Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

download Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

of 171

Transcript of Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    1/171

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    2/171

    W E ~ t e n s c h a p p e l k ~ e referentendr. ir. P. van Wesemaelprof. dr. ir. arch. P. Lombaerdedr. C. Wagenaar

    Redactieprof. ir. L. van Duindr. H. van Wegen

    Productie en Cordinatie ' ! - I I \ . lh .", . . " , , " , , , , 'Ayan PheraiIskandar Pan

    Delft University PressPostbus 982600 MG Delfttel: *31 15 2783254/ *31 15 2781661

    Grafisch nr.ru.""''''''''Jantien Methorst, Rotterdam

    Eindredactie van de reeks a t E ~ l I e ! r p l u b l l c c l t I E ~ S drs. 1.1. Klaasen

    DrukDrukkerij Wyt & Zonen, Rotterdam

    Informatiewww.bk.tudelft.nl/ai/hybrides/index.htmISBN 90-407-2008-8 1999 De betreffende auteurs

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    3/171

    183 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    4/171

    Kennismaking met de verschillende aspecten enonderdelen van de stedenbouw. Wat zijn degrondslagen van de stedenbouw en welkeonderzoeksmethoden zijn relevant?Men leert het verband tussen de omgevingsanalyse en het stadsontwerp: wat wordt vastgelegdin een stadsontwerp en hoe kan men dezegegevens interpreteren?Architectonisch "' ... tU I l " ." "

    Het bouwkundig ontwerp neemt de stedenbouwkundige opties over en vertrekt vanuit hetstadsontwerp om de specifieke plek en hetgevraagde gebouw verder te ontwikkelen.Alle ontwerpopgaven zullen gebaseerd zijn opeen zeer concreet en gedetailleerd bouwprogramma, dat gebonden zal zijn door zijn situering binnen dezelfde locatie. Men kan denkenaan:- ontwerp van een gebouw (openbare functie)met concrete opgave van programma en

    locatie- ontwerp van een gebouw (woningen) op eengegeven locatie en met zelf in te vullen programma- interpretatie van het stedenbouwkundig voorstel voor het gehele gebied met architecturale uitwerking van een belangrijk deel ervan.Voor elk van de verschillende ontwerpopgaven, zal beroep gedaan worden op een persoon

    of dienst die bereid is op te treden als relebouwheer als gesprekspartner.

    Naast de zuiver technische en wetenschappelijke informatie omtrent deze brede materie,moet in de opleiding plaats gevonden wordentot relevante verwerking ervan in een architectuuropdracht.

    We onderscheiden drie opeenvolgende benaderingen:Keuze van structuren, systemen en materialenBinnen de grenzen van een concrete ontwerp

    opdracht, worden bepalende en beperkendefactoren, welke moeten leiden tot ontwerpkeuzes, geanalyseerd en tegenover elkaar afgewogen. (stabiliteit, functie, programma, flexibiliteit,economie, levensduur of tijdelijkheid, onderhoud, ...)Naast het kunnen formuleren van de verschillende conceptuele voorwaarden van het eigenarchitectuurontwerp (openheid, geslotenheid,

    hybrides I 182

    afstand en overspanning, hoogte, begrenzing,levensduur, tijdelijkheid, klimaat, akoestiek, .... )moet de student op zoek gaan naar die structuren en die materialen, met de meest complementaire eigenschappen.Herhaalde terugkoppelingen tussen het concept en deze technische voorwaarden, moetenleiden tot een verbetering, versterking van deidentiteit van het ontwerp.

    Verwerking en uitwerkingOp basis van de gekozen structuren en materialen, zal het ontwerp verder worden uitgewerkten gedetailleerd. Ook hier zullen de herhaaldeterugkoppelingen moeten leiden tot een verfijning van de ontwerpopties en het bewijs leverendat het ontwerp als uitvoerbaar geheel ondercontrole is.Detailleringen en doorsneden zullen onderzocht en opgemaakt worden in relatie tot hunbeeldende en ruimtelijke betrokkenheid, en nooitals een zuiver technisch, bouwkundig vraagstukalleen.

    Grafische voorstelling voor uitvoeringHet is belangrijk dat het ontwerp schriftelijk enmondeling op professionele wijze wordt gepresenteerd. Hierbij moeten we ons realiseren dathet optekenen van een ontwerpconcept andereinformatie wil overbrengen dan het optekenenvan een uitvoeringsdocument. Aan de hand vanvoorbeelden en concrete oefeningen zal het

    communicatieve moment van het ontwerpproces nader worden geanalyseerd.

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    5/171

    haven) en bestaande stedenbouwkundige voor-stellen.Het onderzoeksprogramma kan niet de pretentiehebben om een pasklaar antwoord te bieden opde gegeven problematiek. Het kan enkel eenvisie ontwikkelen d.m.v. een correcte interpreta-tie en analyse van de pijnpunten van de plek.Doel is de ontwikkeling van architecturale invul-lingen binnen een voorgesteld masterplan.De architecturale invullingen hebben tot doel viaeen iteratief proces de deelgebieden af te tastenen te evalueren. De architecturale studies moe-ten via terugkoppeling en toetsing een controlevan het onderzoek mogelijk maken.Buiten de noodzakelijk technische en culturelevorming, in de breedst mogelijke zin, is eenschool voor architectuuronderwijs, eveneens eencentrum voor kritische reflectie.Een architectonische problematiek dient in degegeven context geplaatst te worden, waarbijalle inwerkende factoren van historische, cultu-rele, economische, sociologische, politieke ofandere aard, die de complexiteit bepalen, moe-ten worden ontdekt en geanalyseerd.Deze benaderingswijze eist een persoonlijkengagement en kan onmogelijk academisch envrijblijvend uitgevoerd worden. AI te dikwijls ver-dwijnt de betrokkenheid bij deze problematiekzodra de oefening voorbij is.De finaliteit van deze pedagogische benaderingis het stimuleren van het kritisch bewustzijn ende student te helpen in het begrijpen en kunnenomschrijven van zijn rol in de maatschappij.Hierbij kan duidelijk gesteld worden dat het doelvan het onderwijs niet ligt in het voorstellen vand oplossing, die trouwens niet bestaat, nochvan 'de volgens allen best beoordeelde oplos-sing', gebaseerd op traditionele en subjectievecriteria; maar wel, in de student te helpen enhem de middelen te beschikking te stellen omeen persoonlijke benaderingsmethode te ontwik-kelen in alle objectiviteit, vrijheid, eerlijkheid enlos van een belastend formalisme.Het afstudeerproject is in tween opgesplitst. Inhet eerste semester ligt de nadruk op steden-bouw, in het tweede semester op de bouwkun-dige constructie.

    Het plangebied bestaat uit een concrete enactuele locatie, met een grote stedenbouwkun-dige complexiteit, waarbij alle randvoorwaardendoor de studenten dienen te worden onder-zocht.

    Er wordt gestart met een analyse van bestaan-de studies en bestaande stedenbouwkundigevoorstellen om inzicht te krijgen in het ontstaan,groei, bloei, verval en toekomst van de plek.De stedenbouwkundige oefening heeft als doelde wijze te bepalen waarop het betreffendegebied zich dient te ontwikkelen. Hierbij zijnzowel de analyses van het gebied en omgevingals het prospectief onderzoek de belangrijkstewerkinstrumenten; de eigen visie interpreteertdeze gegevens wat tot de synthese leidt.

    De fase van het structuurplan laat toe om decomplexiteit van de sociaalruimtelijke problema-tiek 'uiteen te leggen' en stapsgewijs te bestu-deren. De opeenvolging in planfasen maaktterugkoppeling, explicitering en bespreekbaar-heid mogelijk.

    Beslissingen genomen in de stedenbouwkun-dige oefening zullen mede bepalend zijn voorhet stadsontwerp; ze worden getoetst aan eneventueel bijgestuurd door de meer concreteuitwerkingen in het stadsontwerp.

    Het stadsontwerp gaat verder en vult dit plan-concept aan in een ontwerp met preciezereplanuitwerkingen en volumebepalingen. Het for-muleert een visie voor het gebied vanuit eenbrede waaier aan invalshoeken en is hierdoortevens de controle op en bijsturing van hetstructuurplan.Het is een onderzoek naar de mogelijkhedendie n de problemen oplossen n een beeldgeven van mogelijke toekomstige ontwikkelin-gen.

    Het stadsontwerp dient ertoe om binnen de lij-nen van het structuurplan een beeldend voorsteluit te werken. De voorafgaande opbouw van eeneigen visie in het structuurplan moet het gehalteaan 'realiteit' en betekenis van dit ontwerp kun-nen garanderen.

    Het vervaardigen van het stadsontwerpgebeurt in subgroepen, en moet leiden tot eenmasterplan voor het gehele plangebied.

    181 hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    6/171

    Richard Jef Van OevelenHenry van de Velde Instituut voor Architectuurwetenschappen

    De nieuwe gordel rond de stad Antwerpen is insnel tempo tot stand gekomen en heeft eenondoordringbare zone opgeleverd die weliswaarplaats biedt aan stedelijke activiteiten, maar ookde structuur van de stad ontkent. ZE:; vormt eenleegte en is een obstructie voor de verdere ontwikkeling van de stad. Reconversie dringt zichop doch dit vraagt inzicht en visie.De ontwikkeling van het noordelijk segment vande ring kan niet gesoleerd worden van de problemen van de binnenstad. Daarom wordt deproblematiek van dit segment van de stadonderzocht aan de hand van reeds bestaandestudies en wordt er stapsgewijs ingezoomd opmogelijke bouwlocaties.Gezien de ruime context van het afstudeerproject worden gedurende 4 jaar verschillenderandvoorwaarden onderzocht. De verschillendestudies worden gedaan vanuit steeds een andere invalshoek en snijden wisselende combinaties

    hybrides I 180

    van problemen aan. Het samenbrengen van deverschillende onderzoeken, na 4 jaar, kan opdeze wijze een zo ruim mogelijk inzicht geven inde problematiek.Voor het academiejaar 1999-2000 is het gebiedtussen de Noorderlaan, de IJzerlaan, deSlachthuislaan tot en met het spoorwegemplacement onderwerp van studie.Deze plek aan het oude spoorwegemplacementbiedt enerzijds de problematiek van de inonbruik geraakte spoorweg en de doorgang vande toekomstige TGV en anderzijds de restantenvan de oude haven en de industrie.Om een zo gevat en onderbouwd mogelijk beeldte krijgen van de problematiek wordt gedurendehet eerste semester informatie verspreidt aan dehand van workshops en lezingen waarbijbelangrijke onderzoeksthema's worden verduidelijkt zoals mobiliteit, evolutie van het verkeer,economische ontwikkeling (industrie, handel,wonen), visie van de overheid (stad, NMBS,

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    7/171

    Concept eenheden

    Concept kamers/eenheden

    LiteratuurAntwerpen - Stad aan de StroomNakoefening morfologie en architectuur van de stad TU DelftHan Meyer/De stad en de haven, proefschrift/Rotterdam 1996Jef Van reusel/Antwerp - Reshaping A City!Antwerpen 1990Kris Geelen/Het Eilandje/Brugge 1989Nicola Krnig Antwerpen/een verhaal van een bewogen relatie, scriptie/Delft 1990Pieter UyttenhovelTussen kant en wal, De 1 ge eeuwse gordel van Antwerpen: elementen voor een cultuur van de stad/Antwerpen 1993Rita Steyaert e.a./Architectuurgids Antwerpen/Antwerpen 1993

    179 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    8/171

    Work in I - ' r ( ' ) m r p ' ~ ; ~ In deze fase van het afstudeerproject is er eenprogramma, een visie en conceptuele voorwaar

    den voor een stedenbouwkundig plan ontwikkeld.Het programma voorziet in functies als wonen,winkels, horeca, theater, museum, infrastructurele voorzieningen. De intensivering van programma-onderdelen doet recht aan de oorsprong vandit gebied. Als oudste kern van het Eilandje concentreerden de activiteiten zich hier op dezeplek.Hieronder worden een aantal aspecten van delocatie belicht die het uitgangspunt vormen vande stedenbouwkundige opzet.Water, eenheden. De dokken en de kades worden als eenheden ervaren, als 'kamers' in hetstedelijk gebied, met de omringende gevels alsde wanden. De kades rond het Kattendijkdok

    worden integraal behandeld.Een ander eenheid vormt de Schelde en haarinvloedssfeer op de oevers. De nabijheid van deSchelde zal overal voelbaar zijn, vooral op plaatsen waar visuele verbinding met de rivier mogelijk is.

    Entreegebied. De aansluiting op de belangrijkeontsluitingswegen en het nabije stadscentrumgeeft het gebied de potentie om een entreegebied te worden voor de bezoekers van hetstadscentrum.

    Voor de bezoeker van de stad zijn eersteindrukken en specifieke orintatiepunten belangrijk om zijn positie in de stad te bepalen en duidelijkheid te scheppen in een vreemde stad. DeSchelde is zeer herkenbaar en wordt derhalveingezet als orintatiepunt.

    Routing van openbare ruimtes en recreatiezo-nes. Door de stedelijk openbare ruimte van hetEilandje een logische aansluiting te geven op debestaande routing van openbare ruimtes kan debinding met het stadscentrum versterken worden.Het specifieke open karakter van het doorwater omringde plangebied bepaalt de sfeer vande stedelijke recreatiezone binnen het stedelijkweefsel. Zowel de recreatief ingestelde bezoekers als de inwoners van het Eilandje en vanAntwerpen zijn de gebruikers.

    hybrides I 178

    Stedelijke leefomgeving. Het oud-havengebied,dat de overgang vormt tussen de stad en demoderne haven, kan worden ontwikkeld als eenaantrekkelijke aanvulling op de aanwezige stedelijke mix van wonen, werken en voorzieningen.

    Voor een levendig stedelijk woongebied is eenmenging van verschillende functies noodzakelijkom een verscheidenheid aan impressies, gebruikers en gebruikspatronen te garanderen. Dewegen die het Eilandje doorkruisen worden doorzowel bestemmingsverkeer als doorgaand verkeer veel gebruikt, wat ten goede komt aan dedynamiek van het plangebied.

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    9/171

    MethodeIn de huidige ontwerpfase zijn analyses voor

    de stedenbouwkundige context afgerond:morfologische studie van de ontwikkeling vanAntwerpen;infrastructurele analyses op regionale enlokale schaal;een analyse van de stedelijke openbare ruimte met betrekking tot de bestaande recreatieve wandelroute in de binnenstad in aansluiting op het Eilandje;een inventarisatie van de bebouwing in denabije omgeving.

    De bestaande recreatieve wandelas in het stadscentrum inoost-westelijke richting

    Vogelvluchtperspectief

    Uit de literatuur is informatie verzameld over:- de historie van het Eilandje en Antwerpen;- recente ontwikkelingen in stadsvernieuwings-projecten met betrekking tot het Eilandje en

    Antwerpen;- precedenten: waterfront-herontwikkelingsgebieden (London Docklands, Barcelona waterfront), stedelijke openbare ruimten (pleinen inBarcelona), ondergrondse parkeergarages inLyon, ontwerpvoorstellen voor het Eilandje(resultaten van een internationaal uitgeschreven prijsvraag en meervoudige opdracht, alsonderdeel van het stadsvernieuwingsprojectStad aan de Stroom).

    Plangebied het Eilandje

    177 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    10/171

    woonvormenLesliementoren: Richard Foqu, Willem Hermans, Meijnardt Scheers

    De ontwerpopgave is gebaseerd op het volgende uitgangspunt:Het woongebouw zal worden gentegreerd inde omringende (en onderliggende) stedelijkopenbare ruimte, die de vorm kan aannemenvan pleinen, platforms en straten.Dit gebeurt op een zodanige manier dat voorde gebruikers (dit zijn de bewoners en de passanten) een interessante en gedifferentieerdeleefomgeving ontstaat die de context vormt voorongedwongen sociale interacties. De interactieskunnen op verschillende niveaus van toegankelijkheid (openbare, semi-openbare en ook privruimtes) plaatsvinden.

    Het openbare karakter van het plein, het platform of de straat is niet meer gebonden aan hetgrondniveau, en het woongebied beperkt zichniet meer tot het appartement en ontsluitingswegen zelf.

    Met andere woorden de grens tussen debelevingswerelden vervaagt.Het afstudeerproject zal uit twee delen

    bestaan:- een stedenbouwkundig schetsontwerp voorhet plangebied;

    - de ontwikkeling en uitwerking van het woonprogramma inclusief aanvullende voorzieningen.

    hybrides I 176

    locatieAan de noordelijke stadsrand van Antwerpenligt het Eilandje, een oud-havengebied daterend

    uit de 1ge-eeuw. Haar haven ondersteunendefunctie bracht een eigen stedenbouwkundig uitleg met zich mee, dat uit een orthogonaal stelselvan dokken en eilanden bestaat. Zelf over eensterke identiteit beschikkend, ligt het Eilandje inde verschillende invloedssferen van de directeomgeving.

    Het Eilandje vormt het overgangsgebied tussen de noordelijk gelegen moderne haven en hetmiddeleeuwse stadscentrum.Aan de oostzijde grenst het aan een drukke verkeersader die lokaal en regionaal bestemmingsverkeer toegang tot het hart van Antwerpen verleent.De wijde Schelde biedt een fascinerend uitzicht,die samen met de hoogbouw en groene strookvan de Linkeroever het beeld aan de westzijdebepaalt.

    Het gebied kent een menging van functies alswonen, winkels, cafs, kleine havengerelateerdebedrijven en loodsen.

    Nu de belangrijke havenondersteunende activiteiten zijn weggevallen verkeert het gebied inverwaarloosde en vervallen staat, en heeft hetgebied een nieuwe impuls nodig.

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    11/171

    Hoogstraat - 1935

    Hoogstraat 1995Transformatie

    Stedebouwkundig ontwerpvoorstel Contouren studie Binnenrotte

    175 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    12/171

    nog een waterkerende functie had. Dit deel vande stad, het Laurenskwartier, het voormaligestadshart van Rotterdam met de Grote Markt,de Hoogstraat, de Laurenskerk, het Rottetracen de Kolk, heeft in de loop der tijden een volledige transformatie ondergaan.In de jaren 30 zijn belangrijke openbare instituten zoals stadhuis, beurs en postkantoor naar

    de gedempte Coolsingel verhuisd, waardoor hetLaurenskwartier in de luwte kwam te liggen. Nahet bombardement van 1940 vestigden winkelbedrijven zich in noodwinkelcentra aan de randvan het lege stadshart. Uit het succes van dezevestigingsplaats volgde het Lijnbaancomplex.Met de verschuiving van het stadscentrum naarhet westen ontstond er de Coolsingel als centrale stadsas met aan weerszijde daarvan het kernwinkelapparaat Lijnbaan, Beursplein enHoogstraat. Hierdoor bleef er voor de oorspronkelijke bestemming van de Visscherdijk als winkelstraat tussen de Hoogstraat en de Blaak teweinig draagvlak over. De combinatie van eenboulevard bebouwing aan de Blaak en eenstraatbebouwing aan de Visschersdijk in eenbouwblok bleek problematisch. De uiteindelijkeloskoppeling van beiden is in de huidige situatiegoed zichtbaar. Een achterkanten gebied meteen zeer ruime profielmaat die niet goed aansluitop stratenpatroon in westelijke richting. Deonbepaaldheid van de functie van het achterliggende gebied heeft geleid tot een onsamenhangende invulling ervan.Methode

    Voor de analyse van de context is gebruikgemaakt van een historisch morfologisch onderzoeksmethode2 die in Nederland veel is toegepast door o.a. Rein Geurtsen. De middelen enanalysemethoden voor zijn manier van onderzoek zijn ontleend aan buitenlandse studieswaar namen aan verbonden zijn als Rossi,Muratori, Ching , Bacon en Panerai3.De onderzoeksmethode is in de eerste plaats

    gericht op een cartografische analyse van destadsvorm.Het doel van een morfologische studie is hetoperatief maken van de geschiedenis voor het(stede)bouwkundig ontwerp: het onderzoekdient als voorbereiding voor het ontwerp en is

    dus dienstbaar aan het ontwerp. De stad kanbeschouwd worden als bodemarchief waarin het

    2 Crimson, Morfologisch Onderzoek; RE-URB, Nieuwe plannen voor oude steden, blz 39 tJm 42.3 Leupen et al, Inleiding; Ontwerp en analyse, blz 8 en 9.

    hybrides I 174

    geheugen van de stad is opgeslagen, als eenimaginaire bibliotheek van ontwerpen, waarvande bestaande stad slechts n van de mogelijkeuitkomsten is. De kaart verschijnt als een puzzel,die door onderzoek ontward kan worden en danpas haar geheimen blootgeeft: onbegrijpelijkestructuren waarvan de ontwerp deen pas duidelijk worden na het analyseren van een inmiddels alweer verdwenen context. De ontwerperplaatst zich hierbij in de positie van zijn voorgangers alsof de ontwerpopgave nu gesteld wordt(Crimson 1997).

    Met behulp van reductiekaarten kan enerzijdsde continuteit en verandering van de stadsvormworden weergegeven, anderzijds, datgene watspecifiek is en dat wat permanent is. Specifiekzijn gebouwen of plekken die een belangrijke rolspelen in de historie van een stad; stadhuis,centraal stadsplein en kerken. Permanent zijn destructuren die door de eeuwen heen onveranderd blijven; weefsel, lange lijnen, oude rivieren.Work in progressDe morfologisch historische analyse geeft detransformatie van de voormalige stadsdriehoekweer met daarin drie ruimtelijke stelsels die vanbelang zijn voor het ontwerpproject: deHoogstraat, de Binnenrotte en het gebied rondde Grote Markt tussen de Hoogstraat en deBlaak.De reductiekaarten onderscheiden vijf ruimtelijke kenmerken: het stedelijk weefsel, de objecten, de waterstructuren, de infrastructuur en destraten en pleinen als residu van het weefsel, deobjecten en de waterstructuren.

    LiteratuurCrimson., Re-Urb, nieuwe plannen voor oude steden.Rotterdam: 010 Uitgeverij, 1997.Dienst Stedebouw+volkshuisvesting., Stedebouwkundigplan Laurenskwartier, 1995.Dienst Stedebouw+volkshuisvesting., Stedebouwkundigplan Laurenskwartier, 1998.Uesbrock, h. en S. Blumberger., Die neue Stadt, Rotterdamim 20. Jahrhundert. Stuttgart: Dr. Cantz'sche Druckerei,1993.Mekes, J., Rotterdam, stad van mijn vader. Alphen aan denRijn: Canaletto, 1973.Mekes, J., Wijs mij de plaats waar ik woonde. Alphen aanden Rijn: Canaletto, 1969.Mekes, J., Wijs mij de plaats waar ik woonde, deel twee.Alphen aan den Rijn: Canaletto, 1973.Meyer, H., De stad en de haven, Stedebouw als cultureleopgave, Londen, Barcelona, New Vork, Rotterdam. Utrecht:Uitgeverij Jan van Arkel, 1996Palmboom & v.d. Bout en Camp & Camphuis.,Ontwerpstudie Laurenskwartier, 1998.Steenbergen, C., et al., Het montagelandschap, landschapsarchitectuur van de stad. Delft: PublicatiebureauBouwkunde, 1996.van der Vegt, M., Rotterdam, stad van mijn vader, deel twee.Alphen aan den Rijn: Canaletto, 1980.

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    13/171

    1870 1910

    1941 1946

    1898

    0

    1995

    Blaak

    1906

    =l - - ~ ~ - _ . \ L -J Doorsnede 1946i\

    _...._--- - - -L -J Doorsnede 1995

    J{1 '"i }ii :r:ii

    Transformatie zuidelijk deelLaurenskwarl:ier173 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    14/171

    Iskandar Panmentoren: Henk Engel, Jurgen Rosemann, Marianne Hnninen

    Het onderwijs is sterk in beweging. Termen alsmultifunctionaliteit en flexibiliteit zijn veelgebruiktin het debat over nieuwe onderwijskundige ontwikkelingen. Naast de traditionele onderwijsfunctie dient het schoolgebouw ook te voorzienin een vraag naar opvang-, wijk- en welzijnsfuncties.

    Parallel aan de ontwikkelingen op het gebiedvan onderwijs spelen de nieuwe plannen voorwonen in de Nederlands binnensteden en derealisering van de VINEX-uitbreidingswijken.De in de jaren 60 zo bepleitte functiescheidingvan wonen, werken, verkeer, recreatie, educatieen andere functies is definitief verlaten. Dehedendaagse school is niet langer een monofunctioneel gebouw. Zelfs het schoolgebouw alssolitair object is niet meer vanzelfsprekend. Eenmenging van de programma's wonen en onderwijs, vormt een nieuwe ontwerpopgave.

    De probleemstelling van deze ontwerpopgaveis tweeledig. Enerzijds omvat de opgave hetsamenvoegen van een breed onderwijsprogramma met andere stedelijke programma's alswonen, publieksfuncties en parkeren, binnenn hybride gebouw.

    Anderzijds vraagt de opgave om een interpretatie van de stedelijke context van het projectmet als belangrijk onderdeel van deze context,een complexe historie van voortdurende transformatie. Een analyse van het plangebied geeftinzicht in de problematiek van de situatie. Een

    hybrides I 172

    deel van de morfologische analyse van het plangebied en het stedebouwkundig voorstel worden in deze publicatie gepresenteerd.Discussie

    Enigszins in de luwte van de projecten inRotterdam Zuid staat het Laurenskwartieropnieuw in de belangstelling. Ondanks 50 jaarwederopbouw is het Laurenskwartier een periferie van het centrum gebleven.

    Pas na het gereedkomen van de spoortunnelen de inrichting van de Binnenrotte door West 8er een nieuw perspectief op de toekomst ontstaan en wordt er door opdrachtgevers en architecten nieuwe plannen ontwikkeld1 Voor verschillende locaties in het Laurenskwartier dienennieuwe architectonische concepten als motorvan de transformatie naar een vitaal binnenstadsgebied.

    De locatie Grote Markt is n van deze locaties waarin een sterke verwevenheid vanpublieksfuncties met wonen, werken en onderwijs een bijdrage leveren aan de ontwikkelingvan het Laurenskwartier. Plannen van studentenverreiken de discussie over het Laurenskwartiermet nieuwe mogelijke oplossingen.Locatie

    De locatie van het afstudeerproject is de GroteMarkt in Rotterdam. De Grote markt was voorheen het centrale plein van de stad. Parallel aanhet plein ligt de Hoogstraat die naast belangrijkste winkelstraat en oost - west verbinding ook

    Dienst Stedebouw en Volkshuisvesting; Het Laurenskwartier,stedenbouwkundig plan, 1998.

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    15/171

    'cafbezoek' . Binnen de activiteit, die in dezeruimte plaats vindt, is sprake van een bewustevermenging van elementen met verschillendeherkomst. Het ligt voor de hand dat de hybrideactiviteit eisen stelt op het niveau van de architectuur.

    De behandelde deelstudies zijn verricht met deintentie dat zij voldoende kader kunnen scheppen voor het ontwikkelen van een architectonisch concept: een min of meer samenhangenddenkraamwerk, welke de ontwerper in staat steltde ontwerpbeslissingen te legitimeren en waaraan deze de ontwerpbeslissingen kan toetsen.In deze fase van het afstuderen zijn de volgendeuitgangspunten geformuleerd:in dit beschermd stadsgezicht dient hetgebouw zich in zijn verschijningsvormbescheiden te presenteren. Tegelijkertijd is

    het vanuit vooral commercieel oogpunt wenselijk dat het gebouw zich duidelijk manifesteert;de Amsterdamse binnenstad vraagt om een

    Koto-in Zen tempel in Kyoto, Japan: een gechoreografeerderoute

    Literatuur

    duidelijke grens tussen de stedelijke publiekeen private ruimte. Het ligt voor de hand datde geplande stedelijke private ruimte de rooilijnen van het historische stadsblok zal volgen;achter het gevelvlak van het stadsblok is ermaximale vrijheid voor massa, leegte, vormen materiaal. Deze vrijheid schreeuwt om uitgebuit te worden;vanuit interieurtechnische overwegingen isdaglichttoetreding op nagenoeg elk vloerniveau wenselijk. Er zal een naar een gebouwvorm moeten worden gezocht die daartoe demogelijkheid biedt;vanuit beeld- en sfeeroverwegingen is eenalom aanwezige voelbaarheid van de stiltetuin n het complex wenselijk. De tuin biedtzich bijna als vanzelfsprekend aan als centraal regulerend ruimtelijk element.

    Oininio, Amsterdam: 'Stilte-caf'

    Abrahamse, J., Zuidelijk deel Binnenstad. Stedebouwkundig historisch onderzoek. Amsterdam: Dienst Ruimtelijke OrdeningAmsterdam, 1994.Barrie, Th., Spiritual path, Sacred place. Myth, Ritual and Meaning in architecture. Boston: SHAMBHAIA Publications, 1996.Bleeckere, S. de (et al), Media en spiritualiteit, Leuven: Davidsfonds, 1996.Faber, H., Boven de boomgrens. Op weg naar een hedendaagse spiritualiteit, Baarn: Ten Have, 1987.Fenton, J., Hybrid Buildings, Pamphlet architecture N11. New Jersey: Princeton Architectural Press, 1985.Gemeente Amsterdam, Beleidsplan Binnenstad, Amsterdam, 1998.Harvey, D., The Condition of Postmodernity. Cambridge, USA: BlackwelJ Publishers, 1990.Jolles, A., Dam, Rokin, Munt. Stedebouwl

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    16/171

    Het sociale en ruimtelijke programma voor hetcommercieel spiritueel centrum is ontwikkeld opbasis van programmatische analyses vanbestaande commercile spirituele centra (o.a.Oininio), mijn visie over wat een dergelijk centrum aan programma-onderdelen zou moetenbezitten en de gevormde visie over welke programmatische elementen geschikt zijn voor dezespecifieke locatie. De belangrijkste programmaonderdelen zijn: een warenhuis, cursusruimten,horecagelegenheden, (verhuurbare) zalen, eenkapel, meditatiepaviljoens, een stilte tuin, eenbadhuis, verhuurbaar oppervlak en een kantoorgedeelte.A r l ~ I V ~ A ~ van nvoroor ' t r l .o.n, l 'an

    Bij de zoektocht naar bruikbare precedentenwerd duidelijk dat mijn voorstelling van een passende architectuur voor het centrum zowel elementen van spirituele ruimte als van commercile ruimte moet bezitten (een hybride architectuur?). Zo zijn er een aantal analyses gemaaktvan gebouwen met een overwegend commer-

    - - metro in aanleg

    functiekaart

    hybrides I 170

    cieel programma (winkels, horeca, kantoren) eneen openbare routing met een passageachtigeruimtelijke kwaliteit. Tevens zijn er analysesgemaakt van gebouwen en plaatsen met eensterk spiritueel karakter (kloosters, Boeddhistisch theehuis, begraafplaats).

    Vooral wat betreft de spirituele bouwwerkenzijn er opvallende overeenkomsten te vinden inde geanalyseerde ruimtelijke karakteristieken:context, ruimtevorm, verschijningsvorm, route,materialisering en lichtbehandeling.

    Binnen dit project is sprake van hybridiseringop verschillende niveaus. Zo kun je op hetniveau van de sociale activiteit een zekere hybridisering onderkennen. De spirituele activiteitwordt op commercile wijze aangeboden enervaren, en andersom! Zo zal een bezoek aanhet 'meditatiecaf' (een ruimte met veel groen,een vijver en zitkussens, waarin in betrekkelijkerust en stilte dranken en hapjes worden geserveerd) niet vergelijkbaar zijn met een bezoek aaneen spirituele ruimte, evenmin met een

    -- allto-verkeersstroom

    Architecten Cie. Ingangspartij van commercieel complex'Kalvertoren' in Amsterdam

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    17/171

    LocatieDe locatie is een bestaande bouwput in eenbouwblok aan de Reguliersbreestraat enVijzelstraat, midden in het bruisende hart van deAmsterdamse binnenstad. De locatiekeuze isgemaakt op basis van verschillende criteria enveronderstellingen: een dergelijk 'onconventioneel' programma kan alleen gedijen in een

    grootstedelijke omgeving; het beoogde consumptieve karakter van het commercieel spiritueel centrum moet aansluiting vinden op het consumptieve karakter van deze omgeving; hetcommercieel spiritueel centrum moet goedbereikbaar zijn; de nabijheid van andere recreatieve voorzieningen (winkels, horeca e.d.) en dedaarmee samenhangende continue voetgangersstroom is vanuit zakelijk oogpunt wenselijk.

    Er is een historisch morfologische analysegemaakt op basis van historisch kaartmateriaal,foto's en prenten. Doel van dit alles is het begrijpelijk maken van de huidige structuren metbehulp van de geschiedenis. Tevens kan vanuithistorisch oogpunt duidelijk worden welke ruimtelijke elementen constant en welke variabel zijnbinnen het projectgebied.

    Uit de functieanalyses blijkt dat het projectzich bevindt in een zone van het stadshart metoverwegend publieksgerichte voorzieningen:veel uitgaansgelegenheden (voornamelijk horecaen dansgelegenheden) en winkels.

    Uit de bereikbaarheidsstudies blijkt dat deVijzelstraat n van belangrijke verkeersaders isvoor het autoverkeer van en naar de binnenstad.Ook wat het openbaar vervoer betreft speelt deVijzelstraat op stedelijk niveau een belangrijkerol: onder de Vijzelstraat wordt op dit momenthet tunneltrac aangelegd voor een nieuwe metroverbinding tussen Amsterdam-Noord enAmsterdam-ZuidIWTC: de Noord/Zuidlijn. Hetligt zelfs in de bedoeling dat dit trac in toekomst wordt doorgezet naar Schiphol, waardoorhet hart van de binnenstad -en dus ook de projectlocatie- direct verbonden wordt met deluchthaven.

    locatie gezien vanuit de Reguliersbreestraat

    E9stedelijke structuurschets, 1544

    stedelijke structuurschets, 1650

    stedelijke structuurschets, 1800

    169 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    18/171

    PheraiMentoren: Leen van Duin, Leontine de Wit, Rogier Verbeek

    De titel 'Commercieel spiritueel centrum' kanleiden tot enige verwarring. Hoe zou de verheven spirituele activiteit iets van doen kunnenhebben met commercie? Toch laat de huidigemaatschappelijke realiteit zien dat deze tweeogenschijnlijk onverenigbare zaken weldegelijksamen kunnen gaan. We kunnen constaterendat allerlei commercile organisaties in staat zijngebleken de behoefte aan zingeving en spiritualiteit winstgevend te maken. Denk hierbij aande vele cursussen, seminars, trainingen, peptalks, excursies, e.d. voor zowel particulieren alshet bedrijfsleven met spiritualiteit als centraalthema.

    Cultuursociologe Anneke van Otterloo:'Spiritualiteit betreft aanvankelijk de innerlijkheid,de beleving en levensstijl kenmerkend voor religie in traditionele zin. Voor de huidige tijd is hetelement van subjectieve ervaring het meestessentieel. De spirituele grondhouding kan,behalve met religie, ook verbonden zijn metlevensbeschouwing -de leer van welzi jn- of nogalgemener met een (collectief of individueel) zingevingsysteem. Zingeving hoeft hierbij niet uit-

    hybrides I 168

    sluitend van religieuze of levensbeschouwlijkeaard te zijn, maar kan ook betrekking hebben opinstrumentele doelen.' Van Otterloo concludeertterecht dat moderne spiritualiteit ondanks deschijn van het dagelijks taalgebruik, dat verwijstnaar een verheven streven, in zekere mate eeninstrumenteel karakter draagt: 'Waar menseneerder leefden onder een 'hemels baldakijn' enzich (soms) richtten op vormen van traditionelespiritualiteit gaan zij nu (soms) naar een spirituele markt, waar ieder individuele keuzen maakt.Deze keuzen kunnen verband tonen met het'transcendente' maar noodzakelijk is dat niet'.Spiritualiteit zal in de context van dit projectworden ontdaan van elke dogmatische bindingmet de traditionele religie. Ze zal worden benaderd als een commercieel produkt welke opcommercile wijze -een wijze die gericht is ophandel met winstoogmerk - zal worden aangeboden en geconsumeerd.

    Mijn afstudeeropgave stelt zich tot doel deze'commercile spiritualiteit' te onderzoeken ophaar architectonische potenties en van daaruiteen concreet architectonisch plan te ontwikkelen.

    situatietekening

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    19/171

    Centercourt wordt vormgegeven door landschapals concept in te zetten.Het gebruik van het programma en het men-gen van verschillende bezoekersstromen zijn debelangrijkste factoren in het ontwerpproces vanmijn afstuderen. De bezoeker kan op dezemanier van gedaante verwisselen door zich te

    bewegen in het programma. Voor de ruimtelijke

    PLATTEGROND NIVO 2

    PLATTEGROND NIVO 1

    PLATTEGROND NIVO 0

    en materile organisatie van het programma wilik me in eerste instantie zo min mogelijk latenafleiden door historiserende of regionalistischefeiten. Het algemene abstracte model wat danontstaat kan vervolgens naast de lokale gege-vens geplaatst worden. Hierna kan het modelzch transformeren, waardoor het zich hecht inzijn omgeving.

    SKATECOURT

    SKATECOURT

    SKATECOURf

    167 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    20/171

    ding tussen hartje stad en het Groene Hart vanHolland.

    Centercourt wordt een collectieve ruimte t.b.v.de 'sportieve' recreatie.Centercourt wordt niet gezien als een rustiekegroene plek, maar meer als een bruisend enoverladen stedelijk knooppunt.Centercourt wordt een koppeling van 'recreatie'

    P..ATICGRONC B

    DOG-=tS\E)E A

    hybrides I 166

    aan 'mobiliteit' en 'voorzieningen', waaruit eennieuw ruimtelijk programma zal ontstaan.Centercourt wordt een nieuw knooppunt.Centercourt wordt een ontmoetingsplek die kandienen als overstapplaats en deel uitmaakt vande netwerkstad.Centercourt wordt een samenhangende, continue ruimte, waarbinnen plaats is voor afwijkingen verschil.Centercourt intensiveert het landschap.

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    21/171

    AM STEL IN DE TIJD

    AMSTELACCENTENHET IJ

    GRACHTENGORDEL

    BERLAGEZUID

    KNOOPPUNTAMSTEL

    AMSTELWATER

    RING SCHEGGEN EN LOBBEN

    RINGACCENTEN

    RINGVERKEER

    AB

    A4

    165 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    22/171

    aanGerbrand van Oostveenmentoren: Carel Weeber, Cees van Weeren, Wouter Reh

    Er is nog steeds veel discussie gaande overhet concept 'Het Groene Hart', welke eenbelangrijk onderdeel vormt van het verstedelijkingsbeleid in de Randstad. Recreatie speelthierin een centrale rol. De Randstad moetimmers een groene metropool worden. Dat is nuechter nog niet het geval. De Randstedeling isslecht bedeeld met toegankelijke gebieden dichtbij de woning, waar veelzijdige recreatie mogelijkis. De schakel tussen de stad en de grotererecreatiegebieden kan nog veel meer uitgebuitworden. Het slechten van barrires en het koppelen van uitvalsroutes aan recreatieve netwerken vergt nog grote inspanningen. Door de barrirewerking van de grote infrastructuur zijngrote delen van de stad afgesloten van gemakkelijke contacten met de uitloopgebieden.Het te ver doorschieten van de compacte-stadgedachte zorgt er tevens voor dat veel kleinegroengebiedjes en stedelijke achterkantenbebouwd raken. Ook grotere elementen zoalssportvelden worden de stad uitgeperst enkomen verder van de stad af te liggen.Metropolen voelen zich gedwongen tot hetmaken van grootschalige plannen. De metropoolschaal vraagt zowel technisch als conceptueel om een drastische schaalsprong. Hiermeemoet voorkomen worden dat de metropoolstructuur onduidelijk, ongrijpbaar en een ruimtelijkechaos wordt. Grote projecten maken de metropool weer leesbaar.

    De leefomgeving van de inwoners van deRandstad staat onder druk. Nieuwe samenwerkingsverbanden tussen landelijke en stedelijkefuncties zijn nodig. Er moeten grote gebiedenaangewezen worden die geschikt zijn voor deontwikkeling van nieuwe recreatie en natuur.Just in de nabijheid van de stad hebben dezegebieden betekenis. Investeringen in recreatievehybrides I 164

    aan

    mogelijkheden in die direkte woonomgeving zijnnodig, zodat die als stapstenen kunnen dienennaar de grotere natuurgebieden in het GroeneHart. Voor natuur en recreatie zal veel meerruimte nodig zijn om de groei en de veranderingvan de vraag op te kunnen vangen. De recreatieomgeving moet daarom aan steeds strengere eisen voldoen om in het diverse behoeftepatroon te kunnen blijven voorzien. De druk opvoorzieningen en op het landelijk gebied zalhierdoor toenemen. Het is belangrijk desondanks de recreatiekwaliteit te waarborgen en degroeiende gemotoriseerde mobiliteit in goedebanen te leiden. Verplaatsen is immers inherentaan recreatie.LokatiekeuzeVoor mijn afstuderen heb ik het gebied aan deAmstel gekozen ter hoogte van de ringweg.Binnen mijn studiegebied vallen o.a het volkstuinenpark 'Amstelglorie', sportpark 'Overamstel'en verkeersknooppunt 'Amstel' . In en rond ditgebied zijn al verschillende sport- en recreatievoorzieningen aanwezig. Deze locatie ligt aan dering, daar waar de Amstel de stad binnen komt.De ringzone wordt doorkruist door n van deradiale groene scheggen van Amsterdam. Deperiferie is paradoxaal genoeg het nieuwe centrum van het toekomstige leven van Amsterdamen zal gevormd worden door ruimtes die eenbetekenis hebben als plaatsen van gemeenschappelijk belang. Het Amstelland en de binding daarvan aan zowel het stedelijke gebied alsaan de rivier heeft potenties voor een grootstedelijke uitwerking. Het thema van de Amstelinspireerde binnen de oude stad tot de locatievan o.a. het Centraal Station, de Beurs vanBerlage, de Stopera, het Amstelhotel en theaterCarr. Ten zuiden van de ringweg is het karaktervan de Amstel meer landelijk en deels onbepaald. De Amstel vormt een hart op hart-verbin-

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    23/171

    Work in progressHybride gebouwen kennen hun oorsprong inde Verenigde Staten. Doordat de groei van desteden werd beperkt, en de prijzen van landomhoog vlogen, werd men bewust van de voordelen van het samenvoegen van verschillendeprogramma's. Veel gebouwen met slechts eenprogramma maakten plaats voor multiprogramma gebouwen. Er zijn echter een tweetal redenen waarom het aantal hybride gebouwen sterkin aantal is afgenomen. Op de eerste plaats hadde beursval in 1929 tot gevolg dat het bouwenvan nieuwe constructies werd stilgelegt.Daarnaast waren het de beslissingen genomendoor ciam IV, ondermeer het gescheiden houdenvan wonen en werken, die het hybride gebouwde das om deed.

    Op dit moment is de interesse naar hybridegebouwen weer aan het op bloeien. Dit wordtvooral veroorzaakt door het terug keren van hetprobleem met de groeiende stad. De verschiltussen binnenstad en periferie is aan het vervagen. Het verschil tussen wonen en werken verdwijnt en het nieuwe programma dient ingepastte worden in de reeds bestaande stedelijkestructuur.

    Als we naar de huidige hybride programma'skijken zijn er twee soorten te onderscheiden. Opde eerste plaats is er het thematische programma.

    In het thematische programma zijn de onderdelen afhankelijk van elkaar en wordt ertussende onderdelen samengewerkt. Steeds vakerging men inzien dat het samenvoegen van ver-

    niveau 0 niveau -1

    schillende functies onder een dak de samenwerking tussen deze functies zou kunnen verbeteren en vereenvoudigen. Daarnaast is er hetongelijkmatige programma waarbij de onderdelen in een gebouw zijn onder gebracht maarwaartussen geen onderlinge samenwerking tussen bestaat. Dit programma is meer gericht opde economische voordelen die het heeft.

    Het verdwijnen van de periferie heeft zoalsreeds gezegd tot gevolg dat in de reeds bestaande stedelijke structuur nieuwe functiesmoeten worden ingepast. Dit zou gepaard gaanmet het samenvoegen van programma's die ophet eerste gezicht geen binding met elkaar hebben. In het ontwerp van het Wertheimer centrumvoor de fotografie worden twee programma's alshet metrostation en het museum samengevoegd. Dit heeft tot gevolg dat voor de bezoekereen soort verschuiving plaatsvindt van functiesHet metrostation zal zijn oorspronkelijke functiegaan verliezen en plaats moeten maken vooreen combinatie van programma'sHet centrum zal zich voor een groot gedeeltebinnen het beneden aangegeven gebied komente liggen. Door de verbinding die plaatsvindttussen het Metrostation en het centrum, zal bijde kruising de nadruk komen te liggen watbetreft de bouwvolumes. Het belangrijke aandeze opdracht zijn de mogelijkheden die delocatie heeft te bieden. Door de verkeersfunctiedie de Vijzelgracht heeft voor het verkeer naarhet centrum, kan het terrein gaan fungeren alseen culturele poort.

    bebouwing

    163 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    24/171

    Het Wetering plantsoen is op dit moment nietsmeer dan een open gebied langs de rotonde.Hoewel er veel groen aanwezig is, is dit voor hetgrootste gedeelte niet toegankelijk. Het parkjelangs de Singelgracht is afgesneden van hetweteringplantsoen door de drukke weg tussende rotonde en de Stadshouderskade. Dit allesmaakt dat de situatie wel veel groen heeft maardeze maar beperkt toegankelijk is.Het autoverkeer Voor het autoverkeer is deroute vanaf de Vijzel gracht in de richting vanhet centrum van levensbelang wil de automobilist in het centrum kunnen komen. De routeloopt aan de Stadshouderskade enWeteringcircuit via de vijzelgracht naar hetRokin. Deze route loopt dwars door de locatieheen en zorgt de hele dag door, maar vooral inde ochtend- en avondspits, voor veel overlast.Het tramverkeer Het Weteringcircuit is eenknooppunt van de tram in twee verschillenderichtingen. Via de Weteringschans gaan trams inde richting van het Leidscheplein, terwijl via deF. v.d. Polweg en de Vijzelgracht de tram in derichting van het centrum loopt.De metro De metrotunnel komt precies onderhet Weteringcircuit te liggen. Van de stationskomt het weteringcircuit te liggen tussen hetstation van aan de Vijzelgracht en de F. v.d.Polweg.ln het ontwerp van de architectenBenthem & Crouwel voor het station aan deVijzelgracht is het Weteringcircuit mee genomenom het gebied toegankelijker te maken. Dit heb-

    huidige situatie

    toekomst

    hybrides I 162

    ben ze gedaan door de ingang van het station opde rotonde te plaatsen waardoor het gebiedomsloten door de rotonde nieuwe waarde krijgt.Rotonde: 1950 De rotonde is rond 1950 aan-gelegd om de verkeerssituatie rond de kruisingtussen de Weteringlaan en de Weteringschansveiliger te maken. Deze onveiligheid werd veroorzaakt door de grote toename in het aantalauto's. De Amsterdamse wegen waren in die tijdniet aangepast aan de toenemende stroomgemotoriseerd verkeer. Hierdoor ontstonden opsommige plekken een onhoudbare situatie. In dietjd was de Weteringschans nog een weg mettweerichtingsverkeer.Rotonde: huidige situatie Op dit moment verdeelt de rotonde het weteringcircuit in een drietaleilanden. Het parkje langs de Singelgracht hetgroen van de rotonde en het plantsoen langs deWeteringschans. Het groen binnen de rotonde isniet bereikbaar en wordt afgeschermd door eenafscheiding De verbindingen tussen de eilandenzijn schaars en is beperkt zich to t een enkelzebrapad.Rotonde: toekomst Gekeken naar de verkeerssituatie en de huidige staat van het plantsoen kan er geconcludeerd worden dat het nietnodig is om de rotonde te handhaven. De rotonde zal verdwijnen en plaats gaan maken voor eenkruising die de verkeerssituatie van voor derotonde weer in ere herstelt. De weg naar de kruising zal het weteringcircuit gaan verdelen in eentweetal gebieden in plaats van de drie eilanden.

    situatie auto

    situatie metro

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    25/171

    LocatieAI vanaf het begin van de discussie over de

    het centrum voor de fotografie werd er gezochtnaar een geschikte locatie Van de kanshebberswaren het Rotterdam en Amsterdam die debeste papieren hadden. Net als Amsterdam bezitRotterdam een groot aantal fotografie instituten,maar Rotterdam heeft een groot nadeel,Rotterdam is niet zoals Amsterdam de culturelehoofdstad van het land. Dit maakt Rotterdamminder aantrekkelijk voor de plaatsing van hetcentrale punt binnen de fotografie.

    Voor het zoeken van een geschikte locatie binnen Amsterdam is de nog aan te leggenNoord/Zuidlijn van de metro als uitgangspuntgenomen. Deze Metrolijn zal Noord-Amsterdamgaan verbinden met Zuid-Amsterdam en looptvia het centraalstation, het Rokin en deVijzelgracht naar het Rai-complex. Deze metrolijn zal to t doel hebben de verkeersstomen in derichting van het centrum te ontlasten maar biedtdaarnaast goede mogelijkheden het stedelijkstructuur langs deze lijn te verbeteren.

    Langs de route van de metrolijn bevindt zicheen dicht en compact stedelijk structuur waarinslechts weinig gaten in te vinden zijn. Een openruimte springt echter in het oog, hetWeteringcircuit. Gelegen op de Singelgrachtstrook wordt deze locatie gevangen tussen deWeteringschans eb de Stadshouderskade.De locatie bestaat uit een groot groengebiedop steenworp afstand van het Museumplein.

    Noord/Zuidlijn

    161 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    26/171

    Roderiek van Doornmentoren: Leen van Duin, Cristoph Grafe, Carl van Bruggen

    De fotografie wereld is sterk verspreidt inNederland aanwezig. Onafhankelijk van elkaarwerkende instituten zorgen ervoor dat binnen deNederlandse fotografie wereld geen duidelijkaanspreekpunt aanwezig is. Door het bouwenvan het Wertheimer centrum voor de fotografiezal er een plek ontstaan waar alle aspecten vande fotografie aan het Nederlandse publiekgetoond kan worden.

    Sinds het overlijden van dhr. Wertheimer in1997 is er binnen de fotografie wereld een dis-cussie aan de gang. De discussie werd veroor-zaakt door de erfenis die dhr. Wertheimer achterheeft gelaten aan het Prins Bernard Fonds. In deerfstelling werd het Prins Bernard Fonds ge-vraagt het geld te gebruiken om de fotografie

    Luchtfoto Amsterdam

    hybrides I 160

    binnen Nederland een beter aanzien te geven.Om deze taak te kunnen uitvoeren liet het PBFeen onderzoek starten naar de huidige staat vanhet fotografieveld. Uit het onderzoek uitgevoerddoor het leN bleek dat de fotografie wereld testerk verdeeld is over het Nederland.Verschillende instituten werken langs elkaarheen en veroorzaken hierdoor een grote overlap.Er ontbreekt een centraal aanspreekpunt. In ditcentrale punt zal plaats moeten zijn voor ten-toonstellingen, voor het geven van onderricht enhet jonge talent de mogelijkheid kunnen biedenhun werk aan een groot publek te kunnen tonen.In het kader van mijn afstuderen binnen het ate-lier Hybrides ontwerp in het Wertheimer centrumvoor de fotografie

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    27/171

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    28/171

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    29/171

    overspanning staal

    7&:()langsdoorsnede 1/150 BB" overspanning belon

    Impressie gebouw

    157 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    30/171

    ConstructieHet complex is opgebouwd uit stalen pretabelementen. Hierdoor kunnen:de grote overspanningen met een dunner enlichter pakket worden uitgevoerd;- het skelet sneller en makkelijker wordenopgebouwd;- de leiding doorvoeren makkelijk gemaakt

    worden.Het maatsysteem is gebaseerd op het gebruikvan het gebouw: dit betekent een raster van

    7.80 x 9.60 m voor de onderste twee lagen. Uiteconomische oogpunt is gekozen voor betonnen prefabbalken en platen bestaande uit dubbele T-liggers met daartussen piepschuimelementen die vervolgens worden aangestort. Dedichte doos heeft een overspanning van 15.60x 9.60 m. De overspanningsrichting is gekozenmet het oog op het leidingenverloop. Het skeletwordt opgebouwd uit stalen kolommen gevuldmet beton, spanten, en een vloerpakket vandubbele T-platen opgebouwd uit twee stalen 1-profielen die met deuvels aan een beton plaatvan 2.40 breedte zijn verbonden. Ze worden alsprefabelement aangevoerd, opgelegd en afgewerkt met een druklaag. Om geen dik vloerpakket in de gevel te krijgen is gekozen voor eenuitkraging in beide richtingen, bovendien onderscheid de doos zich nu meer van de onderstelagen. Kortom, een hybride constructie.

    De gevel heeft aan alle zijden zoveel mogelijkhetzelfde strakke uiterlijk. De T-liggers uit devloerplaten worden in feite doorgezet in de

    perspectivische doorsnede

    hybrides I 156

    windstijlen van de gevel. Dit komt o.a. to t uitdrukking op de bovenste laag waar de stijlenbuiten de gevel staan. De glasplaten wordenmet hoekstalen aan de stijlen verbonden. Devloeren worden afgewerkt met stalen liggers aande buiten kant. De gevel wordt gebruikt voorreclame.

    Qua type zou je het gebouw kunnen vergelijken met de Boots factory van Sir OwenWilliams. Deze farmaceutische fabriek is vanuiteen functionalistische benadering opgezet: eenstructuur van vier lagen van gewapend beton opeen streng grid. In deze structuur zijn gatengemaakt om licht op het begane grond niveau tebrengen. De opzet van het gebouw is gebaseerdop ~ e n zo efficint mogelijk verloop van het productieproces, volgens Williams 'een plekbeschermd van weer en wind waar de productievan goederen of processen zich efficint kanvoltrekken' .

    Impressie gebouw

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    31/171

    4 ro-'lM

    11 SPORTCOMPLEX i / 2000

    11750 AA'

    BB'

    dwarsdoorsnede 11750 CC'155 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    32/171

    LocatieDe sportvoorziening is gelegen op het terrein

    van het oude 'Sportpaleis', een belangrijk orintatiepunt langs de Ring. Juist op deze plek heeftmen vanaf de snelweg een prachtig panoramazicht op de stad. Het Lobroekdok was eenonderdeel van het oude havengebied en wordtmomenteel gebruikt als jachthaven, hetAlbertkanaal is nog steeds een belangrijke economische vaarroute, en het gebied ligt bij nvan de zeven afslagen naar de stad. De ligginglangs de 8-baanssnelweg, maakt het gebouwvan nationaal tot lokaal niveau aantrekkelijk. Perdag komen er ongeveer 115.000 personenwagens in beide richtingen langs dit punt.Bovendien wordt het gebouw gekoppeld aan deAntwerpse autorace. Door het al bestaandeSportpaleis heeft het terrein een goede verbinding met het station, via metro tram en bus.

    Het programma is op het bereik aangepast, deverschillende sporten worden gestapeld, ditbetekent een dubbel gebruik van grond en eenconfrontatie van de verschillende bewegingen,het kijken en bekeken worden staat centraal.Naast een sportieve functie heeft het complexook een vermaakfunctie, het sportprogramma isuitgebreid met o.a. restaurant, caf, hotel,supermarkt etc. Als alles gebruikt wordt zullen erzo'n 1200 mensen per uur sporten en zijn er8500 toeschouwers. Daarnaast zijn er 4500extra zitplaatsen voor de autorace en zo'n 2000vaste parkeerplaatsen.BereikbaarheidAangezien het een Belgisch complex is vormtde auto het belangrijkste transportmiddel. Hetcomplex krijgt zijn eigen afslag in de vorm vaneen circuit. Dit circuit vormt niet alleen op enafrit voor het personen en goederenvervoer,tevens wordt het circuit gebruikt voor autoracesen wielerwedstrijden, tijdens saaie files kan hetook uitkomst bieden.

    Het terrein bestaat uit een asfaltvlakte waar desportvelden als losse elementen in liggen. Allevelden hebben een voorgeschreven orintatiemeestal NW-ZO, zodat beide partijen onder

    hybrides I 154

    dezelfde condities spelen. Via kleine dijkjeswaarlangs tribunes zijn gelegen is het terreinverbonden met het gebouw. Het gebied heeftnaar een sportieve functie, ook een recreatievefunctie.

    Het Sportpaleis en het nieuwe sportcomplexworden als losse elementen over dit landschapverspreid. Voor het nieuwe gebouw is gekekennaar de orintatie, de grootste confrontatie metde snelweg en het uitzicht op de binnenstad.Vanaf de meest ideale richting, de sportzijde opN de servicezijde op Z, is het gebouw ietsgedraaid om de servicekant meer uitzicht tegeven op de Ring en het centrum vanAntwerpen, tevens wordt het gebouw nu meerals een los element gezien vanaf de snelweg.

    De organisatie van de sportvoorziening is afgestemd op een zo efficint mogelijk gebruik, eneen zo groot mogelijke confrontatie van de verschillende bewegingen.

    Het toegangscircuit voor de auto wordt alslooproute doorgezet in het gebouw, dit koppeltde verschillende onderdelen op een lossemanier aan elkaar. Het efficinte verticale transport wordt verzorgt door 6 kernen waarbij in demiddelste twee het goederentransport en het leidingenverloop zijn opgenomen. Het complexbestaat uit verschillende lagen: de onderste driebevinden zich buiten, daarboven hangt eendichte doos verdeelt in twee sportniveaus van8.10 m hoogte, het tussengebied bestaat voorhet grootste deel uit een vide die niet alleen voormeer licht zorgt maar de sporten ook visueelaan elkaar schakelt. Aan de buitenzijde van dezezone is deze hoogte verdeeld in vier niveaus metkleedruimtes en aan de andere zijde 3 niveausmet vermaak, met als extra verdieping een hotelop het dak. Beide zijdes kunnen zo gebruikmaken van de kleedruimtes.

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    33/171

    L

    circuitmassa

    route

    kernen

    ring + unt

    organisatie

    N ANTWERPEN 1/125.000 circuit +elementen conslruclie

    NIEUW LOBROEKDOK landschap 116000

    153 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    34/171

    mentoren: Carel weeber, Inge Bobbink, Henk Mihl

    In Belgi wordt het landschap vanuit verschillende concepten vormgegeven. De chaotischeversmelting van deze concepten en de daaruitblijkende afwezigheid van een centrale visie ophet gebied van de Ruimtelijke Ordening, is duidelijk zichtbaar in de bebouwing die zich in lintvorm langs de wegen heeft ontwikkeld, totaalzo'n 5731 km lang. Deze bebouwing is van plekto t plek gerealiseerd, dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld Nederland waar men vaak kiest voorde ontwikkeling van een groter gebied in zijngeheel. De lintstructuur heeft geleid tot een uitgebreid wegennet: zo'n 87% van de reizigersmobiliteit bestaat uit priv-autoverkeer. De verwachting is dat de lintbebouwing in de toekomstmet 50% zal toenemen en het wegennet met75%. Het bestaande netwerk zal uitbreiden,waarbij de snelweglocaties steeds belangrijkerworden.

    De laatste jaren is een nieuwe vorm van lintbebouwing ontstaan die veel weg heeft van deAmerikaanse lintstructuur. Een voorbeeld is deBoomsesteenweg tussen Antwerpen en Brussel:de situatie is vergelijkbaar met de Las Vegasstrip, er is sprake van een lint van bedrijven meteen doorgaande verkeersstrook en ventwegenvoor langzamer verkeer; zo ontstaan er in hetweekend autocircuits van winkelend publiek. Debedrijven vestigen zich in zones zo ontstaan ero.a. de meubelboulevard, de doe-het-zelf-baanen sinds kort ook uitgaanslinten.

    Inspelend op deze ontwikkelingen in dit autoland heb ik mijn afstudeerproject gesitueerd

    hybrides I 152

    langs de Ring van Antwerpen. Het ontwerp anticipeert op het dynamische en hybride karaktervan deze stedelijke corridor. De potenties van degebieden langs de Ring zijn al uitgebreidbesproken door Willem Jan Neutelings. De Ringvormt een groene verkeersgordel tussen binnenstad en voorsteden. Het is de ruggegraat van destad: zij zorgt voor een verbinding met alleonderdelen. Er langs ontstaan grootschaligegebouwen: er is sprake van een enorme programmatische dichtheid maar een lage volumedichtheid in deze gordel. Het gebied is zo te vergelijken met de typische Belgische lintvormingzoals bijvoorbeeld langs de al eerder genoemdeBoomsteenweg. De Ring is een lint maar dan opgrotere schaal. Gelijkwaardige functies groeperen zich ook hier in de zones langs de snelweg:een flatgebouwenstrook, een kantoorgordel, eencultuurstrip, etc. In mijn afstudeerproject is detoekomstvisie van Neutelings gecombineerd meteen nieuwe sportvoorziening: AntwerpOlympics. De verwachting is dat het aantal vrijetijdssporters zal toenemen. Daarbij zal ersteeds meer behoefte komen aan sportvoorzieningen midden in de stad. Bovendien is sportsteeds minder gebonden aan een specifiekelocatie, zo zijn o.a. de simulatiesporten sterk inopkomst (golf, kano, klimwand). In het afstudeerproject worden het hippodroom, de tribune,het nieuw te bouwen stadion voor Anderlecht eneen megasportcomplex langs de Ring gerealiseerd. De Ring wordt als n lint beschouwt eneens per jaar afgesloten voor de 'Antwerpseautorace'. En van de nieuw geplande sportvoorzieningen is verder uitgewerkt en maaktdeel uit van deze race.

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    35/171

    De kopwoningen hebben een prominente positie aan de BinnenroUe en vrij uitzicht overBinnenroHe en Hoogstraat. Het balkon is op hetzuiden gelegen.De leidingkokers zijn aan de meterkastengekoppeld en zoveel mogelijk in het midden van

    de woning gehouden waardoor de functieswaarvoor geen daglicht benodigd is zoals de

    Positie

    oppervlakte woningtype D 135 mt (incltrap.)

    keuken, badruimte en technische voorzieningenbinnen de woning liggen en zoveel mogelijkruimte aan de gevels vrij blijft voor woon- enslaapkamers. De woning is op verschillendemanieren in te richten afhankelijk van de wensenvan de bewoners.

    2 3

    Enkele inrichtingsmlJgElliikhecjen,wonen en twee totvier slaapkamers.

    151 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    36/171

    met de drukte en het geluid van de Hoogstraat.Door de horizontale aluminium profielen geefthet scherm een duidelijk horizontale belijningaan de Hoogstraat. Door de profielen dient hetgevelscherm tevens als zonwering en biedt hetbescherming tegen inkijk vanaf de Hoogstraat.Delen van het scherm zijn uitgevoerd als schuifraam.

    BEGANE GROND, P::::O

    1e VERDIEPING, 5500+p

    2e VERDIEPING, 8500+p

    De onderste woningen hebben twee gevels ophet noorden, maar hebben een extra buitenruimte in de vorm van een patio, die overdekt kanworden tot een serre. Bovendien hebben dezewoningen de mogelijkheid om via deze patioeen toegang te creren to t de bedrijfsruimtenhieronder waardoor een woon-werkwoninggecreerd kan worden.

    Ontsluitingsprincipe Zon en uitzicht

    ' - - - - - - - - - -_ ._-_._---_ ..._--'--_._-.._-----_ ._ . _ - - _ .._ - -----------------'

    hybrides I 150

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    37/171

    als woning, bedrijfsruimte of kantoor. Om hetgebruik als woning mogelijk te maken is eenbuitenruimte en een mogelijkheid tot het makenvan een berging op de begane grond opgenomen. De verdiepingen heeft een eigen entreeaan het plein.Woningtype B bevindt zich in het blok boventype A en bevat vier verschillende typen woningen. Het meest voorkomende type is een maisonnette, ontsloten door een galerij op het noorden op n verdieping. Hierdoor is vrij uitzichtmogelijk op het Grote Kerkplein op de andereverdieping en kan bovendien aan de zuidgeveloptimaal gebruik worden gemaakt van het zonlicht.Woningtype C is een flat en bevindt zich aande Hoogstraat, heeft een galerij-ontsluiting ophet noorden en een loggia op het zuiden. Ditwoningtype is relatief ondiep om zoveel mogelijkzonlicht te laten binnentreden in het binnenhofen de woningen aan de pleinzijde.Woningtype 0 bevindt zich verderop aan deHoogstraat en is een woningtype met juist eenextra diepe plattegrond. De ontsluiting doormiddel van een corridor zorgt voor een minimaalverlies aan geveloppervlakte. Het onderstewoningtype heeft de mogelijkheid tot een koppeling met de ondergelegen bedrijfsruimten toteen woon-werkwoning. De bovenste woningenhebben een galerij-onsluiting op het noorden eneen groot dakterras op het zuiden.

    Type AType A is gelegen aan het Grote Kerkplein. Hetblok is drie lagen hoog. Op de begane grondbevindt zich een ruimte met een entresol, erboven bevinden zich twee verdiepingen met eenhoogte van drie meter.De ruimten zijn zo neutraal mogelijk ontworpen

    waardoor verschillende functies mogelijk zijn.Hierdoor kan de ruimte zowel een publieke functie krijgen als een woonfunctie. De leidingkokerszijn gekoppeld aan de vaste elementen, zoals detrap, waardoor een maximale inrichtingvrijheidontstaat.De verschillende verdiepingen kunnen afzonderlijk worden verhuurd. De begane grond en deverdiepingen hebben een afzonderlijke entree.Alle entrees liggen aan het Grote Kerkplein.

    Ten behoeve van de mogelijkheid een woningte kunnen creren is een buitenruimte, een dakterras en de mogelijkheid van een berging op debegane grond opgenomen.Woning, type D

    Het woonblok bestaat uit 5 woonlagen. Deonderste drie daarvan worden ontsloten dooreen corridor, de bovenste twee door een galerij.De woningen beslaan allen 1,5 verdieping. Opde kop van het blok zijn nog eens vier appartementen gelegen die worden ontsloten vanaf eenportaal naast het trappenhuis.Kenmerkend voor het blok is de grote diepte,namelijk 18 meter. De grootste diepte die bereiktkan worden bij een oppervlakte van ca. 120 m2en een goede woonkwaliteit. Bij een beukmaatvan 5,4 m kunnen nog drie gevels per woningworden gerealiseerd waardoor vier slaapkamersmogelijk blijven.

    Alle woningen hebben aan de zuidzijde eenbalkon over de volle breedte. Dit balkon is afgeschermd door een glazen scherm in verband

    149 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    38/171

    de winkels in kleinere hoeveelheden geschiedenen kunnen de winkels de eigen magazijnruimteminimaliseren.

    De ruimte rond de woning in een binnenstad isdirect publiek. Binnen de woning wordt ditgecompenseerd door een relatief grote vloeroppervlak, een ruime verdiepingshoogte en eengrote priv buitenruimte. Bovendien is er tussenwoning en stad een overgang gecreerd.Verschillende typen ruimten die een eigen matevan openbaarheid hebben. De tegenstellingopenbaar en priv, tussen stad en woning, komtverder tot uiting in materialsering en detaillering.Aan de stadzijde is het materiaal hard en zijnpriv-buitenruimten afgeschermd door gevel-

    schermen, aan de binnenzijde zijn de balkons engalerijen juist open en licht en zijn de materialenzacht en warm van kleur.

    De verschillende bouwdelen hebben ieder eengeheel eigen karakter door de verschillende ligging ten opzichte van de stad, de orintatie, hetuitzicht en de plaats binnen het bouwblol

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    39/171

    Tussen de hoge bebouwing aan de Blaak ende Hoogstraat ontstaat een veel rustiger gebieddat geschikt is voor woningbouw. Door hetterugbrengen van de Grote Markt ontstaat eenruimte die een logisch voortzetting is van deSteigergracht en de verbinding herstelt tussenBinnenrotte en Steigergracht. De Grote Marktbiedt plaats aan speelvoorzieningen en groenvoor de bewoners van dit gedeelte van de staden biedt een voorkant aan de woningen aan deachterzijde van de Hoogstraat.

    Ter plaatse van de Binnenrotte steekt debebouwing van de Hoogstraat door en onderbreekt het de wand van de Binnenrotte.Hierdoor kan de Hoogstraat zich beter profilerenaan de Binnenrotte. Het biedt bovendien eenoplossing voor het Blaakplein. De bibliotheek isnamelijk stedebouwkundig wel opgenomen inde wand van de Binnenrotte, maar vraagt doorzijn vorm om een eigen ruimte. Afsluiting of vernauwing van de BinnenroUe is niet mogelijkdoor het grote commercile belang van demarkt.

    De kop van het gebouw steekt met de woonverdiepingen door, maar de winkels op de begane grond lopen rond het blok waardoor een continue gevel met winkels kan worden gerealiseerden een verbinding ontstaat met de dwaalzone.

    BASISBLOK

    GebouwmassaDe diepte van het kavel, 30 meter, betekent

    een conflict met de plint die aan alle zijdenrepresentatieve ruimten heeft en de woningplattegronden die een maximale en minimale dieptevereisen ten aanzien van de functionaliteit. Delineariteit van de Hoogstraat en de pleinwand ende openheid in het gebied bepalen de strakkevorm van het gebouw. Binnen de enveloppereageert de bouwmassa op het tekort aan daglicht ter plaatse van de Laurenskerk. Daar waarmogelijk maakt het gebouw zich zo breedmogelijk en ontstaan twee woningblokken naastelkaar. Tussen de blokken bevindt zich een zogroot mogelijke ruimte om zon- en daglicht toete laten treden. Daar waar een daglichtprobleemis schuift het blok zover in elkaar dat eenwoning ontstaat met een zo diep mogelijke plattegrond. De blokken worden zo geschikt dat depleinwand wordt benadrukt. Een zichtlijn vanafde Blaak snijdt het blok open waardoor eenbeschut entreegebied ontstaat.Gebouw

    De plint heeft een volledig commercile functie. In een binnenstedelijke situatie moet voorkomen worden dat er achterkanten ontstaan. Er iseen oplossing gevonden voor de bevoorradingvan de winkels met zo min mogelijk onaantrekkelijk of leeg geveloppervlak in een internebevoorradingsgang in combinatie met een centraal magazijn en een goederensluis. Hierdoorkan nachtelijke bevoorrading plaatsvinden enkan de fileproblematiek worden omzeild. Doorde centrale magazijnen kan de bevoorrading van

    IL- __ ~ ~ = = = = = = ~ ~ _____________

    147 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    40/171

    De Hoogstraat loopt dood op de leegte van deBinnenrotte en winkelend publiek moet tweemaal dezelfde route lopen. Dit betekent in depraktijk dat de meeste mensen niet aan heteinde van de Hoogstraat komen en dat de handel hier onder lijdt.Door de geslotenheid van het gebied bestaaner geen verbindingen tussen de verschillendewinkelstraten. Door het maken van een dwaalzone tussen de winkelstraten kunnen onderlingeverbindingen ontstaan en zijn meerdere routesdoor het gebied mogelijk waardoor de aantrekkelijkheid van het gebied wordt verhoogd.Bij de ontwikkeling zijn zowel de identiteit vanhet gebied als de toegankelijkheid van belang.De identiteit, de profilering naar de buitenwereld,kan snel gevonden worden in de unieke karakteristieken van het gebied, de geschiedenis en destructuren die daar nog naar verwijzen.Toegankelijkheid wordt verkregen door het openen van het gebied en het terugbrengen vanfuncties. Hierbij spelen de historische elementeneen belangrijke structurerende rol en geven zijhet gebied een uniek karakter.

    Essentieel in de ontwikkeling is de Vlasmarkt,als poort naar het gebied. De Vlasmarkt ligt opde kruising van de oude waterstructuur en zouzicht kunnen bieden op het totale gebied en toegang kunnen geven tot alle ruimten. Door debebouwing van semi-permanente kramen is allezicht echter ontnomen en de toegangen naarandere ruimten zijn donker en nauw en lopenlangs blinde gevels.

    hybrides I 146

    De Vlasmarkt wordt vervangen door een brug.De helling van de brug en de versmalling van destraat maakt het winkelend publiek attent op dekarakteristieken van het gebied zoals de waterstructuur en geeft zicht over het totale gebied.Door brede, overzichtelijke toegangen kunnenalle ruimten direct worden betreden. De vanoudsher aanwezige hoogteverschillen wordenbenadrukt waardoor een interessantere ruimteontstaat met verschillende standpunten.De waterstructuur is uniek in het centrum. Dehuidige hoge bakstenen kaden vormen eenbegrenzing van de ruimten en maakt van dewaterstructuur slechts een obstakel. Door verlaging van de kaden, het toegankelijk makenervan en het creren van plekken aan het waterkan gebruik worden gemaakt van haar natuurlijke aantrekkingskracht. Bij de ontwikkeling vanhet Grote Kerkplein wordt het plein zelfs overhet water doorgetrokken waardoor het wateronderdeel wordt van het plein. Het plein krijgthierdoor ook een verbinding met het winkelcentrum. De ontwikkeling van de Weste Wagenstraat wordt mogelijk en het plein zelf krijgt meervorm. Door het plein af te laten lopen richtinghet water, kan voor de kerk een voorplein worden gecreerd en ontstaan hoogteverschillenaan de randen waardoor een scheiding ontstaattussen verkeer en plein en zittreden aan de zijkant van het plein kunnen worden gemaakt. Hetplein vormt het grootste deel van de dwaalzoneen hier is plaats voor kleine bedrijven, winkels,ateliers en horeca.

    Openheid is essentieel voor degankelijheid van het gebied.speelt de Vlasmarkt een

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    41/171

    Het plangebied vormt een deel van demiddeleeuwse landstad van Rotter-dam.Het plangebied heeft een lage De stedebouwkundige structuur. Debebouwingsdichtheid van 30% en een Binnenrotte, Meent en Hoogstraatrelatief klein aantal woningen (256). vormen de structurerende assen.

    145 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    42/171

    s.Y. AnCllnn!gamentoren: Umberto Barbieri, John Westrik, Leen Hulsbos

    Stedebouwkundig plan voor een plangebied inhet centrum van Rotterdam en een ontwerp vooreen woongebouw met 109 woningen, winkels enbedrijfsruimten.

    Het Grote Kerkplein ligt in het centrum vanRotterdam, maar het ligt er troosteloos en verla-ten bij. Het plein en eigenlijk het hele westelijkegedeelte van het Laurenskwartier vormen eenachtergebleven gebied in het centrum. Hetgebied heeft geen centrumkarakter, een lagebebouwingsdichtheid en veel leegstand. Buitende winkelstraat, de Hoogstraat, is het gebiedontoegankelijk; dichtgeslibd met losse bebou-wing en zonder functies. Het kleinschaligekarakter van het gebied met zijn vele kleine,

    hybrides I 144

    diverse winkeltjes verraad de historische beteke-nis van het gebied. Het Laurenskwartier beslaateen groot deel van de middeleeuwse landstadvan Rotterdam en veel van de oude structuren,zoals de waterstructuur, de Hoogstraat, deBinnenrotte en van latere datum de St.Laurenskerk zijn nog steeds zichtbaar. Dezestructuren zijn juist door de desinteresse in hetgebied bewaard gebleven.

    Eeuwenlang lag hier het centrum van de stadtot in het Uitbreidingsplan van 1903 de gemeen-te besloot het centrum met zijn functies naar hetwesten te verschuiven en het opnieuw vorm tegeven met grote boulevards en pleinen.Bovendien werd een luchtspoor voor de treinaangelegd over de huidige Binnenrotte waardoorhet oude centrum in tween werd gesneden enonaantrekkelijk werd voor ontwikkeling door hetlawaai, de stank en de vervuiling die de treinmet zich meebracht.

    Na de Tweede Wereldoorlog werd het gebiedeen reservegebied voor toekomstige krapte inhet centrum. Toen bleek dat er te veel winkelop-pervlakte was opgenomen in de wederopbouw-plannen werden de gesloten bouwblokken alseerste in het Laurenskwartier geschrapt en deruimte werd opgevuld met een school, een kerken een parkeergarage. Zo kon het gebeuren datde Steigergracht doodloopt op een parkeergara-ge. Door de aanwezigheid van de oude structu-ren en de Hoogstraat als bestaande winkelstraatontstond een lintbebouwing langs de Hoogstraatmet onaantrekkelijke achterkanten aan de GroteMarkt en het Grote Kerkplein.Nu de spoortunnel is gerealiseerd en deLaurenskerk is hersteld is nieuwe ontwikkeling

    van het gebied mogelijk geworden. De gemeen-te ontwikkelt een aantal grote projecten aan deBinnenrotte. Het gebied tussen de ontwikkelin-gen aan de Binnenrotte en het winkelcentrumvormt mijn plangebied.

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    43/171

    143 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    44/171

    zicht biedt op de Maas en waaraan de lobbiesen buurtvoorzieningen gesitueerd zijn. De tuin isingericht als grasdak met daarin kleine koepeltjes van stalen roosters, die de daglichttoetreding verzorgen in de ondergelegen parkeergarage en 's-nachts de tuin verlichten.De torens bestaan uit kleine eenheden van 50

    en 70 m2, die geschikt zijn voor wonen of werken. Zij worden ontsloten door een galerij enpriv portieken die aan de galerijzijde te koppelen zijn. Een eenheid is daardoor zowel in vertikale als horizontale zin uitbreidbaar. Binnen eenvast stramien kunnen zo individuele plattegronden en verschillende unitgroottes ontstaan. Detrappen zijn gevat in betonnen kruisen dietevens de stabiliteit van het gehele gebouw verzorgen. In de onderbouw is hierin het vertikaaltransport ten behoeve van de installaties en circulatie gevat.De constante bij de gevelopbouw is de vaste

    stijlafstand van 2.40 meter; in horizontale zin isde afstand flexibel. De verschillende verdiepingen hebben eigen hoogtes en vloerdiktes naargelang de functie en de benodigde luchtbehandeling. Dit grid van stijlen en regels omschrijfthet bouwvolume en is uitgevoerd in gegalvaniseerd staal. Alleen bij de parkeergarage is degevel afwezig.De gevel is ingevuld met glas, dat aan de zuid

    en (gedeeltelijk) west gevel bedekt is met eenrolzonwering van metaalgaas, wat het glas matteert. Het glazen bouwvolume krijgt massa dooreen diepe negge te introduceren op die plekkenwaar een relatie met buiten bestaat: bij deentreegedeeltes op de begane grond en demaaivelden en bij de geheel te openen balkonstrook aan de westzijde van de torens. Verder isde gevel zo vlak mogelijk gedetailleerd zodat ereen abstract beeld van het volume ontstaat.Reclame is ongelimiteerd geoorloofd achter degevel, maar niet toegestaan vr het geveloppervlak. Glas, metaalgaas en gegalvaniseerdstaal moeten de materile buitenkant van hetgebouw blijven vormen. De enige plaats waarhet materiaal zich kan aanpassen aan het interieur is bij de entrees van de verschillende programmaonderdelen. Zij bieden toegang tot hetmeervoudig gebruik van deze plek binnen verschillende stedelijke systemen.

    i\ybrides 1142

    a

    b

    c

    d

    e

    zicht op stadsbloka. woon of werk eenheidb. daktuin vanuit de lobbyc. zicht door gebouw van restaurant naar zwembadd. zicht op Binnenwegpleine. passage naar Westblaak

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    45/171

    l:;1elalQdle stadIn het ontwerp wordt een aantal ingrepen voorgesteld. Dwars door het gebouw wordt een

    looproute vanaf de Lijnbaan naar Westblaakgerealiseerd. Het Keerweer wordt naar het westen verschoven en de Lijnbaan krijgt een beindiging via een hellingbaan, op een balkon aande Westblaak. Deze looproute wordt begeleiddoor een winkelpassage. De Westblaakgevelwordt op de 1e verdieping geopend en gerelateerd aan het wandelgebied.

    Het Binnenwegplein wordt aangepast: desnackloketten worden verplaatst naar de gevelvan het nieuwe gebouw, zodat het plein wel zijnsnackfunctie kan behouden maar tegelijkertijdwordt leeggeruimd. Zo ontstaat er weer eendoorzicht naar de Coolsingel. De nieuwe inrichting van het Binnenwegplein is zo opgezet dathet plein verbonden wordt met het winkelinterieur. Het bomengrid is een voortzetting van hetkolomgrid in het gebouw. De bomen wordenomgeven door ronde zitbanken, die 's-nachts deboomkruinen van onderen verlichten zodat zijook dan het plein een plafond geven. De bestrating van het plein loopt door in het gebouw.

    De verschillende programmaonderdelen zijn opelkaar gestapeld en worden apart ontsloten. Deplint is verhoogd tot 20 meter en bevat collectieve voorzieningen voor stad- en buurtbewoners,zoals een zwembad, een sportschool, een ijsbaan/evenementenhal, horecavoorzieningen eenwarenhuis en kleine winkels. De bouwmassa vande plint wordt toegankelijk gemaakt door middelvan openbare maaivelden; buitenruimtes tussende stad en het gebouw. Deze maaivelden doentegelijkertijd dienst als een overstapruimte diedirect gerelateerd is aan de parkeerfunctie. Doordeze ingreep ontstaat een bewustzijn van deplek door orientatie te bieden op de omgeving.Binnenin de plint zorgen schuin boven elkaargeplaatste ellipsvormige vides voor doorzichtenen ontsluiting van de programma's onderling.

    Een parkeerdek scheidt het woon- en werkprogramma van de collectieve plint, op dezelfdemanier als de expeditiestraten in horizontale zinde Lijnbaanflats van de Lijnbaan scheiden.Boven het parkeerdek ligt de woontuin, die uit-

    b

    dplattegronden en doorsnedesa. langsdoorsnedeb. dwarsdoorsnedec. nivo +5.00 in lokatie geprojecteerdd. nivo +10.00d. nivo +24.00

    a

    c

    e

    141 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    46/171

    als gebouw zal aan de randen ingegrepen moeten worden. In dit voorstel wordt deoverstap/parkeerfunctie ingezet om de stad alsshoppingmail beter te laten functioneren.Bovendien wordt het wandelgebied doorgetrokken to t de rand, waardoor er een wandelroutenaar de tegenoverliggende wijk ontstaat.Stad van openbare ruimte De openbare ruimte is in het wederopbouwplan ingezet de centrumruit aan het omliggend stedelijk weefsel teknopen, en tevens om de gexplodeerde bouwblokken weer aan elkaar te relateren. De openbare ruimte heeft een duidelijke sociale con notatie4, en is ontdaan van haar beweging; de straatis geen verplaatsingsruimte meer, maar verblijfsruimte.Doorzichten zijn afgesneden door consequentbajonetaansluitingen te gebruiken. Hierdoor ishet systeem van openbare ruimtes een in zichzelf gekeerd systeem geworden. De ruimtes verwijzen naar elkaar en niet naar de omringendestad. Zichtlijnen zullen zoveel mogelijk toegevoegd of hersteld moeten worden, zodat erorintatie en uitzicht vanuit de openbare ruimteontstaat.Stad van gevels De stad van gevels is directgerelateerd aan de stad van de bewegingen; inhet wederopbouwplan worden specifieke gevelsen profielen aan verkeerssoorten gekoppeld. Deverkeersboulevards krijgen een breed profiel methoge wanden. Zij doorsnijden het stedelijk weefsel en vormen een scheiding tussen de wijken.De wandel- en gemengde verkeerstraten worden begeleid door lage winkelstroken met daarachter hoge torens of grote bouwblokken. Deexpeditiestraten worden geflankeerd door garagedeuren en entrees. Het ontwerp volgt zoveelmogelijk de logica van de bouwhoogtes die doorde verkeerslijnen bepaald worden.

    4 Bakema, J.B, (1964), Van stoel tot stad. De Haan, Zeist.

    hybrides I 140

    b

    gevels aan verkeerslijnena. verkeersader: Westblaakb. gemengd verkeerstraat: Karel Doormanstraatc. wandelgebied: van Lijnbaan naar Binnenweg

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    47/171

    Door het openbreken van het bouwblok zijn degebouwen c.q. functies over een continu veldverspreid, dat begrensd wordt door de groteverkeersaders. In feite kan dit hele gebiedbeschouwd worden als een gebouw. De consequente architectonische doorwerking van hetstedenbouwkundig schema en de behandelingvan de openbare ruimte als een stedelijk interieur dragen hiertoe bij.

    De woonfunctie heeft echter een ambivalentepositie gekregen. Binnentuinen en entrees grenzen direct aan de stedelijke ruimte en behoreneerder tot de stad dan tot de buurt. Daaromwordt in het ontwerp voorgesteld de functies invertikale zin te hergroeperen zodat de woonfunctie op een natuurlijke wijze afgescheidenwordt van de meer openbare functies. Op dezewijze kan zowel de buurt- als centrumfunctievan dit gebied zich optimaal ontwikkelen.

    Stad van functies De wederopbouwstad isgepland aan de hand van de buurtgedachte. Ditmodel ging uit van min of meer onafhankelijkewoonbuurten, als satellieten gegroepeerd rondom een centrum met voorzieningen van eenhogere orde. De centrumruit is de rol van winkel- en kantorengebied toebedeeld. Op ditmoment is er echter behoefte aan een meergedifferentieerd programma.Stad van bewegingen In de centrumruit iseen strikte verkeersscheiding ingevoerd, waarbijde volgende verkeerssoorten worden onderscheiden:- een grid van verkeersaders: grote boulevards

    die de verschillende buurten van elkaarscheiden;- een stelsel van expeditiewegen die de aanvoer van goederen efficint moet laten verlo

    pen;- een wandelgebied: een verblijfsruimte die dewinkelstraten aan elkaar knoopt.Elk systeem heeft zijn eigen ruimtelijke uitwer

    king in straatprofiel, gevel en programmering.Binnen de centrumruit is de verkeersscheidingduidelijk; minder duidelijk is hoe de systemenaansluiten op de omringende 1ge-eeuwse stad.Daar waar de systemen botsen ontstaan plekken waar de centrumruit als gebouw uit elkaarvalt. Voor een betere werking van de centrumruit

    a. verkeersaders

    b. expeditiestraten en gemengd verkeer

    c. wandelgebied met aansluitingen aan de randen vande centrumruit

    verkeerssoorten in centrumruit

    139 I hybrides

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    48/171

    heeft met de andere stedelijke ruimtes binnenen buiten het gebouw. Naast functioneel kandeze relatie ook visueel zijn; door een directuitzicht op de omringende stad wordt hetgebouw op de stad betrokken en vice versa.Maaivelden op verschillende nivo's vormentussengebieden tussen de stad en hetgebouw. Binnen in het gebouwvolume zorgenschuin boven elkaar geplaatste vides ervoordat er in een oogopslag zicht wordt verkregen tussen de verdiepingen.4 Het gebouwvolume is herkenbaar in de staden speelt een rol in het stedelijk interieur,gevormd door volumes, gevels en stedelijkeruimte. De neutrale gevel benadrukt het volume en stelt zich indifferent op ten opzichtevan het interieur en het programma.

    Zonder een herkenbaar volume is er geen sprake van een hybride gebouw, maar van eenhybride weefsel, zoals we dat kennen inbazaars, vliegvelden of shopping mails; zonderbegin, einde, interieur of exterieur. Het gebouwverdwijnt in zijn context en heeft geen fysiekebuitenkant meer, waardoor het niet als een eenheid begrepen kan worden.CentrumruitHet belangrijkste uitgangspunt van het ontwerp is dat het reageert op verschillende stedelijke systemen. De lokatie wordt begrensd doorhet Binnenwegplein, de Karel Doormanstraat, deWestblaak en de Keerweer en is onderdeel vanhet wederopbouwplan voor de centrumruit. Ditplan, een radikaal functionalistisch schema voorde modernisering van de binnenstad, bestaat uiteen aantal systemen die elk een eigen logicakennen en een specifiek gebruik oproepen:Stad van bouwblokken De oorspronkelijkestedenbouwkundige opzet met gesloten bouwblokken is in de loop van de planvorminggetransformeerd tot een model waarbij de verschillende functies van het bouwblok los in deruimte geplaatst zijn. De ruimtelijke hergroepering in hoog- en laagbouw is ingegeven door debezonningseisen van de verschillende programma's. De functionele hergroepering wordt ondersteund door de scheiding van verkeersstromen.De openbare ruimte wordt vervolgens ingezetom de losse gebouwen weer bij elkaar tebetrekken.

    hybrides I 138

    b

    d

    w o n e n ~ p r i v e tunctjes

    wandelstraten commercie-collectieve functies

    expeditiestraten parkeren-expeditie

    gemengd verkeerstraten binnentuin

    transformatie van bouwbloka. traditioneel bouwblokb. rotterdams bouwblokc. opengebroken rotterdams bouwblok (Lijnbaan model)d. gelaagde stad (voorgestelde ingreep)

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    49/171

    station op zijn omgeving. Het hybride karaktergeldt ook de constructie. Door de ribbenstructuur van het verzamelgebouw is het mogelijk dehoge transparante hal van het station te realiseren.DiscussieHet resultaat van het project is illustratief voorwat de gevolgde ontwerpbenadering van metrostations kan opleveren. Kenmerkend in diebenadering is de voortdurende aandacht voorde wisselwerking van het station en zijn omgeving. Door de toepassing van een hybride kandeze wisselwerking in positieve zin uitgebuit engestuurd worden. Het ontwerp laat duideli jk zienwelke winst hybriden op kunnen leveren voorzowel de ruimtelijke kwaliteit als voor het economisch functioneren van het hybride complex enzijn omgeving.

    De brede onderzoeksopzet van het afstudeerproject heeft het volgende voordeel. Door decombinatie van theoretisch onderzoek met ontwerpen wordt de theorie direct getoetst op zijnpraktische bruikbaarheid en worden ontwerpbeslissingen meer inzichtelijke en beter verifieerbaar.

    De maquette in een luchtfoto gemonteerd. De royale zuidelijke toegang ligt boven op het kru ispunt van de Vijzelradiaalen de Singelgracht.

    LiteratuurBontje, Leo 'Van Noord naar Zuid', Plan Amsterdam jg 3 no.5, dRO Amsterdam, Amsterdam, juni 1997Boyer, L.L. '5th ICUSESS '92', Delft University Press, Delft, 1992Santen, C 'Daylight and building underground'Sikkel HA 'Design and use of underground public space'Carmody, J. en Sterling, R. 'Underground Space Design', Van Nostrand Reinhold, New Vork, 1993Golany, Gideon S. en Ojima, Toshio. 'Geo-Space Urban Design', John Wiley & Sons,lnc., New Vork, 1996Voordt, D.J.M. van der, van Wegen, H.S.A. 'Sociaal veilig Ontwerpen' OSPA, Delft 1990Westrik, J. 'Stedebouwkundige ontwerpmethoden', Publikatie buro bouwkunde, Delft, 1989Wit, ir.J.C.w.M. de, Hutteman, ing. M. 'Noord/Zuidlijn Amsterdam' cement no.10, 1998'De ruimtelijke en funktionele ontwikkelingsmogelijken langs het trac van de Noord/Zuidlijn in de binnenstad' verslag werkconferentie april '95'Ruimtegebruik en mobiliteit' Ideenboek, VROM, 1997

    1351 hybr1c

  • 8/9/2019 Hybrides, Stedelijke Architectuur tussen centrum en periferie

    50/171

    tuur van het casco is gegeven met de verticaleribben van de diepwand.

    De komst van het station geeft op een aantalmanieren een positieve impuls aan de stations-omgeving. De verkeerssituatie kan in n bewe-ging met de komst van het station gewijzigdworden; het Weteringcircuit wordt vervangendoor een haakse kruising. Hierdoor wordt hetgroen dat versnipperd en onbereikbaar was doorde dominante aanwezigheid van autoverkeerverdeeld in twee duidelijke stukken. Aan deZuidzijde dringt het groen vanaf de Singel traps-gewijs het station binnen. De plek wordt aan-trekkelijk voor de vestiging van een grootstede-lijke voorziening.

    De zuidelijke toegang van het station wordtgezien als de belangrijkste. Deze ingang ligt opde kruising van de Vijzelradiaal met deSingelgracht en wordt daarmee het bronpuntvan de nieuwe parel aan het 'Collier