PERSDOSSIER · Het Louvre-Lens is eveneens een kans voor het Louvre, de gelegenheid om de...
Transcript of PERSDOSSIER · Het Louvre-Lens is eveneens een kans voor het Louvre, de gelegenheid om de...
PERSDOSSIER
Contact PersRegio Nord-Pas-de-CalaisValérie CORMONT - Communicatie Grote Projecten, Louvre-Lens en Euralens - [email protected] - 03 28 82 52 64Peggy COLLETTE - [email protected] - 03 28 82 53 03
LouvreAnne-Laure BEATRIX - Directeur Communicatie [email protected] - 01 40 20 51 42David MADEC - [email protected] - 01 40 20 56 98
Een nieuw hoofdstuk in de geschiedenis van het Louvre Museum en de Regio Nord−Pas-de-Calais
LOUVRE-LENS
inhoud
Het ontstaan van het project p. 4
Een gezamenlijk streven p. 8
Het architecturale project p. 14
Het wetenschappelijke en culturele project p. 28
Het Projecthuis p. 38
De economische en territoriale uitdagingen: het
project Euralens p. 40
Geografische ligging van het Louvre-Lens in
de regio en in Europa p. 45
Het Louvre-Lens in cijfers Financieringsplan p. 46
De sponsoren en partners van het Louvre-Lens p. 47
3
Het Louvre-Lens,
Gewoon het Louvre
Het Louvre komt, met al zijn componenten en
activiteiten, naar Lens. Een «ander Louvre», dat beslist op
de toekomst is gericht, wordt gevestigd in een gebouw met
een uitgesproken hedendaagse architectuur. Dit nieuwe
museum zal doorzichtig en rijk aan nieuwigheden zijn.
De opslagplaats van het museum zal zichtbaar
en te bezichtigen zijn. Het verborgen leven van de werken
wordt onthuld, evenals het vakmanschap. Dankzij het
regelmatig presenteren van nieuwe werken, wordt het
mogelijk collecties samen te brengen die in Parijs per
afdeling, per techniek of per school worden tentoongesteld.
De tijdelijke exposities - twee per jaar, dit wil zeggen een
in de zomer en een in de winter - zullen kenmerkend zijn
voor de programmering.
4
Het ontstaan van het project
Een project voor culturele decentralisering en democratisering
Het project het Louvre-Lens is onderdeel van het beleid
inzake de culturele decentralisering en democratisering van het
Ministerie van Cultuur en Communicatie. Nadat op 29 november
2004 de keuze voor Lens bekend werd gemaakt, werden deze
twee doelstellingen gelijk opnieuw bevestigd: «Het vestigen van
het Louvre Museum in Lens is een eerste historische mijlpaal
en een van de sterkste initiatieven op het vlak van culturele
decentralisering en democratisering sinds de oprichting van het
Ministerie van Cultuur.»
Cultuur voor allen
De culturele democratisering heeft tot doelstelling een
cultuur voor iedereen te bevorderen, en vanuit dit oogpunt is «de
fysieke en intellectuele toegankelijkheid voor alle publieken een
prioriteit». Het terugbrengen van de culturele ongelijkheid, of
deze nu geografisch of maatschappelijk is, is een van de punten
van het cultuurbeleid dat het meeste gedeeld wordt, maar ook
het moeilijkst is te realiseren.
De toename van het aantal bezoekers van musea,
zoals geconstateerd tijdens de afgelopen jaren, betekent geen
echte diversificatie van het publiek. De toename van het aantal
Fransen die de afgelopen 25 jaar een museum hebben bezocht
(33% in 1997 tegenover 27% in 1973), verwijst vooral naar de
structurele evolutie van de Franse samenleving. Er is echter
geen «inhaalslag» bij de sociale milieus waar weinig aandacht
wordt besteed aan het culturele leven. De toegangsongelijkheid
gerelateerd aan «het culturele kapitaal» en de verdeling van het
aanbod op het grondgebied, blijft hoog.
Ondanks de door de lagere overheden ondersteunde
initiatieven om in de regio een vernieuwend en gediversifieerd
museumaanbod te ontwikkelen, trekken de grote Parijse musea
de meeste bezoekers naar zich toe.
5
Louvre-Lens: een uitdaging en een kansHet Louvre-Lens is ontstaan uit een gezamenlijk streven: het snijvlak tussen de beslissing
van de regering om een nieuwe decentraliseringfase in te stellen, de wens van het Louvre
Museum om zijn traditie op het gebied van de territoriale actie te hernieuwen en nieuw
leven in te blazen, en de overtuiging van de lokale overheden van Nord-Pas-de-Calais, en
in de eerste plaats de Conseil Régional van Nord-Pas-de-Calais, dat de lokale ontwikkeling
plaatsvindt via een sterke en ambitieuze culturele actie.
Zes steden uit Noord-Frankrijk stelden zich kandidaat. Uiteindelijk viel de keuze op de site
Lens, in het hart van de voormalige Mijnstreek Nord-Pas-de-Calais. Het Louvre-Lens wordt
midden in de regio met de meeste jongeren in Frankrijk gevestigd, een zeer dynamische
regio op cultureel gebied. Het wordt de kern van Euralens.
De keuze om in Lens een nieuw Louvre te vestigen, is zowel een uitdaging als een kans. De
keuze voor Lens is een uitzonderlijke opportuniteit voor de Mijnstreek: de gelegenheid om
een gebied te herdefiniëren dat zeer getroffen is door de industriële en sociale crisis en waar
de komst van het Louvre niet alleen een nieuwe culturele pool zal vormen, maar ook een
factor zal zijn voor de stedelijke economische ontwikkeling van de stad en voor de sociale
cohesie.
Het Louvre-Lens is eveneens een kans voor het Louvre, de gelegenheid om de presentatie
van zijn collecties opnieuw uit te denken, en «een ander, menselijker en toegankelijker
Louvre» te concipiëren. Omdat dit Louvre zijn traditionele Parijse basis verlaat, wordt het
een «Buiten-Louvre» waar alles moet worden uitgevonden.
6
Belangrijke data van het Louvre-Lens
• 27 Mei 2003: De Minister van Cultuur, Jean-Jacques AILLAGON, pleit voor decentralisering
van de grote Parijse culturele instellingen.
• November 2003: Guy DELCOURT, de burgemeester van Lens, draagt de kandidatuur van zijn stad
voor om een vestiging van het Louvre te bouwen. De steden Arras, Calais, Boulogne-sur-mer,
Valenciennes en Amiens stellen zich eveneens kandidaat. (De stad Béthune, die zich tijdelijk
kandidaat heeft gesteld, zal zich later terugtrekken).
• Juli 2004: Minister Renaud DONNEDIEU DE VABRES brengt een bezoek aan de sites van de zes
kandidaatsteden.
• 29 November 2004: Premier Jean-Pierre RAFFARIN wijst Lens aan als de plaats voor het nieuwe
Louvre.
• 21 Januari 2005: Daniel PERCHERON (Voorzitter van de Conseil Régional van Nord-Pas-de-
Calais, opdrachtgever van het toekomstige museum en hoofdfinancier) schrijft een internationale
architectuurwedstrijd uit.
• 29 April 2005: van de 124 architectenteams die zich kandidaat hebben gesteld, worden er 6
gekozen.
• 12 Mei 2005: De Franse Staat, het Louvre Museum, de Regio en de andere overheden
ondertekenen een overeenstemmingprotocol dat de technische, juridische en financiële
realiseringvoorwaarden voor het toekomstige museum vastlegt.
• 26 September 2005: Na de beoordeling door de wedstrijdjury van de zes ingediende
architectuurprojecten, wijst de Regio Nord-Pas-de-Calais het team gevormd door SANAA
(Kazuyo Séjima en Ryue Nishizawa), IMREY CULBERT (Célia Imrey en Tim Culbert) en Catherine
MOSBACH, als laureaat aan.
• 11 April 2006: In aanwezigheid van de Minister van Cultuur en Communicatie, Henri LOYRETTE,
ontvangt de President-Directeur van het Louvre de gekozen bestuurders van Nord-Pas-de-
Calais in het Louvre Museum.
• 6 Oktober 2006: Reis naar Bilbao van een belangrijke delegatie van gekozen regionale
bestuurders en leden van de Conseil Economique et Social Régional om het Guggenheim
museum te bezoeken.
• 21 Mei 2007: Het voorlopige ontwerp van het architectuurproject, gepresenteerd door het team
van SANAA, IMREY CULBERT (Célia Imrey en Tim Culbert) en Catherine MOSBACH, wordt
goedgekeurd door de Regio en krijgt het akkoord van alle partners.
• 15 Oktober 2007: Organisatie in Louvroil, door de Regio Nord-Pas-de-Calais en met ondersteuning
van het Louvre, van de eerste expositie Les Beffrois du Louvre-Lens met als thema «de Magie
van het geschrevene».
7
• Lente 2008: Organisatie van het tweede Les Beffroi du Louvre-Lens in Bruay-la-
Buissière met als thema «Over de Horizon dromen, rond de werken van Turner».
• Juni 2008: Lancering van de eerste aanbesteding voor de realisering van het museum.
Dit heeft niet tot vruchtbare resultaten geleid.
• 24 September 2008: Er vindt een speciale zitting plaats voor het Louvre-Lens van de
Conseil Régional en de Conseil Economique et Social, in aanwezigheid vande betrokken
partners en actoren. Het Louvre presenteert het wetenschappelijken cultureel project
van het toekomstige museum.
• 21 November 2008: In het stadhuis van Lens vindt de oprichtingsvergadering van
Euralens plaats in aanwezigheid van de potentiële partners van het project.
• 30 Januari 2009: Algemene oprichtingsvergadering van de vereniging Euralens.
• Maart 2009: Het bureau SANAA, het hoofd van het
projectcoördinatiesamenwerkingsverband, vertrouwt het museografisch ontwerp van
het Louvre-Lens toe aan de Studio Adrien Gardère.
• April 2009: Lancering van een nieuwe tender voor de realisering van het museum.
• 5 Oktober 2009: De Permanente Commissie van de Conseil Régional van Nord-Pas-
de-Calais geeft toestemming voor de ondertekening van de contracten met de beste
ondernemingen,die gekozen zijn door de Aanbestedingencommissie.
• 16 November 2009: Voorbereiding en aanvang van de werkzaamheden.
• 4 December 2009: Plechtigheid in verband met de eerstesteenlegging en opening van het
Projecthuis.
• Begin 2012: Oplevering van het gebouw.
• Eind 2012: Openstelling voor publiek.
Museum het Louvre-Lens – Ontvangsthal en Galerij voor tijdelijke exposities. –Beeld SANAA / MOSBACH @ Kazuyo Sejima + Ryue Nishizawa / SANAA, Tim Culbert +Celia Imrey / IMREY CULBERT, Catherine MOSBACH
8
Een gezamenlijk streven
Het project het Louvre-Lens getuigt van een
voorbeeldige samenwerking tussen de overheden, en in de eerste
plaats de Conseil Régional van Nord-Pas-de-Calais, de Franse
staat en een van zijn meest emblematische openbare culturele
instellingen. Dit partnerschap steunt op een samenwerking- en
beslissingraamwerk dat gepreciseerd is in een protocol dat op
12 mei 2005 werd ondertekend door de Franse Staat, het Louvre
Museum en de lokale overheden: de Regio Nord-Pas-de-Calais,
het Departement Pas-de-Calais, de Agglomeratiegemeente
Lens-Liévin en de Stad Lens. Dit protocol geeft uiting aan het
gezamenlijke streven om een nieuwe museale instelling op te
richten die als voorbeeld kan dienen. Een streven dat bevestigd
wordt door de antwoorden die de belangrijkste actoren van het
project geven op enkele vragen.
Frédéric Mitterrand,Minister van Cultuur en Communicatie
Het project het Louvre-Lens is een initiatief van uw
voorgangers, Jean-Jacques Aillagon en Renaud Donnedieu de
Vabres. Hoe kijkt u heden tegen dit project aan?
«Het Louvre in Lens is een symbool op zichzelf, en niet
alleen «symbolisch». Het is een van de sterkste en opvallendste
decentraliseringinitiatieven op cultureel gebied. Een van de
grootste nationale musea - een element van de Parijse identiteit
- laat zien dat het een nieuw publiek kan trekken, en iedereen
op een andere en vernieuwde wijze toegang kan verschaffen
tot zijn prestigieuze collecties. Het project verschijnt op het
juiste moment, op het moment dat de impact van een sterke
en ambitieuze culturele actie op de inrichting, de ontwikkeling
en de aantrekkelijkheid van het gebied beter wordt erkend – de
9
debatten bij dit «Culturele Davos», het Forum van Avignon, hebben dit uitvoerig bevestigd.
De gekozen bestuurders, de inwoners van Lens en de inwoners van Nord-Pas-de-Calais
weten het heel goed, en steunen dit project met overtuiging en enthousiasme. Dit is, samen
met het Centre Pompidou in Metz, een van de sleutelelementen van wat ik «cultuur voor
iedereen» noem.
Op welke wijze geeft de Franse Staat ondersteuning?
«Allereerst, en dit is van essentieel belang, stelt de Staat, dat wil zeggen
de nationale overheid, voor dit project de buitengewone nationale collecties ter
beschikking die bij het Louvre in bewaring liggen. Vervolgens worden de diensten van
het ministerie volledig aangewend voor dit project, zowel in Parijs als in de regio met
de DRAC (Regionale Directie voor Culturele Zaken). Tot slot draagt de Staat bij aan de
realisering van het project door middel van een financiële investering, die tegelijk de
basis legt voor het «Projecthuis» dankzij het Herlanceringplan en voor de bouw van het
Louvre-Lens zelf».
Het Louvre-Lens zal het eerste gebouw zijn in Frankrijk dat gebouwd wordt
door de Japanse architecten Kazuyo Sejima en Ruye Nishizawa. Wat denkt u van deze
keuze? Wat vindt u aantrekkelijk in deze architectuur?
«Iedereen is vrij om het werk van de twee architecten op zijn eigen manier
te interpreteren, maar ik deel u mijn persoonlijke gedachte erover mee. Voor mij
vormen de door het Japanse team getekende vormen een ontwerp dat een eenvoudig
en helder overdrachtsideaal vertaalt, een rechtstreekse toegang tot de meesterwerken
die uiteindelijk, zonder plechtstatigheid en onzeker makende factoren, aan het publiek
worden teruggegeven. Voor een museum dat zich innovatief toont in het intellectuele
begrip van zijn doel, is er een architectuur nodig waarmee de «complexen» – in alle
betekenissen van het woord – kunnen worden ontward, en een superieure vorm van
eenvoud kan worden hervonden. De uitdaging lijkt op het punt overwonnen te worden.
De realisering van een dergelijk project is uiteraard niet zonder problemen, maar het
betreft nu - naar het voorbeeld van de Piramide van het Parijse Louvre van twintig jaar
geleden - een grote architecturale constructie die niet alleen voor iedereen bestemd is,
maar ook de toekomst dient te trotseren.»
10
Daniel Percheron,Voorzitter van de Conseil Régional van Nord-Pas-de-Calais
U bent een van de grondleggers van het project. Sinds de eerste beslissing zijn er
meerdere jaren verstreken... Hebt u er nog steeds evenveel vertrouwen in?
«In 2004 werd besloten het Louvre naar Lens te halen omdat de bevolking
zeer enthousiast was. Sindsdien zijn er veel – te veel – maanden nodig geweest om
het schitterende, maar complexe, architecturale project van SANAA in goede banen te
leiden. Vandaag wordt ons geduld beloond. De werkzaamheden gaan voort en maken
dit project onomkeerbaar. De Euralens dynamiek wordt uitgekristalliseerd en bewijst
dat het vertrouwen meer dan ooit aanwezig is.»
Wat verwacht u voor de regio?
«Het Louvre-Lens is een aanvulling op – in een gebied dat dit bijzonder hard
nodig heeft – het rijke palet aan regionaal cultuuraanbod, in het bijzonder op het vlak
van musea. Dankzij dit aanbod wordt Nord-Pas-de-Calais aantrekkelijker: niet alleen
in toeristisch opzicht, maar ook in economisch opzicht. Naast dit aspect is het Louvre-
Lens ook een onvervangbaar educatief instrument.»
Is dit een verstandige investering, aangezien de sociale problemen erger worden
door de crisis?
«Cultuur is altijd een geweldige hefboom geweest voor de ontwikkeling. Het
feit dat er al meer dan dertig jaar geïnvesteerd wordt in de regionale cultuur, is hiervan
het onomstotelijke bewijs. Op deze momenten van twijfel krijgt de inzet op cultuur zijn
volledige betekenis en bestaansrecht.»
11
Henri Loyrette,President-Directeur van het Louvre Museum
Kunt u ons allereerst zeggen wacarom het Louvre naar Lens moet komen?
«Het Louvre is geen Parijs museum maar het grootste nationale museum
waarvan de werken en kennis ten dienste staan van de Natie. Om deze tweehonderd
jaar oude traditie van territoriale actie te vernieuwen en nieuw leven in te blazen, heeft
het Louvre een compleet nieuwe vorm geconcipieerd om zich open te stellen voor
het publiek, namelijk een vestiging in de regio, in Lens, in het hart van de Mijnstreek
Nord-Pas-de-Calais. Dankzij de wil van de Regio en de mobilisering van de gekozen
bestuurders van het gebied, is dit project vandaag realiteit.»
Wat verwacht u voor het Louvre?
«De taak voor het Louvre-Lens is om het museum in al zijn componenten en
al zijn rollen, die artistiek, maatschappelijk en educatief zijn, in ogenschouw te nemen.
Tevens is dit een kans voor het Louvre, de unieke gelegenheid om vragen te stellen bij
onze collecties, onze rol te overdenken en, door middel van «respons», een instituut te
dienen dat al twee eeuwen lang vooruit blijft gaan.»
Kunt u ons iets vertellen over de inhoud van het museum?
«Dankzij meerdere exposities die tegelijkertijd plaatsvinden, wordt de
bezoeker een diversiteit aan ervaringen geboden. Ik zal slechts de belangrijkste
noemen: de Galerij van de Tijd. Vrijwel 225 werken uit de zalen van het Louvre zullen
chronologisch - van 4000 v.Chr (het ontstaan van het schrift) tot 1850 (de datum waar
onze collectie ophoudt) - worden tentoongesteld. In het Louvre-Lens brengen wij
datgene wat in het Parijse Paleis verspreid is, opnieuw samen.»
12
Guy DelcourtParlementslid-Burgemeester van Lens
Bij de eerstesteenlegging op 4 december 2009 verdwenen de laatste twijfels over de
concretisering van het Louvre in Lens. Als u het succes van het Centre Pompidou in Metz ziet, is
dit dan een inspiratiebron voor uw stad?
De uitzonderlijke bezoekersaantallen sinds de opening van het Centre Pompidou in
Metz geven volop hoop. Het bevestigt de vooruitzichten voor het Louvre-Lens: 600.000 tot 700.000
bezoekers per jaar. Het museum zal werkelijk het economische hart van ons gebied worden. Wij
moeten bereid zijn toeristen uit de hele wereld te ontvangen. Hiervoor moet de horecasector zich
beslist snel ontwikkelen.
Het beroemde internationale ontwerpersteam Desvigne-portzamparc is door Euralens
aangewezen om in dit grote gebied van 1100 hectare aan stads- en landschapprojecten te
coördineren. Hun taak is eveneens de openbare ruimtes voor de komst van het Louvre-Lens te
ontwerpen. Op welke wijze passen de door Euralens geleide acties hierin?
Euralens verenigt talrijke actoren: administratieve instellingen, territoriale overheden,
het nationaal onderwijs, private ondernemingen. De doelstelling is het coördineren van de
economische, stedelijke en landschappelijke inrichting van een gebied met 500.000 inwoners.
Wij streven ernaar onze actie te structureren. De vereniging Euralens is een uitwisselingsforum
dat wordt voorgezeten door Daniel PERCHERON. Maar het is van essentieel belang vooruitgang
te boeken met de eerste werkzaamheden rond het Louvre-Lens. Er wordt zeer binnenkort een
overkoepelende organisatie opgezet om op operationele wijze de te bestuderen en vervolgens
niet alleen voor het Louvre-Lens, maar ook voor het grondgebied van de aangesloten overheden
te realiseren werkzaamheden, te coördineren. De structuren zullen evolueren naargelang de
uitdagingen bij de inrichting en de door de Conseil Régional ondersteunde projecten.
Het Louvre-Lens, Euralens, en voortaan ook de Digitale Culturele Pool: welke rol heeft deze
nieuwe economische ontwikkelingsactor van Lens?
De Digitale Culturele Pool in Lens is de concretisering van een politiek streven ten gunste
van de ontwikkeling van een ware economische macht in de Mijnstreek. Een nieuwe economische
vorm gaat zich ontwikkelen: de kennisindustrie, de energie van morgen. De doelstelling is het
samenbrengen van geavanceerde digitale technologieën op ons grondgebied.
Nieuwe beroepen op het kruispunt tussen kunst en technologie zullen ontstaan. De doelstelling is
het creëren van wel 1500 banen in de komende vijf jaar.
Het gebied Lens is geschikt voor de ontwikkeling van deze pool van excellentie. Het CRIL (Centrum voor
Onderzoek en Informatica van Lens) is een met het CNRS verbonden laboratorium van de Universiteit
van Artois. De daar uitgevoerde studies dragen bij aan de bloei van de digitale economie in ons gebied.
13
Dominique Dupilet,Voorzitter van de Conseil Régional van Pas-de-Calais
Vanaf het begin heeft de Conseil Régional van Pas-de-Calais zich verbonden met de
regio en de andere overheden om deel te nemen aan het project het Louvre-Lens.
Hoe begeleidt de Conseil Général nu al de komst van het Louvre?
«Het Departement heeft zich in een zeer vroeg stadium aan het Louvre-Lens avontuur
verbonden en beschouwde deze realisering als een werkelijke opportuniteit in termen
van economische en toeristische ontwikkeling. Onze deelname heeft betrekking op de
investering, en in de toekomst, op de werking van de structuur, net zoals op het aanpassen
van het wegennet of de brandveiligheid. De toe-eigening van deze toekomstige plek door
de bevolking is voor ons essentieel. Ik zal slechts een actie noemen die het Departement
heeft uitgevoerd om de ontmoeting tussen middelbare scholieren en kunstwerken te
bevorderen. Via «Permis de musé(e)» werd een werk uit een museum uit Pas-de-Calais
in scène gezet op een middelbare school. Nadat de leerlingen dit werk binnen hun
eigen instelling gezien, geobserveerd, bewonderd en bestudeerd hadden, herontdekten
ze het werk in het museum dat hun dit had uitgeleend. Een dergelijke actie draagt
ontegenzeggelijk haar steentje bij aan het succes van het Louvre-Lens».
Jean-Pierre KUCHEIDA,Voorzitter van de Agglomeratiegemeente Lens-Liévin
Het Louvre-Lens lijkt een geweldige opportuniteit voor de ontwikkeling van uw
gebied. Hoe organiseert u zich om deze uitdaging aan te gaan?
«De komst van het Louvre-Lens is een ware drijvende kracht om ons gebied op de
wereldkaart te zetten! Het Louvre-Lens zal onze grote structurerende projecten (o.a.
de Pool van Excellentie op sportgebied, de Digitale Culturele Pool, de Site van 11/19,
de Renovatie van het Bollaert Stadion, de tram, en de Notre Dame van Lorette) in een
stroomversnelling brengen. De uitwisselingen die momenteel plaatsvinden, met name
met de aangrenzende Agglomeratiegemeenten via Euralens, zullen impact hebben op
de Mijnstreek en deze grondig transformeren. Het gezicht van deze gemeenschappelijke
ruimte wordt elke dag gevormd en het Louvre-Lens zal hoe dan ook een bijdrage leveren
aan de coherentie en de homogeniteit ervan. Ons gebied heeft altijd laten zien dat het zich
geweldig kan aanpassen tijdens de beproevingen van de Tijd en de Geschiedenis. Voor de
Tweede Wereldoorlog was het landelijk gebied, maar in het tijdperk van de mono-industrie
maakte het een fenomenale verstedelijking door. Na de Eerste Wereldoorlog wist het uit
de as te herrijzen, alvorens de omschakeling als gevolg van het steenkolentijdperk in
goede banen te leiden. Wees er zeker van dat wij deze bijzondere kans om het grootste
museum ter wereld binnen ons grondgebied te vestigen, met beide handen aannemen.»
14
Het architecturale project
Een van de uitdagingen van het Louvre-Lens is de confrontatie tussen
de collecties van het Louvre en een hedendaagse architectuur. Het scheppen
van een nieuw gebouw op een mooie, uitgestrekte en geschiedenisrijke site die
tevens vrij is van alle materiële beperkingen, vloeit voort uit de duidelijke wil om
het Louvre in de moderniteit te plaatsen.
Vanaf het begin zijn de collecties van het Louvre op innige wijze
verbonden met een paleiselijke architectuur, en vervolgens met een klassieke
museale architectuur die vaak hernieuwd en gemoderniseerd werd.
De architectuur voor de bouw van het Louvre-Lens, samen ontworpen
door SANAA / IMREY CULBERT / CATHERINE MOSBACH, is een complete breuk
met dit model en zal, zonder enige twijfel, een hoofdkenmerk worden van het
Louvre-Lens.
Het plaatsen van de werken uit het Louvre in deze nieuwe omgeving
zorgt ervoor dat ze op zeer verschillende wijze kunnen worden bekeken en het
belang van hun esthetiek opnieuw kan worden geëvalueerd.
De toe-eigening van de plek door het lokale publiek zal ook bevorderd
worden, zowel door de kwaliteit van de architectuur en de inrichting van het park
als door de hartelijke en gezellige sfeer die door de plek en door de geboden
activiteiten wordt gecreëerd.
Een Louvre van glas en licht Meer dan 120 kandidaten hebben deelgenomen aan het door de Conseil
Régional van Nord-Pas-de-Calais uitgeschreven architectuurconcours. Het
ontwerp, uitgekozen in september 2005, was van het Japanse architectenbureau
SANAA, dat verbonden is met de Franse landschapsarchitect Catherine
Mosbach. De architecten hebben een ontwerp van glas en licht voorgesteld dat
beslist hedendaags en gemakkelijk toegankelijk is en de nabijgelegen omgeving
valoriseert.
Museum het Louvre-Lens - Ontvangsthal, oostkant– Beeld Cyrille Thomas@ Kazuyo Sejima + Ryue Nishizawa / SANAA, Tim Culbert +Celia Imrey /IMREY CULBERT, Catherine MOSBACH
15
In 2009 sloot de museograaf Adrien GARDÈRE zich bij het team aan. SANAA is het hoofd
van het samenwerkingsverband met als ontwerpers: SANAA / IMREY CULBERT / Catherine
MOSBACH. SANAA heeft de museografie van het project toevertrouwd aan Adrien GARDÈRE.
De Vestigingssite
De vestigingssite is een verlaten industrieterrein van 20 hectare dat in de
jaren ‘80 gedeeltelijk werd omgevormd tot een activiteitenzone en waar vroeger zich de
bovengrondse installaties van mijnschacht 9 van de mijnen van Lens bevonden. De keuze
voor de site van een voormalige mijnbouwinstallatie getuigt van de inspanningen om de
Mijnstreek een andere bestemming te geven en tegelijk de herinnering aan het glorieuze
industriële verleden levendig te houden.
Zowel voor de oud-mijnwerkers als voor de jonge generaties, is dit de erkenning
van een bijzondere rijke geschiedenis en een ontegenzeggelijk gevoel van trots.
De sinds de beëindiging van de mijnactiviteit door de natuur opnieuw in bezit
genomen site biedt een originele en onverwachte landschapskwaliteit, zoals een «vegetaal
juweel» in het centrum van de stad.
Het architecturale concept
De doelstelling is een perfect geïntegreerd gebouw.
De site, midden in de agglomeratie op een licht verhoogd
terrein, vormt de eerste uitdaging voor de architecten.
Het architectenbureau heeft gekozen voor een
tamelijk lage structuur die uitstekend integreert in de site
zonder deze door zijn aanwezigheid te verpletteren. Het
museum bestaat uit vijf hoofdgebouwen. Het gaat om 4
rechthoeken en 1 groot vierkant met licht gegolfde wanden
waarvan de hoeken elkaar raken. Deze compositie herinnert
aan de compositie van het Louvre Paleis, met twee ontplooide
vleugels.
De Japanse architecten roepen ook het beeld
op van de toevallige plaatsing van boten die op een rivier
aanmeren en aan elkaar vastraken.
Het meest westelijk gelegen gebouw huisvest een
groot auditorium (La Scène) met meer dan 300 plaatsen.
Het staat in directe verbinding met een aan tijdelijke
exposities gewijd gebouw dat aan het andere uiteinde met de
ontvangsthal verbonden is.
Luchtfoto beeld SANAA © SANAA /
Imrey Culbert / Catherine Mosbach
16
Ten oosten van de ontvangsthal bevinden zich de twee belangrijkste gebouwen
voor de presentatie van de werken, die geconcentreerd zijn rond de 120 meter lange Galerij
van de Tijd.
Vanaf de ontvangsthal daalt men af naar een lager niveau dat leidt naar de
opslagplaats van het museum en de ruimtes voor het gereedmaken van de werken. Het
museum laat het publiek een kijkje nemen achter de schermen.
In het park huisvesten twee los van elkaar staande gebouwen die het museum met
de stad verbinden, de administratie en het restaurant.
De ontvangsthal, een frêle glazen paviljoen
De centrale ontvangsthal die uitkomt op de site en het park, dat hierdoor
toegankelijker is, is een groot glazen vierkant met doorschijnende gevels en wordt verlicht
door enkele lichtschachten.
Het is niet alleen een ontvangstruimte voor het museum, maar ook een ruime
openbare ruimte voor de stad.
De twee belangrijkste expositiegebouwen hebben opake gevels en zenitale
verlichting dankzij gedeeltelijk glazen plafonds.
Een museum in een park
Dankzij de doorschijnende gevels waarin het park weerspiegeld wordt en de zorgvuldige
bewerking ervan, zal het toekomstige museum perfect integreren in het landschap van de
door de natuur opnieuw in bezit genomen voormalige site van de mijnbouwinstallatie.
Het park, dat integraal onderdeel is het van project, bestaat uit meerdere zones en
verschillende wandelplekken: een voorplein, een open plek, een watervlak, bos en tuinen, en
grote ruimtes om culturele manifestaties in de open lucht te houden.
Het park dat op originele wijze wordt bewerkt en het historische karakter van de site
valoriseert, verenigt meerdere functies: het is een toegangssluis naar het museum, die de
Museum het Louvre-Lens : Ontvangsthal en Schacht 9 vanaf de Noord-Ingang – Beeld Cyrille Thomas @ Kazuyo Sejima + Ryue Nishizawa / SANAA, Tim Culbert +Celia Imrey / IMREY CULBERT, Catherine MOSBACH
17
bezoeker voorbereidt op de inhoud; het is een ruimte voor een cultureel aanbod als verlenging
van het museum buiten zijn muren; het is een ruimte voor wandeling en toe-eigening die het
museum met de stad verbindt;
het is ook een plek voor herinnering aan het mijnverleden van de site, die de voormalige
winningschacht van schacht 9 valoriseert.
Een gebouw met respect voor het milieu
De Conseil Régional van Nord-Pas-de-Calais, de opdrachtgever voor de bouw van
het museum, is sinds lange tijd een overheid met een gidsfunctie op het gebied van milieu,
en in het bijzonder, de kwaliteit van de gebouwen.
De bouw van het Louvre-Lens vormt een nieuwe gelegenheid om dit beleid te
bevestigen: de opdrachtgever streeft ernaar om hiervan het eerste HQE-gecertificeerde
(Franse norm voor milieukwaliteit) museum te maken. De HQE-doelstellingen zijn:
• de werkings- en onderhoudskosten van het gebouw reduceren,
• het technische comfort optimaliseren en de kwaliteit van de binnenlucht beheersen,
• de impact van het gebouw op het milieu minimaliseren.
Emmanuel WATTEAU / Nord-Pas de Calais Region
18
Het medeontwerpteam van het architectuurproject het Louvre- LensSANAA: Kazuyo SEJIMA en Ryue NISHIZAWA
Kazuyo Sejima werd in 1956 in Miko in het oosten van Japan geboren en studeerde bij de Japan
Women’s University. Ze werkte eerst, van 1981 tot 1987, bij Toyo Ito Architects & Associates, en
begon in 1987 op zichzelf. Enkele jaren later richtte ze samen met
Ryue Nishizawa SANAA op. Ryue Nishizawa is tien jaar jonger en
studeerde af aan de Nationale Universiteit van Yokohama. Hij ging
eerst werken bij Kazuyo Sejima & Associates en richtte later samen
met Kazuyo Sejima zijn eigen bureau SANAA op.
In 2000 waren Kazuyo Sejima en Ryue Nishizawa laureaat van het
concours van het «Museum voor hedendaagse kunst van de 21e eeuw» van Kanazawa. Dit
gebouw, dat in 2004 openging, wordt erkend voor zijn esthetische en functionele kwaliteiten en
bracht hen internationale erkenning. In 2006 voltooiden ze het «Glass Pavilion», een uitbreiding
van het museum van Toledo in de Verenigde Staten, dat ook goed ontvangen werd door de kritiek.
Behalve aan het museum het Louvre-Lens, werkt het architectenbureau SANAA vandaag aan
talrijke projecten in Japan, Europa en de Verenigde Staten. Het bureau heeft onlangs in 2006
de Designschool van Essen, in de voormalige Mijnstreek Zollverein in Duitsland opgeleverd, en
vervolgens het New Museum for Contemporary Art van New York, in hartje Manhattan, in 2007.
In 2009 werd het bureau uitgenodigd om het zomerpaviljoen van de Serpentine Gallery van
Hyde Park in Londen te realiseren en voltooide het dit jaar het Learning Center van de Ecole
Polytechnique Fédérale van Lausanne in Zwitserland. Het bureau is dit jaar laureaat geworden
van het concours van de Samaritaine. Het werk van het bureau SANAA werd de laatste jaren bij
diverse gelegenheden bekroond: in 2006 met de Prijs van het Architectural Institute of Japan,
in 2006 met de gouden medaille van de Académie d’Architecture Française en in 2007 met de
Prijs Mario Pani van de stad Mexico en de Prijs van de Kunst van de Kunstacademie van de stad
Berlijn. Onlangs werd Kazuyo Sejima benoemd tot commissaris van de Architectuurbiënnale
van Venetië die in 2010 werd gehouden. SANAA kreeg in 2010 de PRITZKER prijs voor zijn hele
oeuvre.
Kazuyo SEJIMA and Ryue NISHIZAWA- SANAA Agency © SANAA Agency
19
IMREY CULBERT: Célia IMREY en Tim CULBERT
Imrey Culbert is een architectuur- en museografiebureau
dat ontstaan is uit de samenwerking van de architecten Célia Imrey en
Tim Culbert. In 1998 richtten zij het bureau in New York op en in 2006
het bureau in Parijs, Imrey Culbert Architectes SARL.
Sinds de oprichting heeft het bureau Imrey Culbert zich
gespecialiseerd in stads- en museumprojecten met realiseringen
in Europa (Luxemburg, Frankrijk, Duitsland, Groot-Brittannië), de
Verenigde Staten, Marokko, Koeweit en Japan.
Naast het Louvre-Lens heeft Imrey Culbert de volgende lopende projecten:
het Musée Dobrée (Nantes, Frankrijk), samen met Dominique Perrault Architectes
voor 2014, het Queen Sirikit Museum of Textile (Bangkok, Thailand) in PRO stadium -
2011, het Museum Daar Al Bacha in Marrakesh voor 2012, het National Museum of the
American Indian in New York (New York, VS) in aanbouw - 2010.
In hun projecten verenigen Tim Culbert en Celia Imrey het architecturale
ontwerp en het gebruik van HQE-bouwtechnieken.
Hun realiseringen geven blijk van hun vermogen om in ruimtes met dwingende eisen,
vaak historische plekken, te werken door een geslaagde integratie van bestaande
elementen van het project in de algemene eenheid.
De belangrijkste realiseringen van Imrey Culbert zijn in de volgende domeinen
te vinden:
- Architecturaal ontwerp van grote culturele faciliteiten zoals musea
- Architecturaal ontwerp op erfgoedsites
- Architecturaal ontwerp voor hedendaagse toevoegingen en stadsparken
- Ontwerp van scenografieën voor musea en tijdelijke exposities
- Expertise en audit op het gebied van verlichting, conservatie van artefacten en
expositievitrines
- Ondersteuning aan de opdrachtgevers op het gebied van architecturaal en scenografisch
ontwerp
lia Imrey en TIm Culbert – bureau Imrey Culbert © bureau Imrey Culbert
20
Catherine MOSBACH
Catherine Mosbach is landschapsarchitect. Zij heeft een
tweejarige universitaire opleiding (DEUG) gevolgd in natuur- en
levenswetenschappen bij de vakgroep fysica-chemie van de Universiteit
Louis Pasteur in Straatsburg. Vervolgens ging ze in 1983 naar de Ecole
Nationale Supérieure du Paysage van Versailles. In 1987 behaalde ze haar
DPLG-landschapsarchitectdiploma.
Dankzij het creëren en animeren van het blad Pages Paysages vanaf 1987 samen
met Marc Claramunt, Pascale Jacotot en Vincent Tricaud, kreeg zij interdisciplinaire
interface opportuniteiten. Het experimentele kader van haar activiteit wordt gevoed
door het verrichten van onderzoeken naar lopende experimenten in de professionele,
universitaire en artistieke milieus, die zij parallel aan haar projecten en een DEA in
geschiedenis en civilisatie onder leiding van Jacques Revel van de EHESS (Ecole des
Hautes Etudes en Sciences Sociales) van Parijs in 1990 leidde. De tussen 2000 en 2007
opgedane ervaring met de botanische tuin van Bordeaux werd op internationaal niveau
belicht met de Europese Landschapschapsprijs Rosa Barba 2003, COAC- ETSAB-DUOT-
UPC-ETSAV en met de Moma expositie over de internationale productie op het gebied
van hedendaags landschap: Groundswell. Constructing the Contemporary Landscape
achitecture in 2005. Het wordt in 2007 genomineerd voor de Grand Prix du Paysage van
het Ministerie voor Ecologie, Inrichting en Duurzame Ontwikkeling.
Het park van het Louvre stelt de hedendaagse vragen over de ontwikkeling van
het gebied vanaf een architectuur- en landschapsproject. Naast de precieze organisatie
tussen museografische faciliteit en park - een buitengewone opportuniteit op deze schaal
- verkent Catherine Mosbach in haar projecten de middelen van een evolutieve esthetiek,
zowel op de schaal van het gebied als op de schaal van het detailaspect van een tuin.
Opvallend in haar productie zijn:
- de florale wandelpromenade aan de rechteroever van het kanaal Saint-Denis, FF
- het archeologische park van Solutré, FF
- de botanische tuin van Bordeaux, FF
- de MAC roof garden Colorado, USA
- de andere oever Port Marie Louise 400ème Québec, CAN
- spot 5 Xian, HEC internationale expositie 2011 China
Catherine Mosbach –bureau MOSBACH Paysagistes © Catherine Mosbach
21
Het museografieteam van het Louvre-Lens
Studio Adrien Gardère: designer, museograaf en scenograaf
Adrien Gardère is een Franse designer en museograaf en werd in
1972 geboren. Na het behalen van zijn diploma bij de ENSAD in Parijs (1996)
en de Ecole Boulle (1994) richtte hij in 2000 de Studio Adrien Gardère op, met
activiteiten die zich rond drie assen concentreren:
- ontwerp van meubels en verlichting;
- museografie en scenografie voor tentoonstellingen;
- interieurarchitectuur.
Al snel bouwde de Studio Adrien Gardère duurzame relaties op met de
instituten van grote internationale metropolen:
- Cairo, Egypte: renovatie, design en museografie van het nationale
museum voor islamitische kunst (geopend in oktober 2005) - design
en museografie van het toekomstige museum van het historische Cairo van Aga Khan -
scenografieën voor tentoonstellingen in het nationaal Egyptisch museum.
- Washington, Verenigde Staten: artistieke leiding van alle tentoonstellingen van de
internationale festivals van het John F. Kennedy Center; festivals van China in 2005, van Japan
in 2008, van de Arabische wereld in 2009 en van India in 2011.
- Ahmedabad, India: design van meubelcollecties samen met het Nationale Design
Instituut (N.I.D.) voor het Mill-Owners Building dat door Le Corbusier in Ahmedabad werd
gebouwd.
- Surabaya, Indonesië: design van meubelcollecties samen met het Frans Cultureel
Centrum
- Teheran, Iran: scenografie voor tentoonstellingen bij het Nationale Tapijtmuseum
- Lissabon, Portugal: meubelstuk voor de nationale collecties van het designmuseum,
Centrum van Belem.
- Parijs, Frankrijk: scenografieën voor tijdelijke tentoonstellingen van het Louvre
Museum, het Musée des Arts Décoratifs, de Cité Nationale de l’Architecture et du Patrimoine.
De creaties van de Studio Adrien Gardère zijn het resultaat van de analyse van de hedendaagse
praktijken, de culturele contexten en een dialoog tussen traditionele kennis en nieuwe gebruiken,
innovatie en comfort, begrip en emotie, wetenschappelijke expertises en pedagogische
uitdagingen. Zijn creaties worden uitgegeven door Artemide, Ligne Roset, Perimeter Editions,
Krios Italia en Saazs.
De doelstelling van de Studio is het creëren van producten, installaties en openbare ruimtes
die pertinent, legitiem en evident zijn.
Adrien Gardère – Studio Adrien Gardère©Philippe Chnacel
22
ON-SITU: mediatie en multimedia
Het team van On-Situ verkent, ontwerpt en zet nieuwe culturele
mediatievormen op.
Het bedrijf werd opgericht door medewerkers van het laboratorium
Institut Image/ENSAM, waar de oprichters (Jean-Michel Sanchez en
Julien Roger) meer dan 10 jaar lang projecten hebben uitgewerkt die
artistieke creatie en technologisch onderzoek verenigen.
Wij zijn actief op het gebied van elektronisch ontwerp en creatie:
- beeldensynthese,
- grafische programmering,
- uitwerking van mens/machine-interfaces,
- simulatie en toegevoegde realiteit.
Het bedrijf On-Situ heeft ook samengewerkt met de Cité de l’Architecture et
du Patrimoine in Parijs, het Louvre Museum in Parijs, het museum van de Hoofdstad
Peking, de site van de Abdij van Cluny, het Museum Nicéphore Nièpce, en het Kennedy
Center in Washington D.C.
On-Situ is laureaat van het concours 2006 van het Ministerie van Onderzoek
voor zijn werken en toegevoegde realiteit.
NORM: signalementskaart
Dimitri Bruni (1970, I) en Manuel Krebs (1970, CH) zijn
grafici, afgestudeerd in 1996 aan de School voor Visuele Kunsten van
Biel (Zwitserland). Ze richtten het bureau NORM dat sinds 1999 in
Zürich is gevestigd. Het editorial design, het creëren van lettertypen
en de visuele communicatie in verbinding met talrijke internationale
instellingen zijn hun belangrijkste activiteiten. Zij zijn sinds 2003 actief
bij de ECAL en bij de Hogeschool voor Kunst en Design in Lausanne
(HESSO) op de afdeling visuele communicatie en typografie.
Jean-Michel Sanchez en Julien Roger – On-Situ © On-Situ
Dimitri Bruni en Manuel Krebs –bureau NORM © burau NORM
23
De studiebureaus en de operationele architecten van het project Louvre-Lens
Extra Muros
Extra Muros SAS d’Architecture werd i n
1991 opgericht door drie partner-architecten die afgestudeerd zijn
aan de UPA1: Michel LEVI (docent bij de ENSAL en afgestudeerd
aan de Architectural Association), Antoine SAUBET (docent aan de
ENSAPLV) en Virginie FILLIOL-DELOSTAL (landschapsarchitect
CESP van Versailles).
Het bedrijf is gevestigd in Parijs en is hoofdzakelijk actief op het gebied van openbare operaties
van verschillende omvang en aard: sociale woningbouw, ziekenhuisfaciliteiten, faciliteiten voor jonge
kinderen, programmering van de openbare ruimte, scenografie voor tentoonstellingen, landschappen...
Het bureau werkt regelmatig in partnerschap met grote Japanse bureaus en is partner-
architect geweest van het bureau Toyo ITO voor de herbouw van het Cognacq-Jay ziekenhuis in Parijs en
van het bureau SANAA voor de bouw van 135 sociale woningen in het 16e arrondissement van Parijs.
Arup Lighting
Arup Lighting heeft een aantal zeer geslaagde belangrijke
projecten gerealiseerd in samenwerking met Arup bureaus overal ter
wereld.
Arup Lighting is actief in de volgende domeinen: eindstations,
bureaus, hotels, onderwijs, projecten in de publieke sector, sport en vrije
tijd, theaters, winkels, ziekenhuizen, historische gebouwen, externe verlichting van gebouwen. Arup
Lighting voert ook studies uit naar de effecten van de verlichting op het milieu en onderzoekt de voor-
en nadelen van natuurlijke verlichtingssystemen.
Arup Lighting heeft naam gemaakt als ontwerper van innoverende verlichtingsystemen voor
musea. Arup Lighting heeft bijvoorbeeld verlichtingssystemen bestudeerd waarmee zoveel mogelijk
gebruik van daglicht kan worden gemaakt met een zeer precies moduleerbaar verlichtingssysteem
voor de expositiezalen. De ontwerpers van Arup Lighting werken nauw samen met architecten en
ingenieurs, onder wie gespecialiseerde ingenieurs. Ze hebben getoond dat zij de capaciteit hebben om
pluridisciplinaire teams te integreren om grote projecten te realiseren
Michel LEVI en Antoine SAUBOT – Extra Muros © Extra Muros
Jeff Shaw –Arup Lighting © Arup Lighting
24
A.V.E.L Acoutisque
De Sarl AVEL Acoustique, een studie- en adviesbureau op het gebied van
akoestiek en trillingen, werd in februari 1998 opgericht. Françoise BAUDET is vanaf de
oprichting de bedrijfsleider. De Sarl AVEL Acoustique heeft zich al snel georiënteerd op
studies met betrekking tot culturele plaatsen, expositieruimtes en voorstellingszalen.
De Sarl AVEL Acoustique werd gevraagd om te werken aan diverse prestigieuze
projecten zoals de Filharmonische Zaal van het Groothertogdom Luxemburg (Architect:
Ch. de Portzamparc) en het Musée du Quai Branly (Architect: J. Nouvel).
Jérôme FALALA al 10 jaar projectleider bij AVEL Acoustique, is
opgenomen in het rond SANAA samengestelde team van projectcoördinators.
Voor dit project moest AVEL Acoustique akoestische technische oplossingen
zoeken, dimensioneren en beschrijven, die afgestemd zijn op het ambitieuze
project van het architectenteam SANAA, en de eisen op het gebied van akoestisch
comfort verenigen met de eisen op architectuurgebied. De samen met het
SANAA team beoogde oplossingen werden gemodelleerd via akoestische
dedicated software om de pertinentie van de geleverde antwoorden zeker te stellen
Jérôme FALALAAVEL Acoustique © AVEL Acoustique
25
B+G engineering
Bollinger und Grohmann is een internationaal engineering bureau
gespecialiseerd in structuur en was oorspronkelijk in Frankfurt-am-
Main in Duitsland actief. Het bureau heeft meer dan twintig jaar ervaring
in structureel ontwerp en bouw. Sinds 1998 hebben wij in 2007 en 2009
Bollinger + Grohmann vestigingen opgericht in Wenen, Parijs en Melbourne
met dezelfde filosofie als het moederbedrijf.
Onze samenwerking met de architecten berust op de gemeenschappelijke wil
om optimale oplossingen te ontwikkelen in de voor elk project specifieke architecturale
context. Wij omschrijven ons bureau als een atelier voor het ontwerpen van een
structuur die het architecturale concept draagt. Dankzij onze ervaring garanderen wij
de hoogste kwaliteitsstandaarden voor het ontwerpen, bouwen en opleveren van een
gebouw. Onze ambitie is om samen met de klant en de projectcoördinator te werken
aan een project dat het beste voldoet aan de behoeften van de klant, de bouweisen en
de budgeteisen. Dankzij de nationale en internationale ervaring van onze ingenieurs
zijn wij in staat om binnen interdisciplinaire teams te werken voor grote bouwoperaties.
Bétom ingénierie
BETOM Ingénierie is een studiebureau en uitvoerder, constant
op zoek naar technische innovatie met twee erkende gespecialiseerde
bureaus: Tec Bois, een studiebureau voor houtstructuur en AEN, een
studiebureau voor staalstructuren. BETOM Ingénierie levert innoverende
antwoorden op maat voor de opdrachtgevers en architecten bij de bouw
van ambitieuze projecten. BETOM Ingénierie realiseert alle intellectuele
prestaties, vanaf het ontwerp tot de bouw, van werken op het domein van
bouw, industrie en infrastructuur. BETOM Ingénierie bestaat al meer dan veertig jaar
en heeft een know-how ontwikkeld in het ontwerpen en, meer in het algemeen, in het
coördineren van projecten.
Dankzij deze ervaring heeft BETOM Ingénierie ook specifieke vaardigheden
kunnen ontwikkelen: uitvoeringsstudies voor planningscomités, studies naar biomedische
faciliteiten, beheer van asbestproblematiek, studies gerelateerd aan de beveiliging en de
veiligheid van gebouwen (CSI, CPS, ...), opleiding in technische expertise.
Manfred Grohmann –bureau Bollinger + Grohmann ©bureau Bollinger + Grohmann
Jean-Marie Rousseau –BETOM Ingénierie © BETOM Ingénierie
26
Bureau van Michel Forgue
Michel Forgue is sinds 1980 werkzaam als ingenieur-adviseur o p
het gebied van Bouweconomie, eerst onder zijn eigen naam en vervolgens
als bedrijfsleider van het bedrijf dat hij in 2000 heeft opgericht.
Het Bureau Michel FORGUE telt vandaag 25 personen (ingenieurs,
technici en administratieve medewerkers) waardoor het een significante
speler is onder de economisten in Frankrijk. Het is eveneens actief als
projectcoördinator en als ondersteuner van de opdrachtgever bij complexe
projecten, die gerealiseerd worden door befaamde architecten, met name voor de bouw van het
museum het Louvre in LENS (departement 62) naast de SANAA architecten (96,4 miljoen euro), voor
de bouw van de Mondiale Hoofdvestiging van de groep Rossignol in MOIRANS (departement 38) met
de architecten HERAULT ARNOD (20,2 miljoen euro), en voor de ondersteuning van de opdrachtgever
op de site van de Eiffeltoren (departement 75) (22 miljoen euro).
De kracht van het bureau Michel FORGUE berust op de competenties van zijn ingenieurs
en op zijn berekeningstool met functionele eenheden die door Michel FORGUE is ontwikkeld. Dit
mechanisme maakt het mogelijk om een zeer precieze economische analyse te ontwikkelen die
architecten hulp biedt bij het ontwerpen van hun projecten.
Penicaud Architecture Environnement
Het team van PENICAUD ARCHITECTURE ENVIRONNEMENT heeft een evenwichtige
samenstelling tussen architecten en ingenieurs, die allen een transdisciplinaire milieuaanpak toepassen
op de Duurzame Ontwikkeling op het gebied van bouw, architectuur, stedenbouw en energiebeheer.
Deze aanpak wordt geconcretiseerd door de volgende certificeringen: HQE, H&E, LEED, Europees
Ecolabel, BBC.
Casso & Associes
Het bedrijf CASSO & ASSOCIES werd in 1975 opgericht en is het oudste bureau voor
technische studies en gespecialiseerd advies op het gebied van brandveiligheid. Sinds 2009 heeft het
bureau zijn activiteiten uitgebreid tot het toegankelijk maken van gebouwen voor personen met een
handicap.
Het adviseren op het gebied van brandveiligheid bestaat voornamelijk uit het zoeken naar
technische oplossingen om de veiligheid van personen en goederen te garanderen in een te bouwen of
te renoveren gebouw, met naleving van de van kracht zijnde regelgeving, en het ondersteunen van de
projectcoördinator of de opdrachtgever tijdens alle studie- en uitvoeringsfasen van de werkzaamheden.
Naast advisering en studie verricht ons bedrijf ook missies om Brandveiligheidssystemen te coördineren.
Michel FORGUE –Bureau Michel FORGUE © Bureau Michel FORGUE
27
Dankzij onze competentie en bekendheid beroemt ons bedrijf zich op de
deelname aan de realisering van talrijke werken: instellingen voor publiek, hoge
gebouwen, kantoren, activiteitengebouwen, woningen, en talrijke prestigieuze werken
zoals het EUROPESE PARLEMENT in STRAATSBURG, en meer recentelijk het CENTRE
POMPIDOU in METZ, om maar enkele te noemen.
Transplan
Als consultant voor energieconcepten heeft Transplan deelgenomen
aan de ontwerpwerkzaamheden voor het opzetten van innoverende
prestatiesystemen. De werkzaamheden van Transplan worden rond de volgende
punten gecentreerd: ontwerp en optimalisering van een stralingssysteem
voor verwarming en verkoeling via de vloer in de galerijen van het museum /
verplaatsingsventilatie binnen de galerijen van het museum.
Deze twee belangrijkste aspecten van het energetische concept voor de
zones van het museum maken het volgende mogelijk: een drastische reductie van
het energieverbruik van het project. Dankzij de verplaatsingsventilatie wordt het
vernieuwingspercentage van de nodige lucht beperkt tot het strikt noodzakelijke
(vermindering van het energieverbruik voor de verplaatsing van luchtvolumes en van
het ad hoc energieverbruik voor de klimatisering) zonder de voor de galerijen vereiste
hygrothermische kwaliteit te verlagen.
Dankzij een specifiek werk op de gevels van de galerijen - van het type glazen
galerijen - was de ontwikkeling van een natuurlijk geventileerde tweede huid mogelijk
(bestrijden van de oververhitting in de zomer) en een versterking van de thermische
isolatie via weinig emissieve oppervlakken
Mathias shuler –Transplan © Transplan
28
Het wetenschappelijke en culturele project
Het Louvre-Lens is geen dependance van het Louvre en ook geen Louvre in het klein.
Als wij het Louvre-Lens willen omschrijven, moeten wij het misschien beschouwen als een «ander
Louvre», waar alle afdelingen van het Parijse museum zonder geografische en technische grenzen
samensmelten.
De collecties van het Louvre worden tijdelijk en transversaal gepresenteerd en brengen
samen wat in Parijs gescheiden wordt in afdelingen, scholen en technieken: een museum in al zijn
componenten en al zijn artistieke, sociale en educatieve rollen.
Het zal een nieuwe ruimte worden waar de collecties van het Louvre op een andere wijze
worden gepresenteerd dan op de in de loop der eeuwen door de Geschiedenis en de geschiedenis
van het paleis ontstane wijze. De encyclopedische presentatie van het Louvre bemoeilijkt het
samenbrengen, het vragen stellen en de transversale presentaties.
In het Louvre-Lens wordt het bijzondere dagelijks: het presenteren van werken uit
eenzelfde periode maar behorende tot verschillende technieken en beschavingen, het regelmatiger
verkennen van de talrijke facetten van de creatie, het op andere wijze onderzoeken van de
kunstgeschiedenis, en het presenteren van objecten in nieuwe contexten.
Deze nieuwe visie, die complementair is aan de visie van het Louvre paleis, is in perfecte
harmonie met het ruimteconcept van het museum. In Lens krijgen de werken een andere
dimensie, ver van hun historische geografie en gescheiden van de eeuwige architectuur waar ze
in verscholen waren. Formeel behoren ze noch tot de collecties van een afdeling, noch tot door de
geschiedenis verzamelde reeksen. De blik van de bezoeker zal in het Louvre-Lens een radicaal
andere omgeving aanschouwen, die ontworpen is om de werken op hun best te laten uitkomen
door met het natuurlijke licht te spelen.
Het ambitieuze programma van het Louvre-Lens met tentoonstellingen, presentaties,
voorstellingen, conferenties, mediatie en ontvangst zal geconcretiseerd en verspreid worden in de
ruimte van het nieuwe museum. De twee gebouwen van de oostvleugel (de Galerij van de Tijd en
het Glazen Paviljoen) worden gewijd aan presentaties van de collecties van het Louvre.
Het gebouw van de westvleugel wordt gewijd aan grote exposities. In totaal zullen, in de verschillende
ruimtes, meer dan 500 werken uit de collecties van het Louvre in het Louvre-Lens worden
tentoongesteld. Dankzij de architectuur en een initieel concept dat volledig gericht is op het publiek,
zal de ontvangsthal, zowel op de begane grond als in het souterrain, alle onthaalfuncties voor het
publiek verenigen. Tevens wordt de opslagplaats van het museum onthuld, een ontdekkingsruimte
achter de schermen van het museum, om de rol en de functie ervan te begrijpen. Tot slot zullen
29
de conferenties, projecties en livevoorstellingen in La Scène in het westelijke uiteinde
worden gehouden.
De Galerij van de Tijd
De Galerij van de Tijd, het eerste gebouw van de oostvleugel, ligt direct in
het verlengde van de ontvangsthal en legt de basis voor de identiteit van het nieuwe
museum. Over een lengte van 120 meter en oppervlak van ruim 2000 m2 zal de Galerij
van de Tijd 225 belangrijke werken uit de zalen van het Louvre voor de duur van 5 jaar
ontvangen. Deze werken zullen op chronologische wijze worden gepresenteerd, van
de oorsprong van de grote historische beschavingen tot halverwege de 19e eeuw. De
bezichtiging zal in één enkele chronologische richting plaatsvinden en de bezoeker de
essentiële herkenningspunten van de geschiedenis van vormen en technieken geven.
Een voorname rol voor identificatie
De Galerij van de Tijd zal een voorname rol spelen voor de identificatie met
het museum van het Louvre, want deze zal zo trouw mogelijk de diversiteit en de
particulariteiten van zijn collecties weergeven in hun chronologische en geografische
reikwijdte. Deze is vooral gericht op de Middellandse Zee, maar strekt zich ook uit van
Iran tot Noord-Amerika, van Scandinavië tot Jemen, en bestrijkt 6000 jaar geschiedenis,
van het 4e millennium v. Chr. tot halverwege de 19e eeuw.
Vanuit deze doelstelling heeft de projectcoördinator SANAA een eenvoudig
gebouw met zuivere lijnen ontworpen dat zeer heldere volumes biedt dankzij een
natuurlijke verlichting, een zenitale verlichting voor de Galerij van de Tijd en laterale
verlichting voor het Glazen Paviljoen. De presentatie van de werken legt kruislingse
overeenkomsten tussen de verschillende objecten. De werken vullen elkaar aan door
zich van elkaar te onderscheiden.
Het fundamentele principe is de chronologische presentatie van de werken.
Door objecten uit verschillende werelden samen te brengen, brengt het parcours
verschillende culturen en technieken dicht bij elkaar die representatief zijn voor alle
afdelingen van het Louvre Museum.
Een parcours met de stroom mee
Het architecturale concept kan gezien worden als de metafoor van een rivier,
waar de vijf gebouwen van het museum boten voorstellen die door de stroom bij elkaar
30
worden gedreven. Dit beeld van de rivier is vooral herkenbaar in de Galerij van de
Tijd, waar de bezoeker wordt geleid door dit nieuwe verband tussen de werken. De
presentatie van de immense variëteit aan materialen en vormen van deze werken leidt
tot een nieuwe kijk op de geschiedenis van de collecties door de confrontatie tussen de
beschavingen en de tijdperken.
Het glazen paviljoen en het Terugparcours
Het presentatieprincipe
Het glazen paviljoen is ook een plaats voor de present atie van de collecties
van het Louvre. Na de overvloed en de lineariteit van het chronologische discours van
de Galerij van de Tijd, zal het Glazen Paviljoen, een ruimte met geheel glazen gevels
aan het oostelijke uiteinde van het museum, elk jaar een expositie presenteren die
gewijd is aan een bijzondere thematiek.
De eerste exposities behandelen het thema tijd, de perceptie, de meting, de
sporen die hij op de werken achterlaat. Naast het aanbod van de collecties van het
Louvre, zullen deze exposities verrijkt worden met de werken van de musea in de regio
en een plaats geven aan de hedendaagse kunst.
Een andere kijk
De ruimteconfiguratie van het gebouw heeft een gunstig effect op de
presentatie van de werken. De sfeer van de Galerij van de Tijd, die verlicht wordt door
stabiel zenitaal licht, wordt in het kleinere Glazen Paviljoen vervangen door een sfeer
die gecreëerd wordt door een steeds veranderend licht dat door ruime glazen wanden
vanuit het zuiden en oosten invalt. Deze configuratie zal tot een verandering in de kijk
en het ritme leiden en zal de bezoeker een rustmoment bieden voordat hij aan het
Terugparcours begint.
Het Terugparcours
Bij het verlaten van het Glazen Paviljoen betreedt de bezoeker de weg die
hem terug naar de ontvangsthal leidt. Dit parcours loopt in omgekeerde richting langs
de Galerij van de Tijd.
31
Dankzij het werk van de museograaf Adrien Gardère geven de openingen
in de Galerij van de Tijd de bezoeker een nieuwe kijk. Maar de bezoeker zal vooral op
een andere wijze uitgenodigd worden om een tiental werken te ontdekken. Deze zullen
onderwerp zijn van een multimedia mediatie om ze beter te
kunnen begrijpen, bijvoorbeeld door de context waarin ze gecreëerd werden
te verkennen, of door de realiseringstechniek te onthullen. Mechanismen die gebaseerd
zijn op nieuwe informatie- en communicatietechnologieën, zoals de technologieën
waarmee het Louvre in Japan heeft geëxperimenteerd in het kader van het programma
Museum Lab, worden hiervoor aangewend.
Multimedia mechanismen die gebaseerd zijn op de nieuwe informatie- en
communicatietechnologieën en die door de Studio Adrien GARDERE en het bedrijf On-
Situ zijn ontworpen, zullen in dezelfde geest worden aangewend als de technologieën
waarmee het Louvre in Japan experimenteerde in het kader van het programma
Museum Lab.
De ruimte voor de tijdelijke exposities De keuze voor grote exposities is een van de fundamentele componenten van
het Louvre-Lens en essentieel voor het slagen van het project. Om deze reden wordt
hieraan een heel paviljoen van ca. 1800 m2 gewijd. Deze ruimte bevindt zich naast de
ontvangsthal.
Museum het Louvre-Lens – Galerij voor de Tijdelijke Exposities - Beeld SANAA@ Kazuyo Sejima+ Ryue Nishizawa / SANAA, Tim Culbert +Celia Imrey / IMREY CULBERT, Catherine MOSBACH
32
Concept en programmering
Een coherente programmering tussen het Louvre en het Louvre-Lens vormt de
eigenlijke basis van het wetenschappelijke project en zal eenzelfde kwaliteit bieden op het
gebied van museografie met gedifferentieerde programma’s. De keuze van de commissarissen
en onderwerpen zal van essentieel belang zijn en conform aan de traditie van uitmuntendheid
van het Louvre Museum. In ogenschouw moet genomen worden dat de twee sites verschillende
maar elkaar steeds aanvullende programmeringen zullen hebben. De uitgebreide collecties van
het Louvre maken het mogelijk om talrijke domeinen van de kunstgeschiedenis te bestrijken. De
kwaliteitseis zal gepaard gaan met de wil om exposities te bieden die zeer toegankelijk zijn voor alle
publieken. Het gaat hier niet alleen om de inwoners van Nord-Pas-de-Calais een nieuwe culturele
plaats te bieden, maar ook om de toeristische aantrekkingskracht van de regio te versterken.
Agenda
De grote exposities zullen twee keer per jaar worden geprogrammeerd: de eerste in de
herfst en de tweede tijdens de zomer. Deze grote exposities zullen zo samengesteld worden dat
de tentoonstellingen een tijdperk, een plaats of thema’s die dwars door de kunstgeschiedenis
lopen, afwisselend in perspectief zetten.
De programmering in de zomer zal een toeristisch publiek naar de regio trekken, in
het bijzonder uit het buitenland, en het Louvre-Lens een plaats geven in het circuit van de grote
zomerexposities. De opening in juni biedt ook de scholen uit de regio de gelegenheid voor een
eindejaarsuitstapje.
De herfst-winter exposities zullen meer gericht zijn op de presentatie van een artistieke
periode of een beschaving, met een meer pedagogische dimensie.
De Renaissance-expositie
De eerste grote expositie zal aan de Renaissance worden gewijd en zal een uitgebreid
overzicht geven van het verschijnsel Renaissance in het Europa van de 15e en 16e eeuw. Werken
uit het Louvre, afkomstig van alle afdelingen - schilderijen, sculpturen, kunstvoorwerpen,
tekeningen en ook antiek voorwerpen - zullen worden gepresenteerd. De expositie zal blijk geven
van de overvloed van een tijdperk dat zowel bepalend is voor de kunst als voor de geschiedenis
en een overzicht geven van de recentste ontdekkingen in de kunstgeschiedenis. Via de complexe
overgang van de gotiek naar de Renaissance zal het opmerkelijke belang van het maniërisme in
de 16e eeuw stof tot nadenken zijn.
De scenografie van deze eerste grote expositie wordt door de Studio Adrien GARDERE ontworpen.
33
Het publiek staat centraal in het project
Ambitieuze bezoekdoelstellingen
Het Louvre in Lens wordt gevestigd op een nieuw territorium. Hoewel het
zich dichtbij Groot-Brittannië en de Benelux bevindt, zal het «clientèle» in eerste
instantie regionaal en nationaal zijn. Tegelijkertijd zal het een succes worden als
het voor het toeristische clientèle, met name uit het buitenland, een onontbeerlijke
culturele bestemming wordt. Deze variëteit met betrekking tot de afkomst en de logica
van de bezoekers brengt een grote diversiteit in de verwachtingen en motivaties van
de bezoekers met zich mee. De beoogde bezoekdoelstelling is vastgesteld op 500.000
bezoekers per jaar, onder wie 30% in groepen.
Ontvangst
Om een ontvangst en een mediatie uit te werken die geschikt zijn voor zeer
diverse publieken, dient het Louvre-Lens rekening te houden met de omstandigheden
waarin elk individu het bezoek beleeft (alleen, met zijn tweeën, met het gezin of in een
groep), met de mate waarin de bezoeker vertrouwd is met kunst (kennis) en meer in
het algemeen met de musea (bezoekfrequentie van musea). Gelijk bij aankomst in
het museum kan iedereen dankzij een ontvangstsalon zijn bezoek personaliseren en
rekening houden met zijn verwachtingen en moeilijkheden. De gezinnen op zoek naar
een intelligente en culturele vrijetijdsbesteding, en meer in het algemeen de mensen die
een museum niet vaak bezoeken, zullen er een geschikt antwoord vinden op hun vragen.
In de expositieruimtes neemt de mediatie verschillende vormen aan:
• beschikbare en aandachtvolle intermediairs om niet alleen de vragen te beantwoorden
maar ook om vragen op te roepen, animatiemomenten te bieden om de werken en de
context waarin ze gecreëerd zijn, beter te kennen en te begrijpen;
• variëteit aan mediatiemechanismen (informatiebordjes, teksten, dynamische kaarten
en chronologieën, multimedia, etc.);
• systematische vertaling naar het Engels en Nederlands van alle mediatietools;
• specifieke tools voor groepen en gehandicapte bezoekers.
Deze mediatie wordt aangevuld door draagbare tools, zoals:
• pedagogische koffer en spelparcours ontwikkeld voor scholieren, een prioritaire
inzet voor het Louvre-Lens;
34
• multimediagids met thematische parcours, met verschillende gezichtspunten op een
onderwerp of een aan de kunst gerelateerde problematiek en met diepgaandere kennis.
De doelstelling is iedereen in staat te stellen een grotere autonomie te ontwikkelen en
de middelen te vinden die het geschiktst voor hem zijn.
De ontdekking begint en zet zich voort buiten de muren
De ontdekking van het Louvre-Lens is een ervaring die in de tijd beleefd moet
worden. Met de internetsite kunt u uw bezoek voorbereiden (www. louvrelens.fr), uw
parcours afleggen en delen, elementen voor een diepgaandere kennis in een andere
context verkennen en uw eigen tools creëren.
Het centrum voor kennisbronnen en -uitwisselingenen het pedagogische aanbod
De innovatie van het Louvre-Lens schuilt voor een essentieel deel in de plaats
die gegeven wordt aan de culturele en educatieve actie. Het gaat niet alleen om een
collectie prestigieuze werken te presenteren en de kwaliteit van de overgedragen kennis
te garanderen. In dit educatieve museum nemen de werken plaats in mechanismen
die elke bezoeker de mogelijkheid geven om kritisch te zijn, zijn eigen voorkeur uit te
spreken en met de voorkeur van anderen te confronteren.
Daarom zal het Louvre-Lens diverse gevarieerde ruimtes bieden om de
verschillende soorten kennissen te verspreiden en te delen en ook voor een brede,
culturele, artistieke opening. Het centrum voor kennisbronnen en -uitwisselingen,
het pedagogische aanbod en de scenische ruimte zijn allemaal facetten van eenzelfde
ambitie die gebaseerd is op de wil om het park van het museum een culturele en
evenementiële dimensie te geven.
35
Het centrum voor kennisbronnen en -uitwisselingen: een plaats voor verspreiding, opleiding en
creatie
Het centrum voor kennisbronnen en -uitwisselingen is tegelijkertijd een plaats voor de
verspreiding en de mediatie van de verschillende soorten kennis, en een plaats voor sensibilisering
en opleiding van de publieken om het hele museum te ontdekken en zich toe te eigenen.
De mediatheek van het centrum voor kennisbronnen bevindt zich in het midden
van de ontvangsthal en staat voor iedereen open. Boeken en multimedia en comfort- en
ontspanningsmeubilair staan ter beschikking voor de gebruikers.
Dankzij een school voor mediatie zal het museum op duurzame wijze een plaats krijgen
in zijn omgeving, vooral in het beleid voor opleidingen op afstand (e learning) dat heden door de
Conseil Régional van Nord-Pas-de-Calais wordt gevoerd.
Het pedagogische aanbod
Er zal bijzonder veel aandacht worden besteed aan de jonge publieken (kinderen, jongeren
en studenten) in een school- of gezinscontext. Het Louvre-Lens stelt zich ook ten doel om een
educatief museum voor allen te worden. Meer dan 110.000 scholieren, ofwel 20% van de bezoekers,
worden elk jaar verwacht. Dit vergt een nauwe samenwerking met het Onderwijs. De ontvangst ter
plekke zal op iedereen worden afgestemd met behulp van de zes pedagogische ateliers waar het
museum over zal beschikken.
De ontdekking van de wereld achter de schermen in het museum
De opgeslagen werken
De opslagplaats van het museum vormt de kern van het openingsprogramma van het
Louvre-Lens. Dankzij een mezzanine met glazen ramen onder de ontvangsthal, in het midden van
het gebouw, krijgen de bezoekers van bovenaf uitzicht op de opslagplaats, een «geheime» ruimte
die sommigen vervolgens van binnenuit kunnen ontdekken.
De opslagplaats dient in eerste instantie als bewaar- en onderzoeksruimte. Deze missie
zal worden gevaloriseerd. Het opslaan van de collecties zal geschieden conform de strengste
bewaarnormen in termen van luminositeit, klimaatbeheer, zuiverheid en veiligheid. De naleving
van deze technische verplichtingen is het vertrekpunt van het discours over de kwetsbaarheid van
de werken om iedereen te sensibiliseren voor het belang van het behoud van het erfgoed.
De opgeslagen werken behoren tot de collecties van het Louvre. De verrichte selectie toont de
rijkdom van het museum en de diversiteit aan materialen, fabricagetechnieken, staat van behoud en
36
opslagmethoden. De opslagplaats word ingericht naargelang de aard van de materialen
en de omstandigheden waarin ze bewaard worden. Deze bestaat uit meerdere cellen
met een afzonderlijk klimaatbeheer.
De opslagplaats zal voor iedereen toegankelijk zijn, maar alleen in groepen kunnen
worden bezocht met intermediairs die de bezoekers begeleiden bij hun ontdekking.
Het restauratie-atelier
Vlakbij de opslagplaats is er een atelier te bezichtigen. Dit atelier is
bestemd voor restaurateurs die lichte ingrepen zullen verrichten op de opgeslagen,
tentoongestelde of tijdelijk aanwezige werken.
Een ruimte voor de ontdekking en interpretatie van de wereld achter de schermen
Als aanvulling op de opslagplaats biedt het Louvre-Lens een ruimte die open staat
voor iedereen om de wereld achter de schermen van het museum te ontdekken en
te interpreteren. De nagestreefde doelstelling is het aanreiken van de sleutel om
het museum als instituut te begrijpen, een idee te krijgen van hetgeen wat achter de
schermen gebeurt, en de beroepen van degenen die in het museum werken te leren
kennen. Dankzij de magie van de technologie zal deze ruimte ook een virtueel bezoek
aan de opslagplaats bieden om te onthullen wat in het meubilair verscholen ligt
La Scène
Een auditorium in directe verbinding met de expositieruimtes en het park
La Scène is een moduleerbare en pluridisciplinaire ruimte met 300 zitplaatsen
of twee keer zoveel staanplaatsen. De technische voorzieningen zijn gepland voor
een breed scala aan evenementen in verband met de exposities en activiteiten van
het museum: livevoorstellingen, concerten en andere manifestaties zoals colloquia,
conferenties, lezingen, cinematografische projecties, etc.
Een plaats die gewijd is aan het delen van kennis
Het belangrijkste originaliteitkenmerk van La Scène is de ligging in het verlengde van
de expositievleugel waardoor de activiteiten volledig in het parcours van de bezoekers
van het museum worden geïntegreerd. Deze configuratie staat ten dienste van originele
operaties ter begeleiding van de ontdekking en de interpretatie van het museum en de
37
exposities door het grote publiek. De doelstelling van La Scène is het zich richten naar
alle bezoekers, ongeacht hun afkomst en culturele wereld. Het gaat erom te voldoen aan
de wens van de kenners om hun kennis te verdiepen en de onontbeerlijke begeleiding te
geven aan degenen die nog nooit een museum binnen zijn gegaan. Het huidige succes
van de cursussen van het Ecole du Louvre in Lens (met het hoogste bezoekniveau in de
regio) is bevorderend voor het opzetten van ambitieuze programma’s van conferenties,
ontmoetingen en films over kunst.
Een pluridisciplinaire uitrusting
Zoals in alle grote internationale musea kan het publiek van het Louvre-
Lens in aanraking komen met talrijke kunstvormen. Iedereen kan de esthetische
uitdagingen uit het verleden en het heden transversaal benaderen dankzij inventieve en
verhelderende interacties met dans, muziek, toneel en nieuwe scenische vormen. La
Scène beschikt over een autonome ruimte en fungeert ‘s avonds als voorstellingszaal
met een aanvullende programmering op het bestaande aanbod in de regio. Er worden
ook samenwerkingsverbanden geïnitieerd met de andere musea en culturele structuren
van de regio. In dit perspectief zijn de naburige creatievoorzieningen zoals de Fabrique
Théâtrale de Culture Commune en de Comédie de Béthune natuurlijke partners. Er
worden ook coproducties geleid op Euroregionaal en internationaal niveau met grote
instellingen voor artistieke vorming.
Een organisatiestructuur voor culturele evenementen
Jongerenfestivals, gastronomische rendez-vous, volksmuziek: deze formules
die een breed publiek trekken, een feestelement vormen en soms participatief
zijn, nemen in het zomerseizoen bezit van de ruimtes van La Scène en het park. De
culturele activiteiten die georganiseerd worden in het landschapspark bevorderen de
toegankelijkheid en het open stellen van het museum voor een groot publiek tijdens
de grote concerten en filmprojecties in de open lucht. De poëtische associaties tussen
volkscultuur en artistieke creatie worden gestimuleerd om de belangstelling van de
bezoekers op te wekken en de lokale publieken aan zich te binden dankzij een gevarieerd
en vernieuwd aanbod op maat.
38
Het Projecthuis
Het projecthuis, een prefiguratie van de
talrijke facetten van het Louvre-Lens, is tegelijkertijd een
plaats voor cultuur en informatie over het toekomstige
museum. De aanwezigheid van het Louvre zal concreet
vorm krijgen door een weergave van de geschiedenis van
zijn collecties. Het Projecthuis is een ontmoetingsplaats
voor de actoren in het gebied en ook een plaats voor
uitwisseling en ontmoeting om het Louvre-Lens zijn
bestemming als «museum voor allen» te geven.
Symbolischerwijze werd het Projecthuis op de
dag van de eerstesteenlegging van het Louvre-Lens voor
het publiek geopend.
Een huis en een bouwplaats
De werkzaamheden van het projecthuis vormden, vóór de
aanvang van de werkzaamheden van het museum, een voorproefje van de
transformatie van de site. De Stad Lens, de eigenaar van de locatie, heeft
de renovatiewerken van het voormalige culturele centrum Albert Camus
geleid, dat gekozen werd om het Projecthuis te vestigen vanwege de ligging
aan de voet van de site van het toekomstige museum.
Het Projecthuis werd gerealiseerd volgens de voorschriften van
het architectenbureau SANAA. De museograaf Adrien Gardère, partner van
SANAA, heeft de werkzaamheden voor de interieurinrichting geleid alsook
de expositie die op deze plaats aan het publiek wordt gepresenteerd. Het
huis, dat aan de rand van het toekomstige museum staat, is het vertrekpunt
voor bezoeken aan de bouwplaats die vanaf een verhoging bekeken kan
worden. Ook de omgeving van het voormalige centrum werd opnieuw
vormgegeven door de landschapsarchitect Olivier Brasse.
De werkzaamheden werden gefinancierd door de Stad Lens,
de Conseil Régional van Nord-Pas-de-Calais en de Staat, met name in
het kader van het stimuleringsplan. Er werd 500.000 euro door de Staat
vrijgemaakt, op een totaal kostenplaatje van 725.000 euro. De Regio heeft
een bijdrage van 90.000 euro geleverd en de Stad Lens 135.000 euro.
39
De expositie van het Projecthuis
Na de herstelwerkzaamheden werd een door het Louvre Museum
samengestelde expositie opgezet op 500 m2, op de eerste verdieping van het Projecthuis.
Deze presentatie, met een directe en eenvoudige benadering, toont het Louvre-Lens in
al zijn componenten.
Het culturele project en de architectuur van het Louvre-Lens worden
gepresenteerd. Men kan er ook de geschiedenis van de site ontdekken, een presentatie
van het Louvre Museum en de door Euralens gedragen projecten voor het gebied. De
bezoekers kunnen zich naar keuze verdiepen in domeinen door digitale content te
raadplegen op informaticaposten. Ze hebben ook toegang tot een audiovisuele zaal met
zes schermen die continu documentaires uitzenden over het Louvre, zijn geschiedenis,
zijn collecties en de archeologische opgravingen. Portretten van inwoners van Lens,
inwoners van de regio en ook toeristen die het Louvre bezoeken, gemaakt door de
kunstenaar-fotograaf Philippe Chancel, zijn onderdeel van de expositie.
Prefiguratieprojecten en -evenementen
Een boogschutter van het Paleis van Darius (6e eeuw voor Christus) die
door de Afdeling Oriëntaalse Oudheden van het Louvre werd ontdekt, was het eerste
werk van het museum dat naar Lens werd gebracht. Het beeld staat symbool voor
de toekomstige Galerij van de Tijd van het Louvre-Lens aangezien het daar later
tentoongesteld zal worden.
In samenwerking met het Louvre Museum draagt de Regio Nord-Pas-de-
Calais zorg voor de animatie en promotie van de activiteiten van het Projecthuis. Sinds
de opening ontvangt een team onthaalmedewerkers en intermediairs individuen
en groepen om ze de expositie te laten ontdekken en animaties te bieden. Dankzij
ontmoetingen, conferenties, filmprojecties en bezoeken aan de bouwplaats, kunnen de
lokale bewoners en de toeristen de evolutie van de bouw in real time volgen. Er worden
door de intermediairs regelmatige terugkerende rendez-vous geboden in de vorm van
pedagogische ateliers, met name voor jongeren en scholieren. Tijdens de zomerdagen
zullen er belangrijkere culturele manifestaties worden georganiseerd in de openlucht.
Het Projecthuis is veel meer dan een voorproefje, het is een levendige en gezellige
plaats die nu al de geest van het Louvre-Lens weergeeft.
Sinds 4 december 2009 bezochten 17.000 mensen het Projecthuis.
40
De economische en territorialeuitdagingen: het project Euralens
De komst van het Louvre in Lens vormt een
uitzonderlijke ontwikkelingskans voor een gebied dat sterk
getroffen werd door de industriële crisis na de beëindiging van
de steenkoolwinning. Het versterkt de toeristische ontwikkeling
van de regio op Europees niveau. Het geeft de inwoners van de
Mijnstreek hun trots terug, biedt het gebied een nieuw imago
en is ook een instrument voor sociale cohesie. Het Louvre-Lens
versterkt vooral de culturele aantrekkingskracht van de regio
in een zone waar er nog weinig grote culturele voorzieningen
aanwezig zijn.
Een hefboom voor de economische en stedelijke ontwikkeling
Cultuur en economie werden lang beschouwd als
op zichzelf staande domeinen. Vandaag wordt het gewicht
van de culturele en creatieve industrieën erkend alsook
hun stimuleringseffect op het vlak van werkgelegenheid,
toeristisch bezoek, verhoging van de aantrekkelijkheid, imago
en algemeen concurrentievermogen van de gebieden.
Het Louvre-Lens heeft de wil om te delen in de
opleving van het gebied en de verandering van het imago ervan.
De eerste impact van het Louvre-Lens betreft de
toerismesector. Het vestigen van het museum schept een
nieuwe situatie en biedt het gebied een echte toeristische
visibiliteit. Het rechtvaardigt volledig de ontwikkeling van de
ontvangst- en verblijfinfrastructuren en is een voedingsbodem
voor het economische dynamisme van deze sector.
Het op grensoverschrijdende wijze vestigen van
het Louvre-Lens biedt een breed verzorgingsgebied dat zich
uitstrekt op een internationaal territorium.
Een uitdaging voor het gebied en zijn inwoners
41
Het Louvre-Lens, een instrument voor sociale cohesie
Het vestigen van het Louvre in Lens zal zorgen voor een significante groei van
de werkgelegenheid: van 250 tot 300 banen tijdens de werkzaamheden en van 600 tot
700 op termijn.
In eerste instantie zal de economische impact betrekking hebben op de
werkzaamheden. Het toekomstige gebouw bestrijkt 28.000 m2 bouwoppervlakte.
Geschat wordt dat dit 250 tot 300 directe banen oplevert tijdens de bouwwerkzaamheden
die ongeveer 2 jaar zullen duren.
Ofschoon het museum zelf een geringer potentieel voor directe banen
vertegenwoordigt (ongeveer 120 tot 160 personen), zal het totale aantal daaruit
voortvloeiende banen een echte kans vormen voor het gebied en de lokale bevolking
die op zoek is naar werk.
Een erkenning en een imagoverandering voor de Mijnstreek
De transformatie van het imago van het gebied is een andere bijdrage van het
Louvre-Lens. De komst van het Louvre-Lens geeft het gebied niet alleen een nieuwe
bestemming maar ook een nieuw imago dat gunstig is voor de komst van ondernemers
en investeerders en voor het ontvangen van nieuwe bevolkingsgroepen.
EURALENS
Het voorbeeld van het Guggenheim museum in Bilbao toont hoezeer de
impact van het vestigen van een museum afhankelijk is van de begeleiding door de stad
en de lokale wil om er een hefboom van te maken voor de inrichting en ontwikkeling
van het gebied.
Deze reflectie, in 2008 geïnitieerd door de President van de Regio Nord-Pas-
de-Calais Daniel Percheron, over de toekomst van de inrichting van dit uitgestrekte
gebied vlakbij de metropool Lille beoogt instrumenten te geven om het ontstaan van
een nieuwe activiteitenpool te bevorderen, wat onontbeerlijk is voor het evenwicht van
Nord-Pas-de-Calais.
Euralens heeft de ambitie om de territoriale ontwikkelingsprojecten te coördineren en
te harmoniseren. Euralens zet eerder in op complementariteit dan op concurrentie.
Het museum Louvre-Lens zal de drijvende kracht zijn achter dit project.
42
In de dynamiek van de komst van het Louvre-museum naar Lens tegen eind 2012
(ontworpen door het bureau SANAA) en van de ambitieuze nationale ontwikkelingsstrategie
voor de Mijnstreek, hebben de territoriale overheden en de diverse economische en lokale
actoren de «Vereniging Euralens» opgericht.
Een aanpak «voor het samenbrengen van de projecten» werd opgezet om de
geleidelijke transformatie van de voormalige Mijnstreek in een metropool op regionaal
niveau te genereren in synergie met de metropool Lille.
Tevens diende Frankrijk in januari 2010 een dossier in om de Mijnstreek kandidaat
te stellen voor het werelderfgoed van de UNESCO, om het bijzondere verleden van dit gebied
te valoriseren en tegelijkertijd zich naar de toekomst te richten.
Er werd een operationele perimeter, «Euralens Centralité», opgezet die zich meer
in het bijzonder concentreert op de steden Lens, Liévin en Loos-en-Gohelle om de aanzet te
geven tot deze territoriale dynamiek. Hiervoor werd een kaderovereenkomst ter beschikking
gesteld aan het projectcoördinatiesamenwerkingsverband onder leiding van Michel Desvigne
en Christian de Portzamparc.
De plaats van het project in de stad
Het gebied van Euralens bevindt zich in het midden van het stedelijke gebied van de
Mijnstreek en is zeer ruim. Het bestaat uit de Agglomeratiegemeenten Lens-Liévin en Hénin-
Carvin, ofwel 500.000 inwoners.
Tegenwoordig is het de 12e agglomeratie in Frankrijk, met een zeer «uitgestrekte»
bijzondere stedelijke vorm met een onafgebroken bevolkingsdichtheid in verband met de
steenkoolwinning die groene ruimtes openlaat: «een groene metropool».
De perimeter van Euralens Centralité (ongeveer 1100 ha) bestaat uit een groot
gedeelte van de gemeenten Lens, Liévin en Loos-en-Gohelle.
Wat zijn de belangrijkste positieve en negatieve elementen van de site (troeven van de site
en te overwinnen obstakels)?
Dit gebied, dat de historische sporen van de mijnbouw draagt, is gevormd als een
«eilandengroep» volgens de logica van de mijn en heeft zich ontwikkeld vanuit de voormalige
winningschachten en de mijnsteden. De monumentale steenbergen, en met name de terrils
van 11/19, bieden grote perspectieven. Tegen de achtergrond van een uitzonderlijk erfgoed,
de mijngebouwen, vormen deze elementen een uniek landschap, waar het Louvre een
43
Louvre-Lens gaat vestigen, een van de grootste musea buiten de hoofdstad (28 000 m² netto
bouwoppervlak).
De economische opleving van dit gebied wordt aangestuurd door een Werkgroep Economische
Ontwikkeling waarin de verschillende partners zitting hebben, om ervoor te zorgen dat de
stedelijke verandering gepaard gaat met een economische opleving.
De inzet van Euralens is de economische, sociale en culturele ontwikkeling van
de Mijnstreek en zijn positionering binnen de Metropoolzone van Lille, de verbetering van
de toegangswegen en het gebied op de kaart te zetten als referentie in termen van stads-,
architectuur en milieu-ambitie.
De lopende studies betreffen de versterking van het TGV-station van Lens als
centraal middelpunt, het scheppen van een sterke band tussen de belangrijke faciliteiten
in het gebied (11/19, Regionaal Overdekt Stadion van Liévin, Bollaert Stadion, Universiteit
van Artois); het valoriseren van piloot eco-steden van het Louvre; het behoud van de
landschapspunten en de ontwikkeling van een structurerende groenstrook om van dit project
een referentie als duurzame metropolisering te maken.
Het museum Louvre-Lens is vanzelfsprekend het belangrijkste element van
de culturele ontwikkeling van het gebied. Andere structuren zoals «Culture Commune»,
onderdeel van Les Scènes Nationales, en meer in het algemeen de regionale, culturele
evenementen en voorzieningen maken, op het niveau van Nord-Pas-de-Calais, deel uit van
een zeer actief cultureel netwerk dat versterkt zal worden.
Bovendien beginnen het Projecthuis van het Louvre-Lens, de vereniging Bassin Minier
Uni die zich inzet voor de UNESCO kandidatuur, en het Office de Tourisme et du Patrimoine, in
samenwerking met de lokale overheden, met hun eerste culturele acties in het gebied.
Op middenlange termijn is er een project voor een tram gepland met twee lijnen
waarvan een voor het gebied Euralens en zijn belangrijke voorzieningen. Het traject zal begin
2011 worden vastgelegd (opdrachtgever SMT Artois-Gohelle). Voor de langere termijn is de
Conseil Régional van Nord-Pas-de-Calais met een reflectiegroep gestart voor het creëren
van een OV-infrastructuur voor een snelle vaste verbinding tussen Lille en de Mijnstreek.
Een Kwaliteitskring bestaande uit onafhankelijke deskundigen met een
onbetwistbare faam begeleidt en adviseert de vereniging Euralens in haar wil om te innoveren,
het niveau van de projecten te verhogen en deze voor al het talent open te stellen.
De structuur Euralens wordt voorgezeten door Daniel PERCHERON en beschikt over een
budget van 400.000 euro (2010).
44
Oprichters van Euralens
M. Percheron, President van de Conseil Régional van Nord-Pas de Calais; Conseil
Economique, Social et Environnemental Régional; Louvre-museum; de leden van de
Conseil Général van Lens en van de Conseil Général van Sallaumines; Communaupole
de Lens-Liévin; Gemeente Lens; Agglomeratiegemeente Hénin-Carvin; Mission
Bassin Minier ; Epinorpa- Soginorpa; Kamer van Koophandel en Industrieën van Lens;
Universiteit van Artois; Gemeenten Liévin, Loos-en-Gohelle, en Carvin; Regionale
Kamer van Koophandel en Industrieën van Nord-Pas-de-Calais; Racing Club de
Lens; Syndicat Mixte des Transports en commun Lens Liévin Hénin Carvin; Regionale
Directie van de SNCF; A2L; Office du tourisme et du Patrimoine van Lens-Liévin;
Aire de Coopération Métropolitaine Agence de Lille Métropole; burgemeesters of
locoburgemeester van Souchez, Avion, Méricourt, Sallaumines, Courcelles-Lès-Lens,
Dourges, Courrières, Libercourt, Wingles, Harnes, Bénifontaine, Loison-sous-Lens,
Montigny-en-Gohelle, en Bully-les- Mines; La Vie Active; Centre Hospitalier de Lens;
Association des Communes Minières; Association Bassin Minier Unesco; Caisse des
Dépôts et Consignations; Regionaal Comité voor Toerisme
Partnerleden
Maison de l’Emploi Lens Liévin; burgemeesters van de steden Leforest, Béthune,
Fouquières-lès-Lens, Grenay, Mazingarbe, Eleu-dit-Leauwette, Hulluch, Noyelles-
sous-Lens, Meurchin, Rouvroy, Oignies, Sains-en-Gohelle; Culture Commune;
Samenwerkingsverband van gemeenten Cœur de Pévèle; CMH Lille; CMH; Pas-de-
Calais Habitat; Crédit Agricole Nord de France; FILIERIS Carmi; ACED Association; Au
cœur de l’emploi durable; Stedelijke gemeente Arras
45
Geografische ligging van het
Louvre-Lens in de regio
en in Europa
46
De belangrijkste cijfers van het museum
500.000: gemiddeld aantal verwachte bezoekers per jaar met
de wetenschap dat er voor het eerste seizoen een piek van
700.000 mogelijk is.
20 ha: vestigingsoppervlakte
28.000 m2: totale oppervlakte van de gebouwen
12.000 m2: voor publiek toegankelijk oppervlak binnen het
museum met inbegrip van alle activiteiten en exposities.
7.000 m2: totale oppervlakte van voor bezoekers toegankelijke
expositiegalerijen en opslagplaatsen.
3600 m2: oppervlakte van de ontvangsthal
90: aantal beschikbare plaatsen in het auditorium binnen de
centrale hal.
300: aantal beschikbare plaatsen in de moduleerbare zaal van
La Scène (een van de vijf hoofdgebouwen).
160: totaal aantal plaatsen in de cafetaria en het restaurant.
Het Louvre-Lens in cijfers Finan-
cieringsplan
47
48
De belangrijkste bank van de Regio Nord-Pas-de-Calais, de Crédit Agricole Nord de France, ziet het als een van haar taken om deel te nemen aan de ontwikkeling van de regio.
Deze bank is de onontbeerlijke partner voor het merendeel der belangrijke projecten, en ook voor allen die door hun eigen inzet het Nord-Pas-de-Calais van de 21e eeuw willen bouwen.
Dit komt tot uitdrukking in de steun die de bank verleent aan de economische activiteit van Nord-Pas-de-Calais door de ondernemingen en de belangrijke regionale en lokale projec-ten te begeleiden. De bank is ook betrokken bij de projecten die bijdragen aan de verbetering van het imago van Nord-Pas-de-Calais en het toegankelijk maken van de cultuur voor het grote publiek.
De Crédit Agricole Nord de France verleent haar steun aan de realisering van het Louvre-Lens en is trots om de belangrijkste sponsor te zijn van dit culturele en territoriale project. De sponsoring door de Crédit Agricole Nord de France wordt toegekend aan het creëren van de Galerij van de Tijd. Door bij te dragen aan het valoriseren van de permanente collec-ties van het toekomstige museum, verbindt de Crédit Agricole Nord de France haar naam aan deze belangrijke expositieruimte en wordt zij Uitzonderlijke Sponsor-Bouwer van het Louvre-Lens.
Deze benadering geeft de wil van de Crédit Agricole Nord de France weer om deel te nemen aan de regionale ontwikkeling. Deze berust op de overtuiging dat Cultuur dit gebied open-heid en dynamisme zal brengen.
Contacten Pers:
Jean-Claude Louart, Directeur Communicatie: 03.20.63.70.00Viviane Olivo, Hoofd Persrelaties, [email protected]
49
Veolia Environnement/Louvre-Lens
Veolia Environnement heeft de wens om via talrijke acties territoriale projecten te begelei-den, betrokken te zijn bij het leven van de stad en bij te dragen aan het algemene welzijn.
Naast de acties die bij de activiteiten van de groep zelf horen – beheer van water, afval, energie en vervoer – is Veolia bijzonder actief op het gebied van professionele integratie, sociale cohesie en onderwijs. Het Louvre-Lens past volledig in deze logica van duurzame ontwikkeling door bij te dragen aan de economie van het gebied, solidair te zijn met de inwoners en zijn omgeving te respecteren.
Het begeleiden van het Louvre-Lens is voor Veolia de gelegenheid om uiting te geven aan deze waarden. Enerzijds zal het museum de economie en de aantrekkelijkheid van Nord-Pas-de-Calais ontwikkelen. Anderzijds zal het gegenereerde toerisme banen en sociale verbintenis creëren, aangezien de bevolking uitgenodigd wordt dit midden in het stedelijk gebied gelegen belangrijke centrum van de cultuur zich eigen te maken. Op dit punt krijgt de omgeving van het museum een belangrijke betekenis: dankzij de sponsoring door Veo-lia wordt het museum gevestigd in een park van 20 hectare, een ware rijkdom aan vegeta-tie die voor iedereen wordt opengesteld. Dit park zal niet alleen een plek voor wandeling, reflectie en herinnering zijn, maar ook een plaats voor culturele animaties en ontdekkin-gen... Een ander museum in de openlucht...
Veolia Environnement verheugt zich op dit partnerschap dat zal bijdragen aan de ontwik-keling van de Regio en haar uitstraling op nationaal en internationaal niveau.
Contact Pers:
Michèle Lecomte – Regionale Afvaardiging Veolia Environnement Nord-Ouest03 20 63 41 59
50
Bijna 50 jaar geleden begon het verhaal van Auchan en Nord-Pas-de-Calais, het platform van haar ontwikkeling. De Groep Auchan, met vestigingen in 12 landen, is vandaag een belangrijke speler in de regionale economie. In de lijn van haar betrokkenheid bij een erkende culturele dynamiek, verbindt Auchan zich aan het Louvre-Lens als Belangrijke Sponsor-Bouwer om te delen in een ambitieus territoriaal project en om bij te dragen aan een openingsmogelijkheid naar de wereld voor het grote publiek.
Contact Pers:
Alain Reners – Hoofd Maatschappijaspecten Duurzame Ontwikkeling03 20 67 54 55
51
Nexans heeft reeds haar knowhow op het gebied van bekabeling en beveiliging van gebouwen gebruikt ten dienste van de bescherming van het Historische Erfgoed in het kader van de werkzaamheden van «Le Grand Versailles» en heeft nu besloten om haar betrokkenheid voort te zetten bij de bescherming en ontwikkeling van het culturele en artistieke werelder-fgoed door een overeenkomst voor sponsoring via competenties te ondertekenen met het Louvre Museum en de Conseil Régional van Nord-Pas-de-Calais.
Nexans zal, zonder enige tegemoetkoming, alle benodigde bekabeling voor de realisering van de elektriciteitswerkzaamheden leveren met betrekking tot laagspanning, openbare verlichting en VDI (met inbegrip van de aansluittechniek) van de gebouwen van het museum het Louvre-Lens en het landschapspark van 20 hectare. Deze kabels worden vervaardigd op 5 productiesites van de Groep in Frankrijk en België.
Met het oog op de beveiliging van het hele museum, zowel voor de bezoekers als voor de tentoongestelde werken, zal het merendeel van de Nexans-kabels beschikken over verbe-terde brandwerendheidseigenschappen: geen verspreiding van toxische gassen en geringe rookontwikkeling (gamma Alsecure®).
Nexans is verheugd om haar knowhow, technologieën en producten ter beschikking te stel-len voor de bouw van deze belangrijke culturele pool. Het nieuwe museum Louvre-Lens zal nieuw leven inblazen in de voormalige Mijnstreek van Nord-Pas-de-Calais, waar Nexans twee productiesites, waarvan een in Lens, en twee competentiecentra gevestigd heeft.
Contact Pers:
Pascale StrubelHoofd Persrelaties en Interne Communicatie – 01 73 23 85 [email protected]
52
De Caisse d’Epargne Nord France Europe is volledig betrokken bij de ontwikkeling van de regio Nord-Pas-de-Calais. Deze coöperatieve bank en lokale partner zet zich dagelijks in voor de bloei van het rijke culturele leven van het gebied.
Het spreekt voor zich dat deze bank Belangrijke Sponsor-Bouwer is geworden van het Louvre-Lens, een sterk symbool van de vernieuwing van de stedelijke ruimte en drager van een nieuw elan voor een hele gemeenschap.
Ten tijde van de duurzame ontwikkeling in alle vormen kiest de Caisse d’Epargne Nord France Europe ervoor om haar steun te verlenen aan de Ruimte die gewijd is aan het ops-laan van de kunstwerken van het museum Louvre-Lens. De ruimtes achter de schermen van het Louvre-Lens, symbool van het behouden erfgoed, zullen «verborgen schatten» tonen in een hedendaagse en technologische omgeving.
Het behoud, de restauratie en het onderzoek illustreren het concept van het doorgeven van het estafettestokje door de eeuwen heen. De Mijnstreek krijgt dus een gedeelte van de geschiedenis van het Louvre toevertrouwd om deze aan de toekomstige generaties door te geven.
De Caisse d’Epargne Nord France Europe telt 2400 medewerkers, 315.000 sociëtairs en 2,1 miljoen klanten en is trots om deel te nemen aan de realisering van het project Louvre-Lens, een embleem voor de uitstraling van onze Regio.
Contacten Pers:
Pierre Gorin – Directeur CommunicatieGonzague Mannessiez – Persrelaties0 810 810 100
La Caisse des Dépôts, «Belangrijke Partner van het Louvre-Lens»
In het kader van haar sponsoringprogramma ten bate van het lezen, ondersteunt La Caisse des Dépôts de acties die het Projecthuis rond de kunstgeschiedenis voor de kinderen heeft opgezet om de kinderen de voorliefde voor het lezen bij te brengen. Daarnaast financiert ze de digitale activiteiten van het Bronnencentrum van het Museum en stelt ze hiervoor haar expertise ter beschikking.
Dit project stemt overeen met de interventieassen van de Caisse des Dépôts die in het bronnencentrum een cyberbaseruimte zal inrichten, een digitaal kruispunt binnen het mu-seum.
Als lid van de vereniging Euralens zal de Caisse des Dépôts een rol spelen als ontwikkelaar van het gebied door te delen in de projecten om de vestiging van het museum te begeleiden.
Contacten Pers:
Dominique Mirada, Regiodirecteur van Nord-Pas de Calais – 03 20 14 19 [email protected] Guichard, Hoofd Sponsoring – 03 20 14 19 [email protected]
53
Orange wordt technologisch partner van het Louvre-Lens
Orange, versterkt in de overtuiging dat het digitale veel te bieden heeft voor de mediatie met het publiek en de sociale banden, heeft ervoor gekozen om een partnerschap aan te gaan met de Conseil Régional van Nord-Pas-de-Calais en het Louvre om technologische partner te worden van het Louvre-Lens.
Orange zal innoverende technologieën in het hart van het Louvre-Lens opzetten om bij te dragen aan de realisering van het project «Het Museum van de Toekomst» van de Regio Nord-Pas-de-Calais en het Louvre.
Dit nieuwe partnerschap voor een duur van zes jaar versterkt de betrokkenheid van de Groep bij het Louvre. Er werden al meerdere gezamenlijke initiatieven opgezet, met name dankzij de sponsoring van de Fondation Orange ten bate van een grotere toegankelijkheid van de cultuur.
Al meerdere jaren zet Orange projecten op het snijvlak van cultuur en innovatie op. Op deze manier toont zij haar capaciteit om het digitale ten dienste van het culturele in te zetten en de instellingen te begeleiden met hun benadering om dankzij de technologie het erfgoed te valoriseren.
Contact Pers. Groep :
Anne-Catherine Moreno - 01 44 44 93 [email protected]
54
55
Française de Mécanique: Sponsor-Bouwer van het Louvre Lens.
Het vlakbij Lens gelegen Française de Mécanique is een van de belangrijkste ondernemin-gen in de regio. Haar 3400 werknemers produceren elke dag circa 5800 motoren voor PSA Peugeot Citroën en Renault. De nabijheid van een site die een cultureel hoogtepunt zal worden, rechtvaardigt natuurlijk de wens om hieraan een bijdrage te leveren.
Als «Sponsor-Bouwer» geeft Française de Mécanique uiting aan haar wil om actief deel te nemen aan de ontwikkeling van haar lokale omgeving.
Via deze sponsoring drukken alle werknemers van Française de Mécanique hun steun uit voor dit project en hun trots om hierbij betrokken te zijn.
Contact Pers:
Jean-Pierre PAPIN - Hoofd Communicatie [email protected]
De Kamer van Koophandel en Industrieën (CCI) Grand Lille, partner van het Louvre-Lens
De CCI Grand Lille heeft al in 2008 een van de «Sponsor-Bouwers» van het Louvre-Lens willen zijn. Zo spreekt ze het belang uit dat ze hecht aan de territoriale ontwikkeling door evenwicht en dynamisme te verenigen. Het evenwicht berust op het delen van projecten en rijkdommen, met name het openstellen van cultuur. Het dynamisme zorgt voor een me-tropolosering die ons levens- en banenreservoir positioneert op het niveau van de grote Europese steden.
Contacten Pers:
Valérie SOLARCZYK – CCI Grand Lille03 20 63 78 [email protected]
56
De Crédit du Nord, Sponsor-Bouwer van het Louvre-Lens
Al in 2007 was de Crédit du Nord, naast de Conseil Régional en het Louvre Museum, als sponsor-bouwer betrokken bij de voorbereidingen voor de komst van het Louvre naar Lens.
Dankzij de sponsoring werd de komst van de «de Boogschutter», een Iraanse stenen fries uit 510 voor Christus ter gelegenheid van de eerstesteenlegging van het museum, mogelijk alsmede het tentoonstellen ervan in het Projecthuis gedurende het hele jaar 2010.
De Crédit du Nord neemt actief deel aan de economische ontwikkeling van Nord-Pas-de-Calais en wenst eveneens, via haar sponsoringacties, een bijdrage te leveren aan de culturele uistraling van de regio door een breed publiek erbij te betrekken.
Contact Pers:
Eric L’hote – Directeur Communicatie03 20 40 32 00 – 06 80 58 66 [email protected]
57
De belangrijkste verhuurder van de regio Nord-Pas-de-Calais, de groep Maisons & Cités, heeft het grootste gedeelte van de mijnwerkerswoningvoorraad overgenomen. Dankzij haar verankering in het gebied en haar specificiteit is zij een essentiële economische en maatschappelijke speler op het gebied van de stedelijke vernieuwing van de Mijnstreek, die in partnerschap met de lokale overheden wordt geleid.
Als Sponsor-Bouwer van het Louvre-Lens wilde Maisons & Cités deelnemen aan dit uitzonderlijke project om een museum in het hart van de mijnsteden te creëren en daarmee een buitengewone kans te bieden aan de bevolking van de regio. Om eraan bij te dragen dat de inwoners zich deze nieuwe culturele ruimte toe-eigenen, richt haar partnerschap zich op pedagogische acties voor jong publiek en in het bijzonder voor de kinderen van de mijnsteden.
Contact Pers:
Gregory Roussel – 06 60 42 91 1358
De Crédit Mutuel Nord Europe blijft trouw aan haar coöperatieve waarden, die het fundament zijn van haar actie, alsook aan haar verankering in de regio, en ondersteunt de initiatieven die bijdragen aan de bloei van het gebied: het Louvre is hier een voorbeeld van. Bij het ontstaan van het project zag de CMNE een ware opportuniteit voor de regio en wenste ze zich meteen in te zetten als stichtend lid van de met de promotie belaste bedrijvenkring. De Groep is er bovendien van overtuigd dat cultuur een reële ontplooiingsfactor is voor het individu en zag er het belang van in, gezien de aard van het project. Door het Louvre-Lens te begeleiden verbindt de CMNE zich aan de culturele dynamiek die het museum aan de regio brengt.
Contacten Pers:
Géraldine Benjamin - [email protected] Boidin - [email protected] 20 78 38 46
59
De Groupe SIA, een dochterbedrijf van GCE Habitat (holding van de Caisses d’Epargne) is de op een na grootste private operator op het gebied van sociale woningbouw in Nord-Pas-de-Calais. Als belangrijke actor van de ontwikkeling en verbetering van de levensomstandigheden in de regio, ondersteunt de Groupe SIA het project Louvre-Lens vanaf de lancering.
Het Louvre-Lens geeft concreet vorm aan de opleving van een gebied dat de sporen draagt van de geschiedenis van de industrie en de mijnbouw, gezien de kwaliteit van het project, de economische uitdagingen en de finaliteit: de cultuur toegankelijk maken voor een zo breed mogelijk publiek.
De Groupe SIA herkent in dit project de waarden dynamisme, ontwikkeling en verantwoordelijkheid voor maatschappij en milieu, die een inspiratiebron vormen voor zijn missies ten dienste van het algemeen belang.
Contacten Pers:
Eric Alexandre, Directeur Marketing en Communicatie - 06 75 51 18 [email protected] Delanoy, Hoofd Communicatie - 06 42 66 95 [email protected]
60