel)

• Handbediendeventilatie• Aftapkraan

Water dat in de warmtewisselaar van de warmteterugwinning circuleert mag nooit voor het prepareren van voedsel of als drinkwater worden gebruikt. Het moet via een directe kring worden gebruikt om water te verwarmen of vóór te verwarmen.

Opmerking: indien de warmtewisselaar van de gedeeltelijke warmteterugwinning is afgetapt, dan moet de verwarming worden uitgeschakeld om beschadiging van de warmtewisselaar van de gedeeltelijke warmteterugwinning te vermijden. De verwarming mag alleen worden ingeschakeld wanneer er water in de warmtewisselaar van de warmteterugwinning aanwezig is.

GEVAAR! De temperatuur van afvoergas kan 130 °C bereiken, wat kan leiden tot oververhitting van het water van de warmteterugwinning.

Leidingen van de gedeeltelijke warmteterugwinningBij de gedeeltelijke warmteterugwinning is een ter plaatse geïnstalleerde veiligheids- of overdrukklep vereist om risico's die kunnen voortkomen uit een defect aan de thermostaat te vermijden.

Er moet een 1 tot 1,6 mm filter worden geïnstalleerd vlakbij de ingaande waterleiding naar de warmtewisselaar van de gedeeltelijke warmteterugwinning om de warmtewisselaar te beschermen.

De watertemperatuur van de gedeeltelijke warmteterugwinning die de unit binnentreedt moet ten minste 40 °C zijn.

Isoleer waterleidingen en andere delen van de warmteterugwinningskring om warmteverlies en potentiële verwondingen als gevolg van blootstelling aan een heet oppervlak te vermijden.

Voor aanbevolen pijpleidingen voor de gedeeltelijke warmteterugwinning, zie hieronder.

A = Door Trane geleverd1 = Afsluitklep2 = Waterfilter3 = Thermometer (gebruikersoptie)4 = Trillingsdemper5 = Overdrukklep6 = Klepmanometer7 = Ontluchting (één af-fabriek geïnstalleerd)8 = Afvoer (op laagste positie)9 = Stroomschakelaar (warm waterstroom)10 = Balansklep11 = Reinigings T-stuk

Afbeelding 30 - Aanbevelingen voor leidingen voor de gedeeltelijke warmteterugwinning

Gedeeltelijke Warmteterugwinning

78 CG-SVX19C-NL

78 CG-SVX19C-NL

Gedeeltelijke Warmteterugwinning

Gebruik géén onbehandeld of onjuist behandeld water in de waterkring van de warmteterugwinning omdat dit de oorzaak kan zijn van een inefficiënte werking en mogelijke schade aan de unit zoals: beperkte warmteoverdracht tussen water en koudemiddel, een grotere waterdrukval en verminderde waterstroom.

LET OP!: Correcte Waterbehandeling!

Het gebruik van onbehandeld of onjuist behandeld water in een koelmachine kan leiden tot aanslagvorming, erosie, corrosie, algen- of drabvorming. Er wordt geadviseerd om de hulp in te roepen van een erkend waterbehandelingsspecialist om te bepalen welke waterbehandeling eventueel noodzakelijk is. Trane sluit elke aansprakelijkheid voor storingen aan apparatuur uit als deze het gevolg zijn van het gebruik van onbehandeld of onjuist behandeld water, zout of brak water.

Vorstbeveiliging gedeeltelijke warmteterugwinning (optie)

De condensor van de warmteterugwinning is geïsoleerd en er is af-fabriek een verwarming geïnstalleerd die de warmtewisselaar moet beschermen tegen bevriezing bij omgevingstemperaturen tot -18 °C. Wanneer de omgevingstemperatuur tot ongeveer 5 °C daalt, dan wordt de verwarming door het controlemechanisme aangestuurd.

Opmerking: de ingaande- en uitgaande leidingen moeten met één van de volgende methoden tegen bevriezen worden beschermd:

• Installeerverwarmingstapeopalle plaatselijk geïnstalleerde waterleidingen.

• Voegeenanti-vriesvloeistoftoeaande waterkring van de gedeeltelijke warmteterugwinning.

CG-SVX19C-NL 79

CG-SVX19C-NL 79

Totale Warmteterugwinning

De totale warmteterugwinningsoptie omvat:

- Een hardgesoldeerde plaatwarmtewisselaar in serie met de luchtgekoelde condensor geïnstalleerd (twee enkele circuit wisselaars op V units en één dubbel circuit wisselaar op W units)

- Een vloeistofvat om het vloeibaar koudemiddel dat uit de luchtgekoelde condensor uittreedt op te vangen

- Een af fabriek waterzijdig geïnstalleerd 3-weg ventiel om de temperatuur van het intredend water te beheren

- Isolatie van de warmtewisselaar, 3-weg ventiel en waterleiding

- Twee temperatuursensoren voor heet water temperatuurregeling inlaat en uitlaat

- Twee temperatuursensoren voor bewaking van uitstroomtemperatuur compressor

- Bevriezingsbescherming verwarmingen (optie)

- Handbediende ontluchter

- Aftapkraan

- Extra Hoge Druk Hoofdschakelaar voor sommige van de grootste unit typen

- Bovenlagerverwarming voor toepassing bij lage omgevingstemperatuur

- Vloeistofleiding magneetventiel om de compressor in het geval van stroomuitval te beschermen

- Variabele ventilatoraandrijvingen

De warmtewisselaar wordt zowel als een ont-oververhitter gebruikt alsmede als een condensor voor afvoergas van compressoren. Koudemiddel verlaat de hardgesoldeerde plaatwarmtewisselaar voor de totale warmteterugwinning als een mengsel van gas en vloeistof. De luchtgekoelde condensor wordt gebruikt om de condensatie af te maken en een onderkoeld koudemiddel naar het expansieventiel te leveren.

De koelmachine kan tegelijkertijd gekoeld water en heet water produceren. Wanneer er geen water door de totale warmteterugwinning stroomt, dan functioneert zijn warmtewisselaar als een eenvoudige drukvalgenerator.

De verwarmingscapaciteit wordt gestuurd door de behoefte aan koeling van de koelmachine, de omgevingstemperatuur en de temperatuur van de warmteterugwinningskring. De verwarmingscapaciteit wordt geoptimaliseerd door een intelligente regeling van de condensatietemperatuur met gebruikmaking van de ventilatoren.

Water dat in de warmtewisselaar van de warmteterugwinning circuleert mag nooit bij voedselverwerking of als drinkwater worden gebruikt. Het moet via een directe kring worden gebruikt om water te verwarmen of vóór te verwarmen.

Opmerking: indien de warmtewisselaar van de totale warmteterugwinning is afgetapt, dan moet de verwarming worden uitgeschakeld om beschadiging van de warmtewisselaar van de totale warmteterugwinning te vermijden. De verwarming mag alleen worden ingeschakeld wanneer er water in de warmtewisselaar van de warmteterugwinning aanwezig is.

VOORZICHTIG! De temperatuur van afvoergas kan 130 °C bereiken, wat kan leiden tot oververhitting van het water van de warmteterugwinning.

VOORZICHTIG! Voor de eerste start moeten de watertemperatuursensoren van de Totale Warmteterugwinning worden gecontroleerd om zeker te stellen dat ze niet zijn omgekeerd.

VOORZICHTIG! Bij de totale warmteterugwinning is een ter plaatse waterzijdig geïnstalleerde veiligheids- of overdrukklep vereist om risico's die kunnen voortkomen uit een defect aan de regeling van de unit te vermijden.

80 CG-SVX19C-NL

Totale Warmteterugwinning

Aanbevelingen voor leidingenEr moet een 1 tot 1,6 mm filter worden geïnstalleerd vlakbij de ingaande waterleiding naar de warmtewisselaar van de totale warmteterugwinning om de warmtewisselaar te beschermen.

Isoleer waterleidingen en andere delen van de warmteterugwinningskring om warmteverlies en potentiële verwondingen als gevolg van blootstelling aan een heet oppervlak te vermijden.

A = Door Trane geleverd1 = Afsluitklep2 = Waterfilter3 = Thermometer (gebruikersoptie)4 = Trillingsdemper5 = Overdrukklep6 = Klepmanometer7 = Ontluchting (één af-fabriek geïnstalleerd)8 = Afvoer (op laagste positie)9 = Stroomschakelaar (warm waterstroom)10 = Balansklep11 = Reinigings T-stuk

Afbeelding 31 - Aanbevelingen voor leidingen voor de totale warmteterugwinning

Gebruik géén onbehandeld of onjuist behandeld water in de waterkring van de warmteterugwinning omdat dit de oorzaak kan zijn van een inefficiënte werking en mogelijke schade aan de unit zoals: beperkte warmteoverdracht tussen water en koudemiddel, een grotere waterdrukval en verminderde waterstroom.

LET OP!: Correcte Waterbehandeling! Het gebruik van onbehandeld of onjuist behandeld water in een koelmachine kan leiden tot aanslagvorming, erosie, corrosie, algen- of drabvorming. Er wordt geadviseerd om de hulp in te roepen van een erkend waterbehandelingsspecialist om te bepalen welke waterbehandeling eventueel noodzakelijk is. Trane sluit elke aansprakelijkheid voor storingen aan apparatuur uit als deze het gevolg zijn van het gebruik van onbehandeld of onjuist behandeld water, zout of brak water.

CG-SVX19C-NL 81

Totale Warmteterugwinning

Vorstbeveiliging (optie)De condensor van de warmteterugwinning is geïsoleerd en er is af-fabriek een verwarming geïnstalleerd die de warmtewisselaar moet beschermen tegen bevriezing bij omgevingstemperaturen tot -18 °C. Wanneer de omgevingstemperatuur tot ongeveer 5 °C daalt, dan wordt de verwarming door het controlemechanisme aangestuurd.

Opmerking: de ingaande- en uitgaande leidingen moeten met één van de volgende methoden tegen bevriezen worden beschermd:

- Installeer verwarmingstape op alle plaatselijk geïnstalleerde waterleidingen.

- Voeg een anti-vries vloeistof toe aan de waterkring van de totale warmteterugwinning.

Werkingsgebied

Toepassing Standaard omgevings-temperatuur

Hoge omgevings-temperatuur

(°C) (°C)Min. buitenluchttemperatuur 7,2 7,2Max. buitenluchttemperatuur 46 52Min. temperatuur uittredend water verdamper

4,4 4,4

Max. temperatuur uittredend water verdamper

15,6 15,6

Min. temperatuur uittredend water THR 30 30Max. temperatuur uittredend water THR 60 60

De THR mag niet worden gebruikt voor toepassing van glycol aan de verdamperkant.

De minimale THR opstart watertemperatuur moet hoger zijn dan 5 °C.

De THR moet worden gebruikt wanneer de uittredende verdampertemperatuur tussen 5 en 15,5 °C ligt.

Totale Warmteterugwinning Werkmap

0

10

20

30

40

50

60

2 4 6 8 10 12 14 16 18

Om

g (C

)

SE Unit OM

SE Unit Deelbelading

HE Unit OM

HE Unit Deelbelading

Temperatuur uittredend water (C) - Totale Warmteterugwinningskant

82 CG-SVX19C-NL

Totale Warmteterugwinning

Totale Warmteterugwinning Werkmap

0

10

20

30

40

50

60

25 30 35 40 45 50 55 60 65

Om

g (C

)

Temperatuur uittredend water (C) - Totale Warmteterugwinningskant

Hoog Rendements Units

Standaard Rendements Units

Totale warmteterugwinning – drukval waterkringTHR WPD Kromme

1

10

100

1000

0,1 1,0 10,0

87

65

43

21

TH

R W

ater

druk

val (

kPa)

1. 40/46 ton units

2. 52/60 ton units

3. 70/80 ton (80 ton V unit)

4. 90/100 ton V unit

5. 80/90/100 ton W units

6. 110/120 ton units

7. 140/150 ton units

8. 160/170 ton units

THR Waterstroomsnelheid (l/s)

CG-SVX19C-NL 83

Totale Warmteterugwinning

THR BP WPD Kromme

1

10

100

0,1 1 10

8

765

4321

TH

R B

P W

ater

druk

val (

kPa)

1. 40/46 ton units

2. 52/60 ton units

3. 70/80 ton (80 ton V unit)

4. 90/100 ton V unit

5. 80/90/100 ton W units

6. 110/120 ton units

7. 140/150 ton units

8. 160/170 ton units

8. 160/170 ton units

THR Waterstroomsnelheid (l/s)

THR 3-weg ventiel beschrijvingHet 3-weg ventiel is onderverdeeld in 2 hoofdonderdelen: de stelmotor en het ventielhuis.

VentielhuisEr worden 3 types ventiel gebruikt (DN32, DN40, DN50) met een Kvs respectievelijk van 16, 25, 40.

De Kvs –waarde geeft de capaciteit van gemiddelde stroming van een ventiel aan, hij karakteriseert de volumestroming (m3/h) van water door een differentiedruk (bar) te meten. Deze waarde heeft betrekking op een volledige slag.

Het 3-weg ventielhuis is op 3 punten A, B, AB aangesloten op het systeem, zie hieronder:

ONTLUCHTINGSVENTIEL THR BPHE

VERWARMING3 WEG VENTIEL

AFTAPKRAAN

IN

UIT

84 CG-SVX19C-NL

Overzicht van stelmotoren- Voedingsspanning: 24 Vac

- Instelling van de stelmotor

•W1(storingingangssignaal):100%,stelmotorsteltzichinop100%positiewanneerde signaal ingang ontbreekt (THR BP overbrugd)

•W2(ingangssignaalbereik):LED“UIT”voor2~10V

•W3(richtingvanactie):LED“AAN”2VvoorA-ABsluiten,10VvoorA-ABvolledigopenen

KoudemiddelvullingWanneer een totale warmteterugwinning is geïnstalleerd, dan is de koudemiddelvulling (kg) als weergegeven in de tabel hieronder.

Totale Warmteterugwinning

Aantal Circuits

Type (ton)

Hoog Rendement -

Super geluidsarm

Hoog Rendement -

Compact

Standaard Rendement -

Super geluidsarm

Standaard Rendement - Compact

2 40 28 28 24 242 46 27 27 26 262 52 27 27 26 262 60 40 40 29 292 70 40 41 31 312 80 64 64 38 382 90 65 63 39 402 100 73 73 41 422 110 75 74 55 572 120 73 73 63 632 1302 140 99 99 76 772 150 111 112 75 762 160 113 113 78 782 170 97 99

CG-SVX19C-NL 85

Bedieningsinterface

CH530 Communicatie-overzichtHet Trane CH530 regelsysteem dat de koelmachine aanstuurt, bestaat uit verschillende elementen:• Dehoofdprocessorverzamelt

gegevens, statussen en diagnose-informatie en stuurt commando's naar de startermodule en de LLID (Low Level Intelligent Device) bus. De hoofdprocessor heeft een integraal display (DynaView).

• LLIDbus.Dehoofdprocessorcommuniceert met alle in- en uitgangsapparatuur (bijv. temperatuur- en druksensoren, binaire laagspanningsingangen, analoge ingang/uitgang) die met een vierdradige bus zijn verbonden, in plaats van de conventionele regelarchitectuur met signaaldraden voor elk apparaat afzonderlijk.

• Decommunicatieinterfacenaareengebouwbeheersysteem (GBS).

• Eenservicegereedschapdatalleservice- en onderhoudsmogelijkheden biedt.

Software voor de hoofdprocessor en het servicegereedschap (TechView) kan worden gedownload van www.Trane.com.

Het proces wordt later in dit hoofdstuk onder TechView Interface besproken. DynaView maakt busbeheer mogelijk. Het heeft de taak de verbinding opnieuw op te starten of de taak over te nemen van wat als “ontbrekende” apparaten worden beschouwd als de normale communicatie wordt gestoord. Eventueel moet TechView worden gebruikt.

De CH530 maakt gebruik van het IPC3 protocol op basis van RS485 signaaltechnologie en communiceert met 19,2 Kbaud, voldoende voor 3 reeksen data per seconde op een netwerk met 64 apparaten. Een standaard CGAM met vier compressoren heeft ongeveer 30 apparaten. De meeste diagnoses worden door de DynaView uitgevoerd. Wanneer een LLID registreert dat een temperatuur of druk buiten het tolerantiebereik ligt, verwerkt de DynaView deze informatie en rapporteert vervolgens de diagnose. De afzonderlijke LLID's zijn niet verantwoordelijk voor diagnosefuncties.

Opmerking: Het is absoluut noodzakelijk dat het CH530 Servicegereedschap (TechView) wordt gebruikt om het vervangen van een LLID te vergemakkelijken of om koelmachinecomponenten opnieuw te configureren. TechView wordt later in dit hoofdstuk besproken.

BedieningsinterfaceElke koelmachine is voorzien van een DynaView interface. DynaView beschikt over de mogelijkheid informatie weer te geven voor de meer ervaren operator, inclusief de mogelijkheid instellingen aan te passen. Er zijn meerdere schermen beschikbaar en de tekst wordt af fabriek in meerdere talen getoond. Zo niet, dan kan deze optie eenvoudig worden gedownload van www.trane.com.

TechView kan worden aangesloten op de DynaView module en biedt meer data, afstelmogelijkheden, diagnose-informatie met software die gedownload kan worden.

Meer informatie over Dynaview en Techview vindt u in de CGAM gebruikershandleiding.

86 CG-SVX19C-NL

86 CG-SVX19C-NL

Controle voor opstarten

Wanneer de installatie compleet is, maar voordat de unit in dienst wordt gesteld, moeten de volgende pre-start procedures worden besproken en correct geverifieerd:

WAARSCHUWING: Gevaarlijke spanning!

Koppel de elektrische voeding, inclusief hoofdschakelaars op afstand, los voordat onderhoud uitgevoerd wordt. Volg de correcte blokkeringsprocedures om te zorgen dat de voeding niet per ongeluk ingeschakeld kan worden. Als de voeding niet wordt uitgeschakeld voordat onderhoud wordt uitgevoerd, kan dit ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben

• Controleerofalleelektrischeaansluitingen schoon zijn en vastzitten.

• Controleerofallekoudemiddelkleppen "OPEN" zijn

• Controleerdevoedingsspanningnaar de unit bij de gezekerde hoofdschakelaar. De spanning moet binnen het verbruiksspanning zijn die op het typeplaatje van de unit staat. De spanningsschommelingen mogen niet groter zijn dan 2 %.

Min spanning – Gemiddeld / Gemiddeld < 2%

En

Max spanning – Gemiddeld / Gemiddeld < 2%

• Controleerofdefaseringvanvoedingvan de unit is geïnstalleerd in een “ABC” volgorde.

WAARSCHUWING Spanningvoerende elektrische componenten!

Tijdens de installatie, het testen, onderhoud en probleemoplossing van dit product is het misschien noodzakelijk om met elektrische componenten te werken waar spanning op staat. Laat een erkende en gediplomeerde elektricien of iemand anders met een geschikte opleiding in het werken met onder spanning staande elektrische componenten deze opgaven uitvoeren. Het niet opvolgen van alle elektrische veiligheidsvoorzorgsmaatregelen wanneer blootgesteld aan onder spanning staande elektrische componenten kan de dood of ernstig letsel tot gevolg hebben.

• Vulhetgekoeldwatercircuitvandeverdamper. Ontlucht het systeem terwijl het gevuld wordt. Open de ontluchters op de verdamper tijdens het vullen en sluit deze nadat het vullen beëindigd is.

• Ontluchtdepomp(optie):Geadviseerd wordt de pomp te ontluchten zodat de afdichting nat is voordat de pomp start.

• Pompmotoren(optie)zijngeheelgesloten. Op plaatsen met een hoge luchtvochtigheid kan condensatie optreden in de motor. Daarom wordt geadviseerd de plastic aftapplug aan de onderkant van het motorframe te verwijderen.

VOORZICHTIG! Vul het systeem nooit met zuivere glycol als antivriesmiddel.

Vul het systeem altijd met een verdunde oplossing. De maximum glycolconcentratie is 40 %. Een hogere glycolconcentratie tast de afdichting van de pomp aan.

VOORZICHTIG! De pomp mag nooit droog draaien. Door droog draaien beschadigt de mechanische afdichting.

LET OP Correcte Waterbehandeling!

Het gebruik van onbehandeld of onjuist behandeld water in de CGAM kan leiden tot aanslagvorming, erosie, corrosie, algen- of drabvorming. Er wordt geadviseerd om de hulp in te roepen van een erkend waterbehandelingsspecialist om te bepalen welke waterbehandeling eventueel noodzakelijk is. Trane sluit elke aansprakelijkheid voor storingen aan apparatuur uit als deze het gevolg

zijn van het gebruik van onbehandeld of onjuist behandeld water, zout of brak water.

• Sluitdegezekerdehoofdschakelaar(s)die vermogen levert naar de starter van de gekoeldwaterpomp.

• Startdegekoeldwaterpompomdecirculatie van het water te beginnen. Inspecteer alle leidingen op lekkage en voer de benodigde reparaties uit.

• Steldewaterstroomafterwijlwaterdoor het systeem circuleert en controleer de daling in waterdruk door de verdamper.

• Controleeralleblokkeringen,verbindingskabels en externe veiligheden.

• ControleeralleCH530menuonderdelen en stel ze in, indien nodig.

• Stopdegekoeldwaterpomp.

Stroomsnelheden in watersysteem

Breng een gebalanceerde gekoeldwaterstroom door de verdamper tot stand. De stroomsnelheden moeten tussen de minimum en maximum waarden liggen. Als de stroomsnelheden van het gekoeld water onder de minimumwaarden liggen, ontstaat er een laminaire stroming die de warmteoverdracht verlaagt en een verlies van EXV-regeling, herhaaldelijke storingen, lage temperaturen en onderbrekingen veroorzaakt.

Drukdaling in watersysteem

Meet de waterdrukdaling door de verdamper bij de lokale drukaansluitingen op de waterleidingen van het systeem. Gebruik dezelfde meter voor elke meting. Meet de stroming bij de lokaal geïnstalleerde toevoer en retour. Kleppen, filter of fittingen moeten ook opgenomen worden in de drukvalwaarden. De waarden van de drukdaling moeten ongeveer gelijk zijn aan de waarden uit de drukdalingstabellen in het hoofdstuk "Mechanische installatie".

Voorzichtig! Na het tot stand komen van de eerste waterstroming moet het filter worden gereinigd, omdat dit alle deeltjes opvangt die tijdens de installatie in het systeem zijn terechtgekomen.

CG-SVX19C-NL 87

CG-SVX19C-NL 87

Opstartprocedures van de Unit

OpstartenOp de opstartkaart staan de verschillende DynaView schermen tijdens het opstarten van de hoofdprocessor. Dit proces duurt 30 tot 45 seconden, afhankelijk van het aantal geïnstalleerde opties. Bij alle inschakelingen zal het softwaremodel altijd overschakelen naar de softwarestatus 'Gestopt', ongeacht de laatste modus voor uitschakeling. Als de laatste modus voor het uitschakelen 'Auto' was, wordt overgeschakeld van 'Gestopt' naar 'Starten', maar dit is niet zichtbaar voor de gebruiker.

Inschakelen naar startenHet schema 'Opstarten naar starten' toont de tijdsduur van het opstarten voor het bekrachtigen van de compressor. De kortste toelaatbare tijd is mogelijk onder de volgende omstandigheden:1. Geen blokkering motorherstart2. Verdamper water stroomt 3. Instelpunt inschakelstartvertraging

ingesteld op 0 minuten4. Instelbare stop-naar-start timer

ingesteld op 5 seconden5. Noodzaak tot koelen

Figuur 32 - Opstarten

Bij bovenstaande omstandigheden is de minimum opstarttijd van de compressor mogelijk van 95 seconden.

CGAM volgorde van handelingen:Opstarten

Stuurstroom toepassen

Zelftest voltooien (15 seconden)

Opmerking: De variatie in de DynaView opstarttijd is afhankelijk van het aantal geïnstalleerde opties.

Applicatie starten (15 tot 30 seconden)

Laatste modus, bijv.

'Auto' of 'Gestopt',

zoals getoond

88 CG-SVX19C-NL

88 CG-SVX19C-NL

Opstartprocedures van de Unit

Figuur 33 - Inschakelen naar starten

Gestopt naar Starten

Het schema 'Gestopt naar starten' toont de tijdsduur van de modus 'Gestopt' naar het bekrachtigen van de compressor. De kortste toelaatbare tijd is mogelijk onder de volgende omstandigheden:1. Geen blokkering motorherstart2. Verdamper water stroomt 3. Timer inschakelstartvertraging is

afgelopen4. Instelbare stop-naar-start timer is

afgelopen5. Behoefte om te koelen Bij

bovenstaande omstandigheden kan de compressor starten in 60 seconden.

LET OP Koudemiddel!

Als zowel de aanzuig- en afvoerdrukken laag zijn maar de tussenkoeling normaal is, dan is er een ander probleem dan een koudemiddeltekort. Voeg geen koudemiddel toe, aangezien het circuit hierdoor overgevuld kan worden. Gebruik uitsluitend op het typeplaatje van de unit gespecificeerd koudemiddel (R410A) en Trane olie 0057E of olie 0058E. Anders kunnen schade aan de compressor en een verkeerde werking van de unit ontstaan.

LET OP Schade aan apparatuur!

Zorg dat de carterverwarming minstens 24 uur in bedrijf is voordat de unit gestart wordt. De unit kan anders beschadigd rake.

Voeding ingeschakeld

CH530 opstarttijd

(30 tot 40 sec)

Herkalibreren EXV (overdrive gesloten)

Bekrachtigen van verdamperwaterpomprelais

Voorpositie EXV van eerste circuit*

Ventilator voorstart van eerste circuit*

Bevestigen Verdamperwater stroom binnen 20 minuten (10 sec filter)

Opstarten Draaien verboden

Auto (Wachten op verdamper

waterstroom)

Auto (Wachten op

een koelingsbehoefte)Wachten op start Wachten op start

Forceer opstarten Startvertragingstimer (instelb 0 tot 10 min)

Bevestig verdamper waterstroom

(10 seconden filter)

Wachten op Differentiaal tot start

EXV gaat naar voorpositie

Start commando naar eerste cprsr*

Verzoek om te koelen: Differentiaal tot start is aanwezigLaatste modus was 'Auto'

CGAM volgorde van handelingen Opstarten compressor

* Eerste circuit/compressor is bepaald door:- Circuittrap optie: gebalanceerde slijtage, circuit 1 eerst, circuit 2 eerst- Compressortrap optie: gebalanceerde slijtage, vaste volgorde (volgt per circuit configuratie)- ook beïnvloedt door blokkeringen, herstartverbod en aanwezige diagnoses

Wacht op druk stabilisatie

(3 seconden)

CG-SVX19C-NL 89

CG-SVX19C-NL 89

Opstartprocedures van de Unit

InbedrijfstellingLET OP Schade aan apparatuur!

Zorg dat de carterverwarming minstens 24 uur in bedrijf is voordat de unit gestart wordt. De unit kan anders beschadigd rake. Als de controle voorafgaand aan het opstarten is uitgevoerd, dan is de unit klaar om opgestart te worden.

1. Druk op de STOP-toets op de CH530.2. Stel de instelpuntwaarden af, indien

nodig, in het CH530 menu m.b.v. TechView.

3. Sluit de gezekerde hoofdschakelaars voor de gekoeldwaterpomp. Bekrachtig de pomp(en) om de watercirculatie te starten.

4. Druk op de AUTO-toets. Als de koelmachineregeling om koeling vraagt en alle beveiligingen gesloten zijn, zal de unit starten. De compressor(en) zal laden en ontladen als reactie op de gekoeldwateruitlaattemperatuur.

5. Controleer of de gekoeldwaterpomp minstens een minuut lang draait nadat de koelmachine het commando om te stoppen heeft ontvangen (voor normale gekoeldwatersystemen).

Opmerking: Zodra het systeem ongeveer 30 minuten lang heeft gedraaid en gestabiliseerd is, moeten de resterende opstartprocedures als volgt voltooid worden:

6. Controleer de koudemiddeldruk van de verdamper en de koudemiddeldruk van de condensor onder Koudemiddelrapport op de CH530 TechView. De referentiedrukken gelden op zeeniveau.

7. Controleer de EXV-kijkglazen nadat voldoende tijd is verstreken voor het stabiliseren van de koelmachine. De koudemiddelstroom langs de kijkglazen moet helder zijn. Belletjes in het koudemiddel wijzen op lage koudemiddelvulling, een overmatige drukdaling in de vloeistofleiding of een vastzittende expansieklep in de geopende stand. Een vernauwing in de leiding kan soms aangeduid worden door een merkbaar temperatuurdifferentieel tussen de twee zijden van de vernauwing. Vaak zal de leiding bevriezen op dit punt. De juiste koudemiddelvullingen worden getoond in de tabellen met algemene gegevens.

Opmerking: Belangrijk!

Een helder kijkglas alleen wil niet zeggen dat het systeem correct gevuld is. Controleer ook de tussenkoeling van het systeem, de vloeistofpeilregeling en de bedrijfsdrukken van de unit.

8. Meet de tussenkoeling van het systeem.

9. Een tekort aan koudemiddel wordt aangegeven als de bedrijfsdrukwaarden laag is en de tussenkoeling ook laag is. Als de waarden van de bedrijfsdruk, kijkglas, oververhitting en tussenkoeling een koudemiddeltekort aangeven, moet gasvormig koudemiddel in elk circuit bijgevuld worden, indien nodig. Vul koudemiddeldamp bij terwijl de unit draait door de vulleiding op de aanzuigserviceklep aan te sluiten en te vullen via de backseatpoort totdat de bedrijfsvoorwaarden normaal worden.

Print in TechView een koelmachine servicerapport als bewijs voor een opstartclaim en bewaar dit bij de koelmachine.

Figuur 34 - Koelmachine statuskaart

CGAM volgorde van handelingen:Koelmachine statuskaart

Controleren op Differentiaal

tot stop

Controleren op

Differentiaal tot start

Opstarten

Auto of

Wachten op start

Draaiend of

Draaibegrenzing

Stopcommando of Diagnostiek

Opstart en zelftest

Bezig Uit te Schakelen

Gestopt of

bedrijf verhinderdAuto

commando

StopcommandoDiagnostiek

Bevestig

de

Uitschak

eling

Vrijgave van blokkering

90 CG-SVX19C-NL

90 CG-SVX19C-NL

Opstartprocedures van de Unit

Inbedrijfstellen na seizoenstop• Controleerdewaterstroomende

beveiligingen.• Controleerhet

ethyleenglycolpercentage in het gekoeldwatercircuit als glycol nodig is

• Controleerdebedrijfsinstelpuntenende prestaties.

• Controleerdewerkingvanalleveiligheidsvoorzieningen.

• Inspecteerdecontactenenhaaldeaansluitingen aan.

• Meetdewikkelingenvandemotorcompressor met een mega-ohmmeter.

• Noteerdebedrijfsdruk,temperaturen,stroomsterktes en spanning.

• Voerdelekkagetestuit.• Controleerdeconfiguratievande

regelmodule van de unit.• Verversdeolie,indiennodig,op

basis van de resultaten van de olie-analyse uitgevoerd tijdens de seizoenstop

Voer de 8 toestandsmetingen tegelijk uit op elk circuit.• HP• LP• Aanzuigtemperatuur• Afvoertemperatuur• Vloeistoftemperatuur• Temperatuurintredendwater• Temperatuuruittredendwater• Omgevingstemperatuurbuitenlucht

Bereken vervolgens de extra koeling en oververhitting. Een diagnose is niet accuraat als een van deze gegevens ontbreekt.

• Controleerdewerkingvande machine / vergelijk de bedrijfsomstandigheden met de oorspronkelijke gegevens van inbedrijfstelling.

• Noteerhetbezoekinhetonderhoudslogboek en bespreek het met de operator

LET OP Schade aan apparatuur!

Zorg dat de carterverwarming minstens 24 uur in bedrijf is voordat de unit gestart wordt. De unit kan anders beschadigd rake.

BeperkingenDe CH530 beperkt automatisch bepaalde parameters tijdens het starten en bedrijfsmodi om optimale prestaties van de koelmachine te kunnen garanderen en diagnoses voor lawaai te voorkomen. Deze begrenzingen ziet u hieronder aangegeven.

Tabel 27 - Begrenzingen

Draaien - beperkt

Koelmachine, circuit en compressor werken, maar de werking van de koelmachine/compressor wordt actief begrensd door de regelingen. De submodus geeft meer informatie.

Cap. begrensd door hoge cond. druk

Het circuit ontdekt condensordrukwaarden bij of in de buurt van de instelling van de condensorgrens. De compressor wordt ontlast om het overschrijden van de grenzen te voorkomen.

Cap. begrensd door lage verd. koudem. tmp.

Het circuit heeft een verzadigde verdampertemperatuur op of bij het lage koudemiddeltemperatuur uitschakeling instelpunt. De compressor wordt ontlast om uitschakeling te voorkomen.

CG-SVX19C-NL 91

CG-SVX19C-NL 91

Stopprocedures van de unit

Normale uitschakeling naar GestoptHet overzicht Normale uitschakeling toont de overgang van Draaien naar Normale (indirecte) uitschakeling. De streepjes bovenaan tonen de laatste modus als u de stop binnenkomt via diverse ingangen.

Uitschakelprocedure van Unit bij Seizoenstart1. Voer een lektest uit2. Voer een olie-analyse uit3. Noteer de bedrijfsdrukken4. Controleer de werking van

de machines en vergelijk de bedrijfsomstandigheden met de oorspronkelijke gegevens van de inbedrijfstelling.

5. Voer de normale stop procedure uit met de <Stop> toets.

Opmerking: De hoofdschakelaar op het starterpaneel mag niet geopend worden. Deze moet gesloten blijven om stuurspanning van de vermogenstrafo naar de olieverwarming te leveren.

Zorg dat alle voorzorgsmaatregelen zijn genomen om bevriezingsschade bij omgevingstemperaturen onder nul te voorkomen.• Noteerhetbezoekinhet

onderhoudslogboek en bespreek het met de operator.

• Zetdealgemenehoofdschakelaarniet uit, behalve als de unit afgetapt wordt. Trane adviseert om de unit niet af te tappen, aangezien dit tot meer corrosie aan de leidingen leidt.

Figuur 35 - Normale uitschakeling

Draaiend

Bevestigen legpompen klaar. Zie opmerking***

Alle niet-leegpomp compressoren uitschakelen**

EXV sluitenLeegpompen compressoren uitschakelen

Alle ventilatoren uitschakelen

Verdamperwaterpomprelais uitschakelen

Lokale stopNormale uitschakeling diagnose*, blokkerendNormale uitschakeling diagnose*, niet-blokkerendGBS StopExterne auto stopLokale geprogrammeerde stop

Uitschakeling (Operationeel leegpompen)

Wachten tot EXV sluit (0 tot 10 seconden)

Wacht tot de Verzadigde Aanzuigings Temperatuur

beneden het instelpunt van het leegpompen tijdens het bedrijf valt

Time out verdamperpomp uitschakelvertraging (instelb

0-30 minuten)

Uitschakeling (Operationeel leegpompen)

Uitschakeling (Verdamperwaterpomp uitschakelvertraging)

CGAM volgorde van handelingen Normale uitschakeling naar gestopt of draaien verboden

* Normale uitschakeling diagnose:- Koelmachine peildiagnose- Circuit peildiagnose alleen op draaiend circuit- Compressor peildiagnose alleen op draaiende compressor

** Leegpompen compressor is:- Een compressor op elk circuit draait tijdens operationeel leegpompen

*** Als normaal leegpompen niet eindigt binnen de leegpomp timeout

Gestopt of

bedrijf verhinderd

92 CG-SVX19C-NL

92 CG-SVX19C-NL

Onderhoud

AlgemeenVoer alle onderhoudsprocedures en inspecties uit met de aanbevolen intervallen. Dit verlengt de gebruiksduur van de koelmachine en verkleint het risico van storingen.

Gebruik een “Operators Logboek” om de geschiedenis van de werking van unit vast te leggen. Het logboek is een belangrijk hulpmiddel bij de diagnose voor het servicepersoneel. Door trends in de bedrijfsomstandigheden te observeren kan de gebruiker anticiperen en probleemsituaties voorkomen. Als de unit niet correct werkt tijdens de onderhoudsinspecties, raadpleeg dan het hoofdstuk "Diagnose en Storingen opsporen en verhelpen" in dit boek.

Een goed onderhoud van de service afsluiters is vereist. Gebruik een reservesleutel als aangegeven in Afbeelding 36 bij het los- of vastdraaien van de dop op de service afsluiter.

Afbeelding 36 - Onderhoud van service afsluiters

HOLD POSITION

Wekelijks onderhoudControleer de bedrijfsdrukken en -temperaturen en voer onderstaande controles uit nadat de koelmachine ongeveer 30 minuten lang heeft gewerkt en het systeem is gestabiliseerd:

Controleer de koudemiddeldrukken in de verdamper en de condensor in het Koudemiddelrapport menu van het CH530 display.

De referentiedrukken gelden op zeeniveau.

Controleer de kijkglazen van de elektronische expansieklep. (Opmerking: De elektronische expansieklep moet sluiten bij het uitschakelen van de unit en als de unit uit is dan stroomt er geen koudemiddel door de kijkglazen. Alleen als een circuit in werking is stroomt er koudemiddel.) De koudemiddelstroom door de kijkglazen moet helder zijn. Belletjes in het koudemiddel wijzen op ofwel een geringe koudemiddelvulling of een te grote drukval in de vloeistoflijn. Een vernauwing in de leiding kan soms aangeduid worden door een merkbaar temperatuurdifferentieel tussen de twee zijden van de vernauwing. Vaak zal de vloeistofleiding bevriezen op dit punt. Correcte koudemiddelvullingen ziet u in Tabel 1-3.

OPMERKING: Een helder kijkglas alleen wil niet zeggen dat het systeem correct gevuld is. Controleer ook de oververhitting en de tussenkoeling van het systeem en de bedrijfsdrukken van de unit.

OPMERKING: Gebruik alleen spruitstukmanometers die geschikt zijn voor koudemiddel R410A.

Gebruik alleen opvangunits en cilinders die geschikt zijn voor de hogere druk van koudemiddel R410A en POE olie.

OPMERKING: R410A moet worden gevuld in vloeibare staat.

Controleer de oververhitting en de tussenkoeling van het systeem, de temperatuurdaling in de verdamper (Delta-T), de verdamperwaterstroom, de verdamper naderingstemperatuur, de compressor drukverwarmingen de compressor RLA.

Normale bedrijfsomstandigheden bij ISO omstandigheden zijn:

Verdamperdruk: 8 bar

Verdampernadering: 3-5 °C

Verdamper oververhitting: 6-7 °C

Elektronische expansieklep: 30-50 procent open

Verdampertemperatuurdaling (Delta-T): 5 °C

Condensatiedruk: 28-32 bar

Condensatie naderingstemperatuur: 14-18 °C

Systeem tussenkoeling: 8-12 °C

Als de bedrijfsdrukken en het beeld in het kijkglas wijzen op een tekort aan koudemiddel, meet dan de tussenkoeling en oververhitting van het systeem. Zie “Systeem oververhitting” en “Systeem tussenkoeling.”

Als de bedrijfsomstandigheden wijzen op een teveel aan koudemiddel, tap dan koudemiddel af bij het serviceventiel in de vloeistofleiding. Laat het koudemiddel langzaam uitstromen om het olieverlies te beperken. Gebruik een opvangcilinder voor het koudemiddel en laat geen koudemiddel in de atmosfeer ontsnappen.

WAARSCHUWING!

Let op dat het koudemiddel niet in contact komt met de huid vanwege het gevaar van vorstblaren.

Inspecteer het totale systeem op ongebruikelijke toestanden en inspecteer de condensorbatterijen op vuil. Zie “Batterij reinigen” in dit boek voor het reinigen van de batterijen.

CG-SVX19C-NL 93

CG-SVX19C-NL 93

Onderhoud

Maandelijks onderhoudVoer alle wekelijkse onderhoudsprocedures uit.

Meet en noteer de oververhitting van de verdamper. Zie “Verdamper oververhitting.”

Meet en noteer de tussenkoeling van het systeem. Zie “Systeem tussenkoeling.”

Controleer de batterijen op vuil en reinig deze indien nodig.

Draai de ventilatoren van de condensor met de hand rond om te controleren of de ventilatoren niet aanlopen tegen de wanden.

Controleer de waterpomp (optie): Draai de pomp met de hand rond. Verwijder de plastic plug aan de onderkant van het motorframe om condenswater in de motor af te tappen.

Controleer en reinig het luchtfilter van het regelpaneel (optie)

Controleer, in geval van een tweelingpomp, of de pompmotor geen storing heeft.

Opmerking: de werking van de pomp wisselt bij elke nieuwe vraag naar waterstroming of als een pompstoring is gedetecteerd.

WAARSCHUWING! Zet alle elektrische hoofdschakelaars in de stand ”OPEN“ en vergrendel ze om persoonlijk of dodelijk letsel door elektrische schokken of draaiende delen te voorkomen.

Jaarlijks onderhoudVoer alle wekelijkse en maandelijkse onderhoudscontroles uit.

Controleer het oliepeil en de koudemiddelvulling. Regelmatig olie verversen is niet nodig.

Laat een erkend laboratorium een compressorolieanalyse uitvoeren om het vochtgehalte en de zuurgraad van het systeem te bepalen.

Deze analyse is een waardevol diagnosehulpmiddel. Het Trane laboratorium is specifiek aangewezen voor de olie-analyses van Trane apparatuur.

Vraag een erkend servicebedrijf de koelmachine op lekkages te testen, de bedieningsorganen en beveiligingen te controleren en de elektrische onderdelen op defecten te inspecteren. Lektest kunnen worden uitgevoerd met een zeepsop of met elektronische of ultrasone lekdetectors. Controleer alle pijpen op lekkage en schade.

Reinig alle waterfilters.

OPMERKING: Als het water in de verdamper van de CGAM koelmachine is afgetapt, moet de verwarming voor de vorstbeveiliging zijn uitgeschakeld. Als de verwarming ingeschakeld is kan deze doorbranden.

Reinig en verf alle delen die tekenen van corrosie vertonen. Reinig de condensorbatterijen. Zie “Condensorbatterij reinigen” in dit boek.

WAARSCHUWING!

Zet alle elektrische hoofdschakelaars in de stand ”OPEN“ en vergrendel ze om persoonlijk of dodelijk letsel door elektrische schokken of draaiende delen te voorkomen.

Reinig de condensorventilatoren. Controleer de ventilatorgroepen op voldoende ruimte ten opzichte van de wanden en controleer of de motoras goed in lijn ligt en geen speling heeft of trillingen en geluid veroorzaakt.

94 CG-SVX19C-NL

94 CG-SVX19C-NL

Compressor service-informatie

Elektrische aansluitingen van de compressorVoor en goede werking is het zeer belangrijk de CSHD compressoren in de Trane CGAM koelmachines correct zijn bekabeld. Deze compressoren mogen niet verkeerd om draaien. Controleer de correcte draairichting/fasering met een rotatiemeter.

De juiste fasering is kloksgewijs, A-B-C. Bij en verkeerde aansluiting maakt de CSHD compressor vel lawaai, pompt niet en neemt hij maar de helft van de normale stroom af. Na enige tijd draaien wordt hij ook erg warm.

OPMERKING: Geef geen “stroomstoot” op de compressor om de draairichting te controleren want door een verkeerde draairichting kan de compressormotor binnen 4 tot 5 seconden defect raken!

De correcte draairichting van de CSHN compressoren is ook kloksgewijs, met A-B-C fasering. Een verkeerde draairichting van de CSHN compressoren blijkt uit het uitschakelen van de compressormodule, lawaai tijdens het draaien, geen drukverschil op de spruitstukmanometers en een te laag stroomverbruik.

OliepeilZie voor het controleren van het oliepeil het opschrift bij het kijkglas van de compressor. De compressor(en) moet(en) uit zijn. Wacht drie minuten. Met tandem of drietraps compressoren gaat het oliepeil naar gelijke hoogte na het uitschakelen. Het oliepeil in de compressor mag niet lager zijn dan de onderkant van het kijkglas en niet hoger dan een vol kijkglas. Tijdens de werking kan elke compressor in een tandem of trio opstelling een verschillend oliepeil hebben. Het oliepeil kan onder het kijkglas zijn, maar het moet wel zichtbaar zijn via het kijkglas.

Olie vullen, verwijderen en inhoudDe compressoren in het model CSHN hebben een olieverversingsklep met een buis naar de bodem van de compressor. Deze kan worden gebruikt voor het vullen en verwijderen van compressorolie.

De compressoren in het model CSHD hebben een Schrader ventiel in het midden van de compressor dat wordt gebruikt voor het bijvullen van olie. Om olie uit deze compressoren te verwijderen, moet het koudemiddel uit het systeem worden afgetapt, waarna de olie kan worden opgezogen met een handpompje en een buis via de aansluiting van de oliebalansbuis. Via de oliebalansbuis kan ook olie worden bijgevuld in deze compressoren. Ga zorgvuldig te werk om te voorkomen dat vuil terechtkomt in de systemen tijdens het bijvullen van olie. Merk op dat de in dit product gebruikte POE olie zeer hygroscopisch is en gemakkelijk vocht absorbeert en vasthoudt. Vocht is erg moeilijk uit de olie te verwijderen door middel van vacuüm. Merk ook op dat na verbreking van de verzegeling van de container met POE olie, de olie direct gebruikt moet worden.

CompressorinhoudCSHD 120, 161 — 3,3 l

CSHN 184, 250, 315 — 6,7 l

CSHN 374 – 7,2 l

Gebruik alleen Trane olie 0057 (3,8 l) of olie 00058E (18,9 l). Dit is dezelfde olie maar in verschillende containers. Gebruik geen andere POE olie.

OPMERKING: gebruik oude olie nooit opnieuw.

Olie testWij adviseren ten minste eenmaal per jaar een complete olie-analysis te laten uitvoeren door het Trane laboratorium dat gespecialiseerd is in olie-analyses voor Trane apparatuur. Hier wordt een uitgebreide analyse gemaakt van de conditie van de compressor en van het koudecircuit, met inbegrip van: aanwezigheid van water, slijpseldeeltjes, viscositeit, zuurgraad en diëlektrische gegevens. Indien er zich ontoelaatbare slijtagesituaties ontwikkelen, dan zal er een verandering van de eigenschappen van de olie zichtbaar zijn. Kleine problemen kunnen worden opgespoord en gerepareerd voordat ze grote problemen worden.

Enkelcircuit units: bestelnummer ANL0008E

Dubbelcircuit units: bestelnummer ANL0006E

CG-SVX19C-NL 95

CG-SVX19C-NL 95

Compressor service-informatie

OliebalansleidingCSHN compressoren

De oliebalansleiding heeft een Rotolock aansluiting om hem gemakkelijk te kunnen verwijderen. Het aanhaalmoment voor deze aansluiting is 120 N.m. Tap de olie af tot het oliepeil lager is dan de aansluiting van de balansleiding voordat u deze verwijdert. Doe dit op beide compressoren. Gebruik de olieaftapklep op de compressor. Als de olie is afgetapt tot onder het niveau van het oliepeil kijkglas, is het onder het niveau van de oliebalansleiding. Blaas stikstof in de onderkant van de compressor om de olie beter af te voeren. Zet niet meer druk dan 70 kPa.

CSHD compressoren

CSHD compressoren hebben geen olieaftapklep. Voor het verwijderen van de oliebalansleiding moet daarom het koudemiddel uit het systeem worden afgevoerd voordat de olie wordt afgetapt. Vang de olie op in een opvangbak als de oliebalansleiding van de compressor wordt losgemaakt, om de olie uit de compressor op te vangen als de balansleiding is verwijderd. Het aanhaalmoment voor Rotolock aansluiting op CSHD compressoren is 90 N.m

Tandem- en triocompressor zuigbegrenzersOmdat in de tandem- en triocompressor sets meestal compressoren van verschillende afmetingen worden toegepast, is voor het gebruik van de combinaties een begrenzer in de zuigleiding van een of meer compressoren vereist, om een correcte oliepeil balans tussen de compressoren te garanderen tijdens de werking.

Vervangen van de compressorAls een CGAM koelmachine een defecte compressor heeft, volg dan deze stappen om hem te vervangen:

Elke compressor heeft hijsogen. Voor het ophijsen van de defecte compressor moeten beide hijsogen worden gebruikt. HIJS EEN COMPRESSOR NOOIT OP AANÉÉNHIJSOOG.Gebruikdejuistehijstechnieken, een spreidbalk en ondersteuning als voor het tegelijk ophijsen van beide compressoren.

Compressorgewichten per compressormodel:

CSHD 120 – 69 kg.

CSHD 161 – 69 kg.

CSHN 184 – 106 kg.

CSHN 250 – 108 kg.

CSHN 315 – 153 kg.

CSHN 374 – 164 kg.

Na een mechanisch defect van een compressor, moet de olie in de andere compressor worden vervangen, evenals de filterdroger van de vloeistofleiding. Na een elektrisch defect van een compressor, moet ook de olie in de andere compressor worden vervangen, evenals de filterdroger van de vloeistofleiding en moet een zuigfilterdroger met reinigingspatronen worden toegevoegd.

Opmerking: Wijzig niets aan de koudemiddelleidingen want hierdoor komt de smering van de compressor in gevaar.

Opmerking: Voeg geen zuigfilterdroger toe binnen 250 mm van de bocht bij CSHD compressoren, of binnen 400 mm van de bocht bij CSHN compressoren.

Koudemiddel systeem open tijdCGAM koelmachines gebruiken olie en daarom moet de koudemiddel systeem open tijd tot een minimum beperkt blijven. De volgende procedure wordt geadviseerd:

Laat een nieuwe compressor verzegeld tot hij klaar is om te worden geïnstalleerd in de unit. De maximum systeem open tijd is afhankelijk van de omgevingscondities, maar mag nooit langer zijn dan één uur.

Sluit de open koudemiddelleiding af met een dop om absorptie van vocht tegen te gaan. Vervang altijd de filterdroger in de vloeistofleiding.

Maak het systeem leeg tot 500 micron of minder.

Laat POE oliecontainers nooit open in de atmosfeer. Houd ze altijd gesloten.

Mechanische compressorstoringVervang de defecte compressor(en) en vervang de olie in de andere compressor(en), evenals de filterdroger van de vloeistofleiding van het koudemiddelsysteem.

96 CG-SVX19C-NL

96 CG-SVX19C-NL

Compressor service-informatie

Elektrische compressorstoringVervang de defecte compressor(en) en vervang de olie in de andere compressor(en). Voeg ook een zuigfilterdroger met reinigingspatronen toe en vervang de filterdroger van de vloeistofleiding. Vervang filters en olie tot de olie niet langer zuur wordt getest. Zie “Olie test.”

Compressormotor weerstandsmetingDe weerstandsmeting van de motor bepaalt de elektrische integriteit van de isolatie van de wikkeling van de compressormotor. Gebruik een 500 volt M-ohmmeter. Een aflezing van minder dan 1 Megaohm is toelaatbaar en 1000 ohm per volt volgens het typeplaatje is vereist voor het veilig starten van de compressor.

Compressor stroomonbalansDe normale stroomonbalans kan 4 tot 15 procent zijn met gebalanceerde spanning als gevolg van het motorontwerp. Elke fase moet 0,3 tot 1,0 ohm aangeven en elke fase moet binnen 7 procent van de andere twee fasen zijn. De fase naar aarde weerstand moet oneindig zijn.

OPMERKING: De maximum toelaatbare spanningsonbalans is 2 procent.

KoudemiddelleidingenDe zuig- en persaansluitingen van de compressor en de leidingen zijn van verkoperd staal om ze goed te kunnen solderen. In veel gevallen kunnen leidingen opnieuw worden gebruikt. Als leidingen niet opnieuw kunnen worden gebruikt, bestel dan de correcte onderdelen. Snijd alle leidingen door met een pijpsnijder zodat geen koper slijpsel in het systeem terechtkomt. Snijd de leiding door op een recht stuk buis nadat de compressoraansluiting is losgesoldeerd. De leiding kan weer worden geïnstalleerd met gebruik van een knelkoppeling en solderen.

OPMERKING: De compressor zuigleidingconfiguratie mag beslist niet worden veranderd. Door het veranderen van de compressor zuigleidingconfiguratie kan de olieretour naar de compressor(en) in gevaar komen.

Compressor elektrische aansluitdoosBescherm de aansluitdoos tijdens soldeerwerkzaamheden aan de aansluitingen van de koudemiddelleidingen van de compressor

Compressor carterverwarmingDe carterverwarming van de compressor moet minstens acht uur voor het starten van de CGAM koelmachine worden ingeschakeld. Dit is nodig om koudemiddel uit de olie te verdrijven voor het opstarten. De omgevingstemperatuur is niet van belang en de carterverwarming moet altijd worden ingeschakeld voorafgaand aan het opstarten.

Onderhoud van de condensor

Reinigen van de condensorbatterij

Reinig de condensorbatterijen ten minste eenmaal per jaar of vaker als de unit in een “vuile” omgeving staat. Een schone condensorbatterij helpt het rendement van de koelmachine te behouden. Houd u aan de aanwijzingen van de fabrikant van het reinigingsmiddel om schade aan de condensorbatterijen te voorkomen.

Zwarte epoxy bescherming van de batterij (optie)

Wij adviseren de batterijen bij het opstarten van de unit en daarna regelmatig te reinigen voor een optimale bescherming en levensduur van de condensorbatterijen.

Reinig de condensorbatterijen met een zachte borstel en een sproeier (type tuinsproeier) of een hogedruktype. Wij adviseren het gebruik van een kwaliteits reinigingsproduct zoals Trane Coil Cleaner.

Opmerking: Als het reinigingsmiddel sterk alkalisch is (pH groter dan 8,5), dan moet een corrosieremmer worden toegevoegd.

CG-SVX19C-NL 97

CG-SVX19C-NL 97

Compressor service-informatie

Onderhoud van de verdamperDe Trane vloeistofkoelmachine model CGAM gebruikt een gesoldeerde plaat warmtewisselaar (BPHE) verdamper met een in de fabriek geïnstalleerde elektronische stromingsschakelaar die in de verdamperwaterleiding is gemonteerd. In de verdamperingang bevindt zich optioneel ook een waterfilter dat dient om te voorkomen dat vuil in de verdamper terechtkomt.

Opmerking: Het onderhoud van het filter is essentieel voor de werking en de betrouwbaarheid. Deeltjes groter dan 1,6 mm in de BPHE verdamper kunnen storingen in de verdamper veroorzaken, waardoor deze moet worden vervangen.

De toelaatbare waterstroming door de BPHE evaporator water flow is 1,4 tot 4,2 l/min per nominale unit kW capaciteit. Om een 12-7 °C in/uit gekoeldwatertemperatuur te handhaven, is de nominale waterstromingssnelheid 2,8 l/min per kW koeling.

Er moet altijd een minimum waterstromingssnelheid zijn ter voorkoming van laminaire stroming, bevriezingsgevaar van de verdamper, kalkaanslag en een slechte temperatuurregeling.

De maximale waterstromingssnelheid is 6 m/s. Grotere waterstromingssnelheden dan deze veroorzaken overmatige erosie.

Een met vuil verstopte BPHE verdamper is moeilijk te reinigen. Aanwijzingen voor een verstopte BPHE verdamper zijn onder andere een “natte” aanzuigbuis als gevolg van een gebrek aan warmtewisseling, geen oververhittingsregeling, oververhitting uitgang minder dan 35 °C, verdunde compressorolie en of veroudering en een vroegtijdige compressorstoring.

Vervangen van de verdamperAls de CGAM verdamper moet worden vervangen, is het van groot belang dat de nieuwe verdamper correct wordt gemonteerd en de koudemiddel- en waterleidingen correct worden aangesloten. De koudemiddel ingang/vloeistofaansluiting is aan de onderkant van de verdamper en de koudemiddel uitgang/zuigaansluiting is aan de bovenkant van de verdamper, beide bevinden zich aan dezelfde kant. Speciale aandacht is vereist bij verdampers met dubbele circuits. Sluit de circuits correct aan bij het installeren van de nieuwe verdamper.

Onderhoud van de waterpomp

GEVAAR! De hijsogen van de motor kunnen alleen het gewicht van de motor dragen. Hijs nooit de complete pomp op aan de hijsogen van de motor

Het lager van de motor is onderhoudsvrij. Lawaai van het lager en trillingen zijn een aanwijzing dat het lager is versleten. In dat geval moet het lager of de complete motor worden vervangen.

De mechanische afdichting is onderhoudsvrij. Wel is een visuele controle op lekkage vereist. Als er lekkage zichtbaar is, moet de afdichting worden vervangen.

Houd u aan de aanwijzingen die bij de afdichting zijn gevoegd.

98 CG-SVX19C-NL

Opmerkingen

CG-SVX19C-NL 99

Opmerkingen

Trane verbetert de prestatie van huizen en gebouwen over de hele wereld. Trane, een divisie van Ingersoll Rand, de leider in het creëren en onderhouden van veilige, comfortabele en energie efficiënte omgevingen, levert een brede portefeuille van geavanceerde regelingen en HVAC systemen, uitgebreide gebouwenservices en onderdelen. Voor meer informatie, bezoek www.Trane.com.

Het beleid van Trane richt zich op een continue product- en productgegevensverbetering en Trane behoudt zich het recht voor om het product te allen tijde zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen.

© 2011 Trane Alle rechten voorbehouden CG-SVX19C-NL 1 september 2011 Vervangt: CG-SVX19B-NL 1 april 2010

Digitaal gedrukt op milieuvriendelijk papier;gemaakt met minder bomen en chemicaliën en minder energie.