Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu...

71
Hadith: Sahih Bhukhari # 27. Overgeleverd van Ihn `Abbaas is dat de Profeet heeft gezegd: "Het vuur is aan mij getoond en de meerderheid van zijn bewoners bestond uit vrouwen die ongelovig [d.w.z. ondankbaar] waren." Men vroeg: `Waren zij ongelovig in Allah?' Hij antwoordde: "Zij zijn hun echtgenoten ondankbaar en zij zijn de goedheid ondankbaar. Als je je hele leven goed doet tegen iemand van hen, maar zij ziet dan ook maar iets [wat zij afkeurt], zegt zij: `Ik heb nooit ook maar iets goeds van jou gezien'." # 562. Overgeleverd van Abdullaah Ibn Abbaas is dat hij de lange overlevering van de eclips heeft genoemd vervolgens heeft hij gezegd dat men vroeg: `O Boodschapper van Allaah, wij zagen dat u ergens naar greep op uw plek en daarna liep u achteruit.' Hij antwoordde: "Ik zag het paradijs en ik greep naar een tros. Als ik hem te pakken had gekregen, dan hadden jullie ervan kunnen eten zolang de wereld bestaat. Ik heb ook het vuur gezien. Ik heb nooit zo'n afschuwelijk aanblik gezien als vandaag. lk heb ook gezien dat de meesten van zijn bewoners bestaan uit vrouwen." Zij vroegen: `Hoe komt dat, O Boodschapper van Allaah?' Hij antwoordde: "Vanwege hun ondankbaarheid." Men vroeg: `Zijn zij Allaah ondankbaar?' Hij antwoordde: `Zij zijn hun echtgenoten ondankbaar en zij ontkennen goedheid. Als jij je hele leven goed voor iemand van hen bent en zij vervolgens iets van jou ziet, zal zij zeggen: `Ik heb nooit iets goeds van jou gezien'." # 29. Overgeleverd van Abu Bakrah dat hij de Boodschapper van Allaah heeft horen zeggen: "Als twee moslims elkaar treffen met hun zwaarden, dan gaat zowel de moordenaar als de vermoorde naar het vuur." Ik vroeg: `O Boodschapper van Allaah, dat is [verdiend] voor de moordenaar, maar hoe zit het met de vermoorde?' Hij antwoordde: "Hij was gespitst op het vermoorden van zijn vriend." # 43. Overgeleverd van Talhah lbn `Ubaydillaah is dat hij heeft gezegd: 'Er kwam een ruigharige man uit Nadjd naar de Boodschapper van Allaah. Wij hoorden het geluid van zijn stem, maar konden niet begrijpen wat hij zei. Toen hij dichterbij kwam, bleek hij te vragen over de islaam. De Boodschapper van Allaah antwoordde: "Vijf gebeden tijdens de dag en de nacht" Hij vroeg: `Ben ik behalve deze tot meer [gebeden] verplicht?' Hij antwoordde: "Nee, behalve als je vrijwillige gebeden wilt verrichten." De Boodschapper van Allaah zei: `Bovendien moet je tijdens de [maand] ramadhaan vasten." Hij vroeg: 'Ben ik

Transcript of Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu...

Page 1: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

Hadith: Sahih Bhukhari

# 27. Overgeleverd van Ihn `Abbaas is dat de Profeet heeft gezegd: "Het vuur is

aan mij getoond en de meerderheid van zijn bewoners bestond uit vrouwen die

ongelovig [d.w.z. ondankbaar] waren." Men vroeg: `Waren zij ongelovig in

Allah?' Hij antwoordde: "Zij zijn hun echtgenoten ondankbaar en zij zijn de

goedheid ondankbaar. Als je je hele leven goed doet tegen iemand van hen,

maar zij ziet dan ook maar iets [wat zij afkeurt], zegt zij: `Ik heb nooit ook maar

iets goeds van jou gezien'."

# 562. Overgeleverd van Abdullaah Ibn Abbaas is dat hij de lange overlevering

van de eclips heeft genoemd vervolgens heeft hij gezegd dat men vroeg: `O

Boodschapper van Allaah, wij zagen dat u ergens naar greep op uw plek en

daarna liep u achteruit.' Hij antwoordde: "Ik zag het paradijs en ik greep naar

een tros. Als ik hem te pakken had gekregen, dan hadden jullie ervan kunnen

eten zolang de wereld bestaat. Ik heb ook het vuur gezien. Ik heb nooit zo'n

afschuwelijk aanblik gezien als vandaag. lk heb ook gezien dat de meesten van

zijn bewoners bestaan uit vrouwen." Zij vroegen: `Hoe komt dat, O

Boodschapper van Allaah?' Hij antwoordde: "Vanwege hun ondankbaarheid."

Men vroeg: `Zijn zij Allaah ondankbaar?' Hij antwoordde: `Zij zijn hun

echtgenoten ondankbaar en zij ontkennen goedheid. Als jij je hele leven goed

voor iemand van hen bent en zij vervolgens iets van jou ziet, zal zij zeggen: `Ik

heb nooit iets goeds van jou gezien'."

# 29. Overgeleverd van Abu Bakrah dat hij de Boodschapper van Allaah heeft

horen zeggen: "Als twee moslims elkaar treffen met hun zwaarden, dan gaat

zowel de moordenaar als de vermoorde naar het vuur." Ik vroeg: `O

Boodschapper van Allaah, dat is [verdiend] voor de moordenaar, maar hoe zit

het met de vermoorde?' Hij antwoordde: "Hij was gespitst op het vermoorden

van zijn vriend."

# 43. Overgeleverd van Talhah lbn `Ubaydillaah is dat hij heeft gezegd: 'Er

kwam een ruigharige man uit Nadjd naar de Boodschapper van Allaah. Wij

hoorden het geluid van zijn stem, maar konden niet begrijpen wat hij zei. Toen

hij dichterbij kwam, bleek hij te vragen over de islaam. De Boodschapper van

Allaah antwoordde: "Vijf gebeden tijdens de dag en de nacht" Hij vroeg: `Ben ik

behalve deze tot meer [gebeden] verplicht?' Hij antwoordde: "Nee, behalve als

je vrijwillige gebeden wilt verrichten." De Boodschapper van Allaah zei:

`Bovendien moet je tijdens de [maand] ramadhaan vasten." Hij vroeg: 'Ben ik

Page 2: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

behalve dit tot meer [vasten] verplicht?' Hij antwoordde: "Nee, behalve als je

vrijwillig wilt vasten." Vervolgens noemde de Boodschapper van Allaah voor

hem de zakaat. Hij vroeg: `Ben ik behalve dit tot meer [betalingen] verplicht?'

Hij antwoordde: "Nee, behalve als je vrijwillige aalmoezen wilt geven." Hierop

vertrok de man, terwijl hij zei: 'Bij Allaah, ik zal niet meer en niet minder dan

dit doen.' De Boodschapper van Allaah zei toen: "Als wat hij zegt waar is, dan

zal hij succesvol [in het paradijs] zijn"!

# 44. Overgeleverd van Abu Hurairah" is dat de Boodschapper van Allaah heeft

gezegd: "Wie een uitvaart van een moslim uit geloof en hopend op beloning

volgt totdat ervoor is gebeden en hij is begraven, dan keert hij terug met een

beloning gelijk aan twee qiraats. Elke qiraat is gelijkwaardig aan de berg Uhud.

En wie ervoor bidt en vervolgens vertrekt alvorens hij begraven is, keert terug

met een beloning gelijk aan één qiraat."

# 46. Overgeleverd van `Ubaadah Ibn As-Saamit is dat de Boodschapper van

Allaah naar buiten kwam om te vertellen over de nacht van Al-Qadr. Er onstond

echter een ruzie tussen twee mannen van de moslims. Hierop zei hij: "Ik ben

naar buiten gekomen om jullie op de op te brengen van de nacht van Al-Qadr.

Die twee mannen hebben echter ruzie gekregen, waardoor zij is opgeheven

[echter door de ruzie ben ik vergeten op welke dag zij valt]. Hopelijk is het [feit

dat zij is opgeheven] zo beter voor jullie. Streef hem echter na op de zevende, de

negende en de vijfde [d.w.z. 27e, 29e, 25e].

# 968. Overgeleverd van Abu Sa`ied is dat hij heeft gezegd: `Wij zonderden ons

samen met de Profeet [itikaaf] tijdens de tien middelste dagen van ramadaan.

Toen hij in de ochtend van de twintigste naar buiten kwam, preekte hij en zei:

De nacht van qadr is aan mij getoond en ik ben hem daarna vergeten. Streef hem

ehter na tijdens de oneven nachten van laatste tien. Ik zag ook dat ik knielde op

water en modder. Wie dus i`tikaaf heeft gedaan met de Boodschapper van

Allaah laat hij dan terugkeren naar zijn afzondering." Wij keerden terug en

zagen geen enkel spoor van wolken in de lucht. Opeens kwam er een wolk en

het regende, totdat het dak van de moskee - die van dadelpalmboomtakken was -

druppelde. Er werd opgeroepen tot het gebed en ik zag dat de Boodschapper van

Allaah knielde in water en modder. Ik zag zelfs moddersporen op zijn

voorhoofd.'

# 47. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat hij heeft gezegd: `De Boodschapper

van Allaah was een keer zichtbaar voor de mensen, toen Djibriel naar hem toe

kwam en zei: `Wat is geloof?' Hij antwoordde: "Geloof is dat je gelooft in

Allaah, Zijn engelen, Zijn Boek, de ontmoeting met Hem, Zijn Boodschappers

en dat je gelooft in de laatste opstanding." Hij vroeg: Wat betekent de islaam?'

Hij antwoordde: "De islaam houdt in dat je Allaah aanbidt en geen enkele

Page 3: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

deelgenoot aan Hem toekent, dat je het voorgeschreven gebed verricht, dat je de

verplichte zakaat afdraagt en dat je [tijdens de maand] ramadhaan vast" Hij

vroeg: Wat is perfectie?' Hij antwoordde: "Dat je Allaah aanbidt alsof je Hem

ziet, want ondanks dat jij Hem niet ziet, ziet Hij jou wel." Hij vroeg: Wanneer

zal het Uur aanbreken?' Hij antwoordde: "De gevraagde heeft hier niet meer

kennis van dan de vrager. Ik zal je echter wel vertellen over zijn tekenen: als de

slavin haar meester baart en als de onbekende kamelenhoeders wedijveren in

hoogbouw. Het behoort tot vijf zaken die Allaah alleen weet." Vervolgens

reciteerde de Profeet: (Voorwaar, Allaah alleen bezit de kennis van het Uur.

Hij zendt de regen neer en Hij weet wat zich in de baarmoeders bevindt.

Geen enkel persoon weet wat hij morgen zal verdienen en geen enkel

persoon weet in welk land hij zal sterven. Voorwaar, Allaah is Alwetend,

Albewust.) [Soerah Logmaan (31):34]. Vervolgens vertrok de man en de

Boodschapper van Allaah zei: "Roep de man terug bij mij." Zij zagen echter

niets meer [van hem]. Hierop zei de Boodschapper van Allaah: "Dit was

Djibriel. Hij is gekomen om de mensen hun religie te onderwijzen".'

# 79. Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O

Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna niet bij, omdat die-en-die het

zo lang maakt.' Ik heb de Profeet nooit zo boos een vermanende toespraak zien

houden als die dag. Hij zei: "0 mensen, jullie verjagen anderen. Als iemand van

jullie de mensen voorgaat in het gebed, laat hij het dan verlichten. Onder hen

bevinden zich namelijk de zieke, de zwakke en degene met een dringende

behoefte".'

# 94. Overgeleverd van Ibn `Abbaas' is dat hij heeft gezegd: `Toen de ziekte van

de Profeet verhevigde, zei hij: "Breng mij schrijfpapier en ik zal een brief voor

jullie schrijven, waarna jullie nooit zouden afdwalen." 'Omar zei toen: `De

Profeet is ernstig ziek en wij hebben Boek van Allaah, wat genoeg is.' Hier

kregen zij onenigheid en het lawaai nam toe. Hij zei toen: "Ga weg bij mij. Het

is niet gepast om bij mij te twisten".

# 410. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Profeet heeft gezegd: "Vreest

niemand van jullie als hij zijn hoofd vóór de imaam opheft dat Allaah zijn hoofd

verandert in de kop van een ezel of dat Allaah zijn gedaante verandert in de

gedaante van een ezel?"

# 102. Overgeleverd van Ubayy Ibn Ka`b is dat de Profeet heeft gezegd: "De

Profeet Moesaa hield staand een preek voor Banu Israa'iel, toen men hem vroeg:

Wie van de mensen heeft de meeste kennis? Hij antwoordde: `Ik heb de meeste

kennis.' Allaah verweet hem dat hij de kennis niet aan Allaah had toegeschreven.

Allaah openbaarde daarom aan hem dat één van Mijn dienaren, die zich bevindt

waar de twee zeeën samenkomen, meer kennis heeft dan jij. Hij zei: `O mijn

Page 4: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

Heer, hoe kan ik hij hem komen?' Er werd tegen hem gezegd: `Neem een vis

mee in een mand. Zodra jij hem verliest, dan is dat de plek waar hij is.' Hij

vertrok samen met zijn bediende, Yushah Ibn Noun. Zij namen een vis mee in

een mand. Toen zij aankwamen bij de rots, legden zij hun hoofden neer en

sliepen. De vis glipte uit de mand en nam zijn weg in de zee als een tunnel. Dit

was [later] verbazingwekkend voor Moesaa en zijn bediende. Zij zetten hun reis

voort gedurende de rest van de nacht en de dag. Toen het ochtend werd, vroeg

Moesaa aan zijn bediende: Breng ons onze maaltijd, want deze reis heeft ons erg

vermoeid.' De vermoeidheid sloeg pas bij Moesaa toe nadat hij de plek die hem

was bevolen, voorbij was. Zijn bediende zei tegen hem: `Weet je nog toen wij

ons bij de rots te ruste legden? Ik ben [daar] de vis vergeten en hij is mij slechts

doen vergeten door de shaytaan.' Moesaa zei toen: `Dat is waar we naar

zochten,' en zij gingen terug en volgden hun voetstappen. Toen zij aankwamen

bij de rots, troffen ze daar een man aan die volledig bedekt was met een kleed.

Moesaa groette hem en hij antwoordde: `Hoe is de groet in jouw land?' Hij zei:

`Ik ben Moesaa.' Hij vroeg: `De Moesaa van Banu Israa'iel?'

Hij antwoordde: `Ja,' en vroeg: Mag ik jou volgen, opdat je mij onderwijst van

datgene wat je aan wijsheid onderwezen hebt gekregen? Hij antwoordde: 'Je zult

niet in staat zijn om geduld met mij te hebben. 0 Moesaa, ik heb kennis

gekregen van de kennis van Allaah, die jij niet kent. En jij heb kennis van hem

gekregen die ik niet ken. ` Hij zei: 'Met de Wil van Allaah zul je mij geduldig

zien en ik zal aan geen enkel bevel van jou ongehoorzaam zijn.' Hierop

vertrokken zij lopend langs de zeekust. Zij hadden geen boot. Toen een boot hen

passeerde, vroegen zij om hen mee te nemen. Men herkende Al-Khadir en zij

werden kosteloos meegenomen. Er kwam een vogel, die neerstreek op de rand

van de boot. Hij pikte [met zijn snavel] één of twee keer in de zee, waarop Al-

Khadir zei: O Moesaa, mijn en jouw kennis hebben niets meer doen afnemen

van de Kennis van Allaah, dan wat deze vogel uit de zee gepikt heeft.' Al-Khadir

wendde zich tot èèn van de planken van de boot en trok deze los. Moesaa vroeg

toen: `De mensen hebben ons kosteloos meegenomen. Waarom wend jij je dan

tot hun boot om er een gat in te maken en om haar bemanning tot zinken te

brengen?' Hij zei: `Heb je niet gezegd dat jij niet in staat zult om geduld met mij

te hebben?' Hij antwoordde: `Neem mij mijn vergeetachtigheid niet kwalijk en

wees niet hard tegen mij vanwege mijn kwestie.' De eerste was

vergeetachtigheid van Moesaa. Zij vertrokken en kwamen een knaap tegen die

aan het spelen was met andere jongens. Al-Khadir greep zijn hoofd van boven

en rukte zijn hoofd met zijn hand los.

Moesaa zei toen: `Heb jij een onschuldige ziel vermoord, die niemand heeft

gedood?' Hij zei: `Heb ik je niet gezegd dat jij niet in staat zult zijn om geduld

met mij te hebben?' Zij vetrokken weer totdat zij aankwamen bij dorpsbewoners.

Zij vroegen hen om eten, maar zij weigerden om hen te onthalen. Zij troffen [in

Page 5: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

het dorp] een muur aan, die wilde omvallen en hij zette hem weer recht. Al-

Khadir wees (muur) met zijn hand en hij stond weer recht. Moesaa zei toen

tegen hem: `Als je had gewild, dan had je er een vergoeding voor kunnen

nemen.' Hierop zei hij: `Dit is de scheiding tussen mij en jou'." De Profeet heeft

gezegd: "Moge Allaah genade hebben met Moesaa. lk had gewenst dat hij

geduld had, opdat ons meer van hun zaken verteld konden worden."

Ik zal jou op de hoogte brengen van de uitleg van hetgeen waarmee jij niet in

staat was geduld te hebben. [Soerah Al-kahf (18):78]

Wat betreft de boot: zij was van arme mensen, die op zee werkten, en ik wilde

haar onbruikbaar maken, want na hen kwarn een koning, die elke boot met

geweld zou nemen. [Soerah Al-kahf (18):79]

Wat betreft de jongen: zijn ouders waren gelovigen, maar wij vreesden dat hij

hen tot dwaling en ongeloof zou dwingen. Daarom wilden wij dat hun Heer hem

voor hen ruilde voor een betere zoon dan hem, reiner en meer nabij in

genegenheid. [Soerah Al-kahf (18):80-81]

En wat betreft de muur: die behoorde toe aan twee jongelingen die wees waren

in de stad en eronder lag een schat die bestemd was voor ben, en hun vader was

een oprechte man geweest. Daarom wenste jouw Heer dat zij hun volwassen

leeftijd bereikten en (dan) hun schat eruit haalden, als Barmhartigheid van jouw

Heer. En ik deed het niet uit mijn eigen wil; dat is de uitleg over hetgeen

waamee jij niet in staat was geduld te hebben." [Soerah Al-kahf (18):82]

# 515. Overgeleverd van Djaabir Ibn `Abdillaah is dat hij heeft gezegd: `Er

kwam eens een man terwijl Profeet de mensen preekte op vrijdag. Hij zei tegen

hem: "O jij, heb je gebeden?" Hij antwoordde: `Nee.' Hij zei: "Sta op en bid

twee rak`as."

# 536. Overgeleverd van Ibn 'Omar is dat een man de Boodschapper van Allaah

vroeg over het [vrijwillige] nachtgebed. Hierop zei de Boodschapper van Allah:

"Het [vrijwillige] nachtgebed bestaat uit twee twee rak`as. Als iemand van jullie

[het aanbreken van] de ochtend vreest, bidt hij één rak`a die als witr wordt

aangemerkt voor wat hij heeft gebeden."

# 667. Overgeleverd van `Aaichah is dat de Profeet toen hij doodziek werd,

heeft gezegd: "Moge Allaah de joden en de christenen vervloeken; zij hebben de

graven van hun profeten als moskeeën [gebedsplaatsen] aangenomen." Zij heeft

gezegd: 'Als het dat niet was, dan hadden ze zijn graf zichtbaar geplaatst. Ik

vrees echter dat men hem dan als moskee aanneemt.'

# 670. Overgeleverd van Anas is dat de Profeet heeft gezegd: "Als de dienaar in

zijn graf wordt geplaatst en zijn mensen bij hem weggaan, hoort hij het geluid

van hun voetstappen. Twee engelen zullen bij hem komen en zij zullen hem

Page 6: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

laten zitten. Zij zullen hem vragen: Wat zei jij gewoonlijk over deze man

Mohammad?' Hij zal antwoorden: `Ik getuig dat hij de dienaar van Allaah is en

Zijn Boodschapper.' Er zal dan gezegd worden: `Kijk naar jouw plek in het vuur.

Allaah heeft deze voor jou verruild voor een plek in het paradijs'." De Profeet

van Allaah heeft gezegd: "Hij zal dus beide plekken zien. De ongelovige - of de

huichelaar - zal echter antwoorden: Ik weet het niet. Ik zei wat de mensen

zeiden.' Tegen hem zal gezegd worden: Jij hebt niet geweten en je hebt niet

gereciteerd.' Vervolgens zal hij met een ijzeren hamer geslagen worden tussen

zijn oren. Hij zal een schreeuw inbrengen die alles en iedereen in zijn nabijheid

zal horen, behalve de mensen en de Djinn."

# 675. Overgeleverd van Anas is dat hij heeft gezegd: 'Een joodse knaap, die de

bediende van de Profeet was, raakte ziek. De Profeet kwam bij hem op bezoek.

Hij ging hij zijn hoofd zitten en zei tegen hem: "Word moslim." Hij keek naar

zijn vader die bij hem was en hij zei tegen hem: `Gehoorzaam Abul-Qaasim.'

Hierop werd hij moslim. Toen de Profeet vertrok zei hij: "Alle lof komt toe aan

Allaah Die hem heeft gered van het vuur.

# 677. Overgeleverd van Al-Musayyab Ibn Hazn is dat hij heeft gezegd: `Toen

Abu Taalib op zijn sterfbed lag, kwam de Boodschapper van Allaah bij hem [op

bezoek]. Hij trof bij hem Abu Djahl Ibn Hishaam en Abdullaah Ibn Abi

Umayyah Ibn Al-Mughierah aan. De Boodschapper van Allaah zei tegen Abu

Taalib: "0 oom [van vaderskant]! Zeg: 'Laa ilaaha illallah [er is geen ware God

behalve Allah]', woorden waarmee ik voor u zal getuigen [en pleiten] bij Allah."

Abu Djahl en 'Abdullaah lbn Abi Umayyah zeiden: `0 Abu Taalib! Je gaat je

toch niet afkeren van de religie van Abdul-Muttalib?' De Boodschapper van

Allaah bleef doorgaan met hem uit te nodigen en zij beiden bleven hun woorden

herhalen, totdat Abu Taalib uiteindelijk tegen hen zei dat hij loyaal bleef aan de

religie van 'Abdul-Muttalib. Hij weigerde dus om Laa ilaaha illallah te zeggen.

Daarom zei de Boodschapper van Allaah: "Bij Allaah, ik zal Allaah blijven

vragen om u te vergeven, zolang mij niet verboden wordt om dat te doen."

# 679. Overgeleverd van Thaabit Ibn Adh-Dhahhaak is dat de Profeet heeft

gezegd: "Wie valselijk en doelbewust zweert bij een andere religie dan de

Islaam, is hij zoals hij heeft gezegd. En wie zichzelf doodt met een stuk ijzer,

wordt daarmee gekweld in het vuur van de hel."

# 690. Overgeleverd van 'Abdullaah lbn Omar is dat de Boodschapper van

Allaah heeft gezegd: "Als iemand van jullie overlijdt, dan wordt zijn

bestemming aan hem getoond in de vroege ochtend en in de vooravond. Als hij

hoort tot de bewoners van het paradijs, dan [is de bestemming die aan hem

wordt getoond] van de bewoners van het paradijs. Als hij behoort tot de

bewoners van het vuur, dan [is de bestemming die aan hem wordt getoond] van

Page 7: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

de bewoners van het vuur. Er zal tegen hem gezegd worden: 'Dit is jouw

bestemming totdat Allaah jou opwekt tijdens de Opstandingsdag.

# 693. Overgeleverd van Samurah Ibn Djundub is dat hij heeft gezegd: `De

Profeet had de gewoonte om na het verrichten van het gebed zijn gezicht tot ons

te wenden en te vragen: "Wie van jullie heeft afgelopen nacht iets gedroomd?"

Hij [Samurah] heeft gezegd: `Als iemand wat gedroomd had, vertelde hij deze

droom. Hij reageerde hier dan op door Maa Shaa Allaah * [wat Allah wil] te

zeggen. Zo stelde hij op een dag dezelfde vraag: "Heeft iemand van jullie iets

gedroomd?" Wij antwoordden: `Nee.' Hij zei "Ik heb afgelopen nacht wel twee

mannen gezien [in een droom] die naar mij toe kwamen, mijn handen vastpakten

en me meenamen naar het heilige Land. Plotseling zag ik een zittende man en

een staande man met in zijn hand een ijzeren haak [of tang]." Hij heeft gezegd:

"Een haak [of tang] die hij in zijn mondhoek [van de zittende man] drukte -

totdat hij zijn nek bereikte. Vervolgens deed hij hetzelfde met zijn andere

mondhoek. ln de tussentijd was zijn eerste mondhoek genezen en keerde hij

ernaar terug om dezelfde handeling te herhalen.

Ik vroeg: "Wat is dit?" Zij [de twee mannen] antwoordden: `Kom mee', en wij

gingen verder, totdat wij aankwamen bij een man die op zijn achterhoofd lag.

Een andere man stond bij zijn hoofd met een steen of een rotsblok, waarmee hij

zijn hoofd verpletterde. Elke keer als hij hem op zijn hoofd wierp, rolde de steen

weg. Hij ging dan achter de steen aan en pakte hem [weer] op. Als hij

terugkwam bij deze man, was zijn hoofd in de tussentijd genezen en bevond zich

weer in zijn natuurlijke staat. Hierop gooide hij de steen nogmaals [op zijn

hoofd]. Ik vroeg: "Wie is dit?" Zij [de twee mannen] antwoordden: `Kom mee',

en wij gingen verder naar een hol net als een oven smal van boven en wijd van

onderen. Eronder brandde vuur. Als de vuurvlam omhoogkwam, werden zij [de

personen erin] omhoog geheven, totdat zij bijna uit kwamen. Als het vuur weer

bedaarde, keerden zij er weer in terug [naar beneden]. Erin bevonden zich

naakte mannen en vrouwen. Ik vroeg: "Wat is dit. Zij [de twee mannen]

antwoordden: Kom mee', en wij gingen verder, totdat wij aankwamen bij een

rivier van bloed, waarin een man stond. Ter hoogte van het midden van de rivier

stond een [andere] man met stenen vóór hem. Als de man in de rivier aankwam

en de rivier uit wilde lopen, wierp de [andere] man een steen in zijn mond,

waardoor hij terugkeerde naar waar hij stond. Elke keer als hij aankwam om de

rivier uit te lopen, wierp hij een steen in zijn mond, waardoor hij terugkeerde in

zijn oorspronkelijke staat.

Ik vroeg: "Wat is dit?" Zij [de twee mannen] antwoordden: `Kom mee', en wij

gingen verder, totdat wij aankwamen bij een groene tuin, waarin een kolossale

boom stond. Bij zijn stam bevonden zich een oude man en kinderen. Een andere

man stond dicht bij de boom, met voor zich een vuur dat hij aanwakkerde. Zij

Page 8: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

[de twee mannen] stegen met mij de boom in en lieten mij naar binnen gaan in

een huis. Ik heb nooit een mooier huis gezien. In het huis bevonden zich jonge

en oude mannen, vrouwen en kinderen. Vervolgens verlieten zij met mij het

huis, stegen verder met mij de boom in en lieten mij een [ander] huis

binnengaan. Dit huis was mooier en beter. In het huis bevonden zich oude en

jonge mensen. Ik zei tegen hen [de twee mannen]: "Jullie hebben mij rondgeleid

deze nacht. Willen jullie mij vertellen wat ik heb gezien?" Zij zeiden: `Dat is

goed. Je zag een persoon wiens mondhoek werd verscheurd; hij was een

leugenaar. Hij had de gewoonte om een leugen te vertellen, die vervolgens

namens hem werd naverteld, totdat zij de hele wereld bereikte. Wat je zag zal bij

hem herhaald worden tot de Opstandingsdag. Je zag een persoon wiens hoofd

werd verbrijzeld.

Hij was een man aan wie Allaah kennis van de Qor'aan heeft gegeven. Hij had

echter de gewoonte om tijdens de nacht te slapen en overdag er niet naar te

handelen. Zijn straf zal herhaald worden tot de Opstandingsdag. De personen die

je hebt gezien in het hol, dat zijn de overspeligen <>seks met een ander dan de

echtgeno(o)t(e) of de vaste partner<>. En de persoon die je hebt gezien in de

rivier, dat zijn degenen die ribaa [rente, interest, woeker] consumeren. De oude

man bij de stam van de boom, dat is Ibraahiem. De kinderen om hen heen dat

zijn de kinderen van de mensen. De persoon die het vuur aanwakkerde: dat is

Maalik, de bewaarder van het vuur. Het eerste huis waarin je naar binnen bent

gegaan: dat is de verblijfplaats [in het paradijs] van de massa van de gelovigen.

Dit tweede huis is de verblijfplaats van de martelaren. Ik ben Djibriel en dit is

Miekaa'iel. Hef [nu] je hoofd op.' Ik hief mijn hoofd op en zag boven mij [iets]

wat lijkt op wolken. Zij [de twee mannen] zeiden: Dat is jouw huis.' Ik zei: "Laat

mij mijn huis binnengaan." Zij antwoordden: 'Je hebt nog wat leven te gaan, dat

je nog niet volbracht hebt. Als je [je resterende] leven volbracht hebt, mag je je

huis betreden".'

# 699. Overgeleverd van Abu Ayyoub is dat een man aan de Profeet vroeg:

Vertelt u mij over een daad die mij het paradijs binnenbrengt.' Men vroeg zich

af: Wat is er met hem? Wat is er met hem?' "De Profeet zei: "Hij heeft de

behoefte om over iets te vragen. Jij dient Allaah te aanbidden en geen enkele

deelgenoot aan Hem toe te kennen, de zakaat af te dragen en de familiebanden

aan te halen."

# 700. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat een bedoeien naar de Profeet

kwam en zei: `Wijs mij op een daad, waarmee ik het paradijs kan betreden als ik

die bega. Hij zei: "Aanbid Allaah en ken geen enkele deelgenoot aan hem toe,

verricht de verplichte gebeden, draag de verplichte zakaat af en vast tijdens de

ramadhaan." Hij zei: `Bij Degene in Wiens Hand mijn ziel ligt, ik zal hieraan

Page 9: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

niets toevoegen.' Toen hij vertrok, zei de Profeet: "Wie zich verheugt om te

kijken naar een man van het paradijs, laat hij dan naar deze man kijken."

# 714. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Boodschapper van Allaah heeft

gezegd: "Een man heeft gezegd: 'Ik zal een aalmoes schenken.' Hierop vertrok

hij met zijn aalmoes en legde die [onbewust] in de hand van een dief. De

volgende ochtend vertelden de mensen: 'Er is een aalmoes geschonken aan een

dief.' Hierop zei de man: '0 Allaah, aan U komt alle lof toe. Ik zal een aalmoes

schenken.' Hij vertrok met zijn aalmoes en legde die [onbewust] in de hand van

een overspelige vrouw. De volgende ochtend vertelden de mensen: 'Er is

afgelopen nacht een aalmoes geschonken aan een overspelige vrouw.' Hierop zei

de man: `O Allaah, aan U komt alle lof toe. [Heb ik mijn aalmoes geschonken]

aan een overspelige vrouw? Ik zal een aalmoes schenken.' Hij vertrok met zijn

aalmoes en legde die [onbewust] in de hand van een rijke. De volgende ochtend

vertelden de mensen: `Er is een aalmoes geschonken aan een rijke.' Hierop zei

de man: `O Allaah, aan U komt alle lof toe. [Heb ik mijn aalmoes geschonken]

aan een dief, een overspelige vrouw en een rijke?' Vervolgens kwam er iemand

naar hem toe en er werd tegen hem gezegd: `Door je aalmoes aan de dief te

schenken, zal hij zich misschien onthouden van zijn diefstal. De overspelige

vrouw zal zich misschien onthouden van haar overspel. De rijke zal hier

misschien lering uit trekken en [daardoor] uitgeven van wat Allaah hem heeft

geschonken [aan rijkdom]."

# 737. Overgeleverd van Abu Sa`ied Al-Khudrie is de eerdergenoemde

overlevering [nr. 210] die vertelt over het vertrek van de Boodschapper van

Allaah naar de gebedsplaats. In deze overlevering zegt hij: Toen hij terugkeerde

naar huis, kwam Zainab, de echtgenote van Ibn Mas'oed, de toestemming vroeg

om binnen te komen. Men zei: `O Boodschapper van Allaah, dit is Zainab.' Hij

vroeg: "Welke van vele Zainabs?" Hij antwoordde: De vrouw van 'Abdullaah

Ibn Mas'oed: De Boodschapper van Allaah zei: "ja, laat haar binnenkomen." Zij

werd binnengelaten en zij zei: `O Profeet van Allaah, u heeft vandaag

opgedragen om aalmoezen te geven en ik had wat sieraden van mij bij me. Ik

wilde deze als aalmoes geven, maar Ibn Mas'oed beweert dat hij en zijn

kindeeren het meest rechthebbend zijn op mijn aalmoes. De Profeet zei toen:

"Ibn Mas`oed heeft gelijk. Je echtgenoot en je kinderen zijn het meest

rechthebbend op aalmoes".'

# 748. Overgeleverd van `Abdullaah Ibn `Omar is dat de Profeet heeft gezegd:

"Een persoon gaat door met het bedelen bij de mensen, totdat hij tijdens de

Opstandingsdag komt met geen enkel stukje vlees op zijn gezicht." En hij heeft

gezegd: "De zon zal tijdens de Opstandingsdag dichterbij komen, totdat het

zweet het midden van de oren bereikt. Terwijl zij zich in die situatie bevinden,

vragen zij Aadam, daarna Moesaa en daarna Mohammad om hulp."

Page 10: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

# 752. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat bij de Boodschapper van Allaah

gewoonlijk dadels werden gebracht bij het plukken van de dadelbomen.

Eenieder bracht dan [van] zijn dadels, totdat zich bij hem een berg aan dadels

vormde. Al-Hasan en Al-Husain begonnen eens te spelen met die dadels. Eén

van hen nam een dadel en deed die in zijn mond. De Boodschapper van Allaah

keek naar hem en haalde de dadel uit zijn mond en zei: "Weet je dan niet dat de

familie van Mohammad geen aalmoezen eet?"

# 754. Overgeleverd van Ibn Abbaas is dat hij heeft gezegd: `De Profeet trof een

dode ooi aan, die als aalmoes was geschonken aan een bevrijde slavin van

Maymounah. De Profeet zei toen: "Waarom benutten jullie haar huid niet?" Zij

antwoordden: `Ze is dood [zonder ritueel geslacht te worden].' Hij antwoordde:

"Slechts het eten ervan is verboden".'

# 758. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Profeet heeft gezegd: "Een man

van Banu Israa'iel vroeg aan een andere man van Banu Israa'iel om hem duizend

dinars te lenen en hij gaf ze hem. Hij kwam naar de zee [toen de tijd was

gekomen om zijn schuld af te lossen], maar trof geen boot aan. Hij nam een stuk

hout dat hij uitholde. Hij plaatste de duizend dinars erin en gooide het in de zee.

De man die hem had geleend ging naar buiten en trof het stuk hout aan. Hij nam

het mee als brandhout voor zijn gezin." Hij noemde de rest van de overlevering:

Toen hij het [stuk hout] openzaagde, trof in het bedrag aan."

# 765. Overgeleverd van 'Abdullaah Ibn `Abbaas is dat hij heeft gezegd: `Al-

Fadhl Ibn 'Abbaas reed achterop bij de Boodschapper van Allaah toen een

vrouw uit [de stam van] Khat'am naar hem toe kwam. Al-Fadhl begon naar haar

te kijken en zij keek naar hem. De Boodschapper van Allaah wendde het gezicht

van Al-Fadhl af naar de andere kant. Zij vroeg: `O Boodschapper van Allaah, de

hadj, die Allaah Zijn dienaren heeft opgelegd, is verplicht voor mijn vader,

terwijl hij een erg oude man is. Hij kan niet [eens meer] stevig zitten op een

rijkameel. Mag ik namens hem de hadj verrichten?' Hij antwoordde: "Ja." Dit

voorval heeft plaatsgevonden tijdens de afscheidsbedevaart [hadjat ul-wadaa'.]'

# 768. Overgeleverd van `Aaichah, de moeder van de gelovigen is dat zij heeft

gezegd: `O Boodschapper van Allaah, wij zien dat de djihaad de beste daad is.

Mogen wij [vrouwen] djihaad verrichten?' Hij antwoordde: "Nee, de beste

djihaad is een geaccepteerde hadj".'

# 769. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat hij de Profeet heeft horen zeggen:

"Wie de hadj voor Allaah verricht, zonder zich van vulgariteit te bedienen en

geen zonden pleegt, zal terugkeren zoals hij was op de dag dat zijn moeder hem

heeft gebaard."

Page 11: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

# 789. Overgeleverd van 'Othmaan is dat hij zowel hadj tamattu` als hadj qiraan

verbood. Toen `Ali dat zag, nam hij ihraam aan voor beide [en sprak de

volgende talbiyah uit]: `Ik geef gehoor aan U met een `umrah en een hadj.' Hij

zei: `Ik zou de soennah van de Profeet nooit laten voor de uitspraak van wie dan

ook'.

# 804. Overgeleverd van 'Omar is dat hij bij de Zwarte Steen kwam en hem

kuste terwijl hij zei: `Ik weet dat je een steen bent en dat je niet schaadt en niet

baat. Als ik de Boodschapper van Allaah jou niet had zien kussen, had ik je niet

gekust'.'

# 825. Overgeleverd van Umm Al-Fadhl is dat zij heeft gezegd: `De mensen

twijfelden op de dag van `Arafah over de vasten van de Profeet. Daarom stuurde

ik hem drinken, dat hij opdronk.'

# 845. Overgeleverd van Djaabir Ibn `Abdillaah is dat hij heeft gezegd: Wij aten

niet langer dan de drie dagen in Mina van het vlees van onze offerdieren. De

Profeet gaf ons echter toestemming en zei: "Eet en bevoorraad." Daarom aten

wij en maakten voorraad aan.'

# 861. Overgeleverd van 'Abdullaah Ibn Omar is dat men hem vroeg hoe vaak

de Boodschapper van Allaah 'umrah heeft verricht. Hij antwoordde: "Vier keer,

waarvan er één in [de maand] radjab.' De vrager zegt dat hij tegen `Aaichah zei"

`O moeder [van de gelovigen], hoort u niet wat Abu `Abdir-Rahmaan zegt? Zij

vroeg: Wat zegt hij dan?' Hij antwoordde: `Hij zegt dat de Boodschap van

Allaah vier keer een `umrah heeft verricht, waarvan er één in [de maand] radjab.'

Zij zei: `Moge Allaah genade hebben met Abu `Abdir-Rahmaan. Elke `umrah

die hij heeft verricht was ik getuige van. Hij heeft nooit in radjab een `umrah

verricht'.'

# 891. Overgeleverd van Anas Ibn Maalik dat de Boodschapper van Allaah in

het jaar van de bevrijding [Mekkah] binnenging met op zijn hoofd een

hoofddeksel. Toen hij dit afdeed, kwam er een man en zei: `Ibn Khatal heeft

zich vastgeklampt aan het kleed van de Ka`bah.' Hij zei: 'Dood hem."

# 894. Overgeleverd van Ibn `Abbaas is dat de Profeet toen hij terugkwam van

zijn hadj aan een vrouw van de Ansaar, Umm Sinaan genaamd, vroeg: "Wat

heeft jou ervan weerhouden om de hadj te verrichten?" Zij antwoordde: `Mijn

echtgenoot heeft twee waterkamelen. Op de ene heeft hij de hadj verricht. De

andere wordt gebruikt voor het bevloeien van onze grond.' Hij zei: "Een `umrah

tijdens ramadhaan staat gelijk aan een hadj met mij."

# 895. Overgeleverd van Abu Sa`ied die twaalf slagvelden met de Profeet heeft

Page 12: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

gevoerd, is dat hij heeft gezegd: `Vier zaken heb ik van de Boodschapper van

Allaah gehoord (of hij heeft gezegd dat hij vier zaken van de Profeet overlevert

die hem verblijden en verheugen): "Het is voor een vrouw niet toegestaan om

een reisafstand van twee dagen af te leggen, zonder dat zij vergezeld wordt door

haar echtgenoot of een mahram * men mag niet vasten op de dag van het `Ied-

ul-Fitre' en op de dag van het offerfeest; er is geen gebed na twee gebeden: na

`asr totdat de zon ondergaat en na fadjr totdat de zon opkomt; men mag slechts

afreizen naar drie moskeeën: Masdjid Al-Haraam, mijn moskee en Masdjid Al-

Aqsaa".'

* `Mahram: een man die een vrouw nooit kan trouwen vanwege naaste

verwantschap (zoals broer, vader en oom) of haar eigen echtgenoot.

# 896. Overgeleverd van Anas is dat de Profeet een oude man zag die steunde

tussen zijn twee zoons. Hij vroeg: "Wat is er met hem aan de hand?" Men zei:

`Hij heeft een gelofte gedaan om te lopen.' Hij zei: "Allaah heeft geen behoefte

aan de kwelling van deze man van zichzelf." En hij beval hem om te rijden.

# 918. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Boodschapper van Allaah heeft

gezegd: "Als de maand van ramadhaan aanbreekt, worden de poorten van het

paradijs geopend, worden de poorten van de hel gesloten en worden de duivels

[satans] geketend."

# 933. Overgeleverd van `Aaichah en Umm Salamah is dat de tijd van het

ochtendgebed weleens aanbrak, terwijl de Boodschapper van Allaah zich in staat

van seksuele onreinheid bevond na geslachtsgemeenschap met zijn echtgenote.

Hij verrichtte dan de wassing en vastte.'

# 936. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat terwijl wij bij de Profeet zaten er

een man naar hem toe kwam en zei: 'O Boodschapper van Allaah, ik ben

vernietigd.' Hij vroeg: "Wat is er dan met je?" Hij antwoordde: `Ik heb

geslachtsgemeenschap gehad met mijn vrouw terwijl ik vastte.' Hij vroeg: "Heb

je waarmee je een slaaf kunt bevrijden?" Hij antwoordde: Nee.' Hij vroeg: "Kun

je dan twee achtereenvolgende maanden vasten?" Hij antwoordde: `Nee.' Hij

vroeg: "Heb je waar je zestig armen kunt voeden?" Hij antwoordde: `Nee.'

Vervolgens ging hij zitten bij de Profeet. Terwijl wij daar waren, bracht men de

Profeet een grote mand met dadels. Hij vroeg: "Waar is de vragensteller?" Hij

zei: `Hier ben ik.' Hij zei: "Neem deze dadels en geef ze als aalmoes weg." Hij

zei: `O Boodschapper van Allaah, aan een familie die armer is dan wij? Bij

Allaah, er is geen familie tussen haar beide woestijngronden die er meer

behoeftig naar is dan mijn familie.' De Profeet lachte, totdat zijn kiezen te zien

waren. Vervolgens zei hij: "Voed je gezin ermee."

Page 13: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

# 960. Overgeleverd van Djaabir is dat men hem vroeg: 'Heeft de Profeet het

vasten op vrijdag verboden?' Hij antwoordde: Ja.

# 961. Overgeleverd van Djuwairiyyah Bint Al-Haarith' is dat de Profeet hij haar

binnenkwam op een vrijdag, terwijl zij vastte. Hij vroeg: "Heb je gisteren

gevast?" Zij antwoordde: `Nee.' Hij vroeg: Ben je van plan om morgen te

vasten?" Zij antwoordde: `Nee.' Hij zei: "Verbreek dan je vasten."

# 964. Overgeleverd van `Aaichah is dat zij heeft gezegd: `Tijdens de periode

van onwetendheid vastte Quraish op [de dag van] `ashoera en de Boodschapper

van Allah vastte die dag ook. Toen hij in Al-Madienah aankwam, vastte hij die

dag en gebood om die dag te vasten. Totdat ramadhaan verplicht gesteld werd,

liet hij het vasten van de dag van `ashoera na. Wie wilde, vastte die dag en wie

niet wilde, liet het die dag na.'

# 965. Overgeleverd van Ibn 'Abbaas is dat de Profeet aankwam in Al-

Madienah. Daar trof hij de joden vastend op de dag van `Ashoera aan. Hij vroeg:

'Wat is dit?" Zij antwoordden: `Dit is een goede dag waarop Allaah Banu

1sraa'iel heeft gered van hun vijand. Moesaa heeft daarom deze dag gevast.'

Hierop zei de Boodschapper van Allaah: Wij hebben meer recht op Moesaa dan

jullie." Hij vastte deze dag en gebood om op die dag vasten.

# 968. Overgeleverd van Abu Sa`ied is dat hij heeft gezegd: `Wij zonderden ons

samen met de Profeet [itikaaf] tijdens de tien middelste dagen van ramadaan.

Toen hij in de ochtend van de twintigste naar buiten kwam, preekte hij en zei:

De nacht van qadr is aan mij getoond en ik ben hem daarna vergeten. Streef hem

ehter na tijdens de oneven nachten van laatste tien. Ik zag ook dat ik knielde op

water en modder. Wie dus i`tikaaf heeft gedaan met de Boodschapper van

Allaah laat hij dan terugkeren naar zijn afzondering." Wij keerden terug en

zagen geen enkel spoor van wolken in de lucht. Opeens kwam er een wolk en

het regende, totdat het dak van de moskee - die van dadelpalmboomtakken was -

druppelde. Er werd opgeroepen tot het gebed en ik zag dat de Boodschapper van

Allaah knielde in water en modder. Ik zag zelfs moddersporen op zijn

voorhoofd.'

# 973. Overgeleverd van `Aaichah - de echtgenote van de Profeet - is dat zij

heeft gezegd: `De Boodschapper van Allaah stak zijn hoofd naar mij toe [tijdens

i'tikaaf], terwijl hij zich in de moskee bevond en ik kamde dan zijn haren.

Tijdens i'tikaaf kwam hij het huis alleen maar binnen als het nodig was.'

# 977. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Profeet zich gewoonlijk tijdens

elke ramadhaan tien dagen afzonderde. Tijdens het jaar dat hij overleed,

zonderde hij zich twintig dagen af.

Page 14: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

# 981. Overgeleverd van `Aaichah is dat sommige mensen zeiden: `O

Boodschapper van Allaah, sommige mensen brengen ons vlees waarvan wij niet

weten of zij de Naam van Allaah erover hebben uitgesproken of niet.' De

Boodschapper van Allaah antwoordde: "Spreek de Naam van Allaah erover uit

en eet het."

# 986. Overgeleverd van Anas is dat hij naar de Profeet toe liep met een

gerstebrood en ontbonden vet. De Profeet had een pantser van hem in onderpand

gegeven bij een jood in Al-Madienah, in ruil voor wat gerst voor zijn gezin. Ik

hoorde hem zeggen: "De familie van Mohammad bezit niet eens een saa` tarwe

of een saa` graan, terwijl hij negen vrouwen heeft."

# 992. Overgeleverd van 'Awn Ibn Abi Djuhayfah is dat hij heeft gezegd: `Mijn

vader kocht een slaaf die koppen zette [hidjaamah bedreef]. Hij droeg op om

zijn koppenmateriaal te vernietigen. Toen ik hem daarover vroeg, zei hij: `De

Profeet heeft de [verkoop] opbrengst van een hond verboden en de opbrengst

van bloed, en hij heeft de tatoeëerster en de getatoeëerde verboden, en de

renteontvanger en de rente-afdrager, en hij heeft de maker van afbeeldingen

vervloekt.'

# 996. Overgeleverd van Djaabir Ibn "Abdillaah is dat hij heeft gezegd: `Ik ging

met de Profeet mee tijdens een expeditie. Mijn kameel bleef echter achter en

raakte vermoeid. De Boodschapper van Allaah kwam naar mij toe en vroeg:

"Djaabir?" Ik antwoordde: 'Ja.' Hij vroeg: "Wat is er met je aan de hand?" Ik zei:

`Mijn kameel bleef achter en raakte vermoeid. Daarom ben ik vertraagd.' Hij

begon met zijn wandelstok aan hem te trekken. Vervolgens zei hij: "Stap op." Ik

stapte op en had vervolgens moeite om hem te bedwingen om de Boodschapper

van Allaah niet in te halen. Hij vroeg: 'Ben je getrouwd?' lk antwoordde: 'Ja.' Hij

vroeg: "Is zij maagd of geen maagd?" Ik antwoordde: `Nee, geen maagd.' Hij

zei: "Waarom geen jong meisje die met jou speelt en met wie jij kunt spelen?" Ik

antwoordde: `Ik heb zusjes. Daarom trouwde ik liever een vrouw die hen

bijeenbrengt, hun haren verzorgt en zich over hen ontfermt.' Hij zei: "Als je

thuis aankomt, heb dan geslachtsgemeenschap." Vervolgens vroeg hij: "Verkoop

jij je kameel?" lk antwoordde: 'Ja.' Hij kocht hem van mij voor één uqiyvah. De

Boodschapper van Allaah kwam vervolgens eerder aan dan ik. Ik kwam in de

vroege ochtend aan en ging naar de moskee. Ik trof hem aan bij de deur van de

moskee. Hij vroeg: "Kom je nu pas aan?" Ik antwoordde: Ja.' Hij zei: "Laat je

kameel achter en ga naar binnen om twee rak`as te bidden." lk ging naar binnen,

bad en keerde terug.' Hij beval Bilaal om een uqiyyah voor hem te wegen. Bilaal

woog voor mij en hij woog in mijn voordeel. Ik vertrok en ging weg. Hij zei:

"Roep Djaabir voor mij." Tk dacht: `Hij gaat mij vast mijn kameel teruggeven.'

Ik haatte niets meer dan hem [de kameel]. Hij zei: "Neem je kameel en behoud

Page 15: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

zijn opbrengst".'

# 1000. Overgeleverd van `Aaichah, de moeder van de gelovigen is dat zij een

kussentje met afbeeldingen erop had gekocht. Toen de Boodschapper van Allaah

haar zag, bleef hij bij de deur staan en kwam niet naar binnen. Ik kon van zijn

gezicht afkeur aflezen en ik zei: O Boodschapper van Allaah, ik keer in berouw

terug naar Allaah en naar Zijn Boodschapper. Welke zonde heb ik begaan?' De

Boodschapper van Allaah zei: "Wat doet dit kussentje hier?" Ik zei: Ik heb het

voor u gekocht, zodat u erop kunt zitten en steunen.' De Boodschapper van

Allaah zei: "De makers van deze afbeeldingen zullen tijdens de Opstandingsdag

worden gekweld. Tegen hen zal gezegd worden: `Breng wat jullie hebben

geschapen tot leven'." Hij zei ook: "De engelen betreden geen huis waarin zich

afbeeldingen bevinden."

# 1039. Overgeleverd van Ibn `Abbaas is dat een man bij hem kwam die vroeg:

`O Abu `Abbaas, ik ben een mens en verdien mijn inkomen met het beoefening

van een ambacht. 1k maak namelijk afbeeldingen. Ibn `Abbaas antwoordde: `Ik

zal je alleen maar datgene vertellen wat ik van de Boodschapper van Allah heb

gehoord. Ik heb hem horen zeggen: "Wie een afbeelding tekent, zal zeker door

Allaah gekweld worden totdat hij er levensadem in blaast. Hij zal er echter nooit

levensadem in kunnen blazen".' Hierop slaakte de man een hevige zucht en zijn

gezicht verbleekte. Hij [Ibn `Abbaas] zei toen: Wat erg voor je! Als je per se je

ambacht wilt beoefenen, maak dan afbeelding van bomen en van alles wat geen

ziel zit.'

# 1035. Overgeleverd van `Aaichah is dat zij heeft gezegd dat Hind Umm

Mu`aawiyah tegen de Boodschapper van Allaah heeft gezegd: `Abu Sufyaan is

een gierige man. Berust er op mij een zonde als ik stiekem van zijn geld neem?'

Hij antwoordde: `Jij en je zoons mogen nemen wat - in redelijkheid - genoeg

voor je is.

# 1037. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Profeet heeft gezegd:

Ibraahiem emigreerde met Haadjar en hij ging met haar een dorp binnen waar

hij een koning of een tiran bevond. Er werd [tegen hem] gezegd: `Ibrahiem is

binnengekomen met één van de mooiste vrouwen.' Hij [de koning] stuurde

iemand naar hem toe met de vraag: '0 Ibrahiem, wie is deze vrouw die jou

vergezelt? Hij [Ibrahiem] keerde naar haar terug en zei: 'Verloochen mijn

woorden niet, Ik heb hun namelijk verteld dat jij mijn zus bent, want bij Allaah,

er is op deze plek geen andere gelovige behalve ik en jij.' Hij stuurde haar naar

hem [de koning]. Toen hij richting opstond, stond zij op en verrichtte wudoe' en

gebed, terwijl zij zei: `O Allaah, als ik geloof in U en in Uw Boodschapper, en

Page 16: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

als is ik mijn kuisheid heb bewaard behalve tegenover mijn echtgenoot, geef

deze ongelovige dan niet de overhand op mij.' Hierop stokte zijn adem, totdat hij

een snurkend geluid maakte, en begon hij met zijn voeten te trappelen.' Abu

Hurairah vertelt dat zij toen zei: `0 Allaah, als hij overlijdt, zullen zij zeggen dat

ik hem vermoord heb.' Hierop kwam hij weer bij. Toen hij weer richting haar

opstond, stond zij op en verrichtte wudoe' en gebed, terwijl zij zei: '0 Allaah, als

ik geloof in U en in Uw Boodschapper, en als ik mijn kuisheid heb bewaard

behalve tegenover mijn echtgenoot, geef deze ongelovige dan niet de overhand

op mij.' Hierop stokte zijn adem, totdat hij een snurkend geluid maakte, en

begon hij met zijn voeten te trappelen.' Abu Hurairah vertelt dat zij toen zei: `O

Allaah, als hij overlijdt, zullen zij zeggen dat ik hem vermoord heb.' Hierop

kwam hij voor een tweede of een derde keer bij en zei: `Bij Allaah, jullie hebben

mij een duivel gebracht. Stuur haar terug naar lbrahiem en geef haar [de slavin]

Aadjar [= Haadjar].' Zij keerde terug naar Ibraahiem en zei tegen hem: Wist jij

dat Allaah de ongelovige heeft onderdrukt en een slavin heeft geschonken?"

# 1038. En van hem is overgeleverd dat de Boodschapper van Allah heeft

gezegd: "Bij Degene in Wiens Hand mijn ziel ligt, de tijd nadert dat Isa, de zoon

van Maryam tussen jullie zal neerdalen als een rechtvaardige rechter. Hij zal het

kruis breken, het varken doden, al-djizyah [een afdracht die niet-moslims doen

aan de islamitische staatskas in ruil voor bescherming] afschaffen en rijkdom zal

overvloedig stromen totdat niemand het meer zal accepteren."

# 1041. Overgeleverd van Djaabir Ibn `Abdillaah is dat hij de Boodschapper van

Allaah tijdens het jaar van de bevrijding in Mekkah heeft horen zeggen: "Allaah

en Zijn Boodschapper hebben de verkoop van alcoholische dranken, kadavers,

varkens en afgodsbeelden verboden." Men vroeg: `O Boodschapper van Allaah,

geldt dit ook voor het vet van kadavers? Hiermee worden namelijk schepen

gesmeerd, huiden gevet en de mensen gebruiken het voor hun lampen.' Hij

antwoordde: "Nee, het is verboden." Vervolgens zei de Boodschapper van

Allaah: "Moge Allaah de joden vernietigen. Toen Allaah hun de vetten [van

kadavers] verbood, smolten zij die om ze vervolgens te verkopen. De opbrengst

ervan consumeerde zij.

# 1051. Overgeleverd van `Abdullaah Ibn 'Omar is dat hij de Boodschapper van

Allaah heeft horen zeggen: "Drie mannen van degenen die vóór jullie waren

vertrokken, totdat zij bij een slaapplaats aankwamen in een grot. Toen zij naar

binnen gingen, rolde er een rots van de berg naar beneden en sloot de grot op

hen af. Zij zeiden toen: `Het enige wat jullie kan redden van deze rots is dat

jullie Allaah aanroepen met jullie goede daden.' Hierop zei een man van hen: `O

Allaah, ik had twee stokoude ouders. Ik liet nooit iemand van de familie of

slaven vóór hen hun avondmelk drinken. Op een dag moest ik op een verre

afstand iets doen. Ik kwam pas bij hen thuis nadat zij beiden in slaap waren

Page 17: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

gevallen. Ik melkte voor hen hun avondmelk en trof hen slapend aan. Ik wilde

niet dat iemand van de familie of slaven voor hen hun avondmelk zouden

drinken. Daarom bleef ik wachten totdat zij wakker zouden worden met de

beker in mijn handen. Toen het ochtendgloren scheen, ontwaakten zij en

dronken hun avondmelk. 0 Allaah, als ik dit heb gedaan omwille van Uw

Aangezicht, open dan deze situatie voor ons veroorzaakt door deze rots.' Hierop

ontstond er een opening waardoor ze echter nog niet naar buiten konden." De

Profeet heeft gezegd: "De ander zei toen: `O Allaah, ik had een dochter van mijn

oom van vaderskant. Zij was de meest geliefde mens voor mij. Daarom wilde ik

graag gemeenschap met haar bedrijven, maar zij weigerde dit. Toen zij een keer

werd getroffen door droogte, kwam zij bij mij. lk gaf haar honderdtwintig dinar,

onder voorwaarde dat zij mij toestemming zou geven om gemeenschap met haar

te bedrijven. Zij stemde hiermee in. Toen ik in de positie kwam om de daad van

gemeenschap daadwerkelijk uit te voeren, zei zij: `Ik sta jou niet toe om de zegel

[van maagdelijkheid] te verbreken, behalve met zijn recht [het huwelijk dat

gemeenschap toestaat].' Ik besloot daarom om de daad van

geslachtsgemeenschap met haar te ontwijken. Ik wendde mij af van haar, terwijl

zij de meest geliefde mens voor mij was. Bovendien mocht zij het goud dat ik

haar had gegeven houden. O Allaah, als ik dit heb gedaan omwille van Uw

Aangezicht, open dan deze situatie voor ons.' Hierop schoof de rots op, maar zij

konden nog niet naar buiten." De Profeet heeft gezegd: "De derde zei toen: `0

Allaah, ik heb arbeiders ingehuurd en ik heb hun allemaal hun loon gegeven,

behalve één man: hij liet zijn recht liggen en vertrok. Ik investeerde zijn loon,

totdat het vele rijkdommen voortbracht. Na een tijd kwam hij bij mij en zei: `0

dienaar van Allaah, geef mij mijn loon.' Ik antwoordde hem: 'Alles wat je ziet

aan kamelen, koeien, schapen en slaven is van jouw loon.' Hij zei: `0 dienaar

van Allaah, spot niet met mij.' Ik antwoordde: `Ik spot niet met jou.' Hierop nam

hij dit alles, dreef het weg en het er niets van achter. O Allaah, als ik dit heb

gedaan omwille van Uw Aangezicht, open dan deze situatie voor ons.' Hierop

schoof de rots op en zij liepen naar buiten"

# 1052. Overgeleverd van Abu Sa`ied is dat hij heeft gezegd: `Een groepje van

de metgezellen van de Profeet vertrok tijdens één van haar reizen, totdat het

neerstreek in één van de Arabische stammen. Zij [de metgezellen] vroegen hun

[de stambewoners] om hen als gasten te ontvangen. Zij weigerden echter om hen

als gasten te ontvangen. De stamleider werd giftig gebeten [door een schorpioen

of slang]. Zij probeerden alles om hem te genezen, maar niets mocht baten.

Iemand van hen opperde: Waarom gaan jullie niet naar die groep die is

neergestreken? Misschien heeft één van hen wel iets [als medicijn]: Zij kwamen

tot hen en vroegen: `O groep mensen, onze leider is giftig gebeten. Wij hebben

alles geprobeerd om hem te genezen, maar niets mocht baten. Heeft iemand van

jullie iets?' Een van hen [de metgezellen] antwoordde: `Ja, bij Allah. Ik pas

Ruqyah * toe. Wij hebben jullie echter verzocht om ons als gasten te ontvangen,

Page 18: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

maar jullie hebben dit geweigerd. Ik zal dus geen Ruqyah toepassen voor jullie,

totdat jullie daar een beloning tegenover plaatsen.' Zij stemden hiermee in en

boden hen een kudde schapen aan. Hierop vertrok hij [naar hem toe] en blies hij

[met een beetje spuug] op hem terwijl hij [Soerah Al-Fatihah] reciteerde: (Alle

lof komt toe aan Allaah, de Heer der werelden...). Het was alsof hij [de

stamleider] losraakte uit een geknoopt touw. Hij stond op en liep zonder enig

ziekteverschijnsel. Hij [de overleveraar] zei: Zij ontvingen een royale beloning,

waarover zij het eens waren geworden.' Sommigen van hen zeiden: `Verdeel dit.'

Degene die Ruqyah had toegepast zei: `Doe dat niet totdat we bij de Profeet

komen en hem vertellen wat er is gebeurd. Laten we afwachten wat hij ons dan

opdraagt.' Toen zij aankwamen bij de Boodschapper van Allaah en hem over het

voorval vertelden, zei hij: "Hoe wist jij dat het [reciteren van Soerah Al-Fatihah]

Rugyah is?" Hij voegde hieraan toe: "jullie hebben correct gehandeld. Verdeel

jullie beloning en geef mij ook een deel." Waarop de Profeet lachte.'

Rugyah: Qor'anische teksten die worden gereciteerd als geneesmiddel voor

ziektes.

# 1055. Overgeleverd van Salamah Ibn Al-Akwa` is dat hij heeft gezegd: `Wij

zaten eens bij de Profeet toen er een overleden persoon werd gebracht. Men zei:

'Bid voor hem.' Hij vroeg: "Heeft hij een schuld?" Men antwoordde: `Nee.' Hij

vroeg: "Heeft hij iets nagelaten?" Men antwoordde: `Nee.' Hierop bad hij voor

hem. Vervolgens werd er een ander overleden persoon gebracht. Men zei: '0

Boodschapper van Allah, bid voor hem.' Hij vroeg: "Heeft hij een schuld?" Men

antwoordde:'Ja.' Hij vroeg: "Heeft hij iets nagelaten?" Men antwoordde: Drie

dinars.' Hierop bad hij voor hem. Vervolgens werd er een derde overleden

persoon gebracht. Men zei: `Bid voor hem.' Hij vroeg: "Heeft hij iets

nagelaten?" Men antwoordde: `Nee.' Hij vroeg: "Heeft hij een schuld?" Men

antwoordde: `Drie dinars.' Hierop zei hij: `Bid zelf voor jullie overledene." Abu

Qatadah zei toen: `O Boodschapper van Allaah, bid voor hem en ik neem zijn

schuld op mij.' Hierop bad hij voor hem.'

# 1062. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat hij heeft gezegd: `De

Boodschapper van Allaah machtigde mij om de zakaat[ul-fitr] van ramadhaan te

bewaren. Er kwam iemand naar mij toe en hij begon te graaien in het voedsel. Ik

greep hem en zei: 'Bij Allaah, ik zal jou voor de Boodschapper van Allaah

slepen.' Hij zei: 'Ik ben behoeftig, heb kinderen en mijn behoefte is groot.' Hij

zei: Daarom liet ik hem gaan. In de ochtend zei de Profeet tegen mij: "0 Abu

Hurairah, wat heeft jouw gevangene gisteren gedaan?' 1k antwoordde: '0

Boodschapper van Allaah, hij klaagde over een grote behoefte en kinderen. Ik

kreeg daarom genade met hem en liet hem gaan.' Hij zei: 'Hij heeft tegen jou

gelogen en hij zal terugkeren.' Ik wist dat hij zou terugkomen, omdat de

Boodschapper van Allaah had gezegd: "Hij zal terugkeren." 1k hield hem in de

gaten, totdat hij weer kwam en van het voedsel graaide. Ik greep hem weer en

Page 19: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

zei: `1k zal je voor de Boodschapper van Allaah slepen.' Hij zei: `Laat me gaan,

want ik ben behoeftig en heb kinderen. Ik zal het niet meer doen.' Ik had genade

met hem en liet hem gaan. In de ochtend zei de Boodschapper van Allaah: 'O

Abu Hurairah, wat heeft je gevangene gedaan?' Ik antwoordde: 'O Boodschapper

van Allaah, hij klaagde over een grote behoefte en kinderen. Ik kreeg daarom

genade met hem en liet hem gaan.' Hij zei: 'Hij heeft tegen jou gelogen en hij zal

terugkeren.' Ik hield hem voor de derde keer in de gaten, totdat hij weer kwam

en van het voedsel graaide. Ik greep hem weer en zei: '1k zal je voor de

Boodschapper van Allaah slepen. Dit is de laatste van drie keer dat je beweert

om het niet meer te doen en toch doe je het weer.' Hij zei: Laat mij jouw

woorden leren waar Allaah jou profijt mee zal bezorgen.' Ik vroeg: Wat dan?'

Hij zei: `Als jij je naar je bed begeeft, reciteer dan het troonvers [Aayat-ul-

Kursie]: In dat geval zal er continu een beschermer bij Allaah vandaan met jou

zijn en geen enkele satan [shaytaan] zal jou naderen tot de ochtend.' Ik liet hem

toen gaan. In de ochtend zei de Boodschapper van Allaah tegen mij: Wat heeft

jouw gevangene gisteren gedaan?' Ik antwoordde: 'O Boodschapper van Allah,

hij beweerde dat hij mij woorden zou leren waarmee Allaah mij profijt zou

bezorgen. Daarna liet ik hem gaan.' Hij vroeg: "Wat dan?" Ik antwoordde dat hij

tegen mij zei: 'Als jij je naar je bed begeeft, reciteer dan het troonvers van het

begin tot het einde: 'In dat geval zal er continu een beschermer bij Allaah

vandaan met jou zijn en geen enkele satan [shaytaan] zal jou naderen tot de

ochtend.' Zij [de metgezellen] waren namelijk erg gespitst op het goede. De

Profeet zei: "Hij heeft de waarheid tegen jou gesproken terwijl hij een leugenaar

is. 0 Abu Hurairah, weet je tegen wie je de afgelopen drie nachten hebt

gesproken?" Ik antwoordde: `Nee.' Hij zei: "Het is een satan [shaytaan]".'

# 1082. Overgeleverd van Sahl Ibn Sa'd is dat hij heeft gezegd: 'Er werd een

kruik bij de Profeet gebracht, waarvan hij dronk. Rechts van hem was een

knaap, die de jongste van de aanwezigen was. De oudere mannen zaten links

van hem. Hij vroeg: '0 knaap, geef je mij toestemming om hem door te geven

aan de oudere mannen?" Hij antwoordde: `O Boodschapper van Allaah, ik kan

niemand de voorkeur geven boven mijzelf om te drinken van wat van u is

overgebleven.' Hierop gaf hij hem aan die knaap.'

# 1087. Overgeleverd van Abu Huraira is dat de Boodschapper van Allah heeft

gezegd: "Naar drie [soorten mensen] zal Allaah niet kijken tijdens de

Opstandingsdag, Hij zal hen niet reinigen en voor hen is er een pijnlijke

kwelling: een man langs de weg die overtollig water bezit, waar hij de reiziger

van weerhoudt; En een man die een imaam [Islamitische leider] loyaliteit

belooft, maar dit alleen maar omwille van het wereldse doet. Als hij hem ervan

geeft, is hij tevreden en als hij hem er niet van geeft, is hij ontevreden; en een

man die zijn handelswaar na het asr-gebed aanbiedt, terwijl hij zegt: `Bij Allaah,

ik heb er zus en zo voor betaald,' en de man [klant] gelooft hem."

Page 20: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

# 1088. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Boodschapper van Allaah

heeft gezegd: "Terwijl een man eens liep, kreeg hij hevige dorst. Daarom daalde

hij neer in een put en dronk eruit. Toen hij er weer uit kwam, zag hij een

hijgende hond die in de aarde hapte van dorst. Hij zei toen: `Hij heeft net zo'n

hevige dorst als ik had.' Hij vulde zijn leren sok [met water], hield hem vast met

zijn tanden, klom omhoog en gaf de hond te drinken. Allaah prees hem hiervoor

en vergaf hem [daarom zijn zonden]." Zij vroegen: '0 Boodschapper van Allah,

worden wij ook beloond voor dieren?' Hij antwoordde: "Er is een beloning voor

elke vochtige lever [elk levend dier]."

# 1392. Van Abu Hurairah is ook overgeleverd dat Boodschapper van Allaah

heeft gezegd: "Een prostituee is vergeven omdat langs een hijgende hond liep

aan de rand van een waterput. Hij ging bijna dood van de dorst. Zij trok haar

leren sokken uit en bond hem vast aan haar hoofdsluier. Zij schepte water voor

hem en zij werd vanwege dat vergeven."

# 1102. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat hij heeft gezegd: `Twee mannen,

een moslim en een jood, redetwistten. De moslim zei: `Bij Degene Die

Mohammad heeft verkozen boven de werelden ...' De jood antwoordde: `Bij

Degene Die Moesaa [Mozes] heeft verkozen boven de werelden ...' Hierop hief

de moslim zijn hand op en gaf de jood een klap in zijn gezicht. De jood ging

naar de Profeet en vertelde hem wat er was voorgevallen tussen hem en de

moslim. De Profeet riep de moslim bij zich en vroeg hem hierover. Hij vertelde

hem wat er was gebeurd. De Profeet zei toen: "Verkies mij niet boven Moesaa,

want op de Opstandingsdag zullen de mensen verdoofd worden door de schrik.

Ik zal ook met hen verdoofd worden door de schrik. Ik zal de eerste zijn die

weer bijkomt, terwijl Moesaa zich dan met kracht vastgrijpt aan een zijde van de

Troon. Ik weet dan niet of hij ook onder de mensen was die verdoofd waren

door de schrik en vóór mij bijkwam. Of dat Allaah voor hem een uitzondering

had gemaakt".'

# 1170. Overgeleverd van Abi Bakrah is dat de profeet heeft gezegd: "Zal ik

jullie berichten de grootste grote zonden? (Hij herhaalde dit drie keer)." Men

zei: `Jawel, O Boodschapper van Allaah.' Hij zei: "Deelgenoten toekennen aan

Allaah en ongehoorzaamheid aan de ouders." Hij ging zitten nadat hij leunde en

zei: "En zeker ook het afleggen van een valse getuigenis." Hij bleef dit maar

herhalen, totdat wij zeiden: Zweeg hij maar.'

# 1173. Overgeleverd van `Aaichah is dat zij heeft gezegd: De Boodschapper

van Allaah had de gewoonte als hij wilde vertrekken voor een reis, om te loten

tussen zijn vrouwen. Degene van hen op wie het lootje viel, ging met hem mee

op reis. Tijdens één van de veldslagen waar hij deel aan nam, liet hij ons weer

Page 21: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

lootjes trekken en het lootje viel op mij. lk vertrok met hem, [en dit was] nadat

de [verplichting van] sluiering [hidjaab] was geopenbaard. Ik werd gedragen en

neergelegd in een baldakijn. Vervolgens vertrokken wij. De Boodschapper van

Allaah voltooide deze slag en ging huiswaarts. Toen wij Al-Madienah naderden,

gaf hij tijdens een nacht de opdracht om te vertrekken. Toen de opdracht tot

vertrek werd gegeven, stond ik op en liep totdat ik het leger [kamp] passeerde.

Toen ik mijn behoefte had gedaan en terug wilde keren naar het kamp, voelde ik

aan mijn hals. Ik merkte toen dat een kralendeketting van mij gebroken was. Ik

keerde terug, op zoek naar mijn ketting. Het zoeken ernaar hield mij op.

Degenen die mij persoonlijk op mijn kameel tilden kwamen en hieven mijn

baldakijn op. Zij tilden de baldakijn bovenop de kameel die ik bereed, omdat zij

dachten dat ik erin zat. Toen waren de vrouwen namelijk licht en niet zwaar en

omringd door vet. Zij aten immers slechts weinig voedsel. Hierdoor merkten zij

[die mij droegen] geen verschil [in gewicht] toen zij de baldakijn optilden en

deze vervolgens op de kameel legden. Ik was in die tijd een jong meisje. Zij

lieten de kameel opstaan en vertrokken. Ik vond mijn halsketting pas nadat het

leger was vertrokken. Toen ik dus bij hun kamp aankwam, trof ik daar niemand

aan. Vervolgens wendde ik mij tot de plek waar ik normaal verbleef [in het

kamp], denkende dat zij mij wel zouden missen en naar mij terug zouden

komen. Terwijl ik [daar] zat, werden mijn ogen zwaar en ik viel in slaap.

Safwaan Al-Mu`attil As-Sulami Adhaani bevond zich achter het leger en

bereikte in de ochtend de plek waar ik mij bevond. Hij zag de contouren van een

een slapende persoon en kwam naar mij toe. Hij zag mij gewoonlijk vóór [de

openbaring van de verplichting van] de hidjaab. Ik ontwaakte omdat ik hem

hoorde zeggen: "Innaa Lillaahi Wa Innaa ilayhi Raadji`oen" [Voorwaar, aan

Allaah behoren wij en voorwaar, tot Hem zullen wij terugkeren].

Hij liet zijn rijkameel knielen, hij stapte op haar voorpoot en ik besteeg haar. Hij

vertrok, terwijl hij zijn rijkameel met mij erop leidde, totdat wij bij het leger

aankwamen, nadat zij waren neergestreken tegen het middaguur. Hier raakte wie

in aanmerking kwam voor vernietiging, vernietigd [door mee te gaan in het

lasterverhaal, de valse beschuldiging van Aaichah. `Abdullaah Ibn Ubayy Ibn

Saloel was degene die de laster als eerste naar voren bracht. Wij kwamen

vervolgens aan in A1-Madienah, waar ik een maand lang ziek was, terwijl de

mensen het verhaal van de lasteraars [die mij valselijk beschuldigden]

veelvuldig navertelden. Wat mij aan het twijfelen bracht tijdens mijn ziekte, was

dat ik de gewoonlijke vriendelijkheid van de Profeet die ik tijdens ziekte

ontving, niet meer zag. Hij kwam binnen, groette en vroeg vervolgens: "Hoe

gaat het met haar?" Ik wist niets van wat er aan de hand was, totdat ik beter

werd. Ik ging toen naar buiten met Umm Mistah, richting Al-Manaasi`, de plek

waar wij gewoonlijk onze behoefte deden. Wij hadden de gewoonte om alleen

van nacht tot nacht hiervoor naar buiten te gaan. Dit was namelijk vóórdat wij

toiletten hadden dicht bij huis. Deze gewoonte van ons was gelijk aan de

Page 22: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

gewoonte van de vroegere Arabieren in de wildernis of weg van huis. Toen ik en

Umm Mistah bint Abi Rohm lopend vertrokken, struikelde zij over haar lange

jurk en zei: Moge Mistah te gronde gaan.' Ik zei toen tegen haar: Wat slecht is

wat je heb gezegd. Scheld je een man uit die [de slag om] Badr heeft

bijgewoond?' Toen zei ze: 'Hé jij! Heb je niet gehoord wat ze hebben gezegd?'

Hierop vertelde zij mij de beschuldiging van de lasteraars, waar ik nog zieker

van werd dan ik al was. Toen ik terugkeerde naar mijn huis, kwam de

Boodschapper van Allaah bij mij binnen, groette en zei: "Hoe gaat het met haar?

Ik vroeg hem toen: `Geef mij toestemming om naar mijn ouders te gaan.' Zij

Aaichah zei: `Ik wilde toen zekerheid over het nieuws krijgen van hen [mijn

ouders].' De Boodschapper van Allaah gaf mij toestemming. Ik kwam bij mijn

ouders en vroeg aan mijn moeder: Waar hebben de mensen het over?' Zij

antwoordde: `O mijn dochtertje, maak je hier niet te druk over. Want bij Allaah,

het kom slechts weinig voor dat een charmante echtgenote van een man met

bijvrouwen die van haar houdt bij hem blijft, zonder dat zij veel [slechts] over

haar zeggen.' Ik zei: `Verheven is Allah! Praten de mensen hier echt over?' Zij

[Aaichah] zei: 'Ik bracht die nacht door tot aan de ochtend, zonder dat mijn

tranen ophielden met stromen en zonder ook maar een oog dicht te doen. Daarna

werd het ochtend. De Boodschapper van Allaah riep Ali Ibn Abi Taalib en

Usaamah lbn Zayd bij zich, toen de openbaring op zich liet wachten, om hen om

raad te vragen over het scheiden van zijn echtgenote ['Aaichah]. Usaamah

adviseerde hem op basis van wat hij wist van zijn eigen liefde voor hen [de

echtgenotes van de Profeet].

Daarom zei Usaamah: `Houd uw echtgenote, O Boodschapper van Allaah .

Want bij Allaah, wij weten alleen het goede [over haar].' `Ali Ibn Abi Taalib zei

echter: `0 Boodschapper van Allaah, Allaah heeft u niet beperkt en er zijn veel

andere vrouwen behalve zij. Bovendien kunt u haar dienstmeisje vragen, want

zij zal u de waarheid vertellen.' Daarom riep de Boodschapper van Allaah

Barierah bij zich en zei: "0 Barierah, heb je ooit iets in haar gezien wat je aan het

twijfelen heeft gebracht?" Barierah antwoordde: `Bij Hem Die u met de

waarheid heeft gezonden, ik heb nooit iets van haar gezien waarom ik haar zou

moeten bekritiseren, behalve dat zij een jong meisje is dat [weleens] in slaap

valt. Hierdoor laat ze het deeg, dat dan opgegeten wordt door de huisdieren.'

Diezelfde dag stond de Boodschapper van Allaah op en vroeg om hulp bij het

nemen van wraak tegen 'Abdullaah Ibn Ubayy Ibn Saloel. De Boodschapper van

Allaah zei toen: "Wie helpt mij om wraak te nemen tegen een man van wie het

kwaad mij heeft bereikt over mijn echtgenotes. Want bij Allaah, ik weet niets

anders dan het goede over mijn echtgenotes. Zij hebben [in hun lasterverhaal]

een man beticht waarvan ik ook niets anders dan het goede weet, die gewoonlijk

niet bij mijn echtgenotes naar binnen ging behalve met mij." Toen stond Sa'd

Ibn Mu`aadh op en zei: '0 Boodschapper van Allaah, ik zal u - bij Allaah -

helpen om wraak te nemen tegen hem. Als hij behoort tot [de stam van] Al-Aws,

Page 23: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

dan zullen wij zijn hoofd afhakken. Als hij echter behoort tot onze broeders van

[de stam van] Al-Khazradj; beveelt u ons en wij zullen uw bevel over hem

uitvoeren.' Vervolgens stond Sa'd Ibn `Ubaadah op, de leider van Al-Khazradj.

Hij was voorheen een vrome man, maar hij werd meegesleurd door geestdrift.

Hij zei: `Jij hebt gelogen, bij Allah. Jij zult hem niet doden en jij bent niet in

staat om dat te doen.' Vervolgens stond Usayd Ibn Al-Hudhair op en zei: Jij hebt

gelogen, bij Allah. Wij zullen hem wel doden en jij bent een huichelaar die

opkomt voor de huichelaars.' Hierop vielen beide stammen - Al-Aws en Al-

Khazradj - tegen elkaar uit, totdat zij op punt stonden om tegen elkaar te

strijden, terwijl de Boodschapper van Allaah op de preekstoel stond. Hij daalde

neer en maande hen tot rust. Hij werd pas stil nadat zij stil waren. Ik huilde de

hele dag door, zonder dat mijn tranen ophielden en een oog dicht te doen. In de

ochtend waren mijn ouders met mij, nadat ik de twee nachten en een dag had

gehuild, totdat ik dacht dat mijn lever door het zou gaan barsten.' Zij [Aaichah]

heeft gezegd: `Terwijl zij [mijn ouders] mij bij zaten en ik huilde, vroeg één van

de vrouwen van Al-Ansaar toestemming om binnen te komen. Ik gaf haar

toestemming en zij kwam bij me zitten en huilde met mij mee. Terwijl wij daar

zo zaten, kwam opeens de Boodschapper van Allaah binnen en ging zitten. Hij

had daarvoor niet meer met mij gezeten sinds de dag dat die uitspraak [van de

valse beschuldiging] over mij gezegd was, Hij had al een maand lang geen

openbaring ontvangen over mijn kwestie.' Zij Aaichah heeft gezegd: `Hij sprak

de geloofsgetuigenis uit en zei: "0 `Aaichah, vervolgens dit: ik heb zus en zo

over jou gehoord. Als je onschuldig bent, dan zal Allaah jou vrijspreken. Als je

een zonde zou hebben gepleegd, vraag dan Allaah om vergeving en keer in

berouw terug naar Hem. Als de dienaar immers zijn zonde toegeeft en

vervolgens berouwvol is, zal Allah zijn berouw accepteren."

Toen de Boodschapper van Allaah uitgesproken was, stopten mijn tranen

volledig, totdat ik geen druppel meer voelde. Ik zei tegen mijn vader:

`Beantwoord de Boodschapper van Allaah voor mij.' Hij zei: `Bij Allaah, ik

weet niet wat ik tegen de Boodschapper van Allaah moet zeggen.' Vervolgens

zei ik tegen mijn moeder: 'Beantwoord de Boodschapper van Allaah voor mij op

wat hij heeft gezegd.' Zij antwoordde: `Bij Allaah, ik weet niet wat ik tegen de

Boodschapper van Allaah moet zeggen.' Zij [`Aaichah] heeft gezegd: `Ik was

toen nog een jong meisje en had niet veel kennis van de Qor'aan. Ik zei: 'Bij

Allaah, ik weet dat jullie hebben gehoord wat de mensen zeggen, dat het zich in

jullie harten heeft genesteld en dat jullie het geloven. Ook al zou ik tegen jullie

zeggen dat ik onschuldig ben - en Allaah weet dat ik onschuldig ben - dan

zouden jullie dat toch niet geloven. En als ik iets zou toegeven - en Allaah weet

dat ik onschuldig ben - dan zouden jullie mij zeer zeker wel geloven. Bij Allaah,

voor mij en jullie heb ik geen ander voorbeeld dan de vader van Yoesoef toen

hij zei: (Dus geduld is het meest gepast. En het is Allaah [Alleen] van Wie de

hulp gezucht kan worden tegen datgene [de leugen] wat jullie beschrijven.)

Page 24: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

[Soerah Yoesoef (12):18]. Vervolgens draaide ik me om in mijn bed, terwijl ik

hoopte dat Allaah mij vrij zou spreken. Maar bij Allaah, ik had nooit gedacht dat

er openbaring zou neerdalen over mijn kwestie. Ik zag mezelf als minderwaardig

dat de Qor'aan over mijn kwestie zou spreken. Ik hoopte echter wel dat de

Boodschapper van Allaah in zijn slaap een droom zou zien die mij zou

vrijspreken. Bij Allaah, de Boodschapper van Allaah was nog niet opgestaan

van zijn plaats en niemand van de bewoners had het huis verlaten, toen de

openbaring tot hem werd neergezonden. Hij werd gegrepen door de hevigheid

die hem gewoonlijk greep [bij het ontvangen van openbaring], van hem

afstroomde tijdens een winterdag. Toen dit [deze hevigheid van openbaring]

hem verliet, lachte hij. Het eerste woord dat hij sprak was dat hij tegen mij zei:

"0 Aaichah prijs Allaah want Hij heeft jou vrijgesproken." Mijn moeder zei toen

tegen mij: 'Ga naar de Boodschapper van Allaah toe.' Ik antwoordde: `Nee! Bij

Allaah, ik ga niet naar hem toe. Ik prijs niemand anders dan Allah.' Allaah

openbaarde: (Waarlijk, degenen die de laster hebben gebracht zijn een

groep onder jullie...) [Soerah An-Noer (24):11 en verder]. Toen Allaah dit

neerzond over mijn onschuld, zei Abu Bakr As-Siddieq - die normaal gesproken

Mistah Ibn Uthaathah onderhield, vanwege zijn verwantschap: `Bij Allaah, ik

zal Mistah nooit meer onderhouden vanwege wat hij heeft gezegd over

`Aaichah. Hierop openbaarde Allaah: (En laat degenen onder jullie die zijn

gezegend met gunsten en weelde niet zweren om niet aan hun verwanten te

geven ... Hebben jullie niet graag dat Allaah jullie vergeeft? En Allaah is

Vergevensgezind, meest Barmhartig.) [Soerah An-Noer (24):22]. Daarom zei

Abu Bakr: `Bij Allaah, ik heb graag dat Allaah mij vergeeft.' En hij keerde terug

naar Mistah en hielp hem weer zoals hij gewend was. De Boodschapper van

Allaah vroeg Zainab bint Djahsh over mij en zei: "0 Zainab, wat weet je? Wat

heb je gezien?" Zij antwoordde dan: `0 Boodschapper van Allaah, ik bescherm

mijn oren en ogen. Bij Allaah, ik weet over haar niets anders dan het goede.' Zij

`Aaichah heeft gezegd: `Zij was degene die mij evenaarde [in schoonheid en

liefde van de Profeet voor haar] en Allaah beschermde haar door haar

vroomheid.'

# 1184. Overgeleverd van Abu Hurairah en Zayd Ibn Khaalid A1-Djuhani dat

zij beiden hebben gezegd: `Een man van de bedoeïenen kwam naar de

Boodschapper van Allaah en zei: `O Boodschapper van Allaah, ik bezweer u bij

Allaah om in overeenstemming met het Boek van Allaah recht te spreken voor

mij.' De opponent <>tegenstander<> die meer kennis had zei: `Ja, spreekt u

recht tussen ons met het Boek van Allaah en geeft u mij toestemming [om te

spreken].' De Boodschapper van Allaah zei: "Vertel." Hij zei: `Mijn zoon was

een loonarbeider bij deze man en hij heeft overspel gepleegd met zijn

echtgenote. Mij is verteld dat mijn zoon gestenigd moet worden. Ik heb hem

echter vrijgekocht met honderd ooien en een slavin. Toen ik de geleerden vroeg,

vertelden zij mij dat mijn zoon honderd zweepslagen verdient en verbanning

Page 25: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

gedurende een jaar, en dat de echtgenote van die man gestenigd dient te worden.'

De Boodschapper van Allaah zei: `Bij degene in Wiens Hand mijn ziel ligt, ik

zal tussen jullie beiden rechtspreken met het Boek van Allah. De slavin en de

schapen worden verworpen. Jouw zoon verdient honderd zweepslagen en

verbanning gedurende een jaar. 0 Unais, ga naar de echtgenote van deze man.

Als zij erkent, stenig haar dan." Hij ging naar haar toe en zij erkende. Daarom

droeg de Boodschapper van Allaah op om haar te stenigen en dat geschiedde.'

Opmerking: Deze hadith zeg iets anders dan wat in [Soerah An Noer 24:2] staat:

(De ontuchtige vrouw en de ontuchtige man, slaat hen ieder met honderd slagen.

En laat medelijden met hen jullie niet treffen in de godsdienst van Allaah, indien

jullie in Allah en de Laatste Dag geloven. En laat een groep gelovigen getuige

zijn van hun bestraffing.)

# 1201. Van hem is ook overgeleverd dat de Boodschapper van Allaah heeft

gezegd: "Wie gelooft in Allaah en in Zijn Boodschapper, het gebed onderhoudt

en de ramadhaan vast, heeft het recht [van begunstiging] op Allaah om hem het

paradijs binnen te brengen, ongeacht of hij heeft gestreden op de Weg van

Allaah of heeft verbleven in het land waar hij is geboren." Men vroeg: `0

Boodschapper van Allaah, zullen wij de mensen hiermee dan niet verblijden?'

Hij antwoordde: "Het paradijs bestaat uit honderd gradaties die Allah heeft

bereid voor de strijders op de Weg van Allah. Tussen elke twee gradaties is

dezelfde afstand als tussen de hemel en de aarde. Als jullie Allah vragen, vraag

Hem dan Al-Firdaws. Dat is namelijk het middelpunt van het paradijs en het

hoogste punt van het paradijs. Ik denk dat de Troon van de Erbarmer zich

erboven bevindt. De rivieren van het paradijs ontspringen daarvandaan."

# 1260. Overgeleverd van Sahl Ibn Sa`d is dat hij de Profeet op de dag [van de

slag] van Khaibar heeft horen zeggen: "Ik zal de vlag geven aan een man op

wiens handen Allaah de overwinning zal brengen." Hierop stonden zij op,

hopend dat iemand van hen hem zou krijgen, en iedereen van hen hoopte dat hij

hem zou krijgen. Hij vroeg toen: "Waar is 'Ali?' Men antwoordde: `Hij heeft last

van zijn ogen.' Hij droeg op om hem bij hem te laten komen. Hij spuugde in zijn

ogen en hij genas ter plekke, alsof hij nooit ergens last van had gehad. Hij vroeg:

`Moeten wij hen bevechten totdat zij net als wij [moslims] worden?' Hij

antwoordde: "Wees geduldig. Als je bij hen aankomt, nodig hen dan uit naar de

Islaam en bericht ze over wat hun verplicht is gesteld. Want bij Allaah, dat

Allaah door jou één man leidt, is beter voor jou dan rode kamelen".'

# 1284. Overgeleverd van Ibn `Abbaas is dat hij de Profeet heeft horen zeggen:

"Het is niet toegestaan voor een man om zich afgezonderd met een vrouw te

bevinden en het is niet toegestaan voor vrouw om te reizen, behalve in het

bijzijn van een mahram." Hierop stond een man op en vroeg: `O Boodschapper

Page 26: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

van Allaah, mijn vrouw is vertrokken naar de hadj en ik heb mij ingeschreven

voor die-en-die strijd?' Hij antwoordde: "Ga en verricht de hadj met je vrouw."

# 1288. Overgeleverd van Ibn `Abbaas is dat hem bereikte dat `Ali sommige

mensen had verbrand. Hij zei toen: Als ik het was dan had ik hen niet verbrand,

omdat de Profeet heeft gezegd: "Kwel niet met de kwelling van Allah." Ik zou

hen echter gedood hebben, zoals de Profeet heeft gezegd: Wie zijn religie

wijzigt, dood hem dan".'

# 1289. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat hij de Boodschapper van Allaah

heeft horen zeggen: "Een mier beet een Profeet van de Profeet, die toen opdroeg

om het hele mierendorp te verbranden. Allaah openbaarde toen aan hem:

"Omdat een mier jou heeft gebeten, heb jij een hele gemeenschap van de

gemeenschappen verbrand, die Allaah verheerlijkt"."

# 1293. Overgeleverd van Al-Baraa' Ibn Aazib is dat hij heeft gezegd: `De

Profeet stelde op de dag van [de slag van] Uhud `Abdullaah Ibn Djubair aan

over de infanterie, die bestond uit vijftig man. Hij is zei tegen hen: "Zelfs als

jullie zien dat de vogels ons pikken, verlaat deze plek van jullie dan niet, totdat

ik iemand naar jullie stuur. Als jullie zien dat wij hen hebben verslagen en hen

onder de voet hebben gelopen, verlaat deze plek van jullie dan niet, totdat ik

iemand naar jullie stuur." En zij [de moslims] versloegen hen [de ongelovigen].'

Hij [Al-Baraa] heeft gezegd: Bij Allaah, ik zag de [ongelovige] vrouwen

wegrennen, met opgetrokken gewaden waardoor hun enkelsieraden en

onderbenen te zien waren. De mannen van 'Abdullaah Ibn Djubair zeiden toen:

`O mensen, de oorlogsbuit, de oorlogsbuit! Jullie metgezellen hebben

gezegevierd, dus waar wachten jullie nog op?' `Abdullaah Ibn Djubair zei: 'Zijn

jullie vergeten wat de Boodschapper van Allaah tegen jullie heeft gezegd?' Zij

antwoordden: `Bij Allaah, wij gaan ons bij de mensen voegen en wij zullen ons

ook ons aandeel van de buit toe -eigenen.' Toen zij bij hen aankwamen, werden

hun gezichten afgewend en keerden zij verslagen terug. Dat was toen de

Boodschapper van Allaah hun achterhoede riep, maar er niemand met de Profeet

bleef, op twaalf mannen na. Zij troffen toen zeventig man van ons, terwijl de

Profeet en zijn metgezellen op de dag [van de slag] van Badr honderdveertig van

de veelgodenaanbidders hadden getroffen: zeventig krijgsgevangenen en

zeventig doden. Abu Sofyaan vroeg toen drie keer: 'Bevindt Mohammad zich

onder de mensen?' De Profeet verbood hun echter om hem te antwoorden.

Vervolgens vroeg hij drie keer: `Bevindt Ibn Abi Qohaafah [Abu Bakr] zich

onder de mensen?' Daarna keerde hij terug naar zijn mensen en zei: `Wat hen

betreft, zij zijn gedood: `Omar kon zich toen niet inhouden en zei: `Bij Allaah, je

liegt, O vijand van Allah. Diegenen die jij hebt opgenoemd leven allemaal en

datgene wat jou ongunstig zal stemmen, zal nog komen.' Hij [Abu Sofyaan]

antwoordde: Deze dag is [een vergelding] in ruil voor de dag van Bach en de

Page 27: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

oorlog is onbeslist. Jullie zullen zien dat de mensen verminkt zijn. Ik heb daar

toe niet opgedragen, maar ik treur er ook niet om.' Vervolgens begon hij te

dichten: Wees verheven O [afgodsbeeld] Hubal, wees verheven O Hubal.' De

Profeet zei: "Waarom antwoorden jullie hem niet?" Zij vroegen: `O

Boodschapper van Allaah, wat moeten wij dan zeggen?' Hij zei: "Zeg: Allaah is

de Meest Verhevene en de Meest Hoge." Hij [Abu Sofyaan] zei: Wij hebben

[het afgodsbeeld] Al-`Uzzaa en jullie hebben geen Al-`Uzzaa.' De Profeet zei:

"Waarom antwoorden jullie hem niet?" Zij vroegen: `O Boodschapper van

Allaah, wat moeten wij dan zeggen?' Hij zei: "Zeg: Allaah is onze Medestander

en jullie hebben geen medestander".'

# 1298. Overgeleverd van Salamah Ibn Al-Akwa` is dat hij heeft gezegd: `Er

kwam een spion van de veelgodenaanbidders bij de Profeet, terwijl hij op reis

was. Hij ging bij zijn metgezellen zitten en sprak met hen. Toen hij vervolgens

vertrok, zei Profeet: "Achtervolg hem en dood hem". Hij [Salamah Ibn Al-

Akwal] doodde hem en hij [Profeet] gaf hem wat hij van hem [spion] had

afgenomen [aan persoonlijke bezittingen] als buit.'

# 1299. Overgeleverd van Ibn `Abbaas is dat hij heeft gezegd: Donderdag! Wat

een dag is donderdag!' Vervolgens huilde hij totdat zijn tranen de kiezelstenen

bevochtigden en hij zei: `De [overlijdens] pijn van de Boodschapper van Allaah

verhevigde op donderdag. Hij zei toen: "Breng mij schrijfgerei en ik zal iets

voor jullie [laten] schrijven waarna jullie nooit meer zullen dwalen." Zij kregen

toen onenigheid, terwijl het niet gepast is om in het bijzijn van een profeet

onenigheid te krijgen. Zij zeiden toen: `De Boodschapper van Allaah lijdt hevige

pijn.' Hij zei: "Laat mij. Datgene waarin ik mij bevind, is beter dan waarnaar

jullie mij uitnodigen." Hij beval op zijn sterfbed drie zaken: "Verdrijf de

veelgodenaanbidders uit het Arabische Schiereiland en schenk de delegaties op

een manier zoals ik hen schonk." En de derde ben ik vergeten.'

# 1300. Overgeleverd van lbn 'Omar is dat hij heeft gezegd: De Profeet stond

eens op tussen mensen [om te preken]. Hij sprak lofprijzingen uit over Allah

zoals Hij dat verdient en vervolgens noemde hij Ad-Dadjaal [antichrist] en zei:

"Ik waarschuw jullie voor hem. Elke profeet heeft zijn volk voor hem

gewaarschuwd en Noeh [Noach] heeft ook zijn volk voor hem gewaarschuwd.

Ik zal jullie echter iets zeggen over hem wat geen enkele profeet tegen zijn volk

heeft gezegd: jullie weten dat hij éénogig is en dat Allaah niet éénogig is".'

# 1324. Overgeleverd van 'Abdur-Rahmaan Ibn 'Awf is dat hij heeft gezegd:

`Terwijl ik in de rij stond op de dag van [de slag van] Badr, keek ik rechts en

links van mij. Ik zag toen twee jonge knapen van de Ansaar. Ik had gehoopt dat

ik tussen twee sterkere [en standvastigere] mannen dan hen stond. Iemand van

hen prikte mij en zei: O oom van vaderskant, kent u Abu Djahl?' Ik antwoordde:

Page 28: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

`Ja. Wat wil je van hem, O zoon van mijn broer?' Hij zei: `Mij is verteld dat hij

de Boodschapper van Allaah uitscheldt. Bij Allaah, als ik hem tegenkom zal

mijn lichaam zich niet van zijn lichaam scheiden totdat de eerste van ons beiden

dood gaat.' Ik was verbaasd daardoor. Daarna prikte de andere mij en zei

hetzelfde tegen mij. Het duurde niet lang voordat ik keek naar Abu Djahl, terwijl

hij tussen de mensen liep. Ik zei: `Hé, dit is jullie vriend over wie jullie mij

vroegen.' Zij haalden hem gehaast in met hun beide zwaarden en sloegen hem,

totdat zij hem doodden. Vervolgens begaven zij zich naar de Boodschapper van

Allaah en berichtten hem. Hij vroeg: "Wie van jullie twee heeft hem gedood?"

leder van hen zei: `Ik heb hem gedood.' Hij vroeg: "Hebben jullie je zwaarden

schoongeveegd?" Beiden antwoordden: `Nee.' Toen hij naar hun zwaarden keek,

zei hij: "Jullie hebben hem allebei gedood. Zijn persoonlijke eigendommen die

in beslag genomen zijn, komen toe aan Mu`aadh Ibn Amr Ibn Al-Djamoeh." De

twee knapen waren Mu`aadh Ibn Afrag en Mu`aadh lbn Amr Ibn Al-Djamoeh.'

# 1339. Overgeleverd van `Awf Ibn Maalik is dat hij heeft gezegd: `Ik kwam

tijdens de slag om Tabuk bij de Profeet, terwijl hij zich in een tent van leer

bevond. Hij zei toen: "Tel zes zaken die het naderen van het Uur aangeven: mijn

overlijden; vervolgens de bevrijding van Bayt Ul-Maqdis [Jenuzalem]; daarna

een doodepidemie die jullie zal treffen als scrapie; dan een overvloed aan

rijkdom, waardoor een man die honderd dinar ontvangt ontevreden zal blijven;

vervolgens een beroering die elk huis van de Arabieren zal binnengaan; en

daarna een wapenstilstand tussen jullie en de gele afstammelingen [de

Romeinen], waarin zij jullie zullen bedriegen. Zij zullen namelijk op jullie

afkomen onder tachtig vlaggen, met onder elke vlag twaalfduizend man".'

# 1351. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Profeet heeft gezegd: "Als

Allaah van een dienaar houdt, roept Hij Djibriel [en zegt]: "Allaah houdt van

die-en-die, dus houdt van hem." Hierop zal Djibriel ook van hem houden.

Djibriel zal dan omroepen onder de hemelbewoners: `Allaah houdt van die-en-

die, houd dus van hem.' Hierop zullen de hemelbewoners van hem houden en zal

vervolgens acceptatie voor hem geplaatst worden op aarde."

# 1353. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Profeet heeft gezegd: "Als het

vrijdag is, bevinden zich bij elke deur van de moskee engelen, die [de namen

van de bezoekers] noteren op volgorde van binnenkomst. Als de Imaam gaat

zitten, vouwen zij hun bladen dicht en komen om naar de gedenking [de preek]

te luisteren."

# 1362. Overgeleverd van `Aaichah is dat zij heeft gezegd: `Wie beweert dat

Mohammad zijn Heer heeft gezien, heeft iets geweldigs beweerd. Hij heeft

echter Djibriel gezien in zijn hoedanigheid en gedaante, terwijl hij bedekte wat

zich tussen de horizon bevindt.

Page 29: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

# 1363. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Boodschapper van Allaah

heeft gezegd: "Als een man zijn echtgenote naar bed roept en zij weigert,

waardoor hij boos op haar in slaap valt, dan vervloeken de engelen haar totdat

de ochtend aanbreekt."

# 1364. Overgeleverd van Ibn `Abbaas is dat de Profeet heeft gezegd: Tijdens

mijn nachtelijke reis zag ik Moesaa. Hij was een bruingetinte man, lang en

gekruld haar. Alsof hij een man uit Shanu'ah was. Ik zag ook `Iesaa. Hij was

man van middelmatige lengte en middelmatige bouw. Zijn huidskleur neigde

rood en wit, met stijl haar. Ik heb ook Maalik, de bewaarder van het vuur, en

ook Ad -Dadjaal [antichrist] gezien." Dit waren allemaal tekenen die Allaah hem

had getoond:

# 1365. Overgeleverd van `Abdullaah Ibn 'Omar is dat de Boodschapper van

Allaah heeft gezegd: "Als iemand van jullie overlijdt, dan wordt zijn

bestemming aan hem getoond in de vroege ochtend en in de vooravond. Als hij

behoort tot de bewoners van het paradijs, dan [is de bestemming die aan hem

wordt getoond] die van de bewoners van het paradijs. Als hij behoort tot de

bewoners van het vuur, dan [is de bestemming die aan hem wordt getoond] die

van de bewoners van het vuur."

# 1366. Overgeleverd van 'Imraan Ibn Husain is dat de Profeet heeft gezegd: "Ik

heb in het paradijs gekeken en zag dat de meeste van haar bewoners bestaan uit

armen. En ik heb in het vuur gekeken en zag dat de meeste van haar bewoners

bestaan uit vrouwen.

# 1382. Overgeleverd van Sulaymaan Ibn Surd is dat hij heeft gezegd: `Ik zat

eens met de Profeet, terwijl twee mannen elkaar uitscholden. Het gezicht van de

ene werd rood en zijn halsslagaders zwollen op. De Profeet zei toen: "Ik ken een

woord, als hij dat zou zeggen dan zou wat hem heeft overmand hem verlaten.

Als hij `ik zoek bescherming bij Allaah tegen de Satan' zou zeggen, dan zou wat

hem heeft overmand hem verlaten." Men zei toen tegen hem dat de Profeet zegt:

"Zoek bescherming bij Allaah tegen de Satan." Hij antwoordde: `Ik ben toch niet

bezeten?

# 1389. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Profeet heeft gezegd: "Als

jullie hanengekraai horen, vraag Allaah dan om Zijn verdienste, want zij hebben

dan een engel gezien. Als jullie ezelgebalk horen, vraag Allaah dan om

bescherming tegen de Satan, want hij heeft dan een Satan gezien."

# 1391. Van Abu Hurairah is ook overgeleverd dat de Profeet heeft gezegd: `Als

een vlieg het drinken van iemand van jullie valt, laat hij hem dan

Page 30: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

onderdompelen, want zijn ene vleugel bevat namelijk een ziekte en de andere

vleugel bevat een genezing.

# 1393. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Profeet heeft gezegd: "Allah

heeft Aadam [Adam] geschapen met een lengte van zestig el. Vervolgens zei

Hij: "Ga, begroet die engelen en luister naar hoe zij jou groeten. Dat wordt

namelijk jouw groet en de groet van jouw nageslacht." Hij zei toen: `Vrede zij

met jullie [As-salaamu `alaikum].' Zij antwoordden: `Vrede zij met jou en de

Genade van Allaah [As-salaamu 'alaika warahmatullaah].' Zij voegden dus `en

de Genade van Allah' voor hem toe. Eenieder die het paradijs zal betreden, zal

de gedaante van Aadam [Adam] hebben. De schepping is blijven afnemen tot

nu."

# 1397. Overgeleverd van Abdullaah is dat de Boodschapper van Allaah heeft

gezegd: "Voor elke ziel die onrechtvaardig wordt gedood, zal de eerste zoon van

Aadam [namelijk Qaabiel] daar een aandeel in hebben. Hij is immers de eerste

die moordgewoonte heeft gepraktiseerd."

# 1400. Overgeleverd van Ibn `Abbaas is dat de Profeet heeft gezegd: "Jullie

zullen blootvoetig, naakt en onbesneden [uit jullie graven] verzameld worden."

De eerste die tijdens de Opstandingsdag wordt gekleed, is Ibraahiem. Sommigen

van mijn metgezellen zullen dan naar de linkerzijde [in de richting van het vuur]

meegenomen worden. Ik zal dan zeggen: "Dat zijn mijn metgezellen, dat zijn

mijn metgezellen." Er zal gezegd woorden: `Vanaf het moment dat jij hen hebt

verlaten, hebben zij als afvalligen hun hielen laten zien.' Ik zal dan zeggen zoals

rechtschapen dienaar [Iesaa de zoon van Mariam] heeft gezegd:

# 1401. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Profeet heeft gezegd: "Tijdens

Opstandingsdag zal Ibraahiem [Abraham] zijn vader Aazar ontmoeten, terwijl

het gezicht van Aazar donkergekleurd en stoffig zal zijn. Ibraahiem zal dan

tegen hem zeggen: Heb ik niet tegen u gezegd om niet ongehoorzaam aan mij te

zijn?' Zijn vader zal antwoorden: `Vandaag zal ik niet ongehoorzaam aan je

zijn.' Ibraahiem zal dan zeggen: `O mijn Heer, U hebt mij beloofd dat U mij niet

te schande zult maken tijdens de dag dat zij opgewekt zullen worden. Wat is

echter een ergere schande dan mijn verstoten vader?' Allaah zal dan antwoorden:

"Ik heb het paradijs verboden voor de ongelovigen." Vervolgens zal gezegd

worden: `Wat bevindt zich onder jouw voeten?' Als hij kijkt, zal hij een

besmeurde mannetjeshyena zien. Hij zal bij zijn poten gegrepen worden en in

het vuur geworpen worden."

# 1405. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Boodschapper van Allaah

heeft gezegd: `Ibraahiem heeft zichzelf op tachtigjarige leeftijd besneden in Al-

Qadoem." En in een andere versie van hem: "Met een dissel."

Page 31: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

# 1406. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Boodschapper van Allaah

heeft gezegd: "Ibraahiem heeft slechts drie onwaarheden verteld. Twee daarvan

waren omwille van Allaah, toen hij zei: '(Ik ben ziek.) [Soerah As-Saaffaat

(37):89], en toen hij zei: `(Nee, deze, de grootste van hen heeft het gedaan)

[Soerah Al-Anbiyaa' (21):63]'." En hij heeft gezegd: "Toen hij [Ibraahiem] eens

samen met Sarah was, kwam hij bij een tiran van de tirannen. Er werd tegen

hem [de tiran] gezegd: `Er is hier een man die vergezeld wordt door een

prachtige vrouw.' Hij zond toen iemand naar hem, die hem over haar vroeg en

zei: `Wie is de vrouw?' Hij antwoordde: `Mijn zus.' Vervolgens ging hij naar

Sarah..." En hij noemde de rest van de overlevering.

# 1408. Overgeleverd van Ibn Abbaas is dat hij heeft gezegd: `De eerste vrouw

die een gordel gebruikte, was [Haadjar] de moeder van Ismaa'iel. Zij nam een

gordel om haar sporen voor Sarah te wissen. Vervolgens nam Ibraahiem haar en

haar zoon Ismaa'iel - die zij nog zoogde - mee en bracht hen naar de plek van het

Huis [de Ka`bah], naast een grote boom, boven zamzam, op de plek van het

hoogste gedeelte van de Moskee. Toentertijd was er niemand in Mekka en was

er daar geen water. Hij plaatste hen daar en plaatste naast hen een leren tas met

dadels en een waterzak met water. Vervolgens maakte Ibraahiem rechtsomkeert

en vertrok. De moeder van Ismaa'iel volgde hem en zei: `O Ibraahiem, waar ga

jij heen? Laat je ons achter in deze vallei waar geen enkel mens of iets anders

is?' Zij herhaalde dit meerdere malen, maar hij keek niet naar haar om. Daarom

vroeg ze uiteindelijk: 'Is Allaah Degene die jou dit heeft opgedragen?' Hij

antwoordde: Ja.' Zij zei: `In dat geval zal Hij ons niet verwaarlozen.' Zij keerde

terug en Ibraahiem vertrok".

Toen hij de bergweg bereikte, waar zij hem niet konden zien, wendde hij zich

met zijn gezicht richting het Huis [de Ka`bah] en hij verrichtte de volgende

aanroeping met opgeheven handen. Hij zei: '0 mijn Heer, (Ik heb een deel van

mijn nageslacht in een onvruchtbare vallei laten wonen, bij Uw Heilige Huis

[de Ka`bah] ...bedanken.) [Soerah Ibraahiem (14):37].' De moeder van

Ismaa'iel begon Ismaa'iel te zogen en ze dronk van het water. Toen het water in

de waterzak opraakte, kregen zij en haar zoon dorst. Toen zij naar hem keek, zag

ze dat hij kronkelde (of: trappelde). Daarom vertrok ze uit afkeer om naar hem

te kijken. Zij zag dat As-Safaa de meest nadere berg op de grond tot haar was.

Daarom ging zij erop staan. Zij wendde zich richting de vallei en keek of ze

iemand zag. Zij zag echter niemand en daalde af van As-Safaa. Toen zij de

vallei bereikte, hief zij het uiteinde van haar mantel op en rende zoals een

vermoeid persoon rent, totdat zij de vallei was overgestoken. Zij kwam toen en

bij Al-Marwah, ging erop staan en keek of ze iemand zag. Zij zag echter

niemand. Zij herhaalde dit zeven keer.' Ibn Abbaas heeft gezegd dat de Profeet

heeft gezegd: "Dat is waarom de mensen tussen beide [bergen] heen en weer

Page 32: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

lopen." `Toen zij Al-Marwah beklom, hoorde zij [uiteindelijk] een stem en zij

zei: Zwijg,' tegen zichzelf. Vervolgens luisterde zij geconcentreerd en hoorde

weer een stem. Zij zei toen: `Ik heb jou gehoord. `Wellicht kun jij redding

brengen.' Plotseling zag zij de engel [Djibriel] bij de plek van zamzam. Djibriel

groef met zijn hiel (of met zijn vleugel), totdat er water verscheen. Zij begon het

in te bedden en deed zo met haar hand. Zij begon het water in haar waterzak te

scheppen, terwijl deze overstroomde nadat zij schepte.' Ibn `Abbaas zegt dat de

Profeet heeft gezegd: 'Moge Allaah de moeder van Ismaa'iel genadig zijn. Als

zij zamzam had gelaten (of als zij niet uit het water had geschept), dan was

zamzam een stromende bron op het aardoppervlak geweest." Hij zei: `Zij dronk

en zoogde haar zoon. De engel zei tegen haar: `Vrees de ondergang niet. Hier is

namelijk het Huis van Allaah, dat gebouwd zal worden door de jongen en zijn

vader. Allaah verwaarloost Zijn mensen immers niet.' Het Huis was toen

verhoogde grond, net zoals een heuvel. Als de stromingen kwamen, namen zij

hem van rechts en van links. Deze situatie zette zich voort, totdat een gezelschap

uit Djurhum langs hen kwam. Zij kwamen uit via de weg van Kadaa' en streken

neer in het laagste gedeelte van Mekka. Toen zij een vogel zagen die gewoonlijk

boven water vliegt, zeiden zij: `Deze vogel vliegt gewoonlijk rond boven water.

Wij waren echter pas recentelijk in die vallei en er was daar geen water.' Zij

zonden toen één of twee loopjongens, die water aantroffen. Zij keerden terug en

berichtten hen over het water. Daarom begaven zij zich erheen, terwijl de

moeder van Ismaa'iel bij het water was. Zij vroegen: `Geef jij ons toestemming

om bij jou neer te strijken?' Zij antwoordde: Jawel, maar jullie hebben geen

recht op het water.'

Zij antwoordden: Jawel'.' Ibn `Abbaas zei dat de Profeet heeft gezegd: "Dit

gebeuren verheugde de moeder van Ismaa'iel, want zij hield van gezelschap? Zij

streken dus neer en zonden naar hun familie, die ook bij hen neerstreek. Totdat

zich een aantal gezinnen van hen hadden gevestigd. De jongeman [Ismaa'iel]

groeide op en leerde Arabisch van hen. Toen hij opgroeide, begeerden zij hem

en zij raakten onder de indruk van hem. Toen hij volwassen werd, huwden zij

hem een vrouw van hen. Nadat de moeder van Ismaa'iel overleed, kwam

Ibraahiem nadat Ismaa'iel was getrouwd, om zich op de hoogte stellen van de

toestand van wie hij had achtergelaten. Hij trof Ismaa'iel niet aan. Daarom vroeg

hij zijn vrouw over hem. Zij antwoordde: 'Hij is naar buiten om

levensvoorziening voor ons te halen.' Vervolgens vroeg hij haar over hun leven

en hun situatie. Zij antwoordde: `Wij hebben het slecht. Wij leven in armoede en

tegenspoed,' en zij beklaagde zich bij hem. Hij zei: `Als jouw echtgenoot komt,

doe hem dan de groeten zeg tegen hem dat hij zijn deurdrempel moet

veranderen.' Toen Ismaa'iel kwam, was het alsof hij iets ongebruikelijks aantrof.

Daarom vroeg hij: `Heeft iemand jullie bezocht?' Zij antwoordde: Ja. Er is zus -

en -zo oude man naar ons gekomen. Hij vroeg mij naar jou en ik vertelde hem.

Hij vroeg mij hoe wij leefden en ik vertelde hem dat wij in hardheid en tegen

Page 33: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

spoed leven.' Hij vroeg: 'Heeft hij jou een advies nagelaten?' Zij antwoordde: Ja.

Hij droeg mij op om jou de groeten te doen en zei dat jij je deurdrempel moet

veranderen.' Hij zei: Dat is mijn vader en hij draagt mij op om van jou te

scheiden. Ga maar naar je familie. 'Hij scheidde van haar en trouwde een andere

vrouw van hen. Ibraahiem bleef gedurende een periode die Allaah wenste weg

bij hen. Daarna kwam hij weer en trof hem niet aan. Hij ging binnen bij zijn

vrouw en vroeg haar over hem. Zij antwoordde: `Hij is naar buiten om

levensvoorziening voor ons te halen.' Vervolgens vroeg hij haar hoe het met hen

ging, over hun leven en hun situatie. Zij antwoordde: `Wij hebben het goed en

ruim.' Zij loofde Allah. Hij vroeg: Waar bestaat jullie voedsel uit?' Zij

antwoordde: `Vlees.' Hij vroeg: `Waar bestaat jullie drinken uit?' Zij

antwoordde: `Water.' Hij zei toen: `0 Allaah, zegen voor hen het vlees en het

water.' De Profeet zei: "Zij hadden toentertijd geen graan. Als zij dat wel hadden

gehad, dan had hij daar ook aanroeping voor gedaan." Hij zei ook: "Voor

eenieder die zich ergens anders dan in Mekka alleen van deze twee [water en

vlees] voorziet, zullen zij ongeschikt zijn [en buikziekte veroorzaken]." Hij

[Ibraahiem] zei toen tegen haar: `Als jouw echtgenoot komt, doe hem dan de

groeten en draag hem op om zijn deurdrempel te bevestigen.

'Toen Ismaa'iel kwam, vroeg hij: `Heeft iemand jullie bezocht?' Zij antwoordde:

`Jawel. Er is een oude man in een mooie gedaante bij ons geweest.' Zij sprak

lovend over hem. `Hij vroeg mij over jou en ik vertelde hem. Hij vroeg ook hoe

wij leven en ik vertelde hem dat wij het goed hebben.' Hij vroeg: `Heeft hij jou

een advies nagelaten?' Zij antwoordde: 'Jawel. Hij doet je de groeten en draagt je

op je deurdrempel te bevestigen.' Hij zei: Dat is mijn vader en jij bent de

deurdrempel. Hij draagt mij op om je te houden.' Ibraahiem bleef gedurende een

periode die Allaah wenste weg bij hen. Daarna kwam hij weer, terwijl Ismaa'iel

zijn pijlen sleep onder een grote boom, in de buurt van zamzam. Toen hij hem

zag, stond hij naar hem op en zij deden wat een vader met zijn zoon gewoonlijk

doet en een zoon met zijn vader. Vervolgens zei hij: `0 Ismaa'iel, Allah heeft mij

een bevel opgedragen.' Hij antwoordde: Doet u wat Uw Heer u hebt

opgedragen.' Hij vroeg: `Ga je mij helpen?' Hij zei: `Ik ga u helpen.' Hij zei:

`Allaah heeft mij opgedragen om hier een huis te bouwen,' en hij wees naar een

heuvel die hoger lag dan zijn omgeving. Toen trokken zij de fundamenten van

het Huis op. Ismaa'iel bracht de stenen en Ibraahiem bouwde. Toen het

bouwwerk hoog werd, bracht hij hem [deze steen de standplaats van Ibraahiem,

Maqaam lbraahiem. Deze is vandaag de dag nog aanwezig tussen de Ka`bah en

zamzam] en plaatste hem neer voor hem, zodat hij erop stond. Hij bouwde en

Ismaa'iel gaf hem stenen aan, terwijl zij zeiden: `(0 onze Heer, accepteer van

ons. U bent de Afhorende, de Alwetende) [Soerah Al-Baqarah (2):127].

# 1410. Overgeleverd van Abu Humaid As-Saa'idie is dat zij vroegen: `O Boodschapper van Allaah, hoe moeten wij u prijzen?' De Boodschapper van

Page 34: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

Allaah antwoordde: "Zeg: `O Allaah, prijs Mohammad, zijn echtgenoten en zijn nageslacht net zoals U de familie van Ibraahiem hebt geprezen. En zegen Mohammad, zijn echtgenoten en zijn nageslacht net zoals U de familie van Ibraahiem hebt gezegend. U bent Geprezen en Glorieus'." Is daroed Ibraahiem. # 1418. Overgeleverd van Abu Moesaa is dat de Boodschapper van Allaah heeft gezegd: "Er zijn veel mannen die volmaaktheid hebben bereikt, maar bij de vrouwen is volmaaktheid slechts bereikt door Aasiyah de echtgenote van Fir`aoun [Farao] en Mariam de dochter van `Imraan. En de verdienste van Aaichah boven de vrouwen is net als de verdienste van de brood - met vleesbouillon boven al het andere voedsel." # 1424. Overgeleverd van `Ubaadah is dat de Profeet heeft gezegd: "Wie getuigt dat er geen ware god is behalve Allaah Alleen; Hij heeft geen enkele deelgenoot, en dat Mohammad Zijn dienaar en Zijn Boodschapper is, en dat `Iesaa [Jezus] de dienaar van Allaah en Zijn boodschapper is en Zijn Woord dat hij naar Mariam [Maria] heeft geworpen en een door Hem geschapen ziel, en dat het paradijs waarheid is, en dat het vuur waarheid is, hem zal Allaah het paradijs binnenbrengen ongeacht de daden die hij heeft verricht." # 1425. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Profeet heeft gezegd: "Slechts drie [personen] hebben in de wieg gesproken: [de eerste is] `Iesaa [Jezus]. [De tweede is:] er was een man van De kinderen van Israa'iel, die Djuraidj werd genoemd. Hij was een keer aan het bidden toen zijn moeder naar hem toe kwam en hem riep. Hij zei tegen zichzelf: `Moet ik gehoor geven aan haar of moet ik [doorgaan met] bidden?' Daarom zei zij: `0 Allaah, laat hem pas sterven nadat U hem de gezichten van prostituees toont.' Djuraidj bevond zich in zijn toren toen een vrouw zich aan hem aanbood en hem aansprak. Hij weigerde haar echter. Daarom ging zij naar een herder toe en liet hem geslachtsgemeenschap hebben met haar en zij beviel van een jongen. Zij beweerde dat het de zoon van Djuraidj was. Zij kwamen naar hem toe, vernielden zijn toren, haalden hem naar beneden en scholden hem uit." Hij verrichtte toen de Wudoe' en het gebéd en vervolgens kwam hij naar de jongen en vroeg: Jongen, wie is je vader?'

Hij antwoordde: `De herder. Daarom vroegen zij aan hem of zij een gouden

toren voor hem moesten bouwen. Hij antwoordde: "Nee, [bouw er alleen maar]

één van klei.' [De derde is:] er was een vrouw van De kinderen van Israa'iel die

een zoon van haar borstvoeding gaf toen een opmerkelijk knappe ruiter langs

haar kwam. Zij zei: `O Allah, laat mijn zoon zijn zoals hij.' Hierop liet hij haar

borst los, wendde zich in de richting van de ruiter en zei: `O Allaah, laat mij niet

Page 35: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

zijn zoals hij.' Vervolgens wendde hij zich weer tot haar borst en zoog eraan."

Abu Hurairah zegt: `Het is alsof ik naar de Profeet kijk terwijl hij aan zijn vinger

zuigt.' "Vervolgens werd een slavin langs gebracht en zij [de moeder] zei: `O

Allaah, laat mijn zoon niet zijn zoals zij.' Hij liet haar borst weer los en zei: `O

Allaah, laat mij zijn zoals zij.' Zij [zijn moeder] vroeg hem toen: `Hoezo dat?'

Hij antwoordde: De ruiter is één van de tirannen. Over deze slavin wordt

beweerd dat zij heeft gestolen en overspelig is geweest, terwijl zij dat niet heeft

gedaan'."

# 1433. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Boodschapper van Allaah

heeft gezegd: "Hoe zal het met jullie gesteld zijn als [`Iesaa] de zoon van

Mariam naar jullie is neergedaald en jullie gebedsvoorganger uit jullie midden

is?"

# 1435. Van hem [Hudhayfah] is ook overgeleverd dat de Boodschapper van

Allaah heeft horen zeggen: "Er was eens een man die op sterven lag. Toen hij

zijn hoop op overleven had verloren, zei hij tegen zijn familie: `Als ik dood ben,

verzamel dan veel brandhout en steek dit in brand. Als het [vuur] mijn vlees

heeft opgegeten en mijn bot komt en dat ook verbrandt, neem dat dan en maal

het. Strooi mij vervolgens over de zee op een winderige dag.' Zij deden dit.

Vervolgens verzamelde Allaah hem en vroeg hem: 'Waarom heb je dat gedaan?'

Hij antwoordde: `Uit angst voor U.' Daarom heeft Allaah hem vergeven."

# 1436. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Profeet heeft gezegd: "De

kinderen van Israa'iel werden geregeerd door de profeten. Elke keer als een

profeet overleed, werd hij opgevolgd door een andere profeet. Na mij komt

echter geen [andere] Profeet [meer]. Er zullen wel kaliefen komen [na mij] die

talrijk zullen zijn." Zij vroegen: Wat beveelt u ons dan [om te doen]?' Hij

antwoordde: "Kom de belofte van trouw na van de een na de ander. Vervul hun

rechten, want Allaah zal hun vragen over wat Hij onder hun hoede heeft

geplaatst."

# 1438, Overgeleverd van Abdullaah Ibn 'Amr is dat de Profeet heeft gezegd:

"Verkondig van mij, al is het maar een vers. Bericht over [de verhalen van] De

kinderen van Israa'iel zonder ongemak. En wie opzettelijk over mij liegt, mag

zijn plek in het vuur bestijgen."

# 1440. Overgeleverd van Djundub Ibn Abdillaah is dat de Boodschapper van

Allah heeft gezegd: "Er was onder jullie voorgangers een man met een wond.

Hij kon het geduld echter niet meer opbrengen. Daarom nam hij een mes en

sneed ermee in zijn hand. Het bloeden stopte pas nadat hij overleed. Allaah zei

toen: "Mijn dienaar heeft zich gehaast met [het doden van] zichzelf. Daarom heb

ik het paradijs voor hem verboden".

Page 36: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

# 1441. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Profeet heeft gezegd: "Allaah

wilde drie mannen van De kinderen van israa'iel beproeven; een melaatse, een

kale, en een blinde. Daarom zond Hij een engel naar hen. Toen hij bij de

melaatse kwam, vroeg hij: Wat heb jij het liefst?' Hij antwoordde: 'Een mooie

huidskleur en een gave huid. De mensen walgen namelijk van mij.' Hij veegde

over hem heen en waar hij aan leed, verdween. Hij kreeg een mooie huidskleur

en een gave huid. Hij vroeg hem: `Welke rijkdom heb je het meest lief?' Hij

antwoordde: `Kamelen.' Hij kreeg toen een kamelin die tien maanden drachtig

was en hij zei: `Moge Allaah haar voor jou zegenen.' Vervolgens kwam hij bij

de kale en vroeg hem: `Wat heb jij het liefst?' Hij antwoordde: `Mooi haar en dat

ik hiervan verlost word. De mensen walgen namelijk van mij.' Hij veegde over

hem heen en waar hij aan leed, verdween. Hij kreeg mooi haar. Hij vroeg hem:

'Welke rijkdom heb je het meest lief?' Hij antwoordde: `Koeien.' Hij kreeg toen

een drachtige koe en hij zei: `Moge Allaah haar voor jou zegenen.' Vervolgens

kwam hij bij de blinde en vroeg hem: Wat heb jij het liefst?' Hij antwoordde:

`Dat Allaah mij mijn zicht teruggeeft, zodat ik de mensen weer kan zien.' Hij

veegde over hem heen en hij kreeg zijn zicht terug. Hij vroeg hem: `Welke

rijkdom heb je het meest lief?' Hij antwoordde: `Schapen.' Hij kreeg toen een

drachtige ooi. Daarna bevielen alle drie de drachtige dieren, totdat de eerste een

hele vallei aan kamelen bezat, de tweede een hele vallei aan koeien en de derde

een hele vallei aan schapen. Vervolgens kwam hij [de engel] naar de melaatse in

zijn [vroegere) gedaante en hoedanigheid en zei: `Ik ben een behoeftige man.

Tijdens mijn reis ben ik al mijn middelen van levensvoorziening kwijtgeraakt.

Niemand kan mij vandaag voorzien, behalve Allaah en daarna jij.

Daarom vraag ik jou bij Degene Die jou een mooie huidskleur en een gave huid

heeft geschonken om mij een kameel te schenken waarmee ik mijn reis kan

voortzetten.' Hij antwoordde hem: `lk heb te veel verplichtingen.' Hierop zei hij

tegen hem: `Het is alsof ik jou ken. Was jij geen melaatse waarvan de mensen

walgden en een behoeftige, die vervolgens door Allaah gegund is?' Hij

antwoordde: `Ik heb dit van grote [voorvader] op grote geërfd.' Hij zei toen: Als

je liegt, moge Allaah jou dan terugbrengen naar waar jij je in bevond.'

Vervolgens kwam hij [de engel] naar de kale in zijn [vroegere] gedaante en

hoedanigheid en zei hetzelfde tegen hem als wat hij tegen de ander had gezegd.

Hij antwoordde hem op dezelfde wijze als de ander hem had geantwoord. Hij zei

toen: A1s je liegt, moge Allaah jou dan terugbrengen naar waar jij je in bevond.'

Vervolgens kwam hij [de engel] naar de blinde in zijn [vroegere] gedaante en

zei: Ik ben een behoeftige man. Tijdens mijn reis ben ik al mijn middelen van

levensvoorziening kwijtgeraakt. Niemand kan mij vandaag voorzien, behalve

Allaah en daarna jij. Daarom vraag ik jou bij Degene Die jou jouw zicht heeft

teruggegeven om mij een ooi te schenken waarmee ik mijn kan voortzetten.' Hij

antwoordde hem: `Ik was blind en Allaah gaf mij mijn zicht terug. Bovendien

Page 37: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

was ik arm en heeft Hij mij verrijkt. Neem wat je wilt. Bij Allaah ik zal mij

vandaag de dag niet inspannen om iets van je af te nemen van wat je neemt

omwille van Allaah.' Hierop zei hij: `Houd je rijkdom. Jullie zijn allemaal

beproefd. Allah is tevreden met jou en ontevreden over jouw twee vrienden'."

# 1442. Overgeleverd van Abu Sa`ied Al-Khudrie is dat de Profeet heeft gezegd:

"Onder De kinderen van Israa'iel was er een man die negenennegentig mensen

had gedood en vervolgens vertrok om te vragen [naar een geleerde op wiens

hand hij berouw kon tonen]. Toen hij aankwam bij een monnik, vroeg hij hem

en zei: `Kan ik berouw tonen?' Hij antwoordde: `Nee.' Daarom doodde hij hem.

Vervolgens ging hij verder met vragen [naar een geleerde op wiens hand hij

berouw kon tonen]. Een man zei tegen hem: `Ga naar dat-en-dat dorp.' De dood

achterhaalde hem echter en hij wendde zijn borst richting het beoogde dorp. De

engelen van genade kregen ruzie met de engelen van kwelling over hem. Allaah

openbaarde toen aan haar [het beoogde dorp] om dichterbij te komen, en Allaah

openbaarde aan haar [het verlaten dorp] om verder weg te gaan. Hij zei toen

[tegen de engelen]: "Meet de onderlinge afstand." Zij vonden dat hij een

handbreedte dichter bij haar [het beoogde dorp] was. Daarom werd hij

vergeven."

# 1443. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Profeet heeft gezegd: "Een

man kocht vastgoed over van een andere man. De vastgoedkoper trof in het

vastgoed een kruik aan die goud bevatte. De vastgoedkoper zei toen tegen hem:

`Neem je goud van mij weg. Ik heb de grond van jou gekocht en niet het goud.'

De grondbezitter antwoordde: `Ik heb jou de grond verkocht met inhoud.'

Daarom vroegen zij een man om tussen hen recht te spreken. De man bij wie zij

rechtspraak zochten, vroeg hun: Hebben jullie kinderen?' De ene zei: `Ik heb een

jongen.' De andere zei: `Ik heb een meisje.' Hij zei: `Huw het meisje aan de

jongen. Geef omwille van hen beiden ervan uit [van het goud] en geef er een

aalmoes van'."

# 1463. Overgeleverd van Ibn `Abbaas is dat Abu Dharr heeft gezegd: `Ik kom

uit [de stam van] Ghifaar. Het nieuws bereikte ons dat er in Mekka een man was

verschenen die beweerde dat hij een profeet was. Ik zei daarom tegen mijn

broer: `Vertrek naar deze man, ga met hem praten en breng mij zijn nieuws.' Hij

vertrok toen en ontmoette hem. Nadat hij terugkeerde, vroeg ik hem: Wat heb

je?' Hij antwoordde: `Bij Allaah, ik heb een man gezien die het goede beveelt en

het slechte verbiedt.' lk zei toen tegen hem: `Jouw nieuws is niet bevredigend

voor mij.' Ik nam een knapzak en een stok mee en begaf me naar Mekka. Ik

kende hem niet, maar ik wilde ook niet naar hem vragen. Ik verbleef in de

moskee en dronk van zamzam. 'Ali kwam een keer langs en zei: Volgens mij

ben jij een vreemde.' Ik antwoordde: Ja.' Hij zei: `Kom mee naar huis.' Ik ging

met hem mee. Hij vroeg mij niets en ik vertelde hem niets. Toen de ochtend

Page 38: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

aanbrak, ging ik naar de moskee om over hem te vragen, maar niemand vertelde

mij iets over hem. `Ali kwam toen weer langs en vroeg: `Heb jij je verblijfplaats

nog niet gevonden?' Ik antwoordde: Nee.' Hij zei: 'Kom met mij mee.' Hij vroeg

me: `Wat is er met je aan de hand en wat heeft jou hier gebracht?' Ik

antwoordde: `Als je het geheim houdt, zal ik het je vertellen.' Hij zei: `Dat zal ik

doen.' Ik zei tegen hem: `Het nieuws heeft ons bereikt dat hier een man is

verschenen die beweert dat hij een profeet is. Ik heb mijn broer gestuurd om

hem te spreken. Toen hij terugkwam, vond ik zijn nieuws echter niet

bevredigend. Daarom wilde ik hem zelf ontmoeten.' Hij zei toen: `Je heb je weg

gevonden. Ik ga zijn richting op. Volg mij dus en ga naar binnen waar ik naar

binnenga. Als ik iemand zie die ik voor jou vrees, zal ik bij een muur gaan staan

alsof ik mijn sandaal maak en loop jij door. Hij vertrok en ik vertrok met hem

mee, totdat hij bij de Profeet naar binnenging en ik ook met hem naar

binnenging. Ik zei toen tegen hem: `Leg de Islaam aan mij voor.' Nadat hij hem

aan mij had voorgelegd, werd ik ter plekke moslim.' Hij zei toen tegen mij: "0

Abu Dharr, Hou dit geheim en keer terug naar jouw land. Als het nieuws jou

bereikt dat wij de overhand hebben, kom dan." Ik zei: Bij Degene Die u met de

Waarheid heeft gezonden, ik zal dit uitschreeuwen tussen hen.' Hij ging naar de

moskee, terwijl Qoraish daar aanwezig waren en zei: `O gemeenschap van

Qoraish, ik getuig dat er geen ware god is behalve Allaah en ik getuig dat

Mohammad Zijn dienaar en Zijn Boodschapper is.' Zij zeiden toen: `Sta op naar

deze afvallige.' Zij stonden op en sloegen mij bijna dood. Al-`Abbaas kwam

naar mij toe en wierp zich op mij. Vervolgens wendde hij zich tot hen en zei: `0

wee jullie! Doden jullie een man van Ghifaar, terwijl jullie handelsplaats en

handelsroute langs Ghifaar is?' Zij lieten mij toen los. Toen de volgende ochtend

aanbrak, keerde ik terug en zei hetzelfde als wat ik gisteren had gezegd. Zij

zeiden toen weer: `Sta op naar deze afvallige.' Er werd mij weer hetzelfde

aangedaan als gisteren. Al-Abbaas kwam weer naar mij toe, wierp zich op mij

en zei hetzelfde als hij gisteren had gezegd.' Dit was dus het begin van de Islaam

van Abu Dharr, moge Allaah hem genadig zijn.'

# 1466. Overgeleverd van Djubair Ibn Mut'im is dat de Boodschapper van

Allaah heeft gelegd: "Ik heb vijf namen. Ik ben namelijk Mohammad en Ahmad.

Ik ben Al-Maahi [uitwisser], omdat Allaah met mij het ongeloof zal uitwissen.

Ik ben Al-Haashir [de opwekker], omdat de mensen na mij zullen worden

opgewekt. En ik ben Al-`Aaqib [de laatste van de profeten]."

# 1470. Overgeleverd van `Aaichah is dat zij heeft gezegd dat de Profeet op

drieënzestig jarige leeftijd is gestorven.

# 1492. Overgeleverd van Anas Ibn Maalik is dat hij vertelde over de nacht

waarin de nachtelijke reis met de Profeet werd ondernomen vanuit de Moskee

van de Ka`bah. Hij heeft gezegd: `Drie personen [engelen] kwamen naar hem

Page 39: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

toe voordat aan hem werd geopenbaard, terwijl hij sliep in de Heilige Moskee.

De eerste van hen vroeg: Wie van hen is hij?' De middelste van hen zei: `Hij is

de beste van hen.' De laatste zei: `Neem de beste van hen.' Dat is wat zich heeft

voorgedaan. Hij zag ze vervolgens niet meer, totdat ze weer tijdens een andere

nacht kwamen, door waarneming met zijn hart. De ogen van de Profeet sliepen

namelijk, maar zijn hart sliep niet. Dit geldt ook voor de Profeten: hun ogen

slapen, maar hun harten slapen niet. Vervolgens ontfermde Djibriel zich om hem

en steeg met hem naar de hemel.'

# 1493. Van hem [Anas Ibn Maalik] is ook overgeleverd dat hij heeft gezegd:

'Er werd een kom [met water] bij de Profeet gebracht, terwijl hij in Az-Zawraa'

was. Hij plaatste zijn hand in de kom en het water begon tussen zijn vingers te

stromen. De mensen verrichtten er vervolgens wudoe' mee.' Men vroeg aan

Anas: 'Met hoeveel waren jullie?' Hij antwoordde: Driehonderd of ongeveer

driehonderd.

# 1494. Overgeleverd van `Abdullaah is dat hij heeft gezegd: `Wij zagen de

tekenen aan voor zegening, terwijl jullie ze aanzien voor beangstiging. Wij

waren eens met de Boodschapper van Allaah, toen er een watertekort was. Hij

zei toen: "Zoek naar resterend water." Zij brachten toen een kom met weinig

water. Hij dompelde zijn hand in de kom en zei: "Kom naar het reine en

gezegende [water]. De zegening komt van Allah." Ik heb het water tussen de

vingers van de Boodschapper van Allaah zien ontspringen en wij hoorden het

voedsel Allaah verheerlijken, terwijl het gegeten werd.'

# 1499. Overgeleverd van Hudhayfah Ibn Al-Yamaan is dat hij heeft gezegd:

'De mensen hadden de gewoonte om de Boodschapper van Allaah over het

goede te vragen. Ik had echter de gewoonte om hem over het kwaad te vragen,

uit angst dat het mij zou overkomen. Daarom vroeg ik: `0 Boodschapper van

Allaah, wij bevonden ons in [een tijd van] onwetendheid en kwaad. Vervolgens

heeft Allaah ons dit goede [de Islaam] gebracht. Zal er na dit goede nog enig

kwaad komen?" Hij antwoordde: "Ja." Vervolgens vroeg ik: 'Zal erna dat kwaad

weer goeds komen?' Hij antwoordde: "Ja, maar dit [goede] zal vermengd met

troebel zijn" lk vroeg: Wat is die troebel dan?' Hij antwoordde: "Mensen die een

andere leiding dan die van mij als leidraad nemen. Je zult van hen zien wat je

zult goedkeuren en ook wat je zult afkeuren." lk vroeg: `Zal erna dat goede nog

kwaad komen?' Hij antwoordde: `Ja, uitnodigers naar de poorten van de hel. Wie

gehoor geeft aan hun uitnodiging zullen zij erin [de hel] werpen." Ik zei: `O

Boodschapper van Allaah, beschrijf ze voor ons.' Hij antwoordde: "Het zijn

mensen uit ons midden, die onze taal spreken." Ik zei: `Wat draagt u mij op om

te doen als ik dat meemaak?' Hij antwoordde: "Klamp je vast aan de' groep

[djamaa`ah] van de Moslims en aan hun leider [lmaam].' Ik zei: 'Wat als ze geen

groep en geen leider hebben?' Hij zei: "Scheid je dan af van al die groeperingen,

Page 40: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

ook al zou je je moeten vastbijten aan een boomstam totdat de dood komt en jij

je in die situatie bevindt".

# 1500. Overgeleverd van `Ali is dat hij heeft gezegd: `Als ik jullie een

overlevering van de Boodschapper van Allaah vertel, dan heb ik liever dat ik uit

de hemel zou storten dan dat ik over hem zou liegen. Als ik jullie iets vertel -

tussen mij en jullie - dan is oorlog misleiding. lk heb de Boodschapper van

Allaah horen zeggen: "Aan het eind van de tijd zal er een volk komen van

zwakzinnige jongelingen. Zij zullen de beste spraak van de schepping bezigen,

maar zij zullen de Islaam verlaten net zoals een pijl een prooi [doorboort en]

verlaat. Hun geloof gaat niet verder dan hun strotten. Waar jullie hen ook

treffen, dood hen dan. Het doden van hen is een beloning voor wie hen doodt

tijdens de Opstandingsdag".

# 1502. Overgeleverd van Anas Ibn Maalik is dat de Profeet Thaabit Ibn Qays

miste. Een man zei toen: `O Boodschapper van Allaah, ik zal u zijn nieuws

brengen. Toen hij bij hem aankwam, trof hem thuis zittend aan, met gebogen

hoofd. Hij vroeg hem: Wat is er met je aan de hand?' Hij antwoordde: `Het gaat

slecht: wie zijn stem verhief boven de stem van de Profeet, zijn daden zijn

tenietgedaan en hij behoort tot de mensen van het vuur.' De man kwam

vervolgens bij hem [Profeet] en vertelde hem dat hij zus -en -zo heeft gezegd.

Hij keerde daarna naar hem terug met geweldig verheugend nieuws. Hij

[Profeet] zei namelijk: "Ga naar hem toe en zeg tegen hem: jij bent niet van de

mensen van het vuur, maar van de mensen van het paradijs."

# 1505. Overgeleverd van Anas is dat hij heeft gezegd: `Er was eens een

christelijke man die moslim werd. Hij reciteerde Soerah Al-Baqarah en Soerah

Aal-Imraan en hij schreef voor de Profeet. Hij werd vervolgens weer christen en

zei: 'Mohammad weet niets anders dan wat ik voor hem heb opgeschreven.'

Allaah liet hem overlijden en hij werd begraven. In de ochtend was hij door de

aarde uitgeworpen. Men zei toen: Dit is een daad van Mohammad en zijn

metgezellen. Omdat onze vriend van hen is gevlucht, hebben ze hem

opgegraven en naar buiten gegooid.' Zij groeven een nieuw graf en gingen zo

diep als zij konden.' In de ochtend was hij wederom door de aarde uitgeworpen.

Zij wisten toen dat dit niet door toedoen van de mensen was en zij wierpen hem

weg.'

# 1507. Overgeleverd van Sa'd Ibn Mu'aadh is dat hij tegen Umayyah Ibn

Khalaf [kopstuk van de veelgodenaanbidders] heeft gezegd: `Ik heb Mohammad

horen beweren dat hij jou zal doden.' Hij vroeg: `Mij?' Hij antwoordde: Ja.' Hij

zei: `Bij Allaah, Mohammad liegt niet als hij spreekt.' Allaah doodde hem

vervolgens tijdens [de slag van] Badr.

Page 41: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

# 1508. Overgeleverd van Usaamah Ibn Zayd is dat Djibriel bij de Profeet

kwam, terwijl Umm Salamah met hem was. Hij begon met hem te praten en

stond vervolgens op. De Profeet vroeg toen aan Umm Salamah (een vraag met

de strekking): "Wie was hij?" Zij antwoordde: Dihyah [Ibn Khaliefah Al-Kalbi,

in wiens gedaante Djibriel vaak kwam].' Umm Salamah zei verder: `Bij Allah, ik

dacht echt dat hij het was, totdat ik de preek van de Profeet hoorde waarin hij

berichtte over Djibriel': Of zoals hij heeft gezegd.

# 1510. Van hem ['Abdullaah Ibn 'Omar] is ook overgeleverd dat de joden naar

de Boodschapper van Allaah kwamen en hem vertelden dat een man van hen en

een vrouw overspel hadden gepleegd. De Boodschapper van Allaah vroeg: "Wat

zegt jullie Tawraat [Thora] over steniging?" Zij antwoordden: Wij maken hen te

schande en zij worden gegeseld.' `Abdullaah Ibn Salaam zei toen: Jullie liegen.

Er staat steniging op.' Zij brachten vervolgens de Tawraat [Thora] en sloegen

haar open. Iemand van hen legde zijn hand op het vers van steniging en las wat

ervoor en wat erna stond. `Abdullaah Ibn Salaam zei tegen hem: `Hef je hand

op.' Toen hij zijn hand ophief, stond daar het vers van steniging. Zij zeiden toen:

`0 Mohammad, hij heeft de waarheid gesproken. Er staat steniging op. De

Boodschapper van Allaah gaf toen de dracht en zij werden beiden gestenigd.

# 1511. Overgeleverd van Abdullaah Ibn Mas'oed is dat hij heeft gezegd: `De

maan splitste ten tijde van de Boodschapper van Allaah in twee delen. De

Profeet zei toen: "Wees getuigen."

# 1523. Overgeleverd van Anas is dat een man de Profeet vroeg over het Uur en

zei: `Wanneer zal het Uur aanbreken?' Hij antwoordde: "Wat heb jij ervoor

voorbereid?" Hij zei: Niets anders dan dat ik hou van Allaah en van Zijn

Boodschapper.' Hij zei toen: `Je zult zijn met wie je liefhebt." Anas heeft

gezegd: `Niets heeft ons zo blij gemaakt als de uitspraak van de Profeet: "Je zult

zijn met wie je liefhebt." Anas heeft gezegd: `Ik hou namelijk van de Profeet,

Abu Bakt en 'Omar. Ik hoop dat ik met hen zal zijn vanwege mijn liefde voor

hen, ondanks dat ik niet dezelfde daden als zij heb verricht.

# 1526. Overgeleverd van `Ali is dat Faatimah [de dochter van de Profeet] zich

beklaagde dat zij leed onder de sporen van haar handmolen. Toen er

krijgsgevangenen bij de Profeet werden gebracht, vertrok zij naar hem, maar trof

hem niet aan. Zij trof echter wel `Aaichah aan en bracht haar op de hoogte. Toen

de Profeet kwam, vertelde `Aaichah hem over de komst van Faatimah. De

Profeet kwam toen naar ons toe, terwijl wij al in bed lagen. Toen ik wilde

opstaan, zei hij: "Blijf op jullie plek." Hij ging tussen ons beiden zitten,

waardoor ik de kou van zijn voeten op mijn borst voelde. Hij zei: "Zal ik jullie

iets leren dat beter is dan waar jullie mij om hebben gevraagd? Als jullie gaan

slapen, spreek dan vierendertig (34) keer de takbier uit [Allahu Akbar],

Page 42: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

drieëndertig (33) keer de tasbieh [Subhaan Allah] en drieëndertig (33) keer de

tahmied [Alhamdulillaah]. Dat is beter voor jullie dan een bediende."

# 1535. Overgeleverd van `Aaichah is dat een vrouw uit Banu Makhzoem had

gestolen. Daarom zeiden zij: `Wie wil er voor haar [bemiddelend] praten met de

Profeet?' Niemand durfde hem te spreken, daarom sprak Usaamah Ibn Zayd

hem. Hij [Profeet] antwoordde hem: "Als van de kinderen van Israa'iel een edel

persoon onder hen stal, lieten zij hem. En als een zwak persoon onder hen stal,

werd bij hem [zijn hand] afgehakt. Zelfs als het om Faatimah [de dochter van

Mohammad] zou gaan, dan zou ik haar hand afhakken."

# 1542. Overgeleverd van Abdullaah Ibn 'Omar is dat iemand hem vroeg over de

muhrim [in gewijde staat] die een vlieg doodt. Hij zei toen: `Vragen de mensen

van Irak over een vlieg, terwijl zij de zoon van de dochter van de Boodschapper

van Allaah hebben gedood? De Profeet heeft gezegd: "Zij [Al-Hasan en Al-

Husain] zijn mijn twee basilicumbloemen van de wereld".

# 1556. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat er een man naar de Profeet

kwam. Daarom zond hij naar zijn vrouwen [met het verzoek om iets voor de

gast te bereiden], maar zij antwoordden: Wij hebben niets anders dan water.' De

Boodschapper van Allaah vroeg toen: "Wie wil hem meenemen of als gast

ontvangen? Een man van de Ansaar zei: `Ik.' Hij nam hem vervolgens mee naar

zijn echtgenote en zei tegen haar: `Ontvang de gast van de Boodschapper van

Allah gastvrij. Zij antwoordde: `Wij hebben niets anders dan de maaltijd van

mijn kinderen.' Hij zei tegen haar: 'Bereid je maaltijd, doe je lamp aan en laat je

kinderen in slaap vallen als ze avondeten willen.' Zij bereidde dus haar maaltijd,

deed haar lamp aan en liet haar kinderen slapen. Vervolgens stond ze op alsof ze

haar lamp aan het repareren was en deed haar uit. Vervolgens gaven zij beiden

hem [de gast] de indruk dat ze mee aten, maar zij gingen hongerig naar bed.

Toen de ochtend aanbrak, ging hij naar de Boodschapper van Allaah , die tegen

hem zei: "Allaah heeft afgelopen nacht gelachen - of was verwonderd - door wat

jullie tweeën hebben gedaan."

# 1565. Overgeleverd van `Aaichah is dat zij heeft gezegd: `lk was op niemand

van de echtgenotes van de Profeet jaloers zoals ik jaloers was op Khadiedjah,

terwijl ik haar niet heb gezien. De Profeet noemde haar echter vaak. Het kwam

zelfs voor dat hij een ooi slachtte en in stukken sneed. Vervolgens stuurde hij ze

naar de vriendinnen van Khadiedjah. Ik heb weleens tegen hem gezegd: `Alsof

er geen enkele vrouw op de wereld is geweest, behalve Khadiedjah.' Hij

antwoordde dan: "Zij was zus en zij was zo. Bovendien had ik kinderen met

haar".

# 1567. Overgeleverd van `Aaichah is dat zij heeft gezegd: `Haalah hint

Page 43: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

Khuwailid, de zus van Khadiedjah, vroeg de Boodschapper van Allaah

toestemming om binnen te komen. Hij herkende toen de manier waarop

Khadiedjah om toestemming vroeg, waardoor zijn stemming veranderde. Hij

zei: "0 Allaah, laat haar Haalah zijn." Zij zegt: `Ik werd toen jaloers en zei: Wat

herinner je je aan een bejaarde vrouw van de bejaarde vrouwen van Qoraish met

[tandeloze] rode mondhoeken, die lang geleden is overleden? Allaah heeft je

haar met iemand beter dan zij vervangen'.

# 1569. Overgeleverd van `Abdullaah Ibn Omar is dat de Profeet Zayd Ibn `Amr

Ibn Nufail tegenkwam in de bodem van [de vallei] Baldah, voordat de

openbaring naar de Profeet werd neergezonden. Er werd een maaltijd geserveerd

voor de Profeet, maar hij [Zayd] weigerde om ervan te eten. Vervolgens zei

Zayd: `Ik eet niet van wat jullie offeren voor jullie afgodsbeelden. Ik eet alleen

maar waarover de Naam van Allaah genoemd.' En Zayd Ibn `Amr keurde de

offers van Qoraish af en zei: `De ooi is geschapen door Allah. Hij heeft de regen

ervoor uit de hemel neergezonden en Hij heeft er gewassen voor uit de aarde

voortgebracht. En vervolgens slachten jullie het in een andere naam dan de

Naam van Allaah.' Hij keurde dat daarmee af en zag het als iets afschuwelijks.

# 1574. Overgeleverd van `Abdullaah lbn Mas`oed is dat hem werd gevraagd:

Wie berichtte de Profeet over de djinn tijdens de nacht dat ze naar de Qor'aan

luisterden?' Hij antwoordde: `Hij werd over ze bericht door een boom.

# 1576. Overgeleverd van Umm Khaalid bint Khaalid is dat zij heeft gezegd: `Ik

kwam aan uit het grondgebied van Ethiopië terwijl ik een jong meisje was. De

Boodschapper van Allaah kleedde mij in een zijden gewaad met markeringen

erop. De Boodschapper van Allaah veegde met zijn hand over de markeringen,

terwijl hij zei: "Wat mooi, wat mooi".

# 1577. Overgeleverd van Al-`Abbaas Ibn `Abdil-Muttalib is dat hij aan de

Profeet vroeg: Wat heeft u voor uw oom kunnen betekenen? Hij beschermde u

immers en werd boos omwille van u.' Hij antwoordde: "Hij bevindt zich in een

ondiepte van vuur. Als ik het niet was, dan bevond hij zich in de laagste diepte

van het vuur".

# 1580. Overgeleverd van Maalik Ibn Sa`sa`ah is dat de Profeet hun vertelde

over zijn nachtelijke reis: "Terwijl ik mij liggend bevond in Al-Hatiem

(misschien zei hij Al-Hidjr [het muurtje naast de Ka`bah]), kwam er iemand

naar mij toe die mij in verticale richting opensneed. (Ik [de overleveraar] hoorde

hem zeggen: Hij sneed mij open tussen hier en hier." Vanaf zijn halskuiltje tot

aan zijn schaamstreek.) Hij bracht vervolgens mijn hart naar buiten. Er werd mij

een gouden teil gebracht gevuld met geloof. Mijn hart werd gewassen en daarna

gevuld, om vervolgens truggeplaatst te worden. Daarna werd er een wit dier

Page 44: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

gebracht, kleiner dan een muilezel en groter dan een ezel. (De overleveraar heeft

gezegd: Dat is Al-Boraaq'. Hij plaatst zijn hoef zover zijn zicht reikt). Ik werd

erop gedragen en vertrok toen met Djibriel, totdat wij aankwamen bij de aardse

hemel. Toen hij vroeg om te openen werd er gezegd: `Wie is daar?'

Hij antwoordde: `Djibriel.' Er werd gezegd: Wie is er met jou?' Hij antwoordde:

'Mohammad.' Er werd gezegd: 'Is de Boodschap al naar hem gezonden?' Hij

antwoordde: Ja.' Er werd gezegd: `Hij is welkom en wat mooi is zijn komst.' En

er werd geopend. Toen ik vervolgens aankwam, was daar Aadam. Hij [Djibriel]

zei: `Dit is jouw vader Aadam. Groet hem.' lk groette hem en hij groette terug.

Daarna zei hij: `Jij bent welkom als rechtschapen zoon en als rechtschapen

Profeet.' Vervolgens steeg hij met mij op, totdat we bij de tweede hemel

aankwamen, waar hij vroeg om te openen. Er werd gevraagd: Wie is daar?' Hij

antwoordde: `Djibriel.' Er werd gezegd: Wie is er met jou?' Hij antwoordde:

'Mohammad.' Er werd gezegd: 'Is de Boodschap al naar hem gezonden?' Hij

antwoordde: `Ja.' Er werd gezegd: `Hij is welkom en wat mooi is zijn komst.' En

er werd geopend. Toen ik vervolgens aankwam, waren daar Yahyaa en `Iesaa,

beiden neven van moederskant. Hij [Djibriel] zei: Dit zijn Yahyaa en `Iesaa.

Groet hen.' Ik groette hen en zij groetten terug. Daarna zeiden zij: Jij bent

welkom als rechtschapen broer en als rechtschapen Profeet.' Vervolgens steeg

hij met mij op, totdat we bij de derde hemel aankwamen, waar hij vroeg om te

openen. Er werd gevraagd: `Wie is daar?' Hij antwoordde: Djibriel.' Er werd

gezegd: `Wie is er met jou?' Hij antwoordde: 'Mohammad.' Er werd gezegd: `Is

de Boodschap al naar hem gezonden?' Hij antwoordde: Ja.' Er werd gezegd: `Hij

is welkom en wat mooi is zijn komst.

En er werd geopend. Toen ik vervolgens aankwam, was daar Yoesoef. Hij

[Djibriel] zei: `Dit is Yoesoef. Groet hem.' Ik groette hem en hij groette terug.

Daarna zei hij: Jij bent welkom als rechtschapen broer en als rechtschapen

Profeet.' Vervolgens steeg hij met mij op, totdat we bij de vierde hemel

aankwamen, waar hij vroeg om te openen. Er werd gevraagd: `Wie is daar?' Hij

antwoordde: Djibriel.' Er werd gezegd: `Wie is er met jou?' Hij antwoordde:

'Mohammad.' Er werd gezegd: `Is de Boodschap al naar hem gezonden?' Hij

antwoordde: 'Ja.' Er werd gezegd: `Hij is welkom en wat mooi is zijn komst.' En

er werd geopend. Toen ik vervolgens aankwam, was daar Idries. Hij [Djibriel]

zei: `Dit is ldries. Groet hem.' Ik groette hem en hij groette terug. Daarna zei hij:

Jij bent welkom als rechtschapen broer en als rechtschapen Profeet.' Vervolgens

steeg hij met mij op, totdat we bij de vijfde hemel aankwamen, waar hij vroeg

om te openen. Er werd gevraagd: `Wie is daar?' Hij antwoordde: 'Djibriel.' Er

werd gezegd: `Wie is er met u?' Hij antwoordde: 'Mohammad.' Er werd gezegd:

`Is de Boodschap al naar 'hem gezonden?' Hij antwoordde: 'Ja.' Er werd gezegd:

`Hij is welkom en wat mooi is zijn komst.' En er werd geopend. Toen ik

vervolgens aankwam, was daar Haaroen. Hij [Djihriel] zei: `Dit is Haaroen.

Page 45: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

Groet hem.' Ik groette hem en hij groette terug. Daarna zei hij: `Jij bent welkom

als rechtschapen broer en als rechtschapen Profeet.' Vervolgens steeg hij met mij

op, totdat we bij de zesde hemel aankwamen, waar hij vroeg om te openen.

Er werd gevraagd: Wie is daar?' Hij antwoordde: Djibriel.' Er werd gezegd: Wie

is er met jou?' Hij antwoordde: 'Mohammad.' Er werd gezegd: 'Is de Boodschap

al naar hem gezonden?' Hij antwoordde: 'Ja.' Er werd gezegd: 'Hij is welkom en

wat mooi is zijn komst.' En er werd geopend. Toen ik vervolgens aankwam, was

daar Moesaa. Hij [Djibriel] zei: 'Dit is Moesaa. Groet hem.' Ik groette hem en hij

groette terug. Daarna zei hij: Jij bent welkom als rechtschapen broer en als

rechtschapen Profeet.' Toen ik hem passeerde, huilde hij. Er werd hem gevraagd:

'Waarom huil jij?' Hij antwoordde: 'Ik huil omdat een jongeman na mij is

gezonden. Van zijn gemeenschap zullen er meer het paradijs betreden dan wie

het zal betreden van mijn gemeenschap. Vervolgens steeg hij met mij op, totdat

we bij de zevende hemel aankwamen, waar hij vroeg om te openen. Er werd

gevraagd: 'Wie is daar?' Hij antwoordde: Djibriel.' Er werd gezegd: 'Wie is er

met jou?' Hij antwoordde: 'Mohammad.' Er werd gezegd: 'Is de Boodschap al

naar hem gezonden?' Hij antwoordde: Ja.' Er werd gezegd: 'Hij is welkom en

wat mooi is zijn komst.' En er werd geopend. Toen ik vervolgens aankwam, was

daar lbraahiem. Hij [Djibriel] zei: 'Dit is Ibraahiem. Groet hem.' Ik groette hem

en hij groette terug. Daarna zei hij: Jij bent welkom als rechtschapen zoon en als

rechtschapen Profeet.' Vervolgens werd Sidrat Ul-Muntahaa [een nabk boom,

boven de zevende hemel dicht hij het paradijs, (de lotusboom van de uiterste

grens)] naar mij opgeheven.

Zijn lotusvruchten waren net zo groot als de kruiken van [de stad] Hadjar en zijn

bladeren leken op olifantenoren. Er waren daar vier rivieren: twee ondergrondse

en twee zichtbare rivieren. Ik vroeg: "Wat zijn deze twee, O Djibriel?" Hij

antwoordde: `De twee ondergrondse rivieren stromen in het paradijs. De twee

zichtbare rivieren zijn de Nijl en de Eufraat.' Vervolgens werd Al-Bayt Al-

Ma`moor [het Huis van Allaah boven de zevende hemel] naar mij opgeheven.

Vervolgens werden mij een wijnkruik, een melkkruik en een honingkruik

gebracht. Ik koos voor de melk. Hij [Djibriel] zei: `Dat is de natuurlijke aard

[fitrah] waar jij en je gemeenschap zich op bevinden.' Vervolgens werden aan

mij vijftig dagelijkse gebeden opgelegd. Ik keerde terug en kwam langs Moesaa,

die mij vroeg: `Wat is je opgelegd?' lk antwoordde: Aan mij zijn vijftig

dagelijkse gebeden opgelegd. Hij zei: 'Jouw gemeenschap kan geen vijf

dagelijkse gebeden aan. En bij Allaah, ik heb ervaring met de mensen voor jou

en heb de meest hevige interactie gehad met de kinderen van Israa'iel. Keer

daarom terug naar je Heer en vraag hem om verlichting voor je gemeenschap.' Ik

keerde terug en Hij schold mij er tien kwijt. Ik ging toen terug naar Moesaa, die

mij weer hetzelfde zei. Ik keerde terug en Hij schold mij er tien kwijt. Ik ging

toen terug naar Moesaa, die mij weer hetzelfde zei. Ik keerde terug en Hij schold

Page 46: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

mij er tien kwijt. Ik ging toen terug naar Moesaa, die mij weer hetzelfde zei. Ik

keerde terug en er werden mij tien dagelijkse gebeden opgelegd.

Ik ging toen terug [naar Moesaa], die mij weer hetzelfde zei. Ik keerde terug en

er werden mij vijf dagelijkse gebeden opgelegd. Ik ging toen terug naar Moesaa,

die mij vroeg: Wat is je opgelegd?' Ik zei: "Er zijn mij vijf dagelijkse gebeden

opgelegd." Hij zei: `Jouw gemeenschap kan geen vijf dagelijkse gebeden aan.

En ik heb ervaring met de mensen voor jou en ik heb de meest hevige interactie

gehad met de kinderen van Israa'iel. Keer daarom terug naar je Heer en vraag

Hem om verlichting voor je gemeenschap.' Ik antwoordde: "Ik heb mijn Heer

gevraagd, totdat ik me ben gaan schamen. lk neem hier echter genoegen mee en

geef me er aan over." Toen ik verder ging, riep een omroeper: "Ik heb Mijn

Verplichting doorgevoerd en Ik heb Mijn dienaren verlichting geschonken". Zie

nummer 228.

# 228. Overgeleverd van Anas Ibn Maalik is dat hij heeft gezegd dat Abu Dhar

vertelde over de nachtelijke reis dat de Boodschapper van Allaah heeft gezegd:

"Het dak van mijn huis ging open, terwijl ik mij in Mekkah bevond. Djibriel

daalde neer, hij opende mijn borst en waste hem met zamzamwater. Vervolgens

kwam hij met een gouden teil, gevuld met wijsheid en geloof, die hij in mijn

borst goot. Daarna sloot hij mijn borst. Hij pakte mij bij mijn hand en steeg met

mij naar de aardse hemel. Toen ik aankwam bij de aardse hemel, zei Djibriel

tegen zijn bewaarder van de hemel: 'Doe open.' Hij vroeg: Wie is daar?' Hij

antwoordde: `Ik ben Djibriel.' Hij vroeg: `Is er iemand met jou?' Hij

antwoordde: `ja, Mohammad is met mij.' Hij vroeg: 'Is er al naar hem

gezonden?' Hij antwoordde: `ja.' Toen hij opende, stegen wij boven de aardse

hemel. Wij troffen daar een zittende man aan. Rechts van hem bevond zich een

mensenmassa en links van hem bevond zich een mensenmassa. Als hij naar

rechts keek, lachte hij. Als hij echter naar links keek, huilde hij. Hij zei:

`Welkom, O goede Profeet en O goede zoon.' ik vroeg aan Djibriel: "Wie is

dit?" Hij antwoordde: `Dit is Aadam. De mensenmassa's rechts en links van

hem, zijn de zielen van zijn nageslacht. De rechtse groep onder hen, zijn mensen

van het paradijs, terwijl de mensenmassa links van hem de mensen van het vuur

zijn. Daarrn lacht hij als hij naar rechts kijkt en huilt hij als hij naar links kijkt.'

Vervolgens steeg hij met mij naar de tweede hemel, waar hij tegen haar

bewaarder zei: `Doe open.' Zijn bewaarder vroeg hem hetzelfde als zijn

voorganger en opende uiteindelijk." Anas vertelt dat hij [Abu Dharr] vertelt dat

hij in de hemelen Aadam, Idries, 'Moesaa, `Iesaa en Ibraahiem aantrof. Hij [Abu

Dharr] vertelde echter niet wat hun precieze plekken waren. Hij vertelde wel dat

hij Aadam aantrof in de eerste hemel en Ibraahiem in de zesde hemel. Anas

heeft gezegd dat nadat Djibriel de Profeet langs Idries had gebracht, hij zei:

Welkom, O goede Profeet en O goede broer.' Ik vroeg aan Djibriel: "Wie is dit?"

Hij antwoordde: `Dit is Idries.' Vervolgens ging ik langs Moesaa, die zei:

Page 47: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

`Welkom, O goede Profeet en O goede broer.' Ik vroeg aan Djibriel: "Wie is

dit?" Hij antwoordde: `Dit is Moesaa.' Vervolgens ging ik langs `Iesaa, die zei:

`Welkom, O goede Profeet en O goede broer.' Ik vroeg aan Djibriel: "Wie is

dit?" Hij antwoordde: `Dit is lesaa.' Vervolgens ging langs Ibraahiem, die zei:

`Welkom, O goede Profeet en O goede zoon' Ik vroeg aan Djibriel: "Wie is dit?"

Hij antwoordde: dit is Ibraahiem'." Ibn Abbaas en Abu Habbah Al-Ansaari

hebben verteld dat de Profeet heeft gezegd: "Vervolgens steeg naar een niveau

waar ik het schrijvende van de Pennen hoorde."

Anas Ibn Maalik vertelt dat de Profeet heeft gezegd: "Vervolgens legde Allaah

aan mijn gemeenschap vijftig gebeden op. Hiermee vertrok ik, totdat ik langs

Moesaa kwam. Hij vroeg: Wat heeft Allaah opgelegd aan jouw gemeenschap?'

Ik zei: "Hij heeft vijftig gebeden opgelegd." Hij zei: `Keer terug naar je Heer,

want jouw gemeenschap kan dit niet aan.' Ik keerde terug en Hij schold de helft

ervan kwijt. Ik keerde daarna weer terug naar Moesaa en zei: "Hij heeft de helft

kwijtgescholden." Hij zei: `Keer terug naar jouw Heer, want jouw gemeenschap

kan dit niet aan.' Ik keerde terug en Hij schold de helft ervan kwijt. Ik keerde

daarna weer terug naar hem en hij zei: 'Keer terug naar jouw Heer, want jouw

gemeenschap kan dit niet aan.' Ik keerde wederom naar Hem terug en Hij zei:

"Het zijn er vijf [in daden] en het zijn er vijftig [in beloning]. Deze uitspraak

wordt door Mij niet meer gewijzigd." Ik keerde terug naar Moesaa en hij zei:

`Keer terug naar jouw Heer.' Ik antwoordde echter: "Ik schaam me voor mijn

Heer." Vervolgens vertrok hij [Djibriel] met mij, totdat wij uiteindelijk

aankwamen bij Sidrat Ul-Muntahaa [een nabk boom, boven de zevende hemel

dicht bij het paradijs, (de lotusboom van de uiterste grens)], die werd bedekt met

kleuren die ik niet ken. Vervolgens werd ik het paradijs binnengebracht, waarin

ik koepels van parels en aarde van musk aantrof'.' Zie nummer 1580.

# 1582. Overgeleverd van `Aaichah is dat zij heeft gezegd: `De Profeet trouwde

mij toen ik een meisje van zes jaar was. Daarna kwamen wij naar Al-Madienah

en we streken neer in [de stam van] Banu Al-Haatith lbn Khazradj. Ik kreeg toen

koorts en mijn haar viel uit. Daarna groeide het weer aan tot mijn schouders.

Mijn moeder, Umm Rumaan, kwam toen naar mij toe, terwijl ik op een wip aan

het spelen was en mijn vriendinnen waren met mij. Zij riep mij en ik kwam naar

haar toe, zonder te weten wat er van me wilde. Zij pakte mij bij mijn hand,

totdat ze me losliet bij de huisdeur, terwijl ik hijgde. Toen mijn adem bedaarde

nam ze wat water en ze veegde mijn gezicht en mijn hoofde ermee. Daarna

bracht ze mij naar binnen in het huis. In huis waren vrouwen van de Ansaar, ze

zeiden: `Met alle gelukwensen en zegeningen en met alle voorspoed.' Zij liet mij

aan hen over en zij maakten mij in orde. De Boodschapper van Allaah verraste

mij in de voormiddag en zij droegen mij aan hem. Ik was toen een meisje van

negen jaar.

Page 48: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

# 1584. Overgeleverd van `Aaichah de echtgenote van de Profeet is dat zij heeft

gezegd: `Ik kan me niet anders herinneren dan dat mijn beide ouders dé

[islamitische] religie beleden. Er ging geen dag voorbij zonder dat de

Boodschapper van Allaah bij ons langskwam aan de twee uiteinden van de dag;

de ochtend en de avond. Toen de moslims werden beproefd, vertrok Abu Bakr

als emigrant richting het grondgebied van Ethiopië. Toen hij aankwam in [de

plek] Bark Al-Ghimaad, kwam Ibn Ad-Daghinna hem tegen, die de leider van

[de stam van] Al-Qaarah was. Hij vroeg hem: `O Abu Bakr, waar ga jij heen?'

Abu Bakr antwoordde: `Mijn volk heeft mij verdreven. Ik wil nu ronddolen op

aarde en mijn Heer aanbidden.' Ibn Ad-Daghinna zei: `O Abu Bakr, iemand als

jij verlaat [zijn thuisland] niet en hij wordt niet verdreven. Jij voorziet de

verstokene, onderhoudt de familiebanden, ondersteunt de onmachtige, ontvangt

de gast genereus, en je helpt bij de ware rampspoeden. Ik ben jouw beschermer.

Ga terug en aanbid je Heer in jouw land. Hij keerde toen terug en Ibn Ad-

Daghinna ging met hem mee. Hij ging in de avond langs de nobelen van Qoraish

en zei tegen hen: `Iemand als Abu Bakr verlaat [zijn thuisland] niet en hij wordt

niet verdreven. Verdrijven jullie een man die de verstokene voorziet, de

familiebanden onderhoudt, de onmachtige ondersteunt, de gast genereus

ontvangt, en helpt bij de ware rampspoeden?' Qoraish verloochenden de

bescherming van Ibn Ad-Daghinna niet en zij zeiden tegen Ibn Ad-Daghinna:

'Beveel Abu Bakr om zijn Heer in zijn huis te aanbidden. Laat hem daar bidden

en reciteren wat hij wenst, zonder ons daarmee lastig te vallen. En laat hem dat

niet openbaar doen. Wij vrezen namelijk dat hij onze vrouwen en kinderen in

beroering zal brengen.' Ibn Ad-Daghinna vertelde dat aan Abu Bakr. Abu Bakr

verbleef daarna volgens die voorwaarde. Hij aanbad zijn Heer thuis, zonder zijn

gebed openbaar te verrichten en zonder buiten zijn eigen huis te reciteren.

Daarna kreeg Abu Bakr een andere mening en bouwde een moskee op de

binnenplaats van zijn huis, waarin hij het gebed verrichtte en de Qor'aan

reciteerde. De vrouwen en kinderen van de veelgodenaanbidders verdrongen

elkaar bij hem, terwijl ze zich verwonderden om hem en naar hem keken. Abu

Bakr was een huilerige man, die zijn tranen niet kon bedwingen als hij de

Qor'aan reciteerde. Dit baarde de nobelen onder de veelgodenaanbidders van

Qoraish zorgen. Daarom zonden zij naar Ibn Ad-Daghinna, die naar hen toe

kwam. Zij zeiden: `Wij hebben Abu Bakr jouw bescherming gegund op

voorwaarde dat hij zijn Heer thuis zou aanbidden. Hij is echter verder gegaan

dan dat en heeft een moskee gebouwd op de binnenplaats van zijn huis. Daarin

bidt hij en hij reciteert in het openbaar. Wij vrezen dat hij onze vrouwen en

kinderen in beroering zal brengen. Verbied hem dit daarom. Als hij zich wil

beperken tot het aanbidden van zijn Heer in zijn eigen huis, dan kan hij dat

doen. Als hij er echter in volhardt om dat in het openbaar te doen, vraag hem

dan om jou te vrijwaren van je bescherming. Wij willen immers jouw verbond

niet verbreken, maar wij stemmen niet toe dat Abu Bakr in het openbaar treedt.'

Page 49: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

`Aaichah zegt dat Ibn Ad-Daghinna naar Abu Bakr kwam en zei: `Je weet wat ik

ten gunste van jou met je had afgesproken. Of jij beperkt je tot dat, of je

vrijwaart mij van mijn bescherming. Ik wens namelijk niet dat de Arabieren

horen dat ik het verbond heb verbroken dat ik met een man ben aangegaan.' Abu

Bakr zei toen: `Dan vrijwaar ik jou van je bescherming en ben tevreden met de

Bescherming van Allah. De Profeet was toentertijd in Mekka en de Profeet zei

tegen de moslims: "Het land van jullie emigratie is aan mij getoond in een

droom. Het is een plek van dadelpalmbomen tussen twee woestijngronden, wat

de twee lavavelden zijn." Wie emigreerde, emigreerde toen richting Al-

Madienah. De meesten die waren geemigreerd naar het grondgebied van

Ethiopië keerden terug naar Al-Madienah. Abu Bakr bereidde zich ook voor om

zich richting Al-Madienah te begeven. De Boodschapper van Allaah zei tegen

hem: "Doe rustig aan. Ik hoop namelijk dat ik ook toestemming krijg [om te

emigreren]." Abu Bakr vroeg: `Ik verlos u met mijn vader en moeder, hoopt u

dat echt?' Hij antwoordde: `Ja." Abu Bakr onthield zich [van de emigratie]

omwille van de Boodschapper van Allaah en om hem te vergezellen. Hij voedde

vier maanden lang twee rijkamelinnen die hij had met de afgeslagen bladeren

van een gomboom. 'Aaichah heeft gezegd: `Terwijl wij eens in het huis van Abu

Bakr zaten, aan het begin van de middag, zei iemand tegen Abu Bakr: `Daar is

de Boodschapper van Alláah met zijn hoofd bedekt, op een moment waarin hij

gewoonlijk niet naar ons toe komt.' Abu Bakr zei: `Moge hij verlost worden met

mijn vader en moeder.

Bij Allaah, iets belangrijks heeft hem op dit moment gebracht.' Zij heeft gezegd:

De Boodschapper van Allaah kwam en vroeg toestemming om binnen te komen.

Hij kreeg toestemming en kwam naar binnen. De Profeet zei toen tegen Abu

Bakr: "Stuur weg wie met jou is." Abu Bakr zei: `0 Boodschapper van Allaah, ik

verlos u met mijn vader, het zijn slechts familieleden.' Hij zei: "Ik heb

toestemming gekregen om te vertrekken." Abu Bakr zei: `Ik verlos u met mijn

vader, O Boodschapper van Allaah, mag ik u vertellen?' Hij antwoordde: "Ja."

Abu Bakr zei: Ik verlos u met mijn vader, O Boodschapper van Allaah, neemt u

één van twee rijkamelinnen van mij.' De Boodschapper van Allaah antwoordde:

"Alleen tegen een vergoeding." Aaichah heeft gezegd: Wij maakten hen beiden

in rap tempo reisklaar en we bereidden voor hen beiden hun reisproviand voor in

een knapzak. Asmaa', de dochter van Abu Bakr, scheurde een stuk van haar

gordel en knoopte daarmee de opening van de knapzak dicht. Daarom werd

Asmaa', de dochter van Abu Bakr, `de eigenares van de twee gordels' genoemd.'

Zij heeft gezegd: `Vervolgens bereikte de Boodschapper van Allaah en Abu

Bakr een grot in de berg van Thawr. Zij verbleven er drie nachten in. Abdullaah,

de zoon van Abu Bakr, bracht de nachten met hen beiden door. Hij was een

bedreven en pientere jongeman. Hij vertrok bij hen tijdens de ochtendduisternis

en was dan in de ochtend met Qoraish, alsof hij daar de nacht had doorgebracht.

Alles wat hij hoorde van hun listberamingen sloeg hij op. Als de duisternis

Page 50: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

inviel, informeerde hij hen beiden met wat hij had gehoord. Aamir Ibn Fuhairah,

de vrijgelaten slaaf van Abu Bakr, bracht hun een tijdje na het aanbreken van de

nacht melkschapen, die hij bij hen beiden liet rusten. Zij beiden brachten dan de

nacht door met verse melk van hun melkschapen en met door verhitte stenen

opgewarmde melk. Totdat Aamir Ibn Fuhairah ze [de schapen] tijdens de

ochtendduisternis schreeuwend wegdreef. Hij deed dat gedurende elke nacht van

die drie nachten. De Boodschapper van Allaah en Abu Bakr huurden een man in

uit [de stam van] Banu Diel, die uit Banu `Abd Ibn Adiy kwam, als bedreven

gids en wegwijzer. Hij had een verbond bekrachtigd [door zijn hand in bloed of

een andere kleurstof te dompelen, zoals de gewoonte van de Arabieren was] met

Aal Al-Aas Ibn Waail As-Sahmi. Hij beleed de religie van de ongelovigen van

Qoraish. Zij beiden namen hem in vertrouwen en gaven hem hun twee

rijkamelinnen mee. En zij spraken met hem af bij de grot van [de berg] Thawr

na drie nachten. Hij kwam in de ochtend van de derde dag met hun twee

rijkamelinnen. `Aamir Ibn Fuhairah vertrok samen met hen beiden en met de

gids. Hij volgde met hen de kustwegen.' Suraaqah Ibn Dju`shum heeft gezegd:

`De boodschappers van de ongelovigen van Qoraish kwamen naar ons toe. Zij

vertelden dat zij een beloning op het hoofd van de Boodschapper van Allaah en

van Abu Bakr hadden geplaatst ter waarde van bloedgeld [namelijk honderd

kamelen] voor elk van hen beiden, als vergoeding voor wie ze doodt of

gevangenneemt.

Terwijl ik zat in een bijeenkomst van de bijeenkomsten van mijn volk, Banu

Mudlidj, kwam er iemand van hen. Hij ging bij ons staan, terwijl wij zaten. Hij

zei: `0 Suraaqah, ik heb zonet mensenschimmen gezien langs de kust. Ik denk

dat het Mohammad en zijn vrienden zijn'.' Suraaqah heeft gezegd: `Ik wist toen

dat zij het waren, maar ik zei tegen hem: `Dat zijn zij niet. Je hebt die en die

gezien. lk heb ze namelijk zien vertrekken.' Vervolgens bleef ik nog een poosje

in de bijeenkomst. Daarna stond ik op en ging naar binnen. Ik beval mijn slavin

om mijn paard - dat achter een heuvel stond - naar buiten te brengen en voor mij

vast te houden. Ik pakte mijn speer en ging ermee naar buiten via de achterkant

van het huis. Ik plaatste zijn punt op de grond en deed zijn bovenkant omlaag

[om te voorkomen dat hij zou schijnen en zou opvallen], totdat ik bij mijn paard

aankwam en het besteeg. Ik maande het tot snelpas en galop. Toen ik hen [de

Profeet en zijn reisgenoten] naderde, struikelde mijn paard en ik viel ervan af. Ik

stond op, greep met mijn hand naar mijn pijlenkoker en haalde de gelukspijlen

[pijlen met daarop ja' of `nee', waarmee geloot werd om een daad al dan niet uit

te voeren] eruit en lootte ermee: zal ik ze kwaad aandoen of niet? De uitkomst

was wat ik niet wenste [namelijk hen niet schaden]. Ik besteeg mijn paard toen

en was ongehoorzaam aan de gelukspijlen. Het galoppeerde weer, totdat ik de

recitatie van de Boodschapper van Allaah hoorde, terwijl hij niet omkeek. Abu

Bakr keek echter wel vaak om. De voorbenen van mijn paard zonken toen tot

aan de knieën in de grond en ik viel ervan af. Ik maande het tot staan en het

Page 51: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

stond op. Het lukte haar bijna niet om haar benen eruit te krijgen. Toen het weer

rechtop stond, lieten de sporen van zijn voorpoten een uitgestrekte stofwolk

achter in de hemel net als rook. Ik lootte weer met de gelukspijlers en de

uitkomst was wat ik niet wenste. Ik riep toen naar hen dat ik in veiligheid kwam.

Zij stonden stil en ik besteeg mijn paard totdat ik bij hen aankwam. Ik kreeg

toen een ingeving - nadat ik had meegemaakt dat ik van ze werd afgehouden -

dat de zaak van de Boodschapper van Allaah zou zegevieren. Ik zei tegen hem:

'Uw volk heeft een beloning ter waarde van bloedgeld op uw hoofd gezet.' En ik

vertelde ze wat de mensen met hen van plan waren. Ik bood ze proviand en

goederen aan. Zij namen echter niets van mij aan en vroegen mij niets. Het enige

wat hij zei, was: "Bewaar ons geheim." Ik vroeg hem om een veiligheidsbrief

voor me te schrijven. Hij beval toen `Aamir Ibn Fuhairah, die voor mij op een

stuk gelooid leer schreef. Daarna vervolgde de Boodschapper van Allaah zijn

reis en hij kwam Az-Zubair tegen in een karavaan van de moslims, die als

handelaars terugkwamen uit de Levant. Az-Zubair gaf de Boodschapper van

Allaah en Abu Bakr witte gewaden. De moslims in Al-Madienah hoorden van

het vertrek van de Boodschapper van Allaah uit Mekka. Daarom begaven zij

zich elke ochtend naar het lavaveld en wachtten op hem, totdat de middaghitte

hen naar huis dwong. Op een dag keerden ze weer terug nadat ze lang hadden

gewacht. Toen zij thuis aankwamen, besteeg een jood één van hun forten om

naar iets uit te kijken, hij de Boodschapper van Allaah en zijn vrienden gehuld

in witte kleding zag en luchtspiegeling verdween door hen.

De jood kon zich niet inhouden en schreeuwde zo hard als hij kon: `0 jullie

Arabieren, jullie geluksbrenger waar jullie wachten, komt eraan.' De moslims

storten zich op hun wapens en zij ontvingen Boodschapper van Allah boven

lavaveld. Hij week met hen naar rechtsaf, totdat hij met hen neerstreek in Banu

`Amr Ibn `Awf. Dat was op een maandag tijdens de maand Rabie ul-Awwal.

Abu Bakr stond op naar de mensen, terwijl de Boodschapper van Allaah in

stilzwijgen bleef zitten. Toen begonnen degenen van de Ansaar die waren

gekomen - en die de Boodschapper van Allaah niet eerder hadden gezien - Abu

Bakr te groeten. Toen de zon echter op de Boodschapper van Allaah scheen en

Abu Bakr kwam om hem te beschaduwen met zijn kleed, wisten de mensen pas

wie de Boodschapper van Allaah was. De Boodschapper van Allaah verbleef

wat langer dan tien nachten in Banu `Amr Ibn `Awf. De moskee die op godvrees

is gefundeerd werd opgericht en de Boodschapper van Allaah verrichtte het

gebed erin. Vervolgens bereed hij zijn rijkamelin en de mensen liepen met hem

mee, totdat zij neerknielde bij de moskee van de Boodschapper, waar toentertijd

sommige moslimmannen hun gebeden verrichtten. Het was een

daddeldroogplaats van Suhail en Sahl, twee weesjongens onder voogdij van

As'ad Ibn Zoraarah. Toen zijn rijkameel neerknielde, zei de Boodschapper van

Allaah: "Dit is met de Wil van Allaah het verblijf." Vervolgens riep de

Boodschapper van Allaah de twee jongens en vroeg hun naar de prijs van de

Page 52: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

dadeldroogplaats om er een moskee van te maken. Zij beiden zeiden: `Nee, wij

schenken hem aan u, O Boodschapper van Allaah.' De Boodschapper van Allaah

weigerde echter om hun schenking te accepteren. Hij kocht hem van hen beiden

en bouwde er een moskee op. De Boodschapper van Allaah vervoerde met hen

de lemen blokken tijdens het bouwen ervan. Terwijl hij de lemen blokken

vervoerde, zei hij: "Deze last is beter dan de last van Khaibar, want deze is

groter - O onze Heer - en reiner." En hij zei: "0 Allaah, de beloning is de

beloning van het hiernamaals; Begenadig daarom de Ansaar en de emigranten."

# 1598. Overgeleverd van Abu Talhah - de metgezel van de Boodschapper van

Allaah die Badr had bijgewoond met de Boodschapper van Allaah - is dat hij

heeft gezegd: "De engelen betreden geen huis waarin een hond of een afbeelding

is.

# 1606. Overgeleverd van Djaabir Ibn Abdillaah is dat de Boodschapper van

Allaah heeft gezegd: "Wie wil [de jood] Ka`b Ibn Al-Ashraf doden? Hij heeft

namelijk Allaah en Zijn Boodschapper geschaad." Mohammad Ibn Maslamah

stond toen op en zei: `O Boodschapper van Allaah, wenst u dat ik hem dood?'

Hij antwoordde: "Ja." Hij zei: `Geeft u mij dan toestemming om iets te zeggen

[een onwaarheid die Ka`b tevreden stemt].' Hij zei: "Zeg." Mohammad Ibn

Maslamah kwam toen bij hem [Ka`b Ibn Al-Ashraf] en zei: Deze man

[verwijzend naar de Profeet als onderdeel van de list] heeft ons om een aalmoes

gevraagd en hij heeft ons in moeilijkheid gebracht. En ik ben naar jou gekomen

om een lening van je te vragen.' Hij [Ka`b Ibn Al-Ashraf] zei: `Bij Allaah,

bovendien zullen jullie hem [de Profeet] zat worden.' Hij [Mohammad Ibn

Maslamah] zei: Wij hebben hem nu gevolgd en wij wensen hem niet te verlaten,

totdat wij zien waar zijn kwestie heen gaat. Ik wil graag dat je me een of twee

kameelladingen leent.' Hij zei: Dat is goed, maar wat geven jullie mij als

onderpand?' Zij vroegen: `Wat wil jij?' Hij zei: `Geef me jullie vrouwen als

onderpand.' Zij antwoordden: `Hoe kunnen wij jou onze vrouwen als onderpand

geven, terwijl jij de knapste van de Arabieren bent?' Hij zei: `Geef me dan jullie

zonen.'

Zij antwoordden: `Hoe kunnen wij jou onze zonen als onderpand geven? Als

iemand van hen dan uitgescholden wordt, zal er tegen hem gezegd worden: `Hij

is als onderpand gegeven voor een of twee kameelladingen.' Dat is een schande

voor ons. Wij zullen je echter onze wapens als onderpand geven.' Hij sprak met

hem af dat hij in de nacht naar hem zou komen. Hij kwam in de nacht naar hem

toe samen met Abu Naa'ila, de zoogbroer van Ka'b. Hij nodigde ze uit naar de

vesting. Toen hij naar hen neerdaalde, zei zijn echtgenote: Waar ga je heen op

dit tijdstip?' Hij antwoordde: `Het is slechts Mohammad Ibn Maslamah en mijn

broer Abu Naa'ila.' Zij antwoordde: `1k hoor een stem alsof er bloed vanaf

druipt.' Hij zei: `Het is slechts mijn broer Mohammad Ibn Maslamah en mijn

Page 53: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

zoogbroer Abu Naa'ila. Als de vrijgevige man zou worden uitgenodigd naar een

doodsteek in de nacht dan zou hij zelfs daaraan gehoor geven.'

Hij liet Mohammad Ibn Maslamah samen met twee andere mannen binnen. (In

een andere overlevering: Abu Abs Ibn Djabr, Al-Haarith Ibn Aws en Abbaad

Ibn Bishr). Hij [Mohammad Ibn Maslamah] zei: `Als hij [Ka`b] komt, pak ik

zijn haren en ga eraan ruiken. Als jullie zien dat ik zijn hoofd stevig vastheb,

grijp hem dan en tref hem.' En een keer zei hij: `Vervolgens zal ik jullie laten

ruiken.' Hij daalde neer naar hen, terwijl hij getooid was in zijn gewaad en de

parfum van hem af sloeg. Hij [Mohammad Ibn Maslamah] zei toen: Ik heb nog

nooit een aangenamere parfum dan deze geroken.' Hij [Ka`b] zei: `Ik heb

vrouwen die van de Arabieren het best en meest bedreven zijn in parfum. Hij

[Mohammad Ibn Maslamah] vroeg: `Geef je me toestemming om aan je hoofd te

ruiken?' Hij [Ka`b] antwoordde: Ja.' Hij rook eraan en liet zijn vrienden eraan

ruiken. Daarna vroeg hij: `Mag ik nog een keer?' Hij [Ka`b] antwoordde: Ja.'

Toen hij hem in een stevige greep had, zei hij: `Grijp hem,' en zij doodden hem.

Daarna kwamen zij bij de Profeet en berichtten hem.

# 1616. Overgeleverd van Djaabir is dat hij heeft gezegd: `Op de dag van Al-

Khandaq waren wij [de loopgraaf] aan het graven. Op een gegeven moment

stuitten wij op een harde rots. Zij gingen toen naar de Profeet en zeiden: `Hier is

een rots waarop we in de loopgraaf zijn gestuit.' Hij zei toen: "Ik daal wel neer."

Hij stond op, terwijl hij [vanwege de hevige honger] een steen om zijn buik had

gebonden en wij drie dagen achter de rug hadden waarin wij niets [eten noch

drinken] hadden geproefd. De Profeet nam de pikhouwecl en sloeg ermee op de

rots, die werd als stoffig zand.

# 1648. Overgeleverd van Usaamah Ibn Zayd is dat hij heeft gezegd: De

Boodschapper van Allaah zond ons eens naar [de stam] Al-Huraqah. Wij vielen

ze in de ochtend aan en versloegen ze. Ik en een man van de Ansaar

achtervolgden een man van hen. Toen wij hem vingen, zei hij: `Laa ilaaha

illallah [er is geen ware God behalve Allah]'. De Ansaari onthield zich toen,

maar ik stak hem met mijn speer en doodde hem. Toen wij aankwamen, bereikte

dit de Profeet, die zei: "0 Usaamah, heb je hem gedood nadat hij `Laa ilaaha

illallah' heeft gezegd?!" Ik antwoordde: `Hij was bang [en wilde zich

beschermen tegen de dood].' Hij bleef zijn woorden herhalen, totdat ik wenste

dat ik pas op dat moment moslim was geworden.'

# 1676. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat hij heeft gezegd: 'De Profeet zond

een ruiterij richting Nadjd. Zij kwamen terug met een man uit Banu Haniefah,

Thumaamah Ibn Uthaal genaamd. Ze bonden hem vast aan een pilaar in de

moskee. Toen de Profeet naar hem naar buiten kwam, vroeg hij hem: "0

Thumaamah, wat denk je [dat ik met je ga doen]?" Hij antwoordde: `0

Page 54: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

Mohammad, ik ga van het goede uit. Als je me doodt, dan dood je [terecht] een

persoon wiensbloed is toegestaan. En als je [me] begunstigt, begunstig je een

dankbaar persoon. Als je rijkdom wilt, vraag er dan van wat je wilt.' Hij werd

gelaten tot de volgende dag. Vervolgens vroeg hij hem weer: "0 Thumaamah,

wat denk je [dat ik met je ga doen]?" Hij antwoordde: Wat ik je al eerder zei:

Als je [me] begunstigt, begunstig je een dankbaar persoon.' Hij liet hem tot de

dag erna. Vervolgens vroeg hij hem weer: 0 Thumaamah, wat denk je [dat ik

met je ga doen]?" Hij antwoordde: `Wat ik je al eerder zei. Hij zei: "Laat

Thumaamah vrij." Hij vertrok toen naar een beekje, verrichtte de wassing en

betrad de moskee. Hij zei: `Ik getuig dat er geen ware God is behalve Allaah en

ik getuig dat Mohammad de Boodschapper is van Allaah. Mohammad, bij

Allaah, er was op de aardbodem geen gezicht waar ik een grotere afkeer van had

dan jouw gezicht. Nu is jouw gezicht het meest geliefde gezicht bij mij

geworden. Bij Allaah, er was geen religie waar ik een grotere afkeer van had dan

jouw religie. Nu is jouw religie de meest geliefde religie bij mij geworden. Bij

Allaah, er was geen land waar ik een grotere afkeer van had dan jouw land. Nu

is jouw land het meest geliefde land bij mij geworden. Jouw ruiterij heeft mij

gevangengenomen, terwijl ik de `umrah [kleine bedevaart] wilde verrichten.

Wat denk je nu? De Boodschapper van Allaah verblijde hem en beval hem om

de 'umrah te verrichten. Toen hij aankwam in Mekka, zei iemand tegen hem:

`Ben je van religie veranderd?' Hij antwoordde: `Nee, maar ik ben moslim

geworden samen met Mohammad de Boodschapper van Allaah. En nee, bij

Allaah, er zal geen enkele graankorrel uit Al-Yamaamah naar jullie komen,

totdat de Profeet daar toestemming voor geeft'.

# 1691. Overgeleverd van `Aaichah is dat zij heeft gezegd: `De Profeet riep [zijn

dochter] Faatimah bij zich tijdens zijn ziekte waarin zijn ziel werd genomen. Hij

fluisterde wat tegen haar en zij huilde. Daarna riep hij haar weer bij zich,

fluisterde wat tegen haar en zij lachte. Toen wij [haar] daarover vroegen, zei ze:

`De Profeet fluisterde tegen mij dat zijn ziel zou worden genomen tijdens de

ziekte waarin hij is overleden. Ik huilde toen. Daarna fluisterde hij tegen mij dat

ik de eerste ben van zijn familie die hem zal volgen. Ik lachte toen'.'

# 1702. Overgeleverd van Abu Sa`ied Ibn Al-Mu`allaa is dat hij heeft gezegd:

`Ik was aan het bidden in de moskee, toen de Boodschapper van Allaah mij bij

zich riep, maar ik geen gehoor aan hem gaf. Ik zei toen: `O Boodschapper van

Allaah, ik was aan het bidden.' Hij zei: "Heeft Allaah dan niet gezegd: (Geef

gehoor aan Allaah en aan de Boodschapper als hij jullie uitnodigt naar wat

jullie tot leven brengt) [Soerah Al-Anfaal (8):24]?" Vervolgens zei hij tegen

mij: "Ik zal jou - voordat je de moskee verlaat - een Soerah leren die de

geweldigste Soerah is van de Qor'aan." Vervolgens pakte hij mijn hand vast.

Toen hij de moskee wilde verlaten, vroeg ik aan hem: Jij hebt toch gezegd dat u

mij een Soerah zou leren die de geweldigste is van de Soerahs uit de Qor'aan?'

Page 55: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

Hij zei: "Al-Hamdulillaahi rabbil `aalamien. Alle lof komt toe aan Allaah, de

Heer van de werelden. [Soerah Al-Faatihah] dat zijn de zeven herhaalde verzen

en de geweldige Qor'aan die aan mij is gegeven".

# 1703. Overgeleverd van `Abdullaah is dat hij aan de Profeet vroeg: `Wat is de

geweldigste zonde bij Allah?' Hij antwoordde: "Dat je aan Allaah een

deelgenoot toekent, terwijl Hij je heeft geschapen." Ik zei: `Dat is zeker

geweldig. En wat daarna?' Hij antwoordde: "En dat je je kind vermoordt uit

angst dat het met je mee eet." lk vroeg: `En wat daarna?' Hij antwoordde: "Dat je

overspel pleegt met de echtgenote van je buurman."

# 1722. Overgeleverd van Abu Sa`ied Al-Khudrie is dat mensen ten tijde van de

Profeet vroegen: `O Boodschapper van Allaah, zullen wij onze Heer zien tijdens

de Opstandingsdag?' ... en hij noemde de overlevering van het zien van Allaah,

die al in zijn geheel is vermeld. Daarna zei hij: "Tijdens de Opstandingsdag zal

een oproeper oproepen: `Elke gemeenschap volgt wat zij aanbad.' Niemand zal

dan overblijven van wie iets anders dan Allaah aanbad aan afgoden en

afgodsbeelden of zij vallen in het vuur. Totdat er niemand anders overblijft dan

wie [alleen] Allaah aanbaden, zowel de rechtschapenen van hen als de

slechtgezinden, en wat overblijvers van de mensen van het boek. De joden

zullen dan opgeroepen worden en er zal tegen hen gezegd worden: Wie

aanbaden jullie?' Zij zullen antwoorden: Wij aanbaden `Uzair, de zoon van

Allaah.' Er zal dan tegen hen gezegd worden: `Jullie liegen. Allaah heeft geen

echtgenote noch zoon genomen. Wat willen jullie?' Zij zullen antwoorden:

`Onze Heer, wij hebben dorst. Geef ons te drinken.' Er zal naar hen gebaard

worden: Waarom drinken jullie niet?' Zij worden dan verzameld naar, het vuur

alsof het een luchtspiegeling.

Hun afzonderlijke delen zullen elkaar vernietigen [vanwege de intense hitte]. En

zij zullen in het vuur vallen. Vervolgens zullen de christenen worden

opgeroepen en er zal tegen hen worden gezegd: Wie aanbaden jullie?' Zij zullen

antwoorden: Wij aanbaden Al-Masieh [de Messias], de zoon van Allaah.' Er zal

dan tegen hen gezegd worden: Jullie liegen. Allaah heeft geen echtgenote noch

zoon genomen. Wat willen jullie?' Er zal hen hetzelfde als hun voorgangers

overkomen. Totdat er niemand anders overblijft dan wie [alleen] Allaah

aanbaden, zowel de rechtschapenen van hen als de slechtgezinden, zal de Heer

van de Werelden tot hen komen in een nadere Gedaante dan die waarin zij hem

eerder hebben gezien. Er zal tegen hen worden gezegd: `Waar wachten jullie op?

Laat elke gemeenschap volgen wat zij aanbad.' Zij zullen zeggen: `Wij hebben

tijdens het wereldse leven afstand genomen van de mensen, terwijl we hen

hoognodig hadden, maar wij zijn niet met hen omgegaan. Wij wachten op onze

Heer Die wij aanbaden.' Hij zal dan zeggen: "Ik ben jullie Heer." Zij zullen dan

twee- of driemaal zeggen: 'Wij kennen geen enkele deelgenoot toe aan Allaah'."

Page 56: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

# 1741. Overgeleverd van Abu Hurairah dat er eens vlees bij de Boodschapper

van Allaah werd gebracht en de schouder ervan werd aan hem gegeven, omdat

hij die lekker vond. Hij beet er een stukje vanaf en zei: "Ik ben de heer van de

mensen op de Opstandingsdag. Weten jullie waarom dat zo is? Allaah zal op de

Opstandingsdag de eersten en de laatsten van de mensen verzamelen op één

vlakte. De oproeper zal hen doen horen en de kijker zal hen allen kunnen zien.

De zon zal dichterbij komen en de mensen zullen in mate van verdriet en

kommer verkeren die zij niet kunnen verdragen of aan kunnen. Enkele mensen

zullen dan tegen elkaar zeggen: 'Zien jullie niet in wat voor situate jullie

verkeren? Waarom zoeken jullie niet iemand die voor jullie kan bemiddelen bij

jullie Heer?' Sommige mensen zullen tegen elkaar zeggen: `Ga naar Aadam toe.'

Zij zullen naar Aadam gaan en zeggen: `O Aadam, jij bent de vader van de

mensheid. Allaah heeft jou met Zijn Hand geschapen en Hij heeft de ziel die Hij

voor jou heeft geschapen in geblazen. Vervolgens heeft Hij de engelen bevolen

die voor jou hebben geknield. Bemiddel daarom voor ons bij jouw Heer. Zie je

dan niet in wat voor staat wij verkeren?

Zie je niet in welke situatie wij zijn beland? Aadam zal antwoorden: `Zo boos

als mijn Heer vandaag is, zo boos is Hij nooit eerder geweest en zo boos zal hij

nooit meer worden. Hij heeft mij [het eten van de vruchten van] de boom

verboden, maar ik was ongehoorzaam aan Hem. Mijn eigen ziel, mijn eigen ziel,

mijn eigen ziel [heeft vandaag bemiddeling nodig]. Ga naar iemand anders toe,

ga naar Noeh toe.' Vervolgens zullen zij naar Noeh toe gaan en zeggen: `0 Noeh,

jij bent de eerste Boodschapper op aarde. Allaah heeft jou een dankbare dienaar

genoemd. Bemiddel daarom voor ons bij jouw Heer. Zie je dan niet in wat voor

staat wij verkeren? Zie je niet in welke situatie wij zijn beland?' Hij zal

antwoorden: `Zo boos als mijn Heer vandaag is, zo boos is Hij nooit eerder

geweest en zo boos zal hij nooit meer worden. Ik had een kans om een

[verhoorde] aanroeping te doen en ik heb die gebruikt tegen mijn volk. Mijn

eigen ziel, mijn eigen ziel, mijn eigen ziel [heeft vandaag bemiddeling nodigt].

Ga naar Ibraahiem toe.' Vervolgens zullen zij naar lbraahiem toe gaan en

zeggen: Jij bent de Profeet van Allaah en Zijn boezemvriend onder de

aardbewoners. Bemiddel daarom voor ons bij jouw Heer. Zie je dan niet in wat

voor staat wij verkeren? Zie je niet in welke situatie wij zijn beland?' Ibraahiem

zal hun antwoorden: `Zo boos als mijn Heer vandaag is, zo boos is Hij nooit

eerder geweest en zo boos zal hij nooit meer worden. En ik heb driemaal

gelogen.' Mijn eigen ziel, mijn eigen ziel, mijn eigen ziel [heeft vandaag

middellng nodig]. Ga naar iemand anders toe, ga naar Moesaa toe.' Vervolgens

zullen zij naar Moesaa toe gaan en zeggen: `0 Moesaa, jij bent de Boodschapper

van Allaah. Allaah heeft nu bevoordeeld ten opzichte van de mensen door Zijn

Boodschap en Zijn Spraak. Bemiddel daarom voor ons bij jouw Heer. Zie je dan

niet in wat voor staat wij verkeren? Zie je niet in welke situatie wij zijn beland?'

Page 57: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

Moesaa zal hun antwoorden: `Zo boos als mijn Heer vandaag is, zo boos is Hij

nooit eerder geweest en zo boos zal hij nooit meer worden. Ik heb een ziel

gedood waartoe ik niet was opgedragen om hem te doden. Mijn eigen ziel, mijn

eigen zie1, mijn eigen ziel [heeft vandaag bemiddeling nodig]. Ga naar `Iesaa de

zoon van Mariam toe. Vervolgens zullen zij naar lesaa toe gaan en zeggen: `0

`Iesaa, jij bent de Boodschapper van Allaah, jij bent een Woord van Hem dat Hij

naar Mariam heeft geworpen en een door Hem geschapen geest, en jij hebt als

baby tot de mensen gesproken in de wieg. Bemiddel voor ons bij jouw Heer. Zie

je dan niet in wat voor staat wij verkeren? Zie je niet in welke situatie wij zijn

beland?' Iesaa zal hun antwoorden: `Zo boos als mijn Heer vandaag is, zo boos

is Hij nooit eerder geweest en zo boos zal hij nooit worden. (Hij noemt geen

zonden en zegt:) Mijn eigen ziel, mijn eigen ziel, mijn eigen ziel [heeft vandaag

bemiddeling nodig.] Ga naar iemand anders toe, ga naar Mohammad toe.

Vervolgens zullen zij naar mij toe komen en zeggen: `0 Mohammad, jij bent de

Boodschapper van Allaah en de laatste van de Profeten. Allaah heeft al jouw

voorgaande en al jouw aankomende zonden vergeven. Bemiddel daarom voor

ons bij jouw Heer. Zie je dan niet in wat voor staat wij verkeren? Zie je niet in

welke situatie wij zijn beland?' Hierop zal ik vertrekken totdat ik onder de Troon

zal komen, waar ik mij knielend voor mijn Heer zal neerwerpen. lk zal op dat

moment van Allaah ingeveningen en openbaringen ontvangen om Hem te

prijzenen op de beste manier te loven. Het zullen ingeveningen zijn die nooit

eerder aan iemand vóór mij zijn geopenbaard. Vervolgens zal Hij zeggen: "0

Mohammad, hef je hoofd op. Vraag en je zult het krijgen. Bemiddel en jouw

bemiddeling zal gehonoreerd worden." Ik zal mijn hoofd opheffen en zeggen: "0

mijn Heer, [Ik bemiddel voor] mijn gemeenschap, mijn gemeenschap." Er zal

worden gezegd: "0 Mohammad, laat degenen van jouw ummah die geen

afrekening hebben het paradijs betreden door de meest rechtse poort van het

paradijs. Zij zullen de overige poorten delen met de mensen." [De Boodschapper

van Allaah gaat verder en zegt:] "Bij Degene in Wiens Hand de ziel van

Mohammad ligt, de afstand tussen twee deurposten van de deurposten van het

paradijs is net als de afstand tussen Mekka en Hadjar, of net als de afstand

tussen Mekka en Busra."

En van Anas is overgeleverd dat hij de lange overlevering van de bemiddeling

noemde, die al eerder is vermeld als overlevering van Abu Hurairah. Hier voegt

hij aan het einde ervan toe: "Vervolgens gaan zij naar `Iesaa, die zal zeggen:

`Dit is niet voor mij weggelegd, maar ga naar Mohammad.' Zij zullen dan naar

mij komen en ik zal zeggen: "Dit is voor mij weggelegd." Ik zal dan

toestemming vragen van mijn Heer en ik zal toestemming krijgen. En Hij zal mij

lofprijzingen ingeven waarmee ik Hem zal lofprijzen, die me nu niet bijstaan. Ik

zal Hem dus lofprijzen met die lofprijzingen en ik zal knielend voor Hem

neervallen. Er zal dan gezegd worden: "0 Mohammad, hef je hoofd op. Zeg en

er zal naar je geluisterd worden. Vraag en je zult krijgen. Bemiddel en je

Page 58: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

bemiddeling zal aanvaard worden," Ik zal dan zeggen: "0 mijn Heer, [ik

bemiddel voor] mijn gemeenschap, mijn gemeenschap. Er zal dan gezegd

worden: "Ga en haal eruit wie in zijn hart net zo veel als het gewicht van een

gerstekorrel aan geloof heeft."

Ik zal gaan en zal dat doen. Daarna zal ik terugkeren. lk zal Hem dan lofprijzen

met die lofprijzingen en ik zal knielend voor Hem neervallen. Er zal dan gezegd

worden: "0 Mohammad, hefje hoofd op. Zeg en er zal naar je geluisterd worden.

Vraag en je zult krijgen. Bemiddel en je bemiddeling zal aanvaard worden." Ik

zal dan zeggen: "0 mijn Heer, ik bemiddel voor mijn gemeenschap, mijn

gemeenschap." Er zal dan gezegd worden: "Ga en haal eruit wie in zijn hart net

zo veel als het gewicht van een atoom of een mosterdzaadje aan geloof heeft." Ik

zal gaan en zal dat doen. Daarna zal ik terugkeren. Ik zal Hem dan lofprijzen

met die lofprijzingen en ik zal knielend voor Hem neervallen. Er zal dan gezegd

worden: "0 Mohammad, hef je hoofd op. Zeg en er zal naar je geluisterd

worden. Vraag en je zult krijgen. Bemiddel en je bemiddeling zal aanvaard

worden." Ik zal dan zeggen: "0 mijn Heer, [ik bemiddel voor] mijn

gemeenschap, mijn gemeenschap." Er zal dan gezegd worden: "Ga en haal eruit

wie in zijn hart net zo veel als het minste, minste, minste gewicht van een

mosterdzaadje aan geloof heeft." Ik zal gaan en zal dat doen."

# 1747. Overgeleverd van Ibn 'Abbaas is dat Hilaal Ibn Umayyah zijn

echtgenote van overspel met Shariek Ibn Sahmaa' beschuldigde bij de Profeet.

De Profeet zei toen: "Of je komt met bewijsvoering of de islamitische

bestraffing zal toegepast worden op je rug." Hij zei: `O Boodschapper van

Allaah, als iemand van ons een man bovenop zijn vrouw ziet, moet hij dan op

weg gaan en zoeken naar een bewijs?' De Profeet bleef echter zeggen: "Of je

komt met bewijsvoering of de islamitische bestraffing zal toegepast worden op

je rug." Hilaal zei toen: `Bij Degene Die u met de waarheid heeft gezonden, ik

ben eerlijk. Allaah zal zeker neerzenden wat mijn rug zal vrijwaren van de

islamitische bestraffing.' Djibriel daalde toen neer en zond op hem neer: (En

degenen die hun echtgenotes betichten [van overspel] ... als hij eerlijk is) [Soerah An-Noer (24):6-9]. De Profeet wendde zich af en zond naar haar [naar

de echtgenote van Hilaal]. Hillaal kwam ook en getuigde [vier tuigenissen bij

Allaah dat hij eerlijk is in een beschuldiging en een vijfde dat hij vervloekt moge

worden als hij zou hebben gelogen], terwijl de Profeet zei: "Voorwaar, Allaah

weet dat een van jullie beiden liegt. Gaat niemand van jullie beiden berouw

tonen?" Vervolgens stond zij op en getuigde [vier getuigenissen bij Allaah dat

hij liegt]. Toen zij de vijfde [getuigenis] wilde afleggen, stopten zij haar en

zeiden: Zij zal bekrachtigd worden. Ibn `Abbaas heeft gezegd: `Hierop deinsde

ze terug en twijfelde, waardoor wij dachten dat zij [haar getuigenis] zou

intrekken. Vervolgens zei zij: `Ik zal mijn volk niet voor altijd te schande

brengen.' En zij volmaakte [haar getuigenis en vervloeking]. De Proteet zei toen:

Page 59: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

"Kijken jullie naar haar baby. Als hij wordt geboren met zwarte ogen, een groot

achterwerk, en vette benen, dan is hij van Shariek Ibn Sahmaa'." Toen zij van

hem beviel, werd hij zo geboren. De Profeet zei toen: "Als het niet datgene was

wat is gekomen in het Boek van Allaah, dan was zij nog niet van mij af".

1755. Overgeleverd van Ka`b Ibn 'Udjrah is dat men vroeg: `O Boodschapper

van Allaah, wat betreft het uitspreken van de vredesgroet over u, daarvan weten

wij hoe dat moet. Hoe moeten wij u echter prijzen?' Hij zei: "Zeg: `O Allaah,

prijs Mohammad en de familie van Mohammad, net zoals U de familie van

Ibraahiem hebt geprezen. U bent Geprezen en Glorieus. En zegen Mohammad

en de familie van Mohammad, net zoals U de familie van Ibraahiem hebt

gezegend. U bent Geprezen en Glorieus'." [Daroed Ibraahiem]

# 1798. Overgeleverd van 'Omar Ibn Al-Khattaab is dat hij heeft gezegd: `Ik

hoorde eens Hishaam Ibn Hakiem Ibn Hizaam Soerah Al-Forgaan [25] reciteren

ten tijde van de Boodschapper van Allaah. Toen ik luisterde naar zijn recitatie,

bleek hij te reciteren volgens vele varianten die de Boodschapper van Allaah mij

niet had onderwezen. Ik stond op het punt om hem tijdens het gebed te

overmannen maar ik betrachtte geduld totdat het gebed afrondde. Ik vatte hem

toen bij de kraag en zei: Wie heeft jou deze Soerah die ik jou hoorde reciteren,

onderwezen?' Hij antwoordde: `De Boodschapper van Allaah heeft mij haar

onderwezen.' Ik zei: 'Je liegt, want de Boodschapper van Allaah heeft mij haar

anders onderwezen dan jij hebt gereciteerd. Ik vertrok samen met hem en

sleurde hem mee naar de Boodschapper van Allaah en ik zei: `Ik hoorde hem

Soerah Al-Forgaan reciteren volgens varianten die u mij niet heeft onderwezen.'

De Boodschapper van Allaah zei toen: Laat hem los. Reciteer, O Hishaam." Hij

reciteerde vervolgens voor hem de recitatie die ik hem had horen lezen. De

Booschapper van Allaah zei toen: "Zo is zij neergezonden." Vervolgens

reciteerde ik de recitatie die hij mij had onderwezen. De Boodschapper van

Allaah; zei toen: "Zo is zij neergezonden. Deze Qor'aan is namelijk

neergezonden volgens zeven recitatie-varianten. Reciteer dus ervan wat

gemakkelijk is".

# 1814. Overgeleverd van 'Abdullaah lbn `Amr is dat hij heeft gezegd: `Mijn

vader huwde voor mij een vrouw van goede afkomst. Hij had de gewoonte om

contact met zijn schoondochter te houden en haar te vragen over haar

echtgenoot. Zij antwoordde dan: `Hij is een goede man. Hij heeft nog geen

enkele keer ons bed met mij gedeeld noch heeft hij mijn kleding betast sinds ik

bij hem ben gekomen.' Toen deze situatie te lang voor hem duurde, vertelde hij

dit aan de Profeet, die zei: "Breng mij met hem in contact." Ik ontmoette hem

daarna en hij vroeg: "Hoe vast jij?" Ik antwoordde: 'Dagelijks.' hij vroeg: "Hoe

lees jij de Qor'aan uit?" lk antwoordde: `Elke nacht.' Hij zei: "Vast van elke

maand drie dagen en lees de Qor'aan elke maand uit." Ik zei: ik kan meer dan dat

Page 60: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

aan.' Hij zei: "Vast drie dagen per week." Ik zei: `Ik kan meer dan dat aan.' hij

zei: "Vast twee dagen en eet een dag.' Ik zei: `Ik kan meer dan dat aan. Hij zei:

"Vast dan het beste vasten, namelijk het vasten van Daawood [David]; vast een

dag en eet een dag. En lees de Qor'aan elke zeven nachten eenmaal uit." Had ik

de verlichting van de Boodschapper van Allaah maar geaccepteerd, want ik ben

nu oud en zwak geworden. Hij reciteerde later overdag de [dagelijkse] zevende

van de Qor'aan voor iemand van zijn familieleden. Wat hij tijdens de nacht

wilde reciteren, bereidde hij dan overdag voor, zodat het hem tijdens de nacht

gemakkelijker afging. Als hij op kracht wilde komen, at hij gedurende een aantal

dagen, dat hij bijhield en vastte eenzelfde aantal dagen. Hij had er namelijk een

hekel aan om iets te laten wat hij deed tijdens het en van de Profeet.

# 1818. Overgeleverd van Anas Ibn Maalik is dat hij heeft gezegd: `Er kwam

eens een groepje van drie mannen naar de huizen van de echtgenotes van de

Profeet, om te vragen over de aanbidding van de Profeet. Toen zij hierover

werden bericht, was het alsof zij het als weinig aanmerkten. Zij zeiden: Wij

kunnen toch niet vergeleken worden met de Profeet? Al zijn voorgaande en

aankomende zonden zijn immers vergeven.' Iemand van hen zei: Wat mij

betreft, ik zal voor altijd gedurende de nacht bidden.' Een ander zei: `Ik zal

gedurende het hele jaar vasten, zonder mijn vasten te verbreken.' En weer een

ander zei: `Ik zal mij onthouden van vrouwen en zal nooit trouwen.' Vervolgens

kwam de Boodschapper van Allaah naar hen toe en zei: "Zijn jullie degenen die

zus en zo hebben gezegd? Bij Allaah, ik ben voorzeker degene onder jullie met

de meeste vrees en angst voor Allah. Ik vast echter en ik verbreek het vasten, Ik

bid en ik slaap, en ik huw vrouwen. En wie zich afwendt van mijn Soennah,

behoort niet tot mij".

# 1848. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Profeet heeft gezegd: "Wie

gelooft in Allaah en in de laatste dag, laat hij zijn buurman geen schade

toebrengen. En heb het goede voor met vrouwen. Zij zijn namelijk uit een rib

geschapen. En het meest kromme van een rib is de bovenkant. Als je hem wilt

rechtmaken, breek je hem. En als je hem laat, zal hij krom blijven. Heb dus het

goede voor met vrouwen."

# 1849. Overgeleverd van Aaichah is dat zij heeft gezegd: 'Elf vrouwen zaten bij

elkaar. Zij spraken af en beloofden elkaar om niets te verzwijgen over het

nieuws van hun echtgenoten. De eerste zei: `Mijn echtgenoot is net als het vlees

van een miezerige kameel op de top van een berg. Hij is niet gemakkelijk om te

worden beklimd, noch is hij vet om te gaan halen. * De tweede zei: `lk zal het

nieuws van mijn echtgenoot niet uitgebreid vertellen. Ik vrees namelijk dat ik

dan niets van hem overlaat. Als ik begin te vertellen, zal ik al zijn

tekortkomingen en gebreken noemen.' De derde zei: `Mijn echtgenoot is de

misprezen lange. Als ik spreek, word ik gescheiden. En als ik zwijg, blijf ik

Page 61: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

[gescheiden noch gehuwd] hangen.' De vierde zei: `Mijn echtgenoot is als de

nacht van Tihaamah; niet heet en niet koud. Ik vrees hem niet en ik verveel me

niet met hem.' De vijfde zei: `Als mijn echtgenoot binnenkomt, is hij [net zo

vreedzaam als] een luipaard, en als hij naar buitengaat, is hij [onder de mensen

net zo dapper als] een leeuw. Hij vraagt niet naar wat hij thuis heeft

achtergelaten.' De zesde zei: 'Als mijn echtgenoot eet, is hij gulzig. En als hij

drinkt, laat hij niets over. Als hij gaat slapen, wikkelt hij zich [afgezonderd van

haar] in. Zijn hand tast niet naar binnen [naar mijn onderkleding] om mijn

verdriet te kennen. **

De zevende zei: Mjn echtgenoot is verdwaald (of: heeft een zwakke wellust) en

dom. Elke ziekte (en tekortkoming) is aanwezig in hem. Hij verwondt je hoofd,

breekt je bot of doet je beide aan.' De achtste zei: `Mijn echtgenoot voelt aan als

een konijn en ruikt naar een venijnboom.' De negende zei: `Mijn echtgenoot is

van verheven faam en heeft een lange zwaardschede [dus: vrijgevig en dapper].

Hij heeft veel as [omdat hij zo vrijgevig is dat hij constant vuren stookt omwille

van zijn gasten]. Zijn huis is dichtbij de verzamelplek van de mensen [om door

hen geconsulteerd te worden].' De tiende zei: `Mijn echtgenoot heet Maalik

[bezitter], en wie is Maalik? Maalik is beter dan dat. Hij bezit kamelen die veel

neerknielen en weinig rondgrazen. Als zij het geluid van de lier horen, weten zij

dat ze geslacht gaan worden.' De elfde zei: `Mijn echtgenoot heet Abu Zar`. En

wie is Abu Zar? Hij heeft mijn oren volgehangen met sieraden. Hij heeft mijn

bovenarmen vetgemest. Hij heeft mij verblijd, waardoor ik blij met mezelf ben

geworden. Hij trof me aan tussen een schaapjesvolk in een bergspleet, en hij

bracht me naar een paarden- en een kamelenvolk, dat granen dorst en zuivert.

Als ik in zijn bijzijn spreek, word ik niet afgesnauwd. Als ik in de ochtend slaap,

word ik niet gewekt. Als ik drink, drink ik me vol. De moededer van Abu Zar`,

wie is de moeder van Abu Zar? Haar voorraadzakken zijn altijd zwaargevuld.

Haar huis is ruim. De zoon van Abu Zar', wie is de zoon van Abu Zar? Zijn

slaapplek is net als een uitgetrokken zwaard.

Zijn honger wordt gestild door de schouder van een lammetje. De dochter van

Abu Zar', wie is de dochter van Abu Zar'? Gehoorzaam aan haar vader en

gehoorzaam aan haar moeder. Zij vult haar kleding [zij heeft dus een vol

lichaam]. Zij is de boosheid van haar bijvrouw. De slavin van Abu Zar, wie is de

slavin van Abu Zar`? Zij verspreidt onze gespreksonderwerpen niet onder de

mensen. Zij verkwist onze proviand niet. Zij vult ons huis niet met nesten [van

huisvuil].' Zij zei: `Op een dag vertrok Abu Zar` naar buiten, terwijl de

melkkannen gekarnd werden. Hij kwam een vrouw tegen, die twee zoons als

jachtluipaarden bij zich had. Zij speelden onder haar middel met haar twee

borsten. Hij scheidde toen van mij en trouwde met haar. lk trouwde toen na hem

met een eervolle man, die een onvermoeid paard bereed en een speer uit Khat in

de hand had. Hij overstelpte mij met vele gunsten, en gaf mij van elk soort vee

Page 62: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

een paar en zei: `O Umm Zar', eet en voorzie je familie van proviand.' Zij zei:

`Als ik alles echter zou verzamelen wat hij mij heeft gegeven, dan zou het de

kleinste pot van Abu Zar` niet kunnen evenaren.' `Aaichah heeft gezegd dat de

Boodschapper van Allaah heeft gezegd: "Ik ben voor jou net zoals Abu Zar' was

voor Umm Zar`."

* Zij omschtijft een slecht gemanierde, hardvochtige, veelklagende echtgenoot,

die met moeite bestijgen is.

** Zij omschrijft een misprezen man: gemeen, gierig, slecht in omgang met zijn

vrouw, behoefte aan geslachtsgemeenschap en veel behoefte aan eten en

drinken.

# 1851. Overgeleverd van Usaamah is dat de Profeet heeft gezegd: "Ik stond bij

de poort van het paradijs, en de meesten die het betraden, waren de armen,

terwijl de bezitters van rijkdom werden tegengehouden. Wat de vuurbewoners

echter betreft, zij werden geboden om naar de hel gebracht te worden. En ik

stond bij de poort van de hel en de meesten die haar betraden, waren de

vrouwen."

# 1867. En van `Aaichah is overgeleverd dat zij heeft gezegd: `De

Boodschapper van Allaah hield van honing en van zoetigheid. Nadat hij het

namiddaggebed had afgerond, ging hij gewoonlijk naar binnen hij zijn

echtgenotes en benaderde een van hen. Hij ging eens naar binnen bij Hafsah de

dochter van 'Omar en verbleef bij haar langer dan hij normaal gesproken

verbleef. Ik werd jaloers en vroeg daarover. Er werd tegen mij gezegd dat een

vrouw van haar volk naar een leren kruik met honing had geschonken, waarvan

ze de Profeet een slok liet nemen. Ik zei toen: `Bij Allaah, wij zullen een list

voor hem bedenken.' Ik zei tegen Sawdah Bint Zam`ah: `Hij zal jou benaderen.

Als hij dichtbij je komt, zeg dan: `Heeft u [stinkende] hars gegeten?' Hij zal dan

"Nee" antwoorden. Zeg dan tegen hem: Wat is dan deze geur die ik van u ruik?'

Hij zal dan antwoorden: Hafsah heeft 'me een slok honing te drinken gegeven."

Zeg dan tegen hem: `De bijen ervan hebben van een acaciaboom gegeten.' Ik zal

daarna hetzelfde tegen hem zeggen, en zeg jij - O Safiyyah - hetzelfde.' Sawdah

heeft gezegd: `Bij Allaah, zodra hij bij de deur stond, wilde ik direct beginnen

met wat je me hebt opgedragen, uit angst voor jou.' Toen hij haar benaderde, zei

Sawdah tegen hem: `0 Boodschapper van Allaah, heeft u [stinkende] hars

gegeten?' Hij antwoordde: "Nee." Zij vroeg: 'Wat is dan deze geur die ik van u

ruik?' Hij antwoordde: "Hafsah heeft me een slok honing te drinken gegeven."

Zij zei: `De bijen ervan hebben van een acaciaboom gegeten.' Toen hij bij mij

kwam, zei ik hetzelfde tegen hem. Toen hij bij Safiyyah kwam, zei zij hetzelf de

tegen hem. Toen hij weer bij Hafsah kwam, vroeg zij: `0 Boodschapper van

Allah, zal ik u ervan te drinken geven?' Hij zei: "Ik heb er geen behoefte aan.'

Sawdah zei: `Bij Allaah, wij hebben hem ervan ontzegd.' Ik zei tegen haar:

Page 63: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

`Zwijg'.'

# 1878. Overgeleverd van 'Omar Ibn Abi Salamah is dat hij heeft gezegd: `Ik

viel als jongen onder de hoede van de Boodschapper van Allaah en mijn hand

ging rond in het bord. De Boodschapper van Allaah zei toen tegen mij: "0

jongen, spreek de Naam van Allaah uit, eet met je rechterhand en eet van wat

voor je is." Sindsdien is dat mijn manier van eten.'

# 1908. Overgeleverd van Ibn 'Omar is dat de Profeet heeft gezegd: "De

[beloning voor de] daden van wie een hond aanschaft die geen herdershond of

jachthond is, nemen dagelijks af met twee karaat."

1911. Overgeleverd van Asmaa' de dochter van Abu Bakr is dat zij zei: Wij

hebben ten tijde van de Boodschapper van Allaah een paard geslacht en

opgegeten toen we in Al-Madienah waren.'

# 1930. Overgeleverd van Ali is dat hij naar de deur van de binnenplaats kwam

en staand dronk. Daarna zei hij: `Sommige mensen keuren het af dat men staand

drinkt. En ik heb de Profeet zien doen zoals jullie mij hebben zien doen.

# 1947. Overgeleverd van Anas lbn Maalik is dat de Profeet heeft gezegd: Laat

niemand van jullie de dood wensen omdat hij is getroffen door ellende. Als hij

dat echter per se zou willen, laat hij dan zeggen: `O Allaah, houd mij in leven zo

lang het leven beter voor mij is, en laat mij sterven als de dood beter voor mij is'.

Urdu: Ya Allaah, mudje duniya mein zinda rakh, djitna din mere liye zinda

rahana bahater hai. Ya Allaah, mudje wafaat dèdè, djab mere liye wafaat bahater

hai.

# 1954. Overgeleverd van `Aaichah is dat zij de Profeet heeft horen zeggen: "Dit

zwarte zaad [zwarte komijn] is een genezing voor elke ziekte, behalve As-

Saam." Ik vroeg: Wat is As-Saam?' Hij antwoordde: `De dood.

1957. Overgeleverd van Ibn 'Abbaas is dat de Boodschapper van Allaah heeft

gezegd: "De gemeenschappen zijn aan mij getoond. Ik heb toen één of twee

profeten langs zien komen met een handjevol mensen, maar ook een profeet met

wie niemand was. Vervolgens verscheen er voor mij een geweldige menigte en

ik vroeg: "Wat is dit? Is dit mijn gemeenschap?" Toen werd er echter tegen mij

gezegd: `Nee, dit is Moesaa en zijn volk. Kijk echter naar de horizon' Toen [ik

vervolgens keek] zag ik een menigte die de horizon vulde. En er werd tegen mij

gezegd: `Kijk daar, en daar, naar de horizonnen van de hemel.' Toen [ik

vervolgens keek] zag ik weer een menigte die de horizon vulde en er werd tegen

mij gezegd: `Dit is jouw gemeenschap. Onder hen bevinden zich

zeventigduizend die het paradijs binnen zullen gaan zonder afrekening'."

Page 64: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

Vervolgens stond hij op en betrad zijn huis, zonder dat hij hun duidelijkheid had

verschaft. De mensen hielden zich bezig [met degenen die het paradijs binnen

zullen gaan zonder afrekening] en zeiden: Wij zijn degenen die geloven in

Allaah en die Zijn Boodschapper hebben gevolgd. Daarom worden wij ermee

bedoeld, of onze kinderen die tijdens de Islaam zijn geboren. Wij zijn namelijk

tijdens de periode van onwetendheid geboren.' Dit bereikte de Profeet en hij

kwam naar buiten en zei: "Zij zijn degenen die niet om ruqya vragen, geen

waarde hechten aan slechte voortekenen, niet doen aan [medische] uitbranding

en die op hun Heer vertrouwen." Hierop zei 'Ukkaashah Ibn Mihsan: `O

Boodschapper van Allaah, behoor ik tot hen?' Hij antwoordde: "Ja." Een andere

man stond toen ook op en zei: 'Behoor ik tot hen?' Hij antwoordde: "Ukkaashah

is je hierin voor geweest".

1971. Van Abu Hurairah is ook overgeleverd dat de Profeet heeft gezegd: "Wie

zichzelf van een berg neergooit en zichzelf doodt, zal in het hellevuur neervallen

en hij zal ervoor altijd en eeuwig * in verblijven. En wie vergif inneemt en

zichzelf doodt, zal zijn vergif in zijn hand hebben en innemen in het hellevuur

en hij zal ervoor altijd en eeuwig in verblijven. En wie zichzelf doodt met een

ijzer, zal zijn ijzer in zijn hand hebben en zal zichzelf ermee in zijn buik steken

in het hellevuur en hij zal altijd en eeuwig in verblijven.

# 1981. Overgeleverd van Anas is dat hem werd gevraagd: `Verrichtte de

Profeet het gebed weleens in zijn schoenen?' Hij antwoordde: 'Ja.'

# 1986. Overgeleverd van Ibn 'Omar is dat de Profeet heeft gezegd: "Doe in

tegenstrijd met de veelgodenaanbidders: laat de baarden vol groeien en knip de

snorren.

# 1996. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat een man naar de Boodschapper

van Allaah kwam en vroeg: `O Boodschapper van Allaah, wie van de mensen is

het meest rechthebbend op mijn goede omgang?' Hij antwoordde: "Je moeder."

Hij vroeg: `En wie daarna?' Hij antwoordde: "Dan je moeder." Hij vroeg: `En

wie daarna?' Hij antwoordde: "Dan je moeder." hij vroeg `En wie daarna?' Hij

antwoordde: "Dan je vader."

# 1997. Overgeleverd van `Abdullaah Ibn `Amr is dat de Profeet heeft gezegd:

"Eén van de grootste grote zonden is: dat een man zijn beide ouders vervloekt."

Er werd gevraagd: `O Boodschapper van Allaah, hoe kan iemand nou zijn beide

ouders vervloeken?' Hij antwoordde: "Doordat iemand andermans vader

uitscheldt en dat de ander dan [op zijn beurt] vervolgens zijn vader en zijn

moeder uitscheldt."

# 1998. Overgeleverd van Djubair Ibn Mut`im is dat hij heeft gezegd: `Ik hoorde

Page 65: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

de Profeet zeggen: "Het paradijs wordt niet betreden door iemand die [zijn

familiebanden] verbreekt".

2010. Overgeleverd van `Aaichah is dat de Profeet heeft gezegd: "Djibriel ging

zo lang door met mij te adviseren over de [goede behandeling van] buur, totdat

ik dacht dat hij hem een deel van de erfenis zou toebedelen."

# 2012. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Boodschapper van Allaah

heeft gezegd: "Wie gelooft in Allaah en in de Laatste Dag, laat hij [dan] zijn

buur niet lastigvallen. En wie gelooft in Allaah en in de Laatste Dag, laat hij

[dan] gastvrij zijn voor zijn gast. En wie gelooft in Allaah en in de Laatste Dag,

laat hij [dan] goede dingen zeggen of anders zwijgen."

# 2020. Overgeleverd van Thaabit Ibn Adh-Dhahhaak die één van de mensen

was die de gelofte van trouw hadden afgegeven onder de boom [van Ar-

Ridwaan in A1-Hudaibiyyah] - is dat de Boodschapper van Allaah heeft gezegd:

"Wie zweert bij een andere gezindte <>kerkgenootschap<> dan de Islaam, is

zoals hij heeft gezegd. En de zoon van Aadam hoeft geen plechtige gelofte na te

komen met betrekking tot wat hij niet bezit. En wie zichzelf doodt met iets,

wordt daarmee gekweld tijdens de Opstandingsdag. En wie een gelovige

vervloekt, is alsof hij hem heeft gedood. En wie een gelovige beticht van

ongeloof, is alsof hij hem heeft gedood."

# 2023. Overgeleverd van Anas Ibn Maalik is dat de Boodschapper van Allah

heeft gezegd: "Haat elkaar niet, benijd elkaar niet en keer elkaar de rug niet toe.

En wees - O dienaren van Allaah - broeders. En het is voor een moslim niet

toegestaan om zijn broeder langer dan drie dagen te verbreken."

# 2024. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Boodschapper van Allaah

heeft gezegd: "Wees gewaarschuwd voor verdenkingen, want verdenkingen zijn

de meest leugenachtige verhalen. En bespied elkaar niet en begluur elkaar niet.

En drijf de prijs niet tegen elkaar op. En benijd elkaar niet, en haat elkaar niet en

keer elkaar niet de rug toe. En wees - O dienaren van Allaah - broeders."

# 2027. Overgeleverd van Abu Ayoub Al-Ansaari is dat de Boodschapper van

Allaah heeft gezegd: "Het is voor een man niet toegestaan om zijn broeder

langer dan drie nachten uit te sluiten, waardoor zij beiden elkaar tegenkomen en

deze zich afwendt en de andere zich ook afwendt. De beste van beiden is degene

die begint met groeten."

# 2038. Overgeleverd van Anas is dat een man uit de woestijn bij de Profeet

kwam en vroeg: Wanneer breekt het Uur aan?' Hij antwoordde: `Wee jou! En

wat heb je er dan voor voorbereid?" Hij zei: 'Ik heb er niets anders voor

Page 66: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

voorbereid aan dat ik van Allaah en van Zijn Boodschapper hou.' Hij zei: "Je

zult zijn met degene waarvan je houdt" Wij vroegen: Geldt dat ook voor ons?'

Hij zei: "Ja".

# 2045. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Profeet heeft gezegd: "Allaah

houdt van niezen en Hij haat gapen. Als iemand van jullie dus niest en Allaah

vervolgens prijst, dan is het verplicht voor iedere moslims die hem hoort om

hem te beantwoorden met `Moge Allaah je begenadigen.' Wat betreft gapen, dat

is afkomstig van de Shaytaan. Laat men dat dus zo veel mogelijk terugdringen,

want als iemand van jullie gaapt, dan lacht de Shaytaan hem uit."

# 2049. Overgeleverd van Sahl Ibn Sa`d is dat hij heeft gezegd: `Een man keek

uit een gat naar binnen in de vertrekken van de Profeet, terwijl de Profeet een

ijzeren kam bij zich had, waarmee hij zijn hoofd krabde. Hij zei toen: "Als ik

had geweten dat je naar me keek, dan had ik je ermee in je oog gestoken. Het

vragen om toestemming [om binnen te komen] is immers voorgeschreven

vanwege het kijken".

[Dua] # 2059. Overgeleverd van Shaddaad Ibn Aws is dat de Profeet heeft

gezegd: "De beste manier om vergeving te vragen is door te zeggen:

Allahumma Anta Rabbie Laa ilaaha illaa Anta, Khalaqtanie Wa Ana `Abduka,

Wa Ana `Alaa `Ahdika Wa Wa`dika Mastata`t. A`oedhoe Bika Min Sharri Maa

Sana`t. Aboe'o Laka Bini`matika `Alayya Wa Aboe'o Laka Bidhanbie,

Faghfirlie. Fa Innahu Laa Yaghfir Udb-Dhunoeba illaa Ant.

[O Allaah, U bent mijn Heer; er is geen ware god behalve U. U hebt mij

geschapen en ik ben Uw dienaar. Ik ben trouw aan Uw convenant

<>overeenkomst<> en Uw belofte zoveel als ik kan. Ik zoek mijn toevlucht tot

U tegen het kwaad dat ik heb verricht. 1k erken aan U Uw gunst aan mij en ik

erken aan U mijn zonde. Vergeeft U mij daarom, want niemand vergeeft de

zonden behalve U.]

Hij zei: "Wie dit overdag zegt, terwijl hij ervan overtuigd is, en tijdens die dag

sterft voordat de avond aanbreekt, behoort tot de paradijsbewoners. En wie dit in

de nacht zegt, terwijl hij ervan overtuigd is, en sterft voordat de ochtend

aanbreekt, hoort tot de paradijsbewoners."

[Dua] # 2070. Overgeleverd van Sa`d Ibn Abi Waqqaas is dat de Boodschapper

van Allaah de volgende uitspraken verplichtte: "0 Allaah, ik zoek bescherming

bij U tegen gierigheid. En ik zoek bescherming bij U tegen lafheid. En ik zoek

bescherming bij U tegen dat ik teruggebracht wordt naar de meest verachtelijke

leeftijd. En ik zoek bescherming bij U tegen de beproeving van de wereld

(waarmee hij de beproeving van Ad-Dadjaal [antichrist] bedoelde). En ik zoek

bescherming bij U tegen de kwelling van het graf."

Page 67: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

[Dua] # 2071. Overgeleverd van `Aaichah is dat zij heeft gezegd: `De Profeet

zei gewoonlijk: "0 Allaah, ik zoek bescherming bij U tegen luiheid en tegen

bejaardheid. En tegen zondigheid en tegen [overmatige] schuldenlast. En tegen

de beproeving van het graf en tegen de kwelling van het graf. En tegen de

beproeving van het vuur en tegen de kwelling van het vuur. En tegen de slechte

beproeving van rijkdom. En ik zoek bescherming bij U tegen de beproeving van

armoede. En ik zoek bescherming bij U tegen de beproeving van Al-Masieh Ad-

Dadjaal [antichrist]. 0 Allaah, was mijn zonden van mij af met het water van

sneeuw en hagel. En zuiver mijn hart van zonden, net zoals U een wit gewaad

hebt gezuiverd van viezigheid. En verwijder tussen mij en mijn zonden net zoals

U verwijderd hebt tussen het oosten en het westen."

[Dua] # 2073. Overgeleverd van Abu Moesaa Al-Ash`arie is dat de Profeet de

volgende aanroeping verrichtte: "0 Allaah, vergeef me mijn fout en mijn

onwetendheid, en mijn overtreding in mijn zaken, en datgene wat U beter weet

dan ik. 0 Allaah, vergeef me zowel wat ik schertsend <>grappig bedoeld<> als

serieus heb begaan, en zowel mijn fouten als mijn opzettelijkheden. Dat alles is

aanwezig bij mij ."

[Dua] # 2074. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Boodschapper van

Allah heeft gezegd: "Wie op een dag honderd keer zegt: `Laa ilaaha illallah. ["Er

is geen ware god behalve Allaah Alleen.] Hij heeft geen deelgenoot. Aan Hem

behoort de Heerschappij en alle Lof, en Hij is Almachtig over Alle zaken," is

alsof hij tien slaven heeft vrijgelaten. Er worden voor hem honderd goede daden

opgeschreven en honderd zonden uitgewist. En het is voor hem een bescherming

tegen de Shaytaan gedurende zijn dag, totdat de avond aanbreekt. En niemand

zal aankomen met iets beters dan datgene waarmee hij aankomt, behalve een

man die meer heeft verricht dan hij."

2088. Overgeleverd van Ibn `Abbaas is dat hij de Profeet heeft horen zeggen:

"Als de zoon van Aadam [= de mens] twee valleien aan rijkdom zou bezitten,

dan had hij een derde gewild. Het enige wat de maag van de zoon van Aadam

vult is aarde. En Allaah aanvaardt het berouw van wie berouwvol is."

# 2101. Overgeleverd van Ibn `Abbaas van de Profeet is dat hij overlevert van

zijn Heer dat Hij heeft gezegd: "Allaah heeft de goede daden en de slechte daden

opgeschreven. Vervolgens heeft Hij dat verduidelijkt: wie de intentie heeft om

een goede daad te verrichten, maar deze niet verricht, dan schrijft Allaah dit

voor hem op als één volledige goede daad bij Hem. Indien hij de intentie ervoor

heeft en deze [goede daad] wel verricht, dan schrijft Allaah dit voor hem op als

tien goede daden bij Hem, tot het zevenhonderdvoudige ervan, tot het veelvoud

ervan. En wie de intentie heeft om ecn slechte daad te verrichten, maar deze niet

verricht, dan schrijft Allaah dit voor hem op als één volledige goede daad bij

Page 68: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

Hem. Als hij de intentie ervoor heeft en deze [slechte daad] wel verricht, dan

schrijft Allaah dit voor hem op als één zonde."

# 2111. Overgeleverd van `Aaichah is dat de Boodschapper van Allaah heeft

gezegd: "Jullie zullen [op de Opstandingsdag] blootvoets, naakt en onbesneden

verzameld worden." `Aaichah vroeg: `O Boodschapper van Allaah, zullen de

mannen en vrouwen naar elkaar kijken?' Hij antwoordde: "De situatie zal te

moeilijk zijn voor hen om daar aandacht aan te schenken."

# 2160. Overgeleverd van Ibn `Abbaas is dat de Profeet heeft gezegd: "De meest

gehate mensen bij Allaah zijn er drie: de verderfzaaier in de Haram [het gewijde

gebied in Mekka]. Wie streeft naar het introduceren van een gewoonte uit de tijd

van onwetendheid in de Islaam. En wie verzoekt om het onrechtmatig

bloedvergieten van een persoon."

# 2161. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat hij de Boodschapper van Allaah

heeft horen zeggen: "Als iemand in jouw huis naar binnen gluurt, zonder dat je

hem daarvoor toestemming hebt gegeven, en je vervolgens een kiezelsteen naar

hem gooit en zijn oog scheurt, dan rust er geen blaam op je."

# 2179. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Profeet heeft gezegd: "Laat

niemand van jullie naar zijn broeder wijzen met een wapen. Hij weet immers

niet of de Shaytaan misschien zijn hand beweegt, waardoor hij vervalt in een

vuurkuil [tijdens de Opstandingsdag]."

# 2186. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Boodschapper van Allaah

heeft gezegd: "Het Uur zal niet aanbreken, totdat twee grote groepen tegen

elkaar zullen strijden. Tussen beide zal een geweldige afslachting plaatsvinden,

terwijl de uitnodiging van beide één is [namelijk naar de Islaam]. En [het Uur

zal niet aanbreken] totdat er bijna dertig voorliegende leugenaars zullen

verschijnen. Ze zullen allemaal beweren dat ze de Boodschapper van Allaah

zijn. En [het Uur zal niet aanbreken] totdat de kennis wordt weggenomen, de

aardbevingen veelvuldig zullen plaatsvinden, de tijd verkort zal worden, de

beproevingen zullen verschijnen, Al-Hardj - wat doding is - veelvuldig zal

plaatsvinden, en totdat de rijkdom onder jullie zo overvloedig zal zijn dat hij zal

stromen. De bezitter van rijkdom zal zich dan zelfs bezorgd maken over wie zijn

aalmoes van hem aanneemt. Hij zal die aanbieden en degene aan wie hij haar

aanbiedt zal zeggen: `Ik heb er geen behoefte aan.' En [het Uur zal niet

aanbreken] totdat de mensen zullen wedijveren in het bouwen van hoge

gebouwen. En [het Uur zal niet aanbreken] totdat een man langs het graf van een

andere man zal lopen en zal zeggen: Was ik maar in zijn plek.' En [het Uur zal

niet aanbreken] totdat de zon zal opkomen vanwaar ze normaliter] ondergaat?

Als ze dan is opgekomen en de mensen het zien, zullen zij allemaal geloven. Dat

Page 69: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

is echter het moment waarop: (Een ziel geen nut zal hebben van haar geloof

als ze niet eerder had geloofd of goeds had verdiend tijdens haar geloof)

[Soerah Al-An'aam (6):158]. En het Uur zal aanbreken, terwijl twee mannen hun

kleed tussen beiden hebben uitgespreid, zonder het te verkopen of op te vouwen.

En het Uur zal aanbreken, terwijl een man is vertrokken met de melk van zijn

melkkamelin, zonder ervan te proeven. En het Uur zal aanbreken, terwijl hij de

scheuren in zijn drinkbassin repareert, zonder dat hij eruit te drinken zal geven.

En het Uur zal aanbreken, terwijl hij zijn voedsel heeft opgeheven naar zijn

mond, zonder het op te eten."

# 2191. Overgeleverd van Djundub is dat hij de Boodschapper van Allaah heeft

horen zeggen: "Wie veinst om gehoord te worden, zal door Allaah gehoord laten

worden tijdens de Opstandingsdag. En wie het moeilijk maakt voor de mensen,

voor hem zal Allaah het ook moeilijk maken tijdens de Opstandingsdag." Zij

vroegen: `Adviseer ons.' Hij zei: "Het eerste wat van de mens zal rotten, is zijn

buik. Wie dus in staat is om niets anders te eten dan het goede [toegestane], laat

hij dat dan doen. En wie in staat is om ervoor te zorgen dat tussen hem en het

paradijs geen handvol aan bloed dat hij heeft vergoten tussenbeide kan komen,

laat hij dat dan doen."

# 2208. Overgeleverd van `Aaichah is dat de Profeet een man aanstelde over een

expeditie en uitzond. Hij reciteerde voor zijn mensen tijdens hun gebeden en

sloot af met Soerah Al-lkhlaas [112]. Nadat zij teruggekeerd waren, vertelden zij

dat aan de Profeet. Hij zei: "Vraag hem om welke reden hij dat doet." Toen zij

hem dat vroegen, antwoordde hij: `Omdat zij de Eigenschappen van de

Erbarmer benoemt en ik hou ervan om haar te reciteren.' De Profeet zei toen:

"Bericht hem dat Allaah van hem houdt."

# 2213. Overgeleverd van Abu Hurairah is dat de Boodschapper van Allaah

heeft gezegd: "Allaah zegt: "Als Mijn dienaar een zonde wil plegen, schrijf haar

dan niet op voor hem totdat hij het pleegt. Als hij de zonde pleegt, schrijf haar

dan op zoals ze [de zonde] is. Als hij de zonde echter omwille van Mij laat,

schrijf haar dan op als een goede daad. En als hij een goede daad wil verrichten,

maar deze niet verricht, schrijf haar dan [toch] voor hem op als een goede daad.

Als hij de goede daad echter wel verricht, schrijf die dan tienvoudig op, tot

zevenhonderd [voudig]"."

# 2214. En van Abu Hurairah is overgeleverd dat hij de Profeet heeft horen

zeggen: "Een dienaar heeft een zonde gepleegd en hij zei: `O mijn Heer, ik heb

een zonde gepleegd. Vergeeft U mij daarom.' Zijn Heer zei toen: "Weet Mijn

dienaar dat hij een Heer heeft die de zonde vergeeft en ervoor straft? Ik heb

Mijn dienaar vergeven." Vervolgens verstreek er een tijd die Allaah wilde en

daarna pleegde hij weer een zonde en hij zei: `O mijn Heer, ik heb weer een

Page 70: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

zonde gepleegd. Vergeeft U mij daarom.' Zijn Heer zei toen: "Weet Mijn

dienaar dat hij een Heer heeft die de zonde vergeeft en ervoor straft? Ik heb

Mijn dienaar vergeven." Vervolgens verstreek er een tijd die Allaah wilde en

daarna pleegde hij weer een zonde en hij zei: `O mijn Heer, ik heb weer een

zonde gepleegd. Vergeeft U mij daarom.' Zijn Heer zei toen: "Weet Mijn

dienaar dat hij een Heer heeft die de zonde vergeeft en ervoor straft? Ik heb

Mijn dienaar driemaal vergeven. Laat hem daarom doen wat hij wil."

# 2215. Overgeleverd van Anas is dat hij de Profeet heeft horen zeggen:

"Tijdens de Opstandingsdag zal mijn bemiddeling worden aanvaard. Ik zal dan

zeggen: "0 mijn Heer, breng in het paradijs naar binnen wie in zijn hart net zo

veel als een mosterdzaadje [aan geloof] heeft." En zij zullen naar binnen gaan.

Vervolgens zal ik zeggen: `Breng in het paradijs naar binnen wie in zijn hart het

minimale [aan geloof] heeft"." Anas zei: `Het is alsof ik naar de vingers van de

Boodschapper van Allah kijk [waarmee hij aanwees hoe minimaal].'

# 2216. En van Anas is overgeleverd dat hij de lange overlevering van de

bemiddeling noemde, die al eerder is vermeld als overlevering van Abu

Hurairah. Hier voegt hij aan het einde ervan toe: "Vervolgens gaan zij naar

`Iesaa, die zal zeggen: `Dit is niet voor mij weggelegd, maar ga naar

Mohammad.' Zij zullen dan naar mij komen en ik zal zeggen: "Dit is voor mij

weggelegd." Ik zal dan toestemming vragen van mijn Heer en ik zal

toestemming krijgen. En Hij zal mij lofprijzingen ingeven waarmee ik Hem zal

lofprijzen, die me nu niet bijstaan. Ik zal Hem dus lofprijzen met die

lofprijzingen en ik zal knielend voor Hem neervallen. Er zal dan gezegd worden:

"0 Mohammad, hef je hoofd op. Zeg en er zal naar je geluisterd worden. Vraag

en je zult krijgen. Bemiddel en je bemiddeling zal aanvaard worden," Ik zal dan

zeggen: "0 mijn Heer, [ik bemiddel voor] mijn gemeenschap, mijn

gemeenschap. Er zal dan gezegd worden: "Ga en haal eruit wie in zijn hart net

zo veel als het gewicht van een gerstekorrel aan geloof heeft."

Ik zal gaan en zal dat doen. Daarna zal ik terugkeren. lk zal Hem dan lofprijzen

met die lofprijzingen en ik zal knielend voor Hem neervallen. Er zal dan gezegd

worden: "0 Mohammad, hefje hoofd op. Zeg en er zal naar je geluisterd worden.

Vraag en je zult krijgen. Bemiddel en je bemiddeling zal aanvaard worden." Ik

zal dan zeggen: "0 mijn Heer, ik bemiddel voor mijn gemeenschap, mijn

gemeenschap." Er zal dan gezegd worden: "Ga en haal eruit wie in zijn hart net

zo veel als het gewicht van een atoom of een mosterdzaadje aan geloof heeft." Ik

zal gaan en zal dat doen. Daarna zal ik terugkeren. Ik zal Hem dan lofprijzen

met die lofprijzingen en ik zal knielend voor Hem neervallen. Er zal dan gezegd

worden: "0 Mohammad, hef je hoofd op. Zeg en er zal naar je geluisterd

worden. Vraag en je zult krijgen. Bemiddel en je bemiddeling zal aanvaard

worden." Ik zal dan zeggen: "0 mijn Heer, [ik bemiddel voor] mijn

Page 71: Hadith: Sahih Bhukhari - Soebratie.nl Sahih Bhukari Meestvoorkome… · Overgeleverd van Abu Mas'ood Al-Ansaari is dat een man zei: `O Boodschapper van Allaah, ik woon het gebed bijna

gemeenschap, mijn gemeenschap." Er zal dan gezegd worden: "Ga en haal eruit

wie in zijn hart net zo veel als het minste, minste, minste gewicht van een

mosterdzaadje aan geloof heeft." Ik zal gaan en zal dat doen." Zie nummer 1741.

2217. En van hem staat in een andere overlevering: "Vervolgens zal ik een

vierde keer terugkeren. Ik zal Hem dan lofprijzen met die lofprijzingen en ik zal

knielend voor Hem neervallen. Er zal dan gezegd worden: "0 Mohammad, hef je

hoofd op. Zeg en er zal naar je geluisterd worden. Vraag en je zult krijgen.

Bemiddel en jc bemiddeling zal aanvaard worden." Ik zal dan zeggen: "0 mijn

Heer, geef mij toestemming [om te bemiddelen] voor degenen die `Laa ilaaha

illallah [er is geen ware God behalve Allah]' hebben gezegd." Hij zal zeggen:

"Bij Mijn Almacht en bij Mijn Majesteit, en bij Mijn Grootheid en bij Mijn

Heerschappij, Ik zal er voorzeker uithalen wie `Laa ilaaha illallah [er is geen

ware God behalve Allaah]' heeft gezegd"."